Een zwemmer met het Wolff-Parkinson-White Syndroom
|
|
- Melissa van Dam
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Observaties Een zwemmer met het Wolff-Parkinson-White Syndroom Auteur M.E.C. van Wijk, aios sportgeneeskunde, dr. J. Hoogsteen, cardioloog Samenvatting Het Wolff-Parkinson-White (WPW) syndroom kan de carrière van een atleet in de weg staan als gevolg van ritmestoornissen tijdens inspanning, welke soms levensbedreigend kunnen zijn. Er wordt onderscheid gemaakt tussen patiënten met het WPW-syndroom, welke per definitie symptomatisch zijn, en patiënten met een WPW-patroon op het ECG, welke asymptomatisch zijn. Het te volgen beleid bij symptomatische atleten (en andere patiënten) met WPW is duidelijk, namelijk elektrofysiologisch onderzoek naar de eigenschappen van de accessoire bundel en ablatie van deze bundel. Er bestaat echter nog discussie over het te volgen beleid bij asymptomatische atleten en patiënten met WPW. Sommigen achten uitgebreide invasieve diagnostiek en behandeling niet noodzakelijk gezien de kleine kans op fatale ritmestoornissen, anderen vinden dit echter bij atleten wel geïndiceerd, gezien de extreme condities waaraan zij kunnen worden blootgesteld en de daarmee gepaard gaande hogere kans op plotse dood. Bovendien is medicamenteuze behandeling ten gevolge van dopingwetgeving voor de meeste atleten geen optie. Mede hierdoor is katheterablatie bij symptomatische atleten met WPW en asymptomatische atleten met WPW met een korte anterograde refractaire periode van de accessoire bundel de behandeling van eerste keus. Trefwoorden Hartritmestoornissen, sporter, hartdood Inleiding Hartritmestoornissen zijn voor sporters een veel voorkomende reden om een arts te consulteren. Een significant deel van plotse hartdood bij jongeren vindt plaats ten gevolge van hartritmestoornissen gerelateerd aan inspanning 1. Ten gevolge van hun extreme belasting wat betreft duur en volume en de daarmee gepaard gaande sterke sympathicus tonus, zouden atleten vatbaarder kunnen zijn voor bepaalde aritmieën zoals bradycardieën en atriumfibrilleren 2,3. Het is de taak van de arts de aard en de ernst van een ritmestoornis vast te stellen en de geschiktheid van een atleet voor een bepaalde sport te bepalen. Geleiding van een elektrische prikkel van de atria naar de ventrikels loopt normaliter via het systeem van AV-knoop, bundel van His, bundeltakken en Purkinje-vezels. Patiënten met een WPW-patroon op het ECG hebben een accessoire bundel die atria en ventrikels direct met elkaar verbindt (figuur 1). Een elektrische prikkel kan via dit accessoire pad soms sneller naar de ventrikels worden voortgeleid dan via de normale weg (pre-exitatie). De vervroegde depolarisatie van (een deel van) de ventrikels die hierdoor wordt veroorzaakt, leidt tot specifieke ECG veranderingen. Bij WPW wordt de accessoire bundel gevormd door connecties tussen spiervezels buiten het normale geleidingsweefsel. Dit zijn de zogenaamde bundels van Kent. Door de ongeremde voortgeleiding van snel opeenvolgende atriale prikkels, zoals bijvoorbeeld bij atriumfibrilleren, via de accessoire bundel naar de ventrikels kunnen belangrijke ventriculaire ritmestoornissen en daarmee plotse dood optreden. Deze kans is vooral groot indien de accessoire bundel een korte refractaire periode (periode waarin geen elektrische prikkels kunnen worden voortgeleid) heeft. Van het WPW-syndroom is sprake als een WPWpatroon op het ECG gepaard gaat met symptomen, meestal ten gevolge van een tachyaritmie. Ook asymptomatische patiënten kunnen een WPW-patroon op het Figuur 1. Doorsnede van het hart met een accessoire bundel in de linker vrije wand. 68
2 Van Wijk et al. ECG vertonen. Er is een verschil in het te volgen beleid tussen deze beide groepen. In dit artikel wordt aan de hand van een casus het Wolff- Parkinson-White syndroom bij atleten besproken. Casus Op het spreekuur zagen wij een 16 jaar oude wedstrijdzwemmer in verband met hartkloppingen tijdens inspanning. De voorgeschiedenis vermeldde een neusseptumcorrectie en recidiverende sinusitiden. Hij gebruikte geen medicatie. Patiënt trainde op dat moment vijf uur per week in het zwembad en fietste daarnaast een aantal uren per week. Sinds drie jaar had hij last van hartkloppingen welke acuut ontstonden en na enkele seconden spontaan verdwenen. Deze aanvallen kwamen alleen voor tijdens het zwemmen, met name bij de sprinttraining. De laatste keer duurden de klachten ongeveer anderhalve minuut. Er was sprake van zeer snelle, regelmatige hartkloppingen. Toen hij uit het zwembad wilde komen werd hij duizelig en zag hij zwart voor de ogen, maar collabeerde niet. De hartkloppingen gingen niet gepaard met pijn op de borst of dyspnoe. Familieanamnese was negatief voor ritmestoornissen en plotse dood. Bij lichamelijk onderzoek werd een jongeman met atletisch uiterlijk gezien. Zijn lengte was 200 cm, zijn gewicht bedroeg 79 kg. De bloeddruk was 120/75 mmhg met een regulaire pols van 48 slagen per minuut. Over het hart waren normale cor-tonen te horen zonder souffles. Het ademgeruis was vesiculair, zonder bijgeluiden. Het abdomen was soepel, er waren geen palpabele weerstanden en lever en milt waren niet palpabel. De perifere pulsaties waren intact en er waren geen oedemen. Het elektrocardiogram toonde een sinusbradycardie van 48 slagen per minuut. PQ-tijd bedroeg 102 ms (normaal ms). Elektrische hartas was intermediair. Het QRS-complex was verbreed en de duur bedroeg 124 ms (normaal ms), dit ten gevolge van een deltagolf welke positief was in afleidingen II, III en avf en negatief in afleiding avr. Bovendien was er een hoge R-top in afleiding V1. Repolarisatie was vervroegd (figuur 2). Echocardiografie toonde een rechteratrium dat groter was dan het linkeratrium. Ventriculaire dimensies waren normaal. Er was een goede functie van beide ventrikels, met normale contracties van alle segmenten. De ejectiefractie werd geschat op 50%, de linkerventrikelmassa op 214 gram. Aan de hartkleppen werden geen bijzonderheden gezien. Fietsergometrie liet geen aanwijzingen zien voor coronairlijden of aritmieën, er was een dubieuze afname van de deltagolf. Aanvullende diagnostiek werd verricht met behulp van een event recorder, welke periodes van breed complextachycardieën van onbekende origine liet zien, die spontaan converteerden naar sinusritme (figuur 3). Intraveneus toegediend procaïnamide gaf geen veranderingen op het ECG, met name traden Figuur 2. Afbeelding van het ECG van onze patiënt. 69
