Vrij Wel Vrijwilliger. Een momentopname van 2 vrijwilligers(werk) in België en Vlaanderen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Vrij Wel Vrijwilliger. Een momentopname van 2 vrijwilligers(werk) in België en Vlaanderen"

Transcriptie

1 16 Vrijwillige Inzet Onderzocht Vrij Wel Vrijwilliger. Een momentopname van 2 vrijwilligers(werk) in België en Vlaanderen plaatsbepaling In zijn bijdrage Vrij Wel Vrijwilliger geeft Guy Redig ons in vogelvlucht een indruk van het Vlaamse vrijwilligerswerk en de bestuurlijke context waarin dit wordt verricht. Hij beschrijft niet alleen, maar beoordeelt ook. Hij geeft uitdagingen en perspectieven voor drie bestuurslagen: het federale (Belgische), het Vlaamse en het lokale. En hij pleit voor de versterking van sectoroverstijgende ondersteuning op het niveau van de Vlaamse gemeenschap. Bij de rondleiding door het Vlaamse vrijwilligerslandschap vallen natuurlijk vooral de verschillen op. Zo is daar de aandacht voor het onderscheid tussen vrijwilligerswerk en loonarbeid, een onderscheid waarvoor in Vlaanderen veel meer aandacht is dan in Nederland. In de jaren negentig vertaalde deze aandacht zich in een opdracht van de Koning Boudewijnstichting aan een hoogleraar van de universiteit in Leuven om een heldere definiëring te ontwikkelen. De definitie van vrijwilligerswerk die in Nederland tot nu toe het meest geciteerd wordt, komt uit een beleidsdocument van het ministerie van CRM. Opvallend is ook het vrijwilligerswerk binnen overheden, een verschijnsel dat in Nederland nauwelijks voorkomt. Een groot verschil ligt natuurlijk in de bestuursstructuur die in België veel ingewikkelder is dan in Nederland. Welke consequenties dat heeft voor vrijwilligerswerkbeleid, kunt u lezen in het artikel. Het artikel van Redig is om meerdere redenen interessant. Het geeft ons inzicht in de situatie in het buurland dat op ons land lijkt, maar er ook zo veel mee verschilt. Van zowel de overeenkomsten als van de verschillen kunnen we leren. Een vergelijking tussen beide landen werkt als een spiegel: het zegt niet alleen iets over de ander, maar ook over onszelf. De auteur heeft een perspectief dat verfrissend is. Zo legt hij in zijn bespreking van de definitie van vrijwilligerswerk net andere accenten, heeft hij net andere indelingen van typen vrijwilligerswerk, hanteert hij net een andere sectorindeling. Dit net even anders nodigt uit om ook weer eens kritisch naar onze eigen indelingen en definities te kijken. Ten slotte introduceert hij het begrip maatschappelijk kapitaal, waarmee hij de diverse waarden die vrijwilligerswerk heeft zowel zichtbaar maakt als verbindt. Kortom, de bijdrage van Redig nodigt uit om vaker een blik over de grens te werpen. Aletta Winsemius, hoofd afdeling Hulpverlening en Participatie NIZW Sociaal Beleid

2 Vrijwillige Inzet Onderzocht 17 Vrij Wel Vrijwilliger Een momentopname van vrijwilligers(werk) in België en Vlaanderen Dit artikel verkent op beknopte wijze de actuele maatschappelijke positie van de vrijwilliger en het vrijwilligerswerk in België en Vlaanderen. Het is niet gebaseerd op specifiek onderzoek, maar moet gelezen worden als een reflectie van een medespeler op het veld, gebaseerd op decennia veldervaring, literatuurstudie en intensieve reflecties met kernactoren. Het eerste deel van dit artikel geeft een plaatsbepaling van het vrijwilligerswerk. Daarna zoomt het in op de vraag naar het waarom van een overheidsbeleid terzake, om daaropvolgend dit beleid kort te beschrijven. Tot slot wordt een aantal belangrijke uitdagingen gesteld. 2 Guy Redig Op zoek naar een plaatsbepaling Even een breder perspectief De essentie van het vrijwilligerswerk ligt in het onderscheid tussen het verplicht en niet verplicht leveren van menselijke energie - en in het verlengde het verschil tussen vergoede en niet vergoede menselijke arbeid. Een verkenning van deze relatie en hoe ze evolueerde levert ongetwijfeld een meer dan interessant filosofisch en cultuurhistorisch traktaat op..., maar is niet de bedoeling van dit artikel. Toch verbreedt bij aanvang even het perspectief. In het West-Europese culturele idioom valt de toenemende en sterke instrumentalisering van de tijd op. Onze tijdsordening pretendeert om de uren en dagen getemd te hebben. Daarbij kregen tijdsbestekken hun specifieke rudimentaire drie functies: 1. tijd voor persoonlijke rust, onderhoud van het metabolisme en noodzakelijke hygiëne; 2. verplichte tijd om te produceren en 3. vrije tijd om te recreëren, te consumeren en te compenseren. Deze tijdsbestekken dragen ook elk hun karikatuur. De verplichte tijd (steeds meer gecondenseerd) is de tijd om te lijden en te zuchten, maar noodzakelijk om een sociale en economische status te verwerven en te behouden. Economische activering klinkt daarbij als het krachtige leidmotief. De vrije tijd werd steeds meer een zone van persoonlijke vrijheid. In deze tijdszone is er zeker plaats voor engagement, maatschappelijke betrokkenheid. Het graag doen prevaleert, geeft zeker aanleiding tot hedonisme, maar leidt tegelijkertijd alsmaar meer tot zowel filantropie als vrijwilligerswerk. De vrije tijd wordt zo bij uitstek een tijdsruimte voor het waardevolle, waar het zich mens voelen en soms ook het menselijke centraal staan. Recente studies zowel in Nederland als in België (Hooghe, 2000; Dekker, de Hart, 2002; Dekker, 1999) bevestigen deze trends, waarbij even duidelijk blijkt dat engagement en betrokkenheid niet louter vertrekken vanuit een klassiek, vaak als archaïsch bestempeld verenigingsmodel. Steeds meer duikt er een praxis op van meer geïndividualiseerde of erg informeel georganiseerde vormen van vrijwilligerswerk. Naar heldere definities Zowel de evoluties in tijd als de verschuivingen in de aard van vrijwilligerswerk maken een heldere en hanteerbare definitie noodzakelijk. Daarbij komt een bijkomende maar steeds meer bepalende factor, namelijk de toenemende juridisering. Vrijwilligerswerk en aanverwanten belagen de grenzen van de formele verplichte tijd, namelijk de loonarbeid. Voor een samenleving die zich ontegensprekelijk centraal en bijna uitsluitend organiseert op basis van economische activiteiten, is een scherp onderscheid met andere

3 18 Vrijwillige Inzet Onderzocht Vrijwilligers(werk) in België en Vlaanderen soorten werk of arbeid absoluut noodzakelijk. De manifeste dreiging van sociaal-juridische en fiscale lekken, leidde naar verhoogde overheidsaandacht voor het vrijwilligerswerk. Dit laatste voelde zich hierdoor niet altijd zo gecharmeerd, vooral vanuit een angst gekoloniseerd te worden door de overheersing van zowel een overvloedig juridische als een marktgestuurde logica (zie verder). In België is het de verdienste van de Koning Boudewijnstichting om in de jaren negentig orde te brengen in de taal- en juridische verwarring. Onder leiding van professor Bea van Buggenhout (KU Leuven) ontstond een heldere definiëring. Deze dient nog steeds als basis voor het wetgevende werk (nog in uitvoering). In dit begrippenkader worden diverse vormen van arbeid of inzet als volgt tegenover elkaar geplaatst: vrijwilligerswerk in erg lichte of informeel georganiseerde verbanden. Deze tekst gebruikt het begrip vrijwilligers(werk), waarbij zowel de vrijwilligers, hun praxis als hun handelingsomgevingen worden gevat. Waar vindt men vrijwilligers en vrijwilligerswerk Men vindt vrijwilligers(werk) in quasi alle sectoren en maatschappelijke bezigheden, maar vooral in de social-profitsector 1. Deze sector overkoepelt zowel bezigheden van sociale als culturele aard. Opvallend is de toename van eerder licht en zelfs vluchtig gestructureerde - dus weinig geïnstitutionaliseerde - vormen van vrijwilligerswerk. Het lijkt me belangrijk om deze nieuwere vormen duidelijk te onderscheiden van de veeleer klassieke en strakker georganiseerde vormen (verenigingen en instellingen). Toch is het opvallend dat er in Vlaanderen steeds meer Tabel 1 Situering & definitie vrijwilligerswerk - Koning Boudewijnstichting 2001 Vrijwilligerswerk Vrijwillige inzet Vergoede vrijwillige inzet Beroepsarbeid een activiteit met onverplicht karakter ten behoeve van anderen of de samenleving in min of meer georganiseerd verband door een natuurlijk persoon een activiteit met onverplicht karakter ten behoeve van familie, anderen of de samenleving evt. lichte vergoeding ongeorganiseerd een activiteit met onverplicht karakter niet noodzakelijk beroepsmatig ten behoeve van anderen of de samenleving een vergoeding meer dan de kosten een activiteit verricht op de arbeidsmarkt met als doel een inkomen te verwerven door een natuurlijk persoon als werknemer of zelfstandige Bij deze definities zijn de verschillen soms erg basaal, bijvoorbeeld het feit dat er voor zowel het vrijwilligerswerk als de vrijwillige inzet geen loon wordt uitgekeerd. Loon betekent hier altijd een vergoeding die hoger ligt dan de kosten die de inzet/de arbeid met zich meebrengt. Het verschil tussen vrijwilligerswerk en vrijwillige inzet klinkt subtieler. Hier speelt als criterium van verschil de steeds georganiseerde context voor het vrijwilligerswerk. Dit betekent dat spontane burenhulp, bijstand aan familie enzovoort weliswaar een onverplicht karakter dragen, maar omwille van hun ongeorganiseerde context niet als vrijwilligerwerk worden beschouwd. Uiteraard zijn er ook vormen van vrijwilligers hun activiteiten ontplooien binnen overheden (public profit). Dit laatste fenomeen ontwikkelde zich eerder schoorvoetend in de jaren tachtig, maar mag momenteel als een sterke en dynamische realiteit worden beschouwd. Uiteraard veroorzaakt(e) deze evolutie erg kritische vragen, meestal te herleiden tot discussies over de kernfuncties van overheden. Maar desondanks is de verspreiding van vrijwilligers binnen (vooral de lokale) overheden onstuitbaar en wellicht nog uitdijend. Vrijwilligers in de public profitsector treft men vooral aan ofwel in de advies- en beheersstructuren, ofwel in de uitvoering van overheidsprogramma s. Hierbij dient vermeld dat overheden in Vlaanderen ook actief en wijdverspreid aanwezig zijn 1 Profit staat hier voor winst, zowel in materiële als immateriële zin. Deze invulling leidt naar een opdeling in drie sectoren: de private profit (de materiële winst gaat naar de eigenaars), social profit (evt. materiële winst vloeit terug naar de werking en de immateriële winst is voor - een deel van - de samenleving: een particulier initiatief) en public profit, zijnde de overheden (immateriële winst is voor het algemene belang).

