Skillslab handleiding Faculteit Geneeskunde & Gezondheidswetenschappen Het neurologisch basisonderzoek

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Skillslab handleiding Faculteit Geneeskunde & Gezondheidswetenschappen Het neurologisch basisonderzoek"

Transcriptie

1 Skillslab handleiding Faculteit Geneeskunde & Gezondheidswetenschappen Het neurologisch basisonderzoek Academiejaar Skillslabteam Dr. Jan Reniers Dr. Jan Debruyne - vakgroep neurologie Prof. Dr. Koen Paemeleire Deze handleiding behoort toe aan:... 1

2 Inleiding Deze uitprint wordt meegebracht naar de vaardigheidssessies NEUROLOGISCH ONDERZOEK. De volledige module NEUROLOGISCH ONDERZOEK omvat tevens de elektronische module met videofragmenten te bekijken via de leerpaden op Minerva. Noodzakelijk materiaal Reflexhamer Stemvork Penlicht Tongspatel Wattenstokjes Snellen Eye Chart Algemene bemerkingen Het neurologisch onderzoek begint met de observatie van de patiënt terwijl de anamnese wordt afgenomen. Daarbij krijgt men informatie over het Bewustzijnsniveau van de patiënt, kan men oordelen of de patiënt Adequaat en Georiënteerd is (BAG). Men krijgt tevens informatie over spraak en taal. Vervolgens gaat men over tot het klinisch neurologisch onderzoek, dat steeds in een vaste volgorde en op een uniforme manier dient te worden uitgevoerd. De doortastendheid van het neurologisch onderzoek hangt natuurlijk af van het klinische probleem waarmee de patiënt consulteert. Er wordt steeds gelet op de symmetrie tussen links en rechts. Achtereenvolgens onderzoeken we: 1. Hogere corticale functies 2. Hals- en nekstreek 3. Craniale zenuwen 4. Motoriek 5. Sensibiliteit 6. Reflexen 7. Coördinatie 8. Gang, stand en evenwicht De tekst in kleinere letters is toegevoegd als bijkomende informatie of om bepaalde testen te verduidelijken. 2

3 1. Hogere corticale functies Deze functies worden getest als de anamnese of het gedrag van de patiënt gedurende het onderzoek een cognitief defect hebben doen vermoeden. Oriëntatie kan worden nagegaan in tijd, persoon en ruimte. Taal en spraak kunnen verder worden onderzocht: spontane spraak, begrip voor taal, nazeggen van een zin, schrijven en lezen Een Mini Mental Status Examination kan worden uitgevoerd (zie kopij in bijlage). 2. Onderzoek van hals- en nekstreek Inspectie: Let op de stand van het hoofd van patiënt. Bij ernstige meningeale prikkeling houdt hij zijn nek spontaan in hyperextensie. Laat patiënt actief zijn hoofd buigen en naar links en rechts draaien of doe het passief voor hem. Normaal kan de kin juist op de borst gebracht worden. Bij meningeale prikkeling treedt toename van pijn of bewegingsbeperking (voornamelijk) op bij flexie. Uiteraard moeten traumatische letsels van de nek vooreerst zijn uitgesloten. Ook artrose kan het onderzoek bemoeilijken. Bij meningeale prikkeling kunnen de tekens van Brudzinski en Kernig worden opgespoord. Teken van Brudzinski: Breng het hoofd van patiënt vrij bruusk in flexie. Bij meningeale prikkeling kan er spontane flexie van beide knieën optreden. Teken van Kernig: Men brengt de heup in 90 flexie en vervolgens strekt men de knie. Men spreekt van een aanwezig teken van Kernig wanneer de knie niet voorbij 135 kan worden gestrekt zonder een toename van pijn in de nekstreek te veroorzaken. Herhaal de procedure aan het andere been. Een consistente reactie versterkt het vermoeden van meningeale prikkeling. 3. Onderzoek van de craniale zenuwen Mogelijke afwijkingen bij inspectie zijn: Ptose ooglid (III) Pupilafwijkingen (II-III) Abnormale oogstand (III, IV en VI) Afhangende mondhoek, asymmetrie gelaat (VII) Ook dysarthrie of een hese/nasale stem kan aanwezig zijn. Systematisch worden de twaalf craniale zenuwen overlopen volgens functie. 3

4 I - Nervus Olfactorius De reukfunctie kan getest worden met reukflesjes die aromatische stoffen (koffie, vanille, ) bevatten, maar geen ammoniak of andere irriterende bestanddelen (stimulatie n. V). Test beide neusgaten afzonderlijk. II - Nervus Opticus Gezichtsscherpte Laat patiënt zijn bril of lenzen gebruiken om te corrigeren voor refractiestoornissen. De gezichtsscherpte kan vervolgens worden bepaald aan de hand van de Snellen Eye Chart, geplaatst op 6 meter afstand. Laat de patiënt één oog met zijn hand afdekken en vervolgens met het andere oog progressief kleinere letters lezen tot hij niet meer verder kan. Noteer dan het cijfer van de kleinste lijn die hij nog kan lezen. Herhaal voor het andere oog. Onderzoek de gezichtsvelden via de confrontatietest door het vergelijken van je eigen gezichtsveld met dat van de patiënt (in de veronderstelling dat je eigen gezichtsvelden normaal zijn). We zoeken hierbij in het bijzonder naar een kwadrantanopsie, hemianopsie of visueel extinctiefenomeen. Ga voor de patiënt zitten op ongeveer 1 meter afstand en op zelfde ooghoogte en vraag hem het rechter oog te sluiten. Sluit zelf het linkeroog. Vraag patiënt u recht aan te kijken en het hoofd stil te houden. Houd één arm op ooghoogte naar rechts gestrekt en de andere naar links. Daarbij moeten je handen zich steeds bevinden in een vlak midden tussen jou en de patiënt. Beweeg dan afwisselend twee vingers van één van je handen, en vraag aan de patiënt elke beweging te melden door de bewegende hand aan te duiden. Beweeg ook een keer beide handen. Het onderzoek wordt vervolgens gedaan met één hand midden-boven en de andere midden-onder; daarna met één hand rechts boven, de andere links onder en tenslotte één hand rechts onder en de andere links boven. Als de patiënt geen juist antwoord geeft, beweeg dan de hand die niet goed wordt beoordeeld langzaam van buiten het gezichtsveld naar binnen. Test vervolgens het andere oog. De neuro-anatomie van de pupilreflexen is complex en omvat ondermeer de n. II en n. III. Het onderzoek van de pupilreflexen (en een eventuele funduscopie) worden pas uitgevoerd na het testen van de visusscherpte en gezichtsvelden. Beoordeel de wijdte van beide pupillen, zowel in het licht als het donker, en vergelijk daarbij links en rechts. Bij 20% van de populatie is er een verschil van meer dan 0.5 mm. Let ook op de vorm van de pupillen. Voor het testen van de pupilreflexen wordt de kamer indien nodig wat verduisterd. Laat de patiënt in de verte kijken. Laat dan van lateraal licht op de rechter pupil vallen en beoordeel of de rechter pupil vernauwt (direct lichtreflex). 4

5 Scherm nu met één hand, die tegen de neusrug van de patiënt wordt gehouden, het linker oog af voor het invallende licht en herhaal vervolgens dezelfde procedure om te beoordelen of tegelijkertijd de linker pupil vernauwt (consensueel lichtreflex). Daarna wordt het linkeroog op dezelfde manier getest. Voor de accommodatiereflex vraagt men de patiënt de blik te fixeren op je wijsvinger, die je op ongeveer een meter afstand houdt, midden voor het gezicht. Beweeg de vinger langzaam naar de top van de neus van de patiënt. Men let daarbij op de reactie van de pupillen (miose) tijdens het convergeren. Funduscopie: Zonder dilatatie van de pupil, zoals door de oftalmoloog wordt gedaan, is een goede inspectie van de volledige retina (in het bijzonder de periferie) met de funduscoop niet mogelijk. Funduscopisch onderzoek zonder pupildilatatie laat wel een onderzoek van de papil toe (papiloedeem etc.). III-IV-VI Nervus Oculomotorius, Trochlearis en Abducens De nervus oculomotorius verzekert alle oogbewegingen, behalve abductie (n. abducens m. rectus lateralis) en het naar binnen-beneden kijken (n. trochlearis m. obliquus superior). De n. oculomotorius staat ook in voor het optrekken van het bovenste ooglid. De parasympatische vezels die verantwoordelijk zijn voor de constrictie van de pupil verlopen samen met de nervus oculomotorius. Beoordeel de stand van de ogen in rust. Mogelijke afwijkingen zijn ptose van een ooglid, een abnormale oogstand of de aanwezigheid van onwillekeurige oogbewegingen (zoals nystagmus). Nystagmus is een ritmische oscillatie, een vorm van tremor van de ogen, meestal gekenmerkt door een snelle heenslag en een tragere terugslag. De richting van de nystagmus wordt genoemd naar de snelle fase. Vraag de patiënt naar boven, beneden, links en rechts te kijken en controleer of er nystagmus optreedt. Enkele nystagmusbewegingen in extreme laterale stand zijn normaal. Beoordeel daarom in blikrichting < 45. Vraag vervolgens de patiënt het hoofd recht en stil te houden voor het onderzoek van de oogvolgbewegingen. Let bij het onderzoek op een eventueel optredende strabismus en vraag de patiënt vooraf of hij tijdens het onderzoek je vinger ergens dubbel ziet (diplopie). Laat patiënt met zijn ogen je vinger volgen links en rechts horizontaal, naar links en rechts boven, naar links en rechts beneden, in het midden naar boven en beneden. Beweeg tenslotte je vinger van centraal naar het topje van de neus van de patiënt en let daarbij op een symmetrische adductie van beide ogen. V - Nervus Trigeminus De nervus trigeminus (n. V) staat in voor de sensibiliteit van het gelaat en voor de motoriek van de kauwspieren. Deze craniale zenuw heeft 3 takken: een ramus ophtalmicus (I), maxillaris (II) en mandibularis (III). 5

