Leidraad Participatiewet IGSD

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Leidraad Participatiewet IGSD"

Transcriptie

1 Leidraad Participatiewet IGSD

2 Inhoud 1. Individuele inkomenstoeslag Kostendelersnorm en verlaging uitkering Alleenstaande ouders zonder alleenstaande ouderkop Toeslagen voor levensonderhoud... 22

3 1. Individuele inkomenstoeslag Regeling: Artikel 36 Participatiewet en artikel 5 Verordening individuele inkomenstoeslag Onderwerpen: - Uitzicht op inkomensverbetering - Beleidsregels individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015 IGSD Steenwijkerland/Westerveld Voor de toelichting op artikel 36 Participatiewet wordt verwezen naar het handboek van Schulinck. Voor de referteperiode en de inkomensgrens wordt verwezen naar de verordening individuele inkomenstoeslag. In onderstaande beleidsregels staat wanneer sprake is van uitzicht op inkomensverbetering. Beleidsregels individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015 IGSD Steenwijkerland/Westerveld integraal weergegeven. Algemeen De individuele inkomenstoeslag is niet gerelateerd aan bepaalde kosten. Het is een inkomensondersteunende maatregel voor bepaalde belanghebbenden die langdurig een laag inkomen hebben en daarbij geen vooruitzicht hebben op inkomensverbetering. De gemeenteraad moet bij verordening nadere invulling geven aan de begrippen 'langdurig' en 'laag inkomen' en eveneens de hoogte van de individuele inkomenstoeslag bepalen. Het Dagelijks Bestuur van de IGSD kan in beleidsregels aangeven wanneer er sprake is van 'geen uitzicht op inkomensverbetering'. De hieronder genoemde beleidsregels geven richting aan de uitvoering van de bevoegdheid die het Dagelijks Bestuur van de IGSD heeft op grond van artikel 36 Participatiewet en artikel 5 van de Verordening Individuele inkomenstoeslag. De bevoegdheid tot vaststelling van deze beleidsregels ontleent het Dagelijks Bestuur aan artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Artikel 1 Recht op individuele inkomenstoeslag Het Dagelijks Bestuur van de IGSD verleent een persoon op verzoek individuele inkomenstoeslag indien hij voldoet aan de voorwaarden als opgenomen in artikel 36 van de Participatiewet, de verordening individuele inkomenstoeslag en de beleidsregels individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Artikel 2 Uitzicht op inkomensverbetering 1. De volgende personen komen niet in aanmerking voor een individuele Inkomenstoeslag, omdat zij geacht worden voldoende uitzicht te hebben op inkomensverbetering: a. Personen die op de peildatum i. uit s Rijks kas bekostigd onderwijs volgen, ii. studiefinanciering ontvangen op grond van de Wet Studiefinanciering 2000 (WSF) of, iii. een tegemoetkoming ontvangen op grond van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (WTOS); b. Personen die tijdens de referteperiode een opleiding hebben gevolgd als bedoeld in onderdeel a; c. Personen met op de peildatum inkomsten uit arbeid. d. Personen die op de peildatum in aanvulling op hun inkomsten uit arbeid een uitkering van de IGSD ontvangen, tenzij: i. deze personen medisch uren beperkt zijn, of ii. bij deze personen naast deze inkomsten uit arbeid geen of een beperkt groeipotentieel is vastgesteld;

4 e. Personen die op de peildatum naast hun inkomsten uit arbeid een werkloosheidsuitkering ontvangen van het UWV; f. Personen die op de peildatum een werkloosheidsuitkering ontvangen van het UWV; g. Personen met een uitkering van de IGSD die vanwege hun krachten en bekwaamheden geacht worden binnen 12 maanden betaalde arbeid te vinden. 2. Geen uitzicht op inkomensverbetering hebben personen die een uitkering van de IGSD ontvangen indien: a. zij op de peildatum volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn als bedoeld in artikel 9, vijfde lid, Participatiewet; b. bij hen op de peildatum geen of een beperkt groeipotentieel is vastgesteld; c. zij op de peildatum en in de referteperiode tot de doelgroep van de loonkostensubsidie behoren en in die periode geen inkomsten uit arbeid hebben genoten. 3. Geen uitzicht op inkomensverbetering hebben verder personen die op de peildatum een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen van het UWV mits zij: a. volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn als bedoeld in artikel 4 Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen; of b. niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn als bedoeld in artikel 4 Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen en in de referteperiode geen inkomsten uit arbeid hebben genoten. 4. Personen met een uitkering van de IGSD Steenwijkerland/Westerveld of het UWV komen niet voor een individuele inkomenstoeslag in aanmerking indien zij onvoldoende inspanningen hebben verricht om tot inkomensverbetering te komen. Hiervan is sprake indien hen in de referteperiode een of meerdere maatregelen zijn opgelegd door de IGSD, een andere gemeente of UWV wegens: a. het betonen van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan; b. schending van een arbeids- of re-integratieverplichting; of c. verwijtbare werkloosheid. Artikel 3. Hardheidsclausule Het Dagelijks Bestuur van de IGSD kan in de gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien, dan wel in gevallen waarin toepassing van deze beleidsregels leidt tot onevenredig nadelige gevolgen voor de belanghebbende, besluiten om op individuele gronden van deze beleidsregels af te wijken. Artikel 4. Citeertitel Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Individuele inkomenstoeslag 2015 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Artikel 5. Inwerkingtreding Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari Vastgesteld door Dagelijks Bestuur IGSD op 4 december 2014 Gepubliceerd op 16 december 2014 in Da s Mooi Gepubliceerd op 16 december 2014 in Steenwijkerland Expres

5 Toelichting Na wijziging van artikel 36 Participatiewet kan het college op verzoek een individuele inkomenstoeslag toekennen indien een persoon: een langdurig laag inkomen heeft en; geen in aanmerking te nemen vermogen heeft als bedoeld in artikel 34 Participatiewet en; gelet op zijn omstandigheden geen uitzicht heeft op inkomensverbetering. Deze beleidsregels bepalen dat wanneer een persoon aan de voorwaarden voldoet, het Dagelijks Bestuur de individuele inkomenstoeslag toekent. Verder vullen de beleidsregels nader in wanneer een persoon gelet op zijn omstandigheden wel of geen uitzicht heeft op inkomensverbetering. Artikel 1 Recht op individuele inkomenstoeslag Het Dagelijks Bestuur verleent een persoon individuele inkomenstoeslag indien hij voldoet aan de in artikel 36 van de Participatiewet en de in de verordening individuele inkomenstoeslag opgenomen voorwaarden. Deze bepaling is opgenomen in de beleidsregels omdat het verlenen van individuele inkomenstoeslag een bevoegdheid is en geen verplichting. Artikel 36 lid 1 van de Participatiewet bepaalt immers dat het college een individuele inkomenstoeslag kan verlenen aan een persoon indien hij voldoet aan de in die bepaling opgenomen voorwaarden. Dit betekent dat het college de mogelijkheid heeft af te zien van het toekennen van een individuele inkomenstoeslag, ook al voldoet een persoon wel aan de voorwaarden voor een dergelijke toeslag. Dit vindt de gemeenteraad niet wenselijk. Daarom bepaalt artikel 1 van deze beleidsregels dat het college individuele inkomenstoeslag moet verstrekken als een persoon voldoet aan de voorwaarden daarvoor. Artikel 2 Uitzicht op inkomensverbetering Groepen met een goed arbeidsmarktperspectief komen niet in aanmerking voor de individuele inkomenstoeslag. Zij hebben immers uitzicht op inkomensverbetering. Bij het beoordelen van het zicht recht op individuele inkomenstoeslag moeten de individuele omstandigheden van een persoon worden betrokken. Het gaat daarbij om: - de krachten en bekwaamheden van de persoon; en - de inspanningen die de persoon heeft verricht om tot inkomensverbetering te komen. lid 1 In het eerste lid staan groepen omschreven die gelet op hun krachten en bekwaamheden uitzicht hebben op inkomensverbetering. De opsomming is niet limitatief. onderdelen a en b Een persoon die uit s Rijks kas bekostigd onderwijs volgt, wordt geacht uitzicht op inkomensverbetering te hebben. Hetzelfde geldt voor personen die in de referteperiode dit onderwijs hebben gevolgd. onderdeel c Personen met inkomsten uit arbeid worden geacht uitzicht op inkomensverbetering te hebben. De meeste personen met inkomsten uit arbeid zullen alleen al vanwege de hoogte van het inkomen niet voor een individuele inkomenstoeslag in aanmerking komen. Met de zinsnede 'geen uitzicht heeft op inkomensverbetering' werd in artikel 36 lid 1 WWB gewaarborgd dat bepaalde groepen met een goed arbeidsmarktperspectief niet in aanmerking komen voor de langdurigheidstoeslag (TK , , nr. 12). In TK , , nr. 6, p. 4 heeft de staatssecretaris gesteld dat het hebben van een baan, ook al levert dat gedurende langere tijd een laag inkomen op, arbeidsmarktperspectief betekent. Volgens de staatssecretaris kunnen geen uitzonderingen worden gemaakt. Daaruit volgt dat het hebben van een Wsw-dienstbetrekking arbeidsmarktperspectief betekent 1. In artikel 36 lid 1 Participatiewet komt dezelfde zinsnede voor. Aangenomen mag worden dat deze toelichting ook voor de individuele inkomenstoeslag dezelfde 1 Grip op WWB: Hoofdstuk 7 Langdurigheidstoeslag, paragraaf 2.3.

