Protocol elektrolytstoornissen en suppletie elektrolyten IC kinderen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Protocol elektrolytstoornissen en suppletie elektrolyten IC kinderen"

Transcriptie

1 Protocol elektrolytstoornissen en suppletie elektrolyten IC kinderen Datum vaststelling: 15 okt 2015 Auteurs Kinder IC Versie: 2.0 Datum revisie: 15 okt 2018 Verantwoording: Medische protocollencommissie Kinder IC Brondocument: Literatuurstudie, leerboeken, Up to Date Coördinator: Carin Verlaat Inleiding Stoornissen van het milieu interieur kunnen leiden tot verstoring van de samenstelling van de elektrolyten, met belangrijke klinische gevolgen. In dit protocol zullen een aantal praktische richtlijnen worden gegeven voor de diagnostiek en behandeling van elektrolytstoornissen. Voor vrijwel alle richtlijnen geldt een niveau van aanbeveling E. Aanbevelingen 1. NATRIUM Natrium: streefwaarde mmol/l Bij stoornissen in Na gehalte is het van belang een inschatting te maken over de volumestatus van de patiënt, zie tabel

2 Tabel 1 Veranderingen in totaal lichaams Na en totaal lichaamswater bij hyperna en hypona Natrium Extracellulaire volume Totaal lichaams Na Vrij water hyperna verminderd normaal verhoogd hypona verminderd normaal verhoogd Behoefte aan Natrium: Kinderen < 10 kg: 3 mmol/kg /dag (2-4 mmol/kg/dag ) Kinderen > 10 kg: 1-2 mmol/kg/dag Tabel 2: Inhoud infuusvloeistoffen Type vloeistof Na (mmol/l) Kalium (mmol/l) Cl (mmol/l) Ca (mmol/l) HCO3- (mmol/l) NaCl 0.9% Ringer lactaat (lactaat) NaCl 10% NaHCO3 8,4% NaHCO3 1.4% KCl 7,46% NB flowlijn voor arterielijn met NaCl 0.9% (en heparine) op stand 2 ml/u geeft intake van 7.4 mmol Na per dag. 2

3 1a. HypoNa 1a.a. Ernstige symptomatische hypona Het risico van ernstige hyponatriëmie is zwelling van hersencellen. Symptomen van hyponatriëmie zijn: anorexie, misselijkheid, braken, malaise, lethargie, verwardheid, agitatie, hoofdpijn, convulsies, coma, verminderde reflexen, hypothermie, Cheyne-Stokes ademhaling, spierzwakte, spierkrampen. Met name een akute daling van het serum Na kan leiden tot convulsies. Een chronische hyponatriëmie geeft veel minder klinische symptomen. Figuur 1 Flowchart behandeling symptomatische hypona 2 Bij snelle correctie van een hyponatriëmie bestaat er een risico op osmotische demyelinisatie. De maximale gewenste stijging van het serum Na is daarom 8 mmol/l/24 uur en 16 mmol/72 uur. Bij hyponatriëmie en neurologische symptomen (bijvoorbeeld convulsies )moet hypertoon zout worden gegeven (bijvoorbeeld NaCl 3% in bolussen van 2 ml/kg iv). Bij convulsies mag Na stijgen met 1 mmol/l/uur tot een max van 6 mmol/l (of eerder stoppen als de convulsies stoppen). Controleer 3

4 het Na aanvankelijk ieder uur. Voor de rest van de eerste 24 uur geldt dat het Na in totaal nooit meer dan 8 mmol/l mag stijgen. Wanneer er geen CZS symptomen (meer) zijn, kan langzaam iv verder worden gecorrigeerd, bijvoorbeeld met NaCl 10% 0,3 ml/kg/uur iv (0,5 mmol/kg/uur) via een centraal veneuze lijn. Controleer het serum Na aanvankelijk ieder uur. Indien nieuwe neurologische symptomen ontstaan, moet het serum Natrium worden verlaagd (bijvoorbeeld door bolus gluc 5% iv toe te dienen), waarna de hyponatriëmie langzamer moet worden gecorrigeerd dan voorheen. Indien er sprake is van een hypervolaemische hyponatriëmie met ernstige symptomatologie, moet deze eerst worden gecorrigeerd met hypertoon zout zoals hierboven beschreven. Daarna vocht en Na restrictie, evt diuretica en verdere ondersteunende behandeling, bijvoorbeeld inotrope ondersteuning bij hartfalen. 1a.b HypoNa zonder ernstige symptomen 2 Figuur 2: Hyponatriaemie zonder ernstige symptomen 4

5 Op de intensive care is een hyponatriëmie vaak het gevolg van een relatief wateroverschot, vaak iatrogeen, bijvoorbeeld door het geven van verdunde glucose-oplossingen. Bereken altijd de totale vochtintake en kijk of bijvoorbeeld door middel van het concentreren van de glucose concentratie de waterintake kan worden verminderd. Een andere veel voorkomende oorzaak van hyponatriëmie op de intensive care is het Syndrome of Inappropriate Anti Diuretic Hormone secretrion (SIADH). Het ADH is verhoogd, de patiënt ontwikkelt een wateroverschot met verhoogd effectief circulerend volume. Als reaktie daarop gaan de (normaal werkende) nieren NaCl uitscheiden en ontstaat een hyponatriëmie. Meestal is er geen sprake van oedeem of hypertensie. Wel is er een wateroverschot in het intracellulaire volume. Het urine Na is meestal > mmol/l. Tabel 3. Oorzaken SIADH Klinische situatie Chirurgie Aandoeningen centraal zenuwstelsel Longaandoeningen Medicamenteus Pijn, angst Beademing Voorbeelden Infecties, trauma, bloedingen Pneumonie, bronchiolitis Carbamazepine, valproaat, thiaziden, NSAIDS, voriconazol, cyclofosfamide, vincristine Bij de therapie zal in eerste instantie de waterintake moeten worden beperkt. Mogelijkheden: voeding concentreren, geconcentreerdere oplossingen maken etc. Overweeg eventueel geven van diuretica. Bepaling van urine Na is nuttig om in te schatten of vochtbeperking alleen voldoende is, of evt Natrium suppletie nodig is. Bij hyponatriëmie en laag urine Na (urine Na < mmol/l), is het Na retinerend vermogen van de nieren intakt. Een laag urine Na wijst op een ineffectief circulerend volume. Echter, bij neonaten is het lastiger om een uitspraak te doen. Het Na retinerend (en ook uitscheidend) vermogen van de nier bij pasgeborenen is nog beperkt. Tabel 4: Natrium intake bij hypovolaemische hyponatriëmie (hypotone dehydratie) Basaal onderhoud Normale onderhoud Na 2-4 mmol/kg/d Na deficit Doorgaande verliezen Corrigeren, streef naar stijging: 8 mmol/l per 24 uur Inschatten of meten Na suppletie = 0.6 x lich gew (kg) x (gewenste [Na] s gemeten [Na] s ) 5

6 1b. Hypernatriëmie (> 145 mmol/l) Figuur 3: Hypernatriëmie, oorzaken, lab, behandeling 2 Hypovolaemische hypernatriëmie ( hypertone dehydratie ): Hierbij is er sprake van verlies van water en zout, bijvoorbeeld ten gevolge van een een gastro-enteritis of diabetische ketoacidose. Deze patiënten zijn ondervuld, eventueel in shock. De urine osmolaliteit is hoog, het urine Natrium is laag (< 20 mmol/l). De symptomen van dehydratie bij hypernatriëmie kunnen klinisch worden onderschat. Bij hypernatriëmie kunnen in het cerebrum endogene osmolaire stoffen worden aangemaakt om het verlies van intracellulair volume tegen te gaan. Risico van snelle correctie van een hypernatriëmie is het ontstaan van cerebraal oedeem, hetgeen zich kan uiten in convulsies. Het streven is om het Na niet sneller te laten dalen dan 8 mmol/l/dag (maximaal 12 mmol/l/dag). Frequente monitoring is nodig. Bij hypertone dehydratie en shock moet eerst het circulerend volume worden hersteld dmv NaCl 0.9% in bolussen van ml/kg, op geleide van de kliniek te herhalen. 6

