Chronische myeloïde leukemie: moleculaire aspecten en resistentieontwikkeling

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Chronische myeloïde leukemie: moleculaire aspecten en resistentieontwikkeling"

Transcriptie

1 T H E R A P I E Chronische myeloïde leukemie: moleculaire aspecten en resistentieontwikkeling tegen imatinib Auteurs Trefwoorden G.J. Ossenkoppele en J.J.W.M. Janssen chronische myeloïde leukemie, imatinib, resistentie. Samenvatting Chronische myeloïde leukemie wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van het Philadelphia-chromosoom dat codeert voor het BCR-ABL-eiwit. Dit BCR-ABL-eiwit heeft een constitutieve tyrosinekinaseactiviteit en is verantwoordelijk voor het fenotype van chronische myeloïde leukemie. De signaaltransductieroutes die worden geactiveerd door het eiwit zijn de afgelopen jaren steeds verder ontrafeld waardoor de detectie van nieuwe targets voor therapie in een stroomversnelling is gekomen. De ontwikkeling van een remmer van het BCR- ABL-eiwit, imatinib, heeft voor een drastische verandering van de behandeling van chronische myeloïde leukemie gezorgd. Allogene stamceltransplantatie heeft haar prominente plaats hierdoor als primaire initiële therapie grotendeels verloren. Hoewel een belangrijk percentage van de patiënten een moleculaire respons ontwikkelt voor imatinib, blijven nog veel vragen onbeantwoord. De belangrijkste daarvan zijn of er misschien genezing kan optreden door deze behandeling, hoe resistentieontwikkeling ontstaat en hoe resistentieontwikkeling kan worden voorkomen. (Ned Tijdschr Hematol 2004;1(5): ) Inleiding Chronische myeloïde leukemie (CML) is een myeloproliferatieve aandoening van een multipotente voorlopercel. Hierbij komt een reciproke translocatie tussen chromosoom 9 en 22 in de cellen van het hematopoëtische systeem voor. Het hierdoor abnormaal klein geworden chromosoom 22 wordt het Philadelpia (Ph)-chromosoom genoemd. 1 Ongeveer de helft van de patiënten is symptoomloos waardoor de diagnose bij toeval wordt gesteld. Als er klachten zijn dan gaat het doorgaans om moeheid, anorexie en een vol gevoel in de bovenbuik ten gevolge van splenomegalie. Uit het laboratoriumonderzoek blijkt een uitgesproken leukocytose met een naar onrijp verschoven myeloïde reeks, anemie, soms een trombocytose, en vaak eosino- en basofilie. Het ziektebeeld wordt gekenmerkt door een bifasisch beloop met een initiële chronische fase (CF) die eenvoudig met conventionele orale chemotherapie te behandelen is. Ondanks deze behandeling ontstaat echter altijd een therapieresistente blastencrise die snel fataal is. In de afgelopen jaren is er aanzienlijke progressie geboekt in het ontrafelen van de moleculaire mechanismen die ten grondslag liggen aan CML, waarmee de basis werd gelegd voor een totaal nieuwe benadering. Deze benadering kan als voorbeeld dienen voor de behandeling van andere maligne ziekten. Moleculaire aspecten van het Philadelphiachromosoom en het BCR-ABL-eiwit De reciproke translocatie tussen de lange armen van chromosoom 9 en 22 resulteert in de fusie van het Abelson (ABL)-proto-oncogen op chromosoom 9 met het breakpoint cluster region (BCR)-gen dat achterblijft op chromosoom 22. Dit leidt tot de vorming van een nieuw BCR-ABL-fusiegen op chromosoom Afhankelijk van de plaats van het breukpunt in het BCR-gen wordt hierdoor een fusie-eiwit gecodeerd met een molecuulgewicht tussen 190 en 230 kd. Veruit het meest voorkomend bij CML is een koppeling van exon 2 (b2) of exon 3 (b3) van het BCR-gen aan exon 2 (a2) van het ABL-gen wat leidt tot het klassieke fusietranscript b2a2 of b3a2 met 190 NR N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R H E M A T O L O G I E

2 Figuur 1. Signaaltransductieroutes die geactiveerd worden door het BCR-ABL-eiwit en resulteren in een toename van proliferatie en afname van apoptose en adhesie. een molecuulgewicht van 210 kd. Ook bij een deel van de patiënten met acute lymfatische leukemie wordt het Ph-chromosoom aangetroffen. Daarbij is de breuk in het BCR-gen gelokaliseerd in het eerste intron van het gen wat resulteert in een e1a2-transcript, coderend voor een fusie-eiwit met een molecuulgewicht van 190 kd. Het nieuw gevormde BCR-ABL-fusie-eiwit, dat exclusief verantwoordelijk blijkt te zijn voor het CML-fenotype, heeft constitutieve tyrosinekinaseactiviteit. In het geval van CML veroorzaakt het niet een blokkade in differentiatie, maar wel een versterkte proliferatie en levensvatbaarheid van myeloïde cellen. Cellijnen die getransfecteerd worden met BCR-ABL blijken niet meer afhankelijk te zijn van groeifactoren. Naast effecten van het BCR-ABLeiwit op proliferatie en apoptose ontstaan veranderingen van het cytoskelet waardoor de adhesie van hematopoëtische voorlopercellen aan het omgevende stroma vermindert. 3 Verder induceert het BCR- ABL-eiwit waarschijnlijk een toename van de genetische instabiliteit. Hierdoor ontstaan deleties van diverse andere tumorsuppressorgenen en additionele chromosomale afwijkingen, zoals p53-mutaties, die uiteindelijk aanleiding kunnen zijn voor het ontstaan van de CML-blastencrise. Deze meervoudige effecten van het BCR-ABL-eiwit ontstaan doordat het eiwit via fosforylatieactivering van diverse signaaltransductieroutes induceert, zoals de RAS-RAF-MAP-kinaseroute, de JAK-STAT-route, de fosfatidyl-inositol-3-kinase-akt-route en de FAK-Paxillin-route (zie Figuur 1). 4 Ingrijpen in deze signaaltransductieroutes kan een logische stap zijn bij adequate en gerichte behandeling van vele maligniteiten. De behandeling van CML met imatinib is daar het ultieme voorbeeld van. Behandeling Na de introductie van imatinib zijn er de laatste jaren grote veranderingen opgetreden in de behandeling van CML. In het verleden stonden de allogene stamceltransplantatie en interferon-alfa (IFNα) centraal. Deze behandelingen werden gebruikt bij patiënten die geen verwante donor hadden of vanwege de leeftijdscriteria niet in aanmerking kwamen voor transplantatie. In deze bijdrage worden de twee opties kort besproken, gevolgd door een uitgebreidere bespreking van imatinib. Allogene stamceltransplantatie Een allogene stamceltransplantatie (allosct) kan een curatieve behandeling zijn voor CML, zij het ten koste van ernstige en soms fatale complicaties. De ziektevrije overleving na allosct varieert in ver- N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R H E M A T O L O G I E NR