6 betekenis blijft houden bij mensen met een baan. onderdeel d Een persoon die in aanvulling op zijn inkomsten uit arbeid een uitkering ontvangt van de IGSD heeft in beginsel ook uitzicht op inkomensverbetering. De volgende stap voor deze persoon is inkomsten uit arbeid verwerven waarmee hij volledig in zijn levensonderhoud kan voorzien 2. Hierop bestaan twee uitzonderingen: i. Personen die echter medisch uren beperkt zijn, waardoor zij niet in staat zijn om inkomsten te verwerven gelijk aan of hoger dan de voor hen geldende bijstandsnorm, hebben geen uitzicht op een verbetering van hun inkomenspositie. Deze personen komen ook in aanmerking voor een inkomstenvrijlating (artikel 31, tweede lid, onderdeel z, Participatiewet). De duur van de inkomstenvrijlating is onbeperkt, bedraagt maximaal 124,00 per maand (2014) en wordt niet tot de middelen gerekend. ii. Daarnaast kunnen er personen zijn die in aanvulling op hun inkomsten uit arbeid een uitkering van de IGSD ontvangen, bij wie is vastgesteld dat zij naast deze inkomsten geen of een beperkt groeipotentieel hebben (cliëntprofiel 3 of 4). onderdelen e en f Alleen personen die lang genoeg arbeid in de dienstbetrekking hebben verricht, komen voor een WW in aanmerking. Personen met een werkloosheidsuitkering van het UWV hebben daarom uitzicht op inkomensverbetering. onderdeel g Personen met een uitkering van de IGSD die gelet op hun krachten en bekwaamheden geacht worden binnen 12 maanden betaalde arbeid te vinden, hebben uitzicht op inkomensverbetering. Het gaat om personen die onder cliëntprofiel één en twee vallen. Lid 2 In het tweede lid staan groepen omschreven die gelet op hun krachten en bekwaamheden geen zicht hebben op inkomensverbetering. onderdeel a Dit onderdeel spreekt voor zich. onderdeel b Personen met een uitkering van de IGSD en bij wie geen of een beperkt groeipotentieel is vastgesteld, hebben geen uitzicht op inkomensverbetering. Bij cliëntprofiel 4 wordt geen groeipotentieel geconstateerd. Zij hebben geen uitzicht op inkomensverbetering. Bij cliëntprofiel 3 is dit groeipotentieel beperkt en is pas op lange termijn betaalde arbeid mogelijk. onderdeel c Personen die tot de doelgroep van de loonkostensubsidie behoren, hebben in beginsel uitzicht op inkomensverbetering. Indien voor hen echter na drie jaar nog geen werk is gevonden, mag worden aangenomen dat zij geen uitzicht hebben op inkomensverbetering. Lid 3 Personen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering van het UWV worden geacht geen uitzicht te hebben op inkomensverbetering indien zij volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn. Dit betekent niet dat personen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering die niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn automatisch wel uitzicht hebben op inkomensverbetering. Indien deze personen in de referteperiode niet in staat zijn gebleken inkomsten uit arbeid te genieten, 2 Wel kunnen deze personen op grond van het beleid van de IGSD in aanmerking komen voor een inkomstenvrijlating gedurende ten hoogste zes maanden van maximaal 194,00 per maand (in 2014) als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdeel n, Participatiewet. Voor alleenstaanden ouders geldt bovendien in aansluiting op bovengenoemde termijn nog een termijn van 30 maanden, waarbij de inkomstenvrijlating lager is.

7 worden zij geacht geen uitzicht op inkomensverbetering te hebben. Lid 4 Een belanghebbende aan wie in de referteperiode een maatregel is opgelegd wegens een schending van een arbeids- of re-integratieverplichting heeft in beginsel geen zicht op inkomstenverbetering (zie ook CRvB , nr. 12/83 WWB, ECLI:NL:CRVB:2013:2842). 3 Zij hebben onvoldoende inspanningen verricht om te komen tot inkomensverbetering. onderdeel a tekortschietend besef Hieronder vallen personen die bijvoorbeeld een maatregel opgelegd hebben gekregen, omdat zij te laat of geen voorliggende voorziening hebben aanvaard of door eigen schuld het recht op een uitkering verliezen. Ook vallen hier personen onder die verwijtbaar werkloos zijn. Tot en met december 2014 valt deze laatste gedraging niet onder de plicht tot arbeidsinschakeling (artikel 9, eerste lid, WWB) maar onder tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan. De afhankelijkheid van een bijstandsuitkering hangt voor deze personen direct samen met hun gedragingen. onderdeel b Indien de maatregelwaardige gedraging tot gevolg heeft dat de persoon (langer) bijstandsafhankelijk wordt, dan heeft deze persoon onvoldoende inspanningen verricht. Dit geldt bijvoorbeeld voor personen die door hun gedraging in een ander cliëntprofiel terechtkomen omdat hun afstand tot de arbeidsmarkt groter is geworden of bij wie het re-integratietraject door de gedraging voortijdig beëindigd wordt. onderdeel c Verwijtbare werkloosheid leidt tot (langere) afhankelijkheid van een uitkering of zelfs weigering van een uitkering. Artikel 3 Hardheidsclausule Bij een afwijzing zal onderzocht moeten worden of er een reden is om in het individuele geval ten gunste van belanghebbende van het beleid af te wijken (artikel 4:84 Awb). Artikelen 4 en 5 Deze artikelen spreken voor zich en worden niet nader toegelicht. 3 Pagina 20 Handreiking Wet maatregelen WWB.

8 2. Kostendelersnorm en verlaging uitkering. Regeling: Artikel 22a en artikel 27 Participatiewet, artikel 5 IOAW en artikel 5 IOAZ. Onderwerpen: - Kostendelersnorm - Verlaging uitkering vanwege woonsituatie. - Beleidsregels over kostendelersnorm en verlaging van uitkering vanwege woonsituatie Steenwijkerland/Westerveld Met de Wet maatregelen WWB treedt de kostendelersnorm in werking. Op de kostendelersnorm bestaat een aantal uitzonderingen. Een van de uitzonderingen betreft het betalen van een commerciële prijs voor huur of kostgeld. In de onderstaande beleidsregels is vastgelegd hoe de IGSD daarmee om gaat. Voor een toelichting op de kostendelersnorm wordt verwezen naar het handboek van Schulinck. Verder komt de Toeslagenverordening van rechtswege te vervallen. Binnen de Participatiewet blijft het echter mogelijk de uitkering te verlagen vanwege de woonsituatie. Ook hier is in de onderstaande beleidsregels nader invulling aan gegeven. Beleidsregels over kostendelersnorm en verlaging van uitkering vanwege woonsituatie Steenwijkerland/Westerveld Algemeen Met ingang van 1 januari 2015 treedt de kostendelersnorm in de Participatiewet in werking. De kostendelersnorm in de IOAW en IOAZ wordt vanaf 1 juli 2015 tot en met 31 december 2018 geleidelijk ingevoerd. De kostendelersnorm kent een aantal uitzonderingen dat voor zowel de Participatiewet als de IOAW en IOAZ geldt. Een van deze uitzonderingen heeft betrekking op het betalen of ontvangen van een commerciële prijs als (onder)huurder, kostganger, (onder)verhuurder of kostgever. Deze beleidsregels vullen het begrip commerciële prijs in. Verder heeft de Participatiewet tot gevolg dat de Toeslagenverordening komt te vervallen. Op grond van artikel 27 van de Participatiewet is het Dagelijks Bestuur van de IGSD bevoegd om de bijstandsuitkering te verlagen voor zover de belanghebbende lagere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan heeft dan waarin de norm voorziet als gevolg van zijn woonsituatie, waaronder begrepen het niet aanhouden van een woning. De beleidsregels vullen ook deze bevoegdheid nader in. Artikel 1 Begrippen 1. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb). 2. In deze beleidsregels wordt verstaan onder: a. dagelijks bestuur: Dagelijks Bestuur van de IGSD Steenwijkerland en Westerveld; b. commerciële prijs: commerciële prijs als bedoeld in artikel 22a, vierde lid, onderdelen b en c, van de Participatiewet, artikel 5, twaalfde lid, onderdelen b en c, van de IOAW en artikel 5, achtste lid, onderdelen b en c, van de IOAZ. c. commerciële verhuur: van commerciële verhuur is sprake wanneer een persoon aan drie of meer (onder)huurders (een deel van zijn) huis verhuurt;

9 d. woning: een woning als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, Wet op de huurtoeslag, alsmede een woonwagen of woonschip, als bedoeld in artikel 3, zesde lid, Participatiewet; e. woonkosten: i. indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs, bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Wet op de huurtoeslag; ii. indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de ten behoeve van de financiering van de woning verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud. Artikel 2 Hoogte commerciële prijs. 1. Het dagelijks bestuur verstaat onder een commerciële prijs een prijs die op grond van een schriftelijke huur- of kostgangersovereenkomst jaarlijks geïndexeerd wordt en die in 2015 tenminste: a. 300,00 per maand bedraagt ingeval van (onder)huur of (onder)verhuur en b. 500,00 per maand bedraagt ingeval van kostgangers of kostgevers 2. De bedragen in het eerste lid zijn inclusief de kosten voor gas, water en elektriciteit. 3. Het dagelijks bestuur indexeert de bedragen onder het eerst lid jaarlijks overeenkomstig de ontwikkelingen van de consumentenprijsindex volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek. De bedragen worden naar boven afgerond op hele euro s. Artikel 3 Commerciële verhuur Een persoon bij wie sprake is van commerciële verhuur wordt gezien als een zelfstandige als bedoeld in artikel 78f van de Participatiewet en het daaruit voortvloeiende Besluit bijstandverlening zelfstandigen Artikel 4 Inkomsten uit (onder)verhuur of uit het hebben van kostgangers Met inkomsten uit (onder)verhuur of uit het hebben van kostgangers houdt het dagelijks bestuur rekening op een wijze zoals in de voor belanghebbende van toepassing zijnde wet is voorgeschreven. Artikel 5 Verlaging woonsituatie 1. De verlaging in verband met de woonsituatie zoals bedoeld in artikel 27 van de Participatiewet bedraagt 10 procent van de gehuwdennorm als bedoeld in artikel 21, sub b, van de Participatiewet a. indien een woning wordt bewoond waaraan voor een belanghebbende geen woonkosten verbonden zijn; of b. indien geen woning bewoond wordt. 2. Het eerste lid is niet van toepassing op de belanghebbende: a. op wie de kostendelersnorm van toepassing is; b. die jonger is dan 21 jaar; of c. die gehuwd is en waarbij zowel hij als zijn partner jonger zijn dan 21 jaar. Artikel 6 Citeertitel Beleidsregels over kostendelersnorm en verlaging van uitkering vanwege woonsituatie Steenwijkerland/Westerveld. Artikel 7. Inwerkingtreding Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari Vastgesteld door Dagelijks Bestuur IGSD op 4 december 2014 Gepubliceerd op 16 december 2014 in Da s Mooi Gepubliceerd op 16 december 2014 in Steenwijkerland Expres

