Geschiedenis schrijven!

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Geschiedenis schrijven!"

Transcriptie

1 Geschiedenis schrijven!

2

3 JEANNETTE KAMP SUSAN LEGÊNE MATTHIAS VAN ROSSUM SEBAS RÜMKE GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! WEGWIJZER VOOR HISTORICI

4 Ontwerp omslag en vormgeving binnenwerk: V3-Services, Baarn isbn e-isbn (pdf ) doi / nur 680 Jeannette Kamp, Susan Legêne, Matthias van Rossum & Sebas Rümke / Amsterdam University Press B.V., Amsterdam 2016 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 jº het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351, zoals gewijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden.

5 5 I NHOUD Inleiding 9 Opzet 11 1 Historisch onderzoek: het belang van een vraagstelling 1.1 Onderwerp en vraag Een onderwerp benoemen Soorten vragen: beschrijvend, verklarend, verkennend Vraagstelling Criteria voor historische onderzoeksvragen Oriënteren en vragen: de historiografische context Status quaestionis De beschikbaarheid van bronnen Een eigen bijdrage aan de geschiedschrijving Stellingname en historisch debat Kritiek en zelfkritiek Plaats bepalen: feiten, interpretaties en filosofische posities Het onderzoeksplan: vragen, materiaal en methoden, planning Hoofdvraag, deelvragen, opbouw Planning en terugkoppeling 29 2 Bouwstenen van de historische methode 2.1 Primaire en secundaire bronnen Primaire bronnen: afkomstig uit de context Secundaire bronnen: historische wetenschappelijke literatuur Wegwijs in de historische wetenschappelijke literatuur 37

6 6 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! Literatuur in soorten en maten: van handboek tot tijdschriftartikel Zoekstrategieën voor literatuuronderzoek Verder zoeken Goed nadenken over je vondsten Oriëntatie op primaire bronnen: kan alles een bron zijn? Bronnen in soorten en maten: van tekst tot beeld en geluid Wisselwerkingen tussen bronnen en interpretatie Toegang tot bronnencollecties 53 3 Toepassen van de historische methode 3.1 Vijf stappen tot een definitief onderzoeksplan Na de voorlopige vraagstelling: leesstrategieën op drie niveaus Terug naar de onderzoeksvraag Bronnenonderzoek Het belang van bronnenkritiek Ordenen van literatuur en bronnen Een beredeneerde literatuurlijst aanleggen Aantekeningen maken Bronnen bijhouden Praktische tips voor het opslaan van computerbestanden Ordenen is redeneren: bronnenkritiek en de historische methode Stiltes in teksten Periodisering Selecteren Beeldanalyse Gebruik van mondelinge bronnen 84 4 Geschiedenis schrijven: verhaal en betoog 4.1 De structuur van een historische tekst Inleiding Inleiding en voorwoord Het betoog De conclusie Richtlijnen voor alinea s en paragraafindeling Eén alinea per punt, of één boodschap per alinea Voorbeelden van ordeningsprincipes op alineaniveau Paragraaf, subparagraaf, tussenkopjes 102

7 INHOUD Betoog en debat De stem van de auteur in het historische verslag De stem van anderen in het historische verslag Oorspronkelijk werk en plagiaat Voorbeelden van eigen betoog en verwijzing naar anderen Kwesties van stijl Persoonlijke voornaamwoorden Verleden tijd en tegenwoordige tijd Algemene en exacte uitspraken Annotatieregels Presentatie en historisch debat 5.1 Vorm en stijl Van referaat tot posterpresentatie Stijlen van presenteren Enkele vuistregels en tips Feedback en debat Kritiek en advies Historicus zijn en dan? 6.1 Beroepsperspectieven Het belang van publiceren 136 Bijlagen i Richtlijnen voor annotatie I.1 Verwijzingen naar literatuur, websites, bronnen 143 I.1.1 Verwijzen naar een boek 143 I.1.2 Verwijzen naar een artikel in een tijdschrift 147 I.1.3 Verwijzen naar een artikel in een bundel 148 I.1.4 Verwijzen naar een website of digitaal beschikbare bron 149 I.1.5 Verwijzen naar een archiefstuk 150 I.1.6 Verwijzen naar een krantenartikel 152 I.1.7 Verwijzen naar een ongepubliceerd artikel of werkstuk 153 I.1.8 Annotatie van beeldmateriaal 153 I.1.9 Annotatie van databases, tabellen en figuren 154 I.1.10 Opeenvolgende noten 156

8 8 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! I.1.11 Verzamelnoten 156 I.1.12 Afkortingen in noten 157 I.2 Bibliografie 157 I.2.1 Vuistregels voor een literatuurlijst 158 I.3. Samenvattend schema 159 ii Andere annotatiestijlen II.1 Variaties op De Buck 165 II.2 De Chicago-stijl 166 II.3 Auteur-datumreferentie 169 Verantwoording 175 lijst van schema s Schema 1 Bronnendiversiteit en interactie 52 Schema 2 Vijf stappen tot een definitief onderzoeksplan 66 Schema 3 Samenvatting en ordening van literatuur 77 Schema 4 Ingangen voor de analyse van foto s als historische bron 83 Schema 5 Overzicht van aangehaalde voorbeelden voor annotatie De Buck-stijl 159 Schema 6 Overzicht van aangehaalde voorbeelden voor annotatie Chicago-stijl 168 Register 177

9 9 I NLEIDING Historici hebben niet alleen kennis van de geschiedenis, door erover te schrijven maken ze ook geschiedenis. In wisselwerking met andere historici uit het verleden en in het heden, en in dialoog met hun eigentijdse publiek dragen zij kennis en inzichten aan die de samenleving helpen zich bewust tot het verleden te verhouden. Dat gaat niet alleen over de nieuwste geschiedenis. Nadenken over geschiedenis is interessant en relevant vanaf de vroegste prehistorie tot de dag van gisteren. Het gaat om een verleden dat met nieuwe visies, inzichten en technieken steeds opnieuw vanuit talloze invalshoeken kan worden benaderd. Vandaar dat uitroepteken in de titel van deze wegwijzer. Geschiedenis schrijven! roept op tot een ambitie om actief de mogelijkheden van het vak te verkennen en daarin vervolgens een eigen weg te gaan. Centraal in geschiedschrijving staat de historische methode van bronnenkritiek. Ook in deze wegwijzer is deze methode een terugkerend onderwerp. Historische methoden en technieken zijn overwegend ontwikkeld in wat we met terugwerkende kracht een analoge context zouden kunnen noemen: gedragen door papieren archieven, gedrukte boeken, verzamelde voorwerpen, beeldmateriaal en opgetekende verhalen. De snelle ontwikkelingen op het gebied van ICT en digitale beeldvormingstechnieken hebben grote invloed op de methoden en technieken van de geschiedschrijving. De toegang tot bronnen verandert, bronnen zelf krijgen een ander karakter, de onderlinge communicatie over historische bevindingen krijgt nieuwe vormen, archiefvorming wordt op een nieuwe leest geschoeid. Aankomende historici staan midden in deze veranderingen en zullen zelf mede de betekenis ervan bepalen voor het historisch handwerk. Deze wegwijzer is daarom een versie 2.0. Hij loopt niet vooruit op de technologie en projecteert niet wat in de toekomst mogelijk zal zijn aan verwerking van big data, beeldherkenning, het terughalen van historisch

10 10 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! geluid, en andere te verwachten ontwikkelingen. Doel van Geschiedenis schrijven! is om een verbinding te maken tussen de wetenschappelijk geijkte historische methoden en technieken en de digitale middelen die de historicus inmiddels ook ter beschikking staan. ICT stelt bronnenkritiek in een nieuw licht. Belangrijk is ook dat ze het historiografisch debat verbreedt, zowel door de vermindering van geografische scheidslijnen als door de toegenomen mogelijkheden voor onmiddellijke interactie met lezers. Aankomende historici kunnen door een bewuste omgang met de methoden en technieken van het vak een belangrijke bijdrage leveren aan deze vernieuwingen. Geschiedenis schrijven! gaat over Nederlandstalige geschiedbeoefening. Dat is natuurlijk niet hetzelfde als Nederlandse geschiedenis, zoals ook zal blijken uit de aangehaalde voorbeelden. Het boek is in de eerste plaats opgezet als een gids voor historische methoden en technieken. Het richt zich op iedereen die zich de kunst van geschiedschrijving eigen wil maken, zowel binnen als buiten de academische praktijk. Dit boek is daarbij primair bestemd voor studenten aan Nederlandstalige opleidingen in het hoger beroepsonderwijs en wetenschappelijk onderwijs in Nederland, België en Suriname. Wij wensen aankomende historici die dit boek gebruiken veel succes en plezier in de studie en hopen dat deze wegwijzer goed van pas komt.

11 11 O PZET Geschiedenis schrijven! bestaat uit zes hoofdstukken en wordt afgesloten met twee technische bijlagen. Hoofdstuk 1 bespreekt de grote lijnen van een historisch onderzoeksproces, waarbij het accent ligt op het belang van het formuleren van een goede historische vraagstelling. Kort komen alle fasen van en technieken voor historisch onderzoek aan bod. Deze fasen worden in de daaropvolgende hoofdstukken verder uitgediept. 1.1 Onderwerp en vraag: Een onderwerp benoemen / Soorten vragen: beschrijvend, verklarend, verkennend / Vraagstelling / Criteria voor historische onderzoeksvragen 1.2 Oriënteren en vragen: de historiografische context: Status quaestionis / De beschikbaarheid van bronnen / Een eigen bijdrage aan de geschiedschrijving 1.3 Stellingname en historisch debat: Kritiek en zelfkritiek / Plaats bepalen: feiten, interpretaties en filosofische posities 1.4 Het onderzoeksplan: vragen, materiaal en methoden, planning: Hoofdvraag, deelvragen, opbouw / Planning en terugkoppeling In hoofdstuk 2 staan de bouwstenen centraal van het historisch onderzoek: literatuur en bronnen. Het gaat over het onderscheid tussen de primaire bronnen en secundaire literatuur, de diversiteit aan primaire bronnen en hun inbedding in verschillende wetenschapsdisciplines en verzameltradities, met een korte indicatie hoe je ze kunt tegenkomen in bibliotheken, archieven en musea. 2.1 Primaire en secundaire bronnen: Primaire bronnen: afkomstig uit de context / Secundaire bronnen: historische wetenschappelijke literatuur

