- 1 - Voorwoord. De inkt van mijn vorig voorwoordje voor de resultatenbrochure 2006 is amper opgedroogd, of weer is er een seizoen voorbij.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "- 1 - Voorwoord. De inkt van mijn vorig voorwoordje voor de resultatenbrochure 2006 is amper opgedroogd, of weer is er een seizoen voorbij."

Transcriptie

1 - 1 - Voorwoord De inkt van mijn vorig voorwoordje voor de resultatenbrochure 2006 is amper opgedroogd, of weer is er een seizoen voorbij. Een seizoen dat zich met een onvergetelijke droge en hete aprilmaand als niet gemakkelijk aankondigde. Tweewassige opkomstresultaten in bieten en cichorei zorgden voor een moeilijke onkruidbestrijding. De werking van de ingezette middelen was zeer onvoorspelbaar als gevolg van de te geringe luchtvochtigheid en de te droge bodem. Als dan in mei de eerste regen viel werkten de (bodem) producten alsnog met als gevolg dat heel wat kleinere plantjes zwaar geremd werden in hun groei. Gelukkig is er dan een kwakkelzomer gevolgd. Een kwakkelzomer voor de toerist en de zonneklopper, maar een zeer groeizame zomer voor de gewassen te velde. Daardoor konden de gewassen de opgelopen schade van april toch weer compenseren. Iedereen heeft allicht gehoord van de hoge graanprijzen. Voor de akkerbouwer een geluk. Want in de suikerbieten doet zich het omgekeerde fenomeen voor. De gemiddelde prijs voor de bieten is gedaald van 42 euro per ton in 2006 naar 29.8 euro in Deze daling is voor maar 60 % gecompenseerd door verhoogde bedrijfstoeslagen Zo is het voor de akkerbouwer van vandaag zeker niet gemakkelijker geworden. Een reden temeer om via proefveldwerking goed op de hoogte te blijven van de evoluties op teelttechnisch vlak. Pibo Campus heeft consequent volgehouden om de teelt van granen te blijven opvolgen in de jaren dat de prijsvorming zeer slecht was. Vandaag is de prijsvorming goed, en is de know how aanwezig om onmiddellijk op een aangepaste manier terug meer granen te telen. Via de proefveldwerking hebben de leerlingen van onze landbouwafdeling van PIBO toch de teeltechnieken voor granen in de vingers gekregen, waardoor de jonge boeren van vandaag (= de leerlingen van gisteren) met kennis van zaken de graanteelt opnieuw kunnen opnemen in hun bedrijfsplanning. Zo zullen we ook in tijden van slechtere suikerprijzen, de teelt van suikerbieten niet verwaarlozen in onze onderzoekingen. Ik wens de lezer-akkerbouwer toe dat hij dankzij de informatie uit deze brochure weer een beetje beter boer mag worden en met meer kennis van zaken de teelttechnische problemen van alle dag kan aanpakken. Frank Smeets Gedeputeerde Voorzitter vzw Pibo Campus

2 - 2 - INHOUD DEEL 1: SUIKERBIETEN Overzicht van het voorbije suikerbietenjaar Variëteitenproef suikerbieten Proefopzet Perceelsgegevens Waarnemingen en tellingen Resultaten Bespreking Aantal planten Ziekteresistentie (tabel 3 en 4) Opbrengsten (tabellen 5 t.e.m. 10) Evaluatie van de laatste drie jaren in de controle De aanbevolen rassen van het KBIVB Resultaten van de rassen in 2007 waarnemingen Resultaten van de rassen in 2006: opbrengsten Meerjarige resultaten: waarnemingen Meerjarige resultaten: opbrengsten Nematodenrassen: opbrengsten in besmette percelen Fungicideproef suikerbieten Proefopzet Perceelgegevens Aanbevolen fungiciden in suikerbieten Waarnemingen en tellingen Bespreking Bespreking van de bladschimmelziekten Meeldauw Bruine roest Cercospora Ramularia Rhizoctonia Rhizomanie Violetwortelrot Situatie in de bieten doorheen het netwerk waarnemingsvelden van het KBIVB Inleiding Proefopzet Waarnemingsveld Tongeren Perceelsgegevens Waarnemingsveld Rukkelingen... 43

3 Perceelsgegevens Waarnemingsveld Alt-Hoeselt Perceelsgegevens Situatie van de bieten in Zaai en opkomst Plagen en ziekten Bladluizen Aardvlooien Bodemschimmels Bladschimelziekten Rijenbemesting suikerbieten Proefopzet Perceelsgegevens Resultaten Bespreking Erosieproef in suikerbieten Proefopzet Perceelsgegevens Waarnemingen Tellingen Resultaten Nematodenproef in suikerbieten Proefopzet Perceelsgegevens Perceelsgegevens Bodemanalyse (nematoden) Opkomsttellingen Resultaten Bespreking DEEL 2: CICHOREI Variëteitenproef cichorei Proefopzet Perceelsgegevens Waarnemingen Tellingen Bespreking Schietersproef cichorei Proefopzet Perceelsgegevens Waarnemingen Bespreking... 58

4 - 4-3 Vergelijking van schoffelen en niet schoffelen bij vlakke zaai Proefopzet Perceelsgegevens Waarnemingen en bespreking Ruggen-, mini-ruggenteelt en gewone vlakke teelt Proefopzet Perceelsgegevens Waarnemingen en bespreking Onkruidbestrijdingsproef Proefopzet Perceelgegevens Proefprotocol onkruidbestrijding Waarnemingen en resultaten Tellingen onkruidbestrijdingsproef op Bespreking Insectenbestrijdingsproef Proefopzet Perceelsgegevens Bespreking Groeicurveproef Proefopzet Perceelsgegevens Bespreking Waarnemingsveld Cichorei Proefopzet Perceelsgegevens Toestand in cichorei... 71

5 - 5 - DEEL 1: SUIKERBIETEN 1 Overzicht van het voorbije suikerbietenjaar Het suikerbietperceel op de PIBO-Campus werd in de tweede helft van juli ingezaaid met een groenbemester (bladrammenas) na de teelt van groene erwten. De bladrammenas was zeer goed ontwikkeld en werd verkleind begin december om zo de vertering in de hand te werken. Het cichoreiperceel werd begin september ingezaaid met gele mosterd na de toediening van 20 ton varkensmengmest per hectare. De gele mosterd had een matige massa. De inzaai van een groenbemester reduceert het nitraatresidu en verbetert de humustoestand van de bodem. De percelen werden in de loop van december geploegd onder goede omstandigheden. De wintermaand januari was nat en met slechts 4 nachten met lichte nacht zeer zacht. In februari vielen er grotere hoeveelheden neerslag (77 mm) dan normaal en was het veel te zacht voor de tijd van het jaar. Tot 10 maart bleef het nat en zacht. Vanaf half maart verminderde de neerslag sterk en waren de temperaturen normaal voor de tijd van het jaar. April 2007 werd gekenmerkt door gemiddeld hoge temperaturen, extreme droogte en aanhoudende noordoosten wind, waardoor een goede zaaibedbereiding voor suikerbieten en cichorei op tal van percelen een moeilijke taak was. De vooropkomstbehandeling en bodemmiddelen in naopkomst gaven niet het gewenste resultaat als gevolg van de aanhoudende droogte. Verder bemoeilijkte op vele percelen de ongelijke opkomst de onkruidbestrijding. Tenslotte bleef de opname van herbiciden beperkt doordat de onkruiden afgehard waren door de aanhoudende schrale noordoosten wind. Een profielanalyse werd op alle percelen uitgevoerd in februari, welk een uitgangspunt is om ecologisch en economisch verantwoorde stikstofgift. De andere voedingselementen werden toegediend bij de voor- of tussenteelt onder organische vorm en eventueel aangevuld met minerale meststoffen. De schietersproef en de teelttechnische proeven van cichorei werden in goede omstandigheden uitgezaaid op 2 april. De verschillende variëteiten cichorei werden in het vlakke veld uitgezaaid op 23 mei. De maanden mei en juni waren ideaal voor de groei van de suikerbieten en cichorei, namelijk voldoende vocht en hoge temperaturen. Lokale onweders in mei hadden als gevolg dat op laat gezaaide percelen cichorei de grond verslempte en een aanzienlijk aantal kiemplantjes wegspoelde. In tegenstelling tot de voorbije jaren waren er in de zomer van 2007 geen langdurige periodes van droogte of regenval. Hoerdoor konden de suikerbieten ongehinderd blijven doorgroeien, hetgeen resulteert in zeer hoge opbrengsten. De maanden september, oktober en november vertoonden geen grote afwijkingen t.o.v. de gemiddelde neerslag en temperatuur sinds het begin van de temperatuursregistratie. Dit zorgde voor goede omstandigheden voor fotosynthese wat de wortelopbrengst deed stijgen en het suikergehalte deed toenemen. De rooiomstandigheden verliepen over het algemeen onder normale tot matige omstandigheden, ten nadele van de bodemstructuur en grondtarra. Vanaf half november werd de oogst van de resterende bieten en cichorei sterk bemoeilijkt door grote hoeveelheden neerslag.

6 - 6 - De eerste symptomen van witziekte, roest en cercospora werden dit jaar al zeer vroeg waargenomen, reeds vanaf 10 juli. De combinatie van ideale temperatuur en regelmatige neerslag gaven aanleiding tot een explosieve toename van de bladziekten (voornamelijk cercospora). Een snelle behandeling was noodzakelijk om een uitbreiding te voorkomen. Eind augustus was de werkingsduur van het fungicide verstreken en was er opnieuw een sterke toename van bladziekten. Een tweede, latere behandeling was voor percelen die vroeg gerooid werden onrendabel en bovendien in bepaalde gevallen verboden vanwege de veiligheidstermijn van het fungicide. Vanaf het verschijnen van de waarschuwingsberichten in verband met bladziekten door het K.B.I.V.B. te Tienen werd preventief behandeld met een systemisch fungicide. Deze behandeling die de voorbije jaren een degelijke bescherming van de bietenbladeren bood tot aan de oogst, kon dit resultaat dit jaar niet garanderen als gevolg van de vroege toepassing. Eind augustus werd besloten een tweede fungicidebehandeling uit te voeren op het proefperceel. Bij de meeste variëteiten resulteerde deze dubbele fungicidebehandeling in een beduidende meeropbrengst van suiker ten overstaan van de controle. Opmerkelijk is ook dat rhizoctoniarot en violetrot de laatste jaren in de praktijk nog toeneemt. Door de combinatie van een goede bodemstructuur, zachte temperaturen en constante vochtvoorziening gedurende de zomer van 2007, werd er onder proefveldomstandigheden, een gemiddelde wortelopbrengst van 84,4 ton per hectare, aan 17,6 % suiker, bij de controle behaald. Een gemiddelde wortelopbrengst van 92,8 ton per hectare, aan 18,4 % suiker werd bij twee fungicidebehandelingen behaald. Dit resulteerde in een gemiddelde suikeropbrengst van meer dan 15 ton per hectare bij de controle en 17 ton per hectare bij twee fungicidebehandelingen. Deze opbrengstresultaten overtreffen over het algemeen de praktijkpercelen. Een verklaring hiervoor is het feit dat proefvelden geen randeffecten en sproeisporen hebben en het gebruik van specifieke machines voor proefvelden waardoor er minder opbrengstverliezen voorkomen. Toch moeten we oog blijven hebben voor enkele problemen in de bietenteelt, zoals de aanpassingen van het bietenquotum en een dalende bietprijs. Een punt waarbij de suikerindustrie vragende partij is, is de vermindering van de grond- en vooral koptarra. Een ander economisch probleem is de stijging van de Europese en wereldsuikerproductie bij een stagnerende Europese consumptie en de kostenbeheersing bij de diverse teelten voor een toekomstgerichte akkerbouw.

7 - 7-2 Variëteitenproef suikerbieten 2.1 Proefopzet Vergelijking van groei, suikergehalte, productie en economische waarde van éénendertig variëteiten, zowel zonder fungicidebehandeling als tweemaal behandeld met een fungicide. Zowel voor de controle als in de fungicidebehandeling zijn er vijf herhalingen per variëteit. In het kader van resistentieonderzoek wordt de aantasting van witziekte, ramularia, cercospora en roest per variëteit nagegaan. 2.2 Perceelsgegevens a Voorvrucht: Erwten b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 19,2 x 45 cm d Onkruidbestrijding: - naopkomst: 1 e Betanal 0,75 l/ha + Tramat 0,3 l/ha + Goltix WG 0,75 kg/ha + Venzar 0,1 kg/ha + Vegelux 0,5 l/ha e Betanal Elite 1l/ha + Goltix 0,75l/ha + Venzar 0,1 kg/ha + aminoplant 0,5 l/ha e Betanal Elite 1,2 l/ha + Goltix 0,5 l/ha + Pyramine 0,5 kg/ha + Boor 2 l/ha e Op de kopakker: Betanal Elite 1,2 l/ha + Dual Gold 200 cc e Bemesting: - organische: 22 ton per ha zeugenmengmest geïnjecteerd voor inzaai van bladrammenas die zich sterk had ontwikkeld chemische: stikstof: - stikstofindex: 217 (hoger dan normaal) - stikstofbehoefte: 89 eenheden per ha kort voor de zaai f Insectenbestrijding: zaaizaadbehandeling met Cruiser & Force of Poncho Beta g Fungicidebehandeling: Spyrale 1 l/ha Opus Team 0,7 l/ha h Ontledingsuitslag van de bouwlaag Bepaling Uitslag ontleding Streefzone Beoordeling Grondsoort 40 Leem ph-kcl 6,7 6,7 7,3 Gunstig C in % (humus) 0,9 1,2 1,6 Laag Fosfor (P) Tamelijk hoog Kalium (potas) (K) Tamelijk hoog Magnesium (Mg) Tamelijk hoog Calcium (Ca) Normaal Natrium (Na) 3,3 3,1 6,2 Normaal Boor (B) i Rooien:

8 - 8 - Tabel 1 geeft, per variëteit, de mandataris en de eigenschap in verband met de tolerantie. Variëteit Mandataris Eigenschap Angeliqua KWS Rhizomanie Annalisa KWS Rhizomanie en nematoden Atracta Clovis Matton Rhizomanie Cadenza KWS Rhizomanie Calgarhi SCAM Rhizomanie Canyon SES Vanderhave Rhizomanie Charme Pype-Str Die Rhizomanie Cheyenne Pype-Str Die Rhizomanie Coyote SES Vanderhave Rhizomanie Florata SCAM Rhizomanie Heracles Clovis Matton Rhizomanie en rhizoctonia en cerco Inventa SCAM Rhizomanie en rhizoctonia en cerco Julietta KWS Rhizomanie en nematoden Jungle SES Vanderhave Rhizomanie Klarina KWS Rhizomanie Klaxon SCAM Rhizomanie Koala SES Vanderhave Rhizomanie Malvina KWS Rhizomanie Marcel Pype-Str Die Rhizomanie Milota Clovis Matton Rhizomanie Mirasuc Erauw-Jacquery Rhizomanie Orventa Clovis Matton Rhizomanie Piranha SES Vanderhave Rhizomanie en rhizoctonia Resimax Erauw-Jacquery Rhizomanie Ruveta Clovis Matton Rhizomanie SB0701 Hilleshög Rhizomanie SB0702 Hilleshög Rhizoctonia SB0703 Hilleshög Rhizoctonia SB0704 KWS Rhizomanie en nematoden Taifun Clovis Matton Rhizomanie en rhizoctonia en cerco Zanzibar SES Vanderhave Rhizomanie

9 Waarnemingen en tellingen Tabel 2 geeft, per variëteit, het gemiddelde aantal planten per hectare. Variëteit Planten/ha % opkomst Planten/ha % opkomst Verschil in % Angeliqua ,3% ,6% +7,3% Annalisa ,6% ,3% +1,7% Atracta ,6% ,2% -1,3% Cadenza ,0% ,8% +4,8% Calgarhi ,0% ,2% +4,2% Canyon ,5% ,9% +2,5% Charme ,6% ,4% -0,2% Cheyenne ,7% ,9% +0,2% Coyote ,4% ,2% +8,8% Florata ,1% ,7% -4,4% Heracles ,8% ,9% -1,0% Inventa ,8% ,2% -0,5% Julietta ,0% ,9% -3,2% Jungle ,9% ,5% +1,6% Klarina ,7% ,7% +1,0% Klaxon ,4% ,5% +3,1% Koala ,2% ,8% +0,6% Malvina ,6% ,4% +5,8% Marcel ,7% ,3% +4,6% Milota ,2% ,5% -1,7% Mirasuc ,3% ,9% -3,5% Orventa ,5% ,7% -3,8% Piranha ,2% ,2% -1,9% Resimax ,2% ,4% +1,2% Ruveta ,9% ,5% -0,4% SB ,7% ,2% -4,4% SB ,6% ,8% +3,3% SB ,0% ,6% +3,6% SB ,2% ,3% -3,8% Taifun ,7% ,3% +7,6% Zanzibar ,4% ,4% -4,0% Gemiddelde ,2% ,1% +0,9%

10 Tabel 3 geeft voor alle aangelegde variëteiten in de controle de relatieve ziekteresistentie per variëteit op Hiervoor werd een schaal van 0 tot 5 gehanteerd. (0 = geen aantasting; 5 = volledig blad aangetast) Variëteit Controle Witziekte Roest Cercospora Angeliqua 0,9 0,6 3,2 Annalisa 1,3 0,4 3,7 Atracta 0,7 0,8 3,3 Cadenza 0,6 1,0 3,2 Calgarhi 1,4 1,5 2,0 Canyon 1,2 1,1 3,2 Charme 1,1 1,2 3,1 Cheyenne 0,9 0,9 3,3 Coyote 1,9 0,9 3,3 Florata 0,3 0,4 3,4 Heracles 0,2 0,7 2,5 Inventa 0,3 1,6 2,6 Julietta 1,9 1,5 3,1 Jungle 0,5 0,9 2,8 Klarina 1,3 0,9 3,8 Klaxon 1,1 0,6 3,1 Koala 0,7 1,3 3,5 Malvina 1,7 1,5 3,2 Marcel 0,3 0,9 3,2 Milota 1,0 1,1 3,2 Mirasuc 1,0 1,2 3,6 Orventa 0,8 0,7 3,1 Piranha 0,8 1,0 2,8 Resimax 0,6 1,0 3,4 Ruveta 0,5 0,9 2,9 SB0701 1,2 0,7 2,9 SB0702 0,2 0,9 2,5 SB0703 0,3 1,0 2,5 SB0704 0,5 1,0 3,4 Taifun 0,1 0,7 2,9 Zanzibar 0,3 1,0 2,6 Gemiddelde 0,8 1,0 3,1

