Checklijst projectcontrole SC-530

Transcriptie

1 Checklijst projectcontrole SC-530 Bedrijfsnaam: Clevers Asbestsanering B.V. Projectnummer: Datum : 18/08/2015 Projectlocatie-adres : Beatrixlaan 3 Locatie / fase : tussen fase Plaats : Weert Geauditeerde : dhr. Cox Functie: DTA Geauditeerde : Functie: Het betreft een: Onder: Containment werk x * O Risicoklasse 1 * Open lucht werk O * O Risicoklasse 2 * Glove-bag werk O * X Risicoklasse 3 * KORTE OMSCHRIJVING VAN DE WERKZAAMHEDEN: Verwijdering van board en restanten uit de gymzaal. Naar aanleiding van de besmetting is 5 meter uitgezet om te reinigen. Tekortkoming: - geen. Opmerkingen: - - berekening saneringsgebied is niet correct uitgevoerd, maar er is ruim voldoende capaciteit om de onderdruk te waarborgen. Vanuit de voorbereiding is voldoende capaciteit gereserveerd. - - het bedrijf voert zelf fittesten uit, maar verklaart niet dat dit plaatsvindt conform het HSE-protocol (asbestprotocol). Opgesteld door : R. Blom Overzicht van de afwijkingen: De afwijkingen zijn omschreven in de afwijkingsrapporten; de classificatie van de afwijkingen is volgens tabel (Bijlage H) van de SC-530. Categorie I afwijking Categorie II afwijking Categorie afwijking Categorie IV afwijking aantal aantal aantal aantal Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 1 van 13

2 Check-list Opening SC 530 inspectie in het veld Opening (Ø behandelde onderwerpen) Ø Uitleg doel van de inspectie. (regulier bezoek). Ø Voorstellen inspecteur en dat deze gekwalificeerd is voor de inspectie. Ø Uitleg werkwijze: Ø Vaststellen dat organisatie voldoet, niet zoeken naar fouten. Ø Inspectie, ondersteund door bewijs. Ø Aangeven dat er een uitwisselingsprotocol is met ISZW. Ø Aangeven dat aantekeningen en foto s gemaakt worden. Ø Uitleg rapportage (NCR s, observaties, escalatieladder, evt. eindrapport) Indien RvA/I SZW de inspectie bijwoont, voorstellen en uitleg geven over hun rol. Ø Geheimhoudingsverklaring. Ø Evt. noodzakelijke veiligheidsmiddelen, bedrijfs- en veiligheidsregels die ter plaatse spelen. Ø Situaties waarbij inspectie kan worden afgebroken: veiligheid, niet aanwezig zijn essentiële documentatie, belemmeringen. Ø Vraag om vragen. Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 2 van 13

3 Tabel 1 Punt: 12, 13 en 14 Vraag Naam Datum medische keuring Diploma Fittest / vv 12 T A R. Cox DAV K. Koch T. Jansen inleenovereenkomst Kraanmachinist 14 L-DAV A Vision ml Vv B Vision Vv B Vv deel 1 40 x8 = aanwezig Tabel 2. Punt: 57, 59, 64, 66,67, 68 en 69 Vraag Apparatuur Nummer Gekeurd tot 57 Masker / PBM Masker / PBM CL Masker / PBM Masker / PBM 60 Reserve ABM Overdrukcabine 71 Reserve filter ODM / kraan Ja 59 Onafhankelijke unit Ja, set Deco unit / wms Legionella leegloopsysteem Reserve filter 5mm Ja 66 Stofzuiger Wap alto Wap alto Reserve stofzuigerzakken Ja 67 ODM ODR E Compressor Transport AB Opslag verzamelcontainet bij het bedrijf. LI VIXX Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 3 van 13

