MOTIVERINGSPLICHT, KENNELIJK ONREDE- LIJK ONTSLAG EN WILLEKEURIGE AFDANKING

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MOTIVERINGSPLICHT, KENNELIJK ONREDE- LIJK ONTSLAG EN WILLEKEURIGE AFDANKING"

Transcriptie

1 Addendum bij De beëindiging van de arbeidsovereenkomst onder het eenheidsstatuut n.a.v. cao nr. 109 van 12 februari 2014 MOTIVERINGSPLICHT, KENNELIJK ONREDE- LIJK ONTSLAG EN WILLEKEURIGE AFDANKING 1.1. ALGEMEEN De WAO voorziet niet in een algemene motiveringsplicht bij ontslag. De WAO bevat in artikel 63 wel en dat enkel voor arbeiders de regeling van het willekeurig ontslag (zie verder). De Europese regelgeving voorziet wel in een vorm van motiveringsplicht: krachtens artikel 30 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie 1 heeft iedere werknemer recht op bescherming tegen kennelijk onredelijk ontslag overeenkomstig het gemeen schaps recht en de nationale wetgevingen en praktijken. De Wet Eenheidsstatuut heeft de motiveringsplicht bij ontslag niet geregeld. Artikel 38 van de wet bepaalt enkel dat artikel 63 WAO met de regeling van willekeurig ontslag voor arbeiders ophoudt van toepassing te zijn vanaf de inwerkingtreding van een cao gesloten in de Nationale Arbeidsraad, algemeen verbindend verklaard bij KB, betreffende de motivering van het ontslag, of, wat de contractuele tewerkstelling in de publieke sector betreft, een gelijkaardige regeling. Een dergelijke cao moest er volgens de Memorie van Toelichting zijn met een inwerkingtreding uiterlijk op 1 januari 2014, zodat vanaf die datum artikel 63 zonder voorwerp zou worden en zou vervallen. 2 Die cao kwam er pas op 12 februari 2014: cao nr. 109 betreffende de motivering van het ontslag. Die cao treedt in werking op 1 april 2014 voor de ontslagen gegeven of betekend vanaf die datum. Cao nr. 109 heeft volgens advies nr van de Nationale Arbeidsraad de bedoeling uitvoering te geven aan artikel 38, 1 Wet Eenheidsstatuut en hiermee de juridische onzekerheid gepaard gaand met een onderscheiden behandeling van arbeiders (artikel 63 van de wet van 3 juli 1978 over de willekeurige afdanking) en bedienden (theorie van het rechtsmisbruik) inzake de mogelijkheden van een betwisting van hun ontslag, weg te werken. 3 Zoals hieronder zal blijken, zal de cao op zijn beurt evenwel andere juridische onzekerheden veroorzaken. 1 Pb.C. 18 december 2000, 364/1. 2 MvT, Parl.St. Kamer , DOC /001, Advies van de NAR nr , Intersentia 1

2 1.2. CAO NR ALGEMEEN Cao nr. 109 bevat een algemene regeling rond motivering van het ontslag en rond kennelijk onredelijk ontslag en de sanctionering ervan. De vroegere regeling van het willekeurig ontslag, dat middels artikel 38 Wet Eenheidsstatuut werd afgeschaft, wordt in de cao heringevoerd voor een groot aantal arbeiders, hetzij voor onbepaalde tijd (tijdelijke en mobiele werkplaatsen), hetzij tijdelijk. De bedoeling van cao nr. 109 is de werknemers zicht te geven op de redenen die aan de basis gelegen hebben van hun ontslag, zodat zij de redelijkheid daarvan kunnen beoordelen, zonder dat de werkgevers een te formalistisch kader opgedrongen wordt. Daarnaast voorziet de cao in een schadevergoeding voor een werknemer die het slachtoffer is van een kennelijk onredelijk ontslag HET RECHT OM DE CONCRETE REDENEN TE KENNEN DIE TOT HET ONTSLAG HEBBEN GELEID De werkgever zal niet automatisch elk ontslag moeten motiveren, maar alleen wanneer de werknemer daarom verzoekt. Bovendien voorziet de cao zelf diverse gevallen waarin die motiveringsplicht niet geldt. Die worden verder besproken. Artikel 3 van de cao bepaalt dat de werknemer die ontslagen wordt, het recht heeft om van zijn werkgever de concrete redenen die tot zijn ontslag hebben geleid, te kennen. De werknemer die dat wil, richt overeenkomstig artikel 4 zijn verzoek bij aangetekende brief tot de werkgever binnen een termijn van 2 maanden nadat de arbeidsovereenkomst een einde heeft genomen. Wanneer de arbeidsovereenkomst door de werkgever wordt beëindigd met inachtneming van een opzegtermijn, richt de werknemer zijn verzoek tot de werkgever binnen een termijn van 6 maanden na de betekening van de opzegging door de werkgever, zonder evenwel 2 maanden na het einde van de arbeidsovereenkomst te kunnen overschrijden. Met de dag van de betekening van de opzeg wordt bedoeld de dag waarop de kennisgeving van de opzegging uitwerking heeft. 5 De werkgever die een dergelijk verzoek van de werknemer ontvangt, deelt overeenkomstig artikel 5 bij aangetekende brief aan die werknemer de concrete redenen die tot het ontslag hebben geleid, mee binnen 2 maanden na de ontvangst van de aangetekende brief met het verzoek van de werknemer. 6 Die aangetekende brief moet de elementen bevatten die de werknemer toelaten om de concrete redenen die tot zijn ontslag hebben geleid, te kennen. 4 P. 3 verslag bij cao nr. 109, 5 Wanneer de kennisgeving van de opzegging bij aangetekende brief gebeurt, heeft de kennisgeving uitwerking op de derde werkdag na de datum van de verzending (art. 37, 1 WAO). Een opzegging door middel van een deurwaardersexploot wordt geacht betekend te zijn op de dag waarop de deurwaarder zich aanbiedt. Om na te gaan wanneer het verzoek werd ingediend, geldt de postdatum (Commentaar bij art. 4 van cao nr. 109). 6 De termijn van 2 maanden begint te lopen de derde werkdag na de datum van de verzending van het verzoek van de werknemer. Om na te gaan wanneer de werkgever antwoordt, geldt de postdatum (Commentaar bij art. 5 van cao nr. 109). 2 Intersentia

3 De werkgever die uit eigen beweging de concrete redenen die tot het ontslag van de werknemer hebben geleid, schriftelijk aan die werknemer heeft meegedeeld, is evenwel niet verplicht om op het verzoek van de werknemer te antwoorden, voor zover die mededeling de elementen bevat die de werknemer toelaten om de concrete redenen die tot zijn ontslag hebben geleid, te kennen. 7 De werkgever die de concrete redenen niet meedeelt aan de werknemer, is een forfaitaire burgerlijke boete verschuldigd aan die werknemer, overeenstemmend met 2 weken loon. Die boete is cumuleerbaar met de vergoeding die wordt toegekend bij kennelijk onredelijk ontslag (zie verder). In het advies van de NAR is te lezen dat de raad vindt dat de boete niet beschouwd mag worden als loon en er geen socialezekerheidsbijdragen op mogen worden ingehouden. De NAR vraagt in dat advies eveneens dat de reglementering wordt aangepast, zodat de vergoeding cumuleerbaar zou zijn met werkloosheidsuitkeringen. 8 De regeling van de motiveringsplicht is niet van toepassing bij een ontslag om een dringende reden (art. 2, 4) KENNELIJK ONREDELIJK ONTSLAG Definitie Artikel 8 definieert het kennelijk onredelijk ontslag als een ontslag van een werknemer die is aangeworven voor onbepaalde tijd, dat gebaseerd is op redenen die geen verband houden met de geschiktheid of het gedrag van de werknemer of die niet berusten op de noodwendigheden inzake de werking van de onderneming, de instelling of de dienst en waartoe nooit beslist zou zijn door een normale en redelijke werkgever. Die definitie sluit aan bij de omschrijving van het begrip willekeurig ontslag zoals dat in de meest recente rechtspraak van het Hof van Cassatie geïnterpreteerd is. De opzegging of de verbreking van een overeenkomst van bepaalde tijd kan dus niet leiden tot een toepassing van de regels rond een kennelijk onredelijk ontslag. 9 Volgens de commentaar bij dat artikel 8 heeft de toetsing van de kennelijke onredelijkheid van het ontslag geen betrekking op de omstandigheden van het ontslag. Men toetst of de redenen al dan niet verband houden met de geschiktheid of het gedrag van de werknemer of berusten op de noodwendigheden inzake de werking van de onderneming, de instelling of de dienst en of de beslissing nooit zou zijn genomen door een normale en redelijke werkgever. Bovendien wordt de uitoefening van het ontslagrecht van de werkgever afgetoetst aan hetgeen de uitoefening ervan zou zijn door een normale en redelijke werkgever. Het betreft een beoordelingsbevoegdheid aan de marge gezien de werkgever 7 Art. 6 van cao nr Advies van de NAR nr , 9 In de mate dat de regels rond ontslag als een arbeidsvoorwaarde kunnen worden beschouwd, kan men zich afvragen of dat te verzoenen valt met de wet van 5 juni 2002 betreffende het nondiscriminatiebeginsel ten voordele van werknemers met een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd (BS 26 juni 2002 (ed. 2)). Krachtens die wet mogen werknemers aangeworven met een overeenkomst voor bepaalde tijd met betrekking tot de arbeidsvoorwaarden niet minder gunstig behandeld worden dan werknemers die voor onbepaalde tijd zijn aangeworven, tenzij het verschil om objectieve redenen gerechtvaardigd is. Intersentia 3

