HANDREIKING ZORGVULDIGE HANDHAVING HET MELDEN VAN, HET ONDERZOEK NAAR EN DE JURIDISCHE AFHANDELING VAN INTEGRITEITSSCHENDINGEN CAOP BIOS

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HANDREIKING ZORGVULDIGE HANDHAVING HET MELDEN VAN, HET ONDERZOEK NAAR EN DE JURIDISCHE AFHANDELING VAN INTEGRITEITSSCHENDINGEN CAOP BIOS"

Transcriptie

1 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR HANDREIKING BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR CAOP BIOS Postbus CN Den Haag Lange Voorhout EA Den Haag T F E info@integriteitoverheid.nl W ZORGVULDIGE HANDHAVING HET MELDEN VAN, HET ONDERZOEK NAAR EN DE JURIDISCHE AFHANDELING VAN INTEGRITEITSSCHENDINGEN

2 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR HANDREIKING ZORGVULDIGE HANDHAVING HET MELDEN VAN, HET ONDERZOEK NAAR EN DE JURIDI- SCHE AFHANDELING VAN INTEGRITEITSSCHENDINGEN CAOP BIOS Informatie W E info@integriteitoverheid.nl T Oktober 2011

3 2 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

4 Gebruiksvoorwaarden Deze handreiking is ontwikkeld door BIOS (Bureau Integriteitsbevordering Openbare Sector). BIOS, geïnitieerd en ondersteund door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), is per 1 januari 2009 ondergebracht bij het CAOP, het kennis- en dienstencentrum op het terrein van arbeidsmarkt en arbeidsverhoudingen in het publieke domein. Deze uitgave is ontwikkeld en toepasbaar voor alle overheidsorganisaties. Het intellectuele eigendom berust bij BIOS en is auteursrechtelijk beschermd. Het is niet toegestaan deze handreiking, of delen daarvan, voor andere (commerciële) doeleinden te gebruiken zonder voorafgaande toestemming van BIOS. Zorgvuldige handhaving 3

5 4 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

6 Inhoudsopgave Inleiding 9 Fase I: Melden van integriteitsschendingen 13 1 Meldingen Melden Beoordeling van de melding Anonieme meldingen en meldpunt M Vertrouwelijke meldingen Zorgvuldig omgaan met melders 19 Fase II: Onderzoek naar integriteitsschendingen 21 2 Voorafgaand aan het onderzoek Onderzoeksprotocol Uitgangspunten Het kiezen van een onderzoeker Interne onderzoekers Externe onderzoekers Vooronderzoek 26 3 Feitenonderzoek Onderzoek naar strafbare feiten Ordemaatregelen Wanneer een ordemaatregel? Soorten ordemaatregelen Zorgvuldige afweging Het opleggen van een ordemaatregel Onderzoeksopdracht Kennisgeving onderzoek Intakegesprek Onderzoeksmethoden Interviews Onderzoek werkomgeving Onderzoek telecommunicatie Observatie Andere onderzoeksmethoden Openbare bronnen 38 Zorgvuldige handhaving 5

7 4 Verslaglegging en rapportage Verslaglegging interviews Verslaglegging andere onderzoeksmethoden Onderzoeksrapportage Inzien en reactie op onderzoeksrapportage Besluitvorming n.a.v. onderzoeksrapportage 44 5 Communicatie Communicatie met de betrokkene Nazorg 46 6 Coördinerende of regierol (extern onderzoek) Wie voert de regie? Aandachtspunten voor de regievoerder 50 Fase III: Juridische afdoening 53 7 Juridische afhandeling van integriteitsschendingen Plichtsverzuim Plichtsverzuim buiten werktijd Aannemelijkheid van plichtsverzuim Samenloop van strafrecht en ambtenarenrecht Voorgenomen disciplinair besluit Verantwoording Definitief (disciplinair) besluit Toerekenbaarheid van het plichtsverzuim (Disciplinaire) maatregelen Passende maatregel Alternatieve maatregelen Andere ontslaggronden Strafverzwarende en strafverminderende omstandigheden Samenhang in integriteitsbeleid 66 Bijlagen 67 Bijlage A Schema fase I (meldingsfase) 69 Bijlage B Schema fase II (onderzoeksfase) 70 Bijlage C Schema fase III (afdoeningsfase) 71 Bijlage D Schema aangifteplicht 72 Bijlage E Voorbeeldbrief voorgenomen besluit 73 Bijlage F Voorbeeld bezwaarclausule en beroepclausule 75 6 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

8 Over deze handreiking Deze handreiking vervangt de handreiking Melding integriteitschending van Bureau Integriteitsbevordering Openbare Sector (BIOS) uit augustus 2007, en is een doorontwikkeling van de handreikingen Onderzoek integriteitsschending en Juridisch afhandelen van integriteitsschendingen (BIOS, 2009). Voor deze handreiking zijn gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van instanties met veel expertise op het gebied van onderzoek naar integriteitschendingen. Daarnaast is de inhoud van deze handreiking ter beoordeling aan verschillende deskundigen op dit gebied voorgelegd. De handreiking Zorgvuldige handhaving staat niet op zichzelf, maar maakt deel uit van een serie BIOS-instrumenten en -publicaties voor het ontwikkelen en implementeren van integriteitbeleid binnen overheden. Meer informatie over BIOS en over deze middelen vindt u op Daar waar in deze handreiking wordt gesproken over de ambtenaar in mannelijke zin wordt uiteraard ook de vrouwelijke ambtenaar bedoeld. Zorgvuldige handhaving 7

9 8 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

10 Inleiding Burgers, ambtenaren, maar ook de overheidsorganisaties zélf, hebben baat bij een situatie waarin zo min mogelijk integriteitschendingen plaatsvinden. Een overheidsorganisatie met misstanden en/of integriteitsschendingen leidt immers tot het verlies van vertrouwen van de burger in de overheid. Misstanden zorgen voor financieel nadeel en onrust, en gaan ten koste van de (productiviteit van de) organisatie. Daarnaast hebben ambtenaren recht op een werkomgeving zonder problemen. Een goede werkgever zorgt daarvoor [1]. Door op te treden tegen integriteitsschendingen wordt het belang dat een organisatie hecht aan normen en waarden extra onderstreept (practice what you preace). Overheidswerkgevers doen er dus goed aan om de bewustwording over integriteitsvraagstukken te stimuleren, de oordeelsvorming van ambtenaren te versterken en het ethische klimaat binnen de organisatie te bevorderen. Dat verkleint het risico op integriteitsschending en misstanden. Daarnaast moet er adequaat gehandhaafd moeten worden, mocht er toch iets misgaan. In een ideale wereld bestaan er geen problemen, doet iedereen wat hij moet doen en heeft niemand last van een ander. Jammergenoeg leven we niet in een ideale wereld. Soms heb je namelijk wél last van elkaar. Soms doen collega-ambtenaren (inclusief de top van de organisatie) dingen die niet mogen, of niet integer zijn. Bewust of onbewust. In dat geval kun je je collega s daar op aanspreken. Aanspreken is de meest directe manier om een collega te laten weten dat je graag zou willen dat hij zich anders gedraagt. Dat je last hebt van zijn gedrag. Of dat de organisatie, burgers of andere collega s er last van hebben. Aanspreken is in dat geval een informele vorm van het handhaven van de integriteit. Dat kan door iedereen en al in een vroeg stadium [2]. Soms helpt aanspreken niet: je collega wuift bijvoorbeeld alle bezwaren weg en gaat gewoon op de oude voet door. Soms is aanspreken ook niet de juiste oplossing. Bijvoorbeeld omdat de integriteitsschending daar te ernstig voor is. In dat geval is het tijd voor een volgende stap: melden. Bij melden maak je de naam zegt het al -melding van het (vermoeden) van integriteitsschending of een misstand. Mogelijk volgt hierna onderzoek en/of een juridisch traject. In deze handreiking gaat het over de formele vormen om integriteit binnen overheidsorganisaties te handhaven: melden, onderzoeken en afdoen. [1] Artikel 125 ter Ambtenarenwet; Het bevoegd gezag en de ambtenaar zijn verplicht zich als een goed werkgever en een goed ambtenaar te gedragen. [2] Zie verder de Handreiking Aanspreken en aangesproken worden, BIOS. Zorgvuldige handhaving 9

11 Doel en inhoud Het doel van deze handreiking is om door het delen van kennis en het geven van informatie en advies, overheidsorganisaties te ondersteunen bij het handhaven van de integriteit in hun organisatie [3]. Optreden tegen integriteitsschendingen is immers noodzakelijk, maar niet eenvoudig. In deze handreiking vindt u in de eerste plaats informatie over meldingen en interne meldprocedures (Fase I). De vraag of er al dan niet onderzoek moet worden gedaan naar een (vermoeden van) integriteitschending of een misstand, begint immers altijd met een melding. Vervolgens bespreken we in Fase II alle mogelijke fasen van het onderzoek zelf. Daarbij besteden we zowel aandacht aan de partij die het onderzoek verricht, als aan de coördinatie ervan. Ook vindt u hier informatie voor het opstellen van een goed onderzoeksprotocol. Een onderzoeksprotocol helpt ervoor te zorgen dat eventueel noodzakelijk onderzoek zorgvuldig plaatsvindt. Het dwingt de organisatie namelijk om vóóraf na te denken over de verschillende keuzes die aan het onderzoek ten grondslag kunnen liggen [4]. In de index vindt u alle onderwerpen terug die voor een onderzoeksprotocol relevant zijn. U kunt deze index dus als leidraad gebruiken bij het ontwikkelen of toetsen van een (bestaand) onderzoeksprotocol. Het laatste deel van deze handreiking gaat over de juridische afdoening van integriteitschendingen. Na afloop van het onderzoek moet immers de beslissing worden genomen om wel of niet een (disciplinaire) maatregel op te leggen. Het repressieve integriteitsbeleid (het melden, onderzoeken en afdoen van schendingen) van een organisatie hangt nauw samen met het preventieve integriteitsbeleid, waarbij gewerkt wordt aan een gezonde ethische houding en gezond ethisch gedrag van medewerkers. De manier waarop een organisatie zijn preventie aanpakt, heeft directe gevolgen voor de acceptatie van het totale integriteitsbeleid. Zijn medewerkers zich eenmaal bewust van het nut en de noodzaak van integriteit in hun organisatie, dan wordt de mate waarin de organisatie zélf integer te werk gaat extra belangrijk. In deze handreiking besteden we daarom veel aandacht aan de manier waarop organisaties met integriteitschendingen omgaan. Medewerkers moeten ervaren dat hun werkgever zuiver te werk gaat, en zich veilig voelen. Het is dus erg belangrijk dat de werkgever zorgvuldig en rechtvaardig handhaaft: vanaf de melding van een vermoeden van integriteitschending tot en met de (juridische) afhandeling daarvan. Waardeert de organisatie het als ambtenaren misstanden aan de kaak stellen? Worden de melders voldoende beschermd? Worden alle bekende spelregels gevolgd als er onderzoek nodig is om een eventuele integriteitschending boven tafel te krijgen? Staat de eventuele maatregel die uiteindelijk wordt opgelegd in verhouding tot de schending?. [3] Kijk voor aanvullende en actuele achtergrondinformatie over zorgvuldige handhaving op [4] De organisatie heeft een schriftelijk vastgelegde procedure voor het verrichten van een onderzoek, nadat een vermoeden van misstand gemeld. Basisnorm 13, Modelaanpak basisnormen integriteit openbaar bestuur en politie (april 2006). 10 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

