Acute lymfatische leukemie (ALL)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Acute lymfatische leukemie (ALL)"

Transcriptie

1 Interne geneeskunde Patiënteninformatie Acute lymfatische leukemie (ALL) U ontvangt deze informatie, omdat bij u of iemand in uw omgeving (mogelijk) acute lymfatische leukemie (ALL) is geconstateerd. Wij informeren u graag wat deze ernstige ziekte precies is, welke oorzaken er zijn en welke behandeling u kunt krijgen. Deze informatie bevat veel specialistische begrippen, maar met deze achtergrondinformatie willen wij u zo volledig mogelijk informeren. Uiteraard kunt u contact met ons opnemen voor uitleg of vragen. Wat is Acute Lymfatische Leukemie ( ALL)? Acute lymfatische leukemie (ALL) is een zich snel ontwikkelende, levensbedreigende ziekte van het bloed, waarbij kwaadaardige witte bloedcellen (lymfocyten) in het bloed en beenmerg worden vastgesteld. Kenmerk van ALL is de ongecontroleerde groei en deling (proliferatie) van onrijpe lymfatische witte bloedcellen. Normaal gesproken maakt het beenmerg stamcellen aan, die zich ontwikkelen tot verschillende typen bloedcellen met elk een specifieke taak. Bij ALL echter ontwikkelen de witte bloedcellen zich niet tot volwaardige bloedcellen, maar blijven ze steken in hun ontwikkeling. De oorzaak van de ziekte is een mutatie als gevolg van een beschadiging in het DNA van de stamcel. Door genetische fouten (afwijkingen in de chromosomen) nemen de onrijpe witte bloedcellen (lymfoblasten) snel in aantal toe. Dit komt door een ongecontroleerde celdeling. Deze blasten stapelen zich op in het beenmerg en verdringen de cellen die normale witte en rode bloedcellen en bloedplaatjes produceren. Resultaat daarvan is dat er bloedarmoede (anemie), blauwe plekken en bloedingen ontstaan. De nog wel aanwezige goede witte bloedcellen kunnen uiteindelijk hun taak, zoals het bestrijden van infecties, niet goed meer uitoefenen. Later kunnen deze onrijpe cellen ook in organen als de milt en zelfs de hersenen terechtkomen en daar problemen veroorzaken. De ziekte loopt fataal af als u deze niet binnen enkele weken tot maanden laat behandelen. ALL kan zowel bij kinderen als volwassenen voorkomen. Beenmerg en bloed Beenmerg Beenmerg is een sponsachtige substantie, die zich in de holten van de beenderen bevindt. Het beenmerg bevindt zich bij volwassenen voornamelijk in de platte beenderen, zoals de wervels, het borstbeen, de schouderbladen en het bekken. Het beenmerg is verantwoordelijk voor de aanmaak van de bloedcellen. Het beenmerg maakt stamcellen aan. Dat zijn de moedercellen waaruit de diverse soorten bloedcellen zich gaan ontwikkelen en specialiseren. Verschillende door het lichaam afgegeven signalen (bepaalde eiwitten, ook wel cytokines of groeifactoren genoemd) sturen de aanmaak van de bloedcellen aan. De stamcellen reageren hierop en maken zo naar behoefte bloedcellen aan. Pagina 1/16

2 Normaal bestaat er een uitgebalanceerd evenwicht tussen de aanmaak en het afsterven van de diverse typen bloedcellen, waardoor er van elke soort precies voldoende aanwezig zijn om de specifieke taken uit te voeren. Bij leukemie is er sprake van een ongecontroleerde aanmaak van een bepaald soort witte bloedcellen (afhankelijk van het type leukemie). Bij ALL betreft het dus de lymfocyten. Deze worden aangemaakt in het beenmerg en enkele organen van het lymfesysteem. Behalve het beenmerg zijn belangrijke organen die lymfocyten aanmaken de lymfklieren en de milt. Bij kinderen en jongvolwassenen zijn dat ook de thymus en de zwezerik (net onder het borstbeen gelegen, waar de T-lymfocyten rijpen). De thymus is slechts op kinderleeftijd en bij jongvolwassenen werkzaam. De milt heeft ook een belangrijke functie bij het filteren van het bloed. Bloed Bloed vervoert zuurstof en voedingsstoffen en voert kooldioxine en overige afbraakproducten weer af. Ruim de helft van het bloed bestaat uit plasma, een vloeistof grotendeels samengesteld uit water, opgeloste zouten en eiwitten zoals albumine, immunoglobulinen (antistoffen) en stollingseiwitten. Ook bestaat plasma uit hormonen, vetten, suikers, mineralen, vitaminen en elektrolyten. De cellen in het bloed ontwikkelen zich in het beenmerg langs zogeheten bloedcellijnen. Deze cellen zijn onder te verdelen in: Rode bloedcellen (erythrocyten). Deze cellen zijn gevuld met hemoglobine, dat onder andere zuurstof uit de longen opneemt en aan de weefsels afgeeft. Witte bloedcellen (leukocyten). Deze cellen vormen het belangrijkste verdedigingsmechanisme tegen infecties. Bloedplaatjes (trombocyten). Deze maken deel uit van het beschermingssysteem tegen bloedingen. Deze bloedcellen worden door het beenmerg naar behoefte aan het bloed afgegeven. Tot de leukocyten behoren: a) in de myeloïde lijn: De granulocyten. Dit zijn de meest voorkomende type witte bloedcellen. Deze zijn verder onder te verdelen in: Neutrofielen: 40 tot 60 procent van het totaalaantal witte bloedcellen. Ze spelen een belangrijke rol bij de bestrijding van bacteriële en schimmelinfecties. Eosinofielen: deze zijn belangrijk bij de bestrijding van parasieten en spelen een belangrijke rol bij allergische reacties. Basofielen: deze cellen spelen eveneens een rol bij allergische reacties. Pagina 2/16

3 De monocyten. Deze cellen zijn belangrijk voor de afweer tegen een groot aantal organismen die infecties kunnen veroorzaken. Ook verwerken deze cellen dode en beschadigde cellen. b) in de lymfatische lijn: Cellen die onrijp kunnen zijn (lymfoblasten). Cellen die rijp zijn (lymfocyten). c) de lymfocyten. Deze zijn verder onder te verdelen in twee hoofdtypen: B-cellen: cellen die zich ontwikkelen tot plasmacellen die antistoffen produceren. T-cellen: zogenaamde helpercellen die de B-cellen helpen antilichamen aan te maken om infecties te bestrijden. Zogeheten natural killer -cellen, die bepaalde kankercellen kunnen vernietigen. Oorzaken, erfelijkheid en frequentie Oorzaken De oorzaken van het ontstaan van ALL zijn nog grotendeels onbekend. Wel zijn er enkele risicofactoren die er mogelijk mee in verband kunnen worden gebracht. Risicofactoren zijn: blootstelling aan straling; blootstelling over een langere periode aan chemicaliën, zoals benzeen; eerdere behandelingen met chemotherapie of radiotherapie tegen andere kankertypes; andere bloedziekten. Erfelijkheid De schade aan de stamcel is geen erfelijke kwestie, maar het gevolg van een in een bepaalde levensfase opgelopen beschadiging van een stamcel. De mutatie geeft u niet aan uw nakomelingen door (met uitzondering van heel zeldzame, op zichzelf staande gevallen). Nakomelingen van leukemiepatiënten lopen in het algemeen dus geen noemenswaardig extra risico. Frequentie ALL komt zowel bij volwassenen als bij kinderen voor. Leukemie is de meest voorkomende soort kanker bij kinderen. Een derde van alle kankergevallen bij kinderen onder de vijftien jaar en een kwart van alle kankergevallen van kinderen en jongvolwassenen onder de twintig jaar heeft deze vorm van kanker. Bij 25 procent van alle kankergevallen bij kinderen en jongvolwassenen gaat het om ALL. Jaarlijks constateert men in Nederland bij kinderen ongeveer 130 gevallen van leukemie. Circa 85 procent van deze kinderen heeft ALL. ALL komt bij jongens iets vaker voor dan bij meisjes. ALL komt op alle kinderleeftijden voor, maar de piek ligt voornamelijk in de kleuterleeftijd Pagina 3/16

4 (tussen de drie en vijf jaar). Ook komt het meer voor bij jongvolwassenen en vertoont het een piek bij ouderen (ouder dan zeventig jaar). ALL komt meer voor bij mannen (één op de duizend), dan bij vrouwen (één op de 1429). Ook komt ALL vaker voor bij mensen met een blanke huid dan bij mensen met een getinte huid. Symptomen van ALL Veel van de symptomen zijn niet specifiek voor ALL. Zo kunnen de signalen aanvankelijk gelijk zijn aan die bij griep of andere ziekten. De oorzaak van de symptomen bij een leukemievorm als ALL is een teveel aan abnormale witte bloedcellen en een tekort aan goede witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes. Symptomen kunnen zijn: algemene zwakte, bleekheid, kortademigheid; onverklaarbare, toenemende vermoeidheid, onverklaarbaar gewichtsverlies, verlies van eetlust; veelvuldig terugkerende kleine infecties, koorts; het gemakkelijk ontstaan van onverklaarbare blauwe plekken of bloedingen (bijvoorbeeld neusbloedingen); kleine rode stippen op het lichaam (puntbloedingen of petechieën); tandvleesbloedingen (bijvoorbeeld bij het tandenpoetsen); botpijn en gewrichtspijn; gezwollen lymfeklieren; een vol gevoel door een vergrote en uiteindelijk pijnlijke milt; hoofdpijn, braken en prikkelbaarheid (bij verspreiding van de ziekte naar de hersenen); pijn in de testikels. Bij sommige patiënten is een infectie het eerste symptoom, bij andere begint de aandoening sluipend met een toenemende zwakte, moeheid en bleekheid. Er kunnen zich in een wat later stadium bloedingen voordoen, zoals makkelijk bloedend tandvlees, bloedneuzen of paarse plekken op de huid. Leukemiecellen die in de hersenen zijn doorgedrongen kunnen hoofdpijn, braken en prikkelbaarheid veroorzaken. Door het opstapelen van leukemiecellen in het beenmerg kan bot- en gewrichtspijn ontstaan. Onderzoek en diagnose Het onderzoek bestaat uit: een lichamelijk onderzoek; een morfologisch onderzoek; een immunocytologisch onderzoek; een cytogenetisch onderzoek; een moleculairbiologisch onderzoek; Pagina 4/16

