Scalair en vectorieel product
|
|
- Elke van Dijk
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 (HOOFDSTUK, ut Theory and problems of Vector Analyss, door Murray, R. Spegel, Schaum s Seres, McGraw-Hll, New Yor). Scalar en vectoreel product SCALAIR PRODUCT. Het scalar product (of nwendg product) van twee vectoren A en B, genoteerd met AB (lees: A scalar B ), s product van vermengvuldgng van de lengtes van A en van B met de cosnus van de hoe de ze met elaar vormen. Notate: AB = A.B.cos,. Mer op dat AB een getal s (een scalar, vandaar de benamng) en geen vector. De volgende egenschappen zn voldaan:. AB = BA Commutatvtet de het scalar product. A(B + C) = AB + AC Dstrbutvtet. m(ab) = (ma)b= AmB) = (AB)m waarn m een getal s. 4. = = = 0 en = = =. 5. Als A = A + A + A en B = B + B + B, dan AB = A B + A B + A B AA = A = A + A + A BB = B = B + B + B 6. Als AB = 0 en als A en B net-nul vectoren zn, dan staan A en B loodrecht op elaar. HET VECTORPRODUCT. Het vectorproduct (of utwendg product) van twee vectoren A en B s de vector C = AB (lees A vectoreel B). De lengte van AB wordt gedefneerd als het product van de lengtes van A en van B met de snus van de hoe de ze met elaar vormen. De rchtng van de vector C = AB s deze van de loodrechte op het vla van de vectoren A en B, en zn zn s zodang dat A, B en C een rechtshandg systeem vormen. Notate: AB = A.B.snu, waar u een eenhedsvector s de de rchtng en de zn van AB aangeeft. Als A = B of wanneer A evenwdg s met B, dan s sn=0 en defneert met AB = o. De volgende egenschappen gelden. AB = - BA (Ant-commutatvtet van het vectorproduct). A(B+C) = AB + AC Dstrbutvtet.. m(ab) = m(ab) = A(mB) = A(Bm) waar m een getal s. 4. = = = o, =, =, =. 5. Als A = A + A + A en B = B + B + B, dan s
2 Vectoren en scalaren: producten. AB = A A A. B B B 6. De lengte van AB s gel aan de oppervlate van het parallellogram met zden A en B.. Als AB = o, en als A en B net-nul vectoren zn, dan zn A en B parallel.
3 Vectoren en scalaren: producten. OPGELOSTE OEFENINGEN SCALAIR PRODUCT.. Aantonen dat AB = BA. AB = A.B. cos = B.A. cos = BA Hermee s dus de commutatvtet van het scalar product geverfeerd.. Aantonen dat de proecte van A op B gel s aan Ab, waar b een eenhedsvector s gercht volgens B. Door de oorsprong en het ende van A gaan vlaen loodrecht op B de steunen n de punten G en H respectevel, zoals aangegeven op de fguur hernaast. Dus s de proecte van A op B = GH = EF = A cos = Ab.. Aantonen dat A(B + C) = AB + AC. Z a een eenhedsvector gercht volgens A; dan s: proecte van (B + C) op A = pro. van B op A + pro. van C op A (B + C). a = B. a + C. a Door vermengvuldgng met het getal A, (B + C). Aa= B. Aa + C. Aa en (B + C). A= B. A + C. A Door de commutatvtet van het scalar product: A. (B + C) = A. B + A. C Zodat de dstrbutvtet werd gecontroleerd. 4. Aantonen dat (A + B). (C + D) = A. C + A. D + B. C + B. D. Volgens oefenng, (A + B). (C + D) = A. (C + D) + B. (C + D) = A. C + A. D + B. C + B. D De algebraïsche bewerngen zn geldg voor scalare producten. 5. Evalueer el van de volgende utdrungen (a). = cos 0 = ()()() = (b). = cos 90 = ()()(0) = 0 (c). = cos 90 = ()()(0) = 0 (d). ( + ) =.. +. = = - (e) ( ). ( + ) =. ( + ). ( + ) = ) = = 6 6. Als A = A + A + A en B = B + B + B, toon aan dat dan A. B = A B + A B + A B. AB = (A + A + A )(B + B + B ) = A (B + B + B ) + A (B + B + B ) + A (B + B + B ) = A B + A B + A B + A B + A B + A B + A B + A B + A B
4 4 Vectoren en scalaren: producten. A. B = A B + A B + A B. Immers,. =. =. = en alle andere scalare producten zn nul.. Als A = A + A + A toon dan dat A = A A = A A A. A = (A)(A)cos0 = A. Dus A = A A En A. A = (A + A + A ). (A + A + A ) = A A + A A + A A = A + A + A volgens oefenng 6, door B = A te nemen: Dan A = A A = A. A A s de lengte van A. Soms wordt A. A geschreven als A. A 8. Bepaal de hoe gevormd door A = + - en B = A. B =A.B cos, A = ( ), B = 6 ( ) = A. B = ()(6) + ()(-) + (-)() = = 4 A B 4 4 Dus s cos = = = = 0,905 en = 9, benaderend. AB ()() 9. Als A. B = 0 en A en B net nul zn, toon dan aan dat A loodrecht staat op B. Als A. B = AB cos = 0, dan s cos = 0 of = 90. Omgeeerd, als = 90, s A. B = Bepaal de waarde van a zodang dat A = + a + en B = loodrecht op elaar staan. Volgens oefenng 9, zn A en B orthogonaal als A. B = 0. Dan A. B = ()(4) + (a)(-) + ()(-) = 8- a - = 0 voor a =.. Toon aan dat de vectoren A = - +, B = - + 5, C = een rechthoege drehoe vormen. We moeten eerst aantonen dat de vectoren een drehoe vormen. Volgens de fguren (a) (b) zet men dat de vectoren een drehoe vormen nden aan een van de volgende voorwaarden s voldaan: (a) een van de vectoren, () bvoorbeeld, s de resultante of de som van () en (), of (b) de som of de resultante van de vectoren (), () en () s nul, naargelang (a) twee vectoren een gemeenschappel ende hebben, of (b) geen van de vectoren een gemeenschappel ende heeft met een andere. Her vnden we dan door even te proberen dat A = B + C en zo vormen de vectoren wel degel een drehoe. Omdat A. B = ()() + (-)(-) + ()(5) = 4, A. C = ()() + (-)() + ()(-4) = 0, en B.C = ()() + ( -)() + (5)( -4) = -, volgt er dat A en C loodrecht op elaar en de drehoe rechthoeg s.
