Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tweede Kamer der Staten-Generaal"

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar Opleiding verplegende beroepen Nr. 2 1 Samenstelling: Leden: Worrell (PvdA), Hermes (CDA), Beinema (PvdA), Van Leijenhorst (CDA), voorzitter, Braams (VVD), Lansink (CDA), Niessen (PvdA), Van der Vlies (SGP), Wallage (PvdA), Franssen (VVD), Jorritsma-Lebbink (VVD), Kamp (VVD), ondervoorzitter, Janmaat-Abee (CDA), Leijnse (PvdA), Nuis (D66), De Cloe (PvdA), Huys (PvdA), Lilipaly (PvdA), Wolffensperger (D66), Tuinstra (CDA), Van Gelder (PvdA), Frissen (CDA) en Van de Camp(CDA). Plv. leden: Lankhorst (PPR), Borgman (CDA), Reitsma (CDA), Roosen-van Pelt (CDA), Hermans (VVD), De Boer (CDA), Vermeend (PvdA), Schutte (GPV), Verspaget (PvdA), Korthals (VVD), Van Rey (VVD), Van Es (PSP), Leerling (RPF), De Pree (PvdA), Groenman (D66), Netelenbos (PvdA), Buurmeijer (PvdA), Ter Veld (PvdA), Kohnstamm (D66), Boers-Wijnberg (CDA), Van lersel (CDA) en Baas-Jansen (CDA). 2 Samenstelling: Leden: Nypels (D66), Haas Berger (PvdA), voorzitter, Müller-van Ast (PvdA), E. Terpstra (VVD), Wöltgens (PvdA), Lansink (CDA), ondervoorzitter, Borgman (CDA), Leerling (RPF), De Pree (PvdA), Van der Heijden (CDA), Franssen (VVD), Laning-Boersema (CDA), Kamp (VVD), Nijhuis (VVD), De Kok (CDA), Janmaat-Abee (CDA), Huys (PvdA), Vriens-Auerbach (CDA), Tuinstra (CDA), Van Otterloo (PvdA), Hageman (PvdA) en Netelenbos (PvdA). Plv. leden: Eisma (D66), Ter Beek (PvdA), Jabaaij (PvdA), Hermans (VVD), Beckers-de Bruijn (PPR), Oomen-Ruijten (CDA), Esselink (CDA), Van der Vlies (SGP), Moor (PvdA), Vreugdenhil (CDA), Rempt-Halmmans de Jongh (VVD), Frissen (CDA), Linschoten (VVD), Van Es (PSP), Schutte (GPV), Gerritse (CDA), Buurmeijer (PvdA), Weijers (CDA), Beinema (CDA), Van Nieuwenhoven (PvdA), Ter Veld (PvdA) en Vermeend (PvdA). VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 6 april 1989 De vaste Commissies voor onderwijs en wetenschappen 1 en voor de volksgezondheid 2 hebben op 2 maart mondeling overleg gevoerd met de staatssecretarissen van Onderwijs en Wetenschappen en van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur over de eventuele ombouw van het inservice onderwijs voor verpleegkundigen en ziekenverzorgenden over de eventuele herstructurering van de MDGO-VP- en VZ opleidingen en over opleidingen HBO-V en WO-verplegingswetenschap. Het overleg werd gevoerd aan de hand van de brief d.d. 24 november 1988 over Opleidingen verplegende beroepen (20 961, nr. 1) van de staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen. De commissie brengt van het gevoerde overleg als volgt verslag uit. Vragen en opmerkingen uit de commissies Mevrouw Kamp (V.V.D.) had na vluchtige kennisneming van het zeer onlangs ontvangen rapport van het Instituut voor onderzoek van de overheidsuitgaven (I00) begrepen dat de ombouw van de verpleegkundige inservice-opleidingen naar dagonderwijs niet mogelijk is op budgettair neutrale wijze. Eveneens interessant is dat het I00 bij de in beschouwing genomen varianten impliciet is uitgegaan van de mogelijkheid dat een aanzienlijk deel van de werkzaamheden van inservice-opgeleide verpleegkundigen door MDGO-VP-afgestudeerden wordt overgenomen. Welke procedure zal ten aanzien van het IOO-rapport worden gevolgd, voordat een regeringsstandpunt wordt geformuleerd? Zal eerst nog een voorlopig standpunt bekend worden gemaakt, waarop inspraak van het veld mogelijk is? Uit de brief van 24 november 1988 (20 961, nr. 1) wordt duidelijk dat de regering afstand neemt van het in 1980 geuite voornemen de inservice-opleidingen geleidelijk om te bouwen tot dagonderwijs. Mevrouw Kamp steunde de staatssecretaris hierin, omdat zij het bestaan van verschillende opleidingsmogelijkheden, waaronder die van het «werkend leren», voor dit werkveld belangrijk vond. Tevens wordt hiermee afstand genomen van het Den Treek-rapport, omdat de stapsgewijze ombouw tot dagonderwijs ook daarvan de essentie was, terwijl ook F ISSN SDU uitgeverij 's Gravenhage 1989 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2

