Raad: 2 mei 2012 Agendapunt: II-6

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Raad: 2 mei 2012 Agendapunt: II-6"

Transcriptie

1 Registratienummer: Raad: 2 mei 2012 Agendapunt: II-6 Voorstelnummer: 106 Portefeuillehouder: wethouder H.J. Morssink Onderwerp: Vaststellen Verordeningen Wet werk en bijstand WWB 2012 en intrekken Verordening Wet investeren in jongeren (WIJ) gemeente Leek Leek, 20 april 2012 Met ingang van 1 januari 2012 is de Wet werk en bijstand (WWB) gewijzigd en de Wet investeren in jongeren (WIJ) ingetrokken. Ook is er een wijzing geweest in de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ). Dit betekent dat de gemeentelijke verordeningen die hierop gebaseerd zijn, aangepast moeten worden. In januari 2012 is met een besluit van uw raad tot wijziging van een aantal verordeningen gewaarborgd dat momenteel op juiste regelgeving uitvoering wordt gegeven aan de gewijzigde Wet werk en bijstand per Met de verordeningen die wij nu ter vaststelling aan uw raad voorleggen, is de regelgeving helemaal goed aangepast. De WIJ had betrekking op re-integratie en bijstandsverlening voor jongeren tot 27 jaar. Deze groep valt nu onder de WWB. Door het intrekken van de WIJ vervallen de op deze wet gebaseerde verordeningen feitelijk van rechtswege, maar in de verordeningen die nu voorgelegd worden, wordt toch expliciet vastgelegd dat een aantal verordeningen per 1 januari 2012 ingetrokken wordt. Wij stellen uw raad voor de volgende verordeningen per 1 januari 2012 vast te stellen: - Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012; - Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012; - Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2012; - Maatregelenverordening IOAW/IOAZ 2012; - Verordening langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand Ook stellen wij voor om de volgende verordening per 1 januari 2012 in te trekken: - Verordening Wet investeren in jongeren gemeente Leek. Dit voorstel is behandeld in de raadscommissie op 4 april De commissie adviseert u met het voorstel in te stemmen, met het voorbehoud van de PvdA dat nog twee vragen beantwoord worden en dat de PvdA mogelijk met voorstellen komt tot wijziging. De eerste vraag van de PvdA betreft de Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2012, artikel 5, lid 2, sub c (het niet horen van belanghebbende indien het bestuur het niet nodig acht voor het vaststellen van de ernst van de gedraging of de mate van verwijtbaarheid). Hierbij moet gedacht worden aan situaties waarin er sprake is van ernstige bedreigingen richting de vertegenwoordigers van het bestuur. Het is in deze situatie in principe niet wenselijk om nog de klant te horen. De tweede vraag van de PvdA betreft de Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2012, artikel 5, lid 2 sub a (het achterwege laten van het horen van belanghebbende indien de vereiste spoed zich daartegen verzet). Een specifiek voorbeeld hiervan is niet te noemen.

2 - 2 - Deze bepaling is rechtstreeks ontleend aan de Algemene wet bestuursrecht (artikel 4:11) waarin staat dat het horen door het bestuursorgaan achterwege kan worden gelaten, voor zover: a. de vereiste spoed zich daartegen verzet; b. de belanghebbende reeds eerder in de gelegenheid is gesteld zijn zienswijze naar voren te brengen en zich sindsdien geen nieuwe feiten of omstandigheden hebben voorgedaan; of c. het met de beschikking beoogde doel slechts kan worden bereikt indien de belanghebbende daarvan niet reeds tevoren in kennis is gesteld. Wij hechten er aan om hier te benoemen dat het uitgangspunt hoor en wederhoor is. In principe wordt iedereen gehoord. Hierbij attenderen wij uw raad nog op het volgende. Na behandeling in de raadscommissie op 4 april 2012 is de volgende fout naar voren gekomen in de voorgelegde Verordening langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand 2012: in artikel 3, lid 1 van deze verordening staat het percentage van 110% genoemd in plaats van de bedoelde 105%. Aangezien de verordeningen in technische zin zijn aangepast, vanwege de wijziging van de WWB, en niet vanuit een beleidswijziging, is het percentage gecorrigeerd in de verordening die nu ter vaststelling aan uw raad wordt voorgelegd. De op dit voorstel betrekking hebbende stukken liggen op de gebruikelijke wijze ter inzage. Burgemeester en wethouders van Leek, B.C. Hoekstra, burgemeester H.K. Hofman, secretaris

3 De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 april 2012, voorstelnummer 106; gelet op de gemeenschappelijke regeling van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier, artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en de artikelen 7, 8 en 10, tweede lid van de Wet werk en bijstand (WWB), de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers (IOAW) en de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en voorts gelet op de EG-verordening Werkgelegenheidssteun (nr. 2204/2002, Pb EG 2002, L 337/3) en de EGverordening de minimissteun (nr. 69/2001, Pb EG 2001, L 10/30), alsmede de Beleidsaanbeveling van belang voor het opstellen van de gemeentelijke re-integratieverordeningen in het kader van de WWB (Verzamelcirculaire SZW, april 2004); B E S L U I T : vast te stellen de Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012 Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijving 1. Alle begrippen die in deze verordening gebruikt worden en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand (WWB) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb). 2. In deze verordening wordt verstaan onder: a. Bestuur: het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier; b. gemeenteraad: de gemeenteraden van de gemeente Leek; c. WWB: Wet werk en bijstand; d. IOAW: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers; e. IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen; f. uitkeringsgerechtigde: degene die een periodieke uitkering voor levensonderhoud ontvangt op grond van de WWB, de IOAW of IOAZ; g. niet uitkeringsgerechtigde (Nugger): een persoon als bedoeld in artikel 6, eerste lid, sub a van de WWB; h. Anw'er: persoon met een uitkering ingevolge de Algemene nabestaandenwet en die als werkloze werkzoekende staat ingeschreven bij het Werkplein Noordenkwartier (Werkplein); i. voorziening: een voorziening als bedoeld in artikel 7, eerste lid onder a van de WWB, deze verordening en de beleidsplannen zoals bedoeld in artikel 3 van deze verordening; j. werknemers in gesubsidieerde arbeid: personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid van de WWB

4 Paragraaf 2 Beleid en financiën Artikel 2 Opdracht aan het bestuur 1. Het bestuur biedt aan uitkeringsgerechtigden tot 65 jaar, aan personen met een nabestaanden- of halfwezenuitkering, niet-uitkeringsgerechtigden, alsmede personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid van de wet, ondersteuning bij de arbeidsinschakeling aan en, voor zover het bestuur dat noodzakelijk acht, een voorziening gericht op die arbeidsinschakeling. Artikel 40, eerste lid van de WWB is van overeenkomstige toepassing. 2. Bij de keuze van de mogelijkheden van ondersteuning en het aanbieden van voorzieningen wordt door het bestuur een afweging gemaakt, waarbij gekeken wordt of de ondersteuning of de voorziening, gelet op de mogelijkheden en capaciteiten van een cliënt, het meest doelmatig is met het oog op inschakeling in de arbeid. 3. Het bestuur draagt zorg voor voldoende diversiteit in het aanbod aan ondersteuning en voorzieningen. Artikel 3 Beleidsplan 1. Het bestuur stelt, ter nadere uitvoering van deze verordening, beleidsplannen vast en brengt deze ter kennis van de gemeenteraad. 2. Deze plannen omvatten in elk geval: a. een omschrijving van het beleid ten aanzien van de verschillende doelgroepen en de prioritering binnen en tussen die groepen, waarbij een evenwichtige aanpak als uitgangspunt wordt genomen; b. een omschrijving van de verschillende voorzieningen; c. de criteria voor het ontheffingenbeleid ten aanzien van de arbeidsverplichting, waarbij in het bijzonder aandacht wordt besteed aan de combinatie van arbeid en zorg. 3. Het bestuur zendt eenmaal per jaar aan de gemeenteraad een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van het beleid. Artikel 4 Aanspraak op ondersteuning 1. Uitkeringsgerechtigden, Anw'ers en Nuggers, alsmede personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid van de WWB, hebben aanspraak op ondersteuning bij de arbeidsinschakeling en op de naar het oordeel van het bestuur noodzakelijke geachte voorziening gericht op arbeidsinschakeling. 2. Het bestuur doet een aanbod dat past binnen de criteria die gesteld zijn in deze verordening en de in artikel 3, eerste lid van deze verordening genoemde beleidsstukken. Artikel 5 Verplichtingen van de cliënt 1. De belanghebbende aan wie het bestuur een voorziening aanbiedt, is verplicht deze te accepteren tenzij er dringende redenen zijn waarom geen gebruik kan worden gemaakt van de aangeboden voorziening. 2. De belanghebbende is verplicht mee te werken aan een onderzoek naar zijn mogelijkheden en beperkingen op de arbeidsmarkt. Dit onderzoek kan een medisch onderzoek inhouden die in opdracht van het bestuur door een derde wordt uitgevoerd. 3. Onverminderd de verplichtingen die gelden op grond van de wet, of van andere wetten, gelden voor de belanghebbende de volgende verplichtingen: a. het op verzoek van het bestuur dan wel uit eigener beweging, verstrekken van inlichtingen die nodig zijn voor het uitvoeren van deze verordening. b. het naar vermogen deelnemen aan de aangeboden voorziening; c. na te laten hetgeen deelname aan de aangeboden voorziening belemmert. 4. Het gebruik van een voorziening ontslaat de belanghebbende niet van de verplichting om naar vermogen algemeen geaccepteerde arbeid te aanvaarden, tenzij hiervoor ontheffing is verleend. 5. De verplichtingen worden aan de belanghebbende bij besluit medegedeeld. Artikel 6 Sluitende aanpak 1. Elke uitkeringsgerechtigde krijgt binnen een reële termijn na zijn melding als werkzoekende bij het UWV een aanbod voor een passende voorziening gericht op de inschakeling in algemeen geaccepteerde arbeid. 2. Het eerste lid is niet van toepassing indien het bestuur heeft bepaald dat voor deze belanghebbende een volledige ontheffing van de arbeidsverplichting voor bepaalde tijd geldt. 3. De duur van de in het eerste lid genoemde termijn wordt bij uitvoeringsbesluit vastgesteld

