Verkeersongevallen van Nederlanders in het buitenland

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verkeersongevallen van Nederlanders in het buitenland"

Transcriptie

1 Verkeersongevallen van Nederlanders in het buitenland Ing. c.c. Schoon R-95-6

2

3 Met financiële bijdrage van: VERBOND VAN VERZEKERAARS

4

5 Verkeersongevallen van Nederlanders in het buitenland Een indicatie op basis van gegevens van één verzekeringsmaatschappij R-95-6 Ing. e.c. Schoon Leidschendam, april 1994 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV

6 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV StIchting Wetenschappelijk Postbus 1090 Onderzoek 2260 BB Leidschendam Verkeersveihgheid Duindoorn 32 SWQV telefoon telefax

7 Samenvatting Op basis van het aantal ingediende claims bij één verzekeringsmaatschappij is becijferd welk deel van de letsel ongevallen waar Nederlandse voertuigen bij betrokken waren, in het buitenland heeft plaatsgevonden. De cijfers zijn indicatief, omdat niet bekend is in hoeverre de groep verzekerden van deze ene verzekeringsmaatschappij representatief is voor de totale groep Nederlanders die een motorrijtuigenverzekering heeft afgesloten. Het onderzoek is nog beperkt van aard. Toekomstig onderzoek zal meer het karakter moeten hebben van het achterhalen van de omstandigheden waaronder de ongevallen plaatsvonden. Van de letselongevallen waar Nederlandse personenauto's bij betrokken waren, vond naar schatting 7% in het buitenland plaats; voor bestel- en vrachtauto's was dit 14%. In West-Duitsland, Frankrijk en België vonden de meeste letsel ongevallen plaats. In het buitenland is over de jaren 1989 tjm 1993 een sterke toename (65%) geconstateerd van het aantalletselongevallen waar personenauto's bij betrokken waren. Daarentegen bedroeg voor Nederland de toename 40%. Verder bleek dat in het buitenland het aantal ongevallen waarbij uitsluitend materiële schade (UMS) ontstond, op een constant niveau is gebleven. Ook bleek dat bij buitenlandse ongevallen met bestel- en vrachtauto' s geen sprake was van een sterke toename van het aantal letselongevallen. Daar tot nog toe niets bekend was over het verband tussen ongevallen die werden geclaimd bij een verzekeringsmaatschappij en ongevallen die werden geregistreerd door de politie, is een toetsing met exploratief karakter uitgevoerd. Hierbij is tevens de voertuigprestatie in Nederland en het buitenland betrokken. Op grond van deze toetsing is vastgesteld dat de ongevallengegevens van de verzekeringsmaatschappij in vergelijking met de politiegegevens, een enigszins consistent beeld te zien geven voor de personenauto's en bestelen vrachtauto's. De ratio's voor letselschades lijken beter in overeenstemming met de voertuigprestatie te zijn dan de ratio's voor materiële schades. Aangezien kan worden getwijfeld aan de representativiteit van de gegevens van één maatschappij, wordt aanbevolen om bij een volgende studie gegevens van meer verzekeringsmaatschappijen te betrekken. De gegevensopslag bij de landelijke databank van de verzekeringsmaatschappijen biedt hiertoe een mogelijkheid. Het is dan wel gewenst het bestand met meer kenmerken over verkeersongevallen uit te breiden. 3

8 Summary Road accidents involving the Dutch abroad Based on the number of claims submitted to a single insurance company, a calculation of the proportion of injury accidents involving Dutch vehicles abroad was made. The figures represent an indication only, because it is not known to what extent the group of insured parties from this single insurance company is representative for the total Dutch population with motor vehicle insurance. The study is stiii limited in scope. Future study will have to determine the circumstances under which the accidents took place. Of the injury accidents involving Dutch passenger cars, 7% was estimated to have occurred abroad; for vans and lorries, this figure was 14%. Most of the injury accidents occurred in Germany, France and Belgium. In the years 1989 to 1993, a marked increase (65%) was noted in the number of injury accidents involving Dutch passenger cars abroad. In contrast, the increase in the Netherlands was 40%. Furthermore, the number of accidents abroad where material damage only (MDO) occurred appears to have remained at a constant level. It was also shown that overseas accidents involving vans and lorries did not demonstrate a marked rise in the number of injury accidents. Since nothing was known at that point about the relationship between accidents claimed from an insurance company and accidents registered by the police, an assessment of an explorative nature was performed. This involved both the vehicle performance in the Netherlands and abroad. Based on this evaluation, it was determined that, compared with the police data, the accident data of the insurance company gave a fairly consistent impression for the passenger cars and lorries and vans. The ratios for injury accidents seems to agree better with vehicle performance than the ratios for material damage. Since the representative nature of data taken from a single insurance company can be drawn into question, it is recommended that a subsequent study involve data from several companies. This data could be obtained from the nationwide databank used by the insurance companies. It would then be desirabie to expand the database with more characteristics about road accidents. 4

9 Inhoud Voorwoord Inleiding Mogelijke bronnen Landelijke statistische ongevallenregistraties Enquête onder autobezitters Gegevens verzekeringsmaatschappijen Vraagstelling en onderzoeksopzet Verstrekte gegevens Resultaten Particulier vervoer Bedrijfsvervoer Ongevallencijfers in relatie tot de ernst van ongevallen Ongevallencijfers in relatie tot voertuigprestaties Discussie Conclusie Literatuur Bijlage Tabellen I tlm

10 Voorwoord Tot nog toe is nooit eerder gekwantificeerd hoeveel Nederlanders in landen buiten Nederland bij verkeersongevallen betrokken waren. Onderverdelingen naar land, vervoerswijze en ernst van het ongeval, zijn belangrijke aanvullingen hierop. In de nationale verkeersstatistiek ontbreken dergelijke cijfers echter geheel. Voor dit onderzoek heeft de SWOV voor het eerst statistische basisgegevens verkregen van een Nederlandse verzekeringsmaatschappij. Wij zijn deze verzekeringsmaatschappij, Centraal Beheer, dan ook zeer erkentelijk voor haar medewerking aan dit onderzoek. Daar verzekeringsmaatschappijen over gedetailleerde gegevens van ongevallen beschikken, hopen wij in de toekomst een meer frequente uitwisseling van gegevens te realiseren. Dit rapport geeft een schatting van het aantal ongevallen van Nederlanders in het buitenland. De ontwikkeling van de ongevallen in de tijd gezien, maakt hiervan deel uit. Er konden alleen onderverdelingen van ongevallen worden gemaakt die bij verzekeringsmaatschappij Centraal Beheer in de database aanwezig waren. Deze onderverdelingen zijn: verschillende Europese landen, type voertuig, materiële of letselschade en leeftijd van bestuurders. Verder is gebruik gemaakt van de expositiegegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Daar de gegevens van slechts één verzekeringsmaatschappij zijn gebruikt, heeft deze studie een exploratief karakter. Indien meer verzekeringsmaatschappijen bij de gegevensverzameling kunnen worden betrokken, kan het aandeel van de ongevallen die Nederlanders in het buitenland hebben gehad, beter worden aangegeven. Volgens afspraak met Centraal Beheer worden in dit rapport geen absolute cijfers over het aantal ongevallen gepubliceerd. Alleen verhoudingscijfers worden gegeven waarbij de ongevallen die in het buitenland hebben plaats gevonden, zijn gerelateerd aan de ongevallen in Nederland. Deze studie werd mede mogelijk gemaakt door de jaarlijkse financiële bijdrage van het Verbond van Verzekeraars, Afdeling Motorrijtuigen. 6

11 1. Inleiding De vraag hoeveel Nederlanders de laatste jaren in landen buiten Nederland bij verkeersongevallen betrokken zijn geraakt, staat in dit onderzoek centraal. Hierbij kan een onderscheid worden gemaakt naar de diverse (Europese) landen. Andere onderverdelingen zijn het ongevalsjaar, de wijze van verkeersdeelname, particulier vervoer en beroepsvervoer, de ernst van het ongeval (niet gewond, ernstig gewond, fataal letsel) en leeftijd. De SWOV is nagegaan welke bronnen geschikte gegevens kunnen opleveren voor het beantwoorden van deze onderzoeksvraag. Afuankelijk hiervan kan worden bepaald hoe de gegevens gepresenteerd kunnen worden, bijvoorbeeld in absolute dan wel in relatieve zin. Wat het laatste betreft, kan het aantal ongevallen die in het buitenland heeft plaatsgevonden, worden gerelateerd aan het aantal ongevallen in Nederland. De SWOV heeft de volgende bronnen onderzocht: Europese landelijke statistische ongevallenregistraties, enquêtes onder autobezitters en gegevens van verzekeringsmaatschappijen (reisverzekeringen en motorrijtuigenverzekeringen). Het is tevens gewenst de ongevallengegevens aan expositiegegevens te relateren. Zo kan een goed beeld van de ongevalssituatie in het buitenland worden verkregen. Hierbij valt te denken aan het aantal ongevallen dat in het buitenland heeft plaatsgevonden, gerelateerd aan het aantal afgelegde voertuigkilometers in het buitenland. Een dergelijke expositiemaat kan in principe het risico in het buitenland vaststellen waarbij een vergelijking van het risico in Nederland wordt getrokken. Voor de verkrijging van expositiecijfers zijn de volgende bronnen onderzocht: Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), landelijke organisaties op het gebied van toerisme. 7

12 2. Mogelijke bronnen In de eerste plaats is nagegaan op welke wijze gegevens over het aantal verkeersongevallen in het buitenland verkregen konden worden. Verder zijn bronnen voor expositiegegevens gezocht Landelijke statistische ongevallenregistraties 2.2. Enquête onder autobezitters 2.3. Gegevens verzekeringsmaatschappijen Voor de gegevens van ongevallen die in Nederland plaatsvinden, wordt gebruik gemaakt van gegevens die door de politie worden geregistreerd. Deze gegevens worden centraal opgeslagen bij de Afdeling Basisgegevens van de Adviesdienst voor Verkeer en Vervoer (AVV/BG) van Rijkswaterstaat te Heerlen (de vroegere VOR). Deze Afdeling registreert echter geen gegevens van Nederlanders die in het buitenland een ongeval hebben gehad. Hoewel verwacht mag worden dat diverse buitenlandse nationale ongevalsdatabanken gegevens over ongevallen van 'buitenlanders' (waaronder Nederlanders) in hun land registreren, leert de ervaring dat dergelijke gegevens moeilijk verkrijgbaar zijn. Zeker indien ze afzonderlijk uitgedraaid moeten worden. Als andere mogelijke informatiebron kan de IRTAD (International Traffic Accident Database) worden genoemd. Deze database bevat de belangrijkste nationale ongevallengegevens van alle Europese landen. Maar ook in deze database zijn geen gegevens omtrent ongevallen van 'buitenlanders' opgenomen. Een enquête onder aselect geselecteerde autobezitters zou in kaart kunnen brengen welke ongevallen zij in het buitenland hebben gehad. Wanneer wordt uitgegaan van de inschatting dat dit bij enkele procenten het geval zal zijn, zullen circa enquêtes moeten worden uitgevoerd om voor ons doel interessante ongevallen te verkrijgen. De hoge kosten die aan de uitvoering van dergelijke omvangrijke aantallen enquêtes zijn verbonden, heeft ertoe geleid dat van deze onderzoeksmethode is afgezien. Als derde mogelijke bron komen verzekeringsmaatschappijen in aanmerking. Schade ten gevolge van een ongeval (in het buitenland) zal immers meestal worden geclaimd. Wat de soort verzekering betreft, komen de verzekering van voertuigen en van buitenlandse reizen voor ons onderzoek in aanmerking. De SWOV had tot dusverre nog geen ervaring opgedaan met gegevensverstrekking door verzekeringsmaatschappijen voor algemene statistische doeleinden. Het onderhavige onderzoek bood een goede gelegenheid te verkennen wat wel en niet tot de mogelijkheden zou behoren. De voorkeur is uitgegaan naar het verzamelen van gegevens van zowel claims die voertuigen betreffen als claims op reisverzekeringen. Dit is gedaan om zowel gegevens over gemotoriseerde voertuigen als over fietsers en voetgangers te verkrijgen. 8

