VOORBEREIDINGEN. Mappenstructuur Voordat je ook maar iets gaan doen in Indesign ga je een geordende mappenstructuur aanmaken op het netwerk.

Transcriptie

1 INDESIGN CS2 Tijdschrift VOORBEREIDINGEN Mappenstructuur Voordat je ook maar iets gaan doen in Indesign ga je een geordende mappenstructuur aanmaken op het netwerk. Maak een nieuwe map aan en geef deze de naam van je tijdschrift. In deze map komen drie mappen te staan, deze noemen we: final, base en temp. Final-map, hierin zet je het werkbestand en alle onderdelen die in het tijdschrift voorkomen zoals foto s, logo s, illustraties enz. Base-map, hierin bewaar je alle onderdelen die je nog denkt nodig te hebben op een later tijdstip en waar je nog mee aan het werk bent. Naam van je tijdschrift Final Base Temp Werkbestand indesign Foto s, logo s illustraties, die je in indesign geplaatst hebt. Foto s, logo s illustraties, die je gaat gebruiken maar nog niet defitiefklaar zijn Foto s, logo s, illustraties, schetsjes, scans enz. die je niet (meer) gaat gebruiken in je tijdschrift Temp-map, hierin bewaar je foto s en plaatjes die je niet meer gebruikt of gaat gebruiken. Deze map kun je zien als een vuilnisbak maar we gooien gedurende het hele project NIETS weg. Je kunt dit allemaal onzinnig vinden, maar fouten ontstaan vooral door slordig werken. Op het einde van de opdracht kijken we of er op de juiste manier is gewerkt, dan zal de mappenstructuur bekeken worden maar ook het werkbestand, foto kwaliteit en illustraties. Document aanmaken Voordat je kunt beginnen met het aanmaken van een document, zul je eerst stil moeten staan bij verschillende belangrijke aspecten. Aantal pagina s Formaat Staand of liggend formaat Aantal kolommen Witruimte tussen de kolommen Marges Bleed (afloop) Al deze opties geef je in het eerste venster al aan. In een later stadium kun je verschillende opties niet meer toepassen of het kost je onnodig veel werk. Je begint met het aanmaken van een GOED document. Menubalk > bestand > nieuw Alle bovenstaande punten geef je direct aan in dit venster. Kun je niet alles vinden dan moet je het venster verder uitklappen bij Meer opties. Daarna klik je voor OK. 1

2 Tekstkader aanmaken Om tekst te kunnen plakken in Indesign werk je het prettigst als je zelf een kader sleept. Dit doe je door het tekstkadergereedschap (A) aan te klikken in de gereedschapsbalk en je klikt en sleept over je pagina heen. Klik op het selectiegereedschap (B) en maak het tekstkader groter, of kleiner door aan een hoek te slepen. Klik met het tekstgereedschap in het tekstkader en de cursor verschijnt. Nu kun je tekst gaan typen of erin plakken. Kolommen aanmaken Selecteer het tekstkader met het zwarte selectiepijltje. Je ziet dat het optiepaneel verandert. Bij C kun je het aantal kolommen invullen. C B Tijdschrift TEKSTKADER / PAGINA S / STRAMIEN A G H Pagina s Klik op het tabblad pagina aan de rechterkant van je beeldscherm. Hierin kun je zien hoe je document is opgebouwd. Je ziet de pagina s (D). De pagina die blauw is, is geselecteerd en daarin ben je aan het werk. Je switcht naar een andere pagina door dubbel te klikken op een andere pagina. D Pagina s dupliceren Klik op een pagina in het tabblad en sleep deze op het witte velletje (E) te slepen. Lege pagina toevoegen Klik en sleep het witte velletje (E of G) op de plek waar jij het wil hebben tussen de andere pagina s. Pagina weggooien Selecteer de pagina en sleep het in de prullenbak (F) onder in het tabblad. Wat is een stramien? Een stramien verdeelt de pagina in ruimtelijke vlakken of eenheden. Deze eenheden zijn een hulpmiddel om koppen, tekstblokken en afbeeldingen in het ontwerp te plaatsen. Een stramien is een soort organisator. Onmisbaar! helemaal als je in een team aan een project werkt. Kop Alineatekst E F Stramien aanmaken Klik op het tabblad pagina s aan de rechterkant van je bureaublad. Klik dubbel op het woord stramien of A-master (H) en gebruik tegelijk de alt-toets. Nu verschijnt er een venstertje, daarin kun je de naam veranderen. En daarna OK. Foto Onderschrift 2