4 tot op grote hoogte vrij is te beslissen over wat redelijk is: er dient respect te zijn voor de verschillende beleidsalternatieven die een normale en redelijke werkgever zou overwegen. Het gaat dus om een marginale toetsing. Alleen de kennelijke onredelijkheid van het ontslag mag getoetst worden en niet de opportuniteit van het beleid van de werkgever (te verstaan als zijn keuze uit de verschillende redelijke beleidsalternatieven die hij heeft). De toevoeging van het woord kennelijk aan de notie onredelijk wil precies wijzen op de beleidsvrijheid van de werkgever en de toetsing in de marge. Die laatste is ook ingegeven door de praktische onmogelijkheid om het beleid van de werkgever meer dan marginaal te controleren. Zowel in de commentaar bij de cao als in het advies van de NAR wordt klaarblijkelijk nogal zwaar ingezet op het begrip kennelijk. In de Franstalige versie gaat het om licenciement manifestement déraisonnable. In de mate dat de cao artikel 30 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie in toepassing van artikel 51 van dat Handvest beoogt na te leven en in het licht van het IAO-verdrag nr. 158 van 22 juni 1982 kan men zich afvragen of dat wel terecht is. In de Nederlandstalige versie van artikel 30 is er inderdaad sprake van kennelijk onredelijk ontslag, maar de Franstalige versie spreekt van bescherming tegen tout licenciement injustifié en in de Engelstalige versie is dat unjustified dismissal Sanctie Artikel 9 van de cao bepaalt dat de werkgever in geval van een kennelijk onredelijk ontslag een schadevergoeding aan de werknemer verschuldigd is, die overeenstemt met minimaal 3 en maximaal 17 weken loon. Die schadevergoeding is niet cumuleerbaar met enige andere vergoeding die verschuldigd is door de werkgever naar aanleiding van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, met uitzondering van een opzegvergoeding, een niet-concurrentievergoeding, een uitwinningsvergoeding of een aanvullende vergoeding die bovenop de sociale uitkeringen wordt betaald. De omschrijving vergoeding naar aanleiding van lijkt ruimer dan het begrip vergoeding voortvloeiend uit de beëindiging. Men kan zich afvragen of de werknemer een vergoeding omwille van de laakbare omstandigheden van het ontslag kan cumuleren met een vergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag. De commentaar bij artikel 9 luidt dat de hoogte van de schadevergoeding afhangt van de gradatie van de kennelijke onredelijkheid van het ontslag, en de werknemer er ook voor kan opteren om die vergoeding niet te vragen, maar wel de vergoeding van zijn reële schade, overeenkomstig de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek. Die commentaar lijkt moeilijk te verzoenen met de tekst van artikel 9, 2, waarin is bepaald dat de vergoeding maximaal 17 weken loon bedraagt, tenzij de werknemer in de plaats van een vergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag een vergoeding wegens misbruik van (ontslag)recht vordert. In het advies van de NAR is te lezen dat hij vindt dat de schadevergoeding niet beschouwd mag worden als loon en er geen socialezekerheidsbijdragen op mogen worden ingehouden Zie ook L. Monserez, Het verdrag van Lissabon. Een echte bres in de ontslagmacht van de werkgever? Or. 2010, Advies van de NAR nr , 4 Intersentia

5 Bewijslast De cao regelt in artikel 10 de verdeling van de bewijslast tussen de werkgever en de werknemer bij betwisting. Die regeling verschilt van de regeling van het willekeurig ontslag zoals dat voorheen bestond voor arbeiders, waarbij in geval van betwisting de werkgever het bewijs moest leveren van de voor het ontslag ingeroepen redenen (oud art. 63, tweede lid Arbeidsovereenkomstenwet). Voor de werknemer volstond het dus aan te voeren dat hij de redenen van de werkgever betwist als hetzij niet juist, hetzij niet beantwoordend aan de omschrijving van wat aan het ontslag het willekeurig karakter ontneemt (verband met de geschiktheid of het gedrag van de werknemer of berustend op de noodwendigheden inzake de werking van de onderneming). Artikel 10 van de cao regelt dat heel anders: indien de werkgever de redenen van het ontslag heeft meegedeeld met inachtneming van artikel 5 of 6, draagt de partij die iets aanvoert, daarvan de bewijslast; het behoort aan de werkgever om het bewijs te leveren van de voor het ontslag ingeroepen redenen die hij niet aan de werknemer heeft meegedeeld met inachtneming van artikel 5 of 6 en die aantonen dat het ontslag niet kennelijk onredelijk is; het behoort aan de werknemer om het bewijs te leveren van elementen die wijzen op de kennelijke onredelijkheid van het ontslag wanneer hij geen verzoek heeft ingediend om de redenen van zijn ontslag te kennen met inachtneming van artikel 4. Drie hypothesen kunnen dus worden onderscheiden, naargelang de werkgever al dan niet de redenen van het ontslag spontaan of op vraag van de werknemer heeft meegedeeld. In de eerste hypothese heeft de werkgever de ontslagredenen correct meegedeeld. In dat geval zal volgens de cao de partij die iets aanvoert daarvan de bewijslast dragen. Wat is dan iets aanvoeren? Van Dale definieert dat als ter staving van hetgeen beweerd wordt te berde brengen. De werknemer die, na kennis te hebben genomen van de redenen voor het ontslag, beweert dat er in de opgegeven redenen of ondanks de opgegeven redenen sprake is van kennelijk onredelijk ontslag, zal dat dan moeten bewijzen. Op hem rust dus in eerste instantie de bewijslast. Maar dat belet niet dat ook de werkgever niet passief mag blijven en de realiteit van de door hem meegedeelde of van een andere reden die hij naderhand aanvoert, zal moeten bewijzen. 12 De situatie verschilt dus wel fundamenteel van de bewijslastregeling bij beweerde willekeurige afdanking, die de werklieden het comfort geeft alleen te moeten beweren door te betwisten en hen niet oplegt ook te bewijzen. In een tweede hypothese heeft de werkgever de ontslagredenen niet correct meegedeeld. In dat geval mag de werkgever nog altijd redenen opgeven die volgens hem het ontslag de kwalificatie kennelijk onredelijk ontnemen die de werknemer aanvoert. Maar daarvan moet hij dan het bewijs leveren. In een derde hypothese heeft de werkgever de ontslagredenen niet meegedeeld en heeft de werknemer daar niet om gevraagd, hoewel cao nr. 109 hem daartoe het recht geeft. In dat geval is het de werknemer die het bewijs moet leveren van elementen die wijzen op de kennelijke onredelijkheid van het ontslag. Weliswaar staat er niet dat de werknemer dan 12 W. van Eeckhoutte, De motiveringsplicht van de CAO nr Wie moet wat bewijzen?, Socompact 7-13 februari 2014, Intersentia 5