3 T H E R A P I E Tabel 1. Respons (na achttien maanden follow-up) in een gerandomiseerde studie met imatinib versus interferon met cytarabine bij patiënten met een nieuw gediagnosticeerde chronische myeloïde leukemie. 10 Respons Imatinib (n=553) Interferon + cytarabine (n=553) CHR 97% 69% MCR 87% 35% CCR 76% 14% progressie naar AF/BC 3% 8,5% intolerantie 3% 31% CHR=complete hematologische respons, MCR= major cytogenetische respons, CCR=complete cytogenetische respons, AF/BC=acceleratiefase/blastencrisis. schillende studies tussen 50 en 80% en is afhankelijk van een aantal factoren zoals leeftijd, fase van de ziekte waarin de transplantatie wordt uitgevoerd, CMV-status en de duur van het interval tussen diagnose en transplantatie. 5 De beste resultaten worden bereikt bij jonge patiënten die vroeg in de chronische fase worden getransplanteerd. Gehele of partiële T-celdepletie van het transplantaat geeft een vermindering van de transplantatiegerelateerde morbiditeit en mortaliteit doordat de frequentie en ernst van de graft-versus-host -ziekte afneemt. De keerzijde van de medaille is dat recidieven vaker optreden. Gelukkig kunnen veel patiënten met een recidief alsnog in remissie worden gebracht door donorlymfocyteninfusies (DLI). 6 Interferon Bij een klein deel van de patiënten kan met een behandeling die is gebaseerd op interferon (IFN) een substantiële afname of zelfs verdwijning van het aantal Ph-chromosoomdragende cellen bereikt worden. Dit resulteert in een duidelijk overlevingsvoordeel boven behandeling met busulfan of hydroxycarbamide. De kans op een complete cytogenetische respons (CCR) bedraagt echter slechts iets meer dan 10%. 7 De kans op een major cytogenetische respons (MCR), oftewel meer dan 65% normale metafases, bedraagt maximaal rond de 40%. De winst in overleving met IFN-behandeling dient te worden afgewogen tegen de niet onaanzienlijke toxiciteit van IFN. De bijwerkingen leiden bij ongeveer 25% van de patiënten tot het staken van de behandeling. Gepegyleerd IFN, een interferonmolecuul gekoppeld aan polyethyleenglycol, geeft mogelijk dezelfde resultaten als IFN maar gaat gepaard met minder bijwerkingen. De kans op een gunstige respons op IFN is redelijk te voorspellen op basis van de Sokal-score of de Euroscore: laagrisicopatiënten hebben ongeveer 50% kans op een MCR, terwijl hoogrisicopatiënten een kans hebben van 15%. Imatinib (mesylaat) Nadat de tyrosinekinaseactiviteit van BCR-ABL cruciaal bleek voor de transformerende activiteiten van het eiwit, leek de enzymactiviteit van dit gedereguleerde gen een aantrekkelijk doelwit voor therapie van Ph-positieve leukemieën. Imatinib (Glivec ) werd geselecteerd uit een aantal stoffen die proteïnekinase-c-inhiberende activiteit hadden. 8 Het is een 2-fenylaminopyrimidinederivaat dat naast c-kit (de stamcelfactorreceptor) en de platelet derived growth-factorreceptor (PDGFR) het BCR-ABLeiwit remt. In vitro worden de proliferatie van BCR- ABL-positieve cellijnen en de koloniegroei van Ph-positieve progenitoren geremd zonder noemenswaardige remming van normale progenitoren. In fase-i- en -II-studies is inmiddels de effectiviteit en veiligheid van het oraal te gebruiken imatinib bij IFN-resistente dan wel IFN-intolerante CMLpatiënten aangetoond. In de chronische fase wordt bij 60% van deze patiënten een MCR bereikt. Daarentegen wordt in de acceleratiefase en de blastencrise bij respectievelijk 24 en 16% van deze patiënten een MCR bereikt. 9 In een groot interna- 192 NR N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R H E M A T O L O G I E

4

5

6 Tabel 2. Log reductie van BCR-ABL-transcripten na twaalf maanden behandeling met imatinib en progressievrije overleving. 15 Reductie in BCR-ABL-transcripten Percentage van de patiënten PFS (%) >3 log >1-3 log geen complete cytogenetische remissie PFS= progression free survival (progressievrije overleving). tionaal gerandomiseerd onderzoek bij nieuw gediagnosticeerde CML-patiënten (de IRIS-studie) werd de effectiviteit van imatinib (1 dd 400 mg oraal) vergeleken met een combinatie van IFN (5x10 6 U/m 2 s.c. dagelijks) en een lage dosis cytarabine (20 mg/m 2 gedurende 10 dagen per maand s.c.). Na een mediane follow-up van 30 maanden bij patiënten in de chronische fase had 90% in de imatinibgroep een MCR en had maar liefst 82% een complete cytogenetische respons (CCR). 10 In Tabel 1 op pagina 192 worden de gepubliceerde data na een mediane follow-up van 18 maanden weergegeven. De bekende risicoscores voor CML, de Sokal-score en de Euroscore, bleken ook voor het bepalen van de kans op een respons op imatinib voorspellend te zijn. Bij een lage Sokal-score was er een kans van 90% om een CCR te bereiken, terwijl dat slechts bij 69% van de patiënten met een hoge Sokal-score het geval was. Progressie naar acceleratiefase of blastencrise bedroeg 3,3% in de imatinibgroep en 8,5% in de met IFN-behandelde patiënten (p<0,001). Daarnaast werd imatinib duidelijk veel beter verdragen. Bijna 90% van de IFN-behandelde groep stapte vanwege bijwerkingen of gebrek aan respons volgens het protocol over op imatinib. Andersom was dat minder dan 15%. Het formele bewijs van de superioriteit van imatinib boven IFN wordt door dit grote aantal cross-overs niet geleverd. Een tweetal andere studies die gebruik maken van goed gedefinieerde historische controlegroepen laat echter een duidelijk overlevingsvoordeel zien voor patiënten die behandeld zijn met imatinib. 12,13 Preliminaire data wijzen erop dat behandeling met een hogere dosering imatinib ( mg) tot nog betere en sneller optredende respons leidt. 11 De tot nu toe gepubliceerde opvallende resultaten van imatinibbehandeling hebben er toe geleid dat het aantal CML-patiënten dat direct allogeen wordt getransplanteerd aanzienlijk is gedaald. Resistentieontwikkeling Moleculaire monitoring van CML Bij de behandeling met interferon is de mate van cytogenetische respons een goede voorspeller voor overleving gebleken. Of dit ook geldt voor imatinib is gezien de nog korte follow-up onzeker, maar wel erg aannemelijk. In ieder geval blijkt het bereiken van een MCR met imatinib voor progressievrije overleving van significante betekenis te zijn. Veel gevoeliger dan cytogenetisch onderzoek is kwantitatieve PCR (Q-PCR). Deze techniek kan het BCR- ABL-signaal van één cel tussen normale cellen detecteren. De overeenkomst tussen Q-PCR verricht op perifeer bloed en op beenmerg is uitstekend zodat moleculaire monitoring accuraat op perifeer bloed verricht kan worden teneinde de ziekteactiviteit te vervolgen en recidief of resistentie kunnen worden voorspeld. 14 Een stijging van het Q-PCR-signaal bij patiënten na allogene transplantatie voorspelt het ontstaan van cytogenetische en hematologische recidieven. In de IRIS-studie was 4% van de patiënten BCR- ABL-negatief. Dit komt overeen met een logaritmische reductie van >4,5 ( voudige reductie) ten opzichte van vóór aanvang van de behandeling. 16 Van de patiënten die met imatinib werden behandeld hadden 39% een moleculaire respons, gedefinieerd als ten minste een 3 log reductie (1.000-voudige afname) van het BCR-ABL-signaal versus slechts 2% in de IFN-groep. Een 2 log reductie en een minder dan 2 log reductie werden bij respectievelijk 23 en 7% van de patiënten gevonden. Van de patiënten met een moleculaire respons vertoonde er geen enke- N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R H E M A T O L O G I E NR

7 T H E R A P I E le ziekteprogressie gedurende twee jaar follow-up na start van de therapie (zie Tabel 2 op pagina 192). De afname in BCR-ABL na 3 maanden therapie geeft een zeer goede voorspelling voor het al dan niet uiteindelijk bereiken van een meer dan 3 log reductie en voor de kans op resistentieontwikkeling. Alle patiënten waar na 3 maanden het BCR-ABL-signaal met meer dan 2 log is afgenomen, ontwikkelen uiteindelijk meer dan 3 log reductie. Is na 3 maanden een 1-2 log reductie bereikt, dan heeft na 2 jaar 69% een 3 log reductie. Als er na 3 maanden minder dan 1 log reductie is opgetreden, bereikt slechts 13% een 3 log reductie. Hiermee wordt het belang duidelijk van regelmatige moleculaire monitoring bij behandeling met imatinib. Resistentie Ondanks het hoge percentage hematologische en cytogenetische respons op imatinib komt er bij een deel van de patiënten toch resistentie voor. 17 Deze resistentie kan primair zijn of verworven. Een veel gebruikte definitie van primaire resistentie is het niet bereiken van een hematologische complete respons binnen drie maanden, het ontbreken van een MCR na zes maanden of de afwezigheid van een CCR na twaalf maanden. In de IRIS-studie was volgens deze definitie 20-30% van de patiënten primair resistent. Bij gebruik van hogere doseringen imatinib ligt het percentage primair resistente patiënten rond de 10%. Er zijn verschillende mechanismen geïdentificeerd die aan deze resistentie ten grondslag liggen (zie Tabel 3). 18 Toename van de hoeveelheid BCR-ABLeiwit kan, hetzij posttranscriptioneel hetzij door amplificatie van het BCR-ABL-gen, een oorzaak zijn van resistentie. Hochhaus et al. vonden bij 7 van de 55 resistente patiënten overexpressie van BCR-ABL en bij 2 van 32 genomische amplificatie van BCR- ABL. Overexpressie van het multidrugresistente geassocieerde P-glycoproteïne (PgP) is in cellijnen geassocieerd met resistentie tegen imatinib, dat een substraat is voor PgP. Vooral in blastencrise is er sprake van PgP-overexpressie. Ook een verhoogde plasmaconcentratie van α1-zure glycoproteïne (AGP), dat bindt aan imatinib, zou een factor van betekenis kunnen zijn. Bij muizen blijkt het macrolide-erytromycine deze vorm van resistentie tegen te gaan doordat het AGP bindt. 19 Hoe relevant dit type resistentie in de praktijk is, staat nog niet vast. Veruit de meest voorkomende vorm van resistentie is echter het optreden van puntmutaties in het kinasedomein van BCR-ABL. Hiervan zijn er intussen al meer dan 20 beschreven. 20 Deze puntmutaties veroorzaken Tabel 3. Mechanismen van resistentie voor imatinib. amplificatie van BCR-ABL-gen toename plasmaconcentratie van α1- zure-glycoproteïne toename in kinaseactiviteit overexpressie van P-glycoproteïne (MDR) mutaties in het ABL-kinasedomein klonale evolutie onbekende mechanismen MDR=multidrugresistentie substitutie van aminozuren die van belang zijn voor de specifieke binding van imatinib aan het BCR- ABL-eiwit. De mutaties zijn gelokaliseerd in het ABL-kinasedomein tussen aminozuur 240 en 500 in de zogenaamde P-loop (het ATP-bindende domein), het katalytische domein of de activeringsloop. Hierdoor vermindert of verdwijnt de gevoeligheid voor imatinib en kan klonale selectie van gemuteerde cellen ontstaan. Met behulp van gevoelige tests kon de aanwezigheid van gemuteerde klonen al voor aanvang van de imatinibtherapie aangetoond worden maar resistentie kan zich ook gedurende de behandeling ontwikkelen. In een Australisch cohort waarbij 236 CML-patiënten (51 acute fase (AF), 77 late CF, 108 vroege CF) met imatinib werden behandeld en een sequentiële mutatieanalyse van het ABL-kinasedomein werd verricht (sensitiviteit van de test: 20% gemuteerde cellen), zijn 23 verschillende mutaties bij 59 patiënten gedetecteerd. 21 De aanwezigheid van een P-loopmutatie is een omineus teken: 16 van 20 patiënten met een P-loop-mutatie ontwikkelden snel een blastencrisis, terwijl dat maar bij 9 van 32 patiënten met een mutatie buiten de P-loop het geval was. In een ander cohort van 188 CF-patiënten was de 2- jaars overleving 96% (n=153) als er geen mutaties waren versus 63% (n=25) als die er wel waren. Ook in deze studie hadden de P-loop-mutaties de somberste prognose in vergelijkijg met de andere mutaties: 2-jaarsoverleving 31 versus 80%. De kans op resistentie was aanzienlijk kleiner wanneer er na 3 maanden meer dan 2 log reductie van het BCR- ABL-signaal was in vergelijking met de groep patiënten die minder dan een 1 log reductie vertoonden (0 versus 83%) NR N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R H E M A T O L O G I E