3 Klik dubbel op de witte velletjes die achter de naam staan. Nu kom je niet op een gewone pagina terecht. Maar alles wat je op deze pagina maakt (ook hulplijnen) zul je op elke andere pagina terug zien die als basis een stramien heeft meegekregen. Je kunt zien aan de letter die in de pagina staat welk stramien er is toegekend. Op de afbeelding hiernaast zie je A stramien, B-stramien en twee lege velletjes. Waarom gebruik je meerdere stramienen? We gaan een tijdschrift maken. Dit tijdschrift heeft verschillende onderdelen zoals cover, inhoud, redactionele pagina s, advertentiepagina s enz. Om consequent en snel te kunnen werken is het handig als elke soort pagina een eigen stramien krijgt. Zo maak je eenmalig een stramien voor bv. een redactionele pagina en deze kun je door het hele tijdschrift heen gebruiken. Zie enkele voorbeelden van een stramien. (Een stramien maak je op basis van wat de inhoud gaat worden, er is dus niet één stramien hetzelfde!) Kop Tijdschrift STRAMIEN / PAGINANUMMERING Alineatekst Foto Kop Alineatekst Adres Automatisch pagina s nummeren Als je een document van meerdere pagina s aanmaakt is het wel zo handig als de pagina s automatisch genummerd worden. Dus geven we de pagina s een paginanummermarkering mee. Een Paginanummeringmarkering wordt automatisch bijgewerkt dus als je pagina s aan het document toevoegt, eruit verwijdert of opnieuw rangschikt, de nummering zal er altijd up-to-date blijven. Bij het nummeren is de rechterpagina altijd pagina 1. Pagina s met oneven nummers staan altijd rechts. Pagina s worden genummerd in Arabische cijfers (1,2,3..), kleine Romeinse letters of alfanumeriek (a,b,c...). Hoe nummer je pagina s automatisch? Klik op het tabblad pagina s aan de rechterkant van je bureaublad. Selecteer je de witte velletjes van het A-stramien door er een keer op te klikken, nu sleep je een tekstkader op de rechter pagina waar je graag je nummering terug wilt zien. Je typt niets in het tekstkader. Ga naar de menubalk en kies tekst > speciaal teken invoegen > automatisch paginanummer. Als je nu op je verschillende pagina s kijkt zie je dat op alle rechter pagina s de paginanummering is aangegeven. Omdat het A-stramien een linker- en een rechterpagina heeft, zul je de handelingen ook nog even voor de linkerpagina moeten uitvoeren. Hoe geef je de pagina s automatisch een nummer met een naam? Selecteer je A-stramien door er een keer op te klikken, nu trek je een tekstkader op de rechter pagina waar je graag je nummering terug wilt zien. Je typt niets in het tekstkader, nu ga je naar de menubalk en kies tekst > speciaal teken invoegen > sectiemarkering. Nu verschijnt de tekst sectie in je tekstkader, dit kun je wissen en geef het de naam van je document. Direct daarna ga je terug naar speciaal teken invoegen in de menubalk daar neem je de optie automatisch paginanummer. Hoe nummer je de pagina s met andere tekens? Selecteer een willekeurige gewone pagina (dus geen stramien-pagina). Boven aan het pagina tabblad zie je een rondje met een pijltje erin, klik dat aan. Ga naar nummer en selectieopties. Daar kun je keuze maken uit Arabische cijfers (1,2,3..), kleine Romeinse letters of alfanumeriek (a,b,c...). TIP: Als je pagina s wilt nummeren moet je alleen stramien pagina s gebruiken in je document. 3