5 aanvullend onderzoek (HLA-typering, thoraxfoto, ECG, buikecho). Bij ons onderzoek gaan wij na of u acute leukemie heeft. Vervolgens onderzoeken wij om welke soort acute leukemie het gaat. De diagnose ALL is niet zo gemakkelijk te stellen, omdat er verwarring mogelijk is met acute myeloïde leukemie (AML), hairy-cell-leukemie (HCL) of lymfoma. Om de diagnose ALL te stellen, verrichten wij, na lichamelijk onderzoek door uw arts, een nader bloedonderzoek. Als de resultaten daarvan afwijkende bloedwaarden aangeven, volgt een beenmergpunctie. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer het aantal leukocyten beduidend meer is dan per kubieke millimeter (10x10*9/L). Een sterk verlaagd aantal witte bloedcellen en/of een verlaagd aantal rode bloedlichaampjes of een verlaagde waarde van de bloedplaatjes kunnen ook een afwijking geven van uw bloedwaarden. Dat is ook het geval wanneer onder de microscoop zeer onrijpe witte bloedcellen (blasten) zichtbaar zijn. Beenmergbiopsie Op basis van een beetje afgenomen beenmerg kunnen wij vaststellen of er sprake is van leukemie. Als dat zo is, kunnen wij nagaan welk type leukemie u heeft. Soms is het noodzakelijk een stukje bot uit te nemen (beenmergbiopsie). Dit beenmergpreparaat bekijken wij onder de microscoop om het type leukemie zo goed mogelijk vast te stellen. Ook doen wij vaak aanvullend immunologisch onderzoek om zeker te weten dat het om een ALL (en bijvoorbeeld niet om AML, acute myeloïde leukemie) gaat. Tot slot verrichten wij chromosomenonderzoek, omdat dat inzicht geeft in de graad van ernst van de ziekte. FISH-onderzoek In een enkel geval doen wij ook een zogeheten FISH-onderzoek (fluorescentie in situ hybridisatie). Van de mensen met ALL heeft 75 tot 90 procent anemie (bloedarmoede) en trombocytopenie (te weinig bloedplaatjes). Soms hebben mensen met ALL last van een gezwollen milt of opgezette lymfeklieren. Blauwe plekken, moeilijk te stoppen bloedingen en tandvleesbloedingen kunnen ook voorkomen. Soms is er sprake van een opeenhoping van leukemiecellen op een bepaalde plaats in het weefsel of een orgaan, bijvoorbeeld de huid, de testikels of organen zoals het hart of de longen. Dit heet ook wel een extramedullaire verspreiding. Neurologisch onderzoek van liquor In bepaalde gevallen is de ziekte via het centraal zenuwstelsel in de hersenen doorgedrongen. Wij voeren, in verband met mogelijke verspreiding van de leukemie naar het centrale zenuwstelsel, al in een vroeg stadium neurologisch onderzoek van liquor (hersenvocht) uit. Dat doen wij door een ruggenmergprik (lumbaalpunctie) te geven. Zowel volwassenen als kinderen lopen het risico dat de leukemie zich via het centrale zenuwstelsel naar de hersenen verspreidt. Pagina 5/16

6 Risico-indeling Het risico is ingedeeld in een viertal typen: a) laag risico; b) standaardrisico: een WBC (telling van witte bloedcellen) van meer dan 50x10*9/L ( cellen per kubieke millimeter) - kinderen tussen de een en negen jaar; c) hoog risico: een WBC hoger dan 50x10*9/L - kinderen jonger dan een jaar en kinderen ouder dan tien jaar; d) zeer hoog risico: een WBC van meer dan (50x10*9/L) - de groep kinderen jonger dan een jaar en kinderen ouder dan tien jaar, waarbij het vaak kinderen zijn met een teruggekeerde ziekte bij wie de therapie niet aanslaat. Verder verschaffen bepaalde chromosomale afwijkingen belangrijke aanvullende informatie over het risicoprofiel van de leukemie. Stadiumindeling Bij ALL is er geen stadiumindeling. Onze keuze van behandeling hangt af van het feit of er al een behandeling heeft plaatsgevonden, van de leeftijd en de lichamelijke gesteldheid van onze patiënt en van het chromosomaaltype van de ALL. Wanneer u vroeger bent behandeld met chemotherapie en/of radiotherapie en de leukemie is ontstaan uit een andere bloedziekte (bijvoorbeeld myelodysplasie of MDS) spreken we van een secundaire in plaats van een primaire (novo)leukemie. Onbehandeld Hierbij is sprake van de novoleukemie : een leukemie die nog niet is behandeld met chemotherapie, maar vaak alleen is behandeld voor pijnklachten, bloedingen en koorts. Bij onderzoek stellen wij in dit geval bijvoorbeeld een abnormale witte bloedcellentelling (WBC) en - differentiatie vast of een abnormale hematocriet-, hemoglobine- of bloedplaatjestelling. Dat geldt ook in het geval van een abnormaal beenmerg met meer dan 5 procent lymfoblasten en bij duidelijke symptomen van de ziekte. In remissie U bent behandeld, waarbij wij in eerste instantie hebben geprobeerd een zogeheten initiële complete remissie (CR) te bereiken. Bij een CR nemen wij geen symptomen van ALL meer waar. Van een complete remissie (geen ziekteactiviteit) is sprake als: wij minder dan 5 procent aan lymfoblasten in het beenmerg vaststellen; wij meer dan 1500/uL (1,5x10*9/l) granulocyten tellen; wij meer dan /uL (100x10*9/l) trombocyten kunnen aantonen. Pagina 6/16

7 Wij constateren dan weer normale bloedwaarden, het beenmerg is weer normaal en er zijn geen symptomen van actieve ziekte waarneembaar. Ook zijn er geen tekenen van leukemie elders in het lichaam en ook geen tekenen van betrokkenheid van het centraal zenuwstelsel. Refractair/recurrent Refractair betekent dat de leukemie ongevoelig is voor de behandeling en deze niet aanslaat. Remissie wordt helemaal niet bereikt. Het kan ook zijn dat ALL, na een aanvankelijke complete remissie, weer terugkomt (recurrent) en niet meer reageert op verdere behandeling. In het algemeen is dan de enige mogelijkheid een nieuwe poging om een complete remissie (reïnductie) te bereiken, gevolgd door een stamceltransplantatie. Classificaties De FAB-classificatie Naar de omvang en vorm van de cel onderscheiden we bij ALL drie classificaties: L1: kleine homogene blasten(meer rijpere blasten). Dit type komt het meest voor bij kinderen en bij volwassenen, circa 30 procent van de patiënten. L2: grote heterogene blasten(meer onrijpe blasten). Dit is bij volwassen patiënten de meest voorkomende vorm van ALL (60 tot 65 procent). L3: grote gevacuoliseerde basofiele blasten(zeer onrijpe blasten). Dit type komt bij circa 5 procent van de volwassen patiënten voor. We noemen dit type ook wel Burkitt ALL. Het ontstaan hiervan wordt geassocieerd met het Epstein-Barr-virus, dat een heftiger verloop heeft en om een intensievere therapie vraagt. De immunofenotypering De immunofenotypering merken we immunologisch aan als: 1. Voorloper B-cel ALL. Bij acht van de tien volwassen patiënten gaat het om dit type. Dit type verdelen we onder (van onrijp naar rijp) volgens diverse ontwikkelingsfasen van de jonge B- lymfocyt: a. pro-b-cel ALL; b. common-b-cel ALL (ongeveer 50 procent van de patiënten met type voorloper B-cel ALL heeft dit subtype; c. pre-b-cel ALL. 2. Rijpe B-cel ALL. Ongeveer 5 procent van de mensen met ALL heeft deze vorm. 3. T-cel ALL. Ongeveer 20 procent van de patiënten, meestal jongvolwassenen en meer mannen dan vrouwen, heeft deze vorm. Ook bij T-cel ALL is er een onderverdeling op basis van de celontwikkeling van onrijp naar rijp: pro-t-cel; onrijpe thymocytaire B-cel, Pagina 7/16

8 common-thymocytaire B-cel (mengsel van rijpe en onrijpe cellen); rijpe thymocytaire T-cel. Daarnaast is er ook de aanduiding AUL, een Engelse afkorting die staat voor acute ongedifferentieerde leukemie. Hierbij treffen we cellen aan met alleen de blasten/stamcelmerker CD-34 (dus zonder T-, B- of myeloïdemarker). Indeling op basis van de chromosomale afwijkingen Een indeling op basis van de chromosomale afwijkingen in de cellen, zoals: translocatie (t), een wisseling tussen twee chromosomen; inversie (inv), het afbreken, omdraaien en weer bevestigen van een deel van het chromosoom); deletie (-), er ontbreekt een deel van het chromosoom; additie (+), er is/zijn extra deel/delen aan het chromosoom toegevoegd. Een derde van de volwassen (meestal oudere) ALL- patiënten heeft een chromosomaletranslocatie (t), die bekend staat als het Philadelphia-chromosoom t(9;22) met het zogeheten BCR/ABLfusiegen. Bij kinderen komt dit chromosoom hoogstzelden voor. De prognose van deze patiënten is slechter dan bij anderen en er is een intensievere behandeling nodig. Meer informatie hierover kunt u lezen in onze patiënteninformatie Wat is Chronische Myeloïde Leukemie?. Bij sommige acute leukemieën lijkt het erop dat er sprake is van een combinatie van AML en ALL. De abnormale cellen hebben dan markers van beide typen leukemie. Dit heet ook wel bifenotype leukemie. Uw behandeling Twee soorten behandeling Er zijn twee soorten behandelingen mogelijk: de standaardbehandeling (de behandeling die op het moment gangbaar is) en de zogeheten klinische trials (studies om bestaande behandelingen te verbeteren of informatie over nieuwe middelen en/of behandelingen te verkrijgen). De basisprincipes bij de behandeling van ALL en AML zijn grotendeels gelijk, alleen het soort geneesmiddelen verschilt. De behandeling is erop gericht met intensieve chemotherapie (inductietherapie) een complete remissie (CR) te verkrijgen door vernietiging van de leukemiecellen. Zo krijgen de normale cellen in het beenmerg weer de gelegenheid om te groeien. Mensen met ALL worden, voordat herstel intreedt, eerst vaak zieker. Dat komt doordat door de behandeling (gericht op uitroeiing van de leukemie) de activiteit van het beenmerg tijdelijk nog verder wordt onderdrukt. Het gevolg daarvan is dat het aantal witte bloedcellen (met name de granulocyten) verder afneemt en het risico op infecties toeneemt. Het kan daarom nodig zijn dat u antibiotica van ons krijgt. Soms is het ook nodig dat wij transfusies met rode bloedcellen en Pagina 8/16