8 chronische myeloïde leukemie eerste chronische fase diagnose imatinib/hovon 51 CHR 3 maanden CCR 12 maanden geen CHR na 3 maanden geen CCR na 6-12 maanden imatinib continueren imatinib ( mg) allogene stamceltransplantatie experimenteel middel Figuur 2. Behandelalgoritme voor chronische myeloïde leukemie. CHR=complete hematologische respons en CCR=complete cytogenetische respons. Klonale evolutie Het optreden van additionele cytogenetische afwijkingen, naast het bestaande Ph-chromosoom, is geassocieerd met het optreden van acceleratiefase en blastencrisis van CML. De additionele afwijkingen lijken ook een rol te spelen bij resistentie tegen imatinib. Schoch et al. toonden een negatieve correlatie aan tussen respons op imatinib en de al aanwezige additionele chromosomale afwijkingen. 23 Tijdens de behandeling met imatinib ontstaan ook de meeste additionele chromosomale afwijkingen, maar niet exclusief bij patiënten zonder cytogenetische respons. Het soort afwijkingen is identiek aan de afwijkingen die gevonden worden tijdens hydroxycarbamide- of IFNbehandeling of aan afwijkingen die ontstaan gedurende het natuurlijk beloop van de ziekte. Opmerkelijk is dat bij patiënten die met imatinib zijn behandeld naast klonale evolutie in de context van een Ph-chromosoom er een toenemend aantal meldingen is van klonale evolutie in Ph-negatieve klonen. 24 Verschillende van de klonale cytogenetische afwijkingen die worden aangetroffen in Phnegatieve cellen zijn geassocieerd met MDS (onder andere monosomie-7 en trisomie-8). Het beenmerg van de patiënten laat hierbij milde dysplasie zien. Dit wordt ook frequent aangetroffen bij patiënten met een MCR of CCR zonder klonale evolutie. Verondersteld wordt dat door het antileukemische effect van imatinib de initieel in geringe hoeveelheid aanwezige abnormale, maar Ph-negatieve, hematopoëse manifest wordt of dat ze ontstaan door vroegere therapie (cytostatica of IFN). Wellicht speelt een direct toxisch effect van imatinib een rol door bijvoorbeeld inhibitie van de c-kit-receptor. Alhoewel mechanisme en klinische implicaties nog onduidelijk zijn, zijn er wel degelijk consequenties voor de monitoring. Het volstaat niet om bij het bereiken van MCR of CCR het beloop alleen te monitoren met Q-PCR omdat additionele chromosomale afwijkingen in Ph-postieve en Ph-negatieve cellen dan niet worden gedetecteerd. Voorkómen van resistentie Verschillende strategieën kunnen worden overwogen om primaire dan wel verworven resistentie te voorkomen. Een hogere startdosis ( mg) wordt momenteel in een prospectief gerandomiseerd onderzoek uitgetest. Combinaties van imatinib (Glivec ) met conventionele cytostatica of andere middelen waarvan in vitro een additief of synergistisch effect is aangetoond, zijn in onderzoek zoals cytarabine, anthracyclines, homoharringtonine, busulfan, IFN en arsenicumtrioxide. 25 Meerdere studies zijn gestart. Een voorbeeld is de Nederlandse HOVON-51-studie, een dosisescalatiestudie waarin de combinatie van imatinib en cytarabine onderzocht wordt. De eerste analyse van 84 patiënten toont de haalbaarheid van de combinatie aan, waarbij na een N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R H E M A T O L O G I E NR

9 T H E R A P I E Aanwijzingen voor de praktijk 1. Imatinib is de therapie van keuze bij de initiële behandeling van chronische myeloïde leukemie in de eerste chronische fase. 2. Behandeling van chronische myeloïde leukemie dient bij voorkeur in onderzoeksverband plaats te vinden. Een behandelalgoritme wordt gegeven in Figuur 2, pagina Stringente monitoring van de chronische myeloïde leukemiepatiënt is vereist en dient te bestaan uit halfjaarlijkse cytogenetische monitoring. Indien een complete cytogenetische respons is bereikt, is jaarlijkse monitoring en ook driemaandelijkse kwantitatieve PCR van het BCR-ABL-transcript in het perifere bloed vereist. betrekkelijk korte follow-up al 10-20% van de patiënten PCR-negatief is geworden. Inclusie van CMLpatiënten in de chronische fase in deze internationaal met veel belangstelling afgewachte studie is dan ook zeer aanbevelingswaardig. Verder is er een groot arsenaal aan andere middelen die stroomafwaarts in de signaaltransductieroute van BCR-ABL aangrijpen en in combinatie met imatinib de effectiviteit van tyrosinekinase-inhibitie kan verhogen. 26 Veel van deze middelen zijn momenteel in onderzoek om de effectiviteit te verbeteren en daarbij de kans op resistentieontwikkeling te verkleinen. De komende jaren moet blijken of de combinatie van middelen CML kan genezen en of hiermee hetzelfde effect wordt bereikt als met allogene stamceltransplantatie. Behandelstrategie De plaats van allogene stamceltransplantatie bij CML vóór de introductie van imatinib was in de kliniek redelijk afgebakend. Op dit moment is dat veel minder duidelijk. Langetermijnresultaten van imatinib ontbreken nog en het is onzeker of patiënten met imatinib kunnen genezen, zelfs als er sprake is van complete moleculaire respons. De resultaten van de imatinibbehandeling zijn echter zeer goed. Aan allogene stamceltransplantatie is verder aanzienlijke morbiditeit en ook mortaliteit verbonden waardoor een groot aantal behandelaars er momenteel voor kiest hun patiënten eerst te behandelen met imatinib, al of niet in combinatie met andere middelen. Indien een respons ontbreekt, wordt alsnog het transplantatietraject ingezet. Hierdoor is het aantal stamceltransplantaties voor CML in de chronische fase in Europa nagenoeg gehalveerd. In Figuur 2, op pagina 195, wordt een stroomdiagram voor de behandeling van CML weergegeven zoals die momenteel in een groot aantal Nederlandse centra wordt gehanteerd. Monitoring van patiënten die bij voorkeur in studieverband met imatinib worden behandeld, dient te bestaan uit klassieke karyotypering in een frequentie van eenmaal per zes maanden. Na het bereiken van een CCR dient iedere drie tot zes maanden het aantal BCR-ABL-transcripten via Q-PCR te worden gemeten. Het cytogenetische onderzoek dient dan jaarlijks gecontinueerd te worden omdat klonale evolutie niet met PCR wordt gedetecteerd. Moleculaire monitoring dient het verdere beleid van de CML-patiënt te sturen zodat vroegtijdig kan worden beslist of dosisaanpassing van imatinib nodig is of dat een transplantatietraject dient te worden ingezet. Bij verlies van de moleculaire respons dient een mutatieanalyse te worden overwogen omdat de aanwezigheid van deze mutaties in het kinasedomein belangrijke therapeutische consequenties kan hebben. Conclusie Het is duidelijk dat de klinische toepassing van BCR- ABL-inhibitie door imatinib een revolutie in de behandeling van CML heeft veroorzaakt. Hoewel een grote moleculaire respons wordt bereikt, blijven nog flink wat vragen onbeantwoord. De belangrijkste zijn misschien wel of patiënten echt genezen kunnen worden met deze behandeling, hoe resistentieontwikkeling ontstaat en hoe resistentieontwikkeling kan worden voorkomen. Het antwoord op deze vragen wordt alleen verkregen door gedegen translationeel onderzoek, waarbij het van belang is patiënten in studieverband te blijven behandelen. 196 NR N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R H E M A T O L O G I E