6 Sensibiliteit: Laat patiënt altijd de ogen sluiten bij sensibiliteitstesten. Test eerst de oppervlakkige tastzin in de drie zones met een wattenstokje of met je vingers. Vraag hem aan te geven wanneer hij de aanraking voelt. Voelt dit hetzelfde aan in symmetrische zones links en rechts? Test daarna de pijnzin met de scherpe punt van een in twee gebroken wattenstokje of een speciaal daarvoor ontworpen pin. Motoriek: Beoordeel de kauwspieren (m. masseter en m. temporalis) door ze te palperen, zowel in rust als tijdens aanspanning. Het afferente deel van de corneareflex verloopt via de n. V, het efferente deel wordt verzorgd door de n. VII. Ga voor het testen van de corneareflex achter de patiënt staan, hou met de linker hand zijn rechter bovenste ooglid enigszins omhoog. Strijk met een uitgepluisd watje, dat in de rechter hand wordt gehouden, langzaam over de sclera naar de rand van de cornea. De rechter hand wordt daarbij afgesteund op de wang van de patiënt. Stel vast of er een reflexmatig sluiten van het oog optreedt. Test dan het linker oog met een ander wattenstokje. Deze test kan vals negatief zijn bij lensdragers. Afwezigheid van het knipperen van het oog wijst op een n. V letsel (patiënt voelt de aanraking niet) of een n. VII letsel (innervatie van de spier die het oog sluit). VII - Nervus Facialis De nervus facialis (n.vii) is de motorische zenuw van de aangezichtsmusculatuur rond ogen en voorhoofd (n. facialis superior) en de spieren van de onderste gezichtshelft (n. facialis inferior). De kern van de n. facialis inferior krijgt enkel gekruiste pyramidale vezels in tegenstelling tot de kern van de n. facialis superior die bilateraal wordt geïnnerveerd door pyramidale vezels. De zenuw vervoert tevens de smaakvezels voor het voorste 2/3 van de tong en innerveert speeksel- en traanklieren. Beoordeel de symmetrie van het gelaat wat betreft de mimische musculatuur. Vraag patiënt de wenkbrauwen op te trekken, het voorhoofd te fronsen, de ogen krachtig te sluiten, de wangen op te blazen, de tanden te laten zien en de lippen te tuiten. Vraag aan de patiënt of de smaak (over een helft van de tong) veranderd is en informeer naar zijn speeksel- en traansecretie. VIII - Nervus Vestibulocochlearis De nervus vestibulocochlearis (n. VIII) staat in voor gehoor en speelt een rol bij het evenwicht. Het evenwicht wordt later apart onderzocht. We gaan de gehoorscherpte na door vóór de patiënt te staan, de handen voor zijn oren te houden, en duim en wijsvinger over elkaar te wrijven aan één oor. We vragen aan de patiënt wanneer en aan welke kant hij dit hoort. We noteren eventuele asymmetrie. Voor dit onderzoek kunnen we eventueel aan de patiënt vragen de ogen te sluiten. Als je een stoornis vermoedt, ga dan verder met de stemvorkproeven van Rinne en Weber. Bij de proef van Rinne, die zowel links als rechts wordt uitgevoerd, druk je de trillende stemvork stevig tegen het mastoid (B). Vraag aan de patiënt om aan te geven wanneer hij geen trilling meer hoort. Hou dan de (nog trillende) stemvork voor het oor van de patiënt en vraag of hij nu wel nog iets hoort (A). 6

7 Bij een normale proef van Rinne (Rinne positief) is dat het geval. Hoort de patiënt niets meer (Rinne negatief) is de beengeleiding beter dan de luchtgeleiding. Dit suggereert een conductief gehoorsverlies. De proef van Rinne kan vals-negatief zijn bij volledige unilaterale neurosensoriele doofheid als de beengeleiding aan het andere oor wordt waargenomen. Bij de proef van Weber plaats je de trillende stemvork midden op de kruin van de patiënt en vraag je of hij het trillen hoort in het midden van het hoofd, of meer in linker of rechter oor (C). De proef van Weber kan normaal zijn of gelateraliseerd. Bij conductief gehoorsverlies wordt het trillen van het stemvork best waargenomen langs het aangetaste oor omdat er minder afleidend omgevingsgeluid opgevangen wordt. Bij neuro-sensorieel gehoorsverlies wordt het geluid best waargenomen langs de zijde van het normale oor. Met de proef van Swabach wordt de botgeleiding (stemvork op mastoïd) van de patiënt vergelijken met die van de onderzoeker. Hoort de onderzoeker de trilling langer dan de patiënt wijst dit op perceptieverlies. IX X - Nervus Glossopharyngeus en Nervus Vagus De nervus glossopharyngeus (n. IX) en de nervus vagus (n. X) worden samen onderzocht. Het zijn gemengde zenuwen die motorische (n. IX- motorisch enkel m. stylopharyngeus) ) en sensoriële innervatie verzorgen van verhemelte, farynx en larynx. Ze zijn betrokken bij het slikken, foneren en articuleren. De n. IX verzorgt ook de smaakzin ter hoogte van het achterste eenderde van de tong (maar dit wordt zelden getest). Laat patiënt de mond openen, druk met een spatel de tong wat naar beneden, inspecteer het verhemelte en laat de patiënt aa zeggen. Kijk of het verhemelte symmetrisch optrekt. Bij unilaterale verlamming zal een verhemelteboog niet optrekken en samen met de uvula naar de normale zijde verplaatst worden (= gordijnteken). Dit wijst op een laesie van de motorische vezels van de n. X aan de andere zijde. Als dit niet duidelijk is of in geval van spraak- of slikproblemen kan de wurgreflex worden getest. Door met de spatel het weke verhemelte aan te raken, zowel links als rechts, lokken we een wurgreflex uit. Dit wordt niet routinematig getest. De wurgreflex kan ook afwezig zijn bij normale personen. Als de wurgreflex de pharynxwand naar één zijde trekt, wijst dit op een laesie van de motorische vezels van de n. X aan de andere zijde. Als de patiënt de aanraking tegen de pharynxwand niet voelt wijst dit op een uitval van de sensibele vezels van de n. IX. XI - Nervus Accessorius De nervus accessorius (n. XI) verzorgt de motorische innervatie van de m. sternocleidomastoideus en het bovenste deel van de m. trapezius. Met de n. XI wordt meestal het spinaal gedeelte bedoeld (kernen C1-C5). Deze hebben enkel een unilaterale bezenuwing (zoals n. facialis inferior en n. hypoglossus). Er is geen eigenlijke verbinding met de hersenstam. Je kunt bij dit onderzoek voor of achter de zittende patiënt gaan staan. Laat de patiënt zijn 7