11 Tabel 4 geeft voor alle aangelegde variëteiten tweemaal behandeld met een fungicide de relatieve ziekteresistentie per variëteit op Hiervoor werd een schaal van 0 tot 5 gehanteerd. (0 = geen aantasting; 5 = volledig blad aangetast) Variëteit Tweemaal behandeld met een fungicide Witziekte Roest Cercospora Angeliqua 0,3 0,9 2,6 Annalisa 1,4 0,0 3,0 Atracta 0,3 1,1 2,2 Cadenza 1,0 0,6 2,7 Calgarhi 0,9 0,6 2,0 Canyon 0,7 0,8 2,0 Charme 0,9 0,3 2,4 Cheyenne 0,8 0,3 2,4 Coyote 1,4 0,0 3,2 Florata 0,1 1,1 1,9 Heracles 0,3 0,9 1,4 Inventa 0,0 1,0 1,5 Julietta 1,3 0,3 2,4 Jungle 0,7 0,8 2,5 Klarina 0,6 0,4 2,6 Klaxon 0,2 1,4 2,2 Koala 0,8 0,8 3,1 Malvina 0,6 0,0 2,3 Marcel 0,4 0,5 2,5 Milota 0,2 0,8 2,2 Mirasuc 1,0 0,9 2,4 Orventa 1,2 0,9 2,0 Piranha 0,6 0,9 2,0 Resimax 1,3 0,5 2,7 Ruveta 0,3 1,1 2,3 SB0701 1,3 1,1 2,2 SB0702 0,1 0,8 1,7 SB0703 0,6 0,8 1,7 SB0704 0,9 0,5 2,6 Taifun 0,2 1,0 2,2 Zanzibar 0,6 0,8 2,4 Gemiddelde 0,7 0,7 2,3

12 Resultaten Tabel 5 geeft, per variëteit, het gemiddelde aantal kg wortel per hectare en het gemiddelde suikergehalte in procent voor de controle en de objecten tweemaal behandeld met een fungicide en het gemiddelde van alle variëteiten. Variëteit kg wortel per ha % suiker kg wortel per ha % suiker controle controle fungicide fungicide Angeliqua , ,0 Annalisa , ,4 Atracta , ,6 Cadenza , ,2 Calgarhi , ,0 Canyon , ,5 Charme , ,6 Cheyenne , ,0 Coyote , ,2 Florata , ,4 Heracles , ,4 Inventa , ,1 Julietta , ,7 Jungle , ,3 Klarina , ,4 Klaxon , ,3 Koala , ,2 Malvina , ,8 Marcel , ,4 Milota , ,6 Mirasuc , ,3 Orventa , ,1 Piranha , ,1 Resimax , ,3 Ruveta , ,6 SB , ,9 SB , ,5 SB , ,2 SB , ,2 Taifun , ,8 Zanzibar , ,8 Gemiddelde , ,4

13 Tabel 6 geeft, per variëteit, voor de controle de gemiddelde opbrengst in kg suiker per hectare en de gemiddelde economische opbrengst (euro) per hectare (gebaseerd op 29,80 per ton wortelopbrengst met 16 % suiker) evenals het gemiddelde van alle variëteiten. Na de berekening van de economische opbrengsten per hectare wordt telkens aangegeven of deze gegevens voor alle variëteiten bij éénzelfde behandeling statistisch significant van elkaar verschillen (variëteiten met een gelijke letter zijn niet statistisch van elkaar verschillend (niveau 5 %) alhoewel dit op het eerste zicht wel zo kan lijken). (A = hoogste waarde; M = laagste waarde) Variëteit kg suiker per ha controle Economische opbrengst per ha controle Atracta A Angeliqua AB Resimax ABC Orventa ABCD Calgarhi ABCDE Klaxon ABCDE Koala ABCDEF stat. analyse op controle Milota BCDEFG Charme BCDEFGH Florata BCDEFGH Canyon BCDEFGHI Cadenza BCDEFGHIJ Klarina BCDEFGHIJ Ruveta BCDEFGHIJ SB BCDEFGHIJ Coyote CDEFGHIJK Zanzibar CDEFGHIJK SB CDEFGHIJK Malvina CDEFGHIJK Piranha DEFGHIJK Cheyenne EFGHIJK Marcel FGHIJK Jungle GHIJK SB HIJK Mirasuc IJK SB JK Annalisa KL Julietta LM Heracles M Taifun M Inventa M Gemiddelde

14 Tabel 7 geeft, per variëteit, voor de objecten tweemaal behandeld met een fungicide de gemiddelde opbrengst in kg suiker per hectare en de gemiddelde economische opbrengst (euro) per hectare (gebaseerd op 29,80 per ton wortelopbrengst met 16 % suiker) evenals het gemiddelde van alle variëteiten. Na de berekening van de economische opbrengsten per hectare wordt telkens aangegeven of deze gegevens voor alle variëteiten bij éénzelfde behandeling statistisch significant van elkaar verschillen (variëteiten met een gelijke letter zijn niet statistisch ( niveau 5 %) van elkaar verschillend alhoewel dit op het eerste zicht wel zo kan lijken). (A = hoogste waarde; N = laagste waarde) Variëteit kg suiker per ha fungicide Economische opbrengst per ha fungicide stat. analyse op fungicide Angeliqua A Klarina AB Atracta ABC Milota BCD Cadenza BCD SB BCDE Zanzibar BCDE Resimax BCDEF Calgarhi BCDEF Ruveta CDEFG Malvina CDEFG Koala CDEFG Charme CDEFGH Coyote CDEFGH Jungle CDEFGH Mirasuc CDEFGH Marcel CDEFGH Klaxon DEFGH Annalisa EFGH SB FGHI Canyon FGHI Cheyenne FGHI Florata GHIJ Orventa HIJ Piranha IJ SB JK SB KL Taifun LM Julietta LM Inventa MN Heracles N Gemiddelde

15 Tabel 8 geeft, per variëteit, het verschil in economische opbrengst (euro) per hectare (gebaseerd op 29,80 per ton wortelopbrengst met 16 % suiker) tussen de controle en de objecten twee maal behandeld met een fungicide. Variëteit Verschil economische opbrengst controle/ twee fungicidebehandelingen Angeliqua 697 Annalisa 677 Atracta 437 Cadenza 647 Calgarhi 521 Canyon 427 Charme 491 Cheyenne 520 Coyote 551 Florata 382 Heracles 125 Inventa 353 Julietta 387 Jungle 631 Klarina 782 Klaxon 404 Koala 470 Malvina 639 Marcel 614 Milota 608 Mirasuc 668 Orventa 234 Piranha 337 Resimax 500 Ruveta 577 SB SB SB SB Taifun 462 Zanzibar 669 Gemiddelde 503

16 Tabel 9 geeft, per variëteit, voor de controle de verschillende resultaten weer in procent t.o.v. het gemiddelde van alle variëteiten. De economische opbrengst is gebaseerd op 29,80 per ton wortelopbrengst met 16 % suiker. Variëteit kg wortel per ha Suikergehalte kg suiker per ha Economische opbrengst per ha Angeliqua 112,2 96,4 108,4 107,3 Annalisa 95,4 99,6 95,2 95,2 Atracta 108,6 100,8 109,8 110,0 Cadenza 96,8 104,1 101,1 102,2 Calgarhi 107,4 98,0 105,5 105,0 Canyon 109,0 95,3 104,1 102,6 Charme 100,9 101,6 102,7 103,2 Cheyenne 103,2 96,9 100,2 99,3 Coyote 102,0 99,2 101,4 101,2 Florata 104,3 98,7 103,3 103,0 Heracles 80,5 107,8 87,0 88,9 Inventa 79,7 106,1 84,8 86,4 Julietta 101,4 90,9 92,5 89,8 Jungle 99,5 98,8 98,5 98,3 Klarina 105,3 97,4 102,8 102,0 Klaxon 107,2 98,0 105,3 104,8 Koala 106,1 98,5 104,8 104,3 Malvina 90,0 108,2 97,6 99,9 Marcel 99,1 99,4 98,7 98,5 Milota 103,3 100,0 103,5 103,7 Mirasuc 99,3 97,9 97,5 96,9 Orventa 106,3 99,2 105,7 105,6 Piranha 99,1 100,2 99,6 99,7 Resimax 107,6 98,5 106,2 105,8 Ruveta 98,7 102,4 101,2 102,0 SB ,8 95,3 102,9 101,4 SB ,6 102,4 99,2 100,0 SB ,4 106,8 95,6 97,6 SB ,4 103,0 95,4 96,3 Taifun 84,8 102,8 87,4 88,2 Zanzibar 106,1 96,0 102,1 100,9 Gemiddelde

17 Tabel 10 geeft, per variëteit, twee maal behandeld met een fungicide, de verschillende resultaten in procent t.o.v. het gemiddelde van alle variëteiten. De economische opbrengst is gebaseerd op 29,80 per ton wortelopbrengst met 16 % suiker. Variëteit kg wortel per ha Suikergehalte kg suiker per ha Economische opbrengst per ha Angeliqua 115,0 97,5 112,1 111,7 Annalisa 100,5 99,9 100,5 100,7 Atracta 105,0 101,1 106,1 106,7 Cadenza 100,6 104,1 104,7 105,9 Calgarhi 107,7 97,7 105,2 104,8 Canyon 106,7 94,9 101,3 100,1 Charme 100,6 101,2 101,8 102,4 Cheyenne 102,4 97,9 100,2 99,9 Coyote 103,9 98,6 102,5 102,4 Florata 99,1 99,8 98,9 99,2 Heracles 75,1 105,1 78,9 79,9 Inventa 80,4 103,5 83,2 84,1 Julietta 99,1 90,9 90,1 88,0 Jungle 102,9 99,2 102,0 102,1 Klarina 109,6 99,8 109,4 109,6 Klaxon 102,0 99,3 101,3 101,3 Koala 104,4 98,6 102,9 102,8 Malvina 94,7 107,8 102,1 103,7 Marcel 101,4 100,1 101,5 101,8 Milota 104,3 101,2 105,5 106,1 Mirasuc 102,5 99,4 101,9 101,9 Orventa 99,1 98,4 97,5 97,3 Piranha 96,9 98,4 95,3 95,1 Resimax 105,8 99,2 104,9 104,9 Ruveta 102,3 100,9 103,3 103,8 SB ,3 97,2 106,3 105,7 SB ,1 100,6 93,7 94,1 SB ,6 104,5 88,5 89,6 SB ,1 104,2 99,0 100,1 Taifun 86,1 102,2 88,0 88,7 Zanzibar 109,8 96,7 106,1 105,4 Gemiddelde

18 Bespreking Bij de bespreking van de proefresultaten van de suikerbieten vestigen we er nogmaals de aandacht op dat de proefveldopbrengsten deze van de praktijkpercelen duidelijk overtreffen. Een verklaring hiervoor is het feit dat proefvelden van gunstigere teeltomstandigheden genieten, onder meer door het ontbreken van spuitsporen en randeffecten en het gebruik van specifieke oogstmachines voor proefvelden waardoor er geen oogstverliezen optreden Aantal planten Het zaaien gebeurde in goede bodemomstandigheden. De opkomst was voor de meeste variëteiten zeer goed ondanks de lange droge periode na de zaai. We behalen een gemiddelde veldopkomst van 92 %. Dit is vooral te danken aan de zorgvuldige zaaibedbereiding en de juiste afstelling van de zaaimachine in functie van de te verwachte weersomstandigheden na de zaai. Er werden de vorige jaren overigens aanpassingen uitgevoerd aan de zaaimachine om de zaden nog beter aan te drukken in het zaaibed. Dit laatste heeft ertoe bijgedragen dat de opkomst beter en homogener was over het ganse perceel. Wanneer we tabel 2 analyseren, zien we dat er zich een variabiliteit voordoet in het aantal planten tussen de verschillende rassen op het proefveld. De variabiliteit in het aantal planten is voor een gedeelte te herleiden tot het verschil in raseigenschappen: kiemkracht, kiemenergie en andere specifieke opkomstomstandigheden, zoals gevoeligheid voor herbiciden en bodeminsecten. Door de zaaiafstand van 19,2 cm in de rij te nemen, ligt in deze proef het aantal planten per ha gemiddelde op wat voldoende is om een optimale opbrengst te behalen (Tabel 2) Ziekteresistentie (tabel 3 en 4) Voor het groeiseizoen 2007 was de aanwezigheid van witziekte hoger dan de voorbije jaren. De witziekte breidde zich reeds sterk uit vanaf half juli. Als gevolg van de weersomstandigheden (warm en vochtig) was er bij de meeste variëteiten ook een uitzonderlijk vroege aantasting door bruine roest en cercospora maar voor enkele variëteiten was de aantasting toch opvallend sterker. Door de vroege aanwezigheid van deze bladziekten werd er op 16 juli beslist een fungicidebehandeling uit te voeren met Spyrale aan een dosis van 1 l/ha. Als gevolg van de aanhoudende ziektedruk en het verstrijken van de werkingstermijn van de fungicidebehandeling werd er einde augustus besloten een tweede fungicidebehandeling toe te passen met Opus Team aan een dosis 0,7 l/ha. De ziektedruk was dit jaar zo uitzonderlijk hoog met als gevolg dat bij vrijwel alle variëteiten het blad volledig was afgestorven in het controleperceel en er zich nieuw blad vormde ten nadele van het suikergehalte. Uit de tellingen uitgevoerd in de controle op (tabel 3) blijkt dat de meeste variëteiten sterk aangetast waren, zowel door witziekte, roest als cercospora. De infectie door witziekte en roest deed zich reeds vroeger op het seizoen voor. Bij de tellingen in oktober was de aantasting door deze bladziekten moeilijk te quoteren. Zwaardere aantastingen door witziekte werden waargenomen bij de variëteiten Coyote, Jullietta en Malvina. De roestaantasting kwam het sterkste voor bij de variëteiten Inventa, Julietta en Malvina. De meeste variëteiten waren matig tot sterk aangetast door cercospora. Naast de cercospora tolerante variëteiten Heracles en Inventa hadden ook de variëteiten Calgarhi en Zanzibar een minder zware aantasting door cercospora. Bij de dubbele fungicidebehandeling uitgevoerd op en was er in oktober uiteraard een minder zware aantasting door bladziekten dan op de controleveldjes, maar de aantasting was beduidend zwaarder in vergelijking met de voorgaande jaren wanneer er één behandeling werd uitgevoerd.

19 Uit de ziektetellingen uitgevoerd op (tabel 4) in de dubbel behandelde percelen blijkt dat de meeste variëteiten matig tot sterk aangetast zijn door witziekte. De variëteiten Annalisa, Coyote, Orventa en Resimax vertoonden een sterkere aantasting door witziekte. De aantasting door roest was zwaarder bij de variëteiten Atracta, Florata, Klaxon en Ruveta. De cercosporadruk was duidelijk groter dan die van witziekte en roest en was opvallend groter dan de voorgaande jaren. De variëteiten Annalisa, Coyote en Koala vertoonde een grotere aantasting door cercospora Opbrengsten (tabellen 5 t.e.m. 10) De krukdroge maand april had als gevolg dat de opkomst op vele percelen onregelmatig tot slecht was. De regelmatige neerslag en de gematigde temperaturen vanaf mei tot aan de oogst hadden echter een gunstige invloed op de wortel- en suikeropbrengst. Door het uitblijven van langdurige periodes van regen of droogte gedurende de zomermaanden konden de suikerbieten continu blijven doorgroeien waardoor zowel de wortelopbrengst als het suikergehalte dit jaar merkelijk hoger liggen ten opzichte van de voorbije jaren. De maand september en oktober vertoonden geen grote uitzonderingen in temperatuur en neerslag zodat de oogst onder relatief normale omstandigheden kon worden uitgevoerd. Deze weersomstandigheden maakten het mogelijk dat het suikergehalte en wortelopbrengst gedurende deze maanden konden toenemen. De maand november met minder zonuren en wat meer neerslag zorgde voor moeilijkere rooiomstandigheden met als gevolg hogere tarra en meer kans op structuurschade. In 2007 bedraagt de gemiddelde economische meeropbrengst met twee fungicidebehandelingen 503 per ha tegenover de gemiddelde economische meeropbrengst van de controle. Het hoogste financiële rendement bij de controle wordt behaald bij de variëteiten Atracta, Angeliqua, Resimax, Orventa en Calghari. Wanneer de economische opbrengst per hectare van de verschillende variëteiten in het controleperceel onderling met elkaar vergeleken wordt (Tabel 6 en 7), valt het al snel op dat enkele verschillende groepen variëteiten te onderscheiden zijn waarbinnen de verschillen zeer klein zijn. Zowel in de controle als in het perceel tweemaal behandeld met een fungicide, behalen meestal dezelfde groep variëteiten, dezelfde rangorde voor het economisch rendement. De variëteiten met een drieledige tolerantie, nl. rhizomanie, rhizoctonia en cercospora, behalen de minder goede resultaten. Deze rassen komen meer tot hun recht op probleempercelen. Dit geldt ook voor de nematodetolerante rassen. Variëteiten met een gelijke letter zijn statistisch niet van elkaar verschillend, alhoewel dit op het eerste zicht wel zo kan lijken. In tabel 9 en 10 kan men eenvoudig de verklaring voor economische opbrengst per variëteit achterhalen. Zo kan er bv. voor de variëteiten Angeliqua en Resimax in een enkele oogopslag geconstateerd worden dat zeker niet hun suikerhalte maar veeleer hun hoge wortelopbrengst aanleiding geven tot hun hoge financiële opbrengst. Anderzijds kunnen we uit tabel 9 en 10 de goede resultaten van Cadenza verklaren door het hoge suikergehalte ondanks de matige wortelopbrengst van dit ras. Hierbij kunnen we vermelden dat het aan te raden is bij de rassenkeuze rekening te houden met de suikerrijkheid van het ras. Zo kan er bij rijkere gronde best gekozen worden voor een ras met een grote suikerrijkheid. Op de onbehandelde percelen is een verschil (± 700 /ha) tussen de hoogste en laagste economische opbrengst per hectare. Bij de perceeltjes die tweemaal behandeld zijn met een fungicide is het verschil groter (± 1000 /ha). Een verklaring voor het grotere verschil bij de behandelde objecten is de geringe meeropbrengst van een fungicidebehandeling bij de rassen met een drieledige tolerantie (die op dit proefperceel een mindere opbrengst hebben) t.o.v. rassen met enkel een tolerantie tegen rhizomanie in een jaar met hoge ziektedruk. Wanneer er een vergelijking gemaakt wordt bij de economische meeropbrengst per ha in tabel 7 tussen de controle en één fungicidebehandeling, blijkt dat alle variëteiten een beter resultaat behalen.

