Samenvatting. De intentie is om hiermee een transitie tot stand te brengen:
|
|
- Floris Sanders
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 TRANSUMO NETLIPSE.NL Projectmanagement voor Gevorderden Eindrapportage NETLIPSE.NL (inclusief Top-up learning history N23); januari 2010 Auteur: Eddy Westerveld THEMA PARTICIPATIEVE BESTUURLIJKE PROCESSEN IN PERSONENMOBILITEIT EN GOEDERENVERVOER
2 Samenvatting De maatschappelijke behoefte aan mobiliteit blijft stijgen, zowel binnen Nederland als internationaal. Om hieraan invulling te geven worden op grote schaal ambities geformuleerd in termen van te realiseren infrastructuur die veelal projectmatig tot stand moet worden gebracht. E.e.a. is vertaald in het Meerjaren Investeringsprogramma Ruimte en Transport (MIRT) en het Trans Europese Netwerk voor Transport (TEN-T). Tot op heden lukt het niet, of in onvoldoende mate, om de hoge verwachtingen met betrekking tot de resultaten van deze projecten in te vullen: keer op keer worden we getrakteerd op teleurstellingen als kostenoverschrijdingen, latere oplevering en een algehele onvrede bij de betrokken partijen. Uit de voorgaande beschrijving valt op te maken dat we afstevenen op een lock-in situatie van grote ambities maar een tekort aan implementatiekracht. Om deze implementatiekracht te verbeteren en de duurzame implementatie van projecten te verbeteren, is het project Transumo-project NETLIPSE.NL gestart. Op basis hiervan is de volgende kerndoelstelling benoemd: Identificeer de spanning tussen mobiliteitsbehoefte en sociale eisen en ontwikkel nieuwe innovatieve manieren om met deze spanning om te gaan bij de implementatie van grote infrastructuur projecten De intentie is om hiermee een transitie tot stand te brengen: Van: Naar: het bouwen van fysieke infrastructuur ; het op duurzame wijze leveren van toegevoegde waarde door middel van duurzame realisatie van een infrastructurele voorziening. Deze duurzame realisatie houdt hierbij in dat de infrastructurele voorziening optimaal invulling geeft aan de belangen van de diverse betrokkenen, zodat de kans op een gedegen lange termijn oplossing zo groot mogelijk is. Het project NETLIPSE.NL heeft geleid tot de oplevering van de volgende drie hoofdproducten: Een internationaal netwerk op het gebied van grote infrastructuur projecten; Het boek Managing Large Infrastructure Projects dat de ervaringen en best practices ontsluit voor project management van grote infrastructurele projecten; Een proefschrift over het management van de complexiteit bij grote infrastructuurprojecten. De hoofdproducten van het onderzoek hangen sterk met elkaar samen. Om tot een goed functionerend kennisnetwerk te komen is inhoudelijk interessante input in dit geval in de vorm van onderzochte projecten essentieel om de participanten op lange termijn te binden en te boeien. Aan de andere kant vormt het netwerk weer de sleutel in de ontsluiting van kennis bij de 15 grote infrastructuurprojecten die binnen NETLIPSE zijn onderzocht. Het koppelen van inhoudelijke kennisontwikkeling aan de ontwikkeling van een netwerk vormt een eerste vernieuwende element in de aanpak die binnen NETLIPSE.NL is gevolgd. Een tweede vernieuwend element is de toepassing van action research als wetenschappelijke methodologie binnen het vakgebied. De onderzoekers maakten actief deel uit van de te onderzoeken projecten, waarbij een combinatie is gemaakt tussen deskresearch en interviews op locatie. Dit maakt dat de conclusies goed empirisch zijn onderbouwd en ondersteund worden binnen het vakgebied, wat de kans op succesvolle toepassing sterk vergroot. Enkele kernconclusies van NETLIPSE.NL zijn: 1 Hoewel de context van projecten erg kan verschillen, zijn de uitdagingen en kernthema s die worden ervaren op internationale schaal goed vergelijkbaar. Internationale kennisuitwisseling biedt dus meerwaarde! 2 Aansturing van projecten vraagt om een delicate balans tussen control en interaction. En deze staan regelmatig op gespannen voet met elkaar. Projectorganisaties zijn vaak meer competent op het gebied van control. 3 Grote projecten bevatten een keten van doelen. Hierbij moet de meerwaarde voor gebruikers voorop staan. Vaak wordt tijdens projecten de koppeling tussen doelen van mobiliteit (gebruikers) en fysieke infrastructuur uit het oog verloren, waardoor de beoogde meerwaarde niet of minder wordt gerealiseerd. 4 Projecten lijden aan de leerparadox : de meerwaarde van leren van andere projecten is groot, maar leren van anderen wordt vaak niet als een taak van de projectorganisatie beschouwd. 2
3 5 Het inbouwen van flexibiliteit is essentieel, omdat de condities kunnen veranderen en je daarop het ontwerp moet kunnen aanpassen. Externe spanningen (9/11, nieuwe regering, financiële crisis en dergelijke) kunnen grote invloed hebben op infrastructuurprojecten. Summary To meet rising and changing demands for interregional and international mobility, infrastructure projects are being developed, for example high speed links, rail freight lines and motorways. An illustration of these projects, is the list of the 30 trans-european network (TEN) Priority Projects, adopted by the European Commission in In 2008, the EU reports that there is still a need for enormous investments in infrastructure, especially in the new member states. On the other hand they also conclude that the completion of the 30 priority projects is both heavily delayed and hampered by large cost overruns. On an international scale, the need for mobility is still growing but the resistance against new infrastructure projects by local stakeholders is increasing as well. It seems that the collective management of the mobility system has great difficulties in removing this lock-in situation. The Duivesteijn Committee (2004) in the Netherlands reports that the development of new infrastructure projects is greatly frustrated by inadequate policy-making as well as inadequate management of the projects. The gap between the complex task of infra-development and the capability of the management and administration to deliver infrastructure project, appears to be growing. It is likely these developments will be further magnified in future, citizens will not lower their needs and requirements. The only way to avoid a lock-in situation is to increase the level of competences of policymakers and managers. The increased competency of policymakers and decision makers will stimulate the realisation of sustainable infrastructure projects which means that the added value of the realised projects for all involved stakeholders should increase. So the main objective of the NETLIPSE.NL project is: Identify the possible lock-in between mobility needs and social needs and find new innovative ways of management to deal with these conflicting interests This involves a transition: From: To: building new infrastructure the delivery of sustainable added value to participants by implementing a new infrastructure facility. Sustainability lies in the ambition to fit the new infrastructure facility to the interests of involved stakeholders in the best possible manner. NETLIPSE.NL has produced three key results and a range of smaller results which are mostly linked to the three key deliverables of the project. The key results are: International network on the management of large infrastructure projects Book on the best practices and lessons learnt in large infrastructure projects in Europe PhD thesis Playing with complexity on the management of complexity in large infrastructure projects The main deliverables of the project are heavily related: to achieve a well functioning knowledge network, interesting research output is needed tot attract participants. At the same time the network is key to disseminate knowledge which is developed. The linked development of network and knowledge is one of the strongholds of the NETLIPSE.NL project. Other important strongholds were the use of action research as methodology and working with a three party knowledge infrastructure: practitioners, science and private companies. NETLIPSE.NL has produces several interesting insights in the management of LIPs. These conclusions are illustrated in the book and the PhD thesis. Some main insights are: 1 Even though the context of large infrastructure projects can be highly different, the challenges and themes that are experienced by those active in the field, are similar. This makes international comparison and knowledge exchange both possible and potentially fruitful. 2 Management of LIPs requires a fine balance between control (needed to manage detail complexity) and interaction (needed to deal with dynamic complexity. Most project delivery organisations are better developed in applying the strategies of control than interaction. 3
4 3 LIPs contain a whole range of goals and objectives. Essential is the output for those that will benefit from the project: the user. Often the link between the physical infrastructure facility and the overall objectives of the project tend to disappear with LIPs which makes that the added value is lower than expected and what could have been delivered. 4 Project suffer from a learning paradox : the added value of learning from others is high while at the same time learning from others is often not considered to be a task of the project delivery organisation. 5 Projects need to be flexible when possible. Over the course of the project, many chances will occur which are often outside the control of project managers, but have a main impact on the project objectives and deliverables. External changes events that were found to be of high importance include safety accidents, government changes and tender market fluctuations. 4
