Quickscan: Culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Quickscan: Culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector"

Transcriptie

1 Quickscan: Culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector 8 juli 2008 EMBARGO tot 10 juli 2008, uur rp 02 Sarphatistraat 650 t +31 (0) consult@lagroup.nl 1018 av Amsterdam f +31 (0)

2 2 Inhoud Samenvatting 4 1 Inleiding Aanleiding en vraagstelling Vraagstelling Uitgangspunten Leeswijzer Risico s en verantwoordelijkheden 10 2 De periode Uitgangspuntennota Kunstraadadvies Verband tussen nota en advies De cijfers 12 3 De periode Uitgangspuntennota Kunstraadadvies Verband tussen nota en advies De cijfers 17 4 De periode Uitgangspuntennota Kunstraadadvies Verband tussen nota en advies De cijfers 22 5 De periode Uitgangspuntennota Kunstraadadvies Verband tussen nota en advies De cijfers 27 6 Conclusies Ontwikkelingen in beleid: vier uitgangspuntennota s Ontwikkelingen in de vier Kunstraadadviezen Ontwikkelingen in het verband tussen nota en advies De cijfers Eindconclusie 35

3 3 b1 Selectie cultureel diverse cultuurinstellingen 38 b2 Klankbordgroep 49 b3 Geraadpleegde documenten 50 b4 Overzichten 51 b4.1 Vastgestelde en afgewezen subsidieaanvragen 51 b4.2 Vastgestelde en afgewezen subsidieaanvragen 54 b4.3 Overzicht per periode 55

4 4 Samenvatting Culturele diversiteit in de cultuursector is sinds de Kunstenplanperiode een belangrijk thema in het beleid van het Amsterdamse college van B&W en sinds kort ook in het advies van de Amsterdamse Kunstraad. Toch kent het college maar een fractie van het totale structurele subsidiebedrag toe aan cultureel diverse cultuurinstellingen en adviseert de Kunstraad ook slechts een fractie van het totaal geadviseerde bedrag aan deze instellingen. Hoewel de toegekende en geadviseerde bedragen verhoudingsgewijs toenemen, blijven ze relatief gering; zeker wanneer ze gerelateerd worden aan de Amsterdamse bevolkingssamenstelling en de veranderingen daarin. Dat is de voornaamste conclusie van deze quickscan naar culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector. onderzocht welk beleid op het punt van culturele diversiteit het Amsterdamse college van B&W de afgelopen jaren neerlegde in haar uitgangspuntennotities voor het cultuurbeleid. Ook werd onderzocht wat de Amsterdamse Kunstraad in het algemene deel van haar vierjaarlijkse advies over het thema schreef en of beleid en advies zich uiteindelijk vertaalden in structurele financiering van cultureel diverse instellingen. Toenemende aandacht voor culturele diversiteit in gemeentelijk beleid en Kunstraadadvies Uit de quickscan volgt dat de aandacht voor culturele diversiteit in de uitgangspuntennotities van het college in de onderzochte periode sterk toeneemt. In de jaren is die nog beperkt, maar daarna is het thema nauwelijks nog uit de nota s weg te denken. Het onderwerp wordt gekoppeld aan de over de jaren wisselende beleidsprioriteiten van het college. Opmerkelijk is overigens dat in de uitgangspuntennotities zelden wordt verwezen naar (eerder) met het beleid behaalde resultaten. In het algemene deel van het Kunstraadadvies wordt culturele diversiteit pas een thema in het advies voor de periode Dan wijdt de Kunstraad er direct een gehele paragraaf aan, waarin hij stelt dat het Amsterdamse cultuuraanbod een afspiegeling van de samenleving zou moeten zijn (wat volgens de Raad nog lang niet het geval is). Drie procent van het totale bedrag gaat naar cultureel diverse instellingen De geruime aandacht voor het onderwerp in het beleid vertaalt zich niet in een grote hoeveelheid financiële middelen. Uit het onderzoek volgt dat het college gemiddeld 3 procent van het totale structurele subsidiebedrag toekent aan cultureel diverse instellingen. De Kunstraad adviseert gemiddeld 3 procent van het totale bedrag aan cultureel diverse instellingen. In beide gevallen betreft het dus een fractie van het totale bedrag. Financiering cultureel diverse instellingen gering vergeleken met percentage niet-westerse allochtonen in Amsterdam Het aandeel van het structurele subsidiebedrag dat cultureel diverse cultuurinstellingen ontvangen is gering wanneer het vergeleken wordt met het percentage niet-westerse allochtonen in de stad. Het aandeel niet-westerse allochtonen in de Amsterdamse

5 5 bevolking is over de periode gemiddeld 32 procent; onder jongeren (0-24 jaar) is dat in procent. Hoewel deze vergelijking tussen het financieringspercentage en de bevolkingssamenstelling uiterst voorzichtig gehanteerd dient te worden, is de mate van discrepantie opmerkelijk. Ondanks groei blijft financiering cultureel diverse instellingen gering In het structurele subsidiebedrag dat de gemeente aan cultureel diverse instellingen toekent en dat de Kunstraad aan deze instellingen adviseert is een duidelijke groei zichtbaar. Het door de Kunstraad geadviseerde percentage stijgt per kunstenplanperiode met stappen van ongeveer 1 procent van het totaal (van 1 procent voor de periode tot 5 procent voor de periode ). Het bedrag dat het college toekent, neemt toe van 2 procent in naar 4 procent van het totaal in Ook indien we deze groei in ogenschouw nemen blijft het percentage echter gering, zeker wanneer we het opnieuw relateren aan de veranderende bevolkingssamenstelling (51 procent niet-westerse allochtone jongeren in 2007). Potentieel aan cultureel diverse plannen wordt niet gefinancierd Uit de quickscan volgt dat steeds meer cultureel diverse instellingen structurele subsidie aanvragen bij de gemeente Amsterdam: het aantal aanvragen stijgt met 260 procent, van 16 in naar 42 in Deze groep krijgt echter een relatief gering deel toegekend van het bedrag dat ze aanvraagt; in de periode is dat bijvoorbeeld 42 procent van het totaal aangevraagde bedrag tegenover 69 procent bij de overige instellingen. Dat is in euro s voor de cultureel diverse instellingen in deze periode 6,7 miljoen euro (aangevraagd) tegenover 2,8 miljoen euro (toegekend). Een relatief groot potentieel aan cultureel diverse plannen wordt dus niet gehonoreerd met structurele subsidie. Cultureel diverse instellingen vragen en krijgen kleine bedragen Wat verder opvalt in de cijfermatige analyse die voor de quickscan werd uitgevoerd, is dat cultureel diverse instellingen relatief kleine bedragen aanvragen en toegekend krijgen. Overige instellingen vragen per aanvraag gemiddeld ruim drie keer zoveel subsidie aan dan cultureel diverse instellingen. Ze ontvangen van de gemeente Amsterdam gemiddeld 8,5 keer zoveel structurele subsidie per instelling dan de cultureel diverse instellingen. In de onderzochte periode was de hoogste aanvraag van een cultureel diverse instelling 1,2 miljoen euro, terwijl overige instellingen aanvragen tot 14,5 miljoen euro plaatsten. Het hoogst toegekende bedrag per instelling is voor overige instellingen 9,8 miljoen euro en voor cultureel diverse instellingen een kleine euro. Afwijking van Kunstraadadvies niet in overeenstemming met wat gemeentelijk beleid doet vermoeden Het feit dat het college in haar beleid al vanaf de periode relatief veel aandacht besteedt aan culturele diversiteit, terwijl de Kunstraad dat pas doet voor de periode , doet vermoeden dat het college cultureel diverse instellingen in deze periode ook veel royaler structureel financiert dan de Kunstraad adviseert. Dat gebeurt echter niet

6 6 consistent. In de periode kent het college juist minder aan cultureel diverse instellingen toe dan de Kunstraad adviseert: 1,3 miljoen euro geadviseerd tegenover 1,2 miljoen euro vastgesteld. In de periode wordt wel euro meer aan cultureel diverse instellingen toegekend dan de Raad adviseert (2,8 miljoen euro toegekend tegenover 2,2 miljoen euro geadviseerd), maar in deze periode kent het college ook aan de overige instellingen meer toe dan is geadviseerd (zie hoofdstuk 4.4). Quickscan biedt eerste indruk Voor dit onderzoek zijn de vierjaarlijkse uitgangspuntennotities voor het cultuurbeleid van de gemeente Amsterdam bestudeerd, evenals het algemene deel van het advies van de Kunstraad en de structurele subsidiebedragen die zijn neergelegd in het vastgestelde Kunstenplan. Het onderzoek toont de ontwikkelingen in vier kunstenplanperiodes ( , , en ). Omdat het een quickscan betreft, zijn andere gegevens buiten beschouwing gelaten (zoals incidentele gemeentelijke subsidies aan cultureel diverse instellingen, de mate waarin overige culturele instellingen dit onderwerp in hun praktijk hebben geïnternaliseerd, en beleid en subsidies van stadsdelen). De quickscan biedt dus een eerste indruk, waarbij het uitgangspunt is dat structurele financiering van cultureel diverse cultuurinstellingen door de gemeente een belangrijke indicator vormt voor het beleid op dit punt. 1 Voor de periode zijn alleen de Hoofdlijnennotitie en het Kunstraadadvies bestudeerd, omdat het vastgestelde Kunstenplan voor deze periode nog niet beschikbaar is.

7 1 Inleiding Quickscan: culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector (7 juli 2008) 7 Voor u ligt het verslag van een quickscan naar culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector. In dit hoofdstuk gaan we in op de aanleiding voor dit onderzoek, de vraagstelling en de door ons gehanteerde uitgangspunten. 1.1 Aanleiding en vraagstelling Het lijkt alsof organisaties en gezelschappen de hoop hebben opgegeven aansluiting te vinden bij nieuwe cultureel diverse publieksgroepen, of zij zien de potentie van deze groeiende groep cultuurconsumenten onvoldoende, stelt de Amsterdamse Kunstraad in de inleiding bij haar op 18 april 2008 verschenen Adviezen ter voorbereiding van het Amsterdams Kunstenplan 2009 tot en met Nog dezelfde dag reageert cultuurwethouder Carolien Gehrels. Zij plaatst vraagtekens bij de constateringen van de Kunstraad; volgens haar is culturele pluriformiteit door de Amsterdamse cultuurinstellingen de laatste jaren juist geïnternaliseerd. 2 Het verschil van inzicht tussen Kunstraad en de Amsterdamse cultuurwethouder illustreert twee zaken: culturele diversiteit in de cultuursector is momenteel - zeker in Amsterdam - een issue en de meningen over de vraag of culturele diversiteit een goede plaats heeft in de Amsterdamse cultuursector zijn verdeeld. De vraag of culturele diversiteit voet aan de grond heeft gekregen in de Amsterdamse cultuursector, en de vraag of het gemeentelijk beleid op dit punt in daden wordt omgezet, vormen de directe aanleiding voor deze quickscan. Het is van belang om hierover snel duidelijkheid te krijgen, nu de cultuurwethouder en de gemeenteraad binnenkort in het kader van het Kunstenplan weer moeten beslissen over structurele financiering voor Amsterdamse cultuurinstellingen. De urgentie van dit onderzoek wordt verder geïllustreerd door de financiële ondersteuning die wij ontvingen van Stichting DOEN, de Stadsschouwburg, Paradiso en Likeminds. 1.2 Vraagstelling We concentreren ons in de quickscan op de vraag welk beleid de Amsterdamse cultuurwethouders voeren op het punt van culturele diversiteit in de cultuursector en of dat beleid zich ook vertaalt in structurele financiële ondersteuning van cultureel diverse initiatieven: do they put their money where their mouth is? We kijken ook welke rol de adviezen van de Amsterdamse Kunstraad hierin spelen. 2 Bron: Plekker, Mark. Reactie wethouder Gehrels advies Kunstraad. Gemeente Amsterdam, 18 april 2008 (op

8 8 De exacte onderzoeksvraag hebben we als volgt geformuleerd: Welk beleid voerde de gemeente Amsterdam de afgelopen jaren op het gebied van culturele diversiteit in de cultuursector, hoe adviseerde de Kunstraad over dit onderwerp en hoe verliep de structurele financiering van cultureel diverse cultuurinstellingen? 1.3 Uitgangspunten Afbakening We kiezen in deze quickscan voor een scherpe afbakening van de te onderzoeken documenten, periodes en spelers. Uitgangspuntennotities cultuurbeleid van de gemeente Amsterdam Om de vraag te beantwoorden welk beleid de gemeente Amsterdam voert op het gebied van culturele diversiteit in de cultuursector, hebben we de vierjaarlijkse Uitgangspuntennotities voor het cultuurbeleid van het college van B&W van de centrale stad geanalyseerd. Daarin is het beleid vastgelegd dat bepalend is voor het toekennen van structurele subsidies. Overige beleidsdocumenten van de gemeente, evenals beleid van de stadsdelen, blijven buiten beschouwing. Vierjaarlijks advies van de Kunstraad Van de Amsterdamse Kunstraad hebben we de vierjaarlijkse adviezen ter voorbereiding van het Amsterdams Kunstenplan bestudeerd. We hebben gekeken naar het algemene deel van het advies en de geadviseerde structurele subsidiebedragen voor cultureel diverse cultuurinstellingen. Vastgesteld Kunstenplan Tenslotte hebben we het door het college van B&W ingediende en door de gemeenteraad vastgestelde Kunstenplan bestudeerd. We hebben gekeken naar de (al dan niet toegekende) structurele subsidiebedragen voor cultureel diverse cultuurinstellingen. Geen momentopname maar een hartfilmpje: de periode We kijken in deze quickscan niet slechts naar culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector op dit moment, maar naar de ontwikkeling daarvan in de periode : geen momentopname maar een hartfilmpje. Hoewel ook staatssecretaris van Cultuur Aad Nuis al aandacht vroeg voor interculturaliteit, is het thema culturele diversiteit in de cultuursector in Nederland vooral op de kaart gezet door staatssecretaris Rick van der Ploeg. Hij stelde in zijn bewindsperiode ( ) voor dat cultuurinstellingen minimaal drie procent van hun

