Kunnen planmatige interventies op basis van een audit bijdragen aan een betere follow-up van diabetes type 2 patiënten in de huisartsenpraktijk?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kunnen planmatige interventies op basis van een audit bijdragen aan een betere follow-up van diabetes type 2 patiënten in de huisartsenpraktijk?"

Transcriptie

1 Wat is het effect van planmatige en gerichte interventies op basis van audits in de afzonderlijke huisartsenpraktijk op de follow-up van diabetes type 2 patiënten. Abstract Context: Diabetes Mellitus type 2 (DM2) is een belangrijk gezondheidsprobleem dat gepaard gaat met een belangrijke toename van morbiditeit en mortaliteit. De prevalentie ligt hoog en neemt toe in de tijd. Een tijdige en adequate medische interventie leidt tot een sterke verbetering van de comorbiditeit, de levenskwaliteit en de kostprijs voor de ziekteverzekering. De huisarts krijgt een belangrijke taak in de aanpak van diabetespatiënten. Onderzoeksvraag: Kunnen planmatige interventies op basis van een audit bijdragen aan een betere follow-up van diabetes type 2 patiënten in de huisartsenpraktijk? Methode: Er werd gekozen om een specifiek protocolgericht scherm in het Elektronisch Medisch Dossier (EMD)- Medicoc aan te maken. Daarna werd via literatuurresearch nagegaan welke minimaal noodzakelijke parameters in dit scherm moeten geïntegreerd worden om een kwalitatieve diabeteszorg bij de huisarts mogelijk te maken. Vervolgens werd de populatie van diabetici in de praktijk Geneeskunde voor het volk te Genk (GVHV) in kaart gebracht. Door de nulmetingen en de metingen na 6 en 12 maanden werd er opgezocht of het gebruik van dit scherm zou kunnen leiden tot een verbetering van de kwaliteit in de opvolging van diabetici. Uiteindelijk werden de gegevens van GVHV vergeleken met de gegevens van Intego-databank (als referentiekader). Er werd nagegaan of ook de kwaliteit van de zorg verbeterd is door een onderzoek van twee parameters: bloeddruk (BD) en HbA1c. Resultaten: De onderzoeksgroep bedroeg 173 patiënten met DM2. Audit van de nulmetingen en metingen na 6 en 12 maanden van de belangrijkste parameters bij de opvolging van diabetici leverde volgende resultaten:de registratie van parameters zoals gewicht, BD, HbA1c, erectiele dysfunctie en voetrisico is significant verbeterd. Bij de opvolging van andere parameters zoals microalbuminurie, rookstatus, rapport van de oogarts,verwijzing/rapport diëtist werd een vooruitgang vastgesteld. Ook de kwaliteit van de zorg is verbeterd: na één jaar zien we een significante daling van de BD en een net niet significante daling van de HbA1c. Conclusies: De registratie van de parameters, die door de guidelines voor een goede diabeteszorg aanbevolen worden, is significant verbeterd. Het invoeren van audits in de praktijk ging gepaard met kwaliteitsverbetering. Zoals men uit de sterk verbeterde registratie kan afleiden, zijn de audits en de bijhorende feedback een goed instrument om -op niveau van de praktijk- gedragsverandering te induceren. 1

2 Achtergrond. Diabetes Mellitus (DM) type 2 is een belangrijk gezondheidsprobleem. 1 De prevalentie ligt hoog en neemt toe in de tijd. Volgens de literatuur is de prevalentie van DM variërend van 3,5 tot 5% in de totale bevolking, waarvan 85% van het type DM 2 is. 2 Cijfers voor België zijn beperkt en onvolledig. 1 De Belgische prevalentie van diabetes (type 1 en 2) wordt geschat op 5,2 % en van gestoorde glucose tolerantie op 7,4 % in de bevolking. 1 DM2 gaat gepaard met een belangrijke toename van morbiditeit en mortaliteit. 1,3,4 DM2 is de belangrijkste oorzaak van blindheid bij volwassenen tussen 20 en 74 jaar. Ook cataract, glaucoom en andere oogaandoeningen zijn frequenter bij patiënten met DM2. 1-2,5-7 DM2 is de belangrijkste oorzaak van niet-traumatische amputaties met 7,3% van alle amputaties van de onderste ledematen. 8,9 DM2 is één van de belangrijkste oorzaken van nierfalen met dialyse en transplantatie tot gevolg. 1,7,10 Patiënten met DM2 hebben een twee- tot viermaal hoger risico op cardiovasculair lijden. 1,3,7 Patiënten met DM 2 ervaren een sterke afname van hun levenskwaliteit. 1,4,7 De verwikkelingen van diabetes nemen een grote hap uit de ziekteverzekering. 9 In Europa worden de kosten voor de behandeling van diabetes en de complicaties geraamd op 5,8 % van het totale gezondheidszorgbudget. 1-2,4 Een tijdige en adequate medische interventie leidt tot een sterke verbetering van de comorbiditeit, de levenskwaliteit en de kostprijs voor de ziekteverzekering. 3 Uit het rapport dat het Kenniscentrum in 2006 publiceerde halen we volgende aanbevelingen 11 De huisarts moet een centrale rol spelen in de zorgcoördinatie van de diabetespatiënten. Ook onderzoeken in Nederland en Italië komen tot dezelfde conclusie Voorwaarde hiertoe is dat de huisarts voldoende ondersteund wordt zodat er kwaliteitszorg kan geleverd worden. De traditionele symptoomgerichte behandeling moet verschuiven naar een proactieve, patiëntgerichte en geïntegreerde zorg. Er moeten klinische informatiesystemen ontwikkeld worden. Er moeten systemen voor kwaliteitsmonitoring opgezet worden om de uitkomst van de zorg te meten. Concrete vraagstelling: Kunnen planmatige interventies op basis van een audit bijdragen aan een betere follow-up van diabetes type 2 patiënten in de huisartsenpraktijk? Methode Bepaling van de onderzoekspopulatie Het onderzoek vond plaats in de huisartsenpraktijk "Geneeskunde voor het volk" te Genk (GVHV) van 1/06/2010 tot 1/06/2011 in het kader van een "master-na-master" project. Deze praktijk telde 3064 ingeschreven patiënten. Als Elektronisch Medisch Dossier (EMD) wordt het programma "Medidoc" van Corilus gebruikt. Met een in Medidoc ingebouwd statistisch programma (StatDPpro) zochten we naar de patiënten met diabetes die beantwoorden aan volgende criteria: Ingeschreven patiënt zijn (een globaal medisch dossier hebben) Een diagnose hebben met de ICPC -2 code T90 (Diabetes Mellitus type2) of met de ICPC2 code T89 (Diabetes Mellitus type 1) 2

3 Om geen patiënten te missen werd er ook nog gezocht in de rubriek actieve ziektes naar het woord "diabetes" en naar alle patiënten die "antidiabetische" geneesmiddelen gebruikten. Patiënten waarbij er objectieve moeilijkheden waren om de gegevens betrouwbaar in het EMD te krijgen zoals verblijf in een instelling werden uit het onderzoek gesloten. Vervolgen werd dossier per dossier werd nagegaan of de diagnose correct gesteld werd en correct stond gecodeerd in ICPC-2. Indien nodig werden de nodige correcties manueel aangepast. Bepaling van de te gebruiken parameters voor audit en feedback Om te bepalen welke parameters minimaal noodzakelijk zijn om een kwalitatieve diabeteszorg bij de huisarts mogelijk te maken zochten we deze parameters in goed gedocumenteerde en onderbouwde bestaande guidelines 1,14,15,16. We weerhielden 4 aanbevelingen: Domus Medica (België) 1 De Nederlandse NHG-standaarden 14 De Clinical Knowledge Summaries (PRODIGY) van de NHS uit het Verenigd Koninkrijk 15 De IKED ( Initiatief voor Kwaliteitsbevordering en Epidemiologie bij Diabetes op basis van DiabCare (WHO) een internationaal model van de follow-up van diabetici door endocrinologen 16 Deze parameters moeten aan volgende criteria beantwoorden: 1. Voorkomen in alle aanbevelingen 2. Er is evidentie dat ze van belang zijn om de morbiditeit / mortaliteit te verminderen 3. Er moet een consensus over bestaan dat ze kunnen beïnvloed worden door de (huis)arts 4. Parameters moeten ook logischerwijze in het EMD van een patiënt terug te vinden zijn en technisch realiseerbaar zijn binnen het EMD (Medidoc) Audit Onder klinische audit begrijpen we een proces voor kwaliteitsverbetering. Vooraf worden er op basis van guidelines criteria opgesteld. Nadien gebeurt er een systematische evaluatie van de klinische praktijk waarbij de vooraf geselecteerde criteria als referentie dienen. Het omvat volgende aspecten: structuur, processen en resultaten van zorg. Wanneer nodig, worden de nodige veranderingen doorgevoerd zowel op het niveau van het individu als van het team. Verdere monitoring dient om de kwaliteitsverbetering van de zorg te bevestigen. 17 Er werden 3 audits gedaan: een nulmeting, een tussentijdse evaluatie op 6 maanden en een eindmeting na 12 maanden. Telkens werden de resultaten op het team besproken en werd er feedback gegeven. Er werd telkens ook een praktische training gegeven in het invullen van het protocolscherm in het EMD. Uitkomsten Zowel proces- als outcomeparameters werden geanalyseerd. Voor gewicht, bloeddruk en HbA1c werd het percentage patiënten nagegaan dat de voorbije 6 respectievelijk 12 maanden een registratie had voor de betreffende parameter. Voor de parameters Lichaamsbeweging, Roken, Erectiele dysfunctie (mannen), Rapport oftalmoloog, voetonderzoek (Palpatie art.tibialis post li, Palpatie art.tibialis post re, Monofilament li, Monofilament re, Voetrisico li,voetrisico re, Voetafwijkingen li,voetafwijkingen re), Creatinine, egfr (MDRD), Microalbuminurie, en bloedvetten werd het percentage patiënten nagegaan met een registratie de voorbije 12 maanden. Tenslotte werd bij drie parameters nagegaan of ze in het dossier tenminste eenmaal geregistreerd werden: Verwijzing diëtist ; Rapport diëtist; bespreken van rijbewijs. Als uitkomstparameters werden bloeddruk en HbA1c geanalyseerd. Volgende afkappunten werden gedefinieerd: 3

