Regelgeving inzake stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Regelgeving inzake stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk"

Transcriptie

1 DIENST BELEIDSCOÖRDINATIE Brussel, 18 juni 2009 VSKO/DB/JP/Psychosociaal Regelgeving inzake stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk Inhoud 1 Inleiding Overzicht van de regelgeving Preventie van psychosociale risico s Toepassingsgebied Op welke personen is deze regelgeving van toepassing? Werkgever Werknemers Andere personen die zich op de arbeidsplaats bevinden Leerlingenstages Bedrijfsstages Op welke materie is deze regelgeving van toepassing? Geweld op het werk Pesterijen op het werk Ongewenst seksueel gedrag op het werk Stress op het werk Ambtenaar belast met het toezicht Basisprincipes 7 4 Verplichtingen van het schoolbestuur Bevoegde preventieadviseur en (eventueel) vertrouwenspersoon aanstellen Preventieadviseur voor psychosociale aspecten (PAPsy) aanstellen Eventueel één of meer vertrouwenspersonen aanstellen Taken van de PAPsy en van de vertrouwenspersoon Risicoanalyse doorvoeren en gepaste preventiemaatregelen nemen Psychologische ondersteuning bieden Feitenregister bijhouden Informatie en opleiding verstrekken Bepalingen in het arbeidsreglement opnemen Te volgen procedures indien zich feiten voordoen Actiemogelijkheden De informele interne procedure De formele interne procedure Tussenkomst van de arbeidsinspectie Vordering voor de rechtbank Overzicht van de procedures Documenten in het kader van de formele interne procedure De met redenen omklede klacht... 18

2 Het individueel klachtendossier Het geschreven advies van de PAPsy aan het schoolbestuur Ontslagbescherming van slachtoffer en getuigen Wat is ontslagbescherming? Wat betekent ontslagbescherming in het onderwijs? Wat bij ontslag? Vertrouwelijkheid van informatie De rol van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer Inleiding 1.1 Overzicht van de regelgeving Sedert 2007 is de regelgeving inzake stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk in belangrijke mate gewijzigd. Deze regelgeving is nu vastgelegd in drie teksten: het hoofdstuk Bijzondere bepalingen betreffende geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk van de wet welzijn werknemers 1) ; het koninklijk besluit betreffende de voorkoming van psychosociale belasting op het werk 2), hierna het kb psychosociale belasting genoemd; de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende het beleid ter voorkoming van stress door het werk 3), hierna de cao genoemd. In het vervolg zullen we naar het geheel van deze teksten verwijzen als de regelgeving inzake psychosociale belasting op het werk. Een afzonderlijke, zogenaamde anti-pestwet bestaat dus niet als dusdanig. In deze mededeling lichten we toe welke implicaties deze regelgeving heeft voor het schoolbestuur, voor zijn personeelsleden en voor de andere personen op school (leerlingen, ouders ), welke verplichtingen het schoolbestuur moet naleven en welke procedures gevolgd moeten worden indien zich feiten voordoen. 1.2 Preventie van psychosociale risico s In deze mededeling gaan we dus niet in op de preventie van psychosociale risico s. Voor informatie in verband met preventie van geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag kan de school zich onder meer wenden tot de volgende waardevolle bronnen: de website Antisociaal gedrag op school Geweld, ongewenst seksueel gedrag en pesten van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming 4) ; 1) Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, hoofdstuk Vbis, art. 32bis tot en met 32octiesdecies, Belgisch Staatsblad, 18 september > Welzijn op het werk > Regelgeving > Wet van 4 augustus [ ]. 2) Koninklijk besluit van 17 mei 2007 betreffende de voorkoming van psychosociale belasting veroorzaakt door het werk, waaronder geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, Belgisch Staatsblad, 6 juni > Welzijn op het werk > Regelgeving > Codex over het welzijn op het werk > Maatregelen in verband met psychosociale belasting op het werk. 3) Cao nr. 72 van 30 maart 1999 betreffende het beleid ter voorkoming van stress door het werk. > Nederlands > CAO s > CAO nr. 72 van )

3 3 de brochure Beleidsplan ter preventie en bestrijding van geweld, pesten en ongewenst seksueel gedrag op school (109 blz.) die gratis gedownload kan worden van de website van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming 5) ; diverse publicaties die gratis besteld of gedownload kunnen worden op de website van de Federale Overheidsdienst voor Arbeid, Werk en Sociaal Overleg 6). 2 Toepassingsgebied 2.1 Op welke personen is deze regelgeving van toepassing? 7) Door de regelgeving inzake psychosociale belasting worden niet alleen de werkgever en de werknemers, maar ook de gelijkgestelde werknemers en de andere personen op school gevat Werkgever Het schoolbestuur of de inrichtende macht dient als werkgever de regelgeving inzake psychosociale belasting op het werk na te leven Werknemers Zowel het gesubsidieerd personeel (bestuurs- en onderwijzend personeel, ondersteunend personeel ) als het niet-gesubsidieerd personeel (klusjesman, poetsvrouw ) is onderworpen aan deze regelgeving. Naast de gewone werknemers zijn ook de personen die gelijkgesteld worden met werknemers, aan deze regelgeving onderworpen. Het gaat onder meer om de volgende personen: leerlingen die op school een vorm van arbeid verrichten in het kader van de praktijkvakken (PV), de kunstvakken (KV) of de beroepsgerichte vorming (BGV); cursisten van een centrum voor volwassenenonderwijs (CVO) die een studiegebied volgen dat het leren uitoefenen van een beroep als doelstelling heeft; personen die in het kader van een lerarenstage of een LIO-baan werkzaam zijn op school; leerlingen die in het kader van een leerlingenstage of een leerovereenkomst werkzaam zijn in een bedrijf of een instelling. In dit geval treedt niet de school, maar wel het bedrijf of de instelling als werkgever op. Leerlingen moeten niet als gelijkgestelde werknemers beschouwd worden tijdens de algemene vakken (AV), de technische vakken (TV), de algemene, sociale en persoonlijkheidsvorming (ASPV), de sociaalmaatschappelijke training (buitengewoon onderwijs), of tijdens de speeltijden, de extra-murosactiviteiten e.d. Het is derhalve belangrijk zich te realiseren dat de regelgeving inzake psychosociale belasting op het werk niet alleen op de personeelsleden, maar ook op sommige leerlingen van toepassing is. Om dit te beklemtonen gebruiken we hierna systematisch de uitdrukking (gelijkgestelde) werknemers om te verwijzen naar de personeelsleden én naar de leerlingen en de andere personen die met werknemers gelijkgesteld worden. 5) > Zoeken op titel > Beleidsplan. 6) > Welzijn op het werk > Psychosociale belasting > Publicaties. 7) Wet welzijn werknemers, art. 32bis. Kb psychosociale belasting, art. 1.

4 Andere personen die zich op de arbeidsplaats bevinden De regelgeving inzake psychosociale belasting is eveneens van toepassing op alle andere personen die zich op de arbeidsplaats bevinden. Hieronder wordt verstaan iedere persoon op de arbeidsplaats die geen werkgever of (gelijkgestelde) werknemer is en die in contact treedt met de (gelijkgestelde) werknemers bij de uitvoering van hun werk. Op school zijn dat onder meer: leerlingen die niet gelijkgesteld worden met werknemers, ouders, leveranciers en klanten, pedagogisch begeleiders en inspecteurs, bezoekers, personeelsleden van aannemers van werken (bijvoorbeeld poetsfirma, loodgieter, werklui op een bouwwerf ) Leerlingenstages Een leerling die in een bedrijf of een instelling een onbezoldigde stage vervult, wordt gelijkgesteld met de werknemers van dat bedrijf of die instelling en heeft wat de regelgeving inzake psychosociale belasting op het werk betreft, binnen dat bedrijf of die instelling dezelfde rechten en plichten als die werknemers Bedrijfsstages Een leraar die in een bedrijf of een instelling in het kader van een bedrijfsstage werkervaring in een ander arbeidsmilieu opdoet, wordt in deze context beschouwd als een werknemer van een onderneming van buitenaf. In die hoedanigheid kan hij een beroep doen op de interne procedure van het bedrijf of de instelling waar hij zijn werkzaamheden uitvoert 8), indien hij het voorwerp is van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag vanwege een werknemer van dat bedrijf of die instelling (zie punten en 5.1.2). Voor het overige wordt hij in deze context door het bedrijf of de instelling beschouwd als een andere persoon op de arbeidsplaats 9) (zie punt 2.1.3). 2.2 Op welke materie is deze regelgeving van toepassing? 10) Onder psychosociale belasting op het werk verstaan we elke belasting van psychosociale aard die haar oorsprong vindt in de uitvoering van het werk of die voorkomt naar aanleiding van de uitvoering van het werk, en die schadelijke gevolgen heeft voor de lichamelijke of psychische gezondheid van de persoon 11). De regelgeving focust op vier belangrijke vormen van psychosociale belasting op het werk: geweld, pesterijen, ongewenst seksueel gedrag en stress. 8) Kb psychosociale belasting, art ) Voor zover deze situatie nog niet bij koninklijk besluit geregeld is. Wet welzijn werknemers, art. 32bis. 10) Wet welzijn werknemers, art. 32ter. Cao nr. 72, art > Welzijn op het werk > Psychosociale belasting > Bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk > Definities 11) Kb psychosociale belasting, art. 2, 3.

5 Geweld op het werk Geweld op het werk wordt omschreven als elk feit waarbij een werknemer of een andere persoon op de arbeidsplaats psychisch of fysiek wordt bedreigd of aangevallen bij de uitvoering van het werk. Geweld kan dus bedreigingen omvatten, fysieke agressie (bijvoorbeeld directe slagen) of verbale agressie (bijvoorbeeld beschimpingen, beledigingen, plagerijen ) Pesterijen op het werk Pesterijen op het werk worden omschreven als meerdere gelijkaardige of uiteenlopende gedragingen binnen of buiten de instelling die plaats hebben gedurende een bepaalde tijd en die tot doel of gevolg hebben dat de persoonlijkheid, de waardigheid of de fysieke of psychische integriteit van een werknemer of een andere persoon op het werk wordt aangetast, dat zijn betrekking in gevaar wordt gebracht of dat een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd. Deze gedragingen kunnen in het bijzonder verband houden met een discriminatiegrond, met name godsdienst, overtuiging, handicap, leeftijd, seksuele geaardheid, geslacht, ras of etnische afstamming. We lichten enkele aspecten van deze omschrijving verder toe: Onder gedragingen kunnen woorden, bedreigingen, handelingen, gebaren, eenzijdige geschriften (brieven, memo s, mails, SMS ), opnamen (foto, audio, video ), virtuele publicaties (instant messaging, weblog, sociale netwerksite ) verstaan worden. Deze gedragingen moeten alleszins een onrechtmatig karakter hebben. Deze gedragingen kunnen zich zowel binnen als buiten de school afspelen. Het moet gaan om meerdere gedragingen, die gespreid zijn over een zekere tijd. Een eenmalige handeling kan nooit als een pesterij geïnterpreteerd worden. Het hoeven niet precies dezelfde handelingen te zijn die herhaald worden. Het moet niet om opzettelijke gedragingen gaan. Het volstaat dat het gedrag een impact heeft, zelfs als de dader dit niet gewild heeft. De normale gezagsuitoefening van de schoolleiding kan niet gelijkgesteld worden met pesten, zelfs al ervaart de werknemer de gezagsuitoefening als onrechtvaardig. We geven enkele voorbeelden van mogelijke pesterijen: Isoleren van de persoon: hem negeren, aan zijn collega s verbieden met hem te praten, hem niet uitnodigen op vergaderingen. Verhinderen dat de persoon zich uitdrukt: hem voortdurend onderbreken, hem systematisch bekritiseren. De waardigheid van de persoon aantasten: hem kleineren, roddels over hem verspreiden, kritiek uiten op zijn religieuze overtuiging, zijn afkomst, zijn privéleven. De persoon in diskrediet brengen: hem geen enkele taak geven, hem enkel nutteloze opdrachten opleggen, hem enkel opdrachten geven die onmogelijk kunnen worden uitgevoerd, hem de nodige informatie voor de uitoefening van zijn functie onthouden, hem overladen met werk. Pesterijen tussen leerlingen onderling voor zover het niet gaat om gelijkgestelde werknemers vallen niet onder het toepassingsgebied van de regelgeving voor de psychosociale belasting op het werk. Daarvoor verwijzen we naar de specifieke mededeling 12) over dit onderwerp. Het is alleszins aan te bevelen ernaar te streven de preventie en de aanpak van pesterijen tussen leerlingen zoveel mogelijk in het kader van het globale zorgbeleid van de school te benaderen, en zo mogelijk procedures in verband met de psychosociale belasting op het werk te vermijden. 12) Pesten, cyberpesten en steaming van leerlingen door leerlingen Preventie en aanpak, mededeling d.d. 20 juli 2007, M-VVKSO