10 TOELICHTING BELEIDSREGELS OVER KOSTENDELERSNORM EN VERLAGING VAN UITKERING VANWEGE WOONSITUATIE Algemeen De wijze waarop gemeenten de kostendelersnorm moeten toepassen is wettelijk voorgeschreven. De wetgever vult echter niet in wat onder een commerciële prijs moet worden verstaan. Om te kunnen bepalen of een persoon is uitgezonderd van de kostendelersnorm is het noodzakelijk om in beleidsregels vast te leggen wat onder een commerciële prijs wordt verstaan. Met de invoering van de kostendelersnorm komt de Toeslagenverordening te vervallen. De mogelijkheden om de bijstandsnorm te verlagen vanwege de woonsituatie of bij belanghebbenden die hun opleiding hebben beëindigd (schoolverlaters) blijven bestaan. Tot 1 januari 2015 diende de gemeente deze regels bij verordening in te vullen. Vanaf 2015 kunnen deze bevoegdheden door het dagelijks bestuur middels beleidsregels nader ingevuld worden. Beide gemeenten maakten in de Toeslagenverordening geen gebruik van de mogelijkheid om de norm bij schoolverlaters te verlagen. Reden waarom deze bevoegdheid ook niet is opgenomen in deze beleidsregels. Wel geven de beleidsregels nader invulling aan de bevoegdheid de bijstandsuitkering te verlagen vanwege de woonsituatie (artikel 27 Participatiewet). Artikelsgewijze toelichting Artikel 1. Begrippen Het eerste lid spreekt voor zich. In het tweede lid wordt een aantal begrippen nader gedefinieerd. Artikel 2. Hoogte commerciële prijs. De hoogte van de commerciële prijs voor onder(ver)huur is gebaseerd op het Nibud. Blijkens het Nibud is voor een kamer al gauw een huur tussen de twee- en vierhonderd euro verschuldigd. Reden waarom in dit artikel is uitgegaan van driehonderd euro inclusief de kosten voor gas, water en elektriciteit. Voor kostgangers geldt dat zij naast de huur ook voor de kost (voeding) moeten betalen. Blijkens de prijzengids van het Nibud zijn de voedingskosten per persoon (op basis van tweepersoonshuishoudens) ontbijt lunch Warme maaltijd tussendoortje dagelijks Per mnd man jaar 0,58 1,42 2,39 1,96 6,35 193,15 vrouw jaar 0,53 1,33 2,33 1,62 5,81 176,72 (365 dagen x kosten per dag en dan delen door 12 maanden) De weergegeven voedingskosten geven de kostprijs weer en niet de commerciële prijs. Wil bij een kostganger sprake zijn van een commerciële prijs dan dient het kostgeld minimaal 500,00 per maand te bedragen. Dit is voor de huur inclusief gas, water en elektriciteit ( 300,00) en de voeding ( 200,00). Artikel 3 commerciële verhuur Indien een persoon een deel van zijn woning (onder)verhuurt voor een commerciële prijs dan is de kostendelersnorm niet van toepassing. Indien echter aan meer dan twee personen woonruimte wordt (onder)verhuurd dan, zal de onderverhuurder geen recht meer hebben op bijstand op grond van de Participatiewet omdat hij als zelfstandige wordt aangemerkt. Artikel 4 Inkomsten uit (onder)verhuur of uit het hebben van kostgangers Is sprake van een uitkering op grond van de IOAW en IOAZ dan tellen inkomsten uit onderhuur of het houden van kostgangers (in tegenstelling tot de Participatiewet) niet mee (zie Grip op WWB

11 van Kluwer Schulinck). Dit op basis van de in 2014 geldende wet- en regelgeving. De inkomsten uit verhuur of het ontvangen kostgeld dienen in het kader van de Participatiewet volledig als inkomen in aanmerking te worden genomen. De Participatiewet staat niet toe dat alvorens de inkomsten in aanmerking te nemen deze eerste worden verlaagd met eventueel gemaakte kosten. - Uit de Memorie van toelichting bij artikel 22a lid 5 blijkt als volgt: (zie TK , , nr. 3 p. 59) "In de eerste plaats wordt de (onder)verhuurder, (onder)huurder, kostgever of kostganger die met belanghebbende de woning deelt, niet meegerekend (onderdeel a). In dat geval is sprake van een zogenoemde zakelijke relatie. Hoewel een geringe mate van kostendelen niet uit te sluiten valt, zou het niet redelijk zijn er van uit te gaan dat zij kosten delen in dezelfde mate als woningdelers die niet een dergelijke onderlinge zakelijke relatie met elkaar hebben. Als deze uitzondering van toepassing is, geldt ten aanzien van de inkomsten uit verhuur, onderverhuur of kostgeverschap het bepaalde in artikel 33, vierde lid." - artikel 33 lid 4 Participatiewet: "Indien de belanghebbende de woning bewoont met een of meer huurders, onderhuurders of kostgangers, worden de daaruit voortvloeiende lagere algemene noodzakelijke kosten van het bestaan als inkomen in aanmerking genomen indien daarmee nog geen rekening is gehouden bij de vaststelling van de norm, bedoeld in artikel 22a, eerste tot en met derde lid." Artikel 32 lid 1 Participatiewet De middelen ontvangen vanwege huur, onderhuur of het hebben van kostgangers gelden op grond van artikel 32 lid 1 WWB als inkomen. Artikel 5 Verlaging woonsituatie Eerste lid Van lagere bestaanskosten als gevolg van de woonsituatie kan sprake zijn bij de bewoning van een woning waaraan geen woonkosten zijn verbonden, bijvoorbeeld in het geval van krakers. Hiervan is echter ook sprake ingeval een derde, bijvoorbeeld een onderhoudsplichtige, de woonkosten betaalt van de woning. Er wordt dan een woning bewoond waaraan voor de bijstandsgerechtigde geen woonkosten zijn verbonden. Het financiële voordeel van het niet verschuldigd zijn van woonkosten rechtvaardigt een lager bedrag aan algemene bijstand. Doorslaggevend voor de toepassing van dit artikel is, dat bewoner(s) niet jegens een derde woonkosten verschuldigd zijn. Dak- en thuislozen vallen ook onder deze regeling. In de regel hebben zij geen kosten voor het aanhouden van woonruimte. Het artikel weergegeven in de beleidsregels komt overeen met de Toeslagenverordening zoals deze onder de WWB gold. Tweede lid Onderdeel a Indien het eerste lid ook wordt toegepast bij personen die in aanmerking komen voor de kostendelersnorm, dan worden deze personen onevenredig hard getroffen in hun financiële situatie. Ter verduidelijking staan hieronder twee voorbeelden: voorbeeld 1 Indien op twee volwassenen de kostendelersnorm van toepassing is, ontvangen zij 50% van de gehuwdennorm. Indien vervolgens een verlaging plaats vindt van 10% van de gehuwdennorm vanwege het bewonen van een woning waaraan geen woonkosten zijn verbonden, dan ontvangen zij beiden 50 minus 10 is 40% van de gehuwdennorm. voorbeeld 2 Gaat het om vier volwassenen op wie de kostendelersnorm van toepassing is dan is de kostendelersnorm gelijk aan 40% van de gehuwdennorm. Vindt vervolgens een verlaging van 10% van de gehuwdennorm plaats dan is de hoogte van de norm is 30% van de gehuwdennorm. In plaats van in totaal 160% (4 x 40) van de gehuwdennorm, ontvangen zij dan in totaal 120% (4 x 30) van de gehuwdennorm.

12 onderdelen b en c De landelijke basisnorm voor 18- tot 21-jarigen is afgeleid van de kinderbijslagbedragen die voor deze leeftijdscategorie gold. Gelet op de hoogte van deze normen vindt geen verlaging van de normen plaats. Artikel 6 en 7 Deze artikelen spreken voor zich.

13 3. Alleenstaande ouders zonder alleenstaande ouderkop Regeling: Artikel 35 Participatiewet, artikel 3 AWIR, artikel 2 lid 6 Wet op het kindgebonden budget. Onderwerpen: - alleenstaande ouders zonder alleenstaande ouderkop De uitkering van alleenstaande ouders is vanaf 1 januari 2005 net zo hoog als die van alleenstaanden. Via de belastingdienst ontvangen de meeste alleenstaande ouders de alleenstaande ouderkop via het kindgebonden budget. Niet alle ouders ontvangen deze alleenstaande ouderkop omdat ze geacht worden een toeslagpartner te hebben. In de onderstaande beleidsregels staat in welke situaties de IGSD bijzondere bijstand verleent aan deze alleenstaande ouders. Beleidsregels alleenstaande ouder 2015 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Met ingang van 1 januari 2015 is de norm van een alleenstaande ouder gelijk aan de norm van een alleenstaande. Alleenstaande ouders komen via een verhoging van het kindgebonden budget in aanmerking voor de alleenstaande ouder-kop 4. Een aantal alleenstaande ouders, inclusief gehuwden met niet-rechthebbenden partners, krijgt dit echter niet. De beleidsregels hebben tot doel om vast te stellen of de kosten van levensonderhoud voor de kinderen voor deze ouders voortvloeien uit bijzondere individuele omstandigheden (artikel 35 Participatiewet). In het kader van deze beleidsregels wordt de alleenstaande ouder-kop aangemerkt als een voorliggende voorziening als bedoeld in artikel 15 van de Participatiewet. De bevoegdheid tot vaststelling van deze beleidsregels ontleent het Dagelijks Bestuur aan artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Artikel 1. Begrippen 1. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht (Awb). 2. In deze beleidsregels wordt verstaan onder: a. dagelijks bestuur: Dagelijks Bestuur van de IGSD Steenwijkerland/Westerveld; b. alleenstaande ouder-kop: de aanspraak op een verhoging van het kindgebonden budget als bedoeld in artikel 2, zesde lid, van de Wet op het kindgebonden budget; c. AWIR: Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen. Artikel 2. Doelgroep alleenstaande ouder 1. Tot de doelgroep behoort de persoon van 21 jaar of ouder die a. alleenstaande ouder is omdat hij duurzaam gescheiden leeft van de persoon met wie hij gehuwd als bedoeld in artikel 3, tweede lid, onderdeel b, Participatiewet, b. niet in aanmerking komt voor de alleenstaande ouder-kop omdat hij een partner heeft als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de AWIR, en 4 Voor de ingangsdatum van het kindgebonden budget is artikel 2 van de Wet op het kindgebonden budget van belang, luidende: Aanspraak op een kindgebonden budget heeft de ouder voor een kind voor wie aan die ouder op grond van artikel 18 van de Algemene Kinderbijslagwet kinderbijslag wordt betaald of zou worden betaald indien artikel 7, tweede lid van die wet niet van toepassing zou zijn, met dien verstande dat de aanspraak op een kindgebonden budget bestaat met ingang van de kalendermaand na de maand waarin het kind is geboren dan wel tot het huishouden is gaan behoren tot en met de kalendermaand waarin het kind de leeftijd van 18 jaar bereikt.

