3. Vaststelling van de notulen van de Raadscommissie van 5 september 2007 Deze worden goedgekeurd en vastgesteld.

Transcriptie

1 Notulen van de vergadering van de Raadscommissie van de gemeente Noordenveld, gehouden op woensdag 10 oktober 2007 om uur in de raadzaal van het gemeentehuis. Aanwezig: Gemeentebelangen: PvdA: VVD: GroenLinks: CDA: ChristenUnie: Griffier: de dames A. Jansen en T.A. Nijnuis, de heren J.A.F. Coenen, J. Darwinkel, J.A. Koolen, A.J. Poelstra, H.L. Smeenge en A.J. Russchen (voorzitter) de dames J.R. Brink-Rozema, K. Kiemel, G. Lokhorst- Weggemans, de heren M.A. Brink, A.H. Wekema en A.F.M. Witlox de heren N.B. Bossina en J. Louwes de heren O. Huisman en J. Klinkenberg de heren G. Alssema en J.W. Stevenson de heer K. Haan de heer W.F.C. Damman. Afwezig met kennisgeving: PvdA: de heer H.G.J. Schelling VVD: de heer H.E. Emmens. Aanwezig van College van Burgemeester en Wethouders: Burgemeester J.H. van der Laan, wethouders de heren J. Dam en J. Kemkers (Gemeentebelangen), G. Wolters en O.L. Keizer (PvdA). 1. Opening De voorzitter opent de vergadering en heet allen welkom. 2. Vaststellen agenda De agendapunten 8 en 9, waar insprekers voor zijn, worden behandeld na agendapunt 5. Verder wordt de agenda ongewijzigd vastgesteld. 3. Vaststelling van de notulen van de Raadscommissie van 5 september 2007 Deze worden goedgekeurd en vastgesteld. 4. Mededelingen a. berichten van verhindering De afwezigen staan hierboven vermeld. b. inventarisatie gebruikmakers spreekrecht op grond van artikel 18 Verordening Raadscommissie De heer Baas spreekt in bij agendapunt 5, mevrouw Folkerts namens de Stichting De Oude Scheepstraschool bij agendapunt 8 en de heer Blok namens de Voedselbank bij agendapunt 9. c. stand van zaken Veenhuizen Burgemeester Van der Laan heeft hierover geen bijzonderheden te melden. Mevrouw Brink haar fractie stelt voor om bij de mededelingen het IGS en de Regiovisie Groningen - Assen als vast punt op te voeren, om de Raad op de hoogte te stellen van de ontwikkelingen. De voorzitter stelt vast dat een raadsmeerderheid dit verzoek ondersteunt, zodat dit punt voortaan bij de mededelingen wordt opgenomen. d. MaSTERplan Burgemeester Van der Laan wijst op de vele aandacht in de pers voor de verplaatsing van de weekmarkt. De heer Huisman vraagt zich af of dat onderwerp wel thuishoort bij het Masterplan. Burgemeester Van der Laan kan over het IGS weinig nieuws melden, nu de nieuwe cijfers bekend zijn geworden over de bevolkingsontwikkeling en de woningbehoefte. De termijn 1

2 waarop in gesprek wordt gegaan met de gemeenteraden over de manier waarop wordt gedacht voort te gaan met het IGS, is afhankelijk van de benodigde tijd om alle cijfers over de bevolkingsprognose helder te krijgen. Er moeten drie of vier rapporten naast elkaar worden gelegd. Voor de aangekondigde doorkijkjes zijn verschillende punten belangrijk. Zo moet daarin, naast de verdunning van de woningbezetting, aandacht worden besteed aan de infrastructuur. Dat vereist denkwerk. Het College wil er op hoofdlijnen met de Raad over overleggen, in verband met de bevolkingscijfers, en omdat de signalen het noodzakelijk maken om de klokken gelijk te zetten. Er zal in openbaarheid over worden vergaderd, zo mogelijk samen met Leek. Er tussendoor speelt de discussie, of in de regio de armoede evenredig moet worden verdeeld, of op basis van consumentenvoorkeur. Hopelijk is er begin december voldoende informatie voor een zinvolle discussie op hoofdlijnen. De heer Huisman vraagt of er gesproken kan worden over een inzet die het College heeft ten aanzien van getallen? Je kunt ervoor kiezen er nog zoveel mogelijk uit te halen, of om op een terughoudende manier de hele discussie in de regio weer te voeren. De heer Bossina vraagt of het College eerst gaat overleggen met de provincie. Gedeputeerde Haarsma wil uitsluitend nog gaan voor kwaliteit, en niet meer voor heel veel woningen. Burgemeester Van der Laan antwoordt de heer Huisman, dat het College niet voor niets met de Raad wil overleggen. Ook wat de heer Bossina noemt, wil hij met de Raad bespreken. Het is onder andere belangrijk, hoe de provinciebesturen van Groningen en Drenthe erover denken. e. Terugkoppeling gemeenschappelijke regelingen Hierover zijn geen mededelingen. De heer Poelstra complimenteert het College en de organisatie met de voor de gemeente positieve uitspraak van de Raad van State over het Oosterveld. Dit is in het belang van de bevolking van Norg. Alle betrokkenen moeten nu met de gemeente werken aan een snelle en goede invulling, want het heeft lang genoeg geduurd. Wethouder Kemkers heeft eerder gemeld dat het rapport van Tauw, over het goed omgaan met de uitgifte van kavels, is ontvangen. Dat kan binnenkort actueel worden. Op verzoek van de heer Huisman licht hij toe dat het rapport over de evaluatie Vijfde Verloting gaat, maar ook over de grondexploitatie en het tot stand komen van een kavelprijs. Er komen een nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening per 1 juli 2008 en een nieuwe grondexploitatiewet. De Raad wordt uitgenodigd om in november te spreken over dit rapport, de uitgifte van kavels en de consequenties van voornoemde twee wetten. Op verzoek van enkele fracties heeft hij met de afdeling gekeken naar het verzoek van een burger, om een hooimijt bij een boerderij te plaatsen. Volgens het provinciale beleid kan dat niet. Ook in de oude situatie was er op die plek niet de mogelijkheid toe. Het College zou er, net als deze fracties, iets voor willen bedenken. Met de directeur van het Drents Plateau, en later de provincie, zullen de mogelijkheden worden bekeken. Op dit moment zijn die er niet. Zodra er meer over bekend is, laat hij het weten. Wethouder Dam is de volgende raadsvergadering verhinderd, vanwege een werkbezoek in verband met het openbaar vervoer. 5. Programmabegroting 2008 De voorzitter benadrukt dat de inhoudelijke behandeling op maandag 12 november 2007 plaatsvindt. Vanavond is er ruimte voor insprekers. De heer Baas spreekt in namens de vereniging Groen Noordenveld. Zoals bekend volgen de verenigingen Groen Noordenveld, Dorpsvereniging RAS en Nietap Terheijl de plannen van het College met grote belangstelling. De begroting 2008 maakt onderdeel uit van de visie en strategie van de gemeente. 2

3 Uit een rapport van de provincie Drenthe van maart 2007, blijkt voor Noordenveld een bevolkingsprognose tot 2030 van een groei van 1500 huishoudens. In de begroting 2008 wordt concreet invulling gegeven aan bouwplannen van ruim 800 wooneenheden. Dus ruim 50% van de te verwachten groei voor de komende 22 jaar. Zijn deze bouwplannen niet te ambitieus? Moet het College niet een lagere versnelling nemen in de voorbereiding van al deze plannen? Bouwen voor leegstand kan toch niet de ambitie zijn van de gemeente. Het creëren van draagvlak wordt genoemd. De huidige praktijk is, dat er weinig draagvlak onder de bevolking bestaat voor de ambitieuze plannen van het College in het kader van de Regiovisie. Als er andere plannen beschikbaar komen is het van belang, tijdig de interactie met de bevolking te starten. Gezien de laatste Woningmarktverkenning voor de provincie Groningen en de Regio Groningen Assen van ABF, kunnen de plannen met eenderde naar beneden worden bijgesteld. Deze tendens is niet waar te nemen in de begroting. Hij verzoekt de gemeenteraad de begroting 2008 op dit onderdeel aan te passen. De post bestuursondersteuning neemt bijvoorbeeld toe met 25%, van 1,5 miljoen naar bijna 2,0 miljoen. Een groot deel van dit bedrag zal betrekking hebben op de Regiovisie. Een beperktere stijging van dit kostenonderdeel zou op zijn plaats zijn. Het inschakelen van externen zou, gezien de huidige ontwikkelingen, beperkt moeten worden. Het aankopen van gronden moet worden stopgezet. Het risico is zeer groot, dat nieuwe aankopen niet rendabel kunnen worden gemaakt ten behoeve van de voorgestelde plannen. Grondspeculatie door de gemeente is uit den boze. Uit de begroting blijkt, dat de investeringen voor de Regiovisie aanzienlijk gaan toenemen. Dit moet de gemeente Noordenveld voorfinancieren. Om de gewenste buffer van 10% in de reserves aan te houden, zullen er aanzienlijke dotaties moeten plaatsvinden. De nieuwe uitgangspunten maken deze voorzieningen overbodig. Hij vraagt de Raad om een pas op de plaats bij deze reserveringen. Tevens vraagt hij de Raad om na te denken over een alternatieve exploitatie van de reeds aangekochte gronden. Regeren is vooruitzien. Het project Regiovisie is het zwaard van Damocles voor deze gemeente. Dit project wordt in de risicoklassen als enige ingedeeld met de hoogste gradatie. Ook hier is de hoge mate van onzekerheid reden om alle gelden, investeringen en voorzieningen voorlopig naar beneden toe bij te stellen en daar waar nodig te bevriezen. Zodra er duidelijkheid is over de voortgang na de huidige impasse, kan er een beslissing over worden genomen. Het voorstel van Groen Noordenveld is om de gelden niet te gebruiken voor wegenbouw en verstedelijking, maar voor een evenwichtige groei in een natuurlijke omgeving. Daarmee wordt tevens een sluitende begroting voor de toekomst veilig gesteld. De voorzitter dankt de heer Baas voor zijn bijdrage. De tekst wordt uitgereikt. 6. Jaarprogramma Welzijn, Cultuur en Sport 2008 De heer Witlox ziet dat in 2008 de subsidies in de meeste gevallen verhoogd zijn met 2%. De PvdA-fractie verzoekt ze in alle gevallen te verhogen met 2%. De fractie deelt de bezorgdheid op het gebied van het peuterspeelzaalwerk. De bezetting in de peuterspeelzalen loopt terug, met name in de kleine kernen. Als een van de drie hoofdoorzaken wordt genoemd de hoge ouderbijdrage, die in de gemeente wordt geheven. Het is slecht, als mensen daarom geen gebruikmaken van de peuterspeelzalen, bijvoorbeeld als ze een gering inkomen hebben. De gemeente moet van deze hoge ouderbijdrage af, om iedereen op de peuterspeelzalen te krijgen, anders komt de doorlopende leerlijn van peuterspeelzaal tot voortgezet onderwijs in gevaar. Zijn fractie wil zo weinig mogelijk uitvallers in het onderwijs. De heer Louwes vraagt hoe het staat met de bij het vorige programma door wethouder Keizer aangekondigde herijking van het subsidiebeleid in dit jaar. Er staat helaas weinig van in het stuk. De VVD-fractie mist een actueel beleidskader met informatie, waarom activiteiten en instellingen subsidie ontvangen, en een onderbouwing van het subsidiebedrag. Als dat er 3

