Nota aan de Ministerraad

Transcriptie

1 De Minister van Begroting Brussel, 11 mei 2012 Nota aan de Ministerraad Betreft: omzendbrief betreffende initiële begroting 2013 en planning begrotingscontrole van juli Begrotingsinstructies voor de initiële begroting 2013 Deze omzendbrief is bedoeld om het begrotingsconclaaf voor te bereiden. Wij willen de parameters vastleggen die zullen dienen om de voorafbeelding van de begroting 2013 bij ongewijzigd beleid voor te bereiden. Op 1 december 2011 hebben de onderhandelaars in het regeerakkoord een aantal besparingen afgesproken. Deze dienen als basis voor de voorafbeelding. Voor de indexaanpassing werd rekening gehouden met volgende gegevens: In 2013 zou de inflatie 1,9% bedragen. De wedden worden berekend tegen een vereffeningscoëfficiënt van 1,6084 (van kracht in januari 2013). Bij het aanleggen van de provisie zal rekening worden gehouden met een eventuele bijkomende overschrijding van de spilindex. 2. Informatie betreffende de Two Pack In het kader van de Two-Pack worden de lidstaten van de Europese Unie geacht om hun begrotingsplan voor het volgende jaar vóór 15 oktober van het lopende jaar bij de Europese Commissie in te dienen. De Two-Pack moet nog worden goedgekeurd door het Europese Parlement, wat nog deze zomer zou kunnen gebeuren. In dat geval zal het begrotingsontwerp voor 2013 moeten worden gepubliceerd vóór 15 oktober 2012.

2 3. Planning van de begrotingscontrole van juli 2012 De begrotingscontrole van juli 2012 zal georganiseerd worden op basis van onderstaande planning : Economische begroting (voorlopige versie van de economische begroting 2013) 13/06 Federaal Planbureau Te actualiseren gegevens 2012 Niet-fiscale ontvangsten 22/06 FOD B&B bevraagd departementen Interestlasten - rijksschuldbegroting 22/06 Schatkist Saldo instellingen openbaar nut 22/06 Macrobudgettaire dienst Afdrachten gemeenschappen en gewesten 29/06 Raming Studiedienst Financiën EU-bijdrage 29/06 Permanente vertegenwoordiging Fiscale ontvangsten 29/06 Raming Studiedienst Financiën Sociale zekerheid werknemers 29/06 RSZ verzamelt gegevens in kader beheerscomité globaal beheer Sociale zekerheid zelfstandigen 29/06 RSVZ actualiseert zijn cijfers Sociale zekerheid geconsolideerd 29/06 FOD SZ levert de gebruikelijke tabellen en ESR-correcties aan Nota Monitoringcomité 6/07 Conclaaf 13 tot 15/07 In het kader van de begrotingscontrole van juli 2012, wordt aan het Monitoringcomité gevraagd om, op basis van de parameters in de voorlopige versie van de economische begroting 2013 (gepubliceerd in juni 2012), een rapport te publiceren met betrekking tot de situatie van de Belgische openbare financiën voor het jaar 2012 en dit in het licht van het meerjarenperspectief zoals in het stabiliteitsprogramma overeengekomen. 4. Inspectie van Financiën Niet van toepassing 5. Voorafgaand akkoord Niet van toepassing 6. Test Kafka Niet van toepassing 7. Test EIDD Niet van toepassing

3 8. Werkgroep Het ontwerp is besproken in de werkgroep beleidscoördinatie en werd unaniem goedgekeurd. 9. Voorstel van beslissing De Ministerraad geeft zijn akkoord voor het ontwerp van omzendbrief Voorafbeelding van de begroting 2013 als ook voor de planning voorzien voor de begrotingscontrole in juli Olivier CHASTEL Minister van Begroting

4 DIENST BEGELEIDING BEGROTING AAN DE DAMES EN HEREN LEDEN VAN DE REGERING Uw bericht van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Bijlage: ABB5/430/2012/5 BETREFT: VOORAFBEELDING VAN DE BEGROTING 2013: RICHTLIJNEN INHOUDSTAFEL 1. INLEIDING 3 2. DE ECONOMISCHE CLASSIFICATIE (ESR95) 3 3. DE "BEGROTINGSCELLEN" BEGROTINGSVOORSTELLEN De Middelenbegroting niet-fiscale ontvangsten De Algemene uitgavenbegroting De wettekst van de algemene uitgavenbegroting De kredietramingen De technische parameters De besparingsmaatregelen De verschillende enveloppes Voorstelling van de begrotingsvoorstellen exl Budget (bijlage 1) Vormelijke voorstelling van de documenten voor de drukkerij van de Kamer Nieuwe initiatieven Thesaurierekeningen (voor orde) De verantwoording van de voorstellen (de begrotingsfiches) De Staatsdiensten met afzonderlijk beheer De instellingen van openbaar nut Openbare instellingen van sociale zekerheid Berekeningsbases, vorm en inhoud Opdrachtenbegroting Beheersbegroting Overeenstemming tussen Beheersbegroting en Beheerskosten van de OISZ Timing en procedure voor de goedkeuring van de begroting Terbeschikkingstelling van gespecialiseerd personeel van de Maatschappij voor Mechanografie (MvM.) EGov 20

5 4.7. Wetenschapsbeleid Integratie van de genderdimensie in de voorbereiding van de begroting De Inspectie van Financiën en de Afgevaardigden van de Minister van Begroting Bestemming en aantal exemplaren TIJDSCHEMA DE PARLEMENTAIRE BEGROTINGSDOCUMENTEN 24 BIJLAGEN: I -Tabel exl-begroting II -De voorstelling van de begrotingsdocumenten in Europese munt (in euro) III - Raming van de personeelsuitgaven voor 2013 voor de entiteiten die niet over een personeelsenveloppe beschikken IV - Verrichtingen van de begrotingsfondsen V - Uitgewerkte staat van de Middelenbegroting VI - Opmaak van begrotingsfiches m.b.t. de niet-fiscale ontvangsten VII - Aansluitingstabel tussen Beheersbegroting en Beheerskosten van de O.I.S.Z. VIII - Planning van de vastleggingen en vereffeningen voor de grote projecten IX - Vormelijke voorstelling van de verantwoordingsnota's X - Ramingen van de kostprijs van de schadeloosstellingen en gerechtskosten XI - Praktische gids exl-budget en sharepoint 2