20 Bij de analyse van de economische opbrengst moet er rekening mee worden gehouden dat men er vanuit is gegaan dat de volledige opbrengst (die bij proefvelden duidelijk hoger ligt dan in de praktijk) geleverd wordt aan de prijs binnen quotum. In de praktijk zal men in het voorjaar bij de uitzaai echter nooit rekenen op een topopbrengst van bijvoorbeeld 92 ton/ha zoals dit jaar het geval was onder proefomstandigheden. 2.6 Evaluatie van de laatste drie jaren in de controle Tabel 11 vergelijkt de resultaten van een aantal variëteiten (controle) die verscheidene jaren onderzocht werden. Zo kan men per variëteit nagaan of de wortelopbrengst en het suikergehalte stabiel blijven over de jaren heen Variëteit kg wortel per ha % suiker kg wortel per ha % suiker kg wortel per ha % suiker Annalisa , ,6 Calgarhi , , ,3 Canyon , , ,8 Charme , ,9 Coyote , , ,5 Florata , ,4 Heracles , ,0 Inventa , ,7 Julietta , ,0 Jungle , ,4 Klarina , ,2 Malvina , ,1 Marcel , ,5 Milota , , ,6 Orventa , , ,5 Piranha , , ,7 Ruveta , , ,0 Zanzibar , ,9 Gemiddelde , , ,6

21 Een negental rassen zijn al gedurende drie jaar of langer in proef. Deze rassen hebben hun degelijkheid al verschillende jaren bewezen. Al de uitgezaaid rassen zijn tolerant tegen rhizomanie. Bij de rassen Heracles en Inventa merken we dat deze rassen elk jaar een stuk onder het gemiddelde liggen. Dit is vooral te wijten aan de drieledige tolerantie die deze twee rassen hebben (zowel tegen rhizomanie, rhizoctonia en cercospora). Wanneer deze op gronden worden geteeld waar geen problemen zijn, gaan ze dan ook minder presteren t.o.v andere rassen. Op probleemgronden komen deze variëteiten meer aan tot recht. De rassen Annalisa en Julietta zijn naast rhizomanie ook tolerant tegen nematoden. Piranha is tolerant voor rhizoctonia. De variëteitenkeuze berust enerzijds op de opbrengstresultaten (wortelgewicht en suikergehalte) of op andere factoren zoals kiemkracht, groei, ziekteresistentie, enz. Anderzijds is de stabiliteit van een variëteit van jaar tot jaar van kapitaal belang. M.a.w. een rijke variëteit moet, gemiddeld gezien, altijd rijk blijven en een variëteit met een goede wortelopbrengst moet dit ook zijn over de verschillende jaren heen.

22 Tabel 12 vergelijkt van een aantal variëteiten (controle) die verscheidene jaren onderzocht werden, de wortelopbrengst aan 16 % suiker gerangschikt in dalende volgorde Gemiddelde Variëteit kg wortel per ha aan 16% suiker kg wortel per ha aan 16% suiker kg wortel per ha aan 16% suiker kg wortel per ha aan 16% suiker Calgarhi Coyote Klarina Zanzibar Canyon Milota Charme Orventa Jungle Ruveta Florata Marcel Malvina Julietta Piranha Annalisa Heracles Inventa Gemiddelde Wanneer we de laatste drie jaren analyseren, behaalden we in kg, in kg en in kg wortelopbrengst per ha aan 16 % suiker, weliswaar in proefveldomstandigheden.

23 De aanbevolen rassen van het KBIVB Door het «zomer» weer tijdens de zaai had 2007 in de beste omstandigheden moeten starten. Dit was zonder te tellen op het gebrek aan pluviometrie tijdens de maand april met «uitdrogende» temperaturen die als spelbreker optrad tijdens de zaadkieming. Alle proefvelden werden gezaaid tussen 1 en 11 april. In 4 proeven was de opkomst snel en homogeen met meer dan planten eind april. In de proeven te Opheers (Haspengouw) en Ligne (Henegouwen), die meer geleden hebben door de droogte, was de opkomst in april enigszins geringer ( planten), aangevuld met een opkomst na de regen ( planten). De groei van de bieten was op alle locaties snel en het sluiten van de rijen werd begin juni waargenomen. Weinig velden kenden verwelking of een gebrek aan opname van voedingselementen. Vanaf 10 juli verschenen cercospora, ramularia en witziekte in talrijke proefvelden. Een eerste fungicidebehandeling werd aanbevolen, zoals in de praktijk, vanaf het verschijnen van de symptomen. Bepaalde proeven werden behandeld vanaf 12 juli, gevolgd door een tweede behandeling rond midden augustus. De meest voorkomende ziekten bij de oogst waren ramularia en cercospora, zelfs in bepaalde percelen met dubbele behandeling. De oogst ging van start op 14 september en eindigde op 26 oktober. De opbrengsten varieerden tussen 77 ton bieten aan 17,7 (eerste rooi te Opheers) en 95 ton bieten aan 19 (laatste rooi te Nivelles) (resultaten die gemiddeld zijn bekomen voor de proefpercelen). Tabel 1 geeft de aanbevolen, de nieuwe en de specifieke rassen voor Florata Klarina Malvina Marcel Modus Koala Mirasuc Angeliqua Nematoden : Julietta Aanbevolen rassen 2008 Nieuwe rassen Specifiek Resimax Ruveta Zanzibar Calgarhi Coyote Artracta Cadenza Charme Rhizoctonia : Piranha Heracles Iguane Taifun Zorro

24 Aanbeveling rassen voor 2008 De rassen worden onderverdeeld in twee lijsten: - de aanbevolen rassen, die werden getest op basis van grote, commerciële zaadpartijen, kunnen aanbevolen worden voor een grootschalig gebruik. - de nieuwe en veelbelovende rassen, waarvan de bevestiging van de bekomen resultaten nog bestudeerd moet worden. De keuze van de aanbevolen rassen door het KBIVB verzekert een verdeling van zowel genetische herkomst alsook van het evenwicht tussen wortelopbrengst en suikerrijkheid. In het bijzonder na de jaren 2006 en 2007 wordt een bijzondere aandacht besteed aan de «gezondheid van het blad», d.w.z. een kleinere gevoeligheid voor bladziekten in het algemeen (zowel witziekte, ramularia als cercospora). Dit lijkt ons essentieel voor de vermindering van de teeltkosten. De nieuwe interprofessionele akkoorden vragen ook aandacht voor de vermindering van de totale tarra (grond en kop). De rassenkeuze is belangrijk omwille van de evolutie van de suikeropbrengst per hectare maar ook van het suikergehalte en de resistentie tegen bladziekten: Gebruik overal rhizomanietolerante rassen. Geef de voorkeur aan bevestigde stabiele rassen die minder gevoelig zijn voor de teeltomstandigheden en die getest werden op grote, commerciële zaadpartijen. Kies voor een hoge financiële opbrengst. Houd, naast de opbrengstfactoren, ook rekening met andere factoren, zoals de veldopkomst, de schietersgevoeligheid, Wanneer u lage suikergehalten verwacht of voor zeer vroege rooiingen, kies dan voor rijkere rassen. Test de nieuwe, interessante rassen op een beperkte oppervlakte. Bij aaltjesaantastingen hoger dan 200 eieren+larven/100g kqn u het gebruik van een nematodentolerant ras overwegen. Houd rekening met de aanwezigheid van ziekten (zoals rhizoctonia wortelrot) of nematoden. Gebruik de specifieke rassen na analyse van de mogelijke technische oplossingen en houd rekening met hun, soms beperkter opbrengstpotentieel.

25 Resultaten van de rassen in 2007 waarnemingen Tabel 2 geeft per ras de mandataris, de veldopkomst in %, het aantal dubbelkiemers, een score voor witziekte en cercospora, het aantal schieters per ha en de kop- en totale tarra. Ras Mandataris Schieters Veldopkomst Dubbelkiemers Witziekte Cercospora Koptarra Totale tarra % % (4) (4) n/ha %net %bruto Bevestigde rassen Ernestina* KWS Benelux Malvina* KWS Benelux Klarina* KWS Benelux Calgarhi SCAM Resimax* Erauw-Jacquery Zanzibar* SESVanderHave Modus Pype pvba Canyon SESVanderHave Coyote* SESVanderHave Marcel Pype pvba Ruveta* Clovis Matton Milota Clovis Matton Catania* KWS Benelux Florata* SCAM Fortunata SCAM Nieuwe rassen Angeliqua KWS Benelux Cadenza KWS Benelux Mirasuc Erauw-Jacquery Koala SESVanderHave Charme Pype pvba Cheyenne Pype pvba Atracta Clovis Matton Jungle SESVanderHave Express Pype pvba Klaxon SCAM * Getuige rassen (4) hoe lager het cijfer, hoe gevoeliger ² dubbel tolerante rassen rhizomanie - nematoden ³ dubbel tolerante rassen rhizomanie - rhizoctonia

26 Ras Mandataris Schieters Veldopkomst Dubbelkiemers Witziekte Cercospora Koptarra Totale tarra % % (4) (4) n/ha %net %bruto Specifieke rassen Julietta² KWS Benelux Iguane³ SESVanderHave Zorro³ Pype sprl Boomerang³ Pype sprl Piranha³ SESVanderHave Taifun³ Clovis Matton Heracles³ Clovis Matton Inventa³ SCAM * Getuige rassen (4) hoe lager het cijfer, hoe gevoeliger ² dubbel tolerante rassen rhizomanie - nematoden ³ dubbel tolerante rassen rhizomanie - rhizoctonia

27 Resultaten van de rassen in 2007: opbrengsten Tabel 3 geeft per ras de mandataris, de tarra in ton grond/ha, de netto ton wortels/ha, het suikergehalte in %, het aantal ton aan 16 suiker, de extraheerbaarheid, de witsuikerproductie in ton/ha en het financiële potentieel. Ras Mandataris Grond Wortel netto Ton aan 16 Suikergehalte Extraheerb. Witsuiker Financieel productie potentieel t/ha t/ha % t/ha % t/ha (1) Bevestigde rassen Ernestina* KWS Benelux Malvina* KWS Benelux Klarina* KWS Benelux Calgarhi SCAM Resimax* Erauw-Jacquery Zanzibar* SESVanderHave Modus Pype pvba Canyon SESVanderHave Coyote* SESVanderHave Marcel Pype pvba Ruveta* Clovis Matton Milota Clovis Matton Catania* KWS Benelux Florata* SCAM Fortunata SCAM Nieuwe rassen Angeliqua KWS Benelux Cadenza KWS Benelux Mirasuc Erauw-Jacquery Koala SESVanderHave Charme Pype pvba Cheyenne Pype pvba Atracta Clovis Matton Jungle SESVanderHave Express Pype pvba Klaxon SCAM *Getuige rassen ² dubbel tolerante rassen rhizomanie - nematoden ³ dubbel tolerante rassen rhizomanie - rhizoctonia (1) relatief ten opzichte van getuige

28 Ras Mandataris Grond Wortel netto Ton aan 16 Suikergehalte Extraheerb. Witsuiker Financieel productie potentieel t/ha t/ha % t/ha % t/ha (1) Specifieke rassen Julietta² KWS Benelux Iguane³ SESVanderHave Zorro³ Pype sprl Boomerang³ Pype sprl Piranha³ SESVanderHave Taifun³ Clovis Matton Heracles³ Clovis Matton Inventa³ SCAM *Getuige rassen ² dubbel tolerante rassen rhizomanie - nematoden ³ dubbel tolerante rassen rhizomanie - rhizoctonia (1) relatief ten opzichte van getuige

29 Meerjarige resultaten: waarnemingen Tabel 4 geeft per ras de mandataris, de veldopkomst, een score voor witziekte, cercospora, roest, verwelking, Mg-gebrek en bodembedekking en het aantal schieters per ha. Ras Mandataris Witziekte Cercospora Veldopkomst Bodembedekking Schieters (1) (4) (4) (5) n/ha Bevestigde rassen: resultaten Klarina* KWS Benelux Coyote* SESVanderHave Zanzibar* SESVanderHave Resimax* Erauw-Jacquery Ernestina* KWS Benelux Modus Pype pvba Canyon SESVanderHave Malvina* KWS Benelux Calgarhi SCAM Marcel Pype pvba Milota Clovis Matton Florata* SCAM Catania* KWS Benelux Ruveta* Clovis Matton Fortunata SCAM Julietta² KWS Benelux Piranha³ SESVanderHave Heracles³ Clovis Matton Inventa³ SCAM * Getuige rassen (4) hoe lager het cijfer, hoe gevoeliger ² : dubbel tolerante rassen rhizomanie - nematoden (5) hoe hoger, hoe beter ³ : dubbel tolerante rassen rhizomanie rhizoctonia (1) relatief ten opzichte van getuige

30 Ras Mandataris Witziekte Cercospora Veldopkomst Bodembedekking Schieters (1) (4) (4) (5) n/ha Nieuwe rassen: resultaten Angeliqua KWS Benelux Cadenza KWS Benelux Jungle SESVanderHave Koala SESVanderHave Cheyenne Pype pvba Mirasuc Erauw-Jacquery Charme Pype pvba Atracta Clovis Matton Express Pype pvba Klaxon SCAM Iguane³ SESVanderHave Zorro³ Pype pvba Boomerang³ Pype pvba Taifun³ Clovis Matton * Getuige rassen (4) hoe lager het cijfer, hoe gevoeliger ² : dubbel tolerante rassen rhizomanie - nematoden (5) hoe hoger, hoe beter ³ : dubbel tolerante rassen rhizomanie rhizoctonia (1) relatief ten opzichte van getuige

31 Meerjarige resultaten: opbrengsten Tabel 5 geeft per ras de mandataris, in relatief ten opzichte van de geleverde grond, het netto kg wortels, het suikergehalte, de totale tarra, de extra heerbaarheid, de witsuikerproductie en het financieel potentieel. Ras Mandataris Geleverde grond Wortel netto Suikergehalte Totale tarra Extra- heerb. Witsuiker productie Financieel potentieel (1) (1) (1) (1) (1) (1) (1) Bevestigde rassen: resultaten Klarina* KWS Benelux Coyote* SESVanderHave Zanzibar* SESVanderHave Resimax* Erauw-Jacquery Ernestina* KWS Benelux Modus Pype pvba Canyon SESVanderHave Malvina* KWS Benelux Calgarhi SCAM Marcel Pype pvba Milota Clovis Matton Florata* SCAM Catania* KWS Benelux Ruveta* Clovis Matton Fortunata SCAM Julietta² KWS Benelux Piranha³ SESVanderHave Heracles³ Clovis Matton Inventa³ SCAM * Getuige rassen (1) relatief ten opzichte van getuige ² : dubbel tolerante rassen rhizomanie - nematoden ³ : dubbel tolerante rassen rhizomanie rhizoctonia

32 Ras Mandataris Gelever - de grond Wortel netto Suikergehalte Totale tarra Extra- heerb. Witsuiker productie Financieel potentieel (1) (1) (1) (1) (1) (1) (1) Nieuwe rassen: resultaten Angeliqua KWS Benelux Cadenza KWS Benelux Jungle SESVanderHave Koala SESVanderHave Cheyenne Pype pvba Mirasuc Erauw-Jacquery Charme Pype pvba Atracta Clovis Matton Express Pype pvba Klaxon SCAM Iguane³ SESVanderHave Zorro³ Pype pvba Boomerang³ Pype pvba Taifun³ Clovis Matton * Getuige rassen (1) relatief ten opzichte van getuige ² : dubbel tolerante rassen rhizomanie - nematoden ³ : dubbel tolerante rassen rhizomanie rhizoctonia

33 Nematodenrassen: opbrengsten in besmette percelen Tabel 6 geeft, in relatief ten opzichte van de geleverde grond, de netto kg wortels, het suikergehalte, de totale tarra, de extra heerbaarheid, de witsuikerproductie en het financieel potentieel van Julietta in velden besmet met het bietencysteaaltje. Ras Mandataris Geleverde grond Wortel netto Suikergehalte Ton aan 16 Extra heerb. Witsuiker productie Financieel potentieel t/ha t/ha % t/ha % t/ha (1) Resultaten 3 besmette velden in 2007 Ernestina* KWS Benelux Catania* KWS Benelux Malvina* KWS Benelux Zanzibar* SESVanderHave Coyote* SESVanderHave Resimax* Erauw-Jacquery Klarina* KWS Benelux Ruveta* Clovis Matton Florata* SCAM Julietta ² KWS Benelux * Getuige rassen (4) hoe lager het cijfer, hoe gevoeliger ² : dubbel tolerante rassen rhizomanie - nematoden (5) hoe hoger, hoe beter (1) relatief ten opzichte van getuige