5 1. Introductie Om in de sterk stijgende en wisselende behoefte aan regionale en interregionale mobiliteit een invulling te geven, worden vele grote infrastructuurprojecten ontwikkeld. Voorbeelden zijn Hogesnelheidslijnen, goederenspoorlijnen, nieuwe waterwegen en snelwegen. De lijst met de 30 TransEuropese Netwerk (TEN) projecten, met hierin de prioriteiten op projectniveau binnen de Europese Unie, vormt hiervan een illustratie. In 2008 heeft de EU aangeven dat er nog steeds behoefte is aan enorme investeringen in infrastructuur, vooral ook in de nieuw toegetreden lidstaten. Aan de andere hand concludeert de EU ook dat een groot deel van de 30 benoemde prioriteitsprojecten vertraagd is en/of gekenmerkt door grote kostenoverschrijdingen. Dus hoewel de behoefte aan nieuwe infrastructuur enorm is, blijft de realisatie van projecten achter. Hoewel de behoefte aan mobiliteit groot is en breed onderschreven in beleidsdoelstellingen, neemt ook de weerstand tegen infrastructuurprojecten, door bijvoorbeeld lokale belanghebbenden, sterk toe. Daarnaast zijn de eisen die worden gesteld aan grote infrastructuurprojecten de afgelopen decennia sterk toegenomen. Hierbij valt te denken aan eisen vanuit regelgeving: archeologie, flora & fauna, milieu en hinder. De behoefte aan mobiliteit staat hierdoor op gespannen voet met het vermogen om deze projecten te realiseren. Om deze spanning te doorbreken, en lock-in te voorkomen, zal de managementkwaliteit bij de implementatie van grote infrastructuur projecten sterk moeten toenemen. Op basis hiervan is de volgende kerndoelstelling benoemd voor het Transumo-project NETLIPSE.NL: Identificeer de spanning tussen mobiliteitsbehoefte en sociale eisen en ontwikkel nieuwe innovatieve manieren om met deze spanning om te gaan bij de implementatie van grote infrastructuur projecten In termen van People, Planet, Profit, betekent dit het volgende: People Mensen hebben behoefte aan mobiliteit. Door in deze behoefte naar mobiliteit te voorzien leveren infrastructuur projecten een direct bijdrage aan de ontwikkeling van mensen. Daarnaast kan door bijvoorbeeld reistijdverkorting extra service worden geboden. NETLIPSE.NL levert een toegevoegde waarde voor de participanten in infrastructuurprojecten door nieuwe managementvaardigheden te bieden. Potentieel kan dit leiden tot betere inpassing van de infrastructuurvoorziening, minder ongemakken tijdens de uitvoering en een hoger veiligheidsniveau. Planet De laatste jaren wordt bij grote projecten steeds meer de nadruk gelegd op eisen vanuit de omgeving. Dit is zichtbaar in wetgeving en verdragen zoals bijvoorbeeld Kyoto, EU-richtlijnen, habitat-wetgeving en regels voor nadeelcompensatie. Deze regelgeving en verdragen zijn een uitdrukking van de toegenomen zorg voor het milieu, maar betekenen tegelijkertijd extra eisen voor de realisatie van infrastructuur. Om deze eisen op een goede wijze in te bedden maar eveneens het project tot voltooiing te brengen, zijn buitengewone, vaak innovatieve, managementstrategieën noodzakelijk die zijn ontwikkeld binnen NETLIPSE.NL. Profit Infrastructuur is duur. Via het ontwikkelen van nieuwe managementaanpakken proberen we een bijdrage te leveren aan het terugdringen van deze kosten. Het is echter lastig om hier een directe link te leggen. Daarnaast vormt mobiliteit een belangrijke driver van de nationale en Europese economie. Dit betekent dat indien we onvoldoende in staat zijn om infrastructuurprojecten te realiseren onze concurrentiepositie zal verslechteren. In termen van duurzaamheid is de toegevoegde waarde van het project NETLIPSE.NL vaak indirect, zoals blijkt uit de beschrijving van de 3 P s. Dit is te illustreren aan de hand van de figuur 1. 5
6 Figuur 1 Rol van het organiserend vermogen bij duurzaamheid Uit figuur 1 valt op te maken dat het streven naar duurzaamheid, en hiermee het reduceren van het duurzaamheidtekort, bestaat uit inhoudelijk maatregelen (voor naar schatting 80%) en een verbetering van het organiserend vermogen (voor naar schatting 20%). De vernieuwende management aanpakken uit NETLIPSE. NL dragen aan een versterking van het organiserend vermogen. Het gaat hier om andere aanpakken die samen met de inhoudelijke maatregelen het streven naar duurzaamheid vormgeven. In termen van transitie beoogt het project NETLIPSE NL een beweging op gang te brengen: Van: Naar: het bouwen van fysieke infrastructuur, het op duurzame wijze leveren van toegevoegde waarde door middel van duurzame realisatie van een infrastructurele voorziening. Infrastructuurprojecten worden vaak aangestuurd en getypeerd in de te smalle context van het bouwen van fysieke infrastructuur. Een bredere blik waarbij meer oog is voor de lange termijn belangen en behoeftes van de betrokkenen binnen de context, leidt vaak tot een andere benadering en vergroot de kans op succesvolle implementatie. De doelstellingen in termen van de drie P s, duurzaamheid en transitie zijn vertaald in de volgende concreet op te leveren resultaten: 1 Ontwikkeling van een internationaal netwerk van betrokkenen bij grote infrastructuur projecten om kennisuitwisseling en kennisontwikkeling te stimuleren. Het netwerk wordt als volgt gefaciliteerd: a. Organiseren netwerkbijeenkomsten; b. Opzetten website ( kennisnetwerk; c. Vinden partners voor kennisnetwerk; d. Uitbrengen elektronische nieuwsbrieven; e. Geven van presentaties en colleges. 2 Ontwikkeling van nieuwe kennis in het management van grote infrastructuurprojecten: a. Proefschrift op het terrein van het management van complexiteit bij de implementatie van grote infrastructuurprojecten; b. Proefschrift over stakeholder management bij grote infrastructuurprojecten; c. Boek met lessons learned en best practices bij grote infrastructuurprojecten in Europa: i. Met een wetenschappelijk gevalideerde onderzoeksaanpak; ii. Op basis van 15 onderzochte projecten; iii. Samen met een internationaal consortium aan onderzoekers; iv. Met een doorkijk naar de ontwikkeling van een beslissingsondersteunend instrument. Voor een compleet overzicht van de resultaten wordt verwezen naar de lijst met deliverables in bijlage A. Hierin is eveneens zichtbaar welke oorspronkelijke deliverables niet zijn opgeleverd en welke deliverables later zijn toegevoegd. 6
7 In een later stadium is een aantal top-ups toegevoegd aan het NETLIPSE NL project. Het gaat om de volgende onderdelen: 1 Europees Congres NETLIPSE; 2 Brochure NETLIPSE.NL; 3 Opstart NETLIPSE 2; 4 Learning History N23; 5 Transitie als benchmark; 6 Ecologie van Infrastructuur (combineer wat je hebt). De rapportage over de top-ups 1 t/m 3 verloopt via deze rapportage. Voor de top-ups 4 t/m 6 zijn aparte rapportages beschikbaar. De eerste twee top-ups zijn gericht op extra activiteiten aan kennisverspreiding in de vorm van een brochure en een bijdrage aan een congres. De top-up voor NETLIPSE 2 betreft een ondersteuning in het opzetten van het vervolgprogramma in samenwerking met de Europese Unie. De topup voor NETLIPSE 2 is uitgebreid toegelicht in hoofdstuk 5 doorwerking en verankering. 2. Onderzoeksopzet/aanpak Om de geschetste doelen voor NETLIPSE.NL te bereiken is gebruik gemaakt van een aanpak gebaseerd op een tweetal steunpilaren. De eerste pilaar is de ontwikkeling van managementaanpakken. Deze aanpak die we gaandeweg Dynamische Management zijn gaan noemen vormt de inhoudelijke motor van het project. Dynamisch Management is gebaseerd op het competent synchroon gebruiken van management strategieën gebaseerd op control en interaction. Dit is zichtbaar gemaakt in figuur 2. Figuur 2 Dynamisch management als wisselwerking tussen control and interaction Een aanpak uitsluitend gebaseerd op control zorgt weliswaar voor voortgang en efficiëntie maar heeft als valkuil dat er wellicht een voorziening wordt opgeleverd die niet aansluit bij de belangen van betrokkenen. Een aanpak uitsluitend gebaseerd op interaction zorgt voor draagvlak en betrokkenheid maar heeft als valkuil dat het project niet gerealiseerd wordt. Beide aanpakken zijn dus synchroon noodzakelijk om te komen tot een goede implementatie van een infrastructuurproject. De tweede pilaar betreft het ontwikkelen van een internationaal kennisnetwerk op het gebied van de implementatie van grote infrastructuurprojecten. De schaal en complexiteit van grote infrastructuurprojecten maakt dat deze op landelijk niveau vaak uniek zijn, waardoor kennisuitwisseling wordt bemoeilijkt. Op internationale schaal zijn projecten echter vaak wel vergelijkbaar. Daarom is er gestreefd om op dit internationale niveau een kennisnetwerk op te bouwen. Bij de uitvoering van het project is gebleken dat de twee pilaren samen een soort vliegwiel vormen. Door inhoudelijk interessante kennis te ontwikkelen komen er meer en meer deelnemers naar de bijeenkomsten en raken zij geïnteresseerd in het project. Aan de andere kant biedt het netwerk de betrokken de kans om gezamenlijk nieuwe kennis te ontwikkelen. Deze koppeling vormt één van de kernpunten in de aanpak van NETLIPSE.NL. Het consortium waarmee het onderzoek is uitgevoerd bestond uit: 1 AT Osborne (NL) private partij, penvoerder E. Westerveld projectleider (Marcel Hertogh in startfase) 2 Ministerie van Verkeer en Waterstaat (NL) overheid 3 Department for Transport (UK) overheid 7