6 de kennelijke onredelijkheid van het ontslag moet bewijzen, maar enkel elementen die daarop wijzen. Maar eigenlijk maakt dat geen verschil uit: een ontslag is kennelijk onredelijk wanneer daarvoor manifest geen behoorlijke redenen zijn. Elementen die op iets manifests wijzen, bewijzen dat uiteraard ook: anders zou het niet manifest zijn OP WELKE ONTSLAGEN IS DE CAO VAN TOEPASSING? De regeling van de ontslagmotivering is niet van toepassing wanneer er sprake is van een ontslag om een dringende reden (art. 2, 4). In dat geval geldt de specifieke regeling van de kennisgeving van de motieven, voorzien in artikel 35 WAO. De regeling van het kennelijk onredelijk ontslag is niet van toepassing op arbeidsovereenkomsten andere dan voor onbepaalde tijd. In de definitie van kennelijk onredelijk ontslag in artikel 8 werd opgenomen dat het een ontslag is van een werknemer die is aangeworven voor onbepaalde tijd. De regelingen van de ontslagmotivering en van het kennelijk onredelijk ontslag zijn helemaal niet van toepassing in de volgende gevallen. Overeenkomstig artikel 2, 2 is de cao noch m.b.t. de motiveringsplicht, noch m.b.t. het kennelijk onredelijk ontslag van toepassing op de werknemers die ontslagen worden: tijdens de eerste 6 maanden van de tewerkstelling. Voorafgaande en aaneensluitende arbeids overeenkomsten voor een bepaalde tijd of voor uitzendarbeid voor een identieke functie bij dezelfde werkgever worden meegeteld voor het bereiken van de eerste 6 maanden tewerkstelling. De definitie van voorafgaande en aaneensluitende contracten is die waarnaar verwezen wordt in artikel 37/4 WAO; tijdens een arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid; tijdens een arbeidsovereenkomst voor studentenarbeid; met het oog op werkloosheid met bedrijfstoeslag; om aan de voor onbepaalde tijd gesloten arbeidsovereenkomst een einde te maken vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de werknemer de wettelijke pensioenleeftijd bereikt; wegens de definitieve stopzetting van de activiteit; wegens de sluiting van hun onderneming in de zin van artikel 3 van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen; en in het kader van een collectief ontslag. Artikel 2, 3, eerste lid bepaalt dat de cao evenmin van toepassing is op de werknemers die het voorwerp uitmaken van een ontslag waarvoor de werkgever een bijzondere ontslagprocedure, vastgelegd bij de wet of een collectieve arbeidsovereenkomst, moet naleven W. van Eeckhoutte, De motiveringsplicht van de CAO nr Wie moet wat bewijzen?, Socompact 7-13 februari 2014, 14 Met bijzondere ontslagprocedures vastgelegd bij wet worden bv. bedoeld: de procedure die gevolgd dient te worden voor een ontslag van de werknemersvertegenwoordigers in de ondernemingsraad of in het comité voor preventie en bescherming op het werk of de niet-verkozen kandidaten voor deze organen op basis van de wet van 19 maart 1991 houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden van de ondernemingsraden en in de comi- 6 Intersentia

7 Artikel 2, 3, tweede lid voegt daaraan toe dat de cao ook niet van toepassing is op de werknemers die het voorwerp zijn van een meervoudig ontslag bij herstructurering, zoals gedefinieerd op sectoraal niveau. Conform artikel 2, 5 is de regeling van de motiveringsplicht en het kennelijk onredelijk ontslag niet toepasselijk voor de werknemers die onder het structurele uitzonderingsregime van de ontslagregels van artikel 70, 4 Wet Eenheidsstatuut vallen. Ook op de werknemers die onder de tijdelijke uitzonderingsontslagregeling van artikel 70, 1 Wet Eenheidsstatuut vallen, is de cao niet van toepassing, maar dan slechts tijdelijk: vanaf 1 januari 2016 zijn de bepalingen m.b.t. de motiveringsplicht en het kennelijk onredelijk ontslag ook op hen van toepassing. Opmerkelijk is wel dat voor beide categorieën werknemers voor de eerste groep voor onbe paalde duur, voor de tweede groep tot 31 december 2015 de cao in een regeling voorziet waarbij de regeling van het willekeurig ontslag van oud artikel 63 WAO wordt hernomen (zie hieronder) HERINVOERING VAN DE WILLEKEURIGE AFDANKING VOOR BEPAALDE CATEGORIEËN ARBEIDERS Vóór de inwerkingtreding van de Wet Eenheidsstatuut bestond er m.b.t. de beoordeling van het rechtsmisbruik bij ontslag een ongelijke behandeling van arbeiders en bedienden. Voor de arbeiders was de kwestie van het misbruik van het ontslagrecht specifiek geregeld door artikel 63 WAO: Onder willekeurig ontslag wordt verstaan, het ontslag van een werkman die aangeworven is voor een onbepaalde tijd, om redenen die geen verband houden met de geschiktheid of het gedrag van de werkman of die niet berusten op de noodwendigheden inzake de werking van de onderneming, de instelling of de dienst. Bij betwisting was het de werkgever die het bewijs moest leveren van de voor het ontslag ingeroepen redenen. Artikel 63 WAO bevatte echter geen vermoeden van willekeurig ontslag, zodat de werkgever niet moest bewijzen dat hij geen rechtsmisbruik pleegde of geen fout beging. Wanneer de werkgever het bestaan aantoonde van een wettige reden voor zijn beslissing tot ontslag, was er geen willekeurig ontslag. Naast de gewone opzegvergoeding moest de werkgever een schadevergoeding wegens willekeurig ontslag betalen die overeenstemde met het loon van zes maanden. De arbeiders konden zich daarnaast ook steeds beroepen op de algemene theorie van het rechtsmisbruik, bijvoorbeeld wanneer zij geen beroep konden doen op artikel 63 WAO. 15 Voor bedienden en handelsvertegenwoordigers bestond er geen enkele wettelijke bepaling over rechtsmisbruik bij ontslag. Zij moesten gebruikmaken van de algemene theorie van het rechts misbruik, met alle daaraan verbonden moeilijkheden (bewijs van het misbruik, bewijs van (de omvang van) de schade die niet gedekt is door de forfaitaire opzegvergoeding, bewijs van het oorzakelijk verband tussen beide). tés voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden ( wet 19 maart 1991 ) of de procedure die gevolgd dient te worden voor een ontslag van de preventieadviseurs op basis van de wet van 20 december 2002 betreffende de bescherming van de preventieadviseurs (Commentaar bij art. 2 van cao nr. 109). 15 Cass. 18 februari 2008, Intersentia 7

8 De Wet Eenheidsstatuut wilde aan dit onderscheid een einde maken. Artikel 38 van de Wet Eenheidsstatuut bepaalt dat de regeling van willekeurig ontslag voor arbeiders ophoudt van toepassing te zijn vanaf de inwerking treding van de cao betreffende de motivering van het ontslag, of, wat de contrac tuele tewerkstelling in de publieke sector betreft, een gelijkaardige regeling. 16 Cao nr. 109 treedt in werking op 1 april 2014 voor de ontslagen gegeven of betekend vanaf die datum. Vanaf die datum houdt de regeling van willekeurig ontslag voor arbeiders dus op van toepassing te zijn. Verdwijnen doet de rechtsfiguur van het willekeurig ontslag evenwel niet: voor bepaalde categorieën arbeiders wordt die namelijk heringevoerd door artikel 11. Zoals hierboven gezegd, is de regeling van de motiveringsplicht en het kennelijk onredelijk ontslag niet van toepassing op bepaalde categorieën werknemers: voor onbepaalde tijd: de werknemers die onder het structurele uitzonderingsregime m.b.t. de ontslagregels van artikel 70, 4 Wet Eenheidsstatuut vallen; tot 31 december 2015: de werknemers die onder het tijdelijk uitzonderingsregime van artikel 70, 1 Wet Eenheidsstatuut vallen. Voor hen geldt, onbepaald in tijd voor de eerste categorie, tot 31 december 2015 voor de tweede, artikel 11: onder willekeurige afdanking wordt verstaan een ontslag van een werknemer die is aangeworven voor een onbepaalde tijd, om redenen die geen verband houden met de geschiktheid of het gedrag van de werknemer of die niet berusten op de noodwendigheden inzake de werking van de onderneming, de instelling of de dienst. Bij betwisting behoort het aan de werkgever het bewijs te leveren van de voor het ontslag ingeroepen redenen. Dit betekent dat voor die categorieën de facto de bepalingen van artikel 63 WAO, dat overeenkomstig artikel 38 Wet Eenheidsstatuut werd afgeschaft, opnieuw worden ingevoerd. Het gaat dan wel om de gevallen waarin de motiveringsplicht t.a.v. die arbeiders ook niet geldt, zodat dan de vraag rijst of België de verplichtingen opgelegd in onder meer artikel 30 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie wel naleeft. Volgens artikel 11, derde lid zal de werkgever die een voor een onbepaalde tijd aangeworven werknemer op willekeurige wijze afdankt, onverminderd artikel 39, 1 WAO aan die werknemer een vergoeding moeten betalen die overeenstemt met het loon van 6 maanden, behalve indien een andere vergoeding is vastgesteld door een door de Koning algemeen verbindend verklaarde cao. Die vergoeding is verschuldigd onafgezien van het feit of de werknemer al dan niet met inachtneming van een opzegtermijn werd afgedankt; zij kan niet samen genoten worden met de vergoeding voorzien in artikel 40 van de Arbeidswet van 16 maart 1971, in de artikelen 16 tot 18 van de wet 19 maart 1991 of in artikel 118, 3, van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen (art. 11, vierde lid cao nr. 109). 16 De Raad van State had ernstige kritiek: Het komt aan de wetgever toe om met betrekking tot de motiveringsplicht in hoofde van de werkgever, dat als een aspect kan worden beschouwd van de bescherming tegen abusief ontslag, de nodige beleidskeuzes te maken en de essentiële elementen te bepalen van de regeling die aldus tot stand wordt gebracht. In geen geval kan deze aangelegenheid in zijn geheel worden overgelaten aan de sociale partners vertegenwoordigd in de NAR of aan de Koning. MvT, Parl.St. Kamer , DOC /001, In de memorie van toelichting wordt hier als volgt op geantwoord: In het kader van zijn autonome bevoegdheid is de NAR bevoegd om een cao te sluiten in de mate dat deze de rechten en verplichtingen van werkgevers en werknemers regelt. De wet bepaalt slechts de gevolgen van het sluiten van een dergelijke overeenkomst door te voorzien dat artikel 63 niet meer van toepassing zal zijn. 8 Intersentia

