Bestuursrecht. Bestuursrecht. Mr. R.L. Vucsan. Inleiding
|
|
- Dina ten Hart
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Mr. R.L. Vucsan Bestuursrecht Inleiding De vorige twee Katernen bestuursrecht werden geheel gedomineerd door de op 1 januari jongstleden ingevoerde eerste en tweede tranche van de Algemene wet bestuursrecht. Intussen staat de Awb-wetgevingsmachine niet stil en zijn er twee wetsvoorstellen ingediend met aanvullingen op de Algemene wet bestuursrecht. Op 13 december vorig jaar is het wetsvoorstel tot Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met de opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer bij de Tweede Kamer ingediend (TK 1993/1994, , nrs. 1-2 intussen gewijzigd door nr. 6, de nota van wijziging). Het wetsvoorstel verheft het Nederlands tot de officiële bestuurlijke taal en regelt het gebruik van het Fries in de provincie Friesland. Op 29 april van dit jaar is het wetsvoorstel tot Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht (Derde tranche Algemene wet bestuursrecht) bij de Tweede Kamer ingediend {TK 1993/ , nrs. 1-2). Door middel van dit wetsvoorstel zal de Algemene wet bestuursrecht worden aangevuld met bepalingen over subsidies, beleidsregels, handhaving, mandaat en delegatie en het toezicht op bestuursorganen en zal de Afdeling over de motivering van beschikkingen worden verplaatst naar hoofdstuk 3 Awb zodat deze be- KATERN
2 palingen voor alle besluiten (met uitzondering van de algemeen verbindende voorschriften) gaan gelden. Het wetsvoorstel wijkt niet sterk af van het voorontwerp dat in deze Katernen al uitgebreid is besproken (zie voor beleidsregels Katern 43 en 46, voor de handhaving Katern 43, voor de subsidies, mandaat en delegatie Katern 44, voor het toezicht op bestuursorganen Katern 45 en voor de motivering Katern 47). Het wetsvoorstel is in RegelMaat uitgebreid beschreven door J. Veltman (RegelMaat 1994, nr. 3, p. 116). In het vorige Katern is uitgebreid aandacht besteed aan de systematiek van het besluitvormingsrecht dat door de eerste tranche van de Algemene wet bestuursrecht is gecreëerd. In dit Katern zullen het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer en de beleidsregels tegen de achtergrond van deze systematiek worden besproken. Het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer Volgens een uitspraak van de Afdeling rechtspraak van 20 juni 1990 heeft een Nederlandstalige Fries recht op een Nederlandse vertaling van een Friestalig stuk. Hoewel de motivering van deze uitspraak de nodige vraagtekens opriep was de rechtsregel zeer duidelijk. Zolang de wetgever niet het tegendeel heeft bepaald, geldt Nederlands als de in het rechts- en bestuurlijke verkeer aangewezen taal (zie ook Katern 47). Het wetsvoorstel tot Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met opneming van regels betreffende het gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer voorziet in de aanvulling van hoofdstuk 2 Awb met een Afdeling 2.2 over het 'Gebruik van de taal in het bestuurlijk verkeer'. De kern van het wetsvoorstel is artikel 2:6 Awb: 1. Bestuursorganen en onder hun verantwoordelijkheid werkzame personen gebruiken de Nederlandse taal, tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald. 2. In afwijking van het eerste lid kan een andere taal worden gebruikt indien het gebruik daarvan doelmati ger is en de belangen van derden daardoor niet one venredig worden geschaad. Het eerste lid bevestigt de regel die in de eerder genoemde uitspraak was opgenomen. Er wordt echter ook uitdrukkelijk de mogelijkheid geopend om andere talen een officiële status in het bestuurlijk verkeer te verlenen. Van die mogelijkheid is gebruik gemaakt door in de artikelen 2:7 tot en met 2:13 het gebruik van het Fries te regelen. Ondanks het feit dat het wetsvoorstel zodanig is opgebouwd dat er na de Friese taal ook andere talen nog een officiële positie kunnen krijgen, zal dat volgens de Memorie van Toelichting vooralsnog niet gebeuren. In het tweede lid wordt de bestaande bestuurspraktijk waarbij bestuursorganen burgers die het Nederlands niet machtig zijn in hun eigen taal tegemoet komen, beschermd. Het algemene karakter van artikel 2:6 rechtvaardigt eigenlijk een plaatsing bovenaan Afdeling 2.1 de 'Algemene bepalingen'. De voorgestelde Afdeling 2.2 zou dan 'Gebruik van de Friese taal in het bestuurlijk verkeer' kunnen gaan heten. De motieven van de regering om het Fries een belangrijke rol in het bestuurlijke verkeer toe te kennen, zijn de wens om de Friese taal te emanciperen en de wens om te voldoen aan internationaalrechtelijke verplichtingen waarbij minderheden niet het recht mag worden ontzegd om zich van hun eigen taal te bedienen. Het werkingsbereik van de wet is uitdrukkelijk beperkt tot de provincie Friesland. Daardoor is het onmogelijk om in friestalige gemeenten net buiten Friesland het Fries in het bestuurlijke verkeer te gebruiken. Het Fries mag slechts in het 'reservaat' Friesland worden geëmancipeerd! Volgens artikel 2:7 kan een ieder mondeling of schriftelijk de Friese taal gebruiken in het verkeer met bestuursorganen, voor zover deze in de provincie Friesland zijn gevestigd, tenzij het bestuursorgaan meent dat dit tot een onevenredige belasting van het bestuurlijke verkeer zou leiden. Bestuursorganen kunnen volgens artikel 2:8 in het mondelinge verkeer binnen de provincie Friesland de Friese taal gebruiken tenzij de wederpartij daar bezwaren tegen heeft. Aangenomen moet worden dat met wederpartij zowel de burger als andere bestuursorganen in Fïiesland bedoeld worden. Er zijn immers in Friesland ook gemeenten waar nauwelijks Fries wordt gesproken. Volgens artikel 2:9 heeft een ieder het recht om in de vergaderingen van de vertegenwoordigende organen Fries te spreken. Hetgeen in het Fries wordt gesproken zal ook in het Fries worden genotuleerd. De faculteit der rechtsgeleerdheid van de Rijksuniversiteit Groningen heeft een dependance in Leeuwarden. De komende jaren zal ik, woonachtig in Groningen en geboren in Noord- Holland, daar bestuursrechtonderwijs gaan verzorgen. Aangezien ik voldoe aan de vereisten van artikel 1:1 Awb voor het begrip bestuursorgaan, zal ik onder de werking van deze wet gaan val KATERN 52