12 12 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! 2.2 Wegwijs in de historische wetenschappelijke literatuur: Literatuur in soorten en maten: van handboek tot tijdschriftartikel / Zoekstrategieën voor literatuuronderzoek / Verder zoeken / Goed nadenken over je vondsten 2.3 Oriëntatie op primaire bronnen: kan alles een bron zijn? Bronnen in soorten en maten: van tekst tot beeld en geluid / Wisselwerkingen tussen bronnen en interpretatie / Toegang tot bronnencollecties Hoofdstuk 3, over de toepassing van de historische methode, bespreekt met behulp van een schema stap voor stap hoe je zelf onderzoek doet. Bij het zoeken en ordenen van informatie worden steeds inhoudelijke keuzes gemaakt. Waar je zoekt en hoe je leest, je bronnenmateriaal verzamelt en interpreteert: het vergt doelbewuste beslissingen en een constante terugkoppeling naar je onderzoeksvraag. Vervolgens komen een aantal methodologische kwesties aan de orde over literatuurverwerking en bronnenonderzoek. 3.1 Vijf stappen tot een definitief onderzoeksplan: Na de voorlopige vraagstelling: leesstrategieën op drie niveaus / Terug naar de onderzoeksvraag / Bronnenonderzoek / Het belang van bronnenkritiek 3.2 Ordenen van literatuur en bronnen: Een beredeneerde literatuurlijst aanleggen / Aantekeningen maken / Bronnen bijhouden / Praktische tips voor het opslaan van computerbestanden 3.3 Ordenen is redeneren: bronnenkritiek en de historische methode: Stiltes in teksten / Periodisering / Selecteren / Beeldanalyse / Gebruik van mondelinge bronnen In hoofdstuk 4 staat vervolgens het schrijfproces centraal. Schrijven is een geconcentreerde vorm van denken die dwingt tot het duidelijk neerzetten van een gedachtegang. Maar het is ook een techniek, en van groot belang voor een overtuigende historische uiteenzetting. Bovendien gelden voor historische verslagen een aantal conventies met betrekking tot annotatie die iedere historicus zich eigen dient te maken. In de bespreking van de opbouw van een tekst in grote lijnen, op alinea- en op zinsniveau passeren tevens inhoudelijke aspecten de revue voor de stem van de schrijver en het impliciete of expliciete debat waaraan deze deelneemt. 4.1 De structuur van een historische tekst: Inleiding / Inleiding en voorwoord / Het betoog / De conclusie 4.2 Richtlijnen voor alinea s en paragraafindeling: Eén alinea per punt, of één boodschap per alinea / Voorbeelden van ordeningsprincipes op alineaniveau / Paragraaf, subparagraaf, tussenkopjes 4.3 Betoog en debat: De stem van de auteur in het historische verslag / De

13 OPZET 13 stem van anderen in het historische verslag / Oorspronkelijk werk en plagiaat / Voorbeelden van eigen betoog en verwijzing naar anderen 4.4 Kwesties van stijl: Persoonlijke voornaamwoorden / Verleden tijd en tegenwoordige tijd / Algemene en exacte uitspraken / Annotatieregels Hoofdstuk 5 behandelt de mondelinge variant. Spreken en schrijven zijn aan elkaar gerelateerd, maar uiteraard ook fundamenteel verschillend. Dit hoofdstuk gaat in op verschillende vormen en stijlen van presenteren en op het belang van het zelf aangaan van het historisch debat. Voor de voorbereiding op de beroepspraktijk van historici zijn in de geschiedenisopleiding mondeling presenteren en debat even belangrijk als het schriftelijk kunnen rapporteren. 5.1 Vorm en stijl: Van referaat tot posterpresentatie / Stijlen van presenteren / Enkele vuistregels en tips 5.2 Feedback en debat: Kritiek en advies Over die beroepspraktijk gaat heel kort hoofdstuk 6. Historici verhouden zich schriftelijk en mondeling tot hun vakgenoten en tot de samenleving als geheel, op basis van hun studie van en kennis over het verleden. Daarbij kunnen afhankelijk van het onderwerp opinies over het heden een rol spelen. Historici zijn echter geen orakels die het heden kunnen duiden of de toekomst kunnen voorspellen. Meestal zullen zij zelfs terughoudend zijn met het vellen van een historisch oordeel. Duiden, context bieden; dat is waar historici bovenal in getraind zijn. Deze wegwijzer beoogt aan die opleiding bij te dragen, in de hoop een goede basis te bieden voor een latere historische (beroeps)praktijk. 6.1 Beroepsperspectieven 6.2 Het belang van publiceren De wegwijzer sluit af met twee bijlages. Bijlage I bevat de richtlijnen volgens De Buck, die voor annotatie van historisch onderzoek leidend zijn in Nederlandstalige historische publicaties. Ze zijn in een aparte bijlage geplaatst teneinde ze gemakkelijk te kunnen raadplegen. In buitenlandse publicaties of in aanverwante (sociaalwetenschappelijke) disciplines worden te veel verschillende annotatiestijlen gebruikt om hier te kunnen behandelen. In bijlage II volgt een korte uiteenzetting van enkele belangrijke annotatiewijzen.

14

15 15 1 HISTORISCH ONDERZOEK: HET BELANG VAN EEN VRAAGSTELLING 1.1 Onderwerp en vraag: Een onderwerp benoemen / Soorten vragen: beschrijvend, verklarend, verkennend / Vraagstelling / Criteria voor historische onderzoeksvragen 1.2 Oriënteren en vragen: de historiografische context: Status quaestionis / De beschikbaarheid van bronnen / Een eigen bijdrage aan de geschiedschrijving 1.3 Stellingname en historisch debat: Kritiek en zelfkritiek / Plaats bepalen: feiten, interpretaties en filosofische posities 1.4 Het onderzoeksplan: vragen, materiaal en methoden, planning: Hoofdvraag, deelvragen, opbouw / Planning en terugkoppeling

16

17 HISTORISCH ONDERZOEK: HET BELANG VAN EEN VRAAGSTELLING 17 Historici verschaffen inzicht in het verleden. Via boeken, artikelen, websites of presentaties dragen zij informatie over aan collega s, studenten en een breder publiek. Dit doen zij niet zomaar. In hun werk geven historici eigenlijk voortdurend antwoord op vragen over het verleden. Deze vragen worden beantwoord door historisch literatuur- en bronnenonderzoek. Maar hoe zet je nu een verantwoord historisch-wetenschappelijk onderzoek op? Op welke manier kom je tot een relevant onderwerp en hoe baken je dat dan af? Hoe formuleer je een goede onderzoeksvraag? En waar moet je daarna dan allemaal aan denken? Dit hoofdstuk zet uiteen waar je rekening mee moet houden bij het opzetten van een onderzoek. Het gaat over het kiezen van een onderwerp, het formuleren van een vraagstelling en het afbakenen van het onderzoek in relatie tot de literatuur en het bronnenmateriaal, maar ook over de organisatie van het onderzoek, de rol van begeleiding en het omgaan met commentaar en advies. 1.1 Onderwerp en vraag Voor wetenschappelijk onderzoek gelden vele drijfveren. Dit kan verwondering zijn over iets moois of iets uitzonderlijks, interesse in de werking van bepaalde processen of betrokkenheid bij actuele vraagstukken. Soms komt een onderzoeksvraag juist voort uit de drang om aan te tonen dat iets wat voor waar wordt aangenomen niet juist is, of niet zo eenvoudig of eenzijdig als door anderen wordt voorgesteld. Nieuwsgierigheid, verwondering en zelfs verontwaardiging: het zijn legitieme drijfveren. Ook de omgeving heeft invloed op de bepaling wat je interessant vindt. Het is dus belangrijk om stil te staan bij de vraag hoe je op een onderwerp komt. drijfveren Een onderwerp benoemen Binnen de opleiding tot historicus kan het voorkomen dat je gewoonweg de opdracht krijgt over een bepaald onderwerp te schrijven. Ook verrichten veel historici onderzoek in opdracht van derden of in de context van een breed onderzoeksprogramma waarbinnen zij hun meer specifieke interesse en expertise een plaats moeten geven. Maar het is volstrekt niet verkeerd om, als die ruimte er is, bijvoorbeeld bij scripties, te kiezen voor het bestuderen van een onderwerp vanwege persoonlijke interesse. Het kan zijn dat een onderwerp je simpelweg aanspreekt, of dat een bepaald onderwerp goed aansluit bij je toekomstplannen of bij bepaalde talenten die je wilt ontwikkelen. Tegelijkertijd moet in de keuze voor een onderwerp altijd rekening gehouden worden met de uiteindelijke bijdrage die een onderzoek kan leveren aan de wetenschap of de samenleving. Het is belangrijk om je van dit krachtenveld bewust te zijn. Kritisch kijken naar je keuze voor een onderwerp ook als dit onderwerp niet opdracht interesse

18 18 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! Hoe leidt vervolgens de keuze voor een goed onderwerp tot een goed onderzoek? De opzet van een goed historisch onderzoek begint met het formuleren van een vraag. Met de vraagstelling formuleer je zo nauwwetenschappelijke en maatschappelijke waarden kennis kennisverwerving strategische handeling vrij gekozen is is een cruciale eerste stap om tot een invulling ervan te komen. Het kan daarbij zinvol zijn om jezelf te confronteren met vragen die het vanzelfsprekende weer in twijfel trekken. Waarom is juist dit onderwerp interessant? Wat wil je weten? En wat verwacht je dat onderzoek naar dat onderwerp oplevert? Historisch onderzoek begeeft zich doorgaans op zowel het wetenschappelijke als het maatschappelijke speelveld. In de beoordeling van maar ook de keuze voor een bepaald onderzoek kunnen daardoor wetenschappelijke en maatschappelijke waarden een rol spelen. Het vinden van een balans tussen deze waarden is haast ondoenlijk. Ondanks verschillende pogingen vanuit overheden en universiteiten om de waarde van wetenschappelijke resultaten meetbaar te maken ( valorisatie, maatschappelijke relevantie ), blijft de vaststelling van het belang van het bestuderen van een onderwerp en de resultaten daarvan een subjectieve aangelegenheid. Over de verhouding tussen het belang van maatschappelijke en wetenschappelijke relevantie bestaat dus geen consensus; afhankelijk van het onderwerp moet zo n verhouding steeds opnieuw worden gezocht. In grote lijnen kunnen we stellen dat wetenschap als onderneming gericht is op het zo ver mogelijk ontwikkelen van kennis en inzicht in brede zin. De maatschappelijke uitwerking van deze kennis, bijvoorbeeld als bijdrage aan oplossingen voor maatschappelijke problemen, is een groot goed. Zo n bijdrage kan voortkomen uit individueel onderzoek of voortvloeien uit de inzichten van een specifieke discipline, en betreft ook de verspreiding van wetenschappelijke kennis en grondhoudingen in het algemeen. Maar voorop staat dat wetenschappelijke relevantie voor ieder onderzoek een eerste vereiste is. Wetenschappelijk werk zal primair beoordeeld worden op zijn bijdrage aan de wetenschap, aan het wetenschappelijke proces van kennisverwerving. Dit proces bestaat uit zowel het opbouwen van nieuwe kennis en inzichten, als het onderzoeken, bekritiseren en soms afbreken van aanwezige kennis en inzichten die niet meer voldoen. De keuze voor een bepaald onderwerp en de opzet van een onderzoek bewegen zich ergens binnen dit spectrum, tussen nieuw te onderzoeken gegevens of nieuw te verwerven kennis, en het herevalueren van bestaande kennis. De vaststelling van het onderwerp is een strategische handeling waarbij met deze factoren rekening gehouden dient te worden. formuleren van een vraag Soorten vragen: beschrijvend, verklarend, verkennend

