Kanker en Bewegen. Lotte Schijf Else Stapersma Toos Tromp Daan Weijer

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kanker en Bewegen. Lotte Schijf Else Stapersma Toos Tromp Daan Weijer"

Transcriptie

1 Kanker en Bewegen Lotte Schijf Else Stapersma Toos Tromp Daan Weijer Hogeschool van Amsterdam Opleiding Fysiotherapie Amsterdam, januari 2006

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave...2 Voorwoord...3 Samenvatting...4 Introductie...5 Methode...6 Dataselectie...6 Populatie...6 Lichamelijke activiteit...7 Meetinstrumenten...7 Data analyse...8 Resultaten...8 Resultaten criterialijst...8 Resultaten van de valide en twijfelachtige studies...11 Resultaten Borstkanker...11 Resultaten Darmkanker...15 Resultaten protocollen en richtlijnen...18 Discussie...24 Discussie Borstkanker...24 Discussie Darmkanker...28 Beperkingen van dit onderzoek...30 Slotconclusie...32 Aanbevelingen voor verder onderzoek...32 Referenties...33 Bijlage 1 De criterialijsten...35 Formulier II: beoordeling randomised controlled trail (RCT)...35 Formulier III: beoordeling cohortonderzoek...38 Formulier IV: beoordeling patiënt-controleonderzoek...41 Formulier Va: beoordeling systematische review van RCT s...44 Formulier Vc: beoordeling systematische review van observationeel onderzoek

3 Voorwoord In september 2005 is er begonnen met de voorbereidingen van de beroepsopdracht. Een beroepsopdracht is een relevant beroepsvraagstuk uit de fysiotherapie. Door een beroepsvraagstuk methodisch en systematisch te analyseren en door de uitkomsten te presenteren en te verantwoorden, kan een student aantonen dat hij/zij een aantal competenties van het beroepsprofiel voldoende heeft ontwikkeld. In januari 2006 is de beroepsopdracht afgerond met als resultaat een scriptie in de vorm van een artikel. De scriptie is geschreven door vier derdejaars studenten van de opleiding fysiotherapie. De titel van de scriptie is Kanker en Bewegen. Het doel van deze scriptie is informatie verstrekken over bewegen bij kanker in de preventieve fase, tijdens en na de behandeling van chemotherapie, radiotherapie, hormoontherapie en/of chirurgie. Van de gelegenheid willen wij gebruik maken om een aantal mensen te bedanken: Ella Kruger voor de begeleiding tijdens de beroepsopdracht; Azad Khan voor de externe begeleiding als opdrachtgever; Ronald van de Vlies, Debbie Schreuder, Jelle Wolthuizen, Martijn Stuiver en Jeanette Hellendoorn voor hun tijd en informatie die zij aan ons hebben gegeven. In de afgelopen jaren zijn er veel onderzoeken gedaan die zich hebben gericht op de rol van bewegen bij kanker. Bewegen geeft positieve effecten op de preventie van kanker; kwaliteit van leven; lichamelijke gezondheid; en de psychologische gezondheid van (ex)kankerpatiënten. In Nederland wordt lichamelijke beweging tijdens en na de medische behandeling van kanker niet genoeg gestimuleerd. Daarom hopen wij met deze scriptie de aandacht te vestigen op dit belangrijke onderwerp. De beroepsopdracht is uitgevoerd in opdracht van: Azad Khan Loenermark SP Amsterdam tel De docentbegeleider was: Ella Kruger Hogeschool van Amsterdam Lotte Schijf, Else Stapersma, Toos Tromp en Daan Weijer. 3

4 Samenvatting Achtergrond en vraagstelling: Lichaamsbeweging draagt bij aan de risicovermindering op borst- en darmkanker. Alleen de optimale duur, frequentie en intensiteit van lichamelijke activiteit is nog onduidelijk. Voor tijdens en na de medische behandeling van kanker is er geen gestandaardiseerde norm voor lichamelijke activiteit. Dit alles leidt tot de vraagstelling: Wat is de optimale invulling van lichamelijke activiteit ter preventie van borst- en darmkanker en ter verbetering van de kwaliteit van leven en het vergroten van de overlevingskans van borst- en darmkankerpatiënten tijdens en na de behandeling? Methode: Er is een systematische review uitgevoerd. Aan de hand van criterialijsten van Cochrane zijn de geselecteerde studies beoordeeld op validiteit en toepasbaarheid. De onderzochte populatie voor borstkanker varieert van tot en met vrouwen. De onderzochte populatie voor darmkanker varieert van 69 tot en met 2 miljoen mannen en vrouwen. Beide populaties zijn 18 jaar of ouder. Resultaten: Er zijn zestien studies geïncludeerd. Voor tijdens en na de behandeling van darmkanker zijn er geen studies gevonden. Na de beoordeling van de studies met behulp van de criterialijst zijn zeven valide, zes twijfelachtig en drie niet valide beoordeeld. Het antwoord op de vraagstelling is gebaseerd op de valide en twijfelachtige studies. Conclusie: Er zijn zes aannemelijke adviezen gegeven. Er dient meer experimenteel onderzoek gedaan te worden naar dit onderwerp. Trefwoorden: borstkanker, darmkanker, kanker, bewegen, lichamelijke activiteit, duur, frequentie, intensiteit, optimale invulling. 4

5 Introductie In Nederland zijn er bijna een half miljoen mensen met kanker en jaarlijks komen er circa mensen bij. In 2003 zijn er nieuwe gevallen ontdekt van borstkanker en in ditzelfde jaar stierven mensen aan deze vorm van kanker. De diagnose darmkanker werd in 2003 bij mensen vastgesteld en in ditzelfde jaar stierven aan darmkanker 1. Uit onderstaande tabel komt naar voren dat borst- en darmkanker twee vormen van kanker zijn die veel voorkomen in Nederland Tabel 1 De tien meest voorkomende soorten kanker in 2003 in Nederland (Integrale Kankercentra (IKC) en Kankerbestrijding, 2005) 1,6. Mannen totaal * vrouwen totaal * 1 Prostaatkanker 21,1% 1 Borstkanker 32,7% 2 Longkanker 16,3% 2 Dikkedarmkanker 13,3% 3 Dikkedarmkanker 13,8% 3 Longkanker 8,1% 4 Huidkanker, overig 5,9% 4 Melanoom 4,8% 5 Blaaskanker 5,3% 5 Huidkanker, overig 4,7% 6 Hoofd/hals/nek 4,4% 6 Baarmoederkanker 4,5% 7 Lymfeklierkanker 4,2% 7 Lymfeklierkanker 3,6% 8 Maagkanker 3,4% 8 Eierstokkanker 3,1% 9 Melanoom 3,1% 9 Hoofd/hals/nek 2,1% 10 Slokdarmkanker 2,7% 10 Maagkanker 2,0% TOTAAL 80,2% TOTAAL 78,9% *De gegevens betreffen de incidentie van alle soorten kanker. Per kankersoort wordt het percentage gegeven van deze totale incidentie. Bij omrekening van de absolute aantallen zoals vermeld in de sectie 'cijfers per kankersoort' naar percentages kan het zijn dat deze niet overeenkomen met de percentages in de bovenstaande tabel. De oorzaak daarvan is het clusteren van meerdere kankersoorten onder één noemer. In de bovenstaande tabel zijn bijvoorbeeld de cijfers voor 'blaaskanker' berekend op basis van blaaskanker èn soorten die daar sterk aan gerelateerd zijn. De afgelopen decennia is steeds duidelijker geworden dat leefgewoonten een belangrijke rol spelen bij het ontstaan van kanker. Factoren als roken, alcoholgebruik, overgewicht, bepaalde voedingsstoffen, beroep en zonnen zijn van invloed op bij naar schatting 50 tot 80% van alle nieuwe gevallen van kanker. Sinds kort is duidelijk dat gebrek aan lichaamsbeweging ook in dit rijtje thuishoort 2. In 2004 is in opdracht van de Hogeschool van Amsterdam een scriptie geschreven over de effecten van oefentherapie bij patiënten met borst-, prostaat- en darmkanker 3. Uit deze scriptie, en uit (voorgaande) onderzoek(en) is gebleken dat lichamelijke activiteit positieve effecten heeft op de preventie, tijdens en na de medische behandeling van borst- en darmkanker. Er is inmiddels voldoende wetenschappelijk bewijs om te kunnen stellen dat bewegen bijdraagt aan het verlagen van het risico op borst- en darmkanker 2. In het rapport van van Leeuwen et al. 2 wordt een advies gegeven om onderzoek te doen naar de optimale intensiteit, duur, frequentie van lichamelijke activiteit. Dit omdat er onvoldoende onderbouwde voorlichting is over lichaamsbeweging ter preventie. 5

6 Voor tijdens en na de medische behandeling is er geen gestandaardiseerde norm vastgesteld voor lichamelijke activiteit. Het doel van dit onderzoek is daarom om een oplossing te geven voor bovenstaande problemen. Dit leidt tot de volgende vraagstelling: Wat is de optimale invulling van lichamelijke activiteit ter preventie van borst- en darmkanker en ter verbetering van de kwaliteit van leven en het vergroten van de overlevingskans van borst- en darmkankerpatiënten tijdens en na de behandeling*? *Toelichting: onder borst- en darmkankerpatiënten worden patiënten verstaan die de medische behandeling van kanker ondergaan en de overlevenden van borst- of darmkanker. Onder medische behandeling wordt chemotherapie, radiotherapie, hormoontherapie en/of chirurgie verstaan. Verwacht wordt dat de optimale invulling van lichamelijke activiteit (preventief, tijdens de behandeling en na de behandeling) bij borst- en darmkanker aansluit op de Nederlandse Norm van Gezond Bewegen; op tenminste 5, bij voorkeur alle dagen van de week 30 minuten matig intensief bewegen voor volwassenen 2. Methode Dataselectie Om antwoord te kunnen geven op de vraagstelling is gekozen voor een systematische review. Dit om de literatuur die er bestaat over dit onderwerp overzichtelijk weer te geven. Voor de systematische review is er gezocht naar studies en protocollen/richtlijnen in verschillende databanken, te noemen Pubmed, Cochrane Library, Picarta, Scholar Google, Google, Amed, Mediatheek Hogeschool van Amsterdam, Bibliotheek van het Academisch Medisch Centrum (AMC) en Vrije Universiteit (VU). Er zijn experts aangeschreven en er is handmatig gezocht in diverse tijdschriften. De volgende zoektermen zijn gebruikt: breast cancer, mammary carcinoma, breast carcinoma, bowel, colon cancer, rectal cancer, colorectal cancer, exercise, training, physical activity, intensity, frequence/frequency, endurance/duration, (exercise) guidelines, prevention, during treatment, after treatment, cancer survivors. De inclusiecriteria voor een studie waren 1) gepubliceerd tussen januari 1990 en oktober 2005; 2) effectstudies; 3) geschreven in het Engels of Nederlands; 4) bevat een kwantitatieve beschrijving van duur, frequentie en intensiteit van lichamelijke activiteit; 5) gericht op preventie, tijdens en/of na de behandeling van borst- en darmkanker. Om te kijken of de praktijk aansluit op de bevindingen van de studies, is er gezocht naar protocollen en richtlijnen. De inclusiecriteria voor een protocol/richtlijn waren 1) gepubliceerd tussen januari 1990 en november 2005; 2) afkomstig uit de United States of America (USA), de United Kingdom (UK) en Nederland (NL); 3) geschreven in het Engels of Nederlands; 4) bevat een kwantitatieve beschrijving van duur, frequentie en intensiteit van lichamelijke activiteit; 5) gericht op preventie, tijdens en/of na de behandeling van kanker (toepasbaar op borst- en darmkanker). Populatie De onderzochte patiëntengroep betreft mensen met borst- en darmkanker. De inclusiecriteria voor mensen met borstkanker waren 1) 18 jaar of ouder; 2) vrouwelijk geslacht; 3) vrouwen in de pre- en postmenopausale fase; 4) behandeld met chemotherapie, radiotherapie, hormoontherapie en/of chirurgie. 6