8 hoofd draaien terwijl je weerstand geeft met je hand tegen zijn kin en palpeer contralateraal de m. sternocleidomastoideus. Laat de patiënt de schouders optrekken en evalueer de kracht van de m. trapezius door de schouders stevig naar beneden te drukken. XII - Nervus Hypoglossus Inspectie: Laat de patiënt de mond openen en beoordeel stand en morfologie van de tong. Let op eventuele tongatrofie en - fasciculaties. Laat de patiënt de tong recht uitsteken en kijk of deze naar links of rechts devieert. Bij unilaterale tongzwakte draait de tong naar de paretische kant. Laat de patiënt tong in linker en rechterwang duwen en palpeer de kracht met de vingers. 4. Motoriek Inspectie: Controleer op fasciculaties (kunnen passen bij voorhoorn aantasting), atrofie (vergelijk daarbij links met rechts en proximaal met distaal) en onwillekeurige bewegingen (tremoren, choreo athetose, dystonie). Onderzoek van de spiertonus Vraag de patiënt te ontspannen. Buig en strek enkele malen zijn elleboog, pols en knie. De normale aanwezige spiertonus veroorzaakt een lichte continue weerstand bij passieve beweging. Observeer voor hypotonie en hypertonie (spasticiteit en rigiditeit). Spasticiteit is snelheidsafhankelijk en moet onderzocht worden door snelle passieve flexie-extensie bewegingen. Daarbij kan een knipmesfenomeen optreden. Rigiditeit is niet snelheidsafhankelijk en kan typisch een loden buis fenomeen (weerstand over het gehele bewegingstraject) of een tandradfenomeen (men voelt gesuperponeerde kleine schokjes) veroorzaken. Onderzoek van de spierkracht Test de kracht bij voorkeur door middel van natuurlijke bewegingspatronen (bvb. patiënt met beide handen op twee van je vingers laten knijpen). Test bij vermoeden van afwijkingen de kracht van individuele spieren of spiergroepen, het segmentair onderzoek van de spierkracht. Laat hierbij de patiënt de spier maximaal verkorten en aanspannen en probeer vervolgens de weerstand te overwinnen. Spierkracht wordt op een schaal van 0 tot 5 gescoord: 0 geen beweging 1 kleine bewegingen mogelijk zonder verplaatsing 2 beweging mogelijk maar niet tegen zwaartekracht 3 beweging mogelijk tegen zwaartekracht 4 beweging mogelijk tegen zwaartekracht en lichte weerstand 5 beweging is normaal tegen weerstand Tenslotte kan men globale rechts-links verschillen opsporen. 8

9 Proef van Gordon-Holmes: Vraag de patiënt in liggende houding de armen naar voren te strekken met de handpalmen naar boven en de ogen te sluiten. Bij een latente parese ten gevolge van aantasting van de pyramidebaan draait de hand naar binnen (pronatie) en zakt de arm aan de aangetaste zijde naar beneden. Additionele test: Sla beide handpalmen van patiënt naar beneden. Bij verzwakking kan de arm gemakkelijk verplaatst worden. Bij verminderde proprioceptie worden armen niet in de oorspronkelijke positie teruggebracht. Bij cerebellaire incoördinatie komen de armen te ver terug en met oscillerende beweging. Proef van Barré-Mingazzini: Vraag de patiënt in liggende houding de benen omhoog te houden met de knieën van elkaar en in 90 flexie ter hoogte van heup en knie. Vraag hem de ogen te sluiten. Eén been zal uitzakken bij een latente parese. Voor deze test is vrij veel spierkracht nodig. Een alternatief is patiënt op zijn buik laten liggen met de knieën in 90. Bij een latente parese zal één been uitzakken. 5. Sensibiliteit Dit is vaak niet eenvoudig en vereist medewerking van de patiënt. Leg elke test uit voor je hem doet. Vraag de patiënt tijdens het eigenlijke testen de ogen te sluiten. Vergelijk steeds symmetrische zones links en rechts. Onderzoek in ieder geval handen, voeten en gezicht (cfr. nervus trigeminus) en verder volgens klachten of eventueel andere bevindingen. Markeer zo nauwkeurig mogelijk het gebied met sensibiliteitsverlies om te kunnen vaststellen of er sprake is van bv. een mono- of polyneuropathie, een radiculaire (dermatoomdistributie: zie figuur) of centrale laesie. 1. Oppervlakkige tastzin: Raak de patiënt zeer licht aan met een wattenstokje of met je vingers. Vraag hem aan te geven wanneer hij de aanraking voelt. Voelt dit hetzelfde aan in symmetrische zones links en rechts? Is er analgesie, hypoalgesie of hyperalgesie? 2. Pijn- en temperatuurszin: De pijnzin wordt op dezelfde manier getest met het scherpe uiteinde van een in twee gebroken wattenstokje of een speciaal daarvoor ontworpen pin. De temperatuurszin kan worden getest met een koude stemvork (eventueel afkoelen onder de kraan). 3. Vibratiezin: Sla de stemvork aan tussen duim en pinkmuis. De uiteinden mogen elkaar niet raken. Plaats een trillende stemvork op een locatie waar bot net onder de huid ligt, bijvoorbeeld ter hoogte van de distale radius of malleolus medialis. Is de vibratiezin verminderd, test dan meer proximale posities. Ook de duur dat de patiënt de trilling waarneemt kan opgevolgd worden. Zo kan men bij een diabetes patiënt de vibratiezin als semi-kwantitative maat gebruiken voor de ernst van een polyneuropathie (handen min 15 sec, voeten min 10 sec). Bij mensen ouder dan 60 jaar is de vibratiezin dikwijls sterk verminderd zonder pathologie. 4. Positiezin: Neem een teen van patiënt aan de laterale zijde zacht tussen duim en wijsvinger en breng hem naar boven of beneden. Vraag patiënt welke teen je vast neemt en in welke positie hij wordt gebracht. 5. Stereognosie: Stop de patiënt een gekend voorwerp (bvb. een sleutel) in de hand en vraag hem het voorwerp identificeren. 9

10 6. Reflexen Fysiologische reflexen Bij het testen van peesreflexen zijn er 3 basisregels. Het lidmaat moet in de juiste hoek gehouden worden (1), het moet ontspannen zijn (2) en er moet met voldoende kracht en soepelheid (slingerbeweging) met de reflexhamer geklopt worden (3). Zelfs bij correcte uitvoering bestaan er grote individuele verschillen. Vergelijk steeds links met rechts op symmetrie. Bicepspeesreflex (C5-C6) Laat de patiënt op de onderzoekstafel neerliggen. Zijn bovenarm rust op de tafel met zijn onderarm in een hoek van 135 ontspannen op zijn buik. Plaats je duim (of wijsvinger) stevig op zijn bicepspees en beklop die vanuit je losse pols met de reflexhamer. Je ziet en voelt de contractie van de m. biceps met als gevolg een flexie van de elleboog en lichte pronatie van de voorarm. Deze test kan ook worden uitgevoerd in zittende houding. Tricepspeesreflex (C6-C7-C8) De patiënt blijft op de onderzoekstafel neerliggen. De arm van de patiënt wordt met je vrije hand op zijn buik getrokken met de elleboog in een hoek van 90. Terwijl je zijn pols blijft ondersteunen met je vrije hand, beklop je de tricepspees op ongeveer 2 vingerbreedten boven het olecranon. Let op de contractie van de m. triceps en de extensie van de onderarm. Deze test kan ook worden uitgevoerd in zittende houding Kniepeesreflex (L2-L3-L4) Laat patiënt met afhangende benen op de onderzoekstafel plaatsnemen. Beklop de quadricepspees juist onder de knieschijf van het ontspannen been. Je ziet een extensie van het onderbeen. Bij gebrekkige relaxatie, kan je de patiënt ter afleiding op zijn handen laten trekken (de handgreep van Jendrassik). Deze test kan ook worden uitgevoerd in liggende houding. Achillespeesreflex (S1-S2) Buk je vervolgens en hou de voet van de patiënt in een hoek van 90 ten opzichte van het onderbeen. Beklop de achillespees terwijl je de voet blijft steunen. Je ziet en voelt een plantaire flexie van de voet. Deze test kan ook worden uitgevoerd met patiënt in knielende houding op een stoel. Buikhuidreflexen Test boven (T8-T9-T10) en onder de navel (T10-T11-T12). De buikspieren moeten ontspannen zijn. Strijk met achtereinde wattenstokje of reflexhamer van lateraal naar mediaal over de buikhuid: de spier trekt samen en navel beweegt in de richting van de uitvoering. Een asymmetrie wijst op pathologie. Deze test is moeilijk of niet uit te voeren in geval van hypoesthesie en obesitas, en bij polypare vrouwen en bejaarden. Cremasterreflex (L1-L2): strijk van distaal naar proximaal over de binnenzijde van de dij, waardoor de teelbal optrekt. 10

