De Scandinavische verzorgingsstaat
|
|
- Anna Driessen
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 De Scandinavische verzorgingsstaat Reader voor de RWI studiereis naar Zweden en Finland Ellen Verveen B2979 Leiden, 7 januari 2005
2
3 Voorwoord Voor u ligt de reader over het sociaal-economisch bestel van Zweden en Finland. Deze reader heeft tot doel om u inzicht te geven in de sociaal-economische kenmerken van de Scandinavische landen Zweden en Finland in relatie tot andere landen. Om hierin inzicht te krijgen is globale kennis van de verschillende sociaal-economische stelsels onontbeerlijk. Om u alvast op hoofdlijnen een beeld te geven van de sociale zekerheid en arbeidsmarktsituatie in Zweden en Finland geeft de reader in het eerste hoofdstuk een korte schets over de sociale zekerheid en de arbeidsmarktsituatie in Zweden, Finland en Nederland. In hoofdstuk 2 beschrijft de reader de bestaande sociaal economische stelsels aan de hand van een indeling in vier verzorgingsstaten. In hoofdstuk 3 worden verschillende landen met elkaar vergeleken op de kenmerken van het sociaal-economisch bestel, met name op het gebied van sociale uitkeringen (WW, WAO en pensioen) en de arbeidsmarktsituatie en activering. Tevens gaat dit hoofdstuk in op de voor- en nadelen van de verschillende verzorgingsstaten. In de bijlagen vindt u artikelen die dieper ingaan op enkele aspecten in hoofdstuk 3 aan de orde zijn gekomen. De reader is samengesteld door Ellen Verveen, onderzoeker bij Research voor Beleid. Wij hopen dat deze reader u een goede impressie geeft van het sociaal-economisch bestel van Zweden en Finland en wensen u een leerzame studiereis naar Zweden en Finland. Cornelis van der Werf Directeur Research voor Beleid 3
4 4
5 Inhoudsopgave 1 Zweden, Finland en Nederland; sociale zekerheid en arbeidsmarkt in het kort 7 2 Typologie van verzorgingsstaten 9 3 De Scandinavische verzorgingsstaat Collectieve voorzieningen: uitkeringen en pensioen Arbeidsmarkt en arbeidsmarktbeleid Overwegingen bij de Scandinavische verzorgingsstaat 17 Geraadpleegde literatuur 19 Inhoud van de bijlagen 21 Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Bijlage 7 Sociale zekerheid in Zweden Sociale zekerheid in Finland Actief Arbeidsmarktbeleid onder de Internationale loep Kruispunt of rondpunt, bewandelt het tewerkstellingsbeleid rond ouderen andere wegen? Tegen de storm in Challenges to the Sandinavian welfare model Europa en de prijs van solidariteit 5
6 6
7 1 Zweden, Finland en Nederland; sociale zekerheid en arbeidsmarkt in het kort Sociale Zekerheid De sociale zekerheid in Nederland, Zweden en Finland vertoont op hoofdlijnen veel overeenkomsten. Er zijn werkloosheidsuitkeringen, zowel voor personen met als personen zonder arbeidsverleden. Ook zijn er regelingen voor zieke werknemers en arbeidsongeschikten. In detail verschillen de regelingen wel degelijk van elkaar. Daarbij gaat het met name om de hoogte van de uitkeringen en de voorwaarden waaraan de personen moeten voldoen om voor de uitkeringen in aanmerking te komen. Bijlage 1 en 2 zijn uitgebreide overzichten van de sociale zekerheid in Zweden en Finland. In de overzichten staat beschreven welke regelingen er zijn en wat de voorwaarden zijn om van deze regelingen gebruik te mogen maken 1. In onderstaande tabel zijn de belangrijkste kenmerken van de regelingen voor werkloosheid, ziekte en arbeidsongeschiktheid in de drie genoemde landen samengevat. Waar mogelijk zijn (actuele) bedragen/percentages genoemd. Werkloosheid Personen zonder arbeidsverleden Nederland Zweden Finland Bijstandsuitkering Basisbedrag Basisbedrag (70% van het minimumloon) ( 29,- per dag) ( 22,75 per dag) Personen met arbeidsverleden Werkloosheidsuitkering (70% van het inkomen) Inkomensafhankelijk deel (80% van het inkomen) Daguitkering die gekoppeld is aan het loon ( 22, % van het verschil tussen daguitkering en inkomen) Ziekte Werkgever moet loon doorbetalen (max 2 jaar) (70% van het inkomen) 14 dagen loondoorbetaling, daarna ziektegeld (80% van het inkomen) 10 dagen loondoorbetaling, daarna daggeld op basis van inkomen, voor maximaal 300 dagen Arbeidsongeschiktheid WAO vanaf 15% arbeidsongeschikt. Vanaf Bij minimaal 25% arbeidsongeschiktheid: Ongevallenverzekering bij arbeidsongeschiktheid 2006 krijgt alleen nog vervangend loon of vervroegd door arbeidsongevallen iemand die meer dan pensioen. en beroepsziekten (vanaf 80% arbeidsongeschiktheid Bij blijvende arbeidson- 60 jaar werkloosheidsring is een WAO uitkegeschiktheid door arpensioen). en komt er een beidsongevallen en tijdelijke regeling voor beroepsziekten krijgt personen die meer dan men lijfrente (het verschil 35% en minder dan 80% tussen het verwachte salaris arbeidsongeschikt zijn. bij geschiktheid en het geschatte salaris bij ongeschiktheid) 1 Deze gegevens komen uit de in 2002 herziene versie van Sociale zekerheid en maatschappelijke reïntegratie, uw sociale zekerheid wanneer u zich verplaatst in de Europese Unie (2003). Veranderingen ná 2002 staan hierin dus niet vermeld. 7
8 In tabel 1.1 staat vermeld hoeveel netto inkomsten werkloze personen overhouden van hun laatst verdiende inkomen (replacement rate), in de eerste fase van werkloosheid. Hierbij wordt onderscheid gemaakt naar alleenstaanden, getrouwde stellen met één inkomen en getrouwde stellen met dubbel inkomen. Het gaat om personen zonder kinderen en met een gemiddeld inkomen. Bij personen die een lager inkomen hebben liggen de percentages over het algemeen wat hoger, bij personen met een hoger inkomen liggen de percentages lager, omdat de inkomsten gekoppeld zijn aan een bepaald maximum. In Finland bijvoorbeeld, houdt een alleenstaande zonder kinderen met een inkomen dat 150% van het gemiddelde is, slechts 50% netto over bij werkloosheid. Personen mét kinderen houden netto meer over dan personen zonder kinderen. Tabel 1.1 Replacement rate van werkloosheidsuitkeringen in Nederland, Zweden en Finland (2002), in percentages, voor personen met een gemiddeld inkomen. Nederland Zweden Finland geen kinderen alleenstaande stel met enkel inkomen stel met dubbel inkomen twee kinderen alleenstaande stel met enkel inkomen stel met dubbel inkomen Bron: OECD employment outlook (2004) Arbeidsmarkt In tabel 1.2 worden de arbeidsparticipatie, de werkloosheid en de uitgaven aan het activeringsbeleid in Nederland, Zweden en Finland met elkaar vergeleken. Tabel 1.2 Enkele kenmerken van de arbeidsmarktsituatie in Nederland, Zweden en Finland, in percentages*. Nederland Zweden Finland Arbeidsparticipatie 73,6 74,3 67,4 arbeidsparticipatie vrouwen 65,8 72,8 65,7 arbeidsparticipatie ouderen 44,9 69,0 49,9 percentage parttimers (minder dan 30 uur p/w) 34,5 14,1 11,3 aandeel vrouwen in parttime werk 76,0 70,8 63,5 werkloosheid totaal 3,6 5,8 9,1 percentage langdurige werkloosheid 6-12 maanden 49,2 35,4 41,4 percentage langdurige werkloosheid > 12 maanden 29,2 17,8 24,7 uitgaven aan activeringsbeleid (% van het bbp) 1,85 1,40 1,01 Bron: OECD employment outlook (2004) *gegevens over werkloosheid en arbeidsparticipatie zijn over 2003, actief arbeidsmarktbeleid gaat over
9 2 Typologie van verzorgingsstaten Elk land kent zijn eigen sociaal-economische stelsel. Geen enkel land heeft precies hetzelfde sociale zekerheidsstelsel en dezelfde economische kenmerken als een ander land. Esping- Andersen heeft een bruikbare indeling gemaakt naar drie soorten verzorgingsstaten, waarin verschillende Europese landen, die op hoofdlijnen dezelfde kenmerken hebben, ingedeeld kunnen worden. In deze reader wordt gebruik gemaakt van een indeling die is afgeleid van Esping- Andersen, waarbij vier soorten verzorgingsstaten zijn te onderscheiden, namelijk: De liberale of Angelsaksische verzorgingsstaat (Verenigd Koninkrijk en Ierland) Dit regiem kent beperkte collectieve voorzieningen, de doelgroep van de voorzieningen zijn alleen die personen die niet op een andere wijze in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Alle anderen moeten zelf risico s afdekken via verzekeringen of werkregelingen. Buiten Europa heeft onder andere de Verenigde Staten veel kenmerken van dit model. De sociaal-democratische of Scandinavische verzorgingsstaat (Denemarken, Zweden, Noorwegen en Finland) Een belangrijke doelstelling in deze staten is het verkleinen van de inkomensverschillen. Alle inwoners kunnen aanspraak maken op collectieve voorzieningen