4 Tijdschrift Illustratiekader aanmaken Klik in de gereedschapsbalk op het illustratiekader gereedschap (A). Sleep deze over je pagina. Als je het vierkante kadergereedschap iets langer ingedrukt houdt zie je bijvoorbeeld ook een rond kader kunt aanmaken. B A C ILLUSTRATIEKADER / GLYPHS Foto in illustratiekader plaatsen Selecteer het illustratiekader met het selectiegereedschap (B). Menubalk > bestand > plaatsen (ctrl + D) Kies voor de gewenste afbeelding > openen (windows) of kies (mac). Nu verschijnt je illustratie in het kader. Wat selecteer ik waar mee? Met het zwarte pijltje (B) selecteer je het illustratiekader zelf. Wil je de foto verschuiven binnen het illustratiekader? Klik op het witte pijltje (C) en ga bovenop je afbeelding staan. Nu verschijnt er een handje waar mee je de foto kunt verschuiven. Foto groter of kleiner maken binnen het kader? Klik dan met het witte pijltje op de afbeelding. Ga met het handje naar een hoek (het handje verandert in twee pijltjes). Klik op de hoek en sleep groter of kleiner. Op deze manier zal je foto niet in de goede verhouding blijven, dus gebruiken we terwijl we slepen de toetsen combinatie shift + appeltje (mac) of shift +alt (windows) Kader en foto in verhouding tegelijk groter of kleiner maken? Met het zwarte pijltje selecteer je het illustratiekader. Gebruik de toetsen combinatie shift + control + alt en klik en sleep aan een ankerpunt. Het illustratiekader van vormveranderen Selecteer met het zwarte pijltje eerst het illustratiekader. Klik daarna de pen aan. Die zie je in je verticale gereedschapsbalk. Met deze pen klik je op het illustratiekader. Er ontstaat een extra ankerpunt. Neem nu het witte pijltje en klik op het ankerpunt dat je zojuist hebt aangemaakt. Als je nu sleept vervorm je je illustratiekader. Onder de pen-tool vind je meerdere opties om je kader te veranderen. Zo kun je ook ronde vormen maken. Als je foto te groot is voor het kader, zal je hem niet in zijn geheel kunnen zien. Door het illustratiekader van formaat te veranderen tast je het formaat van de foto niet aan. Glyphs Weet je niet hoe je een é,, ï schrijft? Zet de cursor op de plek waar je het speciale teken wilt plaatsen. Menubalk > tekst > glyphs Er verschijnt nu een venster, klik dubbel op het speciale teken dat je zoekt. Het teken zal in je document op de aangegeven plaats komen te staan. 4

5 Tijdschrift TEKSTOMLOOP / TRANSPARANTIE / TEKSTKADERS KOPPELEN Tekstomloop Sleep je illustratie bovenop de tekst waar je hem ongeveer wilt hebben. Je illustratie is nu geselecteerd. Ga in de menubalk naar venster > tekstomloop. Er verschijnt een venstertje met verschillende opties. Hiernaast zie je daar een paar voorbeeldjes van. Kijk ook eens in dit venster onder de pictogrammetjes, daar kun je de marges invullen. Bijvoorbeeld bij het bovenste plaatje is de marge 6 mm bij het plaatje met het gebouw erop is de marge 0 mm. Tekst over de foto heen laten lopen Sleep je illustratie bovenop de tekst waar je hem ongeveer wilt hebben. Je illustratie is nu geselecteerd. Ga in de menubalk naar object > schikken > erachter plaatsen. De tekst loopt nu over de foto heen. Waarschijnlijk kun je nu de tekst niet goed meer lezen. Daarom nemen we het rechts uit de zijkant van het bureaublad het tabblad transparantie. Door het 100% te veranderen in bijvoorbeeld 35% kun je de tekst nu wel gewoon lezen. Meerdere tekstkaders met elkaar koppelen Teken een tekstkader. Rechts onderin het kader zie je een blokje. Dit klik je aan met het selectiegereedschap. Klik nu ergens binnen je pagina. Er is een tweede kader bijgekomen. Als er nu teveel tekst staat in kader 1 dan zal de tekst automatisch doorlopen in het tweede kader. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst o m l o o p. Dit is e e n f a k e m e t e e n tekst o m - l o o p. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloo p. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Di t is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst o m l o o p Dit is een fake met een t e k s t o m - l o o p. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. n tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake met een tekst omloop. Dit is een fake Dit is een fake met een tekst omloop. 5