10 Referenties 1. Silver RT. Chronic myeloid leukemia. Hematol Oncol Clin North Am. 2003;17: Deininger MW, Goldman JM, Melo JV. The molecular biology of chronic myeloid leukemia. Blood 2000;96: Holyoake DT. Recent advances in the molecular and cellular biology of chronic myeloid leukaemia: lessons to be learned from the laboratory. Br J Haematol 2001;113: Sattler M, Scheijen B, Weisberg E, Griffin JD. Mutated tyrosine kinases as therapeutic targets in myeloid leukemias. Adv Exp Med Biol 2003;532: Barrett J. Allogeneic stem cell transplantation for chronic myeloid leukemia. Semin Hematol 2003;40: Peggs KS, Mackinnon S. Exploiting graft-versus-tumour responses using donor leukocyte infusions. Best Pract Res Clin Haematol 2001;14: Baccarani M, Russo D, Rosti G, Martinelli G. Interferon-alfa for chronic myeloid leukemia. Semin Hematol 2003;40: Buchdunger E, Matter A, Druker BJ. Bcr-Abl inhibition as a modality of CML therapeutics. Biochim Biophys Acta 2001;1551:M Druker BJ. Imatinib and chronic myeloid leukemia: validating the promise of molecularly targeted therapy. Eur J Cancer 2002;38 (Suppl 5): O'Brien SG, Guilhot F, Larson RA, Gathmann I, Baccarani M, Cervantes F, et al. Imatinib compared with interferon and low-dose cytarabine for newly diagnosed chronic-phase chronic myeloid leukemia. N Engl J Med 2003;348: Cortes J, Giles F, O'Brien S, Thomas D, Garcia-Manero G, Rios MB, et al. Result of high-dose imatinib mesylate in patients with Philadelphia chromosome-positive chronic myeloid leukemia after failure of interferon-alpha. Blood 2003;102: Kantarjian H, O'Brien S, Cortes J, Giles F, Shan J, Rios MB, et al. Survival advantage with imatinib mesylate therapy in chronic-phase chronic myelogenous leukemia (CML-CP) after IFN-alpha failure and in late CML-CP, comparison with historical controls. Clin Cancer Res 2004;10: Marin D, Marktel S, Szydlo R, Klein JP, Bua M, Foot N, et al. Survival of patients with chronic-phase chronic myeloid leukaemia on imatinib after failure on interferon alfa. Lancet 2003;362: Hughes TP, Branford S. Molecular monitoring of chronic myeloid leukemia. Semin Hematol 2003;40: Radich J, Gathmann I, Kaeda J, Goldman JM, Branford S, Hochhaus A, et al. Molecular responses to imatinib and interferon + Ara-C in newly diagnosed CML: efficacy of imatinib on patients after cross-over from interferon therapy and prognostic importance of molecular responses on long-term outcomes. Blood 2003;102:182a. 16. Hughes TP, Kaeda J, Branford S, Rudzki Z, Hochhaus A, Hensley ML, et al. Frequency of major molecular responses to imatinib or interferon alfa plus cytarabine in newly diagnosed chronic myeloid leukemia. N Engl J Med 2003;349: Daley GQ. Gleevec resistance: lessons for target-directed drug development. Cell Cycle 2003;2: Hochhaus A. Cytogenetic and molecular mechanisms of resistance to imatinib. Semin Hematol 2003;40: Gambacorti-Passerini C, Barni R, Le Coutre P, Zucchetti M, Cabrita G, Cleris L, et al. Role of alpha1 acid glycoprotein in the in vivo resistance of human Bcr-Abl(+) leukemic cells to the abl inhibitor STI571. J Natl Cancer Inst 2000;92: Hochhaus A, Kreil S, Corbin AS, La Rosee P, Muller MC, Lahaye T, et al. Molecular and chromosomal mechanisms of resistance to imatinib (STI571) therapy. Leukemia 2002;16: Melo JV, Hughes TP, Apperley JF. Chronic myeloid leukemia. Hematology (Am Soc Hematol Educ Program) 2003; Cortes JE. Schriftelijke mededeling Schoch C, Haferlach T, Kern W, Schnittger S, Berger U, Hehlmann R, et al. Occurrence of additional chromosome aberrations in chronic myeloid leukemia patients treated with imatinib mesylate. Leukemia 2003;17: Bumm T, Muller C, Al-Ali HK, Krohn K, Shepherd P, Schmidt E, et al. Emergence of clonal cytogenetic abnormalities in Phcells in some CML patients in cytogenetic remission to imatinib but restoration of polyclonal hematopoiesis in the majority. Blood 2003;101: Goldman JM. Chronic myeloid leukemia-still a few questions. Exp Hematol 2004;32: Topaly J, Zeller WJ, Fruehauf S. Combination therapy with imatinib mesylate (STI571): synopsis of in vitro studies. Br J Haematol 2002;119:3-14. Ontvangen 26 mei 2004, geaccepteerd 2 juli Correspondentieadres Prof. dr. G.J. Ossenkoppele, internist-hematoloog Drs. J.J.W.M. Janssen, internist-hematoloog VU medisch centrum Afdeling Hematologie Postbus MB Amsterdam Tel.: g.ossenkoppele@vumc.nl Correspondentie graag richten aan de eerste auteur. Belangenconflict : geen gemeld. Financiële ondersteuning: beide auteurs hebben in het verleden vergoedingen ontvangen voor het verzorgen van workshops voor Novartis. N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R H E M A T O L O G I E NR

Chronische myeloïde leukemie: moleculaire aspecten en resistentieontwikkeling

Chronische myeloïde leukemie: moleculaire aspecten en resistentieontwikkeling REPRINT JAARGANG 1, NR. 5 DECEMBER 2004 Chronische myeloïde leukemie: moleculaire aspecten en resistentieontwikkeling tegen imatinib Auteurs Trefwoorden G.J. Ossenkoppele en J.J.W.M. Janssen chronische

Nadere informatie

Glivec (imatinib) bij de behandeling van chronische myeloïde leukemie (CML)

Glivec (imatinib) bij de behandeling van chronische myeloïde leukemie (CML) Glivec (imatinib) bij de behandeling van chronische myeloïde leukemie (CML) december 2005 Prof.dr. G.J. Ossenkoppele VU medisch centrum, Amsterdam Prof.dr. J.J. Cornelissen Erasmus MC - Daniël den Hoed,

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nieuwe vooruitzichten in de karakterisering en behandeling van acute myeloïde leukemie Nederlandse samenvatting 134 Acute myeloïde leukemie (AML) is een vorm van bloedkanker, een kwaadaardige aandoening

Nadere informatie

Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen

Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen Is er een rol voor het gebruik van Immunoglobulinen bij CML? M. Roeven Canisius Wilhemina Ziekenhuis Nijmegen Opbouw Casus Bespreking literatuur Hypothesen met betrekking tot casus Voorgeschiedenis: 1957

Nadere informatie

Preventie van resistentie bij chronische myeloïde leukemie: resultaten van de HOVON 51-studie, waarin imatinib en cytarabine werden gecombineerd

Preventie van resistentie bij chronische myeloïde leukemie: resultaten van de HOVON 51-studie, waarin imatinib en cytarabine werden gecombineerd 3 Preventie van resistentie bij chronische myeloïde leukemie: resultaten van de HOVON 51-studie, waarin imatinib en cytarabine werden gecombineerd Prevention of resistance in chronic myeloid leukemia:

Nadere informatie

Kwaliteitscontrole binnen de moleculaire diagnostiek van hematologische maligniteiten

Kwaliteitscontrole binnen de moleculaire diagnostiek van hematologische maligniteiten Radboud University Medical Centre Nijmegen Centre for Molecular Life Sciences Kwaliteitscontrole binnen de moleculaire diagnostiek van hematologische maligniteiten Bert van der Reijden, PhD Laboratorium

Nadere informatie

Acute myeloïde leukemie. Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen

Acute myeloïde leukemie. Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen Acute myeloïde leukemie Dimitri A. Breems, MD, PhD Internist-Hematoloog Ziekenhuis Netwerk Antwerpen Normale bloedcelvorming Acute myeloïde leukemie (AML) Klonale proliferatie van immature hematopoëtische

Nadere informatie

Persisterende complete moleculaire remissie na imatinib behandeling voor chronische fase CML. wat nu?

