Fianne Konings en Marjo Berendsen over Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs door Jacolien de Nooij

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Fianne Konings en Marjo Berendsen over Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs door Jacolien de Nooij"

Transcriptie

1 Fianne Konings en Marjo Berendsen over Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs door Jacolien de Nooij De publicatie van Fianne Konings, Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs 1, is voor culturele instellingen, naast het theoretisch kader ontwikkeld door Barend van Heusden, een interessant en belangrijk document over mogelijke toepassingen van het theoretisch kader. Hierin is te lezen hoe een instelling systematisch naar cultuureducatief aanbod kan kijken en hoe kan worden nagedacht over afstemming met het onderwijs. Nu, bijna anderhalf jaar later, kijken we hoe de Fianne Konings publicatie ontvangen is en op welke manier er al met het analyse-instrument uit het onderzoek wordt gewerkt. We spreken hierover met Fianne Konings zelf en ervaringsdeskundige Marjo Berendsen, zij is adviseur cultuureducatie en Cultuur in de Spiegel bij Plein C in Noord- Marjo Berendsen Holland. Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs is verschenen in november Welke reacties hebben jullie gekregen op deze publicatie? Marjo: Ik merk dat de instellingen over het algemeen eerst meer moeten weten over Cultuur in de Spiegel. Het analyse-instrument uit het artikel van Fianne is nog vrij onbekend bij de culturele instellingen, maar ze zijn er zeker wel in geïnteresseerd. Ze zien hoe belangrijk het is dat je dezelfde taal spreekt en dat er samenhang is tussen hun activiteit en wat er op school gebeurt. Fianne: De opdracht voor dit onderzoek is gegeven even door het Fonds voor Cultuurparticipatie met als doel de bijdrage van culturele instellingen aan basisscholen te versterken en beter te kunnen evalueren. Het analyse-instrument uit deze publicatie is een eerste product uit mijn onderzoek, waarmee de instellingen een eerste stap kunnen maken in het analyseren van hun culturele activiteiten. Wat ik, net als Marjo, ook merk is dat mensen het theoretisch kader eerst goed willen begrijpen. Daar moet ik in mijn lezingen dus tijd aan besteden, en daardoor komt het onderdeel afstemming tussen instellingen en onderwijs uit mijn artikel minder aan bod. Wel hoor ik terug dat de nadruk op afstemming in plaats van samenwerking als zinvol wordt ervaren. Samenwerken om 1 Deze publicatie is te downloaden via de website van het Fonds voor Cultuurparticipatie en via de bibliotheek op de website van Cultuur in de Spiegel.

2 het samenwerken, daar zijn mensen wel klaar mee. Ze willen hun aanbod goed met het onderwijs afstemmen zodat het aanbod betekenisvol wordt voor de leerlingen. Marjo: Als wij bij Plein C met instellingen in gesprek gaan, is de afstemming tussen scholen en hun culturele omgeving een vast onderwerp. Dan verwijzen we altijd naar het analyse-instrument van Fianne. De instellingen worden door het analyse-instrument aangespoord om hun keuzes goed te onderbouwen en hun activiteit in te passen in het onderwijs. Fianne: Die bewustwording van je keuzes, daar gaat het om, dat heeft prioriteit. Vooralsnog laat dit artikel vooral zien hoe systematisch naar cultuureducatief aanbod gekeken kan worden en zet het wellicht aan tot denken over de inhoud van het huidige aanbod en de afstemming hierover tussen culturele instellingen en scholen. Wordt het artikel ook zo opgepakt en is het op deze manier bruikbaar? Marjo: Het artikel met analyse-instrument is nog niet bij iedereen bekend en dat is natuurlijk zonde. Dus het is heel goed dat het analyse-instrument nu in de spotlights wordt gezet. Fianne: Je kunt het analyse-instrument al gebruiken, maar het is ontwikkeld als onderzoeksinstrument. Daarmee heb ik onderzocht hoe het aanbod van culturele instellingen kan bijdragen aan cultuuronderwijs, dit kan versterken en hoe je dit kunt evalueren. Het instrument kan instellingen helpen om zich bewust te worden van hoe hun aanbod in het grotere geheel past, zowel inhoudelijk als wat betreft je rol en werkwijze in de afstemming. Marjo: Daarvoor vind ik het heel bruikbaar. In november en december heb ik een aantal workshops gegeven, waarin we hebben gewerkt met het analyse-instrument van Fianne. De deelnemers hebben met het instrument een bestaand educatief programma of cultuurproject geanalyseerd. Daar was goed te zien dat de educatief medewerkers van de instellingen meer inzicht kregen in hoe hun aanbod beter kan aansluiten bij de leerlingen en bij de rest van het curriculum. Vooral voor dat laatste, de plaats van hun activiteit in het grotere geheel, was veel interesse. Is het voor educatiemedewerkers eenvoudig om de omschakeling naar het denken vanuit onderwerp, vaardigheden en media te maken? Marjo: Het is deels een heel andere manier van denken om gericht een onderwerp uit te werken vanuit vaardigheden of media. Zowel docenten als educatiemedewerkers vinden het niet altijd gemakkelijk, hoe je op een goede manier kunt aanzetten tot reflectie, aansluitend bij de leerling. Dat wordt soms ook wel opgevat als een beperking, alsof er alleen aandacht zou mogen zijn voor reflectie. Wat we willen is dat de instellingen zorgvuldig nadenken over wat ze willen bereiken het moet meer zijn dan een marketingsausje voor je aanbod. Als adviseurs kunnen we de educatiemedewerkers daarin ondersteunen. Daarbij stimuleren we altijd dat scholen en instellingen hierover samen in gesprek gaan. 2

