SPK 1 / KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "SPK 1 / 16 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING"

Transcriptie

1 SPK 1 / NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Ceftriaxone Sandoz 1,0 g poeder voor oplossing voor injectie/intraveneuze infusie Ceftriaxone Sandoz 2,0 g poeder voor oplossing voor injectie/intraveneuze infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Ceftriaxone Sandoz 1,0 g poeder voor oplossing voor injectie/intraveneuze infusie: 1 injectieflacon bevat: ceftriaxon (als dinatrium-3,5-h2o) 1,0 g Ceftriaxone Sandoz 2,0 g poeder voor oplossing voor injectie/intraveneuze infusie: 1 injectieflacon bevat: ceftriaxon (als dinatrium-3,5-h2o) 2,0 g Voor een volledige lijst van hulpstoffen zie rubriek FARMACEUTISCHE VORM 1,0 g: poeder voor oplossing voor injectie/intraveneuze infusie 2,0 g: poeder voor oplossing voor injectie/intraveneuze infusie Injectieflacons met een wit tot geelachtig poeder. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 Therapeutische indicaties Ceftriaxon is geïndiceerd voor gebruik tegen ernstige infecties die zeker of waarschijnlijk te wijten zijn aan micro-organismen die gevoelig zijn voor ceftriaxon en een parenterale behandeling vergen (zie rubriek 5.1): bacteriële meningitis pneumonie abdominale infecties, meer bepaald peritonitis en biliaire infecties. Ceftriaxon moet worden gebruikt in combinatie met een ander antibioticum dat dekking kan geven tegen anaëroben. huid- en wekedeleninfecties bot- en gewrichtsinfecties patiënten met late verschijnselen van de ziekte van Lyme (stadium II en III) gonorroe ceftriaxon mag alleen worden gebruikt of in combinatie met een ander antibacterieel middel voor de profylaxe van postoperatieve infecties bij cardiovasculaire chirurgie of urologische procedures en bij colorectale chirurgie. Bij colorectale chirurgie moet ceftriaxon worden gebruikt in combinatie met een ander antibioticum dat dekking kan geven tegen anaeroben. Er moet rekening worden gehouden met de officiële plaatselijke richtlijnen voor een geschikt gebruik van antibacteriële middelen.

2 SPK 2 / Dosering en wijze van toediening Dosering De dosering en de wijze van toediening hangen af van de ernst en de plaats van de infectie, de gevoeligheid van het oorzakelijke micro-organisme en de leeftijd en de toestand van de patiënt. De normale duur van de behandeling hangt af van de respons. Zoals met antibiotica in het algemeen, moet de toediening van ceftriaxon minstens 48 tot 72 uur worden voortgezet nadat de patiënt afebriel is geworden en er tekenen van bacteriële eradicatie zijn verkregen. Volwassenen en adolescenten ouder dan 12 jaar met een lichaamsgewicht 50 kg: De gebruikelijke dosering is 1-2 g ceftriaxon eenmaal daags (om de 24 uur). In geval van ernstige infecties of infecties veroorzaakt door matig gevoelige micro-organismen kan de dosering worden verhoogd tot 4 g eenmaal daags. Bij ongecompliceerde gonorroe bij volwassenen en adolescenten ouder dan 12 jaar en een gewicht 50 kg wordt een enkele dosis van 250 mg ceftriaxon intramusculair gegeven. Meningitis: De behandeling wordt gestart met 100 mg per kg lichaamsgewicht eenmaal daags, maar niet meer dan 4 g per dag. Na bepaling van de gevoeligheid van de pathogeen kan de dosering dienovereenkomstig worden verlaagd. Bij pasgeborenen van 0-14 dagen oud mag de dosering niet hoger zijn dan 50 mg/kg/24 uur. Ziekte van Lyme (stadium II en III): Bij volwassenen en adolescenten ouder dan 12 jaar is de therapeutische dosering 50 mg/kg met een maximum van 2 g ceftriaxon eenmaal daags gedurende 14 dagen. Kinderen: mg/kg lichaamsgewicht eenmaal daags tot een maximumdagdosis van 2 g gedurende 14 dagen. Perioperatieve profylaxe Om postoperatieve infectie te voorkomen bij gecontamineerde en mogelijk gecontamineerde chirurgie, wordt een enkele dosis van 1-2 g aanbevolen, afhankelijk van het infectierisico, 30 tot 90 minuten voor de operatie. Bij colorectale chirurgie moet ceftriaxon worden gegeven in combinatie met een antibacterieel middel dat actief is tegen anaeroben. Ouderen: De volwassen dosering moet niet worden aangepast als de nier- en de leverfunctie bevredigend zijn. Pasgeboren zuigelingen (leeftijd 0-14 dagen): mg per kg lichaamsgewicht intraveneus eenmaal daags (om de 24 uur). Ook bij ernstige infecties mag een dagdosering van 50 mg per kg lichaamsgewicht niet worden overschreden. Kinderen 15 dagen - 12 jaar oud met een lichaamsgewicht < 50 kg: mg per kg lichaamsgewicht intraveneus eenmaal daags (om de 24 uur). Ook bij ernstige infecties mag een dagdosering van 80 mg per kg lichaamsgewicht niet worden overschreden, behalve bij meningitis (zie rubriek 4.2 Speciale aanbevelingen voor de dosering).

3 SPK 3 / 16 Kinderen met een lichaamsgewicht van 50 kg of meer krijgen de gebruikelijke volwassen dosering eenmaal daags (zie hoger). Nierinsufficiëntie: Bij patiënten met een verminderde nierfunctie hoeft de dosering van ceftriaxon niet te worden veranderd op voorwaarde dat de leverfunctie normaal is. Alleen in gevallen van extreme nierinsufficiëntie (creatinineklaring < 10 ml/min.) moet de dagdosering worden beperkt tot een maximum van 2 g. Bij gelijktijdige ernstige nier- en leverinsufficiëntie moeten de plasmaconcentraties van ceftriaxon regelmatig worden gemonitord en moet de dosering dienovereenkomstig worden aangepast. Patiënten die hemodialyse of peritoneale dialyse ondergaan, hebben geen extra dosis ceftriaxon nodig na de dialyse. De plasmaconcentraties moeten echter worden gemonitord om na te gaan of de dosering moet worden aangepast, omdat de eliminatiesnelheid bij die patiënten kan verminderen. Leverinsufficiëntie: De dosering moet niet worden veranderd op voorwaarde dat de nierfunctie normaal is. Bij gelijktijdige ernstige nier- en leverinsufficiëntie moeten de plasmaconcentraties van ceftriaxon regelmatig worden gemonitord en moet de dosering dienovereenkomstig worden aangepast. Wijze van toediening Ceftriaxon kan worden toegediend als een intraveneuze bolusinjectie, een intraveneus infuus of een intramusculaire injectie na reconstitutie van de oplossing volgens de onderstaande richtlijnen (zie rubriek 6.6). Intramusculaire injectie van het geneesmiddel is niet geïndiceerd bij kinderen < 2 jaar. Gebruik geen calciumhoudende verdunningsmiddelen zoals Ringeroplossing of Hartmannoplossing, om Ceftriaxone Sandoz te reconstitueren. Dat kan leiden tot de vorming van partikels. 4.3 Contra-indicaties Overgevoeligheid voor ceftriaxon of een van de cefalosporines. Vroegere onmiddellijke en/of ernstige overgevoeligheidsreactie op penicilline of een ander bètalactamantibioticum. Pasgeborenen met hyperbilirubinemie, vooral prematuren, mogen niet worden behandeld met ceftriaxon. In-vitrostudies hebben aangetoond dat ceftriaxon bilirubine van zijn bindingsplaatsen op serumalbumine kan verdringen en bij die patiënten zou een bilirubineencefalopathie kunnen ontstaan. Behandeling met calcium door het risico op neerslag van ceftriaxon-calciumzouten bij voldragen pasgeborenen. Voor intramusculaire toediening: Contra-indicaties voor lidocaïne moeten worden uitgesloten voordat het tegelijk met ceftriaxon wordt gegeven.