13 Claims reisverzekeringen Wat de reisverzekeringen betreft is contact gezocht met de alanllcentrales van verzekeringsmaatschappijen evenals de ANWB. Er is gebleken dat dit spoor tot niets leidde. Twee belangrijke redenen hiervoor kunnen worden genoemd. Ten eerste bleken sommige maatschappijen niet in staat de geregistreerde claims te relateren aan het aantal buitenlandse reizen. Ten tweede ontbrak veelal de variabele 'verkeersongeval' in het bestand. Claims motorrijtuigenverzekeringen De mogelijkheid om gegevens te verzamelen aan de hand van de claims van eigenaren van gemotoriseerde voertuigen, werd onderzocht. Eerst is getracht via het overkoepelend orgaan van de verzekeringsmaatschappijen, het Centrum voor Verzekeringsstatistiek (CVS), gegevens van centraal opgeslagen verkeersongevallen te verkrijgen. Het CVS maakt deel uit van het Verbond van Verzekeraars, Afdeling Motorrijtuigen. Het CVS-bestand bleek echter slechts een beperkt aantal bruikbare gegevens te bevatten, namelijk alleen de claims met betrekking tot personenauto's en de kenmerken 'binnenland' en 'buitenland' (dus geen onderverdeling naar specifieke landen). Er waren geen gegevens beschikbaar over het aantal slachtoffers en geen verdeling naar letsel-ernst. Verder bleek dat slechts circa de helft van de maatschappijen zijn gegevens aan het CVS ter beschikking stelt. Hierbij vertoont de levering op jaarbasis door sommige maatschappijen ook nog hiaten waardoor ontwikkelingen in het aantal ongevallen niet te volgen zijn. Het CVS durfde geen uitspraak over de betrouwbaarheid van de door ons gevraagde gegevens te doen, daar dit niet is onderzocht. Het CVS adviseerde de gevraagde gegevens direct bij één of meer maatschappijen op te vragen. Vervolgens is met twee grote verzekeringsmaatschappijen contact gezocht. Ten aanzien van verkeersongevallen bleek al spoedig dat hun databanken slechts een gering aantal variabelen opsloegen die voor ons doel bruikbaar zijn. Hoewel de twee maatschappijen aanvankelijk hadden toegezegd gegevens te willen leveren, heeft uiteindelijk één maatschappij (Centraal Beheer te Apeldoorn, verder genoemd 'de verzekeringsmaatschappij') de gegevens daadwerkelijk geleverd. Expositiegegevens Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) publiceert jaarlijks gegevens over de volgende onderwerpen: - Statistiek van het personenvervoer 1992 (CBS, 1993a). Het bezit en gebruik van personenauto's 1992 (CBS, 1993b). Vakanties en korte recreatieve verblijven van Nederlanders (CBS, 1993c). Bestedingen aan vakanties (CBS, 1993d). Gegevens van Motorvoertuigenpark en verkeers- & vervoersprestatie (CBS, 1993e). De 'Statistiek van het personenvervoer' bleek weliswaar de nodige gegevens over grensoverschrijdend verkeer te bevatten, maar deze gegevens zijn er niet onderverdeeld naar Europese landen afzonderlijk. Uitsplitsingen naar de voertuigprestaties per land zijn alleen beschikbaar voor het toerwagenvervoer en de zeevaart. 9

14 Van toeristische vakanties naar het buitenland is met betrekking tot de verschillende landen alleen het aantal vakanties bekend maar geen voertuigprestaties. Wel geven publikaties over dit onderwerp de wijze van vervoer naar de diverse landen aan (auto, motor, openbaar vervoer, touringcar, vliegtuig en overige vervoermiddelen). Naast het CBS doen ook instanties als de Stichting Continu Vakantie Onderzoek (CVO) en het Nederlands Bureau voor Toerisme (NBT) regelmatig onderzoek naar vakantiebestemmingen. Deze instanties verzamelen echter geen gegevens over voertuigprestaties in het buitenland. De conclusie is dat de CBS-uitgaven 'Statistiek van het personenvervoer' en 'Gegevens van Motorvoertuigenpark en verkeers- & vervoersprestatie' de voor ons doel meest bruikbare gegevens bevatten. 10

15 3. Vraagstelling en onderzoeksopzet Gezien het feit dat wij bij dit onderzoek slechts konden beschikken over de ongevallengegevens van één verzekeringsmaatschappij, dienden wij de vraagstelling van het onderzoek en de te volgen werkwijze hierop aan te passen. Vraagstelling In dit onderzoek staat de vraag centraal hoe groot de verkeersonveiligheid is in termen van aantallen letsel- en schadegevallen onder Nederlanders in het buitenland. Gelet op de vermelde beperking luidt de volgende vraag of het mogelijk is de omvang van de verkeersonveiligheid te bepalen met gebruikmaking van de ongevallengegevens van één verzekeringsmaatschappij, al dan niet aangevuld met expositiegegevens. Bij het onderzoek moet een werkwijze worden gevolgd die inzicht geeft in de volgende onderliggende vragen: - zijn verzekeringsgegevens in het algemeen bruikbaar voor het bepalen van de gevraagde omvang? - representeren de gegevens van de verzekeringsmaatschappij de algemene verzekeringsgegevens? - geldt dit ook voor differentiaties? Onderzoeksopzet Met behulp van de ongevallengegevens van één verzekeringsmaatschappij kan in ieder geval de vraag worden beantwoord hoe groot het aandeel is van de geclaimde schades die in het buitenland plaatsvonden. De uitkomst kan worden uitgedrukt in een verhoudingscijfer (schades in het buitenland ten opzichte van die in Nederland) of in een percentage (schades in het buitenland ten opzichte van schades in het binnen- en buitenland). Met een dergelijke presentatie van gegevens wordt tevens tegemoet gekomen aan de wens van de verzekeringsmaatschappij geen cijfers te publiceren van absolute aantallen schadeclaims. Er kan slechts in beperkte zin kwantitatief inzicht worden verkregen in de overige vragen. Het toetsen van de gegevens van de verzekeringsmaatschappij aan de hand van andere gegevens (ongevallen- en expositiecijfers) behoort tot de mogelijkheden. Aangezien er geen ervaring en kennis bestaat over de ongevallengegevens van verzekeringsmaatschappijen, heeft deze toetsing een exploratief karakter. De toetsingen die zijn uitgevoerd betreffen: - de vergelijking van de schadeclaims van de verzekeringsmaatschappij met ongevallen uit de Nederlandse ongevallenstatistiek; - het relateren van de schadeclaims van de verzekeringsmaatschappij en de ongevallen uit de Nederlandse ongevallenstatistiek aan de voertuigprestatie in Nederland en in het buitenland. 11

16 4. Verstrekte gegevens Aan de verzekeringsmaatschappij zijn de volgende gegevens gevraagd: - het aantal ongevallen in het buitenland het land waar de aanrijding heeft plaats gevonden het aantal ongevallen in Nederland het jaar van het ongeval (over een periode van vijf jaar) het vervoermiddel van betrokkene het aantal slachtoffers per ongeval de letsel-ernst (bijvoorbeeld overleden, ziekenhuisopname, overig letsel) de leeftijd van het slachtoffers Het bleek dat alle gegevens leverbaar waren met uitzondering van het aantal slachtoffers per ongeval en de letsel-ernst van de slachtoffers. Wel kon onderscheid worden gemaakt tussen een ongeval met letsel en slechts materiële schade. Daar de verzekeringsmaatschappij de verzekeringen van particulieren en bedrijven van elkaar gescheiden heeft, kwamen de ter beschikking gestelde gegevens uit verschillende bronnen. Hierdoor verschillen de gegevens van personenauto' s (en caravans, motorfietsen) enigszins van die van bestelauto's, vrachtauto's en bussen. De volgende variabelen zijn geleverd: - Landcode. Deze code heeft betrekking op de nationaliteit van de tegenpartij. Wanneer een Nederlander een ongeval krijgt in het buitenland, zal hierbij bijna altijd een inwoner van dat land betrokken zijn. Er ontstaan problemen indien er sprake is van een ongeval van een Nederlander met een buitenlander dat plaats heeft in Nederland. Dit ongeval krijgt dan ten onrechte een buitenlandcode. In het bestand 'particulieren' kon dit omzeild worden door een extra code te gebruiken die aangeeft of het ongeval in Nederland of in het buitenland heeft plaats gevonden. In het bestand 'bedrijven' is een dergelijke extra code niet opgenomen. Er is aangenomen dat dit slechts geringe invloed heeft op de in dit rapport gepresenteerde cijfers. Ongevalsjaar. Het bestand 'particulieren' bevat ongevallengegevens over de afgelopen vijf jaar (1989 tot en met 1993). In het bestand 'bedrijven' zijn ongevallen vanaf 1991 opgenomen. - Leeftijd. In het bestand 'particulieren' heeft deze code betrekking op de leeftijd van de bestuurder. Het bestand 'bedrijven' kent een dergelijke code niet. Aan de hand van deze gegevens kan van alle claims het aandeel ongevallen worden bepaald dat in het buitenland heeft plaats gevonden. Het gaat hier alleen om gemotoriseerde voertuigen; er zijn geen cijfers te geven voor ongevallen waar fietsers en voetgangers bij betrokken zijn. Een kanttekening dient geplaatst te worden bij de busongevallen. In de registratie van de maatschappij zijn bussen van het openbaar vervoer betrokken bij de claims in Nederland; dit is niet het geval bij busongevallen in het buitenland. Bij de beschouwing van ongevallencijfers moet hier rekening mee worden gehouden. Over het aantal gewond geraakte busreizigers is echter niets bekend. 12

