PRESENTEREN VIA POWERPOINT

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "PRESENTEREN VIA POWERPOINT"

Transcriptie

1 PRESENTEREN VIA POWERPOINT INHOUD Presenteren... 3 Interface... 3 Weergaven... 4 Diavoorstelling (Basis)... 5 Bestanden... 6 Presentatie openen en sluiten... 6 Presentatie opslaan... 6 Presentatie afdrukken... 8 Dia s Dia toevoegen Dia verwijderen Volgorde dia's aanpassen Dia-indeling Teksten Tekst invoeren Tekstvakken tovoegen en bewerken Tekst opmaken Lijsten Dianummer toevoegen Ongedaan maken Afbeeldingen Afbeelding invoegen Een illustratie invoegen Een afbeelding invoegen vanuit een bestand Afbeeldingen bewerken Een afbeelding bijsnijden Een Stijl toepassen op de afbeelding Achtergrond van foto verwijderen SmartArt Video Geluid Objecten opmaken Een object draaien Grootte van een object instellen Objecten uitlijnen Pagina 1 van 57

2 Een afbeelding, vorm, tekstvak of WordArt uitlijnen Objecten gelijkmatig verdelen Thema s Koppelingen Hyperlinks Een dia in dezelfde presentatie Een adres Een pagina of bestand op internet Acties Overgangen en animaties Overgangen toevoegen Geluid bij overgangen Tijdsinstellingen voor overgangen Animaties toevoegen Overzicht van animatie-effecten voor tekst en objecten Een object van een animatie-effect voorzien Effectopties Eén object van meerdere animatie-effecten voorzien Tijdsinstellingen voor animaties Tijdsinstellingen en de volgorde van animaties Een lijst met animaties weergeven die de dia momenteel bevat Diavoorstelling Gesproken tekst opnemen Gesproken tekst opnemen voor of tijdens een diavoorstelling Voorbeeld van gesproken tekst beluisteren Een video maken Gesproken tekst Uw presentatie als een video opslaan Diavoorstelling uitzenden Pagina 2 van 57

3 PRESENTEREN INTERFACE Het volledige werkvenster Laten we beginnen bij het bovenste gedeelte: Titelbalk Lint/ Ribbon Statusbalk Snel Starten Werkbalk Pagina 3 van 57

4 WEERGAVEN We kunnen onze presentaties op verschillende manieren laten weergeven in PowerPoint. We veranderen onze weergave in het lint, tabblad Beeld, groep Presentatieweergaven en Modelweergaven. We behandelen de belangrijkste weergaven. Normale weergave De normale weergave is de hoofdweergave voor bewerken, waarin u uw presentaties kunt schrijven en ontwerpen. De normale weergave heeft vier werkgebieden: 1. Tabblad Dia's: Dit is een goede plaats om de dia's in jouw presentatie weer te geven als miniatuurafbeeldingen terwijl je ze bewerkt. Met de miniaturen kan je eenvoudig door de presentatie navigeren en de effecten van ontwerpwijzigingen zien. Je kunt dia's hier ook eenvoudig anders ordenen, toevoegen of verwijderen. 2. Diavenster: In het gedeelte rechtsboven van het PowerPoint-venster wordt in het diavenster een grote weergave getoond van de huidige dia. Terwijl de huidige dia in deze weergave te zien is, kan je tekst toevoegen en afbeeldingen, tabellen, SmartArt-afbeeldingen, diagrammen, tekenobjecten, tekstvakken, films, geluiden, hyperlinks en animaties invoegen. 3. Notitievenster: In het notitievenster onder het diavenster kan je opmerkingen typen die bij de huidige dia horen. Later kan je de opmerkingen afdrukken en ernaar verwijzen wanneer je de presentatie geeft. Diasoorteerderweergave In de diasorteerderweergave heb je een weergave van uw dia's in miniatuurvorm. In deze weergave kunt u eenvoudig de volgorde van uw dia's sorteren en ordenen terwijl je de presentatie maakt, en ook terwijl je jouw presentatie voorbereidt voor afdrukken. Je kan in de diasorteerderweergave ook secties toevoegen en dia's sorteren in verschillende categorieën of secties. Pagina 4 van 57

5 DIAVOORSTELLING (BASIS) Normaal gezien maak je een presentatie om die te presenteren. Dit doen we met de diavoorstelling. In deze basis bekijken we twee manieren om een diavoorstelling te starten. Je vindt ze in het lint Voorstelling, tabblad Diavoorstelling starten. Met de knop vanaf begin, begin je de diavoorstelling vanaf de eerste dia. Je kan dit ook doen met de functieknop F5 op het toetsenbord. Met de knop Vanaf huidige dia begint de presentatie op de dia die op geselecteerd is. Je kan dit ook doen met de functieknop Shift+F5. Om in de diavoorstelling te navigeren klik je met je muis om vooruit te gaan. Je kan met behulp van de pijltjestoetsen ook vooruit en achteruit navigeren. Met het Pijltje naar boven of het Pijltje naar links kan je een stap terugkeren in je presentatie, met het Pijltje naar rechts of het Pijltje naar beneden ga je een stap vooruit. Om de presentatie af te sluiten druk je de Esc-toets in. Pagina 5 van 57

6 BESTANDEN PRESENTATIE OPENEN EN SLUITEN Om een presentatie te openen ga je naar het Backoffice. In het Backoffice kies je de optie openen. Vervolgens kies je de presentatie die je wenst te openen in het openen venster en klik je op de knop openen. Als je in het recente verleden met de presentatie gewerkt heb kan je de presentatie misschien vinden in de lijst met recente presentaties door in het backoffice de optie Recent te kiezen. Om een presentatie te sluiten klik je op de optie Sluiten in het Backoffice. Of klik je op de knop venster sluiten in de titelbalk. PRESENTATIE OPSLAAN Om een presentatie op te slaan onder een nieuwe naam ga je naar het backoffice met de knop Bestand in het lint en klik op Opslaan als. Typ in het vak Bestandsnaam een naam voor de PowerPoint-presentatie en klik vervolgens op Opslaan. Pagina 6 van 57

7 Standaard worden in PowerPoint 2010 bestanden opgeslagen in de indeling voor PowerPointpresentatiebestanden (.PPTX). Als je jouw presentatie in een andere indeling wilt opslaan, klik je in de lijst op Opslaan als en selecteer je de gewenste bestandsindeling. Hieronder zie je de instelling om op te slaan als een 2003 PowerPoint bestand. Dit is nodig als je je presentatie doorstuurt naar een Office 2003 gebruiker die de plug-in voor 2007/2010 niet geïnstalleerd heeft. Dan kan die geen PowerPoint 2007 of 2010 bestanden openen. Je kan de presentatie ook als voorstelling opslaan (ppsx bestand). Daarvoor klik je in de lijst op Opslaan als en selecteer je de bestandsindeling PowerPoint voorstelling. Pagina 7 van 57

8 PRESENTATIE AFDRUKKEN Als je je presentatie wil afdrukken ge je als volgt te werk. Klik in het lint op de Microsoft Backstage-knop. Klik in het menu op Afdrukken In het midden kan je de opties voor afdrukken instellen en rechts kan je een afdrukvoorbeeld zien met je huidige instellingen. Voer onder Afdrukinstellingen in het vak Aantal het aantal exemplaren in dat je wil afdrukken. Selecteer onder Printer de printer die je wil gebruiken. Als je op Printereigenschappen klikt kan je eventuele printeropties aanpassen. Onder Instellingen kan je volgende instellingen aangeven voor je afdruk: Pagina 8 van 57

9 Klik op Alle dia's afdrukken als u alle dia's wilt afdrukken. Je hebt de volgende mogelijkheden Als je alleen de dia wilt afdrukken die op dat moment wordt weergegeven, klik je op Huidige dia. Als je kiest voor Aangepast bereik kan je de dia s die je wil afdrukken ingeven, je geeft de dia s op gescheiden door een komma. Wil je een reeks dia s ingeven kan je de eerste een de laatste dia ingeven gevolgd gescheiden door een liggend streepje. Vb. 1-10,15, 20-23: betekent dat je de dia s van 1 tot en met 10, 15 en 20 tot en met 23 wil gebruiken voor je afdruk. Klik op de lijst Volledige pagina en kies hoeveel dia s je op een pagina wil afdrukken en hoe die moeten gesorteerd worden. Als je één dia op een volledige pagina wilt afdrukken, klik je onder Afdrukweergave op Volledige pagina. Pagina 9 van 57

10 Als je een of meer dia's per pagina als hand-out wilt afdrukken, klik je onder Hand-outs op het aantal dia's dat je per pagina wilt en kies je de volgorde (horizontaal of verticaal). Als je een dunne rand rond de dia's wilt afdrukken, selecteer je Dia's in frame. Als je dia's wilt afdrukken op het papier dat je voor de printer hebt geselecteerd, klikt je op Aanpassen aan papierformaat. Als je de resolutie wilt verhogen, transparante afbeeldingen wilt combineren en zachte schaduwen wilt afdrukken, klik je op Hoge kwaliteit. Klik op de lijst Enkelzijdig afdrukken en geef aan of je op een of op beide zijden van de pagina wil afdrukken. Klik op de lijst Gesorteerd en geef aan of u de dia's gesorteerd of nietgesorteerd wilt afdrukken. Klik op de lijst Kleur en klik vervolgens op een van de volgende opties: Kleur Met deze optie drukt u in kleur af op een kleurenprinter. Als je wil voorkomen dat een gekleurde achtergrond wordt afgedrukt, kan je de volgende handelingen uitvoeren: Dia's afdrukken in zwart-wit. Zie Grijswaarde hieronder voor meer informatie. Gekleurde achtergronden uit de presentatie verwijderen. Klik op het tabblad Ontwerp in de groep Achtergrond op Achtergrondstijlen en selecteer vervolgens Stijl 1. Grijswaarde Met deze optie druk je afbeeldingen af met grijstinten tussen zwart en wit. Achtergrondopvullingen worden wit afgedrukt, zodat de tekst beter leesbaar is. (Soms heeft de optie Grijswaarde hetzelfde effect als Puur zwart- wit.) Puur zwart-wit: Met deze optie worden de hand-outs afgedrukt zonder grijsopvullingen. Als je kopteksten en voetteksten wil opnemen of wijzigen, klik je op de koppeling Koptekst en voettekst bewerken en stel je vervolgens jouw keuzen in in het dialoogvenster Koptekst en voettekst dat wordt weergegeven. Klik op Afdrukken. Pagina 10 van 57

11 DIA S DIA TOEVOEGEN De dia die automatisch wordt weergegeven zodra je PowerPoint opent, bevat twee tijdelijke aanduidingen, een met opmaak voor een titel en de andere met opmaak voor een subtitel. De plaats van de tijdelijke aanduidingen op een dia wordt een indeling genoemd. Microsoft PowerPoint 2010 biedt ook andere soorten tijdelijke aanduidingen, zoals voor foto's en SmartArt-afbeeldingen. Wanneer je een dia aan je presentatie toevoegt, kies je meteen een indeling voor de dia: Klik op het tabblad Start van het lint, in de groep Dia's op de pijl naast Nieuwe dia. Je kunt ook gewoon op Nieuwe dia klikken in plaats van op de pijl ernaast, als je wilt dat de nieuwe dia dezelfde indeling krijgt als de in de groep Dia s dia. Er wordt een galerij weergegeven met miniaturen van de verschillende dia-indelingen die beschikbaar zijn. De naam wijst op de inhoud waarvoor de betreffende indeling is ontworpen. Tijdelijke aanduidingen met gekleurde pictogrammen kunnen tekst bevatten, maar u kunt ook op de pictogrammen klikken om automatisch objecten in te voegen, zoals SmartArt-afbeeldingen en illustraties. Klik op de gewenste indeling voor uw nieuwe dia. De nieuwe dia verschijnt nu zowel aan de linkerkant op het tabblad Dia's, gemarkeerd als de huidige dia, als aan de rechterkant in het deelvenster Dia, als de dia in het groot. Pagina 11 van 57

12 DIA VERWIJDEREN Selecteer de dia s die je wil verwijderen in je presentatie en druk de delete toets in op je toetsenbord. Je kan meerdere dia s tegelijk selecteren door de Ctrl-toets ingedrukt te houden terwijl je dia s selecteert. Pagina 12 van 57