4 SPK 4 / Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik Voordat een behandeling met ceftriaxon wordt gestart, moet zorgvuldig worden nagegaan of de patiënt vroeger overgevoeligheidsreacties heeft vertoond op ceftriaxon, een andere cefalosporine, een penicilline of een ander bètalactamantibioticum. Ceftriaxon is gecontraindiceerd bij patiënten die ooit een overgevoeligheidsreactie hebben vertoond op een cefalosporine of een onmiddellijke en/of ernstige overgevoeligheidsreactie op penicilline of een ander bètalactamantibioticum. Voorzichtigheid is geboden bij toediening van ceftriaxon aan patiënten die ooit een andere overgevoeligheidsreactie op penicilline of een ander bètalactamantibioticum hebben vertoond, of aan patiënten met ernstige allergie of astma. Zelden werden ernstige bijwerkingen gerapporteerd bij te vroeg geboren en voldragen pasgeborenen. Die reacties hebben in sommige gevallen geleid tot de dood. Die pasgeborenen werden behandeld met intraveneus ceftriaxon en calcium. Sommigen hadden ceftriaxon en calcium op verschillende tijdstippen gekregen langs verschillende intraveneuze lijnen. Neerslag van calciumceftriaxonzout werd waargenomen in de longen en de nieren van die dode premature pasgeborenen. Het hoge risico op neerslag is toe te schrijven aan het lage bloedvolume van pasgeborenen. Bovendien is de halfwaardetijd langer dan bij volwassenen. Bij ernstige nierinsufficiëntie die gepaard gaat met leverinsufficiëntie en bij extreme nierinsufficiëntie moet de dosering worden verlaagd zoals beschreven in rubriek 4.2. Als zowel de nierfunctie als de leverfunctie verminderd is en bij dialysepatiënten moet de serumconcentratie van ceftriaxon regelmatig worden gemonitord. Bij te vroeg geboren zuigelingen mag de dagdosering niet hoger zijn dan 50 mg/kg lichaamsgewicht, omdat hun enzymsystemen nog niet rijp zijn. In-vitrostudies hebben aangetoond dat ceftriaxon net zoals sommige andere cefalosporines bilirubine van serumalbumine kan verdringen. Daarom mag ceftriaxon niet worden gebruikt bij pasgeborenen met hyperbilirubinemie, vooral niet bij prematuren door het risico op ontwikkeling van bilirubine-encefalopathie. Af en toe kan vitamine K-deficiëntie optreden. Belangrijk bij patiënten op een zoutarm dieet: Natriumgehalte van ceftriaxon: 1 injectieflacon ceftriaxone 1,0 g bevat 83 mg (3,6 meq) natrium. Zoals met andere cefalosporines kan langdurig gebruik van ceftriaxon resulteren in overgroei van ongevoelige kiemen zoals enterokokken en Candida spp. Bij echografisch onderzoek van de galblaas werden schaduwen waargenomen die werden gehouden voor galstenen, gewoonlijk na toediening van doses die hoger waren dan de normale aanbevolen dosis. Die schaduwen zijn echter precipitaten van calciumceftriaxon, die gewoonlijk verdwijnen na voltooiing of bij stopzetting van de behandeling met Ceftriaxone Sandoz. Bij dergelijke symptomatische gevallen worden conservatieve niet-chirurgische procedures aanbevolen. De behandelend arts moet beslissen of de behandeling met Ceftriaxone Sandoz in die symptomatische gevallen moet worden stopgezet.

5 SPK 5 / 16 Pancreatitis werd zeer zelden gerapporteerd. Pancreatitis is opgetreden bij patiënten met een risico op galstase/slijkvorming, wat het geval kan zijn bij voorafgaande chirurgie, parenterale voeding of een ernstige stoornis. Ceftriaxon kan neerslaan in de galblaas en de nieren en kan dan bij echografie worden gedetecteerd als schaduwen (zie rubriek 4.8). Dat kan gebeuren bij patiënten van eender welke leeftijd, maar wordt vaker gezien bij zuigelingen en kleine kinderen, die gewoonlijk een hogere dosering ceftriaxon per kg lichaamsgewicht krijgen. Bij kinderen moeten doseringen hoger dan 80 mg/kg lichaamsgewicht worden vermeden, behalve bij meningitis, door het hogere risico op biliaire precipitaten. Er zijn geen duidelijke aanwijzingen van galstenen of ontwikkeling van acute cholecystitis bij kinderen of zuigelingen die werden behandeld met ceftriaxon, en een conservatieve aanpak van ceftriaxonprecipitaat in de galblaas wordt aanbevolen. Vermeng aminoglycosiden en ceftriaxon niet in dezelfde spuit of vloeistoffen voor infusie (zie rubriek 6.2). Ceftriaxon met lidocaïne mag nooit worden gebruikt: intraveneus bij zuigelingen jonger dan 30 maanden bij patiënten met een hartblok zonder pacemaker bij patiënten met ernstig hartfalen Hoge intraveneuze doses (> 1 g of 50 mg/kg lichaamsgewicht) ceftriaxon moeten traag worden toegediend (in minstens 30 minuten) om hoge concentraties in de gal te voorkomen. Cefalosporines als klasse worden geadsorbeerd aan het oppervlak van de membraan van rode bloedcellen en reageren met antistoffen die zijn gericht tegen het geneesmiddel, wat resulteert in een positieve Coombstest en af en toe een lichte hemolytische anemie. In dat verband kan er een zekere kruisreactiviteit zijn met penicillines. Met antibiotica geassocieerde diarree, colitis en pseudomembraneuze colitis werden gerapporteerd bij gebruik van ceftriaxon. Die diagnosen moeten worden overwogen bij een patiënt die diarree krijgt tijdens of kort na de behandeling. Ceftriaxon moet worden stopgezet als er ernstige en/of bloederige diarree optreedt tijdens behandeling, en er moet een geschikte behandeling worden ingesteld. Voorzichtigheid is geboden bij gebruik van ceftriaxon bij individuen met een voorgeschiedenis van maag-darmziekte, vooral colitis. Intramusculaire injecties van meer dan 1 g moeten worden verdeeld en toegediend op verschillende plaatsen (zie 6.6). 4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie Bacteriostatische antibiotica Gelijktijdig gebruik van bacteriostatische antibiotica, zoals chlooramfenicol en tetracycline, is af te raden omdat ze de activiteit van bactericide antibiotica, zoals ceftriaxon, antagoneren, vooral bij acute infecties die gepaard gaan met een snelle proliferatie van micro-organismen. Ceftriaxon/probenecid Concomitante toediening van probenecid (1-2 g/dag) kan de biliaire secretie van ceftriaxon remmen. In tegenstelling tot andere cefalosporines, remt probenecid de tubulaire secretie van ceftriaxon niet.

6 SPK 6 / 16 Ceftriaxon/hormonale anticonceptiva Ceftriaxon kan een negatieve invloed hebben op de doeltreffendheid van hormonale anticonceptiva. Het is raadzaam extra niet-hormonale contraceptieve maatregelen te nemen tijdens de behandeling en de eerste maand na de behandeling. Diagnostische laboratoriumtests Cefalosporines als klasse worden geadsorbeerd aan het oppervlak van de membraan van rode bloedcellen en reageren met antistoffen die zijn gericht tegen het geneesmiddel, wat resulteert in een positieve Coombstest en af en toe een lichte hemolytische anemie. In dat verband kan er een zekere kruisreactiviteit zijn met penicillines. Tests voor galactosemie kunnen ook fout positief worden tijdens toediening van ceftriaxon, wat trouwens ook het geval is met veel andere antibiotica. Hetzelfde kan zich voordoen met niet-enzymatizche glucosetests op de urine. Een fout positieve reactie op glucose in de urine kan worden voorkomen door specifieke glucoseoxidasemethoden te gebruiken. 4.6 Zwangerschap en borstvoeding Zwangerschap Er zijn geen toereikende gegevens over het gebruik van ceftriaxon bij zwangere vrouwen. Ceftriaxon gaat door de placenta. Experimenteel onderzoek bij dieren heeft geen reproductietoxiciteit in het licht gesteld. Door de beperkte ervaring is voorzichtigheid geboden bij het voorschrijven aan zwangere vrouwen. Borstvoeding Ceftriaxon wordt in lage concentraties uitgescheiden in de moedermelk. Voorzichtigheid is geboden bij toediening van ceftriaxon aan vrouwen die borstvoeding geven. Diarree en schimmelinfectie van het slijmvlies kunnen optreden bij de zuigeling die borstvoeding krijgt. Het zou dus kunnen dat de borstvoeding moet worden onderbroken. Ook moet worden gedacht aan de mogelijkheid van sensibilisering. 4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen Hoewel geen effecten werden gerapporteerd op het vermogen om te rijden of machines te gebruiken, moet rekening worden gehouden met de mogelijkheid van duizeligheid. 4.8 Bijwerkingen Zelden werden ernstige bijwerkingen gerapporteerd bij te vroeg geboren en voldragen pasgeborenen. Die reacties hebben in sommige gevallen geleid tot de dood. Die pasgeborenen werden behandeld met intraveneus ceftriaxon en calcium. Sommigen hadden ceftriaxon en calcium op verschillende tijdstippen gekregen langs verschillende intraveneuze lijnen. Neerslag van calciumceftriaxonzout werd waargenomen in de longen en de nieren van die dode premature pasgeborenen. Het hoge risico op neerslag is toe te schrijven aan het lage bloedvolume van de pasgeborenen. Bovendien is de halfwaardetijd langer dan bij volwassenen. In deze rubriek worden de bijwerkingen als volgt gedefinieerd:

7 SPK 7 / 16 zeer vaak ( >1/10) vaak (>1/100, <1/10) soms (>1/1.000, <1/100) zelden (>1/10.000, <1/1.000) zeer zelden, met inbegrip ( <1/10.000) van geïsoleerde rapporten Infecties en parasitaire aandoeningen Soms Mycose van de tractus genitalis. Superinfecties met niet-gevoelige micro-organismen. Bloed- en lymfestelselaandoeningen: Zelden Leukopenie, granulocytopenie en eosinofilie. Zeer zelden Stollingsstoornissen. Agranulocytose (< 500/mm³), meestal na 10 dagen behandeling en na een totale dosis van 20 g of meer. Anemie (met inbegrip van hemolytische anemie) en trombopenie. Een lichte verlenging van de protrombinetijd werd beschreven. Immuunsysteemaandoeningen Zelden Anafylactische of anafylactoïde reacties (zie rubriek 4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik), koorts, rillingen, urticaria, pruritus Bij ernstige acute overgevoeligheidsreacties en anafylactische shock moet de toediening van ceftriaxon onmiddellijk worden stopgezet en moeten geschikte spoedmaatregelen worden gestart. Zenuwstelselaandoeningen Soms Hoofdpijn, duizeligheid, vertigo. Maag-darmstelselaandoeningen: Vaak Diarree, misselijkheid, braken, stomatitis, glossitis, emesis. Zeer zelden Pseudomembraneuze enterocolitis (zie rubriek 4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik), pancreatitis, gastro-intestinale bloeding.

8 SPK 8 / 16 Lever- en galwegaandoeningen Zeer vaak Symptomatische neerslag van ceftriaxoncalciumzout in de galblaas van kinderen/reversibele cholelithiasis bij kinderen. De stoornis is zeldzaam bij volwassenen (zie verder). Vaak Verhoogde leverenzymen in het serum (AST, ALT, alkalische fosfatase). Zelden Pancreatitis (zie rubriek 4.4). Symptomatische neerslag van ceftriaxoncalciumzout in de galblaas van volwassenen, die verdween na onderbreking of stopzetting van de behandeling met ceftriaxon. Die opaciteiten hebben zich gewoonlijk alleen voorgedaan na toediening van hogere doses dan de aanbevolen standaarddoses. In de zeldzame gevallen dat de precipitaten gepaard gaan met klinische symptomen zoals pijn, worden symptomatische maatregelen aanbevolen. Stopzetting van de behandeling moet worden overwogen (zie rubriek 4.4). Huid- en onderhuidaandoeningen Vaak Exantheem, allergisch dermatitis, pruritus, rash, urticaria en oedeem. Zelden Syndroom van Stevens-Johnson, syndroom van Lyell, toxische epidermale necrolyse of erythema multiforme. Nier- en urinewegaandoeningen Soms Oligurie, stijging van het serumcreatinine. Zelden Neerslag in de nieren bij pediatrische patiënten. Hematurie kan optreden. Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen Zelden Flebitis na intraveneuze toediening. Dat kan worden verminderd door trage injectie in 2-4 minuten. Pijn op de plaats van injectie. Bij een snelle intraveneuze injectie kunnen intolerantiereacties in de vorm van warmtegevoel of misselijkheid optreden. Dat kan worden voorkomen door een trage injectie (2-4 minuten). Pijn en weefselverharding op de plaats van injectie treden op na intramusculaire injectie. Intramusculaire injectie van ceftriaxon zonder lidocaïne is zeer pijnlijk. Onderzoeken Glucosurie kan optreden.

9 SPK 9 / Overdosering Symptomen Overdosering van parenterale cefalosporines kan convulsies veroorzaken. Op basis van het profiel van bijwerkingen mogen gastro-intestinale symptomen worden verwacht. Behandeling Er is geen specifieke informatie over de behandeling van een overdosering van ceftriaxon. Algemeen moeten ondersteunende maatregelen worden genomen en bij optreden van convulsies moeten anti-epileptica worden overwogen. Ceftriaxon wordt niet verwijderd door hemodialyse of peritoneale dialyse. 5. FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN 5.1 Farmacodynamische eigenschappen Algemene eigenschappen ATC-code: J01DD04 Werkingsmechanisme Ceftriaxon heeft een bactericide activiteit die het gevolg is van remming van de synthese van de bacteriële celwand. Mechanisme van resistentie Ceftriaxon kan actief zijn tegen kiemen die bepaalde bètalactamasen produceren zoals TEM- 1. Maar het wordt geïnactiveerd door bètalactamasen die cefalosporines doeltreffend kunnen hydrolyseren zoals veel van de bètalactamasen met een breed spectrum en chromosomale cefalosporinasen zoals enzymen van het AmpC-type. Ceftriaxon zal allicht niet actief zijn tegen de meeste bacteriën met penicillinebindende proteïnen die de affiniteit voor bètalactamantibiotica verminderen. Resistentie kan ook worden gemedieerd door bacteriële impermeabiliteit of bacteriële pompen die het geneesmiddel uit de cel pompen. Meer dan een van die vier resistentiemechanismen kan aanwezig zijn in dezelfde kiem. Breekpunten Volgens de NCCLS (US National Committee on Clinical Laboratory Standards) werden in 2002 de volgende MIC-breekpunten (µg/ml) (S: gevoelig, I: intermediair, R: resistent) gedefinieerd voor ceftriaxon:

10 SPK 10 / 16 S I R Enterobacteriaceae Pseudomonas aeruginosa, Acinetobacter spp. en andere non- Enterobacteriaceae 32 Staphylococcus spp Haemophilus spp. 2 Neisseria gonorrhoeae Streptococcus pneumoniae (meningitisspecimen) Streptococcus pneumoniae (nonmeningitisspecimen) , Streptococcus viridans Microbiologie De prevalentie van resistentie kan geografisch en in de tijd variëren voor geselecteerde species en plaatselijke informatie over de resistentie is wenselijk, vooral bij de behandeling van ernstige infecties. Zo nodig moet het advies van een expert worden gevraagd als de plaatselijke prevalentie van resistentie zo hoog is dat het nut van het antibioticum bij een aantal infecties in twijfel kan worden getrokken. Soorten Vaak gevoelige soorten Grampositieve aeroben Staphylococcus spp. coagulasenegatieve Staphylococcus aureus * Streptococcus spp. Streptococcus pyogenes * Groep B streptokokken (met inbegrip van Streptococcus agalactiae) Streptococcus pneumoniae * Streptococcus viridans * Gramnegatieve aeroben Citrobacter spp. Citrobacter diversus Citrobacter freundii Escherichia coli * Haemophilus influenzae * Haemophilus parainfluenzae *

11 SPK 11 / 16 Soorten Klebsiella spp. Klebsiella pneumoniae * Klebsiella oxytoca * Moraxella catarrhalis * Morganella morganii Neisseria gonorrhoeae * Neisseria meningitidis * Proteus mirabilis * Proteus vulgaris * Providencia spp. Salmonella spp. Serratia spp. Serratia marcescens Shigella spp. Soorten waarbij verworven resistentie een probleem kan zijn Grampositieve aeroben Staphylococcus epidermidis * Gramnegatieve aeroben Enterobacter spp. Enterobacter aerogenes * Enterobacter cloacae * Inherent resistente soorten Grampositieve aeroben Enterococccus spp. Enterococcus faecalis Enterococcus faecium Listeria monocytogenes Methicillineresistente Staphylococcus spp. Methicillineresistente Staphylococcus aureus Grampositieve anaeroben Clostridium difficile Gramnegatieve aeroben Aeromonas spp. Achromobacter spp. Acinetobacter spp. Alcaligenes spp. Flavobacterium spp. Legionella spp. Proteus vulgaris * Pseudomonas spp. Pseudomonas aeruginosa

