Hoofdstuk 3 Bedrijfs- en afdelingsorganisatie
|
|
- Katrien Abbink
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Hoofdstuk 3 Bedrijfs- en afdelingsorganisatie Paragraaf Afdelingsstructuur a. Noem de soorten afdelingen die in bedrijven binnen de mobiliteitsbranche gebruikelijk zijn. b. Onder welke voorwaarden zijn de in vraag 1a genoemde afdelingen tot een eenheid te laten functioneren. Paragraaf Taken (auto)werkplaats a. Noem ten minste drie taken die een (auto)werkplaats binnen de onderneming vervult en motiveer de gegeven antwoorden. Paragraaf Plaats werkplaats in de organisatie a. Noem ten minste drie doelstellingen die een (auto)werkplaats binnen de onderneming nastreeft en motiveer de gegeven antwoorden. b. Noem ten minste drie kenmerken van een (auto)werkplaats. 4. Personele bezetting a. Welke twee situaties onderscheidt men bij de bepaling van de kwantitatieve werkplaatsbezetting? b. Welke informatiebronnen kunnen we raadplegen om aan de vereiste gegevens te komen voor de berekening van het werkaanbod? Motiveer dit! c. Motiveer waarom de niet te claimen garantiewerkzaamheden en het werkplaatsonderhoud niet in de berekening van de kwantitatieve personeelsbezetting opgenomen zijn. d. Voer de berekening van voorbeeld 1 nogmaals uit maar dan voor 200 nieuwe en 300 gebruikte personenauto's. De overige gegevens blijven hetzelfde. e. Welk verschil zit er in de berekeningen van bedrijf van constante omvang en een bedrijf dat groeit of krimpt? f. Voer de berekening van voorbeeld 2 nogmaals uit maar dan voor respectievelijk 50, 100, 120, 120, 120, 120 en 120 nieuwe auto's. De overige gegevens blijven hetzelfde. g. Wat wordt bij de berekening van het personeelsbestand bedoeld met: de optimale personeelsbezetting? h. Wat wordt er onder werkorderanalyse verstaan? i. Hoe verloopt een werkorderanalyse? j. Over welke gegevens moeten we beschikken om de kwaliteit van het aangeboden werk in niveaus uit te kunnen drukken? k. Over welke gegevens moeten we beschikken om de kwaliteit van het personeel in niveaus uit te kunnen drukken? l. Wanneer we de verwerkte gegevens uit de vragen 4d en 4e grafisch uitzetten, hoe is dan de bezettingskwaliteit af te lezen? Neem hiervoor eventueel het voorbeeld uit het boek. m. Welke gegevens hebben we er nog meer bij nodig om samen met de reeds verzamelde gegevens ook de kwantitatieve personeelsbezetting te kunnen berekenen volgens de gedane steekproef? Uitgeverij Streutker Bedrijfs- en afdelingsorganisatie 1
2 Paragraaf Taken schadeherstelwerkplaats a. Omschrijf de dienstverlenende taken van de afdeling schade en de partijen aan wie de genoemde diensten verleend worden. b. Als vraag 5a, maar dan voor de schadespecialist. c. Omschrijf de taken van het uitvoerende en het direct leidinggevende personeel van de schade-afdeling. d. Geef in termen van omzet, inkoop en kosten aan hoe de dekkingsbijdrage van de schade-afdeling is opgebouwd en bijdraagt tot het resultaat van de onderneming. Paragraaf Plaats (auto)schadeherstelwerkplaats in de organisatie a. Noteer ten minste vier doelstellingen die de afdeling werkplaats dient na te streven. b. Noteer ten minste vier kenmerken van de afdeling werkplaats. c. Noteer de vijf factoren die de personele bezetting in de werkplaats bepalen. 7. Opdracht De normale productie bedraagt uur op jaarbasis. De gemiddelde arbeidsproductiviteit bedraagt uur per jaar. De verhouding tussen ondergeschikten en schademanagers is 1 : 5. a. Bereken de kwantitatieve personeelsbezetting. b. Motiveer hoe u de taakverdeling van het schademanagement zou opzetten. c. Motiveer hoe u de verdeling van de werkzaamheden van de autoschadetechnici zou opzetten. Paragraaf Taken magazijn a. Noem ten minste vier taken die in de afdeling verkoop uitgeoefend worden. Paragraaf Plaats magazijn in de organisatie a. Noem ten minste twee doelstellingen van de afdeling verkoop onderdelen. b. Noem ten minste twee kenmerken van de afdeling verkoop onderdelen. c. Noem ten minste twee factoren die de personeelsbezetting van de afdeling verkoop onderdelen bepalen. Paragraaf Taken (auto)verkoop a. Noem ten minste zes taken die in de afdeling verkoop uitgeoefend worden. Paragraaf Plaats (auto)verkoop in de organisatie a. Noem ten minste vier doelstellingen van de afdeling verkoop. b. Noem ten minste vier kenmerken van de afdeling verkoop. Uitgeverij Streutker Bedrijfs- en afdelingsorganisatie 2
3 12. Personeelsbezetting afdeling verkoop a. Noem ten minste vier factoren die de personeelsbezetting van de afdeling verkoop bepalen. b. Hoe luidt de norm voor het vaststellen van de personeelsbezetting van de afdeling verkoop voor gelijk gesitueerde bedrijven? Geef hiervoor een gemakkelijk meetbare waarde. c. Welke overwegingen spelen een rol om een verkoper aan te trekken? d. In een autobedrijf worden gemiddeld 600 nieuwe en gebruikte auto's per jaar verkocht. Een verkoper kan gemiddeld 220 auto's per jaar verkopen. Gezien grootte van het bedrijf kan de directeur/eigenaar voor 70% van een normale dagtaak als verkoopleider/verkoper optreden. Geef een advies voor de personeelsbezetting van de afdeling verkoop. Paragraaf Inleiding a. Geef ten minste drie activiteiten waaruit organiseren bestaat. b. Geef de definitie van organisatiekunde. 14. Functies, taken en werkzaamheden a. Omschrijf wat er verstaan wordt onder een functie, taken en werkzaamheden. 15. Taakverdeling a. Wat is het doel van een taakverdeling? b. Geef van elke taakverdeling (verticaal, horizontaal en functioneel) een voorbeeld van een bedrijf in de mobiliteitsbranche. c. Omschrijf wat men verstaat onder: hiërarchie, span of control, centralisatie en decentralisatie. d. Verklaar waarom bij functionele taakverdeling de ontstane functies door vakdeskundigen bezet kunnen worden en welke voor- en nadelen dit met zich mee kan brengen. 