2 belanghebbende orga-ii^ties in het vem, v"aa r onder de Nationale ziekenhuisraad (NZR), op praktische gronden thans de gedachte aan twee leerwegen in de verpleegkundige opleidingen onderschrijven. Verbazingwekkend vond mevrouw Kamp het dat in de brief in het geheel niet meer wordt gerept over het leerlingwezen als opleidingsweg, temeer daar beide ministeries goede ervaringen hebben met overheveling van WVC-opleidingen inzake bejaardenzorg naar het leerlingwezen van O&W. Voor verzorgende beroepen in de bejaardenzorg bestaat via 10 opleidingsvarianten immers een hele infrastructuur binnen het leerlingwezen. Mevrouw Kamp vroeg in dit verband het oordeei van de staatssecretarissen over de plannen in het noorden des lands om de inservice-opleidingen te betrekken in een samenwerkingsverband met het MDGO. Gebruikmaking van de infrastructuur in het leerlingwezen bepleitte zij niet uitsluitend op grond van financiële overwegingen, maar ook op grond van inhoudelijke argumenten. Zij wees in dit verband op de passages die in het HOOP zijn gewijd aan de behoefte aan verpleegkundigen. Factoren als de toenemende vergrijzing, de toeneming van het aantal chronische zieken en wellicht nieuwe technologische ontwikkelingen zullen eerder de behoefte aan verzorging dan de behoefte aan verpleging doen toenemen, terwijl naar haar oordeel die behoefte niet per se door HBO-opgeleiden behoeft te worden vervuld. Hoe staat de regering tegen deze achtergrond tegenover een eventuele instroombeperking in het HBO-V? Ook in het werkveld zelf staat de verhouding tussen HB0- en MBO-opgeleiden, zowel aan het bed als in de wijkverpleging ter discussie, waarbij blijkt dat genuanceerd wordt gedacht over de mogelijkheid in veel substitutie van hoger opgeleiden door middelbaar opgeleiden te doen plaatsvinden. Zal hierop nader worden ingegaan in de Nota beroepskrachtenplanning? Zij wees bovendien nog eens op het verschil in kosten per leerling: voor een HBO-opleiding ± f 8000 per jaar, voor een MBO-opleiding ± f 5000 per jaar en voor het leerlingwezen ± f 2750 per jaar. Aan de andere kant vroeg mevrouw Kamp zich af of binnen de opleidingsvarianten geen sprake is van een te grote hiërarchische gelaagdheid. Is de indruk juist dat de regering met het oog hierop streeft naar het geleidelijk integreren van opleidingen in het MDGO, met name MBO-VZ en MBO-VP (hetgeen haar warme steun zou hebben), eventueel met verschillende afstudeerrichtingen? In dit verband vroeg zij of de titel «verpleegster/verpleger» voor afgestudeerden MDGO-VP nu officieel erkend is. Vervolgens vestigde zij de aandacht op de nadelige rechtspositie van de leerkrachten in het inservice-onderwijs bij de eventuele ombouw van inservice-opleidingen in dagopleidingen. Ten slotte vroeg mevrouw Kamp of in de Nota beroepskrachtenplanning een overzicht, inclusief het budgettaire kader, kan worden gegeven van alle vervolgopleidingen. Mevrouw Netelenbos (P.v.d.A.) was van oordeel dat beslissingen omtrent de structuur van de opleidingen voor verplegende beroepen veel te lang uitblijven. In 1980 is besloten de inservice-opleidingen geleidelijk aan om te bouwen tot dagopleidingen, maar dit besluit is nog steeds niet geëffectueerd. Verschillende ontwikkelingen die zich sindsdien hebben voorgedaan en die ook in de brief van de staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen worden aangeduid, vragen thans om een duidelijke standpuntbepaling. In het HOOP wordt het standpunt ingenomen dat het besluit uit 1980 wellicht moet worden heroverwogen, omdat het de vraag is of deze ombouw financieel haalbaar is. De staatssecretaris heeft aangekondigd nog in deze kabinetsperiode de kwestie van de opleidingen voor verplegende beroepen te willen regelen. Met oog daarop wilde mevrouw Netelenbos, ondanks het ontbreken van een goed onder- Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 2

3 bouwd regeringsstandpunt, deze gelegenheid aangrijpen om het standpunt van haar fractie te verduidelijken. De P.v.d.A.-fractie is van mening dat de beroepsopleidingen voor verplegenden op vergelijkbare wijze moeten zijn gestructureerd als andere beroepsopleidingen, waarbij vier opleidingsniveaus kunnen worden onderscheiden: - MDGO, met een voltijd- en een deeltijdvariant, voor verzorgenden en verplegenden; - HBO-V, met een voltijd- en deeltijdvariant; - een universitaire opleiding verpleegkunde, met een beperkte capaciteit die is afgestemd op de vraag; - een opleiding voor verzorgenden en verplegenden binnen het primaire en voortgezette leerlingstelsel, vergelijkbaar met MBO-niveau. Een groot voordeel van zo'n met het reguliere beroepsonderwijs vergelijkbare structuur is het ontstaan van een gelijkwaardige positie en van duidelijkheid in opleidingsniveau. Een inservice-opleiding past niet bij het HBO-niveau. Een strikte scheiding tussen de rol van de opleider en die van de werkgever is onderwijskundig een goede zaak. Via het leerlingstelsel blijft het mogelijk leren en werken te combineren op MBO-niveau. Op den duur zouden HBO en WO wellicht moeten worden geïntegreerd. In het kader van carrièreplanning en beroepsperspectief is het wél van belang voor MDGO-opgeleiden de mogelijkheid te scheppen via een korte HBO-variant, voltijd en deeltijd, op te klimmen tot HBO-niveau. Mèt het Den Treek-rapport en het IOO-rapport was mevrouw Netelenbos van mening dat het overgrote deel van de behoefte aan verplegenden in de zorgsector kan worden vervuld door MDGO-opgeleiden. De voor het HBO en het MDGO in beide rapporten genoemde behoeften aan instroom komen trouwens redelijk overeen. Voor alle duidelijkheid merkte mevrouw Netelenbos in dit verband op, tegen het z.g. derde deskundigheidsniveau te zijn. Het voordeel van het hiervoor geschetste stelsel boven de huidige situatie is, dat het onderscheid tussen A-, B- en Z-verpleegkundigen verdwijnt, waardoor zij flexibeler kunnen worden ingezet en minder kapitaalvernietiging optreedt wanneer een verpleegkundige van zorgsector wil veranderen. Bovendien komt kwantitatief het zwaartepunt te liggen bij het MDGO, hetgeen tegemoetkomt aan bestaande knelpunten op de arbeidsmarkt. Dit is van belang, gezien de te verwachten groei van het aantal arbeidsplaatsen in de zorgsector. In 1993 zal 16% van het aantal schoolverlaters moeten instromen in de zorgsector en dit kan alléén indien er veel verandert in de opleidingen. Zo zullen de instroompercentages moeten stijgen en de uitvalpercentages bij de inservice-opleidingen sterk moeten dalen. Ook moet men zich afvragen of de eenzijdige aandacht die momenteel onder het motto «Wiskunde moet» aan exacte vakken wordt gegeven, niet het ongewilde gevolg heeft dat een beroep in de zorgsector uit de belangstelling raakt. Daar komen nog factoren bij als: de zwaarte van het beroep, de voortdurende bezuinigingen en de relatief slechte honorering. Mevrouw Netelenbos zou het schandalig vinden, wanneer Nederland, met zijn vele werklozen, verplegenden en verpleegkundigen zou moeten «importeren» of als WO-opgeleiden alléén in het buitenland hun studie kunnen afronden. De oplossing zit volgens haar niet in het handhaven van de inservice-opleiding, maar in een opwaardering van het beroep en van de beroepsopleiding. Zij raadde de staatssecretarissen dan ook aan, het beleid meer te richten op de door de NZR opgesomde knelpunten die zich op de arbeidsmarkt voordoen. Met betrekking tot de positie van het MDGO in de SVM-operatie was mevrouw Netelenbos van mening dat een sectorschool voor dienstverlenend en gezondheidsonderwijs als een categoriaal cluster van groot belang zou zijn, in het bijzonder voor de identiteit van deze opleidingen. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 3

