Besluitenlijst van de vergadering van het Algemeen Bestuur van het Recreatieschap Rottemeren op 3 december 2015

Transcriptie

1 AB 28 APRIL 2016 RM enlijst van de vergadering van het Algemeen Bestuur van het Recreatieschap Rottemeren op 3 december 2015 Aanwezig Dhr. R.A. Janssen (provincie Zuid-Holland), D.B. van Woudenberg (gemeente Zuidplas), dhr. J. Heuvelink (gemeente Lansingerland), mevr. K. Arends (gemeente Lansingerland), Mevr. I. den Heijer (gemeente Lansingerland), Dhr. J. Hordijk (gemeente Zuidplas), mevr. J. Vroegop-de Bruijne (gemeente Zuidplas), dhr.j. Sytsema, (ambtelijk, G.Z-H), dhr. R. Feddema (ambtelijk, provincie) en dhr. J. Cornips (ambtelijk secretaris, G.Z-H). Afwezig met kennisgeving Dhr. R.A.M. van der Sande (Provincie Zuid-Holland), Dhr. J.F. Weber (Provincie Zuid-Holland), Dhr. A.L.H. Visser (Gemeente Rotterdam), Dhr. P.J. Langenberg (Gemeente Rotterdam), Dhr. B.J. Eerdmans (Gemeente Rotterdam) Voorzitter Dhr. R.A. Janssen (provincie Zuid-Holland) Bestuurlijk secretaris Dhr. J. Heuvelink Plaats Retraiterie Rottemeren, Bleiswijk Penningmeester Niet benoemd Tijd 13:00 uur Nr. Agendapunt 1 Opening en Dhr. Janssen opent om uur de vergadering. mededelingen 2. Verhaallijnen De Rotte Dhr. Heuvelink geeft een korte introductie. De st. Plezierrivier De Rotte is een zelfstandige stichting van enthousiaste en betrokken burgers en professionals met ambities voor het gebied rond de Rotte. Het recreatieschap heeft dit omarmd en financieel ondersteund om een gezamenlijk proces in te gaan, met als doel partijen bij elkaar te brengen en te komen tot een plan voor marketing en campagne. Dit heeft geleid tot een mooi product. Als portefeuillehouder heeft dhr. Heuvelink de stichting gevraagd met deit product naar buiten te treden bij de verschillende besturen van de betrokken overheden. Dhr. Dekker geeft namens de St. Plezierrivier een presentatie over het de Verhaallijn De Rotte. De Stichting Plezierrivier is in het leven geroepen vanuit de persoonlijke betrokkenheid en professionele interesse om de kansen voor de Rotte en haar omgeving beter te benutten en partijen hiervoor bij elkaar te brengen. De Rotte is een uniek gebied met unieke kwaliteit, maar nog relatief onbekend en onbenut. Het belangrijkste doel van de stichting is om partijen bij elkaar te brengen die samenwerken om het gebied verder bekend te maken. De verhaallijn De Rotte beweegt je is een perspectief voor belanghebbenden en ondernemers en is gericht op het positioneren, profileren en branden van het gebied als geheel: de Rotte als merknaam, vergelijkbaar met de Veluwe. Vanuit de gebiedsidentiteit zijn verbindingen gelegd tussen het verleden, heden en de toekomst. Vraag is hoe heden en verleden kunnen worden gebruikt voor profilering richting de toekomst. In het proces zijn rond verschillende thema s bijeenkomsten georganiseerd, zoals Rotte cafés, en sessiebijeenkomsten. Iedere keer waren zo n 80 mensen aanwezig, waarvan ongeveer de helft ondernemer en de helft publieke partij. Langzaamaan is het aantal ondernemers toegenomen. Doel was om bottom-up met betrokken partijen samen het verhaal te maken, zodat partijen ook hun steentje willen bijdragen aan de uitvoering ervan. Het proces heeft geleid tot een aantal tastbare resultaten, zoals een boekwerk met de verhaallijn, een kaart en een website. Ook is er een platform opgericht. Het vervolg richt zich op het ontwikkelen en realiseren van verschillende