5 Vectoren en scalaren: producten. 5. De hoeen vnden de de vector A = maat met de coördnaatsassen. Z,,, de hoeen gevormd door A en de posteve rchtngen van de x, y, z assen respectevel. A. = (A)() cos = ( 6) () cos = cos A. = ( ). = = Dan s cos = / = 0,486, en = 64,6 b benaderng. Op dezelfde wze s cos = -6/, = 49 en cos= /,=,4. De cosnussen van, en heten de rchtngscosnussen van A. (ze oo oefenng ut het vorge hoofdstu).. Bepaal de proecte van de vector A = - + op de vector B = B Een eenhedsvector gercht volgens B s b = = = - +. B 4 ( 4) De proecte van A op de vector B = A. b = ( - + ). ( ) =. + (-).(- ) +. = De cosnusregel voor vlaen drehoeen aantonen. Volgens de fguur (a) heronder s B + C = A of C = A - B. Dus s C. C = (A - B). (A - B) = A. A + B. B - A. B en dus C = A + B - AB cos. Fg. (a) Fg. (b) 5. Aantonen dat de dagonalen van een rut loodrecht staan. Vergel met de fguur (b) herboven OQ = OP + PQ = A + B OR + RP = OP of B + RP = A en RP = A - B Dan s OQ. RP = (A + B). (A - B) = A - B = 0, want A = B Dus staat OQ loodrecht op RP. 6. Bepaal een eenhedsvector loodrecht op het vla van A = - 6 en B = 4 +. Stel dat C = c + c + c een vector s loodrecht op het vla bepaald door A en B. Dan moet C loodrecht staan op A en loodrecht staan op B. Dus: CA = 0 = c 6c c en dus () c 6c = c CB = 0 = 4c + c c en dus () 4c + c = c
6 6 Vectoren en scalaren: producten. Door () en () tegel op te lossen volgt c = c / en c = -c /, C = c ( - + ). Dus s een eenhedsvector gercht volgens C gegeven door C C = c c = ( + 6 ).. Bepaal de arbed verrcht door de verplaatsng van een voorwerp langs de vector r = + 5 nden de racht de wordt toegepast F = - s. Vergel met de fguur (a). Verrchte arbed = (grootte van de racht n de rchtng van de bewegng) (afgelegde afstand) = (F cos (r) = Fr = ( - )( + 5) = = 9. Fg. (a) Fg. (b) 8. Bepaal de vergelng van het vla loodrecht aan de vector A = en gaande door het ende van de vector B = (Ze de fguur (b) herboven). Net unnen 9. Bepaal de afstand van de oorsprong tot het vla n oefenng 8. Net unnen 0. Als A een wlleeurge vector s, toon dan aan dat A = (A. ) + (A. ) + (A. ). Omdat A = A + A + A, A. = A. + A. + A. = A en analoog A. = A en A. = A. Dan A = A + A + A = (A. ) + (A. ) + (A. ).
7 Vectoren en scalaren: producten. VECTORPRODUCT.. Aantonen dat A /\ B = - B /\ A. Fg.(a) Fg.(b) A/\B = C heeft als lengte ABsn en heeft een zn zodang dat A, B en C een rechtshandg orthogonaal assenstelsel vormen. (Fg. (a) herboven). B/\A = D heeft als lengte BAsn en heeft een zn zodang dat B, A en D een rechtshandg orthogonaal assenstelsel vormen. (Fg. (b) herboven). Dus heeft D dezelfde lengte als C maar staat h n tegenovergestelde zn, d. w. z. C = -D of A /\ B = - B /\ A. De commutatvtet geldt net voor vectorproducten.. Als A /\ B = o en als A en B net nul zn, toon dan aan dat A dan evenwdg s aan B. Als A/\B = ABsn u =o, dan s sn= 0 en dus = 0 of =80.. Aantonen dat A /\ B + A. B = A B. A /\ B + A. B = ABsn u + ABcos = A B sn + A B cos = A B = A B. 4. Evalueer el van de volgende utdrungen: (a) /\ = (f) /\ = o (b) /\ = (g) /\ = - /\ = - (c) /\ = (h) () /\ () = 6 /\ = 6 (d) /\ = - /\ = - () () /\ (-) = -6 /\ = 6 (e) /\ = o () /\ - = - - = Als A loodrecht staat op B en op C, toon dan aan dat A /\ (B + C) = A /\ B + A /\ C. Omdat A loodrecht staat op B, s A /\ B een vector loodrecht op het vla van A en B, met lengte AB sn 90 = AB of dus met de lengte van AB. Dt s equvalent met de vermengvuldgng van de vector B met A en een draang van 90 van de resulterende vector, de deze n poste brengt aangegeven n de fguur hernaast. Op dezelfde wze s A /\ C de vector verregen door C met A te vermengvuldgen en een draang van 90 toe te passen op deze vector zodat de n de aangegeven poste omt. Op analoge wze s A /\ (B + C) de vector verregen door B + C te vermengvuldgen met A en door een draang toe te passen van 90 van de vector zodat de n de aangegeven poste omt.
8 8 Vectoren en scalaren: producten. Omdat A /\ (B + C) de dagonaal s van het parallellogram waarvan A /\ B en A /\ C de zden zn, unnen we besluten dat A /\ (B+C) = A/\B + A/\C. 6. In het algemeen geval, waar A, B en C net coplanar zn, toon dan aan dat A /\ (B + C) = A /\ B + A /\ C. Ontbnd B n twee vectorcomposanten, waarvan een loodrecht staat op A en de ander evenwdg s met A, en noteer deze met B en B // respectevel. Dan s B = B + B //. Als de hoe s gevormd door A en B, dan s B = B sn. Op deze wze s de lengte van A /\ B gel aan AB sn, net zoals deze van A /\ B. De rchtng en de zn van A /\ B zn oo dente aan deze van A /\ B. Dus s A /\ B = A /\ B. Op dezelfde wze, s, als C zch laat ontbnden volgens twee vectorële composanten C en C //, evenwdg aan en loodrecht op respectevel A, dan A /\ C = A /\ C. Dus, omdat B + C = B + B // + C + C // = (B + C ) + (B // + C // ) volgt er dat A /\ (B + C ) = A /\ (B+ C). Nu zn B en C vectoren de loodrecht staan op A en dus volgens oefenng 5, A /\ (B + C ) = A /\ B + A /\ C Dus A /\ (B + C) = A /\ B + A /\ C. en dus s de dstrbutvtet geverfeerd. Door een vermengvuldgng met - en gebru te maen van oefenng, omt er dan (B + C) /\ A= B /\ A + C /\ A. Mer op dat de volgorde van de factoren van belang s n het vectorproduct. De gebruele wetten van de algebra laten zch alleen toepassen als de orde wordt bewaard.. Als A = A + A + A en B = B + B + B, dan s A /\ B = A B A B A B. A /\ B = (A + A + A ) /\ (B + B + B ) = A /\ (B + B + B ) + A /\ (B + B + B ) + A /\ (B + B + B ) = A /\ B + A /\B + A /\B + A /\ B + A /\ B + A /\ B + A /\ B + A /\ B + A /\ B = A B o + A B + A B (-) + A B (-) + A B o + A B + A B + A B (-) + A B o = (A B -A B ) + (A B A B ) +(A B A B ) = A A A B B B 8. Als A = - - en B = + 4 -, vnd dan (a) A /\ B, (b) B /\ A, (c) (A + B) /\ (A - B). (a) A /\ B = ( - - ) /\ ( ) = = = Andere methode. ( - - ) /\ ( ) = /\ ( ) - /\ ( ) - /\ ( ) = /\ + /\ 4 - /\ - /\ - /\ 4 + /\ - /\ - /\ 4 + /\ = o o o = 0 + +
9 Vectoren en scalaren: producten. 9 (b) B /\ A = ( ) /\ ( - - ) = 4 4 = = Door vergelng met (a), blt A /\ B = - B /\ A. Mer opdat dt equvalent s met de stellng: Als twee lnen van een determnant worden omgewsseld, verandert de determnant van teen." (b) A + B = ( - - ) + ( ) = + - A - B = ( - - ) - ( ) = - + Dus s (A + B) /\ (A - B) = ( + - ) /\ ( - + ) = = - + = Andere methode (A + B) /\ (A - B) = A /\ (A - B) + B /\ (A - B) = A /\ A - A /\ B + B /\ A - B /\ B = o - A /\ B - A /\ B - o = -A /\ B = -(0 + + ) = door gebru te maen van (a). 9. Als A = +, B = +, en C = - +, bepaal dan (a) (A /\ B) /\ C, (b) A /\ (B /\ C). (a) A /\ B = = En dus (A /\ B) /\ C = ( ) /\ ( - + ) = 5 = (b) B /\ C = = = En dus A /\ (B /\ C) = ( + ) /\ (- 5-5) = = Dus s (A /\ B) /\ C A /\ (B /\ C) wat llustreert dat het noodzael s om n de utdrung A /\ B /\ C haaes te plaatsen om dubbelznnghed te vermden. 0. Aantonen dat de oppervlate van een parallellogram met zden A en B gel s aan A /\ B. De oppervlate van het parallellogram = h B = A sn B = A /\ B Mer op dat de oppervlate van een drehoe met zden A en B = / A /\ B.. Bepaal de oppervlate van een drehoe met hoepunten P(,,), Q(,-,), R(-,,). PQ = (-) + (--) + (-) = - 4, PR = (--) + (-) + (-) = - +.
