INHOUD. Voorwoord Binnenstad Kwaliteit van de binnenstad Vervoermiddel naar de binnenstad. 12

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "INHOUD. Voorwoord. 2. 3. Binnenstad. 11 3.1 Kwaliteit van de binnenstad. 11 3.2 Vervoermiddel naar de binnenstad. 12"

Transcriptie

1 INHOUD Voorwoord. 2 blz. 1. Leefbaarheidsuitslagen op hoofdlijnen en vergelijking met omliggende gemeenten Buurtevaluatie Sociale samenhang in de buurten Tevredenheid met het voorzieningenniveau Overlast in de woonomgeving Apeldoorn als woonplaats Gehechtheid aan Apeldoorn als woonplaats Hoe heeft Apeldoorn zich in de afgelopen tijd ontwikkeld? Toekomstverwachtingen 9 3. Binnenstad Kwaliteit van de binnenstad Vervoermiddel naar de binnenstad Waardering fysieke woonomgeving Uiterlijk van de woonomgeving Fysieke voorzieningen Overlast als gevolg van de fysieke omgeving Waardering sociale woonomgeving Sociaal-maatschappelijke voorzieningen Sociale overlast in de woonomgeving Waardering en betrokkenheid bij de buurt Woonduur en gehechtheid aan de buurt Buurtevaluatie Sociale samenhang Buurtontwikkeling Sociaal-maatschappelijke participatie Geluk Sociale contacten Sportbeoefening Kunst en cultuur Vrijwilligerswerk Interculturele contacten. 47 1

2 Voorwoord Hoe is het om in Apeldoorn te wonen en te leven? In dit rapport geven de inwoners van onze gemeente antwoord op die vraag. In de eerste plaats wil ik een woord van dank uitspreken aan alle inwoners die ons hun mening en suggesties hebben gegeven. Bijna zesduizend inwoners hebben de moeite genomen om de Leefbaarheidenquête in te vullen. Dat geeft ons als gemeentebestuur een betrouwbaar beeld. We beschouwen de resultaten van dit onderzoek dan ook als belangrijke informatie voor ons beleid. De uitkomsten van dit onderzoek stemmen tot tevredenheid: het leefklimaat in Apeldoorn wordt hoog aangeslagen door onze inwoners. En onze inspanningen van de laatste jaren hebben resultaat gehad: Apeldoorners constateren minder verloedering van de openbare ruimte, verbeteringen in de verkeersveiligheid, minder parkeeroverlast bij een nog altijd stijgend autobezit, meer speelgelegenheid voor kinderen en voorzieningen op het gebied van sport, cultuur en gezondheidszorg. Als gemeentebestuur zijn wij ook blij dat steeds meer inwoners van mening zijn dat het met Apeldoorn de goede kant op gaat. Dat vinden wij ook, en we doen er alles aan om die ontwikkelingen in de komende jaren door te zetten. Toch is er geen reden om achterover te leunen. De uitkomsten van dit onderzoek laten zien dat er nog veel te doen valt. Een aantal buurten blijft achter bij de rest van de stad, de dorpen lijken binding met de stad te verliezen, en de uitgaans- en ontmoetingsfunctie van onze binnenstad is nog altijd zwak. Een opvallende uitkomst die ons bezighoudt is dat inwoners die zich actief inzetten voor hun buurt, vaak vinden dat wij als gemeente te weinig aandacht voor hun buurt hebben. Dat roept vragen op, zeker gezien de stijgende waardering voor diverse gemeentelijke diensten die uit de rest van de enquête spreekt. Is het ons vermogen om maatwerk te leveren, waar het aan schort? Is het een verschil in tempo tussen enthousiaste burgers en de ambtelijke organisatie? Of verwachten inwoners dingen van ons waartoe wij eenvoudigweg niet gemachtigd zijn? Het zijn vragen waarop we de komende tijd het antwoord moeten vinden. Ik verwacht daarbij veel van de stadsdeelaanpak. Graag kom ik op dit punt bij U terug. Mr. G.J. de Graaf Burgemeester 2

3 Hoofdstuk 1 Leefbaarheidsuitslagen op hoofdlijnen en vergelijking met omliggende gemeenten Apeldoorners waarderen de leefbaarheid van hun buurt gemiddeld met een rapportcijfer acht. Dat is hoger dan in Zwolle, en veel hoger dan in Deventer, Nijmegen en Amersfoort. De sociale samenhang in de Apeldoornse buurten is eveneens het hoogst van de vijf steden. Het verschil met Zwolle, Deventer en Nijmegen is niet groot. In Amersfoort is de sociale samenhang wel fors lager. De tevredenheid over het voorzieningenniveau is in Apeldoorn vergelijkbaar met Nijmegen, en hoger dan in Amersfoort en Deventer. Alleen in Zwolle zijn de inwoners meer tevreden dan in Apeldoorn. De overlast in de woonomgeving is in Apeldoorn relatief beperkt: in Deventer ervaren de inwoners minder overlast, in Zwolle, Nijmegen en Amersfoort is de overlast groter. 1.1 Buurtevaluatie De leefbaarheid van de buurten wordt in de leefbaarheidonderzoeken op twee manieren vastgesteld. De algemene buurtevaluatie bestaat uit een rapportcijfer, berekend aan de hand van het inwonersoordeel over een aantal stellingen met betrekking tot het woonplezier in hun buurt 1. Daarnaast wordt een rapportcijfer berekend voor de kwaliteit van de woonomgeving aan de hand van het inwonersoordeel of het wel of niet (zeer) prettig wonen is in hun buurt. Omdat voor sommige gemeenten maar één van beide scores bekend is, worden beide rapportcijfers hier gebruikt voor de onderlinge vergelijking. Figuur 1.1 Waardering leefbaarheid van de buurten, 2007 (rapportcijfers) Gemeente Buurtevaluatie Waardering woonomgeving Apeldoorn 8,1 7,9 Zwolle 7,8 - Deventer 7,4 7,4 Nijmegen 7,4 7,3 Amersfoort - 7,2 Apeldoorn komt op beide manieren erg goed naar voren: met een 8,1 voor de buurtevaluatie en een 7,9 voor de woonomgeving wordt de leefbaarheid van de woonbuurten in onze gemeente beduidend hoger gewaardeerd dan in de vier overige gemeenten. Ook Zwolle scoort hoog, met een 7,8 voor de buurtevaluatie. In Deventer, Nijmegen en Amersfoort is de tevredenheid met de woonomgeving een stuk lager, al is die nog altijd (ruim) voldoende. 1.2 Sociale samenhang in de buurten De sociale samenhang in de Apeldoornse buurten (6,3) is hoger dan in de andere gemeenten. De verschillen met Deventer, Nijmegen en Zwolle zijn klein. Amersfoort scoort een half punt lager op sociale cohesie (5,8). Figuur 1.2 Sociale samenhang in de gemeenten, 2007 (rapportcijfer) Gemeente Sociale cohesie Apeldoorn 6,3 Deventer 6,2 Nijmegen 6,2 Zwolle 6,2 Amersfoort 5,8 1 Die stellingen zijn: het is (zeer) prettig wonen in de buurt; de mensen in deze buurt blijven er graag wonen; het is vervelend om in deze buurt te wonen; als het maar enigszins mogelijk is ga ik uit deze buurt verhuizen; als je in deze buurt woont, heb je het goed getroffen 3

4 1.3 Tevredenheid met het voorzieningenniveau In figuur 1.3 is te zien hoe tevreden inwoners van verschillende steden zijn met een viertal voorzieningen in hun buurt: winkel- en groenvoorzieningen, speelmogelijkheden voor kinderen en voorzieningen voor jongeren. Figuur 1.3 Vergelijking voorzieningen gemeenten, 2007 (% (zeer) tevreden inwoners) 2 Winkelvoorzieningen Groenvoorzieningen Speelvoorzieningen Jongerenvoorzieningen Apeldoorn Zwolle Nijmegen Amersfoort Deventer (%) Winkelvoorzieningen Vergeleken met andere gemeenten is het percentage Apeldoorners dat (zeer) tevreden is met de winkelvoorzieningen in de eigen buurt hoog: 91 procent. In Zwolle ligt het aandeel één procent hoger. In Nijmegen en Deventer zijn de percentages resp 87 en 86 procent. Het laagst scoren de winkelvoorzieningen in Amersfoort: tachtig procent van de inwoners is hier (zeer) tevreden over. Groenvoorzieningen De mening van inwoners van verschillende gemeenten over de groenvoorzieningen in de eigen buurt loopt vrij veel uiteen. Apeldoorn, in oktober 2007 op de tweede plaats geëindigd in de Nationale Groencompetitie, staat bijna bovenaan: driekwart van de inwoners is (zeer) tevreden met de groenvoorzieningen. In Zwolle is dit zelfs tachtig procent. Nijmegen volgt met 74 procent en beduidend minder tevreden zijn inwoners van Deventer (67%) en Amersfoort (61%). Speelvoorzieningen De speelvoorzieningen worden in Zwolle veruit het best beoordeeld (71%), gevolgd door Nijmegen (62%). In Apeldoorn is 57 procent van de inwoners hier (zeer) tevreden over en in de gemeenten Deventer en Amersfoort is dit nog wat lager: 52 procent. Jongerenvoorzieningen Het meest tevreden zijn inwoners van Zwolle (38%) en Nijmegen (35%) over de jongerenvoorzieningen in de buurt. In Apeldoorn en Deventer geldt dit voor resp 32 en 31 procent. In Amersfoort is slechts vijftien procent van de inwoners tevreden met deze voorzieningen. 2 Op basis van valide antwoorden, dus exclusief weet niet / geen mening. 4

5 1.4 Overlast in de woonomgeving De rapportcijfers voor de algemene overlast en netheid van de openbare ruimte in de buurten van de verschillende steden zijn weergegeven in figuur 1.4. Figuur 1.4 Algemene overlast en netheid van de buurt, 2007 (rapportcijfers: hoe hoger, hoe minder overlast) ,9 7,9 7,3 6,8 6,0 6,4 6,3 5,45,2 Apeldoorn Deventer Nijmegen Amersfoort Zwolle 0 Algemene overlastscore Netheid van buurten Algemene overlastscore De algemene overlastscore bestaat uit een rapportcijfer, dat de waardering voor de buurt vanuit het gezichtspunt van overlast weergeeft. Hoe hoger het cijfer, hoe minder overlast als gevolg van geluid (excl verkeer), groepen jongeren en omwonenden. In Apeldoorn en Nijmegen is de algemene overlastscore een 7,9, wat aanzienlijk positiever is dan in Amersfoort (7,3) en Zwolle (6,8). Voor Deventer is geen vergelijkbaar cijfer beschikbaar. Netheid van de buurt De netheid van de buurt is een rapportcijfer voor de openbare ruimte in de buurt, waarbij gekeken is naar bekladding van muren of gebouwen, vernielingen, rommel en hondenpoep op straat. Ook hier geldt: hoe hoger het cijfer, hoe netter de openbare ruimte. Apeldoorn zit met een 6,0 in de middenmoot van de vijf gemeenten: de inwonerswaardering in Deventer (6,4) en Nijmegen (6,3) is hoger, maar de situatie is volgens inwoners een stuk slechter in Amersfoort (5,4) en Zwolle (5,2). Individuele overlastfactoren Figuur 1.5 zet de hinder die inwoners in de vijf steden ondervinden van verschillende overlastfactoren, op een rij. Apeldoorn scoort gemiddeld tot goed op vrijwel alle factoren. Vormen van overlast die in Apeldoorn minder voorkomen dan in de meeste andere gemeenten, zijn bekladding, hondenpoep op straat, overlast van omwonenden en geluidsoverlast anders dan van verkeer. Alleen stank van verkeer bezorgt meer inwoners overlast dan in de andere steden. Over het geheel bezien hebben inwoners van Zwolle en Amersfoort de meeste overlast, die van Deventer het minst. 5

6 Figuur 1.5 Vergelijking overlastfactoren in gemeenten, 2007 (% inwoners dat daar vaak mee te maken heeft) 3 Apeldoorn Zwolle Nijmegen Amersfoort Deventer Bekladding Jongeren Verkeersagressie Stank verkeer Dronken mensen op straat Lastigvallen op straat Drugsoverlast Rommel Hondenpoep Parkeeroverlast Vernielingen Overlast omwonenden Geluid verkeer Ander geluid Niet gecorrigeerd voor weet niet / geen mening. 6