4 Vrijwillige Inzet Onderzocht 19 in het uitvoerende werk. Dit betekent dat ambtenaren zelf direct en concreet ageren op een erg gevarieerd veld (jeugd, milieu, zorg en welzijn, sport). Met hun duidelijke uitvoerende opdrachten sluiten Vlaamse overheden sterk aan bij wat een zuiders overheidsmodel wordt genoemd (Redig, 2000). Nederlandse overheden zitten overduidelijk in een noords model. In een zuiders model is onder andere de verwevenheid van lokale en centrale politiek erg sterk en wederzijds bepalend. Ten slotte kan men heel soms vrijwilligerswerk aantreffen in de private profitsector, hoewel - zeker in het licht van de definitie - deze vorm van vrijwilligerswerk met de nodige scepsis en wantrouwen moet worden beschouwd. Aarzelende praktijken als employé envolvement illustreren dit (onder andere in onderzoek door de Koning Boudewijnstichting, 2002). Het volgende schema plaatst enerzijds de social profitsectoren (particulier niet commercieel initiatief) en public profitsectoren (overheden) tegenover drie grote sectoren waarin de aard van de bezigheden centraal staat. Voor dit laatste maakt dit artikel een onderscheid tussen drie sectoren. Er is verschil tussen de zorg en hulp en de sociaal-culturele sectoren: in de zorg- en hulpsector(en) is de subsidiëring bijna steeds veel groter. Het gaat hier om instellingen die werken als uitvoerder van de welvaartsstaat. Vrijwilligers zijn marginaal in vergelijking tot het aandeel van de beroepskrachten; in de sociaal-culturele sector(en) is de ondersteuning door de overheid beperkter en vormen de vrijwilligers (zeker op het plaatselijke niveau) een overgrote meerderheid. Beroepskrachten zijn er marginaal aanwezig. Figuur 1 Taxonomie van vrijwilligers en vrijwilligerswerk Diverse sectoren Social profit Public profit Strak & sterk gestructureerd Weinig gestructureerd Advies -beheer structuren Overheids programma s Zorg & hulp Gezondheid sociaal doelgroepen Vrijwilligerswerk in ziekenhuizen, verzorgingsinstellingen, thuishulp, crisisopvang enz. Solidariteitsacties allerlei Raden voor welzijn enz. Bestuur van voorzieningen in co-management Dienstencentra, hulp in ziekenhuizen en verzorgingsinstellingen enz. Sociaal cultureel Jeugd sport erfgoed n-zuid vorming amat.kunst buurt school Verenigingen, instellingen Buurt-, wijk- en straat- en feestcomités, actiegroepen, enz. Raden voor cultuur, jeugd, sport, noord-zuid, erfgoed, buurt enz. Bestuur van voorzieningen in co-management Speelpleinwerk, museum- en natuurgidsen, enz. Politiek Politieke partijen Actie- en belangengroepen Mandataris Commissaris

5 20 Vrijwillige Inzet Onderzocht Vrijwilligers(werk) in België en Vlaanderen Het opnemen van politiek in deze inventaris is misschien wat verrassend, maar politiek duidt hier op het besturen van een formele gemeenschap. Dit vindt vertaling in politieke partijen, maar ook in het engagement erbuiten. Naast deze wat omvattende plaatsing blijft het belangrijk om ook in België en Vlaanderen het vrijwilligerswerk te plaatsen in een wijds panorama van sectoren en maatschappelijke geledingen. Waarom een overheidsbeleid voor vrijwilligers(werk)? Maatschappelijke waarde en nuttigheid De dialectiek van de maatschappelijke relevantie van fenomenen en een daaraan gekoppeld overheidsbeleid is bekend. Ze spelen een spel van alternerende oorzaak en gevolg, ook in het geval van het vrijwilligerswerk. In de jaren negentig herleefde de aandacht voor dit fenomeen dat eerder vooral werd geassocieerd met verzuiling, gescleroseerde vrijetijdsbesteding en amechtige medemenselijkheid. Maar de bekende analyse van de risicosamenleving (Beck & Giddens) en de zoektocht naar een revitalisering van onder andere de welvaartsstaat leverden plots aandacht voor vrijwilligerswerk en verenigingsleven. Beide fenomenen werden sleutelbegrippen voor en in een actieve, solidaire en levende gemeenschap. In Vlaanderen waren het de wetenschappers L. Huyse, M. Elchardus en later M. Hooghe die hieromtrent onderzoek verrichtten en belangrijke werken publiceerden. De internationale literatuur leverde het begrip sociaal kapitaal, waarmee het belang en vooral het nut van beide werd beklemtoond. Het is vooral deze nuttigheid die blijkbaar van doorslaggevend belang is om meer genereus overheidsbeleid te genereren. Toch past het om bij voorbaat - zelfs ietwat moraliserend - deze nuttigheid in vraag te stellen. Een louter marktgestuurde logica staat immers haaks op vrijwilligerswerk, dat zich inherent wars van materieel gewin ontwikkelt. In deze context mag en moet vrijwilligerswerk als een anachronistisch, tegendraads en bijna anarchistisch fenomeen beschouwd worden. Daarom is het alleen maar definiëren van vrijwilligerswerk vanuit een juridische of overheidslogica te arm en veel te beperkt. Zulke analyse ontwaardt en ontaardt de wezenlijke kenmerken van het voluntariaat en instrumentaliseert dit fenomeen onheus. Toch kan en mag het nuttigheidsaspect niet ontkend worden. Integendeel, het kan bijzonder interessant zijn om te analyseren hoe en waar de samenleving waarden, nuttigheid en belangen plaatst. De introductie van het begrip kapitaal levert daarbij een interessant gegeven. Het betekent in elk geval een vermogen en een waardevol begrip. Kapitaal is geen statisch gegeven: het kan toenemen, groeien of afnemen, krimpen. Kapitaal behoort iemand toe. In dit verband kunnen er drie soorten eigenaars van kapitaal beschreven worden: een individu, een persoon; een particulier project, bijvoorbeeld een bedrijf maar ook een vereniging of instelling; de formele gemeenschap, verpersoonlijkt door de overheden. Daarbij kan men verschillende vormen van kapitaal onderscheiden, hoewel de grenzen onderling niet altijd zo scherp te maken zijn. De verschillende vormen van kapitaal illustreren de multidimensionaliteit van het begrip kapitaal: Figuur 2 Opbouw van maatschappelijk kapitaal en verschillende eigenaars Psychologisch kapitaal Sociaal kapitaal Individuele projecten Maatschappelijk kapitaal Cultureel kapitaal Particuliere projecten verenigingen Economisch kapitaal Gemeenschapsprojecten (overheid) Politiek kapitaal

6 Vrijwillige Inzet Onderzocht 21 Figuur 3 Soorten maatschappelijk kapitaal gekoppeld aan diverse eigenaars (Redig, 2002) Soorten maatschappelijk kapitaal Behorend aan Individueel project Groepsproject particulier Gemeenschapsproject Psychologisch kapitaal Sociaal kapitaal Cultureel kapitaal Economisch kapitaal Politiek kapitaal psychologisch kapitaal: het vermogen tot (of bezit van) stabiliteit, zelfsturing, autonomie, identiteitsvorming, aanpassing enzovoort; sociaal kapitaal: het vermogen tot (of bezit van) het ageren in netwerken van relaties, deze te sturen, ze aan te wenden enzovoort; cultureel kapitaal: het vermogen tot (of het bezit van) eigen symbolen, communicatiesystemen, reproductie enzovoort; economisch kapitaal: de ruilwaarde die men heeft of verwerft op de (een) markt; politiek kapitaal: het vermogen tot (of bezit van) betrokkenheid met en het aansturen van gemeenschappelijke zaken in formele gemeenschappen;... ker en gelukkiger deze samenleving. Het is deze hypothese die een specifiek en expliciet overheidsbeleid met betrekking tot vrijwilligers(werk) legitimeert. De logica is dan ook eenvoudig: hoe meer het geluk en de tevredenheid van en in een samenleving betwijfeld worden, hoe groter de aandacht wordt voor deze vormen van maatschappelijk kapitaal. Vrijwilligerswerk is dus een van de meest belangrijke remedies tegen het dreigend failliet van het West-Europees maatschappelijk model (ongelukkig leven in een risicosamenleving). Natuurlijk ontstaat er zo een kringloop, want een welvarende en gelukkige samenleving zal op haar beurt sterk investeren in het maatschappelijk kapitaal van individuen en particuliere projecten. Deze veelheid wordt samengevat in één noemer, namelijk maatschappelijk kapitaal. Indien men de verschillende soorten maatschappelijk kapitaal koppelt aan de diverse mogelijke eigenaars, dan ontstaat de bovenstaande matrix. Figuur 4 Relatie tussen activering en vrijwilligerswerk Het belang van vrijwilligerswerk voor de actieve welvaartsstaat In elk van de cellen van bovenstaande matrix kunnen specifieke elementen van nut en belang ingevuld worden. Daarbij kan zonder veel twijfel de volgende hypothese geformuleerd worden: Hoe omvangrijker het maatschappelijk kapitaal van individuen en van hun particuliere groepsprojecten, hoe omvangrijker ook het maatschappelijk kapitaal van de gemeenschap van deze mensen en groepen... dus hoe welvarender, ster-