6 Ongewenst seksueel gedrag op het werk Ongewenst seksueel gedrag op het werk wordt omschreven als elke vorm van ongewenst verbaal, nonverbaal of lichamelijk gedrag met een seksuele connotatie dat als doel of gevolg heeft dat de waardigheid van een persoon aangetast wordt of een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving gecreëerd wordt. Bemerk dat het niet om opzettelijke gedragingen hoeft te gaan: het volstaat dat het gedrag het genoemde gevolg heeft. Voorbeelden van ongewenst seksueel gedrag zijn: lonken of wellustige blikken, dubbelzinnige opmerkingen of insinuaties, schuine moppen, tonen van pornografisch materiaal (foto s, teksten, video s ), compromitterende voorstellen, aanrakingen, slagen en verwondingen, verkrachting Stress op het werk Alhoewel stress onmiskenbaar een vorm van psychosociale belasting is, ligt de klemtoon van de regelgeving bijna uitsluitend op geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag. Het begrip stress komt slechts éénmaal voor in de wet welzijn werknemers en in het kb psychosociale belasting, en wordt bovendien niet gedefinieerd. Voor een definitie grijpen we daarom terug naar cao nr. 72 die stress omschrijft als een toestand die door een groep van werknemers als negatief ervaren wordt, die gepaard gaat met klachten of disfunctioneren in lichamelijk, psychisch en/of sociaal opzicht en die het gevolg is van het feit dat werknemers niet in staat zijn om te voldoen aan de eisen en verwachtingen die hen vanuit de werksituatie gesteld worden. Het gaat dus om de subjectieve inschatting door de werknemers van iets dat als negatief wordt ervaren. Het gaat tevens om negatieve gevolgen voor de gezondheid, die wellicht minder subjectief zijn en beter geobjectiveerd kunnen worden. Toch is de relatie tussen gezondheidseffecten en stress op het werk niet altijd zo eenduidig als bijvoorbeeld bij arbeidsongevallen en beroepsziekten. Ten slotte verwijst deze definitie impliciet naar het balansmodel, dat één van de meest gebruikte psychologische modellen is om stressmechanismen te beschrijven. In dit model wordt gefocust op de balans tussen de eisen aan en de mogelijkheden van de werknemer, of tussen moeten en kunnen. In de cao worden vier potentiële bronnen voor stressrisico s aangewezen, met name: de arbeidsinhoud, dit is de aard van het werk dat het personeelslid moet uitvoeren. Mogelijke stressrisico s zijn: te veel werk, te hoog werktempo, te moeilijk werk, te veel verantwoordelijkheid, onduidelijke of tegenstrijdige taakeisen, maar ook te eenvoudig werk, te monotoon werk, te weinig werk, verveling. de arbeidsomstandigheden, dit zijn de fysieke, fysische en materiële omstandigheden van het werk. Mogelijke stressrisico s zijn: te grote klassen, teveel lawaai, slechte verlichting of verluchting, onaangepaste temperatuur, gevaarlijke werksituaties, ontbrekende hulpmiddelen, werkkledij of persoonlijke beschermingsmiddelen, slechte werkhouding. de arbeidsvoorwaarden zoals deze deels contractueel vastgelegd zijn. Mogelijke stressrisico s zijn: onevenwichtig uurrooster, tewerkstelling op verschillende vestigingsplaatsen of scholen, weinig loopbaanmogelijkheden, werkonzekerheid. de arbeidsverhoudingen, dit zijn de relaties met de collega s en de schoolleiding, en de sociale verhoudingen. Mogelijke stressrisico s zijn: slechte wijze van leidinggeven, te weinig medezeggenschap, slechte onderlinge relaties, te weinig steun (in het bijzonder voor beginnende leraren), discriminatie, ongewenste intimiteiten, pesterijen. Strikt genomen is de cao niet van toepassing op het gesubsidieerd onderwijs. De beginselen die in deze cao geformuleerd worden (onder meer wat het opsporen en evalueren van risico s en het nemen van preventiemaatregelen betreft) vloeien evenwel voort uit de toepassing van de wet welzijn werknemers

7 7 en het kb welzijnsbeleid 13) die onverkort van toepassing zijn in het gesubsidieerd onderwijs. We beschouwen de cao dan ook als een geschikte leidraad om in het gesubsidieerd onderwijs een stressbeleid te implementeren. 2.3 Ambtenaar belast met het toezicht De regelgeving inzake psychosociale belasting kent een aantal bevoegdheden toe aan de met het toezicht belaste ambtenaar. Deze ambtenaren oefenen het toezicht uit op de naleving van de wet welzijn werknemers en de uitvoeringsbesluiten ervan, overeenkomstig de bepalingen betreffende de arbeidsinspectie 14). In het vervolg zullen we naar de met het toezicht belaste ambtenaar verwijzen als de arbeidsinspectie. 3 Basisprincipes De werkgevers en de werknemers, de daarmee gelijkgestelde personen en de andere personen die in contact komen met de (gelijkgestelde) werknemers bij de uitvoering van hun werk, dienen zich te onthouden van iedere daad van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk 15). Bovendien dienen de (gelijkgestelde) werknemers op positieve wijze bij te dragen tot het preventiebeleid en zich te onthouden van elk wederrechtelijk gebruik van de klachtenprocedure 16). 4 Verplichtingen van het schoolbestuur In dit hoofdstuk behandelen we de verplichtingen die het schoolbestuur steeds moet nakomen, ongeacht of er zich feiten voordoen. De klemtoon ligt dus op het proactief optreden van het schoolbestuur. In hoofdstuk 5 behandelen we de procedures die nageleefd moeten worden in opvolging van bepaalde feiten. In dat hoofdstuk ligt de klemtoon dus op het reactief optreden van het schoolbestuur. De verplichtingen van het schoolbestuur kunnen als volgt samengevat worden: een preventieadviseur psychosociale aspecten en eventueel één of meer vertrouwenspersonen aanstellen; een risicoanalyse doorvoeren en gepaste preventiemaatregelen nemen; psychologische ondersteuning bieden bij bepaalde vormen van geweld; een feitenregister bijhouden; informatie en opleiding verstrekken; een aantal bepalingen in het arbeidsreglement opnemen. Hierna lichten we deze verplichtingen toe. 13) Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, Belgisch Staatsblad, 31 maart > Welzijn op het werk > Regelgeving > Codex over het welzijn op het werk > Algemene principes betreffende het welzijnsbeleid. 14) Wet welzijn werknemers, art. 32nonies. 15) Wet welzijn werknemers, art. 32bis. 16) Wet welzijn werknemers, art. 6, 7.

8 8 4.1 Bevoegde preventieadviseur en (eventueel) vertrouwenspersoon aanstellen 17) Preventieadviseur voor psychosociale aspecten (PAPsy) aanstellen Het schoolbestuur wijst een preventieadviseur (PAPsy) aan, die gespecialiseerd is in de psychosociale aspecten van het werk, waaronder geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag. Deze preventieadviseur moet onderscheiden worden van de gewone preventieadviseur van de interne dienst die door het schoolbestuur aangesteld moet worden in toepassing van de wet welzijn werknemers 18) en die de zeven welzijnsdomeinen 19) behartigt Aanstelling van de PAPsy 20) De PAPsy behoort tot de externe dienst of de interne dienst. Indien het schoolbestuur minder dan 50 werknemers telt, dan behoort de PAPsy steeds tot de Externe Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk (EDPBW). Indien het schoolbestuur minstens 50 werknemers telt, dan mag de PAPsy naar keuze van het schoolbestuur deel uitmaken van de EDPBW; deel uitmaken van de Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk (IDPBW), mits alle vertegenwoordigers van personeelsleden in het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) daarmee vooraf instemmen. Met andere woorden, elke afgevaardigde van de personeelsleden in het CPBW heeft de facto een vetorecht. Indien er geen akkoord wordt bereikt, vraagt het schoolbestuur het advies van de arbeidsinspectie. Indien de PAPsy deel uitmaakt van de IDPBW, mag het schoolbestuur aanvullend een beroep doen op de EDPBW. De personeelsleden moeten de PAPsy kunnen raadplegen tijdens de werkuren. De tijd besteed aan de raadpleging van de PAPsy wordt beschouwd als arbeidstijd. De eventuele verplaatsingskosten zijn ten laste van het schoolbestuur. De PAPsy mag niet tezelfdertijd de functie van preventieadviseur-arbeidsgeneesheer uitoefenen. Aangezien de preventieadviseur zijn opdracht vervult in volledige onafhankelijkheid van de werkgever en de werknemers, kan hij bovendien geen deel uitmaken van de werkgevers- of werknemersdelegatie in het CPBW, het LOC of de ondernemingsraad (OR). Ongeacht het aantal werknemers of de aanwezige risico s kan het schoolbestuur zich beperken tot de aanstelling van één PAPsy. Ook indien verscheidene schoolbesturen een gemeenschappelijke interne dienst (GIDPBW) opgericht hebben, volstaat het voor deze dienst één PAPsy aan te stellen. Uiteraard moeten dan alle betrokken CPBW s daarmee instemmen. Indien door toepassing van de wet welzijn werknemers meer dan één preventieadviseur in de interne dienst werkzaam is, duidt het schoolbestuur de preventieadviseur aan die de leiding van de interne dienst heeft. Enkel een preventieadviseur die met vrucht een erkende cursus van het eerste of het tweede niveau heeft beëindigd, kan belast worden met de leiding van de interne dienst van een schoolbestuur dat behoort tot respectievelijk groep A of groep B. 17) Wet welzijn werknemers, art. 32sexies, 1 en 2. 18) Wet welzijn werknemers, art. 33, 1. 19) Met name de arbeidsveiligheid, de gezondheid op het werk, de psychosociale belasting, de ergonomie, de arbeidshygiëne, de verfraaiing van de arbeidsplaatsen en de maatregelen inzake (intern) leefmilieu. Wet welzijn werknemers, art. 4, 1. 20) Wet welzijn werknemers, art. 32sexies, 1. Kb psychosociale belasting, art. 26.

9 Opleidingsvereisten voor de PAPsy 21) De PAPsy werkzaam in het kader van de externe dienst of de interne dienst moet aan de volgende vereisten voldoen: over een einddiploma van een universiteit of van hoger onderwijs op universitair niveau beschikken, waarvan het curriculum een belangrijk aandeel psychologie en sociologie omvat, met daarenboven reeds een eerste specialisatie in de domeinen van arbeid en organisatie; het bewijs leveren met vrucht een multidisciplinaire basisvorming voor preventieadviseur te hebben beëindigd, evenals een module specialisatie psychosociale aspecten van het werk waaronder geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk; vijf jaar ervaring bewijzen op het vlak van de psychosociale aspecten van de arbeid. Wie evenwel vóór 16 juni 2007 in toepassing van het vorige kb 22) in de interne dienst werd aangeduid, mag de functie van PAPsy blijven uitoefenen onder de voorwaarden vastgesteld in dat kb Eventueel één of meer vertrouwenspersonen aanstellen Het schoolbestuur mag één of meer vertrouwenspersonen aanstellen, maar is dat NIET verplicht Aanstelling van de vertrouwenspersonen 23) Voor een soepel verloop van de interne procedure lijkt het aan te bevelen een vertrouwenspersoon aan te stellen. Indien de interne dienst uit verschillende afdelingen bestaat (bijvoorbeeld één schoolbestuur met verscheidene scholen), lijkt het logisch dat elke afdeling (elke school) over een vertrouwenspersoon beschikt. De PAPsy kan dan coördinerend optreden en kan zich bij ernstige problemen als objectieve onafhankelijke opstellen. Een andere overweging kan zijn dat één van de aangestelde vertrouwenspersonen zijn functie specifiek uitoefent ten behoeve van de leerlingen die gelijkgesteld worden met werknemers. Hij kan deze opdracht dan in het kader van het globaal zorgbeleid van de school combineren met een gelijkaardige opdracht ten aanzien van de andere leerlingen. Als het schoolbestuur effectief overgaat tot de aanstelling van één of meer vertrouwenspersonen, moet het vanzelfsprekend de wettelijke bepalingen ter zake naleven. Als de PAPsy tot de EDPBW behoort en als het schoolbestuur meer dan 20 werknemers telt, dan moet de vertrouwenspersoon tot het personeel van het schoolbestuur behoren. Zowel voor de aanstelling van de vertrouwenspersoon als voor de verwijdering van de vertrouwenspersoon uit zijn functie heeft het schoolbestuur het voorafgaand akkoord nodig van alle vertegenwoordigers van de personeelsleden in het CPBW. Met andere woorden, elke afgevaardigde van de personeelsleden in het CPBW heeft de facto een vetorecht. Indien er geen akkoord wordt bereikt, vraagt het schoolbestuur het advies van de arbeidsinspectie. De vertrouwenspersoon mag niet tezelfdertijd de functie van preventieadviseur-arbeidsgeneesheer uitoefenen. Er bestaat geen verbod om de functie van vertrouwenspersoon toe te vertrouwen aan een lid van de hiërarchische lijn of van het schoolbestuur. Toch moet het schoolbestuur in dat geval de nadelen van zulke beslissing zeer ernstig afwegen tegen de voordelen ervan. 21) Kb psychosociale belasting, art. 9 en ) Koninklijk besluit van 11 juli 2002 (opgeheven) betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, art. 16, tweede lid, en art. 17, Belgisch Staatsblad, 18 juli ) Wet welzijn werknemers, art. 32sexies, 2.

