Nieuwsbrief PTT december 2014

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Nieuwsbrief PTT december 2014"

Transcriptie

1 Aantal tellingen Nieuwsbrief PTT december 214 Beste tellers, We dachten aanvankelijk nog dat het atlaswerk het aantal getelde PTT-routes negatief zou beïnvloeden, maar dat lijkt dik mee te vallen. Tot dusver zijn over 213 van 446 routes gegevens binnengekomen. Veel dank en hulde dus aan jullie! Aantal getelde PTT-routes per jaar. Naast de tellers wil ik Erik van Winden en Jeroen Nienhuis van Sovon bedanken voor bewaking van de database en on-line invoer. Dank verder aan Adriaan Gmelig Meyling van het CBS, die de indexen berekende. De rest van deze nieuwsbrief gaat over kleine bosbewoners, die nogal wisselende trends laten zien en zich lang niet altijd houden aan de verwachtingen die we van ze hadden. Willem van Manen 1

2 Oppervlakte % Kleine bosbewoners, mezen, klevers en kruipers Rond 175 was het areaal bos in Nederland gedaald tot circa 5. ha, een absoluut dieptepunt. Daarna werd om uiteenlopende redenen het bosoppervlak uitgebreid, met snelle groei tijdens het vastleggen van de stuifzanden tussen 185 en 19, vervanging van schapenmest door kunstmest en daarmee overbodig raken van heide vanaf 192 en beplanting van IJsselmeerpolders vanaf circa 195 (Figuur 1) Opp x ha Kiemjaar (cumulatief %) Ongemengd naaldhout (%) Figuur 1. Groei van oppervlakte bos in Nederland (Bron: CBS, Wikipedia voor 175 en 185), leeftijdssamenstelling, peiljaar 25 en voorkomen van ongemengd naaldhout (Bron: Vijfde Nederlandse Bosstatistiek). Van het in aanwezige bos is nu vrijwel niets meer over, maar ongeveer 3% van het Nederlandse bos is momenteel jaar of ouder. In de loop van de tijd zijn de bossen door natuurlijke processen, selectieve kap en verandering in aanplant meer gemengd geraakt. Gevolg is dat het aandeel ongemengd naaldhout in de afgelopen 2 jaar in snel tempo is gekelderd van bijna 5% in tot iets meer dan 2% in 25 en deze ontwikkeling heeft zich na 25 ongetwijfeld voortgezet. De ontwikkelingen in het Nederlandse bos moeten enorme gevolgen hebben gehad voor haar bewoners. Met behulp van de inmiddels 36 jarige PTT-reeks, is in deze nieuwsbrief gekeken naar aantalsveranderingen bij mezen, Boomklever en Boomkruiper, soorten waarvan een groot deel van de populaties het hele jaar door in de bossen verblijft. Van de PTT-reeksen zijn gegevens gebruikt vanaf 1983, omdat vanaf dat moment jaarlijks een stabiel aantal van 3 of meer routes is geteld met een goede dekking over het hele land. Gebruik is gemaakt van de door het CBS met TRIM berekende indexen. Ter vergelijking is de broedvogeltrend gegeven vanaf 1984, eveneens een met TRIM berekende index De besproken soorten zijn voornamelijk standvogel in Nederland, van met name Zwarte Mees en in mindere mate Kool- en Pimpelmees komen jaren met najaarsinfluxen voor, maar deze waren in het algemeen geluwd wanneer de PTT-tellingen van start gaan. Hoewel Glanskop en Boomkruiper 2

3 Index 1984= gevoelig lijken te zijn voor winterkou (correlatie IJnsen vorstgetal en index voor Glanskop F=7,55, P=,1 en bij Boomkruiper F=18,25, P<,1), kan dit niet of nauwelijks invloed hebben op de langjarige trend, omdat de winters in niet warmer of kouder zijn geworden (F=,23, P=,63). Op de verspreidingskaarten is het maximum weergegeven dat op een route werd geteld binnen de aangegeven periode. Daarbij is gekozen voor de periode en als uitersten van de periode waarin gegevens van vergelijkbare kwantiteit voorhanden zijn. Glanskop Vanaf het begin van de reeks, in 1983, zijn de bossen vooral ouder geworden en meer gemengd. Hoewel we eigenlijk heel weinig weten over optimale condities voor Glanskoppen, denken we in het algemeen dat Glanskoppen hun optimum treffen in oudere, structuurrijke loof- of gemengde bossen. Op basis van deze habitateisen zou de soort gedurende de onderzoeksperiode moeten zijn toegenomen en zou het verspreidingsareaal moeten zijn uitgebreid. In Figuur 2 is te zien dat afgezien van enkele pieken en dalen de stand van de Glanskop stabiel is. Het areaal (Figuur 3) echter is ontegenzeggelijk gekrompen. Hoewel dit voor een deel te wijten kan zijn aan foute determinaties in , zijn er zowel in Noord-Brabant als Drenthe locaties waar kleine en vaak enigszins geïsoleerde populaties sindsdien zijn verdwenen (Assen en Rolde in Drenthe, Landgoed De Utrecht in Noord-Brabant). Deze krimp komt niet overeen met de verwachting. Kennelijk zijn er voor Glanskoppen meer (of geheel andere) factoren belangrijk dan alleen leeftijd en structuur van het bos. De wintertrend van de soort vertoont over de lange termijn veel overeenkomst met de broedvogeltrend (BMP), zoals mag worden verwacht bij een superstandvogel IJnsen Glanskop Winter NL Glanskop NL broedvogels Figuur 2. Pieken in het vorstgetal van IJnsen (koude winters) vallen samen met dalen in het aantalsverloop van de Glanskop in de winter. Het aantal Glanskoppen bleef stabiel over de onderzoeksperiode, wat overeenkomt met de broedvogeltrend (BMP). 3

4 Figuur 3. Verspreiding van de Glanskop in de periode en in Grijze stippen zijn getelde routes waar de soort niet werd waargenomen in genoemde periode. Matkop Matkoppen bezetten vooral jonge stadia van bos en hebben daarbij nauwelijks een voorkeur voor naald-of loofhout. Hoewel de soort soms een voorkeur lijkt te hebben voor nattere omstandigheden, komen ze van oudsher ook op de meest droge plekken van Veluwe voor. Matkoppen hakken meestal hun eigen nestholte uit in vermolmd hout. Ze zijn daarbij niet echt afhankelijk van zachthoutsoorten als wilg en berk, zoals wel eens wordt gedacht, maar hakken ook vaak holtes uit in jong gestorven naaldbomen die nog geen kernhout hebben gevormd. Het makkelijk verteerbare spinthout is in dergelijke gevallen vermolmd en de schors is als een beschermende koker aanwezig. Vanwege hun voorkeur voor jongere bossen zou je verwachten dat Matkoppen in Nederland in aantal afnemen, en het beter zouden doen in laag Nederland dan in de oudere bossen in Hoog Nederland. Matkoppen zijn inderdaad sterk in aantal afgenomen in de afgelopen 3 jaar. De afname was echter niet minder sterk in laag- dan in hoog Nederland. In alle provincies (dus ook Flevoland met zijn relatief jonge bossen) gaat de Matkop sterk in aantal achteruit. De verspreiding binnen Nederland bleef min of meer gelijk, zodat kan worden uitgesloten dat de afname samenhangt met een areaalkrimp (Figuur 5). De afname in de PTT-trend komt sterk overeen met die in de broedvogeltrend (BMP), zoals te verwachten bij een soort die standvogel is over tenminste het Europese deel van zijn verspreidingsgebied. Matkoppen zijn nog behoorlijk talrijk in de oudere lariksbossen in Drenthe, waar zich een dichte, inmiddels meer dan 1 m hoge 2 e boomlaag heeft gevormd als gevolg van natuurlijke verjonging (met lariks). Dit pleit voor de veronderstelling dat de afname van deze mees van doen heeft met verandering in de bosstructuur. 4