8 4 ETH Zurich kennisinstelling 5 Erasmus Universiteit Rotterdam (NL) kennisinstelling 6 KPC communicatie advies Zurich private partij 7 LNEC (P) onderzoeksinstelling 8 IBDiM (PL) onderzoeksinstelling Elk van deze organisaties leverde eenvertegenwoordiger voor de stuurgroep ( executive board ) waarvan Leendert Bouter (Ministerie van Verkeer- en Waterstaat) de voorzitter was. De organisatiestructuur van het project is weergegeven in figuur 3. Figuur 3 Organisatie NETLIPSE NL Transumo vormde samen met de Europese Unie de co-financiers van het onderzoek. De financiering vanuit de EU verliep via het zesde kaderprogramma. Het onderzoek werd aangestuurd door de executive board waarbij de dagelijkse aansturing (projectmanagement) in handen lag van AT Osborne als penvoerder van het consortium. AT Osborne stuurde hierbij 5 knowledge teams aan die verantwoordelijk waren voor het uitvoeren van het onderzoek bij 15 grote infrastructuurprojecten. In de vijf knowledge teams waren de verschillende onderzoeksinstituten actief als trekkers. Er werd gewerkt met een uniforme onderzoeksaanpak die door de knowledge teams werd toegespitst op de locale context. De gebruikte wetenschappelijke methodologie was die van action research: de onderzoekers maakten actief deel uit van de te onderzoeken projecten. Onderzoekers traden op als reflective practitioners op wat ze aantroffen in infrastructuurprojecten. Onderzoek verliep veelal via case studies, waarin een combinatie werd gemaakt tussen desk research en interviews op locatie. Er is een holistische bendering gevolgd. Dit hield in dat de projecten werden gezien binnen een bredere context, bijvoorbeeld door te kijken naar het netwerk van betrokken actoren. Enkele participanten die sterk geïnteresseerd waren in het onderzoek, bijvoorbeeld vanuit de onderzochte projecten, maakten deel uit van de advisory board die de executive board van advies voorzag. Daarnaast waren er participanten die interesse toonden in het onderzoek, bijvoorbeeld door deel te nemen aan de bijeenkomsten, maar niet direct actief waren in de uitvoering ( target groups ). Kenmerkend voor de organisatie van het project was de verbinding tussen overheden, kennisinstellingen en private partijen ( tripartiete kennisinfrastructuur ). Het samenbrengen van de verschillende competenties vormt een volgende kernpunt in de aanpak van NETLIPSE.NL. De overheden zorgen ervoor dat de kennisontwikkeling door kennisinstellingen aansluit bij de behoefte. De private partijen zorgen voor een 8
9 doelgerichte aansturing van het project. De kennisinstellingen zorgen voor een kritische blik richting de bestudeerde projecten en zo voor diepgang van de ontwikkelde kennis. Het project NETLIPSE.NL vormde binnen Transumo een onderdeel van het thema Bestuurlijke Processen. Binnen dit thema zijn met de andere projecten op diverse momenten de aanpak en de conclusies doorgenomen. Hieruit volgde aanscherping en verdieping van de opgedane inzichten. Daarnaast is in gezamenlijk verband nagedacht over de transitiecomponent bij alle lopende Transumo-projecten in het Transitieprogramma. In verscheidene sessie met deelnemers van alle Transumo-projecten zijn (tussentijdse) resultaten gepresenteerd. De uitvoering van het project verliep voor een groot gedeelte als gepland. Er zijn echter enkele kenmerkende afwijkingen in het proces en de oplevering. Een eerste afwijking betreft de doorwerking richting het Nederlandse praktijkveld. In de oorspronkelijke opzet was voorzien om ook binnen Nederland een kennisnetwerk op te zetten. Dit is echter niet geheel gelukt binnen de looptijd van het project. De belangrijkste reden hiervoor is dat het netwerk een sterke internationale oriëntatie heeft, en het parallel opstarten van een Nederlandse netwerk zoveel capaciteit van het project zou vragen dat dit onmogelijk bleek. Daarnaast bestond er het risico om dingen dubbel te doen. Er is daarom gekozen om het internationale netwerk als basis te houden, ook al omdat dit als het meest onderscheidende element werd gezien. Voor de nationale verankering is er voor gekozen om aan te haken bij nationale initiatieven zoals het programma Kennis in het Groot ( KING ), het platform onderzoek naar projectmanagement 1 en de Rijksacademie voor Projectmanagement 2 (een initiatief van het Ministerie van VROM, ProRail en het Ministerie van V en W). Hoewel de aanhaking bij deze initiatieven voldoende is bewerkstelligd, staan deze nog tamelijk ver af van de dagelijkse praktijk van projectmanagers. Het overbrengen van de ontwikkelde kennis naar de dagelijkse aansturing van Nederlandse - projecten is dus nog zeker niet voltooid. De tweede belangrijke afwijking betreft de top-up voor NETLIPSE 2. Het gaat hier om het vervolgprogramma van de eerste fase van NETLIPSE. Bij indienen van de topup eind 2007 was voorzien dat Transumo een bijdrage zou leveren aan dit nieuwe programma. Tijdens de uitvoering bleek echter dat met name het vormen van het consortium, de verdeling van verantwoordelijkheden en de onderhandelingen met de EU dermate tijdrovend waren, dat de oorspronkelijke doelstelling niet haalbaar bleek. Toen dit bleek, is in overleg met Transumo besloten om als projectresultaat de nieuwe overeenkomst met de Europese Unie te benoemen, een deliverable die wel bleek te kunnen worden opgeleverd binnen de looptijd van Transumo. Andere, wat kleinere afwijkingen betreffen de opzet van trainingen en het opleveren van wetenschappelijke artikelen. Beide zullen in de toekomst worden gerealiseerd; de trainingen vormen onderdeel van het plan voor NETLIPSE 2 en de artikelen volgen na publicatie van het proefschrift, maar bleken niet binnen de looptijd van Transumo op te leveren. Voor NETLIPSE NL zijn vele extra deliverables opgeleverd die veelal extra communicatieuitingen vormen (zie verder bijlage A en hoofdstuk 4). 3. Resultaten en effecten De resultaten van het project zijn in de vorm van de deliverables volledig weergegeven in bijlage A. Hier is ook de koppeling met de Transumo-mijlpalen gemaakt. De drie belangrijkste producten worden hier wat uitgebreider toegelicht. Deze kernproducten zijn: 1 Internationaal netwerk betrokken bij het management van grote infrastructuur projecten. 2 Boek met best practices en lessons learned bij grote infrastructuur projecten in Europa. 3 Proefschrift met als titel Playing with complexity management and organisation of large infrastructure projects in Europe. 1 Doel van het platform is om kennis en ervaring uit te wisselen en om onderzoek ambities te bundelen. 2 De Rijksacademie voor Projectmanagement heeft als ambitie binnen de rijksoverheid om het vakgebied projectmanagement te professionaliseren. Zo ontstaat een centrale plek waar projectmanagers kennis en ervaring uit kunnen wisselen. Kortom een ontmoetingsplaats voor vakgenoten. 9
10 Ad. 1 Internationaal netwerk Het actieve netwerk van betrokkenen bij grote infrastructuurprojecten vormt één van de hoofdproducten van het project. Dit netwerk bestaat uit private partijen als banken en adviesbureaus, overheden als de Europese Unie en landelijke ministeries, projectorganisaties en kennisinstellingen. Het netwerk sluit dus in sterke mate aan bij de tripartiete samenwerking zoals die binnen Transumo gebruikelijk is. Inmiddels is het netwerk 7 keer bij elkaar gekomen, telkens op een andere locatie in Europa. Het netwerk is gaandeweg gegroeid van de oorspronkelijke consortiumleden naar een netwerk waarbij circa 30 verschillende organisaties zijn betrokken en een veelvoud van personen. Tijdens de eerste netwerkbijeenkomst waren er circa 20 deelnemers. Bij de oplevering van de eindproducten tijdens de bijeenkomst in Turijn waren dit er circa 80. Belangrijk in de ondersteuning van het netwerk waren de elektronische nieuwsbrieven en de internetsite De resultaten en activiteiten van het netwerk zijn gecommuniceerd in diverse presentaties en colleges. Een aantal van deze presentaties is benoemd als deliverable. Ad. 2 Boek over best practices en lessons learned Het boek Managing Large Infrastructure Projects is gepubliceerd in mei Het boek bevat een beschrijving van het NETLIPSE initiatief, de onderzoeksaanpak en de kernconclusies van het onderzoek gedaan bij 15 projecten. De vijftien projecten zijn zichtbaar in figuur 4. NETLIPSE Projects (modality) 1 Betuweroute ((rail) 2 Ringroad Bratislava (road) 3 Gotthard Base Tunnel(rail) 4 HSL-South (rail) 5 Lezíria Bridge (road) 6 Lisbon Porto (rail) 7 Lötschberg Base Tunnel (rail) 8 Maaswerken (water) 9 Motorway A2 (road) 10 Motorway A4 (road) 11 Motorway E18 (road) 12 Nuremberg Ingolstadt (rail) 13 Øresund bridge (road & rail) 14 Unterinntalbahn (rail) 15 West Coast Mainline (rail) Figuur 4 De 15 onderzochte projecten In het boek staan de 15 projecten uitgebreid beschreven en worden de best practices en lessons learned uitgebreid toegelicht aan de hand van praktische voorbeelden. Ook wordt in het boek de mogelijkheid verkend voor de ontwikkeling van een beslissingsondersteunend instrument ( Infrastructure Project Assessment Tool ) op basis van de opgedane kennis. Ad 3. Proefschrift management van complexiteit bij infrastructuurprojecten Het proefschrift functioneerde als de ideeëngenerator in het onderzoek. Door het starten van het proefschrift zijn er contacten opgedaan bij de Europese Unie, wat ervoor heeft gezorgd dat het project in een stroomversnelling kwam. Het proefschrift is in januari 2010 verschenen. In het proefschrift wordt de complexiteit bij grote infrastructuurprojecten beschreven en worden management strategieën uitgewerkt om met deze complexiteit om te gaan. Enkele belangrijke inzichten worden kort toegelicht: 1 Hoewel de context van grote infrastructuurprojecten sterk kan verschillen zijn de belangrijkste uitdagingen en thema s zoals die worden ervaren in de praktijk, internationaal goed vergelijkbaar. Dit maakt internationale kennisuitwisseling zowel mogelijk als potentieel vruchtbaar. 2 De complexiteit bij grote infrastructuurprojecten heeft twee hoofdelementen: detail complexiteit en dynamische complexiteit. Detail complexiteit is herkenbaar in de vele componenten en diverse relaties binnen het eindproduct, de aanpak en het stakeholder netwerk. Dynamische complexiteit is gekoppeld aan de veranderende inzichten van partijen en de optredende gebeurtenissen die het project raken (zie figuur 5) 10