6 1. Inleiding 1.1. Deze omzendbrief preciseert de hypothesen gebruikt door de FOD Begroting en Beheerscontrole en de modaliteiten voorzien voor de opmaak van de begroting De wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat geldt sinds 1 januari 2012 voor alle diensten van algemeen bestuur. Tegelijkertijd is ook de FEDCOM-applicatie uitgerold bij alle FOD s sinds 1 januari Deze begrotingsrichtlijnen hebben niet alleen betrekking op de diensten van algemeen bestuur van de federale overheid maar ook op de staatsdiensten met afzonderlijk beheer, de instellingen van openbaar nut, de openbare instellingen van sociale zekerheid en de staatsbedrijven. Daarom wordt aan de Regeringsleden in het bijzonder gevraagd om erop toe te zien dat deze omzendbrief ter kennis wordt gebracht van de federale overheidsdiensten die aan hun controle of hun toezicht onderworpen zijn Om de houdbaarheid op lange termijn van de overheidsfinanciën te waarborgen, stelt het stabiliteitsprogramma , dat op 28 april 2012 door de Ministerraad werd goedgekeurd, een traject voor om het tekort terug te dringen tot 2,15% van het BBP in 2013 om zo in 2015 een nominaal begrotingsevenwicht te boeken Het tijdschema van de werkzaamheden ziet er als volgt uit: - de begrotingsvoorstellen van de FODS's / departementen worden verwacht tegen uiterlijk 31 mei 2012 en zullen worden doorgestuurd naar de FOD B&B en de IF; - de inspecteur van Financiën zal zijn advies uitbrengen uiterlijk tegen 7 juni 2012; - de "technische bilaterale vergaderingen" betreffende de voorafbeelding van de begroting 2013 zullen plaatsvinden volgens een tijdschema dat later zal worden meegedeeld De bijzondere instructies voor de omzetting en de formalisering van de parlementaire begrotingsstukken zullen te gepaste tijde worden gegeven. 2. De economische classificatie (ESR95) De economische classificatie van de uitgaven en de ontvangsten van de overheid, gebaseerd op het ESR 95, wordt sinds 1999 in de begrotingsdocumenten gebruikt. In maart 2009 werden de nomenclatuur en de commentaren bijgewerkt. Die bijwerking werd aan de stafdiensten begroting en beheerscontrole van de FOD s of ministeriële departementen gezonden. Exemplaren van de brochure evenals bijkomende informatie kunnen verkregen worden bij: Mevr. Elke COBBAUT (N) FOD Budget en Beheerscontrole Macrobudgettaire Dienst Tel.: elke.cobbaut@budget.fed.be M. Philippe DUJARDIN (F) FOD Budget en Beheerscontrole Macrobudgettaire Dienst Tel.: philippe.dujardin@budget.fed.be 3

7 Boeking van de aankoop van apparatuur en programmatuur (BA 12 of 74 ) In een nota van 9 juli 2009 aan de voorzitters van de Directiecomités (kenmerk: ABB ) werd de interpretatie meegegeven van de regels tot aanrekening van de aankoop van klein materiaal en programmatuur. De 500 euro tegen de prijs van 1995 waarvan sprake in voornoemde omzendbrief komt in 2012 overeen met een geïndexeerd bedrag van 638 euro. 3. De "begrotingscellen" Ter herinnering: De begrotingscellen werden bij de departementen in 1993 opgericht (instellingen van openbaar nut) en zijn samengesteld uit de Voorzitter van het directiecomité (Administrateur-generaal), de Directeurs-generaal en het lid (de leden) van de Inspectie van Financiën aangesteld bij de ordonnancerende Minister(s) (Afgevaardigde van de Minister van Financiën of Regeringscommissaris). Zij spelen een belangrijke coördinerende rol bij de voorbereiding van de begrotingsvoorstellen. De Voorzitters van de directiecomités van de FOD s worden verzocht om de FOD Budget en Beheerscontrole uit te nodigen om de vergaderingen van hun begrotingscel bij te wonen. Elke begrotingscel moet permanent toezicht uitoefenen op de begrotingswerkzaamheden binnen de FOD of het departement of de instelling en er op toezien dat de via deze omzendbrief gevraagde gegevens en documenten volledig en binnen de vooropgestelde termijnen aan de bestemmelingen bezorgd worden. Daartoe wordt elke begrotingscel gevraagd te gepaste tijde vergaderingen te beleggen om, op basis van de begrotingsfiches (4.2.3), de voorstellen van de FOD s op gecoördineerde wijze voor te stellen aan de Inspectie van Financiën. Aldus wordt de Inspectie in staat gesteld om haar verslag binnen de vereiste termijn op te maken. Deze voorbereidende vergaderingen hebben een dubbele rol: materiële fouten rechtzetten en gegevens aanvullen op basis van de vragen van de Voorzitter van het directiecomité en de Inspectie van Financiën; een eerste afweging maken binnen de begrotingscel, om aan de FOD Budget en Beheerscontrole de definitieve voorstellen voor te leggen die eensluidend zijn met de richtlijnen van deze omzendbrief. Aan de Inspecteurs van Financiën wordt gevraagd, met het oog op een efficiënte bespreking van de ontvangsten- en uitgavenramingen op de technische bilaterale vergaderingen met de FOD B&B, het verloop van deze voorbereidende vergaderingen met bijzondere aandacht te volgen en de nodige inlichtingen in te winnen. Er wordt hen tevens gevraagd, als ze met meerderen bij een FOD / departement aangesteld zijn, een gecoördineerd advies uit te brengen op grond van de vergaderingen van de begrotingscel Begrotingsvoorstellen De Middelenbegroting niet-fiscale ontvangsten Vanaf het begrotingsjaar 2012 zal het parlementair document dat de middelenbegroting bevat, bij elk artikel aangeven welke inkomsten worden verwacht zowel in kastermen, zoals thans het geval is, als in vastgestelde rechten. 4

