Economische analyse internationale werknemers, studenten en zelfstandigen in Nederland

Transcriptie

1 Economische analyse internationale werknemers, studenten en zelfstandigen in Nederland Tabellenboek Utrecht OPGESTELD IN OPDRACHT VAN: Ministerie van Economische Zaken (EZ) en negen expat centers in Nederland OPGESTELD DOOR: Adres: Valkenburgerstraat ND Amsterdam Telefoon: Fax: Website:

2 TITEL RAPPORT: Economische analyse internationale werknemers, studenten en zelfstandigen in Nederland Tabellenboek Utrecht STATUS RAPPORT: Concept eindrapport DATUM: 9 mei 2015 OPDRACHTGEVER(S): Ministerie van Economische Zaken, Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA) Gemeente Amsterdam, Amsterdam In Business (AIB) Expatcenter Food Valley Holland Expat Center South Stichting Rotterdam Partners Gemeente Den Haag, The Hague International Centre (THIC) Expat Center Leiden International Welcome Center North (IWCN) Expat Center Utrecht Expat Center Twente PROJECTTEAM DECISIO: Gerwin van der Meulen, projectleider onderzoek (g.vandermeulen@decisio.nl) Mathieu Wijnen, adviseur (m.wijnen@decisio.nl) Raisa Knibbe, adviseur (r.knibbe@decisio.nl) Marc Holleman, adviseur (m.holleman@decisio.nl) MET DANK AAN: Belastingdienst Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) Ministerie van Buitenlandse Zaken, Directie Kabinet en Protocol

3 Inhoud 1 Inleiding Aanleiding Vraagstelling Geografische afbakening Leeswijzer Internationale werknemers Aantal economisch-actieve internationale werknemers Kenniswerkers en arbeidsmigranten Kenniswerkers Arbeidsmigranten Instroom, uitstroom en duur economische activiteit Jaarlijkse instroom van internationale werknemers Jaarlijkse uitstroom van internationale werknemers Duur van economische activiteit van internationale werknemers Land van herkomst van internationale werknemers Land van herkomst Kenniswerkers Arbeidsmigranten Geslacht, leeftijd, woonsituatie, woning en verblijfsdoel Geslacht Leeftijd Burgerlijke staat Kinderen Woning: huur, koop en WOZ-waarde koopwoning Regionale spreiding internationale werknemers: werken Regionale spreiding internationale werknemers: wonen Woon-werk balans en pendel van internationale werknemers Inkomen Kenniswerkers Arbeidsmigranten Sectoren Kenniswerkers Arbeidsmigranten Internationale studenten Aantal internationale studenten Geslacht, leeftijd en nationaliteit Geslacht Leeftijd

4 3.2.3 Nationaliteit Opleiding Opleidingsinstelling WO Opleidingsinstelling HBO Type onderwijs Actuele opleiding Fase van opleiding Duur van inschrijving per jaar Instroom, uitstroom en duur van opleiding Jaarlijkse instroom van internationale studenten Jaarlijkse uitstroom van internationale studenten Verblijfsduur van internationale studenten Regionale spreiding internationale studenten: wonen Regionale spreiding internationale studenten: vestiging opleiding Internationale zelfstandigen Aantal internationale zelfstandigen Leeftijd Geslacht Nationaliteit Burgerlijke staat Woning: huur, koop en WOZ-waarde koopwoning Regionale spreiding internationale zelfstandigen: wonen Sectoren Omzet Bijlage 1: verantwoording 33 Aanpak van het onderzoek Gehanteerde definities Regio-indelingen Bijlage 2: overzicht sectoren 38 Bijlage 3: overzicht CROHO 40 Bijlage 4: Duiding ontwikkeling aantal kenniswerkers 41 2

5 1 Inleiding 1.1 Aanleiding De internationalisering van de Nederlandse economie is in toenemende mate van belang. Door onze geografische ligging en de Nederlandse economische bedrijvigheid is een internationale oriëntatie meer dan eens noodzakelijk. Hierbij spelen diverse aspecten een belangrijke rol, zoals: De beschikbaarheid van voldoende en goed geëquipeerde werknemers in een goed functionerende arbeidsmarkt De toename van de export van Nederlandse goederen en diensten De toenemende (internationale) mobiliteit van studenten Het behouden en aantrekken van buitenlandse bedrijven die vanuit Nederland (willen) opereren Tegen deze achtergrond zijn er in Nederland diverse expat centers actief met als doel een snellere en betere dienstverlening tot stand te brengen voor bedrijven en werknemers uit het buitenland die zich in Nederland willen vestigen. Een expat center faciliteert onder meer een vlotte aanvraag van benodigde verblijfsdocumenten en de inschrijving in de Basisregistratie Personen (BRP) in samenwerking met gemeenten en IND. Daarnaast bieden expat centers uiteenlopende informatie over huisvesting, financiën, belastingen, onderwijs en dergelijke. De expat centers in Nederland voorzien hiermee in een belangrijke behoefte bij bedrijven, (internationale) organisaties en instellingen (zoals universiteiten en ziekenhuizen). Om deze (intermediaire) rol te kunnen vervullen en om in de toekomst effectief (arbeidsmarkt)beleid te kunnen voeren is betere kennis van de internationale community noodzakelijk. De Nederlandse expat centers zijn, samen met het Ministerie van Economische Zaken/Netherlands Foreign Investment Agency (EZ/NFIA) en de Belastingdienst, verenigt in het landelijke expat desk overleg. Vanuit dit overleg is, door EZ/NFIA en in samenwerking met de regionale expat desks, het initiatief genomen tot het landelijke en regionale onderzoek naar internationale werknemers, studenten en zelfstandigen in Nederland. Dit onderzoek is uitgevoerd door Decisio Economisch onderzoek en advies te Amsterdam. 1.2 Vraagstelling Voor het landelijke en regionale onderzoek zijn de volgende onderzoeksvragen geformuleerd: 1. Hoeveel internationale werknemers, studenten en zelfstandigen zijn er in Nederland? Welke relevante subsegmenten kunnen we hierbinnen onderscheiden? 2. Wat zijn de meest relevante ontwikkelingen geweest gelet op de sociaal-demografische kenmerken van internationale werknemers, studenten en zelfstandigen (bijvoorbeeld wanneer het gaat nationaliteit, geslacht, leeftijd, woonsituatie, doel van verblijf)? 3. Wat zijn de meest relevante ontwikkelingen geweest gelet op de economische kenmerken van internationale werknemers, studenten en zelfstandigen (bijvoorbeeld wanneer het gaat inkomen, sector waarin werkzaam)? 3

