WATERSCHAP DE DOMMEL DRAAIBOEK VERONTREINIGING OPPERVLAKTEWATEREN
|
|
- Jurgen Vos
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 WATERSCHAP DE DOMMEL DRAAIBOEK VERONTREINIGING OPPERVLAKTEWATEREN Dit calamiteitenbestrijdingsplan is een onderdeel van het Calamiteitenplan Waterschap De Dommel goedgekeurd door het DB d.d 12 maart 2008
2 Versiebeheer Dit calamiteitenbestrijdingsplan wordt regelmatig geactualiseerd. Aanpassingen of wijzigingen worden via de actualiseringscyclus in het plan of in de bijlagen opgenomen. Eens in de vier jaar wordt het plan opnieuw vastgesteld. De wijziging krijgt een nummer mee dat uit drie delen bestaat. Het eerste nummer wordt alleen veranderd als het document structureel wordt herzien (bijvoorbeeld als over 4 jaar het calamiteitenbestrijdingsplan opnieuw wordt vastgesteld). Het tweede nummer betreft aanmerkelijke tussentijdse wijzigingen in de opzet en inhoud van het rapport. Het derde nummer verwijst naar de regelmatige aanpassingen in de actualiteit van gegevens of kleine tekstuele aanpassingen (gemiddeld één per kwartaal). De eerste versie gaat in per 1 februari 2008 en krijgt versienummer Het calamiteitenbestrijdingsplan staat altijd in de meeste actuele vorm op intranet. De proceseigenaren en de actieteamleiders krijgen een papierenversie en alle wijzigingen nog eens op papier nagezonden. Versie nummer Beschrijving van de wijzigingen Datum Definitieve versie voor verspreiding febr Verontreiniging oppervlaktewater versie februari
3 INHOUDSOPGAVE INLEIDING CALAMITEITENPLAN EN DRAAIBOEK SCHAAL EN ORGANISATIESTRUCTUUR UITGANGSPUNTEN VOOR OPSCHALING STRUCTUUR CALAMITEITENORGANISATIE Organisatiestructuur bij schaal Organisatiestructuur bij schaal Organisatiestructuur bij schaal Organisatiestructuur bij schaal INCIDENTEN STANDAARD INCIDENT NR. 1 : VERONTREINIGING DOOR LOZING ORGANISCH AFVAL STANDAARD INCIDENT NR. 2: DIRECTE LOZING OLIEHOUDEND MATERIAAL STANDAARD INCIDENT NR. 3 : DIRECTE LOZING VERZAMELD AFVALWATER VANUIT HUISHOUDEN OF BEDRIJF STANDAARD INCIDENT NR. 4: DUMPINGEN GEVAARLIJK AFVAL STANDAARD INCIDENT NR. 5: RIOOLOVERSTORT STANDAARD INCIDENT NR. 6: VERONTREINIGING VAN BUITEN HET GEBIED STANDAARD INCIDENT NR. 7: LOZINGEN TEN GEVOLGE VAN ONGEVALLEN IN DE TRANSPORTSECTOR EN/OF LOZING VAN BLUSWATER STANDAARD INCIDENT NR. 8: ZIEKTEVERWEKKERS VOOR MENS OF DIER STANDAARD INCIDENT NR. 9: OVERIGE PLAGEN STANDAARD INCIDENT NR. 10: NUCLEAIRE ONGEVALLEN BIJLAGE 1: BELANGRIJKE TELEFOONNUMMERS ONDERSTEUNENDE DIENSTEN EN BEDRIJVEN RWS SPECIFIEK DUS OOK BEREIKBAAR VIA : BIJLAGE 2: INHOUD CALAMITEITENKAST BIJLAGE 3: PROTOCOL BEMONSTERING EN METING BIJLAGE 4: ZWEMWATEREN IN BEHEER BIJ HET WATERSCHAP DE DOMMEL BIJLAGE 5: BESLISBOOM OPLEGGEN VAN ( BESTUURSDWANG) MAATREGELEN BIJLAGE 6: VERBLIJFPLAATS POMPEN EN VIJZELS BIJLAGE 7: AFKORTINGENLIJST BIJLAGE 8 : GEBIEDSKAARTEN BIJLAGE 9 : RUIMEN KADAVERS / DODE VIS, BLAUWALG EN BOTULISME BIJLAGE 10 : VERWIJDEREN GEVAARLIJKE STOFFEN / ASBEST BIJLAGE 11. CHECKLIST HANDELINGEN ACTIETEAM (AT) BIJ VERMOEDEN ILLEGALE LOZING BIJLLAGE 12: AANPAK POTENTIEEL VERONTREINIGDE WATERBODEMS EN LANDBODEMS (OEVERS) Verontreiniging oppervlaktewater versie februari
4 Verontreiniging oppervlaktewater versie februari
5 1 Inleiding 1.1 Calamiteitenplan en draaiboek Het Draaiboek Verontreiniging Oppervlaktewater is de uitwerking van het Calamiteitenplan van het Waterschap de Dommel voor de aanpak van verontreiniging van oppervlaktewater in het gebied van het waterschap de Dommel. Het draaiboek is een calamiteitenbestrijdingsplan. Figuur 1 geeft de positie van het draaiboek aan binnen het calamiteitenzorgsysteem van het waterschap. Het calamiteitenplan bevat de algemene informatie en de algemene kaders en uitgangspunten voor het optreden van het waterschap bij een calamiteit. Het Draaiboek Verontreiniging Oppervlaktewater gaat heel specifiek in op de problematiek bij incidenten en noodsituaties ten gevolge van verontreiniging. Het calamiteitenplan voorziet in de borging van het professioneel optreden bij de aanpak daarvan. Voor de aanpak van oppervlaktewaterverontreiniging betekent dit kortweg: - regelmatig oefenen - evalueren - aantoonbaar implementeren van gesignaleerde verbeteringsvoorstellen - en kennis bijhouden en verspreiden. Uit oefeningen, incidenten en calamiteiten zullen leerpunten naar voren komen voor verdere verbetering van de organisatie bij de aanpak van oppervlaktewaterverontreiniging. Net als het calamiteitenplan is dus ook het Draaiboek Verontreiniging Oppervlaktewater nooit af. Het draaiboek zal tenminste om de 4 jaar integraal worden herzien. Ervaringen, binnen en buiten de organisatie, leveren nieuwe inzichten op. Formulieren, adressen enz. moeten altijd weer worden bijgewerkt. De coördinator calamiteitenzorg zal ervoor zorg dragen dat het draaiboek regelmatig wordt geactualiseerd.! Dit draaiboek bevat de laatste stand van zaken van de kaders waarbinnen we opereren bij verontreiniging. Maar het draaiboek is geen wet. De aanpak is minder vanzelfsprekend als misschien wel wordt gedacht. Bij noodsituaties moet daarom ook ruimte zijn voor improvisatie en zelfs in uiterste gevallen voor handelen volgens het principe van nood breekt wet. Dit laatste moet wel kunnen worden verantwoord en daarbij helpt het als feiten en ontwikkelingen goed zijn vastgelegd in rapportages. Het draaiboek geeft de spelregels voor de aanpak van verontreiniging, je moet echter ook altijd blijven kunnen vertrouwen op eigen deskundig inzicht. Die ruimte is er en moet ook blijven. Calamiteitenplan Adressen enz Nazorg Evaluatie Oefenplan Voorlichting Werkwijze Organisatie Alarmeringsfases Aandachtsgebieden Draaiboek Hoogwater Draaiboek Verontreiniging oppervlaktewater ter Draaiboek Verstoring zuiveringsprocessen sen Draaiboek Extreme droogte Bestrijdingsplan Bestrijdingsplan Bestrijdingsplan Bestrijdingsplan Verontreiniging oppervlaktewater versie februari
6 2 Schaal en organisatiestructuur 2.1 Uitgangspunten voor opschaling De omvang van een incident of calamiteit bepaalt in welke mate de calamiteitenorganisatie wordt opgetuigd. Flexibiliteit en effectiviteit zijn trefwoorden. De afhandeling van zowel regulier voorkomende kleine incidenten tot en met ernstige calamiteiten kunnen in deze structuur worden ingeschaald en afgehandeld. Zie ook de uitgangspunten voor inschaling zoals beschreven in het geldende calamiteitenplan. Hieronder is de structuur toegelicht met voorbeelden in relatie tot verontreiniging oppervlaktewater. Voorbeelden Verontreiniging met risico s van vergaande verspreiding met gevaar voor milieu en volksgezondheid. Verontreiniging als gevolg van een ramp Verontreiniging over grote delen waarbij de gebiedskantooren en/of de zuiveringen gezamenlijk en in samenhang activiteiten moeten ontplooien. Ernstige verontreiniging van het oppervlaktewater waarbij behoefte is aan coördinatie. wordt het maatschappelijke verkeer ontwricht? meer overheden betrokken? nee coördinatie op regionaal niveau gewenst? nee aanvullende coördinatie op lokaal niveau noodzakelijk? ja ja ja Schaal 3 Burgemeester neemt regie. Watergraaf voor bestuurlijke afstemming. SD regie werkzaamheden Ws. Schaal 2 SD wijst operationeel leider aan Schaal 1 coördinatie op actieteamniveau. Bij minder dan 20% per gebied: SD wijst operationeel leider aan. Regelmatig vóórkomende incidenten nee incident met beperkte risico's? ja spoedeisend? ja nee -afhandelen binnen reguliere werkzaamheden. nee Schaal 0 reguliere afhandeling met spoed Figuur 2: De basisuitgangspunten voor de opschaling bij verontreiniging oppervlaktewater: Verontreiniging oppervlaktewater versie februari
7 2.2 Structuur calamiteitenorganisatie De uitgangspunten voor de bestrijdingsorganisatie staan in het Calamiteitenplan Organisatiestructuur bij schaal 0 Bij een incident in schaal 0 dient de afhandeling geheel in de lijn van de bestaande werkprocessen binnen de normale bedrijfsvoering te worden afgehandeld, met dien verstande dat het spoedeisend karakter van de afhandeling noopt tot prioriteit en onmiddellijk plaatsvindt. Er moet een incidentformulier worden ingevuld. De melding komt altijd binnen via de reguliere meldingsprocedure (zie Calamiteitenplan) bij de meest betrokken medewerker. Meestal zal dit een opzichter (piketmedewerker) zijn. Deze draagt zorg voor de afhandeling en dat de delen 1 en 2 op het Incidentformulier worden ingevuld. Het incidentformulier gaat via de lijn naar de gebiedmanager en in afschrift naar de Coördinator Calamiteitenzorg. De medewerker die de melding afhandelt brengt zo mogelijk (als stukje nazorg) de melder op de hoogte van de wijze van afhandeling of regelt dat een ander dat doet. Ook informeert hij de piketmedewerker. De dienstdoende piketmedewerker bewaakt de afhandeling van het Incidentformulier. Hij verifieert dat het formulier wordt ingevuld en de juiste weg volgt. Als mediavoorlichting aan de orde komt gaat dit altijd via de piketmanager, die op zijn beurt de communicatieadviseur daarbij betrekt Organisatiestructuur bij schaal 1 Lokaal incident Aanvullende lokale coördinatie vanuit gebiedskantoor is nodig. Actieteam wordt ingesteld Operationeel leider wordt benoemd en deze stelt eventueel een operationeel team in. BT wordt niet geactiveerd. De leiding binnen het actieteam ligt bij de actieteamleider. Deze is in de organisatie benoemd. Afhankelijk van het probleem kan technische of administratieve deskundigheid of aanvullende administratieve ondersteuning worden ingezet bij het actieteam dan wel bij de operationeel leider worden toegevoegd. De operationeel leider draagt zorg voor de adequate invulling van de teams. Als de afhandeling van de incidentmelding zodanig lang duurt dat de operationeel leider vervangen moet worden zal in beginsel de managerbeheer en instandhouding de operationeel leider kunnen worden. In dat geval zal het actieteam worden geleid door een beheersopzichter. Echter indien de omstandigheden dat vragen kan ook gedacht worden aan vervanging door collega s vanuit andere gebiedskantoren. In schaal 1 vindt de voorlichting plaats door de (piket) communicatieadviseur onder aansturing van de operationeel leider. De operationeel leider bepaalt op eigen gezag al naar gelang de omstandigheden, hoe en wanneer het directieteam (DT) en dagelijks bestuur (DB) worden geïnformeerd, maar altijd zo spoedig mogelijk. Verontreiniging oppervlaktewater versie februari
