MORFOLOGIE VAN DE CONTRACTUELE TEWERKSTELLING BIJ DE VLAAMSE STEDEN EN GEMEENTEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MORFOLOGIE VAN DE CONTRACTUELE TEWERKSTELLING BIJ DE VLAAMSE STEDEN EN GEMEENTEN"

Transcriptie

1 B-Project MORFOLOGIE VAN DE CONTRACTUELE TEWERKSTELLING BIJ DE VLAAMSE STEDEN EN GEMEENTEN Ria Janvier Nancy Peeters Rapport D/2006/10106/

2

3 Morfologie van de contractuele tewerkstelling bij de Vlaamse steden en gemeenten B - PROJECT 2006 MORFOLOGIE VAN DE CONTRACTUELE TEWERKSTELLING BIJ DE VLAAMSE STEDEN EN GEMEENTEN ABSTRACT Contractuele tewerkstelling wint steeds meer aan belang binnen de lokale besturen. Nochtans is het juridische uitgangspunt in de sectorale akkoorden dat contractuele tewerkstelling de uitzondering vormt en beperkt moet blijven tot bepaalde welomschreven gevallen. De tewerkstelling op het lokale bestuursniveau is de laatste jaren dan ook onderwerp geweest van tal van studies. Deze studies resulteerden hoofdzakelijk in globale conclusies over de thematiek. Met ons onderzoek willen we meer diepgaand peilen naar de situatie en status van de contractanten in de Vlaamse steden en gemeenten. Vandaar onze focus op het ontwikkelen en analyseren van een databank met verfijnde gegevens over de contractanten, waarvan we de resultaten in dit rapport aan u voorstellen. Aan de basis van dit onderzoeksproject liggen drie onderzoeksvragen. Zet de trend van contractuele tewerkstelling zich door? Welke zijn typische eigenschappen van het contractuele personeel? Welke status is aan deze vorm van tewerkstelling verbonden? Het antwoord op deze vragen geeft een ander beeld dan het in de regelgeving uitgetekende raamwerk. Zowel qua personeelsaantallen als qua invulling van de contractuele betrekkingen in de plaatselijke besturen blijken de theorie en de werkelijkheid behoorlijk uit elkaar te liggen. In het eerste hoofdstuk belichten we de context van het onderzoek en de ontwikkeling van de databank Contractueel personeel in de Vlaamse steden en gemeenten. In de volgende twee hoofdstukken beschrijven we de resultaten van de analyse van de databank. Ria JANVIER & Nancy PEETERS 1

4 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen In eerste instantie bekijken we de contractuele tewerkstelling vanuit een globaal perspectief. Hoe verhouden de contractuele en de statutaire tewerkstelling zich tegenover elkaar? En hoe verhouden de verschillende stelsels van contractuele tewerkstelling zich onderling? Vervolgens gaan we dieper in op de situatie van de individuele contractanten en maken we een globaal profiel op van deze groep van gemeentelijk personeel. Wie zijn de contractanten? En wat doen ze? Deze vragen leren ons meer over de persoonskenmerken, de functie, het tewerkstellingsniveau, de (functionele) loopbaan en de arbeidsovereenkomsten van de contractantenpopulatie. Naast gelijkenissen onderzoeken we ook verschillen. Zo komen bij de tewerkstelling van vrouwelijke contractanten andere kenmerken op de voorgrond dan bij de tewerkstelling van hun mannelijke collega s. Daarnaast verdienen en krijgen ook de tewerkstellingsprogramma s een afzonderlijke plaats in onze studie. Door de gegevens over de contractanten verder uit te splitsen volgens de onderscheiden stelsels wordt immers duidelijk wat de impact is van de programma s op de (contractuele) tewerkstelling. Tot slot blijken zich opvallende verschillen af te tekenen tussen de individuele lokale besturen. Vooral de grootte en de sociaal-economische situatie van het gemeentebestuur liggen aan de basis van de diversiteit. Daarnaast verschillen de gemeentebesturen in sommige facetten van contractuele tewerkstelling ook volgens de regio waar ze gelegen zijn. 2 SBOV-project 2006

5 Morfologie van de contractuele tewerkstelling bij de Vlaamse steden en gemeenten B - PROJECT 2006 MORFOLOGIE VAN DE CONTRACTUELE TEWERKSTELLING BIJ DE VLAAMSE STEDEN EN GEMEENTEN WOORD VOORAF In de lokale sector bewegen statutaire en contractuele tewerkstelling zich al geruime tijd in een spanningsveld. Enerzijds is er het uitgangspunt van het statuut als de regel en het contract als de uitzondering. Dat blijkt ook in het Vlaamse Gemeentedecreet van 15 juli dat nog steeds expliciet voor dit principe heeft geopteerd. Anderzijds is er de evolutie in de praktijk van de lokale besturen, waar het contract zich meer en meer als regel gaat manifesteren. Deze maatschappelijke realiteit is niet zonder impact gebleven op de regelgeving: met het Gemeentedecreet zijn ook de decretale mogelijkheden van contractuele tewerkstelling enigszins verruimd. Deze problematiek is uitgebreid aan bod gekomen in een eerdere studie uitgaande van het Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen (JANVIER, R., JANSSENS, K., De mythe van het statuut voorbij? De nieuwe overheidswerknemer is opgestaan!, Reeks SBOV 2, Brugge: die keure, 2003, 375 p.). Bij de voorstelling van de onderzoeksresultaten op verscheidene fora is gebleken dat er zich op het punt van contractuele tewerkstelling blijkbaar grote verschillen aftekenen tussen de individuele lokale besturen. Om deze verschillen in kaart te brengen en ze te kunnen duiden waren vooralsnog onvoldoende gegevens voorhanden. De beschikbare gegevens van de RSZPPO bieden vooral een globaal beeld van de contractuele tewerkstelling op lokaal bestuursniveau. Een meer verfijnd inzicht in de morfologie van de contractuele tewerkstelling vraagt om meer diepgaand onderzoek. Onze studie wil daaraan tegemoet komen door het ontwikkelen van de databank Contractueel personeel in de Vlaamse steden en gemeenten. 1 B.S. 31 augustus Ria JANVIER & Nancy PEETERS 3

6 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Het onderzoeksrapport dat wij hier aan u voorstellen wil een klare en coherente bron van informatie zijn. Het biedt een foto van de toestand van het contractuele personeel op 31 maart 2005 in de Vlaamse steden en gemeenten. Het is slechts tot stand kunnen komen dankzij de opbouwende medewerking van tal van partners die zich voor dit project hebben ingezet, in het bijzonder de weddencentrales Schaubroeck, CIPAL en CEVI en de 294 Vlaamse steden en gemeenten die onze databank hebben gestoffeerd. Dankzij de nauwgezetheid waarmee ze hun taak hebben volbracht, beschikken we thans over een nieuw en betrouwbaar instrument voor het beheer van de human resources in de gemeentebesturen. Van groot belang voor het welslagen van de studie was ook de actieve ondersteuning van de opdrachtgever, in het bijzonder de Administratie Binnenlandse Aangelegenheden, de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, de RSZPPO en de andere leden van de stuurgroep opgericht ter voorbereiding van het project. Dankzij hun steun zijn we erin geslaagd om bruikbaar materiaal te genereren dat aan de basis ligt van de resultaten en conclusies voorgesteld in dit rapport. 4 SBOV-project 2006

7 Morfologie van de contractuele tewerkstelling bij de Vlaamse steden en gemeenten B - PROJECT 2006 MORFOLOGIE VAN DE CONTRACTUELE TEWERKSTELLING BIJ DE VLAAMSE STEDEN EN GEMEENTEN INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING Situering van het onderzoeksthema Probleemstelling Onderzoeksmethode Onderzoekspopulatie Onderzoeksperiode Realisatie van de database Welke data? Welke personeelsleden? Respons OPMARS VAN DE CONTRACTANTEN ZET ZICH VOORT Verhouding contractueel / statutair personeel Globaal bekeken Verdere verfijning Uitzonderingsgronden van contractuele tewerkstelling Afscheid van de contractant ZEG NOOIT ZOMAAR CONTRACTANT Profiel van de contractanten in de Vlaamse gemeentebesturen Wie zijn ze? Wat doen ze? Vrouwelijke en mannelijke contractanten: een wereld van verschil? Wie zijn ze? Wat doen ze? Ria JANVIER & Nancy PEETERS 5

8 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen 3.3 Werken in een tewerkstellingsprogramma, anders dan werken met een gewoon contract? Wie zijn ze? Wat doen ze? Type gemeentebestuur bepaalt type contractant WIE ZIJN ZE? WAT DOEN ZE? WIJS BESLUIT LITERATUUR BIJLAGEN SBOV-project 2006

9 Morfologie van de contractuele tewerkstelling bij de Vlaamse steden en gemeenten LIJST VAN TABELLEN Tabel 1 Aantal gemeentebesturen waarvan gegevens opgenomen in de databank volgens weddencentrale Tabel 2 Redenen van niet-deelname aan het onderzoek Tabel 3 Respons per variabele naar aantal gemeentebesturen waarvan informatie verzameld Tabel 4 Respons per variabele volgens aantal individuele personeelsleden Tabel 5 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de Vlaamse gemeentebesturen (absolute aantallen) (bron: RSZPPO) Tabel 6 Aandeel contractanten in de Vlaamse gemeentebesturen volgens provincie Tabel 7 Verdeling personeel Vlaamse gemeentebesturen volgens tewerkstellingswijze (absolute aantallen) (bron: RSZPPO) Tabel 8 Onderverdeling contractuele tewerkstelling in de Vlaamse gemeentebesturen Tabel 9 Beëindigde arbeidsovereenkomsten tussen 1 april 2004 en 31 maart Tabel 10 Beëindigde arbeidsovereenkomsten tussen 1 april 2004 en 31 maart 2005 in verhouding tot de bestaande overeenkomsten in Tabel 11 Redenen van beëindiging van arbeidsovereenkomsten (aantal besturen=44) Tabel 12 Schematisch overzicht van de loopbanen in de gemeentebesturen Tabel 13 Functies contractueel personeel volgens provincie Tabel 14 Niveau contractueel personeel volgens provincie Tabel 15 Duur arbeidsovereenkomst contractueel personeel volgens provincie Tabel 16 Aard van de te presteren arbeid van contractueel personeel volgens provincie Ria JANVIER & Nancy PEETERS 7