4 is, kan worden volstaan met een bijlage bij de programmabegroting en worden afgezien van een apart jaarprogramma. Dat zou tijd schelen. Waarom staat op pagina 7 een subsidie voor warme maaltijdvoorziening voor ouderen aan twee instanties in Peize, en niet in andere kernen? Waarom weigert de gemeente een structurele subsidie aan de Voedselbank, terwijl zij die hier wel verstrekt? De fractie gaat ervan uit dat de Raad voor de subsidiëring van de Stichting Mensingecomplex nog een voorstel ontvangt. Hetzelfde geldt voor het Molenduinbad in Norg. Is de subsidie aan het Gevangenismuseum Veenhuizen nog nodig, nu de bezoekersaantallen hoger zijn dan geraamd? Op pagina 17 staat een verschil in subsidies aan de werkgroepen voor ontwikkelingssamenwerking in Roden en Norg. De Ghanawerkgroep in Roden bezoekt het land ter plekke. Hij verzoekt na te gaan, of dat past binnen het gemeentebeleid. Het kan ook worden aangegeven in het gevraagde beleidskader. De fractie gaat akkoord met de inspraakreactie van Woldzigt. Vaste bedragen moeten jaarlijks geïndexeerd worden. Mevrouw Jansen geeft aan dat Gemeentebelangen instemt met het voorstel. Wanneer krijgt de Raad de definitieve begroting 2008 van het Mensingecomplex? Haar fractie is benieuwd naar de nieuwe subsidierelatie met betrekking tot de fusie van de exploitatie- en beheerstichting van het Molenduinbad, en vraagt wanneer de Raad een definitief voorstel ontvangt. De heer Haan ziet op pagina 5, dat de Raad over de peuterspeelzalen in de tweede helft van 2007 nadere informatie ontvangt. Is dat de onlangs ontvangen brief over het samenvoegen, of komt er meer informatie en wanneer komt dat? Op pagina 7 wordt voor Verslavingszorg terecht 0,16 per inwoner gehanteerd. Dragen alle Drentse gemeente dat bedrag bij, zodat de Verslavingszorg een sluitende begroting heeft? Zo niet, hoe moet Verslavingszorg het gat dichten? Zijn vraag over het Mensingecomplex is gesteld. Dit is ongeveer hetzelfde beleid als het voorgaande jaar, dat op zich goed is. Op pagina 14 is met name de openbare bibliotheek zeer belangrijk. De gemeente moet die blijven steunen. Wat betreft boeken en andere zaken schijnt er een afname te zijn. Is de situatie nog evenwichtig, of is die zorgelijk? De heer Klinkenberg zijn fractie stemt in met het Jaarprogramma GroenLinks wil één wijziging, namelijk om bij Welzijn 1.500,00 uit te trekken voor de Voedselbank. Wethouder Keizer reageert op het verzoek, om in alle gevallen met 2% te indexeren, ook bij de molen Woldzigt. Dat is inderdaad hier nog niet gebeurd, in alle andere gevallen wel. De 2% indexering heeft in het stuk een lading gekregen, die het niet had moeten hebben. Hij biedt zijn excuses aan voor de onduidelijkheid. De heer Witlox constateert dat een aantal zaken toch op hetzelfde bedrag is blijven staan, en noemt daarvan voorbeelden. Wethouder Keizer neemt voor die gevallen voor 2009 het verzoek mee, om ook daar met 2% te indexeren. De VVD antwoordt hij, dat het verstrekken van subsidie geen automatisme moet worden en dat er een aanvraag aan moet worden gekoppeld. Daarna wordt beoordeeld of die subsidie en de hoogte ervan voortdurend nodig blijven. Het College heeft de stichting Mensingecomplex uitstel gegeven, omdat die in een startfase verkeert. Omdat het goed gaat, is er op korte termijn een subsidieaanvraag te verwachten. Er is als kader meegegeven, dat die binnen de subsidie van vorig jaar moet zijn, plus 2%. De Raad kan nog een beoordeling geven. Het Gevangenismuseum Veenhuizen krijgt een laag subsidiebedrag. Het bezoekersaantal is toegenomen, maar de museumkosten zijn erg gestegen. Het museum kost veel subsidiegeld, maar de gemeente betaalt niet het grootste bedrag. 4

5 De heer Louwes vindt dat er geen subsidie verleend hoeft te worden, als er winst gemaakt wordt. Burgemeester Van der Laan wijst erop, dat er nog steeds een substantieel tekort is. Wethouder Keizer legt uit dat het verschil tussen de Ghanawerkgroep en de werkgroep ontwikkelingssamenwerking in Norg historisch is gegroeid. De Ghanawerkgroep zet zich breder in en ondersteunt meer projecten in het land zelf. Een reis naar Ghana wordt zelf betaald, maar er zijn toch extra onkosten. In Norg wordt meer gedaan aan bewustwording ter plaatse. Er zijn op niet al te lange termijn voorstellen te verwachten voor de vereenvoudiging van het subsidiestelsel. Zoals in het stuk staat, is ook hij bezorgd over de peuterspeelzalen. Voor Langelo en Roderesch zijn adequate maatregelen getroffen. De school in Roderesch moet nog aangepast worden. Er wordt geprobeerd, er de financiën voor te vinden. Als Langelo dichtgaat, gaat dat subsidiegeld niet naar de Spin. Dat zou gedeeltelijk nodig kunnen zijn voor voornoemde aanpassingen, en hij verzoekt de Raad daarmee akkoord te gaan. Het College wil er pragmatisch mee omgaan, anders loopt het peuterspeelzaalwerk gevaar. Wethouder Wolters kan op dit moment de vraag over de 0,16 aan de Verslavingszorg niet beantwoorden. Assen verzorgt dit voor de gemeente. In het algemeen wordt een afspraak gemaakt met de gemeenten over de bijdrage. Of alle gemeenten dat doen, en of het bedrag dan voldoende is, zoekt hij uit en laat hij de Raad weten. De gemeente zit nog met de hervorming van WiN en regelingen na de herindeling. Daar de financiering in Peize anders is dan in Roden en Norg, is die expliciet opgenomen in de begroting. Het is de bedoeling om Tafeltje Dekje in Peize stapsgewijs kostendekkend te maken, zodat het volgend jaar niet meer hoeft worden opgenomen. Hij respecteert de besluiten van de Raad, die zich daaraan heeft te houden. Daarom wijst hij het verzoek van GroenLinks, om in dit pakket 1.500,00 op te nemen voor de Voedselbank, af. Wethouder Kemkers zegt dat wordt gewerkt aan het subsidierelatie contract bij het Molenduinbad. Er is een tussenrapportage van de gesprekken tot nu toe, met een doorkijk naar de verwachtingen. Binnenkort kan de Raad die in een vertrouwelijk schrijven inzien. Tweede termijn De heer Witlox vraagt of er voor de volgende jaren nog gesleuteld gaat worden aan de ouderbijdrage, die wordt genoemd als één van de drie hoofdoorzaken van de problemen bij de peuterspeelzalen. De heer Louwes hoort nogmaals de toezegging, dat er een herijking van de subsidies komt, maar op welke termijn? Wellicht is er dan volgend jaar bij het jaarprogramma een helder beleidskader, want daar is behoefte aan. Het antwoord inzake Tafeltje Dekje is niet helder. Het moet kostendekkend worden. Hij begrijpt van de wethouder, dat er in de begroting van WiN bedragen voor zijn opgenomen. Hoe verhoudt zich de subsidie voor Tafeltje Dekje tot een andere subsidieaanvraag, die is geweigerd? Wat betreft het Molenduinbad komt er een tussenrapportage, maar nog geen voorstel? Wethouder Kemkers antwoordt dat het nog geen eindrapportage is. Als de Raad naar aanleiding van de tussenrapportage vragen heeft, hoort hij die graag. De heer Louwes denkt dat ook voor de ontwikkelingssamenwerking er behoefte is aan een beleidskader. Waarom krijgt een groep in Roden een hoger subsidiebedrag dan een groep in Norg en wat wil de gemeente bereiken met dit soort subsidies? Hoe moet worden omgegaan met de indexering, mag bij de herijking meegenomen worden. Inderdaad moet het geen automatisme worden. Wethouder Keizer antwoordt inzake de ouderbijdrage, dat er ook landelijk het nodige speelt en er een relatie is met de buitenschoolse opvang. Er wordt gewerkt aan een beleidsnotitie. De Raad krijgt een voorstel in welke richting het College denkt dat het gaat, als er niets gebeurt. 5