14 c. niet met een of meer meerderjarige personen in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft, tenzij artikel 22a, vierde lid, onderdelen b, c en/of d, van de Participatiewet van toepassing is. 2. Tot de doelgroep behoort tevens de persoon van 21 jaar of ouder die: a. gehuwd is met een niet-rechthebbende partner, b. niet in aanmerking komt voor de alleenstaande ouder-kop omdat hij een partner heeft als bedoeld in artikel 3 AWIR, en c. niet met een of meer meerderjarige personen in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft, tenzij artikel 22a, vierde lid, onderdelen b, c en/of d, van de Participatiewet van toepassing is. 3. In afwijking van het tweede lid, onderdeel c, behoort wel tot doelgroep een persoon die met zijn niet-rechthebbende partner het hoofdverblijf houdt in dezelfde woning, tenzij deze is uitgesloten van het recht op algemene bijstand op grond van artikel 13, tweede lid, onderdelen c en/of d, van de Participatiewet.. 4. In afwijking van het eerste en tweede lid behoren niet tot de doelgroep personen op wie artikel XII, tweede lid, van de Wet Hervorming kindregelingen van toepassing is. 5. Het vierde lid vervalt met ingang van 1 januari Artikel 3. Bijzondere bijstand Het Dagelijks Bestuur kan op aanvraag aan een persoon die tot de doelgroep beleidsregels alleenstaande ouder behoort periodiek bijzondere bijstand verlenen in aanvulling op zijn algemene bijstand of inkomen. Artikel 4 Draagkracht 1. Het Dagelijks Bestuur rekent het inkomen voor zover dit meer bedraagt dan de toepasselijke bijstandsnorm volledig tot de draagkracht. 2. Het Dagelijks Bestuur rekent het vermogen, voor zover dit meer bedraagt dan de toepasselijke vermogensgrens, volledig tot de draagkracht. 3. In afwijking van het eerste lid, neemt het Dagelijks Bestuur het inkomen van de nietrechthebbende partner slechts in aanmerking voor zover het inkomen van de gehuwden tezamen, met inbegrip van de bijstand die zou worden verleend indien zijn inkomen niet in aanmerking wordt genomen, meer zou bedragen dan de bijstandsnorm voor gehuwden. Voorwaarde voor toepassing van dit lid is dat de persoon die tot de doelgroep behoort en zijn niet-rechthebbende partner in dezelfde woning het hoofdverblijf houden. 4. Onder bijstand als bedoeld in het derde lid wordt mede verstaan de bijzondere bijstand op grond van deze beleidsregels, Artikel 5. Hoogte bijzondere bijstand De bijzondere bijstand op grond van deze beleidsregels is lager of gelijk aan de alleenstaande ouder-kop. Artikel 6. Hardheidsclausule Het Dagelijks Bestuur van de IGSD kan in gevallen waarin toepassing van deze beleidsregels leidt tot onevenredig nadelige gevolgen voor de belanghebbende, besluiten om op individuele gronden van deze beleidsregels af te wijken. Artikel 7. Citeertitel Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels alleenstaande ouder 2015 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Artikel 8. Inwerkingtreding Deze beleidsregels treden in werking op 1 januari Vastgesteld door Dagelijks Bestuur IGSD op 4 december 2014 Gepubliceerd op 16 december 2014 in Da s Mooi Gepubliceerd op 16 december 2014 in Steenwijkerland Expres

15 Toelichting op beleidsregels alleenstaande ouder 2015 Algemeen Met de vaststelling van de Wet hervorming kindregelingen verdwijnt de hogere norm voor een alleenstaande ouder in de Participatiewet 5 (en IOAW en IOAZ). De norm alleenstaande ouder wordt even hoog als de norm alleenstaande. Alleenstaande ouders krijgen daarmee vanaf 1 januari 2015 net zoveel algemene bijstand als een alleenstaande. Via het kindgebonden budget ontvangen zij de alleenstaande ouder-kop. De hoogte van de alleenstaande ouder-kop is op jaarbasis (2015). Een belangrijke reden voor de Wet hervorming kindregelingen is dat alleenstaande ouders die vanuit de bijstand gaan werken er financieel op vooruit moeten gaan. 6 Waar alleenstaande ouders er voorheen circa 1000 per jaar op achteruit gingen als zij gedurende vier dagen per week gingen werken tegen het minimumloon, gaan zij er straks circa per jaar op vooruit 7. Voorwaarde is dan wel dat deze ouders aanspraak kunnen maken op de alleenstaande ouder-kop. Er is echter een groep alleenstaande ouders met een bijstandsuitkering die geen alleenstaande ouder-kop ontvangt. Het gaat dan om alleenstaande ouders die in het kader van de belastingwetgeving geacht worden een partner te hebben. Daarnaast is er een groep die gehuwd is met een niet-rechthebbende partner en zowel in het kader van de Participatiewet als de belastingwetgeving als gehuwd wordt aangemerkt. Ook zij krijgen geen alleenstaande ouder-kop. In totaal gaat het om vier groepen ouders. I. Een drietal groepen wordt in het kader van de Participatiewet (IOAW en IOAZ) wel als alleenstaande ouder beschouwd maar op grond van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (AWIR) niet. De AWIR kent namelijk een andere partnerbegrip dan de Participatiewet. Het gaat om de volgende drie groepen: 1. De alleenstaande ouder in de zin van de Participatiewet van 27 jaar of ouder die op hetzelfde woonadres is ingeschreven in de basisregistratie personen: a. met uitsluitend één van zijn ouders of, b. met uitsluitend één volwassen kind dat bovendien 27 jaar of ouder is. De bloedverwanten in de eerste graad onder a en b worden dan op grond van de belastingwetgeving als partner beschouwd (artikel 3, tweede lid, onderdeel e, AWIR in samenhang met artikel 3, vijfde lid, AWIR) De alleenstaande ouder in de zin van de Participatiewet die uitsluitend met één meerderjarige, niet zijnde een bloedverwant in de eerste graad, op hetzelfde woonadres is ingeschreven in de basisregistratie personen, tenzij sprake is van een schriftelijke huurovereenkomst waaruit blijkt dat een van beiden op zakelijke gronden een gedeelte van de woning huurt. Bij een bloedverwant in de eerste graad kan daar geen sprake van zijn (artikel 3, tweede lid, onderdeel e, AWIR). 3. Personen die duurzaam gescheiden leven van hun echtgenoot of geregistreerd partner en om die reden niet als gehuwd maar als alleenstaande ouder worden aangemerkt in het kader van de Participatiewet (artikel 3, eerste lid, Participatiewet in samenhang met artikel 3, tweede lid, onderdeel b, Participatiewet). Het gaat bijvoorbeeld om alleenstaande ouders waarvan de partner: a. in een tehuis verblijft, of 5 Dit geldt ook voor de IOAW en IOAZ. De IGSD heeft geen alleenstaande ouders in de IOAW en IOAZ. Verder geldt dit ook voor de TW, AOW, de Wet Wajong. 6 Zie p.16 Memorie van Toelichting op de Wet hervorming kindregelingen. 7 Door de Wet hervorming kindregelingen gaan werkende alleenstaande ouders rond het minimum er tot circa per jaar op vooruit. 8 Voor het bepalen van de leeftijd is de peildatum 1 januari bepalend. De alleenstaande ouder die op 2 januari van een bepaald kalenderjaar 27 jaar wordt, wordt in het kader van de belastingwetgeving voor dat kalenderjaar nog aangemerkt als jonger dan 27 jaar.

16 b. met onbekende bestemming vertrokken is 9. De belastingwetgeving beschouwt hen in tegenstelling tot de Participatiewet als partner (artikel 3, eerste lid, AWIR). II. Daarnaast is er een groep die als gehuwd wordt aangemerkt in het kader van de Participatiewet en de belastingwetgeving maar voor wie de norm gelijk is aan de norm die voor hem/haar als alleenstaande ouder zou gelden, omdat hij/zij een niet-rechthebbende partner heeft. Die norm is in de Participatiewet even hoog als de norm alleenstaande. Deze groep wordt ook in het kader van de belastingwetgeving als gehuwd aangemerkt (artikel 3, tweede lid, onderdeel e, AWIR). Het gaat om personen waarvan de niet-rechthebbende partner bijvoorbeeld: a. gedetineerd is, b. jonger is dan 27 jaar en uit wiens houding en gedragingen ondubbelzinnig blijkt dat hij de verplichtingen van artikel 9 lid 1 Participatiewet of artikel 55, Participatiewet niet wil nakomen, of c. jonger is dan 27 jaar en scholing kan volgen en dat niet wil, of d. illegaal in Nederland verblijft. Zoals hierboven reeds is aangegeven hebben de beleidsregels tot doel vast te stellen of de kosten van levensonderhoud voor de kinderen voor deze ouders voortvloeien uit bijzondere individuele omstandigheden (artikel 35 Participatiewet). De rode draad die door deze beleidsregels loopt is dat de situatie van alleenstaande ouders en gehuwden met niet-rechthebbende partners met die van gehuwden met ten laste komende kinderen vergeleken dient te worden. Ook gehuwden met ten laste komende kinderen ontvangen geen alleenstaande ouder-kop. Is de situatie vergelijkbaar met gehuwden dan wordt op basis van deze beleidsregels geen bijzondere bijstand verleend. Om die reden komen de groepen genoemd onder I.1 en I.2 niet voor bijzondere bijstand in aanmerking. Artikelsgewijze toelichting Artikel 1. Begrippen Het eerste lid behoeft geen nadere toelichting In het tweede lid is de alleenstaande ouder-kop nader gedefinieerd. De Wet op het kindgebonden budget kent deze term niet. Wel wordt deze in de communicatie vanuit de Centrale Overheid en in de Memorie van Toelichting op de Wet hervorming kindregelingen zo genoemd. Reden waarom in de beleidsregels het begrip alleenstaande ouder-kop wordt gehanteerd. Het maakt meteen duidelijk dat het een bedrag is voor alleenstaande ouders. Verder wordt in de beleidsregels verwezen naar de AWIR. Hierin wordt het partnerbegrip binnen de belastingwetgeving beschreven. Artikel 2. Doelgroep beleidsregels alleenstaande ouder Het eerste lid aanhef In de aanhef staat de leeftijd van 21 jaar of ouder. Ouders blijven tot het 21 e jaar onderhoudsplichtig voor hun kinderen. Aanvragen van personen jonger dan 21 jaar om bijzondere bijstand ten behoeve van hun kosten van levensonderhoud dienen op basis van artikel 12 Participatiewet beoordeeld te worden. Onderdelen a en b 9 Zie p van het verslag van de vergadering van de Eerste Kamer van 10 juni 2014 over de Wet hervorming kindregelingen

