Eergen op Zoom RMD Nr.: Datum 2 mei Het college van B&W. De raads- en duoburgerleden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Eergen op Zoom RMD07-0051. Nr.: 07-43. Datum 2 mei 2007. Het college van B&W. De raads- en duoburgerleden"

Transcriptie

1 Eergen op Zoom RMD Datum 2 mei 2007 Nr.: Van Aan Kopie aan Het college van B&W De raads- en duoburgerleden S. de Groot Onderwerp Vaststelling nota cannabisbeleid 2007 Mededeling Eind december is door het Bureau Berenschot in samenwerking met het COT het project Courage geëvalueerd. Deze evaluatie is vervolgens vertaald in een gemeentelijke evaluatie- en doorstartnotitie, met diverse beleidsaanbevelingen. Op basis van deze notitie is besloten om het project te continueren. Een van de zaken die voortvloeien uit de continuering van Courage is een herijking van de nota Cannabisbeleid. In de nota zijn de uit de evaluatie van het courageproject voortvloeiende aanbevelingen nader uitgewerkt. Voor de opzet van dit beleid is aansluiting gezocht bij de in 2005 vastgestelde beleidsnota, omdat een deel van dat beleid nog niet (volledig) geïmplementeerd is. De conceptnota Cannabisbeleid is u bij raadsmededeling nr ter kennisname aangeboden. Deze nota is in nauw overleg met Roosendaal tot stand gekomen en voor Bergen op Zoom en Roosendaal nagenoeg gelijkluidend. De wijzigingen moeten er vooral voor zorgen dat het handhavingregime efficiënter en duidelijk waarneembaar strenger wordt. De nota is overeenkomstig de inspraakverordening 6 weken ter inzage gelegd van 2 februari 2007 tot en met 22 maart 2007 en toegezonden aan een aantal belanghebbenden /betrokkenen. Gedurende de periode van terinzagelegging zijn geen inspraakreacties ontvangen. De nota is inmiddels vastgesteld. De wijzigingen ten opzichte van de nota 2005 betreffen: invoering van het principe 'one strike you are out'. Illegale verkooppunten krijgen onder dit systeem een eenmalige waarschuwing, op een volgende overtreding volgt direct een sluiting van 5 jaar. Het systeem van de oplopende sancties wordt voor niet gedoogde verkooppunten derhalve verlaten. bestrijding verkoop vanuit woningen: op dit moment wordt handel in woningen reeds door middel van het opleggen van dwangsommen bestreden. Er is een wetswijziging aanstaande (naar verwachting medio 2007), waardoor het voor gemeenten gemakkelijker wordt om woningen te gaan sluiten. In de nota wordt anticiperend reeds als nieuw beleid aangekondigd dat na daadwerkelijke verruiming van de sluitingsmogelijkheden het 'one strike you are out'-principe direct als instrument ingezet zal worden. De cumulatieregeling voor de gedoogde coffeeshops wordt gewijzigd. Tot op heden is het zo, dat de cumulatieregeling pas vanaf een derde overtreding in werking treedt. Zeker in het geval van verschil-

2 \_f^ f~~ Gemeente jn Bergen op Zoom lende soorten overtredingen kan het zijn dat er drie maal gewaarschuwd is en pas vanaf de vierde overtreding een eerste sanctie wordt opgelegd. Door de wijziging van de regeling maakt het niet meer uit welke overtreding begaan wordt en wordt doorgeleid. Dus na een eerste waarschuwing volgt bij iedere volgende overtreding een sanctie. Invoering van beleidsregels: bij het hanteren van beleid dient steeds bij een daarop gebaseerd besluit te worden overwogen of en in hoeverre het besluit redelijk is en of en in hoeverre in het individuele geval niet van het beleid zou moeten worden afgeweken. Bij beleidsrege/s is dit veel minder aan de orde. Natuurlijk is er wel een inherente afwijkingsbevoegdheid voor héél bijzondere situaties, maar verder zijn beleidsregels voor wat betreft de toepassing dwingend van karakter. Bijlagen De volgende bijlagen zijn, als onderdeel van deze raadsmededeling, bijgevoegd: - vastgestelde nota Cannabisbeleid 2007 Hoogachtend, het college van burgemeester en wethouders van Bergen op Zoom, secretaris, burgermeester, 3. A. Haasnoot b olman

3 NOTA CANNABISBELEID 2007 GEMEENTE BERGEN OP ZOOM GEMEENTE ROOSENDAAL

4 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Inleiding 4 Problematiek 5 Aard van het misdaadprobleem 5 Visie op het beleid 5 Hoofdstuk 2: Landelijk coffeeshopbeleid tot nu toe 6 Gedoogbeleid 6 Ontwikkelingen 6 Hoofdstuk 3: Het bestaande lokale beleid in beide gemeenten tot nu toe 7 Hoofdstuk 4: Evaluatie bestaand beleid, nieuwe ontwikkelingen en het nieuwe beleid Algemeen 8 Hoofdconclusies evaluatie Berenschot/COT Specifiek 10 Integrale aanpak 10 Stringente handhaving 10 Maximaliseren effect sluitingsbeleid/'one strike you are out' 10 Bestrijding verkoop vanuit woningen 11 Aankoop overlast gevende panden 12 Het aantal coffeeshops 13 De locatie van het aantal coffeeshops 13 De voorwaarden voor de gedoogde coffeeshops 13 De openingstijden van de gedoogde coffeeshops 14 Opheffing opgelegde sluiting 14 Betreden gesloten verklaard pand 14 Gewijzigde aard drugshandel 15 Andersoortige verkooppunten (Zie bijlage) 15 Het telen van cannabis 16 Herhaling van overtreding/cumulatie 17

5 Overgangsrecht waarschuwingen en sancties 17 Resevering gedoogstatus gedurende opgelegde sancties 18 Communicatie nieuw beleid 18 Hoofdstuk 5: Regelgeving 19 Inleiding 19 Opiumwet: algemeen 19 Artikel 13b Opiumwet ofwel de wet Damocles 19 De Gemeentewet: algemeen 19 Artikel 174a Gemeentewet: de wet Victoria 20 De algemene plaatselijke verordening 20 Samenwerking 20 Uitgangspunt 21 Taakverdeling bij de handhaving 21 Toezicht en controle 21 Algemene wet bestuursrecht 21 Toe te passen wet- en regelgeving 22 Handhaving gedoogde coffeeshops. 22 Verkoop vanuit voor publiek toegankelijke inrichtingen (excl. gedoogde coffeeshops). 22 Bijlagen 24 AHOJ-G criteria 24 Nieuwe verkooppunten met nieuwe producten 25 Wet en regelgeving 26 bestuursdwangmatrix, behorende bij de beleidsregels cannabisbeleid 29

6 Hoofdstuk 1: Inleiding Sinds de vaststelling van de beleidsnota's over het drugs- en coffeeshopbeleid (in de gemeente Bergen op Zoom in 1996 en in de gemeente Roosendaal in 2000) zijn er vele ontwikkelingen rondom dit thema geweest. Eén ervan is de steeds toenemende drugsoverlast in beide gemeenten waarop in 2002 is besloten om gezamenlijk de bestrijding van (de overlast van) soften harddrugs streng aan te pakken. Daarbij werd meteen uitvoering gegeven aan de motie van de gemeenteraad van de gemeente Roosendaal van 1 november 2001 om op korte termijn "onderzoek te verrichten naar de meest effectieve wijze waarop overlast kan worden gereduceerd en voorkomen". Een extern bureau kreeg in 2002 opdracht om de problematiek in beide gemeenten te inventariseren, te analyseren en met aanbevelingen te komen om de drugsoverlast systematisch en integraal aan te pakken. Deze rapportage is bestuurlijk vertaald in een bestuursopdracht, die door beide gemeentebesturen is vastgesteld in september Deze bestuursopdracht heeft vervolgens geleid tot het project Courage, met als doelstelling het vergroten van het veiligheidsgevoel van de burger en het terugdringen van de drugsoverlast. In de periode tussen 2003 en 2006 blijkt dat er vermoedens bestaan inzake een groot aantal illegale verkooppunten (in ieder geval veel meer dan de 4 gedoogde per gemeente), de komst van smart- en grow- en aanverwante shops, de handel op straat en het stijgend drugstoerisme. Daarnaast zijn er ontwikkelingen inzake de wet- en regelgeving, jurisprudentie en landelijke ontwikkelingen. Dit alles maakt een actualisering van het beleid noodzakelijk. Daarbij wordt een gelijkluidend beleid voor beide gemeenten ontwikkeld, uiteraard rekening houdend met plaatselijke omstandigheden. Dit beleid is verwoord in de in 2005 vastgestelde nota Cannabisbeleid. Omdat het project Courage eindigt is het project in de loop van 2005 geëvalueerd door Bureau Berenschot en het COT. Het COT heeft een Strategische Drugsanalyse uitgevoerd, waarmee de aard en de achtergronden van de drugsscene in beide steden in kaart zijn gebracht.

7 Problematiek De Strategische Drugsanalyse toont aan dat de drugsproblematiek een hardnekkig en structureel probleem is. De drugsproblematiek betreft zowel een misdaadprobleem als een grote bron van overlast. Aard van het misdaadprobleem Het misdaadprobleem kenmerkt zich door omvangrijke: - Softdrugteelt en smokkel; - Sofdrugshandel; - Het runnen van (buitenlandse) softdrugklanten; - Georganiseerde criminaliteit achter de teelt, de handel en export; Illegale verkooppunten; - Witwassen van criminele gelden; Bedreiging, afdreiging, afpersing (ripdeals). Aard van de drugsoverlast De bewoner wordt dagelijks geconfronteerd met en ondervindt overlast door: Dreiging en geweld; - Verkeer-, parkeer-, stank- en geluidsoverlast door drugstoeristen (af en aanrijden, fout of dubbel Parkeren, parkeren op de stoep, urineren op straat, aanbellen aan het verkeerde adres); - Samenscholing; Drugsrunners die personen ongewenst aanspreken; - Verloedering van de buurt. De aard en de omvang van de drugsoverlast en drugscriminaliteit resulteren in gewijzigde visie op het beleid Visie op het beleid De afgelopen jaren heeft Courage zich gericht op het verminderen van de drugsoverlast en het vergroten van het veiligheidsgevoel van de burger. De aard van het misdaadprobleem, de drugsoverlast, het hardnekkige en structurele karakter van de drugsproblematiek leiden tot de conclusie dat Courage in de toekomst de koers moet wijzigen. De aanpak en werkwijze van Courage moet verbreed en verdiept worden. Om het probleem bij de wortel aan te pakken moet Courage zich richten op drugsgerelateerde misdaadbestrijding, waarbij een verdiepingsslag gemaakt moet worden in de aanpak met betrekking tot middencriminaliteit en de georganiseerde misdaad. Om de effecten van de drugscriminaliteit op de woon- en leefomgeving zoveel mogelijk te beheersen dient de scope eveneens gericht te blijven (en versterkt te worden) op het verminderen van de drugsoverlast voor de omwonenden. Om drugscriminaliteit en overlast op de lange termijn te voorkomen dient preventief beleid opgezet te worden om afglijden van risicogroepen naar het criminele circuit te voorkomen. Goede nazorg dient de vicieuze cirkel van het criminele circuit te doorbreken. De gemeenteraden van Bergen op Zoom en Roosendaal hebben in februari 2006 op basis van de evaluatie en de aanbevelingen (voortvloeiend uit de evaluatie en de strategische drugsanalyse) besloten het project Courage voor een periode van vier jaar te continueren. Een van de aanbevelingen betreft het wijzigen van de Cannabisnota. Deze nota, die (deels) integraal overgenomen onderdelen bevat van de in 2005 vastgestelde Cannabisnota, is daarvan de uitwerking.

