Financieel jaarverslag verzekeringsbranche Verbond van Verzekeraars

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2009. Verbond van Verzekeraars"

Transcriptie

1 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 Verbond van Verzekeraars

2

3 Voorwoord Voor u ligt het Financieel jaarverslag met de belangrijkste resultaten van de verzekeringsbranche over 29. Een verslag dat niet alleen cijfers bevat, maar vooral ook achtergronden en verklaringen bij die cijfers. Dat laatste is van belang om ontwikkelingen te kunnen duiden en op die manier een beeld te schetsen van hoe het gaat in de branche. Dit jaarverslag is opgesteld door het Centrum voor Verzekeringsstatistiek en Onderzoek (CVS), onder leiding van ir. H.F. Treur. Het CVS voert elk jaar de Enquêtes Financiële Jaarcijfers Leven, Schade & Zorg uit ten behoeve van de leden van het Verbond. In dit verslag zijn cijfers en trends uit die enquêtes weergegeven en geanalyseerd. Het jaar 29 was het jaar van het herstel voor verzekeraars na de forse verliezen en afname van de solvabiliteit in 28 door de kredietcrisis. Gevolg van de kredietcrisis was een economische recessie waar vooral levensverzekeraars last van hadden. Hoewel dit jaarverslag een financieel verslag is, kan verminderd vertrouwen uiteindelijk ook leiden tot het wegblijven van klanten in specifieke verzekeringssectoren. Het Verbond van Verzekeraars is mede daarom bezig met een gedragsveranderingstraject voor de sector genaamd VerzekeraarsVernieuwen. In dit kader introduceert de branche prikkels om klantgericht handelen te stimuleren, worden dossiers die het vertrouwen van de klant kunnen schaden proactief aangepakt en stelt de branche de maatschappelijke waarden en verantwoordelijkheid weer centraal in gedrag en communicatie. Transparantie is daarvan een belangrijk onderdeel. Daarom vindt het Verbond het belangrijk transparantie te bieden over de stand van zaken in de sector aan consumenten en geïnteresseerden uit bijvoorbeeld kabinet, parlement, overheid, toezichthouders, pers en maatschappelijke organisaties. De verzekeringsbranche heeft een belangrijke rol bij het organiseren van solidariteit en het beschermen van klanten tegen onvoorziene omstandigheden. De publieke belangstelling voor de bedrijfstak is traditioneel groot. Deze belangstelling wordt versterkt door actuele discussies over de pensioenleeftijd, hypotheekrenteaftrek, arbeidsongeschiktheid etc., dossiers waarin verzekeraars een belangrijke rol spelen. De leden, vertegenwoordigd in de commissie CVS van het Verbond van Verzekeraars, evenals de portefeuillehouder statistiek van het Verbondsbestuur, hebben een belangrijke bijdrage geleverd aan het tot stand brengen van dit verslag. De commissie CVS bestaat uit de volgende leden: - D. van der Eijk, voorzitter commissie CVS (Eureko/Achmea) - dr. J.F.J. de Munnik (AEGON) - mr. F.J.M. Romijn (ASR) - ing. W.H. Steenpoorte EMIM (REAAL) - R. van het Hof, portefeuillehouder statistiek Verbondsbestuur (Allianz) Ik hoop dat deze uitgave u in uw werk als verzekeraar of anderszins van dienst is, drs. H.J. Herbert directeur Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 1

4

5 Voorwoord 1 Samenvatting 4 Summary 5 Zusammenfassung 6 Resumé 7 1 Inleiding Verantwoording Representativiteit Leeswijzer 9 2 Economische ontwikkelingen De wereldeconomie De Nederlandse economie Beleggingen De verzekeringsmarkt in Levensverzekeringen Algemeen Individueel Productie individueel Collectief 18 4 Schadeverzekeringen Algemeen Herverzekering Motor Brand Transport Aansprakelijkheid Rechtsbijstand Reis 27 5 Zorgverzekeringen Algemeen Ziektekosten Inkomen 29 Verklaring begrippen 3 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 3

6 Samenvatting Nadat in 28 de kredietcrisis toesloeg en uitmondde in een recessie, vond in 29 economisch herstel plaats. De weg omhoog werd wereldwijd vooral in de tweede helft van 29 gevonden, maar was in Nederland niet voldoende om een positieve groei van de reële economie over geheel 29 te bereiken. Niettemin steeg de solvabiliteit van verzekeraars weer, gingen de beurskoersen omhoog en is de uitgangspositie voor verzekeraars aan het begin van 21 aanzienlijk beter dan het jaar ervoor. Levensverzekeringen Na het historische dieptepunt van 28, behaalt de sector Leven in 29 weer een positief resultaat. Voor een belangrijk deel komt dit door de stijging van de beurskoersen, die op diverse manieren doorwerkt in het resultaat van verzekeraars. De doorwerking van de recessie op de individuele portefeuille zien we terug in het stagneren van de woningmarkt en resulteert waarschijnlijk ook in een afname van het sparen voor de oude dag. Door verandering in de fiscale wetgeving in het verleden neemt de koopsomproductie van direct ingaande lijfrenten eveneens af. De branche heeft ook nog steeds last van reputatieschade als gevolg van de discussie over de beleggingsverzekeringen. Verder spelen de felle concurrentie in de branche en toenemende concurrentie vanuit andere branches een grote rol. Tezamen resulteren deze factoren in een afnemend premie volume bij individuele verzekeringen, terwijl de premie omzet bij de collectieve verzekeringen stabiliseert. Schadeverzekeringen Ondanks de grote economische schommelingen, ontwikkelen de schadebranches zich relatief rustig. In 28 was sprake van een terugval in het resultaat, maar dit kwam slechts voor een deel door de kredietcrisis. Het beeld paste goed in de conjunctuurcyclus van schadeverzekeraars, die zich grotendeels onafhankelijk van de macro-economische conjunctuur ontwikkelt. In 29 stabiliseert het resultaat, maar dit komt voor een deel door de gestegen beleggingsopbrengsten; de netto combined ratio laat een stijging zien. Het premievolume van Schade stijgt licht. Deze stijging vindt vooral plaats bij Brand en Transport. Motor laat een lichte afname van het premievolume zien. In alle branches staan de premies onder druk als gevolg van sterke concurrentie. Hierdoor richten verzekeraars zich op de efficiëntie, wat terug te zien is in dalende bedrijfskosten. Zorgverzekeringen Het resultaat van ziektekostenverzekeraars is voor het eerst sinds 26 positief. De introductie van het nieuwe zorgstelsel in 26 zorgde onder andere voor sterke concurrentie op de premie, waardoor het resultaat aanvankelijk negatief werd. Na premie- en dekkingsaanpassingen door verbeterd inzicht in risico s sloeg het resultaat in 29 om. Bij Inkomen zien we de tegenovergestelde ontwikkeling. Het resultaat daalt, maar blijft wel positief. Door het vrijvallen van de schadevoorzieningen van inmiddels niet meer bestaande producten, werd het resultaat in het verleden sterk geflatteerd. Inmiddels worden de gevolgen van de sterke concurrentie en de oplopende schade steeds beter zichtbaar, wat het resultaat drukt. Resultaat verzekeringsbranche 29 premievolume 1 netto com- resultaat 2 29 bined ratio mrd. euro % groei 29 % verdiende premie t.o.v. 28 Totaal Leven 24,3-8 n.v.t Totaal Schade 13, Motor 4, Brand 3, Transport, Overige 4, Totaal Zorg 39, Totaal 76,8 n.v.t Premievolume van de directe binnenlandse tekening, de indirecte binnenlandse tekening en de directe buitenlandse tekening. 2 Technisch resultaat, uitgedrukt in een percentage van de bruto verdiende premie, na rente en na herverzekering, maar voor afdracht van vennootschapsbelasting. 4 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29

7 Summary After the credit crunch struck and then developed into a recession in 28, the economy started to recover by 29. Globally, things started moving in the right direction again, especially in the second half of 29, however in the Netherlands this was not sufficient for achieving growth of the real economy over the entire of the year. Nonetheless, the solvability of insurers increased again, stock exchanges started improving, and at the start of 21 the initial position for insurers was considerably better than the year before. Life insurance After the historic low of 28, the Life sector achieved positive results again in 29. This is mainly due to prices on stock exchanges rising, which affects the insurers results in various ways. The impact of the recession on individual budgets can be seen in the stagnation of the property market and will likely also result in reduced retirement savings for the future. Due to past changes in tax laws, single premium production of immediate annuities is also diminishing. In addition, the sector is still affected by its damaged reputation as a result of discussions about investment insurances. Fierce competition across the sector and increasing competition from other sectors also play a major role. Together, these factors have resulted in a diminishing premium volume for individual insurances, whereas premium turnover is stabilising for the collective insurances. Non-life insurance Despite the major economic fluctuations, the nonlife sectors have been developing relatively steadily. Although results dropped in 28, this was only partly due to the credit crunch. The picture fits in well with the business cycle of non-life insurers, which mainly develops independently of the macro-economic cycle. The results stabilised in 29, but this is partly due to the fact that investment results have improved; the net combined ratio has gone up. The non-life premium volume is slightly on the rise. This increase is most notable in Fire and Transport. Motor vehicles shows a slight drop of premium volume. Premiums are under pressure across all the sectors due to heavy competition. This ensures that insurance companies focus on efficiency, which results in diminishing operating costs. Accident and Health insurance For the first time since 26, the results of Health insurers are positive. The introduction of the new health care system in 26 resulted in heavy competition in terms of premiums, among other things, with the effect that initially results were negative. After adjustments to premiums and coverage on the basis of improved understanding of risks, the results turned around in 29. The opposite development can be seen in Income: the results are declining, but still continue to be positive. Expiring claims provi sions of products that now no longer exist used to improve results in the past. Currently, the consequences of the fierce competition and increasing claims are becoming more visible, bringing results down. Results in the insurance industry in 29 Premiums 1 Net com- Results 2 29 bined ratio billions of % growth 29 % earned premiums euros comp. to 28 Total Life n/a Total Non-life Motor vehicles Fire Transport Other Total Accident & Health Total 76.8 n/a The premium volume of the direct domestic turnover, indirect domestic turnover and direct foreign turnover. 2 Result after interest, expressed as a percentage of the gross premium, after interest and after reinsurance, but before the deduction of corporation tax. Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 5