19 HISTORISCH ONDERZOEK: HET BELANG VAN EEN VRAAGSTELLING 19 keurig mogelijk wat je te weten wilt komen door het uitvoeren van je onderzoek. De waarde van het onderzoek ligt dus meer dan in de onderwerpskeuze besloten in de vraagstelling. Simpel gezegd: een goede vraag is het halve werk. Vragen bestaan er in soorten en maten. Sommige vragen zijn groot, gericht op bijvoorbeeld langlopende historische ontwikkelingen of een probleem op wereldschaal. Maar vragen kunnen ook kleiner zijn en betrekking hebben op een specifieke historische gebeurtenis, een specifiek thema of een korte periode. Vaak vallen grotere vragen uiteen in kleinere (sub)vragen. De beantwoording van een kleinere vraag kan cruciaal zijn voor de wijze waarop naar een groter vraagstuk gekeken wordt. Om grotere onderzoeksvragen werkbaar te maken worden deze opgedeeld in deelvragen. De keuze van deelvragen is niet willekeurig: de behandeling van de deelvragen vormt op een systematische wijze de stapsgewijze beantwoording van de hoofdvraag. Een onderzoeksvraag is dus niet hetzelfde als een zoekvraag zoals je die vast verschillende malen per dag intypt in een zoekmachine; het is ook geen helpvraag waar voorgestructureerde antwoorden op kunnen komen die kort uitleggen hoe het zit of hoe het moet. Een goede historische onderzoeksvraag zoekt niet louter een antwoord op vragen naar wie, wat, waar, wanneer, hoe en waarom, maar zoekt naar verdieping van inzicht in een bepaald probleem. Bij de vraagstelling draait het om de kwaliteit en haalbaarheid van de vraag. Tegelijkertijd is het van belang om de plaats te bepalen van de gekozen onderzoeksvraag ten opzichte van andere, vaak grotere vraagstukken. Leidt de beantwoording van de vraag van jouw onderzoek tot nieuwe inzichten of nieuwe vragen in een breder probleemveld? In het algemeen worden de volgende typen vraagstellingen onderscheiden: beschrijvende, verklarende en verkennende vraagstellingen. Beschrijvende vraagstellingen vragen naar aspecten en kenmerken van een onderwerp. De vraagstelling leidt vaak tot een beschrijving waarin geen oordelen over het onderwerp van de tekst worden gegeven. Vaak is de kennis die voortkomt uit beschrijvende vraagstellingen nodig om te komen tot verklarende vraagstellingen. Verklarende vraagstellingen vragen naar oorzaken van een bepaald verschijnsel, of naar andere verbanden tussen verschijnselen. De vraagstelling stuurt aan op een zoektocht naar een verklaring voor een verschijnsel of proces. Verkennende vraagstellingen, ten slotte, kunnen toetsend, voorschrijvend of adviserend zijn. Een verkennende vraagstelling met een toetsend karakter probeert een bestaande verwachting of verklaring te onderzoeken of te testen. Dit kan door heel direct te toetsen of een theorie of hypothese iets kan verklaren over een nog niet onderzochte casus. Toetsen kan ook indirect door een vergelijking te maken tussen verschillende situaties of verschijnselen, deelvragen beschrijvende vraagstellingen verklarende vraagstellingen verkennende vraagstellingen

20 20 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! of door een specifieke situatie of een specifiek verschijnsel te vergelijken met een standaard of een ijkpunt. Verkennende vraagstellingen hebben een voorschrijvend of adviserend karakter wanneer het onderzoek bijvoorbeeld concepten of methoden toetst en conclusies formuleert met betrekking tot het gebruik daarvan. Ook beleidsonderzoek kan verkennend zijn. Historici zijn daar door hun opleiding goed voor toegerust, maar moeten daarbij wel oog houden voor het spanningsveld dat kan ontstaan tussen de verschillende belangen die spelen bij het doen van wetenschappelijk onderzoek en de maatschappelijke toepassing daarvan. Voor goede (wetenschappelijk verantwoorde) verkennende vraagstellingen zullen altijd de academische maatstaven moeten gelden. De inzichten die voortkomen uit beschrijvende en verklarende vraagstellingen zullen daarbij vaak nodig zijn. Het kan verhelderend werken om voorbeelden te bestuderen van vraagstellingen die in academische studies centraal staan. De voorbeelden zijn uiteraard talloos, omdat vrijwel iedere wetenschappelijke tekst is opgezet aan de hand van een historisch relevante onderzoeksvraag die expliciet of impliciet in de tekst wordt vermeld. Deze onderzoeksvraag geeft direct het doel, de richting en vaak ook de afbakening aan van het onderzoek dat achter een bepaalde tekst schuilgaat. Zo stelt Elise van Nederveen Meerkerk in haar studie De draad in eigen handen over vrouwen in de vroegmoderne Nederlandse textielindustrie als centrale vraag: Hoe is de arbeidsdeling tussen mannen en vrouwen te verklaren en welke factoren veroorzaakten hierin eventueel veranderingen in de pre-industriële periode? 1 Dit is een verklarende vraag, omdat gezocht wordt naar een verklaring voor of de oorzaken van de arbeidsdeling tussen mannen en vrouwen en mogelijke veranderingen daarin. Het is belangrijk om te beseffen dat daarmee gevraagd wordt naar een verklaring van een verschijnsel dat eerst beschreven moet worden. De achterliggende beschrijvende vraag is dan ook hoe de arbeid tussen mannen en vrouwen in de textielsector verdeeld was, en welke veranderingen hierin eventueel optraden gedurende de vroegmoderne periode. 2 In dit geval onderzoekt de historica aan de hand van literatuur en eigen bronnenonderzoek eerst het historische onderwerp op een beschrijvend niveau, om daarna onderzoek te kunnen doen naar de verklarende hoofdvraagstelling. Soms is het lastiger om onderscheid te maken tussen beschrijvende en verklarende vraagstellingen. Zo stellen Sofie De Langhe, Maja Mechant en Isabelle Devos in een studie naar ongehuwde moeders op het platteland in de Zuidelijke Nederlanden de vraag op welke manier de socio-econovoorbeelden Vraagstelling

21 HISTORISCH ONDERZOEK: HET BELANG VAN EEN VRAAGSTELLING 21 mische context van een streek het verdere leven van ongehuwde moeders beïnvloedde. 3 Deze vraag lijkt op het eerste gezicht een verklarend karakter te hebben, omdat ze aanstuurt op een duiding van het verband tussen sociale en economische omgevingsfactoren en de levensloop van ongehuwde moeders. Toch is de onderzoeksvraag primair een beschrijvende vraagstelling, omdat het onderzoek met op welke manier in feite aanstuurt op een beschrijving van de invloed van de omgevingsfactoren op de levensloop van ongehuwde moeders. Uit deze beschrijving moeten de historici vervolgens verklaringen halen voor het specifieke verband dat zij willen aantonen Criteria voor historische onderzoeksvragen Het is dus mogelijk om vragen te stellen in soorten en maten. Toch zijn niet alle mogelijke vragen ook goede vragen. Voor het opstellen van verantwoorde historische onderzoeksvragen is een aantal criteria belangrijk: een vraagstelling moet altijd zo precies mogelijk geformuleerd zijn; een vraagstelling mag geen onduidelijkheden, algemeenheden of ambiguïteiten bevatten; en ten slotte moet ze voldoen aan een aantal academische criteria. Vaagheden in de vraagstelling kunnen ertoe leiden dat het onderzoek op een dwaalspoor terechtkomt. Het kan ook zijn dat een onderzoeker met een onduidelijke vraagstelling zichzelf voorhoudt dat het doel van het onderzoek duidelijk is, terwijl dat in feite niet zo is. Beginnende onderzoekers komen deze valkuil vaak tegen. Het is niet erg om de vraagstelling gedurende het onderzoek enigszins bij te stellen, maar als de ondeugdelijkheid van een onderzoeksvraag pas laat in het onderzoek wordt vastgesteld, kan dit leiden tot kostbaar tijdverlies of mislukking van het onderzoek. Het karakter of het type van de vraagstelling moet duidelijk op te maken zijn uit de formulering. Vraagwoorden zoals hoe, waardoor en waarom zijn goede indicatoren voor het karakter van de vraag. Wanneer een vraagstelling gegoten wordt in een lopende zin is het van belang dat werkwoorden worden gebruikt die een duidelijke aanwijzing geven over het type vraagstelling. Het kan de (aankomend) historicus helpen om een goed lopend betoog te schrijven en de lezers bij de les te houden door de centrale vraagstelling van een onderzoek nadrukkelijk in de tekst te presenteren. Een goede vraagstelling moet bovendien voldoen aan een aantal academische criteria. Een vraag moet historisch zinvol zijn. Vragen die een onderwerp bijvoorbeeld op een technische, psychologische, medische of geografische wijze benaderen, zijn niet altijd te beantwoorden op basis van historisch onderzoek. De vraagstelling moet ook op andere manieren diepgang mogelijk maken. Zo is het weinig zinvol om een vraag te stellen verantwoorde historische onderzoeksvragen academische criteria

22 22 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! waarop alleen geantwoord kan worden met een naam, een begrip, een opsomming of een simpel ja of nee, of zo n beetje. Dit wordt vaak omzeild door een vraag te beginnen met in hoeverre, maar wees ook daar kritisch op. Een in hoeverre -vraag heeft de neiging een zwakke vraagstelling te verdoezelen. Immers: een academische vraagstelling behoort geen impliciete waardeoordelen te bevatten. Als er al een normatief uitgangspunt is gekozen, dan dient dit expliciet te zijn. Een vraagstelling moet concreet zijn en duidelijk aangeven wat wordt onderzocht. Ook moet een vraagstelling realistisch zijn: uitvoerbaar wat betreft de tijdsduur van het onderzoek en de beschikbaarheid van bronnen. 1.2 Oriënteren en vragen: de historiografische context Tot nu toe is afgetast welke soorten vragen gesteld kunnen worden en waar een goede vraagstelling aan moet voldoen. Maar hoe formuleer je een vraag? Hoe kom je tot een relevante en goede vraagstelling? Een vraag komt evenals het vinden van een interessant onderwerp niet vanuit het niets. Eraan vooraf gaat een oriëntatiefase. Het formuleren van een goede vraag vindt plaats op basis van 1) een gedegen kennis van de relevante wetenschappelijke literatuur, 2) een eerste verkenning van het beschikbare (bronnen)materiaal en 3) een inschatting van de potentiële bijdrage aan de wetenschap. Het doel van het onderzoek hetgeen je met de vraagstelling beantwoord wilt hebben moet zich tot deze drie elementen verhouden. Hoe beter je de context in beeld hebt, des te scherper kan de vraagstelling zijn. status quaestionis Status quaestionis Op basis van een voorlopige onderzoeksvraag kan de bestaande kennis in kaart worden gebracht door middel van een verkenning van de literatuur. Het is belangrijk om inzicht te krijgen in wat er al onderzocht is en welke verschillende perspectieven er bestaan op het bestudeerde onderwerp. Een goede manier om dit inzicht te verkrijgen is door de bevindingen uit de literatuur uiteen te zetten in een systematische analyse een status quaestionis (Latijn voor stand van zaken ; ook wel state of the art). Historici noemen zo n status quaestionis ook wel een historiografisch overzicht, een kritisch en analytisch overzicht van de ontwikkeling van de geschiedschrijving over het onderwerp. In zo n verhandeling over de bestaande kennis in academische literatuur wordt enerzijds in kaart gebracht wat bekend is en juist ook wat we nog niet weten. Anderzijds bespreekt de status quaestionis vanuit welke benaderingen de verschillende relevante