3 len. Wanneer de studenten mij straks mondeling of schriftelijk in het Fries benaderen, kan ik mij gelukkig beroepen op het tweede lid van artikel 2:7. Het gebruik van het Fries zou immers een onevenredige belasting van het bestuurlijk verkeer met mij betekenen. Ik zou volgens dit wetsvoorstel ook niet verplicht zijn om in het Fries te antwoorden, laat staan colleges te geven. Ik zou daar overigens wel gerechtigd toe zijn tenzij dit tot een onbevredigend verloop van het mondelinge verkeer zou leiden (artikel 2:9). Gezien mijn gebrekkige kennis van het Fries zal dat zeker het geval zijn. Het gebruik van de Friese taal in schriftelijke stukken wordt geregeld in de artikelen 2:10 tot en met 2:13. In het oorspronkelijke artikel 2:10 werd de bevoegdheid verleend om bij verordening regels te geven met betrekking tot het gebruik van Fries in schriftelijke stukken. Hierdoor was in ieder geval gegarandeerd dat het gebruik van de Friese taal door het gemeente- of het provinciebestuur zou worden gelegitimeerd door een democratische meerderheid. De gekozen formulering liet echter ook de mogelijkheid open dat Provinciale Staten van Friesland een regeling zouden opstellen waarvan de werking zich ook uitstrekt tot het gebruik van het Fries in schriftelijke stukken door bestuursorganen van de gemeenten. Deze tekortkoming is gelukkig op tijd opgemerkt. Door middel van de nota van wijziging (TK 1993/1994, , nr. 6) is een nieuwe formulering voorgesteld waarbij wordt bepaald dat de in Friesland gevestigde bestuursorganen die niet tot de centrale overheid behoren, regels kunnen stellen over het gebruik van de Friese taal in schriftelijke stukken. Op die manier is echter nog steeds niet bepaald dat het bestuursorgaan alleen voor zichzelf regels kan stellen zodat bijvoorbeeld provinciale bestuursorganen theoretisch gezien nog steeds regels zouden kunnen stellen voor gemeentelijke bestuursorganen. Voorts heeft deze afgrijselijke bepaling het akelige gevolg dat elk bestuursorgaan, dus provinciale staten, gedeputeerde staten, de commissaris van de Koningin, de gemeenteraden, de colleges van B&W, de burgemeesters en ieder ander orgaan, persoon of college dat krachtens artikel 1:1 Awb is aan te merken als bestuursorgaan, regels kan opstellen. Daardoor zullen er ontelbare regelingen kunnen komen, iets dat de Awb nu juist probeert te voorkomen. Voorts is de democratische legitimatie van het gebruik van het Fries nu geheel zoek. Voor bestuursorganen van de Rijksoverheid kan volgens het tweede lid van artikel 2:10 de minister bepalen of zij stukken in het Fries zullen opstellen of niet. De regering gaat er blijkens de toelichting vanuit dat dit alleen geldt voor de bestuursorganen van de gedeconcentreerde rijksdiensten waarvan het werkterrein zich uitstrekt tot (een deel van) de provincie Friesland. De huidige minister van Onderwijs wilde ooit dat het universitair onderwijs in het Engels verzorgd zou worden. Dat is toen gelukkig niet doorgegaan. Wanneer de volgende minister van Onderwijs een Fries zou zijn dan zou hij/zij in artikel 2:10 een solide wettelijke basis vinden om mij te verplichten het schriftelijke studiemateriaal en tentamens in het Fries te verstrekken. Het is maar te hopen dat hij/zij geen Fries zal zijn! Een aantal schriftelijke stukken, zoals algemeen verbindende voorschriften en beleidsregels en de daaraan voorafgaande stukken moeten in ieder geval ook in het Nederlands worden opgesteld. Dat is logisch omdat deze stukken ook van belang zijn voor degenen die het Fries niet machtig zijn. De wetgever heeft echter niet geregeld welke tekst voorrang heeft indien de tekst en zijn vertaling niet geheel hetzelfde zijn! Met andere woorden welke van de twee is de 'authentieke' tekst? Een ander puntje dat ongeregeld is gebleven, is de termijn waarbinnen de in artikel 2:13 bedoelde vertaling van een Fries stuk verstrekt moet worden. Indien de beslissing om een vertaling te verstrekken, analoog aan de Wet openbaarheid van bestuur, zou kunnen worden aangemerkt als een beschikking, dan zou via artikel 4:13 een termijn van acht weken van toepassing zijn. Dat lijkt onwaarschijnlijk lang. Een termijn van een week lijkt mij al aan de lange kant. Beleidsregels De beleidsregels worden via een aanvulling op artikel 1:3 in de Awb geïntroduceerd: '4. Onder beleidsregel wordt verstaan: een besluit, niet inhoudende een algemeen verbindend voorschrift, dat een algemene regel geeft omtrent de afweging van belangen, de vaststelling van feiten of de uitleg van wettelijke voorschriften bij het gebruik van een bevoegdheid van een bestuursorgaan.' De regering heeft de beleidsregels met opzet als besluit omschreven zodat met behulp van de systematiek van de Awb het vaststellen van be- KATERN