8 Zusammenfassung Nachdem 28 die Kreditkrise entstand und in eine Rezession mündete, setzte 29 die wirtschaftliche Erholung ein. Die Überwindung der Krise fand weltweit vor allem in der zweiten Jahreshälfte 29 statt, reichte in den Niederlanden allerdings nicht aus, um ein positives Wachstum der realen Wirtschaft für ganz 29 zu bewerkstelligen. Dennoch stieg die Solvenz der Versicherer wieder, die Börsenkurse gingen wieder nach oben, und die Ausgangsposition für Versicherer Anfang 21 ist wesentlich besser als im Jahr zuvor. Lebensversicherungen Nach dem historischen Tiefpunkt 28 erzielt der Bereich Lebensversicherungen 29 wieder positive Ergebnisse. Zu einem wesentlichen Teil ist dies auf den Anstieg der Börsenkurse zurückzuführen, der unterschiedliche Auswirkungen auf das Ergebnis der Ver sicherer hat. Die Auswirkungen der Rezession auf die einzelnen Portfolios werden anhand der Stagnation auf dem Wohnungsmarkt spürbar und führen wahrscheinlich auch zu rückläufigen Zahlen beim Sparen fürs Alter. Durch Veränderungen bei der Steuergesetzgebung in der Vergangenheit nimmt die Kapitalproduktivität der unmittelbar in Kraft tretenden Leibrenten ebenfalls ab. Die Branche leidet außerdem immer noch unter dem Rufschaden, der infolge der Diskussion über die Anlageversicherungen entstanden ist. Darüber hinaus spielen die harte Konkurrenz in der Branche und die zunehmende Konkurrenz aus anderen Branchen eine große Rolle. Gemeinsam führen diese Faktoren zu einem Rückgang des Beitragsvolumens bei individuellen Versicherungen, während sich der Beitragsumsatz bei den kollektiven Versicherungen stabilisiert. Schadensversicherungen Trotz der erheblichen wirtschaftlichen Schwankungen entwickeln sich die Schadenversicherungsbranchen relativ ruhig. Das Ergebnis lief im Jahr 28 zurück. Dieser Rückfall war jedoch nur zum Teil auf die Kreditkrise zurückzuführen. Das Bild passte gut in den Konjunkturzyklus der Schadensversicherer, der sich größtenteils unabhängig von der makrowirtschaftlichen Konjunktur entwickelt. 29 stabilisiert sich das Ergebnis, was aber zu einem Großteil auf die gestiegenen Investitionsgewinne zurückzuführen ist; die Netto-Schaden-Kosten-Quote weist einen Zuwachs auf. Das Beitragsvolumen bei den Schadensversicherern steigt leicht an. Diese Steigerung findet vor allem in den Bereichen Brand und Transport statt. Im Bereich Motor ist ein leichter Rückgang des Beitragsvolumens zu verzeichnen. In allen Branchen stehen die Beiträge infolge der starken Konkurrenz unter Druck. Dadurch konzentrieren sich Versicherer auf die Effizienz, was sich in den sinkenden Betriebskosten äußert. Ergebnis der Versicherungsbranche 29 Beitragsvolumen 1 Netto-Schaden- Ergebnis 2 29 Kosten-Quote Mrd. % Wachstum 29 % verdienter Beitrag Euro gegenüber 28 Gesamt Leben 24,3-8 n. zutr Gesamt Schaden 13, Motor 4, Brand 3, Transport, Sonstige 4, Gesamt Krankenvers. 39, Gesamt 76,8 n. zutr Beitragsvolumen der direkten inländischen Verträge, der indirekten inländischen Verträge und der direkten ausländischen Verträge. 2 Technisches Ergebnis, dargestellt als Prozentwert des brutto verdienten Beitrags, nach Rente und Rückversicherung, aber vor Abzug der Körperschaftssteuer. 6 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29

9 Krankenversicherungen Das Ergebnis der Krankenkostenversicherer ist zum ersten Mal seit 26 positiv. Die Einführung des neuen Krankversicherungssystems 26 sorgte unter anderem für eine stärkere Konkurrenz bei den Beiträgen, weshalb das Ergebnis zu Beginn negativ ausfiel. Nach Beitrags- und Deckungsanpassungen durch einen verbesserten Einblick in die Risiken änderte sich das Ergebnis 29. Im Bereich Einkommensversicherungen erleben wir eine entgegengesetzte Entwicklung. Das Ergebnis sinkt, aber bleibt positiv. Durch den Wegfall der Schadensrücklagen von mittlerweile nicht mehr verfügbaren Produkten wurde das Ergebnis in der Vergangenheit erheblich geschönt. Inzwischen sind die Folgen der starken Konkurrenz und der wachsenden Schäden immer stärker zu sehen, wodurch das Ergebnis sinkt. Resumé Après la crise du crédit de 28 qui a entraîné une récession, 29 a été marquée par une reprise économique. En particulier dans la deuxième moitié de 29, la sortie de crise se dessinait dans le monde entier. Toutefois, aux Pays-Bas, cette reprise n a pas été suffisante pour générer une croissance positive de l économie réelle sur toute l année 29. Néanmoins, la solvabilité des assureurs a augmenté, les cours de la Bourse sont repartis à la hausse et les assureurs ont pu entamer l année 21 en s appuyant sur une bien meilleure base par rapport à l année précédente. Assurances vie Après la baisse historique enregistrée en 28, le secteur Vie a obtenu un résultat positif en 29. Ceci est dû en grande partie à la hausse des cours de la Bourse qui a eu des répercussions diverses sur le résultat des assureurs. L influence de la récession sur le portefeuille individuel se traduit par une stagnation sur le marché immobilier et entraîne probablement une baisse des produits d épargne pour la retraite. En raison d une modification de la législation fiscale dans le passé, la production du capital des rentes viagères entrant directement en vigueur est également en baisse. La branche se ressent encore des conséquences de la discussion sur les assurances investissements qui a entaché sa réputation. En outre, la rude concurrence au sein de la branche et la concurrence issue des autres branches jouent également un rôle. La combinaison de ces facteurs contribue à une baisse Résultat branche des assurances 29 Volume des primes 1 Ratio net résultat 2 29 combiné mrd. euros % croissance 29 % prime acquise par rapport à 28 Total Vie 24,3-8 n.a Total Dommages 13, Véhicules automobiles 4, Incendie 3, Transport, Autres 4, Total Maladie 39, Total 76,8 n.a Volume des primes des souscriptions nationales directes, des souscriptions nationales indirectes et des souscriptions étrangères directes. 2 Résultat technique, exprimé en pourcentage de la prime acquise brute, après intérêt et après réassurance, mais avant paiement de l impôt sur les sociétés. Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 7

10 du volume des primes pour les assurances individuelles, tandis que le chiffre d affaires des primes se stabilise pour les assurances collectives. Assurances dommages En dépit des grandes fluctuations économiques, la situation est relativement stable dans la branche des assurances dommages. En 28, le résultat affichait une baisse qui n était due qu en partie à la crise du crédit. Cette image correspondait bien au cycle conjoncturel des assurances dommages dont l évolution est, en grande partie, indépendante de la conjoncture macro-économique. En 29, le résultat se stabilise, ceci étant partiellement dû à une hausse du produit des investissements ; le rapport net combiné affiche une hausse. Le volume des produits du secteur Dommages connaît une légère augmentation, en particulier dans les domaines Incendies et Transport. Le secteur Véhicules automobiles enregistre une légère baisse du volume des primes. Dans toutes les branches, les primes ressentent la pression générée par une rude concurrence. Les assureurs se concentrent sur la rentabilité, ce qui se traduit par une baisse des frais généraux. Assurances maladie Le résultat des assurances maladie est positif pour la première fois depuis 26. L introduction du nouveau régime de soins en 26 a engendré notamment une rude concurrence sur les primes, le résultat étant au début négatif. Après les ajustements au niveau des primes et de la couverture suite à une meilleure appréciation des risques, le résultat s est redressé en 29. Le secteur Revenus affiche une évolution contraire. Le résultat baisse, mais reste toutefois positif. En raison des provisions pour sinistres qui devenaient disponibles sur des produits désormais disparus, le résultat dans le passé était beaucoup trop gonflé. Entre-temps, les conséquences de la rude concurrence et de l augmentation des dommages deviennent de plus en plus visibles ce qui a une influence négative sur le résultat. 8 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29