17 5. Resultaten 5.1. Particulier vervoer In aansluiting op de wijze waarop door de verzekeringsmaatschappij de gegevens zijn verstrekt, is onderscheid gemaakt in particulier- en bedrijfsvervoer. De verzekeringsmaatschappij heeft per land het aantal gemelde schade- en letselongevallen opgegeven, inclusief Nederland. Dit zijn absolute aantallen. Volgens afspraak met de verzekeringsmaatschappij zijn de buitenlandse cijfers gerelateerd aan de cijfers van Nederland waardoor de absolute cijfers niet herleidbaar zijn. Het aantal buitenlandse ongevallen per ongevallen in Nederland is als verhouding genomen, met verdelingen naar vervoermiddel (auto, caravan/aanhanger en motor), land, jaar (van 1989 tot en met 1993) en leeftijd van de bestuurder. In Tabel 1 (zie de Bijlage) is een overzicht gegeven van alle landen met meer dan 100 claims van verkeersongevallen in de jaren 1989 tot en met Uit de totaal-cijfers blijkt dat van de Nederlandse personenauto-ongevallen waarbij alleen materiële schade viel, 39 in het buitenland plaatsvonden. Voor letselschade ligt dit cijfer op 79 (factor twee hoger). Materiële schade aan caravans (en aanhangers en dergelijke) komt voor een belangrijk deel in het buitenland voor: 263 claims op claims van schades in Nederland. Ongevallen waarbij motorfietsen betrokken zijn, komen in het buitenland frequenter voor in vergelijking met ongevallen met personenauto's. Op claims motorfietsongevallen in Nederland, zijn er 65 ongevallen met alleen materiële schade en 121 met letsel. Ook hier vinden we tussen de aantallen letsel- en materiële schades een verhouding van circa factor twee. Kijken we vervolgens naar de individuele landen, dan scoren West-Duitsland, Frankrijk en België het hoogst. Voor deze landen is op Nederlandse personenauto-ongevallen het aantal ongevallen met letselschade respectievelijk 27, 15 en 16. Bij de overige landen zien we niet meer dan 3 ongevallen per Nederlandse ongevallen. Bij de caravanclaims schiet Frankrijk er in negatieve zin sterk uit: 122 ongevallen op Nederlandse; West-Duitsland en België geven hier respectievelijk 45 en 16 ongevallen. Bij de motorfietsen zijn de verschillen tussen de drie genoemde landen gering bij de materiële schades. Wat de letselongevallen betreft, onderscheidt Frankrijk zich met 10 ongevallen op gunstig ten opzichte van België en Duitsland (beide 40 ongevallen op 1.000). In Tabel 2 (zie de Bijlage) zijn voor de landen met meer dan 100 claims over de vijf beschouwde jaren, soortgelijke verhoudingscijfers op jaarbasis weergegeven. Hiermee is per land de ontwikkeling in aantallen claims te volgen. Het laatste blok in deze tabel geeft de ontwikkeling voor alle landen weer. Uit de totaal-cijfers van 1989 tot 1993 blijkt een geringe daling van het relatieve aantal ongevallen. Bij beschouwing van de absolute cijfers (tabel 13

18 is niet opgenomen) blijkt dat deze daling niet het gevolg is van minder ongevallen in de beschouwde landen, maar van een stijging van het aantal ongevallen in Nederland. Over de jaren 1989 tot en met 1993 is sprake van een jaarlijkse stijging in Nederland van circa 5%. Het 'buitenland' daarentegen toont een stabiel beeld over deze jaren. Wel is het opvallend dat het aantalletselongevallen voor personenauto' s ten opzichte van het aantal ongevallen met alleen materiële schade, in het buitenland een sterkere stijging vertoont dan in Nederland. Uit de absolute cijfers blijkt dat het aandeel toeneemt van 6,2% (1989) tot 10,3% (1993). Voor Nederland bedragen deze percentages respectievelijk 3,4 en 4,8%. We kunnen deze toename ook anders uitdrukken: in het buitenland bedraagt de stijging van het aantal letselongevallen 65% en in Nederland 40% ( ) ondanks het feit dat de ongevallen met alleen materiële schade in het buitenland op een constant niveau zijn gebleven. Volgens de cijfers van Tabel 2 behelst de algemene tendens voor de individuele landen tevens een geringe daling van het relatieve aantal ongevallen. Ook dit is een gevolg van de stijging van het aantal ongevallen in Nederland. De absolute cijfers van de individuele landen tonen hetzelfde redelijk stabiele beeld als dat van de totaal-cijfers, met uitzondering van de cijfers voor Joegoslavië waar sinds 1991 sprake is van een zeer sterke daling van het aantal ongevallen. De verdeling naar diverse voertuigtypen geeft voor personenauto's hetzelfde beeld als dat van de totaal-cijfers omdat het aandeel ongevallen met personenauto's ten opzichte van de totale groep groot is. Alleen 1991 geeft een piekje te zien voor de letselschades bij de personenauto's. De cijfers van schades waar caravans bij betrokken zijn, vertonen een wat grilliger beeld. De jaarlijkse fluctuaties van de relatieve aantallen schades en letsel schades met betrekking tot motorfietsen, worden veroorzaakt door het geringe absolute aantal ongevallen in het buitenland. In Tabel 3 (zie de Bijlage) is voor de onderscheiden voertuigen een verdeling naar leeftijd van de bestuurder gegeven. Als we in eerste instantie het blok met de totaal-cijfers bekijken (laatste deel tabel) valt op dat het aandeel van de categorie 'leeftijd onbekend' groot is. Ook in de tabel met absolute cijfers gaat het hier om grote aantallen ongevallen. Verder blijkt uit Tabel 3 dat de groep jarigen het sterkst vertegenwoordigd is bij de personenauto' s en caravans. In absolute zin zijn echter de jarigen het meest bij ongevallen in het buitenland betrokken. Qua aantal ligt dit circa factor 2,5 boven dat van de Jangeil. Uit Tabel 3 blijkt verder dat de categorie '65+' bij ongevallen met alleen materiële schade, een aandeel heeft dat beneden het gemiddelde ligt. Bij personenauto-ongevallen met letsel is het aandeel iets boven het gemiddelde. Bij de ongevallen met motorfietsen is de betrokkenheid van de jarigen het grootst. Kijken we in deze tabel naar de individuele landen dan zijn met betrekking tot de personenauto- en caravanaanrijdingen geen opvallende afwijkingen te constateren. De verhoudingscijfers die onder de categorie motorfietsschades worden gegeven, zijn minder bruikbaar vanwege de geringe absolute aantallen aanrijdingen in het buitenland bij deze onderverdeling naar leeftijden. 14

19 5.2. Bedrijfsvervoer Voor het bedrijfsvervoer zijn op vergelijkbare wijze de Nederlandse en buitenlandse ongevallengegevens uitgesplitst. Het bedrijfsvervoer is verdeeld naar bestel-, vrachtauto's en bussen (inclusief het openbaar vervoer met betrekking tot de ongevallen in Nederland). In vergelijking met de cijfers van particulier vervoer, wijken twee variabelen bij het bedrijfsvervoer af. Ten eerste is de tijdreeks nu drie jaar (1991 tot en met 1993). Ten tweede is de leeftijd van de bestuurder nu niet bekend. In Tabel 4 (zie de Bijlage) is voor de jaren 1991 tot en met 1993 een overzicht gegeven van de landen met meer dan twintig claims van verkeersongevallen, uitgesplitst naar materiële schade en letselongevallen. Ook nu is weer het aantal ongevallen in het buitenland per ongevallen in Nederland gegeven. Bestudering van de cijfers 'buitenland totaal' toont aan dat het aandeel letselschades met betrekking tot bestel- en vrachtauto' s groot is: 170 ongevallen in het buitenland tegenover ongevallen in Nederland. We zagen dat voor personenauto's het aandeel 79 op was (Tabel 1). De verhouding tussen letselschades en materiële schades bij bestel- en vrachtauto's (factor 1,9), wijkt echter niet veel af van het cijfer voor personenauto' s (factor 2,0). Het aantal letselschades bij bussen ligt op een vergelijkbaar niveau als bij personenauto' s, met 83 ongevallen in het buitenland ten opzichte van ongevallen in Nederland. Uit de onderverdeling van de cijfers naar individuele landen voor de categorie bestel- en vrachtauto's, blijkt dat Duitsland het hoogst scoort (79 ongevallen op 1.000). België, Frankrijk en Groot Brittannië volgen met respectievelijk 33, 21 en 14 letselongevallen op in Nederland. Duitsland scoort ook het hoogst bij busongevallen: 42 letselongevallen op letselongevallen in Nederland. Frankrijk en Italië hebben een even groot aandeel in het aantal buitenlandse busongevallen met letsel (8 op 1.000), gevolgd door België en Groot Brittannië (4 op 1.000). De rest van de landen heeft een aandeel van twee of minder op ongevallen in Nederland. In Tabel 5 (zie de Bijlage) zijn de cijfers voor bestelauto' s, vrachtauto' s en bussen per jaar gegeven. Indien we in eerste instantie de ontwikkeling van alle landen met meer dan twintig claims in drie jaar bekijken, blijkt hieruit geen stabiel beeld: van 1991 tot 1992 zien we eerst een stijging van het aantal ongevallen ten opzichte van Nederland (van 89 naar 96) en een forse daling van 1992 naar 1993 (van 96 tot 81 ongevallen) terwijl de absolute aantallen claims van ongevallen in Nederland een jaarlijkse daling van gemiddeld 7,5% te zien geven. De individuele landen vertonen een min of meer vergelijkbaar beeld. In tegenstelling tot hetgeen bij personenauto' s opviel, zien we bij de bestel- en vrachtauto' s geen sterkere stijging van het aantal letselongevallen in het buitenland in vergelijking met Nederland over de jaren 1991 tot en met Ongevallencijfers in relatie tot de ernst van ongevallen De verhouding tussen letselongevallen en ongevallen met uitsluitend materiële schade (UMS), zoals geclaimd bij de verzekeringsmaatschappij 15

20 (zowel in Nederland als in het buitenland), is hier en daar reeds ter sprake gebracht. De ratio voor deze verhouding kunnen we vergelijken met dezelfde ratio op basis van ongevallen gegevens volgens de VORgegevens. Dit verschaft inzicht in de aard van het verkregen materiaal van de verzekeringsmaatschappij. Voertuigcate- Claims verze- Claims verze- VOR-gegevens gone keringsmij. in keringsmij. in Nederland buitenland Personenauto 4,1 8,2 13,6 Motorfiets 10,0 18,8 82,8 Bestel- en vrachtauto 3,4 6,4 9,9 Bus 12,4 10,5 13,4 Ratio letselongevallen/u MS-ongevallen (*100) De in de tabel gegeven ratio's zijn de verhoudingen voor de letselongevallen gerelateerd aan de UMS-ongevallen, vennenigvuldigd met factor 100. Bij beschouwing van de cijfers van de verzekeringsmaatschappij, blijkt dat bij de buitenland-claims de drie eerst genoemde voertuigcategorieën ratio's geven die ongeveer factor 2 hoger liggen ten opzichte van de binnenlandclaims. Het is niet duidelijk waar dit aan ligt. Of er vinden in het buitenland relatief veelletselongevallen plaats, of dit type ongeval wordt eerder geclaimd als het in het buitenland plaats vindt dan wanneer het in Nederland zou hebben plaats gevonden. Het kan ook zo zijn dat UMS-ongevallen die in het buitenland hebben plaatsgevonden, minder vaak worden geclaimd dan als zij in Nederland hebben plaatsgevonden. Voor bussen is de ratio voor Nederland juist hoger dan voor het buitenland. Waarschijnlijk heeft dit te maken met het aandeel bussen dat in gebruik is bij het openbaar vervoer in de Nederlandse situatie. Vergelijken we de ratio's van de buitenland-claims met de ratio's volgens de Nederlandse VOR-gegevens, blijken de verzekeringscijfers in het algemeen op een iets lager niveau te liggen. Vennoedelijk heeft dit met de onderregistratie van de binnenlandse UMS-ongevallen te maken. Voor ongevallen waar de motorfiets bij betrokken is, is het verschil tussen de ratio van de buitenlandse claims en de ratio op basis van de VORgegevens sterk afwijkend. Ook hier zou de lagere registratiegraad van door de politie geregistreerde UMS-ongevallen, mee te maken kunnen hebben. Uit deze tabel volgt geen duidelijk beeld. De ratio' s van de buitenlandse claims komen nog het meest overeen met de ratio's op basis van de VORgegevens Ongevallencijfers in relatie tot voertuigprestaties Een andere toets ter verkrijging van inzicht in de ongevallengegevens van de verzekeringsmaatschappij, kan worden uitgevoerd aan de hand van de voertuigprestatie in binnen- en buitenland. Daar van de onderscheiden 16