7 Hoofdstuk 2 Apeldoorn als woonplaats Ruim driekwart van de inwoners van Apeldoorn is (zeer) gehecht aan zijn woonplaats. Steeds meer inwoners vinden dat de gemeente zich positief ontwikkelt, terwijl de groep die meent dat Apeldoorn achteruit gaat, afneemt. Ook zijn de inwoners optimistischer gestemd over de toekomst van de gemeente. Opvallende ontwikkelingen zijn er onder de dorpelingen: zij zijn veel minder gehecht aan Apeldoorn als woonplaats dan in voorgaande jaren, en zijn beduidend minder positief over de manier waarop hun woonplaats zich ontwikkelt, dan stadsbewoners. 2.1 Gehechtheid aan Apeldoorn als woonplaats Ruim driekwart van de inwoners van Apeldoorn is (zeer) gehecht aan de eigen woonplaats (figuur 2.1). Ten opzichte van 2005 is dit aandeel ongeveer gelijk gebleven. Figuur 2.1 Gehechtheid van Apeldoorners aan hun woonplaats, 2007 (% inwoners) 2% 22% 21% Zeer gehecht Gehecht Niet gehecht Helemaal niet gehecht 55% Opmerkelijk genoeg is het verschil in gehechtheid aan Apeldoorn tussen dorps- en stadsbewoners bijna verdwenen. Bewoners van het landelijk gebied zijn nauwelijks vaker (77%) gehecht aan hun woonplaats dan stedelijke inwoners (76%). In voorgaande jaren was dat anders: zo was in 2005 nog ruim 82 procent van de dorpelingen gehecht aan hun woonplaats, tegen krap 75 procent van de stedelingen. In de wijk Zuid is het aandeel inwoners dat (zeer) gehecht is aan Apeldoorn het hoogst (83%). In de Maten (Zuidoost) is dat het laagst: 69 procent van de wijkbewoners (zie figuur 2.2). De buurten en dorpen waar inwoners het vaakst gehecht zijn aan hun woonplaats, zijn de Rivieren- en Componistenbuurt (86%), Driehuizen/Brinkhorst (84%) en Wenum, Wiesel en de Beemte (83%). In 2005 stonden er uitsluitend dorpen in deze top drie, nu zijn het vooral stedelijke buurten. De buurten Zutphensestraat, Matendonk (beide 68%) en Matengaarde en hoeve (69%) vormen uitschieters naar beneden: de gehechtheid aan de woonplaats is in deze buurten beduidend lager dan gemiddeld in Apeldoorn (76%). 7

8 Figuur 2.2 Percentage inwoners dat (zeer) gehecht is aan Apeldoorn, 2007 (% inwoners) 80% 75% 78% 79% 72% 75% 83% 69% Er is geen eenduidige samenhang tussen leeftijd en de mate waarin mensen gehecht zijn aan hun woonplaats. Jongeren (tot 30 jaar) zijn even vaak gehecht aan hun woonplaats als gemiddeld in Apeldoorn, ouderen iets vaker (80%), de middengroepen (30-54 jaar) iets minder vaak (73%). De gehechtheid aan Apeldoorn houdt verband met de kijk op de ontwikkeling van de woonplaats: mensen die meer gehecht zijn aan Apeldoorn als woonplaats, vinden vaker dat de gemeente zich het afgelopen jaar positief heeft ontwikkeld en zijn optimistischer in hun toekomstverwachtingen. In de volgende twee paragrafen staan deze onderwerpen centraal. 2.2 Hoe heeft Apeldoorn zich de afgelopen tijd ontwikkeld? Over de vraag hoe Apeldoorn zich het afgelopen jaar ontwikkeld heeft, oordelen inwoners dit jaar positiever dan in voorgaande jaren. Eén op de vier inwoners vindt dat de gemeente vooruit is gegaan; in 2003 was dat amper 20 procent. De groep inwoners die van mening is dat de gemeente achteruit is gegaan, is in dezelfde periode afgenomen van bijna 24 tot 17 procent (zie figuur 2.3). Ruim een kwart van de Apeldoorners vindt dat de gemeente er het afgelopen jaar op vooruit is gegaan. Veelgenoemde redenen voor vooruitgang zijn nieuwbouw en renovatie (o.a. vernieuwing Stationsgebied), meer voorzieningen en (culturele) activiteiten en het instellen van 30 kilometerzones. Ook geven veel mensen aan dat ze het positief vinden dat Apeldoorn zich steeds meer van dorp tot stad transformeert. Dit blijkt voor anderen echter een punt van kritiek te zijn op de ontwikkeling van de stad. Als redenen voor achteruitgang van de gemeente in het afgelopen jaar worden verkeersproblemen en de verloedering van de openbare ruimte (zwerfafval, slecht onderhoud (fiets)paden, kwaliteitsvermindering groenvoorzieningen) het meest aangevoerd. 8

9 Figuur 2.3 Inwonersoordeel over de ontwikkeling van Apeldoorn % inwoners Vooruit gegaan Achteruit gegaan Gelijk gebleven Weet niet/geen mening Opvallend is dat inwoners van het landelijk gebied vooral naar hun eigen dorp kijken bij de vraag hoe hun woonplaats zich heeft ontwikkeld. Inwoners uit het stedelijk gebied hebben het meer over positieve en negatieve punten van Apeldoorn als geheel. Dorpelingen zijn veel minder positief over de ontwikkelingen van hun woonplaats dan de stadsbewoners: slechts dertien procent vindt dat er sprake is van vooruitgang (onder stadsbewoners is dat 27 procent). Wel is dat meer dan in voorgaande jaren: in 2003 en 2005 vonden zeven en negen procent van de dorpelingen dat er sprake was van vooruitgang. Binnen de stad vinden de inwoners van het Centrum het vaakst dat Apeldoorn vooruit is gegaan (38%), en inwoners van de wijk Noord het minst vaak (22%). Tussen de dorpen zijn de verschillen groter: in Uddel en Klarenbeek vinden relatief veel mensen dat er de afgelopen jaren vooruitgang is geboekt (28 resp 21 procent). Erg lage scores op vooruitgang hebben de dorpen Hoog Soeren en Hoenderloo (6%), Loenen (6%) en Beekbergen (8%). Maar liefst 43 procent van de inwoners van Loenen vindt dat hun woonplaats in het afgelopen jaar achteruit is gegaan. Dat is erg veel ten opzichte van het gemeentelijk gemiddelde van zeventien procent. Jongere leeftijdsgroepen beoordelen de recente ontwikkeling van Apeldoorn positiever dan oudere plaatsgenoten. Ze hebben zowel een hogere score op vooruitgang als een lagere op achteruitgang (zie figuur 2.4). Er is een vergelijkbaar verband met betrekking tot verschillende inkomensgroepen: hoe hoger het inkomen, des te optimistischer is men over de ontwikkeling van de gemeente in het afgelopen jaar. Figuur 2.4 Oordeel ontwikkeling Apeldoorn naar leeftijd, 2007 Leeftijd Vooruit gegaan (% ) Achteruit gegaan (% ) Tot 29 jaar tot 44 jaar tot 54 jaar jaar en ouder Gemiddeld

10 2.3 Toekomstverwachtingen Ook de verwachtingen van Apeldoorners over de toekomst van hun gemeente, laten een positieve trend zien. De groep inwoners die verwacht dat de gemeente vooruit zal gaan, is toegenomen van 26 procent in 2003 tot 31 procent nu. Het aandeel dat een achteruitgang verwacht, is afgenomen van negentien tot dertien procent in diezelfde periode (zie figuur 2.5). Figuur 2.5 Verwachte ontwikkeling in Apeldoorn, % inwoners Zal vooruit gaan Zal achteruit gaan Zal gelijk blijven Weet niet/geen mening Bijna één op de drie inwoners (32%) van de stad Apeldoorn verwacht in 2007 dat hun woonplaats vooruit zal gaan, tegen amper één op de vijf dorpelingen (18%). Dit gegeven wordt bevestigd door het vergelijken van de verwachtingen op buurt- en dorpsniveau. Het meest optimistisch zijn inwoners van het Centrum (43%), Anklaar (41%) en Welgelegen (39%). Inwoners van de dorpen Hoog Soeren en Hoenderloo (13%), Beekbergen (15%) en Loenen (16%) verwachten het minst vaak een vooruitgang. 10

11 Hoofdstuk 3 Binnenstad De waardering van de inwoners voor de binnenstad is, voor het eerst sinds jaren, weer toegenomen. Over de winkels en horeca is men zeer tevreden, de uitgaans- en ontmoetingsfunctie van de binnenstad is nog altijd zwak naar het oordeel van de inwoners. Bijna de helft van de inwoners gaat meestal op de fiets naar de binnenstad, een kwart pakt gewoonlijk de auto, en elf procent gebruikt vooral de bus. 3.1 Kwaliteit van de binnenstad Apeldoornse inwoners hebben de binnenstad beoordeeld op acht verschillende aspecten. Hun waardering is, uitgedrukt in rapportcijfers, weergegeven in figuur 3.1. Het aantal restaurants/eetgelegenheden en cafés, en de kwaliteit van de winkels scoren goed tot zeer goed. De gezelligheid van het verblijfsgebied en het aanzien van de openbare ruimte worden ruim voldoende beoordeeld. Voor de overlast van hangjongeren, dak- en thuislozen etc. en het aanbod aan uitgaansmogelijkheden geven Apeldoorners een 5,9 en 5,8. Het aantal festivals en evenementen dat wordt georganiseerd vindt men onder de maat (4,0). Alles bij elkaar genomen krijgt de binnenstad een rapportcijfer 6,6. Dat is een flinke stijging ten opzichte van 2005, toen het totaal oordeel op een 6,2 uitkwam. Figuur 3.1 Inwonersoordeel kwaliteiten van de binnenstad, 2007 (rapportcijfer) Restaurants/eetgelegenheden Cafés Kwaliteit van de winkels Gezelligheid verblijfsgebied Aanzien openbare ruimte Overlast hangjongeren, dak- en thuislozen etc. Uitgaansmogelijkheden Festivals en evenementen Totaal 4,0 5,9 5,8 6,8 6,6 7,2 8,3 8,8 8,7 Alle aspecten van de binnenstad worden in 2007 beter beoordeeld dan in 2003 en Daarmee is de dalende trend uit de afgelopen jaren in positieve zin omgebogen. De zwakste punten van de binnenstad zitten naar de mening van de inwoners in de functie als uitgaanscentrum: het aantal uitgaansmogelijkheden vindt men amper voldoende, en het aanbod van festivals en evenementen zwaar onder de maat. Inwoners van het landelijk gebied waarderen de Apeldoornse binnenstad hoger (6,9) dan de stadsbewoners (6,6). Het grootste verschil in waardering zit hem in de festivals en evenementen, die door dorpsbewoners veel minder worden gemist dan door de stedelingen. De inwoners van Uddel (7,3), Loenen (7,1) en Anklaar (7,0) geven de binnenstad de positiefste beoordeling. Het minst positief zijn inwoners van het Centrum (6,1). Ze vinden vooral dat er te weinig festivals en evenementen worden georganiseerd (3,1) en hebben veel overlast van hangjongeren, daken thuislozen etc. (3,6). 11