4 1 Bij het verwijderen van asbest worden niet alle maatregelen getroffen die behoren bij de wettelijk voorgeschreven risicoklasse. 2 Op de werklocatie is geen asbestinventarisatierapport conform SC-540 (met risicoklassering) aanwezig; A II Akkoord, maatregelen voor RK2 binnen zijn getroffen. Risicoklasse RK2, board en restanten. Sloopmelding: gemeente Weert Melding 2015/0382/mg d.d E HMB d.d , K d.d , met aanvulling risicobeoordeling Board 2 stuks, (10m3 restant in RK3). 3 Het werk is niet gemeld aan AI, CI en Gemeente I Gemeld via centrale systeem en inspectiedienst, Bureau Veritas en de gemeente is geïnformeerd middels een aparte van de inspectie szw melding. Melding De meldingstermijn is in niet acht genomen I Meldingsdatum , uitvoeringsdatum tot :00 uur. 5 Op de werklocatie is geen werkplan conform het Arbobesluit (artikel 4.50) en SC-530, aanwezig. L(a) Werkplan conform arbobesluit en SC-530. Opdrachtgever: Stichting Aloysius. 6 Het werkplan is niet volledig 7 Het werkplan is niet door de projectverantwoordelijke DTA geaccordeerd L(a) Werkplan is volledig en voorgelegd ter goedkeuring aan de opdrachtgever L(a) IV Handtekening DTA staat voorop het werkplan. 8 De in het werkplan beschreven werkwijzen zijn niet in overeenstemming met het de risicoklasse en de wijze van afscherming zoals voorgeschreven in de SMA-rt 9 Op de werklocatie is geen V&G-plan Uitvoeringsfase óf een aan het V&G-plan of de bedrijfsgebonden RI&E ontleende projectgebonden RI&E / TRA aanwezig. 10 Het bedrijf beschikt niet over een calamiteitenplan of er is geen calamiteitenplan aanwezig op de werkplek Het calamiteitenplan is niet volledig E II Werkplan en SMA-rt uit de asbestinventarisatie rapporten komt overeen: ACMAA R d.d board amo 30-60%.1 SMA-rt RK2 binnen. K IV Volledig V&G-plan met veiligheidstabellen L(c) IV Calamiteitenplan is aanwezig in het V&Gplan / saneringsplan en de alarmkaart geeft de belangrijkste telefoonnummers. L(c) IV Calamiteitenplan is volledig. 11 De werkzaamheden worden afwijkend van het werkplan uitgevoerd 12 Er is geen DTA met een geldig persoonscertificaat volgens SC-510 aanwezig op de asbestverwijderingslocatie L(a) Akkoord, juiste omschrijving. G II Zie tabel 1 12a Op niet alle plaatsen waar asbest wordt verwijderd is toezicht door een DTA G II DTA houdt toezicht en werkt met medewerkers die hij geschikt acht voor het werk. Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 4 van 13

5 13 De asbestverwijderingsmedewerker(s) op locatie is (zijn) geen DAV( s) met een geldig persoonscertificaat volgens SC Op het asbestverwijderingswerk zijn meer dan twee leerling-dav s per mentor-dta aanwezig; G II Zie tabel G II n.v.t. 15 De werklocatie is niet afgebakend/ afgeschermd conform SC De DTA volgt het werkplan niet op 7.8 C II De saneringslocatie is duidelijk afgezet met waarschuwingsborden en lint. Afscherming van de achterzijde van de saneringslocatie is gewenst, aangezien de DTA daarop geen rechtstreeks zicht heeft. H IV Plan wordt opgevolgd, inrichtingstekening is aangepast. De DTA houdt het logboek niet bij IV DTA houdt logboekgoed bij, registraties zijn duidelijk en leesbaar De dagelijkse asbest-uren regitratie is bijgewerkt. De relevante procesparameters volgens SC- 530 zijn niet vastgelegd IV Alle relevante procesparameters zijn vastgelegd. 17 Er zijn aanvullend asbesthoudende/- verdachte materialen / producten / verontreinigingen op vooraf niet bekende plaatsen zijn aangetroffen, zonder dat passende maatregelen zijn getroffen De getroffen maatregelen zijn niet geregistreerd In het logboek vinden per project(-fase) geen registraties plaats van: 18 alle aanwezige medewerkers met in- en uitgangstijden asbestverwijderingsgebied; 19 alle bezoekers, opzichters, inspecteurs, directievoerders, laboratoriummedewerker(s) e.d. met in- en uitgangstijden en hun bevindingen; 20 de van toepassing zijnde risicoklassering(en) (als mate van blootstelling); C II Sinds de start van het werk zijn er geen aanvullende asbesthoudende materialen aangetroffen. H n.v.t. Dagelijkse registratie wordt goed bijgehouden. Registratie van in en uitsluizen medewerkers is adequaat. Bezoekers, laboranten kunnen worden ingetekend in het logboek. Bezoeker genoteerd bij eerdere vrijgave. Risicoklasse 3 board en restanten. Van de verwijdering is een beschrijving opgenomen in het saneringsplan. 21 het continu in werking zijn geweest van de onderdrukventilatie; 22 de onderdrukwaarden (minimaal 1 x per shift, of per gewaarmerkte onderdrukmonitor registraties); 23 storingen, klachten, schades, incidenten (calamiteiten in het calamiteitenplan); 25 Pa Berekening = 10x6x2= 120 m3 120 m3 x1,25x6 = 900 m3/h Opmerking: berekend is 120x6=720 m3/h is niet correct, maar de sanering loopt geen gevaar. Aanwezig m3 dit is ruim voldoende, 10x overcapaciteit. Geen storingen, klachten, schades, incidenten waargenomen en daarom ook geen registraties in het logboek. Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 5 van 13