initiatieven. De stichting blijft zich inzetten voor het bij elkaar brengen van partijen, marketing en communicatie voor het gebied. Daarnaast wil zij een kleine bijdrage leveren aan gebiedsontwikkeling en organisatie van evenementen, zoals Rotte cafés. Hierbij zoekt de stichting de samenwerking op met gemeenten, het recreatieschap, de provincie, landschapstafel etc., maar ook bewoners, ondernemers en andere private partners. Dhr. van Woudenberg vraagt wat het concrete doel is van de stichting voor Dhr. Dekker antwoordt dat 2016 in het teken staat van het doorontwikkelen van het digitale platform, dat wil zeggen: het verhaal vertellen, partijen en mensen enthousiast maken. Daarnaast gaat de stichting door met het organiseren van de Rotte cafés. Dhr. Van Woudenberg vraagt of de marketing zich ook richt op de bewoners van de betrokken gemeenten. 1

2 Dhr. Dekker geeft aan dat hier nog geen concrete plannen voor zijn. Dhr. Sytsema vult aan dat er gezamenlijk wordt gewerkt aan een marketing- en communicatieplan. Hierin wordt ook bekeken welke middelen ingezet kunnen worden om ondernemers te helpen en bewoners te betrekken. Beoogd wordt om een totaalplan voor het hele gebied op te stellen. Mevr. Den Heijer geeft aan dat zij het een goed verhaal vindt met een mooie ambitie, waarin zij gelooft. Zij vraagt wat de stichting nog verder nodig heeft om deze ambitie waar te maken. Dhr. Dekker antwoordt dat hiervoor een plan van aanpak wordt opgesteld, waarin wordt aangegeven welke acties en middelen de komende jaren worden ingezet om de herkenbaarheid en het gebruik van het gebied bij bewoners, recreanten, ondernemers etc. te vergroten. Dhr. Heuvelink voegt toe dat binnen verschillende progamma s wordt gewerkt aan de ontwikkeling van het gebied. Voorbeelden zijn het programma Rivieroevers en Rotte verdien het. Dit platform kan niet alleen een bijdrage leveren aan de gebiedsontwikkeling, maar heeft vooral een belangrijke rol als het gaat om het vergoten van de naamsbekendheid, marketing etc. Daarnaast komen er via het platform steeds meer initiatieven boven water drijven die allemaal kunnen bijdragen aan versterking van het gebied. Dhr. Heuvelink ziet het als een opdracht voor het schap om een structurele plaats te geven voor deze initiatieven in de ontwikkel- en beheeropgave. 3. Verslag vergadering AB Rottemeren, 2 juli Ingekomen stukken en mededelingen 6. Onderzoek Toekomstscenario s Dhr. Hordijk merkt op dat hij heel blij wordt van dit soort initiatieven. Hij vindt het mooi om te zien hoe de verbinding wordt gelegd tussen onder andere natuur, cultuur en historie. Dhr. Heuvelink geeft aan dat de inpassing van A13/A16 vandaag niet op de agenda staat. Momenteel wordt er een consultatieproces gestart met de belanghebbenden voor het ontwerpproces. Voor de volgende vergadering zal dit onderwerp op de agenda komen. Het verslag van de vergadering van het Algemeen bestuur Rottemeren, van 2 juli 2015 zonder wijzigingen vast te stellen. Besloten wordt kennis te nemen van de ingekomen stukken en schriftelijke mededelingen. Dhr. Janssen geeft het woord aan dhr. Scheublin, die namens het bestuur van St. Rotteverband wenst in te spreken over het onderwerp toekomstscenario s Rottemeren. Dhr. Scheublin geeft aan dat de St. Rotteverband zich inzet voor het behoud van het rottemerengebied, het openbare karakter van het recreatiegebied en de mogelijkheden voor met name groene vormen van recreatie in een natuurlijk