12 In figuur 3.2 is per thema aangegeven of bepaalde delen van de bevolking (naar leeftijd, inkomen) meer of juist minder tevreden zijn over diverse aspecten van de binnenstad. Figuur 3.2 Stelling Voldoende restaurants/ eetgelegenheden Waardering binnenstad gerelateerd aan leeftijd en inkomen % inwoners Verschillen naar achtergrondkenmerken mee eens 81 - Geen verschil naar leeftijd - Hoge inkomens: minder tevreden Voldoende cafés : minder tevreden - Gemiddeld inkomen: meer tevreden Goede kwaliteit winkels 73 - Geen verschil naar leeftijd - Hoe lager inkomen, hoe meer tevreden Gezellig verblijfsgebied 55 - Tot 29 jaar: minder tevreden - Hoger inkomen: minder tevreden Goed aanzien openbare ruimte 49 - Hoe jonger, hoe meer tevreden - Hoger inkomen: minder tevreden Weinig overlast (hangjongeren, dak- en thuislozen etc.) Onvoldoende uitgaansmogelijkheden Onvoldoende festivals en evenementen 43 - Hoe ouder, hoe minder overlast men ervaart - Hoe hoger inkomen, hoe minder overlast men ervaart 25 - Hoe jonger, hoe minder tevreden - Geen verschil naar inkomen 40 - Hoe jonger, hoe minder tevreden - Hoe lager inkomen, hoe minder tevreden Jongere inwoners zijn vaker tevreden over de openbare ruimte, en vinden vaker dat er te weinig uitgaansmogelijkheden, festivals en evenementen zijn. Dit geldt ook voor lage inkomensgroepen. Lagere inkomensgroepen zijn wel het meest tevreden over de kwaliteit van de winkels. Hoge inkomensgroepen zijn minder tevreden over het aantal restaurants/eetgelegenheden, de gezelligheid van het verblijfsgebied, het aanzien van de openbare ruimte en de kwaliteit van de winkels. Zij ervaren minder vaak overlast van hangjongeren, dak- en thuislozen. Ook ouderen ervaren daarvan minder overlast. 3.2 Vervoermiddel naar de binnenstad Van alle Apeldoorners komt bijna 95 procent regelmatig in de binnenstad. Er zijn iets meer inwoners, 5,5 procent, die (bijna) nooit in de binnenstad komen dan twee jaar geleden (toen was dat 4,5%). Dat komt vooral omdat er meer dorpelingen zijn die de binnenstad zelden opzoeken: hun aandeel is gestegen van dertien procent in 2005 tot bijna achttien procent nu. Bijna de helft van de inwoners (48%) komt meestal met de fiets, brommer of scooter naar de binnenstad. Een kwart gebruikt vooral de auto of motor. Ruim elf procent kiest voor de bus, en negen procent komt te voet. Het cirkeldiagram (figuur 3.3) laat de verdeling zien. Vanaf 2003 is het gebruik van fiets/brommer/scooter iets gestegen en het gebruik van de auto/motor en bus wat gedaald. 12

13 Figuur 3.3 Meest gebruikte vervoermiddel naar de binnenstad, 2007 komt (bijna) nooit 6% overig 1% te voet 9% bus 11% fiets/brommer/ scooter 48% auto/motor 25% De verschillende vervoerskeuzen die per leeftijdscategorie en inkomensgroep worden gemaakt zijn schematisch weergegeven in figuur 3.4. De fiets, brommer of scooter is door alle inkomensgroepen en leeftijden het meest gebruikte vervoermiddel naar de binnenstad, met uitzondering van 30- tot 44-jarigen met een hoog inkomen: zij gebruiken vooral de auto of motor. Meestal vormt de auto of motor de tweede keuze, maar jongere en oudere inwoners met een laag inkomen kiezen vaker voor de bus. Voor mensen met een gemiddeld inkomen is de bus voor alle leeftijden de derde keuze. In de hoge inkomensgroep gaan relatief veel mensen ook wel eens te voet naar de binnenstad. De bus wordt door hen, met uitzondering van 29-minners, minder vaak gebruikt. Figuur 3.4 Vervoermiddel naar binnenstad naar leeftijd en inkomen, 2007 Eerste keuze Tweede keuze Derde keuze Laag inkomen Tot 29 jaar Fiets/br/sc 54% Bus 17% Auto/motor 15% 30 tot 44 jaar Fiets/br/sc 40% Auto/motor 27% Bus 17% 45 tot 54 jaar Fiets/br/sc 46% Auto/motor 18% Bus 17% 55 jaar en ouder Fiets/br/sc 36% Bus 19% Auto/motor 17% Gemiddeld inkomen Tot 29 jaar Fiets/br/sc 46% Auto/motor 30% Bus 11% 30 tot 44 jaar Fiets/br/sc 44 Auto/motor 34% Bus 11% 45 tot 54 jaar Fiets/br/sc 57% Auto/motor 24% Bus 10% 55 jaar en ouder Fiets/br/sc 49% Auto/motor 21% Bus 12% Hoog inkomen Tot 29 jaar Fiets/br/sc 45% Bus en Auto/motor beide 23% 30 tot 44 jaar Auto/motor 43% Fiets/br/sc 42% Te voet 1% 45 tot 54 jaar Fiets/br/sc 58% Auto/motor 29% Te voet 7% 55 jaar en ouder Fiets/br/sc 51% Auto/motor 28% Te voet 11% 13

14 Hoofdstuk 4 Waardering fysieke woonomgeving Dorpelingen vinden hun woonomgeving mooier dan stadsbewoners. Binnen de stad worden de wijken noord, west en oost het meest aantrekkelijk gevonden. De tevredenheid over de meeste fysieke voorzieningen is gestegen. Een uitzondering hierop vormt het onderhoud van wegen, dat fors lager wordt gewaardeerd. De parkeeroverlast is iets afgenomen, maar blijft verreweg de grootste (fysieke) bron van overlast, gevolgd door geluidsoverlast van verkeer. 4.1 Uiterlijk van de woonomgeving Inwoners is gevraagd naar hun mening over het uiterlijk schoon van hun woonbuurt. Daarbij is onderscheid gemaakt tussen de bebouwing en de algehele aanblik (figuur 4.1). Ruim de helft van de inwoners vindt de bebouwing in de eigen buurt (heel) mooi. Inwoners van landelijke gebieden zijn gemiddeld positiever: 70 procent vindt de bebouwing in de eigen buurt (heel) mooi, tegenover 50 procent van de inwoners van het stedelijk gebied. Figuur 4.1 Oordeel bebouwing en algehele aanblik van de buurt, 2007 (% inwoners) (%) Bebouwing Algehele aanblik (Heel) mooi Niet mooi, niet lelijk (Heel) lelijk Binnen de stad zijn er grote verschillen: de bebouwing in de wijk Noord wordt door bijna driekwart van zijn bewoners als mooi ervaren, en in de wijken Noordoost, Zuid en Zuidoost (de Maten) door minder dan 40 procent (zie figuur 4.2). Op buurt- en dorpsniveau zijn de inwoners van Berg en Bos het meest ingenomen met de esthetische kwaliteit van de bebouwing (90% vindt die (heel) mooi), gevolgd door de bewoners van Wenum, Wiesel en de Beemte (85%). In Matendonk vinden de minste inwoners (24%) de bebouwing van hun buurt mooi, gevolgd door het Vogelkwartier (27%). Gemiddeld vindt vijf procent van de inwoners de bebouwing in hun buurt (heel) lelijk. Dit percentage ligt twee keer zo hoog in de wijk Zuid, met als uitschieter de buurt Vogelkwartier waar één op de vijf inwoners (20%) de bebouwde omgeving lelijk vindt. 14

15 Figuur 4.2 Oordeel bebouwing per wijk, 2007 (% inwoners dat bebouwing (heel) mooi vindt) 72% 39% 64% 44% 69% 49% 35% 34% De mening van inwoners over de algehele aanblik van hun buurt is iets positiever dan het oordeel over de bebouwing: 58 procent vindt het uiterlijk van de buurt (heel) aantrekkelijk. Dit geldt zelfs voor driekwart van de dorpsbewoners; voor de stadsbewoners is dat 56 procent. Tussen de verschillende wijken zijn er grote verschillen: in Zuid, Zuidoost (de Maten), het Centrum en Noordoost vindt minder dan de helft van de inwoners de aanblik van hun buurt aantrekkelijk, de wijk Noord scoort het hoogst met tachtig procent. De wijken Zuid en Centrum worden het vaakst onaantrekkelijk gevonden: één op de tien wijkbewoners is die mening toegedaan. Figuur 4.3 Oordeel algehele aanblik per wijk, 2007 (% inwoners dat algehele aanblik (heel) aantrekkelijk vindt) 80% 49% 71% 47% 70% 60% 38% 41% Op buurt- en dorpsniveau wordt de algehele aanblik het positiefst beoordeeld door de inwoners in Berg en Bos, die vrijwel allemaal hun buurt aantrekkelijk vinden (98%). Daarna volgen de dorpen Wenum, Wiesel en de Beemte (86%) en Klarenbeek (81%). Buurten die het vaakst als onaantrekkelijk worden beoordeeld door hun inwoners zijn het Vogelkwartier (17%), Matendonk (13%) en Sluisoord (12%). 15

16 4.2 Fysieke voorzieningen Tot de fysieke voorzieningen in de buurt worden gerekend: winkels voor dagelijkse boodschappen, groenvoorzieningen, wegonderhoud, verlichting, het ophalen van huisvuil, en verkeersvoorzieningen zoals openbaar vervoer, parkeergelegenheid en verkeersveiligheidsmaatregelen. Over het geheel genomen is de tevredenheid van inwoners over deze voorzieningen in hun buurt toegenomen. De enige uitzondering hierop is het wegonderhoud. De waardering voor winkels voor dagelijkse boodschappen is gestegen tot een 7,8 (was 7,5 in 2005 en 2003). Zowel in de stad als in het landelijk gebied nam de waardering toe, al blijft het verschil groot (8,1 in de stad versus 5,8 daarbuiten). Op wijkniveau kennen Zuid en Noordoost de hoogste waardering voor de winkelvoorzieningen (beide 8,4), het minst tevreden zijn inwoners van West (7,3). In de dorpen loopt de tevredenheid uiteen van 4,6 in Loenen tot 7,0 in Klarenbeek. De opvallendste stijging in waardering deed zich voor in de buurt Staatsliedenkwartier (van 5,9 in 2005 tot 8,4 nu). Loenen kent de laatste jaren een grote daling in tevredenheid; het rapportcijfer voor winkelvoorzieningen daalde van 6,4 in 2003 naar een 4,8 in 2005 en een 4,6 dit jaar, de laagste score van alle buurten en dorpen. Het Vogelkwartier scoort met een 9,1 het hoogst: hier zijn vrijwel alle inwoners (99,6%) tevreden met de winkelvoorzieningen. De tevredenheidsontwikkeling met de groenvoorzieningen is evenwichtig. De groenvoorzieningen krijgen een 6,6 als rapportcijfer, net als in 2005 en iets hoger dan in 2003 (6,5). De stad scoort met een 6,5 gemiddeld lager dan het landelijk gebied, dat door zijn bewoners met een 7,1 wordt beoordeeld. Tussen de wijken verschilt de waardering van een 7,0 in Noord tot een 5,6 in het Centrum (figuur 4.4). Figuur 4.4 Oordeel groenvoorzieningen per wijk, 2007 (rapportcijfer) 7,0 6,9 6,8 5,6 6,3 6,3 6,2 6,5 Van alle buurten en dorpen krijgt Berg en Bos verreweg de hoogste waardering: 8,1, gevolgd door de buurten rondom het Mheenpark (de Mheen, Zevenhuizen en Sluisoord; 7,2). Na het Centrum worden de buurten Brummelhof (5,7) en het Vogelkwartier (5,9) het slechtst beoordeeld op hun groenvoorzieningen. De waardering voor het onderhoud van wegen en fietspaden daalde fors naar een 5,1. In 2005 was het rapportcijfer nog een 5,5, in 2003 een 5,7. De technische staat van het wegdek wordt met een 16

17 5,0 gewaardeerd. De wegen in de stad komen daarbij iets beter uit de bus (5,0) dan in het landelijk gebied (4,6). Het onderhoud op het gebied van onkruidbestrijding wordt in beiden gelijk gewaardeerd (5,3). De waardering voor de technische staat van de wegen en fietspaden (gaten in het asfalt, losliggende stoeptegels etc) laat ook de grootste schommelingen zien op wijkniveau: de rapportcijfers lopen uiteen van 4,4 in Zuid tot 6,0 in Oost (zie figuur 4.5). Ook tussen dorpen zijn grote verschillen te zien: van Loenen (3,7) tot Uddel (5,5). De waardering van de onkruidbestrijding loopt minder uiteen: de laagste waardering is 4,9 in Zuid en de hoogste 5,7 in Oost. Figuur 4.5 Waardering technische staat van de weg per wijk, 2007 (rapportcijfer) 5,0 5,3 4,8 5,1 6,0 5,1 4,4 4,7 De straat- en (achter)padenverlichting krijgt als gemiddeld rapportcijfer een 6,9, aanzienlijk hoger dan de voorgaande jaren (6,5 en 6,6). De stad scoort hoger dan het landelijk gebied (6,9 versus 6,3). De scores voor de meeste wijken in de stad liggen rond de 7; een uitzondering is de wijk Zuidoost (de Maten), met een 6,4. Op buurt- en dorpsniveau vormt Wenum, Wiesel en de Beemte een negatieve uitschieter: niet alleen is het rapportcijfer met een 5,3 het laagste, het is ook alleen hier dat er sprake is van een terugloop in tevredenheid. De hoogste score (7,5) kennen de Parken en de Naald. De tevredenheid over het ophalen van het huisvuil ten slotte, heeft zich hersteld. Inwoners geven nu een rapportcijfer 7,3. Tussen 2003 en 2005 was het cijfer teruggelopen van een 7,2 naar een 7,0. De inwoners van het landelijk gebied zijn hierover iets meer te spreken (rapportcijfer 7,5) dan de stedelingen (7,3). Op wijk- en buurtniveau zijn er geen grote verschillen. Het hoogste rapportcijfer geven inwoners van Uddel (7,9). De enige buurt waar het rapportcijfer lager dan 7,0 is, is Staatsliedenkwartier (6,9). 17