16. Eisen organisatie a. Welke 3 eisen worden er aan organisatiestructuren gesteld en motiveer de gegeven antwoorden. 17. Organisatiestructuren (organisatieschema's of organogrammen) a. Noem de organisatiestructuren die ten gevolge van de verticale, horizontale en functionele taakverdelingen ontstaan. b. Noem de kenmerken van een lijnorganisatie. c. Teken het blokschema (organogram) van een lijnorganisatie en zet in de blokken om welk soort functies het gaat en zet erbij op welk niveau deze functies uitgevoerd worden. d. Op welke twee manieren kunnen de nadelen van een lijnorganisatie verkleind worden? e. Omschrijf hoe een passerelle en laterale relatie behoren te functioneren. f. Noem de kenmerken van een functionele organisatie. g. Teken het blokschema (organogram) van een functionele organisatie en zet in de blokken om welk soort functies het gaat en zet erbij op welk niveau deze functies uitgevoerd worden. h. Noem de kenmerken van een lijn-staf-organisatie. i. Teken het blokschema (organogram) van een lijn-staf-organisatie en zet in de blokken om welk soort functies het gaat en zet erbij op welk niveau deze functies uitgevoerd worden. Uitgeverij Streutker Bedrijfs- en afdelingsorganisatie 3
4 j. Welk probleem kan er zich met een staffunctionaris voordoen, waardoor ontstaat dit probleem en hoe is dit probleem te voorkomen? k. Wat is een matrix organisatie? Teken er een. l. Welke soorten bevoegdheden onderscheiden we bij matrixorganisaties? m. Welk soort taken vallen onder functionarissen met operationele bevoegdheden? n. Welk soort taken vallen onder functionarissen met functionele bevoegdheden? o. Kunnen operationele en functionele bevoegdheden gezamenlijk bij matrixfunctionarissen gelegd worden? Motiveer het antwoord. p. Kun je ook motiveren waarom functionele bevoegdheden op het gebied van de kwaliteitszorg uitstekend door een matrixfunctionaris uitgevoerd kunnen worden? q. Welke voordelen kan een matrix-organisatie bieden? r. Motiveer of een matrixorganisatie ook voor kleine autobedrijven toe te passen is. 18. Streefmodellen a. Maak een organisatiestructuur van een klein personenwagenbedrijf en noteer de taken die iedere functionaris uitoefent. b. Maak een organisatiestructuur van een middelgroot personenwagenbedrijf en noteer de taken die iedere functionaris uitoefent. c. Geef een verklaring voor variant 2 (figuur 3.11) van het middelgrote personenwagenbedrijf. d. Maak een organisatiestructuur van een groot personenwagenbedrijf en noteer de taken die iedere functionaris uitoefent. e. Waarom kan de werkplaatschef bij de varianten 3 en 4 (figuur 3.13) van het grote personenwagenbedrijf vervallen? Paragraaf Personeelsstructuur a. Wat is een personeelsstructuur? b. Omschrijf wat men onder de personeelsstructuur verstaat. 20. Begrippen a. Welke drie factoren bepalen de capaciteit van iemand en welke elementen beïnvloeden dit? Licht dit toe door middel van een voorbeeld. b. Motiveer waarom de capaciteit bepaald wordt door de `zwakste schakel in de ketting.' c. Motiveer waarom leidinggeven, vaardigheid/gewoonten en speciale begaafdheid niet voor capaciteit aangezien kunnen worden. d. Wat verstaat men onder time span van iemand en geef daarvan een voorbeeld. e. Wat verstaat men onder capaciteitsniveau van iemand en geef daarvan een voorbeeld. Paragraaf De relatie tussen de functionaris en zijn functie a. Noem de drie soorten relaties die tussen de functionaris en zijn functie kunnen bestaan. b. Omschrijf de kenmerken bij een evenwichtsrelatie. c. Wat zijn de gevolgen bij een te hoog functieniveau? d. Hoe heeft zo'n situatie kunnen ontstaan en hoe kan deze situatie opgelost worden? e. Wat zijn de gevolgen bij een te laag functieniveau? f. Hoe heeft zo'n situatie kunnen ontstaan en hoe kan deze situatie opgelost worden? Uitgeverij Streutker Bedrijfs- en afdelingsorganisatie 4
5 22. Relatie tussen de functionarissen a. Noem de vier soorten relaties die tussen de functionaris bestaan. b. Wat is het kenmerkende van een evenwichtsrelatie. c. Waarom kunnen bij evenwichtsrelaties bekwaamheidsbotsingen ontstaan, hoe komen deze tot uiting en hoe kunnen ze opgelost worden? d. Wat is het kenmerkende van een relatie met één subniveau verschil? e. Wat is het kenmerkende van een relatie met één niveau verschil? f. Wat is het kenmerkende van een relatie met twee niveaus verschil? g. Waarom kunnen bij deze relatie een communicatiegat ontstaan, hoe komt dit tot uiting en hoe kan dit opgelost worden? Paragraaf Communicatielijnen a. Ten gevolge van verticale en horizontale taakdifferentiaties zijn er autonome functies ontstaan. Op welke wijze is dit nadeel op te heffen? b. Ten gevolge van functionele taakdifferentiaties zijn er autonome afdelingen ontstaan. Op welke wijze is dit nadeel op te heffen? Motiveer dit. 24. Eén en tweerichtingscommunicatie a. Wat verstaat men onder één- en tweerichtingscommunicatie? b. Geef van beide communicatierichtingen twee voorbeelden. c. Geef een voorbeeld in welke situatie één- dan wel tweerichtingscommunicatie toegepast zal worden. d. Omschrijf welke rol het zelfgerichte gedrag bij de tweerichtingscommunicatie kan spelen. 25. Verticale en horizontale communicatie a. Wat verstaat men onder verticale en horizontale communicatie? b. Wat verstaat men onder verticale kortsluiting? c. Wat verstaat men onder horizontale kortsluiting en waarop heeft dat betrekking? 26. Formele en informele communicatie a. Omschrijf wat men verstaat onder formele en informele communicatie. b. Geef twee voorbeelden van formele communicatie en twee voorbeelden van informele communicatie. c. Omschrijf het belang van beide communicatievormen in een onderneming. Paragraaf Mondelinge en schriftelijke communicatie a. Omschrijf de kenmerken van mondelinge communicatie. b. Omschrijf de kenmerken van schriftelijke communicatie. c. Omschrijf de kenmerken van audio-visuele communicatie. d. Geef van de in 27a, 27b en 27c genoemde communicatievormen voorbeelden die in de mobiliteitsbranche worden toegepast. e. Onder welke groepen kan in een onderneming interne communicatie plaatsvinden? Paragraaf Redenen om te vergaderen a. Geef ten minste vier redenen om een vergadering uit te schrijven. b. Wat verstaat men onder `brainstormen' en in welke stappen moet dit verlopen? Uitgeverij Streutker Bedrijfs- en afdelingsorganisatie 5