5 Index 1984= Matkop Winter NL hoog Matkop Winter NL laag Matkop NL broedvogels Figuur 4. Afname van de Matkop in hoog- en laag Nederland. Beide trends tonen sterke overeenkomst met de broedvogeltrend (BMP). Figuur 5. Verspreiding van de Matkop (PTT) in en Grijze stippen zijn in de betreffende periode getelde routes waar de soort niet werd waargenomen. Kuifmees Kuifmezen zijn naaldbosbewoners. Mogelijk hebben ze een voorkeur voor jongere percelen, net als Matkoppen, waarmee ze s winters vaak gezamenlijk worden aangetroffen. Net als Matkoppen kunnen Kuifmezen zelf een nestholte uithakken en zijn ook daardoor niet afhankelijk van oudere bossen, die ze overigens niet echt mijden. Op basis van hun voorkeur voor naaldhout zou bij de Kuifmees een geringe afname kunnen worden verwacht. Binnen het PTT vertoont de Kuifmees een nogal onregelmatige trend, waarbij er pas de laatste 15 jaar sprake lijkt van dalende aantallen (Figuur 6). Vanwege de sterke schommelingen is het echter nog maar de vraag hoe structureel de afname is. De recente aantalsvermindering deed zich in alle provincies voor, met uitzondering van Limburg. Bij broedvogelkarteringen in de ontginningsbossen van oostelijk Noord-Brabant, viel me trouwens telkens op hoe talrijk Kuifmezen daar zijn in vergelijking met de Veluwe en Drenthe. De aantalsvermindering is wel zichtbaar in de verspreiding, die nu veel ijler is dan 3 jaar terug (Figuur 6). Het areaal van de Kuifmees is niet zichtbaar kleiner geworden, al ligt verdwijning uit de duinstreek op de loer. De winterontwikkeling in het PTT vertoont 5

6 Index 1984= veel overeenkomst met de broedvogeltrend (BMP), zoals verwacht kan worden van een soort die over zijn hele verspreidingsgebied standvogel is Kuifmees Winter NL 2 Kuifmees NL broedvogels Figuur 6. Aantalsverloop van de Kuifmees in Nederland in de winter (PTT) en bij broedvogels (BMP). Figuur 7. Verspreiding van de Kuifmees in en Grijze stippen zijn getelde routes waar in betreffende periode geen Kuifmezen zijn waargenomen. Zwarte Mees Evenals de Kuifmees komen Zwarte Mezen uitsluitend voor op plekken met naaldhout. Wel lijkt de soort minder afhankelijk van grotere aaneengesloten oppervlaktes naaldbos en heeft de Zwarte Mees waarschijnlijk een ruimere dispersie, waarbij invasies vanuit het oosten en/of noorden Nederland bereiken. Daardoor heeft de soort een iets grotere verspreiding waarbij ze voorkomt op de Waddeneilanden en op meer plekken in Flevoland. Zwarte Mezen hebben mogelijk een lichte voorkeur voor ouder bos en staan in het algemeen toleranter ten opzichte van loofhout dan Kuifmezen. Op basis van deze habitatvereisten zou je bij de Zwarte Mees mogelijk wat afname veronderstellen, maar minder dan bij Kuifmees. 6

7 Index 1984= De werkelijkheid blijkt anders: Zwarte Mezen vertonen een afname die veel sterker is dan bij Kuifmees, vergelijkbaar met Matkop (Figuur 8). De afname vond plaats in alle provincies en openbaart zich in een ijlere verspreiding in Figuur 9, maar sprake van een werkelijke areaalafname is er niet, mogelijk met uitzondering van Friesland. De wintervogeltrend komt in hoofdlijnen overeen met de broedvogeltrend (BMP), wat aannemelijk maakt dat bij ons overwinterende individuen tenminste voor een aanzienlijk deel broedvogels betreft Zwarte Mees Winter NL 16 Zwarte mees NL broedvogels Figuur 8. Aantalsverloop van de Zwarte Mees in Nederland in de winter (PTT) en in de broedtijd (BMP). Figuur 9. Verspreiding Zwarte Mees in Nederland in en Grijze stippen zijn getelde routes in betreffende periode zonder Zwarte Mezen. Pimpelmees Pimpelmezen zijn bosbewoners met een sterke voorkeur voor ouder loofbos. Habitatfragmentatie, zoals in dorpen en steden of houtwallandschappen is daarbij geen bezwaar. Vanwege het ouder worden van het bos, zowel in bebouwde kommen als daarbuiten en het toenemend aandeel loofhout in de bossen, ligt een toename van Pimpelmezen voor de hand. In de praktijk blijkt dit op te gaan voor laag Nederland, maar niet voor hoog Nederland (Figuur 1). In de verspreiding (geen kaart) is weinig veranderd. Zowel in als kwamen 7

8 Index 1984= Pimpelmezen bijna landdekkend voor. De afname in hoog Nederland is moeilijk te verklaren en wijkt bovendien af van de landelijke broedvogeltrend (BMP), die zelfs sterker positief is dan de wintertrend in laag Nederland. Zou hier sprake zijn van veranderde migratie, waarbij tegenwoordig minder vogels uit het noorden en oosten bij ons komen overwinteren? Pimpelmees Winter NL hoog Pimpelmees Winter NL laag Pimpelmees NL broedvogels Figuur 1. Aantalsontwikkeling van de Pimpelmees in hoog- en laag Nederland in de winter, alsmede de broedvogeltrend (BMP). Koolmees Van alle mezensoorten bewonen Koolmezen in Nederland de grootste diversiteit aan habitats. Het betreft alle types bos, inclusief zeer jonge stadia, cultuurland, steden, dorpen, mits er maar een zeker aantal bomen of struiken voorhanden is om in te foerageren en een holte (in boom, struik, gebouw of in de grond) om in te broeden. Met het beslotener worden van het landschap moet het leefgebied van de Koolmees in Nederland zijn uitgebreid, wat zou leiden tot een toename in aantallen. Uit de PTT-cijfers komt dit niet naar voren (Figuur 11). De stand in laag Nederland is in grote lijnen stabiel, terwijl in hoog Nederland, evenals bij Pimpelmees, sprake is van een afname. Volgens het BMP nam het aantal broedvogels in dezelfde periode toe. Hoewel Nederlandse vogels grotendeels standvogel zijn, is het best mogelijk dat deze populatie s winters wordt aangevuld met vogels van elders. In dat geval zit het er dik in dat Nederland in de loop van de onderzoeksperiode minder populair is geworden als overwinteringsgebied voor buitenlandse Koolmezen. Op een andere manier is het verschil tussen broedvogel- en wintertrend niet te verklaren. 8