7 22 Vrijwillige Inzet Onderzocht Vrijwilligers(werk) in België en Vlaanderen Het overheidsbeleid en het vrijwilligerswerk Welke overheden? Het mag geen verbazing wekken dat deze vraag moeilijk eenvoudig kan beantwoord worden. De voorspelbare meest relevante niveaus zijn de internationale, de centrale en de lokale overheden. Het internationale niveau is uiteraard de Europese Unie. Dit niveau speelt momenteel nog geen expliciet regelende rol voor het vrijwilligerswerk, maar is bijzonder actief met betrekking tot alles wat met arbeid heeft te maken. De betrokkenheid van Europa wordt verder niet behandeld. Het centrale niveau is in een Belgische context nogal ingewikkeld, want er zijn zeker voor het vrijwilligerswerk twee centrale niveaus: België of het federale niveau. Dit niveau is uiterst belangrijk voor het regelen van de wettelijke ruimte voor de vrijwilliger als persoon. Hier liggen de bevoegdheden voor de regeling van fiscale, parafiscale en de sociale zekerheid. De kernaspecten voor een statuut van de vrijwilliger liggen op dit niveau; het Vlaamse niveau of gemeenschapsniveau. In het Belgische systeem zijn de gemeenschappen bevoegd voor onder andere de sectoren waarin vooral het vrijwilligerswerk zich bevindt: gezondheid, welzijn, cultuur enzovoort. Hier ligt dan ook vooral het beleid met betrekking tot de erkenning en ondersteuning van de verenigingen, instellingen, waar vrijwilligers actief zijn. Er zijn ook vijf provincies als intermediaire overheden in het Vlaamse Gewest 2, met weinig uitgesproken bevoegdheden en vooral gericht op bovenlokale dienstverlening. Daarnaast is er het gemeentelijke niveau met 308 gemeenten in het Vlaamse Gewest. Brussel als geheel van 19 gemeenten is een apart gewest met specifieke structuren voor bijvoorbeeld het vrijwilligerswerk, namelijk de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Het overheidsbeleid voor vrijwilligers(werk) toetsen via het beleidsinstrumentarium Om het beleid op en van deze beleidsniveaus te toetsen, kan een systematische evaluatie van het beleidsinstrumentarium gemaakt worden. Deze benadering vertrekt van de hypothese dat de kracht van het vrijwilligersbeleid gemeten kan worden door een analyse en interpretatie van het beleidsinstrumentarium. Hoe slagkrachtiger en effectiever dit instrumentarium werkt, hoe beter de beleidsdoelen die op dit specifieke beleidsterrein werden gesteld, bereikt zullen worden. Tegelijkertijd is de kracht van een beleidsinstrumentarium een betrouwbare barometer voor de maatschappelijke aandacht. De relatie is duidelijk: hoe sterker de maatschappelijke bekommernis voor een fenomeen (met onder andere de belangrijke rol van middenveld en media), hoe meer overheden zullen investeren. En deze vaststelling geldt ook andersom: sterk overheidsbeleid genereert maatschappelijke aandacht. Voor het begrip beleidsinstrumentarium hanteert deze bijdrage de volgende definitie (Redig & Dierckx, 2003): Een samenhangend geheel van beleidsmiddelen (zoals actoren, maatregelen, voorzieningen, communicatiesystemen), bedoeld voor de uitvoering van een geëxpliciteerde beleidsvisie en -strategie (een beleidsplan). Dit beleidsinstrumentarium kan als volgt samengesteld worden: Figuur 5 Elementen van een beleidsinstrumentarium - Redig & Dierckx 2003/2 - aanpassing 2004 Een slagkrachtig & effectief beleidsinstrumentarium 1. Aansprakelijke politici uitvoerende macht 2. Aansprakelijke units wetgevende macht 3. Aansprakelijke administratieve units 4. Expliciete begrotingen 5. Expliciet & samenhangende regelende kaders 6. Formele & performante netwerken intern de overheid 7. Formele & performante netwerken extern de overheid 8. Wetenschappelijk onderzoek 2 In België zijn er drie gemeenschappen, bevoegd voor de persoonsgebonden zaken (bijv. cultuur, onderwijs, welzijn). Dit zijn de Vlaamse, de Franstalige en de Duitstalige gemeenschappen. Daarnaast zijn er ook drie gewesten, bevoegd voor grondgebonden zaken (bijv. ruimtelijke ordening, huisvesting). Deze gewesten zijn Vlaanderen, Wallonië en Brussel. De bevolkingsverdeling is ongeveer als volgt: België: 10 miljoen inwoners, Vlaams Gewest 6 miljoen, Waals Gewest 3 miljoen, Brussels Hoofdstedelijk Gewest 1 miljoen. Duitstalige Gemeenschap: inwoners.

8 Vrijwillige Inzet Onderzocht 23 Voor een evaluatie van het beleidsveld vrijwilligers (werk) zou men de volgende oefening kunnen maken. Men verzamelt en interpreteert in een eerste fase de appreciaties en eventueel de scores per overheidsniveau en per onderdeel van het instrumentarium. Hiervoor kan men allerlei methodes van het sociaal-wetenschappelijk onderzoek gebruiken. Daaropvolgend kan men per overheidsniveau een totaalscore maken. Uiteraard is deze oefening altijd ingebed in een normatief kader. De hypothese achter het instrumentarium is echter duidelijk: hoe hoger de appreciatie per cel en als totaal, hoe sterker dit beleidsterrein door de overheden bediend wordt en hoe slagkrachtiger het beleid (wellicht) zal zijn. Het beleid gewikt en gewogen Dit onderdeel wil in korte bewoordingen een status questionis van het beleid inzake het vrijwilligerswerk schetsen, om later ook uitdagingen te formuleren. Van het beleid op het Europese niveau is op het terrein weinig merkbaar. Uiteraard is er ook hier sprake van overleg, netwerkvorming en de voorzichtige uitbouw van een kenniscentrum. Hierbij hoort het werk dat CEV verricht. Tijdens de Eurofestatie in Maastricht (2004) werd een Roadmap 2010 opgesteld, met een aantal krijtlijnen en pijnpunten met betrekking tot het vrijwilligerswerk op Europees niveau. Het beleid van de federale overheid (België) Het Belgische beleid voor het vrijwilligerswerk wordt quasi volledig geïnspireerd door bekommernissen van fiscale en sociaal-juridische aard. Hierbij speelt vooral de soms mistige grens tussen loonarbeid en vrijwilligerswerk. Aanvankelijk werd de aandacht voor het vrijwilligerswerk gesmoord door de vakbonden, die als belangrijke sociale partner (onder andere in de Hoge Raad voor de Arbeid) het vrijwilligerswerk bedreigend voor meer tewerkstelling interpreteerden. Het weinige aan vrijwilligersbeleid 3 dat bestaat wordt behandeld door de minister en de parlementscommissie voor de sociale zaken. Onder impuls van onder andere publicaties van de Koning Boudewijnstichting, lobbywerk vanuit het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk en anderen, kwam er wetgevend werk vanuit de commissie voor de sociale zaken van het federale parlement (kamer). Er groeide een consensus bij de grote Vlaamse politieke families om een sluitende wettelijke regeling te maken voor onder andere kostenvergoeding, de toegang tot vrijwilligerswerk voor mensen met een uitkering (werkloosheid, invaliditeit, ziekte) en een verzekering 4. Toch vond deze consensus (nog) geen vertaling in wetten. Er blijft een tegenstelling tussen de taalgemeenschappen. In afwachting van een wettelijk kader is er een administratieve regeling met de fiscus en de sociale zekerheid voor een gelimiteerde betaling van een forfaitaire 5 kostenvergoeding aan vrijwilligers. Als nawee van het Internationaal Jaar van Vrijwilligers (2001) werd een Belgische Hoge Raad voor het vrijwilligerswerk opgericht. Deze bestaat uit enkele tientallen vertegenwoordigers en experts uit de verschillende gemeenschappen. De Raad vergadert regelmatig, maar slaagt er niet in om het beleid in beweging te houden. Het is opvallend dat er bij de Vlaamse actoren op het vrijwilligersveld weinig enthousiasme voor de werking van deze raad te bespeuren valt. Toch mag het belang van het federale niveau niet onderschat worden: het draagt nog steeds de kerncompetenties om van een echt vrijwilligersbeleid te spreken. Het beleid van de Vlaamse Gemeenschap De Vlaamse overheid 6 draagt uiteraard sterke bevoegdheden voor het vrijwilligerswerk, vooral omdat zij expliciet beleid voert naar sectoren waarin vrijwilligers overvloedig voorkomen: welzijn, cultuur, sport, jeugd enzovoort. Toch is er geen sprake van een Vlaams vrijwilligersbeleid: er is geen coördinerende minister, geen aparte 3 In de Belgische regering, periode , werkte een regeringscommissaris voor het vrijwilligersbeleid. Deze titel verdween (na het Internationaal Jaar), en daarmee ook een belangrijke stimulus. 4 Het betreft hier het voorstel voor een verzekering voor burgerlijke aansprakelijkheid verplicht af te sluiten door de organisatie waar de vrijwilliger werkzaam is. 5 Deze forfaitaire kostenvergoeding betekent dat een vrijwilliger per dag en zonder voorlegging van bewijslast, de maximumsom van 30 euro mag ontvangen, met een absoluut maximum van 1000 euro per jaar/per persoon. Daarnaast blijft (maar niet combineerbaar) de regeling van een gewone kostenvergoeding op basis van bewijsstukken. Kostenvergoedingen vallen buiten de toepassing van de fiscus en de sociale zekerheid: ze worden dus niet als loon beschouwd. 6 In Vlaanderen zijn gewest en gemeenschap herleid tot één overheid, dit betekent één parlement, één regering en één administratief apparaat (het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap). Deze overheid regelt zowel de gemeenschaps- als de gewestbevoegdheden. Aan Franstalige kant werden gewest en gemeenschap gesplitst (Waalse Gewest, Franstalige Gemeenschap). Brussel is een eigen gewest en er is ook nog de Duitstalige Gemeenschap.

