gemeenteraad Zitting van 21 oktober 2019

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "gemeenteraad Zitting van 21 oktober 2019"

Transcriptie

1 beraadslaging/proces verbaal Kopie gemeenteraad Zitting van 21 oktober 2019 Besluit A-punt GOEDGEKEURD Maatschappelijke veiligheid Samenstelling de heer Bart De Wever, burgemeester-voorzitter de heer Koen Kennis, schepen; mevrouw Jinnih Beels, schepen; mevrouw Annick De Ridder, schepen; de heer Claude Marinower, schepen; mevrouw Nabilla Ait Daoud, schepen; de heer Ludo Van Campenhout, schepen; de heer Fons Duchateau, schepen; de heer Karim Bachar, schepen; de heer Tom Meeuws, schepen; de heer Filip Dewinter, raadslid; de heer Gerolf Annemans, raadslid; de heer Jan Penris, raadslid; mevrouw Freya Piryns, raadslid; mevrouw Nahima Lanjri, raadslid; de heer André Gantman, raadslid; mevrouw Anke Van dermeersch, raadslid; mevrouw Güler Turan, raadslid; de heer Wouter Vanbesien, raadslid; de heer Peter Mertens, raadslid; mevrouw Liesbeth Homans, raadslid; de heer Mohamed Chebaa Amimou, raadslid; mevrouw Yasmine Kherbache, raadslid; mevrouw Mie Branders, raadslid; de heer Joris Giebens, raadslid; de heer Johan Klaps, raadslid; mevrouw Caroline Bastiaens, raadslid; mevrouw Danielle Meirsman, raadslid; mevrouw Martine Vrints, raadslid; de heer Koen Laenens, raadslid; de heer Franky Loveniers, raadslid; mevrouw Peggy Pooters, raadslid; de heer Kevin Vereecken, raadslid; mevrouw Ikrame Kastit, raadslid; de heer Imade Annouri, raadslid; mevrouw Yasmia Setta, raadslid; mevrouw Karen Maes, raadslid; mevrouw Kristel Somers, raadslid; mevrouw Ilse van Dienderen, raadslid; de heer Nordine Saidi Mazarou, raadslid; de heer Mark Tijsmans, raadslid; mevrouw Sevilay Altintas, raadslid; de heer Omar Fathi, raadslid; mevrouw Sanne Descamps, raadslid; mevrouw Elisabeth van Doesburg, raadslid; de heer Koenraad De Vylder, raadslid; mevrouw Manuëla Van Werde, raadslid; mevrouw Nathalie van Baren, raadslid; de heer Patrick Van den Abbeele, raadslid; de heer Peter Wouters, raadslid; de heer Hicham El Mzairh, raadslid; mevrouw Khadija Chennouf, raadslid; de heer Sam Van Rooy, raadslid; de heer Sam Voeten, raadslid; mevrouw Erica Caluwaerts, raadslid de heer Sven Cauwelier, algemeen directeur Iedereen aanwezig, behalve: mevrouw Freya Piryns, raadslid; de heer Mohamed Chebaa Amimou, raadslid Zijn verontschuldigd: de heer Ludo Van Campenhout, schepen; de heer Gerolf Annemans, raadslid; mevrouw Liesbeth Homans, raadslid; de heer Joris Giebens, raadslid; mevrouw Ikrame Kastit, raadslid; de heer Omar Fathi, raadslid _GR_00600 Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring Motivering Gekoppelde besluiten 2015_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2015_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2015_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2016_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2017_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2017_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 1 / 36

2 2017_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2018_GR_ Code van politiereglementen - Wijziging - Goedkeuring 2019_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2018_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2015_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2014_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2019_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2018_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2016_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2016_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2014_GR_ Code van politiereglementen - Wijzigingen - Goedkeuring 2013_GR_ Code van politiereglementen - Nieuwe gecoördineerde versie - Goedkeuring Code van gemeentelijke politiereglementen. Goedkeuring. Introduc Aanleiding en context Op 17 mei 2005 (jaarnummer 1202) keurde de gemeenteraad de code van gemeentelijke politiereglementen van de stad Antwerpen goed. Inbreuken op de code van gemeentelijke politiereglementen kunnen sindsdien gesanctioneerd worden met administratieve sancties waaronder een administratieve geldboete. Deze code van politiereglementen werd later nog verscheidene keren gewijzigd. De nieuwe gecoördineerde versie werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 16 december 2013 (jaarnummer 753). De laatste wijziging werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 24 juni 2019 (jaarnummer 430). Juridische grond Artikel Nieuwe Gemeentewet De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen. Meer bepaald, en voor zover de aangelegenheid niet buiten de bevoegdheid van de gemeenten is gehouden, worden de volgende zaken van politie aan de waakzaamheid en het gezag van de gemeenten toevertrouwd: 1. Alles wat verband houdt met een veilig en vlot verkeer op openbare wegen, straten, kaden en pleinen, hetgeen omvat de reiniging, de verlichting, de opruiming van hindernissen, het slopen of herstellen van bouwvallige gebouwen, het verbod om aan ramen of andere delen van gebouwen enig voorwerp te plaatsen dat door zijn val schade kan berokkenen, of om wat dan ook te werpen dat voorbijgangers verwondingen of schade kan toebrengen of dat schadelijke uitwasemingen kan veroorzaken; voor zover de politie over het wegverkeer betrekking heeft op blijvende of periodieke toestanden, valt zij niet onder de toepassing van dit artikel. 2. Het tegengaan van inbreuken op de openbare rust, zoals vechtpartijen en twisten met volksoploop op straat, tumult verwekt in plaatsen van openbare vergadering, nachtgerucht en nachtelijke samenscholingen die de rust van de inwoners verstoren. 3. Het handhaven van de orde op plaatsen waar veel mensen samenkomen, zoals op jaarmarkten en markten, bij openbare vermakelijkheden en plechtigheden, vertoningen en spelen, in drankgelegenheden, kerken en openbare plaatsen. 4. Het toezicht op een juiste toemeting bij het slijten van waren (waarvoor meeteenheden of meetwerktuigen gebruikt worden) en op de hygiëne van openbaar te koop gestelde eetwaren. 5. Het nemen van passende maatregelen om rampen en plagen, zoals brand, epidemieën en epizoötieën te voorkomen en het verstrekken van de nodige hulp om ze te doen ophouden. 2 / 36