18 Verkeersvoorzieningen De waardering voor het openbaar vervoer is voor de hele gemeente toegenomen van 6,7 in 2003 en 2005 tot 7,1 in De waardering in het landelijk gebied steeg weliswaar van een 3,9 in 2005 tot een 4,4 nu, maar blijft ver achter bij die in de stad, waar het OV een rapportcijfer 7,5 krijgt (was 7,1 in 2005). Binnen de stad zijn er op wijkniveau geen grote verschillen te zien. De dorpen laten onderling wel grote verschillen in (on)tevredenheid zien: inwoners van Klarenbeek (2,8) en Hoog Soeren en Hoenderloo (2,9) zijn het minst tevreden, Loenen (5,4) en Uddel (5,2) zijn het meest tevreden en vinden het OV ook aanzienlijk beter dan in 2005, toen de rapportcijfers een 4,8 resp 4,2 waren. Ook over de voorzieningen ten behoeve van de verkeersveiligheid stijgt de tevredenheid. Het rapportcijfer steeg van 5,4 naar 5,7. In het landelijk gebied geven inwoners de verkeersveiligheid een 5,2, in het stedelijk gebied een 5,7. De wijken Zuidwest (5,4) en Zuid (5,5) beoordelen de verkeerveiligheid voorzieningen het laagst, de hoogste waardering is er in de Maten (6,0) en Noordoost (6,1). De verschillen tussen de dorpen zijn groter: Wenum, Wiesel en de Beemte blijft met een 4,6 het laagste scoren op voorzieningen voor verkeersveiligheid, al is er wel forse verbetering geboekt ten opzichte van voorgaande jaren. Uddel (6,3) en Hoog Soeren en Hoenderloo (5,7) zijn het meest tevreden. Ook de waardering voor parkeergelegenheid zet de stijgende lijn voort, naar een 5,5 in 2007 (was 5,3 in 2005 en 5,1 in 2003). De stadsbewoners zijn minder tevreden (5,4) dan de inwoners van het landelijk gebied (6,2). De verschillen tussen de wijken zijn groot: het Centrum (4,5) en de Maten (4,8) krijgen de laagste waardering, de wijken Noordoost (6,3) en Noord (6,2) komen het beste uit de bus (zie figuur 4.6). De dorpen, met uitzondering van Loenen (6,1) en Beekbergen (5,7) scoren allemaal hoger, met de hoogste tevredenheid in Uddel (6,7). Op buurtniveau worden de parkeervoorzieningen in Maten- en Kuipersveld (4,3) en het Centrum (4,5) het slechtst beoordeeld door hun inwoners, en die in Anklaar (6,8) het beste. Figuur 4.6 Waardering parkeervoorzieningen per wijk, 2007 (rapportcijfer) 6,2 6,3 5,3 4,5 5,4 5,4 5,3 4,8 18

19 Figuur 4.7 geeft de rapportcijfers voor de fysieke voorzieningen weer, waarbij onderscheid is gemaakt naar stedelijk en landelijk gebied. De grootste verschillen tussen stad en dorpen zijn te zien in de waardering voor het openbaar vervoer en winkels voor dagelijkse boodschappen. Figuur 4.7 Beoordeling fysieke voorzieningen in stedelijk en landelijk gebied, 2007 (rapportcijfer) wegen technische staat wegen onkruidbestrijding winkels groenvoorzieningen verlichting ophalen huisvuil 5,0 4,8 5,3 5,3 5,8 6,5 7,1 6,9 6,3 7,3 7,5 8,1 Stedelijk Landelijk openbaar vervoer verkeersveiligheid parkeergelegenheid 4,4 5,2 5,4 5,7 6,2 7, Ten slotte is de ontwikkeling van de voorzieningen weergegeven, tussen 2003 en 2007 (figuur 4.8). Behalve het onderhoud van wegen/fietspaden, waar een forse daling te zien is, beoordelen inwoners deze voorzieningen in de loop van de jaren steeds positiever. Figuur 4.8 Ontwikkeling waardering fysieke voorzieningen (rapportcijfer) Trend Onderhoud wegen/fietspaden 5,7 5,5 5,1 - - Winkels 7,5 7,5 7,8 + Groenvoorzieningen 6,5 6,6 6,6 += Verlichting 6,5 6,6 6,9 ++ Ophalen huisvuil 7,2 7,0 7,3 - + Verkeer Openbaar vervoer 6,7 6,7 7,1 + Verkeersveiligheid 5,3 5,4 5,7 ++ Parkeergelegenheid 5,1 5,3 5, Overlast als gevolg van de fysieke omgeving In deze paragraaf komen de overlastfactoren die voortkomen uit de fysieke woonomgeving aan de orde. Het gaat om overlast van geparkeerde auto s, geluids- en stankoverlast van verkeer en van andere bronnen. Deze overlast is gedeeltelijk afgenomen (m.n. parkeeroverlast) en verder vrij stabiel gebleven. Er was een lichte daling van geluidsoverlast en een lichte stijging van stankoverlast. De dalende trend in overlast van geparkeerde auto s in Apeldoorn heeft zich doorgezet. In 2003 en 2005 hadden 26 respectievelijk 24 procent van de inwoners hier vaak last van, dit jaar is dat 22 procent. In stedelijk gebied hebben veel meer mensen vaak overlast van geparkeerde auto s (24%), dan in het landelijk gebied (9%). 19

20 Op wijkniveau zijn ook aanzienlijke verschillen te zien. In het Centrum hebben de minste bewoners (14%) overlast van geparkeerde auto s, in de Maten de meeste (32%). Figuur 4.9 Parkeeroverlast per wijk, 2007 (% inwoners dat vaak overlast ondervindt) 19% 15% 22% 14% 22% 28% 29% 32% Op buurt- en dorpsniveau loopt de overlast uiteen van minder dan vijf procent in Wenum, Wiesel en de Beemte tot ruim veertig procent in de buurt Brummelhof. De opvallendste verandering vond plaats in Welgelegen, waar vergunningparkeren is ingevoerd: het aandeel inwoners dat vaak overlast van geparkeerde auto s ondervindt daalde van 31 procent in 2005 tot 19 procent nu. Geluidsoverlast van verkeer en van andere bronnen is vrij stabiel ten opzichte van eerdere jaren. In 2003 en 2005 ondervond 16 procent van de inwoners vaak overlast van het geluid van verkeer, dit jaar is dat vijftien procent. In het landelijk gebied heeft een groter deel van de bevolking (19%) daar last van dan in de stad (14%). De geluidsoverlast van verkeer loopt sterk uiteen tussen wijken, van 28 procent in het Centrum tot tien procent in West (zie figuur 4.10). Op buurt- en dorpsniveau is de overlast het grootst in het Centrum, Maten- en Kuipersveld en Loenen: daar ondervinden 28, 25 resp 24 procent van de inwoners vaak geluidsoverlast van verkeer. In Sluisoord en Sprenkelaar is dat het laagst: zeven resp negen procent. Geluidsoverlast van andere bronnen dan verkeer komt minder vaak voor: zeven procent van de inwoners heeft daar vaak mee te maken. Dat is evenveel als in 2005, en iets minder dan in 2003 (8%). Deze geluidsoverlast komt in de stad en daarbuiten ongeveer evenveel voor. Binnen de stad zijn het vooral de centrumbewoners die hier vaak last van hebben, tussen de overige wijken zijn de verschillen klein. 20

21 Figuur 4.10 Geluidsoverlast per wijk, 2007 (% inwoners dat vaak overlast ondervindt) Wijk Van verkeer Van overige bronnen Totaal Centrum Zuidoost Oost Zuidwest Noord Zuid Noordoost West Gemiddeld heeft 18 procent van de Apeldoorners vaak geluidsoverlast van verkeer en/of van andere bronnen. In landelijk gebied is dit wat hoger (20%) dan in stedelijk gebied (18%). Op wijkniveau loopt de geluidsoverlast van verkeer en/of andere bronnen uiteen van ruim eenderde in het Centrum, tot dertien procent in West. Op buurt- en dorpsniveau wordt het meest geluidsoverlast ondervonden in het Centrum (37%), Matenen Kuipersveld (30%) en Loenen (27%) en het minst in Sprengenweg en bos (10%) en Sluisoord (11%). Het dorp met de minste geluidsoverlast is Uddel (12%). Van de achttien procent Apeldoorners die vaak geluidsoverlast hebben, storen ruim zeven op de tien zich vooral aan wegverkeer (auto, bus, motor, en brommer of scooters). Bedrijven vormen in zes procent van de gevallen de bron van geluidshinder. In bijna elf procent van de gevallen is de oorzaak van de geluidshinder sociaal (buren). Figuur % 9% 3% 11% 2% 8% Bronnen van frequente geluidsoverlast (% inwoners) 61% Wegverkeer Buren Brommers/scooters Bedrijven/industrie Treinen Vliegtuigen Anders In de meeste delen van Apeldoorn is stankoverlast van verkeer een minder grote overlastfactor: acht procent van de inwoners heeft hier vaak mee te maken, net als in 2005 en een procent meer dan in In stedelijk en landelijk gebied is de stankoverlast bijna gelijk. Tussen de wijken zijn er behoorlijke verschillen: vijf procent van de bewoners in Noordoost tot bijna 27 procent van de centrumbewoners heeft hier vaak last van. Het dorp waar de overlast het hoogst is, is Loenen (17%). Hoewel de stankoverlast van verkeer gemiddeld genomen vrij stabiel is, is deze tussen 2003 en 2007 veel toegenomen in Loenen (van 6% in 2003 tot 17% nu) en in Maten- en Kuipersveld (van 4% in 2003 tot 10% nu). 21

22 Figuur 4.12 Stankoverlast verkeer per wijk, 2007 (% inwoners dat vaak overlast ondervindt) 11% 5% 6% 27% 7% 7% 8% 7% De stankoverlast van andere bronnen dan verkeer is een fractie toegenomen in de gemeente als geheel. Vier procent van de stadsbevolking heeft hier vaak mee te maken, en bijna vijf procent van de mensen in het landelijk gebied. In de wijk Noord is de overlast flink toegenomen: met acht procent van de inwoners die hier vaak hinder van ondervinden, is de stankoverlast in deze wijk het hoogst. In het Centrum is dit het laagst (1% van de inwoners). Op buurtniveau is de overlast het grootst in Kerschoten en de Staatsliedenbuurt: elf respectievelijk negen procent van de inwoners ondervindt daar vaak hinder. In figuur 4.13 is per overlastfactor het gemiddelde aandeel inwoners aangegeven dat hier vaak last van heeft, en buurten/dorpen waar de overlast opvallend hoog is. De meeste overlast wordt veroorzaakt door geparkeerde auto s en de geluidsoverlast van verkeer. De buurten/dorpen waar de meeste overlast afkomstig uit de fysieke woonomgeving wordt ervaren, zijn het Centrum, Brummelhof, Vogelkwartier en Maten- en Kuipersveld. Loenen is het dorp waar volgens bewoners de meeste overlast voorkomt. Figuur 4.13 Buurten/dorpen die relatief veel overlast ervaren, 2007 (% inwoners dat vaak overlast ondervindt) Soort overlast gemeentelijk Buurten/dorpen met relatief veel overlast gemiddelde (%) Geparkeerde auto s 22 Brummelhof (41%); Matengaarde en hoeve; Maten- en Kuipersveld (beide 36%) Geluidsoverlast verkeer 15 Centrum (28%); Maten- en Kuipersveld (25%); Loenen; Wenum, Wiesel en de Beemte (beide 24%) Stank verkeer 8 Centrum (27%); Loenen (17%); De Parken en de Naald; Welgelegen; Vogelkwartier (allen 12%) Geluidsoverlast anders dan verkeer Stankoverlast anders dan verkeer 7 Centrum (17%); Brummelhof (11%); Zuidwest - Noord; Orden en Orderbos (beide 9%) 4 Kerschoten (11%); Staatsliedenkwartier (9%) 22