34 Fungicideproef suikerbieten 4.1 Proefopzet Voor één variëteit (Fortunata) worden zes verschillende fungiciden uitgetest en vergeleken met de controle. Het financiële rendement wordt bepaald d.m.v. de suiker- en wortelopbrengst. De invloed van de verschillende fungiciden op de aantasting door witziekte, cercospora, ramularia en roest wordt nagegaan. De proef gebeurt in vier herhalingen. 4.2 Perceelgegevens a Voorvrucht: erwten b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 19,6 x 45 cm d Variëteit: Fortunata e Insectenbestrijding: zaden behandeld met Cruiser & Force f Onkruidbestrijding: - naopkomst: 1 e Betanal 0,75 l/ha + Tramat 0,3 l/ha + Goltix WG 0,75 kg/ha + Venzar 0,1 kg/ha + Vegelux 0,5 l/ha e Betanal Elite 1l/ha + Goltix 0,75l/ha + Venzar 0,1 kg/ha + aminoplant 0,5 l/ha e Betanal Elite 1,2 l/ha + Goltix 0,5 l/ha + Pyramine 0,5 kg/ha + Boor 2 l/ha g Bemesting: - Organische: 22 ton per ha zeugenmengmest geïnjecteerd voor de inzaai van bladrammenas. Deze resulteerde in een gewas met hoge massa Chemische: stikstof : - stikstofindex: 214 (hoger dan normaal ) - stikstofbehoefte: 89 E/ha kort voor de zaai h Ontledingsuitslag van de bouwlaag Bepaling Uitslag ontleding Streefzone Beoordeling Grondsoort 40 leem ph-kcl 6,7 6,7-7,3 gunstig C in % 0,9 1,2-1,6 laag Fosfor (P) tamelijk hoog Kalium (potas) (K) tamelijk hoog Magnesium (Mg) tamelijk hoog Calcium (Ca) normaal Natrium (Na) 3,3 3,1 6,2 normaal

35 i Fungicidebehandeling, tweemaal behandeld met hetzelfde middel op en Controle 2. Inpact R 1 l/ha 3. Spyrale 1 l/ha 4. Armure 0,7 l/ha 5. Opus Team 0,7 l/ha 6. Opera 0,8 l/ha 7. Eminent 0,8 l/ha 4.3 Aanbevolen fungiciden in suikerbieten Tabel 1 geeft de aanbevolen fungiciden in suikerbieten weer met hun dosis en veiligheidstermijn Aanbevolen fungiciden in de biet Product Dosis/ha Veiligheidstermijn voor de rooi Armure 0,7 l 21 dagen Punch SE 0,6 l 28 dagen Impact-R 1 l 42 dagen Spyrale 1 l 28 dagen Bumper-P* 1 l 30 dagen (* enkel op witziekte en roest) Eminent 0,8 l 42 dagen Opera 0,8 1l 42 dagen Caddy (+ carbendazime) 0,6 l (+ 0,3 l) 42 dagen Opus Team 0,7 l 45 dagen 4.4 Waarnemingen en tellingen Tabel 2 geeft voor de variëteit Fortunata al of niet behandeld met een fungicide de relatieve ziekteresistentie per object op Hiervoor werd een schaal van 0 tot 5 gehanteerd. (0 = geen aantasting; 5 = volledig blad aangetast) Object Witziekte Roest Cercospora Phoma Controle 1,7 3,5 0,8 3,4 Impact R 1 1,7 0,9 1,9 Spyrale 0,8 1,3 0,9 2 Armure 2,3 1,4 1,5 1,5 Opus team 1,2 1,7 0,6 2,1 Opera 1,9 1,8 0,7 1,5 Eminent 1,5 1,8 1,4 2,7

36 Tabel 3 geeft voor de variëteit Fortunata al of niet behandeld met een fungicide de relatieve ziekteresistentie per object op Hiervoor werd een schaal van 0 tot 5 gehanteerd. (0 = geen aantasting; 5 = volledig blad aangetast) Object Witziekte Roest Cercospora Phoma Controle 0,0 0,7 2,0 0,1 Impact R 0,0 0,7 2,0 0,0 Spyrale 0,0 0,5 2,2 0,0 Armure 0,1 0,3 2,3 0,0 Opus team 0,0 0,1 2,4 0,0 Opera 0,1 0,5 1,9 0,0 Eminent 0,0 0,4 2,3 0,0 4.5 Bespreking De variëteit Fortunata werden gezaaid op in goede omstandigheden op 19,6 cm in de rij. De uitgevoerde zaaitechniek resulteerde in een veldopkomst van 87 % ( planten per ha). Uit tabel 2 die de ziektetelling van 5 september blijkt dat er duidelijke verschillen zijn tussen de geteste fungiciden voor wat de aantasting door bladziekten betreft. Uit tabel 3 die de ziektetelling van 25 oktober weergeeft zou men verkeerdelijk kunnen dat phoma, roest en witziekte afneemt. Echter, de zwaar aangetaste bladeren bij de eerste telling waren vrijwel volledig afgestorven bij de tweede telling met als gevolg dat de tweede telling gedeeltelijk gebaseerd is op nieuw gevormd blad. Deze nieuw gevormde bladeren vertoonde een zeer geringe aantasting door phoma, roest en witziekte aangezien de weeromstandigheden minder gunstig waren voor infectie door deze bladziekten naar mate het groeiseizoen vorderde. De aantasting door cercospora daarentegen nam wel sterk toe. Als gevolg van technische problemen bij de analyse van de stalen zijn er geen gegevens over wortelopbrengst en suikergehalte beschikbaar. Hierdoor is het dit jaar onmogelijk om de economische opbrengst van de verschillende fungiciden met elkaar te vergelijken, maar we kunnen met grote zekerheid stellen dat een fungicidebehandeling nog steeds bekeken dient te worden als een verzekeringspolis voor de teelt. Wanneer we de variëteitenproef, die eerder werd besproken, in rekening brengen, kan het misschien zeker zo interessant zijn om als landbouwer naast een goed fungicide ook te opteren voor een variëteit die minder gevoelig is voor bladziekten.

37 Bespreking van de bladschimmelziekten Meeldauw, bruine roest, cercospora, ramularia en de wortelschimmelziekte rhizoctonia en rhizomanie Meeldauw Symptomen en schade Meeldauw of witziekte, kwam dit jaar meer voor dan de voorbije jaren. De bladeren worden in de loop van de zomer met een witte, stofachtige poederlaag bedekt. Ze blijven aanvankelijk groen, worden daarna geelachtig wit en drogen bij zware aantasting uit. Onder bepaalde omstandigheden verschijnen, te midden van de witte poederlaag, korrels. Eerst geel van kleur en vervolgens zwart. De ziekte komt aanvankelijk op afzonderlijke planten voor, maar verspreidt zich daarna snel over het ganse perceel. De aanwezigheid van de schimmel op de bladeren vermindert de werking van de bladgroenkorrels en veroorzaakt daardoor opbrengstverliezen. Beschrijving De witte poederlaag bestaat uit een stelsel van schimmeldraden. Voor de ontwikkeling is warmte nodig (beste temperatuur 20 C), vandaar het late optreden in de zomer. Bij zeer gunstige omstandigheden verschijnt de ziekte omstreeks de tweede helft van juli, in noordwest Europa pas in de maand augustus. De afwisseling van droge en vochtige perioden schijnt eveneens een belangrijke factor bij de ontwikkeling van de conidiosporen te zijn, die zich verspreiden en de ziekte overbrengen. Dit wordt bevorderd door dauw en irrigatie. De korrels die zich bij een vergevorderd stadium tussen het mycelium bevinden, zijn kleine sporenbevattende organen, die de schimmel in staat stellen ongunstige perioden te overleven Bruine roest Symptomen en schade Vanaf het begin van de zomer verschijnen kleine oneffenheden van ongeveer 1 mm doorsnede en roodoranje tot bruin gekleurd op beide zijden van de bladschijf. Deze oneffenheden bevatten een fijn roodbruin poeder, dat uit schimmelsporen bestaat. Tegen het einde van de vegetatieperiode ziet men ook op de bladstelen elliptisch gevormde vlekken ontstaan. De schade die door deze ziekte wordt veroorzaakt, is zelden van betekenis. Bij zware aantasting kan de vroegtijdige uitdroging van bepaalde bladeren een opbrengstderving veroorzaken. De aantastingen vinden in het algemeen aan het einde van de zomer plaats, gelijk met andere bladschimmelziekten, zoals de meeldauw. Beschrijving De symptomen van de voorjaarsroest komen overeen met het eerste ontwikkelingsstadium van de schimmel die dan ecidiosporen voortbrengt. Deze sporen vormen nieuwe plekken op dezelfde plant of de omliggende planten, die op hun beurt uredosporen (zomersporen) bevatten. De bruine sporen die aan het einde van de zomer worden gevormd, heten teleutosporen. Ze dragen zorg voor de overwintering van de schimmel. De sporen in de roestplekken zijn bolvormig, met een doorsnede van ongeveer 1/100 mm en ze vertonen onder de microscoop rondom kleine puntjes. Een overmaat aan stikstof schijnt de ontwikkeling van deze ziekte te bevorderen.

38 Cercospora Symptomen en schade Op de bladeren verschijnen talloze ronde grijze vlekken, omgeven met een rode of bruine rand. Naarmate de aantasting vordert, vermeerderen de vlekken zich en veroorzaken een volledig verdrogen van de aangetaste bladeren. Bij vochtig weer ontstaan in het midden van de vlekken zwarte puntjes, omgeven door een grijze viltlaag, in het bijzonder aan de onderzijde van de bladeren. De eerste symptomen verschijnen hier en daar op enkele planten en deze vormen een haard vanwaar de ziekte zich over het gehele perceel verspreidt. Bij sterke aantastingen wordt het volledige bladapparaat vernietigd, de plant reageert vervolgens door nieuw blad te vormen dat ook weer wordt aangetast. De kop wordt hoger. Hierdoor kunnen aanzienlijke verliezen aan wortelgewicht en suikergehalte worden veroorzaakt. Beschrijving De ziekte wordt veroorzaakt door cercospora beticola, een schimmel die zich systematisch door de plant verplaatst. De besmetting van de plant ontstaat door een spore die in warme en vochtige omstandigheden op een blad ontkiemt. De schimmeldraden dringen door de opening van een huidmondje in het blad en groeien door het weefsel. Enkele dagen na de besmetting vormen zich kleine vlekjes op de bladeren gevolgd door de ontwikkeling van zwarte puntjes en de grijze viltlaag, waarin de sporendragers voorkomen, die de lange en meercellige sporen van de schimmel dragen. Deze sporen, die door de regen worden verspreid, brengen de ziekte over op de omringende planten. Vochtigheid en warmte (temperaturen boven 17 C) zijn nodig om de schimmel te doen ontwikkelen. De sporen blijven in de plant en op het zaad gedurende lange tijd levenskrachtig. Dit is de reden waarom het risico op aantasting bij een kortere rotatie met bieten groter is Ramularia Symptomen en schade De schimmel veroorzaakt grijze tot bruinachtige vlekken, die soms door een donkere bies omrand zijn. In het algemeen zijn ze groter en onregelmatiger dan de vlekken van cercospora. Daarenboven verschijnen in de Ramularia-bladvlekken spierwitte puntjes. Dit zijn de sporendragers die door de huidmondjes uit het blad steken en de sporen dragen. Zware aantastingen leiden tot volledige uitdroging van de bladeren, waarbij verliezen van de suikeropbrengst of van het zaad bij zaaibieten ontstaan. Beschrijving De ontwikkeling van deze schimmel vindt plaats bij relatief lage temperaturen en zelfs tijdens de winter (beste temperatuur 17 C). De bemesting kan slechts in vochtige omstandigheden plaatsvinden (relatieve vochtigheid meer dan 95 %) en wel door middel van de schimmeldraden die vanuit een spore in de huidmondjes binnendringen. 15 dagen later heeft de schimmel zich in het blad ontwikkeld en treden de eerste symptomen op. De schimmel kan blijven voortbestaan in dode bladeren en in de bodem.

39 Rhizoctonia Een veel voorkomend probleem de voorbije jaren, was de schimmelziekte rhizoctonia. Symptomen en schade Deze ziekte, die door een bodemschimmel wordt veroorzaakt, ontwikkelt zich pleksgewijs in bietenvelden. In eerste instantie verwelken de planten en vervolgens sterft het blad langzamerhand geheel af. Op het bovenste deel van de bietenwortel ontstaat een bruine verrotting die meer of minder diep doordringt, naargelang van het ontwikkelingsstadium van de ziekte. Beschrijving De schimmel overleeft in de grond in de vorm van sclerotiën, waaruit zich schimmeldraden ontwikkelen, die het worteloppervlak aantasten en daarna geleidelijk dieper doordringen en de verrotting veroorzaken. Deze ziekte kan zich vrij vroeg openbaren en wordt in haar ontwikkeling versneld door een hoge bodemtemperatuur, slechte structuur en een overmaat aan vocht. Economische betekenis De schade beperkt zich in het algemeen tot enkele haarden in het veld, maar bij een vroege aantasting kunnen de bieten volledig vernield worden. De sclerotiën blijven in de grond zeer lang levenskrachtig. Bij iedere teelt van waardplanten in de vruchtafwisseling treedt de ziekte weer op en kan ze zich verder verspreiden. Goede mogelijkheden tot bestrijding zijn verbetering van de bodemstructuur en vermindering van het aantal waardegewassen in de vruchtopvolging. Aardappelen en een groot aantal groentegewassen, zoals wortelen, bonen, boerenkool en schorseneren, worden door bepaalde rassen van deze schimmel aangetast Rhizomanie Symptomen en schade De virusziekte rhizomanie (rhizo = wortel, manie = gekheid) is gekenmerkt door een abnormaal sterke ontwikkeling van zijwortels op de hoofdwortel. De hoofdwortel vertraagt daardoor sterk in zijn ontwikkeling en vertoont meestal een typische insnoering naar de worteltip toe. Naast de kenmerkende wortelsymptomen zijn er ook aanwijzingen van een virusinfectie op het bladniveau. Geïnfecteerde planten verwelken vlugger bij droogtestress. Bij het begin van de zomer gaan de bladeren opkrullen. De bladnerven kunnen over hun volledige lengte vergelen. De bladsymptomen zijn soms van tijdelijke aard en kunnen na enige tijd verdwijnen. De typische bruinverkleuring van de vaatbundels kan na dwarsdoorsnede van de wortel uitsluitsel geven betreffende een rhizomanie-infectie. De schade aangericht door deze ziekte kan zeer ernstig zijn. In een aangetast perceel zijn meestal een groot deel van de planten geïnfecteerd. De wortels zijn slecht gevormd en zeer klein. De opbrengst daalt drastisch zowel op het niveau van wortelgewicht als suikeropbrengst. Een daling onder het niveau van 12 % suiker is niet ongewoon. Beschrijving Het organisme verantwoordelijk voor deze ziekte is een staafvormig viruspartikel (Beet Necrotic Yellow Vein Virus). Enkel via de vector Polymyxa Betae (bodemschimmel) kan het virus de suikerbietenplanten besmetten. De geografische verspreiding en de evolutie van het besmette areaal worden enkel en alleen

40 bepaald door de vector. Bij een overmaat aan water (irrigatie, lager gelegen velden) en hoge temperaturen kan de ziekte zich snel verspreiden op een veld dankzij de zwemsporen van de vector. Een slechte bodemstructuur bevordert eveneens de verspreiding van de ziekte. Economische betekenis Rhizomanie is een bedreiging voor de suikerbietenteelt. Mochten er geen bestrijdingsmiddelen voorhanden zijn, dan zou de teelt in sommige streken onmogelijk zijn geworden. Mede de zeer lage opbrengst en de duurzame overleving van de vectorsporen in de grond vormen de grootste bedreiging. Het gebruik van rhizomanietolerante/resistentie suikerbietenvariëteiten is op dit ogenblik de enige mogelijkheid om een normale opbrengst te bekomen in besmette velden. Grondontsmetting lost slechts tijdelijk het probleem op en is bovendien economisch niet verantwoord. In de afgelopen 20 jaar is de ziekte gestaag uitgebreid en is momenteel aanwezig in alle landen waar extensief aan suikerbietenteelt wordt gedaan. In Frankrijk bijvoorbeeld werd ze voor het eerst waargenomen in de streek van Alsace en recent ook ten zuiden van het bekken van Parijs en in de Côte d Or Violetwortelrot Symptomen en schade De symptomen verschijnen in het algemeen pas laat en worden gekenmerkt door verwelking van het blad. Plekken met aangetaste planten verschijnen in het veld, die vooral bij droogte goed zichtbaar zijn. Op de wortel ontstaan paarse, oppervlakkige en min of meer omvangrijke vlekken, die met een viltachtige schimmellaag bedekt zijn en zich over een groot deel van de biet kunnen verspreiden. De verrotting onder deze vlekken kan meer of minder diep doordringen. In geval van ernstige aantasting is de wortel in zijn geheel verrot. Beschrijving De veroorzaker is een bodemschimmel, die jaren in de grond kan overleven, dankzij sclerotiën. Deze kleine, bolvormige en zeer resistente lichaampjes kunnen gedurende minstens 7 jaar levensvatbaar blijven. Wanneer de omstandigheden gunstig zijn, ontwikkelt de schimmel zich op de huid en later ook in het binnenste van de biet. Langzaam verspreidt deze zich door de bodem van de ene plant naar de andere. Deze ziekte komt in het algemeen pas laat tot ontwikkeling en leidt zelden tot het afsterven van de plant. Meestal wordt de ziekte pas bij het rooien ontdekt. Deze schimmel tast eveneens andere cultuurplanten aan, zoals luzerne, klaver en aardappelen. Een zekere mate van bodemverdichting en een slechte structuur zijn de voornaamste omstandigheden, die de ontwikkeling van deze ziekte begunstigen. Economische betekenis Deze ziekte neemt zelden ernstige vormen aan. Aantasting mag echter niet veronachtzaamd worden, omdat de schimmel zijn ontwikkeling voortzet op de bieten in de opslag en daarbij snel naburige wortels kan besmetten, waardoor aanzienlijke verliezen bij bewaring kunnen ontstaan. Deze ziekte komt algemeen voor op verschillende grondsoorten.