9 bloedplaatjes toedienen. Heeft u een ernstige neutropenie (vermindering van het aantal neutrofiele granulocyten)? Dan geven wij vanwege het risico op infecties vaak preventief antibiotica. Wanneer uw remissie is bereikt, dan geven wij aanvullende chemotherapie (consolidatiekuren/onderhoudskuren) gedurende enige weken tot enige maanden. Zo kunnen wij de (onzichtbare) resterende leukemiecellen vernietigen. Vaak doen wij in dit stadium van de vervolgbehandeling een stamceltransplantatie om zo de resterende leukemiecellen uit te schakelen. De behandeling bij ALL is afhankelijk van het subtype, aantal en type chromosomenafwijking(en), het aantal leukemiecellen in uw bloed en uw leeftijd en algehele conditie. Mensen met ALL kunnen, afhankelijk van de individuele omstandigheden, dus een verschillende behandeling krijgen. Behandeling van kinderen en ouderen verschilt Kinderen reageren beter op chemotherapie dan volwassenen. De behandeling voor ALL bij kinderen is daarom anders dan bij volwassenen. Wij behandelen kinderen meestal volgens het landelijk protocol van de SKION of volgens een internationaal protocol. Wij passen de behandeling aan op basis van het vastgestelde risico. Kinderen met een niet-hoog risico krijgen een inductietherapie met cytostatica, waarbij het beenmerg wordt schoongemaakt. Bovendien krijgen ze een behandeling van het centraal zenuwstelsel (CZS-profylaxe) om te voorkomen dat de leukemie zich naar de hersenen uitbreidt. Anderhalf jaar daarna geven wij een onderhoudsbehandeling met cytostatica om terugkeer van ALL te voorkomen. Kinderen met een hoog risico krijgen voorafgaand aan de onderhoudsbehandeling nog een intensiveringbehandeling. In bepaalde gevallen geven wij kinderen met een hoog risico een allogene stamceltransplantatie. Standaardbehandeling De standaardbehandeling bestaat uit een combinatie van: chemotherapie; immunotherapie; intrathecale therapie (in geval van een (mogelijke) verspreiding van de leukemiecellen via het centrale zenuwstelsel); radiotherapie (in geval van aantasting van het centrale zenuwstelsel, de hersenen en de testikels en tegen pijnklachten); stamceltransplantatie; aanvullende/ondersteunde therapie. Pagina 9/16

10 Chemotherapie De remissie-inductietherapie Doel van de inductietherapie (chemotherapie) is in eerste instantie van een volledige remissie (de initiële remissie) te bereiken. Dat doen wij door de leukemiecellen in uw bloed en in uw beenmerg te vernietigen. Deze remissie kunnen wij bereiken door het toepassen van een combinatie dat bestaat uit diverse cytostatica met als basis: dagelijks prednison (oraal) en wekelijks een injectie met vincristine met vananthracycline, met of zonder asparaginase; eventueel al vroeg in uw behandeling cytarabineetoposidecyclophosphamide, soms met een gemiddelde of hoge dosis cytostatica, die wij intraveneus toedienen met methotrexate en folinezuur (leucovorin) als toevoeging. U moet, afhankelijk van de snelheid waarmee het beenmerg zich herstelt, enkele dagen tot weken in ons ziekenhuis blijven. Het kan nodig zijn dat wij u een bloedtransfusie geven en bloedplaatjes of antibiotica toedienen. Therapie na de remissie Nadat wij de initiële remissie hebben bereikt, geven wij een aanvullende behandeling chemotherapie om ook de eventueel overgebleven onzichtbare leukemiecellen te vernietigen. Per patiënt kan deze aanvullende behandeling verschillend zijn. De behandeling is afhankelijk van onder andere uw leeftijd, het aantal leukemiecellen in uw bloed en de chromosomale afwijkingen die zijn vastgesteld. De therapie na de remissie is onder te verdelen in de consolidatie- en intensificatietherapie en de onderhoudstherapie: de consolidatie- en intensificatietherapie; Wij geven relatief hoge doses cytostatica om de achtergebleven leukemiecellen te vernietigen. Hierbij kunnen wij ook middelen inzetten, zoals 6-mercatopurine, methotrexate, vincristine, prednison, cytarabine, daunorubicin, mitoxantrone, etoposide, isofamide of cyclophosphamide. Inclusief de inductieperiode is de duur van al deze behandelingen ongeveer vijftien maanden. de onderhoudstherapie Hierbij geven wij lagere doses chemotherapie over een langere periode van soms zelfs twee jaar. Meestal gebruiken wij hierbij methotrexate, 6-mercatopurine, vincristine en prednison. De totale duur van de behandeling kan tussen de anderhalf en drie jaar liggen. Recidief (terugkeer van de leukemie) Ondanks al deze behandelingen kunnen er opnieuw leukemiecellen verschijnen in het beenmerg, het bloed, de hersenen, de zaadballen of de organen. Er is dan sprake van een terugval (relaps/recidive). Dit komt bij 50 procent van de mensen met een complete remissie (CR) voor. Het Pagina 10/16

11 is dan nodig om opnieuw te starten met chemotherapie. Meestal reageert de patiënt daar goed op en volgt er weer een CR. Het kan zijn dat de ziekte terug blijft komen. Deze patiënten overlijden naar verwachting binnen een jaar. Eigenlijk kan slechts deelname aan een trial of een stamceltransplantatie dan kans op genezing geven. Slechts 40 tot 50 procent van de patiënten die een complete remissie verkregen, geneest uiteindelijk na een totale behandeling. Intrathecale chemotherapie/extramedullaire verspreiding Wanneer de leukemiecellen via het centrale zenuwstelsel zijn doorgedrongen in de hersenen, passen wij intrathecale chemotherapie toe. Wij brengen dan via het ruggemergkanaal cytostatica in de hersenvloeistof in. Eventueel kan de therapie ook via een zogeheten ommayareservoir plaatsvinden. Als de leukemiecelen zich verspreiden buiten het beenmerg en het bloed, is er sprake van een extramedullaire verspreiding. De kankercellen zijn dan doorgedrongen in onder andere de testikels, huid en/of de longen, het hart en de nieren. Bij het verschijnen van leukemiecellen in de zaadballen passen wij chemotherapie in combinatie met radiotherapie toe. Bij overigens slechts een zeer gering gedeelte van de mensen met ALL ontstaat deze complicaties. Radiotherapie Het doel van radiotherapie is om door middel van bestraling de leukemie uit te roeien. Wij passen radiotherapie toe op plaatsen waar een ophoping van leukemiecellen zorgt voor ernstige klachten. Ook passen wij radiotherapie toe als chemotherapie onvoldoende doordringt(bijvoorbeeld in de hersenen of de zaadbal). Door de bestraling wordt de celkern met al het daarin opgesloten genetisch materiaal beschadigd (bijvoorbeeld in het geval van een ophoping van leukemie in het zenuwstelsel). Voorafgaand aan een stamceltransplantatie passen wij soms een totale lichaamsbestraling in combinatie met chemotherapie toe om het beenmerg met overgebleven leukemie te vernietigen. Meer informatie over radiotherapie kunt u ook vinden op de website (in het artikel over stamceltransplantatie). Stamceltransplantatie U komt in aanmerking voor stamceltransplantatie als dat past bij uw specifieke situatie en nadat u een volledige remissie (CR) heeft bereikt. Tijdens een stamceltransplantatie vervangen wij het aangetaste beenmerg door een gezond transplantaat. Het aangetaste beenmerg vernietigen wij hoge doses cytostatica, eventueel in combinatie met radiotherapie. Zo proberen wij uw prognose te verbeteren door eventueel in uw lichaam overgebleven leukemiecellen definitief uit te roeien. Vroeger haalde men de voor een transplantatie benodigde stamcellen uit het beenmerg. Er was dus sprake van een beenmergtransplantatie. Tegenwoordig kunnen wij stamcellen, onder toediening van zogeheten groeifactoren (hormonen), ook uit uw bloed winnen. Door toediening van groeifactoren worden de stamcellen vanuit het beenmerg tijdelijk naar het bloed gedreven, zodat de Pagina 11/16

