RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ GROENHORST COLLEGE, VESTIGING VELP. afdelingen vmbo-b, vmbo-k en vmbo-(g)t

Transcriptie

1 RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ GROENHORST COLLEGE, VESTIGING VELP afdelingen vmbo-b, vmbo-k en vmbo-(g)t Plaats: Velp BRIN-nummer: 25GV Onderzoeksnummer: Onderzoek uitgevoerd op: 9 februari 2010 Conceptrapport verzonden op: 9 april 2010 Rapport vastgesteld te Utrecht op: 3 juni 2010

2 Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm. Pagina 2 van 9

3 1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 9 februari 2010 een onderzoek uitgevoerd op Groenhorst College, locatie Velp, afdeling vmbo-b, vmbo-k en vmbo-(g)t om na te gaan of er sprake is van tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving. Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende. Over de school is een ernstig signaal van een oud-leerling binnengekomen, waarover het bestuur door de vertrouwensinspecteur is geïnformeerd. Onderzoeksopzet In dit onderzoek zijn de normindicatoren beoordeeld uit het Toezichtkader Voortgezet Onderwijs Daarnaast zijn de voor dit onderzoek relevante indicatoren van het Onderwijsleerproces, Kwaliteitszorg en Zorg en Begeleiding en een aantal nalevingsaspecten betreffende wet- en regelgeving beoordeeld. Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten. Gesprekken met directie, leraren, leerlingen en zorgcoördinatoren. Lesobservaties in twaalf lessen. Analyse van de volgende documenten o Document Verantwoording & Planning o Kaderdocument vmbo 2013 o Zorgplan o Adviserings- en plaatsingsbeleid Groenhorst College, d.d. 29 januari 2010 o Zelfanalyse en verbeterplan o Informatie over de verschillen tussen SE- en CE-cijfers wiskunde, Engels en Nederlands, leerweg GL o Zelfanalyse VO-waarderingskader GHC Velp, januari 2010 Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader Voortgezet Onderwijs In het jaarwerkplan verantwoordt de inspectie welke wettelijke aspecten zijn onderzocht. Al deze documenten zijn te vinden op Opbouw rapport In hoofdstuk 2 zijn de bevindingen uit het onderzoek op het gebied van de onderwijskwaliteit en de wettelijke voorschriften weergegeven. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin tekortkomingen worden toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. Pagina 3 van 9

4 Pagina 4 van 9

5 2. BEVINDINGEN GROENHORST COLLEGE, VESTIGING VELP, AFDELINGEN VMBO-B, VMBO-K EN VMBO-(G)T 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. De inspectie heeft daarnaast onderzocht of wordt voldaan aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) Bij wet- en regelgeving is in de waardering tot uitdrukking gebracht of de school wel (ja) of niet (nee) voldoet aan de genoemde wettelijke vereisten. Resultaten 1.1 * De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-b. 1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-k. 1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-(g)t * De leerlingen van de opleiding vmbo-b behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.3 * De leerlingen van de opleiding vmbo-k behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.3 * De leerlingen van de opleiding vmbo-(g)t behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4 * Bij de opleiding vmbo-b zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. 1.4 * Bij de opleiding vmbo-k zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. 1.4 * Bij de opleiding vmbo-(g)t zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. Leerstofaanbod 2.1 * De aangeboden leerinhouden in de onderbouw voldoen aan de wettelijke vereisten. Pagina 5 van 9

6 Leerstofaanbod 2.2 * De aangeboden leerinhouden in de bovenbouw zijn dekkend voor de examenprogramma s. Schoolklimaat 4.1 De ouders zijn betrokken bij de school door de activiteiten die de school daartoe onderneemt. 4.2 De leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school. 4.3 Het personeel voelt zich aantoonbaar veilig op school. 4.4 * De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school. 4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school. 4.7 * Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. 4.8 * De mentoren stimuleren het welbevinden en de motivatie van de leerlingen. Didactisch handelen 5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. Zorg 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. Begeleiding 8.1 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school tijdig de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 8.2 * De school voert de zorg planmatig uit. 8.3 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. 8.4 De school zoekt de structurele samenwerking met ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerlingniveau haar eigen kerntaak overschrijden. Kwaliteitszorg 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school waarborgt de kwaliteit van het schoolexamen en van andere toetsinstrumenten. 9.7 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. Pagina 6 van 9