10 0 Vectoren en scalaren: producten. Door oefenng 0, Oppervlate van de drehoe = ½ PQ PR = ½ ( ) (- + ) = ½ 4 = ½ = ½ ( 5) ( 9) = ½ 0.. Bepaal een eenhedsvector loodrecht op het vla van A = en B = A /\ B s een vector loodrecht op het vla van A en B. A /\ B = 6 = A B Een eenhedsvector evenwdg aan A /\ B s = A B Een andere eenhedsvector n tegengestelde zn s ( )/. Vergel dt met oefenng = Toon de snusregel aan voor vlae drehoeen. Stel dat a, b en c de zden zn van een drehoe ABC zoals aangegeven n de fguur; dan s a + b + c = o. Door achtereenvolgens te vermengvuldgen met a /\, b /\, en c /\, verrgen we a /\ b = b /\ c = c /\ a d. w. z. ab snc = bc sna = ca snb sn A sn B sn C. a b c 4. Gegeven een tetraëder met zvlaen F, F, F, F 4, en V, V, V en V 4 vectoren waarvan de lengtes gel aan de oppervlaten van F, F, F, F 4 en de gercht zn volgens loodlnen op deze zvlaen, naar buten toe. Toon aan dat V + V + V + V 4 = o. Volgens oefenng 0 wordt de oppervlate van een zvla van een drehoe bepaald door R en S gegeven door ½ RS. De vectoren geassoceerd aan el van de zvlaen van de tetraëder zn: V = ½ AB, V = ½ BC, V = ½ CA, V 4 = ½ (C A) (B A). Dan s V + V + V + V 4 = ½ [ AB + BC + CA + (C A)(B A) ] = ½ [ AB + BC + CA + C B CA + AB + AA] = o. Dt resultaat an worden veralgemeend tot een gesloten veelvla en n zeere gevallen tot el gesloten oppervla. Door deze toepassng, s het soms aangewezen om een rchtng te geven aan een oppervla, en men spreet dan van een vector van een oppervla. 5. Bepaal de utdrung van het moment van een racht F met betreng tot een punt P. Het moment M van F met betreng tot P heeft een lengte gel aan F vermengvuldgd met de afstand van P tot de rchtng van F. Dus, als r de vector s de P verbndt met de oorsprong Q van F: M = F (r sn ) = rf sn = r /\ F
11 Vectoren en scalaren: producten. Als we n P een urentreer plaatsen loodrecht op het vla van r en F, dan zal wanneer de racht zch utoefent de urentreer zch verplaatsen n de rchtng van r /\ F. Daarom s een gepast het moment te defnëren als de vector M = r /\ F. 6. Een vast lchaam draat rondom een as door O aan een hoesnelhed. Toon aan dat de (lneare) snelhed v van een punt P van het lchaam, met een postevector r, gegeven wordt door v = /\ r, waar de vector s met lengte waarvan de rchtng en de zn deze zn van de verplaatsng van een urentreer n de rchtng van de gegeven draang. Net unnen
12 Vectoren en scalaren: producten. SUPPLEMENTAIRE OEFENINGEN 55. Evalueer: (a). ( + ), (b) ( - ). ( + ), (c) ( + ). ( + - ). Antw.: (a) 0 (b) -6 (c) 56. Als A = + - en B = Bepaal: (a) A. B, (b) A, (c) B, (d) A+B, (e) (A + B). (A - B). Antw.: (a) -0 (b) 4 (c) 6 (d) 50 (e) Bepaal de hoe gevormd door: (a) A = en B = (b) C = en D = Antw. : (a) 90 (b) arc cos 8/ = 6 6' 58. Voor wele waarden van a staan A = a - + en B = a + a - 4 loodrecht op elaar? Antw. : a =, Bepaal de scherpe hoeen de de rechte vormt de gaat door de punten (, -, ) en (, -5, ) met de coördnaatassen. Antw. : arc cos /, arc cos /, arc cos / of 48 ', 48 ', 0 '. 60. Bepaal de rchtngscosnussen van de rechte gaande door de punten (,, -4) en (, -, ). Antw. : /, /, -6/ of -/, -/, 6/. 6. Twee hoeen van een drehoe worden gevormd door de vectoren A = en B = Bepaal de hoeen van de drehoe. Antw.: arc cos / 5, arc cos 6/ 5, 90 of 6 4', 5 56', De dagonalen van een parallellogram worden gegeven door A = en B = Toon aan dat het parallellogram een rut s en bepaal de lengte van de zden en de grootte van de hoeen. Antw. : 5 /, arc cos /5, 80 - arc cos /5 of 4,; 8'; 0 5'. 6. Bepaal de proecte van de vector op de vector + +. Antw. : 8/. 64. Bepaal de proecte van de vector op de rechte gaande door de punten (,, -) en ( -, -4, ). Antw.:. 65. Als A = en B = - + -, bepaal dan een eenhedsvector loodrecht op zowel A als B. Antw.: ±( - - )/. 66. Bepaal de scherpe hoe gevormd door twee dagonalen van een ubus. Antw. : *arcsn / of 0 '. 6. Vnd een eenhedsvector evenwdg aan het vla xy en loodrecht op de vector Antw. : ±( + 4)/ Toon aan dat A = ( - + )/, B = ( + + )/ en C = ( + - )/ eenhedsvectoren zn de twee aan twee loodrecht op elaar staan. 69. Bepaal het wer verrcht door een voorwerp n bewegng op een rechte vanaf het punt (,, -) tot aan het punt (, -,4) n een rachtenveld gegeven door F = Antw : Bereen el van de volgende utdrungen: (a) /\ ( -4), (b) ( + ) /\, (c) ( - 4) /\ ( + ), (d) (4 + - ) /\ ( + ), (e) ( + - ) /\ ( - + 4). Antw.: (a) -8-6, (b) -, (c) , (d) - 0 -, (e) Als A = - - en B = + +, bepaal dan: (a) A /\ B, (b) (A+B) /\(A - B), (c) (A + B) /\ (A - B). Antw. : (a) 95. (b) , (c) Als A = + - en B = - +, vnd dan een vector met lengte 5 loodrecht op zowel A als op B. Antw. : 5( )/( + + ).
