2 Over bevolking en cultuur

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "2 Over bevolking en cultuur"

Transcriptie

1 1 t/h DE N U K IJKS w u R AARDr d e o n d e r b o K vo o E O B WERK

2 2 Over bevolking en cultuur Dit hoofdstuk gaat over bevolking, cultuur en migratie. Je bekijkt steeds eerst de situatie in India. Daarna bestudeer je of het hetzelfde is in de rest van de wereld. Planner Oriëntatie Te doen Datum klaar Score oefentoets Score toets 1 India in beeld Topografie India e Computerles oriëntatie Kern 2 Waar woont de bevolking? 3 Hoe snel groeit de bevolking? 4 Waarom verhuizen mensen? 5 Waarom is cultuur zo belangrijk? 6 Is er nog steeds apartheid in de wereld? Vaardigheden: Grafieken lezen en maken Vaardigheden: Hoe doe je een onderzoek? Vaardigheden: Enquêteren Topografie Azië e Computerles kern Onderzoek 7 Nederland, een kleurrijke samenleving? e Computerles onderzoek e Computerles onderzoek Afsluiting Samenvatting en begrippen e Oefentoets hoofdstuk 2 Eindtoets hoofdstuk 2 22

3 oriëntatie Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur 1 India in beeld Intro-opdracht a G Werk in tweetallen. Bekijk de grote openingsfoto van dit hoofdstuk in het handboek. Bedenk samen drie vragen die je over deze foto aan je docent wilt stellen. b G Bespreek de vragen klassikaal. Je docent beantwoordt jullie vragen. Waar ligt India? 1 In het stripverhaal Kuifje en de Sigaren van de Farao (figuur 1) reist Kuifje per schip naar India. Hij vertelt aan zijn hond Bobby de route die ze met het schip varen. a A Kuifje vertrekt uit België en komt uiteindelijk aan op het eiland Ceylon (tegenwoordig Sri Lanka). Gebruik de atlas en figuur 2. Teken in figuur 2 de route die Kuifje vaart. Neem als vertrekpunt Antwerpen. Schrijf ook de aardrijkskundige namen uit de strip op de juiste plaats in de figuur. b A India ligt in het werelddeel Azië. Kleur India rood in figuur 2. 2 A In bron 1 in het handboek zie je de kaart van India. Gebruik je atlas als dat nodig is. a Leer de topografie van India van bron 1. b In welk werelddeel ligt India? c Aan welke zeeën ligt India? d Wat zijn de buurlanden van India? e Welk bekend gebergte zie je aan de noordkant van India? Beeld van India 3 A Gebruik de bronnen in het handboek en je atlas. Schrijf achter elke uitspraak of deze goed of fout is. Als het fout is, moet je ook het goede antwoord opschrijven. De Ganges mondt uit in de Arabische Zee. Mumbai is de hoofdstad van India. In India wonen meer dan één miljard mensen. De grootste godsdienst is de islam. figuur 1 figuur 2 23

4 oriëntatie Naar India komen veel toeristen. De meeste mensen werken in de diensten. Meer dan 50 miljoen kinderen werken elke dag. Cherrapunji is de natste plaats op de wereld. 4 Gebruik de bronnen in het handboek. a Stel je voor: je gaat op vakantie naar India. Waarom is het niet slim om in onze zomervakantie te gaan? b Blader door het hele hoofdstuk. Welke plek op de foto s uit dit hoofdstuk zou je zeker willen bezoeken? Leg uit waarom. De foto van bron, want 5 Bekijk figuur 3. India is een land van tegenstellingen. Oud en modern komen naast elkaar voor. Ook heeft India een heel eigen cultuur. a Waarom zie je in India zoveel koeien op straat in de steden? A In de stad willen mensen ook melk drinken. B Een koe is een heilig dier in het hindoeïsme. C In ontwikkelingslanden kom je altijd koeien tegen op straat. b Schrijf nog twee dingen op die typisch voor India zijn. De titel van de paragraaf 6 De titel van de paragraaf is Beschrijf jouw beeld van India in vijf steekwoorden. Extra stof 7 A Gebruik ook de thematische kaarten van Zuid-Azië (GB 53e druk). a Ken je India al een beetje? Verbeter de volgende uitspraken. Streep per uitspraak steeds een woord door (of een paar woorden). Vervang dit door een ander woord. De eerste uitspraak is voorgedaan. De grootste godsdienst is de islam.. India heeft een zeeklimaat.. India was een kolonie van Nederland.. In India spreekt men alleen maar Hindi.. Het land met de grootste bevolking is India.. Het meeste analfabetisme komt voor in het zuidoosten.. Rond Bangalore vind je veel havenactiviteiten.. Het noordwesten is dichtbevolkt.. De temperatuur is in de zomer in het zuiden het hoogst.. b Maak nu zelf drie uitspraken en laat deze door een klasgenoot maken. KENNIS EN VAARDIGHEDEN HOOFDSTUK 2, 1 Vink aan wat je van je docent moet kennen of kunnen: Regio Ligging en topografie van India (bron 1 en figuur 2). Algemene kenmerken van India (bronnen handboek). En verder... handboek 2 blz. 26 figuur 3 24

5 kern Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur 2 Waar woont de bevolking? Waar woont de bevolking in India? 1 Vul de volgende getallen op de juiste plaats in: 1 miljard 7 miljard 25% 75 % 1 7. Op de wereld wonen bijna mensen. In India wonen meer dan mensen. Dat betekent dat ongeveer op de mensen een Indiër is. De bevolking van India is niet gelijkmatig over het land verdeeld: woont op het platteland en woont in de steden. De bevolkingsspreiding is ongelijkmatig. 2 Gebruik bron 6. a Zet een streep onder de dichtbevolkte gebieden in India. Kies uit: Gangesvallei dal van Kashmir Himalaya grensgebied met Pakistan kustvlakten. b De gebieden die overblijven zijn en. Deze gebieden zijn dunbevolkt. Er zijn in India dus grote kleine verschillen in bevolkingsdichtheid. 3 Zet achter elke uitspraak of deze goed of fout is. In het westen van India ligt de Tharwoestijn. In dit droge gebied is de bevolkingsdichtheid hoog. In vlakke, vruchtbare gebieden zoals de Gangesvallei, zie je een hoge bevolkingsdichtheid. Het gemiddelde aantal mensen per vierkante kilometer noem je de bevolkingsspreiding. In de stad is de bevolkingsdichtheid hoger dan op het platteland. 4 Bekijk bronnen 6 en 8. Lees de volgende twee uitspraken. I De bevolkingsdichtheid in India is hoog. II De bevolkingsspreiding in India is gelijkmatig. Welke uitspraak is goed? A Alleen uitspraak I is goed. B Alleen uitspraak II is goed. C Uitspraak I en II zijn goed. D Uitspraak I en II zijn fout. Waar woont de bevolking op de wereld? I In India woont slechts 25% van de bevolking in de stad. Dat is een groot verschil met het gemiddelde van de wereldbevolking. Sinds 2008 woont meer dan de helft van de wereldbevolking in steden. II Op de wereld leefden in 1950 ongeveer 700 miljoen mensen in de stad. In 1990 waren dat er al meer dan 2 miljard. En in 2008 leeft de helft van de wereldbevolking in de stad, dat zijn 3,3 miljard mensen. Waarschijnlijk leven in 2030 rond de 5 miljard mensen in steden. Dit zijn heel veel cijfers. Om deze cijfers beter in beeld te brengen, maak je gebruik van grafieken. figuur 4 25

6 kern Grafieken lezen en maken Cijfers zijn gemakkelijker te lezen als ze bij elkaar worden gezet in een tabel. Nog gemakkelijker zijn grafieken. Een grafiek is een figuur, waarmee je de betekenis van veel cijfers op een eenvoudige manier zichtbaar maakt. Enkele soorten grafieken zijn (figuur 4): lijngrafiek; staafgrafiek of kolomgrafiek; stroomgrafiek; beeldgrafiek; cirkelgrafiek. Oefening a Gebruik de gegevens van deel I op de vorige pagina. Maak in figuur 5 de twee cirkelgrafieken af. De eerste cirkelgrafiek geeft de verdeling over stad en platteland aan van de wereldbevolking in De tweede cirkelgrafiek geeft de verdeling over stad en platteland aan van India. b Gebruik de gegevens van deel II op de vorige pagina. Maak in figuur 6 een staafgrafiek van de groei van de stedelijke bevolking. Kijk goed naar het voorbeeld van de eerste staaf. 5 Gebruik bron 1 in je handboek. a Vul in de tabel de bevolkinggegevens van India en Nederland in. b De bevolkingsdichtheid bereken je door het aantal inwoners te delen door de oppervlakte in vierkante kilometer. Zet de volgende getallen op de juiste plaats in de tabel: c Het dichtst bevolkte land ter wereld is Het dunst bevolkte land is Land India Nederland Aantal inwoners Singapore Oppervlakte in km 2 Mongolië Bevolkingsdichtheid inw./km 2 6 A Gebruik bron 6, 8 en 9 in het handboek en de atlas (denk aan het trefwoordenregister/zaakregister). a Kies een van de volgende landen: VS Australië China. Gebruik figuur 7. Teken in het kader in het midden de omtrek van het land dat je hebt gekozen. Zet de naam van het land erbij. b Kleur met rood de dichtbevolkte gebieden in het land. c Geef van de dichtbevolkte gebieden aan waarom daar veel mensen wonen. Doe dit op dezelfde manier als bij bron 6. Schrijf de verklaring op de schrijflijnen en trek een pijl naar het dichtbevolkte gebied. d Doe hetzelfde met de dunbevolkte gebieden. Titel van de paragraaf 7 Beantwoord de vraag van de paragraaf. Wereldbevolking India figuur 6 Staafgrafiek. figuur 5 Cirkelgrafieken. stad platteland x miljard

7 Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur Extra stof 8 A Gebruik de atlas (onderdeel statistiek). a Maak de volgende zinnen goed af. Ik woon in de gemeente. In (jaartal invullen) bedroeg het aantal inwoners van mijn gemeente inwoners. De oppervlakte van mijn woongemeente is km². De bevolkingsdichtheid was dus inwoners per km². De bevolkingsdichtheid bedroeg in Nederland in dat jaar per km². Mijn woongemeente was dus dichter dunner bevolkt dan het Nederlands gemiddelde. In mijn gemeente ligt het gebied met de laagste bevolkingsdichtheid in het centrum rond het centrum aan de rand van de stad. b Leg uit dat de bevolkingsdichtheid van een gemeente eigenlijk geen goed beeld geeft over de bevolkingsspreiding. KENNIS EN VAARDIGHEDEN HOOFDSTUK 2, 2 Vink aan wat je van je docent moet kennen of kunnen. Kern De kerntekst en de begrippen van deze paragraaf. Kenmerken van dicht- en dunbevolkte gebieden en voorbeelden (bron 9). Bevolkingsdichtheid en bevolkingsspreiding op de wereld (bron 8). Regio Dichtbevolkte en dunbevolkte gebieden in India (bron 6 en vraag 2). Bevolkingsspreiding van India (bron 6 en vraag 3). Verdeling stad en platteland in India. En verder... Vaardigheid grafieken lezen en maken. handboek 3 blz. 28 figuur 7 27