3 geen veranderingen op aan de deltagolf en de duur van het QRS-complex. Geconcludeerd werd dat er sprake was van een Wolff- Parkinson-White syndroom met, gezien de uitslag van de procaïnamidetest en fietsergometrie, een korte refractaire periode van de accessoire bundel. Patiënt werd verwezen naar het UMC St Radboud te Nijmegen voor elektrofysiologisch onderzoek en ablatie van de accessoire bundel. Na ablatie was patiënt volledig klachtenvrij. Zes weken na de ingreep kon hij de training weer hervatten. Epidemiologie De prevalentie van het WPW-patroon ligt rond de 1,5-3 promille in de algehele bevolking. Deze wordt echter mogelijk onderschat aangezien een intermitterend WPW-patroon regelmatig voorkomt 6,7,9. Accessoire bundels zijn het meest frequent gelokaliseerd in de vrije wand van de linkerventrikel en daarna respectievelijk posteroseptaal, in de vrije wand van de rechterventrikel en anteroseptaal. Tien tot vijftien procent van de patiënten heeft meerdere accessoire bundels 4. Bij 25% van de patiënten met een WPW-patroon is er geen retrograde geleiding over de accessoire bundel en dus geen orthodrome cirkeltachycardie mogelijk 9. WPW komt voor in alle leeftijdscategorieën. De prevalentie is hoger bij mannen en neemt af met de leeftijd. De frequentie van paroxysmale tachycardieën neemt echter toe met de leeftijd 6. ECG herkenning van WPW Er zijn drie belangrijke ECG-kenmerken die ontstaan ten gevolge van prikkelgeleiding via de bundels van Kent 4,5 : 1. Een verkort PQ-interval van minder dan 120 ms. Dit ontstaat door snelle atrio-ventriculaire geleiding via de accessoire bundel. 2. QRS-duur van meer dan 120 ms. Door trage vezelop-vezel geleiding in het ventriculaire myocard vanuit de insertieplaats van de accessoire bundel, is het begin van het QRS-complex breed en hobbelig, de deltagolf. Het terminale deel van het QRS-complex wordt gevormd door ventriculaire depolarisatie via de normale, snelle route en is normaal van vorm. De mate van fusie van het QRScomplex is afhankelijk van de elektrofysiologische eigenschappen van de accessoire bundel en wordt beïnvloed door de sympathicus tonus. Wisselende mate van fusie kan er toe leiden dat er periodieke verschillen zijn in PQ-tijd en QRS-duur. Dit wordt het concertina-effect genoemd. 3. Secundaire repolarisatiestoornissen, die tegengesteld zijn aan de deltagolf en QRS-vectoren. De locatie van de accessoire bundel kan worden bepaald met behulp van het ECG aan de hand van de richting van de deltagolven. Met behulp van elektrofysiologisch onderzoek kan de exacte locatie van de accessoire bundel worden bepaald. Figuur 3. Afbeelding van een deel van de registratie van de event recorder van onze patiënt, waarop een breedcomplex tachycardie is te zien. 70
4 Van Wijk et al. Ritmestoornissen bij WPW Indien WPW gepaard gaat met een tachycardie betreft dit bij 80% van de patiënten een cirkeltachycardie, bij 30% atriumfibrilleren en bij 5% atriumflutter. De meest voorkomende cirkeltachycardie bij WPW is de orthodrome cirkeltachycardie, met atrio-ventriculaire geleiding via het normale geleidingssysteem en ventriculo-atriale geleiding via de accessoire bundel. Ventriculaire tachycardieën zijn zeldzaam, maar potentieel dodelijk 4. De meeste gevallen van plotse dood vinden plaats tijdens inspanning. De incidentie van plotse dood bij asymptomatische en symptomatische patiënten met WPW is echter laag: 0-0,6% per jaar 6,7,8. Bij hoge frequenties kan de refractaire periode van de accessoire bundel significant korter worden. In geval van ritmestoornissen als atriumfibrilleren of -flutter kunnen dan, ten gevolge van snelle prikkelgeleiding over de accessoire bundel, gevaarlijk hoge ventriculaire frequenties ontstaan, die over kunnen gaan in ventrikelfibrilleren. Het risico op het ontstaan van ventrikelfibrilleren en plotse dood is vooral hoog bij patiënten met WPW die bij atriumfibrilleren een RR interval van minder dan 240 ms hebben 9. De prognose is uitstekend bij asymptomatische patiënten zonder bijkomende cardiale aandoeningen. De meeste patiënten met een cirkeltachycardie hebben een goede prognose, maar plotse dood is niet uitgesloten. Bij sommige patiënten verdwijnen de tachycardieën binnen enkele jaren, waarschijnlijk ten gevolge van fibrotische veranderingen in de accessoire bundel. Ook tachycardieën bij jonge kinderen kunnen nog verdwijnen, maar recidiveren vaak. Als na het vijfde levensjaar nog tachycardieën bestaan, persisteren ze in 75% van de gevallen 4. Inspanning leidt tot een snellere prikkelgeleiding in de AV-knoop. Intraveneus toegediende procaïnamide zorgt voor een vertraging van de prikkelgeleiding over de accessoire bundel. Indien in deze situaties de deltagolf op het ECG verdwijnt, gaat de prikkelgeleiding via het normale systeem dus sneller dan via de accessoire bundel. Dit suggereert dat men te maken heeft met een accessoire bundel met een lange refractaire periode. Dit is ook het geval indien tijdens sinusritme de deltagolf intermitterend aanwezig is. Bij een lange refractaire periode is het risico op een snel ventriculair ritme in geval van atriumfibrilleren of -flutter klein 4,7. Diagnostiek en therapie Bij iedereen met een WPW patroon op het ECG dient non-invasief aanvullend onderzoek verricht te worden naar onderliggende cardiovasculaire aandoeningen door middel van rust-ecg, echocardiogram, ergometrie, procaïnamidetest en 24-uurs Holterregistratie 8. Bij atleten moet het Holteronderzoek bij voorkeur tijdens de sportspecifieke belasting plaatsvinden. Het optimale beleid voor asymptomatische patiënten met WPW blijft een punt van discussie. Volgens sommigen is het niet nodig bij asymptomatische patiënten zonder onderliggende cardiale afwijkingen elektrofysiologisch onderzoek te verrichten, gezien de zeer kleine kans op fatale ritmestoornissen 4,8,10. Dit zou ook gelden voor atleten. Anderen vinden echter de hoge cardiovasculaire belasting die sport met zich mee kan brengen en de daarmee gepaard gaande verhoogde kans op plotse dood, wel voldoende reden om uitgebreidere diagnostiek te verrichten 3,8,9. Plotse dood bij atleten met WPW is zeldzaam, maar komt met name voor bij accessoire bundels met een korte anterograde