7 Tabel 5. Behandeling hypertone dehydratie 1. Vocht: a. Geef bij shock NaCl 0,9% of een gebalanceerde vloeistof (bijvoorbeeld Ringers lactaat) in bolussen van ml/kg, herhalen op geleide van klinische symptomen. b. Onderhoud: geef 24 uurs onderhoud vocht c. Deficit: in 2-3 dagen suppleren. Het deficit kan worden geschat obv klinische symptomen d. Doorgaande verliezen (bijvoorbeeld diarreeproductie) : retour geven i. in de vorm van ORS /ORS junior indien orale intake mogelijk is ii. indien iv: NaCl 0.9% of Ringers lactaat (cave hyperk) 2. Keuze infuusvloeistof: a. eerste bolussen bij shock /anurie in de vorm van NaCl 0.9% of Ringer s lactaat (ivm risico op hyperchloremische acidose, echter niet bij anurie/nierfalen ivm risico hyperk). Geef geen hypotone vloeistoffen ivm risico akute daling serum Natrium en het risico op het ontstaan van hersenoedeem b. Na correctie volume depletie, wordt zo mogelijk overgegaan op ORS per sonde. Indien er contraindicaties zijn voor het geven van ORS (bv ileus, persisterend braken, veranderde mentale status), wordt overgegaan op onderhoudsvloeistof iv (link naar protocol iv onderhoud). Pas het infuus aanpassen op basis van labcontroles. c. Extra NaCl liefst geven als NaCl 10% via een zijlijn, bij voorkeur via een centraal veneuze lijn. 3. Bicarbonaat: meestal is suppletie niet nodig. Overweeg Nabicarbonaat indien ph< Kaliumsuppletie: a. Onderhoud 1-2 mmol/kg/dag, mits diurese op gang is gebracht b. Deficit 2-4 mmol/kg in 2-3 dagen, mits diurese op gang is gebracht! 5. Frequente controles serum Na (in het begin á 1 uur). Gewenste Na daling max 0,5 mmol/uur (8 (max12) mmol/dag). Pas de Na intake aan aan de gewenste langzame daling van serum Na. 6. Regelmatig controle K, glucose, Calcium, bloedgas (Behandeladvies gemodificeerd naar Derksen-Lubsen, G. et al 3, Up to Date 2015) Indien er bij hypertone dehydratie tevens sprake is van een hyperglycaemie, dient men voorzichtig te zijn met het te snel omlaag brengen van de glucosewaarde ivm risico van snelle daling van serum osmolaliteit en het uitlokken van cerebraal oedeem. Bij convulsies ten gevolge van cerebraal oedeem kan hypertoon zout worden toegediend. (bijvoorbeeld NaCl 3% in dosis 4-6 ml/kg). 7

8 2. KALIUM Kalium: streefwaarde 3,8 4,3 mmol/l Kalium is voornamenlijk een intracellulair kation. De verdeling tussen intra- en extracellulair Kalium hangt onder ander af van de ph van ieder compartiment. Alleen wanneer een significante depletie van kalium in het lichaam is ontstaan, zal er een hypokaliëmie ontstaan. Vaak zijn grote hoeveelheden kalium nodig om tot een normale serumwaarde te komen. Tabel 6: HypoK: Meest voorkomende oorzaken Verminderde intake Toegenomen verlies Renaal, onder andere: Toegenomen natrium flow naar distale nefron: oa bij diuretica Hyperaldosteronisme Overmaat mineralcorticoiden Genetische renale tubulaire defecten oa Bartter, Gitelman HypoMg Medicamenten:oa amfotericine B, cis-platina Gastro-intestinaal, onder andere: Braken, maaghevel Diarree Malabsorptiesyndromen Ileostoma Laxantia Huid Excessief zweten Brandwonden Transcellulaire shift, onder andere: Stijging van extracellulaire ph Toegenomen beschikbaarheid insuline Toegenomen β adrenergische Hypothermie Dialyse / CVVH (Tabel gedeeltelijk overgenomen uit Richtlijn Elektrolytstroonissen van Nederlandse Internisten Vereniging 4 ) 8

9 Tabel 7: Orienterende diagnostiek bij hypok eci Serum K, Mg, kreat, bloedgas Indien verhoogde bloeddruk: renine / aldosteron Urine K, kreat Tabel 8: Meest voorkomende klachten en symptomen als gevolg van hypokaliëmie Neurologisch / neuromusculair Spierzwakte, paralyse (inclusief ademhalingsspieren) Kramp Myalgie Afname van peesreflexen Paresthesieën Gastro-intestinaal ` Ileus Obstipatie Misselijkheid, braken Endocrien Hyperglycaemie Koolhydraatintolerantie Cardiaal ECG afwijkingen, hartritmestoornissen (met name bij digitalisgebruikers, hartfalen, coronair ischaemie, LVH) Rhabdomyolyse Nierfunctiestoornissen, onder andere Concentratiestoornissen, polyurie, polydipsie Toegenomen H + secretie Gestoorde urine-acidificatie Toegenomen bicarbonaatreabsorptie in proximale tubulus NaCl reabsorptiestoornissen (Tabel gedeeltelijk overgenomen uit Richtlijn NIV 5 ) Behandeling hypok Oraal: Kaliumchloride drank 1 mmol = 1 ml Kaliumchloride tablet slow release (SlowK) 1 tablet = 600 mg = 8 mmol K Intraveneus: Kaliumchloride iv oplossing 7,46% (1 ml = 1 mmol) Suppletie van kalium kan oraal plaatsvinden of intraveneus, bij voorkeur via een centraal veneuze lijn. Een hoge concentratie van kalium is sterk irriterend voor de vaatwand. Indien Kaliumchloride intraveneus via een perifeer infuus wordt toegediend, moet dit worden verdund met een onderhouds-infuusvloeistof: max concentratie 40 mmol/liter infuusvloeistof (bij uitzondering max 80 mmol/liter). 9

10 Tabel 9: behandeling hypo- en hyperk Kalium spiegel Diurese (ml/kg/uur) Actie (mmol/l) < 2,0 bolus 0,5 mmol/kg in 15 min iv < 3,0 bolus 0,25 mmol/kg in min iv 3,0 3,8 > 1 suppletie starten/ophogen 3,0 3,8 < 1 Geen actie 3,8 4,3 > 1 Suppletie continueren > 4,3 > 1 Suppletie minderen > 4,3 < 1 Suppletie staken > 5,5 > 1 Suppletie staken > 5,5 < 1 Zie protocol hyperkaliemie Hyperkaliëmie De meest voorkomende oorzaak van hyperkaliëmie is nierfalen. Andere mogelijke oorzaken zijn: iatrogeen, het vrijkomen van kalium uit de cel bij acidose of celverval, hypoaldosteronisme en bijnierinsufficiëntie. De Kalium concentratie stijgt gemiddeld 0.6 mmol/l bij iedere daling van de ph met 0.1 (Adrogué). Levensbedreigende ritmestoornissen ontstaan in het algemeen bij K > 7,5 mmol/l. ECG afwijkingen bij hyperk: spitse T toppen, kleine brede P top of afwezige P top, wijd QRS complex, sinusoidaal QRST, AV dissociatie, ventrikeltachycardie, ventrikelfibrilleren. Bij ECG afwijkingen ernstiger dan spitse T toppen moet Ca gluconaat worden toegediend, zie tabel

11 Tabel 10: Behandeling hyperkaliëmie (naar protocol APLS 6 ): Vergeet niet exogene toediening Kalium te staken en overweeg hemodialyse Aritmie/ ernstige ECG afwijkingen ja Calciumgluconaat 10% 0,5 ml/kg iv in 5-10 min * nee Vernevel met salbutamol Dosering (niet beademde kinderen): < 2,5 jr: 2,5 mg 2,5 7,5 jr: 5 mg >7,5 jr: 10 mg Bij beademde kinderen lagere dosis overweeg antiarrhytmica Herhaal serum K dalend calciumresonium 1 g/kg oraal / rectaal overweeg dialyse na natrium- bicarbonaat blijft hoog bepaal ph > 7,35 Gluc 20% 2,5 ml/kg/uur indien gluc > 10 mmol/l: insuline 0,05 E/kg/uur ** < 7,35 Natriumbicarbonaat 2,5 mmol/kg iv * Ca gluconaat in 5-10 min geven, bij digoxine gebruik langzamer (20-30 min) ** Combinatie van salbutamol en gluc/insuline kan effectiever zijn dan gluc/insuline alleen 11