6 24 aanvullingen op, afwijkingen / wijzigingen van het werkplan, V&G-plan (in het werkplan, V&G-plan, of logboek); 25 de periode van stilstand en conditie douchewatervoerende installatie, actuele waterbron-(nen), spoel-, reinigings- en/of desinfectiemaat-regelen, analyses op Legionella van watermonsters per decontaminatie-unit. Is nog niet noodzakelijk, aanvink mogelijkheden zijn ingevuld voor dit werk. Geen periode van stilstand. Watermanagement wordt gevuld met kraanwater. De legionella preventie is overbodig bij leegloopsysteem. 26 Er is geen volledige decontaminatie-unit aanwezig en/of deze staat voor aanvang asbestverwijdering/-sanering niet gebruiksklaar opgesteld. 27 De decontaminatie-unit is, indien technisch mogelijk, niet direct gekoppeld aan het werkgebied. 28 Er wordt gebruik gemaakt van de transitprocedure, zonder dat de argumenten daarvoor zijn vastgelegd in het werkplan / controleplan / logboek..8 C II De platensluizen zijn voor aanvang van de sanering opgesteld en inwerking gesteld. Er is een volledige doucheunit opgesteld, ruimte was daarvoor ook voldoende..9 C II Direct gekoppeld aan het werkgebied..9 C Geen transitroute. 29 De decontaminatieprocedure of de transitprocedure wordt niet correct uitgevoerd, bij risicoklasse 3 werkzaamheden bij risicoklasse 2 werkzaamheden.9 C II Niet te beoordelen. 30 Het met asbest verontreinigde afvalwater wordt niet opgevangen en (stapsgewijs) door een afvalwater-filtering afgevoerd met een laatste filter met poriëndiameter van 5 micro-meter. 31 Er wordt geen geschikte ademhalingsbescherming toegepast. Het bedrijf beschikt niet over de middelen beschikt of ze zijn niet op de werkplek aanwezig:.1 8 D II Het afvalwater wordt correct gefilterd en daarna geloosd in opvangbak.(2 filters waaronder 5um). B Zie tabel 2. II Middelen en reserve middelen zijn aanwezig op locatie of in de bedrijfsbus. De middelen zijn op de werkplek aanwezig (maar worden niet gebruikt) Zover te beoordelen worden de aangereikte middelen gebruikt. 32 Er worden geen geschikte beschermende werkkleding en PBM toegepast. Het bedrijf beschikt niet over de middelen of ze zijn niet op de werkplek aanwezig B II Volgelaatsmaskers met aanblaasunit, wegwerp overalls en kleding. Veiligheidschoeisel en handschoenen. Middelen en reserve middelen zijn aanwezig in de omkleedruimte. De middelen zijn op de werkplek aanwezig (maar worden niet gebruikt) Zover te beoordelen worden de aangereikte middelen gebruikt. 33 Voor aanvang van de asbest-verwijdering is de niet-besmette inventaris/inboedel niet uit/van de werklocatie verwijderd C II n.v.t. Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 6 van 13