3 6. Het verhelpen van hinderlijke voorvallen waartoe rondzwervende kwaadaardige of woeste dieren aanleiding kunnen geven. 7. Het nemen van de nodige maatregelen, inclusief politieverordeningen, voor het tegengaan van alle vormen van openbare overlast. Regelgeving: bevoegdheid Artikel 119 Nieuwe Gemeentewet: de gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen. Artikel 119bis van de Nieuwe Gemeentewet werd gewijzigd door de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Deze wet trad in werking op 1 januari Het gewijzigde artikel 119bis bepaalt: de gemeenteraad kan gemeentelijke administratieve straffen en sancties opleggen overeenkomstig de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties. Artikel 2 1 van de wet van 24 juni 2013 bepaalt: de gemeenteraad kan straffen of administratieve sancties bepalen voor de inbreuken op zijn reglementen of verordeningen, tenzij voor dezelfde inbreuken door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie, straffen of administratieve sancties worden bepaald. Artikel 6 1 van deze wet bepaalt dat de administratieve geldboete wordt opgelegd door de sanctionerend ambtenaar. Artikel 45 van deze wet bepaalt dat de schorsing, de intrekking en de sluiting worden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen of het gemeentecollege. Artikel 4 5 van deze wet bepaalt: indien de gemeenteraad in zijn reglementen of verordeningen de mogelijkheid voorziet om de administratieve geldboete ten aanzien van minderjarigen op te leggen, wint hij vooraf het advies in betreffende dat reglement of die verordening van het orgaan of de organen die een adviesbevoegdheid hebben in jeugdzaken, voor zover het aanwezig is of zij aanwezig zijn in de gemeente. Argumentatie 1. Aanhangwagens (bedrijfseenheid Maatschappelijke Veiligheid) In het straatbeeld worden geregeld aanhangwagens opgemerkt die gebruikt worden als opslagplaats voor afval. Dit betreft een vaak voorkomend probleem en verloedert het straatbeeld. Bovendien werkt dit fenomeen uitnodigend voor derden om eveneens afval toe te voegen. In de huidige Code van politiereglementen is geen enkele bepaling voorzien die het mogelijk maakt om de eigenaar van de aanhangwagen te verbaliseren. Met invoeging van een nieuw artikel wordt de kentekenhouder op diens verantwoordelijkheid gewezen inzake het beheer van zijn goederen. Op die manier wordt hij/zij geresponsabiliseerd zodat een actief beheer verwacht mag worden. 2. Private ophaaldiensten (bedrijfseenheden Maatschappelijke Veiligheid en Stadsbeheer) De verplichtingen die gelden voor het ordentelijk aanbieden van afval, alsmede de verplichting om het afval op het juiste moment aan te bieden en de recipiënten tijdig van de openbare ruimte te verwijderen, gelden ook voor diegenen die beroep doen op privé-ophaaldiensten. Hiervoor worden de artikelen 11 en 30, 3 beperkt aangepast en wordt een artikel 11bis ingevoegd in de codex. Deze wijzigingen treden in werking op 1 januari Openbare netheid en gezondheid (bedrijfseenheid Maatschappelijke Veiligheid) 3 / 36

4 De terminologie die in bepaalde artikelen gehanteerd wordt, blijkt niet altijd helemaal correct of onvolledig te zijn. Deze onjuistheden of onvolledigheden worden aangepast. 4. Straatartiesten (Politiezone Antwerpen) Sedert 2015 is het overeenkomstig artikel 93ter Code van politiereglementen voor straatartiesten verboden om acts uit te voeren op de Meir behalve in de directe omgeving van enkele bepaalde plaatsen, zoals het standbeeld van Antoon Van Dijck, het beeldhouwwerk De Hand en De Wapper. Dit algemeen verbod voor de Meir met uitzondering van enkele gedoogplaatsen, werd op de gemeenteraad van 21 september 2015 (jaarnummer 474) onder meer ingevoerd om te vermijden dat de straatartiesten op drukke plaatsen de doorgang belemmeren en om de openbare rust en veiligheid te garanderen. Ingevolge de heraanleg van de Leien en het Operaplein loopt de winkel-as op heden ononderbroken door vanaf het Centraal Station tot aan de Meirbrug en vormt deze zone één geheel. In de praktijk blijkt thans dat er zich een verschuivingseffect voordoet en vele straatartiesten zich opstellen op het verlengde van de Meir, op de straten en pleinen die niet onder het verbod van het huidige artikel 93ter Code van politiereglementen vallen. De straatartiesten stellen zich op op de Leysstraat, de Teniersplaats en de De Keyserlei. Ook dit betreffen allen drukke plaatsen waar de aanwezigheid van de straatartiesten de openbare rust en veiligheid in het gedrang brengt. Van zodra de werken op en rond het Operaplein beëindigd zijn, zal ook dit plein naar alle waarschijnlijkheid aangewend worden door de straatmuzikanten, nu dit zich eveneens op de desbetreffende winkel-as situeert. Het is dan ook noodzakelijk om artikel 93ter van de Code van politiereglementen aan te passen en het bestaande verbod om acts uit te voeren op de Meir uit te breiden naar de Leysstraat, de Teniersplaats, het Operaplein en de De Keyserlei. Net zoals voor de Meir worden ook in deze uitgebreide verbodszone gedoogplaatsen voorzien om de straatartiesten nog steeds de mogelijkheid te bieden hun act uit te voeren. Dit echter uitsluitend op plaatsen waar de kans op de verstoring van de openbare veiligheid door het belemmeren van de doorgang of de verstoring van de openbare rust door geluidshinder, tot een minimum beperkt wordt. Rekening houdend met de concrete situatie ter plaatse, ten einde de vlotte doorgang te garanderen en ten einde de overlast voor de omliggende handelszaken en omwonenden te beperken, worden de volgende gedoogplaatsen in de uitgebreide verboden zone opgenomen: het standbeeld van David Teniers op de Teniersplaats; het toegangspaviljoen van premetrostation Opera, met uitzondering van de zone voor de in- en uitgang van dit premetrostation; het kruispunt van de De Keyserlei en de Pelikaanstraat, ter hoogte van De Keyserlei nr. 59. Binnen een afstand van 15 meter van deze plaatsen is het voor straatartiesten nog steeds toegelaten om een act uit te voeren, mits uiteraard ook de andere geldende voorschriften van de Code van politiereglementen worden gerespecteerd. Daar waar voor de gedoogzones momenteel een afstand van 25 meter vanaf de voorgeschreven plaats geldt, wordt deze afstand met huidige wijziging verminderd naar 15 meter. Een afstand van 25 meter blijkt te ruim te 4 / 36