6 29. Soorten vergaderingen a. Noem ten minste twee soorten vergaderingen, omschrijf wat deze inhouden en wanneer ze worden toegepast. 30. Vergadering voorbereiden a. Welke vier stappen moet je ondernemen om een vergadering voor te bereiden? Omschrijf wat deze stappen inhoudelijk voorstellen. 31. De vergadering leiden a. Welke functie vervult de voorzitter van een vergadering en welke de secretaris? b. Noem een situatie waarin de vergadering beter door een werknemer geleid kan worden en niet door de directeur. Motiveer dit. c. Welke actiepunten moet de voorzitter afhandelen om het doel van de vergadering te kunnen bereiken? d. Op welke twee manieren kan de verslaglegging gedaan worden? Omschrijf wanneer de voorkeur naar een van beide uitgaat. e. Welke punten moeten in een verslaglegging weergegeven worden? f. Noem ten minste twee soorten besluitvormingen en geef aan wanneer deze ingezet zullen worden. 32. Kosten a. Op welke wijze kunnen we de kosten van een vergadering beperken? 33. De drie dimensies in een vergadering a. Noem de drie dimensies die tijdens een vergadering een rol spelen en omschrijf wat deze dimensies inhouden. 34. Groepsgedrag a. Welke groepsprocessen kunnen vergaderingen beïnvloeden? Motiveer dit. b. Noem ten minste drie factoren die bij taakgericht gedrag gebruikt worden. c. Noem ten minste drie factoren die bij groepsgericht gedrag gebruikt worden. d. Omschrijf het belang van groepsgericht gedrag tijdens een vergadering. e. Noem ten minste drie factoren die bij zelfgericht gedrag gebruikt worden. f. Waardoor kan zelfgericht gedrag ontstaan, wat is het negatieve effect daarvan en hoe is dit om te buigen? g. Bij de rollenpatronen die in een vergadering voorkomen, hebben we met een aantal samenhangende aspecten te maken. Noem deze, omschrijf wat ze inhouden en hoe hiermee omgegaan kan worden. Paragraaf Waarom werkoverleg? a. Noem ten minste vier voordelen van werkoverleg dat regelmatig gehouden wordt. 36. Invoeren van werkoverleg a. Welke participatieniveau bestaan er, wat houden ze in en waarom is het van belang om binnen werkoverleg hiermee op juiste wijze om te gaan? b. Welke rol speelt de leidinggevende bij het opstarten van werkoverleg? 37. Voorbereiden van werkoverleg a. Met welke aspecten heeft de leidinggevende te maken bij het voorbereiden van werkoverleg? Motiveer de antwoorden. Uitgeverij Streutker Bedrijfs- en afdelingsorganisatie 6
7 38. Spelregels a. Geef globaal weer wat de spelregels van werkoverleg zijn. 39. Onderwerpen van werkoverleg a. Noem ten minste twee onderwerpen die bij werkoverleg aan de orde kunnen komen. b. Voor welk soort onderwerpen is werkoverleg niet bedoeld? Waar horen de genoemde onderwerpen dan wel thuis? 40. Andere hulpmiddelen bij informeren en overleg a. Noem ten minste drie hulpmiddelen die ingezet kunnen worden bij informeren en overleg en geef de mogelijkheden en eventueel de onmogelijkheden ervan weer. Paragraaf Waarom regelmatig een gesprek voeren? a. Wat zijn de doelen van het periodiek houden van functionerings- en beoordelingsgesprekken? b. Noteer ten minste vier verschillen tussen het functioneringsgesprek en het beoordelingsgesprek. 42. Het invoeren van gesprekken als instrument a. Met welke actiepunten moeten we rekening houden als we functionerings- en beoordelingsgesprekken gaan invoeren. Motiveer waarom deze actiepunten belangrijk zijn. b. Wat is de reden dat er van iedere werknemer een functiebeschrijving aanwezig moet zijn? 43. Functioneringsgesprek a. Omschrijf wat een functioneringsgesprek is en welke onderwerpen daarbij aan de orde behoren te komen. b. Noem ten minste twee kenmerken van een functioneringsgesprek. c. Wat is het doel van het functioneringsgesprek? d. Hoe ziet de opbouw van een gestructureerd functioneringsgesprek er uit? 44. Beoordelingsgesprek a. Omschrijf wat een beoordelingsgesprek is en welke onderwerpen daarbij aan de orde behoren te komen. b. Wat is het doel van het beoordelingsgesprek? c. Hoe ziet de opbouw van het beoordelingsgesprek er uit? Uitgeverij Streutker Bedrijfs- en afdelingsorganisatie 7
2.2 BEDRIJFSPROCESSEN...
Module 2 Management & Organisatie ISBN 97894 92062 987 2.1 ONDERNEMING... 3 2.1.1 SOORTEN ORGANISATIE... 3 2.1.2 ONDERNEMING: WAT HET IS... 3 2.1.3 MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONDERNEMEN... 4 2.2 BEDRIJFSPROCESSEN...
Nadere informatieBeroepsvorming III Vragen & Opdrachten
Beroepsvorming III Vragen & Opdrachten ISBN 97890 74365 840 1. BEGRIPPEN... 2 2. BRANCHE- EN AANVERWANTE ORGANISATIES... 3 3. BEDRIJFS- EN AFDELINGSORGANISATIE... 4 4. WERKPLAATS- EN MAGAZIJNPROCEDURES...
Nadere informatieAutomotivebranche & Automotivebedrijven
Automotivebranche & Automotivebedrijven Vragen & Opdrachten ISBN 97894 92062 987 1 ONDERNEMING... 2 1.1 BEGRIPPEN... 2 1.2 BEDRIJF EN MAATSCHAPPIJ... 2 1.3 ECONOMISCHE KRINGLOOP... 3 1.4 ORGANISATIECULTUUR...