voor een groot aantal sociale risico s, er zijn ruime toegangsvoorwaarden en hoge uitkeringen. Deze landen voeren echter wel een beleid dat is gericht op stimulering naar de arbeidsmarkt. Er is een hoge arbeidsparticipatie van vrouwen door goede verlofregelingen. De corporatistische of Continentale verzorgingsstaat (Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk en België) Er zijn regelingen voor verschillende beroepsgroepen in de samenleving. De financiering voor de regelingen is voornamelijk gebaseerd op premieheffing. Er is een sterke relatie tussen de premiebetaling en de latere uitkering. Deze landen kennen een lage arbeidsparticipatie van vrouwen doordat er slechts beperkte voorzieningen zijn (bv ouderschapsverlofregelingen). De staatscorporatistische of Mediterrane verzorgingsstaat (Spanje, Portugal, Griekenland en Italië) Dit regiem vertoont kenmerken van het corporatistische type, echter er is geen of heel lage bijstand en ook de werkloosheidsuitkeringen zijn laag. De mediterrane landen kennen wel betaald zwangerschapsverlof, in Spanje is er ook betaald vaderschapsverlof. Het ouderschapsverlof is onbetaald. Kindertoelagen zijn zeer laag. De Mediterrane landen kennen een zeer strikte ontslagbescherming en de ouderdomspensioenen liggen op een zeer hoog niveau. Nederland Niet alle landen zijn duidelijk in te delen in één van deze stelsels. Nederland bijvoorbeeld kende tot voor kort een mengvorm van het sociaal-democratische model en het corporatistische model. De aanpassingen die de laatste tijd in de sociale zekerheid in Nederland zijn aangebracht lijken er op te wijzen dat Nederland zich beweegt in de richting van een meer liberaal model, vergelijkbaar met de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. De corporatistische elementen die in 9
10 Nederland altijd belangrijk waren, hebben de afgelopen jaren aan belang ingeboet. In de uitvoering van de sociale zekerheid spelen werkgevers en vakbonden nu een minder prominente rol, de kostwinnersvoordelen zijn uit de regelingen verwijderd. Ook vervroegde uittreding wordt in beleid niet langer gestimuleerd. Tegelijkertijd neemt het gewicht van liberale elementen toe. Er zijn meer financiële prikkels gekomen, de marktwerking in de uitvoering wordt groter, de collectieve regelingen worden meer toegespitst op degenen die echt niet voor zichzelf kunnen zorgen en de eigen verantwoordelijkheid van burgers en individuele werkgevers wordt sterker benadrukt. Tegelijkertijd nam vanaf het midden van de jaren negentig ook de aandacht voor armoedebestrijding en het activeren van werklozen en arbeidsongeschikten toe, mede in het licht van afspraken op Europees niveau. Deze ontwikkeling past eerder bij het sociaal-democratische model van landen als Zweden en Denemarken, dat gekenmerkt wordt door een grote nadruk op arbeidsparticipatie. Het is plausibel dat in Nederland op termijn een gemengd sociaal-democratisch/liberaal stelsel zal ontstaan. Zweden en Finland Zweden en Finland vallen onder de sociaal-democratische of Scandinavische verzorgingsstaat. In het volgende hoofdstuk wordt dieper ingegaan op de sociale zekerheid en enkele economische kenmerken van de Scandinavische verzorgingsstaat. Daarbij wordt ook een vergelijking gemaakt met de andere verzorgingsstaten. 10
11 3 De Scandinavische verzorgingsstaat Dit hoofdstuk gaat nader in op de kenmerken van de Scandinavische verzorgingstaat in relatie tot de overige verzorgingsstaten. Achtereenvolgens komen aan de orde: de collectieve voorzieningen (paragraaf 3.1), de arbeidsmarkt en het arbeidsmarktbeleid (paragraaf 3.2) en overwegingen bij de Scandinavische verzorgingsstaat (paragraaf 3.3). 3.1 Collectieve voorzieningen: uitkeringen en pensioen In onderstaande tabel zijn de belangrijkste kenmerken van de collectieve voorzieningen per soort verzorgingsstaat beschreven. Scandinavische verzorgingsstaat hoge uitkeringen voor iedereen ruimhartige toegangsvoorwaarden financiering grotendeels uit algemene middelen redelijk pensioen Liberale verzorgingsstaat lage uitkeringenvoor de behoeftige zeer strikte toegangsvoorwaarden financiering grotendeels uit algemene middelen laag arbeidsgerelateerd staatspensioen Corporatistische verzorgingsstaat Staatscorporatistische verzorgingsstaat zeer lage uitkeringen tot geen uitkeringen zeer strikte toegangsvoorwaarden financiering vooral uit premies hoog ouderdomspensioen hoge uitkeringen afhankelijk van beroep en ingelegde premies vrij strikte toegangsvoorwaarden financiering vooral uit premies gemiddeld pensioen Uitkeringen De Scandinavische verzorgingsstaat heeft het meest ruimhartige beleid ten aanzien van de uitkeringen voor bijstand, werkloosheid 1 en arbeidsongeschiktheid. Zo krijgen personen in Zweden hoge uitkeringen bij werkloosheid (80% van het salaris) en arbeidsongeschiktheid (80%). Dit is in grote tegenstelling met de landen van een Liberale verzorgingsstaat, waar de uitkeringen juist laag zijn. In het Verenigd Koninkrijk en Ierland zijn vooral de werkloosheidsuitkeringen laag en de hoogte van deze uitkering is onafhankelijk van het laatstverdiende loon. De inkomensteruggang is in die landen bij werkloosheid dan ook vaak zeer groot. In de staatscorporatistische verzorgingsstaten zijn de uitkeringen nog lager en in Portugal en Griekenland zijn zelfs helemaal geen uitkeringen voor bijstand. In de landen met kenmerken van een corporatistische verzorgingsstaat zijn de uitkeringen afhankelijk van het verworven levenspeil. De sociale zekerheid wordt daar dan ook voor een groot deel via de afdracht van premies geregeld. Pensioen De Scandinavische landen bieden in het algemeen een redelijk pensioen. Voor personen die geen arbeidsverleden hebben, zijn er aparte regelingen getroffen, waardoor ze geen beroep op de bijstand hoeven te doen. De pensioenen in landen met een staatscorporatistische verzorgingsstaat liggen op een zeer hoog niveau. Een werknemer in Spanje kan in 35 jaar een volledig ouderdomspensioen opbouwen, dat 100% van zijn salaris bedraagt. Omdat juist in deze landen de vergrijzing in de toekomst hoog is, zal het lastig worden om de pensioenen betaalbaar te houden. In Nederland is iedereen verzekerd krachtens de Algemene Ouderdomswet (AOW). Voor werknemers zijn er in de meeste gevallen aanvullende pensioenregelingen. In Nederland zal de ver- 1 De werkloosheidsuitkering is wel aan een maximum gebonden van 81,- per dag. In Nederland bedraagt dit maximum 117,-. 11
12 grijzing ervoor zorgen dat de uitgaven in de komende decennia aan de AOW zullen verdubbelen van 4,7 naar 9% van het BBP. De landen met een liberale verzorgingsstaat hebben een laag arbeidsgerelateerd staatspensioen. Personen die werken kunnen zich bijverzekeren middels een bedrijfspensioenregeling of particulier aanvullende regelingen. In het Verenigd Koninkrijk hoeven zij dan minder sociale verzekeringspremie af te dragen en zijn ze verzekerd van een even hoog of hoger pensioen dan het loongebonden (staats)pensioen. De bedragen van het staatspensioen zijn zeer laag. Zo kent Ierland veel gepensioneerden met zeer lage inkomens. In Ierland is het staatspensioen in 2004 voor een alleenstaande ongeveer 100 euro per week. 3.2 Arbeidsmarkt en arbeidsmarktbeleid Het arbeidsmarktbeleid verschilt bij de vier verzorgingsstaten aanzienlijk van elkaar. In onderstaande tabel zijn de belangrijkste kenmerken op het gebied van het arbeidsmarktbeleid van de verschillende verzorgingsstaten aangegeven. Scandinavische verzorgingsstaat hoog minimumloon (afspraken in CAO s) actief arbeidsmarktbeleid veel incentives voor werkende vrouwen weinig disincentives voor werkende ouderen veel reïntegratie van arbeidsgehandicapten hoge arbeidsparticipatie van vrouwen, ouderen en arbeidsgehandicapten Liberale verzorgingsstaat laag minimumloon geen actief arbeidsmarktbeleid weinig disincentives voor werkende vrouwen weinig disincentives voor werkende ouderen redelijk hoge arbeidsparticipatie van vrouwen en ouderen Corporatistische verzorgingsstaat hoog minimumloon actief arbeidsmarktbeleid disincentives voor werkende vrouwen disincentives voor werkende ouderen matig tot lage arbeidsparticipatie van vrouwen, ouderen en arbeidsgehandicapten Staatscorporatistische verzorgingsstaat zeer laag minimumloon geen actief arbeidsmarktbeleid disincentives voor werkende vrouwen disincentives voor werkende ouderen zeer lage arbeidsparticipatie van vrouwen en ouderen Arbeidsparticipatie De Europese raad heeft in Lissabon (2000) een tienjarige strategie gelanceerd om tot economische, sociale en ecologische vernieuwing te komen. Er is afgesproken dat de Europese Unie de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie van de wereld moet zijn, die in staat is tot duurzame economische groei met meer en betere banen en een hechtere sociale samenhang. Hiervoor zijn voor het sociaal beleid, net als op andere beleidsterreinen, enkele kerndoelstellingen afgesproken: Bevordering van de arbeidsparticipatie Bevordering van de toegang van eenieder tot alle hulpmiddelen, rechten en diensten Voorkomen van risico op sociale uitsluiting Maatregelen ten behoeve van de meest kwetsbare groepen Stimulering van alle betrokkenen 12