41 Koninklijk Belgisch Instituut tot Verbetering van de Biet vzw PVBC Programma Voorlichting Bieten Cichorei info@kbivb.be - met de steun van de Vlaamse overheid - DLV Departement Landbouw en Visserij; ADLO - Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling - Voorlichting 5 Situatie in de bieten doorheen het netwerk waarnemingsvelden van het KBIVB 5.1 Inleiding Dank zij de oproep van het KBIVB naar externe waarnemers sinds 2006 en ook dit jaar kon het netwerk waarnemingsvelden aanzienlijk verbreed worden. Dit netwerk telt een zestigtal bieten- en een twintigtal cichoreivelden en wordt opgevolgd door een vijftigtal bietentelers, landbouwkundigen, gepensioneerden, studenten, medewerkers van het KBIVB, van het PIBO-Tongeren, van de CHPTE- CEFA (Borgworm) en van de CARAH (Aat). Sinds 2007 gebeurt de wekelijkse verzending van de waarnemingen naar het KBIVB via een «on-line formulier» dat rechtstreeks ingevuld wordt op de site gereserveerd voor deze toepassing. Deze website geeft ook alle informatie over de uit te voeren waarnemingen. Geïnteresseerde kandidaten om mee te werken aan deze teeltopvolging kunnen dit nog steeds melden bij KBIVB (info@kbivb.be of 016/ ). De waarnemingen geven een beeld van de ontwikkeling van de teelt en van de problemen in alle streken en laten toe zo snel mogelijk de eventuele noodzaak te bepalen om een behandeling aan te bevelen tegen een plaag of een ziekte. Indien dit vereist is, wordt een behandelingsadvies onmiddellijk verspreid via de volgende kanalen de website van het KBIVB : de verzendingsdienst per (gratis, op aanvraag via of 016/ ). de landbouwpers, de landbouwkundige diensten van de suikerfabrieken en de provinciale diensten. De berichten worden meestal op dinsdag aangepast en in kritieke perioden meerdere keren per week (bvb. bij aantastingen door bietenkevers, bladluizen of bladschimmelziekten). Deze berichten bevatten ook meer algemene aanbevelingen (bemestingsadvies, grondbereiding, vorstschade, onkruidbestrijding, afdekken van de bietenhopen,...).

42 Proefopzet In enkele waarnemingsvelden zijn meerdere stroken ('objecten') voorzien, waarin verschillende insecticidenbehandelingen worden uitgevoerd bij het zaaien. In de 3 waarnemingsvelden opgevolgd door het PIBO-Tongeren werden volgende behandelingen vergeleken: 1. Controle (geen insecticidenbehandeling ) 2. - in Rukkelingen: Poncho Beta (53,3 g/l beta-cyfluthrin g/l clothianidin per zaadeenheid) - in Schalkhoven: Cruiser&Force (60g thiamethoxam + 4 g tefluthrin per zaadeenheid) 3. Curater 15 kg/ha (carbofuran) Het waarnemingsveld van Tongeren (zaai door KBIVB) werd aangelegd in kleine percelen (lengte 12m * breedte 10,8m) met 2 herhalingen. Drie verschillende insecticidenbehandelingen worden er vergeleken: 1. Controle (geen insecticidenbehandeling) 2. Cruiser&Force (60g thiamethoxam + 4 g tefluthrin per zaadeenheid) 3. Curater (microgranulaat carbofuran 15 kg/ha) In de zomer wordt een andere zone afgebakend voor de waarneming van de bladschimmelziekten, waarin geen enkele fungicidenbehandeling wordt uitgevoerd (zie verder). 5.3 Waarnemingsveld Tongeren Perceelsgegevens a Voorvrucht: erwten b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 19,6 x 45 cm d Variëteit: Ruveta e Onkruidbestrijding: zie variëteitenproef f Insectenbestrijding: zie proefplan g Bemesting: zie variëteitenproef h Ontledingsuitslag van de bouwlaag: zie variëteitenproef

43 Waarnemingsveld Rukkelingen Proef in samenwerking met landbouwer M. Van Eyck Perceelsgegevens a Voorvrucht: Wintertarwe b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 19,2 cm x 45 cm d Variëteit: Coyote e Onkruidbestrijding: - vooropkomst: Pyramin 2,5 l/ha naopkomst: 1 e Beta Duo 1,25 l/ha + Safari 18 g/ha e Beta Duo 1,5 l/ha + Goltix 0,5 l/ha + Vegelux 0,3 l/ha e Beta Duo 1,5 l/ha + Goltix 1 l/ha + Betanal 0,75 l/ha + Vegelux 0,5 l/ha e Beta Duo 1,5 l/ha + Goltix 1 l/ha + Betanal 1 l/ha + Dual Gold 0,3 l/ha + Vegelux 0,5l/ha e Goltix 1 l/ha + Betanal 1 l/ha + Dual Gold 0,6 l/ha f Insectenbestrijding: zie proefplan g Bemesting: 22 ton/ha drijfmest op de stoppel inzaai van gele mosterd, had een hoge massa 20 ton/ha drijfmest EN/ha Waarnemingsveld Alt-Hoeselt Proef in samenwerking met landbouwer David Vanvinckenroye Perceelsgegevens a Voorvrucht: erwten/bonen b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 21 x 45 cm d Variëteit: Ruveta e Onkruidbestrijding naopkomst: 1 e Beta duo 1,5 l/ha + Goltix 0,5 l/ha + Actirob 0,25 l/ha e Betanal Elite 0,8 l/ha + Goltix 0,5 l/ha + Actirob 0,25 l/ha e Betanal Elite 1,2 l/ha + Goltix 0,5 l/ha + Matrigon 0,5 l/ha + Actirob 0,25 l/ha e Betanal Elite 1,25 l/ha + Goltix 1 l/ha + Actirob 0,5 l/ha e Goltix 2l/ha e Betanal Elite + Goltix 0,5 l/ha e Duofam 1,5 l/ha + Goltix 0,5 l/ha + Actirob 0,25 l/ha f Insectenbestrijding: zie proefplan g Bemesting: 200 EK /ha voor het ploegen 120 EN /ha voor het zaaien

44 Situatie van de bieten in Zaai en opkomst Dankzij de zeer droge weersomstandigheden van de maand april verliepen de zaaiwerkzaamheden zeer vlot. De zaaiwerkzaamheden werden gestart rond 18 maart in enkele velden (200 ha), maar begonnen werkelijk op 30 maart. Op 9 april waren meer dan 90% van de bieten in Haspengouw gezaaid. De gemiddelde zaaidatum (50% van het areaal gezaaid) wordt in 2007 geschat op 6 april, wat een normale uitzaai is. De gezaaide oppervlakte van 2007 bedraagt ongeveer ha, hetzij ± 2 % meer dan in 2006 ( ha). Er werden in totaal 29 ha herzaaid, hoofdzakelijk ten gevolge van korstvorming of muizenschade. Tabel 1: Gemiddelde opkomstpercentages per streek. W.&O. Vlaanderen (100 = ± ha) (districten van Moerbeke & Veurne) Henegouwen (100 = ± ha) (Districten van Brugelette & Fontenoy) Haspengouw (100 = ± ha) (Tienen, Longchamps & Hollogne ) 19/03 26/03 02/04 09/04 16/04 23/04 0.2% 0.2% 5.1% 54.4% 86.3% 95.8% 0.3% 0.3% 1.4% 79.1% 96.3% 98.6% 0.4% 0.4% 19.1% 91.7% 98.9% 99.3% Nationaal (100 = ± ha) 0.3% 0.3% 10.9% 80.6% 95.7% 98.4% De opkomst van de bieten verliep zeer onregelmatig door het zeer droge weer gedurende 5 weken na het zaaien. Minder dan 20% van de velden kenden een volledige en zeer regelmatige opkomst en snelle ontwikkeling van de bieten. In de meeste gevallen was de veldopkomst echter onregelmatig, omwille van een tekort aan bodemvochtigheid tijdens het kiemen. Deze onregelmatigheid had een pedologische oorzaak (verschillende textuur, kleikoppen bvb) maar in vele velden leidde de afstelling bij het klaarleggen van de grond en de afstelling van de zaaimachine tot onregelmatigheid in en tussen de lijnen. Algemeen kan gezegd worden dat dit jaar, voor de gezaaide velden tussen 30 maart en 15 april, een goed aangedrukte zaai en op 3 cm diepte een regelmatigere opkomst leverde. Een ondiepe uitzaai, alhoewel goed aangedrukt en in vochtige bodem, kwam door de warme, uitdrogende NO-winden, snel in droge grond te liggen. In de waarnemingsvelden (of zones) die in april regelmatig opgekomen bedroeg de gemiddelde eindopkomst 87 % (hetzij planten/ha). In enkele van deze velden werd het stadium «rijensluiten op 100 %» reeds op 25 mei bereikt. In de waarnemingsvelden (of zones) die pas in mei opgekomen waren (tweede opkomst) werd ook een goed opkomstpercentage bereikt (gemiddelde opkomst van 84 %). In enkele waarnemingsvelden op de proefplatforms van het KBIVB worden de voornaamste insecticiden bij het zaaien vergeleken (proeven in kleine percelen en in herhalingen voor eventuele opbrengstbepalingen) In deze velden verliep de opkomst algemeen zonder veel problemen en zonder verschillen tussen insecticiden.

45 Plagen en ziekten De zeer warme en droge weersomstandigheden sinds begin april waren gunstig voor de bedrijvigheid van talrijke insecten, waaronder bladluizen, aardvlooien en bietenvliegen. Na 10 mei werd in de later opgekomen bieten ook schade van slakken en bosmuizen vastgesteld. Schade door klein wild (vogels, hazen of konijnen) werd zeer plaatselijk waargenomen Bladluizen De zwarte bladluizen (gevleugeld of jonge kolonies) werden vanaf 20 april waargenomen, soms zeer talrijk (tot 1 gevleugelde bladluis / 3 planten) in sommige velden, waaronder de waarnemingsvelden van het KBIVB. De zwarte bladluizen zijn over het algemeen weinig virusdragend. Gezien hun vermogen tot vermenigvuldiging in afwezigheid van zaadbehandeling, het vroege stadium van de biet en het aanhoudende watertekort sinds meer dan een maand, had men kunnen vrezen dat deze bladluizen zekere schade zouden aanrichten. In aanwezigheid van kolonies (ongevleugelde bladluizen) van zwarte bladluizen in de velden zonder Poncho Beta of Cruiser&Force werd het aanbevolen om een bladluisbehandeling uit te voeren. Er werden ook groene bladluizen waargenomen, toch de spuitdrempel werd nooit bereikt Aardvlooien De aardvlooien (2 x 1 mm!) worden vooral waargenomen in de nabijheid van velden met koolzaad of vlas, hagen of bossen. De schade is typisch : mooie ronde beten op de kiembladeren en de eerste bladeren. De doeltreffendheid van de zaadbehandelingen of microgranulaten is voldoende voor de aardvlooien. In geval van sterke aantasting in velden zonder Poncho Beta of Cruiser&Force of zonder microgranulaten, werd het aangeraden om een behandeling op basis van Karate uit Bodemschimmels Na 10 mei hebben in sommige velden de vochtigheid en bodemtemperatuur en de felle wind de ontwikkeling van Aphanomyces bevorderd. Deze bodemschimmel tast de kleine plantjes aan ter hoogte van de wortelhals (verstikking van de kiemstengel). De eerste aantastingen van rhizoctonia werden toen eveneens waargenomen Bladschimelziekten Zoals in enkele andere gewassen verschenen de bladschimmelziekten. uitzonderlijk vroeg in de bieten in De eerste symptomen van witziekte, cercospora, ramularia en/of roest werden reeds begin juli waargenomen in enkele velden. Rond 10 juli waren al meerdere velden aangetast en werd aanbevolen een fungicidenbehandeling uit te voeren in de velden die symptomen van één van de 4 bovenvermelde ziekten. Einde juli was deze vereist in de meeste velden. Einde juli waren reeds 76% resp. 88% van de waarnemingsvelden aangetast door witziekte resp. cercospora en ook meer dan 50 % door ramularia en roest (tabel 2). Het gemiddelde aangetast bladoppervlakte door resp. witziekte resp. of cercospora bedroeg reeds 2.5 resp. 5 %, dus veel belangrijker dan op hetzelfde tijdstip van de vorige jaren. In enkele velden bedroeg de aantasting door deze ziekten 15%. De warme lenteomstandigheden waren gunstig voor de ontwikkeling van cercospora, terwijl de koele zomeromstandigheden eerder gunstig waren voor ramularia. Half september bedroeg de gemiddelde aantastinggraad ± 18% zowel voor cercospora als voor ramularia. De intensiteit van cercospora was veel lager dan gedurende de warme septembermaand van 2006, terwijl deze van ramularia hoger was dan vorig jaar.

46 Na half september werden slechts weinig waarnemingen uitgevoerd, doch men stelde in het algemeen een belangrijke bladziekteaantasting vast gedurende de herfst. Meer dan 95% van de velden werd behandeld met een fungicide, doch soms te laat. Omwille van de vroege verschijning van de ziekten werd dit jaar een tweede toepassing aanbevolen en deze was dikwijls lonend. Roest was aanwezig in alle velden, doch de aantastingraad bleef meestal beperkt. Tabel 2: Gemiddelde nationale evolutie van de bladziekten in de onbehandelde zones in 2007 (percentage aangetaste velden en aangetast bladoppervlakte). Witziekte Cercospora Ramularia Roest Periode %velden % Opp %velden % Opp %velden % Opp %velden % Opp 8-21/7 38% 0,01% 71% 0,1% 29% 0,1% 30% 0,1% 29/7-11/8 76% 2,5% 88% 5,0% 53% 2,2% 53% 0,1% 12-18/8 79% 14% 95% 8,3% 47% 2,5% 58% 2,3% 19-25/8 94% 20% 100% 14% 82% 6,8% 100% 3,0% 26/8-1/9 100% 19% 93% 21% 73% 12% 92% 5,3% 9-15/9 100% 24% 100% 18% 63% 16% 100% 4,2%

47 Tabel 3: Evolutie van het aangetast bladoppervlakte in de waarnemingsvelden in de streek van Tongeren in 2006 (onbehandelde zones). Datum Rukkelingen Alt-Hoeselt Tongeren WIT- ZIEKTE 9/7 0,3% 0,04% 0,2% 23/7 0,6% 0,1% 0,6% 30/7 5,9% 0,6% 5,4% 6/8 15,8% 1,8% 7,8% 13/8 37,5% 3,1% 15,8% 20/8 37,5% 3,9% 33,8% 27/8 37,5% 11,9% 33,8% 10/9 37,5% 23,6% 37,5% CERCO- SPORA 9/7 0,2% 0,3% 0,8% 23/7 0,3% 1,8% 0,3% 30/7 2,6% 5,9% 1,2% 6/8 4,7% 15,8% 3,7% 13/8 6,5% 33,8% 10,7% 20/8 21,6% 37,5% 27,7% 27/8 23,6% 37,5% 35,3% 10/9 30,0% 37,5% 37,5% 9/7 0,0% 0,0% 0,0% 23/7 0,0% 0,0% 0,0% 30/7 0,0% 0,0% 0,0% ROEST 6/8 0,0% 0,1% 0,1% 13/8 0,3% 0,3% 1,8% 20/8 0,7% 0,4% 5,2% 27/8 2,5% 1,8% 5,9% 10/9 5,2% 2,6% 7,3% In deze 3 velden werd geen ramularia vastgesteld.

48 Rijenbemesting suikerbieten 6.1 Proefopzet In deze proef wordt gekeken naar de doeltreffendheid van de toepassing rijenbemesting. Er wordt gekeken naar de opbrengst en het suikergehalte van de bieten. Wanneer de bemesting rechtstreeks aan de rij gegeven wordt, zodat de bemesting aanwezig is waar hij ook het meeste wordt opgenomen, kan de bemesting op andere plaatsen, tussen de rij, weggelaten worden. In deze proef wordt de geadviseerde bemesting verminderd met 30 % en enkel toegediend op de plaats waar hij het beste kan opgenomen worden, langs de rij dichtbij de biet. 6.2 Perceelsgegevens a Voorvrucht: erwten b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 19,6 x 45 cm d Variëteit: Ruveta e Onkruidbestrijding: naopkomst: 1 e Betanal 0,75 l/ha + Tramat 0,3 l/ha + Goltix WG 0,75 kg/ha + Venzar 0,1 kg/ha + Vegelux 0,5 l/ha e Betanal Elite 1l/ha + Goltix 0,75l/ha + Venzar 0,1 kg/ha + aminoplant 0,5 l/ha e Betanal Elite 1,2 l/ha + Goltix 0,5 l/ha + Pyramine 0,5 kg/ha + Boor 2 l/ha e Op de kopakker: Betanal Elite 1,2 l/ha + Dual Gold 200 cc f Bemesting: - organische: 22 ton per ha zeugenmengmest geïnjecteerd - inzaai van bladrammenas, had een hoge massa chemische: stikstof: - stikstofindex: 214 (hoger dan normaal) - stikstofbehoefte: 63 E/ha bij de zaai via rijenbemesting g Insectenbestrijding: zaaizaadbehandeling met Cruiser&Force h Ontledingsuitslag van de bouwlaag op Bepaling Uitslag ontleding Streefzone Beoordeling Grondsoort 40 leem ph-kcl 6,7 6,7-7,3 gunstig C in % (humus) 0,9 1,2-1,6 laag Fosfor (P) tamelijk hoog Kalium (potas) (K) tamelijk hoog Magnesium (Mg) tamelijk hoog Calcium (Ca) normaal Natrium (Na) 3,3 3,1 6,2 normaal Boor (B) i Fungicidebehandeling: tweemaal behandeld Spyrale: 0,7 l/ha Punch: 0,7 l/ha j Rooien:

49 Resultaten Tabel 1: geeft de opbrengstresultaten weer van de volleveldsbemesting en de rijenmesting (30 % minder stikstof). De proef werd uitgevoerd in vijf herhalingen. Teelttechniek Wortelopbrengst kg/ha % suiker kg suiker/ha Economische opbrengst per ha Volleveldsgift , Rijbemesting , Bespreking Uit tabel 1 blijkt dat dit jaar de wortelopbrengst lager is wanneer de geadviseerde stikstofbemesting met 30% wordt verminderd er vlak langs de zaailijn wordt toegediend in vergelijking met een volleveldsbemesting. De meerjarige bevindingen van het K.B.I.V.B. zijn echter positiever tov rijenbemesting. Daaruit blijkt dat rijenbemesting resulteert in een hoger suikergehalte, wat in een jaar met gemiddeld hoge suikergehaltes niet tot uiting komt. Daarnaast is het effect van rijenbemesting ook beter tov volleveldsbemesting in jaren met een koude voorjaar en op percelen met nematoden. De komende jaren zal in het PIBO de mogelijkheden van rijenbemesting in suikerbieten verder onderzocht worden om zo na te gaan welke mogelijkheden er zijn om de kostprijs van de teelt te drukken zonder te moeten inboeten in opbrengst.