9 24 Vrijwillige Inzet Onderzocht Vrijwilligers(werk) in België en Vlaanderen wetgevende, noch administratieve cel. Het Vlaamse beleid vertrekt quasi nooit vanuit het vrijwilligersperspectief. De sectorale ordening is veel sterker. Dit betekent dat vrijwilligersaspecten ondergeschikt zijn aan sectorale belangen. Eerst komt bijvoorbeeld welzijnsof cultuurbeleid en daaronder wordt eventueel aandacht besteed aan vrijwilligers(werk). Deze volgorde is bepalend en wijkt af van de praxis in voornamelijk protestants georiënteerde landen (Nederland, Groot-Brittannië, Scandinavië). Deze laatste landen gebruiken de vrijwilliger als belangrijke inrijpoort voor de organisatie van hun beleid, terwijl België en zeker ook Vlaanderen duidelijk voor de sectorale poort kiezen. Daardoor verdwijnt vrijwilligersbeleid naar de coulissen van de beleidsaandacht. Er zijn twee sectoren, namelijk welzijn en gezondheid (gezamenlijk de zorgensector) die wel expliciet vrijwilligersbeleid ontwikkelen. Er bestaat een decreet op het vrijwilligerswerk in deze sectoren. Dit decreet verstrekt financiële steun aan instellingen die - binnen bepaalde criteria - op systematische wijze vrijwilligers in hun werking betrekken. Vanuit de administratie welzijn 7 wordt ook het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk gesubsidieerd. In het verleden werden ook de provinciale Steunpunten Vrijwilligerswerk door de administratie Welzijn ondersteund. Aanvullend werden enkele (eerder bedenkelijke tot potsierlijke) promotieacties ondernomen, gelinkt aan het Internationaal Jaar. Deze zijn gestopt. Binnen de administratie Cultuur is er geen uitgesproken aandacht voor het vrijwilligersbeleid: geen specifieke wetgeving, geen geoormerkte subsidies, geen specifieke netwerken. Kortom, niets. Het is echter opvallend dat in de regeerverklaring van de huidige Vlaamse regering (legislatuur ) het beperkte tekstblok Vrijwilligerswerk bij cultuur werd opgenomen (en niet bij welzijn). Heel recent (maart 2005) engageerden de ministers voor Welzijn en Cultuur zich gezamenlijk tot een verkennend en actieonderzoek met betrekking tot verzekeringsaspecten in en van vrijwilligers en vrijwilligerswerk. Ook in andere beleidssectoren zijn er vrijwilligers actief, bijvoorbeeld in milieu, noord-zuid, onderwijs. In geen van deze vindt men sporen van vrijwilligersbeleid. In de marge, maar toch nabij het vrijwilligerswerk, groeit wel de aandacht voor enerzijds het levenslang en levensbreed leren (LLL) en anderzijds voor de erkenning van verworven competenties (EVC). Zowel in de sector onderwijs, als bij welzijn en cultuur krijgen deze begrippen steeds meer aandacht. Het beleid van de 308 Vlaamse lokale besturen De 308 Vlaamse gemeentebesturen zijn uiteraard erg uiteenlopend qua grootte en bestuurskracht. Het is belangrijk om hierbij ook het OCMW te duiden: het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn. Dit OCMW is te beschouwen als een sterk verzelfstandigde gemeentelijk dienst, uitdrukkelijk belast met de voorbereiding, bepaling en uitvoering van het gemeentelijke welzijnsbeleid (vooral toegespitst op zorg ). Het OCMW is dus gemeentelijk, maar wordt geleid door een OCMW-raad. De raadsleden worden verkozen door de gemeenteraad: het zijn dus onrechtstreeks verkozen politici. Hun mandaat start enkele maanden na de samenstelling van de gemeenteraad 8 en eindigt ook enkele maanden na de start van de nieuwe gemeenteraden. Het gemeentebestuur is eigenlijk de eerste voogd van het OCMW, maar er zijn ook directe lijnen tussen het OCMW en de centrale bestuursniveaus. De analyse voor de Vlaamse overheid geldt ook en onverkort voor quasi alle gemeentebesturen: er bestaat geen gemeentelijk vrijwilligersbeleid. Ook hier zijn de sectoren de bepalende ordening. Het voorbije decennium heeft de Vlaamse overheid sterk de gemeentebesturen geresponsabiliseerd op het vlak van jeugdwerk, sport, cultuur en welzijn. Via geoormerkte subsidies werden de lokale besturen verleid tot het voeren van een planmatig, interactief maar sectoraal strak begrensd beleid. Het plaatselijke verenigingsleven 9 heeft zich deze aandacht laten welgevallen: het werd uitgenodigd om mee het beleid te maken en kon rekenen op een meer genereus en systematisch ondersteuningssysteem. Dit heeft ongetwijfeld een secundair effect 7 Het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap is voorlopig nog georganiseerd in departementen (bijv. WVC), daaronder het niveau administratie (bijv. Welzijn of Gezondheid of Cultuur), en daaronder het niveau afdeling. Wellicht zal deze structuur in de loop van 2005 veranderen: er zullen dertien departementen werken met meer homogene bevoegdheidspakketten (bijv. Welzijn en Gezondheid of Cultuur, Jeugd, Sport en Media). 8 Er zijn gemeenteraadsverkiezingen, elke zes jaar. Uit de verkozen gemeenteraadsleden wordt een College van Burgemeester en Schepenen samengesteld. De burgemeester is een zuivere politicus. De Colleges werken met een meerderheid in de gemeenteraad (dus geen afspiegelingscolleges). De gemeentesecretaris is de hoogste ambtenaar. Recent werd de bevoegdheid voor de gemeenten overgedragen naar de gewesten. In Vlaanderen werkt men momenteel aan een nieuw gemeentedecreet. 9 Er zijn geen accurate cijfers beschikbaar over het aantal plaatselijke verenigingen. Er wordt - over de sectoren heen - geschat dat dit aantal tussen de 40 en ligt. Deze schatting is o.a gebaseerd op een onderzoek in 1996.

10 Vrijwillige Inzet Onderzocht 25 op het vrijwilligerswerk, want dit verenigingsleven is meer dan overvloedig bevolkt met vrijwilligers. Het beleid van de vijf Vlaamse provinciebesturen De provincies spelen af en toe een belangrijke, meestal aanvullende en faciliterende rol. Dit gebeurt expliciet voor het vrijwilligerswerk. De provinciale steunpunten vrijwilligerswerk bieden zich aan als knooppunt in een netwerk dat zich van lokaal tot centraal uitstrekt. Ze profileren zich met een databank voor vraag en aanbod, ze leveren vorming en informatie. Ze ontvangen hiervoor een beperkte Vlaamse subsidie. Toch lijkt ook deze aandacht niet echt structureel. In sommige provincies is het overduidelijk dat de beleidsaandacht maar blijft zolang er ook middelen ter beschikking komen en ook in verhouding tot deze middelen wordt ontwikkeld. Het provinciebestuur van West-Vlaanderen startte begin 2005 met een aanvullend verzekeringssysteem voor vrijwilligersorganisaties. Niet niks, maar heel weinig Een snelle en wellicht oppervlakkige toets van het vrijwilligersbeleid in België en Vlaanderen kan moeilijk een mooi rapport voorleggen. Er is eigenlijk geen beleid in de eigenlijke betekenis van het woord: samenhangend nadenken over een gewenste toekomst en deze visie koppelen aan systematisch handelen. De federale aandacht blijft overduidelijk geïnspireerd vanuit het perspectief loonarbeid. De Vlaamse en lokale beleidsvoerders kiezen niet of nauwelijks voor een echt vrijwilligersbeleid. De prioriteit ligt op een sterke sectorale invulling. Hierin vindt men eilandjes van aandacht voor de vrijwilligers. Een vrijwilligersbeleid als belangrijke dwarsdoorsnede door vele sectoren heen wordt niet ontwikkeld. Uitdagingen en perspectieven De voorgaande en eerder depressieve analyse van het vrijwilligersbeleid in België en Vlaanderen nodigt uit om torenhoge verwachtingen te formuleren. Dit artikel hoedt zich om op deze carrousel te stappen en zal zich beperken tot enerzijds erg principiële vragen en anderzijds een aantal concrete agendapunten te scherpen. De Europese Unie blijft hier sterk op de achtergrond. Toch wel verwonderlijk, gezien de opdringerige en gevaarlijke demarches op het economische terrein (dienstenrichtlijn Bolkenstein). Mag men van Europa sterke signalen verwachten, niet zozeer in de vormen van wetten maar wel als handige en vooral uitwisselbare referentiekaders: visie, definities en begrippen? Een stevig kenniscentrum als emanatie van een krachtig internationaal netwerk is daarvoor noodzakelijk. Hierbij staan de belangen van de vrijwilliger en het vrijwilligerswerk centraal. Verdediging - beter nog assertieve agendasetting - wordt steeds belangrijker, zeker in het licht van EVC en LLL. Voor het federale niveau Het blijft moeilijk te begrijpen (zelfs voor ingezetenen van het koninkrijk België) waarom het federale parlement er niet in slaagt een heldere wetgeving inzake het vrijwilligerswerk te stemmen. Maar in het verlengde zijn er nog specifieke items die klaar liggen voor wettelijke behandeling. Een aantal opgesomd: de uiteindelijke wettelijke regeling van de forfaitaire kostenvergoeding voor vrijwilligers; de regeling van de zogenaamde semi-agorale arbeid, zijnde de grijze zone tussen vrijwilligerswerk en loonarbeid. Hoe sterk is de nood (en de haalbaarheid) om tussen de loonarbeid en het vrijwilligerswerk nog een apart statuut te creëren? de relatie van de arbeidswetgeving en het vrijwilligerswerk. Beide systemen staan vaak haaks op elkaar. In welke mate belaagt de arbeidswetgeving de praxis van het vrijwilligerswerk? Waar liggen de gewenste en ongewenste intimiteiten? er bestaan in België nogal wat systemen voor tijdskrediet 10, zonder expliciete plaats voor tijdskrediet omwille van vrijwilligerswerk. Dit kan een belangrijke aanvulling zijn; de Hoge Raad is - ondanks zijn recente geboorte - niet meteen een krachtige actor. De vraag dringt zich op of dit orgaan wel relevant en performant is. Zeker een werkzame relatie met de gemeenschappen dringt zich op. Voor de Vlaamse Gemeenschap Voorafgaand stelt zich hier een fundamentele vraag: is er behoefte aan een meer expliciet Vlaams vrijwilligersbeleid? Deze twijfel speelt in op de spanning tussen de actuele keuze om het beleid prioritair per sector te ordenen en niet via de dwarsdoorsnede vrijwilligerswerk. Welke meerwaarde zou een meer uitgespro- 10 Systemen voor loopbaanonderbreking: zwangerschap, verzorging van gezinsgenoten, opvang van jonge kinderen, educatief verlof enz.