5 Artikel 7 Budget- en subsidieplafonds 1. Het bestuur kan bij uitvoeringsbesluit één of meer subsidie- of budgetplafonds instellen voor de verschillende voorzieningen. Een door het bestuur ingesteld subsidie- of budgetplafond vormt een weigeringsgrond bij de aanspraak op een specifieke voorziening. 2. Het bestuur kan ook een plafond instellen voor het aantal personen dat in aanmerking komt voor een specifieke voorziening. Paragraaf 3 Voorzieningen Artikel 8 Algemene bepalingen over voorzieningen 1. In het beleidsplan als bedoeld in artikel 3 wordt vastgelegd welke voorzieningen het bestuur in ieder geval kan aanbieden. 2. Het bestuur kan, in aanvulling op de verplichtingen die voortvloeien uit de WWB en deze verordening, aan een voorziening nadere verplichtingen verbinden. 3. Het bestuur kan een voorziening beëindigen: a. indien de belanghebbende die aan de voorziening deelneemt zijn verplichting als bedoeld in artikel 9 van de wet en artikel 5 van deze verordening niet nakomt; b. indien de belanghebbende die deelneemt niet meer behoort tot de doelgroep van de wet; c. indien de belanghebbende algemeen geaccepteerde arbeid aanvaardt, waarbij geen gebruik wordt gemaakt van deze voorziening; d. indien naar het oordeel van het bestuur de voorziening onvoldoende bijdraagt aan een snelle arbeidsinschakeling. Artikel 9 Loonkostensubsidies gericht op re-integratie 1. Het bestuur kan een subsidie verstrekken aan werkgevers die met een uitkeringsgerechtigde of met een belanghebbende zoals bedoeld in artikel 10, tweede lid van de WWB een arbeidsovereenkomst sluiten, gericht op het opdoen van werkervaring en het bevorderen van de arbeidsinschakeling. 2. Bij uitvoeringsbesluit stelt het bestuur regels ten aanzien van de hoogte en de duur van de subsidie, alsmede de verplichtingen die aan de subsidie worden verbonden. 3. Geen loonkostensubsidie wordt verstrekt voor kosten waarvoor, al dan niet door het bestuur, reeds een andere subsidie of vergoeding wordt verstrekt. 4. Indien de in het eerste lid bedoelde arbeidsovereenkomst wordt ontbonden binnen de wettelijke proeftijd, wegens dringende of gewichtige redenen of met een ontslagvergunning wegens bedrijfseconomische redenen, wordt de subsidie naar rato lager vastgesteld. 5. De subsidie wordt alleen verstrekt indien hierdoor de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en er geen verdringing van reguliere arbeid plaatsvindt. Artikel 10 Werkstages 1. Het bestuur kan aan een uitkeringsgerechtigde een werkstage aanbieden, gericht op arbeidsinschakeling. 2. Het doel van de werkstage is het opdoen van werkervaring dan wel het leren functioneren in een arbeidsrelatie. 3. Deze werkstage duurt maximaal zes maanden met behoud van de uitkering. 4. Het bestuur plaatst de uitkeringsgerechtigde alleen indien door deze plaatsing de concurrentieverhoudingen niet onverantwoord worden beïnvloed en indien door de plaatsing geen verdringing plaatsvindt. 5. In een schriftelijke overeenkomst worden tenminste vastgelegd het doel van de werkstage, alsmede de wijze waarop de begeleiding plaatsvindt. Artikel 11 Sociale activering 1. Het bestuur kan aan uitkeringsgerechtigden als onderdeel van een re-integratietraject activiteiten aanbieden in het kader van sociale activering. 2. Onder sociale activering wordt verstaan het verrichten van onbeloonde maatschappelijk zinvolle activiteiten ter voorbereiding op een traject gericht op arbeidsinschakeling of gericht op het voorkomen van sociaal isolement. 3. Sociale activering kan als een voorziening worden ingezet wanneer door het bestuur is vastgesteld dat de uitkeringsgerechtigde geen of pas op lange termijn een reëel perspectief heeft op arbeidsinschakeling. 4. Alle activiteiten, zoals bedoeld in het eerste en tweede lid, worden verricht bij organisaties zonder winstoogmerk

6 Artikel 12 Scholing 1. Het bestuur kan een vorm van scholing aanbieden gericht op de arbeidsinschakeling. 2. De in het eerste lid bedoelde scholing kan worden aangeboden in de vorm van een subsidie. Artikel 13 Inkomstenvrijlating 1. De uitkeringsgerechtigde, van 27 jaar of ouder, die algemeen geaccepteerde arbeid heeft aanvaard, waarmee een inkomen wordt verworven dat minder bedraagt dan de voor de uitkeringsgerechtigde van toepassing zijnde norm, vindt vrijlating van inkomsten uit arbeid plaats zoals bedoeld in artikel 31, tweede lid onder n of r van de WWB, respectievelijk artikel 8, tweede lid IOAW en artikel 8, derde lid IOAZ. 2. Bij uitvoeringsbesluit worden nadere regels gesteld voor zover daar in deze verordening geen bepalingen zijn opgenomen. Artikel 14 Premies 1. Het bestuur kan aan personen, van 27 jaar en ouder, als bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderdeel f, h, en j. een activeringspremie toekennen. 2. Deze premie kan worden verstrekt in de volgende gevallen: a. het aanvaarden van algemeen geaccepteerde arbeid; b. het deelnemen aan een voorziening; c. het met goed gevolg beëindigen van een voorziening. 3. De premie bedraagt maximaal het bedrag als bedoeld in artikel 31, lid 2, onder j van de WWB. 4. Het bestuur stelt nadere regels ter uitvoering van het bepaalde in lid 2 en Het bestuur kan aan een werkgever een premie toekennen indien een belanghebbende bedoeld in artikel 1, tweede lid onderdeel f, h en j, reguliere arbeid aanvaardt bij die werkgever. 6. Het bestuur stelt nadere regels ter uitvoering van het bepaalde in lid 5. Artikel 15 Kostenvergoedingen 1. Het bestuur kan een kostenvergoeding verstrekken gericht op de deelname aan voorzieningen en het verrichten van activiteiten in het kader van de arbeidsinschakeling. 2. Bij het verlenen van onkostenvergoedingen voor het verrichten van vrijwilligerswerk gelden de maximale bedragen zoals bepaald in artikel 31, tweede lid, onder k van de WWB. 3. Het tweede lid is, op grond van artikel 31, lid 5 WWB, niet van toepassing op de belanghebbende die jonger is dan 27 jaar. Paragraaf 4 Slotbepalingen Artikel 16 Hardheidsclausule Het bestuur kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 17 Citeertitel Deze verordening kan aangehaald worden als Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ. Artikel 18 Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking ervan. 2. Deze verordening werkt terug tot en met 1 januari Met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2012 worden ingetrokken de Reïntegratieverordening WWB, IOAW en IOAZ en de Verordening werkleeraanbod Wet investeren in jongeren. Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Leek, d.d. 2 mei B.C. Hoekstra, voorzitter W. Loonstra, griffier - 6 -

7 De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 april 2012, voorstelnummer 106; overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van de uitkeringen van de bijstandsgerechtigden jonger dan 65 jaar bij verordening te regelen; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel c en artikel 30 van de Wet werk en bijstand; B E S L U I T : vast te stellen de Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijving 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand en de Algemene wet bestuursrecht. 2. In deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet werk en bijstand (WWB); b. de gezinsnorm: de norm als bedoeld in artikel 21, eerste lid van de wet; c. verzorgensbehoevende: degene die in het bezit is van een geldig indicatiebesluit als bedoeld in artikel 4, vijfde lid van de wet. Artikel 2 Belanghebbenden 1. De bepalingen van deze verordening gelden alleen voor belanghebbenden van 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar. In geval van een gezin gelden de bepalingen van deze verordening uitsluitend indien alle gezinsleden jonger dan 65 jaar zijn en ten minste twee gezinsleden 21 jaar of ouder. 2. De bepalingen in hoofdstuk 2 en 3 laten de toepassing van artikel 18, eerste lid van de wet onverlet. Hoofdstuk 2 Criteria voor het verhogen van de bijstandsnorm Artikel 3 Toeslagen 1. De toeslag als bedoeld in artikel 25, eerste lid van de wet bedraagt 20% van de gezinsnorm voor de alleenstaande en alleenstaande ouder in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft. 2. De toeslag als bedoeld in artikel 25, eerste lid van de wet bedraagt 10% van de gezinsnorm voor de alleenstaande en alleenstaande ouder in wiens woning één of meer anderen hun hoofdverblijf hebben. 3. Voor de toepassing van dit artikel wordt een persoon niet in aanmerking genomen als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft, als het een persoon betreft zoals genoemd in artikel 4, lid 2 en lid 5 van de wet en een in aanmerking te nemen inkomen heeft van ten hoogste het bedrag genoemd in artikel 4, lid 2, aanhef van de wet. Artikel 4 Afwijkende toeslag voor alleenstaanden van 21 en 22 jaar 1. De toeslag bedoeld in artikel 29 van de wet bedraagt: a. 0% van de gezinsnorm indien het een alleenstaande jongere van 21 jaar betreft; b. 5% van de gezinsnorm indien het een alleenstaande jongere van 22 jaar betreft in wiens woning geen medebewoner aanwezig is; c. 0% van de gezinsnorm indien het een alleenstaande jongere van 22 jaar betreft in wiens woning een medebewoner aanwezig is

8 2. Het derde lid van artikel 3 is van overeenkomstige toepassing. 3. Dit artikel is niet van toepassing op een jongere op wie artikel 7 van toepassing is. Hoofdstuk 3 Criteria voor het verlagen van de bijstandsnorm of toeslag Artikel 5 Verlaging gezin 1. De verlaging als bedoeld in artikel 26 van de wet bedraagt 10% van de gezinsnorm voor een gezin in die situatie dat een woning wordt gedeeld met één of meer anderen. 2. Het derde lid van artikel 3 is van overeenkomstige toepassing. Artikel 6 Verlaging woonsituatie De verlaging als bedoeld in artikel 27 van de wet bedraagt 15% van de gezinsnorm indien een woning wordt bewoond waaraan voor belanghebbende geen kosten van huur of hypotheeklasten verbonden zijn. Artikel 7 Verlaging schoolverlaters De verlaging als bedoeld in artikel 28 van de wet bedraagt 25% van de gezinsnorm gedurende de eerste zes maanden na beëindiging van deelname aan onderwijs of een beroepsopleiding. Artikel 8 Verlaging co-ouderschap 1. In geval van co-ouderschap wordt de uitkering voor de ouder vastgesteld op de norm voor een alleenstaande ouder waarbij een verlaging plaatsvindt op de dagen waarop de kinderen bij de andere ouder verblijven. 2. De verlaging bedraagt het verschil tussen de norm voor een alleenstaande ouder en een alleenstaande. Artikel 9 Anticumulatiebepaling De toepassing van de artikelen 3 tot en met 8 geschiedt zodanig dat de toepasselijke bijstandsnorm voor belanghebbende ten minste bedraagt: a. 50% van de gezinsnorm voor een alleenstaande; b. 70% van de gezinsnorm voor een alleenstaande ouder; c. 80% van de gezinsnorm voor een gezin. Hoofdstuk 4 Slotbepalingen Artikel 10 Hardheidsclausule In bijzondere gevallen kan ten gunste van de belanghebbende worden afgeweken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt. Artikel 11 Citeertitel Deze verordening kan worden aangehaald als Toeslagenverordening Wet werk en bijstand Artikel 12 Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking ervan. 2. Deze verordening werkt terug tot en met 1 januari Met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2012 wordt ingetrokken de Toeslagenverordening Wet werk en bijstand en de Toeslagenverordening Wet investeren in jongeren. Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Leek, d.d. 2 mei B.C. Hoekstra, voorzitter W. Loonstra, griffier - 8 -