50 Erosieproef in suikerbieten Proef in samenwerking met de suikerindustrie (Jos Piffet, Heers). 7.1 Proefopzet Niet-kerende grondbewerking voor de uitzaai. De suikerbieten werden gezaaid op ruggen en op vlak veld. Er gebeurt een vergelijking tussen de beide technieken qua opkomst, groei, erosie, herbiciden, ziektenaantasting, rooibaarheid, opbrengst, procent suiker en tarra. De proef gebeurt in vier herhalingen. 7.2 Perceelsgegevens a b c d e f g h Voorvrucht: Vlas (niet geploegd) Zaaidata: Ruggen niet kerende grondbewerking: Ruggen kerende grondbewerking: Alle overige objecten: Zaaiafstand: 17,6 x 45 cm Ruggenteelt: 18 x 45 cm Variëteit: Malvina Onkruidbestrijding: Voor de zaai: nietkerend: Glyfosaat 4 l/ha Naopkomst: 1e Betanal 0,5 l/ha + Tramat Flow 0,2 l/ha + Goltix 1,25 l/ha + Top Oil 0,5 l/ha e Betanal 0,75 l/ha + Tramat Flow 0,2 l/ha +Goltix 1,25 l/ha + Aminosol 0,5 l/ha e Betanal 0,5 l/ha + Tramat Flow 0,2 l/ha + Goltix 1,25 l/ha + Dual Gold 0,2 l/ha + Trend 0,2 l/ha e Betanal 0,5 l/ha + Tramat Flow 0,2 l/ha + Dual Gold 0,2 l/ha + Frontier Elite 0,2 l/ha + Trend 0,2 l/ha Bemesting: stikstof index: 99 (lager dan normaal) Stikstof behoefte: 180 EN/ha Stikstofgift: 180 EN/ha E ammoniaknitraat & 46 E chilinitraat Insectenbestrijding: zaaizaadbehandeling met Poncho Beta Grondbewerking: Niet kerend: bewerkt met diepwoeler Dutzi (30 cm diepte) + baeke cultivator + facelia ingezaaid Kerend: bewerkt met cultivator baeke + facelia ingezaaid Kerend: geploegd Zaaibedbereiding in alle objecten uitgezonderd directzaai werd vlak voor de zaai: Rotoreg met packerrol en dubbele croskillette (Na ploegen waren twee werkgangen met rotoreg noodzakelijk)

51 i Ontledingsuitslag van de bouwlaag: Bepaling Uitslag ontleding Streefzone Beoordeling Grondsoort 40 Leem ph-kcl 7,7 6,7-7,3 Tamelijk hoog C in % (humus) 1,2 1,2-1,6 Normaal Fosfor (P) Tamelijk hoog Kalium (potas) (K) Tamelijk hoog Magnesium (Mg) Tamelijk hoog Calcium (Ca) Tamelijk hoog Natrium (Na) 2,9 3,1-6,2 Tamelijk laag Boor (B) 0,46 0,5-0,87 Tamelijk laag 7.3 Waarnemingen Tellingen De tellingen gebeurden in 4 herhalingen in opgebakende blokken van 20 m. De goede opkomstresultaten bij de directzaai zijn te danken aan de vochtigheid bij de grond in deze bewerking. Bij deze manier van zaaien had de bodem het minste te lijden aan uitdroging, waar de andere objecten meer gevoelig voor waren. Dit speelde dit jaar een grote rol aangezien de lange periode van droogte na de zaai. nr Objecten 1 e telling 19/04/ e telling 24/04/ e telling e telling e telling * 1 Ruggenteelt NKG 6% 6% 7% 88% -- 2 Beperkte grondbewerking NKG 37% 42% 40% 80% -- 3 Directzaai NKG 62% 64% 66% 81% -- 4 Miniruggen KG 0% 4% 5% 80% 94% 5 Vlakke zaai KG 5% 6% 6% 89% 91% 6 Ruggenteelt - KG 0% 0% 0% 61% 94% * deze telling werd herhaald voor de kerende grondbewerking aangezien de bieten bij de ruggenteelt nog niet volledig boven waren bij de 4e telling. 7.4 Resultaten Als gevolg van technische problemen bij de analyse van de stalen zijn er geen resultaten over wortelopbrengst en suikergehalte beschikbaar.

52 Nematodenproef in suikerbieten 8.1 Proefopzet In een perceel waar er aaltjes aantasting aanwezig is, worden 3 verschillende variëteiten ingezaaid, 2 variëteiten zijn aaltjes resistent (Jullieta en Annalisa), de andere (Malvina) niet. Het perceel waarop deze proef werd aangelegd kan opgedeeld worden in vier blokken met een verschillende voorgeschiedenis voor wat betreft de laatste maal dat er bieten werden geteeld (2, 3, 4 of 5 jaar geleden). De opbrengst tussen de verschillende soorten wordt vergeleken, evenals het financiële rendement. Deze proef gebeurt in samenwerking met KWS en landbouwer Steven Vanormelingen en werd uitgevoerd in 4 herhalingen. 8.2 Perceelsgegevens a Voorvrucht: wintergerst b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 21 x 45 cm d Variëteit: Jullieta, Malvina en Annalisa e Insectenbestrijding: zaden behandeld met Cruiser&Force (Jullieta) Poncho Beta (Malvina en Annalisa) f Onkruidbestrijding naopkomst 1 e Dianal 1 l/ha + Ehtomat 0,25 l/ha + Mitron 0,5 l/ha + Vegetop 0,4 l/ha e Dianal 1 l/ha + Ehtomat 0,35 l/ha + Mitron 0,5 l/ha + Vegetop 0,4 l/ha e Dianal 2 l/ha + Ehtomat 0,3 l/ha + Mitron 1 l/ha + Fusilade 1 l/ha + Vegetop 0,3 l/ha e Dianal 2 l/ha + Ehtomat 0,3 l/ha + Mitron 1 l/ha + Vegetop 0,3 l/ha e Dianal 2 l/ha + Ehtomat 0,25 l/ha + Mitron 1 l/ha + Vegetop 0,2 l/ha g Bemesting: 10 ton schuimaarde/ha 120 E N/ha voor de zaai h Oogst: Perceelsgegevens Bodemanalyse (nematoden) Tabel 1 geeft het aantal cysten, eieren en larven weer voor de blokken in het perceel met een verschillende teeltrotatie de voorbije jaren. Laatste maal bieten aantal jaar geleden Cysten /100 g grond Eieren en larven /100 g grond 2 jaar jaar jaar jaar 0 0

53 Opkomsttellingen Tabel 2 geeft het opkomstpercentage weer voor de drie variëteiten op verschillende tijdstippen. Variëteit Datum Procent opkomst % Jullietta Malvina Annalisa % % % % % % % % % % % 8.4 Resultaten Tabel 3 geeft voor variëteit Malvina de opbrengstresultaten weer op de vier blokken met verschillende teeltrotatie de voorbije jaren. Laatste maal bieten aantal jaar geleden Wortelopbrengst kg/ha Suikergehalte % kg suiker per ha 2 jaar , jaar , jaar , jaar , Bespreking Uit tabel 2 blijkt dat na bij een zeer beperkte vruchtafwisseling (na twee jaar opnieuw bieten op hetzelfde perceel) het aantal cysten, eieren en larven groter is per 100g grond dan bij een ruimere vruchtafwisseling. Aangezien er gedurende het groeiseizoen geen visueel aantasting door nematoden werd waargenomen, is er besloten om enkel de variëteit Malvina te oogsten aangezien deze niet resistent is tegen nematoden en bij dit ras de grootste verschillen te verwachten zijn. Uit tabel 3 blijkt dat bij een beperkte vruchtafwisseling de wortelopbrengst daalt, het suikergehalte blijft echter gelijk.

54 DEEL 2: CICHOREI Proeven in samenwerking met het Landbouwcentrum, afdeling bieten-cichorei (L.C.B.C.) met de suikerindustrie ORAFTI (Ir. Erwin Boonen, Jos Piffet en Vincent Sevrin) en de Vlaamse overheid Duurzame Landbouwontwikkeling, Voorlichting industriële gewassen (Ir. A. Demeyere en medewerkers). Dit teeltjaar werd op de PIBO Campus een proefperceel aangelegd met acht verschillende proeven. Alle objecten zijn aangelegd in vier herhalingen. Volgende proeven werden uitgezaaid: - Vergelijking van vlakke zaai met zaai op ruggen met verschillende opbouw - Vergelijking van miniruggen en vlakke zaai - Schietersproef met zes variëteiten - Vergelijking van schoffelen en niet schoffelen bij vlakke zaai - Een onkruidbestrijdingsproef met opbrengstbepaling in vier herhalingen te Tongeren - Een variëteitenproef op vlakke zaai in Rukkelingen-Loon - Een insectenbestrijdingsproef met drie verschillende zaaizaadbehandelingen - Voor een variëteit een groeicurve met twee verschillende zaaidata 2007 kende een zeer uitzonderlijke droogte tijdens het voorjaar die duurde van 31 maart tot 7 mei. Ook de proefvelden cichorei aangelegd op de PIBO leden onder deze omstandigheden vermits het veld werd open getrokken om Bonalan in te werken op 28 maart, met de bedoeling te zaaien op 29 maart, maar door de weersomstandigheden werd uiteindelijk pas 2 april gezaaid. Hierdoor werd veel bodemvocht verloren en lag het perceel er kluiterig bij wanneer gezaaid werd. Voor de miniruggen en klassieke ruggen werd met een compactor klaargelegd waarna voor het vlak veld beslist werd om met de rotoreg, of tweemaal met de rotoreg voorop te rijden om het perceel extra fijn te krijgen. Dit heeft een zeer grote impact gehad op de opkomst en op het vlak stuk zagen we een vrij behoorlijke vroege opkomst terwijl zowel de miniruggen als de klassieke ruggen pas opkwamen rond 14 mei. Uiteindelijk is de opkomst in alle objecten zeer goed, maar in twee keren wat de mogelijke waarde van opbrengstbepalingen sterk verminderd en een vergelijking van objecten onmogelijk maakt. Daarom ook was een betrouwbare staalname bijna onmogelijk behalve voor de variëteitenproef die zeer laat gezaaid werd en waar enkele tendensen waargenomen kunnen worden. Uiteindelijk werd het perceel gebruikt om een rooiproef met diepwoelertanden uit te voeren met het oog op een evaluatie van het effect op de tarra en de opbrengst.

55 Variëteitenproef cichorei Proef in samenwerking met de suikerindustrie ORAFTI (Ir. Leen De Leenheer, Ir. Erwin Boonen en Jos Piffet, Vincent Sevrin) en landbouwer Marc Van Eyck te Rukkelingen (Heers). 1.1 Proefopzet Vergelijking van groei, inulinegehalte, productie en economische waarde van zes variëteiten. Enerzijds worden de variëteiten onderzocht op rendement en worden ze machinaal geoogst, anderzijds worden ze onderzocht op kwaliteit en worden ze manueel gerooid. 1.2 Perceelsgegevens a Voorvrucht: Vlas b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 9,6 x 45 cm d Zaaimachine: Accord 6 rijen e Variëteiten: zie lijst f Bemesting: Enkel organisch: 20 ton varkensdrijfmest Inzaai gele mosterd g Onkruidbestrijding: Voorzaai: Bonalan 9 l/ha Vooropkomst: Kerb 1 kg/ha + Asulox 1 l/ha + Legurame 1 l/ha + Priglone 1 l/ha Naopkomst: 1 e Kerb 250 g/ha + AZ 25 cc/ha + Safari 7 g/ha + Legurame 0,5 l/ha e Kerb 250 g/ha + AZ 40 cc/ha + Safari 12 g/ha + Legurame 0,7 l/ha e Dual Gold 0,3 l/ha + Safari 19 g/ha + Aminosol 1 l/ha e Dual Gold 0,6 l/ha + Aminosol 1 l/ha h Fungicide: Geyser 0,5 l/ha + Microtop 7,5 kg/ha i Ontledingsuitslag van de bouwlaag: Bepaling Uitslag ontleding Streefzone Beoordeling Grondsoort 35 Lichte leem ph-kcl 6,9 6,5-7,0 Gunstig C in % (humus) 1,3 1,2-1,6 Normaal Fosfor (P) Tamelijk hoog Kalium (potas) (K) Tamelijk hoog Magnesium (Mg) Tamelijk laag Calcium (Ca) Normaal Natrium (Na) 2,6 3,4-6,7 Tamelijk laag j Rooien: &

56 Waarnemingen Tellingen Tabel 1 geeft per variëteit het aantal planten per hectare bij opkomst en het relatieve gemiddelde rendement van twee machinale rooiingen namelijk op en nr. Variëteit Planten/ha % rendement % rendement Hera Maurane Melci Orchies Bronze Belcanto Bespreking 2007 kende een zeer uitzonderlijke droogte tijdens het voorjaar die duurde van 31 maart tot 7 mei. Het proefperceel met de variëteiten lag niet op de PIBO-Campus en werd uiteindelijk zeer laat ingezaaid wat een homogene opkomst maar ook een sterk vertekende reactie van de variëteiten tot gevolg had. De relatieve gemiddelde rendementen zoals weergegeven in tabel 1 moeten dan ook voorzichtig geïnterpreteerd worden. Wanneer deze gegevens vergeleken worden met andere variëteitenproeven die Orafti aangelegd heeft en ook met de resultaten die deze variëteiten de voorgaande jaren in de PIBO hebben bereikt dan blijkt Belcanto sterk overschat te worden terwijl Hera en Orchies sterk onderschat worden. Voor Hera en Orchies is een vroege zaai blijkbaar een teelttechnische noodzaak. Opvallend is echter wel dat Maurane die normaal gezien een gemiddelde variëteit is er dit jaar overal met kop en schouders boven uitsteekt alsof een latere zaai hier minder negatief is.

57 Schietersproef cichorei Proef in samenwerking met de suikerindustrie ORAFTI (Ir. Erwin Boonen, Jos Piffet en Vincent Sevrin). 2.1 Proefopzet De schietersproef werd uitgezaaid om de schietgevoeligheid per variëteit beter te kunnen beoordelen en dit onder praktijkzaai omstandigheden. 2.2 Perceelsgegevens a Voorvrucht: Wintertarwe b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 9,6 x 45 cm d Zaaimachine: Accord 6 rijen e Insecticide: curater f Variëteiten: zie tabel 1 g Bemesting: - organische: 20 ton per ha varkensmengmest - gele mosterd matige massa chemische: 40 EN/ha onder vloeibare vorm h Onkruidbestrijding: Vooruitzaai:Bonalan 9 l/ha Vooropkomst: Kerb 0,5 g/ha + Asulox 0,5 l/ha + Legurame 0,5 l/ha Naopkomst: 1 e Safari 10 g/ha + Aminosol 0,5 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,250 + Legurame 0,5 l/ha + Tramat flow 50 cc/ha + Trend 0,2 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,25 kg/ha + Legurame 0,5 l/ha + Aminofort 0,5 l/ha e AZ 50 cc/ha e Dual Gold 0,5 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,250kg/ha + AZ 50 cc /ha+ Legurame 0,5 l/ha i Fungicide: Geyser 0,5 l/ha + Mg sulfaat 6 kg/ha + amminosol 0,5 l/ha j Ontledingsuitslag van de bouwlaag: Bepaling Uitslag ontleding Streefzone Beoordeling Grondsoort 40 Leem ph-kcl 6,8 6,7-7,3 Gunstig C in % (humus) 1,2 1,2-1,6 Normaal Fosfor (P) Tamelijk hoog Kalium (potas) (K) Tamelijk hoog Magnesium (Mg) Normaal Calcium (Ca) Normaal Natrium (Na) 3,8 3,1 6,2 Normaal

58 Waarnemingen Tabel 1 geeft per variëteit het aantal planten per hectare bij opkomst en het opkomstpercentage. Variëteit Planten per ha Procent opkomst 1 Hera Maurane Melci Orchies Crescendo Belcanto Bazooka FD FD FD FD Bespreking Reeds vanaf 2005 werd beslist de schietersproef gelijktijdig met de eerste praktijkzaai aan te leggen om de schietgevoeligheid van de variëteiten onder praktijkomstandigheden te evalueren. De weersomstandigheden tijdens het voorjaar hebben voor gevolg gehad dat er zich geen schieters gevormd hebben tijdens het groeiseizoen Dit wil niet zeggen dat dit geen aandachtspunt voor de toekomst blijft vermits nachtvorst nog tot laat in het voorjaar kan optreden.