4 Voor bloeddruk : BD Prima BD 130/80 BD Matig 130/80<BD 140/90 BD Zwak 140/90<BD 150/95 BD Slecht BD>150/95 Voor HbA1c: HbA1c 7% ( 53 mmol/mol) 7%<HbA1c 8% (53<HbA1c 64mmol/mol) 8%<HbA1c 9% (64<HbA1c 75mmol/mol) HbA1c>9% (>75 mmol/mol) Vergelijking met het INTEGO-register GVHV maakt deel uit van het Integoproject 18*. Aangezien alle data van de onderzochte populatie deel uitmaken van Intego, kunnen er dus binnen Intego vergelijkingen gemaakt worden. Dat toont in welke mate de artsen van de onderzochte praktijk van GVHV meer of minder de geselecteerde parameters registreren in het EMD t.o.v. de andere Intego-deelnemende huisartsenpraktijken. Aangezien we geen controlegroep hebben in het onderzoek is dat wel nuttig als referentiekader. Statistische verwerking Statistische tests voor proporties werden uitgevoerd met gebruik van de Mc Nemar's test. Evolutie van continue waarden werd getest met behulp van tweezijdige gepaarde T-testen. Deze testen werden uitgevoerd zowel voor HbA1c als voor Systolische/Diastolische Bloeddruk bij die patiënten waarbij we zowel bij het begin van het onderzoek als op het einde, een waarde hadden die viel binnen het tijdsbestek dat opgegeven was in de guideline. Deze resultaten dienden ook als feedback voor de artsen. Ze vormden de basis voor een specifieke praktische training in het invullen van het protocolscherm in het EMD. Resultaten Onderzoekspopulatie De search met StatDPpro leverde 213 patiënten op. Daarvan hadden 10 patiënten een correct gecodeerde diagnose DM type1 (ICPC2 T89), 164 patiënten hadden een correct gecodeerde diagnose DM type2 (ICPC2 T90) en bij 39 patiënten was de diagnose niet correct gecodeerd in de ICPC2 code. Dat ging bvb om een DM2 in de familiale antecedenten, of zwangerschapsdiabetes. Zo kwamen we tot 186 patiënten DM type 2. Vijf patiënten, die definitief in een instelling (bejaardentehuizen, RVT,...) verblijven, werden uitgesloten. Ze waren allemaal boven de 80 jaar en in de laatste fase van hun leven. In de loop van één jaar vielen er nog 8 patiënten af, 4 door uitschrijving, 4 door overlijden. De uiteindelijke onderzoekspopulatie bedroeg dus 173 patiënten met DM2. Geselecteerde parameters: We selecteerden 17 parameters met tijdsinterval waarbinnen een registratie uitgevoerd moest worden: Zesmaandelijks te controleren: HbA1c, Bloeddruk, Gewicht, BMI Jaarlijks te controleren: Lichaamsbeweging, Rookstatus, Erectiele dysfunctie, Nierfunctie : creatinine, egfr (MDRD), microalbuminurie, Lipidenprofiel : cholesterol totaal, HDL, triglyceriden, LDL, Funduscontrole, Evaluatie voetrisico Éénmalig te controleren: Voeding (advies diëtist) 4

5 Deze parameters werden samengevat in één protocolgestuurd scherm in het EMD. In één scherm krijg je de parameters, zoals aangegeven in de guideline voor DM2, met bewaking van tijdsinterval en waarden. Dit protocolscherm werd manueel geactiveerd bij alle patiënten met diabetes mellitus type 2. Resultaten van de audit In vergelijking met de nulmetingen werden de meeste parameters na zes maanden en 12 maanden bij significant meer patiënten in het dossier geregistreerd. Vooral klinische parameters zoals gewicht en bloeddruk en onderzoeken die nog niet zo goed ingeburgerd waren (voetonderzoek) werden veel beter geregistreerd. Tabel 1.Resultaten van registratie van opvolgingsparameters van diabetici bij GVHV te Genk Parameter Wel geregistreerd in het EMD, % P waarde Zesmaandelijkse controle Gewicht - laatste 6 maanden geregistreerd Gewicht- laatste jaar geregistreerd Bloeddruk- laatste 6 maanden geregistreerd Bloeddruk- laatste jaar geregistreerd HbA1c- laatste 6 maanden geregistreerd HbA1c-laatste jaar geregistreerd Jaarlijkse controle Lichaamsbeweging (nog geen gegevens) nulmetingen 6 maanden 12 maanden Nulmetingen vs 12 maanden 29% 48% 62% <0, % 61% 81% <0, % 52% 73% <0, % 65% 86% <0, % 68% 69% 0, % 83% 88% 0, Roken 46% 46% 61% 0,0077 Erectiele dysfunctie-mannen Rapport oftalmoloog Palpatie art.tibialis post li 14% 32% 40% 0,0001 5% 2% 15% 0,0019 9% 23% 45% <0,0001 5

6 Palpatie art.tibialis post re 10% 23% 45% <0,0001 Monofilament li 10% 23% 40% <0,0001 Monofilament re 10% 23% 40% <0,0001 Voetrisico li 10% 28% 46% <0,0001 Voetrisico re 9% 28% 46% <0,0001 Voetafwijkingen li 10% 27% 45% <0,0001 Voetafwijkingen re 9% 27% 45% <0,0001 Creatinine 85% 88% 84% 1,000 egfr (MDRD) 86% 86% 80% 0,1183 Microalbuminurie 40% 29% 45% 0,4701 Cholesterol totaal 79% 84% 84% 0,2432 HDL-cholesterol 78% 83% 82% 0,3123 LDL-cholesterol 62% 83% 83% <0,0001 triglyceriden 78% 83% 83% 0,3123 Eenmalige controle Verwijzing diëtist 0% 3% 6% 0,0026 Rapport diëtist 0% 0% 2% 0,1336 Rijbewijs (*) 20% 38% - (*)-rijbewijs als een aparte parameter in het specifiek protocolgestuurde scherm werd later dan de nulmetingen toegevoegd. Bij de tussentijdse meting bleek dat 91% van de ingesloten diabetespatiënten gedurende de laatste 6 maanden minstens één keer bij de dokter op raadpleging waren geweest. Bij de BD zien we op één jaar tijd reeds een shift van het percentage patiënten met een prima of matig geregelde BD opschuiven van 55% naar 82%(zie Tabel 2). Bij patiënten waarbij we zowel bij het begin van het onderzoek als op het einde waarden van de BD hadden (N=89), daalt de gemiddelde systolistische bloeddruk van 137 mmhg tot 132 mmhg en gemiddelde diastolysche bloeddruk van 79 mmhg tot 76 mmhg. Deze daling is statistisch significant is met p-waarde van systolische BD van 0,014 en diastolische BD van 0,0186. Tabel 2. Evolutie van de BD voor en na de interventie % patiënten Nulmeting % patiënten 12 maanden BD Prima BD Matig BD Zwak BD Slecht BD 130/80 130/80<BD 140/90 140/90<BD 150/95 BD>150/95 43% 12% 11% 32% 61% 21% 7% 11% 55% ---> 82% 43%--->18% 6