12 SPK 12 / 16 Soorten Gramnegatieve anaeroben Bacteroides fragilis. Bacteroides spp. Andere Chlamydia Mycobacteria Mycoplasma Rickettsia spp. * Klinische doeltreffendheid werd aangetoond tegen gevoelige kiemen in goedgekeurde klinische indicaties. Verdere informatie: methicillineresistente en oxacillineresistente stafylokokken (MRSA) zijn resistent tegen alle bestaande bètalactamantibiotica met inbegrip van ceftriaxon. Penicillineresistente Streptococcus pneumoniae is kruisresistent tegen cefalosporines zoals ceftriaxon. Stammen van Klebsiella spp. en Escherichia coli die ESBL s (bètalactamasen met een breed spectrum) produceren, kunnen klinisch resistent zijn tegen behandeling met cefalosporines ondanks ogenschijnlijke in-vitrogevoeligheid, en moeten als resistent worden beschouwd. Sommige stammen van Enterobacter spp., Citrobacter freundii, Morganella spp., Serratia spp. en Providencia spp. produceren induceerbare chromosomaal gecodeerde cefalosporinasen. De inductie of stabiele derepressie van die chromosomale bètalactamasen tijdens of voor blootstelling aan cefalosporines resulteert in resistentie tegen alle bestaande cefalosporines. Het gebruik van ceftriaxon bij infecties die worden veroorzaakt door die pathogenen, moet worden ontmoedigd, vooral als er alternatieven zijn. 5.2 Farmacokinetische eigenschappen Absorptie na intramusculaire toediening De biologische beschikbaarheid van ceftriaxon na intramusculaire toediening is 100%. Distributie Ceftriaxon diffundeert na intraveneuze toediening snel in de weefselvochten, waarbij - als de aanbevolen doseringen worden gebruikt - bactericide concentraties worden bereikt die minstens 24 uur aanhouden. Penetratie in het cerebrospinale vocht: Bij kinderen en zuigelingen bedraagt de diffusie door ontstoken hersenvliezen gemiddeld 17% van de plasmaconcentratie. Dat is ongeveer 4-maal hoger dan als de hersenvliezen niet ontstoken zijn. De concentraties van ceftriaxon in het cerebrospinale vocht 24 uur na intraveneuze toediening van ceftriaxon in een dosering van mg/kg bedragen > 1,4 µg/ml. Bij volwassen patiënten met meningitis geeft toediening van 50 mg per kg lichaamsgewicht 2 tot 24 uur na toediening concentraties in het cerebrospinale vocht die meerdere malen hoger zijn dan de minimale concentraties die vereist zijn om de groei van de meeste verwekkers van meningitis te remmen. Na 24 uur daalt de concentratie in het cerebrospinale vocht tot 1 µg per ml.

13 SPK 13 / 16 Ceftriaxon gaat snel over in moedermelk en verdwijnt opnieuw met een eliminatiehalfwaardetijd van uur. De concentratie in moedermelk is ongeveer 3-4% van de concentratie in het serum van de moeder (0,5-0,7 µg per ml na een dosis van 1 g). De passage van ceftriaxon in moedermelk is klinisch weinig relevant, vooral door de slechte orale absorptie van het geneesmiddel. Ceftriaxon gaat snel over in navelstrengbloed en vruchtwater. De bereikte concentraties (respectievelijk ongeveer 20 µg per ml en 15 µg per ml na een intraveneuze dosis van 2 g) zijn waarschijnlijk voldoende hoog voor de behandeling van maternofoetale infecties. Eiwitbinding In het plasma is ceftriaxon reversibel gebonden aan plasmaproteïnen, vooral albumine; het bindingspercentage daalt naarmate de concentraties van ceftriaxon stijgen, d.w.z. 95% gebonden bij concentraties lager dan 100 µg/ml en 85% gebonden bij concentraties van 300 µg/ml. Metabolisme Ceftriaxon wordt door de darmflora omgezet in inactieve metabolieten. Eliminatie Ceftriaxon wordt als onveranderd geneesmiddel uitgescheiden door de nieren (60%) en de lever (40%). Een tot drie uur na intraveneuze toediening van 1 g ceftriaxon is de concentratie van ceftriaxon in de gal µg/ml. De concentratie in de weefsels van de galblaas is 80 µg/ml. Speciale patiëntengroep De serumhalfwaardetijd bij gezonde volwassenen ligt tussen 6 en 9 uur. Pasgeboren zuigelingen van 3 dagen oud hebben een serumhalfwaardetijd van ongeveer 16 uur en pasgeborenen van 9-30 dagen van ongeveer 9 uur. Bij oudere mensen ouder dan 75 jaar is de gemiddelde eliminatiehalfwaardetijd gewoonlijk 2- tot 3-maal langer dan bij jonge volwassenen. Patiënten met terminale nierinsufficiëntie hebben een significant hogere serumhalfwaardetijd van ongeveer 14 uur. Bij concomitante nier- en leverinsufficiëntie of -stoornissen moet de serumconcentratie van ceftriaxon regelmatig worden gemonitord om de dosering zo nodig aan te passen. In-vitrostudies hebben aangetoond dat ceftriaxon bilirubine van serumalbumine kan verdringen. Daarom is voorzichtigheid geboden als ceftriaxon wordt overwogen voor de behandeling van pasgeborenen zuigelingen met geelzucht, vooral prematuren, door het risico op bilirubine-encefalopathie (zie 4.4). Bij een verminderde nierfunctie neemt de secretie in de gal toe; bij een verminderde leverfunctie neemt de excretie langs de nieren toe. In beide gevallen zal de eliminatiehalfwaardetijd maar licht toenemen. Bij patiënten met een verminderde nier- én leverfunctie kan de halfwaardetijd toenemen.

14 SPK 14 / Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek Preklinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen buiten wat al wordt vermeld in andere rubrieken van de SPK. Deze gegevens zijn afkomstig van conventioneel onderzoek op het gebied van acute toxiciteit, toxiciteit bij herhaalde dosering, genotoxiciteit en productietoxiciteit. Voor intramusculaire toediening Lidocaïne: zie productinformatie voor lidocaïneoplossingen 6. FARMACEUTISCHE GEGEVENS 6.1 Lijst van hulpstoffen Geen 6.2 Gevallen van onverenigbaarheid Ceftriaxonoplossingen mogen niet worden gemengd met of toegevoegd aan oplossingen die andere stoffen bevatten dan diegene die zijn vermeld in rubriek 6.6. Ceftriaxon is niet compatibel met calciumhoudende oplossingen zoals Hartmann- en Ringeroplossing. Op grond van literatuurrapporten is ceftriaxon niet compatibel met amsacrine, vancomycine, fluconazol, aminoglycosiden en labetalol. 6.3 Houdbaarheid Poeder voor oplossing voor injectie/infusie: 3 jaar Gereconstitueerde oplossing: voor onmiddellijk gebruik. 6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren Poeder voor oplossing voor injectie/infusie: Bewaar de container in de buitenverpakking. Gereconstitueerde oplossing: Chemische en fysische stabiliteit werd aangetoond gedurende 24 uur bij 2-8 C. Vanuit microbiologisch standpunt moet het gereconstitueerde product onmiddellijk worden gebruikt. Als het niet onmiddellijk wordt gebruikt, vallen de bewaartijd en de omstandigheden voor gebruik onder de verantwoordelijkheid van de gebruiker. De bewaartijd is niet langer dan 24 uur bij 2 tot 8 C. 6.5 Aard en inhoud van de verpakking Aard 1,0 g poeder voor oplossing voor injectie/intraveneuze infusie: 15 ml injectieflacons van helder glas hydr. klasse III Ph. Eur. gesloten met een gehalogeneerdbutylrubber stop bedekt met een aluminium dop en plastic aftreklipjes.