refractaire periode 7. Daarom is elektrofysiologisch onderzoek wel geïndiceerd bij asymptomatische atleten die bij een procaïnamidetest of ergometrie aanwijzingen tonen voor een korte anterograde refractaire periode 8,9. Symptomatische patiënten met WPW dienen uitgebreid elektrofysiologisch onderzoek naar de karakteristieken van de accessoire bundel en ablatie van de bundel te ondergaan. Met behulp van endocardiaal elektrofysiologisch onderzoek kan een compleet beeld worden gevormd van de locatie, het aantal en de geleidingskarakteristieken van de accessoire bundels. Een belangrijke risico-indicator is het eerder genoemde RR-interval van minder dan 240 ms tijdens atriumfibrilleren 9. Medicatie kan zorgen voor geleidingsvertraging en/of verlenging van de refractaire periode in de AV-knoop (klasse II en IV anti-arritmica, adenosine), de accessoire bundel (klasse IA anti-arritmica) of beide (klasse IC en III anti-arritmica). Voor atleten is het echter een probleem dat de meeste anti-aritmica op de dopinglijst staan en voor hen dus een slechte behandeloptie zijn. Bovendien heeft katheterablatie een succesratio van >95%. Dit en het feit dat symptomatische patiënten met WPW een verhoogd risico op plotse dood hebben maakt dat katheterablatie voor atleten de behandeling van eerste keus is 3,11. Na succesvolle katheterablatie kan de sport binnen twee tot vier weken weer worden hervat 8. Adviezen voor atleten met WPW 8 1. Atleten met WPW zonder structurele cardiale aandoeningen, zonder palpitaties en zonder tachycardieën kunnen aan alle competitieve sporten deelnemen. Dit geldt in ieder geval voor atleten van 20 jaar en ouder. Voor jongere patiënten valt te overwegen verder onderzoek, inclusief elektrofysiologisch onderzoek, te verrichten alvorens hen deel te laten nemen aan gemiddeld- tot hoogintensiteitssporten. 2. Atleten met WPW met periodes van cirkeltachycardieën dienen hiervoor behandeld te worden. Men moet erop bedacht zijn dat deze patiënten atriumfibrilleren met snelle ventrikel respons kunnen ontwikkelen. Dit is de reden dat bij deze groep patiënten verder onderzoek naar de eigenschappen van de accessoire bundel en eventuele ablatie nodig is. 3. Atleten met WPW met periodes van atriumfibrilleren/-flutter en (near-) syncope en met een maximale ventriculaire frequentie (zonder therapie) > 240 per minuut dienen ablatie te ondergaan voordat sport hervat wordt. Indien bij isoproterenol toediening (wat inspanning simuleert) de ventriculaire frequentie < 240 per minuut blijft en (near-) syncope niet voorkomt, is het risico op plotse hartdood laag. 71
5 4. Atleten met WPW zonder structurele cardiale aandoeningen, die succesvolle ablatie van de accessoire bundel hebben ondergaan, die asymptomatisch zijn, normale AV-geleiding hebben en bij wie bij elektrofysiologisch onderzoek geen aritmieën te induceren zijn, kunnen binnen enkele dagen weer aan alle sporten deelnemen. Voor atleten die na de ablatie geen elektrofysiologische controle hebben ondergaan geldt hetzelfde indien er gedurende twee weken na de ablatie geen recidief tachycardieën plaatsvinden. Literatuur 1. Furlanello F, Bertoldi A, Bettini R. et al.. Life-threatening tachyarrhythmias in athletes. Pacing Clin Electrophysiol 1992; 15: Furlanello F, Bertoldi A, Dallago M. et al.. Atrial fibrillation in elite athletes. J Cardiovasc Electrophysiol 1998; 9: S Link MS, Homoud MK, Wang PJ, Estes NA 3rd. Cardiac arrhythmias in the athlete. Cardiol Rev 2001; 9: Braunwald. Heart Disease: A textbook of cardiovascular medicine. 4 th edition 1992: Arnsdorf MF, Podrid PJ, Burke MC. Electrocardiographic features of the Wolff-Parkinson-White pattern. UpToDate review; sept Munger TM, Packer DL, Hammill SC, et al.. A population study of the natural history of Wolff-Parkinson-White syndrome in Olmsted County, Minnesota, Circulation 1993; 87: Wellens HJ, Rodriguez LM, Timmermans C, Smeets JL. The asymptomatic patient with the Wolff-Parkinson-White electrocardiogram. Pacing Clin Electrophysiol 1997; 20: Zipes DP, Ackerman MJ, Estes NA 3rd. et al.. Task Force 7: Arrhythmias. J Am Coll Cardiol 2005; 45: Sarubbi B. The Wolff-Parkinson-White electrocardiogram pattern in athletes: How and when to evaluate the risk for dangerous arrhythmias. The opinion of the pediatric cardiologist. J Cardiovasc Med (Hagerstown) 2006; 7: Klein GJ, Prystowsky EN, Yee R, Sharma AD, Laupacis A. Asymptomatic Wolff-Parkinson-White. Should we intervene? Circulation1989; 80: Furlanello F, Bertoldi A, Inama G, Fernando F. Catheter ablation in competitive athletes: Indication. J Cardiovasc Electrophysiol 1995; 6:
THEMA-AVOND ELEKTROCARDIOGRAFIE
THEMA-AVOND ELEKTROCARDIOGRAFIE Drs. E. Göbel; J. Rademakers Differentiaaldiagnose in tachy-aritmieën AV nodale reentry tachycardie (AVNRT) Twee gescheiden geleidingsbanen in AV knoop Snel geleidend,
Nadere informatienon-profit / open access / physician moderated / up-to-date Ritmestoornissen
non-profit / open access / physician moderated / up-to-date Ritmestoornissen Indeling ritmestoornissen Naar origine Ritmestoornissen Nomenclatuur Extrasystolie : vroeg vallende slag Escapeslag: eerste
Nadere informatieQTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie
QTc, Wat moet je ermee? J.A. Janson fellow IC, AIOS cardiologie 01-11-2018 Waarom QT-tijd? - Verhoogd risico op levensbedreigende ritmestoornissen - Verlenging van QT-tijd bij veel medicijnen, derhalve
Nadere informatieSyncope met betrekking tot cardiologie
Syncope met betrekking tot cardiologie 20 maart 2018 Frank Brouwers AIOS cardiologie Gepubliceerd op 19 maart 2018! Inhoud Definitie Epidemiologie Classificatie Risico-stratificatie Kliniek en aanvullend
Nadere informatieRitmestoornissen CCU
Ritmestoornissen CCU 1 Paroxysmale tachycardieen Tachycardie is plotseling ( Paroxysmaal ) opgetreden. Frequentie is hoger dan 110 bpm. Meestal 130-250. 2 Paroxysmale Atrium Tachycardie(PAT) Snelle plotsellinge
Nadere informatieOefenboek ECG 2e master Geneeskunde. Prof. Dr. Rik Willems
Oefenboek ECG 2e master Geneeskunde Prof. Dr. Rik Willems ECG protocol Ritme Frequentie P- golf Duur P- golf PR- segment Besluit ritme QRS- as QRS- duur QRS- ST- segment Duur QT T- top Algemeen besluit
Nadere informatieRechts ECG: V3 t/m V6 uitpolen naar rechts om rechter ventrikel te bekijken op ischaemie. Belangrijk voor behandeling ( Vullen? ja/nee?