12 3. CALCIUM Streefwaarde geïoniseerd Calcium (Ca ++): 1,0 1,4 mmol/l. Hypocalciëmie kan ontstaan bij onder andere ernstige septische shock, pancreatitis, citraatintoxicatie bij massale bloedtransfusies en nierfalen. Symptomen van een hypocalciëmie kunnen zijn malaise, tetanie, convulsies, hypotensie, arrhytmieën. In de akute situatie kan intraveneus calcium worden toegediend via een centrale lijn. Calcium is erg irriterend voor de perifere bloedvaten. Behalve een eventuele bolusinjectie (bij bijvoorbeeld hypotensie of ritmestoornissen) zal in het algemeen continu onderhoud noodzakelijk zijn, onder controle van bloedspiegels Bolus: Calciumgluconaat 10% (0,23 mmol/ml) : 0,5 ml/kg in min iv, onder controle hartritme. Bij refractaire hypotensie bij een ernstige septische shock kan de bolus in enkele minuten worden gegeven, dit echter in overleg met de supervisor en onder monitorbewaking! Tabel 11: Orienterende diagnostiek bij hypoca eci Serum Totaal Ca, Ca-ion, albumine, kreat, fosfaat, Mg, AF, PTH, (vit D) Onderhoud Calcium : via parenterale voeding continu. Alternatief: herhaalde bolussen Ca-gluconaat zoals hierboven besproken. Hypercalciëmie: zie separaat Q-portaal protocol hypercalciëmische crisis (link naar Q portaal document ). Overleg kindernefroloog. 12

13 4. MAGNESIUM Magnesium: Streefwaarde 0,7 1,2 mmol/l, in sommige situaties is de streefwaarde hoger zoals bijvoorbeeld bij hartritmestoornissen (1,5 2 mmol/l ). Magnesium is van belang voor de neuronale transmissie, de neuromusculaire prikkeloverdracht en voor verschillende enzymatische processen.bij hypomagnesiëmie is er ook vaak sprake van andere electrolytstoornissen. Een magnesium deficiëntie kan leiden tot oa onverklaarde hypokaliëmie of hypocalciëmie, ECG veranderingen, ritmestoornissen, geleidingsstoornissen, hartstilstand, hypertensie, vasospasmen, tetanus, convulsies, vertigo, spierzwakte, misselijkheid, coma, psychiatrische verschijnselen, astma-exacerbaties. Tabel 12: Oorzaken hypomg 7 Gastrointestinaal o Malabsorptie (inclusief short bowel) o Verlies gastro-intenstinale vloeistoffen Renaal verlies oa o Postobstructieve diurese o Renale tubulaire acidose o Polyurische fase na acute tubulus necrose o Medicamenteus (oa diuretica, antibiotica, digitalis, cyclosporine, cisplatinum) o Genetisch (oa Gitelman, HNF1beta mutaties) Voeding o Geen suppletie bij tpn o Hongeren Endocrien o Hypothyreoidie o Aldosteronisme o Hypoparathyreoidie o Hyperparathyreoidie en andere oorzaken hypercalciëmie o Diabetes mellitus Metabool o Insulinetoediening Overig o Sepsis o Brandwonden o Acute pancreatitis o zweten o hypothermie 13

14 Therapie hypomagnesiëmie: Algemeen: Intraveneuze toediening van Mg dient langzaam te geschieden op geleide van regelmatige controle van het klinisch beeld (ademhaling, bloeddruk, kniepeesreflex, urineuitscheiding) en de magnesiumspiegel. Bij overdosering treden verschijnselen van hypermagnesiëmie op. Een snelle toediening kan leiden tot een zeer warm gevoel bij de patiënt, blozen, hypotensie door perifere vaatverwijding, verlies van spierreflexen, spierzwakte, sufheid en in het uiterste geval tot een ademhalings- of hartstilstand. Bij gedigitaliseerde patiënten is voorzichtigheid geboden omdat bij magnesiumintoxicatie intraveneuze toediening van calcium nodig is en dit kan leiden tot ernstige afwijking in de geleiding en mogelijk tot hartblok. Ook bij nierfunctiestoornissen (met name kreatinineklaring < 20 ml/min/1,73 m 2 ) dient zeer voorzichtig te worden gedoseerd en de spiegel te worden gecontroleerd. Dosering 1. Magnesiumchloride iv Magnesiumchloride 20% : 1 ml = 1 mmol = 200 mg Mg Indicatie: akute hypomagnesiëmie met symptomen (bijvoorbeeld convulsies). Dosis: oplaad 0,1 mmol/kg iv in 10 min iv, gevolgd door onderhoud 0,5 mmol/kg/d. Standaard onderhoud Magnesium in TPV is (afhankelijk van leeftijd) : mmol/kg/d Magnesiumchloride is hypertoon en dient bij voorkeur via een centraal veneuze lijn te worden toegediend. Indien toediening plaatsvindt via een perifeer infuus, moet er op het perifeer infuus een zijlijn lopen met bijvoorbeeld NaCl 0.9%. 2. Magnesiumsulfaat iv Magnesiumsulfaat 1 ml = 150 mg = 0,6 mmol Mg - Status astmaticus (1 mnd 18 jr): 40 mg/kg iv als bolus in minuten (max 2 g iv) - Ventriculaire tachycardie (Link naar protocol ritmestoornissen): mg/kg (max 2 g) iv in min 3. Magnesiumgluconaatdrank /tabletten po/ps Indien orale suppletie mogelijk is, wordt de voorkeur gegeven aan Magnesiumgluconaatdrank (of tabletten) po/ps. Magnesiumgluconaatdrank Magnesiumgluconaattabletten 1 ml = 0.1 mmol 500 mg (1,1 mmol)/stuk Dosering: 6 mmol Mg = 60 ml / m 2 / 24 uur in 4 dd. Dosis aanpassen op geleide van serumwaarden. 14

15 Alle magnesiumzouten hebben een slechte resorptie, voor magnesiumgluconaat is die nog het beste, vandaar keuze voor magnesiumgluconaat voor suppletie van magnesium. Bijwerkingen: diarree. Bij overdosering treden verschijnselen van hypermagnesiëmie op. Deze kunnen bij orale toediening optreden als het gebruik langdurig is of als er een nierfunctiestoornis bestaat. Interakties: oraal toegediende magnesiumzouten verminderen de absorptie van onder andere de volgende middelen (met aanbevolen gebruiksadvies): - bisfosfonaten: het bisfosfonaat moet ten minste een half uur vóór het magnesiumzout worden ingenomen; - chinolonen: toedieningsinterval ten minste 4 uur; - tetracyclines: het tetracycline moet ten minste 2 uur vóór het magnesiumzout worden ingenomen. - cellcept: moet ten minste 2 uur vóór het magnesiumzout worden ingenomen. Tabel 13: Oorzaken hypermg 7 Iatrogeen (bijvoorbeeld parenterale voeding met Mg ) Nierfalen Diabetische keto-acidose Hypothyreoidie M. Addison Ingestie grote hoeveelheid zeewater Therapie hypermagnesiaemie: over het algemeen niet noodzakelijk 15

16 5. FOSFAAT Streefwaarde < 1 jaar: 1,4-2,6 mmol/l > 1 jaar: 1,0-1,8 mmol/l Tabel 14: Oorzaken hypop 7 Renaal /intestinaal verlies: oa - diuretica gebruik - renale tubulaire defecten - primaire hyperparathyreoidie - hypok - hypomg - dialyse Verminderde intestinale absorptie - malabsorptie - vit D deficiëntie /resistentie, osteomalacie - malnutritie, braken, diarree - gebruik van fosfaat bindende antacida Intracellulaire shift van fosfaat : onder andere: - diabetes mellitus - acidose - hyperalimentatie - refeeding syndrome - gebruik van iv glucose/behandeling diabetische ketoacidose - alkalose (respiratoir of metabool) - hypothermie Sepsis 16