9 9 subsidie zouden moeten besteden aan het werven van (o.a.) allochtone publieksgroepen. Het voorstel haalde het niet, maar leidde tot veel discussie en het thema culturele diversiteit in de cultuursector was - ook in Amsterdam - definitief geagendeerd. Het onderzoek betreft vier gemeentelijke Kunstenplanperiodes (en vier Cultuurnotaperiodes) beginnend één periode vóór Van der Ploeg: 1) , 2) , 3) en 4) Cultureel diverse cultuurinstellingen We volgen in de quickscan (het advies over) de structurele financiering van 63 cultureel diverse cultuurinstellingen. 4 Bij de selectie van deze groep speelden criteria een rol als: een dominante rol voor culturele diversiteit in werk, presentaties, voorstellingen of doelgroepen, waarbij minimaal één structurele subsidie door de instelling bij de gemeente Amsterdam moet zijn aangevraagd. (Een compleet overzicht van de instellingen en de gehanteerde criteria is neergelegd in bijlage 1) We hebben ernaar gestreefd om alle cultureel diverse cultuurinstellingen in Amsterdam die aan de criteria voldoen in de selectie op te nemen. De selectie is geaccordeerd door de opdrachtgever en de klankbordgroep (zie hieronder) Overige uitgangspunten Een klankbordgroep toetst de resultaten Om de resultaten van dit onderzoek te toetsen en aan te scherpen, is een beroep gedaan op een klankbordgroep bestaande uit zeven personen met een diepgaande kennis van de Amsterdamse cultuursector en culturele diversiteit in het bijzonder (zie bijlage 2 voor een overzicht van de leden). De resultaten van het onderzoek zijn met de klankbordgroep besproken en naar aanleiding daarvan waar nodig aangepast. Quickscan geeft goede eerste indruk, maar nader onderzoek is wenselijk Dit onderzoek is een quickscan van culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector. Het is een steekproef, een manier om de temperatuur van het water te meten. Uitgangspunt daarbij is dat structurele financiering van cultureel diverse cultuurinstellingen door de gemeente een belangrijke indicator vormt voor het beleid van de gemeente op dit punt. Andere indicatoren, zoals incidentele gemeentelijke subsidies aan cultureel diverse instellingen, de mate waarin overige culturele instellingen in hun praktijk aandacht besteden aan culturele diversiteit, en beleid en subsidies van stadsdelen blijven in dit onderzoek buiten beeld. Dat wil niet zeggen dat deze zaken niet van belang zijn; ze vormen een onderwerp dat bij nader onderzoek in beeld gebracht kan worden. Dat laatste geldt overigens ook voor beleid en subsidies van de Rijksoverheid, provincies en andere (grote) steden op het gebied van culturele diversiteit in de cultuursector. 3 Voor de periode bestuderen we alleen de Hoofdlijnennotitie en het Kunstraadadvies, het vastgestelde Kunstenplan is voor deze periode nog niet beschikbaar. 4 In de periode betreft de selectie 62 instellingen, in verband met de fusie van Made in Da Shade en Cosmic in MC.

10 10 Een spiegel voorhouden Doel van dit onderzoek is om gemeente, Kunstraad en de Amsterdamse cultuursector een spiegel voor te houden. De quickscan levert een reeks van gegevens over het in Amsterdam gevoerde beleid ten aanzien van culturele diversiteit en over de subsidiëring van cultureel diverse instellingen. Nu ligt de bal bij de gemeente, cultureel diverse en de overige cultuurinstellingen: bevalt het spiegelbeeld? Moet het anders en, zo ja, hoe? Wat betekent dat voor het gemeentelijk beleid, de Kunstraad en de instellingen? Hoe en in welke context moeten de verschillen tussen cultureel diverse cultuurinstellingen en overige instellingen worden verklaard? Wij beschouwen de onderzoeksresultaten als potentieel beginpunt van een debat over de vraag of culturele diversiteit, tien jaar nadat staatssecretaris Van der Ploeg het thema landelijk agendeerde, een goede plek heeft gekregen in de Amsterdamse cultuursector. Het oordeel is aan de sector en de gemeente. 1.4 Leeswijzer Hoofdstuk 2 bevat voor de periode een analyse van de uitgangspuntennotitie, van het algemene deel van het Kunstraadadvies en van de bijbehorende cijfers (structurele financiering door de gemeente, advies van de Kunstraad over structurele financiering, et cetera.) Hoofdstuk 3 betreft de periode , hoofdstuk 4 de periode en hoofdstuk 5 de periode In hoofdstuk 6 zijn de algemene conclusies van dit onderzoek neergelegd. 1.5 Risico s en verantwoordelijkheden Het onderzoek is uitgevoerd door en onder verantwoordelijkheid van lagroup Leisure & Arts Consulting door Stephen Hodes, Philip Tijsma en Anneke Jenniskens. Daarbij is samengewerkt met Laurien Saraber, onafhankelijk onderzoeker, adviseur en publicist, gespecialiseerd in het onderwerp culturele diversiteit in de cultuursector. Het rapport en de bijlagen vormen een geheel. Indien het rapport ter beschikking wordt gesteld aan derden, dient dat in zijn geheel te geschieden. Bij het onderzoek en de samenstelling van dit rapport is uiterste zorgvuldigheid betracht. Daarbij is uitgegaan van de waarheidsgetrouwheid van door de opdrachtgever en door derden verstrekte informatie.

11 2 De Quickscan: culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector (7 juli 2008) periode In dit hoofdstuk is voor de periode een analyse neergelegd van de uitgangspuntennota, het algemene deel van het Kunstraadadvies en de bijbehorende cijfers over financiering van cultureel diverse cultuurinstellingen. 2.1 Uitgangspuntennota Mainstreaming vervangt specifiek beleid voor allochtone kunstbeoefening Met de Notitie Kunstenplan kiest het College voor mainstreaming van cultureel divers cultuurbeleid. De voorafgaande periode kende een specifiek beleid voor allochtone kunstbeoefening met een geoormerkt budget. Het college neemt daar in deze nota nadrukkelijk afstand van. Aandacht voor culturele diversiteit wordt een, meestal niet meer afzonderlijk benoemd, onderdeel van een breder streven (reden waarom wij hier de term mainstreaming gebruiken) naar verbreding van het kunstpubliek. Dat streven staat centraal in de uitgangspuntennotitie In de nota schrijft de gemeente: dat het kunstbeleid zoveel gevoeligheid voor nieuwe impulsen moet kunnen opbrengen dat het aanbod recht doet aan de culturele veelzijdigheid in Amsterdam. Het kunstmatig afzonderen van allochtone producties zou juist een contra-productief isolement opleveren. (Gemeente Amsterdam 1995, p. 9). De term publieksverbreding staat centraal Publieksverbreding is de voornaamste term die in deze nota in relatie tot culturele diversiteit wordt gebruikt. Daarbij gaat het om verbreding van de culturele (in de zin van etnische ) herkomst van het publiek, maar evenzeer om sociale kenmerken en leeftijd. Vooral jongeren hebben een centrale plaats in dit publieksgerichte beleid. Het college hanteert de termen allochtone kunstbeoefening en allochtone producties alleen om aan te geven wat het met haar beleid niet wil bevorderen. Amateurkunst, kunsteducatie en vraaggerichtheid als voornaamste instrumenten Bevorderen van deelname aan amateurkunst, het stimuleren van kunsteducatie en meer vraaggericht werken door de cultuurinstellingen zijn de voornaamste instrumenten die het College noemt om de gewenste algemene publieksverbreding te bereiken. Eigenlijk wordt alleen het bevorderen van amateurkunst daarbij expliciet gekoppeld aan culturele diversiteit; het college spreekt de wens uit dat amateurkunstbeoefening, behalve voor jongere deelnemers, aantrekkelijker wordt voor nieuwe groepen Amsterdammers. Geen concrete doelstellingen, resultaten of budgetten voor culturele diversiteit De notitie benoemt geen concrete doelstellingen op het gebied van culturele diversiteit. Evenmin wordt verwezen naar concrete resultaten uit het verleden (bijvoorbeeld de opbrengsten van het beleid voor allochtone kunstbeoefening uit de voorgaande periode).

12 12 Er wordt aangegeven dat afzonderingsbeleid (als tegenpool van mainstreaming) op het gebied van culturele diversiteit contraproductief kan werken, maar er wordt niet toegelicht of daarvoor aanwijzingen in het verleden zijn. Van concrete, geoormerkte budgetten voor culturele diversiteit is geen sprake, daarvan neemt de gemeente juist afstand. 2.2 Kunstraadadvies Culturele diversiteit is geen thema voor de Kunstraad In het algemene deel van het Kunstraadadvies is culturele diversiteit geen thema. De Kunstraad benoemt het onderwerp alleen terloops bij de thema s Internationalisering (grensoverschrijdende culturele contacten zijn verrijkend voor het cultuuraanbod, Amsterdam is kosmopolitisch en kwaliteit gaat voor nationaliteit) en Nieuwe kunstenaars, toekomstig publiek (in de schoolbanken weerspiegelt zich volgens de Raad de toekomstige multiculturele samenstelling van de Amsterdamse bevolking). Wel kraakt de Kunstraad onder het kopje Kunstenplan systematiek kritische noten over de aandacht die veel cultuurinstellingen in hun subsidieaanvragen besteden aan publieksbereik in het algemeen en multi- en interculturele plannen in het bijzonder: veel van de plannen bevatten voornemens op multi- en intercultureel gebied die, gegeven de gebrekkige onderbouwing, uitwerking en relatie tot het eerder gevoerde beleid, de schijn hebben gewekt van het willen meelopen met een trend of met het politiek wenselijke. Dat roept het beeld op van een lippendienst en is zorgwekkend. (Kunstraad 1996, p.10) 2.3 Verband tussen nota en advies Kunstraad en gemeente varen eigen koers Kunstraad en gemeente varen in deze Kunstenplanperiode hun eigen koers ten aanzien van het thema culturele diversiteit. Beide besteden summier aandacht aan het onderwerp. In de gemeentelijke nota hangt dat samen met een beargumenteerde keuze voor mainstreaming; het gaat de gemeente niet om maatregelen specifiek voor een cultureel divers publiek, maar om beleid ter bevordering van publieksverbreding in het algemeen. In de advisering van de Kunstraad is geen duidelijke argumentatie neergelegd voor het ontbreken van aandacht voor het onderwerp. In het algemene deel van zijn advies reageert de raad negatief op cultuurinstellingen die in hun plannen (veel) aandacht besteden aan publieksverbreding in het algemeen en het bereiken van een cultureel divers publiek in het bijzonder. Dat kan worden beschouwd als indirecte kritiek op het diversiteitsbeleid van de gemeente. 2.4 De cijfers In deze paragraaf zijn puntsgewijs de voornaamste conclusies neergelegd over de door ons onderzochte cijfers met betrekking tot culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector voor de periode Daarbij is gekeken naar de aanvragen van

13 13 (cultureel diverse) cultuurinstellingen, de adviezen van de Kunstraad en de door het college van B&W vastgestelde structurele subsidiebedragen. Er is hierbij gebruik gemaakt van de gegevens die zijn neergelegd in het advies van de Kunstraad en het vastgestelde Kunstenplan van het college van B&W. Bedragen en percentages zijn afgerond. In bijlage 4.1 is het totaaloverzicht opgenomen van de onderzochte cultureel diverse instellingen met bijbehorende gevraagde, geadviseerde en vastgestelde bedragen. Bijlage 4.2 bevat een schematisch overzicht van de vastgestelde en afgewezen aanvragen en bijlage 4.3 bevat een overzicht per Kunstenplanperiode. In de periode ontbreken in het advies van de Kunstraad en het vastgestelde Kunstenplan gegevens die wel beschikbaar zijn in de overige onderzochte periodes. Daardoor ontbreekt in deze paragraaf een aantal conclusies dat over de andere periodes wel kan worden getrokken. Het gaat onder meer om consistente overzichten van het totaal aantal positief geadviseerde aanvragen en bijbehorende bedragen, en het totaal aantal vastgestelde subsidies en bijbehorende bedragen. Dat deze gegevens niet beschikbaar zijn hangt samen met het feit dat de periode nog maar de tweede Kunstenplancyclus is en de systematiek, zoals de gemeente in de stukken ook erkent, nog niet geperfectioneerd is. Aangevraagd door culturele instellingen Van de in totaal 117 aanvragen zijn er 16 van cultureel diverse instellingen, dit is 14% van alle aanvragen. Van het totaal aangevraagde bedrag van 74,2 miljoen is 3,2 miljoen aangevraagd door cultureel diverse instellingen, dit is 4% van het totaal. De cultureel diverse instellingen, 14% van alle instellingen, vragen 4% van het totaal aan. De overige instellingen, 86% van alle instellingen, vragen 96% van het totaal aan. De overige instellingen vragen gemiddeld aan, de cultureel diverse instellingen : overige instellingen vragen gemiddeld drie-en-een-half keer zoveel aan. Een aantal grote overige instellingen vraagt subsidie aan die oploopt tot meer dan 8 miljoen euro. 5 Cultureel diverse instellingen vragen nooit bedragen aan hoger dan Geadviseerd door de Kunstraad De Kunstraad adviseert in totaal een bedrag van 63,2 miljoen. Hiervan wordt geadviseerd aan de cultureel diverse instellingen, dat is 1% van het gehele bedrag. De Kunstraad beoordeelt 9 van de 16 aanvragen van cultureel diverse instellingen positief, dit is 56%. Het is niet bekend hoe dit percentage bij de overige instellingen is. 5 Een aantal voorbeelden: het Stedelijk Museum vraagt 8,2 miljoen aan en Het Muziektheater 5,5 miljoen. 6 De Nieuw Amsterdam vraagt met het hoogste bedrag aan van de cultureel diverse instellingen (aan rijk en gemeente gezamenlijk).

14 14 De Kunstraad adviseert de cultureel diverse instellingen gemiddeld Het is niet bekend hoeveel de Kunstraad de overige instellingen gemiddeld adviseert. Vastgesteld door het college van B&W Het college kent aan 10 cultureel diverse instellingen subsidie toe, aan 6 cultureel diverse instellingen kent het college geen subsidie toe. Een aantal grote overige instellingen ontvangt subsidie die kan oplopen tot meer dan 5 miljoen. 7 Geen enkele cultureel diverse instelling krijgt een bedrag hoger dan Vergelijking Het college wijkt eenmaal af van het advies van de Kunstraad. Het college kent eenmaal alsnog subsidie toe aan een cultureel diverse instelling, terwijl de Kunstraad een negatief advies gaf. De cultureel diverse instellingen hebben gezamenlijk voor 3,2 miljoen aangevraagd, het totaal vastgestelde bedrag dat wordt uitgekeerd aan cultureel diverse instellingen bedraagt Dit betekent dat in totaal 20% van het totaal aangevraagde bedrag ook daadwerkelijk wordt vastgesteld. Van de 16 aanvragen heeft het college aan 10 cultureel diverse instellingen wel subsidie en aan 6 cultureel diverse instellingen geen subsidie toegekend. 7 Een aantal voorbeelden van de begroting opgesteld in 1996: Toneelgroep Amsterdam ontvangt , Het Muziektheater ontvangt De Nieuw Amsterdam ontvangt met de hoogste subsidie van de cultureel diverse instellingen.