15 SPK 15 / 16 2,0 g poeder voor oplossing voor injectie/intraveneuze infusie: 30 ml injectieflacons van helder glas hydr. klasse III Ph. Eur. gesloten met een gehalogeneerdbutylrubber stop bedekt met een aluminium dop en plastic aftreklipjes. respectievelijk 50 ml injectieinjectieflacon van helder glas hydr. klasse II Ph. Eur. gesloten met een gehalogeneerdbutylrubber stop bedekt met een aluminium dop en plastic aftreklipjes. Inhoud Voor elke doseringssterkte individuele verpakking met 1 injectieflacon ziekenhuisverpakkingen met 5x1,10x1 (gebundeld), 10, 25, 50, 100 injectieflacons Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht. 6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies Ceftriaxon mag niet in dezelfde spuit worden gemengd met een ander geneesmiddel dan 1% lidocaïnehydrochlorideoplossing (alleen voor intramusculaire injectie). Gebruik geen verdunningsmiddelen die calcium bevatten, zoals Ringer- of Hartmannoplossing, om Ceftriaxone Sandoz te reconstitueren. Dat zou kunnen leiden tot de vorming van partikels. Intramusculaire injectie: Ceftriaxone Sandoz 1,0 g moet worden opgelost in 3,5 ml en Ceftriaxone Sandoz 2,0 g in 7,0 ml van een 1% lidocaïnehydrochlorideoplossing. De oplossing moet diep intramusculair worden toegediend. Doseringen hoger dan 1 g moeten worden verdeeld en op verschillende plaatsen worden toegediend. Oplossingen van lidocaïne mogen niet intraveneus worden toegediend. Intraveneuze injectie: Ceftriaxone Sandoz 1,0 g word opgelost in 10 ml water voor injecties. De injectie moet worden toegediend in de loop van minstens 2-4 minuten direct in een ader of langs de lijn van een intraveneus infuus. Intraveneus infuus: 1 tot 2 g van Ceftriaxone Sandoz moet worden opgelost in 20 tot 40 ml van een van de volgende calciumvrije infuusoplossingen: natriumchloride 0,9%, natriumchloride 0,45% en glucose 2,5%, glucose 5 % of 10%, dextraan 6% in glucose 5% of hydroxyethylzetmeel 6-10% infusies. Zie ook de informatie in rubriek 6.2. Het infuus moet worden toegediend in minstens 30 minuten. Bij reconstitutie voor intramusculaire of intraveneuze injectie geeft het witte tot geeloranje kristallijn poeder een lichtgele tot amberkleurige oplossing. Gereconstitueerde oplossingen moeten visueel worden geïnspecteerd. Alleen heldere oplossingen zonder zichtbare partikels mogen worden gebruikt. Het gereconstitueerde product is voor eenmalig gebruik en ongebruikte oplossing moet worden weggegooid.

16 SPK 16 / HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Sandoz NV Telecom Gardens Medialaan 40 B-1800 Vilvoorde 8. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Ceftriaxone Sandoz 1g: 1472 IS 90 F12 Ceftriaxone Sandoz 2g 30 ml : 1472 IS 91 F12 Ceftriaxone Sandoz 2g 50 ml : 1472 IS 92 F12 9. AFLEVERINGSWIJZE Uitsluitend op medisch voorschrift. 10. DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/HERNIEUWING VAN DE VERGUNNING A. Datum van eerste vergunning : 05/04/2004 B. Datum van hernieuwing van de vergunning : 11. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST A. Datum van de laatste herziening van de SKP : 04/04/2008 B. Datum van de laatste goedkeuring van de SKP :

CHLOORAMFENICOL 5 MG/ML TEVA oogdruppels. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 1 juni : productinformatie Bladzijde : 1

CHLOORAMFENICOL 5 MG/ML TEVA oogdruppels. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 1 juni : productinformatie Bladzijde : 1 1.3.1 : productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Chlooramfenicol 5 mg/ml Teva,. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Chlooramfenicol 5 mg/ml Teva, bevat per ml waterige 5

Nadere informatie

NEOBACITRACINE 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 3. FARMACEUTISCHE VORM 4. KLINISCHE GEGEVENS

NEOBACITRACINE 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 3. FARMACEUTISCHE VORM 4. KLINISCHE GEGEVENS NEOBACITRACINE 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL NEOBACITRACINE, 500 IE/10000 IE zalf 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 g zalf bevat 500 IE bacitracine en 10 000 IE polymyxinesulfaat B. Voor

Nadere informatie

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Meropenem 2 g medicatiecassette 100 ml (ZI )

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Meropenem 2 g medicatiecassette 100 ml (ZI ) 1. Naam van het geneesmiddel Meropenem 1 3 g medicatiecassette 100 ml 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling Bevat per medicatiecassette van 100 ml meropenemtrihydraat overeenkomende met resp.

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde kokosnootolie q.s. ad 1 ml.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde kokosnootolie q.s. ad 1 ml. SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CLAMOXYL L.A. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Amoxicilline trihydrate (= Amoxicilline 150 mg) Alum. Stearaat gefractioneerde

Nadere informatie

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Piperacilline 6 g / Tazobactam 0,75 g medicatiecassette, 100 ml (ZI-16112571)

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Piperacilline 6 g / Tazobactam 0,75 g medicatiecassette, 100 ml (ZI-16112571) 1. Naam van het geneesmiddel Piperacilline 6 g / Tazobactam 0,75 g medicatiecassette, 100 ml 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling Bevat per medicatiecassette van 100 ml piperacilline natrium.1water

Nadere informatie

Kruidvat Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp. 1000 mg paracetamol.

Kruidvat Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp. 1000 mg paracetamol. 1.3.1.1 SmPC Page 1 of 5 1.3.1.1 SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS Samenvatting van de productkenmerken 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Kruidvat Paracetamol 120 mg, zetpillen. Kruidvat Paracetamol 240 mg,

Nadere informatie

CHLOORAMFENICOL TEVA 10 MG/G oogzalf. Chlooramfenicol Teva 10 mg/g bevat 10 mg chlooramfenicol per gram oogzalf.

CHLOORAMFENICOL TEVA 10 MG/G oogzalf. Chlooramfenicol Teva 10 mg/g bevat 10 mg chlooramfenicol per gram oogzalf. 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Chlooramfenicol Teva 10 mg/g, 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Chlooramfenicol Teva 10 mg/g bevat 10 mg chlooramfenicol

Nadere informatie

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Actief bestanddeel: Gezuiverd capsulair Vi polyoside van Salmonella typhi (stam Ty2): 25 microgram

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Actief bestanddeel: Gezuiverd capsulair Vi polyoside van Salmonella typhi (stam Ty2): 25 microgram SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL TYPHIM Vi, 25 microgram/dosis, oplossing voor injectie Polyoside buiktyfusvaccin 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Eén dosis

Nadere informatie

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Flucloxacilline 3 g in 100 ml medicatiecassette

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Flucloxacilline 3 g in 100 ml medicatiecassette 1. Naam van het geneesmiddel Apotheek Haagse Ziekenhuizen 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling Bevat per medicatiecassette van 100 ml flucloxacillinenatriummonohydraat overeenkomend met 3 g watervrij

Nadere informatie

AUREOMYCIN oogzalf. AUREOMYCIN Oogzalf (ERFA) XIV B 1 c. Naam van het geneesmiddel: AUREOMYCIN, 1 % oogzalf

AUREOMYCIN oogzalf. AUREOMYCIN Oogzalf (ERFA) XIV B 1 c. Naam van het geneesmiddel: AUREOMYCIN, 1 % oogzalf AUREOMYCIN oogzalf AUREOMYCIN Oogzalf (ERFA) XIV B 1 c Naam van het geneesmiddel: AUREOMYCIN, 1 % oogzalf Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling: Oogzalf met 1 % chloortetracyclinehydrochloride. Voor

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL SURAMOX 10% 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: amoxicilline (als amoxicillinetrihydraat)

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Amoxicilline trihydrat. (= Amoxicilline 150 mg) Polysorbat. 80 Alum. Monostearas Ethyl. oleas q.s. ad 1 ml.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Amoxicilline trihydrat. (= Amoxicilline 150 mg) Polysorbat. 80 Alum. Monostearas Ethyl. oleas q.s. ad 1 ml. SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CLAMOXYL Ready-To-Use 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Amoxicilline trihydrat. (= Amoxicilline 150 mg) Polysorbat. 80