7 Voor aanvang van de asbest-verwijdering is de niet-besmette inventaris/inboedel niet vezeldicht afgeplakt / afgeschermd. 34 Wanneer er in de naaste omgeving zodanige (sloop-)activiteiten plaatsvinden dat daardoor het resultaat van het asbestverwijderingswerk en/of de eindbeoordeling wordt benadeeld en er tijdens de asbestverwijdering en/of de eindbeoordeling geen doeltreffende maatregelen zijn getroffen. C II n.v.t. - II n.v.t. 35 Er worden geen brongerichte emissiebeperkende maatregelen toegepast bij werkzaamheden in containment of afgeschermde werkruimte condities Er worden geen brongerichte emissiebeperkende maatregelen toegepast bij werkzaamheden in openlucht condities of met de glove-bag methode 36 Er vinden, ook bij verwijderingswerk in openlucht condities, geen afdoende doeltreffende eindreinigingen van alle daartoe relevante locaties / oppervlakken plaats. 37 Het glove-bag werk wordt niet correct uitgevoerd. 38 Het asbestafval/asbestbesmette afval dat buiten het containment, de afgeschermde werkruimte, of de glove-bag locatie, of bij openlucht condities buiten de afgezette en gemarkeerde, directe verwijderingslocatie aanwezig is, is niet volledig beschermd of de verpakking is niet vezeldicht. Het betreft niet-hechtgebonden asbest Het betreft hechtgebonden asbest C II Brongerichte emissiebeperkende maatregelen worden getroffen. C II Vocht / water wordt toegepast. D II Asbestsanering is nog niet afgerond, daarna wordt er schoongemaakt. C II n.v.t. D II Beperket hoeveelheid afval wordt door de decodouche uit het gebied gesluisd. 39 Het asbestafval/asbestbesmette afval dat buiten het containment, de afgeschermde werkruimte, of de glove-bag locatie, of bij openlucht condities buiten de afgezette en gemarkeerde, directe verwijderings-locatie aanwezig is, is niet volgens de eisen minimaal dubbel én lucht- en vezeldicht in een deugdelijke, stoot- en scheurbestendige verpakking (0,2 mm dikke of hi-tec pe-folie) verpakt t.b.v. de afvoer vanaf de werkplek. Het betreft niet-hechtgebonden asbest Het betreft hechtgebonden asbest 0 D II Akkoord, materiaal wordt deugdelijk verpakt en afgespoeld in de unit. Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 7 van 13