17 Tabel 15:Oorzaken hyperp 7 Meeste oorzaken van hypoca Uitz: vit D deficiëntie Nierinsufficiëntie (akuut / chronisch) met verminderde GFR Verhoogde tubulaire reabsorptie P hypoparat secundaire hypoparathyreoidie pseudohypoparathyreoidie Andere endocriene oorz M.Addison Acromegalie Hypertheroidie Sikkelcelanaemie Verhoogde cellulaire release P Maligniteit Weefselafbraak Chemotherapie Rhabdomyolyse Maligne hyperthermie Lactaatacidose Botziekten Oa helende fracturen Verhoogde fosfaat load Exogeen fosfaat (iatrogeen, bv fosfaatclysma) Teveel vit D intake Massale bloedtransfusie Hemolyse Overig Hoge intestinale obstructie sarcoidose Tabel 16: Orienterende diagnostiek bij hypop en hyperp eci Serum Urine P, kreat, Ca-ion, bloedgas, PTH, (vit D) P, kreat Behandeling hypop: Intraveneus: Natriumdiwaterstoffosfaat 2 mmol/ml Natriumkaliumfosfaat 2 mmol/ml Bolus 0,2 mmol/kg PO 4 (= 0,1 ml/kg NaH 2 PO 4 ) in 30 min. Iv. Cave aritmieen bij te snelle infusie. Cave reactie met calcium Continu: Onderhoudsbehoefte fosfaat in TPV : 0.5 mmol/kg/d (zuigelingen), mmol/kg/d (oudere kinderen) 17

18 Oraal: Kaliumfosfaatdrank 0.6 mmol/ml NB deze drank bevat P 0.6 mmol/ml maar ook Kalium 1.05 mmol!! Behandeling hyperp: -stop intake -P-binders bij orale intake -overweeg dialyse Niveau aanbevelingen A. Ondersteund door tenminste twee grote prospectief gerandomiseerde gecontroleerde klinische onderzoeken of een meta-analyse met een kleine kans op een vals positief of een vals negatief resultaat B. Ondersteund door één groot prospectief gerandomiseerd gecontroleerd klinisch onderzoek met een kleine kans op een vals positief of een vals negatief resultaat C. Ondersteund door één of meerdere kleine prospectief gerandomiseerde gecontroleerde klinische onderzoeken of een meta-analyse met een matige tot grote kans op een vals positief of een vals negatief resultaat D. Ondersteund door alleen een niet-gerandomiseerd maar wel gecontroleerd klinisch onderzoek, een cohort studie of een patiënt-controle onderzoek E. Ondersteund door alleen niet-vergelijkend onderzoek, historische controles, case reports of de mening van deskundigen 18

19 Literatuur 1. Marino. The ICU book. 2 ed: Lippincot Williams & Wilkins; Overgaard-Steensen C, Ring T. Clinical review: practical approach to hyponatraemia and hypernatraemia in critically ill patients. Critical care 2013;17: Derksen-Lubsen Gea. Compendium kindergeneeskunde. 2 ed. 4. Richtlijn 2012 electrolytstoornissen. at http%3a%2f%2fwww.internisten.nl%2fuploads%2fph%2f-u%2fphuqr_fq7huj5evgybbva%2frichtlijn_2012_elektrolytstoornissen.pdf&ei=n8cbvzj7ekufygpyt5jgcg& usg=afqjcngwh-yqutb6e2sqopau80ftwwiswa.) 5. Foster BA, Tom D, Hill V. Hypotonic versus isotonic fluids in hospitalized children: a systematic review and meta-analysis. The Journal of pediatrics 2014;165:163-9 e2. 6. Turner NM. Advanced Paediatric Life Support, de Nederlandse Editie. 2 ed: Elsevier Gezondheidszorg; Wallach J. Interpretation of diagnostic tests. 7 ed: Lippincott Williams & Wilkins;

Protocol vochtbeleid kinderen < 40 kg IC kinderen

Protocol vochtbeleid kinderen < 40 kg IC kinderen Protocol vochtbeleid kinderen < 40 kg IC kinderen Datum vaststelling: 15 okt 2015 Auteurs Kinder IC Versie: 1.1 Datum revisie: 15 okt 2018 Verantwoording: Medische protocollencommissie Kinder IC Brondocument:

Nadere informatie

Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten

Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten 2015 Agenda Historie Ondervoeding en oncologie Refeeding Casus tijdens de presentatie 1ste lijn Refeeding? Historie Belegeringen

Nadere informatie

Vulling. Hoeveel water heeft een mens en waar zit het?

Vulling. Hoeveel water heeft een mens en waar zit het? Vulling Hoeveel water heeft een mens en waar zit het? Vulling Lichaamswater Bij mannen 60%; vrouwen 50% ECV: iets minder dan de helft ICV: iets meer dan de helft Intravasculair (plasma): onderdeel van

Nadere informatie

Osmo- en volumeregulatie

Osmo- en volumeregulatie Osmo- en volumeregulatie De water- en zouthuishouding van het lichaam Anne Lohuis - 7 Februari 2013 Doelstelling Het verduidelijken van twee belangrijke functies van het menselijk lichaam, met daar aan

Nadere informatie

Elektrolytstoornis tijdens ALS. samenstelling: Pim Keurlings, arts SEH

Elektrolytstoornis tijdens ALS. samenstelling: Pim Keurlings, arts SEH Elektrolytstoornis tijdens ALS samenstelling: Pim Keurlings, arts SEH Inhoudsopgave Doelstelling Context: 4 H s en 4 T s Kalium Hyperkaliëmie Hypokaliëmie Samenvatting Vragen/discussie Doelstelling Inzicht

Nadere informatie

Acute electrolytstoornissen. Hyperkalemie. Hyperkalemie assessment. Intake 17/04/2013. K + 3.5-5.0 meq/l

Acute electrolytstoornissen. Hyperkalemie. Hyperkalemie assessment. Intake 17/04/2013. K + 3.5-5.0 meq/l Acute electrolytstoornissen Prof. dr. Koen Van Hoeck Hyperkalemie Referentiecentrum Kindernefrologie UZA 03/ 821 3481 Prof. dr. D.Trouet S. Eerens RN expertverpleegkundige Marjan De Wulf,J ulie de Muynck

Nadere informatie

APO 4-02 SPC Voorraadproducten

APO 4-02 SPC Voorraadproducten APO 4-02 SPC Voorraadproducten Apotheek Catharina Ziekenhuis SPC Voorraadproducten Natriumchloride infusievloeistof 3% zak 500ml 1. Naam van het geneesmiddel Natriumchloride infusievloeistof 3% zak 500ml

Nadere informatie

Vulling. Hoeveel water heeft een mens en waar zit het?

Vulling. Hoeveel water heeft een mens en waar zit het? Vulling Hoeveel water heeft een mens en waar zit het? Vulling Lichaamswater Bij mannen 60%; vrouwen 50% ECV: iets minder dan de helft ICV: iets meer dan de helft Intravasculair (plasma): onderdeel van

Nadere informatie

Metabolic emergencies probleem onderbelicht

Metabolic emergencies probleem onderbelicht 19 mei 2009 Jaarbeurs Utrecht Metabolic emergencies probleem onderbelicht Hella Bosch Verpleegkundig specialist oncologie Máxima medisch centrum Eindhoven Wat is een metabolic emergencie? Een acute, potentieel

Nadere informatie

Lithium bij ouderen, wat als de nierfunctie verslechtert?