9 Index 1984= Koolmees Winter NL hoog Koolmees Winter NL laag Koolmees NL broedvogels Figuur 11. Aantalsverloop van de Koolmees in hoog Nederland en laag Nederland in de winter, alsmede de broedvogeltrend (BMP). Boomklever Waarschijnlijk meer dan de mezen is de Boomklever aangewezen op oudere (loof)bossen. De geringe uitbreiding van het bosareaal in de afgelopen 3 jaar zal voor de soort van weinig betekenis zijn geweest, omdat 3-jarig bos nog erg jong is voor Boomklevers. Met name de grote hoeveelheid bos, aangeplant in de eerste helft van de vorige eeuw, waar in de laatste 3 jaar maar weinig eindkap plaatsvond (zeker niet in loofbos) is recentelijk oud genoeg geworden voor Boomklevers om in te kunnen leven. Uitgaande van deze veranderingen in het bos, zou de Boomklever flink kunnen zijn toegenomen. Dat blijkt het geval: Zowel in hoog- als in laag Nederland nam de stand vanaf 1983 met ongeveer een factor drie toe. Dat daarbij hoog Nederland niet achter blijft bij laag Nederland, wijst erop dat het niet alleen ging om een areaaluitbreiding (figuur 13), maar dat ook binnen het reeds in 1984 bezette areaal de dichtheden flink zijn toegenomen. De broedvogeltrend blijft enigszins achter bij de wintertrend. Dit zou er mee te maken kunnen hebben dat ooit disproportioneel veel BMP-proefvlakken in relatief oude bossen zijn gelegd, waar de toename van Boomklever minder sterk zal zijn geweest dan in jongere bossen die in de loop van de onderzoeksperiode geschikt werden. PTT-routes liggen waarschijnlijk beter gestratificeerd over het landschap. De steekproef komt met zekerheid uit dezelfde populatie, want Boomklevers zijn geen trekvogels. 9

10 Index 1984= Boomklever Winter NL hoog Boomklever Winter NL laag Boomklever NL broedvogels Figuur 12. Aantalsverloop van de Boomklever in de winter in hoogen laag Nederland, met ter vergelijking de broedvogeltrend (BMP). Figuur 13. Verspreiding van de Boomklever in Nederland in en Grijze stippen zijn getelde routes in betreffende periode zonder Boomklevers. Boomkruiper Boomkruipers zijn minder bosvogel dan Boomklevers. Ze komen voor in allerlei landschappen waar bomen staan en de bomen hoeven niet echt oud te zijn. Ze broeden veelal achter een loszittend stuk schors, maar het mag ook achter een plank in een schuurtje zijn. De soort mijdt naaldhout geenszins, maar komt in hogere dichtheden voor in loofhout. Gezien de habitatvoorkeur zou een gestage toename het meest voor de hand liggen. Dat blijkt het geval in laag Nederland. In hoog Nederland is een stabiele situatie te zien, waarbij het aantal niet is gegroeid sinds Dit duidt erop dat het ouder worden van bestaande, al oudere bossen voor Boomkruipers niet heeft geleid tot hogere dichtheden, maar uitbreiding van bosareaal wel. Boomkruipers zijn standvogels en dat de broedvogeltrend het midden houdt tussen de wintertrend in hoog- en laag Nederland, viel te verwachten. 1

11 Index 1984= 3 25 Boomkruiper Winter NL hoog Boomkruiper Winter NL laag Boomkruiper NL broedvogels Figuur 14. Aantalsontwikkeling van de Boomkruiper in hoog- en laag Nederland, alsmede de broedvogeltrend (BMP). Figuur 15. Verspreiding van de Boomkruiper in Nederland in en Grijze stippen zijn getelde routes in betreffende periode zonder Boomkruipers. Discussie Begin jaren tachtig konden we onszelf nog wijsmaken dat Glanskoppen een beperkte verspreiding binnen Nederland hadden, omdat ze waren gebonden aan ouder loofhout, dat niet of onvoldoende voorkwam in de beboste delen van Noordoost-Drenthe en Noord-Brabant. Nu, 3 jaar later is dat niet meer vol te houden, want de Drentse en Brabantse bossen zijn ouder geworden, maar de verspreiding van Glanskop is eerder wat gekrompen dan dat er sprake is van uitbreiding. Kennelijk zijn er voor ons vooralsnog onzichtbare eigenschappen die Drenthe en Noord-Brabant onaantrekkelijk maken voor Glanskoppen. De afname van Zwarte Mees valt mooi samen met afname van ongemengd naaldhout in de Nederlandse bossen. Maar waarom vertoont die Kuifmees, die mogelijk zelfs sterker is gebonden aan naaldhout dan de Zwarte Mees, dan een veel minder sterke afname? Beide soorten verkeren in Nederland niet aan de rand van hun verspreidingsareaal. Zouden de betere dispersiemogelijkheden 11

12 van de Zwarte Mees, waardoor de soort makkelijker afgelegen gebieden koloniseert (zoals Waddeneilanden), het de soort ook makkelijker maken om in snel tempo het veld te ruimen doordat jongen zich verder van hun geboorteplek kunnen vestigen? Of zou er een subtiel verschil in niche zijn dat wij niet onderkennen? Van Pimpelmees en Koolmees zou de toenemende verbossing en verparking van Nederland gunstig moeten zijn en dat blijkt ook uit de broedvogeltrend, die van beide soorten positief is. Merkwaardig genoeg is de wintervogeltrend van beide soorten, en met name van Pimpelmees, negatief. Beide soorten staan in Nederland bekend als standvogel, maar verder naar het oosten en noorden zijn populaties beweeglijker. Zouden vogels ten noorden en oosten van ons tegenwoordig mindere geneigd zijn weg te trekken dan voorheen? Eigenlijk alleen Boomklever en Matkop doen een beetje wat we verwachten op basis van habitatvoorkeur en de veranderingen in ons landschap. De eerste nam toe met het ouder worden van het bos en de tweede nam af vanwege dezelfde reden. 12

Broedvogelinventarisatie Noorlaarderbos 2012 M.Wijnhold

Broedvogelinventarisatie Noorlaarderbos 2012 M.Wijnhold Broedvogelinventarisatie Noorlaarderbos 2012 M.Wijnhold Tellers: D.Schoppers, A. Vanderspoel, J. de Vries, W. Woudman, M. Werkman, J. De Bruin, M.Wijnhold Inhoud: 1. Samenvatting 2. Methode: territoria

Nadere informatie

Overzicht broedperiode 1) en voorkeur broedgebied (bos)vogels.