11 Pathologische reflexen Voetzoolreflex Laat patiënt op de onderzoekstafel neerliggen. Verwittig hem op voorhand en vraag hem de voet niet weg te trekken. Strijk met een halfscherp voorwerp (bijvoorbeeld achtereinde reflexhamer) vanaf de hiel langs de laterale voetrand over de bal van de voet naar mediaal (C). Bij een normale voetzoolreflex treedt flexie van de grote teen (A) (eventueel kan de voetzoolreflex ook indifferent zijn). Extensie van de grote teen bij testen van de voetzoolreflex (B) wordt het teken van Babinski genoemd en is steeds pathologisch (wijst op een letsel van de pyramidebaan). Er treedt ook een waaiervormige spreiding op van de andere tenen. Het teken van Hoffman-Trömner Hef de arm van een zittende patiënt op door zijn pols (handpalm naar beneden) losjes vast te houden. Hef met je andere hand de wijsvinger van patiënt op. Knip nu op de nagel van de middenvinger. Dit kan een beweging van duim en wijsvinger naar elkaar toe opwekken, het teken van Hoffman-Trömner. Dit teken is niet noodzakelijk pathologisch wanneer het bilateraal aanwezig is, in het bijzonder bij (jonge) mensen met overigens levendige peesreflexen. Een unilateraal teken van Hoffman-Trömner wijst op een letsel van de pyramidebaan en is het analoog van het teken van Babinski in de onderste ledematen. 7. Coördinatie Vinger-neus proef Doe deze proef zittend om evenwicht en coördinatie apart te beoordelen. Laat patiënt zijn beide armen lateraal op schouderhoogte brengen en dan in een vloeiende beweging de top van de wijsvinger op de top van de neus plaatsen, afwisselend links en rechts. Laat dit uitvoeren eerst met de ogen open en daarna met de ogen dicht. Hiel-knie proef Bij deze test is een redelijke spierkracht vereist. Laat de patiënt de hiel van zijn ene been op de knie van het andere been brengen en dan zijn hiel langs het scheenbeen naar de voet toe laten glijden. Deze proef kan worden uitgevoerd met de ogen open en dicht. Snelle alternerende bewegingen. Diadochokinese: laat patiënt in zittende houding alternerend met handpalm en handrug op dijen slaan. Observeer snelheid, ritme en vlotheid van bewegingen. 11

12 8. Gang, stand en evenwicht Onderzoek van de gang Laat patiënt stappen en let op zijn gangpatroon. Let op de breedte van het gangspoor, de paslengte, het neerzetten van de voeten en het meebewegen van de armen. Blijf steeds in de buurt van de patiënt om hem zo nodig tijdig te kunnen opvangen. Laat patiënt op zijn hielen (worteltest L5) en vervolgens op zijn tenen (worteltest S1) staan en lopen. Let wel, een eventuele parese zal zich dikwijls pas na enkele meters lopen uiten. Koorddansersgang: Laat de patiënt met de ogen open voetje voor voetje op één lijn lopen, de hiel telkens tegen de teen. Test eerst met open ogen terwijl patiënt naar zijn voeten kijkt, daarna met ogen open maar recht voor zich uit kijkend en tenslotte met gesloten ogen. Onderzoek van de stand en het evenwicht Unipodaalstand: Laat de patiënt op één been staan terwijl de knie van het andere been hoog geheven wordt. Laat hem vervolgens op zijn andere been staan. Rechtkomen uit hurkzit: Voor het testen van proximale spierzwakte (zoals in het kader van een myopathie) vragen we patiënt recht te komen uit hurkzit terwijl we zijn beide handen vasthouden. Proef van Romberg: Laat de patiënt de voeten volledig aaneensluiten en de armen horizontaal voorwaarts heffen. Laat hem weten dat hij opgevangen wordt als hij zou vallen (houd je beide armen hiervoor al klaar). Beoordeel het evenwicht met de ogen open. Laat hem vervolgens zijn ogen sluiten en beoordeel zijn evenwicht opnieuw. De proef van Romberg is positief wanneer een duidelijk onevenwicht optreedt met de ogen gesloten of wanneer het onevenwicht in belangrijke mate toeneemt bij het sluiten van de ogen (proprioceptieve stoornis). 12

Het neurologisch basisonderzoek

Het neurologisch basisonderzoek Het neurologisch basisonderzoek 2 de bachelor in de geneeskunde Academiejaar 2014-2015 Prof. Jan Reniers Prof. Dr. Jan Debruyne - vakgroep neurologie Laatste update 16 september 14 Inhoud Inleiding...

Nadere informatie

Neurologisch oogheelkundig onderzoek

Neurologisch oogheelkundig onderzoek Toa dag neurologie Neurologisch oogheelkundig onderzoek Lianne Bakker PA i.o. oogheelkunde Lizet Gertzen PA i.o. oogheelkunde Inhoud - Hersenzenuwen - Oogheelkundig onderzoek nader bekeken - Pupilreactie

Nadere informatie

Dr. Erik Kegels HET NEUROLOGISCH ONDERZOEK IN DE HUISARTSPRAKTIJK

Dr. Erik Kegels HET NEUROLOGISCH ONDERZOEK IN DE HUISARTSPRAKTIJK Dr. Erik Kegels HET NEUROLOGISCH ONDERZOEK IN DE HUISARTSPRAKTIJK Neurologisch onderzoek 2 Doelstellingen voorstelling van het basis neurologisch onderzoek.. correct uitvoeren van een neurologisch onderzoek..

Nadere informatie

Oefeningen ter Verbetering van je Lichaamshouding

Oefeningen ter Verbetering van je Lichaamshouding Oefeningen ter Verbetering van je Lichaamshouding Verkeerde lichaamshoudingen veroorzaken klachten. Eén van de meest voorkomende verkeerde houdingen, wordt veroorzaakt door een naar vorend hangend hoofd,

Nadere informatie

Het neurologisch onderzoek

Het neurologisch onderzoek Het neurologisch onderzoek Het neurologisch onderzoek met aandacht voor het bewustzijn, hogere cerebrale functies (stemming, spraak en taal, oriëntatie, waarnemingsstoornissen, motoriek, coördinatie, sensibiliteit,

Nadere informatie

( Hoe moet deze oefeningen doen? )

( Hoe moet deze oefeningen doen? ) Relaxatieoefeningen ( Wat zijn Relaxatieoefeningen? ) Deze opdracht bestaat uit oefeningen die je kunnen helpen om te relaxen. ( Waarom relaxatieoefeningen? ) Mensen weten dikwijls niet meer hoe ze kunnen

Nadere informatie

Oefenprogramma revalidatie rechterzijde

Oefenprogramma revalidatie rechterzijde Oefenprogramma revalidatie rechterzijde Dit oefenprogramma ontvangt u van uw revalidatiearts. Oefen dit programma bij voorkeur 2x per dag. Oefeningen moet u pijnvrij kunnen doen, en adem door! In de oefengids

Nadere informatie

Neem hier voldoende tijd voor, observeer goed, laat patiënt enkele malen heen en weer wandelen.

Neem hier voldoende tijd voor, observeer goed, laat patiënt enkele malen heen en weer wandelen. het neurologisch onderzoek. 1 okt 2013 Het klinisch neurologisch onderzoek In staande houding gang : vlot heen en weer stappen bruusk stoppen, draaien en vertrekken Let op : startmoeilijkheden, grootte

Nadere informatie

Classificatie van bewegingsstoornissen - Hyperkinesie : overmatige beweging - Hypokinesie : bewegingsarmoede

Classificatie van bewegingsstoornissen - Hyperkinesie : overmatige beweging - Hypokinesie : bewegingsarmoede Op stap met Monsieur Hulot. Dr. Erik Kegels Bewegingsstoornissen omvatten een groep verstoorde bewegingen als gevolg van een onwillekeurige of abnormaal optredende beweging. Tijdens deze training wordt

Nadere informatie

Oefenprogramma revalidatie linkerzijde

Oefenprogramma revalidatie linkerzijde Oefenprogramma revalidatie linkerzijde Dit oefenprogramma ontvangt u van uw revalidatiearts. Oefen dit programma bij voorkeur 2x per dag. Oefeningen moet u pijnvrij kunnen doen, en adem door! In de oefengids

Nadere informatie

Eenvoudige oefeningen voor klachten van de schouder

Eenvoudige oefeningen voor klachten van de schouder Eenvoudige oefeningen voor klachten van de schouder De oefeningen moeten enkele malen tot tien keer achter elkaar worden herhaald en minstens een tot driemaal per dag worden gedaan. Het is beter vaak en

Nadere informatie

KNGF-richtlijn Beroerte Verantwoording en Toelichting Map K

KNGF-richtlijn Beroerte Verantwoording en Toelichting Map K KNGF-richtlijn Beroerte Verantwoording en Toelichting Map K K.3.5 Brunnstrom Fugl-Meyer assessment (Aanbevolen generiek meetinstrument) Het Brunnstrom Fugl-Meyer assessment (BFM) is een test, waarmee de

Nadere informatie

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen!

