Bijlage 1 Toelichting bij brief Portefeuillehouder voortgang WIJ en verantwoording 1 e convenantjaar Aanpak jeugdwerkloosheid

Transcriptie

1 Bijlage 1 Toelichting bij brief Portefeuillehouder voortgang WIJ en verantwoording 1 e convenantjaar Aanpak jeugdwerkloosheid A. Resultaten regio Haaglanden 1 e convenantjaar aanpak Jeugdwerkloosheid per verslagperiode Plaatsing op Baan Plaatsing op Leerwerkbaan Plaatsing op Stage Totaal Sept dec Jan april 2010 Mei aug Totaal 1 e jaar Totaal aantal gerealiseerde plaatsingen in regio Haaglanden in 1 e jaar Uitstroom naar werk gerapport. door UWV Aanv. pl. uit de regio Uitstroom naar werk gerapport. door COLO Aanv. pl. uit de regio Uitstroom naar werk gerapport. door COLO Aanv. pl. uit de regio De plaatsingen op leerwerkbanen en stages (bron COLO) kunnen uitsluitend op regionaal niveau worden geleverd. Het aandeel plaatsingen van de gemeente Den Haag bedraagt circa de helft van alle geplaatste jongeren. Conform het convenant dat het Rijk met de 30 regio s heeft gesloten gelden hierbij de volgende definities: Baan Leerwerkbaan Stage Een reguliere arbeidsplaats van tenminste 12 uur per week op basis van een arbeidsovereenkomst (al dan niet met inzet van loonkostensubsidie); Een arbeidsplaats die bestaan uit een component leren en een component werken, met gemiddeld ten minste 1 dag scholing in de week die leidt tot een door de branche erkende kwalificatie. Traineebanen naar aanleiding van sectorarrangementen vallen hier ook onder; Een werkervaringsplaats van bepaalde duur zonder arbeidsovereenkomst, inclusief arbeidsfit-stage, zoals bedoeld in de afspraken op grond van het sociaal akkoord. 1 In de eerste verslagperiode heeft de regio Haaglanden naast de 379 gerealiseerde plaatsingen op een baan, leerwerkbaan of stage nog eens 55 MBO-gediplomeerde jongeren gestimuleerd om door te leren en daarnaast 62 jongeren teruggeleid naar school. Daarmee kwam het totaal aantal gerealiseerde plaatsingen in de eerste verslagperiode (1 e tertaal) op 496. In de laatste 2 tertalen zijn deze registraties niet meer separaat bijgehouden. 1

