Anabolisme: anabole processen: opbouwstofwisseling Energie wordt toegevoegd: assimilatie
|
|
- Joke Molenaar
- 1 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Fysiologie les 2 BIO-ENERGETICA Celstofwisseling = cel metabolisme Basis metabolisme: stofwisseling in rust Anabolisme: anabole processen: opbouwstofwisseling Energie wordt toegevoegd: assimilatie Katabolisme: Katabole processen: afbraakstofwisseling Energie komt vrij: dissimilatie Organische stof: energierijk bv: glucose, vet, eiwit Anorganische stof: dode stof, energieloos bv: H2O, O2,CO2
2 1) Welke spieren lopen uit in de achillespees? A) M Soleusen M Fibularis B) M Soleusen M Gastrocnemius C) M Gastrocnemius en M Fibularis D) M Gastrocnemius en M Poplitius Oefenvragen les 2 fysiologie 2) Welke spier heeft de langste buik in ons lichaam? A) M rectus femoris B) M Biceps brachii caput longum C) M Semimembranosis D) M Sartorius 3) Tot de ischiocrurale groep of de hamstrings behoren: A) M Sartorius, M Semitendinosis, M Biceps femoris B) M Semitendinosis, M Semimembranosis, M Quadriceps femoris C) M Biceps femoris, M Semitendinosis, M Gracilis D) M Biceps femoris, M semitendinosis, M semimembranosis 4) Welke van de onderstaande combinaties zijn duidelijk elkaars antagonisten? A) M Quadriceps- M Biceps femoris B) M Vastus medialis- M Vastus lateralis C) M tensor fascia latae M Sartorius D) M Gracilis M Biceps femoris
3 5) Wat gebeurd er bij een bilaterale contractie van de M iliopsoasin stand? A) Anteversie van het bekken B) Latero flexie van de lumbale wervelkolom C) Retroflexie in het art coxae D) Retroversie van het bekken Fysiologie les 2 6) Hoe verloopt een normale celdeling? A) De kern deelt eerst en dan het cytoplasma B) Cytoplasma deelt eerst en dan de kern C) Het cytoplasma deelt gelijk met de kern D) Om een oude cel vormt zich een nieuwe 7) In welke spiergroep bevat een motor unit (MU) het kleinste aantal spiervezels? A) Bovenbeen spieren B) Kuit spieren C) Onderarm spieren D) Vinger spieren 8) Voor welke stof is de celmembraan slecht doorlaatbaar? A) Eiwit B) Glucose C) Kalium D) Water
4 9) Wat is de functie van de celkern? A) Leveren van energie B) Omzetten van mineralen C) Opslag van koolhydraten D) Regelen van de celdeling Fysiologie les 2 10) Geef bij onderstaande cellen het juiste aantal kernen aan: A) Skeletspier: 1 Rode bloedcel :meer dan 1 B) :0 :1 C) :meer dan 1 :1 D) :meer dan 1 :0 11) Bij een sterke statische contractie A) Blijft de spanning gelijk B) Is er een slechtere doorbloeding van de spier C) Wordt de spier langer D) Wordt de spier korter 12) De kracht die een spier levert wordt onder andere bepaald door: A) De prikkelfrequentie B) De voorrek van de spier C) Het aantal werkende spiervezels D) Alle bovengenoemde
5 Metabolisme Anabolisme: uit anorganische stoffen H2O en CO2 met zonlichtenergie organische stoffen Glucose maken, O2 over Zonlicht (energie) + H2O + CO2 Glucose + O2 Katabolisme: organische stof kapot maken, liefst met zuurstof, zodat de energie vrij komt en de rest stoffen zijn dan anorganische stoffen H2O en CO2 (zonder O2 is rest stof melkzuur) Glucose + O2 Energie + H2O + CO2 AEROOB volledige verbranding Glucose e + melkzuur ANAEROOB onvolledige verbranding
6 Gehele leven aanmaak van cellen Groei: meer aanmaak dan afbraak Regeneratie: proces van nieuwvorming na beschadiging Epitheel groot regeneratie vermogen Zenuwweefsel (meest gedifferentieerd) nauwelijks regeneratie Op latere leeftijd neemt regeneratievermogen af Assimilatie Dissimilatie
7 Energie Energie: vermogen arbeid te verrichten Arbeid: Kracht over een bepaalde afstand uitgeoefend Vormen van energie; Chemische, mechanische, warmte, licht, elektrische, kern. Inspanningsfysiologie: omzetten van chemische in mech. energie Brandstoffen; in verbindingen ligt energie opgeslagen Bindingsenergie / Potentieëele energie Brandstoffen mens: koolhydraten, vet, eiwit, alcohol Koolhydraat vet en eiwit eerst omgezet in spijsvertering in glucose vetzuur aminozuur, alcohol kan direct opgenomen