8 Met het oog op het opstellen van de Middelenbegroting moeten de FOD s en ministeriële departementen, per begrotingspost van de vergelijkende tabel en van de uitgewerkte staat, volgende gegevens verschaffen: - de ontvangsten verwezenlijkt in 2009, 2010 en 2011; - de vermoedelijke ontvangsten (herraamd) van 2012 (zowel in kastermen als in vastgestelde rechten); - de ontvangstenramingen voor 2013, 2014 en 2015 (zowel in kastermen als in vastgestelde rechten). Wat de niet-fiscale ontvangsten betreft - ongeacht of ze al dan niet aan organieke fondsen toegewezen worden moeten de voorstellen worden uitgewerkt volgens de bijgevoegde tabel in bijlage V. De ingevulde tabel, vergezeld van de verantwoordingsnota's in het Nederlands en het Frans moet samen met de voorstellen betreffende de uitgaven worden ingediend. De verantwoordingsnota s worden opgemaakt op basis van de verwachtingen in termen van vastgestelde rechten en niet langer van de verwachtingen in kastermen, zoals in het verleden. Er moet evenwel een link worden gelegd met de ontvangsten in kastermen om een uitstaand bedrag 'encours' met een meerjarenperspectief te kunnen vaststellen. De FOD's / departementen worden verzocht hun begrotingsfiches betreffende de niet-fiscale ontvangsten te actualiseren met het oog op de begrotingsbesprekingen (bijlage VI). Het eerste deel van de inlichtingen gevraagd in bijlage VII zal de "verantwoordingsnota s" vormen die ter ondersteuning van de Middelenbegroting gepubliceerd moeten worden. Bijzondere aandacht moet hierbij besteed worden aan de verantwoording op het vlak van het volume- en het prijseffect. De laatste jaren werd immers meermaals vastgesteld dat de verwezenlijkte ontvangsten zeer sterk afweken van de geraamde ontvangsten. Er wordt derhalve op aangedrongen om de ramingen te baseren op zo realistisch mogelijke uitgangshypothesen. Deze hypothesen moeten worden vermeld in de voorstellen. De FOD s / departementen worden verzocht een omstandige uitleg bij te voegen als er significante verschillen zijn tussen de verwachtingen inzake vastgestelde rechten en in kastermen. De richtlijnen voor de druk en de voorstelling van de documenten zijn dezelfde als voor de uitgaven ( vormelijke voorstelling van de documenten voor de drukkerij van de Kamer; bijlage IX). De FOD s / departementen worden verzocht om, bij het overmaken aan de FOD Budget en Beheerscontrole, een versie op papier en een elektronische versie te bezorgen van hun teksten, tabellen en van de verantwoordingsnota s. Die zullen rechtstreeks worden voorgesteld (als parlementair document) in de vorm van de Middelenbegroting. De niet-fiscale ontvangsten zullen gedetailleerd worden onderzocht in het kader van de bilaterale vergaderingen De Algemene uitgavenbegroting De wettekst van de algemene uitgavenbegroting Alle wetsartikelen en in het bijzonder de voorgestelde nieuwe bepalingen, moeten het voorwerp uitmaken van een omstandig advies van de Inspectie van Financiën en moeten een uitdrukkelijke akkoordbevinding hebben van de Minister van Begroting. Bovendien moet er over worden gewaakt dat de wetsbepalingen verenigbaar zijn met de nieuwe organisatiestructuren, maar ook met de bepalingen van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat en van de wet van 22 mei 2003 tot wijziging van de wet van 29 oktober 1846 op de inrichting van het Rekenhof. 5

9 Zo hebben sinds 2009 de begrotingsafwijkingen op artikel 15 van de organieke wet op het Rekenhof geen bestaansreden meer. Immers, samen met de afschaffing van het voorafgaand visum van het Rekenhof werd ook een einde gemaakt aan het stelsel van kredietopeningen en fondsenvoorschotten (de artikelen 14 en 15 van de organieke wet op het Rekenhof gelden niet meer voor de FOD s in het FEDCOM-systeem). Wat de fondsenvoorschotten betreft, kan worden verwezen naar artikel 66 van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat. Op grond van dit artikel zou een koninklijk besluit moeten worden uitgevaardigd dat de aard bepaalt van de uitgaven die kunnen worden betaald met fondsen voorgeschoten door de Minister van Financiën. Bij ontstentenis van dit besluit zullen bijzondere wetsbepalingen worden opgenomen in de begrotingswet. De FOD s / departementen worden er ook aan herinnerd dat, met toepassing van artikel 48 van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, elke toelage een wettelijke grondslag moet hebben. Bij ontstentenis van een organieke wet moeten de toelagen in een ad hoc bepaling worden opgenomen in de algemene uitgavenbegroting. Zonder wettelijke grondslag mogen geen toelagen worden toegekend ook voor wat betreft de sociale diensten. De aandacht wordt er op gevestigd dat te laat ingediende teksten, (na het begrotingsconclaaf van de Regering) niet meer aanvaard zullen worden De kredietramingen De begrotingsvoorstellen moeten de bestaande beslissingen van de Ministerraad nakomen. De vertrekbasis voor de begrotingsvoorstellen 2013 zijn de aangepaste kredieten 2012, met uitzondering van de one-shots operaties inclusief de bijkomende besparing van 26,271 miljoen op de werkingskredieten, goedgekeurd bij de begrotingscontrole De technische parameters Inzake inflatie moeten volgende hypothesen worden gehanteerd/ Traditionele index van de consumptieprijzen 2012/2011 (Raming Planbureau 02/05/2012) 2013/2012 (Raming Planbureau 02/05/2012) + 2,9 % + 1,9 % gezondheidsindex + 2,7 % + 2,0 % De besparingsmaatregelen Bij de opmaak van de initiële begroting 2012 werden verschillende besparingsmaatregelen beslist (notificaties van 1 december 2011). Voor de opmaak van de begrotingsvoorstellen moeten deze besparingsmaatregelen in rekening worden gebracht en wel in lopende prijzen: 1. Personeelskredieten Op de initiële begroting 2012 werd een vermindering van 120 miljoen euro evenredig toegepast op de personeelskredieten voor het geheel van de overheidsdiensten, met inbegrip van de speciale korpsen. Voor 2013 zal deze vermindering 210 miljoen euro bedragen en 215 miljoen euro in Voor de begroting 2013 betekent dit een bijkomende besparing van 90 miljoen EUR. Deze vermindering zal prorata worden toegepast. 6

10 2. Beter interdepartementaal beheer Om het interdepartementale beheer te verbeteren, werden er verschillende voorstellen gedaan om in miljoen euro te besparen. Dat bedrag wordt voor 2013 opgetrokken tot 30 miljoen en tot 45 miljoen in De verdeling van de in 2013 voorziene bijkomende besparing van 15 miljoen euro zal worden besloten tijdens het begrotingsconclaaf Werkings- en investeringskredieten De kredieten voor werking (basisallocaties 12) en investeringen (met inbegrip van de militaire) werden in 2012 met 2,1% verminderd, zijnde respectievelijk 41 en 9,5 miljoen euro. Op het begrotingsconclaaf voor de begroting 2012 heeft de regering besloten keur te besparen op de werkingskredieten van de FOD's in Een deel van deze besparingen kwam al tot stand in In 2O13 moeten nog besparingen worden doorgevoerd voor keur in vastlegging en keur in vereffening (berekeningsbasis van 6 december 2011). Vastlegging totaal Vereffening totaal De perimeter van deze besparingen is dezelfde als bij de initiële begroting Kredieten van de beleidscellen In 2012 werd er op de kredieten van de beleidscellen 3,0 miljoen euro bespaard. In 2013 wordt dat 3,1 miljoen en 6,2 miljoen in Voor de begroting van 2013 is dit een bijkomende besparing van 100 keur. 5. Facultatieve toelagen De beslissing betreffende de besparing op de facultatieve toelagen werd bij de begrotingscontrole 2012 gewijzigd. 6. Dotatiebegroting Op de dotatiebegroting, met uitzondering van de civiele lijst, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, werd er op de begroting ,4 miljoen bespaard. Dit wordt een besparing van 12,6 miljoen in 2013 en 12,9 miljoen euro in De in 2012 gestemde wettelijke bepalingen zullen worden gerespecteerd. 7. Instellingen van openbaar nut en aanverwante Op de uitgaven voor personeel en werking van de instellingen van openbaar nut en andere met de federale staat geconsolideerde entiteiten (met uitzondering van de OISZ waarvoor een aparte maatregel geldt) werd er op de begroting miljoen bespaard. In 2013 wordt dit 22 miljoen en 23 miljoen in Dit betekent een bijkomende besparing van 11 miljoen op de begroting Hiervoor wordt 7