4 leidsregels genormeerd kan worden. Die opzet kan alleen lukken indien een beleidsregel inderdaad door middel van een besluit wordt genomen. Daartoe zal de schriftelijke beslissing van het bestuursorgaan een publiekrechtelijke rechtshandeling moeten inhouden (zie artikel 1:3, eerste lid). Naar het geldend recht is het twijfelachtig of het vaststellen van een beleidsregel rechtsgevolg heeft zodat er waarschijnlijk ook geen sprake is van een publiekrechtelijke rechtshandeling. Dit probleem is opgelost door de volgende bepalingen: artikel '1. Een bestuursorgaan kan beleidsregels vaststellen met betrekking tot een hem toekomende of onder zijn verantwoordelijkheid uitgeoefende, dan wel door hem gedelegeerde bevoegdheid.' artikel 'Het bestuursorgaan handelt overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.' Misschien zou het door artikel gecreëerde publiekrechtelijke rechtsgevolg wel voldoende zijn geweest om een besluit aan te nemen. De regering was daar kennelijk niet helemaal zeker van want zij heeft in artikel 4.4.1, eerste lid, een uitdrukkelijke bevoegdheid tot het vaststellen van beleidsregels gecreëerd. Door in die bepaling ook de term 'beleidsregels' te gebruiken, krijgt de omschrijving van artikel 1:3, vierde lid, een normatieve lading: het bestuursorgaan kan regels opstellen zoals omschreven in artikel 1:3, vierde lid. Omdat die regels zijn omschreven als besluiten, zijn het ook besluiten en zijn de bepalingen van de Awb van hoofdstuk 3 en Titel 4.4 ook daarop van toepassing. Men dient er dus op verdacht te zijn dat volgens deze constructie er geen sprake kan zijn van een beleidsregel in de zin van artikel 1:3, vierde lid, omdat de beslissing van het bestuursorgaan aan de vereisten van die bepaling voldoet (zoals bij de leden 1 en 2 van artikel 1:3 wel het geval is). Er kan slechts sprake zijn van een beleidsregel in de zin van artikel 1:3, vierde lid, indien de bevoegdheid ex artikel juncto is uitgeoefend. Met andere woorden een beleidsregel is slechts een beleidsregel indien er beleidsregel op staat! De bevoegdheid tot het opstellen van beleidsregels is geen zelfstandige bevoegdheid. Artikel geeft slechts de bevoegdheid tot opstellen van beleidsregels met betrekking tot een andere bevoegdheid. Bij beleidsregels zijn dus altijd twee bevoegdheden in het spel. De bevoegdheid van artikel en de bevoegdheid waarop de beleidsregel betrekking heeft. Hierdoor passen de bepalingen van hoofdstuk 3 van de Awb niet allemaal even goed op de beleidsregels (vergelijkbare problemen doen zich voor bij andere samengestelde bevoegdheden in de Awb zoals bijvoorbeeld de bevoegdheden in de artikelen en in de titel over subsidies). Zo wordt het verbod op détournement de pouvoir in artikel 3:3 geheel toegespitst op het gebruik van de bevoegdheid. Dat is voor beleidsregels echter de bevoegdheid ex artikel die echter zelf geen duidelijk doel heeft. Het valt te overwegen om in artikel 3:3 het begrip 'bevoegdheid' te vervangen door 'bevoegdheden'. Dan loopt het helemaal rond (een vergelijkbaar probleempje doet zich overigens ook in artikel 3:4, eerste lid, voor). Het tweede lid van artikel 3:4 zorgt voor een interessanter probleem. Dit artikel schrijft immers voor dat er geen onevenredigheid mag bestaan tussen de nadelige gevolgen van het besluit voor een of meer belanghebbenden en het doel dat met de bevoegdheid wordt gediend. Dit betekent dat een beleidsregel altijd zo in elkaar gestoken moet worden dat hij geen onevenredig nadeel kan veroorzaken. Wie nu vervolgens artikel leest (zie hiervoor), ziet dat het bestuursorgaan van de beleidsregel kan/moet afwijken wanneer de bijzondere omstandigheden van het geval onevenredige gevolgen zou veroorzaken voor belanghebbenden in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen. Kennelijk kan de toepassing van de beleidsregel toch onevenredige gevolgen veroorzaken ondanks het feit dat de beleidsregel geen onevenredigheid tussen het doel van de regeling en de nadelige gevolgen voor een of meer belanghebbende mag hebben! Deze bepaling wordt begrijpelijk wanneer men zich realiseert dat een beleidsregel alleen betrekking mag hebben op gevallen die het bestuursorgaan wel van te voren heeft voorzien. Doen zich nu bijzondere omstandigheden voor die het bestuursorgaan in het geheel niet heeft voorzien dan zou het de regel eigenlijk in het geheel niet mogen toepassen en de beslissing op individuele basis moeten nemen. Artikel bepaalt nu dat het bestuursorgaan desondanks de regel toch mag toepassen tenzij dit onevenredige gevolgen heeft. Dit artikel betekent dus geen beperking van de werking van de beleidsregel maar juist een 2484 KATERN 52
5 uitbreiding! Door de derde tranche zal na Afdeling 3.6 een Afdeling 3.7 worden toegevoegd waarin de motivering van besluiten wordt geregeld. Deze afdeling was oorspronkelijk voor de beschikking geschreven maar wordt overgeheveld naar hoofdstuk 3 zodat hij voor alle besluiten, met uitzondering van de algemeen verbindende voorschriften, zal gaan gelden. Voor beleidsregels heeft dit interessante gevolgen. Volgens artikel 3.6.2, tweede lid, moet in de motivering vermeld worden (zo mogelijk) krachtens welk wettelijk voorschrift het besluit is genomen. Omdat er bij beleidsregels altijd twee bevoegdheden in het spel zijn die in het algemeen ook krachtens twee wettelijke voorschriften worden uitgeoefend, waaronder altijd artikel 4.4.1, schiet deze bepaling voor beleidsregels te kort. Daarom heeft de regering een artikel voorgesteld waarin het bestuursorgaan verplicht wordt om ook het wettelijk voorschrift waarop de beleidsregel betrekking heeft te vermelden. Men kan zich afvragen of hiervoor nu een extra artikel in het leven geroepen moest worden. Had niet simpelweg kunnen worden volstaan met artikel 3.6.2, tweede lid, waarbij de uitdrukking 'wettelijk voorschrift' wordt vervangen door 'wettelijke voorschriften'? In dit verband kan men tenslotte ook vraagtekens zetten bij de plaatsing van artikel 4.4.3; 'Ter motivering van een besluit kan slechts worden volstaan met een verwijzing naar een vaste gedragslijn voor zover deze is neergelegd in een beleidsregel.' Had het niet meer voor de hand gelegen om dit artikel, dat toch betrekking heeft op de motivering van alle besluiten en niet op de motivering van beleidsregels, op te nemen in Afdeling 3.7? Na deze bespreking van de beleidsregels volgens de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht kan de balans worden opgemaakt. Om te beginnen bevat Titel 4.4 eigenlijk bitter weinig