Gebruiksaanwijzing AVR910 USB Programmer

Transcriptie

1 TECHNISCH INSTITUUT SINT-PAULUS Kruisven Mol Gebruiksaanwijzing Schooljaar Studierichting EE Gebruiksaanwijzing AVR910 USB Programmer Geïntegreerd in AVR-DevL Board Jan Cools Projecten

2 Stap 1: De programmer programmeren. Voor de mensen die dit lezen en een AVR-DevL Board hebben hoeven enkel de stappen van de USB RS232 kabel te nemen (indien een kabeltje beschikbaar is). Anders enkel de uitleg over de AVROSP2. Je ziet direct dat er op de printplaat een ATtiny2313 aanwezig is. Dit betekent dat er in deze microcontroller ook een deel "software" moet aanwezig zijn. Hoe krijg je die software daar? Dat ga ik jou proberen uit te leggen in een paar noodzakelijke stappen. Allereerst moet je beginnen met een nieuw bestand in Bascom, anders kun je niet in de programmer sectie geraken. Figuur 1.1 In figuur 1.1 zie je de "programmer options" van de Bascom omgeving. Je moet er zeker opletten dat je gebruik maakt van de STK200/300 Programmer.

3 Figuur 1.2 Waneer men op het groene "zif-socket" symbooltje klikt in Bascom, springt er een nieuw venster tevoorschijn. Vervolgens volg je de instructies in figuur 1.2 Figuur 1.3 Eerst "Clear" je de buffer zodat de vorige resterende programmacode weg is. Daarna laad je het bijgevoegde bestand: "Bestand om programmer te programeren.hex" Dit is het bestand waar dat instaat watje microcontroller precies moet doen met de inkomende signalen enz. Meer screenshots:

4 Figuur 1.4 Nu het bestand in de buffer geladen is kunnen we het in onze microcontroller flashen. Vergeet niet op het knopje te drukken. Figuur 1.5 Figuur 1.6

5 Figuur 1.7 Dit lijkt moeilijker dan het is. Allereerst druk je het SELF-Program knopje in. Vervolgens "Refresh" je de Fusebits. Je verandert de 2 nodige füsebits (in een oudere versie van Bascom zijn dit er 3). Fusebit C = 1: Divide Clock by 8 disabled Fusebit:KLA987=111101:Ext. Crystal Osc; Frequency Mhz: Start-up time: 14CK + 65ms: [CKSEL=1101 SUT=11] Tenslotte schrijf je de fusebits naar je microcontroller. Fusebits zijn een reeks bytse die je kan instellen in je microcontroller. Wij moeten dit veranderen omdat we een zeer specifiek kristal gebruiken als oscillator voor onze microcontroller. Anders is de kans op errors met de seriële commu nicatie veel groter. Figuur 1.8

6 Stap 2: USB To RS232 kabel van MCSelec installeren Het is ondertussen algemeen geweten dat de seriële en parallelle poort de dag van heden minder gebruikt worden. Alles is USB. Dus ook onze programmer zouden we graag USB hebben. Hoe doen we dit? Onze programmer is eigenlijk een seriële programmer, hij werkt dan ook perfect op de seriële poort. We hebben 2 opties om de communicatie van USB naar serieel (RS232) te verwezenlijken. Ofwel kopen we een kabeltje van MCSelec (+/- 15 ) ofwel kopen we een chip (FT232 +/- 6 ) om hetzelfde als het kabeltje te doen. In die kabels zitten trouwens overal die FT232 chips in. Ten eerste is er de comptabiliteit. Als je een kabeltje hebt kan je dat nog steeds voor iets anders gebruiken, de mensen met een seriële poort hoeven die chip dan ook niet extra te betalen. Maar dit is de uitleg voor mensen met een USB To RS232 kabel, degene zonder kabel kunnen dit gedeelte overslaan. Figuur 2.1 Dit is uitgelegd met een USB RS232 kabel van augustus 2007, als ze ondertussen bij FTDI andere chips in die kabels steken met andere drivers ben je met de volgende uitleg niks en moet je op een soortgelijke manier zoals deze je nieuwere drivers installeren. Je steekt de kabel nog niet in de USB poort. Maar je opent eer st de map PC Driver. Hierin staat het installatiebestand voor de drivers. Daarna plug je het kabeltje in en zie je normaal dat er een Profïlec USB RS232 kabel gedetecteerd word. Als dit niet zo is heb je waarschijnlijk iets verkeerd gedaan ofwel heb je een ander type kabeltje. Nu zie je ook nog SetCOM.exe staan. Dit kun je best al direct kopiëren naar je bureaublad. Dit programma bepaalt om welke adres je virtuele COM-poort aanwezig is. Bijvoorbeeld:COM9.