13 VOLGORDE DIA'S AANPASSEN Je kan de volgorde van de dia s in je presentatie aanpassen door ze te verslepen in het dia overzicht. Heb je echter veel dia s ga je beter naar de dia sorteerder weergave met de knoppen onderaan rechts in de statusbar of in het Tabblad Beeld van het lint. Dan worden alle dia s op een kleinere manier weergeven zodat je gemakkelijker overzicht houdt tijdens het sorteren. Pagina 13 van 57

14 DIA-INDELING Je kan de diaindeling kiezen bij het aanmaken van een dia. Je kan die echter ook achteraf aanpassen. Daarvoor selecteer je de dia( s) waavoor je de indeling wil aanpassen. Klik op de knop Indeling in de groep Dia s van het lint Start. En kies de indeling die je wil toepassen: Pagina 14 van 57

15 TEKSTEN TEKST INVOEREN Om tekst in te voeren op een dia, klik je in het gewenste invoervak van de gekozen layout en typ je de gewenste tekst. Op het moment dat je tekst invoert in een invoervak wordt het invoervak aanzien als een tekstvak. TEKSTVAKKEN TOVOEGEN EN BEWERKEN Klik op het tabblad Invoegen van het lint in de groep Tekst op Tekstvak. Klik in de presentatie en sleep het tekstvak naar de gewenste grootte. Je kunt tekst toevoegen aan een tekstvak door in het tekstvak te klikken en vervolgens tekst te typen of te plakken. TEKST OPMAKEN Lettertype We kunnen het lettertype aanpassen terwijl we tekst invoeren (typen), dan wordt de tekst die we van dan af invoeren opgemaakt met het geselecteerde lettertype. Een vaak gebruikte Pagina 15 van 57

16 methode is om eerst de bedoelde tekst te selecteren en vervolgens een nieuw lettertype te kiezen. We behandelen deze laatste manier. We selecteren dus eerst de tekst waarvan we het lettertype willen veranderen. In het lint Start zie je de groep Lettertype staan: Bovenaan links in de groep zien we het lettertype, hier Times new roman. Door te klikken op het pijltje naar beneden rechts van het lettertype, komt een lijst met beschikbare lettertypes beschikbaar. Deze lijst verschilt van computer tot computer, afhankelijk van de software die er op geïnstalleerd is. Tekstgrootte We kunnen de lettergrootte aanpassen terwijl we tekst invoeren (typen), dan wordt de tekst die we van dan af invoeren opgemaakt met de geselecteerde lettergrootte. Een vaak gebruikte methode is om eerst de bedoelde tekst te selecteren en vervolgens een nieuwe lettergrootte te kiezen. We behandelen deze laatste manier. Naast het lettertype, ongeveer in het midden bovenaan zie je de lettergrootte staan: We kunnen deze lettergrootte op een aantal manieren aanpassen: 1. Door te klikken op het pijltje naar beneden rechts van de lettergrootte. Hierdoor komt een keuzelijst van veel gebruikte lettergroottes: 2. Je kan ook de gewenste lettergrootte invoeren in het tekstvak, dan moet je je niet vasthouden aan de voorgestelde lettergroottes. De mogelijk lettergroottes zijn tussen: 1 en 1638 liggen. Je kan zelfs decimale getallen gebruiken. 3. Als derde manier, kan je ook de knoppen naast het lettergroottevak gebruiken: Lettertype vergroten: Lettertype verkleinen: Als je klikt op deze knoppen wordt de lijst doorlopen met voorgestelde lettertypes die ook bij de eerste manier kreeg: Attributen We kunnen de lettergrootte aanpassen terwijl we tekst invoeren (typen), dan wordt de tekst die we van dan af invoeren opgemaakt met de geselecteerde lettergrootte. Een vaak gebruikte methode is om eerst de bedoelde tekst te selecteren en vervolgens een nieuwe lettergrootte te kiezen. We behandelen deze laatste manier. We selecteren dus eerst de tekst waarvan we de lettergrootte willen veranderen: In de tweede lijn van de groep lettertype vinden we een aantal attributen terug. Dit zijn (behalve 1)wat men noemt toggle knoppen. Dit wil zeggen dat ze twee standen (aan en uit) hebben die elkaar afwisselen zoals een lichtschakelaar. Vet (Ctrl + B) Cursief (Ctrl + I) Onderlijnd (Ctrl + U) Doorhalen (trekt een streep door het midden van de geselecteerde tekst) Tekstschaduw Pagina 16 van 57

17 LIJSTEN Je kunt opsommingstekens of nummers gebruiken om grote hoeveelheden tekst of de opeenvolgende fasen van een proces overzichtelijk weer te geven in een Microsoft PowerPoint 2010-presentatie. Selecteer in de dia de regels tekst die u van opsommingstekens of nummers wilt voorzien in een tijdelijke tekst of tabel. Klik op het tabblad Start in de groep Alinea op Opsommingstekens of Nummering. Het uiterlijk van een opsommingsteken of nummer wijzigen Als je één opsommingsteken of nummer wilt wijzigen, plaatst je de cursor op het begin van de regel die je wil wijzigen. Als je meerdere opsommingstekens of nummers wil wijzigen, selecteer je de tekst van alle opsommingstekens of nummers die je wil wijzigen. Klik in het tabblad Start in het lint in de groep Alinea op de pijl op de knop Opsommingstekens of Nummering en klik vervolgens op Opsommingstekens en nummering. Het venster Opsommingstekens en nummering wordt geopend. Als je de stijl van de opsommingstekens of nummers wilt wijzigen, klik je op het tabblad Opsommingstekens of het tabblad Genummerd op de gewenste stijl. Als je een afbeeldlng wil gebruiken als opsommingsteken, klik je op het tabblad Opsommingstekens op Afbeelding en schuif je vervolgens naar het pictogram van de afbeelding die je wil gebruiken. Als je een teken uit de lijst met symbolen wil toevoegen aan de tabbladen Opsommingstekens of Genummerd klik je op het tabblad Pagina 17 van 57

18 Opsommingstekens op Aanpassen, klik je op een symbool en klik je vervolgens op OK. Je kunt het symbool vervolgens vanuit de lijsten met stijlen toepassen op jouw dia's. Als je de kleur van de opsommingstekens of nummers wilt wijzigen, open je het tabblad Opsommingstekens of het tabblad Genummerd, klik je op Kleur en selecteert je vervolgens een kleur. Als je het formaat van een opsommingsteken of nummer wil wijzigen zodat het een bepaald formaat heeft in vergelijking met jouw tekst, opent u het tabblad Opsommingstekens of het tabblad Genummerd, klik je op Grootte en geef je vervolgens een percentage op. De insprong wijzigen Als je een ingesprongen (ondergeschikte) lijst wil maken in een lijst, plaats je de cursor aan het begin van de regel die je wil laten inspringen, open je het tabblad Start en klik je in de groep Alinea op Lijstniveau verhogen. Als je tekst wil instellen op een minder ver ingesprongen niveau in de lijst, plaats je de cursor aan het begin van de regel, open je het tabblad Start en klik je in de groep Alinea op Lijstniveau verlagen. DIANUMMER TOEVOEGEN Je kan een dianummer toevoegen op de plaats van de cursor door in het tabblad Invoegen van het lint in de groep Tekst op de knop dianummer te klikken. Dit is een veld, wat wil zeggen dat als je dia naar een andere plaats in je presentatie zou kopiëren of verplaatsen, het nummer aangepast wordt aan de positie van de dia in je presentatie. ONGEDAAN MAKEN Om een actie ongedaan te maken, kan je gebruik maken van het toetsenbord of de muis. 1. Met de muis Klik op de knop Ongedaan maken om de laatste actie ongedaan te maken. Herhaaldelijk op de knop drukken maakt ook vroegere acties ongedaan. 2. Met het toetsenbord Pagina 18 van 57

19 De toetscombinatie om ongedaan te maken is Ctrl+Z. Naast de optie om ongedaan te maken hebben je ook een funtie om ongedane acties terug uit te voeren, of om de laatste actie te herhalen. Dit is de functie opnieuw. 1. Met de muis Klik op de knop opnieuw om de laatste actie ongedaan te maken. Herhaaldelijk op de knop drukken herhaalt de laatste actie, of hersteld de laatste ongedaan maken. 2. Met het toetsenbord De toetscombinatie voor opnieuw is Ctrl+Y. Pagina 19 van 57

20 AFBEELDINGEN AFBEELDING INVOEGEN EEN ILLUSTRATIE INVOEGEN Klik op de dia waaraan je de illustratie wil toevoegen. Klik op het tabblad Invoegen in het lint in de groep Afbeeldingen op Illustraties. Typ in het taakvenster Illustraties in het tekstvak Zoeken naar een woord (of groep woorden) om te beschrijven wat voor type illustratie u zoekt. Je kan ook de bestandsnaam of een deel van de bestandsnaam van de illustratie typen. Als je de zoekopdracht wil verfijnen, schakel je in de lijst Resultaten moeten zijn de selectievakjes Illustraties, Foto's, Video's en Audio in om naar deze mediatypen te zoeken. Klik op Starten. Klik in de lijst met resultaten op de illustratie die je wil invoegen. In het vak Resultaten moeten zijn: kan je ingeven welk soort illustratie je wil invoegen. Je kan kiezen uit de volgende lijst door de gewenste objecten aan te vinken: Vink het vakje Inhoud van Office.com opnemen om een nog uitgebreidere galerij te gebruiken die op het internet staat. Hiervoor moet je internet toegang hebben en moet je versie van Office 2010 geactiveerd en geregistreerd zijn. Als je een illustratie kiest die op het net staat, wordt die gedownload als je die invoegt. Pagina 20 van 57

21 EEN AFBEELDING INVOEGEN VANUIT EEN BESTAND Klik op de plaats waar je de afbeelding wil invoegen. Klik op het tabblad Invoegen in het lint in de groep Afbeeldingen op Afbeelding. Zoek de afbeelding die je wilt invoegen en dubbelklik hierop. Mogelijk heb je bijvoorbeeld een afbeeldingsbestand opgeslagen in Mijn documenten. Als je meerdere afbeeldingen wil toevoegen, houdt je Ctrl ingedrukt terwijl je klikt op de afbeeldingen die je wil invoegen. Vervolgens klikt je op Invoegen. De afbeelding(en) worden ingevoegd. Pagina 21 van 57

22 Als je de grootte van een afbeelding wil wijzigen, selecteer je de afbeelding die je in de dia hebt ingevoegd. Als je de afbeelding in een of meer richtingen wilt vergroten of verkleinen, sleep je een formaatgreep van of naar het middelpunt terwijl je een van de volgende handelingen uitvoert: Als je de verhoudingen van het object wil behouden, houd je SHIFT ingedrukt terwijl je de formaatgreep sleept. Als je de afbeelding wil draaien versleep je het groene bolletje boven de afbeelding naar links of naar rechts. Als je de grootte van de afbeelding perfect wil instellen, kan je die instellen in het de groep Grootte van het lint Hulpmiddelen voor afbeeldingen, het tabblad Opmaak. Opmerkingen Door het toevoegen van afbeeldingen kan de bestandsgrootte van een presentatie aanzienlijk toenemen. Je kunt de bestandsgrootte aanpassen door de resolutie van een afbeelding te wijzigen of door te kiezen voor een bepaalde kwaliteit of compressie Klik op de afbeelding of afbeeldingen waarvoor je de resolutiewil wijzigen. Klik onder Hulpmiddelen voor afbeeldingen van het lint op het tabblad Opmaak in de groep Aanpassen op Afbeeldingen comprimeren. Pagina 22 van 57

23 Als je alleen de resolutie voor de geselecteerde afbeeldingen wilt wijzigen in plaats van alle afbeeldingen in het bestand, schakel je het selectievakje Alleen op deze afbeelding toepassen in. Klik onder Doeluitvoer op de gewenste resolutie. Geef de resolutie aan waarvoor de uitvoer bedoeld is. Een presentatie wordt meestal op het scherm weergegeven. AFBEELDINGEN BEWERKEN EEN AFBEELDING BIJSNIJDEN Selecteer de afbeelding die je wilt bijsnijden. Klik onder Hulpmiddelen voor afbeeldingen op het tabblad Opmaak in het lint in de groep Grootte op Bijsnijden. De handgrepen wijzigen in de handgrepen voor bijsnijden. Voer een van de volgende handelingen uit: Pagina 23 van 57