6 Volgens hem is de situatie bij de bibliotheken redelijk stabiel. Het bibliotheekbestuur doet er alles aan, om door middel van vernieuwingsgelden de behoefte aan informatie naar voren te brengen en het bibliotheekbezoek stabiel te houden of te vergroten. Het beleidskader en de herijking worden bij het volgende jaarprogramma geëffectueerd. Wethouder Wolters legt uit dat een voorziening als Tafeltje Dekje enkele doelstellingen heeft. Voor de primaire doelstelling, dat mensen langer thuis kunnen wonen, wil het College voorzieningen hebben in de dorpen zoals Tafeltje Dekje en de Klussencentrale. De afspraak is, dat de gemeente daar geld voor over heeft. Het gaat om een andere doelstelling dan bij de Voedselbank. De heer Louwes vindt voedsel een primaire levensbehoefte. Een bijdrage van de overheid, zodat mensen langer thuis kunnen wonen, is dat niet. Wethouder Wolters antwoordt dat het niet alleen gaat om de kosten voor een maaltijd, maar ook voor de distributie en bereiding. Meestal gebeurt dat door verzorgingstehuizen. Een vrijwilligersorganisatie verzorgt de verspreiding, met de belangrijke doelstelling, dat mensen langer thuis kunnen wonen. De hulp kan structureel of tijdelijk zijn. Als de heer Louwes vindt dat het kostendekkend moet zijn en hij er niets voor wil geven, moet hij komen met een voorstel. Hij antwoordt de heer Louwes, die voorstelt het mee te nemen bij de herijking van het subsidiebeleid, dat te willen doen, maar dan moet hij wel een duidelijk kader meekrijgen van meer dan één fractie, te stoppen met het subsidiëren van Tafeltje Dekje. Dit agendapunt gaat als B-voorstel door naar de Raad. 7. Vaststelling bestemmingsplan Een-Veldkampen Mevrouw Brink waardeert de manier waarop het ambtelijk apparaat en het dorp Een tot dit bestemmingsplan zijn gekomen. De samenwerking zou een voorbeeld moeten zijn voor alle op dit moment nog te ontwikkelen bouwlocaties. Bijvoorbeeld in Peize staan de mensen in de startblokken, om mee te denken en te doen. Jaren geleden zei de belangenorganisatie in Een, behoefte te hebben aan een uitbreidingslocatie. Die nam op het juiste moment kennis van de mogelijkheid van de knelpuntenpot van de provincie. Een is door de gemeente bij de provincie voorgedragen, en het verzoek werd gehonoreerd. De belangenorganisatie heeft samen met de gemeente een plan gemaakt, dat veelvuldig in het dorp is besproken. De deelnemers hebben een andere kijk gekregen op de ruimtelijke ordening en weten wat je kunt tegenkomen, maar kijken er met genoegen op terug. De plaats waar gebouwd moest worden, de doelgroep, de procedure bij de kavelverdeling, hoe de knelpunten bij de verkeersstromen opgelost moesten worden, en de veiligheid bij de school zijn besproken. Haar fractie spreekt de koopgarantie constructie aan, die starters een kans geeft. De woningen worden verkocht met korting aan personen met een bepaald inkomen met de verplichting, dat er terugverkocht wordt aan Actium. De PvdA-fractie maakt haar complimenten voor dit plan en adviseert de wethouder, door te gaan met deze werkwijze binnen de gemeente. De heer Klinkenberg is enthousiast over het plan en de manier waarop het gezamenlijk met Plaatselijk Belang Een en de inwoners van Een tot stand is gekomen. GroenLinks ondersteunt het voorstel en is blij met eindelijk weer een uitbreiding van Een. De heer Haan is tevreden met dit plan. Op pagina 5 staat dat één en ander afhankelijk is van de behoefte onder personen met een sociale of economische binding aan Een. Dat is formeel toch niet meer mogelijk? De heer Bossina laat weten dat de VVD-fractie instemt. De heer Darwinkel complimenteert iedereen met dit plan. Gemeentebelangen vindt dat zo moet worden doorgegaan. Wethouder Kemkers is de Raad erkentelijk voor de complimenten. Niet bij plannen waar nu al aan gewerkt wordt, maar wel bij nieuwe plannen, is Een een voorbeeld van werken met burgerparticipatie. Je houdt wel altijd een paar mensen die niet willen. 6

7 De voorwaarde van sociale en economische binding wordt gezien als een vorm van discriminatie. Het College heeft die in het plan opgenomen. Zonodig wordt iemand gevraagd eerst nog even elders te kijken. Het College wil dat voor de eigen bevolking doen. Je mag niet oneigenlijk handelen, maar wel zo handelen, dat je zoveel mogelijk van de doelstelling realiseert. Dat kan door de toewijzing van koopwoningen zoveel mogelijk via Actium te laten lopen. Dat heeft een eigen toewijzingsbeleid en kan dat gemakkelijker toepassen. Hij probeert naar de geest van deze letter te handelen. De heer Haan begrijpt dat de wethouder praktisch reageert, in plaats van principieel. Mevrouw Brink merkt op dat er voor kleine dorpen de mogelijkheid om economische afhankelijkheid te vragen is geweest. Afgelopen zaterdag was het nationale plattelands parlement bijeen. Dat heeft de regering verzocht om deze clausule, juist voor de kleine kernen, op te nemen. Wethouder Kemkers antwoordt dat onlangs nog is bevestigd, dat artikel 1 van de Grondwet zich daartegen verzet. Zolang er geen nieuwe regeling komt, heeft de gemeente zich hieraan te houden. Dit agendapunt gaat als B-voorstel door naar de Raad. 8. Eindrapportage bestuursopdracht Accommodatieonderzoek Roden Mevrouw Folkerts spreekt in namens de stichting De Oude Scheepstraschool. Als het voorstel van het College van 26 april 2007 goedgekeurd wordt, maakt de Raad een historische vergissing. Het voorstel houdt in dat wordt afgezien van een verplaatsing van Museum Kinderwereld naar de Schoolstraat 1 en dat de stichting De Oude Scheepstraschool niet als potentiële huurder wordt aangemerkt. Al bijna vijf jaar wil de stichting De Oude Scheepstraschool met Museum Kinderwereld verhuizen naar de Schoolstraat. Het was de bedoeling, om een eeuw geschiedenis van samen spelen, samen leren tentoon te stellen op een historische plaats: een uniek stukje cultuur uitdragen vanuit een monument, met Museum Kinderwereld (spelen), bij Mensinge (wonen) en de Catharinakerk (religie). Het is heel jammer als dit niet kan doorgaan. Het is de week van de democratie. Ooit werd Mensinge gered met een meerderheid van één stem. De stichting heeft begrip voor Museum Kinderwereld, dat vindt dat het te lang duurt en te duur wordt. Het wil in het gebouw blijven, waar het aan gehecht is. De stichting had altijd De Oude Scheepstraschool als doel. Dat is notarieel vastgelegd. Het bestuur bestaat verder uit mevrouw Scheltens (secretaris), de heer Tepper (penningmeester), mevrouw Hartlief (ondersteunend lid) en de heer Nijborg, die veel kennis heeft van het onderwerp. Zij kan er iets van begrijpen, als er geen plaats is in de Scheepstraschool voor beiden. Het stuit echter tegen de borst dat gezegd wordt, dat de stichting niet naar dat pand gaat. Die begrijpt dat er geen nieuw museum gesticht kan worden, maar wil punt 3 zo veranderen, dat de gemeente ondersteuning biedt om te kijken naar de mogelijkheid om met andere in de Scheepstraschool geïnteresseerde instanties, zoals de Historische Vereniging Roon, de Teken- en Schildergroep Roden en de Stichting Kindercentra Noordenveld (SKCN) in het pand te trekken. Met maar één lokaal kan de stichting een Hendrikus Scheepstra kabinet maken en met anderen in de school samenwerken. Het hoeft geen museum met entreeheffing te zijn, maar het kan op belangrijke momenten open zijn en vanuit een solide basis het gedachtegoed uitdragen. De stichting begrijpt dat het moeilijk wordt, maar houdt hoop. Museum Kinderwereld wil graag samenwerken. In dat museum staan al boekjes van de stichting. Je versterkt elkaar en dat geeft een win win situatie. De stichting wil geen concurrentie, maar wil samenwerken. Bijvoorbeeld met Mensinge, waar activiteiten worden georganiseerd, en de Vasalis voorleestuin. Als het voorstel niet doorgaat, om gezamenlijk naar de Scheepstraschool te gaan, moet er iets anders worden gevonden. Het liefst zou de stichting daar een oud schoollokaal gebruiken. Daar kan de stichting haar gedachtegoed vormgeven. Aan, dat Hendrikus 7

8 Scheepstra heel belangrijk was voor Roden, heeft de stichting niet zoveel aandacht besteed want zij dacht toch naar de Schoolstraat te gaan. Een beeld van hem en het beeldje van Ot en Sien zijn er al. Er was een expositie bij het 100-jarig bestaan op drie plaatsen in het land, maar niet in Roden. Er was geen plaats voor. Zij vraagt de Raad om, als in 2009 Ot en Sien 105 jaar bestaan, met elkaar iets van Ot en Sien te kunnen laten zien in Roden. Zij verzoekt de stichting een kans te geven. Wethouder Wolters hoort opnieuw zeggen, dat het vijf jaar geleden een gezamenlijke doelstelling was om Museum Kinderwereld te verplaatsen naar de Scheepstraschool. Dat is nooit de doelstelling geweest. Er is altijd gezegd, dat er problemen waren met de financiering van Museum Kinderwereld. Een verhuizing naar de Scheepstraschool kan worden overwogen, als die financieel voordeel oplevert. Een extra museum kan niet worden gefinancierd. Een onderwijsmuseum vindt het College nog steeds een goede zaak, maar dan wel gecombineerd met Museum Kinderwereld. De heer Louwes beperkt zijn bijdrage tot onderzoekslijn 1 van het accommodatierapport. Over de beide andere onderzoekslijnen is bij de Voorjaarsnota geen woord gewisseld. Dat legt de VVD-fractie zo uit, dat daarmee raadsbreed wordt ingestemd. Wethouder Keizer vindt dat goed uitgelegd. De heer Louwes gaat ervan uit dat de Raad nog afzonderlijke voorstellen ontvangt, bijvoorbeeld voor de aanpassing van het gebouw de Boskamp. De optie, om aan het gebouw aan de Schoolstraat 1 een culturele invulling en eventueel meer te geven en daarin ook Museum Kinderwereld onder te brengen, heeft de VVDfractie altijd aangesproken. Daar zijn veel argumenten voor: het is een markant gebouw op een fantastische plek, er is de mogelijkheid om aan Museum Kinderwereld een impuls te geven en een nieuwe dimensie toe te voegen in de vorm van een onderwijspoot en het erfgoed van Hendrikus Scheepstra. Mevrouw Folkerts is zeer enthousiast over dit laatste. Museum Kinderwereld heeft een impuls hard nodig, gezien de huidige zorgelijke situatie. De bezoekersaantallen lopen terug en de kas is leeg. Extra kosten die uit een verhuizing voortvloeien, kunnen niet door Museum Kinderwereld worden gedragen en komen voor rekening van de gemeente. Waarschijnlijk komen er nog exploitatiekosten overheen. Daarom ziet de fractie af van een verplaatsing van Museum Kinderwereld naar de Schoolstraat. Dat komt alleen in beeld, als die leidt tot een betere exploitatie. De ,00, bijna 50% van de totale baten van Museum Kinderwereld, die de gemeente jaarlijks toelegt op de exploitatie, is al veel. De eigenaarslasten van het pand Brink 31 komen daar bovenop. De heer Stevenson antwoordt hij desgevraagd dat, als je voor het gebouw staat en de stukken niet kent, de Scheepstraschool een goede plek lijkt voor een museum. Er moet echter ruim 1 miljoen voor geïnvesteerd worden. Als de gemeente die lasten voor haar rekening moet nemen, is dat op dit moment een onverantwoorde keuze. Punt 2 mag worden uitgewerkt, mits antwoord wordt gegeven op de volgende essentiële vragen over de toekomst van Museum Kinderwereld: Welk toekomstperspectief zien het museum en het College; waar ligt voor het College de bovengrens voor de subsidie; wat zijn de mogelijkheden als Museum Kinderwereld het niet redt met de maximale gemeentelijke subsidie; wat zijn de voor- en nadelen voor de gemeente om alle gebouwen en gronden aan de Brink 31 in eigendom te krijgen; welke plek krijgt het erfgoed van Hendrikus Scheepstra in het uitgebreide Museum Kinderwereld, als die stichting dat wil? Om inzicht te hebben in de werkelijke bijdrage van de gemeente aan dit museum, dringt de fractie erop aan om in de uitwerking alle kosten op voeren, ook die nu in de gemeentebegroting staan, en uit te gaan van een reële kostendekkende huur. Nu is er een symbolische huur. Het is zeer ongewenst, als er naast Museum Kinderwereld een apart onderwijsmuseum in Roden komt. Maar het gaat te ver om bij punt 3 uit te sluiten dat de stichting De Oude Scheepstraschool huurder wordt, terwijl niet bekend is wat ze precies wil ontwikkelen. 8