6 Tijdschrift ORDENEN / KOPPELEN / PAKKET MAKEN Ordenen Het is zeer belangrijk om je plaatjes en illustraties goed te ordenen. Indesign is een opmaak programma. In een opmaak programma verwerk je tekst maar ook plaatjes en illustraties. Je ziet de plaatjes en illustratie in je document maar in werkelijkheid zie je alleen een voorbeeldje want ze staan in een andere map. Als alle plaatjes en illustraties volledig geïntegreerd zijn in Indesign dan zou het een heel zwaar bestand worden en dus moeilijker om er snel mee te werken. Als je je document gaat printen, dan zoekt de printer de originele bestanden op. Kan hij het plaatje niet vinden omdat je hem van de ene in de andere map hebt gestopt, dan kan het document niet afgedrukt worden. Het is dus belangrijk dat je alle plaatjes en illustraties een duidelijke naam geeft en dat je ze netjes bij elkaar in de mapjes ordent zoals je op de eerste pagina las. (logische naam = makkelijk terug te vinden. logica doet onthouden ) Plaatje geïmporteerd dat je computer niet direct kan terug vinden? Je hebt in Indesign een plaatje geplaatst (geïmporteerd) maar nu kan je programma het origineel niet direct terug vinden, omdat je het hebt verplaatst. Dan ga je in de menubalk naar Venster > Links. In dit venster staan alle plaatjes en illustraties die je gebruikt hebt. Staat er achter een naam van een plaatje een rood achthoekje met een vraagteken of een uitroepteken dan kan het programma het plaatje niet terug vinden. Selecteer het verdwenen plaatje door een keer op de naam te klikken. De pictogrammetjes onder in de balk zullen nu actief worden. Klik op het eerste pictogram en je plaatje kun je opnieuw linken naar je document toe. Alles verzamelen in een pakket Ga in de menubalk naar het kopje bestand > pakken. Nu maak je een nieuwe map aan waarin automatisch alle plaatjes, illustraties, fonts en het indesign werk-bestand komen te staan. Als je dit allemaal goed doorloopt ben je er zeker van dat je document compleet is. Deze totale map kun je ook aanleveren bij een drukker om het te laten drukken. Plaatje geïmporteerd dat je alsnog wilt bewerken? Ga naar menubalk Venster > Links. Selecteer het plaatje dat je wilt aanpassen door er 1 keer op te klikken. Het meest rechtse pictogrammetje wordt nu geactiveerd. Dit is om naar je originele bestand terug tegaan zodat je het kunt bewerken. Het wordt dan ook geopend in het programma waarin het in eerste instantie is opgemaakt. Foto s in Photoshop en illustraties in Illustrator. 6

7 Tijdschrift SPECIFICATIES Illustraties en foto s klaarmaken voor het tijdschrift Waar moet je illustratie of foto aan voldoen? Resolutie in DPI Kleur Foto Vector tekening (illustrator) Printen 150 DPI RGB / CMYK PSD/EPS AI Drukwerk 300 DPI CMYK PSD/EPS AI Krant 180 DPI Grijswaarden PSD/EPS AI evt. steunkleur Website 72 DPI RGB JPG opslaan als JPG in Photoshop Als je foto s in Indesign plaatst (importeert) kan je ze altijd verkleinen. Je kunt ze echter niet oneindig vergroten, omdat ze dan niet meer aan de goede kwaliteit (resolutie) voldoen. In Indesign mag je de foto s daarom altijd maximaal als 125% weergeven. Vector bestanden hebben dit probleem niet, de kwaliteit van deze bestanden kun je tot in de oneindigheid vergroten omdat het uit lijnen bestaat. En deze zullen altijd strak eruit zien. Als ons tijdschrift officieel in productie wordt genomen dan zullen we voor foto s 300 DPI aan moeten houden. Omdat het erg veel geheugen kost en omdat we het uiteindelijk gaan uitprinten kiezen we voor 150 DPI. We maken de foto s wel CMYK voor ons tijdschrift. Hoe maak je de foto op goede resolutie en formaat? Dat lees je in het lesje op de volgende pagina. Daarna komt het Photoshop-lesje over vrijstaand maken en een tekstomloop maken 7