2 1B. Voorbeelden van acties uit de verschillende regiogemeenten die onder andere met convenant middelen aanpak Jeugdwerkloosheid zijn ingezet: 1. Versnelling en verbetering van het dienstverleningsproces aan jongeren in Den Haag en Zoetermeer. Jongeren die zich bij het UWV melden krijgen binnen een week een oproep voor een groepsgewijze bijeenkomst waar zij zelf aan hun toekomst gaan bouwen. De keus is (terug) naar school, aan het werk, een reïntegratie- of participatietraject. De jongeren krijgen vervolgens een werkleeraanbod gebaseerd op hun keus. In workshops wordt kinderopvang geregeld en worden schulden aangepakt. 2. Den Haag heeft samen met de netwerkpartners (ROC Mondriaan en werkgevers) een uniek concept ontwikkeld: Werkmaat. Hierbij volgen jongeren een reguliere opleiding binnen de bedrijven van werkgevers, of binnen het gemeentelijke reïntegratiebedrijf (StartBaan). De jongeren die aan Werkmaat deelnemen behalen binnen een (half) jaar een diploma op MBO1 niveau Arbeidsmarkt gekwalificeerd Assistent (AKA), dat toegang geeft tot MBO2 (is niveau startkwalificatie). Hiermee slaagt Den Haag erin om meer jongeren een opleidingsaanbod te doen en hen een startkwalificatie te laten behalen. In het schooljaar 2009/2010 hebben 250 jongeren aan Werkmaat deelgenomen. Op basis van de ervaring van de eerste zeven voltooide groepen verwacht het ROC een diplomarendement van 60 procent. 3. In de gemeente Den Haag is naast Werkmaat op MBO-1 niveau voor die jongeren die al minimaal MBO 1 niveau hebben behaald een extra Werkmaat ontwikkeld voor MBO niveau 2, 3 of 4. Bestemd voor jongeren die verder willen doorleren, maar voor wie het reguliere BOL/BBL onderwijs geen optie is. Deze vorm van Werkmaat is bij externe werkgevers gerealiseerd. 4. Werkmaat is door middel van het gebruik maken van elkaars instrumenten regionaal ingezet en voor jongeren uit de regiogemeenten opengesteld. 5. De gemeenten Delft en Zoetermeer zijn met de ROC s Mondriaan en het ID-college in gesprek over vergelijkbare constructies, die vanuit de Plusvoorzieningen worden gefinancierd. 6. De regio Haaglanden voert een actief beleid op het stimuleren van langer doorleren en het terug begeleiden naar school. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met de gemeenten, het Voortgezet Onderwijs, de ROC s, HBO, UWV Werkbedrijf, de Werkgevers Servicepunten en het SOB (Samenwerking Onderwijs Bedrijfsleven). Concrete activiteiten zijn: a. Het organiseren van voorlichtingsmiddagen door het MBO en HBO aan het Voortgezet Onderwijs b. Schooladoptieplan, waarbij werkgevers specifieke opleidingen binnen het ROC adopteren c. Gastdocentschap, waarbij werkgevers gastlessen geven binnen het ROC 7. Oriëntatieklas flexibele instroom: De regio is bezig met de ontwikkeling van een oriëntatie- en schakelklas om jongeren die niet de juiste keuze gemaakt hebben, of tussentijds zich willen oriënteren op het onderwijs, flexibel te kunnen laten instromen. 8. Ombuigen BBL-trajecten naar BOL trajecten. Daar waar het niet mogelijk blijkt om jongeren hun opleiding bij een werkgever te laten voortzetten, gezien de krappe arbeidsmarkt, worden MBO opleidingstrajecten waar mogelijk omgebogen van Beroeps Begeleide Leerweg (bij de bedrijven) naar Beroeps Opleidende Leerweg binnen het reguliere ROC onderwijs. 9. Oriëntatie traject alleenstaande ouders: Dit traject is bedoeld voor alleenstaande ouders met kinderen tot 5 jaar die vragen om ontheffing van de arbeidsplicht. Zij krijgen dan een scholingsplicht. Gedurende de eerste 6 weken krijgen ze wekelijks twee dagdelen een traject (met kinderopvang). Tijdens deze periode worden de ouders geïnformeerd en hun kinderen aangemeld voor kinderopvang. De ouders raken gewend aan het feit dat zij niet de enigen zijn die voor het kind kunnen zorgen. Gedurende de tweede periode (12-14 weken) wordt het traject uitgebreid naar zes dagdelen per week. (Het kind maakt dan gebruik van reguliere kinderopvangmogelijkheid) en met 2

3 gaat een keuze maken voor scholing of alsnog besluiten deel te nemen aan een reïntegratietraject gericht op werk. Het programma omvat tevens een uitgebreide diagnose op alle leefgebieden. 10. Matchingsoffensief BBL-plekken/stages. Voor het vinden van stages en BBL plekken voor jongeren die een BBL of BOL opleiding willen volgen, maar nog geen plek hebben (deze jongeren zijn nog niet werkloos). Het matchingsoffensief wordt zowel preventief ingezet, maar ook curatief voor jongeren die in het kader van de Wet investeren in jongeren een baan of werkleertraject nodig hebben. 11. Op Werkplein Sorghvliet in de gemeente Den Haag worden naast de gebruikelijke speedmeets die het werkgeversservicepunt organiseert voor alle werkzoekenden (ook WWB-ers), ook speciale speedmeets georganiseerd voor jongeren. Dit is één van de instrumenten om jongeren snel aan een baan te helpen. Tijdens een speedmeet is de aanwezigheid van de jongere in de gehele week verplicht. Er worden voorlichtingen gegeven, workshops georganiseerd en jongeren worden in contact gebracht met werkgevers. Jongeren worden door de consulenten geselecteerd voor deelname. Er zijn tot nu toe twee speedmeets speciaal voor jongeren georganiseerd in de maanden juni en augustus. 3

