Continueringsaanvraag Lectoraat Beroepsonderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Continueringsaanvraag Lectoraat Beroepsonderwijs"

Transcriptie

1 Auteur Kenniscentrum Educatie: Elly de Bruijn Inlichtingen: Elly de Versie Definitief (1.4), 8 juni 2015 (versie voor verspreiding) Continueringsaanvraag Lectoraat Beroepsonderwijs Research Group Vocational Education lector prof. dr. E. de Bruijn(0,6 fte) Hogeschool Utrecht, Utrecht, 2015 Kenniscentrum Educatie Research Centre for Education Bronvermelding is verplicht. Verveelvoudigen voor eigen gebruik of intern gebruik is toegestaan.

2 Versie Datum Status Ten behoeve april 2015 Concept, met bijdragen van HHD s Ilya Zitter en Liesbeth Baartman, kerndocenten MEB en Expertisecentrum docent hbo (EDH) en senior onderzoekers lectoraat beroepsonderwijs, en van Anne Khaled, HD MEB en EDH en betrokken bij professionalisering en aanbodontwikkeling Instituut Archimedes, projectgroep opleiden voor beroepsonderwijs, daarnaast onderzoeker lectoraat beroepsonderwijs Bespreking in BT Onderzoek (14 april) april 2015 Concept, lichte redactie op basis van input HHD s Liesbeth Baartman en Ilya Zitter (mede vanuit perspectief MEB en EDH en opleiden voor beroepsonderwijs, tweedegraads domein) Bespreking in BT Onderwijs (23 april) en Kenniscentrum Educatie overleg (15 april) april 2015 Concept Advies O,O&S juni 2015 Concept, FMT (5 juni) Commentaar Beleidsteams Onderwijs en Onderzoek verwerkt en commentaar OOS. Zie ook aparte notitie met reacties juni 2015 Definitief Aanbieding aan het CvB Commentaar FMR verwerkt, correcties typefouten 8 juli 2015 Openbare versie voor verspreiding, zonder begroting 2/36

3 3/36

4 Inhoudsopgave 1 Continuering onderzoeksdomein 6 2 Overzicht van de opbrengsten Bijdrage aan de professionele praktijk Bijdrage aan Onderwijs en Scholing Bijdrage aan wetenschap en onderzoek Tot slot: werkwijze en kenniscirculatie Strategische visie op de verdere ontwikkeling Strategische visie Visie op de plaats van het lectoraat in de regionale, nationale en internationale kennisinfrastructuur Analyse en visie op de positie van het lectoraat in het Kenniscentrum Educatie Vierjarig werkplan van lector en kenniskring Bijdrage aan professionele praktijk Bijdrage aan onderwijs en scholing Bijdrage aan onderzoek en wetenschap Lector Inrichting en profiel kenniskring BIJLAGEN BIJLAGE Bijlage: De activiteit van een opleider in een beroepsopleiding: lenig naar inhoud en vorm Bijlage: Kader beroepsprofiel docent in het beroepsonderwijs BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE /36

5 5/36

6 1 Continuering onderzoeksdomein Het beroepsonderwijs in Nederland is een omvangrijke onderwijssector. Zowel het middelbaar als het hoger beroepsonderwijs (mbo en hbo) kent een ontwikkeling waarbij beroepsgerichte scholing vanuit particulier initiatief, in verschillende fasen onderdeel werd van het publiek onderwijsstelsel (vergelijk De Bruijn, 1997; Mertens, 2001; Van Bemmel, 2014). 1 Delen van het huidige mbo en hbo werden in de jaren zestig onderdeel van het voortgezet onderwijs volgens de Mammoetwet. Het hbo werd begin jaren negentig wettelijk geregeld in de wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Het mbo werd in 1996 geregeld via een aparte (vierde) bestelwet (de wet educatie en beroepsonderwijs). Het hbo profileert zich sinds die tijd sterker als hoger onderwijs en het mbo als beroepsonderwijs. Er blijven echter overeenkomsten onder andere door de gerichtheid op de scholing voor beroepsuitoefening, niet alleen voorafgaande aan de beroepsloopbaan maar ook tijdens. Beide sectoren kenmerken zich door een sterke heterogeniteit van onder andere deelnemerspopulatie, beroepsdomeinen en leerwegen. Leeftijd 15 jaar 17 jaar 18 jaar 20 jaar Onderwijssector Totaal onderwijsdeelname absoluut Verdeeld over (in percentages) telt niet op tot exact 100 vanwege afrondingsverschillen- Leerjaar 1-3 voortgezet onderwijs Vwo leerjaar Havo leerjaar Vmbo theoretische en gemengde leerweg Vmbo kader- en basisberoepsgerichte leerweg Praktijkonderwijs Vavo (algemeen voortgezet onderwijs volwassenen) Mbo totaal Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau Hbo WO Deelname onderwijssector naar leeftijd (2012/13) in percentage van totale onderwijsdeelname. Bron: CBS StatLine (eigen bewerking) In schooljaar 2012/13 telde het mbo een kleine studenten. Het is de grootste onderwijssector (na het primair onderwijs). Ter vergelijking: in hetzelfde jaar had de bovenbouw havo/vwo (leerjaar 3-5/6) ruim leerlingen en het vmbo een kleine leerlingen. Na het mbo is het hbo de grootste onderwijssector met in 2012/13 ruim studenten (waar het wetenschappelijk onderwijs er ruim had). Als we naar leeftijd kijken, zie tabel hierboven, zien we dat het merendeel van de jongeren een beroepsopleiding volgt, na een start in het algemeen voortgezet onderwijs. 2 Op vijftienjarige leeftijd volgt 70-75% algemeen voortgezet onderwijs. 3 Op zeventienjarige leeftijd zijn de verhouding omgedraaid: circa 60% volgt een beroepsopleiding en met achttien jaar is dat zelfs ongeveer 70%. Een belangrijke ontwikkeling is verder dat het mbo en hbo, naast behoud van een belangrijke taak in het initiële onderwijs, ook steeds meer betekenis zal (moeten) krijgen voor werkenden in het kader van leven lang leren (zie ook recent beleid rond studiefinanciering, vouchers, certificering en dergelijke). In tegenstelling tot de omvang en de participatie vanuit brede lagen van de bevolking en de economische betekenis van beroepsonderwijs, is de aandacht voor beroepsonderwijs (mbo en hbo) binnen het onderwijskundig onderzoek gering (zie onder meer PROO-NWO-programma , Nieuwenhuis, 2012; Van der Meer, 2014). 4 Binnen de universitaire onderzoeksgroepen is onderzoek naar mbo- en hbo-opleidingsvraagstukken marginaal, ook in het onderzoek dat via de tweede geldstroom is verkregen. Binnen het hbo is er een aantal lectoraten gericht op onder meer beroepsonderwijs, maar slechts een handvol heeft als kernopdracht de kwaliteit van beroepsopleidingen. Dit, terwijl versterking van de kwaliteit van het beroepsonderwijs een belangrijk aandachtspunt is in beleid (zie het jaarlijkse onderwijsverslag van de Inspectie; zie ook Onderwijsraad, 2014; OCW, 2014). En daarom wil de Faculteit Educatie dit lectoraat graag voortzetten. Het lectoraat beroepsonderwijs in Utrecht is één van de lectoraten die zich uitdrukkelijk richten op beroepsonderwijs, in het bijzonder op de pedagogisch-didactische vraagstukken van opleiden voor beroepsuitoefening. In de eerste termijn ( ) heeft de focus op de pedagogisch-didactische vraagstukken vorm gekregen. Gedurende de tweede termijn is a) het kwaliteitsvraagstuk van beroepsonderwijs sterker toegespitst op de kwaliteit van de opleider; en b) is er naast aandacht voor het mbo een veel sterker accent ontstaan op het hbo, waaronder ook uitdrukkelijk de eigen hogeschool. In algemene zin kunnen we het onderzoeksdomein van het lectoraat afbakenen tot het opleiden en professionaliseren voor beroepsuitoefening waarbij de technisch-instrumentele dimensie (wat moet ik weten en hoe moet ik het doen) onlosmakelijk verbonden is aan de normatieve (wie en hoe wil ik zijn in dit beroep). Waar in het Duits de term 6/36

7 'berufsbildung' de verbintenis tussen het instrumentele en het normatieve uitdrukt is dat in het Engels de term vocational education. De Engelse term vocation verwijst naar wat een beroep betekent voor een persoon terwijl de term occupation refereert aan een beroep als sociologische categorie. Vocational education is daarmee onderwijs dat personen kwalificeert voor het beroep als sociale praktijk maar tegelijkertijd ondersteunt bij het ontwikkelen van de persoonlijke betekenis daarvan (Billett, 2011; Colley, James, Tedder, & Diment, 2003). 6 Hét onderscheidend kenmerk van dit wordingsproces in beroepsopleidingen is dat leren en het begeleiden van dat leren plaats vindt op school én op de werkplek, en in variaties daarvan zoals simulaties binnen de school of leerafdelingen in het bedrijf. Het verbinden van die twee leerplekken vraagt om grensoverschrijdend handelen van lerenden én opleiders. Het opleiden tot startend beroepsbeoefenaar, en daarmee het ontwikkelen van een basis voor beroepsmatig handelen in termen van vakkennis, vakvaardigheid en beroepshouding, is niet mogelijk door studenten alleen in school of alleen in een bedrijf hierop voor te bereiden; leren dient binnen én buiten de school plaats te vinden (Aarkrog, 2005; Poortman, e.a., 2012; Resnick, 1987; Schaap, Baartman & De Bruijn, 2012; Zitter & Hoeve, 2012). 7 Dat geldt overigens nog sterker voor scholing tijdens de beroepsloopbaan. Een centraal kwaliteitsvraagstuk van beroepsopleidingen is vervolgens hoe de verbinding tussen de verschillende contexten wordt vormgegeven zodanig dat lerenden optimaal ondersteund worden het geleerde in die verschillende contexten te integreren (vergelijk De Bruijn & Nieuwenhuis, ). Het leren op en over grenzen, zoals we leerprocessen in de context van beroepsopleidingen kunnen noemen, vraagt specifieke begeleiding, vormgeving en beoordeling. Het stelt hoge eisen aan de opleider wat betreft beheersing van het onderdeel/schoolvak dat onderwezen wordt en vereist tegelijk diepgaand begrip van de aard van het beroep waartoe opgeleid wordt. Het vraagt een overstijgend perspectief en een wendbare en lenige blik op de ontwikkeling van het beroep of de branche bij de opleider. Behalve die inhoudelijke lenigheid vraagt de heterogeniteit van inhouden, leerplekken en van de studenten in de opleiding, eveneens adaptiviteit in de aanpak (De Bruijn, 2006; ). Het onderzoeksdomein van het lectoraat blijft in de komende jaren (zo niet decennia) onverminderd van belang gezien omvang en belang van de sector, de geringe aandacht binnen educatief onderzoek voor deze sector, de behoefte vanuit educatieve (leraren)opleidingen en scholingscentra voor opleiders in beroepsonderwijs aan (toegankelijke) kennis om hun onderwijs en scholing op te baseren, en de vragen van beroepsopleidingen zelf over de kwaliteit van de vormgeving van curricula, opdrachten en leeromgevingen, over de meest adequate beoordeling van de ontwikkeling van de studenten als (aankomende) beroepsbeoefenaren, over het bevorderen van de kwaliteit van het handelen van opleiders binnen (hoge)scholen en op de werkplek. De lector blijft ongewijzigd waardoor het mogelijk is voort te bouwen op resultaten uit de eerdere termijnen en de bestaande netwerken en samenwerking te blijven benutten en uit te bouwen. Annotatie 1. Bruijn, E. de (1997). Het experimentele en het reguliere: Twintig jaar voltijds kort middelbaar beroepsonderwijs. Een studie naar de relatie tussen onderwijskundige vormgeving en rendement. Dissertatie. SCO-rapport 477. Amsterdam: SCO-Kohnstamm Instituut. Mertens, F.J.H. (2001). Meer van hetzelfde? Over de beweging van onderwijs. Utrecht: Lemma. Bemmel, A. van (2014). Hogescholen in historisch perspectief. Den Haag: Vereniging Hogescholen. 2. Verwacht wordt dat de daling van het aantal leerlingen in de beroepsgerichte leerwegen van het vmbo nog verder zal doorzetten. Overigens is dat conform de deelnamepatronen in andere OECD-landen (en de oorspronkelijke intentie van de Mammoetwet). Het percentage leerlingen dat een beroepsgericht programma volgt in de eerste fase van het voortgezet onderwijs is in de OECDlanden als totaal 4%; 96% volgt algemeen voortgezet onderwijs. De deelname aan beroepsopleidingen vanaf 16 jaar vermindert daarentegen niet of nauwelijks Blijkbaar vragen maatschappelijke ontwikkelingen inclusief ontwikkelingen in de beroepspraktijk een verlengde voorbereiding via algemeen voortgezet onderwijs. Overigens is over de inhouden en aanpak in het onderwijs voor jarigen gegeven de ontwikkelingen in (school- en arbeids)loopbanen, het laatste woord nog niet gezegd is. Vooralsnog gaat het gesprek over de inrichting van de beroepsgerichte leerwegen in het vmbo. Gezien de keuzes van leerlingen en hun ouders lijkt het echter noodzaak om vooral het gesprek te voeren over de inrichting van de leerwegen die door het merendeel van de jeugd worden gevolgd en de positionering van oriëntatie op arbeid en beroep daarin. Vergelijk: Westerhuis, A, & Bruijn, E. de (2015). De positie van het vmbo in de educatieve wedloop. Startdossier voor de Onderwijsraad. In voorbereiding. 3. De theoretische en gemengde leerweg van het vmbo beschouwen we daarmee als algemeen voortgezet onderwijs. 4. Programmaraad voor het Onderwijsonderzoek (PROO) (2012). Programma onderwijsonderzoek Den Haag: PROO- NWO. Nieuwenhuis, L.F.M. (2012) Leven lang leren on the roc s! Een visie op werken en leren in het mbo. Oratie. Heerlen: Open Universiteit. Meer, M. van (2014). Vakmensen en bewust vertrouwen: een institutionele beschouwing over de arbeidsmarkt in het middelbaar beroepsonderwijs. Oratie. Tilburg: Tilburg University. 5. Onderwijsraad (2014). Meer innovatieve professionals. Den Haag: Onderwijsraad. Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (2014). Ruim baan voor vakmanschap: een toekomstgericht mbo. Beleidsbrief. Den Haag: OCW 6. Billett, S. (2011). Vocational education. Purposes, Traditions and Prospects. Dordrecht: Springer. Colley, H., James, D., Tedder, M., & Diment, K. (2003). Learning as becoming in vocational education and training: class, gender and the role of vocational habitus. Journal of Vocational Education and Training, 55, Aarkrog, V. (2005). Learning in the workplace and the significance of school-based education: a study of learning in a Danish vocational education and training programme. International Journal of Lifelong Education, 24, Poortman, C.L., Nelen, A., De Grip, A., Nieuwenhuis, A.F.M. & Kirschner, P.A. (2012) Effecten van leren en werken in het mbo: een review studie. In: Pedagogische Studiën 89 (5), Resnick, L.B. (1987). Learning in school and out. Educational Researcher, 16, Schaap, H., Baartman, L., & Bruijn, E. de (2012). Students learning processes during school-based learning and workplace learning in vocational education: a review. Vocations and Learning, 5, Zitter, I., & Hoeve, A. (2012). Hybride leeromgevingen. Het verweven van leer- en werkprocessen. Utrecht: Ecbo. 7. De Bruijn, E., & Nieuwenhuis, A.F.M. (Red.) (2014). Over grenzen: pedagogisch-didactische aspecten van het opleiden voor beroepsuitoefening. Themanummer. Pedagogisch Studiën, 91(1). 8. Bruijn, E. de (2006). Adaptief beroepsonderwijs. Leren en opleiden in transitie. Oratie. Universiteit Utrecht. Utrecht/ s- Hertogenbosch: Universiteit Utrecht/ CINOP Expertisecentrum. Bruijn, E. de (2012). Teaching in innovative vocational education in The Netherlands. Teachers and Teaching: Theory and Practice, 18, /36