10 Statuut van de vertrouwenspersoon 24) Het schoolbestuur zorgt er voor dat de vertrouwenspersoon zijn opdrachten te allen tijde volledig en doeltreffend kan vervullen. Daartoe hangt de vertrouwenspersoon functioneel af van de IDPBW en heeft hij rechtstreeks toegang tot de persoon belast met het dagelijks beheer van de instelling (i.c. de directie). De vertrouwenspersoon oefent zijn functie volledig autonoom uit en mag geen nadeel ondervinden van zijn activiteiten als vertrouwenspersoon. Het schoolbestuur treft de nodige maatregelen opdat de vertrouwenspersoon geen enkele druk kan ondervinden bij de uitoefening van zijn functie. De vertrouwenspersoon beschikt over de nodige tijd voor de uitoefening van zijn opdrachten en over een passend lokaal om deze op een vertrouwelijke wijze uit te oefenen. De vertrouwenspersoon heeft het recht en de plicht met de PAPsy alle contacten te onderhouden die nuttig zijn voor het vervullen van zijn opdracht. De vertrouwenspersoon moet over de mogelijkheid beschikken om de vereiste kennis en vaardigheden (zie punt ) te verwerven en te verbeteren. De daaraan verbonden kosten (inclusief verplaatsingskosten) zijn ten laste van het schoolbestuur. De personeelsleden moeten de vertrouwenspersoon kunnen raadplegen tijdens de werkuren. De tijd besteed aan de raadpleging van de vertrouwenspersoon wordt beschouwd als arbeidstijd. De eventuele verplaatsingskosten zijn ten laste van het schoolbestuur Vereiste kennis en vaardigheden van de vertrouwenspersoon 25) De vertrouwenspersoon beschikt over de volgende vaardigheden: de basisvaardigheden inzake de methodologie voor psychosociale interventies en het oplossen van problemen in organisaties; de analyse van conflicten en de beheersing ervan volgens de interindividuele, de groeps- en de organisatorische dimensies; de technieken voor hulpverlenende gesprekken en adviesverlening, en inzonderheid de beheersing van emoties, actief luisteren en doeltreffende communicatie. De vertrouwenspersoon beschikt over de volgende kennis: het welzijnsbeleid van de school, inzonderheid de personen die hierbij betrokken zijn en hun opdrachten, het dynamisch risicobeheersingssysteem; de opdrachten van deze personen in het specifieke kader van de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk; de interne en externe maatregelen die werden vastgesteld ten voordele van de personen die verklaren het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk; de definitie van de fenomenen van geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk; elementen van de sociale psychologie van organisaties en instellingen, en inzonderheid de structuren, de processen en de veranderingen; elementen van psychosociale deontologie; rapporteringstechnieken. Wie evenwel vóór 16 juni 2007 op basis van het vorige kb 26) als vertrouwenspersoon aangewezen werd en daartoe reeds een opleiding gevolgd heeft, mag de functie van vertrouwenspersoon verder blijven uitoefenen, zelfs indien deze opleiding niet beantwoordt aan alle hierboven gestelde voorwaarden. 24) Kb psychosociale belasting, art. 16 en ) Kb psychosociale belasting, Bijlage 1 en art. 17.

11 Taken van de PAPsy en van de vertrouwenspersoon 27) Tot op zekere hoogte hebben de PAPsy en de vertrouwenspersoon dezelfde taken en bevoegdheden, maar deze van de PAPsy reiken verder dan deze van de vertrouwenspersoon. Dit komt vooral tot uiting bij het opvolgen van feiten (zie punt 5). In onderstaande tabel vindt u een opsomming van de taken van de vertrouwenspersoon (VP) en de PAPsy. Uit deze tabel blijkt duidelijk dat aan de interventiemogelijkheden van de vertrouwenspersoon een einde komt zodra een met redenen omklede klacht ingediend is. Op dat ogenblik gaat immers de informele interne procedure over in de formele interne procedure (zie punt 5.1). VP PAPsy Taken Staat het schoolbestuur, de leden van de hiërarchische lijn en de werknemers bij voor de toepassing van de preventiemaatregelen Pleegt regelmatig overleg met de PAPsy Pleegt regelmatig overleg met de vertrouwenspersoon Werkt mee aan de risicoanalyse inzake psychosociale belasting Neemt in het kader van de risicoanalyse deel aan de uitwerking van de procedures die gevolgd moeten worden door de werknemers die verklaren het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk Deelt in het kader van de risicoanalyse aan de PAPsy de gegevens mee van incidenten die zich bij herhaling voordoen Geeft raad en biedt opvang aan de personen die verklaren het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk Neemt in voorkomend geval op informele wijze deel aan het zoeken van een oplossing Ontvangt de met redenen omklede klacht (zie punt 5.1.2) Zendt de met redenen omklede klacht door naar de PAPsy Ontvangt de getuigenverklaringen Deelt aan het schoolbestuur mee welke personen bescherming genieten na het indienen van een met redenen omklede klacht (zie punt 5.3) Onderzoekt de met redenen omklede klacht Stelt aan het schoolbestuur passende maatregelen voor Wendt zich met het akkoord van het slachtoffer tot de arbeidsinspectie indien het schoolbestuur weigert maatregelen te nemen de genomen maatregelen geen effect hebben Adviseert het schoolbestuur inzake de keuze van een instelling voor psychologische ondersteuning bij geweld door andere personen (zie punt 4.3) Stelt na het indienen van een met redenen omklede klacht het individueel klachtendossier samen en houdt dit bij (zie punt 5.2.2) Verstrekt aan de preventieadviseur van de IDPBW de gegevens die pertinent zijn voor het opstellen van het jaarverslag 28) 26) Koninklijk besluit van 11 juli 2002 (opgeheven) betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, Belgisch Staatsblad, 18 juli ) Kb psychosociale belasting, art ) Kb psychosociale belasting, art. 8.

12 Risicoanalyse doorvoeren en gepaste preventiemaatregelen nemen 29) Het schoolbestuur dient in het kader van het dynamisch risicobeheersingssysteem (DRBS) de situaties te identificeren die aanleiding kunnen geven tot het ontstaan van psychosociale belasting, in het bijzonder wat stress, conflicten, geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag betreft 30). Vervolgens worden de risico s geïdentificeerd en geëvalueerd. Deze risicoanalyse houdt rekening met de arbeidsinhoud, de arbeidsvoorwaarden, de arbeidsomstandigheden en de arbeidsverhoudingen 31). Wat de (gelijkgestelde) werknemers betreft die in contact komen met andere personen op de arbeidsplaats (leerlingen, ouders ), verricht het schoolbestuur een risicoanalyse van de vormen van psychosociale belasting veroorzaakt door deze andere personen. Voorts wordt een analyse uitgevoerd van de incidenten die zich bij herhaling voordoen op het vlak van de psychosociale belasting en van de feiten die het voorwerp geweest zijn van een met redenen omklede klacht (zie punt 5.1.2). Voor de incidenten baseert het schoolbestuur zich onder meer op het feitenregister (zie punt 4.4). Het resultaat van de risicoanalyse wordt meegedeeld aan het CPBW. Met betrekking tot de incidenten die zich voorgedaan hebben, worden aan het CPBW uitsluitend anonieme gegevens meegedeeld. Al deze werkzaamheden vinden plaats in samenwerking met de PAPsy en monden uit in gepaste preventiemaatregelen. Het schoolbestuur legt deze preventiemaatregelen zelf vast, met dien verstande dat deze minimaal het volgende moeten omvatten 32) : De preventiemaatregelen omvatten minstens Akkoord CPBW Advies CPBW Opnemen in AR Materiële en organisatorische maatregelen waardoor geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk worden voorkomen De procedures die, zodra feiten gemeld worden, van toepassing zijn voor het onthaal van en het verlenen van advies aan personen die verklaren het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag; om een beroep te doen op de PAPsy en de vertrouwenspersoon; voor de snelle en volledig onpartijdige interventie van de vertrouwenspersoon en de PAPsy; voor de wedertewerkstelling van werknemers die verklaard hebben het voorwerp te zijn geweest van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag, en voor hun begeleiding bij de wedertewerkstelling De specifieke maatregelen ter bescherming van werknemers die in contact komen met andere personen (leerlingen, ouders ) 29) Wet welzijn werknemers, art. 32quater, 1. Kb psychosociale belasting, art. 3 tot 7, art. 11 tot ) Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, Belgisch Staatsblad, 31 maart 1998, art. 9, derde lid, 9. 31) Voor een omschrijving van deze begrippen, zie punt ) Wet welzijn werknemers, art. 32quater, 1.

13 13 De preventiemaatregelen omvatten minstens De verplichtingen van de hiërarchische lijn ter voorkoming van feiten van geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag Akkoord CPBW Advies CPBW Opnemen in AR De voorlichting en de opleiding van de werknemers De voorlichting van het CPBW Voor de preventiemaatregelen heeft het schoolbestuur ofwel het advies, ofwel het akkoord van het CPBW nodig (zie tweede en derde kolom van bovenstaande tabel). Indien geen akkoord bereikt wordt, wordt het advies gevraagd van de arbeidsinspectie. De procedures die van toepassing zijn indien zich feiten hebben voorgedaan, moeten opgenomen worden in het arbeidsreglement (AR, zie laatste kolom van bovenstaande tabel). De IDPBW neemt de voorgestelde preventiemaatregelen op in het globaal preventieplan (GPP) en in het jaarlijks actieplan (JAP). De PAPsy en de vertrouwenspersoon delen daartoe aan de IDPBW alle gegevens mee die pertinent zijn voor het opstellen van het jaarverslag 33). 4.3 Psychologische ondersteuning bieden 34) (Gelijkgestelde) werknemers die bij uitvoering van hun werk het voorwerp geweest zijn van geweld gepleegd door andere personen op het werk (bijvoorbeeld ouders of andere leerlingen), moeten van gespecialiseerde diensten of instellingen een passende psychologische ondersteuning krijgen. De kosten van deze ondersteuning worden binnen bepaalde grenzen gedragen door het schoolbestuur. De PAPsy adviseert het schoolbestuur inzake de keuze van deze gespecialiseerde diensten of instellingen. 4.4 Feitenregister bijhouden 35) Indien een (gelijkgestelde) werknemer verklaart het slachtoffer te zijn van feiten van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag door andere personen op de arbeidsplaats (bijvoorbeeld ouders of leerlingen), dan moet het schoolbestuur deze feiten noteren in een register dat specifiek voor deze verklaringen wordt bijgehouden. Deze verklaringen worden gedurende vijf jaar bewaard, te rekenen vanaf de datum waarop de werknemer de verklaring heeft laten optekenen. De verklaringen omvatten een beschrijving van de feiten van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag die veroorzaakt werden door andere personen op de arbeidsplaats en waarvan een werknemer het slachtoffer was. Ook de datum van de feiten wordt vermeld. De identiteit van de betrokken werknemer wordt NIET vermeld. Het register wordt bijgehouden door de vertrouwenspersoon of de PAPsy. Het wordt bijgehouden door de gewone preventieadviseur indien de PAPsy extern is en er geen vertrouwenspersoon aangesteld is. Alleen het schoolbestuur, de PAPsy en de vertrouwenspersoon hebben toegang tot het feitenregister. Het register wordt ter beschikking gehouden van de arbeidsinspectie. 33) Meer bepaald ten behoeve van bijlage III, punt VII bis van het jaarverslag. 34) Wet welzijn werknemers, art. 32quinquies. 35) Kb psychosociale belasting, art. 12.