4 1C. Overzicht van een aantal (preventieve) projecten van de regiogemeenten die vanuit SZW, OCW en/of Plusvoorzieningen worden gefinancierd 1. Ontwikkeling Werkmaat voor kwetsbare jongeren (Den Haag, Delft, Zoetermeer) 2. Een Eigen Krachtconferentie (Rijswijk) 3. Inrichten speciale trajecten leerlingen: Deze trajecten worden ingezet met als doel om jongeren zo snel als mogelijk te kunnen laten participeren in de samenleving. Dat betekent dat deze jongeren zo snel als mogelijk parallel aan hun zorgtraject ook een werkleeraanbod krijgen gericht op terugkeer naar school of werkaanvaarding (Den Haag) 4. Effectieve zorgstructuur binnen Voortgezet Onderwijs instellingen: inzet van life coaching en homecoach (Rijswijk, Westland) 5. Project Kwetsbare jongeren voor de doelgroep dreigende criminelen (Zoetermeer) 6. Intensieve aanpak thuiszitters (tevens middels huisbezoeken) (Delft) 7. Begeleiding op de werkplek van praktijkschool en/of speciaal onderwijs leerlingen 8. Oriëntatietraject alleenstaande ouders (Delft) 9. Project budgetbegeleiding jongeren met schulden 10. Begeleiding kamers met kansen (Delft) 11. Sportstewards (Zoetermeer) 12. Jongerenacademie (Delft) 13. Aanvullend jeugdmaatschappelijk werk specifiek ten behoeve van het jongerenloket 14. Daarnaast wordt momenteel aansluiting gezocht bij de ontwikkelingen in het kader van een sluitende zorgstructuur voor jongeren 18+ (Den Haag) 15. Regie op eigen leven: Begeleiding en coachingstraject van jongeren die moeilijk te motiveren en te activeren zijn naar school/ zorg/ werk 4

5 1D. Verdeling middelen 2009 (60 miljoen) Gemeente Inwoners Totaal Aandeel Rijksmidd. ESF 18<27 Rijk+ESF Delft , Den Haag , Leidschendam-Voorburg , Midden-Delfland , Pijnacker-Nootdorp , Rijswijk , Wassenaar , Westland , Zoetermeer , Totaal Rijksmiddelen /- projectleider v.a /- ondersteuning RPA /- administratie en accountant Te verdelen De verdeling van de middelen voor het eerste convenantjaar binnen de regio heeft plaatsgevonden op basis van het aantal jongeren van 18 tot 27 jaar, dat in de betreffende gemeenten woonachtig is (met als bron het CBS). Dat heeft, na aftrek van de kosten voor de regionale projectleider, de ondersteuning door het Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid Haaglanden (RPA) en kosten voor administratie en accountant, geleid tot de bovenstaande verdeling onder de negen regiogemeenten. 5