13 Vectoren en scalaren: producten. EN NOG WAT OEFENINGEN (UIT EEN VORIGE CURSUS) Vnd de (scherpe) hoe tussen de dagonalen van een verhoe met als hoepunten (0,0,0), (,,0), (4,6,0) en (,,0). Antw.: = 8 5' Een drehoe heeft de hoepunten A(,,-), B(-,,) en C(,-,). Vnd de lengte van de zwaarteln tegenover de zde AB. Vnd de proecte van de vector A = - + op de vector B = Antw.: Een eenhedsvector e B 4 4 gercht volgens B s e = (4-4 + )/9. De proecte van A op de vector B B 4 ( 4) wordt A.e = ( - + )(4-4 + )/9 = 9/9. Vnd een eenhedsvector n de rchtng van de resultante van de vectoren A = - +, B = + + en C = Antw.: )/89. Bereen (A+B)(A-B) als A = en B = + -. Antw.: 4. Bereen a zodang dat A = en B = + a - orthogonaal zn. Antw.: a =-4/. Als A = + +, B = - + en C = - 4 +, vnd dan de proecte van A + C n de rchtng van B. Antw.: /. Een drehoe heeft hoepunten A(,,), B(-,,) en C(,-,). Vnd de cosnus van de scherpe hoe de de zwaarteln t. o. v. AC maat met de zde BC. Antw.: cos = 9/4. Als A = - + en A = +, vnd dan AB. Antw.: AB = = Vnd (A+B)(A-B) als A = + en B = + -. Antw.: 5. Vnd een eenhedsvector loodrecht op de vla van de vectoren en A = en B = + -. Antw.: (+)/5. Illustreer de gelhed: AB = -BA n een teenng met een numere voorbeeld. Toon met een voorbeeld aan dat het vectoreel product van vectoren net noodzael assocatef s.
Statica in een notendop
Statca n een notendop Systematsche Probleem Analyse (SPA) 1. Gegevens: Lees de vraag goed door. Maak een schematsche tekenng van het probleem. 2. Gevraagd: Schrjf puntsgewjs alle dngen op waar naar gevraagd
Nadere informatieDossier 4 VECTOREN. Dr. Luc Gheysens. bouwstenen van de lineaire algebra
Dossier 4 VECTOREN bouwstenen van de lineaire algebra Dr. Luc Gheysens 1 Coördinaat van een vector In het vlak π 0 is het punt O de oorsprong en de punten E 1 en E 2 zijn zodanig gekozen dat OE 1 OE 2
Nadere informatie1 Rekenen met complexe getallen
Rekenen met complexe getallen In dt hoofdstuk leer je rekenen met complexe getallen. Ze vormen een getallensysteem dat een utbredng s van het bekende systeem van de reële getallen. Je leert ook hoe je
Nadere informatieSAMENSTELLEN EN ONTBINDEN VAN SNIJDENDE KRACHTEN
II - 1 HOODSTUK SAMENSTELLEN EN ONTBINDEN VAN SNIJDENDE KRACHTEN Snijdende (of samenlopende) krachten zijn krachten waarvan de werklijnen door één punt gaan..1. Resultante van twee snijdende krachten Het
Nadere informatieOEFENTOETS VWO B DEEL 3
OEFENTOETS VWO B DEEL 3 HOOFDSTUK 0 MEETKUNDE MET VECTOREN OPGAVE Gegeven zijn de vectoren a, b en c die vanuit O de hoekpunten van driehoek ABC aanwijzen. Het punt P is het midden van AB, het punt Q is
Nadere informatieMeetkundige berekeningen
Meetundige bereeningen 0. voorennis Sinus, cosinus en tangens De sinusregel In ele driehoe ABC geldt de sinusregel: sin cos B = c b B = c a tan B = a b Afspraa Bij het bereenen van een hoe geef je het
Nadere informatieVectormeetkunde in R 3
Vectormeetkunde in R Definitie. Een punt in R wordt gegeven door middel van drie coördinaten : P = (x, y, z). Een lijnstuk tussen twee punten P en Q voorzien van een richting noemen we een pijltje. Notatie
Nadere informatieOpgave 1 Bekijk de Uitleg, pagina 1. Bekijk wat een vectorvoorstelling van een lijn is.
3 Lijnen en hoeken Verkennen Lijnen en hoeken Inleiding Verkennen Bekijk de applet en zie hoe de plaatsvector v ur van elk punt A op de lijn kan ur r ontstaan als som van twee vectoren: p + t r. Beantwoord
Nadere informatie1. INLEIDING: DE KOERS VAN EEN BOOT
KLAS 4N VECTOREN . INLEIDING: DE KOERS VAN EEN BOOT. Boot vaart van Roe naar Tui via Rul. De koersgegevens zijn: van Roe naar Rul: 0, 5 km van Rul naar Tui: 40, 5 km a. Wat zijn de koersgegevens als de
Nadere informatieIII (vervolg) Lineaire Transformaties in R
III (vervolg) Lineaire Transformaties in R III.7 a Opmeringen over dit hoofdstu Oorspronelij waren de volgende paragrafen deel van hoofdstu III. De bedoeling ervan is om na te gaan hoe binnen het ader
Nadere informatie2 Vectorrekening - D. Aerts, P. Bueken, D. Luyckx, C. Reynaerts
ÀÓ Ö Ú ÖØ ÓÓÐ ÒØÛ ÖÔ Ò ÙÐØ Ø Ï Ø Ò ÔÔ Ò Î ÖÓ Ô ÌÓ Ô Ø Ò Ü Ø Ï Ø Ò ÔÔ Ò Î ØÓÖÖ Ò Ò º ÖØ Èº Ù Ò º ÄÙÝ Ü º Ê ÝÒ ÖØ HZS-OE5-NW142 (suppl.) - Reeks 2 Eerste jaar Bachelor Nautische Wetenschappen Versie 14.4
Nadere informatieMore points, lines, and planes
More points, lines, and planes Make your own pictures! 1. Lengtes en hoeken In het vorige college hebben we het inwendig product (inproduct) gedefinieerd. Aan de hand daarvan hebben we ook de norm (lengte)
Nadere informatieAnalytische Meetkunde. Lieve Houwaer, Unit informatie, team wiskunde
Analytische Meetkunde Lieve Houwaer, Unit informatie, team wiskunde . VECTOREN EN RECHTEN.. Vectoren... Het vectorbegrip De verzameling punten van het vlak noteren we door π. Kies in het vlak π een vast
Nadere informatieZomercursus Wiskunde. Katholieke Universiteit Leuven Groep Wetenschap & Technologie. September 2008
Katholieke Universiteit Leuven September 008 Algebraïsch rekenen (versie 7 juni 008) Inleiding In deze module worden een aantal basisrekentechnieken herhaald. De nadruk ligt vooral op het symbolisch rekenen.