Nadere informatieBeroepsvorming II. Vragen & Opdrachten. Mobiliteitsbranche ISBN 97894 92062 987
Beroepsvorming II Mobiliteitsbranche Vragen & Opdrachten ISBN 97894 92062 987 1. BEGRIPPEN... 3 2. ORGANISATIESTRUCTUUR... 4 3. PERSONEELSSTRUCTUUR... 7 4. FORMELE COMMUNICATIE... 8 5. WERKPLAATS- EN MAGAZIJNPROCEDURES...
Nadere informatieOPLEIDING & ONDERNEMING...
Beroepsvorming Autotechnicus Bedrijfsautotechnicus Loopbaan & Burgerschap ISBN 97894 92062 987 OPLEIDING & ONDERNEMING... 4 1 ONDERWIJS EN BEDRIJFSLEVEN... 4 1.1 Kwalificatiedossier en L&B-document...
Nadere informatieManagement. Vragen & Opdrachten. Mobiliteitsbranche ISBN 97894 92062 987
Management Mobiliteitsbranche Vragen & Opdrachten ISBN 97894 92062 987 1. BEDRIJFSORGANISATIE... 2 2. BOUW EN INRICHTING... 6 3. LOGISTIEK... 17 4. AUTOMATISERING... 33 5. MANAGEMENT INFORMATIE SYSTEEM...
Nadere informatieORGANISATIESTRUCTUREN
MBO+ / Intermediate vocational education Raymond Reinhardt 3R Business Development raymond.reinhardt@3r-bdc.com 3R 1 M Aandachtspunten bij inrichting van organisaties: F toedeling van werkzaamheden aan
Nadere informatieHoofdstuk 6 Magazijnadministratie
Hoofdstuk 6 Magazijnadministratie Paragraaf 6.1 1. Administratie in- en uitgaande goederen a. Noem ten minste vier handelingen die bij de binnenkomst van de order worden verricht en motiveer waarom dit
Nadere informatieKlassieke scholen: de organisatie is de machine en het management de bestuurder
Samenvatting door een scholier 823 woorden 23 januari 2013 4,9 8 keer beoordeeld Vak M&O criteria organisaties onderscheiden: - grootte: omzet of aantal personeel - product of output: goederen of diensten
Nadere informatieFunctioneringsgesprekken
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Johan Talman 11 January 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/70164 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieInhoud Organisaties en soorten instellingen Kenmerken van een organisatie Profit: winst als doel Non-profit en not-for-profit: ideëel doel
IX 1 Organisaties en soorten instellingen............................................. 1 1.1 Kenmerken van een organisatie....................................................... 2 1.1.1 Definitiekwesties.......................................................................
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Antwoordmodel ORGANISATIE & MANAGEMENT MAANDAG 14 DECEMBER UUR
SPD Bedrijfsadministratie Antwoordmodel ORGANISATIE & MANAGEMENT MAANDAG 14 DECEMBER 2015 12.30-14.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Organisatie & Management Maandag 14 december 2015 B / 6 2015 NGO-ENS
Nadere informatieHoofdstuk 13 Kostensoorten
Hoofdstuk 13 Kostensoorten Paragraaf 13.1 1. Kosten zijn onder andere in te delen in kostensoorten a. Wat zijn kostensoorten? b. Welke zes kostensoorten onderscheidt men meestal? c. Waarom worden de kosten
Nadere informatieInhoud. Voorwoord 5. Inleiding 6
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Functioneren in een organisatie 9 1.1 Organisatiestructuur, functies en team 9 1.2 Functies, taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden 16 1.3 Procesgestuurde organisaties,
Nadere informatie2 Constante en variabele kosten
2 Constante en variabele kosten 2.1 Inleiding Bij het starten van een nieuw bedrijf zal de ondernemer zich onder andere de vraag stellen welke capaciteit zijn bedrijf moet hebben. Zal hij een productie/omzet
Nadere informatieDe strategische keuzes die moeten gemaakt worden zijn als volgt: Interne controle of zelfcontrole/sociale controle
1 Hoofdstuk 1 1.1 Dirigeren en coördineren p43 1.1.1 Dirigeren Dirigeren is een synoniem voor delegeren. Dirigeren houdt in dat bepaalde bevoegdheden overgedragen worden naar een persoon met een lagere
Nadere informatie1 De leerling kan een bedrijfsorganisatie toetsen aan een historisch kader
Personeel 1 De leerling kan een bedrijfsorganisatie toetsen aan een historisch kader 2 De leerling kan huidige en toekomstige ontwikkelingen op het gebied van personeel en maatschappij omschrijven 3 De
Nadere informatieThema 2. Bedrijfsstructuur
Thema 2 Bedrijfsstructuur 0. Inleiding ORGANISEREN is het proces van het regelen van mensen en andere middelen om samen een doel te bereiken. Organiseren betekent de keuze van HORIZONTALE indeling VERTICALE
Nadere informatie(Bedrijfs)Autotechnicus Vragen & Opdrachten
(Bedrijfs)Autotechnicus Vragen & Opdrachten ISBN 97890 74365 826 MODULE 1, OPLEIDING EN ONDERNEMING... 2 1. ONDERWIJS EN BEDRIJFSLEVEN... 2 2. ONDERNEMING... 4 MODULE 2, ORGANISATIE AUTOBEDRIJF... 9 1.
Nadere informatieOefenvragen Ondernemerskunde A - Bedrijfsmatige en persoonlijke organisatie
Oefenvragen Ondernemerskunde A - Bedrijfsmatige en persoonlijke organisatie 1. De pioniersfase kenmerkt zich vooral door: A. toename van specialisten en stafmedewerkers en verantwoordelijkheden worden
Nadere informatieBedrijfsoriëntatie 2 BEDRIJFSORIËNTATIE 2 (CAL01.2/CREBO:50211)
BEDRIJFSORIËNTATIE 2 (CAL01.2/CREBO:50211) sd.cal01.2.v1 ECABO, Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, overgenomen, opgeslagen of gepubliceerd in enige vorm of wijze,
Nadere informatieInhoud Organisaties en soorten instellingen Kenmerken van een organisatie Profit: winst als doel Non-profit en not-for-profit: ideëel doel
V 1 Organisaties en soorten instellingen.... 1 1.1 Kenmerken van een organisatie.... 3 1.1.1 Definitiekwesties.... 3 1.1.2 Indelingscriteria.... 6 1.2 Profit: winst als doel.... 8 1.2.1 De rol van de markt...