11 dezelfde verdeling gebruikt als werd toegepast voor de besparing op de begroting van Landsverdediging Op de vereffeningskredieten werd 15 miljoen euro bespaard in Dit wordt 25 miljoen euro in 2013 en 35 miljoen euro in Dit betekent een bijkomende besparing van 10 miljoen op de begroting Ontwikkelingssamenwerking De besparing van 145 miljoen in 2012 wordt aangehouden in 2013 en zal opgetrokken worden tot 310 miljoen in De NMBS-groep De exploitatie- en investeringsdotaties van de Staat zullen met 70 miljoen euro verminderd worden in 2013, rekening houdend met de verhoging van 10 miljoen euro van de exploitatiedotatie van de NMBS. Anderzijds zal de reorganisatie van de groep de exploitatiedotaties met 20 miljoen euro laten verminderen. In 2014 wordt dat respectievelijk 100 miljoen euro en 50 miljoen euro. In vergelijking met de begroting 2012 betekent dit een daling van de besparing met keur, van keur naar keur De verschillende enveloppes Er zal een onderscheid worden gemaakt tussen volgende enveloppen: Beleidscellen Personeelsenveloppen Werkingsenveloppen Grote posten 1) Beleidscellen Mutatis mutandis worden de kredieten 2013 voor de beleidscellen op dezelfde manier berekend als voor de overheidsdiensten (rekening houdend met de specifieke besparingen waartoe de Ministerraad op 1 december 2011 heeft beslist; zie punt 4 van ) Personeelsuitgaven De departementen zullen de voorziene afvloeiingen voor 2013 communiceren, hetzij door stopzetting van de carrière, hetzij door pensionering. a. FOD s / departementen met personeelsenveloppe Om de besparingen die in de begrotingen 2009, 2010, 2011 en 2012 zijn gerealiseerd, structureel in stand te houden, wordt voor de personeelsuitgaven 2013 het principe aangenomen dat de personeelsenveloppen zoals vastgelegd in de omzendbrief 613 bis strikt worden gerespecteerd, net als de beslissingen genomen bij de opmaak van de initiële begroting Als de FOD s / departementen strengere specifieke regels hebben betreffende de evolutie van hun personeelsbestand, moeten ze deze regels bij voorrang toepassen. De personeelsenveloppen voor 2013 worden als volgt vastgelegd: Uitgangspunt: personeelskredieten aangepaste begroting

12 + indexaanpassing - specifieke besparingen voor keur waartoe de Ministerraad heeft beslist op 1 december 2011 (verdeling tegen au prorata). De initiële begroting 2012 werd berekend tegen een vereffeningscoëfficiënt van: - 1,5666 voor de FOD's, POD's en departementen die in 2011 nog niet werkten in FEDCOM ; - 1,5692 voor de FOD's, POD's en departementen die in 2011 al werkten in FEDCOM. In maart 2012 werden de wedden aangepast aan de index. De volgende overschrijding van de spilindex wordt verwacht eind Dit betekent een vereffeningscoëfficiënt van 1,6084 voor de wedden begin Tegen deze achtergrond wordt de indexeringscoëfficiënt voor 2013: - 1,6084/1, = 2,67 % voor de FOD's, POD's en departementen die in 2011 nog niet werkten in FEDCOM; - 1,6084/1,5692-1= 2,50% voor de FOD's, POD's en departementen die in 2011 al werkten in FEDCOM. In de geest van de rondzendbrief nr. 613 van 13 februari Informatie inzake de personeelsenveloppes 2012 en 2013 en de personeelsplannen 2012, bijgewerkt door een latere versie 613 bis, zal indien nodig de interdepartementale provisie volgende kosten dekken: - De meerkosten door de indexaanpassing van de wedden in 2013 in zover deze aanpassing gebeurt voor 1 januari 2014; - De betaling van de achterstallige competentietoelagen. b. FOD s /departementen zonder personeelsenveloppe Voor de FOD s /departementen die geen personeelsenveloppe hebben, worden de kredieten op analoge wijze berekend. Wij vragen hen het bestand te gebruiken uit bijlage 3 en die in Excel formaat te sturen naar de FOD B&B, na validering door de Inspectie van Financiën. c. Opmerking: ter herinnering: de basisallocaties met economische code of Betalingen voor gedetacheerd personeel, zullen worden geïndexeerd op grond van de parameters die gelden voor de personeelsuitgaven. Voorts zullen de forfaitaire onkostenvergoedingen (fiscaal niet belastbaar) aan het personeel worden aangerekend op een basisallocatie of 12.xx.99. Ze zullen worden aangepast aan de index volgens de parameters die gelden voor de werkingskredieten. 3) Werkingsuitgaven De totale groei per FOD / departement van de werkingskredieten (algemene en specifieke kosten) die in aanmerking wordt genomen bedraagt 1,9 %, ofwel de inflatie in vergelijking met de oorspronkelijke kredieten Wat betreft de specifieke werkingskredieten moet de indexering verantwoord worden. Het departement moet de meerjarenplanning van de kredieten respecteren. 4) Grote posten De groei van deze basisallocaties is gelijk aan 1,9 %, tenzij een specifieke regelgeving in een indexaanpassing of een andere aanpassing voorziet. 5) Interdepartementale provisies 5.1.Kosten voor schadevergoedingen en gerechtskosten 9