8 2 Overzicht van de opbrengsten Het lectoraat beroepsonderwijs is in 2007 ingesteld als een derde geldstroom lectoraat dat zich concentreerde op opdrachtonderzoek en ontwikkelactiviteiten ten aanzien van de professionele praktijk (dat wil zeggen het beroepsonderwijs binnen en buiten de hogeschool) en onderwijs en scholing (de eigen opleidingen van de Faculteit Educatie). Docenten van de lerarenopleidingen, uit het voorbereidend en middelbaar beroepsonderwijs en van andere faculteiten uit de hogeschool werkten samen met de lector en (externe) professionele onderzoekers aan kennisontwikkeling veelal in het kader van innovatieprojecten. In de tweede termijn kreeg het lectoraat beroepsonderwijs een basisfinanciering vanuit de centrale middelen van de hogeschool (trekkingsrechten rijksbijdrage) aangevuld met een facultaire bijdrage (facultaire spiegelfinanciering). Aan het einde van de tweede termijn staat er een lectoraat dat opbrengsten en impact kent zowel ten aanzien van de professionele praktijk, onderwijs en scholing als het domein van wetenschap en onderzoek. De lector, enkele gepromoveerde onderzoekers/docenten, een aantal promovendi en (wisselende) docentonderzoekers vormen een team dat met stevige verbindingen naar opleidingen, professionele praktijk en de wetenschap, bijdragen levert aan de kwaliteitsverbetering van beroepsopleidingen. Conform de missie van het Kenniscentrum Educatie (KE) gaat het dan in het bijzonder om de kwaliteit van de opleider die de voornaamste actor is in de realisatie van onderwijskwaliteit. Het lectoraat kent zo een stevig fundament en heeft dat in 2015 gevierd met een uniek dubbeljubileum, vernieuwend georganiseerd in de vorm van 'Lectoraat Beroepsonderwijs Flipt het Onderzoek', zie In bijlage 4 van deze aanvraag is een compilatie van uitkomsten uit de periode van de tweede termijn te vinden. Hieronder volgt een impressie per domein. 2.1 Bijdrage aan de professionele praktijk De professionele praktijk van het lectoraat beroepsonderwijs betreft de (opleiders van de) mbo- en hbo-opleidingen, regionaal en ook landelijk. De hoger beroepsopleidingen van Hogeschool Utrecht (HU) zelf behoren daarmee tevens tot de professionele praktijk van het lectoraat. Gezien de thematiek van het lectoraat beroepsonderwijs is de hoekpunt 'professionele praktijk' uit de driehoek eigenlijk dezelfde als 'opleidingen'. Voor gemak maken wij daarom een onderscheid tussen de opleidingen van de Faculteit Educatie (FE) en die van de rest van de HU. FE-opleidingen plaatsen we onder het domein 'opleidingen'; de rest van de HU-opleidingen plaatsen we onder het domein professionele praktijk. Dat betekent dat we het werk voor het Expertisecentrum Docent Hbo (EDH), de professionalisering van de docenten van de HU ten aanzien van hun onderwijstaak, onder professionele praktijk plaatst. Gedurende de tweede termijn heeft het lectoraat met partners van mbo- en hbo-opleidingen gewerkt aan het ontwikkelen van nieuwe kennis. Een voorbeeld daarvan is het Innovatiearrangement Hybride Leeromgevingen dat met subsidie van Het Platform Beroepsonderwijs (HPBO) en extra investering vanuit het landelijk Expertisecentrum beroepsonderwijs (Ecbo) kennis ontwikkelde over de vormgeving van leeromgevingen die zich bevinden op de grens tussen school en de werkplek. Naast de klassieke schoolomgeving of de werkomgeving kunnen mengvormen zoals projecten voor het werkveld, bedrijfjes in school of leerafdelingen in instellingen behulpzaam zijn om kennis en kunde te verdiepen, te oefenen en te verbinden. Het lectoraat beroepsonderwijs was één van de partners in dit innovatiearrangement en maakte deel uit van de denktank. Ook heeft een promovendus van het lectoraat beroepsonderwijs de leerprocessen van studenten in vergelijkbare omgevingen onderzocht, mede (ontwerp)kennis geëxpliciteerd en toegankelijk gemaakt en geparticipeerd in de kenniscirculatie met opleidingen. Na afloop van de looptijd van het Innovatiearrangement is met een overbruggingssubsidie van OCW een alliantie opgezet door de belangrijkste partners met als doel dergelijke leeromgevingen in meer opleidingspraktijken (ook in het bedrijfsleven) vorm te geven en onderzoek naar de waarde te doen. Het lectoraat participeert in deze alliantie en draagt bij via expertadvies en professionaliseringsactiviteiten. In de samenwerking met de professionele praktijk wordt niet altijd per se nieuwe kennis ontwikkeld. Bestaande kennis wordt ook toegankelijk gemaakt, bijvoorbeeld via lezingen, workshops, video of praktijkgerichte teksten. Een bijzonder voorbeeld daarvan is de samenwerking met Profiel (Vakblad voor betrokkenen in het middelbaar beroepsonderwijs). De lector verzorgt hierin een rubriek waarin mbo-docenten na de afronding van hun masterthesis hun onderzoeksresultaten presenteren. Een ander voorbeeld is het KwaliteitsInstrument Toetsprogramma (KIT; Op basis van eerder promotieonderzoek is gewerkt aan een instrument waarmee beroepsopleidingen de kwaliteit van hun toetsprogramma kunnen evalueren. Uitgangspunt daarbij is dat beroepsopleidingen gericht zijn op de ontwikkeling van beroepsmatig functioneren (de onderliggende kennis en kunde én het geïntegreerd beroepsmatig handelen in de praktijk). Het instrument wordt met training ter beschikking gesteld voor het veld, inclusief de eigen Hogeschool. Intern en extern wordt gebruik gemaakt van dit instrumentarium. Ook binnen HU zelf, als onderdeel van de professionele praktijk van het lectoraat, is het lectoraat actief via expertadvies over ontwerp- of beoordelingsvraagstukken. Ook is er sprake van onderzoeksmatige samenwerking in projecten zoals bij de Faculteit Natuur en Techniek (FNT) in het Erasmus+ project ESSENCE, waarin de HU als penvoerder samenwerkt met vier andere Universities of Applied Sciences uit het CARPE-netwerk. De samenwerking betreft het invliegen van de expertise die nodig is voor het vormgeven van een innovatieve, blended leeromgeving in een multidisciplinaire, internationale context waarin het onderwijs samenwerkt met lokale overheden. 8/36

9 Een kernactiviteit van het lectoraat binnen de HU betreffen de bijdragen aan het EDH dat gericht is op de versterking van de kwaliteit van het onderwijs via het professionaliseren van de docenten ten aanzien van hun onderwijstaak. Het lectoraat beroepsonderwijs heeft gedurende de tweede termijn het EDH mede ontwikkeld, de contouren van het assortiment vormgegeven, en bijgedragen aan teamontwikkeling en professionalisering van de opleiders van het Expertisecentrum. Binnen de beleidskaders van de Vereniging Hogescholen en Hogeschool Utrecht is het professionaliseringstraject "basiskwalificatie didactische bekwaamheid" (BDB) met als onderdeel de "basiskwalificatie examinering" (BKE) ontwikkeld en mede door het lectoraat uitgevoerd. Het lectoraat vervult een belangrijke rol bij het op niveau houden van het assortiment van het EDH als geheel door het inbrengen van actuele (wetenschappelijke) kennis als basis voor deze trajecten. Ook draagt het bij aan de professionalisering van het team van opleiders van het EDH. 2.2 Bijdrage aan Onderwijs en Scholing Aan de opleidingen van de FE heeft het lectoraat gedurende de tweede termijn op verschillende manieren bijgedragen. Concreet werkt het lectoraat beroepsonderwijs ten behoeve van a) Instituut Archimedes (IA) waar het gaat om opleiden voor beroepsonderwijs en b) de Master Expertdocent Beroepsonderwijs (MEB) van de educatieve faculteiten HU en Windesheim gezamenlijk. Een aantal activiteiten richt zich echter op de gehele FE. Zo is vanuit de kennis van het lectoraat expertadvies gegeven over het curriculumontwerp en het profiel van de lerarenopleiders. Dergelijk advies was niet alleen ad hoc maar ook in het kader van participatie in (beleids- of werk)groepen zoals binnen het FE-brede innovatieprogramma Flѐche. Een voorbeeld is de deelname vanuit het lectoraat aan de Facultaire Expertgroep Toetsing en Beoordeling (FETB) en de daaraan gerelateerde adviezen en werkzaamheden voor de opleidingsinstituten van de faculteit. Zoals gezegd is er een continue betrokkenheid van het lectoraat bij de tweedegraads lerarenopleidingen algemene vakken ten aanzien van het opleiden voor beroepsonderwijs. Afgestudeerden van de tweedegraads lerarenopleidingen komen vroeger of later vaak in het beroepsonderwijs terecht (het tweedegraads domein omvat immers het vmbo, mbo en de onderbouw havo/vwo). Zowel in de beroepsgerichte leerwegen van het vmbo maar vooral in het mbo staat de inhoud van algemene vakken mede in het teken van het opleiden voor beroepsuitoefening. De tweedegraads lerarenopleidingen bereiden hun studenten (tot voor kort) echter minder voor op het beroep van docent in het beroepsonderwijs. In december 2012 heeft de minister van OCW nieuw beleid geformuleerd om a) de kwaliteit van kwalificerende trajecten voor zij-instromers (mbo-docenten die uit de beroepspraktijk komen) te versterken, b) educatieve minoren te ontwikkelen om meer docenten beroepsgerichte vakken te krijgen en c) afstudeerrichtingen beroepsonderwijs in te richten bij de tweedegraads lerarenopleiding algemene vakken (zie ook bijlage 1, inhoudelijke lijnen business case 'opleiden voor beroepsonderwijs'). Het lectoraat beroepsonderwijs heeft in de eerste en tweede termijn deze ontwikkelingen ondersteund via a) participatie in landelijke beleidsgroepen en projecten en b) onderzoek en ontwikkelwerk uitgevoerd door docentonderzoekers van de lerarenopleiding. Zo heeft het lectoraat onderzoeksrapporten, vakpublicaties, expertadviezen opgeleverd over het profiel en de expertise van docenten in het beroepsonderwijs (zie bijlage 4). Samen met het Ecbo heeft het lectoraat het addendum generieke kennisbasis met focus op beroepsopleidend onderwijs opgeleverd dat een verplicht kader is voor alle tweedegraads lerarenopleidingen algemene vakken. Het lectoraat heeft een variant van de cursus beroepsproduct 1/2/3 ontwikkeld en uitgevoerd voor derde en vierdejaars studenten van de lerarenopleiding algemene vakken, waarin zij hun vakinhoud betekenis geven voor het opleiden voor een beroep. Deze cursus zal straks opgenomen worden in de afstudeerrichting beroepsonderwijs die per september 2015 van start gaat. Daarmee participeren de bachelorstudenten ook in het onderzoeksprogramma van het lectoraat. Het lectoraat werkt tevens actief mee aan de vormgeving van deze afstudeerrichting en de professionalisering in dat kader van opleiders en werkveld waarbij ontwikkelde en toegankelijk gemaakte kennis vanuit eerdere onderzoeksprojecten zoals het Innovatiearrangement Professional in Beeld ( ) wordt benut. Een laatste activiteit met impact en duurzaam resultaat is de ontwikkeling van de Master Expertdocent Beroepsonderwijs (MEB) voor docenten beroepsgerichte vakken in (v)mbo en hbo. De master is daarmee bedoeld voor docenten beroepsgerichte vakken die geen vakmaster kunnen (omdat die er niet is) of willen (omdat ze zich willen ontwikkelen in hun beroep docent) volgen maar ook niet geïnteresseerd zijn in andere, los van vak en beroep staande, educatieve masteropleidingen zoals Leren en Innoveren (MLI) en Special Educational Needs (SEN). Dit initiatief is ontstaan in 2011 als activiteit in het kader van de samenwerking tussen vier faculteiten educatie (Inholland, Hogeschool van Amsterdam, Windesheim en HU) en het lectoraat is sinds de start van de tweede termijn in de tweede helft van 2011 betrokken. Vanaf eind 2013 is het initiatief een samenwerking van HU en Hogeschool Windesheim. Het gedachtegoed en expertise vanuit lectoraat (en leerstoel) vormen de grondslag voor het curriculum en de inhoud van de onderwijseenheden van de MEB. Begin 2015 is de MEB geaccrediteerd en in september 2015 zal de (onbekostigde) deeltijdopleiding starten. De opleiding is uniek in Nederland door de focus op de primaire taak van docenten beroepsgerichte vakken waarbij zij het vak dat ze geven betekenis moeten (helpen) geven voor het beroep waartoe studenten worden opgeleid. De master kent onderwijseenheden gericht op de beroepsgerichte vakken en beroepsdomeinen, pedagogisch-didactische kennis en kunde en de verhoudingen tussen onderwijs en arbeid als belangrijke contexten voor leren en opleiden. Het profiel van deze (master)docent beroepsgerichte vakken is nieuw in de verbintenis van vak, beroep en pedagogisch-didactische kennis en kunde. Ook (gepromoveerde) opleiders voor deze master zijn schaars: er zijn nauwelijks gepromoveerde opleiders die expert zijn in die verbintenis van vak, beroep en pedagogischdidactische kennis en kunde. Vooralsnog zit deze verbinding in het teamprofiel (en niet in dat van afzonderlijke opleiders). Het lectoraat beroepsonderwijs draagt op de langere termijn via promotietrajecten bij aan toename van het aantal opleiders voor MEB. Op de kortere termijn ondersteunt het lectoraat via kenniscirculatie activiteiten en gerichte professionalisering bij aan de teamontwikkeling en professionalisering van de individuele MEB-docenten. 9/36