11 1 Inleiding 1.1 Verantwoording Dit verslag bevat een terugblik op de financiële ontwikkelingen in de Nederlandse verzekeringsbranche over het jaar 29. Het jaarverslag is opgesteld door het Centrum voor Verzekeringsstatistiek en Onderzoek (CVS), het statistisch onderzoeksbureau van het Verbond van Verzekeraars. Vrijwel alle hier gepresenteerde gegevens over de verzekeringsbranche zijn ontleend aan comptabele enquêtes, die het CVS in het voorjaar van 21 heeft gehouden onder verzekeraars. Aan deze enquêtes doen verzekeraars mee die werkzaam zijn op de Nederlandse markt en die een vergunning hebben van De Nederlandsche Bank (DNB). Voorheen beperkte het CVS zich hierbij tot de directe binnenlandse tekening. Vanaf 28 zoeken wij meer aansluiting bij DNB, die de cijfers inclusief indirecte tekening (dit is vooral herverzekering aangenomen van andere verzekeraars) en directe buitenlandse tekening weergeeft. De extra tekening is ongeveer 5% van het totaal en verhoogt de cijfers van het CVS in vergelijking met de uitkomsten van vorige jaren. De resultaten worden uitgedrukt in een percentage van de bruto verdiende premie. De hier gepresenteerde resultaten zijn de zogenaamde technische resultaten inclusief herverzekering, maar vóór afdracht vennootschapsbelasting. Deze resultaten zijn opgehoogd naar de omvang van de gehele Nederlandse verzekeringsbranche. De genoemde bedragen en aantallen in dit jaarverslag over voorgaande jaren kunnen op bepaalde punten licht afwijken van de bedragen en aantallen zoals vermeld in eerdere jaarverslagen. De belangrijkste redenen hiervoor zijn bijstellingen op oude jaren, veranderingen in panelsamenstelling en de gewijzigde verslagleggingsregels. De in de kaders gepresenteerde resultaten zijn afkomstig van het CVS, tenzij anders vermeld. 1.2 Representativiteit De financiële gegevens over levensverzekeraars zijn gebaseerd op 96% van de Nederlandse verzekeringsmarkt, gemeten naar premievolume. De resultaten zijn afkomstig van de Enquête Financiële Jaarcijfers Leven, die het CVS jaarlijks houdt onder levensverzekeraars die in Nederland werkzaam zijn. De enquête vraagt onder andere de technische en niet-technische rekening en de balans uit. De financiële gegevens van schadeverzekeraars zijn gebaseerd op 8% van de Nederlandse verzekeringsmarkt, gemeten naar premievolume. De resultaten zijn afkomstig van de Enquête Financiële Jaarcijfers Schade & Zorg, die het CVS jaarlijks houdt onder schadeverzekeraars die in Nederland werkzaam zijn. De in het hoofdstuk schadeverzekeringen gepresenteerde resultaten hebben betrekking op alle schadeverzekeringen exclusief Zorg, namelijk verzekeringen voor motorrijtuigen, brand, transport, aansprakelijkheid, rechtsbijstand en reis. De sector Zorg bestaat uit ziektekosten- en inkomensverzekeringen, die weer zijn opgebouwd uit productgroepen. Hierbij wordt rekening gehouden met producten uit het nieuwe zorgstelsel (de basisverzekering) en de uitloop uit het oude zorgstelsel, alsmede de WIA en de uitloop van producten gerelateerd aan het oude sociale zekerheidsstelsel (Pemba, WAO-gat). De financiële gegevens van ziektekostenverzekeraars zijn gebaseerd op kwartaalcijfers van DNB over de gehele markt van Nederlandse ziektekostenverzekeraars, de cijfers van Inkomen komen uit de Enquête Financiële Jaarcijfers Schade & Zorg en zijn gebaseerd op 9% van de markt gemeten naar premievolume. 1.3 Leeswijzer Hoofdstuk 2 gaat kort in op algemene economische ontwikkelingen die deels van invloed zijn op de resultaten van de verzekeringsbranche. In hoofdstuk 3 wordt verslag gedaan van de financiële ontwikkelingen op de markt voor levensverzekeringen, met aandacht voor de ontwikkeling van het premievolume, de nieuwe productie en het resultaat. Daarna licht hoofdstuk 4 het resultaat van de diverse schadeverzekeringen toe, waarbij we ook stilstaan bij de impact van herverzekering. Hoofdstuk 5 bevat een toelichting op de markt van zorgverzekeringen. Het verslag sluit met een verklarende lijst van begrippen. Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 9

12 2 Economische ontwikkelingen De wereldeconomie Als gevolg van de kredietcrisis werd de wereld in 29 getroffen door een grote recessie. De productie daalde wereldwijd met meer dan 1% en de daling van de wereldhandel was met 12% de grootste daling sinds de Tweede Wereldoorlog. Weinig landen bleven gespaard voor de reeds in 28 ingezette snelle economische teruggang, maar niet elk land werd even hard getroffen. Het waren vooral de hoogontwikkelde economieën die te maken kregen met een sterke teruggang, terwijl enkele Aziatische landen door bleven groeien. Deze landen droegen dan ook in niet geringe mate bij aan het herstel dat in de loop van 29 weer inzette. Vooral China speelde hierin een grote rol, met een economische groei van bijna 9% over heel 29, al ging het ook in dit land in de eerste helft van 29 langzamer dan in de tweede helft. Naast het herstel in Azië, werd de conjunctuuromslag gedreven door overheidsingrijpen en actief beleid van de centrale banken. Aanhoudende budgettaire en monetaire stimulering voorkwam dat de recessie omsloeg in een depressie en zorgde ervoor dat in de loop van 29 de economische weg omhoog weer werd ingezet. Voor de Verenigde Staten lag het omslagpunt in het derde kwartaal van 29. De groei versnelde sterk in het vierde kwartaal, waardoor het bruto binnenlands product uiteindelijk slechts een krimp van 2,5% over geheel 29 noteerde. Dit was beter dan gemiddeld in de ontwikkelde landen, maar voor de Verenigde Staten betekende dit het eerste jaar met economische krimp sinds Het omslagpunt werd vooral ingezet door overheidsingrijpen en beleidsmaatregelen, maar in het vierde kwartaal namen de bedrijfsinvesteringen en de consumptie toe. Ook het producentenvertrouwen liet een toename zien, terwijl het consumentenvertrouwen net als de woningmarkt bleef steken op een laag niveau. De hoge werkloosheid (1%) en de stroeve kredietverlening zijn factoren die het herstel remmen. Bovendien is mede door het overheidsingrijpen het begrotingstekort opgelopen tot 11%, het hoogste tekort sinds de Tweede Wereldoorlog. Net als de budgettaire maatregelen zal dit tekort weer genormaliseerd moeten worden. In Azië werd ondanks de wereldwijde recessie een economische groei gehaald van 5,25%. Vooral China droeg hieraan bij, maar ook India en Indonesië behaalden over 29 een gezonde economische groei. In Azië was een grote spreiding te zien van de economische ontwikkeling tussen de landen. Zo nam de economie van Japan met meer dan 5% af. Niettemin vond het herstel in Japan, mede door de ontwikkelingen in de rest van Azië, al eerder plaats dan in de Verenigde Staten en Europa. Europa werd hard geraakt door de recessie. Over geheel 29 daalde het bruto binnenlands product met 4%. Sinds het derde kwartaal van 29 was de recessie officieel voorbij, maar ook hier waren grote verschillen tussen landen te zien. Zo steeg de economie van Frankrijk en Duitsland al sinds het tweede kwartaal, terwijl Griekenland en Spanje in het vierde kwartaal nog in een recessie zaten. In Europa is een duidelijke stagnatie van de huizen- Figuur 1 Mutaties BBP (%) en de gemiddelde werkloze beroepsbevolking tussen 21 en 29 (bron: CBS). Voor 21 en 211 betreft het prognoses op basis van cijfers van het CPB Volumemutaties BBP t.o.v. het jaar ervoor werkloze beroepsbevolking (x 1.) 4 3,4 3, ,9,1,3 2, , De tekst in dit hoofdstuk is gebaseerd op het Centraal Economisch Plan 21 van het CPB, het jaarverslag 29 van DNB, overzichtsartikelen uit ESB en publicaties van de OECD en de Wereldbank. 1 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29