8 Hoofdstuk 2: Landelijk coffeeshopbeleid tot nu toe Het Nederlandse drugbeleid, zoals dat de afgelopen jaren is gevoerd, staat vermeld in de nota "Het Nederlandse Drugbeleid, continuïteit en verandering" (de zgn. Paarse drugsnota), die in april 1996 door de Tweede Kamer is aanvaard. Daarin staat ook het softdrugs- en coffeeshopbeleid vermeld. Nadien heeft de Tweede Kamer tweemaal een voortgangsrapportage ontvangen met de belangrijkste ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan op het gebied van het Nederlandse Drugsbeleid, respectievelijk de rapportage Drugsbeleid en de rapportage Drugsbeleid Het huidige landelijke beleid past binnen de kaders van de geratificeerde internationale verdragen. Samengevat steunt het Nederlandse drugsbeleid op drie pijlers: het beschermen van de volksgezondheid, het bestrijden van drugscriminaliteit en het tegengaan van overlast. Gedoogbeleid - Het uitgangspunt van de Nederlandse drugswetgeving is een verbod van zowel soft- als harddrugs zoals verwoord in de Opiumwet. De Opiumwet verbiedt het "bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren, aanwezig hebben en vervaardigen van soft- en harddrugs". - Het Openbaar Ministerie (OM) heeft de bevoegdheid om strafrechtelijk op te treden tegen overtredingen van de Opiumwet en is daarom een belangrijke partner bij het (uit)voeren van een coffeeshopbeleid. Ten aanzien van softdrugs is er landelijk een gedoogbeleid, waarbij onder strikte voorwaarden, de verkoop van gebruikershoeveelheden cannabis niet wordt vervolgd. Deze verkoop vindt plaats in een coffeeshop. Onder een coffeeshop wordt verstaan een alcoholvrije horecagelegenheid, waar handel in en gebruik van softdrugs onder voorwaarden plaatsvindt. Het gedoogbeleid wil voorkomen dat softdrugsgebruikers in aanraking komen met een criminele omgeving en wil een strikte scheiding aanbrengen tussen hard- en softdrugs. Hiervoor gelden de zgn. AHOJG-criteria. (Zie bijlage) Lokaal dient het beleid te worden vastgelegd en mogen de landelijke criteria op onderdelen worden aangevuld. Ontwikkelingen Het kabinet Balkenende 2 heeft in het Strategische Akkoord aangegeven dat het ontmoedigingsbeleid ten aanzien van coffeeshops onverkort wordt voortgezet. Ook is aangegeven dat de desbetreffende criteria strikter gehandhaafd zullen worden. Dit voornemen is vertaald in een brief van het kabinet dd. 23 april 2004 welke op 1 juli 2004 is besproken door de Tweede Kamer. Nu het debat is gevoerd kan uitvoering gegeven worden aan de beleidsvoorstellen uit de cannabisbrief. In feite komt het er op neer dat het huidige beleid in aangescherpte vorm moet worden voortgezet. De gemeenten Roosendaal en Bergen op Zoom delen deze mening.

9 Hoofdstuk 3: Het bestaande iokale beleid in beide gemeenten tot nu toe Roosendaal en Bergen op Zoom kennen vigerend beleid ten aanzien van cannabis en coffeeshops en dit beleid past binnen de Paarse drugsnota. Na de vaststelling van de nota Cannabisbeleid door de gemeenten Roosendaal en Bergen op Zoom in 2005 is er sprake van nagenoeg geheel gelijkluidend beleid. Alleen daar waar de couleur locale dat vereist, is specifiek beleid voor een van beide gemeenten geformuleerd. Hoofdpunten van het beleid zijn: Integrale uitvoering van het beleid met een regierol voor de gemeente - Stringente handhaving van het beleid - maximumstelsel: in beide gemeenten wordt een maximum van vier gedoogde coffeeshops gehanteerd - vestigingscrtieria: nieuwe coffeeshops (geen overname bestaande coffeeshop op bestaande locatie) worden niet toegestaan in de kerkdorpen en het buitengebied, binnen een straal van 250 meter van een andere coffeeshop of objecten waar jongeren samenkomen, in straten met (nagenoeg) uitsluitend een woonfunctie en in concentratiegebieden van horeca-inrichtingen en winkels; - de AHOJG-criteria zijn van toepassing op de coffeeshops - handhaving van de sluitingstijden (08.00 uur tot uur) - tegengaan van nieuwe verkooppunten met nieuwe producten (grow- en smartshops, kadoshops en bazaars) - het aangaan van samenwerkingsconvenanten om de bedrijfsmatige teelt van cannabis en de verkoop van drugs uit illegale verkooppunten met alle mogelijke wettelijke middelen te bestrijden (Alijda-convenant, convenant aanpak hennepteelt, convenant vrijplaatsen) - invoering van een vergunningstelsel voor grow-, smart-, head- en kadoshops

10 Hoofdstuk 4: Evaluatie bestaand beleid, nieuwe ontwikkelingen en het nieuwe beleid In 2005 is het project Courage geëvalueerd. Tussen het moment van vaststellen van de nota Cannabisbeleid en het evalueren van het totale project heeft relatief weinig tijd gezeten, waardoor de effecten van het aangescherpte beleid nog niet of hooguit minimaal zichtbaar waren. Daarom wordt voor dit hoofdstuk aansluiting gezocht bij de relevante onderdelen van de door Berenschot en het COT uitgevoerde evaluatie en de doorvertaling daarvan in het doorstartdocument en het plan van aanpak. De evaluatie en de strategische drugsanalyse leiden tot een aantal aanbevelingen, die per onderdeel worden aangegeven. De in de Nota Cannabisbeleid gesignaleerde knelpunten en bijbehorende aanbevelingen die nog niet of nog niet geheel zijn uitgevoerd en nog relevant zijn, worden opnieuw vermeld. 4.1 Algemeen Hoofdconclusies evaluatie Berenschot/COT - De softdrugproblematiek is veel ernstiger - 'harder' - dan de harddrugs problematiek in Roosendaal en Bergen op Zoom. De softdrugproblematiek is in hoge mate een misdaadprobleem, waarvan de kern wordt gevormd door omvangrijke criminele softdrughandel, dito softdrugteelt, het runnen van buitenlandse softdrugklanten en de smokkel van softdrugs. Dit misdaadprobleem veroorzaakt veel overlast en tast ook de leefbaarheid en de legitimiteit van de overheid aan. Dit komt onder meer tot uitdrukking in onrechtgevoelens bij rechtgeaarde burgers, in waardevermindering van het onroerend goed en in mijdgedrag. - De criminele kansen voor - vanuit Roosendaal en Bergen op Zoom - illegaal opererende softdrughandelaren zijn riant. Vele sofdrugstoeristen kopen grote partijen softdrugs in Roosendaal en Bergen op Zoom: ze maken gebruik van de goede ligging, worden gedreven door de goede prijs-kwaliteitverhouding (die het mogelijk maakt met een forse winstmarge gesmokkelde softdrugs in de buitenlandse moederstad te verkopen) en nemen de pakkans op de koop toe. - Deze lokale sofdrugshandelaren hebben geprofiteerd van de volgende omstandigheden. Met de hoge winsten hebben zij allerhande winkel- of horecapanden kunnen kopen, die zij voor hun criminele praktijken benutten. De regelaars vinden eenvoudig plaatsen en mensen voor de teelt van softdrugs, alsook mensen die - deels als katvanger - hand- en spandiensten verrichten: een shoprunnen, drugsrunnen op straat of op de snelweg. De pakkans voor de regelaars van de sofdrugshandel is klein. De politie, met name het Courage Team, heeft weliswaar een redelijk tot goed zicht op allerhande criminele sleutelfiguren, maar het is onder het huidige beleid moeilijk om wat dit betreft de stap te zetten van verdenking naar justitieel of bestuurlijk optreden tegen deze sleutelfiguren. Die criminele sleutelfiguren krijgen daardoor te vaak het idee ermee weg te komen: dat sterkt hen in hun criminele activiteiten en is een lonkend perspectief voor mensen in hun sociale omgeving. - Er is een groot vraagoverschot naar softdrugs aan de legale voordeur: de 4 coffeeshops in Roosendaal en hetzelfde aantal in Bergen op Zoom. Dit leidt in de eerste plaats tot een groot aantal illegale verkooppunten van softdrugs - ook heel opzichtig vanuit horeca- en winkelpanden die wat anders behoren te verkopen. Toch is tot in Lille bekend, bij welke winkel je moet zijn voor softdrugs. In de tweede plaats leidt het tot de klassieke illegale teelt aan de achterdeur: een bekend schadelijk neveneffect van het Nederlandse softdrugsbeleid. - Er is in elk geval spillover van gedoogde coffeeshops naar de illegale verkoop van softdrugs: wat toeristen in de shop niet - behoren te - krijgen, halen ze elders. Het Neder-

11 landse coffeeshopbeleid bindt zo de kat wel heel erg op het spek: je verdient je brood met de verkoop van softdrugs en dan staat er een klant, die bereid is ver te reizen en een zekere pakkans voor lief te nemen, die ook nog eens bereid is fors in te kopen. Wordt er dan 'Nee' verkocht? Wij kunnen geen definitief uitsluitsel geven, maar respondenten denken, dat een meerderheid van de coffeeshops niet altijd 'nee verkoopt' en een aandeel heeft in de illegale handel in softdrugs. Sterker, ze denken ook dat de handel in softdrugs en harddrugs tot op zekere hoogte met elkaar verweven zijn geraakt. Roosendaal telt, voor zover bekend bij de politie, ongeveer 40 panden (aandachtspanden en actieve dealpanden) van waaruit illegaal softdrugs worden verkocht. Een meerderheid van de panden bevindt zich in het centrum, met name aan de Brugstraat, Hoogstraat, Molenstraat de Kalsdonksestraat en de Dr. Schaepmanlaan. Ook op de aanvoerroute naar het centrum, de Boulevard, bevindt zich een concentratie aan illegale verkooppunten. Het betreft over het algemeen cafés, thee- en koffiehuizen, belhuizen of belwinkels, smartshops en growshops. Op de lijst staan ook ongeveer tien woningen. Deze woningen liggen voornamelijk in het Centrum, de Westrand en Kalsdonk. In het centrum wordt (ook) op straat gehandeld in softdrugs. In het centrum staan er snel 25 runners op straat, al wisselt de samenstelling, en is de runnerspopulatie dus aanmerkelijk groter. Bij de politie is in Bergen op Zoom een dertigtal illegale softdrugverkooppunten (aandachtspanden en actieve dealpanden) bekend. Van nog eens 12 panden is niet met zekerheid te zeggen of er handel in hard- of softdrugs plaats vindt. Het betreft dezelfde soort verkoopplaatsen als in Roosendaal, zij het dat het aantal woonhuizen relatief hoger ligt. De panden liggen meer gespreid over verschillende wijken, met name Fort Zeekant, Gageldonk en het Centrum. Op de Boulevard wordt voornamelijk softdrugs verkocht aan weekendgebruikers. In het Centrum heeft softdrugs de overhand: daar neemt het aantal illegale verkooppunten in rap tempo toe (cafés, belwinkels, cadeauwinkels, smart- en growshops, woningen et cetera). Het sofdrugstoerisme naar Roosendaal en Bergen op Zoom is omvangrijk en heeft een grote impact: het grote vraagoverschot naar softdrugs is de motor achter de criminalisering van de lokale sofdrugshandel. Er zijn geen tellingen of op schrift beschikbare gegevens over het aantal drugstoeristen in Roosendaal en Bergen op Zoom. Een schatting van goed ingevoerde (politie)respondenten leverde het volgende op: toeristen per week in Roosendaal en toeristen per week in Bergen op Zoom. Het is (op straat) het drukst in de avonden, vooral na uur: de sluitingstijd van de gedoogde coffeeshops. Drukke dagen zijn donderdag, vrijdag en zaterdag. Ook tijdens de schoolvakanties (in de buurlanden) is het drukker. De frequentie waarmee ze naar Roosendaal en Bergen op Zoom komen, loopt sterk uiteen, alsmede de omvang van hun drugsinkopen. De omvang van de drugstoeristenstroom is in de afgelopen jaren, volgens alle ingevoerde respondenten, vrijwel stabiel gebleven. Het betreft voornamelijk mannen in leeftijd van 16 tot 35 jaar. De Belgische kopers zijn voornamelijk autochtonen. Voorde Fransen geldt dat ongeveer de helft Noordafrikaans is (onder andere uit Marokko en Algerije). De drugstoeristen kopen voornamelijk wiet en in mindere mate hasj. De drugsproblematiek is zowel een misdaadprobleem als de grootste bron van overlast, omdat de overlast en de economische waardevermindering van onroerend goed uiteindelijk zijn terug te voeren op de wijze waarop criminelen de riante mogelijkheden voor (zeer) winstgevende sofdrugscriminaliteit benutten. Verder is het een maatschappelijk probleem omdat de overlast zich heeft ingebed in het "normale" dagelijkse leven. Om de sofdrugsoverlast en -criminaliteit op lange termijn terug te dringen is preventief ingrijpen nodig: voorkom nieuwe aanwas en voorkom dat een first offender een recidivist wordt. Verder is het van belang om de negatieve (criminele) spiraal te doorbreken waar sommigen uit de drugsscene in verkeren.