15 3 De Quickscan: culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector (7 juli 2008) periode In dit hoofdstuk is voor de periode een analyse neergelegd van de uitgangspuntennota, het algemene deel van het Kunstraadadvies en de bijbehorende cijfers over financiering van cultureel diverse cultuurinstellingen. 3.1 Uitgangspuntennota Ruim aandacht voor culturele diversiteit De uitgangspuntennota , Allianties genaamd, besteedt ruim aandacht aan culturele diversiteit. Het onderwerp komt aan de orde bij vrijwel het hele spectrum aan thema s dat in de nota de revue passeert, van publieksbeleid, via aanbod, repertoire en programmering tot aan talent, personeel en bestuur. Enkele onderdelen lichten we hieronder, bij beleidsvoornemens en instrumenten, nader toe. Het beleid biedt een pluralistisch beeld: er is zowel ruimte voor cultuurspecifieke cultuuruitingen als voor dwarsverbanden met de mainstream cultuur. Invloed van het beleid van staatssecretaris Van der Ploeg is zichtbaar De invloed van het beleid van staatssecretaris Rick van der Ploeg van Cultuur ( ) op de uitgangspuntennota is duidelijk zichtbaar. Niet alleen omdat het onderwerp culturele diversiteit in de cultuursector, dat door Van der Ploeg vanaf 1998 zo nadrukkelijk werd geagendeerd, zeer regelmatig in de nota terugkomt, maar ook omdat de nota expliciet aan zijn beleid refereert. Zo wordt Van der Ploeg s cultuurnota Cultuur als confrontatie aan het begin van de gemeentelijke notitie aangehaald en wordt expliciet vermeld dat de gemeentelijke uitgangspunten sporen met die van het Rijk. Het feit dat het Rijk in deze periode, in het kader van het Actieplan Cultuurbereik, extra middelen aan gemeenten beschikbaar stelt voor verbreding van het cultuurpubliek, kan ook een rol gespeeld hebben bij toegenomen aandacht voor het onderwerp. De term diversiteit heeft vanzelfsprekend betrekking op culturele diversiteit De in de nota overwegend gehanteerde term is diversiteit, zonder culturele ervoor. Blijkens de context wordt met het begrip echter overwegend gedoeld op culturele diversiteit in enge zin : in de eerste plaats de culturele/etnische herkomst van publiek, kunstenaars en kunstvormen (en dus niet zoals in de andere nota s in de brede zin van artistieke verscheidenheid van het cultuurlandschap). Blijkbaar is aandacht voor culturele diversiteit in de nota zo vanzelfsprekend dat het college er van uit gaat dat de term diversiteit niet steeds hoeft te worden toegelicht als betrekking hebbend op culturele diversiteit.

16 16 Veranderende bevolkingssamenstelling en artistieke kansen als motivering voor diversiteitsbeleid Hoewel er ruime aandacht is voor culturele diversiteit, is niet zo coherent omschreven waarom het van belang wordt geacht. Hier lijkt de veronderstelling aan ten grondslag te liggen dat de lezer wel begrijpt waarom er zo veel aandacht voor het onderwerp is. De achterliggende visie en motivatie tekent zich versnipperd door de nota en tussen de regels door af. Zo lijkt één van de motiveringen te zijn dat de veranderende bevolkingssamenstelling aanpassingen van de cultuursector vraagt, willen de Amsterdamse culturele voorzieningen er voor alle Amsterdammers zijn en blijven. (Dit idee, dat alle Amsterdammers zich als publiek en/of als maker betrokken zouden moeten voelen bij de culturele instellingen van de stad, wordt ook wel aangeduid met de term aandeelhouderschap ). Vraag en aanbod in de cultuursector zullen beter op elkaar aansluiten wanneer er meer aandacht is voor culturele diversiteit. Bovendien biedt een veranderende bevolkingssamenstelling volgens het college artistieke kansen en innovatiemogelijkheden voor de cultuursector. Beleidsvoornemens en instrumenten Een aantal beleidsvoornemens op het gebied van culturele diversiteit wordt in de nota nader uitgewerkt. Hieronder noemen we er twee. Potentie veranderende bevolkingssamenstelling beter benutten. In de nota wordt er op aangedrongen dat de potentie van de veranderende bevolkingssamenstelling van de stad beter wordt benut. Er wordt gesteld: De stad en haar bewoners zijn aan het veranderen. De stad is meer internationaal en meer intercultureel dan ooit voorheen. De potentie daarvan moet worden benut. (gemeente Amsterdam 2000, I.2). Ook moet er een goede interactie ontstaan tussen de kunstwereld en de allochtone culturen in de stad. Het meedoen, meedenken en meebeslissen van initiatiefnemers uit verschillende culturen is daarbij essentieel. (Gemeente Amsterdam 2000, II.3) Als instrumentarium worden hierbij met name genoemd: het aangaan van (thematische) samenwerkingsverbanden tussen cultuurinstellingen (allianties, bijvoorbeeld op het gebied van culturele diversiteit), coaching van verborgen kunstenaars en kunstvormen onder allochtone groeperingen, op allochtonen en jongeren gerichte collectieve marketing en cultuureducatie. Meer cultureel diverse besturen en personeelsleden. Hierover stelt de nota onder meer: Het is al vaak geconstateerd: de eenzijdige personeels- en bestuurssamenstelling van veel kunstinstellingen is een belemmering voor een effectieve programmering en voor een effectief bereik van allochtonen en jonge mensen. (Gemeente Amsterdam 2000, II.3) De wens om hierin verandering te brengen vindt echter geen vertaling in concrete instrumenten.

17 Kunstraadadvies Geen enkele aandacht voor culturele diversiteit Culturele diversiteit lijkt in deze periode geen issue voor de Kunstraad. Dat is althans het beeld dat naar voren komt uit het algemene deel van het Kunstraadadvies. Er is op geen enkele manier aandacht voor het onderwerp, expliciet noch impliciet. De Kunstraad geeft al aan het begin van haar advies aan dat hij de oproep van het college aan cultuurinstellingen om, als artistiek ondernemer, vraag en aanbod actiever met elkaar te verbinden, onnodig vindt. In de uitgangspuntennotitie koppelt het college de aandacht voor culturele diversiteit nu juist direct aan het thema artistiek ondernemerschap. De Kunstraad schrijft over artistiek ondernemerschap: Anders dan recentelijk wel wordt gepropageerd, behoeft dat ondernemerschap niet te worden aangemoedigd of afgedwongen. Voor een kunstproductie zijn altijd de ontmoeting soms de confrontatie met het publiek, met een markt, gezocht. Artistiek ondernemen is van alle tijden, het is er per definitie, met en zonder overheidsbemoeienis. (Amsterdamse Kunstraad 2000, p. 4). 3.3 Verband tussen nota en advies Uit het bovenstaande mag duidelijk zijn dat er in deze periode geen zichtbaar verband is tussen de uitgangspuntennota van het college van B&W en het algemene deel van het advies van de Kunstraad. De lijn van College en Kunstraad is diametraal tegenovergesteld: het College besteedt veel aandacht aan culturele diversiteit, de Kunstraad geen enkele. 3.4 De cijfers In deze paragraaf zijn puntsgewijs de voornaamste conclusies neergelegd over de door ons onderzochte cijfers met betrekking tot culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector voor de periode Daarbij is gekeken naar de aanvragen van (cultureel diverse) cultuurinstellingen, de adviezen van de Kunstraad en de door het college van B&W vastgestelde structurele subsidiebedragen. Er is hierbij gebruik gemaakt van de gegevens die zijn neergelegd in het advies van de Kunstraad en het vastgestelde Kunstenplan van het college van B&W. Bedragen en percentages zijn afgerond. In bijlage 4.1 is het totaaloverzicht opgenomen van de onderzochte cultureel diverse instellingen met bijbehorende gevraagde, geadviseerde en vastgestelde bedragen. Bijlage 4.2 bevat een schematisch overzicht van de vastgestelde en afgewezen aanvragen en bijlage 4.3 bevat een overzicht per Kunstenplanperiode. Aangevraagd door culturele instellingen Van de in totaal 190 aanvragen zijn er 28 van cultureel diverse instellingen, dit is 15% van alle aanvragen.

18 18 Van het totaal aangevraagde bedrag van 92 miljoen is 4 miljoen aangevraagd door cultureel diverse instellingen, dit is 4% van het totaal. De cultureel diverse instellingen, 15% van alle instellingen, vragen 4% van het totaal aan. De overige instellingen, 85% van alle instellingen, vragen 96% van het totaal aan. De overige instellingen vragen gemiddeld aan, de cultureel diverse instellingen : overige instellingen vragen gemiddeld bijna vier keer zo veel aan. Een aantal grote overige instellingen vraagt subsidie aan die oploopt tot meer dan 10 miljoen euro. 9 Cultureel diverse instelling vragen nooit bedragen aan boven de Geadviseerd door de Kunstraad De Kunstraad beoordeelt in totaal 110 aanvragen positief, hiervan zijn 91 aanvragen (83%) van overige instellingen en 19 aanvragen (17%) van cultureel diverse instellingen. De Kunstraad adviseert een totaalbedrag van 69,7 miljoen, hiervan wordt 1,4 miljoen geadviseerd aan de cultureel diverse instellingen. De Kunstraad adviseert 2% van het totale bedrag aan 17% van de aanvragen. Van de 28 aanvragen van cultureel diverse instellingen worden er 19 positief beoordeeld, dit is 68%. Bij de overige instellingen ligt dit percentage op 56%. De Kunstraad beoordeelt aanvragen van cultureel diverse instellingen vaker positief. De Kunstraad adviseert de overige instellingen gemiddeld een bedrag van en de cultureel diverse instellingen gemiddeld De Kunstraad adviseert overige instellingen gemiddeld meer dan tien keer zo veel dan cultureel diverse instellingen. Vastgesteld door het college van B&W Het college kent aan totaal 115 instellingen subsidie toe, hiervan zijn 95 overige instellingen (83%) en 20 cultureel diverse instellingen (17%). Het totaal vastgestelde bedrag is 76,2 miljoen, ruim 1,2 miljoen hiervan wordt toegekend aan cultureel diverse instellingen, dit is 2% van het totaal. De cultureel diverse instellingen, 17% van het totaal aantal instellingen, ontvangen 2% van het totaal beschikbare bedrag. De overige instellingen, 83% van het totaal aantal instellingen, ontvangen 98% van het totaal beschikbare gedrag. Het college kent de overige instellingen gemiddeld een bedrag toe van bijna , de cultureel diverse instellingen ontvangen gemiddeld De overige instellingen ontvangen gemiddeld bijna dertien keer zo veel subsidie als de cultureel diverse instellingen. Het college kent aan 20 cultureel diverse instellingen subsidie toe, aan 7 cultureel diverse instellingen kent het college geen subsidie toe. 9 Jongerentheater 020 (voormalig Artisjok/020) vraagt met het hoogste bedrag aan van de cultureel diverse instellingen (aan rijk en gemeente gezamenlijk). 10 Jongerentheater 020 (voormalig Artisjok/020) vraagt met het hoogste bedrag aan van de cultureel diverse instellingen (aan rijk en gemeente gezamenlijk).

19 19 Een aantal grote overige instellingen ontvangt subsidie die op kan lopen tot ruim 9 miljoen. 11 Geen enkele cultureel diverse instelling krijgt een bedrag hoger dan Vergelijking De cultureel diverse instellingen hebben voor bijna 4 miljoen aangevraagd, hiervan is 1,2 miljoen uitgekeerd. Dit betekent dat het college 68% van het aangevraagde bedrag niet heeft uitgekeerd. Van de 28 aanvragen heeft het college aan 20 cultureel diverse instellingen wel subsidie en aan 7 cultureel diverse instellingen geen subsidie toegekend. 13 Het college wijkt bij cultureel diverse instellingen viermaal af van het advies van de Kunstraad. Driemaal geeft de Kunstraad een negatief advies en kent het college alsnog subsidie toe. Eenmaal geeft de Kunstraad positief advies en kent het college geen subsidie toe. Het college kent minder toe aan cultureel diverse instellingen dan is geadviseerd: de Kunstraad adviseert een totaalbedrag van 1,3 miljoen, het college kent 1,2 miljoen toe. Deze verhouding ligt andersom bij de toekenning aan de overige instellingen. Het college kent 6,7 miljoen méér toe aan de overige instellingen dan is geadviseerd: de Kunstraad adviseert een totaalbedrag van 75 miljoen terwijl de Kunstraad 68,3 miljoen adviseerde. 11 Een aantal voorbeelden: Het Muziektheater ontvangt , Het Nationale Ballet ontvangt , het Stedelijk ontvangt , Toneelgroep Amsterdam ontvangt De Nieuw Amsterdam ontvangt met de hoogste subsidie van de cultureel diverse instellingen. 13 Eén aanvraag is vervallen, waardoor het college geen uitspraak heeft hoeven doen.

20 4 De Quickscan: culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector (7 juli 2008) periode In dit hoofdstuk is voor de periode een analyse neergelegd van de uitgangspuntennota, het algemene deel van het Kunstraadadvies en de bijbehorende cijfers over financiering van cultureel diverse cultuurinstellingen. 4.1 Uitgangspuntennota De nota is doortrokken van aandacht voor culturele diversiteit De uitgangspuntennota , getiteld Amsterdam: creatieve stad, is doortrokken van aandacht voor culturele diversiteit. Dat gebeurt zowel op expliciete als impliciete wijze. Er worden in de nota vijf speerpunten van beleid benoemd. 14 In de uitwerking van drie daarvan (aandeelhouderschap, erfgoed onderhouden en tonen, internationale positie) komt culturele diversiteit expliciet aan de orde, en een vierde speerpunt (cultuurstad van Nederland) raakt meer impliciet aan culturele diversiteit. Culturele diversiteit wordt in de nota vooral aangeduid met de termen diversiteit en intercultureel, terwijl de cultureel diverse groep meestal wordt aangeduid als allochtone of nieuwe Amsterdammers/Nederlanders. Culturele diversiteit krijgt vooral vorm bij aandeelhouderschap Het beleid ten aanzien van culturele diversiteit krijgt vooral vorm als onderdeel van aandeelhouderschap, het eerste door het college geformuleerde speerpunt. Aandeelhouderschap heeft in de nota twee aspecten: enerzijds gaat het om het bereiken van (een breder) publiek, anderzijds om actieve deelname van mensen aan kunst en cultuur (bijvoorbeeld als professioneel kunstenaar of middels amateurkunst en talentontwikkelingsprogramma s). De uitgangspuntennota laat vaak in het midden van wie het aandeelhouderschap nu precies versterkt moet worden, maar áls er specifieke groepen benoemd worden, zijn dat allochtone Amsterdammers of jongeren. Overigens vat de nota aandeelhouderschap op als tweerichtingsverkeer: zowel culturele instellingen als allochtoon publiek en kunstenaars moeten zich opener naar elkaar toe opstellen. Aan ontmoeting en uitwisseling wordt in deze periode relatief veel waarde gehecht. Programmering en marketing, amateurkunst en talentontwikkeling als instrument Om het aandeelhouderschap van cultureel diverse Amsterdammers te versterken, wil het college vooral programmering en marketing, amateurkunst en talentontwikkeling inzetten als instrument. De gemeente doet een dringend beroep op cultuurinstellingen om hun programmering en marketing beter op deze groep af te stemmen. De gemeente wil dat cultureel diverse Amsterdammers beter de weg vinden naar de ondersteuning die de gemeente biedt op het gebied van amateurkunst (subsidies, accommodaties, et cetera). Talentontwikkeling van allochtone (amateur)kunstenaars wil men bevorderen middels een 14 De vijf speerpunten zijn: 1. Aandeelhouderschap; 2. de creatieve industrie; 3. erfgoed onderhouden en tonen; 4. cultuurstad van Nederland; 5. de internationale positie.

