CONVERSIETECHNOLOGIEËN VOOR DE PRODUCTIE VAN ELEKTRICITEIT EN WARMTE UIT BIOMASSA EN AFVAL. DEEL 3 VAN 4 Rapport 2EWAB00.22

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "CONVERSIETECHNOLOGIEËN VOOR DE PRODUCTIE VAN ELEKTRICITEIT EN WARMTE UIT BIOMASSA EN AFVAL. DEEL 3 VAN 4 Rapport 2EWAB00.22"

Transcriptie

1 CONVERSIETECHNOLOGIEËN VOOR DE PRODUCTIE VAN ELEKTRICITEIT EN WARMTE UIT BIOMASSA EN AFVAL DEEL 3 VAN 4 Rapport 2EWAB00.22

2

3 CONVERSIETECHNOLOGIEËN VOOR DE PRODUCTIE VAN ELEKTRICITEIT EN WARMTE UIT BIOMASSA EN AFVAL DEEL 3 VAN 4 Rapport 2EWAB00.22 Utrecht, december 2000

4

5 COLOFON Projectnummer : /0100 Rapportnummer : 2EWAB00.22 Dit onderzoek is uitgevoerd in het kader van het programma Energiewinning uit Afval en Biomassa (EWAB). Beheer en coördinatie van het EWAB-programma berusten bij: Novem Nederlandse onderneming voor energie en milieu BV Catharijnesingel 59 Postbus RE UTRECHT Telefoon: (030) Contactpersoon: Ir. K.W. Kwant k.kwant@novem.nl EWAB geeft geen garantie voor de juistheid en/of volledigheid van gegevens, ontwerpen, constructies, producten of productiemethoden voorkomende of beschreven in dit rapport, noch voor de geschiktheid daarvan voor enige bijzondere toepassing. Aan deze publicatie kunnen geen rechten worden ontleend. Overname en publicatie van informatie uit dit rapport is toegestaan, mits met bronvermelding. Het onderzoek is uitgevoerd door: TNO-MEP ECN Business Park E.T.V. Westerduinweg 3 Laan van Westenenk 501 Postbus 1 Postbus 342, 7300 AH APELDOORN 1755 ZG PETTEN Telefoon: (055) Telefoon: (0224) Fax : (055) Fax: Auteurs: Dr.ir. J.A. Zeevalking, TNO Drs.ing. R. van Ree, ECN Datum rapportage : december 2000 Meer exemplaren van dit rapport zijn tegen betaling van ƒ 50,00 (inclusief BTW en verzendkosten) verkrijgbaar bij Novem Publicatiecentrum, telefoon (046) , fax (046) , publicatiecentrum@novem.nl Dit rapport beschrijft deel 3 van het gezamenlijke project van PWC, ECN en TNO. De serie van vier rapporten is te bestellen o.v.v. de volgende rapportnummers: 2EWAB00.20, 2EWAB00.21, 2EWAB00.22 en 2EWAB De prijs van de complete set van vier rapporten is ƒ 150,00 (inclusief BTW en verzendkosten). Het EWAB-programma wordt uitgevoerd door Novem in opdracht van het ministerie van Economische Zaken.

6

7 Samenvatting Dit document beschrijft de resultaten van Taak 2 van het project EWAB Marsroutes. Deze deeltaak heeft tot doel een overzicht te geven van conversietechnologieën die in de jaren 2000, 2005, 2010, 2015 en 2020 beschikbaar zijn of komen voor de productie van elektriciteit en/of warmte uit biomassa en afval. Het bevat informatie over de huidige stand van zaken maar geeft ook informatie over ontwikkelingstrends die zich op dit gebied voordoen. Belangrijke elementen die per conversietechnologie aan de orde komen, zijn: procesbeschrijving en kritische factoren schaalgrootte kostenaspecten energetisch rendement overzicht van de geschikte grondstoffen, biomassa of afval, met noodzakelijke voorbehandelingstechnieken ontwikkelingsstadium van de technologie milieuaspecten. Mogelijke ontwikkelingstrends ten aanzien van deze aspecten worden in kaart gebracht, waarbij kansen op kritische doorbraken en breekpunten geïdentificeerd worden. Het draagvlak voor toepassing van de technologie is ingeschat.

8

9 Summary This document describes the results of Task 2 of the EWAB Marching Routes project. This subsidiary task has the objective of making a survey of conversion technologies which have/will become available in the years 2000, 2005, 2010, 2015 and 2020 for the production of electricity and/or heat from biomass and waste. It contains information both on the current state of the art and on development trends which occur in this field. Important elements which occur per conversion technology are: process description and critical factors scale size costs aspect energetic yield overview of appropriate raw materials, biomass from waste, with necessary pretreatment techniques development stage of the technology environmental aspects. Possible development trends in respect of these aspects can be surveyed with the opportunities for critical breakthroughs and breaking points being identified. The support level for the application of the technology is estimated.

10

11 Inhoudsopgave Samenvatting Summary Hoofdstuk 1 Inleiding...1 Hoofdstuk 2 Doelstelling en werkwijze Doelstelling Werkwijze...3 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Geselecteerde technologieën en conversiesystemen...5 Informatiebehoefte...9 Hoofdstuk 5 Overzicht van de resultaten Inleiding De stand van de techniek Overzicht van kosten en energierendementen van de conversietechnologieën Biomassa/afval-technologiecombinaties Voorbewerkingen Productie van brandstof uit afval...20 Hoofdstuk 6 Hoofdstuk 7 Conclusies...1 Begrippenlijst...3 Hoofdstuk 8 Referenties...5

12 Bijlagen Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Bijlage 8 Bijlage 9 Bijlage 10 Bijlage 11 Bijlage 12 Bijlage 13 Informatieformulier conversiesystemen Hydrothermale omzetting: het HTU -proces Vergisting Flash pyrolyse Langzame pyrolyse: het Gibros-PEC proces Het PYROCYCLING TM pyrolyseproces Verbranding Vastbedvergassing Bubbling wervelbedvergassing CFB-vergassing Bij- en meestookopties in elektriciteitscentrales Biomassa/afval-technologiecombinaties Noodzakelijke voorbewerkingen per biomassa/afval-technologiecombinatie

13 1 van 26 Hoofdstuk 1 Inleiding Dit rapport is een deelrapport van de zogenaamde EWAB Marsroute studie. De hoofddoelstelling van de Marsroute studie is het formuleren van onderbouwde marsroutes voor de toekomst, waarin wordt uitgewerkt hoe de in Nederland beschikbare hoeveelheden afval en biomassa, optimaal kunnen worden omgezet in elektriciteit en warmte binnen bestaande en nieuwe (onderling verknoopte) conversieroutes. Het doel van dit deelrapport van de studie EWAB Marsroutes is om een overzicht op te stellen van conversietechnologieën die beschikbaar zijn of komen in de periode 2000 tot 2020 voor de productie van warmte en elektriciteit uit biomassa en afval. Wanneer deze informatie wordt gekoppeld in een rekenmodel, samen met karakteristieke, tijdafhankelijke data over de beschikbaarheid van biomassa en afval in deze periode, kan een uitspraak worden gedaan over de haalbaarheid en de efficiency van deze technologieën voor de verschillende biomassa- en afvalstromen. Dit is geïllustreerd in onderstaande figuur: beschikbare hoeveelheden samenstelling en eigenschappen prijzen Biomassa- en afvalstromen Voorbewerking Conversietechnieken kosten voedingen rendement ontwikkeling milieuaspecten Figuur 1 Relatie tussen taak 1 en taak 2. Voordat een biomassa- of afvalstroom in een conversieproces kan worden omgezet, kan een voorbewerking noodzakelijk zijn als: opslag, verkleinen, vergroten of drogen. De studie geeft een overzicht van de mogelijke biomassa-technologiecombinaties en, per combinatie, van de noodzakelijke voorbewerking(en). Per voorbewerking worden, indicatief, de kosten en het energieverbruik aangegeven om de invloed daarvan op met name kosten en energiebalans van complete energieconversieroutes te kunnen verwerken.

14 2 van 4

15 3 van 26 Hoofdstuk 2 Doelstelling en werkwijze 2.1 Doelstelling De doelstelling van dit onderdeel van de studie EWAB Marsroutes is om informatie te verzamelen en weer te geven over conversietechnologieën die in de periode 2000 tot 2020 een rol kunnen spelen bij de omzetting naar warmte en elektriciteit van biomassa en afval. De informatie is gericht op het verdere gebruik ten behoeve van het formuleren en evalueren van mogelijke marsroutes voor de realisatie van de duurzame energie doelstelling ten aanzien van de inzet van biomassa en afval. 2.1 Werkwijze De centrale technologieën die voor deze studie als relevant zijn geïdentificeerd, zijn: vergassing, pyrolyse, verbranding, vergisting, hydrothermale conversie en het mee- of bijstoken in kolen- en gasgestookte elektriciteitscentrales. Van een aantal technologieën zijn diverse varianten beschouwd. Het beoogde gebruik van de informatie over de conversietechnologieën voor het formuleren en evalueren van marsroutes naar de gewenste benutting van biomassa en afval in 2020 noopt tot een beperking in de hoeveelheid varianten en tot een zekere schematisering van informatie, teneinde uiteindelijk tot een overzichtelijk aantal biomassa-technologiecombinaties te komen. Daarom is ingezoomd op een beperkt aantal conversiesystemen, waarin de conversietechnologie, het bijbehorende warmteoverdrachtsysteem, apparaten voor elektriciteitsproductie (als gasmotor, gasturbine of STEG) en schaalgrootte vastgelegd zijn. De benodigde informatie is per conversieroute verzameld door inschakeling van experts van TNO, ECN en BTG die informatie over hun vertrouwde conversieroutes toe hebben geleverd. Zij hebben zich hierbij gebaseerd op bestaande informatie: afkomstig uit bestaande literatuur, rapporten etc. verzameld op grond van hun ervaringen met vergelijkbare projecten. Op basis van bij TNO, ECN en BTG aanwezig expertise is de in de in de literatuur aangetroffen informatie aangepast aan de huidige inzichten. Deze gegevens zijn vervolgens geïntegreerd in een overzicht waarin afval/biomassastromen, de daarvoor in aanmerking komende conversiesystemen en eventueel noodzakelijke voorbehandeling zijn samengevat. De overzichten zijn getoetst in de klankbordgroep.

16 4 van 4

17 5 van 26 Hoofdstuk 3 Geselecteerde technologieën en conversiesystemen Op grond van bekende lopende ontwikkelingen in Nederland en daarbuiten is een lijst opgesteld van conversietechnologieën die voor de komende twintig jaar voor praktische toepassing beschikbaar zijn of kunnen komen voor de productie van elektriciteit of warmte. Het gebruikte begrip lopende ontwikkelingen kan betrekking hebben op bestaande investeringsprojecten met bewezen technologie, maar ook op (voorgenomen of in uitvoering zijnde) demonstratieprojecten of pilot-onderzoek. Behalve bewezen technieken zijn derhalve ook veelbelovende, gelet op conversierendement of kostenreductie, processen opgenomen in de lijst van technologieën. De lijst omvat de volgende technologieën: grootschalige vergassing met behulp van een circulerend wervelbed kleinschalige vergassing met behulp van een circulerend wervelbed- of een vastbedvergasser grootschalige verbranding in een wervelbed of een roosterinstallatie kleinschalige verbranding mee- of bijstoken in bestaande kolen- en gasgestookte elektriciteitscentrales pyrolyse met behulp van het flash pyrolyse proces, het Pyrovac-procédé of het Gybros-proces hydrothermale omzetting volgens het HTU -proces. Daarnaast is er aandacht besteed aan de mogelijkheid brandstof uit afval te produceren, waardoor deze niet in de conventionele afvalverbrandingsinstallaties hoeft te worden verbrand. Deze lijst van conversietechnologieën is uitgewerkt tot een lijst van conversiesystemen waarbij aan de technologie ook één of meerdere schaalgroottes gekoppeld is op een wijze die representatief wordt geacht voor de potentiële toepassing(en) van het betreffende proces. Deze lijst van conversiesystemen is mede gebaseerd op informatie die de experts in het kader van de studie over de technologie hebben toegeleverd en is getoetst in de klankbordgroep. Onderstaand kader geeft de uiteindelijke lijst van conversiesystemen weer. Zij bevat zowel grootschalige als zeer kleinschalige systemen. CFB-vergassing voor het grootschalig verwerken van huishoudelijk afval ontbreekt in dit overzicht. Volgens een Novem EWAB studie [5] is hiervan niet te verwachten dat deze techniek tegen een lagere kostprijs of met een hoger energetisch rendement dan een conventionele roosteroveninstallatie afval kan verwerken. Tevens is het vooralsnog onduidelijk of met deze techniek afval kan worden geconverteerd zonder dat technische problemen ( slagging en fouling ) in de bedrijfsvoering van de installatie zullen optreden. Potentiële verwerking van specifiek afval middels pyrolyse gasmotor of STEG-eenheden wordt wel beschouwd.