7 De inclusiecriteria voor mensen met darmkanker waren 1) 18 jaar of ouder; 2) zowel mannelijk als vrouwelijk geslacht; 3) zowel colon- als rectumkanker (colorectaal); 4) behandeld met chemotherapie, radiotherapie, hormoontherapie en/of chirurgie. De exclusiecriteria voor beide groepen waren 1) geen nevenpathologie; 2) geen andere behandelingen dan hierboven beschreven. Lichamelijke activiteit Onder lichamelijke activiteiten wordt verstaan: trainen of bewegen om het algemeen aëroob uithoudingsvermogen van het lichaam te verbeteren. Om de optimale (effectieve) invulling van lichamelijke activiteit te evalueren zijn de volgende variabelen van belang: Frequentie: dagen per week of maand; Duur: minuten, uren en metabole equivalente uren (MET-uren); Intensiteit: miles per uur (mph), kilometer per uur (km/u), maximale hartfrequentie (HRmax), 1 Repetition Maximum (1RM), maximale zuurstofopname (VO 2 max) en metabole equivalenten (MET). Over de optimale samenstelling van deze drie variabelen is een advies gegeven in de discussie. De uitkomstmaat voor de preventieve fase is risicovermindering op borst- of darmkanker. De uitkomstmaten voor de fase tijdens en/of na de behandeling is kwaliteit van leven en de overlevingskans. Kwaliteit van leven is het functioneren van personen op fysiek, psychisch en sociaal gebied en de subjectieve evaluatie daarvan 29. Meetinstrumenten Om de methodologische waarde van de studies te meten, is er gebruik gemaakt van de criterialijsten Evidence-Based Richtlijnontwikkeling van Cochrane. Voor het beoordelen van de kwaliteit van verschillende typen onderzoeken zijn meerdere formulieren ontwikkeld. Er is gebruik gemaakt van de volgende formulieren: formulier II bevat een beoordeling voor een Randomised Controlled Trial (RCT); formulier III voor een cohortonderzoek; formulier IV voor een patiëntcontroleonderzoek; formulier Va voor een systematische review van RCT s; en formulier Vc voor een systematische review van observationeelonderzoek. De formulieren zijn in bijlage 1 te vinden. Voor de versie van de lijst met uitleg wordt verwezen naar Cochrane 4. De validiteit en betrouwbaarheid van deze lijsten zijn niet bekend. De kenmerken waarop deze lijsten beoordelen, zijn: patiënten- of controlegroep, vergelijkbaarheid groepen en behandeling, selectiebias, blootstelling, uitkomst, blindering, confounders, follow-up, (selectieve) loss-to-follow-up, intention-to-treat analyse, vraagstelling, zoekactie, selectieprocedure van studies, kwaliteitsbeoordeling, data-extractie, beschrijving oorspronkelijke onderzoeken, omgang met heterogeniteit en statistische pooling. Een beperking van deze lijsten is dat er geen gestandaardiseerde en gevalideerde beoordeling aan gekoppeld is. Om ervoor te zorgen dat de studies op dezelfde wijze beoordeeld werden, zijn vooraf de criterialijsten besproken en afspraken gemaakt over de manier van interpreteren en beoordelen. Per criteriapunt staat uitgebreid in de lijsten beschreven waarnaar gekeken moet worden en wanneer de werkgroep een plus, vraagteken of min moest geven 4. Voor de eindbeoordeling heeft de werkgroep besloten om een studie op de volgende wijze te beoordelen: een studie werd als valide beschouwd als de helft of meer van de criteriapunten met een plus was beoordeeld; voor twijfelachtig geldt dat de helft of meer met een vraagteken 7

8 was beoordeeld; en voor niet valide geldt dat de helft of meer met een min was beoordeeld. Onder validiteit wordt verstaan: de studie meet wat het beoogd te meten. Daarna moest een studie ook worden beoordeeld op toepasbaarheid in Nederland en op welk soort populatie. Onder toepasbaarheid wordt verstaan dat de resultaten uit het onderzoek kan worden toegepast op een soortgelijke populatie in Nederland. Een studie is beoordeeld door twee groepsleden, onafhankelijk van elkaar. Na het beoordelen van de studies vond er een consensusronde plaats. De groepsleden waren geblindeerd door voor de consensus niet te spreken over de inhoud van de literatuur. De uitslagen van deze consensus is in tabel 2 opgenomen. De studies die na de beoordeling met behulp van de verschillende criterialijsten niet valide bleken te zijn, werden niet meegenomen in de resultaten van de artikelen en de discussie. De valide en twijfelachtige studies bepalen hierdoor het antwoord op onze vraagstelling. Bij het analyseren van de protocollen en richtlijnen is de AGREE criterialijst 4 als leidraad gebruikt. Data analyse In de resultaten over de methodologische kwaliteit van de literatuur zijn de volgende aspecten belangrijk: de onderzochte kankervorm; naam van de auteurs; het design; mate van validiteit en toepasbaarheid; en wat de belangrijkste kenmerken van de studie is. In de resultaten van de studies over borst- en darmkanker zijn de volgende aspecten belangrijk: de betreffende fase, naam van de auteurs; de onderzochte populatie; de leeftijd; type activiteit; de invulling van lichamelijke activiteit; de uitkomstmaat; de odds ratio (OR) of relatieve risico (RR); en het bijbehorende confidence interval (CI). De OR is de verhouding (ratio) van de odds (het wel of niet optreden van een bepaalde uitkomst) voor de uitkomst in de interventiegroep en de odds van de uitkomst in de controle- of referentiegroep 22. Het RR is de verhouding van het risico van het herstel in de interventiegroep en het risico op herstel in de controle- of referentiegroep. Het RR geeft aan hoeveel keer hoger (of lager) de kans op herstel is van de interventiegroep t.o.v de controle- of referentiegroep 22. De verzamelde gegevens zullen overzichtelijk worden weergegeven in een tabel. Resultaten Hieronder volgen de resultaten van de beoordelingen aan de hand van de criterialijst van de studies; de resultaten van de valide en twijfelachtige studies over borst- en darmkanker; en de aanbevelingen uit protocollen of richtlijnen. Resultaten criterialijst Aan de hand van de verschillende criterialijsten zijn zestien studies beoordeeld. Deze lijsten toetsen de studies op validiteit en toepasbaarheid. Na de beoordeling zijn zeven studies valide, zes twijfelachtig en drie niet valide beoordeeld. In tabel 2 worden de uitkomsten vermeld van de beoordeling aan de hand van de criterialijsten. Bij de studies worden de plus- en minpunten vermeld. 8

9 Tabel 2 Uitslagen beoordelingen aan de hand van een criterialijst. Borstkanker Darmkanker Auteur Design Validiteit Toepasbaarheid Kenmerken Holmes et al. Cohortonderzoek Valide Algemene bevolking + Recente data; duidelijk gedefinieerde (5) 1e, 2e, 3e lijn onderzoeksgroepen; lange follow-up; duidelijke exclusie- en inclusiecriteria; selectiebias uitgesloten. - Confounders en prognostische factoren zijn matig beschreven; selectieve loss-to-follow-up uitgesloten. McTiernan et Cohortonderzoek Valide Algemene bevolking + Duidelijke definiëring patiënten al. (10) 1e, 2e, 3e lijn populatie; duidelijk gedefinieerde resultaten; duidelijke beschrijving van onderzoek, reproduceerbaar. - Onvoldoende lange follow-up; selectieve loss-to-follow-up kan niet worden uitgesloten. Thune et al. (8) Cohortonderzoek Valide Algemene bevolking + Grote onderzoekspopulatie; voldoende lange follow-up; reproduceerbaar; duidelijk gedefinieerde blootstelling. - Selectiebias kan niet worden uitgesloten; onvoldoende informatie over confounders en prognostische factoren. Courneya et al. Systematische Twijfelachtig Algemene bevolking + Zoekactie en selectieprocedure zijn (7) review van 1e, 2e, 3e lijn goed; data-extractie en kenmerken RCT's. van de onderzoeken duidelijk beschreven; statistische pooling correct uitgevoerd. - Validiteit meetinstrument is onvoldoende; te weinig informatie over analyse; onvoldoende lange follow-up; onvoldoende informatie over blindering onderzoek. Patel et al. (12) Cohortonderzoek Twijfelachtig Algemene bevolking. + Onderzoeksgroepen, uitkomst, Invulling van activiteit is te zwaar voor de aangegeven leeftijds- categorie. confounders en prognostische factoren zijn duidelijk beschreven; methode ter beoordeling uitkomst is adequaat. - Geen uitsluiting selectiebias; onvoldoende blindering; geen voldoende lange follow-up. Rockhill et al. Cohortonderzoek Niet-valide 1e, 2e, 3e lijn + Onderzoeksgroepen zijn duidelijk (9) beschreven; voldoende lange follow-up; selectieve loss-to-follow-up uitgesloten. - Inclusie en exclusiecriteria onduidelijk; uitkomsten onduidelijk gedefinieerd; methode beoordeling resultaten is onduidelijk. White et al. Patiënt-Controle Valide Algemene bevolking + Patiënten- en controlegroep duidelijk; ge- (16) onderzoek blindeerd gemeten; confounders vermeldt - Meetinstrument niet te controleren op validiteit; geen exclusiecriteria. Markowitz et al. Patiënt-Controle Valide Ziekenhuis + Selectiebias uitgesloten; blootstelling en (17) onderzoek (mannen) methode van de beoordeling is duidelijk; confounders zijn vermeld. - Leeftijd van de onderzoeksgroepen is niet bekend. 9

10 Darmkanker Algemeen Choa et al. (18) Cohortonderzoek Valide Algemene bevolking + Onderzoeksgroepen duidelijk; blootstelling en de methode van beoordeling is duidelijk; follow-up voldoende; confounders zijn vermeld. - Uitkomst is niet blind van de blootstelling bepaald maar dit is niet van invloed. Slattery (13) Systematische Twijfelachtig Algemene bevolking + Zoekstrategie en selectieprocedure zijn review van goed; gegevens van oorspronkelijke observationeel onderzoeken in tabel vermeldt; onderzoek complete lijst van confounders. - Geen kwaliteitsbeoordeling. Slattery et al. Patiënt-Controle Twijfelachtig Algemene bevolking + Blootstelling en de methode van (14) onderzoek de beoordeling is duidelijk; confounders zijn vermeld. - Selectiebias is niet uitgesloten. Thune et al. Cohortonderzoek Twijfelachtig Algemene bevolking + Onderzoeksgroepen duidelijk; bloot- (15) stelling en de methode van beoordeling is duidelijk; follow-up voldoende; selectieve loss-to-follow-up uitgesloten. - Methode voor beoordeling van de uitkomst is niet adequaat. Galvão et al. Systematische Valide Algemene bevolking + Meerdere interventies gehanteerd; (11) review van 1e, 2e, 3e lijn per studie een duidelijke observationeel onderzoek beschrijving; vraagstelling is adequaat geformuleerd; duidelijke beschrijving data-extractie. - Te weinig informatie over selectieprocedure, kwaliteitsbeoordeling en meta-analyse. Thune et al. Systematische Twijfelachtig Algemene bevolking + Databanken beschreven; goede (20) review van selectieprocedure; kwaliteitsbeoordeling observationeel is vermeld in tabel; gegevens van onderzoek oorspronkelijke onderzoeken in een tabel vermeldt. - Data-extractie niet beschreven; meta-analyse niet beschreven. Burnham et al. RCT Niet valide Niet toepasbaar + Gerandomiseerde toewijzing van de (19) interventie; groepen aan begin van de trial vergelijkbaar; geen loss-to-follow-up. - Patiënten, behandelaars en effectbeoordelaars waren niet geblindeerd; patiënten zijn niet geanalyseerd in de groep waarin ze waren gerandomiseerd; te kleine populatie. Lee (21) Systematische Niet valide Algemene bevolking + Geen goede kenmerken. review van observationeel onderzoek - Geen kwaliteitsbeoordeling; geen gegevens weergegeven van de oorspronkelijke onderzoeken; geen zoekstrategie vermeldt; geen data-extractie beschreven. RCT: Randomised Controlled Trial; valide: de helft of meer van de criteriapunten met een plus beoordeeld; twijfelachtig: de helft of meer met een vraagteken beoordeeld; niet valide: de helft of meer met een min beoordeeld; kenmerken: punten waarop een studie is beoordeelt; +: goede kenmerken; -: slechte kenmerken. 10