Lithium bij ouderen, wat als de nierfunctie verslechtert? Lithium bij ouderen, wat als de nierfunctie verslechtert? KenBis Maart 2017 Anna Krikke, psychiater Inleiding Inleiding Lithium, indicaties, bijwerkingen Richtlijn Renale bijwerkingen chronisch lithium

Nadere informatie

Nummer: D04-6 Datum: Oktober 2013 Versie: 1.0

Nummer: D04-6 Datum: Oktober 2013 Versie: 1.0 Natriumchloride drank 1mL=90mg=1.5mmol Na Werking en toepassingen Wat doet dit medicijn en waarbij wordt het gebruikt? De werkzame stof in natriumchloridedrank is natriumchloride. Dit middel wordt gebruikt

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER NATRICLO 585 mg/10ml NATRICLO 1g/10ml NATRICLO 2g/10ml NATRICLO 3g/10ml NATRICLO 4g/20ml NATRICLO 6g/20ml Concentraat voor oplossing voor infusie Natriumchloride

Nadere informatie

Levensbedreigende hyponatriëmie. J.G. van der Hoeven UMC St Radboud, Nijmegen

Levensbedreigende hyponatriëmie. J.G. van der Hoeven UMC St Radboud, Nijmegen Levensbedreigende hyponatriëmie J.G. van der Hoeven UMC St Radboud, Nijmegen 1 U meet een lage plasma [Na + ] - waarom? Concentratie = Totaal Na + in extracellulaire ruimte 2 U meet een lage plasma [Na

Nadere informatie

Kaliumchloride 10%, concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie 100 mg/ml

Kaliumchloride 10%, concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie 100 mg/ml 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Kaliumchloride 10%, concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie 100 mg/ml 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 10 ml bevat 1,0 g kaliumchloride (13,4 mmol/10

Nadere informatie

Een druppel teveel. Perioperatief vochtbeleid bij kinderen. Pediatric Autumn Seminar, 29 november 2014, Nieuwegein Gersten Jonker, anesthesioloog

Een druppel teveel. Perioperatief vochtbeleid bij kinderen. Pediatric Autumn Seminar, 29 november 2014, Nieuwegein Gersten Jonker, anesthesioloog Een druppel teveel Perioperatief vochtbeleid bij kinderen Pediatric Autumn Seminar, 29 november 2014, Nieuwegein Gersten Jonker, anesthesioloog Disclaimer Ingangsvragen Wat weet jij ervan? - Lees de vraag

Nadere informatie

Deze procedure beschrijft de medische aanpak bij het optreden van diabetische ketoacidose of hyperglycemische hyperosmolaire ontregeling.

Deze procedure beschrijft de medische aanpak bij het optreden van diabetische ketoacidose of hyperglycemische hyperosmolaire ontregeling. 1. Samenvatting Deze medische procedure beschrijft de evaluatie, behandeling en opvolging bij diabetische ketoacidose of hyperglycemische hyperosmolaire ontregeling bij volwassen patiënten. 2. Inleiding/doel

Nadere informatie

Topics in Chronic Disease. Chronische Nierschade en de huisarts

Topics in Chronic Disease. Chronische Nierschade en de huisarts Topics in Chronic Disease Chronische Nierschade en de huisarts Toets Nierinsufficiëntie Casus Metabole stoornissen Vervolg casus Nabespreking toets Nierinsufficiëntie komt bij ruim 10% van de Nederlandse

Nadere informatie

Bloedgasanalyse. Doelstelling. Bloedgasanalyse. 4 mei 2004 Blad 1. Sacha Schellaars IC centrum UMC Utrecht. Zuur base evenwicht Oxygenatie

Bloedgasanalyse. Doelstelling. Bloedgasanalyse. 4 mei 2004 Blad 1. Sacha Schellaars IC centrum UMC Utrecht. Zuur base evenwicht Oxygenatie Bloedgasanalyse Sacha Schellaars IC centrum UMC Utrecht Doelstelling De student kan de 4 stoornissen in het zuurbase evenwicht benoemen. De student kan compensatiemechanismen herkennen en benoemen. De

Nadere informatie

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock. Medische protocollencommissie Intensive Care

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock. Medische protocollencommissie Intensive Care Titel Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock Datum vaststelling: 04-2008 Datum revisie: 04-2010 Verantwoording: Bron document: Medische protocollencommissie Intensive Care Surviving

Nadere informatie

Bloedgassen. Homeostase. Ronald Broek

Bloedgassen. Homeostase. Ronald Broek Bloedgassen Homeostase Ronald Broek Verstoring Homeostase Ziekte/Trauma/vergiftiging. Geeft zuur-base en bloedgasstoornissen. Oorzaken zuur-base verschuiving Longemfyseem. Nierinsufficientie Grote chirurgische

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. GLUCOSE 50%, oplossing voor infusie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. GLUCOSE 50%, oplossing voor infusie BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER GLUCOSE 50%, oplossing voor infusie Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke informatie voor u in. - Bewaar

Nadere informatie

bloedgassen Snelle interpretatie

bloedgassen Snelle interpretatie bloedgassen Snelle interpretatie Wat is de Ph Het aantal waterstofionen (H+) geteld per ml water. Hoeveel waterstofionen komen er bij een reactie vrij of gaan er verloren en/of hoeveel waterstofionen worden

Nadere informatie

14-5-2013. Water en zouthuishouding. Doelstelling. Belangrijkste bestanddeel van ons lichaam. Totaal Lichaamswater (TLW) ECV en ICV

14-5-2013. Water en zouthuishouding. Doelstelling. Belangrijkste bestanddeel van ons lichaam. Totaal Lichaamswater (TLW) ECV en ICV Doelstelling Water en zouthuishouding Basale kennis en inzicht in de water en zout huishouding Kennis en inzicht in de normaalwaarden van de belangrijkste laboratorium uitslagen Bart Ramakers B.Ramakers@ic.umcn.nl

Nadere informatie

Diabe&sche ketoacidose. Diana Jansen, ANIOS IC 6 maart 2015

Diabe&sche ketoacidose. Diana Jansen, ANIOS IC 6 maart 2015 Diabe&sche ketoacidose Diana Jansen, ANIOS IC 6 maart 2015 Casus 38- jarige man VG: blanco Buiten bewustzijn aangetroffen, onduidelijk of hij voordien klachten had Bij verdenking hypoglycemie in ambulance

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Sterofundin ISO oplossing voor infusie. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1.000 ml Sterofundin ISO oplossing voor infusie bevat : Natriumchloride 6,80 g Kaliumchloride

Nadere informatie

Hyperglycemischeketoacidosebij hoogzwangere.

Hyperglycemischeketoacidosebij hoogzwangere. Hyperglycemischeketoacidosebij hoogzwangere. patient 34 jarige dame G3P1, : 37 wkn2d Voorgeschiedenis: DM type 1 sinds 1983 1 miskraam in 1999 Start insulinepomp 1999 1 ste kindje in 2009 HbA1c 2010: 8.9%,

Nadere informatie

Infuusbeleid op recovery

Infuusbeleid op recovery Infuusbeleid op recovery Is vullen in of uit?? Sander van den Heuvel Anesthesioloog Stellingen Dagbehandelingspatiënten mogen best wat meer vocht krijgen Een krap vochtbeleid verbetert de resultaten bij

Nadere informatie

Summary of Product Characteristics / 1 van 6

Summary of Product Characteristics / 1 van 6 1.31.1 Summary of Product Characteristics 1.3.1.1 / 1 van 6 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL.. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING bevat 74,6 mg (=1 mmol) per ml. bevat 100 mg (=1,34 mmol) per ml.

