geeft de planten water

Transcriptie

1 geeft de planten water 1. Regenverhaal regengeluiden nabootsen Geef de kinderen allerlei kosteloos materiaal waarmee ze mogen experimenteren. Ze proberen hiermee regengeluiden te produceren. Mogelijkheden: met een plastic zak frutselen rijst of maïs in een buis steken en de uiteinden dichtplakken met de vingers op een blik tikken Vertel een verhaal waarin het veel regent. Tijdens het verhaal duid je kinderen aan die een passend geluid maken bij bepaalde scènes. Wissel voldoende af met weersomstandigheden: druppelen, storm, donder en bliksem, stortregenen (heel hard regenen) recorder, plastic zakken, kroonkurken, nagels, rijst, zand, regenbuis, aluminiumfolie Uitbreiding Je kan de geluiden/verhalen opnemen met een recorder. Zet een cd met regengeluiden op als achtergrondmuziek. Muzische vorming, Muziek 2.5 Muzische vorming, Beeld 1.5 Nederlands, Luisteren 1.5 AFLEVERING 8 / thema B het regent, het zegent / 1. Regenverhaal

2 2. Regendans een regendans maken Beluister samen met de kinderen een muziekstuk. Bedenk samen enkele bewegingen die regen, wolken, wind, zon imiteren. Noteer enkele bewegingen door middel van een tekening of pictogram. Zet de muziek opnieuw op. Steek de tekeningen afwisselend omhoog. De kleuters voeren de gepaste beweging uit. Varieer de snelheid waarmee je de tekeningen toont. cd-speler, muziekstuk (bv. instrumentale Zuid-Amerikaanse muziek), papier, stift Muzische vorming, Beweging 4.4 Lichamelijke opvoeding, Motorische competenties 1.6 en 1.21 Nederlands, Schrijven 4.2 Nederlands, Taalbeschouwing 5.2 AFLEVERING 8 / thema B het regent, het zegent / 2. Regendans

3 3. Daken vergelijken waarneming van de daken en dakpannen (wandeling) Ga op stap in de omgeving van de school. Kijk naar de daken van de verschillende huizen die je tegenkomt (platte, schuine, zwarte, rode ). Bespreek met de kinderen wat je ziet: Waaruit bestaat een dak? (dakpannen, schoorsteen, dakgoten, regenpijp ) Waarvoor dienen al deze dingen? Wie/wat kan er soms nog op een dak liggen/staan? (zwarte Piet, duiven, katten, bouwvakkers, papa, klimop, mos, voetbal, regen ) buiten op straat of op de speelplaats Opmerkingen Let erop dat de kinderen de verkeersregels naleven. Uitbreiding Je kunt foto s trekken van de verschillende daken om later te bespreken in de klas. Deze foto s kan je ook in zwart-wit afdrukken en de kinderen op de daken personen of voorwerpen laten tekenen. Wereldoriëntatie, Verkeer, Mobiliteit 6.11 en 6.12 Wereldoriëntatie, Ruimtelijke ordening 6.9 Wereldoriëntatie, Techniek 2.2 Nederlands, Spreken 2.6 AFLEVERING 8 / thema B het regent, het zegent / 3. Daken vergelijken

4 4. Laarzen sorteren laarzen sorteren De kinderen brengen hun eigen laarzen mee van thuis en jij die van jou. Samen met de groep overloop je de laarzen. Je kunt de laarzen een aantal keren sorteren volgens verschillende criteria: kleur, zool, grootte Bespreek ook het materiaal: zijn ze allemaal van hetzelfde materiaal gemaakt? Hoe voelt dat materiaal? Vraag wat het nut is van laarzen. Wanneer doe je laarzen aan? Wanneer niet? De kinderen tonen ook hoe ze hun laarzen aan- en uitdoen. Bedenk tot slot met hen een laarzendans op het liedje Het regent, het zegent., in de kring laarzen van ieder kind Uitbreiding Met verf en (behang)papier kan je een afdruk maken van de zool van de laarzen en zo een schilderij maken. Wiskundige initiatie, Meten 2.1, 2.2 en 2.3 Wereldoriëntatie, Levende en niet-levende natuur 1.8 Muzische vorming, Beweging 4.2 AFLEVERING 8 / thema B het regent, het zegent / 4. Laarzen sorteren

5 5. Regenmassage regenmassage met de handen uitvoeren De kinderen zitten op een rij achter elkaar. Ze kijken naar elkaars rug en geven elkaar een rugmassage. Vertel hierbij een verhaaltje, waarbij de kinderen bewegingen uitvoeren op de rug van het kind voor hen. Doe de bewegingen voor: Het is een mooie dag vandaag, de zon schijnt en iedereen is blij! (met vlakke hand cirkels wrijven). Maar er komen toch hier en daar enkele wolkjes te voorschijn met af en toe een druppeltje. (hier en daar af en toe een licht tikje geven met de vinger) Er komen als maar meer en meer regendruppels bij (sneller zachte tikjes geven en na een tijdje tik je met alle vingers tegelijk, het blijft nog zacht) De wolken worden nu wel echt grijs en het begint heel hard te regenen, (met alle vingers tegelijk snel op de rug trommelen) het water stroomt van de daken (met beide handen van hoofd naar schouders naar rug wrijven) Het begint te onweren en te hagelen, (met de vuist op de rug kloppen, maar niet te hard) maar na een tijdje begint het weer iets zachter te regenen. (opnieuw zachte tikjes geven met alle vingers tegelijk) En geleidelijk aan mindert de regen. (hier en daar af en toe een licht tikje geven met de vinger) Na regen komt zonneschijn: (met vlakke hand cirkels wrijven) de zon is terug, maar wat zien we daar in de lucht met al die kleurtjes? Een regenboog! (een boog tekenen met de vingers) AFLEVERING 8 / thema B het regent, het zegent / 5. Regenmassage

6 Opmerkingen Als het te moeilijk is om alle kleuters achter elkaar te laten zitten, kan je ze ook per twee laten zitten. Eén kleuter zit dan voor de andere kleuter. Zo kan de kleuter die op de grond zit, echt genieten van de massage zonder dat hij een andere kleuter moet masseren. Je vertelt het verhaal gewoon twee keer, zodat beide kleuters een keer gemasseerd worden. Lichamelijke opvoeding, Motorische competenties 1.16 en 1.29 Lichamelijke opvoeding, Bewegingsantwoorden 1.32 Lichamelijke opvoeding, Sensorische prikkels 1.39 Nederlands, Luisteren 1.4 AFLEVERING 8 / thema B het regent, het zegent / 5. Regenmassage

7 6. Paraplu paraplu s testen (experiment) Test samen met de kinderen de functionaliteit van paraplu s. Ze mogen zelf onder verschillende paraplu s staan, waar de andere kinderen water, zand of rijst over gieten. Worden ze nat of vuil? Waarom niet? Welke paraplu vinden ze het best? buiten verschillende soorten paraplu s, water, zand, rijst Opmerkingen De kinderen kunnen een eigen paraplu van thuis meebrengen. Deze activiteit is nog eenvoudiger om te doen als het echt regent. Wereldoriëntatie, Natuur 1.2 en 1.8 Wereldoriëntatie, Techniek 2.2 en 2.10 AFLEVERING 8 / thema B het regent, het zegent / 6. Paraplu