8 40 Gereedschappen, machines, klimmaterieel, uitrustingsstukken, etc., die met asbeststof in aanraking zijn geweest, zijn niet doeltreffend gereinigd, dan wel niet volgens de eisen minimaal dubbel én lucht- en vezeldicht in een deugdelijke, stoot- en scheurbestendige verpakking (0,2 mm dikke of hi-tec pe-folie) verpakt t.b.v. het vervoer en de opslag buiten de werkplek. 41 De afsluitklep(pen) van de onderdrukventilatiemachine(s) (ODM s) is (zijn) niet lekvrij afgedicht. 42 De verpakkingen van asbestafval en/of asbestbesmette onderdelen, uitrusting stukken e.d. zijn niet uitwendig gemarkeerd met de voorgeschreven asbestwaarschuwingsstickers (Productenbesluit Asbest 2005) 45 Na de eindbeoordeling en vrijgave door eindbeoordelingsinstelling én de laatste visuele eindcontrole door het asbestverwijderings-bedrijf vóór de oplevering, is de veilig te achten saneringslocatie visueel niet vrij van als asbesthoudend/-besmet te beschouwen resten afkomstig uit het asbestverwijderingswerk; Het betreft niet-hechtgebonden asbest: Het beteft hechtgebonden asbest: 46 Er is geen doeltreffend gesloten containment opgericht. 47 Er is niet gewaarborgd, dat er geen asbestvezelemissie/-besmetting naar de omgeving buiten het containment kan plaatsvinden 48 Het containment wordt niet permanent op een onderdruk van minimaal 20 Pascal (Pa) gehouden, indien substantieel lager dan 20 Pa en het containment wordt minder dan 6 keer per uur geventileerd:. 49 Het containment wordt minder dan 6 keer per uur geventileerd. 50 Het werkplan / logboek bevat geen of niet de juiste berekening(en) van de benodigde ventilatiecapaciteit. 51 Bij risicoklasse 2 werk: de onderdruk die in het containment heerst wordt a. niet continue gemeten D II Akkoord, afvoer vindt plaats gelijk aan asbestafval; schoongemaakt, ingepakt en afgespoeld. C II Niet te beoordelen sanering is nog bezig. D II Nog niet allemaal te beoordelen, sanering is net afgerond. Wel gezien de stofzuiger, masker, deco-unit met asbeststicker. D II Fibrecount staat gepland. Eerder is de besmette buitensituatie gesaneerd en vrijgegeven VI d.d C II De onderdruk en de folie van het containment bevestigen de doeltreffendheid van het containment. C II Akkoord. Containment is op onderdruk en gesloten. Het containment is in te kijken. C II Permanente registratie middels kassarol. C Meer dan 6x. C De benodigde ventilatiecapaciteit is ruim voldoende aanwezig. Vanuit de voorbereiding is de juiste hoeveelheid berekend / materieel gereserveerd. C Ja, registratie vindt plaats in het logboek. Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 8 van 13

9 b. niet per shift in het logboek geregistreerd. 26 Pa. 52 Bij risicoklasse 3 werk: de onderdruk die in het containment heerst wordt niet continue gemeten én tegelijk continue geregistreerd (onderdruk-registratiemonitor). C Continue meting onderdruk, met registratie kassabon. 53 Bij asbestverwijderingswerk onder risicoklasse 3 condities wordt geen omgevingslucht onafhankelijke ademhalingsbescherming toegepast, óf ademhalingsbescherming met een afdoende verhoogde beschermings-factor. B II Compressoren zorgen voor omgevingslucht onafhankelijke lucht voor de DAV ers. Reserve compressor is aanwezig. Het bedrijf beschikt niet over de middelen of ze zijn niet op de werkplek aanwezig De middelen zijn wel op de werkplek aanwezig, maar worden niet toegepast II II Middelen zijn op locatie. De juiste middelen worden toegepast. 54 Er is geen apart aan het containment / de afgeschermde werkplek gekoppelde afval- /materiaalsluis toegepast, hoewel dat technisch mogelijk is en vanwege de hoeveelheid af te voeren afval-verpakkingen nodig is. 55 De uitsluis- en afvoerprocedure voor het asbestafval (en de verpakte, als asbestbesmet te beschouwen uitrusting stukken) is niet correct uitgevoerd bij risicoklasse 3 werkzaamheden C Er is ruimte voor een normale sluis, maar gezien de beperkte hoeveelheid afval is er afgezien van een afvalsluis. DTA; mogelijk extra emissiepunt. D II n.v.t. bij risicoklasse 2 werkzaamheden II n.v.t. 56 Indien het apart uitsluizen van de asbestafvalverpakkingen niet mogelijk is, moeten de verpakkingen lucht- en vezeldicht verpakt/afgeplakt en los van de vloer in het containment / de afgeschermde werkruimte opgeslagen zijn. 57 Ademhalingsbeschermings-middelen (ABM s) voldoen niet aan de keuringseisen. 58 De filters voor de ABM zijn niet bestand tegen asbeststof en de eventuele additionele schadelijke stoffen en/of voldoen niet aan de vereiste specificaties. 59 Additionele uitrustingsstukken, zoals koppelstukken, leefluchtslangen, compressor/ventilator en leefluchtfilters voor van de omgevingslucht onafhankelijke ABM s voldoen niet aan de keuringseisen. D II n.v.t. B Akkoord, zie tabel 2 B II De juiste filters zijn aangebracht in de aanblaasunits. Aan de hand van reserve filter is dit vastgesteld. B Akkoord, zie tabel 2 ABM is als geheel gekeurd. Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 9 van 13