12 stamcellen in het perifere bloed terechtkomen. Daar kunnen zij, door een techniek leukaferese genaamd, worden geoogst. Met een machine kunnen wij zo stamcellen uit uw bloed halen om deze later als transplantaat aan uw bloed terug te geven. Het voordeel van deze methode is dat er geen narcose nodig is. Een passende donor Wij kunnen stamcellen toedienen door deze te oogsten bij een passende donor, allogene perifere bloedstamcel transplantatie genaamd. De witte bloedgroepen, HLA-groep (human leucocyte antigen) genoemd, van de donor moeten zo gelijk mogelijk zijn aan die van u. Vroeger was zo n donor vrijwel altijd een broer of zus met eenzelfde HLA-type. Tegenwoordig hebben donorbanken zulke grote bestanden beschikbare donoren, dat wij veel vaker gebruik kunnen maken van een passende niet-verwante donor. Als de stamcellen van de patiënt zelf afkomstig zijn, spreken we van autologe perifere bloedstamceltransplantatie. De gewonnen stamcellen vriezen wij in en geven deze, nadat u bent behandeld met chemotherapie en eventueel met radiotherapie, aan u terug. In het spraakgebruik korten we deze termen vaak af tot allogene en autologe stamceltransplantatie. Op dit moment behandelen wij een groot deel van onze ALL-patiënten met een stamceltransplantatie. De leeftijdsgrens van een allogene transplantatie lag vroeger bij 55 jaar gezien de belasting en risico s voor de patiënt, zoals de graft-versus-host-ziekte (GVHD). Tegenwoordig passen wij allogene stamceltransplantatie onder omstandigheden ook toe bij mensen tot 65 jaar. De graft-versus-host-ziekte De graft-versus-host ziekte is een bekende bijwerking van een donortransplantatie. Dit is een omgekeerde afstotingsreactie: een immuunreactie vanuit het lichaamsvreemde transplantaat, dat zich tegen uw lichaam keert. De donorcellen zijn lichaamsvreemd, omdat deze immers van een ander lichaam afkomstig zijn. Deze reactie kan u ziek maken en een huiduitslag, maag- en darmklachten of een leverontsteking veroorzaken. Een ander nadeel van een donortransplantatie is dat het relatief lang duurt voordat uw afweersysteem weer is opgebouwd vanuit het donorbeenmerg. Daardoor kunt u na zo n transplantatie geruime tijd extra vatbaar zijn voor infecties. Tegenover deze nadelen staan ook voordelen. Een voordeel van een donortransplantatie is dat het transplantaat afkomstig is van een gezonde donor en dus met zekerheid geen leukemie bevat. Bovendien kan zo n donortransplantaat vanwege die omgekeerde immuunreactie ook de laatste restjes leukemie aanvallen. Omdat er medicijnen nodig zijn om de transplantatiereactie tegen te gaan, is er meer infectiegevaar en herstelt uw afweersysteem zich langzaam. Omdat deze problemen niet voorkomen bij autologe Pagina 12/16

13 stamceltransplantatie, ligt de leeftijdsgrens voor deze laatste vorm van transplantatie hoger (tot ongeveer 65 jaar). Meer informatie over beenmerg- en stamceltransplantatie kunt u vinden op de website en in de folder Stamceltransplantatie van KWF Kankerbestrijding, verkrijgbaar op de website Bijwerkingen Tijdens de therapie De intensieve therapieën vergen vaak zowel lichamelijk als geestelijk veel van u en kunnen gepaard gaan met diverse, soms ernstige, bijwerkingen (bijvoorbeeld haarverlies, misselijkheid, diarree of infecties). Deze bijwerkingen kunnen wij ten dele goed ondervangen met ondersteunende therapie (zoals medicijnen tegen misselijkheid of antibiotica tegen infecties). Na de therapie Problemen die later kunnen ontstaan zijn onder andere: o groeistoornissen (bij kinderen) o onvruchtbaarheid o hartritmestoornissen o neuropsychologische veranderingen Prognose Algemeen De genezingskans van leukemiepatiënten varieert zeer sterk. Ze zijn onder meer afhankelijk van het subtype ALL, het stadium van de ziekte, uw leeftijd op het moment van diagnose en uw algemene gezondheidstoestand. Prognostische factoren Wij onderscheiden de volgende prognostische factoren (factoren die uw vooruitzicht op genezing bepalen): uw leeftijd: in het algemeen: hoe jonger, hoe beter; uw algemene gezondheidstoestand; de WBC-telling (telling van de witte bloedcellen tijdens uw diagnose): hoe hoger, hoe ongunstiger de prognose; de snelheid en het niveau van de WBC-daling na onze initiële kuur; het gegeven of de leukemie is begonnen vanuit een B-cel of vanuit een T-cel; een mogelijke verspreiding naar de hersenen of andere plaatsen op uw lichaam; de chromosoomafwijkingen van de leukemiecellen. Pagina 13/16

14 Remissiekans Kinderen De initiële remissie bij kinderen ligt op 95 procent. Een leeftijd van drie tot zeven jaar is een gunstige prognotische factor, net als een WBC- telling van meer dan leukemiecellen per kubieke millimeter (<25x10*9/L). Kinderen met pro-b- of vroege pre-b-cel ALL (Fab. L-1 morfologie) reageren beter op onze therapie, dan kinderen met T-cel of rijpe B-cel ALL (Burkitt). Kinderen die meer dan vijftig chromosomen in hun leukemiecellen hebben (hyperdiploïde), zoals een extra chromosoom 4,10,17 of 18, hebben betere genezingskansen. Dit komt doordat deze cellen gevoeliger zijn voor de chemotherapie dan andere cellen. Ook kinderen met een translocatie van de chromosomen 12 en 21 (een deel van het chromosoom is afgebroken en heeft zich aan een ander chromosoom gehecht) hebben relatief gunstige vooruitzichten. Deze kinderen hebben een standaardrisico en een goede prognose. Daarentegen hebben kinderen met minder chromosomen dan normaal, minder dan 46 (hypodiploïde), en kinderen met translocatie van de chromosomen 9 en 22 of 1 en 19 of 4 en 11 of alle 23 translocaties een minder grote kans op genezing. Zij hebben een hoog risico en minder goede prognose. Bij een leukemiecel waarvan het karyotype (chromosomenpatroon) normaal is maar in morfologie abnormaal (pseudo-diploïde), geldt ook een minder goede prognose. Ook kinderen met een WBC groter dan leukemiecellen per kubieke millimeter (>100x10*9/L) tijdens de diagnosis hebben minder kans op genezing. Kinderen die binnen een termijn van zeven tot veertien dagen niet reageren op de therapie hebben ook een minder grote kans op genezing. Volwassenen De meeste patiënten reageren in eerste instantie goed op onze behandeling en bereiken een complete remissie. Naarmate de leeftijd toeneemt, stellen wij het zogeheten Philadelphiachromosoom (Ph), t(9;22), vaker vast. Dit doen wij bij ongeveer 20 procent van alle volwassenen met ALL. Wij kunnen hen in het algemeen niet helpen met alleen chemotherapie. Ook geven chromosomale afwijkingen met een herschikking van het MLL-gen, zoals t(4:11), een slechtere prognose. Tot slot geeft een toename van de betrokkenheid van het centrale zenuwstelsel een slechtere prognose op herstel en een lagere overlevingsduur. Na afloop van de inductietherapie verkrijgt ongeveer 80 procent van de volwassen ALL patiënten jonger dan zestig jaar een complete remissie (CR). Bij ouderen ligt de kans op een remissie tussen 50 en 65 procent. Bij ongeveer 50 tot 60 procent van de mensen met ALL keert de ziekte na verloop van tijd (één tot twee jaar) toch weer terug. Pagina 14/16

15 Vooruitzichten op langere termijn Als er na een periode van vijf jaar na een transplantatie geen tekenen van actieve ziekte meer zijn, komt de ziekte gewoonlijk niet meer terug. De vooruitzichten zijn dus mede afhankelijk van het chromosomenpatroon. De vijfjarige overlevingsratio (percentage patiënten dat vijf jaar na de diagnose nog in leven is) van kinderen is ongeveer 80 tot 85 procent. Meisjes hebben een enigszins betere kans op genezing dan jongens. Tussen de 35 en 40 procent van de kinderen met ALL met een CR heeft drie jaar na de behandeling geen ziektesymptomen. De ziektevrije overlevingsduur van vijf jaar ligt bij volwassenen op circa 30 procent. Dit percentage ligt bij jongere patiënten na een stamceltransplantatie op 40 tot 50 procent. Ontwikkelingen Klinisch onderzoek (trials)/laboratoriumonderzoek Er zijn onderzoeken naar: de opheffing van ongevoeligheid van de leukemie voor chemotherapie; meer gerichte therapieën die effectief zijn en de gezonde cellen sparen; de verbetering van het afweersysteem tegen leukemie (immunotherapie), onder andere met genetisch gemanipuleerde cellen (gentherapie); verbeteringen op het gebied van stamceltransplantatie. Voorbeelden hiervan zijn: Combinatietherapieën met cytostatica Elk middel heeft voor en nadelen. Men zoekt naar de meest optimale combinatie met de minste bijwerkingen. Voorbeelden zijn het middel clofarabine, een combinatie van fludarubine en cladribine. Dit gebruikt men vaak bij jonge patiënten met een progressieve ALL waarbij de standaardmedicijnen niet werken. Een andere combinatie is trimetrexate met leucovorin dat men inzet bij een terugkerende ALL. Nieuwe cytostatica Het middel gemcitabon is beproefd. De resultaten hiervan wijzen op een respons van circa 45 procent. Vaccins Men ontwikkelt vaccins, zoals een vaccin dat een deel van het Philadelphia-chromosoom bevat en dat gebruikmaakt van een deel (het fusiepunt genoemd) van het fusiegen BCR/ABL als doelwit in de bestrijding van de leukemiecel. De bedoeling hiervan is de patiënt immuun te maken voor de eigen leukemiecellen, het aantal ervan te verminderen respectievelijk totaal te vernietigen of te voorkomen dat er een terugval ontstaat door de patiënt immuun te maken voor de proteïne die de ziekte veroorzaakt. Pagina 15/16

16 T-cellen Dit zijn cellen die behandeld zijn om de eigen leukemiecellen te kunnen herkennen en te bestrijden. Dit gebeurt door de T-cellen van de patiënt te bewerken met cellen die een specifiek tumorantigen vertoont dat voorkomt aan de oppervlakte van deze kankercellen. Moleculaire therapie Toepassingen die de vaak ernstige bijwerkingen beperken door alleen die genen aan te pakken die niet bij de leukemie zijn betrokken. Individualisering in de behandeling Onderzoek met de zogeheten micro-arraytechniek geeft de mogelijkheid om voor elke patiënt een genexpressiemodel te maken. Samen met een aantal andere factoren, zoals leeftijd en reactie op de therapie, wordt het hopelijk mogelijk een effect van de behandeling beter te voorspelen en daarop nog beter een keuze voor de behandeling te maken. Patiëntenorganisaties Behalve de Stichting Contactgroep Leukemie voor volwassenen met ALL is er een patiëntenvereniging voor kinderen met kanker: de Vereniging Ouders Kinderen en Kanker (VOKK), Jongvolwassenen met kanker kunnen zich wenden tot de stichting Jongeren en Kanker. Meer informatie over deze stichting kunt u vinden op de website Versie: augustus 2015 Pagina 16/16