59 Vergelijking van schoffelen en niet schoffelen bij vlakke zaai Proef in samenwerking met de suikerindustrie ORAFTI (Ir. Erwin Boonen, Jos Piffet en Vincent Sevrin). 3.1 Proefopzet Bij de vlakke zaai worden twee objecten, schoffelen en niet schoffelen tussen de rijen met mekaar vergeleken. 3.2 Perceelsgegevens a Voorvrucht: Wintertarwe b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 9,6 x 45 cm d Zaaimachine: Accord 6 rijen e Insecticide: curater f Variëteit: Orchies g Bemesting: - organische: 20 ton per ha varkensmengmest - gele mosterd matige massa chemische: 40 EN/ha onder vloeibare vorm h Onkruidbestrijding: Vooruitzaai:Bonalan 9 l/ha Vooropkomst: Kerb 0,5 g/ha + Asulox 0,5 l/ha + Legurame 0,5 l/ha Naopkomst: 1 e Safari 10 g/ha + Aminosol 0,5 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,250 + Legurame 0,5 l/ha + Tramat flow 50 cc/ha + Trend 0,2 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,25 kg/ha + Legurame 0,5 l/ha + Aminofort 0,5 l/ha e AZ 50 cc/ha e Dual Gold 0,5 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,250kg/ha + AZ 50 cc /ha+ Legurame 0,5 l/ha i Schoffelen: j Fungicide: Geyser 0,5 l/ha + Mg sulfaat 6 kg/ha + amminosol 0,5 l/ha k Ontledingsuitslag van de bouwlaag: Bepaling Uitslag ontleding Streefzone Beoordeling Grondsoort 40 Leem ph-kcl 6,8 6,7-7,3 Gunstig C in % (humus) 1,2 1,2-1,6 Normaal Fosfor (P) Tamelijk hoog Kalium (potas) (K) Tamelijk hoog Magnesium (Mg) Normaal Calcium (Ca) Normaal Natrium (Na) 3,8 3,1 6,2 Normaal

60 Waarnemingen en bespreking Door de eerder besproken uitzonderlijke omstandigheden kende het proefperceel een opkomst in twee keer. Hierdoor kon slechts zeer laat geschoffeld worden om de later opgekomen planten niet onder te stoppen maar ondertussen was het eigenlijk te laat voor de eerst opgekomen planten. Rendementsbepalingen konden niet gedaan worden gezien de heterogene stand maar visueel kon geen verschil waargenomen worden. Bij een eerste machinale proefrooiing op werd een proef gedaan met verschillende types diepwoelertanden waarbij de rooiverliezen werden bepaald door het CRA van Gembloux en dit op basis van de diameter van de breuk van de wortels. Opnieuw kon het rendement niet op betrouwbare manier ingeschat worden. Naast de diepwoelertanden die gebruikt worden door de loonwerker zelf werden er ook testen gedaan met nieuw ontwikkelde tanden van het CLO-ILVO en met een apart chassis van diepwoelertanden waarmee voor de rooicombinatie opgereden wordt. Tabel 1 geeft per systeem van diepwoelertand het verlies in T/ha voor een rooiing van 25/09. Diepwoelertand Verliezen T/Ha T/ 1 geen 4,5 2 loonwerker 3,5 3 aparte werkgang 5,1 4 CLO 5cm 3,8 5 CLO 7cm 3,9

61 Ruggen-, mini-ruggenteelt en gewone vlakke teelt Proef in samenwerking met de suikerindustrie ORAFTI (Ir. Erwin Boonen, Jos Piffet en Vincent Sevrin). 4.1 Proefopzet Voor de variëteit Orchies worden mini-ruggenteelt, ruggenteelt met verschillende manieren van het perceel klaarleggen en gewone vlakke teelt met elkaar vergeleken. 4.2 Perceelsgegevens a Voorvrucht: wintertarwe b Zaaidatum: c Zaaimachine: Accord 6 rijen gewone teelt, de ruggenteelt werd gezaaid met twee combinaties: een combinatie met rotoreg en een combinatie met frees, daarna gevolgd door ruggentrekker en zaaimachine Kleine 6 rijen d Zaaiafstand: 9,6 x 45 cm e Insecticide: curater f Variëteit: Orchies g Bemesting: - organische: 20 ton per ha varkensmengmest - gele mosterd matige massa chemische: 40 EN/ha onder vloeibare vorm h Onkruidbestrijding: Vooruitzaai:Bonalan 9 l/ha Vooropkomst: Kerb 0,5 g/ha + Asulox 0,5 l/ha + Legurame 0,5 l/ha Naopkomst: 1 e Safari 10 g/ha + Aminosol 0,5 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,250 + Legurame 0,5 l/ha + Tramat flow 50 cc/ha + Trend 0,2 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,25 kg/ha + Legurame 0,5 l/ha + Aminofort 0,5 l/ha e AZ 50 cc/ha e Dual Gold 0,5 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,250kg/ha + AZ 50 cc /ha+ Legurame 0,5 l/ha i Fungicide: Geyser 0,5 l/ha + Mg sulfaat 6 kg/ha + amminosol 0,5 l/ha j Ontledingsuitslag van de bouwlaag: 2006 zie Schietersproef

62 Waarnemingen en bespreking Zoals eerder opgemerkt was de opkomst zeer heterogeen in het perceel en ondanks de recente aanpassingen aan de zaaitechniek van de ruggenteelt en mede door het verschil in zaaibedbereiding kende deze zaaitechniek de grootste proportie tweede opkomst. Enorme opbrengstverschillen tussen de verschillende plekken in het perceel zowel in het vlak, de ruggenteelt als de miniruggen werden waargenomen. Alleen ivm het tarragehalte kunnen we spreken van een betrouwbare meting. Op werd gerooid onder zeer natte omstandigheden die voor het najaar erg representatief waren en waarbij de ruggenteelt met 34,8% tarra zich zeer goed positioneert tov de miniruggen/vlakke teelt met 43,4% tarra. Deze gegevens zijn louter indicatief vermits het niet gaat om een homogene gewasstand maar de tarrabepaling gebeurde wel met vijf herhalingen om zo correct mogelijk te werken.

63 Onkruidbestrijdingsproef Proef in samenwerking met het Landbouwcentrum, afdeling bieten-cichorei (L.C.B.C.) met de suikerindustrie ORAFTI (Ir. Erwin Boonen, Jos Piffet en Vincent Sevrin), het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap - dienst Onderzoek en ontwikkeling Plantaardige productie (Ir. A. Demeyere). 5.1 Proefopzet Voor de variëteit Orchies worden 15 verschillende onkruidbestrijdingsschema s met elkaar vergeleken. De invloed van de vooruitzaai-, vooropkomst- en naopkomstmiddelen op de onkruiden wordt nagegaan. 5.2 Perceelgegevens a Voorvrucht: Wintertarwe b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 9,6 x 45 cm d Zaaimachine: Accord 6 rijen e Insecticide: curater f Variëteit: Orchies g Bemesting: - organische: 20 ton per ha varkensmengmest - gele mosterd matige massa chemische: 40 EN/ha onder vloeibare vorm h Onkruidbestrijding: zie schema i Fungicide: Geyser 0,5 l/ha + Mg sulfaat 6 kg/ha + amminosol 0,5 l/ha j Ontledingsuitslag van de bouwlaag: Bepaling Uitslag ontleding Streefzone Beoordeling Grondsoort 40 Leem ph-kcl 6,8 6,7-7,3 Gunstig C in % (humus) 1,2 1,2-1,6 Normaal Fosfor (P) Tamelijk hoog Kalium (potas) (K) Tamelijk hoog Magnesium (Mg) Normaal Calcium (Ca) Normaal Natrium (Na) 3,8 3,1 6,2 Normaal

64 Proefprotocol onkruidbestrijding Object nr Kiemblad 1 e echt blad 1 e 2 e echte bladeren 3 e 4 e echte bladeren 5 e 6 e echte bladeren 8 e blad Getuige Getuige Getuige Getuige Getuige Getuige S5-K0,25- AZ25-L0,5 17 C, windstil, droge bodem, 8.00u S10-K0,25- AZ50-L0,5 S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% S10-K0,25- Tr0,1% 22 C, windstil, vochtige bodem, 15.00u S15-K0,25- AZ50-L0,5 S15-Dg0,1- Fr0,1-Tr0,1% S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1% S15-Fr0,2- Tr0,1% AZ 75 S15-Dg0,1- Fr0,1-Tr0,1% S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1% S15-Fr0,2- Tr0,1% Fr0,5 Fr0,5 Fr0,5 S15-Fr0,2 S15-Fr0,2- Fr0,5 S15-Fr0,2- Tfl0,1 S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1%- Tfl0,1 S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1% S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1% S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1% S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1%- Fu0,8 S10-Dg0,1- Fr0,1-Tr0,1%- Tfl0,1 S10-Dg0,1- Fr0,1-Tr0,1%- K0,1-Tfl0,1 S10-Dg0,1- Fr0,1-Tr0,1%- Tfl0,1 20 C, lichte wind, vochtige bodem, 10.00u S15-Fr0,2- Tfl0,1 S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1%- Tfl0,1 S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1% S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1% S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1% S15-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1%- Fu0,8 S10-Dg0,1- Fr0,1-Tr0,1%- Tfl0,1 S10-Dg0,1- Fr0,1-Tr0,1%- K0,1-Tfl0,1 S10-Dg0,2- Fr0,2-Tr0,1%- Tfl0,1 22 C, windstil, matig droge bodem, 21.00u Fr0,5 Fr0,5 Fr0,5 Fr0,5 Fr0,25 Fr0,5 Fr0,5 Fr0,5 Fr0,5 24 C, windstil, vochtige bodem, 8.00u S = Safari, K = Kerb, L = Legurame, Tr = Trend, Fr = Frontier, Dg = Dual Gold, Tfl = Tramat Flow Dg0,5 Dg0,25 23 C, windstil, vochtige bodem, u

65 Waarnemingen en resultaten Tellingen onkruidbestrijdingsproef op object onkruiden/m² akkerviooltje bingelkruid 0 0 spor 0 1,69 spor 0,56 dille 1,88 spor 0 0 spor 0,56 spor herderstasje spor kamille 3,75 0, kleefkruid spor klein kruiskruid 5,25 0,56 0 0,56 spor spor spor melde 0,38 0 0,56 0, melganzevoet spor melkdistel 4, , ,56 nachtschade 1, spor 0 paardestaart peterselie object onkruiden/m² akkerviooltje 1,13 0 0,56 spor 0 spor 0 0 bingelkruid 0, dille 0 0 spor 0 spor 0,56 spor 0 herderstasje kamille , kleefkruid klein kruiskruid ,56 0 0,56 melde spor 0 0,56 melganzevoet 0 0 1, ,13 0,56 melkdistel 0 spor 0,56 0 0, ,56 nachtschade spor spor 0 spor 0 0 0,56 0 paardestaart spor peterselie 0, Spor = sporadisch aanwezig

66 Bespreking Gezien de heterogene gewasstand was het zeer moeilijk om het juiste tijdstip van de herbicidebehandelingen te bepalen. Er werd geopteerd om naar de gewasstand van de kleinste cichorei te kijken met goede selectiviteitsresultaten en bevredigende efficientie. Toch moet nog verder gewerkt worden om de behandelingen in zeer vroeg stadium van de cichorei op punt te stellen. Door de heterogene gewasstand was het onmogelijk om een zinvolle staalname uit te voeren waardoor geen opbrengstgegevens van deze proef beschikbaar zijn.

67 Insectenbestrijdingsproef Proef in samenwerking met de suikerindustrie ORAFTI (Ir. Erwin Boonen, Jos Piffet en Vincent Sevrin). 6.1 Proefopzet Voor de variëteit Orchies worden vier verschillende zaaizaadontsmettingen met elkaar vergeleken i.v.m. opkomst, groei en productie. 6.2 Perceelsgegevens a Voorvrucht: Wintertarwe b Zaaidatum: c Zaaiafstand: 9,6 x 45 cm d Zaaimachine: Accord 6 rijen e Insecticide: curater f Variëteit: Orchies g Bemesting: - organische: 20 ton per ha varkensmengmest - gele mosterd matige massa chemische: 40 EN/ha onder vloeibare vorm h Onkruidbestrijding: zie Schietersproef i Fungicide: Geyser 0,5 l/ha + Mg sulfaat 6 kg/ha + amminosol 0,5 l/ha j Ontledingsuitslag van de bouwlaag: 2006 zie Schietersproef 6.3 Bespreking Gezien de heterogene gewasstand was het onmogelijk om een zinvolle staalname uit te voeren waardoor geen opbrengstgegevens van deze proef beschikbaar zijn. Er werd geen visuele insectenschade waargenomen.

68 Groeicurveproef Proef in samenwerking met de suikerindustrie ORAFTI (Ir. Erwin Boonen, Jos Piffet en Vincent Sevrin). 7.1 Proefopzet Voor de variëteit Orchies worden twee verschillende zaaidata vergeleken i.v.m. opkomst, groei en productie. 7.2 Perceelsgegevens a Voorvrucht: Wintertarwe b Zaaidatum: 1 e zaai: e zaai: c Zaaiafstand: 9,6 x 45 cm d Zaaimachine: Accord 6 rijen e Insecticide: curater f Variëteit: Orchies g Bemesting: - organische: 20 ton per ha varkensmengmest - gele mosterd matige massa chemische: 40 EN/ha onder vloeibare vorm h Onkruidbestrijding: Vooruitzaai:Bonalan 9 l/ha Vooropkomst: Kerb 0,5 g/ha + Asulox 0,5 l/ha + Legurame 0,5 l/ha Naopkomst: 1 e Safari 10 g/ha + Aminosol 0,5 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,250 + Legurame 0,5 l/ha + Tramat flow 50 cc/ha + Trend 0,2 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,25 kg/ha + Legurame 0,5 l/ha + Aminofort 0,5 l/ha e AZ 50 cc/ha e Dual Gold 0,5 l/ha e Safari 10 g/ha + Kerb 0,250kg/ha + AZ 50 cc /ha+ Legurame 0,5 l/ha i Fungicide: Geyser 0,5 l/ha + Mg sulfaat 6 kg/ha + amminosol 0,5 l/ha Bespreking Gezien de heterogene gewasstand was het onmogelijk om zeer duidelijke conclusies te trekken uit deze proef, wel kende beide zaaidata ongeveer dezelfde verhouding vroege/late opkomst. De staalnames zijn zeer variabel van rooidatum tot rooidatum en zijn bijgevolg niet echt betrouwbaar. De enige conclusie die, met de nodige voorzichtigheid, hieruit getrokken kan worden is dat een latere zaaidatum dit jaar geen negatieve invloed had op het rendement. Dit uiteraard wanneer de verhouding vroege/late opkomst ongeveer gelijk is in de twee zaaidata.

69 KONINKLIJK BELGISCH INSTITUUT TOT VERBETERING VAN DE BIET VZW PVBC Programma Voorlichting Bieten Cichorei info@kbivb.be - met de steun van de Vlaamse overheid - DLV Departement Landbouw en Visserij; ADLO - Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling - Voorlichting HET NETWERK WAARNEMINGSVELDEN IN DE INDUSTRIELE CICHOREI EN SITUATIE VAN DEZE TEELT IN APRIL EN MEI 8 Waarnemingsveld Cichorei O. Hermann - KBIVB Proef in samenwerking met de suikerindustrie ORAFTI (Ir. Erwin Boonen en Jos Piffet). 8.1 Proefopzet Het netwerk van waarnemingsvelden bestaat uit een twintigtal velden industriële cichorei verspreid over alle streken van België. Deze wordt aangelegd met de medewerking van de Vlaamse overheid Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling. Tot in 2005 werden een tiental velden wekelijks opgevolgd door een waarnemer die verbonden was aan het KBIVB en een tiental velden door medewerkers van andere in stellingen zoals de PIBO- Tongeren. Sinds 2006 worden deze velden ook opgevolgd door een tiental cichoreitelers, landbouwkundigen, gepensioneerden en studenten, waardoor het netwerk verbreed kon worden. We danken alle waarnemers en waarneemsters voor hun zeer nuttige bijdrage. Bij de waarnemingen, die vanaf de zaai tot het rooien minstens tweemaal per maand worden uitgevoerd, worden volgende parameters beoordeeld: het ontwikkelingsstadium en de populaties in de cichorei het voorkomen van schadelijke insecten, parasieten en natuurlijke vijanden de bladsymptomen, waaronder die veroorzaakt door ziekten de ontwikkeling van de wortels en de wortelziekten (verrotting). de aanwezigheid van onkruid en schieters Het hoofddoel van dit netwerk bestaat erin de planters en de fabrikanten in te lichten over de ontwikkeling van verschillende parasieten en ziekten in de verschillende regio s van ons land. De informatie uit deze waarnemingen wordt regelmatig meegedeeld via berichten op een automatisch antwoordapparaat (016/ ), via de landbouwpers en aan de vertegenwoordigers van de industrie en de planters.

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4 - 1 - Voorwoord Nu de nachten lang zijn en de dagen kort, is het tijd om het voorbije bieten- en cichoreiseizoen nog eens de revue te laten passeren en te bespreken. Hoe was de start van het seizoen? Verliepen

Nadere informatie

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4 - 1 - Voorwoord Nu de nachten lang zijn en de dagen kort, is het tijd om het voorbije bieten- en cichoreiseizoen nog eens de revue te laten passeren en te bespreken. Hoe was de start van het seizoen? Verliepen

Nadere informatie

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4 - 1 - Voorwoord Nu de nachten lang zijn en de dagen kort, is het tijd om het voorbije bieten- en cichoreiseizoen nog eens de revue te laten passeren en te bespreken. Hoe was de start van het seizoen? Verliepen

Nadere informatie

BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009)

BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009) BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009) Let wel: de proeven aangelegd door het LCG in 2009 werden uitgevoerd conform de bemestingsnormen die van kracht waren in 2009. Deze bemestingsnormen

Nadere informatie

Specifieke rassen: t Rhizomanie-rhizoctoniatolerant ras: Isabella kws t Rhizomanie-nematodenresistent ras: Bering. Foto: kbivb

Specifieke rassen: t Rhizomanie-rhizoctoniatolerant ras: Isabella kws t Rhizomanie-nematodenresistent ras: Bering. Foto: kbivb Proefvelden kennen geen randverliezen. Er blijven geen bieten op het veld en het ontkoppen gebeurt pas bij het verwerken. Zo zijn er ook geen verliezen door te diep ontkoppen. Goede resultaten ondanks

Nadere informatie

BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009)

BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit LCG-Brochure Granen Oogst 2009) - 1 - BEMESTING WINTERTARWE (Tekst uit ) Let wel: de proeven aangelegd door het LCG in 2009 werden uitgevoerd conform de bemestingsnormen die van kracht waren in 2009. Deze bemestingsnormen van 2009 zijn

Nadere informatie

DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw

DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw Vergelijking van de efficiëntie van fungiciden tegen valse meeldauw in groene erwt - eigen onderzoek 1 Efficiëntie van middelen tegen valse

Nadere informatie

DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw

DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw DOPERWT vergelijking efficiëntie fungiciden tegen valse meeldauw Vergelijking van de efficiëntie van fungiciden tegen valse meeldauw in groene erwt - eigen onderzoek 1 Efficiëntie van middelen tegen valse

Nadere informatie

Diepte (cm) Stikstofanalyse totaal Kort voor aanleg 16/06/ Bij aanleg proef 03/07/

Diepte (cm) Stikstofanalyse totaal Kort voor aanleg 16/06/ Bij aanleg proef 03/07/ STAMSLABOON 2014 Proef N-bemesting stamslaboon 1. Doel Nagaan of de huidige N-bemestingsadviezen van het labo van Inagro voor de teelt van stamslaboon optimaal zijn om een hoge opbrengst te combineren

Nadere informatie

SUIKERBIETEN. Wereld productie suiker? Wereldproductie van suiker. Productie: ton 20% uit Riet 80% uit Suikerbieten

SUIKERBIETEN. Wereld productie suiker? Wereldproductie van suiker. Productie: ton 20% uit Riet 80% uit Suikerbieten SUIKERBIETEN Wereld productie suiker? Wereldproductie van suiker Productie: 180.000.000 ton 20% uit Riet 80% uit Suikerbieten 1 Waar komt de suiker vandaan? Arealen Europa Waar komt de suiker vandaan?