11 Resultaten van de valide en twijfelachtige studies Nadat de studies gescreend waren door de criterialijst, zijn de resultaten van de valide en twijfelachtige studies verwerkt. Deze studies worden gebruikt om antwoord te geven op de vraagstelling. Er zijn na de beoordeling met de criterialijst vijf studies over borstkanker 5,7,8,10,12, zes studies over darmkanker en twee studies over algemeen kanker 11,20 overgebleven. Het betreft: zes cohortstudies, drie patiënt-controlestudies en vier systematische reviews. De onderzochte populatie is 18 jaar en ouder, en varieert voor borstkanker van tot en met vrouwen. Voor darmkanker varieert het van 69 tot en met 2 miljoen mannen en vrouwen. Resultaten Borstkanker In tabel 3 wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste karakteristieken van de studies. De volgende items zijn in de tabel opgenomen: de betreffende fase, naam van de auteurs; de onderzochte populatie; de leeftijd; type activiteit; de invulling van lichamelijke activiteit; de uitkomst; de odds ratio (OR) of relatieve risico (RR); en het bijbehorende confidence interval (CI). De tabel wordt daarna verduidelijkt met een korte omschrijving per studie. Hierin komen de volgende aspecten naar voren: aard van het onderzoek; naam van de auteurs; de doelstelling; de onderzochte populatie; de onderzochte interventie; en de belangrijkste uitkomsten. Onder interventie worden bewegings- of oefenprogramma s verstaan. 11

12 Tabel 3 Gegevens studies borstkanker in de preventieve fase, tijdens en na de behandeling. PREVENTIEF TIJDENS DE BEHANDELING NA DE BEHANDELING Auteur Populatie Leeftijd Soort patiënt BMI Type Activiteit Optimale Uitkomst RR/OR/CI (n) Intensiteit Duur Frequentie Thune et Pre- + Postmenosausaal < 22,8 Lichamelijke activiteit Zwaar Minimaal 4 uur per week 72% Verminderd risico op RR 0,28; 95% al. (8) jaar in vrije tijd borstkanker CI 0,11-0,70 McTiernan jaar Terugblik op 35 jaar NB Lichamelijke activiteit Krachtig NB 3 keer per week 14% Verminderd risico op borst- RR 0,86; 95% et al. (10) Premenopausaal in vrije tijd kanker i.v.g.m. inactieve vrouwen CI 0,78 0, Postmenopausaal < 24.1 Stevig doorwandelen Krachtig uur per week 18% Verminderd risico op borst- RR 0,82; 95% jaar kanker i.v.g.m. inactieve vrouwen CI 0,68 0,97 Patel et NB Postmenopausaal < 25 Lichamelijke activiteit Krachtig > 42 MET-uren per week 29% Verminderd risico op borst RR 0,71; 95% al. (12) in vrije tijd (> 7 uur) kanker CI 0,49 1,02 Holmes et Pre- + Postmenosausaal 24,7 Wandelen op 2-2,9 mph. 9-14,9 MET-uren per week Na 5 jaar overlevingskans van 97% RR 0,50; 95% al. (5) jaar gematigde pas ( km/u) (3-5 uur) Na 10 jaar overlevingskans van 92% CI 0,34 0,74 Galvão et jaar Pre- + Postmenosausaal NB Cardiovasculaire 55-90% HRmax min. 3-5 keer per week cardiopulmonaire functie, HDL, al. (11) training LDL, vetpercentage, NB vermoeidheid NB Weerstandstraining van 1 RM 1-4 sets per 1-3 keer per week Spiermassa, -sterkte, -conditie 50-80% mee spiergroep botsterkte, vermoeidheid. trainen functionele prestatie. metabolisme- werking. vetpercentage NB Rekoefeningen sec. per 2-4 sets per 2-3 keer per week Range of Motion, kwaliteit spiergroep spiergroep van leven Courneya 1530 NB Overlevende van Borst- NB Wandelen en Fietsen Matig; 50-75% min. 3-5 keer per week Kwaliteit van leven et al. (7) kanker en patiënten in van VO 2 max. stadium 1 borstkanker % van HR max. Overlevenden NB Weerstandstraining + Start: lichte weerstand, 7-10 min. rekken 3 keer per week, Kwaliteit van leven Rekoefeningen Opbouwend met <10% voor en na de training Minimaal 1 dag weerstandstoename Start 2 x 10 sets, op- rust tussen de per week bouwend naar trainingen. 2 x 15, 3 x 15 sets per spiergroep. Populatie (n): omvang van de populatie; BMI: body mass index; OR: Oddsratio; RR: relatieve risico; CI: Confidence Interval; i.v.g.m: in vergelijking met; min: minuten; sec: seconden; : verbetering; : vermindering; HDL: high density lipoprotein; LDL: low density lipoproteins; mph: miles per uur; km/u: kilometer per uur; HRmax: maximale hartfrequentie; 1RM: 1 Repetition Maximum; VO 2 max: maximale zuurstofopname; MET: metabole equivalenten; NB: Niet Beschikbaar.. 12

13 Invulling van bewegen in de preventieve fase van borstkanker. De cohortstudie van Thune et al. 8 heeft onderzocht of dagelijkse lichamelijke beweging het risico op borstkanker vermindert. Hierbij heeft een populatie van vrouwen in de leeftijd van 20 tot 54 jaar een vragenlijst over lichamelijke activiteiten in de vrije tijd en op het werk, ingevuld. Vrouwen, jonger dan 45 jaar en in de premenopausale fase, hadden een verminderd risico van 72% (RR 0,28; 95% CI 0,11-0,70) op het krijgen van borstkanker. Dit resultaat gold voor vrouwen, met een gemiddeld body mass index (BMI) van 22.8 en die minimaal 4 uur per week lichamelijke activiteiten uitvoerden in de vrije tijd, zoals wandelen en zwemmen. De cohortstudie van McTiernan et al. 10 richtte zich op de relatie tussen lichamelijke activiteit in de vrije tijd van pre- en postmenopausale vrouwen en het risico op borstkanker Vrouwen, leeftijd tussen 50 en 79 jaar, hadden vragenlijsten over lichamelijke activiteit ingevuld. In dit onderzoek werd ook teruggeblikt naar de tijd dat de vrouwen nog 35 jaar en premenopausaal waren. Drie keer per week, krachtige lichamelijke activiteit gaf een verminderd risico van 14% op borstkanker in vergelijking met inactieve vrouwen (RR 0,86; 95% CI 0,78-0,96). Uit dit onderzoek kwam tevens naar voren dat postmenopausale vrouwen (leeftijd 50 tot 79 jaar) met een BMI kleiner of gelijk aan 24.1, 18% verminderd risico op borstkanker hadden. Deze risicovermindering was vastgesteld bij vrouwen die 1,25 tot 2,50 uur per week stevig doorwandelden (RR 0,82; 95% CI 0,69-0,97). De cohortstudie van Patel et al. 12, onder postmenopausale vrouwen, bevestigde dat lichamelijke activiteit een verminderd risico had op borstkanker. Er werden vrouwen gevraagd naar hun lichamelijke activiteiten in de vrije tijd. In dit onderzoek werd geconcludeerd dat 42 MET-uren per week (> 7 uur per week) bij vrouwen een verminderd risico van 29 % hadden op het krijgen van borstkanker (RR 0,71; 95% CI 0,49-1,02). Invulling van bewegen tijdens de medische behandeling van borstkanker. De cohortstudie van Holmes et al. 5 was een vergelijkend onderzoek bij borstkankerpatiënten bij wie werd onderzocht of lichamelijke activiteiten een verminderd risico op overlijden had. Door middel van vragenlijsten werd gekeken in hoeverre de patiënten lichamelijk actief waren en welke invloed dit had op het risico van overlijden. De populatie bestond uit 2987 post- en premenopausale vrouwen met borstkanker in de leeftijd van 30 tot 55 jaar. Uit dit onderzoek kwam als beste resultaat naar voren dat borstkankerpatiënten, BMI 24.7, die 9 tot 14,9 MET-uren per week op gemiddelde pas wandelden, na 5 jaar een overlevingskans hadden van 97%. Deze vrouwen hadden na 10 jaar een overlevingskans van 92%. Op gemiddelde pas wandelen werd gedefinieerd als 3,2-4,64 kilometer per uur wandelen (2,0-2,9 mph) (RR 0,50; 95% CI 0,34-0,74). Het doel van de systematische review van Galvão et al. 11 was om een overzicht te geven van oefeninterventies bij verschillende soorten kankerpatiënten tijdens en na de behandeling. Hierbij werd gelet op type interventie, frequentie, intensiteit en duur van lichamelijke activiteit. 13

14 In deze systematische review werden 26 observationele studies samengebracht waarbij de meerderheid onderzoek deed op het gebied van borstkanker. De conclusie van deze studie was een advies die toepasbaar is bij alle soorten kanker. Vanwege de meerderheid aan borstkankerstudies acht de werkgroep deze studie relevant voor de vraagstelling. De onderzochte populatie bestond uit vrouwen en mannen van 18 jaar en ouder. Bij de borstkankeronderzoeken werden zowel pre- als postmenopausale vrouwen onderzocht. De studies bedragen samen deelnemers. In deze studie zijn drie aanbevelingen naar voren gekomen over lichamelijke activiteit en kanker. Ten eerste 3 tot 5 keer per week, 20 tot 60 minuten cardiovasculaire training met een intensiteit van 55 tot 90 procent van de maximale hartslag (HRmax). Ten tweede werd aanbevolen 1 tot 3 keer per week weerstandtraining te doen met een duur van 1-4 sets per spiergroep. Dit met een intensiteit van 50 tot 80 procent van de 1 Repetition Maximum (1RM). Als laatste werden rekoefeningen gegeven, 2 tot 3 keer per week met een duur van 2-4 sets per spiergroep met een intensiteit van 10 tot 30 seconden per set. Met deze training werden zowel de psychologische factoren als de lichamelijke factoren getraind, dit komt ten goede aan de verbetering van kwaliteit van leven. Invulling van bewegen na de medische behandeling van borstkanker. In de systematische review van RCT s van Courneya et al. 7 onderzochten ze lichamelijke activiteit, tijdens en na de periode van borstkanker. Ze onderzochten welke lichamelijke activiteit het meeste effect had op de verbetering van kwaliteit van leven. De studies bevatten vrouwen die borstkanker hebben overleefd. Uit dit onderzoek kwamen twee belangrijke resultaten naar voren. Om kwaliteit van leven te verbeteren dienen overlevenden van borstkanker en patiënten in het 1 e stadium van borstkanker, 3 tot 5 keer per week te wandelen en fietsen. Het advies was om dit ongeveer 20 tot 30 minuten vol te houden op een matige intensiteit (50 tot 75% van de VO 2 max of 60 tot 80% van de HRmax). Uit deze studie kwam ook naar voren dat de overlevenden van borstkanker, door middel van krachttraining en rekoefeningen hun kwaliteit van leven konden verbeteren. Als advies werd gegeven de training zowel te beginnen als te eindigen met 7 tot 10 minuten rekken. De overlevenden begonnen met een lichte weerstand en de weerstand werd langzaam zwaarder gemaakt (minder dan 10% weerstandstoename per week). Ze begonnen met 2 x 10 sets en bouwden dit langzaam op naar 2 x 15 en 3 x 15 sets. Ze konden dit 3 keer per week doen, met minimaal één dag rust tussen de trainingen. 14