7 Zoals blijkt uit Tabel 3 is er ook een verbetering in de uitkomst van HbA1c. Bij 125 patiënten, waarbij HbA1c gemeten werd zoals in het begin als aan het einde van onze studie, zien we ook een zelfde shift naar een betere glycemieregeling. Het is net niet statistisch significant met p-waarde van 0,06, bij gebruik van tweezijdige gepaarde T-testen. Tabel 3. Evolutie van HbA1c voor en na de interventie % patiënten Nulmeting % patiënten 12 maanden HbA1c 7% ( 53 mmol/mol) 7%<HbA1c 8% (53<HbA1c 64mmol/mol) 8%<HbA1c 9% (64<HbA1c 75 mmol/mol) HbA1c>9% (>75 mmol/mol) 59% 17% 10% 10% 61% 23% 10% 6% 76%--->84% 20%--->16% Vergelijking tussen GVHV versus Integodatabank: Tabel 4. Vergelijking tussen GVHV versus Integodatabank in de registratie in het EMD Parameter Intego (zonder GVHV) Wel geregistreerd in het EMD GVHV Intego (zonder GVHV) GVHV Zesmaandelijkse controle Gewicht 29% 29% 28% 40% Bloeddruk 55% 33% 55% 48% HbA1c 55% 50% 59% 58% Jaarlijkse controle Creatinine 73% 68% 76% 71% Cholesterol totaal 69% 68% 72% 64% Bespreking Parameterset Er is al een parameterset Diabetes ter beschikking in het EMD (Medidoc). Maar de artsen maakten daar nauwelijks of geen gebruik van. Op de vraag aan 6 senior artsen en 2 HAIO's van GVHV te Genk waarom ze daar weinig of geen gebruik van maakten, kregen we volgende antwoorden : De parameterset Diabetes verschijnt niet automatisch indien je een dossier van een diabetespatiënt opent. Het is omslachtig om de geschikte parameterset te zoeken en die te openen in het dossier. Er zijn te veel administratieve vragen en parameters die moeten ingevuld worden. Het is niet gebruiksvriendelijk en te ingewikkeld. Nulmeting. De lage registratiecijfers bij de nulmeting zijn opvallend. Wat waren hiervoor de redenen? Het protocolscherm wordt niet automatisch geactiveerd bij het invullen van de diagnose Diabetes Mellitus. 7

8 Voor de parameter beweging was er geen systeemparameter die beantwoordde aan de referenties uit de literatuur 1,7,9 (Hoeveel dagen per week beweegt de patiënt minimum 30 minuten, buiten de huishoudelijke routine). De lage cijfers omtrent verwijzing naar een diëtiste zijn te verklaren doordat de afspraak om door te verwijzen binnen het team pas gemaakt werd bij het begin van het onderzoek. Registratie van het voetrisico was nog niet verworven in de praktijk. Rookstatus werd sedert de invoering van het EMD al op 3 verschillende plaatsen genoteerd: eerst onder de rubriek risicofactoren. Maar dat liet niet toe om een evolutie te registreren. Daarom werd de rookstatus onder de rubriek actieve problemen genoteerd, zodat men bij eventuele rookstopbegeleiding, ook de evolutie kon opvolgen. Nu gebeurt dat terecht onder de vorm van een parameter, zoals de BD, die de arts in de loop van de tijd kan opvolgen. Ook de lage cijfers inzake de registratie van BD en gewicht vallen op. Slechts bij 1/3 diabetici is er om de 6 maanden een bepaling. Nochtans is het belang van deze parameters in de diabeteszorg verworven kennis bij de artsen. Deze parameters zijn reeds lang gekend en zijn eenvoudig te registreren in het EMD. Het meest gehoorde argument was:"als de waarden normaal zijn, dan registreren we dat niet meer". Ook bij bepaling van HbA1c valt het op dat slecht bij twee op de drie patiënten een waarde is terug te vinden in het EMD. Vandaar dat we een afzonderlijke tabel gemaakt hebben rond de BD en rond de HbA1c (zie Tabel 2 en Tabel 3). Indien deze waarden onder de cut off waarde liggen (voor de BD 130/80 mmhg en voor de HbA1c 7%), zou men niet van een kwaliteitsgebrek in de zorg kunnen spreken. Daarom hebben we niet alleen gekeken naar de registratie, maar ook naar de reële waarden, en werden hierop 4 categorieën opgesteld. Hiervoor gebruikten we de laatst beschikbare waarden. Indien BD onder de cut off ligt, is één jaarlijkse registratie nog OK, anders is het indien we met een verhoogde waarde te maken hebben. Dat vraagt niet alleen registratie maar mogelijks ook medische interventie. 96 van de 173 (55%) patiënten hadden een BD die hoger was dan 130/80mmHg, de door alle guidelines aanbevolen na te streven BD bij DM2 patiënten 1,7,14,15. Slechts bij 40% van de patiënten met een te hoge BD werd er een correcte registratie terug gevonden. Op dezelfde manier kijken wij naar de registratie van HBA1c. 71 van de 173 (41%) patiënten hadden een HbA1c>7%. Van 5 hadden we helemaal geen waarden, van 7 was het meer dan één jaar geleden en van 12 was het meer dan 6 maanden geleden dat ze onderzocht werden. Dit betekent dat bij patiënten met een afwijkende HbA1c, bij 34% de bepaling ervan ouder was dan 6 maanden, daar waar de guideline aanbeveelt om driemaandelijks een HbA1c te controleren 1,14. Falen van de arts of van de patiënt? In de tussentijdse meting na 6 maanden, kan je slechts een matige verbetering van de registratiecijfers zien. De vraag stelt zich of dit nu bij de patiënt ligt of bij de arts? In de eerste 6 maanden van het onderzoek is 91% van de ingesloten diabetespatiënten minstens één keer bij de dokter op raadpleging geweest. De cijfers van BD en biochemie, waar het initiatief bij de arts ligt, wijzen uit dat het grootste deel van de verantwoordelijkheid bij de arts ligt en niet bij de patiënt. 8

9 Audit na één jaar. Voor lichaamsbeweging hebben wij geen cijfers. Het idee om alle diabetespatiënten naar een diëtiste te verwijzen is geen groot succes. Alhoewel niet het onderwerp van dit onderzoek, blijkt uit de bevraging van de deelnemende artsen, dat er veel weerstand bestaat bij de patiënten om een diëtiste in te schakelen. Er bestaat ook geen digitale communicatie tussen diëtiste en huisarts waardoor registratie in het EMD nog steeds artisanaal administratief werk is. Daarom werd er een project opgestart om binnen de praktijk een dieetconsult door een diabetes-educator/diëtiste in te lassen die direct in het EMD registreert. Het lage registratiecijfer voor "rapport van oftalmoloog" heeft verschillende redenen. Er zijn weinig oftalmologen in onze regio die hun verslagen elektronisch sturen en als ze een rapport sturen, vraagt het een bijkomende inspanning van de huisarts om deze gegevens nog eens te noteren in het EMD. Alhoewel er nog werk is rond de registratie van het rookgedrag en het voetrisico, zijn de cijfers voor rookgedrag, gewicht, BD en het voetrisico, opmerkelijk en statistisch significant gestegen. Binnen de opgelegde tijdslimieten (zesmaandelijks/ jaarlijks) scoren de biochemische parameters allemaal hoger dan 80%. Een parameter blijft er onder : microalbuminurie. Dit heeft met twee factoren te maken: enerzijds vergeet de patiënt zijn potje nuchtere urine mee te nemen als hij voor een bloedafname gaat. Anderzijds sturen verschillende labo's het resultaat onder een verschillende code door en komt het hierdoor niet in het protocolscherm. Dat was ook het geval voor het berekend LDL-cholesterol en voor creatinine in de urine. Dit maakt een geautomatiseerde opvolging bijzonder moeilijk. We mogen aannemen dat een score van 80% binnen de tijdslimieten, aangegeven door de guidelines, een nog moeilijk te verbeteren score is als we ook rekening houden met de patiëntgebonden factoren die interfereren. Voor HbA1c waren er 5 patiënten met een waarde >7% waarbij er gedurende één jaar geen registratie was. Twee patiënten waren al meer dan één jaar niet meer bij de huisarts geweest en ze waren ook niet meer bereikbaar. Met twee andere patiënten werd de situatie besproken, maar er was geen ziekte-inzicht. Alsook werd één patiënt in palliatieve zorg opgenomen. Hoe moeten we nu deze registratie cijfers kaderen? Zijn er andere externe factoren die een rol gespeeld hebben in de betere registratie? Zoals reeds vermeld, maakt GVHV deel uit van het Integonetwerk. 18 Een aantal parameters die we gebruiken worden tevens in de Integodatabank verzameld. In onze studie hadden we geen controlegroep daarom gingen we de cijfers opvragen van de Integodatabank. Aangezien er nog geen data uit Intego beschikbaar zijn voor het jaar 2011, hebben we de resultaten uit de audit na 12 maanden interventie uitgezet tegenover de laatst beschikbare data uit Intego (zonder de gegevens van onze praktijk (1/01/ /12/2010). Als we de registratiegegevens in de DM2 groep van GVHV uit de Integodatabank uitzetten tegenover de rest van Intego (zie Figuur 1-5), voor het jaar 2009 zien we geen grote verschillen bij de beginsituatie. De cijfers van 2010 GVHV versus Intego tonen reeds een stijgende tendens. Deze tendens werd bevestigd als wij de metingen na 12 maanden bij GVHV uitzetten tegenover de laatste beschikbare cijfers van Intego met uitsluiting van de Integogegevens van GVHV. 9

10 Figuur 1.Evolutie van het aantal mensen met een gewichtsregistratie minstens 1x/6m Figuur 2.Evolutie van het aantal diabetici met een BD-registratie minstens 1x/6m Figuur 3.Evolutie van het aantal diabetici met een HbA1c-registratie minstens 1x/6m Figuur 4.Evolutie van het aantal diabetici met een creatinine-registratie minstens 1x/12m Figuur 5.Evolutie van het aantal diabetici met een tot.cholesterol-registratie minstens 1x/12m 10