23 Hoofdstuk 5 Waardering sociale woonomgeving De tevredenheid van inwoners met de diverse sociaal-maatschappelijke voorzieningen is de afgelopen jaren toegenomen. De behoefte aan jongerenvoorzieningen blijft echter groot. De meeste voorzieningen kunnen in de dorpen en de stad op een gelijke waardering rekenen, met uitzondering van culturele voorzieningen, sportgelegenheden en gezondheidszorg: daarover zijn stadsbewoners beduidend meer tevreden. Sociale, gedragsgerelateerde vormen van overlast zijn over de hele linie iets afgenomen. De verloedering van de woonomgeving is voor het eerst sinds jaren minder geworden. Hondenpoep en rommel op straat blijven wel de grootste bron van ergernis voor de inwoners. Daarna volgt agressief verkeersgedrag. Ook daar is overigens verbetering geboekt. De overlast door groepen jongeren is gelijk gebleven. Andere vormen van sociale overlast komen in zeer beperkte mate voor, en concentreren zich vooral in de binnenstad. 5.1 Sociaal-maatschappelijke voorzieningen De sociaal-maatschappelijke voorzieningen waarvan in deze paragraaf een beeld wordt geschetst zijn de voorzieningen voor jongeren (12-16 en jr), ouderen, speel- en sportmogelijkheden, gezondheidszorg, culturele voorzieningen en basisonderwijs. Inwoners zijn in de periode 2003 tot 2007 positiever gaan oordelen over alle sociaal-maatschappelijke voorzieningen in hun buurt. Men is vooral tevreden over het basisonderwijs (7,4), de gezondheidszorg (6,9) en sportmogelijkheden (6,8). De jongerenvoorzieningen en speelmogelijkheden scoren nog onvoldoende, maar er is wel sprake van een verbetering. De waardering voor de jongerenvoorzieningen laat een stijgende lijn zien, maar het rapportcijfer blijft onvoldoende. Voor de leeftijdsgroep jaar is dat een 4,7, zowel in de stad als in de dorpen. In 2003 was dit een 4,1, in 2005 een 4,3. Binnen de stad variëren de scores in de wijken van een 4,2 in Oost, tot een 5,1 in Noordoost (zie figuur 5.1). Op buurt- en dorpsniveau worden Hoog Soeren en Hoenderloo (3,6) en Osseveld en Schoonlocht (3,7) het laagst beoordeeld. In Uddel is de tevredenheid het grootst (5,8). Figuur 5.1 Waardering jongerenvoorzieningen per wijk, 2007 (rapportcijfer: leeftijdscategorieën jr/17-23 jr) 4,8/ 4.7 7% 5,1/ 4,8 4,8/ 4,6 4,6/ 5,0 4,2/ 3,9 4,3/ 4,0 4,6/ 4,6 4,8/ 4,4 23

24 Ook de waardering van de voorzieningen voor jarigen is verbeterd, van 4,1 resp 4,2 in 2003 en 2005 tot een 4,5 dit jaar. In het landelijk gebied is de waardering iets hoger (4,7) dan in stedelijk gebied (4,5). In de wijk Oost is de ontevredenheid met de voorzieningen voor deze leeftijdsgroep het grootst (rapportcijfer 3,9), in het Centrum is men het meest tevreden (5,0). Op buurt- en dorpsniveau komt Osseveld en Schoonlocht ook voor deze leeftijdsgroep het slechtst uit de bus (3,5), terwijl Uddel ook hier de hoogste waardering krijgt (5,8). De voorzieningen voor ouderen worden beoordeeld met een 6,1. In landelijk Apeldoorn is dit 6,2, in stedelijk gebied 6,1. Dit is een vooruitgang ten opzichte van voorgaande jaren, toen de beoordeling gemiddeld 5,9 was. De meeste wijken liggen dicht bij het gemiddelde, de wijk Noord scoort ruim hoger (6,7). Op buurt- en dorpsniveau hebben Klarenbeek, Wenum, Wiesel en de Beemte en Welgelegen de laagste score (5,4). Uddel komt met een 6,9 het beste uit de bus met betrekking tot ouderenvoorzieningen. De waardering voor speelmogelijkheden voor kinderen is verder gestegen naar een 5,7. In voorgaande jaren was dit een 5,1 (in 2003) en een 5,4 (in 2005). Opvallend genoeg zijn de inwoners van de stad net iets positiever (5,7) dan de dorpelingen (5,6). Alle wijken liggen dicht bij het gemiddelde van 5,7. Alleen het Centrum wijkt hier sterk vanaf, in negatieve zin: 4,5. Toch is dat een aanzienlijke verbetering in vergelijking met 2005, toen de waardering een 3,4 was. Op buurt- en dorpsniveau worden de speelvoorzieningen, na het Centrum, het laagst beoordeeld door inwoners van Loenen (5,0), de Parken en de Naald en Wenum, Wiesel en de Beemte (beiden 5,1). De hoogste beoordeling (6,3) geeft men in Berg en Bos en Zutphensestraat. Behalve in het Centrum, zijn de speelvoorzieningen de afgelopen jaren veel beter geworden in Uddel (van 4,3 in 2003 tot 6,0 dit jaar), Zutphensestraat (van 5,1 naar 6,3) en Driehuizen/ Brinkhorst (van 4,7 naar 5,8). Sterk dalende waarderingen deden zich niet voor. De tevredenheid over sportmogelijkheden laat eveneens een stijgende lijn zien, van 6,2 in 2003 tot 6,8 dit jaar. In landelijk Apeldoorn is men beduidend minder tevreden (6,2) dan in stedelijk gebied (6,9). Figuur 5.2 Waardering sportvoorzieningen per wijk, 2007 (rapportcijfer) 7,1 7% 7,1 6,9 6,3 6,6 6,6 6,7 7,1 24

25 Inwoners van de wijken Noord, Noordoost en Zuidoost (De Maten) zijn het meest te spreken over de sportvoorzieningen (allen 7,1). In het Centrum is men het minst tevreden, al is de waardering daar nog altijd een 6,3 (zie figuur 5.2). Op buurt- en dorpsniveau scoren Berg en Bos (7,6) en Orden/ Orderbos (7,5) het hoogst, en de dorpen Hoog Soeren en Hoenderloo (5,3) en Klarenbeek (5,6) het laagst. In een aantal buurten en dorpen is tussen 2003 en 2007 een grote tevredenheidsstijging te zien. Met name in Zutphensestraat (van 5,0 tot 6,5) en Uddel (van 4,7 tot 6,1) is men veel positiever over de sportmogelijkheden dan voorheen, maar ook in Zuidwest- Noord (de buurten Westenenk, Winkewijert en de Heeze), Welgelegen, en Osseveld en Schoonlocht steeg de waardering met minstens één punt. Ook de mening van inwoners over de voorzieningen in de gezondheidszorg laat een verbetering zien (van 6,5 in 2003 tot 6,9 dit jaar). In landelijk Apeldoorn geven inwoners de gezondheidszorg gemiddeld een 6,3, terwijl dit in stedelijk gebied een 7,0 is. Tussen de wijken is de spreiding van 6,5 in het Centrum tot 7,1 in Zuidwest en Noordoost en 7,2 in Zuidoost (De Maten). De dorpen laten onderling een groter verschil zien: van 5,5 in Wenum, Wiesel en de Beemte tot 6,9 in Beekbergen. Op buurt- en dorpsniveau zijn inwoners het meest tevreden in Matengaarde en hoeve (7,5) en het minst in Wenum, Wiesel en de Beemte (5,5). De culturele voorzieningen worden gemiddeld met een 6,4 beoordeeld. Ook deze voorzieningen kunnen de afgelopen jaren op een stijgende waardering rekenen: in 2003 was dat nog een 5,9, in 2005 een 6,2. Er is een groot verschil tussen de waardering van dorpelingen (5,5) en stedelingen (6,5). Ook binnen de wijken zijn vrij grote verschillen te zien. Het positiefst zijn mensen in Noord (7,2) en het Centrum (7,0), het minst tevreden is men in Oost (5,9; zie figuur 5.3). Op buurt- en dorpsniveau zijn inwoners in Sprengenweg en bos (7,6) het meest, en inwoners van Hoog Soeren en Hoenderloo (4,9) het minst tevreden. In de buurten Anklaar en Sprenkelaar is de waardering tussen 2003 (5,3) en 2007 (6,5) het meest gestegen. Figuur 5.3 Oordeel culturele voorzieningen per wijk, 2007 (rapportcijfer) 7,2 7% 6,5 6,9 7,0 5,9 6,3 6,4 6,3 25

26 Het basisonderwijs tenslotte, wordt in stad en dorp gemiddeld met een 7,4 gewaardeerd. Ook dat is een stijging ten opzichte van 2003 (7,1) en 2005 (7,2). De waardering in de wijken schommelt tussen 6,6 in het Centrum en 7,6 in Zuidoost (de Maten). Het verschil tussen de dorpen is groter: van een 6,5 in Hoog Soeren en Hoenderloo tot een 8,1 in Uddel. In 2005 was dit verschil nog groter, omdat de waardering in Hoog Soeren en Hoenderloo nog 5,9 was. In het staafdiagram (figuur 5.4) zijn de rapportcijfers weergegeven, waarbij onderscheid is gemaakt tussen stedelijk en landelijk gebied. De beoordelingen van stads- en dorpsbewoners voor sociaalmaatschappelijke voorzieningen liggen dichter bij elkaar dan de waardering van beide groepen voor de fysieke voorzieningen (paragraaf 4.2). Uitzonderingen hierop zijn de culturele voorzieningen, sportmogelijkheden en voorzieningen in de gezondheidszorg, die in de stad op een beduidend hogere waardering kunnen rekenen dan daarbuiten. Figuur 5.4 Waardering sociaal-maatschappelijke voorzieningen, 2007 (rapportcijfer) basisonderwijs gezondheidszorg sportmogelijkheden culturele voorzieningen voorzieningen ouderen speelmogelijkheden voorzieningen jr voorzieningen jr 4,7 4,7 4,5 4,7 7,4 7,4 7,0 6,3 6,9 6,2 6,5 5,5 6,2 6,1 5,7 5,6 Stedelijk Landelijk Ten slotte is de ontwikkeling van de sociaal-maatschappelijke voorzieningen weergegeven, tussen 2003 en 2007 (figuur 5.5). Het inwonersoordeel is voor alle sociaal-maatschappelijke voorzieningen in de gemeente gestegen. Desondanks blijft een aantal scores, met name die voor jongerenvoorzieningen, aan de magere kant. Figuur 5.5 Ontwikkeling waardering sociaal-maatschappelijke voorzieningen (rapportcijfer) Trend Voorzieningen jr 4,1 4,3 4,7 ++ Voorzieningen jr 4,1 4,2 4,5 ++ Voorzieningen ouderen 5,9 5,9 6,1 + Speelmogelijkheden 5,1 5,4 5,7 ++ Sportmogelijkheden 6,2 6,4 6,8 ++ Gezondheidszorg 6,5 6,6 6,9 ++ Culturele voorzieningen 5,9 6,2 6,4 ++ Basisonderwijs 7,1 7,2 7, Sociale overlast in de woonomgeving Deze paragraaf behandelt de overlastfactoren in de woonomgeving die gerelateerd zijn aan het gedrag van mensen. Het gaat hierbij om verloedering (hondenpoep en rommel op straat, vernielingen en bekladding in de openbare ruimte), overlast veroorzaakt door agressief verkeersgedrag, groepen jongeren, dronken mensen, omwonenden, drugsoverlast, horeca en lastigvallen op straat. 26

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Es Hoe leefbaar en veilig is de Es? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Hoe leefbaar en veilig is? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Buurtrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is de buurt? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Stadsmonitor. -thema Stad en Buurt- Modules. Datum: Stadsmonitor -thema Stad en Buurt- 1

Stadsmonitor. -thema Stad en Buurt- Modules. Datum: Stadsmonitor -thema Stad en Buurt- 1 Stadsmonitor -thema Stad en Buurt- Modules De Nijmegenaar en zijn stad 2 De Nijmegenaar en zijn buurt 7 Datum: 21-01-2014 Gemeente Nijmegen Onderzoek en Statistiek contactpersoon: Geert Schattenberg tel.:

Nadere informatie

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting

Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting Monitor Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Samenvatting Gemeente Amersfoort Ben van de Burgwal, Dorien de Bruijn 23 mei 2014 Vanaf 1997 is de Amersfoortse Stadspeiling elke twee jaar voor een belangrijk deel

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Woolde Augustus 2010 Veiligheidsmonitor Wijkrapport Augustus 2010 Wijkrapport Augustus 2010 Hoe leefbaar en veilig is Integrale Veiligheidsmonitor Inleiding Eind heeft de gemeente voor het eerst deelgenomen aan de Integrale

Nadere informatie

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011

Integrale Veiligheidsmonitor Hengelo 2011 Integrale Veiligheidsmonitor Wijkrapport Juli 202 Hoe leefbaar en veilig is het? Integrale Veiligheidsmonitor. Inleiding In heeft de gemeente voor de tweede keer deelgenomen aan de Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Stadsmonitor. -thema Openbare Ruimte-

Stadsmonitor. -thema Openbare Ruimte- Stadsmonitor -thema Openbare Ruimte- Modules Samenvatting 1 Beeldkwaliteit stad 2 Beeld van openbare ruimte in buurt 4 Onderhoud openbare ruimte 10 Bronnen 19 Datum: februari 2016 Gemeente Nijmegen Onderzoek

Nadere informatie

Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt?

Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt? VEILIGHEIDSMONITOR-WIJKPEILING ALMERE 2017 Hoe beoordelen Almeerders de leefbaarheid en veiligheid in hun buurt? 23 mei 2018 Meer weten over uw eigen wijk? Ga naar www.wijkmonitoralmere.nl 1. INTRODUCTIE

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Buitengebied Augustus 2010

Veiligheidsmonitor Hengelo Wijkrapport Buitengebied Augustus 2010 Veiligheidsmonitor Wijkrapport Augustus 2010 Wijkrapport Augustus 2010 Hoe leefbaar en veilig is het Integrale Veiligheidsmonitor Inleiding Eind heeft de gemeente voor het eerst deelgenomen aan de Integrale

Nadere informatie

3.5 Voorzieningen in de buurt

3.5 Voorzieningen in de buurt 3.5 Voorzieningen in de buurt Samenvatting: Straatverlichting en straatmeubilair Veruit de meeste (8%) bewoners zijn (zeer) tevreden over de straatverlichting in hun buurt. De verschillen naar wijk zijn

Nadere informatie

De wijken Slingerbos en Tweelingstad in cijfers. Achtergrondinformatie ten behoeve van raadsbezoek

De wijken Slingerbos en Tweelingstad in cijfers. Achtergrondinformatie ten behoeve van raadsbezoek De wijken Slingerbos en Tweelingstad in cijfers Achtergrondinformatie ten behoeve van raadsbezoek Afdeling Vastgoed en Wonen 29 augustus 2014 2 Algemeen Deze notitie bevat cijfers over inwoners en woningvoorraad

Nadere informatie

Wijkanalyses Assen. Inleiding wijkanalyse. Inleiding wijkanalyse

Wijkanalyses Assen. Inleiding wijkanalyse. Inleiding wijkanalyse Wijkanalyses Assen Inleiding wijkanalyse, leefomgeving, meedoen en binding. De wijkanalyse is ontstaan er problemen. Met de wijkanalyses wordt dit in beeld gebracht. Inhoudsopgave Centrum Hoofdlijnen uitkomst

Nadere informatie

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2016

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2016 Wijk- en buurtmonitor 2016 Empel Empel ligt ten noordoosten van s-hertogenbosch. De wijk bestaat uit een ouder en een nieuwer gedeelte. De eerste woningen zijn in 1946 gebouwd. Deze oorspronkelijke kern

Nadere informatie

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015

De mening van de inwoners gepeild. Leefbaarheid 2015 LelyStadsGeLUIDEN De mening van de inwoners gepeild Leefbaarheid 2015 April 2016 Colofon Dit is een rapportage opgesteld door: Cluster Onderzoek en Statistiek team Staf, Beleid Te downloaden op www.lelystad.nl/onderzoek

Nadere informatie

Leefbaarheid en veiligheid

Leefbaarheid en veiligheid Leefbaarheid en veiligheid In de buurt volgens de inwoners van de Drechtsteden in 2013 Leefbaarheid en veiligheid zijn belangrijke thema s binnen gemeenten. Dat is niet verwonderlijk, want burgers wonen

Nadere informatie

WijkWijzer De tien Utrechtse wijken in cijfers.

WijkWijzer De tien Utrechtse wijken in cijfers. WijkWijzer 2011 De tien Utrechtse wijken in cijfers www.onderzoek.utrecht.nl Inleiding Voor u ligt de WijkWijzer 2011; een bron aan informatie over de tien Utrechtse wijken. Aan de hand van vijf belangrijke

Nadere informatie

Samenvatting WijkWijzer 2017

Samenvatting WijkWijzer 2017 Samenvatting WijkWijzer 2017 Bevolking & wonen Inwoners Op 1 januari 2017 telt Utrecht 343.134 inwoners. Met 47.801 inwoners is Vleuten-De Meern de grootste wijk van Utrecht, gevolgd door de wijk Noordwest.

Nadere informatie

Leefbaarheidsmonitor Hoogvliet 2009

Leefbaarheidsmonitor Hoogvliet 2009 Leefbaarheidsmonitor 2009 Nieuw Engeland september 2009 een onderzoek in opdracht van deelgemeente, Woonbron en Vestia Rotterdam Onderzoeker Projectleider Veldwerk Opdrachtgever Interne begeleiding Andrea

Nadere informatie

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis Stadswerven Zuid Een jaar na opening van het Energiehuis Stadswerven Zuid is het tol van verschillende ontwikkelingen, met een gerenoveerd Energiehuis en de komst van een bioscoop met parkeergarage. In

Nadere informatie

Hoofdstuk 8 Binnenstad van Leiden

Hoofdstuk 8 Binnenstad van Leiden Hoofdstuk 8 Binnenstad van Leiden Samenvatting De binnenstad van Leiden krijgt een voldoende (7,1) van de Leidenaren. Wanneer wordt gevraagd naar de ontwikkeling van de afgelopen twee jaar, dan geven meer

Nadere informatie

Fysieke leefomgeving I.B EELDKWALITEIT VAN DE STAD

Fysieke leefomgeving I.B EELDKWALITEIT VAN DE STAD Nijmegen is volgens veel Nijmegenaren een mooie en groene stad. Tweederde vindt Nijmegen bovendien een schone stad. Ook van buitenaf is er een gunstige indruk. Al enkele jaren oordelen bezoekers positief

Nadere informatie

- Buitengebied-Noord bestaat uit vier buurten met elk een laag inwonersaantal; Langenholte, Haerst, Bedrijventerrein Hessenpoort en Tolhuislanden.

- Buitengebied-Noord bestaat uit vier buurten met elk een laag inwonersaantal; Langenholte, Haerst, Bedrijventerrein Hessenpoort en Tolhuislanden. Stedelijke rapportage Algemeen stad De stedelijke rapportage begint met een vijftal vragen uit het buurt voor buurt onderzoek, die betrekking hebben op het oordeel over de stad Zwolle als geheel. De stad

Nadere informatie

Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013

Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013 Resultaten bewonersonderzoek, meting 2013 In de periode half mei/ begin juli 2013 heeft USP Marketing Consultancy in opdracht van Volkshuisvesting opnieuw een bewonersonderzoek gedaan naar de tevredenheid

Nadere informatie

Hoofdstuk 15 Onderhoud en netheid van de eigen buurt

Hoofdstuk 15 Onderhoud en netheid van de eigen buurt Hoofdstuk 15 Onderhoud en netheid van de eigen buurt Samenvatting Leidenaren vinden, evenals voorgaande jaren, het groen in de wijk en de inrichting van de wijk de belangrijkste aspecten die een wijk of

Nadere informatie

Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011

Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011 Taskforce Overlast Ervaren overlast in het Centrum en Crabbehof-Noord 2011 Eén van de prioriteiten van de gemeente is het aanpakken van overlast, onder andere van verslaafde dak- en thuislozen. Het uiteindelijke

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden

Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden Veiligheidsmonitor 2009 Gemeente Leiden Resultaten per district en in de tijd Bureau Onderzoek Op Maat april 2010 Veiligheidsmonitor 2009, gemeente Leiden 1 In dit overzicht worden de uitkomsten van de

Nadere informatie

Grafiek 20.1a Belangrijkste aspecten die Leidenaren prettig vinden aan de eigen buurt, * (meer antwoorden mogelijk) 16% 15% 10% 10%

Grafiek 20.1a Belangrijkste aspecten die Leidenaren prettig vinden aan de eigen buurt, * (meer antwoorden mogelijk) 16% 15% 10% 10% 20 ONDERHOUD EN NETHEID EIGEN BUURT In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de prettige en de mindere prettige kanten van de openbare ruimte in de eigen buurt of wijk. Vervolgens wordt gekeken hoe men verschillende

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 Leiden

Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 Leiden Veiligheidsmonitor 2008, gemeente 1 Tabellen Veiligheidsmonitor 2008 In deze bijlage worden de uitkomsten van de monitor weergegeven in tabellen. Van de volgende gebieden worden cijfers gepresenteerd:

Nadere informatie

Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 2008-2011

Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 2008-2011 Notitie Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland 28-211 Deze notitie brengt op basis van de Amsterdamse Veiligheidsmonitor de leefbaarheid en veiligheid in de regio Amsterdam-Amstelland tussen 28 en 211

Nadere informatie

LEEFBAARHEIDSMONITOR EDE 2015 EN TRENDS WIJKEN/BUURTEN

LEEFBAARHEIDSMONITOR EDE 2015 EN TRENDS WIJKEN/BUURTEN LEEFBAARHEIDSMONITOR EDE 2015 EN TRENDS WIJKEN/BUURTEN 2005-2015 OPZET EN UITVOERING Sinds 1999 voert de gemeente Ede elke twee jaar een onderzoek uit naar leefbaarheid en veiligheid in de buurt. Tot en

Nadere informatie

Onderzoek Leefbaarheid en Veiligheid gemeente Oisterwijk 2010

Onderzoek Leefbaarheid en Veiligheid gemeente Oisterwijk 2010 Onderzoek Leefbaarheid en Veiligheid gemeente 2010 Tilburg Dienst Beleidsontwikkeling Onderzoek & Informatie Juli 2010 Inhoudsopgave Samenvatting... 3 Inleiding... 7 Hoofdstuk 1 Buurt en buurtproblemen...

Nadere informatie

Openbare ruimte en groen

Openbare ruimte en groen Ruimtegebruik 245 Openbare ruimte en groen..2 Ruimtegebruik Woonomgeving Amsterdam in cijfers 203 246 Openbare ruimte en groen Stad wordt steeds drukker Amsterdam heeft een oppervlakte van 2.933 hectare.