8 2.2.3 Organisatiestructuur bij schaal 2 Incident/calamiteit heeft regionale reikwijdte Aanvullende regionale coördinatie vanuit het waterschap is nodig. Actieteam(s) worden ingesteld. Operationeel leider wordt benoemd en deze stelt eventueel een operationeel team in. BT wordt geactiveerd. Als een calamiteit meer dan één stroomgebied raakt, ontstaat er behoefte aan onderlinge coördinatie. Het beleidsteam wordt geactiveerd, m.n. met het oog op de communicatie met andere overheden en met het oog op de grote bestuurlijke verantwoordelijkheid voor de bestrijdingsprocessen. De Operationeel Leider is de door de SD aangewezen manager. In schaal 2 is in principe sprake van een operationeel team. De invulling en omvang van het operationeel team hangt sterk af van het soort calamiteit en de behoefte. Het team bestaat naast de operationeel leider uit een communicatieadviseur en een notulist. Daarnaast is het mogelijk één of meerdere ad hoc adviseurs in het team op te nemen, bijvoorbeeld van de afdeling Ontwikkelen Watersysteem. Daarnaast kan ook in dit team aanvullende ondersteuning worden opgenomen, bijvoorbeeld telefonisten, plotters, een informatiecoördinator. De informatiecoördinator houdt zicht op alle in- en uitgaande informatiestromen en rapporteert hierover aan de operationeel leider. De actieteamleiders worden aangestuurd door OL. De OL rapporteert over de voortgang aan BT Organisatiestructuur bij schaal 3 Ernstig incident/calamiteit. Openbare orde en veiligheid in het geding. Maatschappelijk verkeer ontwricht. Verscheidene overheden moeten betrokken worden bij de aanpak. Burgemeester heeft opperbevel. Operationeel leider wordt benoemd en deze stelt eventueel een operationeel team in. Actieteam(s) worden ingesteld. BT wordt geactiveerd en stuurt OL aan. De Watergraaf in gemeentelijk, regionaal of provinciaal crisisteam voor de gecoördineerde bestuurlijke besluitvorming Watergraaf vertegenwoordigt het waterschap in het bestuurlijk coördinatiecentrum. De Watergraaf pendelt tussen BT en bestuurlijk coördinatiecentrum of laat de loco Watergraaf of wellicht de SD - de bijeenkomsten van het beleidsteam leiden. In BT zitten de door de SD aangewezen DT leden en een senior communicatieadviseur. Ook secretariële ondersteuning is altijd aanwezig, in ieder geval voor het vastleggen van de notulen, besluitvorming en bijhouden van een logboek. De operationeel leider is de door de SD aangewezen manager. De operationeel leider zit in het BT als contactpersoon namens de rest van de calamiteitenorganisatie van het waterschap en geeft een toelichting over de technisch inhoudelijke situatie van de calamiteit. Er kunnen ook nog ad-hoc adviseurs plaatsnemen in het beleidsteam, bv. bestuurlijke adviseurs of juridische adviseurs. Verontreiniging oppervlaktewater versie februari
9 3 Incidenten In de kader van de calamiteitenbestrijding zijn een 10-tal incidenten/risico s van verontreiniging oppervlaktewater beschreven. Per incident wordt de signalering, de betrokken in- en externe organisatie en de te nemen maatregelen beschreven. De incidentbeschrijving zijn beslist niet als volledige procesbeschrijvingen bedoeld, maar geven slechts een aantal richtlijnen voor de betrokken medewerkers. Elk incident is weer anders en vergt een unieke aanpak. Elke groter incident wordt geëvalueerd. Indien daartoe aanleiding is zal de incidentbeschrijving naar aanleiding daarvan aangevuld of gewijzigd worden. 3.1 Standaard incident nr. 1 : verontreiniging door lozing organisch afval Verontreiniging door lozing organisch afval Wat wordt waargenomen: (meestal zal de eerste constatering door de meest betrokken ambtenaar of piketmedewerker ter plaatse geschieden, zie Calamiteitenplan hoofdstuk melding) Verontreiniging van oppervlaktewater door organisch afval kan zijn ontstaan door diverse bronnen. De vier meest voorkomende worden hier behandeld. Het gaat om: - Gier (meestal vanuit tankwagen of vanaf landbouwbedrijf): het oppervlaktewater is verkleurd (zwart/bruin) en ruikt naar ammoniak. Soms is er ook vlokkenvorming. Wellicht zijn er dode vissen of naar lucht happende vissen zichtbaar. - Melk (meestal vanuit tankwagen of vanaf landbouwbedrijf): het oppervlaktewater is verkleurd (wit), geen bijzondere kenmerken. Wellicht zijn er dode vissen of naar lucht happende vissen zichtbaar. - Percolaat (meestal stromend vanuit opgeslagen veevoer of kuilvoer): aan het oppervlaktewater zijn meestal niet direct visuele kenmerken waar te nemen. Wel ruikt het water naar organische rottingslucht (denk aan de lucht van gft afval). Wellicht een enkele dode of naar lucht happende vis. - Groentewassing (meestal in samenhang met oogst van groente of vanaf groenteverwerkingsbedrijf): aanwezigheid van organisch materiaal en voor het overige nauwelijks zichtbare verontreiniging oppervlaktewater ten gevolge van meespoelen van bestrijdingsmiddelen. Wellicht een enkele dode of naar lucht happende vis. Mede bepalend voor de ernst van de situatie is wat wordt waargenomen ten aanzien van de zuurgraad, zuurstofgehalte en elektrische geleidbaarheid die moeten worden gemeten met de PH/EGV meter en zuurstofmeter die piketmedewerkers tot hun beschikking hebben. De meest betrokken medewerker of de piketmedewerker meten deze waarden. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar bijlage 2: protocol bemonstering en bemeting van dit draaiboek. Wie moeten eventueel door het waterschap worden ingeschakeld (intern en extern) (Het inschakelen is een actie die in principe wordt opgestart door de meest betrokken medewerker van het waterschap, die op de plaats van het incident aanwezig is. Als deze medewerker er niet is, neemt de piketmedewerker de verantwoordelijkheid op zich om de nodige acties te nemen.) Organisatie(onderdeel) Met welk doel Standaard incident nr. 1: verontreiniging door lozing organisch afval 9
10 Piketmedewerker Piketmanager Medewerkers instandhouding (kantonniers) De piket medewerker moet altijd op de hoogte zijn van de ontwikkelingen. Zo nodig verleent de piketmedewerker ondersteuning aan de aanwezige medewerker(s) ter plaatse op afstand (bijvoorbeeld telefonisch oproepen van medewerkers om te komen assisteren). Wanneer de lozing verontrustende gevolgen oplevert voor water en omgeving, moet de inschaling van de incidentafhandeling door de piketmedewerker samen met de piketmanager worden beoordeeld. De piketmanager is 24 uur per dag bereikbaar. Assisteren bij de nodige werkzaamheden. Verzoek de calamiteitenaanhanger in gereedheid te brengen en direct ter plaatse van het incident te brengen. Echter pas nadat is beoordeeld of het zinvol is en in overleg met de eventuele ter plaatse aanwezige hulpverleningsdiensten. Assisteren bij de eventuele ruiming van vuiligheid en dode vissen op het water en op de oevers. V&H, team handhaving Bij vermoeden van overtreding buiten kantooruren (V&H niet bereikbaar) altijd de politie informeren en verzamelen gegevens cf. checklist voor (sporen)onderzoek van V&H. Checklist is opgenomen in bijlage 11. Bij vermoeden van een overtreding onder kantooruren wordt het team handhaving onverwijld door opzichter of piketmedewerker geïnformeerd. Constateren ( al dan niet ter plaatse) of er sprake is van overtreding en zo ja veiligstellen van het (sporen)onderzoek. Eventueel laten starten met opmaken van proces-verbaal. De gecontacteerde medewerker van V&H handhaving moet zo snel als mogelijk de gegevens laten aanleveren uit de eigen gegevensbestanden van V&H. Ook maakt V&H gebruik van de bij de afdeling Fiscale zaken beschikbare bedrijfsgegevens. Het gaat om de naam en adresgegevens van eigenaar (of gebruiker), van de grond en opstallen van waaruit de lozing ontstaat en lozingspatronen. Ook geeft V&H de relevante gegevens van een eventueel van toepassing zijnde vergunning. De gecontacteerde medewerker van Team Handhaving neemt de verantwoordelijkheid op zich dat deze gegevens zo spoedig mogelijk worden aangeleverd aan de medewerkers van het waterschap ter plaatse van het incident. Samen met hen worden de vervolgstappen bepaald over hoe met deze gegevens onder de gegeven omstandigheden om te gaan. V&H initieert in principe ook, zo mogelijk zelf, de nodige metingen direct volgend op de incidentmelding Indien juridisch strategische keuzes dienen te worden gemaakt ten aanzien van bestuursrechtelijke/civielrechtelijke of strafrechtelijke aanpak wordt door V&H een jjurist van ABJZ/OBB betrokken ten behoeve van mogelijk Standaard incident nr. 1: verontreiniging door lozing organisch afval 10
11 schadeverhaal. Indien gewenst/noodzakelijk politie Ontwikkelen Watersysteem team waterkwaliteit Als van V&H team T&H niemand ter plaatse kan komen, kan de politie ingeschakeld worden om ter plaatse een opsporingsonderzoek in te stellen naar de mogelijke overtreder. De ter plaatse aanwezige medewerker van het waterschap kan daarbij assisteren. De medewerker van het team handhaving kan telefonisch advies geven aan de ter plaatse aanwezige politie. Ontwikkelen Watersysteem kan de betrokken medewerker van het waterschap van advies dienen over de te nemen stappen. De meest betrokken adviseur van Waterbeheer moet zo snel mogelijk worden bereikt (zo nodig via de piketmedewerker) en zal zo veel als mogelijk daartoe ter plaatse aanwezig proberen te zijn, tenzij de effecten van de te nemen stappen op afstand afdoende kunnen worden beoordeeld. Ontwikkelen Watersysteem beoordeelt de ernst van de lozing aan de hand van de beschikbare brongegevens en de gegevens van de getroffen waterloop. Brongegevens kunnen zijn: o wat is waarneembaar (kleur, stank, vuil, zuurgraad, zuurstofgehalte, elektrische geleidbaarheid - zie eerste blok -) o o vissterfte of naar luchthappende vissen plus eventuele reeds bekende gegevens van het geloosde materiaal) Ontwikkelen Watersysteem geeft advies ten aanzien van mogelijk te treffen maatregelen. De lokale visvereniging Team communicatie In geval hoge kosten en schadebedragen worden verwacht: Jurist OBB Als er sprake is van vissterfte of risico op vissterfte kan de vereniging, als direct belanghebbende, relevante adviezen geven over de aanpak ter plaatse en hulp geven bij de aanpak. Ook kan de vereniging desgewenst gevraagd worden om te assisteren bij de eventuele ruiming van dode vissen op het water en op de oevers. Roep een medewerker van het team communicatie op als: o er noodzaak is om burgers (omgeving) te informeren o media die informatie willen hebben o het voor de beeldvorming goed is als de media worden geïnformeerd. Ten behoeve van mogelijke schadeprocedures wordt een jurist van ABJZ/OBB zo spoedig mogelijk geïnformeerd om de juridische kansen en risico s zo vroeg mogelijk in beeld te krijgen. Welke maatregelen moeten worden getroffen op initiatief van het waterschap: Mogelijke te treffen maatregelen (beoordeel of maatregel gewenst is) Ten aanzien van de bron: Activiteit: zo snel mogelijk proberen met medewerking van de lozer de bron stil te Aandachtspunten De ambtenaar van het waterschap moet zich er wel van hebben overtuigd dat de lozing Standaard incident nr. 1: verontreiniging door lozing organisch afval 11