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Nieuwsbrief Vermeulen Heylen Michiels advocaten www.vermeulen-law.be Onderwerp Motiveringsplicht vanaf 1 april 2014 voor de meeste ontslagen Datum 28 februari 2014 Copyright and disclaimer De

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 109 VAN 12 FEBRUARI 2014 BETREFFENDE DE MOTIVERING VAN HET ONTSLAG ------------------ VERSLAG --------------

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 109 VAN 12 FEBRUARI 2014 BETREFFENDE DE MOTIVERING VAN HET ONTSLAG ------------------ VERSLAG -------------- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 109 VAN 12 FEBRUARI 2014 BETREFFENDE DE MOTIVERING VAN HET ONTSLAG ------------------ VERSLAG -------------- Tengevolge van het arrest van het Grondwettelijk Hof van

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 109 -----------------------------------------------------------------------

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 109 ----------------------------------------------------------------------- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST Nr. 109 ----------------------------------------------------------------------- Zitting van woensdag 12 februari 2014 ----------------------------------------------------

Nadere informatie

Cao 109 Motivering ontslag

Cao 109 Motivering ontslag INFORMATIENOTA STUDIEDIENST Nummer 2014-04 Trefwoord Code Motivering ontslag 00-AHGA Aanmaakdatum 25 maart 2014 Auteur Bram van Goethem Cao 109 Motivering ontslag 1 Rechtsbronnen Art. 38 van de Wet op

Nadere informatie

CAO nr. 109: De ontslagmotiveringsplicht en het kennelijk onredelijk ontslag

CAO nr. 109: De ontslagmotiveringsplicht en het kennelijk onredelijk ontslag CAO nr. 109: De ontslagmotiveringsplicht en het kennelijk onredelijk ontslag NEWSLETTER, MAART 2014 Meer info: www.claeysengels.be info@claeysengels.be Inhoudstafel 1 Huidige regeling... 2 2 Op wie is

Nadere informatie

Titel. Subtitel + auteur

Titel. Subtitel + auteur Titel Subtitel + auteur 1 De nieuwe verplichting tot motivering van het ontslag 2 Inleiding Herinnering van het wettelijk kader : > Ongrondwettelijkheid van de tot 2013 toepasselijke opzegtermijnen en

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Lydian Employment www.lydian.be Onderwerp Ontslagmotivering vanaf 1 april 2014 verplicht Datum 20 februari 2014 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document kan onderworpen zijn aan rechten

Nadere informatie

A D V I E S Nr. 1.891 ------------------------------ Zitting van woensdag 12 februari 2014 --------------------------------------------------

A D V I E S Nr. 1.891 ------------------------------ Zitting van woensdag 12 februari 2014 -------------------------------------------------- A D V I E S Nr. 1.891 ------------------------------ Zitting van woensdag 12 februari 2014 -------------------------------------------------- Harmonisering van het statuut arbeider/bediende Motivering

Nadere informatie

KNIPPERLICHTEN Arbeidsrecht

KNIPPERLICHTEN Arbeidsrecht KNIPPERLICHTEN Arbeidsrecht Guido Lamal Advocaat-Vennoot Curia 1. RSZ op beëindigingsvergoedingen 2. Wet Eenheidsstatuut 3. CAO nr. 109 4. Opzeggingsvergoeding in geval van vermindering van arbeidsprestaties

Nadere informatie

Motivering van het ontslag CAO 109 van de Nationale Arbeidsraad van 12 februari 2014. Dossier unisoc. Link CAO 109 Link Advies nr.

Motivering van het ontslag CAO 109 van de Nationale Arbeidsraad van 12 februari 2014. Dossier unisoc. Link CAO 109 Link Advies nr. Motivering van het ontslag CAO 109 van de Nationale Arbeidsraad van 12 februari 2014 Dossier unisoc Link CAO 109 Link Advies nr. 1891 1 INHOUDSOPGAVE 1 Inhoudsopgave... 1 2 Samenvatting... 2 3 Inleiding...

Nadere informatie

Nightmare on Elm Street. Ontslag van beschermde werknemers en ontslagmotivatie na het eenheidsstatuut

Nightmare on Elm Street. Ontslag van beschermde werknemers en ontslagmotivatie na het eenheidsstatuut Nightmare on Elm Street Ontslag van beschermde werknemers en ontslagmotivatie na het eenheidsstatuut Ontslagmacht en ontslagmotivatie een systeem. In België kan je altijd ontslaan. In sommige gevallen

Nadere informatie

ONTSLAGMOTIVERING. Dirk Heylen

ONTSLAGMOTIVERING. Dirk Heylen ONTSLAGMOTIVERING Dirk Heylen Inleiding / overzicht 2 1. Cao 109 van 12 februari 2014 2. Procedure 3. Wanneer wel/niet? 4. Sancties en andere gevolgen 5. Aandachtspunten Cao 109 van 12 februari 2014 recht

Nadere informatie

Nr januari 2016

Nr januari 2016 Nr. 217 21 januari 2016 Belgisch Staatsblad Sociale zekerheidsverdragen met Argentinië, Moldavië en Albanië België heeft met de landen Argentinië, Moldavië en Albanië een sociaal zekerheidsverdrag afgesloten.