12 En: hoe communiceert de organisatie eigenlijk over dit soort zaken? Al deze onderwerpen hangen nauw met elkaar samen en zijn om die reden nu in één handreiking gebundeld. Deze handreiking is in de eerste plaats geschreven voor het handhaven van integriteitsbeleid voor ambtenaren. De eerste twee delen (meldingen en onderzoek) kunnen echter ook (grotendeels) worden toegepast bij politieke ambtsdragers in het algemeen. Het onderzoek en de afdoening die in deze handreiking worden beschreven, vinden plaats in bestuurlijke context. Alle beschreven bevoegdheden, rechten en plichten vloeien voort uit jurisprudentie, bestaande wet- en regelgeving (zoals de Ambtenarenwet (AW), de Algemene Wet Bestuursrecht (AWB), de Wet bescherming persoonsgegevens (WBP) en de Wet op de Ondernemingsraad (WOR)), en de binnen organisaties geldende meldprocedures. Aan het inzetten van de beschreven onderzoeksmethoden zijn soms voorwaarden verbonden. We hebben die voorwaarden zoveel mogelijk beschreven. Voor specifieke voorwaarden en de meest actuele stand van zaken met betrekking tot onderzoeksmethoden, raden we aan om ook andere bronnen te raadplegen, zoals de site van het College Bescherming Persoonsgegevens ( Zorgvuldige handhaving 11

13 12 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

14 Fase I: Melden van integriteitsschendingen 1 Meldingen De vraag of er een onderzoek moet worden ingesteld naar een vermoeden van integriteitschending, start meestal met een melding. De manier waarop die melding wordt gedaan en hoe er vervolgens mee wordt omgegaan, kan grote gevolgen hebben voor het onderzoek. Daarom besteden we hier uitgebreid aandacht aan [5]. Overheidsorganisaties zijn wettelijk verplicht om een interne meldprocedure te hebben [6]. Deze wordt vaak ten onrechte aangeduid als klokkenluidersregeling. Het doel van een interne meldprocedure is het bij het management onder de aandacht brengen en beëindigen van misstanden die afbreuk doen aan het goede functioneren van de openbare dienst. De procedure concentreert zich dus op het wegnemen van de oorzaak van eventueel klokkenluiden: wordt een signaal over een eventuele misstand adequaat opgepakt, dan kan de noodzaak om extern de klok te luiden, worden voorkómen. Een meldprocedure kan een belangrijke bijdrage leveren aan het juist en vertrouwelijk omgaan met vermoedens van misstanden. Dat geldt ook voor de Vertrouwenspersoon Integriteit (VPI). Het benoemen van een VPI is daarom een door de overheidssectoren gestelde basisnorm [7]. 1.1 Melden Mogelijke integriteitschendingen kunnen door verschillende personen worden gemeld. Ook kunnen ze op verschillende manieren bij overheidsorganisaties binnenkomen, bijvoorbeeld via burgers, politieke ambtsdragers of ambtenaren. Burgers kunnen bellen of een (anonieme) brief sturen naar een overheidsorganisatie waar ze een integriteitschending vermoeden. Ook politieke ambtsdragers melden soms op die manier [8]. Van ambtenaren wordt verwacht dat ze hun vermoedens van een misstand melden via de voor hen geldende meldprocedure. Binnen de meeste meldprocedures geldt geen [5] Specifieke informatie voor de melder vindt u in de handreiking Aanspreken en Aangesproken worden, BIOS. [6] De organisatie heeft een schriftelijk vastgelegde procedure voor het verrichten van onderzoek, nadat een vermoeden van misstand (melding/signaal van een vermoeden van een integriteitsschending) gemeld is. Basisnorm 13, artikel 125, quinquies lid 1 onder f Ambtenarenwet en Modelaanpak basisnormen integriteit openbaar bestuur en politie (april 2006). [7] Er wordt een vertrouwenspersoon of instantie voor integriteitkwesties aangesteld. De vertrouwenspersoon kan tevens belast zijn met vertrouwenstaken voor discriminatie of seksuele intimidatie. Basisnorm 11, Modelaanpak Basisnormen integriteit Openbaar Bestuur en politie (april 2006). [8] Onder politieke ambtsdragers wordt verstaan: bestuurders en gekozen volksvertegenwoordigers van gemeenten, provincies en waterschappen. Zorgvuldige handhaving 13

15 algemene meldplicht. Is een ambtenaar echter op de hoogte van een ernstige integriteitschending of misstand, dan kan van hem op grond van goed ambtenaarschap verwacht worden dat hij toch een melding doet. Zo n meldplicht geldt in ieder geval bij een (ambts)misdrijf [9]. Lijkt er sprake van een (ambts)misdrijf met een aangifteverplichting?, Dan is het het meest logisch dat de ambtenaar het misdrijf bij het bevoegd gezag van zijn organisatie meldt. In de praktijk doet het bevoegd gezag vervolgens aangifte als dat nodig is. Gebeurt dit in de ogen van de ambtenaar ten onrechte niet, dan moet de meldende ambtenaar dit alsnog zelf doen [10]. Als een ambtenaar te goeder trouw een melding doet, dan geniet hij de bescherming dat tegen hem geen nadelig besluit mag worden genomen als gevolg van die melding [11]. Gebeurt dit toch, dan geldt er een tegemoetkoming in de kosten van rechtsbijstand [12]. [13] In meldprocedures wordt de term misstand gebruikt. Onder een vermoeden van misstand wordt verstaan [13] : een op redelijke gronden gebaseerd vermoeden van: een schending van wettelijke voorschriften of beleidsregels; een gevaar voor de gezondheid, de veiligheid of het milieu; een onbehoorlijke wijze van handelen of nalaten, die een gevaar vormt voor het goed functioneren van de openbare dienst. De definitie van misstand is ruim. Hierdoor vallen er veel integriteitschendingen onder zeker de ernstige. Is er sprake van een melding die niet onder misstand is te vatten, maar die wel onderzocht moet worden? Dan is het verstandig om toch (min of meer) dezelfde procedure te volgen. In deze handreiking gebruiken we niet het woord misstand, maar de term integriteitschending. Dit is geen afgebakend begrip. Een integriteitschending is gedrag dat indruist tegen de integriteit en in strijd is met goed ambtenaarschap. Het kan daarbij gaan om een feit dat strafbaar is volgens de wet, maar ook om een feit dat in strijd is met geschreven of ongeschreven regels. Wat voor soort gedrag precies verstaan wordt onder een integriteitschending, kan dus per organisatie verschillen. [9] Zie paragraaf 3.1. [10] Ook voor sommige niet-ambtenaren die binnen de overheid werkzaam zijn, kan een aangifteverplichting gelden. Zie: [11] Artikel 125, quinquies lid 3 Ambtenarenwet. [12] Voor meer informatie over de meldprocedure, zie de toelichtingbij de meldprocedure van Rijk en Politie (Besluit melden vermoeden van misstand bij Rijk en Politie, Staatsblad 2009, 572), of de toelichting bij de modelmeldprocedure van de VNG. [13] Bron: Meldprocedure voor Rijk en Politie, Besluit melden vermoeden van misstand bij Rijk en Politie, Staatsblad 2009, 572. Deze procedure heeft model gestaan voor vele meldprocedures binnen de publieke sector. 14 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

16 Ambtenaren kunnen hun melding doen bij hun (direct) leidinggevende, een Vertrouwenspersoon Integriteit (VPI) of bij een in de meldprocedure genoemde externe commissie. Sommige, vooral grotere overheidsorganisaties, beschikken daarnaast ook nog over een eigen intern meldpunt (of persoon). Ambtenaren -maar ook voor burgers en overige overheidsfunctionarissen [14] kunnen daarnaast extern een anonieme melding doen bij Stichting Meld Misdaad Anoniem (Meldpunt M). De meldingsmogelijkheid bij meldpunt M is erg uitgebreid, zodat er ook integriteitschendingen van overheidsfunctionarissen kunnen worden gemeld die géén strafbare feiten zijn. Belangrijk is dat de melding, door wie en waar die ook gedaan wordt, professioneel wordt behandeld. Dat betekent niet alleen dat de functionaris de melding goed opneemt en doorgeeft aan de juiste persoon, maar ook dat hij of zij de melder ondersteunt, informeert en waardeert voor het feit dat hij de melding doet. Degene aan wie wordt gemeld, is vaak het eerste aanspreekpunt voor de melder; meestal is dat de leidinggevende of de VPI. Deze functionarissen moeten dus goed voorbereid zijn op hun belangrijke taak. Volgens de meldprocedure van Rijk en Politie die model heeft gestaan voor veel meldprocedures binnen het openbaar bestuur moet degene bij wie is gemeld zo snel mogelijk de hoogst ambtelijke leidinggevende op de hoogte stellen. Dit vanwege de vaak grote gevoeligheden en afbreukrisico s rond integriteitschendingen. Het is vervolgens aan het bevoegd gezag om al dan niet een onderzoek in te stellen en om te bepalen door wie het onderzoek wordt uitgevoerd. Om dit besluit te kunnen nemen, moet de melding eerst beoordeeld worden. 1.2 Beoordeling van de melding Elke melding van integriteitschending moet serieus worden genomen. Dat betekent niet dat elke melding (automatisch) leidt tot onderzoek. Er moet eerst bekeken worden of de melding überhaupt wel een vermoeden van integriteitschending oplevert. Om te voorkomen dat een eventueel onderzoek leidt tot een onrechtmatig besluit, moet het besluit tot het onderzoek zélf dus altijd valide zijn. Het instellen van een onderzoek is alleen gerechtvaardigd als er aanwijzingen bestaan waardoor de integriteit van betrokkene(n) in twijfel kan worden getrokken. Of als er een vermoeden bestaat dat het gaat om de schending van de belangen of de goede naam van de organisatie [15]. Zelfs als het gerechtvaardigd is om een onderzoek in te stellen, wil dat niet altijd zeggen dat het ook tot een onderzoek kómt. Het kan bijvoorbeeld zijn dat een vermoeden niet valt te onderzoeken, omdat er geen onderzoeksmogelijkheden zijn. Gaat de melding bijvoorbeeld over het lekken van informatie, [14] Een overheidsfunctionaris kan zowel een politiek ambtsdrager (benoemd of gekozen) als een ambtenaar zijn. [15] LJN: BK7318, Voorzieningenrechter Rechtbank Maastricht, /KG ZA Zorgvuldige handhaving 15