bepalingen die exclusief betrekking hebben op de beleidsregels zelf. Slechts de artikelen en 4.4.5, waarin de bevoegdheid tot het opstellen van beleidsregels is geregeld, zijn echt bepalingen die eigen zijn aan de beleidsregels. Kennelijk meent de regering dat er voor beleidsregels geen 'eigen' besluitvormingsrecht nodig is. Indien men zich realiseert dat het vaststellen van een beleidsregel veelal een tussenstap is in de uitoefening van de beschikkingsbevoegdheid dan valt echter meteen op dat een bestuursorgaan bij de uitoefening van een beschikkingsbevoegdheid veelal de belanghebbende burgers moet horen (artikel 4:7 en 4:8) terwijl dat bij het vaststellen van de beleidsregel niet het geval is. Nu kan men redeneren dat dit in de praktijk geen probleem zal zijn omdat het vaststellen van beleidsregels de hoorplicht bij de concrete beschikking onverlet laat. Het zal echter duidelijk zijn dat bedenkingen die tijdens het horen tegen bepaalde feiten en belangen die reeds in het kader van de vaststelling van de beleidsregel zijn geïnventariseerd, mosterd na de maaltijd zullen zijn. Al was het alleen maar omdat voor de aanpassing van de beleidsregel, dus niet het afwijken in een bijzonder geval, het opnieuw vaststellen van de beleidsregel noodzakelijk zal zijn. Het ontbreken van een soort van hoorplicht voor de totstandkoming van beleidsregels klemt des te meer nu het bestuursorgaan bij het uitoefenen van de beschikkingsbevoegdheid aan de motiveringsplicht kan voldoen door slechts te verwijzen naar de beleidsregel terwijl tegen de vaststelling van de beleidsregel vooralsnog geen administratieve rechtsgang open staat. Op deze wijze wordt een belangrijk deel van de normering van de uitoefening van de beschikkingsbevoegdheid geheel aan de invloed van de burger onttrokken. Tenslotte is de verdienste van het voorontwerp, de verplichting om beleidsregels op te stellen, ergens in de departementale voorbereiding verloren gegaan. Dit artikel (4.4.2) luidde in het voorontwerp: 'Indien een bestuursorgaan bij het gebruik van een bevoegdheid tot het nemen van besluiten of het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen een vaste gedragslijn volgt ter zake van het afwegen van belangen, het vaststellen van feiten of het uitleggen van wettelijke voorschriften, wordt deze in een beleidsregel neergelegd, tenzij redelijkerwijs kan worden aangetoond dat daaraan geen behoefte bestaat.' Het is te hopen dat de Tweede Kamer deze verplichting alsnog door middel van een amendement in de Awb opneemt. KATERN
Mandaat en delegatie. mr. M.C. de Voogd
Mandaat en delegatie mr. M.C. de Voogd Artikel 1:1 Awb 1. Onder bestuursorgaan wordt verstaan: a. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of b. een ander persoon of college,
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 829 Wet van 16 december 2010 tot tweede aanpassing van wetten in verband met de nieuwe staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius
Nadere informatieArtikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.
Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking
Nadere informatieBurgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van Hoogeveen;
Burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van Hoogeveen; Burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van De Wolden; Het dagelijks bestuur onderscheidenlijk de voorzitter
Nadere informatieBurgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van Hoogeveen;
Burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van Hoogeveen; Burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van De Wolden; Het bestuur onderscheidenlijk de voorzitter van de
Nadere informatie0 ALGEMENE REGELS TEN AANZIEN VAN MANDAAT
ALGEMENE REGELS 0 ALGEMENE REGELS TEN AANZIEN VAN MANDAAT In dit hoofdstuk wordt in het eerste onderdeel nader ingegaan op de wettelijke voorschriften met betrekking tot mandaat. In het tweede gedeelte
Nadere informatieBurgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van Hoogeveen;
Burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van Hoogeveen; Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht; BESLUITEN: vast te stellen Het Besluit mandaat, volmacht en machtiging
Nadere informatieInternetpublicatiemodel Decentrale Regelgeving. Deel II: Soorten regelgeving
Internetpublicatiemodel Decentrale Regelgeving Deel II: Soorten regelgeving IPM Decentrale Regelgeving Versie 4.0, Augustus 2008 ICTU / Overheid heeft Antwoord Wilhelmina van Pruisenweg 104 2595 AN Den
Nadere informatieMandaatbesluit FUMO. Vastgesteld door het Dagelijks Bestuur van de FUMO d.d. 16 september Mandaatbesluit FUMO
Vastgesteld door het Dagelijks Bestuur van de FUMO d.d. 16 september 2013 BESLUIT MANDAAT, VOLMACHT EN MACHTIGING FUMO Het dagelijks bestuur en de voorzitter van het openbaar lichaam gemeenschappelijke
Nadere informatieHet college van burgemeester en wethouders van Moerdijk, in haar vergadering van 26 juli 2005;
Het college van burgemeester en wethouders van Moerdijk, in haar vergadering van 26 juli 2005; gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 1, tweede lid, en 29a, tweede lid, van
Nadere informatieNOTA BESTUURSRECHTELIJKE GELDSCHULDEN
Nota: Bestuursrechtelijke geldschulden Inhoud: Beleid over uitstel van betaling, voorschotverlening, vertragingsrente en Sector/afdeling: Samensteller: Deelprojectgroep bestuursrechtelijke geldschulden
Nadere informatieRapport. Datum: 1 september 2003 Rapportnummer: 2003/290
Rapport Datum: 1 september 2003 Rapportnummer: 2003/290 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Sociale verzekeringsbank, vestiging Nijmegen, hem in het kader van de klachtenprocedure niet in de gelegenheid
Nadere informatieBeleidsregels gemeente Druten: intrekken omgevingsvergunning voor