8 kern 3 Hoe snel groeit de bevolking? Bevolkingsgroei in India 1 a In een van de sloppenwijken van Mumbai wonen precies mensen. In één jaar worden er 15 kinderen geboren. Het geboortecijfer is dan 15. Het geboortecijfer is het aantal geboorten sterfgevallen per duizend mensen per jaar. b In dezelfde krottenwijk sterven dat jaar 8 mensen. Het geboortecijfer sterftecijfer in de wijk is dus 8. c In de sloppenwijk worden 15 kin deren geboren. In dat jaar sterven 8 mensen. Er is sprake van een geboorte overschot sterfteoverschot. d Het geboorteoverschot van de krottenwijk was in dat jaar 15 = 7. Op het einde van dat jaar telde de wijk dus inwoners. e In het geval van geboortecijfer, sterftecijfer en geboorteoverschot werk je meestal niet met procent (per honderd), maar met promille. Promille wil zeggen: per. Je schrijft dat zo:. 2 Gebruik bron 10. Vul de juiste getallen in. India had in 1950 miljoen inwoners. In had India voor het eerst meer dan 1 miljard inwoners. De bevolking van India is sinds 1950 bijna keer zo groot geworden. Conclusie: India heeft een overschot, de bevolking groeit snel. 3 Gebruik figuur 8. a Kleur de lijn van het geboortecijfer groen. b Kleur de lijn van het sterftecijfer rood. Geboortecijfer Sterftecijfer c Kleur het geboorteoverschot geel. Vergeet de legenda niet. d Zet een kruis in figuur 8 waar het geboortecijfer gaat dalen. Het geboortecijfer gaat dalen vanaf 4 Gebruik bron 12 en figuur 8. a Maak de volgende zinnen goed af. Vul in: hoog laag dalend. Fase 1: geboortecijfer, sterftecijfer Fase 2: geboortecijfer, sterftecijfer Fase 3: geboortecijfer, sterftecijfer Fase 4: geboortecijfer, sterftecijfer b India bevindt zich nu in fase 3. Geef in figuur 8 met een verticale lijn aan wanneer fase 1 eindigt. Dat is dus wanneer het sterftecijfer gaat dalen. c Geef met een verticale lijn aan wanneer fase 2 eindigt. d Zet de woorden fase 1, fase 2 en fase 3 op de juiste plaats in de grafiek. Bevolkingsgroei wereld 5 Gebruik bron 13. a In welke werelddelen is sprake van een grote bevolkingsgroei?, en b In rijke arme landen is de bevolkingsgroei het kleinst. c Vul in: bevolkingsgroei geboortecijfer sterftecijfer geboorteoverschot sterfteoverschot. In arme landen is het nog steeds hoog. Het daalt snel door betere medische voorzieningen. Ook is er schoner drinkwater en wordt bijvoorbeeld riolering aangelegd. Dit leidt tot een hoog De is groot. In rijke landen wordt de bevolking ouder. Daardoor daalt het en stijgt het langzaam. In Duitsland is bijvoorbeeld al een De is klein en neemt soms zelfs af. figuur 8 Geboorte- en sterftecijfers voor India in de periode Legenda = geboortecijfer = sterftecijfer = geboorteoverschot 28

9 Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur 6 Lees het verhaal over Lakshmi in figuur 9. a In arme landen leeft men gemiddeld langer korter dan in rijke landen. De levensverwachting is in de arme landen lager. b Kleur in het verhaal van Lakshmi de redenen voor de lagere levensverwachting rood. c Kleur de redenen voor het hoge geboortecijfer in arme landen groen. Het bevolkingsmodel 7 G Gebruik bron 12 en figuur 10. Werk samen met een klasgenoot. a Kleur in figuur 10 het geboorteoverschot rood. b Dit bevolkingsmodel wordt ook wel overgangsmodel genoemd. In fase 1 zijn geboortecijfer en sterftecijfer In fase 4 zijn beide cijfers c Bij figuur 10 staan negen uitspraken die betrekking hebben op de verschillende fasen van het bevolkingsmodel. In welke fase hoort volgens jullie ieder van deze uitspraken thuis? Zet de nummers van elke uitspraak op de juiste plaats in figuur 10. d Leg aan elkaar uit waarom je dat vindt. b Kleur de leeftijdsgroepen 0-20 jaar groen, de leeftijdsgroepen jaar blauw en de leeftijdsgroepen 60 jaar en ouder grijs. c Welke uitspraken horen bij India en welke bij Nederland? Hoog geboortecijfer, veel kinderen: Veel ouderen, hoge levensverwachting: Veel kindersterfte: Veel mensen van middelbare leeftijd: Veel meer jongeren dan ouderen: Laag geboortecijfer, weinig kinderen: Weinig ouderen, lagere levensverwachting: Titel van de paragraaf 9 Leg de titel van de paragraaf uit. Maak een onderscheid tussen rijke en arme landen. Geboortecijfer Totale bevolking Leeftijdsgrafieken 8 Bekijk eerst de leeftijdsgrafieken van bron 14 en daarna figuur 11 op de volgende pagina. Sterftecijfer a Zet bij de juiste leeftijdsgrafiek van figuur 11: India Nederland. fase 1 fase 2 fase 3 fase 4 Tijd figuur 9 Het verhaal van Lakshmi. figuur 10 Lakshmi is 34 jaar en woont in een sloppenwijk in Mumbai. Er is geen riolering en schoon drinkwater. Lakshmi heeft twaalf kinderen gekregen, waarvan er vijf zijn overleden. Zij zijn gestorven aan verschillende ziektes. Medicijnen zijn duur, dus die hebben niet geholpen. Haar eerste kind kreeg ze toen ze zestien was. Lakshmi had liever minder kinderen gekregen, maar voorbehoedsmiddelen zijn duur. Kinderen zijn belangrijk, want zij kunnen geld bijverdienen. Ook kunnen ze later voor je zorgen als je zelf te oud bent om te werken. De oudste kinderen doen allerlei klusjes, zoals op de kleintjes letten. Ook verdienen ze geld door plastic zakken op de vuilnisbelt te zoeken. Lakshmi zorgt niet alleen voor haar kinderen, maar werkt daarnaast ook nog als wasvrouw. In de dampende chloorluchten staat ze te zweten. Het is eigenlijk allemaal te zwaar voor haar. s Avonds, na de lange werkdag, is ze uitgeput. 1 Een moeder staat huilend aan het graf van haar zesde kind, dat gestorven is van de honger. 2 Je moet veel kinderen hebben, want zij zijn een oudedagsvoorziening voor de ouders. 3 De dorpsarts is blij dat de riolering is aangelegd. Het afvalwater stroomt niet meer door de rivier waarin de kinderen spelen. 4 Thomas krijgt veel cadeaus voor zijn 18 e verjaardag, want hij is het enige kleinkind. 5 In het bejaardenhuis vieren we niet meer uitgebreid de honderdste verjaardag, want anders hebben we elke maand zo n feest. 6 Voorbehoedsmiddelen worden door de regering gratis versterkt. 7 Meer kinderen krijgen betekent hogere kosten (bijvoorbeeld voor school). 8 Ik woon in een dorpje in Afrika. Mijn ouders zijn overleden aan aids. Ik probeer met mijn zes broertjes en zusjes in leven te blijven. 9 De waterpomp wordt vervangen door een waterleiding. Elk huis krijgt zijn eigen kraan. 29

10 kern Extra stof 10 Gebruik figuur 11 nog een keer. a Maak de juiste combinaties door de foute antwoorden door te strepen. Land India Nederland piramide urn piramide urn hoger lager Sterftecijfer hoger lager hoger lager Leeftijdsgrafiek Geboortecijfer hoger lager Bevolkingsgroei stijgend dalend stijgend dalend b Veel rijke landen hebben ongeveer dezelfde leeftijdsgrafiek als Nederland. Wat zijn de kenmerken? Geboortecijfer lager, want Sterftecijfer stijgend, want Bevolkingsgroei klein, want c Hoe kun je in de leeftijdsgrafiek van Nederland de vergrijzing zien? KENNIS EN VAARDIGHEDEN HOOFDSTUK 2, 3 Vink aan wat je van je docent moet kennen of kunnen. Kern De kerntekst en de begrippen van deze paragraaf. Bevolkingsgroei in arme en rijke landen (bron 13 en vraag 5). Bevolkingsmodel (bron 12 en vraag 4 en 7). Leeftijdsgrafieken (bron 14 en vraag 8). Regio Bevolkingsgroei van India (bron 10 en vraag 2 en 3). Leeftijdsgrafiek van India (vraag 8 en 10). En verder... Geboorteoverschot en sterfteoverschot in grafieken kunnen tekenen. Uitspraken in grafieken kunnen plaatsen. handboek 4 blz. 30 d Hoe kun je in de leeftijdsgrafiek van India zien dat er nog geen ontgroening is? e In rijke landen ontstaat soms een sterfteoverschot doordat: A er veel verkeersongelukken zijn en daardoor het sterftecijfer stijgt. B het aandeel ouderen toeneemt. C het aandeel jongeren toeneemt. figuur mannen Bevolking in miljoen vrouwen mannen Bevolking in honderdduizend vrouwen 30