10 2.3 Bijdrage aan wetenschap en onderzoek Het lectoraat en de bijzondere leerstoel 'pedagogisch-didactische vormgeving van beroepsonderwijs, volwasseneneducatie en levenslang leren" van de lector aan de UU vormen een krachtige verbinding voor onderzoek naar vraagstukken van de professionele praktijk en onderwijs en scholing. Gedurende de tweede termijn heeft het lectoraat (en de leerstoel) verder gewerkt aan het conceptualiseren van wat beroepsonderwijs is. Voorbeelden van onderzoeksvragen zijn gericht op wat is de aard van beroepsonderwijs, hoe zijn leerprocessen in het beroepsonderwijs te typeren, wat betekent dit voor de vormgeving van beroepsgerichte leeromgevingen, hoe kan de ontwikkeling van/tot beroepsuitoefening worden beoordeeld en wat vraagt dat van opleiders in de begeleiding van studenten? Naast onderzoek van de senioronderzoekers en docentonderzoekers, liepen er gedurende de tweede termijn vier promotieonderzoeken waarvan drie met een HU-voucher. De promotieonderzoeken zullen naar verwachting in 2016 worden afgerond (zie bijlage 4 voor tussentijdse opbrengsten op het domein onderzoek en wetenschap). De gedurende de tweede termijn ontwikkelde kennis en inzichten zijn gepresenteerd en gepubliceerd in wetenschappelijk erkende congressen en tijdschriften en daarmee erkend als bijdrage aan de wetenschappelijke staat van de kennis op dit domein. Begin 2014 verscheen bijvoorbeeld het themanummer 'over grenzen: pedagogisch-didactische aspecten van het opleiden voor beroepsuitoefening' van Pedagogische Studiën (ISI journal, het enige Nederlandstalige wetenschappelijke tijdschrift voor de onderwijswetenschappen/onderwijskunde). De (gast)redactie werd gevormd door de lector/hoogleraar en collega lectoren/hoogleraren van de HAN en OU. Op de jaarlijkse Onderwijsresearchdagen (2011/12/13/14) heeft het lectoraat (en leerstoel) symposia en andere bijdragen georganiseerd. Ook in internationaal verband heeft het lectoraat (en leerstoel) bijdragen verzorgd op wetenschappelijke congressen, onder andere een symposium in 2012 en in 2014 op het tweejaarlijkse onderzoekscongres van de Special Interest Group (SIG) "Learning and professional development" van de European Association for Reseach on Learning and Instruction (EARLI). Samen met de Australische "Editor-in-Chief" van het ISI-journal "Vocations and Learning: Studies in vocational and professional education" en twee Nederlandse collega-lectoren vormt de lector/hoogleraar het redactieteam van een boek dat uitgebracht gaat worden bij Springer. Het boekproject heeft als doel om het Nederlandse beroepsonderwijs als casus te ontsluiten voor een internationaal publiek. Het boek, met als titel " Enhancing teaching and learning in the Dutch vocational education system: Reforms enacted" wil een beeld geven van de ontwikkelingen in onderzoek en praktijk van het Nederlandse beroepsonderwijs (mbo en hbo) sinds het begin van deze eeuw. De uitwerking van deze probleemstelling is gericht op vier niveaus: beleid en stelsel; implicaties voor het lokale niveau van instellingen en regio's; implicaties voor programma's en onderwijsleerprocessen en implicaties voor de opleiders in het beroepsonderwijs zowel in school als op de werkplek. De bijdragen aan het boek komen van onderzoekers van verschillende hogescholen, universiteiten en andere kennisinstellingen uit Nederland. Het boek zal in 2015 worden ingeleverd bij de uitgever en in 2016 gepubliceerd worden. Tot slot kan nog vermeld worden dat het lectoraat gedurende de tweede termijn de inhoudelijke regie had (en de initiatiefnemer was) van het pre-promotietraject dat samen met de UU voor de FE werd uitgevoerd. Onder meer vanwege onvoldoende middelen heeft het Facultair Management Team (FMT) dit traject per 2014 moeten beëindigen. In totaal is het pre promotietraject drie maal uitgevoerd met in totaal 28 deelnemers (Hogeschool Docenten (HD s), voornamelijk van de FE). Zij hebben aan (onderdelen) van het gefaseerde pre promotietraject deelgenomen, zeven van hen zijn een promotietraject gestart met een HU-promotievoucher en een enkeling met een ander type facilitering. De ontwikkelde en gepubliceerde (wetenschappelijke) kennis vormt de "onderlegger" voor de lectoraatsactiviteiten binnen de domeinen professionele praktijk en onderwijs & scholing. Om dit fundament ook in de derde termijn te leggen is in het laatste jaar van de tweede termijn gewerkt aan een aantal onderzoeksaanvragen bij het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO), onder andere in samenwerking met andere hogescholen en universiteiten, het landelijk Expertisecentrum beroepsonderwijs (ecbo) en ROC's. Enkele aanvragen zijn helaas niet gehonoreerd; de uitslag van vier andere aanvragen wordt rond de zomer 2015 bekend. Eveneens ter voorbereiding voor de derde termijn zijn in 2015 onderzoeksplannen voor nieuw promotieonderzoek ontwikkeld (zie ook bijlage 3). Ook is eind 2014 een werving gedaan onder HD s (zowel FE als HU-breed) voor een voorbereidend programma voor promotieonderzoek als onderdeel van het onderzoeksprogramma van het lectoraat beroepsonderwijs in de periode De interesse bleek groot, er waren meer dan 50 aanmeldingen. Na selectie (met als belangrijke voorwaarden toestemming van de leidinggevende en interesse passend bij het onderzoeksprogramma van het lectoraat) is er een gericht programma gestart met 15 deelnemers. De belangrijkste doelen van het traject zijn oriëntatie op het onderzoeksprogramma van het lectoraat en promotie in het algemeen (is dat wel iets voor mij), professionalisering (qua thematiek en onderzoeksmethodologie), en selectie van potentieel geschikte kandidaten voor een promotietraject. In de laatste fase worden op basis van een position paper zes personen geselecteerd die in samenwerking met de drie senior onderzoekers (als beoogd co promotoren) en de lector (mede als beoogd promotor van de UU) een concreet onderzoeksplan inclusief financiële onderbouwing uitwerken. Dit onderzoeksplan wordt ingediend ten behoeve van een aanvraag voor een HU-promotievoucher, een NWO promotiebeurs voor leraren of anderszins. De contouren van het onderzoeksplan (probleemstelling, onderzoeksaanpak in grote lijnen) zijn van te voren geformuleerd door de drie senior onderzoekers in samenwerking met de lector en bedoeld als startpunt voor concrete uitwerking waarbij de aspirant promovendus eigen accenten kan inbrengen (zie bijlage 3). 10/36

11 2.4 Tot slot: werkwijze en kenniscirculatie Het activiteitenplan voor de tweede termijn zoals dit was uitgewerkt in de vorige continueringsaanvraag, is in grote lijnen gerealiseerd hoewel opbrengsten eveneens nog in 2015 en (voor de promotietrajecten die verlengd zijn vanwege zwangerschapsverlof, e.d.) in 2016 zullen komen. In het plan voor de periode is tevens geformuleerd hoe het lectoraat werkt aan verankering binnen de FE en HU. Gedurende de tweede termijn is het lectoraat en de leden van het lectoraatsteam sterker ingebed in facultaire en hogeschoolbrede (werk)structuren. Zo is de lector lid van het facultaire beleidsteam onderwijs dat de portefeuillehouder onderwijs adviseert. Bovendien is de lector ook dragend, en daarmee lid van de regiegroep van het EDH. Het EDH werkt hogeschoolbreed en is gericht op de kwaliteitsverbetering van het HUonderwijs via het verhogen van de kwaliteit van de HD s wat betreft hun onderwijstaak. Seniormedewerkers van het lectoraatsteam zijn ontwikkelaars en uitvoerders van onderdelen van het aanbod van het EDH. Hetzelfde geldt voor de nieuwe MEB die 'gedragen' wordt door het lectoraat. Al in de openbare les van 2008 is de vormgeving van de kenniscirculatie vanuit het lectoraat als belangrijk aandachtspunt opgevoerd. In de tweede termijn functioneerde net als in de eerste termijn een actieve kenniskring die bestond uit de leden van het lectoraatsteam en (externe) leden afkomstig uit de FE- en andere HU-opleidingen, de regionale ROC's, de UU en relevante onderzoeks- en kennisinstellingen. Deze kenniskring van ongeveer 30 leden kwam drie maal per jaar bij elkaar om uit te wisselen en thema's te verkennen. Daarnaast werden er twee tot drie maal per jaar zogenaamde leren en ervaren sessies georganiseerd voor en door de kenniskringleden; er werden interessante praktijken bezocht maar ook nieuwe inzichten vanuit de literatuur bestudeerd. Verder bracht het lectoraat twee maal per jaar een eigen nieuwsbrief uit die verspreid werd onder een vaste en grote groep belangstellenden (circa 250) en daarna op de website geplaatst (zie De website van het lectoraat wordt actief en actueel gehouden, er is een up-to-date hoofdpagina en pagina's per project c.q. onderzoekslijn. In 2014 was de pagina van het lectoraat beroepsonderwijs de meest bezochte lectoraatspagina. Vooruitlopend op de derde termijn van het lectoraat en in lijn met de transformatie van het lectoraat van een derde-geldstroom-lectoraat met een projectstructuur naar een meer stabiel gefinancierd lectoraat met meer evenwichtige personele opbouw (conform de aanbevelingen in Leijnse en Siersma, ), is een andere vorm van kenniscirculatie ontwikkeld. Deze is per september 2014 ingegaan en bestaat uit een mix van vormen: circa zes maal per jaar laagdrempelige 'broodjes onderzoek' waarin onderzoekers van het lectoraat tijdens een informele lunchbijeenkomst onderzoeksbevindingen delen met collega's van de faculteit en hogeschool. Deze activiteit is geïnitieerd vanuit het lectoraat beroepsonderwijs en wordt vanaf 2015 uitgevoerd. up-to-date website en een twitteraccount met 40 weken per jaar ca. 3 berichten per week; in maart 2015 een kleine 1000 volgers. twee tot driemaal per jaar 'grenswatchen' met open inschrijving voor docenten, opleiders, beleidsmakers, onderwijsontwikkelaars, onderzoekers en adviseurs van mbo en hbo: leren van activiteiten op de grens van onderwijswerkveld; ervaringen en kennis uitwisselen via een veldbezoek aan een opleidingspraktijk op die grens. jaarlijkse werkbijeenkomst 'de 10 van het lectoraat' waarin met vertegenwoordigers van de professionele praktijk, onderwijs & scholing en wetenschap & onderzoek de belangrijke vraagstukken en ontwikkelingen ten aanzien van het thema van het lectoraat worden verkend en bezien op hun implicaties voor de activiteiten van het lectoraat. Tijdens de eerste keer in juni 2015 staat de uitvoering van het programma van het lectoraat centraal. Deze denktank van het lectoraat kan per jaar van samenstelling wisselen. interactieve bijeenkomst(en) (naar voorbeeld van Lectoraat Flipt het onderzoek van 19/2/15) voor geïnteresseerden vanuit de professionele praktijk, onderwijs & scholing en wetenschap & onderzoek: een maal per 2 jaar. In 2015 stond dit evenement in het teken van achtjarig bestaan van het lectoraat en het tienjarig bestaan van de leerstoel (van de lector aan de UU) en werd bezocht door 120 deelnemers. Rond elke activiteit ontwikkelt zich een netwerk van actoren, altijd vanuit de drie werelden c.q. punten van de driehoek (professionele praktijk, onderwijs & scholing, wetenschap & onderzoek), die elkaar bij het palet aan kenniscirculatieactiviteiten ook fysiek kunnen ontmoeten. Met de uitwerking van deze gevarieerde en open vorm van kenniscirculatie probeert het lectoraat beroepsonderwijs ook gedurende de derde termijn haar werk te verdiepen en delen met de drie werelden waarmee, waartoe en waarvoor zij kennis ontwikkelt en werkbaar maakt. Annotatie 9. Leijnse, F. & Siersma, J (augustus 2014). Praktijkgericht educatieonderzoek. Hoe nu verder? Advies aan Educatieve Faculteiten. 11/36

12 3 Strategische visie op de verdere ontwikkeling De druk op de kwaliteit van het middelbaar en hoger beroepsonderwijs blijft in de komende periode onverminderd groot. In het middelbaar beroepsonderwijs is sprake van een herinrichting en herpositionering van opleidingen onder andere vanwege de herziening van de kwalificatiestructuur en veranderingen in duur van opleidingen. In het hoger beroepsonderwijs vindt herziening en samenvoeging van opleidingen ook veelvuldig plaats, onder druk van ontwikkelingen in de beroepspraktijk maar ook om verwachtingen van de buitenwereld waar te maken dat het hbo vooral innovatieve professionals opleidt (vergelijk het gelijknamige advies van de Onderwijsraad uit 2014). Voor beide onderwijssectoren geldt dat er een stijgende vraag is naar onderwijs aan volwassenen: beroepsonderwijs tijdens de loopbaan. Daar waar zowel binnen het mbo als het hbo organisatie- en opleidingsvraagstukken vertrekken vanuit het (initieel) opleiden van jongvolwassenen (met roosters en schoolvakanties) betekent een dergelijke vraag van de samenleving een heel ander perspectief op scholing en ontwikkeling. De blik dient dan immers van buiten (professionele praktijk) naar binnen (opleidingen) te worden gericht in plaats van alleen naar binnen gericht of van binnen naar buiten (opleidingen menen het primaat te hebben). Hoewel er op veel plekken sprake zal zijn van een ingrijpende verandering, zijn er in mbo en hbo uiteraard voorbeelden van opleidingspraktijken waar het al veel gebruikelijker is om te scholen, begeleiden en professionaliseren vanuit de vragen en behoeften van beroepspraktijk en werknemers. Daarnaast blijven initiële opleidingstrajecten ook bij uitstek van belang. Inspelen op de verschillende ontwikkelingen en toegevoegde waarde leveren via sequentiële opleidingen en op maat gemaakte professionaliseringstrajecten is zeker geen eenvoudige opdracht. Het lectoraat beroepsonderwijs kiest ervoor om in de derde termijn dit kwaliteitsvraagstuk van goed beroepsonderwijs centraal te stellen en daarbij de aandacht te richten op de kwaliteit van het handelen van de opleider in het beroepsonderwijs, en het opleiden en verder professionaliseren van deze opleiders (zie ook bijlage 1 voor de maatschappelijke kaders). Conform de missie van het KE ligt de focus daarbij op kwaliteitsvraagstukken van de eigen opleidingen. In het geval van het lectoraat beroepsonderwijs gaat het dan om: a) de professionaliseringsactiviteiten van het EDH; b) de MEB) en c) de opleidingsactiviteiten van IA gericht op het opleiden van docenten voor het beroepsonderwijs. Via die route werkt het lectoraat aan de kwaliteit van het handelen van opleiders in het beroepsonderwijs. De opleider in het mbo en hbo is de docent, met name die van de beroepsgerichte vakken, en de praktijkopleider op de werkplek. Vooralsnog ligt het accent op de docent (binnen de school). De opleider op de werkplek neemt echter sterk in belang toe, zeker daar waar beroepsopleidingen mede vorm krijgen via leerafdelingen in bedrijven en instellingen. Het vraagstuk van opleiden en professionaliseren van deze beroepsgroep opleider/docent beroepsonderwijs staat wel op de kaart maar kent een nogal gevarieerde praktijk. Tweedegraads lerarenopleidingen verzorgen al langer pedagogisch-didactische trajecten voor docenten beroepsgerichte vakken die uit de beroepspraktijk komen maar kwaliteitsvragen zijn er te over. Er zijn docenten beroepsgerichte vakken die gekwalificeerd zijn via een tweedegraads lerarenopleiding beroepsgericht vak. Echter voor veel beroepsgerichte vakken bestaan geen lerarenopleidingen. Bij bestaande technische lerarenopleidingen zijn heel weinig studenten, terwijl er in de scholen tekorten zijn of een andersoortige kwalificering wordt gevraagd. Tweedegraads lerarenopleidingen algemene vakken worden per september 2015 verplicht een afstudeerrichting beroepsonderwijs aan te bieden en de pedagogisch-didactische trajecten voor instromende mbo-docenten beroepsgerichte vakken krijgen een kwaliteitsimpuls. 11 Voor het hbo is de discussie en het beleid over de bekwaamheid van de docent beroepsgerichte vakken (nagenoeg iedere HD) pas enkele jaren oud (hoewel de oud- Inspecteur-Generaal van het onderwijs Ferdinand Mertens al enige tijd geleden dit docentschap onder de loep nam 12 Opvallend is tenslotte dat er op masterniveau (eerstegraads domein) geen lerarenopleidingen beroepsgerichte vakken bestaan in Nederland. Zoals in het vorige hoofdstuk aangegeven is de net geaccrediteerde MEB feitelijk de eerste eerstegraads lerarenopleiding beroepsgerichte vakken. 13 Deze start in het begin van de derde termijn van het lectoraat, een extra reden om de focus in de derde termijn te leggen op de docent beroepsgerichte vakken in mbo en hbo. Ook de ontwikkeling van het EDH dat zich richt op de professionalisering van de HD, die per definitie een docent beroepsgerichte vakken is, is een extra reden. Ook daar speelt het vraagstuk wat de kern van het profiel, de expertise, het handelen van een docent beroepsgerichte vakken is en wat deze daarom moet kennen en kunnen. Het inzicht dat de docent beroepsgerichte vakken niet gelijk is aan de beroepsbeoefenaar/professional uit de beroepspraktijk of iemand die een vakgerichte bachelor (of master) heeft gevolgd is niet nieuw maar wordt pas recent op zijn consequenties doorgedacht. Het beroep docent beroepsgerichte vakken krijgt langzamerhand profiel en daarbij hoort erkenning van dit profiel en daaraan verbonden opleidings- en professionaliseringstrajecten, met ook een lerarenopleider (tweede orde opleider) of opleidersteam met een ander profiel. Het lectoraat beroepsonderwijs wil in de periode hieraan een bijdrage leveren. In dit hoofdstuk wordt deze insteek verder uitgewerkt, zowel in inhoudelijke thema s en positionering van het lectoraat als in een werkplan en werkorganisatie. 12/36