Nadere informatie

Lokale antibiotische behandeling van infecties veroorzaakt door gevoelige kiemen. Behandeling van huidinfecties: - impetigo - furunkels

Lokale antibiotische behandeling van infecties veroorzaakt door gevoelige kiemen. Behandeling van huidinfecties: - impetigo - furunkels SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL NEOBACITRACINE, 500 IE/10000 IE zalf 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 g zalf bevat 500 IE bacitracine en 10 000 IE polymyxinesulfaat

Nadere informatie

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Aztreonam 8g = 120ml elastomeerpomp

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Aztreonam 8g = 120ml elastomeerpomp 1. Naam van het geneesmiddel Aztreonam 8 g in 120 ml elastomeerpomp 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling Bevat per elastomeerpomp van 120 ml 8 gram aztreonam. Voor een volledige lijst van hulpstoffen,

Nadere informatie

Cefepim Fresenius Kabi 1 g poeder voor oplossing voor injectie of infusie Cefepim Fresenius Kabi 2 g poeder voor oplossing voor injectie of infusie

Cefepim Fresenius Kabi 1 g poeder voor oplossing voor injectie of infusie Cefepim Fresenius Kabi 2 g poeder voor oplossing voor injectie of infusie SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Cefepim Fresenius Kabi 1 g poeder voor oplossing voor injectie of infusie Cefepim Fresenius Kabi 2 g poeder voor oplossing voor injectie

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/6 1 NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CEFALEXINE Kela 50 mg, tabletten voor honden KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddeel: Cefalexinum

Nadere informatie

Men moet rekening houden met de officiële lokale richtlijnen in verband met het juiste gebruik van antibacteriële middelen.

Men moet rekening houden met de officiële lokale richtlijnen in verband met het juiste gebruik van antibacteriële middelen. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Ceftriaxon Fresenius Kabi 2 g, poeder voor oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Iedere injectieflacon met poeder voor oplossing voor infusie

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL BRONCHO-VAXOM Kinderen, capsules, hard BRONCHO-VAXOM Volwassenen, capsules, hard 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING BRONCHO-VAXOM

Nadere informatie

Cefuroxim Fresenius Kabi 1500 mg, poeder voor oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Cefuroxim Fresenius Kabi 1500 mg, poeder voor oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Samenvatting van de productkenmerken 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Cefuroxim Fresenius Kabi 1500 mg, poeder voor oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke flacon bevat 1500

Nadere informatie

Cefuroxim Sandoz 250 mg omhulde tabletten Cefuroxim Sandoz 500 mg omhulde tabletten

Cefuroxim Sandoz 250 mg omhulde tabletten Cefuroxim Sandoz 500 mg omhulde tabletten 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Cefuroxim Sandoz 250 mg omhulde tabletten Cefuroxim Sandoz 500 mg omhulde tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Cefuroxim Sandoz 250 mg bevat 300.72 mg cefuroximaxetil

Nadere informatie

BOOTS PHARMACEUTICALS PARACETAMOL 500 MG tabletten. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 2 juni : Productinformatie Bladzijde : 1

BOOTS PHARMACEUTICALS PARACETAMOL 500 MG tabletten. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 2 juni : Productinformatie Bladzijde : 1 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Boots Pharmaceuticals Paracetamol 500 mg,. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per tablet 500 mg paracetamol. Voor hulpstoffen,

Nadere informatie

MUPIROCINE NEVIK 20 MG/G zalf

MUPIROCINE NEVIK 20 MG/G zalf 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Mupirocine Nevik 20 mg/g, 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Mupirocine, 20 mg per gram. Voor hulpstoffen, zie 6.1. 3. FARMACEUTISCHE

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Addaven bevat: 1 ml 1 injectieflacon (10 ml)

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Addaven bevat: 1 ml 1 injectieflacon (10 ml) SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Addaven concentraat voor oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Addaven bevat: 1 ml 1 injectieflacon (10

Nadere informatie

Bactroban neuszalf v3.2 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Bactroban neuszalf v3.2 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Bactroban 2% Neuszalf 20 mg/g 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Iedere gram zalf bevat 20 mg mupirocine (als mupirocine-calcium).

Nadere informatie

SKP NL versie Clindabuc 200

SKP NL versie Clindabuc 200 BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN - 1 - 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL CLINDABUC 200 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per in vieren deelbare tablet: 226,67 mg clindamycine

Nadere informatie

Module (0307.3v.AV) (^PCH

Module (0307.3v.AV) (^PCH Module 1.3.1 (0307.3v.AV) (^PCH MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 26 maart 2007 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Mupirocine 20 mg/g PCH, 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL TROBICIN 2 g poeder en oplosmiddel voor suspensie voor injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING - poeder: wit tot gebroken

Nadere informatie

Gerenvooieerde versie CALCIPOTRIOL 50 MICROGRAM/G ZALF PCH zalf

Gerenvooieerde versie CALCIPOTRIOL 50 MICROGRAM/G ZALF PCH zalf 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Calcipotriol 50 microgram/g PCH,. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Zalf: calcipotriol 50 microgram per gram. Hulpstoffen:

Nadere informatie

Sandoz B.V. Page 1/9 Ceftriaxon Sandoz 1313-V Package Leaflet april 2015

Sandoz B.V. Page 1/9 Ceftriaxon Sandoz 1313-V Package Leaflet april 2015 Sandoz B.V. Page 1/9 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIENT Ceftriaxon Sandoz 0,25 g intramusculair, poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie Ceftriaxon Sandoz 0,5 g intramusculair, poeder en

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Vancocin CP 250 mg, capsules 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Vancocin CP 250 mg, capsules, bevatten vancomycinehydrochloride,

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Paracetamol Mylan 1 g, tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per tablet 1000 mg paracetamol Voor een volledige lijst

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 NAAM VAN HET GENEESMIDDEL TYPHIM Vi, 25 microgram/dosis, oplossing voor injectie Polyoside buiktyfusvaccin 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Eén dosis

Nadere informatie

THIAMINE HCL TEVA 25 MG THIAMINE HCL TEVA 50 MG THIAMINE HCL TEVA 100 MG tabletten

THIAMINE HCL TEVA 25 MG THIAMINE HCL TEVA 50 MG THIAMINE HCL TEVA 100 MG tabletten 1.3.1 : Productinformatie Blz. : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Thiamine HCl Teva 25 mg,. Thiamine HCl Teva 50 mg, Thiamine HCl Teva 100 mg, 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Thiamine HCl

Nadere informatie

16024 GHRH SPC SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

16024 GHRH SPC SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL GHRH Ferring 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Een ampul poeder voor injectievloeistof bevat 66,7 µg somatorelineacetaat,

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Rocephine 1 g poeder en oplosmiddel voor oplossing voor IV injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING De injectieflacons

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Water voor Injecties B. Braun, oplosmiddel voor parenteraal gebruik

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Water voor Injecties B. Braun, oplosmiddel voor parenteraal gebruik SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Water voor Injecties B. Braun, oplosmiddel voor parenteraal gebruik 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1000 ml oplosmiddel

Nadere informatie

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE A SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Amo-Colmix w.o. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per gram: Werkzame bestanddelen: Colistinesulfaat 500.000

Nadere informatie

ETOS AMYLMETACRESOL PLUS DICHLOORBENZYLALCOHOL HONING & CITROEN zuigtabletten

ETOS AMYLMETACRESOL PLUS DICHLOORBENZYLALCOHOL HONING & CITROEN zuigtabletten 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde: 1 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke zuigtablet bevat: Amylmetacresol 0,60 mg 2,

Nadere informatie

Sandoz GmbH Page 1/8 Exogran 1313-V6 1.3.1.3 Package Leaflet oktober 2008

Sandoz GmbH Page 1/8 Exogran 1313-V6 1.3.1.3 Package Leaflet oktober 2008 Sandoz GmbH Page 1/8 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER Exogran 0,5 g, poeder voor oplossing voor injectie Exogran 1 g, poeder voor oplossing voor injectie/infusie Exogran 2 g, poeder voor oplossing

Nadere informatie

LACTULOSE KELA 500ML FLES

LACTULOSE KELA 500ML FLES LACTULOSE KELA 500ML FLES LACTULOSE KELA NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Lactulose Kela vloeistof voor oraal gebruik (KELA PHARMA) ATC5 Rangschikking Klasse Omschrijving MAAGDARMKANAAL EN STOFWISSELING LAXANTIA