Persisterende complete moleculaire remissie na imatinib behandeling voor chronische fase CML. wat nu? Persisterende complete moleculaire remissie na imatinib behandeling voor chronische fase CML wat nu? J.H.F Falkenburg Afdeling Hematologie Leids Universitair Medisch Centrum Geen conflicts of interest

Nadere informatie

CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE (CML) Wat is chronische myeloïde leukemie (CML)? Algemeen

CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE (CML) Wat is chronische myeloïde leukemie (CML)? Algemeen CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE (CML) Wat is chronische myeloïde leukemie (CML)? Algemeen Chronische Myeloïde Leukemie (CML) is een kwaadaardige ziekte van het bloed waarbij alle bloedcellijnen betrokken

Nadere informatie

CML Chronische Myeloide Leukemie

CML Chronische Myeloide Leukemie CML Chronische Myeloide Leukemie Dr. Peter E. Westerweel, Internist-hematoloog Albert Schweitzer Ziekenhuis Dordrecht Hematon patientvereniging Landelijke contactdag 10 mei 2014 Lezing Wat is CML? Enige

Nadere informatie

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van chronische myeloïde leukemie

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van chronische myeloïde leukemie Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van chronische myeloïde leukemie naar 1. Onderzoek 236 2. Behandeling 236 2.1 Algemeen 236 2.2 Specifiek 237 3. Chronische myeloïde leukema blastencrise 242 3.1

Nadere informatie

APPENDIX. Samenvatting voor medisch niet-ingewijden

APPENDIX. Samenvatting voor medisch niet-ingewijden APPENDIX S Samenvatting voor medisch niet-ingewijden 146 Samenvatting voor medisch niet-ingewijden INTRODUCTIE Het onderzoek beschreven in dit proefschrift is uitgevoerd bij patiënten met de ziekte chronische

Nadere informatie

Hematologie: werken in teamverband!

Hematologie: werken in teamverband! Hematologie: werken in teamverband! Hematologie Zeer intense samenwerking tussen clinicus, klinisch bioloog, anatomopatholoog en cytogeneticus is cruciaal Aan hand van twee casussen willen we het zorgpad

Nadere informatie

Van transplantatie tot pil

Van transplantatie tot pil Van transplantatie tot pil Ontwikkelingen binnen de afdeling Hematologie Hanneke C. Kluin-Nelemans Afdeling Hematologie samen werken aan de zorg voor kanker Hematologen houden van bloed! Afdeling Hematologie

Nadere informatie

THERAPIE. a randomized phase III trial of the Dutch-Belgian HOVON study group

THERAPIE. a randomized phase III trial of the Dutch-Belgian HOVON study group Hoge dosis versus hoge dosis in combinatie met intermediaire dosis bij patiënten met nieuw gediagnosticeerde chronische myeloïde leukemie: een gerandomiseerde fase III-studie van de Stichting Hemato- Oncologie

Nadere informatie

Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie

Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie Thema: Leukemie Een patiente met acute leukemie Bloed en beenmerg Acute leukemie Chronische leukemie Prof.dr. Hanneke C. Kluin-Nelemans Afdeling Hematologie Samenstelling van onstolbaar gemaakt bloed Bloedcellen

Nadere informatie

Aanbevelingen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie 2011

Aanbevelingen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie 2011 GERECTIFICEERDE VERSIE Aanbevelingen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie 2011 Guidelines for treatment of chronic myeloid leukemia 2011 G.J. Ossenkoppele, J.J.W.M. Janssen, E.F.M. Posthuma,

Nadere informatie

PROJECT PREMIER PRECISE MUTATION ANALYSIS IN EMERGING TKI RESISTANCE

PROJECT PREMIER PRECISE MUTATION ANALYSIS IN EMERGING TKI RESISTANCE PROJECT PREMIER PRECISE MUTATION ANALYSIS IN EMERGING TKI RESISTANCE Next Generation Sequencing (NGS) BCR-ABL1 puntmutatietest voor optimale monitoring van CML en Ph+ ALL patiënten Voordelen NGS BCR-ABL1

Nadere informatie

Minimal Residual Disease (MRD)) onderzoek. bij hematologische maligniteiten

Minimal Residual Disease (MRD)) onderzoek. bij hematologische maligniteiten Minimal Residual Disease (MRD)) onderzoek bij hematologische maligniteiten MRD Principe, doel en eigenschappen Technieken voor MRD analyse Klinische toepassingen Minimal Residual Disease Bij diagnose:

Nadere informatie

Chronische myeloïde leukemie (CML)

Chronische myeloïde leukemie (CML) Interne geneeskunde Patiënteninformatie Chronische myeloïde leukemie (CML) U ontvangt deze informatie, omdat bij u chronische myeloïde leukemie (CML) is geconstateerd. Bij deze aandoening is er iets mis

Nadere informatie

Tabel 1B. Kerngegevens van de Dasisionstudie. Nilotinib 2 dd. Imatinib 1 dd 400 mg (%) (%) MR 4 @ 5 jaar 42 53. MR 4,5 @ 5 jaar 30 37

Tabel 1B. Kerngegevens van de Dasisionstudie. Nilotinib 2 dd. Imatinib 1 dd 400 mg (%) (%) MR 4 @ 5 jaar 42 53. MR 4,5 @ 5 jaar 30 37 5 Richtlijnen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie anno 2014 Guidelines for the treatment of chronic myeloid leukemia in the year 2014 dr. J.J.W.M. Janssen 1, prof. dr. J.J. Cornelissen

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting In dit proefschrift worden diagnostische en therapeutische aspecten van acute leukemie bij kinderen beschreven, o.a. cyto-immunologische en farmacologische aspecten en allogene

Nadere informatie

Inhoud. Schematische voorstelling van de afname van leukemiecellen in de loop van de behandeling

Inhoud. Schematische voorstelling van de afname van leukemiecellen in de loop van de behandeling CML Patiënten Pas De behandeling van chronische myeloïde leukemie (CML) is gericht op het doden van tenminste 99,9% van de leukemiecellen in de eerste 12 maanden van de behandeling. In de meeste gevallen

Nadere informatie

Aanbevelingen voor de behandeling van mensen met CML

Aanbevelingen voor de behandeling van mensen met CML Aanbevelingen voor de behandeling van mensen met CML Een patiëntvriendelijke samenvatting van de aanbevelingen van het European LeukemiaNet (2013) voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie Uitgegeven

Nadere informatie

Richtlijnen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie anno 2014. Guidelines for the treatment of chronic myeloid leukemia in the year 2014

Richtlijnen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie anno 2014. Guidelines for the treatment of chronic myeloid leukemia in the year 2014 Ned Tijdschr Hematol 2014;11:5 Richtlijnen Richtlijnen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie anno 2014 Guidelines for the treatment of chronic myeloid leukemia in the year 2014 dr. J.J.W.M.

Nadere informatie

CML en stoppen moleculaire diagnostiek

CML en stoppen moleculaire diagnostiek CML en stoppen moleculaire diagnostiek Moderator Dr. P. Kuiper-Kramer 1st author / speaker Dr. Bert A. van der Reijden Bert.vanderReijden@radboudumc.nl Dept of Laboratory Medicine, Laboratory of Hematology

Nadere informatie

Medicamenteuze behandeling van chronische myeloïde leukemie: een kosteneffectiviteitsanalyse van 1e- en 2e-lijnsbehandeling

Medicamenteuze behandeling van chronische myeloïde leukemie: een kosteneffectiviteitsanalyse van 1e- en 2e-lijnsbehandeling Oorspronkelijke stukken Medicamenteuze behandeling van chronische myeloïde leukemie: een kosteneffectiviteitsanalyse van 1e- en 2e-lijnsbehandeling m.t.groot, g.j.ossenkoppele, m.h.h.kramer, g.van den

Nadere informatie

SAMENVATTING - PROTEASOOMREMMERS IN ACUTE LEUKEMIE

SAMENVATTING - PROTEASOOMREMMERS IN ACUTE LEUKEMIE SAMENVATTING - PROTEASOOMREMMERS IN ACUTE LEUKEMIE Acute leukemie omvat ongeveer 30% van alle kanker bij kinderen. In Nederland worden ongeveer 120 kinderen per jaar met acute lymfatische leukemie (ALL)

Nadere informatie

de behandeling van mensen

de behandeling van mensen Aanbevelingen voor de behandeling van mensen met CML patiëntenorganisatie bloedkanker lymfklierkanker stamceltransplantatie patiëntenorganisatie bloedkanker lymfklierkanker stamceltransplantatie Een uitgave

Nadere informatie

Samenvatting en Discussie

Samenvatting en Discussie 101 102 Pregnancy-related thrombosis and fetal loss in women with thrombophilia Samenvatting Zwangerschap en puerperium zijn onafhankelijke risicofactoren voor veneuze trombose. Veneuze trombose is een

Nadere informatie

DE ROL VAN DOELGERICHTE THERAPIE (TARGETED THERAPY) IN CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE.