17 en beschikt een grote groep personen over de gelekte informatie, dan is het vaak ondoenlijk om het lek nog te achterhalen [16]. De melding moet dus voldoen aan een aantal criteria om tot onderzoek over te kunnen gaan. Toetsingscriteria en vragen die daarbij gehanteerd kunnen worden, zijn [17] : a) Aard van het feit Gaat het om een voldoende concrete gedraging, die valt onder de beschrijving van een integriteitsschending of misstand volgens de meldprocedure? Valt het onder een formeel strafbaar feit? Om wat voor soort integriteitsschending gaat het? Is het bijvoorbeeld een financiële schending of is er misbruik gemaakt van een bevoegdheid of positie? b) Ontvankelijkheid Gaat het om gedrag van een overheidsfunctionaris die valt onder de verantwoordelijkheid van de eigen organisatie? Waar en wanneer heeft de handeling plaatsgevonden en vallen tijdstip en plaats onder de verantwoordelijkheid van de organisatie? Is de organisatie bevoegd om een eventueel onderzoek uit te voeren of om een oordeel te geven over de gedraging? Zijn er specifieke procedures voor de voorvallen? Als er sprake is van een zakelijk geschil kan een beroepsprocedure het geëigende kanaal zijn. Ook een arbeidsconflict hoort niet thuis in een integriteittraject. c) Ernst van de zaak De ernst van de zaak kan worden bepaald op basis van: Het feit zelf. De context waarbinnen het feit heeft plaatsgevonden. De (functie van de) persoon waar de melding betrekking op heeft. Mogelijk gevaar, maatschappelijke of politieke gevoeligheid. d) Valideerbaarheid Een melding is goed valideerbaar als de feiten en omstandigheden goed controleer- en navolgbaar zijn. Zoals: Hoeveel aanknopingspunten zijn er? Hoe gedetailleerd is de beschikbare informatie? Is er aanvullende informatie beschikbaar? Wanneer er al eerdere informatie beschikbaar is die de melding ondersteunt, dan helpt dit om de melding te valideren. Zijn er goede onderzoeksmogelijkheden? Zijn die ingewikkeld of eenvoudig? Zijn ze ingrijpend of oppervlakkig van aard? Belangrijk is dat informatie niet ongemerkt wordt overgewaardeerd. Dat laatste is mogelijk wanneer informatie door dezelfde bron, maar via verschillende kanalen informatie wordt verspreid. Dit is niet altijd te achterhalen. [16] Handboek Integriteit, Ervaringen uit de praktijk en achtergronden, Heleen de Koningh, Fergal van de Wouw (red.), [17] Gemeente Eindhoven gebruikt een zogenaamd Beslissingsblad melding vermoeden intergriteitsschending voor het beoordelen van een melding. U vindt dit document op onder kenniscentrum/ praktijkvoorbeelden. 16 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

18 e) Positie of persoon van de melder Voor het beoordelen van de melding kan het belangrijk zijn wie de melding heeft gedaan. Informatie over de melder is dan aanvullend op de informatie uit de melding zelf. Vragen zijn in dat geval: Hoeveel zicht kon de melder feitelijk op de vermoedelijk schending hebben? Over hoeveel kennis beschikt de melder? Kan de melder meer informatie aandragen? Hoe betrouwbaar is de melder? Het is redelijk en billijk om ook deze informatie zij het met grote voorzichtigheid bij het oordeel over de melding te betrekken, ook al staat deze informatie niet in de melding zelf. f) Positie of persoon van de functionaris op wie de melding betrekking heeft Dit criterium lijkt het meest omstreden. Toch is er informatie over de functionaris waar de melding betrekking op heeft, die meegewogen zou kunnen worden. Bijvoorbeeld of de betrokken functionaris überhaupt de schendig wel heeft kúnnen plegen (werkplek, afwezigheid tijdens een bepaalde periode, soort werkzaamheden, soort functie, persoonlijke omstandigheden). Valt één en ander te rijmen met de melding? g) Geloofwaardigheid/waarschijnlijkheid Het bepalen van de geloofwaardigheid of waarschijnlijkheid van een melding gebeurt onder andere door in te schatten wat het logische verband is tussen (1) de feiten uit de melding en (2) de feiten en omstandigheden, zoals die bij de organisatie bekend zijn. Die inschatting is vaak gebaseerd op subjectieve opvattingen. Daarom mag dit criterium op zich niet doorslaggevend zijn bij het besluit om wel of niet vervolgstappen te ondernemen. Mogelijke uitkomsten Mogelijke uitkomsten van de beoordeling van de melding zijn: Het is nog niet duidelijk of er echt een feitenonderzoek nodig is. Er is eerst vooronderzoek nodig/wenselijk. Er is voldoende aanleiding voor onderzoek en er wordt een feitenonderzoek gestart. De melding is niet ontvankelijkheid. Bijvoorbeeld als de persoon waarover is gemeld niet binnen de organisatie bekend is. Het gaat om een te gering feit om onderzoek te rechtvaardigen. Er zijn onvoldoende aanwijzingen (of het vermoeden is onvoldoende waarschijnlijk) om een onderzoek op te starten. Er is een ander traject van toepassing (bijvoorbeeld bij een arbeidsgeschil of bij een klachtenprocedure voor ongewenste omgangsvormen). Soms blijkt in de beoordelingsfase dat door de aard en de ernst van de melding een ordemaatregel noodzakelijk is. Meer informatie hierover vindt u in paragraaf 3. Zorgvuldige handhaving 17

19 Wie beoordeelt? Een belangrijke vraag is wie de melding feitelijk beoordeelt en het bevoegd gezag adviseert. Hoewel het bevoegd gezag vaak de uiteindelijke beslissing neemt om wel of niet tot onderzoek over te gaan, is het meestal niet de partij die de feitelijke beoordeling doet. Vanuit objectiviteit en volledigheid is het verstandig om de beoordeling niet door één persoon uit te laten voeren, en om meerdere medewerkers vanuit een verschillende invalshoek te laten meedenken. Bijvoorbeeld een medewerker P&O (liefst een arbeidsjurist), het hoofd van de afdeling en/of een (eindverantwoordelijke) leidinggevende. Ook is het belangrijk dat er iemand met ervaring op het gebied van integriteitsonderzoek bij de beoordeling is betrokken. Is die intern niet beschikbaar, dan kunt u een extern onderzoeksbureau om hulp vragen. Het is belangrijk dat het beoordelen van de melding zelf niet uitmondt in feitenonderzoek. Zie hiervoor ook Fase II, paragraaf 2.4, Vooronderzoek. 1.3 Anonieme meldingen en meldpunt M Bij het beoordelen van een melding nemen anonieme meldingen een aparte plek in. Er kunnen verschillende redenen zijn waarom een ambtenaar een melding wil doen zonder zijn identiteit bekend te maken. De melder kan bijvoorbeeld bang zijn voor represailles van de werkgever, voor wraakacties van de schender, of om door collega s buiten de groep geplaatst te worden. Het feit dat de identiteit van de melder niet bekend is, maakt het beoordelen van een melding complex. Omdat de melder anoniem is, kunnen er immers geen aanvullende vragen worden gesteld. Daardoor is een optimale beoordeling niet mogelijk. Hoewel het formeel mogelijk is om een anonieme melding te doen bij meldpunt M, is het advies dus om heel terughoudend met dit soort meldingen om te gaan. Een onderzoek starten op basis van alleen een anonieme melding, is niet verstandig. Ook meerdere anonieme meldingen van hetzelfde feit hoeven niet altijd te leiden tot onderzoek. Wie zegt immers dat die meldingen niet steeds afkomstig zijn van dezelfde melder? Dat wil niet zeggen dat elke anonieme melding zomaar opzij moet worden gelegd. Een anonieme aankondiging van een ernstige, gevaarlijke gebeurtenis, met relevante en gedetailleerde aanwijzingen, leidt immers bijna altijd tot (voorzorgs)maatregelen. En een anonieme melding die door vooronderzoek (zie paragraaf 2.4) geverifieerd kan worden, leidt in sommige gevallen wel degelijk tot feitenonderzoek. Anonieme meldingen over integriteitsschendingen die binnenkomen bij meldpunt M, worden na intake en selectie voor verdere behandeling overgedragen aan de overheidsorganisatie waar de vermoedelijke integriteitsschending zich heeft voorgedaan. Een overheidsorganisatie kan dus, door tussenkomst van meldpunt M, te maken krijgen met een anonieme melding. Bijvoorbeeld over een serieuze integriteitsschending door één van zijn functionarissen. Meldpunt M onderzoekt integriteitsschendingen nooit zelf; dat onderzoek moet door de organisatie worden uitgevoerd. 18 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

20 1.4 Vertrouwelijke meldingen Zoals beschreven, hebben anonieme meldingen een aantal grote bezwaren. Om tegemoet te komen aan ambtenaren die hun identiteit liever niet openbaren, bevatten meerdere meldprocedures daarom een tussenvariant: de vertrouwelijke melding. De melder kan dan zijn melding doen bij een Vertrouwenspersoon Integriteit (VPI). Dat leidt wel tot melding aan de hoogst ambtelijke leidinggevende, maar zonder daarbij de identiteit van de melder te noemen. In de praktijk leidt dit er toe dat eventueel noodzakelijke aanvullende informatie via de VPI bij de melder opgevraagd moet worden. De VPI krijgt dan de rol van intermediair tussen melder en onderzoekers [18]. 1.5 Zorgvuldig omgaan met melders Een meldprocedure instellen en het benoemen van een VPI waar ambtenaren vertrouwelijk een melding kunnen doen, is een goede eerste stap om op een zorgvuldige manier met vermoedens van integriteitsschending om te gaan. En om extern klokkenluiden te voorkomen. Beide zijn echter niet voldoende. De meldingsbereidheid van ambtenaren valt of staat immers met de manier waarop de werkgever in de praktijk met meldingen en melders omgaat. Je kunt het doen van een melding zien als een vorm van goed ambtenaarschap; van een loyale ambtenaar mag je verwachten dat hij gesignaleerde integriteitsschendingen meldt. Uit onderzoek naar de beweegredenen van melders blijkt echter dat tweederde van hen flinke bedenkingen heeft bij het doen van een melding [19]. Dat betekent dat ambtenaren in de praktijk kennelijk hun moed bij elkaar moeten rapen om iets te melden. Als de melder die moeilijke stap dan toch zet, dan mag je van de werkgever verwachten dat die hier als goed werkgever mee omgaat. Hij moet er voor zorgen dat de leidinggevenden en VPI s bij wie kan worden gemeld, over de juiste kwaliteiten en middelen beschikken om de belangrijke taak van eerste aanspreekpunt goed te vervullen. Belangrijk is ook dat hij er op toeziet dat de melder geen nadelige gevolgen van zijn melding ondervindt. Bijvoorbeeld dat collega s hem buitensluiten. Om de melder te ondersteunen, staat daarom in een goed opgestelde meldprocedure dat de werkgever geen nadelige besluiten mag nemen ten opzichte van de melder. En dat de werkgever de zorgplicht heeft om te voorkomen dat de melder op één of andere manier nadelige gevolgen ondervindt bij de uitoefening van zijn functie. [18] Artikel: De vertrouwenspersoon integriteit in spagaat, Sacha Spoor en Esther Sinnema, Jaarboek integriteit [19] Wat er over ambtelijk melden te melden valt, Gjalt de Graaf, Onderzoeksgroep Integriteit van Bestuur, Vrije Universiteit Amsterdam. Zorgvuldige handhaving 19

21 20 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

22 Fase II: Onderzoek naar integriteitsschendingen 2 Voorafgaand aan het onderzoek Ieder onderzoek heeft voorbereiding nodig. Een goede voorbereiding geeft antwoord op vragen als: hoe verloopt straks het onderzoeksproces? Wat zijn de doorlooptijden? En: welke onderzoeksexpertise is er nodig? Voorbereiding helpt om uitglijders te voorkomen en zorgt voor transparantie voor iedereen die bij het onderzoek betrokken is. Daarnaast voorkomt het dat disciplinaire maatregelen later in de rechtbank geen stand houden, omdat er tijdens het onderzoekstraject fouten zijn gemaakt of niet zorgvuldig te werk is gegaan. 2.1 Onderzoeksprotocol Een onderzoeksprotocol is een belangrijke steun bij het doen van zorgvuldig onderzoek. Het dwingt een organisatie namelijk om vooraf na te denken over de verschillende keuzes die met onderzoek te maken hebben. Zoals bevoegdheden, verantwoordelijkheden, onderzoeksmethodieken, de communicatie tijdens en na het onderzoek en de rechten en plichten van iedereen die bij het onderzoek betrokken is. Stuk voor stuk zaken die niet pas aan de orde moeten komen als zich echt een integriteitsschending voordoet. Het hebben van een onderzoeksprotocol is een door de overheidssectoren benoemde basisnorm. Overheidsorganisaties zijn dus verplicht om een onderzoeksprotocol te hebben [20]. Een onderzoek is vaak erg ingrijpend voor alle betrokkenen. Als voor iedereen vooraf duidelijk is wat de spelregels zijn, dan draagt dat bij aan het onderlinge vertrouwen. En dat komt het uiteindelijke onderzoek ten goede. Het belang van het hebben van een onderzoeksprotocol kan dus niet genoeg benadrukt worden. Alle onderwerpen die we in deze handreiking behandelen, verdienen een plaats in een dergelijk protocol. Wilt u graag voorbeelden? Er zijn verschillende overheidsorganisaties die al over een onderzoeksprotocol beschikken. Deze vindt u terug op onze website [21]. [20] Zie noot 3. [21] Voorbeelden van onderzoeksprotocollen vindt u op onze website onder kenniscentrum/praktijkvoorbeelden. Zorgvuldige handhaving 21