Nadere informatie

Drie jaar Taskforce Overlast

Drie jaar Taskforce Overlast Drie jaar Taskforce Overlast Duidelijke afname van ervaren overlast Centrum en Sinds 2010 werkt de gemeente Dordrecht met de Taskforce Overlast in de openbare ruimte aan het terugdringen van de overlast

Nadere informatie

Samenvatting 3. Inleiding 9. 1. Voorzieningen in de buurt 13 1.1 Voorzieningen 13 1.2 Het onderhoud 20

Samenvatting 3. Inleiding 9. 1. Voorzieningen in de buurt 13 1.1 Voorzieningen 13 1.2 Het onderhoud 20 INHOUD Samenvatting 3 Inleiding 9 1. Voorzieningen in de buurt 13 1.1 Voorzieningen 13 1.2 Het onderhoud 20 2. Leefbaarheid in de buurt 23 2.1 Waardering van de woonomgeving 23 2.2 Gehechtheid en medeverantwoordelijkheid

Nadere informatie

Resultaten USP-Bewonersscan, meting 2015

Resultaten USP-Bewonersscan, meting 2015 Resultaten USP-Bewonersscan, meting 2015 In de periode half mei/ half juli 2015 heeft USP Marketing Consultancy in opdracht van Volkshuisvesting opnieuw een bewonersonderzoek gedaan naar de tevredenheid

Nadere informatie

s-hertogenbosch, voor de vierde maal Meest Gastvrije Stad van Nederland en iets uitgelopen op de concurrentie.

s-hertogenbosch, voor de vierde maal Meest Gastvrije Stad van Nederland en iets uitgelopen op de concurrentie. s-hertogenbosch, voor de vierde maal Meest Gastvrije Stad van Nederland en iets uitgelopen op de concurrentie. Gastvrije Stad blijkt dat het verschil van s-hertogenbosch met Breda in 2012 iets kleiner

Nadere informatie

Grafiek 12.1a Soorten vervoermiddelen waar Leidenaren over beschikken, in procenten van alle Leidenaren 0% 25% 50% 75% 100%

Grafiek 12.1a Soorten vervoermiddelen waar Leidenaren over beschikken, in procenten van alle Leidenaren 0% 25% 50% 75% 100% 12 VERVOERMIDDELENKEUZE De afdeling Ruimte- en Milieubeleid wil graag weten over welke vervoermiddelen de Leidenaren beschikken en welke zij voor verschillende doeleinden gebruiken. Daarnaast is de gemeente

Nadere informatie

Buurtprofiel: Pottenberg hoofdstuk 9

Buurtprofiel: Pottenberg hoofdstuk 9 Buurtprofiel: hoofdstuk. Inleiding In dit hoofdstuk worden de kenmerken van het buurtprofiel voor gepresenteerd. Over de jaren, en worden de ontwikkelingen weergegeven en tevens wordt de leefbaarheid in

Nadere informatie

Leefbaarheidsonderzoek: Wognum. Gemeente Medemblik Januari 2011

Leefbaarheidsonderzoek: Wognum. Gemeente Medemblik Januari 2011 Leefbaarheidsonderzoek: Gemeente Medemblik Januari 2011 Colofon Uitgave : I&O Research BV Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel. (0229) 282555 www.ioresearch.nl Rapportnummer : 2011-1741 K Datum : januari

Nadere informatie

Hoofdstuk 5. Leefbaarheid in eigen wijk

Hoofdstuk 5. Leefbaarheid in eigen wijk Hoofdstuk 5. Leefbaarheid in eigen wijk Samenvatting De Leidse burgers hebben vijf aspecten beoordeeld, die betrekking hebben op het onderhoud van de stad en als zodanig onder de medeverantwoordelijkheid

Nadere informatie

Buurtprofiel: Heugemerveld hoofdstuk 11

Buurtprofiel: Heugemerveld hoofdstuk 11 Buurtprofiel: hoofdstuk. Inleiding In dit hoofdstuk worden de kenmerken van het buurtprofiel voor gepresenteerd. Over de jaren, en worden de ontwikkelingen weergegeven en tevens wordt de leefbaarheid in

Nadere informatie

Leefbaarheid in de buurt

Leefbaarheid in de buurt 12345678 Leefbaarheid in de buurt Nu het oordeel van de Dordtenaren over hun woonkwaliteit, woonomgeving en de geboden voorzieningen in kaart is gebracht, zullen we in dit hoofdstuk gaan kijken hoe de

Nadere informatie

Bijlagen Leefbaarheid en Veiligheid 2013

Bijlagen Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Bijlagen Leefbaarheid en Veiligheid 2013 Leefbaarheid woonbuurt Bijlage 2.1a: Rapportcijfers voor de leefbaarheid in de buurt naar wijken, 2001-2013 Bijlage 2.1b: Rapportcijfers voor de woonomgeving naar

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Woerden

Veiligheidsmonitor 2011 Gemeente Woerden Veiligheidsmonitor 20 Gemeente Woerden Onderzoek uitgevoerd in opdracht van Gemeente Woerden DIMENSUS beleidsonderzoek April 202 Projectnummer 475 Samenvatting 3 Inleiding. Leefbaarheid van de buurt 3.

Nadere informatie

Tabellenboek. Leefbaarheidsmonitor Leiden 2000

Tabellenboek. Leefbaarheidsmonitor Leiden 2000 Tabellenboek behorende bij de Leefbaarheidsmonitor 2000 N. Goezinne P. van Wensveen juli 2000 een onderzoek in opdracht van de Gemeente Onderzoeker Projectleider Opdrachtgever Interne begeleiding Nico

Nadere informatie

Buurt-voor-Buurt Onderzoek Wipstrik

Buurt-voor-Buurt Onderzoek Wipstrik Buurt-voor-Buurt Onderzoek In januari/februari 2018 is het Buurt-voor-Buurt Onderzoek van 2018 uitgevoerd. Ruim 10.500 Zwolse inwoners van 18 jaar en ouder hebben aan het onderzoek meegewerkt. Door deze

Nadere informatie

Resultaten Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête maart 2006 t/m januari

Resultaten Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête maart 2006 t/m januari Resultaten Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête maart 2006 t/m januari 2007 1 In deze rapportage worden de resultaten beschreven uit de Leefbaarheid- en Veiligheidsenquête voor de maand januari. Tevens

Nadere informatie

Openbare ruimte in beeld Onderzoek naar de kwaliteit van de openbare ruimte

Openbare ruimte in beeld Onderzoek naar de kwaliteit van de openbare ruimte Openbare ruimte in beeld Onderzoek naar de kwaliteit van de openbare ruimte Gemeente Hollands Kroon Mei 2014 Colofon Uitgave : I&O Research BV Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel. (0229) 282555 www.ioresearch.nl

Nadere informatie

GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen

GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen GEMEENTE OSS Resultaten op hoofdlijnen RESULTATEN GEMEENTE OSS 2011 Soort onderzoek : Enquêteonderzoek bevolking 15+ Opdrachtgever : Stadsbeleid Maatschappelijke Ontwikkeling Opdrachtnemer : Team O&S,

Nadere informatie

Hoe veilig voelen Almeerders zich? Veiligheidsmonitor 2011

Hoe veilig voelen Almeerders zich? Veiligheidsmonitor 2011 Maart Hoe veilig voelen Almeerders zich? Veiligheidsmonitor Hoe gaat het met de leefbaarheid in? Hoe heeft het oordeel van bewoners over leefbaarheid & veiligheid zich ontwikkeld? Telefoonnummer: 14036

Nadere informatie

Leefbaarheidsonderzoek: Nibbixwoud en Hauwert. Gemeente Medemblik Januari 2011

Leefbaarheidsonderzoek: Nibbixwoud en Hauwert. Gemeente Medemblik Januari 2011 Leefbaarheidsonderzoek: Gemeente Medemblik Januari 2011 Colofon Uitgave : I&O Research BV Van Dedemstraat 6c 1624 NN Hoorn Tel. (0229) 282555 www.ioresearch.nl Rapportnummer : 2011-1741 F Datum : januari

Nadere informatie

Integrale veiligheid. resultaten burgerpanelonderzoek maart 2007

Integrale veiligheid. resultaten burgerpanelonderzoek maart 2007 Integrale veiligheid resultaten burgerpanelonderzoek maart 2007 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 1 1.1 Respons 1 2 Veiligheidsgevoelens 3 2.1 Gevoel van veiligheid in specifieke situaties 3 2.2 Verschillen onderzoeksgroepen

Nadere informatie

26% 36% 31% (helemaal) mee eens niet mee eens en niet mee oneens (helemaal) mee oneens

26% 36% 31% (helemaal) mee eens niet mee eens en niet mee oneens (helemaal) mee oneens Resultaten peiling EnschedePanel Inleiding Voor de verbetering van de leefbaarheid en aanpak van de veiligheid in de wijken is in oktober 2015 een onderzoek verricht. In dezelfde periode is de landelijke

Nadere informatie

Buurtprofiel: Wittevrouwenveld hoofdstuk 3

Buurtprofiel: Wittevrouwenveld hoofdstuk 3 Buurtprofiel: hoofdstuk. Inleiding In dit hoofdstuk worden de kenmerken van het buurtprofiel voor gepresenteerd. Over de jaren, en worden de ontwikkelingen weergegeven en tevens wordt de leefbaarheid in

Nadere informatie

Rosmalen noord. Wijk- en buurtmonitor 2016

Rosmalen noord. Wijk- en buurtmonitor 2016 Wijk- en buurtmonitor 2016 Rosmalen noord Het stadsdeel Rosmalen ligt ten oosten van de rijksweg A2 en bestaat uit Rosmalen zuid en Rosmalen noord. Het oorspronkelijke zanddorp Rosmalen is vanaf eind jaren

Nadere informatie

rapportage op wijkniveau

rapportage op wijkniveau appendix bij Veiligheidsmonitor 2009 Veiligheidsmonitor 2009 rapportage op wijkniveau Het veiligheidsbeeld in en eerder van tien Goudse wijken: Binnenstad Nieuwe Park Korte Akkeren Bloemendaal Plaswijck

Nadere informatie

7,5 50,4 7,2. Gemeente Enkhuizen, Leefbaarheid. Overlast in de buurt Enkhuizen. Veiligheidsbeleving Enkhuizen

7,5 50,4 7,2. Gemeente Enkhuizen, Leefbaarheid. Overlast in de buurt Enkhuizen. Veiligheidsbeleving Enkhuizen Leefbaarheid 7,5 Leefbaarheid (rapportcijfer) : 7,5 Fysieke voorzieningen (score) Sociale cohesie in de buurt (score) Aanpak gemeente L&V (% (zeer) ) Gemeente, 2015 6,3 29,0 38,2 Overlast in de buurt %

Nadere informatie

Leefbaarheid in Spijkenisse. Resultaten onderzoek over leefbaarheid en veiligheid onder inwoners van Spijkenisse - 2014

Leefbaarheid in Spijkenisse. Resultaten onderzoek over leefbaarheid en veiligheid onder inwoners van Spijkenisse - 2014 Leefbaarheid in Spijkenisse Resultaten onderzoek over leefbaarheid en veiligheid onder inwoners van Spijkenisse - 2014 datum woensdag 6 mei 2015 versie 3 Auteur(s) Tineke Last Postadres Postbus 25, 3200

Nadere informatie

Leefbaarheid en Veiligheid Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007

Leefbaarheid en Veiligheid Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007 Leefbaarheid en Veiligheid Hengelo 2007 Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie November 2007 COLOFON Uitgave Afdeling Beleidsonderzoek en Geo Informatie Gemeente Hengelo Hazenweg 121 Postbus 18,

Nadere informatie

WijkWijzer De tien Utrechtse wijken in cijfers

WijkWijzer De tien Utrechtse wijken in cijfers De tien Utrechtse wijken in cijfers Inhoud Inleiding 3 Utrechtse wijken vergeleken 4 Bevolking & wonen 4 Sociaal-economisch 4 Veiligheid 5 Sociale infrastructuur & participatie 5 Openbare ruimte & verkeer

Nadere informatie

Hoe veilig is Leiden?

Hoe veilig is Leiden? Hoe veilig is? Veiligheidsmonitor gemeente Tabellenrapport April 2014 Colofon Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563, 7500 AN Enschede Rapportnummer 2014/015 Datum April 2014 Opdrachtgever Auteurs

Nadere informatie

Buurtprofiel: Wyckerpoort hoofdstuk 10

Buurtprofiel: Wyckerpoort hoofdstuk 10 Buurtprofiel: hoofdstuk. Inleiding In dit hoofdstuk worden de kenmerken van het buurtprofiel voor gepresenteerd. Over de jaren, en worden de ontwikkelingen weergegeven en tevens wordt de leefbaarheid in

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2010 Gemeente Leiden

Veiligheidsmonitor 2010 Gemeente Leiden Veiligheidsmonitor Gemeente Leiden Resultaten per stadsdeel en in de tijd Mediad Rotterdam, maart 2011 Veiligheidsmonitor, Gemeente Leiden 1 In dit overzicht worden de uitkomsten van de Veiligheidsmonitor

Nadere informatie

Sociaal-economische schets van Leiden Zuidwest 2011

Sociaal-economische schets van Leiden Zuidwest 2011 Sociaal-economische schets van Zuidwest 2011 Zuidwest is onderdeel van het en bestaat uit de buurten Haagwegnoord en -zuid, Boshuizen, Fortuinwijk-noord en -zuid en de Gasthuiswijk. Zuidwest heeft een

Nadere informatie

Dienstverlening Beheer en Programmering Openbare Ruimte

Dienstverlening Beheer en Programmering Openbare Ruimte Dienstverlening Beheer en Programmering Openbare Ruimte Juni 2018 Gemeente s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Samenvatting In het najaar van 2017 is door de afdeling Onderzoek & Statistiek

Nadere informatie

Strategisch Thema. -Duurzame stad-

Strategisch Thema. -Duurzame stad- Strategisch Thema -Duurzame stad- Modules Samenvatting 1 Houding Nijmegenaren 2 Energieopwekking en -verbruik 3 Omgaan met grondstoffen 5 Duurzame mobiliteit 6 Milieukwaliteit en leefomgeving 7 Datum:

Nadere informatie

Parken in Deventer Een peiling onder de Deventer bevolking naar bekendheid met en bezoek aan Rijsterborgherpark, Nieuwe plantsoen en Worpplantsoen

Parken in Deventer Een peiling onder de Deventer bevolking naar bekendheid met en bezoek aan Rijsterborgherpark, Nieuwe plantsoen en Worpplantsoen Parken in Deventer Een peiling onder de Deventer bevolking naar bekendheid met en bezoek aan Rijsterborgherpark, Nieuwe plantsoen en Worpplantsoen Afdeling Onderzoek en Statistiek Marieke Hottenhuis December

Nadere informatie

Leefbaarheid en veiligheid

Leefbaarheid en veiligheid Leefbaarheid en veiligheid In de buurt volgens de inwoners van de Drechtsteden in 2013 Leefbaarheid en veiligheid zijn belangrijke thema s binnen gemeenten. Dat is niet verwonderlijk, want burgers wonen

Nadere informatie

Uitgave en rapportage van de gemeente Amersfoort. Onderzoek en Statistiek, gemeente Amersfoort. Dorien de Bruijn Ben van de Burgwal.