13 De kosten voor schadevergoedingen en de gerechtskosten in verband met gerechtelijke geschillen zullen net als vroeger worden uitgetrokken op de interdepartementale provisie. Om hierop een beroep te kunnen doen, zullen de FOD s / departementen evenwel samen met hun begrotingsvoorstellen een lijst met hangende zaken moeten indienen. Ze geven daarbij ook een risicobeschrijving en -analyse voor het jaar 2013, volgens het model van bijlage X. Geschillen die niet in deze tabel zijn vermeld, zullen niet kunnen worden gedekt door de interdepartementale provisie, tenzij het om nieuwe geschillen gaat. Het betreft gerechtskosten in rechtszaken die reeds in een fase na het hof van beroep zijn waarbij beslist werd niet in beroep te gaan, waarvoor de termijn om in beroep te gaan afgelopen is Verhuiskosten Een beroep op de provisie voor verhuiskosten zal pas mogelijk zijn als bewezen is dat de verhuis zal resulteren in een structurele daling van de begrotingslast van de huisvesting van de ambtenaren, behalve als er een beslissing is door de Ministerraad. Via de interdepartementale provisie kunnen FOD s en departementen kredieten verkrijgen voor verhuisbewegingen. Het moet gaan om de kosten van de verhuis zelf of om onroerende basisuitrusting van een gebouw of de basisuitrusting die noodzakelijk is voor de specifieke werking van een dienst. De provisie is niet bedoeld voor kosten zoals huurkosten en aankoop van nieuw meubilair. Al de kosten opgesomd in artikels 1719, 1720 en volgende van het Burgerlijk Wetboek, vallen ten laste van de verhuurder. De FOD s en departementen dienen hun eventuele verhuisbewegingen in 2013 te communiceren. 5.3 Competentietoelagen In overeenstemming met ) personeelskosten, kan voor wat betreft de competentietoelagen geen beroep gedaan worden op de provisie behalve voor de achterstallen van de competentietoelagen. De recurrente meerkosten moeten binnen de personeelsenveloppe worden opgevangen. 6) Uitgaven die worden beïnvloed door wisselkoersschommelingen Voor uitgaven met een bedrag in US dollar, Zwitserse frank of yen worden de kredieten bepaald in functie van volgende wisselkoersen : 1 EUR = 1,2669 USD (US dollar, 16 januari 2012); = 97,250 JPY (yen, 16 januari 2012); = 1,2011 CHF (Zwitserse frank, 11 april 2012); Voorstelling van de begrotingsvoorstellen exl Budget (bijlage 1) De kredietvoorstellen voor 2013 zullen worden overgemaakt door middel van het Excel bestand in bijlage 1. De FOD s/pod s/departementen kunnen het terugvinden op de daartoe aangemaakte sharepoint. Dit nieuw rapporteringssysteem biedt de volgende voordelen: - de begrotingsvoorstellen zijn traceerbaar: o Kolom A = index personeel/werking + niet automatische index + wisselkoerseffect; 10

14 o o o o Kolom B = voorstel van volumeschommeling + maatregelen ambtenarenzaken (geen enkele voor de uitwerking van de initiële begroting 2013); Kolom B = besparingen beslist op het begrotingsconclaaf bij de opmaak van de begroting 2012 en de begrotingscontrole 2012: personeel, werking, instellingen van openbaar nut en andere; Kolom B = voorgestelde en toegestane compensaties; Kolom met verantwoording om de voorstellen en compensaties samen te vatten. Er is een totaal overzicht van alle begrotingsvoorstellen; - Sommige berekeningen gebeuren automatisch, waardoor er minder werk is om de gegevens in te brengen: o Berekeningsbasis 2012; o Index voor personeel- en werkingskosten (kolom 4a); o Besparingen op personeelskredieten (prorata keur, kolom 8a), op werkingskosten (saldo keur en keur interdepartementaal beheer, kolom 8b) en op de instellingen van openbaar nut: keur (kolom 8c). o Begrotingsvoorstellen die voortvloeien uit alle kolommen; o Minder coderingswerk voor de FOD B&B; o Minder risico op fouten dan bij manuele inbreng van de gegevens.. - De FOD's voeren hun begrotingsvoorstellen in in de kolommen C en C (met validering nadien door de FOD B&B voor bespreking in bilaterale vergadering); - Een enkel bestandsformaat voor alle overheidsdiensten. Hieronder volgt een gedetailleerde beschrijving van de kolommen. 1) De aangepaste kredieten 2012 (kolom 1) Hier komen de cijfers uit het eerste bijblad voor de aanpassing van de begroting 2012 (begrotingscontrole 2012 ingediend bij het Parlement). 2) Technische correcties (kolom 2) In deze kolom komen de kredieten die eenmalig moeten worden geschrapt, de bijkomende kredieten als gevolg van maatregelen beslist in 2012 of elke andere technische correctie, onder meer het besparingsvoorstel van de Voorzitters ( keur). De FOD s worden gevraagd om het te besparen bedrag te verdelen over de basisallocaties van de werkingskredieten. 3) Berekeningsbasis 2012 (kolom 3 = kolom 1 + kolom 2) 4) Index (kolommen 4a en 4b) Sommige basisallocaties kunnen, naargelang hun aard, automatisch worden aangepast aan de index.. De basisallocaties met volgende analytische codes kunnen worden aangepast aan de index volgens de personeelsindex, cfr : 2.67% voor de niet FEDCOM FOD's in 2011 en 2,50% voor de FEDCOM FOD's in 2011 (kolom 4a): 1 Personeelskredieten 11 personeelsenveloppe et 1104 buiten de enveloppe 13 specifieke personeelskredieten (11.06, enz....) 14 BA of Betaling voor gedetacheerd personeel 15 Bijzondere korpsen (rechterlijke orde, Raad van State, IF, militair 11

15 personeel, Federale Politie) Bijkomende personeelsenveloppe 7 Beleidsorganen 71 Personeelskredieten 4 Variabele kredieten 41 Personeelskredieten De bedragen op de basisallocaties met volgende analytische codes kunnen worden aangepast aan de index volgens de werkingsindex: 1.9% (kolom 4a) : 2 Werkingskredieten 21 Algemene werkingskredieten (inclusief BA of Forfaitaire onkostenvergoedingen (fiscaal niet belastbaar) aan het personeel ) 22 specifieke werkingskredieten 23 specifieke werkingskredieten defensie 3 Grote posten 31 Geïndexeerde grote posten 4 Variabele kredieten 42 Werkingskredieten 5 Andere 51 Dotaties en toelagen 52 Andere 7 Beleidsorganen 72 Werkingskredieten De bedragen op de basisallocaties met volgende analytische codes kunnen niet automatisch worden aangepast aan de index (kolom 4b) omdat ze specifiek zijn: 3 Grote posten 32 Grote posten met een specifieke berekening 4 Variabele kredieten 43 Andere met een specifieke berekening 6 Posten met een specifieke berekening 60 Alle toelagen met een specifieke berekening 8 Speciale categorieën 81 Dotaties 82 Rijksschuld (interesten) 83 Rijksschuld (aflossingen) 84 Financiering EU 85 Provisie 5) Wisselkoersschommelingen (kolom 5) Hier komt het geraamd bedrag dat verbonden is aan de wisselkoersschommelingen. 6) Kolom A (Parameters) = Index (kolommen 4a en 4b) + Wisselkoersschommelingen (kolom 5) 7) Maatregelen ambtenarenzaken (kolom 6) In deze kolom komen de maatregelen van ambtenarenzaken die specifiek de personeelskredieten betreffen. Bij de opmaak van de begroting 2013 is geen enkele bijkomende maatregel gepland buiten de rondzendbrief nr. 613 van 13 februari Informatie inzake de personeelsenveloppes 2012 en 2013 en de personeelsplannen ) Voorstel tot volumeschommeling (kolom 7) 12