12 leggen. Als de lozer niet direct meewerkt dan wijzen op het recht van het waterschap om de lozing stil te laten leggen. Als de medewerking nog steeds niet wordt gegeven, dan geen geforceerde acties zelf ondernemen maar de hulp van politie inroepen. niet binnen een vergunning is toegelaten (zie advies van V&H). In geval van twijfel of er inderdaad sprake is van een overtreding, maar wel direct ingrijpen noodzakelijk is, altijd in overleg met het bedrijf een afweging maken wat de minst belastende maatregelen zijn en zo veel mogelijk zelf maatregelen treffen om de oorzaak of het effect te beperken. Schadeverhaal is immers niet voorshands mogelijk. Indien V&H niet beschikbaar; verzamelen gegevens cf. checklist voor (sporen) onderzoek van V&H. Checklist is opgenomen in bijlage 11. Indien de overtreding vaststaat en de overtreder bekend is, dient aan de veroorzaker de mogelijkheid worden geboden om zelf de bron stil te leggen. Het toepassen van bestuursdwang kan alleen na een schriftelijk besluit van het Hoofd van V&H of de Secretaris Directeur namens het DB. Indien de uitoefening van deze bevoegdheid bestuurlijk/juridisch gevoelig kan liggen moet de uitvoering altijd via de piketmanager of operationeel leider en beleidsteam verlopen (schaal 2). De SD. besluit tenzij het spoedeisend karakter dit niet toestaat. Spoedbestuursdwang (zonder eerst schriftelijk besluit) kan alleen indien de situatie dermate urgent is dat direct optreden vereist is. Dit moet altijd via de watergraaf worden aangezegd. (zie beslisboom bestuursdwang) Ten aanzien van de aanpak van de effecten: a) Afdammen van de watergang, opzuigen en afvoeren van verontreinigd water. b) Opruimen van de dode vissen c) Bij zeer bijzondere vispopulaties (ecologisch of financieel waardevol) kan visevacuatie worden toegepast d) Schonen van de vervuilde watergang inclusief oevers. e) Opmengen door volumevergroting met behulp van de inzet van meer stuwcompartimenten f) Indien mogelijk, doorspoelen g) Bij kleine geïsoleerde waterlopen kan worden belucht De veroorzaker en in tweede instantie de onderhoudsplichtige (als dat niet het waterschap is) dient de mogelijkheid te worden geboden om zelf de vervuiling op te ruimen. Indien veroorzaker weigert of niet bekend is, dan kan het waterschap overgaan tot het in eigen beheer opruimen van de vervuiling. De gemaakte kosten kunnen middels bestuursdwang op de vervuiler verhaald worden. Goede documentatie is van belang voor het verhalen van de kosten. Ad a) Zet de calamiteitenkast (aanhanger) in of roep een aannemer op in overleg met de Operationeel Leider of manager (buiten kantooruren kunt u terugvallen op de piketmanager). Ad b en c) In geval van grote vissterfte of Standaard incident nr. 1: verontreiniging door lozing organisch afval 12
13 evacuatie kan de hulp van de lokale visvereniging worden gevraagd. Ad d) Indien de veroorzaker bekend is en er sprake is van een overtreding, eerst de veroorzaker verzoeken dit te laten doen. Indien die niet bekend of deze niet in overtreding is geweest, in eigen beheer. Bij grote omvang de hulp inroepen van aannemer, maar wel in overleg met de manager. (Let wel: in principe is dit bij schaal 0 of 1 de gebiedmanager, echter als die niet bereikbaar is dan kan altijd terug worden gevallen op de piketmanager. Is het een incident in schaal 2 of meer, dan moet de opdracht aan de aannemer in overleg met de Operationeel Leider). In het algemeen geldt dat het risico op verdere verspreiding zoveel mogelijk moet worden ingeperkt. Daarbij moet de behandelend ambtenaar van het waterschap beoordelen of we te maken hebben met een groot verspreidingsrisico (hoofdwaterlopen, middenlopen, benedenlopen, beken en kanalen) of met een klein verspreidingsrisico (geïsoleerd water, sloot). In bijlage 12 zijn de richtlijnen opgenomen voor het bepalen van het acute verspreidingsrisico van waterbodem en lozing in de bodem (oevers). Opmerkingen voor het op- of afschalen van de afhandeling van de incidentmelding: De incidenten met betrekking tot de lozing van organische stoffen zullen zich in het algemeen beperken tot inschaling in schaal 0 of schaal 1. Inschaling is afhankelijk van de vraag of de te treffen maatregelen routineus maar wel onmiddellijk door de betrokken medewerker zonder verder coördinatie van een manager kunnen worden afgedaan (schaal 0). Gelet op het feit dat er wellicht coördinatie gewenst is (schaal 1), kan het ook zijn dat er nog een check met een manager moet plaatsvinden over de te nemen maatregelen, In dit laatste geval wordt de piketmanager geraadpleegd die zo mogelijk ook de gebiedmanager erbij betrekt. Als het schaal 2 is dan wordt door de SD een operationeel leider geïnstalleerd. En bij een schaal 3 incident moeten de medewerkers zich voegen naar de besluiten uit het crisiscentrum onder aanvoering van de coördinerend burgemeester. Schaal 2 kan aan de orde zijn als gecoördineerd moeten worden tussen gebiedskantoren en met de waterketen. Ook kan schaal 2 aan de orde zijn indien het gaat om bestuurlijk/juridisch gevoelige maatregelen in het kader van bestuursdwang, waarmee grote kosten gepaard gaan. Schaal 3 is niet snel te verwachten maar als er volksgezondheid belangen in het geding komen is het wel degelijk voorstelbaar. Standaard incident nr. 1: verontreiniging door lozing organisch afval 13
14 Algemene aandachtspunten in verband met eventuele nazorg Als de watergraaf op eigen gezag, gelet op de noodzaak daartoe, tot onmiddellijk stilleggen is overgegaan, dient deze vorm van bestuursdwang achteraf nog wel bekrachtigd te worden door een besluit namens het bestuur. Ook moet G.S van de Provincie in kennis worden gesteld. Nazorg activiteiten zullen al snel betrekking kunnen hebben op de betaling van de kosten voor ruiming van afval en dode vissen, maar ook voor de eventuele kosten gemoeid met afvoer. De afhandeling van nazorg kan worden vergemakkelijkt als de feiten goed zijn vastgelegd in rapporten eventueel voorzien van foto s, video, monstername met analyseresultaten e.d. Afspraken in het veld ten tijde van of na de afhandeling van het incident moeten goed worden vastgelegd en worden bevestigd. Het verdient aanbeveling dat nadat het incident is afgehandeld, nogmaals een keer of enige malen de locatie ter plaatse te controleren. Als omwonenden aangeven schade te hebben geleden kan worden bekeken of het schadeformulier uit het calamiteitenplan kan worden gebruikt. Afhankelijk van de situatie verdient het aanbeveling om een waterbodemonderzoek te laten uitvoeren naar de eventuele gevolgen voor de waterbodem ten gevolge van de lozing. Als de resultaten daartoe aanleiding geven kan de lozer worden aangeschreven om maatregelen te treffen voor het schoonmaken van de bodem dan wel kan deze de kosten te vergoeden die het waterschap heeft gemaakt voor het schoonmaken. In geval er coördinatie met gemeente en brandweer heeft plaatsgevonden moeten afspraken worden gemaakt over de het wederzijds informeren over verdere ontwikkelingen. Beschikbare ondersteunende middelen Zie lijst inhoud van Calamiteitenaanhanger (Bijlage M van Calamiteitenplan) Deze calamiteitenaanhanger wordt vervangen door de calamiteitenkast, zie bijlage 2. Houdt er rekening mee dat de bestrijdingscapaciteit van de aanhanger zeer beperkt is. Er zal al snel een beroep moeten worden gedaan op middelen van samenwerkingspartners (brandweer, gemeentelijke diensten) of de hulp moet worden ingeroepen van aannemers. Extra aandachtspunten voor Communicatie en Voorlichting Voor de procedures die moeten worden aangehouden, wordt verwezen naar het Calamiteitenplan. In geval van schaal 3 waarbij de burgemeester de coördinatie voert, verloopt de communicatie altijd via de gemeente. Burgervoorlichting Doelgroepen welke benaderd kunnen worden zijn: - onttrekkers van oppervlaktewater ( beregening landbouw, veedrenking, vergunninghouders koelwater etc.); - kanovaarders (recreatief gebruik); - visclubs; - natuur-landschapsbeheer; - bij lozing op het Wilhelminakanaal de Beekse Bergen. Mediavoorlichting Voor de beeldvorming is het goed als de media snel, via het team communicatie, het slagvaardig optreden van het waterschap ter plaatse kunnen komen waarnemen. Standaard incident nr. 1: verontreiniging door lozing organisch afval 14
15 Communicatie met samenwerkingspartner Als er sprake is geweest van het stilleggen van de lozing onder dwang met assistentie van de politie moet de voorlichting tussen de politievoorlichter en het team communicatie worden afgestemd. Interne communicatie Denk aan incidentformulier. Denk aan wat er aan leerpunten voor je collega s te halen zijn uit het incident. Overleg met de coördinator calamiteitenzorg hoe die leerpunten te verspreiden in de organisatie. Beeldvorming Visuele verontreiniging en stank als gevolg van lozing dragen in het algemeen bij aan negatieve beeldvorming. De slagvaardigheid van het waterschap kan de beeldvorming in het positieve trekken. Taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden moeten helder zijn en duidelijk maken dat het waterschap met de nodige daadkracht aan het werk is gegaan om de gevolgen van het incident weg te nemen. Standaard incident nr. 1: verontreiniging door lozing organisch afval 15
16 Standaardincident nr. 2: directe lozing oliehoudend materiaal. 16