15 Resultaten Darmkanker In tabel 4 wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste karakteristieken van de studies. De volgende items zijn in de tabel opgenomen: de betreffende fase, naam van de auteurs; de onderzochte populatie; de leeftijd; type activiteit; de invulling van lichamelijke activiteit; de uitkomstmaat; de odds ratio (OR) of relatieve risico (RR); en het bijbehorende confidence interval (CI). De tabel wordt daarna verduidelijkt met een korte omschrijving per studie. Hierin komen de volgende aspecten naar voren: aard van het onderzoek; naam van de auteurs; de doelstelling; de onderzochte populatie; de onderzochte interventie; en de belangrijkste uitkomsten. Onder interventie worden bewegings- of oefenprogramma s verstaan. Bij darmkanker kan er een onderscheid worden gemaakt tussen colon- en rectumkanker. Als in een studie dit onderscheid niet wordt gemaakt, dus colorectaal, zal dit worden aangegeven als darmkanker. Wanneer colon- of rectumkanker wordt bedoeld, zal dit worden vermeld. 15

16 Tabel 4 Gegevens studies darmkanker in de preventieve fase. Auteur Populatie Leeftijd Type activiteit Optimale Uitkomst OR/RR 95% CI Opmerkingen (n) Intensiteit Duur Frequentie Slattery M+V 69 NB Vrije tijdactiviteit Krachtige intensiteit 3,5 tot 4 uur per week Verminderd risico NB NB Betreft colonkanker. (13) tot 4379 (35 min) (7 keer per week) (45 min) (5 keer per week) Matige intensiteit 7 tot 35 uur per week. Verminderd risico NB NB Betreft colonkanker Slattery et M+V jaar Activiteiten thuis, in de Krachtige intensiteit 60 min 1 keer per week. 17%verminderd risico (D) OR(D) 0,83 0,69-0,98 Betreft colonkanker al. (14) vrije tijd en op het 28% verminderd risico (F) OR(F) 0,72 0,56-0,92 werk. Matige intensiteit min 2-4 keer per week 10% verminderd risico(d) OR(D) 0,90 0,76-1,07 Betreft colonkanker 14% verminderd risico (F) OR(F) 0,86 0,72-1,02 Totale intensiteit 60 min 5-7 keer per week 14% verminderd risico(d) OR(D) 0,86 0,72-1,04 Betreft colonkanker (matige + krachtige) 16% verminderd risico (F) OR(F) 0,84 0,70-1,01 Langdurende activiteit Krachtige intensiteit 60 min per dag 32% verminderd risico OR 0,68 0,52-0,87 20 jaar lang uitgevoerd. Thune et M jaar Vrije tijd en Actief (R+O 2-4) 1 uur per week 37% verminderd risico RR 0,63 0,39-1,04 Voor vrouwen, p=0,04. al. (15) V beroepsactiviteit Actief (R+O 2-4) 1 uur per week 34% verminderd risico RR 0,66 0,40-1,10 Voor mannen, 45 jaar bij binnenkomst. p=0,04 White et M jaar Vrije tijdactiviteit Matige tot krachtige 2,5 uur 2 keer per week 22% verminderd risico(d) RR (D) 0,78 0,55-1,11 Betreft colonkanker. al. (16) V 387 intensiteit 30% verminderd risico (F) RR (F) 0,70 0,49-1,00 Sterkere relatie voor ( 4,5 MET) mannen. p=0,05 (F) en p=0,15 (D). Krachtige intensiteit NB 1 keer per week 36% verminderd risico RR 0,64 0,45-0,92 Betreft colonkanker. ( 6,0 MET) Sterkere relatie voor mannen. p=0,02. Alle intensiteiten 1 tot 2,5 uur 2-4 keer per week 38% verminderd risico(d) RR 0,62 (D) 0,41-0,93 Betreft colonkanker. 43% verminderd risico (F) RR 0,57 (F) 0,39-0,85 Sterkere relatie voor mannen. p=0,04 (F) en p=0,08 (D). Beroepsactiviteit Matige intensiteit 14,5 uur per week 71% verminderd risico RR 0,29 0,12-0,69 Mannen < 55 jaar. ( 5,5 MET) p=0,005. Colonkanker Totale lichamelijke Matige of krachtige 5 uur per week 22% verminderd risico RR 0,78 0,55-1,10 p=0,19. Dit is aannemelijk activiteit intensiteit Betreft colonkanker. (beroeps+vrije tijd) ( 4,5 MET) 16

17 Markowitz M 1597 NB Beroepsactiviteit Hoog ( 80% van NB 50% verminderd risico OR 0,50 0,30-0,80 Mannen. p=0,006. Meer et al. (17) de tijd actief) consistent voor de colon. Vrije tijdactiviteit Krachtige intensiteit 20 min. 3 keer per week, 30% verminderd risico OR 0,70 0,50-0,90 Mannen, betreft de gedurende 1 jaar of meer. levensperiode van jaar. Choa et al. M jaar Vrije tijdactiviteit Matige of krachtige 8 uur per week 40% verminderd risico RR 0,60 0,44-0,83 Betreft colonkanker. (18) V (wandelen, joggen intensiteit p met referentie /rennen, baantjes (MET: 3,5-7,0) groep = 0,002. p zonder zwemmen, tennis, referentiegroep = 0,007. fietsen (op ergometer), 30 MET- per week 35% verminderd risico RR 0,65 0,49-0,87 Betreft colonkanker. aerobic/gym, dansen). uren p met referentie groep = 0,002. p zonder referentiegroep=0,006 Langdurende activiteit NB 7 uur per week 26% verminderd risico RR 0,74 0,56-0,99 Betreft colonkanker. 10 jaar lang Thune et M+V jaar Vrije tijd- en beroeps- NB 21 MET-uren per week 50% verminderd risico NB NB Betreft colonkanker. al. (20) tot activiteit Vrije tijdactiviteit Matige intensiteit 4 uur per week Risicovermindering NB NB Middelbare Amerikaanse vrouwen. Colonkanker. Krachtige intensiteit 3 uur per week Risicovermindering NB NB Middelbare Amerikaanse vrouwen. Colonkanker. Populatie (n): omvang van de populatie; M: Man; V: Vrouw; OR: Oddsratio; RR: relatieve risico; CI: Confidence Interval; MET: metabole equivalenten; (D): waarden gelden voor de duur; (F): waarden gelden voor de frequentie; p: probability; min: minuten; R2: wandelen/fietsen voor 1 uur per week; R3: conditie verbeteren voor 4 uur per week; R4: regelmatig hard trainen of sporten meerdere keren per week; O2: werk met veel lopen; O3: werk met veel tillen en lopen; O4: zwaar lichamelijk werk; NB: Niet Beschikbaar 17

18 Invulling van bewegen in de preventieve fase van darmkanker. Slattery 13 heeft in een systematische review van observationeel onderzoek de relatie tussen lichamelijke vrije tijdactiviteit en darmkanker (colorectaal) onderzocht. De onderzochte populatie in de opgenomen studies varieerde van 69 tot mannen en vrouwen (leeftijd onbekend). Uit de studie kwam naar voren dat 3,5 tot 4 uur krachtige activiteiten per week, een positief effect liet zien van lichamelijke activiteit op colonkankerrisico. Dit staat gelijk aan 35 minuten krachtige activiteiten elke dag, of 45 minuten krachtige activiteiten vijf dagen in de week. Hoewel, voor matige activiteiten 7-35 uur nodig was voor dezelfde risicovermindering. Slattery et al. 14 heeft in een patiënt-controle studie de associatie tussen lichamelijke activiteit en darmkanker (colon) onderzocht en hoe dit zich verhoudt tot de publieke gezondheidsaanbevelingen. De onderzochte populatie bestond uit patiënten en mensen in de controlegroep. Het waren zowel mannen als vrouwen in de leeftijd van 30 tot 79 jaar. Lichamelijke activiteit werd thuis, in de vrije tijd en op het werk gemeten. Totale lichamelijke activiteit is alle activiteiten samen. Daarbij werd er een onderscheid gemaakt tussen krachtige, matige en totale intensiteit (matige en krachtige samen). De meeste risicovermindering bij krachtige intensiteit werd behaald bij 60 minuten of meer (OR 0,83; 95% CI 0,69-0,98) één keer per week (OR 0,72; 95% CI 0,56-0,92). Krachtige intensiteit werd gedefinieerd als activiteiten die je laten zweten en waarvan je buiten adem raakt. De meeste risicovermindering bij matige intensiteit werd behaald bij 30 tot 60 minuten (OR 0,90; 95% CI 0,76-1,07) twee tot vier keer per week (OR 0,86; 95% CI 0,72-1,02). Matige intensiteit werd gedefinieerd als activiteiten die uitgevoerd zijn op een meer gemiddelde pas dan krachtige activiteiten. Bij krachtige intensiteit werd een groter risicovermindering gezien dan bij matige intensiteit. Bij totale intensiteit werd de meeste risicovermindering behaald bij 60 minuten of meer (OR 0,86; 95% CI 0,72-1,04) vijf tot zeven keer per week (OR 0,84; 95% CI 0,70-1,01). Bij activiteiten, die al 20 jaar worden uitgevoerd, werd het meeste risicovermindering behaald met krachtige intensiteit bij 60 minuten of meer. Werkgerelateerde activiteiten (totale intensiteit) en matige, vrije tijdactiviteit waren niet gerelateerd met risicovermindering bij zowel mannen als vrouwen. Thune et al. 15 heeft in een cohortstudie de associatie tussen zelfgerapporteerde werk en vrije tijdactiviteiten en de daaropvolgende risico s hiervan op darmkanker (colorectaal) onderzocht. De onderzochte populatie bestond uit mannen en vrouwen, in de leeftijd van 20 tot 69 jaar. Lichamelijke activiteit werd gedefinieerd als: lopen en fietsen voor minstens vier uur in de week gedurende de vrije tijd. Dit werd geassocieerd met verminderd risico op colonkanker bij vrouwen wanneer vergeleken wordt met de inactieve groep (RR 0,62; 95% CI 0,40-0,97). De meeste risicovermindering bij totale activiteit (vrije tijd en op werk) bij vrouwen werd behaald bij actieve intensiteit 1 uur of meer per week (RR 0,63; 95% CI 0,39-1,04; p=0,04). Onder actieve intensiteit werd verstaan: wandelen/fietsen voor meer dan 1 uur per week; conditie verbeteren voor meer dan 4 uur per week; regelmatig trainen of sporten meerdere malen per week; werk met veel lopen/tillen en zwaar lichamelijk 18