9 De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 april 2012, voorstelnummer 106; overwegende dat bij verordening regels moeten worden gesteld voor verlaging van de bijstand als niet aan de uit de wet voortvloeiende verplichtingen wordt voldaan; gelet op artikel 8, eerste lid, onder b en h, artikel 9a, lid 12 en artikel 18 van de Wet werk en bijstand; B E S L U I T : vast te stellen de Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2012 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijving In deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet werk en bijstand (WWB); b. algemene bijstand: de bijstand bedoeld in artikel 5, onderdeel b van de wet; c. bijzondere bijstand: de bijstand bedoeld in artikel 5, onderdeel d van de wet; d. bijstand: algemene en bijzondere bijstand; e. bijstandsnorm: de bijstandsnorm bedoeld in artikel 5, onderdeel c van de wet; f. langdurigheidstoeslag: de langdurigheidstoeslag bedoeld in artikel 5, onderdeel d van de wet; g. maatregel: het verlagen van de bijstand of de langdurigheidstoeslag op grond van artikel 18, tweede lid van de wet; h. benadelingsbedrag: het brutobedrag aan bijstand als omschreven in artikel 58, lid 4 WWB dat ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend; i. belanghebbende: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken; j. het bestuur: het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier. Artikel 2 Het opleggen van een maatregel 1. Als de belanghebbende naar het oordeel van het bestuur tekortschietend besef van verantwoordelijkheid betoont voor de voorziening in het bestaan dan wel de uit de wet voortvloeiende verplichtingen niet of onvoldoende nakomt, waaronder begrepen het zich jegens het bestuur zeer ernstig misdragen, wordt overeenkomstig deze verordening een maatregel opgelegd. 2. Een maatregel wordt afgestemd op de ernst van de gedraging, de mate waarin de belanghebbende de gedraging kan worden verweten en de omstandigheden waarin hij verkeert. Artikel 3 Berekeningsgrondslag 1. De maatregel wordt toegepast op de bijstandsnorm. 2. In afwijking van het eerste lid kan de maatregel ook worden toegepast op de bijzondere bijstand of de langdurigheidstoeslag indien: a. aan belanghebbende bijzondere bijstand wordt verleend met toepassing van artikel 12 van de wet; of b. de verwijtbare gedraging van belanghebbende, in relatie met zijn recht op bijzondere bijstand of de langdurigheidstoeslag, daartoe aanleiding geeft

10 Artikel 4 Het besluit tot opleggen van een maatregel In het besluit tot opleggen van een maatregel worden in ieder geval vermeld: de reden van de maatregel, de duur van de maatregel, het percentage waarmee de bijstand wordt verlaagd en, indien van toepassing, de reden om af te wijken van een standaardmaatregel zoals neergelegd in de hoofdstukken 2 tot en met 4 van deze verordening. Artikel 5 Horen van belanghebbende 1. Voordat een maatregel wordt opgelegd, wordt de belanghebbende in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze schriftelijk of mondeling naar voren te brengen. 2. Het horen van belanghebbende kan achterwege worden gelaten indien: a. de belanghebbende reeds eerder in de gelegenheid is gesteld zijn zienswijze naar voren te brengen en zich sindsdien geen nieuwe feiten of omstandigheden hebben voorgedaan; b. de belanghebbende niet heeft voldaan aan een verzoek van het bestuur of van een derde aan wie het college met toepassing van artikel 7 van de wet werkzaamheden in het kader van de wet heeft uitbesteed, om binnen een gestelde termijn inlichtingen te verstrekken als bedoeld in artikel 17 van de wet, of; c. het bestuur het horen niet nodig acht voor het vaststellen van de ernst van de gedraging of de mate van verwijtbaarheid. Artikel 6 Afzien van het opleggen van een maatregel 1. Het bestuur ziet af van het opleggen van een maatregel indien: a. elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt; of b. de gedraging meer dan één jaar vóór constatering van die gedraging door het bestuur heeft plaatsgevonden, tenzij de gedraging een schending van de inlichtingenplicht inhoudt en als gevolg van die gedraging ten onrechte bijstand is verleend. Een maatregel wegens schending van de inlichtingenplicht wordt niet opgelegd na verloop van vijf jaren nadat de betreffende gedraging heeft plaatsgevonden. 2. Het bestuur kan afzien van het opleggen van een maatregel indien het daarvoor dringende redenen aanwezig acht. 3. Indien het bestuur afziet van het opleggen van een maatregel op grond van dringende redenen, wordt de belanghebbende daarvan schriftelijk mededeling gedaan. Artikel 7 Ingangsdatum en tijdvak 1. De maatregel wordt opgelegd met ingang van de eerstvolgende kalendermaand volgend op de datum waarop het besluit tot het opleggen van de maatregel aan de belanghebbende is bekendgemaakt. Daarbij wordt uitgegaan van de voor die maand geldende berekeningsgrondslag. 2. In afwijking van het eerste lid kan de maatregel met terugwerkende kracht worden opgelegd voor zover de bijstand nog niet is uitbetaald. 3. Indien toepassing van het tweede lid niet mogelijk of wenselijk is kan de maatregel alsnog ten uitvoer worden gebracht bij een hernieuwd recht op WWB-uitkering mits de periode gelegen tussen de beëindigingdatum van de WWB-uitkering en de datum van het nieuwe recht niet meer bedraagt dan twaalf maanden. 4. Een maatregel wordt voor bepaalde tijd opgelegd. Een maatregel die voor een periode van meer dan drie maanden wordt opgelegd, wordt uiterlijk na drie maanden nadat deze ten uitvoer is gelegd heroverwogen. Artikel 8 Samenloop van gedragingen Indien een belanghebbende zich tegelijkertijd schuldig maakt aan verschillende gedragingen die het niet nakomen van een verplichting als genoemd in artikel 2, eerste lid, inhouden, wordt voor het bepalen van de hoogte en duur van de maatregel uitgegaan van de gedraging waarop de zwaarste maatregel is gesteld. Hoofdstuk 2 Geen of onvoldoende medewerking verlenen aan het verkrijgen of behouden van algemeen geaccepteerde arbeid Artikel 9 Gedragingen van belanghebbenden waardoor de verplichting op grond van artikel 9, 9a en of de nadere verplichting(en) van de wet niet of onvoldoende is nagekomen, worden onderscheiden in de volgende categorieen:

11 1. Eerste categorie: a. het zich niet tijdig laten registreren als werkzoekende bij het UWV Werkbedrijf of het niet tijdig laten verlengen van de registratie; 2. Tweede categorie: a. het niet naar vermogen trachten algemeen geaccepteerde arbeid te verkrijgen of te aanvaarden; b. het niet of in onvoldoende mate meewerken aan een onderzoek naar de mogelijkheden tot arbeidsinschakeling; c. het niet of onvoldoende verrichten van een door het college opgedragen tegenprestatie naar vermogen zoals bedoeld in artikel 9, lid 1, onderdeel c WWB; d. het onvoldoende nakomen van de verplichtingen zoals bedoeld in artikel 9, lid 1 WWB, voor zover het gaat om een persoon jonger dan 27 jaar, gedurende vier weken na de melding zoals bedoeld in artikel 43, lid 4 en 5 WWB. 3. Derde categorie: a. gedragingen die de inschakeling in arbeid belemmeren; b. het in onvoldoende mate gebruikmaken van een door het bestuur aangeboden voorziening gericht op arbeidsinschakeling als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onderdeel b, en artikel 10, eerste lid van de wet, waaronder begrepen sociale activering en vrijwilligerswerk; c. het door een persoon jonger dan 27 jaar niet meewerken aan het opstellen, uitvoeren of evalueren van een plan van aanpak zoals bedoeld in artikel 44a van de wet; d. het niet voldoen aan de re-integratieplicht door de alleenstaande ouder die is ontheven van de actieve sollicitatieplicht als bedoeld in artikel 9a van de wet; 4. Vierde categorie: a. het niet aanvaarden van algemeen geaccepteerde arbeid; b. het door eigen toedoen niet behouden van algemeen geaccepteerde arbeid. Artikel 10 De hoogte en duur van de maatregel 1. Onverminderd artikel 2, tweede lid wordt de maatregel vastgesteld op: a. vijf procent van de berekeningsgrondslag gedurende een maand bij gedragingen van de eerste categorie; b. twintig procent van de berekeningsgrondslag gedurende een maand bij gedragingen van de tweede categorie; c. vijftig procent van de berekeningsgrondslag gedurende een maand bij gedragingen van de derde categorie; d. honderd procent van de berekeningsgrondslag gedurende een maand bij gedragingen van de vierde categorie. 2. De duur van de maatregel als bedoeld in het eerste lid wordt verdubbeld, indien de belanghebbende zich binnen twaalf maanden na bekendmaking van een besluit waarbij een maatregel is opgelegd, opnieuw schuldig maakt aan een verwijtbare gedraging van dezelfde of hogere categorie. Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dringende redenen, bedoeld in artikel 6, tweede lid. Hoofdstuk 3 Niet nakomen van de inlichtingenplicht Artikel 11 Te laat verstrekken van gegevens 1. Indien een belanghebbende de verplichting op grond van artikel 17 van de wet niet is nagekomen door informatie die van belang is voor de verlening van bijstand of de voortzetting daarvan niet binnen de door het bestuur daartoe gestelde termijn te verstrekken, wordt met toepassing van artikel 54 van de wet een maatregel opgelegd van vijf procent van de bijstandsnorm gedurende een maand, onverminderd artikel 2, tweede lid. 2. De duur van de maatregel wordt verdubbeld, indien de belanghebbende zich binnen twaalf maanden na bekendmaking van een besluit waarbij een maatregel wordt opgelegd opnieuw schuldig maakt aan dezelfde als verwijtbare aan te merken gedraging. Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dringende redenen, bedoeld in artikel 6, tweede lid. 3. Van het opleggen van de maatregel kan worden afgezien en worden volstaan met het geven van een schriftelijke waarschuwing, tenzij het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting plaatsvindt binnen een periode van één jaar te rekenen vanaf de datum waarop eerder aan de belanghebbende een schriftelijke waarschuwing is gegeven