23 HISTORISCH ONDERZOEK: HET BELANG VAN EEN VRAAGSTELLING 23 teksten zijn geschreven en welke debatten de relevante auteurs voeren over het te onderzoeken vraagstuk. De status quaestionis verbindt de kennis of stellingen die in de literatuur naar voren komen met het onderzoek waarop dit gebaseerd is. Verschillende soorten bronnen en onderzoeksmethoden kunnen namelijk tot verschillende perspectieven leiden. Bovendien wordt op deze manier al snel duidelijk welke bronnen waarvoor zijn gebruikt en waarvoor ze niet bruikbaar zijn. Een status quaestionis hoeft zich niet te beperken tot historisch-wetenschappelijke werken. Afhankelijk van de vraagstelling kunnen verwijzingen naar memoires, politieke geschriften, beleidsstukken, culturele producties of de bevindingen uit andere wetenschapsdisciplines relevant zijn in een beschrijving van de stand van zaken. De kerntaak van een status quaestionis is het in kaart brengen van het historisch-wetenschappelijke en soms ook maatschappelijke debat. Soms zijn debatten gemakkelijk te herkennen doordat auteurs elkaar expliciet bestrijden over een verschil van inzicht. Soms blijven de verschillen van inzicht impliciet, verwijzen auteurs niet naar elkaar en wordt hun werk pas vanuit deze nieuwe vraagstelling voor het eerst op dat van de ander betrokken. Juist in deze gevallen is het van belang om zelfstandig de verschillende perspectieven die in de literatuur voorkomen met elkaar te contrasteren. Door de literatuur op deze wijze systematisch te lijf te gaan, kunnen soms verrassend nieuwe inzichten worden verkregen over de belangrijke thema s, controverses of vragen die nog onvoldoende zijn onderzocht. Dit geeft reliëf en urgentie aan je eigen vraagstelling (zie verder hoofdstuk 4). debatten herkennen De beschikbaarheid van bronnen Het is tevens belangrijk om een overzicht te krijgen van het (bronnen) materiaal dat voor het onderzoek beschikbaar is. Onder bronnen verstaan we elk soort documentatie direct afkomstig uit de tijd waarover de historicus onderzoek doet. Historisch onderzoek kan worden uitgevoerd op basis van heel veel verschillende soorten bronnen, die kunnen variëren van geschreven teksten tot gebouwen, van foto s tot objecten, en van interviews tot preken (zie verder hoofdstuk 3). Het is daarbij altijd van het grootste belang dat het geselecteerde bronnenmateriaal goed aansluit bij de vraagstelling. De vraag moet daadwerkelijk kunnen worden beantwoord op basis van het desbetreffende materiaal. Een goed overzicht van de beschikbare bronnen en een goed inzicht in de voor- en nadelen van het verschillende materiaal zijn dan ook van cruciaal belang voor de formulering van je definitieve onderzoeksvraag. Denk daarbij niet alleen aan de beschikbaarheid van bronnen, maar onder meer ook aan de betrouwbaarheid, de leesbaarheid, de aard van de informatie die ze bevatten en de hoeveelheid. overzicht beschikbare bronnen krijgen

24 24 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! (her)formulering van de onderzoeksvraag bijdragen aan de geschiedschrijving Een eigen bijdrage aan de geschiedschrijving De verkenning van literatuur en bronnen op basis van een voorlopige onderzoeksvraag is nodig om heel nauwkeurig te kunnen formuleren welke bijdrage de beantwoording ervan zal leveren aan de stand van zaken in de historische wetenschap. Vaak zal door deze verkenning blijken dat de onderzoeksvraag enigszins bijgesteld of opnieuw geformuleerd moet worden. Op basis van het inzicht in de literatuur kan worden vastgesteld wat we al weten, welke perspectieven er bestaan op het onderwerp en welke wellicht overheersen. Deze kennis is nodig voor een goede (her)formulering van de onderzoeksvraag, omdat de onderzoeksvraag de slag maakt naar hetgeen toegevoegd kan of moet worden aan de wetenschappelijke discipline waartoe het onderzoek gerekend kan worden. Het beoogde onderzoek dat met de onderzoeksvraag wordt ingezet verhoudt zich altijd tot de resultaten en uitspraken in eerder academisch werk. Dat is ook het geval bij onderwerpen die nog (bijna) onbestudeerd zijn gebleven. Het gebrek aan studies naar een bepaald onderwerp kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van een dominant geschiedbeeld, waardoor verondersteld werd dat het bestaande inzicht in het onderwerp al voldoende was, een thema soms zelfs helemaal niet relevant werd geacht, of bronnen niet als bron werden (h)erkend. Zo bezien is het opzetten van een onderzoek op basis van een specifieke vraagstelling ook in zichzelf een historiografische activiteit. Het is de voorbereiding tot het leveren van een bijdrage aan de geschiedschrijving. Tijdens het opzetten van je onderzoek bedenk je op welke wijze jouw vraagstelling zich verhoudt tot eerdere studies. Dit lijkt evident voor onderwerpen waarnaar veel studie gedaan is, maar gaat dus ook op voor onderwerpen waarover nog weinig bekend is. Geef jezelf in beide gevallen rekenschap van de bijdrage die het nieuwe onderzoek hopelijk zal leveren ten opzichte van eerdere studies naar hetzelfde historische onderwerp. Bedenk tevens de implicaties van de mogelijke resultaten van het nieuwe onderzoek voor het bredere historische kader. Voor onderwerpen waarnaar veel eerder historisch onderzoek is verricht, is het vaak gemakkelijker om een verklarende of verkennende vraagstelling te formuleren. Het is dan mogelijk om de verklaringen en inzichten van eerdere studies impliciet of expliciet centraal te stellen in de onderzoeksvraag. Voor onderwerpen waarnaar minder historisch onderzoek is verricht kan dit moeilijker zijn, vooral wanneer ook in studies met een meer overkoepelend karakter geen of weinig uitspraken zijn gedaan waarin verbanden worden verondersteld of gesuggereerd. In dat geval kan een meer beschrijvende vraagstelling voor de hand liggen. Vooral voor deze beschrijvende vraagstelling is het van belang om aan te geven wat de mogelijke implicaties zijn van het nieuw te verkrijgen inzicht voor het begrip van bredere thema s of ontwikkelingen. Geen enkel onderwerp

25 HISTORISCH ONDERZOEK: HET BELANG VAN EEN VRAAGSTELLING 25 staat immers op zichzelf. Een onderzoek valt altijd binnen een breder kader of narratief (zie hoofdstuk 4), hoe groot, klein, toegespitst of thematisch een onderwerp ook is. 1.3 Stellingname en historisch debat De onderzoeksvraag kan beschouwd worden als een verbinding tussen het beoogde onderzoek, de stand van zaken van de historische kennis (literatuur over het specifieke onderwerp en over grotere historische thema s) en het beschikbare onderzoeksmateriaal. Of beschouw haar, als je een discussie wilt openbreken, als een breekijzer. Een strategisch gekozen onderzoeksvraag kan leiden tot nieuwe inzichten die een belangrijke bijdrage leveren aan een debat of een bestaande consensus openbreken. Voor zo n debat kan het zinvol zijn om uit de literatuur over jouw onderwerp toetsbare uitspraken of stellingen te lichten, ten opzichte waarvan je jouw onderzoek kunt plaatsen. Waak er dan wel voor deze eerdere uitspraken te versimpelen: maak van het werk van andere historici geen stro-pop die je vervolgens in jouw onderzoek afbrandt. In de sociale wetenschappen is het gebruikelijk om aan de hand van de conclusies van eerdere studies een hypothese op te stellen die onderzocht kan worden in het geplande onderzoek. Ook in historisch onderzoek is dat soms mogelijk. Een hypothese is een voorlopig aangenomen veronderstelling die nader op waarheidsgehalte onderzocht moet worden. Vaak bevat een hypothese stellingen of verwachtingen met betrekking tot de verklaring van bepaalde verschijnselen. De hypothese hoeft daarom niet noodzakelijkerwijs gebaseerd te zijn op hetzelfde historische onderwerp dat in het nieuwe onderzoek centraal staat. Ook uitkomsten van studies naar vergelijkbare gevallen kunnen met inachtneming van de eventuele overeenkomsten en verschillen een basis vormen voor een eigen hypothese. Verbinding of breekijzer: uiteindelijk zal een goede vraagstelling ervoor moeten zorgen dat het onderzoek een relevante bijdrage levert aan de stand van zaken in een wetenschappelijk veld. Aan het antwoord op een triviale vraagstelling gaat de lezer schouderophalend voorbij: nou en?, so what? verbinding breekijzer hypothese Kritiek en zelfkritiek Wetenschap doe je niet alleen. Academici leggen hun onderzoeksvragen en -plannen voortdurend aan elkaar voor om door middel van kritiek en advies te komen tot bijstelling en verbetering. Tijdens de studie wordt met discussies in colleges niet alleen geoefend in het opstellen van onderzoeksvragen, maar juist ook in het sociale en collegiale proces van het

26 26 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! constructieve academische kritiek so what? (zelf)reflectie en aanscherping uitoefenen van constructieve academische kritiek. Deze constructieve kritiek is onmisbaar als toetsing van plannen en gedachten. Ze helpt bij het in een vroege fase van het onderzoek al onderkennen van onvolkomenheden in de vraagstelling en onderzoeksopzet (zie ook hoofdstuk 5). Geschiedschrijven vereist bovendien dat je jezelf kritisch ondervraagt. Lees je onderzoeksvraag geregeld opnieuw door en stel jezelf de vraag of deze echt begrijpelijk maakt wat je van plan bent. Bevat de vraag geen vaagheden en is deze historisch zinvol? Is de vraag wel goed afgebakend? Is het onderwerp niet te groot, of het te verwachten antwoord te triviaal? In de kern vraagt so what? naar de relevantie van het onderzoek of de onderzoeksresultaten. Dit kan vorm krijgen in de reactie waarom het eigenlijk belangrijk is dat dit onderzoek zal worden uitgevoerd, of welke nieuwe inzichten het onderzoek zal opleveren en wat daarvan dan weer de relevantie is. Deze vragen kun je voordat je naar buiten treedt ook aan je eigen onderzoek stellen. Het stellen van dergelijke vragen stuurt aan op (zelf )reflectie en aanscherping van de onderzoeksplannen. Het is in feite de toetssteen voor de kwaliteit van het onderzoeksbouwwerk. De onderzoeksvraag verbindt dan op een zinvolle manier de bestaande kennis, het beschikbare materiaal en het nieuw geplande onderzoek. eigen positionering. goede historische verklaring empirische regelmatigheden Plaats bepalen: feiten, interpretaties en filosofische posities Het is van belang bij het opstellen van een onderzoeksvraag en onderzoeksplan stil te staan bij je eigen positionering. Wil je met het onderzoek een verklaring vinden voor een historisch fenomeen of historische ontwikkeling? Wil je controleren of gevestigde opvattingen kloppen? Of wil je de historische betekenis van een fenomeen vanuit een andere optiek belichten? Vooral voor onderwerpen waar uitgesproken stellingnamen het academische debat domineren, is het belangrijk om je bewust te zijn van je eigen plaats en rol. Wees niet angstig om jezelf te positioneren, maar bedenk dat je voor de stellingen die je inneemt wel altijd goede argumenten moet hebben. Ook voor het bewust nalaten van het innemen van een duidelijke positie in een academisch debat zijn overigens goede argumenten nodig. Over de vraag wat een goede historische verklaring is, hebben generaties van geschiedfilosofen zich het hoofd gebroken. Een grote variatie aan antwoorden is in de loop der tijd de revue gepasseerd. Sommige historici menen dat een historische verklaring pas wetenschappelijk is wanneer deze op empirische regelmatigheden berust (de positivisten ). Anderen stellen dat een historische verklaring de achterliggende betekenis van handelingen en verschijnselen moet beschrijven en deze begrijpelijk moet maken (de hermeneuten ). Er is ook beargumenteerd dat het verhaal zelf-