12 4.2 Specifiek Integrale aanpak De integrale aanpak is een van de belangrijke pijlers waarop een succesvol cannabisbeleid steunt. Het beleid moet integraal worden uitgevoerd om maximaal effect te sorteren, waarbij de gemeente een regierol vervult. De integrale aanpak betekent overleg met instanties die iets kunnen betekenen op het bestuurlijk, fiscaal, privaatrechtelijk of strafrechtelijk vlak. Mogelijke uitbreiding van het (handhaving)overleg is een voortdurend punt van aandacht, omdat het inspelen op wijzigende marktsituaties eventueel vraagt om andere partners. Stringente handhaving Het huidige beleid kent, een sterk repressief karakter en de maatregelen zijn er op gericht om te komen tot een beperkt aantal gedoogde verkooppunten van softdrugs. Niet gedoogde verkooppunten, handel op straat en overlast van drugsrunners en dealers dienen krachtig te worden bestreden. Handhaving is en blijft een speerpunt in de bestrijding van de illegale verkooppunten. Daarbij is de efficiënte samenwerking tussen gemeente, politie, Openbaar Ministerie en belastingdienst van wezenlijk belang. Strafrechtelijke, bestuursrechtelijke en fiscale mogelijkheden worden daarbij naast elkaar ingezet. Daarbij is het noodzakelijk om de bestuurlijke sancties verder aan te scherpen. Daarnaast zet de gemeente andere juridische mogelijkheden in dan alleen de Opiumwet, zoals de wet Bibob, de ruimtelijke ordeningswetgeving en autonome lokale regelgeving (APV). De informatie-uitwisseling zal binnen de wettelijke mogelijkheden optimaal worden benut. Een van de knelpunten is het feit dat dader en pandeigenaar vaak niet dezelfde persoon is en dat daardoor de pandeigenaar, hoewel er in een aantal gevallen hetzij door familiebanden hetzij door andersoortige relaties met de dader sprake is van een band, vaak buiten schot blijft. Strafrechtelijk wordt hierin deels al voorzien door de pandeigenaar aan te pakken wegens medeplichtigheid. Mocht, na minnelijk overleg, het contract niet ontbonden worden, dan wordt aan de eigenaar/verhuurder van het pand een brief verzonden waarin zij op de hoogte gesteld wordt van de handel in drugs uit hun pand. Hierin wordt opgenomen dat zij het risico lopen, indien geen aantoonbare actie richting de huurder wordt ondernomen dat hij of zij op grond van artikel 48 van het wetboek van Strafrecht vervolgd kan worden aan het opzettelijk gelegenheid verschaffen aan de verkoop van drugs. Bezien dient te worden of een eigenaar niet alleen strafrechtelijk vervolgd zou kunnen worden wegens medeplichtigheid, maar ook bestuursrechtelijk aangepakt voor medeplegen of medeplichtigheid. Maximaliseren effect sluitingsbeleid/'one strike you are put' In de praktijk is gebleken dat het hanteren van de huidige handhavingsmatrix pas op lange termijn leidt tot een definitieve sluiting van bedrijfspanden; dit beïnvloedt de effectiviteit van het beleid in negatieve zin. Het financiële verlies voor eigenaren/exploitanten met de sluitingen voor beperkte duur is tot dusver niet zwaar genoeg gebleken om illegale verkooppunten met de kortdurende sluitingen uit de markt te halen en is tevens onvoldoende drukmiddel om nieuwe vestigingen te voorkomen. Voorts is ook de druk die het verkooppunt legt op de omgeving bijzonder zwaar. Zeker in woongebieden wordt de aanwezigheid van een illegaal verkooppunt als zeer belastend ervaren. Zoals in de inleiding al aangegeven lijdt de sociale veiligheid daar ernstig onder. Daarnaast heeft die aanwezigheid ook economisch zeer schadelijke gevolgen, doordat de verkoopwaarde en de verhuurbaarheid van huizen aanzienlijk daaronder leidt. Reeds de 10

13 dreiging van een heropening van het illegale verkooppunt creëert binnen afzienbare tijd een basis voor negatieve economische ontwikkelingen en leidt niet zelden tot een achteruitgang van de verzorgingsstructuur (aanwezigheid van winkels e.d.).daarom wordt het beleid van hanteren van de handhavingsmatrix voor de niet gedoogde verkooppunten verlaten en wordt overgegaan tot het 'one strike you are out'-principe. Dit principe houdt in, dat na een eerste waarschuwing bij een volgende overtreding direct een sluiting voor een periode van vijfjaar wordt opgelegd. De financiële gevolgen van toepassing van dit principe op zich zijn bijzonder zwaar voor eigenaren en exploitanten. Echter, naast het feit dat eigenaren/exploitanten indirect respectievelijk direct financieel voordeel hebben behaald uit de exploitantie van een illegale verkooppunt wordt de zwaarte van de maatregel gerechtvaardigd door: - de brede bekendheid van het beleid (softdrugs mogen alleen worden verkocht in gedoogde coffeeshops); - de aard van de overtreding (drugsgerelateerde criminele handeling met een bedrijfsmatig karakter, strafbaar gesteld bij wet) - het geschonden algemeen belang (openbare orde wordt verstoord, verloedering van het straatbeeld, gevoelens van onveiligheid in de straat/wijk, aantasting geloofwaardigheid overheid, geen controle op de verkoop met alle gevolgen en gevaren voor de volksgezondheid, vergaren van illegale inkomsten en belastingontduiking, aanzuigende werking op het ontstaan van soortgelijke illegale handel, toename straathandel, vermindering waarde onroerend goed) en - de beoogde werking van de maatregel (het terugdringen van de door de criminele handeling veroorzaakte negatieve effecten). Ervaringen uit het verleden leren dat een tijdelijke sluiting niet volstaat als het gaat om een daadwerkelijke en structurele terugdringing van de illegale (soft)drugshandel. De bekendheid van de locatie blijft bestaan. Daarbij komt dat we inmiddels het fenomeen kennen van clustering van illegale verkooppunten (vgï. Molenstraat in Roosendaal): op het moment dat het ene illegale verkooppunt wordt gesloten, is het andere vrijwel daarnaast gelegen verkooppunt weer geopend, zodat er per saldo totaal geen verbetering in de situatie komt. Bij een langdurige sluiting van 5 jaar zal deze verbetering zeker wel merkbaar zijn. Daarnaast is er sprake van een specifieke positie van Bergen op Zoom en Roosendaal als grensgemeenten, dat het probleem van de grensoverschrijdende klandizie voor deze gemeenten exclusief maakt. Bijzondere problemen vereisen bijzondere maatregelen. Voor het bepalen van de duur van de sluiting is aansluiting gezocht bij de Drank- en horecawet. Als een drank- en horecavergunning wordt ingetrokken omdat in de inrichting bijvoorbeeld drugs verhandeld is, kan daarbij bepaald worden dat voor een periode van vijfjaar geen nieuwe drank- en horecavergunning verleend wordt voor de betreffende inrichting. Een periode van vijfjaar wordt wettelijk dus als redelijk gezien, zowel qua duur op zich als qua periode die nodig is om ongewenste verschijnselen echt de kop in te drukken. Bestrijding verkoop vanuit woningen Gelet op het financiële gewin dat met de verkoop van cannabis is te behalen, is het niet onlogisch dat door verkopers steeds opnieuw gezocht wordt naar nieuwe mogelijkheden om verkooppunten te creëren. Nadat de niet gedoogde cannabisverkoop zich verplaatst heeft naar smart- en growshops, belwinkels e.d. komen ook woonhuizen steeds vaker in beeld als verkooplocaties. Tegen de verkoop vanuit woningen kan op dit moment op twee manieren worden opgetreden. De eerste is toepassing van artikel 174a Gemeentewet, dat voorziet in de sluiting van een woning als er sprake is van drugsverkoop gepaard gaande met aantoonbare inbreuken op de openbare orde in de vorm van ernstige overlast, aantasting van de 11

14 veiligheid of gezondheid. In de praktijk blijkt de noodzakelijke dossieropbouw problematisch. Drugsexploitanten hebben er immers geen baat bij dat die inbreuken op de openabre orde zich voordoen en streven er naar die zo minimaal mogelijk te houden, naast het feit dat er sprake is van verborgen overlast omdat door intimidatie en angst buurtbewoners overlast niet altijd durven te melden. Daardoor blijkt, dat dit instrument in de praktijk nauwelijks toepasbaar is.toch moet dit instrument niet terzijde worden gelegd en moet zoveel als mogelijk getracht worden dossiers op te bouwen om in voorkomende gevallen een woning toch te kunnen sluiten. De twee manier is door middel van het handhaven van het bestemmingsplan. Als aan een pand expliciet de bestemming wonen is toegekend, is het verkopen van cannabis strijdig met het bestemmingsplan. Door middel van het opleggen van een dwangsom kan de gemeente tegen het met het bestemmingsplan strijdig gebruik optreden. De hoogte van de dwangsom wordt bepaald aan de hand van de aard van de overtreding, het geschonden belang, de beoogde werking van de dwangsomoplegging en de geschatte draagkracht van de overtreder(s). Door de rechtbank Breda is onlangs uitspraak gedaan in een tegen een opgelegde dwangsom ingesteld beroep. De hoogte van de dwangsom was bepaald op ,= per overtreding, met een maximum van ,=. De rechtbank heeft het beroep verworpen en daarmee bevestigd dat het bestemmingsplan een toepasbaar instrument is om verkoop vanuit woningen tegen te gaan alsmede dat de hoogte van de dwangsom en de daar aan ten grondslag liggende berekening de toets der kritiek kan doorstaan.. Door de regering is inmiddels een wetsvoorstel aan de tweede kamer voorgelegd, dat de reikwijdte van artikel 13b Opiumwet zodanig verruimt, dat het artikel ook toe te passen is op woningen. Daarmee biedt de regering een oplossing voor de het gebrek aan praktische toepasbaarheid van sluiting van een woning op grond van artikel 174a Gemeentewet. Wanneer de Opiumwet gewijzigd is, zal dit instrument direct ingezet worden ter bestrijding van cannabisverkoop vanuit woningen. Uitgangspunt hierbij is, dat ook voor woningen het 'one strike you are out'-principe van toepassing is. De bescherming van het huisrecht op grond van artikel 8 EVRM vereist op zich een zwaardere motivering dan nodig is voor bijvoorbeeld illegale coffeeshops. Toch zijn er een aantal zeer zwaarwegende argumenten om het 'one strike you are out'-principe toe te passen: - de betreffende woningen worden vaak niet als zodanig gebruikt; - er is sprake van bedrijfsmatigheid. - voorkoming van het verplaatsingseffect. Bij een niet gelijke toepassing van de sluitingssystematiek, zal een nog sterkere verplaatsing naar woningen gaan plaatsvinden, met alle negatieve gevolgen van dien (verloedering woonomgeving op steeds meer plaatsen in de stad) Aankoop overlast gevende panden Naast maatregelen in de handhavingssfeer, is het aankopen van overlastgevende panden een mogelijkheid om drugspanden uit de roulatie te halen. De gemeente Roosendaal hanteert daarbij een beleidsregel, waarin het aktief aankoopbeleid nader is uitgewerkt. Voor de uitwerking van het beleid is een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met als uitgangspunten verwerving en zo nodig herbestemming of herontwikkeling. Inmiddels zijn de eerste aankopen een feit en daarmee de eerste overlastgevende panden uit de roulatie gehaald. Bergen op Zoom heeft, mede gelet op de grote geografische spreiding van de overlastgevende panden, er voor gekozen om geen specifiek beleid te ontwikkelen ten aanzien van de aankoop van overlastgevende panden. Van geval tot geval wordt bezien of aankoop als ui- 12