10 60 Op de werklocatie is geen reserveset ABM met voldoende beschermings-factor voor de gegeven risicoklasse aanwezig 61 Er worden ABM( s) gebruikt die zodanig zijn beschadigd, dat dit de veilige werking nadelig kan beïnvloeden. B Het reserve ABM is aanwezig. B II ABM ziet er schoon en onbeschadigd uit. 62 Er worden ABM( s) gebruikt die niet schoon zijn (inwendig en uitwendig) m.b.t. stof, vuil, restfracties, schimmels, etc. De vervuiling is niet schadelijk voor de gezondheid: B Maskers in- en uitwendig aantoonbaar gereinigd, geen restanten /schimmels waargenomen. De vervuiling is wel schadelijk voor de gezondheid: II n.v.t. 63 De gebruikte filter(s) van de ABM( s) zijn niet correct gemarkeerd of luchtdicht afgedopt. 64 decontaminatie-unit(s) en/of de onderdrukventilatiemachine(s) watermanagementsysteem, voldoen niet aan de keuringseisen. 65 De decontaminatieunit is beschadigd waardoor er geen veilige werking is 66 Veiligheidszuigsystemen (zoals HEPAfiltrerende asbeststofzuigers) voldoen niet aan de keuringseisen. 67 Onderdrukventilatiemachine(s) (ODM s) voldoen niet aan de keuringseisen. 68 Onderdrukregistratiemonitor voldoet niet aan de keurings- en calibratie-eisen. 69 Machine(s) die voorzien moeten zijn van een overdruk-cabine, voldoet(n) niet aan de keuringseisen. 70 De gebruikte machine(s) zijn zodanig beschadigd dat er geen veilige werking is D II ABM correct gemarkeerd en luchtdicht afgedopt. C Zie tabel 2 C II De harde plaatsluizen, het is niet aantoonbaar dat de veilige werking in gevaar komt. C/D Niet beoordeeld, stofzuiger is in containment. C Zie tabel 2. C Zie tabel 2. C n.v.t. C II Nog niet te beoordelen sanering is nog aan de gang. Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 10 van 13

11 71 Vervangende stof-/afvalzakken voor de asbeststofzuiger(s) en/of vóór-filters voor de onderdrukventilatie-machine(s) zijn niet voorradig C/D Voldoende reserve filters en reserve stofzuigerzakken aanwezig. 72 De DTA / DAV die asbestverwijderingswerkzaamheden uitvoert is niet geïnstrueerd over het juist gebruik van ABM via en / of draagt geen passend ABM beoordeeld op basis van een fittest volgens het HSE protocol II Zie tabel 1 Alle medewerkers zijn in het bezit van een ademfittest en hebben de instructie gevolgd via (minimaal deel 1). Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 11 van 13

12 Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 12 van 13

13 Check-list close-out meeting SC 530 inspectie in het veld CLOSE-OUT MEETING (Ø BEHANDELDE ONDERWERPEN) Ø Samenvatting inspectie en bevindingen. Geef duidelijk aan welke afwijkingen er zijn geconstateerd. - Geef aan dat de afwijkingen in de escalatietabel worden opgenomen. - NCR niveau 2/3 betekent altijd follow up bezoek. Dit telt dan niet mee voor het aantal inspecties dat jaarlijks gehouden moet worden. - Afhandeling NCR s (Tijdslijnen, financiële consequenties, follow-up bezoek). - Geef aan dat het afsluiten van de afwijkingen door de betrokken inspecteur moet worden gedaan. - Maak duidelijk de afwijkingen die door de back office worden verzonden. - Geef aan dat het bedrijf een zienswijze kan indienen. (Binnen 10 dagen na ontvangst formele brief zienswijze aantekenen). Ø Eindrapportage. Ø Vraag om vragen. Ø Bedank voor gastvrijheid en medewerking. Checklijst projectcontrole SC-530, versie pag. 13 van 13