Hoe willen wij wonen? Woonwensen en verwachting van ouderen 3 maart 2009

Transcriptie

1 Woonwensen en verwachting van ouderen 3 maart 2009

2 10u30 Onthaal 11u00 Woon-en zorgverwachtingen van ouderen Inleiding An Hermans Panel met Mia Houben Simone Van Brussel en Ludwig Caluwé Georgina Denolf en Tom Dehaene Andre Van Houtte en Cindy Franssen Moderator: Pol Vandendriessche Stellingen en standpunten voor de Vlaamse verkiezingen 11u45 Het Vlaamse woonzorgbeleid Veerle Heeren, Minister van Welzijn Energiezuinig wonen Hilde Crevits, Minister van Energie 12u50 Samen met onze kandidaten: op naar de Vlaamse verkiezingen 13u00 Lunch Met infostands heten wij hartelijk welkom: CM Enter VZW Familiehulp Landelijke thuiszorg Toegankelijkheidsbureau Zorgnet Vlaanderen Dank aan allen die meewerkten aan voorbereiding en uitwerking van deze samenkomst

3 Woonwensen en verwachting van ouderen 3 maart 2009 Hoe willen we wonen? Dat was de jongste maanden de uitgangsvraag in vele gesprekken op samenkomsten van CD&V-senioren. Vandaag bundelen we onze woonwensen en formuleren we verwachtingen naar politici. Ouder worden is een individueel gebeuren. Met kansen en beperkingen. Het is ook een samenlevingsgebeuren dat beleidsvragen oproept, ook omtrent wonen en zorg. Met het oog op de verkiezingen richten we ons op de eerste plaats tot de Vlaamse beleidsvoerders. Het beleid dat de Vlaamse regering de jongste tijd ontwikkelde omtrent wonen en zorg voor ouderen moet verder geoperationaliseerd en verfijnd worden. Verwachtingen omtrent wonen kunnen slechts gerealiseerd worden als aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Ze overschrijden de grenzen van een bepaald beleidsniveau. Meest fundamenteel zijn: Menswaardig wonen is een recht voor elke persoon. Woon en zorgbeleid moeten flexibel aan de verscheidenheid en specifieke noden van ouderen beantwoorden. Inspraak, respect en betrokkenheid van senioren zijn basisvereisten in elke beleidsvoering. Inkomens en vervangingsinkomens moeten welvaartsvast zijn. Ze moeten tenminste boven de armoederisicogrens liggen. Kwaliteitsvol wonen en zorg moeten betaalbaar zijn. Op alle beleidsniveaus moet gewerkt en samengewerkt worden om levenslang kwaliteitsvol wonen en zorg te realiseren.

4 In het perspectief van de Vlaamse verkiezingen dringen de CD&V-senioren aan om volgende bekommernissen in programma en beleid te realiseren: 1. Senioren wensen zo lang mogelijk thuis te wonen en waar nodig zorg thuis te ontvangen. De Vlaamse regelgeving omtrent huisvesting moet woningen voor verschillende doelgroepen van ouderen voorzien. Het bouwen en verbouwen van levensloopgeschikte woningen moet ingang vinden bij jonge bouwers en in de sectoren van huisvesting en woninginrichting. Dan wordt levenslang wonen preventief mogelijk gemaakt. 2. Aanpassingen om woningen geschikt te maken voor bewoning op hoge leeftijd ook in geval van fysieke handicaps of chronische ziekten, moeten gestimuleerd worden. Om mogelijk te maken dat meer mensen kunnen genieten van het huidige premiestelsel, moeten de toekenningsvoorwaarden uitgebreid en aangepast worden (o.m. naar inkomen en kadastraal inkomen). 3. Verschillende woonvormen voor ouderen zoals aanleunwoningen, assistentiewoningen, gemeenschappelijk wonen, meergeneratiewoningen, zorgwoningen moeten een aangepast wettelijk kader krijgen zodat wonen en zorg op maat kunnen gerealiseerd worden. 4. Meerdere overheden stimuleren woningaanpassingen en energiezuinig wonen. De Vlaamse regering moet de coördinatie en transparantie van premies bevorderen. We vragen ook eenvoud in informatieverstrekking en regelgeving. Zelf aanpassingen doen en samenwerking mogen niet afgeremd worden 5. Zowel de woning als de woonomgeving bevorderen de levenskwaliteit. Communicatiemogelijkheden, nabijheid van diensten, toegankelijkheid van gebouwen, mobiliteitsfaciliteiten, veiligheid en buurtinrichting zijn voorwaarden om het samenleven aangenaam te maken. Ze creëren een omgeving waar vereenzaming geen kans krijgt en respect en wederzijdse hulp vanzelfsprekend zijn. De Vlaamse overheid moet die waarden in het samenleven stimuleren. 6. De Vlaamse overheid moet erover waken dat lokale en provinciale overheden seniorenadviesraden oprichten en dat ouderen direct betrokken zijn bij planning en uitvoering van het welzijns en het sociale beleid, zeker als het op ouderen betrekking heeft. Zorgbehoeften moeten kunnen beantwoord worden in een continuüm van hulp, dienstverlening, medische en sociale zorg. Dergelijke zorg op maat vraagt om een soepele samenwerking tussen zorgverstrekkers waarbij de gekende grenzen tussen thuiszorg en zorg in rusthuizen vervagen. Zelfzorg, mantelzorg, professionele thuiszorg, medische verzorging en residentiële zorg moeten als schakels op elkaar aansluiten en naadloos beantwoorden aan de individuele zorgvragen. Bijzondere aandacht moet gaan naar technische hulpmiddelen.om de autonomie van ouderen te bevorderen. Hergebruik van hulpmiddelen moet gestimuleerd worden.