Beleidsregels gemeente Druten: intrekken omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen 1. Inleiding De gemeente Druten verleent jaarlijks veel omgevingsvergunningen. Verreweg het grootste deel van die
Nadere informatieBESLUIT MANDAAT, VOLMACHT EN MACHTIGING FUMO
Uitgegeven: 11 oktober 2013 2013, nr. 61 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLÂN Mandaatbesluit FUMO Vastgesteld door het Dagelijks Bestuur van de FUMO d.d. 16 september 2013 BESLUIT MANDAAT, VOLMACHT EN MACHTIGING
Nadere informatieREACTIE. van de Raad van de gemeente Montferland, bijgestaan door mr B.S. ten Kate, advocaat te Arnhem, op het bezwaarschrift van
REACTIE van de Raad van de gemeente Montferland, bijgestaan door mr B.S. ten Kate, advocaat te Arnhem, op het bezwaarschrift van de stichting Stichting Burgers Eerst, tegen het besluit van de Raad van
Nadere informatieWETSVOORSTEL: WET GEBRUIK FRIESE TAAL. 1. Inleiding
WETSVOORSTEL: WET GEBRUIK FRIESE TAAL 1. Inleiding In het regeerakkoord dat is gesloten tussen CDA en VVD staat op bladzijde 6: In een taalwet worden de gelijke rechten van de Nederlandse taal en de Friese
Nadere informatieReglement bezwaarprocedure SVWN
Reglement bezwaarprocedure SVWN Stichting Visitatie Woningcorporaties Nederland Versie 1.0, vastgesteld 15 december 2015 1/10 Inhoud Begripsbepalingen... 3 De bezwaarcommissie... 3 Procedure... 4 Voorbereiden
Nadere informatieBesluit mandaat, volmacht en machtiging waterschap Vechtstromen
WATERSCHAPSBLAD Officiële uitgave van Waterschap Vechtstromen. Nr. 1289 10 maart 2014 waterschap Vechtstromen Kenmerk: WVS - 131 Het dagelijks bestuur van het waterschap Vechtstromen; gezien het voorstel
Nadere informatieOnder besluit worden verstaan: beslissingen inhoudende publiekrechtelijke rechtshandelingen (zie artikel 1:3 Awb).
Besluit mandaat, volmacht en machtiging Artikelsgewijze toelichting Algemeen Onder mandaat moet volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb) worden verstaan: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan
Nadere informatiePROVINCIAAL BLAD. Mandaatbesluit OD NZKG 2015 provincie Utrecht en de bijlage
PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Utrecht. Nr. 60 2 oktober 201 Mandaatbesluit OD NZKG 201 provincie Utrecht en de bijlage Besluit van het college van gedeputeerde staten van Utrecht van
Nadere informatieOnderwerp: Beantwoording reacties Mandaatbesluit Norbert de Blaay en Erik Hilbink Datum: 2 november 2016
Onderwerp: Beantwoording reacties Mandaatbesluit Opsteller: Norbert de Blaay en Erik Hilbink Datum: 2 november 2016 Opmerkingen Verwerkt Toelichting/Reden Hoogezand Sappemeer 1. Artikel 5 lid 1: is onduidelijk.
Nadere informatieRapport. Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148
Rapport Datum: 11 april 2000 Rapportnummer: 2000/148 2 Klacht Op 1 februari 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer Y. te Zwolle, ingediend door de Stichting Rechtsbijstand Asiel
Nadere informatie» Uitspraak. » Samenvatting. I. Procesverloop. 11. Overwegingen
USZ 2008/299 Centrale Raad van Beroep 29 juli 2008,07/482 WWB; LJN BD8843. (Mr. Van den Hurk Mr. Van Sloten Mr. Van der Ham) Het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo (hierna: appellant),
Nadere informatieWij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
(Tekst geldend op: 01-12-2014) Wet van 22 januari 2014, houdende regels omtrent de uitvoering van Europese verordeningen inzake financiële bijdragen uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (Uitvoeringswet
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-1991 21221 Algemene regels van bestuursrecht (Algemene wet bestuursrecht) Nr. 6 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 17 december 1990 Het voorstel van wet wordt
Nadere informatieGemeente Achtkarspelen. Verordening Langdurigheidstoeslag WWB. Dienst Werk en Inkomen De Wâlden
Gemeente Achtkarspelen Verordening Langdurigheidstoeslag WWB Dienst Werk en Inkomen De Wâlden November 2011 1 Gemeente Achtkarspelen de Raad van de gemeente Achtkarspelen; gelet op het bepaalde in artikel
Nadere informatieRapport. Rapport betreffende een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Halderberge. Datum: 24 mei 2013. Rapportnummer: 2013/057
Rapport Rapport betreffende een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Halderberge Datum: 24 mei 2013 Rapportnummer: 2013/057 2 Klacht Verzoeker, een advocaat, klaagt erover dat het
Nadere informatieBesluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delft houdende regels omtrent mandaat, machtiging en volmacht MMV Delft
CVDR Officiële uitgave van Delft. Nr. CVDR437486_2 28 november 2018 Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delft houdende regels omtrent mandaat, machtiging en volmacht
Nadere informatieHet college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente [naam deelnemer], of:
Algemene volmacht en machtiging Omgevingsdienst Groningen 2018 Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente [naam deelnemer], of: het college van gedeputeerde staten en
Nadere informatieMandaatbesluit samenwerking Zandvoort-Haarlem sociaal domein
Mandaatbesluit samenwerking Zandvoort-Haarlem sociaal domein Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Zandvoort, een ieder voor zover het de bevoegdheden van het betreffende
Nadere informatiePROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2005 / 67
PROVINCIAAL BLAD VAN LIMBURG 2005 / 67 Provinciale Staten van Limburg maken ter voldoening aan het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht en de Provinciewet bekend dat zij in hun vergadering van 16
Nadere informatieREGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP
REGLEMENT BEZWAARSCHRIFTEN PUBLIEKE OMROEP Vastgesteld bij besluit van de Raad van Bestuur van de Stichting Nederlandse Publieke Omroep, hierna de NPO, d.d. 12 januari 2010, herzien d.d. 12 februari 2013.