8 PHOTOSHOP CS2 CROPTOOL / UITSNEDE GEREEDSCHAP Hoe kan ik afbeeldingen uitknippen met de crop-tool (Uitsnede gereedschap)? Als je een afbeelding uit wilt knippen, dan kun je je crop-tool (A) gebruiken. Dit gereedschap heeft een aantal hele aardige functies. We zetten ze even op een rijtje: Voordat je een vorm gaat selecteren, open je natuurlijk eerst de foto die je wilt gaan uitsnijden. Klik 1x op de crop-tool. Nu verschijnt er een optie-paneel onder de menubalk. Hierin kun je een aantal opties invullen. A Width (1) en Height (2): Hierin kun je een vaste maat aangeven van het uitknipgebied (in pixels, cm of mm) Resolution (3): Hier kun je invullen op welke resolutie je de afbeelding uit wilt knippen. ALLEEN het formaat (de hoogte en de breedte) invullen Photoshop zal nu zelf de resolutie gaan berekenen. Ga in de menubalk naar afbeelding > afbeeldingsgrootte. In dit venster kun je zien wat de resolutie geworden is. Je kunt keuze maken of de foto goed genoeg is van kwaliteit om te gebruiken. ALLEEN de resolutie invullen. Photoshop berekent hoe groot je maximaal je foto kunt gebruiken (de maximale grootte meten). Dit kun je zien door het venster afbeeldingsgrootte te openen. Menubalk > afbeelding > afbeeldingsgrootte. Vul je beide in (resolutie en formaat), dan zal bij een kwalitatief slechte foto, photoshop zelf pixels gaan verzinnen. De foto wordt dan erg lelijk / geblokt. Nu je weet wat de eigenschappen zijn van de instellingen. Vul in het optie-paneel de gegevens in die voor jou belangrijk zijn. Daarbij stel je jezelf de volgende vraag: Wil je weten hoe groot je de foto max. kunt gebruiken of moet je foto een bepaalde grootte hebben? TIP! Wanneer welke resolutie? Printwerk 150 DPI Drukwerk 300 DPI Website 72 DPI DPI staat voor Dots(pixels) per inch Daarna klik je met de crop-tool op je foto en sleept het over de foto heen zodat je precies in beeld krijgt wat je wilt uitsnijden. (wat je eraf gaat knippen is nu donkerder van kleur geworden). Klik dubbel op de foto en deze zal uitgesneden worden met de instellingen die jij vooraf hebt aangegeven. 8

9 PHOTOSHOP CS2 VRIJSTAAND MAKEN Er zijn verschillende manieren om een object vrijstaand te maken. Het pennetje is dé manier om het nauwkeurig te werken. STAP 1 Kopieer de afbeelding Dame naar je USB-stick. Open de foto in Photoshop. Menubalk > bestand > open STAP 2 Zet het lagenvenster open. Menubalk > venster > lagen Dupliceer de achtergrondlaag, dit doe je door de achtergrondlaag op het witte velletje te slepen onder in het lagenvenster (zie pijl). Zet het oogje (A) van de achtergrondlaag dicht. STAP 3 Klik op het tabblad PADEN. Maak een nieuw pad aan, dit doe je door onder op het witte velletje (B) te klikken. D C A STAP 4 Zoom in (C) op de contouren van de dame zodat je goed kunt zien of je nauwkeurig tekent. B ZOOMGEREEDSCHAP Afbeelding groter in beeld? Klik je met het zoomgereedschap op de foto. Er verschijnt een plusje in het zoom-gereedschap. Afbeelding kleiner in beeld? Klik je met het zoomgereedschap op de foto en houd ondertussen de ALT-toets ingedrukt. Er verschijnt dan een minnetje in het zoomgereedschap. Afbeelding beeldvullend Toets in: Ctrl + 0 (nul) Specifiek onderdeel van foto in beeld? Klik en sleep met het zoomgereedschap over het onderdeel wat je uitvergroot wilt zien. 9

10 PHOTOSHOP CS2 VRIJSTAAND MAKEN STAP 5 Selecteer de pen (D) in de gereedschapsbalk. Klik hiermee op de afbeelding op de plek waar je wilt beginnen met vrijstaand maken. Daarna klik je op een volgende plek, en sleep in de gewenste richting, zodat er een kromme lijn ontstaat. Je ziet dat er nu twee armen/hendels verschijnen (Plaatje 1). D De hendel zal bij een volgend knooppunt de lijn bepalen. In veel gevallen is dat goed omdat je zo gemakkelijk verder kunt tekenen. In sommige gevallen is dat niet handig, dan kun je de hendel inschuiven door de ALT-toets ingedrukt te houden en de hendel naar het knooppunt toe te schuiven (Plaatje 2). Plaatje 1 Knooppunt verwijderen Houd de pen in de gereedschaps-balk ingedrukt. Er verschijnt nu een submenu. Hierin zie je een pen met een minnetje (E) erachter. Deze klik je aan. Ga naar het pad dat je getekend hebt klik op een knooppunt en deze zal verwijderd worden. Knooppunt toevoegen Houd de pen in de gereedschapsbalk ingedrukt. Er verschijnt nu een submenu. Hierin zie je een pen met een plusje (F) erachter. Deze klik je aan. Ga naar het pad dat je getekend hebt en klik op het pad waar je een knooppunt wilt toevoegen. Je tekent nu verder zodat je de gehele dame omlijnd hebt. Het pad is klaar als het begin- en eindpunt met elkaar verbonden zijn. TIP! tekenen Gebruik niet te veel knooppunten, daar zal je pad hakkelig van worden. Voor mooie vloeiende lijnen kun je het beste een knooppunt voor en na een bochtje zetten. F E Plaatje 2 In het tabblad paden zie je dat er een pad is getekend. 10