11 Figuur 5 Detail en dynamische complexiteit 3 Het management van complexiteit vereist een delicate balans tussen control en interaction (zie figuur 1). De meeste projectorganisaties zijn beter in staat om de strategieën behorende bij control tot uitvoering te brengen dan die van interactie. 4 Grote infrastructuurprojecten bevatten een keten aan doelen. Essentieel is de output voor de partijen die profiteren van het project. Dit belang moet centraal staan. Vaak verdwijnt gedurende de implementatie van een project de koppeling tussen de fysieke infrastructuur en de strategische doelen van de betrokkenen, waardoor de toegevoegde waarde kleiner is dan was verwacht en dan mogelijk was (figuur 6) 5 Projecten leiden aan een leerparadox : de toegevoegde waarde van het leren van andere projecten is groot maar dit wordt niet als een kerntaak van de projectorganisatie gezien, zodat het in de praktijk nog weinig gebeurt. 6 Het management van complexiteit binnen grote infrastructuurprojecten vraagt om buitengewone aanpakken en oplossingen ( extraordinary approaches ). De vijf x-factors voor succesvolle implementatie van grote infrastructuurprojecten zijn: 1 Stakeholder systeem: streef naar een hogere orde van samenwerking tussen betrokkenen. 2 Actor niveau: positioneer de projectorganisatie als project kampioen. 3 Persoon niveau: zorg voor competente mensen die het verschil maken. 4 Kijk en gebruik onconventionele management oplossingen om doorbraken te bereiken. 5 Herken en gebruik de aanwezige windows of opportunity. De afgelopen jaren is er in Nederland diverse malen onderzoek uitgevoerd naar de besluitvorming en implementatie van grote infrastructuurprojecten, bijvoorbeeld via de commissie Elverding en de Tijdelijke Commissie Infrastructuur (TCI). In het NETLIPSE.NL onderzoek is hier gebruik van gemaakt. Dit geldt bijvoorbeeld voor de uitgebreide beschrijvingen van de projecten Betuweroute en HSL-Zuid. De conclusies bevinden zich echter binnen verschillende kaders. Het NETLIPSE.NL onderzoek is gericht op het functioneren van de projectorganisatie en de relatie die deze heeft met de bestuurlijke opdrachtgever en andere betrokken partijen. Bij de TCI ging het meer over de besluitvorming en informatievoorziening in het politieke domein. De aanbevelingen van de TCI richten zich daarnaast met name op control en veel minder op interaction. De commissie Elverding met name gericht op versnelling van implementatie - besteedt in haar conclusies wel veel aandacht aan de interactie tussen participanten en dan vooral tijdens het voortraject. Maar na het op interactie gerichte voortraject moet via een efficiëntere sturing tot implementatie worden gekomen. Uit NETLIPSE.NL- onderzoek blijkt echter dat interactieve besluitvorming 11
12 geen garantie is voor een rimpelloze implementatie. Met name doordat dit soort grote projecten een grote mate van dynamische complexiteit kennen, die niet verdwijnt gedurende de looptijd, is interactie met betrokkenen noodzakelijk tijdens de gehele implementatie en niet alleen tijdens het voortraject. Gedurende de looptijd van het project zijn er, mede als gevolg van de goede samenwerking, weinig belangrijke wijzigingen geweest binnen de projectorganisatie. Wel is de focus gaandeweg bij bepaalde leden van het consortium komen te liggen, te weten: Ministerie van Verkeer en Waterstaat, DfT, ETH Zurich en AT Osborne. Deze partijen tonen het meeste initiatief in de opvolging van NETLIPSE 1 met als gevolg dat V en W en DfT samen de trekkers vormen van NETLIPSE 2, waarbij AT Osborne als managementorganisatie zal acteren voor de uitvoering van het project. ETH Zurich zal als lid van de executive board actief blijven. Op het gebied van transitie is in het project sterk gekeken naar de lange termijn ontwikkeling van het netwerk. Dit werd sterk gedreven door enkele sleutelpersonen als Leendert Bouter (V en W), Hans Rudolf Schalcher (ETH)en Stuart Baker (DfT). Het netwerk is kleinschalig gestart en gaandeweg het project uitgebouwd en verdiept, in lijn met de transitiemanagementaanpak als gehanteerd binnen Transumo. Voor de verdere opschaling is een sterkere inbedding binnen de overheidsorganisaties (ministeries) uit de Europese lidstaten noodzakelijk, iets wat wordt beoogd binnen NETLIPSE 2. Daarnaast is het essentieel om de Nederlandse praktijk op een bredere manier aan te haken bij het initiatief. NETLIPSE.NL is een sterk internationaal georiënteerd project. Dit blijkt alleen al uit de lijst met deelnemers van de netwerkbijeenkomsten en het feit dat elk van de 7 bijeenkomsten in een ander Europees land heeft plaatsgevonden. 4. Verankering en doorwerking Het communiceren van de onderzoeksresultaten en de activiteiten van NETLIPSE.NL vormde een speerpunt vanaf de start van het project. Communicatie binnen het consortium verliep via de reguliere bijeenkomsten van de executive board en het dagelijkse management vanuit AT Osborne. Hierbij zijn bijvoorbeeld aparte bijeenkomsten met de scientific board opgezet en is de onderzoeksaanpak besproken met elk van de betrokken lokale teams. Daarnaast bestond er de mogelijkheid om informatie uit te wisselen via het afgesloten deel van de website. Communicatie met de geïnteresseerde partijen verliep via de website de elektronische nieuwsbrieven en uiteraard tijdens de netwerkbijeenkomsten. Binnen Transumo werd via het thema Bestuurlijke Processen gewerkt aan inhoudelijke verdieping van resultaten en is gezamenlijk het initiatief Transitie als benchmark ontwikkeld om de andere Transumo projecten ( horizontaal ) te ondersteunen bij uitdagingen op het gebied van transitiemanagement. Dit initiatief is overgenomen en geleid door de directie van Transumo als één van de speerpunten binnen de laatste jaren van het programma. Uiteindelijk is er binnen NETLIPSE.NL veel meer aandacht besteed aan het geven van presentaties tijdens congressen en seminars. Dit was noodzakelijk om het benodigde draagvlak te vinden voor NETLIPSE 2. Het is buitengewoon lastig gebleken om de juiste personen te vinden en benaderen binnen de betrokken lidstaten en projectorganisaties. Effectief benaderen van partijen vraagt om een aanzienlijke voorinspanning en kan niet op afstand gebeuren. Daarom zijn er verschillende congressen bezocht (Lille, Trondheim, Transfin). Elk van deze bezoeken heeft nuttige contacten opgeleverd voor het vervolg van NETLIPSE.NL. Deze contacten hebben ook geleid tot nieuwe mogelijkheden tot publicaties, zoals bijvoorbeeld in het boek Perspectives on project management. Per saldo betekent dit dat er met name op het gebied van communicatie, ook door de toevoeging van de Top-ups, meer deliverables zijn opgeleverd dan vooraf gepland en overeengekomen. Verankering van de ontwikkelde kennis vindt met name plaats via de sleutelspelers V en W, DfT, ETH en AT Osborne via NETLIPSE 2. Binnen NETLIPSE 2, dat in ieder geval loopt tot 2011, staan de volgende onderwerpen centraal: 1 Uitbouw van het aantal betrokken ministeries uit de lidstaten. 2 Formalisering van het netwerk in de vorm van een juridische entiteit. 3 Ontwikkeling van het Infrastructure Project Assessment Tool (IPAT). 4 Ontwikkeling van training op basis van ontwikkelde kennis. 12
13 NETLIPSE 2 wordt ondersteund door de Europese Unie. Er is inmiddels door de EU een beschikking afgegeven waarin de ondersteuning wordt gegarandeerd. Op dit moment worden de onderzoeksactiviteiten verder uitgewerkt. De tweede vorm van verankering verloopt het programma Next Generation Infrastructures (NGI). Op basis van initiatieven uit NETLIPSE.NL op het gebied van grensoverschrijdende infrastructuur is een onderzoeksvoorstel ontwikkeld, gebaseerd op een kruisbestuiving tussen de spoorsector en energiesector dat door NGI wordt ondersteund. Daarnaast vinden er momenteel gesprekken plaats om de netwerken van NGI en NETLIPSE.NL aan elkaar te gaan koppelen. Vermarkting van de onderzoeksresultaten vindt op dit moment onder meer plaats via AT Osborne. Zo heeft de binnen NETLIPSE.NL ontwikkelde kennis mede geleid tot nieuwe opdrachten, bijvoorbeeld voor het geven van trainingen proces- en projectmanagement binnen Rijkswaterstaat. Daarnaast zal vermarkting gaan plaatsvinden via de nieuw op te richten entiteit waarin het netwerk wordt geformaliseerd. Deze not for profit instelling zal de nieuwe producten ontwikkelen in de vorm van trainingen en het IPAT. Deze producten kunnen worden verkocht aan kennisinstellingen, overheidsorganisaties en private ondernemingen in heel Europa. Met de inkomsten kunnen nieuwe initiatieven en onderzoeken worden gefinancierd zodat NETLIPSE zich verder kan ontwikkelen. Hoewel er binnen NETLIPSE.NL de nodige kennis is opgedaan, blijven er diverse vragen te beantwoorden. Aanbevelingen voor vervolgonderzoek betreffen bijvoorbeeld: Op welke wijze kan competent geschakeld worden tussen interaction en control door projectmanagers in de praktijk? Wat betekent duurzaamheid bij de realisatie van grote infrastructuurprojecten en hoe kan hier aan worden vormgegeven? Op welke wijze kunnen onderzoekservaringen verder worden geïmplementeerd en dus toegepast (implementatievraag). 5. Projectsucces In termen van de doelstellingen van de drie P s (People, Planet en Profit) is het lastig te beoordelen of het project als succesvol kan worden beschouwd omdat het als genoemd vooral om een indirecte bijdrage gaat. Wel kan geconstateerd worden dat het netwerk sterk is gegroeid de afgelopen jaren en de ontwikkelde management- aanpakken als vernieuwend worden beschouwd. Of deze aanpakken al voor een omslag hebben gezorgd in de praktijk is echter de vraag en zal de toekomst moeten uitwijzen. Op dit gebied zijn de resultaten van het project dus moeilijk te kwantificeren en hard te maken. Het project levert een concrete bijdrage aan transitiekennis doordat de geleerde lessen zijn opgenomen in de publicatie transitie als benchmark. Geleerde lessen die hierin worden benoemd: Zorg voor een kleine groep sleutelspelers die het project van de grond trekt en van ideeën en voortgang voorziet. Deze groep dient: o Variatie te bevatten (publiek/privaat, persoonlijkheid); o Geen onderdeel te zijn van de gevestigde orde; o Voldoende positie te hebben in het netwerk om zaken voor elkaar te krijgen; o Creatief te zijn en volhardend. Zorg voor opschaling door het ontwikkelen van persoonlijk contacten en niet via afstandelijke sturing. Koppel de ontwikkeling van een netwerk altijd aan de ontwikkeling van kennis of een andere lopende activiteit die maakt dat geïnteresseerden kunnen participeren en blijven deelnemen aan bijeenkomsten. Werk aan de kruisbestuiving tussen wetenschap en praktijk. Maak onderzoeksteams met betrokkenen uit beide geledingen. Zorg voor voldoende betrokkenheid vanuit de praktijk voor je initiatief. Accepteer dat transitie een onvoorspelbaar traject van de lange adem is. Richt je dus op korte termijn doelstellingen zonder je (bewegende) einddoel uit het oog te verliezen. Beweeg mee met ontwikkelingen bij je participanten om je initiatief aan te haken bij de dagelijkse realiteit. De belangrijkste component van de resultaten betreft de ontwikkeling van een kennisinfrastructuur. Binnen NETLIPSE.NL zijn zowel inhoudelijke resultaten geboekt op het terrein van onderzoek als procesresultaten in de vorm van een netwerk. Dit netwerk zal ook na afronding van Transumo blijven bestaan. Op dit vlak kan het project als bijzonder succesvol worden bestempeld. 13