4 Dit zou moeten inhouden dat de opleidingen VP en VZ worden opgenomen als kernafdeling in het MDGO en niet als specifieke afdeling in het MBO. Hoewel duidelijk is geworden dat de ombouw van inservice-opleidingen naar dagonderwijs niet budgettair neutraal kan geschieden, wees mevrouw Netelenbos erop dat de politiek bij besluiten tot versterking van andere opleidingen ook nooit de budgettaire consequenties heeft laten domineren. Bovendien is de variant van het leerlingwezen in de rekenmodellen van het IOO-rapport niet meegenomen. Wellicht kan ook deze variant nog eens op korte termijn worden doorgerekend. Zij zei ten slotte te hopen dat de staatssecretarissen vóór het zomerreces met een definitieve standpuntbepaling kunnen komen. Zij drong erop aan dat hierbij veel aandacht wordt besteed aan de rechtspositionele consequenties voor de docenten in de inservice-opleidingen, indien deze in het initieel onderwijs zullen moeten worden ingepast. Ook mevrouw Janmaat-Abee (C.D.A.) wees op de grote behoefte die inmiddels in het veld na het nooit gerealiseerde kabinetsbesluit van 1980 bestaat aan duidelijkheid over de verpleegkundige opleidingen, zeker nu de laatste jaren veel is veranderd in de opleidingen. In dit verband kan worden genoemd de driejarige opleiding MDGO-VP, die in de plaats van het MBO-V is gekomen, en die leerlingen aflevert op het tweede deskundigheidsniveau. Het eerste deskundigheidsniveau is voorbehouden aan het HBO-V. Hiermee is het probleem verdwenen dat een MBO- en een HBO-opleiding tot precies dezelfde kwalificatie leiden. Moet nu verwacht worden dat bij de SVM-operatie opnieuw discussie ontstaat over de mogelijkheid dat de MDGO-VP-opleiding weer verlengd wordt tot vier jaar? De grootste problemen sinds de start van het MDGO-VP in 1985 zijn de veronderstelde algemene inzetbaarheid van mensen met het tweede deskundigheidsniveau en het geringe enthousiasme van de instellingen om stageplaatsen te verlenen. Is inmiddels een ruimer aanbod van stagemogelijkheden ontstaan? In dit verband wilde mevrouw Janmaat tevens weten of in het kader van de SVM-operatie de opleidingen MDGO-VP en VZ in elkaar geschoven kunnen worden. Zo ja, hoe zal dit dan gerealiseerd worden en op welk moment kan de beslissing hiertoe worden verwacht? Zal het evaluatierapport van de commissie-trip hiervoor moeten worden afgewacht? Aan welk aantal opleidingen wordt in totaal gedacht? De staatssecretaris acht een volledige ombouw van de inservice-opleiding tot dagopleiding niet wenselijk en geeft er de voorkeur aan uit te gaan van een samenhangend stelsel van opleidingen. Momenteel ontbreekt deze samenhang bij de overgang tussen de verschillende opleidingsfasen. Zo verwacht men van een afgestudeerde MDGO-VP-er (om het eerste deskundigheidsniveau in één van de vijf sectoren te bereiken) het opnieuw doorlopen van een volledige inserviceopieiding. Hoe staat de staatssecretaris hier tegenover? Ook het Den Treekrapport heeft voortreffelijke voorstellen gedaan voor een samenhangend stelsel van opleidingen. Zal de staatssecretaris bij het doen van definitieve voorstellen hiermee in voldoende mate rekening houden? Zal de Kamer nog een beleidsbrief ontvangen naar aanleiding van het advies van het IOO over een gedeeltelijke ombouw van de inservice-opleidingen tot dagonderwijs? De C.D.A. fractie onderschrijft de visie dat de opleiding tot verplegende en verzorgende beroepen ten dele in dagonderwijs moet worden gegeven. Het inservice-onderwijs is van belang voor herintredende vrouwen en mensen die niet toegelaten kunnen worden of geen dagonderwijs meer wensen te volgen, maar wél voor de verzorgende sector kiezen. Voorkomen moet echter worden dat de inservice-opleidingen Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 4

5 louter tweedekansonderwijs bieden. De know how bij de docenten binnen het inservice-onderwijs mag niet verloren gaan. In het algemeen vond mevrouw Janmaat dat, met het oog op de vergrijzingstendens, zoveel mogelijk toegangsmogelijkheden voor de verzorgende beroepen open zouden moeten blijven. Door accentverschuivingen is de werkdruk sterk toegenomen: de verkorte opnameduur, de toename van de poliklinische hulpverlening, de ontwikkelingen in de medische technologie, zwaardere categorieën patiënten in ziekenhuizen en verpleeghuizen, de vergrijzing, verschuivingen van de tweede naar de eerste lijn. Een en ander heeft consequenties voor de opleidingen. De verpleging vereist goed opgeleide beroepskrachten, maar er is een groot tekort. De aantrekkingskracht van het verpleegkundige beroep is minimaal. Met het oog op deze ontwikkelingen achtte mevrouw Janmaat het noodzakelijk dat het imago van het verpleegkundige beroep wordt verbeterd. Verder moeten de verschillende onderwijsvormen optimaal worden gebruikt om alle relevante doelgroepen op de arbeidsmarkt te bereiken. Samenwerking en overleg op regionaal niveau tussen MBO, HBO, inservice-onderwijs, alsmede de instellingen zélf is noodzakelijk ten einde vraag en aanbod goed op elkaar te kunnen afstemmen. Bij de samenwerking tussen de centrale scholen voor inservice-onderwijs en instituten voor HBO en MDGO doet zich ondere andere het praktische probleem voor van de verschillen in rechtspositie van de docenten. Zijn er mogelijkheden om bij samenwerkingsinitiatieven de werknemers aan de centrale scholen dezelfde rechtspositie te geven als die in het reguliere onderwijs? In de brief van de staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen zijn de mogelijkheden van deeltijdonderwijs niet uitgewerkt. Denkt zij aan het handhaven van de inservice-opleidingen, ressorterende onder WVC, aan het overhevelen ervan naar het leerlingwezen, ressorterende onder O&W, óf aan het handhaven van de deeltijd-mbo-opleiding, dan wel aan een combinatie hiervan? Bij overheveling naar het leerlingwezen zou optimaal gebruik moeten worden gemaakt van de thans op de centrale scholen aanwezige deskundigheid. Het aantal verpleegkundigen die een academische opleiding volgen, breidt zich jaarlijks uit. Zullen de resultaten van deze uitbreiding van studiemogelijkheden ooit tot uiting komen in de Wet BIG? Mevrouw Janmaat sloot zich aan bij de vraag om vóór 1 juli een duidelijke opvatting kenbaar te maken over de VP- en VZ-sectoren en de deeltijdopleiding, zulks mede met het oog op de behandeling van het wetsvoorstel SVM. Wordt het bedrijfstaksgewijze overleg bij de herstructurering van de opleiding betrokken? Het antwoord van de regering De Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen zag de betekenis van dit overleg als het opmaken van een tussenstand, omdat de regering nog geen definitief standpunt heeft bepaald. Ondertussen heeft zich in de afgelopen jaren wel een ontwikkeling in het denken voorgedaan In 1980 waren regering en Kamer het erover eens, zulks na een diepgaande discussie in het veld, dat de inservice-opleidingen omgebouwd dienden te worden tot volledig dagonderwijs, mits deze ombouw budgettair neutraal zou kunnen verlopen. Die beslissing was in hoofdzaak gebaseerd op de toen gesignaleerde negatieve aspecten van de inservice-opleidingen. Na 1980 is intensief gediscussieerd over de vraag of het MDGO-VP voor het eerste dan wel het tweede deskundigheidsniveau zou opleiden. Achteraf zag de staatssecretaris de keuze voor het tweede deskundigheidsniveau als een buitengewoon wijze beslissing. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 5