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding... 1

Inhoud. Inleiding... 1 Inhoud Inleiding... 1 1. Algemene (civielrechtelijke) wijzen van beëindiging... 3 1.1. Wederzijdse toestemming... 3 1.2. Overmacht... 5 1.2.1. Wat is beëindigende overmacht?... 5 1.2.2. Bedrijfsbranden

Nadere informatie

CIRCULAIRE. CAO nr. 109 betreffende de motivering van het ontslag. Samenvatting. 6 juni 2014

CIRCULAIRE. CAO nr. 109 betreffende de motivering van het ontslag. Samenvatting. 6 juni 2014 Eva Vandervelden Attaché Competentiecentrum Werk & Sociale Zekerheid T +32 2 515 08 14 F +32 2 515 09 13 ev@vbo-feb.be CIRCULAIRE S. 2014/019 CAO nr. 109 betreffende de motivering van het ontslag 6 juni

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 39 VAN 13 DECEMBER 1983 BETREFFENDE DE VOORLICHTING EN HET OVERLEG INZAKE DE

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 39 VAN 13 DECEMBER 1983 BETREFFENDE DE VOORLICHTING EN HET OVERLEG INZAKE DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 39 VAN 13 DECEMBER 1983 BETREFFENDE DE VOORLICHTING EN HET OVERLEG INZAKE DE SOCIALE GEVOLGEN VAN DE INVOERING VAN NIEUWE TECHNOLOGIEEN ------------------ Gelet op de

Nadere informatie

Cao nr. 109: het kennelijk onredelijk ontslag

Cao nr. 109: het kennelijk onredelijk ontslag FORUM ADVOCATEN BVBA Nassaustraat 37-41 2000 Antwerpen T 03 369 95 65 F 03 369 95 66 E info@forumadvocaten.be W www.forumadvocaten.be Inleiding Cao nr. 109: algemeen Toepassingsgebied, recht op mededeling

Nadere informatie

DE BEËINDIGING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST ONDER HET EENHEIDSSTATUUT

DE BEËINDIGING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST ONDER HET EENHEIDSSTATUUT DE BEËINDIGING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST ONDER HET EENHEIDSSTATUUT DE BEËINDIGING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST ONDER HET EENHEIDS STATUUT Dirk Heylen Ludo Vermeulen Ivo Verreyt Antwerpen Cambridge De beëindiging

Nadere informatie

BIJLAGE. Nieuwe regeling opzeggingstermijnen voor werknemers vanaf 2014

BIJLAGE. Nieuwe regeling opzeggingstermijnen voor werknemers vanaf 2014 BIJLAGE. Nieuwe regeling opzeggingstermijnen voor werknemers vanaf 2014 Algemeen Er is een nieuwe regeling ter bepaling van de opzeggingstermijnen uitgewerkt die in werking treedt op 1 januari 2014. De

Nadere informatie

ONTSLAGMOTIVERING EN KENNELIJK ONREDELIJK ONTSLAG

ONTSLAGMOTIVERING EN KENNELIJK ONREDELIJK ONTSLAG ONTSLAGMOTIVERING EN KENNELIJK ONREDELIJK ONTSLAG Het Centrum voor Beroepsvervolmaking in de Rechten (CBR) is een feitelijk samenwerkingsverband tussen de Raad van de Orde der Advocaten bij de balie te

Nadere informatie

Het eenheidsstatuut: opzeggingstermijnen voor werknemers al in dienst vóór 1 januari 2014

Het eenheidsstatuut: opzeggingstermijnen voor werknemers al in dienst vóór 1 januari 2014 Blijf met ons aan de spits van het sociaal recht 50 2013 6 t.e.m. 12 december Het eenheidsstatuut: opzeggingstermijnen voor werknemers al in dienst vóór 1 januari 2014 Wetsontwerp betreffende de invoering

Nadere informatie

Rolnummer 5775. Arrest nr. 187/2014 van 18 december 2014 A R R E S T

Rolnummer 5775. Arrest nr. 187/2014 van 18 december 2014 A R R E S T Rolnummer 5775 Arrest nr. 187/2014 van 18 december 2014 A R R E S T In zake : de prejudiciële vragen over artikel 63 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, gesteld door de Arbeidsrechtbank

Nadere informatie

--------------------- Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;

--------------------- Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités; COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 64 VAN 29 APRIL 1997 TOT INSTELLING VAN EEN RECHT OP OUDERSCHAPSVERLOF, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE ARBEIDS- OVEREENKOMST NR. 64 BIS VAN 24 FEBRUARI 2015 ---------------------

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER 1990 BETREFFENDE DE NA TE LEVEN PROCEDURE EN DE DUUR VAN DE TIJDELIJKE

Nadere informatie

Out Sim. Handleiding te lezen voor gebruik

Out Sim. Handleiding te lezen voor gebruik Out Sim Handleiding te lezen voor gebruik Om tot een eenvormig statuut voor arbeiders en bedienden te komen, moeten er vanaf 1 januari 2014 nieuwe regels worden toegepast ingeval van beëindiging van een

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 3 FEBRUARI 2014 S.12.0077.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.12.0077.F MASQUELIER nv, Mr. Michèle Grégoire, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen G.M., Mr. François T Kint, advocaat bij het

Nadere informatie

Knipperlichten 2017: Sociaal- en arbeidsrecht

Knipperlichten 2017: Sociaal- en arbeidsrecht Knipperlichten 2017: Sociaal- en arbeidsrecht Nele Van Kerrebroeck 9 februari 2017 - Zaventem 0 Agenda > Knipperlicht 1 Motivering van ontslag en kennelijk onredelijk ontslag: analyse [eerste] rechtspraak

Nadere informatie

INFORMATIESESSIE. Inhoud

INFORMATIESESSIE. Inhoud INFORMATIESESSIE Wet van 26/12/2013 betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen Inhoud Berekening

Nadere informatie

Brugpensioen : hoofdelijke bijdragen en sociale inhoudingen. Belangrijke wijzigingen vanaf 1 april 2010

Brugpensioen : hoofdelijke bijdragen en sociale inhoudingen. Belangrijke wijzigingen vanaf 1 april 2010 Inhoudstafel Nieuwe hoofdelijke bijdragen inzake brugpensioen... 2 Nieuwe hoofdelijke bijdragen inzake pseudobrugpensioen (Canada Dry private sector)... 4 Vrijstelling van de werkgeversbijdrage en de sociale

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 64 VAN 29 APRIL 1997 TOT INSTELLING VAN EEN RECHT OP OUDERSCHAPSVERLOF

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 64 VAN 29 APRIL 1997 TOT INSTELLING VAN EEN RECHT OP OUDERSCHAPSVERLOF COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 64 VAN 29 APRIL 1997 TOT INSTELLING VAN EEN RECHT OP OUDERSCHAPSVERLOF --------------------- Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

Rolnummer 1869. Arrest nr. 84/2001 van 21 juni 2001 A R R E S T

Rolnummer 1869. Arrest nr. 84/2001 van 21 juni 2001 A R R E S T Rolnummer 1869 Arrest nr. 84/2001 van 21 juni 2001 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 63 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, gesteld door de Arbeidsrechtbank

Nadere informatie

AFDELING 1 NIEUWE OPZEGGINGSTERMIJNEN

AFDELING 1 NIEUWE OPZEGGINGSTERMIJNEN INHOUD INLEIDING 11 AFDELING 1 NIEUWE OPZEGGINGSTERMIJNEN 13 1. GEWONE REGELING 13 1.1. Duur 13 1.1.1. In geval van ontslag uitgaande van de werkgever 13 1.1.2. In geval van ontslag uitgaande van de werknemer

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 24 VAN 2 OKTOBER 1975 BETREFFENDE DE PROCEDURE VAN INLICHTING EN RAADPLEGING VAN DE WERKNEMERSVER-

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 24 VAN 2 OKTOBER 1975 BETREFFENDE DE PROCEDURE VAN INLICHTING EN RAADPLEGING VAN DE WERKNEMERSVER- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 24 VAN 2 OKTOBER 1975 BETREFFENDE DE PROCEDURE VAN INLICHTING EN RAADPLEGING VAN DE WERKNEMERSVER- TEGENWOORDIGERS MET BETREKKING TOT HET COLLECTIEF ONTSLAG, GEWIJZIGD

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 10 VAN 8 MEI 1973 BETREFFENDE HET COLLECTIEF ONTSLAG, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREEN-

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 10 VAN 8 MEI 1973 BETREFFENDE HET COLLECTIEF ONTSLAG, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREEN- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 10 VAN 8 MEI 1973 BETREFFENDE HET COLLECTIEF ONTSLAG, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREEN- KOMSTEN NR. 10 BIS VAN 2 OKTOBER 1975, NR. 24 VAN 2 OKTOBER 1975,

Nadere informatie

3 maanden 6 maanden 9 maanden 12 maanden 15 maanden 18 maanden 21 maanden 24 maanden 27 maanden

3 maanden 6 maanden 9 maanden 12 maanden 15 maanden 18 maanden 21 maanden 24 maanden 27 maanden BIJLAGE ARBEIDSREGLEMENT BEEINDIGING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST Art. 23 : Opzegging De opzegging gebeurt op straf van nietigheid op één van de hiernavolgende wijzen : Indien de opzegging uitgaat van de

Nadere informatie

NIEUWE OPZEGTERMIJNEN VANAF 2012. 1. Toepassing in de tijd van de nieuwe reglementering