11 Besluit Dit onderzoek leert ons het volgende: Meten is weten. Het is opvallend dat bij een spontane opvolging van patiënten, dit wil zeggen zonder speciaal georganiseerde audits, veel patiënten onvoldoende opgevolgd worden. Alle diabetespatiënten zouden tenminste één HbA1c bepaling per jaar moeten hebben. Welnu, 21% van de patiënten had dit niet bij de nulmeting. Het is ook opvallend dat deze quality gap niet gekend is bij de artsen zelf zolang geen praktijkaudit uitgevoerd wordt. Doorheen het auditproject is de registratie van de parameters, die door de guidelines voor een goede diabeteszorg aanbevolen worden,significant verbeterd. Zoals men uit de sterk verbeterde registratie kan afleiden, zijn de audits en de bijhorende feedback een goed instrument om -op niveau van de praktijk- gedragsverandering te induceren. De audits in onze praktijk gingen ook gepaard met verbeterde uitkomsten van essentiële bioklinische parameters. Nagaan of er werkelijk een causaal verband is vraagt uiteraard verder uitgediept wetenschappelijk onderzoek dmv RCT-trials. Aanbevelingen. 1. Audits die de kwaliteit meten van zorg voor chronische ziekten, zouden geautomatiseerd moeten worden in het EMD. Momenteel is dit nog steeds artisanaal werk. 2. Bij het ingeven van de diagnose DM2 zou het EMD automatisch het specifieke protocolgestuurde scherm moeten aanbieden. 3. Om dat mogelijk te maken moet de interne codering van de diagnoses in het EMD consistent zijn en moet dit eenvoudig zijn in het dagelijks gebruik. 4. Universele gecodeerde woordenboeken voor diagnoses, behandelingen, labo-waarden, technische onderzoeken zijn noodzakelijk om de digitale communicatie in de diabetes (en andere) zorg mogelijk te maken. 11

12 Dankwoord Deze thesis kon slechts tot stand komen dankzij de hulp en steun van verschillende mensen. Ik wil dan ook mijn bijzondere dank betuigen aan mijn promotor prof. Bert Aertgeerts en copromotor dr. Geert Goderis voor hun vakkundige begeleiding en het kritisch evalueren van mijn teksten. Dit was een heel leuke en leerzame ervaring. Daarnaast ook een welgemeend groot dankwoord aan mijn project-coordinator Dr. Harrie Dewitte van Geneeskunde van het Volk te Genk. Zonder zijn hulp, inzicht en toewijding kon dit niet tot een goed einde komen. Zijn visie heeft mij zeker een andere kijk gegeven op de Huisartsgeeskunde in het algemeen. Hiervoor mijn dank! Verder wil ik ook mijn dank betuigen aan dr. Thomas Engelbeen (GvhV Genk) voor de technische ondersteuning bij de registratie van de gegevens en de statistische verwerking hiervan. Ik mag natuurlijk ook niet nalaten om de grote steun, hulp, constante bereikbaarheid en goede raad te vermelden van Dr. Martens Marc, mijn praktijkopleider. Marc, hartelijk dank hiervoor, je was voor mij steeds mijn steun en toeverlaat! Voor hun beschikbaarheid en het ter beschikking stellen van de statistische gegevens van Intego wil ik Prof. Buntinx en dr. Bartholomeeusen alsook bedanken. Mijn collega s van de groepspraktijk van Geneeskunde voor het Volk te Genk, voor de leuke tijd samen die voor mij zeer leerzaam was. Allen bedankt voor jullie geduld, inzet en goede raad. Alsook dr. Karen Vangronsveld voor het nalezen van mijn thesis en haar morele steun. Ten slotte niet te vergeten, mijn familie en toegewijde echtgenoot te vermelden. Zonder hun steun en oneindig geduld al die jaren had ik dit niet kunnen afwerken. Referenties 1. Wens J., Sunaert P., Nobels F., et al. Diabetes Mellitus type 2. Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering Internet site van Domus Medica. Beschikbaar via: 2. Type 2 Diabetes. National clinical guideline for management in primary and secondary care (update) Internet site van NICE clinical guidelines. Beschikbaar via: 3. Turner R, Holman R, Stratton I et al. Tight blood pressure control and risk of macrovascular and microvascular complications in type 2 diabetes (UKPDS 38). British Medical Journal 1998; 317: Thematische uiteenzettingen - Diabetes in België: stand van zaken. Internet site van het RIZIV. Beschikbaar via: 5. Younis N, Broadbent DM, Vora JP et al. Incidence of sight-threatening retinopathy in patients with type 2 diabetes in the Liverpool Diabetic Eye Study: a cohort study. Lancet 2003; 361(9353): Kempen JH, O'Colmain BJ, Leske MC, et al. The prevalence of diabetic retinopathy among adults in the United States. Arch Ophthalmol 2004;122:

13 7. American Diabetes Association. Standards of Medical Care in Diabetes Diabetes Care, volume 33, supplement 1, january 2010: S Beschikbaar via: 8. NICE guidance: Clinical Guidelines for Type 2 Diabetes. Prevention and management of foot problems. Revised version Internet site van NICE clinical guidelines. Beschikbaar via: 9. Canadian Diabetes Association. Clinical Practice Guidelines for the Prevention and Management of Diabetes in Canada 2008: Executive Summary. Beschikbaar via: Harvey JN. Trends in the prevalence of diabetic nephropathy in type 1 and type 2 diabetes. Current Opinion in Nephrology & Hypertension 2003;12(3): KCE reports 27A. Quality and organization of the care for diabetes2. Deel 5 Aanbevelingen. Beschikbaar via: Geraadpleegd 2011, september Goudswaard AN. De kwaliteit van de diabeteszorg in de huisartsenpraktijk: kan het (nog) beter? Huisarts Wet 2006;49(3): De Belvis A.G., Pelone F., Biasco A., et al. Can primary care professionals' adherence to evidence based medicine tools improve quality of care in type 2 diabetes mellitus? A systematic review. Diabetes Research and Clinical Practice 2009; 85(2), Nederlands Huisartsen Genootschap.NHG-Standaarden.Diabetes mellitus type 2, maart Beschikbaar via: tje-nhgstandaard/m01_svk.htm 15. Clinical Knowledge Summaries.NHS evidence. Diabetes type 2. Internet site van CKS. Beschikbaar via: Initiatief voor Kwaliteitsbevordering en Epidemiologie bij Diabetes IKED. Internet site van IKED. Beschikbaar via: Principles for Best Practice in Clinical Audit.National Institute for Clinical Excellence. Abingdon: Radcliffe Medical Press; 2002 Beschikbaar via: Geradpleegd 2011, oktober Bartholomeeusen S.,Truyers C., Buntinx F. Ziekten in de huisartspraktijk in Vlaanderen. Intego databank. Beschikbaar via: (cijfers van jaar ) *Intego is een project van het Academisch Centrum voor Huisartsgeneeskunde onder leiding van prof. F.Buntinx. Bij 57 huisartsenpraktijken, allen gebruikers van Medidoc, worden sedert 20 jaar data opgehaald over diagnoses, medicatie, labo, technische onderzoeken, behandeling. Deze ingesloten patiëntenpopulatie is representatief voor Vlaanderen. 13

Thesis ter behalen van de graad master in de huisartsgeneeskunde Kerkhofs Thomas

Thesis ter behalen van de graad master in de huisartsgeneeskunde Kerkhofs Thomas WAT IS HET EFFECT VAN PLANMATIGE EN GERICHTE INTERVENTIES IN DE FOLLOW-UP VAN DIABETES TYPE 2 PATIËNTEN IN DE HUISARTSENPRAKTIJK? Thesis ter behalen van de graad master in de huisartsgeneeskunde 2011-2012

Nadere informatie

Thesis ter behalen van de graad master in de huisartsgeneeskunde Veerle Creemers. Promotor: Prof Dr. B. Aertgeerts

Thesis ter behalen van de graad master in de huisartsgeneeskunde Veerle Creemers. Promotor: Prof Dr. B. Aertgeerts Wat is het effect van planmatige en gerichte interventies op basis van audits in de afzonderlijke huisartsenpraktijk op de follow-up van diabetes type 2 patiënten? Thesis ter behalen van de graad master

Nadere informatie

Feedback rapport per huisarts

Feedback rapport per huisarts ACHIL: evaluatie van de zorgtrajecten diabetes mellitus type 2 en chronische nierinsufficiëntie Achil Phase 1 (2009-2013). Ambulatory Care Health Information Laboratory Feedback rapport per huisarts Dataverzameling

Nadere informatie

ACHIL: evaluatie van de zorgtrajecten diabetes mellitus type 2 en chronische nierinsufficiëntie

ACHIL: evaluatie van de zorgtrajecten diabetes mellitus type 2 en chronische nierinsufficiëntie ACHIL: evaluatie van de zorgtrajecten diabetes mellitus type 2 en chronische nierinsufficiëntie Achil Phase 1 (2009-2013). Ambulatory Care Health Information Laboratory Feedback rapport Lokale Multidisciplinaire

Nadere informatie

Diabetes. D1 Diabetes prevalentie 249,0 233,9. D2 Diabetespopulatie indicatoren 78,7 85,8. D3 Hoofdbehandelaar diabetes 58,2 49,6

Diabetes. D1 Diabetes prevalentie 249,0 233,9. D2 Diabetespopulatie indicatoren 78,7 85,8. D3 Hoofdbehandelaar diabetes 58,2 49,6 Diabetes uw praktijk alle praktijke n D1 Diabetes prevalentie 249,0 233,9 D2 Diabetespopulatie indicatoren 78,7 85,8 D3 Hoofdbehandelaar diabetes 58,2 49,6 D6 HbA1c bepaald 70,9 70,5 D36 HbA1c < 53 81,3

Nadere informatie

Kent u de cijfers van uw hart?