10 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen LIJST VAN FIGUREN Figuur 1 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de lokale besturen in België (bron: RSZPPO) Figuur 2 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de Vlaamse lokale besturen (bron: RSZPPO) Figuur 3 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de gemeentebesturen in België (bron: RSZPPO) Figuur 4 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de Vlaamse gemeentebesturen (%) (bron: RSZPPO) Figuur 5 Verhouding contractueel/statutair personeel (N= 294) Figuur 6 Aandeel contractanten in personeelsbestand van de gemeentebesturen (N=294) Figuur 7 Verhouding contractueel / statutair personeel volgens grootte bestuur (aantal werknemers) (N=294) Figuur 8 Verhouding contractueel / statutair personeel volgens grootte gemeente (aantal inwoners) (N=294) Figuur 9 Verhouding contractueel / statutair personeel volgens type gemeente (N=294) Figuur 10 Verdeling personeel Vlaamse gemeentebesturen volgens tewerkstellingswijze (%) (bron: RSZPPO) Figuur 11 Verdeling personeel Vlaamse gemeentebesturen volgens tewerkstellingswijzet (N=294) 38 Figuur 12 Onderverdeling contractuele tewerkstelling in de Vlaamse gemeentebesturen (N=32.523) Figuur 13 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens provincie (N=32.523) Figuur 14 Onderverdeling contractuele tewerkstelling volgens grootte bestuur (aantal werknemers) (N=32.523) Figuur 15 Onderverdeling contractuele tewerkstelling volgens grootte gemeente (aantal inwoners) (N=32.523) Figuur 16 Onderverdeling contractuele tewerkstelling volgens type gemeente (N=32.523) Figuur 17 Contractuele tewerkstelling als vervanging van afwezig personeelslid (N=7.432) Figuur 18 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens geslacht (N=32.523) Figuur 19 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens leeftijd (N=32.520) Figuur 20 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens tewerkstellingsduur (N=13.921) Figuur 21 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens functie (N=32.521) Figuur 22 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens niveau (N=32.346) Figuur 23 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens (nieuwe) weddenschalen (N=31.606) Figuur 24 Functionele loopbaan contractueel personeel (per niveau) (N=31.606) Figuur 25 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens aantal gelijklopende arbeidsovereenkomsten van een personeelslid (N=32.523) SBOV-project 2006

11 Morfologie van de contractuele tewerkstelling bij de Vlaamse steden en gemeenten Figuur 26 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens duur arbeidsovereenkomst (N=16.305) Figuur 27 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens aard van de te presteren arbeid (N=32.523) Figuur 28 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens arbeidsprestatieregeling (N= ) Figuur 29 Verdeling contractuele tewerkstelling volgens structurele afwezigheid (in verhouding tot de te presteren arbeidstijd volgens arbeidsovereenkomst) (N=31.672) Figuur 30 Types van afwezigheid (N=4.323) Figuur 31 Toepassing van tewerkstellingsprogramma s (exclusief gesco s) (N=1.014) Figuur 32 Contractuele tewerkstelling volgens geslacht en leeftijd (N=32.520) Figuur 33 Contractuele tewerkstelling volgens geslacht en tewerkstellingsduur (N=14.901) Figuur 34 Contractuele tewerkstelling volgens geslacht en functie (N=32.521) Figuur 35 Contractuele personeelsleden volgens geslacht en statuut (N=32.523) Figuur 36 Contractuele personeelsleden volgens geslacht en niveau (N=32.346) Figuur 37 Contractuele personeelsleden volgens geslacht en loopbaan (N=30.897) Figuur 38 Contractuele personeelsleden volgens geslacht en duur arbeidsovereenkomst (N=16.305) Figuur 39 Contractuele personeelsleden volgens geslacht en aard van de te presteren arbeid (N=32.523) Figuur 40 Contractuele personeelsleden volgens geslacht en arbeidsprestatieregeling (N= ) Figuur 41 Contractuele personeelsleden volgens geslacht en afwezigheid (N=31.672) Figuur 42 Categorieën contractuele tewerkstelling volgens leeftijd (N=32.520) Figuur 43 Categorieën contractuele tewerkstelling volgens tewerkstellingsduur (N=13.921) Figuur 44 Categorieën contractuele tewerkstelling volgens functie (N=32.521) Figuur 45 Categorieën contractuele tewerkstelling volgens niveau (N=32.346) Figuur 46 Categorieën contractuele tewerkstelling volgens loopbaan (N=30.897) Figuur 47 Categorieën contractuele tewerkstelling volgens duur arbeidsovereenkomst (N=16.305) 90 Figuur 48 Categorieën contractuele tewerkstelling volgens aard van de te presteren arbeid (N=32.523) Figuur 49 Categorieën contractuele tewerkstelling volgens arbeidsprestatieregeling (N=31.558) Figuur 50 Categorieën contractuele tewerkstelling volgens structurele afwezigheid (N=31.672) Figuur 51 Verhouding man/vrouw volgens grootte gemeentebestuur (N=32.523) Figuur 52 Leeftijd contractueel personeel volgens grootte gemeentebestuur (N=32.520) Figuur 53 Tewerkstellingsduur contractueel personeel volgens grootte gemeentebestuur (N=13.921) Figuur 54 Functies contractueel personeel volgens grootte gemeentebestuur (N=32.521) Figuur 55 Niveau contractueel personeel volgens grootte gemeentebestuur (N=32.346) Figuur 56 Loopbaan contractueel personeel volgens grootte gemeentebestuur (N=30.897) Figuur 57 Duur arbeidsovereenkomsten contractueel personeel volgens grootte gemeentebestuur (N=16.305) Ria JANVIER & Nancy PEETERS 9

12 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Figuur 58 Aard van de te presteren arbeid van contractueel personeel volgens grootte gemeentebestuur (N=32.523) Figuur 59 Arbeidsprestatieregeling contractueel personeel volgens grootte gemeentebestuur (N=31.558) Figuur 60 Afwezigheid contractueel personeel volgens grootte gemeentebestuur (N=31.672) SBOV-project 2006

13 Hoofdstuk 1 Inleiding 1 INLEIDING De tewerkstelling op het lokale bestuursniveau, en in het bijzonder de contractuele tewerkstelling, is de laatste jaren onderwerp geweest van tal van studies. Deze studies resulteerden hoofdzakelijk in globale conclusies over de thematiek. Met ons onderzoek willen we meer diepgaand peilen naar de situatie en status van de contractanten in de lokale besturen. Vandaar onze focus op het ontwikkelen en analyseren van een databank met verfijnde gegevens over de contractanten, waarvan we de neerslag in dit rapport aan u voorstellen. In dit inleidende hoofdstuk geven we aan wat de context is van onze studie en op welke wijze we concreet tewerk zijn gegaan bij het ontwikkelen van de databank Contractueel personeel in de Vlaamse steden en gemeenten. 1.1 Situering van het onderzoeksthema Dat de contractuele tewerkstelling steeds meer aan belang wint binnen de publieke sector, is zo veel als een open deur intrappen. Vooral bij de lokale besturen - in het Vlaamse Gewest, maar evenzeer in de andere gewesten - wijzen de algemene cijfergegevens uit dat het aantal contractanten systematisch toeneemt waardoor bij alle types van besturen deze groep, met inbegrip van de gesubsidieerde contractuelen, de bovenhand dreigt te halen op de categorie van de vastbenoemde, statutair tewerkgestelde, ambtenaren. (Janvier, 2003: 22-23) Om op een passende wijze dit fenomeen te kunnen duiden en er de juiste beleidsmaatregelen tegenover te stellen, is het noodzakelijk een duidelijk inzicht te verwerven in de samenstelling van de populatie van de contractanten op het lokale Vlaamse bestuursniveau. Momenteel bestaan daarover geen verfijnde cijfergegevens. De nagenoeg enige bron van informatie is de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheidsdiensten (RSZPPO) die enkel een opdeling kan maken volgens voor de toepassing van de sociale zekerheid functionele data. Deze gegevens reiken niet verder dan een opsplitsing Ria JANVIER & Nancy PEETERS 11

14 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen per bestuur tussen het aantal ambtenaren, het aantal personeelsleden in contractueel dienstverband waarvoor de normale socialezekerheidsbijdragen verschuldigd zijn, en het aantal personen actief in het raam van allerhande bijzondere tewerkstellingsvormen die op een of andere wijze een bijdragevoordeel opleveren. Daarnaast heeft de RSZPPO, voor een goed beheer van de pensioenen, in 2005 de studie contractuele en statutaire tewerkstelling: evolutie in de lokale sector uitgevoerd. (RSZPPO, 2005) Aan de hand van de gegevens vanwege de RSZPPO werd de evolutie die zich tijdens de afgelopen tien jaar ( ) in de tewerkstellingspolitiek van de lokale besturen heeft voorgedaan, in kaart gebracht en geanalyseerd. De beschikbare data zijn echter niet van dien aard dat ze een verfijnd beeld kunnen verschaffen van de lokale contractuele tewerkstelling. Vanuit beleidsperspectief zijn er nog andere cruciale variabelen die niet via deze informatiebron kunnen worden verkregen. 1.2 Probleemstelling De omzendbrief BA.99/06 van 8 juni herinnert de gemeentebesturen eraan dat de tewerkstelling van contractanten beperkt blijft tot de gevallen die in de omzendbrief BA.93/07 van 14 juli 1993 betreffende de algemene weddenschaalherziening en gemeenschappelijke krachtlijnen voor een samenhangend personeelsbeleid in de lokale en regionale besturen van het Vlaamse Gewest, 4 limitatief worden aangegeven. Deze rondzendbrief, verkort weergegeven als de krachtlijnen Kelchtermans, benadrukt dat contractuele personeelsleden enkel tijdelijk, en strikt beperkt in aantal, worden aangenomen op basis van een voorafgaand besluit van de gemeenteraad en voor zover een afdoende motivering wordt gegeven. 2 Zie 3 B.S. 11 september B.S. 3 september SBOV-project 2006

15 Hoofdstuk 1 Inleiding De commentaar verwijst naar de volgende bijzondere situaties die een contractuele werving kunnen verantwoorden, namelijk om: - aan uitzonderlijke en tijdelijke personeelsbehoeften te voldoen; - ambtenaren tijdelijk te vervangen die hun betrekking niet of slechts deeltijds bekleden; - bijkomende of specifieke opdrachten te vervullen. De omzendbrief BA.2002/02 van 25 januari 2002 betreffende toelichting bij het sectoraal akkoord herhaalt in punt 4 dit uitgangspunt: Besturen kunnen in bepaalde omstandigheden personeelsleden aanwerven in contractueel verband. Dit punt wijzigt de omstandigheden niet waarin contractuelen kunnen worden aangeworven, maar verduidelijkt dat besturen in vele gevallen contracten van onbepaalde duur kunnen aanbieden. Dat laatste betekent zowel een verbetering van de positie van de contractant als een administratieve vereenvoudiging voor het bestuur. Werkgevers en werknemers kunnen de volgende soorten contracten sluiten: een contract voor onbepaalde of bepaalde duur, een contract voor een duidelijk omschreven werk of een vervangingsovereenkomst. Als een tijdelijke taak waarvoor men een personeelslid in dienst neemt een concreet vaststaand tijdstip of een welomschreven opdracht overstijgt, dan kan men dat personeelslid in regel een contract van onbepaalde duur aanbieden. Hoewel de contractuele tewerkstelling de exceptie is of zou moeten zijn, doet zich blijkbaar de nood aan verbetering voelen van de status van de contractanten. Doorheen de verschillende sectorale akkoorden is er immers voortdurend gestreefd naar een zekere verbetering van het lot van de contractanten bij de lokale overheden. We verwijzen bijvoorbeeld naar de invoering van de derde weddenschaal voor contractanten en de mogelijkheid voor de contractanten die aan de voorwaarden voldoen om rechtstreeks toegang te krijgen tot statutaire bevorderingsbetrekkingen waartoe zij worden benoemd. (Janvier, Janssens, 2003: 16-17) 5 B.S. 19 februari Ria JANVIER & Nancy PEETERS 13