13 markt waar te nemen en verloopt de kredietverlening moeizaam. Dit komt enerzijds door een verminderde vraag naar krediet van de voorzichtiger geworden huishoudens en anderzijds doordat banken voorzichtiger zijn geworden met het verstrekken van krediet. De overheidsmaatregelen tegen de crisis waren een belangrijke factor in het omslaan van de conjuncturele neergang in een opwaartse trend, maar leidden ook tot grote overheidstekorten. Deze liepen op van 2% in 28 tot 6% in 29. Vanwege het stabiliteits- en groeipact mag dit niet te lang doorgaan en zullen de maatregelen afgebouwd, stopgezet of zelfs teruggedraaid moeten worden. Als het economische herstel door wil zetten, moet het dan zijn overgenomen door de consumptie en de investeringen. 2.2 De Nederlandse economie De Nederlandse economie noteerde in 29 een recordkrimp van 4%. Niettemin was in het derde en vierde kwartaal van 29 al weer een opwaartse trend te zien, waardoor de recessie lijkt te kunnen worden gekarakteriseerd als kort maar krachtig. De groei werd echter vooral gedreven door de genomen overheidsmaatregelen en door de weer aantrekkende wereldhandel, die werd aangedreven door het herstel in Azië. In die zin was nog geen sprake van echte herstelgroei, omdat de binnenlandse bestedingen en de investeringen achterbleven. Voor 21 verwacht het Centraal Planbureau (CPB) een doorgaand economisch herstel. Het herstel is echter pril en staat nog onder druk. Export is een belangrijke determinant in de economische groei van de Nederlandse economie. Als de groei van de wereldhandel in 21 afzwakt, zal dit dan ook navenant negatief doorwerken op de Nederlandse economische groei. Bovendien moet de overheid maatregelen nemen om het overheidstekort terug te dringen, wat is opgelopen tot boven de normen van het stabiliteits- en groeipact. Naast het terugdringen van het tekort, zal ook het ruime budgettaire beleid moeten worden teruggedraaid en zullen de stimuleringsmaatregelen worden afgebouwd. Dit wordt bemoeilijkt doordat de recessie heeft geleid tot minder belastinginkomsten en meer overheidsuitgaven. Het verdergaande economische herstel is dan ook afhankelijk van het aantrekken van de consumptie en de investeringen. Ondanks de economische teruggang, liep de werkloosheid in Nederland minder sterk op dan in andere landen. Wel verwacht het CPB een verdere stijging tot 6,5% van de beroepsbevolking in 21 en 211. Een belangrijke factor hierin was de flexibele arbeidsmarkt met relatief veel zzp ers. Bovendien hadden bedrijven buffers opgebouwd met in het verleden behaalde winsten, waardoor ze personeel langer konden aanhouden. Wegens de krappe markt voor geschoolde werknemers, kozen veel bedrijven ervoor personeel aan te houden, ondanks de vraaguitval. De inflatie is door de economische terugval laag gebleven en was over heel 29 gemeten 1,2%. 2.3 Beleggingen De aandelenmarkt begon in 29 met een zeer lage koers. Door de kredietcrisis waren de koersen in 28 zeer sterk teruggelopen. Zo was de AEX meer dan gehalveerd en zat op het niveau van halverwege de jaren 9 uit de vorige eeuw. In maart 29 werd het dieptepunt bereikt, waarna de beurskoersen weer snel opliepen. Het herstel verliep redelijk stabiel, wat te zien is aan de afname van de volatiliteit van de koersen. Al met al steeg de AEX in 29 met 36%. Wereldwijd was het beeld ongeveer hetzelfde, wat te zien is aan de ontwikkeling van de MSCI. Verzekeraars beleggen een relatief klein deel van hun activa in aandelen, onder andere om het risico op grote verliezen te verminderen en daarmee de Figuur 2 Beurskoersen AEX (linker-as) en MSCI (rechter-as) in 29 AEX MSCI jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 11

14 continuïteit van de bedrijfsvoering te waarborgen. Zodoende bestaat het grootste deel van beleggingen van verzekeraars uit vastrentende waarden, zoals staats- en bedrijfsobligaties, vorderingen uit (hypothecaire) leningen en vastgoed. De rendementen van deze vastrentende waarden hangen onder andere af van de kapitaalmarktrente en de opslagen voor het kredietrisico (credit spreads). De kapitaalmarktrente is voor verzekeraars op de lange termijn dan ook een belangrijke determinant van de beleggingsopbrengsten. Een stijging van de kapitaalmarktrente heeft immers een negatief effect op de obligatiekoersen, maar vergroot (op de langere termijn) wel weer de beleggingsopbrengsten. Daardoor laten de beleggingsrendementen van verzekeraars weliswaar schommelingen zien, maar deze zijn vergeleken met de beursontwikkelingen veel meer gedempt. Dit beeld wordt weergegeven met de ontwikkeling van de zogenaamde u-rendementen 4. Het u-rendement werd in 1995 geïntroduceerd als maatstaf om de rendementen op beleggingen te bepalen. Voor 29 zien we een gestaag afnemende trend. Figuur 3 Ultimo maandelijks u-rendement 29 (%) 4, niet alleen de opbrengsten, maar ook de verplichtingen van de verzekeraar. De ontwikkeling van de solvabiliteit (zie kader solvabiliteit ) laat zien dat de verplichtingen minder hard zijn gestegen dan de bezittingen, waardoor de financiële positie van verzekeraars is verbeterd. 2.4 De verzekeringsmarkt in 29 Ook verzekeraars hadden te maken met de neergaande economie in het begin van 29 en het aantrekkende herstel dat daarna inzette. Omdat de rente en de beurskoersen meebewegen met de conjunctuur en levensverzekeraars voor een groot deel van hun resultaat hiervan afhankelijk zijn, werken deze schommelingen vooral sterk door in de sector Leven. Schadeverzekeraars zijn vooral afhankelijk van incidenten en overheidsbeleid en zijn daardoor grotendeels ongevoelig voor macro-economische conjunctuurschommelingen. Verder was eerder al gebleken dat de verzekeringssector veerkrachtig en gezond genoeg was om de kredietcrisis te doorstaan, al hebben de enkele verzekeraars die in 28 een beroep deden op steun van de staat, deze in 29 nog niet geheel terugbetaald. De solvabiliteit stond weliswaar onder druk, maar is in 29 duidelijk gestegen (zie kader solvabiliteit ). 3,5 3, januari december Naast de hoge beleggingsopbrengsten in 29, behaalden verzekeraars nog extra opbrengsten op staatsobligaties. Door het economische herstel nam het vertrouwen van beleggers toe. Hierdoor daalde het kredietrisico (de credit spreads) en steeg de waarde van staatsobligaties, wat de beleggingsopbrengsten van verzekeraars een extra impuls gaf. Uiteraard beïnvloeden de rente en de beurskoersen Door het aantrekkende herstel is het gevaar voor de verzekeringssector vooralsnog verder verminderd. Dit betekent uiteraard niet dat er geen risicofactoren zijn. Zo is de schokbestendigheid van de financiële sector afgenomen door de afname van de financiële buffers. Verder moet rekening worden gehouden met het afbouwen of terugdraaien van de monetaire en budgettaire overheidsmaatregelen en eventuele extra maatregelen om het overheidstekort terug te dringen. Ook de situatie in Griekenland, Italië, Ierland, Portugal en Spanje vormt een risico voor de financiële sector, omdat dit invloed kan hebben op de koers van de euro, de rentestand of zelfs de monetaire stabiliteit. Daarnaast is het stroeve verloop van de kredietverstrekking een punt van zorg. Niettemin heeft de verzekeringssector al eerder laten zien voldoende stabilisatoren en risicomitigerende maatregelen te hebben genomen om een crisis die voortkomt uit één van deze risicofactoren, het hoofd te kunnen bieden. 4 Het u-rendement is een rendementsmaatstaf die maandelijks wordt gepubliceerd door het CVS. De hoogte van het u-rendement is gebaseerd op het effectief rendement van alle staatsleningen (guldens- en euro-obligatieleningen) die voldoen aan een aantal specifieke criteria. 12 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29

15 Solvabiliteit De aan DNB gerapporteerde solvabiliteitsratio geeft inzicht in de mate waarin een verzekeraar in staat is om zijn (toekomstige) verplichtingen na te komen. De ratio wordt verkregen door de aanwezige solvabiliteit te delen door de vereiste solvabiliteit, waarbij de vereiste solvabiliteit een wettelijk voorgeschreven veiligheidsmarge is en de aanwezige solvabiliteit de middelen die de verzekeraar als buffer aanhoudt. De marge hoort groter te zijn dan 1% en ligt hier in de praktijk ruim boven. De kredietcrisis zorgde er echter voor dat de ratio in 28 daalde. Het effect werd versterkt doordat verzekeraars zelf ook al waren begonnen met het verlagen van de buffer, omdat de marge in de periode voor 28 zeer hoog was. Niettemin bleef de solvabiliteitratio boven de 2%, meer dan tweemaal de vereiste hoeveelheid. In 29 is de ratio weer gestegen, wat duidelijk maakt dat de solvabiliteitsratio weliswaar onder druk stond, maar dat de afname ongevaarlijk was. De afname demonstreerde feitelijk dat het buffermechanisme precies doet waarvoor het is ontworpen. Figuur 4 Solvabiliteit verzekeraars (bron: DNB) % 3% 2% 1% % Schade & Zorg Leven Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 13

16 3 Levensverzekeringen - Resultaat positief - Premievolume neemt af - Aandeel beleggingsverzekeringen neemt af - Nieuwe productie individueel daalt sterk 3.1 Algemeen Voor de levensverzekeringsbranche was 28 een historisch dieptepunt met een resultaat van -23%. In 29 slaat het resultaat weer om in een plus, maar de omzet daalt van 26,4 miljard euro in 28 naar 24,3 miljard in 29. De gevolgen van de discussie over beleggingsverzekeringen en de kredietcrisis werken nog steeds door en de concurrentie van banken neemt toe. Hierdoor vermindert in het bijzonder de vraag naar vermogensopbouwende levensverzekeringen. De beleggingsopbrengsten namen in 29 fors toe, waardoor het resultaat ondanks de premiedaling weer positief wordt en uitkomt op 6% van de verdiende premie. Het dieptepunt van 28 is hiermee voor wat betreft het resultaat verleden tijd, maar de premie weerspiegelt deze ontwikkeling niet. Figuur 5 Technisch resultaat Leven in procenten van de verdiende premie Weinig interesse in levensloopregeling Nederlandse consumenten hebben nog steeds weinig interesse in de levensloopregeling. In het beginjaar van de levensloopregeling, 26, gaf 7% van de consumenten aan een dergelijke regeling (levensloopverzekering of -rekening) te hebben afgesloten. Eind 27 en 28 was dit aandeel gestegen naar 9%. Begin dit jaar gaf 7% van de consumenten aan een levensloopregeling te hebben lopen. Hoewel het aandeel levensloopconsumenten dit jaar lager is dan in de voorgaande jaren is de daling niet statistisch significant. Overigens kunnen de hogere percentages van voorgaande jaren veroorzaakt worden doordat de begrippen spaarloon en levensloop niet helder zijn voor de consument. Consumenten die hebben aangegeven deel te nemen aan de levensloopregeling, doen dit vooral omdat ze eerder willen stoppen met werken. Ook de fiscale aantrekkelijkheid van de regeling is voor ruim een kwart van de consumenten een reden geweest om deel te nemen aan de levensloopregeling. Figuur 6 Antwoorden op de vraag: waarom heeft u een levensloopregeling (maximaal 3 antwoorden mogelijk)? (percentage) Prepensioen Fiscaal aantrekkelijk Op advies van de werkgever Ouderschapsverlof Zorgverlof Wereldreis Studieverlof Anders, namelijk... Weet niet Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29