13 Landen mogen zelf uitmaken hoe zij het sociaal beleid vormgeven om deze kerndoelstellingen te bereiken. Wel zijn er afspraken gemaakt over de resultaten die zij moeten bereiken. Zo is onder andere afgesproken dat alle Europese lidstaten in 2010 een totale arbeidsparticipatie van 70% moeten hebben, dat de arbeidsparticipatie van vrouwen 60% moet zijn en voor oudere werknemers 50%. De percentages arbeidsparticipatie van 2003 zijn weergegeven in tabel 3.1. Tabel 3.1 Arbeidsparticipatie (werkzame deel van de bevolking), totaal, vrouwen en ouderen, 2003 Verzorgingsstaat Totale arbeidsparticipatie a Arbeidsparticipatie vrouwen b Arbeidsparticipatie ouderen c Nederland 73,6 65,8 44,9 Scandinavisch Denemarken 75,1 70,5 60,7 Noorwegen e 75,9 72,9 68,8 Zweden e 74,3 72,8 69,0 Finland 67,4 65,7 49,9 Liberaal Verenigde Staten e 71,2 65,7 59,9 Verenigd Koninkrijk e 72,9 66,4 55,5 Ierland 65,0 55,4 49,3 Corporatistisch Oostenrijk 68,2 61,2 28,9 Duitsland 64,6 58,7 39,0 Frankrijk 61,9 56,0 39,3 d België 59,3 51,4 28,1 Staatscorporatistisch Portugal 67,1 60,6 51,5 Italië 56,2 42,7 30,3 Spanje e 60,7 46,8 40,8 Griekenland 58,0 44,0 41,9 a aantal werkenden in procenten van de bevolking van jaar b aantal werkende vrouwen in procenten van de bevolking van jaar c aantal werkende ouderen (55-64 jaar) in procenten van de bevolking van jaar d in 2002, 2003 is (nog) niet bekend e voor deze landen geldt de leeftijd van jaar Bron: OECD employment outlook (2004) Uit tabel 3.1 blijkt dat de Scandinavische landen, de liberale landen (met uitzondering van Ierland) en Nederland een hogere arbeidsparticipatie hebben in vergelijking met de overige landen. De corporatistische en staatscorporatistische landen hebben in verhouding een lage arbeidsparticipatie. Vooral de arbeidsparticipatie van vrouwen en ouderen laat te wensen over. Ook in Nederland is de participatie van ouderen relatief laag. Bij deze cijfers dient opgemerkt te worden dat het hierbij gaat om participatie van het aantal personen. Als gekeken wordt naar de participatie in uren, is de participatiegraad van vrouwen in Nederland een stuk lager. De participatiegraad van vrouwen in Nederland is dus vooral hoog omdat veel vrouwen parttime werken. 13
14 Sluitende aanpak Om de arbeidsparticipatie te bevorderen zijn er Europese afspraken gemaakt over de aanpak van werkloosheid. Zo moeten alle Europese lidstaten binnen een jaar een reïntegratieaanbod of werkaanbod doen aan geregistreerde werklozen. Voor jongeren is deze termijn zelfs gesteld op een half jaar. Veel lidstaten zetten steeds sterker in op activering; zo worden werkloze personen zeer actief begeleid bij het zoeken naar werk, maar ook wordt er veel gebruik gemaakt van scholing en/of werkervaringsplaatsen om de personen aantrekkelijker te maken voor de arbeidsmarkt. In Finland en Zweden is iedereen die bijstand wil ontvangen verplicht zich in te schrijven bij een arbeidsbureau. Deze landen kennen geen vrijstelling van arbeidsplicht, zoals in Nederland tot voor kort het geval was. In Denemarken spreekt men van een inclusieve arbeidsmarkt. Dat wil zeggen dat iedereen absoluut volwaardige toegang tot de arbeidsmarkt moet hebben, ook al kan iemand niet voldoen aan de geldende prestatienormen. Hiervoor zijn allerlei maatregelen genomen, zoals afspraken in CAO s om mensen met beperkte arbeidscapaciteit op te nemen, reductie van werkgeverskosten voor bepaalde groepen werklozen, uitbreiding van beschermde, gesubsidieerde arbeid en werkervaringsplaatsen. Ook in Zweden en Finland zijn enkele van deze maatregelen van kracht. In tabel 3.2 staan de uitgaven van de verschillende staten aan het actieve arbeidsmarktbeleid in 2002 vermeld. Tabel 3.2 Onderverdeling uitgaven actief arbeidsmarktbeleid in 2002 (in % BBP) Verzorgingsstaat Arbeidsvoorzienineerd Scholing Jongeren Gesubsidi- Arbeids- Totaal werk ongeschikt Nederland 0,28 0,60 0,04 0,33 0,59 1,85 Scandinavisch Denemarken* 0,12 0,86 0,10 0,17 0,34 1,58 Noorwegen 0,13 0,05 0,01 0,01 0,67 0,87 Zweden 0,37 0,29 0,02 0,21 0,50 1,40 Finland 0,12 0,30 0,17 0,33 0,08 1,01 Liberaal VS 0,04 0,03 0,02 0,01 0,03 0,14 VK 0,17 0,02 0,13 0,03 0,02 0,37 Ierland* 0,24 0,15 0,18 0,53 0,03 1,14 Corporatistisch Duitsland 0,23 0,32 0,10 0,22 0,30 1,18 Frankrijk 0,18 0,23 0,40 0,35 0,09 1,25 België 0,21 0,30 0,01 0,60 0,13 1,25 Oostenrijk 0,14 0,21 0,02 0,10 0,06 0,53 Staatscorporatistisch Italië - 0,05 0,20 0, Spanje 0,09 0,22 0,06 0,45 0,03 0,87 Griekenland 0,06 0,21 0,10 0,08 0,01 0,46 Portugal 0,11 0,15 0,22 0,09 0,04 0,61 * Denemarken: gegevens over 2000, Ierland: gegevens over 2001 Bron:OECD (2004) In de tabel is te zien dat in de Scandinavische landen relatief veel geld wordt uitgegeven aan actief arbeidsmarktbeleid. In Noorwegen zijn de uitgaven aan actief beleid een stuk lager dan in de andere Scandinavische landen. Ook de corporatistische landen geven veel geld uit aan het ar- 14
15 beidsmarktbeleid. Er is een duidelijk verschil waaraan zij het geld precies uitgeven; bij de Scandinavische landen wordt er in verhouding meer besteed aan de arbeidsongeschikten, terwijl in de corporatistische landen de gesubsidieerde arbeid een hoger aandeel heeft. In de liberale en staatscorporatistische verzorgingsstaten wordt relatief weinig geld uitgegeven aan het actieve arbeidsmarktbeleid. Uit het artikel actief arbeidsmarktbeleid onder internationale loep (bijlage 3), blijkt dat in Nederland de hoge uitgaven aan actief beleid samenhangen met een relatief lage werkloosheid onder laagopgeleiden. Bij een toenemend actief beleid vanaf de jaren negentig, zijn de uitgaven aan passief beleid (uitkeringen) verminderd. In de tabel is dan ook te zien dat Nederland relatief veel besteedt aan scholing. In Denemarken wordt scholing het meest van alle landen ingezet als reïntegratie-instrument. Zij gaven 0,86% van het BBP uit aan scholing in Doelgroepenbeleid Het activerend arbeidsmarktbeleid kenmerkt zich door een doelgroepbenadering. Zo worden er specifieke maatregelen genomen voor langdurig werklozen, arbeidsongeschikten, ouderen, vrouwen en etnische minderheden. Onderstaand wordt het specifieke doelgroepenbeleid voor arbeidsongeschikten, vrouwen en ouderen uitgelicht. Arbeidsongeschikten In de Scandinavische landen wordt een zeer actief beleid gevoerd ten aanzien van de activering van arbeidsgehandicapten. In Zweden is een wetswijziging ingevoerd waardoor de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen geen onderdeel meer zijn van het pensioenstelsel (je kreeg een soort vervroegd pensioen als je langdurig arbeidsongeschikt was). Arbeidsongeschikten krijgen nu een ziektewetuitkering. Hierdoor blijft de gerichtheid op de arbeidsmarkt behouden. Ook is in Zweden de activeringsuitkering in het leven geroepen. Dit is een uitkering voor jonge arbeidsgehandicapten met behulp waarvan men zonder financieel risico kan proberen te werken. In Denemarken worden flexbanen gecreëerd voor die arbeidsongeschikten die voorheen gebruik zouden maken van een vervroegde uittredingsregeling. Ook in Nederland zijn herzieningen van de WAO in aantocht. Momenteel komen personen die vanaf 15% arbeidsongeschikt zijn in aanmerking voor een WAO-uitkering. Vanaf 2005 zal dit drastisch veranderen en komen alleen nog personen die minimaal 80% arbeidsongeschikt zijn in aanmerking voor een WAO-uitkering. Daarbij zullen ook de keuringseisen strenger worden. In tabel 3.2 is duidelijk te zien dat de staatscorporatistische en de liberale verzorgingsstaten in verhouding aanzienlijk minder geld besteden aan de arbeidsongeschikten dan de sociaaldemocratische en corporatistische verzorgingsstaten. Vrouwen Alle lidstaten kennen maatregelen om de arbeidsparticipatie van vrouwen te verhogen. Het combineren van arbeid en zorg wordt als belangrijkste instrument gezien. In de Scandinavische landen is de kinderopvang al goed geregeld, zij richten zich dan ook vooral op de maatregelen die zowel de mannen als de vrouwen in staat stellen om zorg en arbeid te combineren. Zweden kent een uitgebreide verlofregeling voor ouders. Ieder Zweeds ouderpaar heeft recht op in totaal 480 dagen betaald verlof per kind. De eerste 360 dagen krijgt de ouder die verlof neemt 80% van het inkomen doorbetaald, de overige 90 dagen geldt een minimuminkomen. Om vaders aan te moedigen ook voor het kind te zorgen, zijn in ieder geval twee maanden voor hem gereserveerd. Als hij deze twee maanden niet opneemt, gaan deze dagen níet naar de moeder maar raakt het ouderpaar de aanspraak op de dagen kwijt. 15