19 werk. Dit gold voornamelijk voor het proximale deel van de colon (RR 0,51; 95% CI 0,28-0,93). De meeste risicovermindering bij totale activiteit bij mannen, ouder dan 45 jaar, werd behaald bij actieve intensiteit, 1 uur of meer per week (RR 0,66; 95% CI 0,40-1,10; p=0,04). Er werd geen associatie gevonden tussen lichamelijke activiteit en rectumkanker bij zowel mannen als vrouwen. White et al. 16 heeft in een patiënt-controle studie de relatie tussen lichamelijke activiteit en darmkanker (colorectaal) onderzocht. Het onderzoek bestond uit 484 mannen (251 patiënten en 233 mensen in de controlegroep) en 387 vrouwen (193 patiënten en 94 mensen in de controlegroep). De deelnemers hadden een blanke huidskleur en een leeftijd van 30 tot 62 jaar. Aan de deelnemers werd gevraagd naar de intensiteit, duur en frequentie van typen vrije tijd-, beroeps- en huishoudelijke activiteiten. Bij vrije tijd en huishoudelijke activiteiten (3,5 MET) werd gevraagd naar een 10 jarige periode, 2 jaar voor de diagnose darmkanker (voor de controlegroep was dit een corresponderende periode). Bij beroepsactiviteiten werd gekeken naar banen die meer dan 1 jaar zijn uitgevoerd in het gehele leven van een deelnemer of tijdens een 10 jarige periode. Dit wel tot 2 jaar voordat de diagnose darmkanker is vastgesteld. Voor zowel mannen als vrouwen gold dat iedere vrije tijdactiviteit (alle intensiteiten) het meeste risicovermindering gaf als het 1 tot 2,5 uur (RR 0,62; 95% CI 0,41-0,93; p=0,08) en 2 tot 4 keer per week (RR 0,57; 95% CI 0,39-0,85; p=0,04) werd uitgevoerd. Als er werd gekeken naar matige tot krachtige intensiteit ( 4,5 MET), gaf 2,5 uur of meer (R 0,78; 95% CI 0,55-1,11; p=0,15) en 2 keer of meer per week (RR 0,70; 95% CI 0,49-1,00; p=0,05) het meeste risicovermindering. Als er gekeken werd naar krachtige intensiteit ( 6,0 MET), gaf 1 keer of meer per week het meeste risicovermindering (RR 0,64; 95% CI 0,45-0,92; p=0,02). In de studie komt niet naar voren wat de optimale duur is bij krachtige activiteiten. Deze hierboven beschreven associaties waren voor vrouwen zwakker en niet significant. Voor beide geslachten, werden er geen duidelijke associaties gevonden tussen darmkanker en beroepsactiviteiten. Alleen voor mannen die jonger waren dan 55 jaar was er wel een risicoreductie op darmkanker te zien. Dit gold dan bij matige activiteiten ( 5,5 MET) voor 14,5 uur of meer per week (RR 0,29; 95% CI 0,12-0,69; p=0,005). Het verschil tussen oudere en jongere mannen was hoog significant (p=0,003). Levenslange beroepsactiviteit en huishoudelijke activiteit waren niet gerelateerd aan het risico op darmkanker. Associaties van totale lichamelijke activiteit (vrije tijd- en beroepsactiviteit) waren niet statistisch significant. Maar de auteurs suggereerden wel dat 5 uur of meer van matige of krachtige intensieve lichamelijke activiteit per week risicovermindering bewerkstelligde (RR 0,78; 95% CI 0,55-1,10; p=0,19). Markowitz et al. 17 heeft in een patiënt-controle studie onderzocht of vrije tijdactiviteit een beschermend effect heeft, onafhankelijk van beroepsactiviteit, op darmkanker (colorectaal). En om het belang van vrije tijdactiviteit in verschillende leeftijdsperiodes vast te stellen, rekening houdend met het daaropvolgende risico op darmkanker. De onderzoekspopulatie bestond uit 440 mannelijke darmkankerpatiënten en mannelijke ziekenhuispatiënten als de controlegroep (leeftijd onbekend). 19

20 Bij vrije tijdactiviteit werd er gevraagd of de deelnemers een van de 26 verschillende typen activiteiten (bijvoorbeeld tennis, basketball etc.) gedaan hadden in 3 specifieke leeftijdsperioden (15-21 jaar, jaar en 45 jaar). Vrije tijdactiviteit werd gedefinieerd als krachtig intensief trainen voor minstens 20 minuten, 3 keer per week, gedurende 1 jaar of meer. Beroepsactiviteit werd geclassificeerd aan de hand van de functie van een deelnemer. Het beschermende effect van vrije tijd activiteit was het sterkst bij mannen van 22 tot 44 jaar die alle niveaus van beroepsactiviteit deden (OR 0,7; 95% CI 0,5-0,9). Bij beroepsactiviteiten was het meeste risicovermindering gezien bij hoge intensiteit ( 80% van de tijd actief) (OR 0,5; 95% CI 0,3-0,9; p=0,006). Beroepsactiviteit was sterker gerelateerd met darmkanker dan vrije tijdactiviteit. Wel was vrije tijdactiviteit onafhankelijk van de mate van beroepsactiviteit. Voor zowel colon- als rectumkanker gold dat het risico verminderde naarmate de intensiteit van beroepsactiviteit toenam. De hoge intensiteit gaf hierbij het meeste risicovermindering (OR voor colon 0,5; 95% CI 0,3-0,8) (OR voor rectum 0,6; 95% CI 0,3-1,1). Hoewel alleen voor colonkanker deze associatie statistisch significant was. Chao et al. 18 heeft in een cohortstudie de associatie van de kenmerken (hoeveelheid, type en timing) van vrije tijdactiviteit met colon- of rectumkanker, onderzocht. De populatie bestond uit mannen en vrouwen van 50 tot 74 jaar. Onder vrije tijdactiviteit werden 7 activiteiten verstaan, namelijk wandelen, joggen/rennen, baantjes zwemmen, tennis, fietsen/fietsen op fietsergometer, aerobic/gymnastiek en dansen. Bij het evalueren van het type activiteit, werden activiteiten anders dan wandelen gegroepeerd als andere activiteiten. Voor mannen en vrouwen gecombineerd gold dat 8 uur of meer per week van vrije tijdactiviteit (3,5-7,0 MET) de meeste risicovermindering gaf op colonkanker (RR 0,60; 95% CI 0,44-0,83; statistisch significant). Voor mannen en vrouwen gecombineerd gold dat 30 MET-uren of meer per week van vrije tijdactiviteit (3,5-7,0 MET) de meeste risicovermindering gaf op colonkanker (RR 0,65; 95% CI 0,49-0,87; statistisch significant). Als gekeken werd naar mannen en vrouwen apart, waren deze twee associaties bij vrouwen niet statistisch significant. Een dosiseffect relatie werd alleen bij mannen gezien (hoe meer activiteiten, hoe meer risicovermindering). Wandelen gecombineerd met andere activiteiten, voor 7 uur of meer was gerelateerd aan verminderd risico op colonkanker (RR 0,55; 95% CI 0,40-0,74; statistisch significant). Alleen wandelen liet geen verminderd risico op colonkanker zien en was niet statistisch significant. Mannen en vrouwen die nog niet lang actief waren (sinds het jaar voor aanvang van het onderzoek) hadden 16% risicovermindering op colonkanker (RR 0,84; 95% CI 0,59-1,20; niet statistisch significant). Voor deze groep is gezien dat 7 uur of meer per week, risicoverminderend was (RR 0,74; 95% CI 0,44-1,25). Mannen en vrouwen die continue actief waren (10 jaar lang) hadden 13% risicovermindering op colonkanker (RR 0,87; 95% CI 0, ; statistisch significant). Voor deze groep is gezien dat 7 uur of meer per week risicoverminderend was (RR 0,74; 95% CI 0,56-0,99) en deze associatie was statistisch significant. Er was 30% risicovermindering op rectumkanker gezien bij mannen en vrouwen die matige hoeveelheid activiteiten uitvoerden. Deze associatie was niet statistisch 20

21 significant. Hierbij maakte het niet uit of ze alleen wandelden of wandelden en andere activiteiten uitvoerden. Thune et al. 20 heeft in een systematische review van observationele onderzoeken de associatie tussen lichamelijke activiteit en totale en plaatsspecifieke kankerrisico onderzocht. Dit in relatie tot welke geobserveerd dosiseffect relatie tussen lichamelijke activiteit en kanker, kan worden geïnterpreteerd in termen van hoeveel lichamelijke activiteit (type, intensiteit, duur, frequentie) nodig is om plaats- en geslachtsspecifieke kankerrisico te beïnvloeden. De onderzochte populatie bij darmkanker varieert van 326 en 2 miljoen mannen en vrouwen in de leeftijd van 18 tot 84 jaar. De auteurs zeggen dat een dosiseffect relatie in het bijzonder afhankelijk leek te zijn van matige tot krachtige activiteiten. Dit gold voor zowel mannen als vrouwen, waarbij een sterker dosiseffect relatie werd gezien bij mannen dan bij vrouwen. 4 Uur matige of 3 uur krachtige vrije tijdactiviteit was nodig om het risico op darmkanker te verminderen bij middelbare Amerikaanse vrouwen. 21 MET-uren per week werd geassocieerd met 50% verminderd colonkankerrisico. Er was geen effect waargenomen van lichamelijke activiteit gerelateerd aan een leeftijdsperiode van blootstelling. Hoewel, deze studie suggereert dat langdurige lichamelijke activiteit in de periode van volwassenheid beter is. Ook is continue activiteit beter dan kortdurige activiteit. Invulling van bewegen tijdens en na de medische behandeling van darmkanker. Er zijn geen studies gevonden die een uitspraak doen over: Wat is de optimale invulling van lichamelijke activiteit ter verbetering van de kwaliteit van leven en het vergroten van de overlevingskans van darmkankerpatiënten tijdens en na de behandeling? 21

22 Resultaten protocollen en richtlijnen Om te zien of de praktijk aansluit op de bevindingen uit de studies, is er gezocht naar protocollen en richtlijnen. De protocollen en richtlijnen geven aanbevelingen over de invulling van lichamelijke activiteit bij kanker in de preventieve fase, tijdens en/of na de medische behandeling. Alleen in Nederland, de United States of America (USA) en de United Kingdom (UK) zijn protocollen en richtlijnen gezocht. Om een overzicht te geven wat de gevonden aanbevelingen inhouden, zal hieronder een korte omschrijving van elk protocol of richtlijn worden gegeven. Als in de literatuur de bewijskracht wordt gegeven, zal dit worden vermeld in de korte omschrijving. Byers et al. 23 heeft in opdracht van de American Cancer Society (ACS) een richtlijn geschreven om door middel van voeding en lichamelijke activiteit het risico op kanker te verminderen (preventief). Het is een leidraad om de juiste keuzes te maken op het gebied van voeding en lichamelijke activiteit. De aanbeveling voor volwassenen luidt: minstens matig lichamelijk actief voor 30 minuten op 5 dagen van de week. Terwijl minstens 45 minuten, matig tot krachtig actief op 5 dagen van de week meer risicovermindering kan bewerkstelligen op borsten darmkanker. In de richtlijn wordt weergegeven welke activiteiten worden verstaan onder matige en krachtige activiteiten. De bewijskracht van de aanbeveling over lichamelijke activiteit gericht op risicovermindering van borst- en darmkanker is overtuigend (behaalt de hoogste categorie) 23. Brown et al. 24 heeft in opdracht van de ACS een richtlijn geschreven aan de hand van wetenschappelijk bewijs en best practice gerelateerd aan de optimale voeding en lichamelijke activiteit na de diagnose kanker. Het doorloopt de fases van de medische behandeling en revalidatie, het leven na de revalidatie, en het leven met kanker/metastasen of een recidief. Uit de richtlijn komt naar voren dat er evidentie is dat lichamelijke activiteit niet alleen veilig en uitvoerbaar is, maar dat het ook invloed heeft op het lichamelijk en functioneel welzijn van de patiënt. Ook wordt de kwaliteit van leven van de patiënt verbeterd. Er is nog geen onderzoek gedaan naar de interactie van lichamelijke activiteit met de effectiviteit van de medische behandeling. Tijdens de medische behandeling en de revalidatie daarvan, moet de invulling van lichamelijke activiteit worden aangepast op het algemene uithoudingsvermogen en voorkeuren van de patiënt. Het is individueel gericht. Er zijn aanwijzingen dat een trainingsprogramma die het algemene uithoudingsvermogen verbetert voordat de patiënt geopereerd wordt, een positieve effecten heeft op het herstel. Hoewel op dit gebied nog geen onderzoek is verricht. Wanneer patiënten radiotherapie of chemotherapie krijgen, moet hun training worden aangepast of er moet begonnen worden op een lagere intensiteit in vergelijking met gezonde mensen. Er moet geprobeerd worden om zoveel mogelijk de activiteit te onderhouden of te beginnen met lage intensieve activiteiten. Na de medische behandeling en de revalidatie daarvan, is het aannemelijk dat de aanbevelingen uit de richtlijn van Byers et al. 23 positieve effecten hebben op het risico van recidieven. Er wordt op dit moment nog onderzoek gedaan naar de effecten van lichamelijke activiteit op kankerrecidieven of overlevingskans na de behandeling van kanker. 22