16 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Door een gedetailleerde databank op te maken met zowel gegevens over personeelsaantallen als kwalitatieve achtergrondinformatie over contractanten, kunnen we een duidelijk inzicht verkrijgen in de samenstelling van de populatie van de contractanten op het lokale bestuursniveau. Bedoeling is om op basis van verfijnde gegevens het fenomeen van de contractuele tewerkstelling in de lokale overheidssector te kunnen duiden. Volgende onderzoeksvragen staan centraal bij de analyse van de data: Zet de trend van contractuele tewerkstelling zich door? Welke zijn typische eigenschappen van het contractuele personeel? Welke status is aan deze vorm van tewerkstelling verbonden? 1.3 Onderzoeksmethode Een belangrijke bron van inspiratie bij de opmaak van de databank vormde het kadaster van het contractuele personeel op federaal niveau. Op federaal niveau heeft de overheid het initiatief genomen om een kadaster van het contractueel personeel in het federaal administratief openbaar ambt op te maken. (FOD P&O, 2005) Dit initiatief kadert in het sectoraal akkoord van het openbaar ambt Het kadaster geeft een overzicht van de verschillende facetten van de contractuele betrekking. Het omvat, volgens dit akkoord, een overzicht per niveau, per geslacht en per categorie (uitzonderlijke en tijdelijke behoeften, bijkomende of specifieke opdrachten, vervanging, tewerkstelling in een dienst met afzonderlijk beheer, een dienst met eigen rechtspersoonlijkheid, een dienst met eigen middelen, een dienst die via onderaanneming werkt ) van het aantal personeelsleden, de uitgeoefende opdrachten, het type contract (onbepaalde/bepaalde duur, bediende/arbeider), de duur van de tewerkstelling per jaarschijf, het aantal geslaagden voor een aanwervingselectie, de percentsgewijze verhouding met het aantal statutaire ambtenaren. Het kadaster dient als basis om de permanente functies te bepalen die moeten worden voorbehouden aan statutaire personeelsleden Onderzoekspopulatie In ons onderzoekproject focussen we op een databank van het contractuele personeel in de Vlaamse steden en gemeenten. We willen met andere woorden 14 SBOV-project 2006

17 Hoofdstuk 1 Inleiding inzicht krijgen in de tewerkstelling van de contractanten van de 308 steden en gemeenten van het Vlaamse gewest. Andere lokale besturen zoals openbare centra voor maatschappelijk welzijn, intercommunales of intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, provincies en ziekenhuizen, waarvoor veelal bijzondere voorwaarden betreffende contractuele tewerkstelling van toepassing zijn, moesten we binnen het tijdsbestek van dit project buiten beschouwing laten. Een gedetailleerde databank over gemeentebesturen kan als uitgangspunt dienen om in een latere fase ook de contractuele tewerkstelling in andere lokale besturen onder de loep te nemen Onderzoeksperiode De databank betreft de toestand op de laatste dag van het eerste kwartaal van het jaar 2005, dus de situatie op 31 maart Deze datum kwam tijdens het overleg met verschillende actoren uit het werkveld naar voor als het meest aangewezen tijdstip om een zo recent en volledig mogelijke momentopname te kunnen maken van de contractuele tewerkstelling op gemeentelijk bestuursniveau Realisatie van de database Bij de uitwerking van een methode voor het opzetten van de databank stelden we ons volgende objectieven binnen het gegeven tijdsbestek: een maximum aan informatie genereren met een geringe werklast voor de respondenten; een zo volledig en coherent mogelijke gegevensinstroom realiseren; zowel kwantitatieve gegevens als kwalitatieve informatie inzamelen; de data efficiënt verzamelen, waarbij een groot deel van de verwerkingsstappen wordt geautomatiseerd en snel kan worden overgegaan tot de analyse van de gegevens; een duidelijke communicatie voeren met alle betrokken actoren. Ria JANVIER & Nancy PEETERS 15

18 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Om de gegevens efficiënt en met een beperkte werklast voor de gemeentebesturen te verzamelen, hebben wij bij diverse betrokken actoren gepeild welke data via welke informatiebronnen konden worden aangereikt. We hebben daartoe de volgende organisaties werden bevraagd: de Administratie Binnenlandse Aangelegenheden, voortaan het Agentschap voor Binnenlands Bestuur genoemd; de federale overheidsdienst Personeel & Organisatie; de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten (RSZPPO); de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG); en een aantal (grote en kleine) Vlaamse gemeenten en steden. De ervaring aanwezig in deze organisaties, net als onze eigen expertise ontwikkeld op basis van een vroegere studie over het onderzoeksthema uitgaande van het Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen, vormden de basis voor de ontwikkeling van de database. Op basis van de gesprekken tijdens de eerste fase van het project werd beslist om voor de dataverzameling een beroep te doen op de rekencentra voor lokale besturen. Met deze instanties hebben we afspraken gemaakt over de te hanteren werkwijze. Ook zijn samenwerkingsovereenkomsten gesloten om met de toestemming van de betreffende gemeentebesturen de gevraagde data aangaande het contractuele personeel van de Vlaamse steden en gemeenten te verzamelen. Tabel 1 geeft een overzicht van de weddencentrales die meewerkten aan het project. Per weddencentrale wordt het aantal gemeentebesturen weergegeven die van hun diensten gebruik maken en waarvan we data verzamelden in de database. 16 SBOV-project 2006

19 Hoofdstuk 1 Inleiding Weddencentrale Aantal gemeentebesturen in de databank Schaubroeck 181 CIPAL 68 CEVI 44 Totaal 293 Tabel 1 Aantal gemeentebesturen waarvan gegevens opgenomen in de databank volgens weddencentrale Met één stad werden afzonderlijk afspraken gemaakt om de gegevens over hun contractanten rechtstreeks aan onze databank toe te voegen. In totaal konden we via deze werkwijze dus 294 van de in totaal 308 steden en gemeenten bereiken. In procenten uitgedrukt gaat het om 95,5%, een opmerkelijk hoge respons. Van de 14 overige gemeentebesturen konden de data met betrekking tot hun contractuele personeel niet worden opgenomen in de databank omwille van volgende redenen, zoals gespecificeerd in tabel 2. Redenen Aantal gemeentebesturen Het gemeentebestuur was niet aangesloten bij één van de drie rekencentra. Technische redenen waardoor het gemeentebestuur zijn data niet ter beschikking kon stellen van de studie. Het gemeentebestuur weigerde toestemming te geven om de data ter beschikking te stellen van de studie. Het gemeentebestuur heeft nooit gereageerd op onze vraag om mee te werken aan de studie Totaal 14 Tabel 2 Redenen van niet-deelname aan het onderzoek Ria JANVIER & Nancy PEETERS 17

20 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Welke data? De via de rekencentra verzamelde data werden samengevoegd en gehercodeerd tot een coherente, volledige en overzichtelijke databank Contractueel personeel in de Vlaamse steden en gemeenten. Daarbij was herhaaldelijk overleg met individuele besturen noodzakelijk om tot eenduidige data te komen. Dit alles resulteerde in een tweeledige coherente databank. Enerzijds omvat ze data op het niveau van de gemeentebesturen met voor elk bestuur een overzicht van het aantal contractuele en statutaire personeelsleden, het totale aantal personeelsleden en gegevens over het ontslag van contractanten. Daarnaast bestaat de databank uit gegevens op het niveau van de individuele personeelsleden, met voor elke contractant informatie over zijn functie, statuut, contract, tewerkstellingsduur en persoonsgebonden gegevens (leeftijd, geslacht). De rekencentra voor lokale besturen hebben het grootste deel van de informatie over het contractuele personeel van de gemeentebesturen die een beroep doen op hun diensten, ter beschikking kunnen stellen. Een aantal gegevens zoals over het ontslag van de contractanten, de datum van indiensttreding, de duur van de arbeidsovereenkomst en de toepassing van de uitzonderingscategorieën voor contractuele tewerkstelling, konden echter niet voor alle gemeentebesturen worden aangeleverd. De hierna volgende tabel 3 biedt een overzicht van de variabelen die zijn opgenomen in de databank en geeft ook het aantal gemeentebesturen weer die informatie konden verschaffen over de variabelen. 18 SBOV-project 2006

21 Hoofdstuk 1 Inleiding Variabelen databank Respons (aantal gemeentebesturen) Algemene data (per gemeentebestuur) Aantal contractuele personeelsleden 294 Aantal statutaire personeelsleden 294 Totaal aantal personeelsleden 294 Aantal ontslagen contractuele personeelsleden 225 Redenen ontslag contractuele personeelsleden 44 Individuele data (per personeelslid) Geslacht 294 Leeftijd 294 Tewerkstellingsduur (aantal jaren tewerkstelling in het bestuur) 181 Functiecategorie en omschrijving 294 Niveau van tewerkstelling 294 Bereikte weddenschaal 294 Arbeidsovereenkomst van bepaalde of onbepaalde duur 168 Arbeidsovereenkomst voor arbeider of bediende 294 Toepassing bijdragevoordelen voor werknemer en soort voordeel 294 Toepassing bijdragevoordelen voor werkgever en soort voordeel 294 Uitzonderingscategorie vervanging van afwezige personeelsleden 45 Te presteren uren op weekbasis conform arbeidsovereenkomst 294 Maatpersoon (aantal uren per week voor voltijdse tewerkstelling) 294 Afwezigheidsuren (aantal uren structurele afwezigheid per week) 294 Redenen afwezigheid 294 Tabel 3 Respons per variabele naar aantal gemeentebesturen waarvan informatie verzameld Ria JANVIER & Nancy PEETERS 19

22 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Welke personeelsleden? Het contractuele personeel in de steden en gemeenten is een zeer diverse groep. Voor een goed en betrouwbaar inzicht in de resultaten van de data-analyse is het belangrijk om duidelijk te definiëren welke categorieën van contractuele personeelsleden wel en welke geen deel uitmaken van de databank. Omwille van de specificiteit van hun tewerkstelling is een aantal categorieën van contractanten niet opgenomen in dit onderzoek. Het gaat om contractuele personeelsleden die wel onder de noemer gemeentepersoneel vallen met de gemeente als werkgever en aanstellende overheid, maar waarvan de positie op heel wat punten verschillen vertoont met die van het gewone gemeentepersoneel: - onderwijzend personeel: meer bepaald het personeel waarvoor de gemeente weddentoelagen ontvangt van het departement Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap. Het personeel waarvoor de gemeente geen (of slechts gedeeltelijk) weddentoelagen ontvangt, is wel opgenomen in de databank (dit is meestal het administratief en logistiek personeel); (De Lange, 2005: 19-20) - brandweerpersoneel (beroepspersoneel en vrijwillige brandweerlui); - politiepersoneel; 6 - jobstudenten en monitoren; - contractuele personeelsleden die instaan voor begeleiding/toezicht/bijles; - gelegenheidspersoneel. Alle andere contractuele personeelsleden die een arbeidsovereenkomst hebben afgesloten met het gemeentebestuur, maken wel deel uit van deze studie Respons Eerder vermeldden we al dat onze databank informatie bevat over de contractuele personeelsleden van 95,5% van de Vlaamse steden en gemeenten (cf ). Meer 6 In een meergemeentenzone is de politiezone (politieraad, politiecollege) de werkgever van de lokale politie. In een ééngemeentezone valt de politiezone samen met de stad en is er geen (aparte) politieraad en -college. 7 Vrijwilligers, onthaalouders, modellen, bedienaren van erediensten, juryleden en mandatarissen hebben geen arbeidsovereenkomst met het gemeentebestuur en zijn daarom evenmin in de databank opgenomen. 20 SBOV-project 2006