16 In veel landen (waaronder Nederland) heeft de opvang van de kinderen momenteel een hoge prioriteit. De staatscorporatistische landen benadrukken dat arbeid niet ten koste mag gaan van gezin en familie. Zij geven een hoge prioriteit aan het creëren van opvang- en zorgvoorzieningen voor kinderen én ouderen. De ondersteuning aan gezinnen met kinderen (belastingaftrek, kinderbijslag, kinderopvang, alle vormen van verlof) is in de Europese lidstaten de laatste jaren sterk uitgebreid. Het niveau is echter in de verschillende landen heel verschillend. Zo is bijvoorbeeld in Frankrijk het ouderschapsverlof tot 11 dagen uitgebreid, en is in Zweden het ouderschapsverlof verhoogd van 450 tot 480 dagen, voor beide partners samen. Veel landen ontwikkelen specifiek beleid voor alleenstaande moeders. Zo is in het Verenigd Koninkrijk specifiek activeringsbeleid ontwikkeld voor alleenstaande ouders met kinderen van vijf jaar of ouder. In Nederland is de vrijstelling van de sollicitatieplicht voor alleenstaande ouders met kinderen jonger dan vijf jaar afgeschaft. Deze vrouwen kunnen alleen nog een vrijstelling van arbeidsplicht krijgen als zij kunnen aantonen dat daarvoor dringende redenen zijn. Er moet echter wel kinderopvang voor de kinderen beschikbaar zijn. Ook in Luxemburg zijn alleenstaande moeders met kinderen onder de zes jaar niet meer vrijgesteld van de arbeidsplicht. In de Scandinavische landen ligt de arbeidsparticipatie van alleenstaande ouders veel hoger dan in de andere landen, waardoor er in deze landen de afgelopen tijd geen nieuw beleid voor deze groep is ontwikkeld. Ouderen De participatie van ouderen is laag (zie tabel 3.1), met name in de corporatistische en staatscorporatistische verzorgingsstaten. In Scandinavië is de participatie van ouderen relatief hoog. Toch zijn ook deze landen bezig met het bevorderen van de participatie van ouderen aan het arbeidsproces. Deze landen richten zich vooral op flexibele arrangementen voor werknemers op het einde van hun loopbaan. In plaats van vervroegde uittreding is er in die landen een combinatie van werk en vervroegd pensioen ingevoerd. Ook in Spanje, Frankrijk en Oostenrijk is de mogelijkheid van een gedeeltelijk pensioen ingevoerd. In Duitsland kent men eveneens een dergelijk systeem. Het lijkt erop dat de landen de participatie van ouderen vooral willen bevorderen door het invoeren van wijzigingen in het pensioenstelsel, die het eerder stoppen met werken financieel onaantrekkelijk maken. In de maat van de verzorgingsstaat wordt vermeld dat de hoge arbeidsdeelname van ouderen in de Scandinavische landen is terug te voeren op het niet stimuleren van uittreding van ouderen en gehandicapten middels het beperken van (pensioen)voorzieningen én middels een actief reïntegratiebeleid. Er kan bijvoorbeeld sprake van zijn dat een oudere niet meer goed in staat is om het huidige werk te doen (bijvoorbeeld bij zwaar lichamelijk werk), maar dat deze persoon wel in staat is om ander werk te doen, waar bijvoorbeeld scholing een bijdrage aan kan leveren. In het artikel kruispunt of rondpunt, bewandelt het tewerkstellingsbeleid rond ouderen andere wegen? (bijlage 4) is te zien dat in Denemarken, waar een relatief hoge arbeidsparticipatie van ouderen is, veel vijftigplussers een opleiding of cursus volgen. In Nederland is de vrijstelling van de arbeidsplicht voor ouderen in de werkloosheid en de bijstand afgeschaft. Ouderen moeten actief op zoek naar werk en krijgen hier ook ondersteuning bij. 16
17 3.3 Overwegingen bij de Scandinavische verzorgingsstaat De verschillende verzorgingsstaten hebben verschillende consequenties. In onderstaande tabel staan de voor- en nadelen van de verschillende verzorgingsstaten gepresenteerd. Scandinavische verzorgingsstaat Voordelen hoge arbeidsparticipatiegraad lage inkomensverschillen hoge levensstandaard Nadelen de participatiegraad moet nog hoger om de vergrijzing aan te kunnen Liberale Verzorgingsstaat Voordelen lage langdurige werkloosheid goede arbeidsmarktprestaties Nadelen working poor: door geen minimumloon leven velen toch onder de armoedegrens armoede Corporatistische verzorgingsstaat Voordelen investeren relatief veel in activering van uitkeringsgerechtigden Nadelen armoedeval hoge werkloosheid onder laag opgeleiden lage arbeidsparticipatie van vrouwen en ouderen Staatscorporatistische verzorgingsstaat Nadelen rigide arbeidsmarkt lage arbeidsparticipatie van vrouwen hoge langdurige werkloosheid door strikte arbeidsmarktregulering inkomensonzekerheid voor mensen met tijdelijke contracten (vaak jongeren) De landen met een Scandinavische verzorgingsstaat zullen het in de toekomst vooral moeilijk krijgen als zij geconfronteerd worden met een toenemende vergrijzing. Bij een toename van het aantal ouderen zal de arbeidsparticipatie moeten toenemen, om de hoge uitkeringen en goede sociale voorzieningen in deze landen te kunnen behouden. Omdat de participatie van ouderen (en vrouwen) echter al hoog is, zal het lastig worden deze participatiegraad nog hoger te krijgen. In het artikel Challenge to the Scandinavian welfare model (bijlage 6) wordt de Scandinavische verzorgingsstaat beschreven in relatie tot de huidige ontwikkelingen op het gebied van economische integratie en vergrijzing. Relatie verzorgingsstaat en inkomen De aanleiding voor de Lissabon doelstelling om in 2010 de meest competitieve economie te worden, is het substantieel hogere inkomen per hoofd van de Amerikanen. Uit nader onderzoek blijkt dat dit verschil in inkomen vooral toe te schrijven is aan een verschil in het aantal gewerkte uren per werknemer. Als er gekeken wordt naar productiviteit per uur én de mate van arbeidsparticipatie, dan zijn er een aantal Europese landen die beter scoren dan de Verenigde Staten, namelijk Noorwegen, Denemarken, en Nederland. In Ierland (ook een liberale verzorgingsstaat), België en Duitsland is de productiviteit per uur eveneens hoger dan in de Verenigde Staten, maar in deze landen is de arbeidsparticipatie lager. De landen met kenmerken van een liberale verzorgingsstaat hebben als zeer grote nadeel dat de inkomensverschillen in deze landen zeer groot zijn. Door het ontbreken van een wettelijk minimumloon zijn er veel mensen die wél werken maar die toch onder de armoedegrens leven, de zogenaamde working poor. In deze landen is zowel meer armoede onder de mensen die geen werk hebben als onder de mensen die wél werk hebben. In het artikel Europa en de prijs van de solidariteit (bijlage 7) wordt het Amerikaanse model beoordeeld op toepasbaarheid in de Europese landen. 17
18 Relatie verzorgingsstaat en werkloosheid In tabel 3.3 staan de werkloosheidscijfers van de verschillende landen vermeld. Uit de tabel blijkt dat er geen duidelijk verband is tussen de soort verzorgingsstaat en de toe- of afname van de werkloosheid in de afgelopen jaren. Wel lijkt de werkloosheid in de corporatistische en de staatscorporatistische landen over het algemeen hoger dan in de Scandinavische landen en de liberale landen. Uit het artikel actief arbeidsmarktbeleid onder de internationale loep (bijlage 3) blijkt dat vooral de langdurige werkloosheid in de liberale landen veel lager is dan in de overige landen. Tabel 3.3 Werkloosheid*, van 2000 t/m 2003 Verzorgingsstaat Werkloosheid 2000 Werkloosheid 2001 Werkloosheid 2002 Werkloosheid 2003 Nederland 2,7 2,1 2,6 3,6 Scandinavisch Denemarken 4,5 4,2 4,3 5,5 Noorwegen e 3,5 3,5 4,0 4,5 Zweden e 5,9 5,1 5,2 5,8 Finland 9,9 9,2 9,1 9,1 Liberaal Verenigde Staten e 4,9 4,8 5,9 6,1 Verenigd Koninkrijk e 5,6 4,8 5,1 4,9 Ierland 4,4 3,7 4,3 4,5 Corporatistisch Oostenrijk 4,7 4,0 4,9 4,7 Duitsland 7,8 7,9 8,7 9,4 Frankrijk 10,1 8,8 8,9 9,3 België 6,6 6,2 6,9 7,7 Staatscorporatistisch Portugal 4,2 4,3 5,4 6,8 Italië 10,6 9,6 9,1 8,7 Spanje e 13,9 10,5 11,4 11,4 Griekenland 11,3 10,4 9,8 9,1 * Hierbij dient opgemerkt te worden dat de absolute vergelijking van landen arbitrair is, omdat de definitie van werkloosheid per land kan verschillen. Bron: OECD Employment outlook (2004) 18