8 Algemene verbrandingsreactie ENZYM Brandstof + O2 Warmte + Bruikbare + H2O + CO2 Enzym = Bio-katalysator energie min 75% energie max 25% Enzym zorgt ervoor dat verbrandingsreactie in cel kan plaats vinden bij lagere temperatuur. Enzym neemt geen deel aan reactie maar vuurt aan. Specificiteit; voor verschillende reacties; verschillende enzymen Factoren beïnvloeden werkzaamheid enzym; - Temperatuur werkt minder bij lage temp, irreversibel kapot bij hoge temp - Zuurgraad ieder enzym optimale PH, maagenzymen bij lage PH/hoge zuurgraad
9 ATP Energierijke verbinding om energie die vrij komt tijdens verbrandingsreactie in het lichaam op te slaan of te transporteren ATP, ADP en CP = Creatinefosfaat; Directe energie Usage ATP: ATP: Adenosine-tri-fosfaat (phosphate) ADP: Adenosine-di-fosfaat
10 ATP Kringloop energie Adenosine + P + P +P + E ATP synthese ATP ATP P ADP + P + E usagee ADP + P + E ATP re-syntheseatp Fosfaat Systeem Directe energie ATP/CP systeem ATP 10 sec CP 20/30 sec
11 Glucose Anaeroob in cytoplasma C6 H12 O6 2x C3 H6 O3 + e 2 Pyrodruivezuur + 2 ATP Keuze: + O2 naar Mitochondrium -O2 in cytoplasma melkzuur Anaeroob Aeroob 2C3H6O3 + 6 O2 6CO2 + 6 H2O + E 36ATP
12 Glucose = C6H12O6 C6 H12 O6 + 6O2 6CO2 + 6H2O + E (36 ATP) C6 6C H12 6H2 (=12H) O6 6O2 6O2 6O Voor volledige verbranding (aeroob) van 1 glucose zijn er 6O2 nodig om alle energieeruit te halen en H2O en CO2 over te houden. Zonder zuurstof onvolledige verbranding (anaeroob) met 18x minder E opbrengst en reststof is melkzuur
13 Vet Vet kan alleen Aeroob (met O2 dus) verbrand worden in mitochondrium 1 Vetzuur + 23 O2 16CO H2O ATP Voor 1 O2 krijg je per glucose 38: 6 6,3 ATP Voor 1 O2 krijg je per vetzuur 130: 23 5,6 ATP Vetverbranding energie zuinig systeem: sub-maximaal Glucoseverbranding zuurstofzuinig systeem: maximaal
14 Eiwit Eiwit minst bruikbare brandstof, aeroob,mitochondrium Eiwit + 6 O2 38 ATP + 6 CO2 + 6 H2O Eiwit moet eerst bewerkt worden en is eigenlijk bouwstof. Alleen in nood of strikt eiwit dieet is eiwit een brandstof Glucose verbranding: Glycolyse Glucose opslag in cellen: Glycogeen Vet opslag in onderhuids bindweefsel, rondom organen Brandstof: 1. Anaeroob glucose 2. Aeroob glucose 3. Vet 4. Eiwit Hart-long machine eerst opstarten, is er meer O2, meer aeroob
15 Energievoorraad ATP 10 sec 1,2 kcal direct CP 25 sec 3,6 kcal direct Glycogeen 1,5 uur 1200 kcal indirect Vet duur kcal indirect Energetische waarde Koolhydraten Vetten Eiwitten Alcohol 4,1 Kcal/gram 9,3 Kcal/gram 4,1 Kcal/gram 7,0 Kcal/gram Alcohol makkelijk opgenomen en veel energie maar geen voorkeur door schadelijke neveneffecten
Fysiologie les 3 BIO-ENERGETICA
Fysiologie les 3 BIO-ENERGETICA Celstofwisseling = cel metabolisme Basis metabolisme: stofwisseling in rust Anabolisme: anabole processen: opbouwstofwisseling Energie wordt toegevoegd: assimilatie Katabolisme:
Inspanningsfysiologie. Energiesystemen. Fosfaatpool. Hoofdstuk 5. 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem
Inspanningsfysiologie Hoofdstuk 5 Energiesystemen 1. Fosfaatpool 2. Melkzuursysteem 3. Zuurstofsysteem Fosfaatpool Anaërobe alactische systeem Energierijke fosfaatverbindingen in de cel Voorraad ATP en
1) Tot de flexorenvan de knie behoort o.a. A) M Soleus B) M Glutaeus maximus C) M Gastrocnemius D) M Vastus medialis. Vragen les 1 fysiologie
1) Tot de flexorenvan de knie behoort o.a. A) M Soleus B) M Glutaeus maximus C) M Gastrocnemius D) M Vastus medialis Vragen les 1 fysiologie 2) Aan de spina iliaca anterior superior (sias) hechten vast:
Mitochondriële ziekten
Mitochondriële ziekten Stofwisseling NCMD Het Nijmeegs Centrum voor Mitochondriële Ziekten is een internationaal centrum voor patiëntenzorg, diagnostiek en onderzoek bij mensen met een stoornis in de mitochondriële
BIOLOGIE Thema: Stofwisseling Havo
BIOLOGIE Thema: Stofwisseling Havo Henry N. Hassankhan Scholengemeenschap Lelydorp [HHS-SGL] Docent: A. Sewsahai De student moet de bouw en werking van enzymen kunnen beschrijven moet het proces van foto
BIOLOGIE Energie & Stofwisseling HAVO Henry N. Hassankhan Scholengemeenschap Lelydorp [HHS-SGL]
BIOLOGIE Energie & Stofwisseling HAVO Henry N. Hassankhan Scholengemeenschap Lelydorp [HHS-SGL] Docent: A. Sewsahai De student moet de bouw en werking van enzymen kunnen beschrijven moet het proces van
Samenvattingen. Samenvatting Thema 1: Stofwisseling. Basisstof 1. Organische stoffen:
Samenvatting Thema 1: Stofwisseling Basisstof 1 Organische stoffen: - Komen af van organismen of zitten in producten van organismen - Bevatten veel energie (verbranding) - Voorbeelden: koolhydraten, vetten,
Bij hoeveel procent vochtverlies gaat de sportprestatie achteruit? Ong. 1% Bart van der Meer WM/SM theorie les 11 Amice
Bij hoeveel procent vochtverlies gaat de sportprestatie achteruit? Ong. 1% Bart van der Meer WM/SM theorie les 11 Amice Bij hoeveel procent vochtverlies krijg je een dorstsignaal? Ong. 2% Bewerkt door
Mitochondriële ziekten Stofwisseling
Mitochondriële ziekten Stofwisseling Deze folder maakt deel uit van een serie over mitochondriële aandoeningen. In deze folder leest u meer over de stofwisseling. De stofwisseling is niet eenvoudig daarom
Theorie-examen anatomie 25 januari 2008
Theorie-examen anatomie 25 januari 2008 1. Welke van de volgende spieren is eenkoppig? A. De m. biceps brachii. B. De m. coracobrachialis. C. De m. gastrocnemius. 2. Welke van de volgende spieren geeft
1 Stoffen worden omgezet. Stofwisseling is het vormen van nieuwe stoffen en het vrijmaken van energie. Kortom alle processen in organismen.
THEMA 1 1 Stoffen worden omgezet 2 Fotosynthese 3 Glucose als grondstof 4 Verbranding 5 Fotosynthese en verbranding 1 Stoffen worden omgezet. Stofwisseling is het vormen van nieuwe stoffen en het vrijmaken
De termen aeroob en anaeroob worden door sporters veel gebruikt. Maar wat is aeroob en anaeroob? Welke energiesystemen heb je?
Aeroob en anaeroob De termen aeroob en anaeroob worden door sporters veel gebruikt. Maar wat is aeroob en anaeroob? Welke energiesystemen heb je? Om maar met de deur in huis te vallen de vertalingen: "aeroob"
GEZONDHEIDSKUNDE. Het menselijk lichaam
GEZONDHEIDSKUNDE Het menselijk lichaam 1 KENMERKEN VAN HET LEVEN Anatomie à wetenschap die zich bezighoudt met de bouw van het menselijk lichaam (waar ligt wat?). Fysiologie à Wetenschap die zich bezighoudt
Dia 1. Dia 2 Wat is voeding: Dia 3. Voeding - Alles over voeding - Voeding in de praktijk - Voedingsschema. Koolhydraten
Dia 1 Voeding - Alles over voeding - Voeding in de praktijk - Voedingsschema Dia 2 Wat is voeding: Voeding = alle organische stoffen die je als mens of organisme nodig hebt om energie op te wekken in je
Grijze stof wordt gevormd door de cellichamen van de neuronen en de dendrieten
I hated every minute of training, but I said, "Don't quit. Suffer now and live the rest of your life as a champion. Muhammad Ali Bart van der Meer WM/SM - theorieles 14 Amice Bewerkt door Reina Welling
Naar: D.O. Hall & K.K. Rao, Photosynthesis, Studies in Biology, Cambridge, 1994, blz. 106.
Examentrainer Vragen Fotosynthese Vanuit tussenproducten van de fotosynthese worden niet alleen koolhydraten gevormd, maar ook vetten, vetzuren, aminozuren en andere organische zuren. Dag- en seizoensgebonden
Celmembraan (duh! dat maakt het een cel) Celwand Ribosomen (voor eiwitsynthese) Soms: uitsteeksels zoals flagel (zweepstaart)
Bacterie cel: prokaryoot: geen kern, geen chromosomen zoals wij ze kennen maar cirkelvormig Chromosoom: dus wel DNA Sommige autotroof: als ze pigmenten hebben waarmee ze fotosynthese kunnen uitvoeren Meeste
Theorie-examen Anatomie 13 januari 2006.
Theorie-examen Anatomie 13 januari 2006. 1. Wat is de diafyse van een pijpbeen? A. Het uiteinde van een pijpbeen. B. Het middenstuk van een pijpbeen. C. De groeischijf. 2. Waar bevindt zich de pink, ten
Examen Voorbereiding Stofwisseling
Examen Voorbereiding Stofwisseling Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 1 Stofwisseling Begrippenlijst: Begrip Organische stoffen Anorganische stoffen Enzymen Assimilatie Chemische energie Koolstofassimilatie
ANATOMIE. Spieren. Sportmassage /Wellnessmassage. Kollaart opleidingen
ANATOMIE Spieren Sportmassage /Wellnessmassage Kollaart opleidingen M. Quadriceps femoris = Vierhoofdige dijbeenspier M. Rectus femoris = Rechte dijbeenspier Spina iliaca anterior inferior Proximale
Theorie-examen anatomie 12 januari 2007
Theorie-examen anatomie 12 januari 2007 1. Welke uitspraak met betrekking tot spiercontracties is altijd juist? A. Bij concentrische contracties wordt de spanning in de spier kleiner. B. Bij excentrische
Anatomie. Hier volgen 50 opgaven. Bij elke opgave zijn drie antwoorden gegeven. Slechts één van deze antwoorden is het goede.