5 zijn en maakt het in het licht van huidige uitbreiding mogelijk om binnen de verboden zone toch nog over de gehele straat of het gehele plein een act uit te voeren. Hierdoor wordt het principe van de verboden zone uitgehold en blijft het risico op een verstoring van de openbare rust onverminderd bestaan. Een verminderde afstand van 15 meter sluit aan bij het doel van de gedoogplaatsen en beperkt het risico op een verstoring van de openbare rust. Naar analogie dient ook het verbod om gebruik te maken van slaginstrumenten op de Meir en de Wapper uitgebreid te worden naar de gehele winkel-as en de uitgebreide verboden zone, zijnde de Leysstraat, de Teniersplaats, het Operaplein en de De Keyserlei. 5. Vuurwapens, vuur(werk) en voetzoekers (bedrijfseenheid Maatschappelijke Veiligheid en Politiezone Antwerpen) Met het Decreet van 26 april 2019 houdende een reglementering op het gebruik van vuurwerk, voetzoekers, carbuurkanonnen en wensballonnen voerde men in Vlaanderen een algemeen verbod in om vuurwerk af te steken, voetzoekers te laten ontploffen en carbuurkanonnen af te vuren. Mits voorafgaande toestemming van de burgemeester kan het gebruik van vuurwerk, voetzoekers en carbuurkanonnen wel nog worden toegelaten indien dit op een beperkt aantal plaatsen gebeurt en in een beperkte periode. Voor wensballonnen geldt er ingevolge dit decreet een totaalverbod waarvan niet kan worden afgeweken. Het bestaande artikel in de Code van politiereglementen wordt in overeenstemming gebracht met deze nieuwe regelgeving op Vlaams niveau. 6. Straatmeubilair (bedrijfseenheid Stadsontwikkeling) De openbare ruimte wordt op verschillende manieren op privatieve wijze in gebruik genomen. Ten einde dit op een georganiseerde, veilige en vlotte manier te laten verlopen, zijn er verschillende algemene regels opgenomen in de Code van politiereglementen. Daarnaast zijn er ook meer specifieke regels opgenomen die bepaalde innameverschijnselen reguleren. Vanuit de bedrijfseenheid Stadsontwikkeling werd opgemerkt dat enkele toevoegingen aan deze regels noodzakelijk zijn. Met het oog op een (toegelaten) privatieve ingebruikname van het openbaar domein wordt soms door onbevoegden het straatmeubilair verwijderd en/of verplaatst. Dit onder meer voor het plaatsen van een ladderlift, een puincontainer, enzovoort. Straatmeubilair mag nooit op eigen initiatief verwijderd en/of verplaatst worden. Dit dient altijd bij de stadsdiensten te worden aangevraagd en door hen te worden uitgevoerd. 7. Werven (Politiezone Antwerpen) Sinds kort adviseert ook de stad mee de aanvragen voor het plaatsen van werfsignalisatie. Hierrond werd een nieuwe interne taakverdeling afgesproken. Hierdoor kan dit proces efficiënter en sneller verlopen. Aangezien niet enkel politie maar ook de stad mee adviseert dienen de bepalingen hierrond verruimd te worden in het reglement. 8. Feestverlichting (bedrijfseenheid Ondernemen en Stadsmarketing) De consument van morgen verwacht meer beleving in de winkelstraten, zeker met de opmars van online shoppen. Daarom zijn de handelaars(-verenigingen) vragende partij om via visuele elementen in het straatbeeld doorheen het jaar in te spelen op deze vraag en het shoppen extra aangenaam te maken. De regels rond het plaatsen van feestverlichting en versieringen op de openbare ruimte worden opgenomen om hierop te kunnen handhaven bij overtredingen. Het betreft een bijzondere vorm van inname van de openbare 5 / 36

6 ruimte waarbij, mits men zich aan de algemene en bijzondere voorwaarden zoals vervat in de toepasselijke reglementering houdt, kan volstaan met een melding. De definities omschrijven begrippen zoals eindejaarsperiode, soldenperiode, eindejaarsversiering en straatversiering. De definitie van handelaarsvereniging werd overgenomen uit het toelagereglement voor initiatieven van startende en bestaande handelaarsverenigingen dat goedgekeurd werd in de gemeenteraad van 29 mei 2017 (jaarnummer 315). In afdeling 4 wordt een artikel 1bis toegevoegd dat de verplichte voorafgaande toelating vervangt door een verplichte voorafgaandelijke melding voor het aanbrengen van feestverlichting, straat- en eindejaarversiering. Indien blijkt dat er bijkomende voorwaarden nodig zijn, zal er een bijkomende toelating van de burgemeester vereist zijn. De afdeling 4 wordt uitgebreid met een onderafdeling 4 waarin de bijzondere voorwaarden voor feestverlichting en straat- en eindejaarversiering worden opgenomen. Er wordt in bepaald wie het mag melden, voor welke periodes en welke de technische vereisten zijn. De technische vereisten zijn gebaseerd op de huidige specifieke voorwaarden die gesteld worden door de Brandweer Zone Antwerpen voor dit soort van ingebruikname van de openbare ruimte. Tot slot wordt er verwezen naar de richtlijnen van het lichtplan. 9. Hinderlijke installaties (bedrijfseenheid Maatschappelijke Veiligheid) De lokale milieutoezichters van zowel de stad Antwerpen als de Politiezone Antwerpen worden geconfronteerd met klachten omtrent geur- en geluidshinder veroorzaakt door vast opgestelde, elektrische aangedreven motoren. Het betreffen voornamelijk klimaatregelaars, koelcellen en rook- en dampafzuigingen die in de meeste gevallen door horeca inrichtingen worden geplaatst. In mindere mate worden deze hinderlijke installaties ook door particulieren geplaatst. Er is echter een duidelijke toename van deze installaties merkbaar sinds het warme weer tijdens de zomer van Zowel de lokale toezichters van de dienst Milieu-Interventie, als de recherche leefmilieu van de Politiezone Antwerpen werden geconfronteerd met meerdere klachten. Naast de geur- en geluidshinder die deze installaties met zich meebrengen, blijven de installaties vaak ook voortdurend ingeschakeld, zelfs wanneer dit niet noodzakelijk is zoals tijdens de sluitingsuren. Enkel bepaalde installaties, zoals bijvoorbeeld koelcellen, dienen met het oog op de continuïteit van de uitbating voortdurend in werking te zijn. Andere installaties, zoals bijvoorbeeld klimaatregelaars en dampafzuigingen, dienen niet noodzakelijk buiten de openingsuren in werking te zijn om de continuïteit van de inrichting te garanderen. Daarnaast wordt er voornamelijk in het kader van werven en evenementen vaak ook beroep gedaan op tijdelijke installaties voor elektriciteitsproductie zoals generatoren. Dergelijke tijdelijke installaties brengen eveneens aanzienlijke hinder met zich mee, dit enerzijds op het vlak van geluid en anderzijds op het vlak van uitstoot. Op ogenblikken dat het evenement niet aan de gang is of er geen werkzaamheden zijn op de werf blijven deze installaties in werking en zorgen zij voor geluidshinder voor de omgeving. Er wordt vaak gebruik gemaakt van niet onderhouden installaties die werken met verouderde dieselmotoren. De uitstoot van dergelijke oude of niet onderhouden installaties is vergelijkbaar met de uitstoot van wagens met een dieselmotor die niet meer toegelaten zijn in de lage emissiezone. Dergelijke tijdelijke installaties dienen dan ook geweerd te worden en de plaatsing van milieuvriendelijkere alternatieven dient bij voorrang te geschieden. Als uitgangspunt geldt dat de tijdelijke elektriciteitsproductie voorzien moet worden door een werfkast die aangesloten wordt op het elektriciteitsnet. Indien dit niet mogelijk blijkt te zijn, dient er een hybride generator geplaatst te worden. Een hybride generator is een generator die zowel op brandstof als op aan accupakket werkt. Tijdens een periode van lage energiebehoefte wordt enkel het accupakket aangesproken. Zodra de energiebehoefte toeneemt, wordt er automatisch ook gebruik gemaakt van de brandstof. Dit zorgt voor een besparing op de brandstofkosten en is milieuvriendelijker. Indien er ook niet met een hybride generator kan gewerkt worden, dient er gebruik gemaakt te worden van een benzinegenerator. Slechts in laatste instantie, 6 / 36