6 4. Welke ontwikkeling(en) van regionale verdelingen van internationale werknemers, studenten en zelfstandigen zijn relevant? Het landelijke en regionale onderzoek is uitgevoerd voor de periode 2009 tot en met 2013 (5 onderzoeksjaren). In de bijlage van dit rapport is een verantwoording opgenomen van de aanpak van het onderzoek en de gehanteerde definities. 1.3 Geografische afbakening Voor dit voorliggende rapport geldt de volgende, geografische afbakening: Regio Utrecht (alleen als tabellenboek): de provincie Utrecht en de gemeenten Utrecht, Nieuwegein, Amersfoort, Stichtse Vecht en De Bilt. Naast dit onderzoek voor de Regio Utrecht heeft Decisio onderzoek verricht naar en regiorapporten opgesteld voor (met daarbij de verschillende geografische uitsplitsingen): Nederland totaal (inclusief uitsplitsingen naar de 12 provincies). Regio Amsterdam: de provincies Noord-Holland en Flevoland, de gemeente Amsterdam en de Metropoolregio Amsterdam (bestaande uit 36 gemeenten). Regio Rotterdam: de provincie Zuid-Holland en het werkgebied van Stichting Rotterdam Partners (bestaande uit een selectie van postcodegebieden in de Rotterdamse regio). Regio Zuid-Nederland: de provincies Noord-Brabant en Limburg en de gemeenten Eindhoven, Breda, Veldhoven, Tilburg en Maastricht. Regio Den Haag: provincie Zuid-Holland, de regio Haaglanden (bestaande uit 9 gemeenten), de regio 070 (bestaande uit 4 gemeenten) en de regio 015 (bestaande uit 1 gemeente: Delft). Regio Food Valley: de provincie Gelderland, de gemeenten Arnhem, Nijmegen, Ede en Wageningen en de regio Food Valley (bestaande uit 8 gemeenten). Regio Leiden: de Leidse regio (bestaande uit 6 gemeenten). Regio Noord-Nederland: de provincies Fryslân, Groningen en Drenthe en de gemeenten Groningen, Assen, Eemsmond, Emmen, Heerenveen, Leeuwarden, Smallingerland, Hoogezand- Sappemeer en Ten Boer. Regio Twente (alleen als tabellenboek): de provincie Overijssel en de gemeenten Hengelo, Enschede, Almelo, Borne, Oldenzaal, Hof van Twente, Deventer en Zwolle. 4

7 1.4 Leeswijzer In dit tabellenboek stellen we voor de Regio Utrecht achtereenvolgens aan de orde: Hoofdstuk 2: aantal internationale werknemers en hun belangrijkste sociaal-demografische en economische kenmerken. Hoofdstuk 3: het aantal internationale studenten, hun opleiding, jaarlijkse in- en uitstroom en de regionale spreiding. Hoofdstuk 4: aantal internationale zelfstandigen, regionale spreiding, sectoren en omzet. In de bijlagen bij dit rapport is een verantwoording opgenomen van de aanpak van het onderzoek en de gehanteerde definities. 5

8 2 Internationale werknemers Definities: in dit hoofdstuk worden meerdere definities gehanteerd. Deze definities zijn: Economisch-actieve, internationale werknemer: een economisch-actieve, internationale werknemer is een persoon in loondienst bij een in Nederland gevestigde organisatie waarvoor loonheffing is betaald aan de Belastingdienst. Daarnaast geldt dat deze persoon alleen een buitenlandse nationaliteit heeft; oftewel deze persoon heeft niet de Nederlandse nationaliteit. Kenniswerker: een kenniswerker is een economisch-actieve werknemer. Daarnaast is voor kenniswerkers een minimale looneis gesteld (fiscaal loon: loon voor belastingen) voor twee leeftijdsgroepen en een minimaal aantal SV-dagen (Sociale Verzekeringen). De minimale looneisen per jaar per leeftijdsgroep zijn: Leeftijd < 30 jaar jaar Arbeidsmigrant: een arbeidsmigrant is een economisch-actieve, internationale werknemer. Indien een economisch-actieve, internationale werknemer geen kenniswerker is (zie voorgaande definitie) dan is deze persoon gerekend tot de groep arbeidsmigranten. Een nadere toelichting op de aanpak van het onderzoek, methode, databronnen etc. is opgenomen in de bijlagen van dit rapport. 2.1 Aantal economisch-actieve internationale werknemers Tabel 2.1 Aantal economisch-actieve internationale werknemers (per 31/12) naar werkregio, Utrecht (prov.) (+2%) (+16%) (+8%) (-6%) Utrecht (gem.) (+3%) (+9%) (+4%) (-11%) Nieuwegein (+4%) (+7%) (+5%) (-3%) Amersfoort (-3%) (+11%) (+10%) (-4%) Stichtse Vecht (-6%) 700 (+11%) 683 (-2%) 597 (-13%) De Bilt (+13%) 354 (-8%) 387 (+9%) 415 (+7%) Nederland (+6%) (+28%) (+14%) (+2%) 6

9 2.2 Kenniswerkers en arbeidsmigranten Kenniswerkers Tabel 2.2 Aantal economisch-actieve internationale kenniswerkers (per 31/12) naar werkregio, Utrecht (prov.) (+6%) (+21%) (+5%) (-24%) Utrecht (gem.) (+12%) (+32%) (+5%) (-24%) Nieuwegein (+29%) 550 (+15%) 552 (+0%) 455 (-18%) Amersfoort (+0%) 738 (+12%) 810 (+10%) 653 (-19%) Stichtse Vecht (-20%) 203 (-1%) 223 (+10%) 182 (-18%) De Bilt (+14%) 102 (+16%) 87 (-15%) 67 (-23%) Nederland (+13%) (+14%) (+6%) (-18%) Arbeidsmigranten Tabel 2.3 Aantal economisch-actieve internationale arbeidsmigranten (per 31/12), naar werkregio, Utrecht (prov.) (+1%) (+14%) (+9%) (+2%) Utrecht (gem.) (0%) (+0%) (+3%) (-3%) Nieuwegein (-8%) 762 (+1%) 825 (+8%) 876 (+6%) Amersfoort (-6%) (+10%) (+10%) (+4%) Stichtse Vecht (+3%) 497 (+16%) 460 (-7%) 415 (-10%) De Bilt (+12%) 252 (-15%) 300 (+19%) 348 (+16%) Nederland (+3%) (+33%) (+16%) (+8%) 7