Nadere informatie

SYNONIEMEN: 2-Propeennitril, Acrylnitril, Vinylcyanide EINECS nr:203-466-5 CAS nr: 107-13-1 EEG nr: 608-003-00-4

SYNONIEMEN: 2-Propeennitril, Acrylnitril, Vinylcyanide EINECS nr:203-466-5 CAS nr: 107-13-1 EEG nr: 608-003-00-4 BEHANDELINGSKAART CHEMISCHE PRODUKTEN NAAM: ACRYLONITRIL FORMULE: CH 2 =CHCN SYNONIEMEN: 2-Propeennitril, Acrylnitril, Vinylcyanide EINECS nr:203-466-5 CAS nr: 107-13-1 EEG nr: 608-003-00-4 ALGEMENE GEGEVENS:

Nadere informatie

Vloeistofbeleid op de IC - wat zeggen de trials? MMM Circulatie 2018

Vloeistofbeleid op de IC - wat zeggen de trials? MMM Circulatie 2018 Vloeistofbeleid op de IC - wat zeggen de trials? MMM Circulatie 2018 Wat weten we al? Tussen colloïdale- en kristallijne vloeistoffen bestaat niet veel verschil wat betreft belangrijke uitkomstmaten Dit

Nadere informatie

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen. Medische protocollencommissie Intensive Care

Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen. Medische protocollencommissie Intensive Care Titel Richtlijn behandeling van ernstige sepsis en septische shock volwassenen Datum vaststelling: 02-2013 Datum revisie: 02-2015 Verantwoording: Bron document: Medische protocollencommissie Intensive

Nadere informatie

Hyperglycemie Keto-acidose

Hyperglycemie Keto-acidose Hyperglycemie Keto-acidose Klinische les Marco van Meer SJG 20 06 2007 (acute) ontregeling van diabetes Doel Op het einde van mijn presentatie is jullie kennis over glucose huishouding en ketoacidose weer

Nadere informatie

Glucose regulatie bij volwassen IC en MC-patiënten bij continue toediening van voeding

Glucose regulatie bij volwassen IC en MC-patiënten bij continue toediening van voeding regulatie bij volwassen IC en MC-patiënten bij continue toediening van voeding Doel: Bereiken en handhaven van een glucose waarde tussen 4,4 6,1 mmol/l Indicaties: - Patiënten met Diabetes Mellitus - Patiënten

Nadere informatie

Chronische nierschade A. van Tellingen. Smeerolie voor de poli 2015

Chronische nierschade A. van Tellingen. Smeerolie voor de poli 2015 Chronische nierschade A. van Tellingen Smeerolie voor de poli 2015 Wie dient verwezen te worden? 52-jarige vrouw met diabetische nefropathie: MDRD 62 ml/min/1.73m 2 en albuminurie 28 mg/l? 68-jarige man:

Nadere informatie

GLYCOPHOS concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie. De werkzame bestanddelen van 1 ml Glycophos komen overeen met

GLYCOPHOS concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie. De werkzame bestanddelen van 1 ml Glycophos komen overeen met Lees de hele bijsluiter aandachtig door alvorens dit geneesmiddel in te nemen / te gebruiken. Bewaar deze bijsluiter, misschien heeft u hem nog een keer nodig. Raadpleeg uw arts of apotheker, als u nog

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Hartmann B. Braun, oplossing voor infusie Natriumchloride, natriumlactaat, kaliumchloride, calciumchloride

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Hartmann B. Braun, oplossing voor infusie Natriumchloride, natriumlactaat, kaliumchloride, calciumchloride Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Hartmann B. Braun, oplossing voor infusie Natriumchloride, natriumlactaat, kaliumchloride, calciumchloride Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel

Nadere informatie

Workshop chronische nierschade. Adry Bakker Diepenbroek Bettie Hoekstra

Workshop chronische nierschade. Adry Bakker Diepenbroek Bettie Hoekstra Workshop chronische nierschade Adry Bakker Diepenbroek Bettie Hoekstra Mevr. Muis 73 jaar Voorgeschiedenis: diabetes mellitus type 2 hartfalen regelmatig urineweginfecties, 2x pyelonefritis aspecifieke

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose.monohydraat

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose.monohydraat Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose.monohydraat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke

Nadere informatie

RINGER-OPLOSSING FRESENIUS KABI oplossing voor intraveneuze infusie

RINGER-OPLOSSING FRESENIUS KABI oplossing voor intraveneuze infusie Lees de hele bijsluiter aandachtig door alvorens dit geneesmiddel in te nemen / te gebruiken. Bewaar deze bijsluiter, misschien heeft u hem nog een keer nodig. Raadpleeg uw arts of apotheker als u aanvullende

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Kaliumchloride Noridem 15% w/v concentraat voor oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Kaliumchloride 150

Nadere informatie

Een ernstige metformine intoxicatie

Een ernstige metformine intoxicatie 1 Een ernstige metformine intoxicatie M. Olde Bekkink & A. Esselink AIOS Interne geneeskunde 12 april 2013 2 Casus 43 jarige patiënte RvO/ Metformine intoxicatie Voorgeschiedenis Diabetes mellitus type

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Hulpstoffen met bekend effect: ml Sterofundin ISO oplossing bevat 0,2 g natriumhydroxide (0,115 g natrium)

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Hulpstoffen met bekend effect: ml Sterofundin ISO oplossing bevat 0,2 g natriumhydroxide (0,115 g natrium) SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Sterofundin ISO, oplossing voor infusie 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1.000 ml Sterofundin ISO oplossing voor infusie bevat:

Nadere informatie

Zuurbase evenwicht. dr Bart Bohy http://www.medics4medics.com

Zuurbase evenwicht. dr Bart Bohy http://www.medics4medics.com Zuurbase evenwicht 1 Zuren 2 Base 3 4 5 6 7 oxygenatie / ventilatie 8 9 Arteriële bloedgaswaarden Oxygenatie PaO2: 80-100mmH2O SaO2: 95-100% Ventilatie: PaCO2: 35-45mmHg Zuur-base status ph: 7.35-7.45

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Natriumwaterstofcarbonaat 1,4% g/v, oplossing voor infusie 14 g/l. Waterstofcarbonaat

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Natriumwaterstofcarbonaat 1,4% g/v, oplossing voor infusie 14 g/l. Waterstofcarbonaat Natriumwaterstofcarbonaat 1,4% g/v, oplossing voor infusie 14 g/l Waterstofcarbonaat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke informatie in voor

Nadere informatie

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL NATRICLO 585 mg/10ml Concentraat voor oplossing voor infusie NATRICLO 1g/10ml Concentraat voor oplossing voor infusie NATRICLO 2g/10ml Concentraat voor oplossing voor infusie

Nadere informatie

Summary of Product Characteristics / 1 van 6

Summary of Product Characteristics / 1 van 6 1.3.1.1 Summary of Product Characteristics 1.3.1.1 / 1 van 6 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING bevat 74,6 mg (=1 mmol) per ml. bevat 100 mg (=1,34 mmol) per ml.

Nadere informatie

ZUURBASE. Praktisch bekeken

ZUURBASE. Praktisch bekeken ZUURBASE Praktisch bekeken Bloedgasafwijkingen en Electrolytstoornissen Enerzijds handteken van ziekte (hulp in diagnose) Anderzijds mogelijk (urgente) pathologie op zich (? nood aan behandeling) BEHANDELING

Nadere informatie

Case-report: Een vrouw met een onbegrepen coma...

Case-report: Een vrouw met een onbegrepen coma... Case-report: Een vrouw met een onbegrepen coma... H.J.Jansen, E.S. Louwerse, C.P.C. de Jager Intensive Care, Jeroen Bosch Ziekenhuis, lokatie: Groot Ziekengasthuis Nieuwstraat 34, 5211 NL, s-hertogenbosch

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Sterofundin B, oplossing voor infusie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Sterofundin B, oplossing voor infusie Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Sterofundin B, oplossing voor infusie Lees goed de hele bijsluiter Sterofundin voordat u dit B, geneesmiddel oplossing voor gaat infusie gebruiken want er staat

Nadere informatie

Het Refeeding Syndroom

Het Refeeding Syndroom Het Refeeding Syndroom Presentatie t.b.v. symposium Voeding op leeftijd Neeltje Nabuurs, diëtist 29 september 2016 Waarom? 14-15% ondervoed op 1 e opnamedag (meting NPOZ 2015) Refeeding kan fatale gevolgen

Nadere informatie

NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND

NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND BIJSLUITER Glucose 5 g/100 ml B. Braun Vet Care Oplossing voor infusie voor runderen, paarden, schapen, geiten, varkens, honden en katten 1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE

Nadere informatie

Disclosure belangen spreker Individualisering van dialysevloeistof voor hemodialyse. Nierinsufficientie. Nierinsufficientie

Disclosure belangen spreker Individualisering van dialysevloeistof voor hemodialyse. Nierinsufficientie. Nierinsufficientie Disclosure belangen spreker Individualisering van dialysevloeistof voor hemodialyse (potentiële) belangenverstrengeling Geen Ton Luik, nefroloog VieCuri MC NND Veldhoven 22 maart 2016 Voor bijeenkomst