ECG diagnostiek Aansluiten Electrode tbv Electro Cardio Gram Rood Geel :Rechter arm / Schouder : Linker arm /schouder Groen : Linker been/ onderbuik/heup links Zwart : Rechter been/ onderbuik/heup rechts
Nadere informatieJohan Vijgen. ECG bij hartritmestoornissen
Johan Vijgen ECG bij hartritmestoornissen De patiënt heeft ritmestoornissen De patiënt had ritmestoornissen De patiënt wordt behandeld voor ritmestoornissen ECG bij hartritmestoornissen De patiënt heeft
Nadere informatieFoetale hartritmestoornissen
Casuïstiek bespreking RCPSNH 12 maart 2019 Dr. Els Grijseels, arts Prenatale Geneeskunde, Amsterdam UMC Opbouw presentatie: Achtergrond Overzicht hartritmestoornissen Etiologie Diagnostiek Behandeling
Nadere informatieOefenstroken & ECG s. LBTB of RBTB? LBBB is herkenbaar aan: RBTB : Rechterbundeltakblok. LBTB of RBTB? LBBB is herkenbaar aan:
Oefenstroken & ECG s LBTB of RBTB? LBBB is herkenbaar aan: Compleet: QRS 0,12 sec of breder. R-R -patroon in V5 en V6 Brede R -afl. I AVL en V6 Geen Q in afl. I. Meestal geen R in V1, soms wel dan septale
Nadere informatieMijn patiënt heeft palpitaties. Dr. Joris Schurmans 26/9/2015
Palpitaties Mijn patiënt heeft palpitaties Dr. Joris Schurmans 26/9/2015 Palpitaties Palpitaties Hartritme-stoornissen Diagnostische work-up Hartritme-stoornissen Hartritme-stoornissen Palpitaties Palpitaties
Nadere informatieDag 2 Basiscursus ECG
Dag 2 Basiscursus ECG Jonas de Jong Voorzitter Stichting Cardionetworks Ritmestoornissen non-profit / open access / physician moderated / up-to-date Cursusoverzicht Dag 1: Basis, systematische beoordeling
Nadere informatieDe waarde van het oppervlakte ECG in volwassenen met een aangeboren hartafwijking. R. Evertz Cardioloog/Elektrofysioloog
De waarde van het oppervlakte ECG in volwassenen met een aangeboren hartafwijking R. Evertz Cardioloog/Elektrofysioloog Continuous Nursing Education Utrecht, Dinsdag 14 februari 2017 Is het ECG behulpzaam?
Nadere informatieSpelregels; A = Groen B = Rood Heeft u het antwoord fout, dan neemt u weer plaats op uw stoel!!
Spelregels; A = Groen B = Rood Heeft u het antwoord fout, dan neemt u weer plaats op uw stoel!! Oefenvraag 1. Op het ECG zijn de verschillende fasen van de hartslag te zien. Ze worden benoemd met de letters
Nadere informatieHoe wordt het normale hartritme tot stand gebracht?
Boezemfibrilleren De cardioloog heeft vastgesteld dat u een ritmestoornis heeft of heeft gehad, die boezemfibrilleren, ofwel atriumfibrilleren wordt genoemd. In deze folder kunt u hierover meer lezen.
Nadere informatieDag 2 Basiscursus ECG
Dag 2 Basiscursus ECG Jonas de Jong Voorzitter Stichting Cardionetworks Korte herhaling van 1 e twee dagen Ritmestoornissen non-profit / open access / physician moderated / up-to-date Cursusoverzicht Dag
Nadere informatieAV(N)RT. NVHVV 25 maart G.P.Kimman
AV(N)RT NVHVV 25 maart 2014 G.P.Kimman Inleiding Wat is een AtrioVentriculaire Nodale Reentry Tachycardie (AVNRT): ontstaansmechanisme en behandeling: Radiofrequente (RF) en cryoablatie Wat is een AtrioVentriculaire
Nadere informatiePILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND. Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren
PILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren INHOUD Presentatie (20-25 minuten) Inleiding Medicamenteuze behandeling atriumfibrilleren Geneesmiddelgroepen Bijwerkingen
Nadere informatieAblatie en begeleiden van ablatie patienten
Ablatie en begeleiden van ablatie patienten VS 13 september 2013 Anjo van Staaveren Verpleegkundig specialist OLVG Amsterdam DISCLOSURES Geen conflict of interest! Voorzitter van de NVHVV werkgroep ICD
Nadere informatieRitmestoornissen Amstel academie. Pieter Postema CCU/IC/SEH/MC/Anesthesie/Cardio-Thoracaal 10/4/2008
Ritmestoornissen Amstel academie Pieter Postema CCU/IC/SEH/MC/Anesthesie/Cardio-Thoracaal 10/4/2008 Auteurs: Jonas de Jong Ivo van der Bilt Pieter Postema Joris de Groot Renee van der Brink Tymen Keller
Nadere informatieIntroductie ECG. Jonas de Jong
Introductie ECG Jonas de Jong Basics van het ECG Waarom? Diagnose acuut infarct Ritmestoornissen: wel of niet klappen? Screening: uitsluiten hartziekte Aantonen hartziekte: LVH Risico-inschatting medicatiegebruik
Nadere informatieRobert Bolderman cardioloog - PhD - fellow electrofysiologie. Palpitaties
Robert Bolderman cardioloog - PhD - fellow electrofysiologie Palpitaties Een belangrijk probleem? Palpitaties - Hartkloppingen gevoel van abnormaal hartritme of een abnormale kloppende sensatie als normaal
Nadere informatieECG en ritmestoornissen na Hartchirurgie. Mischa Lunter MPA, Thorax IC MST
ECG en ritmestoornissen na Hartchirurgie Mischa Lunter MPA, Thorax IC MST Elektrocardiogram ECG Elektrocardiografie = bestuderen van elektrische activiteit van het hart Registratie op papier of beeldscherm
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!