27 HISTORISCH ONDERZOEK: HET BELANG VAN EEN VRAAGSTELLING 27 verklarend is en als constructie van de historicus een eigen zelfstandigheid (autonomie) kent ten opzichte van het verleden (de narrativisten ). De juistheid van een historische verklaring is in deze visie afhankelijk van zaken als reikwijdte, originaliteit en overtuigingskracht. Dit zijn geschiedfilosofische kwesties die in deze wegwijzer verder blijven rusten, maar waartoe ieder historisch onderzoek zich expliciet of impliciet verhoudt. Dat geldt ook voor de veranderingen als gevolg van informatie- en communicatietechnologie (ict), waardoor op een andere wijze toegang tot historische gegevens wordt verkregen en onderzoeksresultaten middels nieuwe narratieve en visuele vormen worden gepresenteerd. Sommigen verwijzen naar deze ontwikkeling als Digital History, anderen noemen het in het verlengde van escience liever ehistory, waarbij de e staat voor electronic, maar ook voor enhanced verbeterd, uitgebreid. Belangrijk in deze ict-ontwikkeling is de discussie over digitale hermeneutiek: het betekenis geven aan de gegevens en verschijnselen die de computer digitaal zichtbaar maakt en aan de patronen met betrekking tot het verleden die de techniek genereert. De feiten juist weergeven is geen voldoende voorwaarde voor een goed geschiedkundig verslag. Een historicus die zonder vraagstelling louter een opsomming geeft van ongerelateerde historische feiten kan wellicht niet op onwaarheden worden betrapt, maar laat de lezer evengoed verbouwereerd achter. Ook een pure opsomming van feiten die wel direct aan elkaar zijn gerelateerd draagt weinig bij aan geschiedkundige kennis. Neem als voorbeeld de volgende opsomming van feiten over de Franse Revolutie: De Bastille werd bestormd in 1789, Louis xiv werd onthoofd in 1793, Napoleon Bonaparte greep de macht in Deze vorm van geschiedschrijving is een kroniek: een chronologische opsomming van gerelateerde historische feiten. De academisch gevormde historicus dient niet alleen aan de lezer te communiceren wat er in het verleden is gebeurd, maar met name waardoor dit gebeurde en wat de (historische) betekenis ervan is. Hiertoe moet de historicus selecteren, interpreteren en verklaren. Debatten in de geschiedwetenschap, waaraan je in een status quaestionis aandacht schenkt, gaan dan ook niet alleen over de vraag of bepaalde historische gebeurtenissen al dan niet juist zijn weergegeven, maar vooral over hoe gebeurtenissen geïnterpreteerd en verklaard moeten worden. Hierbij speelt de historiografische traditie waarin de historicus werkt een belangrijke rol. Het schrijven van een wetenschappelijke historische tekst vertoont enige verwantschap met literair schrijven. Hoofdstuk 4 bespreekt de meer technische aspecten van schrijven. Net zoals de romanschrijver, integreert de historicus gebeurtenissen in een narratieve structuur die van die gebeurtenissen een samenhangend geheel maakt. Dit is een belangconstructie Digital History kroniek selecteren, interpreteren en verklaren literair schrijven

28 28 GESCHIEDENIS SCHRIJVEN! waarheidsclaims rijke reden waarom geschiedenis volgens sommigen tot de geesteswetenschappen moet worden gerekend en niet tot de sociale wetenschappen wat niet wegneemt dat tussen deze disciplines veel raakvlakken zijn, bijvoorbeeld doordat historici soms methoden uit sociaalwetenschappelijke disciplines gebruiken. Maar het verschil tussen een geschiedkundige en een literaire tekst is essentieel. De tekst van de historicus bevat waarheidsclaims die onderbouwd moeten worden, terwijl de tekst van de literator daarin vrij is (non-fictie en fictie). 1.4 Het onderzoeksplan: vragen, materiaal en methoden, planning operationalisering Terug dan naar het handwerk van de geschiedschrijving. Het opzetten van een onderzoek behelst meer dan het kiezen van een onderwerp, het opstellen van een goede onderzoeksvraag en het nadenken over de aard van de bronnen die toegang zullen verschaffen tot noodzakelijke feiten om verbanden te kunnen onderzoeken. Denk in dit beginstadium van je onderzoek ook al aan de operationalisering van het onderzoek. Daarvoor is een onderzoeksplan nodig: een stappenplan voor de uitvoering van het daadwerkelijke onderzoek. deelvragen onderzoeksplan Hoofdvraag, deelvragen, opbouw Allereerst wordt de vraagstelling opgedeeld in verschillende deelvragen. De deelvragen vormen gezamenlijk de uitwerking van de hoofdvraag. De beantwoording van de afzonderlijke deelvragen moet leiden tot een systematische en stapsgewijze beantwoording van de hoofdvraag. In het onderzoeksplan wordt naast de hoofd- en deelvragen een overzicht gegeven van de opbouw van het betoog: geplande hoofdstukindeling, de hypothese, de bronnen en de literatuur. Het plan bevat tevens een toelichting op de beoogde aanpak en eventueel wordt daaraan de status quaestionis toegevoegd. Bij de toelichting op de aanpak gaat het niet alleen om een opsomming van beschikbare bronnen, maar vooral ook om de methode en werkwijze waarmee deze bronnen benaderd zullen worden. Welke technieken zijn bijvoorbeeld nodig? (Denk aan paleografie voor handschriften, interviewtechnieken voor mondelinge geschiedenis, statistiek voor cijfermateriaal, text mining voor het doorzoeken van gedigitaliseerde grote tekstbestanden, materiaalkunde voor voorwerpen als bron, etc.) Zet helder uiteen welke bronnen je zult onderzoeken, wanneer en waarom. Mocht het bijvoorbeeld nodig zijn om het onderzoek steekproefsgewijs op te zetten aan de hand van steekjaren, of om ter bepaling van geschikte steekjaren eerst bredere

29 HISTORISCH ONDERZOEK: HET BELANG VAN EEN VRAAGSTELLING 29 steekproeven uit te voeren, dan is het noodzakelijk om in het onderzoeksplan te beargumenteren welke overwegingen ten grondslag lagen aan de keuzes voor bepaalde jaren, onderdelen of cases. Zo ook moet je overwegen of je onderzoek betrouwbaar genoeg zal zijn indien een cruciaal archief zich buiten je bereik bevindt en je er alleen digitaal toegang toe kunt krijgen. Zijn de gedigitaliseerde bestanden door de archiefhoudende instantie voorgeselecteerd? Wat krijg je daardoor wel te zien, en wat niet? Zo is er met elke bron wel iets aan de hand. Voor ieder onderzoek moet een werkbare strategie worden uitgestippeld, die gebaseerd is op aannemelijke overwegingen en argumenten (zie ook hoofdstuk 2 en 3) Planning en terugkoppeling Bij een onderzoeksplan hoort ook een planning. Het opstellen en bijhouden van een gedegen planning is van groot belang voor het welslagen van ieder onderzoek. Juist door het opstellen en kritisch nalopen van een planning wordt duidelijk in welke mate de aanvankelijke onderzoeksplannen haalbaar zijn binnen het gegeven tijdsbestek. Voor een scriptie is nu eenmaal minder tijd beschikbaar dan voor een proefschrift waar de onderzoeker vaak vier jaar aan kan werken. De mate van detail van de planning hangt samen met de duur en omvang van het onderzoek. Maar maak voor ieder groter onderzoek (zoals een werkstuk of een scriptie), meteen een planning op grote lijnen, zoals een indeling van werkzaamheden of deelresultaten per maand, en werk die vervolgens uit in wekelijkse of zelfs dagelijkse werkschema s. Kijk met het daadwerkelijk onderzoek altijd ook verder naar de schrijffases die nog zullen volgen: overzie het gehele proces. Met het opstellen van dergelijke planningen wordt het onderzoek- en schrijfwerk opgedeeld in kleinere onderdelen. Het verrichten van onderzoek en het schrijven van academische teksten zijn complexe werkzaamheden. Het betreft zelden of nooit een eenduidige invuloefening. Schrijven is denken en zoeken naar het verhaal. Het is voor vrijwel iedere onderzoeker moeilijk om tijdens het werk het overzicht over het gehele project te bewaren. Of juist andersom: om vooraf te overzien welke details moeten worden uitgewerkt om het grotere onderzoek of betoog mogelijk te maken. Bovendien is het zelden mogelijk om een boek, scriptie, maar ook een werkstuk in één keer te schrijven. Het is daarom verstandig om de werkzaamheden op te delen in kleinere eenheden. Het opdelen van de werkzaamheden in kleinere onderdelen, die elk terugkomen in de planning, zorgt ervoor dat het geheel hanteerbaar en overzichtelijk wordt. Zo n opdeling van werkzaamheden in een werkschema maakt inzichtelijk of het voorgenomen onderzoek wel uitvoerbaar is. planning werkschema

I NHOUD. Inleiding 9. 1 Historisch onderzoek: het belang van een vraagstelling. 2 Bouwstenen van de historische methode

I NHOUD. Inleiding 9. 1 Historisch onderzoek: het belang van een vraagstelling. 2 Bouwstenen van de historische methode 5 I NHOUD Inleiding 9 Opzet 11 1 Historisch onderzoek: het belang van een vraagstelling 1.1 Onderwerp en vraag 17 1.1.1 Een onderwerp benoemen 17 1.1.2 Soorten vragen: beschrijvend, verklarend, verkennend

Nadere informatie

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol? Hoe word ik beter in geschiedenis? Als je beter wilt worden in geschiedenis moet je weten wat er bij het vak geschiedenis van je wordt gevraagd, wat je bij een onderwerp precies moet kennen en kunnen.