17 Figuur 7 Premievolume individueel in miljarden euro s periodieke premie koopsom APE 12 9,7 9,7 9,8 9,8 9,4 1,5 1,5 1,6 1,6 1, 8 7,8 7,8 7,8 7,6 5, Individueel Na een periode van ongeveer vijf jaar waarin het premievolume van individuele levensverzekeringen met een steeds lager percentage groeide, nam het premievolume in 28 voor het eerst af. In 29 zet deze trend zich voort met een afname van het premievolume van ruim 12% (2,2 miljard euro). Het beeld van afnemende omzet wordt zelfs weerspiegeld bij relatief nieuwe producten zoals de levensloopregeling (zie kader). De onderverdeling van het premievolume naar periodiek en koopsom was jarenlang stabiel bij de individuele verzekeringen. Circa 55% van het premievolume werd voldaan door middel van periodieke premie, de overige 45% via eenmalige stortingen (koopsom). Deze situatie is in 29 drastisch gewijzigd, omdat de afname van het premievolume in 29 vooral bij de koopsommen optreedt. Hierdoor is het aandeel van de periodieke premie 62% tegen 38% koopsommen. Dit beeld is consistent met de gevolgen van een recessie, waardoor mensen minder geld over hebben voor een koopsom en de premie in koopsommen dus afneemt. Daarnaast neemt de koopsomproductie van direct ingaande lijfrenten mogelijk verder af. Vanwege aanpassingen in het fiscale beleid in het verleden zullen namelijk steeds minder grote kapitalen beschikbaar komen. Het premievolume van de traditionele levensverzekeringen (in geld in plaats van beleggingen) is 9,8 miljard euro, het premievolume van de verzekeringen in beleggingseenheden bedraagt 5,4 miljard euro. De afname van het premievolume ten opzichte van 28 is procentueel gezien het sterkst bij de traditionele verzekeringen. Deze nemen met 16% af, terwijl de beleggingsverzekeringen met 6% afnemen. Ook dit weerspiegelt de afname van de koopsomproductie van direct ingaande lijfrenten. Het aandeel traditionele verzekeringen binnen het totaal is hiermee dus enigszins gedaald, van 67% in 28 tot 64% in Productie individueel Vanaf de tweede helft van 28 daalde de productie van individuele levensverzekeringen door de kredietcrisis en de daarop volgende economische recessie. Figuur 8 Verschil tussen productiepremie van nieuwe individuele levensverzekeringen in 29 en 28 per maand in miljoenen euro s J F M A M J J A S O N D Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 15

18 Figuur 9 Aantal nieuwe individuele levensverzekeringen aantal nieuwe polissen (miljoenen) 2, 1,6 1,2,8,4, Deze daling zet zich voort in het hele jaar 29. De productie blijft in alle maanden van het jaar 29 achter ten opzichte van dezelfde maand een jaar eerder en dat terwijl de tweede helft van 28 al een aanzienlijke daling ten opzichte van 27 had getoond. De productiepremie (het premietotaal van de nieuw afgesloten verzekeringen) neemt met 26% af van 7,1 miljard euro in 28 tot 5,3 miljard in 29. De verkoop van het aantal individuele polissen vertoont dezelfde ontwikkeling als de productiepremie. Alle maanden binnen het jaar 29 laten een lagere verkoop van het aantal polissen zien in vergelijking met dezelfde periode van het jaar daarvoor. De verkoop van het aantal nieuwe polissen is over geheel 29 met 14% gedaald van 1,1 miljoen stuks tot,9 miljoen stuks. De daling van het aantal polissen is zowel binnen de beleggingsverzekeringen als de traditionele verzekeringen terug te zien. De daling bij beleggingsverzekeringen is het sterkst, het aantal polissen neemt daar met 54% af van 168. polissen in 28 tot 77. polissen in 29. De verkoop bij traditionele verzekeringen neemt met 6% af van 899. polissen tot 843. polissen. Doordat de daling in de verkoop van het aantal beleggingsverzekeringen sterker is dan de daling in de verkoop van traditionele verzekeringen, is het aandeel beleggingsverzekeringen in de totale productie van nieuwe individuele levensverzekeringen verder gedaald. In 26 was nog een derde van de nieuwe producten een beleggingsverzekering. Door de discussie over de beleggingsverzekeringen, de slechte beursresultaten en de kredietcrisis is het aandeel beleggingsverzekeringen in het totale aantal nieuwe polissen gedaald tot 21% in 27, vervolgens tot 16% in 28 en ten slotte tot 8% in 29. De daling binnen verschillende productgroepen varieert sterk. De sterkste daling in het aantal verzekeringen vindt plaats bij Spaarverzekering. Het aantal polissen neemt met 42% af tot 5. polissen in 29. De productiepremie is iets minder afgenomen, van,8 miljard euro tot,5 miljard (37%). De kleinste daling bevindt zich bij de productgroep Levenslang bij overlijden. Deze neemt licht af met 3% en komt op een totaal aantal polissen van 379. in 29. De daling bij de beleggingsverzekeringen is het grootst binnen de beleggingshypotheken. Die dalen met 71% tot 19. polissen in 29. Daar waar de hypotheek gerelateerde beleggingsverzekeringen terrein verliezen, worden traditionele hypotheekverzekeringen juist meer verkocht. De traditionele hypotheekverzekeringen groeien dan ook met 27% naar 12. polissen. Per saldo is het aantal nieuwe hypothecaire verzekeringen in 29 17% lager dan het jaar ervoor; het saldo gaat van 146. polissen in 28 tot 121. polissen in 29. Deze daling kan onder andere worden verklaard door de forse terugloop van de woningmarkt als gevolg van de economische recessie. Het aantal verkochte woningen is, volgens gegevens van het kadaster, in 29 3% lager dan in 28. Niet alleen werden minder woningen verkocht, maar de verkochte woningen zijn ook goedkoper dan voorheen. Gemiddeld gingen de woningen in 28 voor 255. euro van de hand. In het jaar 29 is dit 238. euro; een daling van bijna 7%. De omzet van de nieuwe productie van verzekeringen is door het volume en het prijseffect op de woningmarkt dan ook harder gedaald dan het aantal en gaat van,5 miljard euro in 28 tot,3 miljard euro in 29. Een afname van 35%. De totale productie van de periodieke premiebetalende verzekeringen daalt in 29 sterk, met 35% tot 1, miljard euro. De premie-inkomsten van koopsompolissen zijn minder sterk gedaald, hoewel daar ook een aanzienlijke daling van de premie-inkomsten is te bemerken van 24% tot 4,3 miljard euro. De APE (Annualised Premium Equivalent, oftewel de gestandaardiseerde productie) van 29 bereikt met 1,4 miljard euro een dieptepunt. De APE is het totaal van de periodieke premie vermeerderd met 1% van de koopsompremie, en geeft de kwaliteit van de productie weer. In de afgelopen vijf jaar was de APE in 26 het hoogst, met een productie van 2,5 miljard euro. Net als in 28 zijn de verzekeringen die tegen periodieke premie worden afgesloten voor meer dan de helft beleggingsverzekeringen, al wordt het verschil kleiner, namelijk 51% tegen 49% traditionele verzekeringen. Zoals we eerder vermeldden, is de productie van beleggingsverzekeringen fors gedaald. Deze daling heeft echter niet tot gevolg dat ook de verhouding tussen beleggingsverzekeringen en traditionele verzekeringen bij de koopsompolissen en bij de polissen tegen een periodieke premie sterk is veranderd. De verhouding tussen beleggingsverzekerin- 16 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29