11 26 Vrijwillige Inzet Onderzocht Vrijwilligers(werk) in België en Vlaanderen ken vrijwilligersbeleid bieden? Moet dit ten koste van de sectorale aandacht? Een antwoord klinkt genuanceerd. Het staat buiten kijf dat de Vlaamse aandacht voor vrijwilligers en het vrijwilligerswerk schromelijk onderschat en onderbelicht blijft. Het vrijwilligerswerk geniet momenteel de dubieuze reputatie om ieders vriend maar niemands kind te zijn. Een omvattende kijk ontbreekt. De Vlaamse overheid heeft hier zeker een inhaaloperatie te vervullen, maar zonder de sectorale ordening te verlaten; dit zou wenselijk noch haalbaar zijn. Maar door een ruimere ondersteuning van het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk zou deze actor meer militant, onderbouwd en representatief de belangen van vrijwilligers en vrijwilligerswerk kunnen verdedigen en articuleren. Daarvoor moet dit Steunpunt zich zeker en overduidelijk als sectoroverschrijdend profileren en ook door de veelheid aan sectoren bestuurd en gestuurd worden. Daarnaast kunnen er ook meer concreet stappen gezet worden, onder andere via: het screenen op vrijwilligersvriendelijkheid van de bestaande regelgeving. Hierbij kan de Vlaamse overheid meer gericht aandacht vragen (eisen) voor een faire behandeling van de vrijwilligers door de gesubsidieerde instellingen en verenigingen. Men kan zich hierbij afvragen of het bestaande decreet (geldend voor de gezondheids- en welzijnssectoren) niet zou kunnen uitgebreid worden naar bijvoorbeeld de culturele sectoren; het is dringend noodzakelijk dat de Vlaamse overheid meer duidelijkheid creëert met betrekking tot het LLL- en EVC-beleid. Deze concepten zijn verre van geoperationaliseerd en zijn van groot belang voor onder andere het vrijwilligerswerk. Ook het opvallende memorandum van de Staten-generaal van het Middenveld 11 benadrukt dit; misschien moet er meer systematisch een campagne voor de erkenning en appreciatie van het vrijwilligerswerk worden uitgewerkt. Voor de gemeentebesturen Ook hier stelt zich de principiële vraag of meer expliciet vrijwilligersbeleid echt noodzakelijk is, naast of aanvullend op het sectorale beleid. Het kan zeker niet de bedoeling zijn om het huidige sectorale beleid te vervangen door een overkoepelende vrijwilligersbenadering. Maar toch lijkt meer beleidsaandacht aangewezen, misschien met dezelfde concrete maatregelen, onder andere het meer vrijwilligersvriendelijk maken van ondersteuningsreglementen. Het is ook belangrijk dat de gemeentebesturen meer nadrukkelijk het bestaande vrijwilligerswerk in kaart brengen. Heel wat ontsnapt momenteel aan de aandacht en vooral een omvattend beeld ontbreekt. Toch kan hier een heel duidelijke en dringende prioriteit geduid worden. Het is vooral lokaal dat zich steeds meer vluchtige vormen van vrijwilligerswerk en -engagement manifesteren. Deze lichte of amper gestructureerde groepen vinden nauwelijks aansluiting op het toch omvangrijke erkennings- en ondersteuningsbeleid van gemeentebesturen. Toch hebben juist zij deze overheidsaandacht nodig. Gemeentebesturen moeten hiervoor een speciale alertheid ontwikkelen, door onder andere een cultuur van openheid en nabijheid, zodat beginnende structuren gemakkelijk en laagdrempelig de weg naar steun en appreciatie vinden. Dit vraagt ook een meer dynamisch, soepel en wellicht projectmatig georiënteerd subsidiëringsstelsel. Soms - maar niet noodzakelijk - is zo n eerste opstap voor een vrijwilligersproject de entree voor verdere rijping en meer duurzaamheid. Een investering van het gemeentebestuur speelt sterk in op meer en krachtiger maatschappelijk kapitaal. Als dessert Vrijwilligerswerk blijkt ook in België en Vlaanderen een bijzonder levendig, krachtig en succesvol fenomeen. Het is, dobberend op de maatschappelijke stromingen, een interessante exponent van culturele en sociale evoluties. Het toont zich als een koppige en dwarse relikwie van vaak vergeten en onderschatte vrij gekozen inzet van menselijke energie. In deze kan vrijwilligerswerk vergeleken worden met filantropie. Dit laatste duidt op vrijwillig schenken van geld, vrijwilligers zijn gul met hun energie en betrokkenheid. Studies in Vlaanderen en Nederland wijzen hierbij op veranderingen, maar niet op vermindering of crises. Vrijwilligerswerk is geëvolueerd van een oubollig en bestoft naar een begeerd goed, zelfs een vermogen. 11Sinds 2002 werkt er in Vlaanderen de Staten-generaal van het Middenveld. De belangrijkste middenveldorganisaties (o.a vakbonden, ziekenfondsen maar ook milieu, noord/zuid, sociaal-cultureel werk, sportclubs en jeugdwerk) hebben zich verenigd en verdedigen de belangen van de middenveldorganisaties als belangrijke, verantwoordelijke en sturende actor in een interactief overheidsbeleid. Voor de verkiezingen van 2003 (federaal) en 2004 (gemeenschappen) werd een scherp memorandum opgesteld.

12 Vrijwillige Inzet Onderzocht 27 Het werd een opvallende vorm van maatschappelijk kapitaal. Via particuliere projecten (vooral verenigingen) vindt de vrijwilliger aansluiting bij een breder gemeenschapsproject. De stap van vrijwilliger naar geëngageerd burger blijkt klein. In het kader van een actieve welvaartsstaat heeft deze potentie bij de overheden belangstelling gewekt: het vrijwilligersbeleid was geboren. Alhoewel, in België en Vlaanderen kan men amper van zo n beleid gewagen. De aandacht voor vrijwilligerswerk is ondergesneeuwd in sectorale beleidsprojecten. Er is nauwelijks een beleidsinstrumentarium. Daarbij stelde deze bijdrage de fundamentele vraag naar de noodzaak aan zo n beleid. Het antwoord klinkt in 2005 genuanceerd. Er stellen zich voor het vrijwilligerswerk in België en Vlaanderen nog belangrijke uitdagingen, onder andere een omvangrijk pakket sociaal-juridische opdrachten. Maar vooral op het niveau van de Vlaamse Gemeenschap is een meer gestructureerde en zwaarder onderbouwde aandacht voor het vrijwilligerwerk dringend noodzakelijk. Vrijwilligerswerk, als gemeengoed voor en van vele uiteenlopende sectoren, heeft echt behoefte aan een sectoroverschrijdende ondersteuning. Het bestaande Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk beschikt over potentie, maar deze is nog te weinig ontwikkeld. Deze steunfunctie moet zeker vertrekken vanaf een kruispunt van sectoren, met een breed perspectief op de uiteenlopende praxis van vrijwilligers en vrijwilligerswerk. Daarbij moet dit steunpunt zich niet in de plaats stellen van bestaande sectorale steunpunten, federaties of landelijke secretariaten. Het moet zich hierdoor wel laten aansturen, inspireren en in ruil diensten leveren en belangen verdedigen. Dit vraagt om een erkenning van en door verschillende ministers. Dit mag als een uitdaging voor de medio 2004 aangetreden Vlaamse beleidsploeg gesteld worden. Referenties Bauwens, A., Redig, G. (1999), Tandem : samenwerking van vereniging en gemeente. Brussel, Koning Boudewijnstichting. Billaud, F., Piveteau, A. (2001), Pour un volontariat d avenir. Regards croisés sur le volontariat de solidarité internationale. Paris, Ministère des affaires étrangères. Burger, A., Dekker, P. (red) (2001), Noch markt, noch staat. De Nederlandse non-profitsector in vergelijkend perspectief. Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau. Decoster, K. (2001), Implicaties van een sociaal kapitaal-concept voor politieke sociologen. Antwerpen, Universiteit Antwerpen PSW-Papers. Dekker, P. (1999), Vrijwilligerswerk vergeleken. Civil Society en vrijwilligerswerk III. Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau. Glasius, M., Kaldor, M., Anheier, H. (2002), Global Civil Society Oxford, University Press. Hooghe, M. (2000), Sociaal kapitaal en democratie. Verenigingsleven, sociaal kapitaal en politieke cultuur. Leuven/Leusden, ACCO. Komter, A.E., Burgers, J., Engebersen, G. (2000), Het cement van de samenleving. Een verkennende studie naar solidariteit en cohesie. Amsterdam, Amsterdam University Press. Molemans, K. (2001), Wat kan, mag en moet. Vrijwilligerswerk: een concrete stand van zaken. Brussel, Koning Boudewijnstichting, 2de editie. Putnam, R. (2000), Bowling Alone. The collapse and revival of American community. New York, Simon & Schuster. Redig, G. (2003/1), Verenigingen, poging tot begripsverenging in Niet Zomaar. Over vrijwilligerswerk in Vlaanderen anno 2003, Brussel, Koning Boudewijnstichting. Redig, G., Dierckx, D. (2003/2), Armoedebeleid van overheden: over het aanleggen van kruispunten en rotondes. In Armoede en Sociale Uitsluiting, Jaarboek 2003, Leuven, Acco. Redig, G. (2000), De jeugdconsulent als kernactor in een interactief beleid. Mogelijkheden en begrenzingen van ambtelijke ondersteuning van beleidsnetwerken en sociale leerprocessen, Wilrijk, V.V.J., Redig, G., Dierckx, D. (2004), Cooperation Flanders - South-Africa. Proposal for a survey Niet gepubliceerde nota van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Brussel. Sociaal en Cultureel Planbureau (2002), Sociaal en Cultureel Rapport De kwaliteit van de quartaire sector. Den Haag, Sociaal en Cultureel Planbureau.

Inhoud 3 Woord vooraf door minister-president Kris Peeters 5 Woord vooraf door Eva Hambach 7

Inhoud 3 Woord vooraf door minister-president Kris Peeters 5 Woord vooraf door Eva Hambach 7 Inhoudstafel Inhoud 3 Woord vooraf door minister-president Kris Peeters 5 Woord vooraf door Eva Hambach 7 Vrijwilligerswerk vandaag: raken we de spontaniteit kwijt? 7 Intro: het bos en de bomen 9 Het bos

Nadere informatie

Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012)

Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012) Hoge Raad voor Vrijwilligers over het EYAA 2012 (European Year of Active Ageing 2012) De Hoge Raad voor Vrijwilligers (HRV) kijkt relatief tevreden terug op 2011, het Europees Jaar voor het Vrijwilligerswerk.

Nadere informatie

> KEN JE GEMEENTE EN GA ERMEE AAN DE SLAG!

> KEN JE GEMEENTE EN GA ERMEE AAN DE SLAG! > KEN JE GEMEENTE EN GA ERMEE AAN DE SLAG! > > DE GEMEENTE: WAT, WAAR, HOE EN WAAROM? Simpel gezegd is een gemeente een stuk grondgebied met een eigen bestuur, dat verkozen is door en verantwoording aflegt

Nadere informatie

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur VLAAMS PARLEMENT DECREET houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur HOOFDSTUK I Algemene bepalingen Artikel 1

Nadere informatie

Stedelijk netwerken en de verhouding met de publieke. sector. Filip De Rynck. Hogeschool Gent

Stedelijk netwerken en de verhouding met de publieke. sector. Filip De Rynck. Hogeschool Gent Stedelijk netwerken en de verhouding met de publieke sector Filip De Rynck De eeuw van de samenwerking Van Government naar Governance toenemende onderlinge afhankelijkheid voor meer en meer complexe problemen

Nadere informatie

Gecoördineerde tekst:

Gecoördineerde tekst: Gecoördineerde tekst: Decreet van 27 oktober 1998 houdende de erkenning en subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur (B.S.22-12-1998) Decreet

Nadere informatie

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten: Opdrachtformulering kwartiermaker integrale welzijnsopdracht Aanleiding De gemeenteraad van de gemeente Tiel heeft in haar vergadering van juli 2014 het besluit genomen om een inhoudelijke discussie te

Nadere informatie

BIJLAGE. Motivering van het voorliggende convenant

BIJLAGE. Motivering van het voorliggende convenant BIJLAGE CONVENANT VRIJWILLIGERSWERK IN UITVOERING VAN HET PROTOCOL BETREFFENDE DE SAMENWERKING TUSSEN DE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN EN DE PROVINCIES TIJDENS DEZE LEGISLATUUR Motivering

Nadere informatie

Verplicht!? vrijwilligerswerk - Standpunt van het Vlaams Welzijnsverbond [1]

Verplicht!? vrijwilligerswerk - Standpunt van het Vlaams Welzijnsverbond [1] Verplicht!? vrijwilligerswerk - Standpunt van het Vlaams Welzijnsverbond [1] 1 1. Inleiding In het Vlaams Welzijnsverbond zijn heel wat vrijwilligers actief, zowel in organisaties die erkend zijn als autonoom

Nadere informatie

De activiteit in het Brussels Parlement voorbereiden of verwerken in de klas? Niet verplicht, wel leuk!