7 wanneer geen van de andere technologieën kan worden toegepast, mag er gebruik worden gemaakt van een dieselgenerator, zijnde de meest vervuilende werkwijze. 10. Motorclubs (Maatschappelijke Veiligheid) De stad Antwerpen staat in voor de bewaking van de openbare rust, veiligheid en gezondheid op haar grondgebied en kan alle maatregelen nemen ten einde het verstoren van de openbare orde, met inbegrip van overlast, te voorkomen, inclusief het nemen van politiemaatregelen. Het opduiken van criminele motorbendes is reeds langere tijd een gekend fenomeen in onder andere Duitsland en Nederland. De succesvolle gerechtelijke en bestuurlijke aanpak in onze buurlanden heeft er mede toe geleid dat de laatste jaren ook meer en meer criminele motorbendes zich in België hebben gevestigd of dit willen doen. Recent nog werd door de Nederlandse rechtbank de motorbende Hells Angels Motorcycle Club in het hele land verboden. Dit omdat de motorbende een gevaar vormt voor de openbare orde. Eerder werden ook al de motorclubs Satudarah, Catervarius en Bandidos verboden door het Nederlandse gerecht. (onder meer De Morgen, 31 mei 2019, Nederland verbiedt Hells Angels. Moet België zich zorgen maken?). Momenteel tellen de grote internationale motorbendes volgend aantal chapters of afdelingen in België: Hells Angels MC: 7 chapters; Outlaws MC: 15 chapters; Bandidos MC: 3 chapters; Blue Angels MC: 8 chapters; Satudarah MC: 9 chapters; No Surrender MC: 3 chapters; Immortal MC: 4 chapters. Elk chapter bestaat uit een variërend aantal leden, die aangeduid worden als 'officieren', full members, prospects en hangarounds. Er zouden gemiddeld een tiental leden per chapter zijn. Dit komt neer op vermoedelijk 550-tal leden. Rond 2000 waren er nog maar 120 leden van dergelijke motorbendes (Knack, 12 maart 2018, Motorbendes zijn ronduit gevaarlijk en moeten verboden kunnen worden ). Ook in de provincie Antwerpen is de verplaatsing van de motorbendes vanuit Nederland en Duitsland merkbaar en zouden zich intussen verschillende motorbendes hebben gevestigd. In België is het vooralsnog wettelijk niet mogelijk om een organisatie te verbieden. Het is dan ook noodzakelijk om als lokaal bestuur de nodige maatregelen te nemen ten einde te vermijden dat de bijeenkomsten van criminele motorbendes in de stad Antwerpen gefaciliteerd worden. Criminele motorbendes zijn gekend om zich in te laten met drugs, wapenhandel, mensensmokkel en afpersing. Uit onderzoek blijkt dat 70 tot 75% van de leden van dergelijke clubs een strafrechtelijk verleden heeft. De aanwezigheid van motorbendes gaat bovendien geregeld gepaard met gewelddadige incidenten. Dit onder meer ingevolgde de historische rivaliteit die er heerst tussen motorbendes en gelijkaardig georganiseerde, hiërarchische gestructureerde bendes, hun supportclubs, leden en sympathisanten. Elke bende heeft zijn eigen territorium en bij de verwerving daarvan komt vaak geweld kijken. Ook wanneer een rivaliserende motorclub zich op het terrein van een andere club begeeft, wordt er vaak geweld gebruikt om deze te verdrijven. Zo is er in de provincie Limburg alleen jaarlijks sprake van een twintigtal feiten van brandende voertuigen, woningen waarop wordt geschoten en granaten die ontploffen waarbij de verdachten en de slachtoffers tot een motorclub behoren, bevestigde Cedric Stuyck, sectiehoofd van de dienst georganiseerde misdaad van het parket van Limburg (De Morgen, 1 juni 2019, Nederland verbiedt Hells Angels: Dit veroorzaakt een explosieve situatie bij ons "). In het arrest van de Raad van State van 29 juli 2014 wordt de rivaliteit tussen de verschillende criminele motorbendes, het geweld dat daarbij komt kijken en het daarbij horende risico op openbare ordeverstoring, bevestigd (RvS 29 juli 2014, nummer ). Elk evenement of elke activiteit van een motorbende kan voor een rivaliserende club een provocatie zijn en aanleiding geven om zich te doen gelden en het territorium te 7 / 36