19 Banksparen Vanaf 1 januari 28 hebben consumenten de mogelijkheid om fiscaal gefaciliteerd te sparen bij banken. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft cijfers gepubliceerd over het totaal aantal en het opgespaarde tegoed op rekeningen per ultimo 29 over de bankspaarproducten bedoeld voor pensioenopbouw, pensioenuitkering en hypotheek. In de verzekeringsmarkt is dit vergelijkbaar met de uitgestelde lijfrente, direct ingaande lijfrente en hypotheek, al is het extra toegevoegde saldo aan bankrekeningen niet direct te vergelijken met nieuwe productie van verzekeraars. Eind 29 hebben Nederlandse consumenten 2,4 miljard euro op 237. bankspaarrekeningen staan. Eind 28 stond er,6 miljard euro op de rekeningen. Om het cijfer te vergelijken met de nieuwe productie van verzekeraars, moeten we het saldo van 29 corrigeren voor het reeds in 28 gestorte vermogen en de nieuwe stortingen op de in 28 geopende rekeningen. Stel dat het bedrag dat in 28 is gespaard ook weer in 29 wordt gespaard, dan is het saldo dat op nieuwe bankspaarrekeningen in 29 wordt gespaard het totale saldo van 29 minus tweemaal het saldo uit 28. Hiermee komen we uit op een inleg van 1,2 miljard euro. We kunnen ervan uitgaan dat dit een overschatting is, omdat over 28 veelal geen compleet jaar zal zijn gespaard. Niettemin kan deze inleg min of meer worden vergeleken met de premie-inkomsten van verzekeraars op nieuwe individuele uitgestelde lijfrente, direct ingaande lijfrente en hypotheek gerelateerde levensverzekeringen van 4,1 miljard euro. In totaal is er dus ruim vijf miljard euro gefaciliteerd gespaard, waarvan minimaal driekwart bij verzekeraars. In 28 was ongeveer 9% van bijna zes miljard gefaciliteerd door verzekeraars, waardoor enerzijds substitutie naar meer bankspaarproducten en anderzijds een daling binnen de totale markt zichtbaar is. Zowel bij verzekeraars als banken wordt het grootste deel van het aantal gevormd door polissen/spaarrekeningen voor de woning. Bij verzekeraars is het aantal polissen voor een direct ingaande lijfrente ongeveer net zo groot als de polissen voor uitgestelde lijfrente. Bij banksparen betreft het daarentegen vaker pensioenopbouw dan pensioenuitkering. Figuur 1 Verdeling van aantal polissen en bankspaarrekeningen voor de opbouw van pensioen (uitgestelde lijfrente), pensioenuitkering (direct ingaande lijfrente) en woning (hypotheek) bij banken en verzekeraars, 29 (bron: CVS en CBS) 1% Pensioenopbouw Pensioenuitkering Woning 8% % 4% % % Banksparen Individuele levensverzekering Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29 17

20 Figuur 11 Nieuwe productiepremie in periodieke premie, koopsommen en APE in miljarden euro s periodieke premie koopsom APE 8 6 5,9 6,1 5,7 5,7 4,3 4 2,5 2 1,8 1,6 1,5 1,5 1, 2,2 2, 2, 1, Figuur 12 Aandeel beleggingsverzekeringen/verzekeringen in geld in productiepremie tegen periodieke premie of koopsompremie in 29 periodieke premie geld 49% koopsom beleggingen 51% geld 94% beleggingen 6% gen en traditionele verzekeringen is bij verzekeringen tegen een periodieke premie licht veranderd. Het aandeel beleggingsverzekeringen is met twee procentpunten afgenomen. Bij de koopsommen is het aandeel beleggingsverzekeringen met één procentpunt afgenomen. 3.4 Collectief Het premie-inkomen van de collectieve levensverzekeringen is in 29 min of meer gelijk gebleven aan dat van 28. De krimp die we bij de individuele verzekeringen zien, blijft hier dus achterwege, maar het is voor het eerst sinds 25 dat geen sprake is van groei. Binnen de waarderingsvormen is wel verschil in ontwikkeling te zien. Zo nemen de collectieve verzekeringen in beleggingen toe met 6,5%, tot 4,7 miljard euro, terwijl de collectieve verzekeringen in geld met bijna hetzelfde percentage afnemen tot 4,4 miljard euro. Hierdoor is het aandeel traditionele verzekeringen gedaald tot 48%, waar het in 28 nog net iets meer was dan de helft (51%). Ook bij de collectieve verzekeringen zien we een afname van de koopsommen. Lage dekkingsgraden van pensioenfondsen beperken begin 29 de overdrachtsmogelijkheden van pensioencontracten naar verzekeraars. Dit lijkt ook de oorzaak van de vermindering van het aantal grote overnamekoopsommen, waardoor het premie-inkomen in 29 afneemt. De periodieke premie neemt toe. Dit beeld is echter vertekend. Ongeveer de helft van het verschil wordt veroorzaakt doordat door fusie en overname de cijfers in 28 niet volledig zijn geadministreerd. De APE, die de kwaliteit van de verzekeringen weergeeft, neemt hierdoor toe. Het aandeel van het premie-inkomen dat via periodieke premie wordt voldaan, neemt hierdoor toe van 43% in 28 naar 51% in 29. Figuur 13 Premievolume collectief in miljarden euro s periodieke premie koopsom APE ,8 3,7 3,9 3,9 4,7 3,6 4,5 4,8 5,2 4,4 4,2 4,1 4,4 4,5 5, * * * 29 * 28 incompleet. 18 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 29

Kerncijfers verzekeren in Nederland. september 2011

Kerncijfers verzekeren in Nederland. september 2011 Kerncijfers verzekeren in Nederland september 2011 Nederlandse verzekeraars hebben in 2010: een premieomzet van 78 miljard euro, 70 miljard euro aan personen en bedrijven uitgekeerd, een winst geboekt

Nadere informatie

Kerncijfers verzekeren in Nederland. augustus 2012

Kerncijfers verzekeren in Nederland. augustus 2012 Kerncijfers verzekeren in Nederland augustus 2012 Nederlandse verzekeraars hebben in 2011: dagelijks gemiddeld 197 miljoen euro uitgekeerd aan personen en bedrijven, 79 miljard euro aan premies ontvangen,

Nadere informatie

Jaarcijfers 2012. 6 maart 2013

Jaarcijfers 2012. 6 maart 2013 Jaarcijfers 2012 6 maart 2013 Overzicht Klantbelang gediend met stevig financieel fundament Resultaat 255 miljoen Dividendvoorstel 88 miljoen Solvabiliteit 293% Kosten verder verlaagd met 6% Eigen Vermogen

Nadere informatie

Kerncijfers verzekeren in Nederland. september 2014

Kerncijfers verzekeren in Nederland. september 2014 Kerncijfers verzekeren in Nederland september 2014 In 2013 hebben Nederlandse verzekeraars: dagelijks gemiddeld zo n 200 miljoen euro uitgekeerd aan personen en bedrijven; 75 miljard euro aan premies ontvangen;

Nadere informatie

KERNCIJFERS VERZEKEREN IN NEDERLAND. december 2016

KERNCIJFERS VERZEKEREN IN NEDERLAND. december 2016 KERNCIJFERS VERZEKEREN IN NEDERLAND december 2016 1 IN 2015 HEBBEN NEDERLANDSE VERZEKERAARS: Dagelijks gemiddeld zo n 200 miljoen euro uitgekeerd aan personen en bedrijven > p. 3 47.000 mensen in dienst

Nadere informatie

Herstel van de verzekeringsbranche in 2003

Herstel van de verzekeringsbranche in 2003 Herstel van de verzekeringsbranche in 2003 Uit voorlopige cijfers 1 van de Pensioen- & Verzekeringskamer (PVK) blijkt dat de verzekeringsbranche na een moeizame periode (vanaf 1999) zich enigszins hersteld

Nadere informatie

Welkom Perspresentatie jaarcijfers ASR 2011

Welkom Perspresentatie jaarcijfers ASR 2011 Welkom Perspresentatie jaarcijfers ASR 2011 Jos Baeten, voorzitter Raad van Bestuur Roel Wijmenga, CFO 29 februari 2012 ASR in 2011 Resultaat 212 miljoen Dividendvoorstel 71 miljoen Solvabiliteit naar

Nadere informatie

Overzicht van ontwikkelingen in de Nederlandse verzekeringsmarkt 2008-2015. November 2015

Overzicht van ontwikkelingen in de Nederlandse verzekeringsmarkt 2008-2015. November 2015 Overzicht van ontwikkelingen in de Nederlandse verzekeringsmarkt 28-215 November 215 VERZEKERINGSBRANCHE 214 MARKT 74 mrd 75 mrd Premie-inkomsten TRENDS Digitalisering en verouderde IT-systemen Verzadigde

Nadere informatie

Netto resultaat H1 163 miljoen Actieve benadering klanten beleggingsverzekeringen in volle gang

Netto resultaat H1 163 miljoen Actieve benadering klanten beleggingsverzekeringen in volle gang Netto resultaat H1 163 miljoen Actieve benadering klanten beleggingsverzekeringen in volle gang Toelichting op de halfjaarcijfers 2011 door: Jos Baeten, Voorzitter Raad van Bestuur Roel Wijmenga, CFO Ontwikkelingen

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 1 Bijlage II Overall conclusie De Nederlandse economie groeit naar verwachting met 1¾% in 1 en met 1½% in 11. De toename van het bbp komt bijna volledig voor

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2014

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2014 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 214 Vertrouwelijk 1 Alleen voor intern gebruik Voorwoord Voor u ligt het Financieel jaarverslag met daarin de belangrijkste resultaten van de verzekeringsbranche

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2014 129,5%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 31 maart 2014. Over de eerste zes maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 11 Voorwoord Voor u ligt het Financieel jaarverslag met daarin de belangrijkste resultaten van de verzekeringsbranche over 11. Een verslag met cijfers, maar

Nadere informatie

jul/09 mei/09 jun/09 sep/09 sep/08 jan/09 feb/09 mrt/09 jun/09 aug/09 sep/09 aug/09

jul/09 mei/09 jun/09 sep/09 sep/08 jan/09 feb/09 mrt/09 jun/09 aug/09 sep/09 aug/09 HAAGSE MONITOR ECONOMISCHE RECESSIE 7 Deze monitor geeft zowel prognoses als gerealiseerde cijfers weer. Het vaststellen van gerealiseerde cijfers kost tijd, maar worden, zodra deze bekend zijn, in de

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van 16.893 miljoen naar 17.810 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van 16.893 miljoen naar 17.810 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2014 130,4%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 30 juni 2014. Over de eerste negen maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2007. Verbond van Verzekeraars

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2007. Verbond van Verzekeraars 3,87 396 1,2 9 396,82 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 27 Verbond van Verzekeraars Voorwoord Voor u ligt het Financieel jaarverslag met de belangrijkste resultaten van de verzekeringsbranche

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2012

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2012 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 1 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 1 Vertrouwelijk 1 Alleen voor intern gebruik Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 1 Financieel jaarverslag

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Kwartaalbericht 2013 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2013 122,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015 Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Dekkingsgraad: 111,5% Beleidsdekkingsgraad: 112,6% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2014: 27,6%

Nadere informatie

Het waren weekjes weer wel: 38 en 39

Het waren weekjes weer wel: 38 en 39 aug. okt. dec. feb. april juni aug. aug. okt. dec. feb. april juni aug. aug. okt. dec. feb. april juni aug. Het waren weekjes weer wel: 38 en 39. De nieuwe macrocijfers.5..5. -.5 -. -.5 -. -.5 % -.6 -.6.