19 Geraadpleegde literatuur Unequal Welfare States (2004), A.J. Soede, J.C. Vrooman, P.M. Ferraresi, G. Segre, SCP en SeRP Sociaal Europa, Europese verkenning, bijlage bij Staat van de Europese Unie 2004, P. Dekker, S. Ederveen e.a OECD Employment outlook (2004) De maat van de verzorgingsstaat, inrichting en werking van het sociaal-economisch bestel in elf westerse landen (2000), J.M. Wildeboer Schut, J.C. Vrooman, P.T. de Beer, SCP CBP Discussion Paper, is the American Model Miss World (2004), H.L.F. de Groot, R. Nahuis, P.J.G. Tang, CBP Sociale zekerheid en maatschappelijke reïntegratie, uw sociale zekerheid wanneer u zich verplaatst in de Europese Unie (2003), Europese gemeenschappen De pensioen actieplannen van de Europese lidstaten, een impressie, B. Pot, tijdschrift voor pensioenvraagstukken (april 2003) Actief Arbeidsmarktbeleid onder de Internationale loep, E.H.W.M. Vogels, tijdschrift voor Openbare Financiën (4, 2003) Kruispunt of rondpunt, bewandelt het tewerkstellingsbeleid rond ouderen andere wegen?, F. Tros, OverWerk (3, 2004) Tegen de storm in, J.J.M. Theeuwes, Economisch Sociaal Bulletin (26 februari 2004) Challenges to the Sandinavian welfare mode, Torben M. Andersen, European Journal of Political Economy (Vol. 20, 2004) Europa en de prijs van solidariteit, H.P van Dalen e.a, Economisch Sociaal Bulletin (17 september 2004) 19
20 20
21 Inhoud van de bijlagen Bijlage 1: Sociale zekerheid in Zweden, uit: Sociale zekerheid en maatschappelijke reïntegratie, uw sociale zekerheid wanneer u zich verplaatst in de Europese Unie (2003), Europese gemeenschappen In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van alle regelingen van de sociale zekerheid in Zweden. Bijlage 2: Sociale zekerheid in Finland, uit: Sociale zekerheid en maatschappelijke reïntegratie, uw sociale zekerheid wanneer u zich verplaatst in de Europese Unie (2003), Europese gemeenschappen In deze bijlage wordt een overzicht gegeven van alle regelingen van de sociale zekerheid in Finland. Bijlage 3: Actief Arbeidsmarktbeleid onder de Internationale loep, door E.H.W.M. Vogels in Tijdschrift voor Openbare Financiën (4, 2003) In dit artikel gaat de auteur in op de uitgaven aan actief arbeidsmarktbeleid, de trends en de arbeidsmarktprestaties van Nederland in relatie tot de overige verzorgingsstaten. Bijlage 4: Kruispunt of rondpunt, bewandelt het te-werkstellingsbeleid rond ouderen andere wegen?, door F. Tros, OverWerk (3, 2004) In dit artikel wordt ingegaan op de mate waarin flexibiliteit en zekerheid samengaan bij het beleid dat landen voeren ten aanzien van oudere werknemers. De landen Denemarken, Nederland, België en Duitsland worden met elkaar vergeleken op het gebied van de arbeidsparticipatie van ouderen in relatie tot het gevoerde beleid. Bijlage 5: Tegen de storm in, door J.J.M. Theeuwes, Economisch Sociaal Bulletin (26 februari 2004) Er zijn verschillende manieren om voor een hoge arbeidsparticipatie van ouderen te zorgen. In dit artikel wordt ingegaan op het afremmen van vroege uittreding, het stimuleren van langer blijven werken en het inwisselen van vrije tijd in de jongere jaren voor langer doorwerken in de latere jaren. Bijlage 6: Challenges to the Sandinavian welfare model, door Torben M. Andersen, European Journal of Political Economy (Vol. 20, 2004) In dit artikel beschrijft de auteur de toekomstige ontwikkelingen op het gebied van economische integratie en vergrijzing en de mogelijke consequenties hiervan voor de Scandinavische verzorgingsstaat. Bijlage 7: Europa en de prijs van solidariteit, door H.P van Dalen e.a, Economisch Sociaal Bulletin (17 september 2004) In het artikel Europa en de prijs van de solidariteit wordt het Amerikaanse model beoordeeld op toepasbaarheid in de Europese landen. 21
22 22
23 Bijlage 1 Sociale zekerheid in Zweden uit: Sociale zekerheid en maatschappelijke reïntegratie, uw sociale zekerheid wanneer u zich verplaatst in de Europese Unie (2003), Europese gemeenschappen
24
25 Bijlage 2 Sociale zekerheid in Finland uit: Sociale zekerheid en maatschappelijke reïntegratie, uw sociale zekerheid wanneer u zich verplaatst in de Europese Unie (2003), Europese gemeenschappen
26
27 Bijlage 3 Actief Arbeidsmarktbeleid onder de Internationale loep door Els Vogels, Tijdschrift voor Openbare Financiën (4, 2003)
28
29 Bijlage 4 Kruispunt of rondpunt, bewandelt het tewerkstellingsbeleid rond ouderen andere wegen? door F. Tros, OverWerk (3, 2004)
30
31 Bijlage 5 Tegen de storm in door J.J.M. Theeuwes, Economisch Sociaal Bulletin (26 februari 2004)
32
33 Bijlage 6 Challenges to the Sandinavian welfare model door Torben M. Andersen, European Journal of Political Economy (Vol. 20, 2004)
34
35 Bijlage 7 Europa en de prijs van solidariteit door H.P van Dalen e.a, Economisch Sociaal Bulletin (17 september 2004)
36
37 Research voor Beleid Schipholweg Postbus AZ Leiden telefoon: (071) telefax: (071)
3. VERZORGINGSSTATEN IN EUROPA. 3.1 Esping-Andersen
3. VERZORGINGSSTATEN IN EUROPA In alle lidstaten van in de Europese Unie zijn de regelingen op het gebied van sociale zekerheid en arbeidsmarkt verschillend. In sommige lidstaten is bijvoorbeeld de pensioenvoorziening
Nadere informatie14 BIJLAGE INTERNATIONALE KERNGEGEVENS BBP per hoofd van de bevolking
14 BIJLAGE INTERNATIONALE KERNGEGEVENS In deze bijlage worden Nederlandse cijfers op het terrein van arbeidsmarkt en sociale zekerheid vergeleken met die van een groot aantal Europese landen, de USA en
Nadere informatieUw SOCIALE ZEKERHEID WANNEER U ZICH VERPLAATST IN DE EUROPESE UNIE. Een praktische gids
Uw SOCIALE ZEKERHEID V WANNEER U ZICH VERPLAATST IN DE EUROPESE UNIE Een praktische gids INHOUD DEEL I DE EUROPESE UNIE BESCHERMT HAAR BURGERS: COMMUNAUTAIRE VOORSCHRIFTEN INZAKE SOCIALE ZEKERHEID 1 1.
Nadere informatieBijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald
Bron: O. van Vliet (2017) Bijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald, Sociaal Bestek, nr. 6, pp. 58-59. Bijstandsuitkeringen in veel OESO-landen gedaald Olaf van Vliet Universiteit Leiden Voor veel
Nadere informatieSymposium Kindcentra 2020
Symposium Kindcentra 22 s-gravenhage, 9 Oktober 215 Willem Adema, D.Phil Senior Economist, OECD Social Policy Division Cognitieve ontwikkeling van kinderen Ondersteunen van arbeidsparticipatie van ouders
Nadere informatieInhoudsopgave. Informatie voor grensarbeiders
Inhoudsopgave WERKEN IN TWEE LANDEN 2 Wonen in Nederland en werken buiten Nederland Waar verzekerd bij werken in twee landen Voorkom dubbele premiebetaling Werkgevers- en werknemersverklaring DE PROCEDURE
Nadere informatieFNV Vrouw Postbus 8576, 1005 AN Amsterdam Tel: 020-5816398 post@fnvvrouw.nl www.fnvvrouw.nl. Minder gaan werken? Of stoppen misschien?
FNV Vrouw Postbus 8576, 1005 AN Amsterdam Tel: 020-5816398 post@fnvvrouw.nl www.fnvvrouw.nl Minder gaan werken? Of stoppen misschien? Minder werken. Of stoppen, misschien? Je loopt met het idee rond om
Nadere informatieZekerheden over een onzeker land
Zekerheden over een onzeker land Parijs, 27 januari 2012 Paul Schnabel Universiteit Utrecht Demografische feiten 2012-2020 Bevolking 17 miljoen (plus 0,5 miljoen) Jonger dan 20 jaar 3,7 miljoen (min 0,2
Nadere informatieMaatregelen voor een beter evenwicht tussen werk en privéleven voor werkende ouders en mantelzorgers
Maatregelen voor een beter evenwicht tussen werk en privéleven voor werkende ouders en mantelzorgers Velden met een zijn verplicht. Persoonlijke gegevens In welk land bent u gevestigd? België Bulgarije
Nadere informatiesituatie febr 2010 Volksverzekeringen Algemene Ouderdomswet 2 Algemene Nabestaandenwet 2 ANW Algemene kinderbijslagwet 2 AKW
situatie febr 2010 Sociale zekerheid te verdelen in twee stukken: Sociale verzekeringen Sociale voorzieningen Sociale verzekeringen worden beheerd/ uitgevoerd door de sociale verzekeringsfondsen (o.a.