Kent u de cijfers van uw hart? Kent u de cijfers van uw hart? CHOLESTEROL? GEWICHT/ BUIKOMTREK? UW? BLOEDDRUK? SUIKERGEHALTE? V.U.: Dr Freddy Van de Casseye - Elyzeese-Veldenstraat 63-1050 Brussel Belgische Cardiologische Liga www.cardiologischeliga.be

Nadere informatie

Nieuwe guidelines voor preventie. Cardio 2013 Johan Vaes

Nieuwe guidelines voor preventie. Cardio 2013 Johan Vaes Nieuwe guidelines voor preventie Cardio 2013 Johan Vaes Waarom is preventie nodig? CV ziekten blijven belangrijkste doodsoorzaak Zowel mannen als vrouwen Overlijden voor 75 j is ten gevolge van CV ziekten

Nadere informatie

Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige

Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige Bloeddrukstreefwaarden bij patiënten met type 2 diabetes? A. Huidige richtlijn CVRM is achterhaald

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 121 Nederlandse samenvatting Patiënten met type 2 diabetes mellitus (T2DM) hebben een verhoogd risico op de ontwikkeling van microvasculaire en macrovasculaire complicaties. Echter,

Nadere informatie

Chapter 10 Samenvatting

Chapter 10 Samenvatting Chapter 10 Samenvatting Chapter 10 De laatste jaren is de mortaliteit bij patiënten met psychotische aandoeningen gestegen terwijl deze in de algemene populatie per leeftijdscategorie is gedaald. Een belangrijke

Nadere informatie

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie mei 2016

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie mei 2016 Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie 1.7 30 mei 2016 Vervallen: Gewijzigd: Gewijzigd: Nieuw: advies stoppen met roken, BMI < 25, RR > 140 en niet behandeld egfr indicatoren

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Het aantal mensen met een gestoorde nierfunctie is de afgelopen decennia sterk toegenomen. Dit betekent dat er steeds meer mensen moeten dialyseren of een niertransplantatie moeten

Nadere informatie

Vroeg opsporen en voorkomen achteruitgang chronische nierschade

Vroeg opsporen en voorkomen achteruitgang chronische nierschade Factsheet Nieren en nierschade deel 5 Vroeg opsporen en voorkomen achteruitgang chronische nierschade In Nederland hebben 1,7 miljoen mensen chronische nierschade. Dit is in veel gevallen het gevolg van

Nadere informatie

Datacollectie: de ACHIL-leshiel van de zorgtrajecten?

Datacollectie: de ACHIL-leshiel van de zorgtrajecten? Ambulatory Care Health Information Laboratory ACHIL KULeuven UCL UA Datacollectie: de ACHIL-leshiel van de zorgtrajecten? Van Casteren V*, Goderis G**, De Clercq E***, Wens J****, Moreels S*, Vanthomme

Nadere informatie

Samenvatting R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9

Samenvatting R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9 SAMENVATTING 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 134 Type 2 diabetes is een veel voorkomende ziekte die een grote impact heeft op zowel degene waarbij

Nadere informatie

3. Diagnostiek en risico-inventarisatie

3. Diagnostiek en risico-inventarisatie LEIDRAAD DIABETES_BINNENWERK-BSL_100 x 150 4-4 01-09-11 15:01 Pagina 1 3. Diagnostiek en risico-inventarisatie 3.1 Diagnostiek Indien een patiënt de klassieke symptomen van diabetes heeft, is de diagnose

Nadere informatie

INDICATORENTOETS SPECIFICATIES DIABETES

INDICATORENTOETS SPECIFICATIES DIABETES INDICATORTOETS SPECIFICATIES DIABETES Meetperiode is 12 maanden, muv fundus: 24 maanden; en retinopathie: ooit Voor de uitslagen wordt de laatste meting meegenomen Nr. Omschrijving Noemer Operationalisatie

Nadere informatie

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1)

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1) Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1) Nederlandse Diabetes Federatie 033-4480845 info@diabetesfederatie.nl Stationsplein 139 3818 LE Amersfoort Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1) De

Nadere informatie

Uitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk

Uitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk Uitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk ELLEN BANIERINK ANIOS INTERNE GENEESKUNDE 06-12-2016 Inhoud Aanleiding Vorming onderzoeksvoorstel Het onderzoek Praktisch gezien Planning Verloop Problemen

Nadere informatie

Bij de behandeling en begeleiding van CVRM neemt de diëtist als zorgaanbieder binnen de zorgketen de dieetadvisering 1 op zich.

Bij de behandeling en begeleiding van CVRM neemt de diëtist als zorgaanbieder binnen de zorgketen de dieetadvisering 1 op zich. Bijlage 1: samenwerkingsafspraken diëtisten binnen DBC CVRM GHC Uitgangspunten Cardio Vasculair Risico Management (CVRM) staat voor de diagnostiek, behandeling en follow-up van risicofactoren voor hart-

Nadere informatie

HET LIPIDENSPECTRUM VAN PATIËNTEN

HET LIPIDENSPECTRUM VAN PATIËNTEN HET EFFECT VAN DE CVRM ZORGSTRAAT OP DE BLOEDDRUK EN HET LIPIDENSPECTRUM VAN PATIËNTEN IN DE HUISARTSENPRAKTIJK Berdien Oosterveld Begeleiding: Job van der Palen Peter van der Lugt Mirella Nijmeijer Wetenschapsavond

Nadere informatie

Instructie indicatoren- en inzoomrapporten

Instructie indicatoren- en inzoomrapporten Instructie indicatoren- en inzoomrapporten Instructie indicatoren- en inzoomrapporten 1 Inhoud Indicatorenrapport... 3 Doel en toelichting... 3 Beschrijving NHG Indicatoren Diabetes in KIS VitalHealth

Nadere informatie

CEL 2010 0049. Indicatorenset DM

CEL 2010 0049. Indicatorenset DM CEL 2010 0049 Indicatorenset DM Deze indicatorenset Diabetes Melitus is vervaardigd in opdracht van ZN en wordt ingebracht bij Zichtbare Zorg als de door zorgverzekeraars gewenste indicatorenset. Zorgverzekeraars

Nadere informatie

Het elektronisch dossier van de zorgverlener en de patiënt wordt het belangrijkste instrument om nieuwe medische kennis te verwerven

Het elektronisch dossier van de zorgverlener en de patiënt wordt het belangrijkste instrument om nieuwe medische kennis te verwerven Diagnostics Quality of care EMD als registratie- en kennisinstrument Education development Care for the elderly Nicolas Delvaux, 22 oktober 2015 www.achg.be Het elektronisch dossier van de zorgverlener

Nadere informatie

Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen. David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek

Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen. David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek Het syndroom van Klinefelter: Screening en opvolging van metabole afwijkingen David Unuane Endocrinologie Klinefelter Kliniek Achtergrond Het Klinefelter syndroom(ks): Genetisch kenmerk extra X-chromosoom:

Nadere informatie

DOKTEREN DOE JE NIET ALLEEN OVER CONCRETE SAMENWERKING IN PRAKTIJK, EERSTE EN TWEEDE LIJN. Spiegelbijeenkomst 15 april 2015

DOKTEREN DOE JE NIET ALLEEN OVER CONCRETE SAMENWERKING IN PRAKTIJK, EERSTE EN TWEEDE LIJN. Spiegelbijeenkomst 15 april 2015 DOKTEREN DOE JE NIET ALLEEN OVER CONCRETE SAMENWERKING IN PRAKTIJK, EERSTE EN TWEEDE LIJN Spiegelbijeenkomst 15 april 2015 Huisarts en Praktijkondersteuner : wie ondersteunt wie? Prof. dr Guy Rutten, UMC

Nadere informatie

Zorgtraject voor chronische nierinsufficiëntie. Kom jij in aanmerking?

Zorgtraject voor chronische nierinsufficiëntie. Kom jij in aanmerking? Zorgtraject voor chronische nierinsufficiëntie Kom jij in aanmerking? ZORGTRAJECT VOOR CHRONISCHE NIERINSUFFICIËNTIE Heb je chronische nierinsufficiëntie? Dan kom je misschien in aanmerking voor een zorgtraject.

Nadere informatie

21 september 2011. Pagina 1 van 7

21 september 2011. Pagina 1 van 7 Overzicht van de NHG/LHV indicatoren diabeteszorg, de subset van indicatoren vastgesteld door Bureau ZiZo huisartsenzorg en de subset van indicatoren vastgesteld door Bureau ZiZo Chronische Zorg 21 september

Nadere informatie

Part A: Glycated hemoglobin A1c as a screening tool for detection of type 2 diabetes?