15 terste middel toegepast wordt. Om in te kunnen spelen op zich aandienende aankoopmogelijkheden en aankopen te kunnen verrichten wordt een budget opgenomen in de begroting. Het aantal coffeeshops In beide gemeenten wordt een maximaal aantal van 4 gedoogde shops per gemeente gehanteerd. Dit aantal is gerelateerd aan de landelijk gehanteerde VNG-norm van 1 coffeeshop per a inwoners. Dit aantal is voldoende om de lokale markt te bedienen. Om dit aantal te bereiken is in het verleden ingezet op het zogenaamde uitsterfbeleid, gekoppeld aan een aantal maatregelen. Dit heeft in beide gemeenten geleid tot het gewenste maximale aantal van vier gedoogde coffeeshops. Het gestelde doel is dus inmiddels bereikt. In de praktijk leveren op dit moment de gedoogde coffeeshops zelf nauwelijks overlast op voor de omgeving. Er is geen reden om af te wijken van de VNG-norm die is vastgelegd om te voorzien in de lokale markt. De locatie van het aantal coffeeshops Het beleid gaat uit van de volgende uitgangspunten: Er zullen geen coffeeshops worden toegestaan in een van de kerkdorpen die horen bij Roosendaal en Bergen op Zoom. In het kader van het ontmoedigingsbeleid is de aanwezigheid van een coffeeshop nabij scholen en jeugdcentra ongewenst. Ook is er een minimale afstand tussen de coffeeshops zelf. De vestiging van een coffeeshop aan de rijksgrens is niet alleen strijdig met rijksbeleid, maar kan leiden tot toename van het toerisme vanuit België en Frankrijk en zal de overlast niet doen afnemen. De drugsoverlast vloeit voort uit illegale verkooppunten en runners en dealers rondom de illegale verkooppunten. Ook overdag zijn runners actief om klanten te lokken naar straatdealers en illegale verkooppunten. Daarnaast is de vraag van de drugstoeristen uit België en Frankrijk aanzienlijk groter dan het maximale gedoogde transactiegewicht (5 gram voor gebruik in coffeeshop). Vaak wordt gekocht om in eigen land met winst door te verkopen of voor eigen gebruik voor langere periode. Men rijdt in de meeste gevallen niet zomaar even op en neerom wat softdrugs te kopen. Het overgrote deel van de drugstoeristen blijft dus "aangewezen" op de illegale verkooppunten De reden om geen nieuwe coffeeshops toe te staan in concentratiegebieden van horecainrichtingen (horecapleinen of -straten) en winkels (winkelcentra) is gelegen in het feit, dat de ervaring geleerd heeft dat een coffeeshop in een dergelijk gebied een negatief effect heeft op dat gebied. Niet alleen qua uitstraling, maar ook vanwege het feit dat gebleken is dat als er eenmaal vraag is naar drugs in een bepaald gebied dit niet ophoudt na dagelijkse sluiting van de coffeeshop. Dat betekent dat er vanzelf ook in de directe omgeving vraag komt naar cannabis, waar de markt op zal reageren door aan die vraag te gaan voldoen, al dan niet met medeweten of medewerking van exploitant of winkelier. Uiteindelijk leidt de vestiging van een coffeeshop dan tot meerdere verkooppunten, hetgeen haaks staat op de beleidsuitgangspunten. De voorwaarden voor de gedoogde coffeeshops Nu duidelijkheid bestaat over het aantal coffeeshops en de locatie van vestiging, is het belangrijk te weten onder welke voorwaarden het gedogen plaatsvindt. Het aspect van preventie en kennis van zaken van de coffeeshophouder wordt onderbelicht. Zij zullen klanten duidelijk moeten wijzen op de gevolgen van het gebruik van softdrugs. Daarnaast zullen zij hun deskundigheid moeten aantonen. De AHOJG-criteria gelden landelijk en daarnaast is er nog plaats voor lokaal beleid. 13

16 De openingstijden van de gedoogde coffeeshops Een van de meest besproken voorwaarde wordt specifiek belicht: de openingstijden. In het huidige beleid is sprake van openingstijden van uur 's-morgens tot uur 'savonds. De openingstijden zijn gebaseerd op het feit dat de gedoogde coffeeshops de lokale markt moeten bedienen en dat het binnen deze tijdstippen voor ingezetenen mogelijk moet zijn om softdrugs te kunnen kopen. Het verruimen van de openingstijden van de coffeeshops zou, zeker nabij woningen, te veel overlast veroorzaken voor de omgeving en zou het drugstoerisme bevorderen Uit extern onderzoek blijkt dat het drugstoerisme en -inherent daaraan- de overlast de laatste jaren is toegenomen. Het lijkt dan heel logisch om een direct verband met de openingsuren te leggen. Het extern onderzoek geeft aan dat de oorzaak van de toenemende overlast/drugstoerisme meer is gelegen in het feit dat de gedoogde coffeeshops niet kunnen en mogen voldoen aan de vraag (> 5 gr / andere producten). Dit zou ook de toename van de straathandel en de toename van het aantal smart- en growshops kunnen verklaren. Uitgaande van een goede regulering van de gedoogde coffeeshops, het bedienen van de plaatselijke markt, het indammen van (de overlast van) het drugstoerisme middels de aanpak van illegale verkooppunten en de aanpak van de straathandel is er geen aanleiding om de sluitingsuren weer te verruimen. Anderzijds zijn er ook geen zwaarwegende motieven om de sluitingsuren te verengen. Opheffing opgelegde sluiting In geval van een sluiting van 5 jaar zal het voorkomen dat gedurende de sluitingsperiode verzoeken ingediend worden om de sluiting op te heffen. Zowel door een eventuele eigenaar als door potentiële gebruikers. Tot op heden wordt daarbij het uitgangspunt gehanteerd, dat in ieder geval aangetoond zal moeten worden dat het eerder weer in gebruik nemen van het pand niet opnieuw gaat leiden tot drugshandel c.a.. De gemeente kan er echter ook zelf belang bij hebben dat een sluiting eerder opgeheven wordt. Een gesloten pand tast, zeker wanneer meerdere panden bij elkaar in de omgeving gesloten zijn, de leefbaarheid in de directe omgeving aan en werkt verloedering in de hand. Gelet op adviezen van de Adviescommissie voor de bezwaarschriften en om willekeur te voorkomen is het wenselijk om beleidsmatig vast te leggen wanneer een sluiting voortijdig kan worden opgeheven. Zeker uitgaande van toepassing van het 'one strike your out'-principe, moet het uitgangspunt zijn, dat een sluiting die voor vijfjaar is opgelegd ook echt wordt geëffectueerd en dat alleen bij wijze van uitzondering én in het belang van de leefbaarheid in de omgeving van het gesloten pand de sluiting binnen de periode van vijfjaar kan worden opgeheven. Om voor opheffing van de sluiting in aanmerking te komen wordt aan de volgende voorwaarden voldaan: Opheffing van de sluiting kan inhouden, dat van de gemeente een actieve medewerking nodig is om bijvoorbeeld een bestemmingsplan te wijzigen om een andersoortige invulling van het pand mogelijk te maken. Betreden gesloten verklaard pand Het is verboden om een gesloten verklaard pand te betreden. Er kunnen zich echter situaties voordoen waardoor binnen de termijn van geslotenverklaring een pand toch betreden moet worden. Dat kan bijvoorbeeld zijn in geval van calamiteiten (dringende reden zoals een gesprongen leiding). In dat geval voorziet de Algemene plaatselijke verordening in een ophef- 14

17 fing van het betredingsverbod en daarmee de strafbaarheid. Ook kan het zijn dat dat er sprake is van zwaarwichtige redenen, zoals een verbouwing om het pand zodanig aan te passen dat het een andere functie kan krijgen. Voor dat soort gevallen voorziet de Algemene plaatselijke verordening in een ontheffingsregeling. Om vooreen ontheffing in aanmerking te komen zal een gedetailleerd verzoek om ontheffing moeten worden ingediend, waaruit duidelijk dient te blijken voor wie de ontheffing geldt, voor welk doel en voor welke periode. Gewijzigde aard drugshandel De afgelopen 2 jaren kenmerken zich door een tweetal ontwikkelingen: > ontstaan van andersoortige verkooppunten met nieuwe producten > het telen van cannabis Andersoortige verkooppunten (Zie bijlage) Er zijn verkooppunten waar buiten de verkoop van wettelijk toegestane producten het vermoeden bestaat dat er ook verdovende middelen worden verkocht c.q. wordt gehandeld. In een aantal gevallen is dit inmiddels aangetoond. We noemen enkele voorbeelden: > Grow- en smartshops > Kado-shops en bazaars Uiteraard zijn er ook bonafide ondernemers. Voorop staat dat het beleid erop is gericht om de verkoop van en de handel in drugs buiten de gedoogde coffeeshops zo snel mogelijk te beëindigen, los van de naam die aan een verkooppunt is gegeven. Met andere woorden: slechts van belang is dat het om een voor het publiek toegankelijk lokaal gaat en dat vaststaat dat de Opiumwet wordt overtreden. Dit geldt ook voor de indirecte handel. Zo zijn er aanwijzingen dat growshops strafbare handelingen plegen door het leveren van planten en stekjes, het installeren van voorzieningen voor het aftappen van elektriciteit, het organiseren van de teelt en het afnemen van het eindproduct. Bij de regulering van de smartshops zijn er twee aspecten: a. Het controleren van en optreden tegen de verkoop van wettelijk verboden producten. b. Het tegengaan van de verloedering van het straatbeeld als gevolg van de zogenaamde monofunctionele ontwikkeling van elkaar aantrekkende functies/ondernemingen. Dit geldt overigens ook voor growshops en belhuizen.. Ad a Op het in handel brengen, voorhanden hebben en aanbieden van producten in smartshops is vele wet- en regelgeving van toepassing (Zie bijlage) > Warenwet > Wet op de geneesmiddelenvoorziening > Wet voorkoming misbruik chemicaliën > Wet Ruimtelijke Ordening > Exploitatievergunningenstelsel > Winkeltijdenwet Om succesvol de verkoop van producten, die op basis van wetgeving verboden zijn, aan te pakken is gelet op bovenstaande wetgeving en verschillende bevoegdheden een integrale aanpak en intensieve samenwerking met de verschillende instanties essentieel. Dit betekent dat controles op elkaar afgestemd moeten worden, dat men elkaar informeert en elkaar versterkt. Hier ligt een regierol voor de gemeente. Er zijn diverse producten op de markt waarin cannabis is verwerkt, zoals hennepthee, hennepbier en hennenshampoo. Uit onderzoek is nog niet gebleken dat hierin het verboden werkzame middel THC is verwerkt. Deze nieuwe markt dient nauwlettend te worden gevolgd. 15

18 Duidelijkheid is er wel over de zgn. paddo's. De Hoge Raad heeft in november 2002 een antwoord gegeven op de vraag in welke omstandigheden hallucinogene paddenstoelen nu wel of niet verkocht mogen worden. Het kweken van de paddenstoelen mag en het verkopen van verse paddenstoelen daarmee ook. Het bewerken tot preparaat en het verkopen daarvan mag niet. De grote vraag is dus wanneer er sprake is van het op zodanige manier bewerken van de paddenstoel dat er een preparaat ontstaat. Uit het arrest blijkt dat dit bewerken ruim moet worden uitgelegd, dus dat er snel sprake is van een dergelijke bewerking. Het drogen van de paddenstoel is in dit geval volgens de Hoge Raad een bewerking, omdat hier sprake was van bewust gecreëerde condities om het droogproces te bevorderen, met het oog op conservering van de paddenstoel en latere consumptie. Daarmee vallen paddo's onder de harddrugs. Ad b De vestiging van grow- en smartshops en belhuizen leidt tot een eenzijdig en ongewenst straatbeeld alsmede tot onveiligheidsgevoelens. Het tegengaan van de verloedering van het straatbeeld vraagt om gedegen ruimtelijk vestigingsbeleid, waarbij gebruik gemaakt zal worden juridische instrumenten zoals het bestemmingsplan. Het telen van cannabis Het telen van cannabis is geen nieuwe ontwikkeling, maar wel de mate waarin dit gebeurt. De teelt is omvangrijker geworden en krijgt steeds meer een bedrijfsmatig karakter. Hennepkweek leidt vaak tot stank- en overige overlast zoals brandgevaar voor de buurt, aantasting van het woongenot en kan verloedering van bepaalde wijken tot gevolg hebben. Daarnaast kan sprake zijn van intimidatie van bewoners. Bovendien wordt misbruik van het stelsel van sociale voorzieningen uitgelokt, waarbij uitkeringsgerechtigden "bijverdienen" met de kweek van hennep. Tot slot leidt het illegaal aftappen van stroom tot grote schadeposten voor de elektriciteitsbedrijven. De aanpak zal langs diverse met elkaar samenhangende sporen moeten lopen: zowel strafrechtelijk als civielrechtelijk als fiscaal als bestuursrechtelijk. Er zal sprake moeten zijn van een gecoördineerde en geïntegreerde samenwerking tussen de verschillende instanties, waarbij in eerste instantie ingezet zal worden op het tegengaan van overlast. Het grootste probleem bij de bestrijding van het telen van cannabis is gelegen in het feit of voldoende capaciteit en middelen bij de verschillende organisaties aanwezig is. In het kader van het project Courage wordt ter bestrijding van de teelt van hennep nauw samengewerkt met externen. Deze samenwerking is uitgebreid, geïntensiveerd en vastgelegd in een samenwerkingsconvenant. Nieuwe technische mogelijkheden zoals een warmtemeter worden daarbij ingezet. Gestreefd wordt naar een informatie-uitwisseling tussen gemeenten, politie, OM, energiebedrijf, belastingdienst, sociale recherche en woningcorporaties. ledere organisatie levert vanuit zijn eigen (wettelijke) mogelijkheden een bijdrage aan de bestrijding van de teelt van hennep. Er volgt een veroordeling door de strafrechter, vernietiging van de kwekerij, uitzetting uit de woning, naheffing van gestolen stroom, korten/terugvorderen van de uitkering, opleggen van een belastingaanslag en het opleggen van een dwangsom en toepassen van bestuursdwang door de gemeente. De gemeenten hebben met het bestemmingsplan juridische mogelijkheden om ook bestuursrechtelijk op te treden. Bij constatering van bedrijfsmatige teelt in een pand dat als bestemming "wonen" heeft, kan de gemeente op grond van de Gemeentewet optreden door het toepassen van bestuursdwang of het opleggen van een dwangsom. 16