24 Als je één zijde wilt bijsnijden, sleept je de middengreep voor bijsnijden aan die zijde naar binnen. Als je twee zijden tegelijk in dezelfde mate wil bijsnijden, houd je Ctrl ingedrukt terwijl je de middengreep voor bijsnijden aan een van beide zijden naar binnen sleept. Druk als u klaar bent op Esc. EEN STIJL TOEPASSEN OP DE AFBEELDING Met de groep Afbeeldingstijlen op het tabblad Opmaak in het lint in de groep Grootte op Bijsnijden, kan je de afbeelding in een heel aantal stijlen in je document weergeven. Met de knoppen ernaast, kan je de stijl nog verder aanpassen: Pagina 24 van 57

25 ACHTERGROND VAN FOTO VERWIJDEREN Je kan een achtergrond van een afbeelding verwijderen om het onderwerp van de afbeelding te accentueren of te benadrukken of om storende details te verwijderen. Als de achtergrond wordt verwijderd houd je enkel de bloem over: Je kan de automatische achtergrondverwijdering gebruiken of lijnen tekenen om aan te duiden welke gedeelten van de achtergrond van de afbeelding je wil behouden en welke je wil verwijderen. Belangrijk Als je een afbeelding comprimeert om de bestandsgrootte te wijzigen, verandert de hoeveelheid details in de bronafbeelding. Dit betekent dat de afbeelding er na de compressie anders uit kan zien dan voor de compressie. Daarom moet je de afbeelding comprimeren en het bestand opslaan voordat je de achtergrond verwijdert. Als de compressie plus de achtergrondverwijdering er niet naar wens uitzien, kan je de compressie zelfs opnieuw uitvoeren nadat je het bestand hebt opgeslagen zo lang je het programma Pagina 25 van 57

26 waarin je werkt, niet hebt gesloten. Hoe ga je te werk: Klik op de afbeelding waarvan je de achtergrond wilt verwijderen. Klik onder Hulpmiddelen voor afbeeldingen op het tabblad Opmaak in het lint in de groep Achtergrond op de knop Achtergrond verwijderen. Klik op een van de handgrepen op de lijnen van het selectiekader en sleep vervolgens de lijn zodat deze het deel van de afbeelding bevat dat je wil behouden en het grootste deel van gebieden uitsluit die je wil verwijderen. In veel gevallen kan je het gewenste resultaat zonder extra werk bereiken door te experimenteren met de positie en de grootte van de lijnen van het selectiekader. Voer eventueel een of beide van de volgende handelingen uit: Om aan te duiden welke delen van de afbeelding je niet automatisch wilt laten verwijderen, klik je op Gebieden markeren om te behouden. Om aan te duiden welke delen van de afbeelding je wil verwijderen naast de delen die automatisch zijn gemarkeerd, klik je op Gebieden markeren die je wil verwijderen. Als je van gedachten verandert over een gebied dat je met een lijn hebt gemarkeerd, om het te behouden ofwel te verwijderen, klik je op Markering verwijderen en vervolgens op de lijn om deze te wijzigen. Klik op Sluiten en wijzigingen behouden in de groep Sluiten. Klik als je de automatische achtergrondverwijdering wil annuleren op Sluiten en wijzigingen negeren in de groep Sluiten. Pagina 26 van 57

27 SMARTART Moet jouw presentatie op een duidelijke manier een concept toelichten, zoals een proces, een cyclus, een hiërarchie of een relatie, dan kan je dynamische, visueel aantrekkelijke diagrammen maken door SmartArt-afbeeldingen te gebruiken. SmartArt is een krachtig nieuw hulpprogramma, dat beschikbaar is in Microsoft Office Word 2010, Microsoft Office, PowerPoint 2010 en Microsoft Office Outlook Je kan hiermee moeiteloos de volgende soorten diagrammen samenstellen door vooraf gedefinieerde verzamelingen geavanceerde opmaak te gebruiken: Lijstdiagrammen. Deze diagrammen leveren een visuele representatie van lijsten van gerelateerde of onafhankelijke informatie bijvoorbeeld een lijst van items die nodig zijn voor het voltooien van een taak, inclusief afbeeldingen van de items. Procesdiagrammen. Deze diagrammen leveren een visuele beschrijving van de geordende reeks van stappen die nodig is voor het voltooien van een taak bijvoorbeeld de stappen die je dient te nemen voor het verwerken van een bestelling. Cyclusdiagrammen. Deze diagrammen representeren een rondlopende reeks van stappen, taken of gebeurtenissen, of de relatie van een reeks van stappen, taken of gebeurtenissen tot een centraal basiselement bijvoorbeeld het belang van het introduceren van de basiselementen van een verhaal om een opwindend verhaal op te bouwen. Hiërarchiediagrammen. Deze diagrammen illustreren de structuur van een organisatie of een entiteit bijvoorbeeld de structuur van de directie van een bedrijf. Relatiediagrammen. Deze diagrammen tonen convergerende, divergerende, overlappende, samenvoegende en insluitende elementen bijvoorbeeld hoe het gebruik van soortelijke methoden voor het organiseren van jouw , jouw agenda en uw contactpersonen jouw productiviteit kan verbeteren. Matrixdiagrammen. Deze diagrammen tonen de relaties van onderdelen tot een geheel bijvoorbeeld de productgroepen in een afdeling. Piramidediagrammen. Deze diagrammen illustreren proportionele of onderling gekoppelde relaties bijvoorbeeld hoeveel tijd idealiter aan de verschillende fasen van een project moet worden besteed. Deze categorieën sluiten elkaar niet onderling uit, wat betekent dat sommige diagrammen in meer dan een categorie vallen. Je maakt een diagram door in de groep Illustraties van het tabblad Invoegen op de knop SmartArt te klikken. Je kan daarna kiezen wat voor soort diagram je wil maken en het diagram in het document invoegen. Pagina 27 van 57

28 Je kunt rechtstreeks toevoegen onder de vorm van bullets via een luik dat links van de plaatshouder staat. Je kan de opmaak van het SmartArt object verder opmaken met het tabblad Ontwerpen in Hulpmiddelen voor SmartArt in het lint, met de groep SmartArt Stijlen. En het tabblad opmaak: Pagina 28 van 57

29 VIDEO Een video kan je invoegen met de knop Invoegen in het tabblad Invoegen van het lint, groep Media. Zoek je video bestand en dubbelklik er op. Met behulp van de Hulpmiddelen voor Video tabbladen Opmaak en Afspelen kan je de video opties instellen. Voor meer info over het gebruik van de onderdelen verwijzen we je naar de Demo. En Pagina 29 van 57

30 GELUID Een Geluidsfragment of een liedje kan je invoegen met de knop Invoegen in het tabblad Invoegen van het lint, groep Media. Zoek je geluidsbestand bestand en dubbelklik er op. Met behulp van de Hulpmiddelen voor Geluid tabbladen Opmaak en Afspelen kan je de video opties instellen. Voor meer info over het gebruik van de onderdelen verwijzen we je naar de Demo. En Pagina 30 van 57

31 OBJECTEN OPMAKEN EEN OBJECT DRAAIEN Als je een object wil draaien Selecteer je het object en versleep je het groen handvat boven het object naar links of naar rechts. Om een object te draaien onder een exacte hoek in te stellen selecteer je het object, en ga je naar het tabblad Opmaak in het lint. Ga naar de groep Grootte. Vul de gewenste grootte in, of klik op het pijltje onderaan rechts in de groep om de draaihoek in te vullen in het volgende venster. Pagina 31 van 57

32 GROOTTE VAN EEN OBJECT INSTELLEN Je kan de grootte van een object wijzigen door een object te selecteren en de handvaten rond het object te verslepen. Om de grootte van een object exact in te stellen selecteer je het object, en ga je naar het tabblad Opmaak in het lint. Ga naar de groep Grootte. Vul de gewenste grootte in, of klik op het pijltje onderaan rechts in de groep om meer gedetailleerde gegevens in te vullen in het volgende venster. OBJECTEN UITLIJNEN EEN AFBEELDING, VORM, TEKSTVAK OF WORDART UITLIJNEN Selecteer de objecten die je wil uitlijnen. Om meerdere objecten te selecteren, klik je op het eerste object en houd je CTRL ingedrukt terwijl je op de andere objecten klikt. Pagina 32 van 57

33 Voer een van de volgende handelingen uit: Als je een afbeelding wilt uitlijnen, klik je in het lint onder Hulpmiddelen voor op het tabblad Opmaak. Klik in de groep Schikken op Uitlijnen en voer een van de volgende handelingen uit: Als je de randen van de objecten links wilt uitlijnen, klik je op Links uitlijnen. Als je de objecten verticaal door het midden van de objecten wil uitlijnen, klik je op Centreren. Als je de randen van de objecten rechts wilt uitlijnen, klik je op Rechts uitlijnen. Als je de bovenkant van de objecten wil uitlijnen, klik je op Boven uitlijnen. Als je de objecten horizontaal door het midden van de objecten wil uitlijnen, klik je op Midden uitlijnen. Als je de onderkant van de objecten wil uitlijnen, klik je op Onder uitlijnen. Opmerkingen Je kan één object uitlijnen op de dia door te klikken op Uitlijnen op dia. Als je objecten ten opzichte van elkaar uitlijnt op een rand, blijft de positie van een van de objecten ongewijzigd. Met Links uitlijnen lijn je bijvoorbeeld de linkerranden van alle geselecteerde objecten uit op de linkerrand van het object dat het verst naar links staat- dat wil zeggen dat de positie van het object dat het verst naar links staat ongewijzigd blijft en dat de andere objecten worden uitgelijnd op dat object. Als je een Pagina 33 van 57

34 object uitlijnt op een SmartArt-afbeelding, wordt het object uitgelijnd op de linkerrand van de SmartArt-afbeelding en niet op de linkervorm in de SmartArt-afbeelding. Met Midden uitlijnen lijn je objecten horizontaal door het midden van de objecten uit en met Centreren lijn je objecten verticaal door het midden van de objecten uit. Als je objecten door het midden uitlijnt ten opzichte van elkaar, worden de objecten uitgelijnd ten opzichte van een horizontale of verticale lijn die staat voor het gemiddelde van hun oorspronkelijke positie. Het is mogelijk dat alle objecten hierbij worden verplaatst. OBJECTEN GELIJKMATIG VERDELEN Selecteer minimaal drie objecten die je op gelijke afstand van elkaar wil schikken. Als je meerdere objecten wil selecteren, klik je op het eerste object en houd je CTRL ingedrukt terwijl je op de andere objecten klikt. Voer een van de volgende handelingen uit: Als je objecten gelijkmatig wilt verdelen, klik je onder Hulpmiddelen voor op het tabblad Opmaak. Klik in de groep Schikken op Uitlijnen en voer een van de volgende handelingen uit: Als je de objecten horizontaal wil centreren, klik je op Horizontaal verdelen. Als je de objecten verticaal wilt centreren, klik je op Verticaal verdelen. Pagina 34 van 57

35 THEMA S Met thema s maak je op eenvoudige wijze presentaties die eruitzien of ze door professionele ontwerpers zijn gemaakt. De themakleuren, -lettertypen en -effecten zijn niet alleen beschikbaar in PowerPoint, maar ook in Excel, Word en Outlook, zodat je jouw presentaties, documenten, werkbladen en s een coherent uiterlijk kunt geven. Hieronder zie je hetzelfde thema gebruikt in PowerPoint, Excel en Word. Je kan een stijl toepassen op de volledige presentatie door in het tabblad ontwerpen in eht lint, een thema te kiezen uit de gallerij. Als je het thema selecteert met je linkermuistoets wordt het toegepast op alle dia s in je presentatie. Pagina 35 van 57

36 Wil je een thema maar toepassen op een of meer dia s van je presentatie, selecteer je die dia s (om meerdere dia s te selecteren, klik je op de eerste dia, en selecteer je de andere dia s terwijl je de CTRL toets ingedrukt houdt.)en klik je met je rechtermuistoets op het thema dat je wil toepassen. Je krijgt een snelmenu waar je kiest voor de optie Toepassen op geselecteerde dia s. Wil je enkel de kleuren, lettertypes (fonts) of effecten van een thema gebruiken, klik je op de respectievelijke knoppen naast de themagalerij en selecteer je de gewenste optie. Pagina 36 van 57