11 STAP 6 Nu kunnen we twee dingen doen met het pad, een selectie of een uitknippad maken. Wanneer gebruik je wat? Selectie: Met een selectie kun je de achtergrond weghalen zodat je een andere achtergond kunt maken in Photoshop. Hiernaast zie je een voorbeeld. (Plaatje 1). Uitknippad: Een uitknippad gebruik je alleen als je de afbeelding uitgeknipt in Indesign wilt verwerken. hiernaast zie je een voorbeeld (Plaatje 2). PHOTOSHOP CS2 STAP 6 Maak van een pad een selectie Ga naar het tabblad paden in het lagenvenster. Klik op het pijltje, rechts in de hoek. Ga naar de optie selectie maken. Er verschijnt nu een venster. Hierin kun aangeven hoe scherp je pad eruit moet zien. Dit doe je door het aantal pixels in te vullen. Ik kies meestal voor 2 pixels. Dat is een niet te harde maar ook niet te zacht rand. Hieronder zie je het verschil. Nu we het aantal pixels hebben ingevuld klik je OK. Je ziet dat je object geselecteerd is. We willen niet het object verwijderen naar de achtergrond. Daarom gaan we de selectie omkeren. Menubalk > selecteren > (selectie) omkeren. Plaatje 1 VRIJSTAAND MAKEN Plaatje 2 0 pixels 5 pixels Druk de backspace in en je achtergrond is verwijderd. Je kunt nu in een nieuwe laag een achtergrond aanmaken. TIP! Zet je je afbeelding in een andere omgeving? Wil je dat het natuurlijk lijkt? Vul dan minimaal 2 pixels in als je bovenstaand venster voor je hebt! 11

12 PHOTOSHOP CS2 VRIJSTAAND MAKEN STAP 7 Maak van een pad een uitknippad We hebben zojuist de achtergrond van de afbeelding verwijderd, daarom dupliceren we nu de achtergrond laag. Dit doe je door de laag op het witte velletje te slepen onder in het lagenvenster. In deze laag gaan we verder werken. Ga naar het tabblad paden en klik 1x op het pad om het te selecteren. Klik op het pijltje rechts in het tabblad paden. In het menu ga je naar uitknippad. Er verschijnt een venster in beeld. Vul het aantal pixels in en klik OK. Ik kies meestal voor 1 of 2 voor een natuurlijk resultaat. STAP 8 Open het programma Indesign. maak een nieuwe document aan. Menubalk > bestand > nieuw Klik op het illustratiekader-gereedschap (A) in de gereedschapsbalk. Klik en sleep een illustratiekader op je pagina. Toets in Ctrl + D (plaatsen) en kies in het venster de afbeelding die je zojuist hebt bewerkt. Je ziet direct dat de foto geen achtergrond meer heeft ookal zag je die in het Photoshop document nog wel staan. Tekst kun je nu heel eenvoudig precies om de afbeelding heen laten lopen. En ook voor de achtergrond kun je een andere kleur kiezen zonder dat er een wit blok om je afbeelding heen staat. A 12