Boezemfibrilleren De cardioloog heeft vastgesteld dat u een ritmestoornis heeft of heeft gehad, die boezemfibrilleren wordt genoemd. In deze brochure kunt u hierover meer lezen. Neem altijd uw verzekeringsgegevens
Nadere informatieProgramma. Protocol Atriumfibrilleren. Ketenzorg. Pauze Ketenzorg AF. Transmuraal samenwerken. Vragen Afsluiting. protocol
Protocol Atriumfibrilleren Ketenzorg Programma Pauze Ketenzorg AF protocol Transmuraal samenwerken consultatie, verwijzen, terugverwijzen visie op transmurale zorg vanuit de 2 e lijn Vragen Afsluiting
Nadere informatieICD patiënten dag 25 september 2015
ICD patiënten dag 25 september 2015 Wie krijgt welke ICD? Mikael Kortz, cardioloog Flevoziekenhuis Wie krijgt welke ICD? waarom heb ik deze ICD? Mikael Kortz, cardioloog Flevoziekenhuis wie krijgt een
Nadere informatiePlotse dood bij sporters. Ed Hendriks, sportarts Hanneke Andriesse Mariska van Eenige
Plotse dood bij sporters Ed Hendriks, sportarts Hanneke Andriesse Mariska van Eenige http://www.youtube.com/watch?v=wzhrn MX7sOU VRAGEN????? Welke vragen willen jullie zeker vandaag beantwoord hebben?
Nadere informatieCardiologische zorg bij myotone dystrofie type 1
VOOR DE CARDIOLOOG Cardiologische zorg bij myotone dystrofie type 1 Informatie op basis van de multidisciplinaire richtlijn myotone dystrofie type 1 Cardiologische zorg bij myotone dystrofie type 1 Informatie
Nadere informatieECG basis. Veltion bijscholingsdag Edwin Icke VUmc ICVC/6D. E.Icke ICV VUmc
Grondbeginselen ECG basis Veltion bijscholingsdag Edwin Icke e.icke@vumc.nl VUmc ICVC/6D Bij elkaar horende afleidingen I Lateraal II Inferior III Inferior avr Hoofdstam avl Lateraal avf Inferior
Nadere informatieThoraxcentrum. Boezemfibrilleren poli Fonteinstraat 9
Thoraxcentrum Boezemfibrilleren poli Fonteinstraat 9 Thoraxcentrum Inleiding Omdat u boezemfibrilleren heeft, bent u door uw arts doorverwezen naar de Boezemfibrilleren poli van het UMCG. Het doel van
Nadere informatieRitmestoornissen en het beoordelen hiervan
Ritmestoornissen en het beoordelen hiervan Onderwerpen Geschiedenis Grondbeginselen De normale electrocardiografische complexen Systematische beoordeling Ritmes en ritmestoornissen Handige links Han van
Nadere informatieSyncope : nieuwe inzichten
Syncope : nieuwe inzichten Dieter De Cleen 2 februari 2019 TLOC Syncope Indeling Reflex syncope vasovagaal situationeel (niezen, mictie, defecatie, ) carotid sinus syndroom Orthostatische syncope medicatie
Nadere informatienon-profit / open access / physician moderated / up-to-date ECG cursus dagdeel 2
non-profit / open access / physician moderated / up-to-date ECG cursus dagdeel 2 Overzicht dagdeel 2 Intraventriculaire geleidingsstoornissen Ritmestoornissen ST-T afwijkingen/ischemie Quiz Ter herinnering:
Nadere informatieRichtlijnen voor de behandeling van voorkamerfibrillatie. Dr E Raymenants Cardiologie St Maarten
Richtlijnen voor de behandeling van voorkamerfibrillatie Dr E Raymenants Cardiologie St Maarten Inhoud o Epidemiologie Prevalentie Prognose Associatie met CV en andere aandoeningen o Definities & types
Nadere informatieProf. dr. F. C. Visser Cardioloog Erasmus Medisch Centrum. Electrocardiografische & fysiologische veranderingen tijdens inspanning
Prof. dr. F. C. Visser Cardioloog Erasmus Medisch Centrum Electrocardiografische & fysiologische veranderingen tijdens inspanning Indicaties voor inspannings ECG Evaluatie van patienten met pijn op de
Nadere informatieHartziekten door PLN mutatie Wat is de rol van de cardioloog
Hartziekten door PLN mutatie Wat is de rol van de cardioloog Patiëntendag PLN vereniging Paul van Haelst, cardioloog Antonius Ziekenhuis Sneek Erfelijke hartziekten Welke hartziekten kunnen erfelijk zijn?
Nadere informatieSupra-ventriculaire tachycardie
Supra-ventriculaire tachycardie (SVT) Dr. Sebastiaan Velthuis Cardioloog, Jeroen Bosch Ziekenhuis Typen SVT s Smal complex tachycardie (Inappropriate) Sinustachycardie AF Atriale flutter Atriale tachycardie
Nadere informatieInformatie. Boezemfibrilleren
Informatie Boezemfibrilleren Inleiding U heeft last van klachten die veroorzaakt worden door een hartritmestoornis. In deze folder leest u wat deze hartritmestoornis inhoudt en welke behandelmogelijkheden
Nadere informatieNEDERLANDSE SAMENVATTING
Chapter 9 NEDERLANDSE SAMENVATTING Boezemfibrilleren is een zeer frequent voorkomende hartritmestoornis en daardoor een belangrijk klinisch probleem. Onder de westerse bevolking is de kans op boezemfibrilleren
Nadere informatieAtriumfibrillatie polikliniek
Cardiologie Atriumfibrillatie polikliniek 1 Inleiding Atriumfibrilleren (of boezemfibrilleren) is een hartritmestoornis, een stoornis in het elektrische systeem van het hart. Om deze ritmestoornis te begrijpen
Nadere informatieBoezemfibrilleren. De bouw en werking van het hart
Boezemfibrilleren Boezemfibrilleren is een stoornis in het hartritme. Uw hartslag wordt onregelmatig. U kúnt dit voelen, maar dat hoeft niet. Van alle mensen met boezemfibrilleren voelt ongeveer 10 tot
Nadere informatieInformatie na opname voor hartritmestoornissen
Afdeling: Onderwerp: Cardiologie Informatie na opname voor hartritmestoornissen 1 Patiënteninformatie na opname voor ritmestoornissen U was opgenomen in verband met hartritmestoornissen. U ontvangt ook
Nadere informatie6ATRIUMFIBRILLEREN. Hiërarchie gecombineerd voor Atriumfibrilleren
ATRIUMFIBRILLEREN Atriumfibrilleren is binnen Meetbaar Beter gedefinieerd als een ritmestoornis die gekenmerkt wordt door een irregulair RR interval (zonder de aanwezigheid van een repetitief patroon),
Nadere informatieIndeling ritmestoornissen Naar oorsprong
RITMESTOORNISSEN Indeling ritmestoornissen Naar oorsprong Ritmestoornissen Nomenclatuur extrasystole : vroeg vallende slag escapeslag: slag volgend op pauze, meestal uit distaal weefsel bradycardie :
Nadere informatieIdiopathische ventrikeltachycardie, een ritmestoornis met gunstige prognose
Klinische les Idiopathische ventrikeltachycardie, een ritmestoornis met gunstige prognose Cyril Camaro, Hans S. Bos en Joep L.R.M. Smeets KLINISCHE PRAKTIJK Dames en Heren, Hartritmestoornissen komen zeer
Nadere informatieVoriconazol en ritmestoornissen
Voriconazol en ritmestoornissen MDO bespreking 29-10-2014 Michelle Oude Alink Casus Man 68 jaar oud Voorgeschiedenis 2014, juni: myocardinfarct wv DES-stent Sinds september verdenking pneumonie, aanvankelijk
Nadere informatieAnti-artimica Marieke Aalbers Ziekenhuisapotheker Treant Zorggroep NVZA: SIG cardiologie
Anti-artimica Marieke Aalbers Ziekenhuisapotheker Treant Zorggroep NVZA: SIG cardiologie Syncope Syncope als bijwerking van geneesmiddelen: Anti-aritmica Diuretica Anti-depressiva Antihypertensiva Geneesmiddelen
Nadere informatieHierbij gaat voor de delegaties document D043528/02 Annex.