23 Hoofdstuk 1 Inleiding specifiek gaat het om individuele contractanten van wie we de gegevens konden analyseren. Bij de personeelsaantallen gaan we steeds uit van het aantal personeelsleden, met andere woorden van het aantal koppen, en niet van het aantal voltijdse equivalenten. Deze werkwijze verdient de voorkeur omdat contractanten veelal ab initio deeltijds worden aangeworven, daar waar de statutaire personeelsleden bijna steeds in een voltijdse betrekking worden benoemd, maar de facto via allerhande verlofregelingen verminderde prestaties leveren. Beide groepen uitgedrukt in voltijdse equivalenten, zijn daardoor moeilijker onderling vergelijkbaar. (Janvier, Janssens, 2003: 54) Volgende tabel 4 beschrijft de respons per variabele. Voor elke parameter wordt het aantal individuele contractanten weergegeven waarover we de informatie hebben verzameld. Ria JANVIER & Nancy PEETERS 21

24 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Variabelen databank Respons (aantal contractanten) Geslacht Leeftijd Tewerkstellingsduur (aantal jaren tewerkstelling in het bestuur) Functiecategorie en -omschrijving Niveau van tewerkstelling Bereikte weddenschaal Arbeidsovereenkomst van bepaalde of onbepaalde duur Arbeidsovereenkomst voor arbeider of bediende Toepassing bijdragevoordelen voor werknemer en soort voordeel Toepassing bijdragevoordelen voor werkgever en soort voordeel Uitzonderingscategorie vervanging van afwezige personeelsleden Te presteren uren op weekbasis conform arbeidsovereenkomst Maatpersoon (aantal uren per week voor voltijdse tewerkstelling) Afwezigheidsuren (aantal uren structurele afwezigheid per week) Redenen afwezigheid Tabel 4 Respons per variabele volgens aantal individuele personeelsleden In de volgende twee hoofdstukken beschrijven we de resultaten van de analyse van de databank. De structuur van de databank dient als basis voor de duiding van de contractuele tewerkstelling op gemeentelijk niveau. 22 SBOV-project 2006

25 Hoofdstuk 2 Opmars van de contractanten zet zich voort 2 OPMARS VAN DE CONTRACTANTEN ZET ZICH VOORT Traditioneel gaat men ervan uit dat de normale tewerkstellingswijze in de publieke sector van statutaire aard is. Het statuut staat dan voor een geheel van algemene en onpersoonlijke bepalingen die de overheid eenzijdig oplegt en die de overheidswerkgever ook unilateraal kan wijzigen. (Janvier, Janssens, 2003: 3) Maar is dat principe van statutaire tewerkstelling nog wel de realiteit in de Vlaamse gemeentebesturen? 2.1 Verhouding contractueel / statutair personeel Cijfers van de RSZPPO 8 tonen aan dat het aantal contractanten op het plaatselijke bestuursniveau steeds meer de bovenhand haalt op de groep statutaire personeelsleden, een trend die zich al enkele jaren onverkort doorzet. De personeelsaantallen ontkrachten dan ook het juridische uitgangspunt in de sectorale akkoorden dat contractuele tewerkstelling de uitzondering moet blijven en beperkt moet blijven tot bepaalde welomschreven gevallen Globaal bekeken a. Praktijk versus theorie Een blik op de toestand ter plaatse geeft een ander beeld dan het in de regelgeving uitgetekende raamwerk. Het aantal contractanten op het lokale bestuursniveau neemt van langsom meer toe, dat in tegenstelling tot de groep van statutaire personeelsleden. Recente cijfers over de verhouding tussen het aantal contractanten en statutaire personeelsleden geven duidelijk weer dat de theorie en de werkelijkheid behoorlijk ver uit elkaar liggen op het lokale bestuursniveau. Ria JANVIER & Nancy PEETERS 23

26 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Zo blijkt uit de gegevens van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten dat het aantal contractuele personeelsleden tewerkgesteld bij de lokale besturen 9 in België voortdurend is toegenomen in de periode De contractuele tewerkstelling groeide van 50% naar 58%. (figuur 1) % ,52 50,48 52,41 47,59 55,55 56,39 44,45 43,61 57,90 42,10 contractuelen statutairen Jaar Figuur 1 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de lokale besturen in België 10 RSZPPO) (bron: Bij de lokale besturen van het Vlaamse Gewest zien we een gelijkaardige evolutie. De balans slaat de laatste jaren duidelijk door in de richting van de contractanten: van 48% in 1995 naar 55% in (figuur 2) 8 Cf. jaarverslagen RSZPPO ( 9 De lokale besturen omvatten volgende werkgevers: gemeentebesturen, OCMW s, intercommunales, provincies, politiezones en ziekenhuizen. 10 Het aantal personeelsleden is uitgedrukt in koppen. 24 SBOV-project 2006

27 Hoofdstuk 2 Opmars van de contractanten zet zich voort % ,57 48,43 51,54 48,46 53,91 54,39 54,81 46,09 45,61 45, contractuelen 20 statutairen Jaar Figuur 2 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de Vlaamse lokale besturen 11 RSZPPO) (bron: Als we meer specifiek de gemeentebesturen in België onder de loep nemen, zien we evenzeer een onomwonden toename van het aantal contractanten, meer bepaald van 52% in 1999 naar 61% in (figuur 3) % ,51 52,25 52,2 48,49 47,75 47,8 59,87 60,28 60,5 40,13 39,72 39,5 contractuelen statutairen Jaar Figuur 3 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de gemeentebesturen in België 12 (bron: RSZPPO) Bekijken we enkel de groep van de Vlaamse steden en gemeenten, dan bemerken we een opwaartse beweging wat het percentage contractanten betreft, dat evolueert 11 Het aantal personeelsleden is uitgedrukt in koppen. Ria JANVIER & Nancy PEETERS 25

28 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen van 50% in 1999 naar 58% in (figuur 4 en tabel 5) Het jaar 2002 was duidelijk een scharnierjaar: de verhouding tussen vastbenoemden en contractanten is vanaf dat jaar helemaal uit balans geraakt in het voordeel van de contractanten. % ,01 49,99 50,55 49,45 50,37 49,63 57,72 42,28 57,99 42,01 57,77 42,23 contractuelen statutairen Jaar Figuur 4 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de Vlaamse gemeentebesturen (%) (bron: RSZPPO) De tabel met de absolute aantallen toont vanaf 2002 een sterke afname van het totale personeelsaantal in de Vlaamse gemeentebesturen. Die daling is volledig toe te schrijven aan de afname van het aantal statutaire personeelsleden. De groep van de contractanten nam in tegendeel nog toe in aantal. 12 De cijfers van het RSZPPO voor het jaar 2005 waren bij de publicatie van dit rapport nog niet bekend. 13 De cijfers voor het jaar 2005 waren bij de publicatie van dit rapport nog niet bekend. 26 SBOV-project 2006

29 Hoofdstuk 2 Opmars van de contractanten zet zich voort Tewerkstellingswijze Jaar Contractanten Statutairen Totaal Tabel 5 Verhouding contractueel / statutair personeel bij de Vlaamse gemeentebesturen (absolute aantallen) (bron: RSZPPO) Voorgaande algemene cijfers tonen aan dat de contractuele tewerkstelling in de Vlaamse steden en gemeenten de bovenhand heeft genomen op de statutaire aanstelling. Onze studie kan deze bevinding onderschrijven: in de door ons onderzochte gemeentebesturen bedraagt het procentuele aandeel van het contractuele personeel in het totale personeelsbestand 56%, zoals getoond in figuur 5. Ria JANVIER & Nancy PEETERS 27

30 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen 43,91% 56,09% contractuelen statutairen Figuur 5 Verhouding contractueel/statutair personeel 14 (N= 294) Slechts 12% van de onderzochte gemeenten volgt min of meer de theoretische benadering van het statuut als de regel en de contractuele tewerkstelling als de uitzondering, wat we illustreren in figuur 6. De contractanten maken in deze besturen minder dan de helft uit van het personeelsbestand. Daar staat tegenover dat bij tweederden van de besturen de contractanten meer dan 60% van het personeelsbestand innemen. 14 Het aantal personeelsleden is uitgedrukt in koppen. 28 SBOV-project 2006

31 Hoofdstuk 2 Opmars van de contractanten zet zich voort 4,42% 11,91% 27,89% 21,77% <50% 50-59% 60-69% 70-79% >=80% 34,01% Figuur 6 Aandeel contractanten in personeelsbestand van de gemeentebesturen (N=294) b. Verschillen per provincie Er bestaan duidelijke regionale verschillen tussen gemeenten op het vlak van de aanwezigheid van contractanten in hun personeel, zoals tabel 6 laat zien. In de provincie Antwerpen en vooral in Vlaams-Brabant zijn er veel gemeentebesturen met het laagste aandeel contractanten. Ongeveer de helft respectievelijk 47% en 52% van de besturen in deze provincies heeft minder dan 60% contractanten in dienst. In Oost-Vlaanderen, West-Vlaanderen en Limburg daarentegen is dit bij minder dan een kwart van de besturen het geval. In deze provincies heeft zelfs zeven op tien gemeentebesturen meer dan 60% contractanten in dienst. Opvallend is ook dat in één op acht Limburgse gemeenten 80% van de personeelsleden is aangesteld met een arbeidsovereenkomst. Ria JANVIER & Nancy PEETERS 29

32 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen Aandeel contractanten in het totale personeelsbestand Gemeenten volgens provincie Vlaams-Brabantse gemeenten Antwerpse gemeenten Oost-Vlaamse gemeenten West-Vlaamse gemeenten Limburgse gemeenten <50% 15,80% 20,60% 7,70% 7,70% 5,00% 50-59% 36,80% 26,50% 13,90% 17,20% 12,50% 60-69% 19,30% 25,00% 41,50% 45,40% 40,00% 70-79% 22,80% 27,90% 32,30% 26,60% 30,00% >=80% 5,30% 0,00% 4,60% 3,10% 12,50% Totaal 100% 100% 100% 100% 100% (N=57) (N=68) (N=65) (N=64) (N=40) Tabel 6 Aandeel contractanten in de Vlaamse gemeentebesturen volgens provincie In de provincies Vlaams-Brabant en Antwerpen volgen de gemeentebesturen het principe van statutaire tewerkstelling als regel en contractuele tewerkstelling als uitzondering meer op dan in de overige provincies. c. Differentiatie volgens het type gemeente Niet alleen de regio, ook bepaalde kenmerken van de gemeentebesturen werpen een bijzonder licht op de verhouding tussen contractueel en statutair personeel en wijzen op onderlinge verschillen tussen de besturen. Een belangrijke factor als we het hebben over de verhouding tussen statutaire personeelsleden en contractanten, is de grootte van het gemeentebestuur zoals vastgesteld op basis van het totale aantal personeelsleden en gevisualiseerd in figuur SBOV-project 2006