Nadere informatie

Een onderzoekende houding

Een onderzoekende houding Een onderzoekende houding Werken aan professionele ontwikkeling Zelfscan onderzoekende houding Maaike van den Herik en Arnout Schuitema bussum 2016 Deze zelfscan hoort bij Een onderzoekende houding. van

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die worden uitgevoerd om uit het gevonden bronnenmateriaal

Nadere informatie

Doelen Praktijkonderzoek Hogeschool de Kempel

Doelen Praktijkonderzoek Hogeschool de Kempel Doelen Praktijkonderzoek Hogeschool de Kempel Auteurs: Sara Diederen Rianne van Kemenade Jeannette Geldens i.s.m. management initiële opleiding (MOI) / jaarcoördinatoren 1 Inleiding Dit document is bedoeld

Nadere informatie

Helder rapporteren. BRING ME NO MORE REPORTS (Macbeth, Act V)

Helder rapporteren. BRING ME NO MORE REPORTS (Macbeth, Act V) Helder rapporteren BRING ME NO MORE REPORTS (Macbeth, Act V) Helder rapporteren Een handleiding voor het opzetten en schrijven van rapporten, scripties, nota s en artikelen Peter Nederhoed Tiende, herziene

Nadere informatie

Handleiding voor de leerling

Handleiding voor de leerling Handleiding voor de leerling Inhoudopgave Inleiding blz. 3 Hoe pak je het aan? blz. 4 Taken blz. 5 t/m 9 Invulblad taak 1 blz. 10 Invulblad hoofd- en deelvragen blz. 11 Plan van aanpak blz. 12 Logboek

Nadere informatie

BEOORDELINGSFORMULIER

BEOORDELINGSFORMULIER Faculteit Geesteswetenschappen Versie maart 2015 BEOORDELINGSFORMULIER MASTER SCRIPTIES Eerste en tweede beoordelaar vullen het beoordelingsformulier onafhankelijk van elkaar in. Het eindcijfer wordt in

Nadere informatie

In gesprek met de palliatieve patiënt

In gesprek met de palliatieve patiënt In gesprek met de palliatieve patiënt In gesprek met de palliatieve patiënt Anne-Mei The Cilia Linssen Bohn Stafleu van Loghum Houten ª 2008 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij Alle

Nadere informatie

Profielwerkstuk: stappenplan, tips en ideeën

Profielwerkstuk: stappenplan, tips en ideeën Pagina 1 Profielwerkstuk: stappenplan, tips en ideeën Je gaat een profielwerkstuk maken. Dan is euthanasie een goed onderwerp. Het is misschien niet iets waar je dagelijks over praat of aan denkt, maar

Nadere informatie

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek.

Introductie. De onderzoekscyclus; een gestructureerde aanpak die helpt bij het doen van onderzoek. Introductie Een onderzoeksactiviteit start vanuit een verwondering of verbazing. Je wilt iets begrijpen of weten en bent op zoek naar (nieuwe) kennis en/of antwoorden. Je gaat de context en content van

Nadere informatie

Kerncompetenties fysiotherapeuten in ontwikkeling

Kerncompetenties fysiotherapeuten in ontwikkeling Kerncompetenties fysiotherapeuten in ontwikkeling Kerncompetenties fysiotherapeuten in ontwikkeling Pieternel Dijkstra en Remco Coppoolse Houten 2011 2011 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer

Nadere informatie

Sociale psychologie en praktijkproblemen

Sociale psychologie en praktijkproblemen Sociale psychologie en praktijkproblemen Sociale psychologie en praktijkproblemen van probleem naar oplossing prof. dr. A.P. Buunk dr. P. Veen tweede, herziene druk Bohn Stafleu Van Loghum Houten/Diegem

Nadere informatie

Ouderschap in Ontwikkeling

Ouderschap in Ontwikkeling Ouderschap in Ontwikkeling Ouderschap in Ontwikkeling. De kracht van alledaags ouderschap. Carolien Gravesteijn Ouderschap in Ontwikkeling. De kracht van alledaags ouderschap. Carolien Gravesteijn Ouderschap

Nadere informatie

SECTORWERKSTUK 2013-2014

SECTORWERKSTUK 2013-2014 SECTORWERKSTUK 2013-2014 1 HET SECTORWERKSTUK Het sectorwerkstuk is een verplicht onderdeel voor alle leerlingen uit het Mavo. Het maken van een sectorwerkstuk is een manier waarop je, als eindexamenkandidaat,

Nadere informatie

www.thesishulp.nl onderdeel van www.nexttalent.nl

www.thesishulp.nl onderdeel van www.nexttalent.nl Inhoudsopgave: 1. Inleiding 1.1 Een vervelende ervaring of de kroon op je studie? 1.2 Hoe dit boekje te gebruiken 2. Het begin 2.1 De gouden basisregels 2.2 Het kiezen van een onderwerp 3. Onderzoeksopzet

Nadere informatie

In gesprek met de palliatieve patiënt

In gesprek met de palliatieve patiënt In gesprek met de palliatieve patiënt In gesprek met de palliatieve patiënt Anne-Mei The Cilia Linssen Bohn Stafleu van Loghum Houten ª 2008 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij Alle

Nadere informatie

Leercoaching in het hbo. Student

Leercoaching in het hbo. Student Leercoaching in het hbo Student Leercoaching in het hbo Student Een kapstok om jezelf uit te dagen de regie over je leren te nemen Jette van der Hoeven 2e druk Bohn Stafleu van Loghum Houten 2009 Ó 2009

Nadere informatie

Scriptiegroep. Bijeenkomst 08

Scriptiegroep. Bijeenkomst 08 Scriptiegroep Bijeenkomst 08 Inhoudselementen van een scriptie Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding Bronnenonderzoek Afstudeerproject Conclusie Samenvatting Literatuurlijst Bijlagen Inhoudsopgave Routekaart

Nadere informatie

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen 1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen Wanneer je als student in het hoger onderwijs de opdracht krijgt om te zoeken naar wetenschappelijke informatie heb je de keuze uit verschillende informatiebronnen.

Nadere informatie

PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten

PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten Beoordeling Te behalen Behaald 1. Past het onderwerp/ontwerp bij het vak/de vakken? 1 Herkenbaarheid van het vak of de vakken. Past het onderwerp

Nadere informatie

Competent talent in de praktijk

Competent talent in de praktijk Competent talent in de praktijk Competent talent in DE PRAKTIJK CURSISTENBOEK Talent ontdekken, ontwikkelen & inzetten Competent talent in de praktijk Cursistenboek Talent ontdekken, ontwikkelen & inzetten

Nadere informatie

Vincie van Gils. Klantencommunicatie. Zo krijg je en houd je u tevreden klanten. Spectrum. Uitgeverij Unieboek Het Spectrum bv, Houten Antwerpen

Vincie van Gils. Klantencommunicatie. Zo krijg je en houd je u tevreden klanten. Spectrum. Uitgeverij Unieboek Het Spectrum bv, Houten Antwerpen Vincie van Gils Klantencommunicatie Zo krijg je en houd je u tevreden klanten Spectrum Uitgeverij Unieboek Het Spectrum bv, Houten Antwerpen Spectrum maakt deel uit van Uitgeverij Unieboek Het Spectrum

Nadere informatie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Bijeenkomst afstudeerbegeleiders 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie Doel deel II bijeenkomst vandaag Afstudeerbegeleiders zijn geinformeerd over inhoud Medmec jaar vier (scriptievaardigheden) Afstudeerbegeleiders

Nadere informatie

De wijk nemen. Een subtiel samenspel van burgers, maatschappelijke organisaties en overheid. Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling

De wijk nemen. Een subtiel samenspel van burgers, maatschappelijke organisaties en overheid. Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling De wijk nemen Een subtiel samenspel van burgers, maatschappelijke organisaties en overheid Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling De wijk nemen Een subtiel samenspel van burgers, maatschappelijke organisaties

Nadere informatie

Reglement bachelorwerkstuk

Reglement bachelorwerkstuk Reglement bachelorwerkstuk Artikel 1 toepassingsbereik 1.- Dit reglement is van toepassing op alle studenten die na 31 augustus 2004 aanvangen met een werkstuk ter afronding van de bacheloropleidingen

Nadere informatie

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Afgestudeerden van de opleiding hebben de onderstaande eindkwalificaties bereikt: I. Kennis Basiskennis en inzicht: 1. kennis van en inzicht in het

Nadere informatie

Stappenplan voor een onderzoek

Stappenplan voor een onderzoek Stappenplan voor een onderzoek Stap 1: Onderwerp * A) Kies een onderwerp Denk bij het kiezen van een onderwerp aan de volgende punten: - vind ik het onderwerp interessant - zijn er genoeg bronnen over

Nadere informatie

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij

10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10 Masteropleiding Filosofie & Maatschappij 10.1 Inleiding Dit hoofdstuk bevat gedetailleerde informatie over de doelstellingen, eindkwalificaties en opbouw van de Masteropleiding Filosofie & Maatschappij.

Nadere informatie

Leercoaching in het hbo. Leercoach

Leercoaching in het hbo. Leercoach Leercoaching in het hbo Leercoach Leercoaching in het hbo Een kapstok om studenten uit te dagen zelf de regie te nemen Jette van der Hoeven 2e druk Bohn Stafleu van Loghum Houten 2009 Ó 2009 Bohn Stafleu

Nadere informatie

Actief leren voor een beroep

Actief leren voor een beroep Actief leren voor een beroep Actief leren voor een beroep Activiteiten voor leerlingen in het mbo niveau 3 en 4 Nicolien van Halem Bohn Stafleu van Loghum Houten 2008 Ó 2008 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel

Nadere informatie

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte

Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie. Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Faculteit der Geesteswetenschappen Cluster Filosofie Bachelor scriptiereglement voor de opleiding: Wijsbegeerte Vastgesteld door de Examencommissie CoH, clustercommissie Filosofie op 1-2-2019 Scriptiereglement

Nadere informatie

ONDERZOEK VOOR JE PROFIELWERKSTUK HOE DOE JE DAT?

ONDERZOEK VOOR JE PROFIELWERKSTUK HOE DOE JE DAT? ONDERZOEK VOOR JE PROFIELWERKSTUK HOE DOE JE DAT? Wim Biemans Rijksuniversiteit Groningen, Faculteit Economie & Bedrijfswetenschappen 4 juni, 2014 2 Het doen van wetenschappelijk onderzoek Verschillende

Nadere informatie

06950181_voorw 01-03-2005 15:47 Pagina I. Een Goed. Feedbackgesprek. Tussen kritiek en compliment. Wilma Menko

06950181_voorw 01-03-2005 15:47 Pagina I. Een Goed. Feedbackgesprek. Tussen kritiek en compliment. Wilma Menko 06950181_voorw 01-03-2005 15:47 Pagina I Een Goed Feedbackgesprek Tussen kritiek en compliment Wilma Menko 06950181_voorw 01-03-2005 15:47 Pagina II Een goede reeks ISBN Een goede vergadering 90 06 95017

Nadere informatie

Eisen en lay-out van het PWS

Eisen en lay-out van het PWS Eisen en lay-out van het PWS INHOUD EN OPZET VAN HET PROFIELWERKSTUK In het navolgende komen achtereenvolgens aan bod: de titelpagina, de inhoudsopgave, de inleiding, de hoofdtekst, de samenvatting, de

Nadere informatie

Voortgezette regressie- en variantieanalyse

Voortgezette regressie- en variantieanalyse Voortgezette regressie- en variantieanalyse Voortgezette regressie- en variantieanalyse Frans W. Siero Mark Huisman Henk A.L. Kiers Bohn Stafleu van Loghum Houten 2009 Ó 2009 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel

Nadere informatie

Stappen deelcijfer weging 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 totaalcijfer 10,0 Spelregels:

Stappen deelcijfer weging 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 10,0 totaalcijfer 10,0 Spelregels: Stappen deelcijfer weging 1 Onderzoeksvragen 10,0 6% 0,6 2 Hypothese 10,0 4% 0,4 3 Materiaal en methode 10,0 10% 1,0 4 Uitvoeren van het onderzoek en inleiding 10,0 30% 3,0 5 Verslaglegging 10,0 20% 2,0

Nadere informatie

Nederlands. Burgerschap voor AG. M.C. Arnold-Klaarhamer

Nederlands. Burgerschap voor AG. M.C. Arnold-Klaarhamer Nederlands Nederlands Burgerschap voor AG M.C. Arnold-Klaarhamer Bohn Stafleu van Loghum Houten 2008 Ó Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij, 2008 Alle rechten voorbehouden. Niets

Nadere informatie

Het onderzoeksverslag

Het onderzoeksverslag Het onderzoeksverslag Rian Aarts & Kitty Leuverink Onderzoeksverslag (zie ook handboek blz. 306) Titel en Titelpagina Voorwoord Inhoudsopgave Samenvatting Inleiding (ook wel: Aanleiding) Probleemstelling

Nadere informatie

Opm: Bij een onvoldoende beoordeling is het invullen van het veld opmerkingen door de begeleider verplicht.