Nadere informatiewoensdag 16 november 2011 Hoofdstuk 9 Structurering
Hoofdstuk 9 Structurering Organiseren van activiteiten Tweezijdige invloed op organiseren: externe afstemming interne afstemming geen beste manier van organiseren/situatiegebonden Organisatiestructuur
Nadere informatieHandout PTO bedrijfsorganisatie les 4 nr 1 van 8. Aantal personen om aan te sturen (omspanningsvermogen, spanwijdte, wat kun je nog aan)
Handout PTO bedrijfsorganisatie les 4 nr 1 van 8 Personele structuur Lijn / Staf / Span of Control / Matrixorganisatie Management: 6.3 & 6.7 organisatie: naar boven en naar beneden, in de lijn organisatie:
Nadere informatie1. De kandidaat kan de definitie van een organisatie en hoe de organisatie acteert in relatie tot interne en externe omgeving aangeven.
Onderdeel: Onderneming algemeen 1. De kandidaat kan de definitie van een organisatie en hoe de organisatie acteert in relatie tot interne en externe omgeving aangeven. 2. De kandidaat kan de diverse organisaties
Nadere informatie2 Constante en variabele kosten
2 Constante en variabele kosten Opgaven paragraaf 2.2 en 2.3 Opgave 1 Van een onderneming zijn de volgende gegevens bekend: constante kosten 600.000, normale productie 40.000 stuks werkelijke productie
Nadere informatieStichting Kinderopvang Op Kop. Rapport functieomschrijving en functiewaardering coördinator kinderopvang
Stichting Kinderopvang Op Kop Rapport functieomschrijving en functiewaardering coördinator kinderopvang Door dhr. R. Terpstra Datum 5 december 2014 Functieomschrijving coördinator kinderopvang Algemene
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5
HOOFDSTUK 5 Opgave 1 a. Wat is het belangrijkste kenmerk van constante kosten? Constante kosten zijn niet gevoelig voor een toename of afname van de bedrijfsdrukte. Zolang dit binnen bepaalde grenzen valt.
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie Organisatie en personeel
Samenvatting Management & Organisatie Organisatie en personeel Samenvatting door een scholier 1683 woorden 21 oktober 2008 6,6 88 keer beoordeeld Vak M&O Hoofdstuk 1: Organisaties en organisatiestructuren.
Nadere informatieDoel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE MANAGEMENT & BESTUURSONDERSTEUNING AFDELINGSHOOFD VERSIE 4 APRIL 2017
Afdelingshoofd Doel Zorgdragen voor de vorming van beleid voor de eigen functionele discipline, alsmede zorgdragen voor de organisatorische en personele aansturing van één of meerdere werkprocessen, binnen
Nadere informatieHiërarchische structuur platte structuur - piramideachtig: smal aan de top, breed van onderen - horizontale organisatie
Samenvatting door een scholier 1027 woorden 9 april 2004 6,7 43 keer beoordeeld Vak Informatica Samenvatting hoofdstuk 14: Informatie in organisaties Inleiding Begrippen informatie en organisatie: onlosmakelijk
Nadere informatieOPGAVEN HOOFDSTUK 6 UITWERKINGEN
OPGAVEN HOOFDSTUK 6 UITWERKINGEN Opgave 1 Jansen heeft een maakt en verkoopt product P11. De verkoopprijs van het product is 60 exclusief btw. De inkoopprijs van het product is 28. De overige variabele
Nadere informatieHoofdstuk 11 Exploitatiekengetallen
Hoofdstuk 11 Exploitatiekengetallen Paragraaf 11.1 1. Productiviteit en efficiency a. Geef de algemene definitie van productiviteit. b. Noem een aantal vormen van resultaten en offers. c. Geef de algemene
Nadere informatieVoorbeeld Praktijkopdracht. Bibliotheekmedewerker niveau 4
Voorbeeld Praktijkopdracht Bibliotheekmedewerker niveau 4 Betreft: Dagelijkse werkzaamheden coördineren Kwalificatiedossier Medewerker informatiedienstverlening 2011-2012 Kwalificatie Bibliotheekmedewerker
Nadere informatieMOBILITEITSBRANCHE...
Beroepsvorming Autotechniek Bedrijfsautotechniek Motorfietstechniek Vragen & Opdrachten ISBN 97894 92062 987 1. MOBILITEITSBRANCHE... 4 1.1. ONDERNEMINGEN IN DE MOBILITEITSBRANCHE... 4 1.2. PRIVAATRECHTELIJKE
Nadere informatieURGERSCHAP ORGANISATIES. AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je een verzorgde brief schrijven. - Kun je op een juiste manier werkwoorden vervoegen.
AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je een verzorgde brief schrijven. - Kun je op een juiste manier werkwoorden vervoegen. URGERSCHAP - Schrijf je op een juiste manier in meervoud. - Gebruik je hoofdletters
Nadere informatieProefexamen MANAGEMENT
Proefexamen MANAGEMENT Beschikbare tijd: 90 minuten 50630 Proefexamen HET EXAMEN BESTAAT UIT 0 GENUMMERDE PAGINA'S, waarin opgenomen: 5 MEERKEUZEVRAGEN, gericht op toetsing van kennis van het begrippenkader
Nadere informatieBedrijfsoriëntatie 3 BEDRIJFSORIËNTATIE 3 (CAL01.3/CREBO:50195)
BEDRIJFSORIËNTATIE 3 (CAL01.3/CREBO:50195) sd.cal01.3.v1 ECABO, Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, overgenomen, opgeslagen of gepubliceerd in enige vorm of wijze,
Nadere informatieeen functioneringsgesprek verschilt naar aard en doel van een evaluatie of beoordelingsgesprek
Het functioneringsgesprek Wat Een functioneringsgesprek is een periodiek gesprek tussen de medewerker en de direct leidinggevende over het werk (inhoud en uitvoering van het werk, werksfeer en werkomstandigheden)
Nadere informatieVoorbeeldformulier functieprofiel bedrijfsleider
Voorbeeldformulier functieprofiel bedrijfsleider Basisgegevens: Naam van de functie: Bedrijfsleider... Datum: 20 augustus 2009 Plaats in de organisatie: Rapporteert aan of werkt onder leiding van: Directie...