DE ROL VAN DOELGERICHTE THERAPIE (TARGETED THERAPY) IN CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE. FACULTEIT GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN Academiejaar 2008-2009 DE ROL VAN DOELGERICHTE THERAPIE (TARGETED THERAPY) IN CHRONISCHE MYELOÏDE LEUKEMIE. Tom VAN DER HEYDEN Promotor: Dr. B. Poppe Scriptie

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Analyse van chromosomale afwijkingen in gastrointestinale tumoren In het ontstaan van kanker spelen vele moleculaire processen een rol. Deze processen worden in gang gezet door

Nadere informatie

STI571: een nieuwe dimensie in de behandeling van chronische myeloïde leukemie

STI571: een nieuwe dimensie in de behandeling van chronische myeloïde leukemie 15 Schuppan D, Jia JD, Brinkhaus B, Hahn E. Herbal products for liver diseases: a therapeutic challenge for the new millennium. Hepatology 1999;30:1099-104. 16 Escher M, Desmeules J, Giostra E, Mentha

Nadere informatie

Genetische veranderingen bij chronische myeloïde leukemie met t(9;22)(q34;q11)/bcr-abl1: achtergronden en klinische consequenties

Genetische veranderingen bij chronische myeloïde leukemie met t(9;22)(q34;q11)/bcr-abl1: achtergronden en klinische consequenties 162 Genetische veranderingen bij chronische myeloïde leukemie met t(9;22)(q34;q11)/bcr-abl1: achtergronden en klinische consequenties Genetic changes in chronic myeloid leukemia with t(9;22)(q34;q11)/bcr-abl1:

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Het multipel myeloom of de ziekte van Kahler is een kwaadaardige celwoekering van plasmacellen in het beenmerg die een monoklonale zware of lichte keten immunoglobuline produceren.

Nadere informatie

Reeks 13 Vergeten Organen Avond 5: Het bloed Prof.dr. Schouten

Reeks 13 Vergeten Organen Avond 5: Het bloed Prof.dr. Schouten Reeks 13 Vergeten Organen Avond 5: Het bloed Prof.dr. Schouten Hematologie voor de Dummies Gezondheidsuniversiteit PSC MSC plt ery mono neutro eo baso LSC Blympho T lympho PSC SCF MSC IL3 LSC GM-CSF MPL

Nadere informatie

Chronische lymfatische leukemie Arnon Kater

Chronische lymfatische leukemie Arnon Kater Chronische lymfatische leukemie Arnon Kater http://www.lymmcare.nl/ CLL Epidemiologie Prognostische factoren Biologie en targeted therapy Huidige behandeling en studies CLL: epidemiologie CLL is de meest

Nadere informatie

Zin of onzin van moleculaire onco-hematologie in een perifeer labo

Zin of onzin van moleculaire onco-hematologie in een perifeer labo Zin of onzin van moleculaire onco-hematologie in een perifeer labo een kwestie van service! 06 januari 2004 Pieter De Schouwer 1 periferie??? Waar is het centrum? 06 januari 2004 Pieter De Schouwer 2 Leuven?

Nadere informatie

Toegespitste benadering voor de individuele patiënt met acute myeloïde leukemie

Toegespitste benadering voor de individuele patiënt met acute myeloïde leukemie Toegespitste benadering voor de individuele patiënt met acute myeloïde leukemie 4 oktober 2018 Jurjen Versluis j.versluis.1@erasmusmc.nl Klinische Dag NVvH 04 oktober 2018 Disclosure belangen Jurjen Versluis

Nadere informatie

Myelofibrose, PV en ET. Harry C Schouten Department of Hematology Maastricht University Medical Center Maastricht, Netherlands

Myelofibrose, PV en ET. Harry C Schouten Department of Hematology Maastricht University Medical Center Maastricht, Netherlands Myelofibrose, PV en ET Harry C Schouten Department of Hematology Maastricht University Medical Center Maastricht, Netherlands plt ery MSC PSC mono neutro eo baso Blympho LSC T lympho MyeloProliferatieve

Nadere informatie

Therapie op maat voor patiënt met Acute lymfatische Leukemie. Dr V. de Haas Kinderarts-oncoloog/hematoloog Hoofd SKION laboratorium

Therapie op maat voor patiënt met Acute lymfatische Leukemie. Dr V. de Haas Kinderarts-oncoloog/hematoloog Hoofd SKION laboratorium Therapie op maat voor patiënt met Acute lymfatische Leukemie Dr V. de Haas Kinderarts-oncoloog/hematoloog Hoofd SKION laboratorium Casus 8-jarig meisje wordt gezien door huisarts - Sinds een week bleek

Nadere informatie

Acute myeloïde leukemie. Annoek Broers 7e nascholing hematologie 20-03-2014

Acute myeloïde leukemie. Annoek Broers 7e nascholing hematologie 20-03-2014 Acute myeloïde leukemie Annoek Broers 7e nascholing hematologie 20-03-2014 Bloedcelvorming - hematopoiese selfrenewal Multilineage differentiation Acute myeloïde leukemie - AML Normaal beenmerg Bloedarmoede

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19745 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Faaij, Claudia Margaretha Johanna Maria Title: Cellular trafficking in haematological

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING 2 NEDERLANDSE SAMENVATTING VOOR NIET-INGEWIJDEN In gezonde personen is er een goede balans tussen cellen die delen en cellen die doodgaan. In sommige gevallen wordt deze balans verstoord en delen cellen

Nadere informatie

Trombocytose. Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog ZNA Stuivenberg ZNA Medisch Centrum Regatta 3 juni 2014

Trombocytose. Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog ZNA Stuivenberg ZNA Medisch Centrum Regatta 3 juni 2014 Trombocytose Dr. Dimitri Breems, internist-hematoloog ZNA Stuivenberg ZNA Medisch Centrum Regatta 3 juni 2014 Casus 1 Vrouw, 25 jaar Laboratoriumonderzoek hemoglobine 11,2 g/dl 11,0-14,4 hematocriet 0,341

Nadere informatie

De behandeling van verschillende soorten maligniteiten heeft. Resistentie tegen tyrosinekinaseremmers

De behandeling van verschillende soorten maligniteiten heeft. Resistentie tegen tyrosinekinaseremmers overzichtsartikel Resistentie tegen tyrosinekinaseremmers A.G. Lankheet a *, J.H. Beijnen bd, J.H.M. Schellens cd en A.D.R. Huitema b a Apotheker-onderzoeker, Apotheek Slotervaartziekenhuis/Antoni van

Nadere informatie

OLIJFdag 3 oktober 2015

OLIJFdag 3 oktober 2015 OLIJFdag 3 oktober 2015 Nieuwe behandelingen bij eierstokkanker Els Witteveen Internist-oncoloog Huidige en nieuwe inzichten Intraperitoneale toediening Toevoeging van bevacizumab Dose dense toediening

Nadere informatie

CML Stoppen van TKI behandeling

CML Stoppen van TKI behandeling CML Stoppen van TKI behandeling Nicole Blijlevens, internist-hematoloog Doelen van CML behandeling 1. Overleving - voorkomen progressie - voorkomen CML-gerelateerde dood 2. Tolereerbare behandeling 3.

Nadere informatie

De achilleshiel van CLL

De achilleshiel van CLL De achilleshiel van CLL Dr. S.H. Tonino 22 november 2012 Afdeling Hematologie AMC, Amsterdam Chronische lymfatische leukemie 1. wat is chronische lymfatische leukemie (CLL?) 2. behandeling anno 2012 3.