17 Het gaat hier om personen van 21 jaar of ouder die duurzaam gescheiden leven van hun echtgenoot of geregistreerd partner en om die reden niet als gehuwd maar als alleenstaande ouder worden aangemerkt in het kader van de Participatiewet (artikel 3, eerste lid, Participatiewet in samenhang met artikel 3, tweede lid, onderdeel b, Participatiewet). Het gaat bijvoorbeeld om alleenstaande ouders waarvan de partner: a. in een tehuis verblijft, of b. met onbekende bestemming vertrokken is 10. De belastingwetgeving beschouwt hen in tegenstelling tot de Participatiewet als partner (artikel 3, eerste lid, AWIR) Daardoor ontvangen deze personen geen alleenstaande ouder-kop. Het gemis van de alleenstaande ouder-kop is reden voor aanvullende inkomensondersteuning via de bijzondere bijstand aan deze personen. In geval van verlating of echtscheiding Is de alleenstaande ouder gehuwd of is sprake van een geregistreerd partnerschap en wil de alleenstaande ouder scheiden, dan dient aan de bijzondere bijstand de aanvullende verplichting te worden verbonden dat de alleenstaande ouder zo snel mogelijk een verzoek tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed moet hebben ingediend en niet meer op hetzelfde adres als zijn partner ingeschreven moet staan (artikel 55 Participatiewet). Zie voetnoot 7. De aanvullende verplichting strekt tot beëindiging van de (bijzondere) bijstand. Onderdeel c Voorwaarde is wel dat de kostendelersnorm niet van toepassing is, dan wel is uitgezonderd om een andere reden dan de leeftijd (jonger dan 21 jaar). Woont de alleenstaande ouder wel met één of meer meerderjarigen in het zelfde huis. Dan kan hij toch tot de doelgroep behoren. Voorwaarde is dan wel dat: i. de alleenstaande ouder een commerciële prijs voor huur of kostgeld betaalt aan de meerderjarige persoon of een commerciële prijs voor verhuur of aan kostgeld ontvangt van de meerderjarige persoon (artikel 22a, vierde lid, onderdelen b en c, Participatiewet) of, ii. de meerderjarige persoon studeert of naar school gaat dan wel dat de alleenstaande ouder studeert of naar school gaat (artikel 22a, vierde lid, onderdeel d, Participatiewet) 13. Dit om het volgen van een opleiding te stimuleren en te voorkomen dat scholing of studie voortijdig beëindigd worden. Geen bijzondere bijstand: I. Indien kostendelersnorm van toepassing is Een persoon op wie de kostendelersnorm wel van toepassing is, wordt in staat geacht de kosten van levensonderhoud met een meerderjarige op dezelfde wijze te kunnen delen als gehuwden dat doen in de zin van de Participatiewet. Indien bijvoorbeeld op zowel de alleenstaande ouder als de meerderjarige de kostendelersnorm van toepassing is, ontvangen zij gezamenlijk net zoveel als gehuwden in de bijstand. Ook gehuwden met een bijstandsuitkering die ten laste komende kinderen hebben, ontvangen geen alleenstaande ouder-kop. De alleenstaande ouder komt om die reden niet in aanmerking voor aanvullende inkomensondersteuning via de bijzondere bijstand. 10 Zie p van het verslag van de vergadering van de Eerste Kamer van 10 juni 2014 over de Wet hervorming kindregelingen 11 Pas indien deze personen een verzoek tot echtscheiding of scheiding van tafel en bed hebben ingediend en niet meer op hetzelfde adres als hun partner staan ingeschreven, worden ze niet meer als gehuwd of geregistreerd partnerschap aangemerkt (Artikel 3, eerste lid, AWIR in samenhang met artikel 5a, vierde lid, Algemene wet inzake rijksbelastingen). 12 Formeel beschouwt artikel 5a, eerste lid, onderdeel b, Algemene wet inzake rijksbelastingen ook de persoon die een notarieel samenlevingscontract is aangegaan met een ongehuwd meerderjarige persoon wie hij staat ingeschreven op hetzelfde woonadres als gehuwd. Door uitschrijving van één van beiden van dit woonadres kan deze persoon alsnog voor een alleenstaande ouder-kop in aanmerking komen. 13 De alleenstaande ouder-kop en de per 1 januari 2015 lagere toeslag voor eenoudergezinnen op grond van de WSF 2000 zijn samen even hoog als de voor 1 januari 2015 geldende toeslag voor eenoudergezinnen op grond van de WSF 2000 (zie toelichting op artikel X Wet studiefinanciering 2000 in de MvT op de Wet hervorming kindregelingen)

18 II. Indien artikel 22a, vierde lid, onderdeel a, Participatiewet van toepassing is. De kostendelersnorm is niet van toepassing omdat de alleenstaande ouder met een meerderjarige jonger dan 21 jaar het hoofdverblijf houdt in dezelfde woning. (Voor situaties waarin de alleenstaande ouder jonger is dan 21 jaar dient de aanvraag op grond van artikel 12 Participatiewet beoordeeld te worden). De alleenstaande ouder ontvangt dan de norm alleenstaande ouder die gelijk is aan de norm alleenstaande in plaats van de kostendelersnorm. En de persoon jonger dan 21 jaar ontvangt (indien hij recht heeft op bijstand) de norm alleenstaande voor een persoon van 18, 19 of 20 jaar. De hoogte van beide uitkeringen tezamen is gelijk aan de norm gehuwden met ten laste komende kinderen waarvan één jonger is dan 21 jaar en de ander 21 jaar of ouder. Ook deze gehuwden komen niet in aanmerking voor de alleenstaande ouder-kop. De alleenstaande ouder komt om die reden niet in aanmerking voor aanvullende inkomensondersteuning via de bijzondere bijstand. Het tweede lid aanhef In de aanhef staat de leeftijd van 21 jaar of ouder. Ouders blijven tot het 21 e jaar onderhoudsplichtig voor hun kinderen. Aanvragen van personen jonger dan 21 jaar om bijzondere bijstand ten behoeve van hun kosten van levensonderhoud dienen op basis van artikel 12 Participatiewet beoordeeld te worden. Onderdelen a en b Daarnaast is er een groep die als gehuwd wordt aangemerkt in het kader van de Participatiewet maar voor wie de norm gelijk is aan de norm die voor hem/haar als alleenstaande ouder zou gelden, omdat hij/zij een niet-rechthebbende partner heeft. Die norm alleenstaande ouder is in de Participatiewet even hoog als de norm alleenstaande. Deze groep wordt ook in het kader van de belastingwetgeving als gehuwd aangemerkt (artikel 3, tweede lid, onderdeel e, AWIR). En krijgt om die reden geen alleenstaande ouder-kop. Het gaat om personen waarvan de niet-rechthebbende partner bijvoorbeeld: a. gedetineerd is, b. jonger is dan 27 jaar en uit wiens houding en gedragingen ondubbelzinnig blijkt dat hij de verplichtingen van artikel 9 lid 1 Participatiewet of artikel 55, Participatiewet niet wil nakomen, of c. jonger is dan 27 jaar en scholing kan volgen en dat niet wil, of d. illegaal in Nederland verblijft. Daarbij komen personen met niet-rechthebbende partners als omschreven in b en c niet voor bijzondere bijstand in aanmerking om redenen als omschreven in het derde lid. Onderdeel c Indien naast deze persoon geen andere meerderjarige personen het hoofdverblijf in dezelfde woning houden en hij voldoet aan de onderdelen a en b van het tweede lid, dan behoort hij tot de doelgroep van deze beleidsregels. Het gaat hier om situaties waarin de niet-rechthebbende partner zijn hoofdverblijf houdt in een andere woning, bijvoorbeeld bij detentie. Net als bij de beoordeling van het recht op algemene bijstand moet bij de beoordeling van het recht op bijzondere bijstand ook de middelen van de niet-rechthebbende partner betrokken worden. Woont deze persoon wel met één of meer meerderjarigen in het zelfde huis dan kan hij toch tot de doelgroep behoren. Voorwaarde is dan wel dat: i. deze persoon een commerciële prijs voor huur of kostgeld betaalt aan de meerderjarige of omgekeerd een commerciële prijs voor verhuur of aan kostgeld ontvangt van de meerderjarige,

19 ii. de meerderjarige studeert of naar school gaat dan wel dat deze persoon studeert of naar school gaat 14. Dit om het volgen van een opleiding te stimuleren en te voorkomen dat scholing of studie voortijdig beëindigd worden. Derde lid Houdt de gehuwde met zijn niet-rechthebbende partner het hoofdverblijf in dezelfde woning, dan behoort hij wel tot de doelgroep, ongeacht het feit of er naast deze niet-rechthebbende partner nog meer meerderjarigen het hoofdverblijf houden in dezelfde woning. Dit is alleen anders indien de niet-rechthebbend partner is uitgesloten van het recht op algemene bijstand omdat: Uit zijn houding en gedragingen ondubbelzinnig blijkt dat hij de verplichtingen van artikel 9 lid 1 Participatiewet of artikel 55 Participatiewet niet wil nakomen, dan verleent het Dagelijks Bestuur geen bijzondere bijstand. Er is dan sprake van een tekort schietend besef van verantwoordelijkheid. De bijzondere bijstand zou hen beiden toekomen. Immers de niet-rechthebbende partner is uitsluitend van algemene bijstand uitgesloten. Door zijn houding en gedragingen aan te passen kan de niet-rechthebbende partner alsnog in aanmerking komen voor algemene bijstand en is bijzondere bijstand op basis van deze beleidsregels niet noodzakelijk, of. hij scholing kan volgen en dit niet doet. Ook dan is sprake van een tekort schietend besef van verantwoordelijkheid. De bijzondere bijstand zou hen beiden toekomen. Immers de niet-rechthebbende partner is uitsluitend van algemene bijstand uitgesloten. Door alsnog scholing te gaan volgen kan, de niet-rechthebbende partner bijvoorbeeld aanspraak maken op studiefinanciering of een tegemoetkoming op grond van de WTOS en hoeft er geen beroep meer gedaan te worden op de bijzondere bijstand of studeert of scholing volgt en daarom studiefinanciering ontvangt. Geen bijzondere bijstand I Indien de kostendelersnorm van toepassing is en de niet-rechthebbende partner het hoofdverblijf in andere woning houdt (bijvoorbeeld bij detentie) Komt de gehuwde voor de kostendelersnorm in aanmerking, dan komt hij niet voor bijzondere bijstand in aanmerking op grond van deze beleidsregels. Zijn financiële situatie is vergelijkbaar met gehuwden die de gehuwdennorm ontvangen en ten laste komende kinderen hebben. Ook deze gehuwden ontvangen geen alleenstaande ouderkop. II. Indien artikel 22a, vierde lid, onderdeel a, Participatiewet van toepassing is en de nietrechthebbende partner het hoofdverblijf houdt in een andere woning. De kostendelersnorm is niet van toepassing omdat de gehuwde met een meerderjarige jonger dan 21 jaar het hoofdverblijf houdt in dezelfde woning. (Voor situaties waarin de gehuwde jonger is dan 21 jaar dient de aanvraag op grond van artikel 12 Participatiewet beoordeeld te worden). De gehuwde ontvangt dan de norm alleenstaande ouder die gelijk is aan de norm alleenstaande in plaats van de kostendelersnorm. En de persoon jonger dan 21 jaar ontvangt (indien hij recht heeft op bijstand) de norm alleenstaande voor een persoon van 18, 19 of 20 jaar. De hoogte van beide uitkeringen tezamen is gelijk aan de norm gehuwden met ten laste komende kinderen waarvan één jonger is dan 21 jaar en de ander 21 jaar of ouder. Ook deze gehuwden komen niet in aanmerking voor de alleenstaande ouder-kop. De gehuwde komt om die reden niet in aanmerking voor aanvullende inkomensondersteuning via de bijzondere bijstand. Vierde lid Personen die onder het overgangsrecht Wet hervorming kindregelingen vallen, behoren niet tot de doelgroep van deze beleidsregels. Zij ontvangen weliswaar niet de alleenstaande ouder-kop maar wel de hogere bijstandsnorm voor alleenstaande ouders zoals die tot 1 januari 2015 gold. 14 De alleenstaande ouder-kop en de per 1 januari 2015 lagere toeslag voor eenoudergezinnen op grond van de WSF 2000 zijn samen even hoog als de voor 1 januari 2015 geldende toeslag voor eenoudergezinnen op grond van de WSF 2000 (zie toelichting op artikel X Wet studiefinanciering 2000 in de MvT op de Wet hervorming kindregelingen)