18 6 van 4 Conversiesystemen Vergassing 1. Atmosferische CFB-vergassing/gasmotor, capaciteit: 3 MW e 2. Atmosferische CFB-vergassing/STEG, capaciteit: 30 MW e 3. Druk-bedreven CFB-vergassing/STEG, capaciteit: 150 MW e 4. BFB-vergassing, meestoken in E-centrale 5. BFB-vergassing, gastoepassing motor/turbine-elektriciteitsproductie, capaciteit 10 MW e 6. Vastbedvergassing, kleinschalig, gasmotor, capaciteit 1 MW e Verbranding 7. Kleinschalige verbranding, capaciteit 0,5-1 MW th 8. Verbranding in roosteroven, met elektriciteitsproductie, capaciteit 40 MW e 9. Verbranding in wervelbed, met elektriciteitsproductie, capaciteit 25 MW e (Cuijk) Pyrolyse 10. Langzame pyrolyse (Gibros-Pec)/gasmotor/stoomturbine, capaciteit: 8 MW e 11. Langzame pyrolyse (Gibros-Pec)/STEG, capaciteit 30 MW e 12. Flash pyrolyse, capaciteit 20 MW th HydroThermal-Upgrading (HTU ) 13. HTU, gevolgd door meestoken van biocrude in E-centrale, 130 kton/a input (ds), (79 MW th input) Vergisting 14. Vergisting, nat (mest) gastoepassing in gasmotor, elektriciteit voor eigen gebruik + levering net, capaciteit 30 kwe 15. Vergisting, droog, (GFT, ONF)), gastoepassing in gasmotor, elektriciteit voor eigen gebruik + levering net, capaciteit ton/jaar 16. Thermofiele vergisting (ONF), capaciteit ton/jaar Mee-/bijstook in elektriciteitscentrales 17. Mee-/bijstook in steenkoolgestookte E-centrales (verbranding) 18. Mee-/bijstook in een KV-STEG 19. Bijstook in een aardgas-steg

19 7 van 26 Behalve aan de in Taak 1 gedefinieerde afval- en biomassastromen is er aandacht besteed aan de productie van brandstof uit afval, met name huishoudelijk afval en kwd (kantoor-, winkel- en dienstenafval). Als voordeel hiervan wordt geclaimd dat op deze manier een deelstroom van het afval niet in conventionele afvalverbrandingsinstallaties behoeft te worden verbrand, maar, tegen lagere kosten of met een hoger elektrisch rendement in andere installaties kan worden ingezet.

20 8 van 4

21 9 van 26 Hoofdstuk 4 Informatiebehoefte De informatie over de conversiesystemen is verzameld met het oog op de verdere verwerking, die moet leiden tot het opstellen van Marsroutes tot het jaar Dit betekent dat de factor tijd ruime aandacht krijgt. Ook dat het aangeven van perspectieven van de besproken technologische systemen (en breekpunten in de ontwikkeling) belangrijk is evenals het aangeven van bandbreedtes om de onzekerheden te kunnen aangeven die noodzakelijkerwijs kleven aan de inschatting van toekomstige ontwikkelingen. Samenvattend derhalve: (a) Er is ingegaan op de prestaties van de technologie in combinatie met de verschillende biomassasoorten. (b) De factor tijd heeft ruim aandacht gekregen. (i) Er is een inschatting gemaakt van de toekomstige ontwikkeling van kosten en baten. (ii) Er is aandacht besteed (in combinatie met de biomassasoorten) aan de kansen en bedreigingen voor de toepassing van de verschillende technologieën van biomassa in Nederland. Om de bruikbaarheid van de gegevens van de technologische systemen te vergroten, is een formulier uitgewerkt voor de informatieverwerving en -verwerking per technologie. Hierin komen de volgende gegevensgebieden aan de orde: (a) Technische systeem: (i) techniekbeschrijving, omvattende de hoofdcomponenten van het conversiesysteem (ii) de huidige fase in het systeemontwikkelingsproces, inclusief de huidige schaalgrootte van de techniek, alsmede de commercieel inzetbare schaalgrootte. Bijzondere knelpunten (kosten en technische risico's) die zich bij opschaling kunnen voordoen (iii) aansluiting op de bestaande infrastructuur, alsmede de vereiste aanpassingen (iv) flexibiliteit naar afval en biomassastromen, alsmede de technische prestaties bij de verschillende afval/biomassastromen: jaarcapaciteit flexibiliteit in af te leveren vermogen (basislast versus pieklast, opstartkarakteristiek) robuustheid van de installatie energetisch rendement geleverd vermogen (b) Milieueffecten (c) Huidig globaal overzicht van kosten en prestaties, alsmede de te verwachten trend van kosten en baten in de toekomst.

22 10 van 4 (d) Marktpositie en aanvullende potentie: (i) stand van de ontwikkeling in internationale context: op papier, laboratoriumschaal, pilot-schaal, full size plant; aanvullende gegevens; strategische industriële waarde (ii) maatschappelijk draagvlak: overheden, milieubeweging, bedrijfsleven. Het gebruikte formulier hiervoor is weergegeven in bijlage 1. Bovengenoemde informatie is niet van alle beschouwde conversiesystemen zo uitgebreid en gedetailleerd bekend als hierboven gesuggereerd wordt. In een aantal gevallen brengt het inschattingsvermogen op basis van expertise een oplossing. Verder wordt bij de informatieverzameling en de verwerking daarvan de nadruk gelegd op de aspecten die als essentieel voor het uitvoeren van de vervolgtaken zijn gekwalificeerd, te weten: een opgave van mogelijke (eventueel de belangrijkste) voedingen, met benodigde voorbewerking een opgave van het energierendement van het proces een kostenopgave, gesplitst in investeringen en operationele kosten factoren te kennen die een sterke, negatieve of positieve, invloed kunnen hebben op de kansen voor toepassing van de technologie het aangeven van onzekerheden in resultaten en ontwikkelingen. Een algemeen rapport dat veel van bovengenoemde aandachtspunten eveneens behandelt is een BTG-rapport voor Novem [1].

23 11 van 26 Hoofdstuk 5 Overzicht van de resultaten 5.1 Inleiding De beschikbaar gekomen informatie is, na bewerking, opgenomen in de bijlagen. In dit hoofdstuk worden de belangrijkste resultaten samengevat zoals ze de input vormen voor taak 3: het uitwerken van de marsroutes. Een overzicht wordt gegeven van de volgende elementen: - de stand van de techniek van de conversietechnologieën - kosten en energierendement per technologie - de mogelijke biomassa/afval-technologiecombinaties - de noodzakelijke voorbewerkingen per biomassa/afval-technologiecombinatie. Een overzicht van de gehanteerde informatie over de voorbewerkingen (kosten, energiegebruik) is vastgelegd in De stand van de techniek Onderstaande tabel 5.1 geeft een overzicht van de stand der techniek voor de beschreven technologieën. Hierin zijn een aantal verwerkingsprocessen als 'concept' aangeduid, die uit deels bewezen deelprocessen bestaan, maar waarvan de combinatie zich nog moet waarmaken. Dit geldt vooral de geïntegreerde opties als mee- en bijstoken. De aanduiding praktijk is gebruikt indien de technologie zich gedurende meerdere jaren bewezen heeft op grote schaal. Geconcludeerd kan worden dat er een groot scala aan potentiële technologieën is die een bijdrage kunnen leveren aan de inzet van hernieuwbare grondstoffen en afval. Enkele technologieën kunnen als bewezen en in de praktijk toegepast worden aangemerkt. Dit zijn vergisting, verbranding en pyrolyse/gasmotor. De verwachting is dat veel van de andere technologieën over 10 jaar als bewezen kunnen worden toegepast. Veel conversietechnologieën zullen zich nog in de praktijk moeten bewijzen. Het welslagen van een aantal gestarte en toekomstige demonstratieprojecten is daarvoor van groot belang.

24 12 van 4 Tabel 5.1 Ontwikkelingsstadium van de conversietechnologieën Conversietechnologie Huidig In praktijk toepasbaar vanaf ontwikkelingsstadium CFB-vergasser-gasmotor, 3 MWe Demonstratie 2005 (Varnemó, 6 MWe) CFB-vergasser-STEG, 30 MWe ontwerp 2005 CFB-vergasser-STEG, 150 MWe ontwerp 2010 BFB-turbine demonstratie 2005 FB-gasmotor demonstratie 2005 Verbranding, wervelbed, biomassa praktijk Verbranding, roosteroven, afval praktijk Flash pyrolyse (tbv meestoken) pilot 2010 Pyrovac, meestoken demonstratie 2010 Pyrolyse gasmotor praktijk Pyrolyse STEG demonstratie 2005 HTU pilot 2010/2015 voor hout; 2005 voor overige biomassa Natte vergisting praktijk Droge vergisting praktijk Thermofiele vergisting Directe meestook in kolencentrale praktijk Indirecte meestook in kolencentrale praktijk Bijstook in kolencentrale via demonstratie (Amer, - vergasser Lathi) Bijstook in kolencentrale via pilot 2005 pyrolyse Bijstook in aardgas-steg concept (Eems) 2005 Mee-/bijstook in KV/STEG concept (Buggenum) 2005 Stoomzijdige integratie praktijk Kleinschalige verbranding praktijk 5.3 Overzicht van kosten en energierendementen van de conversietechnologieën Tabel 5.2 vat de kosten en energierendementen samen zoals die zijn verzameld voor de verschillende conversietechnologieën. Tevens is aangegeven welke ontwikkeling er nog mogelijk wordt geacht ten aanzien van kosten en energierendement in de periode Na de tabel volgt een toelichting betreffende de benadering die is gekozen voor de operationele kosten en het te hanteren aantal uren dat de installatie jaarlijks beschikbaar is.