NIEUWE OPZEGTERMIJNEN VANAF 2012. 1. Toepassing in de tijd van de nieuwe reglementering 1 NIEUWE OPZEGTERMIJNEN VANAF 2012 1. Toepassing in de tijd van de nieuwe reglementering De nieuwe reglementering is van toepassing op de arbeidsovereenkomsten waarvan de uitvoering is ingegaan vanaf 1

Nadere informatie

3 maanden 6 maanden 9 maanden 12 maanden 15 maanden 18 maanden 21 maanden 24 maanden 27 maanden

3 maanden 6 maanden 9 maanden 12 maanden 15 maanden 18 maanden 21 maanden 24 maanden 27 maanden BIJLAGE ARBEIDSREGLEMENT BEEINDIGING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST Art. 23 : Opzegging De opzegging gebeurt op straf van nietigheid op één van de hiernavolgende wijzen : Indien de opzegging uitgaat van de

Nadere informatie

INHOUD. Voorwoord... v Afkortingen... xix DEEL I. INLEIDING. Hoofdstuk 1. Wat is sociaal recht?... 3

INHOUD. Voorwoord... v Afkortingen... xix DEEL I. INLEIDING. Hoofdstuk 1. Wat is sociaal recht?... 3 INHOUD Voorwoord................................................................ v Afkortingen............................................................. xix DEEL I. INLEIDING Hoofdstuk 1. Wat is sociaal

Nadere informatie

Het nieuwe ontslagrecht

Het nieuwe ontslagrecht Het nieuwe ontslagrecht Philippe Stienon, Marleen Porré en Marc Junius Het nieuwe ontslagrecht Verantwoordelijke uitgever: Robert de Mûelenaere Redactie: Philippe Stienon met de medewerking van Marleen

Nadere informatie

DE VERSCHILLENDE REGELINGEN INZAKE OUTPLACEMENT VANAF 1 JANUARI 2014

DE VERSCHILLENDE REGELINGEN INZAKE OUTPLACEMENT VANAF 1 JANUARI 2014 1 april 2014 DE VERSCHILLENDE REGELINGEN INZAKE OUTPLACEMENT VANAF 1 JANUARI 2014 De wet van 26 december 2013 betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen

Nadere informatie

Onderhavig advies licht toe hoe de NAR de uitvoering van het principeakkoord van 23 januari 2012 ziet.

Onderhavig advies licht toe hoe de NAR de uitvoering van het principeakkoord van 23 januari 2012 ziet. Intro In het regeerakkoord van 1 december 2011 werd overeengekomen om, in overleg met de sociale partners, de kwaliteit en de jobkansen in de uitzendarbeid te verbeteren en de regelgeving inzake tijdelijk

Nadere informatie

LANGERE OPZEGTERMIJNEN VOOR DE ARBEIDERS IN DE BOUWSECTOR (PC 124) VANAF 1 JANUARI 2018

LANGERE OPZEGTERMIJNEN VOOR DE ARBEIDERS IN DE BOUWSECTOR (PC 124) VANAF 1 JANUARI 2018 LANGERE OPZEGTERMIJNEN VOOR DE ARBEIDERS IN DE BOUWSECTOR (PC 124) VANAF 1 JANUARI 2018 Op 1 januari 2018 treden de nieuwe, langere en voor de arbeiders in de bouwsector in werking. Hieronder worden de

Nadere informatie

Nieuwe regels voor uitzendarbeid

Nieuwe regels voor uitzendarbeid Nieuwe regels voor uitzendarbeid N E W S L E T T E R, 1 7 J U L I 2 0 1 3 I N H O U D : Nieuw motief: instroom Opeenvolgende dagcontracten Uitgebreider informeren van de Geleidelijke afschaffing van de

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 JUNI 2009 S.09.0001.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.09.0001.N D.F., eiser, vertegenwoordigd door mr. Willy van Eeckhoutte, advocaat bij het Hof van Cassatie, kantoor houdende te 9051 Gent,

Nadere informatie

Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2016 betreffende de veralgemening van het sectorstelsel voor beroepsherinschakeling

Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2016 betreffende de veralgemening van het sectorstelsel voor beroepsherinschakeling PARITAIR COMITÉ VOOR HET VERZEKERINGSWEZEN (PC 306) Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 januari 2016 betreffende de veralgemening van het sectorstelsel voor beroepsherinschakeling Inleiding Gezien de

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 58 VAN 7 JULI 1994 TOT VERVANGING VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 47 VAN 18 DECEMBER 1990 BETREFFENDE DE NA TE LEVEN PROCEDURE EN DE DUUR VAN DE TIJDELIJKE

Nadere informatie

Ontslagrecht 2.0 Stand van zaken

Ontslagrecht 2.0 Stand van zaken Ontslagrecht 2.0 Stand van zaken Olivier Wouters Advocaat - Vennoot Arnout Crauwels Advocaat - Senior Associate Brussel, Claeys & Engels, 12 juni 2018 Claeys & Engels Overzicht 1. Nieuwe opzeggingstermijnen

Nadere informatie

Invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden - inzake de opzeggingstermijnen en proefperioden

Invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden - inzake de opzeggingstermijnen en proefperioden Invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden - inzake de opzeggingstermijnen en proefperioden Als U het misschien al weet verscheen op 26 december 2013 de nieuwe wet betreffende de invoering

Nadere informatie

Inhoudstafel. Voorwoord 15 Eenheidsstatuut 17 Structuur 19 Afbakening 21. Deel I Vóór de beëindiging 23

Inhoudstafel. Voorwoord 15 Eenheidsstatuut 17 Structuur 19 Afbakening 21. Deel I Vóór de beëindiging 23 Voorwoord 15 Eenheidsstatuut 17 Structuur 19 Afbakening 21 Deel I Vóór de beëindiging 23 Inleiding 25 Hoofdstuk 1. Ontslagmacht 27 Hoofdstuk 2. Ontslagbeperkingen 29 Hoofdstuk 3. Ontslagverboden 31 Afdeling

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling SoCompact Van Eeckhoutte, Taquet & Clesse www.bellaw.be Onderwerp Wet op het eenheidsstatuut schaft het proefbeding af Datum 18 december 2013 Copyright and disclaimer De inhoud van dit document

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR ARBEIDER - DEELTIJDS

ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR ARBEIDER - DEELTIJDS ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR ARBEIDER - DEELTIJDS Tussen. vertegenwoordigd door... verder genoemd de werkgever, enerzijds en. verder genoemd de werknemer, anderzijds wordt overeengekomen wat volgt : Aanvang

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR BEPAALDE DUUR (ARBEIDER / BEDIENDE )

ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR BEPAALDE DUUR (ARBEIDER / BEDIENDE ) ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR BEPAALDE DUUR (ARBEIDER / BEDIENDE ) Tussen Mevrouw/Meneer... optredend als gevolmachtigde van de werkgever... straat... nr.... post nr.... plaats... en Mevrouw/Meneer...... straat...

Nadere informatie

Wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités (B.S. 15.I.1969) 65

Wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités (B.S. 15.I.1969) 65 INHOUDSTAFEL Woord vooraf Inhoudsoverzicht Inhoudstafel III V VII I. ARBEIDSRECHT Wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven (B.S. 27/28.IX.1948) (uittreksel: art. 14-36) 3 Wet

Nadere informatie

Eenheidsstatuut: reality of fantasy? Geert Vermeir Manager juridisch kenniscentrum geert.vermeir@sdworx.com

Eenheidsstatuut: reality of fantasy? Geert Vermeir Manager juridisch kenniscentrum geert.vermeir@sdworx.com Eenheidsstatuut: reality of fantasy? Geert Vermeir Manager juridisch kenniscentrum geert.vermeir@sdworx.com The short story Reality? Opzegtermijn, carenzdag, ontslagmotivering, aanvullend pensioen, Fantasy?

Nadere informatie

en laatste punt wordt nagegaan hoe een erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering kan bekomen worden.

en laatste punt wordt nagegaan hoe een erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering kan bekomen worden. Hoofdstuk VII Activerend beleid bij herstructureringen 273 en laatste punt wordt nagegaan hoe een erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering kan bekomen worden. A. Onderneming in

Nadere informatie

Inhoud. VOORWOORD... v. AFKORTINGEN... xix

Inhoud. VOORWOORD... v. AFKORTINGEN... xix VOORWOORD............................................................. v AFKORTINGEN........................................................... xix DEEL I. INLEIDING WAT IS SOCIAAL RECHT?..................................................