17 3.2 Standaard incident nr. 2: directe lozing oliehoudend materiaal Directe lozing oliehoudend materiaal Wat wordt waargenomen: (meestal zal de eerste constatering door de meest betrokken ambtenaar of piketmedewerker ter plaatse geschieden, zie Calamiteitenplan hoofdstuk melding) Verontreiniging van oppervlaktewater door oliehoudend materiaal kan zijn ontstaan door diverse bronnen. De twee meest voorkomende zijn: - Ongeval met transportmiddel: hiervoor is een aparte incidentbeschrijving gemaakt nr. 7, lozingen ten gevolge van ongevallen in de transportsector. - Olielozing afkomstig van bedrijf: lozing kan plaatsvinden door middel van afstroming van (bedrijfs)terreinen en/of afkomstig uit een (hemelwater)pijp. Regen kan de lozing versnellen, maar ook verdunnen. Het oppervlaktewater bevat een drijflaag(je) en heeft een donkere, meestal zwarte kleur of er zijn regenboogkleuren waarneembaar. Bij een omvangrijke lozing zal een olie-/dieselgeur te ruiken zijn. Wellicht zijn er dode vissen of naar lucht happende vissen zichtbaar, doordat de olie het oppervlaktewater afsluit. Op de oevers (vegetatie) kan een zwarte afzetting zichtbaar zijn. Let op: verwar een oliefilm niet met een ijzer(bacterie)laagje. Een ijzerlaagje verbrokkelt na doorroeren met een stokje terwijl olie weer samenklontert. Wie moeten eventueel door het waterschap worden ingeschakeld (intern en extern) (Het inschakelen is een actie die in principe wordt opgestart door de meest betrokken medewerker van het waterschap, die op de plaats van het incident aanwezig is. Als deze medewerker er niet is, neemt de piketmedewerker de verantwoordelijkheid op zich om de nodige acties te nemen.) Organisatie(onderdeel) Met welk doel medewerkers instandhouding (kantonniers)) Indien nog niet bekend nagaan waar de lozing vandaan komt. Assisteren bij de nodige werkzaamheden. Verzoek de calamiteitenaanhanger in gereedheid te brengen en direct ter plaatse van het incident te brengen. Echter pas nadat is beoordeeld of het zinvol is en in overleg met de eventuele ter plaatse aanwezige hulpverleningsdiensten. Assisteren bij de eventuele ruiming van vuiligheid en dode vissen op het water en op de oevers. Piketmedewerker De piket medewerker moet altijd op de hoogte zijn van de ontwikkelingen. Zo nodig verleent de piketmedewerker ondersteuning aan de aanwezige medewerker(s) ter plaatse op afstand (bijvoorbeeld telefonisch oproepen van medewerkers om te komen assisteren). Standaardincident nr. 2: directe lozing oliehoudend materiaal. 17
18 Piketmanager Wanneer de lozing verontrustende gevolgen oplevert voor water en omgeving, moet de inschaling van de incidentafhandeling door de piketmedewerker samen met de piketmanager worden beoordeeld. De piketmanager is 24 uur per dag bereikbaar. V&H Bij vermoeden van overtreding buiten kantooruren (V&H niet bereikbaar) altijd de politie informeren en verzamelen gegevens cf. checklist voor (sporen)onderzoek van V&H. Checklist is opgenomen in bijlage 11. Bij vermoeden van een overtreding onder kantooruren wordt het team handhaving onverwijld door opzichter of piketmedewerker geïnformeerd. Constateren ( al dan niet ter plaatse) of er sprake is van overtreding en zo ja veiligstellen van het (sporen)onderzoek. Eventueel laten starten met opmaken van proces-verbaal. De gecontacteerde medewerker van V&H moet zo snel als mogelijk de gegevens laten aanleveren uit de eigen gegevensbestanden van V&H. Ook maakt V&H gebruik van de bij de afdeling Fiscale zaken beschikbare bedrijfs- en lozingsgegevens. Het gaat om de naam en adresgegevens van eigenaar (of gebruiker) van de grond en opstallen van waaruit de lozing ontstaat. Ook geeft V&H de relevante gegevens van een eventueel van toepassing zijnde vergunningen. De gecontacteerde medewerker van V&H neemt de verantwoordelijkheid op zich dat deze gegevens zo spoedig mogelijk worden aangeleverd aan de medewerkers van het waterschap ter plaatse van het incident. Samen met hen worden de vervolgstappen bepaald over hoe met deze gegevens onder de gegeven omstandigheden om te gaan. Bij een lozing moet V&H, in overleg met OW, adviseren of nadere maatregelen vanuit het waterschap gewenst zijn. V&H initieert in principe ook, zo mogelijk zelf, de nodige metingen direct volgend op de incidentmelding. Indien juridisch strategische keuzes dienen te worden gemaakt t.a.v. bestuursrechtelijke/civielrechtelijk of strafrechtelijke aanpak wordt door V&H een jurist van ABJZ/OBB betrokken voor een mogelijk schadeverhaal. Ontwikkelen Watersysteem team waterkwaliteit Ontwikkelen Watersysteemkan de betrokken medewerker van het waterschap van advies dienen over de te nemen stappen. De meest betrokken adviseur van Waterbeheer moet zo snel mogelijk worden bereikt (zo nodig via de piketmedewerker) en zal zo veel als mogelijk daartoe ter plaatse aanwezig proberen te zijn, tenzij de effecten van de te nemen stappen op afstand afdoende kunnen worden beoordeeld. Ontwikkelen Watersysteem beoordeelt de ernst van de Standaardincident nr. 2: directe lozing oliehoudend materiaal. 18
19 lozing aan de hand van de beschikbare brongegevens en de gegevens van de getroffen waterloop. Indien gewenst/noodzakelijk gemeente, brandweer, politie De lokale visvereniging Team communicatie In geval dat hoge kosten en schadebedragen worden verwacht: Jurist ABJZ/OBB Brongegevens kunnen zijn: o Wat is waarneembaar (kleur, geur, stroperigheid etc.); o vissterfte of naar luchthappende vissen; o plus eventuele reeds bekende gegevens van het geloosde materiaal). Ontwikkelen Watersysteem geeft advies ten aanzien van mogelijk te treffen maatregelen. Als van V&H team T&H niemand ter plaatse kan komen, kan de politie ingeschakeld worden om ter plaatse een opsporingsonderzoek in te stellen naar de mogelijke overtreder. De ter plaatse aanwezige medewerker van het waterschap kan daarbij assisteren. De medewerker van Vergunningen&Handhaving kan telefonisch advies geven aan de ter plaatse aanwezige politie. Bij omvangrijke olieverontreiniging kan ook de brandweer ingeschakeld worden. Als er sprake is van vissterfte of risico op vissterfte dan kan de vereniging, als direct belanghebbende, relevante adviezen geven over de aanpak ter plaatse en hulp geven bij de aanpak. Ook kan de vereniging desgewenst gevraagd worden om te assisteren bij de eventuele ruiming van dode vissen op het water en op de oevers. Roep een medewerker van het team communicatie op als: o er noodzaak is om burgers (omgeving) te informeren o media die informatie willen hebben o het voor de beeldvorming goed is als de media worden geïnformeerd. Ten behoeve van mogelijke schadeprocedures wordt een jurist van ABJZ/OBB zo spoedig mogelijk geïnformeerd om de juridische kansen en risico s zo vroeg mogelijk in beeld te brengen. Welke maatregelen moeten worden getroffen op initiatief van het waterschap: Mogelijke te treffen maatregelen (beoordeel of maatregel gewenst is) Ten aanzien van de bron: Activiteit zo snel mogelijk proberen met medewerking van de lozer de bron stil te leggen. Als de lozer niet direct meewerkt dan wijzen op het recht van het waterschap om de lozing stil te laten leggen. Aandachtspunten De ambtenaar van het waterschap moet zich er wel van hebben overtuigd dat de lozing niet binnen in een vergunning is toegelaten (zie advies van V&H). In geval van twijfel of er inderdaad sprake is van een overtreding, maar wel direct ingrijpen noodzakelijk is, altijd in overleg met het bedrijf een afweging maken wat de minst belastende maatregelen zijn en zo veel mogelijk zelf maatregelen treffen om de oorzaak of het effect te beperken. Schadeverhaal is immers niet voorshands mogelijk. Standaardincident nr. 2: directe lozing oliehoudend materiaal. 19
20 Indien de overtreding vaststaat en de overtreder bekend is, dient aan de veroorzaker de mogelijkheid worden geboden om zelf de bron stil te leggen. Het toepassen van bestuursdwang kan alleen na een schriftelijk besluit van het Hoofd van V&H of de Secretaris Directeur namens het DB. Indien de uitoefening van deze bevoegdheid bestuurlijk/juridisch gevoelig kan liggen moet de uitvoering altijd via de piketmanager of operationeel leider en beleidsteam verlopen (schaal 2). De SD. besluit tenzij het spoedeisend karakter dit niet toestaat. Spoedbestuursdwang (zonder eerst schriftelijk besluit) kan alleen indien de situatie dermate urgent is dat direct optreden vereist is. Dit moet altijd via de watergraaf worden aangezegd. (zie beslisboom bestuursdwang) Ten aanzien van de aanpak van de effecten: Afdammen van de watergang, opzuigen en afvoeren van verontreinigd water. A. Opruimen van de dode vissen B. Bij zeer bijzondere vispopulaties (ecologisch of financieel waardevol) kan visevacuatie worden toegepast C. Schonen van de vervuilde watergang inclusief oevers. D. Strippen met behulp van oliedoeken / olieabsorberende rollen bij traag of stilstaand water. Indien schoonmaken onmogelijk is dan versneld doorspoelen. E. Indien nodig inlaten dichtzetten. Indien mogelijk verontreiniging sturen via het minst kwetsbare oppervlaktewater. De veroorzaker en in tweede instantie de onderhoudsplichtige (als dat niet het waterschap is) dient de mogelijkheid te worden geboden om zelf de vervuiling op te ruimen. Indien veroorzaker weigert of niet bekend is, dan kan het waterschap overgaan tot het in eigen beheer opruimen van de vervuiling. De gemaakte kosten kunnen middels bestuursdwang op de vervuiler verhaald worden. Goede documentatie is van belang voor het verhalen van de kosten. Ad a) Zet de calamiteitenkast (aanhanger) in of roep de aannemer op in overleg met uw Operationeel Leider of manager (buiten kantooruren kunt u terugvallen op de piketmanager).. Ad b en c) In geval van grote vissterfte of evacuatie kan de hulp van de lokale visvereniging worden gevraagd. Ad d) in eigen beheer, maar bij grote omvang de hulp inroepen van aannemer, maar wel in overleg met de manager. (Let wel: in principe is dit bij schaal 0 of 1de gebiedmanager, echter als die niet bereikbaar is dan kan altijd terug worden gevallen op de piket manager. Is het een incident in schaal 2 of meer, dan moet de opdracht aan de aannemer in overleg met de Operationeel Leider). In het algemeen geldt dat het risico op verdere verspreiding zoveel mogelijk moet worden ingeperkt. Daarbij moet de behandelend ambtenaar van het waterschap beoordelen of we te maken hebben met een groot verspreidingsrisico (hoofdwaterlopen, middenlopen, benedenlopen, beken en kanalen) of met een klein verspreidingsrisico Standaardincident nr. 2: directe lozing oliehoudend materiaal. 20