12 Artikel 12 Verstrekken van onjuiste of onvolledige inlichtingen met gevolgen voor de bijstand 1. Indien het niet of niet behoorlijk nakomen van de inlichtingenplicht bedoeld in artikel 17 van de wet heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van bijstand, wordt de maatregel afgestemd op de hoogte van het benadelingsbedrag. 2. Onverminderd artikel 2, tweede lid, wordt de maatregel op de volgende wijze vastgesteld: a. bij een benadelingsbedrag tot 1000,00: 10% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; b. bij een benadelingsbedrag van 1000,00 tot 2000,00: 20% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; c. bij een benadelingsbedrag van 2000,00 tot 4000,00: 40% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; d. bij een benadelingsbedrag van 4000,00 of meer: 100% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand. Artikel 13 Verstrekken van onjuiste of onvolledige inlichtingen zonder gevolgen voor de bijstand 1. Indien het niet of niet behoorlijk nakomen van de inlichtingenplicht bedoeld in artikel 17 van de wet niet heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van bijstand, bedraagt de maatregel, onverminderd artikel 2, tweede lid, 5% van de bijstand gedurende één maand. 2. Van het opleggen van de maatregel bedoeld in het eerste lid kan worden afgezien en worden volstaan met het geven van een schriftelijke waarschuwing, tenzij het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting plaatsvindt binnen een periode van één jaar te rekenen vanaf de datum waarop eerder aan de belanghebbende een schriftelijke waarschuwing is gegeven. Hoofdstuk 4 Overige gedragingen die leiden tot een maatregel Artikel 14 Tekortschietend besef van verantwoordelijkheid 1. Indien een belanghebbende een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan heeft betoond, als bedoeld in artikel 18, tweede lid van de wet, wordt een maatregel opgelegd die wordt afgestemd op de hoogte van het benadelingsbedrag. 2. Onverminderd artikel 2, tweede lid, wordt de maatregel op de volgende wijze vastgesteld: a. bij een benadelingsbedrag tot 1000,00: 10% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; b. bij een benadelingsbedrag van 1000,00 tot 2000,00: 20% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; c. bij een benadelingsbedrag van 2000,00 tot 4000,00: 40% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; d. bij een benadelingsbedrag van 4000,00 of meer: 100% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand. 3. Onverminderd lid 2 wordt in geval geen gebruik is gemaakt van een voorliggende voorziening een maatregel op de volgende wijze vastgesteld: a. wanneer het betreft algemene bijstand: 100% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; b. wanneer het betreft bijzondere bijstand: 100% van het voor bijzondere bijstand in aanmerking komende bedrag ongeacht de periode waarover aanspraak gemaakt kan worden op bijzondere bijstand. 4. Onverminderd lid 2 wordt, indien en voor zover het recht op bijstand een gevolg is van het niet kunnen beschikken over middelen waarover men, indien er geen sprake zou zijn geweest van tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan, had kunnen beschikken of redelijkerwijs had kunnen beschikken, een maatregel opgelegd ter hoogte van het recht op bijstand (ongeacht de periode waarover aanspraak gemaakt kan worden op de bijstand). Artikel 15 Zeer ernstige misdragingen 1. Indien een belanghebbende zich zeer ernstig misdraagt tegenover het bestuur of zijn ambtenaren, als bedoeld in artikel 18, tweede lid van de wet, wordt de maatregel afgestemd op de ernst van de gedraging. 2. Onverminderd artikel 2, tweede lid, wordt de maatregel op de volgende wijze vastgesteld: a. bij verbaal geweld: 20% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; b. bij discriminatie: 50% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand;

13 c. bij zaakgericht fysiek geweld: 50% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; d. bij intimidatie: 100% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand; e. bij mensgericht fysiek geweld: 100% van de berekeningsgrondslag gedurende een maand. Hoofdstuk 5 Het handhavingsbeleid Artikel 16 Het handhavingsbeleid Het bestuur biedt jaarlijks een handhavingsplan aan de gemeenteraad aan met daarin het te voeren beleid op gebied van handhaving, bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de WWB en de te verwachten resultaten en rapporteert hierover jaarlijks aan de gemeenteraad. Hoofdstuk 6 Slotbepalingen Artikel 17 Citeertitel Deze verordening kan aangehaald worden als Maatregelenverordening Wet werk en bijstand Artikel 18 De inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking ervan. 2. Deze verordening werkt terug tot en met 1 januari Met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2012 worden ingetrokken de Maatregelenverordening Wet werk en bijstand en de Maatregelen- en handhavingsverordening Wet investeren in jongeren. Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Leek, d.d. 2 mei B.C. Hoekstra, voorzitter W. Loonstra, griffier

14 De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 april 2012, voorstelnummer 106; gelet op artikel 147, eerste lid, en artikel 108, tweede lid Gemeentewet, artikel 35 eerste lid, onderdeel b en artikel 20, tweede lid IOAW, alsmede artikel 35, eerste lid, onderdeel b en artikel 20, eerste lid IOAZ; besluiten vast te stellen de volgende verordening; B E S L U I T : vast te stellen de Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2012 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijving 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. IOAW: Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers; b. IOAZ: Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen; c. IOAW/IOAZ: de IOAW alsmede de IOAZ, beide voor zover zij op belanghebbende van toepassing zijn; d. uitkering: de uitkering, bedoeld in artikel 5, eerste lid IOAW/IOAZ. e. uitkeringsnorm: de op belanghebbende van toepassing zijnde netto grondslag, bedoeld in artikel 5, vierde lid IOAW/IOAZ; f. maatregel: het verlagen van de uitkeringsnorm op grond van artikel 20, tweede lid IOAW en artikel 20, eerste lid IOAZ alsmede het blijvend of tijdelijk (gedeeltelijk) weigeren van een uitkering op grond van artikel 20, eerste lid IOAW en artikel 20, tweede lid IOAZ; g. inkomen: inkomen als bedoeld in artikel 8 IOAW/IOAZ h. benadelingsbedrag: het bruto bedrag aan IOAW/IOAZ als omschreven in artikel 25 vierde lid van de IOAW en IOAZ dat ten onrechte of tot een te hoog bedrag is verleend; i. belanghebbende: hij die recht heeft op een uitkering op grond van de IOAW, voor zover hij is aangewezen op arbeid in dienstbetrekking alsmede hij die recht heeft op een uitkering op grond van de IOAZ; j. het bestuur: het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier. 2. Voor zover in deze verordening niet anders gedefinieerd, hebben de begrippen dezelfde betekenis als in de IOAW, de IOAZ en de Algemene wet bestuursrecht. Artikel 2 Het opleggen van een maatregel 1. Als de belanghebbende naar het oordeel van het bestuur een verplichting als bedoeld in artikel 13 IOAW/IOAZ of een op grond van hoofdstuk III IOAW/IOAZ aan een uitkering verbonden verplichting - anders dan de verplichting bedoeld in artikel 37, eerste lid, onderdeel c IOAZ - schendt, wordt overeenkomstig deze verordening een maatregel opgelegd

15 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de belanghebbende die een uitkering ontvangt op grond van de IOAW, wanneer hij de op basis van artikel 30c, tweede en derde lid van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen voortvloeiende verplichtingen niet of onvoldoende nakomt, hieronder wordt tevens begrepen het zich jegens het bestuur zeer ernstig misdragen. 3. Een maatregel wordt afgestemd op de ernst van de gedraging, de mate waarin de belanghebbende de gedraging kan worden verweten en de omstandigheden waarin hij verkeert. Artikel 3 Berekeningsgrondslag De maatregel wordt toegepast op de uitkeringsnorm. Artikel 4 Het besluit tot opleggen van een maatregel In het besluit tot opleggen van een maatregel worden in ieder geval vermeld: a. de reden van de maatregel; b. de duur van de maatregel; c. het percentage of bedrag waarmee de uitkering wordt verlaagd of geweigerd en, indien van toepassing: d. de reden om af te wijken van een standaardmaatregel; Artikel 5 Horen van belanghebbende 1. Voordat een maatregel wordt opgelegd, wordt de belanghebbende in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze schriftelijk of mondeling naar voren te brengen. 2. Het horen van de belanghebbende kan achterwege worden gelaten indien: a. de vereiste spoed zich daartegen verzet; b. de belanghebbende reeds eerder in de gelegenheid is gesteld zijn zienswijze naar voren te brengen en zich sindsdien geen nieuwe feiten of omstandigheden hebben voorgedaan; of c. de belanghebbende niet heeft voldaan aan een verzoek van het bestuur of een door haar ingeschakelde derde, om binnen een gestelde termijn inlichtingen te verstrekken als bedoeld in artikel 13 van de IOAW/IOAZ. Artikel 6 Afzien van het opleggen van een maatregel 1. Het bestuur ziet af van het opleggen van een maatregel indien: a. elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt; of b. de gedraging meer dan twaalf maanden vóór constatering van die gedraging door het bestuur heeft plaatsgevonden, tenzij de gedraging een schending van de inlichtingenplicht inhoudt en als gevolg van die gedraging ten onrechte uitkering is verleend. Een maatregel wegens schending van de inlichtingenplicht wordt niet opgelegd na verloop van vijf jaren nadat de betreffende gedraging heeft plaatsgevonden; of: c. het bestuur dringende redenen aanwezig acht. 2. Indien het bestuur afziet van het opleggen van een maatregel op grond van dringende redenen, wordt de belanghebbende daarvan schriftelijk mededeling gedaan. Artikel 7 Ingangsdatum en tijdvak van de verlaging 1. De maatregel wordt opgelegd met ingang van de eerste dag van de maand volgend op de datum waarop het besluit tot het opleggen van de maatregel aan de belanghebbende bekend is gemaakt. Daarbij wordt uitgegaan van de voor die maand geldende uitkeringsnorm. 2. In afwijking van het eerste lid kan de maatregel met terugwerkende kracht worden opgelegd indien: a. de uitkering nog niet is uitbetaald of: b. de uitkering op het tijdstip van oplegging van de maatregel reeds is beëindigd. 3. Indien toepassing van het tweede lid niet mogelijk of wenselijk is kan de maatregel alsnog ten uitvoer worden gebracht bij een hernieuwd recht op uitkering IOAW/IOAZ mits de periode gelegen tussen de beëindigingdatum van de uitkering en de datum van het nieuwe recht niet meer bedraagt dan twaalf maanden. 4. Een maatregel wordt voor bepaalde tijd opgelegd. Een maatregel die voor een periode van meer dan drie maanden wordt opgelegd, wordt uiterlijk na drie maanden nadat deze ten uitvoer is gelegd heroverwogen. Artikel 8 Samenloop van gedragingen 1. Indien sprake is van één gedraging die schending oplevert van meerdere in de wet genoemde verplichtingen, wordt één maatregel opgelegd. Als voor schending van die verplichtingen maatregelen van verschillende hoogte gelden, wordt de hoogste maatregel opgelegd