25 13 van 26 Tabel 5.2 Overzicht van de gehanteerde kosten en rendementen van de conversietechnologieën E = elektriciteitslevering; - rendement is gebaseerd op energie-inhoud van aangegeven output t.o.v. stookwaarde voeding, tenzij anders aangegeven Gebruikte informatiebronnen 1 Output Investeringskosten Bediening en onderhoudskosten per jaar (zie toelichting einde tabel) Kostendaling Rendementontwikkeling indicatie schaalgrootte CFB-vergassing - gasmotor, 3 MW e literatuur E 7500 kf/mw e 6.5 % van investering -25 % 27 % (+34%) 30 % (+31%) CFB-vergassing-STEG 30 MW e literatuur E 6000 kf/mw e 6 % van investering -10 % 38 % 42 % CFB-vergassing- STEG, 150 MW e literatuur E 4300 kf/mw e 5 % van investering - 10 % 43 % 46 % BFB-vergassing-turbine met/zonder warmtelevering 10 MW e literatuur E 6500 kf/mw e personeel 9 pers. bij 10 MW e; 3 % onderhoud - 20 % 27 %/ 22% (+34%) 30 % 26 % (+31%) FB-gasmotor 1 MW e initiatief E 4500 kf/mw e personeel 1,8 pers; 3 % onderhoud % 20 % (+ 30 %) 23 % (+30%) literatuur 5 Verbranding, wervelbed, 25 MW e initiatief E 1050 kf/mw th 4 % van investering incl. personeel - 10% 30 % 30 % biomassa Verbranding, roosteroven, afval 40 MW e literatuur E 5000 kf/mw th 4 % van investering incl. personeel + 20 % 22 % 30 % Flash pyrolyse (tbv meestoken) 20 MW th literatuur/ pyrolyse-olie 750 kƒ/mw th personeel 8 pers.; 3 % onderhoud % 75 % 75 % initiatief Pyrolyse-bijstook kolen schoon/vuil 100 MW th initiatief E 2800 kf/mw e/ 4500 kf/mw e 6 % investering, personeel 25 pers % 35 %/ 31 % 35 % 31 % Pyrolyse gasmotor/ stoomturbine 8 MW e literatuur, initiatief E kƒ/mw e 7.5 % van investering incl. personeel - 20 % 31 % 27 %(+28 %) 34 % 30 % (+26%) Pyrolyse STEG 30 MW e literatuur, initiatief E 8000 kƒ/mw e 7,5 % van investering incl. personeel - 15 % 36 % 39 % 1 De aanduiding literatuur betekent dat de informatie op literatuurgegevens gebaseerd is. Voor nadere informatie zie de (nog onvolledige) bijlagen bij het rapport. De aanduiding initiatief betekent dat er contact is geweest met initiatiefnemers betreffende de technologie en de informatie veelal op offertes van leveranciers is gebaseerd. 2 Bij wk-toepassing worden tussen haakjes rendementen voor warmtelevering gegeven met daarvoor het bijbehorende elektrisch rendement 3 Of op het tijdstip dat de technologie operationeel is. 4 Of op het tijdstip dat de technologie operationeel is. 5 excl. bouwkundige kosten. Waar investeringen voor gebouwen etc niet in de investeringscijfers begrepen zijn, wordt hiervoor 35 % opslag op de investeringen gehanteerd.

26 14 van 4 HTU 130 kton ds/jaar literatuur initiatief Natte vergisting (mest) 30 kw e boerderij initiatief, literatuur Droge vergisting (GFT, ONF) ton/jaar literatuur, Thermofiele vergisting (ONF) initiatief ton/jaar literatuur, initiatief Directe meestook in kolencentrale 120 MW e (= 20 % meestook) Indirecte meestook in 120 MW e (= 20 kolencentrale % meestook) Bijstook in kolencentrale via vergasser: schoon vuil 120 MW e (= 20 % bijstook) biocrude 500 ƒ/ton ds/a 1 6 % van investering - 30 % % % E / kw e 6 % personeel en onderhoud. - 10% 22 kwh e/ton 22 kwh e/ton E GFT: 600 ƒ/ton/a ONF 550 ƒ/ton/a excl. E-gedeelte GFT: 4,5 man bediening, 2 % onderhoud; ONF 145 ƒ/ton totaal - 10 % 100 kwh e/ton 100 kwh e/ton literatuur E 65 kƒ/mw e 6 % van investering - 39,5 % 39,5 % literatuur E 855 kƒ/mw e 10 % van investering - 38 % 38,0 % literatuur literatuur E E 810 kƒ/mw e 2000 kf/mwe 6 % van investering 6 % van investering - 10 % - 10 % 38 % 35 % 38 % 35 % CFB bijstook in aardgas-steg 30 MW e(= 10 % literatuur E 2250 kƒ/mw e 6 % van investering - 10 % 42,5% % 45 % bijstook) Bijstook in KV/STEG 25 MW e(= 10 % literatuur E 1300 kƒ/mw e 6 % van investering - 20 % 41 % 41 % bijstook) Directe meestook in KV/STEG 10% meestook literatuur E 105 kf/mwe 6% van investering - 42,5% 42,5% Stoomzijdige integratie kolen/gas 20 MWe (= 3,5 literatuur E 2050 kƒ/mw e 3 % van investering - 38,5 % 38,5 % %) Kleinschalige verbranding 0,5-1 MW th literatuur initiatief warmte 6 % van investering -10 % 80 % 80 % 1000 kƒ /MW th (+20 % bij hogere emissie-eisen) 1 Productiekosten biocrude. Dit getal is gebaseerd op een eerste project met 15 % additioneel onvoorzien boven op gebruikelijke percentages. Op latere installaties kan deze vervallen. 2 Het eerstgenoemde rendement geldt voor stand-alone toepassing van het HTU-proces; het tweede voor geïntegreerde toepassing met de elektriciteitsopwekking. In het laatste geval neemt het aantal draaiuren waarschijnlijk af zodat het eerstgenoemde rendement is gebruikt.

27 15 van 26 Voor de mee-/bijstookopties is het overall rendement berekend uitgaande van een thermisch rendement van de biomassatechnologie (vergassen, pyrolyse, verbranding met stoomzijdige integratie) zoals berekend op grond van een thermodynamische systeem-studie. Dit resulteert in voor de praktijk hoge waardes. Voor de kleinschalige CFB-vergasser/gasmotorcombinatie geldt dat de 3 MWe capaciteit de niet-optimale capaciteits(onder)grens weergeeft. Indien de thans op de markt geïntroduceerde kleine gasturbines ook voor biomassastookgas kunnen worden benut, zal dit een systeemkostenreductie en een efficiëntieverbetering met zich meebrengen. Voor bijstook in kolencentrales middels vergassing worden een tweetal technieken onderscheiden: 1) Foster Wheeler technologie (Lathi-plant, Finland): hoog rendement, lage kosten (deze is alleen geschikt voor schone brandstoffen, omdat anders niet aan de luchtemissie-eisen wordt voldaan en mogelijk ook de vaste reststromen (assen, rookgasontzwavelingsgips) niet meer commercieel toepasbaar zijn.) en 2) Lurgi/TPS technologie (Amer-centrale): lager rendement, hogere kosten, geschikt voor een grotere variëteit aan brandstoffen. Overeenkomstig vergassing is ook voor bijstook middels langzame pyrolyse onderscheid gemaakt tussen een variant voor relatief schone materialen (deze bevat geen additionele pyrolysegasreiniging) en een variant voor niet-schone brandstoffen (deze bevat een additionele pyrolysegasreiniging, alvorens het gas aan de kolenketel wordt gevoed). Voor bijstook in een KV/STEG is om het aantal varianten te beperken één dataset opgenomen die een indicatie vormt voor bijstook middels separate vergassing dan wel pyrolyse. Betreffende de operationele kosten is de volgende benadering gekozen: Waar gedetailleerde informatie beschikbaar was, is deze informatie gebruikt. Voor onderhoudskosten die niet bekend zijn, wordt uitgaan van een percentage gerelateerd aan de investering. Hiervoor wordt in de praktijk veelal 2 tot 4% gebruikt. 2% voor eenvoudiger installaties met gas- en vloeistof handling tot 4% voor complexere installaties met vaste stof handling. De hier besproken installaties zijn in het algemeen een mengvorm van deze twee typen installaties. Voor onderhoud en bijkomende kosten is daarom 3% gehanteerd. Waar alleen personele kosten beschikbaar waren, is deze opgave gebruikt met een toeslag van 3%/a voor onderhoudskosten. Indien geen personele kosten zijn aangegeven wordt hiervoor een percentage van 3% van de investering voorgesteld. Waar deze forfaitaire percentages gebruikt zijn, worden ze cursief aangegeven in de tabel.

28 16 van 4 Om op basis van de kosten van de investering, de operationele kosten en de kosten van de voeding de kosten per eenheid geleverde energie te berekenen is het van belang dat het aantal uren te kennen dat de installatie in bedrijf is en met name het aantal vollast-uren. Het type installaties dat hier beschreven wordt vereist in het algemeen een volcontinue operatie. Het percentage vollasturen is daarbij 1) in hoge mate afhankelijk van de ervaring die met het proces is opgedaan en de maatregelen die bij de bouw geïmplementeerd worden om verlies van bedrijfsuren te beperken en 2) afhankelijk van de inzet voor een optimale elektriciteitsproductie. Het laatste speelt bijvoorbeeld een belangrijke rol bij kolencentrales die 6000 vollasturen per jaar werken en decentrale installaties die ca uur per jaar draaien. Van een volwassen technologie mag verwacht worden dat de beschikbaarheid tot ca. 90 % of ca uur per jaar kan oplopen, bijvoorbeeld zoals het geval is bij een AVI. [De hiervoor genoemde vollasturen hebben overigens betrekking op de afvalverbranding. Kijkt men naar de feitelijke energielevering dan komt de netto energieproductie overeen met 6500 vollasturen per jaar.] Voor kleinschaliger installaties met minder professionele bediening (mestvergisting, FB, kleinschalige verbranding) zal dit aantal uren geringer zijn. Voor deze studie wordt aangenomen: Plants die brandstof produceren voor meestoken (pyrolyse, HTU) hebben een beschikbaarheid van 90% (ca uur per jaar). Grootschalige plants (150 MW e vergasser), gascentrales en plants die gekoppeld zijn aan een kolencentrale (mee-, bijstoken, stoomzijdige integratie) draaien 6000 uur. Kleinere installaties (1-30 MW e ) hebben 5000 vollasturen. Voor kleinschalige verbrandingsinstallaties is het aantal nuttige vollasturen Aanvullende rookgasreinigingseisen ten opzichte van de NER worden door de overheid overwogen voor installaties die biomassa verwerken. Op grond van [6] is aangenomen dat dit geen significante kostenstijging tot gevolg zal hebben, met uitzondering van de investeringskosten in kleinschalige verbrandingsinstallaties.

29 17 van Biomassa/afval-technologiecombinaties Uitgaande van de eigenschappen van de biomassa en afvalstromen die als voeding voor energieopwekking beschikbaar, en de eisen die per technologie aan de input moeten worden gesteld, is een tabel opgesteld van mogelijke biomassa-technologiecombinaties (beter biomassa/afval-technologiecombinaties). De eigenschappen van de mogelijke voedingen worden beschreven in Taak 1 van deze studie. Tabel 5.2 geeft een overzicht per technologie van de eisen met betrekking tot vochtgehalte en deeltjesgrootte die voor de voedingen aangehouden zijn op basis van de technologiebeschrijvingen in de bijlagen. De volledige tabel met meegenomen biomassa-technologiecombinaties is opgenomen als bijlagen. Bijlage 13 bevat per biomasa-technologiecombinatie een opgave van de voorbewerkingen die noodzakelijk worden geacht om de voeding geschikt te maken. Het hoofdargument om biomassa-technologiecombinaties uit te sluiten ligt in de technologische onmogelijkheid. Enkele honderden combinaties zijn meegenomen in deze studie waaronder ook een aantal varianten die op voorhand minder waarschijnlijk kunnen worden geacht. Uit de verdere berekeningen blijkt of hier toch enkele kansrijke combinaties tussen zitten.