37 KOPPELINGEN HYPERLINKS In PowerPoint is een hyperlink een koppeling van de ene dia naar de andere binnen dezelfde presentatie of een adres, een webpagina of een bestand. Je kunt een hyperlink maken op basis van tekst of een object, zoals een afbeelding, een grafiek, een vorm of WordArt. Tijdens de presentatie kan je dan gewoon op de link of het object klikken om naar de locatie van hyperlink te gaan. EEN DIA IN DEZELFDE PRESENTATIE 1. Selecteer in de normale weergave de tekst die of het object dat je als hyperlink wil gebruiken. 2. Ga naar het tabblad Invoegen in het lint en klik in de groep Koppelingen op Hyperlink. 3. Klik onder Koppelen aan op Plaats in dit document. Klik bij Selecteer een plaats in dit document op de dia die je als bestemming voor de hyperlink wil gebruiken. EEN ADRES 1. Selecteer in de normale weergave de tekst die of het object dat je als hyperlink wilt gebruiken. 2. Ga naar het tabblad Invoegen in het linten klik in de groep Koppelingen op Hyperlink. 3. Klik onder Koppelen aan op adres. Pagina 37 van 57

38 4. Typ het gewenste adres in het vak adres of selecteer een e- mailadres in het vak Laatst gebruikte adressen. 5. Typ in het vak Onderwerp het onderwerp van het bericht. EEN PAGINA OF BESTAND OP INTERNET ACTIES 1. Selecteer in de normale weergave de tekst die of het object dat je als hyperlink wil gebruiken. 2. Ga naar het tabblad Invoegen en klik in de groep Koppelingen op Hyperlink. 3. Klik bij Koppelen aan op Bestaand bestand of webpagina. en klik vervolgens op Surfen op het web. 4. Selecteer de pagina of het bestand waarnaar je een koppeling wil maken en selecteer vervolgens OK. Om een actie in te te koppelen aan een object klik je op de knop acties in de groep Koppelingen van het tabblad Invoegen in het lint. Het venster Acties Invoegen wordt geopend: In dit venster kan je een hyperlink naar een dia in de presentatie toevoegen, een geluid toevoegen of een programma openen op je computer. Pagina 38 van 57

39 OVERGANGEN EN ANIMATIES OVERGANGEN TOEVOEGEN Klik in het deelvenster met de tabbladen Overzicht en Dia's op het tabblad Dia's. Selecteer het miniatuur van de dia waaraan je een overgang wil toevoegen. Ga naar het tabblad Overgangen en klik in de groep Overgang naar deze dia op het gewenste overgangseffect voor deze dia. Selecteer een overgang in de groep Overgang naar deze dia. In het voorbeeld is de overgang Vervagen geselecteerd. Als je meer overgangseffecten wil bekijken, klik je op de knop Meer. Als een dia een overgang heeft krijgt die naast de dia in het overzicht een symbool. Opmerking Als je dezelfde overgang aan alle dia's wil toewijzen in uw presentatie, Selecteer je en klik je vervolgens op het tabblad Overgangen in de groep Tijdsinstellingen op Overal toepassen. Pagina 39 van 57

40 Bij ieder overgangseffect horen een aantal opties die je links van de overgangsgallerij kan instellen met de knop Effectopties. Bij het overgangseffect Effectopties kan je bijvoorbeeld kiezen voor de opties: Bij Wissen heb je bv volgende opties: GELUID BIJ OVERGANGEN In het deelvenster dat de tabbladen Overzicht en Dia's bevat, klik je op het tabblad Dia's. Pagina 40 van 57

41 Selecteer de miniatuur van de dia waaraan je geluid wil toevoegen. Ga naar het tabblad Overgangen, Klik in de groep Tijdsinstellingen op de pijl naast Geluid en voer een van de volgende handelingen uit: Als je een geluid uit de lijst wil toevoegen, klik je op een geluid. Als je een geluid wil toevoegen dat niet op de lijst staat, klik u op Ander en kies je een geluidsbestand. Pagina 41 van 57

42 TIJDSINSTELLINGEN VOOR OVERGANGEN We hebben twee verschillende soorten tijdsinstellingen voor dia s: De tijdsduur van de overgang zelf. De duur dat de dia wordt weergegeven. Als je de tijdsduur wil instellen van de overgang tussen twee dia's zelf, ga je als volgt te werk: Ga naar het tabblad Overgangen en typ of selecteer in de groep Tijdsinstellingen in het vak Duur de gewenste snelheid. Als je wil instellen hoe lang het duurt voordat de huidige dia overgaat in de volgende, gebruik je een van de volgende procedures: Als je de dia wil laten overgaan wanneer je op de muis klikt, schakel je op het tabblad Overgangen in de groep Tijdsinstellingen het keuzevakje Bij muisklik in. Als je de dia wilt laten overgaan na een bepaalde tijd, typt u op het tabblad Overgangen in de groep Tijdsinstellingen in het vakje Na het gewenste aantal seconden. ANIMATIES TOEVOEGEN OVERZICHT VAN ANIMATIE-EFFECTEN VOOR TEKST EN OBJECTEN Animaties zijn het ideale hulpmiddel om belangrijke punten te benadrukken, de informatiestroom te beheersen en presentaties aantrekkelijker te maken. Je kan animatie-effecten toepassen op tekst of objecten op afzonderlijke dia's, tekst en objecten in het diamodel of tijdelijke aanduidingen in aangepaste dia-indelingen. In PowerPoint 2010 beschik je over vier verschillende soorten animatie-effecten: Begineffecten. Met deze effecten kan je bijvoorbeeld een object geleidelijk scherper weergeven, een object vanaf een bepaalde kant de dia laten binnenvliegen of een object stuiterend in beeld laten verschijnen. Eindeffecten. Met deze effecten kan je bijvoorbeeld een object van de dia laten vliegen, een object langzaam laten vervagen of een object met een spiraalbeweging uit de dia laten verdwijnen. Nadrukeffecten. Met deze effecten kan je bijvoorbeeld een object verkleinen of vergroten, een object van kleur laten veranderen of een object laten draaien. Animatiepaden. Met deze effecten kan je een object onder andere omhoog of omlaag, naar links of naar rechts, of in een stervormig of cirkelvormig patroon laten bewegen. Pagina 42 van 57

43 Je kan elk animatie-effect afzonderlijk gebruiken, maar je kan ook meerdere effecten combineren. Je kan bijvoorbeeld instellen dat een tekstregel vanaf de linkerkant binnenvliegt en steeds groter wordt, door het begineffect Binnenvliegen en het nadrukeffect Vergroten/verkleinen op de tekstregel toe te passen. EEN OBJECT VAN EEN ANIMATIE-EFFECT VOORZIEN Ga als volgt te werk om een animatie-effect toe te passen op een object: Selecteer het object waarop je een animatie-effect wilt toepassen. Ga naar het tabblad Animaties, klik in de groep Animatie op de knop Meer en selecteer het gewenste animatie-effect. Opmerkingen Als je het gewenste effect (begin, eind, nadruk, of animatie) niet ziet, klik je op Meer begineffecten, Meer eindeffecten, Meer nadrukeffecten of Meer animatiepaden. Pagina 43 van 57

44 Begineffecten Nadruk Pagina 44 van 57

45 Eind Animatiepaden Pagina 45 van 57

46 Nadat je een animatie op een object of tekst hebt toegepast, worden elementen met animatie op de dia voorzien van een genummerd label dat niet wordt afgedrukt of weergegeven. Dit label wordt naast de tekst of het object weergegeven en is alleen zichtbaar wanneer het tabblad Animaties is geselecteerd of wanneer het taakvenster Animatie zichtbaar is. EFFECTOPTIES Bij elk Animatie effect bestaan er een aantal opties die je kan instellen nadat je het effect hebt geïnstalleerd. Bij het effect Binnenvliegen heb je bv volgende effectopties: Onderaan kan je voor een tekstobject aangeven of je het tekstobject wil opdelen per alinea. Voor het effect splitsen kan je kiezen voor de volgende opties: EÉN OBJECT VAN MEERDERE ANIMATIE-EFFECTEN VOORZIEN Ga als volgt te werk om één object van meerdere animatie-effecten te voorzien: Selecteer de tekst of het object waaraan je meerdere animaties wilt toevoegen. Ga naar het tabblad Animaties en klik in de groep Geavanceerde animatie op Animatie toevoegen en selecteer de animatie die je wil toevoegen. Pagina 46 van 57

47 Pagina 47 van 57

48 TIJDSINSTELLINGEN VOOR ANIMATIES TIJDSINSTELLINGEN EN DE VOLGORDE VAN ANIMATIES Een dia die animaties bevat geeft de volgorde van de animaties aan met de cijfertjes naast de objecten. Je kan de tijdsinstellingen en de volgorde aanpassen met de groep Tijdsinstellingen van het tabblad Animaties in het lint. De opties komen beschikbaar als je een animatie hebt geselecteerd door op een nummer te klikken. We staan nog even stil bij de optie Start. Met behulp van de optie start kan je aangeven wanneer de geselecteerde animatie moet starten. Je hebt de keuze tussen volgende opties: De opties spreken voor zich. Met de eerste optie is de presentator in controle van de start van de animatie, de volgende twee laten animaties tegelijk of na elkaar gebeuren. Je kan bijvoorbeeld de presentator de mogelijkheid geven om door een keer te klkken een hele rij animaties in gang te laten zetten. Met behulp van de optie Duur geef je aan hoe lang de animatie moet duren, zo kan je bijvoorbeeld een object sneller of trager laten bewegen. De optie Vertraging geeft een vertraging weer voor de start. In combinatie met bijvoorbeeld Start na vorige kan dit een vertraagde opeenvolging van animaties teweeg brengen. Met de knoppen Eerder verplaatsen en Later verplaatsen kan je de animatievolgorde aanpassen. EEN LIJST MET ANIMATIES WEERGEVEN DIE DE DIA MOMENTEEL BEVAT Je kan een lijst met alle animaties in de dia bekijken in het taakvenster Animatie. Het taakvenster Animatie bevat belangrijke informatie over een animatie-effect, zoals het type effect, de volgorde van meerdere effecten met betrekking tot elkaar, de naam van het object waarop het effect is toegepast en de duur van het effect. Als je het taakvenster Animatie wilt openen, ga je naar het tabblad Animaties en klik je in de groep Geavanceerde animatie op Animatiedeelvenster. Pagina 48 van 57

49 Het taakvenster Animatiedeelvenster opent. 1. In het taakvenster geven nummers aan in welke volgorde de animatie-effecten worden afgespeeld. De nummers in het taakvenster komen overeen met de genummerde labels die op de dia worden weergegeven. 2. De tijdlijnen geven de duur van de effecten aan. 3. De pictogrammen geven het type animatie-effect weer. In dit voorbeeld is dat een effect van het type Eind. 4. Selecteer een item in de lijst om het menupictogram (een pijl omlaag) weer te geven en klik vervolgens op het pictogram om het menu te openen. Opmerkingen De effecten worden in het taakvenster Animatie weergegeven in de volgorde waarin je ze toevoegt. Je kan ook pictogrammen weergeven die aangeven wanneer de animatie-effecten worden afgespeeld in relatie tot de andere gebeurtenissen op de dia. Als je deze pictogrammen voor alle animaties wil weergeven, klik je op het menupictogram naast een animatie-effect en selecteer je Geavanceerd tijdschema verbergen. Pagina 49 van 57

50 Er zijn verschillende pictogrammen die aangeven wanneer de animatie-effecten worden afgespeeld, zoals: Bij klik starten (muispictogram op de afbeelding): het animatie-effect begint wanneer je met de muis klikt. Met vorige starten (geen pictogram): het animatie-effect wordt tegelijk met het vorige effect in de lijst gestart (met deze instelling kan je meerdere effecten tegelijk afspelen). Na vorige starten (klokpictogram): het animatie-effect wordt direct gestart nadat het vorige effect in de lijst is afgespeeld. De opties voor effecten, de tijdsinstelling en de volgorde voor een animatie opgeven Als je de opties voor effecten voor een animatie wil instellen, ga je naar het tabblad Animaties, klik je in de groep Animaties op de pijl rechts van Opties voor effecten en klikt je vervolgens op de gewenste optie. Je kunt de start, de duur of de vertragingstijd voor een animatie opgeven op het tabblad Animaties. Als je wil instellen wanneer de animatie wordt gestart, klik je in de groep Tijdsinstelling op de pijl rechts van het menu Starten en selecteer je de Pagina 50 van 57