en landschappelijke omgeving. De Stichting wil adviseren over de toekomstscenario s voor het Recreatieschap Rottemeren. Het onderzoek biedt geen helder advies over hoe te komen tot een efficiënte wijze van aansturing en samenwerking met van andere maatschappelijke en private partijen. Wel is duidelijk dat Rotterdam en de Provincie geen bestuurlijke verantwoordelijkheid wensen te nemen of zich op zijn minst op afstand willen plaatsen. Daarvoor in de plaats moet dan een ander organisatiemodel komen. De provincie en de gemeente Rotterdam melden dat de bestuurlijke terugtrede geen gevolgen heeft voor de financiële bijdragen. De vraag is of dit een reële verwachting is. Hoe blijft dit op lange termijn gewaarborgd? Als de provincie en de gemeente Rotterdam geen bestuurlijke verantwoordelijkheid meer dragen, ligt een terugtrekkende beweging in de financiële verantwoordelijkheid op de loer. Voor die budgetvermindering levert scenario 2 een extra risico. De van overdracht van grondeigendom aan een TBO kan nog meer reden zijn om geen verantwoordelijkheid te nemen voor het beheer van deze dan niet meer in eigendom zijnde buiten de gemeente gelegen gronden. In het voorliggende onderzoek zijn doelstelling en geconstateerde problematiek vaag en onduidelijk beschreven. De problematiek van het recreatieschap is niet goed uitgewerkt. Welk probleem gaat opgelost worden? Bij een onduidelijk probleem is het ook niet goed mogelijk een keuze te maken uit de scenario s. En wat is de winst als er wordt opgeschaald naar een Landschapstafel voor een veel grotere regio? Een concept ontwikkelagenda voor de Landschapstafel Hof van Delfland geeft de verwachting dat er nieuwe bestuurlijke drukte ontstaat op een ongrijpbaar niveau, veder weg van de direct betrokken omgeving. De Stichting Rotte-Verband adviseert niet voor een bepaald scenario, maar beperkt zich tot het aangeven van de punten die de beoordelingscriteria 2

3 zouden moeten zijn voor de scenario s: 1. Behoud van een toegankelijk recreatiegebied, 2. Behoud van de waardevolle recreatieve functie voor de regio, 3. Voldoende financiële middelen om het huidige kwaliteitsniveau te handhaven, 4. De garantie dat de huidige deelnemers van de Gemeenschappelijke Regeling hun financiële verantwoordelijkheid blijven nemen, ook als zij bestuurlijk niet meer betrokken zijn, 5. Behoud van bestuurlijke invloed bij beheer en ontwikkeling van het gebied, van belang om een goede uitvoering van de plannen te waarborgen, 6. Behoud van de mogelijkheden tot inspraak van maatschappelijke en private partijen. Het bestuurlijk model eenvoudig zijn om de bestuurlijke druk te verminderen, maar een uitvoeringsorganisatie kan alleen efficiënt werken als deze goed wordt aangestuurd en gecontroleerd door betrokken bestuurders. Het Rotte-Verband adviseert daarom voor een model waarbij: de financiën voor lange termijn zijn veilig gesteld, het bestuur op betrokken wijze de uitvoering controleert, bewaakt en aanspreekbaar is, alle lokale en regionale maatschappelijke partijen als stakeholder hun invloed effectief kunnen uitoefenen. NB. De volledige tekst van de door de inspreker ingebrachte zienswijze is als bijlage aan dit verslag toegevoegd. Dhr. Heuvelink geeft aan dat dhr. Scheublin onlangs ook heeft ingesproken in de raadscommissie. Deze inspraak heeft daar zeker zijn weerklank gehad in de beraadslaging. Het feit dat er op dit moment geen vragen zijn aan de inspreker betekent dan