14 Informatie en opleiding verstrekken 36) Het schoolbestuur dient de (gelijkgestelde) werknemers, de leden van de hiërarchische lijn en de leden van het CPBW te informeren over: de resultaten van de risicoanalyses; de toepasselijke preventiemaatregelen; de procedures die van toepassing zijn indien een werknemer meent het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk; het recht om een verklaring te laten opnemen in het feitenregister; de diensten of de instellingen die instaan voor psychologische ondersteuning bij geweld door andere personen (zie punt 4.3); de verplichting zich te onthouden van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk (zie punt 2.2.4). Bovendien zorgt het schoolbestuur er voor dat de (gelijkgestelde) werknemers, de leden van de hiërarchische lijn en de leden van het CPBW de nodige opleiding ontvangen opdat ze de preventiemaatregelen, de procedures, hun rechten en hun plichten adequaat kunnen toepassen. 4.6 Bepalingen in het arbeidsreglement opnemen 37) In het kader van de regelgeving inzake psychosociale belasting moeten in het arbeidsreglement de volgende elementen worden opgenomen: de coördinaten van de PAPsy; in voorkomend geval de coördinaten van de vertrouwenspersoon; de procedures die van toepassing zijn indien feiten gemeld worden (zie punt 4.2). Deze bepalingen worden opgenomen in de modellen van arbeidsreglement die het VSKO publiceert. 5 Te volgen procedures indien zich feiten voordoen In dit hoofdstuk lichten we de procedures toe die het schoolbestuur dient te volgen indien zich feiten voordoen, en de instrumenten die daarbij gebruikt moeten worden. Onder feiten verstaan we incidenten of klachten met betrekking tot geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk. Wat pesterijen betreft, gaat het zowel om feiten die zich afspelen binnen als buiten de school. Gemakshalve 38) verwijzen we met de term slachtoffer naar een persoon die meent het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag. Indien feiten ter kennis gebracht worden van het schoolbestuur, is het schoolbestuur verplicht maatregelen te nemen 39). Indien dit niet gebeurt, of indien deze maatregelen geen soelaas bieden, dient de PAPsy zich te wenden tot de arbeidsinspectie, behalve indien het slachtoffer daarmee niet instemt. 36) Kb psychosociale belasting, art ) Wet welzijn werknemers, art. 32octies. 38) We zijn er ons van bewust dat de term slachtoffer niet steeds de juiste status van de betrokken persoon weergeeft, maar geven de voorkeur aan deze beknopte omschrijving. 39) Wet welzijn werknemers, art. 32septies.

15 15 Voor alle klachten die ingediend werden vóór 16 juni 2007, waarover de preventieadviseur nog geen advies heeft meegedeeld aan de werkgever of waarvoor de werkgever nog geen individuele maatregelen heeft getroffen, blijven de procedures van het vorige kb 40) van toepassing. 5.1 Actiemogelijkheden Het slachtoffer heeft vier actiemogelijkheden tot zijn beschikking: de informele interne procedure via de vertrouwenspersoon of via de PAPsy, de formele interne procedure via de vertrouwenspersoon of via de PAPsy, de procedure via de arbeidsinspectie, de procedure via de bevoegde rechtbank. Het slachtoffer beslist zelf welke procedure het wenst te hanteren. Toch is de regelgeving er op gericht de informele interne procedure optimale kansen te geven, en de zwaardere procedures zo veel mogelijk te vermijden. Hierna lichten we deze vier procedures toe De informele interne procedure 41) In het kader van de informele interne procedure wordt een oplossing nagestreefd binnen het consensusmodel. Wanneer een (gelijkgestelde) werknemer meent het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk, kan hij een beroep doen op de informele interne procedure. Het slachtoffer wendt zich daartoe tot de vertrouwenspersoon. Indien er geen vertrouwenspersoon aangesteld is of indien hij dat verkiest, wendt hij zich rechtstreeks tot de PAPsy. De vertrouwenspersoon (of de PAPsy) hoort het slachtoffer binnen 8 kalenderdagen na het eerste contact en informeert hem over de mogelijkheid om op informele wijze een oplossing te bekomen via een interventie bij een lid van de hiërarchische lijn of via een verzoening met de aangeklaagde. De vertrouwenspersoon (of de PAPsy) handelt enkel met het akkoord van het slachtoffer. Het verzoeningsproces vereist het akkoord van beide partijen De formele interne procedure 42) In het kader van de formele interne procedure wordt het probleem eerder benaderd vanuit het conflictmodel. Indien het slachtoffer niet wenst dat er op informele wijze naar een oplossing gezocht wordt, of indien het slachtoffer aan de informele procedure een einde wil stellen, of indien de interventie of het verzoeningsproces niet tot een oplossing leidt, of indien de feiten hierna blijven bestaan, kan het slachtoffer een met redenen omklede klacht (zie punt 5.2) indienen bij de vertrouwenspersoon (of bij de PAPsy). Vooraleer het slachtoffer een met redenen omklede klacht kan indienen, moet het met de vertrouwenspersoon (of met de PAPsy) een onderhoud gehad hebben. Dit onderhoud moet plaatsvinden binnen 8 kalenderdagen nadat het slachtoffer de wil uitgedrukt heeft om een met redenen omklede klacht in te dienen. 40) Koninklijk besluit van 11 juli 2002 (opgeheven) betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, Belgisch Staatsblad, 18 juli ) Kb psychosociale belasting, art. 21 tot ) Wet welzijn werknemers, art. 32nonies. Kb psychosociale belasting, art. 23 tot 25 en art. 28 tot 30.

16 16 De vertrouwenspersoon (of de PAPsy) ondertekent een kopie van de met redenen omklede klacht en overhandigt deze aan het slachtoffer. Deze kopie geldt als ontvangstbewijs. De formele interne procedure is hiermede ingezet. Indien het de vertrouwenspersoon was die de met redenen omklede klacht in ontvangst nam, stuurt hij deze onmiddellijk door naar de PAPsy. Vanaf dit ogenblik is de procedure uitsluitend in handen van de PAPsy. Zodra de PAPsy de met redenen omklede klacht ontvangen heeft, brengt hij het schoolbestuur onmiddellijk hiervan op de hoogte. Hij deelt de naam van de werknemer mee en meldt het schoolbestuur dat deze persoon voortaan ontslagbescherming geniet (zie punt 5.3). Zo snel mogelijk deelt de PAPsy aan de aangeklaagde de feiten mee die hem ten laste gelegd worden, hoort de personen, getuigen en anderen die hij nuttig oordeelt en onderzoekt de met redenen omklede klacht op volledig onpartijdige wijze. De aangeklaagde en de getuigen ontvangen een kopie van hun verklaring. De PAPsy brengt het schoolbestuur onmiddellijk op de hoogte van de identiteit van de werknemers die een getuigenverklaring afgelegd hebben en die eveneens ontslagbescherming genieten (zie punt 5.3). Binnen drie maanden na het indienen van de met redenen omklede klacht overhandigt de PAPsy een geschreven advies aan het schoolbestuur, dat ondermeer voorstellen voor individuele en collectieve maatregelen bevat (zie punt 5.2.3). De termijn kan meermaals met drie maanden verlengd worden tot maximaal 12 maanden, voor zover de PAPsy dit kan rechtvaardigen en hij deze redenen schriftelijk meedeelt aan het schoolbestuur en aan de klager. Het schoolbestuur informeert de klager en de aangeklaagde over de individuele maatregelen die het wenst te nemen. Indien deze maatregelen inhouden dat de arbeidsomstandigheden van de klager gewijzigd worden, bezorgt het schoolbestuur aan de klager een afschrift van het advies van de PAPsy (zonder de collectieve maatregelen, zie punt ) en hoort het de klager die zich kan laten bijstaan tijdens dit onderhoud. Ook indien de klager overweegt een rechtsvordering in te stellen (zie punt 5.1.4), bezorgt het schoolbestuur aan de klager een afschrift van het advies van de PAPsy (zonder de collectieve maatregelen, zie punt ) Tussenkomst van de arbeidsinspectie 43) Het slachtoffer kan zich eveneens richten tot de arbeidsinspectie. Deze zal dan onderzoeken of het schoolbestuur de regelgeving inzake psychosociale belasting naleeft. De arbeidsinspectie kan de maatregelen doen naleven die door de PAPsy zijn voorgesteld of andere maatregelen opleggen. De werknemer die een klacht ingediend heeft bij de arbeidsinspectie, geniet eveneens ontslagbescherming (zie punt 5.3) Vordering voor de rechtbank 44) Zowel de (gelijkgestelde) werknemer als elke andere persoon die zich op de arbeidsplaats bevindt (ouder, leerling ), kan zich tot de rechtbank 45) wenden, onder meer om de naleving van de regelgeving inzake psychosociale belasting af te dwingen en eventueel de toekenning van een schadevergoeding te vorderen. 43) Wet welzijn werknemers, art. 32nonies. 44) Wet welzijn werknemers, art. 32nonies tot 32duodecies. 45) De burgerrechtelijke procedure wordt afgehandeld voor de arbeidsrechtbank. Een strafrechtelijke procedure kan ingezet worden door het arbeidsauditoraat, op basis van een pro justitia van de arbeidsinspecteur of een klacht van het slachtoffer.

17 17 Indien de arbeidsrechtbank vaststelt dat het schoolbestuur over een geldige procedure voor de behandeling van een met redenen omklede klacht beschikt en dat deze procedure wettig kan worden toegepast, zal de rechter de klager kunnen bevelen eerst deze procedure toe te passen en zal hij in afwachting daarvan de rechtszaak schorsen. Indien de rechter de zaak in behandeling neemt, stelt hij het bestaan van de genoemde feiten vast en beveelt de staking ervan binnen een door hem bepaalde termijn. Hij kan bevelen dat (een samenvatting van) zijn beslissing gedurende een door hem bepaalde termijn aangeplakt wordt, zowel binnen als buiten de school en dat (een samenvatting van) zijn vonnis in kranten openbaar gemaakt wordt. Dit gebeurt op kosten van de dader en voor zover de openbaarmaking ertoe kan bijdragen dat de gewraakte daad of de uitwerking ervan ophoudt. De rechter kan het schoolbestuur voorlopige maatregelen opleggen. Indien het slachtoffer feiten kan aanvoeren die het bestaan van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk kunnen doen vermoeden, moet de aangeklaagde bewijzen dat er géén sprake is van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag. Met andere woorden, de bewijslast wordt in dit geval gedeeld. De betrokkenen kunnen zich tijdens de interne procedure en voor de rechtbank laten bijstaan door representatieve werknemers- en werkgeversorganisaties, representatieve vakorganisaties, of door vzw s die de genoemde feiten statutair bestrijden, door het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding en door het Instituut voor de gelijkheid van mannen en vrouwen. Deze instanties kunnen evenwel niet tussenkomen zonder het akkoord van het slachtoffer. Indien een persoon schuldig is bevonden aan geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk, en het bevel hiermee op te houden niet binnen de vastgestelde termijn naleeft, wordt hij gestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot een maand en/of met een geldboete tussen 26 en 500 euro Overzicht van de procedures Als besluit geven we in onderstaand schema een overzicht van de procedures die van toepassing zijn naar gelang van de status van het slachtoffer en van de dader: SLACHT- OFFER DADER Werknemer of leerling die gelijkgesteld is aan werknemer Andere persoon op de arbeidsplaats (leerling, ouder ) Werknemer of leerling die gelijkgesteld is aan werknemer Andere persoon op de arbeidsplaats (leerling, ouder ) Procedures van toepassing: intern (informeel) (zie 5.1.1) intern (formeel) (zie 5.1.2) arbeidsinspectie (zie 5.1.3) rechtbank (zie 5.1.4) Procedure van toepassing: rechtbank (zie 5.1.4) Procedures van toepassing: intern (informeel) (zie 5.1.1) intern (formeel) (zie 5.1.2) arbeidsinspectie (zie 5.1.3) rechtbank (zie 5.1.4) Incident in feitenregister noteren (zie 4.4) Bij geweld: slachtoffer psychologisch ondersteunen (zie 4.3) Regelgeving inzake psychosociale belasting op het werk niet van toepassing