Nadere informatievan onderwijs en onderwijsondersteuning binnen Directeur onderwijsinstituut
Opleidingsmanager Doel Ontwikkelen van programma( s) van wetenschappenlijk onderwijs en (laten) uitvoeren en organiseren van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen de faculteit, uitgaande van een faculteitsplan
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9
HOOFDSTUK 9 Opgave 1 a. Wat wordt bij de break-evenanalyse berekend? Hier wordt de afzet of omzet berekend wanneer geen sprake is van winst of verlies. b. Wat is de break-evenafzet? Dit is de afzet waarbij
Nadere informatieANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9
ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9 Opgave 1 a. Wat wordt bij de break-evenanalyse berekend? Hier wordt de afzet of omzet berekend wanneer geen sprake is van winst of verlies. b. Wat is de break-evenafzet?
Nadere informatieFunctiebeschrijving Teamleider Huisvesting (facilitair)
Functiebeschrijving Teamleider Huisvesting (facilitair) Groot Hoogwaak levert een professionele bijdrage aan het aanbod van woon-, zorg-, en welzijnsvoorzieningen voor ouderen in Noordwijk. Dit aanbod
Nadere informatieOPGAVEN HOOFDSTUK 6 ANTWOORDEN
OPGAVEN HOOFDSTUK 6 ANTWOORDEN Opgave 1 Jansen heeft een maakt en verkoopt product P11. De verkoopprijs van het product is 60 exclusief btw. De inkoopprijs van het product is 28. De overige variabele kosten
Nadere informatieLeiding en organisatie
ELEMENTAIRE BEDRIJFSECONOMIE 1 Leiding en organisatie 1 De leiding van de onderneming constituerende element controlerende element a b c In de leiding van de onderneming kunnen drie elementen worden onderscheiden:
Nadere informatieKwaliteitshandboek CKG Molenberg
3. Kwaliteitssysteem 3.5. Meten, analyseren en verbeteren van de hulp- en dienstverlening 3.5.5. Medewerkerstevredenheid versie 2011 Doel: Ministerieel besluit: Art. 7 5: Daartoe beschrijft het centrum
Nadere informatieWit-Gele Kruis van Limburg HRM: best-practices in de thuiszorg. Vanweert Ingrid
Wit-Gele Kruis van Limburg HRM: best-practices in de thuiszorg Vanweert Ingrid Wit-Gele Kruis Limburg Voorstelling Dienst voor thuisverpleging Complementaire zorgdiensten 29 verpleegafdelingen, 1 provinciaal
Nadere informatieeen faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid.
óa REORGANISATIECODE peejs~!e~!sjea!un BEGRIPPENLIJST Werkgever: Beheerder: Eenheid: het College van Bestuur de decaan van een faculteit of de directeur van een dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit
Nadere informatieeen faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid.
REORGANISATIECODE BEGRIPPENLIJST Werkgever: Beheerder: Eenheid: OPUT: Lokaal overleg: Universiteitsraad: het College van Bestuur de decaan van een faculteit of de directeur van een dienst. Bij een reorganisatie
Nadere informatieProvinciaal blad. vast te stellen de Algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland 2008
Provinciaal blad 2007 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord- Holland van 1 november 2007, nr. 2007-64538, tot afkondiging van hun besluit inzake de vaststelling van de Algemene werktijdenregeling provincie
Nadere informatieHoofdstuk 5 Ondernemingsrecht
Hoofdstuk 5 Ondernemingsrecht Paragraaf 5.1 1. Ondernemingsrecht a. Wat is economisch en juridisch gezien het verschil in benadering bij de diverse ondernemersvormen? b. Waartoe dient het ondernemingsrecht?
Nadere informatieReorganisatiecode Universiteit Leiden
Reorganisatiecode Universiteit Leiden 1. Voorbereidingsfase 2. Aankondiging 3. Uitwerkingsfase 4. Centraal overleg 5. Uitvoeringsfase 1. Voorbereidingsfase De voorgenomen reorganisatie wordt door de decentrale
Nadere informatieRegeling Beoordelingssysteem HBKMD
Regeling Beoordelingssysteem HBKMD Het College van Bestuur besluit, gelet op de artikelen H-3 en N-2 van de vigerende cao-hbo, de regeling beoordelingssysteem HBKMD vast te stellen, die luidt als volgt:
Nadere informatieDoel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE MANAGEMENT & BESTUURSONDERSTEUNING DIRECTEUR BEDRIJFSVOERING VERSIE 3 APRIL 2017
Directeur bedrijfsvoering Doel Zorgdragen voor de beleidsontwikkeling en, na vaststelling van het te voeren beleid door anderen, voor beleidsimplementatie en -evaluatie van (deel)processen in de bedrijfsvoering
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel. Organisatie & Management. donderdag 23 juni uur uur
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel Organisatie & Management donderdag 23 juni 2016 12.45 uur - 14.15 uur SPD Bedrijfsadministratie Organisatie & Management donderdag 23 juni 2016 B / 6 2016 NGO-ENS
Nadere informatieBeroepsvorming Autotechniek Bedrijfsautotechniek Motorfietstechniek K.J. Streutker
Beroepsvorming Autotechniek Bedrijfsautotechniek Motorfietstechniek K.J. Streutker Beroepsvorming 1 Inhoudsopgave Inleiding: Voertuigtechnici... 7 1 Mobiliteitsbranche... 8 1.1 Ondernemingen in de mobiliteitsbranche
Nadere informatieBesluit op de organisatie van het ambtelijk apparaat van de gemeente Zuidhorn.
Het college van de gemeente Zuidhorn; gelet op artikel 160 van de Gemeentewet; gehoord de OR; B E S L U I T : vast te stellen het: Besluit op de organisatie van het ambtelijk apparaat van de gemeente Zuidhorn.