13 PHOTOSHOP CS2 KLEUREN OMZETTEN MONO- & DUOTONE FOTO OMZETTEN VAN RGB NAAR CMYK Open je foto in Photoshop. Menubalk > Afbeelding > Mode > CMYK kleur MONO- EN DUOTONE MAKEN In dit lesje leer je hoe je full-colour foto s een kleurzweem geeft. Stap 1 Open de foto schaap Menubalk > bestand > openen > open het document schaap dat op de tijdelijke schijf staat. Stap 2 Om een foto een kleurzweem te geven moet je de foto eerst altijd zwart-wit maken. Menubalk > afbeelding > modus > grijswaarden Er komt een venster in beeld dat vraagt of alle kleur informatie weggegooid mag worden en dan klik je op OK. Stap 3 Om een goed effect te krijgen, is het belangrijk dat er redelijk veel contrast in de foto is. Dus we gaan eerst het contrast wat vergroten. Menubalk > afbeelding > aanpassingen > helderheid / contrast Verhoog het contrast, maar niet overdrijven, hou de foto wel natuurlijk. Stap 4 Menubalk > afbeelding > modus > duotone Er verschijnt een venster. Je kunt verschillende opties kiezen. Waaronder mono- en duotone. Maak je de afbeelding monotone dan bestaat de afbeelding uit 1 kleur. Gebruik je duotone dan bestaat je afbeelding uit 2 kleuren, de combinatie van de twee kleuren zijn veel intensiever. Zet de voorvertoning aan om direct het resultaat te zien. B A Door twee keer op vierkantje A te klikken, komt er een kleurenpalet te voorschijn waarin je je kleur kunt kiezen. Heb je de kleur gekozen dan moet je ernaast wel altijd een naam invullen. Wil je de intensiteit van de kleur nog aanpassen dan kun je dat doen door de diagonale lijn (B) te verslepen. Monotone Duotone Iets bij de drukker laten drukken? dan wordt de prijs mede bepaald door de aantal drukgangen. Full colour (4-drukgangen) is dan ook duurder dan 1 kleur drukken. Monotone plaatjes zijn dan ook ideaal voor goedkoop drukwerk. Je moet er wel goed opletten dat die ene kleur die je gebruikt niet is opgebouwd uit meerdere kleuren, anders betaal je toch voor 4 drukgangen. De oplossing is Pantone-kleuren gebruiken. 13

14 kerstkaart golf.indd :13:14 Tijdschrift PDF MAKEN VANUIT INDESIGN WAAROM PDF-DOCUMENT? De PDF-documenten zijn relatief klein van omvang en daarom snel binnen te halen via Internet. U kunt gemakkelijk een PDF-document lezen, doorbladeren, doorzoeken, vergroten of verkleinen. Als je het document door een drukkerij wilt laten afdrukken dan kan de drukkerij niets veranderen aan de indeling of teksten DIVERSE INSTELLINGEN OM PDF TE MAKEN Niet iedere computer heeft dezelfde lettertypes geïnstalleerd. De lettertypes in een PDF kan door elke computer gelezen worden. De PDF-documenten kunt u perfect afdrukken met elke soort printer. PDF-documenten zijn betrouwbaar, veilig i.v.m. virussen. VERSCHILLENDE KWALITEIT PDF Bedenk voordat je een PDF maakt waarvoor je het gaat gebruiken. Elke PDF kun je anders instellen en zo kiezen voor een andere kwaliteit. Zo kies je voor internet een andere instelling dan voor de drukkerij of voor de printer. HOE PDF-DOCUMENTEN MAKEN? Open je Indesign document. Menubalk > Bestand > voorinstellingen Adobe PDF > drukwerk kwaliteit INSTELLINGEN OM SNIJTEKENS EN AFLOOP AAN TE GEVEN Kies drukwerk kwaliteit voor uitprinten van PDF. Kies kleinste bestandsgrootte voor internet gebruik. Er verschijnt een venster. Geef je PDF een bestandsnaam en sla op in de juiste map. Er verschijnt een vervolgvenster. Geef aan van welke pagina s er een PDF gemaakt moet worden. Hierin kun je ook andere instellingen aanvinken zoals snijtekens ed. Kies hierna voor exporteren. PDF aanleveren bij drukkerij? De meeste drukkerijen willen graag dat je je Indesigndocument aanlevert als PDF. Elke drukkerij werkt weer met een ander profiel. Wil je iets aanleveren bij een drukkerij dan zul je eerst hun profiel moeten installeren. Heb je het profiel geïnstalleerd? Menubalk > Bestand > voorinstellingen Adobe PDF > kies het juiste profiel SNIJTEKENS EN BLEED AANGEVEN IN PDF Om de PDF eenvoudig te laten stansen of schoonsnijden is het erg handig als je snijtekens aangeeft en de afloop. 14