10 2.3 Instroom, uitstroom en duur economische activiteit Jaarlijkse instroom van internationale werknemers Definities: in deze paragraaf worden meerdere definities gehanteerd. Deze definities zijn: Instroom: met instroom wordt bedoeld dat een internationale werknemer economisch-actief wordt/is. Oftewel, er vindt afdracht van loonheffing aan de Belastingdienst plaats. Instroom betekent derhalve niet altijd dat een internationale werknemer instroomt in Nederland; het kan namelijk ook zijn dat de internationale werknemer al in Nederland gevestigd is maar van economisch-inactief economisch-actief wordt. Uitstroom: met uitstroom wordt bedoeld dat een internationale werknemers economisch-inactief wordt/is (zie ook voorgaande definitie van instroom ). Duur economische activiteit: de periode waarin daadwerkelijk loonheffing wordt betaald door de economisch-actieve, internationale werknemer. Een nadere toelichting op de aanpak van het onderzoek, methode, databronnen etc. is opgenomen in de bijlagen van dit rapport. Tabel 2.4 Jaarlijkse instroom economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, Utrecht (prov.) Utrecht (gem.) Nieuwegein Amersfoort Stichtse Vecht De Bilt Nederland Tabel 2.5 Top 5 herkomstlanden instroom economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Polen (35%) India (6%) Duitsland (5%) Turkije (4%) VK (4%) Nederland Polen (49%) Duitsland (5%) Turkije (4%) Hongarije (3%) VK(3%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100% Jaarlijkse uitstroom van internationale werknemers 8

11 Tabel 2.6 Jaarlijkse uitstroom economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, Utrecht (prov.) Utrecht (gem.) Nieuwegein Amersfoort Stichtse Vecht De Bilt Nederland Tabel 2.7 Top 5 herkomstlanden uitstroom economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Polen (28%) Turkije (8%) Duitsland (7%) Marokko (5%) VK (5%) Nederland Polen (39%) Duitsland (7%) Turkije (6%) VK(5%) Hongarije (3%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100% Duur van economische activiteit van internationale werknemers Tabel 2.8 Duur economische activiteit internationale werknemers (per jaar) naar startjaar, Utrecht, Startjaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4 jaar % 56% 46% 34% % 58% 41% % 48% % 9

12 2.4 Land van herkomst van internationale werknemers Land van herkomst Tabel 2.9 Top 5 herkomstlanden economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Polen (25%) Duitsland (8%) Turkije (7%) VK (6%) India (5%) Utrecht (gem.) India (10%) Polen (10%) Turkije (9%) Duitsland (9%) Marokko (7%) Nieuwegein Polen (15%) VK (9%) Duitsland (7%) Marokko (6%) Spanje (6%) Amersfoort Polen (14%) Turkije (12%) Duitsland (11%) VK (7%) België (5%) Stichtse Vecht Polen (10%) VK (10%) Duitsland (8%) Griekenland (5%) Marokko (4%) De Bilt Polen (14%) Spanje (8%) VK (7%) Duitsland (7%) Griekenland (6%) Nederland Polen (37%) Duitsland (7%) Turkije (6%) VK (5%) België (3%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100% Kenniswerkers Tabel 2.10 Top 5 herkomstlanden economisch-actieve internationale kenniswerkers naar werkregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Duitsland (14%) VK (11%) India (9%) België (7%) Polen (6%) Utrecht (gem.) India (16%) Duitsland (13%) VK (9%) België (7%) Italië (6%) Nieuwegein VK (16%) Duitsland (10%) Italië (7%) Frankrijk (7%) België (6%) Amersfoort Duitsland (17%) VK (12%) Frankrijk (7%) België (6%) Italië (6%) Stichtse Vecht VK (18%) Duitsland (14%) Zuid-Korea (8%) India (7%) Polen (5%) De Bilt Duitsland (19%) Spanje (10%) België (10%) - - Nederland Duitsland (12%) VK (12%) Polen (8%) België (7%) Frankrijk (5%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100% Arbeidsmigranten Tabel 2.11 Top 5 herkomstlanden economisch-actieve internationale arbeidsmigranten naar werkregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Polen (31%) Turkije (8%) Marokko (6%) Duitsland (6%) VK (4%) Utrecht (gem.) Polen (13%) Turkije (11%) Marokko (9%) India (7%) Duitsland (7%) Nieuwegein Polen (20%) Marokko (9%) China (7%) Turkije (6%) Spanje (6%) Amersfoort Polen (19%) Turkije (15%) Duitsland (9%) Marokko (6%) VK (6%) Stichtse Vecht Polen (12%) Griekenland (6%) VK (6%) Marokko (6%) Turkije (6%) De Bilt Polen (16%) Spanje (7%) VK (7%) Griekenland (6%) Duitsland (5%) Nederland Polen (42%) Duitsland (6%) Turkije (6%) Hongarije (3%) VK (3%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. 10

13 2.5 Geslacht, leeftijd, woonsituatie, woning en verblijfsdoel Geslacht Tabel 2.12 Geslacht economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Mannen Vrouwen Totaal Utrecht (prov.) (57%) (43%) Utrecht (gem.) (55%) (45%) Nieuwegein 761 (57%) 570 (43%) Amersfoort (55%) 964 (45%) Stichtse Vecht 364 (61%) 233 (39%) 597 De Bilt 277 (67%) 138 (33%) 415 Nederland (57%) (43%) Tabel 2.13 Geslacht economisch-actieve internationale kenniswerkers naar werkregio, 2013 Mannen Vrouwen Totaal Utrecht (prov.) (62%) (38%) Utrecht (gem.) (62%) (38%) Nieuwegein 291 (64%) 164 (36%) 455 Amersfoort 376 (58%) 277 (42%) 653 Stichtse Vecht 120 (66%) 62 (34%) 182 De Bilt 39 (58%) 28 (42%) 67 Nederland (63%) (37%) Tabel 2.14 Geslacht economisch-actieve internationale arbeidsmigranten naar werkregio, 2013 Mannen Vrouwen Totaal Utrecht (prov.) (55%) (45%) Utrecht (gem.) (53%) (47%) Nieuwegein 470 (54%) 406 (46%) 876 Amersfoort 783 (53%) 687 (47%) Stichtse Vecht 244 (59%) 171 (41%) 415 De Bilt 238 (68%) 110 (32%) 348 Nederland (56%) (44%)