9 De fractie betreurt het, dat er nog geen rapport is voor de mogelijkheden van herbestemming van het pand aan de Schoolstraat 1. Dit maakt een allesomvattende en samenhangende visie met betrekking tot culturele, educatieve en welzijnsaccommodaties in Roden onmogelijk. De heer Haan merkt dat de VVD-fractie vragen stelt, die al zijn beantwoord. Mede naar aanleiding van die beantwoording had de fractie van de ChristenUnie een onbehaaglijk gevoel. Bijvoorbeeld inzake de restauratiekosten is de beantwoording vaag en voor meerdere (of niet voor) interpretatie vatbaar. Wethouder Keizer vraagt wat er vaag is aan dat antwoord. Het College heeft aangegeven dat er subsidie gevraagd is, en dat die verkregen wordt. De heer Haan legt uit dat volgens de brief de restauratiekosten ,00 zijn, met een bedrag aan subsidie. In de eindrapportage staat dat een eerdere raming wordt gehandhaafd, omdat een deel van de aanpassingskosten subsidiabel is. Daarbij is ervan uitgegaan, dat de totale aanpassings- en restauratiekosten rond de 1 miljoen zijn. Dit is een vaag antwoord. Blijkbaar zijn er delen van de grond, waar Museum Kinderwereld gehuisvest is, van het museum zelf en andere delen zijn van de gemeente. Wat is van de gemeente en wat is van het museum zelf? In de beantwoording is onduidelijk wat wordt verstaan onder achterstallig onderhoud, groot onderhoud en preventief onderhoud. Bij uitstel leidt het ene vanzelf tot het andere. Ook de fractie wil, dat Museum Kinderwereld blijft. Dat was in het verleden voor de bezoekersaantallen mede afhankelijk van de Vluchtheuvel, die er nu niet meer is. De voorstellen om te komen tot iets anders zijn niet concreet en lijken op wishful thinking. Het is begrijpelijk dat het College op financiële gronden de Schoolstraat 1 afwijst voor een museum, maar voor een goede afweging moet er meer inzicht komen in de herbestemming en de financiële voor- en nadelen. Het is niet handig, dat het zich bij de uitwerking heeft beperkt tot de huidige gebruikers. Dat de stichting De Oude Scheepstraschool niet in aanmerking dient te komen als potentiële huurder van de Schoolstraat 1, gaat ook zijn fractie te ver. De heer Stevenson wil heldere kaders stellen. Het CDA is voorstander van twee optimale musea in Roden in plaats van drie, die misschien met moeite het hoofd boven water kunnen houden. Het gaat erom dat het onderzoek die denkrichting krijgt. Als je met de panden iets anders wilt, moet je eerst een visie ontwikkelen. Die moet worden onderzocht en vervolgens moet worden begroot wat ervoor nodig is. Twee panden optimaliseren is beter voor alle partijen, dan drie half afwerken. De gedachtegang bij punt 1 kan de fractie billijken, gezien de meerkosten. Punt 2 is een logisch vervolg daarop. Wat bij punt 3 wordt gezegd, vindt zijn fractie ook prematuur. Mevrouw Folkerts noemt een aantal opties, die moeten worden onderzocht. Als het reëel is dat meer huurders samen de huur kunnen opbrengen, moet worden ingeschat wat er moet gebeuren om de panden in orde te maken. Dan is het te vroeg om te besluiten over de vraag, ze commercieel of niet-commercieel te verhuren. De heer Klinkenberg kan goed volgen, waarom Museum Kinderwereld op de huidige plek wil blijven. GroenLinks kan zich vinden in punt 1. Een verplaatsing zou ook weinig winst opleveren in vierkante meters. Het is duidelijk, dat het museum behoefte heeft aan bijvoorbeeld een extra ontvangstruimte. GroenLinks kan zich ook vinden in punt 2, maar sluit wat betreft punt 3 aan bij de fracties van de VVD en het CDA. De bescheiden wens van mevrouw Folkerts, om een deel van de Scheepstraschool te huren eventueel samen met andere partners, is interessant en moet serieus worden onderzocht. De stichting mag niet worden uitgesloten als potentiële huurder van een deel van het gebouw. Uit haar woorden klinkt bezieling. Zij wil iets met het cultureel erfgoed en met Ot en Sien, als symbool voor Roden. Daar kan de gemeente iets mee. Bezielde mensen moeten een kans krijgen. 9

10 Verder is het een uitdaging, om ook bij kinderen dit cultureel erfgoed onder de aandacht te brengen. De jeugd heeft steeds minder belangstelling voor nostalgie. Er is voldoende uitdaging bij deze stichting, en de bezieling moet een kans krijgen. Mevrouw Lokhorst vindt het belangrijk dat er eens duidelijkheid komt voor de bestuurders van het Museum Kinderwereld en de Stichting De Oude Scheepstraschool. Zij hebben recht op besluitvorming door de Raad. Daarna kunnen ze alle energie steken in hun activiteiten voor Noordenveld, die de PvdA-fractie erg waardeert. De fractie heeft de bijeenkomsten bij Museum Kinderwereld en de stichting De Oude Scheepstraschool bijgewoond. Zij heeft zich een goed beeld kunnen vormen van hoe ze zich met veel passie en liefde inzetten voor het verleden. De fractie vindt het ook financieel niet haalbaar om twee musea, met een overeenkomst in activiteiten, binnen de gemeente in de benen te houden. Het is ook ruimtelijk gezien niet relevant om Museum Kinderwereld te verplaatsen naar Schoolstraat 1. Het bestuur van dit museum heeft gezegd, dat het op die locatie geen meerwaarde ziet. Haar fractie is daarom voor de handhaving van Museum Kinderwereld aan de Brink 31. Het museum wil wat doen aan het dalende bezoekersaantal, onder andere door het bouwen van een extra ontvangstruimte voor grotere groepen en door het uitbreiden van het educatieve programma. Het wil hierdoor het seizoen verbreden. De gemeente moet hiervoor jaarlijks een grote bijdrage in de exploitatie leveren. Daarom stelt de fractie voor om, ten behoeve van de uitbreiding en het enigszins drukken van de exploitatiekosten, te kiezen voor het inbrengen van de grond en opstallen. Dan moet het museumbestuur zich inzetten, om met de extra financiële middelen zijn eigen broek op te houden, zodat er niet over een paar jaar weer dezelfde situatie is. Zij vraagt van Museum Kinderwereld een inspanningsverplichting, om met de stichting De Oude Scheepstraschool te komen tot een goede samenwerking. Er kan goed gebruik worden gemaakt van de kennis en creativiteit van die stichting, die het cultureel erfgoed van Hendrikus Scheepstra bewaart. Haar fractie twijfelt ernstig en wil niet zover gaan als andere fracties, die de huur van de Scheepstraschool toch onderzocht willen hebben. Zijn die fracties dan ook bereid weer extra kosten bij te dragen? De stichting wil graag ambtelijke ondersteuning. In het onderzoek mag dit punt meegenomen worden. Als de Scheepstraschool met eigen middelen in de benen kan worden gehouden is er een mogelijkheid, maar er moet niet over een aantal jaren weer subsidie nodig zijn. Op welke termijn wil de wethouder met voorstellen voor de bestemming van de oude Scheepstraschool komen? De heer Poelstra heeft de beide locaties bezocht en bedankt met name de stichting De Oude Scheepstraschool voor een kijkje in de school, dat een goede indruk geeft van het onderwijs in het verleden. Met punt 1 stemt Gemeentebelangen in, gezien de cijfers, de beperkte ruimtewinst en het verlies van geconditioneerde ruimte in het huidige museum bij een verhuizing. Ook met punt 2 stemt de fractie in. Het goed voortzetten van het gebruik van Brink 31 kan alleen, als er wordt uitgebreid. Wel houdt deze keuze in, dat er na de uitbreiding een passende inbedding moet zijn voor de collectie van De Oude Scheepstraschool, zeker als wordt gesteld dat de stichting niet in museumvorm in het gebouw aan de Schoolstraat kan komen. Het Museum Kinderwereld is bereid, dat deel van de collectie van De Oude Scheepstraschool optimaal in te voegen, en wil in zijn bestuur zelfs een plaats voor de stichting reserveren. Dit moet op korte termijn in overleg met partijen worden uitgewerkt. Gemeentebelangen wil daarvan op de hoogte blijven en wil duidelijkheid, voordat het College de Raad vraagt een oordeel te geven over de financiële consequenties van de noodzakelijke uitbreiding. De overdracht van eigendommen van Museum Kinderwereld aan de gemeente, als bijdrage aan de door de gemeente te realiseren uitbreiding, lijkt het meest logisch. De eigendomssituatie, die dan ontstaat, past in de algemene lijn als het gaat om gemeentelijk eigendom van een ondergrond bij verenigingen en instellingen. 10