Part A: Glycated hemoglobin A1c as a screening tool for detection of type 2 diabetes? Part A: Glycated hemoglobin A1c as a screening tool for detection of type 2 diabetes? Part B: Evaluation of point-of-care instruments for glycated hemoglobin A1c testing in an ambulant hospital setting

Nadere informatie

Huisarts en nieren. Dr Stein Bergiers 23 mei 2017

Huisarts en nieren. Dr Stein Bergiers 23 mei 2017 Huisarts en nieren Dr Stein Bergiers 23 mei 2017 Prevalentie Chronisch nierfalen is een frequent probleem egfr < 60ml = 13% 10% bij mannen, 16% bij vrouwen Sterke toename met de leeftijd Terminaal nierfalen

Nadere informatie

Optimaliseren en uniformiseren van zorg patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk: een praktijkverbeterend project

Optimaliseren en uniformiseren van zorg patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk: een praktijkverbeterend project Optimaliseren en uniformiseren van zorg patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk: een praktijkverbeterend project Auteur: Elke Pouders Promotor: Prof. Hilde Bastiaens, vakgroep Geneeskunde

Nadere informatie

regio uw praktijk 2004 43.8 56.2 % % jaar 6.9 jaar 15.9 66.5 8.2 9.4 % % % 67.8 54.1 17.6 % % % 7.1 4.4 81.8 148.5 29.9 mmhg

regio uw praktijk 2004 43.8 56.2 % % jaar 6.9 jaar 15.9 66.5 8.2 9.4 % % % 67.8 54.1 17.6 % % % 7.1 4.4 81.8 148.5 29.9 mmhg Algemene gegevens -5 In het onderstaande overzicht kunt u de gegevens uit uw praktijk van 5 (laatste kolom) vergelijken met die van 5 huisartspraktijken uit de regio (eerste kolom) en uw eigen praktijk

Nadere informatie

Voorstellen. Winnie van El Verpleegkundig Specialist Diabeteszorg Universitair Medisch Centrum Groningen

Voorstellen. Winnie van El Verpleegkundig Specialist Diabeteszorg Universitair Medisch Centrum Groningen Voorstellen Winnie van El Verpleegkundig Specialist Diabeteszorg Universitair Medisch Centrum Groningen Niertransplantatie UMCG Niertransplantatie 8 centra NL * UMC 1 e jaar UMC vervolg 2 e lijn, periferie

Nadere informatie

Basisstructuur van een elektronisch medisch dossier. Koen Thomeer

Basisstructuur van een elektronisch medisch dossier. Koen Thomeer Basisstructuur van een elektronisch medisch dossier Koen Thomeer Doel presentatie een goed gestructureerd EMD is noodzakelijk om andere ICT-toepassingen mogelijk te maken preventie (selectie populatie

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Cardiovasculaire Beoordeling na Hypertensieve Afwijkingen van de Zwangerschap Hypertensieve zwangerschapscomplicaties rondom de uitgerekende datum zijn veelvoorkomende complicaties.

Nadere informatie

De elektronische software voor het beheer van het medisch dossier is in staat om:

De elektronische software voor het beheer van het medisch dossier is in staat om: RIZIV-INAMI R&D Lastenboek voor medische software die de medische en administratieve gegevens van chronische patiënten behandelt, in het bijzonder van diabetespatiënten. De elektronische software voor

Nadere informatie

Samenvatting. Belangrijkste bevindingen

Samenvatting. Belangrijkste bevindingen Samenvatting Chronische nierschade (CNS) en de complicaties daarvan, veroorzaken, naast de grote persoonlijke impact, veel druk op gezondheidszorg voorzieningen. Door de vergrijzing en de toename van suikerziekte

Nadere informatie

Hoeveel gezondheid levert onze gezondheidszorg op?

Hoeveel gezondheid levert onze gezondheidszorg op? Hoeveel gezondheid levert onze gezondheidszorg op? Ann Van den Bruel Senior Clinical Research Fellow Department of Primary Care Health Sciences University of Oxford Declaration Alma Ata 1978 Gezondheid

Nadere informatie

212

212 212 Type 2 diabetes is een chronische aandoening, gekarakteriseerd door verhoogde glucosewaarden (hyperglycemie), die wereldwijd steeds vaker voorkomt (stijgende prevalentie) en geassocieerd is met vele

Nadere informatie

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie oktober 2016

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie oktober 2016 Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie 1.8 3 oktober 2016 Vervallen: Gewijzigd: Gewijzigd: Nieuw: albuminurie advies stoppen met roken, I < 25, RR > 140 en niet behandeld

Nadere informatie

Vitale Vaten. Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011

Vitale Vaten. Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011 Vitale Vaten Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011 Dé Gezonde regio: waar? Dé Gezonde regio: wie? Verleiden Opbouw presentatie Inleiding hart- en vaatziekten Project Vitale Vaten Gorinchem

Nadere informatie

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie maart 2017

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie maart 2017 Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie 1.9 1 maart 2017 Vervallen: Gewijzigd: Gewijzigd: Nieuw: albuminurie advies stoppen met roken, BMI < 25, RR > 140 en niet behandeld

Nadere informatie

Benchmark Diabetes 2016 SEZ Zaanstreek-Waterland

Benchmark Diabetes 2016 SEZ Zaanstreek-Waterland SEZ Zaanstreek-Waterland Waterland Mvr. M.E.M. Nota Dhr. R.T. Swart Kenniscentrum voor Ketenzorg Inhoudsopgave Leeswijzer... 3 Populatiegegevens... 4 Populatiegegevens gespiegelde patiënten... 5 Proces-

Nadere informatie

2011 Type 1 diabetes. Centrum :309

2011 Type 1 diabetes. Centrum :309 2011 Type 1 diabetes Centrum :309 Bereikte therapiedoelen benchmarking grafieken % non-smokers % patients with HbA1c

Nadere informatie

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie februari 2018

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie februari 2018 Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie 1.10 16 februari 2018 Het NHG maakt Standaarden voor de huisarts. Voor het interne kwaliteitsbeleid van de huisarts(praktijk) maakt

Nadere informatie

Zorginhoudelijke indicatoren over de kwaliteit van de diabeteszorg voor patiënten met diabetes type 2.

Zorginhoudelijke indicatoren over de kwaliteit van de diabeteszorg voor patiënten met diabetes type 2. Zorginhoudelijke indicatoren over de kwaliteit van de diabeteszorg voor patiënten met diabetes type 2. Nederlandse Diabetes Federatie 033-4480845 info@diabetesfederatie.nl Stationsplein 139 3818 LE Amersfoort

Nadere informatie

WELKE BARRIERRES ERVAREN PATIENTEN MET DIABETES MELLITUS TYPE II OM NAAR EEN DIETIST TE GAAN OM HUN SUIKERSPIEGEL TE CONTROLEREN?

WELKE BARRIERRES ERVAREN PATIENTEN MET DIABETES MELLITUS TYPE II OM NAAR EEN DIETIST TE GAAN OM HUN SUIKERSPIEGEL TE CONTROLEREN? PRAKTIJKPROJECT Lopez Ana Maria WELKE BARRIERRES ERVAREN PATIENTEN MET DIABETES MELLITUS TYPE II OM NAAR EEN DIETIST TE GAAN OM HUN SUIKERSPIEGEL TE CONTROLEREN? I. Inleiding Aangepaste voeding is een

Nadere informatie

Indicatoren CV-risicomanagement bij patiënten met Hypertensie of Hypercholesterolemie (VVR) Versie mei 2016

Indicatoren CV-risicomanagement bij patiënten met Hypertensie of Hypercholesterolemie (VVR) Versie mei 2016 Indicatoren CV-risicomanagement bij patiënten met Hypertensie of Hypercholesterolemie (VVR) Versie 1.0 30 mei 2016 Specificaties Het NHG maakt Standaarden voor de huisarts. Voor het interne kwaliteitsbeleid

Nadere informatie

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1)

Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1) Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1) Nederlandse Diabetes Federatie 033-4480845 info@diabetesfederatie.nl Stationsplein 139 3818 LE Amersfoort Kwaliteitsindicatoren diabetes type 2 (fase 1) De

Nadere informatie

Lipidenbilan en cardiovasculair risico

Lipidenbilan en cardiovasculair risico Lipidenbilan en cardiovasculair risico OLV Ziekenhuis, Aalst-Asse-Ninove Laboratorium: 053 724281 (Dr. P. Couck, Dr. F. Beckers, Apr. L. Van Hoovels) Endocrinologie: 053 724488 (Dr. F. Nobels, Dr. P. Van

Nadere informatie

Rapportage zorgprogramma diabetes type 2 over 2012 Zorggroep Midden Brabant

Rapportage zorgprogramma diabetes type 2 over 2012 Zorggroep Midden Brabant Rapportage zorgprogramma diabetes type 2 over 2012 Zorggroep Midden Brabant Inleiding Deze rapportage laat de scores zien op de indicatoren die zijn afgesproken met de zorggroep. De informatie hiervoor

Nadere informatie

Overbehandeling Nieuwe behandeling Bloeddrukbehandeling. Sterfte en HbA1c. ACCORD-studie. HbA1c en gezondheidstoestand