30 18 van 4 Tabel 5.3 Gewenste voedingseigenschappen per technologie Conversietechnologie Gewenste voedingseigenschappen CFB-vergasser-gasmotor vocht max. 15 gew.%, deeltjesgrootte tot 5 cm CFB-vergasser-STEG, 30 MWe weinig vervuild, afmeting tot enkele cm, max. 15 gew.% vocht, geen afvalstromen CFB-vergasser-STEG, 150 MWe weinig vervuild, afmeting tot enkele cm, max. 15 gew.% vocht, geen afvalstromen BFB-turbine weinig vervuild, afmeting ca. 2 cm, max. 40 gew.% vocht, 25 gew.% as FB-gasmotor blokvormig, max. 10 gew.% vocht, as < 5 gew.%, geen vervuiling Verbranding, wervelbed, biomassa verbrandingswaarde > 7 MJ/kg, diameter tot 2 cm bij bubbling bed, mogelijk kleiner bij circulerend wervelbed Verbranding, roosteroven, afval verbrandingswaarde > 7 MJ/kg, niet enkel kleine deeltjes van enkele mm Flash pyrolyse (tbv meestoken) organische stromen met een vochtgehalte kleiner dan 10 gew.% en een diameter <enkele cm s Pyrovac, meestoken voedingen met max. 15 gew.% vocht, diameter 3-20 mm Pyrolyse gasmotor voedingen met max. 5 gew.% vocht, diameter < 3 mm Pyrolyse STEG voedingen met max. 5 gew.% vocht, diameter < 3 mm HTU gehakseld of gechipte voedingen bij voorkeur zonder zand e.d.; geen eisen aan vochtgehalte Natte vergisting natte stromen waarvan de energiehoudende component biologisch afbreekbaar is Droge vergisting Thermofiele vergisting stromen waarvan de energiehoudende component biologisch afbreekbaar is met een vochtgehalte tot ca. 40% Directe meestook in kolencentrale grofkorrelig materiaal, invoer met kolen Indirecte meestook in kolencentrale grofkorrelig materiaal, voorbewerking met separate maalstap tot poeder noodzakelijk Bijstook in kolencentrale via vergasser zie CFB vergasser, Foster Wheeler: relatief schoon, natter toegestaan; Lurgi/TPS: ook niet-schone biomassa Bijstook in kolencentrale via zie pyrolyse pyrolyse Bijstook in aardgas-steg zie CFB vergasser, 30 MWe Bijstook in KV/STEG zie CFB vergasser, pyrolyse Directe meestook KV/STEG grofkorrelig materiaal, invoer met kolen Stoomzijdige integratie zie verbranding, wervelbed biomassa Kleinschalige verbranding houtachtig materiaal, verkleind

31 19 van Voorbewerkingen Veel biomassa- en afvalstromen moeten een voorbewerking ondergaan voordat zij geschikt zijn om in één van de beschreven conversietechnologieën verwerkt te worden. Voor de kosten en energiebehoefte van deze voorbewerkingsprocessen zijn richtgetallen gebruikt. Omdat de werkelijke data natuurlijk afhankelijk zijn van de feitelijke uitvoering (techniek, schaal) van een dergelijke voorbewerking zijn deze getallen slechts indicatief. De volgende data worden aangehouden: Kosten (incl. energie) Energieverbruik Bron hakselen, chippen, shredderen ƒ 20,-/ton input 15 kwh/ ton [2] malen ƒ 40,-/ton input 25 kwh/ton [5] verpoederen ƒ 100,-/ton input 40 kwh/ton [2] scheiden door windziften, zeven ƒ 30,-/ton input 10 kwh/ton [5] pelleteren, briketteren ƒ 80,-/ton input 15 kwh/ton [2,5] fysisch ontwateren (tot 25% ds) ƒ 10,-/ton input 5 MJ e /ton input [4] drogen (hout van 50 naar 15% ds) ƒ 22,-/ton input [1] thermisch drogen ƒ 100,-/ton waterverdamping 3 GJ th /ton waterverdamping (25 % naar 85% ds: mest, slib) [4] productie RDF (10 % vocht) ƒ 60,-/ton input 15 kwh/ton input [3] uit huishoudelijk afval, +150 MJ th /ton input opbrengst 50% van HHA tbv CFB-vergassing voorbehandeling RDF 1 uit HHA ƒ 110,-/ton input 100 kwh/ton private voor meestoken (pelleteren, drogen, +700 MJ th /ton communication malen) productie 2 brandstof pellets uit kwd ƒ 120,-/ton brandstof 65 kwh/ton input private voor wervelbedverbranding +500 MJ th /ton communication Bijlage 13 geeft een volledig overzicht van de per biomassa-technologiecombinatie noodzakelijk geachte voorbewerkingprocessen. 1 Het betreft hier de productie van brandstof voor een kolencentrale uit de papier- en plasticfractie die kan worden afgescheiden uit huishoudelijk afval (zogenaamd grijs huisvuil). Zie Zie 5.6

32 20 van Productie van brandstof uit afval De productie van een brandstof uit een afvalstroom is een specifiek geval van (een combinatie van) voorbewerking(en). In deze studie zijn twee voorbeelden van brandstofproductie uit afval meegenomen omdat deze op grote schaal toepasbaar zijn: 1) brandstofproductie uit huishoudelijk afval en 2) brandstofproductie uit kantoor-, winkel- en dienstenafval. Een in het buitenland wel toegepaste variant betreft de brandstofproductie uit een gescheiden ingezamelde zogenaamde droge fractie. Daarnaast zijn er meer specifieke afvallen, bijvoorbeeld afkomstig van bedrijven, die hiervoor benut kunnen worden. De kosten van brandstofproductie en het energieverbruik staan onder de voorbehandeling vermeld. Deze gegevens zijn gebaseerd op informatie betreffende: - Het Subcoal onderzoeksproject van, onder andere, de VAM. Hierbij wordt een papier- en plasticfractie, die na zeven en ziften afgescheiden is uit grijs huishoudelijk afval, verder bewerkt. Uit deze fractie wordt door drogen, pelleteren en malen een brandstof verkregen die in een kolencentrale kan worden meegestookt. De brandstofproductie bedraagt ca. 75% van de input. - De productie van brandstofpellets uit geselecteerde kwd-afvalstromen en bedrijfsafval (door ICOVA). De stromen worden onder andere gedroogd en gepelleteerd. Een organische fractie wordt afgescheiden. Op een schaal van ton/jaar bedragen de kosten circa 120 gulden per ton brandstof exclusief de stortkosten voor de restfractie (ca. 40% van de input). De installatie draait ca uur/jaar. De restfractie wordt momenteel gestort. Vanwege de overeenkomst met ONF wordt vergisting hiervan overwogen. In deze studie is ervan uitgegaan dat deze brandstoffen in een wervelbedinstallatie kunnen worden verbrand zonder dat deze over de zware rookgasreinigingsinstallatie beschikt zoals die voor AVI's vereist is. Dit resulteert in een kostenvoordeel ten opzichte van AVI's. Het is echter afhankelijk van de kwaliteit van de geproduceerde brandstof of dat voordeel gerealiseerd kan worden, hetgeen voor bijvoorbeeld brandstoffen uit huishoudelijk afval niet vanzelfsprekend is.

33 Bijlagen 1 van 4 Hoofdstuk 6 Conclusies Geconcludeerd kan worden dat er een groot scala aan potentiële technologieën is die een bijdrage kunnen leveren aan de inzet van hernieuwbare grondstoffen en afval. Enkele technologieën kunnen als bewezen en in de praktijk toegepast worden aangemerkt. Dit zijn vergisting en verbranding en in mindere mate mee- en bijstook van biomassa in kolengestookte E-centrales en pyrolyse-gasmotor. De verwachting is dat veel van de andere technologieën over 5 tot 10 jaar als bewezen kunnen worden toegepast. Veel conversietechnologieën zullen zich nog in de praktijk moeten bewijzen. Het welslagen van een aantal gestarte en toekomstige demonstratieprojecten, veelal op kleine schaal opererend, is daarvoor van groot belang. Grootschalige toepassingen van biomassa betreffen juist die conversiesystemen waarbij hoge rendementen voor elektriciteitsproductie behaald kunnen worden. Voor de aanvoer van biomassa voor deze grootschalige toepassingen zullen praktische oplossingen nog ontwikkeld moeten worden. De conversiesystemen vertonen een wijde range aan kosten en aan rendementen. Evaluatie hiervan zal op basis van de complete keten: grondstof-technologie-energieproductie moeten plaatsvinden waarbij dure processen in het algemeen grondstoffen met een lage c.q. negatieve prijs moeten verwerken om economisch aantrekkelijk te worden dan wel een hoog rendement moeten kunnen leveren. Het maatschappelijk draagvlak wordt voor biomassa verwerking in het algemeen positief ingeschat. Dit is niet het geval voor afvalverbranding, en in veel mindere mate voor mestvergisting. In het laatste geval heeft men te kampen met de herinnering aan veel afgebroken projecten in het verleden.

34 2 van 6 Bijlagen

35 Bijlagen 3 van 4 Hoofdstuk 7 Begrippenlijst Enkele afkortingen worden hieronder nader toegelicht: BB CFB FB GFT HHA HTU KV STEG ONF WKK rendement Bubbling bed wervelbed Circulerend wervelbed Vastbedvergassing Groente-, fruit- en tuinafval Huishoudelijk afval Hydrothermale liquefactie Kolenvergasser Gekoppelde stoom- en elektriciteitsproductie Organische natte fractie uit huisvuil Warmte-krachtkoppeling De in de bijlagen vermelde energetische rendementen hebben tenzij anders vermeld betrekking op de conversie van de grondstof naar de vorm zoals die beschreven wordt (elektriciteit, pyrolyseproducten of anderszins) en zijn betrokken op stookwaarde (LHV). Hierbij wordt rekening gehouden met het eigen verbruik van de installatie als netto rendementen genoemd worden.

36 4 van 6 Bijlagen

37 Bijlagen 5 van 4 Hoofdstuk 8 Referenties [1] Vooronderzoek naar de Europese stand der techniek op het gebied van CO 2 -neutrale gasvormige en vloeibare energiedragers gemaakt van biomassa. Geschreven in opdracht van Novem door BTG, [2] Cursus Energie uit Biomassa (1998) BTG. [3] Long-term perspectives of biomass integrated gasification with combined cycle technology (1998) EWAB-rapport Faaij et al. [4] Energie-efficiënt drogen en verwerken van slib en mest. Novem-rapport. (1998) KEA Consult, TNO-MEP [5] Vergelijkende studie voor de thermische verwerking van huishoudelijk afval (1995) KEMA, EWAB-rapport [6] Beperking van emissies naar de lucht bij conversie van biomassa naar elektriciteit en warmte (1999) CE.

38

39 Bijlage 1 Informatieformulier conversiesystemen

40

41 Bijlagen 7 van 4 Bijlage 1 Informatieformulier conversiesystemen Dit format geeft de vragen weer die beantwoord moeten worden voor de verdere evaluatie van de mogelijke EWAB Marsroutes. Beantwoording kan het best via een separaat (Word-)document plaatsvinden. Voor het gebruik van de data in het 'Marsroutes 2020'-project is essentieel: - een opgave van mogelijke (eventueel de belangrijkste) voedingen, met eventueel benodigde voorbewerking (zie ad 4) - een opgave van het energierendement van het proces(zie ad 5) - een duidelijke kostenopgave, tenminste gesplitst in investeringen en operationele kosten (zie ad 9) - factoren te kennen die een sterke, negatieve of positieve, invloed kunnen hebben op de kansen voor toepassing van de technologie (zie ad 8) - het aangeven van bronnen en van onzekerheden in resultaten en ontwikkelingen. Het begrip conversietechnologie dekt de processen die noodzakelijk zijn om de eindproducten, E en/of W, te produceren uitgaande van aan de poort geleverde biomassa. 1. Naam 2. Korte beschrijving 3. Beschrijving complete conversieketen 4. Input: geschikte biomassa en afval 5. Output 5a. fysisch 5b. energetisch 5c. hoeveelheden van bijproducten 6. Milieuaspecten 6a. infrastructuur 6b. CO 2 -emissie 6c. andere emissies/reststoffen 6d. risico's/veiligheid 7. Ontwikkelingsstadium 8a. Ontwikkelingskansen en breekpunten 8b. Energierendement conversieketen Antwoord Toelichting 12. Bron 11. Waarde (onzekerheid)