3 Denken de culturele instellingen al voldoende na over de samenhang met het onderwijs? Fianne: Wat mij opvalt, is dat er vooral samenhang wordt gezocht in de vaardigheden (waarnemen, verbeelden, conceptualiseren en analyseren). Vanuit mijn onderzoek gezien zou je samenhang juist moeten zoeken in het onderwerp. Daar wordt vaak te snel aan voorbij gegaan. Marjo: Daar ben ik het niet mee eens. Scholen werken juist steeds meer thematisch. Regelmatig krijgen instellingen een vraag als we gaan een project doen over (bijvoorbeeld) water, is daar een theatervoorstelling of archiefdocumentatie over?. Dan gaat het niet over doelen, vaardigheden of media, maar over wat de school wil met de buitenschoolse activiteit binnen dat thema. Fianne: Dat is eigenlijk precies wat ik ook bedoel. Ze hebben een onderwerp, maar dan moet je nadenken over wat je wilt bereiken met dat onderwerp, en waarom je op dat moment die kinderen op die wijze op dat onderwerp laat reflecteren. De relevantie van het onderwerp voor leerlingen, daar gaat het om. Marjo: Wanneer culturele instellingen zo n brede vraag over een project over water krijgen, kunnen ze een school helpen door goed door te vragen naar wat de school precies wil, wat ze verder nog doen in het kader van dat project en hoe de instelling daaraan kan bijdragen. Daarbij is het belangrijk dat je niet puur vanuit je eigen aanbod denkt en soms ook nee moet zeggen, omdat het niet past bij jouw kracht of omdat je onvoldoende capaciteit hebt. Uiteindelijk wil je allebei een positieve en leerzame ervaring voor de leerling. Vragenlijst voor analyse en ontwerp van educatie activiteiten De onderstaande selectie vragen is een voorbeeld van hoe het artikel van Fianne Konings gebruikt kan worden om beargumenteerde keuzes te maken: Over welk onderwerp worden de leerlingen bewust(er) gemaakt? Welke basisvaardigheden worden geoefend? Welke mediavaardigheden worden ingezet? Sluit dit aan bij (de ontwikkeling van) de leerlingen? Bij welke vakken sluit de les aan? In paragraaf 2.4 en 3.5 van het artikel vindt u de uitgebreidere analyseinstrumenten afstemming en inhoud. In het artikel van Fianne wordt gesteld dat het nastreven van de samenhang tussen cultuuronderwijs en andere onderwijsgebieden hoofdtaak is van het onderwijs en de culturele instelling hierin slechts een dienende rol kunnen hebben. Veel scholen zijn op dit moment nog aan het zoeken naar en experimenteren met een voor hen werkbare vorm van deze samenhang. Moeten de instellingen dan maar afwachten totdat de scholen deze vorm hebben gevonden of kunnen ze een actievere houding aannemen? Fianne: De instellingen moeten zo snel mogelijk met de scholen om tafel. Ik vind het essentieel dat de educatiemedewerkers de docent bij dat gesprek zien als een gelijkwaardige partner. Zonder te willen generaliseren zie ik dat er nu vaak wordt ingezet op de deskundigheidsbevordering van leerkrachten. Dat is interessant, maar laat de educatiemedewerker vooral ook leren van leerkrachten over leerlingen en onderwijs. Marjo: Zowel de instellingen als het onderwijs hebben behoefte aan de verduidelijking en versterking van de positie van cultuuronderwijs. Dat is een gedeeld belang. Cultuur in de Spiegel laat zien, welke rol cultuuronderwijs heeft binnen het hele onderwijs en laat de samenhang zien van 3