16 2. Indien sprake is van meerdere gedragingen die schending opleveren van één of meerdere in de wet genoemde verplichtingen, wordt voor iedere gedraging een afzonderlijke maatregel opgelegd. Deze maatregelen worden gelijktijdig opgelegd, tenzij dit gelet op artikel 2, derde lid van de verordening niet verantwoord is. Hoofdstuk 2 Geen of onvoldoende medewerking verlenen aan het verkrijgen of behouden van algemeen geaccepteerde arbeid Artikel 9 Indeling in categorieën Gedragingen van belanghebbenden waardoor de verplichting op grond van artikel 37 van de IOAW/IOAZ, anders dan de verplichting, bedoeld in artikel 37, eerste lid. onderdeel c van de wet niet of onvoldoende is nagekomen, worden onderscheiden in de volgende categorieën: 1. Eerste categorie: a. het zich niet tijdig laten registreren als werkzoekende bij het UWV-werkbedrijf of het niet tijdig laten verlengen van de registratie als werkzoekende zoals bedoeld in artikel 30, sub b van de wet SUWI. 2. Tweede categorie: a. het niet naar vermogen trachten algemeen geaccepteerde arbeid te verkrijgen of te aanvaarden; b. het niet of in onvoldoende mate meewerken aan een onderzoek naar de mogelijkheden tot arbeidsinschakeling. c. het niet of onvoldoende verrichten van een door het college opgedragen tegenprestatie naar vermogen zoals bedoeld in artikel 37, lid 1, onderdeel f IOAW en IOAZ; 3. Derde categorie: a. gedragingen die de inschakeling in arbeid belemmeren; b. het niet of in onvoldoende mate gebruikmaken van een door het bestuur aangeboden voorziening gericht op arbeidsinschakeling, waaronder begrepen sociale activering en vrijwilligerswerk. Artikel 10 De hoogte en duur van de maatregel 1. Onverminderd artikel 2, derde lid, wordt de maatregel vastgesteld op: a. vijf procent van de uitkeringsnorm gedurende een maand bij gedragingen van de eerste categorie; b. tien procent van de uitkeringsnorm gedurende een maand bij gedragingen van de tweede categorie; c. vijftig procent van de uitkeringsnorm gedurende een maand bij gedragingen van de derde categorie; 2. De duur van de maatregel als bedoeld in het eerste lid wordt verdubbeld, indien de belanghebbende zich binnen twaalf maanden na bekendmaking van een besluit waarbij een maatregel is opgelegd, opnieuw schuldig maakt aan een verwijtbare gedraging van dezelfde of hogere categorie. Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dringende redenen, bedoeld in artikel 6, tweede lid. 3. In afwijking van het eerste lid, onder c, legt het college, indien belanghebbende een uitkering ontvangt op grond van de IOAW en de belemmerende gedragingen bedoeld in artikel 9, derde lid, onder a dusdanige vormen aannemen dat gesproken moet worden van het door eigen toedoen niet verkrijgen van algemeen geaccepteerde arbeid voor onbepaalde duur een maatregel op ter hoogte van het door eigen toedoen niet verkregen netto-inkomen uit deze arbeid. 4. Het college heroverweegt een besluit als bedoeld in het derde lid binnen een door hem te bepalen termijn die ten hoogste drie maanden bedraagt. Hoofdstuk 3 Het door eigen toedoen verliezen van algemeen geaccepteerde arbeid, alsmede het nalaten algemeen geaccepteerde arbeid te aanvaarden Artikel 11 Door eigen toedoen verliezen van algemeen geaccepteerde arbeid 1. Onverminderd artikel 4, legt het bestuur, met inachtneming van artikel 20, vierde lid IOAW/IOAZ voor onbepaalde tijd een maatregel op indien de belanghebbende door eigen toedoen een inkomen uit of in verband met arbeid is verloren en: a. aan de beëindiging van zijn dienstbetrekking een dringende reden ten grondslag ligt in de zin van artikel 678 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek; dan wel:

17 b. de dienstbetrekking is beëindigd door of op verzoek van belanghebbende zonder dat aan de voortzetting ervan zodanige bezwaren waren verbonden, dat deze voortzetting redelijkerwijs niet van hem zou kunnen worden gevergd. 2. De hoogte van de maatregel is gelijk aan het door dit gedrag verloren netto-inkomen. 3. Het bestuur heroverweegt een besluit als bedoeld in het eerste lid binnen een door hem te bepalen termijn die ten hoogste drie maanden bedraagt. Artikel 12 Niet aanvaarden van algemeen geaccepteerde arbeid 1. Onverminderd artikel 4, eerste lid, legt het bestuur voor onbepaalde duur een maatregel op indien de belanghebbende een uitkering ontvangt op basis van de IOAW en hij weigert hem aangeboden algemeen geaccepteerde arbeid te aanvaarden. 2. De hoogte van de maategel is gelijk aan het door eigen toedoen niet verkregen netto-inkomen uit deze arbeid. 3. Het bestuur heroverweegt een besluit als bedoeld in het eerste lid binnen een door hem te bepalen termijn die ten hoogste drie maanden bedraagt. Hoofdstuk 4 Niet nakomen van de inlichtingenplicht Artikel 13 Te laat verstrekken van gegevens 1. Onverminderd artikel 2, derde lid legt het bestuur een maatregel op van 5% van de uitkeringsnorm, indien belanghebbende de verplichting op grond van artikel 13 IOAW/IOAZ niet is nagekomen door informatie die van belang is voor de verlening van de uitkering of voortzetting daarvan niet binnen de door het bestuur daartoe gestelde termijn te verstrekken. 2. De duur van de maatregel wordt verdubbeld, indien de belanghebbende zich binnen twaalf maanden na bekendmaking van een besluit waarbij een maatregel wordt opgelegd opnieuw schuldig maakt aan dezelfde als verwijtbare aan te merken gedraging. Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dringende redenen, bedoeld in artikel 6, eerste lid, sub c. 3. Van het opleggen van de maatregel kan worden afgezien en worden volstaan met het geven van een schriftelijke waarschuwing, tenzij het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting plaatsvindt binnen een periode van één jaar te rekenen vanaf de datum waarop eerder aan de belanghebbende een schriftelijke waarschuwing is gegeven. Artikel 14 Verstrekken van onjuiste of onvolledige inlichtingen met gevolgen voor de uitkering 1. Indien het niet of niet behoorlijk nakomen van de inlichtingenplicht bedoeld in artikel 13 van de IOAW/IOAZ heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van een uitkering, wordt de maatregel afgestemd op de hoogte van het benadelingsbedrag. 2. Onverminderd artikel 2, derde lid, wordt de maatregel op de volgende wijze vastgesteld: a. bij een benadelingsbedrag tot 1000,00: 10% van de uitkeringsnorm gedurende een maand; b. bij een benadelingsbedrag van 1000,00 tot 2000,00: 20% van de uitkeringsnorm gedurende c een maand; bij een benadelingsbedrag van 2000,00 tot 4000,00: 40% van de uitkeringsnorm gedurende een maand; d. bij een benadelingsbedrag van 4000,00 of meer: 100% van de uitkeringsnorm gedurende een maand. 3. In afwijking van het tweede lid kan de duur van de maatregel worden verdubbeld, als de belanghebbende zich binnen twaalf maanden na bekendmaking van een besluit waarbij een maatregel wordt opgelegd opnieuw schuldig maakt aan dezelfde als verwijtbare aan te merken gedraging. Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dringende redenen als bedoeld in artikel 6, eerste lid, sub c van deze verordening. 4. Van een maatregel wordt afgezien: a. zodra ter zake van de gedraging strafvervolging is ingesteld en het onderzoek ter terechtzitting een aanvang heeft genomen; b. zodra het recht tot strafvervolging is vervallen, doordat het Openbaar Ministerie een schikking met belanghebbende heeft getroffen

18 Artikel 15 Verstrekken van onjuiste of onvolledige inlichtingen zonder gevolgen voor de uitkering 1. Indien het niet of niet behoorlijk nakomen van de inlichtingenplicht bedoeld in artikel 13 van de IOAW/IOAZ niet heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verstrekken van een uitkering, bedraagt de maatregel, onverminderd artikel 2, tweede lid, 5% van de uitkering gedurende één maand. 2. De duur van de maatregel wordt verdubbeld, indien de belanghebbende zich binnen twaalf maanden na bekendmaking van een besluit waarbij een maatregel wordt opgelegd opnieuw schuldig maakt aan dezelfde als verwijtbare aan te merken gedraging. Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dringende redenen, als bedoeld in artikel 6, eerste lid sub c van deze verordening. 3. Van het opleggen van een maatregel bedoeld in het eerste lid kan worden afgezien en worden volstaan met het geen van een schriftelijke waarschuwing, tenzij het niet of niet behoorlijk nakomen van de verplichting plaatsvindt binnen een periode van één jaar te rekenen vanaf de datum waarop eerder aan de belanghebbende een schriftelijke waarschuwing is gegeven. Hoofdstuk 5 Overige gedragingen die leiden tot een maatregel Artikel 16 Zeer ernstige misdragingen 1. Indien een belanghebbende zich zeer ernstig misdraagt tegenover het bestuur of zijn ambtenaren, onder omstandigheden die rechtstreeks verband houden met de uitvoering van de wet, wordt de maatregel afgestemd op de ernst van de gedraging. 2. Onverminderd artikel 2, derde lid, wordt de maatregel op de volgende wijze vastgesteld: a. bij verbaal geweld: 20% van de uitkeringsnorm gedurende een maand; b. bij discriminatie: 50% van de uitkeringsnorm gedurende een maand; c. bij zaakgericht fysiek geweld: 50% van de uitkeringsnorm gedurende een maand; d. bij intimidatie: 100% van de uitkeringsnorm gedurende een maand; e. bij mensgericht fysiek geweld: 100% van de uitkeringsnorm gedurende een maand. 3. Van het opleggen van de maatregel bedoeld in het tweede lid, sub a kan worden afgezien en kan worden volstaan met het geven van een schriftelijke waarschuwing, tenzij het verbale geweld plaatsvindt binnen een periode van twaalf maanden te rekenen vanaf de datum waarop eerder aan de belanghebbende een schriftelijke waarschuwing in verband met ernstige misdragingen is gegeven. Hoofdstuk 6 Het handhavingsbeleid Artikel 17 Het handhavingsbeleid Het bestuur biedt jaarlijks een handhavingsplan aan de gemeenteraad aan met daarin het te voeren beleid op gebied van handhaving, bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de Wet werk en bijstand, IOAW en IOAZ en de te verwachten resultaten en rapporteert hierover jaarlijks aan de gemeenteraad. Hoofdstuk 7 Slotbepalingen Artikel 18 Citeertitel Deze verordening kan aangehaald worden als Maatregelenverordening IOAW en IOAZ Artikel 19 De inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking ervan. 2. Deze verordening werkt terug tot en met 1 januari Met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2012 wordt ingetrokken de Maatregelenverordening IOAW en IOAZ. Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Leek, d.d. 2 mei B.C. Hoekstra, voorzitter W. Loonstra, griffier