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen! Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen! Astrid Witte zomer 2014 Even vooraf: - Deze oefeningen zijn bedoeld voor gezonde volwassenen - Heb je klachten, overleg dan

Nadere informatie

Buikspieroefeningen (basis)

Buikspieroefeningen (basis) Buikspieroefeningen (basis) Crunch Stap 1: Ga plat op de grond liggen met de knieën gebogen. Vouw je handen achter het hoofd, achter de oren (sla de handen dus NIET achter je hoofd in elkaar). Stap 2:

Nadere informatie

Belangrijke aanwijzingen voordat u met de oefeningen begint:

Belangrijke aanwijzingen voordat u met de oefeningen begint: Belangrijke aanwijzingen voordat u met de oefeningen begint: Rek/Strek oefeningen mogen nooit pijn veroorzaken. Mocht u pijn krijgen stop dan onmiddellijk met de oefening. Het is belangrijk om de rek niet

Nadere informatie

Mobiliserende oefeningen voor thuis

Mobiliserende oefeningen voor thuis Mobiliserende oefeningen voor thuis Oefeningen om het lichaam zo soepel mogelijk te houden Oefeningen Cervicale wervelkolom HCWK 1) Extensie: Ga rechtop zitten op een stoel en plaats de middelvingers van

Nadere informatie

Rekoefeningen voor de Gehandicapte schutter

Rekoefeningen voor de Gehandicapte schutter Rekoefeningen voor de Gehandicapte schutter Rekken is een essentieel onderdeel van een evenwichtig trainingsprogramma. Het dagelijks uitvoeren van rekoefeningen kan de flexibiliteit en gezonde gewrichten

Nadere informatie

Houdingscorrectie Hoofd-nek-schouders-rug

Houdingscorrectie Hoofd-nek-schouders-rug Houdingscorrectie Hoofd-nek-schouders-rug Introductie Dagdagelijkse activiteiten Hoe zit je voor je PC laptop? Heuphoek: 90-120 Neutrale positie van de rug Tafelhoogte o Ellebooghoek: 90 o Tafel 2cm hoger

Nadere informatie

HET NEUROLOGISCH ONDERZOEK IN DE HUISARTSPRAKTIJK

HET NEUROLOGISCH ONDERZOEK IN DE HUISARTSPRAKTIJK 1 Dr. Erik Kegels Centrum Huisartsgeneeskunde Antwerpen HET NEUROLOGISCH ONDERZOEK IN DE HUISARTSPRAKTIJK Neurologisch onderzoek 2 Doelstellingen voorstelling van het basis neurologisch onderzoek.. correct

Nadere informatie

Cambridge Health Plan Benelux BV

Cambridge Health Plan Benelux BV Wanneer doet u deze oefeningen? Doe deze minstens 3 keer per week en al vrij snel voelt u verandering in uw lichaam. Ook krijgt u meer zelfvertrouwen. Naast deze oefeningen zorgt een dagelijkse wandeling

Nadere informatie

Oefenprogramma revalidatie

Oefenprogramma revalidatie Oefenprogramma revalidatie Dit oefenprogramma ontvangt u van uw revalidatiearts. Oefen dit programma bij voorkeur 2x per dag. Oefeningen moet u pijnvrij kunnen doen, en adem door! Schouder en arm oefeningen:

Nadere informatie

Instructie. Motor Assessment Scale Auteur: Carr J.H Scoring. Testvolgorde en instructies

Instructie. Motor Assessment Scale Auteur: Carr J.H Scoring. Testvolgorde en instructies Instructie Motor Assessment Scale Auteur: Carr J.H. 1985 3 Scoring De therapeut scoort ieder motorische vaardigheid op een schaal van o tot 6. De test moet in een rustige ruimte worden uitgevoerd. De patiënt

Nadere informatie

Calcimatics start steeds met een opwarming. Zo is de overgang dan niet-bewegen naar actief worden niet te bruusk en voorkom je letsels.

Calcimatics start steeds met een opwarming. Zo is de overgang dan niet-bewegen naar actief worden niet te bruusk en voorkom je letsels. CALCIMATICS 1. De opwarming Calcimatics start steeds met een opwarming. Zo is de overgang dan niet-bewegen naar actief worden niet te bruusk en voorkom je letsels. Als een vogel in de lucht - Houding:

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Bewegen bij gewrichtsklachten. Aanbevolen door de reumatoloog

Patiënteninformatie. Bewegen bij gewrichtsklachten. Aanbevolen door de reumatoloog Patiënteninformatie Bewegen bij gewrichtsklachten Aanbevolen door de reumatoloog Inhoud Inleiding 3 Bewegen voor gewrichten.3 Oefeningen bij nekklachten...4 Oefeningen bij schouderklachten.8 Oefeningen

Nadere informatie

andere been wordt gebogen opzij gelegd. Met de romp en de handen ter hoogte van het onderbeen, de enkel of de tip van

andere been wordt gebogen opzij gelegd. Met de romp en de handen ter hoogte van het onderbeen, de enkel of de tip van 1) Zit, bekken voorwaarts gekanteld, 1 been gestrekt, het andere been wordt gebogen opzij gelegd. Met de romp en de armen reikt men voorwaarts op het gestrekte been, de handen ter hoogte van het onderbeen,

Nadere informatie

Ontspannen met progressieve relaxatie

Ontspannen met progressieve relaxatie www.psychfysio.nl Ontspannen met Progressieve Relaxatie 1 Ontspannen met progressieve relaxatie De progressieve relaxatie van Edmund Jacobson is een bekende ontspanningsmethode in het westen. In deze hand-out

Nadere informatie

Oefeningen nekklachten. Paramedischcentrum Landauer

Oefeningen nekklachten. Paramedischcentrum Landauer Oefeningen bij nekklachten Paramedischcentrum Landauer Rekken: Buig je hoofd naar een zijde, hand andere zijde hoofd en lichte druk tegen hoofd naar de zijde waar naar toe gebogen wordt. Breng geheel zover

Nadere informatie

Cardioschema (50 minuten)

Cardioschema (50 minuten) Cardioschema (0 minuten) Programma Programma minuten» niveau Fiets minuten» niveau à minuten» minuten niveau» minuten niveau» minuten niveau Crosstrainer 0 minuten» minuten wandelen» lopen minuten aan

Nadere informatie

Oefeningen voor patiënten met reumatoïde artritis

Oefeningen voor patiënten met reumatoïde artritis Het is belangrijk om de oefeningen die u in het ziekenhuis hebt gedaan thuis dagelijks voort te zetten. Dit om de gewrichten en spieren in een goede conditie te houden. Probeer op een vast tijdstip te

Nadere informatie

O m t e b e g i n n e n : V e i l i g h e i d s r e g e l s : G e n i e t e n f o r c e e r n i e t s!

O m t e b e g i n n e n : V e i l i g h e i d s r e g e l s : G e n i e t e n f o r c e e r n i e t s! Wanneer doet u deze oefeningen? Doe deze minstens 3 keer per week en al vrij snel voelt u verandering in uw lichaam. Ook krijgt u meer zelfvertrouwen. Naast deze oefeningen zorgt een dagelijkse wandeling

Nadere informatie

Hemiplegische zijde: rechts/links Transfer met hulp: nee/ja Tonus ontspannen: gemakkelijk /moeilijk

Hemiplegische zijde: rechts/links Transfer met hulp: nee/ja Tonus ontspannen: gemakkelijk /moeilijk MOTOR EVALUATION SCALE FOR UPPER EXTREMITY IN STROKE PATIENTS Motorische evaluatie voor het bovenste lidmaat in CVA-patiënten (MESUPES-arm en MESUPES-hand) Naam patiënt: Testdatum - uur: Naam evaluator:

Nadere informatie

Algemene instructies oefeningen

Algemene instructies oefeningen Algemene instructies oefeningen o Lees eerst de disclaimer voordat u deze oefeningen begint. o Indien u pijnklachten vraag dan eerst uw arts of therapeut om advies o Zorg er voor dat de spieren niet koud

Nadere informatie

Oefeningen bij nekklachten

Oefeningen bij nekklachten Oefeningen bij nekklachten Inleiding U bent in het het Kennemer Gasthuis geweest voor uw nekklachten. In deze folder bieden wij u tips en oefeningen betreffende nekklachten. Het is een aanvulling op de

Nadere informatie

Over de arm en hand wrijven

Over de arm en hand wrijven Over de arm en hand wrijven Doel: stimuleren van aangedane hand en arm, aandacht op de arm. 1 Leg de niet-aangedane hand op de aangedane arm. Kijk naar uw arm. 2 Wrijf met hand over de arm tot aan de schouder

Nadere informatie

2] Rekoefening zittend 10 X Zittend, natuurlijke rugkromming, voeten op grond Armen gekruisd onder schouders. f) IDEM ander arm.

2] Rekoefening zittend 10 X Zittend, natuurlijke rugkromming, voeten op grond Armen gekruisd onder schouders. f) IDEM ander arm. 1] Rekoefening 10 X Ruglig, opgerold kussen onder schouderblad & kussen (2) onder hoofd a) 1 knie opheffen b) 2e knie opheffen c) armen rond knieën d) Beide armen achter hoofd (recht) rekken e) 10 tellen

Nadere informatie

Bekkenkanteling: maak afwisselend een bolle- en holle rug, waarbij romp en hoofd stil blijven liggen op de onderlaag.