42 8 van 6 Bijlagen 9. Kosten 9a. typische schaal 9b. investeringen installatie 9c. investering aansluiting infrastructuur 9d. utilities 9e. afval/emissies 9f. personeel 10. Draagvlak Toelichting: ad 2 en 3: Beknopte omschrijving van de technologie op hoofdlijnen, ca. ½ A 4. Wat zijn de sterke punten en zwakke punten specifiek voor deze technologie? Welke combinaties met gasreiniging, gasmotor, turbine en/of andere zijn aantrekkelijke ketens waarin de technologie ingepast kan worden. Met betrekking tot gasreiniging zie punt 9: svp rekening houden met zowel Europese als Nederlandse regelgeving voor emissienormen. Wat is de jaarcapaciteit, flexibiliteit in af te leveren vermogen (basislast, pieklast, opstartkarakteristiek), robuustheid van de installatie, etc. ad 4: Voor welke input is het proces het meest geschikt: vorm, ds, as, vervuiling etc. Zie bijgevoegde lijst van biomassastromen die in taak 1 nader worden omschreven. Geschikte input (afval of biomassa) kan op deze lijst worden aangegeven. Graag aangeven in welke vorm de biomassa aangeleverd moet worden om geschikt te zijn voor dit conversiesysteem, als deze afwijkt van de aangegeven vorm. Hiermee kunnen de eventuele voorbewerkingen (voor een specifieke biomassastroom) vastgesteld worden. ad 5: Welke vorm hebben de producten (ook bijproducten noemen) van het proces; wat is de energie-inhoud; wat het conversierendement (omzetting van de biomassa) c.q. het energierendement, onder aftrek van het eigen verbruik etc.? `Hierbij ook rekening houden met warmtebenutting bij WKK-toepassingen bijvoorbeeld. Eventueel mogelijke sprongen in het energierendement door belangrijke doorbraken of verbeteringen in de in de technologie svp ook bij 8b noemen. ad 6: Voor welke toepassingsmogelijkheden is de technologie het meest geschikt: inpassing in welke infrastructuur is het meest aantrekkelijk? Hoe zit de keten grondstof-product er uit? Welke emissies/afval komen vrij en in welke hoeveelheden? ad 7: In wel ontwikkelingsstadium verkeert de technologie; op welke schaal is ze bewezen? Hoe gaat ze zich ontwikkelen? ad 8: Welke positieve (succesfactoren) en negatieve (breekpunten) mogelijkheden kunnen zich openbaren die een beslissende invloed kunnen hebben of de doorbraak van de technologie? Is het mogelijk deze factoren grofweg te plaatsen in de tijd. Grofweg dat wil zeggen 2000, 2005, 2010 of Invloed op energierendement svp aangeven bij 8b (zie ook 5).

43 Bijlagen 9 van 4 ad 9: Betreffende de kostengegevens is het van belang deze zo gespecificeerd op te geven dat een omrekening naar een standaardsituatie mogelijk is. Welke verwachting is er tav het verloop van de kosten in de tijd: zijn er ontwikkelingen te voorzien (welke?) die een kostenreductie doen verwachten?. Betreffende de kosten van emissiebeperkende maatregelen uitgaan van twee niveaus: Nederlandse of Europese regelgeving. Kosten zijn opgebouwd uit: - investeringen in de installatie: investeringen zijn inclusief gebouwen, infrastructuur en terrein - investeringskosten voor de aansluiting op de infrastructuur - kosten van utilities als water, energie, informaticasystemen - kosten van afval- en afvalwaterverwijdering en andere milieurechten - kosten van (bedienings)personeel (bij voorkeur opgeven in mensjaren en met inbegrip van operating en maintenance). Eventueel inschatten welke ontwikkeling van de kosten in de tijd te verwachten is. ad 9: Tevens svp aangeven welke schaalgrootte(s) van het conversiesysteem het meest voor de hand liggen (inschatting op basis van de technologie, niet wat commercieel haalbaar lijkt). ad 9: Zo goed mogelijk aangeven met welke onzekerheidsmarge de data opgegeven zijn. ad 11: Zo duidelijk mogelijk aangeven wat de bronnen (of veronderstellingen) zijn van de data zodat één en ander traceerbaar kan worden gerapporteerd. Dit is met name van belang voor de vragen over kosten, energierendementen en andere getallen.

44

45 Bijlage 2 Hydrothermale omzetting: het HTU -proces

46

47 Bijlagen 1 van 6 Bijlage 2 Hydrothermale omzetting: Het HTU -proces 1. HTU 2. Korte technologiebeschrijving: In het HTU-proces wordt biomassa in (vloeibaar) water bij een druk van ca bar en een temperatuur van C omgezet in biocrude een hoogcalorische, met zware ruwe olie vergeleken brandstof. Zie figuur 1 en De conversieketen bestaat uit: - omzetting van biomassa in HTU-proces in biocrude - transport en opslag van biocrude ten behoeve van meestoken - het (mee)stoken van vloeibare (bij 80 C) biocrude. 4. Geschikte biomassa: HTU is specifiek geschikt voor natte reststoffen, omdat water fysisch wordt afgescheiden van het product, maar kan ook veel droge materialen goed verwerken. Voeding zal in het algemeen verkleind moeten zijn, bijvoorbeeld gehakseld of gechipt. Houtachtige: na ontwikkeling aangepast proces. In gechipte vorm. Energieteelt: vooral olifantsgras en bermgras, gehakseld. Stro: bij voorkeur ongedroogd: informatie hierover is niet bekend Mest: perspectief voor mest onbekend, waarschijnlijk voor ingedikte fracties of pluimveemest. RWZI-slib: in het buitenland onderzocht; ingedikt slib nodig, mogelijk probleem is hoog zandgehalte VGI slib: hiervoor benodigd is ontwaterd, voornamelijk organische (en liefst niet te veel anorganische) stof bevattend zuiveringsslib. Reststoffen VGI: bij voorkeur nat maar geconcentreerd. GFT: na voorbehandeling en bij voorkeur reiniging van zand e.d. (bloembollen-, landbouwresiduen, plantsoenafval. 5. Output 5a. Het product komt vrij als biocrude, een met zware minerale olie vergelijkbaar product. De verbrandingswaarde ervan is MJ/kg. 5b. Het netto energierendement van de HTU -conversie bedraagt %, voor hout of andere biomassa met een vochtgehalte van 35% bij stand-alone toepassing van het HTUproces. Bij geïntegreerde toepassing met een kolencentrale is een rendement tot 87% mogelijk. 5c. Het rendement van de aansluitende biocrude-conversie in kolencentrales en wervelbedinstallaties, al dan niet met WKK, zal vergelijkbaar zijn met dat van kolenstook. 5d. Er ontstaan geen bijproducten. (Dit is wel mogelijk als door verdere productontwikkeling hoogwaardiger componenten uit biocrude geproduceerd kunnen worden zoals diesel en kerosine.)

48 2 van 6 Bijlagen 6. Milieuaspecten 6a. De geproduceerde biocrude is (binnen het kader van de onderhavige studie) het meest geschikt voor het (mee)stoken in kolencentrales en wervelbedinstallaties al dan niet met WKK. 6b. Bij de HTU-reactie ontstaat CO 2 (figuur 1). 6c. Geen 6d. Voornamelijk thermische NO x uit (co)verbrandingsinstallatie. 6 e. 1) een afgasstroom van CO 2 met daarin vluchtige organische componenten en waterdamp die wordt verwerkt in een naverbrander 2) een afvalwaterstroom, ongeveer met het volume van de waterstroom die met de voeding meekomt. Deze kan na zuivering op het riool geloosd worden. 7. Ontwikkelingsstadium Het proces is thans bewezen op pilot plantschaal voor plantaardige dwz niet-houtachtige biomassa. Verdere te verwachten ontwikkelingen: 2005: bewezen op demonstratieschaal voor niet-houtachtige biomassa met een capaciteit kt/jaar. 2010: bewezen voor praktijktoepassing op niet-houtachtige biomassa 25 tot 100 kt/a, voor houtachtige biomassa op demonstratieschaal in Nederland, 20 kt/jaar. 2010: in een optimistisch scenario kan de rentabiliteit van HTU toenemen door de op gang komende productie van meer hoogwaardige producten uit de biocrude, bijvoorbeeld t.b.v. transportbrandstoffen. 2010/2015: toepassing op hout in Nederland bijvoorbeeld op middelgrote schaal: 100 kt/a of groter. 2015: toepassing op zeer grote schaal in het buitenland, evt. in combinatie met energy farming (>600 kton/jaar). (Alles op droge basis). 8. Ontwikkelingskansen en breekpunten Het proces wordt momenteel op pilot-schaal onderzocht, waarbij geen doorslaggevende knelpunten worden geconstateerd. Breekpunten die gedurende de komende decennia kunnen optreden zijn dat door technische tegenvallers, die nog niet zijn geconstateerd, het kostenniveau aanmerkelijk hoger zou komen te liggen dan thans in te schatten valt. Door integratie-effecten kunnen belangrijke voordelen ontstaan, bijvoorbeeld als elektriciteitsopwekking en HTU in een geïntegreerde installatie worden toegepast of als HTU geïntegreerd kan worden met industriële energiesystemen.

De Marsroute voor implementatie van Bioenergie in Nederland

De Marsroute voor implementatie van Bioenergie in Nederland De Marsroute voor implementatie van Bioenergie in Nederland Kees W. Kwant, Ir. NOVEM Netherlands agency for Energy and the Environment Postbox 8242, NL 3503RE Utrecht, Netherlands TEL +31-30-2393458 k.kwant@novem.nl

Nadere informatie

Transitie naar een duurzame elektriciteitsvoorziening en de rol van biomassa. Ir. Harry A. Droog

Transitie naar een duurzame elektriciteitsvoorziening en de rol van biomassa. Ir. Harry A. Droog Transitie naar een duurzame elektriciteitsvoorziening en de rol van biomassa Ir. Harry A. Droog Voorzitter Platform Duurzame Electriciteitsvoorziening Biomassa meestook symposium, 27 mei 2010, Amsterdam

Nadere informatie

HR WKK met CO 2 winning

HR WKK met CO 2 winning HR WKK met CO 2 winning Door: Herman Klein Teeselink HoSt Sheet 1 of 22 Inhoud HoSt HoSt ImtechVonkV.O.F. - Reinigen van rookgassen - Rookgascondensor / Scrubber - Nat elektrostatisch filter - Waterbehandeling

Nadere informatie

Sectorplan 7 Afval van energievoorziening

Sectorplan 7 Afval van energievoorziening Sectorplan 7 Afval van energievoorziening 1 Achtergrondgegevens 1. Belangrijkste afvalstoffen Poederkoolvliegas, E-bodemas, rookgasontzwavelinggips, KVvliegas, KV-slak, bodemas en vliegas 2. Belangrijkste

Nadere informatie

Introductie HoSt B.V.

Introductie HoSt B.V. HR Hout WKK (Vink Sion) voor glastuinbouw en stadverwarming door HoSt Imtech Vonk vof door H. Klein Teeselink info@host.nl Introductie HoSt B.V. Inhoud: Waarom biomassa WKK, belang van warmte? Wie zijn

Nadere informatie

Biomassa WKK in de glastuinbouw

Biomassa WKK in de glastuinbouw Management samenvatting Biomassa WKK in de glastuinbouw Evaluatie van transitieroutes Februari 2005 Auteurs Opdrachtgevers : Ir. Joep Coenen, Cogen Projects Ir. Stijn Schlatmann, Cogen Projects : Productschap

Nadere informatie

Boeren met energie. 11 November 2010

Boeren met energie. 11 November 2010 Boeren met energie 11 November 2010 Wat doen wij? Ontwikkelen projecten energie uit biomassa Opzetten expertisecentrum energie uit hout droogtechnieken stookgedrag rookgasmetingen rookgasreiniging Ontwikkelen

Nadere informatie

J. Theunis, A. Van der Linden, R. Torfs, A. Vercalsteren, C. Spirinckx, A. Jacobs, K. Vrancken

J. Theunis, A. Van der Linden, R. Torfs, A. Vercalsteren, C. Spirinckx, A. Jacobs, K. Vrancken Energetische valorisatie van hoogcalorische afvalstromen in Vlaanderen Deel 2: Afvalaanbod, procesbeschrijvingen en toepassingsmogelijkheden Eindrapport J. Theunis, A. Van der Linden, R. Torfs, A. Vercalsteren,

Nadere informatie

Functie : omzetten van een vaste naar een olieachtige en gasvormige brandstof om de productie en de gebruik van de brandstof te ontkoppelen

Functie : omzetten van een vaste naar een olieachtige en gasvormige brandstof om de productie en de gebruik van de brandstof te ontkoppelen ECP technologie beschrijving Proces: Pyrolyse Functie : omzetten van een vaste naar een olieachtige en gasvormige brandstof om de productie en de gebruik van de brandstof te ontkoppelen Algemeen principe:

Nadere informatie

Alternatieve verwerking papierslib

Alternatieve verwerking papierslib Alternatieve verwerking papierslib Van Houtum Papier Swalmen 6 september 2006 Wim Mans Inhoud presentatie Doelstelling Huidige situatie Alternatieve verwerkers Drogen van papierslib Afzet van gedroogd

Nadere informatie

BEDRIJFSECONOMISCHE EN BELEIDSMATIGE EVALUATIE VAN ELEKTRICITEIT- EN WARMTEOPWEKKING UIT AFVAL EN BIOMASSA DEEL 4 VAN 4. Rapport 2EWAB00.