Nadere informatieKenmerk: / Betreft: ontheffingsverzoek ex artikel 3.24, tweede lid, en artikel 3.25 van de Mediawet 2008
Besluit Kenmerk: 664766/664970 Betreft: ontheffingsverzoek ex artikel 3.24, tweede lid, en artikel 3.25 van de Mediawet 2008 Besluit van het Commissariaat voor de Media betreffende het verzoek door Sapphire
Nadere informatieOplegnotitie Delegatie en inspraak
Oplegnotitie Delegatie en inspraak Zaaknr.: Inleiding Bepaalde bevoegdheden van de gemeenteraad lenen zich voor overdracht aan het college. Deze overdracht wordt geregeld door middel van delegatie.
Nadere informatiegelet op het bepaalde in artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b en tweede lid van de Participatiewet;
De raad van de gemeente Ooststellingwerf; nr. 12 gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; gelet op het bepaalde in artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b en tweede
Nadere informatieRaad voor Accreditatie (RvA) Klachtenprocedure RvA
Raad voor Accreditatie (RvA) Klachtenprocedure RvA Documentcode: RvA-QA008-NL Versie 2, 25-9-2018 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Toepassingsgebied 3 3 Definities 4 4 Formele eisen aan een klacht 4 5 Behandeling
Nadere informatieKenmerk: / Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008
Besluit Kenmerk: 652062/654418 Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008 Besluit van het Commissariaat voor de Media (hierna: Commissariaat)
Nadere informatiePostbus HM Leeuwarden
Postbus 20120 8900 HM Leeuwarden Aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, mr. J.P.H. Donner, DGBK/Openbaar Bestuur en Democratie Kwaliteit en Kaderstelling Bestuur Postbus 20011 2500
Nadere informatieKenmerk: / Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008
Besluit Kenmerk: 702965/702998 Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008 Besluit van het Commissariaat voor de Media betreffende het
Nadere informatieA. Het bestuur: het materiële bestuursrecht
A. Het bestuur: het materiële bestuursrecht Dit hoofdstuk gaat over het materiële bestuursrecht en de plek van het bestuur in dit recht. Inleiding Het bestuursrecht heeft bestuursactiviteiten van de overheid
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2014 48 Wet van 22 januari 2014, houdende regels omtrent de uitvoering van Europese verordeningen inzake financiële bijdragen uit het Europees Fonds
Nadere informatieWettelijke basis cliëntenparticipatie WWB, WIJ, WSW en WMO
Wettelijke basis cliëntenparticipatie WWB, WIJ, WSW en WMO WWB Art. 47. Verordening cliëntenparticipatie De gemeenteraad stelt bij verordening regels over de wijze waarop de personen, bedoeld in artikel
Nadere informatieHOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen
Verordening individuele inkomenstoeslag 2015 Kenmerk: 184268 De raad van de gemeente Oldebroek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 oktober 2014; gelet op artikel 8, eerste lid,
Nadere informatieVerordening langdurigheidstoeslag 2012 concept
Verordening langdurigheidstoeslag 2012 concept 20-2-2012 De raad van de gemeente Montferland, Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders, met overneming van de daarin vermelde
Nadere informatiegelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel c, en derde lid, van de Participatiewet;
VERORDENING INDIVIDUELE STUDIETOESLAG PARTICIPATIEWET 2015 DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN; (4733150); gelezen het voorstel van het college van 25 november 2014; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel
Nadere informatieCentrumregeling samenwerking Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, Terschelling en Leeuwarden
Centrumregeling samenwerking Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, Terschelling en Leeuwarden De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, Terschelling
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 276 Wijziging van de Mededingingswet en van enige andere wetten in verband met de implementatie van EG-verordening 1/2003 Nr. 1 KONINKLIJKE
Nadere informatieons kenmerk ECGR/U201301490 Lbr. 13/100
Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft Modelverordening elektronische kennisgeving uw kenmerk ons kenmerk ECGR/U201301490 Lbr. 13/100 bijlage(n)
Nadere informatieHet bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.
Algemene wet bestuursrecht Titel 4.1. Beschikkingen Afdeling 4.1.1. De aanvraag Artikel 4:1 Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven van een beschikking schriftelijk
Nadere informatieBELEIDSREGEL ARTIKEL 35 DRANK- EN HORECAWET
BELEIDSREGEL ARTIKEL 35 DRANK- EN HORECAWET De burgemeester van Almere; Gelet op het bepaalde in: - artikel 4:81, lid 1, van de Algemene wet bestuursrecht waarin is bepaald dat een bestuursorgaan beleidsregels
Nadere informatieMandaatbesluit. Overwegende,
Mandaatbesluit Het college van gedeputeerde staten/burgemeester en wethouders en de commissaris van de Koning/ burgemeester van >naam deelnemer
Nadere informatieKaderverordening subsidies provincie Groningen 1998
CVDR Officiële uitgave van Groningen. Nr. CVDR244162_9 14 juli 2017 Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 Provinciale Staten van Groningen; Besluiten: Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene
Nadere informatieLeidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009
Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009 OPGAVE 1 (34 punten) Vraag 1.1 (5 punten) Er staan geen bestuursrechtelijke rechtsmiddelen open. Het voorbereidingsbesluit van artikel
Nadere informatieIn dit besluit wordt verwezen naar de corresponderende nummers uit de inventarislijst, zodat per document duidelijk is wat is besloten.