Nadere informatie

Hulpstof met bekend effect: Opticrom, oogdruppels bevat benzalkoniumchloride. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

Hulpstof met bekend effect: Opticrom, oogdruppels bevat benzalkoniumchloride. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Opticrom, oogdruppels, oplossing 20 mg/ml Opticrom Unit Dose, oogdruppels, oplossing 20 mg/ml 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL FLAMMAZINE 1% Crème 50 g 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Zilversulfadiazine 1 g per 100 g crème. Voor hulpstoffen:

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER 1.3.1.3 Bijsluiter BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Cefazoline Sandoz1 g poeder voor oplossing voor injectie Cefazoline Sandoz2 g poeder voor oplossing voor injectie Cefazoline Sandoz2 g poeder

Nadere informatie

Dettol Deel IB 1 Samenvatting van productkenmerken. Dettol chloroxylenol 48 mg/ml, concentraat voor oplossing voor cutaan gebruik

Dettol Deel IB 1 Samenvatting van productkenmerken. Dettol chloroxylenol 48 mg/ml, concentraat voor oplossing voor cutaan gebruik 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Dettol chloroxylenol 48 mg/ml, concentraat voor oplossing voor cutaan gebruik 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Chloroxylenol 4,8 % g/v Voor hulpstoffen, zie rubriek

Nadere informatie

Albert Heijn Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp mg paracetamol.

Albert Heijn Paracetamol 120, 240, 500 en 1000 mg, zetpillen bevatten als werkzaam bestanddeel per zetpil 120, 240, 500 resp mg paracetamol. 1.3.1.1 SmPC Page 1 of 5 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Albert Heijn Paracetamol 120 mg, zetpillen. Albert Heijn Paracetamol 240 mg, zetpillen. Albert Heijn Paracetamol 500 mg, zetpillen. Albert Heijn Paracetamol

Nadere informatie

2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Vancomycine CNP 500 mg, poeder voor oplossing voor infusie Vancomycine CNP 1000 mg, poeder voor oplossing voor infusie Vancomycine Lees goed de hele bijsluiter

Nadere informatie

4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik

4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik 1/6 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Pipram 400, tabletten 400 mg 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Pipemidinezuurtrihydraat overeenkomend met 400 mg pipemidinezuur.

Nadere informatie

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Vi-polysaccharide van Salmonella typhi (Ty2 stam)

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Vi-polysaccharide van Salmonella typhi (Ty2 stam) 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Typherix, oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit Tyfus polysaccharidevaccin 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke dosis vaccin à 0,5 ml bevat: Vi-polysaccharide

Nadere informatie

1.3.1 Samenvatting van de Productkenmerken Affusine, 20 mg/g crème Pagina 1/5 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

1.3.1 Samenvatting van de Productkenmerken Affusine, 20 mg/g crème Pagina 1/5 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN Affusine, 20 mg/g crème Pagina 1/5 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Affusine 20 mg/g crème 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Bevat per gram crème 20 mg fusidinezuur.

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Kruidvat Amylmetacresol Plus Dichloorbenzylalcohol honing & citroen zuigtabletten

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Kruidvat Amylmetacresol Plus Dichloorbenzylalcohol honing & citroen zuigtabletten SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Kruidvat Amylmetacresol Plus Dichloorbenzylalcohol honing & citroen zuigtabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke zuigtablet

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL LONGAMOX 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel / Werkzame bestanddelen: Per ml: Amoxicilline

Nadere informatie

Volwassenen 1-2 tabletten per keer, maximaal 6 tabletten per dag.

Volwassenen 1-2 tabletten per keer, maximaal 6 tabletten per dag. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Propyfenazon comp. MAE, tabletten. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per tablet: 150 mg propyfenazon, 250 mg paracetamol en 50 mg coffeïne. Voor hulpstoffen zie

Nadere informatie

Thymoseptine is een traditioneel geneesmiddel op basis van planten; het gebruik bij deze specifieke indicatie is uitsluitend gebaseerd op traditie.

Thymoseptine is een traditioneel geneesmiddel op basis van planten; het gebruik bij deze specifieke indicatie is uitsluitend gebaseerd op traditie. Thymoseptine 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Thymoseptine siroop 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 5 ml siroop bevat 750 mg vloeibaar extract (1:1) van Thymus vulgaris L., herba (tijm). Oplosmiddel

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIENT

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIENT Sandoz B.V. Page 1/9 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIENT Ceftriaxon Sandoz 0,25 g intramusculair, poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie Ceftriaxon Sandoz 0,5 g intramusculair, poeder en

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT,

DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, BD/2013/REG NL 9677/zaak 360804 DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, In overeenstemming met de MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT, Gezien het verzoek van Kombivet B.V. te HOOGERHEIDE

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Zaditen 0,25 mg/ml, oogdruppels, oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Eén ml bevat 0,345 mg ketotifenfumaraat, wat

Nadere informatie

LAXEERSTROOP TEVA 667 mg/ml, stroop. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 9 februari : Productinformatie Bladzijde : 1

LAXEERSTROOP TEVA 667 mg/ml, stroop. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 9 februari : Productinformatie Bladzijde : 1 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Laxeerstroop Teva. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Laxeerstroop Teva is een waterige oplossing van 667 mg lactulose per

Nadere informatie

CEFTRIAXON 0,5 1 G PCH poeder voor oplossing voor injectie CEFTRIAXON 2 G PCH poeder voor oplossing voor infusie

CEFTRIAXON 0,5 1 G PCH poeder voor oplossing voor injectie CEFTRIAXON 2 G PCH poeder voor oplossing voor infusie 1.3.1 : Bijsluiter Bladzijde : 1 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Ceftriaxon 0,5 g PCH, Ceftriaxon 1 g PCH, Ceftriaxon 2 g PCH, ceftriaxon Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel

Nadere informatie

Summary of product characteristics

Summary of product characteristics 1.3.1.1 Summary of product characteristics 1.3.1.1-1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Zilversulfadiazine CF 10 mg/g, crème 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 10 mg zilversulfadiazine per gram crème.

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose 20% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose 30% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose

Nadere informatie

Package leaflet

Package leaflet CF 100 mg/ml, injectievloeistof RVG 50810 1.3.1.3 Package leaflet 1.3.1.3-1 Bijsluiter: informatie voor de gebruiker CF 100 mg/ml, injectievloeistof Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel

Nadere informatie

Summary of the Product Characteristics

Summary of the Product Characteristics 1.3.1.1 Summary of the Product Characteristics 1.3.1.1-1 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN November 2015 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL LACTEOL 170 mg, capsule 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING - Lactobacillus acidophilus, geïnactiveerd... 5x10

Nadere informatie

Het werkzame bestanddeel is Cefotaxime natrium. Andere bestanddelen (hulpstoffen); de ampul oplosmiddel bevat water voor injectie.

Het werkzame bestanddeel is Cefotaxime natrium. Andere bestanddelen (hulpstoffen); de ampul oplosmiddel bevat water voor injectie. Lees deze bijsluiter zorgvuldig door voordat u start met het gebruik van dit geneesmiddel. Bewaar deze bijsluiter, het kan nodig zijn om deze nogmaals door te lezen. Heeft u nog vragen, raadpleeg dan uw

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Rilexine 300 mg tablet voor grote hond 2. KWANTITATIEVE EN KWALITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

VITAMINE C TEVA 250 MG VITAMINE C TEVA 100 MG. VITAMINE C TEVA 500 MG tabletten

VITAMINE C TEVA 250 MG VITAMINE C TEVA 100 MG. VITAMINE C TEVA 500 MG tabletten 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Vitamine C Teva 50 mg, Vitamine C Teva 100 mg, Vitamine C Teva 250 mg, Vitamine C Teva 500 mg, 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

Version 7.3.1, 03/2010 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Version 7.3.1, 03/2010 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN Version 7.3.1, 03/2010 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Norit 200, capsules 200 mg, hard 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING De capsule bevat 200

Nadere informatie

Aandacht dient te worden gegeven aan de officiële richtlijnen over het juiste gebruik van antibacteriële middelen.