Nadere informatieStartkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.
Samenvatting door D. 1363 woorden 7 februari 2016 0 keer beoordeeld Vak Economie Paragraaf 1; De werknemer Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te
Nadere informatieMag ik dan nooit meer stoppen met werken?
Mag ik dan nooit meer stoppen met werken? 67 vragen over aow-vragen en uw pensioen (Uit AD van 1-11-2016) De AOW-leeftijd gaat in 2022 met drie maanden omhoog voor iedereen die na 1954 geboren is. Reden
Nadere informatieGemiddelde van grootteklasse 1734 Overbetuwe. aantal uitkeringen einde kwartaal 3 4 1 2 laatste kwartaal afgerond op tientallen abs. perc. abs. perc.
: Sociale Zekerheid-Op-Maat Gemeente Gemiddelde van grootteklasse 1734 Overbetuwe 20.000 tot 50.000 inwoners 2014 2014 2015 2015 ontwikkeling 2014 2014 2015 2015 ontwikkeling aantal uitkeringen einde kwartaal
Nadere informatie5 Het wettelijk minimumjeugdloon in internationaal perspectief
5 Het wettelijk minimumjeugdloon in internationaal perspectief 5.1 Vergelijking van bruto wettelijk minimumjeugdlonen Ook andere landen kennen minimumjeugdlonen. In de helft van de OESO-landen is dat het
Nadere informatieNiet (kunnen) werken. 1. Werkloosheidswet (WW)
Niet (kunnen) werken Hieronder worden een aantal uitkeringen besproken waar mensen een beroep op kunnen doen wanneer zij buiten hun eigen toedoen niet kunnen werken. Bijvoorbeeld omdat zij hun baan verliezen,
Nadere informatieCijferbijlage Wonen in Nederland en werken in België
Cijferbijlage Wonen in Nederland en werken in België Inhoud Algemeen 2 Gezin 2 Medische zorg 3 Nabestaanden 3 Werkloos 4 Ziek of arbeidsongeschikt 5 Zwangerschap en bevalling 5 Zo blijft u op de hoogte
Nadere informatie4.2 Hogere arbeidsdeelname
4 DOELSTELLINGEN VAN SOCIAAL BELEID De huidige verzorgingsstaten in de Europese Unie kunnen ingedeeld worden in verschillende typen met elk hun eigen kenmerken. Gezien de voortschrijdende Europese integratie
Nadere informatieHet spaargeld uit de levensloopregeling kunt u gebruiken om de periode van onbetaald verlof te financieren.
Levensloop. Wat is levensloop? De levensloopregeling (of: levensloop) is een fiscale regeling die vanaf 1 januari 2006 in Nederland bestaat om het sparen voor een vervangend inkomen tijdens een periode
Nadere informatieKinderbijslag in internationaal perspectief Bijlage 2
Kinderbijslag in internationaal perspectief Bijlage 2 1. Inleiding Deze bijdrage heeft tot doel de Nederlandse kinderbijslag in internationaal perspectief te plaatsen. Belangrijke aspecten zijn hierbij
Nadere informatieAlleenstaande moeders op de arbeidsmarkt
s op de arbeidsmarkt Moniek Coumans De arbeidsdeelname van alleenstaande moeders is lager dan die van moeders met een partner. Dit verschil hangt voor een belangrijk deel samen met een oververtegenwoordiging
Nadere informatie2.1 De keuze tussen werk en vrije tijd
2.1 De keuze tussen werk en vrije tijd Mensen moeten steeds de keuze maken tussen werken en vrije tijd: 1. Werken * Je ontvangt loon in ruil voor je arbeid; * Langer werken geeft meer loon (en dus kun
Nadere informatieUitkeringsbedragen per 1 juli 2013. Nieuwsbericht 25-06-2013
Uitkeringsbedragen per 1 juli 2013 Nieuwsbericht 25-06-2013 Per 1 juli 2013 worden de AOW, ANW, WW, WIA, WAO, TW, Wajong, Wwb, IOAW en IOAZ aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk minimumloon
Nadere informatieWerkloosheid in de Europese Unie
in de Europese Unie Diana Janjetovic en Bart Nauta De werkloosheid in de Europese Unie vertoont sinds 2 als gevolg van de conjunctuur een wisselend verloop. Door de economische malaise in de jaren 21 23
Nadere informatieUitkeringsbedragen per 1 januari 2016
Uitkeringsbedragen per 1 januari 2016 Per 1 januari 2016 worden de Participatiewet (voorheen WWB), IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk
Nadere informatie2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieUitkeringsbedragen per 1 juli 2019
Uitkeringsbedragen per 1 juli 2019 Per 1 juli 2019 worden de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en Wet inkomensvoorziening oudere
Nadere informatieArtikelen. Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst
Artikelen Arbeidsparticipatie van vrouwen: een vergelijking naar opleidingsniveau, leeftijd en herkomst Martijn Souren en Jannes de Vries Onder laagopgeleide vrouwen is de bruto arbeidsparticipatie aanzienlijk
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 710 Vragen van het lid
Nadere informatieUitkeringsbedragen per 1 januari 2019
Uitkeringsbedragen per 1 januari 2019 Per 1 januari 2019 worden de Participatiewet, IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast. Dit komt doordat deze uitkeringen gekoppeld zijn aan
Nadere informatieU bent ARBEIDS - ONGESCHIKT. Wat betekent WAO voor uw pensioen?
U bent ARBEIDS - ONGESCHIKT Wat betekent WAO voor uw pensioen? Inhoud 1. U bent arbeidsongeschikt 3 2. Wat betekent arbeidsongeschiktheid voor uw inkomen? 3 2.1 WAO-uitkering van UWV 3 2.2 Wat kunt u doen?
Nadere informatie10. Veel ouderen in de bijstand
10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van
Nadere informatieMoedige overheden. Stille kampioenen = ondernemingen. Gewone helden = burgers
Moedige overheden Stille kampioenen = ondernemingen Gewone helden = burgers Vaststellingen Onze welvaart kalft af Welvaartscreatie Arbeidsparticipatie Werktijd Productiviteit BBP Capita 15-65 Bevolking
Nadere informatieDe minimale inkomensbescherming in Europa
Arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden De minimale inkomensbescherming in Europa Cantillon, B., Van Mechelen, N., Marx, I. & Van den Bosch, K. (2004). De evolutie van de bodembescherming in de 15 Europese
Nadere informatieO N B E TA A L D V E R L O F E N U W I N KO M E N M A A RT
Erratum Onderaan bladzij 12 ontbreekt de zin: Als de verlofperiode korter is dan 18 maanden, dan heeft het onbetaald verlof geen invloed op de hoogte en duur van uw WW-uitkering. ONBETAALD VERLOF EN UW
Nadere informatieHet Maatschappelijk Belang van Cao s. Leren van Zweden, Duitsland en Australië? dr. Judith Raven Erasmus Universiteit Rotterdam
Het Maatschappelijk Belang van Cao s. Leren van Zweden, Duitsland en Australië? dr. Judith Raven Erasmus Universiteit Rotterdam Onderzoek in opdracht van Instituut Gak In samenwerking met University of
Nadere informatieBeroepsbevolking 2005
Beroepsbevolking 2005 De veroudering van de beroepsbevolking is duidelijk zichtbaar in de veranderende leeftijdspiramide van de werkzame beroepsbevolking (figuur 1). In 1975 behoorde het grootste deel
Nadere informatieSociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht
Sociale verzekeringen en uitkeringen (januari) 2012 Premieoverzicht Premies per 1 januari 2012 Volksverzekeringen (premieafdracht aan Belastingdienst) premie % AOW ANW AWBZ werkgever - - - werknemer 17,91
Nadere informatieDE JONGE OUDEREN IN EUROPA BELASTING OF HULP- BRON VOOR DE VERZORGINGSSTAAT?