33 Hoofdstuk 2 Opmars van de contractanten zet zich voort % ,56 36,86 49, ,44 63,14 50,36 statutairen contractuelen 0 klein middelgroot groot Grootte bestuur (aantal werknemers) Figuur 7 Verhouding contractueel / statutair personeel volgens grootte bestuur (aantal werknemers) (N=294) Bij de grote besturen met minimum 900 werknemers is de verhouding tussen contractuele en statutaire personeelsleden nog goeddeels in evenwicht. Bij de kleine besturen met minder dan 100 werknemers en de middelgrote besturen die tussen de 100 en de 900 personeelsleden tewerkstellen, is dat evenwicht echter zoek. Zij hebben in verhouding veel meer contractuele werknemers aangesteld. Concreet neigen de besturen met minder dan 900 personeelsleden gemiddeld naar een verhouding van 65 contractanten voor 35 vastbenoemden. De tegenstelling tussen kleine en grote besturen geldt evenzeer wanneer we uitgaan van het inwonertal van de gemeenten, waarvoor we verwijzen naar figuur 8. Hoe minder inwoners, hoe groter het aandeel van de contractanten in het totale personeelsbestand van de gemeente. Ria JANVIER & Nancy PEETERS 31

34 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen % ,24 36,73 66,76 63,27 39,45 60,55 44,06 55,94 57,34 42,66 statutairen contractuelen 0 < >= Grootte gemeente (aantal inwoners) Figuur 8 Verhouding contractueel / statutair personeel volgens grootte gemeente (aantal inwoners) (N=294) Kleine gemeentebesturen hebben in verhouding veel meer contractanten in dienst dan grote steden en gemeenten. Een blik op de gemeentebesturen vanuit sociaal-economisch perspectief levert eveneens interessante bevindingen op. Delen we de besturen in volgens een socioeconomische typologie, 15 dan springt onmiddellijk in het oog dat enkel de grote steden meer vastbenoemden dan contractanten in dienst hebben, getuige figuur 9. Er is een duidelijke afscheiding tussen de grotere steden te weten de grote steden en centrumsteden en de residentiële gemeenten meer bepaald de residentiële gemeenten en residentiële gemeenten hoge stand enerzijds en de andere types van gemeenten anderzijds. Bij de eerste vier types van gemeenten zijn gemiddeld minder dan zes op de tien personeelsleden contractueel tewerkgesteld. Bij al de 15 De typologie die we in dit rapport toepassen is de sociaal-economische typologie uitgewerkt door Dexia. Bij deze methodiek worden de gemeenten onderverdeeld in twaalf clusters. In elk cluster zijn gemeenten met een vergelijkbare sociaal-economische omgeving samengebracht. De twaalf clusters zijn: (1) grote steden, (2) centrumsteden, (3) industrieel achtergestelde gemeenten, (4) kleine gemeenten in Vlaams-Brabant, (5) kleine landelijke gemeenten, (6) kleine steden, (7) kustgemeenten, (8) landelijke gemeenten, (9) residentiële gemeenten hoge stand, (10) residentiële gemeenten, (1) semi-residentiële gemeenten, (12) sociaal-economisch zwakke gemeenten. Deze clusterindeling biedt de mogelijkheid om vergelijkbare gemeenten te bestuderen. Bijlage 1 geeft een uitgebreide beschrijving van de clusters. 32 SBOV-project 2006

35 Hoofdstuk 2 Opmars van de contractanten zet zich voort andere types doet zich precies het omgekeerde voor: minstens zes personeelsleden hebben een arbeidsovereenkomst afgesloten met het betrokken bestuur. Type gemeente kleine gemeenten Vlaams-Brabant sociaal-economisch zwakke gemeenten landelijke gemeenten kustgemeenten kleine steden kleine landelijke gemeenten industrieel achtergestelde gemeenten semi-residentiële gemeenten centrumsteden residentiële gemeenten hoge stand residentiële gemeenten grote steden 31,28 32,55 32,56 33,4 36,02 36,29 36,91 38,98 43,43 44,47 44,98 42,20 68,72 67,45 67,44 66,60 63,98 63,71 63,09 61,02 56,57 55,53 55,02 57,8 statutairen contractuelen % Figuur 9 Verhouding contractueel / statutair personeel volgens type gemeente (N=294) Enkel de grootsteden hebben doorgaans meer vastbenoemden dan contractanten in dienst. In de centrumsteden en residentiële gemeenten de besturen die zich doorgaans in een gunstigere sociaal-economische positie bevinden is de verhouding tussen contractanten en vastbenoemden minder scheef ten gunste van de contractanten dan in de andere kleinere steden en gemeenten met een minder gunstig socio-economisch profiel Verdere verfijning In de contractuele tewerkstelling kunnen we verschillende stelsels onderscheiden. Een onderverdeling op basis van deze stelsels geeft een verfijnder beeld van dit type van tewerkstelling in de gemeentebesturen. Ria JANVIER & Nancy PEETERS 33

36 Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen a. Opdeling contractuele tewerkstelling Een belangrijk deel van de contractuele tewerkstelling wordt ingevuld door de zogenaamde tewerkstellingsprogramma s die in de loop van de jaren de meest diverse vormen hebben aangenomen. Het gaat om de tewerkstelling van personen in het raam van de volgende projecten: 16 Startbanenplan; Jongerenbanenplan; Activaplan; Banenplan; Dienstenplan; Doorstromingsprogramma; Ontslag na herstructurering; Werkervaringsproject (Wep-plus); Individuele beroepsopleiding; KB nr. 495 aangaande de overeenkomst werk-opleiding; Sociale Maribel; Tewerkstelling op grond van artikel 60 7 van de OCMW-Wet; Vervanger vrijwillige vierdaagse werkweek; Veiligheidscontract; Interdepartementeel Begrotingsfonds (IBF). Het meest bekende en tegelijk meest in gebruik zijnde tewerkstellingsprogramma op het lokale niveau is het stelsel van de gesubsidieerde contractuelen, de zogenaamde gesco s. 17 Dit stelsel is eveneens bedoeld als een werkgelegenheidsmaatregel, uitgaande van een beperkende opsomming van categorieën van personen die in aanmerking komen voor een tewerkstelling als gesco. Voor deze categorie van contractuele personeelsleden geldt tot voordeel van de werkgever een (bijna volledige) vrijstelling van socialezekerheidsbijdragen. 16 Voor meer informatie over de tewerkstellingsprogramma s verwijzen we naar: Janvier, Janssens, 2003: en Janvier, oktober Zie ook de website 17 KB nr. 474, 28 oktober 1986 tot opzetting van een stelsel van door de Staat gesubsidieerde contractanten bij sommige plaatselijke besturen (B.S. 20 november 1986). 34 SBOV-project 2006

Contractuele en statutaire tewerkstelling. Evolutie in de lokale sector 1995-2010

Contractuele en statutaire tewerkstelling. Evolutie in de lokale sector 1995-2010 Contractuele en statutaire tewerkstelling Evolutie in de lokale sector 1995-2010 INHOUD Inleiding Aantal werknemers volgens statuut Aantal werknemers volgens statuut en type werkgever Aantal werknemers

Nadere informatie

Op te merken is dat meer dan 4/5 (84 %) vrouwelijke medewerkers zijn. Er zijn vrouwen en mannen.

Op te merken is dat meer dan 4/5 (84 %) vrouwelijke medewerkers zijn. Er zijn vrouwen en mannen. OCMW s OCMW-wet Hoofdstuk XII - Verenigingen OCMW-wet Hoofdstuk XIIbis Ziekenhuizen in kaart in het kader van Leeftijdsbewust personeelsbeleid (LBPB) Leeftijdsbewust personeelsbeleid houdt zoveel als mogelijk

Nadere informatie

Inventarisatie van uw personeelsbestand is de eerste stap naar een leeftijdsbewust personeelsbeleid, waarna u zich volgende vragen stelt:

Inventarisatie van uw personeelsbestand is de eerste stap naar een leeftijdsbewust personeelsbeleid, waarna u zich volgende vragen stelt: Steden en Gemeenten in kaart in het kader van een Leeftijdsbewust personeelsbeleid (LBPB) Leeftijdsbewust personeelsbeleid houdt zoveel als mogelijk rekening met de specifieke omstandigheden en wensen

Nadere informatie

VERSLAG WERKGROEP KADASTER VAN HET CONTRACTUEEL PERSONEEL.

VERSLAG WERKGROEP KADASTER VAN HET CONTRACTUEEL PERSONEEL. VERSLAG WERKGROEP KADASTER VAN HET CONTRACTUEEL PERSONEEL. Dit document bevat het verslag van de werkgroep, opgericht binnen het Comité B, ter uitvoering van één van de aspecten van punt 1 van het op 22

Nadere informatie

Bios2 Thema in de kijker Personeel in de bibliotheek

Bios2 Thema in de kijker Personeel in de bibliotheek Bios2 Thema in de kijker Personeel in de bibliotheek Bios2 thema reeks Oktober 2014 Het agentschap Sociaal-Cultureel Werk voor Jeugd en Volwassenen verzamelt via de rapporteringstool Bios2 al geruime tijd

Nadere informatie

Halfjaarlijkse statistieken Tewerkstelling bij de RSZPPO-werkgevers

Halfjaarlijkse statistieken Tewerkstelling bij de RSZPPO-werkgevers Halfjaarlijkse statistieken Tewerkstelling bij de RSZPPO-werkgevers Brochure 2 e kwartaal 2009 RSZPPO - statistieken INHOUD. Nummer tabel TITEL TABEL 1A Aantal werkgevers per gewest en type 1B Aantal werkgevers

Nadere informatie

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen ABBFP-10-1241 Bijlage met antwoorden

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen ABBFP-10-1241 Bijlage met antwoorden Aan de heer Theo Janssens Voorzitter VVSG (afdeling OCMW s) Paviljoenstraat 9 1030 BRUSSEL Agentschap voor Binnenlands Bestuur Afdeling Lokale en Provinciale Besturen - Financien en Personeel Boudewijnlaan

Nadere informatie

Inventarisatie van uw personeelsbestand is de eerste stap naar een leeftijdsbewust personeelsbeleid, waarna u zich volgende vragen stelt:

Inventarisatie van uw personeelsbestand is de eerste stap naar een leeftijdsbewust personeelsbeleid, waarna u zich volgende vragen stelt: Politiezones in kaart in het kader van een Leeftijdsbewust personeelsbeleid (LBPB) Leeftijdsbewust personeelsbeleid houdt zoveel als mogelijk rekening met de specifieke omstandigheden en wensen van het