51 gewenste tijdsinstelling. Als je de duur van de animatie wilt instellen, ga je naar de groep Tijdsinstelling en geef je in het vak Duur het gewenste aantal seconden op. Als je een vertraging voor de animatie wilt instellen, ga je naar de groep Tijdsinstelling en geef je in het vak Vertraging het gewenste aantal seconden op. Als je de volgorde van een animatie in de lijst wilt wijzigen, selecteer je in het taakvenster Animatie de animatie waarvan je de volgorde wilt wijzigen. Onderaan in het taakvenster zie je twee knoppen om de animatie eerder of later te doen afspelen. Uw animatie-effect testen Nadat je een of meer animatie-effecten hebt toegevoegd, ga je als volgt te werk om te controleren of ze werken: Ga naar het tabblad Animaties en klik in de groep Voorbeeld op Voorbeeld. Pagina 51 van 57

52 DIAVOORSTELLING GESPROKEN TEKST OPNEMEN GESPROKEN TEKST OPNEMEN VOOR OF TIJDENS EEN DIAVOORSTELLING 1. Wanneer je gesproken tekst opneemt, loop je door de presentatie en neemt elke dia op. U kunt het opnemen op elk gewenst moment onderbreken en hervatten. 2. Zorg, voordat je begint met het opnemen van de diavoorstelling, dat de microfoon is ingesteld en goed werkt. 3. Klik op het tabblad Diavoorstelling in de groep Instellen op Diavoorstelling opnemen. 4. Selecteer een van de volgende opties: 5. Schakel in het dialoogvenster Diavoorstelling opnemen het selectievakje Gesproken tekst en laserpointer in en schakel desgewenst het selectievakje Tijdsinstellingen voor dia's en animaties in of uit. 6. Opname starten. Als je de gesproken tekst wil pauzeren, klik je in het Opname-snelmenu op Pauze. Als je de gesproken tekst wil hervatten, klik je op Opname hervatten. 7. Je beëindigt het opnemen van de diavoorstelling door met de rechtermuisknop op een dia te klikken en vervolgens te klikken op Voorstelling beëindigen. 8. De opgenomen tijdsinstellingen worden automatisch opgeslagen en de diavoorstelling wordt in de weergave Diasorteerder weergegeven met de tijdsinstellingen onder elke dia. VOORBEELD VAN GESPROKEN TEKST BELUISTEREN 1. Klik in de normale weergave op de dia op het geluidspictogram. 2. Klik op het lint onder Hulpmiddelen voor audio op het tabblad Afspelen in de groep Voorbeeld op Afspelen. Pagina 52 van 57

53 Pagina 53 van 57

54 EEN VIDEO MAKEN Een paar tips voor het opnemen van uw presentatie als video: Je kan in jouw video gesproken tekst en laserpointerbewegingen opnemen en timen. Je kan de grootte van het multimediabestand en de kwaliteit van de video bepalen. Je kan animaties en overgangen in jouw film opnemen. Gebruikers hebben geen PowerPoint op hun computer nodig om de film te bekijken. Als jouw presentatie een ingesloten video bevat, wordt deze correct afgespeeld zonder dat je dit moet regelen. Afhankelijk van de grootte van jouw presentatie, kan het maken van een video veel tijd in beslag nemen. Hoe langer de presentatie duurt en hoe meer animaties, overgangen en andere media u opneemt, des te meer tijd het kost. Je kunt PowerPoint echter blijven gebruiken terwijl je wacht. GESPROKEN TEKST Als je gesproken tekst wilt opnemen en beluisteren, moet jouw computer beschikken over een geluidskaart, een microfoon en luidsprekers. UW PRESENTATIE ALS EEN VIDEO OPSLAAN 1. Open de presentatie. 2. Als je nog wijzigingen hebt aangebracht aan je presentatie, sla ze dan op voor je verder gaat. 3. Ga naar het backoffice met de knop Bestand en ga naar de optie Opslaan en verzenden. 4. Klik onder Opslaan en verzenden op Video maken. 5. Als je alle opties voor videokwaliteit en -grootte wilt weergeven, klikt je onder Een video maken op de pijl-omlaag bij Computer- en HD-beeldschermen. Pagina 54 van 57

55 Kies uit de beschikbare kwaliteitsopties: Als je een video van zeer hoge kwaliteit en een grote bestandsomvang wil maken, klik je op Computer- en HD-beeldschermen. Als je een video met een gemiddelde bestandsgrootte en van gemiddelde kwaliteit wilt maken, klik je op Internet en dvd. Als je een video met de kleinste bestandsgrootte en van lage kwaliteit wil maken, klik je op Draagbare apparaten. 6. Klik op de pijl-omlaag bij Opgenomen tijdsinstellingen en gesproken tekst niet gebruiken en ga op een van de volgende manieren te werk: Als je geen opname en tijdsinstellingen hebt gemaakt van gesproken tekst en laserpointerbewegingen, klik je op Opgenomen tijdsinstellingen en gesproken tekst niet gebruiken. Als je wel opnamen en tijdsinstellingen hebt gemaakt van gesproken tekst en pointerbewegingen, klikt je op Opgenomen tijdsinstellingen en gesproken tekst gebruiken. 7. Klik op Video maken. 8. Geef in het vak Bestandsnaam een bestandsnaam op voor de video, blader naar de map met dit bestand en klik op Opslaan. Op de statusbalk onder in het scherm wordt de voortgang van dit proces weergegeven. Dit proces kan lang duren, afhankelijk van de lengte van de video en de complexiteit van de presentatie. 9. Als je de zojuist gemaakte video wilt afspelen, gaat u naar de opgegeven maplocatie en dubbelklikt u op het bestand. Welke delen van een presentatie worden niet in een video opgenomen? De volgende onderdelen worden niet in een video opgenomen die je met PowerPoint maakt: Media die zijn ingevoegd in eerdere versies van PowerPoint. Als u deze toch wilt opnemen, kunt u een upgrade uitvoeren op de media of het document. QuickTime-media (tenzij u over een externe QuickTime code ffdshow beschikt en deze is geïnstalleerd) en u moet optimaliseren met het oog op compatibiliteit Macro's OLE/ActiveX-besturingselementen Pagina 55 van 57

Tijdsinstellingen en de volgorde van animaties

Tijdsinstellingen en de volgorde van animaties Microsoft Office 2010 - Powerpoint - Tijdsinstellingen Voor Animaties Tijdsinstellingen en de volgorde van animaties Een dia die animaties bevat geeft de volgorde van de animaties aan met de cijfertjes

Nadere informatie

Overzicht van animatie-effecten voor tekst en objecten

Overzicht van animatie-effecten voor tekst en objecten Microsoft Office 2010 - Powerpoint - Animaties Toevoegen Overzicht van animatie-effecten voor tekst en objecten Animaties zijn het ideale hulpmiddel om belangrijke punten te benadrukken, de informatiestroom

Nadere informatie

PowerPoint 2010. KATHO, Campus Tielt

PowerPoint 2010. KATHO, Campus Tielt PowerPoint 2010 KATHO, Campus Tielt Microsoft Office 2010 - Powerpoint - Interface Het volledige word venster Laten we beginnen bij het bovenste gedeelte: Titelbalk Lint/ Ribbon Tabblad bestand Snel Starten

Nadere informatie

PowerPoint 2010: rondleiding (deel 1)

PowerPoint 2010: rondleiding (deel 1) PowerPoint 2010: rondleiding (deel 1) Met PowerPoint kan men voorstellingen maken door middel van dia's die zijn gevuld met teksten, afbeeldingen, films, grafieken en geluiden. PowerPoint is een uitstekend

Nadere informatie

PowerPoint 2010: rondleiding (deel 2)

PowerPoint 2010: rondleiding (deel 2) PowerPoint 2010: rondleiding (deel 2) Afbeeldingen en multimedia Afbeeldingen Afbeeldingen toevoegen uit illustratie Men kan een afbeelding uit het taakvenster illustraties opnemen als men een dia-indeling

Nadere informatie

Een eerste kennismaking

Een eerste kennismaking 27-2-2006 1 W erkstukken m a ken m et Po w erpo int Een eerste kennismaking PowerPoint is het presentatieprogramma van Microsoft waarmee we informatie, d.m.v. dia s, op een duidelijke manier kunnen presenteren.

Nadere informatie

PowerPoint Mijn naam is; Cees van Aarle

PowerPoint Mijn naam is; Cees van Aarle Mijn naam is; Cees van Aarle Boodschap / Doelgroep Wat vind je doelgroep belangrijk? Aandachtspunt; - waarin onderscheid je jezelf van de rest, - wat maakt je uniek? Hoe maak je dat anderen duidelijk,

Nadere informatie

PowerPoint Basis. PowerPoint openen. 1. Klik op Starten 2. Klik op Alle programma s 3. Klik op de map Microsoft Office

PowerPoint Basis. PowerPoint openen. 1. Klik op Starten 2. Klik op Alle programma s 3. Klik op de map Microsoft Office PowerPoint Basis PowerPoint openen 1. Klik op Starten 2. Klik op Alle programma s 3. Klik op de map Microsoft Office Klik op Microsoft PowerPoint 2010 Wacht nu tot het programma volledig is opgestart.

Nadere informatie

Powerpoint 2013 Snelstartgids

Powerpoint 2013 Snelstartgids Aan de slag Microsoft Powerpoint 2013 ziet er anders uit dan eerdere versies. Daarom hebben we deze handleiding samengesteld om de leercurve zo kort mogelijk te maken. Pagina 1 van 9 Aan de slag Wanneer

Nadere informatie

Een nieuwe presentatie maak je met de sneltoets <Ctrl+N> of via het tabblad,. Vervolgens kies je Lege presentatie en klik je op de knop Maken.

Een nieuwe presentatie maak je met de sneltoets <Ctrl+N> of via het tabblad,. Vervolgens kies je Lege presentatie en klik je op de knop Maken. SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 PowerPoint opstarten en afsluiten POWERPOINT kan worden opgestart via. Als POWERPOINT al vaker is gestart kun je direct op Microsoft PowerPoint 2010 klikken. Typ anders in het

Nadere informatie

Aan de slag. Zie meer opties Klik op deze pijl om meer opties te bekijken in een dialoogvenster.

Aan de slag. Zie meer opties Klik op deze pijl om meer opties te bekijken in een dialoogvenster. Aan de slag Microsoft PowerPoint 2013 ziet er anders uit dan eerdere versies, dus hebben we deze handleiding gemaakt, zodat u zo snel mogelijk aan de slag kunt. De benodigde opdrachten zoeken Klik op een

Nadere informatie

INSTRUCT Samenvatting Basis PowerPoint 2013/2016, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1. PowerPoint opstarten, verkennen en afsluiten

INSTRUCT Samenvatting Basis PowerPoint 2013/2016, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1. PowerPoint opstarten, verkennen en afsluiten SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 PowerPoint opstarten, verkennen en afsluiten PowerPoint opstarten POWERPOINT kan bijvoorbeeld worden opgestart via een snelkoppeling op het bureaublad. Presentaties openen en het

Nadere informatie

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 De website bij het boek 8 Introductie Visual Steps 8 Meer over andere Office 2010 -programma s

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 De website bij het boek 8 Introductie Visual Steps 8 Meer over andere Office 2010 -programma s Inhoudsopgave Voorwoord... 7 Nieuwsbrief... 7 De website bij het boek... 8 Introductie Visual Steps... 8 Meer over andere Office 2010-programma s... 8 Wat heeft u nodig?... 9 Bonushoofdstuk... 9 Toets

Nadere informatie

Aan de slag. Meer opties Klik op deze pijl om meer opties in een dialoogvenster te zien.