Overzicht broedperiode 1) en voorkeur broedgebied (bos)vogels. Overzicht broed 1) en voorkeur broedgebied (bos)vogels. Voorkeur bos Vogelsoorten van Bijlage 1 vogelrichtlijn Gemengd bos Zwarte specht #1 1500-2500 2300-2900 1100-1600 - Naald- en loofbos Wespendief

Nadere informatie

Resultaten. Toelichting abundatiekaart en aantalsschatting Zwarte Specht Veluwe. Henk Sierdsema, Sovon Vogelonderzoek Nederland.

Resultaten. Toelichting abundatiekaart en aantalsschatting Zwarte Specht Veluwe. Henk Sierdsema, Sovon Vogelonderzoek Nederland. Toelichting abundatiekaart en aantalsschatting Zwarte Specht Veluwe Henk Sierdsema, Sovon Vogelonderzoek Nederland Juni 2015 Inleiding Door de provincie Gelderland is verzocht om een update te maken van

Nadere informatie

OPKOMST VAN DE HALSBANDPARKIET IN NEDERLAND EN UTRECHT André van Kleunen

OPKOMST VAN DE HALSBANDPARKIET IN NEDERLAND EN UTRECHT André van Kleunen OPKOMST VAN DE HALSBANDPARKIET IN NEDERLAND EN UTRECHT André van Kleunen De halsbandparkiet (Psittacula krameri) komt van oorsprong voor in Afrika, in een gordel ten zuiden van de Sahara en op het Indisch

Nadere informatie

Broedvogelinventarisatierapport. Heseveld, Nijmegen. Marc de Bont Nijmegen, september 2010

Broedvogelinventarisatierapport. Heseveld, Nijmegen. Marc de Bont Nijmegen, september 2010 Broedvogelinventarisatierapport Heseveld, Nijmegen 2010 Marc de Bont Nijmegen, september 2010 Inleiding Methode In maart 2010 heb ik besloten om in de omgeving van het complex Berkenoord de broedvogels

Nadere informatie

9.1 Meerkoet (Fulica atra)

9.1 Meerkoet (Fulica atra) 9.1 Meerkoet (Fulica atra) 1. Status Tot 1 maart 2017 was onder voorwaarden ontheffing verleend voor het doden van meerkoeten met het hagelgeweer op percelen waar schade dreigt of voorkomt, ter voorkoming

Nadere informatie

Veldverslag zeegrasmitigatielocaties: begin augustus 2009. Wouter Suykerbuyk en Laura Govers

Veldverslag zeegrasmitigatielocaties: begin augustus 2009. Wouter Suykerbuyk en Laura Govers Veldverslag zeegrasmitigatielocaties: begin augustus 2009 Wouter Suykerbuyk en Laura Govers Op 3 t/m 6 augustus 2009 is een bezoek gebracht aan de mitigatie- en een aantal natuurlijke zeegraslocaties.

Nadere informatie

9.2 Spreeuw (Sturnus vulgaris)

9.2 Spreeuw (Sturnus vulgaris) 9.2 Spreeuw (Sturnus vulgaris) 1. Status Tot 1 maart 2017 gold voor delen van de provincie een ontheffing voor het doden van spreeuwen met het hagelgeweer op percelen waar schade dreigde of voorkwam. Afschot

Nadere informatie

Omgevingscheck De Del te Rozendaal. categorie 5 nesten: koolmees, pimpelmees, grauwe vliegenvanger, boomklever, boomkruiper en grote bonte specht

Omgevingscheck De Del te Rozendaal. categorie 5 nesten: koolmees, pimpelmees, grauwe vliegenvanger, boomklever, boomkruiper en grote bonte specht Omgevingscheck De Del te Rozendaal categorie 5 nesten: koolmees, pimpelmees, grauwe vliegenvanger, boomklever, boomkruiper en grote bonte specht Omgevingscheck De Del te Rozendaal categorie 5 nesten: koolmees,

Nadere informatie

Gouwebos. midmaandwintertellingen van vogels trends samengesteld door Cok Scheewe. Foto (Huig Bouter)

Gouwebos. midmaandwintertellingen van vogels trends samengesteld door Cok Scheewe. Foto (Huig Bouter) Gouwebos midmaandwintertellingen van vogels trends 1994-2014 samengesteld door Cok Scheewe Foto (Huig Bouter) Inleiding Al meer dan 20 jaar worden in de winterperiode in het Gouwebos door de vogelwerkgroep

Nadere informatie

Broedvogels van de begraafplaats Soerenseweg in Apeldoorn 2015

Broedvogels van de begraafplaats Soerenseweg in Apeldoorn 2015 Broedvogels van de begraafplaats Soerenseweg in Apeldoorn 2015 Martin Heinen Vogelwerkgroep Oost-Veluwe, Apeldoorn 1 1. Inleiding De gemeente Apeldoorn heeft Vogelwerkgroep Oost-Veluwe gevraagd een inventarisatie

Nadere informatie

Flora van naaldbossen,

Flora van naaldbossen, Indicator 7 september 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In de naaldbossen in Nederland

Nadere informatie

Dodaars (Tachybaptus ruficollis) (A004) 1. Status: 2. Kenschets. 3. Bijdrage van gebieden

Dodaars (Tachybaptus ruficollis) (A004) 1. Status: 2. Kenschets. 3. Bijdrage van gebieden Dodaars (Tachybaptus ruficollis) (A004) 1. Status: Niet in Bijlage I genoemde en geregeld voorkomende trekvogel zoals bedoeld in artikel 4. 2 van de Vogelrichtlijn. Voor Natura 2000 relevant als broedvogel

Nadere informatie

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100)

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100) Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2011 en 2015 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen

Nadere informatie

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100)

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen 2009-2013 1 (index: 2009 = 100) 2014-2019 (index: 2014 = 100) Het aantal leerlingen in het basisonderwijs is tussen 2010 en 2014 gedaald. In de provincie Limburg nam het aantal leerlingen in deze periode het sterkst af. In het voortgezet onderwijs is het aantal leerlingen

Nadere informatie

Nieuwsbrief PTT, December 2011

Nieuwsbrief PTT, December 2011 Nieuwsbrief PTT, December 211 Geachte tellers, Ondanks de zware omstandigheden tijdens de telperiode (sneeuw en gladheid) zijn in 21 toch meer routes (429) geteld dan in 29 (425). Daar zijn we heel blij

Nadere informatie

BROEDVOGELS VAN HET LEERSUMSE VELD EN GINKELDUIN IN 2008-2010 André van Kleunen

BROEDVOGELS VAN HET LEERSUMSE VELD EN GINKELDUIN IN 2008-2010 André van Kleunen BROEDVOGELS VAN HET LEERSUMSE VELD EN GINKELDUIN IN 2008-2010 André van Kleunen Sinds 2008 voer ik jaarlijks broedvogeltellingen uit in een telgebied op het Leersumse Veld en Ginkelduin volgens de richtlijnen

Nadere informatie

Op Europees niveau is de soort in de periode 1980-2011 met 52% afgenomen, en ten opzichte van 1990 met 6%.