21 21 scoutingprogramma en door te stimuleren dat deze groep de weg naar vervolgstappen in de culturele loopbaan weet te vinden. Ook cultuureducatie op school wordt genoemd als instrument om het aandeelhouderschap van cultureel diverse publieksgroepen te bereiken, evenals het inzetten van de (multiculturele) lokale media. Diversiteitsbeleid dient vooral een maatschappelijk doel Cultureel diversiteitsbeleid dient volgens het college vooral een maatschappelijk doel, zo blijkt uit de nota. Meer betrokkenheid van allochtone Amsterdammers bij kunst en cultuur, en bij de stad in het algemeen, leidt tot meer dynamiek, welvaart, welzijn en goed functionerende burgers die iets van hun stad maken. Dat allochtone Amsterdammers ook iets kunnen toevoegen aan de kunsten zélf, komt minder nadrukkelijk aan de orde. Weinig meetbare doelen, resultaten en budgetten De nota noemt een enkel meetbaar doel van het cultureel diverse cultuurbeleid. Zo zal de gemeente samen met het Amsterdams Fonds voor de Kunst een methode ontwikkelen voor het scouten en begeleiden van multicultureel talent. Er worden geen concrete resultaten van het beleid uit het verleden genoemd en er wordt ook geen geoormerkt budget uitgetrokken. 4.2 Kunstraadadvies Nauwelijks expliciete aandacht voor culturele diversiteit Het thema culturele diversiteit komt in het algemene deel van het Kunstraadadvies voor de periode nauwelijks expliciet aan de orde. Meer in het algemeen geeft de Kunstraad aan dat zij het beleid van de gemeente te sturend vindt en dat er teveel geld gaat naar de door het college geformuleerde speerpunten. Legitimering van de subsidies wordt niet langer gezocht in wat het gezelschap, de accommodaties, de culturele instellingen zo uniek maakt, het inhoudelijke profiel, maar in de mate waarin beleidsvervulling wordt geboden, zo schrijft de raad. (Kunstraad 2005, p. 11) Cultureel diversiteitsbeleid wordt door de Kunstraad in dit kader niet expliciet aangehaald, maar maakt deel uit van de speerpunten waarop de raad kritiek heeft. De Raad is verder kritisch over het grote aantal talentontwikkelingsinitiatieven, en meent dat deze onvoldoende aansluiten bij de werkelijke belangstelling van jongeren. Er is slechts een aantal punten in het algemene deel van het Kunstraadadvies dat direct of indirect van belang is voor culturele diversiteit in de cultuursector. Zo wordt een enkele keer verwezen naar het speerpunt aandeelhouderschap en vindt de raad een bijdrage van de centrale stad aan buurttheaters gerechtvaardigd omdat dat bijdraagt aan een meer divers publiek. 4.3 Verband tussen nota en advies Ook in deze periode is er nauwelijks een verband tussen de uitgangspuntennotitie en het algemene deel van het Kunstraadadvies op het punt van culturele diversiteit. Voor zover

22 22 dat verband er wel is, gaat het vooral om kritiek van de Kunstraad op de (te) sterke nadruk die in de uitgangspuntennota ligt bij de speerpunten van de gemeente. De Raad legt de nadruk op artistieke autonomie van de cultuurinstellingen, maar geeft niet aan welke rol culturele diversiteit daarbinnen zou kunnen spelen. Aandeelhouderschap wordt door de Kunstraad uitsluitend vertaald naar kunsteducatie en het amateurkunstbeleid van de gemeente vindt geen weerklank in het Raadsadvies. 4.4 De cijfers In deze paragraaf zijn puntsgewijs de voornaamste conclusies neergelegd over de door ons onderzochte cijfers met betrekking tot culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector voor de periode Daarbij is gekeken naar de aanvragen van (cultureel diverse) cultuurinstellingen, de adviezen van de Kunstraad en de door het college van B&W vastgestelde structurele subsidiebedragen. Er is hierbij gebruik gemaakt van de gegevens die zijn neergelegd in het advies van de Kunstraad en het vastgestelde Kunstenplan van het college van B&W. Bedragen en percentages zijn afgerond. In bijlage 4.1 is het totaaloverzicht opgenomen van de onderzochte cultureel diverse instellingen met bijbehorende gevraagde, geadviseerde en vastgestelde bedragen. Bijlage 4.2 bevat een schematisch overzicht van de vastgestelde en afgewezen aanvragen en bijlage 4.3 bevat een overzicht per Kunstenplanperiode. Aangevraagd door culturele instellingen Van de in totaal 230 aanvragen zijn er 45 van cultureel diverse instellingen, dit is 20% van alle aanvragen. Van het totaal aangevraagde bedrag van 113,1 miljoen is 6,7 miljoen aangevraagd door cultureel diverse instellingen, dit is 6% van het totaal. De cultureel diverse instellingen, 20% van alle instellingen, vragen 6% van het totaal aan. De overige instellingen, 80% van alle instellingen, vragen 94% van het totaal aan. De overige instellingen vragen gemiddeld aan, de cultureel diverse instellingen : overige instellingen vragen gemiddeld bijna vier keer zo veel aan. Een aantal grote overige instellingen vraagt subsidie aan die oploopt tot meer dan 10 miljoen euro. 15 Cultureel diverse instelling vragen nooit bedragen aan boven de Geadviseerd door de Kunstraad De Kunstraad beoordeelt in totaal 115 aanvragen positief, hiervan zijn 93 aanvragen (81%) van overige instellingen en 22 aanvragen (19%) van cultureel diverse instellingen. 15 Een aantal voorbeelden: het Stedelijk Museum vraagt 10,2 miljoen aan en het Muziektheater 5,5 miljoen. 16 Made in Da Shade vraagt met het hoogste bedrag aan van de cultureel diverse instellingen.

23 23 De Kunstraad adviseert een totaalbedrag van 71 miljoen, hiervan wordt 2,2 miljoen geadviseerd aan de cultureel diverse instellingen. De Kunstraad adviseert 3% van het totale bedrag aan 19% van de aanvragen. Van de 45 aanvragen van cultureel diverse instellingen worden er 22 positief beoordeeld, dit is 49%. Bij de overige instellingen ligt dit percentage op 50%. De Kunstraad beoordeelt aanvragen van cultureel diverse instellingen ongeveer gelijk. De Kunstraad adviseert de overige instellingen gemiddeld een bedrag van en de cultureel diverse instellingen gemiddeld De Kunstraad adviseert overige instellingen gemiddeld meer dan 7 keer zo veel dan cultureel diverse instellingen. Vastgesteld door het college van B&W Het college kent aan in totaal 121 instellingen subsidie toe, hiervan zijn 98 overige instellingen (81%) en 23 cultureel diverse instellingen (19%). Het totaal vastgestelde bedrag is 76,7 miljoen, 2,8 miljoen hiervan wordt toegekend aan cultureel diverse instellingen, dit is 4% van het totaal. De cultureel diverse instellingen, 19% van het totaal aantal instellingen, ontvangen 4% van het totaal beschikbare bedrag. De overige instellingen, 81% van het totaal aantal instellingen, ontvangen 96% van het totaal beschikbare gedrag. Het college kent de overige instellingen gemiddeld een bedrag toe van ruim , de cultureel diverse instellingen ontvangen gemiddeld De overige instellingen ontvangen gemiddeld meer dan zes keer zo veel subsidie als de cultureel diverse instellingen. Het college kent aan 23 cultureel diverse instellingen subsidie toe, aan 21 cultureel diverse instellingen kent het college geen subsidie toe. Het college kent aan bijna de helft van de cultureel diverse instellingen geen subsidie toe. Een aantal grote overige instellingen ontvangt subsidie die op kan lopen tot bijna 10 miljoen. 17 Geen enkele cultureel diverse instelling krijgt een bedrag hoger dan Vergelijking De cultureel diverse instellingen hebben voor bijna 6,7 miljoen aangevraagd, hiervan is 2,8 miljoen uitgekeerd. Dit betekent dat het college 58% van het aangevraagde bedrag niet heeft uitgekeerd. Van de 45 aanvragen heeft het college aan 23 cultureel diverse instellingen wel subsidie en aan 22 cultureel diverse instellingen geen subsidie toegekend. Het college heeft de helft van de aanvragen gehonoreerd. Het college wijkt bij cultureel diverse instellingen vijfmaal af van het advies van de Kunstraad. Driemaal kent het college subsidie toe aan cultureel diverse instellingen, terwijl de Kunstraad een negatief advies gaf en twee maal kent het college geen subsidie toe, terwijl de Kunstraad wel positief adviseerde. 17 Een aantal voorbeelden: Het Muziektheater ontvangt , Het Nationale Ballet ontvangt , het Stedelijk Museum ontvangt Cosmic ontvangt met de hoogste subsidie van de cultureel diverse instellingen.

24 24 Het college kent meer toe aan cultureel diverse instellingen dan is geadviseerd: de Kunstraad adviseert een totaalbedrag van 2,2 miljoen, het college kent 2,8 miljoen toe. Ook aan de overige instellingen wordt meer toegekend ( 5,1 miljoen) dan is geadviseerd: de Kunstraad adviseert een totaalbedrag van 68,8 miljoen, terwijl de Kunstraad 73,9 miljoen adviseerde.

25 5 De Quickscan: culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector (7 juli 2008) periode In dit hoofdstuk is voor de periode een analyse neergelegd van de uitgangspuntennota, het algemene deel van het Kunstraadadvies en de bijbehorende cijfers over financiering van cultureel diverse cultuurinstellingen. 5.1 Uitgangspuntennota Culturele diversiteit volop verweven in de nota In de uitgangspuntennota , getiteld Hoofdlijnen Kunst en Cultuur , is opnieuw veel aandacht voor culturele diversiteit. Zo luidt een van de eerste zinnen van de nota: Amsterdam is een stad van minderheden altijd al geweest en dat bepaalt haar karakter en dat van de Amsterdammers. (Gemeente Amsterdam 2007, p.3) Het beleid wordt echter minder nadrukkelijk als afzonderlijke categorie benoemd. Culturele diversiteit wordt gepresenteerd als een vanzelfsprekend onderdeel van de centrale begrippen uit de nota (cultuurwijsheid, cultuurverbondenheid en cultuurloopbaan) en van de hoofdlijnen die erin zijn neergelegd (talentontwikkeling, laboratorium, wereldklasse en prachtstad). Culturele diversiteit en culturele pluriformiteit zijn de begrippen die in de nota worden gebruikt, maar in wisselende betekenis. Soms gaat het over artistieke verscheidenheid, dan weer over verscheidenheid van publiek en makers naar leeftijd, sociale achtergrond, of culturele/etnische herkomst. Het woord allochtoon wordt niet gebruikt, soms gaat het over nieuwe Nederlanders. Culturele diversiteit krijgt vorm bij laboratorium en prachtstad Het culturele diversiteitsbeleid krijgt in de uitgangspuntennota vooral vorm binnen twee hoofdlijnen van het cultuurbeleid: laboratorium en prachtstad. Het college wil de functie van Amsterdam als laboratorium voor de kunsten versterken, waarbij culturele diversiteit in de stad een belangrijke rol speelt. De nota bepleit hiertoe een brede opvatting van cultuur, het verbeteren van culturele vaardigheden en het ontwikkelen van cultureel ondernemerschap. Het wil bovendien de betrekkingen met andere internationaal toonaangevende cultuursteden versterken, met een accent op herkomstlanden, want: Door de wisselwerking met de actuele Arabische, Turkse, Surinaams-Caribische en Afrikaanse cultuur ontstaan er nieuwe cultuurvormen met een eigen identiteit. (Gemeente Amsterdam 2007, p.31) Ook wil de gemeente wijken leefbaarder maken om te komen tot een prachtstad. Een concreet instrument dat men daarvoor inzet zijn investeringen in buurttheaters, die succesvol blijken in het bereiken van jonge en nieuwe Amsterdammers. Verder wil men opnieuw investeren in talentontwikkeling, al wordt dat ditmaal niet expliciet gekoppeld aan culturele diversiteit. Slechts éénmaal wordt gerefereerd aan de wenselijkheid van culturele diversiteit van het personeel van cultuurinstellingen. In de nota worden geen geoormerkte budgetten of meetbare resultaten van eerder diversiteitsbeleid genoemd.