In dit besluit wordt verwezen naar de corresponderende nummers uit de inventarislijst, zodat per document duidelijk is wat is besloten. Zienswijzen Er zijn derde belanghebbenden bij de openbaarmaking van
Nadere informatieALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015
ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015 Algemene subsidieverordening gemeente Maastricht 2015 1 INHOUD Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Artikel 1 Definities... 3 Artikel 2 Wettelijke
Nadere informatiegelezen het voorstel van de portefeuillehouder Bestuurlijke zaken, calamiteiten, handhaving en externe contacten;
VERGADERING 16 ĴUİİ 2013 AGENDAPUNTNUMMER KENMERK B1302434 BESLUIT D&H: INSPRAAKVERORDENING WATERSCHAP HOLLANDSE DELTA 2013 HET COLLEGE VAN DIJKGRAAF EN HEEMRADEN VAN WATERSCHAP HOLLANDSE DELTA; gelezen
Nadere informatieDe raad, het college en de burgemeester van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht; ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft;
De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht; ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 6 december 2002; nr.
Nadere informatieCentrumregeling samenwerking Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, Terschelling en Leeuwarden
STAATSCOURANT 2 Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 43910 december 2015 Centrumregeling samenwerking Vlieland, Ameland, Schiermonnikoog, Terschelling en Leeuwarden De colleges
Nadere informatieRecht lezen 2 Samenvatten. Weboefening 1. drs. Jacky van den Dikkenberg. u i t g e v e r ij c o u t i n h o. bussum 2015
Recht lezen 2 Samenvatten Weboefening 1 drs. Jacky van den Dikkenberg u i t g e v e r ij c o u t i n h o c bussum 2015 Deze weboefening hoort bij Recht lezen 2 van drs. Jacky van den Dikkenberg. 2015 Uitgeverij
Nadere informatieParagraaf 1, Algemeen
Mandaat- en machtigingenbesluit Programma Beheer, Subsidieverordening natuur- en landschapsbeheer, Subsidieregeling kwaliteitsimpuls natuur en landschap en de provinciale Subsidieverordening Inrichting
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 29 936 Regels inzake beëdiging, kwaliteit en integriteit van beëdigd vertalers en van gerechtstolken die werkzaam zijn binnen het domein van justitie
Nadere informatieMandaatregeling personeel Krimpen aan den IJssel
Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft; overwegende, dat het voor efficiënt functioneren van de gemeente wenselijk
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 872 Wijziging van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (verbetering vergunningverlening, toezicht en handhaving) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET
Nadere informatieMandaatbesluit. B e s l u i t e n vast te stellen het navolgende mandaatbesluit:
Het college van gedeputeerde staten/burgemeester en wethouders en de commissaris van de Koning/ burgemeester van >naam deelnemer
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 368 Tweede aanpassing van wetten in verband met de nieuwe staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba als openbaar lichaam
Nadere informatieBESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet.
Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3698-22 Betreft zaak: natuurlijke persoon Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste
Nadere informatieC O N C E P T. Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Besluit van houdende wijziging van het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met de verrekeningsbevoegdheid van de raad voor rechtsbijstand bij een proceskostenveroordeling Ingevolge artikel
Nadere informatieb. Een door het college aangewezen projectleider neemt in het kader van dit besluit hiërarchisch dezelfde plaats in als een manager.
Het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester, de secretaris, de managers en de heffings- en invorderingsambtenaar; ieder voor zo ver het de eigen - al dan niet in (onder)mandaat verleende
Nadere informatieAFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK
Raad vanstate 200607461/1. Datum uitspraak: 11 juli 2007 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak op het hoger beroep van: vennootschap onder firma appellante,, gevestigd te tegen de uitspraak in zaak nos.
Nadere informatieRegeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO
Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze regeling wordt verstaan onder: a. bestuur: de natuurlijke persoon/personen of het orgaan
Nadere informatieBesluit volmachtverlening waterschap Vechtstromen
CVDR Officiële uitgave van Waterschap Vechtstromen. Nr. CVDR325909_2 6 juni 2017 Besluit volmachtverlening waterschap Vechtstromen Kenmerk: WVS Bestuur - 3 De interim-watergraaf van het waterschap Vechtstromen;
Nadere informatieCVDR. Nr. CVDR601483_1
CVDR Officiële uitgave van Groningen. Nr. CVDR601483_1 2 februari 2017 Besluit van Gedeputeerde Staten en de Commissaris van de Koning van de Provincie Groningen houdende regels omtrent mandaat Algemeen
Nadere informatieKaderverordening subsidies provincie Groningen 1998. Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen
Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze verordening wordt verstaan onder provinciebestuur: het bevoegde orgaan van
Nadere informatieStaats- en bestuursrecht
F.C.M.A. Michiels (red.) Staats- en bestuursrecht Tekst en materiaal Met bijdragen van Gio ten Berge Leonard Besselink Henk Kummeling Lex Michiels Rob Widdershoven KLUWER J ^ Deventer - 2003 Thema 1 -
Nadere informatieMANDAATBESLUIT MILIEUTAKEN DIRECTEUR REGIONALE UITVOERINGSDIENST DRENTHE
MANDAATBESLUIT MILIEUTAKEN DIRECTEUR REGIONALE UITVOERINGSDIENST DRENTHE Artikel 1,Begripsbepalingen In dit besluit wordt verstaan onder: a. mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten
Nadere informatieKenmerk: / Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008
Besluit Kenmerk: 676322/676783 Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008 Besluit van het Commissariaat voor de Media betreffende het
Nadere informatieBetreft: Advies gemeenschappelijke regeling beoogde Metropoolregio
De heer U. Spaans Voorzitter Initiatiefgroep Democratische Legitimiteit Metropoolregio Rotterdam-Rijnmond-Haaglanden Postbus 150 2670 AD NAALDWIJK/WESTLAND Doorkiesnummer: 020 30 50 120 iskander@gijsheutinkadvocaten.nl
Nadere informatieBesluit mandaat, ondermandaat, volmacht en machtiging Lansingerland
CVDR Officiële uitgave van Lansingerland. Nr. CVDR98852_1 30 oktober 2018 Besluit mandaat, ondermandaat, volmacht en machtiging Lansingerland Mandaatregeling Lansingerland 2011 Het college van burgemeester
Nadere informatieWilt u telefonisch informatie over de bezwaarschriftprocedure dan kan dat tijdens kantooruren via de telefoonnummers: 045 560 3998 of 045 560 4029.