Nadere informatie

Hypereosinofiel syndroom

Hypereosinofiel syndroom Hypereosinofiel syndroom R. Fijnheer Meander Medisch Centrum/UMCUtrecht HES Incidentie: 2-4 per 1.000.000 per jaar Man> vrouw Leeftijd: 30-70 erg in belangstelling: glivec, mepolizumab etc. Lastig voor

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting CHAPTER 7

Nederlandse samenvatting CHAPTER 7 Nederlandse samenvatting CHAPTER 7 Chapter 7 Chemotherapie is naast operatieve verwijdering en/of bestraling van tumoren de meeste toegepaste methode voor de behandeling van kanker bij kinderen. Hoewel

Nadere informatie

Kosteneffectiviteit van de behandeling van chronische myeloïde leukemie in het imatinibtijdperk

Kosteneffectiviteit van de behandeling van chronische myeloïde leukemie in het imatinibtijdperk Kosteneffectiviteit van de behandeling van chronische myeloïde leukemie in het imatinibtijdperk Auteurs Trefwoorden M.T. Groot, G.J. Ossenkoppele, S.D. Reed, P.C. Huijgens en C.A. Uyl-de Groot chronische

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 10 januari 2007 Farmatec/P 2742562 7 maart 2007

Uw brief van Uw kenmerk Datum 10 januari 2007 Farmatec/P 2742562 7 maart 2007 Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ 'S-GRAVENHAGE Uw brief van Uw kenmerk Datum 10 januari 2007 Farmatec/P 2742562 7 maart 2007 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

Folliculair Lymfoom graad 3B (FL3B)

Folliculair Lymfoom graad 3B (FL3B) Nederlandse samenvatting Folliculair Lymfoom graad 3B (FL3B) Inleiding Een maligne lymfoom is een kwaadaardige woekering van witte bloedcellen die zich meestal manifesteert in lymfeklieren en zich verspreidt

Nadere informatie

CHAPTER XII. Nederlandse Samenvatting

CHAPTER XII. Nederlandse Samenvatting CHAPTER XII Nederlandse Samenvatting Dit proefschrift behelst een aantal klinische en translationele studies met betrekking tot de behandeling van het primair operabel mammacarcinoom. Zowel aspecten van

Nadere informatie

NK cellen of Natural Killer cellen bieden een aangeboren bescherming tegen

NK cellen of Natural Killer cellen bieden een aangeboren bescherming tegen Nederlandse samenvatting NK cellen of Natural Killer cellen bieden een aangeboren bescherming tegen ziekteverwekkende indringers zoals virussen maar ook tegen kankercellen. In patiënten met kanker functioneren

Nadere informatie

Nieuwe middelen in acute lymfatische leukemie. Anita W Rijneveld Erasmus MC, Rotterdam

Nieuwe middelen in acute lymfatische leukemie. Anita W Rijneveld Erasmus MC, Rotterdam Nieuwe middelen in acute lymfatische leukemie Anita W Rijneveld Erasmus MC, Rotterdam EFS bij volwassenen 100% 80% 1989-1994 1995-2000 2001-2006 2007-2012 RSR 60% 40% 2007-2012 20% 0% 1989-1994 0 1 2 3

Nadere informatie

Myeloproliferatieve aandoeningen (MPD)

Myeloproliferatieve aandoeningen (MPD) Myeloproliferatieve aandoeningen (MPD) van nieuwe inzichten naar nieuwe behandelingen Reinier Raymakers, internist-hematoloog UMC Utrecht Myeloproliferatieve aandoeningen Toename in bloedcelaanmaak Rode

Nadere informatie

Auteurs. W. Deenik en J.J. Cornelissen. Trefwoorden. allogene stamceltransplantatie, CML, imatinib, nieuwe inhibitoren, resistentie

Auteurs. W. Deenik en J.J. Cornelissen. Trefwoorden. allogene stamceltransplantatie, CML, imatinib, nieuwe inhibitoren, resistentie Resistentie tegen imatinib bij de behandeling van chronische myeloïde leukemie: mechanismen, het belang van adequate responsmonitoring en behandelingsmogelijkheden Auteurs Trefwoorden W. Deenik en J.J.

Nadere informatie

WHO classificatie AML RBM 15-januari 2009

WHO classificatie AML RBM 15-januari 2009 WHO classificatie AML 2008 RBM 15-januari 2009 AML > 20% blasten in beenmerg of bloed uitzondering AML met t(8;21), inv(16),t(16;16) of t(15;17) Promonocyten worden bij de blasten gerekend AML with recurrent

Nadere informatie

Prognostische toepassing van flowcytometrie bij het myelodysplastisch syndroom

Prognostische toepassing van flowcytometrie bij het myelodysplastisch syndroom Workshop Flowcytometrie in MDS 5 september 2012 Prognostische toepassing van flowcytometrie bij het myelodysplastisch syndroom Canan Alhan VU Medisch Centrum Cancer Center Amsterdam Klinische prognostische

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20929 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Rutten, Caroline Title: HLA-DP specific responses in allogeneic stem cell transplantation

Nadere informatie

Samenvatting. Reumatoïde artritis: biologicals en bot

Samenvatting. Reumatoïde artritis: biologicals en bot * Samenvatting Reumatoïde artritis: biologicals en bot Samenvatting In deel I van dit proefschrift worden resultaten gepresenteerd van onderzoek naar gegeneraliseerd botverlies (osteoporose) in patiënten

Nadere informatie

BRCA diagnostiek en PARP inhibitoren

BRCA diagnostiek en PARP inhibitoren BRCA diagnostiek en PARP inhibitoren Ovariumcarcinoom Hooggradig sereus ovariumcarcinoom (HGSOC) Ongeveer 50% vertoont een defect in een gen betrokken bij homologe recombinatie gemedieerde DNA reparatie

Nadere informatie

Behandeling op maat. Mammacarcinoom en targeted therapy 4 e mammacongres Harderwijk. Carolien P. Schröder, MD, PhD Internist oncoloog UMCG

Behandeling op maat. Mammacarcinoom en targeted therapy 4 e mammacongres Harderwijk. Carolien P. Schröder, MD, PhD Internist oncoloog UMCG Behandeling op maat Carolien P. Schröder, MD, PhD Internist oncoloog UMCG Mammacarcinoom en targeted therapy 4 e mammacongres Harderwijk C.P. Schröder internist oncoloog Mammacarcinoom en targeted therapy

Nadere informatie

Uw brief van Uw kenmerk Datum 11 januari 2008 Farmatec/FZ juli 2008

Uw brief van Uw kenmerk Datum 11 januari 2008 Farmatec/FZ juli 2008 Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ 'S-GRAVENHAGE Uw brief van Uw kenmerk Datum 11 januari 2008 Farmatec/FZ-2825521 9 juli 2008 Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer

Nadere informatie

Multipel myeloom 2012

Multipel myeloom 2012 Multipel myeloom 2012 Op weg naar genezing? Prof. Dr. R Schots MYELOOMKLINIEK UZ Brussel Mijlpalen in de geschiedenis 1969 2008 1996 Mijlpalen in de behandeling van multipel myeloom Autologe stamceltransplantatie

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING 146 Klinische en immunologische aspecten van pretransplantatie bloedtransfusies Inleiding Bloedtransfusies worden in de meeste gevallen gegeven aan patiënten die een tekort hebben

Nadere informatie

Samenvatting voor niet ingewijden

Samenvatting voor niet ingewijden Samenvatting voor niet ingewijden Samenvatting voor niet ingewijden Hematopoïese Bloedcellen worden in het beenmerg gevormd waar de moedercellen, de zogenaamde stamcellen, zich bevinden. Deze stamcel kan

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Sinds enkele decennia is de acute zorg voor brandwondenpatiënten verbeterd, hetgeen heeft geresulteerd in een reductie van de mortaliteit na verbranding, met name van patiënten

Nadere informatie

Oncologische zorg bij ouderen

Oncologische zorg bij ouderen Oncologische zorg bij ouderen Balanceren tussen over- en onderbehandeling Johanneke Portielje, HagaZiekenhuis Kring ouderenzorg AMC & partners 12 juni 2013 mamma carcinoom

Nadere informatie

Richtlijn verworven aplastische anemie

Richtlijn verworven aplastische anemie Richtlijn verworven aplastische anemie Stijn Halkes Afdeling hematologie LUMC Subwerkgroep aplastische anemie Nederlandse Vereniging voor Hematologie Belangenverklaring In overeenstemming met de regels

Nadere informatie

Chronische Lymfatische Leukemie. anno 2015

Chronische Lymfatische Leukemie. anno 2015 Chronische Lymfatische Leukemie anno 2015 Marten R. Nijziel, internist-hematoloog Máxima Medisch Centrum Eindhoven/Veldhoven Hematon Leukemiedag Soesterberg, 3 oktober 2015 Wat is CLL? Wat is nodig voor

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 147 148 Maligne lymfomen zijn kwaadaardige woekeringen van verschillende typen witte bloedcellen. Deze aandoeningen ontstaan meestal in lymfklieren, maar in ongeveer 40% van de

Nadere informatie

TRIPLE NEGATIEF BORSTKANKER. Nieuwe ontwikkelingen en onderzoek. Rianne Oosterkamp, internist-oncoloog Medisch Centrum Haaglanden

TRIPLE NEGATIEF BORSTKANKER. Nieuwe ontwikkelingen en onderzoek. Rianne Oosterkamp, internist-oncoloog Medisch Centrum Haaglanden TRIPLE NEGATIEF BORSTKANKER Nieuwe ontwikkelingen en onderzoek Rianne Oosterkamp, internist-oncoloog Medisch Centrum Haaglanden Triple negatief borstkanker TNBC Geen ER Geen PR Geen HER2 (Nog) geen target