6 In haar brief van 24 november 1988 (20 961, nr. 1) komt een volgende fase in het denken naar voren, waarin geen sprake meer is van volledige maar van gedeeltelijke ombouw van de inservice-opleidingen tot dagonderwijs. Inmiddels wordt namelijk de gedachte breed ondersteund dat in iedere beroepsopleiding naast een volledige dagopleiding plaats moet zijn voor een opleidingsvariant waarin werken en leren gecombineerd worden. Dit vindt men terug in alle voorstellen met betrekking tot SVM en WCBO. Het laatste jaar is gebleken dat zich met betrekking tot het MDGO-VP problemen voordoen bij het vinden van stageplaatsen en bij het vinden van arbeidsplaatsen door afgestudeerden. Ook het Den Treekrapport heeft ten slotte een belangrijke stoot gegeven aan de discussie over de verpleegkundige opleidingen. De staatssecretaris deelde mede dat de regering zich stellig heeft voorgenomen een definitief regeringsstandpunt vóór de zomervakantie bekend te maken, omdat zij van mening is dat de kwestie van de opleidingen voor verplegende beroepen nog in deze kabinetsperiode moet zijn geregeld. Overigens heeft ook de regering nog geen conclusies getrokken naar aanleiding van het recent ontvangen zeer gedegen IOO-rapport. Duidelijk komt daarin naar voren dat, ook al zouden de inservice-opleidingen slechts gedeeltelijk worden omgebouwd, hiermee honderden miljoenen zijn gemoeid. De staatssecretaris was echter gehouden bij het nemen van definitieve stappen rekening te houden met de financiële randvoorwaarde dat de gehele of gedeeltelijke ombouw budgettair neutraal moet verlopen. Zij wilde geenszins haar verantwoordelijkheid ontlopen om te zorgen voor voldoende opgeleide verpleegkundigen, maar zij achtte het ten enemale onmogelijk het opleidingsbudget met enkele honderden miljoenen te verruimen. Recent had de staatssecretaris een tweede tussentijdse evaluatie van de commissie-trip ontvangen; ook de Kamer zal hiervan spoedig een afschrift ontvangen. Wat de MDGO-VP-opleidingen betreft had deze evaluatie haar buitengewoon vreugdevol gestemd, waar deze vaststelt dat de problematiek van de stageplaatsen aanzienlijk is verminderd, dat de kansen op het vinden van een arbeidsplaats voor afgestudeerden iets verbeteren en bovendien dat, waar zij werkzaam zijn in de gezondheidszorg, over de inzetbaarheid van afgestudeerden overwegend positief wordt geoordeeld. Evenzeer verheugde zij zich over de groeiende waardering voor MDGO-VP-opgeleiden bij de NZR. De bewindslieden stelden zich voor naar aanleiding van het IOO-rapport, de zojuist genoemde tweede tussentijdse evaluatie van de commissie-trip en gesprekken met het werkveld, de NZR en anderen, waaronder de commissie-trip, vóór het zomerreces hun standpunt over de verpleegkundige opleidingen bekend te maken. Een en ander zal dus niet verwerkt worden in het kerndocument of de beroepskrachtenplanning, maar zal worden neergelegd in een aparte notitie. Het spreekt vanzelf dat in dit kader de variant van het ombouwen van de inservice-opleiding tot een opleiding in het kader van het leerlingstelsel, zorgvuldig zal worden bestudeerd. Hierbij is van belang dat de inservice-opleiding tot het eerste deskundigheidsniveau opleidt; naar de mening van de staatssecretaris zou daaraan niet moeten worden getornd. Het kan dan ook in het kader van het leerlingwezen geen primaire opleiding zijn. Gedacht moet worden aan een voortgezette, wellicht aan een tertiaire opleiding. Ook hierover zal nadere discussie met het veld moeten worden gevoerd. Indien inderdaad de weg van het leerlingwezen wordt gekozen voor een voortgezette of wellicht tertiaire opleiding, dan dient bij de formulering van de eindtermen een duidelijke relatie te worden gelegd met het HBO-V en het MDGO-VP. Een andere mogelijke variant bij het zoeken naar een opiossing voor de problematiek van de verpleegkundige opleidingen zag de staatssecretaris hierin dat de samenwerkingsverbanden die thans ontstaan tussen de Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 6