14 Het projectteam beschouwt het project overwegend als succesvol. De resultaten van internationale samenwerking zijn in vergelijkbare (eerdere) gevallen bedroevend terwijl de ambities vaak groot zijn. NETLIPSE.NL is wel in staat gebleken producten op te leveren en voortgang te boeken. En dit ondanks de vaak stroeve bureaucratische werkwijze binnen de EU en de bekende barrières op het gebied van internationale samenwerking als taal/cultuur, afstand en uiteenlopende belangen. Aan de andere kant zijn er zeker zaken die beter hadden kunnen worden opgepakt, zoals de verankering van kennis binnen Nederland. Kennisoverdracht naar de praktijk blijkt echter een heel lastig fenomeen, waarmee zeker niet alleen in dit project de nodige moeite mee is. In de het bereiken van resultaten van NETLIPSE.NL heeft Transumo een essentiële rol gehad. Deze zit met name in het als katalysator fungeren op financieel gebied en de toegang tot het Transumo-netwerk. Transumo heeft door zijn steun de opstart van NETLIPSE 1 en 2 mogelijk gemaakt. Dit soort trajecten vragen om een omvangrijke voorinvestering van alle betrokkenen, die zonder de Transumo bijdrage niet of in ieder geval een stuk minder snel zou zijn gedaan. Daarnaast biedt Transumo een netwerk en podium voor de uitwisseling van kennis waar veelvuldig gebruik van is gemaakt bijvoorbeeld in de jaarlijkse projectendag maar ook binnen het thema Bestuurlijke Processen. Ook op dit vlak heeft Transumo een essentiële bijdrage geleverd in de vorm van inhoudelijk kennispartner en podium voor kennisoverdracht. Het NETLIPSE.NL initiatief is sterk vanuit Nederland ontwikkeld en gesteund. Dit wordt (h)erkend door de internationale partners in het veld. Met de nieuwe ontwikkelde kennis en de opzet van het netwerk loopt Nederland voorop op dit werkgebied. Niet zozeer op theoretische vlak, op dit terrein zijn vergelijkbare initiatieven, maar vooral door de koppeling tussen wetenschap en praktijk. Ook voor de positieversterking van Nederland kunnen de resultaten dus als positief worden beschouwd. Trefwoorden NETLIPSE, projectmanagement, complexiteit, netwerk, infrastructuur, transitie, duurzaamheid, duurzame mobiliteit, Transumo, Bestuurlijke Processen. 14
15 Bijlage 1: mijlpalen gedurende de looptijd van het project Mijlpalen voor wetenschappelijke output Bijdrage project Wetenschappelijke publicatie W1 Dissertaties/theses 4 W2 Wetenschappelijke publicaties 10 W3 Wetenschappelijke seminars 3 Internationalisering W4 Aansluiting internationale netwerken 8 W5 Participatie internationale deskundigen 5 Toepassingen W6 Toepassingen (valorisatie) 2 Mijlpalen voor economische en maatschappelijke output Bijdrage project Duurzame kennisinfra M1 Meer-partij onderzoek 3 M2 Best practices 6 M3 Samenwerkingsverbanden 3 Kennis duurzame mobiliteit M4 Conceptontwikkeling 2 M5 Kennis over technologische vernieuwing M6 Kennis van gebruikers Ervaring voor implementatie M7a Gebruikersoriëntatie 1 M7b Gebruikersparticipatie 1 M8 Praktijkcases 1 M9 Proeftuinprojecten 1 M10 (Ontwikkelen) transitiekennis Concretisering M11 Investeringsprojecten M12 Commerciële tools 1 Mijlpalen innovatietraject, incl. kennistransfer Bijdrage project Communicatie-uitingen K1a Website* 1 K1b Factsheets projecten K1c Transumo brochure/leaflet 2 K1d Transumo jaarverslag K1e Transumo jaarcongres Toegepaste publicaties K2 Onderzoeks(tussen)rapportages 4 K3 Vakpublicatie 7 K4 (Bijdragen) Vaksymposia 8 K5 Lezingen, interviews 23 Onderwijs K6 Onderwijscases HBO/WO 7 K7 Afstudeerprojecten/stages 12 Communities K8 Communities/Networks of Practice 1 15
16 Bijlage 2 deliverables (gehele looptijd project) Deliverable Delivery date Status Mijlpalen Opmerkingen 1.1 Report Thesis 2006 Q3 ( % W1 Verdediging ) Journal Articles 2006 Q4 ( % W2 Zal volgen na oplevering 2006) PhD. Wordt niet opgeleverd binnen periode Transumo. 2.2 Chapter in book on the 2008 Q2 ( % W2 Afgerond management of complexity 2008) 2.3 PhD thesis on stakeholder 2009 Q2 ( % W1, W5 Is in de vorm van een management in LIPs 2008) samenvatting opgeleverd 2.4 Article on multiplier analysis 2009 Q1 100% W2 Extra deliverable Opgeleverd 2.5 Chapter in book Perspectives 2009 Q3 100% W2 Extra deliverable of Projects Opgeleverd. Druk einde Follow up PAO Course 2008 Q4 ( % W4 Wordt niet opgeleverd. Wel 2008) onderdeel van NETLIPSE Newspaper article 2007 Q3 ( % K3 Opgeleverd Betuweroute Network meetings Lisbon & 2007 Q4 ( % M1, W3, W4, Opgeleverd Warsaw 2007) W Network meeting Turin 2008 Q2 ( % M1, W3, W4, Opgeleverd 2007) W case study reports 2007 Q4 ( % M2, K2 Opgeleverd (opgenomen in 2007) boek) 4.7 TEN Brochure 2008 Q3 ( % K2, M1, M2 Opgeleverd 2008) 4.8 Comparative case analysis 2008 Q3 ( % K2, M1, M2 Opgeleverd 2008) Electronic newsletters Q2 ( % K1, K4, K5 Opgeleverd 2007) Electronic newsletters 3& Q2 ( % K1, K4, K5 Opgeleverd 2008) 4.10 Infra Maturity Tool 2008 Q3 ( % M12, M4 Opgeleverd 2008) 4.11 Final congress NETLIPSE & 2008 Q3 ( % M1, K4, K5 Opgeleverd DG TREN 2008) 4.12 Book on the management of 2009 Q2 ( % W2 Opgeleverd TEN projects 2009) 6.1. Plan for Local Projects 2008 Q3 ( % M4 Wordt niet opgeleverd 2008) 7.1 Network The Netherlands 2008 Q4 ( %% M1, M2, M8, Wordt niet opgeleverd 2008) W4, W5 7.2 International network for 2008 Q4 ( % M3, M1 Opgeleverd LIPs 2008) 8.1 Student competences project 2007 Q1 ( % K7 Opgeleverd managers 2007) Article process Guidance for 2007 Q4 ( % W2 Wordt niet opgeleverd magazine Bestuurskunde 2007) 8.3 Student thesis transnational 2008 Q2 ( % K7, W2, M2 Opgeleverd infrastructure 2008) 8.4 Workshop Master Ruimte 2007 Q2 ( % M1, K5, K6, Opgeleverd Erasmus University 2007) K Workshop Master Ruimte % M1, K5, K6, Extra deliverable Erasmus University K7 Opgeleverd 8.5 Workshop UvA 2008 Q3 100% M1, K5, K6, Extra deliverable K7 Opgeleverd 8.6 NGI research proposal on 2009 Q1 100% Extra deliverable 16
17 transnational infrastructure Opgeleverd 8.7 Workshop TU Delft 2008 Q4 100% M1, K5, K6, K7 Extra deliverable Opgeleverd 9.1 Transumo Workshop 2007 Q4 ( % K1 Opgeleverd 2007) 9.2 Transumo Yearly congress % K1 Opgeleverd 9.3 STT workshop future 2007 Q3 ( % M1, K5 Opgeleverd dialogue 2007) 9.4 STT workshop transnational infrastructure 2008 Q4 100% M1, K5, K6, K7 Extra deliverable Opgeleverd 9.5 NETLIPSE roadshow presentations 2008/ % M1, K5, K6, K7 Extra deliverable Opgeleverd Transfin ESC Lille Concept Symposium (Trondheim) 10.1 Seminar on WRR report on mobility 2008 Q4 100% M3, K4 Extra deliverable Opgeleverd 10.2 Seminar onderzoek naar project management 2008 Q3 100% M3, K4 Extra deliverable Opgeleverd 10.3 Contribution to seminar for HBO instellingen Transumo 2009 Q2 100% M1, K5, K6, K7 Extra deliverable Opgeleverd 10.4 Flyer NETLIPSE.nl 2009 Q3 100% K1, K4, K5 Extra deliverable Opgeleverd Top 1 EU Seminar 2008 Q3 100% K1, K4, K5 Opgeleverd via communicatie uitingen Top 2 TEN-Brochure (book) 2008 Q2 100% K2, M1, M2 Opgeleverd via memo als oplegger boek Top 3 NETLIPSE Q3 100% M1, W3, W4, W5 Legenda: Opgeleverd via beschikking definitieve doorgaan NETLIPSE 2 Rood: Groen Grijs niet opgeleverde maar oorspronkelijk wel geplande deliverable extra opgeleverde deliverable niet openbaar toegankelijke deliverable 17
18 Bijlage 3: Overzicht publicaties, e.a. Boeken, Scripties en Proefschriften Scripties (K7): Blaak, J. van der, Competenties van project managers in complexe projecten, Master thesis Faculteit Sociale Wetenschappen, Erasmus Universiteit Rotterdam. Hart, J. van der, Het realiseren van transnationale spoorinfrastructuur problemen op het spoor, een grensgeval, Master Thesis, Erasmus Universiteit Rotterdam. Nijssen, B. (2006) Process Guidance at the Charles, Erasmus Universiteit Rotterdam, Master thesis, Erasmus Universiteit Rotterdam. Proefschriften: Hertogh, M., Westerveld E. (2010) Playing with complexity management and organisation of large infrastructure projects, Erasmus Universiteit Rotterdam, AT Osborne, Baarn. Wadenpohl, F. (2010) Stakeholder management at large infrastructure projects, ETH Zurich. Boeken: Hertogh, Baker, Staal, Westerveld (2008) Management of Large Infrastructure Projects, NETLIPSE Wetenschappelijke papers in journals, kranten en boeken Teisman, G.R., Westerveld, E. & Hertogh, M. (2009). Appearances and sources of process dynamics: the case of infrastructure development in the UK and the Netherlands. In G.R. Teisman, M.W. van Buuren & L Gerrits (Eds.), Managing complex governance systems. Dynamics, self-organisation and coevolution in public investments (pp ). New York / London: Routledge. (W2) Staal-Ong, P., Westerveld, E. (2010). The North-South Metroline managing in crowded historic Amsterdam, In J. Rodney Turner, Frank T. Anbari and Christophe Bredillet, Perspectives on projects (pp ). Routledge (W2) Heijden, J. van, Prins, R. Woonzorgcentra wijzen Wouter Bos de weg voor norm, Financieel Dagblad, 2 maart (K5) Flyvbjerg B. and E. Westerveld (2007), Betuweroute als best practice, NRC Handelsblad, 19 juni 2007, p.9. (K5) Wetenschappelijke bijdragen aan congressen/seminars (K5) STT workshop future dialogue, 2007 STT workshop transnational infrastructure, 2008 NETLIPSE roadshow presentations ( ) Transfin ESC Lille Concept Symposium (Trondheim) IPMA World Congress Krakow, Rome Internationale netwerken (W4) NETLIPSE is a Network for the dissemination of knowledge on the management and organisation of Large Infrastructure Projects in Europe. Next Generation Infrastructures International Project Management Association 18