11 Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur 4 Waarom verhuizen mensen? Van het platteland naar de stad 1 In paragraaf 2 heb je kennisgemaakt met grafieken. a In de tabel zie je de groei van de bevolking van Mumbai tussen 1700 en Maak van de tabel een staafgrafiek in figuur 12. De staven van 1700 en 1900 zijn al voorgedaan. Jaar Bevolkingsomvang b Zet bij elke uitspraak het juiste getal. In 1700 had Mumbai inwoners. Honderd jaar later had de stad inwoners. De stad was keer groter geworden. In 1900 had Mumbai inwoners. Honderd jaar later was de stad keer groter geworden. Nu heeft Mumbai meer dan miljoen inwoners. Het inwoneraantal van Mumbai is in de loop der tijd steeds sneller gegroeid. 3 Om de hoofdvraag te beantwoorden zijn drie deelvragen geformuleerd. 1 Groeit de bevolking van India snel? 2 Wat zijn afstotingsfactoren van het platteland? 3 Wat zijn aantrekkingsfactoren van de stad? 4 G Bij het PLANNEN verdeel je de vragen onder elkaar. Maak groepjes van drie en verdeel de deelvragen onder elkaar. Ik ga deelvraag onderzoeken. 5 INFORMATIE VERZAMELEN en INFORMATIE VERWERKEN Bestudeer eerst bron 18. Bekijk daarna de andere bronnen in je handboek, de figuren in je werkboek en zoek bruikbare kaarten in de atlas. Welke informatie kunnen jullie gebruiken om de deelvragen te beantwoorden? Informatie deelvraag 1: Informatie deelvraag 2: Informatie deelvraag 3: 6 In deze stap ga je de VRAAG BEANTWOORDEN. a Geef eerst het antwoord op de deelvragen. Deelvraag 1: Stappenplan voor onderzoek 2 In de introtekst staat dat de steden in India snel zullen groeien. Nu woont nog % van de Indiërs op het platteland. In de toekomst zullen de steden misschien nog sneller groeien. Jullie gaan dit onderzoeken met het stappenplan voor onderzoek, dat je al hebt leren kennen in hoofdstuk 1. Zie ook het volledige stappenplan achter in je handboek. We starten met de VRAAG FORMULEREN. De hoofdvraag is: Waarom groeien Je gaat nu enkele stappen verder uitwerken door vraag 3 tot en met 6 te beantwoorden. Deelvraag 2: figuur 12 De groei van de stad Mumbai (Bombay) Bevolking x miljoen

12 kern Deelvraag 3: b Beantwoord nu de hoofdvraag. 7 Nu ga je de informatie PRESENTEREN. Zet de informatie die je hebt gevonden puntsgewijs op de juiste plaats in de tabel. Gebruik ook bron 18. Afstotingsfactoren Aantrekkingsfactoren stad platteland c Migreren doe je meestal niet voor je lol. Daar zijn verschillende redenen voor. Zet in de laatste kolom van de tabel of het gaat om economische sociale politieke redenen. d Zet achter elke persoon de juiste reden om te verhuizen. Jan is verliefd op Sheera en gaat naar Indonesië om daar te trouwen. reden. Pjotr is lid van de verboden vakbond. Hij is gemarteld door de regering en vlucht naar Nederland. reden. In de jaren zestig kwamen veel Turken en Marokkanen naar Nederland om hier te werken. reden. 9 a Zoek de volgende woorden op in de begrippenlijst. Emigratie: Immigratie: Remigratie: Waarom verhuizen mensen naar andere landen? 8 a Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste volgorde. Doe dit door de cijfers 1, 2 en 3 op de juiste plaats te zetten. Deepak verlaat Mumbai. Hij gaat werken in een hotel in Bahrein. Daar krijgt hij elke maand veel meer geld. Deepak begint zijn eigen hotel in Bahrein. Hij vraagt vrienden uit zijn dorp om hier te komen werken. Zijn vrouw en kinderen verhuizen ook al gauw naar Bahrein. Gelukkig zijn ze weer bij elkaar. b Migratie als gevolg van gunstige berichten naar het land van herkomst noem je kettingmigratie. Kleur de voorbeelden van kettingmigratie rood in de tabel. b Zet de begrippen emigratie, immigratie en remigratie (retourmigratie) op de juiste plaats in figuur Bekijk bron 15. a Hoeveel Indiërs zijn in er in 2002 geëmigreerd? b Lees de introtekst nog een keer. Waarom verlaten Indiërs het land? c Gebruik bron 17. India heeft een positief negatief migratiesaldo, want d Arme landen hebben een positief negatief migratiesaldo, want hier vestigen vertrekken meer mensen. Rijke landen hebben een positief negatief migratiesaldo, want hier vestigen zich vertrekken meer mensen. figuur 13 Verschillende vormen van migratie. 32

13 Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur Titel van de paragraaf 11 Leg de titel van de paragraaf uit. 13 a Voor hoogopgeleide laagopgeleide Indiërs is het gemakkelijker om hun gezin te laten overkomen, want Extra stof 12 a Zou jij uit ons land weg willen gaan naar een ander land? ja nee b In plaats van afstotingsfactoren en aantrekkingsfactoren worden hiervoor ook wel Engelse benamingen gebruikt. Wat zijn de pushfactoren van ons land? Noem ook enkele pullfactoren van ons land. c Wat lijkt jou het ideale land om te wonen? Schrijf de pullfactoren en misschien ook de pushfactoren van dat land op. b Als vrouw en kinderen naar het nieuwe land verhuizen om zich bij de man te vestigen, noem je dit gezinsherenigende migratie gezinsvormende migratie. c Kun je zelf een voorbeeld verzinnen van gezinsvormende migratie? KENNIS EN VAARDIGHEDEN HOOFDSTUK 2, 4 Vink aan wat je van je docent moet kennen of kunnen. Kern De kerntekst en de begrippen van deze paragraaf. Plus- en minpunten van platteland en stad (vraag 6). Verschillende redenen om te verhuizen (vraag 8). Migratiemodel (bron 18). Regio Snelle groei steden (vraag 1). Emigratie vanuit India (bron 15). En verder... Vaardigheid grafieken maken (vraag 1). Stappenplan voor onderzoek (vraag 2 t/m 7). handboek 5 blz

14 kern 5 Waarom is cultuur zo belangrijk? Cultuur in India 1 a Ik zou wel niet naar India op vakantie willen, want b Onderstreep de woorden die bij de Indiase cultuur horen: Taj Mahal de Beemster Divali (het lichtjesfeest) hindoeïsme Sinterklaas sitarmuziek Jan Smit cricket voetbal christendom. c De woorden die overblijven, horen bij de cultuur. Door de eigen cultuur hebben mensen het idee dat ze bij elkaar horen. Daarmee onderscheiden zij zich van andere groepen mensen. 2 Bekijk nog eens figuur 3 op blz. 24 van het werkboek. In India is de koe een heilig dier. Dat merk je in de straat, maar ook bij het eten. Indiërs eten geen koeien, zij hebben eerbied voor koeien. Als een koe de weg verspert, dan wacht je net zolang tot het dier zelf vertrekt. a Het zien van de koe als een heilig dier is een voorbeeld van een zichtbaar onzichtbaar cultuurkenmerk. b Het blijven wachten op straat tot een koe vertrekt, is een voorbeeld van een zichtbaar onzichtbaar cultuurkenmerk. 3 Gebruik bron 20 en 21. a Op deze bronnen staan twee belangrijke cultuurkenmerken: en b Geef de woorden die bij elkaar horen dezelfde kleur. Godsdienst Waar komt het voor? Taal hindoeïsme noorden Indo-Arian (Punjabi) christendom hele land Indo-Arian (Gujarati) islam onder andere grens met Pakistan Davidan (Mayalayan) sikhs zuiden Indo-Arian (Hindi) 4 India is een multiculturele samenleving. Welke uitspraken horen bij een multiculturele samenleving? In de wijk staan een moskee en een hindoetempel. De Brahmaan drinkt niet uit het glas van de onaanraakbare. Manmohan Singh is de eerste sikh-premier van India. De plaatsnaamborden bij de gemeentegrens staan in twee talen. Cultuurgebieden 5 A Gebruik de kaart De wereld, cultuurgebieden. a Zet de tien cultuurgebieden op de wereld onder elkaar in de tabel. Het begin is voorgedaan Cultuurgebieden Noord-Amerika Godsdienst protestant/katholiek en natuurgodsdiensten c De belangrijkste cultuur in een land is de hoofdcultuur. Wat is de hoofdcultuur in India? omdat d Multi betekent veel. Leg met behulp van de tabel uit dat India een multiculturele samenleving is. e In India zijn in de vorige eeuw een aantal plaatsen van naam veranderd. Bombay werd Mumbai, Madras werd Chennai. Deze naamsverandering van belangrijke steden werd voorgesteld door de hoofdcultuur een culturele minderheid, want 10 b Gebruik figuur 14. Geef elk cultuurgebied een andere kleur. Zet daarna de cijfers van de verschillende cultuurgebieden op de juiste plaats in de kaart. c A Gebruik de kaart De wereld, godsdiensten. Een belangrijk kenmerk van cultuur is godsdienst. Zet achter elk cultuurgebied in de tabel de juist godsdiensten. d Is er een overeenkomst tussen de cultuurgebieden en de godsdiensten? Geef hiervoor een verklaring. 34

15 Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur 6 A G Deze opdracht doe je samen met een medeleerling. Gebruik de kaart Cultuurgebieden uit je atlas en het knipblad Cultuurgebieden. Op het knipblad zie je tien foto s die gemaakt zijn in de verschillende cultuurgebieden op de wereld. a Schrijf onder elke foto waar hij volgens jullie is genomen. b Geef ook bij elke foto aan waarom je die keuze hebt gemaakt. Wat is volgens jullie kenmerkend voor die cultuur? c Knip elk cultuurgebied los. Overleg nu met elkaar welke kenmerken voor sommige cultuurgebieden hetzelfde zijn. Leg die cultuurgebieden bij elkaar. Je moet in de klas kunnen verklaren waarom je die indeling hebt gemaakt. 7 A Gebruik kaart GB215G (alleen 53e druk). De kaart laat zien in welke landen McDonald s-restaurants zijn gevestigd. a Van welk cultuurgebied is de BigMac een cultuurkenmerk? b In welke cultuurgebieden zijn nog weinig McDonald srestaurants geopend? c McDonald s past zijn menu aan de lokale omstandigheden aan. In welk land vind je de volgende uitspraken? Geen beefburgers. Mac Arabic No pigs. Kroketburger. Tortillaburger. Enquêteren Een goede manier om aan informatie over meningen en ideeën te komen, is het houden van een enquête. Als je een enquête wilt afnemen, dan moet je aan de volgende zaken denken: 1 Als je op straat gaat enquêteren, denk dan aan je veiligheid. Enquêteer met z n tweeën. Laat anderen weten waar je gaat enquêteren. Vermijd onveilige plekken en let op het verkeer. 2 Stel jezelf voor (naam, school) en leg uit wat de bedoeling is van de enquête. 3 Stel korte vragen, waarop een eenvoudig ja/nee-antwoord mogelijk is of een ander precies antwoord. 4 Stel geen vragen, waarop jezelf geen antwoord zou geven. 5 Stel niet te veel vragen: alleen die vragen die informatie opleveren zijn van belang. 6 Zorg voor een werkblad voor het noteren van de antwoorden. Doe het zo dat je alleen maar een antwoord hoeft aan te kruisen of te omcirkelen. 7 Maak een proefenquête en probeer die uit bij familie en vrienden. Verbeter indien nodig de enquête. 8 Denk eraan dat het afnemen van een enquête veel tijd kost. Oefening Maak een korte enquête waarin je naar de mening van mensen vraagt over McDonald s. Je wilt te weten komen of mensen McDonald s zien als iets wat een kenmerk is van de Nederlandse cultuur of niet. Bedenk eerst de vragen en maak een antwoordmodel. Ga dan pas de straat op. figuur 14 Wereldkaart cultuurgebieden. 35