ook niet dat de inbreng van de stichting Rotteverband niet resoneert bij de bestuurders. Dhr. Janssen vult aan dat het bestuur de betrokkenheid zeer waardeert en waarde hecht aan het ingebrachte advies. Dhr. van Woudenberg geeft een toelichting op het doorlopen proces. Het onderzoek van Deloitte is in september besproken in het DB, waarbij besloten is om verder te kijken naar de mogelijkheden voor scenario s 2 (beheer in handen van een TBO) en scenario 5 (handhaving GR). Dit heeft geleid tot de opdracht voor een vervolgonderzoek waarin deze twee scenario s nader zijn uitgewerkt. De resultaten van dit uitgevoerde onderzoek biedt echter nog onvoldoende duidelijkheid over de concrete gevolgen van het scenario waarin het beheer van de gronden wordt overgedragen aan een TBO. Er zijn nog verschillende vragen onbeantwoord, zoals: waar moet je aan voldoen? Op welke wijze wordt invulling gegeven aan deze variant? Wordt alleen het beheer van de gronden overgedragen of ook de eigensdomsposities van de gronden? Om een antwoord te krijgen op dit soort vragen wordt nu voorgesteld een aanvullend onderzoek uit te voeren. Ten aanzien van de dienstverleningsovereenkomst luidt de opdracht om de overnamekosten, cq frictiekosten, zo laag mogelijk te houden. Daarnaast moet er helderheid komen over de wijze waarop het beschikbaar houden van de financiële middelen geborgd kan worden. Dhr. Van Woudenberg constateert dat de door de inspreker ingebrachte punten grotendeels overeenkomen met de punten die worden meegenomen in het vervolgonderzoek. Het zijn uitgangspunten die door het bestuur onderschreven worden. In feite gaat het om de vraag: hoe kun je met minder bestuurlijke drukte ervoor zorgen dat de eenheid en de kwaliteit van het gebied behouden blijven? Alle deelnemers onderstrepen dit uitgangspunt. De provincie heeft weliswaar besloten om uit de recreatieschappen te treden, maar heeft tegelijkertijd aangegeven dat zij financiële verantwoordelijkheid blijft nemen. Ook Rotterdam hecht grote waarde aan het gebied en heeft eveneens het commitment uitgesproken voor bestuurlijke betrokkenheid in de toekomst. Het voorliggende bestuursvoorstel voorziet in een opdracht voor vervolgonderzoek met drie aandachtspunren: a) de wijze waarop betrokkenheid van een terreinbeherende organisatie vorm en inhoud kan krijgen, b) de wijze waarop het behoud van financiële middelen op de lange termijn geborgd kan worden, en c) de wijze waarop de frictiekosten/ afbouwkosten zo laag mogelijk kunnen blijven. Dhr. Hordijk deelt de door de inspreker ingebrachte zorgen over de borging van de financiële betrokkenheid van de verschillende partijen. Hij vraagt in hoeverre deze financiële betrokkenheid ook voor de toekomst wordt geborgd. 3

4 Dhr. Van Woudenberg antwoordt dat dit inderdaad een belangrijk aandachtspunt is en één van de vragen is die in het vervolgonderzoek beantwoord moeten worden. Mevr. Den Heijer geeft aan dat ook vanuit de gemeenteraad van Lansingerland het belang wordt onderstreept voor de drie uitgangspunten: a) behoud van de eenheid van het gebied; b) borging van de financiële betrokkenheid van de huidige deelnemers; en c) mogelijkheden voor sturing en invloed. Er bestaan nog veel vragen de huidige bestuurlijke ontwikkelingen, de rol van de landschapstafel en de wijze waarop de provincie in de toekomst invulling zal geven aan haar betrokkenheid bij het buitenstedlijk groen. In de raadscommissie werd ook de vraag