Hairy cell leukemie (HCL)

Hairy cell leukemie (HCL) Interne geneeskunde Patiënteninformatie Hairy cell leukemie (HCL) U ontvangt deze informatie, omdat bij u hairy cell leukemie (HCL) is geconstateerd. Hairy cell leukemie (HCL) is een zeldzame aandoening,

Nadere informatie

Acute myeloide leukemie

Acute myeloide leukemie Interne geneeskunde Patiënteninformatie Acute myeloide leukemie U ontvangt deze informatie, omdat bij u mogelijk acute myeloïde leukemie is geconstateerd. Wij informeren u hierbij wat deze ziekte precies

Nadere informatie

Praktische opdracht ANW Leukemie

Praktische opdracht ANW Leukemie Praktische opdracht ANW Leukemie Praktische-opdracht door een scholier 2767 woorden 23 juni 2002 7,9 82 keer beoordeeld Vak ANW Organen/cellen die een belangrijke rol spelen In het beenmerg worden de bloedcellen

Nadere informatie

ACUTE MYELOÏDE LEUKEMIE

ACUTE MYELOÏDE LEUKEMIE ACUTE MYELOÏDE LEUKEMIE Wat is acute myeloïde leukemie ( AML)? Omschrijving Acute myeloïde leukemie (AML) is een zich snel ontwikkelende, levensbedreigende ziekte van het bloed waarbij kwaadaardige witte

Nadere informatie

Werkstuk Biologie Leukemie

Werkstuk Biologie Leukemie Werkstuk Biologie Leukemie Werkstuk door een scholier 2418 woorden 26 november 2003 7,2 164 keer beoordeeld Vak Biologie leukemie Motivatie Ik heb dit onderwerp gekozen omdat deze ziekte vooral bij kinderen

Nadere informatie

Hairy cell leukemie. Mariëlle Wondergem hematoloog VUmc

Hairy cell leukemie. Mariëlle Wondergem hematoloog VUmc Hairy cell leukemie Mariëlle Wondergem hematoloog VUmc Wie krijgen leukemie? Elk jaar krijgen in Nederland rond de 1500 mensen leukemie Ongeveer 750 acute leukemie Bij de anderen gaat het om chronische

Nadere informatie

MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM. Wat is Myelodysplastisch Syndroom (MDS)?

MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM. Wat is Myelodysplastisch Syndroom (MDS)? MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM Wat is Myelodysplastisch Syndroom (MDS)? De benaming Myelodysplastisch Syndroom (MDS), ook wel myelodysplasie genoemd, staat voor een groep van beenmergstoornissen waarbij de

Nadere informatie

Bloedwaarden. Wat zeggen ze en wat kunnen we er mee? Landelijke contactdag Stichting Hematon 11 oktober 2014. door Joost Lips

Bloedwaarden. Wat zeggen ze en wat kunnen we er mee? Landelijke contactdag Stichting Hematon 11 oktober 2014. door Joost Lips Bloedwaarden Wat zeggen ze en wat kunnen we er mee? Landelijke contactdag Stichting Hematon 11 oktober 2014 door Joost Lips Aanvraag bloedonderzoek Bloedafname Bewerking afgenomen bloed (1) Kleuren van

Nadere informatie

De behandeling van leukemie

De behandeling van leukemie Interne geneeskunde Patiënteninformatie De behandeling van leukemie Inleiding U ontvangt deze informatie, omdat bij u leukemie is geconstateerd. Leukemie is een woekering die we ook wel bloedkanker noemen.

Nadere informatie

ACUTE MYELOÏDE LEUKEMIE. Patiëntenboekje. Acute myeloïde. leukemie (AML) is een. vorm van kanker die in. het beenmerg ontstaat.

ACUTE MYELOÏDE LEUKEMIE. Patiëntenboekje. Acute myeloïde. leukemie (AML) is een. vorm van kanker die in. het beenmerg ontstaat. Acute myeloïde leukemie (AML) is een vorm van kanker die in het beenmerg ontstaat. AML is een levensbedreigende ziekte Patiëntenboekje ACUTE MYELOÏDE LEUKEMIE Acute myeloïde leukemie (AML) is een vorm

Nadere informatie

6,5 ER ZIJN DRIE SOORTEN BLOEDCELLEN: WAT ZIJN NU DE TAKEN VAN DE DIVERSE BLOEDCELLEN? Spreekbeurt door een scholier 1815 woorden 11 maart 2005

6,5 ER ZIJN DRIE SOORTEN BLOEDCELLEN: WAT ZIJN NU DE TAKEN VAN DE DIVERSE BLOEDCELLEN? Spreekbeurt door een scholier 1815 woorden 11 maart 2005 Spreekbeurt door een scholier 1815 woorden 11 maart 2005 6,5 240 keer beoordeeld Vak Nederlands Kanker Om te begrijpen hoe leukemie iemand ziek maakt, moet je eerst iets over je eigen lichaam weten; hoe

Nadere informatie

Myelodysplastisch syndroom

Myelodysplastisch syndroom Inwendige geneeskunde Myelodysplastisch syndroom www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl INW022 / Myelodysplastisch syndroom / 20-07-2013 2 Myelodysplastisch

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nieuwe vooruitzichten in de karakterisering en behandeling van acute myeloïde leukemie Nederlandse samenvatting 134 Acute myeloïde leukemie (AML) is een vorm van bloedkanker, een kwaadaardige aandoening

Nadere informatie

Als u te horen krijgt dat u leukemie hebt, is de schrik natuurlijk groot. Vaak komen er dan veel vragen op over

Als u te horen krijgt dat u leukemie hebt, is de schrik natuurlijk groot. Vaak komen er dan veel vragen op over Wat is leukemie? Leukemie is de verzamelnaam voor verschillende soorten beenmergkanker. Alle vormen worden gekenmerkt door een ontregelde groei van verschillende soorten witte bloedcellen. In het beenmerg,

Nadere informatie

Hairy cell leukemie. Dr. R.E Brouwer Hemato-oncoloog RDGG, Delft

Hairy cell leukemie. Dr. R.E Brouwer Hemato-oncoloog RDGG, Delft Dr. R.E Brouwer Hemato-oncoloog RDGG, Delft HCL Wat is HCL Oorzaken Klachten Onderzoeken Behandeling Vooruitzichten Nieuwe ontwikkelingen 2 Wat is Hairy cell leukemie Hairy cell Leukemie (HCL) is een vorm

Nadere informatie

Werkstuk ANW Leukemie

Werkstuk ANW Leukemie Werkstuk ANW Leukemie Werkstuk door een scholier 1992 woorden 25 september 2003 5,8 53 keer beoordeeld Vak ANW Inleiding: Ik heb van Mnr. Veenema de opdracht gekregen een verslag te maken over een bepaalde

Nadere informatie

Beenmergtransplantatie/PSCT algemeen

Beenmergtransplantatie/PSCT algemeen Daniel den Hoed Oncologisch Centrum Het doel van deze brochure is algemene informatie te geven over beenmerg- en perifere stamceltransplantaties. Er is misschien met u gesproken over transplantatie als

Nadere informatie

Infoblad. Non-hodgkin-lymfomen Behandeling

Infoblad. Non-hodgkin-lymfomen Behandeling Infoblad Non-hodgkin-lymfomen Behandeling De meest toegepaste behandelingen bij non- Hodgkin-lymfomen zijn: Bestraling (radiotherapie) Chemotherapie (behandeling met celdodende of celdelingremmende medicijnen)

Nadere informatie

INFOBLAD MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM (MDS)

INFOBLAD MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM (MDS) INFOBLAD MYELODYSPLASTISCH SYNDROOM (MDS) Stichting Contactgroep Leukemie, najaar 2008 De Stichting Contactgroep Leukemie brengt (ex) leukemiepatiënten en hun naasten met lotgenoten in contact, informeert

Nadere informatie

Maligne hematologie. Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014

Maligne hematologie. Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014 Maligne hematologie Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014 Indeling Leukemie acuut AML (acute myeloïde leukemie) ALL (acute lymfoïde leukemie) chronisch CML (chronische myeloïde

Nadere informatie

ACUTE LYMFATISCHE LEUKEMIE (ALL) Patiëntenboekje. Acute lymfatische. leukemie, ook wel acute. lymfoblastaire leukemie. of ALL genoemd, is een

ACUTE LYMFATISCHE LEUKEMIE (ALL) Patiëntenboekje. Acute lymfatische. leukemie, ook wel acute. lymfoblastaire leukemie. of ALL genoemd, is een Acute lymfatische leukemie, ook wel acute lymfoblastaire leukemie of ALL genoemd, is een vorm van bloedkanker. Het is een levensbedreigende ziekte van het beenmerg waarbij kwaadaardige cellen ongecontroleerd

Nadere informatie

Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie

Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie Thema: Leukemie Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie Prof.dr. Hanneke C. Kluin-Nelemans Afdeling Hematologie Samenstelling van onstolbaar gemaakt bloed Bloedcellen

Nadere informatie

Hoofdstuk1 : Wat is myelodysplastisch syndroom? Hoofdstuk2 : Incidentie van MDS? Hoofdstuk3: Oorzaken van MDS?