Toelichting bij bezwaarschrift indienen Bezwaar maken Wanneer kunt u bezwaar maken? (hyperlink naar bijbehorende tekstblokje) Wanneer kunt u geen bezwaar maken? Hoe maakt u bezwaar, waar en wanneer? In
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1979-1980 16 034 (R 1138) Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van de bepalingen inzake het koningschap
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 98 Wet van 5 maart 2007 tot wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de invoering van bestuursrechtelijke handhaving
Nadere informatieRegistratienummer: Besluit omgevingsvergunning Elswoutshoek
Registratienummer: 2016003300 Besluit omgevingsvergunning Elswoutshoek Op 22 mei 2015 is namens de heer J.W. Slewe te Overveen een aanvraag omgevingsvergunning ingediend voor de activiteit handelen in
Nadere informatieBeleidsregels WWB/IOAW/IOAZschriftelijke. verminderde verwijtbaarheid gemeente Tholen 2013
Beleidsregels WWB/IOAW/IOAZschriftelijke waarschuwing en verminderde verwijtbaarheid gemeente Tholen 2013 Burgemeester en wethouders van de gemeente Tholen; Gelet op artikel 18a van de Wet werk en bijstand
Nadere informatieGemeenschappelijke Regeling. Samenwerkingsverband Noord-Nederland
Gemeenschappelijke Regeling Samenwerkingsverband Noord-Nederland 1 Gemeenschappelijke Regeling Samenwerkingsverband Noord-Nederland Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en de commissarissen van de Koning
Nadere informatieSluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet
Sluitingsbeleid ex artikel 13b Opiumwet Juridisch kader Op basis van de artikelen 2 en 3 van de Opiumwet is het verboden een middel als bedoeld in de bij deze wet behorende lijst I en II, dan wel aangewezen
Nadere informatieKenmerk: / Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008
Besluit Kenmerk: 714881/720886 Betreft: verzoek om ontheffing op grond van artikel 3.20, tweede lid, en 3.24, tweede lid, van de Mediawet 2008 Besluit van het Commissariaat voor de Media betreffende het
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 212 Wijziging van de Wet op het notarisambt (Reparatiewet Wet op het notarisambt) Nr. 8 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 9 maart 2004 Ea Het voorstel
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 463 Regels omtrent het transport en de levering van gas (Gaswet) Nr. 95 DERDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 4 april 2000 Het voorstel van wet
Nadere informatieMandaat- en machtigingenbesluit Programma Beheer en Subsidieverordening natuur- en landschapsbeheer Flevoland 2010,
2014/13 Nummer 1641892 Mandaat- en machtigingenbesluit Programma Beheer en Subsidieverordening natuur- en landschapsbeheer Flevoland Gedeputeerde Staten van Flevoland maken, gelet op het bepaalde in art.
Nadere informatieGemeenschappelijke Regeling Openbaar Lichaam OV-bureau van de gemeente Groningen en de provincies Groningen en Drenthe
Gemeenschappelijke Regeling Openbaar Lichaam OV-bureau van de gemeente Groningen en de provincies Groningen en Drenthe HOOFDSTUK I. INLEIDENDE EN ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1. In deze regeling wordt verstaan
Nadere informatieZundertse Regelgeving
Zundertse Regelgeving Wetstechnische informatie Rubriek: Openbare orde en veiligheid Naam regeling: Beleidsregels meerjarige evenementenvergunningen gemeente Zundert Citeertitel: Beleidsregels meerjarige
Nadere informatieVerordening langdurigheidstoeslag. gemeente Veendam
Verordening langdurigheidstoeslag gemeente Veendam 2012 Doel: deze verordening heeft als doel regels te stellen met betrekking tot het vaststellen van de voorwaarden om in aanmerking te kunnen komen voor
Nadere informatieBELEIDSREGEL DEMPEN SLOTEN WATERSCHAP HUNZE EN AA S
BELEIDSREGEL DEMPEN SLOTEN WATERSCHAP HUNZE EN AA S Algemeen Bestuur: 17 september 2003 Beleidsregels in de zin van de Algemene wet bestuursrecht De Algemene wet bestuursrecht geeft aan wat onder beleidsregels
Nadere informatieBeoordeling. h2>klacht
Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat de klachtafhandelingsbrieven van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) niet overeenkomstig het gestelde in de Algemene wet bestuursrecht
Nadere informatieBesluit mandaat, volmacht en machtiging Handhavingsdienst Zuidwest Drenthe
Besluit mandaat, volmacht en machtiging Handhavingsdienst Zuidwest Drenthe Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de deelnemende gemeenten in het samenwerkingsverband Handhavingsdienst
Nadere informatiegelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 januari 2011;
De raad van de gemeente Schiermonnikoog; overwegende, dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden jonger dan 65 jaar bij verordening
Nadere informatieControle en handhaving Besluit Overwegingen Algemene overweging: openbaarheid t.a.v. een ieder De eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer
Er zijn geen andere documenten bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland en de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit aangetroffen betreffende uw verzoek. Ook is mij niet bekend of de informatie bij
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22623 13 augustus 2013 Instellings- en mandaatbesluit spir-it 2013 Gelet op paragraaf 2 van de afdeling 6 van hoofdstuk
Nadere informatieBesluit ondermandaat, ondervolmacht en machtiging waterschap Vechtstromen
CVDR Officiële uitgave van Waterschap Vechtstromen. Nr. CVDR325903_2 6 juni 2017 Besluit ondermandaat, ondervolmacht en machtiging waterschap Vechtstromen Kenmerk: WVS Bestuur - 56 De secretaris-directeur
Nadere informatie1. In artikel 15a, eerste lid, wordt daartoe toestemming heeft gegeven vervangen door: daartoe uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven.
33 509 Wijziging van de Wet cliëntenrechten zorg, de Wet gebruik burgerservicenummer in de zorg, de Wet marktordening gezondheidszorg en de Zorgverzekeringswet (cliëntenrechten bij elektronische verwerking
Nadere informatie