Bekkenkanteling: maak afwisselend een bolle- en holle rug, waarbij romp en hoofd stil blijven liggen op de onderlaag. www.gezondbewegen.nl Rugoefeningen Algemene adviezen: Creëer een vaste plaats en een vast tijdstip en voer de oefeningen twee keer per dag uit Realiseer u, indien de klachten verminderd of verdwenen zijn,

Nadere informatie

kijkwijzers. De voortgezet onderwijs leefstijl cursus voor in de gymles!

kijkwijzers. De voortgezet onderwijs leefstijl cursus voor in de gymles! Schouders Ga met je linkervoet goed stevig op de dynaband staan en houd met je rechterhand de dynaband vast. Strek je arm naar de rechterzijkant uit tot boven je schouder en kijk je rechterhand na. Breng

Nadere informatie

10 minuten training 1 Total Body

10 minuten training 1 Total Body 10 minuten training 1 Total Body Met deze 10 Minuten training train je het hele lichaam. Alle spiergroepen komen aan bod. Waarom 10 minuten trainingen? Voor veel mensen is het nog steeds moeilijk om een

Nadere informatie

PECTUS REVALIDATIE. De pectoralisspieren. De rugspieren

PECTUS REVALIDATIE. De pectoralisspieren. De rugspieren PECTUS REVALIDATIE Het doel van de pectus revalidatie (training borst- en rugspieren) is het versterken van de spieren van de borst en de rug en hiermee het verbeteren van je lichaamshouding. De volgende

Nadere informatie

Trainingsprogramma Spierkrachtversterking

Trainingsprogramma Spierkrachtversterking Trainingsprogramma Spierkrachtversterking Ook zonder blessures kun je bepaalde spieren of spiergroepen te versterken. Als spierversterkende oefeningen deel uitmaken van een trainingsprogramma met als einddoel

Nadere informatie

ASPECIFIEKE, HOUDINGSGEBONDEN LAGE

ASPECIFIEKE, HOUDINGSGEBONDEN LAGE ASPECIFIEKE, HOUDINGSGEBONDEN LAGE RUGPIJN: OEFENTHERAPIE Aspecifieke lage rugpijn bestaat uit klachten waarvoor geen lichamelijke afwijking kan gevonden worden die deze klachten veroorzaakt. Het probleem

Nadere informatie

13. MICROBEWEGINGEN VOOR IN DE BADKAMER

13. MICROBEWEGINGEN VOOR IN DE BADKAMER 13. MICROBEWEGINGEN VOOR IN DE BADKAMER De badkamer is een uitgelezen plek voor MicroBewegingen. Als het goed is, kom je er ook meerdere malen per dag. Een mooie ruimte om eens te bekijken wat je daar

Nadere informatie

Lichamelijk onderzoek

Lichamelijk onderzoek Hoofdstuk 3 Lichamelijk onderzoek Het lichamelijk onderzoek omvat de volgende onderdelen: -- inspectie in rust -- passief en actief uitgevoerd onderzoek naar de beweeglijkheid van de cervicale wervelkolom,

Nadere informatie

Oefeningen bij schouderklachten

Oefeningen bij schouderklachten Oefeningen bij schouderklachten Uw behandelend arts heeft u geadviseerd oefeningen te doen om uw schouderklachten te helpen verminderen. Het is, in eerste instantie, niet nodig om de oefeningen onder begeleiding

Nadere informatie

2012 Editie v1.0 EquestrianMassage.nl F.S.A. Tuinhof. Oefeningen voor een gezond lichaam en geest

2012 Editie v1.0 EquestrianMassage.nl F.S.A. Tuinhof. Oefeningen voor een gezond lichaam en geest 2012 Editie v1.0 EquestrianMassage.nl F.S.A. Tuinhof Oefeningen voor een gezond lichaam en geest De Soldaat Dit is de eerste van de vier warming up oefeningen waarbij het doel is de hartslag te verhogen

Nadere informatie

Maak je klaar voor de lange ontspanning. Pak wat je nodig hebt om comfortabel te liggen.

Maak je klaar voor de lange ontspanning. Pak wat je nodig hebt om comfortabel te liggen. Yoga januari 2018 Aarde in beweging brengen Ga stevig op de aarde staan met je voeten iets wijder dan heupbreedte. Sluit je ogen. Adem uit aandacht is in de voeten. Verplaats je gewicht van je ene naar

Nadere informatie

Yogales mei Ademoefening Prana Mudra!

Yogales mei Ademoefening Prana Mudra! Yogales mei 2019 Staan Plaats de voeten onder de heupen. Je voeten licht naar binnen gedraaid. Je voeten staan stevig op de grond. Voel je in verbinding staan met de aarde. De knieën zijn zacht. Ga met

Nadere informatie

Aanvulling: Om de oefeningen wat uitdagender te maken kun je je handen op je borst leggen ipv naast je lichaam op de grond.

Aanvulling: Om de oefeningen wat uitdagender te maken kun je je handen op je borst leggen ipv naast je lichaam op de grond. FOAM ROLLER OEFENINGEN Naast de bekende bindweefsel massage is de foam roller een fantastisch hulpmiddel voor het versterken van je core. Door gebruik te maken van een onstabiele ondergrond zoals de foam

Nadere informatie

Succes en veel plezier toegewenst!

Succes en veel plezier toegewenst! Voorwoord HOE VOER JE EEN OEFENING GOED UIT? Ten eerste door de beweging correct uit te voeren. Dat wil zeggen gecontroleerd en beheerst. Dat wil zeggen eerst de spieren opwarmen ('warming up'). Nooit

Nadere informatie

Eenvoudige bovenbeen spieroefeningen

Eenvoudige bovenbeen spieroefeningen Oefeningen menselijk lichaam Eenvoudige bovenbeen spieroefeningen Eenvoudige oefeningen voor de bovenbeen spieren bijvoorbeeld na een operatie aan het kniegewricht of immobilisatie van het kniegewricht.

Nadere informatie

7 fijne yogahoudingen

7 fijne yogahoudingen 7 fijne yogahoudingen voor kinderen Bloesem kinderyoga - Ben je jonger dan 7 jaar dan doe je de oefening zonder het benoemen van de ademhaling. - Yoga kan best een uitdaging zijn, dat is ok. Het is belangrijk

Nadere informatie

Oefenbundel Einde. Opwarming beweeglijkheidsoefeningen en stretching 1. RUGLIG. Richtlijnen bij het verderzetten en onderhoud van uw rugprogramma

Oefenbundel Einde. Opwarming beweeglijkheidsoefeningen en stretching 1. RUGLIG. Richtlijnen bij het verderzetten en onderhoud van uw rugprogramma Oefenbundel Einde Richtlijnen bij het verderzetten en onderhoud van uw rugprogramma Opwarming beweeglijkheidsoefeningen en stretching 1. RUGLIG : hol/bol maken van wervelkolom 10x. Stretching 1 knie: neem

Nadere informatie

TRAININGSPLAN STRETCHBANDEN

TRAININGSPLAN STRETCHBANDEN TRAININGSPLAN STRETCHBANDEN FITNESSBANDENSET TRAININGSHANDLEIDING Let op: Wees er voor de training van verzekerd dat uw training bij uw fysieke conditie aansluit. Consulteert u, bij twijfel, de huisarts.

Nadere informatie

Oefeningen. nekrevalidatie

Oefeningen. nekrevalidatie Oefeningen nekrevalidatie Opwarming Fietsen: 8 tot 10 minuten; Nustep: 6 tot 8 minuten. Oefeningen ter bevordering van de circulatie Elke oefening wordt 15x herhaald. 1. Schouderrollen achterwaarts symmetrisch

Nadere informatie

Uitgangshouding Uitvoering Aandachtspunten Ruglig, benen opgetrokken Eén hand in lordose van de lage rug

Uitgangshouding Uitvoering Aandachtspunten Ruglig, benen opgetrokken Eén hand in lordose van de lage rug Houding Low load o o o Ruglig, benen opgetrokken Eén hand in lordose van de lage rug Kantel je bekken naar achter en vlak hierdoor je rug af Kantel je bekken naar voor en maak hierdoor je rug hol Enkel

Nadere informatie

Train your Core Stability with energy lab

Train your Core Stability with energy lab Aandachtspunten bij stabiliteitstraining Om effectief de houdingsspieren in de romp te trainen wordt wordt er op krachtuithouding gewerkt. Dit betekent dat er nooit met zware gewichten en korte herhalingen

Nadere informatie

Yogales maart 2019!! Bewust staan

Yogales maart 2019!! Bewust staan Yogales maart 2019 Bewust staan Ga staan met je voeten heupbreedte, voorvoeten licht naar binnen, voel hoe de hiel van je voet contact maakt met de grond, voel de buitenkanten van de voet op de grond voel

Nadere informatie

ERASMUS MC MODIFICATIE VAN DE (REVISED) NOTTINGHAM SENSORY ASSESSMENT Handleiding

ERASMUS MC MODIFICATIE VAN DE (REVISED) NOTTINGHAM SENSORY ASSESSMENT Handleiding De Erasmus MC Modificatie van de (revised) Nottingham Sensory Assessment (EmNSA) 1 is een meetinstrument om bij patiënten met intracraniële aandoeningen de tastzin, de scherp-dof discriminatie en de propriocepsis

Nadere informatie

Kracht en stabilisatie

Kracht en stabilisatie Kracht en stabilisatie 1. Frontbridge Steunen op onderarmen en tenen, zorg voor één rechte lijn van schouders, ruggenwervels, heup, knieën en hakken. 2. Frontbridge one leg lift Steunen op onderarmen en

Nadere informatie

Voer de oefeningen voor het bovenlichaam (pagina 3) uit, gevolgd door de oefeningen voor de buikspieren en zet er een motiverend muziekje bij op.