13 3.1 Strategische visie In de eerste en tweede termijn van het lectoraat is over het vraagstuk van de eigenheid en identiteit van de docent beroepsonderwijs onderzoek gedaan samen met actoren uit het beroepsonderwijs. Publicaties, lezingen en expertbijdragen gingen vaak over wie die docent is, waar zijn/haar toevoegde waarde ligt in het wordingsproces tijdens een beroepsopleiding (vergelijk bijlage 4). Erkenning van deze docent als beroep docent beroepsonderwijs was een belangrijk doel vanuit de professionele praktijk. In de tweede termijn lag het accent qua onderzoek op leerprocessen gedurende (initiële) beroepsopleidingen, gericht op de ontwikkeling van beroepskennis (de mores van het beroep, de formele kennis, de tacit knowledge en de eigen inkleuring). In de derde termijn zal onderzoek over leren en kennisontwikkeling een rode draad blijven omdat dit een belangrijke (kennis)basis is voor het handelen van opleiders in beroepsonderwijs. Tegelijkertijd vraagt de erkenning van de docent beroepsgerichte vakken en het opleiden en professionaliseren van deze docenten om onderzoek dat helpt om handen en voeten te geven aan het handelen van een docent beroepsgerichte vakken. In de derde termijn zullen daarom de kerntaken of handelingsdomeinen van de docent beroepsgerichte vakken centraal staan in het onderzoek. Leerprocessen en resultaten van de studenten in beroepsonderwijs komen alleen vanuit dat perspectief aan de orde. We onderscheiden drie handelingsdomeinen die de onderzoekslijnen voor de derde termijn van het lectoraat vormen: 1. Uitvoeren van beroepsonderwijs: hier gaat het om de begeleidingsactiviteiten van docenten beroepsgerichte vakken in opleidingstrajecten. In eerder onderzoek is als uitgangspunt een scala begeleidingsstrategieën geïdentificeerd met voorbeelden en dilemma s. Het gaat dan echter nog alleen om heuristieken en generieke strategieën. Er is behoefte aan meer detaillering, voorbeelden van verschillen tussen beroepen, vakken en niveaus, en meer inzicht in wat werkt en waarom (de mechanismen). 2. Vormgeven van beroepsonderwijs: een deel van de vraagstukken in het beroepsonderwijs gaat over het ontwerpen van passende omgevingen en arrangementen om in te leren. In het beroepsonderwijs wordt in elk geval in twee omgevingen geleerd: op school en op de werkplek. De school is een omgeving waar conceptuele kennis kan worden ontwikkeld, tijd is voor reflectie en ruimte is voor oefenen en maken van fouten. De werkplek is een omgeving om al doende te leren, waarin de kunst kan worden afgekeken van ervaren professionals en waar het beroep eigen kan worden gemaakt. Deze omgevingen hebben elk sterke kanten, ze hebben echter ook minpunten. Zo kan abstracte schoolse kennis zonder concrete beroepscontext als saai worden ervaren en is het lastig om deze toe te leren passen in de praktijk. Op de werkplek gaat de klant altijd voor of worden stagiaires gezien als goedkope arbeidskrachten. Hoewel de kracht van het leren op school en op de werkplek steeds nodig blijft, kunnen onderwijsvormen op de grens van school en werk, zoals leerafdelingen in bedrijven of projecten voor externe opdrachtgevers, een versterkende functie hebben in het opleidingsproces. In deze grenspraktijken lijkt het al op de werkplek en is er daarnaast nog veel ruimte voor stilstaan bij zaken en is er ook nog de veiligheid van de school. De toevoeging van dergelijke onderwijsvormen in aanvulling op meer schoolse arrangementen en de werkplek, geeft studenten meer en andere mogelijkheden om te leren. Het ontwerpen van vernieuwende en passende opleidingsvormen is niet eenvoudig en er is behoefte aan meer ontwerpkennis over het vormgeven van leeromgevingen op de grens van school en werk. 3. Beoordelen in beroepsonderwijs: Als het gaat om het beoordelen van studenten in beroepsopleidingen, dan zijn de eindkwalificaties vaak niet goed zichtbaar of herkenbaar voor studenten en opleiders in de rol van beoordelaar. Studenten weten bijvoorbeeld niet hoe hun beoordeling binnen een bepaalde module bijdraagt aan hun ontwikkeling richting de eindkwalificaties. Dit leidt tot vragen als wat is de relevantie van deze cursus / beoordeling voor mijn ontwikkeling als verpleegkundige? of Wat zegt deze beoordeling over mijn ontwikkeling als ict-beheerder?. Er is behoefte aan meer inzicht in het vraagstuk van beoordelen waarbij vanuit het geheel van de eindkwalificaties en hun betekentis voor het uiteindelijk worden van een beroepsbeoefenaar wordt teruggeredeneerd naar de beoordeling van studenten in verschillende fasen van de opleiding. Het gaat dan niet zozeer om afzonderlijke beoordelingen binnen het curriculum, maar om een samenhangend en bewust samengesteld toetsprogramma met als doel om de ontwikkeling van de student richting het geheel (de eindkwalificaties / de beroepsbeoefenaar) beter te kunnen volgen, vaststellen (summatief) en stimuleren (formatief). De delen in dit geval de beoordelingsmomenten in het curriculum staan steeds in het teken van de ontwikkeling van de student richting het geheel: het worden van een beroepsbeoefenaar. De vormgeving van toetsprogramma s waarin vanuit het geheel naar de delen wordt ontworpen, is relatief nieuw. Vanuit wetenschappelijk onderzoek is een model voor toetsprogramma s ontwikkeld, maar dit model is niet direct toepasbaar op de vaak modulaire curricula van beroepsopleidingen. Er zijn voorbeelden nodig van de vormgeving van toetsprogramma s in beroepsopleidingen, waarbij zowel recht wordt gedaan aan de wens tot modulair onderwijs, én het idee van een samenhangend toetsprogramma met een opbouw in complexiteit. Andere vragen betreffen de eindkwalificaties en de inhouden hierin zoals: wat is meetbaar en wat is bespreekbaar als het gaat om beroepskennis en hoe maak je beroepskennis zichtbaar. In de derde termijn gaat het om het ontwikkelen van nieuwe kennis over deze vraagstukken maar ook om het bij elkaar zetten van wat al bekend is, dat toegankelijk maken en experimenteren met werken met de ontwikkelde kennis. Voor wat betreft het bij elkaar zetten van wat al bekend is en het toegankelijk maken daarvan voor de professionele praktijk en onderwijs & scholing is het begrip principled practical knowledge naar Bereiter (2013) 14 uitgangspunt. Wetenschappelijke kennis vanuit de onderwijswetenschappen heeft te weinig handvatten om mee te kunnen werken in de onderwijspraktijk of in opleidingen. Vergelijk ook Windschitl (2002) die aangeeft dat theoretische kennis zoals de constructivistische opvat- 13/36

14 ting over leren nog geen richtlijnen geeft voor het handelen van docenten en dat bij de pogingen van directe toepassing veel vragen en dilemma s ontstaan. 15 Praktijkkennis daarentegen is situationeel, veelal alleen lokaal toepasbaar en ook vaak impliciet. Er is een soort kennis nodig die generiek is, gericht op het principe of mechanisme van waarom iets werkt maar niet receptmatig is. Dergelijke kennis is volgens Bereiter ontstaan uit en onderdeel van probleemoplossing en gaat zowel over het weten hoe als het weten waarom. Het door Bereiter geïntroduceerde begrip principled practical knowledge voor dit type kennis vertalen we vooralsnog met principegerichte praktijkkennis. Het lectoraat beroepsonderwijs wil in de derde termijn werken aan een dergelijke kennisrepresentatie op het gebied van de drie onderzoekslijnen die kan dienen als een kennisbasis voor opleidings- en professionaliseringsactiviteiten van de professionele praktijk en onderwijs & scholing. Voor wat betreft de werkwijze van het lectoraat zijn de uitgangspunten van de openbare les uit 2008 over de samenwerking met praktijk, opleiding en onderzoek zoals ook gepraktiseerd in de eerste en tweede termijn, nog steeds actueel. In het sectorplan Onderwijswetenschappen (januari 2015) wordt het idee van de academische werkplaats geïntroduceerd om aan verbindingen te werken tussen onderzoek, opleiding en professionele ontwikkeling van docenten, en onderwijsontwikkeling. Deze term adopteren we voorlopig als variant en uitbreiding van het concept leerwerkgemeenschappen ofwel learning communities. Voor elke onderzoekslijn wordt zo gewerkt aan de verbinding tussen (in hbotermen) professionele praktijk, onderwijs & scholing en wetenschap & onderzoek. Uitgangspunt is dat hier synergie optreedt met de initiatieven voor learning communities (academieteams en leerteams) van de FE-opleidingen (domein onderwijs & scholing) en learning communities in de professionele praktijk (HU, mbo- en hbo-scholenveld). De participanten uit de professionele praktijk en onderwijs & scholing voeren bij voorkeur kleinschalig onderzoek uit in hun eigen praktijk. Het gaat hier om docenten/opleiders maar ook om MEB-studenten, studenten van de afstudeerrichting beroepsonderwijs van de tweedegraads lerarenopleidingen en cursisten van het EDH. Betrokken onderzoekers vanuit het lectoraat (inclusief promovendi) en samenwerkingspartners, delen hun kennis uit onderzoek. Op deze wijze wordt mede gewerkt aan het toegankelijk en werkbaar maken van kennis ten behoeve van de versterking van curricula van interne opleidingen (MEB, tweedegraads domein ten aanzien van opleiden voor beroepsonderwijs) en van professionaliseringstrajecten voor hogeschooldocenten (EDH). Tegelijkertijd is er sprake van professionalisering van participerende docenten en studenten op het gebied van onderzoeksmatige kennis en kunde. Tijdens het eerdere genoemde jubileum van lectoraat en leerstoel (februari 2015) stemden de aanwezigen (uit de domeinen onderwijs & scholing, professionele praktijk en wetenschap en onderzoek ) als stip op de horizon voor leerstoel en lectoraat beroepsonderwijs voor het ontwikkelen van leerwerkgemeenschappen van opleiders en onderzoekers om ontwikkelde kennis te kunnen benutten voor onderwijsvernieuwing op de voet gevolgd door investeren in het professionaliseren van opleiders in het beroepsonderwijs. De inrichting van academische werkplaatsen als learning communities van onderzoekers, docenten en studenten, past derhalve uitstekend bij deze uitslag. 3.2 Visie op de plaats van het lectoraat in de regionale, nationale en internationale kennisinfrastructuur Het lectoraat beroepsonderwijs aan de HU is één van de weinige lectoraten die zich bij uitstek richten op de kwaliteit van de primaire processen in het beroepsonderwijs. Die geringe aandacht is bijzonder gezien het belang en omvang van de sector beroepsonderwijs in Nederland. In de derde termijn zal het lectoraat de samenwerking voortzetten met de andere lectoraten, onderzoeksgroepen aan de universiteiten en kennisinstellingen die zich richten op onderzoek en kwaliteitsversterking van het beroepsonderwijs. Dat is ook nodig gezien de geringe omvang van een lectoraat en de positionering in hogescholen (vergelijk Leijnse, 2014: Leijnse & Leijnse & Siersma, 2014) 16. In het eerste half jaar van de derde termijn van het lectoraat zal de tweede termijn van de leerstoel aan de Universiteit Utrecht eindigen. De intentie is om de samenwerking met de UU, bij voorkeur via een bijzondere leerstoel van de lector, te continueren. Lector, promovendi en co-promotoren werken samen met de onderzoeksgroep Onderwijskunde, het Freudenthal Instituut en het UU-Focuspunt Educational and Learning Sciences. De lector participeert in het landelijk netwerk lectoren en hoogleraren beroepsonderwijs waarin lectoren participeren die het beroepsonderwijs als (centrale) focus hebben. Het netwerk wordt ondersteund door het Expertisecentrum beroepsonderwijs (ecbo) waarmee het lectoraat eveneens samenwerkt, onder meer via gezamenlijke onderzoeksprojecten. In september start de nieuwe MEB vanuit een partnerschap tussen HU en Hogeschool Windesheim. In de derde termijn zal de samenwerking met Hogeschool Windesheim worden geïntensiveerd (zie bijlage 2 voor eerste gedachten over een gezamenlijk lectoraat beroepsonderwijs). Daarnaast zal contact en zo mogelijk samenwerking worden aangehaald met lectoraten die betrokken zijn bij andere educatieve masters zoals de MLI om de kwaliteit van de masters te versterken. In het kader van de MEB wordt er ook samengewerkt met lectoraten uit de HU en Windesheim uit de andere faculteiten ten behoeve van kwaliteitsborging. De lector is verder staflid van de landelijke onderzoeksschool voor de Onderwijswetenschappen en is daar themacoördinator van het onderzoeksthema workplace learning. Zij is ook lid van de Vereniging voor Onderwijsresearch (VOR) en is lid van de adviesraad van de divisie Bedrijfsopleidingen, Beroepsonderwijs en Vakmanschap (BBV). Wat betreft internationale samenwerking vormen de EERA, Network vocational education (VETNET), EARLI, SIG14 learning and professional developments and EAPRIL (praktijkgericht onderzoek) de belangrijkste netwerken. Met name via de SIG 14 is er veelvuldige uitwisseling en samenwerking ten aanzien van publicaties met onderzoekers uit Duitsland, Scandinavië, Zwitserland en Australië. Deze contacten worden ook benut voor internationalisering binnen de MEB. 14/36

15 3.3 Analyse en visie op de positie van het lectoraat in het Kenniscentrum Educatie Het lectoraat beroepsonderwijs is onderdeel van het KE. Conform de missie van het KE richt het lectoraat zich op de kwaliteit van de docent als belangrijkste drager van onderwijskwaliteit. Het onderzoek van het lectoraat beroepsonderwijs is gericht op het handelen van de opleider in het beroepsonderwijs en levert conform de prioriteiten van het KE vanuit die (ontwikkelde) kennis bijdragen aan de kwaliteit van de opleidingen van de faculteit (het assortiment van het EDH, de MEB, de afstudeerrichting beroepsonderwijs van de tweedegraads lerarenopleidingen algemene vakken en de educatieve minor, de kwaliteit van beoordeling van alle opleidingsinstituten, ontwerpvraagstukken in het programma onderwijsinnovatie, het profiel van de lerarenopleider). Het lectoraat beroepsonderwijs opereert tevens hogeschoolbreed, ontwikkelt kennis over het handelen van de HD, ontwerpkennis over beroepsonderwijs en beoordelingsvraagstukken in beroepsonderwijs. Het lectoraat beroepsonderwijs werkt in projecten samen met de FNT en wordt regelmatig bevraagd door docenten van andere faculteiten. Het lectoraat tracht veel te kanaliseren via het EDH maar overlegt of werkt ook regelmatig direct samen met andere faculteiten. Betrokken docentonderzoekers en (aspirant)promovendi zijn afkomstig uit alle faculteiten en de onderwijskundige (ontwerp)vraagstukken waar ze in het kader van het lectoraat beroepsonderwijs aan werken worden door hun teams, leidinggevenden en onderwijsinstituten uitermate relevant gevonden. In de derde termijn zal het lectoraat deze gerichtheid op én de FE(als opleidingen) en de HU in de breedte (als professionele praktijk) voortzetten. 3.4 Vierjarig werkplan van lector en kenniskring De kern van het werk van een lectoraat is het doen van onderzoek ten behoeve van kwaliteitsverbetering van de professionele praktijk. Om deze verbetering van de professionele praktijk te kunnen realiseren en tevens een bijdrage te leveren aan het domein onderwijs & scholing en een uitbreiding van de bestaande wetenschappelijke kennis tot stand te brengen, wordt binnen de lectoraten van het KE de volgende werkwijze gehanteerd: 1. De beschikbare (inclusief door het lectoraat ontwikkelde) kennis op het inhoudelijk terrein van het lectoraat wordt verzameld en systematisch bij elkaar gebracht. 2. Deze verzamelde en/of nieuwe kennis wordt gebruikt voor het onderbouwen van het curriculum van de opleidingen (FE en HU). Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan het op niveau brengen van de leerinhouden en didactiek van de opleidingen. Tevens wordt gewerkt aan het professionaliseren van de opleiders door een bijdrage te leveren aan het op niveau brengen en houden van het handelen van de opleiders (kennis, gedrag, reflectief vermogen en onderzoeksvaardigheden). 3. Deze verzamelde en/of ontwikkelde kennis wordt ook toegankelijk gemaakt voor de professionele praktijk (HU, en MBO en HBO breed) zodat met deze kennis gewerkt kan worden aan versterking van curricula en het handelen van opleiders. 4. Via expertadvies, op basis van evidentie en gebaseerd op onderzoek, wordt bijgedragen aan de bijstelling van het curriculum in zowel de interne opleidingen als de professionele praktijk. Voor de interne opleidingen gaat het dan tevens om specifieke suggesties over 'honours-didactiek' op basis van kennis over differentiatie en versnelling/verdieping. 5. Valideren van nieuwe opgedane kennis door het wetenschappelijk forum door middel van presentaties en publicaties, Hierdoor levert de nieuwe ontwikkelde kennis die door het verrichte onderzoek op de domeinen Onderwijs & Scholing en de Professionele Praktijk is gegenereerd een bijdrage aan de wetenschappelijke kennisbasis. Voor het lectoraat beroepsonderwijs krijgt deze werkwijze vorm in de drie inhoudelijke onderzoekslijnen zoals uitgewerkt in 3.1, te weten uitvoeren van beroepsonderwijs, vormgeven van beroepsonderwijs, beoordelen in beroepsonderwijs. Deze drie thema s vormen de inhouden van opleidingen en professionaliseringsactiviteiten gericht op docenten beroepsonderwijs (MEB, EDH, tweedegraadsdomein opleiden voor beroepsonderwijs ). In elke onderzoekslijn wordt nieuwe kennis ontwikkeld, bestaande kennis bij elkaar gezet en toegankelijk gemaakt voor het domein Onderwijs & Scholing en Professionele Praktijk. In beide domeinen, vooraleerst FE en HU intern, wordt gewerkt met deze kennis om de curricula te versterken en opleiders verder te professionaliseren. Docenten en studenten van MEB, EDH en de afstudeerrichting beroepsonderwijs van de tweedegraads opleidingen participeren via de in 3.1 gedefinieerde academische werkplaatsen (als bijzondere learning communities ) in de onderzoekslijnen. Op lectoraatsniveau vindt kenniscirculatie plaats om kennis met de wijdere omgeving te spiegelen en delen (conform de uitwerking in paragraaf 2.4). De beoogde bijdragen aan de drie punten van de driehoek zijn daarmee gegeven en samengevat in de volgende drie paragrafen Bijdrage aan professionele praktijk De professionele praktijk van het lectoraat beroepsonderwijs bestaat uit het mbo en het hbo en dus ook de opleidingen van de hogeschool buiten die van de FE. Docenten uit de professionele praktijk zullen uitgenodigd worden deel te nemen aan de academische werkplaatsen, om zelf kleinschalig onderzoek naar de eigen praktijk uit te voeren of meer of minder actief te participeren in het onderzoek van anderen in de academische werkplaats en ontwikkelde kennis te waarderen op bruikbaarheid. 15/36