Examenstichting Perimedische Opleidingen Diploma: sportmassage, massage, wellness massage 22 januari 2010, Beschikbare tijd: 60 minuten Anatomie Aanwijzing: Hier volgen 50 opgaven. Bij elke opgave zijn
BIOLOGIE Energie & Stofwisseling VWO
BIOLOGIE Energie & Stofwisseling VWO Henry N. Hassankhan Scholengemeenschap Lelydorp [HHS-SGL] ARTHUR A. HOOGENDOORN ATHENEUM - VRIJE ATHENEUM - AAHA Docent: A. Sewsahai De student moet de bouw en werking
1 Stofwisseling. JasperOut.nl
1 Introfilmpje: 1 1.1 Verzuurde spieren 1 Verzuring van je spieren Je spieren verbruiken energie komt vrij tijdens de verbranding (dissimilatie) in je cellen. Bij deze verbranding zetten je spiercellen
Basis Looptrainer Lesdag 2: Methodiek/Didactiek, Trainingsleer
Basis Looptrainer Lesdag 2: Methodiek/Didactiek, Trainingsleer Erkend Fit!vak opleidingscentrum www.start2move.nl Methodiek en Didactiek WAT IS EEN GOEDE TRAINER? WAARAAN VOLDOET EEN GOEDE TRAINING? Start2move.nl
Biologie ( havo vwo )
Tussendoelen Biologie ( havo vwo ) Biologie havo/vwo = Basis Biologische eenheid Levenskenmerk Uitleggen hoe bouw en werking van onderdelen van een organisme bijdragen aan de functies voeding, verdediging
13 Energietransport in cellen
Heterotrofe organismen (bv de meeste bacteriën, schimmels en dieren) kunnen geen organische stoffen vormen uit alleen anorganische stoffen; zij zijn niet in staat tot koolstofassimilatie. Zij moeten organische
Auteur: Herman Jongerius. Versie: 1.2
Auteur: Herman Jongerius Versie: 1.2 Datum: 24 april 2010 INHOUD: 1. Inleiding 2. Hoe werkt ons energiesysteem eigenlijk? 3. Waar komt onze energie vandaan? 4. Welke brandstof kiest het lichaam bij een
Theorie - herexamen Anatomie 23 mei 2008
Theorie - herexamen Anatomie 23 mei 2008 1. Wat gebeurt er bij een excentrische contractie van een spier? A. De spier wordt korter. B. De spier wordt langer. C. De spierlengte blijft gelijk. 2. In welk
Les Spierenondersteextremiteit. O: proximaal I : distaal
Les 10+11 Spierenondersteextremiteit O: proximaal I : distaal Oefenvragen les 10. Einde les 11 eindtoets anatomie in de les maken 1) Als een pees in het lichaam over een harde structuur schuift zal de
Cellen in het lichaam.
Hfdst. 1 Hfdst. 2 Hfdst. 3 Hfdst. 4 Hfdst. 5 Hfdst. 6 Hfdst. 7 Cellen in het lichaam. Besturing Energievoorziening Beweging en vorm Celbehoud Transport Celdeling Stevigheid van de cel Bron: bewerkt naar
Les 6 Spijsvertering en enzymen. Spijsvertering Metabolisme = anabolisme + katabolisme. Spijsverteringstaak
Les 6 Spijsvertering en enzymen Spijsvertering, voeding, energie, enzym, oesophagus ANZN 1e leerjaar - Les 6 - Matthieu Berenbroek, 2000-2011 1 Spijsvertering Metabolisme = anabolisme + katabolisme Metabolisme
Celademhaling & gisting
Celademhaling & gisting Tekst voor de leerlingen V. Rasquin - 1 - DISSIMILATIE - TEKST VOOR DE LEERLINGEN celademhaling & GISTING Wij weten dat heel wat processen endergonisch zijn (ze vergen energie).