7 Kwaliteitszorg 9.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving. Wet- en regelgeving N1 N2 N3 N4 N5 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 24a en 24c). Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 24 en 24c). Door of namens het bestuur is het vastgestelde zorgplan van het samenwerkingsverband naar de inspectie gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WVO art. 10h). Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en beide voldoen inhoudelijk aan de wettelijke vereisten (Eindexamenbesluit art. 31). De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WVO art. 10, lid 2; 10b, lid 2; 10d, lid 2; 10f, lid 3a; 11c, lid 1b; 12, lid 5). 2.2 Beschouwing Algemeen beeld Het onderwijsleerproces is over het geheel genomen van voldoende kwaliteit. De totaal oordelen over de opbrengsten van de afdeling vmbo-b, vmbo-k en vmbo-(g)t zijn voldoende. Bij het kwaliteitsaspect zorg en begeleiding is de begeleiding van voldoende kwaliteit, maar zijn er tekortkomingen in de specifieke leerlingenzorg. Kwaliteitszorg is over het geheel voldoende, maar op een aantal onderdelen is verbetering nodig. Aan de beoordeelde aspecten van wet- en regelgeving wordt voldaan. Toelichting Opbrengsten De opbrengsten van de afdelingen vmbo-b, vmbo-k en vmbo-(g)t zijn beoordeeld op basis van de opbrengstenkaarten 2008, 2009 en Het rendement onderbouw is voor alle drie de afdelingen voldoende. Het rendement bovenbouw is voor de afdeling vmbo-b onvoldoende door de onvoldoende scores op de opbrengstenkaarten 2008 en 2009; de opbrengstenkaart 2010 toont een voldoende score. Het rendement bovenbouw voor de afdeling vmbo-k is gemiddeld genomen voldoende, maar toont over de drie jaren heen grote fluctuaties: voldoende in 2008, zeer onvoldoende in 2009 en ruim voldoende in Het rendement van de bovenbouw voor de afdeling vmbo-(g)t is niet beoordeeld vanwege het ontbreken van gegevens over twee van de drie onderzoeksjaren. Voor 2010 is het rendement bovenbouw goed. De examencijfers zijn voor alle drie afdelingen vmbo voldoende. De verschillen tussen de cijfers voor de schoolexamens en voor de centrale examens zijn voor de afdelingen vmbo-b en vmbo-k gering. Voor de afdeling vmbo-(g)t zijn de verschillen groot. De school heeft de opbrengsten goed in beeld en heeft beleid ontwikkeld om de opbrengsten op voldoende niveau te brengen en te houden. Dat lukt nog in onvoldoende mate wat betreft de verschillen tussen cijfers voor het schoolexamen en voor het centraal examen in de afdeling vmbo-(g)t. Deze verschillen zijn over meerdere jaren bij de vakken Nederlands, Engels, wiskunde, natuur- scheikunde en dierverzorging groter dan één punt, waar de Pagina 7 van 9