gesteld wat de urgentie is om de huidige situatie te veranderen. Voor Lansingerland zijn er geen zwaarwegende argumenten om de huidige regeling te wijzigen. Bovendien heeft de raadscommissie vraagtekens bij de wijze waarop de intentieverklaring met Staatsbosbeheer (SBB) zich verhoudt tot het proces waarin de vier partijen gezamenlijk zoeken naar een oplossing. Ten slotte wijst mevr. Den Heijer op het uitgangspunt dat niet-publieke partijen maximale invloed krijgen op het beheer. Zij vraagt of dit ruimer geformuleerd kan worden: op welke wijze kunnen private partijen maximale invloed krijgen op het beheer en ontwikkeling in het gebied? Dhr. Heuvelink onderstreept het belang van invloed van de omgeving, zowel op het beheer als op de gebiedsontwikkeling. Daarnaast plaatst hij een kanttekeing bij de financiële aspecten van de scenario s. Door gemeenten verantwoordelijk te maken voor het beheer en onderhoud van de infrastructuur, zien verschillende scenario s er financieel aantrekkelijker uit, maar de gevolgen voor de gemeenten moeten wel eerst in kaart worden gebracht. Het onderhoud en beheer van de infrastructuur behelst een substantieel deel van de totale kosten. Ook bestaat er nog veel onduidelijkheid over de frictiekosten en de rol van SBB hierbij. Leidt de keuze voor SBB inderdaad tot aanzienlijk minder frictiekosten en in hoeverre is er nog ruimte om te kiezen voor een andere terreineherende organisatie (TBO)? Dhr. Van Woudenberg antwoordt dat SBB één van de mogelijke partijen is en dat de keuze niet op voorhand al vastligt. De intentieverklaring tussen de provincie en SBB kan wel van invloed zijn op de keuze, vooral als sprake is van een aanzienlijke reductie van de frictiekosten. Het borgen van publieke invloed vraagt om bestuurlijke afstemming en het vastleggen van bestuurlijke asfpraken. Dit is absoluut nodig om de eenheid van het gebied te bewaken. Dhr. Heuvelink wijst op de vraagtekens die worden geplaatst bij de nut en noodzaak van de transitie. Hij vraagt of vertegenwoordigers van de provincie en Rotterdam de urgentie ervan nogmaals willen toelichten. Dhr. Janssen geeft aan dat de provincie deelnemer is van 10 recreatieschappen en omgevingsdienten. De bestuurlijke drukte die voortkomt uit de vele overleggen en bestuursvergaderingen is dermate groot, dat de provincie op zoek is naar een effeciëntere invulling van haar bestuurlijke betrokkenheid. Mevr. Van Leeuwen geeft aan dat ook de gemeente Rotterdam deelnemer is aan een groot aantal gemeenschappelijke regelingen. Ook voor Rotterdam is het terugdringen van bestuurlijke drukte een urgent aandachtspunt. Met name de praktische kan van het groenbeheer kan effiënter worden vorm gegeven dan het zware model van een gemeenschappelijke regeling. Tegelijkertijd ziet Rotterdam Rottemeren als een bijzonder gebied. Onlangs heeft de gemeenteraad uitgesproken dat het het in standhouden van, en mogelijk impuls geven aan, de kwaliteit van het gebied prioriteit heeft en mogelijk impuls wil geven aan de kwaliteit. De gemeente Rotterdam zal ook in de toekomst bestuurlijk en financieel betrokken blijven, maar heeft wel de hoop uitgesproken dat dit op een eenvoudigere manier kan. Mevr. Den heijer vraagt wat er voor nodig is om de juiste informatie op tafel te krijgen. Welke vraagstelling moet worden geformuleerd voor het onderzoek om de besluitvorming te ondersteunen? Dhr. Van Woudenberg antwoordt dat de vraagstelling genoemd is in het ontwerpbesluit. Er is een ambtelijke commissie die de vragen heeft geformuleerd voor het vervolgonderzoek en het onderzoek zal begeleiden. De gemeenteraden worden hierover geïnformeerd middels een brief met een toelichting van de vervolgstappen in het proces. 4