18 Documenten in het kader van de formele interne procedure De met redenen omklede klacht 46) De met redenen omklede klacht bevat een nauwkeurige omschrijving van de feiten die het geweld, de pesterijen of het ongewenst seksueel gedrag uitmaken, vermeldt het ogenblik en de plaats van deze feiten, bevat het verzoek aan de werkgever om passende maatregelen te treffen om een einde te stellen aan deze feiten, vermeldt de identiteit van de aangeklaagde, is door het slachtoffer ondertekend en gedateerd. Bij het opstellen van de met redenen omklede klacht wordt het slachtoffer bijgestaan door de vertrouwenspersoon (of de PAPsy). De met redenen omklede klacht wordt door de PAPsy bewaard in het individueel klachtendossier Het individueel klachtendossier 47) Het individueel klachtendossier omvat: het document dat de met redenen omklede klacht omvat; het document dat het schoolbestuur op de hoogte brengt van het feit dat een met redenen omklede klacht ingediend werd; het advies van de PAPsy aan het schoolbestuur; de verklaringen van de personen die door de PAPsy gehoord werden; in voorkomend geval het document met het resultaat van de verzoeningspoging; het document betreffende de verlenging van de termijn om een advies te verstrekken; de vraag tot tussenkomst van de arbeidsinspectie. Het individueel klachtendossier wordt bijgehouden door de PAPsy en valt uitsluitend onder de verantwoordelijkheid van de PAPsy. Het wordt ter beschikking gehouden van de arbeidsinspectie, met uitzondering van de verklaringen van de gehoorde personen. Het individueel klachtendossier mag geen specifieke gegevens van persoonlijke aard bevatten die de PAPsy heeft vastgesteld bij de stappen die hij ondernomen heeft en die uitsluitend aan hem zijn voorbehouden Het geschreven advies van de PAPsy aan het schoolbestuur 48) Het geschreven advies van de PAPsy aan het schoolbestuur bevat de volgende elementen: de samenvatting van de feiten; in voorkomend geval het resultaat van de verzoeningspoging; voor zover de vastgestelde gegevens het toelaten, een gemotiveerd advies omtrent de vraag of deze feiten beschouwd kunnen worden als geweld, pesterijen, ongewenst seksueel gedrag op het werk of als andere feiten die psychosociale belasting ingevolge het werk veroorzaken; 46) Kb psychosociale belasting, art ) Kb psychosociale belasting, art ) Kb psychosociale belasting, art. 28.

19 19 de analyse van de primaire, secundaire en tertiaire oorzaken van de feiten; de maatregelen die getroffen moeten worden om in het individuele geval een einde te stellen aan de feiten; de andere toe te passen preventiemaatregelen. 5.3 Ontslagbescherming van slachtoffer en getuigen 49) Wat is ontslagbescherming? Een personeelslid dat een met redenen omklede klacht heeft ingediend, dat een rechtsvordering instelt omwille van geweld, pesten of ongewenst seksueel gedrag op het werk, of dat een getuigenverklaring heeft afgelegd, geniet tot op zekere hoogte ontslagbescherming. Het is de taak van de PAPsy het schoolbestuur er onmiddellijk van op de hoogte te brengen welke personeelsleden ontslagbescherming genieten. De ontslagbescherming houdt in dat het schoolbestuur het beschermde personeelslid niet mag ontslaan en diens arbeidsvoorwaarden niet mag veranderen om redenen die met de klacht of de rechtsvordering te maken hebben. Ontslag is dus wel nog mogelijk om redenen die vreemd zijn aan de klacht of de rechtsvordering, in overeenstemming met de respectievelijke ontslagmogelijkheden, naar gelang van de categorie personeelsleden. In voorkomend beval berust de bewijslast en de rechtvaardiging bij het schoolbestuur. Heeft het personeelslid een met redenen omklede klacht ingediend, dan geniet het ontslagbescherming gedurende 12 maanden volgend op het indienen van de klacht. Heeft het personeelslid een getuigenverklaring afgelegd, dan geniet het ontslagbescherming gedurende 12 maanden volgend op het afleggen van die getuigenverklaring. Heeft het personeelslid een rechtsvordering voor de arbeidsrechtbank ingediend, dan geniet het een ontslagbescherming vanaf het instellen van de rechtsvordering tot 3 maanden na het in kracht van gewijsde 50) gaan van het vonnis. Leerlingen kunnen niet ontslagen worden, voor hen heeft de ontslagbescherming dus geen zin Wat betekent ontslagbescherming in het onderwijs? Indien bijvoorbeeld een personeelslid een met redenen omklede klacht indient omdat het door een ander personeelslid wordt gepest, kan het niet verplicht worden in een andere vestigingsplaats te gaan werken opdat het niet meer met het pestende personeelslid zou geconfronteerd worden. In sommige gevallen kan dit het bereiken van een oplossing bemoeilijken. Uiteraard kan de opdracht van een personeelslid wel worden gewijzigd door toepassing van de reglementaire bepalingen. Ook kan een tijdelijk personeelslid dat een klacht indiende, nog steeds om andere redenen dan wegens de klacht, de rechtsvordering of de getuigenverklaring ontslagen worden. Bovendien eindigt de opdracht van een tijdelijk personeelslid van bepaalde duur steeds op 31 augustus. Een schoolbestuur kan niet verplicht worden een personeelslid dat in de loop van het schooljaar een klacht indiende (en dat nog steeds van de ontslagbescherming geniet) op 1 september van het daaropvolgende schooljaar aan te nemen. 49) Wet welzijn werknemers, art. 32tredecies. 50) Een vonnis gaat in kracht van gewijsde zodra er geen hoger beroep of cassatie meer mogelijk is en het vonnis niet meer kan worden aangevochten.

20 Wat bij ontslag? Indien het schoolbestuur het personeelslid toch ontslaat of zijn arbeidsvoorwaarden toch eenzijdig wijzigt, kan het personeelslid of zijn vakbondsafgevaardigde het schoolbestuur verzoeken om hem terug aan te nemen of de arbeidsvoorwaarden terug in hun oude situatie te herstellen. Dit gebeurt per aangetekende brief, uiterlijk 30 dagen na de eenzijdige opzegging of wijziging. Het schoolbestuur moet zich vervolgens binnen 30 dagen uitspreken. Neemt het schoolbestuur het personeelslid opnieuw aan, dan moet het aan het personeelslid het achterstallige loon betalen. Neemt het schoolbestuur het personeelslid niet opnieuw aan, dan zal het bewijzen dat de klacht of de rechtsvordering niets te maken heeft met het ontslag van het personeelslid of de wijziging van zijn arbeidsvoorwaarden. Het personeelslid kan vervolgens het schoolbestuur voor de arbeidsrechtbank dagen. Indien de rechter oordeelt dat het ontslag of de eenzijdige wijziging indruist tegen de bepalingen van de ontslagbescherming, kan hij het schoolbestuur veroordelen tot het betalen van een schadevergoeding, zelfs indien de werknemer geen verzoek ingediend heeft om terug aangenomen te worden of om de oude situatie te herstellen. De schadevergoeding is gelijk aan 6 maanden brutoloon. Indien het personeelslid zijn werkelijk geleden schade kan bewijzen, is de schadevergoeding gelijk aan de geleden schade. 5.4 Vertrouwelijkheid van informatie De regelgeving inzake psychosociale belasting omvat een aantal bepalingen die de toegang tot de informatie en de documenten beperken Doorgeven van informatie De klager ontvangt steeds een kopie van de met redenen omklede klacht, terwijl de aangeklaagde en de getuigen een kopie van hun verklaringen ontvangen 51). Zowel de PAPsy als de vertrouwenspersoon is gehouden door het beroepsgeheim. In afwijking van deze verplichting mogen de PAPsy en de vertrouwenspersoon evenwel in het kader van een verzoeningspoging aan de betrokkenen die informatie meedelen die ze pertinent achten voor het goede verloop van de verzoening. Eveneens in afwijking van deze verplichting 52) : moet de PAPsy aan de aangeklaagde de feiten meedelen die hem ten laste gelegd worden; overhandigt de PAPsy aan het schoolbestuur een geschreven advies over de resultaten van zijn onpartijdig onderzoek; bezorgt de PAPsy aan alle belanghebbenden een kopie van het document waarmee het schoolbestuur op de hoogte gebracht wordt van het feit dat een met redenen omklede klacht werd ingediend; bezorgt de PAPsy in voorkomend geval aan alle belanghebbenden een kopie van de vraag tot tussenkomst van de arbeidsinspectie; houdt de PAPsy het individueel dossier ter beschikking van de arbeidsinspectie, met uitzondering van de verklaringen van de gehoorde personen. 51) Wet welzijn werknemers, art. 32quaterdecies. 52) Wet welzijn werknemers, art. 32quinquiesdecies.

Afdeling I. - Toepassingsgebied en definities

Afdeling I. - Toepassingsgebied en definities Koninklijk besluit van 17 mei 2007 betreffende de voorkoming van psychosociale belasting veroorzaakt door het werk, waaronder geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (B.S. 6.6.2007)

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 11 juli 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (B.S

Koninklijk besluit van 11 juli 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (B.S Koninklijk besluit van 11 juli 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (B.S. 18.7.2002) Omzetting in Belgisch recht van de kaderrichtlijn 89/391/EEG

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling. Artikel 1

HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling. Artikel 1 Wet van 10 januari 2007 tot wijziging van verschillende bepalingen betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk waaronder deze betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen

Nadere informatie

Typeprocedure 1. ALGEMENE BEPALINGEN

Typeprocedure 1. ALGEMENE BEPALINGEN Typeprocedure Toe te passen procedure voor elke werknemer die meent het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, op te nemen in het arbeidsreglement 1. ALGEMENE

Nadere informatie

Typeprocedure op te nemen in het arbeidsreglement

Typeprocedure op te nemen in het arbeidsreglement Typeprocedure op te nemen in het arbeidsreglement Toe te passen procedure voor elke werknemer die meent te lijden op het werk als gevolg van psychosociale risico s, waaronder inzonderheid geweld, pesterijen

Nadere informatie

- 91 HOOFDSTUK XV DADEN DIE PSYCHOSOCIALE RISICO S INHOUDEN, MET INBEGRIP VAN STRESS, GEWELD, PESTERIJEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG OP HET WERK

- 91 HOOFDSTUK XV DADEN DIE PSYCHOSOCIALE RISICO S INHOUDEN, MET INBEGRIP VAN STRESS, GEWELD, PESTERIJEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG OP HET WERK - 91 HOOFDSTUK XV DADEN DIE PSYCHOSOCIALE RISICO S INHOUDEN, MET INBEGRIP VAN STRESS, GEWELD, PESTERIJEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG OP HET WERK Artikel 281 - Principe Daden die psychosociale risico s

Nadere informatie

B. Geweld op het werk: Elke feitelijkheid waarbij een persoon psychisch of fysiek wordt bedreigd of aangevallen bij de uitvoering van het werk.

B. Geweld op het werk: Elke feitelijkheid waarbij een persoon psychisch of fysiek wordt bedreigd of aangevallen bij de uitvoering van het werk. Departement Psychosociale aspecten Preventie van psychsociale risico s op het werk (Wet van 4 augustus 1996 aangepast door de Wet van 28 februari 2014 en 28 maart 2014, KB van 10 april 2014)... engageert

Nadere informatie

BIJLAGE AAN HET ARBEIDSREGLEMENT

BIJLAGE AAN HET ARBEIDSREGLEMENT BIJLAGE AAN HET ARBEIDSREGLEMENT Maatregelen ter voorkoming van psychosociale risico s op het werk Wet van 28.02.2014, BS 28.04.2014 / Wet van 28.03.2014, BS 28.04.2014 / Koninklijk Besluit van 10.04.2014,

Nadere informatie

bescherming tegen psychosociale risico s op het werk, met inbegrip van stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk

bescherming tegen psychosociale risico s op het werk, met inbegrip van stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk Gegevens verwijderen WERKGEVER: (HOOFDZETEL): (Naam en adres): Telefoon: E-mail:... AFDELINGS- OF EXPLOITATIEZETEL(S) :. AARD VAN DE BEDRIJVIGHEID: - Hoofdactiviteit: - Bijkomende activiteit: PARITAIR

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG 1 FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG 10 JANUARI 2007 Wet tot wijziging van verschillende bepalingen betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun

Nadere informatie

van hun werk. van hun werk;

van hun werk. van hun werk; KONINKLIJK BESLUIT VAN 11 JULI 2002 BETREFFENDE DE BESCHERMING TEGEN GEWELD, PESTERIJEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG OP HET WERK AFDELING I.- TOEPASSINGSGEBIED EN DE- FINITIES. KONINKLIJK BESLUIT VAN 17

Nadere informatie

School aan de waterkant BuSO Sint-Juliaan Stropkaai Gent Tel. 09/ Fax. 09/

School aan de waterkant BuSO Sint-Juliaan Stropkaai Gent Tel. 09/ Fax. 09/ Klachtenprocedure voor geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag Wanneer een werknemer meent het voorwerp te zijn van geweld, pesterijen of ongewenst seksueel gedrag op het werk kan hij een beroep

Nadere informatie

Circulaire 2014 05 PREVENTIE VAN PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK

Circulaire 2014 05 PREVENTIE VAN PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK Preventie van psychosociale risico s op het werk waaronder STRESS, GEWELD, PESTERIJEN, ONGEWENST SEXUEEL GEDRAG PRINCIPE De werkgever heeft de wettelijke verplichting om iedere werknemer te beschermen

Nadere informatie

B. Geweld op het werk: Elke feitelijkheid waarbij een persoon psychisch of fysiek wordt bedreigd of aangevallen bij de uitvoering van het werk.