16 Hier brengt het departement de geraamde volumeschommelingen aan, voor zover het departement geen invloed kan uitoefenen op deze schommelingen. Deze moeten worden gevalideerd door de Inspectie van Financiën en door de FOD B&B (dotatie voor de OCMW's, gewaarborgd inkomen voor ouderen, enz.). 9) Kolom B (Volume) = Maatregelen ambtenarenzaken (kolom 6) + Voorstel tot volumeschommeling (kolom 7) 10) Besparingen op personeelskredieten (kolom 8a) In deze kolom wordt de verdeling weergegeven tegen prorata van de besparing van keur op de personeelkredieten waartoe de regering heeft beslist op het conclaaf bij de opmaak van de begroting 2012 voor het jaar 2013 (ESR code 11 min BA (Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers) en (vakbondspremies)). De perimeter van deze besparingen is dezelfde als bij de initiële begroting ) Besparingen op de werkingsmiddelen (kolom 8b) De regering heeft beslist op het conclaaf bij de opmaak van de begroting 2012 voor het jaar 2013 een besparing door te voeren op de werkingskosten van de departementen voor keur. Een deel van deze besparingen kwam al tot stand in In 2O13 moeten nog besparingen worden doorgevoerd voor keur in vastlegging en keur in vereffening (berekeningsbasis van 6 december 2011). Vastlegging Totaal Vereffening Totaal De perimeter van deze besparingen is dezelfde als bij de initiële begroting 2012 (BA met ESR code SEC 12,13,71,72,73,74 zonder de overheidsschuld). 12) Besparingen bij de instellingen van openbaar nut en aanverwanten (Kolom 8c) De regering heeft beslist op het conclaaf bij de opmaak van de begroting 2012 een besparing van keur door te voeren op de dotaties van de instellingen van openbaar nut en aanverwanten. In kolom 8c komt de verdeling van deze besparing in De perimeter van deze besparingen is dezelfde als bij de initiële begroting ) Andere besparingen (Kolom 8D): in deze kolom komen de andere besparingen die niet automatisch kunnen worden berekend, onder meer deze waartoe de regering heeft beslist bij de opmaak van de begroting 2012 en bij de begrotingscontrole 2012 (cf ). 14) Kolom B (besparingen) = besparingen op personeelskredieten (kolom 8a) + besparingen op de werkingsmiddelen (kolom 8b) + besparingen bij de instellingen van openbaar nut en aanverwanten (kolom 8c) + andere besparingen (kolom 8d) 15) Kolom B = voorstellen tot compensatie (kolom 9) Hier kunnende FOD's/POD s/departementen hun voorstellen tot compensatie tussen de basisallocaties van hun sectie inbrengen. Deze moeten dan wel: 1) NEUTRAAL zijn in totaal. 2) voor de werkingsmiddelen moeten ze gebeuren tussen basisallocaties met de volgende ESR codes: - 11.xx.05, - 12.xx.01 tot 12.xx.07, 13

17 - 74.xx.01 tot 74.xx xx15. 3) voor de personeelskredieten moeten ze gebeuren tussen basisallocaties uit een zelfde personeelsenveloppe, met inbegrip van de basisallocaties met ESR code of betalingen voor gedetacheerd personeel; 4) voor de andere basisallocaties moeten de compensaties gebeuren in het kader van artikel 52 van de wet van 22 mei 2003 houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat. In theorie kunnen voorstellen tot compensatie die niet passen in deze vier gevallen, niet worden aanvaard. Ze zullen moeten worden besproken in bilaterale vergadering. Omwille van de traceerbaarheid moeten de voorstellen tot compensatie per basisallocatie worden verantwoord in kolom 15 Verantwoording. 16) Kolom C (kolom 10c) In kolom C komen alle nieuwe uitgaven naast de volume-effecten met een wettelijke grondslag en die onmiddellijk uitvoerbaar zijn: wettelijk onvermijdbare uitgaven waarvoor uitvoeringsbesluiten genomen zijn en waarvan het bedrag is gekend. 17) Kolom C (kolom 10c ) In kolom C' komen alle nieuwe uitgaven met een wettelijke grondslag, maar die niet onmiddellijk uitvoerbaar zijn: - de Ministerraad heeft een beslissing genomen; er is nog geen uitvoeringsbesluit en / of het bedrag is nog niet gekend; - er is een wet gepubliceerd zonder uitvoeringsbesluit of zonder dat enige beslissing over de financiering is genomen. 18) Totaal begrotingsvoorstel T (kolom 11) Dit is het voorstel van de FOD/POD/departement. Deze kolom moet overeenstemmen met de som van de vorige kolommen (kolom 3 + A+B+B +B +C+C ). 19) Meerjarenramingen (kolom 12,13 en 14) De FOD s / departementen worden verzocht hier hun meerjarenramingen te leveren om die te bespreken op de technische bilaterale vergaderingen. Ze vullen daartoe deze kolom in, die per basisallocatie de meerjarenramingen bevat over de jaren 2014, 2015 et Deze ramingen zullen vervolgens moeten worden herzien op basis van de eindbeslissingen over de begroting De aandacht van de FOD s / departementen wordt gevestigd op het belang van de budgettaire meerjarenramingen (jaren 2014 tot 2016). Immers niet enkel de verwezenlijkingen van het afgelopen begrotingsjaar bepalen de context waarin de begroting zal worden opgemaakt, maar ook de meerjarenramingen. De projectie voor de jaren 2014 tot 2016 zal gebeuren tegen constante prijzen van 2013 en met strikte naleving van de notificaties van het begrotingsconclaaf 2012 en van de Ministerraad van 1 december 2011 (besparingsmaatregelen, cf ). Dit betekent dat voor deze periode enkel de volumeschommelingen in aanmerking zullen worden genomen. Deze schommelingen moeten verantwoord worden. 20) Verantwoording door de FOD per BA en van de compensatiebewegingen in kolom B'' (kolom 15) In deze kolom komt een samenvatting van de begrotingsvoorstellen per BA. De verantwoording moet slaan op het gehele krediet. Bijvoorbeeld: 14