Aan de slag. Meer opties Klik op deze pijl om meer opties in een dialoogvenster te zien. Aan de slag Microsoft PowerPoint 2013 ziet er anders uit dan eerdere versies. Daarom hebben we deze handleiding samengesteld om de leercurve zo kort mogelijk te maken. Vinden wat u zoekt Klik op een linttabblad

Nadere informatie

Sneltoetsen in PowerPoint 2016 voor Windows

Sneltoetsen in PowerPoint 2016 voor Windows Sneltoetsen in PowerPoint 2016 voor Windows Hieronder een overzicht van veelgebruikte sneltoetsen in Microsoft PowerPoint. Deze sneltoetsen zijn van toepassing in vrijwel alle versies, waaronder PowerPoint

Nadere informatie

Presenteren met behulp van Microsoft PowerPoint

Presenteren met behulp van Microsoft PowerPoint 2018-2019 Datum: Leraren: F. Thomas, V. Schelkens, C. Kaivers Informatica Presenteren met behulp van Microsoft PowerPoint Klas: 3 Naam: Nr.: De komende 3 lessen ga je een PowerPointpresentatie maken over

Nadere informatie

Cursus Powerpoint 2003

Cursus Powerpoint 2003 1a. Een presentatie opzetten Cursus Powerpoint 2003 Open Powerpoint en klik linksboven op Bestand en vervolgens op Nieuw. Rechts opent zich het menuscherm Nieuwe presentatie met daarin diverse opties om

Nadere informatie

INHOUD POWERPOINT 2007

INHOUD POWERPOINT 2007 INHOUD POWERPOINT 2007 1 Introductie...1 1.1 Programma starten...1 1.1.1 Manier 1...1 1.1.2 Manier 2...1 1.2 Schermopbouw...1 1.3 Het lint...2 1.3.1 Het tabblad Start...2 1.3.2 Het tabblad Invoegen...2

Nadere informatie

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 Introductie Visual Steps 8 Wat heeft u nodig? 8 Uw voorkennis 9 Hoe werkt u met dit boek?

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 Introductie Visual Steps 8 Wat heeft u nodig? 8 Uw voorkennis 9 Hoe werkt u met dit boek? Inhoudsopgave Voorwoord... 7 Nieuwsbrief... 7 Introductie Visual Steps... 8 Wat heeft u nodig?... 8 Uw voorkennis... 9 Hoe werkt u met dit boek?... 10 De website bij het boek... 11 Bonushoofdstukken...

Nadere informatie

Hoe moet je een prachtige presentatie maken?

Hoe moet je een prachtige presentatie maken? Hoe moet je een prachtige presentatie maken? www.meestermichael.nl Geef de presentatie een titel. Klik dit vak aan om jouw presentatie een ondertitel te geven. Hier kun je je presentatie een titel geven

Nadere informatie

Microsoft Powerpoint 2010 STAPPENPLANNEN

Microsoft Powerpoint 2010 STAPPENPLANNEN Microsoft Powerpoint 2010 STAPPENPLANNEN STAP 1: MICROSOFT POWERPOINT 2010 STARTEN... 2 STAP 2: EEN BEGINDIA MAKEN... 2 STAP 3: EEN AFBEELDING TOEVOEGEN (LOCATIE VRIJ TE BEPALEN)... 3 STAP 4: ACHTERGRONDKLEUR

Nadere informatie

Een eenvoudige PowerPoint presentatie maken: Een stappenplan

Een eenvoudige PowerPoint presentatie maken: Een stappenplan Een eenvoudige PowerPoint presentatie maken: Een stappenplan Je moet een PowerPoint (PPT) presentatie maken en je hebt geen idee hoe je eraan moet beginnen. Geen nood! Met dit stappenplan helpen we je

Nadere informatie

Migreren naar PowerPoint 2010

Migreren naar PowerPoint 2010 In deze handleiding Microsoft Microsoft PowerPoint 2010 ziet er heel anders uit dan PowerPoint 2003, dus deze handleiding is zodanig samengesteld dat u vrijwel gelijk aan de slag kunt. Lees verder als

Nadere informatie

Deel 1: PowerPoint Basis

Deel 1: PowerPoint Basis Deel 1: PowerPoint Basis De mogelijkheden van PowerPoint als ondersteunend middel voor een gedifferentieerde begeleiding van leerlingen met beperkingen. CNO Universiteit Antwerpen 1 Deel 1 PowerPoint Basis

Nadere informatie

Verschillen met PowerPoint 2007

Verschillen met PowerPoint 2007 1 Verschillen met PowerPoint 2007 In dit bestand krijg je een overzicht van de verschillen met versie 2007 van PowerPoint. Zie je in het boek iets wat op jouw computer niet kan, kijk dan hier om te zien

Nadere informatie

De achtergrond van een dia kun je opmaken via het tabblad Ontwerpen, groep Achtergrond:

De achtergrond van een dia kun je opmaken via het tabblad Ontwerpen, groep Achtergrond: SAMENVATTING HOOFDSTUK 4 Achtergrond instellen De achtergrond van een dia kun je opmaken via het tabblad Ontwerpen, groep Achtergrond: Met dit venster kun je de achtergrond van een dia opmaken door een

Nadere informatie

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 Introductie Visual Steps 8 Wat heeft u nodig? 8 Uw voorkennis 9 Hoe werkt u met dit boek?

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 Introductie Visual Steps 8 Wat heeft u nodig? 8 Uw voorkennis 9 Hoe werkt u met dit boek? Inhoudsopgave Voorwoord... 7 Nieuwsbrief... 7 Introductie Visual Steps... 8 Wat heeft u nodig?... 8 Uw voorkennis... 9 Hoe werkt u met dit boek?... 9 De website bij het boek... 10 Bonushoofdstukken...

Nadere informatie

Sneltoesten in PowerPoint 2016 voor Mac

Sneltoesten in PowerPoint 2016 voor Mac Sneltoesten in PowerPoint 2016 voor Mac U kunt snel taken uitvoeren met sneltoetsen - een of meer toetsen die u op het toetsenbord indrukt om een taak te voltooien. Bijvoorbeeld, wanneer u met + P het

Nadere informatie

HANDLEIDING POWERPOINT 2010

HANDLEIDING POWERPOINT 2010 HANDLEIDING POWERPOINT 2010 Ella Wynants & Caroline Nijsmans THOMAS MORE KEMPEN Turnhout Inleiding Dit zijn allerlei handelingen die je vaker zult moeten gebruiken. Je weet al een manier om dit te doen

Nadere informatie

Inhoudsopgave Voorwoord 9 Blijf op de hoogte 9 Introductie Visual Steps 10 Wat heb je nodig? 10 Voorkennis 11 Hoe werk je met dit boek?

Inhoudsopgave Voorwoord 9 Blijf op de hoogte 9 Introductie Visual Steps 10 Wat heb je nodig? 10 Voorkennis 11 Hoe werk je met dit boek? Inhoudsopgave Voorwoord... 9 Blijf op de hoogte... 9 Introductie Visual Steps... 10 Wat heb je nodig?... 10 Voorkennis... 11 Hoe werk je met dit boek?... 11 De schermafbeeldingen... 12 De website en aanvullende

Nadere informatie

Microsoft Office 2003

Microsoft Office 2003 Computer Basis boek Microsoft Office 2003 Word, Excel en PowerPoint Korte inhoud Inhoudsopgave 7 Voorwoord 15 Deel 1 Werken in Office 2003 17 Deel 2 Word 2003 43 Deel 3 Excel 2003 117 Deel 4 PowerPoint

Nadere informatie

INHOUD. Ten geleide 13. 1 Het venster van PowerPoint 15

INHOUD. Ten geleide 13. 1 Het venster van PowerPoint 15 INHOUD Ten geleide 13 1 Het venster van PowerPoint 15 1.1 Inleiding 15 1.2 Het venster 15 1.2.1 De Officeknop/menutab Bestand 15 1.2.2 Werkbalk Snelle toegang 18 1.2.3 De titelbalk 19 1.2.4 Het lint 20

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Aan de slag

Hoofdstuk 2: Aan de slag Hoofdstuk 2: Aan de slag 2.0 Introductie Hoofdstuk 1: De PowerPoint interface, beschrijft de verschillende onderdelen van de PowerPoint interface. Dit hoofdstuk leert de basis toepassingen van het gebruik

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Deel 1 Word 2010

Inhoudsopgave. Deel 1 Word 2010 Inhoudsopgave Voorwoord... 9 Nieuwsbrief... 9 Introductie Visual Steps... 10 Wat heeft u nodig?... 10 Verschillende versies... 11 Uw voorkennis... 11 Hoe werkt u met dit boek?... 12 De volgorde van lezen...

Nadere informatie

Handleiding Powerpoint 2010

Handleiding Powerpoint 2010 Handleiding Powerpoint 2010 Handleiding PowerPoint 2010 Inhoudsopgave 1. Wat is PowerPoint?... 1 2. Openen... 1 Een nieuw document openen... 1 Een bestaand document openen... 1 3. Opslaan... 3 Een document

Nadere informatie

Je kunt een afbeelding invoegen via het tabblad Invoegen, groep Illustraties:

Je kunt een afbeelding invoegen via het tabblad Invoegen, groep Illustraties: SAMENVATTING HOOFDSTUK 12 Afbeelding invoegen Je kunt een afbeelding invoegen via het tabblad Invoegen, groep Illustraties: In het venster Afbeelding invoegen selecteer je (de juiste map en) het juiste

Nadere informatie

Microsoft PowerPoint is een programma om presentaties en diavoorstellingen te maken.

Microsoft PowerPoint is een programma om presentaties en diavoorstellingen te maken. POWERPOINT WAT IS POWERPOINT Microsoft PowerPoint is een programma om presentaties en diavoorstellingen te maken. WAAROM POWERPOINT Het wordt gebruikt om mensen te informeren en animeren door middel van

Nadere informatie

Basiskennis van PowerPoint

Basiskennis van PowerPoint Basiskennis van PowerPoint Pow erpoint is een krachtige toepassing voor presentaties. Om Pow erpoint echter zo doeltreffend mogelijk te kunnen gebruiken, hebt u eerst enige basiskennis nodig. In deze zelfstudie

Nadere informatie

Werkbalk Snelle toegang Titelbalk. Tabbladen

Werkbalk Snelle toegang Titelbalk. Tabbladen SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 PowerPoint verkennen POWERPOINT kan worden opgestart via. Als POWERPOINT al vaker is gestart kun je direct op Microsoft PowerPoint 2010 in het menu Start klikken. Typ anders in

Nadere informatie

Je kunt een afbeelding invoegen via het tabblad Invoegen, groep Illustraties:

Je kunt een afbeelding invoegen via het tabblad Invoegen, groep Illustraties: SAMENVATTING HOOFDSTUK 13 Afbeelding invoegen Je kunt een afbeelding invoegen via het tabblad Invoegen, groep Illustraties: In het venster Afbeelding invoegen selecteer je (de juiste map en) het juiste

Nadere informatie

HANDLEIDING. PowerPoint 2016

HANDLEIDING. PowerPoint 2016 HANDLEIDING PowerPoint 2016 HANDLEIDING POWERPOINT 2016 2 Inhoudsopgave 1. Wat is PowerPoint?... 5 2. Openen... 6 3. Opslaan... 8 4. Presentatie afdrukken... 10 4.1 Afdrukvoorbeeld... 11 4.2 Hand-out...

Nadere informatie

Tekstverwerking. Wat gaan we leren? Opdracht: Geavanceerde opmaak. Jen Kegels, Eveline De Wilde, Inge Platteaux, Tamara Van Marcke

Tekstverwerking. Wat gaan we leren? Opdracht: Geavanceerde opmaak. Jen Kegels, Eveline De Wilde, Inge Platteaux, Tamara Van Marcke Wat gaan we leren? Tekstverwerking In deze cursus gaan we meer leren over de opmaak van een Word-document. We hebben al met verschillende soorten opmaak leren werken: Tekenopmaak Alineaopmaak Paginaopmaak

Nadere informatie

Algemene opmerkingen Word

Algemene opmerkingen Word Algemene opmerkingen Word In Word 2007 vindt u geen tabblad. In plaats daarvan gebruikt u deoffice-knop linksboven om vergelijkbare taken als bestanden maken, opslaan en afdrukken uit te voeren. is in

Nadere informatie

Een PowerPoint-presentatie op twee monitoren (Gedeeltelijk overgenomen van de website van Microsoft)

Een PowerPoint-presentatie op twee monitoren (Gedeeltelijk overgenomen van de website van Microsoft) 1. Weergeven van een PowerPoint-presentatie op twee monitoren? Met behulp van Liturgie hebben wij een presentatie aangemaakt van Psalm 150:1 en 2. 2. Weergeven van een PowerPoint-presentatie op twee monitoren?