9 SUMMARY IN DUTCH DE JONGE OUDEREN IN EUROPA BELASTING OF HULP- BRON VOOR DE VERZORGINGSSTAAT? De vergrijzing van de bevolking wordt al lange tijd beschouwd als een last voor verzorgingsstaten. Dit komt
Nadere informatieDe uitkeringsbedragen per 1 januari 2014
De uitkeringsbedragen per 1 januari 2014 Per 1 januari 2014 worden de AOW, ANW, WW, WIA, WAO, TW, Wajong, WWB, IOAW en IOAZ aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk minimumloon per 1 januari
Nadere informatieVaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
CPB Notitie Aan: Vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid Centraal Planbureau Bezuidenhoutseweg 30 2594 AV Den Haag Postbus 80510 2508 GM Den Haag T 088 9846000 I www.cpb.nl Contactpersoon
Nadere informatieOuders op de arbeidsmarkt
Ouders op de arbeidsmarkt Ingrid Beckers en Johan van der Valk De bruto arbeidsparticipatie van alleenstaande s is sinds 1996 sterk toegenomen. Wel is de arbeidsparticipatie van paren nog steeds een stuk
Nadere informatieMaak een nieuw dienstverband aan vanaf 1 maart. Dat doet u via Werknemers, Nieuw, en dan de middelste optie Maak een nieuw dienstverband voor :
Ouderschapsverlof Inhoud Ouderschapsverlof vastleggen in Loon...1 Wat is ouderschapsverlof?...3 Hoe lang mag ik ouderschapsverlof opnemen?...4 Gevolgen voor uw socialezekerheidsrechten bij verlof...4 Ouderschapsverlof
Nadere informatieArbeidsmarkt Vraag naar arbeid Werkgelegenheid Aanbod van arbeid: b Marktmechanisme Loonkosten per product
Arbeidsmarkt Vraag naar arbeid = mensen Door werkgevers: bedrijven en overheid Werkgelegenheid Hoe lager het loon, hoe groter de vraag naar arbeid Aanbod van arbeid: beroepsbevolking (iedereen tussen de
Nadere informatieThemabijeenkomst ouderenbeleid
MHP, Culemborg, Rob Gründemann, senior TNO Arbeid Lector Sociale Innovatie, Hogeschool Utrecht De opzet van de presentatie Stand van zaken Arbeidsmarkt Kwaliteit van de arbeid Gewenst preventief HR-beleid
Nadere informatieUitkeringsbedragen per 1 juli 2018
Uitkeringsbedragen per 1 juli 2018 Per 1 juli 2018 worden de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en Wet inkomensvoorziening oudere
Nadere informatieUitkeringsbedragen per 1 juli 2015
Uitkeringsbedragen per 1 juli 2015 Per 1 juli 2015 worden de AOW, Anw, WW, WIA, WAO, ZW, TW, Wajong, Participatiewet (voorheen WWB), IOAW en IOAZ aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk
Nadere informatieUitkeringsbedragen per 1 januari 2018
Uitkeringsbedragen per 1 januari 2018 Per 1 januari 2018 worden de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en Wet inkomensvoorziening
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken Samenvatting door een scholier 1198 woorden 9 juni 2007 6,4 30 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Economie Hst 2 Werken Paragraaf 2.1 taakverlening Elk
Nadere informatieEen Werkende Arbeidsmarkt
Een Werkende Arbeidsmarkt Bas ter Weel 16 mei2014 Duurzame inzetbaarheid Doel Langer werken in goede gezondheid Beleid gericht op Binden: Gezondheid als voorwaarde voor deelname Ontbinden: Mobiliteit als
Nadere informatiePensioenleeftijd niet vaak 65
Pensioenleeftijd niet vaak 65 Jan-Willem Bruggink In de periode 21-23 stopten jaarlijks ongeveer 6 duizend mensen met werken om met pensioen te gaan. In bijna zeven van de tien gevallen waren dit mannen.
Nadere informatieCijferbijlage. Inhoud Algemeen 2
BBZ Cijferbijlage Wonen in Nederland en werken in België Inhoud Algemeen 2 Gezin 2 Medische zorg 3 Nabestaanden 3 Werkloos 4 Ziek of arbeidsongeschikt 5 Zwangerschap en bevalling 5 Zo blijft u op de hoogte
Nadere informatieMinisterie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Datum : 26 augustus 2003 Onderwerp : Bijzondere aanpassing WML periode 1999 t/m 2002
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Datum : 26 augustus 2003 Onderwerp : Bijzondere aanpassing WML periode 1999 t/m 2002 Aanleiding Elke vier jaar moet de vraag worden beantwoord of er omstandigheden
Nadere informatieStatistisch Jaarboek 2003. inkomen
99 9 100 Inkomen Individuen: stijging, minder personen met WW en bijstand Het gemiddeld besteedbaar van personen met 52 weken bedroeg 15.600 euro in 2000. Het gaat hier om individuen die het gehele jaar
Nadere informatieOverzicht uitkeringsbedragen en maatregelen Sociale Zaken en Werkgelegenheid per 1 juli 2017
Overzicht uitkeringsbedragen en maatregelen Sociale Zaken en Werkgelegenheid per 1 juli 2017 Per 1 juli 2017 worden de Participatiewet, IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast
Nadere informatieSociale verzekeringen per 1 januari 2010
Sociale verzekeringen per 1 januari 2010 11 december 2009 Nr. 09/134 Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 januari 2010 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen
Nadere informatieDoorwerken na 65 jaar
CvA-notitie februari 2008 Doorwerken na 65 jaar De levensverwachting en het gemiddelde aantal gezonde jaren na het bereiken van de 65-jarige leeftijd is toegenomen. Een groeiende groep ouderen heeft behoefte
Nadere informatieH9 De drie volksverzekeringen
H De drie volksverzekeringen Alles is samengevat vanuit 24boost.nl. de samenvattingen zijn gedupliceerd op weblog de Junior jurist. Er zijn 3 volksverzekeringen: AOW, Anw en AKW. Deze volksverzekeringen
Nadere informatieADDENDUM voor de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor werkgevers en werknemers in de Groothandel in Textielgoederen en aanverwante artikelen
ADDENDUM voor de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor werkgevers en werknemers in de Groothandel in Textielgoederen en aanverwante artikelen 1 april 2009 tot en met 31 maart 2011 Tussen partijen bij de
Nadere informatieCijferbijlage Uitzendbureau, onderneming of werkgever gevestigd in Nederland of België
Cijferbijlage Uitzendbureau, onderneming of werkgever gevestigd in Nederland of België Inhoud Hoeveel betaalt u als werkgever in Nederland? 2 Bruto minimumloon in Nederland 3 Belastingtarieven in Nederland
Nadere informatieUitkeringsbedragen per 1 januari 2017
Uitkeringsbedragen per 1 januari 2017 Per 1 januari 2017 worden de Participatiewet, IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk minimumloon
Nadere informatieUitzenden van 65-plussers Wat zijn de specifieke regelingen?
Uitzenden van 65-plussers Wat zijn de specifieke regelingen? Het CBS voorspelt dat binnen vijf jaar de groep 65-plussers zal stijgen met 400.000 personen, de groep 65-70-jarigen zal met 210.000 personen
Nadere informatieDe sociale verzekeringen vallen weer uiteen in de volksverzekeringen en de werknemersverzekeringen.
Boekverslag door E. 2419 woorden 20 december 2001 6.7 324 keer beoordeeld Vak Economie De sociale zekerheid in Nederland Profielwerkstuk economie 1. Wat houdt de sociale zekerheid in? Sociale zekerheid
Nadere informatieLangdurig arbeidsongeschikt. VOP0034_arbeidsongeschikt-2.indd 1 18-01-10 10:36
Langdurig arbeidsongeschikt VOP0034_arbeidsongeschikt-2.indd 1 18-01-10 10:36 1 Inleiding Arbeidsongeschikt worden is iets waar niemand graag aan denkt. Toch is het goed af en toe na te denken over wat
Nadere informatie1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en arbeidsmarkt? (openstaande)vacatures. 2)Noem een ander woord voor Werkenden werkgelegenheid.
1 1)Waaruit bestaat de vraag op de arbeidsmarkt? 2)Noem een ander woord voor werkgelegenheid. 3)Wie vragen arbeid? 4)Met welk woord wordt het aanbod van arbeid ook aangeduid? 5)Geef de omschrijving van
Nadere informatieSpecial. Het volledige onderzoek van SEO Economisch Onderzoek vindt u op www.kinderopvang.nl. Het (economisch) belang van kinderopvang
Special Het volledige onderzoek van SEO Economisch Onderzoek vindt u op www.kinderopvang.nl Het (economisch) belang van kinderopvang 2 Het (economisch) belang van kinderopvang Voorwoord Wat levert kinderopvang
Nadere informatieI. VERKLARINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 1, ONDER L), VAN VERORDENING (EG) NR. 883/2004 DE DATUM VANAF WELKE DE VERORDENING VAN TOEPASSING ZAL ZIJN
Verklaring van het Koninkrijk der Nederlanden uit hoofde van artikel 9 van Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels
Nadere informatieUitkeringsbedragen per 1 juli 2016
Uitkeringsbedragen per 1 juli 2016 Per 1 juli 2016 worden de Participatiewet, IOAW en IOAZ, AOW, Anw, Wajong, WW, WIA, WAO, ZW en TW aangepast als gevolg van de stijging van het wettelijk minimumloon per
Nadere informatieOplossingsrichtingen voor een betaalbaar sociaal zekerheidsstelsel
VeReFi Congres I Denken in mogelijkheden I 11 april 2017 Oplossingsrichtingen voor een betaalbaar sociaal zekerheidsstelsel Ir drs Jeroen Breen, actuaris ag Algemeen Directeur Koninklijk Actuarieel Genootschap
Nadere informatieHoe wordt Nederland Miss Europe?
Hoe wordt Nederland Miss Europe? Ruud de Mooij en Joeri Gorter Inleiding De Nederlandse welvaartsstaat is niet voldoende toegesneden op de toekomst. De vergrijzing jaagt de kosten van de oudedagsvoorziening
Nadere informatieInhoud. Wet werk en bijstand... 2 IOAW en IOAZ... 4 AOW... 5 Anw... 7 Wajong... 8 Maximumdagloon (WW, WIA en WAO)... 9 Toeslagenwet...
Inhoud Wet werk en bijstand... 2 IOAW en IOAZ... 4 AOW... 5 Anw... 7 Wajong... 8 Maximumdagloon (WW, WIA en WAO)... 9 Toeslagenwet... 9 1 Wet werk en bijstand Per 1 juli 2014 stijgen de bijstandsuitkeringen.