5 6. 7. Najaarsrapportage en 1 e begrotingswijziging e begrotinsgwijziging 2016 Dhr. Janssen stelt voor dat de uitvraag voor het onderzoek ook ter informatie wordt verstuurd aan het AB, met een annotatie door de portefeuillehouder, waarin duidelijk is aangegeven wat de beoogde resultaten en inzichten van het onderzoek zijn. Kennis te nemen van de terugmelding door Dagelijks Bestuur op het doorlopen proces en het inhoudelijk resultaat vastgelegd in het definitief rapport Scenarioanalyse Recreatieschap Rottemeren, d.d. 15 september 2015 en het conceptrapport Uitwerking scenario 2 (TBO) en scenario 5 (handhaven GR), d.d. 25 november Op basis van de genoemde rapportages de volgende (aanvullende) richtinggevende uitgangspunten vast te stellen: o Voorkeur om het beheer uit te besteden aan een terreinbeherende organisatie, waarbij eventueel handhaven van de gemeenschappelijke regeling beschouwd wordt als middel en niet als doel. o Voorkeur om de afbouwkosten van de dienstverleningsovereenkomst te minimaliseren. o Adequate borging van de financiering van de ontwikkelings- en beheerstaken op de lange termijn. Ook ingeval van liquidatie van de huidige gemeenschappelijke regeling of uittreding van een deelnemer. Het Dagelijks Bestuur op basis van de scenario s 2 en 5 en de vastgestelde uitgangspunten opdracht te geven tot het ontwikkelen van nadere voorstellen voor het vervolgtraject op de volgende onderwerpen: o Governance; o Financiële structuren; o Consequenties voor individuele gemeenten. Een aanvullend krediet ad ,-- beschikbaar te stellen ten laste van de Algemene Reserve ter dekking van de onderzoekskosten, inclusief de reeds uitgevoerde meerwerkopdracht. Een eventuele uitvraag voor een offerte voor het vervolgonderzoek ter kennisgeving aan het AB te versturen. Mevr. Arends geeft aan dat er een negatief saldo is ontstaan door het afgelasten van het dance-event en vraagt of er ideën zijn over hoe dit soort verliezen in de toekomst voorkomen kunnen worden. Dhr. Sytsema antwoordt dat evenementenambitie onderdeel is van een herijking, waarbij ook wordt gekeken naar de positie van de roeibaan. Het bestuur zal een uitspraak moeten doen over hoe de roeibaan zich verhoudt tot andere eventuele evenementen in het gebied. Dhr. Heuvelink geeft aan dat uit deze ervaring de les getrokken kan worden dat ondernemen ook risico op verlies met zich meebrengt en dat het bestuur hier voortaan meer beducht op moet zijn. Dhr. Hordijk stelt voor dit soort risico s voortaan ook aan de voorkant beter te benoemen. Een situatie als deze kan één keer gebeuren maar het bestuur moet hier wel zijn lering uit trekken. De Najaarsrapportage 2015 van het Recreatieschap Rottemeren vast te stellen; Goedkeuring te verlenen voor de verlenging van de volgende kredieten t/m 2016: o Krediet Onderhoud/vervanging rioolsysteem Lage en Hoge Bergse Bos; o Krediet Tussenbult. Goedkeuring te verlenen voor de verlaging van het krediet Bleiswijks Verlaat met tot ten laste van de Investeringsreserve; De 1e begrotingswijziging 2015 die resulteert uit de Najaarsrapportage 2015 vast te stellen en het nadelige exploitatiesaldo van te onttrekken uit de Algemene Reserve. Kennis te nemen van de eventuele zienswijzen van de deelnemers van het recreatieschap Rottemeren op de 1e begrotingswijziging Dhr. Heuvelink vindt het zorgelijk dat de inkomsten van erfpachtrechten terugloopt. Dit wijst er mogelijk op dat het economisch niet zo goed gaat in het gebied. Dat kan ook aan de algehele economische malaise liggen, maar er kan ook meer aan de hand zijn. 5