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2008. Verbond van Verzekeraars

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2008. Verbond van Verzekeraars Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 28 Verbond van Verzekeraars Voorwoord Voor u ligt het Financieel jaarverslag van de verzekeringsbranche met de belangrijkste resultaten over 28. Vanwege de kredietcrisis

Nadere informatie

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2013 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog Publicatiedatum CBS-website Centraal Bureau voor de Statistiek 9 december 25 Beleggingen institutionele beleggers in 24 met 8,1 procent omhoog drs. J.L. Gebraad Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

Persbericht. Huishoudens verliezen koopkracht in Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Huishoudens verliezen koopkracht in Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-112 15 juli 2004 9.30 uur Huishoudens verliezen koopkracht in 2003 In 2003 is het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens voor het eerst in tien jaar

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 8 Overall conclusie De kredietcrisis zorgt voor een terugval van de economische bedrijvigheid in Nederland die sinds het begin van de jaren tachtig niet is voorgekomen.

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni 2015 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015 De maand dekkingsgraad ultimo juni is sterk gestegen t.o.v eind maart De beleidsdekkingsgraad is gedaald van

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2013

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2013 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 213 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 213 Vertrouwelijk 1 Alleen voor intern gebruik Voorwoord Voor u ligt het Financieel jaarverslag met daarin de

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal 2017-1 oktober 2017 t/m 31 december 2017 Samenvatting: De (12 maands)beleidsdekkingsgraad is gestegen van 112,7% eind september 2017 naar 115,3%

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model

Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model 1. Opbouw van de AV-lijn A. Relatie tussen reële bbp en rente Fragment: Belgische glansprestatie (Tijd, 31/12/2004) Bestedingen De consumptie van de gezinnen groeide

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind maart 2017 is 112,6% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

Visie op 2010 Hoop op herstel

Visie op 2010 Hoop op herstel Visie op 21 Hoop op herstel Dr. A.E. (Annelies) Hogenbirk 15 december 29 Rabobank Economisch Onderzoek Agenda Terugblik op de recessie Mondiale economische ontwikkelingen Groene loten Waar zit de groei?

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2017-1 april 2017 t/m 30 juni 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind juni 2017 is 115,7% en is gestegen ten opzichte van

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015. Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015. Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is fors gestegen van 105,7% naar 115,4%. Dit komt

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2017-1 juli 2017 t/m 30 september 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind september 2017 is 117,8% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013 Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013 Gedurende het slotkwartaal van 2013 heeft de ECB ervoor gekozen om het monetaire beleid verder te verruimen. De reden hiervoor was onder meer een verrassend lage

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2016 t/m 31 maart Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2016 t/m 31 maart Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2016-1 januari 2016 t/m 31 maart 2016 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gedaald van 106,3% naar 98,1%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Michiel Verbeek, januari 2013

Michiel Verbeek, januari 2013 Michiel Verbeek, januari 2013 1 2 Eens of oneens? De bankiers zijn schuldig aan de kredietcrisis. De huidige economische crisis is het gevolg van de kredietcrisis van 2008. Als een beurshandelaar voor

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 1 BIJLAGE II Overall conclusie De Nederlandse economie groeit in 1 naar verwachting met 1¼%. Voor komend jaar wordt een groei van 1¾% voorzien. De toename van

Nadere informatie

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting DNB-dekkingsgraad 125,2% per 31 december 2012, toename van 3,6%-punt ten opzichte van 30 september 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website Beleggingsrendement

Nadere informatie

Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in 2010

Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in 2010 11 Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in John Gebraad Publicatiedatum CBS-website: 3-11-211 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer ** = nader

Nadere informatie

2009 uitzonderlijk slecht economisch jaar voor Nederland

2009 uitzonderlijk slecht economisch jaar voor Nederland 2009 uitzonderlijk slecht economisch jaar voor Nederland 02 Krimp mondiale economie in 2009 Aziatische landen als eerste uit het dal Economie eurozone krimpt nog sterker dan wereldeconomie Krimp in 2009

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014. Samenvatting: stijgende aandelen

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014. Samenvatting: stijgende aandelen Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014 Samenvatting: stijgende aandelen Nominale dekkingsgraad gestegen van 123,0% naar 123,6% Reële dekkingsgraad

Nadere informatie

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters In onze eerste nieuwsbrief nieuwe stijl willen wij terugblikken op het afgelopen kwartaal, lichten wij ons beleggingsbeleid nader toe en uiteraard geven wij onze visie op de financiële markten. Terugblik

Nadere informatie

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website. Beleggingsrendement 4,2%

Nadere informatie

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt Tussen maart en mei is het aantal mensen met een baan met gemiddeld 6 duizend per maand gestegen. De stijging is volledig aan vrouwen toe te schrijven. Het

Nadere informatie

Winstgroei en buffers ondersteunen investerings herstel

Winstgroei en buffers ondersteunen investerings herstel Na de snelle daling van de bedrijfswinsten door de kredietcrisis, is er recentelijk weer sprake van winstherstel. De crisis heeft echter geen gat geslagen in de grote financiële buffers van bedrijven.

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014. Samenvatting: dalende rente

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014. Samenvatting: dalende rente Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014 Samenvatting: dalende rente Nominale dekkingsgraad gestegen van 123,6% naar 123,7% Reële dekkingsgraad

Nadere informatie

ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN

ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN ONDERWERP PRESENTATIE IS EEN STELSELWIJZIGING IN BELANG VAN U ALS DEELNEMER? GENOEMDE ONTWIKKELINGEN / PROBLEMEN OM ONS PENSIOEN STELSEL TE WIJZIGEN 1 GEVOLGEN DEMOGRAFISCHE ONTWIKKELINGEN 2 REKENRENTE,

Nadere informatie

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Persbericht Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Hoofdpunten: Dekkingsgraad van 94% is te laag: aanvullende maatregelen nodig Beschikbaar vermogen stijgt met ruim 11 miljard Door gedaalde rente nemen

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2015 t/m 31 december Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2015 t/m 31 december Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2015-1 oktober 2015 t/m 31 december 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 103,7% naar 106,3%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

HAAGSE MONITOR RECESSIECIJFERS januari 2010

HAAGSE MONITOR RECESSIECIJFERS januari 2010 Pagina // Bijlage HAAGSE MONITOR RECESSIECIJFERS uari Deze monitor geeft zowel prognoses als gerealiseerde cijfers weer. Het vaststellen van gerealiseerde cijfers kost tijd, maar worden, zodra deze bekend

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 1 Bijlage II Onderdeel Economische groei Inflatie Producentenvertrouwen Consumptie Omzet detailhandel Consumentenvertrouwen Hypotheken Hypotheek- en kapitaalmarktrente

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 105,7% naar 110,5%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Crisismonitor Drechtsteden

Crisismonitor Drechtsteden Crisismonitor Januari 211 (cijfers t/m oktober 21) Hoe staan de er voor op de arbeidsmarkt en de woningmarkt? Dat leest u in deze zesde editie van de crisismonitor, die het OCD eens in de twee maanden

Nadere informatie

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2 Hans Langenberg In het tweede kwartaal van 2005 vond voor het eerst in twee jaar geen verdere daling plaats van het aantal banen. Ook is de werkloosheid gestabiliseerd. Wel was er een stagnatie in de toename

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 1 Voorwoord Voor u ligt het Financieel jaarverslag met de belangrijkste resultaten van de verzekeringsbranche over 1. Een verslag dat niet alleen cijfers bevat,

Nadere informatie

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008 Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008 Hoofdpunten Rendement over eerste helft 2008 is 5,1%. De dekkingsgraad is medio 2008 uitgekomen op 132%. De kredietcrisis eist zijn tol. Vooral aandelen en onroerend

Nadere informatie

Crisismonitor Drechtsteden

Crisismonitor Drechtsteden Crisismonitor juni 211 (cijfers t/m maart 211) Inhoud: 1. Werkloosheid 2. Werkloosheid naar leeftijd 3. Vacatures, bedrijven, leegstand 4. Woningmarkt Hoe staan de er voor op de arbeidsmarkt en de woningmarkt?