23 2.2 Uitgangspunten Overheidsorganisaties hebben er belang bij om hun integriteitsbeleid op een zorgvuldige manier te handhaven. Zorgvuldig onderzoek betekent onder andere dat de belangen van alle betrokkenen op de juiste manier worden gewogen. Er zijn verschillende algemene uitgangspunten en waarden, die bijdragen aan zorgvuldig onderzoek. Hieronder noemen we de belangrijkste. Ze zullen bij verschillende onderwerpen opnieuw aan de orde komen. Professionaliteit Het is erg belangrijk dat het onderzoek op een professionele manier wordt uitgevoerd. Dat betekent in de eerste plaats dat de onderzoeker in kwestie deskundig is [22]. Hij moet weten hoe hij een onderzoek uitvoert en welke methoden hij hiervoor (mag) inzet(ten). In de tweede plaats moet hij iedereen die bij het onderzoek betrokken is, op de juiste manier bejegenen en met respect behandelen. Het spreekt voor zich dat de onderzoeker zich moet onthouden van onoorbare handelingen, zoals het uitoefenen van (fysieke of psychische) druk, of het misleiden van betrokkenen. Professioneel onderzoek wil niet zeggen dat het onderzoek ook altijd door professionals moet worden uitgevoerd. Onder onderzoekers verstaan we in deze handreiking functionarissen die als hoofdtaak hebben om onderzoek te doen naar integriteitsschendingen. Dat kunnen ook interne onderzoekers zijn die speciaal hiervoor zijn aangenomen en binnen de organisatie zelf onderzoek verrichten. Meestal zijn dit medewerkers met een opsporingsachtergrond. Het kunnen natuurlijk ook externe onderzoekers zijn die bij een particulier recherchebureau werken en worden ingehuurd, of (externe) deskundigen op een bepaald gebied. Zoals forensische accountants. Waarheidsvinding Een onderzoek moet altijd een zo volledig mogelijk beeld geven van een incident. Daarom wordt zowel belastend als ontlastend materiaal verzameld en vastgelegd. Een zorgvuldig onderzoek zal alle omstandigheden waaronder het incident heeft plaatsgevonden belichten, ook als die omstandigheden kritisch uitvallen voor de opdrachtgever. Het doel van het onderzoek is namelijk niet het bewijzen van het vermoeden en hiervoor een schuldige aan te wijzen; het moet gaat om waarheidsvinding. Daarbij is de kernvraag: is er inderdaad sprake van integriteitsschending? En zo ja, binnen welke context vond die plaats en wie hadden/hebben er welke rol bij? Consistentie Consistentie betekent onder andere dat organisaties altijd op alle meldingen over [22] Waar de term onderzoeker wordt gebruikt, kan ook gelezen worden: interne of externe onderzoeker, (semipermanente) onderzoekscommissie, et cetera. 22 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

24 integriteitsschendingen reageren. Niet de ene keer wel en de andere keer niet. Dat betekent niet dat op elke melding een onderzoek volgt. Soms is het doen van onderzoek niet mogelijk of om een andere reden ongewenst. De reden waarom in het ene geval wel en in het andere geen onderzoek wordt gedaan, moet uiteraard wel altijd uitgelegd (kunnen) worden. Zonder aanzien des persoons Ook leidinggevenden, managers en bestuurders maken zich soms schuldig aan integriteitsschendingen. Bij de beslissing om over te gaan tot onderzoek en het vaststellen van de hoogte van een eventuele maatregel, wordt geen verschil gemaakt tussen rangen en standen. In verhouding tot de ernst van het gedrag Hierbij spelen twee begrippen een rol: proportionaliteit en subsidiariteit. Elk onderzoek moet proportioneel zijn. Dat wordt ook door de rechter getoetst. Proportioneel betekent dat het onderzoek en de gebruikte methoden in verhouding moeten staan tot de norm die is geschonden. Is de onderzoeksmethode eenmaal vastgesteld, dan wordt altijd gekozen voor de minst ingrijpende optie. Dat wil zeggen: alleen die handelingen die echt nodig zijn, en tijdens een korte periode. De lasten van het onderzoek worden anders voor de betrokkene(n) te zwaar in verhouding tot het onderzoeksof organisatiebelang. Bij iedere keuze voor een onderzoeksmethode moet ook worden afgewogen of het uiteindelijke doel ook met een lichter onderzoeksmiddel kan worden bereikt (subsidiariteit). Is de benodigde informatie bijvoorbeeld ook te krijgen door de betrokkene en eventuele getuigen te horen, dan is observatie niet nodig. Zonder vooringenomenheid Vooringenomenheid houdt in dat een onderzoek niet met open vizier wordt uitgevoerd. Als je van te voren al denkt te weten hoe het zit, dan leidt dat tot tunnelvisie en sta je niet meer open voor andere opties. De betrokken ambtenaar hoeft zijn onschuld niet te bewijzen; de organisatie moet bewijzen dat het aannemelijk is dat de ambtenaar zich schuldig heeft gemaakt aan een integriteitsschending. En dat dat plichtsverzuim met zich meebrengt. 2.3 Het kiezen van een onderzoeker Voordat het echte onderzoekswerk kan beginnen, moet besloten worden wie het onderzoek gaat uitvoeren. Eén van de uitgangspunten daarbij is dat het onderzoek professioneel wordt uitgevoerd. Sommige, vooral grotere organisaties, hebben eigen professionele onderzoekers in dienst, die onderzoeken kunnen uitvoeren. De meeste organisaties hebben die luxe echter niet [23]. Onderzoek in bestuurlijke context hoeft zoals eerder gezegd niet per se te worden uitgevoerd door professionele onderzoe- [23] Een aantal grote organisaties (gemeente Amsterdam, DJI en IND) heeft goede ervaringen opgedaan met een eigen bureau Integriteit (& Veiligheid), met eigen onderzoekscapaciteit. Zorgvuldige handhaving 23

25 kers. Er is geen regeling die dat verplicht. Het doen van onderzoek is echter een ingewikkeld vak. Dat wordt meestal pas duidelijk als op het oog eenvoudige onderzoeken zich ineens ontwikkelen tot lastige en uitgebreide onderzoeken. Bijvoorbeeld omdat ze gaandeweg de deskundigheid van lekenonderzoekers te boven gaan. Het onderzoek moet dan soms alsnog worden overdragen aan professionele onderzoekers. Probeer dit zoveel mogelijk te voorkomen. Het brengt niet alleen extra kosten met zich mee maar vaak zijn er al onderzoekshandelingen verricht die het onderzoek in een bepaalde richting hebben gestuurd. Die situatie is meestal niet meer te herstellen. Ook is de overdracht van een lopend onderzoek in de praktijk erg problematisch. Professionaliteit vergt ook in praktische zin het één en ander. Professionele onderzoekers beschikken over middelen die incidentele onderzoekers niet hebben. Zoals een standalone computer met encryptie (om gegevens vertrouwelijk te kunnen houden), een aparte veilige opbergmogelijkheid voor fysieke dossiers, een aparte gespreksruimte waar betrokkenen niet direct gezien kunnen worden, en contacten met politie en justitie. Kiest u ervoor om een onderzoek uit te laten voeren door leken uit uw eigen organisatie? Bezin dan voor u begint. En weeg in uw beslissing altijd mee dat het doen van onderzoek veel tijd vraagt! De keuze voor de uitvoerder van het onderzoek hangt af van de volgende zaken: De aard van de integriteitsschending. De aard van de organisatie. De noodzakelijke onafhankelijkheid. De noodzakelijke objectiviteit. De aanwezige kennis en expertise. Op basis hiervan wordt vervolgens besloten om het feitenonderzoek te laten uitvoeren door: Een interne professionele onderzoeker (indien voorhanden). Een interne (leken)commissie. Een externe (leken)commissie. Een extern onderzoeksbureau (bijvoorbeeld een forensisch accountant of een particulier recherchebureau). De ervaring leert dat het verstandig is om bij het feitenonderzoek een jurist te betrekken. Dat geldt zowel voor onderzoeken die intern als extern worden verricht. Het sparren van jurist en onderzoeker over de verschillende aspecten van het onderzoek, komt in de meeste gevallen de zorgvuldigheid ten goede. Daarnaast zit de jurist, doordat hij vanaf het begin meekijkt, goed in het onderzoek. Dat kan later het verdedigen van een aangevochten besluit vergemakkelijken. De jurist is bij voorkeur deskundig op het gebied van ambtenarenrecht. Hij of zij kan bijvoorbeeld adviseren op het gebied van: De wenselijkheid/noodzakelijkheid om een ordemaatregel (zoals schorsing) op te leggen. 24 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

26 De proportionaliteit en subsidiariteit van het onderzoek. De aannemelijkheid van plichtsverzuim. Een onderzoek door de leidinggevende van de betrokkene zelf, is erg onverstandig. In de eerste plaats kan de objectiviteit van het onderzoek in het gedrang komen, doordat er onvoldoende afstand is tussen de leidinggevende en de betrokkene. In de tweede plaats wordt in het onderzoek ook vaak met de leidinggevende gesproken; de integriteitsschending heeft immers onder zijn leiding plaatsgevonden. Het is dus niet meer dan zorgvuldig om hem of haar te spreken over de omstandigheden waaronder één en ander heeft plaatsgevonden. In de derde plaats kan een onderzoek de verhouding tussen de betrokkene en zijn leidinggevende verstoren, of zelfs onhoudbaar maken Interne onderzoekers Sommige grotere organisaties hebben eigen professionele onderzoekscapaciteit. Deze onderzoekers voeren in principe alle integriteitsonderzoeken uit, eventueel bijgestaan door externe onderzoekers. Een interne onderzoekscommissie bestaat bij voorkeur uit (minimaal) twee personen, met multidisciplinaire kennis en expertise. De leden moeten in ieder geval ervaring hebben met feitenonderzoek en andere voor het onderzoek relevante (bijvoorbeeld financiële of ICT-) expertise. Is de gewenste deskundigheid niet binnen de organisatie aanwezig? Overweeg dan om een deskundige van buiten de organisatie aan de commissie toe te voegen. Dat is ook zinvol met het oog op de benodigde objectiviteit van het feitenonderzoek. Het instellen van een interne onderzoekscommissie is niet altijd mogelijk of wenselijk. Vooral kleinere organisaties beschikken niet altijd over genoeg geschikte mensen. Ook kan de afstand tussen de interne onderzoekers en de betrokkene dan te klein zijn om objectief onderzoek te garanderen, of leidt het tot onrust in de organisatie en tot verstoorde arbeidsverhoudingen in de toekomst. In dat geval is het een optie om een samenwerkingsverband met andere (regionale) organisaties aan te gaan en onderzoekscapaciteit en -deskundigheid te bundelen. Bijvoorbeeld via een gezamenlijke onderzoekscommissie. Of door het aantrekken van een professionele onderzoeker die voor meerdere organisaties onderzoek kan doen. Zo drukken de kosten ook niet op één organisatie Externe onderzoekers U kunt ook kiezen voor een externe onderzoekscommissie. In dat geval is het vaak zinvol om hieraan een medewerker van uw eigen organisatie toe te voegen. Het liefst iemand met veel kennis van de organisatie. Uiteraard moet ook deze commissie voldoende kennis, expertise en ervaring met onderzoek hebben, en is het verstandig om de commissie multidisciplinair samen te stellen. Wanneer u het onderzoek door een externe partij laat doen (zoals een forensisch accountant of een particulier recherchebureau), dan beschikt u in de meeste gevallen over voldoende onderzoekscapaciteit, kennis en expertise. Daarnaast komt het inhuren van een externe partij de objectiviteit en onafhankelijkheid van het feitenonderzoek ten goede. Ook is het waarschijnlijk dat op een extern onderzoeker Zorgvuldige handhaving 25