26 26 Culturele diversiteit vooral gemotiveerd vanuit maatschappelijk belang Aandacht voor culturele diversiteit wordt opnieuw vooral gemotiveerd vanuit maatschappelijk belang. Participatie in de kunsten, als maker of publiek, is van belang voor Amsterdam als gemeenschap en voor haar inwoners. Het is goed voor de ontwikkeling van individuele en collectieve waarden, voor integratie, prettig samenleven, openheid en om elkaar beter te leren kennen. De artistieke kracht van culturele diversiteit wordt minder benadrukt. Waar dat wel gebeurt, wordt vooral gerefereerd aan de innoverende werking van diversiteit. 5.2 Kunstraadadvies Expliciete aandacht voor culturele diversiteit Voor het eerst in de vier onderzochte periodes komt culturele diversiteit expliciet aan de orde in het algemene deel van het advies van de Kunstraad voor de jaren , middels een afzonderlijke paragraaf getiteld Over kunst als spiegel van de samenleving. De paragraaf, waarvan ook een zin is aangehaald in de inleiding bij dit onderzoek, gaat alleen over de podiumkunsten. De Kunstraad geeft aan dat zij een afspiegeling van de samenleving in het kunstaanbod, in makers en in publiek wenselijk vindt. Hij constateert op dit punt een onwenselijke tweedeling, het terugdraaien van de klok (gevestigde instellingen die hebben opgegeven om cultureel diverse publieksgroepen te bereiken, eerdere activiteiten zijn niet bestendigd) en een gebrek aan visie en ambitie. De raad geeft overigens niet aan wat hiervan de concrete consequenties zouden moeten zijn. Culturele diversiteit komt verder nog aan de orde in de paragraaf Over onderwijs en cultuur. Daar wordt aangegeven dat kunstenaars, creatieven en het publiek van de toekomst via de school bereikt moeten worden. Op termijn moet dat leiden tot een diverser cultureel landschap dat meer in overeenstemming is met de diversiteit van de inwoners van het veelkleurige Amsterdam. 5.3 Verband tussen nota en advies Voor de eerste keer in de onderzochte periode komt het thema culturele diversiteit zowel in de uitgangspuntennota als in het algemene deel van het Kunstraadadvies duidelijk terug. Dat gebeurt echter niet op dezelfde manier. De Kunstraad verwijst bijvoorbeeld niet letterlijk naar de gemeentelijke uitgangspunten op het gebied van culturele diversiteit. De doelen uit de uitgangspuntennota zijn in het advies niet als resultaat terug te vinden. Waar culturele diversiteit volledig is verweven in de uitgangspuntennota, blijft de behandeling van het thema in het raadsadvies voornamelijk beperkt tot één paragraaf.

27 De cijfers In deze paragraaf zijn puntsgewijs de voornaamste conclusies neergelegd over de door ons onderzochte cijfers met betrekking tot culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector voor de periode Daarbij is gekeken naar de aanvragen van (cultureel diverse) cultuurinstellingen en de adviezen van de Kunstraad. Er is hierbij gebruik gemaakt van de gegevens die zijn neergelegd in het advies van de Kunstraad. Aangezien het (vastgestelde) Kunstenplan van het college van B&W ten tijde van het onderzoek nog niet is gepresenteerd, kon het niet bij het onderzoek worden betrokken. Bedragen en percentages zijn afgerond. In bijlage 4.1 is het totaaloverzicht opgenomen van de onderzochte cultureel diverse instellingen met bijbehorende gevraagde, geadviseerde en vastgestelde bedragen. Bijlage 4.2 bevat een schematisch overzicht van de vastgestelde en afgewezen aanvragen en bijlage 4.3 bevat een overzicht per Kunstenplanperiode. Aangevraagd door culturele instellingen Van de in totaal 259 aanvragen zijn er 42 van cultureel diverse instellingen, dit is 16% van alle aanvragen. Van het totaal aangevraagde bedrag van 130,9 miljoen is 11,8 miljoen aangevraagd door cultureel diverse instellingen, dit is 9% van het totaal. De cultureel diverse instellingen, 16% van alle instellingen, vragen 9% van het totaal aan. De overige instellingen, 84% van alle instellingen, vragen 91% van het totaal aan. De overige instellingen vragen gemiddeld , de cultureel diverse instellingen : overige instellingen vragen gemiddeld bijna twee keer zo veel aan. Een aantal grote overige instellingen vraagt subsidie aan die oploopt tot bijna 15 miljoen euro. 19 Cultureel diverse instelling vragen nooit bedragen aan boven de 1,2. 20 Geadviseerd door de Kunstraad De Kunstraad beoordeelt in totaal 129 aanvragen positief, hiervan zijn 103 aanvragen (80%) van overige instellingen en 26 aanvragen (20%) van cultureel diverse instellingen. De Kunstraad adviseert een totaalbedrag van bijna 74,7 miljoen, hiervan wordt 3,5 miljoen geadviseerd aan de cultureel diverse instellingen. De Kunstraad adviseert 5% van het totale bedrag aan 20% van de aanvragen. Van de 42 aanvragen van cultureel diverse instellingen worden er 26 positief beoordeeld, dit is 62%. Bij de overige instellingen ligt dit percentage op 47%. De Kunstraad beoordeelt aanvragen van cultureel diverse instellingen vaker positief. De Kunstraad adviseert de overige instellingen gemiddeld een bedrag van en de cultureel diverse instellingen gemiddeld De Kunstraad adviseert overige instellingen gemiddeld meer dan vijf keer zo veel dan cultureel diverse instellingen. 19 Een aantal voorbeelden: het Stedelijk Museum vraagt 14,5 miljoen aan en het Muziektheater 8,6 miljoen. 20 ZO! vraagt met 1,2 miljoen het hoogste bedrag aan van de cultureel diverse instellingen.

28 6 Conclusies Quickscan: culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector (7 juli 2008) 28 In dit hoofdstuk zijn de voornaamste conclusies van deze quickscan opgenomen. 6.1 Ontwikkelingen in beleid: vier uitgangspuntennota s Aandacht voor culturele diversiteit neemt sterk toe De aandacht voor culturele diversiteit in de gemeentelijke uitgangspuntennota s voor het cultuurbeleid neemt in de onderzochte periode sterk toe. In de nota voor de jaren is de ruimte voor het onderwerp nog beperkt. Culturele diversiteit is dan vooral een - meestal niet expliciet benoemd - onderdeel van een algemeen streven naar verbreding van het kunstpubliek. Men breekt met eerder beleid van aparte potjes en voornemens voor allochtone kunstbeoefening. De grote omslag vindt plaats in de periode Het onderwerp komt dan expliciet aan de orde bij vele thema s in de uitgangspuntennota. Er lijkt sprake van een Van der Ploegeffect : dit is de eerste nota die uitkomt nadat de staatssecretaris culturele diversiteit politiek agendeerde. Ook in de volgende twee uitgangspuntennota s neemt culturele diversiteit een prominente plek in. In de periode speelt het onderwerp bij vele beleidsspeerpunten een expliciete rol en ook in de nota voor is het volop verweven. Culturele diversiteit wordt gekoppeld aan wisselende prioriteiten van het kunstbeleid Culturele diversiteit wordt in de onderzochte periode aan de wisselende prioriteiten van het kunstbeleid gekoppeld. Zo wordt het in de periode (impliciet) aan de prioriteit publieksverbreding verbonden, en in de periode aan een scala van beleidsprioriteiten, van publieksbeleid via aanbod, repertoire en programmering tot aan talent, personeel en bestuur. Bevorderen van aandeelhouderschap (een brede groep Amsterdammers als publiek en als maker bij de kunsten betrekken) heeft hoge prioriteit in de periode , en het bereiken van cultureel diverse groepen is daarvan een belangrijk onderdeel. In de periode speelt culturele diversiteit een rol bij het versterken van de rol van Amsterdam als laboratorium voor de kunsten en bij het streven om van de stad een prachtstad te maken. Cultuureducatie, amateurkunst, programmering en marketing als belangrijkste instrumenten Cultuureducatie komt in vrijwel alle uitgangspuntennota s terug als instrument om de culturele diversiteit van cultuurmakers en publiek te vergroten. Ook het betrekken van allochtone Amsterdammers bij amateurkunst wordt vaak genoemd. In het verlengde daarvan ligt talentontwikkeling: ervoor zorgen dat deze groep vanuit amateurkunst doorstroomt naar professionele opleidingen en podia. Er wordt in verschillende nota s een beroep gedaan op cultuurinstellingen om hun programmering aan te passen aan de multiculturele bevolkingssamenstelling, om meer vraaggericht te werken en (collectieve) marketing actief op de cultureel diverse groep te richten. Verder wordt het versterken van

29 29 buurttheaters die succesvol blijken in het bereiken van jonge en cultureel diverse Amsterdammers verschillende keren als instrument genoemd. Aandacht voor culturele diversiteit vooral maatschappelijk gemotiveerd Het college motiveert de aandacht voor culturele diversiteit in het cultuurbeleid vooral met een beroep op maatschappelijke argumenten: participatie (een begrip dat gedurende de gehele onderzochte periode terugkomt) van alle Amsterdammers in de kunsten is goed voor zaken als integratie, prettig samenleven, openheid, welvaart, welzijn en om elkaar beter te leren kennen. De maatschappelijke onderbouwing van het beleid wordt in de loop der jaren overigens wel steeds complexer. Dat hangt ongetwijfeld samen met de bredere ontwikkelingen rond culturele diversiteit in de samenleving en het debat en de theorievorming daarover. Ook de toenemende roep om een betere maatschappelijke inbedding van kunst en cultuur speelt hierbij mogelijk een rol. Het artistieke argument culturele diversiteit draagt bij aan betere en meer verscheiden kunst wordt minder vaak gehanteerd. Waar dat wel gebeurt, is er vrijwel alleen aandacht voor jongerencultuur en cultuur van de straat. Terminologie wisselt sterk De terminologie die in de nota s wordt gebruikt, wisselt sterk. Dan weer wordt er gesproken over publieksverbreding, dan weer over allochtone kunstproductie, diversiteit, culturele diversiteit, culturele verscheidenheid, interculturaliteit, multiculturaliteit of culturele pluriformiteit. Bovendien hebben deze termen vaak weer wisselende betekenissen. Verder worden begrippen als allochtonen, allochtone Amsterdammers, nieuwe Amsterdammers en nieuwe Nederlanders door elkaar gebruikt, waarbij niet steeds duidelijk is om welke groepen het precies gaat. Uit het steeds wisselen van termen lijkt een zekere ongemakkelijkheid te spreken. Weinig concrete doelstellingen, geen geoormerkte budgetten De uitgangspuntennotities vermelden over het algemeen weinig of geen concrete, meetbare doelstellingen met betrekking tot culturele diversiteit in de cultuursector. Er wordt nauwelijks verwezen naar eventuele eerder met het beleid behaalde resultaten en deze vormen dan ook zelden de onderbouwing voor nieuw beleid. Er is geen sprake van geoormerkte budgetten voor het thema. Er wordt slechts verwezen naar het budget dat het Rijk in het kader van het Actieplan Cultuurbereik beschikbaar stelt, maar dat is bestemd voor het bereiken van meerdere publieksgroepen (naast cultureel diverse groepen bijvoorbeeld ook jongeren). 6.2 Ontwikkelingen in de vier Kunstraadadviezen Nauwelijks aandacht voor culturele diversiteit in de eerste drie adviezen Er is nauwelijks of geen aandacht voor culturele diversiteit in het algemene deel van de eerste drie onderzochte adviezen van de Amsterdamse Kunstraad ( , en ). Een enkele keer refereert de Raad terloops aan het onderwerp in het kader van

30 30 cultuureducatie en internationalisering. De Raad neemt vaak juist stelling tegen wat zij beschouwt als een te sterke behoefte van de gemeente om de cultuursector te sturen met beleidsprioriteiten als publieksverbreding en artistiek ondernemerschap. Vaak bevatten juist deze beleidsprioriteiten voornemens van de gemeente op het gebied van culturele diversiteit. De Raad toont zich verder uiterst kritisch op instellingen die in hun plannen lippendienst bewijzen aan beleidsprioriteiten van de gemeente. Hij benadrukt dat niet de gemeentelijke beleidsprioriteiten, maar het artistiek-inhoudelijke profiel van instellingen steeds voorop moet staan. Nadrukkelijke aandacht voor culturele diversiteit in de periode In het algemene deel van het advies voor de periode is echter sprake van een opmerkelijke omslag. Daarin wijdt de Raad een aparte paragraaf aan culturele diversiteit in de podiumkunsten onder de titel Over kunst als spiegel van de samenleving, waarin hij stelt het van belang te vinden dat repertoire, aanbod, publiek en makers een afspiegeling van de samenleving vormen. Men constateert echter met spijt dat eerdere pogingen van cultuurinstellingen om de deuren te open voor cultureel divers publiek en cultureel diverse makers niet worden voortgezet en dat het lijkt of organisaties de hoop hebben opgegeven om cultureel diverse publieksgroepen te bereiken. Elders in het advies wordt ook nog het onderwijs genoemd als instrument om het culturele landschap meer in overeenstemming te brengen met de diversiteit van veelkleurig Amsterdam. 6.3 Ontwikkelingen in het verband tussen nota en advies Zoals uit het bovenstaande volgt, is er nauwelijks verband tussen de koers die de gemeente op het gebied van culturele diversiteit in haar uitgangspuntennotities neerlegt en het algemene deel van de adviezen van de Kunstraad. Een enkele keer verwijst de Raad zijdelings naar culturele diversiteit of in algemene termen naar beleidsprioriteiten van de gemeente, maar vaker neemt hij daarvan juist afstand. De strijd tussen Kunstraad en college over de vraag in hoeverre de gemeente middels beleidsdoelstellingen haar prioriteiten aan kunstinstellingen mag opleggen, is een terugkerend thema. Men vindt in elkaar schijnbaar geen constructieve gesprekspartner op het thema culturele diversiteit. Hoewel de Kunstraad in haar advies voor de periode wel aandacht aan culturele diversiteit besteedt, verwijst hij ook hier niet letterlijk naar de gemeentelijke uitgangspunten op dit punt en is er dus maar een beperkt verband. 6.4 De cijfers In deze paragraaf zijn puntsgewijs de voornaamste conclusies neergelegd over de door ons onderzochte cijfers met betrekking tot culturele diversiteit in de Amsterdamse cultuursector voor de periode Daarbij is gekeken naar de aanvragen van (cultureel diverse) cultuurinstellingen, de adviezen van de Kunstraad en de door het college van B&W vastgestelde structurele subsidiebedragen. Er is hierbij gebruik gemaakt van de gegevens die zijn neergelegd in het advies van de Kunstraad en het vastgestelde

31 31 Kunstenplan van het college van B&W. Bedragen en percentages zijn afgerond. In bijlage 4.1 is het totaaloverzicht opgenomen van de onderzochte cultureel diverse instellingen met bijbehorende gevraagde, geadviseerde en vastgestelde bedragen. Bijlage 4.2 bevat een schematisch overzicht van de vastgestelde en afgewezen aanvragen en bijlage 4.3 bevat een overzicht per Kunstenplanperiode. Aangevraagd door culturele instellingen Aangevraagd (in aantal) Aangevraagd bedrag (in ) Alle instellingen overige instellingen cultureel diverse instellingen Alle instellingen overige instellingen cultureel diverse instellingen Figuur 1 Figuur 2 Aangevraagd (in % van aantal) van binnen naar buiten: , , , % 20% 15% 14% Aangevraagd (in % van totaal aangevraagd bedrag) van binnen naar buiten: , , , % 6% 4% 4% 86% 85% 80% 84% 96% 96% 94% 91% overige instellingen cultureel diverse instellingen overige instellingen cultureel diverse instellingen Figuur 3 Figuur 4 Het totaal aantal aanvragen stijgt van 117 aanvragen ( ) naar 259 aanvragen ( ). In 15 jaar is het aantal aanvragen met 220% gestegen (zie Figuur 1). Het aantal aanvragen van cultureel diverse instellingen stijgt van 16 aanvragen ( ) naar 42 aanvragen ( ). In 15 jaar is het aantal aanvragen met 260% gestegen (zie Figuur 1). Van de in totaal 63 onderzochte cultureel diverse instellingen, hebben 8 instellingen alle vier de onderzochte Kunstenplanperiodes een aanvraag geplaatst. Het relatieve aandeel cultureel diverse instellingen ten opzichte van de overige instellingen schommelt tussen de 14% en de 20% (voor de ontwikkeling zie Figuur 3). De overige instellingen, gemiddeld 84% van alle instellingen, vragen gemiddeld 94% van het totale bedrag aan. De cultureel diverse instellingen, gemiddeld 16% van alle instellingen, vragen gemiddeld 6% van het totale bedrag aan.