Op Europees niveau is de soort in de periode 1980-2011 met 52% afgenomen, en ten opzichte van 1990 met 6%. 1 De spreeuwenstand gaat vanaf eind jaren zeventig achteruit. Over de periode 1984-2012 is de broedpopulatie in Nederland zelfs met gemiddeld 4% per jaar afgenomen. Daardoor resteert momenteel minder dan

Nadere informatie

13.3 Meerkoet (Fulica atra)

13.3 Meerkoet (Fulica atra) 13.3 Meerkoet (Fulica atra) 1 Samenvatting Aantal en verspreiding Landelijk is het aantal broedvogels vanaf 199 niet significant veranderd, over de laatste 1 jaren is een significante afname van

Nadere informatie

Het provinciaal weidevogelmeetnet in 2007 Uit het Jaarboek Weidevogels 2007

Het provinciaal weidevogelmeetnet in 2007 Uit het Jaarboek Weidevogels 2007 Het provinciaal weidevogelmeetnet in 7 Uit het Jaarboek Weidevogels 7 Al 21 jaar meetnetwerk Het weidevogelmeetnet Noord-Holland is één van de oudste in ons land. Vanaf 1987 zijn in 51 proefvlakken elk

Nadere informatie

Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten

Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten Landelijke klapekstertelling winter 2008/2009 Eindresultaten Foto J. Schwiebbe - http://www.birdphoto.nl April 2009, Matthijs Broere (Waarneming.nl) & Fred Hustings (SOVON) 1. Inleiding Afgelopen winter

Nadere informatie

RESULTATEN BROEDVOGELINVENTARISATIE GAGELPOLDER 2013

RESULTATEN BROEDVOGELINVENTARISATIE GAGELPOLDER 2013 RESULTATEN BROEDVOGELINVENTARISATIE GAGELPOLDER 2013 Eckhart Heunks In de Kruisbek 2012/4 werd een kort artikel gewijd aan de broedvogelinventarisaties van 2007 en 2010 van een deel van de Gagelpolder.

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

VOGELRINGSTATION OUD NAARDEN 4 e KWARTAAL OVERZICHT 2012

VOGELRINGSTATION OUD NAARDEN 4 e KWARTAAL OVERZICHT 2012 VOGELRINGSTATION OUD NAARDEN 4 e KWARTAAL OVERZICHT 2012 Rudy Schippers Het afgelopen kwartaal werd gekenmerkt door veel regen en ook veel harde wind waardoor er minder geringd kon worden dan gebruikelijk.

Nadere informatie

NESTKASTENVERSLAG 2016 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO

NESTKASTENVERSLAG 2016 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO NESTKASTENVERSLAG 2016 NATUUR- EN VOGELWERKGROEP DE GRUTTO Inleiding: Ook dit broedseizoen werden op verschillende locaties weer talrijke en op hun inhoud gecontroleerd. Binnen ons werkgebied hangen zeer

Nadere informatie

Broedvogels op de Zuidoost-Veluwe

Broedvogels op de Zuidoost-Veluwe Broedvogels op de Zuidoost-Veluwe Inleiding Als deze Vlerk op de deurmat ploft, is het voorjaar al zo n beetje aangebroken. In ieder geval op de Veluwe waar winterharde soorten in januari al vlinders in

Nadere informatie

Emmer Erfscheidenveen Meetnet 2015

Emmer Erfscheidenveen Meetnet 2015 Emmer Erfscheidenveen Meetnet 2015 Landschapsbeheer Drenthe Nijend 18a, 9465 TR, Anderen Inhoudsopgave Inventarisatiegebied Emmer-Erfscheidenveen... 3 Overzicht alle waarnemingen... 3 Type elementen...

Nadere informatie

(nestkastenproject) Golfbaan Welschap

(nestkastenproject) Golfbaan Welschap (nestkastenproject) Golfbaan Welschap 4 Nestkastenverslag Golfbaan Welschap, 27 Wil de Veer In het voorjaar werd samen met diverse vrijwilligers begonnen met de noodzakelijke schoonmaak van de nestkasten.

Nadere informatie

Broedvogelinventarisatierapport. Heseveld, Nijmegen. Marc de Bont Nijmegen, juli 2012

Broedvogelinventarisatierapport. Heseveld, Nijmegen. Marc de Bont Nijmegen, juli 2012 Broedvogelinventarisatierapport Heseveld, Nijmegen 2012 Marc de Bont Nijmegen, juli 2012 Inleiding Methode In 2012 is voor het derde jaar op rij het gebied op broedvogels geteld. Het wordt begrensd wordt

Nadere informatie

Door Matthias Koster, Sovon districtscoördinator D13, Grote Rivieren

Door Matthias Koster, Sovon districtscoördinator D13, Grote Rivieren De Zwarte Sterns hebben alweer jongen. Het is dan nu ook weer de juiste tijd om de nesten van deze stern te tellen. Maar hoe is het eigenlijk gesteld met de Zwarte Stern als broedvogel in het Sovon Grote

Nadere informatie

Bossen saai? Hoezo saai. 150 jaar geleden: zand en droogte

Bossen saai? Hoezo saai. 150 jaar geleden: zand en droogte Bossen saai? Hoezo saai 150 jaar geleden: zand en droogte Planken Wambuis (Harderwijkerweg), juli 1966 wateroverlast! 40 jaar geleden, woeste grond voorgoed passé Bos nu: ouder en diverser, tweede boomlaag

Nadere informatie

Vrijwilligers voor flora en fauna inventarisaties: een gouden combinatie

Vrijwilligers voor flora en fauna inventarisaties: een gouden combinatie Vrijwilligers voor flora en fauna inventarisaties: een gouden combinatie 19 juni 2017 Theo Verstrael Sovon Vogelonderzoek Nederland Inhoud Vrijwilligers & natuurmonitoring Achtergronden & motivaties Wat

Nadere informatie

Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025

Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Persbericht PB13 062 1 oktober 2013 9:30 uur Grote gemeenten goed voor driekwart van bevolkingsgroei tot 2025 Tussen 2012 en 2025 groeit de bevolking van Nederland met rond 650 duizend tot 17,4 miljoen

Nadere informatie

Broedvogelinventarisatierapport. Heseveld, Nijmegen. Marc de Bont Nijmegen, juli 2013

Broedvogelinventarisatierapport. Heseveld, Nijmegen. Marc de Bont Nijmegen, juli 2013 Broedvogelinventarisatierapport Heseveld, Nijmegen 2013 Marc de Bont Nijmegen, juli 2013 Inhousopgave Inleiding Pagina 3 Methode Pagina 3 De telling Pagina 4 Het weer Pagina 4 De resultaten Pagina 4 Bijlage:

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2003. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt. De notitie is als volgt ingedeeld: 1. Samenvatting.