Raad van de Europese Unie Brussel, 8 maart 2016 (OR. en) 6937/16 ADD 1 TRANS 72 BEGELEIDENDE NOTA van: de Europese Commissie ingekomen: 7 maart 2016 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: het secretariaat-generaal
Nadere informatieHart- en vaatziekten bij vrouwen: meer aandacht gewenst
Hart- en vaatziekten bij vrouwen: meer aandacht gewenst Vrouwenstudies Medische Wetenschappen Prof.dr. Toine Lagro-Janssen Opzet Stellingen Aanleiding aparte aandacht m/v Profiel m/v coronaire hartziekten
Nadere informatieHartritmestoornissen bij jongeren. Prof. Dr. Koen Monsieurs Dienst Spoedgevallen Universitair Ziekenhuis Antwerpen. NVKVV, Oostende, 24 maart 2014
Hartritmestoornissen bij jongeren Prof. Dr. Koen Monsieurs Dienst Spoedgevallen Universitair Ziekenhuis Antwerpen NVKVV, Oostende, 24 maart 2014 Het probleem Oorzaken PrevenJe Behandeling Conclusies Overzicht
Nadere informatieBoezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk. Refik Kaplan Cardioloog SXB
Boezemfibrilleren in de dagelijkse praktijk Refik Kaplan Cardioloog SXB Boezemfibrilleren Ontbreken van relatie tussen sinusknoop activiteit en ventriculaire activiteit Elektrische activatie uit meerdere
Nadere informatieElectrofysiologie en Ablatie
Inhoudsopgave Inleiding Het hart Voorbereidingen Een elektrofysiologisch onderzoek Ablatie Soorten Hartritmestoornissen Risico s en complicaties Na de behandeling Nazorg Tot slot Electrofysiologie en Ablatie
Nadere informatieHART AAN DE SLAG VOOR UW PRAKTIJK Hartritme-diagnostiek op afstand DE STAPPEN DE FUNCTIES DE PRAKTIJK
HART AAN DE SLAG VOOR UW PRAKTIJK Hartritme-diagnostiek op afstand DE PRAKTIJK Hartis in uw praktijk Hartritmestoornissen zijn vaak lastig vast te stellen. Kunt u als huisarts zelf behandelen of moet u
Nadere informatieHartfalen. Duo-avonden 20-4-2015. Jaco Houtgraaf, cardioloog
Hartfalen Duo-avonden 20-4-2015 Jaco Houtgraaf, cardioloog Opbouw presentatie Inleiding Wat is het? Hoe ziet het eruit? Hoe ontstaat het? Behandeling Waar op te letten? Symptomen / klachten / dieet / vocht
Nadere informatieHartkloppingen plaatje Duodagen IJsselland Ziekenhuis 27-28/3/2014 J Wassing Cardioloog J Hordijk Huisarts Definitie van Hartkloppingen Is het gevoel van gewaarwording van je hartslag dat door patiënten
Nadere informatieBoezemfibrillatie (atriumfibrillatie)
Boezemfibrillatie (atriumfibrillatie) In overleg met uw arts bent u doorverwezen naar de Boezemfibrillatie poli voor de behandeling en begeleiding van de hartritmestoornis boezemfibrilleren (ook wel atriumfibrilleren
Nadere informatieChapter 8. Samenvatting en conclusie
Chapter 8 Samenvatting en conclusie 110 Doel van het promotieonderzoek was (1) evaluatie van het resultaat van vroege abciximab toediening vóór primaire percutane coronaire interventie (PPCI) in patiënten
Nadere informatieDag 2 ECG cursus. Ischemie Ritmestoornissen
Dag 2 ECG cursus Ischemie Ritmestoornissen non-profit / open access / physician moderated / up-to-date ECG cursus DOKH dagdeel 2 dr. R.B.A. van den Brink, Cardioloog/opleider AMC Agenda dagdeel 2 Ischemie
Nadere informatiePlotse dood in de Sport
Plotse dood in de Sport Implicaties voor sportkeuring Dr. Johan Vijgen Hartcentrum Hasselt Cardio 2009 6 december 2008 Plotse dood bij sporters Hoe groot is het probleem? data Italië / data USA / data
Nadere informatieRichtlijnen voor de behandeling van patiënten met supraventriculaire ritmestoornissen
Richtlijnen voor de behandeling van patiënten met supraventriculaire ritmestoornissen NVVC-richtlijnen in zakformaat Praktijkrichtlijnen ter evordering van de Kwaliteit van de Klinische Patiëntenzorg Richtlijnen
Nadere informatieGrenzen stellen bij hartfalen patienten. Anne van Vegchel Sportarts
Grenzen stellen bij hartfalen patienten Anne van Vegchel Sportarts cv 2000-2006 geneeskunde 2007-2011 sportgeneeskunde 2008-heden bondsarts KNKV 2011-heden sportarts Bravis 2015-heden sportarts Sportsclinic
Nadere informatieECG s beoordelen. Mike van Zwam 09 September 2010 IC-Gelre
ECG s beoordelen Mike van Zwam 09 September 2010 IC-Gelre Inleiding Waarom? Indeling ECG kenmerken IJk 1mV Vragen Papiersnelheid 25mm/sec Stappen van beoordelen Stap 1: Ritme Stap 2: Frequentie Stap 3:
Nadere informatieLongembolie 15-2-2011
1 ECG veranderingen worden veroorzaakt door: Verhoging van de druk in de rechterkamer Rechterkamer dilatatie met clockwise rotation en verplaatsing van het septum naar boven 3. Verhoogde druk in rechterboezem
Nadere informatieShared Decision Making in de zorg
Shared Decision Making in de zorg voor patiënten t met Atriumfibrilleren ill Jeroen Hendriks, RN, MSc Maastricht Universitair Medisch Centrum Invitational Conference Shared Decision Making 22 juni 2011
Nadere informatieDuursport en de rechterkamer. dr. Babette Pluim, sportarts Sportmedisch Centrum Papendal
Duursport en de rechterkamer dr. Babette Pluim, sportarts Sportmedisch Centrum Papendal 1998 Wat is een sporthart? Het complex van structurele, functionele en elektrische remodellering van het hart tgv
Nadere informatieECG 10+: Systematisch ECG s beoordelen
Karen Konings, obert Willemsen Nascholing ECG 10+: ystematisch ECG s beoordelen E Introductie Eerder beschreven we in Huisarts en Wetenschap bij welke klachten een elektrocardiogram (ECG) in de huisartsenpraktijk
Nadere informatieAtriumfibrilleren: Altijd naar de cardioloog?