21 voertuigcategorieën geen voertuigprestaties voor de individuele landen bekend zijn, kunnen alleen totaal-cijfers worden beschouwd. Evenals in de vorige paragraaf worden de ratio's met elkaar vergeleken. Eerst worden alleen de cijfers voor de voertuigprestatie in Nederland en in het buitenland gepresenteerd. Het gaat hier om de gereden kilometers door Nederlandse voertuigen. In de laatste kolom staat de ratio van de voertuigprestatie gereden in het buitenland, ten opzichte van de Nederlandse voertuigprestatie, vermenigvuldigd met factor 100. Voertuig- Nederland Buitenland Ratio Buitencategorie (miljard km) (miljard km) land- en Nederland (* 100) Personenauto 80,1 6,4 8,0 Motor 1,0 0,17 17,0 Bestel- en vrachtauto 14,0 3,3 23,6 Bus 0,6 0,1 16,7 Totaal 95,7 10,0 10,4 Voertuigprestatie in Bron: CBS (l993e) Uit deze tabel blijkt dat de categorie bestel- en vrachtauto's relatief het meeste aantal kilometers in het buitenland aflegt (ratio 23,6). Personenautokilometers liggen met een ratio van 8,0 duidelijk op een lager niveau. Wanneer deze cijfers naast die van de ratio's voor de aantallen verzekeringsc1aims betreffende ongevallen in het buitenland worden geplaatst, ten opzichte van die in Nederland, ontstaat de volgende tabel. De in de laatste kolom opgenomen ratio voor de voertuigprestatie is overgenomen uit bovenstaande tabel. Voertuigcate- Claims *) Claims *) Voertuiggorie materiële letselongevallen prestatie schade 1992 Personenauto 3,9 7,9 8,0 Motor 6,5 12,1 17,0 Bestel- en vrachtauto 8,9 17,1 23,6 Bus 9,8 8,3 16,7 Ratio' s buitenlandin ede rland (*100) *) Personenauto en motor: gem ; bestel,- vrachtauto en bus: gem

22 Wanneer wordt uitgegaan van de ratio voor de voertuigprestatie van personenauto' s, blijkt een goede overeenstemming met de ratio voor letselongevallen. De ratio voor materiële schades is factor twee lager. We zien voor de categorieën motoren, bestel- en vrachtauto's bij een toename van de ratio voor de voertuigprestatie, een toename van de ratio's voor de claims, zowel wat de materiële schades als de letselongevallen betreft. Voor bussen is er geen sprake van een dergelijk patroon. Ook dit zou te maken kunnen hebben met het aandeel bussen in gebmik bij het openbaar vervoer in Nederland. 18

23 6. Discussie De bovenstaande resultaten zijn gebaseerd op claims van slechts één verzekeringsmaatschappij. Pogingen om centraal opgeslagen data te benutten of meerdere verzekeringsmaatschappijen bij de gegevensverstrekking te betrekken, hebben geen resultaat opgeleverd. Het is niet bekend of de gegevens van deze ene verzekeringsmaatschappij representatief zijn. De verzekeringsmaatschappij is bij dit onderzoek betrokken vanwege het grote aantal polishouders. In exploratieve zin zijn de ongevallencijfers van de verzekeringsmaatschappij in verband gebracht met de verhoudingen tussen letselongevallen enerzijds en ongevallen met materiële schade anderzijds (eerste analyse) en tussen voertuigprestatie in het buitenland enerzijds en in Nederland anderzijds (tweede analyse). Eerste analyse: verhouding tussen letselongevallen en ongevallen met materiële schade In de in 4.3. opgenomen tabel zijn ratio' s van letsel on gevallen gegeven, gerelateerd aan de ongevallen met materiële schade. Uit de cijfers van de verzekeringsmaatschappij blijkt dat bij ongevallen in het buitenland ongeveer twee maal zoveelletselschades worden geclaimd, in vergelijking met ongevallen in het binnenland. Dit geldt voor de categorieën personenauto's, bestel-, vrachtauto's en motorfietsen. Het is niet duidelijk wat de reden hiervoor is. Wel is in 4.1 beschreven dat in het buitenland het aantalletselongevallen jaarlijks toeneemt (1989 versus 1993). Dit geldt voor personenauto's maar niet voor bestel- en vrachtauto's. Dat voor bussen het aandeelletselongevallen in Nederland juist hoger is ten opzichte van de buitenlandse cijfers, heeft waarschijnlijk te maken met het aandeel bussen in gebruik bij het openbaar vervoer in Nederland. Bij de ongevallen in het buitenland zijn alleen bussen van touroperators betrokken en geen bussen van het openbaar vervoer. Het is bekend dat in de bussen van het openbaar vervoer, veel ongevallen met gering letsel onder passagiers voorkomen. Dit komt door vele in- en uitstapbewegingen en acceleratie- en deceleratiemanoeuvres. Vergelijking van de buitenland-cijfers van de verzekeringsmaatschappij met de cijfers uit het VOR-bestand, levert een verschil op van ongeveer factor 1,5. Hiervoor kan als verklaring worden gegeven dat in het VORbestand relatief weinig UMS-ongevallen ten opzichte letselongevallen zijn opgenomen. Bij de verzekeringsmaatschappijen worden deze UMSongevallen in de regel vaker geclaimd. Dit verschijnsel doet het sterkst van zich spreken bij de categorie 'motorfiets': in de VOR-gegevens zitten bijna evenveel letsel ongevallen als UMS-ongevallen, terwijl bij de verzekeringsmaatschappij vijf maal zoveel UMS-claims ten opzichte van claims van letsel ongevallen zijn geregistreerd. Waarschijnlijk zijn veel ongevallen waar motorfietsen bij betrokken zijn, eenzijdige ongevallen (valmanoeuvres en dergelijke), die niet door de politie worden geregistreerd. Op grond van deze analyse kan worden vastgesteld dat de ongevallencijfers van de verzekeringsmaatschappij een enigszins consistent beeld te 19

24 zien geven voor de voertuigcategorieën personenauto's, bestel- en vrachtauto's. Tweede analyse: verhouding tussen voertuigprestatie in het buitenland en in Nederland Met deze analyse zijn de ongevallencijfers van de verzekeringsmaatschappij in verband gebracht met de voertuigprestatie. De ratio' s voor letselongevallen zijn voor de categorieën personenauto' s, motoren, bestel- en vrachtauto's redelijk in lijn met de ratio's voor de voertuigprestaties van deze categorieën. De lagere ratio's voor materiële schades houden, vergeleken met die voor letselongevallen, ook hier verband met het reeds gesignaleerde feit dat relatief meer letselschades worden geclaimd bij een ongeval in het buitenland dan bij een ongeval in Nederland. Voor bussen zien we niet zo'n duidelijk verband tussen de ratio's voor ongevallen en voertuigprestatie. Zoals hiervoor is vermeld zou dit te maken kunnen hebben met het aandeel bussen in gebruik bij het openbaar vervoer in Nederland. Door relatief meer letselongevallen in Nederlandse bussen van het openbaar vervoer krijgen we een lager verhoudingscijfer voor de ratio van ongevallen in het buitenland ten opzichte van die in Nederland. Op grond van deze analyse kan worden vastgesteld dat de ongevallencijfers van de verzekeringsmaatschappij een enigszins consistent beeld te zien geven voor de voertuigcategorieën personenauto's, motoren, bestelen vrachtauto' s. De ratio' s voor de letselschades lijken beter in over eenstemming met de voertuigprestatie te zijn dan die voor materiële schades. Uitkomsten discussie Met datavergelijking is getracht inzicht te krijgen in de aard en omvang van ongevallencijfers van één verzekeringsmaatschappij. Dit is zeker niet uitputtend gedaan. Met andere kenmerken als leeftijd en geslacht van de bestuurders zou mogelijk nog iets meer te zeggen zijn over de mate van representativiteit van de betrokken groep verzekerden. Mocht in de toekomst meer met gegevens van verzekeringsmaatschappijen gewerkt gaan worden, is dit zeker aan te bevelen. Het betrekken van data van verscheidene maatschappijen biedt eveneens meer houvast omtrent de bruikbaarheid van het materiaal. Wanneer we de uitkomsten van beide analyses beschouwen, blijkt dat de minst grote afwijkingen bij de voertuigcategorieën personenauto' s en bestelauto's en vrachtauto's zijn geconstateerd. Dit geldt vooral voor de letselongevallen. Becijferingen omtrent het aandeel ongevallen dat in het buitenland heeft plaatsgevonden, kunnen dan ook het best worden gebaseerd op deze cijfers. In dit onderzoek is de verkeersprestatie (aantal voertuigkilometers) gebruikt voor het toetsen van de gegevens van de verzekeringsmaatschappij voor de mate van representativiteit. In de Inleiding is gesteld dat door gebruik te maken van een dergelijke expositiemaat de mate van risico in het buitenland ten opzichte van Nederland bepaald zou kunnen worden. Nu kan worden vastgesteld dat dit alleen mogelijk is als meer zekerheid bestaat over de validiteit van gegevens van een bepaalde maatschappij. 20

25 De in dit rapport gepresenteerde gegevens vormen niet meer dan een indicatie. Uitspraken over risico's zijn niet te geven. Door meer ongevalskenmerken bij de analyse te betrekken, zoals werkverkeer of vakantieverkeer maar ook het tijdstip en de afgelegde afstand, kan inzicht worden verkregen in de omstandigheden waaronder ongevallen in het buitenland plaats hebben gevonden. 21