Nadere informatie

Basiskwaliteit. meten? kwaliteit? benchmarken? relatieve trends en absolute referenten? Robert Kwak / 25 jan 2016

Basiskwaliteit. meten? kwaliteit? benchmarken? relatieve trends en absolute referenten? Robert Kwak / 25 jan 2016 Basiskwaliteit relatieve trends en absolute referenten? meten? kwaliteit? benchmarken? Robert Kwak / 25 jan 2016 meten trends Trends broedvogels 200 180 160 140 populatie-index 120 100 80 60 40 20 0 agrarisch

Nadere informatie

Broedvogels van Park Rosendael 1981-2012

Broedvogels van Park Rosendael 1981-2012 Broedvogels van Park Rosendael 1981-2012 Inleiding Park Rosendael (38,9 ha) is het langstlopende BMP-proefvlak van de vogelwerkgroep geteld in 1981 en 1984-2012. Dertig jaar telhistorie waaraan veel gevierde

Nadere informatie

Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, september 2008

Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, september 2008 Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, 25-26 september 2008 - Wim Giesen, 2 oktober 2008 25-26 september is een bezoek gebracht aan de mitigatielocaties op Tholen (Dortsman Noord en Krabbenkreek Zuid),

Nadere informatie

Opdrachtgever: Datum: 27 februari 2018 Gemeente Horst aan de Maas t.a.v. de heer T. Cox Postbus AA HORST

Opdrachtgever: Datum: 27 februari 2018 Gemeente Horst aan de Maas t.a.v. de heer T. Cox Postbus AA HORST Opdrachtgever: Datum: 27 februari 2018 Gemeente Horst aan de Maas t.a.v. de heer T. Cox Postbus 6005 5960 AA HORST Onderwerp: (ons kenmerk: 18-290) Opgesteld door: De heer M.J.M Coenen Geachte mevrouw

Nadere informatie

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Deelrapport Kohnstamm Instituut over doorstroom vmbo-mbo t.b.v. NRO-project 405-14-580-002 Joost Meijer, Amsterdam, 2015 Inleiding De doorstroom van vmbo naar mbo in de groene sector is lager dan de doorstroom

Nadere informatie

Monitoring van Steenuilen in : een succes!

Monitoring van Steenuilen in : een succes! Monitoring van Steenuilen in 2003-2008: een succes! Monitoring van Steenuilen in 2003-2008: een succes! Arjan Boele Het zou ideaal zijn jaarlijks alle Steenuil-territoria in ons land in kaart te brengen,

Nadere informatie

Ontwikkeling leerlingaantallen

Ontwikkeling leerlingaantallen Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 juli 2004. 1 In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de periode vanaf 1 januari tot 1 juli 2004.

Nadere informatie

7.2 Kauw (Corvus monedula)

7.2 Kauw (Corvus monedula) 7.2 Kauw (Corvus monedula) 1. Status De kauw is een landelijk vrijgestelde soort van de verboden bedoeld in artikel 3.1 van de Wet Natuurbescherming. Zoals in paragraaf 3.1 van de nota van toelichting

Nadere informatie

Analyse resultaten CVO 2014

Analyse resultaten CVO 2014 Analyse resultaten CVO 2014 Toelichting: Deze analyse heeft betrekking op toeristische binnenlandse vakanties. Vakanties van vaste standplaatshouders zijn hierin niet meegenomen, omdat de CVO cijfers van

Nadere informatie

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011 Utrecht, juli 2011 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl

Nadere informatie

Broedvogels van de begraafplaats Soerenseweg in Apeldoorn 2018

Broedvogels van de begraafplaats Soerenseweg in Apeldoorn 2018 Broedvogels van de begraafplaats Soerenseweg in Apeldoorn Martin Heinen Vogelwerkgroep Oost-Veluwe, Apeldoorn juni 1 2 1. Inleiding In hebben medewerkers van Vogelwerkgroep Oost-Veluwe op verzoek van Gemeente

Nadere informatie

Aantal gevonden legsels in 2008

Aantal gevonden legsels in 2008 10 1 Broedpaaraantallen 2. Reproductie Na terugkomst van weidevogels in hun broedgebied vormen zich paren en kiezen de vogels een plek om te gaan broeden: de vestiging. Daarna komen twee belangrijke reproductiefasen:

Nadere informatie

Crisismonitor Drechtsteden

Crisismonitor Drechtsteden Crisismonitor juni 211 (cijfers t/m maart 211) Inhoud: 1. Werkloosheid 2. Werkloosheid naar leeftijd 3. Vacatures, bedrijven, leegstand 4. Woningmarkt Hoe staan de er voor op de arbeidsmarkt en de woningmarkt?

Nadere informatie

Broedvogels van de begraafplaats Soerenseweg in Apeldoorn 2017

Broedvogels van de begraafplaats Soerenseweg in Apeldoorn 2017 Broedvogels van de begraafplaats Soerenseweg in Apeldoorn Martin Heinen Vogel werkgroep Oost-Veluwe, Apeldoorn november 1 2 1. Inleiding In hebben medewerkers van Vogelwerkgroep Oost-Veluwe op verzoek

Nadere informatie

Vogeltrekstation. wetenschappelijke vragen maar heeft ook maatschappelijk nut, jaarcyclus, als overwinterings-gebied

Vogeltrekstation. wetenschappelijke vragen maar heeft ook maatschappelijk nut, jaarcyclus, als overwinterings-gebied Op het Vinkentouwnr. 111 november2007- Nieuw project: Pullen Ringen. Vogeltrekstation In Nederland worden jaarlijks zo n 235 000 vogels van een ring voorzien. Ongeveer een kwart daarvan betreft nestjongen

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2004.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2004. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2004. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de jaren 2002 en 2003. De notitie is als

Nadere informatie

Crisismonitor Drechtsteden

Crisismonitor Drechtsteden Crisismonitor Januari 211 (cijfers t/m oktober 21) Hoe staan de er voor op de arbeidsmarkt en de woningmarkt? Dat leest u in deze zesde editie van de crisismonitor, die het OCD eens in de twee maanden

Nadere informatie

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Werken er nu meer of minder huisartsen dan 10 jaar geleden en werken zij nu meer of minder FTE? LF.J. van der Velden & R.S. Batenburg,

Nadere informatie

Vegetatie van loof- en gemengde bossen,

Vegetatie van loof- en gemengde bossen, Indicator 11 december 2015 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. In loofbossen en gemengde bossen

Nadere informatie

Grote Zilverreigers en hun slaapplaatsen

Grote Zilverreigers en hun slaapplaatsen Grote Zilverreigers en hun slaapplaatsen Overwinterende Grote Zilverreigers in de Kempen en Peel Roel van den Heuvel en Robert Kastelijn Echt veel informatie is er nog niet te vinden over Grote Zilverreigers

Nadere informatie

Blauwe Reiger. Purperreiger

Blauwe Reiger. Purperreiger Resultaten kolonievogels in Zuid-holland noord Hoe is het met de kolonievogels in Zuid-holland gegaan? Nemen de soorten toe of af? Hoe is dat het afgelopen seizoen vergaan? En hoe ontwikkelen de aantallen

Nadere informatie

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 drs. W. van Ooij MarktMonitor Januari 2015 Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013 . Kengetallen Mobiliteitsbranche 2003-2013

Nadere informatie

Extra stippen in het BMP: meer info, meer mogelijkheden

Extra stippen in het BMP: meer info, meer mogelijkheden Extra stippen in het BMP: meer info, meer mogelijkheden Dankzij de komst van autoclustering beschikken we anno 2012 voor meer dan de helft van alle getelde BMP-gebieden over de precieze ligging van de