19 Herhaling van overtreding/cumulatie Tegen overtreding van de gedoogcriteria wordt thans overeenkomstig de beleidsregel en de daarbij behorende bestuursdwangmatrix een handhavingsmaatregel opgelegd. Daarbij kan sprake zijn van herhaling van de overtreding. Bij herhaling van een overtreding is uitdrukkelijk bedoeld herhaling van eenzelfde overtreding in dezelfde inrichting; niet noodzakelijk is herhaling van een overtreding door dezelfde exploitant. Ten aanzien van elke overtreding (ook indien er meerdere tegelijk worden geconstateerd) worden de verschillende stadia van de betreffende matrix doorlopen. Ook kan het zijn dat meerdere soorten overtredingen worden begaan. In dat geval worden de overtredingen gecumuleerd en wordt vanaf de derde overtreding direct een handhavingsmaatregel opgelegd (1 e sanctie, 2 e sanctie bij vierde overtreding en 3 e sanctie bij de vijfde overtreding). Indien sprake is van een overtreding, waarvoor als eerste sanctie een waarschuwing staat, dan kunnen er twee van dit soort overtredingen worden geconstateerd, voordat wordt overgegaan tot de volgende stap. Ter illustratie het volgende bij gedoogde coffeeshops: - overtreding 1: verkoop meer dan vijf gram: waarschuwing - overtreding 2: te grote handelsvoorraad: waarschuwing - overtreding 3: verkoop aan minderjarige: een stap overslaan en eerste sluiting van x maanden. Op deze manier kan een exploitant een reeks van overtredingen begaan voor hem echt effectief een sanctie wordt opgelegd, terwijl juist strikte naleving van de gedoogcriteria noodzakelijk is voor een goed functionerend beleid. Daarom wordt de cumulatieregeling zodanig gewijzigd, dat voor een eerste overtreding gewaarschuwd wordt en dat ongeacht de volgende soort overtreding bij iedere volgende overtreding direct de daarbij behorende sanctie wordt opgelegd. Dat betekent dat een coffeeshop maximaal drie maal in overtreding kan zijn en dan geconfronteerd wordt met een sluiting voor de duur van vijf jaar. De waarschuwing krijgt daarmee een algemeen karakter en is niet meer gebonden aan het soort overtreding. Overgangsrecht De in het verleden, onder het regime van de nota "cannabisbeleid 2005, genomen besluiten strekkende tot het opleggen van een sanctie alsmede waarschuwingen behouden hun kracht ten aanzien van de toepassing van de beleidsregels van de nota cannabisbeleid Dit betekent dat indien op basis van het oude beleid een schriftelijke waarschuwing is gegeven, het betreffende bestuursorgaan bevoegd is om bij een nieuwe overtreding conform de Nota Cannabisbeleid 2007 onmiddellijk een sanctie op te leggen. Indien onder vigeur van het oude beleid al een schriftelijke waarschuwing is gegeven en een eerste sanctie is opgelegd, wordt de volgende overtreding gezien als een derde overtreding en wordt op grond van de matrix de tweede sanctie opgelegd. De teller komt door de inwerkingtreding van de Nota Cannabisbeleid 2007 derhalve niet op nul te staan. De Nota Cannabisbeleid 2007 is van toepassing op overtredingen die worden geconstateerd na de inwerkingtreding van de Nota Cannabisbeleid Dit betekent dat overtredingen die plaatsvinden voor de inwerkingtreding van de Nota Cannabisbeleid 2007, worden afgewerkt aan de hand van de Nota Cannabisbeleid Eenmaal gestarte handhavingprocedures onder het oude beleid (waaronder tevens wordt begrepen een vooraankondiging tot toepassing van bestuursdwang of oplegging van een dwangsom dan wel een uitnodiging om op basis van artikel 4:8 Awb een zienswijze in te dienen) worden op grond van het oude beleid 17

20 afgewikkeld. Het aanhangig maken van een bezwaar- of beroepsprocedure doet daar niet aan af. Werkingsduur schriftelijke waarschuwing Schriftelijke waarschuwingen, waaronder mede begrepen besluiten strekkende tot het opleggen van een sanctie, vervallen twee jaren na de datum waarop de waarschuwing c.q. besluit is gedateerd. Niet noodzakelijk is dat de tweede overtreding door dezelfde exploitant wordt begaan. Met nadruk wordt opgemerkt dat schriftelijke waarschuwingen wel hun werking behouden indien binnen twee jaren na de datum waarop de waarschuwing is gedateerd een nieuwe overtreding wordt geconstateerd, ook indien de handhavingprocedure eerst na het verstrijken van die twee jaren wordt gestart. Met het starten van een handhavingprocedure wordt onder meer bedoeld het nemen van een handhavingsbeleid, dan wel het doen uitgaan van een vooraankondiging tot toepassing van bestuursdwang of het opleggen van een dwangsom dan wel een uitnodiging om op basis van artikel 4:8 Awb schriftelijk of mondeling zienswijzen in te dienen tegen het voornemen om handhavend op te treden. Resevering gedoogstatus gedurende opgelegde sancties Indien een gedoogde coffeeshop een sanctie wordt opgelegd voor een bepaalde tijd zal de coffeeshop worden gesloten. Gedurende een dergelijke sanctie bestaat geen mogelijkheid voor derden om in aanmerking te komen voor de open gevallen plaats. Deze blijft feitelijk gereserveerd voor de gesanctioneerde coffeeshophouder. Na de sluitingperiode zal - op verzoek van de coffeeshophouder - een nieuw Drank en horecaverlof en/of een nieuwe horeca-exploitatievergunning worden verstrekt. Wel onder voorwaarde dat de coffeeshophouder voldoet aan het gestelde in deze nota en aan de wettelijke voorwaarden voor het verkrijgen van een dergelijk verlof en/of vergunning. Communicatie nieuw beleid Inspraakprocedure Met toepassing van de Inspraakverordeningen van de gemeente Roosendaal en de gemeente Bergen op Zoom ligt de concept Nota Cannabisbeleid zes weken ter inzage. Een verslag van de inspraakprocedure zal als bijlage in de definitieve versie worden opgenomen. In het kader van de inspraakprocedure is een conceptnota toegezonden aan: - alle exploitanten van panden die in de afgelopen twee jaar wegens overtreding van de Opiumwet een waarschuwing hebben ontvangen en/of op last van de Burgemeester gesloten zijn geweest; - Officier van Justitie te Breda; - Politie Roosendaal en Bergen op Zoom, team Courage; Koninklijke Horeca Nederland; Roosendaalse Ondernemers Federatie (ROF) respectievelijk BOB-MGH; - diverse advocaten(kantoren); Publicatie Naast de gebruikelijke publicatie in het gemeenteblad, wordt door middel van een publicatie in BN de Stem en op de internetsite van beide gemeenten uitgebreid aandacht besteed aan de nieuwe Nota Cannabisbeleid 18

Damoclesbeleid gemeente Heerhugowaard 2018

Damoclesbeleid gemeente Heerhugowaard 2018 Nr.: INT18-1020 Damoclesbeleid gemeente Heerhugowaard 2018 Hennepteelt en handel in hard- en softdrugs zijn de afgelopen jaren sterk toegenomen en geprofessionaliseerd en daarmee ook de risico s die daar

Nadere informatie

Collegevergadering : 14 oktober 2014 Agendapunt : 9 Portefeuillehouder : drs. J.H.A. van Oostrum Meer informatie bij : A.Holl Telefoon : 0545 250396

Collegevergadering : 14 oktober 2014 Agendapunt : 9 Portefeuillehouder : drs. J.H.A. van Oostrum Meer informatie bij : A.Holl Telefoon : 0545 250396 Zaaknummer : 65344 Raadsvergaderin : 2 december 2014 Agendapunt : g Commissie : Bestuur Onderwerp : Informerende nota coffeeshop Collegevergadering : 14 oktober 2014 Agendapunt : 9 Portefeuillehouder :

Nadere informatie

1. De vestiging van coffeeshops wordt gedoogd indien de coffeeshop voldoet aan de volgende vestigingscriteria:

1. De vestiging van coffeeshops wordt gedoogd indien de coffeeshop voldoet aan de volgende vestigingscriteria: Casenummer 10G200903 Registratienr. 365938 / 365938 Coffeeshop beleid. Artikel 1: definities In deze beleidsregels wordt verstaan onder: 1. harddrugs: middelen vermeld op lijst I en lijst II behorend bij

Nadere informatie

Besluit van de burgemeester

Besluit van de burgemeester Besluit van de burgemeester Datum: 25 maart 2014 Onderwerp: Beleidsregels ex artikel 13b Opiumwet voor lokalen en woningen 2014 De burgemeester van Bergen, Overwegende Dat artikel 13b, eerste lid, van

Nadere informatie

gelet op artikel 13b van de Opiumwet en titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

gelet op artikel 13b van de Opiumwet en titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht; Burgemeester van Schouwen-Duiveland; gelet op artikel 13b van de Opiumwet en titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht; overwegende dat de effecten van illegale verkooppunten van verdovende middelden

Nadere informatie

Notitie coffeeshopbeleid gemeente Koggenland

Notitie coffeeshopbeleid gemeente Koggenland Notitie coffeeshopbeleid gemeente Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Juridisch kader 4 3 De nul-optie 5 4 Handhaving nuloptie-beleid 7 PAGINA 2 1 Inleidi ng In de Nota afstemming coffeeshopbeleid in de politieregio

Nadere informatie

Roosen. daal Raadsmededeling. Datum: 18 juti Bijlage: Beleidsregel "Beleid Toepassing Artikel 13b Opiumwet"

Roosen. daal Raadsmededeling. Datum: 18 juti Bijlage: Beleidsregel Beleid Toepassing Artikel 13b Opiumwet .D- (D (D Gemeente Roosen daal Raadsmededeling Datum: 18 juti 2016 Van Aan: Kopie aan: Burgemeester de raad van de gemeente Onderwerpr Actualisering Can nabisbeleid Bijlage: Beleidsregel "Beleid Toepassing

Nadere informatie

Vast te stellen hieronder opgenomen "Damoclesbeleid lokalen en woningen" op basis van artikel 13b Opiumwet

Vast te stellen hieronder opgenomen Damoclesbeleid lokalen en woningen op basis van artikel 13b Opiumwet Ons kenmerk G.15.01258 ii urn in li ui ii in ii ii Dossiercode: Besluit van de Burgemeester De burgemeester van besluit: Vast te stellen hieronder opgenomen "Damoclesbeleid lokalen en woningen" op basis

Nadere informatie

NOTA CANNABISBELEID GEMEENTE ROOSENDAAL. In werking getreden: 19 februari 2007

NOTA CANNABISBELEID GEMEENTE ROOSENDAAL. In werking getreden: 19 februari 2007 NOTA CANNABISBELEID 2007 GEMEENTE ROOSENDAAL Vastgesteld: 6 februari 2007 In werking getreden: 19 februari 2007 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Inleiding 4 1.1. Inleiding 4 1.2. Problematiek 4 1.3. Aard van

Nadere informatie

Beleidsregel handhaving Wet Damocles

Beleidsregel handhaving Wet Damocles 1 "Al gemeente f(s Heemskerk Beleidsregel handhaving Wet Damocles 15 december 2014 BIVO/2014/30108 Illill Hl lllll lllll lllll lllll Z015994FE86 fë BELEIDSREGEL HANDHAVING WET DAMOCLES Inhoudsopgave Beleidsregel

Nadere informatie

Damoclesbeleid, beleidsregels artikel 13b Opiumwet

Damoclesbeleid, beleidsregels artikel 13b Opiumwet GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Tholen. Nr. 36318 28 april 2015 Damoclesbeleid, beleidsregels artikel 13b Opiumwet De burgemeester van de gemeente Tholen heeft op 13 april 2015 besloten tot

Nadere informatie

Gemeente Medemblik, Coffeeshopbeleid 2012

Gemeente Medemblik, Coffeeshopbeleid 2012 Gemeente Medemblik, Coffeeshopbeleid 2012 Vaststelling: 15 augustus 2012 Publicatie: 23 augustus 2012 Inwerkingtreding: 24 augustus 2012 Inhoud Samenvatting Inleiding 1. Nederlands drugsbeleid 2. Vormen

Nadere informatie

Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet in de B5-gemeenten. Vastgesteld gewijzigde versie door de burgemeester op 27 mei 2014

Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet in de B5-gemeenten. Vastgesteld gewijzigde versie door de burgemeester op 27 mei 2014 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Tilburg. Nr. 32905 12 juni 2014 Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet in de B5-gemeenten Breda Eindhoven Helmond s-hertogenbosch Tilburg Gemeente Tilburg Vastgesteld

Nadere informatie

Beleidsregel handhaving wet Damocles gemeente Beverwijk 2018

Beleidsregel handhaving wet Damocles gemeente Beverwijk 2018 Beleidsregel handhaving wet Damocles gemeente Beverwijk 2018 Artikel 1 Algemeen Binnen gemeentegrenzen is sprake van drugshandel. Drugshandel wordt binnen gemeenten alleen gedoogd vanuit een coffeeshop.