16 Concrete activiteiten en opbrengsten zijn derhalve: Door middel van academische werkplaatsen geven van begeleiding van docenten uit de hogeschool en het regionale middelbaar beroepsonderwijs bij hun onderzoek naar hun eigen opleidingspraktijk. Begeleiding van het delen van deze kennis, onder andere via het publiceren in vakbladen en het presenteren op conferenties speciaal voor docenten (HU-congres, mbo-onderzoeksdag, e.d.). Verbijzondering van vorige punt: begeleiding van evaluatief onderzoek naar vormgeving en uitvoering van het assortiment van het EDH (in het licht van de doelstelling de kwaliteit van het onderwijs te versterken via professionalisering van de hogeschooldocenten met betrekking tot hun onderwijstaak). In een kennisbank zetten van de bij elkaar gebrachte en toegankelijk gemaakte kennis op de drie onderzoekslijnen. Deze kennis kan dienen als fundament van het assortiment van het EDH en als bron voor professionalisering van de opleiders van het EDH. Tevens vindt op basis van deze kennis expertadvies plaats in het kader van kwaliteitsverbetering en innovatie van de opleidingen binnen de HU en in het mbo-veld, eventueel via wat langer lopende trajecten waarin betrokkenen ook leren werken met en op basis van die kennis (evidentie). Kenniscirculatie (zie 2.4) Bijdrage aan onderwijs en scholing Ook voor de MEB en de onderdelen van het opleidingsaanbod van IA die zich richten op opleiden voor beroepsonderwijs kan de ingerichte kennisbank dienen als fundament. De academische werkplaatsen van het lectoraat staan eveneens open voor de opleiders van de MEB, voor bachelorstudenten van de afstudeerrichting beroepsonderwijs van IA die bijvoorbeeld het onderzoek voor de cursus beroepsproduct kunnen inbedden in de academische werkplaats, en voor MEB-studenten die hun masterthesis kunnen doen in samenwerking met en gevoed door de academische werkplaatsen. Concrete activiteiten en opbrengsten zijn derhalve: Door middel van academische werkplaatsen geven van begeleiding van opleiders en studenten van MEB, EdH en Archimedes, afstudeerrichting beroepsonderwijs bij hun onderzoek naar de kwaliteit van hun eigen opleidingspraktijk. Verbijzondering van vorige punt: begeleiden van evaluatief onderzoek naar vormgeving en uitvoering van de MEB en de afstudeerrichting beroepsonderwijs tweedegraads lerarenopleiding. In een kennisbank zetten van de bij elkaar gebrachte en toegankelijk gemaakte kennis op de drie onderzoekslijnen. Deze kennis kan dienen als fundament van het curriculum van de MEB en de afstudeerrichting beroepsonderwijs van de tweedegraads lerarenopleidingen algemene vakken en als bron voor professionalisering van de opleiders van de MEB en de afstudeerrichting beroepsonderwijs van de tweedegraads lerarenopleidingen algemene vakken. Tevens vindt op basis van deze kennis expertadvies plaats in het kader van kwaliteitsverbetering en innovatie van de opleidingen binnen de FE, eventueel via wat langer lopende trajecten waarin betrokkenen ook leren werken dan wel op basis van die kennis (evidentie). Kenniscirculatie (zie 2.4) Bijdrage aan onderzoek en wetenschap Kern van het onderzoek in de derde termijn is een zestal promotieonderzoeken gericht op de in 3.1 genoemde vraagstukken over uitvoeren van beroepsonderwijs in het bijzonder het pedagogisch-didactisch handelingsrepertoire van opleiders in beroepsonderwijs, vormgeven van beroepsonderwijs in het bijzonder het ontwerp van opleidingspraktijken op de grens van school werk en beoordeling in beroepsonderwijs, in het bijzonder de formatieve functie van beoordeling in een geheel toetsprogramma en de benodigde expertise van opleiders in hun rol als beoordelaar. In bijlage 3 zijn zes voorstellen voor promotieonderzoek kort uitgewerkt. Naast deze promotieonderzoeken zal aanvullend onderzoek op de thema s van de drie onderzoekslijnen worden uitgevoerd. Vanwege de beperkte onderzoekscapaciteit, maar ook vanwege strategische overwegingen zullen dergelijke projecten met andere onderzoeksinstellingen (hogescholen, universiteiten, kennisinstellingen) worden uitgevoerd. Zoveel mogelijk zal dergelijk onderzoek ook uitgevoerd worden met de professionele praktijk (mbo-colleges en hogescholen). Zie acquisitieplan in hoofdstuk 4. Dit (promotie)onderzoek levert nieuwe kennis op die via publicaties en presentaties door het wetenschappelijk forum worden gevalideerd en input vormen voor de activiteiten op het domein professionele praktijk en onderwijs en scholing (zie voorgaande twee paragrafen). Concrete activiteiten en opbrengsten zijn derhalve: Afronding lopende promotietrajecten (drie). Te starten nieuwe promotietrajecten (zes als inzet). Nieuw praktijkgericht onderzoek (zie ook acquisitieplan in hoofdstuk 4). Wetenschappelijke artikelen, presentaties op wetenschappelijke congressen. Systematiseren en toegankelijk maken van bestaande en nieuwe kennis op de drie onderzoekslijnen Lector De lector (lector 1) heeft de leiding van het 0.6 fte lectoraat beroepsonderwijs. Tevens is zij dragend lector van de MEB met een inhoudelijke regierol in overeenstemming met de opleidingscoördinator. Ook is ze dragend lector van het EDH met adviesrecht over de kwaliteit van het aanbod en over de uitvoering; als dragend lector is ze onderdeel van de regiegroep die het EDH aanstuurt. Daarnaast wordt ingezet op continuering van een bijzonder hoogleraarschap aan de UU. 16/36

17 3.4.5 Inrichting en profiel kenniskring Het Lectoraat Beroepsonderwijs heeft in de derde termijn een belangrijke rol in de kwaliteitsborging van zowel het EDH en de MEB die in een samenwerking tussen HU en Windesheim wordt uitgevoerd. Ook speelt het lectoraat een rol bij de kwaliteit van de ontwikkeling en uitvoering van de activiteiten van IA rond opleiden voor beroepsonderwijs (afstudeerrichting, educatieve minor en pedagogisch-didactisch traject). Conform het beleid van de faculteit en de hogeschool in algemene zin, heeft deze rol gevolgen voor de personele inrichting van het lectoraat. Hogeschool(hoofd)docenten die een taak hebben in kwaliteitsborging, curriculumontwikkeling en professionalisering voor wat betreft het onderwijs opereren daarin onder auspiciën van de verantwoordelijk (dragend) lector (die in dit geval dragend is voor het EDH en de MEB). Zij voeren hun onderzoekstaak uit binnen het programma van het desbetreffende lectoraat. Zo wordt geborgd dat actuele kennis en nieuwe onderzoeksinzichten direct ter beschikking komen voor het onderwijs. Om deze directe verbinding te faciliteren is in ieder geval de begeleiding van promotieonderzoek en van een academische werkplaats onderdeel van de onderzoekstaak van deze per definitie gepromoveerde hogeschool(hoofd)docenten. Deze uitgangspunten hebben consequenties voor de personele inrichting en werkorganisatie van het lectoraat die hierna worden uitgewerkt. Team(opbouw) Uitgangspunt is dat er een evenwichtige personele opbouw is waarbij Hogeschoolhoofddocenten (HHD's) verantwoordelijkheid kunnen nemen voor delen van het onderzoeksprogramma en het curriculum/assortiment van het EDH, MEB en afstudeerrichting beroepsonderwijs bij de tweedegraads lerarenopleiding. HHD s begeleiden promovendi en doen (eventueel ook extern gefinancierd) onderzoek. Promovendi doen onderzoek waarbij ze zich tegelijkertijd ontwikkelen in hun rol als onderzoeker. Docentonderzoekers en studenten doen onderzoek naar hun eigen praktijk en ontwikkelen zich daarmee (sterker) als reflectieve/kritische professional. Onderzoeksondersteuning wordt gericht ingezet via studentassistenten of anderszins. De personele opbouw is als volgt: Dr. Liesbeth Baartman, HHD: naast onderwijstaken, inclusief professionalisering van andere opleiders bij EDH en MEB, is zij inhoudelijk verantwoordelijk voor het cursusaanbod 'toetsing en beoordeling/bke' van het EDH. Bij de MEB is zij inhoudelijk verantwoordelijk voor de onderwijseenheid 'beoordelen in het beroepsonderwijs' en de onderzoekslijn (Praktijkgericht Onderzoek 1/2/3 en de Masterthesis). Ze is tevens lid van de examencommissie van de MEB. Haar onderzoekstaak bij het lectoraat (0.4) bestaat uit de begeleiding van (twee) promotieonderzoeken over beoordeling in het beroepsonderwijs in de rol als co-promotor, het begeleiden van een academische werkplaats op dit thema, expertlid FETB, (mogelijk) eigen onderzoek via landelijke samenwerking en/of NRO, publiceren over dit thema voor het wetenschappelijk forum en vakbladen, samenbrengen en toegankelijk maken van de bestaande kennis op het gebied van 'toetsen en beoordelen' in beroepsonderwijs ten behoeve van de kwaliteitsborging en onderwijsontwikkeling bij MEB en EDH, coördinator van de landelijke onderzoeksschool ICO op dit thema (via gastonderzoeker bij leerstoel lector aan de UU), presentaties op (internationale) conferenties en bijdragen aan de kenniscirculatie vanuit het lectoraat. Dr. Ilya Zitter MSc MTD, HHD: naast onderwijstaken, inclusief professionalisering van andere opleiders, bij EDH en MEB, is zij inhoudelijk verantwoordelijk voor het cursusaanbod 'Onderwijs Ontwerpen van het EDH; inhoudelijk verantwoordelijk voor de onderwijseenheid 'vormgeving van beroepsonderwijs' van de MEB en voor het onderdeel 'Onderwijs en Arbeid' van de onderwijseenheid 'perspectieven op beroepsonderwijs I' van de MEB; bij het EDH heeft ze tevens een inhoudelijke taak bij de ontwikkeling van het assortiment als geheel. Haar onderzoekstaak bij het lectoraat (0.4) bestaat uit de begeleiding van (twee) promotieonderzoeken over 'vormgeven van beroepsonderwijs' in een rol als co-promotor, het begeleiden van een academische werkplaats op dit thema, expertadvies binnen FE en HU op het gebied van het ontwerpen van curricula en leeromgevingen, mogelijk een eigen, compact/flankerend onderzoek via landelijke samenwerking (onder andere de Hybride Alliantie), publiceren over dit thema voor het wetenschappelijk forum en vakbladen, samenbrengen en toegankelijk maken van de bestaande kennis op het gebied van vormgeving van beroepsonderwijs voor de kwaliteitsborging en onderwijsontwikkeling bij MEB en EDH, presentaties op (internationale) conferenties, Bestuurslid Stichting Design Science Research verbonden aan de landelijke Community of Practice 'Design Science Research Group (DSRG), coördinatie van de kenniscirculatie van het lectoraat en het leveren van eigen bijdragen daaraan. Dr. Anne Khaled, HD, naast onderwijsgevende taken bij EDH, de MEB en (in het kader van de strategische samenwerking met de UU vanuit het lectoraat beroepsonderwijs) mogelijk ook bij de Master Educational Science van de UU, is zij inhoudelijk verantwoordelijke van de onderwijseenheid beroepsonderwijs uitvoeren en van het onderdeel Onderwijswetenschappen van de onderwijseenheid perspectieven 1 van de MEB. Haar onderzoekstaak bij het lectoraat (0.4) bestaat uit begeleiding in de rol van co-promotor van een of twee promotieonderzoeken over uitvoering van beroepsonderwijs in het bijzonder de begeleiding door opleiders; het begeleiden van een academische werkplaats op dit thema; onderzoek op dit thema, bij voorkeur in het kader van geacquireerd NRO-onderzoek; expertbijdrage en professionalisering van opleiders t.b.v. de afstudeerrichting beroepsonderwijs bij de tweedegraads lerarenopleiding algemene vakken, de educatie minor en eventueel het pedagogischdidactisch getuigschrift; publiceren voor het wetenschappelijk forum en vakbladen, samenbrengen en toegankelijk maken van de bestaande kennis op het gebied van beroepsonderwijs uitvoeren ten behoeve van de kwaliteitsborging en onderwijsontwikkeling bij MEB en EDH, presentaties op (internationale) conferenties en bijdragen aan de kenniscirculatie vanuit het lectoraat. 17/36