11 Punt 3 lijkt ook zijn fractie voorbarig. Afhankelijk van het toekomstige gebruik van het gebouw, samen met andere gebruikers, zou er nog ruimte kunnen zijn voor een deel van de doelstellingen en activiteiten van de stichting. Er kan over worden besloten als duidelijk is, wat dat toekomstige gebruik zal zijn. Wanneer kan de Raad het toegezegde onderzoek tegemoet zien? Mevrouw Lokhorst hoort dat de heer Poelstra een passende inbedding voor de stichting binnen Museum Kinderwereld belangrijk vindt. Die fractie wil weten hoe er straks wordt samengewerkt, voordat zij een fiat geeft aan de uitbreiding van het museum. Gaat die, als de partijen niet tot elkaar komen, niet akkoord met de uitbreiding? De heer Poelstra heeft van Museum Kinderwereld begrepen, dat het met de uitbreiding een ruimte creëert, waar de stichting een deel van kan gebruiken. Het is niet goed als er een uitbreiding komt, waarin geen plaats is voor het cultureel erfgoed van Scheepstra. Beide partijen moeten zich ervan bewust zijn, dat er gemeenschapsgeld besteed wordt, en moeten proberen een goede samenwerkingsvorm te vinden. Hij legt de heer Huisman desgevraagd uit, dat een verzameling voorwerpen van de stichting De Oude Scheepstraschool ingebracht kan worden in Museum Kinderwereld. Een andere doelstelling van de stichting is, de instandhouding van het gebouw en het eventueel tonen van de oude klaslokalen. Dat kan alleen in de Oude Scheepstraschool. Gezien dat onderdeel is het voorbarig, ze nu al af te wijzen als potentiële huurder. Wethouder Keizer denkt dat de Raad duidelijk is, en dat het Museum Kinderwereld en de stichting De Oude Scheepstraschool weten waar ze aan toe zijn. Punt 1 wordt door de meeste fracties onderschreven. Met punt 2 gaan alle fracties akkoord. Er wordt gevraagd naar de kosten. De fractie van Gemeentebelangen wil de ,00 die het College ervoor heeft opgenomen eraan koppelen, en dat ook de stichting De Oude Scheepstraschool daarin meedoet. Volgens zijn informatie zijn het Museum Kinderwereld en de stichting De Oude Scheepstraschool nog steeds bereid, om die functie in het museum naar voren te laten komen. Dat het een versterking zou zijn voor het museum, wordt algemeen onderschreven. De heer Poelstra legt de heer Alssema desgevraagd uit dat Gemeentebelangen geen subsidievoorwaarden stelt, maar vindt dat partijen tot overeenstemming moeten komen en moeten weten, dat er enige druk is. Wethouder Keizer vertrouwt erop, dat dat daadwerkelijk gebeurt. Hij vraagt de VVD op zijn beurt, tot hoever die wil gaan met de subsidie. In de rapportage staan de huidige status van het museum en de middelen die het College wil blijven fourneren, met voor de uitbreiding maximaal ,00 erbij. Dat is een inschatting, waar mogelijk een beetje bijkomt. Het College wil inzichtelijk maken, wat er verder aan onderhoud aan het museum plaatsvindt, zodat bekend is wat het de gemeenschap kost. Bij punt 3 willen alle fracties de stichting de mogelijkheid geven, ook gebruik te maken van het gebouw. Dat wil het College ook. Dat onderzoekt de mogelijkheden voor dit gebouw, dat over een jaar beschikbaar komt. Er wordt bekeken, of het commercieel of nietcommercieel verhuurd kan worden. Nu zijn er ,00 aan exploitatielasten en ,00 aan afschrijvings- en verzekeringskosten, die de gemeente eraan toevoegt. Daarmee is er nog niets verbouwd aan de school. Voor een eventuele huisvesting van andere verenigingen of instellingen, moet er wellicht meer aan gebeuren. Het College heeft de restauratiekosten in beeld, die uitkomen op ,00. Dat er wat onduidelijkheid over is, is begrijpelijk. Voor eventuele andere functies en het gebruiken van de bovenverdieping, moet er wel meer gebeuren. Hij wil de stichting De Oude Scheepstraschool wel als potentiële huurder aanmerken, maar volgens het College is er op dit moment geen mogelijkheid voor. Gezien de plannen, kan er van de stichting geen hoge bijdrage worden verkregen. Er wordt ook gedacht aan de Teken- en Schildergroep Roden en de Historische Vereniging Roden. Van de laatste brengen de ongeveer leden per persoon + 15,00 in, zodat ze een bedrag aan huur kunnen bijdragen. 11

12 Op de vraag van de heer Alssema of een onderzoek niet meer nodig is, antwoordt hij dat het College enkele zaken niet direct afwijst, maar de exploitatie rond wil hebben. Daarna is het ter beoordeling van de Raad, wat die ervoor over heeft. Of de Raad moet zeggen, dat het onderzoek niet meer nodig is, omdat het toch niet kan. De heer Poelstra begrijpt dat dat al is onderzocht, en vindt dat alles op zo kort mogelijke termijn op een rij moet worden gezet. De heer Alssema vindt dat de mogelijkheid van commercieel en niet-commercieel naast elkaar moet worden onderzocht. Wethouder Keizer heeft dat al toegezegd. Tweede termijn Mevrouw Folkerts denkt dat er nog steeds een onduidelijkheid is. De stichting heeft de samenwerking met Museum Kinderwereld altijd onderschreven. Je kunt boeken overal tentoonstellen en het gedachtegoed van Hendrikus Scheepstra overal uitdragen. De allermooiste plek daarvoor is een schoollokaal, met de herinneringen van de schoolmelk, het krijt, de viool en de nog aanwezige kasten. De leden van de stichting willen graag samenwerken met Museum Kinderwereld, maar dat hoeft niet in de Raad van Bestuur, want zij zijn meer doeners en denkers. Het belangrijkste voor de stichting is een klein stukje van de Scheepstraschool, om van daaruit het gedachtegoed uit te dragen. Het wil graag met andere instanties, zoals de Teken- en Schildergroep, samenwerken. Zij begrijpt, dat er geen museum bij kan komen. Helaas moet de stichting accepteren, dat zij het prachtige plan van een eeuw spelen en leren in een slingerende weg door de Scheepstraschool, niet kan verwezenlijken. De film van Bartje is in de Scheepstraschool opgenomen, omdat het een unieke plek is. De stichting heeft er altijd in geloofd, er samen naar toe te gaan, en heeft daarom niet meer uitgelegd, wat Hendrikus Scheepstra voor Roden betekent. Niet iedereen begrijpt dat. De stichting wil niet langer om gebouwen strijden, maar wil aan het werk en het liefst in een klein stukje van de school. Met samenwerken creëer je een betere samenleving. De heer Louwes waardeert het enthousiaste verhaal van mevrouw Folkerts. Hij heeft zelf ook op de Scheepstraschool gezeten. De fractie heeft niet bedoeld, de vragen nu al beantwoord te krijgen, maar dat ze worden meegenomen bij de uitwerking. Hij verzoekt om de uitwerking van Brink 31 gelijk met die van de Schoolstraat 1 bij de Raad neer te leggen, om in samenhang te kunnen besluiten. Mevrouw Lokhorst antwoordt hij dat de fractie niet bereid is, op voorhand extra middelen in de school te stoppen. De fractie wacht de voorstellen af en verwacht daarbij creativiteit, om de lasten laag te houden. Een combinatie van ideële en semi-commerciële huurders moet mogelijk zijn. Hij antwoordt wethouder Keizer desgevraagd, dat de kinderopvang een mogelijkheid zou kunnen zijn. Het College dient gemeentebreed te bekijken, wie er naar deze plek kan. Dat zou elders middelen kunnen opleveren. Wethouder Keizer antwoordt dat het niet zo eenvoudig is. Elders zullen er gaten vallen. De heer Louwes stelt vast dat er behoefte is aan een integraal accommodatiebeleid voor de kern Roden. Nu zijn er allerlei panden en plekken aan de orde geweest. Als alles in beeld wordt gebracht, kan worden bekeken wat geschikt is voor de Schoolstraat 1. De VVD-fractie gaat akkoord met de punten 1 en 2, maar niet met punt 3. De heer Haan kan het volgen, dat op financiële gronden de Schoolstraat 1 als museum wordt afgewezen. Helaas zijn nog niet alle cijfers beschikbaar. Hij heeft behoefte aan een duidelijker totaalplaatje. Als je het anders doet, zal het kostenplaatje in ieder geval veel hoger zijn. De ChristenUnie gaat akkoord met de punten 1 en 2, maar nog niet met punt 3. Bij het onderzoek naar de mogelijkheden moet worden meegenomen, wat er mogelijk is met commercieel en niet-commercieel. Ook moet goed worden gekeken naar de beeldende oproep van mevrouw Folkerts, om een stukje van de Scheepstraschool te krijgen. Het College is creatief genoeg, om een goede oplossing te bedenken. 12