21 (geïsoleerd water, sloot). In bijlage 12 zijn de richtlijnen opgenomen voor het bepalen van het acute verspreidingsrisico van waterbodem en lozing in de bodem (oevers). Opmerkingen voor het op- of afschalen van de afhandeling van de incidentmelding: De incidenten met betrekking tot de lozing van oliehoudend materiaal zijn in twee klassen in te delen: 1. beperkt risico voor het oppervlaktewater; 2. ernstige verontreiniging van het oppervlaktewater. Bij olielozingen waarbij het risico voor het oppervlaktewater vrij beperkt is, zal meestal inschaling in schaal 0 plaatsvinden. Inschaling is afhankelijk van de vraag of de te treffen maatregelen routineus maar wel onmiddellijk door de betrokken medewerker zonder verder coördinatie van een manager kunnen worden afgedaan (schaal 0). Bij ernstige verontreiniging van het oppervlaktewater zal opschaling naar schaal 1 plaatsvinden. Gelet op het feit dat er wellicht coördinatie gewenst is (schaal 1), kan het ook zijn dat er nog een check met een manager moet plaatsvinden over de te nemen maatregelen, In dit laatste geval wordt de piketmanager geraadpleegd die zo mogelijk ook de gebiedmanager erbij betrekt. Als het schaal 2 is dan moet de operationeel leider worden geïnformeerd. En bij een schaal 3 incident moeten de medewerkers zich voegen naar de besluiten uit het crisiscentrum onder aanvoering van de coördinerend burgemeester. Schaal 2 kan aan de orde zijn als gecoördineerd moeten worden tussen gebiedskantoren en met de waterketen. Ook kan schaal 2 aan de orde zijn indien er sprake is van toepassing van (spoed)eisende bestuursdwang met bestuurlijk/juridisch gevoelige consequenties. Schaal 3 is niet snel te verwachten maar als er volksgezondheid belangen in het geding komen is het wel degelijk voorstelbaar. Algemene aandachtspunten in verband met eventuele nazorg Als de watergraaf op eigen gezag, gelet op de noodzaak daartoe, tot onmiddellijk stilleggen is overgegaan, dient deze vorm van spoedbestuursdwang achteraf nog wel bekrachtigd te worden door een besluit van het dagelijks bestuur en bekend gemaakt worden aan G.S. van de provincie. Nazorg activiteiten zullen al snel betrekking kunnen hebben op de betaling van de kosten voor ruiming van afval en dode vissen, maar ook voor de eventuele kosten gemoeid met afvoer. De afhandeling van nazorg kan worden vergemakkelijkt als de feiten goed zijn vastgelegd in rapporten eventueel voorzien van foto s of video, monstername met analyseresultaten e.d. Afspraken in het veld ten tijde van of na de afhandeling van het incident moeten goed worden vastgelegd en worden bevestigd. Het oliehoudend afval dient door een erkend (vergund) bedrijf te worden opgehaald en afgevoerd naar een vergunde opslagplaats (géén waterschap). Bij de meldkamer van de politie is een lijst van erkende vergunninghouders bekend. Standaardincident nr. 2: directe lozing oliehoudend materiaal. 21
22 Het verdient aanbeveling dat nadat het incident is afgehandeld, nogmaals een keer of enige malen de locatie ter plaatse te controleren. Als omwonenden aangeven schade te hebben geleden kan worden bekeken of het schadeformulier uit het calamiteitenplan kan worden gebruikt. Het verdient aanbeveling om een waterbodemonderzoek te laten uitvoeren naar de eventuele gevolgen voor de waterbodem ten gevolge van de lozing. Als de resultaten daartoe aanleiding geven kan de lozer worden aangeschreven om maatregelen te treffen voor het schoonmaken van de bodem dan wel kan deze de kosten te vergoeden die het waterschap heeft gemaakt voor het schoonmaken. Beschikbare ondersteunende middelen Zie lijst inhoud van Calamiteitenaanhanger (Bijlage M van Calamiteitenplan) Deze calamiteitenaanhanger wordt vervangen door de calamiteitenkast, zie bijlage 2. Houdt er rekening mee dat de bestrijdingscapaciteit van de aanhanger zeer beperkt is. Er zal al snel een beroep moeten worden gedaan op middelen van samenwerkingspartners (brandweer, gemeentelijke diensten) of de hulp moet worden ingeroepen van aannemers. Extra aandachtspunten voor Communicatie en Voorlichting Voor de procedures die moeten worden aangehouden, wordt verwezen naar het Calamiteitenplan. Burgervoorlichting Doelgroepen welke benaderd kunnen worden zijn: - onttrekkers van oppervlaktewater (beregening landbouw, veedrenking, vergunninghouders koelwater etc.); - kanovaarders (recreatief gebruik); - visclubs; - natuur-/landschapsbeheer; - bij olielozing op het Wilhelminakanaal de Beekse Bergen. Mediavoorlichting Voor de beeldvorming is het goed als de media snel, via het team communicatie, het slagvaardig optreden van het waterschap ter plaatse kunnen komen waarnemen. Communicatie met samenwerkingspartner Afstemming met samenwerkingspartner of en wie de communicatie op zich neemt. Interne communicatie Denk aan incidentformulier. Denk aan wat er aan leerpunten voor je collega s te halen zijn uit het incident. Overleg met de coördinator calamiteitenzorg hoe die leerpunten te verspreiden in de organisatie. Beeldvorming Visuele verontreiniging en stank als gevolg van lozing dragen in het algemeen bij aan negatieve beeldvorming. De slagvaardigheid van het waterschap kan de beeldvorming in het positieve trekken. Taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden moeten helder zijn en duidelijk maken dat het waterschap met de nodige daadkracht aan het werk is gegaan om de gevolgen van het incident weg te nemen. Standaardincident nr. 2: directe lozing oliehoudend materiaal. 22
23 3.3 Standaard incident nr. 3 : directe lozing verzameld afvalwater vanuit huishouden of bedrijf. Directe lozing verzameld afvalwater vanuit huishouden of bedrijf Wat wordt waargenomen: (meestal zal de eerste constatering door de meest betrokken ambtenaar of piketmedewerker ter plaatse geschieden, zie Calamiteitenplan hoofdstuk melding) Er komt vuil water uit een lozingspijp. Het afvalwater kan vervuild zijn met fecaliën, vet, toiletpapier etc. Mogelijke zichtbare effecten: - Er is vissterfte in de nabijheid van de lozing; - Er is stankoverlast in de nabijheid van de lozing; - Er is vervuiling van het oppervlaktewater nabij de lozing. Deze waarnemingen kunnen zich ten allen tijde voordoen, ongeacht of het droog of nat weer is, ongeacht of een vergunning de lozing wel of niet toelaat. Wie moeten eventueel door het waterschap worden ingeschakeld (intern en extern) (Het inschakelen is een actie die in principe wordt opgestart door de meest betrokken medewerker van het waterschap die op de plaats van het incident aanwezig is. Als deze medewerker er niet is, neemt de piketmedewerker de verantwoordelijkheid op zich om de nodige acties te nemen.) Organisatie(onderdeel) Met welk doel Piket medewerker (indien niet ter plaatse aanwezig) De piketmedewerker moet altijd op de hoogte zijn van de ontwikkelingen. Zo nodig verleent de piketmedewerker ondersteuning aan de aanwezige medewerkers ter plaatse of op afstand (bijvoorbeeld telefonisch oproepen van medewerkers om te komen assisteren). Piket manager Wanneer de lozing verontrustende gevolgen oplevert voor water en omgeving, moet de inschaling van de incidentafhandeling door de piket manager worden beoordeeld. Medewerkers instandhouding (kantonniers) Assisteren bij de nodige werkzaamheden. Verzoek de calamiteitenaanhanger in gereedheid te brengen en direct ter plaatse van het incident te brengen. Echter pas nadat is beoordeeld of het zinvol is en in overleg met de eventuele ter plaatse aanwezige hulpverleningsdiensten. Assisteren bij de eventuele ruiming van vuiligheid en dode vissen op het water en op de oevers. Standaard incident nr. 3: directe lozing verzameld afvalwater 23
24 V&H, team handhaving (indien niet bereikbaar dan lokale politie). Bij vermoeden van overtreding buiten kantooruren (V&H niet bereikbaar) altijd de politie informeren en verzamelen gegevens cf. checklist voor (sporen)onderzoek van V&H. Checklist is opgenomen in bijlage 11. Bij vermoeden van een overtreding onder kantooruren wordt het team handhaving onverwijld door opzichter of piketmedewerker geïnformeerd. Constateren ( al dan niet ter plaatse) of er sprake is van overtreding en zo ja veiligstellen van het (sporen)onderzoek. Eventueel laten starten met opmaken van proces-verbaal. Handhaving gaat na of de lozing al dan niet vergund is. Hiermee dient rekening te worden gehouden dat voor de lozing van huishoudelijk afvalwater tot er sprake is van een overgangstermijn. Voor dienen gemeenten een saneringsplan te hebben. Vanaf mogen er geen ongezuiverde lozingen op oppervlaktewater meer plaatsvinden. Adviseren over hoe en wanneer door het waterschap eventuele maatregelen getroffen kunnen worden zonder het sporenonderzoek te frustreren. De gecontacteerde medewerker van V&H handhaving moet zo snel mogelijk gegevens laten aanleveren uit de eigen gegevensbestanden. Ook maakt V&H gebruik van bij de afdeling Fiscale zaken beschikbare bedrijfs- en lozingsgegevens. De gecontacteerde medewerker van team Handhaving neemt de verantwoordelijkheid op zich dat deze gegevens zo spoedig mogelijk worden aangeleverd aan de medewerkers van het waterschap ter plaatse van het incident. Samen met hen worden de vervolgstappen bepaald over hoe met deze gegevens onder de gegeven omstandigheden om te gaan. V&H initieert ook, zo mogelijk zelf de nodige metingen direct volgend op de incidentmelding. Indien juridisch strategische keuzes dienen te worden gemaakt ten aanzien van bestuursrechtelijke/civielrechtelijke of strafrechtelijke aanpak wordt door V&H een jurist van ABJZ/OBB betrokken ten behoeve van mogelijk schadeverhaal. Medewerker stedelijk water van het betreffende gebiedskantoor Er kan bij een overstort sprake zijn van klachten over hinder, overlast of gevaar. De medewerker stedelijk water kan de medewerker van het waterschap die ter plaatse aanwezig is ondersteuning geven over te nemen stappen. De medewerker stedelijk waterbeheer zal zo veel als nodig naar de plaats van het incident gaan, tenzij de situatie op afstand afdoende kan worden beoordeeld. De medewerker stedelijk water verstrekt voor zoveel als mogelijk adviezen. Standaard incident nr. 3: directe lozing verzameld afvalwater 24
CALAMITEITENPLAN WATERSCHAP DE DOMMEL
CALAMITEITENPLAN 2008-2011 WATERSCHAP DE DOMMEL ! Het calamiteitenplan geeft de kaders en spelregels voor correct, praktisch en succesvol handelen bij een ernstige gebeurtenis. Improvisatie speelt echter
Nadere informatieFormulier ten behoeve van het indienen van schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37 van het Reglement van Orde Verenigde Vergadering Delfland
Formulier ten behoeve van het indienen van schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37 van het Reglement van Orde Verenigde Vergadering Delfland Beknopte formulering van de problematiek: Zaterdag 8
Nadere informatieGecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen
Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen 25 juni 2007 Inhoudsopgave Inleiding... 1 1 Niveaus in de incident- en crisismanagementorganisatie... 1 1.1 Operationeel niveau...