B. Geweld op het werk: Elke feitelijkheid waarbij een persoon psychisch of fysiek wordt bedreigd of aangevallen bij de uitvoering van het werk. Departement Psychosociale aspecten Preventie van psychsociale risico s op het werk (Wet van 4 augustus 1996 aangepast door de Wet van 28 februari 2014 en 28 maart 2014, KB van 10 april 2014) Voorbeeldnota

Nadere informatie

Psychosociale Risico s en welzijn op het werk. Ing. Christian Halsberghe Sociaal Inspecteur Toezicht Welzijn op het Werk

Psychosociale Risico s en welzijn op het werk. Ing. Christian Halsberghe Sociaal Inspecteur Toezicht Welzijn op het Werk Psychosociale Risico s en welzijn op het werk Ing. Christian Halsberghe Sociaal Inspecteur Toezicht Welzijn op het Werk 1 Overzicht 1. Wettelijke bepalingen 2. Definities 3. Risicoanalyse en preventiemaatregelen

Nadere informatie

BIJLAGE. - PROCEDURE VOOR PSYCHOSOCIALE RISICO S

BIJLAGE. - PROCEDURE VOOR PSYCHOSOCIALE RISICO S BIJLAGE. - PROCEDURE VOOR PSYCHOSOCIALE RISICO S 1. DOEL, DEFINITIES EN TOEPASSINGSGEBIED 1.1. Doel Deze procedures dragen bij tot het welzijn van werknemers en vullen de algemene wijze om psychosociale

Nadere informatie

De wetgeving in verband met psychosociale risico s op het werk vanaf 1 september 2014

De wetgeving in verband met psychosociale risico s op het werk vanaf 1 september 2014 De wetgeving in verband met psychosociale risico s op het werk vanaf 1 september 2014 Het gaat om twee wetten en 1 KB De wet van 28 februari 2014 tot aanvulling van de wet 4 augustus 1996 betreffende het

Nadere informatie

Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3

Artikel 1. Artikel 2. Artikel 3 Wet van 28 februari 2014 tot aanvulling van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk wat de preventie van psychosociale risico's op het werk betreft,

Nadere informatie

11 JULI 2002. - Koninklijk besluit betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (1)

11 JULI 2002. - Koninklijk besluit betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (1) 11 JULI 2002. - Koninklijk besluit betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen,

Nadere informatie

Circulaire PREVENTIE VAN PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK

Circulaire PREVENTIE VAN PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK WAARONDER STRESS, GEWELD, PESTERIJEN, ONGEWENST SEXUEEL GEDRAG PRINCIPE BEGRIP PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK Welzijnswet Werknemers art. 32/1 De werkgever heeft de wettelijke verplichting om iedere

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 10 april 2014 betreffende de preventie van psychosociale risico s op het werk

Koninklijk besluit van 10 april 2014 betreffende de preventie van psychosociale risico s op het werk Koninklijk besluit van 10 april 2014 betreffende de preventie van psychosociale risico s op het werk Afdeling 1 Toepassingsgebied en definities Artikel 1.- Dit besluit is van toepassing op de werkgevers

Nadere informatie

Bijlage arbeidsreglement

Bijlage arbeidsreglement Bijlage arbeidsreglement (voorbeeld) Procedure voor psychosociale risico s 1. Doel, definities en toepassingsgebied 1.1. Doel Deze procedures dragen bij tot het welzijn van werknemers en vullen de algemene

Nadere informatie

Addendum arbeidsreglement

Addendum arbeidsreglement Addendum arbeidsreglement Procedure voor psychosociale risico s Ter vervanging van hoofdstuk 9 van het Arbeidsreglement dat werd goedgekeurd door de OCMW-Raad van 24/07/2014 1. Doel, definities en toepassingsgebied

Nadere informatie

Paritair subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der Haven van Antwerpen" genaamd

Paritair subcomité voor de haven van Antwerpen, Nationaal Paritair Comité der Haven van Antwerpen genaamd Neerlegging-Dépôt: 24/02/2015 Regist.-Enregistr.: 31/03/2015 W: 126236/CO/301.01 Paritair subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der Haven van Antwerpen" genaamd Collectieve

Nadere informatie

6 de verfraaiing van de arbeidsplaatsen; 6 de verfraaiing van de arbeidsplaatsen;

6 de verfraaiing van de arbeidsplaatsen; 6 de verfraaiing van de arbeidsplaatsen; Hoofdstuk II. - Algemene beginselen Art. 4.- 1. De Koning kan aan de werkgevers en de werknemers alle maatregelen opleggen die nodig zijn voor het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk.

Nadere informatie

klachtenprocedure: formele klacht

klachtenprocedure: formele klacht klachtenprocedure: formele klacht Lieve Vermeire Groep IDEWE November 2011 Slide 1 Inhoud toelichting Situering formele klacht binnen de klachtenprocedure Verschil informeel formeel Motieven om formeel

Nadere informatie

De preventie van psychosociale risico s op het werk Wet van 28 april 2014

De preventie van psychosociale risico s op het werk Wet van 28 april 2014 De preventie van psychosociale risico s op het werk Wet van 28 april 2014 Maddy Van Temsche Sociaal inspecteur TWW-OVL Kennisdirectie Psychosociologie maddy.vantemsche@werk.belgie.be Inhoud Wetgeving Psychosociale

Nadere informatie

PARITAIR SUBCOMITÉ VOOR DE HAVEN VAN GENT

PARITAIR SUBCOMITÉ VOOR DE HAVEN VAN GENT Neerlegging-Dépôt: 25/03/2015 Regist.-Enregistr.: 29/04/2015 N : 126756/CO/301.02 PARITAIR SUBCOMITÉ VOOR DE HAVEN VAN GENT Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 maart 2015 tot wijziging van de collectieve

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 10 april 2014 betreffende de preventie van psychosociale risico s op het werk (B.S. 28.4.2014)

Koninklijk besluit van 10 april 2014 betreffende de preventie van psychosociale risico s op het werk (B.S. 28.4.2014) Koninklijk besluit van 10 april 2014 betreffende de preventie van psychosociale risico s op het werk (B.S. 28.4.2014) Afdeling 1. - Toepassingsgebied en definities Artikel 1.- Dit besluit is van toepassing

Nadere informatie

Wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk

Wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk Wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (BS, 22-06-2002) HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling Artikel 1 Deze wet regelt een aangelegenheid

Nadere informatie

Preventie van Psychosociale Risico s op de Werkvloer. Wet, Wat en Hoe? Bart Vriesacker Psychosociaal departement

Preventie van Psychosociale Risico s op de Werkvloer. Wet, Wat en Hoe? Bart Vriesacker Psychosociaal departement Preventie van Psychosociale Risico s op de Werkvloer Wet, Wat en Hoe? Bart Vriesacker Psychosociaal departement Inhoudsopgave Psychosociale risico s? De nieuwe wetgeving De psychosociale risicoanalyse

Nadere informatie

De nieuwe pestwetgeving

De nieuwe pestwetgeving De nieuwe pestwetgeving Wat u er zeker over moet weten! Team Psychosociaal Welzijn Brugge: 050/47.47.35 Herentals: 014/84.94.93 Inhoudstafel 1. Wettelijk kader 2. Definities 3. Risicoanalyse en preventiemaatregelen

Nadere informatie

Titel. Subtitel + auteur

Titel. Subtitel + auteur Titel Subtitel + auteur 1 De nieuwe verplichtingen op vlak van preventie van stress, burn-out, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk 2 Inleiding De psychosociale risico s werden voorheen

Nadere informatie

JAARVERSLAG VAN DE IDPB DEEL VII Bis : Inlichtingen betreffende de preventie van psychosociale belasting veroorzaakt door het werk.

JAARVERSLAG VAN DE IDPB DEEL VII Bis : Inlichtingen betreffende de preventie van psychosociale belasting veroorzaakt door het werk. JAARVERSLAG VAN DE IDPB DEEL VII Bis : Inlichtingen betreffende de preventie van psychosociale belasting veroorzaakt door het werk. Doel Toelichting Het jaarverslag heeft enerzijds tot doel een samenvatting

Nadere informatie

Strafbepalingen Wet Welzijn en Codex Sociaal Strafwetboek 1/4

Strafbepalingen Wet Welzijn en Codex Sociaal Strafwetboek 1/4 Strafbepalingen Wet Welzijn en Codex Sociaal Strafwetboek 1/4 Sociaal Strafwetboek Toepassing op Wet en Codex Welzijn op het werk Strafbepalingen uit de Wet Welzijn van 1996 De artikelen 81 t.e.m. 94 zijn

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek I.- Algemene beginselen. Titel 3. Preventie van psychosociale risico s op het werk

Codex over het welzijn op het werk. Boek I.- Algemene beginselen. Titel 3. Preventie van psychosociale risico s op het werk Codex over het welzijn op het werk Boek I.- Algemene beginselen Titel 3. Preventie van psychosociale risico s op het werk Hoofdstuk I.- Risicoanalyse en preventiemaatregelen Art. I.3-1. In het kader van

Nadere informatie

De preventie van de psychosociale belasting op het werk: stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag

De preventie van de psychosociale belasting op het werk: stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag Brussel, 23 april 2013 BESTENDIGE ONDERRICHTING N 4 voor de Nederlandstalige onderwijsinstellingen Betreft: De preventie van de psychosociale belasting op het werk: stress, geweld, pesterijen en ongewenst

Nadere informatie

1. Inleiding. 2. Algemene bepalingen en wettelijk kader. 3. Preventie van psychosociale risico s een engagement van iedereen

1. Inleiding. 2. Algemene bepalingen en wettelijk kader. 3. Preventie van psychosociale risico s een engagement van iedereen Gemeenschappelijke preventiedienst Psychosociale risico s Advies Onderwijsorganisatie Preventie van psychosociale risico s op het werk Bijlage bij typeprocedure in AR Preventie van psychosociale risico

Nadere informatie

INHOUD. 1. Inleiding... 15

INHOUD. 1. Inleiding... 15 INHOUD 1. Inleiding... 15 2. Psychosociale risico s op het werk... 17 2.1. Stress op het werk... 19 2.2. Burn-out... 22 2.3. Ongewenst gedrag en conflicten... 23 2.3.1. Geweld op het werk... 23 2.3.2.

Nadere informatie

Resultaten campagne 2015: Psychosociale Risico s (PSR) in het buitengewoon onderwijs. Aandachtspunten huidige wetgeving PSR

Resultaten campagne 2015: Psychosociale Risico s (PSR) in het buitengewoon onderwijs. Aandachtspunten huidige wetgeving PSR Resultaten campagne 2015: Psychosociale Risico s (PSR) in het buitengewoon onderwijs Aandachtspunten huidige wetgeving PSR Infodagen preventie en bescherming in het GO! Tom Peerboom Sociaal inspecteur

Nadere informatie

Bijvoegsel arbeidsreglement: reglement GPOS

Bijvoegsel arbeidsreglement: reglement GPOS Bijvoegsel arbeidsreglement: reglement GPOS Voorkoming van psychosociale belasting op het werk, waaronder geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (wet van 11/06/02, KB 11/07/02, wet

Nadere informatie

Wetsontwerp tot aanvulling en wijziging van het Sociaal Strafwetboek en verscheidene bepalingen van sociaal strafrecht.