7 centrale ziekenhuisscholen en de MDGO-VP/VZ-opleidingen, uitgroeien tot een samenhangende opleiding, zowel voltijds als deeltijds. Welke opleiding echter ook gekozen wordt, het onderwijs zal inhoudelijk gemoduleerd moeten worden; pas dan ontstaat onderwijskundige samenhang en kunnen mogelijkheden ontstaan om van de ene opleidingsweg naar de andere over te stappen. De zoeven geschetste samenwerkingsverbanden zouden op die manier uitstroommogelijkheden kunnen bieden op verschillende niveaus. Wellicht moet het HBO-V daarbij mede worden betrokken. Ook achtte de staatssecretaris combinaties van beide oplossingsvarianten mogelijk. Overleg en, zo mogelijk, overeenstemming met alle betrokkenen zal hierbij van overwegend belang zijn. In antwoord op de suggestie de opleidingen MDGO-VP en VZ in elkaar te schuiven, zei de staatssecretaris deze als twee aparte opleidingswegen te willen blijven zien. Indien echter de leerstof goed wordt gemoduleerd, zullen een aantal modules gemeenschappelijk kunnen worden aangeboden, in elk geval op de scholen die voor zowel VP als voor VZ opleiden. Daarnaast kan worden gedacht aan de mogelijkheid van een gemeenschappelijk eerste leerjaar. Mét mevrouw Netelenbos zou de staatssecretaris het de fraaiste oplossing vinden als in het kader van de SVM-operatie de opleidingen VP en VZ binnen één kernafdeling zouden kunnen worden aangeboden. Zolang echter slechts 12 MDGO-VP-opleidingen staan tegenover ruim 60 MDGO-VZ-opleidingen, is het budgettair niet mogelijk elke MDGO-VZ-opleiding met een VP-opleiding uit te breiden. Mede met het oog op dit budgettaire kader is het van belang dat spoedig een definitief regeringsstandpunt wordt geformuleerd over de totaliteit van de opleidingen. Deze zal immers ook relevant zijn voor de nadere invulling van de SVM-operatie. De staatssecretaris was het in beginsel eens met de stelling van mevrouw Netelenbos dat men binnen redelijk korte termijn van het eindniveau van het MDGO-VP naar het eindniveau van het HBO-V zou moeten kunnen komen. Een van de algemene doelstellingen van het beroepsonderwijs is immers dat men geheel of gedeeltelijk afgeronde opleidingen (modules) kan «meenemen» als men van de ene naar de andere opleiding overstapt. Dat moet ook gelden voor afgestudeerden MDGO-VP, die overstappen naar een inservice-opleiding. Evenals mevrouw Janmaat had de staatssecretaris dan ook groot bezwaar tegen het feit dat hier en daar van MDOG-VP-afgestudeerden verwacht wordt dat zij op het eerste deskundigheidsniveau de volledige inservice-opleiding alsnog volgen. Soms worden zij zelfs niet eens toegelaten. Dit probleem zal op heel korte termijn uit de wereld geholpen moeten worden. De opmerking van mevrouw Netelenbos over de negatieve gevolgen die de campagne «Kies exact» voor de instroom zou hebben, werd door de staatssecretaris met kracht weersproken. De bedoeling van «Kies exact» is immers dat leerlingen in het algemeen voortgezet onderwijs zo'n breed eindexamenpakket krijgen dat niet bij voorbaat allerlei opleidingsvarianten voor hen in de praktijk afgesloten zijn. In antwoord op de opmerking van mevrouw Netelenbos over de SVM-operatie, zei de staatssecretaris dat in het SVM-proces scholen en besturen in de praktijk vaak zelf kiezen voor een multisectoraal cluster, hetgeen door de mogelijkheid van wederzijdse beïnvloeding van de opleidingsrichtingen erg interessant moet worden genoemd. De keuze van mevrouw Netelenbos voor een sectorschool werd dan ook niet bij voorbaat door de staatssecretaris onderschreven. Tot mevrouw Janmaat zei zij dat de bekostiging van het MDGO-VP is gebaseerd op een driejarige opleiding, zodat niet verwacht kan worden dat scholen financieel in staat zullen zijn bij de SVM-operatie te kiezen voor een vierjarige opleiding. Een tweejarige variant leidt daarentegen tot Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 7

8 een lager uitstroomniveau. Volgens de staatssecretaris kan de scholen alléén de ruimte voor zo'n variant worden geboden, indien de behoefte daaraan van werkgeverszijde duidelijk is aangetoond. Zij was het eens met de stelling dat voorkomen moet worden dat de inservice-opleidingen geheel zouden verdwijnen. In de SVM-filosofie dient ruimte te bestaan voor beide leerwegen, overigens niet alleen voor herintredende vrouwen, maar ook voor jonge mensen, juist met het oog op de vele waardevolle elementen die de opleidingsvariant van het werkend leren biedt. De staatssecretaris was bereid na te denken over de mogelijkheid in de inservice-opleidingen ook het element van de verdere specialistische opleidingen te incorporeren, waarin overigens naar haar mening dan ook MDGO-VP-ers een plaats zouden moeten kunnen vinden. Een goede regeling van de rechtspositie van de docenten achtte de staatssecretaris conditio sine qua non voor het bereiken van samenwerkingsvormen. Het bedrijfstaksgewijze overleg is in deze sector overigens bijzonder actief. Ook de mogelijkheden voor deeltijd-mbo, in hoofdzaak bedoeld als tweedekansonderwijs, wilde de staatssecretaris in de beschouwingen betrekken, evenals de door mevrouw Kamp gesuggereerde instroombeperking in het HBO-V. De Staatssecretaris van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur onderschreef de mening dat met betrekking tot de verpleegkundige opleidingen nu spoedig knopen moeten worden doorgehakt. Het 100-rapport maakt duidelijk dat het volledig ombouwen van de inservice-opleidingen tot dagonderwijs financieel niet haalbaar is. Daarnaast leveren de gewijzigde inzichten omtrent de combinatie van werken en studeren ook inhoudelijke contra-argumenten op. Voorts is het met het oog op de problematiek op de arbeidsmarkt van belang zoveel mogelijk opleidingsmodaliteiten in stand te houden. Het verlaten van het in 1980 door de regering ingenomen standpunt houdt echter niet in dat geen grote aandacht nodig is voor de onderwijskundige invulling daarvan. Ingaande op de opmerkingen over de acceptatie van de MDGO-VP-opgeleiden, merkte de staatssecretaris op ook zijnerzijds de indruk te hebben dat deze in de gezondheidszorg groeiende is. Hij wees in dit verband op het experiment dat in het Canisius/Wilhelmina Ziekenhuis te Nijmegen gaande is met een begeleide introductieperiode voor een zestal MDGO-VP-ers. Daarbij is gebleken dat men aan een applicatie van 6 tot 9 maanden voldoende lijkt te hebben om het diploma verpleegkundige A te kunnen halen. Bij de aansluiting van de MDGO-VP-opleiding op de opleiding voor verpleegkundige A bestaat op dit moment een vrijstelling voor de voorbereidende periode van 7 maanden. Degenen die voor de inservice-opleidingen verantwoordelijk zijn, zijn overigens bevoegd nog andere vrijstellingen te verlenen. Naar de mogelijkheden van verdergaande vrijstellingen wordt onderzoek verricht. De vraag naar de bescherming van het diploma verwees de staatssecretaris naar de discussie over de uitvoering, via algemene maatregelen van bestuur en uitvoeringsbesluiten, van de Wet BIG. Het Staatstoezicht op de volksgezondheid registreert overigens wel reeds deze diplomahouders. De kwantitatieve aspecten van de arbeidsmarktproblematiek worden uitvoerig behandeld in de nota's beroepskrachtenplanning. Deze planning wordt door het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen gebruikt bij de planning van de opleidingscapaciteit. Op niet al te lange termijn hoopte de staatssecretaris het overleg met de NZR over de cijfers voor de middellange en lange termijn te hebben afgerond, zodat een defini- Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 8