Nadere informatie

Inventarisatie van uw personeelsbestand is de eerste stap naar een leeftijdsbewust personeelsbeleid, waarna u zich volgende vragen stelt:

Inventarisatie van uw personeelsbestand is de eerste stap naar een leeftijdsbewust personeelsbeleid, waarna u zich volgende vragen stelt: Intercommunale verenigingen in kaart in het kader van een Leeftijdsbewust personeelsbeleid (LBPB) Leeftijdsbewust personeelsbeleid houdt zoveel als mogelijk rekening met de specifieke omstandigheden en

Nadere informatie

Halfjaarlijkse statistieken Tewerkstelling bij de RSZPPO-werkgevers

Halfjaarlijkse statistieken Tewerkstelling bij de RSZPPO-werkgevers Halfjaarlijkse statistieken Tewerkstelling bij de RSZPPO-werkgevers Brochure 2 e kwartaal 2010 RSZPPO - statistieken INHOUD. Nummer tabel TITEL TABEL 1A Aantal werkgevers per gewest en type 1B Aantal werkgevers

Nadere informatie

Halfjaarlijkse statistieken Tewerkstelling bij de RSZPPO-werkgevers

Halfjaarlijkse statistieken Tewerkstelling bij de RSZPPO-werkgevers Halfjaarlijkse statistieken Tewerkstelling bij de RSZPPO-werkgevers Brochure 2 e kwartaal 2011 RSZPPO - statistieken INHOUD Nummer tabel TITEL TABEL 1A 1B 1C Aantal werkgevers per gewest en type Aantal

Nadere informatie

FEDERAAL ADMINISTRATIEF OPENBAAR AMBT SECTORAAL AKKOORD

FEDERAAL ADMINISTRATIEF OPENBAAR AMBT SECTORAAL AKKOORD FEDERAAL ADMINISTRATIEF OPENBAAR AMBT SECTORAAL AKKOORD 2003-2004 Dit sectoraal akkoord is van toepassing op het federaal administratief openbaar ambt, zoals gedefinieerd in artikel 1 van de wet van 22

Nadere informatie

Statistieken activiteitenverslag Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten

Statistieken activiteitenverslag Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten Statistieken activiteitenverslag 2008 8Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten inhoud RSZPPO Statistieken Activiteitenverslag 2008 8 1 Aantal werkgevers

Nadere informatie

Versie DEEL VII Titel II Toelage voor de secretaris Inhoudstafel

Versie DEEL VII Titel II Toelage voor de secretaris Inhoudstafel Versie 04-03-2011 DEEL VII Titel II Toelage voor de secretaris Inhoudstafel 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke en reglementaire grondslagen 3. Begunstigden 3.1 Eengemeentepolitiezone 3.2 Meergemeentepolitiezone

Nadere informatie

SECTORFOTO 2012 LOKALE BESTUREN

SECTORFOTO 2012 LOKALE BESTUREN SECTORFOTO 2012 LOKALE BESTUREN Inleiding Sectoren spelen een belangrijke rol in het Vlaamse arbeidsmarktbeleid. Via de sectorconvenants (protocollen tussen de Vlaamse Regering en sectoren) engageren de

Nadere informatie

Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 2004/ 2013

Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 2004/ 2013 Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 24/ 213 Dienst Studies Studies@rva.be Inhoudstafel: 1 INLEIDING 1 2 METHODOLOGIE 1 3 PROFIEL VAN DE UVW-WZ IN 24 EN IN 213 VOLGENS HET GEWEST 2 3.1 De -5-jarigen die

Nadere informatie

VERSO- Cahier 2/ 2014 Profiel van de medewerkers in de social profit

VERSO- Cahier 2/ 2014 Profiel van de medewerkers in de social profit VERSO- Cahier 2/ 2014 Profiel van de medewerkers in de social profit Een beschrijvende analyse van de kenmerken van de social profitmedewerker Voor vragen en toelichting dirk.malfait@verso-net.be Zie verder

Nadere informatie

protocol nr Over Algemene statutarisatie binnen het UZ Gent Agentschap voor overheidspersoneel

protocol nr Over Algemene statutarisatie binnen het UZ Gent Agentschap voor overheidspersoneel Agentschap voor overheidspersoneel SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST protocol nr. 261.846 PROTOCOL HOUDENDE DE CONCLUSIES VAN DE ONDERHANDELINGEN VAN 19 MEI 2008 DIE GEVOERD WERDEN

Nadere informatie

DEEL 1: De pensioenproblematiek in lokale besturen

DEEL 1: De pensioenproblematiek in lokale besturen Inhoudsopgave DEEL 1: De pensioenproblematiek in lokale besturen Hoofdstuk 1: De financiering van de pensioenen van het vastbenoemd personeel van de lokale besturen... 9 1.1 Vijf pensioenstelsels... 9

Nadere informatie

Minister van Binnenlandse Zaken. Secretariaat van de Geïntegreerde Politie (SSGPI)

Minister van Binnenlandse Zaken. Secretariaat van de Geïntegreerde Politie (SSGPI) Minister van Binnenlandse Zaken Secretariaat van de Geïntegreerde Politie (SSGPI) Fritz Toussaintstr. 8 1050 Brussel Uitgiftenummer SSGPI-ID 159490-2008 Tel 02 554 43 16 Uitgiftedatum 27-08-2008 Fax 02

Nadere informatie

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld 2010-2017 September 2018 Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen 2 INHOUDSTAFEL INLEIDING... 5 1. ARBEIDSZORG IN OOST-VLAANDEREN: ALGEMEEN OVERZICHT...

Nadere informatie

Trimestriële infosessie 2011/3

Trimestriële infosessie 2011/3 Trimestriële infosessie 2011/3 31 augustus 2011 Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten Agenda infosessie Introductie - Evaluatie vorige infosessie Capelo

Nadere informatie

Tabel 2.1 Overzicht van de situatie op de arbeidsmarkt van de onderzochte personen op 30/06/97. Deelpopulatie 1996

Tabel 2.1 Overzicht van de situatie op de arbeidsmarkt van de onderzochte personen op 30/06/97. Deelpopulatie 1996 Dit deel van het onderzoek omvat alle personen tussen de 18 en 55 jaar oud (leeftijdsgrenzen inbegrepen) op 30 juni 1997, wiens dossier van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met

Nadere informatie

INHOUD. Deel 1 De fi nanciering van de pensioenen van de statutaire personeelsleden van de lokale besturen

INHOUD. Deel 1 De fi nanciering van de pensioenen van de statutaire personeelsleden van de lokale besturen Inleiding 11 Bruikbare documenten bij deze pocket 15 Deel 1 De fi nanciering van de pensioenen van de statutaire personeelsleden van de lokale besturen 1 Huidige situatie 19 1. Historische context: vijf

Nadere informatie

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. 4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes 4.2.1. Algemeen In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. Instellingsniveau (vragenlijst coördinator) provincie,

Nadere informatie

FAQ : de hulpverleningszones vanaf 2014

FAQ : de hulpverleningszones vanaf 2014 FAQ : de hulpverleningszones vanaf 2014 Inhoud Algemene informatie... 2 Wat zullen de prezones in 2014 worden?... 2 Zal de wet van 31/12/1963 betreffende de civiele bescherming nog van toepassing zijn

Nadere informatie

Instituut voor de autocar en de autobus v.z.w. Institut pour l autocar et l autobus a.s.b.l. NALYSE VAN DE SECTORALE ARBEIDSMARKT

Instituut voor de autocar en de autobus v.z.w. Institut pour l autocar et l autobus a.s.b.l. NALYSE VAN DE SECTORALE ARBEIDSMARKT Instituut voor de autocar en de autobus v.z.w. Institut pour l autocar et l autobus a.s.b.l. NALYSE VAN DE SECTORALE ARBEIDSMARKT HD/--/HD/ECO.13/2010.13/048 mei 2010 ICB Instituut voor de autocar en de

Nadere informatie

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei 2008-179-

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei 2008-179- Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei 2008-179- VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS

Nadere informatie

Arbeidsrecht in de publieke sector

Arbeidsrecht in de publieke sector Arbeidsrecht in de publieke sector FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be 1 Algemeen De overheid kan haar

Nadere informatie

Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit. KONINKLIJK BESLUIT van 24 JUNI 1998 waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 februari 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen,

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 26 september 2017

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 26 september 2017 A D V I E S Nr. 2.051 ------------------------------ Zitting van dinsdag 26 september 2017 ---------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van een aantal

Nadere informatie

INHOUD. Deel 1 De fi nanciering van de pensioenen van de statutaire personeelsleden van de lokale besturen 15. Inleiding 9

INHOUD. Deel 1 De fi nanciering van de pensioenen van de statutaire personeelsleden van de lokale besturen 15. Inleiding 9 Inleiding 9 Bruikbare documenten bij deze pocket 13 Deel 1 De fi nanciering van de pensioenen van de statutaire personeelsleden van de lokale besturen 15 1 Historische situatie 17 1. Historische context:

Nadere informatie

Focus op de Tax shift en de vermindering van de werkgeversbijdragen

Focus op de Tax shift en de vermindering van de werkgeversbijdragen Vorstlaan 280-1160 Brussel - België T +32 2 761 46 00 F +32 2 761 47 00 info@claeysengels.be Advocaten Datum: Mei 2016 Onderwerp: Focus op de Tax shift en de vermindering van de werkgeversbijdragen Tot

Nadere informatie

Gemeentelijke verzelfstandiging: van oud naar nieuw Marijke De Lange Stafmedewerker personeel VVSG Doel van deze toelichting Veel nood aan informatie over personeelskwesties bij verzelfstandiging wat zegt

Nadere informatie

JAARVERSLAG PERSONEEL

JAARVERSLAG PERSONEEL 2017 JAARVERSLAG PERSONEEL Nathalie Verbeeck, Personeelsverantwoordelijke Bouwelse Steenweg 52, 2270 Herenthout e-mail: nathalie.verbeeck@herenthout.be Tel.: 014 507 827 OCMW-raad 3 april 2018 Pagina 2

Nadere informatie

Inventarisatie van uw personeelsbestand is de eerste stap naar een leeftijdsbewust personeelsbeleid, waarna u zich volgende vragen stelt:

Inventarisatie van uw personeelsbestand is de eerste stap naar een leeftijdsbewust personeelsbeleid, waarna u zich volgende vragen stelt: Autonome gemeentebedrijven in kaart in het kader van een Leeftijdsbewust personeelsbeleid (LBPB) Leeftijdsbewust personeelsbeleid houdt zoveel als mogelijk rekening met de specifieke omstandigheden en

Nadere informatie

Hervorming vrijwillige vierdagenweek en halftijdse vervroegde uittreding

Hervorming vrijwillige vierdagenweek en halftijdse vervroegde uittreding Hervorming vrijwillige vierdagenweek en halftijdse vervroegde uittreding This information is provided via our website and is explicitly subject to the websitedisclaimer: 1. Situering In 1995 heeft de wetgever

Nadere informatie

Verslag aan de Provincieraad

Verslag aan de Provincieraad 7e Directie Dienst 71 Personeelsbeheer, Wedden en Pensioenen Verslag aan de Provincieraad betreft PROVINCIAAL ONDERWIJS Diverse wijzigingen aan het statuut van het administratief en technisch, meesters-,

Nadere informatie

MEDEDELING 2014/10 dienst Sociale Zekerheid datum uw correspondent Dirk Peynsaert telefoon 02/

MEDEDELING 2014/10 dienst Sociale Zekerheid datum uw correspondent Dirk Peynsaert telefoon 02/ Aan mevrouw Aan de heer Gouverneur Burgemeester Voorzitter van het OCMW Voorzitter van de Intercommunale Voorzitter van het Politiecollege dienst Sociale Zekerheid datum 15.09.2014 uw correspondent Dirk

Nadere informatie

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29).