16 kern Titel van de paragraaf 8 G Overleg met een klasgenoot waarom cultuur zo belangrijk is. In je antwoord moet in ieder geval naar voren komen: Waarom cultuur mensen samenbindt. Waarom je je door cultuur onderscheidt van andere mensen. Extra stof 9 G Klassikale opdracht. Bekijk bron 22. a Werelderfgoederen zijn en monumenten die belangrijk zijn voor de hele wereld. Dit zijn zichtbare onzichtbare cultuurkenmerken. b De Taj Mahal is een van de nieuwe wereldwonderen. In 2007 hebben mensen overal op de wereld via internet zeven nieuwe wereldwonderen gekozen. De oude wereldwonderen zijn allemaal verdwenen, op de piramide van Cheops na. Beantwoord in de volgende les onderstaande vragen. Verdeel de taken in de klas. Maak gebruik van internet voor jullie antwoorden. 1 Welke waren de zeven antieke wereldwonderen? 10 Azië is het grootste continent van de wereld en vormt samen met Europa een enorm vasteland: Eurazië. De grens met Europa wordt gevormd door het Uralgebergte (Oeralgebergte). Bij het bestuderen van Azië is niet alleen enige kennis van de cultuur van belang, maar ook de basiskennis van de topografie van het continent. Gebruik de natuurkundige en de staatkundige kaarten van Azië in je atlas. Leer de volgende topografie. Belangrijke wateren: Grote Oceaan, Indische Oceaan, Noordelijke IJszee, Zwarte Zee, Kaspische Zee, Huang He, Chang Jiang, Indus, Ganges. Gebergten: Himalaya, Ural. Gebieden: Siberië, Gobiwoestijn. Belangrijke landen: Rusland, China, India, Japan, Indonesië, Saudi-Arabië, Iran, Irak, Turkije. Je mag figuur 14 gebruiken om deze topografische namen in aan te geven. Dat vergemakkelijkt het leren. KENNIS EN VAARDIGHEDEN HOOFDSTUK 2, 5 Vink aan wat je van je docent moet kennen of kunnen. Kern De kerntekst en de begrippen van deze paragraaf. Wereldkaart cultuurgebieden (figuur 14). Godsdiensten en cultuurgebieden op de wereld (tabel vraag 5). Regio Spreiding talen en godsdiensten in India (bron 20 en 21). 2 Zeven leerlingen uit de klas vertellen in de volgende les bijzonderheden over de oude wereldwonderen. Denk aan de taakverdeling. 3 De ligging van de nieuwe wereldwonderen kun je vinden in bron 22. Dat zijn de Taj Mahal in India, de Chinese Muur, de antieke stad Petra in Jordanië, het Christusbeeld in Rio de Janeiro, de ruïnesteden Machu Picchu in Peru en Chichen Itza in Mexico, het Colosseum in Rome. 4 Zeven leerlingen uit de klas vertellen ieder over deze nieuwe wereldwonderen. Neem ook een afbeelding mee en hang die op in het lokaal. Denk aan de taakverdeling. En verder... Vaardigheid enquêteren. Informatie opzoeken over oude en nieuwe wereldwonderen. Topografie Azië. handboek 6 blz

17 Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur 6 Is er nog steeds apartheid in de wereld? Het kastenstelsel 1 In India word je geboren in een kaste. De kaste bepaalt met wie je gaat trouwen, wat je wel en niet mag doen, wat je mag eten, enzovoort. Het kastenstelsel is een belangrijk cultuurkenmerk van India. a Zet de kasten op de juiste plaats in figuur 15. Kies uit: Shudra (bedienden, landarbeiders) Brahmanen (priesters) Vaishya (boeren en kooplieden) Kshatriya (krijgers, adel). b Noteer ook de Dalits, de onaanraakbaren, in figuur 15. Waarom staan zij daar? c Wat betekent Dalit? Waarom noemen de onaanraakbaren zich Dalit? d Zijn de onaanraakbaren in India autochtonen of allochtonen?, want 2 a Wat is een vooroordeel? India heeft meer dan 1 miljard inwoners. De Dalits zijn vieze mensen, zij baden nooit. De Dalits doen het vieze, vuile werk. In India kunnen meer mannen lezen en schrijven dan vrouwen, want vrouwen zijn dommer dan mannen. b Een vooroordeel berust: A op feitelijke kennis. B niet op feitelijke kennis, maar wel op een gegronde mening. C niet op feitelijke kennis, maar op een ongegronde mening. 3 Gebruik bron 24. a Zet voor elke uitspraak goed of fout. De Dalits (onaanraakbaren) wonen in het centrum van het dorp. De Dalits hebben een eigen bron. Zo komen andere kasten niet in aanraking met het water dat de Dalits ook hebben gedronken. De Dalits zijn de onreine mensen. Zij doen het vieze werk en hebben de lagere banen. Voor een Dalit is het veel moeilijker om een opleiding te volgen dan voor een Brahmaan. Officieel is het kastenstelsel afgeschaft bij de onafhankelijkheid. In India komt discriminatie van de Dalits voor. b In India is discriminatie verboden en het kastenstelsel afgeschaft. Sommige Dalits merken daar maar weinig van. De Indiase regering wil de integratie van Dalits bevorderen in de samenleving. Welke maatregelen bevorderen de integratie? Zet voor elke uitspraak een + of een. De Dalits op aparte plekken in het dorp laten wonen. De groep niet meer onaanraakbaren noemen. De leefomstandigheden verbeteren. Extra scholing, zodat ze later betere banen kunnen krijgen. 4 Geef de juiste combinaties dezelfde kleur. Vooroordeel Discriminatie Racisme Integratie Leerplicht voor iedereen. Mensen met een andere huidskleur mogen hier niet naar binnen. Dalits zijn vies en dom. Dalits mogen niet uit de hoofdbron drinken, zij zijn onrein. figuur 15 Het Indiase kastenstelsel. 37

18 kern Cultuurbotsing 5 Bekijk bron 25. a Hebben de sikhs in Punjab dezelfde cultuur als de hindoes in de rest van India? b Wat is de hoofdcultuur in Punjab? En van India? c In Punjab is er sprake van cultuurverrijking cultuurbotsing. 6 A Bekijk bron 21 en 25 en de kaart Godsdiensten in je atlas. a Wat is de belangrijkste godsdienst in Pakistan? b Wat is de belangrijkste godsdienst in Kashmir? c Waarom kun je in Kashmir spreken van een cultuurbotsing? d Is er sprake van integratie van de bevolking van Kashmir in India? 11 september 2001, aanslag op het World Trade-centrum. In Zuid-Afrika woonden de zwarten bij elkaar in aparte wijken. Dit noem je apartheid. Multiculturele samenleving. 8 A Gebruik bron 26 en de kaart Godsdiensten in je atlas. a Bron 26 laat zien dat er op de wereld veel conflicten zijn tussen bevolkingsgroepen met verschillende godsdiensten. Zoek het land uit de tabel op de kaart op. Geef in de tabel met kruisjes aan tussen welke godsdiensten er conflicten zijn. b Welke twee godsdiensten hebben volgens deze tabel de meeste conflicten met elkaar? 9 Mahatma Gandhi is de bekendste Indiër ter wereld. Hij wilde dat India onafhankelijk werd van Groot-Brittannië. Dit moest gebeuren zonder geweld. Gandhi wilde ook graag dat Hindoes en moslims samen zouden leven in India. Dat is niet gelukt. Gandhi werd in 1948 vermoord door een extremistische hindoe. a Wat denk je dat Gandhi bedoelde met zijn uitspraak (figuur 16)? Cultuurbotsing of cultuurverrijking 7 Soms nemen culturen dingen van elkaar over, dat is een verrijking. Soms komen culturen met elkaar in conflict, dan ontstaat een botsing. Zet achter elke uitspraak of het om een cultuurverrijking of een cultuurbotsing gaat. In elke wereldstad vind je wel een McDonald s, pizzeria en Chinees. Nigeria Ivoorkust Kashmir Natuurgodsdienst Midden- Oosten Cyprus b Is volgens jou de uitspraak van Gandhi ook van toepassing op Nederland? Islam Christendom Hindoeisme Boeddhisme Jodendom Nieuw- Guinea Oost- Timor tabel bij vraag 8 figuur 16 Mahatma Gandhi, Indiaas filosoof en staatsman ( ): Ik wil niet dat mijn huis aan alle kanten ommuurd is en al mijn ramen zijn dichtgemetseld. Ik wil dat de culturen van alle landen vrij door mijn huis kunnen waaien. Maar ik wil er niet door omver worden geblazen. 38

19 Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur Titel van de paragraaf 10 De titel luidt: Is er nog steeds apartheid in de wereld? a Waar komt die naam apartheid vandaan? 12 Conflicten zijn van alle tijden. Wat is op het ogenblik het belangrijkste conflict in de wereld? Beantwoord deze vraag aan de hand van de drie geografische stappen. Wat? Waar? Waarom daar? Wat is er aan de hand? Waar? b Is er nog steeds apartheid in de wereld? Waarom daar? Extra stof 11 Bekijk bron 23 en 24. a De regering van India streeft naar integratie van de Dalits. Toch wonen ze vaak nog gescheiden van de andere mensen (segregatie). Op de plattegrond is sprake van integratie segregatie, want b Zet achter de uitspraak: integratie segregatie. In de voorsteden van grote steden wonen de rijken bij elkaar. Zij zorgen voor hun eigen beveiliging. Ze bouwen een muur om hun huizen heen en nemen zelf een beveiligingsdienst in de arm. De regering van India wordt gevormd door sikhs, moslims en hindoes. c In Nederland is sprake van integratie, maar ook van segregatie van de Marokkanen. Integratie, want KENNIS EN VAARDIGHEDEN HOOFDSTUK 2, 6 Vink aan wat je van je docent moet kennen of kunnen. Kern De kerntekst en de begrippen van deze paragraaf. Het verschil tussen cultuurbotsing en cultuurverrijking (vraag 5 t/m 8). Conflictgebieden op de wereld (bron 26). Regio Kastenstelsel India (figuur 15). Conflictgebieden in India (bron 25). En verder... Actueel conflict in de wereld. handboek 7 blz. 36 Segregatie, want 39