14 2.5.2 Leeftijd Tabel 2.15 Leeftijd economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, tot 25 jaar 25 tot 35 jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 tot 67 jaar Utrecht (prov.) (15%) (39%) (26%) (15%) (6%) Utrecht (gem.) (10%) (43%) (27%) (15%) 667 (6%) Nieuwegein 143 (11%) 470 (35%) 411 (31%) 233 (18%) 74 (6%) Amersfoort 250 (12%) 718 (34%) 611 (29%) 376 (18%) 168 (8%) Stichtse Vecht 54 (9%) 211 (35%) 178 (30%) 116 (19%) 38 (6%) De Bilt 60 (14%) 183 (44%) 95 (23%) 59 (14%) 18 (4%) Nederland (21%) (37%) (24%) (14%) (5%) Tabel 2.16 Leeftijd economisch-actieve internationale kenniswerkers naar werkregio, tot 25 jaar 25 tot 35 jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 tot 67 jaar Utrecht (prov.) 120 (2%) (41%) (31%) (18%) 120 (2%) Utrecht (gem.) 44 (1%) (47%) 952 (29%) 527 (16%) 44 (1%) Nieuwegein 7 (2%) 147 (32%) 176 (39%) 94 (21%) 7 (2%) Amersfoort 18 (3%) 238 (36%) 198 (30%) 142 (22%) 18 (3%) Stichtse Vecht - 59 (32%) 66 (36%) 42 (23%) - De Bilt - 26 (39%) 20 (30%) 17 (25%) - Nederland (3%) (41%) (31%) (18%) (7%) Tabel 2.17 Leeftijd economisch-actieve internationale arbeidsmigranten naar werkregio, tot 25 jaar 25 tot 35 jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 tot 67 jaar Utrecht (prov.) (19%) (38%) (24%) (13%) (19%) Utrecht (gem.) (14%) (41%) (25%) (14%) (14%) Nieuwegein 136 (16%) 323 (37%) 235 (27%) 139 (16%) 136 (16%) Amersfoort 232 (16%) 480 (33%) 413 (28%) 234 (16%) 232 (16%) Stichtse Vecht 51 (12%) 152 (37%) 112 (27%) 74 (18%) 51 (12%) De Bilt 60 (17%) 157 (45%) 75 (22%) 42 (12%) 60 (17%) Nederland (25%) (36%) (22%) (13%) (5%) 12

15 2.5.3 Burgerlijke staat Tabel 2.18 Burgerlijke staat economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Gehuwd Samenwonend Niet gehuwd/samenwonend Utrecht (prov.) (35%) 416 (2%) (64%) Utrecht (gem.) (38%) 167 (2%) (60%) Nieuwegein 497 (37%) 24 (2%) 810 (61%) Amersfoort 914 (43%) 50 (2%) (55%) Stichtse Vecht 208 (35%) 8 (1%) 381 (64%) De Bilt 122 (29%) 8 (2%) 285 (69%) Nederland (27%) (1%) (71%) Tabel 2.19 Burgerlijke staat economisch-actieve internationale kenniswerkers naar werkregio, 2013 Gehuwd Samenwonend Niet gehuwd/samenwonend Utrecht (prov.) (46%) 136 (2%) (52%) Utrecht (gem.) (45%) 63 (2%) (53%) Nieuwegein 218 (48%) 10 (2%) 227 (50%) Amersfoort 315 (48%) 16 (2%) 322 (49%) Stichtse Vecht 80 (44%) - 98 (54%) De Bilt 30 (45%) - 36 (54%) Nederland (43%) (2%) (56%) Tabel 2.20 Burgerlijke staat economisch-actieve internationale arbeidsmigranten naar werkregio, 2013 Gehuwd Samenwonend Niet gehuwd/samenwonend Utrecht (prov.) (31%) 280 (1%) (67%) Utrecht (gem.) (35%) 104 (1%) (63%) Nieuwegein 279 (32%) 14 (2%) 583 (67%) Amersfoort 599 (41%) 34 (2%) 837 (57%) Stichtse Vecht 128 (31%) (68%) De Bilt 92 (26%) 7 (2%) 249 (72%) Nederland (24%) (1%) (75%) 13

16 2.5.4 Kinderen Tabel 2.21 Aantal kinderen economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Een kind Twee kinderen Drie of meer kinderen Geen kind Utrecht (prov.) (14%) (14%) (7%) (64%) Utrecht (gem.) (16%) (15%) 835 (8%) (62%) Nieuwegein 218 (16%) 225 (17%) 113 (8%) 775 (58%) Amersfoort 338 (16%) 392 (18%) 210 (10%) (56%) Stichtse Vecht 96 (16%) 105 (18%) 33 (6%) 363 (61%) De Bilt 64 (15%) 48 (12%) 24 (6%) 279 (67%) Nederland (13%) (11%) (5%) (71%) Tabel 2.22 Economisch-actieve internationale kenniswerkers naar aantal kinderen, naar werkregio, 2013 Een kind Twee kinderen Drie of meer kinderen Geen kind Utrecht (prov.) (17%) (20%) 502 (8%) (55%) Utrecht (gem.) 567 (18%) 587 (18%) 212 (7%) (58%) Nieuwegein 77 (17%) 93 (20%) 42 (9%) 243 (53%) Amersfoort 106 (16%) 141 (22%) 63 (10%) 343 (53%) Stichtse Vecht 36 (20%) 44 (24%) 10 (5%) 92 (51%) De Bilt 13 (19%) 10 (15%) 11 (16%) 33 (49%) Nederland (16%) (18%) (6%) (59%) Tabel 2.23 Economisch-actieve internationale arbeidsmigranten naar aantal kinderen, naar werkregio, 2013 Een kind Twee kinderen Drie of meer kinderen Geen kind Utrecht (prov.) (13%) (13%) (7%) (67%) Utrecht (gem.) (15%) (13%) 623 (8%) (64%) Nieuwegein 141 (16%) 132 (15%) 71 (8%) 532 (61%) Amersfoort 232 (16%) 251 (17%) 147 (10%) 840 (57%) Stichtse Vecht 60 (14%) 61 (15%) 23 (6%) 271 (65%) De Bilt 51 (15%) 38 (11%) 13 (4%) 246 (71%) Nederland (12%) (10%) (5%) (74%) 14

17 Tabel 2.24 Aantal kinderen van economisch-actieve internationale werknemers, naar woonregio, Utrecht (prov.) (+3%) (+4%) (+3%) (-7%) Utrecht (gem.) (+1%) (+5%) (+3%) (-9%) Nieuwegein (+3%) 675 (+7%) 703 (+4%) 652 (-7%) Amersfoort (+4%) (+1%) (+3%) (+0%) Stichtse Vecht (+2%) 586 (+4%) 615 (+5%) 551 (-10%) De Bilt (+7%) 334 (+10%) 336 (+0%) 325 (-3%) Nederland (+4%) (+6%) (+5%) (-5%) Tabel 2.25 Aantal kinderen van economisch-actieve internationale kenniswerkers, naar woonregio, Utrecht (prov.) (+13%) (+15%) (+7%) (-25%) Utrecht (gem.) (+15%) (+21%) (+9%) (-27%) Nieuwegein (+12%) 270 (+22%) 280 (+4%) 198 (-29%) Amersfoort (+27%) 703 (+6%) 729 (+4%) 597 (-18%) Stichtse Vecht (+21%) 290 (+5%) 300 (+4%) 234 (-22%) De Bilt (+22%) 156 (+26%) 155 (-1%) 124 (-20%) Nederland (+10%) (+12%) (+6%) (-21%) Tabel 2.26 Aantal kinderen van economisch-actieve internationale arbeidsmigranten, naar woonregio, Utrecht (prov.) (-2%) (-2%) (+1%) (+4%) Utrecht (gem.) (-3%) (-1%) (+1%) (+0%) Nieuwegein (-1%) 406 (-1%) 423 (+4%) 454 (+7%) Amersfoort (-6%) (-2%) (+2%) (+12%) Stichtse Vecht (-10%) 296 (+2%) 315 (+6%) 317 (+1%) De Bilt (-1%) 179 (0%) 181 (+1%) 201 (+11%) Nederland (+1%) (+3%) (+4%) (+3%) 15