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2 Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2 Toelichting bij de criteria voor het beoordelen van de kwaliteit van een

Nadere informatie

FORMULIER IV voor het beoordelen van een PATIËNT-CONTROLEONDERZOEK Versie oktober 2002, geldig t/m december 2005 Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling Formulier IV: beoordeling patiënt-controleonderzoek

Nadere informatie

Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten. Ton Kuijpers, Epidemioloog

Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten. Ton Kuijpers, Epidemioloog Evidence based richtlijnontwikkeling (EBRO) training voor patiënten Ton Kuijpers, Epidemioloog Guru based medicine Inhoud Voorbeeld van een wetenschappelijk onderzoeksdesign (RCT) Mate van bewijs Conclusies

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een interventieonderzoek (bij voorkeur een RCT)

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een interventieonderzoek (bij voorkeur een RCT) Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een interventieonderzoek (bij voorkeur een RCT) Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 4 1 Toelichting bij de criteria voor

Nadere informatie

SYSTEMATISCHE REVIEW VAN OBSERVATIONEEL ONDERZOEK

SYSTEMATISCHE REVIEW VAN OBSERVATIONEEL ONDERZOEK FORMULIER Vc voor het beoordelen van een SYSTEMATISCHE REVIEW VAN OBSERVATIONEEL ONDERZOEK Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling Formulier Vc: beoordeling systematische review van observationeel onderzoek

Nadere informatie

behandeling volgens de KNGF-richtlijn bij mensen met artrose aan de heup en/of knie.

behandeling volgens de KNGF-richtlijn bij mensen met artrose aan de heup en/of knie. Samenvatting De primaire doelstelling van het onderzoek was het onderzoeken van de lange termijn effectiviteit van oefentherapie en de rol die therapietrouw hierbij speelt bij patiënten met artrose aan

Nadere informatie

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen

Nadere informatie

Samenvatting

Samenvatting - 12 - Samenvatting - 13 - Gebrek aan dagelijkse lichaamsbeweging is een groot probleem voor de volksgezondheid door de bijdrage aan de ziektelast wereldwijd en het risico op sterfte. Hardlopen is een

Nadere informatie

Samenvatting Samenvatting

Samenvatting Samenvatting Samenvatting Samenvatting Binnen het domein van hart- en vaatziekten is een bypassoperatie de meest uitgevoerde chirurgische ingreep. Omdat bij een hartoperatie het borstbeen wordt doorgesneden en er meestal

Nadere informatie

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Amsterdam School of Health Professionals / HvA Amsterdam Kwaliteit en Proces Innovatie / AMC Amsterdam Goede zorg Effectief Doelmatig Veilig Tijdig Toegankelijk

Nadere informatie

Exercise training in cancer survivors

Exercise training in cancer survivors Exercise training in cancer survivors Ingrid De Backer, MD, PhD 03-09-2012 Overzicht presentatie Ontstaan van het programma Kanker en overleven Kankerbehandeling en fysieke conditie Methode Trainingsprogramma

Nadere informatie

Samenvatting. Effectiviteit van ergotherapie: stand van zaken

Samenvatting. Effectiviteit van ergotherapie: stand van zaken Samenvatting Effectiviteit van ergotherapie: stand van zaken Ergotherapie is een paramedisch beroep dat gericht is op het verbeteren van het zelfstandig functioneren door het individu in de voor die persoon

Nadere informatie

FORMULIER III. voor het beoordelen van een COHORTONDERZOEK. Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling

FORMULIER III. voor het beoordelen van een COHORTONDERZOEK. Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling FORMULIER III voor het beoordelen van een COHORTONDERZOEK Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling Formulier III: beoordeling cohortonderzoek Dit formulier is bestemd voor het beoordelen van cohortonderzoek.

Nadere informatie

WERKVERMOGEN NA KANKERBEHANDELING: WAT HELPT WERKENDEN VERDER?

WERKVERMOGEN NA KANKERBEHANDELING: WAT HELPT WERKENDEN VERDER? WERKVERMOGEN NA KANKERBEHANDELING: WAT HELPT WERKENDEN VERDER? RESULTATEN VAN EEN SYSTEMATISCHE LITERATUUR REVIEW INGRID BOELHOUWER, WILLEMIJN VERMEER & TINKA VAN VUUREN 9 NOVEMBER 2018 1 WERK NA KANKER

Nadere informatie

Dit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest.

Dit proefschrift presenteert de resultaten van het ALASCA onderzoek wat staat voor Activity and Life After Survival of a Cardiac Arrest. Samenvatting 152 Samenvatting Ieder jaar krijgen in Nederland 16.000 mensen een hartstilstand. Hoofdstuk 1 beschrijft de achtergrond van dit proefschrift. De kans om een hartstilstand te overleven is met

Nadere informatie

- 172 - Prevention of cognitive decline

- 172 - Prevention of cognitive decline Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.

Nadere informatie

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters Literatuuronderzoek Systematische Review Meta-Analyse KEMTA Andrea Peeters Waarom doen? Presentatie 1. Begrippen systematische review en meta-analyse 2. Hoe te werk gaan bij het opzetten van een review

Nadere informatie

het psychisch functioneren van de ouder, de tevredenheid van de ouders met de (huwelijks)relatie en de gezinscommunicatie. Een beter functioneren van

het psychisch functioneren van de ouder, de tevredenheid van de ouders met de (huwelijks)relatie en de gezinscommunicatie. Een beter functioneren van 9 Samenvatting 173 174 9 Samenvatting Kanker is een veel voorkomende ziekte. In 2003 werd in Nederland bij meer dan 72.000 mensen kanker vastgesteld. Geschat wordt dat het hier in 9.000 gevallen om mensen

Nadere informatie

Een literatuurstudie met betrekking tot de dementiewoning. Door Susan Arendse en Martijn Moerman, studenten Fysiotherapie van de HU.

Een literatuurstudie met betrekking tot de dementiewoning. Door Susan Arendse en Martijn Moerman, studenten Fysiotherapie van de HU. Zijn bewegingsprogramma s die cognitie stimuleren haalbaar in de thuissituatie? Een literatuurstudie met betrekking tot de dementiewoning van het project Technologie Thuis Nu Door Susan Arendse en Martijn

Nadere informatie

CoRPS. 'Cancer survivorship' onderzoek in Zuid Oost Nederland: van epidemiologische bevindingen naar interventies

CoRPS. 'Cancer survivorship' onderzoek in Zuid Oost Nederland: van epidemiologische bevindingen naar interventies 'Cancer survivorship' onderzoek in Zuid Oost Nederland: van epidemiologische bevindingen naar interventies Center of Research on Psychology in Somatic diseases Lonneke van de Poll Franse, Integraal Kankercentrum

Nadere informatie

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen Amsterdam School of Health Professionals / HvA Amsterdam Kwaliteit en Proces Innovatie / AMC Amsterdam Systematisch literatuur onderzoek RCT s worden gemaakt om

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Dikkedarmkanker is een groot gezondheidsprobleem in Nederland. Het is de derde meest voorkomende vorm van kanker bij mannen en de tweede meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. In 2008

Nadere informatie

samenvatting 127 Samenvatting

samenvatting 127 Samenvatting 127 Samenvatting 128 129 De ziekte van Bechterew, in het Latijn: Spondylitis Ankylopoëtica (SA), is een chronische, inflammatoire reumatische aandoening die zich vooral manifesteert in de onderrug en wervelkolom.

Nadere informatie

MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE

MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE MINDFULNESS EN ACT INTERVENTIES ALS E-HEALTH: EEN META-ANALYSE MARION SPIJKERMAN VGCT CONGRES, 13 NOVEMBER 2015 OVERZICHT Introductie Methode Resultaten Discussie Mindfulness en ACT interventies als ehealth:

Nadere informatie

Voorwoord 1 0. Inleiding 1 1

Voorwoord 1 0. Inleiding 1 1 Inhoud Voorwoord 1 0 Inleiding 1 1 1 Evidence-based diëtetiek: principes en werkwijze 1 3 Inleiding 1 3 1.1 Evidence-based diëtetiek 1 3 1.2 Het ontstaan van evidence-based handelen 1 5 1.3 Evidence-based

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting * 114 Het eerste hoofdstuk beschrijft het belang van een goede fysieke fitheid van patiënten die een zware operatie moeten ondergaan. Fysieke fitheid geeft een indruk van het vermogen van een patiënt om

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord prof. dr. P.H. Dejonckere bij de eerste druk 10. Woord vooraf bij de tweede, geheel herziene druk 12

Inhoud. Voorwoord prof. dr. P.H. Dejonckere bij de eerste druk 10. Woord vooraf bij de tweede, geheel herziene druk 12 Inhoud Voorwoord prof. dr. P.H. Dejonckere bij de eerste druk 10 Woord vooraf bij de tweede, geheel herziene druk 12 1 Inleiding 14 1.1 Wat is evidence-based handelen? 14 1.2 Evidentie in de logopedie

Nadere informatie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie

Samenvatting Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Beloop van beperkingen in activiteiten bij oudere patiënten met artrose van heup of knie Zoals beschreven in hoofdstuk 1, is artrose een chronische ziekte die vaak voorkomt bij ouderen en in het bijzonder

Nadere informatie

Nachtwerk en borstkanker: een causaal verband?

Nachtwerk en borstkanker: een causaal verband? Nachtwerk en borstkanker: een causaal verband? Dr.ir. A. Pijpe Afd. Psychosociaal onderzoek en Epidemiologie Heijermanslezing Kanker en Werk 14 juni 2013 Soorten kanker in verband gebracht met ploegendienst

Nadere informatie

B-vitaminen ter preventie van fracturen en de vermindering van het fysiek functioneren

B-vitaminen ter preventie van fracturen en de vermindering van het fysiek functioneren SAMENVATTING Samenvatting B-vitaminen ter preventie van fracturen en de vermindering van het fysiek functioneren Door de stijgende levensverwachting zal het aantal osteoporotische fracturen toenemen. Osteoporotische

Nadere informatie

Klinische inspanningstesten in de (kinder)revalidatie

Klinische inspanningstesten in de (kinder)revalidatie Klinische inspanningstesten in de (kinder)revalidatie Kinderen en jongvolwassenen met een fysieke beperking, zoals cerebrale parese (CP), ervaren vaak loopproblemen in het dagelijks leven. Veelgehoorde

Nadere informatie

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 SAMENVATTING MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 ALIFE@WORK DE EFFECTEN VAN EEN LEEFSTIJLPROGRAMMA MET BEGELEIDING OP AFSTAND VOOR GEWICHTSCONTROLE BIJ WERKNEMERS ACHTERGROND Overgewicht, waarvan

Nadere informatie

Mindfulness : wat hebben patiënten met kanker eraan?