27 minder druk wordt uitgeoefend. Daar staat tegenover dat een externe partij soms minder zicht heeft op de interne verhoudingen en ontwikkelingen van de organisatie. Een belangrijk aandachtspunt bij het aantrekken van externe onderzoekers is dat het hier vaak gaat om voormalige politiemensen. Deze vakmensen zijn heel waardevol, maar het is wel belangrijk dat ze beseffen dat ze onderzoek doen in een bestuursrechtelijke setting. Dat betekent dat ze het onderzoek niet kunnen benaderen als een politieonderzoek waarop het strafrecht van toepassing is. Een aantal zaken is kenmerkend verschillend tussen beide: De inzet van de geoorloofde (opsporings)middelen; De manier waarop het onderzoek wordt uitgevoerd (de relatie werkgever-werknemer of politie-verdachte is fundamenteel anders); Het benodigde bewijs (wettig en overtuigend bewijs versus aannemelijkheid van plichtsverzuim Omdat een organisatie bij het inhuren van externe onderzoekscapaciteit een andere meer coördinerende rol heeft, bespreken we een en ander in hoofdstuk 6 nog wat uitgebreider. 2.4 Vooronderzoek Is een melding over het vermoeden van een integriteitsschending nog niet concreet genoeg? Dan is eerst een zogenaamd vooronderzoek nodig. Dat heeft tot doel om te onderzoeken of het vermoeden voldoende aanknopingspunten biedt om een feitenonderzoek te starten. Een vooronderzoek kan bestaan uit een gesprek met de melder of de leidinggevende, of uit het discreet verifiëren van bepaalde beweringen. Het is erg belangrijk om te bewaken dat het vooronderzoek niet het karakter krijgt van een feitenonderzoek. Van ieder vooronderzoek wordt een rapport van bevindingen opgemaakt. Levert het onderzoek onvoldoende gegevens op? Dan wordt meestal afgezien van verder onderzoek. Ook als blijkt dat er geen aanleiding is om een feitenonderzoek in te stellen of om aangifte te doen, is het zorgvuldig om de betrokkene binnen een redelijke termijn op de hoogte te stellen van het feit dat er vooronderzoek naar hem is gedaan. En van de uitkomst van dat onderzoek. Geeft het vooronderzoek wél aanleiding? Dan kan er een feitenonderzoek worden gestart en/of aangifte worden gedaan bij politie of justitie. Besluit u in dit geval om geen feitenonderzoek te dan, dan is het zorgvuldig om dit standpunt aan de melder te vertellen. Vermoedt u dat er sprake is van een opzettelijke valse beschuldiging (bijvoorbeeld uit rancune), dan kunt u hiertegen in actie komen. Dat kan leiden tot feitenonderzoek naar de melder. De uitkomst daarvan kan dan een rechtspositioneel optreden zijn. 26 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

28 3 Feitenonderzoek Bij een vermeende integriteitsschending beslist het bevoegd gezag of er voldoende aanleiding is om een feitenonderzoek (te laten) instellen. In een feitenonderzoek wordt het waarheidsgehalte van signalen en/of vermoedens beoordeeld. Dat gebeurt door na te gaan of ze op een redelijke grond zijn gebaseerd. Concreet betekent het dat er een onderzoek wordt ingesteld naar de handelwijze van de betrokkene(n), om alle relevante feiten in kaart te brengen. Bij het doen van onderzoek kunnen de volgende onderwerpen aan de orde komen: Onderzoek naar strafbare feiten Ordemaatregelen Onderzoeksopdracht Kennisgeving onderzoek Intakegesprek Onderzoeksmethoden 3.1 Onderzoek naar strafbare feiten Is er sprake van een vermoeden van een strafbaar feit? Dan komt bij de beslissing om onderzoek te doen ook de vraag aan de orde of er aangifte moet worden gedaan. In het stroomschema aangifteplicht (bijlage D) ziet u of er wel of geen sprake is van een aangifteverplichting. Is er een redelijk vermoeden dat het gaat om een strafbaar feit, dan meldt de onderzoeker dat bij het bevoegd gezag. Dat bepaalt vervolgens of het aangifte wil/moet doen [24]. Aangifteplicht De aangifteplicht geldt voor elke ambtenaar die op de hoogte is van een strafbaar feit van de misdrijven die zijn genoemd in artikel 162 van het Wetboek van Strafvordering. Kortgezegd: de (ambts)misdrijven, waaronder omkoping en corruptie. Daarnaast geldt de aangifteplicht voor een misdrijf waarbij een bijzondere ambtsplicht is geschonden, [24] Openbare colleges en ambtenaren die in de uitoefening van hun bediening kennis krijgen van een misdrijf met de opsporing waarvan zij niet zijn belast, zijn verplicht daarvan onverwijld aangifte te doen, met afgifte van de tot de zaak betrekkelijke stukken, aan de officier van justitie of aan een van zijn hulpofficieren, a. indien het misdrijf is een ambtsmisdrijf als bedoeld in titel XXVIII van het Tweede Boek van het Wetboek van Strafrecht, dan wel b. indien het misdrijf is begaan door een ambtenaar die daarbij een bijzondere ambtsplicht heeft geschonden of daarbij gebruik heeft gemaakt van macht, gelegenheid of middel hem door zijn ambt geschonken, dan wel c. indien door het misdrijf inbreuk op of onrechtmatig gebruik wordt gemaakt van een regeling waarvan de uitvoering of de zorg voor de naleving aan hen is opgedragen. Artikel 162 Wetboek van Strafvordering Zorgvuldige handhaving 27

29 of waarbij de ambtenaar gebruik heeft gemaakt van macht, gelegenheid of middel hem door zijn ambt geschonken. Dat is ook als bij het misdrijf inbreuk op (of onrechtmatig gebruik van) een regeling is gemaakt waarvan de uitvoering of de zorg voor naleving aan de betreffende ambtenaar is opgedragen. Een voorbeeld hiervan is het manipuleren van (de invoer van) gegevens door een belastingambtenaar om het bedrag van een belastingaanslag negatief of foutief vast te stellen. Of een parkeercontroleur die zelf een valse parkeerontheffing gebruikt. Het kan zijn dat al bij de beoordeling van de melding (of bij de start van het feitenonderzoek) vaststaat dat er een redelijk vermoeden is van een strafbaar feit. Dat kan echter ook pas tijdens het onderzoek blijken. Het moment waarop u aangifte doet, kan dus per onderzoek verschillen. Bij aangifte stelt u eventueel na overleg met de officier van justitie alle beschikbare gegevens en informatie ter beschikking aan de politie. Een bestuursrechtelijk onderzoek door de werkgever en een strafrechtelijk onderzoek door de politie sluiten elkaar niet uit, maar kunnen elkaar opvolgen of tegelijkertijd plaatsvinden. Na de aangifte Na de aangifte blijft het bevoegd gezag verantwoordelijk voor het arbeidsrechtelijke traject. U moet daarbij de (vermeende) feiten afzetten tegen de plichten van de ambtenaar, om vast te kunnen vaststellen of er sprake is van plichtsverzuim. Plichtsverzuim kan aanzienlijk meer omvatten dan de delictsomschrijving van een strafbaar feit. Als een ambtenaar niet strafrechtelijk wordt veroordeeld, dan betekent dat dus niet dat er geen sprake is van plichtsverzuim. Het strafrechtelijke en het disciplinaire traject zijn afzonderlijke trajecten, waarbij het bevoegd gezag verantwoordelijkheid is voor het ambtenaarrechtelijk traject. Daarbij kan, behalve een strafrechtelijk onderzoek, ook een eigen feitenonderzoek nodig zijn. Politie en justitie In een aantal gevallen is het mogelijk om met politie of justitie samen te werken. De politie kan bijvoorbeeld onderzoeksmethoden inzetten die u als bevoegd gezag niet heeft. Ook kan het zinvol zijn om het proces-verbaal dat is opgemaakt in het kader van het strafrechtelijk onderzoek, op te vragen bij de officier van justitie. Op grond van de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens mag het openbaar ministerie namelijk strafvorderlijke gegevens verstrekken aan andere partijen die bij het strafbare feit betrokken zijn [25]. Soms is het niet mogelijk om informatie over de strafzaak te krijgen of laat het procesverbaal te lang op zich wachten. In dat geval moet u het feitenonderzoek zelf (laten) uitvoeren. Rijksrecherche Doet u aangifte, dan bepaalt de officier van justitie of hij de zaak voorlegt aan de [25] De regels hiervoor vindt u in de Aanwijzing verstrekking van strafvorderlijke gegevens voor buiten de strafrechtspleginggelegen doeleinden (Stcrt. 2004, nr. 223). 28 BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR

Protocol vermoedens integriteitsschendingen politieke ambtsdragers gemeente Stichtse Vecht

Protocol vermoedens integriteitsschendingen politieke ambtsdragers gemeente Stichtse Vecht Protocol vermoedens integriteitsschendingen politieke ambtsdragers gemeente Stichtse Vecht I. ALGEMENE BEPALINGEN 1. Algemeen 1.1. Onder politieke ambtsdrager worden verstaan: de burgemeester, de leden

Nadere informatie

Onderzoeksprotocol integriteitschending en misstand Gemeente Zaanstad. Dit protocol is onderdeel van het integriteitbeleid van de gemeente Zaanstad.