Hoofdstuk1 : Wat is myelodysplastisch syndroom? Hoofdstuk2 : Incidentie van MDS? Hoofdstuk3: Oorzaken van MDS? inhoud Hoofdstuk1 : Wat is myelodysplastisch syndroom? Hoofdstuk2 : Incidentie van MDS? Hoofdstuk3: Oorzaken van MDS? Hoofdstuk 4 : Wat zijn de symptomen van MDS? - anemie - trombopenie - neutropenie Hoofdstuk

Nadere informatie

MYELODYS- PLASTISCH SYNDROOM (MDS) Patiëntenboekje. Myelodysplastische. syndromen (MDS) is een. verzamelnaam voor een. aantal kwaadaardige

MYELODYS- PLASTISCH SYNDROOM (MDS) Patiëntenboekje. Myelodysplastische. syndromen (MDS) is een. verzamelnaam voor een. aantal kwaadaardige Myelodysplastische syndromen (MDS) is een verzamelnaam voor een aantal kwaadaardige beenmergaandoeningen. Kenmerken zijn de afwijkende vormen van de bloedcellen en het onvermogen om gezonde bloedcellen

Nadere informatie

HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie

HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie HOVON 93 (Leukemie, AML) / acute myeloïde leukemie Onderzoek naar een nieuwe behandeling voor patiënten met acute leukemie (acute myeloïde leukemie (AML) of myelodysplasie (MDS) type RAEB of RAEB-t) die

Nadere informatie

Samenvatting voor niet ingewijden

Samenvatting voor niet ingewijden Samenvatting voor niet ingewijden Samenvatting voor niet ingewijden Hematopoïese Bloedcellen worden in het beenmerg gevormd waar de moedercellen, de zogenaamde stamcellen, zich bevinden. Deze stamcel kan

Nadere informatie

Acute myeloïde leukemie. Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen

Acute myeloïde leukemie. Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen Acute myeloïde leukemie Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen Normale bloedcelvorming Acute myeloïde leukemie (AML) Klonale proliferatie van immature hematopoëtische

Nadere informatie

Chronische leukemie. Jessa Ziekenhuis vzw. Dienst kwaliteit. versie december 2014 (Object-ID )

Chronische leukemie. Jessa Ziekenhuis vzw.  Dienst kwaliteit. versie december 2014 (Object-ID ) Chronische leukemie Heeft u opmerkingen of suggesties i.v.m. deze brochure? Geef ons gerust een seintje! Dienst kwaliteit E-mail: info@jessazh.be Tel: 011 30 81 11 Jessa Ziekenhuis vzw Maatschappelijke

Nadere informatie

Werkstuk Biologie Bloed

Werkstuk Biologie Bloed Werkstuk Biologie Bloed Werkstuk door een scholier 1195 woorden 14 juni 2004 6,2 321 keer beoordeeld Vak Biologie De inleiding Waarom doen wij ons werkstuk over bloed? Wij doen ons werkstuk over bloed,

Nadere informatie

Titel: HOVON 105. Rituximab bij het primair centraal zenuwstelsel lymfoom. Een gerandomiseerd HOVON / ALLG onderzoek

Titel: HOVON 105. Rituximab bij het primair centraal zenuwstelsel lymfoom. Een gerandomiseerd HOVON / ALLG onderzoek Titel:. Rituximab bij het primair centraal zenuwstelsel lymfoom. Een gerandomiseerd HOVON / ALLG onderzoek Officiële titel: Rituximab in Primary Central Nervous system Lymphoma. A randomized HOVON / ALLG

Nadere informatie

Informatie voor patiënten die Vidaza gebruiken

Informatie voor patiënten die Vidaza gebruiken Informatie voor patiënten die Vidaza gebruiken Informatie over de behandeling met Vidaza (azacitidine) 1 Deze informatie wordt u aangeboden door Celgene B.V. Persoonlijke gegevens Naam: m/v Adres: Postcode:

Nadere informatie

De tekst van deze folder is tot stand gekomen in samenwerking met: Stichting Europdonor in Leiden en Stichting Beenmergdonorbank Europdonor Nijmegen.

De tekst van deze folder is tot stand gekomen in samenwerking met: Stichting Europdonor in Leiden en Stichting Beenmergdonorbank Europdonor Nijmegen. De tekst van deze folder is tot stand gekomen in samenwerking met: Stichting Europdonor in Leiden en Stichting Beenmergdonorbank Europdonor Nijmegen. Stichting Sanquin Bloedvoorziening hanteert de grondbeginselen

Nadere informatie

Behandelingen bij longkanker. inclusief klinische studie immuuntherapie

Behandelingen bij longkanker. inclusief klinische studie immuuntherapie Behandelingen bij longkanker inclusief klinische studie immuuntherapie 1 Longkanker Longkanker is niet één ziekte: er bestaan meerdere vormen van longkanker. In deze brochure bespreken we de twee meest

Nadere informatie

Chronische Lymfatische Leukemie. anno 2015

Chronische Lymfatische Leukemie. anno 2015 Chronische Lymfatische Leukemie anno 2015 Marten R. Nijziel, internist-hematoloog Máxima Medisch Centrum Eindhoven/Veldhoven Hematon Leukemiedag Soesterberg, 3 oktober 2015 Wat is CLL? Wat is nodig voor

Nadere informatie

hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078)

hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) ITP Uw hoofdbehandelaar is: hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen 08.30 17.00 uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) 654 64 64. 1 Inleiding U heeft van de specialist

Nadere informatie

Voor wie is deze brochure?

Voor wie is deze brochure? Acute leukemie Inhoud Voor wie is deze brochure? 3 Acute leukemie 4 Symptomen 6 Onderzoek voor de diagnose 8 Onderzoek na de diagnose 10 Behandeling van acute leukemie 16 Behandeling van ALL 19 Behandeling

Nadere informatie

De onderdelen van het bloed.

De onderdelen van het bloed. Bloedtransfusie Universitair Medisch Centrum Groningen Bij de behandeling die u of uw kind binnenkort ondergaat kan de toediening van bloed nodig zijn. In deze folder wordt uitgelegd welke bloedproducten

Nadere informatie

Acute leukemie. Jessa Ziekenhuis vzw. Dienst kwaliteit. versie maart 2016 (Object-ID )

Acute leukemie. Jessa Ziekenhuis vzw.  Dienst kwaliteit. versie maart 2016 (Object-ID ) Acute leukemie Heeft u opmerkingen of suggesties i.v.m. deze brochure? Geef ons gerust een seintje! Dienst kwaliteit E-mail: info@jessazh.be Tel: 011 33 55 11 Jessa Ziekenhuis vzw Maatschappelijke zetel:

Nadere informatie

Verpleegkundige aspecten bij Hematologische aandoeningen en Stamceltransplantaties

Verpleegkundige aspecten bij Hematologische aandoeningen en Stamceltransplantaties Verpleegkundige aspecten bij Hematologische aandoeningen en Stamceltransplantaties Herma Krimpen en Saskia van Spronsen Even voorstellen.. Korte inhoud van de les Hoe zit het ook al weer met dat bloed

Nadere informatie

CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE (CML) Wat is chronische myeloïde leukemie (CML)? Algemeen

CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE (CML) Wat is chronische myeloïde leukemie (CML)? Algemeen CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE (CML) Wat is chronische myeloïde leukemie (CML)? Algemeen Chronische Myeloïde Leukemie (CML) is een kwaadaardige ziekte van het bloed waarbij alle bloedcellijnen betrokken

Nadere informatie

Patiënteninformatiedossier (PID) (Non) Hodgkin. onderdeel ZIEKTE EN BEHANDELING. (NON) HODGKIN Ziekte en behandeling

Patiënteninformatiedossier (PID) (Non) Hodgkin. onderdeel ZIEKTE EN BEHANDELING. (NON) HODGKIN Ziekte en behandeling Patiënteninformatiedossier (PID) (Non) Hodgkin onderdeel ZIEKTE EN BEHANDELING (NON) HODGKIN 2 Inhoud Ziektebeeld en behandeling...4 Medisch onderzoek...4 Chemotherapie...5 Immunotherapie...6 Radiotherapie...7

Nadere informatie

Inhoud. KWF Geverslijn: 0900 202 00 41 ( 0,01/m) Giro 26000. KWF Kanker Infolijn 0800 022 66 22 (gratis) www.kwfkankerbestrijding.

Inhoud. KWF Geverslijn: 0900 202 00 41 ( 0,01/m) Giro 26000. KWF Kanker Infolijn 0800 022 66 22 (gratis) www.kwfkankerbestrijding. Acute leukemie Inhoud Voor wie is deze brochure? 3 Wat is kanker? 4 Bloedcellen en beenmerg 6 Leukemie 8 Risicofactoren 11 Klachten 12 Onderzoek 14 Behandeling 18 Stamceltransplantatie 24 Verloop van de

Nadere informatie

Chronische leukemie. Met wie kan ik erover praten? De Stichting tegen Kanker luistert naar u. tel.: +32 2 733 68 68 - fax: +32 2 734 92 50

Chronische leukemie. Met wie kan ik erover praten? De Stichting tegen Kanker luistert naar u. tel.: +32 2 733 68 68 - fax: +32 2 734 92 50 3.1.8 NL Met wie kan ik erover praten? Chronische leukemie Chronische leukemie Zoekt u hulp of andere informatie? Heeft u er behoefte aan om uw hart eens te luchten? Zoekt u informatie over een type kanker

Nadere informatie

Darmkanker. Dit is leukemie

Darmkanker. Dit is leukemie Darmkanker Dit is leukemie Bloed wordt gemaakt in het beenmerg. Beenmerg zit in je botten. In het beenmerg zitten stamcellen. Uit de stamcellen ontstaan bloedcellen. Bloed stroomt door je bloedvaten naar

Nadere informatie

Patiënteninformatiedossier (PID) (Non) Hodgkin. onderdeel BLOED EN BLOEDWAARDEN. (NON) HODGKIN Bloed(waarden)

Patiënteninformatiedossier (PID) (Non) Hodgkin. onderdeel BLOED EN BLOEDWAARDEN. (NON) HODGKIN Bloed(waarden) Patiënteninformatiedossier (PID) (Non) Hodgkin onderdeel BLOED EN BLOEDWAARDEN (NON) HODGKIN 2 Inhoud Waaruit bestaat bloed?...4 Rode bloedcellen...4 Witte bloedcellen...5 Bloedplaatjes...5 Invloed van

Nadere informatie

Essentiële Trombocytose

Essentiële Trombocytose Essentiële Trombocytose Uw hoofdbehandelaar is: hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen 08.30 17.00 uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) 654 64 64. Inleiding U

Nadere informatie

Inhoud. KWF Geverslijn: 0900 202 00 41 ( 0,01/m) Giro 26000. KWF Kanker Infolijn 0800 022 66 22 (gratis) www.kwfkankerbestrijding.