Nadere informatie

12.1 Ekster (Pica pica)

12.1 Ekster (Pica pica) 12.1 Ekster (Pica pica) 1 Samenvatting Aantal en verspreiding Landelijk is over een langere periode zowel bij broedvogels als bij niet-broedvogels het aantal significant afgenomen, terwijl over de laatste

Nadere informatie

5 Kansen en knelpunten voor de houtsector en boseigenaren

5 Kansen en knelpunten voor de houtsector en boseigenaren 5 Kansen en knelpunten voor de houtsector en boseigenaren In dit hoofdstuk wordt de vergelijking van vraag en aanbod samengevat en gekeken welke kansen en knelpunten er gesignaleerd kunnen worden voor

Nadere informatie

De weg eist zijn tol: 10 jaar verkeersslachtoffers op de Nijmeegsebaan in Groesbeek

De weg eist zijn tol: 10 jaar verkeersslachtoffers op de Nijmeegsebaan in Groesbeek De weg eist zijn tol: 10 jaar verkeersslachtoffers op de Nijmeegsebaan in Groesbeek Kees Schreven NOU-congres, De Hoeve van Nunspeet, 7-9 januari 017 Mac Gillavry D. 1930. De Levende Natuur 3: 10. Mac

Nadere informatie

Het Nederlandse bos in cijfers

Het Nederlandse bos in cijfers Het Nederlandse bos in cijfers Resultaten van de 6e Nederlandse Bosinventarisatie Mart-Jan Schelhaas en Sandra Clerkx (Alterra) In 2012 is begonnen met de metingen van de 6e Nederlandse Bosinventarisatie.

Nadere informatie

Kort verslag kleurringen van Nijlganzen en Grote Canadese Ganzen

Kort verslag kleurringen van Nijlganzen en Grote Canadese Ganzen Kort verslag kleurringen van Nijlganzen en Grote Canadese Ganzen 2011-2015 Frank Majoor & Berend Voslamber Sinds 2011 worden op verschillende plekken in Nederland in opdracht van het Faunafonds Nijlganzen

Nadere informatie

Analyse ontwikkeling leerlingaantallen

Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Analyse ontwikkeling leerlingaantallen Naar aanleiding van de 1 oktobertelling 2014 heeft VGS Adivio weer een korte analyse uitgevoerd waarbij onderzocht is in hoeverre de leerlingaantallen onderhevig

Nadere informatie

Bevolkingsprognose Deventer 2015

Bevolkingsprognose Deventer 2015 Bevolkingsprognose Deventer 2015 Aantallen en samenstelling van bevolking en huishoudens Augustus 2015 augustus 2015 Uitgave : team Kennis en Verkenning Naam : John Stam Telefoonnummer : 0570 693298 Mail

Nadere informatie

Gebiedsbeschrijving. Werkwijze BROEDVOGELS VAN WOONWIJK `HET LAAKSE VELD` IN door Henk Jan Hof

Gebiedsbeschrijving. Werkwijze BROEDVOGELS VAN WOONWIJK `HET LAAKSE VELD` IN door Henk Jan Hof BROEDVOGELS VAN WOONWIJK `HET LAAKSE VELD` IN 2006. door Henk Jan Hof In het voorjaar van 2006 heb ik woonwijk Het Laakse Veld op broedvogels geïnventariseerd. Deze kartering is uitgevoerd om aantallen

Nadere informatie

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE 2005-2016 Juni 2016 Kengetallen mobiliteitsbranche 2005-2016 1 INHOUD 1. Aanleiding 3 2. Conclusie 5 3. Resultaten 10 3.1 Werkgevers 10 3.2 Medewerkers 27 3.3 Branchemobiliteit

Nadere informatie

Draaihals, verdwenen als broedvogel op de Meinweg

Draaihals, verdwenen als broedvogel op de Meinweg Draaihals, verdwenen als broedvogel op de Meinweg Maar voor hoe lang nog? Jan Boeren Stichting Koekeloere Inhoud presentatie Waarom is een Draaihals een Draaihals Meinweg al tientallen jaren kerngebied

Nadere informatie

Wat feitjes rond de duizendste Eempoldertelling

Wat feitjes rond de duizendste Eempoldertelling AANTAL. Wat feitjes rond de duizendste Eempoldertelling Sinds 1973 worden elke veertien dagen de vogels in de westelijke Eempolders geteld. Dat is nu dus al ruim 38 jaar. Wat rekenwerk levert op dat op

Nadere informatie

Nieuwsbrief PTT December 2013

Nieuwsbrief PTT December 2013 Nieuwsbrief PTT December 13 Beste tellers, Vanwege de start van het veldwerk voor de nieuwe atlas, was ik als coördinator een jaar geleden best benauwd voor verminderde belangstelling voor het PTT. Afgelopen

Nadere informatie

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 en zonder vogeldoelen Er zijn acht Natura 2000 en waarvoor geen vogeldoelen zijn geformuleerd, maar die wel binnen één van de helikopterlaagvliegen

Nadere informatie

Zoogdieren in het Bos

Zoogdieren in het Bos Zoogdieren in het Bos Nederland Bos Bosrand Slaapplaats Kraamkolonies Totaal Percentage Rode Lijst Paarplaats 1994 inheems grondgebonden 41 9 16-25 61% 5 vleermuis 19 10 1 2 13 68% 6 verdwenen grondgebonden

Nadere informatie

Bescherming Weidevogels Zuid-Holland Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen

Bescherming Weidevogels Zuid-Holland Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen Bescherming Weidevogels Zuid-Holland 2018 Versterken, ondersteunen en stimuleren van vrijwilligerswerk in het groen Dit jaarverslag is tot stand gekomen in samenwerking met 17 actieve weidevogelgroepen

Nadere informatie

1.2 landschap, natuur en recreatie. Landschap

1.2 landschap, natuur en recreatie. Landschap 1.2 landschap, natuur en recreatie Landschap Radio Kootwijk vormt een belangrijke schakel in een aaneengesloten open tot halfopen droog tot vochtig stuifzand- en heidegebied dat zich uitstrekt van het

Nadere informatie

Beantwoording schriftelijke vragen van de Statenfractie PvdD over het provinciale ganzenbeleid

Beantwoording schriftelijke vragen van de Statenfractie PvdD over het provinciale ganzenbeleid Statenfractie Partij voor de Dieren M.C. van der Wel Postbus 90151 5200 MC S-HERTOGENBOSCH Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC s-hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax (073) 614 11 15 info@brabant.nl

Nadere informatie

Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland

Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland Op wegen en paden De openstelling van natuur in Nederland Wegen_paden.indd 1 04-05-2006 17:22:48 Wandelen, genieten en verwonderen Wandelen, hardlopen en fietsen. Of gewoon tot rust komen en vol verwondering

Nadere informatie

Vogelwacht Akkerwoude e.o.