Nadere informatie

Antwoorden op de vragen

Antwoorden op de vragen Wegwijs in PowerPoint 2010 Antwoorden op de vragen Hannie van Osnabrugge u i t g e v e r ij c o u t i n h o c bussum 2011 Deze antwoorden horen bij de vragen in Wegwijs in PowerPoint 2010 van Hannie van

Nadere informatie

Microsoft Office Een uitleg over een presentatie maken met PowerPoint

Microsoft Office Een uitleg over een presentatie maken met PowerPoint Microsoft Office Een uitleg over een presentatie maken met PowerPoint #01:Voor we een presentatie kunnen maken moeten we eerst materiaal hebben, een idee (maak een presentatie over Breskens), Foto's hier

Nadere informatie

Handleiding voor bloemenboek (open boek)- PP 2010

Handleiding voor bloemenboek (open boek)- PP 2010 Handleiding voor bloemenboek (open boek)- PP 2010 Belangrijk!!! De 2 animaties "Samenvouwen" en "Uittrekken", die nodig zijn om het boek te maken, ontbreken in de versie PP 2010. Daarom is het nodig dat

Nadere informatie

P O W E R P O I N T - onderdeel van Microsoft Office 2000 pakket (nl) De Windows versies van Powerpoint kunnen onderling afwijken

P O W E R P O I N T - onderdeel van Microsoft Office 2000 pakket (nl) De Windows versies van Powerpoint kunnen onderling afwijken P O W E R P O I N T - onderdeel van Microsoft Office 000 pakket (nl) De Windows versies van Powerpoint kunnen onderling afwijken DEEL I De zes basisstappen Met het programma Powerpoint kun je zelf een

Nadere informatie

Je ziet het ontwerpscherm voor je. Ontwerpen is actief en dat zie je aan de linkeronderkant van je scherm net boven de taakbalk.

Je ziet het ontwerpscherm voor je. Ontwerpen is actief en dat zie je aan de linkeronderkant van je scherm net boven de taakbalk. Inhoudsopgave frontpage 2003... 2 een thema gebruiken... 4 afbeeldingen op de pagina zetten... 5 knoppen maken... 8 knoppen maken in linkerframe... 10 een tabel maken... 12 opdrachten... 14 een fotopagina

Nadere informatie

Kerstkaart met kerstboom van sneeuwsterren - PowerPoint 2010

Kerstkaart met kerstboom van sneeuwsterren - PowerPoint 2010 Kerstkaart met kerstboom van sneeuwsterren - PowerPoint 2010 Omdat u het kaartje vlugger zou kunnen afwerken, heb ik in bijlage (pps "objecten") alle objecten al klaargemaakt die men nodig heeft. Het muziekbestand

Nadere informatie

INSTRUCT Samenvatting Basis PowerPoint 2010, H3 SAMENVATTING HOOFDSTUK 3

INSTRUCT Samenvatting Basis PowerPoint 2010, H3 SAMENVATTING HOOFDSTUK 3 SAMENVATTING HOOFDSTUK 3 Afbeeldingen invoegen en verwijderen Je kunt een illustratie invoegen via het tabblad Invoegen, groep Afbeeldingen, knop Illustratie. Het taakvenster Illustraties komt in beeld.

Nadere informatie

Titel: Workshop creatief met MS Word Auteur: Miriam Harreman / Jaar: 2009 Versie: Creative Commons Naamsvermelding & Gelijk

Titel: Workshop creatief met MS Word Auteur: Miriam Harreman /   Jaar: 2009 Versie: Creative Commons Naamsvermelding & Gelijk Versie: 1.0-1- Creative Commons Index INDEX... 2 INLEIDING... 3 INSTELLEN VAN DE PAGINA... 4 LIGGENDE KAART... 4 STAANDE KAART... 4 WERKRUIMTE... 4 WERKEN MET WORDART... 5 WORDART: WERKBALK... 5 WORDART:

Nadere informatie

Handleiding. Yvonne Rijks-Waardenburg. Tine Strikkers. Christel van de Steenoven-Livius. Pagina 1

Handleiding. Yvonne Rijks-Waardenburg. Tine Strikkers. Christel van de Steenoven-Livius. Pagina 1 Handleiding Yvonne Rijks-Waardenburg Tine Strikkers Christel van de Steenoven-Livius 1 Inhoud 1. Inloggen SharePoint 3 2. Groepspagina bewerken ` 4 3. Foto s 3.1 Foto s uploaden 8 3.2 Foto s bewerken 10

Nadere informatie

I) Wat? II) Google documenten. Deel 2 documenten

I) Wat? II) Google documenten. Deel 2 documenten Google Drive Deel 2 documenten I) Wat? 1) De meeste mensen bewerken teksten in de tekstverwerker Word van Microsoft Office. Het is echter ook mogelijk teksten op internet te bewerken en te bewaren. Het

Nadere informatie

INSTRUCT Samenvatting Basis Word 2010, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1

INSTRUCT Samenvatting Basis Word 2010, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 Word opstarten en afsluiten WORD kan opgestart worden via de startknop en de snelkoppeling in de lijst die boven de startknop staat: WORD kan ook worden opgestart via menu Start,

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Deel 1 - Word 15

Inhoudsopgave. Deel 1 - Word 15 Inhoudsopgave Voorwoord... 9 Nieuwsbrief... 9 Introductie Visual Steps... 10 Wat heeft u nodig?... 10 Uw voorkennis... 11 De volgorde van lezen... 11 Hoe werkt u met dit boek?... 12 Website... 13 Toets

Nadere informatie

Algemene opmerkingen Word

Algemene opmerkingen Word Algemene opmerkingen Word In Word 2007 vindt u geen tabblad en geen weergave Backstage. In plaats daarvan gebruikt u deoffice-knop linksboven om vergelijkbare taken als bestanden maken, opslaan en afdrukken

Nadere informatie

Publisher Handleiding

Publisher Handleiding Publisher 2010 Handleiding Inhoud 1. Wat is Publisher?... 1 2. Openen 2.1 Publisher starten... 2 2.2 Een nieuw document openen... 2 2.3 Een bestaand document openen... 3 3. Opslaan 3.1 Een document opslaan...

Nadere informatie

Aanmaken en gebruiken van een PowerPoint-model (Gedeeltelijk overgenomen van de website van Microsoft)

Aanmaken en gebruiken van een PowerPoint-model (Gedeeltelijk overgenomen van de website van Microsoft) 1. Welke stappen moeten er precies worden uitgevoerd om een sjabloon te maken? U opent een nieuwe, lege presentatie (knop Nieuw, werkbalk Standaard). Ga eerst naar de modelweergave via het menu Beeld.

Nadere informatie

Kennismaking. Versies. Text. Graph: Word Logo voorbeelden verschillende versies. Werkomgeving

Kennismaking. Versies. Text. Graph: Word Logo voorbeelden verschillende versies. Werkomgeving Kennismaking Word is een tekstverwerkingsprogramma. U kunt er teksten mee maken, zoals brieven, artikelen en verslagen. U kunt ook grafieken, lijsten en afbeeldingen toevoegen en tabellen maken. Zodra

Nadere informatie

Deel 7: PowerPoint. Presentaties gemakkelijker maken

Deel 7: PowerPoint. Presentaties gemakkelijker maken Deel 7: PowerPoint Presentaties gemakkelijker maken De mogelijkheden van PowerPoint als ondersteunend middel voor een gedifferentieerde begeleiding van leerlingen met beperkingen. CNO Universiteit Antwerpen

Nadere informatie

POWERPOINT 2003. Module 6 ECDL

POWERPOINT 2003. Module 6 ECDL POWERPOINT 2003 Module 6 ECDL PowerPoint 2003 Inhoud Inhoud 1 Introductie Microsoft PowerPoint 1 2 Vanuit een lege presentatie starten 25 3 Een presentatie aankleden 49 4 Diaontwerp en overgangen 57 5

Nadere informatie

Beknopte handleiding. Uw bestanden beheren Klik op Bestand om uw Word-bestanden te openen, op te slaan, af te drukken en te beheren.

Beknopte handleiding. Uw bestanden beheren Klik op Bestand om uw Word-bestanden te openen, op te slaan, af te drukken en te beheren. Beknopte handleiding Microsoft Word 2013 ziet er anders uit dan de vorige versies. Daarom hebben we deze handleiding gemaakt, zodat u sneller vertrouwd raakt met het programma. Werkbalk Snelle toegang

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Deel 1 Word 13

Inhoudsopgave. Deel 1 Word 13 Inhoudsopgave Voorwoord... 7 Nieuwsbrief... 7 Introductie Visual Steps... 8 Wat heeft u nodig?... 8 Uw voorkennis... 9 De volgorde van lezen... 9 Hoe werkt u met dit boek?... 10 Website... 11 Toets uw

Nadere informatie

Handleiding Word de graad

Handleiding Word de graad Handleiding Word 2010 3de graad Inhoudsopgave Regelafstand 3 Knippen 3 Kopiëren 5 Plakken 6 Tabs 7 Pagina-instellingen 9 Opsommingstekens en nummeringen 12 Kopteksten en voetteksten 14 Paginanummering

Nadere informatie

Deel 1 Werken in Office 2007 15. Deel 2 Aan de slag met Word 2007 45. Deel 3 Aan de slag met Excel 2007 131

Deel 1 Werken in Office 2007 15. Deel 2 Aan de slag met Word 2007 45. Deel 3 Aan de slag met Excel 2007 131 Computer Basis boek Office 2007 Word, Excel & PowerPoint Korte inhoud Inhoudsopgave 5 Voorwoord 13 Deel 1 Werken in Office 2007 15 Deel 2 Aan de slag met Word 2007 45 Deel 3 Aan de slag met Excel 2007

Nadere informatie

Algemene basis instructies

Algemene basis instructies Inhoud: Algemene basis instructies... 2 Pictogrammen en knoppen... 2 Overzicht... 3 Navigeren (bladeren)... 3 Gegevens filteren... 4 Getoonde gegevens... 5 Archief... 5 Album... 5 Tabbladen en velden...

Nadere informatie

Invoegen van afbeeldingen

Invoegen van afbeeldingen Module 9 Afbeeldingen en illustratiess Invoegen van afbeeldingen een afbeeldingg aanpassen afbeeldingstijlen toepassen op een afbeelding een afbeeldingg schikken de afmeting van een afbeelding bewerken

Nadere informatie

Uitgeverij cd/id multimedia

Uitgeverij cd/id multimedia Computer Basis boek Office 2010 Word, Excel & PowerPoint Korte inhoud Inhoudsopgave 5 Voorwoord 13 Deel 1 Werken in Office 2010 15 Deel 2 Aan de slag met Word 2010 47 Deel 3 Aan de slag met Excel 2010

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave - 3

Inhoudsopgave. Inhoudsopgave - 3 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Stations, mappen en bestanden 9 1.1 Naar de verkenner 9 1.1.1 Beeld 9 1.1.2 Het actieve station 10 1.2 Structuur van een station 11 1.2.1 Mappen en bestanden 11 1.2.2 Bestanden

Nadere informatie

Leer- en Doegids: Een nieuwe presentatie in Power Point 2007 DEEL III: VAN GEANIMEERDE PRESENTATIE tot

Leer- en Doegids: Een nieuwe presentatie in Power Point 2007 DEEL III: VAN GEANIMEERDE PRESENTATIE tot Leer- en Doegids: Een nieuwe presentatie in Power Point 2007 DEEL III: VAN GEANIMEERDE PRESENTATIE tot DIAVOORSTELLING Prof. W.Leirman We openen opnieuw Power Point, ofwel via Start > ofwel via Start >

Nadere informatie

module Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: februari 2009

module Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: februari 2009 Europees Computer Rijbewijs module 6 PowerPoint 2007 2009 Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: februari 2009 ISBN: 978 90 460 0494 4 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag

Nadere informatie

(591N) PowerPoint 2010 Modulair

(591N) PowerPoint 2010 Modulair (591N) PowerPoint 2010 Modulair Naast het standaard aanbod, biedt Cevora ook modulaire incompany-opleidingen van halve dagen aan. Binnen een incompany-opleiding zijn de inhouden van de verschillende standaardopleidingen

Nadere informatie

Aan de slag met Word 2016? Ontdek de basisfuncties. Maak een nieuw document aan, typ teksten en maak het geheel vervolgens netjes op.