8 verdedigen. De bijhorende schiet- en vechtpartijen blijken zich bovendien vaak voor te doen op publieke plaatsen of op de openbare weg, met een groot risico voor onschuldige slachtoffers. Ook in de provincie Antwerpen deden zich reeds gewelddadige incidenten voor die gelinkt kunnen worden aan criminele motorbendes. In november 2013 vond er in een café te Brasschaat een vechtpartij plaats tussen leden van de motorclubs MC NO SURRENDER en MC HELLS ANGELS. Vervolgens was er in november 2013 sprake van brandstichting in het clubhuis van de MC HELLS ANGELS in Zwijndrecht. Dit betrof een mogelijke vergeldingsdaad naar aanleiding van de hierboven vermelde confrontatie in Brasschaat (RvS 29 juli 2014, nummer ). Het risico op provocatie of confrontatie tussen rivaliserende motorclubs, maar ook het uitoefenen van criminele praktijken in de clubhuizen in de stad Antwerpen is reëel. In verschillende gemeenten binnen de provincie Limburg en in de stad Turnhout werden reeds politiereglementen op motoclubhuizen ingevoerd. De stad Antwerpen heeft de plicht toe te zien op de veiligheid van haar inwoners. Ten einde te voorkomen dat ook criminele motorbendes zich op het grondgebied van de stad Antwerpen vestigen en/of hier bijeenkomsten organiseren, dienen er voorwaarden opgenomen te worden in de Code van politiereglementen. Door het opnemen van voorwaarden in de Code van politiereglementen worden zowel motorbendes, als gelijkaardig hiërarchisch gestructureerde straatbendes die zich inlaten met criminele activiteiten, geweerd uit de stad en wordt het risico op openbare ordeverstoring, met inbegrip van overlast, verkleind. Ook wanneer de criminele activiteiten van de motorclub zich in Nederland blijven ontplooien, zijn de clubs ingevolge de uitgesproken verboden genoodzaakt hun bijeenkomsten, clubavonden, in België te organiseren. De organisatie van clubavonden in de stad Antwerpen gaat gepaard met een risico op verstoring van de openbare orde en overlast veroorzaakt door het aan- en afrijden van lawaaierige voertuigen, s nachts en overdag, wildparkeren, geluidsoverlast, enzovoort. Om deze reden spitsen de voorwaarden die worden ingevoerd zich toe op activiteiten die doorgaan in een clubhuis. Dergelijke voorwaarden, waaronder ook het verbod een bijeenkomst van de motorclub te laten doorgaan na uur s avonds en 5.00 uur s morgens, zijn noodzakelijk ter vrijwaring van de openbare rust en veiligheid. Financiële gevolgen Nee Strategisch kader Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten: 2 - Veilige stad 1SVG06 - De zonale veiligheidspartners maken maximaal gebruik van hun bevoegdheden om, samen met andere partners, de openbare orde te waarborgen en overlast te voorkomen, te verminderen of te bestrijden 2 - Veilige stad 1SHO02 - De zonale veiligheidspartners maken maximaal gebruik van hun bevoegdheden om, samen met andere partners, de openbare orde te waarborgen en overlast te voorkomen, verminderen of bestrijden Adviezen 8 / 36

9 Advies 9 jeugdraden Advies: Motivering: Gunstig advies Besluit De gemeenteraad keurt bij monde van de fractievoorzitters volgend besluit goed. Stemden ja: N-VA, Groen, sp.a, Vlaams Belang, CD&V, Open VLD en raadslid Khadija Chennouf. Stemden nee: PVDA. Artikel 1 De gemeenteraad keurt de wijzigingen aan de code van politiereglementen goed. Artikel 2 Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen. Bijlagen 1. wijzigingsdocument GR _def.pdf 9 / 36

10 WIJZIGING POLITIECODEX 21/10/ OPENBARE NETHEID - Netheid van de openbare ruimte - aanhangwagens (Maatschappelijke Veiligheid) Motivatie In het straatbeeld worden geregeld aanhangwagens opgemerkt die gebruikt worden als opslagplaats voor afval. Dit betreft een vaak voorkomend probleem en verloedert het straatbeeld. Bovendien werkt dit fenomeen uitnodigend voor derden om eveneens afval toe te voegen. In de huidige Code van politiereglementen is geen enkele bepaling voorzien die het mogelijk maakt om de eigenaar van de aanhangwagen te verbaliseren. Met invoeging van een nieuw artikel wordt de kentekenhouder op diens verantwoordelijkheid gewezen inzake het beheer van zijn goederen. Op die manier wordt hij/zij geresponsabiliseerd zodat een actief beheer verwacht mag worden. Wijziging Hoofdstuk 1 Netheid van de openbare ruimte Afdeling 2 [Algemeen] 1 Artikel De bewoner of gebruiker is verplicht alle maatregelen te nemen om het voetpad en de wegberm proper te houden voor het door hem bewoonde of gebruikte eigendom, inclusief de straatgoot. Hierbij mag de bewoner of de gebruiker de straat, het voetpad of de wegberm niet beschadigen. Bij appartementsgebouwen hebben de bewoner of gebruiker van de gelijkvloerse verdieping deze plicht. [Bij gebreke hieraan heeft de vereniging van mede-eigenaars deze plicht.] 2 Bij leegstaande gebouwen heeft de eigenaar deze plicht. Bij onbebouwde percelen heeft de gebruiker van de grond of de eigenaar deze plicht. 2. Het is verboden om vuilnis in de straatgoten te vegen. 3. Voetpaden, straatgoten en wegbermen proper houden ( 1) omvat ook zwerfvuil en onkruid verwijderen. [ 4. Eigenaars van een gebouw en gebruikers ervan zijn solidair gehouden brievenbussen verbonden aan het gebouw: 1 Gewijzigd door de gemeenteraad op 22 september 2014, datum inwerkingtreding 30 september Gewijzigd door de gemeenteraad op 21 september 2015, datum inwerkingtreding 5 oktober / 36

11 in een goede staat te onderhouden, afsluitbaar en afgesloten te houden, regelmatig te ledigen, zodanig dat de inhoud ervan niet op de openbare weg terecht kan komen.] 3 5. De in dit artikel vermelde personen hebben in verkeersvrije straten en pleinen, in straten waar geen voetpad is aangelegd, en in open winkelgalerijen dezelfde plichten en dit over een breedte van minimaal 1,50 meter gemeten vanaf de gevel of vanaf de rooilijn. Artikel 7. De in artikel 6 vermelde personen hebben in verkeersvrije straten en pleinen, in straten waar geen voetpad is aangelegd, en in open winkelgalerijen dezelfde plichten en dit over een breedte van minimaal 1,50 meter gemeten vanaf de gevel of vanaf de rooilijn. De houder van de kentekenplaat van een aanhangwagen is steeds verantwoordelijk voor de reinheid in en naast de aanhangwagen. Onverminderd de hogere regelgeving dient de aanhangwagen op behoorlijke wijze (bvb. met een dekzeil) te worden afgedekt zodanig dat derden verhinderd worden afval toe te voegen of te plaatsen. 3 Gewijzigd door de gemeenteraad op 22 september 2014, datum inwerkingtreding 30 september / 36