Voer de oefeningen voor het bovenlichaam (pagina 3) uit, gevolgd door de oefeningen voor de buikspieren en zet er een motiverend muziekje bij op. Zond Zater Vrijd Dond Woe Di Ma Zon Zat Vrij Don Woe Woe Di Ma Superfit Week 1 Vandaag: 30 minuten Cardio Vasculaire (CV) training. Probeer dit eens: 4 minuten power walking (lekker stevig doorstappen

Nadere informatie

Maak afspraken over de tijdstippen waarop geoefend gaat worden. Bespreek in welke omgeving er geoefend gaat worden (eerst thuis, later op het werk).

Maak afspraken over de tijdstippen waarop geoefend gaat worden. Bespreek in welke omgeving er geoefend gaat worden (eerst thuis, later op het werk). Aanwijzingen voor de bedrijfsarts Kern: Het is belangrijk om tegenover de patiënt te benadrukken, dat de kern van deze methode is te leren hoe gespannen spieren aanvoelen en hoe ontspannen spieren aanvoelen.

Nadere informatie

1- Stretchen Flexie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec. 2- Passieve ROM Extensie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec.

1- Stretchen Flexie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec. 2- Passieve ROM Extensie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec. Notities: 1- Stretchen Flexie - Sets:3 / Vasthouden:10sec / Rust:10sec Ga op handen en knieën liggen (vierpuntspositie) met je knieën recht onder je heupen en je handen recht onder je schouders. Je rug

Nadere informatie

Opbouw Bij ongetraindheid de werphouding (Links:abduction/external rotation) en reiken achter de rug (Rechts : hyperextension) vermijden.

Opbouw Bij ongetraindheid de werphouding (Links:abduction/external rotation) en reiken achter de rug (Rechts : hyperextension) vermijden. Schouder stabiliseren Het schoudergewricht is voor de stabiliteit tijdens bewegen gebaat bij een goede controle en een goede spierkracht van de dieper gelegen spieren. Deze spieren centreren de kop van

Nadere informatie

Cursus Rust. Het Slotervaart, een ziekenhuis met ambitie KINDERGENEESKUNDE TELEFOONNUMMER 020-512 45 42

Cursus Rust. Het Slotervaart, een ziekenhuis met ambitie KINDERGENEESKUNDE TELEFOONNUMMER 020-512 45 42 Het Slotervaart, een ziekenhuis met ambitie Het Slotervaartziekenhuis, een opmerkelijk en ambitieus ziekenhuis in Amsterdam. In een informele en vertrouwde omgeving werken wij aan innovatieve medische

Nadere informatie

rugpijn Flexicream Praktische tips tegen

rugpijn Flexicream Praktische tips tegen Praktische tips tegen rugpijn Rugpijn komt vaak voor en kan heel storend zijn. De oorzaak hiervan is meestal een slechte houding, een gebrek aan lichaamsbeweging,... Hier zijn 10 oefeningen om uw rug te

Nadere informatie

Core-stabilityoefeningen (oefeningen voor rompstabiliteit)

Core-stabilityoefeningen (oefeningen voor rompstabiliteit) Core-stabilityoefeningen (oefeningen voor rompstabiliteit) Bruggetje Ga op je rug liggen. Buig je knieën tot 90 graden en zet beide voeten plat op de grond. Je armen liggen langs je lichaam met je handpalmen

Nadere informatie

* short head: eind van coracoid van scapula * long head: supraglenoid deel scapula. * Ulna. * halverwege voorkant humerus.

* short head: eind van coracoid van scapula * long head: supraglenoid deel scapula. * Ulna. * halverwege voorkant humerus. BOVENSTE EXTREMITEITEN Spiergroep Spiernaam Aanhechtingsplaats proximaal Aanhechtingsplaats distaal Innervatie Functie Extensoren bovenarm * m. biceps brachii * short head: eind van coracoid van scapula

Nadere informatie

Henny Leentvaar (Sport)Massage. Functie testen. Datum: 14 mei 2008. Opgesteld door: Henny Leentvaar

Henny Leentvaar (Sport)Massage. Functie testen. Datum: 14 mei 2008. Opgesteld door: Henny Leentvaar Henny Leentvaar (Sport)Massage Functie testen Datum: 14 mei 2008 Opgesteld door: Henny Leentvaar Functie testen Voordat kan worden overgegaan tot tapen of bandageren van een aangedane spier en/of gewricht

Nadere informatie

Lage rugpijn. Voor meer informatie over onze organisatie kijkt u op: www.fydee.nl

Lage rugpijn. Voor meer informatie over onze organisatie kijkt u op: www.fydee.nl Lage rugpijn Voor meer informatie over onze organisatie kijkt u op: www.fydee.nl Inleiding Lage rugpijn Rugklachten komen veel voor. 4 van de 5 mensen heeft weleens te maken met rugpijn. In veel gevallen

Nadere informatie

Hou je rug en nek gezond! Oefeningen om rug-, buik-, en nekspieren in goede conditie te houden

Hou je rug en nek gezond! Oefeningen om rug-, buik-, en nekspieren in goede conditie te houden WN Hou je rug en nek gezond! Oefeningen om rug-, buik-, en nekspieren in goede conditie te houden Oefeningen voor rug-, buik- en beenspieren Tillen, dragen, duwen en trekken van lasten is belastend voor

Nadere informatie

Oefeningen om evenwichtsstoornissen te overwinnen

Oefeningen om evenwichtsstoornissen te overwinnen Oefeningen om evenwichtsstoornissen te overwinnen INHOUD Inleiding 3 A. Oefeningen om liggend uit te voeren 4 B. Rechtop staan 5 C. Steunen op één voet 7 D. Steunen op een zacht oppervlak 8 E. Evenwicht

Nadere informatie

Voorbeelden krachtoefeningen voor niet lopende sporters met CP

Voorbeelden krachtoefeningen voor niet lopende sporters met CP Voorbeelden krachtoefeningen voor niet lopende sporters met CP Oefening 1: Armen horizontaal (schouders, m. Deltoidius en m. Biceps) Werkwijze Endo- en exorotatie van de schouders gelijkmatig trainen Materiaal

Nadere informatie

1. UCHI-KOMI (IPPON-SEOI-NAGE)

1. UCHI-KOMI (IPPON-SEOI-NAGE) 1. UCHI-KOMI (IPPON-SEOI-NAGE) 2 2. SIT-UPS met bokje De standaard sit-up is; Rug ligging; voeten stevig op de grond, onderbenen 90, armen tegen voorhoofd houden, of gekruist over borst (makkelijker).

Nadere informatie

De foamroll oefeningen

De foamroll oefeningen www.bodyrelease.nl De foamroll oefeningen Wat je vooraf moet weten De foamroll oefeningen die je uitvoert moeten voelen als een diepe massage en kunnen zowel direct op de huid als met kleding aan worden

Nadere informatie

Het doorbewegen bij een dwarslaesie. Tetraplegie

Het doorbewegen bij een dwarslaesie. Tetraplegie Het doorbewegen bij een dwarslaesie Tetraplegie Inhoud Inleiding 3 Algemene opmerkingen 3 Zelfstandig doorbewegen 4 Doorbewegen door een hulppersoon 9 De Sint Maartenskliniek 24 Colofon 24 Inleiding In

Nadere informatie

Spanningshoofdpijn, Spierspanningshoofdpijn, Tension Headache, Cervicogene Cephalia

Spanningshoofdpijn, Spierspanningshoofdpijn, Tension Headache, Cervicogene Cephalia Spanningshoofdpijn, Spierspanningshoofdpijn, Tension Headache, Cervicogene Cephalia Spanningshoofdpijn wordt veroorzaakt door spierspanningen in de hals, de schouders en het hoofd. De hoofdpijn is vaak

Nadere informatie

Beweegpakket VAL-net. oefeningen voor patiënten

Beweegpakket VAL-net. oefeningen voor patiënten Beweegpakket VAL-net oefeningen voor patiënten INLEIDING 3 OEFENINGEN 4 MEER INFORMATIE 32 2 Beste kinesitherapeut, Inleiding Dit Beweegpakket VAL-net bestaat uit een selectie van oefeningen die u kunt

Nadere informatie

Oefeningen. Uitademen als u kracht zet, inademen als u ontspant.