4 cultuuronderwijs met vakken als taal, rekenen en wereldoriëntatie, en dat is de meerwaarde. Ik zie wel dat in het veld veel behoefte is aan praktische ondersteuning bij het werken met de theorie. Met name grotere instellingen willen niet afwachten, maar juist anticiperen op de vraag vanuit scholen en dus al van start gaan met het ontwikkelen van aanbod vanuit Cultuur in de Spiegel. Moeten de culturele instellingen zich nu niet teveel schikken naar het onderwijs? Marjo: Nee, dat denk ik niet. Je moet als instellingen goed weten wat je eigen kennis, aanbod en mogelijkheden zijn en daarna ga je in overleg met de scholen om te kijken waar ze naar op zoek zijn en of jij dat kunt bieden. Uiteindelijk gaat het om de ontwikkeling van de leerling, en daar wil je beide een zo waardevol mogelijke bijdrage aan leveren. Wat is jullie advies aan de culturele instellingen? Fianne Gebruik het theoretisch kader als een gedeeld referentiekader van waaruit je werkt. Marjo: Als cultuuraanbieder is het goed te beseffen dat scholen verschillende keuzes maken in de hoeveel tijd die ze willen besteden aan cultuuronderwijs. De ene school wil van jou simpelweg geschikt aanbod afnemen, een andere school wil graag dat jij met hen meedenkt en dat je aansluit bij wat zij al op school doen. Respecteer die keuze en probeer daar zo goed mogelijk op in te spelen. Fianne: Besef ook dat je niet gelijk je hele werkwijze hoeft om te gooien. Analyseer eerst wat je al wel doet en waar je tevreden mee bent. Vanuit die bewustwording kun je volgende stappen nemen. Soms kom je al veel verder door dat wat je al doet doelgerichter te formuleren. Marjo: Nog een tip: Maak gebruik van de kennis van de adviseurs in jouw regio 2. Ze kunnen op maat meedenken met je plannen. En houd in de gaten wat er in de komende tijd aan deskundigheidsbevordering en praktische instrumenten wordt aangeboden. Welke bronnen raden jullie aan? Fianne: De Inhouds-3hoek van de aio s 3. Dit is een goede manier om te checken wat je precies doet. Ook is het heel nuttig om de handelingen van de leerling in de activiteiten (wat moet hij of zij precies doen?) in werkwoorden te beschrijven en deze op te zoeken in de Inhouds-3hoek bij de basisvaardigheden, dat helpt je om nog beter te begrijpen waar je mee bezig bent. Ga er vooral actief mee aan de slag. Je krijgt het theoretisch kader in de vingers door ermee te werken, niet door alleen te lezen. Marjo. En Fiannes onderzoek natuurlijk. Ik vind het heel goed dat daar nu weer even extra aandacht aan wordt besteed, want cultuuronderwijs wordt vormgegeven door scholen en culturele instellingen samen

5 Voor meer informatie over Plein C kijkt u op Het artikel van Fianne Konings is te downloaden via de website van het Fonds voor Cultuurparticipatie. Om direct naar het artikel te gaan scant u de QR-code hiernaast met uw tablet of smartphone of kopieert u onderstaande link in uw browser. Wilt u een gesprek met een van de adviseurs Cultuur in de Spiegel in de regio Noord-Holland, neem dan contact op met Vibeke Roeper van Plein C via of vibekeroeper@cultuurcompagnie.nl. Op de website vindt u een handige samenvatting als voorbereiding op het artikel van Fianne Konings. Kopieer onderstaande link in uw browser of scan de QR-code hiernaast met uw tablet of smartphone. instellingen/samenwerken-met-het- onderwijs/de-voorbereiding/doorlopende-leerlijn-analyse-i 5