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL HARTMANN B. BRAUN, oplossing voor infusie. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1000 ml oplossing bevat Natriumchloride...6,00

Nadere informatie

Dehydratie bij kinderen

Dehydratie bij kinderen SAMENVATTING Dehydratie bij kinderen richtlijn voor de eerste opvang bij gastro-enteritis Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde (NVK) Autorisatie: 10 oktober 2012 Gefinancierd door Stichting Kwaliteitsgelden

Nadere informatie

Presentatie Casus 1b. Victoria Janes & Yvonne Poel

Presentatie Casus 1b. Victoria Janes & Yvonne Poel Presentatie Casus 1b Victoria Janes & Yvonne Poel Casusbeschrijving Vrouw: 55 jaar wordt door de ambulance naar de SEH gebracht, waar u als arts-assistent assistent werkzaam bent. Dezelfde ochtend heeft

Nadere informatie

4.2. Dosering en wijze van toediening De dagelijkse dosering dient individueel aangepast te worden aan elke patiënt.

4.2. Dosering en wijze van toediening De dagelijkse dosering dient individueel aangepast te worden aan elke patiënt. 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Glycophos, concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1 ml Glycophos bevat: Natriumglycerofosfaat 5.H 2O 306,1 mg (overeenkomend

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose.monohydraat

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose.monohydraat Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose.monohydraat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat belangrijke

Nadere informatie

CVVH, hoe doen we het nu. Heleen Oudemans-van Straaten Intensive Care

CVVH, hoe doen we het nu. Heleen Oudemans-van Straaten Intensive Care CVVH, hoe doen we het nu Heleen Oudemans-van Straaten Intensive Care CVVH Dosis Antistolling Wat is de dosis van CVVH? Wat is de aanbevolen dosis? CVVH dosering Hoeveelheid ultrafiltraat CVVH dosering

Nadere informatie

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Citrasol HF-CIT-PRE, oplossing voor hemofiltratie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING De presentatie bestaat uit één oplossing verpakt in een kartonnen doos: Twee

Nadere informatie

Workshop Toxicologie Casuistiek. PAO Labdag 4 december 2014 Inge van Berlo

Workshop Toxicologie Casuistiek. PAO Labdag 4 december 2014 Inge van Berlo Workshop Toxicologie Casuistiek PAO Labdag 4 december 2014 Inge van Berlo Casus 1 48 jarige man opgenomen met trekkingen thuis en in de ambulance - Op SEH ademstilstand en asystolie - Bradycardie - Insulten

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Glucose 5% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose 20% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose 30% B. Braun, oplossing voor infusie Glucose

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Natriumchloride Fresenius Kabi 100 mg/ml (10%), concentraat voor oplossing voor infusie

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Natriumchloride Fresenius Kabi 100 mg/ml (10%), concentraat voor oplossing voor infusie 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Natriumchloride Fresenius Kabi 100 mg/ml (10%), concentraat voor oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Natriumchloride: 100 mg per 1 ml Een

Nadere informatie

Chronische nierschade

Chronische nierschade Chronische nierschade Pauline Heijstee Kaderhuisarts diabetes Nierfunctie n Afvalstoffen klaren n Vochtbalans handhaven n Electrolytenbalans handhaven Nierschade n Verlies van stoffen die we niet willen

Nadere informatie

NVOnderwerp. Refeedingsyndroom

NVOnderwerp. Refeedingsyndroom NVOnderwerp Refeedingsyndroom Achtergrond Ondervoeding bij ziekte is een frequent probleem in de (Nederlandse) gezondheidszorg. Ernstig ondervoede patiënten hebben bij het snel (her)starten van (par)enterale

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Kaliumchloride 7,45%, concentraat voor infusievloeistof Kaliumchloride 10%, concentraat voor infusievloeistof Kaliumchloride 14,9%, concentraat voor infusievloeistof

Nadere informatie

Deel IB1 Kaliumchloride 7,45%, 10% en 14,9%, concentraat voor infusievloeistof

Deel IB1 Kaliumchloride 7,45%, 10% en 14,9%, concentraat voor infusievloeistof 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Kaliumchloride 7,45 %, concentraat voor infusievloeistof Kaliumchloride 10 %, concentraat voor infusievloeistof Kaliumchloride 14,9 %, concentraat voor infusievloeistof 2.

Nadere informatie

Dr. Jenny Buijtels, specialist interne geneeskunde

Dr. Jenny Buijtels, specialist interne geneeskunde Dr. Jenny Buijtels, specialist interne geneeskunde Presentatie Dia s en casussen die ook voorkomen in de workshop vloeistoftherapie en dwangvoeding Zo indruk van hoe de workshop is opgebouwd Verantwoordelijkheid

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Ringer-lactaat, oplossing voor infusie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Ringer-lactaat, oplossing voor infusie BIJSLUITER 1 BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Ringer-lactaat, oplossing voor infusie Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke informatie

Nadere informatie

Propofol infusie syndroom. Maartje de Gier AIOS anesthesiologie MDO praatje oktober 2016

Propofol infusie syndroom. Maartje de Gier AIOS anesthesiologie MDO praatje oktober 2016 Propofol infusie syndroom Maartje de Gier AIOS anesthesiologie MDO praatje oktober 2016 Man, 54 jaar RvO: sedatie bij wilsonbekwamepatient met glioblastoom Sedatie met o.a propofol: stand 20-25ml/uur gedurende±

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Citrasol HF-CIT-PRE, oplossing voor hemofiltratie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Citrasol HF-CIT-PRE, oplossing voor hemofiltratie BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT Citrasol HF-CIT-PRE, oplossing voor hemofiltratie Natriumchloride Kaliumchloride Magnesiumchloride Glucose monohydraat Tri-natirumcitraat dihydraat Lees goed de hele

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Glucose 5% B. Braun Mini-Plasco, oplossing voor injectie Glucose monohydraat

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Glucose 5% B. Braun Mini-Plasco, oplossing voor injectie Glucose monohydraat 1/5 Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Glucose 5% B. Braun Mini-Plasco, oplossing voor injectie Glucose monohydraat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. dantroleennatrium

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. dantroleennatrium Bijsluiter: informatie voor de gebruiker DANTRIUM IV, poeder voor injectievloeistof 20 mg dantroleennatrium Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke

Nadere informatie

Bij een metabole acidose is er een daling van de ph en het bicarbonaatgehalte. Compensatoir kan het CO2 gehalte in het bloed dalen.

Bij een metabole acidose is er een daling van de ph en het bicarbonaatgehalte. Compensatoir kan het CO2 gehalte in het bloed dalen. ZUUR BASE EVENWICHT Afwijkingen in het zuur base evenwicht worden onderverdeeld in respiratoire en metabole acidose, respiratoire en metabole alkalose en gemengde aandoeningen. 1.1 Respiratoire acidose

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Persantine 50 mg/10 ml Concentraat voor oplossing voor infusie dipyridamol

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Persantine 50 mg/10 ml Concentraat voor oplossing voor infusie dipyridamol BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Persantine 50 mg/10 ml Concentraat voor oplossing voor infusie dipyridamol Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat

Nadere informatie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Kind met diabetes en intensieve therapie. Algemene informatie voor kind en ouders

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Kind met diabetes en intensieve therapie. Algemene informatie voor kind en ouders Kind met diabetes en intensieve therapie Algemene informatie voor kind en ouders KIND MET DIABETES EN INTENSIEVE THERAPIE ALGEMENE INFORMATIE VOOR KIND EN OUDERS INLEIDING Je bent voor de behandeling van

Nadere informatie

Natriumchloride Fresenius Kabi 100 mg/ml (10%), concentraat voor oplossing voor infusie

Natriumchloride Fresenius Kabi 100 mg/ml (10%), concentraat voor oplossing voor infusie BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Natriumchloride Fresenius Kabi 100 mg/ml (10%), concentraat voor oplossing voor infusie {Natriumchloride} Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel

Nadere informatie

Patiënt met SAB op de IC

Patiënt met SAB op de IC Patiënt met SAB op de IC AZO-scholingsavond acute neurologie November 2018 Jan Pouwels IC verpleegkundige Neural Practitioner Disclosure belangenverstrengeling voor de sprekers van de AZO scholingsavond

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT. Natriumchloride 4.0 g 4.0 g Kaliumchloride 2.0 g 2.0 g

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT. Natriumchloride 4.0 g 4.0 g Kaliumchloride 2.0 g 2.0 g Pagina 1 van 6 SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL BIONOLYTE + glucose 5% oplossing voor infusie BIONOLYTE + glucose 10% oplossing voor infusie 2. KWALITATIEVE EN

Nadere informatie

Water, elektrolyten en zuur-base balans. Verdeling en compositie van lichaamsvloeistoffen

Water, elektrolyten en zuur-base balans. Verdeling en compositie van lichaamsvloeistoffen Water, elektrolyten en zuur-base balans Clinical Medicine Kumar & Clark (hoofdstuk 13 in de 8e druk, hoofdstuk 9 in de 9e druk) Verdeling en compositie van lichaamsvloeistoffen Het lichaamsgewicht van

Nadere informatie

Protocol Chronische nierschade op basis van de LTA

Protocol Chronische nierschade op basis van de LTA Protocol Chronische nierschade op basis van de LTA A. Doel en achtergrondinformatie Doel Patiënten met chronische nierschade in een vroege fase diagnosticeren en het juiste behandeltraject inzetten om

Nadere informatie

Leerdoelen. Wees alert op nierproblemen bij probleeminventarisatie medicatie beoordeling. Begeleid beschermende maatregelen.

Leerdoelen. Wees alert op nierproblemen bij probleeminventarisatie medicatie beoordeling. Begeleid beschermende maatregelen. NIERFUNCTIE 2 Leerdoelen Wees alert op nierproblemen bij probleeminventarisatie medicatie beoordeling Begeleid beschermende maatregelen Functies Volume- osmo- en zuurregulatie Excretie afvalproducten stofwisseling

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de patiënt. Natriumwaterstofcarbonaat 4.2%, oplossing voor intraveneuze infusie 42 g/l. Natriumwaterstofcarbonaat

Bijsluiter: informatie voor de patiënt. Natriumwaterstofcarbonaat 4.2%, oplossing voor intraveneuze infusie 42 g/l. Natriumwaterstofcarbonaat Bijsluiter: informatie voor de patiënt Natriumwaterstofcarbonaat 4.2%, oplossing voor intraveneuze infusie 42 g/l Natriumwaterstofcarbonaat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat

Nadere informatie

(On)zin van diabetes behandeling bij ouderen

(On)zin van diabetes behandeling bij ouderen symposium 11/10/14 (On)zin van diabetes behandeling bij ouderen Dr. K. Mortelmans Endocrinologie RZ HHart Leuven Belang Toenemende prevalentie type 2 diabetes Wijzigende levensgewoonte Vergrijzing Meer

Nadere informatie

BIJSLUITER. FUROSEMIDE 2 mg/ml drank

BIJSLUITER. FUROSEMIDE 2 mg/ml drank BIJSLUITER FUROSEMIDE 2 mg/ml drank Dit geneesmiddel is specifiek voor kinderen jonger dan 12 jaar ontwikkeld en daar is de tekst van de bijsluiter op aangepast. Lees de hele bijsluiter goed vóórdat u

Nadere informatie

Allemaal Beestjes. Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017

Allemaal Beestjes. Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017 Allemaal Beestjes Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017 Voorgeschiedenis Vrouw, 68 jaar Diabetes type 2 (1995), hypertensie (2010), chronische nierinsuffiëntie (2012) Presentatie op de SEH In de nacht

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. CACIT 500 mg, BRUISTABLETTEN CACIT 1000 mg, BRUISTABLETTEN calciumcarbonaat

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. CACIT 500 mg, BRUISTABLETTEN CACIT 1000 mg, BRUISTABLETTEN calciumcarbonaat BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER CACIT 500 mg, BRUISTABLETTEN CACIT 1000 mg, BRUISTABLETTEN calciumcarbonaat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen, want er staat

Nadere informatie

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Zie rubriek 6.1 voor de volledige lijst van hulpstoffen.

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Zie rubriek 6.1 voor de volledige lijst van hulpstoffen. SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Glucose 5 g/100 ml B. Braun Vet Care oplossing voor infusie voor runderen, paarden, schapen, geiten, varkens, honden en katten 2. KWALITATIEVE

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. multibic 2 mmol/l kalium, oplossing voor hemodialyse/hemofiltratie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. multibic 2 mmol/l kalium, oplossing voor hemodialyse/hemofiltratie Bijsluiter: informatie voor de gebruiker multibic 2 mmol/l kalium, oplossing voor hemodialyse/hemofiltratie Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke

Nadere informatie

GLUCOSE 3,75% EN NATRIUMCHLORIDE 0,225%, INFUSIEVLOEISTOF

GLUCOSE 3,75% EN NATRIUMCHLORIDE 0,225%, INFUSIEVLOEISTOF BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER GLUCOSE 3,75% EN NATRIUMCHLORIDE 0,225%, INFUSIEVLOEISTOF Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke informatie

Nadere informatie

BIJSLUITER : INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. SODIPHOS 22mEq / 10ml Concentraat voor oplossing voor infusie. Dinatriumfosfaat dihydraat

BIJSLUITER : INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. SODIPHOS 22mEq / 10ml Concentraat voor oplossing voor infusie. Dinatriumfosfaat dihydraat BIJSLUITER : INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER SODIPHOS 22mEq / 10ml Concentraat voor oplossing voor infusie Dinatriumfosfaat dihydraat Lees de hele bijsluiter zorgvuldig door voordat u start met het gebruik

Nadere informatie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1/5 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Werkzame bestanddelen: Per 500 ml: 95,0 g calciumgluconaat 22,5 g calciumgluceptaat

Nadere informatie

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Cacit 500 mg, bruistabletten Cacit 1000 mg, bruistabletten calciumcarbonaat

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Cacit 500 mg, bruistabletten Cacit 1000 mg, bruistabletten calciumcarbonaat BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER Cacit 500 mg, bruistabletten Cacit 1000 mg, bruistabletten calciumcarbonaat Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken, want er staat

Nadere informatie

4.2 Indicaties voor gebruik met specificatie van de doeldiersoorten

4.2 Indicaties voor gebruik met specificatie van de doeldiersoorten SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL Glucose 5 g/100 ml B. Braun Vet Care oplossing voor infusie voor runderen, paarden, schapen, geiten, varkens, honden en katten 2. KWALITATIEVE

Nadere informatie

Glucose 20 % Bijsluiter 1/6

Glucose 20 % Bijsluiter 1/6 Bijsluiter 1/6 Lees de hele bijsluiter aandachtig door alvorens dit geneesmiddel te gebruiken. Bewaar deze bijsluiter, misschien hebt u hem nog een keer nodig. Raadpleeg uw arts of apotheker, als u aanvullende

Nadere informatie

Dit hoofdstuk gaat vooral over intoxicaties van het medicijn Lithiumcarbonaat.

Dit hoofdstuk gaat vooral over intoxicaties van het medicijn Lithiumcarbonaat. Published on Medics4medics.com (https://www.medics4medics.com) Home > Toxicologie > Lithium Lithium intoxicatie Lithium intoxicatie Dit hoofdstuk gaat vooral over intoxicaties van het medicijn Lithiumcarbonaat.

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Diabetische ketoacidose

Patiënteninformatie. Diabetische ketoacidose Patiënteninformatie Diabetische ketoacidose Inhoud Inleiding... 3 Informatie over ziektebeeld diabetische ketoacidose... 3 Leer meer over DKA en bloedketonencontrole... 3 Symptomen... 4 Wie riskeert de

Nadere informatie

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Chloropotassuril 1 g/10 ml drank. Kaliumchloride

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker. Chloropotassuril 1 g/10 ml drank. Kaliumchloride IB C.I.z Update QRD Pagina 1 van 5 Bijsluiter: informatie voor de gebruiker Kaliumchloride Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke informatie in

Nadere informatie