Aan de slag met Word 2016? Ontdek de basisfuncties. Maak een nieuw document aan, typ teksten en maak het geheel vervolgens netjes op. Word 2016 - basis Aan de slag met Word 2016? Ontdek de basisfuncties. Maak een nieuw document aan, typ teksten en maak het geheel vervolgens netjes op. Welke Word? Word 2016 is te koop als onderdeel van

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Basiskennis... 1-21 Muistechnieken... 1-21 Windows Verkenner... 1-22

Hoofdstuk 2 Basiskennis... 1-21 Muistechnieken... 1-21 Windows Verkenner... 1-22 Inhoudsopgave Module 1 Basisvaardigheden Hoofdstuk 1 De Fluent Interface... 1-7 Lint... 1-7 Backstage... 1-10 Knopafbeeldingen in het lint... 1-13 Werkbalk Snelle toegang... 1-14 Scherminfo... 1-14 Miniwerkbalk...

Nadere informatie

PowerPoint 2013 (N/N) : Texte en néerlandais sur la version néerlandaise du logiciel

PowerPoint 2013 (N/N) : Texte en néerlandais sur la version néerlandaise du logiciel Algemeen PowerPoint 2013 starten 11 Het werkscherm van PowerPoint 2013 12 Het snelmenu weergeven 13 Werken met het lint 14 Het lint voor touchscreens aanpassen 15 De werkbalk Snelle toegang verplaatsen

Nadere informatie

Module 2 Presentaties op basis van een bestaande sjabloon

Module 2 Presentaties op basis van een bestaande sjabloon Module 2 Presentaties op basis van een bestaande sjabloon of schema Verschil tussen een sjabloon en een thema Een thema toepassen op een nieuwe of bestaande presentatie Een titel- en tekstdia toevoegen

Nadere informatie

Werken met PowerPoint. Handleiding voor leerlingen

Werken met PowerPoint. Handleiding voor leerlingen Werken met PowerPoint Handleiding voor leerlingen 1 Aan de slag met PowerPoint PowerPoint is een hulpmiddel bij presentaties, bestaande uit verschillende dia s, waarbij je van de ene dia naar de volgende

Nadere informatie

Migreren naar Access 2010

Migreren naar Access 2010 In deze handleiding Het uiterlijk van Microsoft Access 2010 verschilt aanzienlijk van Access 2003. Daarom hebben we deze handleiding gemaakt, zodat u niet te veel tijd hoeft te besteden aan het leren werken

Nadere informatie

Bosstraat 50 bus 3 3560 Lummen Tel.: 011 76 66 62 Fax 011 76 16 12 info@bestburo.be www.bestburo.be 1 van 42

Bosstraat 50 bus 3 3560 Lummen Tel.: 011 76 66 62 Fax 011 76 16 12 info@bestburo.be www.bestburo.be 1 van 42 Inhoud 1 Outlook: Aan de slag met Outlook... 3 1.1 Voor u begint... 3 1.1.1 Het Postvak IN... 3 1.1.2 De keyboard shortcuts... 3 2 Mappen... 4 2.1 Mappenstructuur... 4 2.1.1 Map Voltooid... 4 2.1.2 Snelle

Nadere informatie

Handleiding NarrowCasting

Handleiding NarrowCasting Handleiding NarrowCasting http://portal.vebe-narrowcasting.nl september 2013 1 Inhoud Inloggen 3 Dia overzicht 4 Nieuwe dia toevoegen 5 Dia bewerken 9 Dia exporteren naar toonbankkaart 11 Presentatie exporteren

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Kennismaken met Word 2010 Hoofdstuk 2: Vensters en knoppen Hoofdstuk 3: Dialoogvensters en rechtermuisknop

INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Kennismaken met Word 2010 Hoofdstuk 2: Vensters en knoppen Hoofdstuk 3: Dialoogvensters en rechtermuisknop INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Kennismaken met Word 2010 2 Word activeren 3 Beginscherm en het lint 4 Meer elementen van het programmavenster 5 Een programma sluiten 6 Hoofdstuk 2: Vensters en knoppen 8 Het

Nadere informatie

Microsoft Offi ce OneNote 2003: een korte zelfstudie

Microsoft Offi ce OneNote 2003: een korte zelfstudie Microsoft Offi ce OneNote 2003: een korte zelfstudie Werken met OneNote: zelfstudie 1 MICROSOFT OFFICE ONENOTE 2003 ZORGT VOOR OPTIMALE PRODUCTIVITEIT DOOR EENVOUDIGE VASTLEGGING, EFFICIËNTE ORGANISATIE

Nadere informatie

9. Een fotoalbum maken

9. Een fotoalbum maken 323 9. Een fotoalbum maken PowerPoint is een programma waarmee u presentaties kunt maken. Een presentatie bestaat uit dia s. Deze dia s kunt u op een computerscherm bekijken, of met een beamer op een scherm

Nadere informatie

Powerpoint. Inleiding

Powerpoint. Inleiding Powerpoint Inleiding PowerPoint is een programma waarmee je op een handige manier presentaties kunt maken. Je kunt bijvoorbeeld tekst combineren met beeld en geluid en dit in de vorm van een serie dia

Nadere informatie

SG ANKER CONCRETE INVULLING LEERLIJNEN ICT

SG ANKER CONCRETE INVULLING LEERLIJNEN ICT SG ANKER CONCRETE INVULLING LEERLIJNEN ICT Computervaardigheden Gebruik muis K1 K2 K3 L1 L2 L3 L4 L5 L6 bewegen met de muis slepen met de muis (L-muisknop ingedrukt houden) enkel klikken met L-muisknop

Nadere informatie

Microsoft Word Kennismaken

Microsoft Word Kennismaken Microsoft Word 2013 Kennismaken Inleiding Microsoft Word is het meest gebruikte tekstverwerkingsprogramma ter wereld. De mogelijkheden die Word biedt zijn talrijk, maar als je nog nooit met Word gewerkt

Nadere informatie

Hoofdstuk 6: SmartArt voor bedrijfsgrafieken

Hoofdstuk 6: SmartArt voor bedrijfsgrafieken Hoofdstuk 6: SmartArt voor bedrijfsgrafieken 6.0 Introductie Verwar SmartArt niet met de gelijknamige WordArt. Waar WordArt je tekst laat afbeelden, met behulp van een grote verscheidenheid van verschillende

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Voorwoord... 7 Voordat je begint... 8 Wat heb je nodig?... 9 Voor ouders, verzorgers en leraren... 10

Inhoudsopgave. Voorwoord... 7 Voordat je begint... 8 Wat heb je nodig?... 9 Voor ouders, verzorgers en leraren... 10 Inhoudsopgave Voorwoord... 7 Voordat je begint... 8 Wat heb je nodig?... 9 Voor ouders, verzorgers en leraren... 10 1. Je spreekbeurt voorbereiden 11 1.1 Een onderwerp kiezen... 12 1.2 Informatie verzamelen...

Nadere informatie

Via het tabblad Pagina-indeling, groep Pagina-instelling kun je de afdrukstand en het papierformaat instellen.

Via het tabblad Pagina-indeling, groep Pagina-instelling kun je de afdrukstand en het papierformaat instellen. SAMENVATTING HOOFDSTUK 9 Pagina-indeling, de Pagina-instelling Via het tabblad Pagina-indeling, groep Pagina-instelling kun je de afdrukstand en het papierformaat instellen. Klik op de knop Afdrukstand

Nadere informatie

Inhoudsopgave Voorwoord 13 Nieuwsbrief 13 Introductie Visual Steps 14 Wat heeft u nodig? 15 De website bij het boek 15 Hoe werkt u met dit boek?

Inhoudsopgave Voorwoord 13 Nieuwsbrief 13 Introductie Visual Steps 14 Wat heeft u nodig? 15 De website bij het boek 15 Hoe werkt u met dit boek? Inhoudsopgave Voorwoord... 13 Nieuwsbrief... 13 Introductie Visual Steps... 14 Wat heeft u nodig?... 15 De website bij het boek... 15 Hoe werkt u met dit boek?... 16 Uw voorkennis... 17 Toets uw kennis...

Nadere informatie

Hoofdstuk 4: Sjablonen & Dia Modellen

Hoofdstuk 4: Sjablonen & Dia Modellen Hoofdstuk 4: Sjablonen & Dia Modellen 4.0 Introductie Hoofdstuk 1 tot 3 neemt de grondbeginselen door, van het toevoegen van inhoud aan een presentatie. Als je alleen af en toe eenvoudige presentaties

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Inhoudsopgave

INHOUDSOPGAVE. Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave Microsoft Word 7 Werken met het lint 7 Documenten maken en bewerken 8 In verschillende weergaven werken 11 Tekens en alinea s opmaken 13 Tekst en afbeeldingen bewerken en verplaatsen

Nadere informatie

10. Pagina-instellingen

10. Pagina-instellingen 10. Pagina-instellingen Voordat u begint met het schrijven van een document in het programma Writer, is het raadzaam eerst te bepalen hoe het er uiteindelijk uit moet komen te zien. In deze module leert

Nadere informatie

PowerPoint 2010 in 12 stappen

PowerPoint 2010 in 12 stappen Omschrijving Volledige progressieve training PowerPoint 2010 in 12 stappen (12 modules, 123 rubrieken) Duur 14:21 Inhoud 1. Leer PowerPoint kennen en maak uw eerste dia's Ontdek PowerPoint en voer uw eerste

Nadere informatie

Microsoft Word Tekstindeling

Microsoft Word Tekstindeling Microsoft Word 2016 Tekstindeling Inhoudsopgave 6. Tekstindeling 6.1 Alinea s maken en samenvoegen 6.2 Uitlijnen 6.3 Regelafstand en witruimte 6.4 Inspringen 6.5 Opsommingen 6.1 Alinea s maken en samenvoegen

Nadere informatie

EEN VIDEO INSLUITEN OF EEN KOPPELING NAAR EEN VIDEO OPNEMEN IN UW PRESENTATIE

EEN VIDEO INSLUITEN OF EEN KOPPELING NAAR EEN VIDEO OPNEMEN IN UW PRESENTATIE EEN VIDEO INSLUITEN OF EEN KOPPELING NAAR EEN VIDEO OPNEMEN IN UW PRESENTATIE In uw PowerPoint-presentatie kunt u een video insluiten of een koppeling naar een video opnemen. Wanneer u uw video insluit,

Nadere informatie

1. OpenOffice.org downloaden en installeren 13 1.1 Downloaden en installeren... 14 1.2 Achtergrondinformatie... 20 1.3 Tips... 21

1. OpenOffice.org downloaden en installeren 13 1.1 Downloaden en installeren... 14 1.2 Achtergrondinformatie... 20 1.3 Tips... 21 Inhoudsopgave Voorwoord... 7 Nieuwsbrief... 7 Introductie Visual Steps... 8 Wat heeft u nodig?... 8 Uw voorkennis... 9 Hoe werkt u met dit boek?... 10 De volgorde van lezen... 11 Website... 11 Toets uw

Nadere informatie

Handleiding bij de workshop Animatie in Microsoft PowerPoint Hoe maak je een animatie in Microsoft PowerPoint 2010? Handleiding voor kinderen

Handleiding bij de workshop Animatie in Microsoft PowerPoint Hoe maak je een animatie in Microsoft PowerPoint 2010? Handleiding voor kinderen Vorige keer hebben wij gesproken over het maken van een PowerPoint presentatie. Deze keer beginnen wij met de herhaling van de basis handelingen op de computer zoals: iets op je scherm aanwijzen iets op

Nadere informatie

Google Drive: uw bestanden openen en ordenen

Google Drive: uw bestanden openen en ordenen Google Drive: uw bestanden openen en ordenen Gebruik Google Drive om vanaf elke gewenste locatie uw bestanden, mappen, Google-documenten, Google-spreadsheets en Google-presentaties op te slaan en te openen.

Nadere informatie