13 De heer Stevenson zijn fractie stemt in met de punten 1 en 2, maar niet met punt 3. Mevrouw Lokhorst laat hij weten, dat de CDA-fractie vooralsnog niet meegaat met een extra subsidie. Eerst moet worden gekeken naar de exploitatie en de huur. Dat geldt voor alle betrokken panden. Als je weet wat het kost, als het pand moet worden verbouwd, weet je de kosten per vierkante meter. Als dat duidelijk wordt gemaakt, is de discussie zuiverder. Als de huurprijs bekend is, kan worden bekeken, of een stichting of vereniging die kan opbrengen. Als de kosten te hoog zijn, komt het College bij de Raad terug met wat er nodig is. De heer Klinkenberg meldt dat GroenLinks akkoord gaat met de punten 1 en 2, maar niet met punt 3. Het is een interessante suggestie te onderzoeken, of de opzet deels commercieel en deels niet-commercieel kan worden, en of er met anderen een invulling mogelijk is. Alles moet worden onderzocht, en het goede moet worden behouden. Bij de ondersteuning van Museum Kinderwereld mag de stichting niet in de kou blijven staan. Als zij een deel van de school op voor haar heilige grond kan gebruiken, moet zij die kans krijgen. Mevrouw Lokhorst hoort enerzijds, dat er samengewerkt moet worden met Museum Kinderwereld. Anderzijds hinken er fracties op twee gedachten, door te vragen alles te onderzoeken en te bekijken, of er ruimte is. De heer Haan hinkt niet op twee gedachten. Hij heeft van mevrouw Folkerts gehoord, wat in het museum ondergebracht kan worden en wat ze graag als schoollokaal ingericht wil hebben. Als dat mogelijk is, pleit hij daarvoor. Mevrouw Lokhorst complimenteert mevrouw Folkerts met de warme wijze, waarop ze haar verzoek doet. De Raad wil eigenlijk niet kiezen, maar moet dat wel. De wethouder wordt gevraagd, alles te onderzoeken. Natuurlijk moet dat, maar op deze manier is het wat vrijblijvend en gemakkelijk. Wethouder Keizer benadrukt dat in de brief van het College ook de financiële voor- en nadelen staan van een herbestemming in de commerciële of niet-commerciële sector. Desgevraagd geeft hij aan, dat die laatste inclusief de stichting is. Mevrouw Lokhorst vraagt van de wethouder duidelijkheid over punt 3. Op welke termijn kan de Raad het onderzoek tegemoet zien? De heer Poelstra gaat akkoord met de punten 1 en 2. Hij vertrouwt erop, dat de beide partijen tot overeenstemming zullen komen. De fractie wil de stichting de ruimte geven, om een deel van de Scheepstraschool te laten zien. Het onderzoek, waarin alles moet worden meegenomen, moet op zo kort mogelijke termijn. Wethouder Keizer denkt dat het er bij punt 3 om gaat, om samen sterk te staan. Alle mogelijkheden in de school, zowel commercieel als niet-commercieel, moeten worden onderzocht. De omschrijving bij punt 3 is voortgekomen uit de gedachte, dat de stichting alleen de school zou gaan invullen. Het enthousiaste verhaal van mevrouw Folkerts is duidelijk. Het College zou er graag in meegaan, maar er staan hoge kosten tegenover. Daarom kan het gebouw niet zomaar voor gebruik worden aangeboden. Het College wil het onderzoek op zo kort mogelijke termijn doen, maar wil komen met een gedegen rapport. Ongeveer over een jaar vertrekken de huidige gebruikers van de school. Een exacte termijn kan hij niet geven, maar hij probeert bij de Voorjaarsnota met een uitleg te komen. Mevrouw Brink adviseert om met alle genoemde participanten eens te bespreken, wat ze nodig hebben aan ruimte en wat hun wensen zijn. Pas als je weet, welke wensen er zijn, kunnen de financiën op papier komen. De voorzitter concludeert dat wordt ingestemd met de punten 1 en 2. Bij punt 3 heeft de wethouder toezeggingen gedaan. Hij gaat kijken naar een goede invulling van de Scheepstraschool. Hij bedankt de inspreekster voor haar bijdrage. 13

14 9. Subsidieaanvraag Voedselbank De heer Huisman vindt dat er stukken bij het pakket hadden moeten zitten, bijvoorbeeld voor de steunfracties. De voorzitter vindt dat de heer Huisman daar eerder mee had moeten komen. De heer Blok spreekt in namens de Stichting Voedselbank Noordenveld. In de afwijzing van de subsidieaanvraag van de Voedselbank, gaat het College voorbij aan de aanvullende rol die de Voedselbank vervult om mensen in nood te helpen. Die aanvullende rol heeft de Voedselbank, ondanks vele maatregelen van de overheid. Helaas komen nog steeds mensen onder het minimum. Het niet-gebruik van de door de overheid aangeboden faciliteiten is groot, omdat men zich schaamt, overheidsdiensten mijdt, of er geen weet van heeft. Op de door het Platform Minima georganiseerde voorlichtingsbijeenkomsten voor uitkeringsgerechtigden, komt bijvoorbeeld maar 10% van de doelgroep. In de gemeenten Marum, Leek en Noordenveld kent maar 30% van de doelgroep de regels, of maakt er gebruik van. Niet iedereen komt voor de Voedselbank in aanmerking. Er wordt gescreend of een bepaald minimumbedrag aan geld per maand nog beschikbaar is voor voedsel. Als dat er niet is, komt de Voedselbank in actie. De doelgroep is breder dan alleen mensen in de bijstand. Het gaat ook om vluchtelingen, werklozen en mensen met een looninkomen. Veel mensen hebben te hoge uitgaven, soms door eigen schuld, soms door omstandigheden als echtscheiding, ziekte, pech, drugs- en alcoholverslaving, analfabetisme, enzovoort. De Voedselbank heeft een lagere drempel en wordt niet geassocieerd met de overheid. Mensen generen zich vaak voor het vragen van hulp, ook bij de Voedselbank, maar zeker bij de overheid. Je kunt mensen niet aan hun lot overlaten. Voedselbanken zijn inmiddels een nolens volens aanvaard verschijnsel in Nederland. Ze vinden zelf ook, dat ze niet nodig zouden moeten zijn. Ondanks de scepsis, wordt de Voedselbank moreel gesteund door veel hulpinstanties, zoals maatschappelijk werk, Leger des Heils, opvangcentra voor dak- en thuislozen, kerken, Humanitas, Vluchtelingenwerk en Gemeenschappelijke Kredietbank (GKB). Zij vinden het werk van de voedselbanken belangrijk. Volgens de directeur van de GKB is het moeilijk schulden saneren bij mensen met een lege maag. Recent kwam er zelfs een aanmelding van de ISD, van iemand in grote nood, die zijn drinkwater uit de sloot moest halen. Misschien hebben voedselbanken wel dezelfde doelstelling als de overheid, namelijk om mensen uit hun kwetsbare situatie te helpen. Voedselbanken verstrekken voedselhulp met overtollig voedsel in Nederland, dat anders bij het afval komt. Dat gaat om meer dan 2 miljard per jaar. Er zijn twee doelstellingen: verspilling tegengaan en hulpverlenen. Het ene wordt gebruikt, om het andere te kunnen doen. De Voedselbank probeert ook het niet-gebruik tegen te gaan, door de afnemers ertoe te bewegen professionele hulp te zoeken en gebruik te maken van de regelingen, die er voor hen zijn. In Leek is de Voedselbank daar verder mee, dan in Noordenveld. De intake van de cliënten in Leek doet het maatschappelijk werk, met als voordeel een professionele screening. Ook kunnen mensen die nog geen hulpverleningscontract hebben, misschien over de drempel worden geholpen. Het werkt, ook voor mensen die niet voor hulp van de Voedselbank in aanmerking komen, maar toch een hulpverleningscontract aanvaarden om te voorkomen dat ze verder in de problemen raken. De meeste cliënten van de Voedselbank komen zonder professionele hulp niet uit de problemen. De Voedselbank wil in Noordenveld met de hulpverleningsorganisaties kijken of er dezelfde afspraken te maken zijn, als in Leek. De privacy van de cliënten zal hierbij wel moeten worden gerespecteerd. 14

15 Hulp van de Voedselbank is pure noodzaak. Het is structurele hulp aan de onderkant van het professionele hulpcircuit door ruim 20 vrijwilligers, in goede samenwerking met de hulporganisaties. De eerste subsidie van de gemeente voor de Voedselbank kwam uit een pot voor burgerinitiatieven, voor eenmalige lovenswaardige initiatieven. De Voedselbank helpt bij een algemeen maatschappelijk probleem, waarvoor de overheid helaas nog geen sluitende oplossing heeft. De Voedselbank vraagt daarom de gemeente, een bijdrage te leveren uit een andere pot. Het gaat om een gering bedrag van 1.500,00 op jaarbasis, vooral voor kosten van huisvesting en logistiek. Al het andere werk is vrijwilligerswerk. De Voedselbank vraagt Noordenveld niet alleen om een subsidie, maar ook om een goede samenwerking, om deze mensen te helpen. De heer Louwes ziet in de brief van 19 juni aan wethouder Wolters, dat Leek de stichting Voedselbank Noordenveld subsidieert. De heer Blok antwoordt dat de Voedselbank vorig jaar van de gemeente Leek een startsubsidie heeft ontvangen. Nu wordt met de gemeente Leek overlegd over een vervolg. Volgende week neemt het College van Leek een besluit (waarschijnlijk positief). De heer Alssema gaat uit van samen werken, samen leven, samen delen, samen sterk en samen optrekken. Het CDA heeft verzocht de brief van het College aan de Stichting Voedselbank Noordenveld te agenderen, om van gedachten te wisselen over het Collegestandpunt, om het subsidieverzoek af te wijzen. De fractie betreurt dit standpunt. In eerdere discussies heeft het CDA aangegeven, dat voedselbanken geen oplossing bieden en dat ze in een rijk land niet nodig zouden moeten zijn. Voedselbanken zijn echter een gegeven en lenigen nood. De pakketten zijn bedoeld als noodhulp voor mensen, die voor korte of langere tijd financieel niet rond kunnen komen, zich moeilijk staande kunnen houden in een complexe samenleving. In Noordenveld krijgen 50 mensen dan wel gezinnen hulp van de Voedselbank. De Voedselbank is een particulier initiatief. Hulp aan minder bedeelden is van alle tijden. Er is altijd steun geweest van bijvoorbeeld fondsen, familieleden, vrienden, buren en kerkelijke instanties. Dat er een voedselbank in de gemeente is, getuigt van een grote sociale cohesie in de gemeenschap. Naast hulp van bijvoorbeeld de kerk of het Leger des Heils, is er een dienstenpakket bijgekomen. Uit de praktijk blijkt, dat momenteel aan het nut en de noodzaak van de Voedselbank niet getwijfeld hoeft te worden. De gemeente Noordenveld heeft door een startsubsidie de komst van de Voedselbank mogelijk gemaakt. Dat is niet zonder discussie gebeurd. Er is een spanningsveld tussen het uitvoeren van het minimabeleid en het steunen van een particulier initiatief. Het College schrijft, dat de burgers in de gemeente voor verdere inkomensondersteuning worden verwezen naar het reguliere minimabeleid. Dat beleid is in Noordenveld ruimhartig. Toch zijn er 50 mensen dan wel gezinnen, die onder het sociaal minimum leven en daarom gebruikmaken van de Voedselbank. De gemeente mag die groep niet in de kou laten staan. Minister Bos heeft aangegeven dat de voedselbanken overbodig worden gemaakt, maar het is nog niet zover. Daarom verdient de Voedselbank ondersteuning. Hoe staat het met de sociale cohesie tussen het College en de Raad en deze groep burgers die, ondanks het minimabeleid, er niet in slaagt van het sociaal minimum rond te komen? Is men bereid deze groep burgers ondersteuning te bieden voor 1.500,00? De heer Haan vindt het minimabeleid van de gemeente Noordenveld goed. Binnen de wettelijke mogelijkheden wordt nagenoeg al het mogelijke gedaan voor de minder bedeelden. Hiermee complimenteert hij het College en de Raad. Ondanks dit goede beleid blijkt toch dat de Voedselbank een gewenste voorziening is, en niet alleen in Noordenveld. De instrumenten van de overheid zijn niet in alle gevallen voldoende. Dat heeft het College onderkend door een startsubsidie te verstrekken van 15