vwo celprocessen 2010
vwo celprocessen 2010 Stofwisseling Een proefpersoon gaat na het nuttigen van een maaltijd twee dagen vasten. Tijdens die 48 uur worden de concentraties van verschillende stoffen in de lever en in het
Samenvatting 1.7 BSM Verbeteren van fitheid
Samenvatting 1.7 BSM Verbeteren van fitheid Trainingsleer Tijdens het sporten vinden er perfect gecoördineerde processen plaats in het lichaam, waardoor er complexe bewegingen mogelijk zijn. Vroeger waren
1. m. Rectus Abdominis (rechte buikspier) A. Origo en insertie: van 5-7de rib naar schaambeen. C. Indeling en functie van de spier:
1. m. Rectus Abdominis (rechte buikspier) A. Origo en insertie: B. Overspanning van: C. Indeling en functie van de spier: D. Bijzonderheden: E. Voorbeelden van oefeningen: van 5-7de rib naar schaambeen
Metabolisme koolhydraten RozenbergSport.nl 2012 pagina 1 / 5
RozenbergSport.nl 2012 pagina 1 / 5 Inhoud Aerobe glycolyse Glycogenolyse Cori cyclus Aerobe glycolyse aerobe glycolyse NADH, vormen voor respiratoire keten Voorwaarde NAD + moet beschikbaar zijn, NADH
Energie systemen v/h lichaam. Door: Theo Baks, Hennie Lensink
Energie systemen v/h lichaam Door: Theo Baks, Hennie Lensink DATUM: 21-2-2014 Inleiding De bloedglucose van een gezond lichaam zit tussen 4/9 mmol/l lactaat. Net als vuur voor verbranding zuurstof nodig
Cursus Ontspanningsmassage. Bijlage spieren. Trapezius
Cursus Ontspanningsmassage Bijlage spieren. Trapezius De trapezius (monnikskapspier) is een ruitvormige spier boven aan de achterkant van het lichaam. De trapezius loopt van de schedelbasis tot aan het
Spieractivatiepatronen tijdens fitness oefeningen op de Carving Pro. Maastricht University: Pieter Oomen (MSc) Hans Savelberg (PhD)
Spieractivatiepatronen tijdens fitness oefeningen op de Carving Pro Maastricht University: Pieter Oomen (MSc) Hans Savelberg (PhD) December, 2010 Inleiding De Carving Pro is een fitnessapparaat waarmee
Vragen bij deoefen- en zelftoets-module behorende bij hoofdstuk 9 van Biology, Campbell, 8 e druk Versie 2010-2011
Celstofwisseling I Vragen bij deoefen- en zelftoets-module behorende bij hoofdstuk 9 van Biology, Campbell, 8 e druk Versie 2010-2011 Inleiding 1-12 Deze module gaat over de omzetting van voedsel in energie
Studiehandleiding Biochemie I
Studiehandleiding Biochemie I 2006-2007 1 Proeftentamen Biochemie I 1. Vul de juiste term uit de lijst op de open plaatsen in onderstaande tekst in. Elke term mag maar éénmaal worden gebruikt maar niet
Opdracht krachttraining 1
Opdracht krachttraining 1 Doel: hypertrofie (spiergroei) Spier/ spiergroep: Musculus biceps brachii Moduul krachttraining 1 Opdracht krachttraining 2 Doel: explosiviteit Spier/ spiergroep: musculus quadriceps
* short head: eind van coracoid van scapula * long head: supraglenoid deel scapula. * Ulna. * halverwege voorkant humerus.
BOVENSTE EXTREMITEITEN Spiergroep Spiernaam Aanhechtingsplaats proximaal Aanhechtingsplaats distaal Innervatie Functie Extensoren bovenarm * m. biceps brachii * short head: eind van coracoid van scapula
Voedingsleer. Waar gaat deze kaart over? Wat wordt er van je verwacht? Voedingsleer en het plantenrijk
Waar gaat deze kaart over? Deze kaart gaat over voedingsleer: over voedingsstoffen en de manier waarop ons lichaam met deze stoffen omgaat. Wat wordt er van je verwacht? Na het bestuderen van deze kaart
Biologie Hoofdstuk 16 (p1-3)
Biologie Hoofdstuk 16 (p1-3) Bij elke beweging heb je botten, spieren en gewrichten nodig. Door spieren samen te trekken, bewegen de botten rond hun draaipunten in de gewrichten. Door training kunnen spieren
Proefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE
Proefexamen ANATOMIE EN FYSIOLOGIE Deelexamen 1 In dit proefexamen worden over de volgende onderwerpen vragen gesteld: opbouw van het menselijk lichaam algemene fysiologie spijsverteringsstelsel ademhalingsstelsel
6. Van welk deel van de wervelkolom is de vertebra prominens een onderdeel? 7. Hoe wordt de binnenste laag van het gewrichtskapsel genoemd?
Examen anatomie januari 2009 1. Wat kan gesteld worden van slow twitch spiervezels? A. Ze hebben een groot agonistisch vermogen. B. Ze hebben een groot anaeroob vermogen. C. Ze hebben een groot aeroob
Basiscursus Voeding & Training
Basiscursus Voeding & Training energiesystemen, training, herstel, radicaaldruk, gezonde voeding & voedingssupplementen Syllabus Excerpt EHF Academy www.ehfacademy.nl Disclaimer: Wanneer u overweegt voedingssupplementen
2. Organisch of anorganisch. a) eigenschap anorganische stof organische stof Eenvoudig
Vragen bij paragraaf 8.1 en 8.2 producenten Organismen zorgen voor de productie van organische stoffen en zo aan de basis van een voedselketen staan biomassa De totale hoeveelheid organische stof van een
Eiwitten. Voeding en Welzijn
Eiwitten Voeding en Welzijn Vandaag Mindmap Maak een mindmap Wat weet je allemaal over eiwitten? Filmpje Filmpje Wat is je opgevallen in het filmpje? Wat wist je nog niet? Opdracht Pak ons voedsel erbij.