Nadere informatie

Nieuwe ontslagregels vanaf 2014

Nieuwe ontslagregels vanaf 2014 Nieuwe ontslagregels vanaf 2014 1. Opzeg door de werkgever: klik hier 2. Opzeg door de werknemer: klik hier Nieuwe ontslagregels vanaf 2014 - opzeg door de werkgever Nieuwe opzeggingstermijnen Vanaf 1

Nadere informatie

A AN B E V E L I N G Nr SUPPLEMENT BOVENOP DE WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN WEGENS SCHORSING

A AN B E V E L I N G Nr SUPPLEMENT BOVENOP DE WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN WEGENS SCHORSING A AN B E V E L I N G Nr. 24 ---------------------------------------- SUPPLEMENT BOVENOP DE WERKLOOSHEIDSUITKERINGEN WEGENS SCHORSING VAN DE UITVOERING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST - WET VAN 12 APRIL 2011

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 27 VAN 27 NOVEMBER 1975 BETREFFENDE DE VERPLICHTING VOOR DE WERKGEVER VERTRAGINGEN IN DE BETALINGEN TE MELDEN

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 27 VAN 27 NOVEMBER 1975 BETREFFENDE DE VERPLICHTING VOOR DE WERKGEVER VERTRAGINGEN IN DE BETALINGEN TE MELDEN COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 27 VAN 27 NOVEMBER 1975 BETREFFENDE DE VERPLICHTING VOOR DE WERKGEVER VERTRAGINGEN IN DE BETALINGEN TE MELDEN ------------------------------- Gelet op de wet van 5 december

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 55 VAN 13 JULI 1993 TOT INSTELLING VAN EEN REGELING VAN AANVULLENDE VERGOEDING VOOR SOMMIGE OUDERE WERKNEMERS, IN GEVAL VAN HAL- VERING VAN DE ARBEIDSPRESTATIES, GEWIJZIGD

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 10 VAN 8 MEI 1973 BETREFFENDE HET COLLECTIEF ONTSLAG, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 10 VAN 8 MEI 1973 BETREFFENDE HET COLLECTIEF ONTSLAG, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 10 VAN 8 MEI 1973 BETREFFENDE HET COLLECTIEF ONTSLAG, GEWIJZIGD DOOR DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMSTEN NR. 10 BIS VAN 2 OKTOBER 1975, NR. 24 VAN 2 OKTOBER 1975, NR.

Nadere informatie

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk 2140000 Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk Sectoraal akkoord 2009 2010... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 april 2009 (92.203)... 2 Invoering van een nieuwe

Nadere informatie

Wet van 20 december 2002 betreffende de bescherming van de preventieadviseurs (B.S. 20.1.2003)

Wet van 20 december 2002 betreffende de bescherming van de preventieadviseurs (B.S. 20.1.2003) Wet van 20 december 2002 betreffende de bescherming van de preventieadviseurs (B.S. 20.1.2003) Artikel 1.- Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet. Hoofdstuk 1.- Toepassingsgebied,

Nadere informatie

Sector van de vlasbereiding

Sector van de vlasbereiding Sector van de vlasbereiding 2014 Dit document is gebaseerd op de reglementering en de bedragen die op 15 oktober 2013 van toepassing waren. 1 De meeste zaken die in de textielagenda staan, zijn ook voor

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 JUNI 2009 S.09.0003.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.09.0003.N PLANBUREAU, naamloze vennootschap, met zetel te 9700 Oudenaarde, Broekstraat 166, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Huguette

Nadere informatie

Laatste aanpassing: 27/03/ Paritair Comité voor de non-ferro metalen

Laatste aanpassing: 27/03/ Paritair Comité voor de non-ferro metalen 1050000 Paritair Comité voor de non-ferro metalen Sectoraal stelsel van de bestaanszekerheid... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 april 2005 (74.724)... 2 Arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur,

Nadere informatie

1 PB nr. C 24 van 31. 1. 1991, blz. 3. 2 PB nr. C 240 van 16. 9. 1991, blz. 21. 3 PB nr. C 159 van 17. 6. 1991, blz. 32.

1 PB nr. C 24 van 31. 1. 1991, blz. 3. 2 PB nr. C 240 van 16. 9. 1991, blz. 21. 3 PB nr. C 159 van 17. 6. 1991, blz. 32. Richtlijn 91/533/EEG van de Raad van 14 oktober 1991 betreffende de verplichting van de werkgever de werknemer te informeren over de voorwaarden die op zijn arbeidsovereenkomst of -verhouding van toepassing

Nadere informatie

Rolnummer 5087. Arrest nr. 156/2011 van 13 oktober 2011 A R R E S T

Rolnummer 5087. Arrest nr. 156/2011 van 13 oktober 2011 A R R E S T Rolnummer 5087 Arrest nr. 156/2011 van 13 oktober 2011 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 67, 81 en 82 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, gesteld

Nadere informatie

We zetten hieronder even de regels voor arbeiders en bedienden verder uiteen:

We zetten hieronder even de regels voor arbeiders en bedienden verder uiteen: Nieuwe ontslagregels vanaf 1 januari 2012 In het kader van de eenmaking van het ontslagstatuut van arbeiders en bedienden, heeft de wetgever een nieuwe stap gezet. Vanaf 1 januari 2012 zullen de ontslagregels

Nadere informatie

van de werkgever Dossier Actualiteit De motivering van het ontslag: nieuwe verplichting voor de werkgever...03

van de werkgever Dossier Actualiteit De motivering van het ontslag: nieuwe verplichting voor de werkgever...03 van de werkgever 3 Maandelijks informatieblad over sociale en fiscale reglementering I Partena I Maart 2014 Dossier De motivering van het ontslag: nieuwe verplichting voor de werkgever....03 Actualiteit

Nadere informatie

Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ

Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ Nieuwsbrief Arbeidsrecht APRIL 2012 DE SOCIALE VERKIEZINGEN KOMEN DICHTERBIJ Terwijl de sociale verkiezingen dichterbij komen en de meeste procedurestappen die de sociale verkiezingen voorafgaan reeds

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 25 VAN 15 OKTOBER 1975 BETREFFENDE DE GELIJKE BELONING VOOR MANNELIJKE EN VROUWELIJKE WERKNEMERS

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 25 VAN 15 OKTOBER 1975 BETREFFENDE DE GELIJKE BELONING VOOR MANNELIJKE EN VROUWELIJKE WERKNEMERS COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 25 VAN 15 OKTOBER 1975 BETREFFENDE DE GELIJKE BELONING VOOR MANNELIJKE EN VROUWELIJKE WERKNEMERS ------------------------- Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 10 SEXIES ------------------------------------------------------------------------------------

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 10 SEXIES ------------------------------------------------------------------------------------ COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 10 SEXIES ------------------------------------------------------------------------------------ Zitting van woensdag 1 april 2009 ------------------------------------------------

Nadere informatie

Nieuwe ontslagregels 2012

Nieuwe ontslagregels 2012 Nieuwe ontslagregels 2012 De IPA wet 2011-2012 voorziet in een eerste stap naar de harmonisering tussen arbeiders en bedienden. Hiervoor worden de ontslagregels vanaf 1 januari 2012 voor beide statuten

Nadere informatie

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarden worden gebracht Terugwinning van metalen

Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarden worden gebracht Terugwinning van metalen Paritair comité voor de ondernemingen waar teruggewonnen grondstoffen opnieuw ter waarden worden gebracht 1420100 Terugwinning van metalen Overgang naar contract van onbepaalde duur... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst

Nadere informatie

--------------------------

-------------------------- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 107 VAN 28 MAART 2013 BETREFFENDE HET KLIKSYSTEEM VOOR HET BEHOUD VAN DE AANVULLENDE VERGOEDING IN HET KADER VAN BEPAALDE STELSELS VAN WERKLOOSHEID MET BEDRIJFSTOESLAG

Nadere informatie

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk

Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk 2140000 Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk Sectoraal akkoord 2009 2010... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 april 2009 (92.203)... 2 Invoering van een nieuwe

Nadere informatie

Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars (B.S. 9.III.1978) (gecoördineerd tot 3 juni 2007)

Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars (B.S. 9.III.1978) (gecoördineerd tot 3 juni 2007) Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars (B.S. 9.III.1978) (gecoördineerd tot 3 juni 2007) Gewijzigd bij: Wet van 15 mei 2007 tot verbetering van het sociaal