18 Vier tot zes promovendi (minimaal 0.6 fte per promovendus): bij voorkeur 2 op elk van de drie thema's (zie bijlage 3 en hierboven). De promovendi zijn bij voorkeur HD s en leveren via hun promotieonderzoek kennis ten behoeve van hun eigen onderwijspraktijk/onderwijsinstituut alsmede voor de verdere ontwikkeling van assortiment van het EDH en het onderwijs van de MEB. Behalve als kennisontwikkeling op het domein van het lectoraat kunnen de promotietrajecten ook als professionaliseringskanaal gezien worden om te voorzien in de behoefte aan meer gepromoveerde opleiders voor het EDH en de MEB (vergelijk ook Onderwijsraad, ). Zoals eerder aangegeven kent het beroep docent beroepsgerichte vakken in mbo en hbo nog geen uitgekristalliseerd profiel en geen formeel opleidingskanaal en formele erkenning. Datzelfde geldt voor de opleider (tweede orde) van (nieuwe) opleidings- en professionaliseringstrajecten die voor wat betreft de master- en post initiële trajecten per definitie gepromoveerd dient te zijn. Via de promotietrajecten van HD s beroepsgerichte vakken werkt het lectoraat aan invulling van deze leemte. 18 Docentonderzoekers van de FE en andere faculteiten van de HU en het regionaal mbo als deelnemers (in eigen tijd) aan de per onderzoekslijn in te richten academische werkplaatsen. Studenten van de MEB (masterthesis), tweedegraads lerarenopleidingen afstudeerrichting beroepsonderwijs (beroepsproduct) en cursisten van het EDH (vanuit opdrachten in het kader van de cursus Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheden of andere trajecten die zich daarvoor lenen) nemen eveneens deel aan de per onderzoekslijn in te richten academische werkplaatsen. De kern van het onderzoeksteam van het lectoraat beroepsonderwijs zal in de derde termijn bestaan uit de lector, 2 HHD s, 1 HD en de 4-6 promovendi. Achtmaal per jaar is er teamoverleg en ieder draagt vanuit de eigen rol en taak bij aan het functioneren van het lectoraat in algemene zin, de academische werkplaatsen en de kenniscirculatie. Annotatie 11. Ministerie van OCW (2012). Opleiden van leraren beroepsonderwijs. Brief van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan de Voorzitter van de Tweede Kamer, 18 december Mertens, F.J.H. (2001). De docent als drager van de HBO-identiteit. In F.J.H. Mertens. Meer van hetzelfde? Over de beweging van het onderwijs (pp ). Utrecht: Uitgeverij Lemma B.V. 13. De markt voor de MEB bestaat daarbij uit circa mbo- en hbo-docenten beroepsgerichte vakken die een master moeten halen (een derde van de hbo-docenten (streven 100% master) en een vierde van de mbo-docenten (streven 25% master) van wie er uiteraard een flink aantal een vakmaster zullen gaan halen (die echter niet altijd bestaat) of een algemene educatieve opleiding maar volgens de behoeftepeiling zeker een aanzienlijk deel voorkeur heeft voor de MEB 14. Bereiter, C. (2013). Principled Practical Knowledge: not a bridge but a ladder. Journal of the Learning Sciences, 23, DOI: / Windschitl, M. (2002). Framing constructivism in practice as the negotiation of dilemmas: An analysis of the conceptual, pedagogical, cultural and political challenges facing teachers. Review of Educational Research, 72, doi: / Leijnse, F. (februari 2014). De lerarenopleiding kan nog zoveel beter. Advies inzake samenwerking lerarenopleidingen. Leijnse, F. & Siersma, J (augustus 2014). Praktijkgericht educatieonderzoek. Hoe nu verder? Advies aan educatieve faculteiten. 17. Onderwijsraad (2014). Meer innovatieve professionals. Advies. Den Haag: Onderwijsraad 18. Uiteraard zijn daarvoor meerdere, ook korte termijn, acties nodig. Voor wat betreft de opleidingskwalificatie ligt het bijvoorbeeld in de rede dat de opleiders van EdH en MEB voldoen aan de seniorkwalificatie didactische bekwaamheden (SBD). 18/36

19 4 BIJLAGEN 1. Inhoudelijke contouren business case opleiden & professionalisering docenten in het beroepsonderwijs (MBO/HBO) (februari 2014) 2. Eerste lijnen Lectoraat Beroepsonderwijs HU & Windesheim (oktober 2014) 3. Schets van nieuw promotieonderzoek (maart 2015) 4. Overzicht opbrengsten lectoraat beroepsonderwijs tweede termijn ( ) 19/36

20 4.1 BIJLAGE 1 Inhoudelijke contouren business case opleiden & professionalisering docenten in het beroepsonderwijs (MBO/HBO 1 ) Elly de Bruijn, 9 februari 2014 (Deze notitie is geschreven als bijdrage aan het denken in de faculteit en hogeschool over -de docent in- beroepsonderwijs met als bedoeling om op overeenkomsten te wijzen van op het eerste gezicht verschillende ontwikkelingen en zo mogelijk synergie in aanpak te stimuleren. Daarbij is getracht vooral van buiten naar binnen te kijken.) Spectrum Het gaat hier om het geheel van opleidingsactiviteiten voor toerusting tot en professionalisering van docenten in het middelbaar en hoger beroepsonderwijs. Dat wil zeggen: Opleidings- en professionaliseringsactiviteiten op bachelorniveau tot en voor docenten algemene vakken en beroepsgerichte vakken in het mbo (inclusief praktijkopleiders); Opleidings- en professionaliseringsactiviteiten op masterniveau voor docenten algemene 2 en beroepsgerichte vakken in het mbo en hbo; Professionaliseringsactiviteiten op master plus niveau voor hbo-docenten. De opleidingsactiviteiten omvatten initiële maar vooral ostinitiële trajecten; zowel hele opleidingen als modules/leergangen. Bijvoorbeeld voor: de hbo-docent van een willekeurige opleiding die zich verder wil professionaliseren ten aanzien van onderwijskundige thema s zoals toetsing en beoordeling, versterken van begeleiding van leren op school en in de beroepspraktijk, onderwijsontwerp, uitdagend onderwijs, vormgeven en begeleiden van blended learning, etc etc (naast uiteraard de BDB als bodem ). de mbo-docent beroepsgerichte vakken of de hbo-docent die een master wil halen. de mbo-docent beroepsgerichte vakken die nog geen bevoegdheid heeft. de hbo-student van vak-faculteiten die tijdens en aansluitend aan de vakgerichte bachelor een tweedegraads bevoegdheid wil halen (per definitie dus gericht op de beroepsgerichte vakken). de docent met een tweedegraads bevoegdheid Nederlands die nog een baan krijgt in het MBO en niet de afstudeerrichting beroepsonderwijs heeft gevolgd (professionaliseringsaanbod vanuit inhoud afstudeerrichting beroepsonderwijs bachelor). de docent met een tweedegraads bevoegdheid Wiskunde die al jaren lesgeeft op MBO niveau 4 en dieper in wil gaan op de verschijningsvorm van wiskundige kennis en kunde als onderdeel van de beroepen waartoe hij/zij opleidt (professionaliseringsaanbod vanuit inhoud MEB in combinatie met inhoud bachelor afstudeerrichting beroepsonderwijs). de praktijkopleider uit de beroepspraktijk die een betere begeleider wil worden (professionaliseringsaanbod vanuit de inhoud van het bachelor opleidingstraject beroepsgerichte vakken educatieve minor & pedagogisch-didactisch traject). Maatschappelijke urgentie Alleen al de omvang van de sector rechtvaardigt de ontwikkeling van een beter toegespitst en hoogwaardig opleidings- en scholingsaanbod tot en voor docenten mbo en hbo. Ter indicatie: van de 17-jarigen volgt in 2012/ % leerjaar 3 of hoger van vwo/havo en ruim 50% een mbo-opleiding (de overige 10% neemt nog deel aan het vmbo of zit al in het hoger onderwijs waaronder hbo) inschrijvingen 2013 hbo versus een kleine bij de academische universiteiten. Er speelt een urgent kwaliteitsvraagstuk zowel bij het mbo (algemene vakken & beroepsgerichte vakken) als het hbo. In relatie daarmee het vraagstuk van de professionele standaard docent in het beroepsonderwijs (die is er niet, onduidelijk, ontoereikend, zie voor mbo onderwijsraadadvies van onderwijs coöperatie voorstel, zie voor hbo onrust over kwaliteit en onduidelijkheid standaard hbo-docent c.q. ontwikkeling basiskwalificatie didactische bekwaamheid). 1 Om het profiel scherp te houden laten we vmbo buiten beschouwing. Vmbo is geen beroeps-opleidend onderwijs en kent daarom een ander docentprofiel dan mbo en hbo. Dat neemt overigens niet weg dat het aanbod zoals in deze notitie wordt geschetst ook relevant kan zijn voor docenten van de vakcollege s en andere samenwerkingsverbanden/doorlopende leerwegen constructies vmbo-mbo (en voor een beperkte groep docenten beroepsgerichte vakken in de beroepsgerichte leerwegen van het vmbo). Daar is het profiel echter niet op gericht. 2 Buiten beschouwing laten we het postinitiële traject van de masteropleiding lerarenopleiding hbo algemene vakken en het initiële traject via de universitaire lerarenopleidingen. Het gaat wel om docenten algemene vakken in het mbo die een professionaliseringsvraag hebben gericht op het opleiden in beroepsopleidingen met de wens hun vakdidactiek zowel vanuit de disciplinekennis en relevante beroepskennis te versterken. 20/36

WINDESHEIM IN ZWOLLE: UNIEKE MASTER VOOR HET BEROEPS- ONDERWIJS. Inspirators voor de toekomst

WINDESHEIM IN ZWOLLE: UNIEKE MASTER VOOR HET BEROEPS- ONDERWIJS. Inspirators voor de toekomst WINDESHEIM IN ZWOLLE: UNIEKE MASTER VOOR HET BEROEPS- ONDERWIJS 90 Tweedegraads docenten en hbo-bachelors met een pedagogisch-didactisch getuigschrift die lesgeven in een beroepsgericht vak, kunnen bij

Nadere informatie

De docent beroepsonderwijs: Jongleren op het grensvlak van verschillende werelden. Elly de Bruijn 24 januari 2013 NOT Profiel Lezing

De docent beroepsonderwijs: Jongleren op het grensvlak van verschillende werelden. Elly de Bruijn 24 januari 2013 NOT Profiel Lezing De docent beroepsonderwijs: Jongleren op het grensvlak van verschillende werelden Elly de Bruijn 24 januari 2013 NOT Profiel Lezing Warming up Door de ervaringen als sociaal pedagogisch hulpverlener begreep

Nadere informatie

Elly de Bruijn. Beroepsonderwijs maken: van dossier naar leren & begeleiden. Zaal 3 Tijdstip 11.00

Elly de Bruijn. Beroepsonderwijs maken: van dossier naar leren & begeleiden. Zaal 3 Tijdstip 11.00 Elly de Bruijn Beroepsonderwijs maken: van dossier naar leren & begeleiden Zaal 3 Tijdstip 11.00 Warming up De docent in het beroepsonderwijs opent de deuren naar de kennis, zienswijzen, vaardigheid, opvattingen

Nadere informatie

Professionaliseer als docent beroepsonderwijs: expliciteer je persoonlijke professionele theorie

Professionaliseer als docent beroepsonderwijs: expliciteer je persoonlijke professionele theorie Professionaliseer als docent beroepsonderwijs: expliciteer je persoonlijke professionele theorie Dr. Monique Ridder Opleidingscoördinator MEB mam.ridder@windesheim.nl Drs. Marjanne Hagedoorn Onderwijsadviseur/docent

Nadere informatie

Partnerschap. en scholen werken op basis van een gezamenlijke verantwoordelijkheid samen met studenten aan hun ontwikkeling tot professional.

Partnerschap. en scholen werken op basis van een gezamenlijke verantwoordelijkheid samen met studenten aan hun ontwikkeling tot professional. Sinds een tiental jaren hebben we opleidingsvormen ontwikkeld die recht doen aan zowel vakbekwaamheid als praktijkkennis van aanstaande leraren. In toenemende mate doen we dat op basis van opleiden in

Nadere informatie

Beroeps- en opleidingsprofiel hbo-docent. Auteurs Marijke Hezemans Ilya Zitter. Inlichtingen Expertisecentrum docent HBO. Datum Febrari 2017

Beroeps- en opleidingsprofiel hbo-docent. Auteurs Marijke Hezemans Ilya Zitter. Inlichtingen Expertisecentrum docent HBO. Datum Febrari 2017 Auteurs Marijke Hezemans Ilya Zitter Inlichtingen Expertisecentrum docent HBO Beroeps- en opleidingsprofiel hbo-docent Datum Febrari 2017 Versie 1.0 Hogeschool Utrecht, Utrecht, 2017 Bronvermelding is

Nadere informatie

Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE)

Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE) HOGESCHOOL UTRECHT Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE) Klik op een van onderstaande linken om direct naar het betreffende

Nadere informatie

Leergang mbo Programma

Leergang mbo Programma Leergang mbo 2017 Programma Dinsdag 28 maart 2017, 10.00-19.30 uur Beroepsonderwijs en educatie: bestel en beleid anno 2017 10.00 10.15 uur Ontvangst en koffie/thee 10.15 11.45 uur Opening, kennismaking

Nadere informatie

Algemeen vormend onderwijs, beroepsonderwijs en scholing in Nederland

Algemeen vormend onderwijs, beroepsonderwijs en scholing in Nederland Algemeen vormend onderwijs, beroepsonderwijs en scholing in Nederland 2e fase wetenschappelijk onderwijs post hoger beroepsonderwijs beroepsgerichte volwasseneneducatie OU wetenschappelijk onderwijs hoger

Nadere informatie

Waar komen we vandaan? Waar staan we nu? Waar gaan we naar toe?

Waar komen we vandaan? Waar staan we nu? Waar gaan we naar toe? Waar komen we vandaan? Waar staan we nu? Waar gaan we naar toe? 8 jaar Lectoraat Beroepsonderwijs & 10 jaar Leerstoel Beroepsonderwijs 19 februari 2015 1 We vieren twee jubilea: Lectoraat Beroepsonderwijs

Nadere informatie

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding (niet invullen) Inschrijfnummer: datum van binnenkomst: datum intakegesprek: Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding Leren & Innoveren Hogeschool Inholland

Nadere informatie

Protocol PDG en educatieve minor

Protocol PDG en educatieve minor Protocol PDG en educatieve minor 28 april 2014 Inhoud Protocol voor beoordelingen door de NVAO van de kwaliteit van de afstudeerrichtingen algemeen vormend onderwijs en beroepsgericht onderwijs, het traject

Nadere informatie

Leren van en voor werken

Leren van en voor werken Leren van en voor werken De waarde(n) van beroepsonderwijs Opinie door Elly de Bruijn 3 juni 2019 Op 29 maart jongstleden aanvaardde Elly de Bruijn het ambt van bijzonder hoogleraar Pedagogisch-didactische

Nadere informatie

Agenda. Verbetering inductiefase beginnende leraren NIEUWSBRIEF, APRIL 2013

Agenda. Verbetering inductiefase beginnende leraren NIEUWSBRIEF, APRIL 2013 NIEUWSBRIEF, APRIL 2013 Agenda 23 april 2013: Informatiebijeenkomst Tweedegraads PLUS Op dinsdag 23 april 2013 is er van 15.30 17.30 uur een informatieve bijeenkomst voor geïnteresseerde docenten. Locatie:

Nadere informatie

Ontwikkelingen in afstudeerrichtingen lerarenopleidingen HAN ILS. 13 april 2016

Ontwikkelingen in afstudeerrichtingen lerarenopleidingen HAN ILS. 13 april 2016 Ontwikkelingen in afstudeerrichtingen lerarenopleidingen HAN ILS 13 april 2016 Het komende uurtje... 14.15-14.35 uur Implementatie afstudeerrichtingen HAN ILS 14.35 14.45 uur Uitwisseling 14.45-15.05 uur

Nadere informatie

Op weg naar de (academische) opleidingsschool

Op weg naar de (academische) opleidingsschool Discussienota Nationalgeographic.nl Adviescommissie ADEF OidS Mei 2014 1 Inhoudsopgave Inleiding 1. Uitgangspunten Samen Opleiden 2. Ambities van (academische) opleidingsscholen 3. Concept Samen Opleiden

Nadere informatie

Professionalisering van docenten. Gerda Geerdink Studiedag Facta 24 maart 2015 Amersfoort

Professionalisering van docenten. Gerda Geerdink Studiedag Facta 24 maart 2015 Amersfoort Professionalisering van docenten Gerda Geerdink Studiedag Facta 24 maart 2015 Amersfoort Opbouw presentatie Welke docenten hebben we nodig? Professionalisering binnen de HAN Resultaten onderzoek naar vier

Nadere informatie

Innovatief beroepsonderwijs in de regio: bindmiddel en broedplaats

Innovatief beroepsonderwijs in de regio: bindmiddel en broedplaats Innovatief beroepsonderwijs in de regio: bindmiddel en broedplaats Studiedag De toekomst van het platteland Nijmegen, 21 november 2018 Loek FM Nieuwenhuis Lectoraat beroepspedagogiek Lectoraat Beroepspedagogiek

Nadere informatie

1. Leerwerkplekovereenkomst Master Educational Needs (Master EN) Seminarium voor Orthopedagogiek HU

1. Leerwerkplekovereenkomst Master Educational Needs (Master EN) Seminarium voor Orthopedagogiek HU 1. Leerwerkplekovereenkomst Master Educational Needs (Master EN) Seminarium voor Orthopedagogiek HU school Schooltype: PO, SO, VO, VSO, MBO Adres Telefoon werkplekbegeleider E-mail (Werkplekbegeleider)

Nadere informatie

Opgesteld door: Denise Bijman (ecbo), Ingrid Christoffels (Kennismakelaar Kennisrotonde) en Sandra Beekhoven (Kennismakelaar Kennisrotonde)

Opgesteld door: Denise Bijman (ecbo), Ingrid Christoffels (Kennismakelaar Kennisrotonde) en Sandra Beekhoven (Kennismakelaar Kennisrotonde) Opgesteld door: Denise Bijman (ecbo), Ingrid Christoffels (Kennismakelaar Kennisrotonde) en Sandra Beekhoven (Kennismakelaar Kennisrotonde) Vraagsteller: Docent mbo Referentie: Kennisrotonde. (2018). Heeft

Nadere informatie

UNIVERSITY OF INFINITE AMBITIONS. MASTER OF SCIENCE SCIENCE EDUCATION AND COMMUNICATION

UNIVERSITY OF INFINITE AMBITIONS. MASTER OF SCIENCE SCIENCE EDUCATION AND COMMUNICATION UNIVERSITY OF INFINITE AMBITIONS. MASTER OF SCIENCE SCIENCE EDUCATION AND COMMUNICATION LERARENOPLEIDING NATUURKUNDE, WISKUNDE, SCHEIKUNDE, INFORMATICA EN ONTWERPEN Heb jij een technische bachelor gevolgd

Nadere informatie

Presentatie Kennismarkt OCW 10 maart 2015 Ronde 1, sessie B: Verbinden van leren en werken in het MBO.