BEDRIJFSECONOMISCHE EN BELEIDSMATIGE EVALUATIE VAN ELEKTRICITEIT- EN WARMTEOPWEKKING UIT AFVAL EN BIOMASSA DEEL 4 VAN 4. Rapport 2EWAB00. BEDRIJFSECONOMISCHE EN BELEIDSMATIGE EVALUATIE VAN ELEKTRICITEIT- EN WARMTEOPWEKKING UIT AFVAL EN BIOMASSA DEEL 4 VAN 4 Rapport 2EWAB00.23 BEDRIJFSECONOMISCHE EN BELEIDSMATIGE EVALUATIE VAN ELEKTRICITEIT-

Nadere informatie

De plaats van WKK in een rationele energiepolitiek

De plaats van WKK in een rationele energiepolitiek Voor kwaliteitsvolle WarmteKrachtKoppeling in Vlaanderen De plaats van WKK in een rationele energiepolitiek Jean-Pierre Lemmens COGEN Vlaanderen easyfairs Industrie & Milieu 2010 Seminarie Bio-energie

Nadere informatie

Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder

Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder Voor kwaliteitsvolle WarmteKrachtKoppeling in Vlaanderen Bio-WKK en WKK in de glastuinbouw: meer met minder 16/12/2010 Cogen Vlaanderen Daan Curvers COGEN Vlaanderen Houtige biomassa in de landbouw 16

Nadere informatie

buffer warmte CO 2 Aardgas / hout WK-installatie, gasketel of houtketel brandstof Elektriciteitslevering aan net

buffer warmte CO 2 Aardgas / hout WK-installatie, gasketel of houtketel brandstof Elektriciteitslevering aan net 3 juli 2010, De Ruijter Energy Consult Energie- en CO 2 -emissieprestatie van verschillende energievoorzieningsconcepten voor Biologisch Tuinbouwbedrijf gebroeders Verbeek in Velden Gebroeders Verbeek

Nadere informatie

Uw afval is geld waard! Duurzamer produceren bij lagere kosten.

Uw afval is geld waard! Duurzamer produceren bij lagere kosten. Uw afval is geld waard! Duurzamer produceren bij lagere kosten. Waar gehakt wordt vallen spaanders. Voor uw productiebedrijf betekent dit dat naast de gewenste producten ook afval wordt geproduceerd. Afval

Nadere informatie

Energie in de glastuinbouw

Energie in de glastuinbouw Energie info glastuinbouw 22-11-2004 Energie in de glastuinbouw Eenheden Voelbaar / niet voelbaar Brandstof Benutte deel Prijs energiekost Alternatieve energie BBT Serre verliezen Energieproductie Vermogen

Nadere informatie

Bio-energie. Beschikbaarheid van biomassa en afval in Nederland. Beschikbaarheid

Bio-energie. Beschikbaarheid van biomassa en afval in Nederland. Beschikbaarheid Bio-energie Beschikbaarheid van biomassa en afval in Nederland Bij de totstandkoming van een bio-energieinstallatie is het van groot belang dat de initiatiefnemer zicht krijgt op de toekomstige beschikbaarheid

Nadere informatie

Biobased economy in het Groene Hart

Biobased economy in het Groene Hart Biobased economy in het Groene Hart Energie & Bio/Groen Gas 27 juni 2013, Langeraar, Michiel van Galen Inhoud Landelijke doelen energie en beleid Stimuleringsbeleid Groen Gas Het proces Stand van zaken

Nadere informatie

GROEN GAS HEEFT DE TOEKOMST en de toekomst begint nu

GROEN GAS HEEFT DE TOEKOMST en de toekomst begint nu GROEN GAS HEEFT DE TOEKOMST en de toekomst begint nu A. van der Drift December 2013 ECN-L--13-081 GROEN GAS HEEFT DE TOEKOMST en de toekomst begint nu Bram van der Drift Clean Tech Business Day 11 december

Nadere informatie

Houtgestookte installaties in de Provincie Noord- Brabant: ervaringen met subsidiëring en vergunningverlening

Houtgestookte installaties in de Provincie Noord- Brabant: ervaringen met subsidiëring en vergunningverlening Houtgestookte installaties in de Provincie Noord- Brabant: ervaringen met subsidiëring en vergunningverlening Dirk van der Kroef Provincie Noord-Brabant Subsidieverlening Toepassing houtige biomassa als

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 026 Reductie CO 2 -emissies Nr. 3 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal s-gravenhage,

Nadere informatie

Bijlage 1.2.2bis bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne

Bijlage 1.2.2bis bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne Bijlage 4 bij het besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse besluiten inzake leefmilieu houdende omzetting van Europese richtlijnen en andere diverse wijzigingen Bijlage 1.2.2bis bij het

Nadere informatie

Thermische Druk Hydrolyse

Thermische Druk Hydrolyse Thermische Druk Hydrolyse Techniek om de conversie van moeilijke biomassa te verhogen Door: Ir. Frederik Oegema 1 4e Europese leverancier van biogas installaties Micro vergisting 50-130 kwe Co-vergisting

Nadere informatie

Houtige biomassa: markt, kenmerken en aandachtspunten

Houtige biomassa: markt, kenmerken en aandachtspunten Houtige biomassa: markt, kenmerken en aandachtspunten Jan Oldenburger Inhoud Houtige biomassa? Kwaliteitsaspecten De markt Omvang Nederlandse markt Typering Prijzen Houtige biomassa? Houtige biomassa?

Nadere informatie

Duurzame energieopties gemeente Woudrichem

Duurzame energieopties gemeente Woudrichem Duurzame energieopties gemeente Woudrichem Inleiding Er bestaan verschillende vormen van duurzame energie. Deze worden onderverdeeld in: Gebouwgebonden opties (zonne-energie, warmtepompen) Geothermische

Nadere informatie

Wat doet Cogen Projects?

Wat doet Cogen Projects? 1 Biomassa en WKK Stappenplan voor de industriële ondernemer 17 maart 2005, Eindhoven Erik Koolwijk en Joep Coenen Wat doet Cogen Projects? missie: bijdragen aan een duurzamere en betrouwbare energievoorziening

Nadere informatie

Spelregels BioRaffinage

Spelregels BioRaffinage Spelregels BioRaffinage 1) Ieder Team dient zoveel mogelijk biomassa waardeketens opstellen van één van de vijf groene eindproducten. 2) Een waardeketen omvat tenminste één element van de kleuren Blauw,

Nadere informatie

slibvergisting, wordt omgezet in elektric iteit 0,029 per kwh. slibvergisting, wordt omgezet in elektriciteit 0,029 per kwh.

slibvergisting, wordt omgezet in elektric iteit 0,029 per kwh. slibvergisting, wordt omgezet in elektriciteit 0,029 per kwh. Regeling van de Minister van Economische Zaken van.., nr. WJZ, houdende vaststelling van de vaste bedragen per kwh ter stimulering van de milieukwaliteit van de elektriciteitsproductie voor het jaar 2005

Nadere informatie

houtgestookte installaties

houtgestookte installaties Kansen en randvoorwaarden voor houtgestookte installaties Douwe van den Berg BTG biomass technology group bv Arnhem, 27 januari 2011 vandenberg@btgworld.com Inhoud Soorten houtige biomassa voor energie

Nadere informatie

Monitor energie en emissies Drenthe

Monitor energie en emissies Drenthe Monitor energie en emissies Drenthe 2012-2015 - november 2017 www.ecn.nl Monitor energie en emissies Drenthe 2012-2015 Deze monitor sluit aan op de notitie Energie en emissies Drenthe 2020, 2023 en 2030

Nadere informatie

GROEN AARDGAS via VERGASSING

GROEN AARDGAS via VERGASSING ECN-M--07-069 GROEN AARDGAS via VERGASSING A. van der Drift Gepresenteerd tijdens het Minisymposium Groen Gas, Maarssen, 28 juni 2007 Augustus 2007 GROEN AARDGAS via VERGASSING Bram van der Drift www.ecn.nl

Nadere informatie

Bijlage 4: Milieu en energieprestaties: Emissies van de toekomstige rwzi Utrecht (DM 851139)

Bijlage 4: Milieu en energieprestaties: Emissies van de toekomstige rwzi Utrecht (DM 851139) Notitie HASKONINGDHV NEDERLAND B.V. WATER TECHNOLOGY Bijlage 4: Milieu en energieprestaties: Emissies van de toekomstige rwzi Utrecht (DM 851139) Aan : E. Rekswinkel, M. Boersen Van : Wim Wiegant Controle

Nadere informatie

KOSTEN DUURZAME ELEKTRICITEIT. Vergistingsopties. T.J. de Lange E.J.W. van Sambeek

KOSTEN DUURZAME ELEKTRICITEIT. Vergistingsopties. T.J. de Lange E.J.W. van Sambeek Augustus 2003 KOSTEN DUURZAME ELEKTRICITEIT Vergistingsopties T.J. de Lange E.J.W. van Sambeek Verantwoording Deze publicatie is door KEMA in samenwerking met ECN geschreven in het kader van een opdracht

Nadere informatie

Status en stimulering van bioenergie in Nederland. Kees Kwant SenterNovem, Agentschap voor Innovatie en Duurzaamheid

Status en stimulering van bioenergie in Nederland. Kees Kwant SenterNovem, Agentschap voor Innovatie en Duurzaamheid Status en stimulering van bioenergie in Nederland Kees Kwant SenterNovem, Agentschap voor Innovatie en Duurzaamheid Inhoud Status: Actieplan Biomassa Gerealiseerde Implementatie De omgeving in Europa Stimulering

Nadere informatie

Projectgroep Biomassa & WKK

Projectgroep Biomassa & WKK Projectgroep Biomassa & WKK SDE 2009 De Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie uitgevoerd door SenterNovem in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken. 7 mei 2009 Jan Bouke Agterhuis Beleidskant

Nadere informatie

VAPPR Haalt eruit wat erin zit

VAPPR Haalt eruit wat erin zit Haalt eruit wat erin zit Vappr maakt van biomassa duurzame grondstoffen en warmte en legt CO2 in de bodem vast. We halen eruit wat erin zit en voegen verantwoord waarde toe in de duurzame circulaire economie.