Wetsontwerp tot aanvulling en wijziging van het Sociaal Strafwetboek en verscheidene bepalingen van sociaal strafrecht. 9 februari 2016 Mevrouw, Mijnheer, Wetsontwerp tot aanvulling en wijziging van het Sociaal Strafwetboek en verscheidene bepalingen van sociaal strafrecht. Voorafgaand: Het wetsontwerp tot aanvulling en

Nadere informatie

Bescherming van werknemers tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk

Bescherming van werknemers tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk Bescherming van werknemers tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk 1 Vormen van pesterijen Communicatiemogelijkheden Sociale relaties Waardering slachtoffer Kwaliteit beroepsleven

Nadere informatie

Psychosociale cel. Nieuwe psychosociale wetgeving

Psychosociale cel. Nieuwe psychosociale wetgeving Psychosociale cel Nieuwe psychosociale wetgeving Wettelijk kader Wet 28/02/2014 tot aanvulling van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk wat

Nadere informatie

PSYCHOSOCIALE RISICO S. Nota over de wetgeving

PSYCHOSOCIALE RISICO S. Nota over de wetgeving Brussel, 12 mei 2014 PSYCHOSOCIALE RISICO S Nota over de wetgeving Deze nota vat de drie teksten met betrekking tot psychosociale risico s samen die verschenen zijn op 28.04.2014 en van kracht worden op

Nadere informatie

GENDERNEUTRALITEIT WETTELIJK KADER EN DEFINITIES PREVENTIE VAN PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK IN DE HULPVERLENINGSZONE FLUVIA 1.

GENDERNEUTRALITEIT WETTELIJK KADER EN DEFINITIES PREVENTIE VAN PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK IN DE HULPVERLENINGSZONE FLUVIA 1. PREVENTIE VAN PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK IN DE HULPVERLENINGSZONE FLUVIA 19 juni 2017. GENDERNEUTRALITEIT In voorliggend document is het gebruik van de mannelijke vorm gemeenslachtig. Voor de leesbaarheid

Nadere informatie

Codex over het welzijn op het werk. Boek I.- Algemene beginselen. Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid

Codex over het welzijn op het werk. Boek I.- Algemene beginselen. Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid Codex over het welzijn op het werk Boek I.- Algemene beginselen Titel 2. Algemene beginselen betreffende het welzijnsbeleid Omzetting in Belgisch recht van de Europese richtlijn 89/391/EEG van de Raad

Nadere informatie

zoals gewijzigd door de wetten van 10 januari 2007 en 6 februari 2007 vóór de wijziging door de wetten van 10 januari 2007 en 6 februari 2007

zoals gewijzigd door de wetten van 10 januari 2007 en 6 februari 2007 vóór de wijziging door de wetten van 10 januari 2007 en 6 februari 2007 Wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk. Art. 4.- 1. De Koning kan aan de werkgevers en de werknemers alle maatregelen opleggen die nodig zijn voor

Nadere informatie

Deze procedures dragen bij tot het welzijn van werknemers en vullen de algemene wijze om psychosociale risico s te beheersen aan.

Deze procedures dragen bij tot het welzijn van werknemers en vullen de algemene wijze om psychosociale risico s te beheersen aan. BIJLAGE ARBEIDSREGLEMENT PROCEDURE VOOR PSYCHOSOCIALE RISICO S 1. Doel, definities en toepassingsgebied 1.1. Doel Deze procedures dragen bij tot het welzijn van werknemers en vullen de algemene wijze om

Nadere informatie

Ook de Memorie van Toelichting moet in die richting worden aangepast.

Ook de Memorie van Toelichting moet in die richting worden aangepast. ADVIES NR 44 VAN 22 MEI 2001 VAN DE VASTE COMMISSIE ARBEID VAN DE RAAD VAN DE GELIJKE KANSEN VOOR MANNEN EN VROUWEN OMTRENT HET VOORONTWERP VAN WET BETREFFENDE DE BESCHERMING VAN DE WERKNEMERS TEGEN GEWELD,

Nadere informatie

Regelgeving psychosociale risico's (PSR) en evolutie. Resultaten van de campagne TWW Oost-Vl: PSR in het buitengewoon onderwijs (2015)

Regelgeving psychosociale risico's (PSR) en evolutie. Resultaten van de campagne TWW Oost-Vl: PSR in het buitengewoon onderwijs (2015) Regelgeving psychosociale risico's (PSR) en evolutie Resultaten van de campagne TWW Oost-Vl: PSR in het buitengewoon onderwijs (2015) Provinciaal comité Oost-Vlaanderen voor de bevordering van de arbeid

Nadere informatie

Psychosociale aspecten op de werkvloer.

Psychosociale aspecten op de werkvloer. 17 juli 2013 Psychosociale aspecten op de werkvloer. Wat is: psychosociale belasting veroorzaakt door het werk? Als psychosociale belasting veroorzaakt door het werk kan, elke belasting van psychosociale

Nadere informatie

De preventie van psychosociale risico s op het werk : workshops onderwijs

De preventie van psychosociale risico s op het werk : workshops onderwijs De preventie van psychosociale risico s op het werk : workshops onderwijs Maddy Van Temsche sociaal inspecteur TWW-OVL Kennisdirectie Psychosociologie maddy.vantemsche@werk.belgie.be 1 Inhoud 1. Film over

Nadere informatie

Rol TWW Wet psychosociale risico s 2014

Rol TWW Wet psychosociale risico s 2014 Rol TWW Wet psychosociale risico s 2014 Sandrine Schatteman Sociaal inspecteur TWW Antwerpen Kennisdirectie psychosociologie Sandrine.schatteman@werk.belgie.be Inhoud Toepassingsgebied Opdracht TWW Algemeen

Nadere informatie

Cindy SCHAEFFER Cdt Psy Christophe SIEUW 22 Oct 13

Cindy SCHAEFFER Cdt Psy Christophe SIEUW 22 Oct 13 Cindy SCHAEFFER Cdt Psy Christophe SIEUW 22 Oct 13 1. Wetgeving 2. Preventie a. Preventief luik b. Reactief luik - Informele procedure - Formele procedure 3. Beroepsgeheim 4. In de praktijk? 2 Wet van

Nadere informatie

Psychosociale risico s: de wettelijke verplichtingen in een notendop

Psychosociale risico s: de wettelijke verplichtingen in een notendop Psychosociale risico s: de wettelijke verplichtingen in een notendop Pascale Swinnen sociaal inspecteur Federale Overheidsdienst Werk, Arbeid en Sociaal overleg Toezicht op het Welzijn op het Werk Kennisdirectie

Nadere informatie

Procedures inzake psychosociale interventies op school

Procedures inzake psychosociale interventies op school DIENST BELEIDSCOÖRDINATIE Brussel, 18 november 2014 contact : (VVKBaO) Sarah Walschot, sarah.walschot@vsko.be, 02 507 06 58 (VVKSO) Maarten Balthau, maarten.balthau@vsko.be, 02 507 06 44 (VVKSO) An De

Nadere informatie

Psychosociale risico s. Hoe kan Securex u ondersteunen?

Psychosociale risico s. Hoe kan Securex u ondersteunen? Psychosociale risico s Nieuwe wetgeving Hoe kan Securex u ondersteunen? Inhoudstafel De nieuwe wetgeving 1. Toepassingsgebied 2. Wat zijn psychosociale risico s? Welke maatregelen moet de werkgever treffen?

Nadere informatie

Wet van 28 februari 2014 Wet van 28 maart 2014 KB 10 april 2014 Nieuwe wetgeving en werking Psychosociaal welzijn

Wet van 28 februari 2014 Wet van 28 maart 2014 KB 10 april 2014 Nieuwe wetgeving en werking Psychosociaal welzijn Wet van 28 februari 2014 Wet van 28 maart 2014 KB 10 april 2014 Nieuwe wetgeving en werking Psychosociaal welzijn GDPB 16/10/2014 gdpb@bz.vlaanderen.be www.bestuurszaken.be Voorstelling werking Wettelijk

Nadere informatie

De preventie van psychosociale risico s op het werk : implementatie van de wetgeving naar de praktijk

De preventie van psychosociale risico s op het werk : implementatie van de wetgeving naar de praktijk De preventie van psychosociale risico s op het werk : implementatie van de wetgeving naar de praktijk Maddy Van Temsche sociaal inspecteur TWW-OVL Kennisdirectie Psychosociologie maddy.vantemsche@werk.belgie.be

Nadere informatie

Wat zegt de regelgeving over geweld, pesten en relationele problemen op het werk?

Wat zegt de regelgeving over geweld, pesten en relationele problemen op het werk? Wat zegt de regelgeving over geweld, pesten en relationele problemen op het werk? Maddy Van Temsche sociaal inspecteur TWW-OVL Kennisdirectie Psychosociologie maddy.vantemsche@werk.belgie.be Inhoud Wetgeving

Nadere informatie

Protocol ongewenste omgangsvormen

Protocol ongewenste omgangsvormen Protocol ongewenste omgangsvormen Versiebeheer: revisienummer datum omschrijving verandering 4-03-2013 Vaststelling in bestuursvergadering 4 maart 2013, met ingang van 1 maart 2013 Protocol ongewenste

Nadere informatie

Geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk: het juridisch kader

Geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk: het juridisch kader Geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk: het juridisch kader Op 1 juli 2003 is de wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag

Nadere informatie

Preventie van Psychosociale Risico s KB 10/04/2014. Studiedag Prebes. Psychosociaal departement Heidi Mermans

Preventie van Psychosociale Risico s KB 10/04/2014. Studiedag Prebes. Psychosociaal departement Heidi Mermans Preventie van Psychosociale Risico s KB 10/04/2014 Studiedag Prebes Psychosociaal departement Heidi Mermans Preventiedeskundige psychosociale aspecten Inhoudsopgave Opfrissing regelgeving Inleiding Nieuwe

Nadere informatie

Klachtenregeling Kelderwerk

Klachtenregeling Kelderwerk Klachtenregeling Kelderwerk (Seksuele) intimidatie, agressie, geweld, discriminatie en/of onbehoorlijk gedrag Advies Platformoverleg d.d. 6 februari 2008 Vastgesteld d.d. 28 februari 2008 Op grond van

Nadere informatie

Het kader van het Welzijn op het Werk Toelichting bij de wet van 4 augustus 1996

Het kader van het Welzijn op het Werk Toelichting bij de wet van 4 augustus 1996 Het kader van het Welzijn op het Werk Toelichting bij de wet van 4 augustus 1996 Welzijnsdag 12 november 2012 1 Inhoudsopgave Korte schets wetgeving De risicoanalyse Preventiemaatregelen Rolverdeling in

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 72 VAN 30 MAART 1999 BETREFFENDE HET BELEID TER VOORKOMING VAN STRESS DOOR HET WERK -------------------

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 72 VAN 30 MAART 1999 BETREFFENDE HET BELEID TER VOORKOMING VAN STRESS DOOR HET WERK ------------------- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 72 VAN 30 MAART 1999 BETREFFENDE HET BELEID TER VOORKOMING VAN STRESS DOOR HET WERK ------------------- Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve

Nadere informatie

OPLEIDING VERTROUWENSPERSOON ONDERWIJS Wetgeving 2014

OPLEIDING VERTROUWENSPERSOON ONDERWIJS Wetgeving 2014 OPLEIDING VERTROUWENSPERSOON ONDERWIJS Wetgeving 2014 Maddy Van Temsche Sociaal inspecteur Regionale directie TWW-OVL Kennisdirectie Psychosociologie maddy.vantemsche@werk.belgie.be 1. Wettelijke bepalingen

Nadere informatie

Concordantietabel boek I Algemene beginselen van de codex welzijn op het werk

Concordantietabel boek I Algemene beginselen van de codex welzijn op het werk Concordantietabel boek I Algemene beginselen van de codex welzijn op het werk Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun

Nadere informatie

EVALUATIEVERSLAG Wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk

EVALUATIEVERSLAG Wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk EVALUATIEVERSLAG Wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk Juli 2004 Algemene Directie Humanisering van de Arbeid MEDEDELING In het

Nadere informatie

Protocol ongewenst gedrag, inclusief klachtenregeling

Protocol ongewenst gedrag, inclusief klachtenregeling Protocol ongewenst gedrag, inclusief klachtenregeling Redactie XpertHR Actueel - Arbo Een werkgever is verplicht te zorgen voor een werkomgeving die vrij is van agressie, (seksuele) intimidatie, discriminatie,

Nadere informatie

Welzijn op het werk - nieuwe regelgeving psychosociale risico's veroorzaakt burn-out bij ondernemers

Welzijn op het werk - nieuwe regelgeving psychosociale risico's veroorzaakt burn-out bij ondernemers Welzijn op het werk - nieuwe regelgeving psychosociale risico's veroorzaakt burn-out bij ondernemers Mrs. Alexia Hoste alexia.hoste@marlex.be Dit zou een titel kunnen zijn van een persbericht dezer dagen.