9 tieve nota hierover aan de Kamer kan worden toegezonden. Overigens blijkt het verzamelen van kwantitatieve gegevens erg moeilijk te zijn, omdat de analyses van deskundige derden, waarvan men afhankelijk is, doorgaans slechts verkennend en kwalitatief van aard zijn. Het NEI stelt bijvoorbeeld dat de huidige tekorten aan verpleegkundigen zich vooral voordoen bij de gespecialiseerde verpleegkundigen en bij verpleegkundigen in leidinggevende functies. Wèl verwacht men dat deze tekorten zich in de toekomst op een veel breder vlak zullen voordoen. In sommige regio's ziet men daarvan nu al de negatieve voorlopers. Al met al meende de staatssecretaris dat de arbeidsmarktproblematiek in de komende jaren veel meer aandacht moet krijgen, niet alleen in analyserende zin, maar vooral ook in de probleemoplossende zin. Hij legde in dit verband de nadruk op de grote verantwoordelijkheid die het veld zélf in dezen heeft. Het verheugde hem dan ook dat de NZR een plan van aanpak heeft aangekondigd, dat per regio tot een complementair stelsel van onderwijsvoorzieningen moet leiden, hetwelk mede op de arbeidsmarkt is afgestemd en de concurrentie van opleidingen voor andere beroepen moet kunnen weerstaan. Ook kan worden gewezen op activiteiten van de gewestelijke arbeidsbureaus op het gebied van wederinschakelingscursussen voor herintrendende verpleegkundigen. Inmiddels zijn parttimeopleidingen ziekenverzorging gestart. De NZR tracht verder door middel van voorlichting de beeldvorming inzake het verpleegkundige beroep te verbeteren. De staatssecretaris meende dat de verhouding tussen de verschillende deskundigheidsniveaus in de komende maanden een van de meest problematische onderwerpen zal worden, temeer waar het beroepenveld zelf over deze niveaus niet duidelijk is. Een element dat de standpuntbepaling in dezen bijzonder bemoeilijkt, is dat in de praktijk de takenpakketten grote overlappingen vertonen. Wellicht zijn allereerst goede taakomschrijvingen noodzakelijk, voordat omtrent de opleidingsniveaus de juiste conclusies kunnen worden getrokken. Voorshands achtte hij een keuze voor een opleiding in het kader van het leerlingwezen die zich richt op het MDGO-VP-niveau, in strijd met de indeling in eerste en tweede deskundigheidsniveau, al moest hij erkennen dat de technologische en behandeltechnische ontwikkelingen in de ziekenhuizen het zicht op het eindbeeld sterk beïnvloeden. Aan de andere kant is terecht gewezen op de toenemende behoefte aan verzorging van chronisch zieken als gevolg van de vergrijzing. Nadere discussie Mevrouw Janmaat vroeg of de besluitvorming naar aanleiding van de door de staatssecretarissen toegezegde definitieve beleidsnotitie inzake de verpleegkundige opleidingen in wezen niet vóór de SVM-operatie zou dienen plaats te vinden. De Staatssecretaris van Onderwijs en Wetenschappen zag op dit moment geen mogelijkheden om in alle gevallen te komen tot een kernafdeling, met daarbinnen VP en VZ. Waar men VP zowel als VZ kan aanbieden, kan wèl reeds een zodanige kernafdeling functioneren. De voortgang van de SVM-operatie zou niet moeten worden doorbroken door dit ene punt; zij hoopte dat het betrokken wetsvoorstel nog vóór de zomer in de Kamer behandeld kan worden. De voorzitter van de vaste Commissie voor onderwijs en wetenschappen, Van Leijenhorst De voorzitter van de vaste Commissie voor de volksgezondheid, Haas-Berger, De griffier van de vaste Commissie voor onderwijs en wetenschappen, Janssen Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 2 9

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 18 386 Besluit afbreking zwangerschap Nr. 29 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 30 mei 1988 De vaste Commissie voor de Volksgezondheid 1 heeft onderstaande

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1991-199 300 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk VIII (Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen) voor het jaar199

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20400 Lasopleidingen Nr. 5 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 1 september 1988 De vaste commissie voor Onderwijs en Wetenschappen 1

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21452 Jeugdbeleid en Onderwijsbeleid Nr. 3 LIJSTVAN VRAGEN Vastgesteld 15 mei 1990 De bijzondere Commissie voor het jeugdwelzijnsbeleid 1 en de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 20 808 Inkomensbeleid 1989 Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 28 oktober 1988 De vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid 1 heeft

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21 300 V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en van de ontvangsten van hoofdstuk V (Ministerie van Buitenlandse Zaken) voor het jaar

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 19 218 Het verworven immuun deficiëntiesyndroom (AIDS) Nr. 37 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 3 oktober 1989 De vaste commissie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1984-1985 18039 Sportbeleid Nr.7 De vroegere stukken zijn gedrukt in de zitting 1982-1983 en in het vergaderjaar 1983-1984 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1987-1988 19790 Sectorvorming en vernieuwing in het middelbare beroepsonderwijs Nr. 24 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20391 Buitenlandse militaire dienstplicht Nr. 2 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 17 december 1987 De vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-1991 21 800 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk VIII (Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-21 800 IX B Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk IX B (Ministerie van Financiën) voor het jaar Nr. 25 VERSLAG

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 Rijksbegroting voor het jaar 1988 20 200 Hoofdstuk VIII Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 127 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1993-1994 23400 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk VIII (Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20026 Financieel beleid basisgezondheidsdiensten Nr. 2 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 15 december 1987 De vaste Commissie voor de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 Rijksbegroting voor het jaar 1988 20200 Hoofdstuk VIM Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 96 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20 415 Dwang en drang en de hulpverlening aan verslaafden Nr. 3 1 Samenstelling: Leden: Nypels (D66), Haas-Berger (PvdA), voorzitter, Müller-van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1984-1985 18927 Vrijwilligerswerk op de terreinen van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 5 september 1985 De vaste Commissies

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 19218 Het verworven immuun deficiëntiesydroom (AIDS) Nr. 34 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 26 april 1989 De vaste Commissie voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 957 Wijziging kiesstelsel 26 976 Positie van de Eerste Kamer Nr. 3 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 6 maart 2000 De vaste commissie

Nadere informatie

Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad

Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad ÜT? R>2 3 Advies niet-ambtelijke adviescommissie WOB. Onderwijsraad Aan de minister van onderwijs en wetenschappen, de heer drs. W.J. Deetman, Postbus 25000, 2700 LZ Zoetermeer. Nassaulaan 6 2514 JS 's-gravenhage

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 1996 1997 Nr. 9a 24 138 Wijziging van de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 400 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2013 Nr. 130 VERSLAG

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 14 april 2014 Betreft Beroep en opleiding verpleegkundige

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 14 april 2014 Betreft Beroep en opleiding verpleegkundige > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 20 890 Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en van de Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen (gelijke behandeling van mannen en vrouwen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1988-1989 20 629 Wijziging van de Wet op het hoger beroepsonderwijs en de Invoeringswet W.H.B.O. onder meer met betrekking tot de titulatuur Nr. 7 MEMORIE

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 681 Verlenging van de zittingsduur van gemeenteraden in gemeenten waarvoor met ingang van 1 januari 2015 een wijziging van de gemeentelijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 16 709 Sportbeoefening door gehandicapten Nr. 10 1 Samenstelling: Leden: Nypels (D66), Worrell (PvdA), Scherpenhuizen (VVD), Müller-van Ast (PvdA)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1985-1986 19160 Ontwikkelingsrelevante Exporttransacties Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 5 maart 1986 De vaste commissie voor Ontwikkelingssamenwerking