Inhoud. KWF Geverslijn: 0900 202 00 41 ( 0,01/m) Giro 26000. KWF Kanker Infolijn 0800 022 66 22 (gratis) www.kwfkankerbestrijding. Chronische leukemie Inhoud Voor wie is deze brochure? 3 Wat is kanker? 4 Bloedcellen en beenmerg 6 Leukemie 8 Risicofactoren 11 Klachten 12 Onderzoek 13 Behandeling van chronische lymfatische leukemie

Nadere informatie

Acute leukemie bij volwassenen

Acute leukemie bij volwassenen Met wie kan ik erover praten? Zoekt u hulp of andere informatie? Heeft u er behoefte aan om uw hart eens te luchten? Zoekt u informatie over een type kanker of zijn behandelingsmogelijkheden? Wilt u weten

Nadere informatie

Welkom in Meander Medisch Centrum. Informatieavond non-hodgkinlymfoom en stamceltransplantatie 25 november 2014

Welkom in Meander Medisch Centrum. Informatieavond non-hodgkinlymfoom en stamceltransplantatie 25 november 2014 Welkom in Meander Medisch Centrum Informatieavond non-hodgkinlymfoom en stamceltransplantatie 25 november 2014 Indolent non Hodgkin lymfoom en chronischlymfatischeleukemie Van oorzaaktot (nieuwe ontwikkelingen

Nadere informatie

Voor wie is deze brochure? Inhoud

Voor wie is deze brochure? Inhoud Acute leukemie Inhoud Voor wie is deze brochure? 3 Wat is kanker? 4 Bloedcellen en beenmerg 6 Acute leukemie 7 Risicofactoren 10 Klachten 11 Onderzoek 13 Behandeling 17 Stamceltransplantatie 25 Verloop

Nadere informatie

Non-Hodgkin lymfoom. Jessa Ziekenhuis vzw. Dienst kwaliteit. versie maart 2016 (Object-ID )

Non-Hodgkin lymfoom. Jessa Ziekenhuis vzw.  Dienst kwaliteit. versie maart 2016 (Object-ID ) Heeft u opmerkingen of suggesties i.v.m. deze brochure? Geef ons gerust een seintje! Non-Hodgkin lymfoom Dienst kwaliteit E-mail: info@jessazh.be Tel: 011 33 55 11 Jessa Ziekenhuis vzw Maatschappelijke

Nadere informatie

Informatie bijeenkomst. Aplastische Anemie. Afdeling Hematologie 12 december 2016

Informatie bijeenkomst. Aplastische Anemie. Afdeling Hematologie 12 december 2016 Informatie bijeenkomst Aplastische Anemie Afdeling Hematologie 12 december 2016 Wat is Aplastische Anemie? Fred Falkenburg Internist-hematoloog Stamcellen in het beenmerg maken alle bloedcellen en afweercellen

Nadere informatie

Intensivering deel IIA en IIB (duur circa 50 dagen)

Intensivering deel IIA en IIB (duur circa 50 dagen) HOVON 70 Samenvatting + Checklist Geheugensteun HOVON 70 studie opbergen in polistatus, kopie klinische status Naam patiënt.. AZG nummer.. Geboortedatum.. -.. 19.. Datum Dag 0: Pre-fase (duur 1 week) Dag

Nadere informatie

Trastuzumab (Herceptin )

Trastuzumab (Herceptin ) Trastuzumab (Herceptin ) Borstkanker (mammacarcinoom) De diagnose borstkanker is bij u vastgesteld. Dit wordt ook wel een mammacarcinoom genoemd. De behandeling van een mammacarcinoom bestaat uit een operatieve

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING 146 Klinische en immunologische aspecten van pretransplantatie bloedtransfusies Inleiding Bloedtransfusies worden in de meeste gevallen gegeven aan patiënten die een tekort hebben

Nadere informatie

Non Hodgkin lymfoom. Albert Schweitzer ziekenhuis februari 2014 pavo 1113

Non Hodgkin lymfoom. Albert Schweitzer ziekenhuis februari 2014 pavo 1113 Non Hodgkin lymfoom Albert Schweitzer ziekenhuis februari 2014 pavo 1113 Uw hoofdbehandelaar is: hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen 08.30 17.00 uur bereikbaar via de polikliniek Interne

Nadere informatie

Myelodysplastisch Syndroom

Myelodysplastisch Syndroom 1 Myelodysplastisch Syndroom Introductie MDS is een beenmergziekte waarbij de aanmaak van nieuwe bloedcellen abnormaal verloopt.hierdoor ontstaat een gebrek aan normaal functionerende rode bloedcellen,

Nadere informatie

chapter 10 Inleiding

chapter 10 Inleiding chapter 10 Samenvatting 134 chapter 10 Inleiding Multipel myeloom, in Nederland ook wel de ziekte van Kahler genoemd, is een kwaadaardige hematologische tumor, veroorzaakt door een ongeremde groei en deling

Nadere informatie

Perifere Stamcel Reïnfusie

Perifere Stamcel Reïnfusie Perifere Stamcel Reïnfusie Inleiding Wij adviseren u deze brochure over perifere stamcel reïnfusie rustig door te lezen. Vragen of opmerkingen kunt u noteren op de laatste bladzijde zodat u bij een volgend

Nadere informatie

Stamceltransplantatie

Stamceltransplantatie Stamceltransplantatie Wat is een stamceltransplantatie? Een stamceltransplantatie is het toedienen van bloedvormende (hematopoietische) stamcellen. Deze stamceltoediening gebeurt eenvoudigweg langsheen

Nadere informatie

Bloedtransfusie. informatie voor kinderen

Bloedtransfusie. informatie voor kinderen Bloedtransfusie informatie voor kinderen Wat is een bloedtransfusie? Bloedtransfusie betekent dat je bloed krijgt toegediend. Dit gaat via een slangetje in een bloedvat, meestal in je arm. Net zoals bij

Nadere informatie

Aplastische Anemie (AA)

Aplastische Anemie (AA) Aplastische Anemie (AA) Stijn Halkes en Jennifer Tjon Afdeling Hematologie Geen belangenverstrengeling Aplastische Anemie (AA) introductie December 2005: 23 jarige jongen met spoed naar Eerste hulp UMC,

Nadere informatie

Acute lymfatische leukemie

Acute lymfatische leukemie bloed, ademhaling & spijsvertering info voor de patiënt Acute lymfatische leukemie UZ Gent, Dienst Hematologie Inleiding Acute lymfatische leukemie U wordt behandeld voor een lymfatische leukemie. U hebt

Nadere informatie

hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078)

hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) Non-Hodgkin lymfoom Uw hoofdbehandelaar is: hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen 08.30 17.00 uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) 654 64 64. 1 Inleiding U heeft

Nadere informatie

Voor wie is deze brochure? Inhoud

Voor wie is deze brochure? Inhoud Chronische leukemie Inhoud Voor wie is deze brochure? 3 Wat is kanker? 4 Bloedcellen en beenmerg 6 Chronische leukemie 7 Risicofactoren 11 Klachten 12 Onderzoek 14 Behandeling van chronische lymfatische

Nadere informatie

Jehovah s getuigen en bloed

Jehovah s getuigen en bloed Jehovah s getuigen en bloed Als u als Jehova s Getuige geen bloed, bloedproducten en dergelijke wilt krijgen, moet u vóór de operatie bepaalde beslissingen nemen. Deze folder is bedoeld om u te informeren

Nadere informatie

Allogene stamceltransplantatie

Allogene stamceltransplantatie Informatie bijeenkomst Allogene stamceltransplantatie Afdeling Hematologie 6 juni 2016 Allogene stamceltransplantatie Waarom en hoe werkt het? Peter van Balen Internist-hematoloog Stamcellen in het beenmerg

Nadere informatie

Alles over de bloedziekten PNH & AA. Wat is bloed?

Alles over de bloedziekten PNH & AA. Wat is bloed? Alles over de bloedziekten PNH & AA Wat is bloed? Binnenin je lichaam zit een rode vloeistof. Dat is je bloed. Bloed is erg belangrijk voor je lichaam, het zorgt voor vervoer van stoffen, voor de warmte

Nadere informatie

Allogene stamceltransplantatie met als voorbereiding Anti-Thymocyten Globuline (ATG), cyclofosfamide en totale lichaamsbestraling (TBI)

Allogene stamceltransplantatie met als voorbereiding Anti-Thymocyten Globuline (ATG), cyclofosfamide en totale lichaamsbestraling (TBI) 4. De behandeling Allogene stamceltransplantatie met als voorbereiding Anti-Thymocyten Globuline (ATG), cyclofosfamide en totale lichaamsbestraling (TBI) Deze informatie is als aanvulling op de KWF-folder

Nadere informatie

Bloedtransfusie. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl

Bloedtransfusie. Informatie voor patiënten. Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl Bloedtransfusie Informatie voor patiënten F0892-2130 september 2012 Medisch Centrum Haaglanden www.mchaaglanden.nl MCH Antoniushove, Burgemeester Banninglaan 1 Postbus 411, 2260 AK Leidschendam 070 357

Nadere informatie

Acute Lymfatische Leukemie

Acute Lymfatische Leukemie 1 Acute Lymfatische Leukemie Introductie Acute Lymfatische Leukemie is een ernstig ziektebeeld, dat zonder behandeling meestal in korte tijd een fatale afloop kent. In geval van leukemie woekert er een

Nadere informatie

26 Behandeling van de ziekte van Waldenström

26 Behandeling van de ziekte van Waldenström 26 Behandeling van de ziekte van Waldenström 26 Behandeling van de ziekte van Waldenström Drs. J.M.I. Vos, dr. M.J. Kersten en dr. P.W. Wijermans Inleiding De ziekte van Waldenström behoort volgens de