5 8. De regelgeving omtrent residentiële zorg en thuiszorg moet versoepeld en vereenvoudigd worden. Het nieuwe woonzorgdecreet biedt daartoe een wettelijke basis. Het introduceert het concept van woonzorgnetwerken waarbij vormen van thuiszorg, mantelzorg en residentiële zorg gecombineerd kunnen worden. Meer dagverzorgingscentra, centra voor kortverblijf, onthaalgezinnen voor ouderen moeten de waaier aan zorgvoorzieningen verbreden. 9. Zowel voor de medische als voor de niet-medische zorg moet rekening gehouden worden met de financiële draagkracht van de zorgontvanger en moet betaalbaar blijven. Daarom moeten ook in de thuszorg de uitgaven voor de zorgbehoevenden onder af te spreken grenzen blijven. 10. Kwetsbare, zieke, zorgbehoevende mensen hebben nood aan en recht op een respectvolle omgang van dienstverlenend, verzorgend en medisch personeel. Werkdruk en routine zijn vaak zo groot dat bij het verstrekken van hulp, het brengen van de maaltijden, de hygiënische verzorging geen tijd blijft voor een attente blik, een persoonlijk woord, een goed gesprek Ouderen rekenen erop dat in opleiding en bijscholing van personeel ethisch verantwoord handelen een aspect is van de vorming. Aandacht voor ethiek van de zorg moet integraal deel uitmaken van het kwaliteitsbeleid in woonzorgcentra. Personeelstekorten moeten verdwijnen. Bijzondere aandacht verdient de laatste zorg in stervensbegeleiding en palliatieve zorg. De Vlaamse overheid moet middelen ter beschikking stellen om die zorg zowel in verzorgingscentra als in de thuiszorg uit te breiden. 11. Een doelgericht en aan de noden van de bevolking aangepast zorgbeleid vraagt samenwerking tussen onderscheiden overheden en autonomie waar nodig. De bevoegdheidsverdeling tussen de federale en de Vlaamse overheid moet de mogelijkheid bieden om een zorgbeleid te kunnen uitstippelen dat beantwoordt aan de noden van de ouderwordende bevolking. De CD&V-senioren dringen er bij de Vlaamse beleidsverantwoordelijken op aan dat het woonzorgdecreet snel vertaald wordt naar concrete en eenduidige uitvoeringsbesluiten en dat daartoe voldoende middelen voorzien worden. Wij zijn ervan overtuigd dat CD&V in haar verkiezingsprogramma de tolk zal zijn van de rechtmatige eisen van ouderen. Een samenleving waar ouderen zich thuis en gerespecteerd voelen getuigt van een warm hart voor alle inwoners. Gedurende de komende maanden zullen wij in alle provincies initiatieven nemen om met kandidaten op de verkiezingslijsten onze wensen en verwachtingen kenbaar te maken.

6 De standpunten en stellingen die we op 3 maart naar voren brengen, zijn gegroeid uit vele besprekingen met CD&V-senioren. Heeft u nog aandachtspunten die u niet terugvindt in de stellingen en standpunten en evenmin in de brochure? U kan dit formulier afgeven aan: Hubert Van Wambeke, voorzitter Oost-Vlaanderen Cecile Vandenbulcke-Schaballie, voorzitter West-Vlaanderen Simone Van Brussel, voorzitter Antwerpen Edmond Feyfer, voorzitter Vlaams-Brabant Mia Houben, ondervoorzitter Limburg