32 32 De overige instellingen vragen per aanvraag gemiddeld drie keer zo veel subsidie aan als cultureel diverse instellingen (overige instellingen vragen gemiddeld aan, cultureel diverse instellingen ). Cultureel diverse instellingen plaatsen geen hogere aanvragen dan 1,2 miljoen. Het zijn vrij kleine bedragen vergeleken met de overige instellingen, die aanvragen tot bijna 15 miljoen plaatsen. Geadviseerd door de Kunstraad Geadviseerd bedrag (in ) Geadviseerd (in % van totaal aangevraagd bedrag) van binnen naar buiten: , , , % 3% 2% 1% Figuur alle instellingen overige instellingen cultureel diverse instellingen Figuur 6 overige instellingen 99% 98% 97% 95% cultureel diverse instellingen De Kunstraad geeft gemiddeld iets meer positieve adviezen aan cultureel diverse instellingen (59%) dan aan overige instellingen (51%). De Kunstraad adviseert per aanvraag gemiddeld 7,5 keer zo veel aan overige instellingen als aan cultureel diverse instellingen (aan overige instellingen gemiddeld en aan cultureel diverse instellingen gemiddeld ). Het totale bedrag dat de Kunstraad adviseert aan de cultureel diverse instellingen vervijfvoudigt tussen en (van in naar 3,5 miljoen in ) (zie Figuur 5). Het aantal cultureel diverse instellingen met een positief advies als aandeel van het totaal blijft in de onderzochte periodes ongeveer gelijk, namelijk bijna 19%. 21 In adviseerde de Kunstraad 1% van het totaalbedrag aan cultureel diverse instellingen, in de periode (2%), (3%) en in (5%) (zie Figuur 6). Gedurende de vier onderzochte periodes is het aandeel vijf maal zo groot geworden. Gemiddeld over alle periodes adviseert de Kunstraad 3% van het totale bedrag aan de cultureel diverse instellingen, dat is gemiddeld bijna 19% van de aanvragen. 21 Dit is een gemiddelde van de periodes , en De gegevens ontbreken over de periode

33 33 Vastgesteld door het college van B&W Vastgesteld (in aantal) Vastgesteld bedrag (in ) Figuur alle instellingen overige instellingen cult. div. instellingen Figuur alle instellingen overige instellingen cultureel diverse instellingen Vastgesteld (in % van aantal) van binnen naar buiten: , Vastgesteld (in % van totaal aangevraagd bedrag) van binnen naar buiten: , % 17% 4% 2% 83% 98% 81% 96% overige instellingen cultureel diverse instellingen overige instellingen cultureel diverse instellingen Figuur 9 Figuur 10 Vastgesteld en afgewezen cultureel diverse instellingen (in % van aantal) Vastgesteld en afgewezen overige instellingen (in % van aantal) 38% 26% 62% 74% 49% 51% 41% 48% 59% 52% Vastgesteld Afgewezen Figuur 11 Figuur Vastgesteld Afgewezen De conclusies over de vastgestelde bedragen geven inzicht in de periodes en en, in beperkte mate, in Het Kunstenplan met de vastgestelde bedragen van is nog niet gepresenteerd. Het college kent in subsidie toe aan 20 cultureel diverse instellingen (17% van het totaal), in is dit aantal 23 (19% van het totaal). Het aantal en aandeel cultureel diverse instellingen neemt dus licht toe (zie Figuur 7 en 9).

34 34 De overige instellingen ontvangen gemiddeld 8,5 keer zo veel subsidie als cultureel diverse instellingen (aan overige instellingen wordt gemiddeld toegekend, aan cultureel diverse instellingen ). Het gemiddelde bedrag dat aan cultureel diverse instellingen wordt toegekend, verdubbelt (in is dit , in is dit en in ). Bij de overige instellingen is sprake van een daling ( in en in ). Het bedrag dat het college toekende aan cultureel diverse instellingen bedroeg in % van het totaal, in de periode was dit aandeel 4% (zie Figuur 10). Vergelijking Aangevraagd, geadviseerd & vastgesteld cultureel diverse instellingen (in ) Aangevraagd, geadviseerd & vastgesteld overige instellingen (in ) Figuur 13 Figuur Aangevraagd Geadviseerd Vastgesteld Figuur Aangevraagd Geadviseerd Vastgesteld Gemiddeld vastgesteld (in%) 18% 3% 82% 97% in % van aantal overige instellingen in % van totaalbedrag cultureel diverse instellingen Figuur 15 Het totale aangevraagde bedrag stijgt per periode sterk, van 74 miljoen in naar 130 miljoen in Het totale bedrag dat wordt uitgekeerd stijgt veel minder hard. De cultureel diverse instellingen krijgen in de periode gezamenlijk in totaal 20% uitgekeerd van het bedrag dat zij hebben aangevraagd, voor de periode is dit 32% en voor de periode is dit 42% (voor bijbehorende bedragen zie Figuur 13). Dit percentage verdubbelt gedurende deze drie periodes. De overige instellingen krijgen in de periode gezamenlijk 85% uitgekeerd van het bedrag dat zij hebben aangevraagd, voor de periode is dit 69% (voor

Subsidieregeling meerjarige ondersteuning culturele instellingen stadsdeel Zuid

Subsidieregeling meerjarige ondersteuning culturele instellingen stadsdeel Zuid Subsidieregeling meerjarige ondersteuning culturele instellingen stadsdeel Zuid TOELICHTING Stadsdeel Zuid wil zoals verwoord in de Uitvoeringsnotitie Kunst en Cultuur de relatie met de gevestigde culturele

Nadere informatie

voorstel aan de raad Nota Subsidievoorstellen Cultuurnota Jongmans, B. (Bas) Kenmerk

voorstel aan de raad Nota Subsidievoorstellen Cultuurnota Jongmans, B. (Bas) Kenmerk voorstel aan de raad Opgesteld door Culturele Zaken Jongmans, B. (Bas) Kenmerk 16.506863 Vergadering Raadsvoorstellen Vergaderdatum 30 december 2016 Jaargang en nummer Geheim Nee Nota Subsidievoorstellen

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan Cultuurconvenant 2005 2008 OCW, gemeente Amsterdam De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan en de Wethouder voor Cultuur van de gemeente Amsterdam, drs. J.H. Belliot

Nadere informatie

onderzoeksopzet effecten van subsidies

onderzoeksopzet effecten van subsidies onderzoeksopzet effecten van subsidies september 2010 1 inleiding Het toekennen van subsidies is voor de gemeente een belangrijk middel om zijn doelen te realiseren. Dit kunnen doelen zijn op het terrein

Nadere informatie

Alleen organisaties met een culturele doelstelling en zonder winstoogmerk kunnen een aanvraag indienen.

Alleen organisaties met een culturele doelstelling en zonder winstoogmerk kunnen een aanvraag indienen. KUNSTPARTICIPATIE: OVER DEZE SUBSIDIE Met de programmalijn Kunstparticipatie wil het Fonds de vernieuwing van het aanbod van kunstbeoefening in de vrije tijd realiseren. Daarnaast wil het bijdragen aan

Nadere informatie

Werkwijze RRKC betreffende advisering subsidie-aanvragen Cultuurplan november 2015

Werkwijze RRKC betreffende advisering subsidie-aanvragen Cultuurplan november 2015 Werkwijze RRKC betreffende advisering subsidie-aanvragen Cultuurplan 2017-2020 30 november 2015 Inleiding Tot 1 februari 2016 12.00 uur kunnen subsidie-aanvragen voor het Cultuurplan 2017-2020 worden ingediend

Nadere informatie

Subsidieregeling Nieuwe Culturele Initiatieven. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den Ussel;

Subsidieregeling Nieuwe Culturele Initiatieven. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den Ussel; gemeente Capelle aan den Ijssel Subsidieregeling Nieuwe Culturele Initiatieven Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den Ussel; gelet op de Algemene subsidieverordening

Nadere informatie

Vaststellen Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten

Vaststellen Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Amsterdam Nr. 187447 26 oktober 2017 Vaststellen Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten Burgemeester en wethouders van Amsterdam Brengen

Nadere informatie

Verordening op de Amsterdamse Kunstraad 2016

Verordening op de Amsterdamse Kunstraad 2016 Verordening op de Amsterdamse Kunstraad 2016 Definities Artikel 1 In deze verordening wordt verstaan onder: 1. college: college van burgemeester en wethouders van Amsterdam; 2. gemeenteraad: gemeenteraad

Nadere informatie

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2019-2020 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2019-2020 KUNSTENPLAN 2017-2020 Inleiding Deze richtlijnen voor het ondernemingsplan

Nadere informatie

Trendbreuk in rijksuitgaven

Trendbreuk in rijksuitgaven 94 Boekman 95 Sociaal-liberaal cultuurbeleid Dossier cijfers Trendbreuk in rijksuitgaven kunst en cultuur Bastiaan Vinkenburg Dit artikel gaat over geld dat het rijk besteedt aan kunst en cultuur. Is dat

Nadere informatie

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2017-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2017-2020 Het bestuur van het AFK, gelet op de missie van het Amsterdams Fonds voor de Kunst om te

Nadere informatie

Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid

Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid Flexibele subsidies 2018: Thema - Positieve Gezondheid Aanvraagperiode 22 maart tot en met 6 mei 2018 Flexibele subsidies 2018 Net als in voorgaande jaren kunnen vrijwilligersorganisaties ook in 2018 subsidie

Nadere informatie

Raad voor Cultuur Prins Willem Alexanderhof 20 2595 BE..DEN HAAG. Datum Betreft adviesaanvraag culturele basisinfrastructuur 2017-2020.

Raad voor Cultuur Prins Willem Alexanderhof 20 2595 BE..DEN HAAG. Datum Betreft adviesaanvraag culturele basisinfrastructuur 2017-2020. >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Raad voor Cultuur Prins Willem Alexanderhof 20 2595 BE..DEN HAAG Erfgoed en Kunsten Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur stadsdeel Oost 2017 (2016, Z ) gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur d.d.

Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur stadsdeel Oost 2017 (2016, Z ) gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur d.d. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 168028 1 december 2016 Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur stadsdeel Oost 2017 (2016, Z-16-29001) 27 september 2016 Het algemeen bestuur van de

Nadere informatie

REGELING PROJECTSUBSIDIES KUNST EN CULTUUR

REGELING PROJECTSUBSIDIES KUNST EN CULTUUR REGELING PROJECTSUBSIDIES KUNST EN CULTUUR Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort, overwegende dat het gewenst is deze projectsubsidieregeling in te stellen in de plaats van de Subsidieregeling

Nadere informatie

Budget Educatie en Participatie Projecten (BEPP)

Budget Educatie en Participatie Projecten (BEPP) Budget Educatie en Participatie Projecten (BEPP) Met het Budget Educatie en Participatie Projecten willen de provincie Groningen en het Rijk een aantal doelstellingen bereiken. We hanteren daarbij een

Nadere informatie

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE LEEUWARDEN; In aanvulling op en ter nadere uitwerking van de Algemene Subsidieverordening Leeuwarden 014- (ASV); Gelet op de ASV artikel ; Gelet op de Gemeentewet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 32 820 Nieuwe visie cultuurbeleid Nr. 187 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 26 mei 2016 De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en

Nadere informatie

Raad voor Cukuur. De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen mevrouw drs. M. van der Laan Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer

Raad voor Cukuur. De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen mevrouw drs. M. van der Laan Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Raad voor Cukuur Aan De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen mevrouw drs. M. van der Laan Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Onderwerp R.J. Schimmelpennincklaan 3 Subsidieverzoek amateurtheater-festival

Nadere informatie

Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad

Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad Flexibele subsidies 2018: Thema - Samen voor de Stad Aanvraagperiode 27 augustus tot en met 5 oktober 2018 Flexibele subsidies 2018 Net als in voorgaande jaren kunnen vrijwilligersorganisaties ook in 2018

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING INNOVATIEAGENDA CULTUUR MAASTRICHT ( )

SUBSIDIEREGELING INNOVATIEAGENDA CULTUUR MAASTRICHT ( ) SUBSIDIEREGELING INNOVATIEAGENDA CULTUUR MAASTRICHT (2016-2018) Burgemeester en wethouders van Maastricht, - gelet op artikel 2, vierde lid en artikel 3, tweede lid van de Algemene subsidieverordening

Nadere informatie

Datum 25 mei 2016 Reactie op vragen van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de positie van de popmuziek

Datum 25 mei 2016 Reactie op vragen van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de positie van de popmuziek >Retouradres Postbus 1637 00 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 0018 00 EA DEN HAAG Erfgoed en Kunsten Rijnstraat 0 Den Haag Postbus 1637 00 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Subsidies kunst en cultuur

Subsidies kunst en cultuur Subsidies kunst en cultuur Uitgave gemeente Leeuwarden Maart 2011 NB: Aan bovenstaande informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Inhoud Inleiding 3 1 Regeling kleine producties cultuur 4 2 Regeling

Nadere informatie

Nadere regel tot wijziging van de nadere regels subsidie gemeente Groningen. Nieuwe tekst

Nadere regel tot wijziging van de nadere regels subsidie gemeente Groningen. Nieuwe tekst Nadere regel tot wijziging van de nadere regels subsidie gemeente Groningen Artikel I A. aan artikel 6:1 begripsbepalingen wordt toegevoegd: : t. cultuurnota: het document met de titel Cultuurstad Groningen,

Nadere informatie

Meerjarige subsidies bij het AFK Veelgestelde vragen 2 november 2015

Meerjarige subsidies bij het AFK Veelgestelde vragen 2 november 2015 Meerjarige subsidies bij het AFK Veelgestelde vragen 2 november 2015 Aanvraag Wanneer gaat het formulier open en wanneer moet de aanvraag zijn ingediend? Het aanvraagformulier gaat op 1 december 2015 open,

Nadere informatie

SUBSIDIEBELEID KUNST EN CULTUUR

SUBSIDIEBELEID KUNST EN CULTUUR Gelet op artikel 5 lid 2 van de algemene subsidieverordening stelt het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel het volgende beleid vast voor de subsidiebegrotingspost kunst en cultuur.