19 De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 april 2012, voorstelnummer 106; gelet op artikel 36 van de Wet werk en bijstand; B E S L U I T : vast te stellen de Verordening langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand 2012 Artikel 1 Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. bestuur: het bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier (ISD); b. wet: de Wet werk en bijstand; c. referteperiode: een periode van 36 maanden voorafgaand aan de peildatum; d. peildatum: de datum waartegen de langdurigheidstoeslag wordt aangevraagd, dat wil zeggen de datum waarop een belanghebbende voor het eerst gedurende een ononderbroken periode van 36 maanden heeft voldaan aan de voorwaarden voor het recht op langdurigheidstoeslag; e. WTOS: Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten; f. WSF 2000: Wet Studiefinanciering; g. bijstandsnorm: de norm bedoeld in artikel 5, onderdeel c van de wet; h. belanghebbende: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken; i. inkomen: het inkomen bedoeld in artikel 32 van de wet. Artikel 2 Uitvoering De uitvoering van deze verordening berust bij het bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier. Artikel 3 Voorwaarden 1. Onverlet het bepaalde in artikel 36 van de wet komt in aanmerking voor de langdurigheidstoeslag de belanghebbende die gedurende de referteperiode aangewezen is geweest op een inkomen dat niet hoger is dan 105% van de voor hem geldende bijstandsnorm en geen in aanmerking te nemen vermogen heeft als bedoeld in artikel 34 van de wet. 2. Niet voor de langdurigheidstoeslag komt in aanmerking de belanghebbende die een opleiding volgt als bedoeld in de WTOS, dan wel een studie volgt als genoemd in de WSF Artikel 4 Hoogte van de toeslag 1. De langdurigheidstoeslag bedraagt per jaar: a. voor een gezin: 518,00 b. voor een alleenstaande ouder: 463,00 c. voor een alleenstaande: 362,00 (de genoemde bedragen gelden per 1 januari 2012). 2. Voor de toepassing van het eerste lid is de situatie op de peildatum bepalend

20 3. Indien een van de gezinsleden op de peildatum is uitgesloten van het recht op langdurigheidstoeslag ingevolge artikel 11 of artikel 13, lid 1 van de wet dan komen de overige gezinsleden in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag naar de hoogte die voor hen als gezin, alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden. 4. De in het eerste lid genoemde bedragen worden elk jaar aangepast met een percentage dat overeenkomt met het wettelijke indexeringspercentage van het betreffende jaar. Artikel 5 Onvoorziene gevallen In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het bestuur. Artikel 6 Citeertitel Deze verordening kan aangehaald worden als Verordening Wet werk en bijstand gemeente Leek Artikel 7 Inwerkingtreding 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking ervan. 2. Deze verordening werkt terug tot en met 1 januari Met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2012 wordt ingetrokken de Verordening langdurgheidstoeslag Wet werk en bijstand gemeente Leek. Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Leek, d.d. 2 mei B.C. Hoekstra, voorzitter W. Loonstra, griffier

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2008, voorstelnummer 180;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2008, voorstelnummer 180; CVDR Officiële uitgave van Leek. Nr. CVDR57328_2 1 juni 2016 Maatregelenverordening Wet werk en bijstand De raad van de gemeente Leek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november

Nadere informatie

RAADSBESLUIT. Maatregelenverordening IOAW en IOAZ Asten februari

RAADSBESLUIT. Maatregelenverordening IOAW en IOAZ Asten februari RAADSBESLUIT Onderwerp: Dagtekening: nummer: Maatregelenverordening IOAW en IOAZ Asten 2010 1 februari 2011.. De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

vast te stellen: de volgende Maatregelenverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012-A gemeente Heerde.

vast te stellen: de volgende Maatregelenverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012-A gemeente Heerde. Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 14 augustus 2012; gelet op artikel 8, lid 1 onderdelen b en h, artikel 9a, lid 12 en artikel 18, lid 1, 2 en 3 van

Nadere informatie

MAATREGELENVERORDENING IOAW EN IOAZ 2010

MAATREGELENVERORDENING IOAW EN IOAZ 2010 Pag.1/5 HOOFDSTUK 1ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Definities 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. IOAW: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

Nadere informatie

Maatregelenverordening Wet Investeren in Jongeren gemeente Aa en Hunze

Maatregelenverordening Wet Investeren in Jongeren gemeente Aa en Hunze No.: 03 De raad der gemeente Aa en Hunze; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze, d.d. 11 januari 2010, nummer 2010/03; gelet op artikel 147, eerste lid Gemeentewet,

Nadere informatie

MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2010

MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2010 MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2010 Pag.i/5 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Definities 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet werk en bijstand (WWB); b. belanghebbende:

Nadere informatie

Verordening maatregelen Wet Werk en Bijstand 2005

Verordening maatregelen Wet Werk en Bijstand 2005 Verordening maatregelen Wet Werk en Bijstand 2005 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Lelystad Officiële naam regeling Verordening maatregelen Wet Werk en Bijstand

Nadere informatie

Afstemmingsverordening gemeente Arnhem 2015

Afstemmingsverordening gemeente Arnhem 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Arnhem. Nr. 19431 22 februari 2016 Afstemmingsverordening gemeente Arnhem 2015 Op 15 december 2014 heeft de gemeenteraad de 'Afstemmingsverordening gemeente

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Maatregelenverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Oldebroek Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1. Begrippen 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader

Nadere informatie

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deurne houdende regels omtrent afstemming Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Deurne 2018

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deurne houdende regels omtrent afstemming Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Deurne 2018 CVDR Officiële uitgave van Deurne. Nr. CVDR612889_1 28 september 2018 Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Deurne houdende regels omtrent afstemming Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Deurne

Nadere informatie

Maatregelverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Doesburg 2015.

Maatregelverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Doesburg 2015. CVDR Officiële uitgave van Doesburg. Nr. CVDR346217_1 13 maart 2018 Maatregelverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Doesburg 2015 9 De raad van de gemeente Doesburg gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand.

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand. Nr. XIII / 6 De raad van de gemeente DE WOLDEN; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 mei 2004, nr. 4B, inzake vaststelling van de Reïntegratieverordening en de Maatregelenverordening;

Nadere informatie

Maatregelverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Renkum 2012

Maatregelverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Renkum 2012 CVDR Officiële uitgave van Renkum. Nr. CVDR131167_2 5 december 2017 Maatregelverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Renkum 2012 De raad van de gemeente Renkum, Gelezen het voorstel van het college van

Nadere informatie

besluit: vast te stellen de Maatregelenverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz 2015 gemeente Heerde.

besluit: vast te stellen de Maatregelenverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz 2015 gemeente Heerde. Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 11 november 2014; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel a van de Participatiewet, artikel 35 van de

Nadere informatie

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Schouwen- Duiveland 2015

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Schouwen- Duiveland 2015 Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Schouwen- Duiveland 2015 De raad van de gemeente Schouwen-Duiveland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 16 september 2014;

Nadere informatie

Afstemmingsverordening WWB

Afstemmingsverordening WWB Afstemmingsverordening WWB Midden-Delfland, juli 2004 1 De Raad van de gemeente Midden-Delfland, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober 2004, nr 2004-10-11;

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 augustus 2013;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 augustus 2013; DE RAAD VAN DE GEMEENTE HAREN, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 augustus 2013; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdelen b en h, en artikel 18 eerste, tweede en derde lid van

Nadere informatie

Verordening afstemming Participatiewet, IOAW en IOAZ BMWE 2016

Verordening afstemming Participatiewet, IOAW en IOAZ BMWE 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Bedum. Nr. 123039 18 december 2015 Verordening afstemming Participatiewet, IOAW en IOAZ BMWE 2016 De raad van de gemeente Bedum; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen AFSTEMMINGSVERORDENING PARTICIPATIEWET, IOAW EN IOAZ GEMEENTE HEERENVEEN 2017 De raad van de gemeente Heerenveen; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van. 2017; gelet op

Nadere informatie

Maatregelenverordening WWB Dantumadiel 2009 e.v (*)

Maatregelenverordening WWB Dantumadiel 2009 e.v (*) CVDR Officiële uitgave van Dantumadiel. Nr. CVDR75602_1 12 juni 2018 Maatregelenverordening WWB Dantumadiel 2009 e.v (*) HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijving 1. In deze verordening

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 12-10-2010;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 12-10-2010; GEMEENTERAAD Onderwerp: Maatregelenverordening IOAW en IOAZ Registratienummer: 10.17785 De raad van de gemeente Borger-Odoorn; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 12-10-2010;

Nadere informatie

Afstemmingsverordening WWB, IOAW, IOAZ en Bbz gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 maart 2013;

Afstemmingsverordening WWB, IOAW, IOAZ en Bbz gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 maart 2013; CVDR Officiële uitgave van Gemert-Bakel. Nr. CVDR309242_1 1 mei 2018 Afstemmingsverordening WWB, IOAW, IOAZ en Bbz 2013 De raad van de gemeente Gemert-Bakel; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Maatregelverordening Wet werk en bijstand gemeente Gennep 2013

Maatregelverordening Wet werk en bijstand gemeente Gennep 2013 CVDR Officiële uitgave van Gennep. Nr. CVDR305167_1 21 maart 2017 Maatregelverordening Wet werk en bijstand gemeente Gennep 2013 Maatregelen verordening Wet werk en bijstand gemeente Gennep 2013 De Raad

Nadere informatie

Zaaknummer. Documentnummer

Zaaknummer. Documentnummer Raadsvergadering 4 december 2014 Zaaknummer 368186 Agendapunt 12 Documentnummer *368195* De raad der gemeente Putten; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 november 2014, nr. 368189;

Nadere informatie

DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE BESLUIT

DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE BESLUIT Gemeenteblad nr. 170, 11 december 2014 Nr..a DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 oktober 2014, nr. ; gehoord de commissie Samenleving d.d. 26 november

Nadere informatie

Afstemmingverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013

Afstemmingverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 T De raad van de gemeente Noordenveld gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 mei 2013; gelet op artikel 8 eerste lid onder b en h, artikel 9a lid 12 en artikel 18 van de Wet werk en

Nadere informatie

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. CVDR Officiële uitgave van Losser. Nr. CVDR352018_2 8 november 2016 Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 De raad van de gemeente Losser, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2004