12 2. OPENBARE NETHEID - Private ophaaldiensten (Maatschappelijke Veiligheid en Stadsbeheer) Motivatie De verplichtingen die gelden voor het ordentelijk aanbieden van afval, alsmede de verplichting om het afval op het juiste moment aan te bieden en de recipiënten tijdig van de openbare ruimte te verwijderen, gelden ook voor diegenen die beroep doen op privé-ophaaldiensten. Hiervoor worden de artikelen 11 en 30, 3 beperkt aangepast en wordt een artikel 11bis ingevoegd in de codex. Deze wijzigingen treden in werking op 1 januari Wijziging Afdeling 4 Huisvuil aanbieden 1. Algemeen Artikel Het is verboden op andere dagen dan vermeld in de ophaalkalender van de stedelijke ophaaldienst, afvalfracties aan te bieden voor ophaling, tenzij hiervoor een overeenkomst werd afgesloten met een erkende afvalophaler. Als een ophaling op een wettelijke feestdag valt, gaat de ophaling niet door. De ophaling verschuift dan naar de volgende ophaaldag die op de ophaalkalender staat. Artikel 11 bis De aanbieder die een overeenkomst heeft afgesloten met een erkende afvalophaler moet: - de afvalfracties aanbieden in een degelijk afgesloten recipiënt, zodat de inhoud niet verloren gaat. Als de inhoud toch verspreid raakt of wegwaait, moet de aanbieder de inhoud opruimen. Het is eveneens verboden afval op of naast de recipiënten te plaatsen; - de recipiënten plaatsen aan de rand van het voetpad voor de eigen woning als dit voetpad meer dan twee meter breed is. In alle andere gevallen moeten de recipiënten tegen de gevel staan van het pand van de aanbieder, zodat zij het verkeer niet hinderen; - de recipiënten op de dag van de ophaling van de openbare ruimte verwijderen nadat de ophaling gebeurd is; - de recipiënten op dezelfde dag weer verwijderen van de openbare ruimte, indien het aangeboden afval om welke reden dan ook niet werd opgehaald; - de overeenkomst met de erkend afvalophaler minstens de bevestiging van de ophaalmomenten door de erkend afvalophaler op eerste verzoek kunnen voorleggen. Afdeling 5 Bedrijfsafval ophalen 12 / 36

13 Artikel Bedrijfsafval wordt opgehaald door een erkende afvalophaler die het bedrijf de aanbieder aanstelt. De afvalrecipiënten die het bedrijf aanbiedt in dit kader worden aangeboden, moeten voorzien zijn van de identificatie van de erkende afvalophaler: naam, adres en telefoonnummer van de erkende ophaler moeten aangebracht zijn op het recipiënt, alsmede de dag van ophaling. 13 / 36

14 3. OPENBARE NETHEID EN GEZONDHEID (Maatschappelijke Veiligheid: Stadstoezicht) Motivatie De terminologie die in bepaalde artikelen gehanteerd wordt, blijkt niet altijd helemaal correct of onvolledig te zijn. Deze onjuistheden of onvolledigheden worden aangepast. Wijziging Hoofdstuk 1 Netheid van de openbare ruimte Afdeling 6 Recyclageparken 13 Gebonden asbest Artikel 45. Asbest mag enkel in gebonden toestand (golfplaten, vloerbedekking, regenpijpen, asbakken, bloembakken, isolatiemateriaal,...) aangeboden worden. Asbest is bij voorkeur verpakt in plastic zakken. Afdeling 7 Beerputten of septische putten ruimen Artikel 52. Elke eigenaar of gebruiker moet regelmatig de beerput of septische put laten ruimen door een erkende aannemer. 4 Eigenaars of gebruikers die een tuin of bouwland gebruiken die grenst aan hun woning, mogen zelf hun beerput of septische put ruimen. Ze moeten vooraf een schriftelijke toestemming hebben van de burgemeester. Hoofdstuk 6 Diverse bepalingen Artikel 71. De eigenaars, bewoners of gebruikers van onroerende goederen staan in voor de hygiëne. Zij moeten voorkomen dat parasieten schadelijke ongewervelde dieren zich voortplanten. Als er toch parasieten schadelijke ongewervelde dieren aanwezig zijn, moeten de eigenaars, bewoners of gebruikers die vernietigen. Onder parasieten schadelijke 4 Zoals bepaald in de wet van 20 maart 1991 houdende regeling van de erkenning van aannemers van werken. 14 / 36

15 ongewervelde dieren wordt verstaan: alle mogelijke biologische, ongewervelde levensvormen die parasiteren op voorkomen ingevolge onhygiënische leefomstandigheden (voorbeeld: kakkerlakken, farao-mieren, ) 15 / 36

16 4. OPENBARE VEILIGHEID EN VLOTTE DOORGANG Straatartiesten (Politiezone Antwerpen) Motivatie Sedert 2015 is het overeenkomstig artikel 93ter Code van politiereglementen voor straatartiesten verboden om acts uit te voeren op de Meir behalve in de directe omgeving van enkele bepaalde plaatsen, zoals het standbeeld van Antoon Van Dijck, het beeldhouwwerk De Hand en De Wapper. Dit algemeen verbod voor de Meir met uitzondering van enkele gedoogplaatsen, werd op de gemeenteraad van 21 september 2015 (jaarnummer 474) onder meer ingevoerd om te vermijden dat de straatartiesten op drukke plaatsen de doorgang belemmeren en om de openbare rust en veiligheid te garanderen. Ingevolge de heraanleg van de Leien en het Operaplein loopt de winkel-as op heden ononderbroken door vanaf het Centraal Station tot aan de Meirbrug en vormt deze zone één geheel. In de praktijk blijkt thans dat er zich een verschuivingseffect voordoet en vele straatartiesten zich opstellen op het verlengde van de Meir, op de straten en pleinen die niet onder het verbod van het huidige artikel 93ter Code van politiereglementen vallen. De straatartiesten stellen zich op op de Leysstraat, de Teniersplaats en de De Keyserlei. Ook dit betreffen allen drukke plaatsen waar de aanwezigheid van de straatartiesten de openbare rust en veiligheid in het gedrang brengt. Van zodra de werken op en rond het Operaplein beëindigd zijn, zal ook dit plein naar alle waarschijnlijkheid aangewend worden door de straatmuzikanten, nu dit zich eveneens op de desbetreffende winkel-as situeert. Het is dan ook noodzakelijk om artikel 93ter van de Code van politiereglementen aan te passen en het bestaande verbod om acts uit te voeren op de Meir uit te breiden naar de Leysstraat, de Teniersplaats, het Operaplein en de De Keyserlei. Net zoals voor de Meir worden ook in deze uitgebreide verbodszone gedoogplaatsen voorzien om de straatartiesten nog steeds de mogelijkheid te bieden hun act uit te voeren. Dit echter uitsluitend op plaatsen waar de kans op de verstoring van de openbare veiligheid door het belemmeren van de doorgang of de verstoring van de openbare rust door geluidshinder, tot een minimum beperkt wordt. Rekening houdend met de concrete situatie ter plaatse, ten einde de vlotte doorgang te garanderen en ten einde de overlast voor de omliggende handelszaken en omwonenden te beperken, worden de volgende gedoogplaatsen in de uitgebreide verboden zone opgenomen: het standbeeld van David Teniers op de Teniersplaats, het toegangspaviljoen van premetrostation Opera, met uitzondering van de zone voor de inen uitgang van dit premetrostation, 16 / 36