Nadere informatie

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2019-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2019-2020 Het bestuur van het AFK Gelet op de missie van het Amsterdams Fonds voor de Kunst om te

Nadere informatie

Flexibele subsidies 2018: Thema - Weerbaar opvoeden en competenties versterken

Flexibele subsidies 2018: Thema - Weerbaar opvoeden en competenties versterken Flexibele subsidies 2018: Thema - Weerbaar opvoeden en competenties versterken Aanvraagperiode 27 augustus tot en met 5 oktober 2018 Flexibele subsidies 2018 Net als in voorgaande jaren kunnen vrijwilligersorganisaties

Nadere informatie

KUNSTENPLAN 2017-2020 CONTOUREN TWEEJARIGE SUBSIDIES EN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

KUNSTENPLAN 2017-2020 CONTOUREN TWEEJARIGE SUBSIDIES EN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 CONTOUREN TWEEJARIGE SUBSIDIES EN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE CONTOUREN TWEEJARIGE SUBSIDIES EN PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 Het college heeft in het coalitieakkoord

Nadere informatie

Contouren Tweejarige subsidies en Projectsubsidies Innovatie Amsterdams Fonds voor de Kunst, in het kader van het Kunstenplan

Contouren Tweejarige subsidies en Projectsubsidies Innovatie Amsterdams Fonds voor de Kunst, in het kader van het Kunstenplan Contouren Tweejarige subsidies en Projectsubsidies Innovatie Amsterdams Fonds voor de Kunst, in het kader van het Kunstenplan 2017-2020 Het college heeft in het coalitieakkoord opgenomen dat met ingang

Nadere informatie

Algemene beleidsregels incidentele subsidies kunst en cultuur

Algemene beleidsregels incidentele subsidies kunst en cultuur Algemene beleidsregels incidentele subsidies kunst en cultuur Inleiding Het kunst- en cultuurbeleid van de gemeente Rotterdam is gericht op een gezonde stedelijke culturele sector. Een sector waarin zoveel

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie 2013 2016

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie 2013 2016 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 29620 21 oktober 2013 Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie 2013 2016 10 oktober 2013 Het bestuur

Nadere informatie

Visie muziekonderwijs en beeldende vorming Terneuzen

Visie muziekonderwijs en beeldende vorming Terneuzen Visie muziekonderwijs en beeldende vorming Terneuzen INHOUDSOPGAVE 1.0 INLEIDING... 3 2.0 UITGANGSPUNTEN ONDERZOEK EN DEFINITIE MUZIKALE EN BEELDENDE VORMING... 3 2.1 UITGANGSPUNTEN... 3 2.2 DEFINITIE

Nadere informatie

Relatie met het coalitieakkoord/collegewerkprogramma/eerder aangenomen moties en gedane toezeggingen:

Relatie met het coalitieakkoord/collegewerkprogramma/eerder aangenomen moties en gedane toezeggingen: Rotterdam, 19 februari 2019. 19bb11881 Aan: de gemeenteraad Onderwerp: Vaststelling van de nota Rotterdamse Cultuurvisie: Cultuur ondersteunt de veranderingen in de stad. Gevraagd besluit: Samenvattend

Nadere informatie

Rekenkamerbrief betreffende vertaling coalitieakkoord 2007-2011 Vertrouwen verbinden versnellen in programmabegroting 2008

Rekenkamerbrief betreffende vertaling coalitieakkoord 2007-2011 Vertrouwen verbinden versnellen in programmabegroting 2008 Provincie Overijssel Luttenbergstraat 2 8012 EE Zwolle Aan: Provinciale Staten van Overijssel In kopie aan: Commissaris van de Koningin, dhr. G. Jansen Gedeputeerde Staten van Gelderland Betreft: Rekenkamerbrief

Nadere informatie

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2017-2018 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2017-2018 KUNSTENPLAN 2017-2020 Inleiding Deze richtlijnen voor het ondernemingsplan

Nadere informatie

BESLUIT INZAKE INVULLING VAN HET VOOR DE MUZIEKSTUDIO IN DCR GERESERVEERDE BUDGET EN SUBSIDIËRING LOOS

BESLUIT INZAKE INVULLING VAN HET VOOR DE MUZIEKSTUDIO IN DCR GERESERVEERDE BUDGET EN SUBSIDIËRING LOOS Gemeente Den Haag Ons kenmerk BOW/2009.259 RIS 162930 BESLUIT INZAKE INVULLING VAN HET VOOR DE MUZIEKSTUDIO IN DCR GERESERVEERDE BUDGET EN SUBSIDIËRING LOOS HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,

Nadere informatie

KUNSTENPLAN 2017-2020 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN VIERJARIGE SUBSIDIES

KUNSTENPLAN 2017-2020 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN VIERJARIGE SUBSIDIES RICHTLIJNEN ONDERNEMINGSPLAN VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 Inleiding Deze richtlijnen voor het ondernemingsplan zijn

Nadere informatie

Toelichting criteria kleine projecten Brabant C versie 18-01-2016

Toelichting criteria kleine projecten Brabant C versie 18-01-2016 Toelichting criteria kleine projecten Brabant C versie 18-01-2016 Om in aanmerking te komen voor een subsidie tussen 25.000 en 65.000 euro moet een project aan de volgende criteria voldoen: 1. het project

Nadere informatie

RICHTLIJNEN AANVRAAG REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST

RICHTLIJNEN AANVRAAG REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST RICHTLIJNEN AANVRAAG REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST RICHTLIJNEN AANVRAAG REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST Inleiding Deze richtlijnen zijn bestemd voor iedereen die een aanvraag wil indienen

Nadere informatie

Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur Stadsdeel Oost 2019, gemeente Amsterdam

Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur Stadsdeel Oost 2019, gemeente Amsterdam GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Amsterdam Nr. 145836 11 juli 2018 Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur Stadsdeel Oost 2019, gemeente Amsterdam Stadsdeel Oost Periode 2019 Datum vaststelling

Nadere informatie

Werkwijze van de WAR voor de behandeling van subsidieaanvragen bij de TSN en de chronologische

Werkwijze van de WAR voor de behandeling van subsidieaanvragen bij de TSN en de chronologische Werkwijze van de WAR voor de behandeling van subsidieaanvragen bij de TSN en de chronologische volgorde van de behandeling van subsidieaanvragen bij de Trombosestichting Nederland. Artikel 1. Taak van

Nadere informatie

REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST

REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST 2017-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST 2017-2020 Het bestuur van het AFK Gelet op de missie van het Amsterdams Fonds voor de Kunst om te investeren in kunst

Nadere informatie

De subsidie regeling Leefbaarheid en bewonersparticipatie: hoe werkt dat eigenlijk?

De subsidie regeling Leefbaarheid en bewonersparticipatie: hoe werkt dat eigenlijk? De subsidie regeling Leefbaarheid en bewonersparticipatie: hoe werkt dat eigenlijk? Handreiking subsidie Leefbaarheid en bewonersparticipatie Dit is een uitgave van de gemeente Den Haag Dienst Publiekszaken

Nadere informatie

Beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics'

Beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics' Beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics' Voor u ligt de beleidsregel tussentijdse aanvragen 'Back to Basics'. Dit betreft een tijdelijke beleidsregel voor de periode 2014 en 2015, tot de aanvang

Nadere informatie

Aan de leden van Provinciale Staten

Aan de leden van Provinciale Staten Aan de leden van Provinciale Staten Datum : 27 januari 2009 Briefnummer : 2009-04028/5/A.22, CW Zaaknummer : 155503 Behandeld door : Antonis M. Telefoonnummer : (050) 316 4312 Antwoord op : Bijlage : Onderwerp

Nadere informatie

VERORDENING PARTICIPATIE SCHOOLGAANDE KINDEREN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE BORSELE 2012

VERORDENING PARTICIPATIE SCHOOLGAANDE KINDEREN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE BORSELE 2012 VERORDENING PARTICIPATIE SCHOOLGAANDE KINDEREN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE BORSELE 2012 De raad van de gemeente Borsele; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Borsele d.d. 21 mei 2012;

Nadere informatie

Speech toelichting Cultuurplan door wethouder Pex Langenberg woensdag 7 september 2016, om 11:00 uur in Codarts 1

Speech toelichting Cultuurplan door wethouder Pex Langenberg woensdag 7 september 2016, om 11:00 uur in Codarts 1 1 Kunst en cultuur. Hoe kun je op zoiets moois zoiets abstracts nou een prijssticker plakken? Zeggen: voor jou meer budget, en voor jou minder budget, en sorry, voor jou nu niets? Maar het moet. We moeten

Nadere informatie

Subsidieregels Cultuurfonds

Subsidieregels Cultuurfonds Subsidieregels Cultuurfonds Op deze subsidieregels is de algemene subsidieverordening Borger-Odoorn van toepassing. Deze subsidieregels horen als bijlage bij de Beleidsregels Cultuur en Welzijn 2004-2008

Nadere informatie

Advies WMO raad Haarlem op nota. Welzijnswerk klaar voor toekomst.

Advies WMO raad Haarlem op nota. Welzijnswerk klaar voor toekomst. WMO raad Haarlem op nota Welzijnswerk klaar voor toekomst. Inleiding De Wmo-raad Haarlem heeft met belangstelling kennis genomen van de nota Welzijnswerk klaar voor de toekomst. De Wmo-raad adviseert positief

Nadere informatie

Beleidsregels subsidies stedelijk welzijn Rotterdam 2016. De directeur Welzijn, Zorg en Jeugdhulp van het cluster maatschappelijke ontwikkeling,

Beleidsregels subsidies stedelijk welzijn Rotterdam 2016. De directeur Welzijn, Zorg en Jeugdhulp van het cluster maatschappelijke ontwikkeling, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Rotterdam. Nr. 94390 12 oktober 2015 Beleidsregels subsidies stedelijk welzijn Rotterdam 2016 De directeur Welzijn, Zorg en Jeugdhulp van het cluster maatschappelijke

Nadere informatie

Stand van zaken uitvoering aanbevelingen en toezeggingen Rekenkameronderzoek financiële ondersteuning sportverenigingen door de gemeente

Stand van zaken uitvoering aanbevelingen en toezeggingen Rekenkameronderzoek financiële ondersteuning sportverenigingen door de gemeente Jaarverslag 2017 Bijlage 1: Stand van zaken uitvoering aanbevelingen en toezeggingen Rekenkameronderzoek financiële ondersteuning sportverenigingen door de gemeente De Rekenkamer heeft haar onderzoek naar

Nadere informatie

doelmatigheid culturele voorzieningen

doelmatigheid culturele voorzieningen doelmatigheid culturele voorzieningen februari 2017 1 inleiding aanleiding Op 5 oktober 2016 heeft de Rekenkamer Capelle aan den IJssel met de raad een zogenoemde stemkastsessie gehouden over potentiële

Nadere informatie

Maatschappelijke partner: de organisatie(s) waar de doelgroep zich bevindt om het aanbod op af te stemmen.

Maatschappelijke partner: de organisatie(s) waar de doelgroep zich bevindt om het aanbod op af te stemmen. Subsidieregeling maatschappelijke inzet sportverenigingen 2016 Burgemeester en wethouders van de gemeente Lochem, gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening gemeente Lochem 2013, besluiten:

Nadere informatie

Subsidieregeling VUvereniging / VCAS

Subsidieregeling VUvereniging / VCAS Subsidieregeling VUvereniging / VCAS Artikel 1 Afbakening subsidieregeling Deze regeling heeft betrekking op subsidies die door VUvereniging, of door tussenkomst van VUvereniging door de Van Coeverden

Nadere informatie

Paraplubestemmingsplan herziening begripsbepaling Peil

Paraplubestemmingsplan herziening begripsbepaling Peil Nota van Beantwoording Ontvangen n en beantwoording van n op Paraplubestemmingsplan herziening begripsbepaling Peil Amstelveen, juni 2014 Nota van beantwoording Paraplubestemmingsplan herziening begripsbepaling

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling #NieuweStukken Fonds Podiumkunsten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Deelregeling #NieuweStukken Fonds Podiumkunsten STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 69346 14 december 2018 Deelregeling #NieuweStukken Fonds Podiumkunsten Het bestuur van het Nederlands Fonds voor Podiumkunsten

Nadere informatie

Raadsvoorstel 15bb3613, gewijzigd raadsvoorstel 15bb7281 en bijbehorende (herziene) ontwerpbesluiten 15bb4408 en 15bb7551 komen hiermee te vervallen

Raadsvoorstel 15bb3613, gewijzigd raadsvoorstel 15bb7281 en bijbehorende (herziene) ontwerpbesluiten 15bb4408 en 15bb7551 komen hiermee te vervallen 2 9 SEP. 2015 Rotterdam, 29 september 2015. TWEEDE HERZIENE RAADSVOORSTEL 15bb7750 Raadsvoorstel 15bb3613, gewijzigd raadsvoorstel 15bb7281 en bijbehorende (herziene) ontwerpbesluiten 15bb4408 en 15bb7551

Nadere informatie

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 (ASV), besluit vast te stellen de volgende regeling:

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 (ASV), besluit vast te stellen de volgende regeling: SUBSIDIEREGELING INCIDENTELE SUBSIDIES AMATEURKUNST 2013 Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort; overwegende dat het gewenst is de Subsidieregeling incidentele subsidies amateurkunst zoals

Nadere informatie

Bij deze bieden wij u de resultaten aan van het onderzoek naar de eerste effecten van de decentralisaties in de gemeente Barneveld.