Onderzoeksprotocol integriteitschending en misstand Gemeente Zaanstad. Dit protocol is onderdeel van het integriteitbeleid van de gemeente Zaanstad. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zaanstad Nr. 142074 4 juli 2018 Onderzoeksprotocol integriteitschending en misstand Gemeente Zaanstad 2018 1 Inleiding Dit protocol is onderdeel van het integriteitbeleid

Nadere informatie

gemeente Eindhoven integriteitschendingen politieke ambtsdragers gemeente Eindhoven

gemeente Eindhoven integriteitschendingen politieke ambtsdragers gemeente Eindhoven gemeente Eindhoven Besluit De raad, het college en de burgemeester van Eindhoven, besluiten: vast te stellen het navolgende Protocol vermoedens integriteitschendingen politieke ambtsdragers gemeente Eindhoven

Nadere informatie

Regeling melden van vermoeden van integriteitschending en misstand Gemeente Zaanstad 2018

Regeling melden van vermoeden van integriteitschending en misstand Gemeente Zaanstad 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zaanstad Nr. 142070 4 juli 2018 Regeling melden van vermoeden van integriteitschending en misstand Gemeente Zaanstad 2018 Inleiding Aandacht voor integriteit

Nadere informatie

PROTOCOL (MOGELIJKE) INTEGRITEITSSCHENDINGEN DOOR RAADSLEDEN, FRACTIEVOLGERS OF WETHOUDERS GEMEENTE EDE 2016

PROTOCOL (MOGELIJKE) INTEGRITEITSSCHENDINGEN DOOR RAADSLEDEN, FRACTIEVOLGERS OF WETHOUDERS GEMEENTE EDE 2016 PROTOCOL (MOGELIJKE) INTEGRITEITSSCHENDINGEN DOOR RAADSLEDEN, FRACTIEVOLGERS OF WETHOUDERS GEMEENTE EDE 2016 Reikwijdte protocol Dit protocol moet mede worden bezien in het kader van de aanstaande wijziging

Nadere informatie

Protocol bij melding vermoedens van integriteitsschendingen Bijlage bij de Gedragscode integriteit raadsleden en bestuurders Coevorden 2017

Protocol bij melding vermoedens van integriteitsschendingen Bijlage bij de Gedragscode integriteit raadsleden en bestuurders Coevorden 2017 Protocol bij melding vermoedens van integriteitsschendingen Bijlage bij de Gedragscode integriteit raadsleden en bestuurders Coevorden 2017 Artikel 1 begripsbepaling In dit protocol wordt verstaan onder:

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling de Alliantie

Klokkenluidersregeling de Alliantie Pagina : 1/7 Klokkenluidersregeling de Alliantie Regeling procedure betreffende het omgaan met een vermoeden of aanwijzing van een misstand Inleiding De Alliantie wil in al haar activiteiten hoge normen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag > Retouradres Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag DGOBR Directie Organisatie- en Personeelsbeleid Rijk www.facebook.com/minbzk www.twitter.com/minbzk

Nadere informatie

Toelichting bij de gewijzigde voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand

Toelichting bij de gewijzigde voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand Toelichting bij de gewijzigde voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand Ter introductie Het is belangrijk dat ambtenaren die een vermoeden van een misstand hebben, deze op een laagdrempelige wijze kunnen

Nadere informatie

Regeling Melden vermoeden van een misstand, onregelmatigheid of integriteitschending

Regeling Melden vermoeden van een misstand, onregelmatigheid of integriteitschending Regeling Melden vermoeden van een misstand, onregelmatigheid of integriteitschending Deze regeling is deels een uitwerking van de wettelijke verplichting uit de Wet Huis voor Klokkenluiders. De definities

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling Klokkenluidersregeling Instemming GMR d.d. 6 november 2018 Vastgesteld bevoegd gezag d.d. 7 november 2018 Inhoud Inleiding Artikel 1. Begripsbepalingen Artikel 2. Informatie, advies en ondersteuning voor

Nadere informatie

PROCEDURE VOOR HET VERRICHTEN VAN EEN ONDERZOEK BIJ EEN VERMOEDEN VAN MISSTAND

PROCEDURE VOOR HET VERRICHTEN VAN EEN ONDERZOEK BIJ EEN VERMOEDEN VAN MISSTAND Dit protocol beschrijft de fasen, die doorlopen dienen te worden bij een vermoeden of een melding van een vermoeden van een misstand, m.n waar o.a. sprake is van: financiële schendingen; misbruik positie

Nadere informatie

Toelichting bij de Regeling Melding Vermoeden Misstand 2015

Toelichting bij de Regeling Melding Vermoeden Misstand 2015 Toelichting bij de Regeling Melding Vermoeden Misstand 2015 Ter introductie Het is belangrijk dat ambtenaren die een vermoeden van een misstand hebben, deze op een laagdrempelige wijze kunnen aankaarten

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling a.s.r.

Klokkenluidersregeling a.s.r. Klokkenluidersregeling a.s.r. December 2017 1 a.s.r. Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Doel van de Klokkenluidersregeling 3 3. Reikwijdte 3 4. Hoe werkt de Klokkenluidersregeling 4 5. Vertrouwelijke omgang

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het Regius College Schagen

Klokkenluidersregeling. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het Regius College Schagen Klokkenluidersregeling Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het Regius College Schagen Versie: 18 november 2014 Inhoud INLEIDING...3 INTERNE PROCEDURE VOOR HET

Nadere informatie

KLOKKENLUIDERSREGELING. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het St. Michaël College

KLOKKENLUIDERSREGELING. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het St. Michaël College KLOKKENLUIDERSREGELING Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het St. Michaël College Augustus 2015 INHOUD Inleiding Interne procedure voor het melden van een ernstige

Nadere informatie

PROTOCOL (MOGELIJKE) INTEGRITEITSSCHENDINGEN DOOR LEDEN VAN PROVINCIALE STATEN OF LEDEN VAN GEDEPUTEERDE STATEN PROVINCIE LIMBURG

PROTOCOL (MOGELIJKE) INTEGRITEITSSCHENDINGEN DOOR LEDEN VAN PROVINCIALE STATEN OF LEDEN VAN GEDEPUTEERDE STATEN PROVINCIE LIMBURG PROTOCOL (MOGELIJKE) INTEGRITEITSSCHENDINGEN DOOR LEDEN VAN PROVINCIALE STATEN OF LEDEN VAN GEDEPUTEERDE STATEN PROVINCIE LIMBURG 2017 1 Reikwijdte protocol Dit protocol moet mede worden bezien in het

Nadere informatie

Meldingsregeling misstanden en onregelmatigheden RUG

Meldingsregeling misstanden en onregelmatigheden RUG Meldingsregeling misstanden en onregelmatigheden RUG Het College van Bestuur van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) besluit gelet op: - het belang dat de universiteit hecht aan het voeren van een deugdelijk

Nadere informatie

Meldlandschap voor integriteitskwesties

Meldlandschap voor integriteitskwesties Meldlandschap voor integriteitskwesties (melden of klokkenluiden?) Alex Belling 17 mei 2013 1 Spoorboekje Wat is klokkenluiden? Waarom melden van misstanden? Korte historie Wat is een (vermoeden van een)

Nadere informatie

Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO

Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO Regeling melden vermoeden van een misstand in de sector VO Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze regeling wordt verstaan onder: a. bestuur: de natuurlijke persoon/personen of het orgaan

Nadere informatie

Goedgekeurd door de medezeggenschapsraad: [datum] Vastgesteld door het bestuur van de Stichting Gemeentelijk Gymnasium Hilversum: [datum]

Goedgekeurd door de medezeggenschapsraad: [datum] Vastgesteld door het bestuur van de Stichting Gemeentelijk Gymnasium Hilversum: [datum] REGELING MELDEN VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND Goedgekeurd door de medezeggenschapsraad: [datum] Vastgesteld door het bestuur van de Stichting Gemeentelijk Gymnasium Hilversum: [datum] Regeling melden vermoeden

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand

Klokkenluidersregeling. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Klokkenluidersregeling Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Inhoudsopgave Inleiding... 3 Doelstelling... 3 Hoofdstuk 1. Definities... 4 Hoofdstuk 2. Intern melden... 5 Hoofdstuk

Nadere informatie

BIJLAGE 3, BEDOELD IN ARTIKEL F.1, ELFDE LID, VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Regeling melden vermoeden van een misstand)

BIJLAGE 3, BEDOELD IN ARTIKEL F.1, ELFDE LID, VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Regeling melden vermoeden van een misstand) BIJLAGE 3, BEDOELD IN ARTIKEL F.1, ELFDE LID, VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Regeling melden vermoeden van een misstand) Deze regeling is de uitwerking van de wettelijke verplichting

Nadere informatie

Open staan voor het verhaal van een burgemeester. Voor een eerlijke overheid. De Rijksrecherche.

Open staan voor het verhaal van een burgemeester. Voor een eerlijke overheid. De Rijksrecherche. Open staan voor het verhaal van een burgemeester Voor een eerlijke overheid. De Rijksrecherche. De tijd nemen voor een integere overheid. In de dagelijkse praktijk wordt de Rijksrecherche vooral geassocieerd

Nadere informatie

Gedragslijn integriteit Haarlemmermeer

Gedragslijn integriteit Haarlemmermeer Voorwoord Voor u ligt de gedragslijn integriteit van de gemeenteraad van Haarlemmermeer. Deze gedragslijn is een akkoord dat berust op commitment en betrokkenheid van raadsleden. De gedragslijn dient ter

Nadere informatie

Nr Melding. vermoedens misstanden gemeente Alkmaar (voormalig Klokkenluidersregeling)

Nr Melding. vermoedens misstanden gemeente Alkmaar (voormalig Klokkenluidersregeling) Dit gebied vrijhouden Begin onder de streep van gemeenteblad Via menu kunt u een nieuw artikel beginnen, met de [Tab] toets is het niveau aan te passen. Met ga je naar de

Nadere informatie

Regeling voor het omgaan met melden vermoeden misstand of onregelmatigheid bij InterUM BV 1 Klokkenluidersregeling

Regeling voor het omgaan met melden vermoeden misstand of onregelmatigheid bij InterUM BV 1 Klokkenluidersregeling Regeling voor het omgaan met melden vermoeden misstand of onregelmatigheid bij InterUM BV 1 Klokkenluidersregeling InterUM BV; gelet op het belang dat InterUM BV hecht aan het voeren van een deugdelijk

Nadere informatie

Bijlage 1. Modelregeling Melden vermoeden van een misstand

Bijlage 1. Modelregeling Melden vermoeden van een misstand Bijlage 1 Modelregeling Melden vermoeden van een misstand Deze modelregeling is de uitwerking van de wettelijke verplichting uit de Wet Huis voor Klokkenluiders. De definities uit deze wet zijn dus ook

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling Stichting VCO Oost-Nederland

Klokkenluidersregeling Stichting VCO Oost-Nederland Klokkenluidersregeling Stichting VCO Oost-Nederland Regeling melden vermoeden van een misstand. Klokkenluidersreglement Stichting VCO Oost-Nederland 1 Voorwoord De regeling inzake het omgaan met een vermoeden

Nadere informatie

Regeling melden (vermoeden van een) misstand of schending integriteit

Regeling melden (vermoeden van een) misstand of schending integriteit Regeling melden (vermoeden van een) misstand of schending integriteit November 2013, Buitenpost vastgesteld door (P)MR in februari 2014 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze regeling wordt

Nadere informatie

Regeling melding vermoeden misstand of integriteitsschending (Interne klokkenluidersregeling gemeente Lochem)

Regeling melding vermoeden misstand of integriteitsschending (Interne klokkenluidersregeling gemeente Lochem) GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Lochem Nr. 8832 17 januari 2018 Regeling melding vermoeden misstand of integriteitsschending (Interne klokkenluidersregeling gemeente Lochem) Burgemeester

Nadere informatie

Regeling Melding Vermoeden Misstand

Regeling Melding Vermoeden Misstand Regeling Melding Vermoeden Misstand 1. ALGEMEEN Artikel 1 Begripsbepalingen 1. In deze regeling wordt verstaan onder: a. Ambtenaar: een ieder die werkzaam is of is geweest bij de Modulaire Gemeenschappelijke

Nadere informatie

Toelichting Regeling melding vermoeden misstand Krimpen aan den IJssel 2012

Toelichting Regeling melding vermoeden misstand Krimpen aan den IJssel 2012 Ter introductie In 2003 is in de Ambtenarenwet een nieuw artikel opgenomen (artikel 125 quinquies, vierde lid, en deels een uitwerking van artikel 125, eerste lid onder f, van de Ambtenarenwet) met de

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling Woonpartners Midden-Holland

Klokkenluidersregeling Woonpartners Midden-Holland Klokkenluidersregeling Woonpartners Midden-Holland Waddinxveen, 15 december 2014 Doc.nr.: 1412025 / # Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 1 Inleiding 3 1.1 Waarom een klokkenluidersregeling... 3 1.2 Definities...