20 De Wet hervorming kindregelingen bevat overgangsrecht dat van belang is voor de uitvoering van de Participatiewet. Het overgangsrecht heeft betrekking op artikel 20, 21, 22 en 22a van de Participatiewet. Het overgangsrecht regelt dat de 20%-toeslag, opgenomen in de normen voor alleenstaande ouders in de bijstand, voor zover een belanghebbende valt onder het overgangsrecht, niet per 1 januari 2015 vervalt, maar nog 12 maanden blijft bestaan Indien aan onderstaande voorwaarden wordt voldaan geldt het overgangsrecht ten aanzien van het vervallen van de 20% hogere norm voor alleenstaande ouders zoals neergelegd in artikel XII lid 2 t/m 4 Wet hervorming kindregelingen. De voorwaarden zijn: 1. belanghebbende heeft op 31 december 2014 recht op (algemene) bijstand naar de norm voor een alleenstaande ouder; en 2. belanghebbende heeft geen aanspraak op de alleenstaande ouderkop uit het kindgebonden budget omdat hij een partner heeft voor de AWIR. Vijfde lid Is het overgangsrecht niet meer van toepassing dan kan de ouder vanaf 1 januari 2016 voor deze beleidsregels in aanmerking komen, indien aan alle voorwaarden wordt voldaan. Artikel 3. Bijzondere bijstand Alleen aan personen die tot de doelgroep behoren kan het dagelijks bestuur bijzondere bijstand verlenen op basis van deze beleidsregels. Daarnaast moet de persoon ook aan alle andere voorwaarden voldoen die voor het recht op bijzondere bijstand gelden. Het uitsluitend behoren tot de doelgroep is niet voldoende. Reden waarom in dit artikel staat dat het dagelijks bestuur bijzondere bijstand kan verlenen. Artikel 4 Draagkracht Eerste en tweede lid Het betreft bijzondere bijstand voor algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan die zich periodiek voordoen. Het inkomen en vermogen voor zover dit meer bedraagt dan de toepasselijke bijstandsnorm en vermogensgrens wordt volledig tot de draagkracht gerekend. Derde lid Bij aanvragen bijzondere bijstand van personen met niet-rechthebbende partners worden ook het inkomen en vermogen van de niet-rechthebbende partner tot de middelen gerekend. Om te voorkomen dat het inkomen van de niet-rechthebbende partner volledig wordt meegenomen is in de beleidsregels een soortgelijke bepaling opgenomen als in artikel 32, derde lid, Participatiewet. Concreet betekent dit dat in het geval een persoon met een niet-rechthebbende partner in één woning woont, op deze persoon de kostendelersnorm van toepassing is. Indien deze persoon voor bijzondere bijstand in aanmerking komt, vanwege het gemis van de alleenstaande ouder-kop dan is zijn inkomen per maand: Kostendelersnorm: 679,74 (50% van de toepasselijke gehuwdennorm in 2014). bijzondere bijstand: 233,33 Totaal 913,07 Indien het inkomen van de niet-rechthebbende partner samen met bovengenoemde 913,07 meer zou bedragen dan de gehuwdennorm, wordt het meerdere van het inkomen als draagkracht in aanmerking genomen. Artikel 5. Hoogte bijzondere bijstand De bijzondere bijstand op basis van deze regeling kan nooit meer bedragen dan de alleenstaande ouder-kop. Immers de bijzondere bijstand wordt verleend vanwege het niet verkrijgen van deze alleenstaande ouderkop

Het dagelijks bestuur van WIHW; Gelezen het advies van de Regionale Cliëntenraad WIHW;

Het dagelijks bestuur van WIHW; Gelezen het advies van de Regionale Cliëntenraad WIHW; Het dagelijks bestuur van WIHW; Gelezen het advies van de Regionale Cliëntenraad WIHW; overwegende dat het wenselijk is regels te stellen over het beleid ten aanzien van de compensatie van personen die

Nadere informatie

Beleidsregels over kostendelersnorm en verlaging van uitkering vanwege woonsituatie Steenwijkerland/Westerveld 2016

Beleidsregels over kostendelersnorm en verlaging van uitkering vanwege woonsituatie Steenwijkerland/Westerveld 2016 Beleidsregels over kostendelersnorm en verlaging van uitkering vanwege woonsituatie Steenwijkerland/Westerveld 2016 Algemeen Met ingang van 1 januari 2015 treedt de kostendelersnorm in de Participatiewet

Nadere informatie

Beleidsregels alleenstaande ouders De Friese Meren. de Beleidsregels alleenstaande ouders De Friese Meren vast te stellen:

Beleidsregels alleenstaande ouders De Friese Meren. de Beleidsregels alleenstaande ouders De Friese Meren vast te stellen: CVDR Officiële uitgave van De Fryske Marren. Nr. CVDR357578_1 25 juli 2017 Beleidsregels alleenstaande ouders De Friese Meren Collegebesluit 8 december 2014 Nummer: 45882 Het college van De Friese Meren

Nadere informatie

Beleidsregels alleenstaande-ouderkop 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld.

Beleidsregels alleenstaande-ouderkop 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Beleidsregels alleenstaande-ouderkop 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Met ingang van 1 januari 2015 is de norm van een alleenstaande ouder gelijk aan de norm van een alleenstaande. Alleenstaande ouders

Nadere informatie

Beleidsregels compensatie alleenstaande ouderkop Heemstede 2016

Beleidsregels compensatie alleenstaande ouderkop Heemstede 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heemstede. Nr. 125382 22 december 2015 Beleidsregels compensatie alleenstaande ouderkop Heemstede 2016 Het college van de gemeente Heemstede; gelet op artikel

Nadere informatie

Beleidsregels individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld integraal weergegeven.

Beleidsregels individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld integraal weergegeven. Beleidsregels individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2016 IGSD Steenwijkerland/Westerveld integraal weergegeven. Algemeen De individuele inkomenstoeslag is niet gerelateerd aan bepaalde kosten. Het

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude Het college van burgemeester en wethouders heeft in zijn vergadering van 8 december 2015 de navolgende beleidsregels vastgesteld: Beleidsregels compensatie alleenstaande ouderkop Haarlemmerliede en Spaarnwoude.

Nadere informatie

Beleidsregels individuele inkomenstoeslag 2017 IGSD Steenwijkerland/Westerveld.

Beleidsregels individuele inkomenstoeslag 2017 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Beleidsregels individuele inkomenstoeslag 2017 IGSD Steenwijkerland/Westerveld. Algemeen De individuele inkomenstoeslag is niet gerelateerd aan bepaalde kosten. Het is een inkomensondersteunende maatregel

Nadere informatie

Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Samenwerking de Bevelanden;

Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Samenwerking de Bevelanden; Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Samenwerking de Bevelanden; b e s l u i t : vast te stellen de beleidsregels verlagen bijstandsnorm Gemeenschappelijke Regeling De Bevelanden 2015.

Nadere informatie

Beleidsregels kostendelersnorm en verlaging bijstandsnorm 2015

Beleidsregels kostendelersnorm en verlaging bijstandsnorm 2015 Beleidsregels kostendelersnorm en verlaging bijstandsnorm 2015 Het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn; Gelet op artikel 22a, 27 en artikel 28 van de Participatiewet, artikel 5 van de

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Enschede 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Enschede 2015 Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Enschede 2015 De raad van de gemeente Enschede; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 november 2014; gelet op artikel 8, eerste lid,

Nadere informatie

Verordeningen en reglementen

Verordeningen en reglementen Verordeningen en reglementen Beleidsregel kostendelersnorm en verlaging bijstandsnorm 2015 Brummen B&W van Brummen hebben op 23 december 2014 besloten om de Beleidsregel kostendelersnorm en verlaging bijstandsnorm

Nadere informatie

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2013

Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2013 Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand 2013 Paragraaf 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsomschrijving Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen

Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen Toeslagenverordening WWB 2012-A gemeente Diemen Toeslagenverordening WWB 2012-A De raad van de gemeente Diemen; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders [datum], met overneming van de daarin

Nadere informatie

Verordening. Verordening individuele inkomenstoeslag 2015

Verordening. Verordening individuele inkomenstoeslag 2015 Verordening Verordening individuele inkomenstoeslag 2015 Artikel 1 Begrippen In deze verordening wordt verstaan onder: a. Inkomen: totaal van inkomen, bedoeld in artikel 32 van de Participatiewet en de

Nadere informatie

VERORDENING TOESLAGEN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE GELDERMALSEN 2012

VERORDENING TOESLAGEN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE GELDERMALSEN 2012 VERORDENING TOESLAGEN WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE GELDERMALSEN 2012 De raad van de gemeente Geldermalsen, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 20 maart 2012, nummer

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders, in zijn vergadering van BESLUIT

Het college van burgemeester en wethouders, in zijn vergadering van BESLUIT Het college van burgemeester en wethouders, in zijn vergadering van 16-12-2014 Gelet op artikel 27 en 28 van de Participatiewet; vast te stellen de volgende beleidsregel: BESLUIT BELEIDSREGEL NORMVERLAGINGEN

Nadere informatie

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG PARTICIPATIEWET 2015 GEMEENTE VELSEN

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG PARTICIPATIEWET 2015 GEMEENTE VELSEN VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG PARTICIPATIEWET 2015 GEMEENTE VELSEN De raad van de gemeente Velsen; gelet op artikel 8, eerste lid, sub b van de Participatiewet; besluit vast te stellen de Verordening

Nadere informatie

GEMEENTE BOEKEL. Raadsbesluit Z/ AB/ De raad van de gemeente Boekel;

GEMEENTE BOEKEL. Raadsbesluit Z/ AB/ De raad van de gemeente Boekel; GEMEENTE BOEKEL Raadsbesluit De raad van de gemeente Boekel; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 augustus 2012 gelet op: artikel 8 lid 1 onderdeel c en artikel 30 van de Wet werk

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Midden-Delfland 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Midden-Delfland 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Midden-Delfland. Nr. 81363 24 december 2014 Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Midden-Delfland 2015 De raad van de gemeente Midden-Delfland gelezen

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE DOETINCHEM 2012. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 maart 2012;

TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE DOETINCHEM 2012. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 maart 2012; TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND GEMEENTE DOETINCHEM 2012 De raad van de gemeente Doetinchem; gezien het advies van de sociale raad; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 28

Nadere informatie

TOELICHTING TOESLAGEN- EN VERLAGINGENVERORDENING WWB

TOELICHTING TOESLAGEN- EN VERLAGINGENVERORDENING WWB TOELICHTING TOESLAGEN- EN VERLAGINGENVERORDENING WWB Algemene toelichting De Wwb kent voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan een systeem van basisnormen, toeslagen en verlagingen. De normen

Nadere informatie

De Raad van de gemeente Ede,

De Raad van de gemeente Ede, De Raad van de gemeente Ede, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Ede d.d. 11 november 2014; gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet; overwegende