18 2.5.5 Woning: huur, koop en WOZ-waarde koopwoning Tabel 2.27 Type woning economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Huurwoning Koopwoning Utrecht (prov.) (88%) (12%) Utrecht (gem.) (88%) (12%) Nieuwegein (85%) 197 (15%) Amersfoort (85%) 327 (15%) Stichtse Vecht 510 (85%) 87 (15%) De Bilt 374 (90%) 41 (10%) Nederland (91%) (9%) Tabel 2.28 Type woning economisch-actieve internationale kenniswerkers naar werkregio, 2013 Huurwoning Koopwoning Utrecht (prov.) (73%) (27%) Utrecht (gem.) (75%) 821 (25%) Nieuwegein 314 (69%) 141 (31%) Amersfoort 471 (72%) 182 (28%) Stichtse Vecht 134 (74%) 48 (26%) De Bilt 55 (82%) 12 (18%) Nederland (74%) (26%) Tabel 2.29 Type woning economisch-actieve internationale arbeidsmigranten naar werkregio, 2013 Huurwoning Koopwoning Utrecht (prov.) (94%) (6%) Utrecht (gem.) (94%) 459 (6%) Nieuwegein 820 (94%) 56 (6%) Amersfoort (90%) 145 (10%) Stichtse Vecht 376 (91%) 39 (9%) De Bilt 319 (92%) 29 (8%) Nederland (95%) (5%) 16

19 Tabel 2.30 Gemiddelde WOZ-waarde koopwoning internationale werknemers naar werkregio, 2013 Tot tot tot tot euro euro euro euro euro of meer Onbekend Utrecht (prov.) (37%) (37%) 353 (12%) 153 (5%) 223 (8%) 58 (2%) Utrecht (gem.) 474 (37%) 453 (35%) 159 (12%) 78 (6%) 90 (7%) 26 (2%) Nieuwegein 62 (31%) 82 (42%) 32 (16%) 10 (5%) 10 (5%) - Amersfoort 129 (39%) 110 (34%) 43 (13%) 11 (3%) 28 (9%) 6 (2%) Stichtse Vecht 31 (36%) 24 (28%) 11 (13%) 9 (10%) 10 (11%) - De Bilt 14 (34%) 13 (32%) Nederland (46%) (28%) (10%) (5%) (7%) (5%) Tabel 2.31 Gemiddelde WOZ-waarde koopwoning internationale kenniswerkers naar werkregio, 2013 Tot euro tot euro tot euro tot euro euro of meer Onbekend Utrecht (prov.) 529 (30%) 676 (39%) 269 (15%) 111 (6%) 139 (8%) 15 (1%) Utrecht (gem.) 254 (31%) 297 (36%) 136 (17%) 61 (7%) 64 (8%) 9 (1%) Nieuwegein 34 (24%) 64 (45%) 25 (18%) 10 (7%) 8 (6%) - Amersfoort 64 (35%) 63 (35%) 30 (16%) 8 (4%) 15 (8%) - Stichtse Vecht 13 (27%) 15 (31%) 9 (19%) 6 (13%) - - De Bilt - 6 (50%) Nederland (46%) (28%) (10%) (5%) (7%) (5%) Tabel 2.32 Gemiddelde WOZ-waarde koopwoning internationale arbeidsmigranten naar werkregio, 2013 Tot euro tot euro tot euro tot euro euro of meer Onbekend Utrecht (prov.) 564 (46%) 415 (34%) 84 (7%) 42 (3%) 84 (7%) 43 (3%) Utrecht (gem.) 220 (48%) 156 (34%) 23 (5%) 17 (4%) 26 (6%) 17 (4%) Nieuwegein 28 (50%) 18 (32%) 7 (13%) Amersfoort 65 (45%) 47 (32%) 13 (9%) - 13 (9%) - Stichtse Vecht 18 (46%) 9 (23%) De Bilt 11 (38%) 7 (24%) Nederland (36%) (34%) (13%) (6%) (9%) 510 (2%) 17

20 2.6 Regionale spreiding internationale werknemers: werken Tabel 2.33 Top 5 werkgemeenten economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Utrecht (10.829; 42%) Amersfoort (2.123; 8%) Veenendaal (1.580; 6%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Nieuwegein (1.331; 5%) Houten (1.294; 5%) 2.7 Regionale spreiding internationale werknemers: wonen Tabel 2.34 Top 5 woongemeenten economisch-actieve internationale werknemers naar woonregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Utrecht (8.051; 47%) Amersfoort (1.911; 11%) Nieuwegein (853; 5%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Zeist (737; 4%) Stichtse Vecht (697; 4%) 18

21 2.8 Woon-werk balans en pendel van internationale werknemers De regio in woon-werkbalans De woon-werkbalans (of pendelbalans) van een regio duidt het verschil tussen enerzijds het aantal economischactieve internationale werknemers werkzaam in een regio, en anderzijds het aantal economisch-actieve internationale werknemers woonachtig in een regio. Het gaat hierbij uitsluitend om internationale werknemers met een bekende woonlocatie in Nederland; werknemers met een onbekende/buitenlandse woonregio zijn buiten beschouwing gelaten. Het aantal economisch-actieve internationale werknemers kan hierdoor afwijken van de aantallen in paragraaf 2.6. De woon-werkbalans is berekend door het aantal economisch-actieve, internationale werknemers in een regio te verminderen met het aantal economisch-actieve, internationale inwoners van diezelfde regio. Het verschil duidt of een regio overwegend een werk- danwel woonregio is. Regio s hebben daarnaast te maken met inkomende pendel; dit zijn werknemers die buiten de regio wonen, maar in de regio werken. Uitgaande pendel bestaat uit inwoners van een regio die werken buiten de regio. Is de uitgaande pendel groter dan de inkomende pendel, dan werken meer inwoners buiten de eigen regio dan dat er werknemers van buiten de regio in de regio werkzaam zijn. Tabel 2.35 Woon-werkbalans en pendel van internationale werknemers naar woonregio, 2013 Totaal wonend Totaal werkend Uitgaande pendel Inkomende pendel Woonwerkbalans Utrecht (prov.) Utrecht (gem.) Nieuwegein Amersfoort Stichtse Vecht De Bilt Tabel 2.36 Top 5 woongemeenten inkomende pendel internationale werknemers, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (gem.) Amsterdam (1.086; 12%) Rotterdam (351; 4%) 's-gravenhage (350; 4%) Utrecht Amsterdam 's-gravenhage Nieuwegein (302; 28%) (71; 7%) (42; 4%) Amsterdam Utrecht Almere Amersfoort (118; 7%) (116; 6%) (59; 3%) Utrecht Amsterdam Hilversum Stichtse Vecht (81; 17%) (79; 17%) (21; 4%) Utrecht Amsterdam Rotterdam De Bilt (67; 22%) (32; 10%) (26; 8%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Amstelveen (280; 3%) IJsselstein (40; 4%) Soest (56; 3%) 's-gravenhage (18; 4%) Zeist (13; 4%) Eindhoven (211; 2%) Rotterdam (27; 3%) 's-gravenhage (45; 2%) Rotterdam (12; 3%) Nieuwegein (11; 4%) 19