Uitgave en rapportage van de gemeente Amersfoort. Onderzoek en Statistiek, gemeente Amersfoort. Dorien de Bruijn Ben van de Burgwal. Monitor leefbaarheid en veiligheid 2015 2 Uitgave en rapportage van de gemeente Amersfoort Onderzoek en Statistiek, gemeente Amersfoort. Dorien de Bruijn Ben van de Burgwal maart 2016 Inhoudsopgave 3 Inhoudsopgave...

Nadere informatie

WijkWijzer 2016 De 10 Utrechtse wijken en 5 krachtwijken in cijfers. Utrecht.nl/onderzoek

WijkWijzer 2016 De 10 Utrechtse wijken en 5 krachtwijken in cijfers. Utrecht.nl/onderzoek WijkWijzer 2016 De 10 Utrechtse wijken en 5 krachtwijken in cijfers Utrecht.nl/onderzoek Inhoud Inleiding 3 Utrechtse wijken vergeleken 4 Bevolking & wonen 4 Sociaal-economisch 4 5 Sociale infrastructuur

Nadere informatie

Groningers positief over sociale contacten in de woonbuurt

Groningers positief over sociale contacten in de woonbuurt Groningers positief over sociale contacten in de woonbuurt Sociale betrokkenheid, ofwel sociale cohesie, is een belangrijke eigenschap voor een leefbare woonomgeving. Zo blijkt dat hoe meer sociale contacten

Nadere informatie

Buurtprofiel: Limmel hoofdstuk 7

Buurtprofiel: Limmel hoofdstuk 7 Buurtprofiel: hoofdstuk. Inleiding In dit hoofdstuk worden de kenmerken van het buurtprofiel voor gepresenteerd. Over de jaren, en worden de ontwikkelingen weergegeven en tevens wordt de leefbaarheid in

Nadere informatie

LEEFBAARHEID EN VEILIGHEID IN DE BUURT 2017

LEEFBAARHEID EN VEILIGHEID IN DE BUURT 2017 Rapport LEEFBAARHEID EN VEILIGHEID IN DE BUURT 2017 Gemeente Arnhem Februari 2018 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2018/ 19 Datum Februari

Nadere informatie

Fact sheet. Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland Politie Eenheid Amsterdam. Veiligheidsbeleving buurt. nummer 4 februari 2013

Fact sheet. Veiligheidsmonitor Amsterdam-Amstelland Politie Eenheid Amsterdam. Veiligheidsbeleving buurt. nummer 4 februari 2013 Politie Eenheid Fact sheet nummer 4 februari 213 Veiligheidsmonitor -Amstelland 28-212 Deze fact sheet brengt de veiligheid in de regio -Amstelland tussen 28 en 212 in kaart. blijkt op verschillende indicatoren

Nadere informatie

Hoofdstuk 6. Netheid eigen wijk

Hoofdstuk 6. Netheid eigen wijk Hoofdstuk 6. Netheid eigen wijk Samenvatting Leidenaren vinden groen in de buurt en een rustige woonomgeving de meest prettige punten aan de inrichting van een wijk. Als grootste bron van irritatie wordt,

Nadere informatie

Rosmalen zuid. Wijk- en buurtmonitor 2016

Rosmalen zuid. Wijk- en buurtmonitor 2016 Wijk- en buurtmonitor 2016 Rosmalen zuid Het stadsdeel Rosmalen ligt ten oosten van de rijksweg A2 en bestaat uit Rosmalen zuid en Rosmalen noord. Het oorspronkelijke zanddorp Rosmalen is vanaf eind jaren

Nadere informatie

Leefbaarheid en Veiligheid in Dordrecht Partner voor beleid

Leefbaarheid en Veiligheid in Dordrecht Partner voor beleid Leefbaarheid en Veiligheid in Dordrecht 2009 Partner voor beleid Leefbaarheid en Veiligheid in Dordrecht 2009 Leefbaarheid en Veiligheid in Dordrecht 2009 Onderzoekcentrum Drechtsteden drs. I.A.C. Soffers

Nadere informatie

Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek

Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? De leefbaarheid waar het

Nadere informatie

Veiligheidsmonitor 2011

Veiligheidsmonitor 2011 Veiligheidsmonitor 20 Dordtse scores op de MJP-indicatoren en vergeleken met andere gemeenten De gemeente Dordrecht heeft in 20 voor de derde keer deelgenomen aan de landelijke Integrale Veiligheidsmonitor.

Nadere informatie

Thema s Omdat de resultaten en cijfers op wijkniveau erg uiteenlopen in onderwerp, is ervoor gekozen om deze onder te verdelen in 9 thema s:

Thema s Omdat de resultaten en cijfers op wijkniveau erg uiteenlopen in onderwerp, is ervoor gekozen om deze onder te verdelen in 9 thema s: Hoe is de wijkanalyse tot stand gekomen? Monitor Hilversum Begin december 2017 is de vragenlijst Monitor Hilversum naar 10.400 Hilversummers verstuurd. In totaal werden er 109 vragen voorgelegd over uiteenlopende

Nadere informatie

Analyse veiligheidsbeleving 2015

Analyse veiligheidsbeleving 2015 Analyse veiligheidsbeleving 2015 een notitie van Onderzoek Juni 2016 Utrecht.nl/onderzoek Colofon uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht 0302861350 onderzoek@utrecht.nl in opdracht van Eenheid Veiligheid

Nadere informatie

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2018

Empel. Wijk- en buurtmonitor 2018 Wijk- en buurtmonitor 2018 Empel Empel ligt ten noordoosten van s-hertogenbosch. De wijk bestaat uit een ouder en een nieuwer gedeelte. De eerste woningen zijn in 1946 gebouwd. Deze oorspronkelijke kern

Nadere informatie

Waardering van voorzieningen, vervoer en werk

Waardering van voorzieningen, vervoer en werk Waardering van voorzieningen, vervoer en werk Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 Een afname van het inwoneraantal heeft gevolgen voor het voorzieningenniveau. Er zal immers niet

Nadere informatie

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Projectnummer: 10203 In opdracht van: Dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer drs. Merijn Heijnen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL

Nadere informatie

Monitor Veiligheid en Leefomgeving

Monitor Veiligheid en Leefomgeving Monitor Veiligheid en Leefomgeving Gemeente Montfoort 2015 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: gemeente Montfoort DIMENSUS beleidsonderzoek Maart 2016 Projectnummer 641 2 INHOUD Uitkomsten in vogelvlucht

Nadere informatie

Leefbaarheidsmonitor 2011

Leefbaarheidsmonitor 2011 Leefbaarheidsmonitor Foto voorpagina: Ton Heijnen Stadsfotograaf Velsen Leefbaarheidsmonitor Gemeente Velsen I&O Research, juni Colofon Opdrachtgever Samensteller Gemeente Velsen I&O Research I&O Research

Nadere informatie

Empel in Cijfers Januari 2007

Empel in Cijfers Januari 2007 Empel in Cijfers Januari 2007 bron gem. Den Bosch Minder/kleiner/lager Bekladding Vernieling Tevreden winkels Tevreden openbaar vervoer Rapportcijfer voorzieningen buurt Meldingen parkeerproblemen Tevreden

Nadere informatie

Monitor Veiligheid en Leefomgeving Gemeente IJsselstein 2015

Monitor Veiligheid en Leefomgeving Gemeente IJsselstein 2015 Monitor Veiligheid en Leefomgeving Gemeente IJsselstein 2015 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: gemeente IJsselstein DIMENSUS beleidsonderzoek Maart 2016 2 INHOUD Uitkomsten in vogelvlucht 5 Samenvatting

Nadere informatie

Monitor Veiligheid en Leefomgeving

Monitor Veiligheid en Leefomgeving Monitor Veiligheid en Leefomgeving Gemeente IJsselstein 2014 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: gemeente IJsselstein DIMENSUS beleidsonderzoek Maart 2014 Projectnummer 551 2 INHOUD Uitkomsten in vogelvlucht

Nadere informatie

Inwoners laten van zich horen! Resultaten Bewonersenquête 2015

Inwoners laten van zich horen! Resultaten Bewonersenquête 2015 Inwoners laten van zich horen! Resultaten Bewonersenquête 2015 Over de Bewonersenquête De gemeente Roosendaal heeft in 2015, voor de achtste keer, onder ruim 8.000 van de 62.787 inwoners van 16 jaar en

Nadere informatie

Leefbaarheid in Delftse wijken

Leefbaarheid in Delftse wijken schoon onderhoud heel gemeente voorzieningen buren veilig verantwoordelijk bewoners Juni 2018 Interne Dienstverlening/BI/O&S elkaar aanspreken sociaal Leefbaarheid in Delftse wijken Leefbaarheid De gemeente

Nadere informatie

Sportparticipatie Kinderen en jongeren

Sportparticipatie Kinderen en jongeren Sportparticipatie 2017 Kinderen en jongeren Onderzoek & Statistiek Juni 2017 Samenvatting Begin 2017 heeft de afdeling Onderzoek & Statistiek een onderzoek uitgezet onder ouders en jongeren uit de gemeente

Nadere informatie

Buurtprofiel: Nazareth hoofdstuk 5

Buurtprofiel: Nazareth hoofdstuk 5 Buurtprofiel: hoofdstuk. Inleiding In dit hoofdstuk worden de kenmerken van het buurtprofiel voor gepresenteerd. Over de jaren, en worden de ontwikkelingen weergegeven en tevens wordt de leefbaarheid in

Nadere informatie

Waar staan de Drechtsteden?

Waar staan de Drechtsteden? Waar staan de? Burgers over de gemeentelijke dienstverlening Wat vinden de burgers van de van de gemeentelijke dienstverlening? Het oordeel van de burgers uit de vindt u in deze factsheet. Daarnaast worden

Nadere informatie

WijkWijzer 2015 Utrecht

WijkWijzer 2015 Utrecht WijkWijzer 205 De tien se wijken in cijfers.nl Inhoud Inleiding 3 se wijken vergeleken 4 4 4 5 5 6 Ontwikkelingen vergeleken 6 Wijken 7 Wijk West 7 Wijk Noordwest 8 Wijk Overvecht 9 Wijk Noordoost 0 Wijk

Nadere informatie

Wijk- en buurtmonitor 2018 De Groote Wielen

Wijk- en buurtmonitor 2018 De Groote Wielen Wijk- en buurtmonitor 2018 De Groote Wielen In het oostelijk deel van s-hertogenbosch ligt de Groote Wielen. Een nieuwe woonwijk, midden in de polder. In totaal komen er ongeveer 4.400 woningen, daarvan

Nadere informatie

drenthe rapportage september 2016 leefbaarheid

drenthe rapportage september 2016 leefbaarheid kennis. onderzoek. advies drenthe rapportage september 2016 Hoe tevreden is het Drents panel over leven in Drenthe en hoe ervaren zij de gevolgen van bevolkingskrimp op de? vooraf Drenthe heeft te maken

Nadere informatie