Mindfulness : wat hebben patiënten met kanker eraan? Mindfulness : wat hebben patiënten met kanker eraan? Prof dr Irma Verdonck-de Leeuw Vrije Universiteit Afdeling Klinische Psychologie VUmc / Cancer Center Amsterdam Afdeling Keel-, Neus- en Oorheelkunde

Nadere informatie

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument.

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een artikel over een diagnostische test of screeningsinstrument. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 3. Toelichting bij de criteria voor

Nadere informatie

Kritisch lezen Hoe lees ik een artikel?

Kritisch lezen Hoe lees ik een artikel? Kritisch lezen Hoe lees ik een artikel? Prof. Dr. Lieve Peremans 2/5/15 Herhaling titel van presentatie 1 Evalueer kritisch de kwaliteit Heb ik nu een goed artikel? 1.Soorten onderzoeksdesigns 2.Regels

Nadere informatie

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie Interventie: Families First Deelcommissie: 1 Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier Datum vergadering: 11 april 2014 Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie De commissie

Nadere informatie

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 SAMENVATTING Dit proefschrift is gewijd aan Bouwen aan Gezondheid : een onderzoek naar de effectiviteit van een leefstijlinterventie voor werknemers in de bouwnijverheid met een verhoogd risico op hart

Nadere informatie

Kennishiaten en onderzoek Oncologische revalidatie in Nederland: een overzicht. Dr. Miranda J. Velthuis Adviseur Integraal Kankercentrum Nederland

Kennishiaten en onderzoek Oncologische revalidatie in Nederland: een overzicht. Dr. Miranda J. Velthuis Adviseur Integraal Kankercentrum Nederland Kennishiaten en onderzoek Oncologische revalidatie in Nederland: een overzicht Dr. Miranda J. Velthuis Adviseur Integraal Kankercentrum Nederland Historisch perspectief: onderzoek oncologische revalidatie

Nadere informatie

Beweegrichtlijnen Nr. 2017/08. Samenvatting

Beweegrichtlijnen Nr. 2017/08. Samenvatting Beweegrichtlijnen 2017 Nr. 2017/08 Samenvatting Beweegrichtlijnen 2017 pagina 2 van 6 Achtergrond In Nederland bestaan drie normen voor bewegen: de Nederlandse Norm Gezond Bewegen, die adviseert op minstens

Nadere informatie

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP 16-4-2015

Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk. Definitie EBP 16-4-2015 Evidence Based Practice in de alledaagse praktijk Lies Braam, verpleegkundig specialist neurologie 26 maart 2015 V &VN neurocongres Definitie EBP Bij EBP gaat het om klinische beslissingen op basis van

Nadere informatie

Inleiding Methodologie Master MBRT Hogeschool INHOLLAND 27 november Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp

Inleiding Methodologie Master MBRT Hogeschool INHOLLAND 27 november Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp Inleiding Methodologie Master Hogeschool INHOLLAND 27 november 2003 Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp WAT GAAN WE DOEN? Inleiding op Evidence-based Practice (EBP) Diagnostisch onderzoek onderzoek Interventieonderzoek

Nadere informatie

Addendum. Nederlandse Samenvatting

Addendum. Nederlandse Samenvatting Addendum A Nederlandse Samenvatting 164 Addendum Cardiovasculaire ziekten na hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap Hypertensieve aandoeningen zijn een veelvoorkomende complicatie tijdens de zwangerschap.

Nadere informatie

Oefenprogramma s en kanker

Oefenprogramma s en kanker 24 mei 2005 Jaarbeurs Utrecht Oefenprogramma s en kanker drs. Agnes Klaren Projectmanager oncologie/ radiotherapie Albert Schweitzer ziekenhuis, Dordrecht Hoofdredacteur Oncologica Opbouw presentatie Risicofactoren

Nadere informatie

hoofdstuk 4 & 7 hoofdstuk 3 & 6 hoofdstuk 2 hoofdstuk 5 Hoofdstuk 2 tot en met 5 hoofdstuk 6 en 7 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 hoofdstuk

hoofdstuk 4 & 7 hoofdstuk 3 & 6 hoofdstuk 2 hoofdstuk 5 Hoofdstuk 2 tot en met 5 hoofdstuk 6 en 7 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 hoofdstuk Samenvatting De Lokomat is een apparaat dat bestaat uit een tredmolen, een harnas voor lichaamsgewichtondersteuning en twee robot armen die de benen van neurologische patiënten kunnen begeleiden tijdens

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. Tweede primaire tumoren en excessieve sterfte na retinoblastoom

Nederlandse samenvatting. Tweede primaire tumoren en excessieve sterfte na retinoblastoom Nederlandse samenvatting Tweede primaire tumoren en excessieve sterfte na retinoblastoom Retinoblastoom is een kwaadaardige oogtumor die ontstaat in het netvlies. Deze vorm van oogkanker is zeer zeldzaam

Nadere informatie

Bij gebrek aan bewijs

Bij gebrek aan bewijs Bij gebrek aan bewijs kennis is macht! internet in de spreekkamer P.A. Flach Bedrijfsarts Arbo- en milieudienst RuG 09-10-2006 1 3 onderdelen 1. Wat is EBM 2. Zoeken in PubMed 3. Beoordelen van de resultaten

Nadere informatie

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review

Observationeel onderzoek Patiënt-controleonderzoek Cohortonderzoek Cross-sectioneel Systematisch review Zoekstrategie JGZ-richtlijn Taalontwikkeling Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken zijn deze eerst omgevormd tot PICO uitgangsvragen. Hierbij wordt achtereenvolgens het volgende

Nadere informatie

De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie

De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie Samenvatting 163 De behandeling van lage rugpijn met ruggordels en medicatie Lage rugpijn is een veelvuldig voorkomend probleem in geïndustrialiseerde landen. De kans dat iemand gedurende zijn leven een

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift richt zich op statinetherapie in type 2 diabetespatiënten; hiervan zijn verschillende aspecten onderzocht. In Deel I worden de effecten van statines op LDLcholesterol en cardiovasculaire

Nadere informatie

Samenvatting Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

Samenvatting Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 Vallen komt in alle leeftijdsgroepen voor, maar vormt vooral bij ouderen een groot gezondheidsprobleem. Onder een val wordt verstaan een gebeurtenis waarbij de betrokkene onbedoeld op de grond of een lager

Nadere informatie

hoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen

hoofdstuk 1 doelstellingen hoofdstuk 2 diagnosen Dit proefschrift gaat over moeheid bij mensen die dit als belangrijkste klacht presenteren tijdens een bezoek aan de huisarts. In hoofdstuk 1 wordt het onderwerp moeheid in de huisartspraktijk kort geïntroduceerd,

Nadere informatie

Deel I Het startpunt van het Vital@Work onderzoek

Deel I Het startpunt van het Vital@Work onderzoek De babyboomer generatie, een langere levensverwachting en lagere geboortecijfers hebben als gevolg dat de samenleving vergrijst. Om de gevolgen van de vergrijzende samenleving, zowel vanuit bedrijfs- als

Nadere informatie

Welkom bij de workshop Aan de slag met de beweegrichtlijnen? Robert Gelinck 13 mei 2019

Welkom bij de workshop Aan de slag met de beweegrichtlijnen? Robert Gelinck 13 mei 2019 Welkom bij de workshop Aan de slag met de beweegrichtlijnen? Robert Gelinck 13 mei 2019 Vraag minister aan Gezondheidsraad Update Nederlandse Norm Gezond Bewegen, Fitnorm en Combinorm vanuit gezondheidsperspectief.

Nadere informatie

Inleiding Deel I. Ontwikkelingsfase

Inleiding Deel I. Ontwikkelingsfase Inleiding Door de toenemende globalisering en bijbehorende concurrentiegroei tussen bedrijven over de hele wereld, de economische recessie in veel landen, en de groeiende behoefte aan duurzame inzetbaarheid,

Nadere informatie

SYSTEMATISCHE REVIEW VAN DIAGNOSTISCH ONDERZOEK

SYSTEMATISCHE REVIEW VAN DIAGNOSTISCH ONDERZOEK FORMULIER Vb voor het beoordelen van een SYSTEMATISCHE REVIEW VAN DIAGNOSTISCH ONDERZOEK Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling Formulier Vb: beoordeling systematische review van onderzoek naar de waarde

Nadere informatie

FORMULIER I. voor het beoordelen van een artikel over de waarde van een DIAGNOSTISCHE TEST. Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling

FORMULIER I. voor het beoordelen van een artikel over de waarde van een DIAGNOSTISCHE TEST. Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling FORMULIER I voor het beoordelen van een artikel over de waarde van een DIAGNOSTISCHE TEST Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling Formulier I: beoordeling artikel over de waarde van een diagnostische test

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Cardiovasculaire Beoordeling na Hypertensieve Afwijkingen van de Zwangerschap Hypertensieve zwangerschapscomplicaties rondom de uitgerekende datum zijn veelvoorkomende complicaties.

Nadere informatie

Evidence piramide. Gecontroleerde studies. Welk studie type? 19/02/2013. 3 me ta.eu. Niet dezelfde piramide voor elke vraag. me ta.eu. me ta.

Evidence piramide. Gecontroleerde studies. Welk studie type? 19/02/2013. 3 me ta.eu. Niet dezelfde piramide voor elke vraag. me ta.eu. me ta. Niet dezelfde piramide voor elke vraag Evidence piramide Gecontroleerde studies Welk studie type? 3 1 Effect van roken op longkaner Richard Doll 1951: prospectieve studie 2/3 mannelijke Britse artsen Goede

Nadere informatie

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor.

Comparison: Kinderen zonder deze risicofactor. Zoekstrategieën JGZ-richtlijn Taalontwikkeling oekstrategie Om de uitgangsvragen op een gestructureerde manier uit te werken tot beantwoordbare vragen zijn deze eerst omgewerkt tot PICO uitgangsvragen.