Opm: Bij een onvoldoende beoordeling is het invullen van het veld opmerkingen door de begeleider verplicht. Beoordeling I: Het Plan van Aanpak (eerste versie) Datum: 1. Past het onderwerp in het profiel - aangeven bij welke vakken het werkstuk aansluit - zijn de vakken herkenbaar in het plan on ed Afspraken

Nadere informatie

Pre-Academisch Onderwijs. Ontwikkelingslijnen en leerdoelen

Pre-Academisch Onderwijs. Ontwikkelingslijnen en leerdoelen Pre-Academisch Onderwijs Ontwikkelingslijnen en leerdoelen LEERDOELEN PER ONTWIKKELINGSLIJN Ontwikkelingslijn 1: De leerling ontwikkelt een wetenschappelijke houding 1.1 De leerling ontwikkelt een kritische

Nadere informatie

Het profielwerkstuk. 2. Eisen en voorwaarden Het profielwerkstuk moet aan een aantal eisen en voorwaarden voldoen:

Het profielwerkstuk. 2. Eisen en voorwaarden Het profielwerkstuk moet aan een aantal eisen en voorwaarden voldoen: -1- Het profielwerkstuk 1. Inleiding Hier staat hoe u te werk gaat bij het maken van het profielwerkstuk. Ook de eisen waaraan het moet voldoen zijn opgesomd. Verder geeft het u een voorbeeld van een plan

Nadere informatie

Aanvullen of aanvallen?

Aanvullen of aanvallen? Aanvullen of aanvallen? M E T H O D I S C H W E R K E N Methodisch werken is het kenmerk bij uitstek van de professionele beroepsbeoefenaar, dat wil zeggen: doelgericht, planmatig, systematisch gebruikmaken

Nadere informatie

BRONNENONDERZOEK 2010/2011

BRONNENONDERZOEK 2010/2011 Bronnenonderzoek Namen Begeleiders Informatie verzamelen : inleiding Om informatie te verzamelen zul je verschillende bronnen moeten raadplegen. Al zoekende zul je merken dat er bronnen zijn waarvan je

Nadere informatie

Zelfdiagnostische vragenlijst verandercompetenties

Zelfdiagnostische vragenlijst verandercompetenties Zelfdiagnostische vragenlijst verandercompetenties Het gaat om de volgende zeven verandercompetenties. De competenties worden eerst toegelicht en vervolgens in een vragenlijst verwerkt. Veranderkundige

Nadere informatie

REGELING BACHELOR SCRIPTIE (specialisatie Geschiedenis LAS)

REGELING BACHELOR SCRIPTIE (specialisatie Geschiedenis LAS) Latijns-Amerika Studies (LAS) BA programma REGELING BACHELOR SCRIPTIE (specialisatie Geschiedenis LAS) De Bacheloropleiding Latijns-Amerika Studies (specialisatie geschiedenis) wordt in het tweede semester

Nadere informatie

Bachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap

Bachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap Bachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap 1. Definitie 2. Omvang 3. Begeleiding 4. Beoordelingscriteria 5. Eindtermen 6. Mogelijke aanvullingen Bijlage: Stappenplannen 1. Definitie De Bachelorscriptie

Nadere informatie

Afdeling VAVO. Praktische opdracht HAVO/VWO. Handleiding

Afdeling VAVO. Praktische opdracht HAVO/VWO. Handleiding Afdeling VAVO Praktische opdracht HAVO/VWO Handleiding Inleiding Voor verschillende vakken dient u een praktische opdracht te maken. In deze handleiding staan instructies voor het maken van een praktische

Nadere informatie

Wie heeft de regie? Kwaliteit van bestaan in de praktijk. John Sijnke

Wie heeft de regie? Kwaliteit van bestaan in de praktijk. John Sijnke Wie heeft de regie? Wie heeft de regie? Kwaliteit van bestaan in de praktijk John Sijnke Bohn Stafleu van Loghum Houten 2009 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij 2009 Alle rechten

Nadere informatie

Bachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap

Bachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap Bachelorscriptiebrochure BA Taalwetenschap 1. Definitie 2. Omvang 3. Begeleiding 4. Beoordelingscriteria 5. Eindtermen 6. Mogelijke aanvullingen Bijlage: Stappenplannen 1. Definitie De Bachelorscriptie

Nadere informatie

Jan Bransen Het Schrijven van een Filosofisch Essay

Jan Bransen Het Schrijven van een Filosofisch Essay Jan Bransen Het Schrijven van een Filosofisch Essay Onderstaande tekst schreef ik jaren geleden om studenten wat richtlijnen te geven bij het ontwikkelen van een voor filosofen cruciale vaardigheid: het

Nadere informatie

De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan

De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan De theorie voor leesvaardigheid in de vorm van een stappenplan 1. Globaal lezen a. Lees eerst altijd een tekst globaal. Dus: titel, inleiding, tussenkopjes, slot en bron. b. Denk na over het onderwerp,

Nadere informatie

Persoonsgerichte zorg

Persoonsgerichte zorg Persoonsgerichte zorg C.J.M. van der Cingel J.S. Jukema Persoonsgerichte zorg Praktijken van goede zorg voor ouderen Houten 2014 ISBN 978-90-368-0448-6 DOI 10.1007/978-90-368-0449-3 ISBN 978-90-368-0449-3

Nadere informatie

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag De probleemstelling is eigenlijk het centrum waar het werkstuk om draait. Het is een precieze formulering van het onderwerp dat je onderzoekt. Omdat de probleemstelling

Nadere informatie

Intuïtie in de geneeskunde

Intuïtie in de geneeskunde Intuïtie in de geneeskunde 1 De Tijdstroom uitgeverij, 2011. De auteursrechten der afzonderlijke bijdragen berusten bij de auteurs. Omslagontwerp: Cees Brake bno, Enschede. De Tijdstroom uitgeverij BV,

Nadere informatie

project: Problemen in de wijk

project: Problemen in de wijk project: Colofon Uitgeverij Edu Actief b.v. Meppel Postbus 1056 7940 KB Meppel Tel.: 0522-235235 Fax: 0522-235222 E-mail: info@edu-actief.nl Internet: www.edu-actief.nl Una van Maarseveen en ROC Mondriaan

Nadere informatie

FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN REGELS VOOR HET SCHRIJVEN EN BEOORDELEN VAN BACHELORSCRIPTIES BIJ KUNST- EN CULTUURWETENSCHAPPEN (tot 1 september 2015 geldt dit reglement ook voor de BA Religiewetenschappen)

Nadere informatie

Studiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging

Studiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging Studiehadleiding Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging Naam onderwijseenheid: Methoden en vaardigheden voor praktijkonderzoek Code onderwijseenheid: HBOMIGV015MV Jaar: Onderwijsperiode:

Nadere informatie

Maatschappelijk dienstverlenen in een veranderende omgeving

Maatschappelijk dienstverlenen in een veranderende omgeving Maatschappelijk dienstverlenen in een veranderende omgeving BSL - ACA_BK_1KZM - 0000 001 BSL - ACA_BK_1KZM - 0000 002 Maatschappelijk dienstverlenen in een veranderende omgeving Lia van Doorn Coreferaat:

Nadere informatie

Leven met angst voor ernstige ziektes

Leven met angst voor ernstige ziektes Leven met angst voor ernstige ziektes Van A tot ggz De boeken in de reeks Van A tot ggz beschrijven niet alleen oorzaak, verloop en behandeling van de onderhavige problemen, maar geven ook antwoord op

Nadere informatie

Projecthandleiding marketingcommunicatieplan

Projecthandleiding marketingcommunicatieplan Basisboek marketingcommunicatie Projecthandleiding marketingcommunicatieplan Esther de Berg (red.) Elyn Doornenbal Werner Kleiss Gabriëlle Kuiper Rutger Mackenbach bussum 2011 1/8 Deze hoort bij Basisboek

Nadere informatie

De Kern van Veranderen

De Kern van Veranderen De Kern van Veranderen #DKVV De kern van veranderen marco de witte en jan jonker Alle rechten voorbehouden: niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand,

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord 7

Inhoudsopgave. Voorwoord 7 Inhoudsopgave Voorwoord 7 1 Beginselen van academisch-juridisch onderzoek 9 1.1 Academisch-juridisch onderzoek 9 1.2 Verschillen met ander juridisch onderzoek 10 1.3 Het onderzoeksproces 11 1.4 Eisen waaraan

Nadere informatie

Handleiding bij Beter beginnen

Handleiding bij Beter beginnen Handleiding bij Beter beginnen Handleiding bij Beter beginnen Trudy Mooren en Maartje Schoorl Bohn Stafleu van Loghum Houten 2008 Ó 2008 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Uitgeverij Alle

Nadere informatie

Reglement Onderzoekscollege en Bachelorscriptie Europese Studies

Reglement Onderzoekscollege en Bachelorscriptie Europese Studies Faculteit der Geesteswetenschappen Europese Studies Reglement Onderzoekscollege en Bachelorscriptie Europese Studies 2015-2016 Vastgesteld en goedgekeurd door de Examencommissie van het College of Humanities,

Nadere informatie

Handleiding bij het maken van een profielwerkstuk. april 2012

Handleiding bij het maken van een profielwerkstuk. april 2012 Handleiding bij het maken van een profielwerkstuk april 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. De tijdlijn 3. De verschillende fasen 4. Onderwerp zoeken 5. Informatie zoeken 6. Nog 10 tips 7. De beoordeling

Nadere informatie

Reglement Bachelorscriptie Geschiedenis Vastgesteld op 1-9-2015, verbeterd en goedgekeurd door de examencommissie op 10-9- 2015

Reglement Bachelorscriptie Geschiedenis Vastgesteld op 1-9-2015, verbeterd en goedgekeurd door de examencommissie op 10-9- 2015 Faculteit der Geesteswetenschappen Afdeling Geschiedenis, Europese studies en Religiewetenschappen Spuistraat 134 1012 VB Amsterdam Datum 10-9-2015 Contactpersoon J.J.B.Turpijn@uva.nl Bijlagen Beoordelingsformulier

Nadere informatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie: BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse

Nadere informatie

Nicolien van Halem Inge Müller. Handboek studievaardigheden voor het hbo

Nicolien van Halem Inge Müller. Handboek studievaardigheden voor het hbo Nicolien van Halem Inge Müller Handboek studievaardigheden voor het hbo Toegang tot de website Op deze website vindt u het ondersteunend materiaal behorende bij Handboek studievaardigheden voor het hbo.