Nadere informatie

Aanbeveling van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen nr. 2018/R/05 betreffende de wijziging van de wet van 10 mei 2007 ter

Aanbeveling van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen nr. 2018/R/05 betreffende de wijziging van de wet van 10 mei 2007 ter Aanbeveling van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen nr. 2018/R/05 betreffende de wijziging van de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen wat betreft

Nadere informatie

PSYCHOSOCIALE ASPECTEN

PSYCHOSOCIALE ASPECTEN PSYCHOSOCIALE ASPECTEN Welke lessen kunnen we trekken uit de evaluatie van de pestwet? Sofie D Ours, Preventieadviseur Psychosociale IDEWE 20 september 2011 Kursaal Oostende PreBes vzw Diestersteenweg

Nadere informatie

De preventie van psychosociale risico s op het werk

De preventie van psychosociale risico s op het werk De preventie van psychosociale risico s op het werk Lieve Ponnet (Adviseur-generaal) Evy Hilderson (attaché jurist) Afdeling normen welzijn op het werk Algemene directie humanisering van de arbeid FOD

Nadere informatie

Psycho-sociaal beleid : Wetgeving & invulling

Psycho-sociaal beleid : Wetgeving & invulling Psycho-sociaal beleid : Wetgeving & invulling 2 Psychosociale aspecten : subjectieve invulling van een objectief gegeven Michigan Model Kahn e.a., 1964 Persoonlijkheid Stressor Gebeurtenis Interpretatie

Nadere informatie

Klachtenregeling ongewenst gedrag TiU

Klachtenregeling ongewenst gedrag TiU Klachtenregeling ongewenst gedrag TiU Met deze Klachtenregeling Ongewenst Gedrag TiU wordt uitvoering gegeven aan de Gedragscode Ongewenst Gedrag TiU en aan artikel 1.12 van de CAO. De regeling is in werking

Nadere informatie

Artikel 1 - Begripsbepalingen 1. Onder bestuur wordt verstaan het bestuur van de H.E.M.A.-bond Nederland. 2. Onder ongewenst gedrag binnen de bond

Artikel 1 - Begripsbepalingen 1. Onder bestuur wordt verstaan het bestuur van de H.E.M.A.-bond Nederland. 2. Onder ongewenst gedrag binnen de bond REGLEMENT ONGEWENST GEDRAG H.E.M.A.-bond Nederland Artikel 1 - Begripsbepalingen 1. Onder bestuur wordt verstaan het bestuur van de H.E.M.A.-bond Nederland. 2. Onder ongewenst gedrag binnen de bond wordt

Nadere informatie

Regeling Klachtencommissie Ongewenst Gedrag SintLucas

Regeling Klachtencommissie Ongewenst Gedrag SintLucas Regeling Klachtencommissie Ongewenst Gedrag SintLucas Vastgesteld door het College van Bestuur Inwerking getreden op 7 oktober 2013 Artikel 1: Begripsbepalingen 1. Agressie en geweld: voorvallen waarbij

Nadere informatie

Algemene klachtenregeling Onderwijs

Algemene klachtenregeling Onderwijs Algemene klachtenregeling Onderwijs Juridisch kader De Wet op het primair onderwijs behandelt in artikel 14 de klachtenregeling. Ouders dan wel verzorgers, en personeelsleden kunnen bij de klachtencommissie,

Nadere informatie

Geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk

Geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk Geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk p. 24 Wetgeving Geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk (ongewenst grensoverschrijdend gedrag) worden NIET getolereerd binnen

Nadere informatie

Protocol Ongewenste Omgangsvormen. Van. De Banketgroep. en haar dochtervennootschappen

Protocol Ongewenste Omgangsvormen. Van. De Banketgroep. en haar dochtervennootschappen Protocol Ongewenste Omgangsvormen Van De Banketgroep en haar dochtervennootschappen van toepassing vanaf 1 december 2013 Inleiding De Banketgroep wil ongewenste omgangsvormen zoals seksuele intimidatie,

Nadere informatie

Paritair subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der Haven van Antwerpen" genaamd

Paritair subcomité voor de haven van Antwerpen, Nationaal Paritair Comité der Haven van Antwerpen genaamd Paritair subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der Haven van Antwerpen" genaamd Neerlegging-Dépôt: 24/02/2015 Regist.-Enregistr.: 18/03/2016 N": 132309/CO/301.01 Collectieve

Nadere informatie

Bescherming van stagiairs

Bescherming van stagiairs 21 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit betreffende de bescherming van stagiairs (1) Belgisch Staatsblad 4 oktober 2004 Gewijzigd door : KB van 30/09/05 BS van 13/10/05 KB van 02/06/06 BS van 17/07/06

Nadere informatie

De preventie van psychosociale risico s op het werk: Wat is nieuw in de wetgeving?

De preventie van psychosociale risico s op het werk: Wat is nieuw in de wetgeving? De preventie van psychosociale risico s op het werk: Wat is nieuw in de wetgeving? Maddy Van Temsche Sociaal inspecteur TWW-OVL Kennisdirectie Psychosociologie maddy.vantemsche@werk.belgie.be 1. Wettelijke

Nadere informatie

MODEL KLACHTENREGELING ONGEWENST GEDRAG

MODEL KLACHTENREGELING ONGEWENST GEDRAG MODEL KLACHTENREGELING ONGEWENST GEDRAG INLEIDING Als werkgever zijn we krachtens de Arbowet (artikel 3 lid 2) verplicht beleid te voeren gericht op voorkoming en/of beperking van psychosociale arbeidsbelasting.

Nadere informatie

Wegwijs in... DE PREVENTIE VAN DE PSYCHOSOCIALE BELASTING OP HET WERK: STRESS, GEWELD, PESTERIJEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG.

Wegwijs in... DE PREVENTIE VAN DE PSYCHOSOCIALE BELASTING OP HET WERK: STRESS, GEWELD, PESTERIJEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG. Wegwijs in... DE PREVENTIE VAN DE PSYCHOSOCIALE BELASTING OP HET WERK: STRESS, GEWELD, PESTERIJEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG April 2009 Algemene Directie Humanisering van de Arbeid Deze brochure is gratis

Nadere informatie

De rol van Toezicht op het welzijn op het werk: praktijkervaringen en tips

De rol van Toezicht op het welzijn op het werk: praktijkervaringen en tips De rol van Toezicht op het welzijn op het werk: praktijkervaringen en tips Maddy Van Temsche Sociaal inspecteur TWW-OVL Kennisdirectie psychosociologie maddy.vantemsche@werk.belgie.be Inhoud Toepassingsgebied

Nadere informatie

BETREFT: NIEUWE WELZIJNSWETGEVING IN VERBAND MET PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK

BETREFT: NIEUWE WELZIJNSWETGEVING IN VERBAND MET PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK Nr. 1108 Brussel, 4 augustus 2014 BETREFT: NIEUWE WELZIJNSWETGEVING IN VERBAND MET PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK 1. Wetgeving 1.1. Hoofdstuk Vbis aan de Welzijnswet zoals gewijzigd door: - de Wet

Nadere informatie

27 MAART KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE HET BELEID INZAKE HET WELZIJN VAN DE WERKNEMERS BIJ DE UITVOERING VAN HUN WERK

27 MAART KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE HET BELEID INZAKE HET WELZIJN VAN DE WERKNEMERS BIJ DE UITVOERING VAN HUN WERK 27 MAART 1998. KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE HET BELEID INZAKE HET WELZIJN VAN DE WERKNEMERS BIJ DE UITVOERING VAN HUN WERK ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen,

Nadere informatie

KLACHTENREGELING ONGEWENST GEDRAG GERRIT RIETVELD ACADEMIE

KLACHTENREGELING ONGEWENST GEDRAG GERRIT RIETVELD ACADEMIE KLACHTENREGELING ONGEWENST GEDRAG GERRIT RIETVELD ACADEMIE Seksuele intimidatie, verbale intimidatie en discriminatie, agressie en geweld, pesten, e.d.) Klachtenregeling ongewenst gedrag Gerrit Rietveld

Nadere informatie

Art. 2 Preventie van psychosociale risico s op het werk, waaronder stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk

Art. 2 Preventie van psychosociale risico s op het werk, waaronder stress, geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk 1/15 BIJLAGE I: MAATREGELEN TER VOORKOMING VAN PSYCHOSOCIALE RISICO S OP HET WERK (Wet van 04.08.1996, gewijzigd door de Wet van 28.02.2014; Wet van 28.03.2014 en KB van 10.04.2014) Art. 1 Verbodsbepaling

Nadere informatie

Wegwijs in... DE PREVENTIE EN BESCHERMING TEGEN GEWELD, PESTEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG OP HET WERK

Wegwijs in... DE PREVENTIE EN BESCHERMING TEGEN GEWELD, PESTEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG OP HET WERK Wegwijs in... DE PREVENTIE EN BESCHERMING TEGEN GEWELD, PESTEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG OP HET WERK 2 Februari 2005 Algemene Directie Humanisering van de Arbeid Deze brochure is gratis te verkrijgen:

Nadere informatie

Art. 33 van de WZW verplicht elke WG een IDPBW op te richten, waarin minstens één PAwerknemer

Art. 33 van de WZW verplicht elke WG een IDPBW op te richten, waarin minstens één PAwerknemer Nr. 910 Brussel, 12 januari 2010 BETREFT: MOGELIJKHEID VOOR MEERDERE WERKGEVERS TOT OPRICHTING VAN EEN GEMEENSCHAPPELIJKE INTERNE DIENST VOOR PREVENTIE EN BESCHERMING OP HET WERK (GIDPBW). 1. Wetgeving

Nadere informatie

Gedragscode ter voorkoming van ongewenst gedrag

Gedragscode ter voorkoming van ongewenst gedrag , verder te noemen organisatie, hanteert deze voor zowel kinderopvang als peuterspeelzalen. Inleiding De organisatie wil met deze gedragscode waarborgen scheppen voor een goed en stimulerend werkklimaat

Nadere informatie

1. Aanleiding beleid bij ongewenste omgangsvormen

1. Aanleiding beleid bij ongewenste omgangsvormen Beleid ongewenste omgangsvormen en de vertrouwenspersoon 1. Aanleiding beleid bij ongewenste omgangsvormen Helaas vinden er soms ongewenste situaties op of rondom het voetbalveld plaats die betiteld kunnen

Nadere informatie

DOOR DE PREVENTIEADVISEUR PSYCHOSOCIALE ASPECTEN SCHRIFTELIJK MEE TE DELEN INFORMATIE

DOOR DE PREVENTIEADVISEUR PSYCHOSOCIALE ASPECTEN SCHRIFTELIJK MEE TE DELEN INFORMATIE DOOR DE PREVENTIEADVISEUR PSYCHOSOCIALE ASPECTEN SCHRIFTELIJK MEE TE DELEN INFORMATIE IN HET KADER VAN EEN VERZOEK TOT PSYCHOSOCIALE INTERVENTIE DOOR DE WERKNEMER I. FASE VOORAFGAAND AAN HET VERZOEK FASE

Nadere informatie

Vertrouwenspersoon INFORMATIEFOLDER

Vertrouwenspersoon INFORMATIEFOLDER Vertrouwenspersoon INFORMATIEFOLDER VERTROUWENSPERSOON EXTERNE PREVENTIEADVISEUR Je kan bij beide terecht als je ongewenst gedrag ervaart of te maken krijgt met pesterijen. Maar ook als je stress hebt

Nadere informatie

Dienst Psychosociale zorg VOEL JE GOED OP JE WERK

Dienst Psychosociale zorg VOEL JE GOED OP JE WERK Dienst Psychosociale zorg VOEL JE GOED OP JE WERK 1 2 Dienst Psychosociale zorg Bij de preventieadviseur psychosociale aspecten (PA/PSY) van de dienst Psychosociale Zorg kan je terecht voor alle vormen

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (B.S

Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (B.S Koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk (B.S. 31.3.1998) Gewijzigd bij: (1) koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende

Nadere informatie