Nadere informatieProtocol asbestbrand. Westvoorne
Protocol asbestbrand Westvoorne Inhoud Inleiding protocol asbestbrand 3 Bepaal catagorie 3 Stappenplan categorie 1 4 Stappenplan categorie 2 5 Stappenplan categorie 3 6 Schema stappenplan asbestbrand 7
Nadere informatieSchadegeval met bodemverontreiniging bij particulieren
Schadegeval met bodemverontreiniging bij particulieren Documentbeschrijving 1. Titel publicatie Schadegeval met bodemverontreiniging bij particulieren 2. Verantwoordelijke Uitgever Danny Wille, OVAM, Stationsstraat
Nadere informatieSamenvatting werkwijze bij calamiteiten in de patiëntenzorg. Instituut Ondersteuning Patiëntenzorg April versie 3
Samenvatting werkwijze bij calamiteiten in de patiëntenzorg Instituut Ondersteuning Patiëntenzorg April versie 3 Inleiding en definities Enkele woorden vooraf Calamiteiten in de patiëntenzorg hebben veelal
Nadere informatieSchadegeval met bodemverontreiniging bij bedrijven klasse 2/3
Schadegeval met bodemverontreiniging bij bedrijven klasse 2/3 Documentbeschrijving 1. Titel publicatie Schadegeval met bodemverontreiniging bij bedrijven klasse 2/3 2. Verantwoordelijke Uitgever Danny
Nadere informatieCONVENANT. SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES
CONVENANT SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES 2012 Ondergetekenden: 1. Het Slotervaart, gevestigd te Amsterdam, in deze rechtsgeldig
Nadere informatieDeze toelichting op de meldingenprocedure bestaat uit twee delen:
Toelichting op meldingsprocedure en meldingsformulier Wbb Deze toelichting op de meldingenprocedure bestaat uit twee delen: A B Algemene informatie over de Meldingprocedure bodemsanering; Een toelichting
Nadere informatieIncidentenregeling Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.
Incidentenregeling Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V. [geldend vanaf 1 juli 2014, PB14-235] Artikel 1 Definities De definities welke in deze incidentenregeling worden gebruikt zijn nader
Nadere informatieReglement: Disclosurecommissie ASR Nederland N.V. Juni 2016
Reglement: Disclosurecommissie ASR Nederland N.V. Juni 2016 Inhoud 1. Doel 3 2. Interpretatie 3 3. Taken van de commissie 3 4. Samenstelling commissie 4 5. Voorzitter 4 6. Vergaderingen 4 7. Besluitvorming
Nadere informatieGecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP)
Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdings Procedure (GRIP) Inleiding Een goede coördinatie tussen betrokken hulpdiensten is bij de bestrijding van complexe incidenten van groot belang. Het model voor
Nadere informatieWerkwijze voor het informeren van opdrachtgevers over bestuurlijk gevoelige zaken
BIJLAGE 6 Werkwijze voor het informeren van opdrachtgevers over bestuurlijk gevoelige zaken 1. Inleiding In deze werkwijze worden de processen van het team Juridische Zaken van de ODR beschreven bij de
Nadere informatieQ&A De veranderde werkwijze Veilig Thuis
Q&A De veranderde werkwijze Veilig Thuis Informatie voor professionals die werken volgens de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 1. In welke stap van de meldcode neem ik contact op met Veilig
Nadere informatieBEDRIJFSNOODPLAN. Amstelveen
BEDRIJFSNOODPLAN Amstelveen 1. Inleiding Algemeen De Arbo-wet verplicht ieder bedrijf of instelling om passende bedrijfshulpverlening (BHV) te organiseren teneinde de gevolgen voor werknemers bij ongevallen
Nadere informatieMolenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl. Protocol voor opvang bij ernstige incidenten. Sint Clemensschool
Molenstraat 25 8331 HP Steenwijk Tel/fax 0521-512820 directie@clemensschool.nl Protocol voor opvang bij ernstige incidenten Sint Clemensschool School Sint Clemensschool Bevoegd gezag Stichting Catent Bestuursnummer
Nadere informatieMeldingen per behandelgroep
Rapportage Klantmeldingenproces juni 0. Aantal meldingen in juni Ontvangen 6 Afgehandeld 0 Waarvan uit vorige maanden Waarvan uit juni Nog openstaand op juli Waarvan uit vorige maanden 0 Waarvan uit juni.
Nadere informatiePastorale zorg bij rampen
2 Inhoud: 1. Doelstelling pag. 3 2. Realisatie pag. 4 3. Begrippen pag. 5 4. Verantwoordelijkheid pag. 6 5. Pastorale verzorger pag. 7 6. Taken pastorale verzorger pag. 8 7. Coördinator pastorale zorg
Nadere informatieBestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing
Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing Kaart 12 - Nooddrinkwater en noodwater 12 Nooddrinkwater en noodwater Versie oktober 2013 Crisistypen (dreigende) verstoring van de openbare drinkwatervoorziening
Nadere informatieBIJLAGE BIJ STAP 8: UITVOERINGSPROTOCOL FACILITERENDE REGIEROL
BIJLAGE BIJ STAP 8: UITVOERINGSPROTOCOL FACILITERENDE REGIEROL Voorbeeld uitvoeringsprotocol faciliterende regierol Algemeen Het uitvoeringsprotocol heeft betrekking op de volgende onderwerpen: A. Het
Nadere informatieProtocol 2: het vermoeden van seksuele intimidatie tussen kinderen onderling in de schoolsituatie.
Pagina 1 van 7 2.2.10. PROTOCOL PREVENTIE MACHTSMISBRUIK Bron:: JGZ protocol PMM - concept 4 GGD Hart voor Brabant Moet iedereen het weten? Draaiboek bij crisissituaties seksuele intimidatie in het primair
Nadere informatieReglement Meldingscommissie Incidenten Patiëntenzorg Stichting Flebologisch Centrum Groeneweg te Grave
Reglement Meldingscommissie Incidenten Patiëntenzorg Stichting Flebologisch Centrum Groeneweg te Grave Stichting Flebologisch Centrum Grave S&W consultants Veenendaal 1 Reglement Meldingscommissie Incidenten
Nadere informatieBeleidslijn rattenbestrijding gemeente Noordenveld
Beleidslijn rattenbestrijding gemeente Noordenveld U15.01395 *U15.01395* Hoofdstuk 1 Aanleiding voor de beleidslijn Vanaf 1 januari 2015 zijn de zogenoemde rodenticiden (groep van bestrijdingsmiddelen)
Nadere informatieStroomschema: klachtenroutes bij Ongewenste Omgangsvormen
Stroomschema: klachtenroutes bij Ongewenste Omgangsvormen De Wet schrijft voor dat elke school een klachtenregeling heeft. Iedereen binnen de school (leerlingen, ouders, docenten, leidinggevenden, overige
Nadere informatieIncidentenregeling Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.
Incidentenregeling Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V. [geldend vanaf 22 maart 2017, PF17-058] Artikel 1 Definities De definities welke in deze incidentenregeling worden gebruikt zijn nader
Nadere informatieVerslag bijeenkomst 22 november 2016 in De Bunt in Someren-Heide
Verslag bijeenkomst 22 november 2016 in De Bunt in Someren-Heide Op dinsdag 22 november vond een bijeenkomst plaats in De Bunt in Someren-Heide om de inwoners bij te praten over de nasleep van de brand.
Nadere informatiePastorale zorg bij rampen
2 Inho ud: 1. Doelstelling pag. 4 2. Realisatie pag. 5 3. Begrippen pag. 6 4. Verantwoordelijkheid pag. 7 5. Pastorale verzorger pag. 8 6. Taken pastorale verzorger pag. 8 7. Coördinator pastorale zorg
Nadere informatieAGENDAPUNTNUMMER DATUM BEHANDELING IN D&H 14 2006
DATUM VERGADERING 16 maart 2006 BL)LAGE(N) 'ƒ"-""". AGENDAPUNTNUMMER DATUM BEHANDELING IN D&H 14 2006 AAN DE VERENIGDE VERGADERING B0600185 VOORTGANG ACTIEPUNTEN EVALUATIE AANPAK HEVIGE NEERSLAG SEPTEMBER
Nadere informatieProtocol Bedrijfsnoodplan en bedrijfshulpverlening
Bedrijfsnoodplan en Nederlandse Vereniging van Dierentuinen Postbus 15458 1001 ML Amsterdam 020 5246080 Info@nvddierentuinen.nl Versie D2 van juni 2012 1. Inleiding Dierenparken moeten zijn voorbereid
Nadere informatieMelding Wet bodembescherming
Melding Wet bodembescherming Dit formulier opsturen naar: Gemeente Heerlen Afdeling Stadsplanning t.a.v. bureau milieu en duurzaamheid 36040 Postbus 1 6400 AA Heerlen 14 045 +31(0)45 560 50 40 www.heerlen.nl
Nadere informatieCalamiteitenplan Gorlaeus Laboratoria
Calamiteitenplan Gorlaeus Laboratoria Versie WEB 5 In het calamiteitenplan zijn de procedures vastgelegd die binnen de Gorlaeus Laboratoria gevolgd worden in geval van een (milieu)calamiteit of brand.
Nadere informatieFase 1: Alarmeren. Stap 1. Stap 2. Stap 3. Actie. Toelichting. Betrokken partijen. Betrokken partijen. Actie. Toelichting. Betrokken partijen
Draaiboek Brand 2016 Het Draaiboek Brand is onderdeel van het Protocol Grootschalige calamiteiten van het Verbond van Verzekeraars. In het draaiboek is beschreven hoe de coördinatie vanuit de branche Brand
Nadere informatieDroogte zomer 2018, een extreem jaar
Droogte zomer 2018, een extreem jaar De impact van langdurige droogte op watersysteem en de omgeving Rob van Woudenberg Senior beleidsadviseur crisisbeheersing Het boezemsysteem, het hoofdtransportsysteem
Nadere informatieDE STICHTSE RIJNLANDEN
HOOGHEEMRAADSCHAP DE STICHTSE RIJNLANDEN veilige dijken droge voeten schoon water Aan de eigenaar van de snelle motorboot met nummer YB92-90 Boot was gelegen aan de IJsselkade 22 te IJsselstein Datum Contactpersoon
Nadere informatieMIP staat voor Meldingen Incidenten Patiëntenzorg. Van die dingen waarvan je niet wilt dat ze gebeuren maar die desondanks toch voorkomen.