20 onderzoek 7 Nederland, een kleurrijke samenleving? In Nederland is veel discussie over de integratie van culturele minderheden in de Nederlandse samenleving. Jij gaat samen met je klasgenoten en de docent in discussie over Nederland als multiculturele samenleving. Voordat je aan de echte discussie begint, voer je eerst een kleine enquête uit. De enquête 1 In Nederland worden regelmatig enquêtes afgenomen. In de tabel staan tien stellingen over de multiculturele samenleving. In de kolommen ( ) zie je hoeveel procent van de Nederlanders het eens is met de stelling. a Lees de stellingen goed door. Vul daarna de laatste kolom in. Geef dus per stelling je mening door in te vullen: mee eens oneens neutraal. b G Het laatste onderzoek in deze tabel is gehouden in Dat is alweer een hele tijd geleden. Jullie gaan onderzoeken in jullie wijk of gemeente hoe de mensen nu over deze stellingen denken. Verdeel de taken over de klas. Houd nauwkeurig bij hoeveel mensen jullie ondervraagd hebben. Zo kun je later de percentages berekenen. Net als in de andere kolommen gaat het erom, wie het met de stelling eens is. Alleen dat percentage ga je berekenen. Bedenk ook dat jullie enquête eigenlijk niet representatief is. Jullie enquête gaat maar over een klein deel van Nederland. 2 A Jij hebt net bij elke stelling je mening gegeven. Een mening is iets wat je ergens van vindt. Om je mening te onderbouwen, heb je argumenten nodig. Een discussie hoort te gaan over argumenten. Gebruik de bronnen in het handboek, de atlaskaarten GB56 [GB51] en andere informatie bijvoorbeeld via internet om je mening bij iedere stelling te geven. Schrijf per stelling je argumenten op een apart blad. Discussie in de klas 3 De discussiewerkvorm Hoeken legt je docent uit. Het gaat in het kort als volgt. 1 De stoelen en tafels in het lokaal worden aan de kant gezet. In het midden van de klas ontstaat een lege ruimte, waar jullie kunnen lopen. 2 In drie hoeken wordt een groot vel papier opgehangen: één hoek is NEUTRAAL, één hoek is EENS, één hoek is ONEENS. 3 Je docent heeft de stellingen 1 t/m 10 op het bord gezet. Hij leest de eerste stelling voor. Jullie lopen naar de hoek toe die jullie mening aangeeft. 4 Bespreek met leerlingen in dezelfde hoek de argumenten voor jullie mening. Schrijf deze op. 5 De docent is de discussieleider. Hij begint de discussie met een vraag: Waarom is jullie groep het eens of oneens met de stelling? Of: Waarom hebben jullie nog geen mening? 6 Daarna mogen leerlingen uit de andere hoeken vragen stellen en hun eigen mening laten horen. 7 Als laatste vraagt de docent of sommigen van jullie van mening zijn veranderd. Dan mag je naar een andere hoek gaan. 8 De docent kiest een nieuwe stelling. De discussie begint opnieuw. Stelling nu 1 De aanwezigheid van buitenlanders is een aanwinst, omdat we in aanraking komen met andere culturen Een land als Nederland is verplicht om vluchtelingen op te nemen eigen mening mee eens/oneens/neutraal 3 Afgewezen asielzoekers moeten zonder pardon het land worden uitgezet Het jaarlijks aantal toe te laten buitenlanders moet aan een maximum worden gebonden. Buitenlanders die hier voor langere tijd willen blijven wonen, moeten onze taal leren en vertrouwd raken met de Nederlandse gewoonten en regels. Buitenlanders die kiezen voor de Nederlandse nationaliteit, moeten ook hun eigen nationaliteit kunnen behouden. Buitenlandse jongeren die in Nederland wonen, moeten hun huwelijkspartner naar Nederland kunnen halen. Werkgevers die illegalen in dienst hebben, zouden een flinke boete moeten krijgen. Bedrijven zouden verplicht moeten worden om een bepaald percentage buitenlanders in dienst te nemen. De gemeente zou ervoor moeten zorgen dat buitenlanders niet allemaal 10 bij elkaar gaan wonen, maar verspreid over de hele stad. Bron: NIDI, MOAB

21 afsluiting Hoofdstuk 2 Over bevolking en cultuur Samenvatting Maak nu de samenvatting van dit hoofdstuk in het schema hieronder. De samenvatting bestaat uit kleine schetsjes en kernwoorden. Het doel is om de inhoud van een paragraaf samen te vatten. De eerste kernparagraaf is helemaal voorgedaan. Bij de andere kernparagrafen staat een klein stukje. Maak die paragrafen op dezelfde manier af. paragraaf 2 Waar woont de bevolking? paragraaf 3 Hoe snel groeit de bevolking? paragraaf 4 Waarom verhuizen mensen? paragraaf 5 Waarom is cultuur zo belangrijk? paragraaf 6 Is er nog steeds apartheid in de wereld? 41

AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw WERKBOEK

AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw WERKBOEK 1 bk AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw WERKBOEK 2 Bevolking en cultuur Op de wereld wonen heel veel mensen. De bevolking op de wereld groeit snel. India is het land waar de bevolking het snelst groeit.

Nadere informatie

2 Over bevolking en cultuur

2 Over bevolking en cultuur t g k 1 NDE SKUo u w K J I R AARDr d e o n d e r b K vo o E O B WERK 2 Over bevolking en cultuur Op de wereld wonen heel veel mensen en het worden er alleen maar meer. Elke paragraaf van dit hoofdstuk

Nadere informatie

AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw HANDBOEK

AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw HANDBOEK 1bk AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw HANDBOEK India Bevolking en cultuur Op de wereld wonen bijna zeven miljard mensen. Dat zijn er veel, heel veel. Waar wonen ze en waarom wonen ze juist daar? Hoe snel

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde H1 paragraaf 2 t/m 8

Samenvatting Aardrijkskunde H1 paragraaf 2 t/m 8 Samenvatting Aardrijkskunde H1 paragraaf 2 t/m 8 Samenvatting door Anne 1154 woorden 12 april 2017 6,3 46 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Paragraaf 2 Bevolkingsspreiding: de manier

Nadere informatie

Eindtoets hoofdstuk 1

Eindtoets hoofdstuk 1 WERELDWIJS 1 VMBO-BK 1 DE WERELD ONTDEKKEN MET DE ATLAS EINDTOETS Eindtoets hoofdstuk 1 1 Hoe zoek je in de atlas? Noteer het juiste hulpmiddel. Kies uit: het namenregister de bladwijzer het zaakregister.

Nadere informatie

2 Over bevolking en cultuur

2 Over bevolking en cultuur o w v 1 NDE KU w S K J I u R AARDr d e o n d e r b o vo o EK O B K WER 2 Over bevolking en cultuur In dit hoofdstuk ga je je verdiepen in de bevolking van India en de wereldbevolking. Bevol kings groei

Nadere informatie

Eindtoets hoofdstuk 1

Eindtoets hoofdstuk 1 WERELDWIJS 1 VMBO-KGT 1 DE WERELD ONTDEKKEN MET DE ATLAS EINDTOETS Eindtoets hoofdstuk 1 1 Hoe zoek je in de atlas? Noteer het juiste hulpmiddel. Kies uit: het namenregister de bladwijzer het zaakregister.

Nadere informatie

Bevolkingsspreiding. Waar zit iedereen? Juist of onjuist: China is het grootste land ter wereld. A. Juist. B. Onjuist

Bevolkingsspreiding. Waar zit iedereen? Juist of onjuist: China is het grootste land ter wereld. A. Juist. B. Onjuist Bevolking Waar zit iedereen? Waar zit iedereen? Bevolkingsspreiding Vraag 1 van 9 Juist of onjuist: China is het grootste land ter wereld. A. Juist B. Onjuist De manier waarop de bevolking over een gebied

Nadere informatie

1t/h. AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw HANDBOEK

1t/h. AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw HANDBOEK 1t/h AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw HANDBOEK 22 India 2 Over bevolking en cultuur Dit hoofdstuk gaat over bevolking en cultuur. Waar wonen mensen en waarom wonen ze daar? Hoe snel groeit de bevolking

Nadere informatie

1kgt. AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw HANDBOEK

1kgt. AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw HANDBOEK 1kgt AARDRIJKSKUNDE voor de onderbouw HANDBOEK 90 India 2 Over bevolking en cultuur Binnenkort wonen op de wereld 7 000 000 000 (zeven miljard!) mensen. Dat zijn er veel, heel veel. Waar wonen ze en waarom

Nadere informatie

Het onderdeel van aardrijkskunde dat zich bezighoudt met de bevolkingsomvang en de bevolkingssamenstelling wordt demografie genoemd.

Het onderdeel van aardrijkskunde dat zich bezighoudt met de bevolkingsomvang en de bevolkingssamenstelling wordt demografie genoemd. Rekenen aan bevolkingscijfers Introductie Het aantal mensen in een gebied is niet steeds gelijk. De bevolkingsomvang verandert voortdurend. Er worden kinderen geboren en er gaan mensen dood. Ook kunnen

Nadere informatie

De trek naar de stad 1. Wonen in Lagos 2. Blad 1. Mega Enorm groot. Een megastad is een enorm grote stad.

De trek naar de stad 1. Wonen in Lagos 2. Blad 1. Mega Enorm groot. Een megastad is een enorm grote stad. 5 Lastige woorden Blad De trek naar de stad Mega Enorm groot. Een megastad is een enorm grote stad. Uitkering Geld dat je krijgt van de regering, bijvoorbeeld als je niet kunt werken. Voorbehoedsmiddel

Nadere informatie

Antwoorden Aardrijkskunde H1 bevolking 1.7 t/m 1.9 en workitout

Antwoorden Aardrijkskunde H1 bevolking 1.7 t/m 1.9 en workitout Antwoorden Aardrijkskunde H bevolking.7 t/m.9 en workitout Antwoorden door een scholier 49 woorden april 08,7 5 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Hoofdstuk Bevolking - antwoorden.7

Nadere informatie

Praktische opdracht Wiskunde C Bevolkingsgroei

Praktische opdracht Wiskunde C Bevolkingsgroei Praktische opdracht Wiskunde C Bevolkingsgroei Praktische-opdracht door een scholier 2048 woorden 22 april 2003 5,9 100 keer beoordeeld Vak Wiskunde C PRACTISCHE OPDRACHT WISKUNDE: BEVOLKING Inhoudsopgave:

Nadere informatie

Bevolkingsgroepen DOE KAART 1. Naam van het project. Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep.