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen 1e kwartaal 9 Overall conclusie In de tweede helft van 8 sloeg de kredietcrisis ook in Nederland over naar de rest van de economie. De vooruitzichten voor 9 en 1 zijn in

Nadere informatie

Beleggen in het Werknemers Pensioen

Beleggen in het Werknemers Pensioen Kwartaalbericht Beleggen in het Werknemers Pensioen Het Werknemers Pensioen van a.s.r. is een moderne DC-regeling. Het kent drie lifecycles: defensief, neutraal en offensief. Alle lifecycles van het Werknemers

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2017 t/m 30 juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2017 t/m 30 juni Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede 2017-1 april 2017 t/m 30 juni 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 110,5% naar 113,6%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2 Als je moet kiezen welk plaatje je op je cijferlijst zou willen hebben,

Nadere informatie

Stabilisatie premies levensverzekeringen op eur 26 miljard

Stabilisatie premies levensverzekeringen op eur 26 miljard Stabilisatie premies levensverzekeringen op eur 2 miljard Levensverzekeraars zijn naar balanstotaal gemeten de grootste sector in de verzekeringsmarkt. Er gaat met eur 2 miljard ook een aanzienlijk bedrag

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014 Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014 Samenvatting: dalende euro en dalende rente Nominale dekkingsgraad gedaald van 117,4% naar 115,1%

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2014-1 juli 2014 t/m 30 september 2014 Nominale dekkingsgraad is gedaald van 123,1% naar 117,0% Beleggingsrendement is 1,8%, Obligaties stegen

Nadere informatie

Thermometer economische crisis

Thermometer economische crisis 9 Thermometer economische crisis oktober 20 Bestuursinformatie 07//20 gemeente Utrecht Inleiding In deze negende Thermometer economische crisis worden de recente ontwikkelingen op belangrijke gemeentelijke

Nadere informatie

Huishoudens bouwen hun effectenportefeuille af

Huishoudens bouwen hun effectenportefeuille af Huishoudens bouwen hun effectenportefeuille af Inleiding Door de opkomst van moderne informatie- en communicatietechnologieën is het voor huishoudens eenvoudiger en goedkoper geworden om de vrije besparingen,

Nadere informatie

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2012 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015 Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015 Bas Endlich Jacob Vijverberg 1 Marktontwikkelingen derde kwartaal 2015 Geen renteverhoging

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015. Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015. Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is fors gedaald van 115,4% naar 103,7%. Dit

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2012-1 april 2012 t/m ultimo juni 2012 Samenvatting: Nominale dekkingsgraad gedaald van 107,6% naar 101,9% Beleggingsrendement is 1,6%

Nadere informatie

Recente ontwikkelingen in de kredietvoorwaarden van banken

Recente ontwikkelingen in de kredietvoorwaarden van banken Recente ontwikkelingen in de kredietvoorwaarden van banken Een van de informatiebronnen voor de ecb bij het voeren van het monetaire beleid is de Bank Lending Survey, een kwalitatieve kwartaalenquête naar

Nadere informatie

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Samenvatting cijfers per 31 december 2015 Dekkingsgraad (UFR): 100,5% Beleidsdekkingsgraad: 104,4% Belegd vermogen: 19,9 miljard Rendement 4 e

Nadere informatie

Jaarlijks gemiddeld Cumulatief vanaf 1970 2008 Q2 2008 Q1 2008 Q4 2007 Q3 2007 Q2 2007 Dekkingsgraad (kwartaalultimo) 143% 137% 148% 153% 153%

Jaarlijks gemiddeld Cumulatief vanaf 1970 2008 Q2 2008 Q1 2008 Q4 2007 Q3 2007 Q2 2007 Dekkingsgraad (kwartaalultimo) 143% 137% 148% 153% 153% Kwartaalbericht 2e kwartaal 2008 Dekkingsgraad op 143% Rendement 0,2% in tweede kwartaal Belegd vermogen 86,3 miljard Klein positief resultaat in moeilijke markt In het tweede kwartaal is een totaalrendement

Nadere informatie

UIT groei en conjunctuur

UIT groei en conjunctuur Economische groei. Economische groei drukken we uit in de procentuele groei van het BBP op jaarbasis. De groei van het BBP heeft twee oorzaken. Het BBP kan groeien omdat de prijzen van producten stijgen

Nadere informatie

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Persbericht ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Hoofdpunten: Verlaging pensioen met 0,5% per 1 april 2013 definitief Mogelijk aanvullende

Nadere informatie

Werkloosheid in de Europese Unie

Werkloosheid in de Europese Unie in de Europese Unie Diana Janjetovic en Bart Nauta De werkloosheid in de Europese Unie vertoont sinds 2 als gevolg van de conjunctuur een wisselend verloop. Door de economische malaise in de jaren 21 23

Nadere informatie

Overall conclusie. Vacatures. beeld opleveren. van de economie van 3,5%, voor ,25%. De consumptie blijft naar verwachting stabiel, maar de

Overall conclusie. Vacatures. beeld opleveren. van de economie van 3,5%, voor ,25%. De consumptie blijft naar verwachting stabiel, maar de he Ontwikkelingen taal 29 Overall conclusie In de tweede helft van 28 sloeg de kredietcrisis ook in Nederland over naar de rest van de economie. De vooruitzichten voor 29 en 21 zijn in recordtempo verslechterd.

Nadere informatie

Kwartaalinzicht. Editie 10 Q2 2019

Kwartaalinzicht. Editie 10 Q2 2019 Kwartaalinzicht Editie 1 Q2 219 VFN Cijfers Tijdens de Algemene Ledenvergadering op 18 april is het jaarverslag vastgesteld. Het jaarverslag biedt inzicht in de ontwikkeling van het nieuw verstrekte krediet

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2016

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2016 216 Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 216 Vertrouwelijk 1 Alleen voor intern gebruik Voorwoord Voor u ligt het Financieel jaarverslag met daarin de belangrijkste resultaten van de verzekeringsbranche

Nadere informatie

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het jaarverslag legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Marktontwikkelingen varkenssector

Marktontwikkelingen varkenssector Marktontwikkelingen varkenssector 1. Inleiding In de deze nota wordt ingegaan op de marktontwikkelingen in de varkenssector in Nederland en de Europese Unie. Waar mogelijk wordt vooruitgeblikt op de te

Nadere informatie

Miljoenennota Helmer Vossers

Miljoenennota Helmer Vossers Helmer Vossers Helaas niet helemaal waar 8 5 1/2 2010 2011 69,5 66,0 0 1 3/4 Groei Werkloosheid Saldo 2010 Saldo 2011 Schuld 2011 (% bbp) (% beroepsbevolking) (% bbp) (% bbp) (% bbp) -4,0-6,3-5,8-5,6

Nadere informatie

Persbericht. Werkloosheid stijgt verder. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht.  Werkloosheid stijgt verder. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB03-033 19 februari 2003 9.30 uur Werkloosheid stijgt verder De werkloosheid is de afgelopen maanden verder gestegen. In de periode november 2002-januari

Nadere informatie

Crisismonitor Drechtsteden

Crisismonitor Drechtsteden Crisismonitor Oktober 2010 (cijfers t/m augustus 2010) Inhoud: 1. Werkloosheid (algemeen) 2. Werkloosheid naar leeftijd (jongeren en ouderen) 3. Vacatures, bedrijven en leegstand 4. Woningmarkt Hoe staan

Nadere informatie

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016 Kwartaalbericht 1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016 Samenvatting cijfers per 31 maart 2016 Dekkingsgraad (UFR): 97,7% Beleidsdekkingsgraad: 102,0% Belegd vermogen: 21,9 miljard Rendement 1 e kwartaal

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2015-1 januari 2015 t/m 31 maart 2015

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2015-1 januari 2015 t/m 31 maart 2015 Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2015-1 januari 2015 t/m 31 maart 2015 Samenvatting: dalende euro en dalende rente door monetair beleid De beleidsdekkingsgraad is gedaald

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2017 t/m 30 september Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2017 t/m 30 september Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Derde kwartaal 2017-1 juli 2017 t/m 30 september 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 113,6% naar 116,5%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Press release Statistics Netherlands

Press release Statistics Netherlands Press release PR00-277 8-12-2000 9:30 AM Inflation rate in November levelling out Consumer prices in November were up 3.0% on November last year. The inflation rate is therefore 0.1% lower than last month,

Nadere informatie

Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen

Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen t7 7 Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen tweede kwartaal 28 Publicatiedatum CBS-website: 8 oktober 28 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2006. Verbond van Verzekeraars

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2006. Verbond van Verzekeraars Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2006 Verbond van Verzekeraars 7 4 9 0 0 Voorwoord Voor u ligt het financieel jaarverslag met de belangrijkste resultaten van de verzekeringsbranche over 2006.

Nadere informatie

Visie op de Nederlandse economie in 2014

Visie op de Nederlandse economie in 2014 Visie op de Nederlandse economie in 2014 De economie lijkt in de tweede helft van 2013 de bodem te hebben bereikt. Het is sinds 2008 niet de eerste keer dat dit gebeurt. Na het aanvankelijke herstel gedurende

Nadere informatie

Persbericht. Werkloosheid blijft dalen in januari Centraal Bureau voor de Statistiek. Trend werkloosheid blijft dalend

Persbericht. Werkloosheid blijft dalen in januari Centraal Bureau voor de Statistiek. Trend werkloosheid blijft dalend Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB06-018 16 februari 2006 9.30 uur Werkloosheid blijft dalen in januari 2006 Nederland telde in de periode november 2005-januari 2006 gemiddeld 450 duizend

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen 3e kwartaal 8 Overall conclusie De kredietcrisis en de in het spoor daarvan vertragende wereldconjunctuur leiden ertoe dat de economische groei scherp terugvalt, tot ¼%

Nadere informatie

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2005. Verbond van Verzekeraars

Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 2005. Verbond van Verzekeraars Financieel jaarverslag verzekeringsbranche 25 Verbond van Verzekeraars Voorwoord Voor u ligt het jaarverslag met de belangrijkste resultaten van de verzekeringsbranche over 25. Een financieel verslag

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015 Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Dekkingsgraad (UFR): 108,3% Beleidsdekkingsgraad: 110,0% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2015 1 e halfjaar:

Nadere informatie