6 8. 9. Normenkader Rechtmatigheid 2015 Diensverleningsovereenkomst met de provincie 2016 Dhr. Janssen stelt voor uit te zoeken wat de oorzaken zijn van de teruglopende inkomsten van erfpachten. De 1e begrotingswijziging 2016 vast te stellen en het nadelige exploitatiesaldo van te onttrekken uit de Algemene Reserve. De jaarschijf 2016 van de volgende kredieten vast te stellen: 1. Programma 2, Beheer,onderhoud en exploitatie: Krediet Onderhoud/vervanging rioolsysteem Lage en Hoge Bergse Bos ; Krediet Bleiswijks Verlaat ; 2. Programma 3, Ontwikkeling: Krediet Inrichting Tussenbult ; Krediet Upgrade Convenant verlengde Molenpad ; Krediet Ontwikkeling snelweg A13/A ; Van het programmakrediet De Rotte Verdient t: Krediet Inrichting Evenemententerrein EDP ; Krediet Herinrichting plein Lage Bergse Bos ; Krediet Communicatieplan 4.750; Krediet Verkenning Hoge Bergse Bos ; Restant krediet DRV t ; Krediet Bleiswijkse Fles 8.400; Krediet Nazorgvoorzieningen Hoge Bergse Bos ; Krediet Monitoring Eendragtspolder Goedkeuring te verlenen voor de verlenging t/m 2016 van de volgende kredieten: 1. Krediet Onderhoud/vervanging rioolsysteem Lage en Hoge Bergse Bos; 2. Krediet Tussenbult. Het AB van het Recreatieschap Rottemeren voor te stellen het nadelige exploitatiesaldo van te onttrekken uit de Algemene Reserve. Kennis te nemen van de eventuele zienswijzen van de deelnemers van het recreatieschap Rottemeren op de 1e begrotingswijziging Besloten wordt het normenkader Rechtmatigheid 2015 vast te stellen. Dhr. Van woudenberg geeft aan dat het DB heeft gesproken de DVO in relatie tot de huidige ontwikkeling met betrekking tot de toekomstscenario s. Hiervoor is een notitie opgesteld, die als bijlage aan de dienstverleningsovereenkomst is toegevoegd. Mevr. Van Leeuwen vraagt wanneer er meer duidelijkheid bestaat over de voortgang van de gesprekken met SBB. Dhr. Janssen antwoordt dat het streven is om vóór de kerst helder te krijgen of er een ambtelijk akkoord kan komen over de overname door SBB. Indien daar ambtelijk overeenstemming over bestaat, dan is het streven om in het eerste kwartaal van 2016 daar ook bestuurlijk overeensytemming over te krijgen. Dhr. Heuvelink vraagt wat de strekking is van de overeenkomst. Dhr. Feddema antwoordt dat de overeenkomst erin voorziet dat taken en het personeel van G.Z-H zo veel mogelijk integraal worden overgenomen door SBB. De definitieve besluitvorming vindt echter plaats binnen de recreatieschappen. Daarom zal er ook een traject in de schappen worden doorlopen. Het is mogelijk dat de schappen voor een ander scenario kiezen. In de overeenkomst wordt hiervoor een risicobeding opgenomen. Dhr. Van Woudenberg is namens het recreatieschap aanwezig geweest bij een gesprek met de provincie, waarbij aangegeven is dat de provinie het 6