Presentatie Kennismarkt OCW 10 maart 2015 Ronde 1, sessie B: Verbinden van leren en werken in het MBO. Presentatie Kennismarkt OCW 10 maart 2015 Ronde 1, sessie B: Verbinden van leren en werken in het MBO. Deel 1: Deel 2: Deel 3: Sabine Bolhuis (manager TechniekFabriek bij NS/NedTrain). Ilya Zitter (associate

Nadere informatie

Uitgelezen kans voor samenwerking tussen mbo en lerarenopleiding!

Uitgelezen kans voor samenwerking tussen mbo en lerarenopleiding! Congresbijdrage symposium Velon-conferentie, 11 maart 2013 Meesterschap en vakmanschap van mbo-docenten. Uitgelezen kans voor samenwerking tussen mbo en lerarenopleiding! 1. Samenvatting, context symposium

Nadere informatie

Excellente docent in de mbo-praktijk

Excellente docent in de mbo-praktijk Excellente docent in de mbo-praktijk Uitwisseling scholen HU 7 maart 2014 ROCMN P&O 5-3-2014 1 ROC Midden Nederland Profiel: Kwaliteit, kleinschaligheid en persoonlijk contact Nauwe verbinding met regionale

Nadere informatie

Inhoud Inleiding 1 Tussen opleiding en beroepspraktijk: een historische achtergrond 2 Het leerpotentieel van grenzen: een theoretische basis

Inhoud Inleiding 1 Tussen opleiding en beroepspraktijk: een historische achtergrond 2 Het leerpotentieel van grenzen: een theoretische basis V Inhoud Inleiding XI 1 Tussen opleiding en beroepspraktijk: een historische achtergrond 1 Elly de Bruijn 1.1 Beroepsopleidingen onderdeel van het onderwijs- én arbeidssysteem 2 1.2 Eerdere theorievorming

Nadere informatie

1. De opbrengsten van de aanbevelingen van de commissie Bruijn

1. De opbrengsten van de aanbevelingen van de commissie Bruijn Bestuurlijke afspraken tussen de HBO-raad en de Minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschap, naar aanleiding van het advies Vreemde ogen dwingen van de Commissie externe validering examenkwaliteit hoger

Nadere informatie

Leraren en ook lerarenopleiders in de ontwerprol

Leraren en ook lerarenopleiders in de ontwerprol Leraren en ook lerarenopleiders in de ontwerprol Ontwikkelplan SLO nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling Nienke Nieveen (SLO), William Buijs (Fontys), Tjark Huizinga (Saxion), Gerald van Dijk

Nadere informatie

Opzet voor een plan van aanpak. Tweedegraads PLUS. doorscholing van tweedegraads bevoegde docenten

Opzet voor een plan van aanpak. Tweedegraads PLUS. doorscholing van tweedegraads bevoegde docenten Opzet voor een plan van aanpak Tweedegraads PLUS doorscholing van tweedegraads bevoegde docenten Den Haag, juni 2012 Doelstelling & Achtergrond Alle onderzoeken naar de onderwijsarbeidsmarkt in Den Haag

Nadere informatie

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs!

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs! Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs! In ons onderwijs staat de mens centraal, of het nu gaat om studenten of medewerkers, om ouders of werknemers uit het bedrijfsleven, jongeren of volwassenen. Wij zijn

Nadere informatie

logoocw De heer prof. dr. F. P. van Oostrom 26 mei 2005 ASEA/DIR/2005/23876 Taakopdracht voor de commissie Ontwikkeling Nederlandse Canon geen

logoocw De heer prof. dr. F. P. van Oostrom 26 mei 2005 ASEA/DIR/2005/23876 Taakopdracht voor de commissie Ontwikkeling Nederlandse Canon geen logoocw De heer prof. dr. F. P. van Oostrom Den Haag Ons kenmerk 26 mei 2005 ASEA/DIR/2005/23876 Onderwerp Taakopdracht voor de commissie Ontwikkeling Nederlandse Canon Bijlage(n) geen Geachte heer Van

Nadere informatie

Show & Share 2008 Promoveren bij Hogeschool INHOLLAND Ad van Blokland, coördinator Promotieonderzoek Institute of Advanced Studies and Applied

Show & Share 2008 Promoveren bij Hogeschool INHOLLAND Ad van Blokland, coördinator Promotieonderzoek Institute of Advanced Studies and Applied Show & Share 2008 Promoveren bij Hogeschool INHOLLAND Ad van Blokland, coördinator Promotieonderzoek Institute of Advanced Studies and Applied Research 1 Inhoud presentatie Waarom aandacht voor promoveren

Nadere informatie

Anders kijken, anders leren, anders doen

Anders kijken, anders leren, anders doen Anders kijken, anders leren, anders doen Grensoverstijgend leren en opleiden in zorg en welzijn in het digitale tijdperk HOOFDLIJN 5 Hoofdlijn 5. Consistente en op elkaar aansluitende leertrajecten in

Nadere informatie

Dutch Interview Protocols Vraagstellingen voor interviews

Dutch Interview Protocols Vraagstellingen voor interviews Dutch Interview Protocols Vraagstellingen voor interviews PLATO - Centre for Research and Development in Education and Lifelong Learning Leiden University Content Vraagstellingen voor case studies m.b.t.

Nadere informatie

Associate degree Deeltijd

Associate degree Deeltijd Associate degree Deeltijd 2018-2019 Bloemsierkunst Vakmanschap, effectief communiceren en managen op hbo-niveau in de bloemsierkunst U bent werkzaam in de bloemenbranche, als zelfstandig ondernemer of

Nadere informatie

Onderwi Leren en Levensb

Onderwi Leren en Levensb Onderwi Leren en Levensb Leren en Innoveren Masteropleiding deeltijd Amsterdam Den Haag Onderwijs, Leren en Levensbeschouwing Masteropleiding Leren en Innoveren Het onderwijs is altijd in beweging. Kinderen

Nadere informatie

SAMEN OPLEIDEN: impact van leren in beeld. Meerjarenplan Opleiden in de School

SAMEN OPLEIDEN: impact van leren in beeld. Meerjarenplan Opleiden in de School SAMEN OPLEIDEN: impact van leren in beeld Meerjarenplan Opleiden in de School 2015-2018 Opleidingsteam, 2015 Samen opleiden: impact van leren in beeld Meerjarenplan 2015-2018 Inleiding Goed onderwijs staat

Nadere informatie

Medical Imaging/ Radiation Oncology Masteropleiding Haarlem

Medical Imaging/ Radiation Oncology Masteropleiding Haarlem Medical Imaging/ Radiation Oncology Masteropleiding Haarlem Gezondheid, Sport en Welzijn Masteropleiding Medical Imaging/ Radiation Oncology Verschillende studies laten zien dat de druk op de gezondheidszorg

Nadere informatie

Opleiden in het. zorgonderwijs. Modules leergangen master

Opleiden in het. zorgonderwijs. Modules leergangen master het zorgonderwijs Modules leergangen master Kies je eigen professionaliseringstraject Ben je docent of (praktijk)opleider in het zorgonderwijs? Of ben je werkzaam in de zorg en wil je toekomstige zorgprofessionals

Nadere informatie

Lerarenopleiding. Toke Egberts 10 nov. 2017

Lerarenopleiding. Toke Egberts 10 nov. 2017 Lerarenopleiding Toke Egberts 10 nov. 2017 1 Even voorstellen Toke Egberts 2 Inhoud Leraar worden? Opleidingsvarianten Curriculum Vakken Praktijk Toelatingseisen en informatie Individuele vragen 3 Waarom

Nadere informatie

Profiel. Opleidingsmanager HBO-Rechten. 10 mei Opdrachtgever Hogeschool van Amsterdam Faculteit Maatschappij en Recht

Profiel. Opleidingsmanager HBO-Rechten. 10 mei Opdrachtgever Hogeschool van Amsterdam Faculteit Maatschappij en Recht Profiel Opleidingsmanager HBO-Rechten 10 mei 2017 Opdrachtgever Hogeschool van Amsterdam Faculteit Maatschappij en Recht Voor meer informatie over de functie Jeannette van der Vorm, adviseur Leeuwendaal

Nadere informatie

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding (niet invullen) Inschrijfnummer: datum van binnenkomst: datum intakegesprek: Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding Leren & Innoveren Hogeschool Inholland

Nadere informatie

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf

Format samenvatting aanvraag. Opmerking vooraf Format samenvatting aanvraag Opmerking vooraf Mocht u de voorkeur geven aan openbaarmaking van de gehele aanvraag in plaats van uitsluitend onderstaande samenvatting dan kunt u dat kenbaar maken bij het

Nadere informatie

Regionale broedplaatsen voor onderzoek en praktijkleren

Regionale broedplaatsen voor onderzoek en praktijkleren Werkplaatsen Sociaal Domein Regionale broedplaatsen voor onderzoek en praktijkleren www.werkplaatsensociaaldomein.nl Verbinden en versterken De transitie en vooral de daaruit voortvloeiende transformaties

Nadere informatie

in het mbo Werken aan uitstroom - instroom

in het mbo Werken aan uitstroom - instroom ONTWIKKELINGEN CULTUUREDUCATIE IN HET MBO ONDERWIJSVERNIEUWING Onderwijsvernieuwing in het mbo Onderwijs 2032, nieuwe speerpunten voor het kunstvakonderwijs én binnen het mbo een eigen verklaring over

Nadere informatie

NEDERLAND. Pre-basis onderwijs

NEDERLAND. Pre-basis onderwijs NEDERLAND Pre-basis onderwijs Leeftijd 2-4 Verschillend per kind, voor de leeftijd van 4 niet leerplichtig Omschrijving Peuterspeelzaal, dagopvang etc Tijd Dagelijks van 9:30 15:30 (verschilt pers school)

Nadere informatie

Duurzaam leren, werken en innoveren

Duurzaam leren, werken en innoveren Duurzaam leren, werken en innoveren 23 april 2015 Faculteit Bèta Sciences and Technology i.s.m. Metaalunie & FME Agenda Organisatie Faculteit Bèta Sciences & Technology en Onderwijsvisie Kennisdeling Werken,

Nadere informatie

Leergang bve 2015. Programma

Leergang bve 2015. Programma Leergang bve 2015 Programma Dinsdag 21 april 2015, 10.00-19.30 uur Beroepsonderwijs en educatie: bestel en beleid anno 2015 10.00 10.15 uur Ontvangst en koffie/thee 10.15 11.45 uur Opening, kennismaking

Nadere informatie

1 Inleiding. Adviesaanvraag. Focus en reikwijdte van het advies

1 Inleiding. Adviesaanvraag. Focus en reikwijdte van het advies 1 Inleiding Adviesaanvraag Het kabinet heeft de raad gevraagd te adviseren over een toekomstbestendige postinitiële scholingsmarkt die optimaal aansluit bij de vraag van de arbeidsmarkt 1. Daarbij wijst

Nadere informatie

Praktijkvoorbeeld van werken aan onderzoekend vermogen in de lerarenopleidingen. Onderzoekend en transdisciplinair vermogen in de lerarenopleiding

Praktijkvoorbeeld van werken aan onderzoekend vermogen in de lerarenopleidingen. Onderzoekend en transdisciplinair vermogen in de lerarenopleiding Praktijkvoorbeeld Voeding voor onderzoekende professionaliteit Praktijkvoorbeeld van werken aan onderzoekend vermogen in de lerarenopleidingen Niek van den Berg, Aeres Hogeschool Wageningen Madelon de

Nadere informatie

Werkdocument 1 Opleidingsconcept

Werkdocument 1 Opleidingsconcept Samenvatting De basis van de samenwerking binnen Samenscholing.nu is de gezamenlijke visie op de eisen waaraan onderwijskrachten in Rotterdam moeten voldoen. De aard van de opleiding is afgestemd op het

Nadere informatie

LERAREN- OPLEIDINGEN Voorlichtingsbijeenkomst 26 mei 2015

LERAREN- OPLEIDINGEN Voorlichtingsbijeenkomst 26 mei 2015 LERAREN- OPLEIDINGEN Voorlichtingsbijeenkomst 26 mei 2015 Science Education and Communication Leraar vho maatschappijleer en maatschappijwetenschappen PROGRAMMA 3TU M-SEC: eerstegraads lerarenopleidingen

Nadere informatie

Wiskunde en informatica: innovatie en consolidatie Over vragen in het wiskunde- en informaticaonderwijs

Wiskunde en informatica: innovatie en consolidatie Over vragen in het wiskunde- en informaticaonderwijs Tijdschrift voor Didactiek der β-wetenschappen 22 (2005) nr. 1 & 2 53 Oratie, uitgesproken op 11 maart 2005, bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar Professionalisering in het bijzonder in het onderwijs

Nadere informatie

ONDERZOEK IN DE LERARENOPLEIDING! Wat vinden lerarenopleiders en hun managers daar eigenlijk van?

ONDERZOEK IN DE LERARENOPLEIDING! Wat vinden lerarenopleiders en hun managers daar eigenlijk van? ONDERZOEK IN DE LERARENOPLEIDING! Wat vinden lerarenopleiders en hun managers daar eigenlijk van? Cora Veenman-Verhoeff MSc Dr. Ellen Klatter Docent Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Lector Versterking

Nadere informatie

Over grenzen: pedagogisch-didactiche aspecten van het opleidingen voor beroepsuitoefening

Over grenzen: pedagogisch-didactiche aspecten van het opleidingen voor beroepsuitoefening Over grenzen: pedagogisch-didactiche aspecten van het opleidingen voor beroepsuitoefening Inleiding bij het het themanummer E. de Bruijn en A. F. M. Nieuwenhuis De publieke opdracht voor het (middelbaar)

Nadere informatie

Ik schrijf deze brief mede namens de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de staatssecretaris van Economische Zaken.