Anaëroob a-lactisch Anaëroob lactisch Aërobe systeem
Anaëroob a-lactisch Afbraak ATP (voedsel van de spier) en creatinefosfaat. Waarbij geen zuurstof nodig is. Geen vorming van lactaat/melkzuur Maximale inspanning 20 seconde Ontwikkelen van veel snelheid
Waar leven is, zijn ook Enzymen
Waar leven is, zijn ook Enzymen De verschillende functies van de Enzymen zijn ontelbaar veelzijdig, net zo als bij Microorganismen, maar Enzymen zijn geen Micro organismen. Het betreft hier dus geen levende
Fysiologie les 13 Trainingsleer
Fysiologie les 13 Trainingsleer -Lichaamszwaartepunt moet boven steunvlak (voeten in stand, zitvlak in zit) om een goed evenwicht te bewaren -Door alcohol stijgt de urineproductie: alcohol remt afgifte
Hoofdstuk 1 Doelstelling 1: Stofwisseling (metabolisme): het geheel aan chemische processen in een cel. Via passief en actief transport nemen cellen
Hoofdstuk 1 Doelstelling 1: Stofwisseling (metabolisme): het geheel aan chemische processen in een cel. Via passief en actief transport nemen cellen stoffen op uit hun milieu. Enzymen maken de omzettingsprocessen
15.3. De anaërobe glycolyse
Trainingsleer uithoudingsvermogen 15.1. Inleiding Wanneer we praten over uithoudingsvermogen dan hebben we het in feite over het gebruik van de verschillende energiesystemen. Elk energiesysteem gebruikt
HOOFDSTUK 1: CELLEN VAN ONS LICHAAM
HOOFDSTUK 1: CELLEN VAN ONS LICHAAM Cellen, weefsels en organen (grondig lezen) Cellen: Organen: Weefsel: kleinste functionele eenheden van ons lichaam zeer uiteenlopende morfologie (=vorm/bouw) die samenhangt
Theorie - herexamen Fysiologie 23 mei 2008
Theorie - herexamen Fysiologie 23 mei 2008 1. Waar wordt het groeihormoon gevormd? A. In de hypofyse. B. In het bijniermerg. C. In de pancreas. 2. Wat is een kenmerk van een weefsel? A. Het is altijd opgebouwd
Stofwisseling. Chantal Wilens. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur Chantal Wilens Laatst gewijzigd 29 August 2015 Licentie CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Webadres http://maken.wikiwijs.nl/64486 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.
- + Programma Eigen Kracht. De ene calorie is de andere niet? Calorieën en Joules. Opbouw presentatie. Een kwestie van balans.
Programma Eigen Kracht 09.00 uur Meer spieren en minder spek Hans Kroon De ene calorie is de andere niet? Hans Wassink 17 e EFAA Aerobics, Fitness en Clubmanagement Conventie 16 mei 2010, Papendal te Arnhem
Scriptie lll Dan Extra basiskennis voor de Taekwon-Doin KISPORT Martial Academy Door: Boosabum Egbert Kok Scriptie l l Dan door Boosabum Egbert Kok
Scriptie lll Dan Extra basiskennis voor de Taekwon-Doin KISPORT Martial Academy Door: Boosabum Egbert Kok Inhoudsopgave: Voorwoord Pagina 3 Inleiding Pagina 4 Spieren Pagina 5 Soorten spier Pagina 7 Vergroten
SPECIFIEKE UHV TRAINING VOOR SPELSPORTERS
SPECIFIEKE UHV TRAINING VOOR SPELSPORTERS EVEN VOORSTELLEN Jan Eversdijk Tot 1980 atleet Tot 1990 atletiektrainer Van 1988 t/m nu CIOS docent: Trainingskunde en o.a. keuzevak conditie-/hersteltrainer spelsporten
4.3 Noodzakelijke voedingsstoffen
4.3 Noodzakelijke voedingsstoffen Er zijn veel verschillende voedingsstoffen. Voorbeelden van voedingsstoffen zijn water, eiwitten, koolhydraten, vetten, mineralen en vitamines. Deze voedingsstoffen krijg
Examen Voorbereiding Cellen
Examen Voorbereiding Cellen Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 2 Cellen Begrippenlijst: Begrip Organellen Plastiden Stamcellen Embryonale stamcellen Adulte stamcellen Endoplasmatisch reticulum
Bouw van een skeletspier
Reina Welling WM/SM-theorieles 5 Met dank aan Jolanda Zijlstra en Bart van der Meer Bouw van een skeletspier faculty.etsu.edu Welke eigenschappen horen bij type I en welke bij type II spiervezels? Vooral
Dieet Oké. TU Delft, November 2012
TU Delft, November 2012 Dieet Oké Janet Vervoorn sportdiëtist Dieet Oké Summit Health Veilingweg 16A 2678 LN De Lier tel. 06-46675281 email: janet.vervoorn@chello.nl Inzicht krijgen in de energiehuishouding
Inhoud. Krachttraining. Algemeen... 5
Inhoud 1 2 3 4 Algemeen... 5 1.1 Niveau... 5 1.2 Oefenmodaliteiten... 5 Bovenlichaam... 6 2.1 Push up (pompen)... 6 2.2 Push up, smalle stand... 7 2.3 Voorbereidende push up... 8 2.4 Hindu push up... 9
Sportgeneeskunde for dummies
Sportgeneeskunde for dummies Jan Vercammen JYZ-Ieper-Poperinge UZ-Gent Inleiding Effecten van sportbeoefening : Bloeddrukdaling Verbetering van vetprofiel Verbetering van het lichaamsgewicht Voorkomen
SAMENVATTING 141 Aminozuren zijn bouwstenen voor de synthese van eiwitten die nodig zijn voor de groei van een organisme. De synthese van aminozuren kost energie dat wordt gewonnen uit de voedingstoffen
Energie. door Dr.Jan A. Vos, Inspanningsfysioloog.