Nadere informatie

Beleid inzake bestuurlijke handhaving van artikel 13B Opiumwet

Beleid inzake bestuurlijke handhaving van artikel 13B Opiumwet CVDR Officiële uitgave van Bernheze. Nr. CVDR437645_1 12 juni 2018 Beleid inzake bestuurlijke handhaving van artikel 13B Opiumwet Inhoud 1. Inleiding 3 2. Juridische kader 3 3. Handhavingsbeleid artikel

Nadere informatie

Nota van de Burgemeester

Nota van de Burgemeester gemeente Haarlemmermeer Nota van de Burgemeester onderwerp Damoclesbeleid gemeente Haarlemmermeer Burgemeester drs. Theo Weterings Datum besluit 30 augustus 201 6 inlichtingen C. Bremer (carola.bremer@haarlemmermeer.nl)

Nadere informatie

Overwegingen: een beleidsregel bij handhaven van artikel 13b Opiumwet bij een woning of een al dan niet voor publiek toegankelijk lokaal is wenselijk;

Overwegingen: een beleidsregel bij handhaven van artikel 13b Opiumwet bij een woning of een al dan niet voor publiek toegankelijk lokaal is wenselijk; Beleidsregels artikel 13b Opiumwet De burgemeester van De Ronde Venen; Gelezen het advies van; Gelet op de artikelen 13b Opiumwet, 4:81 Algemene wet bestuursrecht; Overwegingen: een beleidsregel bij handhaven

Nadere informatie

Besluit van de burgemeester van de gemeente Sittard-Geleen houdende regels omtrent Damoclesbeleid Sittard-Geleen

Besluit van de burgemeester van de gemeente Sittard-Geleen houdende regels omtrent Damoclesbeleid Sittard-Geleen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Sittard-Geleen Nr. 246250 16 november 2018 Besluit van de burgemeester van de gemeente Sittard-Geleen houdende regels omtrent Damoclesbeleid Sittard-Geleen

Nadere informatie

Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet gemeenten basisteam Veluwe - Noord Elburg Epe Hattem Heerde Nunspeet Oldebroek

Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet gemeenten basisteam Veluwe - Noord Elburg Epe Hattem Heerde Nunspeet Oldebroek Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet gemeenten basisteam Veluwe - Noord Elburg Epe Hattem Heerde Nunspeet Oldebroek Vastgesteld door het college van burgemeesters en wethouders van de gemeente Hattem op

Nadere informatie

Bekendmaking beleidsregels artikel 13b Opiumwet gemeente Weststellingwerf 2016

Bekendmaking beleidsregels artikel 13b Opiumwet gemeente Weststellingwerf 2016 Bekendmaking beleidsregels artikel 13b Opiumwet gemeente Weststellingwerf 2016 Datum vaststelling: 26-05-2016 Inwerkingtreding: 02-06-2016 Kenmerk besluit: 2016-006596/c Publicatiedatum: 01-06-2016 Bijlage

Nadere informatie

dat door toepassing van artikel 174a Gemeentewet herhaling van overlast vanuit en rond woningen en lokalen kan worden voorkomen;

dat door toepassing van artikel 174a Gemeentewet herhaling van overlast vanuit en rond woningen en lokalen kan worden voorkomen; Victoriabeleid Alkmaar De burgemeester van Alkmaar Overwegende: dat overlast vanuit en rond woningen en lokalen een zeer ernstige inbreuk vormt op de leefbaarheid van een wijk en op de veiligheidsgevoelens

Nadere informatie

Bestuursrechtelijke sancties artikel 13B Opiumwet

Bestuursrechtelijke sancties artikel 13B Opiumwet Bestuursrechtelijke sancties artikel 13B Opiumwet Titel: Bestuursrechtelijke sancties artikel 13B Opiumwet Vastgesteld: 31-05-2016 Treedt in werking: 7 juni 2016 Wettelijke basis: Artikel 13B Opiumwet

Nadere informatie

Gemeente J Eergen op Zoom

Gemeente J Eergen op Zoom Gemeente J Eergen op Zoom RMD06-0047 Datum 5 april 2006 Nr,: 06-40 Van Aan Kopie aan Onderwerp Het college van B&W De raads- en duoburgerleden A. Beukman Informatie gemeenteraad m.b.t. de situatie Venlo

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr

GEMEENTEBLAD. Nr GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Echt-Susteren. Nr. 176258 15 december 2016 Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Echt-Susteren houdende regels voor aanpak van

Nadere informatie

NUL-BELEID COFFEESHOPS. Gemeente Bellingwedde

NUL-BELEID COFFEESHOPS. Gemeente Bellingwedde NUL-BELEID COFFEESHOPS Gemeente Bellingwedde 2014 Aanleiding In archiefstukken wordt aangegeven dat de gemeente Bellingwedde een nul-beleid hanteert voor coffeeshops. Echter is er in het archief geen raadsbesluit

Nadere informatie

Beleidsnota Bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet

Beleidsnota Bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet Beleidsnota Bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet versie 24 januari 2014 Inhoudsopgave 1. Algemeen... 2 2. Doelstelling van artikel 13b Opiumwet... 2 3. Juridisch kader... 3 4. Handhavingsarrangement

Nadere informatie

Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet gemeenten basisteam Veluwe - Noord Elburg Epe Hattem Heerde Nunspeet Oldebroek

Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet gemeenten basisteam Veluwe - Noord Elburg Epe Hattem Heerde Nunspeet Oldebroek Beleidsregels Artikel 13b Opiumwet gemeenten basisteam Veluwe - Noord Elburg Epe Hattem Heerde Nunspeet Oldebroek 1. Inleiding De gemeenteraden van Elburg, Epe, Hattem, Heerde, Nunspeet en Oldebroek hebben

Nadere informatie

Beleidsregel artikel 13B Opiumwet gemeente Mill en Sint Hubert

Beleidsregel artikel 13B Opiumwet gemeente Mill en Sint Hubert Beleidsregel artikel 13B Opiumwet gemeente Mill en Sint Hubert Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Juridisch kader 3. Nul optiebeleid coffeeshops 4. Handhavingsbeleid artikel 13b van de Opiumwet 5. Afwijkingsbevoegdheid

Nadere informatie

Beleidsregel bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet GEMEENTE HEEZE-LEENDE

Beleidsregel bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet GEMEENTE HEEZE-LEENDE Beleidsregel bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet GEMEENTE HEEZE-LEENDE De burgemeester van de gemeente Heeze-Leende; Gelet op artikel 13b Opiumwet en artikel 2 Politiewet; BESLUIT: Vast te

Nadere informatie

Beleidsregel handhaving Opiumwet bij hennepplantages in woningen en lokalen gemeente Alkmaar

Beleidsregel handhaving Opiumwet bij hennepplantages in woningen en lokalen gemeente Alkmaar GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Alkmaar Nr. 116556 12 juli 2017 Beleidsregel handhaving Opiumwet bij hennepplantages in woningen en lokalen gemeente Alkmaar De burgemeester van Alkmaar;

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten Beleidsregels artikel 13b Opiumwet De burgemeester van Houten; gelet op de artikel 13b Opiumwet en artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht; overwegende: dat artikel 13b, eerste lid, van de Opiumwet de

Nadere informatie

B&W 01 juli 2008 Gemeenteblad BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET M.B.T. WONINGEN HELMOND 2008

B&W 01 juli 2008 Gemeenteblad BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET M.B.T. WONINGEN HELMOND 2008 Jaar: 2008 Nummer: 44 Besluit: B&W 01 juli 2008 Gemeenteblad BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET M.B.T. WONINGEN HELMOND 2008 Burgemeester en wethouders van Helmond; Besluit Vast te stellen de Beleidsregel

Nadere informatie

Naam steller Afdelingsmanager Afdeling Portefeuillehouder

Naam steller Afdelingsmanager Afdeling Portefeuillehouder B en W Voorblad Onderwerp Damoclesbeleid 13b Opiumwet Datum Kenmerk B en W datum 1 oktober 2013 8 oktober 2013 Naam steller Afdelingsmanager Afdeling Portefeuillehouder Monique Janssen Sjaak van Meijel

Nadere informatie

Oplegvel Informatienota

Oplegvel Informatienota Onderwerp Beleidsregels Handhaving Opiumwet Oplegvel Informatienota Portefeuille mr. B. B. Schneiders Auteur Dhr. J.A.M. Lubbers Telefoon 5113815 E-mail: jlubbers@haarlem.nl VVH/VHR Reg.nr. 2009/2531 ZONDER

Nadere informatie

Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet Gemeente Tiel

Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet Gemeente Tiel Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet Gemeente Tiel Beleidsregel art. 13b Opiumwet Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Doel handhavingsbeleid... 3 3. Algemene uitgangspunten voor bestuursrechtelijk

Nadere informatie

- de Beleidsregels Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet ;

- de Beleidsregels Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet ; Gemeenteblad Nijmegen Jaartal / nummer 2012 / 113 Naam Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet Publicatiedatum 20 december 2012 Opmerkingen - Besluit van de Burgemeester van 18 december

Nadere informatie

DAMOCLESBELEID Hof van Twente Artikel 13b Opiumwet

DAMOCLESBELEID Hof van Twente Artikel 13b Opiumwet DAMOCLESBELEID Hof van Twente Artikel 13b Opiumwet Gemeente Hof van Twente september 2013 De burgemeester van Hof van Twente gelet op artikel 13b, eerste lid van de Opiumwet, in overeenstemming met de

Nadere informatie

Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet

Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Uden Nr. 72039 27 maart 2019 Beleidsregel Bestuurlijke handhaving artikel 13b Opiumwet Tekstplaatsing Zaakdossier: D00116735 De burgemeester van Uden; overwegende

Nadere informatie

vast te stellen de volgende beleidsregels voor het toepassen van artikel 13b, eerste lid van de Opiumwet, onder de naam DAMOCLESBELEID

vast te stellen de volgende beleidsregels voor het toepassen van artikel 13b, eerste lid van de Opiumwet, onder de naam DAMOCLESBELEID VI 1. - i G E M E E N T E B O R N E Nummer: 14int03597 De Burgemeester van Borne gelet op artikel 13b, eerste lid van de Opiumwet, in overeenstemming met de in het lokale driehoeksoverleg en het districtelijk

Nadere informatie

Beleidsregels Wet Damocles (art. 13b Opiumwet)

Beleidsregels Wet Damocles (art. 13b Opiumwet) Beleidsregels Wet Damocles (art. 13b Opiumwet) Gemeente Apeldoorn Vastgesteld door de burgemeester op 18-1-2017 Vastgesteld in de driehoek op.. 2017 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Juridisch kader...

Nadere informatie

Handhavingsbeleid drugs en overige (woon)overlast

Handhavingsbeleid drugs en overige (woon)overlast CVDR Officiële uitgave van Heerlen. Nr. CVDR203206_1 12 juli 2016 Handhavingsbeleid drugs en overige (woon)overlast Inhoudsopgave 1. Inleiding -02-1.1. Vooraf -02-1.2. Beleidsmatig onderscheid -02-1.3.