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 29 APRIL 2013 S.10.0116.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.10.0116.N S.T., eiseres, vertegenwoordigd door mr. Willy van Eeckhoutte, advocaat bij het Hof van Cassatie, met kantoor te 9051 Gent,

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF JANUARI 2010

NIEUWSBRIEF JANUARI 2010 NIEUWSBRIEF JANUARI 2010 DE ANTI-CRISISMAATREGELEN VOOR DE BEDIENDEN WORDEN VERLENGD De anti-crisismaatregelen, die eerst maar liepen tot 31 december 2009, zijn zoals verwacht verlengd met zes maanden

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 23 mei

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 23 mei A D V I E S Nr. 2.036 ------------------------------ Zitting van dinsdag 23 mei 2017 ------------------------------------------ Activerend beleid bij herstructureringen Wijziging van het KB van 9 maart

Nadere informatie

COMPROMISVOORSTEL MINISTER VAN WERK INZAKE OPZEGTERMIJNEN EN CARENZDAG I.F.V. DE EENMAKING VAN HET STATUUT ARBEIDERS EN BEDIENDEN

COMPROMISVOORSTEL MINISTER VAN WERK INZAKE OPZEGTERMIJNEN EN CARENZDAG I.F.V. DE EENMAKING VAN HET STATUUT ARBEIDERS EN BEDIENDEN 11-7-2013 nota-bis COMPROMISVOORSTEL MINISTER VAN WERK INZAKE OPZEGTERMIJNEN EN CARENZDAG I.F.V. DE EENMAKING VAN HET STATUUT ARBEIDERS EN BEDIENDEN Op de valreep bereikte de tripartite (Regering en sociale

Nadere informatie

Halftijds brugpensioen

Halftijds brugpensioen Halftijds brugpensioen //dossier Eindeloopbaan Inhoud Wat verstaat men onder halftijds brugpensioen?... 01 Onder welke voorwaarden krijgt men toegang tot het halftijds brugpensioen?... 01 Welke procedure

Nadere informatie

Project van wetsvoorstel

Project van wetsvoorstel Project van wetsvoorstel Tot invoering van de mogelijkheid tot verplichte reïntegratie van ontslagen werknemers door wijziging van de wet van 19 maart 1991 houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden

Nadere informatie

AUTEURSRECHTEN EN FISCALITEIT

AUTEURSRECHTEN EN FISCALITEIT AUTEURSRECHTEN EN FISCALITEIT pagina 1 1.) Auteursrechten, naburige rechten en loon. Analyse van het arrest van het Hof van Cassatie dd. 15 september 2014 Moeten naburige rechten onderworpen worden aan

Nadere informatie

Paritair Subcomité voor de betonindustrie

Paritair Subcomité voor de betonindustrie 1060200 Paritair Subcomité voor de betonindustrie Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 juni 2011 (105.351)... 2 Collectieve arbeidsovereenkomst van 13 juli 2017 (140.947)... 4 Anciënniteit 1 Collectieve

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 22 NOVEMBER 2010 S.09.0092.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. S.09.0092.N ECONET VLAAMS BRABANT, vereniging zonder winstoogmerk, met zetel te 1501 Buizingen (Halle), Felix Roggemanskaai 8, eiseres,

Nadere informatie

[2013-07-10] WERKGEVERS EN VAKBONDEN BEREIKEN EEN AKKOORD OVER HET EENHEIDSSTATUUT

[2013-07-10] WERKGEVERS EN VAKBONDEN BEREIKEN EEN AKKOORD OVER HET EENHEIDSSTATUUT [2013-07-10] WERKGEVERS EN VAKBONDEN BEREIKEN EEN AKKOORD OVER HET EENHEIDSSTATUUT Na een marathonvergadering van 27 uur hebben de sociale partners afgelopen vrijdag op de valreep een akkoord bereikt over

Nadere informatie

De positie van de tijdelijke krachten (flexwerkers):

De positie van de tijdelijke krachten (flexwerkers): VAN : Willem van Teeseling AAN : Bestuur en leden SNF BETREFT : Vernieuwingen in wetgeving in kader Wet werk en inkomen. DATUM : 13 juni 2014 C.C. : Op 11 juni 2014 is door de Eerste Kamer de wet aangenomen.

Nadere informatie

Inhoudstafel. Inleiding... 1

Inhoudstafel. Inleiding... 1 ontslagrecht.book Page i Tuesday, February 21, 2006 12:36 PM i Inleiding........................................................... 1 Hoofdstuk 1. De taalwetgeving in sociale aangelegenheden.................

Nadere informatie

Eenheidsstatuut arbeiders-bedienden; van lijdensweg naar definitieve oplossing? door David Joly, Fedelec

Eenheidsstatuut arbeiders-bedienden; van lijdensweg naar definitieve oplossing? door David Joly, Fedelec 10u 10h15 Verwelkoming Eenheidsstatuut arbeiders-bedienden; van door David Joly, Fedelec Bent u goed verzekerd? Specifieke risico s voor een technische bedrijfsinstallatie. door Alex Pire, Federale Verzekeringen

Nadere informatie

Rolnummer 5333. Arrest nr. 157/2012 van 20 december 2012 A R R E S T

Rolnummer 5333. Arrest nr. 157/2012 van 20 december 2012 A R R E S T Rolnummer 5333 Arrest nr. 157/2012 van 20 december 2012 A R R E S T In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 149 van de wet van 30 december 2009 houdende diverse bepalingen, gesteld door de

Nadere informatie

Het eenheidsstatuut: waar staan we vandaag?

Het eenheidsstatuut: waar staan we vandaag? Het eenheidsstatuut: waar staan we vandaag? 1. Van 7 juli 2011 tot 5 juli 2013 Om de zegebulletins te begrijpen moeten we terug in de tijd. Jarenlang vormt het historische onderscheid tussen arbeiders

Nadere informatie

Sociale verkiezingen 2012. Vrijstelling van het organiseren van verkiezingen

Sociale verkiezingen 2012. Vrijstelling van het organiseren van verkiezingen SB.12.033 DIENST BELEIDSCOÖRDINATIE Brussel, 29 maart 2012 VSKO/DB/12.06 Contact: Paul Wille: paul.wille@vsko.be Sociale verkiezingen 2012 Vrijstelling van het organiseren van verkiezingen 1 Context In

Nadere informatie

Uitzonderingen: overeenkomsten voor uitvoering van tijdelijke arbeid en uitzendarbeid en studentenovereenkomsten

Uitzonderingen: overeenkomsten voor uitvoering van tijdelijke arbeid en uitzendarbeid en studentenovereenkomsten 156 141. In de memorie van toelichting wordt de afschaffing van de proefperiode als volgt verantwoord: de relatief korte duur van de nieuwe opzeggingstermijnen tijdens het eerste jaar van tewerkstelling

Nadere informatie

Impact eenheidsstatuut vanuit een Belgisch en Europees ontslagkostperspectief. Nicolaas Vermandel Stijn Demeestere Thomas Martens

Impact eenheidsstatuut vanuit een Belgisch en Europees ontslagkostperspectief. Nicolaas Vermandel Stijn Demeestere Thomas Martens Impact eenheidsstatuut vanuit een Belgisch en Europees ontslagkostperspectief Nicolaas Vermandel Stijn Demeestere Thomas Martens 17 december 2013 Assumpties in cijfer voorbeelden Best practice om een minnelijke

Nadere informatie

Invullen C4 - document

Invullen C4 - document Invullen C4 - document Carlo, ge kunt gaan Dirk Neefs 7/10/2014 2 Invullen C4 - document Gegevens Carlo Van den Brande Geboren op 15 maart 1965 In dienst sedert 1 februari 2013 Geen specifieke opzegtermijnen

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 17 TRICIES -----------------------------------------------------------------------------------

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 17 TRICIES ----------------------------------------------------------------------------------- COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 17 TRICIES ----------------------------------------------------------------------------------- Zitting van dinsdag 19 december 2006 ----------------------------------------------------

Nadere informatie

Studentenarbeid: waarmee moet u rekening houden?

Studentenarbeid: waarmee moet u rekening houden? Studentenarbeid: waarmee moet u rekening houden? Ms. Leen Biesemans Legal Consultant leen.biesemans@groups.be De zomermaanden, waarin veel van uw werknemers verlof opnemen, kunnen voor u de ideale gelegenheid

Nadere informatie