26 7. Conclusie Op basis van het aantal ingediende claims bij één verzekeringsmaatschappij is het uiteraard niet mogelijk een representatief beeld te geven van de aantallen Nederlanders die in landen buiten Nederland bij verkeersongevallen betrokken zijn geweest. Wel zijn ter indicatie enkele percentages te noemen. Over de jaren 1989 tot en met 1993 blijkt dat ongeveer 7% van de letselongevallen waar Nederlandse personenauto' s bij betrokken waren, in het buitenland heeft plaats gevonden. Voor de bestel- en vrachtauto' s is dit 14% (gemiddelde over de jaren 1991 tot en met 1993). 80% van de buitenlandse letselongevallen waar personenauto' s bij betrokken waren, vindt plaats in West-Duitsland, Frankrijk en België. Voor bestel- en vrachtauto's komt dit percentage uit op 78%. Opvallend is de sterke stijging met 65% van het aantal claims van letselongevallen in het buitenland met personenauto's, over de jaren 1989 tot en met 1993; dit terwijl de claims met alleen materiële schade in het buitenland op een constant niveau zijn gebleven. Voor Nederland bedroeg de stijging van het aantal claims van letselongevallen 40%. Voor bestel- en vrachtauto' s bleek een dergelijke sterke stijging van deze letselongevallen in het buitenland niet. In absolute zin zijn de jarigen het meest bij personenautoongevallen in het buitenland betrokken. In relatieve zin is de groep jarigen in het buitenland oververtegenwoordigd. Dit is de eerste keer dat de SWOV cijfers presenteert over verkeersongevallen in het buitenland waar Nederlandse voertuigen bij betrokken waren. Het is ook de eerste keer dat cijfers van een verzekeringsmaatschappij zijn gebruikt. Hierdoor bestaat geen goed beeld omtrent de aard en omvang van het ter beschikking gestelde cijfermateriaal. Aan de hand van een zeer beperkt aantal exploratieve analyses is enig inzicht in het materiaal verkregen. Het doel van het onderzoek was beperkt van aard. Toekomstig onderzoek zal meer het karakter moeten hebben van het achterhalen van de omstandigheden waaronder ongevallen in het buitenland plaatsvonden. 22

27 Literatuur CBS (1993a). Statistiek van het personenvervoer Centraal Bureau voor de Statistiek CBS. CBS (1993b). Het bezit en gebruik van personenauto's Centraal Bureau voor de Statistiek. CBS (l993c). Vakanties en korte recreatieve verblijven van Nederlanders Centraal Bureau voor de Statistiek. CBS (l993d). Record uitgaven aan vakanties. Persbericht nf. PB93-309, Centraal Bureau voor de Statistiek, 25 november CBS (1993e). Overzicht met gegevens van Motorvoertuigenpark en verkeers- & vervoenprestatie. Centraal Bureau voor de Statistiek. Gegevens op diskette, oktober Centraal Beheer (1994). Overzicht met gegevens van schadeclaims van verkeersongevallen met alleen materiële schade en letsel naar particulier vervoenniddel en land (1989 tlm 1993). Divisie Particulieren. Centraal Beheer (1994). Overzicht met gegevens van schadeclaims van verkeersongevallen met alleen materiële schade en letsel naar bedrijfsvervoermiddel en land (1991 tlm 1993). Divisie Bedrijvenverzekeringen. Jaarlijks uitgebrachte A VV -BG statistieken betreffende verkeersongevallen in Nederland. 23

28

29 Bijlage Tabellen 1 tjrn 5 Tabel 1. Schadeclaims per claims in Nederland van UMS- en letselongevallen naar vervoermiddel en landen met meer dan 100 claims in vijf jaar. Tabel 2. Schadeclaims per claims in Nederland van UMS- en letselongevallen naar vervoermiddel, land en jaar (1989 tlm 1993). Tabel 3. Schadeclaims per claims in Nederland van UMS- en letselongevallen naar vervoermiddel, land en leeftijd van bestuurde r ( ). Tabel 4. Schadeclaims per claims in Nederland van UMS- en letselongevallen naar vervoermiddel en landen met meer dan 20 claims in drie jaar ( ). Tabel 5. Schadeclaims per claims in Nederland van UMS- en letselongevallen naar venjoermiddel, land en jaar (1991 tlm 1993). 25

30 LAND PERSONENAUTO'S CARAVANS MOTOREN TOTAAL Materiële Letsel- Materiële Materiële Letselschade schade schade schade schade België 7,3 15,5 15,7 14,1 40,4 7,8 Duitsland (BRD) 11,1 26,8 45,4 17,1 40,4 12,1 Frankrijk 9,4 15,2 122,0 16,1 10,1 11,0 Gr. Brittannië 1,1 2,6 5,2 3,0 0,0 1,2 Hongarije 0,4 0,6 4,6 1,0 0, 0,4 Italië 1,7 1,7 l3,1 4,0 20,2 1,8 Joegoslavië 0,5 1/1 2/3 0/0 0/0 0,5 Luxemburg 0,5 0,7 5,2 1,0 10, ,9 6/9 0,0 0,0 2,3 3,1 12,1 1,0 0,0 1,8 Oostenrijk Spanje 2,3 1,6 Zwitserland 1,1 Landen <100 1,0 5/:' 2,0 0,0 1,1 claims 2,5 8,1 24,8 5,0 0,0 3,0 BUITENL. TOT. 39,4 79,2 262/6 64,5 121,2 43,6 Tabel 1. Schadeclaims per claims in Nederland van UMS- en letselongevallen naar vervoermiddel en landen met meer dan 100 claims in 5 jaar.

31 LAND PERSONENAUTO'S CARAVANS MOTOREN jd/ir MI1terièle Letsel- Materiële Mdteriele Letselschade schade schade schade schade België ,8 12,3 3,8 0,0 0, ,6 12,6 15,4 7,2 0, ,8 18,3 15,8 9,4 176, ,6 15,3 17,6 24,2 43, ,9 17,4 22,8 19,4 0,0 Totaal 7,3 15,5 15,7 14,1 40,4 Duitsland (BRD) , 25,3 42,1 14,8 0, ,1 23,5 41,1 7,2 55, ,5 34,1 47,4 9,4 58, ,7 23,6 52,8 24,2 0, ,2 27,4 42, ,7 Totaal 1l,1 26,8 45,4 17,1 40,4 Frankrijk ,1 19,1 122,6 14,8 0, ,1 18,9 107,9 14,5 0, ,9 13,3 139,0 9,4 0, ,8 14,1 134,4 28,2 0, ,4 12,9 107, 11,6 33,3 Totaal 9,4 15,2 122,0 16,1 10,1 Groot Brittannië ,0 0,6 1,9 0,0 0, ,2 2,3 0,0 7,2 0, ,3 2,0 1,6 4,7 0, , 3,3 12,8 4,0 0, ,1 3,7 8,6 0,0 0,0 Totaal 1,1 2,6 5,2 3,0 0,0 Italie ,9 1,9 13,4 0,0 90, ,0 1,1 12,0 0,0 0, ,8 2,0 17,4 4,7 0, ,3 1,2 14,4 4,0 0, ,4 2,2 8,6 7,8 33,3 Totaal 1,7 1,7 13,1 4,0 20,2 Joegoslavië ,2 2,5 3,8 0,0 0, ,1 2,9 5,1 0,0 0, ,1 O,S 3,2 0,0 0, ,1 0,8 0,0 0, 0, ,1 0, 0,0 0,0 0,0 Totaal 0,5 1,1 2,3 0,0 0,0 Luxemburg ,6 0,0 5,7 0,0 0, ,6 1,7 5,1 0,0 0, ,6 0,0 3,2 0,0 0, ,3 0,4 8,0 0,0 43, ,4 1,1 4,3 3,9 0,0 Totaal 0,5 0,7 5,2 1,0 10,1 Oostenrijk ,0 1,9 13,4 0,0 0, ,8 3,4 3,4 0,0 0, ,5 2,0 6,3 0,0 0, ,0 4,6 6,4 0,0 0, ,2 2,2 5,7 0,0 0,0 Totaal 2,3 2,9 6,9 0,0 0, Sp,mje ,0 7,4 15,3 0,0 0, ,5 1 / 7 15,4 0,0 0, ,7 3,0 12,6 0,0 0, ,3 2,1 8,0 4,0 0, ,6 2,6 10,0 0,0 0,0 Totaal 1.6 3,1 12,1 1,0 0,0 Zwitserland ,4 0,6 11,5 0,0 0, , ,7 0,0 0, ,1 1,0 3,2 0,0 0, ,2 0,8 6,4 8,1 0, ,9 1,1 5,7 0,0 0,0 Totaal 1,1 1,0 5,5 2,0 0,0 Totaal buitenland ,0 71,6 233,7 29,6 90, ,7 69,2 207,2 36,2 55, ,2 76,1 249,6 37,6 235, ,5 66,3 260,8 96,8 87, ,2 70,6 215,4 65,9 133,3 Totaal 36,6 70,6 233,3 :;e,::; 121, 2 TOTAAL 7,9 7,9 7,4 8,1 7,., " ,8 12,8 12,8 11,8 11,5 12,1 11,6 11,5 11,6 10,5 9,8 11,0 1,0 1,3 1,3 1,3 1,3 1,2 2,1 2,1 2,0 l,s 1,6 1,8 1,2 1,2 0,2 0,2 0,1 0,5 0,7 0,7 0,6 0,4 0,5 0,6 2,2 2,8 2,5 2,1 2,2 2,3 2,3, ~ :,8 1,5 1,7 1,8 1,4 0,8 1 rl 1,3 1, ,1 42,6 41,3 38,6 37,2 4,~ Tabel 2. Schadeclaims per claims in Nederland van UMS- en letse/ ongevallen naar vervoermiddel, land en jaar (J 989 tlm 1993).