Nadere informatieBij opwarmen ontstaat een normale isotrope vloeibare. Bij afkoelen van een vloeibaar kristal ontstaat een
Vloebaar-krstal schermen Wat s een vloebaar krstal? Wat jn de bouwstenen? Optsche egenschappen van vloebare krstallen. en vloebaar krstal n een aangelegd elektrsch veld. Vloebaar-krstal cellen en vloebaar
Nadere informatieBlok 5 - Vaardigheden
Extra oefening - Basis B-a De richtingscoëfficiënt is 7 = 8 =. 7 x = en y = 7 invullen in y = x + b geeft 7 = + b 7 = + b dus b =. Een vergelijking is y = x. b De richtingscoëfficiënt is =. 8 5 x = 8 en
Nadere informatie25 JAAR VLAAMSE WISKUNDE OLYMPIADE. De slechtst beantwoorde vragen in de eerste ronde per jaar
25 JAAR VLAAMSE WISKUNDE OLYMPIADE De slechtst beantwoorde vragen in de eerste ronde per jaar Samenstelling en lay-out: Daniël Tant Luc Gheysens Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. VWO 1 1986 Vraag 17 Een
Nadere informatieDriehoeksongelijkheid en Ravi (groep 1)
Driehoeksongelijkheid en Ravi (groep 1) Trainingsdag 3, april 009 Driehoeksongelijkheid Driehoeksongelijkheid Voor drie punten in het vlak A, B en C geldt altijd dat AC + CB AB. Gelijkheid geldt precies
Nadere informatie1 Gedeelde differenties
Inhoudsopgave Gedeelde dfferentes Verband met de nterpolerende veelterm 2 Een explcete formule 2 3 Verband met afgeleden 3 4 Verband met de nterpolerende veelterm van Newton 4 5 Productformule (formule
Nadere informatieis gelijk aan de open-klemmen spanning van het netwerk. De impedantie Z th
3 Ladngseffecten treden ten eerste op wanneer een gegeven element ut het systeem de karakterstek van een vorg element beïnvloedt of wjzgt. Op haar beurt kunnen de egenschappen van dt element gewjzgd worden
Nadere informatieBewerkingen met krachten
21 Bewerkingen met krachten Opgeloste Vraagstukken 2.1. Bepaal het moment van de kracht van 2N uir Fig. 2-3 rond het punt O. Laat de loodrechte OD neer vanuit O op de rechte waarlangs de kracht van 2N
Nadere informatieZomercursus Wiskunde. Module 1 Algebraïsch rekenen (versie 22 augustus 2011)
Katholieke Universiteit Leuven September 011 Module 1 Algebraïsch rekenen (versie augustus 011) Inhoudsopgave 1 Rekenen met haakjes 1.1 Uitwerken van haakjes en ontbinden in factoren............. 1. De
Nadere informatieExtra oefeningen: de cirkel
Extra oefeningen: de cirkel 1. Gegeven een cirkel met middelpunt M en straal r 5 cm en. De lengte van de raaklijnstukken PA PB uit een punt P aan deze cirkel bedraagt 1 cm. Bereken de afstand PM. () PAM
Nadere informatie1 Coördinaten in het vlak
Coördinaten in het vlak Verkennen Meetkunde Coördinaten in het vlak Inleiding Verkennen Beantwoord de vragen bij Verkennen. (Als je er niet uitkomt, ga je gewoon naar de Uitleg, maar bekijk het probleem
Nadere informatieCursus analytische meetkunde
Cursus analytische meetkunde René Déscartes 3 mei 596 La Haye en Touraine (Frankrijk) februari 650 Stockholm (Zweden) Cursus analytische meetkunde Sven Mettepenningen ) Herhaling a) Vectoren Definities
Nadere informatieRuimtemeetkunde. (
Ruimtemeetkunde (http://wwwboredpandacom/3d-lines-notepad-drawings-5-years-old-joao-carvalho/) ) Herhaling a) Grondbegrippen en notaties In de ruimtemeetkunde zijn de bouwstenen punten, rechten en vlakken
Nadere informatieIV Eigenvectoren en Eigenwaarden bij Lineaire
IV Eigenvectoren en Eigenwaarden bij Lineaire Transformaties in R IV0 Meetundige inleiding: delijnen en eigenvectoren Bij veel toepassingen van de Gauss-Jordan methode gaat men uit van de delijnen van
Nadere informatie1 Cartesische coördinaten
Cartesische coördinaten Verkennen www.math4all.nl MAThADORE-basic HAVO/VWO 4/5/6 VWO wi-d Analytische Meetkunde Cartesische coördinaten Inleiding Verkennen Beantwoord de vragen bij Verkennen. (Als je er
Nadere informatieUitwerkingen Rekenen met cijfers en letters
Uitwerkingen Rekenen met cijfers en letters Maerlant College Brielle 5 oktober 2009 c Swier Garst - RGO Middelharnis 2 Inhoudsopgave Rekenen met gehele getallen 7. De gehele getallen.....................................
Nadere informatieWI1808TH1/CiTG - Lineaire algebra deel 1
WI1808TH1/CiTG - Lineaire algebra deel 1 College 1 8 september 2016 1 Even voorstellen Theresia van Essen Universitair docent bij Technische Wiskunde j.t.vanessen@tudelft.nl Slides op http://homepage.tudelft.nl/v9r7r/
Nadere informatieNATUURLIJKE, GEHELE EN RATIONALE GETALLEN
II NATUURLIJKE, GEHELE EN RATIONALE GETALLEN Iedereen ent getallen: de natuurlije getallen, N = {0,1,2,3,...}, gebruien we om te tellen, om getallen van elaar af te unnen treen hebben we de gehele getallen,
Nadere informatieDe n-dimensionale ruimte Arjen Stolk
De n-dimensionale ruimte Arjen Stolk In het vorige college hebben jullie gezien wat R 2 (het vlak) is. Een vector v R 2 is een paar v = (x,y) van reële getallen. Voor vectoren v = (a,b) en w = (c,d) in
Nadere informatie2004 Gemeenschappelijke proef Algebra - Analyse - Meetkunde - Driehoeksmeting 14 vragen - 2:30 uur Reeks 1 Notatie: tan x is de tangens van de hoek x, cot x is de cotangens van de hoek x Vraag 1 In een
Nadere informatieVlakke meetkunde. Module 6. 6.1 Geijkte rechte. 6.1.1 Afstand tussen twee punten. 6.1.2 Midden van een lijnstuk
Module 6 Vlakke meetkunde 6. Geijkte rechte Beschouw een rechte L en kies op deze rechte een punt o als oorsprong en een punt e als eenheidspunt. Indien men aan o en e respectievelijk de getallen 0 en