15 Tijdschrift INTERLINIE / KOP / CHAPEAU / LEESTEKST / SPATIËRING INTERLINIE / REGELAFSTAND De interlinie is de ruimte tussen de regels tekst. Standaard is die net zo groot als de hoogte van je lettertype, en dat is aan de krappe kant. Om de leesbaarheid bij sommige lettertypes te verbeteren kun je de interlinie vergroten (A). A VERSCHILLENDE INTERLINIE Een te grote regelafstand belemmert het lezen maar ook een te kleine is niet geschikt. Bepaal de regelafstand op het oog Bepaal de regelafstand op het oog Bepaal de regelafstand op het oog KOP: Moet zich onderscheiden van de andere tekst. Dat kan door, keuze lettertype, grote van de letters of kleur. Voor koppen gebruik je meestal groter dan 14 pt afhankelijk van de grootte van het document. CHAPEAU: Oftewel Introtekst. Mag zich een beetje onderscheiden van de leestekst. Dit kan door een ander lid uit de letterfamilie te kiezen of door een enkele punt groter te kiezen dan de bodytekst. LEESTEKST: Oftewel broodtekst / bodytekst. Hiervoor gebruik je het basis lettertype. Geen poespas, gewoon goed leesbaar. De grootte van de letters is afhankelijk van het document dat je gebruikt. Normaal gesproken neem je hiervoor tussen de 5 en de 12 pt. SPATIËREN Deze methode gebruiken we niet zo vaak meer. Want over het algemeen zijn de lettertypes die we gebruiken van dusdanige kwaliteit dat het niet meer nodig is. Wij gebruiken deze functie dus eigenlijk niet. In grote uitzondering! Als het beter is voor je document om een iets te lange zin op een regel te zetten, dan mag je MAXIMAAL tot +20 of -20 smokkelen. Dit stel je in bij B. Hiernaast zie je dat de laatste regel van het chapeau met -20 is gespatieerd. B DIT IS EEN KOP! Dit is het chapeau, zoals je ziet. Dit is het chapeau, zoals je ziet.dit is het chapeau, zoals je ziet.dit is het chapeau, zoals je ziet. DIT IS EEN KOP! Dit is het chapeau, zoals je ziet. Dit is het chapeau, zoals je ziet.dit is het chapeau, zoals je ziet.dit is het chapeau, zoals je ziet. 15

16 1 Maak een goede mappenstuctuur aan. 2 Maak een document aan met de volgende specificaties. Formaat A4 Kolommen 3x Aantal pagina s 10x Marges: Kopwit 1,5 Staartwit 3,0 Rugwit 1,0 Snijwit 2 OPDRACHT Sla je document op in de goede map! 3 Maak een A en een B stramien aan. A-stramien geef je de naam tekstpagina DIt A-stramien moet bevatten: 3 tekst-kolommen, Illustratiekader voor een vierkante foto. ruimte voor een kop, automatische paginanummering voornaam voor het paginanummer Neem kwaliteit foto s die je van je docent mag gebruiken. Foto s sla je in de goede map. Foto s bewerk je in Photoshop daarna kun je ze plaatsen in je document. Kijk in je papieren na waar je foto aan moet voldoen. Maak 1 foto vrijstaand en geef deze daarna een tekstomloop. Neem 1 advertentiepagina, hierin ga je 1 nepadvertentie maken. Daar hoef je niet teveel tijd in te steken. De overige advertentieruimtes vul je door middel van meerdere verloopjes. 5 Tot slot maak je een pakket en een PDF van je document. Ben je hiermee klaar? Laat je werk op de computer zien. Tijdschrift B-stramien geef je de naam advertentiepagina Het B-stramien moet bevatten: Aflopend kleurvlak zowel linker als rechter pagina. In beide vlakken schrijf je de tekst advertenties. Deel de pagina in voor 5 advertenties De advertenties geef je een afscheidingslijn. Maak hiervan een stippellijn. Gebruik hiervoor 25% van de cyaan uit het stalentabblad. Automatische paginanummering Achternaam voor het paginanummer Pagina 2,3,6,9 geef je het A-stramien mee Pagina 5,7,8 geef je het B-stramien mee Pagina 1,4,10 heeft geen stramien 4 Nu de stramienen vast staan kun je de pagina s gaan vullen. Tekst kun je van internet kopieren Vanuit illustrator plaats je twee keer een versiersel in Indesign op pagina 3. De ene keer geef je het versiersel een dekking van 100%, de tweede keer geef je je document een dekking van 50%. Dit doe je in indesign. 16