Nadere informatie

Toelichting op Beleidsregels voor de toepassing van een last onder. bestuursdwang en bestuurlijke waarschuwing ingevolge artikel 13b

Toelichting op Beleidsregels voor de toepassing van een last onder. bestuursdwang en bestuurlijke waarschuwing ingevolge artikel 13b Toelichting op Beleidsregels voor de toepassing van een last onder bestuursdwang en bestuurlijke waarschuwing ingevolge artikel 13b Opiumwet (de wet Damocles) Het Nederlandse drugsbeleid richt zich op

Nadere informatie

Vast te stellen de beleidsregel bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet (Damoclesbeleid)

Vast te stellen de beleidsregel bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet (Damoclesbeleid) De burgemeester van de Gemeente Valkenswaard; Gelet op artikel 13b Opiumwet en artikel 2 Politiewet; BESLUIT: Vast te stellen de beleidsregel bestuurlijke handhaving van artikel 13b Opiumwet (Damoclesbeleid)

Nadere informatie

TOELICHTING Tweede wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Heusden 2016 (APV)

TOELICHTING Tweede wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Heusden 2016 (APV) TOELICHTING Tweede wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Heusden 2016 (APV) A In artikel 1:6, onderdeel d, wordt na gemaakt binnen ingevoegd: of gedurende. De volledige tekst van de bepaling

Nadere informatie

Damoclesbeleid Medemblik 2016

Damoclesbeleid Medemblik 2016 Damoclesbeleid Medemblik 2016 Bevoegdheid van de burgemeester tot sluiting van lokalen en woningen op grond van artikel 13b Opiumwet Zaaknummer: Z-11-69886 Damoclesbeleid gemeente Medemblik Aanleiding

Nadere informatie

NO DRUGS. Plan van aanpak drugsproblematiek

NO DRUGS. Plan van aanpak drugsproblematiek NO DRUGS Plan van aanpak drugsproblematiek Inleiding De gemeenten Bergen op Zoom en Roosendaal hebben het voornemen hun coffeeshops in 2009 te sluiten. Dit kan leiden tot negatieve effecten voor de illegale

Nadere informatie

Beleidsregel Victoriabeleid Valkenburg aan de Geul 2016

Beleidsregel Victoriabeleid Valkenburg aan de Geul 2016 Beleidsregel Victoriabeleid Valkenburg aan de Geul 2016 Beleidsregels van de burgemeester van Valkenburg aan de Geul voor de uitvoering van artikel 174a van de Gemeentewet, dat de burgemeester de bevoegdheid

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr Damoclesbeleid 2013 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN HOOFDSTUK 2 WONINGEN. 20 december 2013

GEMEENTEBLAD. Nr Damoclesbeleid 2013 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN HOOFDSTUK 2 WONINGEN. 20 december 2013 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hellendoorn. Nr. 4481 20 december 2013 Damoclesbeleid 2013 Nijverdal, 17 december 2013 Nr. 13INT04099 De Burgemeester van Hellendoorn, gelet op artikel 13b,

Nadere informatie

BELEIDSREGELS en HANDHAVINGSARRANGEMENT ARTIKEL 13B OPIUMWET Gemeente Vianen

BELEIDSREGELS en HANDHAVINGSARRANGEMENT ARTIKEL 13B OPIUMWET Gemeente Vianen BELEIDSREGELS en HANDHAVINGSARRANGEMENT ARTIKEL 13B OPIUMWET Gemeente Vianen De burgemeester van Vianen, Gelet op de artikelen 13b Opiumwet, 4:81 Algemene wet bestuursrecht; Artikel 13b, eerste lid, van

Nadere informatie

Handhavingsarrangement drugs 2008 Partners Doel van het handhavingsarrangement Taakverdeling bij de handhaving

Handhavingsarrangement drugs 2008 Partners Doel van het handhavingsarrangement Taakverdeling bij de handhaving GEMEENTE HOOGEVEEN Handhavingsarrangement drugs 2008 Partners - Gemeente Hoogeveen - Openbaar Ministerie Drenthe - district Zuid-West Drenthe Doel van het handhavingsarrangement In de vergadering van de

Nadere informatie

DAMOCLESBELEID GEMEENTE LEEK 2013 t.a.v. het sluiten van woningen en lokalen

DAMOCLESBELEID GEMEENTE LEEK 2013 t.a.v. het sluiten van woningen en lokalen DAMOCLESBELEID GEMEENTE LEEK 2013 1.1 Inleiding Evenals andere Nederlandse gemeenten ziet de gemeente Leek zich geconfronteerd met drugscriminaliteit die (mede) plaatsvindt in of wordt georganiseerd vanuit

Nadere informatie

De Burgemeester besluit: 1. op grond van artikel 13b Opiumwet vast te stellen het Sanctiebesluit Coffeeshops 2013, dat luidt als volgt:

De Burgemeester besluit: 1. op grond van artikel 13b Opiumwet vast te stellen het Sanctiebesluit Coffeeshops 2013, dat luidt als volgt: B en W. nr. 13.0496 d.d, 11-6-2013 BB.nr. 13.044 Onderwerp Vaststelling Sanctiebesluit Coffeeshops 2013 Burgemeester en wethouders besluiten: Behoudens van de commissie 1. kennis te nemen van het besluit

Nadere informatie

Damoclesbeleid Echt-Susteren

Damoclesbeleid Echt-Susteren Geme ^Echt-Susteren Damoclesbeleid Echt-Susteren Artikel 13b Opiumwet 1 ste wijziging Damoclesbeleid Echt-Susteren Inhoudsopgave Artikel 1: Algemeen 3 Artikel 2: Lokalen 5 Softdrugs 5 Harddrugs 5 ArtikelS:

Nadere informatie

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Juridisch kader Op basis van de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet is het verboden een middel als bedoeld in de bij deze wet behorende lijst I en II, dan wel aangewezen

Nadere informatie

Beleidsregels ter voorkoming en bestrijding van drugsoverlast, -handel, en productie.

Beleidsregels ter voorkoming en bestrijding van drugsoverlast, -handel, en productie. Reg.nr.: O-BOC/2015/4211 Damoclesbeleid Boxmeer, ex Artikel 13 b Opiumwet Beleidsregels ter voorkoming en bestrijding van drugsoverlast, -handel, en productie. DE BURGEMEESTER VAN BOXMEER Overwegende:

Nadere informatie

Damoclesbeleid. Beleidsregels artikel 13 b Opiumwet Basisteam Bergen op Zoom

Damoclesbeleid. Beleidsregels artikel 13 b Opiumwet Basisteam Bergen op Zoom Damoclesbeleid Beleidsregels artikel 13 b Opiumwet Basisteam Bergen op Zoom Gemeente Steenbergen Vastgesteld door basisteam Bergen op Zoom op 9 februari 2015 Vastgesteld door de burgemeester op 13 april

Nadere informatie

Beleidsregel artikel 13b Opiumwet inzake een woning of lokaal 2011

Beleidsregel artikel 13b Opiumwet inzake een woning of lokaal 2011 Beleidsregel artikel 13b Opiumwet inzake een woning of lokaal 2011 De van de gemeente Capelle aan den IJssel, gelezen het voorstel van Team Integrale Veiligheid van de afdeling Bestuur- en Concernondersteuning,

Nadere informatie

Damoclesbeleid Gemeente Sluis

Damoclesbeleid Gemeente Sluis Damoclesbeleid Gemeente Sluis Inhoudsopgave 1. Algemeen 2 2. Doel van Wet Damocles 2 2.1 Inleiding 2 2.2 Doel van Wet Damocles 2 2.2.1 Algemeen 2 2.2.2 Doel van het gemeentelijk Damoclesbeleid 3 3. Wet

Nadere informatie

vast te stellen de volgende beleidsregels voor het toepassen van artikel 13b, eerste lid van de Opiumwet, onder de naam

vast te stellen de volgende beleidsregels voor het toepassen van artikel 13b, eerste lid van de Opiumwet, onder de naam Gemeente Loon op Zand De Burgemeester van Loon op Zand, overwegende: dat artikel 13b, eerste lid, van de Opiumwet de burgemeester de bevoegdheid geeft om een last onder bestuursdwang toe te passen indien

Nadere informatie

Damoclesbeleid gemeente Waalre (Handhavingsbeleid op artikel 13b Opiumwet)

Damoclesbeleid gemeente Waalre (Handhavingsbeleid op artikel 13b Opiumwet) Damoclesbeleid gemeente Waalre (Handhavingsbeleid op artikel 13b Opiumwet) Vastgesteld door de burgemeester d.d. Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Juridisch kader 2 3. Damoclesbeleid (Handhavingsbeleid artikel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 24 077 Drugbeleid Nr. 293 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

Beleidsregels artikel 13b Opiumwet Twenterand 2012

Beleidsregels artikel 13b Opiumwet Twenterand 2012 Beleidsregels artikel 13b Opiumwet Twenterand 2012 De burgemeester van Twenterand; Gelet op artikel 13b Opiumwet en artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht; Overwegende: 1. dat artikel 13b lid 1 Opiumwet

Nadere informatie

Beleidsregel. Beleidsregels van de burgemeester van Simpelveld voor de toepassing van. artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet

Beleidsregel. Beleidsregels van de burgemeester van Simpelveld voor de toepassing van. artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet Beleidsregel Beleidsregels van de burgemeester van Simpelveld voor de toepassing van artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet Vastgesteld 29 april 2014 Inhoudsopgave Begrippenlijst 1. Inleiding Aanpak

Nadere informatie

Beleidsregel. Sluiting van voor het publiek toegankelijke gebouwen

Beleidsregel. Sluiting van voor het publiek toegankelijke gebouwen Beleidsregel Sluiting van voor het publiek toegankelijke gebouwen De aanpak van ondermijning OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID Concernstaf, Openbare orde & veiligheid Inhoudsopgave De beleidsregel 2 Bijlage

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR459391_1. Damoclesbeleid Maasgouw 2012

CVDR. Nr. CVDR459391_1. Damoclesbeleid Maasgouw 2012 CVDR Officiële uitgave van Maasgouw. Nr. CVDR459391_1 28 november 2017 Damoclesbeleid Maasgouw 2012 De Burgemeester van Maasgouw: Overwegende: gezien de uitgangspunten van het Hennepconvenant Limburg 2012

Nadere informatie

Sanctiebesluit Leiderdorp 2016 Drank en horeca

Sanctiebesluit Leiderdorp 2016 Drank en horeca GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Leiderdorp. Nr. 282 2 januari 2017 Sanctiebesluit Leiderdorp 2016 Drank en horeca Inleiding Een eerder Sanctiebesluit van gemeente Leiderdorp, relatief kort

Nadere informatie

Naam Beleidsregel handhaving Horeca-inrichtingen, waarop de vergunningplicht van artikel 3 Dranken Horecawet van toepassing is (2007)

Naam Beleidsregel handhaving Horeca-inrichtingen, waarop de vergunningplicht van artikel 3 Dranken Horecawet van toepassing is (2007) Gemeenteblad Nijmegen Jaartal / nummer 2007 / 83 Naam Beleidsregel handhaving Horeca-inrichtingen, waarop de vergunningplicht van artikel 3 Dranken van toepassing is (2007) Publicatiedatum 30 mei 2007

Nadere informatie

Beleidsregels artikel 13b Opiumwet Nissewaard gelet op artikel 13b van de Opiumwet en op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Beleidsregels artikel 13b Opiumwet Nissewaard gelet op artikel 13b van de Opiumwet en op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht; CVDR Officiële uitgave van Nissewaard. Nr. CVDR485007_1 29 mei 2018 Beleidsregels artikel 13b Opiumwet Nissewaard 2017 De burgemeester van de gemeente Nissewaard; gelet op artikel 13b van de Opiumwet en

Nadere informatie

STAPPENPLAN 13b OPIUMWET

STAPPENPLAN 13b OPIUMWET December 2018 STAPPENPLAN 13b OPIUMWET De Opiumwet geeft de burgemeester een bevoegdheid om een last onder bestuursdwang op te leggen bij een overtreding van die wet. Dit stappenplan beschrijft te nemen

Nadere informatie

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet

Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Juridisch kader Op basis van de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet is het verboden een middel als bedoeld in de bij deze wet behorende lijst I en lijst II, dan wel

Nadere informatie

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL COFFEESHOPS HELMOND besluit vast te stellen de Beleidsregel handhavingsprotocol coffeeshops Helmond 2008

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL COFFEESHOPS HELMOND besluit vast te stellen de Beleidsregel handhavingsprotocol coffeeshops Helmond 2008 Jaar: 2008 Nummer: 45 Besluit: B&W 01 juli 2008 Gemeenteblad BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL COFFEESHOPS HELMOND 2008 Burgemeester en wethouders van Helmond; besluit vast te stellen de Beleidsregel handhavingsprotocol

Nadere informatie

gelet op artikel 13b van de Opiumwet en Titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

gelet op artikel 13b van de Opiumwet en Titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Haren Nr. 80224 17 april 2018 Gemeente Haren - Damoclesbeleid De burgemeester van de gemeente Haren, gelet op artikel 13b van de Opiumwet en Titel 4.3 van

Nadere informatie

Beleidsregel handhavingprotocol coffeeshopbeleid en Opiumwet (Damoclesbeleid).