Bevolkingsgroepen DOE KAART 1. Naam van het project. Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep. DOE KAART 1 Bevolkingsgroepen Als je voor deze opdracht kiest leer je meer over een bepaalde bevolkingsgroep. Zoek 6 verschillende bevolkingsgroepen op. Kies 1 bevolkingsgroep uit waar je meer over wilt

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Leefbaarheid en zorg in stedelijke en landelijke gebieden

Samenvatting Aardrijkskunde Leefbaarheid en zorg in stedelijke en landelijke gebieden Samenvatting Aardrijkskunde Leefbaarheid en zorg in stedelijke en landelijke gebieden Samenvatting door een scholier 1149 woorden 21 juni 2004 5,3 162 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Terra Hoofdstuk

Nadere informatie

Toets_Hfdst6_BevolkingEnRuimtelijkeInrichting

Toets_Hfdst6_BevolkingEnRuimtelijkeInrichting Toets_Hfdst6_BevolkingEnRuimtelijkeInrichting Vragen Samengesteld door: visign@hetnet.nl Datum: 31-1-2017 Tijd: 11:07 Samenstelling: Geowijzer Vraag: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15,

Nadere informatie

Scholengroep Amnesty International Nijmegen WERKBLADEN - 2

Scholengroep Amnesty International Nijmegen WERKBLADEN - 2 VREEMDELINGEN IN NEDERLAND ONDERBOUW VOORTGEZET ONDERWIJS VREEMDELINGEN Waaraan denken we bij het woord vreemdeling? We beginnen deze les direct met een opdracht. 1. We schrijven op het bord in een grote

Nadere informatie

Eindtoets hoofdstuk 1

Eindtoets hoofdstuk 1 WERELDWIJS 1 HAVO/VWO 1 DE WERELD ONTDEKKEN MET DE ATLAS EINDTOETS Eindtoets hoofdstuk 1 1 a Wat zijn de belangrijkste onderdelen die een cartograaf op een kaart tekent? windrichting, 1..., 2..., 3. b

Nadere informatie

6,1. Wat is migratie? On the move. Samenvatting door een scholier 1685 woorden 3 juni keer beoordeeld. Aardrijkskunde. 2.

6,1. Wat is migratie? On the move. Samenvatting door een scholier 1685 woorden 3 juni keer beoordeeld. Aardrijkskunde. 2. Samenvatting door een scholier 1685 woorden 3 juni 2009 6,1 33 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand 2.1 Migratie Wat is migratie? migratie = van woonplaats veranderen Als je let op de

Nadere informatie

Eindtoets hoofdstuk 1

Eindtoets hoofdstuk 1 WERELDWIJS 1 VMBO-TH 1 WERELDEN ONTDEKKEN MET DE ATLAS EINDTOETS Eindtoets hoofdstuk 1 1 Hoe zoek je in de atlas? Noteer het juiste hulpmiddel. Kies uit: register van topografische namen [namenregister]

Nadere informatie

Een promille is één-duizendste gedeelte van een totaal. ( pro = per en mille = duizend ).

Een promille is één-duizendste gedeelte van een totaal. ( pro = per en mille = duizend ). Keuzeopdracht door een scholier 3148 woorden 4 maart 2003 5,8 164 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Bevolkingsberekeningen met promillen. (een aanvulling bij de Basisboeknummers 81 en 84) Soms moet je

Nadere informatie

Opdracht bevolkingsgroei

Opdracht bevolkingsgroei Opdracht bevolkingsgroei Soms moet je bij het vak Aardrijkskunde een beetje kunnen rekenen. In de eerste klas heb je schaalberekeningen gemaakt. In de tweede klas komen bevolkingsberekeningen aan de orde.

Nadere informatie

Toeristen in Nederland

Toeristen in Nederland Toeristen in Nederland Het is bijna zomer. Veel Nederlanders gaan lekker op vakantie naar het buitenland. Maar er komen ook heel veel buitenlandse toeristen naar Nederland. Hoeveel zijn dat er eigenlijk?

Nadere informatie

www.aardrijkskundepagina.nl Pagina 1 van 4 Opdracht 1 Quiz voorgaand opgave 1. - Vraag 1: Zuid-Azië - Vraag 2: C - Vraag 3: Hindoeïsme - Vraag 4: 1,2 miljard - Vraag 5: De koe - Vraag 6: New Delhi - Vraag

Nadere informatie

1. De bevolkingsspreiding en -groei in de wereld

1. De bevolkingsspreiding en -groei in de wereld Hoofdstuk 3 Socio- economische verscheidenheid 1. De bevolkingsspreiding en -groei in de wereld 1.1 De wereldblokken Noteer per reeks welk gemeenschappelijk thema je kan herkennen. REEKS 1 Thema:.. REEKS

Nadere informatie

Een weg door de geestelijke stromingen vragenlijst voor het hindoeïsme. Naam:

Een weg door de geestelijke stromingen vragenlijst voor het hindoeïsme. Naam: Een weg door de geestelijke stromingen vragenlijst voor het hindoeïsme Naam: Het hindoeïsme Hallo, dit is de vragenlijst die hoort bij de website over geestelijke stromingen. Je kunt de website vinden

Nadere informatie

Opdrachten : Je moet 5 verschillende opdrachten maken. Zorg dat je daarvoor in tenminste 3 verschillende werkplekken komt.

Opdrachten : Je moet 5 verschillende opdrachten maken. Zorg dat je daarvoor in tenminste 3 verschillende werkplekken komt. Grote klus van : Opdrachten : Je moet 5 verschillende opdrachten maken. Zorg dat je daarvoor in tenminste 3 verschillende werkplekken komt. Laat de opdrachten aftekenen door een juf. Je mag natuurlijk

Nadere informatie

AK hoofdstuk 3 paragraaf 1

AK hoofdstuk 3 paragraaf 1 AK hoofdstuk 3 paragraaf 1 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Renee Cools 03 February 2014 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/49135 Dit lesmateriaal is gemaakt met

Nadere informatie

Overal Nederlanders vmbo12

Overal Nederlanders vmbo12 banner Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 20 juni 2017 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/62203 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van

Nadere informatie

Overal Nederlanders vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Overal Nederlanders vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 06 September 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/62203 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken

Nadere informatie

Lesbrief: Reis rond de wereld Thema: Hoe kom ik daar?

Lesbrief: Reis rond de wereld Thema: Hoe kom ik daar? Lesbrief: Reis rond de wereld Thema: Hoe kom ik daar? Copyright Vakcollege Groep B.V. 2015. Alle rechten voorbehouden. Reis rond de wereld Inleiding In Nederland leven veel culturen naast elkaar. Op school,

Nadere informatie

Aardrijkskunde hoofdstuk 3 paragraaf 1

Aardrijkskunde hoofdstuk 3 paragraaf 1 Aardrijkskunde hoofdstuk 3 paragraaf 1 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Irene van Hensbergen 31 January 2014 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/48842 Dit lesmateriaal

Nadere informatie

5,5. Werkstuk door een scholier 1890 woorden 25 juni keer beoordeeld. Aardrijkskunde

5,5. Werkstuk door een scholier 1890 woorden 25 juni keer beoordeeld. Aardrijkskunde Werkstuk door een scholier 1890 woorden 25 juni 2008 5,5 10 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde INLEIDING Deze P.O. bestaat uit hoofd- en deelvragen. Ik ga dit onderzoek uitvoeren in mijn eigen omgeving;

Nadere informatie

Een deel van het onderzoek doe je met z n tweeën, het andere deel doe je zelfstandig. Dit onderzoek telt als repetitie A en B.

Een deel van het onderzoek doe je met z n tweeën, het andere deel doe je zelfstandig. Dit onderzoek telt als repetitie A en B. In jouw stad of dorp zijn er vast wel wijken waar mensen met wat hogere inkomens wonen en wijken waar mensen met wat lagere inkomens wonen. Er wordt beweerd dat mensen met een hoger inkomen meer en verder

Nadere informatie

Wereldgodsdiensten. Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum. Naam:

Wereldgodsdiensten. Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum. Naam: Wereldgodsdiensten Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum Naam: Inhoudsopgave Inleiding Schema Beoordeling Deel 1 Test jezelf! Deel 2 Kies je onderwerp en aan de slag! Deel 3 Het ervaren

Nadere informatie

Bestudeer de bronnen 1 en 2 uit het bronnenboekje die bij deze opgave horen.

Bestudeer de bronnen 1 en 2 uit het bronnenboekje die bij deze opgave horen. Wereld Opgave 1 Globalisering van IKEA Bestudeer de bronnen 1 en 2 uit het bronnenboekje die bij deze opgave horen. In 1963 opende IKEA zijn eerste buitenlandse vestiging. Daarna volgden er nog veel meer.

Nadere informatie

Schoon water voor iedereen?

Schoon water voor iedereen? Doelen Kerndoel 43: De leerlingen leren hoe je weer en klimaat kunt beschrijven met behulp van temperatuur, neerslag en wind. Kerndoel 47: De leerlingen leren de ruimtelijke inrichting van de eigen omgeving

Nadere informatie

Kwt opdracht atlas gebruik

Kwt opdracht atlas gebruik Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Erik van Wijngaarden 22 september 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/65793 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet.

Nadere informatie

MINDER ARMOEDE MILLENNIUMDOEL 1. Beantwoord de volgende vragen en gebruik daarbij de kaart MINDER ARMOEDE.

MINDER ARMOEDE MILLENNIUMDOEL 1. Beantwoord de volgende vragen en gebruik daarbij de kaart MINDER ARMOEDE. MILLENNIUMDOEL 1 MINDER ARMOEDE kaart MINDER ARMOEDE. 1. Wat betekent de extreme armoedegrens? 2. In welk werelddeel liggen de meeste landen waar mensen onder de armoedegrens van 1,25 dollar per dag leven?