32 ~, LAND PERSONENAUTO'S CARAVANS MOTOREN TOTAAL leeftijd Materiële Letsel- Materiële Materiële Letselbestuurder schade schade schade schade schade België ,7 18,5 0,0 0,0 0, ,1 14,5 26,3 14,0 54, ,7 20,5 23,4 0,0 0, ,8 15, 0 11,7 0, 0, onbekend 12,5 12,2 12,3 30,9 43,5 Totaal 7,3 15,5 15,7 14,1 40,4 Duitsland (BRD) , ,0 0, 58, ,3 23,9 74,0 17,1 54, ,7 34,6 86,7 23,8 0, ,8 36,2 35,0 0,0 0,0 onbekend 16,7 23,1 31,1 30,9 0,0 Totaal 11,1 26,8 45,4 17,1 40,4 Frankrijk ,1 4,6 0,0 15,6 0, ,0 11,7 188,5 14, 18, ,6 18,9 180,3 0,0 0, ,6 15,0 70,0 0,0 0,0 onbekend 16,3 26,8 106,9 30,9 0, Totaal 9,4 15,2 122,0 16,1 10,1 Groot Brittannië ,4 3,1 0,0 0,0 0, ,7 7,2 3,1 0, ,0 2,7 4,7 0,0 0, ,4 1,9 0,0 0,0 onbekend 1.3 0,6 5,9 6,2 0,0 Totaal 1.1 2,6 5,2 3,0 0,0 Italië ,5 0, 0,0 0,0 0, l,s 9,5 4,7 36, ,2 18,7 0, 0, ,8 7,8 0,0 0, onbekend 3, ,1 6,2 0,0 Totaal 1,7 1,7 13,1 4,0 20,2 Joegoslaviê ,1 0,0 0,0 0,0 0, ,4 0,8 0,0 0,0 0, ,5 3,2 7,0 0,0 0, ,2 0,0 3,9 0,0 0,0 onbekend 1, ,2 0,0 0,0 Totaal 0, ,3 0, 0,0 10,2 6,S 7,4 5,3 12,6 7,8 7,1 9,2 14,1 13,9 17,4 12,1 5,2 8,8 l1,3 6,9 19,8 11,0 0,6 1,3 1,1 1,2 l,s 1,2 0,5 1,4 1,9 1,2 3,5 1,8 0,1 0,4 0,6 0,2 1,0 0,5 Luxemburg ,7 0,0 0,0 0, 0 58, ,4 0,6 7,2 0, 0, ,6 1,6 2,3 0,0 0, ,4 0,0 3,9 0,0 0,0 onbekend 0,8 0,6 5,9 6,2 0,0 Totaal 0,5 0,7 5,2 1,0 10,1 oostenrijk ,5 l,s 0,0 0, 0, ,8 2,5 2,4 0, 0, ,8 4,3 7,0 0, 0, ,5 9,7 0, 0 0,0 onbekenà 3,9 2,4 6,5 0,0 0,0 Totaal 2,3 2,9 6,9 0,0 0,0 Spanje ,5 0,0 0,0 0, ,1 2,3 9,5 1,6 0, l,~ 5,9 16,4 0,0 0, ,5 2,6 13,6 0,0 0,0 onbekend 3,1 4,3 10,6 0,0 0,0 Totaal 1,6 3,1 12,1 1,0 0,0 Zwitserland ,1 0,0 0,0 7,8 0, ,9 0,8 4,8 1,6 0, ,0 1,6 7,0 0,0 0, ,8 0,9 5,8 0,0 0,0 onbekend 2,0 1,2 5,3 0,0 0,0 Totaal 1,1 1,0 5,5 2,0 0,0 Totaal buitenland ,9 49,3 23,4 117, ,5 61,1 329,4 55,8 163, ,3 96,7 353,6 23,8 0, ,5 79,4 163,4 0,0 0,0 onbekend 60,8 73,6 199,6 111,1 43,5 Totaal 36,6 70,6 233,3 58,5 121,2 0,7 0,4 0,6 0,4 1,0 0,6 0,7 1,8 2,9 1,6 3,9 2,3 0,6 -'-,~ 1,9, " ,8 0,2 0,9 1,1 0,9 2, ,9 31,9 42,9 33,4 66,1 40,2 Tabel 3. Schadeclaims per claims in Nederland van UMS- en letselongeval/en noor vervoemûddel, land en leeftijd van bestuurder (J 989-J 993).

Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 2015 Gemeente Eindhoven, november 2016

Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 2015 Gemeente Eindhoven, november 2016 Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 15 Gemeente Eindhoven, november 1 Inleiding Met dit document wordt inzicht gegeven in de actuele stand van zaken van de objectieve verkeersveiligheid in Eindhoven.

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

R Mr. P. Wesemann Voorburg, 1981 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV

R Mr. P. Wesemann Voorburg, 1981 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV VERKEER LEVENSGEVAARLIJK VOOR OUDEREN Artikel Verkeerskunde 32 (J981) 10: 474 t/m 476 Artikel Mensen op straat (1981) 4 (oktober): 5 t/m 8 R-81-30 Mr. P. Wesemann Voorburg, 1981 Stichting Wetenschappelijk

Nadere informatie

Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in 2006

Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in 2006 Cijfers over stijging aantal dodelijke fietsongevallen in Otto van Boggelen, coördinator Fietsberaad, 1 mei 2007 (versie 2) In is het aantal dodelijke fietsongevallen flink gestegen. Om enig zicht te krijgen

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

Mededeling. Registratienummer Datum 18 juni 2019 Afdeling/Bureau SENB. Onderwerp Ongevallencijfers Flevoland 2018

Mededeling. Registratienummer Datum 18 juni 2019 Afdeling/Bureau SENB. Onderwerp Ongevallencijfers Flevoland 2018 PROVINCIE FLEVOLAND Mededeling Onderwerp Ongevallencijfers Flevoland 218 Kern mededeling: Jaarlijks worden in april de ongevallencijfers op landelijke schaal bekend gemaakt. Hierin is ook te zien hoeveel

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Meer doden onder fietsers, minder onder motorrijders. Meeste verkeersdoden onder twintigers

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Meer doden onder fietsers, minder onder motorrijders. Meeste verkeersdoden onder twintigers Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-031 23 april 2007 10.00 uur Sterke stijging verkeersdoden onder fietsers In 2006 kwamen 811 mensen in het Nederlandse verkeer om. Dit zijn er 6 minder

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 3 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 3 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 3 december 2015 Statistieken van de verkeersongevallen 2014 De Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium publiceert vandaag de recentste cijfers over verkeersongevallen. Het

Nadere informatie

De risico s van vrachtwagens

De risico s van vrachtwagens De risico s van vrachtwagens Notitie Fietsberaad, Otto van Boggelen, coördinator Fietsberaad Rotterdam, oktober 2007 Samenvatting In deze notitie wordt verslag gedaan van een aantal cijfermatige analyses

Nadere informatie

@Risk. Samenvatting. Analyse van het risico op ernstige en dodelijke verwondingen in het verkeer in functie van leeftijd en verplaatsingswijze

@Risk. Samenvatting. Analyse van het risico op ernstige en dodelijke verwondingen in het verkeer in functie van leeftijd en verplaatsingswijze @Risk Samenvatting Analyse van het risico op ernstige en dodelijke verwondingen in het verkeer in functie van leeftijd en verplaatsingswijze Samenvatting @RISK Analyse van het risico op ernstige en dodelijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 398 Maatregelen verkeersveiligheid Nr. 370 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 22 mei 2013 De vaste commissie voor Infrastructuur en

Nadere informatie

DE VERKEERSONVEILIGHEID IN NEDERLAND

DE VERKEERSONVEILIGHEID IN NEDERLAND DE VERKEERSONVELGHED N NEDERLAND R-79-19 Voorburg, april 1979 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV CONSULT aan de Directie Verkeersveiligheid t.b.v. de vergadering van de Ministers

Nadere informatie

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval Fietsongevallen Ongevalscijfers Samenvatting In 212 zijn 2 personen aan de gevolgen van een fietsongeval overleden. De dodelijke fietsongevallen zijn slechts het topje van de ijsberg van alle fietsongevallen.

Nadere informatie

Kerncijfers verkeersveiligheid. Uitgave 2005

Kerncijfers verkeersveiligheid. Uitgave 2005 Kerncijfers verkeersveiligheid Uitgave 25 Inleiding Dit boekje presenteert de meest gehanteerde cijfers over verkeersveiligheid in Nederland. De cijfers hebben betrekking op de verkeersdoden en de ziekenhuisgewonden.

Nadere informatie

Verkeersveiligheid en fietsgebruik in Driebergen- Rijsenburg

Verkeersveiligheid en fietsgebruik in Driebergen- Rijsenburg Verkeersveiligheid en fietsgebruik in Driebergen- Rijsenburg 1. Inleiding Lang was de onveiligheid van het fietsverkeer het enige aandachtspunt in het fietsbeleid. Gelukkig heeft de beleidsmatige aandacht

Nadere informatie

Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan'

Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan' Ministerie van Verkeer en Waterstaat jklmnopq Adviesdienst Verkeer en Vervoer Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan' Een onderzoek naar letselongevallen met bromfietsers een jaar

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017

PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017 PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017 Verkeersongevallen 2016 in detail: oorzaken, leeftijd, & type weggebruiker, plaats & tijd ongeval De Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium publiceert vandaag

Nadere informatie

R-89-25 Ir. A. Dijkstra Leidschendam, 1989 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV

R-89-25 Ir. A. Dijkstra Leidschendam, 1989 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV SCHEIDING VAN VERKEERSSOORTEN IN FLEVOLAND Begeleidende notitie bij het rapport van Th. Michels & E. Meijer. Scheiding van verkeerssoorten in Flevoland; criteria en prioriteitsstelling voor scheiding van

Nadere informatie

Fors minder verkeersdoden in 2013

Fors minder verkeersdoden in 2013 Persbericht PB-025 24-04-2014 09.30 uur Fors minder verkeersdoden in 2013 570 verkeersdoden in 2013; 80 minder dan in 2012 Forse afname bij motorrijders Ook daling bij inzittenden personenauto, fietsers

Nadere informatie

Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden,

Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden, Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden, 2000-2016 Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt

Nadere informatie

Persbericht. Lichte stijging verkeersdoden in Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Lichte stijging verkeersdoden in Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB12-026 19 april 2012 14.15 uur Lichte stijging verkeersdoden in 2011 661 verkeersdoden in 2011 Stijging bij oudere fietsers Daling bij inzittenden van personenauto

Nadere informatie

Fietsongevallen en alcohol

Fietsongevallen en alcohol Fietsongevallen en alcohol Ongevalscijfers Samenvatting Jaarlijks vinden gemiddeld 2.700 behandelingen plaats op een Spoedeisende Hulp (SEH) afdeling van een ziekenhuis in verband met letsel opgelopen

Nadere informatie

Factsheet verkeerscijfers 2017

Factsheet verkeerscijfers 2017 rapport Factsheet verkeerscijfers 217 Achtergrondinformatie persbericht Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt

Nadere informatie

Wijk- en Stadszaken Nota 1. Inleiding

Wijk- en Stadszaken Nota 1. Inleiding Wijk- en Stadszaken Mobiliteit Doorkiesnummers: Telefoon 015 260 27 73 Fax 015 213 68 23 Aan Commissie Wijk, Verkeer en Beheer Afschrift aan Nota Datum 09-09-2008 Ons kenmerk Onderwerp Ongevallenanalyse

Nadere informatie

Onderzoek naar verzekerde schade tijdens vakantie- en feestdagen

Onderzoek naar verzekerde schade tijdens vakantie- en feestdagen Onderzoek naar verzekerde schade tijdens vakantie- en feestdagen Vakanties en feestdagen, zoals carnaval, Kerstmis en de zomervakantie, hebben een ander patroon aan geclaimde schade dan normale dagen.