De activiteit in het Brussels Parlement voorbereiden of verwerken in de klas? Niet verplicht, wel leuk! De activiteit in het Brussels Parlement voorbereiden of verwerken in de klas? Niet verplicht, wel leuk! Je vindt in dit document authentiek materiaal van het parlement waarmee je zelf aan de slag kan.

Nadere informatie

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR VERENIGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR VERENIGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018 OVERGANGSBEPALINGEN VOOR VERENIGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018 Titel 8. Slotbepalingen Hoofdstuk 2. Overgangsbepalingen Art. 59. Voor de op grond van het decreet van 4 april 2003, zoals van kracht voor de

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk is geen containerbegrip

Vrijwilligerswerk is geen containerbegrip Vrijwilligerswerk is geen containerbegrip De veranderende politieke en maatschappelijke verhoudingen resulteren in minder overheid en meer burger. Door de terugtredende overheid ontstaat er meer ruimte

Nadere informatie

Toekomst intergemeentelijke samenwerking Besturen is samenwerken

Toekomst intergemeentelijke samenwerking Besturen is samenwerken Toekomst intergemeentelijke samenwerking Besturen is samenwerken Ontmoetingsavond Leiedal 28 mei 2013 Harelbeke Mark Suykens, algemeen directeur VVSG vzw Samenleving in verandering 2 - VVSG - Evoluties

Nadere informatie

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen Opschrift Datum Gewijzigd bij Decreet houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid 6 juli 2012 Decreet van 19 december 2014 houdende

Nadere informatie

DE KRACHT VAN SPEELPLEIN WERK Memorandum Vlaamse, federale en Europese verkiezingen 2019

DE KRACHT VAN SPEELPLEIN WERK Memorandum Vlaamse, federale en Europese verkiezingen 2019 DE KRACHT VAN SPEELPLEIN WERK Memorandum Vlaamse, federale en Europese verkiezingen 2019 Vlaamse Dienst Speelpleinwerk vzw 26 mei 2019 vinden er verkiezingen plaats op Vlaams, federaal en Europees niveau.

Nadere informatie

Interview met minister Joke Schauvliege

Interview met minister Joke Schauvliege Interview met minister Joke Schauvliege over de rol en de toekomst van etnisch-culturele federaties in Vlaanderen. Dertien etnisch-cultureel diverse federaties zijn erkend binnen het sociaalcultureel werk.

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2007 (BS 19 juni 2007) houdende het lokaal beleid kinderopvang. Titel I. Algemene bepalingen

Besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2007 (BS 19 juni 2007) houdende het lokaal beleid kinderopvang. Titel I. Algemene bepalingen 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2007 (BS 19 juni 2007) houdende het lokaal beleid kinderopvang Titel I. Algemene bepalingen Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

Nadere informatie

Verenigingen en vrijwilligerswerk: hardnekkige fenomenen

Verenigingen en vrijwilligerswerk: hardnekkige fenomenen Verenigingen en vrijwilligerswerk: hardnekkige fenomenen Luk Bral en Guy Pauwels Studiedag 20 jaar peilen in Vlaanderen Leuven, 31 januari 2017 Inhoud Context Opzet Evolutie informele contacten, lidmaatschap

Nadere informatie

Ontwerp van decreet ( ) Nr juni 2012 ( ) stuk ingediend op

Ontwerp van decreet ( ) Nr juni 2012 ( ) stuk ingediend op stuk ingediend op 1589 (2011-2012) Nr. 7 27 juni 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid

Nadere informatie

Kwaliteitsvol. jeugdwerk. In vogelvlucht. Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016

Kwaliteitsvol. jeugdwerk. In vogelvlucht. Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016 Kwaliteitsvol jeugdwerk Startmoment traject Jeugdwerk in de Stad Brussel, 27 september 2016 In vogelvlucht Kwaliteitsvol jeugdwerk Toelichting bij de politieke discussie in de EU en het traject van de

Nadere informatie

VLAAMS VRIJWILLIGERSBELEID

VLAAMS VRIJWILLIGERSBELEID VLAAMS VRIJWILLIGERSBELEID Advies 2016-17 / 29.09.2016 www.vlaamsewoonraad.be INHOUD 1 Situering... 3 2 Beknopte inhoud... 3 3 Bespreking... 3 3.1 algemeen 3 3.2 geringe traditie 4 3.3 aanvullende werking

Nadere informatie

Handboek sportraden. Weet raad met je sportraad

Handboek sportraden. Weet raad met je sportraad Weet raad met je sportraad Dat kan eveneens een doorslaggevend argument zijn voor het moeilijk aantrekken van jongeren. Honoreren kan met een vrijwilligersvergoeding: ofwel terugbetaling van de werkelijke

Nadere informatie

Voorontwerp van decreet betreffende het lokaal sociaal beleid

Voorontwerp van decreet betreffende het lokaal sociaal beleid VR 2017 2402 DOC.0170/2BIS Voorontwerp van decreet betreffende het lokaal sociaal beleid DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging,

Nadere informatie

FAQ. Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten

FAQ. Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten FAQ Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten cjm.vlaanderen.be INHOUD 1 Wie kan aanvragen?... 4 1.1 Kan een feitelijke vereniging indienen? 4 1.2 Kan eenzelfde aanvrager

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende

Nadere informatie

Deel 1: Het nieuwe decreet lokaal Sport voor Allenbeleid

Deel 1: Het nieuwe decreet lokaal Sport voor Allenbeleid Deel 1: Het nieuwe decreet lokaal Sport voor Allenbeleid van 2007 1 IINLEIIDIING Het vorige Decreet houdende erkenning en subsidiëring van de gemeentelijke sportdiensten, de provinciale sportdiensten en

Nadere informatie

Lokaal jeugdbeleid en maatschappelijk kwetsbaren

Lokaal jeugdbeleid en maatschappelijk kwetsbaren Lokaal jeugdbeleid en maatschappelijk kwetsbaren Inleiding voor lokale beleidsverantwoordelijken Brussel, 1 april 2010 maatschappelijk kwetsbaar? Onderzoek Lode Walgrave en Nicole Vettenburg (KU Leuven)

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 27 september 2016;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 27 september 2016; Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 6 juli 2012 houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid

Nadere informatie

Opgave 1 Heeft het vrijwilligerswerk toekomst?

Opgave 1 Heeft het vrijwilligerswerk toekomst? Opgave 1 Heeft het vrijwilligerswerk toekomst? Bij deze opgave horen tekst 1 en 2 en de tabellen 1 tot en met 3 uit het bronnenboekje. Inleiding In Nederland zijn ruim 4 miljoen mensen actief in het vrijwilligerswerk.

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 63.743/3 van 18 juli 2018 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende het jeugd- en kinderrechtenbeleid 2/6 advies Raad van State 63.743/3

Nadere informatie

Eindelijk een statuut voor de vrijwilliger

Eindelijk een statuut voor de vrijwilliger Eindelijk een statuut voor de vrijwilliger Inhoud van de toelichting Historiek Krachtlijnen van de wet En verder? Historiek Legislatuur 1999-2003 Verschillende studies over vrijwilligerswerk Twee wetsvoorstellen

Nadere informatie

MEMO AAN DE GEMEENTERAAD

MEMO AAN DE GEMEENTERAAD MEMO AAN DE GEMEENTERAAD Aan T.a.v. Datum Betreft Van Ons kenmerk Bijlagen De gemeenteraad - Brede Welzijnsvisie Het college 121560 1 Controller Directie Paraaf Datum CC Samenvatting Op 3 juli 2012 heeft

Nadere informatie

VR DOC.0432/1

VR DOC.0432/1 VR 2018 0405 DOC.0432/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring

Nadere informatie

Jouw gemeente in de wereld De wereld in jouw gemeente

Jouw gemeente in de wereld De wereld in jouw gemeente VVSG internationaal Jouw gemeente in de wereld De wereld in jouw gemeente Jouw gemeente in de wereld De wereld in jouw gemeente Arctic Circle Line Date International Tropic of Cancer Equator International

Nadere informatie

Vlaamse Regering rssjj^f ^^

Vlaamse Regering rssjj^f ^^ Vlaamse Regering rssjj^f ^^ Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van ISjuli 2007 houdende de organisatie van opvoedingsondersteuning DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de decreten

Nadere informatie

Sterk door overleg. Adviesfunctie

Sterk door overleg. Adviesfunctie De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) brengt de Vlaamse werkgevers- en werknemersorganisaties samen voor overleg en advies over tal van Vlaamse beleidsthema s. De sociale partners adviseren

Nadere informatie

I. Context (1) I. Context (2) Het Akkoord van Brussel van 16 september 2002: Een juridisch kader voor grensoverschrijdende intercommunales

I. Context (1) I. Context (2) Het Akkoord van Brussel van 16 september 2002: Een juridisch kader voor grensoverschrijdende intercommunales Het Akkoord van Brussel van 16 september 2002: Een juridisch kader voor grensoverschrijdende intercommunales Prof. dr. Jan Wouters Maarten Vidal Instituut voor Internationaal Recht K.U. Leuven www.internationaalrecht.be

Nadere informatie

VERORDENING 02/11 HOUDENDE ERKENNING VAN DE GEMEENSCHAPSRADEN EN VAN DE VZW S GEMEENSCHAPSCENTRUM IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

VERORDENING 02/11 HOUDENDE ERKENNING VAN DE GEMEENSCHAPSRADEN EN VAN DE VZW S GEMEENSCHAPSCENTRUM IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST VERORDENING 02/11 HOUDENDE ERKENNING VAN DE GEMEENSCHAPSRADEN EN VAN DE VZW S GEMEENSCHAPSCENTRUM IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST HOOFDSTUK I: ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1.- Deze verordening regelt

Nadere informatie

Splitsing kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in Vraag en Antwoord

Splitsing kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in Vraag en Antwoord Splitsing kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde in Vraag en Antwoord Inleiding Een zuivere splitsing van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde De splitsing van de kieskring BHV is ruim 50 jaar de eis van de

Nadere informatie

Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015

Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015 Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015 Datum: maart 2015 Afdeling: Samenlevingszaken In- en aanleiding Voor u ligt de startnotitie voor de aankomende beleidsnota van de gemeente

Nadere informatie

Voor ik naar hier kwam, heb ik nog even een kijkje genomen op de. organisaties, vzw s die al dan niet dringend op zoek zijn naar

Voor ik naar hier kwam, heb ik nog even een kijkje genomen op de. organisaties, vzw s die al dan niet dringend op zoek zijn naar Vrijdag 3 december 2010 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Belgische medialaunch Europees Jaar 2011 Vrijwilligerswerk (enkel het gesproken woord telt) Dames

Nadere informatie

ADVIES WIJZIGING BVR SUBSIDIËRING TERREINEN WOONWAGENBEWONERS

ADVIES WIJZIGING BVR SUBSIDIËRING TERREINEN WOONWAGENBEWONERS ADVIES WIJZIGING BVR SUBSIDIËRING TERREINEN WOONWAGENBEWONERS Advies 2017-09 / 6.07.2017 www.vlaamsewoonraad.be INHOUD 1 Situering... 3 2 Beknopte inhoud... 3 3 Bespreking... 3 3.1 Algemeen 3 3.2 Wijzigende

Nadere informatie

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma

Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030 Brussel

Nadere informatie

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR BEWEGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018

OVERGANGSBEPALINGEN VOOR BEWEGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018 OVERGANGSBEPALINGEN VOOR BEWEGINGEN VOORTGANGSRAPPORT 2018 Titel 8. Slotbepalingen Hoofdstuk 2. Overgangsbepalingen Art. 59. Voor de op grond van het decreet van 4 april 2003, zoals van kracht voor de

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen

Nadere informatie

Kaderconventie van de Raad van Europa over de bijdrage van cultureel erfgoed aan de samenleving, opgemaakt in Faro op 27 oktober 2005

Kaderconventie van de Raad van Europa over de bijdrage van cultureel erfgoed aan de samenleving, opgemaakt in Faro op 27 oktober 2005 Sectorraad Kunsten en Erfgoed Kaderconventie van de Raad van Europa over de bijdrage van cultureel erfgoed aan de samenleving, opgemaakt in Faro op 27 oktober 2005 Advies 2010/2 (SARiV) Advies 243-05 (SARC)

Nadere informatie

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting?