19 Toepassingen (valorisatie)(w6) Memo (oplegger boek) over het management van grote infrastructuur projecten Opdracht aan AT Osborne en KSG Berenschot voor het geven van trainingen Project & Procesmanagement voor Rijkswaterstaat (2009) Meerpartij-onderzoek (M1) Deelprojecten samen met NGI, STT, UvA, Erasmus Universiteit, TU Delft. Tevens in NETLIPSE verband EU Overeenkomst voor NETLIPSE 2 (Top-up) NGI onderzoeksvoorstel Governance Transnationale Infrastructuur bij Energie en Transport (2009) 19
20 Bijlage 4: Top-up rapportage Leergeschiedenis N23 Auteur: Eddy Westerveld Datum: maart
De adviseur is een toffe peer
Programma 14.00-14.30 Introductie AT Osborne 14.30-15.00 Inleiding casus Oostergasfabriek 15.00-16.00 Casus groepswerk 16.00-17.00 Terugkoppeling groepswerk en plenaire discussie 17.00 Afsluiting De adviseur
Nadere informatieOnderzoeksprogramma naar management grote infraprojecten
Onderzoeksprogramma naar management grote infraprojecten Kennis- en netwerkontwikkeling gaan in Netlipse hand in hand Grote infrastructuurprojecten halen helaas maar al te vaak de voorpagina s van onze
Nadere informatieKwartaalrapportage. Stations, bereikbaarheid en vastgoedontwikkelingen 2006 Q2
Kwartaalrapportage Stations, bereikbaarheid en vastgoedontwikkelingen 2006 Q2 Kwartaalrapportage Periode Projectnummer Projectnaam Datum Penvoerder Projectleider 2006 Q2 IN04.041 Stations,bereikbaarheid
Nadere informatieImpact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven
Impact en disseminatie Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven Wie is wie? Voorstel rondje Wat hoop je te leren? Heb je iets te delen? Wat zegt de Programma Gids? WHAT DO IMPACT AND SUSTAINABILITY MEAN? Impact
Nadere informatieINFORMATIEBIJEENKOMST ESFRI ROADMAP 2016 HANS CHANG (KNAW) EN LEO LE DUC (OCW)
INFORMATIEBIJEENKOMST ESFRI ROADMAP 2016 HANS CHANG (KNAW) EN LEO LE DUC (OCW) 14 november 2014 2 PROGRAMMA ESFRI Roadmap, wat is het en waar doen we het voor? Roadmap 2016 Verschillen met vorige Schets
Nadere informatieJaarrapportage DYNAMIPS 2005
Jaarrapportage DYNAMIPS 2005 Jaarrapportage Jaar Projectnummer Projectnaam Datum Penvoerder Projectleider 2005 TM 05.001 DYNAMIPS 28 maart 2006 AT Osborne Marcel Hertogh 1. Projectuitvoering In 2005 is
Nadere informatieECO rapportage kwartaal 1, 2006
ECO rapportage kwartaal 1, 2006 Kwartaalrapportage Periode Projectnummer Projectnaam Datum Penvoerder Projectleider 2006 GL.05.022b ECO (Effective CLSC Organization) 01062006 Erasmus Universiteit Rotterdam
Nadere informatieInnovatie instrument en financierings mogelijkheden
HealthGrain Holland, Den Haag 5 juli 2011 Innovatie instrument en financierings mogelijkheden Frans van den Berg, Innovatiemakelaar Food & Nutrition Delta Food & Nutrition Delta? FND is deel van het Innovatieprogramma
Nadere informatieBoekpresentatie De Nederlandse Mainports Onder Druk: Speuren naar Ontwikkelkracht
Transumo Kennismiddag Bestuurlijke Processen Boekpresentatie De Nederlandse Mainports Onder Druk: Speuren naar Ontwikkelkracht LEF, Utrecht, 16 juni 2009 Marcel Hertogh, Themaleider Bestuurlijke Processen
Nadere informatieBest Practice Seminar 14 NOVEMBER 2013
Best Practice Seminar 14 NOVEMBER 2013 14.00: Welkom Best Practice Seminar 14.10: Centraal PMO als middelpunt van projecten en programma s Yvonne Veenma, Stedin 14.50: Pauze 15.30: Governance in een Enterprise
Nadere informatieInnovatieve interactieve communicatiemiddelen in internationaal watermanagement
Innovatieve interactieve communicatiemiddelen in internationaal watermanagement Delft, 8 maart 2012 Realistic wall of water ir. F.C. (Floris) Boogaard, (020) 606 32 50/06-51 55 68 26 e-mail: f.c.boogaard@tudelft.nl/
Nadere informatieFree Electives (15 ects)
Free Electives (15 ects) Information about the Master RE&H (and the free electives) can be found at the following page: http://www.bk.tudelft.nl/en/about-faculty/departments/real-estate-and-housing/education/masterreh/free-electives/
Nadere informatieSamenwerking met buitenlandse universiteiten
Samenwerking met buitenlandse universiteiten INSPIRATIE- EN KENNISDAG PLANT & FOOD, 25 november 2014 Rik Eweg Lector Duurzame Agribusiness in Metropolitane Gebieden Opzet workshop 1. Ervaringen binnen
Nadere informatieEnterprise Architectuur. een duur begrip, maar wat kan het betekenen voor mijn gemeente?
Enterprise Architectuur een duur begrip, maar wat kan het betekenen voor mijn gemeente? Wie zijn we? > Frederik Baert Director Professional Services ICT @frederikbaert feb@ferranti.be Werkt aan een Master
Nadere informatieWORKSHOP : COMPTENCES FOR THE SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS ( SDGs )
WORKSHOP : COMPTENCES FOR THE SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS ( SDGs ) Jos van Hal, MSc 24th May 2019 Recent publication: SDGs INSPIRATIONAL OR ASPIRATIONAL? HOW TO OPERATIONALISE AND IMPLEMENT THE SUSTAINABLE
Nadere informatieGeslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive
1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:
Nadere informatieSamenvatting Nederlands. Samenvatting Engels
TRANSUMO Airports in Transition Rol onderzoek in nationale beleidsdebat rond ontwikkeling Schiphol Eindrapportage Top-up Airports in Transition (TransPorts); februari 2010 Auteur: Menno Huys THEMA PARTICIPATIEVE
Nadere informatieVoorsorteren op de Belofte van DBFM: Het Juist Managen en Evalueren van de Complexiteit in DBFM- Transportinfrastructuurprojecten
Voorsorteren op de Belofte van DBFM: Het Juist Managen en Evalueren van de Complexiteit in DBFM- Transportinfrastructuurprojecten Stefan Verweij Dit artikel is verschenen als: Verweij, S. (2015). Voorsorteren
Nadere informatieOpleiding PECB ISO 9001 Quality Manager.
Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager www.bpmo-academy.nl Wat is kwaliteitsmanagement? Kwaliteitsmanagement beoogt aan te sturen op het verbeteren van kwaliteit. Tevens houdt het zich bezig met het verbinden
Nadere informatieSummary 124
Summary Summary 124 Summary Summary Corporate social responsibility and current legislation encourage the employment of people with disabilities in inclusive organizations. However, people with disabilities
Nadere informatieInnovative SUMP-Process in Northeast-Brabant
Innovative SUMP-Process in Northeast-Brabant #polis14 Northeast-Brabant: a region in the Province of Noord-Brabant Innovative Poly SUMP 20 Municipalities Province Rijkswaterstaat Several companies Schools
Nadere informatieAnnual event/meeting with key decision makers and GI-practitioners of Flanders (at different administrative levels)
Staten-Generaal Annual event/meeting with key decision makers and GI-practitioners of Flanders (at different administrative levels) Subject: Sustainable Flemish SDI Nature: Mobilising, Steering Organisers:
Nadere informatieDigital municipal services for entrepreneurs
Digital municipal services for entrepreneurs Smart Cities Meeting Amsterdam October 20th 2009 Business Contact Centres Project frame Mystery Shopper Research 2006: Assessment services and information for
Nadere informatiePropositie van de werkgroep Agile Architecting. Louis Stevens Niklas Odding Herman van den Berg Frank Langeveld
Propositie van de werkgroep Agile Architecting Louis Stevens Niklas Odding Herman van den Berg Frank Langeveld Hanoi traffic Factsheet Werkgroep AA Probleem: Agile zijn is moeilijk. Behoefte aan praktijk
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22618 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Schans, Martin van der Title: Blowup in the complex Ginzburg-Landau equation Issue
Nadere informatieCORPORATE BRANDING AND SOCIAL MEDIA: KEY FINDINGS FOR DUTCH CONSUMERS Theo Araujo
CORPORATE BRANDING AND SOCIAL MEDIA: KEY FINDINGS FOR DUTCH CONSUMERS Theo Araujo BEOORDEEL DEZE LEZING VIA DE MIE2018 APP! Geef direct na deze lezing jouw beoordeling. Zoek de lezing op via Programma
Nadere informatieIenM & INTERREG: Circulaire economie
IenM & INTERREG: Circulaire economie Inhoud INTERREG t.o.v. andere fondsen context INTERREG zelf De programma s: verschillend en hetzelfde Toegevoegde waarde Succesvol project Deelname INTERREG 2007-2013
Nadere informatieSURFnet User Survey 2006
SURFnet User Survey 2006 Walter van Dijk Madrid, 21 September 2006 Agenda A few facts General picture resulting from the survey Consequences for the service portfolio Consequences for the yearly innovation
Nadere informatieEuropa: Uitdagingen? Prof. Hylke Vandenbussche Departement Economie- International Trade 26 April 2018 Leuven
Europa: Uitdagingen? Prof. Hylke Vandenbussche Departement Economie- International Trade 26 April 2018 Leuven America First! Wat is het potentiële banenverlies voor België en Europa? VIVES discussion paper
Nadere informatieAgile : Business & IT act as one
Agile : Business & IT act as one Waar loop je tegen aan als je Business en IT samen Agile wil laten worden? Otto van den Hoven November 2015 1 Managing change : Traditionele waterval Business deliverables
Nadere informatieCENTER FOR PHILANTHROPY STUDIES UNIVERSITY OF BASEL SAME BUT DIFFERENT: RELATIE CORPORATE FOUNDATION MET HAAR FOUNDER
CENTER FOR PHILANTHROPY STUDIES UNIVERSITY OF BASEL CORPORATE FOUNDATIONS KNOWLEDGE EXCHANGE SAME BUT DIFFERENT: RELATIE CORPORATE FOUNDATION MET HAAR FOUNDER CORPORATE GIVING AT ARMS LENGTH DR. LONNEKE
Nadere informatieInitiatiefvoorstel Flexibele Taalcursus
Initiatiefvoorstel Flexibele Taalcursus 8 juni 2018 English summary It is no secret that the active student has a busy schedule and wants to keep on developing and challenging him- or herself. This often
Nadere informatieGeheugenstrategieën, Leerstrategieën en Geheugenprestaties. Grace Ghafoer. Memory strategies, learning styles and memory achievement
Geheugenstrategieën, Leerstrategieën en Geheugenprestaties Grace Ghafoer Memory strategies, learning styles and memory achievement Eerste begeleider: dr. W. Waterink Tweede begeleider: dr. S. van Hooren
Nadere informatieBTK kwartaalrapportage Q1 2006
BTK kwartaalrapportage Q1 2006 Kwartaalrapportage Periode Projectnummer Projectnaam Datum Penvoerder Projectleider 2006 Q1 IP.04.053 Betrouwbaarheid Transport Ketens 30-03-2006 ProRail Toine Houben 1.