Nadere informatie

Regeling melden vermoeden misstand Werk en Inkomen Lekstroom

Regeling melden vermoeden misstand Werk en Inkomen Lekstroom Het dagelijks bestuur van Werk en Inkomen Lekstroom (WIL); gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van 7 september 2017; gelet op de Wet Huis voor klokkenluiders; gelet op artikel 125quinquies Ambtenarenwet;

Nadere informatie

HANDREIKING BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR ONDERZOEK INTEGRITEITSSCHENDING

HANDREIKING BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR ONDERZOEK INTEGRITEITSSCHENDING HANDREIKING BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR ONDERZOEK INTEGRITEITSSCHENDING BUREAU INTEGRITEITSBEVORDERING OPENBARE SECTOR HANDREIKING ONDERZOEK INTEGRITEITSSCHENDING CAOP BIOS Informatie

Nadere informatie

Regeling procedure en bescherming bij melding van een vermoeden van een misstand

Regeling procedure en bescherming bij melding van een vermoeden van een misstand Klokkenluidersregeling Kennemer Wonen Regeling procedure en bescherming bij melding van een vermoeden van een misstand Kennemer Wonen vindt het belangrijk dat werknemers op een goede maar vooral veilige

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 28 844 Integriteitsbeleid openbaar bestuur en politie Nr. 33 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Regeling Vermoeden Misstand Metropoolregio Eindhoven 2016

Regeling Vermoeden Misstand Metropoolregio Eindhoven 2016 CVDR Officiële uitgave van Metropoolregio Eindhoven. Nr. CVDR425614_1 28 juni 2017 Regeling Vermoeden Misstand Metropoolregio Eindhoven 2016 Het Dagelijks Bestuur van de Metropoolregio Eindhoven, besluit;

Nadere informatie

Regeling melden vermoeden misstand (klokkenluidersregeling)

Regeling melden vermoeden misstand (klokkenluidersregeling) Regeling melden vermoeden misstand (klokkenluidersregeling) Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. SKIPOS: de Stichting voor Katholiek en Interconfessioneel Primair Onderwijs

Nadere informatie

REGELING MELDEN VERMOEDEN MISSTAND

REGELING MELDEN VERMOEDEN MISSTAND REGELING MELDEN VERMOEDEN MISSTAND Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: werknemer: de persoon die werkt of heeft gewerkt voor de Veiligheidsregio Utrecht zoals bedoeld in

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling SKOR

Klokkenluidersregeling SKOR Klokkenluidersregeling SKOR Tiel, 8 maart 2017 0 Preambule De regeling voor het melden van een vermoeden van een misstand binnen de Stichting Katholieke Onderwijsbelangen Rivierenland biedt een heldere

Nadere informatie

b. afdeling advies van het Huis voor Klokkenluiders: de afdeling advies van het Huis, bedoeld in artikel 3a, lid 2, wet Huis voor Klokkenluiders

b. afdeling advies van het Huis voor Klokkenluiders: de afdeling advies van het Huis, bedoeld in artikel 3a, lid 2, wet Huis voor Klokkenluiders Regeling omgaan met het melden van het vermoeden van een misstand binnen Mars Nederland B.V., Royal Canin Nederland B.V. en Mars Food Europe C.V. (hierna: "Mars" of "werkgever"); gelet op het belang dat

Nadere informatie

Klokkenluiderregeling Woningstichting Woensdrecht

Klokkenluiderregeling Woningstichting Woensdrecht Klokkenluiderregeling Woningstichting Woensdrecht Inleiding Woningstichting Woensdrecht wil in al haar activiteiten hoge normen naleven ten aanzien van openheid en integriteit. Om deze normen te handhaven

Nadere informatie

KLOKKENLUIDERREGELING WONINGSTICHTING VOLKSBELANG

KLOKKENLUIDERREGELING WONINGSTICHTING VOLKSBELANG KLOKKENLUIDERREGELING WONINGSTICHTING VOLKSBELANG 1. Algemeen In de Governancecode Woningcorporaties d.d. november 2006 wordt gesteld dat de directeurbestuurder ervoor zorgt dat werknemers zonder gevaar

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Ministerie van Justitie j1 Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Rechtshandhaving en Criminaliteitsbestrijding Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van

Nadere informatie

I-Infrastructuur Incidenten

I-Infrastructuur Incidenten I-Infrastructuur Incidenten Incidenten zijn situaties waarin medewerkers in strijd met de waarden en normen van de organisatie hebben gehandeld. Het oppakken van (vermoedens van) misstanden is een aandachtsgebied

Nadere informatie

Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling)

Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) datum: 29-11-2016 Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens arbeidsovereenkomst arbeid verricht

Nadere informatie

Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) Stichting Delta-onderwijs

Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) Stichting Delta-onderwijs Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) Stichting Delta-onderwijs Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens arbeidsovereenkomst arbeid

Nadere informatie

Regeling Melding Vermoeden Misstand Purmerend 2015

Regeling Melding Vermoeden Misstand Purmerend 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Purmerend. Nr. 43362 8 april 2016 Regeling Melding Vermoeden Misstand Purmerend 2015 Het college van burgemeester en wethouders gelet op het bepaalde in artikel

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling REGELING INZAKE HET OMGAAN MET EEN VERMOEDEN VAN EEN MISSTAND HOOFDSTUK 1. DEFINITIES Artikel 1. Definities In deze regeling worden de volgende definities gebruikt: betrokkene: degene die al dan niet in

Nadere informatie

Stappenplan gedragscode politieke ambtsdragers gemeente Aalten

Stappenplan gedragscode politieke ambtsdragers gemeente Aalten Stappenplan gedragscode politieke ambtsdragers gemeente Aalten Onderzoek en registratie integriteitsschendingen politieke ambtsdragers 1. Algemeen 1.1. Onder politieke ambtsdragers wordt verstaan: de burgemeester,

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Emmen. Datum: 12 december 2011. Rapportnummer: 2011/358

Rapport. Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Emmen. Datum: 12 december 2011. Rapportnummer: 2011/358 Rapport Rapport over een klacht over het college van burgemeester en wethouders van Emmen. Datum: 12 december 2011 Rapportnummer: 2011/358 2 Klacht Verzoekster klaagt erover, dat de gemeentesecretaris

Nadere informatie

Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling)

Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) datum: 29-11-2016 Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens arbeidsovereenkomst arbeid verricht

Nadere informatie

Regeling melden vermoeden van een misstand

Regeling melden vermoeden van een misstand Regeling melden vermoeden van een misstand 1 Inleiding... 3 1. BEHANDELING VAN DE KLACHTEN... 3 Artikel 1... 3 2. RECHTSBESCHERMING MELDER... 4 Artikel 2... 4 3. AANSTELLING, TAAK EN RECHTSBESCHERMING

Nadere informatie

dan wel degene die anders dan uit dienstbetrekking arbeid verricht of heeft verricht;

dan wel degene die anders dan uit dienstbetrekking arbeid verricht of heeft verricht; Klokkenluidersregeling KSU Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Versie Datum Wijzigingen 1.0 Initieel document Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder:

Nadere informatie

Procedurereglement bij vermoeden van misstanden gemeente Hellevoetsluis 2014

Procedurereglement bij vermoeden van misstanden gemeente Hellevoetsluis 2014 CVDR Officiële uitgave van Hellevoetsluis. Nr. CVDR330957_1 7 november 2017 Procedurereglement bij vermoeden van misstanden gemeente Hellevoetsluis 2014 Nummer: 20140159 Het college van de gemeente Hellevoetsluis;

Nadere informatie

Meldingsregeling. December 2017 Versie 1.1

Meldingsregeling. December 2017 Versie 1.1 Meldingsregeling December 2017 Versie 1.1 Inhoudsopgave Pagina Artikel 1 Begripsbepaling 3 Artikel 2 Informatie en advies 3 Artikel 3 Interne Melding 3 Artikel 4 Bescherming van de melder en andere betrokkenen

Nadere informatie

Regeling ter bescherming van klokkenluiders bij de Universiteit Maastricht (klokkenluidersregeling)

Regeling ter bescherming van klokkenluiders bij de Universiteit Maastricht (klokkenluidersregeling) Regeling ter bescherming van klokkenluiders bij de Universiteit Maastricht (klokkenluidersregeling) Gelet op - De Code Goed Bestuur Universiteiten 2007, door de VSNU vastgesteld en inwerking getreden per

Nadere informatie

- [ ] of (bijvoorbeeld) [naam gemeente/organisatie] = door gemeente in te vullen, zie bijvoorbeeld artikel 1.

- [ ] of (bijvoorbeeld) [naam gemeente/organisatie] = door gemeente in te vullen, zie bijvoorbeeld artikel 1. Voorbeeld Regeling melden vermoeden misstand (Interne klokkenluidersregeling [naam gemeente/organisatie]) BIJLAGE BIJ ECWGO/U201601078 Leeswijzer modelbepalingen - [ ] of (bijvoorbeeld) [naam gemeente/organisatie]

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018. 2500 EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018. 2500 EA Den Haag > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten- Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag DG Bestuur en Koninkrijksrelaties Directie Arbeidszaken Publieke Sector

Nadere informatie

MELDPROCEDURE MISSTANDEN. Voor iedereen die werkzaam is bij een van de bedrijfsonderdelen van Transdev Nederland

MELDPROCEDURE MISSTANDEN. Voor iedereen die werkzaam is bij een van de bedrijfsonderdelen van Transdev Nederland MELDPROCEDURE MISSTANDEN Voor iedereen die werkzaam is bij een van de bedrijfsonderdelen van Transdev Nederland INLEIDING INHOUDSOPGAVE Bij Transdev Nederland willen we op een zo eerlijk en integer mogelijke

Nadere informatie

6.1.9 Klokkenluidersregeling

6.1.9 Klokkenluidersregeling Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld CvB CvB 8 mei 2017 19 april 2017 20 april 2017 Klokkenluidersregeling Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen Stichting

Nadere informatie

gemeente Eindhoven RaadsvoorstelBestuurlijke integriteit

gemeente Eindhoven RaadsvoorstelBestuurlijke integriteit gemeente Eindhoven Raadsnummer 12R4810 Inboeknummer 12bst00876 Beslisdatum B&W 15 mei 2012 Dossiernummer 12.20.151 RaadsvoorstelBestuurlijke integriteit Inleiding Het integriteitsbeleid heeft zich binnen

Nadere informatie

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen SCOH en SPCP (klokkenluidersregeling)

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen SCOH en SPCP (klokkenluidersregeling) Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen SCOH en SPCP (klokkenluidersregeling) Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens

Nadere informatie

Regeling melden van vermoeden van een misstand ( klokkenluidersregeling )

Regeling melden van vermoeden van een misstand ( klokkenluidersregeling ) Preambule Stichting openbaar primair onderwijs IJmond vindt het belangrijk dat medewerkers en ouders op adequate en veilige wijze vermeende (ernstige) onregelmatigheden binnen de organisatie aan de orde

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling Thús Wonen

Klokkenluidersregeling Thús Wonen Klokkenluidersregeling Thús Wonen Voorwoord Thús Wonen vindt het belangrijk dat werknemers op een adequate en veilige manier melding kunnen doen van eventuele vermoedens van misstanden binnen de organisatie.