7 Digitaal verzenden van vergaderstukken Ruiterpaden Hoge Bergse Bos Project herontwikkeling 9 ha Eendragtspolder Rondvraag en sluiting risico op zich neemt wanneer personeel van de G.Z-H niet ondergebracht kunnen worden bij SBB, als gevolg van besluitvorming binnen de recreatieschappen. De vervangende Dienstverleningsovereenkomst tussen het Recreatieschap Rottemeren en de Provincie Zuid-Holland voor de periode van 1 januari 2016 tot 1 januari 2017 vast te stellen. Besloten wordt vast te stellen dat: vergaderstukken en oproepen voor bestuursvergaderingen van het Recreatieschap Rottemeren in beginsel alleen nog maar digitaal worden verzonden; vergaderstukken worden tevens of uitsluitend per post verzonden, mits bestuursleden daar expliciet om vragen. Mevr. Arends geeft aan dat hoewel zij blij is met dit maatschappelijk initiatief, het spijtig vindt dat er een forse investering gedaan moet worden. Dit terwijl het aanvankelijk ging om een bezuinigingsmaatregel. Zij pleit ervoor voortaan eerder met belanghebbenden in gesprek te gaan over bezuinigingsmaatregelen en om vanuit maatschappelijke betrokkenheid te kijken naar mogelijke oplossingen. Het is zonde van het geld. Het schap moet meer pro-actief de samenwerking opzoeken met de omgeving. Het bestuur onderschrijft dit. Dhr. Sytsema geeft aan dat in deze casus vooraf veel is gecommuniceerd met betrokkenen, via ruiters, manages etc. Toch heeft de boodschap blijkbaar een grote groep gebruikers helaas niet bereikt. Via manages en ruiterverenigingen zijn mensen uitgenodigd om hierover mee te praten, maar daar zijn geen initiatieven uit gekomen. Dhr. Janssen geeft aan dat dit een punt van aandacht is voor alle participatieprocessen om er zeker van te zijn dat alle groepen belanghebbenden ook daadwerkelijk worden bereikt. Een krediet vast te stellen ad ,-, ten laste van de Investeringsreserve, ten behoeve van het in oorspronkelijke staat aanleggen van verwijderde ruiterpaden in het Hoge Bergse Bos en bijbehorende proceskosten, nadat een beheersovereenkomst is gesloten met een nog op te richten gebruikersstichting. Dhr. Van Woudenberg geeft een korte toelichting op het verloop van het proces. Na een enigszins stroefe start, is er na de zomer een nieuwe start gemaakt met het consusltatieproces. Na consultatie bleek breed draagvlak te bestaan voor het procesontwerp. Dit is een mooi resultaat van een gezamenlijk proces. Het schetsontwerp voor de Eendragtspolder en bijbehorend projectplan vast te stellen; Prioriteit te geven aan het realiseren van de parkeervoorziening, zodat deze gereed is voor het WK roeien in augustus 2016; Opdracht te geven aan het verder uitwerken van het schetsontwerp voor de herinrichting van de overige 7 ha. inclusief de benodigde beheerarrangementen en hier nadere advisering over af te wachten; Hiervoor een krediet beschikbaar te stellen van ,-. ten laste van de Investeringsreserve. Dhr. Heuvelink vraagt naar de stand an zaken met betrekking tot het vaststellen van de gemeenschappelijke regelingen in de gemeenteraden van de deelnemers. Provincie Zuid-Holland: Provinciale Staten ingestemd met wijziging en toetreding colleges in Statenvergadering van 11 november 2015; 7

8 Gemeente Rotterdam: behandeling in raadsvergadering van 30 november 2015; Gemeente Zuidplas: Raad ingestemd met wijziging en toetreding colleges in raadsvergadering van 3 november 2015; Gemeente Langsingerland: behandeling in raadsvergadering van 17 december Dhr. Janssen dankt de aanwezigen op de publieke tribune voor de belangstelling en overige aanwezigen en sluit om uur de vergadering. Aldus vastgesteld in de vergadering van 28 april 2016 te Bleiswijk, de secretaris, de voorzitter, dhr. J. Heuvelink dhr. R.A. Janssen 8