Beleidsregel handhavingprotocol coffeeshopbeleid en Opiumwet (Damoclesbeleid). Beleidsregel handhavingprotocol coffeeshopbeleid en Opiumwet (Damoclesbeleid). De burgemeester van de gemeente Asten, Gelet op artikel 13b van de Opiumwet en artikel 2 Politiewet, Besluit vast te stellen:

Nadere informatie

dat de navolgende criteria gelden bij de beoordeling van de vraag of tegen een coffeeshop wordt opgetreden:

dat de navolgende criteria gelden bij de beoordeling van de vraag of tegen een coffeeshop wordt opgetreden: CVDR Officiële uitgave van Sittard-Geleen. Nr. CVDR172726_1 15 mei 2018 Damoclesbeleid Sittard-Geleen Damoclesbeleid Sittard-Geleen Artikel 13b Opiumwet De burgemeester van Sittard-Geleen: Overwegende:

Nadere informatie

HANDHAVINGSARRANGEMENT GEMEENTE ALMERE 2013

HANDHAVINGSARRANGEMENT GEMEENTE ALMERE 2013 HANDHAVINGSARRANGEMENT GEMEENTE ALMERE 2013 1. Inleiding Het thema handhaving is tamelijk omvangrijk. Het handhavingsvraagstuk krijgt in de bestuursrechtelijke praktijk steeds nadrukkelijker de aandacht.

Nadere informatie

Artikel 13b Opiumwet (de wet Damocles) is het juridische instrument om bestuurlijk op te treden tegen illegale verkooppunten van verdovende middelen.

Artikel 13b Opiumwet (de wet Damocles) is het juridische instrument om bestuurlijk op te treden tegen illegale verkooppunten van verdovende middelen. STAPPENPLAN 13b OPIUMWET Artikel 13b Opiumwet (de wet Damocles) is het juridische instrument om bestuurlijk op te treden tegen illegale verkooppunten van verdovende middelen. Artikel 13b is toepasbaar

Nadere informatie

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL COFFEESHOPS HELMOND Besluit: vast te stellen de Beleidsregel handhavingsprotocol coffeeshops Helmond 2009

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL COFFEESHOPS HELMOND Besluit: vast te stellen de Beleidsregel handhavingsprotocol coffeeshops Helmond 2009 Jaar: 2009 Nummer: 21 Besluit: B&W 17 februari 2009 Gemeenteblad BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL COFFEESHOPS HELMOND 2009 Het college van burgemeester en wethouders van Helmond; Besluit: vast te stellen

Nadere informatie

gelet op artikel 13b van de Opiumwet en het Hennepconvenant Limburg 2012;

gelet op artikel 13b van de Opiumwet en het Hennepconvenant Limburg 2012; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Leudal Nr. 243312 15 november 2018 DAMOCLESBELEID 2018 GEMEENTE LEUDAL (inzake toepassing artikel 13b Opiumwet) De burgemeester van Leudal, Overwegende, dat

Nadere informatie

Rectificatie: Besluit tot wijziging van het Damoclesbeleid 2018

Rectificatie: Besluit tot wijziging van het Damoclesbeleid 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Enschede Nr. 35315 14 februari 2019 Rectificatie: Besluit tot wijziging van het Damoclesbeleid 2018 [Deze bekendmaking betreft een rectificatie vanwege het

Nadere informatie

Handhavingsbeleid drugs en overige (woon)overlast

Handhavingsbeleid drugs en overige (woon)overlast Beleidsregels van de burgemeester van Vaals voor de toepassing van artikel 3b Opiumwet en artikel 74a Gemeentewet Inhoudsopgave Blz.. Inleiding 3 t/m 6 Vooraf 3 t/m 5 Beleidsmatig onderscheid 5 Relatie

Nadere informatie

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET HELMOND 2012

BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET HELMOND 2012 BELEIDSREGEL HANDHAVINGSPROTOCOL OPIUMWET HELMOND 2012 Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van Helmond, ieder voor zover bevoegd; b e s l u i t vast te stellen de Beleidsregel

Nadere informatie

Met politie en woningcorporaties zijn wij in overleg om de gegevensuitwisseling binnen de kaders van de Wet Politiegegevens te optimaliseren.

Met politie en woningcorporaties zijn wij in overleg om de gegevensuitwisseling binnen de kaders van de Wet Politiegegevens te optimaliseren. DORDRECHT Retouradres: Postbus 8 Aan de gemeenteraad 3300 AA DORDRECHT Gemeentebestuur Spuiboulevard 300 3311 GR DORDRECHT T 14078 F (078) 770 8080 www.dordrecht. nl Datum 13 oktober 2015 Ons kenmerk SBC/1499024

Nadere informatie

Beleidsregels hennepplantages woningen en lokalen

Beleidsregels hennepplantages woningen en lokalen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Haarlem. Nr. 64600 17 juli 2015 Beleidsregels hennepplantages woningen en lokalen Inleiding Sinds jaar en dag wordt in de gemeente Haarlem bestuursdwang toegepast

Nadere informatie

HANDHAVING GEDOOGVOORWAARDEN COFFEESHOPS Resultaten quickscan

HANDHAVING GEDOOGVOORWAARDEN COFFEESHOPS Resultaten quickscan HANDHAVING GEDOOGVOORWAARDEN COFFEESHOPS Resultaten quickscan door Floris Faes & Karin Bongers Utrecht, augustus 2010 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKING INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding 3 Handhaving Gedoogvoorwaarden

Nadere informatie

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Altena houdende regels omtrent coffeeshops Beleidsregel nulbeleid coffeeshops Altena 2019

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Altena houdende regels omtrent coffeeshops Beleidsregel nulbeleid coffeeshops Altena 2019 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Altena Nr. 3817 8 januari 2019 Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Altena houdende regels omtrent coffeeshops Beleidsregel nulbeleid coffeeshops

Nadere informatie

ONAFHANKELIJKE COMMISSIE EXPERIMENT GESLOTEN COFFEESHOPKETEN

ONAFHANKELIJKE COMMISSIE EXPERIMENT GESLOTEN COFFEESHOPKETEN ONAFHANKELIJKE COMMISSIE EXPERIMENT GESLOTEN COFFEESHOPKETEN INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE p. 2 INLEIDING p. 3 OPDRACHT COMMISSIE EXPERIMENT GESLOTEN COFFEESHOPKETEN p. 5 SELECTIE GEMEENTEN p. 6 DEELNEMENDE

Nadere informatie

Beleidsregels toepassing Wet Victor in projectgebied Credo bij sluiting op basis van artikel 13b Opiumwet.

Beleidsregels toepassing Wet Victor in projectgebied Credo bij sluiting op basis van artikel 13b Opiumwet. Beleidsregels toepassing Wet Victor in projectgebied Credo bij sluiting op basis van artikel 13b Opiumwet. 1. Inleiding De gemeente Roosendaal wordt in grote mate geconfronteerd met drugscriminaliteit

Nadere informatie

KAPPEN MET DRUGS. Failliet beleid. Enkele feiten

KAPPEN MET DRUGS. Failliet beleid. Enkele feiten KAPPEN MET DRUGS KAPPEN MET DRUGS Failliet beleid Het drugsbeleid van Nederland is failliet. De gevolgen van het gedoogbeleid op de volksgezondheid, de veiligheid en het sociale leven zijn ontwrichtend.

Nadere informatie

Blauwe Nota discussienota coffeeshopbeleid

Blauwe Nota discussienota coffeeshopbeleid Blauwe Nota discussienota coffeeshopbeleid Inhoud 1. inleiding a. huidig coffeeshopbeleid b. regionale afspraken c. aanleiding blauwe nota d. doel van de blauwe nota 2. opdracht raad a. opdrachtomschrijving

Nadere informatie

Burgemeester en Wethouders 27 oktober Steller Documentnummer Afdeling. J.A.R. de Haas z Samenleving

Burgemeester en Wethouders 27 oktober Steller Documentnummer Afdeling. J.A.R. de Haas z Samenleving Burgemeester en Wethouders Steller Documentnummer Afdeling z16006959 Samenleving Doorkiesnummer Communicatie Portefeuillehouder 036 5229536 Nee G.J. Gorter Kabinet Brief bijgevoegd Te volgen procedure

Nadere informatie

Damoclesbeleid gemeente Eersel (Handhavingsbeleid op artikel 13b Opiumwet) Vastgesteld door de burgemeester van Gemeente Eersel d.d.

Damoclesbeleid gemeente Eersel (Handhavingsbeleid op artikel 13b Opiumwet) Vastgesteld door de burgemeester van Gemeente Eersel d.d. Damoclesbeleid gemeente Eersel (Handhavingsbeleid op artikel 13b Opiumwet) Vastgesteld door de burgemeester van Gemeente Eersel d.d. 31 maart 2018 De burgemeester van gemeente Eersel ; gelet op artikel

Nadere informatie

N ulstelsel Coffeeshop s van de Gemeente Nieuwkoop

N ulstelsel Coffeeshop s van de Gemeente Nieuwkoop CVDR Officiële uitgave van Nieuwkoop. Nr. CVDR399988_1 4 juli 2016 N ulstelsel Coffeeshop s van de Gemeente Nieuwkoop Versiebeheer Versiebeheer Versie Datum 1.0 9 september 2011 Wijzigingen Eerste uitgave

Nadere informatie

Beleidsregel sluitingsbevoegdheid (vuur)wapens

Beleidsregel sluitingsbevoegdheid (vuur)wapens Beleidsregel sluitingsbevoegdheid (vuur)wapens De burgemeester van de gemeente Bergen op Zoom; gelet op artikel 2,80 van de Algemene Plaatselijke Verordening en artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;

Nadere informatie

PREVENTIEVE DWANGSOM BIJ OVERLASTGEVEND GEDRAG

PREVENTIEVE DWANGSOM BIJ OVERLASTGEVEND GEDRAG PREVENTIEVE DWANGSOM BIJ OVERLASTGEVEND GEDRAG Doel van de beleidsregel preventieve dwangsom bij overlastgevend gedrag. Met deze preventieve dwangsom wordt getracht het gedrag van overlastgevende personen

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR600153_2. Beleid Toepassing Artikel 13b Opiumwet. 1 Inleiding

CVDR. Nr. CVDR600153_2. Beleid Toepassing Artikel 13b Opiumwet. 1 Inleiding CVDR Officiële uitgave van Roosendaal. Nr. CVDR600153_2 16 oktober 2017 Beleid Toepassing Artikel 13b Opiumwet Burgemeester van de gemeente Roosendaal; BESLUIT vast te stellen beleid toepassing artikel

Nadere informatie

gelet op artikel 13b lid 1 van de Opiumwet, artikel 4:81 en artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht; overwegende dat:

gelet op artikel 13b lid 1 van de Opiumwet, artikel 4:81 en artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht; overwegende dat: CVDR Officiële uitgave van Oudewater. Nr. CVDR471643_1 3 juli 2018 Damoclesbeleid gemeente Oudewater De burgemeester van de gemeente Oudewater, gelet op artikel 13b lid 1 van de Opiumwet, artikel 4:81

Nadere informatie

Beleidsregels. Beleidsregels van de burgemeester van Landgraaf voor de toepassing van. artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet

Beleidsregels. Beleidsregels van de burgemeester van Landgraaf voor de toepassing van. artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet Beleidsregels Beleidsregels van de burgemeester van Landgraaf voor de toepassing van artikel 13b Opiumwet en 174a Gemeentewet Vastgesteld: 12 mei 2014 Bekend gemaakt: 11 juni 2014 Inwerkingtreding: 12

Nadere informatie

Nota van beantwoording zienswijzen Pagina 1 van 8

Nota van beantwoording zienswijzen Pagina 1 van 8 Nota van beantwoording zienswijzen notitie Preventie- en handhavingsplan, Integrale Aanpak Drank- en Horecawet Olst-Wijhe, 16 december 2013. doc. nr.: 13.026831 Nota van beantwoording zienswijzen Pagina

Nadere informatie

Wat is de rol van de gemeente

Wat is de rol van de gemeente Landelijk beleid Wat is de rol van de gemeente Wat doen we al? Alcoholwetgeving: In de nieuwe D&H-wet worden verdergaande stappen gezet om het gebruik van alcohol onder jongeren te ontmoedigen Uitvoering

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2008:BG6660

ECLI:NL:RBMID:2008:BG6660 ECLI:NL:RBMID:2008:BG6660 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 11-12-2008 Datum publicatie 12-12-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 08/1049 VV Bestuursrecht

Nadere informatie