Vogelwacht Akkerwoude e.o. NESTKASTINVENTARISATIE FERMANJEBOSK 2010 Tijdens de gure sneeuwwinter waren er in dit bos twee grote zilverreigers aanwezig, welke bij de opengebleven plekken in de sloten (bij de duikers) hun dagelijkse

Nadere informatie

Broedvogelinventarisatie Ugchelsche bos

Broedvogelinventarisatie Ugchelsche bos Broedvogelinventarisatie Ugchelsche bos - 2008 Stichting Vogelwerkgroep Oost-Veluwe Apeldoorn Middenweg samengesteld door R.C.L. Versteeg 2 1.0 Inleiding - pagina 3 2.0 Veldwerk - 4 2.1 Interpretatie,

Nadere informatie

Kengetallen mobiliteitsbranche

Kengetallen mobiliteitsbranche Kengetallen mobiliteitsbranche 2004-2015 Juni 2015 Kengetallen mobiliteitsbranche 2004-2015 1 INHOUD 1. Aanleiding 3 2. Conclusie 5 3. Resultaten 10 3.1 Werkgevers 10 3.2 Medewerkers 27 3.3 Branchemobiliteit

Nadere informatie

6.1 Houtduif (Columba palumbus)

6.1 Houtduif (Columba palumbus) 6.1 Houtduif (Columba palumbus) 1. Status De houtduif is een wildsoort waarop door de jacht populatiebeheer plaatsvindt. De jacht is toegestaan van 15 oktober t/m 31 januari. Daarnaast is de houtduif landelijk

Nadere informatie

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2005.

Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2005. Ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt tot 1 januari 2005. In deze notitie wordt een beeld geschetst van de ontwikkelingen op de agrarische grondmarkt over de jaren 2003 en 2004. De notitie is als

Nadere informatie

(nestkastproject) Koningshof

(nestkastproject) Koningshof (nestkastproject) Koningshof 8 Verslag van de nestkastencontroles op Koningshof in 2007 Jan Wouters Ook in 2007 hebben we de nestkasten op Koningshof weer bijgehouden. Het was dit jaar het dertigste jaar

Nadere informatie

MIRA 2012 Milieu & natuur

MIRA 2012 Milieu & natuur MRA 212 Milieu & natuur ndex overwinterende watervogels watervogelindex (1991-92=1) aantal (1991-92=1) 6 5 4 3 2 1 1 4 1 3 1 2 1 1 1 9 8 7 6 5 4 3 2 1 1991-92 1993-94 1995-96 1997-98 1999-21-2 23-4 25-6

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

Koopsom per maand, Nederland 2012-2013

Koopsom per maand, Nederland 2012-2013 Persbericht Woningmarktcijfers.nl, Heerlen 21-01-2014 Nederlandse woningmarkt stabiel in tweede halfjaar 2013 De gemiddelde koopsom van de door het Kadaster geregistreerde woningtransacties kwam in december

Nadere informatie

Vogelrichtlijn Bijlage I (inwerkingtreding 1981). Voor Natura 2000 relevant als broedvogel én als niet-broedvogel.

Vogelrichtlijn Bijlage I (inwerkingtreding 1981). Voor Natura 2000 relevant als broedvogel én als niet-broedvogel. Grote zilverreiger (Egretta alba) 9 A027 1. Status: Vogelrichtlijn Bijlage I (inwerkingtreding 1981). Voor Natura 2000 relevant als broedvogel én als niet-broedvogel. 2. Kenschets Beschrijving: De grote

Nadere informatie

Landelijke klapekstertelling winter 2011/2012

Landelijke klapekstertelling winter 2011/2012 Landelijke klapekstertelling winter 2011/2012 Resultaten & een overzicht door de jaren heen Foto Arjan Esschendal, http://www.naturezoom.nl Maart 2012, Matthijs Broere (Team Waarneming.nl) Inhoud 1. Inleiding...

Nadere informatie

Grote vos Nymphalis polychloros

Grote vos Nymphalis polychloros Nymphalis polychloros Jan Goedbloed Soortbeschrijving De is een grote bruinrode vlinder, behorend tot de familie van de schoenlappers Nymphalidae waar ook, Atalanta, Dagpauwoog, Gehakkelde aurelia en Distelvlinder

Nadere informatie

Libellenmonitoring in Nederland ervaringen na 16 jaar tellen

Libellenmonitoring in Nederland ervaringen na 16 jaar tellen Libellenmonitoring in Nederland ervaringen na 16 jaar tellen Tim Termaat Libellenstudiedag Vlaanderen 15 februari 2014 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Hoe gaat

Nadere informatie

Werken in startende bedrijven

Werken in startende bedrijven M201211 Werken in startende bedrijven drs. A. Bruins Zoetermeer, september 2012 Werken in startende bedrijven De meeste startende ondernemers hebben geen personeel. Dat is zo bij de start met het bedrijf,

Nadere informatie

Het Nederlandse bos in cijfers

Het Nederlandse bos in cijfers Het Nederlandse bos in cijfers Resultaten van de 6e Nederlandse Bosinventarisatie - Mart-Jan Schelhaas en Sandra Clerkx (Alterra) In 2012 is begonnen met de metingen van de 6e Nederlandse Bosinventarisatie.

Nadere informatie

Overzicht uitgeschreven huisartsen NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg

Overzicht uitgeschreven huisartsen NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg Overzicht uitgeschreven huisartsen 1990-2015 NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg ISBN 978-94-6122-424-8 http://www.nivel.nl nivel@nivel.nl Telefoon 030 2 729 700 Fax 030 2 729 729

Nadere informatie

Broedvogels van de Boswachterij Ruurlo in 2006.

Broedvogels van de Boswachterij Ruurlo in 2006. Broedvogels van de Boswachterij Ruurlo in 2006. Gerrit Arfman Opdrachtgever Staatsbosbeheer Regio Oost Deventer Colofon Broedvogelkartering: Gerrit Arfman. Foto s: Ad van Roosendaal. Tekst: Gerrit Arfman,

Nadere informatie

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 en zonder vogeldoelen Erratum Bijlage 9 Toetsing typische soorten in Natura 2000 en zonder vogeldoelen Onderstaande tekst vervangt bijlage 9 bij het

Nadere informatie

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009 FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)

Nadere informatie

1. Status. Groenknolorchis (Liparis loeselii) H Kenschets. 3. Ecologische vereisten. 4. Huidig voorkomen

1. Status. Groenknolorchis (Liparis loeselii) H Kenschets. 3. Ecologische vereisten. 4. Huidig voorkomen Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Groenknolorchis (Liparis loeselii)

Nadere informatie

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt

CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt CBS: Meer werkende vrouwen op de arbeidsmarkt Tussen maart en mei is het aantal mensen met een baan met gemiddeld 6 duizend per maand gestegen. De stijging is volledig aan vrouwen toe te schrijven. Het

Nadere informatie

Verslag libellenmonitoring 2017 Leersumse Veld

Verslag libellenmonitoring 2017 Leersumse Veld Verslag libellenmonitoring 2017 Leersumse Veld Jan Katsman, januari 2018 Libellenmonitoring 2017 in het Leersumse Veld. Het gebied Hert Leersumse Veld is eigendom van en wordt beheerd door Staatsbosbeheer.

Nadere informatie