Nadere informatieStelling 1.5 Geven isometrieën J 1 en J 2 hetzelfde beeld in drie punten die niet op één lijn liggen, dan zijn ze identiek. Bewijs. De isometrie J 1 2
Lesbrief 8 Isometrieën 1 Inleiding Een één-éénduidige afbeelding van het vlak op zichzelf heet een transformatie van het vlak. Als T 1 en T 2 transformaties zijn, wordt de transformatie T 1 gevolgd door
Nadere informatieToegepaste wiskunde. voor het hoger beroepsonderwijs. Deel 2 Derde, herziene druk. Uitwerking herhalingsopgaven hoofdstuk 3
Drs. J.H. Blanespoor Drs. C. de Joode Ir. A. Slujter Toegepaste wsunde voor het hoger beroepsonderwjs Deel Derde, herene dru Utwerng herhalngsopgaven hoofdstu HButgevers, Baarn Toegepaste wsunde, deel
Nadere informatieMeetkundige Ongelijkheden Groep 2
Meetkundige Ongelijkheden Groep Trainingsweek Juni 009 1 Introductie We werken hier met ongeoriënteerde lengtes en voor het gemak laten we de absoluutstrepen weg. De lengte van een lijnstuk XY wordt dus
Nadere informatie7.1 Grafieken en vergelijkingen [1]
7.1 Grafieken en vergelijkingen [1] Voorbeeld: Getekend zijn de grafieken van y = x 2 4 en y = x + 2. De grafieken snijden elkaar in de punten A(-2, 0) en B(3, 5). Controle voor x = -2 y = x 2 4 y = x
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Facultet Technsche Natuurkunde Tentamen Optca 3NA7 Dnsdag 16 augustus 211 van 14. tot 17. uur Dt tentamen bestaat ut 4 vraagstukken met n totaal 1 deelopgaven en 2 pagna
Nadere informatieMeetkundige ongelijkheden Groep A
Meetkundige ongelijkheden Groep A Oppervlakteformules, sinus- & cosinusregel, de ongelijkheid van Euler Trainingsweek, juni 011 1 Oppervlakteformules We werken hier met ongeoriënteerde lengtes en voor
Nadere informatieVectoranalyse voor TG
college 6 van een vectorveld collegejaar college build slides Vandaag : : : : 14-15 6 22 september 214 51 1 2 3 4 5 Gradiënt van een vectorveld 1 VA vandaag Section 16.2 Hoofdstu 4 Definitie Een vectorveld
Nadere informatieuuur , DF en DB met kentallen. b) Laat zien door twee keer de stelling van Pythagoras in een rechthoekige uuur
4 Van D naar 3D Verkennen Van D naar 3D Inleiding Verkennen Bekijk de applet. Met de rechter muisknop kun je het assenstelsel om de oorsprong draaien en de fig van alle kanten bekijken. Beantwoord nu de
Nadere informatieHoofdstuk 1 LIJNEN IN. Klas 5N Wiskunde 6 perioden
Hoofdstuk LIJNEN IN Klas N Wiskunde 6 perioden . DE VECTORVOORSTELLING VAN EEN LIJN VOORBEELD. Gegeven zijn de punten P (, ) en Q (, 8 ). Gevraagd: de vectorvoorstelling van de lijn k door P en Q. Methode:
Nadere informatieLineaire Algebra TW1205TI. I.A.M. Goddijn, Faculteit EWI 12 februari 2014
Lineaire Algebra TW1205TI, 12 februari 2014 Contactgegevens Mekelweg 4, kamer 4.240 tel : (015 27)86408 e-mail : I.A.M.Goddijn@TUDelft.nl homepage : http: //fa.its.tudelft.nl/ goddijn blackboard : http:
Nadere informatieWiskundige Technieken
1ste Bachelor Ingenieurswetenschappen 1ste Bachelor Fysica en Sterrenkunde Academiejaar 014-015 1ste semester 1 oktober 014 Wiskundige Technieken 1. Beschouw een scalaire functie f : R R en een vectorveld
Nadere informatieHoofdstuk 6 : Projectie en Stelling van Thales
Hoofdstuk 6 : Projectie en Stelling van Thales - 127 1. Projectie op een rechte (boek pag 175) x en y zijn twee... rechten. We trekken door het punt A een evenwijdige rechte met de rechte y en noemen het
Nadere informatieWiskunde klas 3. Vaardigheden. Inhoudsopgave. 1. Breuken 2. 2. Gelijksoortige termen samennemen 3. 3. Rekenen met machten 3. 4. Rekenen met wortels 4
Vaardigheden Wiskunde klas Inhoudsopgave. Breuken. Gelijksoortige termen samennemen. Rekenen met machten. Rekenen met wortels. Algebraïsche producten 6. Ontbinden in factoren 6 7. Eerstegraads vergelijkingen
Nadere informatie8.1 Herleiden [1] Herleiden bij vermenigvuldigen: -5 3a 6b 8c = -720abc 1) Vermenigvuldigen cijfers (let op teken) 2) Letters op alfabetische volgorde
8.1 Herleiden [1] Herleiden bij vermenigvuldigen: -5 3a 6b 8c = -720abc 1) Vermenigvuldigen cijfers (let op teken) 2) Letters op alfabetische volgorde Optellen: 5a + 3b + 2a + 6b = 7a + 9b 1) Alleen gelijksoortige
Nadere informatieLaat men ook transversalen toe buiten de driehoek, dan behoren bij één waarde van v 1 telkens twee transversalen l 1 en l 2. Men kan ze onderscheiden
Lesbrief 6 Meetkunde 1 Hoektransversalen in een driehoek ABC is een driehoek. Een lijn l door een hoekpunt A van de driehoek heet een hoektransversaal van A. We zullen onderzoeken onder welke voorwaarden
Nadere informatieAppendix MoMe Een mooi voorbeeld van mooie meetkunde Dick Klingens oktober 2016
Appendix MoMe Een mooi voorbeeld van mooie meetkunde Dick Klingens oktober 016 1. Vermenigvuldiging Een belangrijke transformatie (meetkundige afbeelding) is de vermenigvuldiging. Het is een afbeelding
Nadere informatieLineaire Algebra voor ST
Lineaire Algebra voor ST docent: Judith Keijsper TUE, HG 9.31 email: J.C.M.Keijsper@tue.nl studiewijzer: http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/2ds06 Technische Universiteit Eindhoven college 4 J.Keijsper
Nadere informatie3.1 Haakjes wegwerken [1]
3.1 Haakjes wegwerken [1] Oppervlakte rechthoek (Manier 1): Opp. = l b = (a + b) c = (a + b)c Oppervlakte rechthoek (Manier 2): Opp. = Opp. Groen + Opp. Rood = l b + l b = a c + b c = ac + bc We hebben
Nadere informatie2. Waar of vals: Als een rechte a evenwijdig is met een vlak α en dat vlak staat loodrecht op een vlak β dan staat a loodrecht op β.