16 3.900,00 uit het potje Goede initiatieven vanuit de bevolking. Een goed initiatief mag een vervolg hebben. Bij een Nieuwjaarsreceptie in Peize heeft de burgemeester gezegd dat in deze tijd voedselbanken niet nodig zouden moeten zijn. De ChristenUnie is dat met hem eens, maar de praktijk blijkt harder te zijn dan de leer. In veel Europese landen kent men voedselbanken. In 14 Europese landen werken ze samen. In Nederland is in 1999 een aanzet gegeven tot het oprichten van voedselbanken onder de naam MinusPlus. Het doel was de minners in de samenleving te ondersteunen met wat de plussers kunnen inleveren. Het betekent expliciet niet een extraatje voor mensen, die het niet breed hebben, want dat zijn er teveel. Het gaat om een steuntje in de rug en is tijdgebonden. De Voedselbank wil een bijdrage leveren aan de vermindering van de al dan niet verborgen armoede en verspilling in Nederland. Veel vrijwilligers houden zich om niet met deze hulpverlening bezig. Het is duidelijk dat er toch overheadkosten zijn, maar uit de brief van 5 december 2006 blijkt dat zij dit werk met relatief beperkte financiële middelen doen. De structurele kosten zijn destijds door het Platform Minima becijferd op 7.800,00. Nu staat er 4.900,00 in het subsidieverzoek van 5 december Hieruit blijkt dat de vrijwilligers dit werk met minimale kosten doen, en er waarschijnlijk vaak zelf geld bij inschieten. Uit de brief van 19 juni aan de wethouder blijkt, dat het bestuur zelf ook graag zou zien, dat de voedselbanken overbodig worden. De ChristenUnie hoopt ook, dat staatssecretaris Aboutaleb daar in deze kabinetsperiode in slaagt. De fractie vindt het op zijn plaats om de Voedselbank tegemoet te komen met een subsidie, zolang deze voorziening nodig blijkt. Als de minister zijn toezeggingen nakomt, zal dat nog een paar jaar zijn. Gezien de argumenten van het bestuur kan de gemeente, als zij zichzelf respecteert, niet anders dan deze geringe subsidie verstrekken. De ChristenUnie verzoekt het College met klem, de afwijzing te heroverwegen en alsnog te besluiten, die bijdrage te verlenen. De heer Louwes respecteert het standpunt van het CDA en de ChristenUnie, maar vindt dat niet moet worden teruggegaan naar de armenzorg van vroeger. Nederland heeft het beste sociale stelsel van Europa, misschien wel van de wereld. Als dat goed wordt uitgevoerd, is een voedselbank overbodig. Als er iets mankeert aan het functioneren van uitvoeringsinstanties in Noordenveld, moet er iets aan gedaan worden. Daar ligt dan ook een taak voor het College. De VVD-fractie waardeert de betrokkenheid en inzet van de Stichting Voedselbank Noordenveld, maar bepleit dat die de mensen doorverwijst en desnoods begeleidt naar de professionele hulpverleningsinstanties. De fractie kan zich vinden in de opstelling van het College. De heer Poelstra heeft kennisgenomen van het standpunt van de Voedselbank in diverse brieven en tijdens een bezoek aan de fractie. Ondanks het ruimhartige minimabeleid van de gemeente Noordenveld raken mensen in een situatie, dat extra steun nodig is. De fractie vindt ook, dat je op dat moment mensen moet verwijzen naar de hulpverleningsinstanties. Als er aan het beleid van de gemeente toch nog wat mankeert, moet het College daar snel wat aan doen. Dit moet aan de professionele hulpinstanties worden overgelaten. Er moet een structurele oplossing worden gezocht, of een pot bij de ISD, om dit soort zaken in onder te brengen. Gemeentebelangen is het eens met het standpunt van het College. De heer Wekema denkt dat de voedselbanken in Nederland een fenomeen zijn geworden. Door falend rijksbeleid zijn veel mensen aangewezen op deze hulp. Ook in Noordenveld is door vrijwilligers een voedselbank opgericht. De gemeente heeft dat initiatief gewaardeerd met een eenmalige subsidie. De Stichting Voedselbank Noordenveld wist dat, maar vraagt nu een structurele jaarlijkse bijdrage. De PvdA-fractie waardeert het werk van de Voedselbank en de vrijwilligers, maar ondersteunt dit verzoek niet. Er gaat een verkeerd signaal van uit. Mensen worden afhankelijk gemaakt en krijgen onvoldoende impuls, om mee te doen in de samenleving. 16

17 Dit soort ondersteuning moet een gemeente aan haar inwoners niet willen geven. In deze moderne tijd is het te gek voor woorden dat er een voedselbank is, omdat mensen te weinig middelen hebben om te voldoen aan de primaire levensbehoefte. Er zijn andere maatregelen om tegen te gaan, dat ze zijn aangewezen op de Voedselbank. Het rijk heeft vanaf 2008 middelen beschikbaar gesteld die oplopen tot 80 miljoen in 2011, bovenop de bedragen voor de schuldhulpverlening. Daarnaast is in de rijksbegroting voor 2008 en 2009 nog eens jaarlijks 40 miljoen extra beschikbaar gesteld voor de bestrijding van armoede, speciaal voor kinderen. De fractie wil hier haar energie niet in steken om te voorkomen dat mensen, hoe goed het initiatief ook is, afhankelijk zijn van een voedselbank. Bij de begroting 2008 gaat de fractie er nader op in en komt zij met voorstellen, om te bevorderen dat alle inwoners van Noordenveld mee kunnen blijven doen in de samenleving. De heer Klinkenberg complimenteert de fractie van het CDA met het agenderen van dit punt, en is onder de indruk van het betoog van de heer Alssema. Het standpunt van een aantal grote fracties, met name de PvdA, vindt hij teleurstellend. Niemand ontkent dat de Voedselbank op zich een goed initiatief is, maar deze noodhulp zou eigenlijk niet nodig moeten zijn. Het is jammer, dat dit punt in politiek vaarwater terechtkomt en een soort prestigezaak wordt. Het is zeer teleurstellend, dat hij geen sociaal standpunt kan herkennen in dat van de heer Wekema. Natuurlijk zou in deze maatschappij de Voedselbank niet nodig moeten zijn, maar mensen kunnen door allerlei onvoorziene problemen helemaal aan de grond zitten. De heer Blok heeft daarvan voorbeelden genoemd. Als de Raad geen klein bedrag van 1.500,00 beschikbaar stelt voor de Voedselbank met vrijwilligers, die dit werk met goede bedoelingen doen, vindt hij dat beschamend en negatieve politiek. Wethouder Wolters brengt punten uit de eerdere discussie hierover in herinnering. Toen werd het initiatief van de Voedselbank raadsbreed in dezelfde context geplaatst als nu. Het werd een goede zaak genoemd, als burgers het willen en het zou een toegevoegde waarde hebben voor de samenleving. Gezegd is, dat de gemeente een startsubsidie moest geven. Toen is expliciet afgesproken met de Voedselbank en het Platform Minima, als oprichter van de Voedselbank, dat het uitsluitend kon gaan om een initiatiefbijdrage en geen structurele subsidie. Een reden daarvan was, dat de categoriale bijstand werd afgeschaft. Dit is een indirecte vorm van categoriale bijstand. Het College en de Raad vonden dat, als er categoriale bijstand moet worden verleend, de gemeente dat zelf moet doen en niet indirect. Dan moet zij Den Haag laten weten, dat de bijstand te laag is en omhoog moet. Gezegd is, dat als gemeente zelf te moeten doen, maar daar ontbreken de middelen voor. Daarom is besloten om binnen de aanwezige voorzieningen, het minimabeleid en de ISD, te onderzoeken hoe zit het met het niet-gebruik. Een omvangrijke groep bleek geen gebruik te maken van de regelingen. Daar is beleid voor gemaakt. Het blijkt dat daardoor veel meer mensen gebruikmaken van onder andere de bijzondere bijstand. Dit lijkt te lukken door de klantmanager te instrueren er actief mee bezig te zijn, de regels duidelijker en eenvoudiger uitlegbaar te maken, de promotie te vergroten, via het Platform Minima en de eigen doelgroep. Via de Voedselbank bereik je mensen, maar het is niet aantoonbaar dat je daarmee mensen bereikt, die je niet op andere manieren bereikt. De heer Alssema vindt dat dat inmiddels bekend moet zijn. Daar heeft hij een jaar geleden vragen over gesteld. Wethouder Wolters antwoordt dat niet bekend is welke mensen dat zijn, in verband met de privacy. De heer Stevenson noemt dat een cirkelredenering. De wethouder verbloemt het, dat er 50 mensen dan wel gezinnen in de problemen zitten. Dat moet structureel worden aangepakt, volgens de handreiking van de Voedselbank. 17