17 het kruispunt van de De Keyserlei en de Pelikaanstraat, ter hoogte van De Keyserlei nr. 59, Binnen een afstand van 15 meter van deze plaatsen is het voor straatartiesten nog steeds toegelaten om een act uit te voeren, mits uiteraard ook de andere geldende voorschriften van de Code van politiereglementen worden gerespecteerd. Daar waar voor de gedoogzones momenteel een afstand van 25 meter vanaf de voorgeschreven plaats geldt, wordt deze afstand met huidige wijziging verminderd naar 15 meter. Een afstand van 25 meter blijkt te ruim te zijn en maakt het in het licht van huidige uitbreiding mogelijk om binnen de verboden zone toch nog over de gehele straat of het gehele plein een act uit te voeren. Hierdoor wordt het principe van de verboden zone uitgehold en blijft het risico op een verstoring van de openbare rust onverminderd bestaan. Een verminderde afstand van 15 meter sluit aan bij het doel van de gedoogplaatsen en beperkt het risico op een verstoring van de openbare rust. Naar analogie dient ook het verbod om gebruik te maken van slaginstrumenten op de Meir en de Wapper uitgebreid te worden naar de gehele winkel-as en de uitgebreide verboden zone, zijnde de Leysstraat, de Teniersplaats, het Operaplein en de De Keyserlei. Wijzigingen Hoofdstuk 1 Algemene veiligheids- en gedragregels. Afdeling 10 Artistieke activiteiten Artikel 93ter. Het is straatartiesten verboden acts uit te voeren op de hierna vermelde tijdstippen, plaatsen en wijzen: Tijdstippen: van maandag tot en met zaterdag: voor 10 uur en na 22 uur; op zondag: voor 11 uur en na 20 uur; langer dan één uur per dag op dezelfde locatie; Plaatsen: op de Meir, de Leysstraat, de Teniersplaats, het Operaplein en de De Keyserlei, behalve binnen de straal van meter van: o het standbeeld van Antoon Van Dijck, o het beeldhouwwerk De Hand, o de Wapper, o het standbeeld David Teniers, o het toegangspaviljoen van premetrostation Opera, met uitzondering van de zone voor de in- en uitgang van het premetrostation, o het kruispunt van de De Keyserlei en de Pelikaanstraat, ter hoogte van De Keyserlei nr. 59, op de plaatsen bepaald door de burgemeester; 17 / 36

18 op minder dan 50 m afstand van: o ziekenhuizen, rust- en verzorgingsinstellingen; o stadhuis en districtshuizen; o scholen tijdens de lesuren; o religieuze gebouwen tijdens erediensten; o bij vergunde evenementen, manifestaties, behoudens de schriftelijke toestemming van de organisator (bijvoorbeeld: toegelaten muziek in winkelstraten) o kermissen, openbare markten, folkloremarkten, behoudens de schriftelijke toestemming van de organisator; o een andere straatartiest; op een horecaterras; op of binnen de 10 meter afstand van een horeca-terras voor acts met muziek; op de vrije loopweg voor voetgangers van minimum 1,5 meter breedte of deze te hinderen met obstakels; voor de toegang tot gebouwen, zodat de toegang wordt verhinderd; op plaatsen: o waardoor de vrije doorgang van minimum 4 meter voor hulp- en controlediensten gehinderd wordt; o waardoor de zichtbaarheid van verkeersborden, aanwijzingen van openbaar nut, de bereikbaarheid van straatdeksels voor toegang tot kleppen en netwerken van distributiemaatschappijen, van de ventilatieroosters van de elektriciteitsgeneratoren en de verluchtingskokers die uitkomen op de openbare weg, gehinderd wordt. Wijzen: gebruik maken van geluidsinstallaties met elektronische versterking; gebruik maken van slaginstrumenten op : o Meir; o Wapper; o Leysstraat; o Teniersplaats; o Operaplein; o De Keyserlei; o Handschoenmarkt; o Hendrik Conscienceplein; op actieve wijze op een geldelijke bijdrage bij het publiek aandringen (voorbeeld: op terrassen rond gaan, het publiek aanklampen, beledigen, agressief zijn); producten verkopen; optreden met meer dan 10 straatartiesten; overtreden van hogere regelgeving en van de code van gemeentelijke politiereglementen; verstoren van de openbare orde en veroorzaken van overlast; 18 / 36

19 5. OPENBARE VEILIGHEID Vuurwapens, vuur(werk) en voetzoekers (Maatschappelijke Veiligheid en Politiezone Antwerpen) Motivatie Met het Decreet van 26 april 2019 houdende een reglementering op het gebruik van vuurwerk, voetzoekers, carbuurkanonnen en wensballonnen voerde men in Vlaanderen een algemeen verbod in om vuurwerk af te steken, voetzoekers te laten ontploffen en carbuurkanonnen af te vuren. Mits voorafgaande toestemming van de burgemeester kan het gebruik van vuurwerk, voetzoekers en carbuurkanonnen wel nog worden toegelaten indien dit op een beperkt aantal plaatsen gebeurt en in een beperkte periode. Voor wensballonnen geldt er ingevolge dit decreet een totaalverbod waarvan niet kan worden afgeweken. Het bestaande artikel in de Code van politiereglementen wordt in overeenstemming gebracht met deze nieuwe regelgeving op Vlaams niveau. Wijziging TITEL 3 OPENBARE VEILIGHEID EN VLOTTE DOORGANG Hoofdstuk 1 Algemene veiligheids- en gedragregels. Afdeling 11 Vuurwapens, vuur(werk), en voetzoekers, carbuurkanonnen en wensballonnen Artikel In de openbare ruimte of in de nabijheid ervan is het verboden, lampions op te laten, vuurwapens af te schieten, vuurwerk af te steken, voetzoekers te doen knallen, vuur te maken zonder toelating van de burgemeester vuur te maken, vuurwapens af te schieten, vuurwerk af te steken, voetzoekers te laten ontploffen, carbuurkanonnen af te vuren of wensballonnen op te laten. 5 In afwijking van het eerste lid kan de burgemeester voor uitzonderlijke gebeurtenissen vooraf de toelating verlenen om op een bepaalde plaats en gedurende een beperkte periode vuur te maken, vuurwerk af te steken, voetzoekers te laten ontploffen of carbuurkanonnen af te vuren. In de periode van 1 november tot 31 januari is bovendien het zichtbaar bezit, het tonen, uitstallen en elke voorbereidende handeling voor het ontsteken of doen knallen van vuurwerk van welke aard ook in de openbare ruimte verboden. De burgemeester kan toelating geven om hiervan af te wijken. 5 Decreet van 26 april 2019 houdende een reglementering op het gebruik van vuurwerk, voetzoekers, carbuurkanonnen en wensballon. 19 / 36