Atriumfibrilleren: Altijd naar de cardioloog? Epidemiologie 1 op de 4 volwassenen in westerse wereld ontwikkelt AF In 2030 naar schatting 120.000 tot 215.000 nieuw AF per jaar Prevalentie hoger bij oudere,
Nadere informatieDr. Pascal Vanelderen, MD, PhD Kritieke diensten Ziekenhuis Oost-Limburg, Genk
Dr. Pascal Vanelderen, MD, PhD Kritieke diensten Ziekenhuis Oost-Limburg, Genk Smal-QRS tachycardie Breed-QRS tachycardie I II III avr avl avf V1 V2 V3 V4 V5 V6 Π 1mV >100/min QRS-duur < 120msec VK-flutter/fibrillatie
Nadere informatieInspanningsgerelateerde hypertensie: geruststellend of onheilspellend? Dr. Joost H.W. Rutten Internist-vasculair geneeskundige
Inspanningsgerelateerde hypertensie: geruststellend of onheilspellend? Dr. Joost H.W. Rutten Internist-vasculair geneeskundige Overzicht Casussen inspanningsgerelateerde hypertensie Achtergrond Hoe en
Nadere informatieDe behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt. Loes Klieverik WES 11-03-2010
De behandeling van hartfalen bij de oudere patiënt Loes Klieverik WES 11-03-2010 Wat is oud?? Definitie Hartfalen Tekortschieten van de pompwerking van het hart en veranderingen in de neurohumorale activatie
Nadere informatieBoezemfibrilleren polikliniek
Boezemfibrilleren polikliniek Afdeling cardiologie Locatie Veldhoven Inleiding Omdat u boezemfibrilleren heeft, bent u door uw arts doorverwezen naar de boezemfibrilleren poli van Máxima Medisch Centrum.
Nadere informatieTriage van pijn op de borst en uitsluiten van een ACS in de ambulancezorg door middel van de HEART-score en het high sensitive Troponine T
Triage van pijn op de borst en uitsluiten van een ACS in de ambulancezorg door middel van de HEART-score en het high sensitive Troponine T Rudolf Tolsma Verpleegkundig specialist acute zorg Perspectief
Nadere informatieCardiologie. Inleiding. Peter Soethoudt Spoedgevallen Middelheim Verpleegkundige
Cardiologie Inleiding Peter Soethoudt Spoedgevallen Middelheim Verpleegkundige Het hart Een holle spier, die door geregeld samen te trekken, bloed door het lichaam pompt (6 L / minuut) Het hart Is asymetrisch
Nadere informatieFetal heart rate. Het hartritme voor en na geboorte. Fetal heart rate 22/04/2013. Het hart : een elektrisch aangestuurde pomp
Het hart : een elektrisch aangestuurde pomp Het hartritme voor en na geboorte Dr. Wim Decaluwe Neonatologie kindercardiologie AZ Sint-Jan Brugge- Fetal heart rate The fetal heart begins to beat at approximately
Nadere informatieChapter 10. Samenvatting
Samenvatting Samenvatting: Bij patiënten met een indicatie voor een pacemaker op grond van bradycardieën, komt paroxysmaal atrium fibrilleren (AF) vaak voor (30-50%), ook als deze ritmestoornis voor pacemaker
Nadere informatieFleur. Fleur. Fleur. Fleur. Fleur. Is dit een normaal beloop? Is dit een normaal beloop? Wat doet u nu? Wat doet u nu?