Nadere informatie

Regeling integriteitmeldingen gemeente Waalwijk, P&O/cfw, 11/0007253 Vastgesteld door het college van de gemeente Waalwijk d.d. 16 augustus 2011 1

Regeling integriteitmeldingen gemeente Waalwijk, P&O/cfw, 11/0007253 Vastgesteld door het college van de gemeente Waalwijk d.d. 16 augustus 2011 1 Regeling integriteitmeldingen Gemeente Waalwijk respectvol, open en eerlijk samenwerken Vastgesteld door het college van de gemeente Waalwijk d.d. 16 augustus 2011 1 Inleiding Een goede regeling voor het

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling High Five Intenz Groep B.V.

Klokkenluidersregeling High Five Intenz Groep B.V. Klokkenluidersregeling High Five Intenz Groep B.V. Regeling procedure inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand of onregelmatigheid, met instemming van de Ondernemingsraad van High Five Health

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling

Klokkenluidersregeling 2016 Klokkenluidersregeling Radarscholen Vereniging voor PC onderwijs te Schouwen-Duiveland 1-11-2016 KLOKKENLUIDERSREGELING RADAR Concept : 8 november 2016. Deze regeling is gebaseerd op de modelregeling

Nadere informatie

Regeling inzake het omgaan met een (vermoeden van) een ernstige misstand ( Klokkenluidersregeling 1 )

Regeling inzake het omgaan met een (vermoeden van) een ernstige misstand ( Klokkenluidersregeling 1 ) Regeling inzake het omgaan met een (vermoeden van) een ernstige misstand ( Klokkenluidersregeling 1 ) G:\AOD\CD\02 CvB & management - CvB\02-Beleidsstukken\100824 Klokkenluidersregeling.docx datum instemming

Nadere informatie

Regeling klokkenluiders

Regeling klokkenluiders Regeling klokkenluiders Een klokkenluider is een medewerker die (al dan niet anoniem) misstanden in zijn bedrijf of organisatie naar buiten brengt. Klokkenluiders moeten vermoedens van misstanden naar

Nadere informatie

Klokkenluiderregeling

Klokkenluiderregeling Klokkenluiderregeling Inleiding In de Governancecode voor Woningcorporaties is gesteld dat de directeur-bestuurder ervoor zorgt dat werknemers zonder gevaar voor hun rechtspositie de mogelijkheid hebben

Nadere informatie

Melden van (een vermoeden van) onregelmatigheden en misstanden in het UMC Utrecht/klokkenluidersregeling: proces op hoofdlijnen

Melden van (een vermoeden van) onregelmatigheden en misstanden in het UMC Utrecht/klokkenluidersregeling: proces op hoofdlijnen Melden van (een vermoeden van) onregelmatigheden en misstanden in het UMC Utrecht/klokkenluidersregeling: proces op hoofdlijnen Melden van (een vermoeden van) onregelmatigheden en misstanden in het UMC

Nadere informatie

Kennisforum Vertrouwenspersonen Overheid De vertrouwenspersoon als wakend oog en hoeder, tijdens en na een integriteitsonderzoek?

Kennisforum Vertrouwenspersonen Overheid De vertrouwenspersoon als wakend oog en hoeder, tijdens en na een integriteitsonderzoek? Kennisforum Vertrouwenspersonen Overheid De vertrouwenspersoon als wakend oog en hoeder, tijdens en na een integriteitsonderzoek? Verslag bijeenkomst 3 februari 2015 Het Kennisforum Vertrouwenspersonen

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden.

Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden. Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden. Dit document beschrijft het beleid van de Veluwse Scholengroep en Stichting CVO om medewerkers te ondersteunen

Nadere informatie

Regeling voor het melden van het vermoeden van een misstand en voor het onderzoek ernaar

Regeling voor het melden van het vermoeden van een misstand en voor het onderzoek ernaar Regeling voor het melden van het vermoeden van een misstand en voor het onderzoek ernaar Strabrecht College, Geldrop Inleiding Een misstand is een op redelijke gronden gebaseerd vermoeden van: - een schending

Nadere informatie

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen de Stichting Keizer Karel

Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen de Stichting Keizer Karel Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen de Stichting Keizer Karel Inleiding Klokkenluiden staat in de belangstelling. Steeds meer raken we ervan doordrongen dat het maatschappelijk

Nadere informatie

Regeling melden vermoeden van een misstand bij de Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor Primair en Voortgezet Onderwijs

Regeling melden vermoeden van een misstand bij de Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor Primair en Voortgezet Onderwijs Regeling melden vermoeden van een misstand bij de Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor Primair en Voortgezet Onderwijs (Klokkenluidersregeling OZHW voor PO en VO) Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Nadere informatie

gelezen het voorstel van de wethouder Haven, Duurzaamheid, Mobiliteit en Organisatie van 3 maart 2015 met kenmerk: ;

gelezen het voorstel van de wethouder Haven, Duurzaamheid, Mobiliteit en Organisatie van 3 maart 2015 met kenmerk: ; Gemeenteblad 2015 Regeling Melding Vermoeden Misstand Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, gelezen het voorstel van de wethouder Haven, Duurzaamheid, Mobiliteit en Organisatie

Nadere informatie

REGELING OMGAAN MET MELDEN VERMOEDEN MISSTAND OF INTEGRITEITSSCHENDING

REGELING OMGAAN MET MELDEN VERMOEDEN MISSTAND OF INTEGRITEITSSCHENDING REGELING OMGAAN MET MELDEN VERMOEDEN MISSTAND OF INTEGRITEITSSCHENDING Artikel 1. Begripsbepalingen 1. In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens arbeidsovereenkomst naar

Nadere informatie

Gewijzigde Voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand 2013

Gewijzigde Voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand 2013 Gewijzigde Voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand 2013 Het bevoegd gezag van [GEMEENTE OF ORGANISATIE INVULLEN]; gelet op het bepaalde in artikel 15:2 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling

Nadere informatie

Regeling melden (dreigende) misstand (klokkenluidersregeling)

Regeling melden (dreigende) misstand (klokkenluidersregeling) Regeling melden (dreigende) misstand (klokkenluidersregeling) Stichting Respont Vaststelling 12-4-2017 Inhoudsopgave Artikel 1. Begripsbepalingen... 3 Artikel 2. Informatie, advies en ondersteuning voor

Nadere informatie

MELDPROCEDURE SPEAK UP

MELDPROCEDURE SPEAK UP MELDPROCEDURE SPEAK UP KPN hecht grote waarde aan eerlijkheid, transparantie en integriteit. We werken continu aan een klimaat waarin iedereen zich vrij voelt om ongewenst gedrag te melden. Ongewenst gedrag

Nadere informatie

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 5 juni 2014 Antwoorden Kamervragen met kenmerk 2014Z07915

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 5 juni 2014 Antwoorden Kamervragen met kenmerk 2014Z07915 > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directoraat-Generaal Bestuur en Koninkrijksrelaties Directie Arbeidszaken

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling melding vermoeden misstand en/of integriteitschending

Klokkenluidersregeling melding vermoeden misstand en/of integriteitschending Klokkenluidersregeling melding vermoeden misstand en/of integriteitschending Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. Medewerker: een ieder die werkzaam is of tot maximaal

Nadere informatie

Klokkenluiderregeling

Klokkenluiderregeling Klokkenluiderregeling Stichting Dunavie vindt het belangrijk dat werknemers op een adequate en veilige manier melding kunnen doen van eventuele vermoedens van misstanden binnen de organisatie. Daarom is

Nadere informatie

KLOKKENLUIDERSREGELING

KLOKKENLUIDERSREGELING KLOKKENLUIDERSREGELING Velserbroek, 12 december 2016 Colofon In opdracht van: Het bestuur Pré Wonen Auteurs: Martin West Pré Wonen Postbus 2008 2002 CA Haarlem 1.1. Inleiding Pré Wonen acht het van belang

Nadere informatie

Onderzoeksprotocol bij vermoedens van misstanden

Onderzoeksprotocol bij vermoedens van misstanden Onderzoeksprotocol bij vermoedens van misstanden 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 pagina 2. Definities 4 3. Aanleiding tot een onderzoek 6 4. Het onderzoek 9 5. Afhandeling van het onderzoek 13 2 1. INLEIDING

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr Regeling Integriteitsmeldingen

GEMEENTEBLAD. Nr Regeling Integriteitsmeldingen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Haarlem. Nr. 123374 18 december 2015 Regeling Integriteitsmeldingen gemeente Haarlem A. ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt

Nadere informatie

Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden.

Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden. Klokkenluidersregeling Regeling en procedure inzake het melden van vermeende ernstige misstanden. Dit document beschrijft het beleid van het Almere College om medewerkers te ondersteunen die aandacht vragen

Nadere informatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord Nr. 1146 13 augustus 2018 Regeling melden vermoeden misstand (Interne klokkenluidersregeling

Nadere informatie

Klokken luiders regeling

Klokken luiders regeling Woningbouwvereniging Nieuw-Lekkerland Dorpslaan 50 Postbus 16 2957 ZG Nieuw-Lekkerland Telefoon 0184-688181 Klokken luiders regeling Versie A3 Pagina 1 van 6 Regeling procedure voor het omgaan met een

Nadere informatie

3 De nieuwe Wet Huis voor klokkenluiders en de rol van de ondernemingsraad

3 De nieuwe Wet Huis voor klokkenluiders en de rol van de ondernemingsraad Klokkenluiders en ondernemingsraad 3 De nieuwe Wet Huis voor klokkenluiders en de rol van de ondernemingsraad Alexander Briejer & Miranda Koevoets 1. Inleiding De klokkenluidersproblematiek heeft in literatuur

Nadere informatie

KLOKKENLUIDERSREGELING GOED WONEN ZEDERIK

KLOKKENLUIDERSREGELING GOED WONEN ZEDERIK KLOKKENLUIDERSREGELING GOED WONEN ZEDERIK Vastgesteld door het MT op 14 oktober 2008 Inleiding Goed Wonen Zederik heeft een integriteitscode opgesteld waarin is uitgewerkt hoe integer wordt omgegaan met

Nadere informatie

Rijksrecherche. Rijksrecherche. Voor objectieve waarheidsvinding

Rijksrecherche. Rijksrecherche. Voor objectieve waarheidsvinding Rijksrecherche Rijksrecherche Voor objectieve waarheidsvinding Dagelijkse realiteit De Rijksrecherche stelt een onderzoek in. Het is misschien wel de meest gebruikte zin in openbare nieuwsberichten over

Nadere informatie

Misstandenregeling (Klokkenluiders- en Incidentenregeling)

Misstandenregeling (Klokkenluiders- en Incidentenregeling) Misstandenregeling (Klokkenluiders- en Incidentenregeling) Stichting Pensioenfonds Grontmij 28 september 2010 1. DOELSTELLING MISSTANDENREGELING (KLOKKENLUIDERS- EN INCIDENTENREGELING) Stichting Pensioenfonds

Nadere informatie

Regeling omgaan met melden vermoeden misstand of onregelmatigheid Stichting Biblionet Groningen

Regeling omgaan met melden vermoeden misstand of onregelmatigheid Stichting Biblionet Groningen Regeling omgaan met melden vermoeden misstand of onregelmatigheid Stichting Biblionet Groningen Aldus november 2016 vastgesteld en ondertekend in de vergadering van zowel de Raad van Toezicht als de Ondernemingsraad.

Nadere informatie

Klokkenluiderregeling NWO-werkgever. Inleiding

Klokkenluiderregeling NWO-werkgever. Inleiding Klokkenluiderregeling NWO-werkgever Inleiding Voor NWO is integriteit in doen en laten een essentiële voorwaarde om haar wettelijke taakstelling te kunnen uitvoeren. Integriteit begint bij integer gedrag

Nadere informatie

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie;

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie; Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie Reglement incidenten- en klokkenluidersregeling Artikel 1 pensioenfonds: incident: Definities Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie;

Nadere informatie