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Apeldoorn. Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012

Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Apeldoorn. Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012 De raad van de gemeente Apeldoorn; gelezen het voorstel van het college d.d.., nr...; gelet op artikel 8, eerste

Nadere informatie

Gemeente Nieuwegein; Verordening Individuele inkomenstoeslag WIL; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Gemeente Nieuwegein; Verordening Individuele inkomenstoeslag WIL; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Nieuwegein. Nr. 6527 23 januari 2015 Gemeente Nieuwegein; Verordening Individuele inkomenstoeslag WIL; De raad van de gemeente Nieuwegein; gelezen het voorstel

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WWB 2012 NOORD-BEVELAND 1 JULI 2012

TOESLAGENVERORDENING WWB 2012 NOORD-BEVELAND 1 JULI 2012 TOESLAGENVERORDENING WWB 2012 NOORD-BEVELAND 1 JULI 2012 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1. Begrippen 1 Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven

Nadere informatie

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2017,

Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2017, Verordening Individuele inkomenstoeslag ISD BOL 2018 De raad van de gemeente Landgraaf; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 november 2017, met overneming van de daarin vermelde motieven;

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012

TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012 TOESLAGENVERORDENING WET WERK EN BIJSTAND 2012 De raad van de gemeente Losser; - gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Losser, - gelet op artikel 8, eerste

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag WIL

Verordening individuele inkomenstoeslag WIL Verordening individuele inkomenstoeslag WIL De raad van de gemeente IJsselstein; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 november 2015 (nr: ); gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef

Nadere informatie

Verordening Individuele inkomenstoeslag gemeente Ameland 2018

Verordening Individuele inkomenstoeslag gemeente Ameland 2018 Verordening Individuele inkomenstoeslag gemeente Ameland 2018 De raad van de gemeente Ameland; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, jo. artikel 36 van de Participatiewet;

Nadere informatie

Geconsolideerde Verordening individuele inkomenstoeslag participatiewet gemeente Oegstgeest 2015

Geconsolideerde Verordening individuele inkomenstoeslag participatiewet gemeente Oegstgeest 2015 Geconsolideerde Verordening individuele inkomenstoeslag participatiewet gemeente Oegstgeest 2015 De raad van de gemeente Oegstgeest gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 november 2014,

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB II gemeente Hellevoetsluis.Nummer:

Toeslagenverordening WWB II gemeente Hellevoetsluis.Nummer: CVDR Officiële uitgave van Hellevoetsluis. Nr. CVDR227775_1 7 november 2017 Toeslagenverordening WWB 2012 - II gemeente Hellevoetsluis.Nummer: Nummer: 13-09-12/11 De raad der gemeente Hellevoetsluis; gehoord

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht) Verordening Individuele inkomenstoeslag Participatiewet Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug Het Algemeen Bestuur van de Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme rijn Heuvelrug; gezien

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015 Gemeente Harlingen

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015 Gemeente Harlingen Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015 Gemeente Harlingen Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Harlingen Onderwerp: Participatiewet De raad van de gemeente Harlingen Gelezen

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten (Utrecht)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Houten (Utrecht) (gewijzigd n.a.v. de raadsvergadering van 16-12-2014) De raad van de gemeente Houten; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer];

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; De raad van de gemeente Heerenveen; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [datum en nummer]; Gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet;

Nadere informatie

Algemene toelichting Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Oldebroek

Algemene toelichting Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Oldebroek Algemene toelichting Toeslagenverordening WWB 2012 gemeente Oldebroek De WWB kent voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan een systeem van basisnormen, toeslagen en verlagingen. De normen

Nadere informatie

Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015

Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015 Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015 De raad van de gemeente Borne, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d., gelet op artikel 8, tweede lid, van de Participatiewet; Overwegende

Nadere informatie

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTE MIDDEN-DELFLAND 2015

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTE MIDDEN-DELFLAND 2015 Registratienummer : 2014-25285 / 14Z.005915 Onderwerp : Concept 'Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Midden-Delfland 2015' VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTE MIDDEN-DELFLAND

Nadere informatie

besluit B en W Burgemeester en wethouders van L a n d g r a a f ; b e s l u i t e n :

besluit B en W Burgemeester en wethouders van L a n d g r a a f ; b e s l u i t e n : besluit B en W Behandeld door : M.P.P. van Ginneken Organisatieonderdeel : Maatschappelijke Ontwikkeling B.17.2081 Onderwerp : Uitvoeringsregels Verlagingen bijstand ISD BOL 2018 Burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Betreft: Vaststellen Verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Tynaarlo 2015

Betreft: Vaststellen Verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Tynaarlo 2015 Raadsbesluit nr. 7.c Betreft: Vaststellen Verordening Individuele Inkomenstoeslag gemeente Tynaarlo 2015 De raad van de gemeente; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

Gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en sub b, en tweede lid, van de Participatiewet. b e s l u i t :

Gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en sub b, en tweede lid, van de Participatiewet. b e s l u i t : De gemeenteraad Gooise Meren Gelezen het voorstel van 9348 Gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en sub b, en tweede lid, van de Participatiewet b e s l u i t : vast te stellen de volgende: Verordening

Nadere informatie

TOESLAGENVERORDENING WWB GEMEENTE PUTTEN

TOESLAGENVERORDENING WWB GEMEENTE PUTTEN CVDR Officiële uitgave van Putten. Nr. CVDR198725_1 22 mei 2018 TOESLAGENVERORDENING WWB GEMEENTE PUTTEN De raad der gemeente Putten gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 juni 2012,nr.

Nadere informatie

Toelichting Verordening individuele inkomenstoeslag Deurne 2015

Toelichting Verordening individuele inkomenstoeslag Deurne 2015 Toelichting Verordening individuele inkomenstoeslag Deurne 2015 Algemeen Aan de bijstand ligt het uitgangspunt ten grondslag dat het normbedrag, bedoeld ter voorziening in de algemeen noodzakelijke kosten

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Beverwijk Documentnummer INT

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Beverwijk Documentnummer INT Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Beverwijk Documentnummer INT-14-13313 Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet 2015 gemeente Beverwijk 1 januari 2015 Inhoudsopgave Artikel

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014; Verordening individuele inkomenstoeslag Westerveld 2015 De raad van de gemeente Westerveld; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van: 11 november 2014; gelet op artikel 147, eerste lid,

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 november 2013;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 november 2013; CVDR Officiële uitgave van Epe. Nr. CVDR321263_1 4 juli 2017 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2013 DE RAAD DER GEMEENTE EPE gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 november

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012

Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012 Bijlage behorende bij ontwerpbesluit nr. 12Rb020 d.d. 25 april 2012. Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begrippen 1. Alle begrippen die in deze verordening

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen De raad van de gemeente Houten; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders 4 september 2012; gelet op artikel 8 lid 1 onderdeel c en artikel 30 van de Wet werk en bijstand; BESLUIT: vast te stellen

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB ISD BOL 2012

Toeslagenverordening WWB ISD BOL 2012 Toeslagenverordening WWB ISD BOL 2012 De raad van de gemeente Onderbanken; Gezien het advies van de Commissie WAS van 22 mei 2012; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Onderbanken d.d.

Nadere informatie

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTE ASSEN 2015

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTE ASSEN 2015 VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG GEMEENTE ASSEN 2015 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Officiële naam regeling Verordening individuele inkomenstoeslag

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB 2013 versie 1

Toeslagenverordening WWB 2013 versie 1 Toeslagenverordening WWB 2013 versie 1 De raad van de gemeente [naam gemeente]; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders [datum], met overneming van de daarin vermelde motieven; gelet op artikel

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Vastgestelde verordening - Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015

GEMEENTEBLAD. Vastgestelde verordening - Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Zoeterwoude 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zoeterwoude Publicatiedatum: 18-11-2014 Nummer gemeenteblad: 0316 Vastgestelde verordening - Verordening Individuele Inkomenstoeslag Participatiewet gemeente

Nadere informatie

Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015

Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015 Verordening Individuele Inkomenstoeslag 2015 De raad van de gemeente Ameland Gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid van de Participatiewet Besluit vast te stellen de Verordening

Nadere informatie

Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet 2015 Tiel. Het college van burgemeester en wethouders van Tiel,

Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet 2015 Tiel. Het college van burgemeester en wethouders van Tiel, Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet 2015 Tiel Het college van burgemeester en wethouders van Tiel, gelet op - de artikelen 27 en 33, vierde lid van de Participatiewet - artikel 4:81 van de Algemene

Nadere informatie

Artikel 7 Citeertitel Deze verordening kan worden aangehaald als Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012-A.

Artikel 7 Citeertitel Deze verordening kan worden aangehaald als Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2012-A. De raad van de gemeente Woerden; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 28 augustus 2012 met overneming van de daarin vermelde motieven; gelet op artikel 8 lid 1 onderdeel c en artikel

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland)

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland) Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede gelet op artikel 22a, vierde lid, sub c en d en artikel 33 vierde lid, van de Participatiewet, alsmede artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

Nadere informatie

Onderwerp: Verordening persoonlijk minimabudget gemeente Overbetuwe 2015

Onderwerp: Verordening persoonlijk minimabudget gemeente Overbetuwe 2015 Onderwerp: Verordening persoonlijk minimabudget gemeente Overbetuwe 2015 Ons kenmerk: 14RB000110 Nr. 8f De raad van de gemeente Overbetuwe; gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders van

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Muiden d.d. 11 november 2014, met nummer 3384, Besluit:

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Muiden d.d. 11 november 2014, met nummer 3384, Besluit: De raden van de gemeente Muiden Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Muiden d.d. 11 november 2014, met nummer 3384, Besluit: gelet op artikel 8, eerste lid,

Nadere informatie

Toelichting op de verordening individuele inkomenstoeslag

Toelichting op de verordening individuele inkomenstoeslag Toelichting op de verordening individuele inkomenstoeslag Algemeen Aan de bijstand ligt het uitgangspunt ten grondslag dat het normbedrag, bedoeld ter voorziening in de algemeen noodzakelijke kosten van

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB gemeente Borsele 2012

Toeslagenverordening WWB gemeente Borsele 2012 Toeslagenverordening WWB gemeente Borsele 2012 1 Toeslagenverordening WWB gemeente Borsele 2012 Datum inwerkingtreding : 01-02-2013 Terugwerkende kracht : n.v.t. Datum uitwerkingtreding : n.v.t. Betreft

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Smallingerland gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 november 2014;

Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Smallingerland gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 november 2014; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Smallingerland. Nr. 79151 24 december 2014 Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente Smallingerland 2015 De raad van de gemeente Smallingerland ; gelezen

Nadere informatie

De Raad van de gemeente Cranendonck, Heeze-Leende, Waalre en Valkenswaard,

De Raad van de gemeente Cranendonck, Heeze-Leende, Waalre en Valkenswaard, De Raad van de gemeente Cranendonck, Heeze-Leende, Waalre en Valkenswaard, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van [NAAM] d.d. [DATUM], gelet op artikel 147, eerste lid, Gemeentewet en