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2004 CVDR Officiële uitgave van Hendrik-Ido-Ambacht. Nr. CVDR114026_1 14 november 2017 Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2004 De raad der gemeente Hendrik-Ido-Ambacht; gezien het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

gelet op artikel 147, eerste lid Gemeentewet, en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel b en 41, eerste lid, van de Wet investeren in jongeren;

gelet op artikel 147, eerste lid Gemeentewet, en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel b en 41, eerste lid, van de Wet investeren in jongeren; De Raad van de gemeente Tiel; gezien het advies van de Commissie Samenleving; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Tiel d.d....; gelet op artikel 147, eerste lid Gemeentewet, en de artikelen

Nadere informatie

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2017

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2017 Opmerking [SJ1]: Jaartal aangepast Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsbepalingen 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 oktober, nr. ;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 oktober, nr. ; DE RAAD DER GEMEENTE HAREN, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 oktober, nr. ; gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, de artikelen 7 en 8 en 10, tweede

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 december 2014, nr. 12A;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 december 2014, nr. 12A; Gemeenteblad van de gemeente Tubbergen Jaargang: 2014 Nummer: 85 Uitgifte: 29 december 2014 Bekendmaking van het besluit de gemeenteraad d.d. 15 december 2014, nr. 12C, tot vaststelling van Verordening

Nadere informatie

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand 2004

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand 2004 RAADSBESLUlT De raad van de gemeente Papendrecht; gelezen het voorstel van het college d.d. 18 juni 12004; nummer 041 12004; gelet op anikei 147, eerste lid van de Gemeentewet, de anikelen 7 en 8 en 10

Nadere informatie

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Werk en Inkomen Nieuwegein 2018

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Werk en Inkomen Nieuwegein 2018 CVDR Officiële uitgave van Nieuwegein. Nr. CVDR486442_1 22 mei 2018 Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Werk en Inkomen Nieuwegein 2018 De gemeenteraad van Nieuwegein heeft op 22 februari

Nadere informatie

Reïntegratieverordening. werk en bijstand

Reïntegratieverordening. werk en bijstand Reïntegratieverordening werk en bijstand Midden-Delfland, augustus 2004 1 De Raad van de gemeente Midden-Delfland, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 15 oktober 2004,

Nadere informatie

Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Lemsterland. gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d.

Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Lemsterland. gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ gemeente Lemsterland. De raad van de gemeente Lemsterland; gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 6 december 2010; gelet op de artikelen 7, 8,

Nadere informatie

MAATREGELENVERORDENING inkomensvoorzieningen Lelystad 2012

MAATREGELENVERORDENING inkomensvoorzieningen Lelystad 2012 MAATREGELENVERORDENING inkomensvoorzieningen Lelystad 2012 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Lelystad Officiële naam regeling MAATREGELENVERORDENING inkomensvoorzieningen

Nadere informatie

Gemeente Nissewaard - Verordening handhaving, maatregelen en boeten Nissewaard 2016

Gemeente Nissewaard - Verordening handhaving, maatregelen en boeten Nissewaard 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Nissewaard. Nr. 160462 17 november 2016 Gemeente Nissewaard - Verordening handhaving, maatregelen en boeten Nissewaard 2016 De raad van de gemeente Nissewaard;

Nadere informatie

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2009

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2009 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2009 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Heemskerk Officiële naam regeling Re-integratieverordening Wet werk en

Nadere informatie

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer 9 22 december 2014

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer 9 22 december 2014 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer 9 22 december 2014 Verordening Participatiewet 2015 De raad der gemeente Bergeijk; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Nadere informatie

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand Gemeente Ede 2012

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand Gemeente Ede 2012 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand Gemeente Ede 2012 De raad van de gemeente Ede; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20-12-2011; gelet op artikel 147, eerste

Nadere informatie

Hoofdstuk 1:Algemene bepalingen.

Hoofdstuk 1:Algemene bepalingen. Raadsbesluit De raad van de gemeente Noord-Beveland; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel b, en artikel 18 van de Wet werk en bijstand (WWB);

Nadere informatie

BBM gemeente Steenbergen

BBM gemeente Steenbergen De raad van de gemeente Steenbergen; BBM1400783 gemeente Steenbergen overwegende dat de Handhavings- en maatregelenverordening inkomensvoorzieningen 2013 aanpassing behoeft; gezien het voorstel van het

Nadere informatie

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ

Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Gemeenteblad 543 Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Gemeente Voorst November 2014-1 - Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ De raad van de gemeente Voorst; gelezen het

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 augustus 2010;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 augustus 2010; CVDR Officiële uitgave van Eemsmond. Nr. CVDR63088_1 11 oktober 2016 Re-integratieverordening 2010 De raad van de gemeente Eemsmond; Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen De raad van de gemeente Oldebroek; Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ 2012 kenmerk 98182 gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 10 april 2012; gelet op de artikelen 7 en 8 en 10

Nadere informatie

*Z002AA38484* No. 10. Maatregelverordening IOAW en IOAZ. De raad van de gemeente Vlagtwedde;

*Z002AA38484* No. 10. Maatregelverordening IOAW en IOAZ. De raad van de gemeente Vlagtwedde; *Z002AA38484* No. 10. Maatregelverordening IOAW en IOAZ De raad van de gemeente Vlagtwedde; gelet op artikel 147, eerste lid en artikel 108, tweede lid Gemeentewet, artikel 35, eerste lid, onderdeel b

Nadere informatie

Maatregelenverordening WWB, Bbz, Ioaw, Ioaz 2013

Maatregelenverordening WWB, Bbz, Ioaw, Ioaz 2013 Maatregelenverordening WWB, Bbz, Ioaw, Ioaz 2013 Paragraaf 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen De begrippen die in deze verordening worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben

Nadere informatie

131 Raadsvoorstel Reg. nr : Ag. nr : 14 Datum :

131 Raadsvoorstel Reg. nr : Ag. nr : 14 Datum : 131 Raadsvoorstel Reg. nr : 0610023 Ag. nr : 14 Onderwerp Vaststelling van de nieuwe Afstemmingsverordening 2006 in het kader van de Wet werk en bijstand. Samenvatting De wijzigingen zijn nodig in verband

Nadere informatie

Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren

Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren CVDR Officiële uitgave van Nijkerk. Nr. CVDR31752_3 22 mei 2018 Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren De raad van de gemeente Nijkerk; gelezen het collegevoorstel van

Nadere informatie

c. IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen.

c. IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen. De raad van de gemeente Doetinchem; gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, de artikelen 7, 8 en 10, tweede lid van de Wet werk en bijstand (Wwb), de artikelen 34, 35 en 36 van de Wet inkomensvoorziening

Nadere informatie

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2004 gemeente Tholen

Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2004 gemeente Tholen CVDR Officiële uitgave van Tholen. Nr. CVDR43763_1 20 maart 2018 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand 2004 gemeente Tholen De raad der gemeente Tholen; gelezen het voorstel van het college van

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Onderwerp Datum 26 oktober 2012 Re-integratieverordening Wet werk en bijstand gemeente Venray 2013 Pagina 1 van 6 De raad van Venray, gelezen het advies van de Cliëntenraad WWB van 16 oktober 2012, gelezen

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2004 nr. 150

GEMEENTEBLAD 2004 nr. 150 GEMEENTEBLAD 2004 nr. 150 De raad van de gemeente Maassluis; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 augustus 2004, bijlagennummer I ; gelet op artikel 149, eerste lid van de Gemeentewet,

Nadere informatie

Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand

Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen 1 Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde

Nadere informatie

REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005

REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005 -1.833.52 REÏNTEGRATIEVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND RIJSWIJK 2005 HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet : de WWB b. WWB:

Nadere informatie

Afstemmingsverordening WWB Sluis 2013

Afstemmingsverordening WWB Sluis 2013 Verordening Pag. 1/8 Afstemmingsverordening WWB Sluis 2013 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1: Begripsomschrijving In deze verordening wordt verstaan onder: a. de wet: de Wet werk en bijstand (WWB);

Nadere informatie

RE-INTEGRATIEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ 2012

RE-INTEGRATIEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ 2012 RE-INTEGRATIEVERORDENING WWB, IOAW EN IOAZ 2012 Verordening, vastgesteld bij Raadsbesluit van 29 maart 2012, nummer R2012.0012 A, gepubliceerd 18 april 2012, in werking getreden met ingang van 19 april

Nadere informatie

Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 51 Datum: nr. 31

Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 51 Datum: nr. 31 Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 51 Datum: 18-12-2014 nr. 31 Burgemeester en wethouders maken bekend dat de gemeenteraad van Huizen in zijn vergadering van 11 december 2014 besloten

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Jaar stuknr. categorie/agendanr. stuknr. B. en W RAIO.0107 A 5 10/1004. Onderwerp: Maatregelenverordening IOAW en IOAZ

Raadsvoorstel. Jaar stuknr. categorie/agendanr. stuknr. B. en W RAIO.0107 A 5 10/1004. Onderwerp: Maatregelenverordening IOAW en IOAZ une" Raadsvoorstel Jaar stuknr. categorie/agendanr. stuknr. Raad B. en W. 2010 RAIO.0107 A 5 10/1004 Onderwerp: Maatregelenverordening IOAW en IOAZ Portefeuillehouder: H.G. Jumelet Dienst Publiek Algemene

Nadere informatie

RAADSBESLUIT. gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d ;

RAADSBESLUIT. gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d ; RAADSBESLUIT Onderwerp: Dagtekening: nummer: 1e wijziging van de Re-integratieverordening WWB, IOAW en IOAZ Asten 2010 1 februari 2011.. De raad van de gemeente Asten; gezien het voorstel van het college

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet WIHW 2017 gemeente Oud-Beijerland. Artikel 2. Verplichtingen van de persoon uit de doelgroep

Re-integratieverordening Participatiewet WIHW 2017 gemeente Oud-Beijerland. Artikel 2. Verplichtingen van de persoon uit de doelgroep GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Oud-Beijerland Nr. 157294 14 september 2017 Re-integratieverordening Participatiewet WIHW 2017 gemeente Oud-Beijerland Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Onderwerp. : StadThuis

RAADSVOORSTEL. Onderwerp. : StadThuis RAADSVOORSTEL Onderwerp : Wijziging Afstemmingsverordening WWB in verband met de Wet tot bundeling van uitkeringen inkomensvoorziening aan gemeenten (BUIG) Raadsvergadering : 7 juli 2010 Politieke markt

Nadere informatie

gezien het advies van het Platform Werk en Inkomen d.d. 14 november 2012;

gezien het advies van het Platform Werk en Inkomen d.d. 14 november 2012; MINUT.C Agendapunt: 8 Nr.: 2012/5658A De raad van de gemeente Slochteren; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 20 november 2012; gezien het advies van het Platform Werk

Nadere informatie

AFSTEMMINGSVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012

AFSTEMMINGSVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012 CVDR Officiële uitgave van Losser. Nr. CVDR212568_2 8 november 2016 AFSTEMMINGSVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012 De raad van de gemeente Losser; - gelezen het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie

B&W 21 december 2010 Gemeenteblad GEWIJZIGDE INVULLING VAN RICHTLIJN NR B044 OVERZICHT HOOGTE VERLAGINGEN

B&W 21 december 2010 Gemeenteblad GEWIJZIGDE INVULLING VAN RICHTLIJN NR B044 OVERZICHT HOOGTE VERLAGINGEN Jaar: 2010 Nummer: 118 Besluit: B&W 21 december 2010 Gemeenteblad GEWIJZIGDE INVULLING VAN RICHTLIJN NR B044 OVERZICHT HOOGTE VERLAGINGEN Het college van burgemeester en wethouders, Gelet op artikel 8,

Nadere informatie

Toelichting op de Maatregelenverordening WWB, BBZ 2004, IOAW, IOAZ 2013

Toelichting op de Maatregelenverordening WWB, BBZ 2004, IOAW, IOAZ 2013 Toelichting op de Maatregelenverordening WWB, BBZ 2004, IOAW, IOAZ 2013 Paragraaf 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijvingen Hierbij wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de begripsbepalingen

Nadere informatie

RE-INTEGRATIEVERORDENING PARTICIPATIEWET 2015

RE-INTEGRATIEVERORDENING PARTICIPATIEWET 2015 RE-INTEGRATIEVERORDENING PARTICIPATIEWET 2015 De raad van de gemeente Grootegast; gelezen het voorstel van het college van ; Gezien het advies van de Wmo-adviesraad d.d. gelet op de artikelen 8a, eerste

Nadere informatie

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d.