Nadere informatie

Auteurs:E. Benz, C. Hewicker, N. Moldovan, G. Stienstra, W. van der Veen

Auteurs:E. Benz, C. Hewicker, N. Moldovan, G. Stienstra, W. van der Veen 30920572-Consulting 10-0198 Integratie van windenergie in het Nederlandse elektriciteitsysteem in de context van de Noordwest Europese elektriciteitmarkt Eindrapport Arnhem, 12 april 2010 Auteurs:E. Benz,

Nadere informatie

Onderzoek. Wie is de grootste producent van duurzame elektriciteit in Nederland 2012. Auteur: C. J. Arthers, afd. Corporate Responsibility, Essent

Onderzoek. Wie is de grootste producent van duurzame elektriciteit in Nederland 2012. Auteur: C. J. Arthers, afd. Corporate Responsibility, Essent Onderzoek Wie is de grootste producent van duurzame elektriciteit in Nederland 2012 Auteur: C. J. Arthers, afd. Corporate Responsibility, Essent Datum: 9 september 2013 Vragen of reacties kunt u sturen

Nadere informatie

Kernenergie. kernenergie01 (1 min, 22 sec)

Kernenergie. kernenergie01 (1 min, 22 sec) Kernenergie En dan is er nog de kernenergie! Kernenergie is energie opgewekt door kernreacties, de reacties waarbij atoomkernen zijn betrokken. In een kerncentrale splitst men uraniumkernen in kleinere

Nadere informatie

Externe notitie. Petten, 8 juli Cees Volkers Wouter Wetzels. Afdeling Policy Studies ECN-N Van

Externe notitie. Petten, 8 juli Cees Volkers Wouter Wetzels. Afdeling Policy Studies ECN-N Van Externe notitie Petten, 8 juli 2013 Afdeling Policy Studies ECN-N--13-028 Van Cees Volkers Wouter Wetzels Onderwerp Nieuwste inzichten Nederlands gasverbruik Inleiding ECN Policy Studies voert regelmatig

Nadere informatie

Presentatie HoSt Microferm voor CLM/NMU

Presentatie HoSt Microferm voor CLM/NMU Presentatie HoSt Microferm voor CLM/NMU 25-11-2010 Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Agenda Introductie HoSt B.V. Waarom Microferm? Het Microferm concept Beschrijving installatie Voordelen Economie Vragen

Nadere informatie

Minder stookkosten bij houtstoken

Minder stookkosten bij houtstoken Minder stookkosten bij houtstoken door :Gerard A.M. Prinsen en Alexander V. van Hunnik 26 juni 2013 Turnkey oplossingen voor biomassa verbrandingssystemen sinds 1910 DE BELANGRIJKSTE AKTIVITEITEN Biomassa

Nadere informatie

Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm

Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm Presentatie voor Agrivaknet Kleinschalig mest vergisten met Microferm Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Kleinschalige mestvergisting met Microferm Staatssecretaris Joop Atsma en gedeputeerde Theo Rietkerk

Nadere informatie

BIOCHP. Enkele verschillende voorbeelden Kansen, mogelijkheden, calculaties

BIOCHP. Enkele verschillende voorbeelden Kansen, mogelijkheden, calculaties BIOCHP Enkele verschillende voorbeelden Kansen, mogelijkheden, calculaties 1. Biovergasser + WKK (productgasmotor) 2. De pelletbrander + stirlingmotor 3. De Pelletvergasser +WKK 4. De HT-water + ORC CHP

Nadere informatie

DEMONSTRATIEPROJECT D ECENTRALE AFVALWATERZUIVERING

DEMONSTRATIEPROJECT D ECENTRALE AFVALWATERZUIVERING DEMONSTRATIEPROJECT D ECENTRALE AFVALWATERZUIVERING D ECENTRALE AFVALWATERZUIVERING INLEIDING Landustrie Sneek BV bezit een ruime hoeveelheid kennis en ervaring in het transporteren en behandelen van riool-

Nadere informatie

Thema-avond Warmte. 28 februari 2018

Thema-avond Warmte. 28 februari 2018 Thema-avond Warmte 28 februari 2018 Energieverbruik gemiddeld huis in NL Business case voor besparingen Besparingspotentieel Netto Contante Waarde huidige besparing electra gas investeringsruimte 1500

Nadere informatie

Subsidie biomassa houtstook

Subsidie biomassa houtstook Subsidie biomassa houtstook René Wismeijer - RVO 16 Juni, 2016 Someren Financiële stimulering biomassa houtstook Toepassings gebied houtstook ISDE EIA SDE+ Investeringssubsidie Investeringsaftrek fiscaal

Nadere informatie

Introductie HoSt B.V. Beschikbare Biomassa in Nederland. Inefficiënt gebruik van biomassa in Nederland (en Europa)

Introductie HoSt B.V. Beschikbare Biomassa in Nederland. Inefficiënt gebruik van biomassa in Nederland (en Europa) Hoog efficiënte voor glastuinbouw en stadverwarming door HoSt Imtech Vonk vof door H. Klein Teeselink Directeur HoSt B.V. in Nederland 0742401807 info@host.nl Inhoud: Introductie HoSt B.V. Beschikbare

Nadere informatie

4-3-2009. Inhoud. Inleiding. Biomassa & biobrandstoffen

4-3-2009. Inhoud. Inleiding. Biomassa & biobrandstoffen Inhoud Verbrandingsinstallaties: mogelijkheden en beperkingen» Wat is biomassa?» Verbrandingstechnieken» Eigenschappen biomassa» Hout als biomassa» Warmteproductie» Stappenplan 4/03/2009 Nathalie Devriendt

Nadere informatie

Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2

Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2 Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2 Energietransitie Papierketen De ambities binnen Energietransitie Papierketen: Halvering van het energieverbruik per eindproduct in de keten per

Nadere informatie

Bedrijfseconomische en beleidsmatige evaluatie van elektriciteiten warmteopwekking uit afval en biomassa

Bedrijfseconomische en beleidsmatige evaluatie van elektriciteiten warmteopwekking uit afval en biomassa November 2000 ECN-C--00-100 Bedrijfseconomische en beleidsmatige evaluatie van elektriciteiten warmteopwekking uit afval en biomassa Deelrapport taak 3 van het Marsroute-project O. van Hilten T. Gerlagh

Nadere informatie

Emissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies

Emissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies Emissiekentallen elektriciteit Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies Notitie: Delft, januari 2015 Opgesteld door: M.B.J. (Matthijs) Otten M.R. (Maarten) Afman 2 Januari

Nadere informatie

ARN, uw duurzame innovatieve partner!

ARN, uw duurzame innovatieve partner! ARN, uw duurzame innovatieve partner! WELKOM! 5 maart 2019 ARN als energie- en grondstoffenproducent Aandeelhouders/PPS-structuur Regio Nijmegen 37,5% Regio De Vallei 11,76% Regio Rivierenland 5,88% REMONDIS

Nadere informatie

Duurzame warmte in de SDE+

Duurzame warmte in de SDE+ Duurzame warmte in de SDE+ Sander Lensink www.ecn.nl Doel van de presentatie Filosofie achter wijziging in de SDE-regeling Belangrijkste verschillen tussen SDE en SDE+ Uitwerking bio-wkk in de SDE+ 2 29-06-2011

Nadere informatie

Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT

Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT Resultaten en bevindingen van project Optimale benutting van de energie input van een houtgestookte centrale door plaatsing rookgascondensor en CO2- benutting met PVT Dit rapport is onderdeel van de projectencatalogus

Nadere informatie

Duurzame warmte in de SDE+

Duurzame warmte in de SDE+ Duurzame warmte in de SDE+ Sander Lensink www.ecn.nl Doel van de presentatie Het geven van een statusupdate van de werkzaamheden van ECN/KEMA voor EL&I t.b.v. duurzame warmte Als aftrap/aankondiging voor

Nadere informatie

Thermofiele Slibgisting en Stikstofterugwinning op RWZI Bath

Thermofiele Slibgisting en Stikstofterugwinning op RWZI Bath Openbaar Eindrapport Projectnummer: Projecttitel: DEI1400022 Thermofiele Slibgisting en Stikstofterugwinning op RWZI Bath 1 SAMENVATTING Dit project is een demonstratie van energiewinning uit hernieuwbare

Nadere informatie

Groene warmte/kracht in SDE+ 2013

Groene warmte/kracht in SDE+ 2013 Groene warmte/kracht in SDE+ 2013 13 februari 2013 Jan Bouke Agterhuis 14 februari 2013 Inhoud SDE+ 2013 algemeen SDE+ 2013 categoriën Elektronisch aanvragen Vragen en meer informatie 2 SDE+ 2013 algemeen

Nadere informatie

Praktische duurzaamheidsoptimalisatie van productieprocessen met behulp van materiaalstroom en levenscyclus analyse

Praktische duurzaamheidsoptimalisatie van productieprocessen met behulp van materiaalstroom en levenscyclus analyse Praktische duurzaamheidsoptimalisatie van productieprocessen met behulp van materiaalstroom en levenscyclus analyse Frank Pierie Onderzoeker Hanzehogeschool Groningen 3/30/2017 1 Agenda 1. Introductie

Nadere informatie

Praktische duurzaamheidsoptimalisatie van productieprocessen met behulp van materiaalstroom en levenscyclus analyse

Praktische duurzaamheidsoptimalisatie van productieprocessen met behulp van materiaalstroom en levenscyclus analyse Praktische duurzaamheidsoptimalisatie van productieprocessen met behulp van materiaalstroom en levenscyclus analyse Frank Pierie Onderzoeker Hanzehogeschool Groningen 2/14/2017 1 Agenda 1. Introductie

Nadere informatie

Rendementen en CO -emissie van elektriciteitsproductie in Nederland, update 2012

Rendementen en CO -emissie van elektriciteitsproductie in Nederland, update 2012 Webartikel 2014 Rendementen en CO -emissie van 2 elektriciteitsproductie in Nederland, update 2012 Reinoud Segers 31-03-2014 gepubliceerd op cbs.nl CBS Rendementen en CO2-emissie elektriciteitsproductie

Nadere informatie

CO2-emissies uit elektriciteitsopwekking binnen ETS. Bart van Wezel, Reinoud Segers, Bas Guis en Kathleen Geertjes

CO2-emissies uit elektriciteitsopwekking binnen ETS. Bart van Wezel, Reinoud Segers, Bas Guis en Kathleen Geertjes CO2-emissies uit elektriciteitsopwekking binnen ETS Bart van Wezel, Reinoud Segers, Bas Guis en Kathleen Geertjes Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Methode 4 2.1 Gebruikte begrippen 4 2.2 Beschrijving bestaande

Nadere informatie

Toelichting op de Nederlandse Roadmap Bioraffinage

Toelichting op de Nederlandse Roadmap Bioraffinage Toelichting op de Nederlandse Roadmap Bioraffinage René van Ree & Bert Annevelink Informatiebijeenkomst Innovatieagenda Energie, 3 november 2009 Inhoud presentatie introductie begrip bioraffinage Nederlandse

Nadere informatie

Les Biomassa LESSENSERIE ENERGIETRANSITIE. Werkblad. Les Biomassa Werkblad. Over biomassa. Generaties biobrandstoffen

Les Biomassa LESSENSERIE ENERGIETRANSITIE. Werkblad. Les Biomassa Werkblad. Over biomassa. Generaties biobrandstoffen LESSENSERIE ENERGIETRANSITIE Les Biomassa Werkblad Les Biomassa Werkblad Niet windenergie, niet zonne- energie maar biomassa is de belangrijkste bron van hernieuwbare energie in Nederland. Meer dan 50%

Nadere informatie

Biomassa: brood of brandstof?