Bij deze bieden wij u de resultaten aan van het onderzoek naar de eerste effecten van de decentralisaties in de gemeente Barneveld. rriercoj Gemeenteraad Barneveld Postbus 63 3770 AB BARNEVELD Barneveld, 27 augustus 2015 f Ons kenmerk: Ö^OOJcfc Behandelend ambtenaar: I.M.T. Spoor Doorkiesnummer: 0342-495 830 Uw brief van: Bijlage(n):

Nadere informatie

Uitvoeringsprogramma Kunst en Cultuur Velsen 2014-2017

Uitvoeringsprogramma Kunst en Cultuur Velsen 2014-2017 Beleidsspeerpunt Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen en wie Cultuureducatie Meer kinderen maken kennis met amateurkunst/ kunsteducatie en worden lid van een amateurkunstvereniging Verbetering

Nadere informatie

Op 18 november 2009 heeft het raadslid Flos (VVD) onderstaande motie ingediend:

Op 18 november 2009 heeft het raadslid Flos (VVD) onderstaande motie ingediend: Reactie van het College van B en W op de motie inzake Aanpak Discriminatie Amsterdam (openstellen functies voor iedereen bij ingehuurde organisaties) van het raadslid Flos (VVD) van 18 november 2009. Op

Nadere informatie

REGELING BEWONERSINITIATIEVEN 2019

REGELING BEWONERSINITIATIEVEN 2019 BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN MAASTRICHT, gelet op artikel 15,vierde lid van de Verordening Subsidies Vrijwilligersactiviteiten Welzijn en Zorg 2017. BESLUITEN tot vaststelling van de volgende Regeling

Nadere informatie

BIJLAGE I. BEOORDELINGSKADER SUBSIDIEAANVRAGEN REGULIERE EVENEMENTEN

BIJLAGE I. BEOORDELINGSKADER SUBSIDIEAANVRAGEN REGULIERE EVENEMENTEN BIJLAGE I. BEOORDELINGSKADER SUBSIDIEAANVRAGEN REGULIERE EVENEMENTEN De adviescommissie kent aan de aanvraag punten toe op basis van de volgende criteria conform de waardering als hieronder is aangegeven:

Nadere informatie

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONTWIKKELPLAN & ONTWIKKELKOSTEN TWEEJARIGE SUBSIDIES

KUNSTENPLAN RICHTLIJNEN ONTWIKKELPLAN & ONTWIKKELKOSTEN TWEEJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 RICHTLIJNEN ONTWIKKELPLAN & ONTWIKKELKOSTEN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2017-2018 RICHTLIJNEN ONTWIKKELPLAN EN SPECIFICATIE ONTWIKKELKOSTEN TWEEJARIGE SUBSIDIES 2017-2018 KUNSTENPLAN 2017-2020

Nadere informatie

Subsidieregeling Sport en bewegen

Subsidieregeling Sport en bewegen Subsidieregeling Sport en bewegen 2019 2020 Behorend bij de visie op sport en bewegen Lansingerland Scoren met sport Domein Samenleving Auteur: Dewi Klijnsmit, beleidsadviseur Sport Datum: 18 februari

Nadere informatie

Nr. : Dnst. : Griffie. Beleidsuitgangspunten Cultuurnota. Leiden, 13 april 2004.

Nr. : Dnst. : Griffie. Beleidsuitgangspunten Cultuurnota. Leiden, 13 april 2004. Nr. : 04. 0060 Dnst. : Griffie Beleidsuitgangspunten Cultuurnota Leiden, 13 april 2004. Uw Raad heeft in zijn vergadering van 12 november 2003 in een motie het College verzocht om met spoed een cultuurnota

Nadere informatie

Algemene beleidsregels eenmalige subsidies kunst en cultuur

Algemene beleidsregels eenmalige subsidies kunst en cultuur Algemene beleidsregels eenmalige subsidies kunst en cultuur Inleiding Het kunst- en cultuurbeleid van de gemeente Rotterdam is gericht op een gezonde stedelijke culturele sector. Een sector waarin zoveel

Nadere informatie

Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten

Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten Deelregeling projectsubsidies Fonds Podiumkunsten Het bestuur van het Fonds Podiumkunsten Gelet op artikel 10 lid 4 van de Wet op het specifiek cultuurbeleid en artikel 4 van het Algemeen Reglement van

Nadere informatie

Algemene beleidsregels eenmalige subsidies kunst en cultuur

Algemene beleidsregels eenmalige subsidies kunst en cultuur Algemene beleidsregels eenmalige subsidies kunst en cultuur Inleiding Het kunst- en cultuurbeleid van de gemeente Rotterdam is gericht op een gezonde stedelijke culturele sector. Een sector waarin zoveel

Nadere informatie

VERGADERING GEMEENTERAAD d.d.. AGENDA NR. Vul agendanr in. VOORSTEL Kunst- en cultuurbeleid Gennep De Kunst van Samen. Aan de Gemeenteraad

VERGADERING GEMEENTERAAD d.d.. AGENDA NR. Vul agendanr in. VOORSTEL Kunst- en cultuurbeleid Gennep De Kunst van Samen. Aan de Gemeenteraad VOORSTEL Kunst- en cultuurbeleid Gennep 2016-2020 De Kunst van Samen. Geachte raad, Aan de Gemeenteraad VERGADERING GEMEENTERAAD d.d.. AGENDA NR. Vul agendanr in. Hierbij biedt ons college u het Kunst-

Nadere informatie

Flexibele subsidies 2018: Thema - Diversiteit en integratie

Flexibele subsidies 2018: Thema - Diversiteit en integratie Flexibele subsidies 2018: Thema - Diversiteit en integratie Aanvraagperiode 22 maart tot en met 6 mei 2018 Flexibele subsidies 2018 Net als in voorgaande jaren kunnen vrijwilligersorganisaties ook in 2018

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT 3. Doetinchem, 10 december 2008. Beleidsplan Re-integratiebeleid 2009-2011

Aan de raad AGENDAPUNT 3. Doetinchem, 10 december 2008. Beleidsplan Re-integratiebeleid 2009-2011 Aan de raad AGENDAPUNT 3 Beleidsplan Re-integratiebeleid 2009-2011 Voorstel: 1. De kaders uit het beleidsplan 'Werken werkt!' vaststellen, zijnde: a. als doelstellingen: - het bevorderen van de mogelijkheden

Nadere informatie

Deelverordening incidentele subsidies Wijdemeren 2017

Deelverordening incidentele subsidies Wijdemeren 2017 Gelet op het bepaalde in de Gemeentewet, de Algemene wet bestuursrecht en het bepaalde in artikel 4 van de Algemene subsidieverordening 2017 Wijdemeren besluit de gemeenteraad in te stemmen met de Deelverordening

Nadere informatie

Subsidieregeling Evenementen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den Ussel;

Subsidieregeling Evenementen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den Ussel; gemeente Capelle aan den Ijssel Subsidieregeling Evenementen Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den Ussel; gelet op de Algemene subsidieverordening Capelle aan den Ussel

Nadere informatie

Huishoudelijke Hulp Toelage in Leeuwarden: de Himmelsjek

Huishoudelijke Hulp Toelage in Leeuwarden: de Himmelsjek Notitie Huishoudelijke Hulp Toelage in Leeuwarden: de Himmelsjek Inleiding Op 17 februari 2015 is de notitie Huishoudelijke Hulp Toelage in Leeuwarden: de Himmelsjek, door het college vastgesteld. Op 23

Nadere informatie

Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur

Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur Griffie Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur Datum commissievergadering : - DIS-stuknummer : 1473254 Behandelend ambtenaar : N.H.C.P. Jansen- Kastelijns Directie/bureau : Sociale en Culturele Ontwikkeling/

Nadere informatie

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016 ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek 2014 mei 2016 1 Arbeidsmarktplatform

Nadere informatie

KUNSTENPLAN REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES

KUNSTENPLAN REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 Inleiding Het Amsterdams Fonds voor de Kunst investeert in kunst die het leven in de stad verrijkt.

Nadere informatie

2 9 JAN.2015 Bestuurlijke reactie op conceptrapport 'Zicht op bezuinigingen, bezuiniging op cultuur'

2 9 JAN.2015 Bestuurlijke reactie op conceptrapport 'Zicht op bezuinigingen, bezuiniging op cultuur' Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Drs. S.J. Stuiveling President Algemene Rekenkamer Postbus 20015 2500 EA Den Haag Datum Betreft 2 9 JAN.2015

Nadere informatie

Het hoofdstuk effectiever werken aan diversiteit geschreven door lector Dr. Sjiera de Vries is onderdeel van De Staat van de Ambtelijke Dienst (STAD)

Het hoofdstuk effectiever werken aan diversiteit geschreven door lector Dr. Sjiera de Vries is onderdeel van De Staat van de Ambtelijke Dienst (STAD) Het hoofdstuk effectiever werken aan diversiteit geschreven door lector Dr. Sjiera de Vries is onderdeel van De Staat van de Ambtelijke Dienst (STAD) 2013. De gehele publicatie is na te lezen op de website

Nadere informatie

Vaststellen Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten en format Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur

Vaststellen Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten en format Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Amsterdam. Nr. 149374 27 oktober 2016 Vaststellen Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten en format Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur

Nadere informatie

Digitale cultuur als continuüm

Digitale cultuur als continuüm Digitale cultuur als continuüm Samenvatting Activiteitenplan 2017-2020 Stichting Digitaal Erfgoed Nederland (DEN) Den Haag, 31 januari 2016 1/5 1. Vooraf Deze samenvatting is gebaseerd op de subsidieaanvraag

Nadere informatie

Notitie projecten impulsbudget Samenwerking

Notitie projecten impulsbudget Samenwerking Notitie projecten impulsbudget Samenwerking Waalwijk, september 07 Inleiding In de Deelnemersraad van 30 mei zijn afspraken gemaakt over de inzet van het positieve resultaat over 06. Eén van de afspraken

Nadere informatie

Gemeente Heerlen - beleidsregel Tenderregeling Community Arts

Gemeente Heerlen - beleidsregel Tenderregeling Community Arts GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heerlen. Nr. 40033 17 juli 2014 Gemeente Heerlen - beleidsregel Tenderregeling Community Arts Artikel 1 Begripsomschrijving In deze beleidsregel wordt verstaan

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota 2013-2016 provincie Drenthe

Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota 2013-2016 provincie Drenthe Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota 2013-2016 provincie Drenthe Thema en doelen subsidieprogramma Cultuurnota 2013-2016 Oude wereld, nieuwe mindset De provincie Drenthe staat voor een herkenbare

Nadere informatie

B&W-Aanbiedingsformulier

B&W-Aanbiedingsformulier B&W.nr. 06.1061 d.d. 12 september 2006 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid A-J. Sleijster (VVD) n.a.v. het interview met Wethouder Jonas in het Leidsch

Nadere informatie

Van: Agnes Martens rmailto:agnes.martens@philharmonie.nll Verzonden: maandag 9 oktober 2017 12:48 Aan: STATENGRIFFIE Onderwerp: HW Bevestiging van ontvangst Antwoord op vijf vragen - philharmonie Goedemiddag

Nadere informatie

UITGANGSPUNTEN SUBSIDIEREGELING CULTURELE PROJECTEN DEN HAAG 2018

UITGANGSPUNTEN SUBSIDIEREGELING CULTURELE PROJECTEN DEN HAAG 2018 Ons kenmerk RIS297300 UITGANGSPUNTEN SUBSIDIEREGELING CULTURELE PROJECTEN DEN HAAG 2018 Het College van Burgemeester en Wethouders Overwegende dat: - in het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2017-2020

Nadere informatie

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Onderwerp Evaluatierapport Kunstraad Groningen Steller M.M.A. Blom De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN Telefoon (050) 367 62 50 Bijlage(n) 1 Ons kenmerk 6616761 Datum Uw brief van

Nadere informatie

cultuuronderwijs: het onderwijs gericht op het bereiken van de kerndoelen in het leergebied Kunstzinnige oriëntatie van het primair onderwijs;

cultuuronderwijs: het onderwijs gericht op het bereiken van de kerndoelen in het leergebied Kunstzinnige oriëntatie van het primair onderwijs; Tijdelijke Regeling Flankerende Projecten Cultuureducatie met Kwaliteit 2014 Fonds voor Cultuurparticipatie Maart 2014 Het bestuur van de Stichting Fonds voor Cultuurparticipatie, Gelet op artikel 3 van

Nadere informatie

b e s l u i t Voor de uitvoering van deze regeling is in 2018 eenmalig een bedrag van ,- beschikbaar.

b e s l u i t Voor de uitvoering van deze regeling is in 2018 eenmalig een bedrag van ,- beschikbaar. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest; gelet op het bepaalde in titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht; gelet op het bepaalde in artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening

Nadere informatie

Flexibele subsidies 2017: Thema - Opgroeien in de buurt en zwerfjongeren

Flexibele subsidies 2017: Thema - Opgroeien in de buurt en zwerfjongeren Flexibele subsidies 2017: Thema - Opgroeien in de buurt en zwerfjongeren Aanvraagperiode 15 juli tot en met 1 september 2017 In dit boekje vindt u meer informatie over de flexibele subsidie voor het thema

Nadere informatie

KUNSTENPLAN REGELING TWEEJARIGE SUBSIDIES

KUNSTENPLAN REGELING TWEEJARIGE SUBSIDIES KUNSTENPLAN 2017-2020 REGELING TWEEJARIGE SUBSIDIES REGELING TWEEJARIGE SUBSIDIES AFK 2017-2020 Het bestuur van het AFK, gelet op de wens flexibiliteit, innovatie en professionaliteit en vakmanschap te

Nadere informatie

Besluit: De subsidieaanvragen voor zorginfrastructuurmiddelen van Careyn en Catharina Stichting af te wijzen.

Besluit: De subsidieaanvragen voor zorginfrastructuurmiddelen van Careyn en Catharina Stichting af te wijzen. AAN BURGEMEESTER & WETHOUDERS Kenmerk: 169839 Sector: Inwonerszaken Team : Openbare Orde, Welzijn & Onderwijs Onderwerp: Aanvraag subsidie zorginfrastructuurmiddelen Besluit: De subsidieaanvragen voor

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten (Utrecht)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten (Utrecht) Het college van burgemeester en wethouders heeft op 3 december 2013 de hiernavolgende Beleidsregels Fonds Maatschappelijke Ontwikkeling Houten -2015 vastgesteld. Fonds Maatschappelijke Ontwikkeling Houten

Nadere informatie

Effect indicator Aantal activiteiten totaal

Effect indicator Aantal activiteiten totaal Kunst, Cultuur en Innovatie Specifieke inhoud van ingetrokken motie Stelt de raad voor te besluiten het college van burgemeester en wethouders op te roepen om meer ambitie te tonen in het bijzonder op

Nadere informatie

Rapport bij de jaarstukken 2007 provincies Noord-Brabant en Limburg

Rapport bij de jaarstukken 2007 provincies Noord-Brabant en Limburg Startnotitie Rapport bij de jaarstukken 2007 provincies Noord-Brabant en Limburg 1 Aanleiding voor het onderzoek In de jaarrekening en het jaarverslag leggen Gedeputeerde Staten jaarlijks verantwoording

Nadere informatie