Nadere informatie

Fysieke training tijdens de behandeling. Janine Hidding Oedeemfysiotherapeut Kerndocent Modulaire Opleiding Oncologie Fysiotherapie AVANS+

Fysieke training tijdens de behandeling. Janine Hidding Oedeemfysiotherapeut Kerndocent Modulaire Opleiding Oncologie Fysiotherapie AVANS+ Fysieke training tijdens de behandeling Janine Hidding Oedeemfysiotherapeut Kerndocent Modulaire Opleiding Oncologie Fysiotherapie AVANS+ Programma Bijwerkingen CT relevant voor fysiotherapie Wetenschappelijke

Nadere informatie

Samenvatting. Vitamine D-tekort in een multi-etnische populatie; determinanten, prevalentie en consequenties

Samenvatting. Vitamine D-tekort in een multi-etnische populatie; determinanten, prevalentie en consequenties Samenvatting Vitamine D-tekort in een multi-etnische populatie; determinanten, prevalentie en consequenties Samenvatting 116 In de huid van het menselijk lichaam wordt, bij blootstelling aan zonlicht,

Nadere informatie

1 G>=>KE:G=L> Dutch summary

1 G>=>KE:G=L> Dutch summary 1 Dutch summary * - nederlandse samenvatting Alhoewel cerebrale parese (CP) wordt gezien als een non-progressieve aandoening treden er wel degelijk secundaire complicaties op zoals afname van beweeglijkheid,

Nadere informatie

Samenvatting. Beloop van dagelijkse activiteiten bij adolescenten met cerebrale parese. Een 3-jarige follow-up studie

Samenvatting. Beloop van dagelijkse activiteiten bij adolescenten met cerebrale parese. Een 3-jarige follow-up studie * Samenvatting Beloop van dagelijkse activiteiten bij adolescenten met cerebrale parese Een 3-jarige follow-up studie Samenvatting Tijdens de periode van groei en ontwikkeling tussen kindertijd en volwassenheid

Nadere informatie

Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting

Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131 chapter 10 samenvatting Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 132 Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 133 Zaadbalkanker wordt voornamelijk bij jonge mannen vastgesteld

Nadere informatie

SYSTEMATISCHE REVIEW VAN RANDOMISED CONTROLLED TRIALS

SYSTEMATISCHE REVIEW VAN RANDOMISED CONTROLLED TRIALS FORMULIER Va voor het beoordelen van een SYSTEMATISCHE REVIEW VAN RANDOMISED CONTROLLED TRIALS Evidence-Based RichtlijnOntwikkeling Formulier Va: beoordeling systematische review van RCT s Dit formulier

Nadere informatie

Op(weg(naar(een(optimale(vitamine(D(status:(determinanten(en( consequenties(van(vitamine(d(deficiëntie(in(de(oudere(populatie(

Op(weg(naar(een(optimale(vitamine(D(status:(determinanten(en( consequenties(van(vitamine(d(deficiëntie(in(de(oudere(populatie( Summary&Samenvatting SAMENVATTING OpwegnaareenoptimalevitamineDstatus:determinantenen consequentiesvanvitamineddeficiëntieindeouderepopulatie De belangrijkste functie van vitamine D is het stimuleren van

Nadere informatie

Onderzoeksdesigns. Ellen Tromp, epidemioloog St Antonius ziekenhuis

Onderzoeksdesigns. Ellen Tromp, epidemioloog St Antonius ziekenhuis Onderzoeksdesigns Ellen Tromp, epidemioloog St Antonius ziekenhuis Inhoud Inleiding Wetenschappelijk bewijs Opdracht Verschillende onderzoekdesigns De drie componenten van evidence-based practice Wetenschappelijk

Nadere informatie

Verminderen van de impact van geriatrische aandoeningen door fysieke activiteit

Verminderen van de impact van geriatrische aandoeningen door fysieke activiteit Verminderen van de impact van geriatrische aandoeningen door fysieke activiteit Eén van de belangrijkste gevolgen van veroudering en geriatrische aandoeningen is het ontstaan van beperkingen. De weg van

Nadere informatie

Samenvatting Dankwoord About the author

Samenvatting Dankwoord About the author Samenvatting Dankwoord About the author Samenvatting 177 Samenvatting Overgewicht en obesitas worden gedefinieerd op basis van de body mass index (BMI) (hoofdstuk 1). Deze index wordt berekend door het

Nadere informatie

Beweegrichtlijnen 2017

Beweegrichtlijnen 2017 Beweegrichtlijnen 2017 Vereniging voor Bewegingswetenschappen De Gezondheidsraad 2 Gezondheidsraad 21 november 2016 De Gezondheidsraad Onafhankelijk advies over gezondheid aan regering en parlement Advies

Nadere informatie

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE Drs. Willemke Stilma Docent verpleegkunde HvA Mede met dank aan dr. Anne Eskes 1 INHOUD 5 stappen EBP Formuleren van een klinische vraagstelling PICO Zoekstrategie

Nadere informatie

Role of nutrition in carcinogenesis and cancer prevention. Prof. dr. ir. Ellen Kampman Wageningen Universiteit & Academisch Medisch Centrum Nijmegen

Role of nutrition in carcinogenesis and cancer prevention. Prof. dr. ir. Ellen Kampman Wageningen Universiteit & Academisch Medisch Centrum Nijmegen Role of nutrition in carcinogenesis and cancer prevention Prof. dr. ir. Ellen Kampman Wageningen Universiteit & Academisch Medisch Centrum Nijmegen Rol van voeding in de carcinogenese en kankerpreventie

Nadere informatie

Langer leven? LICHAAMSBEWEGING EN Meer bewegen. Marjolein Visser. ACA Congres 2012

Langer leven? LICHAAMSBEWEGING EN Meer bewegen. Marjolein Visser. ACA Congres 2012 ACA Congres 2012 LICHAAMSBEWEGING EN SUCCESVOL OUDER WORDEN Meer bewegen - Afdeling Gezondheidswetenschappen, Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen, Vrije Universiteit; - Afdeling Epidemiologie en

Nadere informatie

Programma. Kwetsbaarheid Fried. 2001. (geriatrie)fysiotherapie. Geriatriefysiotherapie. Diagnosticeren van en interveniëren bij sarcopenie

Programma. Kwetsbaarheid Fried. 2001. (geriatrie)fysiotherapie. Geriatriefysiotherapie. Diagnosticeren van en interveniëren bij sarcopenie Geriatriefysiotherapie Diagnosticeren van en interveniëren bij sarcopenie Marjan Doves MPT Geriatriefysiotherapeut 24 maart 2015 Programma Sarcopenie vanuit fysiotherapeutisch perspectief (Geriatrie)fysiotherapeutische

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 beschrijft een systematisch literatuuroverzicht waarin studies worden samengevat die de effectiviteit, op bewegingsuitslag, hebben

Hoofdstuk 2 beschrijft een systematisch literatuuroverzicht waarin studies worden samengevat die de effectiviteit, op bewegingsuitslag, hebben Samenvatting Artrose is een aandoening van de gewrichten en wordt in het dagelijkse leven ook wel slijtage genoemd. Artrose kan in alle gewrichten optreden maar komt voornamelijk voor in de gewrichten

Nadere informatie

Samenvatting Deel I Onderzoeksmethodologie in onderzoek naar palliatieve zorg in instellingen voor langdurige zorg

Samenvatting Deel I Onderzoeksmethodologie in onderzoek naar palliatieve zorg in instellingen voor langdurige zorg Samenvatting Palliatieve zorg is de zorg voor mensen waarbij genezing niet meer mogelijk is. Het doel van palliatieve zorg is niet om het leven te verlengen of de dood te bespoedigen maar om een zo hoog

Nadere informatie

Chapter 11. Nederlandse samenvatting

Chapter 11. Nederlandse samenvatting Chapter 11 Nederlandse samenvatting Chapter 11 Reumatoïde artritis (RA) is een chronische aandoening die wordt gekenmerkt door ontstekingen van de gewrichten. Symptomen die optreden zijn onder andere pijn,

Nadere informatie

Adjuvante systeemtherapie Patiënte: DM type 2

Adjuvante systeemtherapie Patiënte: DM type 2 Take home messages Een 59 jarige vrouw met mammacarcinoom en diabetes. An Reyners Internist-oncoloog UMCG Kankerbehandeling: houd rekening met bijwerkingen op korte en langere termijn Stem af wie waarvoor

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/35287 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/35287 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/35287 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Poortvliet, Rosalinde Title: New perspectives on cardiovascular risk prediction

Nadere informatie

Summary & Samenvatting. Samenvatting

Summary & Samenvatting. Samenvatting Samenvatting De meeste studies na rampen richten zich op de psychische problemen van getroffenen zoals post-traumatische stress stoornis (PTSS), depressie en angst. Naast deze gezondheidsgevolgen van psychische

Nadere informatie

Bert Garssen Helen Dowling Instituut, begeleiding bij kanker, Bilthoven

Bert Garssen Helen Dowling Instituut, begeleiding bij kanker, Bilthoven De invloed van psychologische factoren op het ontstaan van kanker Bert Garssen Helen Dowling Instituut, begeleiding bij kanker, Bilthoven Uitgangspunt Zijn er fysiologische mechanismen die zouden kunnen

Nadere informatie

Samenvatting 127 SAMENVATTING

Samenvatting 127 SAMENVATTING Samenvatting 127 SAMENVATTING Dankzij recente verbeteringen in diagnostiek en behandeling is het aantal mensen dat kanker overleeft toegenomen. Een subgroep van de overlevenden van kanker heeft langdurig

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Nederlandse Samenvatting 195 NEDERLANDSE SAMENVATTING DEEL I Evaluatie van de huidige literatuur De stijgende incidentie van slokdarmkanker zal naar verwachting continueren in

Nadere informatie

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening.

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening. amenvatting Elk jaar krijgen in Nederland zo n 45.000 mensen een beroerte, ook wel CVA (Cerebro Vasculair Accident) genoemd. Ongeveer 60% van hen keert na opname in het ziekenhuis of revalidatiecentrum

Nadere informatie

but no statistically significant differences

but no statistically significant differences but no statistically significant differences Astma is een chronische aandoening, die niet te genezen is. Met de passende zorg kunnen symptomen tot een minimum worden gereduceerd en zou een astma patiënt

Nadere informatie

Huisarts of hometrainer?

Huisarts of hometrainer? Huisarts of hometrainer? In het literatuuroverzicht werden zes studies opgenomen. Vier studies onderzochten het effect van training op ziekteverzuim, drie daarvan bestudeerden tevens de effecten op klachten

Nadere informatie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Overgewicht is een snel groeiend wereldwijd probleem en is geassocieerd

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2-5 Hoofd- stuk 2 en 3 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 en 5

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2-5 Hoofd- stuk 2 en 3 Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 en 5 Patella tendinopathie (ook wel jumper s knee of springersknie genoemd) is een veel voorkomende blessure in sporten waarin veel wordt gesprongen, zoals basketbal en volleybal. In top- en recreatieve basketballers

Nadere informatie

In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015

In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015 2015 In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015 IN BEWEGING IMPLEMENTATIE VAN EEN BEST PRACTICE BINNEN HET UNO-VUMC. EINDVERSLAG INLEIDING Ouderen in woonzorgcentra

Nadere informatie

Volkoren & gezondheid een begrijpelijk overzicht van de wetenschappelijke literatuur

Volkoren & gezondheid een begrijpelijk overzicht van de wetenschappelijke literatuur VERGADERING : BESTUUR DATUM : 9 SEPTEMBER 2010 AGENDAPUNT : 7 BIJLAGE : 13 NL-project HealthGrain Volkoren & gezondheid een begrijpelijk overzicht van de wetenschappelijke literatuur De laatste jaren zijn

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Inleiding.

Hoofdstuk 1. Inleiding. 159 Hoofdstuk 1. Inleiding. Huisartsen beschouwen palliatieve zorg, hoewel het maar een klein deel van hun werk is, als een belangrijke taak. Veel ongeneeslijk zieke patiënten zijn het grootse deel van

Nadere informatie

Dutch Summary. (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken

Dutch Summary. (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken Dutch Summary (Nederlandse Samenvatting) Tim Takken 9 In Hoofdstuk 1 wordt een inleiding gegeven over algemene fitheid en algehele gezondheid. Uit diverse studies blijkt dat er een relatie bestaat tussen

Nadere informatie

DIABETES EN BEWEGEN Hypo of hyper

DIABETES EN BEWEGEN Hypo of hyper DIABETES EN BEWEGEN Bewegen is voor iedereen belangrijk. Als u regelmatig beweegt, verbetert uw conditie. Ook kan voldoende beweging voorkomen dat u te zwaar wordt, en het helpt bij afvallen. Bovendien

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie

Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier. Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie Interventie: Taallijn Deelcommissie: 3 Erkenningscommissie Interventies Beoordelingsformulier Datum vergadering: 8 oktober 2015 / 2 juni 2016 Eindoordeel van de erkenningscommissie over de interventie

Nadere informatie

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Samenvatting Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Hoofdstuk 1 bevat de algemene inleiding van dit proefschrift. Dit hoofdstuk

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Sinds enkele decennia is de acute zorg voor brandwondenpatiënten verbeterd, hetgeen heeft geresulteerd in een reductie van de mortaliteit na verbranding, met name van patiënten

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/38701 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Visschedijk, Johannes Hermanus Maria (Jan) Title: Fear of falling in older patients

Nadere informatie