Nadere informatieDomein 7 Management en organisatie
Domein 7 Management en organisatie Domein 7 Management en organisatie Subdomein Thema s Indicatoren 7a. Inrichting van de organisatie - Strategie - Organisatiestructuur 7a.1 Strategie 7a.2 Organisatiestructuur
Nadere informatieBranchetoetsdocument: Effectief leidinggeven
pagina 1 van 5 Branchetoetsdocument: Effectief leidinggeven Versie 4.1 VERVALLEN per 1-01-2009 Deelbranche(s) Tankstation Algemene beschrijving & doelstelling van de branchekwalificatie De beroepsbeoefenaar
Nadere informatieReader Bedrijfseconomische berekeningen
Reader Bedrijfseconomische berekeningen Reader Bedrijfseconomische berekeningen Peter H. C. Hintzen isbn 978 90 5752 290 1 2015 Uitgeverij Edu Actief b.v. Gehele of gedeeltelijke overneming of reproductie
Nadere informatieLeiderschap en leiding geven Cursus Sergeant Module organisatie en leiding geven Lt. De Groeve Luk De functionele benadering Groep: om doel te bereiken dienen een aantal taken verricht Leider: opdracht
Nadere informatieINFORMATIERECHT. inleiding
1 INFORMATIERECHT inleiding VOLDOENDE GEÏNFORMEERD? 2 Stelling: Een OR die onvoldoende door de bestuurder wordt geïnformeerd is machteloos VOLDOENDE GEÏNFORMEERD? 3 Wie heeft het idee dat de bestuurder
Nadere informatieORGANISATIEVERORDENING OMGEVINGSDIENST NOORDZEEKANAALGEBIED 2014
ORGANISATIEVERORDENING OMGEVINGSDIENST NOORDZEEKANAALGEBIED 2014 Het dagelijks bestuur van de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied, gelet op: artikel 37 lid 3 en 38 lid 1 van de Gemeenschappelijke Regeling
Nadere informatieStads- en streekvervoer van het Vlaamse Gewest
Paritair comité voor het stads- en streekvervoer 3280100 Stads- en streekvervoer van het Vlaamse Gewest Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 december 2004 (73.557)... 2 Voor de personeelsleden van de
Nadere informatieZomercursus Wiskunde. Module 4 Limieten en asymptoten van rationale functies (versie 22 augustus 2011)
Katholieke Universiteit Leuven September 20 Module 4 Limieten en asymptoten van rationale functies (versie 22 augustus 20) Inhoudsopgave Rationale functies. Inleiding....................................2
Nadere informatieAntwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present)
Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present) Antwoorden door een scholier 1164 woorden 25 maart 2004 5,1 76 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1: productie en productiefactoren
Nadere informatieBedrijfsleider. Afdelingschef(s)
Voorbeeldformulier er functieprofiel fiel afdelingschef Basisgegevens: Naam van de functie: Afdelingschef... Datum: 20 augustus 2009 Plaats in de organisatie: Rapporteert aan of werkt onder leiding van:
Nadere informatie1.1 FUNCTIE SERVICEADVISEUR...
ISBN 97894 92062 987 1.1 FUNCTIE SERVICEADVISEUR... 5 1.1.1 BEROEP, FUNCTIE, TAKEN EN WERKZAAMHEDEN... 5 1.1.2 COMPETENTIES IN ORGANISATIES... 6 1.1.3 PLAATS IN DE ORGANISATIE... 9 1.1.4 PERSONEELSSTRUCTUUR...
Nadere informatieNIETJE NIET VERWIJDEREN
NIETJE NIET VERWIJDEREN Faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen NAAM : Schriftelijk tentamen CTB1110 ConstructieMEchanica 1 Totaal aantal pagina s Datum en tijd Verantwoordelijk docent 21 pagina
Nadere informatieSociale kaders: Hoofdstuk 14 Sociale structuur
Sociale kaders: Hoofdstuk 14 Sociale structuur -Structuur -Organisatie -Bureaucratie -Routinisering Begrippen: Sociale structuur Definitie: Geheel van posities binnen groeperingen (vb. arbeidsverdeling)
Nadere informatieBestuurlijke informatievoorziening Examennummer: 61567 Datum: 29 juni 2013 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur
Bestuurlijke informatievoorziening Examennummer: 61567 Datum: 29 juni 2013 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur Dit examen bestaat uit 5 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 10 open vragen (maximaal
Nadere informatieHet betalingsverkeer: Wil je bij me pinnen?
Deze casusopdracht gaat over het betalingsverkeer in supermarkten. Voor het beantwoorden van de vragen moet je gebruik maken van de drie informatiebronnen die na de vragen staan gegeven. In informatiebron
Nadere informatieFunctieprofiel: Manager Functiecode: 0202
Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202 Doel Zorgdragen voor de vorming van beleid voor de eigen functionele discipline, alsmede zorgdragen voor de organisatorische en personele aansturing van een of
Nadere informatieBijlage 2: Klachten regelement Klachten regelement Autstekend
Bijlage 2: Klachten regelement Klachten regelement Autstekend 1 Inhoud 1. Doelstelling... 3 2. Verantwoordelijkheden... 3 3. Beschrijving procedure... 3 3.1 Interne klachten... 4 3.2.Vertrouwenspersoon...
Nadere informatieHR - beleid in 3D: Waar staan we als school/sg/organisatie?