7 Figuur 2.2 Stap 3: avrosp2 gebruiken en combineren met Bascom avrosp2 Staat voor "AVR Open Source Programmer V2", d.w.z. dat deze software vrij is voor iedereen en dat men de source code kan aanpassen naar behoeften. Voor deze programmer zit er geen software geïntegreerd in Bascom, daarna ging ik opzo ek naar een alternatief. Ik heb gekozen voor avrosp2 omdat dit het beste programma is qua GUI (Graphical User Interface). Hoe avrosp2 gebruiken?

8 Figuur 3.1 Zoals de meeste software moetje beginnen met het juist confïgureren van de instellingen. Dit doe je onder het tabblad "Configure". Je stelt hier dezelfde COM poort in als die je zag in het programma SetCom, zorg er zeker voor dat de baudrate juist ingesteld staat. Anders is communicatie niet mogelijk.

9 Figuur 3.2 Hier zie je eigenlijk het belangrijkste deel van avrosp2 onder het tabblad "Program". Ik heb dit opgedeeld in 4 belangrijke stukken. En ga ze chronologisch uitleggen. Je begint steeds met op de knop Auto Detect te drukken. Normaal verschijnt het type microcontroller direct in het vakje ernaast. Is dit niet zo? Controleer de verbindingen en instellingen. Omdat Bascom en avrosp2 niet samenwerken gaan we de beiden combineren. We compileren eerst onze code in Bascom, dan laden we de Intel.HEX file die Bascom heeft gegenereerd in avrosp2, desnoods laden we ook de EEPROM.EEP file. Figuur 3.3

10 Omdat de chip ook nog gewist moet worden vooraleer de nieuwe code erin kan, vinken we in de "Auto Program Settings" de "Erase Device Before Programming" aan. Natuurlijk willen we ook graag weten of onze code wel op de juiste plaats, en vooral goed is aangekomen. Daarom vinken we "Verify Device After Programming" aan. Als we nu onze Hex file en EEP file willen programmeren naar onze microcontroller moeten we nog enkel op "Auto" klikken. Zoals we in Bascom fusebits kunnen instellen kunnen we op een soortgelijke manier in avrosp2 ook de fusebits instellen. Zorg ervoor datje zeker weet wat je doet vooraleer je hier aanpassingen maakt. Je kan hiermee je chip onherkenbaar maken voor de programmer. Dit los je op door extern een signaal van l Mhz, afkomstig van een andere microcontroller of frequentiegenerator, op je XTAL1 pin te hangen. Alle waardes van fusebits staan ook gedetailleerd beschreven in de datasheets van ATMEL. Figuur 3.4

11 Figuur 3.5 Met deze Lockbits kan je je microcontroller ontoegankelijk maken. Dit kan handig zijn als je commerciële apparaten maakt en je niet wilt dat andere mensen je code gaan "stelen".

12 Figuur 3.6 Hier zie onder het tabblad "Advanced" nog de geavanceerde instellingen. Voor normale werking heb je deze instellingen niet nodig. Ik denk dat ik kan besluiten dat je met een beetje basis engels zelf heel het programma wel had kunnen uitpluizen. Ik hoop dat jullie er iets van geleerd hebben. Veel plezier en succes met jullie programmer of AVR-DevL Board. Met vriendelijke groeten, Jan Cools