Algemene inleiding Een onderdeel van de gezondheidswet is dat er uitvoering gegeven moet worden aan de systematische bewaking, beheersing en verbetering van de kwaliteit van de zorg. Hiervoor heeft Schouder
Nadere informatieSociaal Calamiteitenprotocol versie voor aanbieders
Sociaal Calamiteitenprotocol versie voor aanbieders Gecoördineerde afstemming communicatie bij sociale calamiteiten Inleiding Sinds de transitie van WMO-voorzieningen en jeugdzorg is de gemeente verantwoordelijk
Nadere informatieCalamiteiten- en incidentenregeling
Calamiteiten- en incidentenregeling Inhoud Procesbeschrijving... 3 Verplichting tot melden... 3 Calamiteit zonder melding... 3 Ontvangstbevestiging... 3 Nader onderzoek... 3 Invoeren verbetermaatregelen...
Nadere informatieSchadegeval met bodemverontreiniging bij bedrijven klasse 1
Schadegeval met bodemverontreiniging bij bedrijven klasse 1 Documentbeschrijving 1. Titel publicatie Schadegeval met bodemverontreiniging bij bedrijven klasse 1 2. Verantwoordelijke Uitgever Danny Wille,
Nadere informatieEvaluatieverslag Hoogwater Maas december 2002/januari 2003
Evaluatieverslag Hoogwater Maas december 2002/januari 2003 De hoogwaterperiode december 2002/januari 2003 is gestart op 30 december 2002 met de eerste melding door de RAC en is geëindigd op 5 januari 2003
Nadere informatie2. Compliance officer: de functionaris die door het bestuur van het fonds als compliance officer is benoemd.
INCIDENTENREGELING Artikel 1. Definities 1. Bestuur: het bestuur van het fonds. 2. Compliance officer: de functionaris die door het bestuur van het fonds als compliance officer is benoemd. 3. Fonds: Stichting
Nadere informatieKlokkenluidersregeling
REGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND HOOFDSTUK 1. DEFINITIES Artikel 1. Definities In deze regeling worden de volgende definities gebruikt: betrokkene: degene die al dan niet in
Nadere informatieOntwerp Watervergunning
Ontwerp Watervergunning Datum : 28 augustus 2014 Documentnummer : 2014025455 Case nr. : WV114.0470 AANHEF Het dagelijks bestuur van het waterschap Scheldestromen heeft op 25 juni 2014 een aanvraag ontvangen
Nadere informatieMELDINGENFORMULIER NADER ONDERZOEK EN/OF SANERINGSPLAN
MELDINGENFORMULIER NADER ONDERZOEK EN/OF SANERINGSPLAN Algemeen 1. Gegevens locatie Locatienaam 2. Melding betreft Nader onderzoek (art. 29 in samenhang met art. 37) Saneringsplan (art. 28/39) Deelsaneringsplan
Nadere informatieB0500589 AAN DE VERENIGDE VERGADERING STAND VAN ZAKEN CALAMITEITENZORG. 1. Aanleiding
DATUM VERGADERING 29 SeptBITlber 2005 AGENDAPUNTNUMMER BIJLAGE^) Geen DATUM BEHANDÊUNG IN o&h 30 augustus 2005 AAN DE VERENIGDE VERGADERING B0500589 STAND VAN ZAKEN CALAMITEITENZORG 1. Aanleiding Op 30
Nadere informatieDe Veiligheidsregio NHN in vogelvlucht. 28-03-2011 Commissie Bestuur en middelen
De Veiligheidsregio NHN in vogelvlucht 28-03-2011 Commissie Bestuur en middelen Welkom Veiligheidsregio NHN Wet veiligheidsregios Bezuinigingen Regionalisering brandweer Praktijk Veiligheidsregio Noord-Holland
Nadere informatieConcept verslag COVM-vergadering van 11 september Opening en mededelingen
Concept verslag COVM-vergadering van 11 september 2014. 1. Opening en mededelingen De voorzitter opent de vergadering en heeft geen mededelingen. Secretaris vermeldt dat er naast een aantal afmeldingen,
Nadere informatieMIC-commissie. Melding incidenten, fouten en bijna ongelukken cliënten. Lichtenvoorde Juli 2009 Patrick Stroeve en André Temming
MIC-commissie Melding incidenten, fouten en bijna ongelukken cliënten Lichtenvoorde Juli 2009 Patrick Stroeve en André Temming Inleiding MIC staat voor Melding Incidenten Cliënten. Een MIC-melding is een
Nadere informatieWaterschap en bluswatervoorziening. Presentatie door Niels Robbemont, beleidsadviseur calamiteitenzorg
1 Presentatie door Niels Robbemont, beleidsadviseur calamiteitenzorg 2 waterschap Hollandse Delta is, naast Rijkswaterstaat en de waterbedrijven, één van de mogelijke leveranciers van bluswater op de Zuid-Hollandse
Nadere informatieOperationele Regeling VRU
Operationele Regeling VRU Uitwerking van de Wet veiligheidsregio s over de organisatie en werking van de hoofdstructuur van de rampenbestrijding en crisisbeheersing van de Veiligheidsregio Utrecht. Vastgesteld
Nadere informatieToelichting bij het Meldingsformulier Bodemverontreiniging
Toelichting bij het Meldingsformulier Bodemverontreiniging De gemeente Leiden is sinds 1 januari 2002 bevoegd gezag Wet bodembescherming (Wbb) voor haar eigen grondgebied. Deze taken zijn overgenomen van
Nadere informatieWateradvies voor ruimtelijke plannen met een klein waterbelang (korte procedure)
Notitie Contactpersoon Paul Lammers Datum 10 maart 2016 Kenmerk N002-1233768PTL-evp-V01-NL Watertoets Paleis t Loo Inleiding Eén van de milieuthema s die in het bestemmingsplan voor Paleis t Loo en het
Nadere informatieCommunicatieplan Wmo-raad Hellendoorn
Communicatieplan Wmo-raad Hellendoorn 01. Communicatiemiddelen en wanneer en / of waarom. Communicatiemiddel Mondeling Bijeenkomst Wmo-raad Circa een keer per zes weken regulier overleg over zaken aangaande
Nadere informatieDraaiboek asbest bij incidenten en calamiteiten. Beek 2012-2014
Draaiboek asbest bij incidenten en calamiteiten Beek 2012-2014 1 Verantwoordelijke organisatie: Verantwoordelijke omgevingszorg: Vervangende verantwoordelijke omgevingszorg: Officier van Dienst Bevolkingszorg:
Nadere informatieReglement Raad van Bestuur RSZK
Reglement Raad van Bestuur RSZK Pagina 1 van 5 REGLEMENT RAAD VAN BESTUUR REGIONALE STICHTING ZORGCENTRA DE KEMPEN Inleiding De raad van bestuur RSZK volgt in het besturen de Governancecode Zorg 2017.
Nadere informatieRegeling Grote Projecten Provincie Limburg 2018
Regeling Grote Projecten Provincie Limburg 2018 Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. Statencommissie: een commissie als bedoeld in de artikelen
Nadere informatieREC. Rev: Werkwijze Communicatieprotocol REC. Doelstelling:
Werkwijze Doelstelling: Vastleggen van de werkwijze van het communicatieprotocol en de handelswijze bij (ver)storingen en incidenten bij de op het gebied van de interne en externe communicatie. Activering
Nadere informatiePartijen: Het Röpcke-Zweers ziekenhuis, hierna te noemen 'het ziekenhuis', vertegenwoordigd door mevr. P. Terwijn, lid Raad van Bestuur,
Overeenkomst tussen Veiligheidsregio IJsselland en de Saxenburgh Groep, Röpcke-Zweers Ziekenhuis, over de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen, rampen en crises Partijen: Het Röpcke-Zweers ziekenhuis,
Nadere informatieAanpak hemelwater Chemie-Pack
Aanpak hemelwater Chemie-Pack Commissie Bestuur en Middelen, 7 juni 2012 Jeroen de Vugt Projectleider Uitvoering Chemie-Pack Onderwerpen Situatie en omstandigheden Algemene aanpak Aanpak (hemel)water Zuiveringsstudie
Nadere informatieKlachtenprocedure Stadsregiotaxi September 2010
Klachtenprocedure Stadsregiotaxi September 2010 Inhoud: Hoofdstuk I : Klachtenprocedure Stadsregiotaxi Hoofdstuk II : Procedure Geschillencommissie Stadsregiotaxi Hoofdstuk III : Begrippen Hoofdstuk IV
Nadere informatieOperationele Regeling VRU
Operationele Regeling VRU Uitwerking van de Wet veiligheidsregio s over de organisatie en werking van de hoofdstructuur van de rampenbestrijding en crisisbeheersing van de Veiligheidsregio Utrecht. Vastgesteld
Nadere informatie3 Oppervlaktewater en waterkering
3 Oppervlaktewater en waterkering Voor de Noordzee, zie bestuurlijke netwerkkaart Noordzee en zeescheepvaart crisistypen (dreigend) hoogwater (dreigend) laagwater (dreigende) waterverontreiniging en verontreiniging
Nadere informatieCalamiteitenbestrijdingsplan van Waterschap Rivierenland. Waterkwaliteit
Calamiteitenbestrijdingsplan van Waterschap Rivierenland Waterkwaliteit opgesteld door: Robert Vink vastgesteld door: college van dijkgraaf en heemraden Waterschap Rivierenland vastgesteld op: 9 april
Nadere informatieKlokkenluidersregeling a.s.r.
Klokkenluidersregeling a.s.r. December 2017 1 a.s.r. Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Doel van de Klokkenluidersregeling 3 3. Reikwijdte 3 4. Hoe werkt de Klokkenluidersregeling 4 5. Vertrouwelijke omgang
Nadere informatie1 De coördinatie van de inzet
1 De coördinatie van de inzet Zodra zich een incident voordoet of dreigt voor te doen, wordt de rampenbestrijdingsorganisatie via het proces van opschaling opgebouwd. Opschalen kan worden gedefinieerd
Nadere informatieProtocol melding en afhandeling beveiligings- of datalek, versie oktober 2018
Protocol melding en afhandeling beveiligings- of datalek, versie 1.1 19 oktober 2018 1 Protocol Melding en afhandeling beveiligings- of datalek 1. Inleiding De achtergrond van deze procedure is de Meldplicht
Nadere informatieAan de Gemeenteraad. 12 januari Betreft: Routeplanner Right to Challenge. Geachte leden van de Gemeenteraad,
www.righttochallenge.nl Aan de Gemeenteraad 12 januari 2019 Betreft: Routeplanner Right to Challenge Geachte leden van de Gemeenteraad, Right to Challenge (R2C) is het recht van bewonersinitiatieven om
Nadere informatieAfsprakennotitie voor ruimtelijke plannen met mogelijk een groot waterbelang (normale procedure)
datum 17-6-2016 dossiercode 20160617-10-13192 Afsprakennotitie voor ruimtelijke plannen met mogelijk een groot waterbelang (normale procedure) Algemeen Sinds 1 november 2003 is voor alle ruimtelijke plannen
Nadere informatieAsbestcommunicatie. DEEL 4 Bij geplande asbestverwijdering. juni 2014. Vereniging Bouw- & Woningtoezicht Nederland
Handreiking Asbestcommunicatie juni 2014 DEEL 4 Bij geplande asbestverwijdering Vereniging Bouw- & Woningtoezicht Nederland 4 COMMUNICATIE BIJ GEPLANDE ASBESTVERWIJDERING Een geplande asbestverwijdering
Nadere informatieKlachtencommissie NBA. Informatie voor de indiener van een klacht
Informatie voor de indiener van een klacht 2014 NBA Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze,
Nadere informatieHuishoudelijk reglement Toetsingscommissie DVP
Huishoudelijk reglement Toetsingscommissie DVP 1.1 1-6-2017 Huishoudelijk reglement Toetsingscommissie DVP 1/8 Versiebeheer Nummer Datum Aard van de wijziging Gewijzigd door 0.2 14-3- Aanpassingen n.a.v.