HR - beleid in 3D: Waar staan we als school/sg/organisatie? Verticale integratie Horizontale integratie Diepte integratie - Horizontale integratie : Hoe stemmen wij alle elementen van onze horizontale
Nadere informatieDoelstelling Functie en definitie
Doelstelling Functie en definitie Welke functie heeft het instrument? Gestructureerd kader voor het gesprek over de professionele werkrelatie Onderzoek van de (gezamenlijke) inspanningen en acties die
Nadere informatieBesluit mandaat, ondermandaat, volmacht en machtiging Lansingerland
CVDR Officiële uitgave van Lansingerland. Nr. CVDR98852_1 30 oktober 2018 Besluit mandaat, ondermandaat, volmacht en machtiging Lansingerland Mandaatregeling Lansingerland 2011 Het college van burgemeester
Nadere informatieExamen VBO-MAVO-C. Wiskunde
Wiskunde Examen VBO-MAVO-C Voorbereidend Beroeps Onderwijs Middelbaar Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 1 Vrijdag 6 mei 13.30 15.30 uur 0 00 Dit examen bestaat uit 3 vragen. Voor elk vraagnummer is
Nadere informatieStrategische P&O nota en actieplannen Zie wat er gebeurt en stel vast wat je te doen staat
Strategische P&O nota en actieplannen Zie wat er gebeurt en stel vast wat je te doen staat Presentatie voor het personeel van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude 12 september 2011 Deze presentatie
Nadere informatieGemeenschappelijke regeling Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden-West-Noord vergelijking oud-nieuw
Gemeenschappelijke regeling Regionale Ambulancevoorziening Brabant Midden-West-Noord vergelijking oud-nieuw In dit overzicht staan alleen de (onderdelen van) artikelen uit de regeling met een inhoudelijke
Nadere informatieKwaliteitsdag 5 maart Het functioneringsgesprek. Marleen De Greef, POP coach
Kwaliteitsdag 5 maart 2011 Het functioneringsgesprek Marleen De Greef, POP coach Definitie Het FG is een periodiek, gepland en voorbereid afstemmingsgesprek tussen LG en MW met toekomstgerichte werkafspraken
Nadere informatie2 Algemene opbouw van een computersysteem
Procescomputer E. Gernaat 1 Microprocessoren algemeen Informatie-verwerking zoals behandeld is momenteel vrijwel geheel overgenomen door microprocessoren. Wanneer we voortborduren op het idee van combinatorische
Nadere informatiePAPEROPDRACHT. 1 OMSCHRIJVING OPDRACHTEN UHasselt I.Vanderstukken
PAPEROPDRACHT 1 OMSCHRIJVING OPDRACHTEN UHasselt I.Vanderstukken PAPEROPDRACHT WERKEN IN ORGANISATIES Relatie en Communicatie Wetenschappen UHASSELT HR-instrumenten -Academiejaar 2011-2012 Ilse Vanderstukken
Nadere informatieinfo@bronneberg.nl www.bronneberg.nl KvK Eindhoven: 17136847 BTW/VAT/MwSt: NL 810049429B01
Functieomschrijving office-coördinator Taken en Werkzaamheden Tot de aandachtsgebieden van office-coördinator behoren 'Beleid', Externe contacten, Communicatie en Relatiebeheer, Financiën, Advisering,
Nadere informatieHoofdstuk 1 Uitgangspunten en structuur ambtelijke organisatie
CVDR Officiële uitgave van Reusel-De Mierden. Nr. CVDR303252_1 9 januari 2018 Organisatiebesluit Reusel-De Mierden 2013 Burgemeester en wethouders van de gemeente Reusel-De Mierden; gelet op artikel 160
Nadere informatieFUNCTIEBESCHRIJVING/-PROFIEL OCMW SINT NIKLAAS.
FUNCTIEBESCHRIJVING/-PROFIEL OCMW SINT NIKLAAS. 1. ALGEMENE GEGEVENS. 1. Naam van de functie: Maatschappelijk assistent(e) 2. Dienst en/of sectie: Sociale dienst 3. Code : 4. Datum : 13 januari 2009 5.
Nadere informatieOntwikkelaar ICT. Context. Doel
Ontwikkelaar ICT Doel Ontwikkelen en ontwerpen van ICT-producten, binnen overeen te komen dan wel in een projectplan vastgelegde afspraken ten aanzien van tijd, budget en kwaliteit, opdat overeenkomstig
Nadere informatieBinden & Boeien van medewerkers
Binden & Boeien van medewerkers Slimmer omgaan met (eigen) talent Uit de praktijk van het installatietechnische middenbedrijf Bron: http://www.slimmerscholen.otib.nl/def_versies_txt/4_binden_en_boeien_26-8-08.pdf
Nadere informatieFUNCTIEBESCHRIJVING: Directeur
FUNCTIEBESCHRIJVING: Directeur School: Schoolbestuur: Instellingsnummer: Scholengemeenschap: Nummer scholengemeenschap: Personeelslid: Eerste evaluator: Tweede evaluator: Ambt: directeur Bijkomende gegevens:
Nadere informatieElementaire kennis Bedrijfseconomie Werkboek
Elementaire kennis Bedrijfseconomie Werkboek Elementaire kennis Bedrijfseconomie Werkboek Peter H. C. Hintzen Zetwerk: Fritschy opmaak & redactie, Leiden isbn 978 90 3723 452 7 2016 Uitgeverij Edu Actief
Nadere informatieDLGP Toolkit Human Resource Management. Raamwerk / Methodologie
DLGP Toolkit Human Resource Management Raamwerk / Methodologie INLEIDING Dit handboek heeft als doel relevante functionarissen en diensten behulpzaam te zijn bij de implementatie van het Human Resource
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 10
UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 10 Opgave 1 Onderneming De groene wand maakt geluidswallen waarin beplanting is opgenomen. Voor 2020 is de volgende begroting samengesteld. Constante fabricagekosten 450.000
Nadere informatieOpgave 2 a. Met welke formule berekenen we de integrale kostprijs? b. Hoe noemen we integrale kostprijsberekening ook wel?
Opgaven paragraaf 1.9.1 en 1.9.2 a. Wat wordt verstaan onder direct costing? b. Hoe wordt direct costing ook wel genoemd? c. Wat is de essentie waarom een onderneming kiest voor direct costing? a. Met
Nadere informatieToetstermen Beroepsvorming niveau 3 (CREBO-nummer 55010) (Versie 03, augustus 2003)
3.1.1 Organisatie. 3.1.1.1 Noemen van de aan de branche aanverwante organisaties en hun doelstellingen op de volgende niveaus: - het distributienetwerk van personen-, bestel en vrachtauto's (fabrikant,
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie Domein B
Samenvatting Management & Organisatie Domein B Samenvatting door I. 2010 woorden 21 januari 2013 4 2 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans HOOFDSTUK 4 : ORGANISATIES EN BESLUITVORMING PARAGRAAF 2 Organigram:
Nadere informatieMachten, exponenten en logaritmen
Machten, eponenten en logaritmen Machten, eponenten en logaritmen Macht, eponent en grondtal Eponenten en logaritmen hebben alles met machtsverheffen te maken. Een macht als 4 is niets anders dan de herhaalde
Nadere informatieControletechnische functiescheiding
Controletechnische functiescheiding A3040^1. Controletechnische functiescheiding drs. A.J.A. Hassing RE RA 1 1 Inleiding A3040 ^ 3 2 Functies A3040 ^ 4 2.1 Beschikken A3040 ^ 4 2.2 Bewaren A3040 ^ 4 2.3
Nadere informatieECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 60
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Marketing Module Management & Organisatie Code C2 Lestijden 60 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen vrijstelling
Nadere informatieVoor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.
FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN NAAMSESTRAAT 69 BUS 3500 3000 LEUVEN, BELGIË m Stageproject bijlage 1: Leidraad bij het functioneringsgesprek Naam stagiair(e):.. Studentennummer:. Huidige opleiding
Nadere informatie