Inhoud Post reanimatie onderzoek Wat was de oorzaak van het arrest? Hans Breur, kindercardioloog Potentiële belangenverstrengeling: geen Introductie Waar praten we eigenlijk over? Oorzaken arrest welke
Nadere informatieEFO / ablatie. Amstel Academie 10 januari 2008 Jonas de Jong AIOS cardiologie AMC
EFO / ablatie Amstel Academie 10 januari 2008 Jonas de Jong AIOS cardiologie AMC EFO 1. Wat is ElectroFysiologisch Onderzoek? (EPS) 2. Welke patiënten krijgen een EFO / indicatie 3. Wat is ablatie 4. Effectiviteit
Nadere informatieYour snow shovel is killing you! A winter wonderland horror story. Sander Wout AIOS Anesthesiologie 15 december 2017
Your snow shovel is killing you! A winter wonderland horror story Sander Wout AIOS Anesthesiologie 15 december 2017 Casus: Reanimatie na sneeuwscheppen Patient, 1950 Buiten sneeuwscheppen, onwelwording
Nadere informatieDag 3 ECG cursus. Ritme en geleidingsstoornissen Tachycardie Bradycardie Herhaling Diversen Bespreken 8 ingebrachte casus 2 Casus uit de kliniek
Dag 3 ECG cursus Ritme en geleidingsstoornissen Tachycardie Bradycardie Herhaling Diversen Bespreken 8 ingebrachte casus 2 Casus uit de kliniek RITME EN GELEIDINGSTOORNISSEN Indeling ritmestoornissen Naar
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Cardiologie
Boezemfibrilleren Cardiologie Uw cardioloog stelde vast dat er bij u sprake is van boezemfibrilleren. Dit is een veel voorkomende hartritmestoornis die onschuldig is, als bijtijds de juiste maatregelen
Nadere informatieHartkloppingen. Afdeling Cardiologie
Hartkloppingen Afdeling Cardiologie Wat zijn hartkloppingen? Bij hartkloppingen voelt men het hart duidelijk kloppen. De meeste mensen hebben een hart dat klopt tussen de 60 tot 80 keer per minuut. Atleten
Nadere informatieBoezemfibrilleren. Lianne Permentier, cardioloog Ommelander Ziekenhuis
27-10-2016 Boezemfibrilleren Lianne Permentier, cardioloog Ommelander Ziekenhuis Opbouw presentatie Bouw en werking hart Het normale hartritme Boezemfibrilleren Oorzaken boezemfibrilleren Behandelmogelijkheden
Nadere informatieAtriumfibrilleren Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant
Atriumfibrilleren Regionale Transmurale Afspraak Zuidoost Brabant Doelstellingen Afstemming rondom diagnostiek, (medicamenteuze) behandeling, consultatie/verwijzing en berichtgeving rondom atriumfibrilleren-patiënten
Nadere informatieRitme en Geleidingsstoornissen
Ritme en Geleidingsstoornissen www.skillstat.com/tools/ecgsimulator#/-play Aansluiten = bewaken COMPLEX- OUTPUT Ritme beoordeling Kies bij voorkeur afleiding II Of een afleiding met duidelijke P-top Zorg
Nadere informatieFoetale en neonatale hartritmestoornissen: diagnostiek en behandeling
Foetale en neonatale hartritmestoornissen: diagnostiek en behandeling I.M.E. Frohn-Mulder, kindercardioloog P.C. Schut, prenataal arts Erasmus MC Casuïstiekavond SPSZN 21 november 2017 Als het hart van
Nadere informatieInformatiebrochure Electrocardiogram. I Autonome verzorgingsinstelling
Informatiebrochure Electrocardiogram I Autonome verzorgingsinstelling IIHet electrocardiogram (EKG) Een EKG is een grafische weergave van de elektrische activiteit in de hartspier. Plaatsen electrodes
Nadere informatieHet beoordelen van een ECG Extremiteitselectrodes: R = Rechter arm (rood) L = Linker arm (geel) F = Linker been (groen) N = Rechter been (zwart)
Het beoordelen van een ECG Extremiteitselectrodes: R = Rechter arm (rood) L = Linker arm (geel) F = Linker been (groen) N = Rechter been (zwart) Torso Diagnostisch Het maakt verschil of de electrodes op
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/24521 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/24521 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Uijl, Dennis Wilhemus den Title: Radiofrequency catheter ablation in atrial arrhythmias
Nadere informatieAcute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter. Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis
Acute behandeling van atriumfibrilleren en atriumflutter Ad Oomen Cardioloog Amphia Ziekenhuis 5-6-2019 Inhoud Introductie Instabiele patiënten Stabiele patiënten Rhythm control vs rate control ECV vs
Nadere informatieBoezemfibrilleren poli Fonteinstraat 9
Thoraxcentrum Boezemfibrilleren poli Fonteinstraat 9 Inleiding Omdat u boezemfibrilleren heeft, bent u door uw arts doorverwezen naar de Boezemfibrilleren poli van het UMCG. Het doel van deze poli is u
Nadere informatieThoracale pijn:het acute coronaire syndroom. Marielle Eefting-Koper Interventiecardioloog
Thoracale pijn:het acute coronaire syndroom Marielle Eefting-Koper Interventiecardioloog Indeling Cardiale oorzaken thoracale pijn Stabiele AP IAP/Acuut coronair syndroom (ACS) Pericarditis Small-vessel
Nadere informatiePresentatie I. Hartstilstand incidentie, preventieve kansen en aanbevelingen loopevenementen door J.H. Bennekers
Presentatie I Hartstilstand incidentie, preventieve kansen en aanbevelingen loopevenementen door J.H. Bennekers J.H. Bennekers Cardioloog Certe Groningen Looptrainersdag 2014 2 Project 2001. Pacemakerlopers
Nadere informatieECG maken en interpretatie
ECG maken en interpretatie Voorbereiding Klaarleggen materialen - 12-kanaals ECG apparaat - Scheermesje - ECG-gel zo nodig - Gazen Toelichting Voorbereiding - De patiënt ligt op de onderzoekbank met ontbloot
Nadere informatieDiagnostiek, behandeling en follow-up van foetale hartritmestoornissen
Diagnostiek, behandeling en follow-up van foetale hartritmestoornissen I.M.E. Frohn-Mulder, kindercardioloog P.C. Schut, prenataal arts Erasmus MC GUO-cursus 21 maart 2018 Als het hart van slag is Overzicht
Nadere informatieVentrikelstorm. Hoe zorg je dat de storm gaat liggen. J.G. van der Hoeven
Ventrikelstorm Hoe zorg je dat de storm gaat liggen J.G. van der Hoeven Definitie Minimaal 3 gescheiden episoden van sustained VT of VF binnen 24 uur of VT die minimaal 12 uur aanhoudt Bij aanwezigheid
Nadere informatieStandaardhandeling ECG, beoordeling van het 12-afleidingen-electrokardiogram
Definitie Systematische analyse van het 12-afleidingen-elektrocardiogram (ECG) om tot een juiste beoordeling te komen. Doel Observatie en vroegtijdige herkenning van hartritmestoornissen, geleidingsstoornissen
Nadere informatieDobutamine-stressechocardiografie
Dobutamine-stressechocardiografie Hartspieronderzoek na medicamenteuze belasting Informatiebrochure patiënten Het onderzoek Tijdens een stress-echocardiografie wordt de doorbloeding van het hart onderzocht
Nadere informatieHandleiding voor beoordeling ECG van sporters
Handleiding voor beoordeling ECG van sporters 1. ECG Gemaakt (nummer) 2. Kwaliteit goed beoordeelbaar / matig / slecht 3. Pacemaker nee / ja, alleen pacemakerslagen / ja, af en toe pacemakerslagen 4. Ritme
Nadere informatieHartkloppingen. Afdeling Cardiologie. Locatie Purmerend/Volendam
Hartkloppingen Afdeling Cardiologie Locatie Purmerend/Volendam Wat zijn hartkloppingen? Bij hartkloppingen voelt men het hart duidelijk kloppen. De meeste mensen hebben een hart dat klopt tussen de 60
Nadere informatieJaarverslag Hartcentrum Gent 2013
1 jaarverslag 2013 Jaarverslag Hartcentrum Gent 2013 1 INLEIDING We willen u met dit document inzicht geven in de activiteiten van het Maria Middelares Hartcentrum Gent in 2013. Volgende onderwerpen komen
Nadere informatie