Nadere informatie

Uw brief van. 31 maart 2008

Uw brief van. 31 maart 2008 logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 13 juni 2008 BVE/I&I/21221 Uw brief van 31 maart 2008 Uw kenmerk 2070815960 Onderwerp Vragen

Nadere informatie

s-gravenhage, 14 januari 2000 De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. Borst-Eilers

s-gravenhage, 14 januari 2000 De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. Borst-Eilers Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal s-gravenhage, 14 januari 2000 Onderwerp: Beleidsvisie landelijk kennis/behandelcentrum eetstoornissen Hierbij doe ik u een mijn «beleidsvisie voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-1991 21 800 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk VIII (Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen) voor

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Middelbaar Beroepsonderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 20408 De organisatie van het ambulancevervoer IYr. 4 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 6 oktober 1988 De vaste commissie voor de Volksgezondheid'

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 Rijksbegroting voor het jaar 1988 20200 Hoofdstuk XV Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid IMr. 94 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 19465 19905 Verslag van de Algemene Rekenkamer over 1985 Verslag van de Algemene Rekenkamer over 1986 Nr. 25 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1988-1989 21 189 Korte opleidingen in het MDGO Nr. 1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 Rijksbegroting voor het jaar 1989 20 800 Hoofdstuk VIII Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 77 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 19218 Het verworven immuun deficiëntie-syndroom (AIDS) Nr. 13 1 Samenstelling: Leden: Haas-Berger (PvdA), Stoffelen (PvdA), Kosto (PvdA) voorzitter.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1991-1992 22 300 XIV Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk XIV (Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 417 Kabinetsformatie 2010 Nr. 2 BRIEF VAN DE INFORMATEUR Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Hierbij zend ik u, daartoe

Nadere informatie

2011D56821 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2011D56821 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 20D5682 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Binnen de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap hebben enkele fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen over het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 Rijksbegroting voor het jaar 1988 20200 Hoofdstuk VIII Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 11 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Zitting 1980-1981 16815 Toelatingscriteria numerus fixus-studierichtingen voor het studiejaar 1981-1982 Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2006 2007 30 933 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met uitbreiding van de mogelijkheid met studiefinanciering in het buitenland

Nadere informatie

Vraag en aanbod van sociaal-agogisch personeel 2015-2019

Vraag en aanbod van sociaal-agogisch personeel 2015-2019 Toekomstverkenning voor de branche Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening Vraag en aanbod van sociaal-agogisch personeel 2015-2019 September 2015 Willem van der Windt Ineke Bloemendaal 1 1 Doel van

Nadere informatie

A Adviesaanvraag Toepassing van (genees-)middelen bij de behandeling van drugverslaving dd 6 april 1993

A Adviesaanvraag Toepassing van (genees-)middelen bij de behandeling van drugverslaving dd 6 april 1993 Bijlage A Adviesaanvraag Toepassing van (genees-)middelen bij de behandeling van drugverslaving dd 6 april 1993 De Voorzitter van de Gezondheidsraad ontving de volgende brief, gedateerd 6 april 1993, nr

Nadere informatie

B&W-nr.: d.d Beleid ten aanzien van Stages en Werkervaringsplaatsen BESLUITEN. Behoudens advies van de commissie EP

B&W-nr.: d.d Beleid ten aanzien van Stages en Werkervaringsplaatsen BESLUITEN. Behoudens advies van de commissie EP B&W-nr.: 06.1272 d.d. 14-11-2006 Onderwerp Beleid ten aanzien van Stages en Werkervaringsplaatsen Behoudens advies van de commissie EP BESLUITEN 1. Het voorstel Stageplaatsen en Werkervaringsplaatsen,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21 190 Wijziging van de Werkloosheidswet en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (uitbreiding

Nadere informatie

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2016/17

EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL. Vergaderjaar 2016/17 EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL Vergaderjaar 2016/17 34 446 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 32 892 Wijziging van onder meer de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet educatie en beroepsonderwijs in verband met samenwerking tussen onbekostigd

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2018 2019 32 620 Beleidsdoelstellingen op het gebied van Volksgezondheid, Welzijn en Sport F VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 28 november

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 juli 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 5 juli 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX Den Haag T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie Nr. 1249 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 Herziening van het stelsel van sociale zekerheid BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

1. Inleiding... 1. 2. Data... 1. 3. Bestemming van havo- en vwo-abituriënten... 1. 4. Relevante werkvelden... 2

1. Inleiding... 1. 2. Data... 1. 3. Bestemming van havo- en vwo-abituriënten... 1. 4. Relevante werkvelden... 2 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 1 2. Data... 1 3. Bestemming van havo- en vwo-abituriënten... 1 4. Relevante werkvelden... 2 5. Schatting van het aantal havo- en vwo-abituriënten in relevante werkvelden...

Nadere informatie

Toekomstverkenning voor de branche Verpleging en verzorging. Vraag en aanbod van verplegend en verzorgend personeel 2015-2019

Toekomstverkenning voor de branche Verpleging en verzorging. Vraag en aanbod van verplegend en verzorgend personeel 2015-2019 Toekomstverkenning voor de branche Verpleging en verzorging Vraag en aanbod van verplegend en verzorgend personeel 2015-2019 September 2015 Willem van der Windt Ineke Bloemendaal 1 Doel van de Toekomstverkenning

Nadere informatie

: Voorstel inzake kaderstellende discussie Zorgloket

: Voorstel inzake kaderstellende discussie Zorgloket Raad : 10 december 2002 Agendanr. : 5 Doc.nr : B200217584 Afdeling: : Educatie en Welzijn RAADSVOORSTEL Onderwerp : Voorstel inzake kaderstellende discussie Zorgloket Voorgeschiedenis De realisatie van

Nadere informatie

2014D19924 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

2014D19924 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG 2014D19924 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond er bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 556 Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan 1996 Nr. 19 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS EN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN Aan de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 20 706 Kunstmatige bevruchting en draagmoederschap Nr. 3 herdruk 3 1 Samenstelling: Leden: Haas-Berger (PvdA), Stoffelen (PvdA), Kosto (PvdA),

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 230 Besluit van 18 mei 2009, houdende wijziging van het Besluit afbreking zwangerschap (vaststelling duur zwangerschap) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 096 Wijziging van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met het verrichten van werkzaamheden op zondagen en feestdagen Nr.