Energie door Dr.Jan A. Vos, Inspanningsfysioloog. Inleiding Arbeid en energie zijn verwante grootheden. Energie wordt vaak gedefinieerd als de mogelijkheid van een systeem om arbeid te leveren. In formule
4. deleted. 1. ATP kan een reactie aandrijven omdat
1. ATP kan een reactie aandrijven omdat a. bij de hydrolyse van ATP warmte vrijkomt b. de hydrolyse van ATP de entropie doet toenemen c. ATP sterk bindt aan het substraat van enzymen d. ATP thermodynamisch
Voorwoord 10. Inleiding 11. 1 Inleiding in de module inspanning 1 5
Inhoud 5 Inhoud Voorwoord 10 Inleiding 11 module i aanpassen aan inspannen 1 Inleiding in de module inspanning 1 5 2 Energielevering bij inspanning 1 7 2.1 Bewegen kost energie 1 7 2.1.1 Energie, arbeid,
Mitochondriële ziekten
Mitochondriële ziekten Spijsvertering NCMD Het Nijmeegs Centrum voor Mitochondriële Ziekten is een internationaal centrum voor patiëntenzorg, diagnostiek en onderzoek bij mensen met een stoornis in de
Nederlandse samenvatting (voor niet-ingewijden)
Nederlandse samenvatting (voor niet-ingewijden) Dit hoofdstuk bevat een Nederlandse samenvatting van het proefschrift, getiteld: Voedingsinterventie bij patiënten met Complex I Deficiëntie: een rol voor
Timing van Voeding. Congres Voeding en Leefstijl Marco Mensink, Division of Human Nutrition, Wageningen University
Timing van Voeding Congres Voeding en Leefstijl 19-11-2016 Marco Mensink, Division of Human Nutrition, Wageningen University Timing van Voeding rol van voeding bij herstel en adaptatie èn prestatie 2 Recovery
SCHEIKUNDE. Hoofdstuk 9
SCHEIKUNDE Hoofdstuk 9 Par. 1 Elke chemische reactie heeft een energie-effect. De chemische energie voor én na de reactie is niet gelijk. Als de reactie warmer wordt is de chemische energie omgezet in
Examentrainer. Vragen. Broeikasgassen meten in wijn. 1 Uitgeverij Malmberg. Lees de volgende tekst.
Examentrainer Vragen Broeikasgassen meten in wijn Lees de volgende tekst. Sterk toegenomen verbranding van organische stoffen leidt tot een verhoging van de concentratie CO 2 in de atmosfeer. Er is op
Voorbereidende opgaven Examencursus
Voorbereidende opgaven Examencursus Tips: Maak de volgende opgaven voorin in één van de A4-schriften die je gaat gebruiken tijdens de cursus. Als een som niet lukt, werk hem dan uit tot waar je kunt en
ENZYMEN. Hoofdstuk 6
ENZYMEN Hoofdstuk 6 H6 ENZYMEN opbouw en werking mechanisme Invloeden op de enzymactiviteit Temperatuur ph Enzym-substraatconcentratie Remstoffen Naamgeving Toepassing mogelijkheden enzymen Spijsverteringsenzymen
BELANG VAN HET JUISTE TRAININGSTEMPO
BELANG VAN HET JUISTE TRAININGSTEMPO 9,58 sec Berlijn 2009 De snelste man ter wereld, Usain Bolt, loopt de 100 meter ruim binnen de 10 sec. Dat is meer dan 36 km per uur! We weten dat hij deze explosie
3 Factoren die het watergehalte van organismen 40 bepalen. 3.1 Bepalende factoren voor watergehalte 40 3.2 Belang van water voor levende wezens 41
3 1 Functionele morfologie van de cel 1 De cel gezien door de lichtmicroscoop 06 2 De cel gezien door de elektronenmicroscoop 09 2.1 Bouw en functie van het eenheidsmembraan 10 2.2 Overzicht van de celorganellen
Wat is het verschil tussen vitamines en mineralen?