INLEIDING. Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting? INLEIDING Wat is het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting? Het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting werd in 1999

Nadere informatie

Vergrijzing. Impact en uitdagingen voor de lokale besturen

Vergrijzing. Impact en uitdagingen voor de lokale besturen Vergrijzing Impact en uitdagingen voor de lokale besturen Robert Petit Het departement Research van Dexia heeft een bijzonder interessante studie gepubliceerd voor de gemeentelijke beleidsvoerders die

Nadere informatie

Waar staat Ondernemers voor Ondernemers voor?

Waar staat Ondernemers voor Ondernemers voor? 8 Ondernemers voor Ondernemers Jaarverslag 2014 9 Waar staat Ondernemers voor Ondernemers voor? Missie De missie van de vzw Ondernemers voor Ondernemers (opgericht in 2000) is het bevorderen van duurzame

Nadere informatie

Ontwerp van decreet betreffende het georganiseerde vrijwilligerswerk in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin DE VLAAMSE REGERING,

Ontwerp van decreet betreffende het georganiseerde vrijwilligerswerk in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin DE VLAAMSE REGERING, Ontwerp van decreet betreffende het georganiseerde vrijwilligerswerk in het beleidsdomein Welzijn, Volksgezondheid en Gezin DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid

Nadere informatie

STATUTEN CULTUURRAAD

STATUTEN CULTUURRAAD STATUTEN CULTUURRAAD 1. DOELSTELLING Art.1 Het Decreet op het lokaal en geïntegreerd Cultuurbeleid van 12 juli 2001 bepaalt dat de organisatie van advies en inspraak voor het cultuurbeleid een bevoegdheid

Nadere informatie

Geachte Dames en Heren,

Geachte Dames en Heren, Trefdag 'Patiënt en professional, samen sterker' UZ Gent 1 december 2016 19u Bijdrage gedeputeerde Couckuyt, met als titel: Vermaatschappelijking van zorg: het belang van zelfzorg en gebruikersparticipatie

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp

Nadere informatie

Waar kan je vrijwilligerswerk doen?

Waar kan je vrijwilligerswerk doen? werk vrijwilligers Je wil je graag inzetten als vrijwilliger, maar je hebt geen idee waar? Nochtans zijn er mogelijkheden genoeg. Rechten en plichten van de vrijwilliger: nooit van gehoord? Toch zijn er

Nadere informatie

ADVIES VAN DE HOGE RAAD VOOR VRIJWILLIGERS OP HET WETSVOORSTEL VAN GOOL-DE MEYER BETREFFENDE DE RECHTEN VAN DE VRIJWILLIGERS (Doc.51/0455/001).

ADVIES VAN DE HOGE RAAD VOOR VRIJWILLIGERS OP HET WETSVOORSTEL VAN GOOL-DE MEYER BETREFFENDE DE RECHTEN VAN DE VRIJWILLIGERS (Doc.51/0455/001). ADVIES VAN DE HOGE RAAD VOOR VRIJWILLIGERS OP HET WETSVOORSTEL VAN GOOL-DE MEYER BETREFFENDE DE RECHTEN VAN DE VRIJWILLIGERS (Doc.51/0455/001). Vooreerst verheugt de Hoge Raad voor Vrijwilligers (H.R.V.)

Nadere informatie

VLAAMSERAAD VOORSTEL VAN DECREET. houdende toekenning van weddetoelagen aan gemeentelijke jeugdconsulenten TOELICHTING. Stuk 246 ( ) - Nr.

VLAAMSERAAD VOORSTEL VAN DECREET. houdende toekenning van weddetoelagen aan gemeentelijke jeugdconsulenten TOELICHTING. Stuk 246 ( ) - Nr. Stuk 246 (1988-1989) - Nr. 1 VLAAMSERAAD ZITTING 1988-1989 4 SEPTEMBER 1989 VOORSTEL VAN DECREET - van de heer H. Lauwers - houdende toekenning van weddetoelagen aan gemeentelijke jeugdconsulenten TOELICHTING

Nadere informatie

Toename van administratieve afhandeling

Toename van administratieve afhandeling Toename van administratieve afhandeling Studiedag Centrum voor Politiestudies 16/02/2017 Tom De Schepper en Melissa Rasschaert VVSG Inhoud 1. Administratieve afhandeling 2. Fenomenen en categorisering

Nadere informatie

Toespraak Sven Gatz Minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel CultuurContentement Brussel, dinsdag 13 maart 2018.

Toespraak Sven Gatz Minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel CultuurContentement Brussel, dinsdag 13 maart 2018. Toespraak Sven Gatz Minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel CultuurContentement Brussel, dinsdag 13 maart 2018 Dames en heren, - Het wordt een interessant jaar! Het proces van de overdracht van de

Nadere informatie

Federaal Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid De heer Rudy Demotte - Minister Kunstlaan Brussel. Brussel, 30 september 2009

Federaal Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid De heer Rudy Demotte - Minister Kunstlaan Brussel. Brussel, 30 september 2009 Federaal Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid De heer Rudy Demotte - Minister Kunstlaan 7 1210 Brussel Uw kenmerk : Ons kenmerk : NDG d431 Bijlage(n) : Contact : Nele De Gols 02 211 55 35 Betreft

Nadere informatie

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen

Brussel, 10 september _AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen. Advies. Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Brussel, 10 september 2003 091003_AdviesBBB_Toerisme_Vlaanderen Advies Oprichtingsdecreet Toerisme Vlaanderen Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding...3 2. Krachtlijnen van het advies... 3 3. Advies...4 3.1.

Nadere informatie

De organisatie van inspraak en beleidsadvies via advies- en beheersorganen in de vrijetijdssectoren

De organisatie van inspraak en beleidsadvies via advies- en beheersorganen in de vrijetijdssectoren De organisatie van inspraak en beleidsadvies via advies- en beheersorganen in de vrijetijdssectoren Lerend netwerk vrijetijdscoördinatoren Huis van het Nederlands, 8 november 2018 INHOUD Wettelijke referenties

Nadere informatie

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking

Advies. over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking Brussel, 5 juli 2006 050706_Advies_kaderdecreet_Vlaamse_ontwikkelingssamenwerking Advies over het ontwerp van kaderdecreet Vlaamse ontwikkelingssamenwerking 1. Inleiding Op 24 mei 2006 heeft Vlaams minister

Nadere informatie

ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES

ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES De zakelijke elementen van het decreet van 4 april 2003, artikel 45, 2, 3 en 4 zijn voor alle werksoorten van toepassing. DECREET

Nadere informatie

Activering en responsabilisering Een verhaal van rechten en plichten

Activering en responsabilisering Een verhaal van rechten en plichten Design Charles & Ray Eames - Hang it all Vitra Activering en responsabilisering Een verhaal van rechten en plichten Stakeholdersforum Arbeidszorg 28 november 2013 Provinciehuis Leuven Greet Van Dooren

Nadere informatie

AFDELING 4. HET STUURORGAAN VLAAMS INFORMATIE- EN ICT-BELEID

AFDELING 4. HET STUURORGAAN VLAAMS INFORMATIE- EN ICT-BELEID AFDELING 4. HET STUURORGAAN VLAAMS INFORMATIE- EN ICT-BELEID BESTUURSDECREET Art. III.74. Er wordt een stuurorgaan Vlaams Informatie- en ICT-beleid opgericht. Het stuurorgaan heeft, binnen de krijtlijnen

Nadere informatie

Gelet op hoofdstuk IV van de Grondwet;

Gelet op hoofdstuk IV van de Grondwet; 1/5 SAMENWERKINGSAKKOORD TUSSEN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP, HET VLAAMSE GEWEST EN DE DUITSTALIGE GEMEENSCHAP BETREFFENDE DE BEVORDERING VAN DE ALGEMENE SAMENWERKING Gelet op hoofdstuk IV van de Grondwet; Gelet

Nadere informatie

Federaal Plan Armoedebestrijding. Reactie van BAPN vzw. Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU2020 30/11/2012

Federaal Plan Armoedebestrijding. Reactie van BAPN vzw. Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU2020 30/11/2012 Belgisch Platform tegen Armoede en Sociale Uitsluiting EU2020 30/11/2012 Federaal Plan Armoedebestrijding Reactie van BAPN vzw BAPN vzw Belgisch Netwerk Armoedebestrijding Vooruitgangstraat 333/6 1030

Nadere informatie

Naar een sterker lokaal sociaal beleid Organisatie van het sociaal beleid na integratie gemeente-ocmw

Naar een sterker lokaal sociaal beleid Organisatie van het sociaal beleid na integratie gemeente-ocmw Naar een sterker lokaal sociaal beleid Organisatie van het sociaal beleid na integratie gemeente-ocmw Ronde van Vlaanderen 28/1/15 12/2/15 Hasselt, Gent, Torhout, Malle, Leuven Inhoud 2 - Vlaams regeerakkoord

Nadere informatie

VR DOC.0001/1

VR DOC.0001/1 VR 2019 1101 DOC.0001/1 DE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING EN VLAAMS MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring ontwerp van

Nadere informatie

Kwetsbaar alleen. De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030

Kwetsbaar alleen. De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030 Kwetsbaar alleen De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030 Kwetsbaar alleen De toename van het aantal kwetsbare alleenwonende ouderen tot 2030 Cretien van Campen m.m.v. Maaike

Nadere informatie

Zo kijkt VVJ naar participatie 1

Zo kijkt VVJ naar participatie 1 Zo kijkt VVJ naar participatie Groeien naar meer participatief besturen Groeien naar, want kun je niet snel snel, en niet in je eentje Participatief besturen : is voor VVJ een voorwaarde voor goed beleid

Nadere informatie

VLAAMSE OUDERENRAAD. Standpunt De verdere ontwikkeling en de financiering van de oudereneducatie

VLAAMSE OUDERENRAAD. Standpunt De verdere ontwikkeling en de financiering van de oudereneducatie VLAAMSE OUDERENRAAD Standpunt De verdere ontwikkeling en de financiering van de oudereneducatie Vlaamse Ouderenraad maart 2010 Koloniënstraat 18-24 bus 7 1000 Brussel VLAAMSE OUDERENRAAD Standpunt De verdere

Nadere informatie

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie.