Nadere informatieSTRATAEGOS CONSULTING
STRATAEGOS CONSULTING EXECUTIE CONSULTING STRATAEGOS.COM WELKOM EXECUTIE CONSULTING WELKOM BIJ STRATAEGOS CONSULTING Strataegos Consulting is een strategie consultancy met speciale focus op strategie executie.
Nadere informatieTrefdag ZORG. Meer resultaten. door strategische inzet. van middelen
Trefdag ZORG Meer resultaten door strategische inzet van middelen September 2013 Francis Manas fm@amelior.be Herkenbaar? Aantal projecten neemt toe Projecten zonder link met doelen organisatie: geen fit
Nadere informatiePLANET AGILE. Projecten opleveren met het oog op toekomstige generaties: Hoe doe je dat met Agile? Manfred van Veghel 17E BPUG SEMINAR
PLANET AGILE 17E BPUG SEMINAR Projecten opleveren met het oog op toekomstige generaties: Hoe doe je dat met Agile? Manfred van Veghel. Projectmanagement en Duurzaamheid 1992: Rio Declaration: Severn Suzuki:
Nadere informatieExpertise seminar SURFfederatie and Identity Management
Expertise seminar SURFfederatie and Identity Management Project : GigaPort3 Project Year : 2010 Project Manager : Albert Hankel Author(s) : Eefje van der Harst Completion Date : 24-06-2010 Version : 1.0
Nadere informatieCOGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS
COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking
Nadere informatieBusiness Architectuur vanuit de Business
Business Architectuur vanuit de Business CGI GROUP INC. All rights reserved Jaap Schekkerman _experience the commitment TM Organization Facilities Processes Business & Informatie Architectuur, kun je vanuit
Nadere informatieBijlage 2: Informatie met betrekking tot goede praktijkvoorbeelden in Londen, het Verenigd Koninkrijk en Queensland
Bijlage 2: Informatie met betrekking tot goede praktijkvoorbeelden in Londen, het Verenigd Koninkrijk en Queensland 1. Londen In Londen kunnen gebruikers van een scootmobiel contact opnemen met een dienst
Nadere informatieMyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate
MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate Van Non-Corporate naar Corporate In MyDHL+ is het mogelijk om meerdere gebruikers aan uw set-up toe te voegen. Wanneer er bijvoorbeeld meerdere collega s van dezelfde
Nadere informatieIIA Strategy
IIA Strategy 2016-2020 A. Professionalism: IIA NL will further increase professionalism, by enabling and providing learning, development and career path guidelines, by offering thought leadership and best
Nadere informatieDe Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim
De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim The Relationship between Work Pressure, Mobbing at Work, Health Complaints and Absenteeism Agnes van der Schuur Eerste begeleider:
Nadere informatieWelkom. Digitale programma: #cmdag18. Dagvoorzitter Prof. dr. Arjan van Weele NEVI hoogleraar inkoopmanagement.
Welkom Dagvoorzitter Prof. dr. Arjan van Weele NEVI hoogleraar inkoopmanagement Digitale programma: www.contractmanagementdag.nl #cmdag18 #cmdag18 Programma 09.45 Welkom door Prof. Dr. Arjan van Weele
Nadere informatieStages in het flexibel semester. Initiatiefvoorstel voor het implementeren van studiepunten voor stages in het flexibel semester
Initiatiefvoorstel Fractie SAM Stages in het flexibel semester Initiatiefvoorstel voor het implementeren van studiepunten voor stages in het flexibel semester Fractie SAM Aan de universiteitsraad 13 november
Nadere informatieRisk & Requirements Based Testing
Risk & Requirements Based Testing Tycho Schmidt PreSales Consultant, HP 2006 Hewlett-Packard Development Company, L.P. The information contained herein is subject to change without notice Agenda Introductie
Nadere informatiePatiëntenparticipatie in
Patiëntenparticipatie in Europees perspectief Marleen Kaatee Oprichter & voorzitter Patiëntenparticipatie in Europa: 1. PSC Patients Europe 2. EMA 3. ERNs, European Reference Networks Noodzaak: internationaal
Nadere informatieNationaal Agentschap Erasmus+ Volwasseneneducatie EDOS
Erasmus+ Nationaal Agentschap Erasmus+ Volwasseneneducatie EDOS 27-11-2019 Peter van Deursen Programma 1. Wat is Erasmus+ 2. Welke actielijnen zijn er? 3. wat valt er onder volwasseneneducatie binnen Erasmus+?
Nadere informatieHet eerste deel van deze presentatie is ook te volgen via https://vimeo.com/144635675 (in het Engels)
Het eerste deel van deze presentatie is ook te volgen via https://vimeo.com/144635675 (in het Engels) 2 The continuum of the teaching profession Support structures Career structures Competence structures
Nadere informatieCentre of expertise. voor samenwerking. B&C Bout&Co. structuur in samenwerking
B&C Bout&Co structuur in samenwerking Centre of expertise voor samenwerking Centre of expertise Bout & Co vergroot de performance door verbetering van de structuur in samenwerking tussen ondernemingen,
Nadere informatieBiZZdesign. Bouwen van sterke en wendbare organisaties met behulp van standaarden, methode, technieken en tools. Research & Development
BiZZdesign Bouwen van sterke en wendbare organisaties met behulp van standaarden, methode, technieken en tools Research & Development 1 Profile CV Joost Niehof Name Grade Nationality Residence Role Joost
Nadere informatieBeleidsplan & organisatie
Beleidsplan & organisatie 2015-2018 UTRECHT, 28-11-2014 AFRICA IN MOTION, M.KOFFI Inhoudsopgave 1. Organisatiestructuur... 2 1.1 Concept AIM organisatiestructuur... 2 1.1.1 De werkgroep Lobby... 3 1.1.2
Nadere informatieOuderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit
1 Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit Nicola G. de Vries Open Universiteit Nicola G. de Vries Studentnummer 838995001 S71332 Onderzoekspracticum scriptieplan
Nadere informatiePro Dual Improving through Benchmarking. Leonardo da Vinci/Partnerships 2008-2010
Pro Dual Improving through Benchmarking Leonardo da Vinci/Partnerships 2008-2010 Partners Germany: Stadt München/City of Munich Education Department - Vocational Schools and Further Education Industrie-
Nadere informatie#46: Vragen en antwoorden nieuwe actielijn Erasmus+ voor scholen 'School Exchange partnerships'
#46: Vragen en antwoorden nieuwe actielijn Erasmus+ voor scholen 'School Exchange partnerships' Elvira Arkesteijn, Bart van den Elzen en Svetlana van Schilfgaarde Wat gaan we doen? Nieuwe kansen voor scholen
Nadere informatieSamenvatting Nederlands. Samenvatting Engels
TRANSUMO nm magazine Het bevorderen van transitie naar duurzame mobiliteit door kennisoverdracht in vaktijdschrift NM Eindrapportage NM-Magazine, januari 2010 Auteur: E. Kruiniger TRANSUMO 1 Samenvatting
Nadere informatieTalentmanagement in tijden van crisis
Talentmanagement in tijden van crisis Drs. Bas Puts Page 1 Copyright Siemens 2009. All rights reserved Mission: Achieving the perfect fit Organisatie Finance Sales Customer Engineering Project management
Nadere informatieSneeuwwitje, de zeven dwergen en de boze heks?