22 2.9 Inkomen Tabel 2.37 Inkomensklasse economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Tot euro tot euro tot euro tot euro euro of meer Utrecht (prov.) (52%) (35%) (8%) 638 (2%) 787 (3%) Utrecht (gem.) (48%) (36%) (10%) 331 (3%) 376 (3%) Nieuwegein 599 (45%) 471 (35%) 131 (10%) 54 (4%) 76 (6%) Amersfoort 854 (40%) 969 (46%) 172 (8%) 60 (3%) 68 (3%) Stichtse Vecht 235 (39%) 238 (40%) 67 (11%) 21 (4%) 36 (6%) De Bilt 266 (64%) 115 (28%) 25 (6%) - 7 (2%) Nederland (60%) (29%) (6%) (2%) (3%) Kenniswerkers Tabel 2.38 Inkomensklasse economisch-actieve internationale kenniswerkers naar werkregio, tot euro tot euro tot euro euro of meer Utrecht (prov.) (59%) (26%) 496 (8%) Utrecht (gem.) (56%) 913 (28%) 258 (8%) Nieuwegein (55%) 111 (24%) 44 (10%) Amersfoort (63%) 150 (23%) 49 (8%) Stichtse Vecht - 89 (49%) 54 (30%) 19 (10%) De Bilt - 44 (66%) 19 (28%) - Nederland (58%) (24%) (8%) (10%) Arbeidsmigranten Tabel 2.39 Inkomensklasse economisch-actieve internationale arbeidsmigranten naar werkregio, 2013 Tot euro tot euro tot euro tot euro euro of meer Utrecht (prov.) (69%) (27%) 343 (2%) 142 (1%) 284 (1%) Utrecht (gem.) (68%) (27%) 140 (2%) 73 (1%) 126 (2%) Nieuwegein 599 (68%) 221 (25%) 20 (2%) 10 (1%) 26 (3%) Amersfoort 854 (58%) 560 (38%) 22 (1%) 11 (1%) 23 (2%) Stichtse Vecht 235 (57%) 149 (36%) 13 (3%) - 16 (4%) De Bilt 266 (76%) 71 (20%) 6 (2%) - - Nederland (75%) (22%) (1%) (1%) (1%) 20

23 2.10 Sectoren Tabel 2.40 Top 5 branche economisch-actieve internationale werknemers naar werkregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Detachering- en uitzendbranche Groothandel (10%) Horeca (8%) Utrecht (prov.) (30%) Nederland Detachering- en Groothandel Landbouw en uitzendbranche (7%) visserij (7%) (41%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Facilitaire diensten (7%) Horeca (6%) Persoonlijke diensten (7%) Facilitaire diensten (4%) Kenniswerkers Tabel 2.41 Top 5 branche economisch-actieve internationale kenniswerkers naar werkregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Detachering- en uitzendbranche Groothandel (18%) Persoonlijke diensten (10%) Utrecht (prov.) (22%) Nederland Detachering- en Groothandel Onderwijs uitzendbranche (12%) (8%) (26%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Financiën (8%) Onderwijs (7%) Financiën Persoonlijke (6%) diensten (6%) Arbeidsmigranten Tabel 2.42 Top 5 branche economisch-actieve internationale arbeidsmigranten naar werkregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Detachering- en uitzendbranche Horeca (11%) Facilitaire diensten (9%) Utrecht (prov.) (33%) Nederland Detachering- en Landbouw en Horeca uitzendbranche visserij (8%) (7%) (45%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Groothandel (8%) Groothandel (6%) Persoonlijke diensten (6%) Facilitaire diensten (5%) 21

24 3 Internationale studenten In dit hoofdstuk schetsen we het beeld van de ontwikkeling van het aantal internationale studenten. Daarbij komt onder meer aan bod: het aantal internationale studenten, hun opleiding, jaarlijkse in- en uitstroom en de regionale spreiding. Definities: dit hoofdstuk gaat nader in op internationale studenten. Met internationale studenten wordt hier bedoeld: Internationale studenten: personen afkomstig uit het buitenland met alleen een buitenlandse paspoort die onderwijs volgen aan een publiek gefinancierde onderwijsinstelling in Nederland. Een nadere toelichting op de aanpak van het onderzoek, methode, databronnen etc. is opgenomen in de bijlagen van dit rapport. 3.1 Aantal internationale studenten Tabel 3.1 Aantal internationale studenten (per 31/12) naar studieregio, Utrecht (prov.) Utrecht (gem.) Nieuwegein Amersfoort Stichtse Vecht De Bilt Nederland (+9%) (+8%) (+4%) (+5%) Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. 3.2 Geslacht, leeftijd en nationaliteit Geslacht Tabel 3.2 Geslacht internationale studenten naar studieregio, 2013 Mannen Vrouwen Totaal Utrecht (prov.) (41%) (59%) Utrecht (gem.) (41%) (59%) Nieuwegein Amersfoort 7 (22%) 25 (78%) 32 Stichtse Vecht De Bilt Nederland (44%) (56%) Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. 22

25 3.2.2 Leeftijd Tabel 3.3 Leeftijd internationale studenten naar studieregio, tot 20 jaar 20 tot 25 jaar 25 tot 30 jaar 30 tot 35 jaar 35 tot 67 jaar Utrecht (prov.) 311 (12%) (48%) 683 (27%) 166 (7%) 167 (7%) Utrecht (gem.) 307 (12%) (48%) 677 (27%) 164 (7%) 161 (6%) Nieuwegein Amersfoort - 14 (44%) 6 (19%) - 6 (19%) Stichtse Vecht De Bilt Nederland (11%) (58%) (24%) (5%) (3%) Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio Nationaliteit Tabel 3.4 Top 5 herkomstlanden internationale studenten naar studieregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Duitsland (19%) Griekenland (7%) China (7%) VK (7%) België (5%) Utrecht (gem.) Duitsland (19%) Griekenland (7%) China (7%) VK (7%) België (5%) Nieuwegein Amersfoort België (19%) Duitsland (19%) Stichtse Vecht De Bilt Nederland Duitsland (41%) China (8%) België (4%) Griekenland (4%) VK (3%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. 3.3 Opleiding Opleidingsinstelling WO Alle internationale WO-studenten in de provincie Utrecht studeren aan de Universiteit Utrecht Opleidingsinstelling HBO Bijna 80 procent van de internationale HBO-studenten in de provincie Utrecht studeert aan de Hogeschool Utrecht en ongeveer 20 procent studeert aan de HKU. De resterende 1 procent studeert aan de Marnix Academie, Fontys en Christelijke Hogeschool Windesheim. 23