20 Het is ook verboden om ontploffend vuurwerk of meer dan de wettelijk toegelaten hoeveelheid feest- en seinvuurwerk 6, bij te hebben zonder toelating van de burgemeester. Minderjarigen jonger dan 16 jaar mogen nooit in het bezit zijn van vuurwerk, behalve als dit wettelijk is toegelaten. 2. De burgemeester kan op eigen initiatief, of mits een voorafgaandelijke schriftelijke aanvraag minstens zes weken vooraf, afwijkingen toestaan op artikel 94 1, op de plaatsen en de tijdstippen die de burgemeester bepaalt. 3. In voorkomend geval worden de vuurwapens, het vuurwerk, of de voetzoekers, de carbuurkanonnen of de wensballonnen administratief in beslag genomen en vernietigd. 4. Het is verboden door onvoorzichtigheid of door gebrek aan voorzorg, onopzettelijk schade te veroorzaken door wapens te gebruiken of te behandelen (laden, verplaatsen, stallen, stockeren, poetsen ). 6 Zoals bepaald in de wet van 28 mei 1956 betreffende ontplofbare en voor de deflagratie vatbare stoffen en mengsels en de daarmee geladen tuigen, en de uitvoeringsbesluiten ervan. 20 / 36

21 6. OPENBARE VEILIGHEID EN VLOTTE DOORGANG - Straatmeubilair (Stadsontwikkeling) Motivatie De openbare ruimte wordt op verschillende manieren op privatieve wijze in gebruik genomen. Ten einde dit op een georganiseerde, veilige en vlotte manier te laten verlopen, zijn er verschillende algemene regels opgenomen in de Code van politiereglementen. Daarnaast zijn er ook meer specifieke regels opgenomen die bepaalde innameverschijnselen reguleren. Vanuit het bedrijf Stadsontwikkeling werd opgemerkt dat enkele toevoegingen aan deze regels noodzakelijk zijn. Met het oog op een (toegelaten) privatieve ingebruikname van het openbaar domein wordt soms door onbevoegden het straatmeubilair verwijderd en/of verplaatst. Dit onder meer voor het plaatsen van een ladderlift, een puincontainer,. Straatmeubilair mag nooit op eigen initiatief verwijderd en/of verplaatst worden. Dit dient altijd bij de stadsdiensten te worden aangevraagd en door hen te worden uitgevoerd. Wijzigingen TITEL 3 OPENBARE VEILIGHEID EN VLOTTE DOORGANG Hoofdstuk 8 Privatieve ingebruikneming van de openbare ruimte 7 Afdeling 2 Algemene voorwaarden Onderafdeling 1 Algemene veiligheidsvoorwaarden Artikel 239bis. Het is verboden om straatmeubilair op eigen initiatief weg te nemen of te verplaatsen. Straatmeubilair mag uitsluitend door de bevoegde diensten verplaatst of gedemonteerd worden. 7 Gewijzigd door de gemeenteraad op 27 april 2015, datum inwerkingtreding 9 mei / 36

22 7. OPENBARE VEILIGHEID EN VLOTTE DOORGANG Privatieve ingebruikname openbaar domein, werven (Politiezone Antwerpen) Motivatie Sinds kort adviseert ook de stad mee de aanvragen voor het plaatsen van werfsignalisatie. Hierrond werd een nieuwe interne taakverdeling afgesproken. Hierdoor kan dit proces efficiënter en sneller verlopen. Aangezien niet enkel politie maar ook de stad mee adviseert dienen de bepalingen hierrond verruimd te worden in het reglement. Wijziging Hoofdstuk 8 Privatieve ingebruikneming van de openbare ruimte 8 Afdeling 1 Definities. Artikel 228. [Signalisatieplan: plan, bij voorkeur op schaal getekend, waarop staat op welke wijze de werken met beperkte impact /bouwwerven en andere verkeersbelemmeringen zullen worden gesignaleerd. Het signalisatieplan geeft in detail weer welke verkeersborden en signalisatie voor, ter hoogte van, aan de zijkant en op het einde van de werken voorzien worden. Dit gebeurt conform het Ministerieel besluit van 7 mei en volgens de eventuele bijkomende voorschriften van de lokale politie.] 10 Artikel Voor werken met beperkte impact en bouwwerven is een toelating van de burgemeester vereist. De aanvraag hiertoe is vergezeld van een signalisatieplan, voor bouwwerven ook van een inplantingsplan en desgevallend van een omleidingsplan, die goedgekeurd moeten worden door de politie en die altijd aanwezig moeten zijn op de werkplaats. Zij maken deel uit van de toelating. Artikel 268. Een noodvoetpad moet aan volgende voorwaarden voldoen (zie figuur 1): Deze tijdelijke route moet zo kort en recht mogelijk zijn, met een logisch verloop, zonder vermenging met andere verkeersstromen (voorbeeld: fiets-, auto- en vrachtverkeer ). 8 Gewijzigd door de gemeenteraad op 27 april 2015, datum inwerkingtreding 9 mei M.B. van 7 mei betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg. 10 Gewijzigd door de gemeenteraad op 21 maart 2016, datum inwerkingtreding 3 april / 36

23 Een noodvoetpad moet aangelegd worden met een loopweg van minimaal 1,50 meter breed. De hoeken van het noodvoetpad mogen maximaal 45 zijn, dit met het oog op manoeuvreerruimte voor rolstoelgebruikers. De rijplaten die de loopweg vormen, zijn minimaal 1,50 meter breed, zijn aaneengeschakeld en liggen stabiel met zo weinig mogelijk hoogteverschillen. Bij een hoogteverschil van meer dan twee centimeter is een helling verplicht. Die helling mag maximaal een hellingsgraad van één op zes hebben (voorbeeld: voor een hoogteverschil van tien centimeter moet een helling minstens 60 centimeter lang zijn). De scheiding tussen enerzijds de doorgang voor de voetgangers/fietsers en het andere verkeer en anderzijds de werken moeten afgebakend worden door een voldoende stevige inrichting of door rood/witte bakens van minstens één meter hoog, zoals bepaald in de toelating. Deze afbakening moet op meerdere plaatsen verlicht zijn 11. De loopweg moet over haar volledige lengte, breedte en hoogte permanent vrij zijn van werfmateriaal en andere obstakels. De afwatering moet altijd mogelijk blijven. Op vraag of aanwijzing van de politie bevoegde diensten moeten specifieke maatregelen genomen worden als de werf een fietspad inneemt. Bij een tijdelijk fietspad moeten de hellingen de hoogteverschillen opvangen. 11 Dit gebeurt zoals bepaald in het M.B. van 7 mei 1999 betreffende het signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg. 23 / 36