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29). In het kader van het onderzoek kreeg de RVA de vraag om op basis van de door het VFSIPH opgestelde lijst van Rijksregisternummers na te gaan welke personen op 30 juni 1997 als werkloze ingeschreven waren.

Nadere informatie

Lokale besturen 2008

Lokale besturen 2008 SECTORFOTO Lokale besturen 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan

Nadere informatie

Statutaire tewerkstelling achterhaald?

Statutaire tewerkstelling achterhaald? Statutaire tewerkstelling achterhaald? Een voorzichtige toenaderingspoging van de publieke sector tot de marktsector Janvier, R. & Janssens, K., (2003). Brugge: die Keure. Sinds de (voorlopig?) laatste

Nadere informatie

Personeel versus bestuurskracht: Tendenzen en uitdagingen bij lokale besturen Brussel, 29 september 2009

Personeel versus bestuurskracht: Tendenzen en uitdagingen bij lokale besturen Brussel, 29 september 2009 Personeel versus bestuurskracht: Tendenzen en uitdagingen bij lokale besturen Brussel, 29 september 2009 Marijke De Lange Stafmedewerker gemeentepersoneel 1 1. (Te) veel of (te) weinig personeel a) Stijging

Nadere informatie

Met ingang van 1 september 2011 wordt het stelsel van VVP/ziekte volledig hervormd onder de modaliteiten die we hierna uiteenzetten.

Met ingang van 1 september 2011 wordt het stelsel van VVP/ziekte volledig hervormd onder de modaliteiten die we hierna uiteenzetten. Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel FLITSBERICHT VVKSO 2011-08-24 Verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte vanaf 1 september 2011 Tot in 2010-2011

Nadere informatie

Vlaamse aanmoedigingspremie voor loopbaanonderbreking voor personeelsleden van de Vlaamse openbare sector en het Nederlandstalige onderwijs

Vlaamse aanmoedigingspremie voor loopbaanonderbreking voor personeelsleden van de Vlaamse openbare sector en het Nederlandstalige onderwijs Vlaamse aanmoedigingspremie voor loopbaanonderbreking voor personeelsleden van de Vlaamse openbare sector en het Nederlandstalige onderwijs De aanmoedigingspremie wordt toegekend door de Vlaamse overheid.

Nadere informatie

Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS 02.07.1981)

Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS 02.07.1981) Wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers (BS 02.07.1981) Gewijzigd bij : (1) Programmawet van 22 december 2003 (BS 31.12.2003) Gewijzigd bij : (2) Programmawet

Nadere informatie

Persbericht. Anti-crisismaatregelen: goedkeuring van een tweede pakket maatregelen van de minister van Werk om ontslagen te vermijden

Persbericht. Anti-crisismaatregelen: goedkeuring van een tweede pakket maatregelen van de minister van Werk om ontslagen te vermijden Brussel, 30 april 2009 Persbericht Anti-crisismaatregelen: goedkeuring van een tweede pakket maatregelen van de minister van Werk om ontslagen te vermijden Vice-Eerste minister en minister van werk, Joëlle

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid van 27 juni 2007;

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid van 27 juni 2007; SCSZ/07/127 1 BERAADSLAGING NR. 06/043 VAN 16 MEI 2006, GEWIJZIGD OP 3 JULI 2007, MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS AAN DE VLAAMSE DIENST VOOR ARBEIDSBEMIDDELING EN BEROEPSOPLEIDING

Nadere informatie

WET VAN 5 MEI 2014 BETREFFENDE DIVERSE AANGELEGENHEDEN INZAKE DE PENSIOENEN VAN DE OVERHEIDSSECTOR. (B.S. 02.06.2014) Uittreksels

WET VAN 5 MEI 2014 BETREFFENDE DIVERSE AANGELEGENHEDEN INZAKE DE PENSIOENEN VAN DE OVERHEIDSSECTOR. (B.S. 02.06.2014) Uittreksels FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID WET VAN 5 MEI 2014 BETREFFENDE DIVERSE AANGELEGENHEDEN INZAKE DE PENSIOENEN VAN DE OVERHEIDSSECTOR. (B.S. 02.06.2014) Uittreksels De Kamers hebben aangenomen

Nadere informatie

plage-lestijden onderwijzer

plage-lestijden onderwijzer plage-lestijden onderwijzer Schooljaar 2010-2011 - Schooljaar 2011-2012 Vlaams ministerie van Onderwijs & Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel http://www.ond.vlaanderen.be/wegwijs/agodi

Nadere informatie

Verslag aan de Provincieraad

Verslag aan de Provincieraad departement Personeel dienst Werving & Loopbaan dossiernummer:. 1305002 Verslag aan de Provincieraad betreft verslaggever Projecten opmaak inventaris in het kader van de projecten: "GIScoördinator ten

Nadere informatie

Vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan: beperking van de jobs die in aanmerking komen als vervanger

Vrijstelling van arbeidsprestaties en eindeloopbaan: beperking van de jobs die in aanmerking komen als vervanger Vlaamse overheid Koning Albert II-laan 35 bus 37 1030 BRUSSEL www.zorg-en-gezondheid.be Aan de woonzorgcentra, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen

Nadere informatie

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.1 - Oktober

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.1 - Oktober Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.1 - Oktober 2008-239- VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS

Nadere informatie

FAQ s sociale maribel 329.01

FAQ s sociale maribel 329.01 FAQ s sociale maribel 329.01 Wat moet ik doen om in aanmerking te komen voor subsidies? Je organisatie dient te behoren tot de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap (PC 329.01) en minstens 5,5

Nadere informatie

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs R A P P O RT Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Basisonderwijs en secundair onderwijs december 2009 Vlaams ministerie van Onderwijs en Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) Koning Albert II-laan

Nadere informatie

Wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid (B.S, 31 juli 2007);

Wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid (B.S, 31 juli 2007); Aan mevrouw Aan de heer Gouverneur Burgemeester Voorzitter van het OCMW Voorzitter van de Intercommunale Voorzitter van het Politiecollege Voorzitter van het College van de hulpverleningszone directie

Nadere informatie

R A P P O R T Nr. 67 ------------------------------- RAPPORT BETREFFENDE HET TIJDSKREDIET - JAARLIJKSE EVALUATIE

R A P P O R T Nr. 67 ------------------------------- RAPPORT BETREFFENDE HET TIJDSKREDIET - JAARLIJKSE EVALUATIE R A P P O R T Nr. 67 ------------------------------- RAPPORT BETREFFENDE HET TIJDSKREDIET - JAARLIJKSE EVALUATIE ---------------- 9 november 2005 1.984-1 Blijde Inkomstlaan, 17-21 - 1040 Brussel Tel: 02

Nadere informatie

Individuele beroepsopleiding (in een onderneming) (IBO) - Aanwervingen en stopzettingen tweede kwartaal 2017

Individuele beroepsopleiding (in een onderneming) (IBO) - Aanwervingen en stopzettingen tweede kwartaal 2017 SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 702 van EMMILY TALPE datum: 5 juli 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Individuele beroepsopleiding (in een onderneming) (IBO) - Aanwervingen

Nadere informatie

Registratie arbeidszorg

Registratie arbeidszorg Registratie arbeidszorg 2010-2014 Redactie: Marc Boons, Jo Bellens Toelichting Dit rapport bevat de belangrijkste bevindingen van de cijfers uit het registratiesysteem dat de Ronde Tafel Arbeidszorg heeft

Nadere informatie

Verdeling volgens geslacht binnen de KBC Groep

Verdeling volgens geslacht binnen de KBC Groep Personeelsgegevens 2015 De onderstaande gegevens zijn gebaseerd op een extrapolatie van de cijfers voor de periode van 1 januari tot 30 september 2015. Wanneer een status wordt gegeven zijn dit cijfers

Nadere informatie

Sinds 1 januari 2014 is het Vlaamse Gewest bevoegd voor de dienstencheques aangekocht in Vlaanderen.

Sinds 1 januari 2014 is het Vlaamse Gewest bevoegd voor de dienstencheques aangekocht in Vlaanderen. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 636 van GRIET COPPÉ datum: 5 juli 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Dienstencheques - Profiel gebruikers Sinds 1 januari 2014 is het

Nadere informatie

VVSG Studiedag 11 maart Eva Platteau Prof. dr. Annie Hondeghem Instituut voor de Overheid K.U.Leuven

VVSG Studiedag 11 maart Eva Platteau Prof. dr. Annie Hondeghem Instituut voor de Overheid K.U.Leuven VVSG Studiedag 11 maart 9 Eva Platteau Prof. dr. Annie Hondeghem Instituut voor de Overheid K.U.Leuven Steunpunt bestuurlijke organisatie Vlaanderen 1 Liggen de lokale besturen wakker van de pensioenproblematiek?

Nadere informatie

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN DECREET. van de heer Marc Olivier c.s. houdende invoering van een recht op opleiding voor structureel werklozen

VLAAMS PARLEMENT VOORSTEL VAN DECREET. van de heer Marc Olivier c.s. houdende invoering van een recht op opleiding voor structureel werklozen Stuk 1025 (1997-1998) Nr. 1 VLAAMS PARLEMENT Zitting 1997-1998 29 april 1998 VOORSTEL VAN DECREET van de heer Marc Olivier c.s. houdende invoering van een recht op opleiding voor structureel werklozen

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit departement Personeel dienst Personeelsbeheer dossiernummer: 1405961 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Overname personeelsleden Recreatiepark De Ster - overname personeelsleden met ingang van

Nadere informatie

KNIPPERLICHTEN Arbeidsrecht

KNIPPERLICHTEN Arbeidsrecht KNIPPERLICHTEN Arbeidsrecht Guido Lamal Advocaat-Vennoot Curia 1. RSZ op beëindigingsvergoedingen 2. Wet Eenheidsstatuut 3. CAO nr. 109 4. Opzeggingsvergoeding in geval van vermindering van arbeidsprestaties

Nadere informatie

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Basisonderwijs en secundair onderwijs December 29 VLAAMS MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VORMING AGENTSCHAP VOOR ONDERWIJSDIENSTEN (AgODi) Arbeidsmarktbarometer Onderwijs december

Nadere informatie

nr. 46 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 14 oktober 2014 aan PHILIPPE MUYTERS Dienstencheques - Gebruikers

nr. 46 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 14 oktober 2014 aan PHILIPPE MUYTERS Dienstencheques - Gebruikers SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 46 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 14 oktober 2014 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Dienstencheques - Gebruikers De dienstencheque (DC),

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de regels tot bepaling van de bedragen

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen. Voor de toepassing van dit besluit wordt met de term «gemeente» ook een «brandweerintercommunale» verstaan.