Ik schrijf deze brief mede namens de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de staatssecretaris van Economische Zaken. a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

De rol van de beroepsstandaard van lerarenopleiders in het personeelsbeleid. Véronique van de Reijt en Quinta Kools Fontys Lerarenopleiding Tilburg

De rol van de beroepsstandaard van lerarenopleiders in het personeelsbeleid. Véronique van de Reijt en Quinta Kools Fontys Lerarenopleiding Tilburg De rol van de beroepsstandaard van lerarenopleiders in het personeelsbeleid Véronique van de Reijt en Quinta Kools Fontys Lerarenopleiding Tilburg Context van de Fontys Lerarenopleiding Tilburg (FLOT)

Nadere informatie

Verslag van het Symposium 'Nut en Nadeel van Geschiedenisonderwijs: aanzetten voor een nieuw curriculum' 8 juni 2018 in Amsterdam

Verslag van het Symposium 'Nut en Nadeel van Geschiedenisonderwijs: aanzetten voor een nieuw curriculum' 8 juni 2018 in Amsterdam Verslag van het Symposium 'Nut en Nadeel van Geschiedenisonderwijs: aanzetten voor een nieuw curriculum' 8 juni 2018 in Amsterdam Aanleiding voor het symposium Onder de vlag van Curriculum.nu buigen in

Nadere informatie

Datum Uitnodiging subsidieaanvraag Regeling versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen

Datum Uitnodiging subsidieaanvraag Regeling versterking samenwerking lerarenopleidingen en scholen a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan: penvoerders opleidingsscholen en contactpersonen lerarenopleidingen Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl Onze

Nadere informatie

De rol van de beroepsstandaard van lerarenopleiders in het personeelsbeleid. Voorloper Kwaliteit van lerarenopleiders

De rol van de beroepsstandaard van lerarenopleiders in het personeelsbeleid. Voorloper Kwaliteit van lerarenopleiders De rol van de beroepsstandaard van lerarenopleiders in het personeelsbeleid Voorloper Kwaliteit van lerarenopleiders Véronique van de Reijt en Quinta Kools Fontys Lerarenopleiding Tilburg Context van de

Nadere informatie

Docent zijn in het middelbaar beroepsonderwijs

Docent zijn in het middelbaar beroepsonderwijs Docent zijn in het middelbaar beroepsonderwijs Elly de Bruijn Hogeschool Utrecht; Universiteit Utrecht Verschenen als: Bruijn, E. de (2013). Docent zijn in het middelbaar beroepsonderwijs. TH&MA Tijdschrift

Nadere informatie

Vragen pas gepromoveerde

Vragen pas gepromoveerde Vragen pas gepromoveerde dr. Maaike Vervoort Titel proefschrift: Kijk op de praktijk: rich media-cases in de lerarenopleiding Datum verdediging: 6 september 2013 Universiteit: Universiteit Twente * Kun

Nadere informatie

Investeren in kwaliteit Kansrijk op arbeidsmarkt. Onderzoek met impact. Hbo als emancipatiemotor. Hbo in vogelvlucht. #hbocijfers

Investeren in kwaliteit Kansrijk op arbeidsmarkt. Onderzoek met impact. Hbo als emancipatiemotor. Hbo in vogelvlucht. #hbocijfers Investeren in kwaliteit Kansrijk op arbeidsmarkt Hbo als emancipatiemotor Onderzoek met impact Hbo in vogelvlucht #hbocijfers Februari 2018 Hbo als emancipatiemotor 453.354 Ingeschreven studenten in studiejaar

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 31 524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie Nr. 85 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van

Nadere informatie

Veloncongres Promotiebeurs voor Leraren Een basis voor de wetenschapper van de toekomst. Over het programma Promotiebeurs - doel

Veloncongres Promotiebeurs voor Leraren Een basis voor de wetenschapper van de toekomst. Over het programma Promotiebeurs - doel Promotiebeurs voor Leraren Een basis voor de wetenschapper van de toekomst. Veloncongres 2015 & Over het programma Promotiebeurs - doel Initiator Ministerie van OCW Loopt sinds 2011, inmiddels structureel

Nadere informatie

KENNISCENTRUM CREATE-IT, FACULTEIT DIGITALE MEDIA EN CREATIEVE INDUSTRIE

KENNISCENTRUM CREATE-IT, FACULTEIT DIGITALE MEDIA EN CREATIEVE INDUSTRIE KENNISCENTRUM CREATE-IT, FACULTEIT DIGITALE MEDIA EN CREATIEVE INDUSTRIE ONDERZOEK: JAARVERSLAG 2015 CREATE-IT/FDMCI April 2016 1 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Onderzoeksinput... 5 2. Producten van onderzoek...

Nadere informatie

OPROEP VOOR BIJDRAGE

OPROEP VOOR BIJDRAGE OPROEP VOOR BIJDRAGE 29 mei tot 31 mei 2013 Met groot genoegen nodigen we je uit om een voorstel tot bijdrage in te dienen voor de Onderwijs Research Dagen 2013 (ORD 2013) met als thema Over-Waarderen.

Nadere informatie

De Academische Werkplaatsen van het lectoraat Beroepsonderwijs, Kenniscentrum Leren en Innoveren

De Academische Werkplaatsen van het lectoraat Beroepsonderwijs, Kenniscentrum Leren en Innoveren Auteur Barbara Wijering-van Wijk Ilya Zitter Elly de Bruijn Inlichtingen Lectoraat Beroepsonderwijs lectoraatberoepsonderwijs@hu.nl Datum 26 maart 2018 De Academische Werkplaatsen van het lectoraat Beroepsonderwijs,

Nadere informatie

GROEI LOOPBAAN ONTWIKKELING EIGEN REGIE TALENT INNOVATIEKRACHT BEWUST PERSONEEL FLEXIBILITEIT ZELFSTURING EMPLOYMENT NETWERKEN TOEKOMST WERKNEMER

GROEI LOOPBAAN ONTWIKKELING EIGEN REGIE TALENT INNOVATIEKRACHT BEWUST PERSONEEL FLEXIBILITEIT ZELFSTURING EMPLOYMENT NETWERKEN TOEKOMST WERKNEMER KADER LOOPBAANONTWIKKELING DIALOOG BEWUST TOEKOMST ZELFSTURING TALENT INNOVATIEKRACHT LOOPBAAN ONTWIKKELING FLEXIBILITEIT EIGEN REGIE NETWERKEN GROEI PERSONEEL KWALITEITEN EMPLOYMENT WERKNEMER INLEIDING

Nadere informatie

Hbo tweedegraadslerarenopleiding

Hbo tweedegraadslerarenopleiding Hbo tweedegraadslerarenopleiding Verkort traject www.saxionnext.nl Inhoudsopgave Inleiding 3 Een bijzondere opleiding 4 Opbouw 5 Toelating en inschrijving 7 Beste student, Je hebt een afgeronde hbo- of

Nadere informatie

ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA

ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA VOORWOORD Hoe leiden we elke student op tot de professional voor de wereld van morgen? Met de blik op 2025 daagt die vraag

Nadere informatie

Professionele Masters. Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters

Professionele Masters. Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters Professionele Masters Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters Professionele Masters Uitgangspunten verdere uitbouw aanbod professionele masters Inhoud 5 Voorwoord 7 Inleiding 8 Professionele

Nadere informatie

Veel gestelde vragen - Studenten

Veel gestelde vragen - Studenten Tegemoetkoming Studiekosten Onderwijsmasters PO Veel gestelde vragen - Studenten Vraag Aanmelding en voorwaarden 1 Wanneer moet ik zijn afgestudeerd aan de pabo om in aanmerking te komen voor de regeling?

Nadere informatie

Leergang bve 2015. Programma

Leergang bve 2015. Programma Leergang bve 2015 Programma Dinsdag 21 april 2015, 10.00-19.30 uur Beroepsonderwijs en educatie: bestel en beleid anno 2015 10.00 10.15 uur Ontvangst en koffie/thee 10.15 11.45 uur Opening, kennismaking

Nadere informatie

Recensie: Wat wij moeten weten over jongeren en hun digitale wereld

Recensie: Wat wij moeten weten over jongeren en hun digitale wereld reageren bijlagen attenderen printversie Recensie: Wat wij moeten weten over jongeren en hun digitale wereld Datum 01/02/2007 Auteur publicatie Guus Wijngaards, Jos Fransen, Pieter Swager (INHOLLAND) Titel

Nadere informatie

Disseminatie: artikels schrijven, presenteren en publiceren. Katrien Struyven

Disseminatie: artikels schrijven, presenteren en publiceren. Katrien Struyven Disseminatie: artikels schrijven, presenteren en publiceren Katrien Struyven Ervaringen Wie heeft pogingen ondernomen of reeds een artikel geschreven? Hoe heb je dit ervaren? Wie heeft er reeds deelgenomen

Nadere informatie

Leren op en van conferenties in een (academische) opleiding: wat, waarom en hoe

Leren op en van conferenties in een (academische) opleiding: wat, waarom en hoe Leren op en van conferenties in een (academische) opleiding: wat, waarom en hoe Symposium van de Masteropleiding Leren en Innoveren, Inholland dr. Olga Firssova Open Universiteit Overzicht presentatie

Nadere informatie

Datum 09 september 2014 Betreft Aanbieding OESO-rapport Education at a Glance 2014 Onze referentie 659029

Datum 09 september 2014 Betreft Aanbieding OESO-rapport Education at a Glance 2014 Onze referentie 659029 >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag.. Kennis IPC 5200 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag

Nadere informatie

BASIS-PUNTENSYSTEEM IN HET KADER VAN DE HERTOETSING VAN CMC-LEDEN (VERSIE 7.0)

BASIS-PUNTENSYSTEEM IN HET KADER VAN DE HERTOETSING VAN CMC-LEDEN (VERSIE 7.0) BASIS-PUNTENSYSTEEM IN HET KADER VAN DE HERTOETSING VAN CMC-LEDEN (VERSIE 7.0) UITGANGSPUNTEN Het CMC-certificaat heeft een geldigheidsduur van vier jaar. Teneinde het certificaat opnieuw voor een zelfde

Nadere informatie

Praktijkopleider agrotechniek

Praktijkopleider agrotechniek Associate degree Deeltijd 2018-2019 Praktijkopleider agrotechniek Ontwikkel uw vaardigheden als praktijkopleider in de agrotechnische sector met deze tweejarige opleiding 2 De agrarische sector is continu

Nadere informatie

PROFIEL. Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool

PROFIEL. Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool PROFIEL Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool 1. De organisatie Dit profiel wordt gebruikt om potentiële kandidaten in het kort te informeren over de functie Adviseur Onderwijs, HAS Hogeschool en haar context.

Nadere informatie

Onderstaand treft u de resultaten aan van de vragenlijst over ondernemend onderwijs.

Onderstaand treft u de resultaten aan van de vragenlijst over ondernemend onderwijs. De behoefte aan het delen van kennis en ervaring is groot! Samenwerking door kennis te delen en ervaringen uit te wisselen is essentieel om de verdere implementatie van ondernemend onderwijs efficiënt

Nadere informatie

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte toets nieuwe opleiding van de NVAO (Stort, 2010, nr 21523).

Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte toets nieuwe opleiding van de NVAO (Stort, 2010, nr 21523). nuao r n e d e rla n d s- uiaam se a c cre d ita tie o rg a n isa tie Besluit Wijzigingsbesluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de opleiding hbo-master

Nadere informatie

Tevredenheid over docenten

Tevredenheid over docenten Studenten in sector tevredener dan in totale hoger onderwijs... 2 Studenten tevreden over docenten bij niet-bekostigde tweedegraads lerarenopleidingen hbo... 3 Pabo-studenten minder tevreden over docenten

Nadere informatie

Jaarverslag 2010 Lectoraat Beroepsonderwijs Research Group Vocational education

Jaarverslag 2010 Lectoraat Beroepsonderwijs Research Group Vocational education Jaarverslag 2010 Lectoraat Beroepsonderwijs Research Group Vocational education Omvang lectoraat: 0,7 fte Lector: Mw. Prof. Dr. E. de Bruijn Kenniscentrum Educatie/ Research Centre for Education Looptijd

Nadere informatie

Proeven aan de Master Expertdocent Beroepsonderwijs (MEB)

Proeven aan de Master Expertdocent Beroepsonderwijs (MEB) Proeven aan de Master Expertdocent Beroepsonderwijs (MEB) Monique Ridder opleidingscoördinator MEB Kerndocent Zorg en Welzijn mam.ridder@windesheim.nl Anoek klein Haar-Maters VMBO docent Gezondheidszorg

Nadere informatie

De kracht van samenwerking

De kracht van samenwerking BRLO De kracht van samenwerking VELON-congres 13 maart 2018 info@brlo.nl Workshop Beroepsregistratie Lerarenopleiders: de kracht van samenwerking! 9.00-10.30 uur Anne Marie Klomp-Pardoel projectleider

Nadere informatie

Het gaf mij veel energie om een eigen evenement te organiseren.

Het gaf mij veel energie om een eigen evenement te organiseren. Het Cruyff Foundation Community Program De Johan Cruyff Foundation wil jongeren langdurig binden aan het Cruyff Court en de wijk. Wij willen jongeren meer zelfvertrouwen geven, kansen bieden om hun talent

Nadere informatie

Duurzaam toerusten voor arbeidsmarkt en

Duurzaam toerusten voor arbeidsmarkt en Duurzaam toerusten voor arbeidsmarkt en samenleving Stel hogere eisen aan het arbeidsmarktperspectief Handhaaf het startkwalificatieniveau met extra aandacht aan studiekeuze mbo niveau 2 studenten. Biedt

Nadere informatie

ICT-VAARDIGHEDEN DOCENTEN HO

ICT-VAARDIGHEDEN DOCENTEN HO ICT-VAARDIGHEDEN DOCENTEN HO Masterclass ICT-docentprofessionalisering 12 september 2011 Anna Tomson, Erwin Faasse, Peter J. Dekker 1 OPZET 1. Startpunt: HvA-beleid vanaf 2007 Peter 2. Inhoud: Voorbeeld

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 0 03 30 079 VMBO Nr. 36 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 9 oktober

Nadere informatie

Onderwijs Criteria Junior Universitair Docent

Onderwijs Criteria Junior Universitair Docent Onderwijs Criteria Junior Universitair Docent Binnen een universiteit vervult een Junior UD veelal de basistaken: hij/zij draagt bij aan het wetenschappelijk onderwijs en de ondersteuning van de organisatie.

Nadere informatie

Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt

Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt Tevredenheid over start en ontwikkeling op de arbeidsmarkt Hbo ers uit sector Onderwijs vaker tevreden... 2 Tweedegraads lerarenopleidingen hbo en lerarenopleidingen kunst/lo het vaakst tevreden... 4 Afgestudeerden

Nadere informatie

Masterclass docenten commercieel

Masterclass docenten commercieel Masterclass docenten commercieel Inhoud Voorwoord 3 Praktische zaken 4 Programma 5 Masterclass docenten commercieel 2 Voorwoord De omgeving waarin commerciële mensen werkzaam zijn en de hulpmiddelen die

Nadere informatie

Centre of Expertise Healthy Ageing: Innovatie in zorg en welzijn en in onderwijs mbo en hbo

Centre of Expertise Healthy Ageing: Innovatie in zorg en welzijn en in onderwijs mbo en hbo www.healthyageing.net Centre of Expertise Healthy Ageing: Innovatie in zorg en welzijn en in onderwijs mbo en hbo Symposium CoE HA Docenten mbo en hbo Assen, 3 februari 2016 Healthy Ageing Active and Healthy

Nadere informatie

Leren en Innoveren Masteropleiding deeltijd. Amsterdam Den Haag

Leren en Innoveren Masteropleiding deeltijd. Amsterdam Den Haag Leren en Innoveren Masteropleiding deeltijd Amsterdam Den Haag Onderwijs & Innovatie Masteropleiding Leren en Innoveren Het onderwijs is voortdurend in beweging. De ontwikkeling van talenten van kinderen

Nadere informatie

LECTOR WERELDBURGERSCHAP DE HAAGSE HOGESCHOOL

LECTOR WERELDBURGERSCHAP DE HAAGSE HOGESCHOOL LECTOR WERELDBURGERSCHAP DE HAAGSE HOGESCHOOL Inhoudsopgave 1 De Haagse Hogeschool 3 De organisatie 3 Strategische opdracht 3 De missie 3 Facts & figures 4 Lectoraat Wereldburgerschap 4 2 Lector Wereldburgerschap

Nadere informatie

Bachelor Built Environment

Bachelor Built Environment Bachelor Built Environment Soll en Ist Soll: Commissie van Pernis (2011)!! Herijken beroepsprofiel!! Verandering als constante!! Integrale benadering, andere competenties Ist: Instituut Gebouwde omgeving

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting 9

Samenvatting. Samenvatting 9 Samenvatting Sinds de introductie in 2001 van lectoraten in het Nederlandse hoger beroepsonderwijs wordt aan hogescholen steeds meer gezondheidsonderzoek uitgevoerd. De verwachting is dat dit niet alleen

Nadere informatie