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie. BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL- CULTURELE ORGANISATIES MET EEN WERKING BINNEN SPECIFIEKE REGIO DECREET EN MEMORIE VAN TOELICHTING ARTIKEL 35, UITVOERINGSBESLUIT

Nadere informatie

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2011/2 over de aanpassing van het Decreet ouderenbeleidsparticipatie

VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2011/2 over de aanpassing van het Decreet ouderenbeleidsparticipatie VLAAMSE OUDERENRAAD Advies 2011/2 over de aanpassing van het Decreet ouderenbeleidsparticipatie Vlaamse Ouderenraad vzw 26 augustus 2011 Koloniënstraat 18-24 bus 7 1000 Brussel VLAAMSE OUDERENRAAD Advies

Nadere informatie

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie.

2 De organisatie geeft aan welke actuele maatschappelijke ontwikkelingen relevant zijn in relatie tot haar missie en visie. BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL- CULTURELE ORGANISATIES MET EEN WERKING BINNEN SPECIFIEKE REGIO DECREET EN MEMORIE VAN TOELICHTING ARTIKEL 35, UITVOERINGSBESLUIT

Nadere informatie

Startnotitie. Vrijwilligerswerk Vrijwilligers maken het verschil! 2011 2014. Versie: 21 april 2011 1

Startnotitie. Vrijwilligerswerk Vrijwilligers maken het verschil! 2011 2014. Versie: 21 april 2011 1 Startnotitie Vrijwilligerswerk Vrijwilligers maken het verschil! 2011 2014 Versie: 21 april 2011 1 1. Aanleiding 1.1. Voor u ligt de startnotitie vrijwilligersbeleid, directe aanleiding voor deze startnotitie

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. Tekst aangenomen door de plenaire vergadering ( ) Nr. 8 6 juli 2011 ( ) stuk ingediend op

Ontwerp van decreet. Tekst aangenomen door de plenaire vergadering ( ) Nr. 8 6 juli 2011 ( ) stuk ingediend op stuk ingediend op 1102 (2010-2011) Nr. 8 6 juli 2011 (2010-2011) Ontwerp van decreet houdende vaststelling van de algemene regels waaronder in de Vlaamse Gemeenschap en het Vlaamse Gewest periodieke plan-

Nadere informatie

Seniorenadviesraad Galmaarden

Seniorenadviesraad Galmaarden Seniorenadviesraad Galmaarden DE GEMEENTERAAD Gelet op het decreet van 7 december 2012 van de Vlaamse Regering houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van

Nadere informatie

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer AUTEURS Jonathan Desdemoustier, onderzoeker-doctorandus, Smart City Institute, HEC-Liège, Universiteit van Luik (België)

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Onderwerp: Vrijwillige inzet in Velsen

Raadsvoorstel. Onderwerp: Vrijwillige inzet in Velsen Raadsvoorstel Onderwerp: Vrijwillige inzet in Velsen 2014-2017 Datum raadsvergadering 06-02-2014 Portefeuillehouder(s) R.G. te Beest W.E. Westerman Registratienummer Rs13.00783 Ambtenaar K. Bruijns Datum

Nadere informatie

INTERBESTUURLIJKE SAMENWERKING IN VLAANDEREN

INTERBESTUURLIJKE SAMENWERKING IN VLAANDEREN K.U.Leuven Instituut voor de Overheid Universiteit Antwerpen Universiteit Gent Hogeschool Gent www.steunpuntbov.be INTERBESTUURLIJKE SAMENWERKING IN VLAANDEREN Ellen Wayenberg & Filip De Rynck Spoor Bestuurlijke

Nadere informatie

Statuten jeugdraad Glabbeek

Statuten jeugdraad Glabbeek Statuten jeugdraad Glabbeek 2018-2025 Algemeen Art 1. In de gemeente Glabbeek wordt een gemeentelijke jeugdraad opgericht in uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en

Nadere informatie

Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1]

Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1] Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1] Ten gevolge van de goedkeuring van de bisconceptnota betreffende de organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen,

Nadere informatie

36840 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

36840 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 36840 BELGISCH STAATSBLAD 27.07.2006 Ed. 2 MONITEUR BELGE TRADUCTION MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [C 2006/202257] 7 JULI 2006. Omzendbrief betreffende de verkiezingen van de gemeenteraadsleden en de

Nadere informatie

BESTUURSMEMORIAAL VU.Hilaire Ost, Provinciegriffier, Provinciehuis Boeverbos, Koning Leopold III-laan 41, 8200, Sint-Andries

BESTUURSMEMORIAAL VU.Hilaire Ost, Provinciegriffier, Provinciehuis Boeverbos, Koning Leopold III-laan 41, 8200, Sint-Andries INHOUD 23. PLP33 betreffende de jaarrekening 2002 van de politiezones. Algemene directie Directie Politiebeheer 24. Omzendbrief BA-2004/01 van 13 februari 2004 tot aanvulling van de omzendbrief BA-1998/01

Nadere informatie

STATUTEN GOAR goedgekeurd in de gemeenteraad van 21 februari 2013 :

STATUTEN GOAR goedgekeurd in de gemeenteraad van 21 februari 2013 : STATUTEN GOAR goedgekeurd in de gemeenteraad van 21 februari 2013 : Algemeen : Art. 1 : De zetel van de gemeentelijke ouderenadviesraad is gevestigd in het gemeentehuis. Doelstellingen : Art. 2 : De gemeentelijke

Nadere informatie

SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST. protocol nr

SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST. protocol nr SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST protocol nr. 223.714 PROTOCOL HOUDENDE DE CONCLUSIES VAN DE ONDERHANDELINGEN VAN 12 SEPTEMBER 2005 DIE GEVOERD WERDEN IN HET SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE

Nadere informatie

volwassenen bevordert; 2) aan te geven welke samenlevingsvraagstukken

volwassenen bevordert; 2) aan te geven welke samenlevingsvraagstukken BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL-CULTURELE VOLWASSENENORGANISATIES MET EEN WERKING VOOR HET NEDERLANDSE TAALGEBIED EN HET TWEETALIGE GEBIED BRUSSEL-HOOFDSTAD

Nadere informatie

TRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING

TRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING TRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING Versie / 3.01.2018 cjm.vlaanderen.be 1 SITUERING Het decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 14 december 2009 ADVIES 2009-78 Advies uit eigen beweging over de gevolgen voor de openbaarheid

Nadere informatie

3. Inspraak - Participatie aan het beleid

3. Inspraak - Participatie aan het beleid kwaad berokkenen. Vaak is de zorgverlener zich dus niet bewust van de gevolgen van zijn handelingen (vandaar de be tussen haakjes). Voor Vlaanderen bestaat er een Vlaams Meldpunt Ouderenmis(be)handeling.

Nadere informatie

Digitale inclusie bij beleid en burger

Digitale inclusie bij beleid en burger Digitale inclusie bij beleid en burger Axelle Asmar & Chantal Wauters IMEC-SMIT VUB Digitale inclusie in België Federaal onderzoeksproject IDEALiC IMEC-SMIT VUB & UCL in samenwerking met Belspo Onderzoek

Nadere informatie

ARMOEDE- INDICATOREN

ARMOEDE- INDICATOREN EEN ANDERE BENADERING VAN ARMOEDE- INDICATOREN ONDERZOEK - ACTIE - VORMING MAART 2004 STEUNPUNT TOT BESTRIJDING VAN ARMOEDE, BESTAANSONZEKERHEID EN SOCIALE UITSLUITING www.armoedebestrijding.be Centrum

Nadere informatie

Duurzaam samenwerken in een buurtgericht netwerk voor kinderen en gezinnen

Duurzaam samenwerken in een buurtgericht netwerk voor kinderen en gezinnen Duurzaam samenwerken in een buurtgericht netwerk voor kinderen en gezinnen Welke uitdagingen liggen er? Het lokaal geïntegreerd gezinsbeleid neemt een belangrijke plaats in binnen het lokaal sociaal beleid,

Nadere informatie

Vlaams Gecoördineerd Vrijwilligersbeleid. Ledendag 2016

Vlaams Gecoördineerd Vrijwilligersbeleid. Ledendag 2016 Vlaams Gecoördineerd Vrijwilligersbeleid Ledendag 2016 Grote lijnen conceptnota Eerste ontwerp: februari 2016 Principiële goedkeuring Vlaamse Regering juli 2016 Actieplan Strategische Opties Actieplan

Nadere informatie

organisatie kan hier bepalen en toelichten of en in welke mate ze een werking ontplooit in een internationale context.

organisatie kan hier bepalen en toelichten of en in welke mate ze een werking ontplooit in een internationale context. BEOORDELINGSELEMENTEN, BEOORDELINGSCRITERIA EN EVALUATIECRITERIA VAN DE SOCIAAL-CULTURELE VOLWASSENENORGANISATIES MET EEN WERKING VOOR HET NEDERLANDSE TAALGEBIED EN HET TWEETALIGE GEBIED BRUSSEL-HOOFDSTAD

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn

Huishoudelijk reglement gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn GR 22/1/2019 Punt 3 & punt 8 amendementen Groen-sp.a Huishoudelijk reglement gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn Amendement 1 Artikel Artikel 31, 1 Huidig voorstel 1 De gemeenteraad richt 2

Nadere informatie

x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x

x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x Jaarplan GESCHIEDENIS Algemene doelstellingen Eerder gericht op kennis en inzicht 6 A1 A2 A3 A4 A5 Kunnen hanteren van een vakspecifiek begrippenkader en concepten, nodig om zich van het verleden een wetenschappelijk

Nadere informatie

De beoordelingselementen en -criteria voor de evaluatie in 2018

De beoordelingselementen en -criteria voor de evaluatie in 2018 De beoordelingselementen en -criteria voor de evaluatie in 2018 Voor de verenigingen: 1. De wijze waarop de vier functies, vermeld in De organisatie heeft een onderbouwde visie op de vier artikel 2, 8,

Nadere informatie

Happiness Barometer. 17 december 2014

Happiness Barometer. 17 december 2014 Happiness Barometer 17 december 2014 1 16/12/2014 Agenda Happiness Barometer, presentatie van de resultaten Raphaël Copis, Directeur HR en Communicatie Gerrit Feyaerts, Press relations De visie van de

Nadere informatie