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen. Voor de toepassing van dit besluit wordt met de term «gemeente» ook een «brandweerintercommunale» verstaan. KONINKLIJK BESLUIT VAN 12 OKTOBER 2011 TOT OVERPLAATSING NAAR DE FOD BINNENLANDSE ZAKEN VAN DE PERSONEELSLEDEN IN DIENST BIJ DE CENTRA VAN HET EENVORMIG OPROEPSTELSEL. (inw. 31 oktober 2011) (B.S. 21.10.2011)

Nadere informatie

2. Kan de minister voor de afgelopen drie schooljaren en referteperiodes de volgende gegevens verschaffen?

2. Kan de minister voor de afgelopen drie schooljaren en referteperiodes de volgende gegevens verschaffen? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 556 van JORIS POSCHET datum: 8 september 2015 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Hoger beroepsonderwijs - Gegevens,

Nadere informatie

Versie DEEL VII Titel I Toelage voor de bijzondere rekenplichtige Inhoudstafel

Versie DEEL VII Titel I Toelage voor de bijzondere rekenplichtige Inhoudstafel Versie 04-03-2011 DEEL VII Titel I Toelage voor de bijzondere rekenplichtige Inhoudstafel 1. Samenvattende tabel 2. Wettelijke en reglementaire grondslagen 3. Begunstigden 3.1 Eengemeentepolitiezone 3.2

Nadere informatie

Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS

Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS 1 Flexi-jobs: Synthese Tabel 1: Aantal en aandeel flexi-arbeid -2016Q4- Aantal Aandeel Werkgevers 5 223 21,4% Arbeidsplaatsen tijdens kwartaal 1 16 831 9,4% Voltijdsequivalenten

Nadere informatie

Verslag aan de Provincieraad

Verslag aan de Provincieraad Sociale begeleiding Verslag aan de Provincieraad registratienr. 0412814 betreft verslaggever SOCIALE BEGELEIDING PERSONEEL uitbouw Sociale Dienst de heer Alexander Vercamer Mevrouwen en mijne Heren, In

Nadere informatie

nr. 187 van INGEBORG DE MEULEMEESTER datum: 13 januari 2015 aan HILDE CREVITS

nr. 187 van INGEBORG DE MEULEMEESTER datum: 13 januari 2015 aan HILDE CREVITS SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 187 van INGEBORG DE MEULEMEESTER datum: 13 januari 2015 aan HILDE CREVITS VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS Leerplichtige leerlingen

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 116, 2;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 116, 2; Besluit van de Vlaamse Regering houdende regeling van de externe personeelsmobiliteit tussen sommige lokale en provinciale overheden onderling en tussen sommige lokale en provinciale overheden en de diensten

Nadere informatie

Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies

Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 19 juli 2007 Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies Eén op de tien Belgen werkt in een ander gewest; één op de vijf in een andere

Nadere informatie

VR DOC.0272/1

VR DOC.0272/1 VR 2011 0804 DOC.0272/1 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de regeling van de jaarlijkse vakantie voor de administratief medewerker en voor bepaalde personeelsleden van het administratief personeel

Nadere informatie

GEBRUIKERSGIDS VOOR HET DMFA/PPL-BERICHT VAN DE STUDENT. Deze gids is bestemd voor de in het Kadaster geïntegreerde kinderbijslaginstellingen.

GEBRUIKERSGIDS VOOR HET DMFA/PPL-BERICHT VAN DE STUDENT. Deze gids is bestemd voor de in het Kadaster geïntegreerde kinderbijslaginstellingen. GEBRUIKERSGIDS VOOR HET DMFA/PPL-BERICHT VAN DE STUDENT CONTEXT Deze gids is bestemd voor de in het Kadaster geïntegreerde kinderbijslaginstellingen. Hij heeft betrekking op de kritische lezing van een

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling SoCompact Van Eeckhoutte, Taquet & Clesse www.bellaw.be Onderwerp Wet op het eenheidsstatuut schaft het proefbeding af Datum 18 december 2013 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document

Nadere informatie

SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST. protocol nr

SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST. protocol nr SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST protocol nr. 202.628 PROTOCOL HOUDENDE DE CONCLUSIES VAN DE ONDERHANDELINGEN VAN 28 JULI EN 22 SEPTEMBER 2003 DIE GEVOERD WERDEN IN HET SECTORCOMITE

Nadere informatie

KNELPUNTBEROEPEN LOKALE BESTUREN Focus op een aantal knelpuntfuncties

KNELPUNTBEROEPEN LOKALE BESTUREN Focus op een aantal knelpuntfuncties KNELPUNTBEROEPEN LOKALE BESTUREN Focus op een aantal knelpuntfuncties Tess Poppe 26 maart 205 Inhoud DEEL I Knelpuntberoepen OCMW s... 2. Overzicht functies... 2.. Verpleegkundige... 3..2 Hoofdverpleegkundige...

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/10/115 BERAADSLAGING NR 10/069 VAN 7 SEPTEMBER 2010 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN GECODEERDE PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

INTERNATIONALE LUCHTHAVEN OOSTENDE-BRUGGE H.R.M. 2013

INTERNATIONALE LUCHTHAVEN OOSTENDE-BRUGGE H.R.M. 2013 PERSONEEL Op 31/12/2013 telden we 121 personeelsleden bij de DAB Luchthaven Oostende. We kennen een daling van 9 personeelsleden ten opzichte van 31/12/2012. In de loop van 2013 werden 4 beveiligingsagenten

Nadere informatie

VR DOC.1329/1BIS

VR DOC.1329/1BIS VR 2016 0212 DOC.1329/1BIS VR 2016 0212 DOC.1329/1BIS DE VICEMINISTER PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING EN VLAAMS MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING

Nadere informatie

Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten

Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten Jozef II-straat 47 B-1000 BRUSSEL Tel. (02) 239 12 11 Aan mevrouw Aan de heer Gouverneur Burgemeester Voorzitter

Nadere informatie

Hervorming financiering ambtenarenpensioenen

Hervorming financiering ambtenarenpensioenen Hervorming financiering ambtenarenpensioenen van lokale besturen Wet van 24 oktober 2011 Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten Overzicht I. Inleiding II.

Nadere informatie

Omzendbrief Welzijn en Gezondheid 2005/001

Omzendbrief Welzijn en Gezondheid 2005/001 Omzendbrief Welzijn en Gezondheid 2005/001 Vlaamse Regering Kabinet van Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Koolstraat 35, 1000 BRUSSEL Tel. 02-552 64 00 - Fax. 02-552 64 01 E-mail: kabinet.vervotte@vlaanderen.be

Nadere informatie

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST 1) Omschrijving van de arbeidsovereenkomst Artikel 3 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

5. EEN VERGELlJKING MET DE BESTAANDE WETGEVING

5. EEN VERGELlJKING MET DE BESTAANDE WETGEVING 5. EEN VERGELlJKING MET DE BESTAANDE WETGEVING 5.1. Inleiding Uit de sociale verplichtingen uiteengezet in punt 2.1.1. en 2.1.2., blijkt dat de thans beschikbare informatie aanwezig is maar dat een ordening

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZG/15/116 ADVIES NR. 08/05 VAN 8 APRIL 2008, GEWIJZIGD OP 6 MEI 2008, OP 4 MAART 2014 EN OP 7 JULI 2015,

Nadere informatie

rapport De Vlaamse lokale besturen vergrijzen > een exploratieve analyse van de pensioenproblematiek > Kathleen Vanmullem & Annie Hondeghem

rapport De Vlaamse lokale besturen vergrijzen > een exploratieve analyse van de pensioenproblematiek > Kathleen Vanmullem & Annie Hondeghem De Vlaamse lokale besturen vergrijzen > een exploratieve analyse van de pensioenproblematiek rapport > Kathleen Vanmullem & Annie Hondeghem > D/2008/10106/006 Universiteit Antwerpen Onderzoeksgroep Management

Nadere informatie

Trimestriële infosessie 2013/1

Trimestriële infosessie 2013/1 Trimestriële infosessie 2013/1 19 februari 2013 Rijksdienst voor sociale zekerheid van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten Infosessie agenda o Introductie o Trimestriële aanpassingen o Te

Nadere informatie

FEDERAAL ADMINISTRATIEF OPENBAAR AMBT SECTORAAL AKKOORD 2005-2006

FEDERAAL ADMINISTRATIEF OPENBAAR AMBT SECTORAAL AKKOORD 2005-2006 FEDERAAL ADMINISTRATIEF OPENBAAR AMBT SECTORAAL AKKOORD 2005-2006 Dit sectoraal akkoord is van toepassing op het federaal administratief openbaar ambt, zoals bepaald in artikel 1 van de wet van 22 juli

Nadere informatie

De perequatie van de overheidspensioenen

De perequatie van de overheidspensioenen De perequatie van de overheidspensioenen De perequatie van de overheidspensioenen Inhoud 1. Wettelijke basis 2. Inleiding 3. De korven 4. Koppeling van de pensioenen aan een perequatiekorf 5. Samenstelling

Nadere informatie

DE AUDIOVISUELE SECTOR CIJFERS OPLEIDINGSINSPANNINGEN

DE AUDIOVISUELE SECTOR CIJFERS OPLEIDINGSINSPANNINGEN DE AUDIOVISUELE SECTOR CIJFERS 2013 OPLEIDINGSINSPANNINGEN INHOUDSOPGAVE I. INLEIDING... 2 II. SOCIALE BALANS... 3 III. ANALYSE VAN DE OPLEIDINGSINSPANNINGEN BINNEN HET PC 227... 5 1. REPRESENTATIVITEIT...

Nadere informatie

Grafische sector West-Vlaanderen Werkt 2, 2009

Grafische sector West-Vlaanderen Werkt 2, 2009 Grafische sector West-Vlaanderen Werkt 2, 2009 De grafische sector in West-Vlaanderen Foto: : Febelgra Jens Vannieuwenhuyse sociaaleconomisch beleid, WES De grafische sector is zeer divers. Grafische bedrijven

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 23 januari 2009 tot wijziging van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 151;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 23 januari 2009 tot wijziging van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 151; 1 Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de inwerkingtreding van diverse bepalingen van het decreet van 23 januari 2009 tot wijziging van het Gemeentedecreet, de uitvoering en inwerkingtreding van

Nadere informatie

930,16 X (index januari 2004) ,94 (= index januari 2003)

930,16 X (index januari 2004) ,94 (= index januari 2003) 16 MEI 2003. - Omzendbrief BA 2003/05 met toelichting bij het sectoraal akkoord 2003-2004 voor het personeel van de lokale en provinciale besturen en met de mededeling omtrent nieuwe grensbedragen haard-

Nadere informatie

Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid

Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid 2070000 Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid Opeenvolgende arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juli 2007 (84.936)... 2 Minimumwedde

Nadere informatie