18 - De compensatiebewegingen in kolom B''; - Een korte beschrijving van het voorstel, het project en/of onderdelen ervan Vormelijke voorstelling van de documenten voor de drukkerij van de Kamer De FOD s / departementen worden aldus verzocht hun kredietaanvragen voor 2013 te bezorgen volgens het in punt beschreven model. Voor de organieke fondsen dienen de uitgavenvooruitzichten (variabele kredieten en vastleggingmachtigingen) eveneens in deze tabel te worden opgenomen. De vooruitzichten die daarentegen betrekking hebben op de evolutie van de ontvangsten en van het beschikbare saldo, zullen op aparte fiches vermeld worden volgens het model van bijlage IV. Om het de drukkerij van de Kamer gemakkelijker te maken, om het risico op fouten minimaal te houden en de eenvormigheid van de voorstelling van de documenten te waarborgen, wordt de FOD s / departementen met aandrang gevraagd de volgende vormelijke regels uit bijlage IX na te leven bij de opmaak van hun documenten. Documenten die niet voldoen aan deze voorschriften zullen niet in aanmerking worden genomen Nieuwe initiatieven In dit stadium van de besluitvorming wordt geen enkel nieuw initiatief toegelaten tenzij initiatieven die volledig worden gecompenseerd binnen een sectie van de begroting en in overeenstemming zijn met de richtlijnen in deze omzendbrief. In dat geval kunnen deze ingeschreven worden als volume in kolom B. Bovendien moeten kredieten die op vorige begrotingsconclaven werden toegekend voor eenmalige operaties, worden afgetrokken van de kredietbasis in de kolom "technische correctie" (zie punt ). De FOD's / departementen zullen een lijst bezorgen van deze operaties (Orde-)rekeningen van de thesaurie De FOD s/ departementen worden verzocht om, geval per geval, de noodzakelijkheid te verantwoorden van een negatief saldo van de betrokken (orde-)rekeningen van de thesaurie (hoofdzakelijk de orderekeningen van het type B +), in afwachting van aanzuivering via ontvangsten. Daarenboven moet voortaan elke wettelijke bepaling waarbij een (orde-)rekening van de thesaurie de toestemming krijgt om een negatief saldo te vertonen, het maximum toegelaten bedrag bepalen. Indien dit vooraf bepaald bedrag overschreden wordt, zal hiervoor aan de Minister van Begroting een dossier met advies van de Inspectie van Financiën voor gemeenschappelijk akkoord met de Minister van Financiën moeten worden voorgelegd De verantwoording van de voorstellen (de begrotingsfiches) De verantwoordingsnota s moeten in de vorm van begrotingsfiches voorgesteld worden. Ter herinnering: de departementale verantwoordingsnota s moeten volgende elementen bevatten: per organisatieafdeling: de toegewezen opdrachten; 15

19 per programma: de nagestreefde doelstellingen (te bepalen op een precieze, concrete en meetbare wijze) en de aan te wenden middelen om deze te bereiken (zowel voor personeel als voor werking en investering); per basisallocatie: de cijferreeks die de verwezenlijkingen van het jaar n-2, de aangepaste kredieten van het jaar n-1, de kredieten van het jaar n en de meerjarenramingen n+1 tot n+3 bevat. De informatie betreffende de nagestreefde doelstellingen moet het volgende inhouden: de indicatoren die een reële evaluatie van de verwezenlijking van de programma s mogelijk maken; de concrete en becijferde gegevens over de resultaten behaald tijdens de vorige jaren. Gelet op het belang van deze verantwoordingen in het raam van de programmabegroting, moeten ze met dezelfde aandacht als de eigenlijke begrotingsvoorstellen kunnen worden onderzocht en bijgevolg tezelfdertijd worden ingediend. Het is door middel van de begrotingsfiches dat de opportuniteit en de berekening van het krediet van een begrotingsprogramma enerzijds, en van zijn basisallocaties anderzijds, zullen moeten worden verantwoord. De begrotingsfiches moeten bijgevolg alle elementen (juridische grondslag, prijs- en volumefactoren, index ) detailleren die het mogelijk moeten maken de uitgavenkredieten te berekenen. De departementen moeten bij hun begrotingsvoorstellen slechts een gedrukte versie van hun begrotingsfiches voegen en niet de elektronische versie. Deze zal na de bilaterale vergaderingen geactualiseerd worden en dan aan de FOD Budget en Beheerscontrole bezorgd worden voor verwerking door de drukkerij van de Kamer van volksvertegenwoordigers. Hiertoe zullen te gelegener tijd geëigende instructies worden meegedeeld De Staatsdiensten met afzonderlijk beheer Zij moeten de algemene regels van de begrotingsopstelling volgen, en met name hun begrotingsvoorstel met de verantwoordingen voorstellen met de andere voorstellen van het departement De instellingen van openbaar nut De leidinggevende ambtenaren van de instellingen van openbaar nut onderworpen aan het gezag, de controle of het toezicht van de Staat en behorend tot het federaal administratief openbaar ambt, worden verzocht aan de hiernavolgende punten bijzondere aandacht te schenken. Net als de ministeriële departementen en terzelfder tijd met deze, moeten alle "parastatalen" een voorafbeelding van de begroting bezorgen, niettegenstaande de wettelijke en reglementaire bepalingen en termijnen, die ze trouwens moeten naleven met betrekking tot de definitieve en volledige opmaak van hun ontwerpbegroting. Dezelfde principes als voor de departementen zijn mutatis mutandis van toepassing, zowel voor de uitgaven als voor de besparingen op personeel en werking. De instellingen van openbaar nut die een dotatie ontvangen en over eigen inkomsten beschikken moeten de kostprijs van de indexering naar rato opsplitsen in hun dotatie en in hun eigen inkomsten. Deze voorafbeelding zal betrekking hebben op het komende jaar met vermelding van de bijgewerkte vooruitzichten van het lopende jaar en de verwezenlijkingen van het voorbije jaar. Bovendien moeten de parastatalen ook een budgettaire meerjarenraming voor de periode bezorgen. Elke instelling van openbaar nut moet ook haar balans en haar 16