1 Synthetische RM 1. (a) Geef de definitie van de loodrechte stand van twee vlakken. (b) Geen stellingen die voorwaarden uitdrukken opdat twee vlakken orthogonaal zijn. (c) Steun op 1a of 1b om te bewijzen
Nadere informatieOverview. Goniometrie. Goniometrie. Loodrechte Deelruimten. Vergelijkingen en Loodrechte Projecties
College WisCKI Albert Visser Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University 9 december, 202 Overview 2 Overview 2 Overview 2 Overview 3 Cosinuswet Stel we hebben een driehoek ABC. Stelling
Nadere informatie1. Vectoren in R n. y-as
1. Vectoren in R n Vectoren en hun meetkundige voorstelling. Een vector in R n is een rijtje (a 1, a 2,..., a n ) van reële getallen. De getallen a i heten de coördinaten van de vector. In het speciale
Nadere informatieMatrixalgebra (het rekenen met matrices)
Matrixalgebra (het rek met matrices Definitie A a a n a a n a m a mn is e (m n-matrix Hierbij is m het aantal rij van A n het aantal kolomm (m n noemt m de afmeting( van de matrix A We noter vaak kortweg
Nadere informatieVlakke Meetkunde Ruimtemeetkunde. Meetkunde. 1 december 2012. Meetkunde
Vlakke Ruimtemeetkunde 1 december 2012 Vlakke Ruimtemeetkunde 1 Vlakke Vectoren Vergelijking van een rechte 2 Ruimtemeetkunde Vectoren Vergelijking van een vlak Vergelijkingen van een rechte Vlakke Ruimtemeetkunde
Nadere informatiewiskunde B havo 2019-I
Formule van Wilson maximumscore Uitgaande van gelijke temperatuur en diepte wordt het verschil in snelheid dus bepaald door het verschil in zoutgehalte Er geldt: v =,9( 7 5),9( 5) Het gevraagde verschil
Nadere informatie1 Introductie. 2 Oppervlakteformules
Introductie We werken hier met ongeoriënteerde lengtes en voor het gemak laten we de absoluutstrepen weg. De lengte van een lijnstuk XY wordt dus ook weergegeven met XY. Verder zullen we de volgende notatie
Nadere informatieWI1808TH1/CiTG - Lineaire algebra deel 1
WI1808TH1/CiTG - Lineaire algebra deel 1 College 6 26 september 2016 1 Hoofdstuk 3.1 en 3.2 Matrix operaties Optellen van matrices Matrix vermenigvuldigen met een constante Matrices vermenigvuldigen Machten
Nadere informatieVectoranalyse voor TG
college 2 Ruimte en oppervlakken collegejaar : 18-19 college : 2 build : 5 september 2018 slides : 25 Vandaag Ruimte 1 Vectoren in R 3 recap 2 Oppervlakken 3 Ruimte 4 1 intro VA Voorkennis uit Ruimtewiskunde
Nadere informatieLineaire Algebra voor ST
Lineaire Algebra voor ST docent: Judith Keijsper TUE, HG 9. email: J.C.M.Keijsper@tue.nl studiewijzer: http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/ds6 Technische Universiteit Eindhoven college 9 J.Keijsper (TUE)
Nadere informatieRekenen met cijfers en letters
Rekenen met cijfers en letters Maerlant College Brielle 5 oktober 009 c Swier Garst - RGO Middelharnis Inhoudsopgave Rekenen met gehele getallen 7. De gehele getallen.....................................
Nadere informatie44 De stelling van Pythagoras
44 De stelling van Pythagoras Verkennen Pythagoras Uitleg Je kunt nu lezen wat de stelling van Pythagoras is. In de applet kun je de twee rode punten verschuiven. Opgave 1 a) Verschuif in de applet punt
Nadere informatieCombinatoriek groep 2
Combatore groep Mx: ducte, ladeprcpe, bomaalcoëffcëte, paaseereprcpe Tragsweeed ovember 015 Theore De opgave deze hadout hebbe allemaal wat te mae met éé of meer va oderstaade oderwerpe Belagrj bj het
Nadere informatie8.1 Herleiden [1] Herleiden bij vermenigvuldigen: -5 3a 6b 8c = -720abc 1) Vermenigvuldigen cijfers (let op teken) 2) Letters op alfabetische volgorde
8.1 Herleiden [1] Herleiden bij vermenigvuldigen: -5 3a 6b 8c = -720abc 1) Vermenigvuldigen cijfers (let op teken) 2) Letters op alfabetische volgorde Optellen: 5a + 3b + 2a + 6b = 7a + 9b 1) Alleen gelijksoortige
Nadere informatieIMO-selectietoets I vrijdag 6 juni 2014
IMO-selectietoets I vrijdag 6 juni 04 NEDERLANDSE W I S K U N D E OLYMPIADE Uitwerkingen Opgave. Bepaal alle paren (a, b) van positieve gehele getallen waarvoor a + b a b + a en b a ab + b. Oplossing.
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Wiskunde en Informatica. Examen Neurale Netwerken (2L490), op woensdag 28 juni 2006, uur.
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Facultet Wskunde en Informatca Examen Neurale Netwerken 2L49, op woensdag 28 jun 26, 9. - 2. uur. Alle antwoorden denen dudeljk geformuleerd en gemotveerd te worden..
Nadere informatieMechanica, deel 2. Daniël Slenders Faculteit Ingenieurswetenschappen Katholieke Universiteit Leuven
Mechanca, deel 2 Danël Slenders Facultet Ingeneurswetenschappen Katholeke Unverstet Leuven Academejaar 2010-2011 Knematca De knematca beschrjft de bewegng van een voorwerp. Samenstellng van ogenblkkeljke
Nadere informatieOefenopgaven Stelling van Pythagoras.
Oefenopgaven Stelling van Pythagoras. 1. Teken een assenstelsel met daarin de punten A(2,5), B(5,2) en C(9,6). A. Bereken AB, BC en CD. B. Laat door middel van berekening zien dat hoek B van driehoek ABC
Nadere informatieStatica(WB/MT) college 4 Moment, uitprodukt. Guido Janssen
Statica(WB/MT) college 4 Moment, uitprodukt Guido Janssen G.c.a.m.janssen@tudelft.nl Toets 3, vraag 9 Toets 3 vraag 9 F AC max =1500N F AB max =1250N + å F = 0 x + åf y = 0 æ 3 F AB cos45 - F AC ç ö è
Nadere informatieSymbolen in de cursus. Inhoudsopgave
Vectoren 1 Symbolen in de cursus Fysica wiskunde Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Herhaling... 3 Hoofdstuk 2: Vrije vectoren in de wiskunde... 4 Hoofdstuk 3: Gebonden vectoren in de fysica... 10 Hoofdstuk 4:
Nadere informatieMassa punten. Hector Mommaerts
Massa punten Hector Mommaerts 2 Hoofdstuk 1 Definities Een massa punt is een paar (n, P ), waarbij n een positief getal is en het gewicht genoemd wordt en waarbij P een punt is. Soms gebruikt men ook de
Nadere informatie-- III De variatiemethode berust voor de grondtoestand op het volgende theorema:
-- III - 1 - HOOFDSTUK III VARIATIEREKENING Alleen voor enele zeer eenvoudige systemen an de Schrödinger Vergeliing exact worden opgelost, in alle andere gevallen moeten benaderingen worden toegepast.
Nadere informatieVlakke Meetkunde Goniometrie
Vlakke Meetkunde Goniometrie L. Van Maldeghem Cursus voor de tweede graad Latijn-Wiskunde, Economie-Wiskunde en Moderne Talen-Wiskunde 2 Hoofdstuk 1 Het euclidische vlak 1.1 Herhaling 1.1.1 Het begrip
Nadere informatieRuimtemeetkunde deel 1
Ruimtemeetkunde deel 1 1 Punten We weten reeds dat Π 0 het meetkundig model is voor de vectorruimte R 2. We definiëren nu op dezelfde manier E 0 als meetkundig model voor de vectorruimte R 3. De elementen
Nadere informatieIJkingstoets burgerlijk ingenieur september 2014: algemene feedback
IJkingstoets burgerlijk ingenieur 5 september 204 - reeks 2 - p. IJkingstoets burgerlijk ingenieur september 204: algemene feedback In totaal namen 286 studenten deel aan de ijkingstoets burgerlijk ingenieur
Nadere informatieIJkingstoets burgerlijk ingenieur september 2014: algemene feedback
IJkingstoets burgerlijk ingenieur 5 september 204 - reeks 3 - p. IJkingstoets burgerlijk ingenieur september 204: algemene feedback In totaal namen 286 studenten deel aan de ijkingstoets burgerlijk ingenieur
Nadere informatieNoordhoff Uitgevers bv
V-1a c d e 1 Voorkennis D C B N A K L Vierhoek ABCD is een vierkant. Vierhoek KLMN is een rechthoek en vierhoek PQRS is een parallellogram. De oppervlakte van vierhoek KLMN is 7 3 4 = 8 roostervierkantjes.