26 3.3.3 Type onderwijs Tabel 3.5 Type onderwijs internationale studenten naar studieregio, 2013 HBO WO Utrecht (prov.) 965 (38%) (62%) Utrecht (gem.) 933 (37%) (63%) Nieuwegein - - Amersfoort 32 (100%) - Stichtse Vecht - - De Bilt - - Nederland (48%) (52%) Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio Actuele opleiding Tabel 3.6 Top 5 studierichting internationale WO-studenten naar studieregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 natuur (28%) economie (18%) sectoroverstijgend taal en cultuur gedrag en maat- Utrecht (prov.) (15%) (12%) schappij (11%) natuur (28%) economie (18%) sectoroverstijgend taal en cultuur gedrag en maat- Utrecht (gem.) (15%) (12%) schappij (11%) Nieuwegein Amersfoort Stichtse Vecht De Bilt Nederland economie (28%) gedrag en maatschappij (21%) techniek (14%) Natuur (8%) taal en cultuur (8%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. 24

27 Tabel 3.7 Top 5 studierichting internationale HBO-studenten naar studieregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 economie (46%) taal en cultuur onderwijs (15%) techniek (6%) gezondheidszorg Utrecht (prov.) (20%) (6%) economie (47%) taal en cultuur onderwijs (15%) techniek (7%) gezondheidszorg Utrecht (gem.) (20%) (6%) Nieuwegein gedrag en maatschappij economie (19%) Amersfoort (69%) Stichtse Vecht De Bilt Nederland economie (48%) taal en cultuur (15%) gedrag en maatschappij (11%) Techniek (11%) gezondheidszorg (7%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio Fase van opleiding Tabel 3.8 Fase opleiding internationale studenten naar studieregio, 2013 HBO HBO Bachelor Master WO Bachelor WO Master Utrecht (prov.) 863 (34%) 102 (4%) 650 (26%) 915 (36%) Utrecht (gem.) 832 (33%) 101 (4%) 650 (26%) 915 (37%) Nieuwegein Amersfoort 31 (97%) Stichtse Vecht De Bilt Nederland (46%) (2%) (25%) (26%) Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio Duur van inschrijving per jaar Tabel 3.9 Duur van inschrijving van internationale studenten per jaar, maanden 3-6 maanden 6-9 maanden 9-12 maanden Utrecht (prov.) 51 (2%) 167 (7%) 132 (5%) (86%) Utrecht (gem.) 51 (2%) 160 (6%) 130 (5%) (86%) Nieuwegein Amersfoort - 7 (22%) - 23 (72%) Stichtse Vecht De Bilt Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. 25

28 3.4 Instroom, uitstroom en duur van opleiding Jaarlijkse instroom van internationale studenten Tabel 3.10 Jaarlijkse instroom internationale studenten naar studieregio, Utrecht (prov.) Nederland Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. Tabel 3.11 Top 5 herkomstlanden instroom internationale studenten naar studieregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Duitsland (16%) VK (8%) China (8%) Griekenland (6%) Spanje (5%) Nederland Duitsland (32%) China (7%) Griekenland (5%) VK (5%) België (4%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio Jaarlijkse uitstroom van internationale studenten Tabel 3.12 Jaarlijkse uitstroom internationale studenten naar studieregio, Utrecht (prov.) Nederland Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. Tabel 3.13 Top 5 herkomstlanden uitstroom internationale studenten naar studieregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Duitsland (24%) Griekenland (6%) China (6%) Italië (5%) Bulgarije (5%) Nederland Duitsland (40%) China (9%) Griekenland (4%) België (4%) Bulgarije (3%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio Verblijfsduur van internationale studenten Tabel 3.14 Verblijfsduur als internationale student, Utrecht, Startjaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4 jaar % 35% 17% 9% % 35% 18% % 34% % Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. 26

29 3.5 Regionale spreiding internationale studenten: wonen Tabel 3.15 Top 5 woongemeenten internationale studenten, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Utrecht (1.372; 75%) Zeist (139; 8%) Amersfoort (58; 3%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. Nieuwegein (40; 2%) Stichtse Vecht (28; 2%) 3.6 Regionale spreiding internationale studenten: vestiging opleiding Tabel 3.16 Top 5 gemeenten met vestiging opleiding internationale studenten, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Utrecht Amersfoort (2.514; 99%) (32; 1%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Bron: gegevens DUO. Bewerking en analyse: Decisio. 27

30 4 Internationale zelfstandigen In dit hoofdstuk gaan we nader in op de internationale zelfstandigen. Daarbij stellen we onder meer het volgende aan de orde: aantal internationale zelfstandigen, regionale spreiding, sectoren en omzet. Definities: dit hoofdstuk gaat nader in op internationale zelfstandigen. Met internationale zelfstandigen wordt hier bedoeld: Internationale zelfstandigen: personen afkomstig uit het buitenland met alleen een buitenlandse paspoort die als natuurlijk persoon (zonder personeel) aangifte doet van omzetbelasting (BTW). Een nadere toelichting op de aanpak van het onderzoek, methode, databronnen etc. is opgenomen in de bijlagen van dit rapport. 4.1 Aantal internationale zelfstandigen Tabel 4.1 Aantal economisch-actieve internationale zelfstandigen (per 31/12) naar bedrijfsvestigingsregio, Utrecht (prov.) (+18%) (+23%) (+20%) (+20%) Utrecht (gem.) (+19%) (+29%) (+23%) (+20%) Nieuwegein (+18%) 97 (+14%) 125 (+29%) 156 (+25%) Amersfoort (+17%) 279 (+17%) 331 (+19%) 396 (+20%) Stichtse Vecht (+16%) 120 (+20%) 131 (+9%) 150 (+15%) De Bilt (+9%) 61 (+24%) 74 (+21%) 87 (+18%) Nederland (+19%) (+21%) (+19%) (+20%) Leeftijd Figuur 4.1 Leeftijd internationale zelfstandigen naar bedrijfsvestigingsregio, tot 25 jaar 25 tot 35 jaar 35 tot 45 jaar 45 tot 55 jaar 55 tot 67 jaar Utrecht (prov.) 194 (5%) (29%) (36%) 777 (22%) 284 (8%) Utrecht (gem.) 108 (7%) 553 (33%) 607 (37%) 295 (18%) 92 (6%) Nieuwegein 8 (5%) 51 (33%) 54 (35%) 32 (21%) 11 (7%) Amersfoort 19 (5%) 94 (24%) 159 (40%) 96 (24%) 28 (7%) Stichtse Vecht 4 (3%) 28 (19%) 61 (41%) 34 (23%) 23 (15%) De Bilt (0%) 20 (23%) 28 (32%) 27 (31%) 12 (14%) Nederland (5%) (29%) (36%) (22%) (8%) 28