Overbehandeling Nieuwe behandeling Bloeddrukbehandeling. Sterfte en HbA1c. ACCORD-studie. HbA1c en gezondheidstoestand Overbehandeling Nieuwe behandeling Bloeddrukbehandeling Is de NHG-Standaard nog up-to-date? MONITORING VAN ONDERBEHANDELING! Simon Verhoeven en Daniel Tavenier MAAR HOE ZIT HET MET OVERBEHANDELING? Sterfte

Nadere informatie

Praktijkorganisatie voor chronische zorg 18 M EI 2013

Praktijkorganisatie voor chronische zorg 18 M EI 2013 Praktijkorganisatie voor chronische zorg WORKSHOP DAG VAN DE HUISARTS 18 M EI 2013 G EERT GODERIS & LIESBETH BORGERMANS Verloop Workshop Kader & voorbeeld (15 ) Brainstorm in groepjes volgens het Walt

Nadere informatie

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie mei 2016

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie mei 2016 Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie 1.7 30 mei 2016 Specificaties Vervallen: Gewijzigd: Gewijzigd: Nieuw: advies stoppen met roken, BMI < 25, RR > 140 en niet behandeld

Nadere informatie

Prediabetes : ontwikkelt iedereen diabetes? Wie screenen en hoe? C. De Block Endocrinologie-Diabetologie Voorzitter Diabetes Liga

Prediabetes : ontwikkelt iedereen diabetes? Wie screenen en hoe? C. De Block Endocrinologie-Diabetologie Voorzitter Diabetes Liga Prediabetes : ontwikkelt iedereen diabetes? Wie screenen en hoe? C. De Block Endocrinologie-Diabetologie Voorzitter Diabetes Liga Inhoudsweergave Wie is at risk & Diagnose Prevalentie Klinisch belang van

Nadere informatie

Bijsluiter gebruik CVRM (verhoogd risico)- indicatoren in de huisartsenpraktijk

Bijsluiter gebruik CVRM (verhoogd risico)- indicatoren in de huisartsenpraktijk Bijsluiter gebruik CVRM (verhoogd risico)- indicatoren in de huisartsenpraktijk Fenna Schouten f.schouten@nhg.org 09-02-2017 Versie 2 Inhoud Overzicht indicatoren... 2 Populatiegegevens... 2 Bloeddruk...

Nadere informatie

Overgewicht en Obesitas op Curaçao

Overgewicht en Obesitas op Curaçao MINISTERIE VAN Gezondheid, Milieu & Natuur Volksgezondheid Instituut Curaçao Persbericht Overgewicht en Obesitas op Curaçao In totaal zijn 62,6% van de mannen en 67,3% van de vrouwen op Curaçao te zwaar,

Nadere informatie

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Samenvatting Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Hoofdstuk 1 bevat de algemene inleiding van dit proefschrift. Dit hoofdstuk

Nadere informatie

Stadia chronische nierschade

Stadia chronische nierschade Factsheet Nieren en nierschade deel 3 Nierschade vraagt om continue alertheid en aandacht van de behandelaar Nierfunctie en eiwitverlies: voorspellers van complicaties Stadia chronische nierschade Nierschade

Nadere informatie

Resultaten van DM ketenzorg: meer dan cijfers voor de zorgverzekeraar

Resultaten van DM ketenzorg: meer dan cijfers voor de zorgverzekeraar Resultaten van DM ketenzorg: meer dan cijfers voor de zorgverzekeraar Petra Denig Klinische Farmacologie, Universitair Medisch Centrum Groningen Waarom gegevens verzamelen? Zicht krijgen op geleverde zorg

Nadere informatie

InEen/NHG Indicatoren DM-COPD-CVRM

InEen/NHG Indicatoren DM-COPD-CVRM InEen/NHG Indicatoren DM-COPD-CVRM De zorggroep heeft hard gewerkt om de Indicatoren sets van InEen en NHG gelijk te trekken. Na veel overleg met NHG en InEen is dit gelukt. Hieronder is een artikel te

Nadere informatie

Het e-diabetes dossier, kunnen we hier nog omheen? Gert-Jan van Boven Directeur Nictiz

Het e-diabetes dossier, kunnen we hier nog omheen? Gert-Jan van Boven Directeur Nictiz Het e-diabetes dossier, kunnen we hier nog omheen? Gert-Jan van Boven Directeur Nictiz Het e-diabetes dossier, kunnen we hier nog omheen? Wat is Nictiz? Welke eisen stelt geïntegreerde zorg aan ICT? Waar

Nadere informatie

Zelfmanagement: Thuis en in het ziekenhuis. Paul van der Boog Internist-nefroloog LUMC

Zelfmanagement: Thuis en in het ziekenhuis. Paul van der Boog Internist-nefroloog LUMC Zelfmanagement: Thuis en in het ziekenhuis Paul van der Boog Internist-nefroloog LUMC Bespreekpunten Inleiding Rolverdeling binnen behandeling Zelfmanagement Verzamelen van meetgegevens Voorbeelden zelfmanagementsprojecten

Nadere informatie

Decreasing rates of major lower-extremity amputation in people with diabetes but not in those without : a nationwide study in Belgium

Decreasing rates of major lower-extremity amputation in people with diabetes but not in those without : a nationwide study in Belgium Decreasing rates of major lower-extremity amputation in people with but not in those without : a nationwide study in Belgium Samenvatting van de resultaten gepubliceerd in Diabetologia (het artikel is

Nadere informatie

Diabetes en ouder worden Dr. K.J.J. van Hateren

Diabetes en ouder worden Dr. K.J.J. van Hateren Diabetes en ouder worden Dr. K.J.J. van Hateren Huisarts, lid DiHAG Senior-onderzoeker Diabetes kenniscentrum Disclosure Geen conflicts of interest De toekomst!!! >25% = >75 jaar Karakteristieken ouderen

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Zowel beleidsmakers en zorgverleners als het algemene publiek zijn zich meer en meer bewust van de essentiële rol van kwaliteitsmeting en - verbetering in het verlenen van

Nadere informatie

Publieke indicatoren diabeteszorg: hoever gaan we? Dr. Margriet Bouma, huisarts, senior wetenschappelijk medewerker NHG

Publieke indicatoren diabeteszorg: hoever gaan we? Dr. Margriet Bouma, huisarts, senior wetenschappelijk medewerker NHG Publieke indicatoren diabeteszorg: hoever gaan we? Dr. Margriet Bouma, huisarts, senior wetenschappelijk medewerker NHG Wat is publiek? Rapportage aan IGZ, verzekeraars, NPCF/consumentenbond, VWS Op de

Nadere informatie

Diabetes Mellitus en Beweging

Diabetes Mellitus en Beweging Diabetes Mellitus en Beweging Doelen 0Refresher 0Patient Education 0Exercise and DM Wat betekent het? 0 Diabetes: Door(heen) gaan 0 Mellitus: Honing/Zoet Wat is het? 0 Groep van stoornissen met hyperglycemieën

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting De levensverwachting van mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) is gemiddeld 13-30 jaar korter dan die van de algemene bevolking. Onnatuurlijke doodsoorzaken zoals

Nadere informatie

SAMENVATTING Een arts is, als professional, geïnteresseerd in de kwaliteit van zijn werk en in manieren om deze verder te verbeteren. Systematische, retrospectieve beoordeling van de eigen dagelijkse medische

Nadere informatie

Indicatoren CV-risicomanagement bij patiënten met een bekende Hart- of Vaatziekten Versie mei 2016

Indicatoren CV-risicomanagement bij patiënten met een bekende Hart- of Vaatziekten Versie mei 2016 Indicatoren CV-risicomanagement bij patiënten met een bekende Hart- of Vaatziekten Versie 1.7 30 mei 2016 Vervallen: advies stoppen met roken, bewegingsadvies en voedingsadvies, RR > 140 en niet behandeld

Nadere informatie

Thema Zorg op maat uur Opening en terugblik vorig jaar uur Benchlearning Kees de Visser, huisarts Urk

Thema Zorg op maat uur Opening en terugblik vorig jaar uur Benchlearning Kees de Visser, huisarts Urk Thema Zorg op maat Programma 16.30 uur Opening en terugblik vorig jaar 16.35 uur Benchlearning Kees de Visser, huisarts Urk 17:00 uur Van jaarcontrole naar jaargesprek diabetes Guy Rutten, Professor Diabetologie

Nadere informatie

Bepalingenclusters CVRM

Bepalingenclusters CVRM Bepalingenclusters CVRM Onderstaande clusters zijn afkomstig uit de HIS-tabel Bepalingenclusters en zijn in verschillende HIS en ingebouwd. De clusters zijn opgebouwd uit bepalingen uit de HIS-tabel diagnostische

Nadere informatie

Tabel: Overzicht van de studieresultaten.

Tabel: Overzicht van de studieresultaten. 1 Educatieve interventies om de therapietrouw bij diabetes mellitus type 2 te verbeteren Subanalyse van een systematische review van gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken Tabel: Overzicht van de studieresultaten.

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

Addendum. Nederlandse Samenvatting

Addendum. Nederlandse Samenvatting Addendum A Nederlandse Samenvatting 164 Addendum Cardiovasculaire ziekten na hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap Hypertensieve aandoeningen zijn een veelvoorkomende complicatie tijdens de zwangerschap.