Aandacht dient te worden gegeven aan de officiële richtlijnen over het juiste gebruik van antibacteriële middelen. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Claforan, poeder voor oplossing voor injectie 250 mg Claforan, poeder voor oplossing voor injectie 1000 mg 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Claforan bevat als

Nadere informatie

Amoxicilline Sandoz 250mg/5ml poeder voor orale suspensie 1 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Amoxicilline Sandoz 250mg/5ml poeder voor orale suspensie 1 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SPK 1 /14 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Amoxicilline Sandoz 250mg/5ml poeder voor orale suspensie 1 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml gereconstitueerde suspensie bevat 57,4 mg amoxicilline

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN = BIJSLUITER

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN = BIJSLUITER SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN = BIJSLUITER 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL FLAMMAZINE 1% Crème 20 g FLAMMAZINE 1% Crème 500 g 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Zilversulfadiazine 1 g per

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL SYNULOX Ready-To-Use 2. SAMENSTELLING Amoxycillinetrihydraat (= amoxycilline 140 mg) Kaliumclavulanaat (= clavulaanzuur 35 mg) Excipient:

Nadere informatie

Carprofelican 50 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Carprofelican 50 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Carprofelican 50 mg/ml oplossing voor injectie voor honden en katten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke ml bevat: Werkzaam bestanddeel: Carprofen Hulpstof:

Nadere informatie

4.4 SPECIALE WAARSCHUWINGEN VOOR IEDERE DIERSOORT WAARVOOR HET GENEESMIDDEL BESTEMD IS

4.4 SPECIALE WAARSCHUWINGEN VOOR IEDERE DIERSOORT WAARVOOR HET GENEESMIDDEL BESTEMD IS SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Rilexine 75 (cephalexine) Diergeneeskundig gebruik 2. KWANTITATIEVE EN KWALITATIEVE SAMENSTELLING Cephalexine (monohydraat)... 75 mg

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Rilexine 600 mg tablet voor grote hond 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel Cefalexine (als

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT = BIJSLUITER

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT = BIJSLUITER SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT = BIJSLUITER 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL FLAMMACERIUM crème 500 g 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Zilversulfadiazine 1,0 g, ceriumnitraat 2,2

Nadere informatie

Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend met 20 mg natriumcromoglicaat per ml.

Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend met 20 mg natriumcromoglicaat per ml. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Natriumcromoglicaat oogdruppels 20 mg/ml, oogdruppels, oplossing 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend met 20 mg natriumcromoglicaat

Nadere informatie

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Vancomycine 4 g elastomeerpomp, 120 ml

Apotheek Haagse Ziekenhuizen. SPC Individuele Bereidingen. Vancomycine 4 g elastomeerpomp, 120 ml 1. Naam van het geneesmiddel Vancomycine 1 4 g elastomeerpomp, 120 ml 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling Bevat per elastomeerpomp van 120 ml vancomycinehydrochloride overeenkomend met resp.

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Lactulose 680 mg/ml drank 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke ml drank bevat 0,68 g lactulose. Voor de volledige lijst

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Pulmocap Thymus, stroop 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml stroop (overeenkomend met 1,1 g) bevat 110 mg (0,11 ml) vloeibaar

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS Urfamycine 500 mg poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie Urfamycine 750 mg poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie Thiamfenicol Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel

Nadere informatie

Thiamini hydrochloridum 100 mg/ml, oplossing voor injectie thiaminehydrochloride

Thiamini hydrochloridum 100 mg/ml, oplossing voor injectie thiaminehydrochloride 1.3.1 : Bijsluiter Bladzijde : 1 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Thiamini hydrochloridum 100 mg/ml, thiaminehydrochloride Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken

Nadere informatie

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1.3.1.1 Samenvatting van de productkenmerken 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Paracetamol Sandoz 500 mg tabletten Paracetamol Sandoz 1 g tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke tablet

Nadere informatie

Elke capsule bevat fenoxymethylpenicilline kalium overeenkomend met 250 mg fenoxymethylpenicilline.

Elke capsule bevat fenoxymethylpenicilline kalium overeenkomend met 250 mg fenoxymethylpenicilline. 1.3.1.1 Summary of product characteristics 1.3.1.1-1 Samenvatting van de productkenmerken 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Fenoxymethylpenicilline CF 250 mg, capsules. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Lactulose EG 10 g, poeder voor drank 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING : Lactulose 670 mg/ml Lactulose EG 10 g, poeder voor

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCT KENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCT KENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCT KENMERKEN 20141114 Pagina 1 van 6 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL GAVISCON ADVANCE Muntsmaak Unidose suspensie voor oraal gebruik 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT Ceftriaxone Mylan 1 g/3,5 ml poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie (IM) Ceftriaxone Mylan 1 g poeder voor oplossing voor injectie (IV) Ceftriaxone Mylan

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN Pagina 1 van 6 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Framycetinesulfaat 7.800 I.E./ml. Hulpstoffen met bekend effect: Soframycine bevat 0,02 mg fenylkwiknitraat per

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN (Ref )

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN (Ref ) SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN (Ref. 14.03.2014) 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Antistax Forte filmomhulde tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Een filmomhulde tablet bevat 360

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Uro-tainer chloorhexidinediacetaat 1:5000, spoelvloeistof voor blaas- en catheterspoeling 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SKP 1/11 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Cefuroxim Sodium Sandoz 750 mg poeder voor oplossing voor injectie Cefuroxim Sodium Sandoz 1500 mg poeder voor oplossing voor injectie Cefuroxim Sodium Sandoz 1500

Nadere informatie

ASPI-kel 65%, 650 mg/g, poeder voor toediening in het drinkwater

ASPI-kel 65%, 650 mg/g, poeder voor toediening in het drinkwater 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL ASPI-kel 65%, 650 mg/g, poeder voor toediening in het drinkwater Acetylsalicylzuur 650 mg/g 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzaam bestanddeel: Acidum

Nadere informatie

NOSCAPINE HCl TEVA 1 MG/ML stroop. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 13 november : Productinformatie Bladzijde : 1

NOSCAPINE HCl TEVA 1 MG/ML stroop. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 13 november : Productinformatie Bladzijde : 1 1.3.1 : Productinformatie Bladzijde : 1 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Noscapine HCl Teva 1 mg/ml, 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Noscapine HCl Teva 1 mg/ml bevat 1 mg noscapinehydrochloride

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. NORGALAX, 0,12 g / 10 g, gel voor rectaal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. NORGALAX, 0,12 g / 10 g, gel voor rectaal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL NORGALAX, 0,12 g / 10 g, gel voor rectaal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Actief bestanddeel: Natriumdocusaat 0,12

Nadere informatie

BIJSLUITER. runderen en varkens.

BIJSLUITER. runderen en varkens. BIJSLUITER CEVAXEL 50 mg/ml, poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie voor runderen en varkens. 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT

Nadere informatie

1 g gel bevat 10 mg clindamycine (1% w/w) overeenkomend met 11,88 mg clindamycinefosfaat. Voor een volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

1 g gel bevat 10 mg clindamycine (1% w/w) overeenkomend met 11,88 mg clindamycinefosfaat. Voor een volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Zindaclin 1% GEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 g gel bevat 10 mg clindamycine (1% w/w) overeenkomend met 11,88

Nadere informatie

Samenvatting van de Kenmerken van het Product

Samenvatting van de Kenmerken van het Product 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Vitalipid Novum Adult, concentraat voor oplossing voor infusie Vitalipid Novum Infant, concentraat voor oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 / 6 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Pulmocap Hedera, stroop 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml siroop (overeenkomend met 1,1 g) bevat 5,4 mg extract

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Hepeel; Tabletten 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 tablet (301,5 mg) bevat: Colocynthis D6 90 mg Veratrum album

Nadere informatie

Addiphos Samenvatting van Product Kenmerken

Addiphos Samenvatting van Product Kenmerken Samenvatting van Product Kenmerken 1 NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Addiphos 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Een ml Addiphos bevat: Monokaliumfosfaat Dinatriumfosfaat 2H20 Kaliumhydroxide 170,1

Nadere informatie

Water voor injecties Fresenius Kabi, oplosmiddel voor parenteraal gebruik.

Water voor injecties Fresenius Kabi, oplosmiddel voor parenteraal gebruik. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Water voor injecties Fresenius Kabi, oplosmiddel voor parenteraal gebruik. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Water voor injecties 100 g Per 100 ml oplosmiddel

Nadere informatie