Nadere informatie

ONTDEKKINGSREIZIGERS en AVONTURIERS. Van:

ONTDEKKINGSREIZIGERS en AVONTURIERS. Van: ONTDEKKINGSREIZIGERS en AVONTURIERS Van: Ieder groepje gaat op ontdekkingsreis, deze gebieden worden verdeeld: heelal, de zee, een onderaards gebied, een vulkanisch gebied, een bergachtig gebied, een woestijn

Nadere informatie

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2

BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGE 1 A4 BLADEN THEMA S BIJLAGE 2 DOMINO EMOTIES BIJLAGE 3 MATCHING OEFENING GEVOELENS BIJLAGE 4 VRAGENLIJST FILM BIJLAGE 5 VRAGENSTROOKJES HOEKENWERK BIJLAGE 6 ANTWOORDENBLAD

Nadere informatie

Stad en Land hv onderbouw WERKBLAD

Stad en Land hv onderbouw WERKBLAD kenmerken Stad en Land hv onderbouw WERKBLAD Opdracht 1 Bekijk de foto. Wat zie je? Schrijf je eerste indruk op: Streep nu door wat NIET van toepassing is op deze foto: platteland stad nieuw oud centrum

Nadere informatie

Eindexamen aardrijkskunde vmbo gl/tl 2006 - I

Eindexamen aardrijkskunde vmbo gl/tl 2006 - I Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. MIGRATIE EN DE MULTICULTURELE SAMENLEVING tekst 1 De gemeenschap van mijn overgrootvader vormt een van oudste minderheidsgroepen

Nadere informatie

LESBRIEF GROEP THEMA: CHINA

LESBRIEF GROEP THEMA: CHINA LESBRIEF GROEP 5 + 6 THEMA: CHINA Verwerkingsopdrachten & kopieerbladen voor Samsam nr. 1, 2017 Zo gebruikt u Samsam in de klas Weinig tijd: bekijk de filmpjes bij opdracht 1. Verdieping: kopieer de werkbladen

Nadere informatie

1 Landschap en klimaat in Turkije

1 Landschap en klimaat in Turkije 1 Landschap en klimaat in Turkije 1 landschap, klimaat, Turkije, Europa, Azië, Azië 2a 2b 2c 3a 3b Istanbul door twee bruggen De Bosporus eigen antwoord (verschilt per atlas) zee 4a 1 Istanbul 2 Ankara

Nadere informatie

Diversiteit hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Diversiteit hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 16 December 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/52440 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken

Nadere informatie

Het hindoeïsme heeft geen stichter. Voor het ontstaan van het hindoeïsme moeten we naar India gaan: een groot land in Azië.

Het hindoeïsme heeft geen stichter. Voor het ontstaan van het hindoeïsme moeten we naar India gaan: een groot land in Azië. Het hindoeïsme Hoe is het hindoeïsme ontstaan? Het hindoeïsme heeft geen stichter. Voor het ontstaan van het hindoeïsme moeten we naar India gaan: een groot land in Azië. Eeuwenlang leefden in dat land

Nadere informatie

VERSCHIL ZAL ER ZIJN AARDRIJKSKUNDE VMBO BOVENBOUW. tussen buurten, wijken en regio s in Nederland

VERSCHIL ZAL ER ZIJN AARDRIJKSKUNDE VMBO BOVENBOUW. tussen buurten, wijken en regio s in Nederland AARDRIJKSKUNDE VMBO BOVENBOUW VERSCHIL ZAL ER ZIJN tussen buurten, wijken en regio s in Nederland 1. Inleiding... 1 2. Verschillen lokaal... 2 3. Verschillen regionaal... 5 Limburg loopt leeg... 5 Verandering

Nadere informatie

Hoogteverschillen in Europa

Hoogteverschillen in Europa Hoogteverschillen in Europa 1 1 2 3 4 Europa kent veel verschillende landschappen. Dat komt door: a. Grote verschillen in reliëf b. Verschil in afstand tot zee c. Verschil in afstand tot evenaar Benoem

Nadere informatie

Examen HAVO. aardrijkskunde. tijdvak 1 donderdag 27 mei 9.00-11.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

Examen HAVO. aardrijkskunde. tijdvak 1 donderdag 27 mei 9.00-11.30 uur. Bij dit examen hoort een bijlage. Examen HAVO 2010 tijdvak 1 donderdag 27 mei 9.00-11.30 uur aardrijkskunde Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 60 punten te behalen. Voor elk

Nadere informatie

In deze les werk je in groepen van drie of vier personen. Vul hier de namen van de groepsleden in:

In deze les werk je in groepen van drie of vier personen. Vul hier de namen van de groepsleden in: Congo De Democratische Republiek Congo is nu vaak in het nieuws. Er is een verschrikkelijke burgeroorlog aan de gang. Verschillende groepen in het land vechten met elkaar. De Europese Unie wil misschien

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl 2006 - I

Eindexamen maatschappijleer 2 vmbo gl/tl 2006 - I Meerkeuzevragen Schrijf alleen de hoofdletter van het goede antwoord op. DE MULTICULTURELE SAMENLEVING 1p 1 Het aantal asielaanvragen is sinds 2000 gedaald. Waardoor is het aantal asielzoekers in Nederland

Nadere informatie

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,

Fact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, Fact sheet nummer 1 maart 2004 Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, 1994-2003 Waar in Amsterdam wonen allochtone jongeren en ouderen? Allochtonen wonen vaker dan autochtonen in gezinsverband

Nadere informatie

KWT opdracht Atlas gebruik

KWT opdracht Atlas gebruik Auteur Erik van Wijngaarden Laatst gewijzigd 22 September 2016 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/65793 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken

Nadere informatie

5) Bonusvraag verschillen tussen: stad en platteland, rijkdom, werkvoorziening, diensten, landbouw en industrie

5) Bonusvraag verschillen tussen: stad en platteland, rijkdom, werkvoorziening, diensten, landbouw en industrie Werkstuk door een scholier 1767 woorden 30 mei 2005 5,9 45 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo H1 India Ontwikkelingsvraagstuk Onderzocht Inhoud: 1) Kenmerken van onderontwikkeling en vergelijking

Nadere informatie

Werkblad Meander Thema 5: Over de grens

Werkblad Meander Thema 5: Over de grens Werkblad Meander Thema 5: Over de grens 5.1 Inpakken en wegwezen Trek een lijn naar het goede plaatje. Vragen: 1. Waarom gaat de vrouw in Zuid-Afrika werken? In Afrika is veel werk voor een kinder dokter..

Nadere informatie

2 Landschapszones op aarde SO 1

2 Landschapszones op aarde SO 1 Aardrijkskunde 1 havo/vwo 2 Landschapszones op aarde SO 1 Deze toets bestaat uit tien vragen: open vragen en meerkeuzevragen. Ook zijn er vragen waarbij de atlas (Grote Bosatlas, editie 54) nodig is. Bij

Nadere informatie

6,4. Antwoorden door een scholier 1268 woorden 14 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer

6,4. Antwoorden door een scholier 1268 woorden 14 januari keer beoordeeld. Maatschappijleer Antwoorden door een scholier 1268 woorden 14 januari 2004 6,4 39 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Maatschappijleer hoofdstuk 4 een multiculturele samenleving Opdracht 1 a) Aardappelen

Nadere informatie

Inhoudsopgave hoofdstuk 2

Inhoudsopgave hoofdstuk 2 -46- Inhoudsopgave hoofdstuk 2 Samenvatting hoofdstuk 2 Tabellen: 2.1 Loop van de bevolking 2.2 Loop van de bevolking in Haaglanden per gemeente, Zuid-Holland en Nederland in 2013 2.3 Loop van de bevolking

Nadere informatie

een wereld apart Vanuit aardrijkskundige (= geografische) invalshoek

een wereld apart Vanuit aardrijkskundige (= geografische) invalshoek een wereld apart Vanuit aardrijkskundige (= geografische) invalshoek Wat is aardrijkskunde op zoek naar een verklaring voor de ruimtelijke verschijnselen aan het aardoppervlak. Beschrijvende vragen: bodem

Nadere informatie

Hoe gelukkig ben je? Opdracht 1

Hoe gelukkig ben je? Opdracht 1 Hoe gelukkig ben je? Geluk is een veranderlijk iets. Het ene moment kun je jezelf diep gelukkig voelen, maar het andere moment lijkt het leven soms maar een zware last. Toch is voor geluk ook een soort

Nadere informatie

Atlasgebruik 53e hv123

Atlasgebruik 53e hv123 Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres VO-content 18 august 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie https://maken.wikiwijs.nl/76064 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van

Nadere informatie

4. Op deze manier lezen jullie ook de paragrafen Wandelgangenpolitiek en Obama and the Beast.

4. Op deze manier lezen jullie ook de paragrafen Wandelgangenpolitiek en Obama and the Beast. Tekst actief lezen 1. Jullie gaan in tweetallen de tekst Belangrijke wereldleiders in Nederland voor NSS 2014 lezen. Zorg dat jullie een pen of potlood bij de hand hebben. Jullie gaan om de beurt een stukje

Nadere informatie

Praat-plaat. aad/thema/ik werkblad 1

Praat-plaat. aad/thema/ik werkblad 1 Thema Praat-plaat aad/thema/ werkblad 1 Strip aad/thema/ werkblad 2 aad/thema/ werkblad 3 a aad/thema/ werkblad 3 b Knipblad aad aad/thema/ werkblad 4 Stripverhaal hallo ben aad ben een man ben geboren

Nadere informatie

Atlasgebruik 53e hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Atlasgebruik 53e hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Auteur VO-content Laatst gewijzigd 18 August 2016 Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/76064 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van

Nadere informatie

De Mexicaanse griep. Als je de verspreiding van de Mexicaanse griep wilt onderzoeken, moet je er eerst iets over de griep weten.

De Mexicaanse griep. Als je de verspreiding van de Mexicaanse griep wilt onderzoeken, moet je er eerst iets over de griep weten. De Mexicaanse griep - Laat leerlingen het werkblad in groepen van twee invullen. - Indien u één groep van 3 leerlingen heeft, kunnen twee leerlingen hun naam in één teksveld plaatsen. - U kunt de werkbladen

Nadere informatie

4 Gedrag. 4.2 Aapt een aap echt na? 4.4 Hoe leven dieren samen in een groep? 4.1 Opdrachten 1-24. 4.2 Opdrachten 1-20. 4.

4 Gedrag. 4.2 Aapt een aap echt na? 4.4 Hoe leven dieren samen in een groep? 4.1 Opdrachten 1-24. 4.2 Opdrachten 1-20. 4. 4 Gedrag DO-IT Datum 4.2 Aapt een aap echt na? 4.4 Hoe leven dieren samen in een groep? PARAGRAFEN Datum 4.1 Opdrachten 1-24 4.2 Opdrachten 1-20 4.3 Opdrachten 1-16 4.4 Opdrachten 1-16 Samenvatten Test

Nadere informatie

BOER IN DE BUURT DIT IS HET WERKBOEK VAN:...