Nadere informatie

LMN Maas en Kempen LOK

LMN Maas en Kempen LOK LMN Maas en Kempen LOK 18.11.2013 CHRONISCHE NIERINSUFFICIËNTIE Zorgtraject DIABETES verschillende programma s VARIA Zorgtraject chronische nierinsufficiëntie wie? GFR < 45 ml/min/1,73m 2 (MDRD-formule)

Nadere informatie

Examen Data Analyse II - Deel 2

Examen Data Analyse II - Deel 2 Examen Data Analyse II - Deel 2 Tweede Bachelor Biomedische Wetenschappen 10 januari 2011 Naam....................................... 1. De systolische bloeddruk (in mmhg) van 21 mannen is weergegeven

Nadere informatie

LMN Maas en Kempen LOK

LMN Maas en Kempen LOK LMN Maas en Kempen LOK 13.03.2014 Zorgtraject chronische nierinsufficiëntie wie? GFR < 45 ml/min/1,73m 2 (MDRD-formule) EN/OF proteïnurie > 1g/dag (2x bevestigd, tussentijd min. 3 maanden) + > 18 j + niet

Nadere informatie

AANMELDEN ZORGSYSTEMEN HALT2DIABETES ZORGSYSTEMEN HALT2DIABETES

AANMELDEN ZORGSYSTEMEN HALT2DIABETES ZORGSYSTEMEN HALT2DIABETES BIJLAGE HOOFDSTUK 1 AANMELDEN VOORTRAJECT ( OPVOLGING VAN EEN PATIËNT MET DIABETES TYPE 2 ) Het voortraject of Opvolging van een patiënt met diabetes type 2 is er voor alle patiënten met diabetes type

Nadere informatie

Kun je met statistiek werkelijk alles bewijzen?

Kun je met statistiek werkelijk alles bewijzen? Kun je met statistiek werkelijk alles bewijzen? Geert Verbeke Biostatistisch Centrum, K.U.Leuven International Institute for Biostatistics and statistical Bioinformatics geert.verbeke@med.kuleuven.be http://perswww.kuleuven.be/geert

Nadere informatie

Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk

Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk Opvolgrapport Aanbeveling voor goede medische praktijkvoering actieve opsporing van chlamydia trachomatis-infecties in de huisartspraktijk Auteur: Veronique Verhoeven Augustus 2009 Conclusie van deze opvolging

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Cardiovasculaire Preventie Gezondheidsenquête, België, 1997 6.8.1. Inleiding In deze module worden 2 specifieke preventiedomeinen behandeld: de hypertensie en de hypercholesterolemie. De hart- en vaatziekten zijn aandoeningen die uit het oogpunt van volksgezondheid,

Nadere informatie

Veneus plasma Normaal Glucose nuchter (mmol/l) < 6.1 Glucose niet nuchter (mmol/l) < 7.8 Impaired fasting glucose Glucose nuchter (mmol/l) 6.1 en < 7.0 (IFG) én (gestoord nuchter glucose) Glucose niet

Nadere informatie

PROJECT ZOET ZWANGER DIABETESSYMPOSIUM 18 NOV 2013

PROJECT ZOET ZWANGER DIABETESSYMPOSIUM 18 NOV 2013 PROJECT ZOET ZWANGER DIABETESSYMPOSIUM 18 NOV 2013 INHOUDSTAFEL Achtergrondinformatie Project Zoet Zwanger: situering Resultaten project Zoet Zwanger Samenwerking 1 ste en 2 de lijn Aantal registraties

Nadere informatie

Consensus Screening op risicofactoren hart/vaatziekten

Consensus Screening op risicofactoren hart/vaatziekten Consensus Screening op risicofactoren hart/vaatziekten Samenvatting Bij het preventief sportmedisch onderzoek (basisplus en groot Sportmedisch Onderzoek) bepalen we tenminste Cholesterol en HDL-cholesterol

Nadere informatie

hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 Om de herkenning van patiënten met depressieve stoornis in de eerste lijn te verbeteren wordt wel screening aanbevolen. Voorts worden pakketinterventies aanbevolen om de kwaliteit van zorg en de resultaten

Nadere informatie

Samenvatting voor niet-ingewijden

Samenvatting voor niet-ingewijden voor niet-ingewijden Type 2 diabetes Diabetes is een ernstige chronische ziekte, die wordt gekenmerkt door te hoge glucosespiegels (de suikers ) in het bloed. Er zijn verschillende typen diabetes, waarvan

Nadere informatie

van chaos naar eenheid

van chaos naar eenheid van chaos naar eenheid Alles is aanwezig, je moet het alleen op de juiste plek zetten Carel Bakx, huisarts Doesburg Mark van der Wel Henny Peelen Wat gaat er gebeuren? Waarom een nieuw Vasculair Risico

Nadere informatie

INTEGRALE (ZELF) ZORG

INTEGRALE (ZELF) ZORG INTEGRALE (ZELF) ZORG Voor patiënten met diabetes mellitus en (pre)terminale nierinsufficiëntie Winnie van El, nurse practitioner diabeteszorg 4 e symposium Diabetes en Nierziekten Aanleiding Project aanleiding

Nadere informatie

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie 1.11 augustus 2019

Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie 1.11 augustus 2019 Indicatoren kwaliteit huisartsenzorg bij patiënten met DM type 2 Versie 1.11 augustus 2019 Het NHG maakt Standaarden voor de huisarts. Voor het interne kwaliteitsbeleid van de huisarts(praktijk) maakt

Nadere informatie

De voedingsrichtlijnen zijn gebaseerd op de wetenschappelijke onderbouwde NDF-richtlijnen, NHGstandaard,

De voedingsrichtlijnen zijn gebaseerd op de wetenschappelijke onderbouwde NDF-richtlijnen, NHGstandaard, Bijlage 1: Samenwerkingsafspraken diëtiek binnen DBC Diabetes GHC Het uitgangspunt is dat iedere diabetes patiënt recht heeft op optimale zorg door de juiste professionals. Een goede behandeling van diabetes

Nadere informatie

15Niet-pluisgevoel Rubriekhouder: Mw. dr. G. A. Donker, (NIVEL) ( )

15Niet-pluisgevoel Rubriekhouder: Mw. dr. G. A. Donker, (NIVEL) ( ) 15Niet-pluisgevoel Rubriekhouder: Mw. dr. G. A. Donker, (NIVEL) (2010-2012) Inleiding Tijdens de opleiding leren huisartsen systematisch en door middel van vragen en onderzoek tot een diagnose te komen.

Nadere informatie

Statines in de huisartsenpraktijk

Statines in de huisartsenpraktijk Statines in de huisartsenpraktijk Heeft het registreren van het globale cardiovasculaire risico in het elektronisch medisch dossier een invloed op het voorschrijven van statines? HAIO: Gert Huylebroeck,

Nadere informatie

Voorlopige minimale dataset Diabetes

Voorlopige minimale dataset Diabetes Voorlopige minimale dataset Diabetes Bestand 1: Identificatie client/patient nummer Begindatum_zorgtraject Einddatum_zorgtraject Reden_einddatum_zorgtraject Einde kalenderjaar Verwijzing naar 2e lijn Overlijden

Nadere informatie

ZORGTRAJECTEN Pro_Doc

ZORGTRAJECTEN Pro_Doc ZORGTRAJECTEN Pro_Doc Hoe kan een EMD ondersteuning bieden? (deel II) WWW.ZORGTRAJECT.BE 1 1. Voorwaarden www.zorgtraject.be 2. Diabetes Zorgtraject 3. Zorgtraject Chronische nierinsufficiëntie 2 1. Voorwaarden

Nadere informatie

Chapter 10. Samenvatting

Chapter 10. Samenvatting Chapter 10 Samenvatting 1 Hoofdstuk 1 beschrijft de achtergrondinformatie van de relatie tussen intrauteriene groeivertraging, waarvan het lage geboortegewicht een uiting kan zijn, en de gevolgen in de

Nadere informatie

Geautomatiseerde medicatiereviews bij polyfarmacie patiënten in de eerstelijn: een retrospectieve studie Eerstelijnsgeneeskunde (ELG) Radboudumc

Geautomatiseerde medicatiereviews bij polyfarmacie patiënten in de eerstelijn: een retrospectieve studie Eerstelijnsgeneeskunde (ELG) Radboudumc Geautomatiseerde medicatiereviews bij polyfarmacie patiënten in de eerstelijn: een retrospectieve studie Eerstelijnsgeneeskunde (ELG) Radboudumc Jorrit Harms OSV: Dr. Kees van Boven Inhoud Achtergrond

Nadere informatie

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau 4. Het doel van deze studie is de verschillen in gezondheidsverwachting naar een socio-economisch gradiënt, met name naar het hoogst bereikte diploma, te beschrijven. Specifieke gegevens in enkel mortaliteit

Nadere informatie

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

GEZONDHEIDSENQUETE 2013 GEZONDHEIDSENQUETE 2013 RAPPORT 5: PREVENTIE Stefaan Demarest, Rana Charafeddine (ed.) Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat

Nadere informatie