Nadere informatieHet Anw-Zekerheidsplan. Goed werkgeverschap voor de nabestaanden van uw werknemer
Het Anw-Zekerheidsplan. Goed werkgeverschap voor de nabestaanden van uw werknemer Inhoud Een goede werkgever denkt mee. 3 Even uw voordelen op een rij! 4 Zo werkt de Algemene nabestaandenwet (Anw). 5 Bijverzekeren
Nadere informatieVerschillen in uittreedpaden tussen en binnen cohorten: is meer flexibiliteit de oplossing?
Verschillen in uittreedpaden tussen en binnen cohorten: is meer flexibiliteit de oplossing? Jonneke Bolhaar - CPB 20 november 2017 1. Fact check: werken laagopgeleiden langer door dan hoogopgeleiden? 2.
Nadere informatieMiljoenennota Helmer Vossers
Helmer Vossers Helaas niet helemaal waar 8 5 1/2 2010 2011 69,5 66,0 0 1 3/4 Groei Werkloosheid Saldo 2010 Saldo 2011 Schuld 2011 (% bbp) (% beroepsbevolking) (% bbp) (% bbp) (% bbp) -4,0-6,3-5,8-5,6
Nadere informatieAlleenstaande ouders en kindregelingen
Alleenstaande ouders en kindregelingen Op deze site wordt u geïnformeerd over regelingen die in het regeerakkoord Bruggen slaan zijn opgenomen. Naar aanleiding van de plannen voor het versoberen van de
Nadere informatieEen verantwoord krediet
Een verantwoord krediet Uw gegevens Dhr. Proefpersoon Mevr. Partner Datum 13 januari 2014 Kantoorgegevens TP Finance Postbus 11000 6969XX Alkmaar 0900-3487658 072-4123589 info@fitsolutions.nl Uw situatie
Nadere informatieU bent arbeidsongeschikt. Wat betekent WAO voor uw pensioen?
U bent arbeidsongeschikt Wat betekent WAO voor uw pensioen? Inhoud 1. U bent arbeidsongeschikt 3 2. Wat betekent arbeidsongeschiktheid voor uw inkomen? 3 2.1 WAO-uitkering van UWV 3 2.2 Wat kunt u doen?
Nadere informatieHoe hoog is de ANW-uitkering?... 4. Hoogte ANW-uitkering... 4. Verzekerd bedrag ANW Hiaat 2015... 4. Kostendelersnorm ANW... 5
INHOUD Minimale AOW Franchises 2015... 2 Opbouwpercentages 2015... 2 Aftopping Boven 100.000,-... 3 ANW Uitkeringen 2015... 4 Hoe hoog is de ANW-uitkering?... 4 Hoogte ANW-uitkering... 4 Verzekerd bedrag
Nadere informatieDe Levensloopregeling
De Levensloopregeling De meest gestelde vragen Januari 2007 7.0093ML /GW De Levensloopregeling De meest gestelde vragen Het belang van een goede regeling Wellicht wilt u binnenkort een lange reis maken,
Nadere informatiewww.share-project.nl Resultaten van het project 50+ In Europa
www.share-project.nl Resultaten van het project 50+ In Europa Wat gebeurt er nu? Published by Mannheim Research Institute for the Economics of Aging (MEA) L13,17 68131 Mannheim Phone: +49-621-181 1862
Nadere informatieWerken na het bereiken. gerechtigde leeftijd. het bereiken. leeftijd. Deze brochure is een samenwerkingsproduct van:
Werken na Werken na het bereiken het bereiken van de van de pensioenpensioengerechtigde gerechtigde leeftijd leeftijd Deze brochure is een samenwerkingsproduct van: Inleiding Werken na het bereiken van
Nadere informatieGebruik van kinderopvang
Gebruik van kinderopvang Saskia te Riele In zes van de tien gezinnen met kinderen onder de twaalf jaar hebben de ouders hun werk en de zorg voor hun kinderen zodanig georganiseerd dat er geen gebruik hoeft
Nadere informatieWerken of vrije tijd?
Samenvatting door Sophie 612 woorden 28 juni 2018 0 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO H1 Werken of vrije tijd? Je moet keuzes maken tussen vrije tijd en werken/ geld verdienen. Veel mensen werken
Nadere informatieArbeidsongeschikt? Bang voor een gat in uw inkomen? Aanvullend pensioen. WGA uitkering. Uw salaris AOW + Vervolguitkering WGA 100% Inkomsten.
Arbeidsongeschikt? Bang voor een gat in uw inkomen? 1e jaar ziek 2e jaar ziek WGA uitkering WGA Aanvullend pensioen Met de van Centraal Beheer Achmea zijn grote financiële risico s afgedekt! Kijk op www.iak.nl/postnl
Nadere informatieFactsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014
Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos
Nadere informatieDe dagelijkse dichtheid van het bestaan. Paul Schnabel Rotary s Gravenhage Sociaal en Cultureel Planbureau Universiteit Utrecht
De dagelijkse dichtheid van het bestaan Paul Schnabel Rotary s Gravenhage Sociaal en Cultureel Planbureau Universiteit Utrecht Iedereen aan het werk Meer mensen - M. 80% - V. 55% Meer jaren - 61/62 jr.
Nadere informatieWerknemers 1 ZIEK. werknemer en verzekerd voor ZW en WIA is degene die een ww-uitkering geniet
Werknemers 1 ZIEK Recht op doorbetaling van loon: - gedurende maximaal 2 jaar - gedurende looptijd contract - na afloop contract binnen twee jaar overname loonbetaling door UWV (vangnet) tot max. 2 jaar
Nadere informatieBijlage: minimumjeugdloon in historisch en internationaal perspectief
Bijlage: minimumjeugdloon in historisch en internationaal perspectief Historische ontwikkeling van het wettelijk minimumjeugdloon De ontstaansgeschiedenis van het wettelijk minimumloon in Nederland gaat
Nadere informatieSamenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3
Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3 Samenvatting door H. 1812 woorden 16 juni 2013 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Economie samenvatting Werk hoofdstuk 1, 2 en 3 Hoofdstuk 1. Werken
Nadere informatieDienstverlening aan huis (bron www.rijksoverheid.nl)
Dienstverlening aan huis (bron www.rijksoverheid.nl) Particulieren kunnen door de Regeling dienstverlening aan huis gemakkelijk iemand inhuren voor klussen in en om het huis. Zij hoeven voor deze huishoudelijke
Nadere informatieSociale Verzekeringen per 1 juli 2012
Sociale Verzekeringen per 1 juli 2012 Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 juli 2012 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan het wettelijk
Nadere informatieBijlagen. Bijlage 1. Schematische weergave van de belangrijkste naoorlogse kostwinnersbepalingen in de sociale verzekeringen
Bijlagen Bijlage 1 Figuur B 1.1 Schematische weergave van de belangrijkste naoorlogse kostwinnersbepalingen in de sociale verzekeringen Werknemersverzekeringen WW (1952)* WAO (1967) ZW (1930) Kring van
Nadere informatieVrouwenraadinfofiche 2016
Vrouwenraadinfofiche 2016 Drie decennia deeltijds werk en de gevolgen voor vrouwen Evolutie deeltijdse arbeid De overheid en de sociale partners zijn deeltijds werk (gebaseerd op een deeltijdse arbeidsovereenkomst)
Nadere informatieVrijwillige verzekering. Voor de gevolgen van ziekte, arbeidsongeschiktheid en werkloosheid
Vrijwillige verzekering Voor de gevolgen van ziekte, arbeidsongeschiktheid en werkloosheid Werk boven uitkering UWV verstrekt tijdelijk inkomen in het kader van wettelijke regelingen als de WW en de WAO.
Nadere informatieUWV Tijdreeksen 2018
UWV Tijdreeksen 218 Inhoudsopgave Inleiding 2 1. WW 3 2. WIA (IVA en WGA) 4 2.1. WIA Totaal 4 2.2. IVA 5 2.3. WGA 6 3. WAO 7 4. WAZ 8 5. Wajong 9 6. Ziektewet 1 7. Uitgekeerde bedragen 11 Colofon 12 UWV
Nadere informatieS A M E N V A T T I N G
5 6 Samenvatting Adviesaanvraag Op 28 mei 2004 heeft de raad een adviesaanvraag van de Tweede Kamer ontvangen over het ouderenbeleid op middellange en lange termijn. Het advies is bedoeld voor de themacommissie
Nadere informatieWIA door de Tweede Kamer. Stand van zaken juli 2005
WIA door de Tweede Kamer. Stand van zaken juli 2005 Van WAO naar WIA. Het kabinet wil de WAO per 1 januari 2006 vervangen door de nieuwe Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA). De WIA benadrukt
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 729 Evaluatie Wet inkomensvoorziening oudere werklozen Nr. 1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter
Nadere informatieNAAR EEN TOEKOMST DIE WERKT Visuele samenvatting rapport Commissie Arbeidsparticipatie Juni 2008. OPLOSSINGEN Hoe kan de. arbeidsparticipatie
Spoor 1 Zo snel mogelijk meer mensen aan het werk ANALYSE Waarom moet de arbeidsparticipatie omhoog en waarom gaat dit niet vanzelf? OPLOSSINGEN Hoe kan de arbeidsparticipatie omhoog tot 80 procent? Spoor
Nadere informatie50+ in Europa Samenvatting van de eerste resultaten
share_belg_nl.indd 1 09.04.2006 14:00:20 Uhr share_belg_nl.indd 2-3 09.04.2006 14:00:21 Uhr Het aandeel ouderen in de totale populatie is in Europa hoger dan op elk ander continent en deze ontwikkeling
Nadere informatie