6 1E. Verdeling middelen 2010 naar 30 regio s (70 miljoen) Regio 1 ste tranche middelen 2 de tranche middelen Totaal 2010 (30 mln) (40 mln) Friesland 1,25 1,68 2,93 Groningen 1,50 2,01 3,51 Drenthe 0,75 1,27 2,02 Flevoland 0,90 1,06 1,96 Noord-Holland Noord 1,05 1,99 3,04 Zuid-Kennemerland 0,60 0,50 1,10 Groot Amsterdam 1,80 2,57 4,37 Zaanstreek/Waterland 0,55 0,72 1,27 Utrecht Midden 1,40 2,23 3,63 Gooi- en Vechtstreek 0,45 0,54 0,99 Utrecht Oost 0,55 0,66 1,21 Twente 1,10 2,41 3,51 Noord Overijssel 0,65 1,12 1,77 Achterhoek 0,45 0,64 1,09 Stedendriehoek 1,00 1,38 2,38 Gelderland Zuid 0,65 0,53 1,18 Gelderland Midden 0,90 1,16 2,06 Rivierenland 0,40 0,58 0,98 Holland Rijnland 0,85 1,20 2,05 Midden Holland 0,40 0,34 0,74 Haaglanden 1,80 1,86 3,66 Drechtsteden 0,85 0,66 1,51 Rijnmond 3,25 3,11 6,36 Noord & Midden Zeeland 0,60 0,78 1,38 Noord-Oost Brabant 0,95 2,07 3,02 Midden Brabant 0,70 1,62 2,32 West Brabant 1,05 1,52 2,57 Zuid-Oost Brabant 1,25 1,64 2,89 Noord&Midden Limburg 0,95 1,03 1,98 Limburg 1,30 1,44 2,74 Het Ministerie had in 2009 al duidelijk gemaakt dat alle regio s (dus ook de regio Haaglanden) voor 2010 in ieder geval de helft van de middelen over 2009 zouden gaan ontvangen. Verdere financiering zou afhangen van de resultaten die de regio zou behalen in de laatste vier maanden van 2009 en de eerste vier maanden van Drie regiogemeenten hebben substantieel (ruim 50%) beter gepresteerd, en ontvangen dus ook substantieel meer geld in Vijf regiogemeenten hebben minder gepresteerd, zij ontvangen in 2010 dan ook minder geld. 6

7 1F. Verdeling middelen 2010 binnen regio Haaglanden (3.66 miljoen) Gemeente Inwoners jaar Aandeel (%) bevolking Verdeling Rijksmidd. 1 e tranche 10 Verdeling Rijksmidd. 2e tranche 10 Verdeling Rijksmidd. heel 2010 Delft , Den Haag , Leidschendam , Voorburg Midden-Delfland , Pijnacker-Nootdorp , Rijswijk , Wassenaar , Westland , Zoetermeer , Totaal , Rijksmiddelen /- Regionaal projectleider /- Jongeren banenbeurs /- Nieuwsbrieven Te verdelen Vanuit de regio Haaglanden is bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid navraag gedaan naar de verdeling van de middelen voor 2010 naar de 30 regio s. Het ministerie heeft gemeld dat het niet mogelijk is om aan te geven of de ene regio het beter doet dan de andere op basis van de resultaten. Het aantal plaatsingen is afhankelijk van de keuzes die gemaakt zijn door een regio, maar ook van invloeden van buitenaf. De rekenregel die het Ministerie heeft gehanteerd voor de verdeling van de middelen voor de tweede tranche 2010 ziet er als volgt uit: Rekenregel verdeling middelen tweede tranche De verdeling is gebaseerd op de plaatsingen op banen, leerwerkbanen en stages door de gemeenten en UWV over de afgelopen tertalen (3e tertaal 2009 en 1e tertaal 2010), waarbij de plaatsingen zonder startkwalificatie 2,5 keer worden meegenomen (kwetsbare jongeren). De 40 mln wordt vervolgens verdeeld naar rato van het aantal plaatsingen per gemeente ten opzichte van het totaal aantal plaatsingen en vervolgens wordt het getoetst aan het plafond (maximaal 200% van de ontvangen gelden in 2009). Bron: Ministerie SZW Meer specifiek heeft het Ministerie het niet kunnen maken. De resultaten van een regio worden naar hun zeggen afgezet tegen de resultaten van de 29 andere regio s. Dit bepaalt het aandeel dat de regio heeft in de te verdelen 40 mln. Er is dan ook geen berekening per regio beschikbaar. Helaas is er volgens het ministerie ook geen uitspraak te doen over de prestatie van de regio Haaglanden in relatie tot andere regio s. 7