Nadere informatie

PAROXYSMALE NACHTELIJKE HEMOGLOBINURIE

PAROXYSMALE NACHTELIJKE HEMOGLOBINURIE PAROXYSMALE NACHTELIJKE HEMOGLOBINURIE Henk Wind Afdeling Immunologie Erasmus MC Woerden 30-10-2008 INTRODUCTIE PNH is het gevolg van een klonale expansie van een gemuteerde hematopoëtische stamcel. Klinisch

Nadere informatie

Azool resistentie in Aspergillus fumigatus in Nederland

Azool resistentie in Aspergillus fumigatus in Nederland Azool resistentie in Aspergillus fumigatus in Nederland - Het totaal aantal aspergillose patiënten in Nederland Het totaal aantal gevallen van invasieve aspergillose in Nederland is niet goed bekend. Mijn

Nadere informatie

Moleculaire Diagnostiek binnen een routine Pathologie Laboratorium

Moleculaire Diagnostiek binnen een routine Pathologie Laboratorium Moleculaire Diagnostiek binnen een routine Pathologie Laboratorium Winand N.M. Dinjens Laboratorium voor Moleculaire Diagnostiek Afdeling Pathologie Josephine Nefkens Instituut (JNI) Erasmus MC, Universitair

Nadere informatie

MPN MPN. Nieuwe evoluties en mogelijkheden in de behandeling van myeloproliferatieve aandoeningen. Professor Dr Timothy Devos

MPN MPN. Nieuwe evoluties en mogelijkheden in de behandeling van myeloproliferatieve aandoeningen. Professor Dr Timothy Devos Nieuwe evoluties en mogelijkheden in de behandeling van myeloproliferatieve aandoeningen MPN MPN Professor Dr Timothy Devos 28 oktober 2017 MPN contactdag te Leiden MPN Stichting MPN M MYELO P N beenmerg

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19981 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/19981 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19981 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Hambach, Lothar Wolfgang Heinrich Title: The human minor histocompatibility antigen

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Chapter 8 112 Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Insulin induceert complexe responsen in perifere weefsel zoals de skeletspier, vet, hart, lever en het brein om

Nadere informatie

Identifying therapeutic targets by elucidating signaling pathways in pediatric lymphoid leukemias van der Sligte, Naomi Eline

Identifying therapeutic targets by elucidating signaling pathways in pediatric lymphoid leukemias van der Sligte, Naomi Eline University of Groningen Identifying therapeutic targets by elucidating signaling pathways in pediatric lymphoid leukemias van der Sligte, Naomi Eline IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's

Nadere informatie

CHAPTER 10. Nederlandse samenvatting

CHAPTER 10. Nederlandse samenvatting CHAPTER 10 Nederlandse samenvatting Om uit te groeien tot een kwaadaardige tumor met uitzaaiïngen moeten kankercellen een aantal karakteristieken verwerven. Eén daarvan is het vermogen om angiogenese,

Nadere informatie

Aanbevelingen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie namens de HOVON Leukemie Werkgroep

Aanbevelingen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie namens de HOVON Leukemie Werkgroep Aanbevelingen voor de behandeling van chronische myeloïde leukemie namens de HOVON Leukemie Werkgroep Recommendations for the treatment of chronic myeloid leukemia on behalf of the HOVON Leukemia Working

Nadere informatie

C h a p t e r. Nederlandse Samenvatting

C h a p t e r. Nederlandse Samenvatting C h a p t e r Nederlandse Samenvatting Nederlandse samenvatting Chronische B-cel leukemie In het beenmerg bevinden zich hematopoietische stamcelen die de continue aanmaak van bloed- en afweercelen, ook

Nadere informatie

Samenvatting CHAPTER9

Samenvatting CHAPTER9 Samenvatting CHAPTER9 Samenvatting Primaire hooggradige hersentumoren vormen een ernstig probleem voor zowel volwassenen als kinderen. Ondanks de multimodale behandeling van deze hersentumoren, bestaande

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting 105 Nederlandse Samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift is het bestuderen van de relatie tussen de expressie van potentieel prognostische tumormarkers

Nadere informatie

Medicijncombinatie kan kankerpatiënt schaden Kankerpatiënt slikt vaak riskante mix van medicijnen

Medicijncombinatie kan kankerpatiënt schaden Kankerpatiënt slikt vaak riskante mix van medicijnen Medicijncombinatie kan kankerpatiënt schaden Kankerpatiënt slikt vaak riskante mix van medicijnen Pas op met medicatie tijdens chemotherapie! Kankerpatiënten lopen risico dat medicijnen kanker behandeling

Nadere informatie

Myelodysplastisch syndroom

Myelodysplastisch syndroom Inwendige geneeskunde Myelodysplastisch syndroom www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl INW022 / Myelodysplastisch syndroom / 20-07-2013 2 Myelodysplastisch

Nadere informatie

CAR-T THERAPIE VOOR ACUTE LEUKEMIE: SUCCESSEN, UITDAGINGEN, OPEN VRAGEN

CAR-T THERAPIE VOOR ACUTE LEUKEMIE: SUCCESSEN, UITDAGINGEN, OPEN VRAGEN DIENST HEMATOLOGIE UZ GENT CAR-T THERAPIE VOOR ACUTE LEUKEMIE: SUCCESSEN, UITDAGINGEN, OPEN VRAGEN PENTALFA 15 NOVEMBER 2018 Prof. Dr. Tessa Kerre UZG ACUTE LEUKEMIE: ALL VS AML VS MPAL 2 ALL VS AML Hematopoëse

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/33832 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/33832 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/33832 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Krens, Lisanne Title: Refining EGFR-monoclonal antibody treatment in colorectal

Nadere informatie

Nieuwe strategieën voor de behandeling van chondrosarcomen. Nederlandse samenvatting

Nieuwe strategieën voor de behandeling van chondrosarcomen. Nederlandse samenvatting Nieuwe strategieën voor de behandeling van chondrosarcomen Nederlandse samenvatting Inhoud Chondrosarcomen: entiteit, gradering, behandeling en prognose Benigne versus maligne kraakbeenvormende tumoren

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift richt zich op statinetherapie in type 2 diabetespatiënten; hiervan zijn verschillende aspecten onderzocht. In Deel I worden de effecten van statines op LDLcholesterol en cardiovasculaire

Nadere informatie

Myelodysplastisch syndroom

Myelodysplastisch syndroom Myelodysplastisch syndroom Dr. A.H.E. Herbers Hematoloog-Oncoloog 7 februari 2018 Myelodysplastisch syndroom Masterclass 7/2/18 Myelodysplastisch syndroom= MDS Opbouw presentatie: Meeste informatie is

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 101 Chapter 7 SAMENVATTING Maligne tumoren van de larynx en hypopharynx ( keelkanker ) zijn de zesde meest voorkomende type kankers van het hele lichaam, en de meest voorkomende

Nadere informatie

Juveniele myelomonocytaire leukemie. Andrica de Vries

Juveniele myelomonocytaire leukemie. Andrica de Vries Juveniele myelomonocytaire leukemie Andrica de Vries CMMol bij kinderen, anders dan bij volwassenen? Andrica de Vries Casus 2 jaar oud meisje Symptomen: moeheid, recidiverende infecties, bleek, hepatosplenomegalie

Nadere informatie

Plussen en minnen in de MPN hoe krijg je de Ph- MPN positief en de Ph+ MPN negatief?

Plussen en minnen in de MPN hoe krijg je de Ph- MPN positief en de Ph+ MPN negatief? Plussen en minnen in de MPN hoe krijg je de Ph- MPN positief en de Ph+ MPN negatief? Dr. Peter E. Westerweel, hematoloog Albert Schweitzer Ziekenhuis, Dordrecht Klinische Dag NVvH 15 oktober 2015 Disclosure

Nadere informatie

Moderator. Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC

Moderator. Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC MYELOFIBROSE: DILEMMA VAN TRANSPLANTEREN Moderator Dr. B.J. Biemond Speaker Drs. A.M.P. Demandt Internist-hematoloog MUMC Belangenverklaring In overeenstemming met de regels van de Inspectie van de Gezondheidszorg

Nadere informatie

Dysplasie in AML en (cyto)genetische. afwijkingen: Chromosoom 3q26 afwijkingen en EVI1

Dysplasie in AML en (cyto)genetische. afwijkingen: Chromosoom 3q26 afwijkingen en EVI1 Dysplasie in AML en (cyto)genetische afwijkingen: Chromosoom 3q26 afwijkingen en EVI1 patient 0390606 BM H11-172 8-2-2011 patient 0390606 dag 24 kuur I H11-428 4-4-2011 patient 0390606 dag 24 kuur I H11-428

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. (summary in Dutch)

Nederlandse samenvatting. (summary in Dutch) (summary in Dutch) Type 2 diabetes is een chronische ziekte, waarvan het voorkomen wereldwijd fors toeneemt. De ziekte wordt gekarakteriseerd door chronisch verhoogde glucose spiegels, wat op den duur

Nadere informatie