20 uitvoeringsrekening overleggen. Voor wat betreft de instellingen van openbaar nut die een financiële tegemoetkoming krijgen uit de Rijksbegroting (in de vorm van dotatie, subsidie of alternatieve financiering ), zullen hun voorafbeeldingen van de begroting moeten worden voorgesteld in de vorm die hun definitieve begroting zal aannemen. Daarin zal de tabel met ontvangsten en uitgaven opgenomen worden volgens de volledige nomenclatuur per artikel en per littera. De besprekingen in de fase van de bilaterale vergaderingen zullen voornamelijk slaan op de volledige begrotingstabellen en de bijhorende verantwoordingsnota s die ook in hun definitieve vorm gepresenteerd worden en vervolgens op de financiële tegemoetkoming van de Staat. Het gaat er dus om dat de volledige begroting wordt besproken en niet louter en alleen de tegemoetkoming van de Staat. Wat hun beheerskosten betreft, m.a.w. de administratieve ontvangsten en uitgaven, worden de parastatalen verzocht zich te houden aan volgende algemene richtlijnen die ook voor hen gelden: - de personeelsuitgaven: de wijze van berekening van de personeelskredieten - zoals ze is opgesteld voor de federale overheidsdiensten - moet mutatis mutandis worden nageleefd en de gevraagde inlichtingen moeten verplicht worden overgemaakt op hetzelfde ogenblik als deze van de ministeriële departementen; - de werkingskosten: de normen voor de begrotingsartikelen Sociale dienst -, 12 en 74 - voor de parastatalen betreft het de artikelen / Sociale dienst -, 512 en 574, 812, 813 en 873, zijn ook op hen van toepassing. Er moet evenwel opgemerkt dat de hierna volgende uitgaven buiten norm beschouwd worden; zij moeten geval per geval geraamd worden: - Betwiste zaken (art ); - Gewone financiële lasten (art ). Er zal rekening worden gehouden met een eventuele verhoging van de bijdragevoet aan de pool van de PPO-parastatalen Openbare instellingen van sociale zekerheid Net als de ministeriële departementen en de instellingen van openbaar nut, dienen de openbare instellingen van sociale zekerheid een voorafbeelding van de begroting bij constante wetgeving te bezorgen, en dit zonder afbreuk te doen aan de bepalingen en de termijnen zoals bepaald in de wet- en regelgeving, die ze trouwens moeten naleven wat de definitieve en volledige opmaak van de ontwerpbegroting betreft. Deze voorafbeelding van de begroting zal betrekking hebben op het komende jaar met vermelding van de bijgewerkte vooruitzichten voor het lopende jaar en de bekende verwezenlijkingen van het voorbije jaar. Bij uitbreiding moeten de OISZ s ook een budgettaire meerjarenraming voor de periode bezorgen. Die wordt opgesteld tegen constante prijzen, d.w.z. dat de laatste in 2013 bereikte spilindex verondersteld wordt constant te zijn over de periode Gezien over de beheerscontracten nieuwe onderhandelingen zullen volgen, zullen de begrotingsvoorstellen binnen deze heronderhandelingen gekaderd worden. Er zal rekening worden gehouden met een eventuele verhoging van de bijdragevoet aan de pool van de parastatalen (RSZ-PPO) Berekeningsbases, vorm en inhoud De voorafbeelding van de begroting moet wat de vorm en de inhoud betreft, worden opgemaakt volgens de richtlijnen in de omzendbrief van 19 juli 2007 (BS van 14 augustus 17

21 2007). Daarnaast moet aan de samenvattende tabellen bedoeld in punt 3.1 van voormelde omzendbrief een bijlage worden toegevoegd die voor de periode enerzijds en voor de periode anderzijds de bijgewerkte weerslag bevat van de zogenaamde sociale bijsturingsmaatregelen (welzijns- en andere aanpassingen) die sinds 2008 genomen werden Opdrachtenbegroting a) Voor de berekening van de te innen bijdrageontvangsten alsook van de uitgaven inzake sociale prestaties ( opdrachtenbegroting ) moeten de begrotingsramingen van alle instellingen van sociale zekerheid gebaseerd zijn: - voor de voorafbeelding, op de macro-economische hypothesen van het Federaal Planbureau (betreffende o.a. de tewerkstelling, de werkloosheid, de loonmassa, de indexeringen), in de economische begroting die in juni zal worden opgemaakt; - voor het ontwerp van definitieve begroting, op de herziening van die hypothesen die het Federaal Planbureau in september zal uitvoeren; - voor de meerjarenprojectie, op de macro-economische hypothesen van de middellange projecties van het Federaal Planbureau, uitgezonderd de index die wordt behouden op zijn niveau van eind b) Alternatieve financiering en begroting geneeskundige verzorging: De gegevens die het RIZIV aan het Globaal Beheer overzendt, moeten gelijktijdig aan de Minister van Begroting worden bezorgd. Met betrekking tot het principe dat een voorafbeelding wordt gemaakt bij ongewijzigd beleid/constante wetgeving zoals werd uitgelegd in de inleiding, mag de weerslag van wettelijke of regelgevende bepalingen die elk jaar moeten worden hernieuwd of verlengd (bijvoorbeeld: sociaal statuut, belasting op de omzet van de farmaceutische industrie, enz.) in de voorafbeelding worden opgenomen. Daarbij moet wel rekening worden gehouden met de volume-effecten maar moeten dezelfde parameters worden gebruikt (eventueel geïndexeerd) als in De voorafbeelding (tabel) van de begroting 2013 inzake geneeskundige verzorging, die het RIZIV in september 2012 aan het Globaal beheer moet bezorgen, vermeldt het verschil tussen de begrotingsdoelstelling 2013 berekend volgens de bepalingen van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994, artikel 40, en de technische ramingen van het RIZIV (de zogenaamde technische berekeningen ) bedoeld in artikel 38, 4 de en 5 de lid van dezelfde wet. Binnen de begrotingsdoelstelling moeten alle nieuwe voorstellen 2013 (initiatieven en besparingen) zowel op jaarbasis (12/12den) als in functie van de inwerkingtreding voorgesteld worden. De weerslag op de begroting van de Staat (sectie 25 van de Algemene Uitgavenbegroting) moet eveneens voorgesteld worden op jaarbasis (12/12den) als in functie van de inwerkingtreding. Deze impact op de Staat op jaarbasis moet gecompenseerd worden binnen de begrotingsdoelstelling. De uitgaven van de begroting voor geneeskundige verzorging die buiten de begrotingsdoelstelling vallen, met name de lijst van de artikelen 56, zullen door de Regering worden besproken tegelijk met de bepaling van de algehele begrotingsdoelstelling Beheersbegroting Voor de berekening van de kredieten van de beheersbegroting (personeelsuitgaven, werkingsuitgaven en investeringsuitgaven), moet men als berekeningbasis de beheersbegroting gebruiken zoals die opgenomen is in de bestuursovereenkomst voor het begrotingsjaar Deze bedragen worden vervolgens aangepast overeenkomstig de bepalingen van de bestuursovereenkomst en op basis van de volgende indexeringsparameters: 18