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. De raad van de gemeente Echt-Susteren, Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. Gelet op het bepaalde in de Wet werk en bijstand (WWB), de Wet inkomensvoorziening oudere

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 14 mei 2013;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 14 mei 2013; V E R G A D E R I N G G E M E E N T E R A A D 2013 B E S L U I T Registratienummer: 216/3 D E R A A D V A N D E G E M E E N T E B E E M S T E R ; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 ================================================================================== De raad van de gemeente (naam gemeente) ; gelezen het voorstel

Nadere informatie

Gezien het voorstel inzake Gewijzigde WWB-verordeningen na aanscherping WWB (Gem. blad Afd. A 2012, no. );

Gezien het voorstel inzake Gewijzigde WWB-verordeningen na aanscherping WWB (Gem. blad Afd. A 2012, no. ); 2012, no. < no. > De Raad der gemeente Stein; Gezien het voorstel inzake Gewijzigde WWB-verordeningen na aanscherping WWB (Gem. blad Afd. A 2012, no. ); Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Maatregelenverordening IAOW en IAOZ

Maatregelenverordening IAOW en IAOZ Maatregelenverordening IAOW en IAOZ Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de vervaldatum

Nadere informatie

*Z C* Beslispunten 1. Aan u wordt voorgesteld de Reintegratieverordening Goeree-Overflakkee met ingang van 1 januari 2013 vast te stellen.

*Z C* Beslispunten 1. Aan u wordt voorgesteld de Reintegratieverordening Goeree-Overflakkee met ingang van 1 januari 2013 vast te stellen. Gemeenteraad van Goeree-Overflakkee Postbus 1 3240 AA MIDDELHARNIS *Z010136663C* Registratienummer : Z -13-03423/417 Agendanummer : Portefeuillehouder :Ter behandeling bij Raadsvergadering : 21 maart opsteller

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 31 maart en 14 april 2009; gelet op artikel 7 en 8, lid 1 onderdeel a van de Wet werk en bijstand; besluit vast te

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand

Uitvoeringsbesluit Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand Uitvoeringsbesluit Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand Paragraaf 1 Algemene Bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen In dit besluit wordt verstaan onder: a. uitkeringsgerechtigden: personen

Nadere informatie

De raad van de gemeente (Leek Marum en Noordenveld ;)

De raad van de gemeente (Leek Marum en Noordenveld ;) De raad van de gemeente (Leek Marum en Noordenveld ;) gelet op de gemeenschappelijke regeling van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Noordenkwartier, artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en de

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders nr. 13.04353;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders nr. 13.04353; GEMEENTERAAD Onderwerp: Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand 2013 Registratienummer: 13.01891 De raad van de gemeente Borger-Odoorn; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen

Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen Maatregelenverordening IOAW en IOAZ 2013 gemeente Velsen Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begrippen 1.In deze verordening wordt verstaan onder: a. IOAW: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk

Nadere informatie

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 2

Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 2 03-Intern - 8200 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 2 03-Intern - 8200 Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 2 van 2 Premie verordening Gemeente Culemborg Stadswinkel Afdeling Werk en inkomen 2010 De raad

Nadere informatie

Maatregelenverordening IOAW / IOAZ

Maatregelenverordening IOAW / IOAZ Maatregelenverordening IOAW / IOAZ Het Algemeen Bestuur van het Intergemeentelijk Samenwerkingsverband Werk en Inkomen (ISWI); gelezen het voorstel van het Dagelijks Bestuur van 30 september 2010, inzake

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen De Raad van de gemeente Culemborg, gelezen het voorstel van het College van Burgemeester en Wethouders d.d. 10 april 2012 gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, de artikelen 7 en 8 en 10

Nadere informatie

Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand

Reïntegratieverordening Wet Werk en Bijstand Concept-raadsbesluit, no. De Raad der gemeente Stein; Gezien het voorstel inzake verordeningen Wet Werk en Bijstand (Gem. blad Afd. A, no. ); gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet, de artikelen

Nadere informatie

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 augustus 2011,

Maatregelenverordening Wet werk en bijstand gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 augustus 2011, CVDR Officiële uitgave van Zoeterwoude. Nr. CVDR116466_1 6 november 2018 Maatregelenverordening Wet werk en bijstand 2011 Besluit van de Raad Registernummer: SvE/11- b De raad van de gemeente Zoeterwoude,

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen No. 2010/696 De raad van de gemeente Coevorden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 januari 2010, bijlagenr. 696; gelet op artikel 8, lid 1 en artikel 18 van de Wet werk en bijstand;

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 april 2011;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 april 2011; CVDR Officiële uitgave van Gemert-Bakel. Nr. CVDR105399_2 1 mei 2018 Re-integratieverordening Wwb, Ioaw, Ioaz DE RAAD VAN DE GEMEENTE GEMERT-BAKEL; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2011,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2011, de raad van de gemeente Roosendaal, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 november 2011, gelet op artikel 8, eerste lid, onder a van de Wet werk en bijstand, gezien het advies van

Nadere informatie

Gemeenteraad 29 mei 2012 Gemeenteblad

Gemeenteraad 29 mei 2012 Gemeenteblad Jaar: 2012 Nummer: 39 Besluit: Gemeenteraad 29 mei 2012 Gemeenteblad 6 E WIJZIGING MAATREGELENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE HELMOND De raad van de gemeente Helmond; gezien het voorstel van

Nadere informatie

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand NO: De raad van de gemeente Hoogeveen, gelezen het voorstel van het college van... ; gelet op de Wet werk en bijstand; gezien het advies van de raadscommissie Samenleving; overwegende dat op grond van

Nadere informatie

Maatregelverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 gemeente Doesburg

Maatregelverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 gemeente Doesburg CVDR Officiële uitgave van Doesburg. Nr. CVDR296918_1 13 maart 2018 Maatregelverordening WWB, IOAW en IOAZ 2013 gemeente Doesburg De raad van de gemeente Doesburg; gehoord de commissie Maatschappelijke

Nadere informatie

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand.

Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand. Nr. XIII / 6 De raad van de gemeente DE WOLDEN; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 26 mei 2004, nr. 4B, inzake vaststelling van de Reïntegratieverordening en Maatregelenverordening;

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet Deurne 2015

Re-integratieverordening Participatiewet Deurne 2015 CVDR Officiële uitgave van Deurne. Nr. CVDR358167_1 28 september 2018 Re-integratieverordening Participatiewet Deurne 2015 DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 december 2014, nr ;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 december 2014, nr ; Nr. 11E De raad van de gemeente Marum; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 december 2014, nr. 14.12.11.; gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet;

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 mei 2005;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 mei 2005; De raad van de gemeente Schouwen-Duiveland; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 mei 2005; gelet op de Wet werk en bijstand, Staatsblad 2003, nummer 375; gelet op

Nadere informatie

Lijst agendapunten nummer: Kenmerk: 8882 VERORDENING. vaststelling Afstemmingsverordening IOAW en IOAZ. De raad van de gemeente Terneuzen;

Lijst agendapunten nummer: Kenmerk: 8882 VERORDENING. vaststelling Afstemmingsverordening IOAW en IOAZ. De raad van de gemeente Terneuzen; Lijst agendapunten nummer: Kenmerk: 8882 Afdeling: Samenleving VERORDENING 5b Datum: 3 juni 2010 Onderwerp: vaststelling Afstemmingsverordening IOAW en IOAZ De raad van de gemeente Terneuzen; gelezen het

Nadere informatie

VERORDENING MAATREGELEN IOAW EN IOAZ 2012 Pag. 1/11

VERORDENING MAATREGELEN IOAW EN IOAZ 2012 Pag. 1/11 VERORDENING MAATREGELEN IOAW EN IOAZ 2012 Pag. 1/11 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Definities 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. IOAW: de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk

Nadere informatie

NOTITIE. Aan : Dagelijks bestuur. Van : Dick Witteman. Onderwerp : Maatregelenverordening Ioaw, Ioaz 2010. Datum : 29 april 2010

NOTITIE. Aan : Dagelijks bestuur. Van : Dick Witteman. Onderwerp : Maatregelenverordening Ioaw, Ioaz 2010. Datum : 29 april 2010 NOTITIE Aan : Dagelijks bestuur Van : Dick Witteman Onderwerp : Maatregelenverordening Ioaw, Ioaz 2010 Datum : 29 april 2010 Ter : Kennisname en besluitvorming Samenvatting De wet Buig brengt een groter

Nadere informatie

Maatregelenverordening IOAW en IOAZ gemeente Mook en Middelaar 2010 pagina 1 van 9

Maatregelenverordening IOAW en IOAZ gemeente Mook en Middelaar 2010 pagina 1 van 9 Maatregelenverordening IOAW en IOAZ gemeente Mook en Middelaar 2010 pagina 1 van 9 Zoek regelingen op overheid.nl Gemeente Mook en Middelaar Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op reoeigeving@overheid.nl!

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN Nr. 12B De raad van de gemeente Marum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 maart 2013, nr. 13.04.12; gelet op artikel 8 eerste lid onder b en h, artikel 9a lid 12 en artikel 18 van

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; Maatregelenverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Westerveld 2015 De raad van de gemeente Westerveld gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; gelet op artikel 147, eerste

Nadere informatie