Nadere informatieCombinatoriek-mix groep 2
Combatore-mx groep Tragsweeed, ovember 0 Theore De opgave deze hadout hebbe allemaal wat te mae met éé of meer va oderstaade oderwerpe Belagrj bj het mae va opgave s om et allee de theore de je et goed
Nadere informatieDifferentiequotiënten en Getallenrijen
Lesbrief 4 Binomiaalcoëfficiënten, Differentiequotiënten en Getallenrijen Binomiaalcoëfficiënten Het is beend dat (a + b 2 = a 2 + 2ab + b 2 en dat (a + b 3 = a 3 + 3a 2 b + 3ab 2 + b 3. In het algemeen
Nadere informatieIJkingstoets burgerlijk ingenieur september 2014: algemene feedback
IJkingstoets burgerlijk ingenieur 5 september 204 - reeks 4 - p. IJkingstoets burgerlijk ingenieur september 204: algemene feedback In totaal namen 286 studenten deel aan de ijkingstoets burgerlijk ingenieur
Nadere informatieRuimtewiskunde. college. Het inwendig- en het uitwendig product. Vandaag. Hoeken Orthogonaliteit en projecties. Toepassing: magnetische velden
college 2 - en het uitwendig collegejaar college build slides Vandaag : : : : 6-7 2 30 mei 207 30 2 3 4 5 Hoeken Orthogonaliteit en projecties Toepassing: magnetische velden.6-7[2] vandaag meetkundig Section
Nadere informatieSymbolen in de cursus. Inhoudsopgave
Vectoren 1 Symbolen in de cursus Fysica wiskunde Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Herhaling... 3 Hoofdstuk 2: Vrije vectoren in de wiskunde... 4 Hoofdstuk 3: Gebonden vectoren in de fysica... 10 Hoofdstuk 4:
Nadere informatieCollege WisCKI. Albert Visser. 5 december, Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University. Lijn, Vlak, etc.
College WisCKI Albert Visser Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University 5 december, 2012 1 Overview 2 Overview 2 Overview 2 Overview 2 Overview 3 Vectorvoorstelling Lijn: x = b +
Nadere informatieNoordhoff Uitgevers bv
58 Voorkennis V-1a /A 5 74, /B 1 5 18 en /D 1 5 88 /A 1 /B 1 1 /D 1 5 74 1 18 1 88 5 180 c /B 2 5 104, /C 5 55 en /D 2 5 21 d /B 5 /B 1 1 /B 2 5 18 1 104 5 122 en /D 5 /D 1 1 /D 2 5 88 1 21 5 109, dus
Nadere informatieIJkingstoets burgerlijk ingenieur september 2014: algemene feedback
IJkingstoets burgerlijk ingenieur 5 september 204 - reeks - p. IJkingstoets burgerlijk ingenieur september 204: algemene feedback In totaal namen 286 studenten deel aan de ijkingstoets burgerlijk ingenieur
Nadere informatieVectoranalyse voor TG
college en scalarelden in R Vandaag collegejaar college build slides : : : : 4-5 7 augustus 4 33 Coördinatenstelsels in R VA andaag Voorkennis Zelf bestuderen uit.,. en.3: ptellen en scalair ermeniguldigen
Nadere informatieCollege WisCKI. Albert Visser. 28 november, Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University. Lijn, Vlak, etc.
College WisCKI Albert Visser Department of Philosophy, Faculty Humanities, Utrecht University 28 november, 2012 1 Overview 2 Overview 2 Overview 2 Overview 3 Vectorvoorstelling Lijn: x = b + λa. b is steunvector
Nadere informatie14.1 Vergelijkingen en herleidingen [1]
4. Vergelijkingen en herleidingen [] Er zijn vier soorten bijzondere vergelijkingen: : AB = 0 => A = 0 of B = 0 ( - 5)( + 7) = 0-5 = 0 of + 7 = 0 = 5 of = -7 : A = B geeft A = B of A = - B ( ) = 5 ( )
Nadere informatieBerekenen van dynamisch evenwicht
Bereenen van dynamisch evenwicht Voor het bereenen van dynamische evenwichten zijn er verscheidene methodes. De meest beende zijn het gebrui van traagheidsreacties. Deze traagheidsreacties unnen verder
Nadere informatieIJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 1 juli 2015 Oplossingen
IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 1 juli 15 Oplossingen IJkingstoets wiskunde-informatica-fysica 1 juli 15 - p. 1/1 Oefening 1 Welke studierichting wil je graag volgen? (vraag zonder score, wel
Nadere informatieWISKUNDE-ESTAFETTE RU 2006 Antwoorden
WISKUNDE-ESTAFETTE RU 2006 Antwoorden 1 V 1 8 en 12 V 2 7 en 11 V 3 6 en 10 V 4 5 en 9 2 5040 opstellingen 3 De zijde is 37 4 α = 100 5 10, 2 liter 6 De volgorde is 2, 5, 3, 4, 1 7 30 euro 8 De straal
Nadere informatie4.1 Rekenen met wortels [1]
4.1 Rekenen met wortels [1] Rekenregels voor wortels: 1) A B AB met A 0 en B 0 A A 2) met A 0 en B 0 B B 3) A 2 A Voorbeeld 1: 2 3 23 6 Voorbeeld 2: 9 9 3 3 3 1 4.1 Rekenen met wortels [1] Voorbeeld 3:
Nadere informatieAppendix Een driehoek en twee vierkanten DICK KLINGENS ( november 2016
Appendix Een driehoek en twee vierkanten DICK KLINGENS (e-mail: dklingens@gmail.com) november 2016 1. Twee andere bewijzen van stelling 2 Zie voor beide andere bewijzen toch ook figuur 3a in het artikel.
Nadere informatie1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste Ronde.
Vlaamse Wiskunde Olympiade 995 996 : Eerste Ronde De eerste ronde bestaat uit 30 meerkeuzevragen, opgemaakt door de jury van VWO Het quoteringssysteem werkt als volgt : een deelnemer start met 30 punten
Nadere informatieWiskunde Opdrachten Pythagoras
Wiskunde Opdrachten Pythagoras Opdracht 1. Teken een assenstelsel met daarin de punten A(2,5), B(5,2) en C(9,6). A. Bereken AB, BC en AC. B. Laat door middel van berekening zien dat hoek B van driehoek
Nadere informatie1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Tweede Ronde.
Vlaamse Wiskunde Olympiade 99-99 : Tweede Ronde De Vlaamse Wiskunde Olympiade vzw is een officiële foreign coordinator voor de welbekende AHSME-competitie (American High School Mathematics Examination
Nadere informatieZwaartepunten, traagheidsmomenten en verdeelde belasting
Zwaartepunten, traagedsmomenten en verdeelde belastng Opgeloste Vraagstukken 6.1 Een dunne draad lgt n de dredmensonale rumte en bestaat ut een kwadrant AB van een crkel samen met twee recte stukken BC
Nadere informatie1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Eerste ronde.
1 Vlaamse Wiskunde Olympiade 1998-1999: Eerste ronde De eerste ronde bestaat uit 30 meerkeuzevragen Het quoteringssysteem werkt als volgt: per goed antwoord krijgt de deelnemer 5 punten, een blanco antwoord
Nadere informatie