18 Wethouder Wolters antwoordt dat het structureel moet worden aangepakt, via het minimabeleid en de ISD, zoals destijds in de discussie is afgesproken. Er wordt aan gewerkt om de bijzondere bijstand gemakkelijker bereikbaar te maken. Dat lukt steeds beter en er zijn nog steeds groeikansen. Hij ziet geen reden om af te wijken van de eerdere afspraak, een startsubsidie te geven, en geen structurele subsidie. De Raad heeft daarmee ingestemd. Tweede termijn De heer Blok vindt wat er gezegd wordt over het gebruik van de regelingen begrijpelijk. Toch worden er mensen nog niet bereikt. De Voedselbank heeft minder klanten dan in het begin, misschien doordat mensen de regelingen beter bereiken. Hij zou met de wethouder willen bespreken, hoe je de mensen bij de door hem genoemde instanties kunt krijgen. De Voedselbank heeft veel informatie, die de wethouder niet heeft. Naar het privacyprobleem kan ook worden gekeken. Volgens de wethouder loopt het aantal gebruikers op. Dit betekent dat er nog steeds mensen zijn, die geen gebruikmaken van de regelingen, en onder het sociaal minimum komen. Volgens de PvdA-fractie komen er in 2008 miljoenen euro s voor extra hulp. De Voedselbank gaat ervoor dat hij in 2008 niet meer nodig zal zijn, maar wil ter overbrugging mensen helpen, zo lang ze onder het minimum komen. De heer Poelstra vindt dat bij de sociale dienst en in het minimabeleid een mogelijkheid moet worden gecreëerd om deze gevallen op te vangen. Kan er in overleg een verbinding worden gelegd, om het beleid voor deze mensen door middel van maatwerk aan te passen? Dat is beter dan een structurele subsidie. De heer Blok heeft bij de start in Leek de ISD tevergeefs gevraagd, of die behulpzaam zou kunnen zijn, als mensen onder het minimum komen. Nu doet Noordenmaat dat in Leek. Daar blijkt dat mensen, ondanks de vele regelingen, nog altijd onder het minimum zakken. Blijkbaar zijn daar onvoldoende financiële regelingen, om ze te helpen. Mogelijk is dat in Noordenveld anders. Graag bespreekt hij met de wethouder om, in overleg met de mensen die bij de Voedselbank komen, ze door te verwijzen naar de hulporganisaties in Noordenveld. Dan hoeft de Voedselbank ze niet te helpen. Wethouder Wolters antwoordt dat de gemeente niet vanuit de ISD naar de particuliere Voedselbank kan verwijzen, in verband met de privacy. De Voedselbank kan zelf wel in contact treden met de ISD, om te komen tot een oplossing. Hij antwoordt de heer Blok, die zegt dat Noordenmaat die relatie wel kan leggen, dat de ISD moet vasthouden aan zijn eigen verantwoordelijkheid voor de klanten en hun privacy. Hij antwoordt de heer Alssema, die zegt dat het met 1.500,00 is opgelost, dat het gaat om het principe. De heer Alssema is zeer teleurgesteld. Met name het sociale gezicht van de fractie van de PvdA begrijpt hij niet. Een discussie over het vorige kabinet, waar de heer Wekema over begint, wil hij niet voeren. Misschien dat hij zich moet beraden met GroenLinks en de ChristenUnie. De heer Bossina maakt er bezwaar tegen dat de heer Alssema het sociale gezicht van de Raad claimt. Daarmee doet hij de andere fracties tekort. De heer Haan is verbijsterd, met name door de reactie van de PvdA-fractie. Onder het kabinet Kok moesten de voedselbanken ontstaan. Nu wijst de PvdA ze af. Het zijn allemaal incidentele gevallen en niet structurele, die voor de normale regeling in aanmerking komen. Op deze manier laat je die aan hun lot over. Hij schaamt zich voor zijn omgeving, als hij praat over deze Raad. Het gaat om mensen, die in grote problemen zitten. De heer Louwes probeert de emoties erbuiten te houden. Zijn fractie heeft bepleit dat de Voedselbank mensen begeleidt naar de hulpverleningsinstanties. Dat is heel sociaal. De wethouder heeft gezegd, dat de ISD daarvoor open staat. Dan hoef je geen voedsel te verstrekken, maar los je de problemen op. Zijn fractie is voorstander van een structurele oplossing, en niet van incidentele armenzorg. 18

19 De heer Poelstra sluit daarbij aan. Hij vindt schaamte niet op zijn plaats. Bij mensen die in nood zitten gaat het niet alleen om voedsel, maar ook om andere zaken. Dan zijn ze geholpen met een structurele en complete oplossing. Daar heeft de gemeente een organisatie voor en hij bepleit, dat die zich kan inzetten. Als je gegevens wegens de privacy geheim houdt, is dat zonde. Als de Voedselbank mensen helpt die de gemeente niet kent, hebben ze er recht op, naar de juiste plaats te worden verwezen. De heer Klinkenberg heeft er niet zoveel moeite mee, dat er emoties doorklinken. De Voedselbank wil geen politiek gekissebis. Die wil 1.500,00 voor zijn vrijwilligerswerk, en zichzelf zo snel mogelijk overbodig maken, wat hopelijk binnen een paar jaar lukt. Natuurlijk moeten mensen er niet afhankelijk van worden en moeten ze leren zichzelf te redden. Dan is het belangrijk, dat ze er de middelen voor hebben. Kennelijk bereiken ze de professionele hulpverleners niet altijd. De gemeente Noordenveld verdient een compliment voor het ruimhartige minimabeleid. Wel is het jammer, dat de wethouder het een principiële zaak noemt en het in politiek vaarwater trekt. De Voedselbank wil zich niet mengen in het minimabeleid van de gemeente Noordenveld. Die wil zolang het nodig is, dit werk voortzetten voor 1.500,00. De Raad moet niet kinderachtig doen en dat kleine bedrag beschikbaar stellen. De gemeente Leek treedt de Voedselbank heel anders tegemoet, dan Noordenveld. Daar is een raadsbrede ondersteuning, zonder politiek gekissebis. De Raad van Noordenveld staat vanavond in zijn hemd. Wethouder Wolters vindt daar een suggestie van uitgaan, dat Noordenveld het minimabeleid van de gemeente Leek moet overnemen. Het minimabeleid in Noordenveld is vele malen beter, dan dat van de gemeente Leek. Hij heeft aangegeven welke principiële afspraken zijn gemaakt bij het opstarten van de Voedselbank. Die afspraken zijn ook gemaakt met de Kledingbank, waar aan wordt gewerkt. Die krijgt geld voor het opstarten van de zaak met de afspraak, dat er voor een particulier initiatief geen structurele subsidie komt. Daarmee houdt hij zich aan de kaders, die de Raad heeft meegegeven, en trekt niets in politiek vaarwater. Als er andere kaders moeten komen, moet een raadsmeerderheid die meegeven. Wat betreft het verzoek van de Voedselbank, wil hij graag bevorderen dat de lijn naar de ISD wordt opengehouden, om de klanten die er komen in aanmerking te laten komen voor maatregelen, die ze nog niet kennen. De voorzitter concludeert dat de fracties van Gemeentebelangen, de PvdA en de VVD het besluit van het College steunen. De fracties van het CDA, de ChristenUnie en GroenLinks betreuren dat besluit. Hij bedankt de heer Blok voor zijn bijdrage. 10.Voortzetting van het project primair onderwijs/voortgezet onderwijs De heer Alssema vindt het een prima project. Hoe gaat het met kinderen die naar het voortgezet onderwijs in de stad Groningen gaan? De heer Louwes denkt dat moet worden opgepast voor teveel bureaucratie, maar hier kan het wellicht niet anders. Kan de Reserve Lokaal Onderwijsbeleid Noordenveld worden opgeheven? De heer Koolen sluit aan bij de vraag van de heer Alssema. Het betreft hier de situatie in Noordenveld. Er gaan veel kinderen naar grotere scholen in Assen, Leek en Groningen. Gemeentebelangen staat wel achter dit beleid en heeft de indruk, dat er al veel goed gaat. Er is een warme overdracht: de leerkrachten van het primair en voortgezet onderwijs overleggen veel met elkaar. Dit project verstevigt de bestaande trajecten. In de financiële paragraaf valt de post van ,00 voor externe ondersteuning op, terwijl er intern veel kennis is. Hij laat zich van de noodzaak graag overtuigen. Gemeentebelangen gaat akkoord met het voorstel. 19

20 De heer Klinkenberg kent de historie van het lokaal onderwijsbeleid niet. Het is een prima doelstelling, om wat te doen aan het breukvlak tussen het basis- en voortgezet onderwijs. Het zou landelijk onderwijsbeleid kunnen zijn. Er is al veel verbeterd, vergeleken met jaren geleden, door de warme overdracht en doordat leerlingen uit groep 8 al vroegtijdig het voortgezet onderwijs bezoeken. De Borgen in Leek bijvoorbeeld doet het prima, en beter dan voorheen. Het verhaal is wel wat bureaucratisch, en niet spannend en inspirerend, maar het doel is goed. De heer Witlox vindt het project goed. Uit het verslag van de pilot van de Ronerborg blijkt, dat ook de structuur goed is. Nu moet die tussen de oren komen. Dit moet gemeentebreed worden doorgevoerd met de bedoeling, alle hindernissen tussen primair en voortgezet onderwijs weg te nemen. De PvdA-fractie gaat akkoord met de voortzetting en afronding van het project en het beschikbaar stellen van het krediet ten laste van de Reserve Lokaal Onderwijsbeleid. Wethouder Keizer is blij, dat het project goed wordt gevonden. Inderdaad moet worden opgepast voor bureaucratie. Het gaat erom, dat er daadwerkelijk iets tot stand wordt gebracht en mensen niet vervallen in allerlei overleggen. Het gaat in deze gemeente al behoorlijk goed en wordt nog completer, doordat nu alle scholen erbij worden betrokken. Er blijven ook mensen naar het voortgezet onderwijs in Groningen gaan. Ook daar moet de warme overdracht zoveel mogelijk plaatsvinden. Hij noteert dat, zodat ook dat element hierin meegenomen wordt. Het is momenteel voornamelijk gericht op De Borgen en het Nassau College. Bij de IJsselgroep is deskundigheid aanwezig, zodat uit die hoek wat meer inspiratie en een andere kijk op het geheel kan worden verwachten. De deskundige begeleidt het proces en maakt er een voor de scholen bruikbaar verslag van. De heer Witlox is het eens met de heer Koolen over dat bedrag voor de IJsselgroep. Zijn hiervoor, gezien de activiteiten binnen zo n pilot, externe mensen nodig? Wethouder Keizer antwoordt bevestigend. Hij heeft het binnen het lokaal onderwijsbeleid met de diverse onderwijsbesturen besproken. Die bevestigen dat de gemeente deze deskundigheid nodig heeft, om dit project tot een goede einde te brengen. Tweede termijn De heer Louwes vraagt naar aanleiding van pagina 2 van het voorstel, of de Reserve Lokaal Onderwijsbeleid kan worden opgeheven. Kan anders de noodzaak worden aangegeven bij de nota over de reserves, die de Raad binnenkort ontvangt? Wethouder Keizer antwoordt dat die nog niet kan worden opgeheven. De heer Alssema wijst erop, dat je voor onderwijsperikelen altijd een reserve moet houden. Het is logisch dat er wat meer ruimte is, omdat de SABD eruit is. Wethouder Wolters zegt in reactie op de tweede vraag van de heer Louwes, dat hij aanneemt aan dat dit punt terugkomt bij de begrotingsbehandeling. Dit agendapunt gaat als B-voorstel door naar de Raad. 11.Krediet groot onderhoud pompgemalen en drukriolering units De heer Haan vraagt of dit valt onder de Europese aanbesteding. Wethouder Dam antwoordt dat dit wordt uitgevoerd conform het aanbestedingsbeleid van de gemeente. Als er bedragen boven een bepaalde norm uitkomen, wordt er Europees aanbesteed. Voor de bedragen verwijst hij naar de afdeling. Dit agendapunt gaat als B-voorstel door naar de Raad. 20