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012;

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; Gemeente Hellendoorn Besluit Nijverdal, 5 februari 2013 Nr. 12INT02695 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; gelet

Nadere informatie

besluit vast te stellen de Verordening individuele inkomenstoeslag 2017 gemeente Harderwijk.

besluit vast te stellen de Verordening individuele inkomenstoeslag 2017 gemeente Harderwijk. Verordening individuele inkomenstoeslag 2017 gemeente Harderwijk De raad van de gemeente Harderwijk; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Harderwijk; gelet op artikel 8, eerste lid,

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet Nr. 15B De raad van de gemeente Delfzijl; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Delfzijl d.d. 5 december 2017; gelet op artikel

Nadere informatie

gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel 8, eerste lid onder c en artikel 30 van de Wet werk en bijstand;

gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel 8, eerste lid onder c en artikel 30 van de Wet werk en bijstand; De raad van de gemeente Bergen; gelezen het voorstel van het college van Bergen 28 februari 2012; gezien het advies van de Algemene Raadscommissie van 22 maart 2012; gelet op artikel 147, eerste lid van

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Beesel 2015

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Beesel 2015 Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet gemeente Beesel 2015 De Raad van de Gemeente Beesel; Gelet op artikel 8 eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet;

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Ede (Gelderland) Beleidsregels individuele inkomenstoeslag Ede Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede, gelet op artikel 36 van de Participatiewet en de Verordening individuele inkomenstoeslag gemeente

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2015;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2015; De raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 november 2015; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet;

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 11 november 2014; *CONCEPT* CONCEPT Onderwerp Onderwerp_Corsa VERORDENING Nieuw_wijziging_intrekking Dossiercode Documentsoort De Raad van de gemeente Uden; overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van een individuele

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Versie 03-12-2014 De Raad van de gemeente Littenseradiel; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 november 2014; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b,

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen Verordening individuele inkomenstoeslag 2015 Kenmerk: 184268 De raad van de gemeente Oldebroek; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 oktober 2014; gelet op artikel 8, eerste lid,

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wwb 2010

Toeslagenverordening Wwb 2010 D E RAAD DER GEMEENTE HAREN, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 oktober 2010; gelet op de artikelen 8, eerste lid onderdeel c, en 30 van de Wet werk en bijstand; overwegende dat

Nadere informatie

Verordening Individuele Inkomenstoeslag. Gemeente Kerkrade

Verordening Individuele Inkomenstoeslag. Gemeente Kerkrade Verordening Individuele Inkomenstoeslag Gemeente Kerkrade 2015 Vastgesteld door de raad van de gemeente Kerkrade in zijn vergadering van 17 december 2014 (raadsbesluit 14Rb089) Pagina 2/8 Verordening Individuele

Nadere informatie

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Onderbanken d.d. 19 februari 2013;

gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Onderbanken d.d. 19 februari 2013; CVDR Officiële uitgave van Onderbanken. Nr. CVDR327860_1 8 mei 2018 Toeslagenverordening WWB ISD BOL 2013 De raad van de gemeente Onderbanken; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van Onderbanken

Nadere informatie

Beleidsregels kostendelersnorm en verlagingen Participatiewet, IOAW/IOAZ Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2015

Beleidsregels kostendelersnorm en verlagingen Participatiewet, IOAW/IOAZ Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2015 Beleidsregels kostendelersnorm en verlagingen Participatiewet, IOAW/IOAZ Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2015 Gelet op artikel 147 van de Gemeentewet; gelet op de artikelen 22a, 27, 28 en 33 van de Participatiewet

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag Beuningen 2015 at IIII I'll II Hi lil III IIII

Verordening individuele inkomenstoeslag Beuningen 2015 at IIII I'll II Hi lil III IIII GEMEENTE BEU NINGEN Onderwerp Registratienummer Registratiecode Auteur Status Verordening individuele inkomenstoeslag Beuningen 2015 at 14003476 IIII I'll II Hi lil III IIII Stijn van Cleef Openbaar De

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 oktober 2014, nr. ;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 oktober 2014, nr. ; Gemeenteblad nr. 172, 11 december 2014 Nr..a DE RAAD DER GEMEENTE DEURNE gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 oktober 2014, nr. ; gehoord de commissie Samenleving d.d. 26 november

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 18 maart 2013 aangaande de wijziging van de Toeslagenverordening WWB

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 18 maart 2013 aangaande de wijziging van de Toeslagenverordening WWB RAADSBESLUIT De raad van de gemeente Werkendam, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 18 maart 2013 aangaande de wijziging van de Toeslagenverordening WWB gehoord het

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Hellendoorn 2013

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand gemeente Hellendoorn 2013 CVDR Officiële uitgave van Hellendoorn. Nr. CVDR259511_1 8 juni 2016 De raad van de gemeente Hellendoorn; gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 18 december 2012; gelet

Nadere informatie

Verordening Individuele inkomenstoeslag 2015 gemeente Woudenberg. gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 11 november 2014;

Verordening Individuele inkomenstoeslag 2015 gemeente Woudenberg. gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 11 november 2014; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Woudenberg. Nr. 80217 24 december 2014 Verordening Individuele inkomenstoeslag 2015 gemeente Woudenberg De raad van de Gemeente Woudenberg, gelezen het voorstel

Nadere informatie

Hoofdstuk I Algemeen 2. Hoofdstuk II Commerciële relatie en commerciële prijs 2. Hoofdstuk III Inkomstenkorting bij huur of kostganger 3

Hoofdstuk I Algemeen 2. Hoofdstuk II Commerciële relatie en commerciële prijs 2. Hoofdstuk III Inkomstenkorting bij huur of kostganger 3 Beleidsregels Kostendelersnorm 2015 Betreffende de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen

Nadere informatie

op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za. 14-30185/DV.14-415, afdeling Samenleving;

op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za. 14-30185/DV.14-415, afdeling Samenleving; No. 19. De raad van de gemeente Vlagtwedde; op voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 13 november 2014, no.za. 14-30185/DV.14-415, afdeling Samenleving; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en

Nadere informatie

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid van de Participatiewet;

gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid van de Participatiewet; Raadsbesluit De raad van de gemeente Rheden; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 december 2014; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid van de Participatiewet;

Nadere informatie

Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012 / A

Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012 / A Bijlage behorende bij ontwerpbesluit nr. 12Rb047 d.d. 31 oktober 2012. Toeslagenverordening WWB gemeente Kerkrade 2012 / A Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begrippen 1. Alle begrippen die in deze

Nadere informatie

Beleidsregel verlagen van de bijstand in verband met de woonsituatie en inkomsten uit commerciële (onder-)huur Participatiewet.

Beleidsregel verlagen van de bijstand in verband met de woonsituatie en inkomsten uit commerciële (onder-)huur Participatiewet. Beleidsregel verlagen van de bijstand in verband met de woonsituatie en inkomsten uit commerciële (onder-)huur Participatiewet. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delft, vindt het

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2013

Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2013 CVDR Officiële uitgave van Losser. Nr. CVDR303226_1 8 november 2016 Toeslagenverordening Wet werk en bijstand 2013 De raad van de gemeente Losser; - gelezen het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie

Verordening langdurigheidstoeslag WWB gemeente Kaag en Braassem 2012.

Verordening langdurigheidstoeslag WWB gemeente Kaag en Braassem 2012. De raad van de gemeente Kaag en Braassem; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 31 juli 2012; gelet op de artikelen 8, 1 e lid, onder d, 2 e lid, onder b en 36 van de Wet werk en bijstand;

Nadere informatie

Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet Olst-Wijhe

Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet Olst-Wijhe Beleidsregels kostendelersnorm Participatiewet, 29 april 2015 doc. nr.: 15.016337 Vastgesteld door het college op 30 juni 2015 Publicatie in het Gemeenteblad op 9 juli 2015 Inwerkingtreding op de dag na

Nadere informatie

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief.

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief. Modelverordening individuele inkomenstoeslag Leeswijzer modelbepalingen - [...] of [iets] = door gemeente in te vullen, zie bijvoorbeeld artikel 4, eerste lid. - [iets] = facultatief, zie de considerans.

Nadere informatie

Verordening individuele inkomenstoeslag

Verordening individuele inkomenstoeslag Gemeenteblad 547 Verordening individuele inkomenstoeslag Gemeente Voorst november 2014-1 - Verordening individuele inkomenstoeslag De raad van de gemeente Voorst; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht)

GEMEENTEBLAD Officiële publicatie van Gemeente Wijk bij Duurstede (Utrecht) Beleidsregel verlagen uitkering in verband met de woonsituatie, inkomsten uit commerciële verhuur en schoolverlaters Participatiewet RDWI Het Dagelijks Bestuur van de Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme

Nadere informatie

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG PARTICIPATIEWET 2015

VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG PARTICIPATIEWET 2015 VERORDENING INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG PARTICIPATIEWET 2015 DE RAAD VAN DE GEMEENTE TEN BOER; (nr. 7); gelezen het voorstel van het college van 7 april 2015; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en

Nadere informatie

Onderwerp: Verordening toeslagen en verlagingen van uitkeringsnormen op grond van de Wet werk en bijstand (Wwb).

Onderwerp: Verordening toeslagen en verlagingen van uitkeringsnormen op grond van de Wet werk en bijstand (Wwb). Nummer: Onderwerp: Verordening toeslagen en verlagingen van uitkeringsnormen op grond van de Wet werk en bijstand (Wwb). De Gemeenteraad van Haaksbergen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 februari 2012, nr. R-2012-0050;;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 februari 2012, nr. R-2012-0050;; DE RAAD VAN DE GEMEENTE BEEMSTER. gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 februari 2012, nr. R-2012-0050;; gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 december 2015;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 december 2015; De raad van de gemeente Loppersum; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 december 2015; gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid, van de Participatiewet;

Nadere informatie

Beleidsregel commerciële kostendeling Participatiewet 2015 Gemeente Gilze en Rijen

Beleidsregel commerciële kostendeling Participatiewet 2015 Gemeente Gilze en Rijen Beleidsregel commerciële kostendeling Participatiewet 2015 Gemeente Gilze en Rijen 24 maart 2015 INHOUD 1. Algemene bepalingen 3 Artikel 1 Begripsomschrijvingen Artikel 2 Toepasselijkheid 2. Criteria voor

Nadere informatie

VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG WWB 2013 GEMEENTE NOORD-BEVELAND

VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG WWB 2013 GEMEENTE NOORD-BEVELAND VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG WWB 2013 GEMEENTE NOORD-BEVELAND Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1. Begrippen. 1 Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden

Nadere informatie

Toeslagenverordening Wet Werk en Bijstand

Toeslagenverordening Wet Werk en Bijstand Concept-raadsbesluit, no. De Raad der gemeente Stein; Gezien het voorstel inzake verordeningen Wet Werk en Bijstand (Gem. blad Afd. A, no. ); gelet op artikel 8, eerste lid, onderdeel c en artikel 30 van

Nadere informatie