Nadere informatie

Voorwoord bij de tiende druk 8. 1 Inleiding 1 0. deel i voorbereiding 15

Voorwoord bij de tiende druk 8. 1 Inleiding 1 0. deel i voorbereiding 15 Inhoud Voorwoord bij de tiende druk 8 1 Inleiding 1 0 deel i voorbereiding 15 2 Verkenning van onderzoeks- en rapporteringsterrein 1 9 2.1 Terreinafbakening 2 0 2.2 Vraagstelling 3 0 2.3 Doelstelling 3

Nadere informatie

Beoordeling van het PWS

Beoordeling van het PWS Weging tussen de drie fasen: 25% projectvoorstel, 50% eindverslag, 25% presentatie (indien de presentatie het belangrijkste onderdeel is (toneelstuk, balletuitvoering, muziekuitvoering), dan telt de presentatie

Nadere informatie

10 onmisbare vaardigheden voor. de ambtenaar van de toekomst. 10 vaardigheden. Netwerken. Presenteren. Argumenteren 10. Verbinden.

10 onmisbare vaardigheden voor. de ambtenaar van de toekomst. 10 vaardigheden. Netwerken. Presenteren. Argumenteren 10. Verbinden. 10 vaardigheden 3 Netwerken 7 Presenteren 1 Argumenteren 10 Verbinden Beïnvloeden 4 Onderhandelen Onderzoeken Oplossingen zoeken voor partijen wil betrekken bij het dat u over de juiste capaciteiten beschikt

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Gedragsproblemen bij kinderen

Gedragsproblemen bij kinderen Gedragsproblemen bij kinderen Reeks Praktische Kindergeneeskunde Redactie: V.R. Drexhage, kinderarts L.W.E. van Heurn, kinderchirurg C.M.F. Kneepkens, kinderarts R. Pieterse, kinderarts E. van Rijswijk,

Nadere informatie

Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes. Evidence-based handelen bij lage rugpijn

Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes. Evidence-based handelen bij lage rugpijn Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes Evidence-based handelen bij lage rugpijn Prof. dr. M.W. van Tulder Prof. dr. B.W. Koes Evidence-based handelen bij lage rugpijn Epidemiologie, preventie, diagnostiek,

Nadere informatie

Het Sectorwerkstuk. Naam leerling

Het Sectorwerkstuk. Naam leerling Het Sectorwerkstuk Nakijkboekje: Naam leerling Naam docent Titel werkstuk Het werkstuk wordt nagekeken met behulp Van de formulieren in dit boekje door de begeleider en eventueel (afspreken!) een andere

Nadere informatie

Titelpagina ONDERZOEKSVERSLAG. Namen: Klas/groep: Cursusjaar: Begeleider: Beoordelaar:

Titelpagina ONDERZOEKSVERSLAG. Namen: Klas/groep: Cursusjaar: Begeleider: Beoordelaar: Titelpagina ONDERZOEKSVERSLAG Namen: Klas/groep: Cursusjaar: Plaats en datum: Begeleider: Beoordelaar: Amsterdam, mei 15 Inhoud INHOUD... 2 VOORWOORD... 3 1. INLEIDING... 4 PROBLEEMSTELLING... 4 ONDERZOEKSVRAGEN...

Nadere informatie

Samenvatting door een scholier 1141 woorden 26 januari keer beoordeeld. Nederlands. Nederlands Proefwerk Schrijven H.3.

Samenvatting door een scholier 1141 woorden 26 januari keer beoordeeld. Nederlands. Nederlands Proefwerk Schrijven H.3. Samenvatting door een scholier 1141 woorden 26 januari 2011 6 13 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Op niveau Nederlands Proefwerk Schrijven H.3. 1. Omgaan met informatie. 1.1 Een onderwerp kiezen.

Nadere informatie

Werkboek voor kinderen en jongeren van ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen

Werkboek voor kinderen en jongeren van ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen Werkboek voor kinderen en jongeren van ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen Kind en Adolescent Praktijkreeks Dit Werkboek voor kinderen en jongeren van ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen

Nadere informatie

Profielen. Inhoud. 1. Het profielwerkstuk. Stappenplan, tips en ideeën Profielwerkstuk

Profielen. Inhoud. 1. Het profielwerkstuk. Stappenplan, tips en ideeën Profielwerkstuk Ben je op zoek naar een onderwerp voor je profielwerkstuk? Dan is het Woudagemaal misschien interessant voor je. Profielen Volg je het profiel Natuur & Techniek, dan zit je goed! Want in dit stappenplan

Nadere informatie

Pubers van Nu! Praktijkboek voor iedereen die met pubers werkt. Klaas Jan Terpstra en Herberd Prinsen

Pubers van Nu! Praktijkboek voor iedereen die met pubers werkt. Klaas Jan Terpstra en Herberd Prinsen Pubers van Nu! Pubers van Nu! Praktijkboek voor iedereen die met pubers werkt Klaas Jan Terpstra en Herberd Prinsen Bohn Stafleu van Loghum Houten 2009 2009 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer

Nadere informatie

1 Oriëntatie op de opdracht: wat verwachten ze van me? 21

1 Oriëntatie op de opdracht: wat verwachten ze van me? 21 Inhoudsopgave Inleiding 13 FASE 1 Oriënteren op de opdracht 19 1 Oriëntatie op de opdracht: wat verwachten ze van me? 21 1.1 Inleiding 21 1.1.1 Een essay is een essay? 21 1.1.2 En toch: kenmerken van academisch

Nadere informatie

Gebruik ruimte. Over het herverdelen van gebruiksruimte in het omgevingsplan en de verbinding met het beleidsconcept gebruiksruimte

Gebruik ruimte. Over het herverdelen van gebruiksruimte in het omgevingsplan en de verbinding met het beleidsconcept gebruiksruimte Gebruik ruimte Over het herverdelen van gebruiksruimte in het omgevingsplan en de verbinding met het beleidsconcept gebruiksruimte mr. R. Sillevis Smitt Eerste druk s-gravenhage - 2018 1 e druk ISBN 978-94-6315-037-8

Nadere informatie

Werkboek voor ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen

Werkboek voor ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen Werkboek voor ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen Kind en Adolescent Praktijkreeks Dit Werkboek voor ouders met psychiatrische en/of verslavingsproblemen hoort bij de handleiding Integrale

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase 2014-2015 VT-DT ONDERZOEKSVERSLAG 1 Bijlage 5c Beoordelingsformulier onderzoeksverslag

Nadere informatie

Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren

Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren Realiseren van VOET in Geschiedenis: leren leren I II III Leren leren Welke afspraken worden gemaakt om geschiedenis te studeren? Wordt dit opgevolgd per graad en van graad tot graad? Leren leren blijft

Nadere informatie

kunstbv beeldende vorming Afsluiting kunstbv 5 Havo / 6VWO afsluiting Naam:... Klas...

kunstbv beeldende vorming Afsluiting kunstbv 5 Havo / 6VWO afsluiting Naam:... Klas... Naam:... Klas... Afsluiting 5 Havo / 6VWO In periode 2, 3 en 4 gaan jullie werken aan een eigen thema om het vak af te sluiten. De volgende onderdelen zullen aan bod komen: - eigen werk rond thema + logboek

Nadere informatie

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL PBGZ 13 Gehandicaptenzorg en samenleving profielfase Cohort 2016 2019 kwartiel 11 INSTROOMVEREISTEN: Om aan deze leereenheid

Nadere informatie

6 7 NORM= het niveau waarop het vak volgens de doelstelling van het onderwijsprogramma wordt afgesloten 8 9 Excellent

6 7 NORM= het niveau waarop het vak volgens de doelstelling van het onderwijsprogramma wordt afgesloten 8 9 Excellent Bachelor Opleiding Sociale Geografie & Planologie Beoordelingsprotocollen Wetenschappelijk Rapporteren en Presenteren, Groepsonderzoekproject & Bachelorproject De Beoordelingsprotocollen van Wetenschappelijk

Nadere informatie

project: Wat te doen met Oud en Nieuw?

project: Wat te doen met Oud en Nieuw? project: Wat te doen met Oud en Nieuw? Colofon Uitgeverij Edu Actief b.v. Meppel Postbus 1056 7940 KB Meppel Tel.: 0522-235235 Fax: 0522-235222 E-mail: info@edu-actief.nl Internet: www.edu-actief.nl Geralda

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

PROFIELWERKSTUKBOEKJE

PROFIELWERKSTUKBOEKJE PROFIELWERKSTUKBOEKJE HAVO/ATHENEUM 2012/2013 Naam: Klas: HET PROFIELWERKSTUK LEERLINGENBOEKJE HAVO4/ATHENEUM 5 2012-2013 Een van de onderdelen van het examen is het profielwerkstuk (PWS). In dit werkstuk

Nadere informatie

project: Behoefteonderzoek

project: Behoefteonderzoek project: Colofon Uitgeverij Edu Actief b.v. Meppel Postbus 1056 7940 KB Meppel Tel.: 0522-235235 Fax: 0522-235222 E-mail: info@edu-actief.nl Internet: www.edu-actief.nl Lex van der Kruk en ROC Mondriaan

Nadere informatie

Emoties in de zorg Emot.zorg A5-1kzm dyn.indb :49:16

Emoties in de zorg Emot.zorg A5-1kzm dyn.indb :49:16 Emoties in de zorg Spinoza lijkt gelijk te hebben als hij zegt dat het verkrijgen van inzicht in je eigen pijn een van de meest opbeurende activiteiten ter wereld kan zijn. Martha Nussbaum in: Oplevingen

Nadere informatie

ONDERZOEKSVAARDIGHEDEN Havo congres 5 februari 2015

ONDERZOEKSVAARDIGHEDEN Havo congres 5 februari 2015 ONDERZOEKSVAARDIGHEDEN Havo congres 5 februari 2015 DET VAN GILS d.vangils@aps.nl Naam Datum Verschillen havo/vwo (bron: SLO) Havo Vwo Kennis moet relevant zijn Kennis is middel Ondernemen Organiseren

Nadere informatie

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf Ideeën presenteren aan sceptische mensen Inleiding Iedereen heeft wel eens meegemaakt dat het moeilijk kan zijn om gehoor te vinden voor informatie of een voorstel. Sommige mensen lijken er uisluitend

Nadere informatie

Bijlagen ( ) Eisen aan het onderzoeksvoorstel

Bijlagen ( ) Eisen aan het onderzoeksvoorstel Bijlagen (2008-2009) Eisen aan het onderzoeksvoorstel Het onderzoeksvoorstel dat na vier weken bij de begeleider moet worden ingediend omvat een (werk)titel, een uitgewerkte probleemstelling (die een belangrijke

Nadere informatie

LANDSEXAMEN MAVO

LANDSEXAMEN MAVO LANDSEXAMEN MAVO 2017-2018 Examenprogramma GESCHIEDENIS M.A.V.O. 1 Het eindexamen Het eindexamen bestaat uit het centraal examen en het commissie-examen. Het centraal examen wordt afgenomen in één zitting

Nadere informatie

Afdeling VAVO. Praktische opdracht VMBO. Handleiding

Afdeling VAVO. Praktische opdracht VMBO. Handleiding Afdeling VAVO Praktische opdracht VMBO Handleiding Inleiding In deze inleiding staat hoe u het maken van een praktische opdracht het beste kunt aanpakken. De aanwijzingen, die gegeven worden zijn niet

Nadere informatie