Sneeuwwitje, de zeven dwergen en de boze heks? Over de rol van de Operational Auditor in sturen op kernwaarden, cultuur en gedrag Olof Bik Behavioral & Cultural Governance Trophy Games, 28 nov 2013, Hilversum
Nadere informatieSustainable Urban Mobility Plan Rotterdam, april 2016
Smart accessibility for a healthy, strong economics and attractive city! Rotterdamse Mobiliteitsagenda IN ROTTERDAM HEB JE DE LUXE OM TE KIEZEN HOE JE REIST. WIL JE OP DE FIETS, GA JE MET DE FIETS. WIL
Nadere informatieFair Open Access Open Library of Humanities
Fair Open Access Open Library of Humanities Utrecht, 27 September 2016 drs. Saskia C.J. de Vries Sampan academia & publishing Goud Open Access PUBLICATIES DIRECT EN ZONDER BEPERKINGEN GRATIS TOEGANKELIJK
Nadere informatieInternational Leiden Leadership Programme
International Leiden Leadership Programme Information Evening 1 November 2016 Universiteit Leiden.. LLP Programme team Menno Mennes Lucille Brakefield Janna van Helden Ratna Lachmansingh Programme Bij
Nadere informatieDe Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie
De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en Discrepantie The Relationship between Involvement in Bullying and Well-Being and the Influence of Social Support
Nadere informatieInteraction Design for the Semantic Web
Interaction Design for the Semantic Web Lynda Hardman http://www.cwi.nl/~lynda/courses/usi08/ CWI, Semantic Media Interfaces Presentation of Google results: text 2 1 Presentation of Google results: image
Nadere informatie1. Ambitie, doelstellingen, acties
1. Ambitie, doelstellingen, acties Van Nederlandse distributie naar Nederlandse ketenregie Uitvoering van het Nationaal Innovatieprogramma Logistiek en Supply Chain Management 1 Agri-Food Chemie Hightech
Nadere informatieCompetencies atlas. Self service instrument to support jobsearch. Naam auteur 19-9-2008
Competencies atlas Self service instrument to support jobsearch Naam auteur 19-9-2008 Definitie competency The aggregate of knowledge, skills, qualities and personal characteristics needed to successfully
Nadere informatieZelfevaluatietool voor meer inclusief onderwijs. Marjan Zandbergen Inge van der Heul
Zelfevaluatietool voor meer inclusief onderwijs Marjan Zandbergen Inge van der Heul Programma Introductie en totstandkoming tool Zelf met de tool aan de slag Evaluatie / feedback Achtergrond project European
Nadere informatieHoe vangt een koe een haas? Een multidisciplinaire kijk op geo-integratie in de publieke sector
Hoe vangt een koe een haas? Een multidisciplinaire kijk op geo-integratie in de publieke sector Hoe vangt een koe een haas? Praktijk van GIS-coördinatie en - implementatie Geo-integratie in processen is
Nadere informatieRoadmap Institute for Positive Health. April 2016 Stichting IPH
Roadmap Institute for Positive Health April 2016 Stichting IPH INTRODUCTIE VAN DE IPH ROADMAP De IPH roadmap schetst de resultaten die IPH de komende jaren wil realiseren. De weg naar de resultaten toe
Nadere informatieSeminar BSC & IBM Cognos 8 22 September 2009 Yves Baggen- Solution Architect BI Charles van der Ploeg Partner en adviseur van Decido
Seminar BSC & IBM Cognos 8 22 September 2009 Yves Baggen- Solution Architect BI Charles van der Ploeg Partner en adviseur van Decido 2008 IBM Corporation 2 3 Vraag? Hoe goed kent u uw bedrijfsvisie en
Nadere informatieVerbinden van Duurzame Steden
Verbinden van Duurzame Steden Managen van verwachtingen Jan Klinkenberg, Netwerkmanager VerDuS Startbijeenkomst URD2-projecten 11 oktober 2012 Programma vanmiddag 13.00-13.15 uur Introductie VerDuS 13.15-15.15
Nadere informatieDe causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie
Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal
Nadere informatieOffshore Outsourcing van Infrastructure Management
Offshore Outsourcing van Infrastructure Management an emerging opportunity dr. Erik Beulen Atos Origin/Tilburg University 1 Agenda Introductie Ontwikkelingen Risicovergelijking Best practices Conclusies
Nadere informatieUitnodiging Security Intelligence 2014 Dertiende editie: Corporate IAM
Uitnodiging Security Intelligence 2014 Dertiende editie: Corporate IAM 5 maart 2014 De Beukenhof Terweeweg 2-4 2341 CR Oegstgeest 071-517 31 88 Security Intelligence Bijeenkomst Corporate IAM On the Internet,
Nadere informatieCritical Chain en Engineering Projects. IPMA Interessegroep Critical Chain
Critical Chain en Engineering Projects IPMA Interessegroep Critical Chain Eindhoven, 16-02-2011 Agenda Opening Doelstelling Critical Chain interesse groep Introductie Critical Chain Introductie Christoph
Nadere informatieMentaal Weerbaar Blauw
Mentaal Weerbaar Blauw de invloed van stereotypen over etnische minderheden cynisme en negatieve emoties op de mentale weerbaarheid van politieagenten begeleiders: dr. Anita Eerland & dr. Arjan Bos dr.
Nadere informatieDigitaal is het nieuwe normaal...ook internationaal
Digitaal is het nieuwe normaal....ook internationaal Tafel Internationaal 28 november 2016 Xander van der Linde Roy Tomeij Welke NL-overheid verdient onze taart? Waarover vandaag in gesprek? A. Welke urgentie
Nadere informatieDe Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie
De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited
Nadere informatieLezing 7 december IPMA
Lezing 7 december IPMA Portfoliomanagement bij onvoorspelbaarheid Portfolio Management (PfM), definition PfM is the management of one or more project portfolios so as to maximize the contribution of projects
Nadere informatieKnelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch
Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch Bottlenecks in Independent Learning: Self-Regulated Learning, Stress
Nadere informatieEFSI Info-session for the Flemish Region
EFSI Info-session for the Flemish Region Publieke financiering van infrastructuurprojecten voor transport, ziekenhuizen, onderwijs, water en energie,... Brussels, 14 September 2015 1 Eligibility voor EFSI
Nadere informatieOndersteuning van impact door Hogescholen
Ondersteuning van impact door Hogescholen Ronald Mooijer 27 juni 2017 Agenda IXA Impact Het belang van netwerken Directe ondersteuning aan onderzoekers driehoek Probleem Stakeholders Product Financiering
Nadere informatieDe Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering
De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent
Nadere informatieAcademisch schrijven Inleiding
- In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze Algemene inleiding van het werkstuk In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze To answer this question,
Nadere informatieWerkcollege 7 Communication and Multimedia Design Amsterdam - Research for Design- B1 HC7 requirements - 10 10 2011
Werkcollege 7 Deliverables I. Gekozen Persona II. Scenario tekst III. Storyboard IV. Programma van Eisen V. Onderbouwing WERKCOLLEGE 7: Ideeën genereren voor het concept. Werkcollege 7: deel I 1. Kies
Nadere informatieFlexibiliteit en toerekenbaarheid in lokaal arbeidsmarktbeleid (verslag van de OECD(LEED)/UA studie)
Flexibiliteit en toerekenbaarheid in lokaal arbeidsmarktbeleid (verslag van de OECD(LEED)/UA studie) Kristel Bogaerts - Ive Marx (Centrum voor Sociaal Beleid) Wouter Van Dooren - Hans Echelpoels (Management
Nadere informatieEffecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme
Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:
Nadere informatieInteressegroep Critical Chain Interessegroep Critical Chain. Agenda. Richard Smal Voorzitter Critical Chain Interesse Groep
IPMA Grote projecten plannen: How to plan a battleship! Aarle Rixtel, 24 april 2014 Richard Smal Voorzitter Interesse Groep 20:00 of Critical Change 1 Met dank aan onze sponsors Doelstellingen IPMA Critical
Nadere informatieLandelijke samenwerking voor open science in Nederland Over LCRDM en NPOS
Landelijke samenwerking voor open science in Nederland Over LCRDM en NPOS Bijeenkomst Hoofden Strategie Universiteiten - 2 februari 2018 Hortus Botanicus Amsterdam 1 Wat te verwachten? Korte introductie
Nadere informatieAan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG
a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Datum: 22 april 2013 Betreft: Beleidsreactie op het advies "De
Nadere informatieHet Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.
Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine
Nadere informatieThe relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope
The relationship between social support and loneliness and depressive symptoms in Turkish elderly: the mediating role of the ability to cope Een onderzoek naar de relatie tussen sociale steun en depressieve-
Nadere informatieNETWORK CHARTER. #ResourceEfficiency
NETWORK CHARTER 1 WHAT IS THE EREK NETWORK? EREK stands for the European Resource Efficiency Knowledge Centre, a vibrant platform to enable and reinforce businesses and especially small and medium sized
Nadere informatieOntwerpen van een variabele belasting om te meten aan zonnepanelen
Assignment IWP Energy Transition September 2018 Project Title Ontwerpen van een variabele belasting om te meten aan zonnepanelen Brief description of the problem Zonnepanelen produceren stroom als er (zon)licht
Nadere informatieInvloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur
Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur M. Zander MSc. Eerste begeleider: Tweede begeleider: dr. W. Waterink drs. J. Eshuis Oktober 2014 Faculteit Psychologie en Onderwijswetenschappen
Nadere informatieARTIST. Petten 24 September 2012. www.ecn.nl More info: schoots@ecn.nl
ARTIST Assessment and Review Tool for Innovation Systems of Technologies Koen Schoots, Michiel Hekkenberg, Bert Daniëls, Ton van Dril Agentschap NL: Joost Koch, Dick Both Petten 24 September 2012 www.ecn.nl
Nadere informatieCover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/33081 holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/33081 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Stettina, Christoph Johann Title: Governance of innovation project management
Nadere informatieSucces = Noodzaak x Visie x Draagvlak 2. Case: Implementatie Requirements Lifecycle management bij Rabobank International
Succes = x Visie x Draagvlak 2 Case: Implementatie Requirements Lifecycle management bij Rabobank International dinsdag 3 oktober 2006 Spider Congres Agenda Inventarisatie SPI-knelpunten Implementatie
Nadere informatiePILOT OMGEVINGSVISIE MASTERCLASS PARTICIPATIE Clara Overes & Gerard Jan Hellinga 8 april 2015.
PILOT OMGEVINGSVISIE MASTERCLASS PARTICIPATIE Clara Overes & Gerard Jan Hellinga 8 april 2015. Community Planning ISMaatwerk & HzA stedebouw&landschap ISMaatwerk; Clara Overes, participatie en communicatie
Nadere informatieAN URBAN PLAYGROUND AFSTUDEERPROJECT
AN URBAN PLAYGROUND 2005 Het vraagstuk van de openbare ruimte in naoorlogse stadsuitbreidingen, in dit geval Van Eesteren s Amsterdam West, is speels benaderd door het opknippen van een traditioneel stadsplein
Nadere informatie