Nadere informatie

Donkere dagen, meer ongevallen

Donkere dagen, meer ongevallen Donkere dagen, meer ongevallen 1 Donkere dagen, meer ongevallen De wintertijd komt er weer aan (in het laatste weekend van oktober gaat de klok een uur terug) met als gevolg dat het s morgens even minder

Nadere informatie

Voorburg, 21 januari 197~ Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV

Voorburg, 21 januari 197~ Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV CONSULT aan Rijkswaterstaat MOGELIJKE VERMINDERING VAN HET BENZINEVERBRUIK DOOR DE INSTELLING VAN SNELHEIDSBEPERKINGEN R-7~-3 Voorburg, 21 januari 197~ Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid

Nadere informatie

Letselongevallen van voetgangers en fietsers

Letselongevallen van voetgangers en fietsers (Bijdragenr. 49) Letselongevallen van voetgangers en fietsers Drs. R. Methorst (Rijkswaterstaat Dienst Verkeer en Scheepvaart) Drs. P. Schepers (Rijkswaterstaat Dient Verkeer en Scheepvaart) Door gebruikmaking

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsmonitor. Gemeente Slochteren

Verkeersveiligheidsmonitor. Gemeente Slochteren Verkeersveiligheidsmonitor Gemeente Slochteren INHOUDSOPGAVE Trend 3 Algemene ontwikkeling van het totale aantal slachtoffers... 3 Ontwikkeling aantal verkeersdoden (geïndexeerd) ten opzichte van het referentiegebied

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 november 2012

PERSBERICHT Brussel, 13 november 2012 PERSBERICHT Brussel, 13 november 2012 Verkeersongevallen in België 2011 De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie publiceert vandaag de meest recente cijfers over verkeersongevallen. Het

Nadere informatie

HOOG REGISTRATIENIVEAU VAN ZWAARGEWONDEN IN VERKEER

HOOG REGISTRATIENIVEAU VAN ZWAARGEWONDEN IN VERKEER HOOG REGISTRATIENIVEAU VAN ZWAARGEWONDEN IN VERKEER Artikel Verkeerskunde 34 (198~) 5: 254 t/m 257 R-83-14 M.W. Maas Leidschendam, 1983 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV -2-

Nadere informatie

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom

Nadere informatie

Mooi weer in het weekend: meer ongevallen met motoren. factsheet 6 april 2018

Mooi weer in het weekend: meer ongevallen met motoren. factsheet 6 april 2018 Mooi weer in het weekend: meer ongevallen met motoren factsheet 6 april 208 Mooi weer in het weekend: meer ongevallen met motoren Aankomend weekend belooft het kwik sinds lange tijd weer richting de 20

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 5 augustus 2013

PERSBERICHT Brussel, 5 augustus 2013 PERSBERICHT Brussel, 5 augustus 2013 Minder slachtoffers door verkeersongevallen in België in 2012 De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie publiceert vandaag de recentste cijfers over

Nadere informatie

Verkeersveiligheids monitor. Gemeente Waterland

Verkeersveiligheids monitor. Gemeente Waterland revisie 1 11 februari 2016 Inhoudsopgave Blz. 1 Inleiding 1 2 Trend 2 2.1 Algemene ontwikkeling van het totale aantal slachtoffers 2 2.2 Ontwikkeling aantal verkeersdoden uitgezet naar de doelstelling

Nadere informatie

Touringcars en verkeersveiligheid R

Touringcars en verkeersveiligheid R Touringcars en verkeersveiligheid R-2016-18 Touringcars en verkeersveiligheid Vergelijking van de veiligheid van bussen met auto s R-2016-18 Dr. M. Temürhan & dr. H.L. Stipdonk Den Haag, 2016 Stichting

Nadere informatie

Evolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigen verzekering

Evolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigen verzekering Evolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van de schadegevallen

Nadere informatie

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie sociale en regionale statistieken (SRS) Sector statistische analyse voorburg (SAV) Postbus 24500 2490 HA Den Haag Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsbarometer. 1 e trimester Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid D/2016/0779/27

Verkeersveiligheidsbarometer. 1 e trimester Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid D/2016/0779/27 Verkeersveiligheidsbarometer 1 e trimester 216 Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid D/216/779/27 INHOUD INHOUD... 1 TECHNISCHE PRECISERINGEN... 2 ALGEMENE RESULTATEN... 3 A1. ALGEMENE EVOLUTIES...

Nadere informatie

Kerncijfers Verkeersveiligheid

Kerncijfers Verkeersveiligheid Kerncijfers Verkeersveiligheid Uitgave 29 Kerncijfers Verkeersveiligheid Uitgave 29 Colofon Kerncijfers Verkeersveiligheid is een uitgave van het ministerie van Verkeer en Waterstaat Rijkswaterstaat Dienst

Nadere informatie

VEILIGHEID; WISSELWERKING VAN DE VERSCHILLENDE FACTOREN VAN HET VOERTUIG, INFRASTRUCTUURt. VOERTUIGBESTUURDER, ECOSYSTEMEN

VEILIGHEID; WISSELWERKING VAN DE VERSCHILLENDE FACTOREN VAN HET VOERTUIG, INFRASTRUCTUURt. VOERTUIGBESTUURDER, ECOSYSTEMEN VEILIGHEID; WISSELWERKING VAN DE VERSCHILLENDE FACTOREN VAN HET VOERTUIG, INFRASTRUCTUURt. VOERTUIGBESTUURDER, ECOSYSTEMEN Bijdrage voor het XVII World Raad Congress, Sydney, Australië, 8-15 oktober 1983,

Nadere informatie

Een effectieve donormailing: vooral personen tussen de 45 en 49 jaar Zomer 2006

Een effectieve donormailing: vooral personen tussen de 45 en 49 jaar Zomer 2006 Deze factsheet is geschreven door RD Friele en R Coppen van het NIVEL in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De gegevens mogen met bronvermelding worden gebruikt. Versie

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Vakanties van Nederlanders,

Vakanties van Nederlanders, Indicator 10 november 2016 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Al ruim een decennium lang

Nadere informatie

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Werken er nu meer of minder huisartsen dan 10 jaar geleden en werken zij nu meer of minder FTE? LF.J. van der Velden & R.S. Batenburg,

Nadere informatie

Evolutie van de schadefrequentie 2003-2012 in de BA motorrijtuigen verzekering

Evolutie van de schadefrequentie 2003-2012 in de BA motorrijtuigen verzekering Evolutie van de schadefrequentie 2003-2012 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van

Nadere informatie

Bevindingen ongevallengegevens

Bevindingen ongevallengegevens Kerkplein 2 T (0343) 56 56 00 Postbus 200 F (0343) 41 57 60 3940 AE Doorn E info@heuvelrug.nl Bevindingen ongevallengegevens 2005-2009 Datum 5 november 2010 Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Auteur E.

Nadere informatie

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work.

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work. De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work Merijn Daerden Studentnummer: 850225144 Werkstuk: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Tijdreeksanalyse in verkeersveiligheidsonderzoek met behulp van state space methodologie

Tijdreeksanalyse in verkeersveiligheidsonderzoek met behulp van state space methodologie Samenvatting Tijdreeksanalyse in verkeersveiligheidsonderzoek met behulp van state space methodologie In dit proefschrift wordt een aantal studies gepresenteerd waarin tijdreeksanalyse wordt toegepast

Nadere informatie

LETSELPREVENTIE-ONDERZOEK: SYMPTOOMBESTRIJDING OF NOODZAAK?

LETSELPREVENTIE-ONDERZOEK: SYMPTOOMBESTRIJDING OF NOODZAAK? LETSELPREVENTIE-ONDERZOEK: SYMPTOOMBESTRIJDING OF NOODZAAK? Inleiding ter gelegenheid van het bezoek van Staatsecretaris Drs. J. F. Scherpenhuizen aan het Instituut voor Wegtransportmiddelen TNO op 25

Nadere informatie

DERTIG KAN HET ANTWOORD ZIJN

DERTIG KAN HET ANTWOORD ZIJN DERTIG KAN HET ANTWOORD ZIJN Artikel Mensen op straat (1980) (Voorjaar): 27 R-80-13 Voorburg, 1980 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV -2- Inleiding Zal een verlaging van de maximumsnelheid

Nadere informatie

ECONOMISCHE SCHADE DOOR VERKEERSONGEVALLEN 1970 t/m 1976. Aanvulling op tabel 31 in Tien jaar verkeersonveiligheid in Nederland

ECONOMISCHE SCHADE DOOR VERKEERSONGEVALLEN 1970 t/m 1976. Aanvulling op tabel 31 in Tien jaar verkeersonveiligheid in Nederland ECONOMISCHE SCHADE DOOR VERKEERSONGEVALLEN 1970 t/m 1976 Aanvulling op tabel 31 in Tien jaar verkeersonveiligheid in Nederland R-77-23 Ir. F.C. Flury Voorburg, 1977 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek

Nadere informatie

Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen

Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen REACTIEVE AGRESSIE Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve Agressie Pien S. Martens Open Universiteit Heerlen Naam student: Pien Sophie Martens Studentnummer: 850945172

Nadere informatie

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen Voorschoolse vorming en de ontwikkeling van kinderen 1 De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van Kinderen The Relationship between Early Child Care, Preschool Education and Child Development

Nadere informatie

Aantal verkeersdoden sterk gedaald

Aantal verkeersdoden sterk gedaald Wim van den Berg en Ingeborg Deerenberg In 24 zijn in Nederland 881 personen dodelijk verongelukt in het verkeer. Een jaar eerder waren het er nog 1 88. Het aantal verkeersdoden is vorig jaar dus met 19

Nadere informatie

Aanvullende rapportage verkeersveiligheidseffecten experimenten 130km/h

Aanvullende rapportage verkeersveiligheidseffecten experimenten 130km/h Datum 12 december 2011 Bijlage(n) - Aanvullende rapportage verkeersveiligheidseffecten experimenten 130km/h Achtergrond Het kabinet is voornemens de maximumsnelheid op autosnelwegen te verhogen naar 130

Nadere informatie

Kerncijfers Verkeersveiligheid. Uitgave 2010

Kerncijfers Verkeersveiligheid. Uitgave 2010 Kerncijfers Verkeersveiligheid Uitgave 2010 Kerncijfers Verkeersveiligheid Uitgave 2010 2 Rijkswaterstaat Introductie Kerncijfers Verkeersveiligheid presenteert de meest gehanteerde cijfers over verkeersveiligheid

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsbarometer. 1 ste semester Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid D/2016/0779/29

Verkeersveiligheidsbarometer. 1 ste semester Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid D/2016/0779/29 Verkeersveiligheidsbarometer 1 ste semester 216 Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid D/216/779/29 INHOUD INHOUD... 1 TECHNISCHE PRECISERINGEN... 2 ALGEMENE RESULTATEN... 3 A1. ALGEMENE EVOLUTIES...

Nadere informatie

Evolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigenverzekering

Evolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigenverzekering Evolutie van de schadefrequentie 2007-2016 in de BA motorrijtuigenverzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van de

Nadere informatie

HET EFFECT VAN MARKERINGEN AAN DE ACHTERZIJDE VAN VRACHTWAGENS

HET EFFECT VAN MARKERINGEN AAN DE ACHTERZIJDE VAN VRACHTWAGENS HET EFFECT VAN MARKERINGEN AAN DE ACHTERZIJDE VAN VRACHTWAGENS Ongevallen met geparkeerde vrachtwagens en achteraanrijdingen tegen rijdende vrachtwagens R-9l-25 J.P.M. Tromp & drs. P.C. Noordzij Leidschendam,

Nadere informatie

szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding

szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding Naar aanleiding van vragen over de hoge arbeidsongeschiktheidspercentages

Nadere informatie

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

Buitenlandse arbeidskrachten en vraag en aanbod op de arbeidsmarkt van Curaçao.