Biomassa: brood of brandstof? RUG3 Biomassa: brood of brandstof? Centrum voor Energie en Milieukunde dr ir Sanderine Nonhebel Dia 1 RUG3 To set the date: * >Insert >Date and Time * At Fixed: fill the date in format mm-dd-yy * >Apply

Nadere informatie

Dennis Froeling 2 februari 2017

Dennis Froeling 2 februari 2017 Dennis Froeling 2 februari 2017 Inhoudsopgave HVC Huidige verwerking (berm)gras Uitgangpunten (berm)gras verwerking Technologieën Gras naar papier HVC: Samen halen we eruit wat erin zit 52 aandeelhouders:

Nadere informatie

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 27 april 2006

Beslissing van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt. van 27 april 2006 laamse Reguleringsinstantie voor de lektriciteits- en Gasmarkt North Plaza B Koning Albert II-laan 7 B-1210 Brussel Tel. +32 2 553 13 53 Fax +32 2 553 13 50 mail: info@vreg.be Web: www.vreg.be Beslissing

Nadere informatie

Introductie op proces

Introductie op proces Notitie Amsterdam, 6 april 2017 Afdeling Policy Studies Van Aan Sander Lensink (ECN) Ministerie van Economische Zaken Onderwerp en 2018 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25

Nadere informatie

Dorset Droogsysteem. biomassa en pluimveemest

Dorset Droogsysteem. biomassa en pluimveemest Dorset Droogsysteem voor biomassa en pluimveemest n Drogen van Biomassa Biogasdigistaat Houtsnippers Zuiveringsslib Pluimveemest Veevoeders n Compact en flexibel n Korrelfabriek n Hygiënisatie n Wegen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 38490 4 november 2015 Regeling van de Minister van Economische Zaken van 2 november 2015, nr. WJZ/15147884, tot vaststelling

Nadere informatie

Bijlage 1: Berekening realisatie 9% duurzaam in 2010

Bijlage 1: Berekening realisatie 9% duurzaam in 2010 Bijlage 1: Berekening realisatie 9% duurzaam in 2010 Toelichting bij de doelstelling van 9% duurzame elektriciteit: - De definitie van de 9% doelstelling is conform de EU richtlijn duurzame elektriciteit

Nadere informatie

Influent fijnzeven in rwzi s. Chris Ruiken Enna Klaversma

Influent fijnzeven in rwzi s. Chris Ruiken Enna Klaversma Influent fijnzeven in rwzi s Chris Ruiken Enna Klaversma Inhoud Kosten en opbrengsten Energiebalans 19-05-2010 2 Grofvuilrooster 6 mm Zandvanger Voorbezinktank aeratietank nabezinktank effluent Primair

Nadere informatie

Profiel- en onbalans kosten (gemiddelde 2015-2029) [ /kwh]

Profiel- en onbalans kosten (gemiddelde 2015-2029) [ /kwh] Notitie Petten, 15 december 2014 Afdeling Policy Studies Van Aan Carolien Kraan, Sander Lensink S. Breman-Vrijmoed (Ministerie van Economische Zaken) Kopie Onderwerp Basisprijzen SDE+ 2015 Samenvatting

Nadere informatie

Talent for growth. Han van Kasteren. 13 juni 2018

Talent for growth. Han van Kasteren. 13 juni 2018 Talent for growth Bioraffinage Duurzame Energie in de en Groene Praktijk Grondstoffen Han van Kasteren 13 juni 2018 Basis for biobased economy Soil -plant Bron: HarvestaGG s waarde pyramide, Nicolette

Nadere informatie

Denktank Grondstoffen uit reststromen. Startnotitie 9 december 2016

Denktank Grondstoffen uit reststromen. Startnotitie 9 december 2016 Denktank Grondstoffen uit reststromen Startnotitie 9 december 2016 1 Inhoudsopgave 1 3 12 19 Denktank recapitulatie startbijeenkomst 8 sept 2016 Inhoud komende sessies Wat is circulair? Bronnen 2 Denktank

Nadere informatie

Verpakkingen algemeen bestaat uit gescheiden ingezameld verpakkingsafval en via nascheiding als aparte fractie verkregen verpakkingsafval.

Verpakkingen algemeen bestaat uit gescheiden ingezameld verpakkingsafval en via nascheiding als aparte fractie verkregen verpakkingsafval. TEKST SECTORPLAN 41 (onderdeel LAP) Sectorplan 41 Verpakkingen algemeen I Afbakening Verpakkingen algemeen bestaat uit gescheiden ingezameld verpakkingsafval en via nascheiding als aparte fractie verkregen

Nadere informatie

Compact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw

Compact Plus biogasinstallatie, Lierop, 600 kw Hoe maak je biogas? Inhoud presentatie Wie en wat is Biogas Plus? Hoe werkt een biogasinstallatie? Voor wie is een biogasinstallatie interessant? Is een biogasinstallatie duurzaam? Zijn subsidies nodig?

Nadere informatie

Warmtekrachtkoppeling Wat, waarom en wanneer? Tine Stevens COGEN Vlaanderen Studiedag Slimme netten en WKK 29 februari 2012

Warmtekrachtkoppeling Wat, waarom en wanneer? Tine Stevens COGEN Vlaanderen Studiedag Slimme netten en WKK 29 februari 2012 Voor kwaliteitsvolle WarmteKrachtKoppeling in Vlaanderen Warmtekrachtkoppeling Wat, waarom en wanneer? Tine Stevens COGEN Vlaanderen Studiedag Slimme netten en WKK 29 februari 2012 1 COGEN Vlaanderen Doelstelling:

Nadere informatie

TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation

TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation TA3290 Life-Cycle Modeling and Economic Evaluation 2011-2012 CiTG, minor Mining and Resource Engineering College 1: Inleiding en Overzicht Dr.ir. Gerard P.J. Dijkema Energy & Industry Group December 12,

Nadere informatie

Totale verwerking van mest en/of digestaat

Totale verwerking van mest en/of digestaat Totale verwerking van mest en/of digestaat Verwerking van slib, mest en/of digestaat is geen eenvoudige zaak. Zeker niet wanneer het doel is deze te verwerken tot loosbaar water en fracties die een toegevoegde

Nadere informatie

4.A.1 Ketenanalyse Groenafval

4.A.1 Ketenanalyse Groenafval 4.A.1 Ketenanalyse Groenafval Prop Beplantingswerken v.o.f. Autorisatie Nummer/versie Datum Opsteller Goedgekeurd directie 01 22-01-2015 Naam: F. van Doorn Naam: A. Prop Datum: 22 januari 2015 Datum: 22

Nadere informatie

feiten& weetjes energiecentrale REC Alles wat je zou moeten weten... Hoe Hoe eigenlijk? zit het eigenlijk? De REC maakt van uw afval duurzame energie

feiten& weetjes energiecentrale REC Alles wat je zou moeten weten... Hoe Hoe eigenlijk? zit het eigenlijk? De REC maakt van uw afval duurzame energie Alles wat je zou moeten weten... feiten& weetjes zit het energiecentrale REC De REC maakt van uw afval duurzame energie Omrin is koploper in het scheiden van huishoudelijk afval. Ons doel? Zo veel mogelijk

Nadere informatie

Methanol. De toekomstige biobrandstof? CCS Dr. Ir. René Cornelissen Zwolle, 14 oktober 2010

Methanol. De toekomstige biobrandstof? CCS Dr. Ir. René Cornelissen Zwolle, 14 oktober 2010 Methanol De toekomstige biobrandstof? CCS Dr. Ir. René Cornelissen Zwolle, 14 oktober 2010 1 Onderwerpen CCS CCS & Biomassa Methanol & DME als brandstof Varnamo Biomethanol Kosten Conclusies 2 CCS Klein

Nadere informatie

Synergie energie hergebruik overheden, agrarische sector en industrie

Synergie energie hergebruik overheden, agrarische sector en industrie Synergie energie hergebruik overheden, agrarische sector en industrie Doelstelling thema bijeenkomst: Inzicht in ontwikkelingen bij overheid, industrie en agrarische sector Inzicht in kansen voor synergie

Nadere informatie

Mono vergisting in Wijnjewoude?!

Mono vergisting in Wijnjewoude?! Mono vergisting in Wijnjewoude?! Jan Willem Bijnagte bijnagte@cocos.nl www.cocos.nl 06 82404591 Inhoud CCS Mono mestvergisting Gasverwaarding Noord Deurningen Bio-Up Kansen Wijnjewoude Mono mestvergisting

Nadere informatie

Effecten en kosten van een kolenexit versus schone kolencentrales Bezinningsgroep energie 28 juni 2016

Effecten en kosten van een kolenexit versus schone kolencentrales Bezinningsgroep energie 28 juni 2016 Effecten en kosten van een kolenexit versus schone kolencentrales Bezinningsgroep energie 28 juni 2016 Ron.wit@eneco.com Overzicht presentatie 1. Ontwikkeling aandeel kolenstroom in Nederland 2. Effecten

Nadere informatie

Presentatie Microferm studiegroep Westhoek Holsteins

Presentatie Microferm studiegroep Westhoek Holsteins Presentatie Microferm studiegroep Westhoek Holsteins Door Bart Brouwer Sheet 1 of 26 Agenda Introductie HoSt B.V. Waarom Microferm? Het Microferm concept Beschrijving installatie Voordelen Economie Vragen

Nadere informatie

November 2015 RVO.nl - Stimulering Duurzame Energieproductie 1/24

November 2015 RVO.nl - Stimulering Duurzame Energieproductie 1/24 Voorlopige correctiebedragen stimulering duurzame energieproductie 2016 ten behoeve van voorschotverlening 2016 De minister van Economische Zaken heeft de correctiebedragen 2016 bekend gemaakt. Deze bedragen

Nadere informatie

Financiële baten van windenergie

Financiële baten van windenergie Financiële baten van windenergie Grootschalige toepassing van 500 MW in 2010 en 2020 Opdrachtgever Ministerie van VROM i.s.m. Islant Auteurs Drs. Ruud van Rijn Drs. Foreno van der Hulst Drs. Ing. Jeroen

Nadere informatie

Biomassa, het nieuwe goud. Francies Van Gijzeghem projectleider Bio-Energie platform

Biomassa, het nieuwe goud. Francies Van Gijzeghem projectleider Bio-Energie platform Biomassa, het nieuwe goud Francies Van Gijzeghem projectleider Bio-Energie platform ODE-Vlaanderen Structuur Vlaams kwaliteitscentrum voor decentrale duurzame energie belsolar Werkgroep groene stroom 2

Nadere informatie

DUURZAME VERWERKING GFT- AFVAL PROVINCIE BRABANT OP DE MIDDELLANGE TERMIJN

DUURZAME VERWERKING GFT- AFVAL PROVINCIE BRABANT OP DE MIDDELLANGE TERMIJN Ecofys BV P.O. Box 8408 NL-3503 RK Utrecht Kanaalweg 16-G NL-3526 KL Utrecht The Netherlands www.ecofys.nl T +31 (0)30 280 83 00 F +31 (0)30 280 83 01 E info@ecofys.nl DUURZAME VERWERKING GFT- AFVAL PROVINCIE

Nadere informatie

DE BEREKENING VAN DE GROENESTROOMCERTIFICATEN

DE BEREKENING VAN DE GROENESTROOMCERTIFICATEN 1. CONTEXT Infofiche Energie DE BEREKENING VAN DE GROENESTROOMCERTIFICATEN In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wordt de productie van groene stroom afkomstig van hernieuwbare energiebronnen of warmtekrachtkoppeling

Nadere informatie

De rol van hernieuwbare brandstoffen en afval in de Vlaamse energiemix

De rol van hernieuwbare brandstoffen en afval in de Vlaamse energiemix 08/04/2011 De rol van hernieuwbare brandstoffen en afval in de Vlaamse energiemix Luc Pelkmans, VITO 4 de Vlaamse afval- en materialencongres Brugge, 6 april 2011 Inhoud» Vlaamse onderbouwing van de Belgische

Nadere informatie

Landgoederen en Energie. Bijeenkomst Landgoederen NMU juni 2011

Landgoederen en Energie. Bijeenkomst Landgoederen NMU juni 2011 Landgoederen en Energie Bijeenkomst Landgoederen NMU juni 2011 Nic en Michiel Franssens Nic 25 jaar in milieutechniek Michiel bedrijfskundige Rookgasmeting Afgasreiniging Stookcursus Advisering Agenda

Nadere informatie

KOSTEN DUURZAME ELEKTRICITEIT. Kleinschalige zelfstandige biomassa-installaties

KOSTEN DUURZAME ELEKTRICITEIT. Kleinschalige zelfstandige biomassa-installaties Augustus 2003 KOSTEN DUURZAME ELEKTRICITEIT Kleinschalige zelfstandige biomassa-installaties W.J.A. Ruijgrok, KEMA E.J.W. van Sambeek, ECN Verantwoording Deze publicatie is door KEMA geschreven in het

Nadere informatie

MWKK met gasturbine. Zwembadverwarming + elektriciteit met MWKK Coiffeusewaswater + elektriciteit met MWKK

MWKK met gasturbine. Zwembadverwarming + elektriciteit met MWKK Coiffeusewaswater + elektriciteit met MWKK MWKK met gasturbine 27/09/2018 Zwembadverwarming + elektriciteit met MWKK Coiffeusewaswater + elektriciteit met MWKK Uw energiedokter Oudenaardseweg 123 B 9790 Wortegem-Petegem Tel: 055 310242 Fax: 055

Nadere informatie