Nadere informatie

Evaluatie nota vrijwilligerswerkbeleid Oostzaan. Aan de Waterkant 2008-2011

Evaluatie nota vrijwilligerswerkbeleid Oostzaan. Aan de Waterkant 2008-2011 Evaluatie nota vrijwilligerswerkbeleid Oostzaan Aan de Waterkant 2008-2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Evaluatiekader 3 1.2 Leeswijzer 3 2 Vrijwilligerswerk Oostzaan 4 2.1 De situatie toen 4 2.2 De

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20436 Schijnerkenningen IMr. 3 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 31 augustus 1988 De vaste Commissie voor Justitie' heeft op 9 juni

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-1991 21 997 Plan van spreiding en situering SVIVI Nr. 5 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 22 mei 1991 De vaste Commissie voor onderwijs

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1991-1992 22 300 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk VIII (Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen voor

Nadere informatie

Samen aan de IJssel Inleiding

Samen aan de IJssel Inleiding Samen aan de IJssel Samenwerking tussen de gemeenten Capelle aan den IJssel en Krimpen aan den IJssel, kaders voor een intentieverklaring en voor een onderzoek. Inleiding De Nederlandse gemeenten bevinden

Nadere informatie

Kamervragen over voorlichting verhoogde vrijstelling erfbelasting en mantelzorgcompliment

Kamervragen over voorlichting verhoogde vrijstelling erfbelasting en mantelzorgcompliment Regelingen en voorzieningen CODE 10.1.3.331 Kamervragen over voorlichting verhoogde vrijstelling erfbelasting en mantelzorgcompliment bronnen Tweede Kamer Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011 2012

Nadere informatie

Voortgang SectorplanPlus

Voortgang SectorplanPlus Voortgang SectorplanPlus Tabellenboek Uitgebracht op verzoek van RegioCoöp Amersfoort, 16 april 2019 Achtergrond SectorplanPlus Op de arbeidsmarkt van zorg en welzijn wordt een groot tekort aan personeel

Nadere informatie

Consultatievraag 1: Deelt u de analyses van de genoemde rapporten en onderzoeken over schaarste bij medisch specialisten?

Consultatievraag 1: Deelt u de analyses van de genoemde rapporten en onderzoeken over schaarste bij medisch specialisten? Bijlage 1 In zijn algemeenheid verrast het de NVvP dat het consultatiedocument is gebaseerd op een studie van de OESO, die vele tekortkomingen kent. Hoewel deze degelijk zijn beschreven in het consultatiedocument,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-1991 20961 Opleidingen verplegende beroepen Nr. 6 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETEN SCHAPPEN EN DE STAATSSECRETARIS VAN WELZIJN, VOLKS GEZONDHEID

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 882 Wijziging van de Wet basisregistratie personen in verband met het opnemen van gegevens over kinderen die op het moment van de geboorte niet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1985-1986 19258 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet (gelijkstelling niet-gehuwde personen met gehuwden of echtgenoten) Nr. 8 EINDVERSLAG Vastgesteld 13

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 26 807 Hoger Onderwijs en Onderzoek Plan 2000 Nr. 26 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETEN- SCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1985-1986 19218 Het verworven immuun deficiëntiesyndroon (AIDS) Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 7 november 1985 Ter voorbereiding van het mondeling overleg

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1983-1984 17370 Taak en functie van de PTT met betrekking tot informatieen telecommunicatietechnologie Nr. 4 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 19 april 1984 De

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1989-1990 21 300 V Vaststelling van de begroting van de uitgaven en van de ontvangsten van hoofdstuk V (Ministerie van Buitenlandse Zaken) voor het jaar

Nadere informatie

V erschenen in: ESB, 83e jaargang, nr. 4162, pagina 596, 31 juli 1998 (datum)

V erschenen in: ESB, 83e jaargang, nr. 4162, pagina 596, 31 juli 1998 (datum) Emancipatie en opleidingskeuze A uteur(s): Grip, A. de (auteur) Vlasblom, J.D. (auteur) Werkzaam bij het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Universiteit Maastricht. (auteur) Een

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1991-1992 22152 Voorlichtingscampagnes van het Rijk Nr. 3 VERSLAG Vastgesteld 11 oktober 1991 De Commissie voor de Rijksuitgaven 1 legt over dit rapport

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten Generaal

Tweede Kamer der Staten Generaal Tweede Kamer der Staten Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 21980 Justitiële jeugdbescherming Nr. 10 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 15 oktober 1992 De bijzondere Commissie voor het jeugdwelzijnsbeleid

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 20 529 Het bevolkingsvraagstuk en bevolkingsbeleid binnen de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking Nr. 3 LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld 6 september

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 750 IX Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 356 Wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs en de Wet voortgezet onderwijs BES in verband met het treffen van een overgangsmaatregel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 330 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met de overgang van studerenden van de ziekenfondsverzekering naar de particuliere

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1980-1981 Rijksbegroting voor het jaar 1981 16400 Hoofdstuk VIII Departement van Onderwijs en Wetenschappen Nr.7 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 31 568 Staatkundig proces Nederlandse Antillen Nr. 172 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 4 maart 2016 De vaste commissie voor Onderwijs,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 000 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 Rijksbegroting voor het jaar 1987 19 700 Hoofdstuk V Ministerie van Buitenlandse Zaken Nr. 28 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 20

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1993-1994 23 400 VIII Vaststelling van de begrotïng van de uitgaven en de ontvangsten van hoofdstuk VIII (Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 22 800 XVI Vaststelling van de begroting van de uitgaven en van de ontvangsten van hoofdstuk XVI (Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 18670 Academisering in de eerste lijn en ambulante geestelijke gezondheidszorg Nr. 6 VERSLAG VAN EEN MONDELING OVERLEG Vastgesteld 22 juni 1988

Nadere informatie

Werkend leren in de jeugdhulpverlening

Werkend leren in de jeugdhulpverlening Werkend leren in de jeugdhulpverlening en welzijnssector Nulmeting Samenvatting Een onderzoek in opdracht van Sectorfonds Welzijn Bernadette Holmes-Wijnker Jaap Bouwmeester B2796 Leiden, 1 oktober 2003

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 606 Het onderbrengen van de zorg, bestaande uit duurzaam verblijf en verzorging in een verzorgingshuis, in de aanspraken op grond van de Algemene

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 21 860 Weer samen naar school Nr. 63 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 439 Nadere voorschriften in verband met samenwerking tussen scholen voor voortgezet onderwijs en instellingen voor educatie en beroepsonderwijs

Nadere informatie

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst AAN: De Centrales van Overheidspersoneel, toegelaten tot het Sectoroverleg Rijkspersoneel De Voorzitter van het Sectoroverleg Rijkspersoneel Bijlagen 1 AAC/92.064

Nadere informatie

Lesbrief. Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt

Lesbrief. Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt Lesbrief Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt Inleiding Het aantrekkelijke van loopbaan en burgerschap is dat het voortdurend in beweging is. Onze samenleving is dynamisch; er vinden continu veranderingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 25 321 Wijziging van de Les- en cursusgeldwet en van de Wet tegemoetkoming studiekosten in verband met het eerder laten ingaan van de lesplicht

Nadere informatie