Buitenlandse arbeidskrachten en vraag en aanbod op de arbeidsmarkt van Curaçao. Buitenlandse arbeidskrachten en vraag en aanbod op de arbeidsmarkt van Curaçao. Zaida Lake Inleiding Via de media zijn de laatste tijd discussies gaande omtrent de plaats die de buitenlandse arbeidskrachten

Nadere informatie

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek 2009 Versie 2

Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek 2009 Versie 2 Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie sociale en regionale statistieken (SRS) Sector statistische analyse voorburg (SAV) Postbus 24500 2490 HA Den Haag Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen

Nadere informatie

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Evolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigen verzekering

Evolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigen verzekering Evolutie van de schadefrequentie 2005-2014 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van

Nadere informatie

Ongevallenanalyse Quick-Scan WEGVAK N241 van N248 tot N242

Ongevallenanalyse Quick-Scan WEGVAK N241 van N248 tot N242 Ongevallenanalyse Quick-Scan WEGVAK N241 van N248 tot N242 Periode 2005 2009 Verkeersongevallenanalyse B&U IGI Geodata Provincie Noord-Holland Directie Beheer en Uitvoering Zijlweg 245 Postbus 205 2050

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsonderzoek naar jongeren in het verkeer. Actuele stand van zaken op basis van de politieregistratie

Verkeersveiligheidsonderzoek naar jongeren in het verkeer. Actuele stand van zaken op basis van de politieregistratie Verkeersveiligheidsonderzoek naar jongeren in het verkeer Actuele stand van zaken op basis van de politieregistratie September 2017 Verkeersveiligheidsonderzoek naar jongeren in het verkeer Actuele stand

Nadere informatie

Ongevallenanalyse 2014

Ongevallenanalyse 2014 Ongevallenanalyse 2014 Provincie Zeeland Opdrachtgever Opdrachtnemer ROV Zeeland DTV Consultants B.V. (Lisette) E.W. de Wildt TBO-VK-150081 Breda, 27 november 2015 Ongevallenanalyse 2014 Provincie Zeeland

Nadere informatie

Kerncijfers Verkeersveiligheid. Uitgave 2007

Kerncijfers Verkeersveiligheid. Uitgave 2007 Kerncijfers Verkeersveiligheid Uitgave 27 Inleiding Dit boekje presenteert de meest gehanteerde cijfers over verkeersveiligheid in Nederland. De cijfers hebben betrekking op de verkeersdoden en de ziekenhuisgewonden.

Nadere informatie

Evolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigen verzekering

Evolutie van de schadefrequentie in de BA motorrijtuigen verzekering Evolutie van de schadefrequentie 2006-2015 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van

Nadere informatie

Verschillenanalyse methodewijziging Eigendom woningen

Verschillenanalyse methodewijziging Eigendom woningen Paper Verschillenanalyse methodewijziging Eigendom woningen Januari 217 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Verschillenanalyse methodewijziging Eigendom woningen, 1 Inhoud 1. Inleiding 3 2. Belangrijkste

Nadere informatie

Internationale vergelijking van verkeersveiligheid op basis van ongevallendata en risicofactoren

Internationale vergelijking van verkeersveiligheid op basis van ongevallendata en risicofactoren Internationale vergelijking van verkeersveiligheid op basis van ongevallendata en risicofactoren Elke Hermans Tom Brijs Geert Wets Steunpunt MOW - verkeersveiligheid Instituut voor Mobiliteit Universiteit

Nadere informatie

FLEVOMONITOR 2006 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop, Susan Place, Marije Wouters & Dirk J. Korf

FLEVOMONITOR 2006 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop, Susan Place, Marije Wouters & Dirk J. Korf FLEVOMONITOR 2006 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld Annemieke Benschop, Susan Place, Marije Wouters & Dirk J. Korf Dit onderzoek is uitgevoerd door het Bonger Instituut voor Criminologie van de Universiteit

Nadere informatie

Aandeel MKB in buitenlandse handel en investeringen

Aandeel MKB in buitenlandse handel en investeringen Rapport Aandeel MKB in buitenlandse handel en investeringen Drie afbakeningen van het MKB Oscar Lemmers Dit onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Er waren geen

Nadere informatie

rapport Zelf toegebracht letsel Kerncijfers 2014

rapport Zelf toegebracht letsel Kerncijfers 2014 rapport Zelf toegebracht letsel Kerncijfers 2014 Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt echter geen verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Registratie discriminatieklachten 2011

Registratie discriminatieklachten 2011 Centraal Bureau voor de Statistiek- Registratie discriminatieklachten 2011 Methode en uitkomsten Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen, augustus 2012. Inhoud 1 INLEIDING... 2 2 METHODE...

Nadere informatie

FLEVOMONITOR 2010 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop & Dirk J. Korf m.m.v. Bobby Steiner

FLEVOMONITOR 2010 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop & Dirk J. Korf m.m.v. Bobby Steiner FLEVOMONITOR 2010 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld Annemieke Benschop & Dirk J. Korf m.m.v. Bobby Steiner Dit onderzoek is uitgevoerd door het Bonger Instituut voor Criminologie van de Universiteit

Nadere informatie

Analyse ONGEVALLEN LAND- EN BOSBOUWTREKKERS. Eindrapport 6 februari 2008

Analyse ONGEVALLEN LAND- EN BOSBOUWTREKKERS. Eindrapport 6 februari 2008 Analyse ONGEVALLEN LAND- EN BOSBOUWTREKKERS Eindrapport 6 februari 28 Colofon Opdrachtgever: Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Dienst Verkeer en Scheepvaart )* Project: Analyse ongevallen land- en

Nadere informatie

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill.

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. secondant #2 april 2009 7 Geweldsdelicten tussen - Daling van geweld komt niet uit de verf Crimi-trends

Nadere informatie

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Samenvatting Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Stabiliteit en verandering in gerapporteerde levensgebeurtenissen over een periode van vijf jaar Het belangrijkste doel van dit longitudinale,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 29 398 Maatregelen verkeersveiligheid Nr. 523 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Onderzoeksvraag zoals geformuleerd door SZW

Onderzoeksvraag zoals geformuleerd door SZW aan SZW van Peter-Paul de Wolf en Sander Scholtus (Senior) methodoloog onderwerp Aandeel 0-jarigen onder aanvragen toeslag kinderdagopvang datum 5 september 2018 Inleiding Naar aanleiding van een voorgestelde

Nadere informatie

21 juni Besluit B&W d.d. 13 juli 2004 nummer: 1.9. Nijmeegse verkeersituatie is een quick-scan uitgevoerd.

21 juni Besluit B&W d.d. 13 juli 2004 nummer: 1.9. Nijmeegse verkeersituatie is een quick-scan uitgevoerd. Collegevoorstel Advies: Openbaar Onderwerp Verkeersongevallen 2003 Programma / Programmanummer Mobiliteit / 6110 IBW-nummer Portefeuillehouder T. Hirdes Samenvatting Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr.

Nadere informatie

Fietskm per persoon per dag 2,9 3,4 Hoger dan gemiddeld

Fietskm per persoon per dag 2,9 3,4 Hoger dan gemiddeld Gaasterlân-Sleat Kenmerken bevolking De bevolkingssamenstelling van een gemeente is sterk sturend voor het veiligheidsbeleid. Ouderen zijn relatief kwetsbaar, jongeren moeten nog veel leren en allochtonen

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 29 398 Maatregelen verkeersveiligheid Nr. 410 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties

Regionale verscheidenheid in bevolkingsconcentraties Deel 1: Gemiddelde leeftijd en leeftijdsopbouw Mathieu Vliegen en Niek van Leeuwen De se bevolkingskernen vertonen niet alleen een ongelijkmatig ruimtelijk spreidingspatroon, maar ook regionale verschillen

Nadere informatie

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk Bijlage(n) Vervolg

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ons kenmerk Bijlage(n) Vervolg > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Risico's op tweede- en derde-arde-wegen buiten de bebouwde kom

Risico's op tweede- en derde-arde-wegen buiten de bebouwde kom Risico's op tweede- en derde-arde-wegen buiten de bebouwde kom Deelrapportage in het kencijfer-project uit het Onderzoekjaarplan 1995 R-96-65 F.Poppe Leidschendam, 1997 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek

Nadere informatie

DE VERKEERSVEILIGHEID VAN OUDERE MENSEN

DE VERKEERSVEILIGHEID VAN OUDERE MENSEN DE VERKEERSVELGHED VAN OUDERE MENSEN Bijdrage voor de Werkgroep Verkeersproblemen en -deelname van bejaarden, ingesteld door de nterdepartementale Stuurgroep Bejaardenbeleid R-81-7 Mr. P. Wesemann Voorburg,

Nadere informatie

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar

Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar H. Valkenberg Uitgegeven door Stichting Consument en Veiligheid Postbus 75169 1070 AD Amsterdam maart 2012 Bij de

Nadere informatie

DE BEZETTING VAN VOERTUIGEN JAARLIJKS GEMETEN

DE BEZETTING VAN VOERTUIGEN JAARLIJKS GEMETEN DE BEZETTING VAN VOERTUIGEN JAARLIJKS GEMETEN Resultaten van SWOV-metingen aan zeven voertuigcategorieën in de periode 1976 t/m 1984 Artikel Verkeerskunde 36 (1985) 7: 332 t/m 334 R-85-18 S. Harris M.A.

Nadere informatie

DEEL 1: Mobiliteit en Verkeersveiligheid in Vlaanderen. Universiteit Hasselt Bachelor- en master Verkeerskunde

DEEL 1: Mobiliteit en Verkeersveiligheid in Vlaanderen. Universiteit Hasselt Bachelor- en master Verkeerskunde DEEL 1: Mobiliteit en Verkeersveiligheid in Vlaanderen Universiteit Hasselt Bachelor- en master Verkeerskunde www.uhasselt.be/verkeerskunde Algemene situatie Wereldwijd: ± 1 milj. verkeersdoden/jaar 11

Nadere informatie

Evolutie van de schadefrequentie 2001-2009 in de BA motorrijtuigen verzekering

Evolutie van de schadefrequentie 2001-2009 in de BA motorrijtuigen verzekering Evolutie van de schadefrequentie 2001-2009 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsrapportage

Verkeersveiligheidsrapportage Focus op veilig en vlot verkeer in Gemeente Valkenswaard Verkeersveiligheidsrapportage Periode Q1 2014 - Q2 2016 2 november 2016 BLIQ Focus op veilig en vlot verkeer in Gemeente Valkenswaard BLIQ is dé

Nadere informatie

3 Gemiddeld aantal afgelegde kilometer per persoon per dag (gaakpppd)

3 Gemiddeld aantal afgelegde kilometer per persoon per dag (gaakpppd) 3 Gemiddeld aantal afgelegde kilometer per persoon per dag (gaakpppd) 3.1 Algemeen Het gemiddeld aantal afgelegde kilometer per persoon per dag bedraagt anno 2008 41,6 km 1. Ook voor deze indicator beschikken

Nadere informatie

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming - Internationalisering Leidse regio www.leidenincijfers.nl BELEIDSONDERZOEK 071-516 5123 I info@leidenincijfers.nl

Nadere informatie

Citation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma.

Citation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma. University of Groningen Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma. Verbakel, N. J. IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite

Nadere informatie