Vitaminen Wat zijn het? Kleine organische (levende natuur) stoffen. Onmisbaar/ noodzakelijk voor groei en ontwikkeling Op vitamine D na, kan ons lichaam geen vitamines maken. Er bestaan 13 vitamines. Oorsprong
Aan de slag met Fotosynthese
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres E i Kiwijs 27 september 2011 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/32977 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet.
- 1 - Microbiologie en Biochemie (MIB-10306) Biochemie deel Vrijdag 29 februari 2008, uur
Microbiologie en Biochemie (MIB-10306) Biochemie deel Vrijdag 29 februari 2008, 9.00-12.00 uur - Begin met het invullen van je naam en registratienummer. - Alle antwoorden moeten op het vragenformulier
Diagnostische toets Van HIV tot AIDS?
Diagnostische toets Van HIV tot AIDS? Moleculen 1. Basenparing In het DNA vindt basenparing plaats. Welke verbinding brengt een basenpaar tot stand? A. Peptidebinding B. Covalente binding C. Zwavelbrug
2. Bevestiging spieren. 3. Stevigheid (samen met spieren) 4. Beweeglijkheid (samen met spieren) 5. Aanmaak rode bloedcellen in beenmerg
Anatomy is destiny Sigmund Freud Belangrijkste botten Nomenclatuur Reina Welling WM/SM-theorieles 1 Osteologie bekken en onderste extremiteit Myologie spieren bovenbeen Met dank aan Jolanda Zijlstra en
SPORT & VOEDING. Gezonde voeding levert optimale resultaten. Christine Kragtwijk-Peelen The Wellness Solution
SPORT & VOEDING Gezonde voeding levert optimale resultaten Christine Kragtwijk-Peelen The Wellness Solution Talent en Aanleg Training Techniek Tactiek Prestaties Verbetering S P O R T Basisvoeding Sport
Brouwland, 26 mei 2012
Zuurstof, een vloek of een zegen? Jacques Bertens Een vet verhaal Brouwland, 26 mei 2012 Vet Dit verhaal gaat over zuurstof en vet Verzadigde vetzuren worden onder invloed van zuurstof omgezet in onverzadigde
Avond 2: Energiehuishouding
Avond 2: Energiehuishouding Thema: Energiehuishouding, waar heb je voedsel voor nodig? Spreker: Prof. Dr. Luc van Loon, Department of Human Movement Sciences, Maastricht University Casus: Jan, Claire en
2. mitochondriën leveren de benodigde energie. Eiwit-flagellen zogen voor de beweging van staart
Vwo-5 ANTWOORDEN DE CEL OPDRACHTEN Een alvleeskliercel 1 De juiste volgorde is: 8 5 7 3 6 4 2 1 2 Voorbeeld van een juist ingetekende lijn: De lijn begint in de celkern, aangegeven met een m, loopt via
2 Energielevering bij inspanning
2 Energielevering bij inspanning Drie sporters van atletiekvereniging De Volharding praten in de kantine na over hun prestaties en komen op het onderwerp energievoorraden en presteren. De twee duurlopers
2 Energielevering bij inspanning
2 Energielevering bij inspanning 2.1 Bewegen kost energie Iedereen heeft een groot scala aan bewegingsmogelijkheden en bewegen kan op heel verschillende inspanningsniveaus plaatsvinden. Dagelijkse activiteiten
1. Wat zijn spierballen eigenlijk?
1. Wat zijn spierballen eigenlijk? Wat zijn de bekendste spieren van het lichaam? Het Latijnse woord voor spier is musculus. Dit wordt vaak afgekort als m. Een mens heeft gemiddeld 640 spieren. Niet bij
Onderdelen van de cel
Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Kevin Koorda 31 January 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/71664 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
MASSAGETHERAPEUT
MASSAGETHERAPEUT WWW.I-LEARNING.BE BESPREKING VAN DE SKELETSPIEREN Tijdens de bespreking van de skeletspieren zal voor de spiernaam telkens de term musculus (spier) worden geplaatst. Vanaf nu vervangen
S C H I J F V A N V I J F
SCHIJF VAN VIJF DE SCHIJF VAN VIJF, GOED VOOR JE LIJF! V o o r i e d e r e e n i s e e n v o e d i n g s k e u z e v a n b e l a n g w a a r a l l e b e n o d i g d e voedingsstoffen in zitten. Dit zijn
vwo energie en materie 2010
vwo energie en materie 2010 De Noordzee Allerlei activiteiten en ingrepen van de mens hebben effect op het ecosysteem van de Noordzee. Zo is de aanvoer van zouten toegenomen door de landbouw en als gevolg
Mitochondriële ziekten Spijsvertering
Mitochondriële ziekten Spijsvertering Deze folder maakt deel uit van een serie over mitochondriële aandoeningen. In deze folder leest u meer over de spijsvertering en de spijsverteringsorganen. Inleiding
In welke volgorde vindt deze deling plaats?
1. Wat behoort tot de vegetatieve levensverrichtingen van een cel? A) Beweging. B) Prikkelbaarheid. C) Stofwisseling. 2. Wat is de functie van het centraallichaampje? A) Het leveren van energie. B) Het