31 4.1.2 Geslacht Tabel 4.2 Geslacht internationale zelfstandigen naar bedrijfsvestigingsregio, 2013 Mannen Vrouwen Totaal Utrecht (prov.) (66%) (34%) Utrecht (gem.) (66%) 564 (34%) Nieuwegein 110 (71%) 46 (29%) 156 Amersfoort 256 (65%) 140 (35%) 396 Stichtse Vecht 101 (67%) 49 (33%) 150 De Bilt 49 (56%) 38 (44%) 87 Nederland (68%) (32%) Nationaliteit Tabel 4.3 Top 5 herkomstlanden economisch-actieve internationale zelfstandigen naar bedrijfsvestigingsregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Marokko (19%) Turkije (17%) Polen (7%) Duitsland (7%) VK (7%) Utrecht (gem.) Marokko (21%) Turkije (20%) Bulgarije (7%) Duitsland (7%) VK (6%) Nieuwegein Marokko (21%) Turkije (12%) Polen (10%) Spanje (4%) Italië (4%) Amersfoort Turkije (26%) Marokko (20%) Duitsland (6%) VK (5%) Polen (5%) Stichtse Vecht Polen (17%) VK (13%) Turkije (9%) Marokko (7%) Duitsland (5%) De Bilt Marokko (17%) Turkije (10%) Polen (9%) België (8%) VK (8%) Nederland Turkije (17%) Polen (11%) Marokko (9%) Duitsland (7%) VK (6%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100% Burgerlijke staat Tabel 4.4 Burgerlijke staat economisch-actieve internationale zelfstandigen naar bedrijfsvestigingsregio, 2013 Gehuwd Samenwonend Niet gehuwd/samenwonend Utrecht (prov.) (58%) 288 (8%) (34%) Utrecht (gem.) 845 (51%) 142 (9%) 668 (40%) Nieuwegein 94 (60%) 13 (8%) 49 (31%) Amersfoort 266 (67%) 39 (10%) 91 (23%) Stichtse Vecht 98 (65%) 14 (9%) 38 (25%) De Bilt 58 (67%) 4 (5%) 25 (29%) Nederland (53%) (6%) (41%) 29

32 4.1.5 Woning: huur, koop en WOZ-waarde koopwoning Tabel 4.5 Type woning economisch-actieve internationale zelfstandigen naar bedrijfsvestigingsregio, 2013 Koopwoning Huurwoning Utrecht (prov.) (56%) (44%) Utrecht (gem.) 898 (54%) 757 (46%) Nieuwegein 95 (61%) 61 (39%) Amersfoort 224 (57%) 172 (43%) Stichtse Vecht 93 (62%) 57 (38%) De Bilt 47 (54%) 40 (46%) Nederland (60%) (40%) Tabel 4.6 Gemiddelde WOZ-waarde koopwoning Internationale zelfstandigen naar bedrijfsvestigingsregio, tot euro tot euro tot euro tot euro tot euro euro of meer Utrecht (prov.) 76 (4%) 803 (40%) 711 (36%) 191 (10%) 91 (5%) 130 (6%) Utrecht (gem.) 32 (4%) 400 (45%) 294 (33%) 79 (9%) 50 (6%) 43 (5%) Nieuwegein - 42 (44%) 36 (38%) 6 (6%) - 6 (6%) Amersfoort 8 (4%) 91 (41%) 86 (38%) 23 (10%) - 12 (5%) Stichtse Vecht - 34 (37%) 35 (38%) 12 (13%) - 6 (6%) De Bilt - 22 (47%) 13 (28%) Nederland (11%) (46%) (25%) (9%) (4%) (5%) 4.2 Regionale spreiding internationale zelfstandigen: wonen Tabel 4.7 Top 5 woongemeenten economisch-actieve internationale zelfstandigen naar bedrijfsvestigingsregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Utrecht (prov.) Utrecht (1.655; 46%) Amersfoort (396; 11%) Zeist (169; 5%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Nieuwegein (156; 4%) Stichtse Vecht (150; 4%) 30

33 4.3 Sectoren Tabel 4.8 Top 5 branche economisch-actieve internationale zelfstandigen naar bedrijfsvestigingsregio, 2013 Positie 1 Positie 2 Positie 3 Positie 4 Positie 5 Persoonlijke diensten (27%) Detachering- en uitzendbranche Detailhandel (12%) Utrecht (prov.) (21%) Persoonlijke Detachering- en Detailhandel diensten (28%) uitzendbranche (12%) Utrecht (gem.) (22%) Persoonlijke Detachering- en Bouwnijverheid diensten (24%) uitzendbranche (12%) Nieuwegein (19%) Persoonlijke Detachering- en Detailhandel diensten (21%) uitzendbranche (16%) Amersfoort (21%) Persoonlijke Detachering- en Bouwnijverheid diensten (33%) uitzendbranche (9%) Stichtse Vecht (21%) Detachering- en Persoonlijke diensten Detailhandel uitzendbranche (24%) (12%) De Bilt (25%) Nederland Detachering- en Persoonlijke Detailhandel uitzendbranche diensten (30%) (10%) (19%) * Het gaat in deze tabel om een top 5. De rijen tellen hierdoor niet op tot 100%. Bouwnijverheid (8%) Vervoer (7%) Vervoer (8%) Bouwnijverheid (8%) Horeca (9%) Onderwijs (7%) Bouwnijverheid (10%) Vervoer (6%) Facilitaire diensten (6%) Detailhandel (7%) Horeca (8%) Vervoer (7%) Vervoer (7%) Horeca (6%) 31

34 4.4 Omzet Tabel 4.9 Jaaromzet economisch-actieve internationale zelfstandigen naar bedrijfsvestigingsregio, tot tot tot tot Tot euro euro euro of meer euro euro euro Utrecht (prov.) 507 (14%) 600 (17%) (29%) (28%) 339 (9%) 86 (2%) Utrecht (gem.) 235 (14%) 305 (18%) 504 (30%) 418 (25%) 159 (10%) 34 (2%) Nieuwegein 21 (13%) 28 (18%) 38 (24%) 49 (31%) 13 (8%) 7 (4%) Amersfoort 58 (15%) 65 (16%) 111 (28%) 113 (29%) 40 (10%) 9 (2%) Stichtse Vecht 22 (15%) 13 (9%) 47 (31%) 48 (32%) 17 (11%) - De Bilt 11 (13%) 20 (23%) 23 (26%) 25 (29%) 8 (9%) - Nederland (13%) (17%) (29%) (29%) (9%) (2%) 32