Oefeningen. Uitademen als u kracht zet, inademen als u ontspant. Oefeningen Sterke en geoefende buikspieren zijn belangrijk. Omdat ongetrainde en slappe buik- en rugspieren kunnen zorgen voor een slechte houding en rugklachten. Bouw het oefenen van de buikspieren langzaam

Nadere informatie

Oefeningen voor reumapatiënten

Oefeningen voor reumapatiënten Oefeningen voor reumapatiënten afdeling fysiotherapie U bent bekend met reuma en heeft oefeningen gekregen voor uw ontstoken gewrichten. In deze folder staan deze oefeningen beschreven. Doel van de oefeningen

Nadere informatie

Pal Dan Gum oefeningen

Pal Dan Gum oefeningen Pal Dan Gum oefeningen Deze reeks Pal Dan Gum oefeningen worden al duizenden jaren in China en Korea gebruikt voor het voorkomen van ziektes en de bevordering van een goede gezondheid. Pal Dan Gum oefeningen

Nadere informatie

Volgorde van technieken

Volgorde van technieken Volgorde van technieken Voorbereiding Verwarm de ruimte 21 23 graden Passende muziek Matjes, handdoeken etc klaarleggen Sierraden af Verwarm je handen. Verwarm de olie Contra indicaties Notenallergie Griep

Nadere informatie

Schouder oefeningen (Deel 2)

Schouder oefeningen (Deel 2) Schouder oefeningen (Deel 2) Schouder naar achter trekken Uitgangshouding: Ellebogen geplooid op 90. U houdt de oefenband met beide handen vast voor uw lichaam. Vervolgens trekt u de oefenband naar achter

Nadere informatie

Stoelyoga. Navorming PVI. Basishouding

Stoelyoga. Navorming PVI. Basishouding Stoelyoga Navorming PVI Basishouding Zit met je rug tegen de leuning van de stoel. Je voeten staan stevig op de grond, benen op heupwijdte. Laat je handen ontspannen op je bovenbenen rusten met de palmen

Nadere informatie

TRAININGSPLAN XCO-TRAINER

TRAININGSPLAN XCO-TRAINER TRAININGSPLAN XCO-TRAINER HET PRINCIPE VAN XCO-TRAINING. Nieuw explosieve training met maximaal resultaat. Door actieve bewegingsvormen kan de mechanische belastbaarheid van spieren, het bindweefsel in

Nadere informatie

Droogtraining op zwemschoolniveau

Droogtraining op zwemschoolniveau Droogtraining op zwemschoolniveau publicaties uit Pacokrant 20062011 Onderstaande publicaties rond lichaamsscholing komen uit de vroegere edities van de Pacokrant en zijn onder voorbehoud. Tijdens de workshop

Nadere informatie

Ademhaling. Yoga Oefeningen

Ademhaling. Yoga Oefeningen Ademhaling We begonnen met een volledige ademhaling. Omdat te oefenen leg je je handen op je buik en adem je diep in. Je zult merken dat je buik uitzet. Je kunt je er heel bewust van zijn als je inademt.

Nadere informatie

NIH STROKE SCHAAL (NEDERLANDSE VERTALING, OPTELVERSIE)

NIH STROKE SCHAAL (NEDERLANDSE VERTALING, OPTELVERSIE) NIH STROKE SCHAAL (NEDERLANDSE VERTALING, OPTELVERSIE) De NIH stroke schaal wordt bij voorkeur ingevuld bij opname, na eventuele behandeling en 24 uur na het begin van de verschijnselen. Naam patiënt :.........................................

Nadere informatie

EVENWICHTSSTOORNISSEN OVERWINNEN

EVENWICHTSSTOORNISSEN OVERWINNEN EVENWICHTSSTOORNISSEN OVERWINNEN OEFENINGEN - Patiëntinformatie - Inleiding U heeft van uw behandelende arts deze brochure meegekregen om zelfstandig onderhoudsoefeningen voor het evenwichtsorgaan uit

Nadere informatie

kuiten kuiten Quadriceps benen 1 OPDRACHT: maak de knipmes beweging

kuiten kuiten Quadriceps benen 1 OPDRACHT: maak de knipmes beweging Rudy Duvillier benen 1 maak de knipmes beweging benen 2 ter plaatse 15'' knieen hoog afwisselend L en R en met de armen eveneens afwisslend L en R hoog.(snel tempo) benen 3 B Bal moet gerold worden van

Nadere informatie

Adem in, en til het rechterbeen iets op, hou even vast, en laat hem op de uitademing weer zakken.

Adem in, en til het rechterbeen iets op, hou even vast, en laat hem op de uitademing weer zakken. Oefenschema Inleiding: Dit oefenschema beoogt ontspanning en bewustwording van het lichaam. Hoewel deze oefeningen niet veel van het lichaam vergen, hebben ze toch een diepgaande werking. Oefen op een

Nadere informatie

Bijlage 3: Het klinisch kinderneurologisch onderzoek door de CLB-arts, een invuldocument 1

Bijlage 3: Het klinisch kinderneurologisch onderzoek door de CLB-arts, een invuldocument 1 Bijlage 3: Het klinisch kinderneurologisch onderzoek door de CLB-arts, een invuldocument 1 Netoverstijgende WG psychomotoriek - Nancy De Vogelaer en Anja De Coene invuldocument Naam kind: Naam onderzoeker:

Nadere informatie

Bij alle oefeningen denk aan de juiste houding, fixatie in het bekken met goede rompspanning.

Bij alle oefeningen denk aan de juiste houding, fixatie in het bekken met goede rompspanning. Warming up Losdraaien schouders, handen op de schouders Losdraaien heupen, alleen draaien niet slingeren. Romprotaties Bij alle oefeningen denk aan de juiste houding, fixatie in het bekken met goede rompspanning.

Nadere informatie

TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN

TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN Maximale ontspanning voor uw rug De rug is zo maximaal ontspannen. De armen liggen langs het lichaam. De knieën zijn 90 graden gebogen en liggen op een

Nadere informatie

Core Stability - serie 1

Core Stability - serie 1 Inleiding Schaatsers zijn vaak zeer eenzijdig ontwikkeld, omdat veel trainingen die we voor het schaatsen doen, vooral gericht zijn op het verbeteren van de beenspieren. Met Core Stability train je je

Nadere informatie

De 11+ Een compleet warming-up programma

De 11+ Een compleet warming-up programma De 11+ Een compleet warming-up programma Deel 1 & 3 A A }6m Deel 2 B A: Hardlopen B: Jog terug B! ORGANISATIE A: Running OP HET exercise VELD B: Jog back Het parcours bestaat uit 6 paren evenwijdig geplaatste

Nadere informatie

1 Buikplank (2 benen) Oefentherapie bekken en romp Pagina 1 van 5

1 Buikplank (2 benen) Oefentherapie bekken en romp Pagina 1 van 5 Pagina 1 van 5 Welke spieren zijn van belang bij deze oefentherapie? De spieren rondom het bekken en de romp kunnen grofweg worden verdeeld in 2 groepen: de globale en de lokale spieren. De globale spieren

Nadere informatie

Programma Core Stability met accent op Side Bridge

Programma Core Stability met accent op Side Bridge Programma Core Stability met accent op Side Bridge 1. Algemene richtlijnen De oefeningen mogen niet pijnlijk zijn. Het aantal herhalingen en oefeningen wordt progressief opgebouwd. Ademhaling dient correct

Nadere informatie

De polsfractuur. Fysiotherapie. Beter voor elkaar

De polsfractuur. Fysiotherapie. Beter voor elkaar De polsfractuur Fysiotherapie Beter voor elkaar 2 Wat is een polsfractuur? Bij een polsfractuur, of wel een gebroken pols, is er een breuk van het spaakbeen of de ellepijp. Een spaakbeen breuk wordt ook

Nadere informatie

Zelfmassage: Kloppen langs meridianen

Zelfmassage: Kloppen langs meridianen Zelfmassage: Kloppen langs meridianen Klopmassage is een simpele en snelle manier om je beter in je lichaam te voelen. In 5 tot 10 minuten ga je al kloppend je hele lichaam bij langs en je kunt de massage

Nadere informatie

RUGREVALIDATIE THUISPROGRAMMA STRETCHING-MOBILISATIE-STABILISATIE. - Patiëntinformatie -

RUGREVALIDATIE THUISPROGRAMMA STRETCHING-MOBILISATIE-STABILISATIE. - Patiëntinformatie - RUGREVALIDATIE THUISPROGRAMMA STRETCHING-MOBILISATIE-STABILISATIE - Patiëntinformatie - Algemene richtlijnen Alle stretchingsoefeningen, mobilisatie-en stabilisatieoefeningen uitvoeren binnen de pijngrens

Nadere informatie