Nadere informatieInventarisatie stand van zaken lozingen huishoudelijk afvalwater op Rijkswateren stand van zaken medio oktober 2005
Bijlage 2 Datum huishoudelijk afvalwater op Rijkswateren stand van zaken medio oktober 2005 2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Belangrijkste conclusies 3 2 age 4 2.1 Algemene opmerking 4 3 Stand van zaken
Nadere informatieVersie 14-05-2009 1/6
Versie 14-05-2009 1/6 Draaiboek : 11 Titel: Draaiboekcoördinator: Ontruimen en evacueren Gerrit Kok Doelstelling: Bij crises kunnen zich dermate grote risico's voor de veiligheid van mens en dier in de
Nadere informatieMeldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Stichting Werkplaats Kindergemeenschap. Voortgezet Onderwijs
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Stichting Werkplaats Kindergemeenschap Voortgezet Onderwijs Stichting Werkplaats Kindergemeenschap 2019 Inleiding Wat houdt de meldcode in? De meldcode Huiselijk
Nadere informatieWatervergunning II: aan Enduris B.V., Postbus 399, 4460 AT GOES (hierna: vergunninghouder) de gevraagde vergunning te verlenen voor:
Watervergunning Datum : 24 september 2018 Documentnummer : 2018033630 Case nr. : WV118.0311 AANHEF Het dagelijks bestuur van het waterschap Scheldestromen heeft op 6 april 2018 een aanvraag ontvangen van
Nadere informatieJaarverslag 2015 Afdeling Toezicht en Handhaving Buitengewoon Opsporingsambtenaren (BOA s) Ridderkerk
Jaarverslag 2015 Afdeling Toezicht en Handhaving Buitengewoon Opsporingsambtenaren (BOA s) Ridderkerk 1 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Taken... 3 2.1 Meldingen door burgers en ondernemers... 3 2.2 Hondenbeleid...
Nadere informatieWATERVERGUNNING D /
WATERVERGUNNING 1 Inleiding Dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Delfland (hierna: Delfland) hebben op 8 december 2017 een aanvraag voor een watervergunning ontvangen van Van Omme &
Nadere informatieBeleidsplan Panel Deurbeleid Utrecht
Beleidsplan Panel Deurbeleid Utrecht 1. Inleiding Het Panel Deurbeleid Utrecht heeft naast de taak van het beoordelen van het deurbeleid van individuele horecaondernemers tevens de taak tot het onderzoeken
Nadere informatieAfdeling Vergunningen Toezicht en Handhaving Aanvraagformulier maatwerkvoorschriften op basis van het Besluit lozen buiten inrichtingen
Afdeling Vergunningen Toezicht en Handhaving Aanvraagformulier maatwerkvoorschriften op basis van het Besluit lozen buiten inrichtingen Aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Purmerend.
Nadere informatieAfhandeling klachten over de dienst
Staatstoezicht op de Mijnen: Afhandeling klachten over de dienst Afhandeling klachten over de dienst -02-2005 1 Werkwijze afhandelen klachten over Staatstoezicht op de Mijnen 1. Inleiding Staatstoezicht
Nadere informatieHandleiding. Meldingen module. PlanCare 2. elektronisch cliënten dossier. G2 Paramedici het EPD voor paramedici. Handleiding.
Handleiding Meldingen module Handleiding Declareren Versie 3.0.0.3 PlanCare 2 elektronisch cliënten dossier G2 Paramedici het EPD voor paramedici INHOUDSOPGAVE 1 Overzicht van de mogelijkheden... 2 1.1
Nadere informatieSTAPPENPLAN BEHORENDE BIJ DE BELEIDSREGEL BEHOUD EIGENDOMSRECHT EN AANPAK VAN GEBRUIK GEMEENTEGROND ZONDER TOESTEMMING
STAPPENPLAN BEHORENDE BIJ DE BELEIDSREGEL BEHOUD EIGENDOMSRECHT EN AANPAK VAN GEBRUIK GEMEENTEGROND ZONDER TOESTEMMING Situatie waarbij in rood de erfgrens is aangegeven. 1. Inleiding Dit stappenplan maakt
Nadere informatieprotocol melding activiteiten gebiedsgerichte aanpak Versie: 25 maart Inleiding 1.1 Aanleiding
protocol melding activiteiten gebiedsgerichte aanpak Versie: 25 maart 2010 1 Inleiding 1.1 Aanleiding In de beschikking 1 op het saneringsplan ondergrond Utrecht gefaseerde gebiedsgerichte aanpak (ook
Nadere informatieCommunicatie protocol tussen Omrin, gemeente Harlingen en de provincie Fryslân
Communicatie protocol tussen Omrin, gemeente Harlingen en de provincie Fryslân Juni 2011 Ondergetekenden: Gemeente Harlingen, ten deze vertegenwoordigd door de burgemeester de heer P.Scheffer, handelende
Nadere informatieBESLUIT INSTEMMING SANERINGSPLAN VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND
BESLUIT INSTEMMING SANERINGSPLAN VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 27 januari 2015 Onderwerp : Wet Bodembescherming - Locatie van verontreiniging : Dr. Hartogsweg 58 Plaats : Ede Gemeente
Nadere informatieGRIP 1, ongeval gevaarlijke stoffen (OGS) Alkmaar 17 mei 2016, gemeente Alkmaar
GRIP 1, ongeval gevaarlijke stoffen (OGS) Alkmaar 17 mei 2016, gemeente Alkmaar Quickscan GRIP 1, OGS Alkmaar, 17 mei 2016 Incident 17 mei 2016 Ongeval gevaarlijke stoffen aan de Kogerpolder 10, Starnmeer
Nadere informatieStappenplan Veilig Ondernemen winkelgebieden in Zoetermeer
Stappenplan Veilig Ondernemen winkelgebieden in Zoetermeer Inhoudsopgave 1 HET STAPPENPLAN VEILIG ONDERNEMEN WINKELGEBIEDEN IN ZOETERMEER...3 2 PUBLIEK-PRIVATE SAMENWERKING: BETROKKEN PARTIJEN...3 GEMEENTE...3
Nadere informatieProtocol machtsmisbruik / meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
geweld en kindermishandeling Doelgroep: Directies, leerkrachten en interne contactpersonen in primair onderwijs In deze protocollen beperken we ons tot een korte beschrijving van de taken die de interne
Nadere informatieFunctionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. Bescherm volksgezondheid. Beperk overlast en hinder Voorkom schade.
Doelen Functionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. 2. Geen (onaanvaardbare) economische schade of maatschappelijke hinder door wateroverlast. Bescherm volksgezondheid Beperk overlast
Nadere informatieHandreiking waterbodemkwaliteitskaart Delfland
Handreiking waterbodemkwaliteitskaart Delfland Inleiding Het Hoogheemraadschap van Delfland heeft op 19 februari 2015 een waterbodemkwaliteitskaart (WBKK) vastgesteld. De WBKK van Delfland is een belangrijk
Nadere informatieGEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2009 Nr. 45
GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2009 Nr. 45 Verordening op de ambtelijke bijstand 2009 (raadsbesluit van 17 september 2009) De raad van de gemeente Utrecht, gelet op het voorstel van b. en w. Besluit vast te
Nadere informatieMeldingen regeling algemeen
1 van 1 Doelstelling: Willen leren van meldingen en signalen ( dit kunnen meldingen zijn ) om de processen te optimaliseren en de zorg voor de patiënten op een zo hoog mogelijk niveau te houden of te brengen.
Nadere informatieNB: Uit deze omschrijving kan worden afgeleid dat onder kindermishandeling ook ernstige verwaarlozing valt.
Inleiding Dit protocol beschrijft de stappen die een medewerker in de vrouwenopvang behoort te zetten bij (vermoedens van) kindermishandeling van kinderen van cliënten die verblijven in de vrouwenopvang.
Nadere informatieBorging Evaluatie: eenmaal per drie jaar Door: avm
Deze is een aanvulling op de 'Klachtenbehandeling cliënten' (organisatiehandboek A 334.110). Deze is niet van toepassing op klachten in het kader van de Wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen
Nadere informatieNieuwegein. Datum 29 april 2016 Portefeuillehouder P.W.M. Snoeren
Nieuwegein 2016-186 Aan De raad van de gemeente Nieuwegein Onderwerp Beantwoording art. 42 br. VSP d.d. 29-04-16 inzake toepassen bestuursdwang wegens asbesthoudend materiaal kerk aan (zie 2016-146) Afdeling
Nadere informatieDraaiboek Zwaar weer Gemeente Rijssen-Holten Vastgesteld door B&W op: 12 november 2002
Draaiboek Zwaar weer Gemeente Rijssen-Holten Vastgesteld door B&W op: 12 november 2002 Wijzigingen Datum Aard van de wijziging Paraaf 27 april 2004 - RAC vervangen door meldkamer Twente - Regionale Brandweer
Nadere informatieTytylcentrum de Witte Vogel
Tytylcentrum de Witte Vogel 2015 Plan van aanpak 2015 Veiligheid en leefbaarheid in en rondom tyltylcentrum de Witte Vogel Stadsdeel Escamp Partijen: De directeur van de Witte Vogel Stadsdeelkantoor Escamp
Nadere informatieRegeling Adviesraad Wmo gemeente Hardenberg
No. 2007/JKNE/123168 Onderwerp: Regeling Adviesraad Wmo. Burgemeester en Wethouders van de gemeente Hardenberg; Overwegende dat het wenselijk is ten behoeve van de beleidsvorming en de uitvoering van de
Nadere informatieWATERVERGUNNING D /
WATERVERGUNNING 1 Inleiding Dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap van Delfland (hierna: Delfland) hebben op 18 mei 2017 een aanvraag voor een watervergunning ontvangen van Centaur Projecten
Nadere informatieDraaiboek incident / crisismanagement in MVO keten
Draaiboek voor incident-/crisismanagement in MVO keten UITGANGSPUNT De primaire verantwoordelijkheid voor voedsel- en diervoederveiligheid ligt bij de individuele ondernemer, die moet voldoen aan alle
Nadere informatie