BOER IN DE BUURT DIT IS HET WERKBOEK VAN:... BOER IN DE BUURT DIT IS HET WERKBOEK VAN:..................... INLEIDING Dit werkboek hoort bij de website Boer in de buurt (www.boerindebuurt.nl). Op deze website vind je filmpjes, illustraties en opdrachten

Nadere informatie

e-book: gebonden versie: e-book: gebonden versie: Chris Oxlade

e-book: gebonden versie: e-book: gebonden versie: Chris Oxlade Chris Oxlade Chris Oxlade Anita Ganeri Anita Ganeri Boeken in deze serie e-book: 978-94-6175-825-5 gebonden versie: 978-90-5566-931-8 e-book: 978-94-6175-822-4 gebonden versie: 978-94-6175-285-7 e-book:

Nadere informatie

De Geo. 1 hv Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden hoofdstuk 1. www.degeo-online.nl. 1ste druk

De Geo. 1 hv Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden hoofdstuk 1. www.degeo-online.nl. 1ste druk De Geo 1 hv Aardrijkskunde voor de onderbouw Antwoorden hoofdstuk 1 www.degeo-online.nl 1ste druk De Geo, aardrijkskunde voor de onderbouw van hv - Docentenhandleiding 1 HV 1 ThiemeMeulenhoff Utrecht/Zutphen,

Nadere informatie

Opdracht Aardrijkskunde Atlasopdracht

Opdracht Aardrijkskunde Atlasopdracht Opdracht Aardrijkskunde Atlasopdracht Opdracht door een scholier 2510 woorden 4 november 2016 6,1 14 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde 1 De juiste kaart vinden Er zijn vier verschillende soorten kaarten,

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 3.4 t/m 3.6

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 3.4 t/m 3.6 Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 3.4 t/m 3.6 Samenvatting door S. 1381 woorden 8 april 2014 6,9 6 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo 3.4 India Shining? De olifant staat erop India staat

Nadere informatie

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1 Versie 1 Datum: 11 juni 2011 Cursus: Docent: Taal in alle vakken Radha Gangaram Panday Door: Mario Hummeling, 1597628 Shafi Ilahibaks, 1540943 Cyril Bouwman, 1581806 Herman Hofmeijer, 1058201 Nico van

Nadere informatie

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag De probleemstelling is eigenlijk het centrum waar het werkstuk om draait. Het is een precieze formulering van het onderwerp dat je onderzoekt. Omdat de probleemstelling

Nadere informatie

De Geo 2 TH Aardrijkskunde voor de onderbouw Antwoorden hoofdstuk 1

De Geo 2 TH Aardrijkskunde voor de onderbouw Antwoorden hoofdstuk 1 De Geo 2 TH Aardrijkskunde voor de onderouw Antwoorden hoofdstuk 1 www.degeo-online.nl 1ste druk De Geo, aardrijkskunde voor de onderouw van th - Docentenhandleiding 2 TH 1 ThiemeMeulenhoff Utrecht/Zutphen,

Nadere informatie

Stad en Land hv onderbouw WERKBLAD

Stad en Land hv onderbouw WERKBLAD Stad en Land hv onderbouw WERKBLAD Opdracht 1 Bekijk de foto. Wat zie je? Schrijf je eerste indruk op: Streep nu door wat NIET van toepassing is op deze foto: platteland stad nieuw oud centrum buitenwijk

Nadere informatie

De Geo. 3 havo/vwov Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden hoofdstuk 2. www.degeo-online.nl. 1ste druk

De Geo. 3 havo/vwov Aardrijkskunde voor de onderbouw. Antwoorden hoofdstuk 2. www.degeo-online.nl. 1ste druk De Geo 3 havo/vwov Aardrijkskunde voor de onderbouw Antwoorden hoofdstuk 2 www.degeo-online.nl 1ste druk 2 De toekomst van Nederland Start 1 a Onbereikbaarheid Randstad; vergrijzing; waterberging op de

Nadere informatie

Landengids voor: Landengids

Landengids voor: Landengids We gaan een reisgids maken voor een land dat je zelf mag uitkiezen. Dat is een boekje waarin allemaal dingen staan die met dat land te maken hebben en die je zou willen weten als je op vakantie zou gaan

Nadere informatie

Afghanistan. NAVO-militair gedood in Zuid-Afghanistan

Afghanistan. NAVO-militair gedood in Zuid-Afghanistan Afghanistan NAVO-militair gedood in Zuid-Afghanistan KABUL - In het zuiden van Afghanistan is dinsdag een militair van de internationale vredesmacht ISAF gedood. Dat maakte een woordvoerder van de troepen

Nadere informatie

8 5 Allemaal mensen. Wat hoort bij onze cultuur? Zet een X bij de dingen die bij Nederland horen.

8 5 Allemaal mensen. Wat hoort bij onze cultuur? Zet een X bij de dingen die bij Nederland horen. Lees het verhaal over de se cultuur. Herken jij dit? Vast wel! In fietst bijna iedereen. Fietsen hoort bij. We doen het bijna allemaal. Fietsen hoort bij onze cultuur. Dropjes kennen we ook allemaal. Wat

Nadere informatie

Lesbrief nr 1. Opdracht 1. voor Groep 7 + 8 +

Lesbrief nr 1. Opdracht 1. voor Groep 7 + 8 + Lesbrief nr 1 voor Groep 7 + 8 + ad Downlo ief ook r b deze les.net am op sams Wat is Samsam? Samsam is een cross-mediale methode over mondiaal burgerschap, kinder rechten en duurzaamheid. Het doel van

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Zwijsen jaargroep 7 naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Waar staat deze paddenstoel ongeveer? Teken op de kaart. Welke afstand of welke route fietsen de kinderen? naam route afstand Janna

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Zwijsen jaargroep 7 naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Waar staat deze paddenstoel ongeveer? Teken op de kaart. Welke afstand of welke route fietsen de kinderen? naam route afstand Janna

Nadere informatie

LESINSTRUCTIE GROEP 5/6

LESINSTRUCTIE GROEP 5/6 LESINSTRUCTIE GROEP 5/6 Bij Samsam nr. 5 2018 Mijn buurt Burgerschap Met Samsam werkt u aan kennis, vaardigheden en gedrag op het gebied van burgerschap. Elke editie heeft een thema dat aansluit bij mondiale

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1, les 1,2,3

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1, les 1,2,3 Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 1, les 1,2,3 Samenvatting door M. 941 woorden 8 oktober 2012 6 113 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo Paragraaf 1, Regio in beeld: Zuid-Afrika Hoogteligging

Nadere informatie

Naam: INDIA EN ARMOEDE

Naam: INDIA EN ARMOEDE Naam: INDIA EN ARMOEDE In India is het verschil tussen arme en rijke mensen erg groot. Een klein deel van de Indiërs is heel rijk. Maar de meeste mensen zijn er erg arm. Ze werken hard voor weinig geld

Nadere informatie

1. Geef de titels van de kaarten die horen bij de bladzijden van de Grote Bosatlas.

1. Geef de titels van de kaarten die horen bij de bladzijden van de Grote Bosatlas. Atlasvaardigheden Kaarten en gegevens over landen zoek je op in een atlas. Maar hoe gebruik je ook alweer een atlas? Hoe vind je snel de juiste gegevens en informatie? De ster-vragen zijn iets moeilijker.

Nadere informatie

LESBRIEF LES 1 DE VOEDSELKETENLES SAMENVATTING LES 1 VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD. Wat is voedselverspilling?

LESBRIEF LES 1 DE VOEDSELKETENLES SAMENVATTING LES 1 VOORBEREIDING BENODIGDHEDEN DUUR LESDOELEN LINK ZAAKVAKKENINHOUD. Wat is voedselverspilling? SAMENVATTING In deze les wordt het begrip voedselverspilling geïntroduceerd. De leerlingen maken kennis met een voedselketen en ontdekken welke partijen daarbij betrokken zijn (de schakels in de voedselketen:

Nadere informatie

Handleiding. UNICEF Handleiding lessuggestie Ruilen groep 5-6. Ruilen

Handleiding. UNICEF Handleiding lessuggestie Ruilen groep 5-6. Ruilen UNICEF Handleiding lessuggestie Ruilen groep 5-6 Handleiding Ruilen Alle kinderen in de wereld hebben rechten. In het Kinderrechtenverdrag van de Verenigde Naties zijn deze opgenomen. Rechten over school,

Nadere informatie

Voorbeeld toetsen aardrijkskunde

Voorbeeld toetsen aardrijkskunde Voorbeeld toetsen aardrijkskunde Afbuigers havo Gebieden en schaalniveaus 1. Uit een toespraak van de minister van financiën a. Welke schaalniveaus kun je uit de tekst van de minister halen? "Het gaat

Nadere informatie

Lesbrief nr 1. voor Groep 5 + 6

Lesbrief nr 1. voor Groep 5 + 6 Lesbrief nr 1 voor Groep 5 + 6 1 / 2016 + Download deze lesbrief ook op samsam.net Wat is Samsam Junior? Samsam Junior is een cross-mediale methode over mondiaal burgerschap, kinder rechten en duurzaamheid.

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-085 18 december 2008 9.30 uur Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038 Nog 1 miljoen inwoners erbij, inwonertal zal harder groeien dan eerder gedacht

Nadere informatie

Ontwerp Paper 2 Bijlage 4

Ontwerp Paper 2 Bijlage 4 Ontwerp Paper 2 Bijlage 4 Gijs Bos - 10137157 Utrecht, 130404 De volgende pagina s bevatten de opdrachten waarmee de leerlingen tijdens de workshops aan de slag gaan. Workshop atlasvaardigheden 1: Kaartselectie

Nadere informatie

1 Zet in de goede volgorde. Van klein naar groot.

1 Zet in de goede volgorde. Van klein naar groot. Herhaling Ω groep 5 Ω Aardrijkskunde (blad 1) Zoek de pagina in het lesboek. Lees de tekst en bekijk de foto of tekening. Maak dan de vraag. pagina 2 en 3 1 Zet in de goede volgorde. Van klein naar groot.

Nadere informatie

Teken een architect. Lees het volgende verhaal:

Teken een architect. Lees het volgende verhaal: Teken een architect Lees het volgende verhaal: Een architect heeft een hele dag nagedacht over een nieuwe brug die gebouwd moet worden. Via de brug moet het verkeer, ook zware vrachtwagens, over een brede

Nadere informatie

De antwoorden zoek ik op in de Bosatlas, en vergelijk ik met Nederland, Japan en Chili. Hieronder zie je waar de vier landen liggen.

De antwoorden zoek ik op in de Bosatlas, en vergelijk ik met Nederland, Japan en Chili. Hieronder zie je waar de vier landen liggen. Verslag door B. 2368 woorden 20 januari 2014 6,4 17 keer beoordeeld Vak Aardrijkskunde Inleiding Het land dat ik voor mijn werkstuk heb gekozen is Marokko. Daar heb ik voor gekozen omdat ik het een prachtig

Nadere informatie

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 4

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 4 Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 4 Samenvatting door V. 1441 woorden 21 mei 2017 5,5 4 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde BuiteNLand Paragraaf 2 Wat is een stad? 4 kenmerken: - Een bepaalde,

Nadere informatie

LESINSTRUCTIE GROEP 7/8

LESINSTRUCTIE GROEP 7/8 LESINSTRUCTIE GROEP 7/8 Bij Samsam nr. 2 2018 Aan tafel Burgerschap Samsam komt 5 x per jaar uit met een magazine, en een werkblad. Daarbij hoort een website met filmpjes en aanvullende informatie: samsam.net

Nadere informatie