Nadere informatie

Informatie over een bloedtransfusie

Informatie over een bloedtransfusie Informatie over een bloedtransfusie Bij het tot stand komen van deze folder is gebruik gemaakt van de volgende folders: Bloedtransfusie voor patiënten - Stichting Sanquin Bloedvoorziening. Bloedtransfusie

Nadere informatie

7, Het bloed. 1.2 De witte bloedcellen. Werkstuk door een scholier 3441 woorden 7 april keer beoordeeld

7, Het bloed. 1.2 De witte bloedcellen. Werkstuk door een scholier 3441 woorden 7 april keer beoordeeld Werkstuk door een scholier 3441 woorden 7 april 2003 7,8 75 keer beoordeeld Vak Biologie 1. Wat je eerst moet weten om leukemie beter te begrijpen. 1.1 Het bloed We weten, dat bloed een vloeistof is die

Nadere informatie

HOVON 114 MM (Multiple Myeloom) / multipel myeloom

HOVON 114 MM (Multiple Myeloom) / multipel myeloom HOVON 114 MM (Multiple Myeloom) / multipel myeloom Onderzoek voor patiënten met teruggekeerde of verslechterde multipel myeloom (ziekte van Kahler). Onderzocht wordt of een nieuw medicijn veilig en werkzaam

Nadere informatie

Acute lymfatische leukemie

Acute lymfatische leukemie Acute lymfatische leukemie voor ouders die meer willen weten Deze publicatie is uitgegeven in opdracht van Vereniging Ouders, Kinderen en Kanker (VOKK) in samenwerking met Stichting Kinderoncologie Nederland

Nadere informatie

Inhoud Wat is een bloedtransfusie

Inhoud Wat is een bloedtransfusie Bloedtransfusie Binnenkort zult u een behandeling of ingreep ondergaan, waarbij er een kans is dat u bloed toegediend moet krijgen: bloedtransfusie. Of u krijgt binnenkort een bloedtransfusie vanwege bloedarmoede.

Nadere informatie

hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen 08.30 17.00 uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) 654 64 64.

hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen 08.30 17.00 uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) 654 64 64. Polycythemia Vera Uw hoofdbehandelaar is: hematoloog dr. Uw specialist is op werkdagen tussen 08.30 17.00 uur bereikbaar via de polikliniek Interne geneeskunde, tel. (078) 654 64 64. Inleiding U heeft

Nadere informatie

Acute Myeloide Leukemie ( AML)

Acute Myeloide Leukemie ( AML) 1 Acute Myeloide Leukemie ( AML) Introductie Bij AML nemen de cellen in het beenmerg fors in aantal toe door een ontsporing ergens in het rijpingstraject. Hier gaat het om cellen die nog niet voldoende

Nadere informatie

Chronische myeloïde leukemie (CML)

Chronische myeloïde leukemie (CML) Interne geneeskunde Patiënteninformatie Chronische myeloïde leukemie (CML) U ontvangt deze informatie, omdat bij u chronische myeloïde leukemie (CML) is geconstateerd. Bij deze aandoening is er iets mis

Nadere informatie

De ziekte van Hodgkin

De ziekte van Hodgkin Heeft u opmerkingen of suggesties i.v.m. deze brochure? Geef ons gerust een seintje! De ziekte van Hodgkin Dienst kwaliteit E-mail: info@jessazh.be Tel: 011 33 55 11 Jessa Ziekenhuis vzw Maatschappelijke

Nadere informatie

Bloedtransfusie ALGEMEEN. Toedienen van bloedproducten

Bloedtransfusie ALGEMEEN. Toedienen van bloedproducten ALGEMEEN Bloedtransfusie Toedienen van bloedproducten Bij een bloedtransfusie worden bloed of bloedproducten via een infuus toegediend. Indien het voor uw behandeling noodzakelijk is, schrijft uw behandelend

Nadere informatie

BOTTUMOREN. 1. Normaal botweefsel

BOTTUMOREN. 1. Normaal botweefsel BOTTUMOREN Om beter te kunnen begrijpen wat een bottumor juist is, wordt er in deze brochure meer uitleg gegeven over de normale structuur van het bot. Op die manier krijgt u een beter zicht op wat abnormaal

Nadere informatie

Voor wie is deze brochure?

Voor wie is deze brochure? Chronische leukemie Inhoud Voor wie is deze brochure? 3 Beenmerg en bloedcellen 4 Chronische leukemie 5 Symptomen 8 Onderzoek voor de diagnose 10 Onderzoek na de diagnose 14 Behandeling van chronische

Nadere informatie

Myelodysplastisch syndroom

Myelodysplastisch syndroom Met wie kan ik erover praten? Zoekt u hulp of andere informatie? Hebt u er behoefte aan om uw hart eens te luchten? Zoekt u informatie over een type kanker of de behandelingsmogelijkheden? Wilt u weten

Nadere informatie

Niet-lymfatische leukemie

Niet-lymfatische leukemie Deze publicatie is uitgegeven in opdracht van Vereniging Ouders, Kinderen en Kanker (VOKK) in samenwerking met Stichting Kinderoncologie Nederland (SKION) Niet-lymfatische leukemie voor ouders die meer

Nadere informatie

Kinderneurologie.eu. Neuroblastoom. www.kinderneurologie.eu

Kinderneurologie.eu. Neuroblastoom. www.kinderneurologie.eu Neuroblastoom Wat is een neuroblastoom? Een neuroblastoom is een kwaadaardig kankergezwel (tumor) wat ontstaan is uit een bepaald type zenuwweefsel. Dit zenuwweefsel wordt het sympathische zenuwstelsel

Nadere informatie

Darzalex (daratumumab) PATIËNTENBROCHURE

Darzalex (daratumumab) PATIËNTENBROCHURE PATIËNTENBROCHURE Darzalex (daratumumab) TOON DEZE FOLDER AAN UW HUISARTS, HUISAPOTHEKER EN THUISVERPLEEGKUNDIGE www.ziekenhuisgeel.be 2 Behandelschema Darzalex (daratumumab) is een doelgerichte therapie.

Nadere informatie

Acute myeloïde leukemie

Acute myeloïde leukemie bloed, ademhaling & spijsvertering info voor de patiënt Acute myeloïde leukemie UZ Gent, Dienst Hematologie Inleiding Symptomen U wordt behandeld voor acute myeloïde leukemie. U hebt hierover al uitleg

Nadere informatie

Veelbelovend onderzoek van de afdeling Hematologie

Veelbelovend onderzoek van de afdeling Hematologie NIEUWE PERSPECTIEVEN Veelbelovend onderzoek van de afdeling Hematologie De diagnose leukemie, lymfklierkanker of multipel myeloom heeft een enorme impact op het leven van patiënten en hun omgeving. Vaak

Nadere informatie

Myelodysplastisch syndroom

Myelodysplastisch syndroom Myelodysplastisch syndroom Dr. A.H.E. Herbers Hematoloog-Oncoloog 7 februari 2018 Myelodysplastisch syndroom Masterclass 7/2/18 Myelodysplastisch syndroom= MDS Opbouw presentatie: Meeste informatie is

Nadere informatie

Voor wie is deze brochure?

Voor wie is deze brochure? Chronische leukemie Inhoud Voor wie is deze brochure? 3 Chronische leukemie 4 Symptomen 7 Onderzoek voor de diagnose 9 Onderzoek na de diagnose 13 Behandeling van chronische leukemie 17 Behandeling van

Nadere informatie

Systemische Lupus Erythematodes (SLE)

Systemische Lupus Erythematodes (SLE) Systemische Lupus Erythematodes (SLE) Systemische lupus erythematodes (SLE) is een ontstekingsziekte. Deze ontstekingen kunnen in het gehele lichaam (systemisch) voorkomen. SLE is een auto-immuunziekte.

Nadere informatie

Perifere stamcelferese

Perifere stamcelferese INTERNE GENEESKUNDE Perifere stamcelferese BEHANDELING Perifere stamcelferese Uw arts heeft voorgesteld u te behandelen met een hoge dosering cytostatica (chemotherapie). Deze behandeling is alleen mogelijk

Nadere informatie

HAIRY- CELLLEUKEMIE. Patiëntenboekje. Hairy-cellleukemie (HCL) is. een zeldzame vorm van. bloedkanker. De ziekte. verloopt meestal vrij mild.

HAIRY- CELLLEUKEMIE. Patiëntenboekje. Hairy-cellleukemie (HCL) is. een zeldzame vorm van. bloedkanker. De ziekte. verloopt meestal vrij mild. Patiëntenboekje HAIRY- CELLLEUKEMIE Hairy-cellleukemie (HCL) is een zeldzame vorm van bloedkanker. De ziekte verloopt meestal vrij mild. De patiënten hebben goede vooruitzichten. De aandoening wordt hairy-cellleukemie

Nadere informatie

Voor wie is deze brochure?

Voor wie is deze brochure? Acute leukemie Inhoud Voor wie is deze brochure? 3 Acute leukemie 4 Symptomen 6 Onderzoek voor de diagnose 8 Onderzoek na de diagnose 10 Behandeling van acute leukemie 16 Behandeling van ALL 19 Behandeling

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Allogeneic Stem Cell Transplantation after Reduced Intensity Conditioning for High-Risk relapsed or Refractory CLL

Patiënteninformatie. Allogeneic Stem Cell Transplantation after Reduced Intensity Conditioning for High-Risk relapsed or Refractory CLL Patiënteninformatie Studie: HOVON 88 CLL Allogene stamceltransplantatie als behandeling voor patiënten met een hoog-risico recidief chronisch lymfatische leukemie (CLL) (HOVON 88 CLL) Allogeneic Stem Cell

Nadere informatie

Algemeen Bloedtransfusie voor kinderen

Algemeen Bloedtransfusie voor kinderen Algemeen Bloedtransfusie voor kinderen In deze folder vertellen we je wat een bloedtransfusie is en waarom het gegeven wordt. Wat is bloedtransfusie? Bloedtransfusie betekent dat je bloed krijgt toegediend.

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting In dit proefschrift worden diagnostische en therapeutische aspecten van acute leukemie bij kinderen beschreven, o.a. cyto-immunologische en farmacologische aspecten en allogene

Nadere informatie