8 toegestane afwijking een half punt is. Hier is sprake van een structureel probleem, dat door de maatregelen van de afgelopen jaren niet is opgelost. Onderwijsleerproces Het onderwijsleerproces is over het geheel genomen van voldoende kwaliteit. Wel moet opgemerkt worden dat in enkele lessituaties sprake was van weinig taakgerichtheid en waren leerlingen matig tot slecht betrokken bij de onderwijsactiviteiten. De verschillen tussen de lessen zijn in dit opzicht groot. Het schoolklimaat, als onderdeel van het onderwijsleerproces, is van voldoende kwaliteit. Het personeel van de school weet een bijzonder respectvolle omgang met en tussen de leerlingen te realiseren. Het veiligheidsbeleid van de school is op orde; de bestaande beleidsnotities worden in dit cursusjaar geactualiseerd en waar nodig wordt het beleid verder geëxpliciteerd. Een belangrijk punt van aandacht is het ontbreken van eenheid van handelen van het lerarenteam naar de leerlingen t.a.v. aspecten als verzuim, (tijdige) afhandeling van correctiewerk, omgangsregels zoals het dragen van petjes en jassen in de klas. De verschillen tussen leraren (en daarmee de onduidelijkheid voor leerlingen) zijn groot. Een tweede punt van aandacht betreft kenmerken van het schoolgebouw. Door de bouw en de situering van verschillende ruimten zoals een oefenkas en lokalen, heeft het gebouw veel nissen, hoeken, doorgangen en onoverzichtelijke ruimten, waardoor er risico s bestaan voor de fysieke veiligheid van de leerlingen. Dit vraagt om consequent en intensief toezicht en om duidelijke afspraken over het verblijf in deze ruimten. Het handhaven van veiligheidsrichtlijnen inzake het dragen van persoonlijke veiligheidsvoorzieningen en het veilig gebruik van machines voldoet. Zorg en Begeleiding De leraren volgen consequent en systematisch de vorderingen van de leerlingen. Maar wat betreft de extra zorg die sommige leerlingen nodig hebben is dit van onvoldoende niveau. Dit is opvallend, aangezien de start van het proces van zorg wel goed is: de school brengt aan het begin van de opleiding voldoende informatie over de leerlingen bijeen en heeft daarmee een voldoende beeld van de specifieke zorgvragen. Met die informatie wordt daarna weinig gedaan en de acties die wel worden ondernomen zijn onvoldoende gestructureerd en planmatig. Effecten van de geboden zorg worden niet systematisch in overleg met ouders en leerling geëvalueerd en van mogelijke bijstellingen in de zorg is mede daardoor onvoldoende sprake. De mentor is de spil in de zorg en begeleiding, maar de inspectie heeft geconstateerd dat de kwaliteit van het mentoraat sterk uiteenloopt. De insteek van de zorg is reactief; de school komt pas in actie als leerlingen dreigen uit te vallen of zelf duidelijke hulpvragen stellen. Voor leerlingen met de indicatie leerwegondersteunend onderwijs ontbreken de wettelijk verplichte handelingsplannen. De structurele samenwerking met de ketenpartners in dit kader voldoet. Kwaliteitszorg Het totaalbeeld van de kwaliteitszorg is van voldoende niveau en de verantwoording is sterk te noemen. De inspectie doelt hierbij met name op het document Verantwoording en Planning waarin de zelfevaluatie wordt beschreven en de school zich verantwoordt over de bereikte vorderingen en resultaten. Onvoldoende is de evaluatie van het onderwijsleerproces en de borging van de kwaliteit van het onderwijs. De evaluatie vindt onvoldoende systematisch plaats omdat een schoolbreed gedragen en herkenbaar uitgevoerde didactische werkwijze ontbreekt en de evaluatie zich voornamelijk richt op nieuwe leraren en op signalen bij zittende leraren. Functionerings- en/of voortgangsgesprekken zijn in de afgelopen jaren slechts met een beperkt aantal leraren gevoerd. De school heeft inmiddels een start gemaakt met de invoering van een competentieprofiel voor alle leraren, maar met slechts enkele leraren is het traject van competentieontwikkeling daadwerkelijk gestart. Enkele jaren geleden is in de school een begin gemaakt met intervisie en collegiale consultatie, maar dit traject is niet doorgezet. Pagina 8 van 9

9 3. TOEZICHTARRANGEMENT De Inspectie van het Onderwijs kent aan het Groenhorst College, vestiging Velp, afdelingen vmbo-b, vmbo-k en vmbo-(g)t het basisarrangement toe. Dit betekent dat de inspectie op dit moment geen reden heeft om het toezicht te intensiveren. Het basistoezicht bestaat uit een jaarlijkse risicoanalyse en, eventueel, een onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag of themaonderzoeken. Pagina 9 van 9