Nadere informatie

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4 - 1 - Voorwoord Nu de nachten lang zijn en de dagen kort, is het tijd om het voorbije bieten- en cichoreiseizoen nog eens de revue te laten passeren en te bespreken. Hoe was de start van het seizoen? Verliepen

Nadere informatie

Overvloedige neerslag tijdens het groeiseisoen

Overvloedige neerslag tijdens het groeiseisoen Overvloedige neerslag tijdens groeiseizoen - Bemesting en verslemping - Wortelrot Peter Wilting en Bram Hanse SID Heerenveen en Tilburg, 7/8 december 2016 Overvloedige neerslag tijdens het groeiseisoen

Nadere informatie

BLADZIEKTEN IN DE BIET IN EEN IPM PERSPECTIEF

BLADZIEKTEN IN DE BIET IN EEN IPM PERSPECTIEF BLADZIEKTEN IN DE BIET IN EEN IPM PERSPECTIEF Juni 2016 Barbara Manderyck & Françoise Vancutsem - KBIVB IPM= 3 basisprincipes 2 PREVENTIE of schade vermijden MONITORING = WAARNEMINGEN INTERVENTIE= BESTRIJDING

Nadere informatie

Topopbrengsten in rassenproef zomertarwe biologische teelt

Topopbrengsten in rassenproef zomertarwe biologische teelt Interprovinciaal Proefcentrum voor de Biologische Teelt (P.C.B.T.) v.z.w. Ieperseweg 87 8800 RUMBEKE Tel. : 051/26 14 00, Fax. : 051/24 00 20 Verslag BT03ZTA_RAS01 Topopbrengsten in rassenproef zomertarwe

Nadere informatie

BELANG VAN EEN RASSENKEUZE GEBASEERD OP RESISTENTIES/TOLERANTIES EN CONFORM MET IPM, VOOR EEN OPTIMALE OPBRENGST

BELANG VAN EEN RASSENKEUZE GEBASEERD OP RESISTENTIES/TOLERANTIES EN CONFORM MET IPM, VOOR EEN OPTIMALE OPBRENGST BELANG VAN EEN RASSENKEUZE GEBASEERD OP RESISTENTIES/TOLERANTIES EN CONFORM MET IPM, VOOR EEN OPTIMALE OPBRENGST 2017 Technische dagen KBIVB 2017 : de hele biet in onze proeven 2 Aanpassing van de receptie

Nadere informatie

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4

DEEL 1: SUIKERBIETEN... 4 - 1 - Voorwoord Nu de nachten lang zijn en de dagen kort, is het tijd om het voorbije bieten- en cichoreiseizoen nog eens de revue te laten passeren en te bespreken. Hoe was de start van het seizoen? Verliepen

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN HET ONDERZOEK EN DE VOORLICHTING IN 2007

SAMENVATTING VAN HET ONDERZOEK EN DE VOORLICHTING IN 2007 KBIVB - Koninklijk Belgisch Instituut tot Verbetering van de Biet PVBC - Programma Voorlichting Biet Cichorei met de steun van de Vlaamse overheid ADLO - Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling - Voorlichting

Nadere informatie

Proefresultaten suikerbieten en cichorei. Vzw PIBO campus Tongeren Morgan Carlens

Proefresultaten suikerbieten en cichorei. Vzw PIBO campus Tongeren Morgan Carlens Proefresultaten suikerbieten en cichorei Vzw PIBO campus Tongeren Morgan Carlens Cichoreiproeven vzw PIBO campus 2018 Chemische onkruidbestrijding 10 objecten en 1 controle Bemestingsvensters Nulbemesting

Nadere informatie

Suikerbieten. magazine

Suikerbieten. magazine Suikerbieten magazine 1 Inhoud Suikerbietenmagazine De suikerbiet 4 Cruciaal in onze voedselketen Beste landbouwer, Overzicht van de Syngenta rassen 6 Rhizomanie tolerante rassen Tyler 6 Escault 6 Rhizomanie

Nadere informatie

SEEDING THE FUTURE SINCE 1856 LEONELLA KWS

SEEDING THE FUTURE SINCE 1856 LEONELLA KWS KWS suikerbieten Rassengids 18 SEEDING THE FUTURE SINCE 1856 LEONELLA KWS Inhoud Beste bietenplanter, KWS Benelux B. V. 22A avenue des Alliés B-754 Kain Tél : +32 () 476 617 333 Fax : +32 () 24 3 725 E-mail

Nadere informatie

Toepassing van Agro-Vital en Agriton bemestingsproducten in de teelt van zaaiuien.

Toepassing van Agro-Vital en Agriton bemestingsproducten in de teelt van zaaiuien. Toepassing van Agro-Vital en Agriton bemestingsproducten in de teelt van zaaiuien. In opdracht van: Agro-vital/Agriton Molenstraat 10-1, 8391 AJ Noordwolde Fr, The Netherlands Uitgebracht door: N.G. Boot

Nadere informatie

4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING - LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 2002 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI

4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING - LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 2002 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI 4.17. ORGANISCHE BODEMVERBETERING LANGE TERMIJNPROEF SEIZOEN 22 (TWEEDE TEELTJAAR): HERFSTPREI (in samenwerking met de Vlaamse Compostorganisatie, VLACO) DOEL In een lange termijnproef wordt de bodemverbeterende

Nadere informatie

Groenbemesters. Virtueel proefveldbezoek: Nitraatresidu beheersen in de akkerbouw: een permanente uitdaging!

Groenbemesters. Virtueel proefveldbezoek: Nitraatresidu beheersen in de akkerbouw: een permanente uitdaging! Virtueel proefveldbezoek: Nitraatresidu beheersen in de akkerbouw: een permanente uitdaging! Dit demonstratieproject wordt medegefinancierd door de Europese Unie en het Departement Landbouw en Visserij

Nadere informatie

De biologische biet. Ontwikkelingsmogelijkheden. Technische dagen KBIVB 2019 Antoons K., Vandergeten JP.

De biologische biet. Ontwikkelingsmogelijkheden. Technische dagen KBIVB 2019 Antoons K., Vandergeten JP. De biologische biet. Ontwikkelingsmogelijkheden Technische dagen KBIVB 2019 Antoons K., Vandergeten JP. 2 Bio bieten : een nieuwe teelt? Vruchtwisseling Rassenkeuze Zaai Bemesting Bestrijding tegen plaaginsecten

Nadere informatie

TOLALG14SPZ_BM08 (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt Tarwe.

TOLALG14SPZ_BM08 (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt Tarwe. TOLALG14SPZ_BM08 (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt Tarwe. Doel Rekening houdende met N-vrijstelling/immobilisatie uit oogstresten van de voorteelt gedeeltelijk

Nadere informatie

BLADZIEKTEN IN DE BIET IN EEN IPM PERSPECTIEF

BLADZIEKTEN IN DE BIET IN EEN IPM PERSPECTIEF BLADZIEKTEN IN DE BIET IN EEN IPM PERSPECTIEF Juni 2016 Barbara Manderyck & Françoise Vancutsem - KBIVB IPM= 3 basisprincipes 2 PREVENTIE of schade vermijden MONITORING = WAARNEMINGEN INTERVENTIE= BESTRIJDING

Nadere informatie

De nematodenbesmetting kennen : een prioriteit om zijn rassen te kiezen

De nematodenbesmetting kennen : een prioriteit om zijn rassen te kiezen KONINKLIJK BELGISCH INSTITUUT TOT VERBETERING VAN DE BIET VZW Molenstraat 45, B-3300 Tienen F. +32 16 820468 info@kbivb.be www.irbab-kbivb.be De suikerbiet en haar teelttechniek P V B C P R O G R A M M

Nadere informatie

Verbetering rendement suikerbietenteelt

Verbetering rendement suikerbietenteelt IRS Postbus AA Bergen op Zoom www.irs.nl / hanse@irs.nl Inhoud presentatie Project Verbetering rendement bietenteelt Verbetering rendement suikerbietenteelt resultaten opvallende zaken 7 Bram Hanse Project

Nadere informatie

Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG) vzw Graanbericht Nr G.04, 5 maart 2013

Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG) vzw Graanbericht Nr G.04, 5 maart 2013 Landbouwcentrum Granen, Eiwitrijke gewassen, Oliehoudende zaden en Kleine Industrieteelten Vlaanderen v.z.w. Landbouwcentrum Granen Vlaanderen (LCG) vzw Graanbericht Nr. 2013.G.04, 5 maart 2013 1 Situering

Nadere informatie

De suikerbiet en haar teelttechniek

De suikerbiet en haar teelttechniek KONINKLIJK BELGISCH INSTITUUT TOT VERBETERING VAN DE BIET VZW Molenstraat 45, B-3300 Tienen - info@kbivb.be - www.irbab-kbivb.be ACTUALITEIT 5 De suikerbiet en haar teelttechniek PVBC - PROGRAMMA VOORLICHTING

Nadere informatie

Verbetering rendement suikerbietenteelt

Verbetering rendement suikerbietenteelt IRS Postbus 3 600 AA Bergen op Zoom www.irs.nl / hanse@irs.nl Op naar 3 x Verbetering rendement suikerbietenteelt Bram Hanse jaar suiker kostprijs 0 ton/ha /ton biet Ligging van deelnemende bedrijfsparen

Nadere informatie

Fractioneren van de stikstofbemesting in aardappelen 6 jaar proeven

Fractioneren van de stikstofbemesting in aardappelen 6 jaar proeven Fractioneren van de stikstofbemesting in aardappelen 6 jaar proeven V. De Blauwer (Inagro), W. Odeurs (BDB), M. Goeminne (PCA) Samenvatting Het is moeilijk voor een teler om het nitraatresidu na de teelt

Nadere informatie

Rassenproef wintergerst Nico Luyx Technisch onderzoeksmedewerker vzw-pibo Campus

Rassenproef wintergerst Nico Luyx Technisch onderzoeksmedewerker vzw-pibo Campus Rassenproef wintergerst 2017-2018 Nico Luyx Technisch onderzoeksmedewerker vzw-pibo Campus Overzicht teeltseizoen Wintergerst was heel de winter geel van kleur. Bevroren ondergrond niet bemesten gevaar

Nadere informatie

Inhoudsopgave: AGRITON

Inhoudsopgave: AGRITON ++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Inhoudsopgave: 1. Doel proef.... 2 2. Proefgegevens.... 2 3. Objecten.... 2 4. Resultaten.... 4 4.1 Algemeen.... 4 4.2 Resultaten

Nadere informatie

De suikerbiet en haar teelttechniek

De suikerbiet en haar teelttechniek KONINKLIJK BELGISCH INSTITUUT TOT VERBETERING VAN DE BIET VZW Molenstraat 45, B-33 Tienen - info@kbivb.be - www.irbab-kbivb.be 5 De suikerbiet en haar teelttechniek PVBC - PROGRAMMA VOORLICHTING BIET CICHOREI,

Nadere informatie

Actualiteiten Emeltenbestrijding Elma Raaijmakers

Actualiteiten Emeltenbestrijding Elma Raaijmakers Actualiteiten SID, 9/10 december 2014 Emeltenbestrijding Elma Raaijmakers 1 Emelten veroorzaken plantwegval Emeltenbestrijding bestaat uit meerdere stappen + Laat eieren en + Voorkom eileg larven uitdrogen

Nadere informatie

TECHNISCH INTERREGIONALE WERKGROEP VOOR DE SAMENSTELLING VAN DE NATIONALE RASSENCATALOGUS VOOR LANDBOUWGEWASSEN VOEDERBIET

TECHNISCH INTERREGIONALE WERKGROEP VOOR DE SAMENSTELLING VAN DE NATIONALE RASSENCATALOGUS VOOR LANDBOUWGEWASSEN VOEDERBIET TECHNISCH INTERREGIONALE WERKGROEP VOOR DE SAMENSTELLING VAN DE NATIONALE RASSENCATALOGUS VOOR LANDBOUWGEWASSEN CRITERIA VOOR HET ONDERZOEK VAN DE RASSEN MET HET OOG OP HUN TOELATING TOT DE CATALOGUS VOEDERBIET

Nadere informatie

Rassenkeuze Noud van Swaaij, Elma Raaijmakers, Hans Schneider. Rassenlijstcijfer: gemiddelde van onderzoek

Rassenkeuze Noud van Swaaij, Elma Raaijmakers, Hans Schneider. Rassenlijstcijfer: gemiddelde van onderzoek SUIKERBIETENINFORATIEDAGEN IRS Postbus 3 400 AA Bergen op Zoom www.irs.nl / vanswaaij@irs.nl Rassenkeuze 009 Noud van Swaaij, Elma Raaijmakers, Hans Schneider Rassenkeuze 009 Rassenkeuze en rhizomanieresistente

Nadere informatie

Rassenproef biologische triticale : Droogte staat goede opbrengst niet in de weg

Rassenproef biologische triticale : Droogte staat goede opbrengst niet in de weg Rassenproef biologische triticale 2014-2015: Droogte staat goede opbrengst niet in de weg Karel Dewaele, Lieven Delanote, Inagro Gunther Leyssens, PIBO Triticale is met ongeveer 250 ha het belangrijkste

Nadere informatie

Effecten van zwavel, borium en mangaan bij de teelt van zetmeelaardappelen

Effecten van zwavel, borium en mangaan bij de teelt van zetmeelaardappelen Effecten van zwavel, borium en mangaan bij de teelt van zetmeelaardappelen Inleiding In opdracht van het Productschap Akkerbouw (PA) voerden HLB B.V., BLGG AgroXpertus en NMI een tweejarig onderzoeksproject

Nadere informatie

Groeicurve Bintje en Fontane 2014

Groeicurve Bintje en Fontane 2014 Groeicurve en 2014 V. De Blauwer (Inagro), D. Florins (FIWAP), H. Rasmont (CARAH) Samenvatting Net zoals de vorige jaren werd tijdens het groeiseizoen van 2014 de groei van opgevolgd op 29 praktijkpercelen.

Nadere informatie

Nieuwe rassen komen in het zog van Grandval

Nieuwe rassen komen in het zog van Grandval Nieuwe rassen komen in het zog van Grandval Karel Van Den Berge, Lieven Delanote (Inagro) Gunther Leyssens (PIBO) Triticale is met ongeveer 200 ha het belangrijkste graangewas in de Vlaamse biologische

Nadere informatie

Nieuwe rassen van suikerbiet op de nationale rassenlijst

Nieuwe rassen van suikerbiet op de nationale rassenlijst PERSMEDEDELING Dinsdag 16 januari 2018 DEPARTEMENT LANDBOUW EN VISSERIJ Nieuwe rassen van suikerbiet op de nationale rassenlijst Op basis van de resultaten van de proeven, aangelegd in 2016 en 2017, werden

Nadere informatie

Perceelsgegevens Pagina 9

Perceelsgegevens Pagina 9 Perceelsgegevens Pagina 9 Voorteelt: Suikerbieten Ploegen: 30 oktober 2017 Zaai: 30 oktober 2017 Droge omstandigheden 350 korrels per m² Opkomst: 5 februari 2018 Perceelsgegevens Pagina 9 N-Index : 14

Nadere informatie

Doel van het onderzoek

Doel van het onderzoek Doel van het onderzoek Compost is een veel gebruikte bodemverbeteraar in meerdere teelten. Diverse soorten zijn verkrijgbaar, waarbij aan sommige soorten middels extra doorgroeien met micro-organismen,

Nadere informatie

Het gebruik van humuszuren bij de bemesting van aardappelen

Het gebruik van humuszuren bij de bemesting van aardappelen 8.4 Het gebruik van humuszuren bij de bemesting van aardappelen - 2011 W. Odeurs en J. Bries (BDB) Samenvatting Bodemkundige Dienst van België heeft in 2011 twee proefvelden aangelegd om het gebruik van

Nadere informatie

Groenbemesters. Virtueel proefveldbezoek: Nitraatresidu beheersen in de akkerbouw: een permanente uitdaging!

Groenbemesters. Virtueel proefveldbezoek: Nitraatresidu beheersen in de akkerbouw: een permanente uitdaging! Virtueel proefveldbezoek: Nitraatresidu beheersen in de akkerbouw: een permanente uitdaging! Dit demonstratieproject wordt medegefinancierd door de Europese Unie en het Departement Landbouw en Visserij

Nadere informatie

Teeltsystemen voor concurrerende teelt van wintertarwe EH 0412 Door: Henk Floot (SPNA) en Ruud Timmer (PPO)

Teeltsystemen voor concurrerende teelt van wintertarwe EH 0412 Door: Henk Floot (SPNA) en Ruud Timmer (PPO) Teeltsystemen voor concurrerende teelt van wintertarwe EH 0412 Door: Henk Floot (SPNA) en Ruud Timmer (PPO) Inleiding Door de lage graanprijzen staat het rendement van de graanteelt onder druk. De aanzienlijke

Nadere informatie

Korte beschrijving van de pas opgenomen rassen. Magistral Dossiernummer : VG Ras : Aanvraaggemachtigde :

Korte beschrijving van de pas opgenomen rassen. Magistral Dossiernummer : VG Ras : Aanvraaggemachtigde : Korte beschrijving van de pas opgenomen rassen Magistral Dossiernummer : VG 1300 - H46601 9 bleek blad Marcel Dossiernummer : VG 1307 Saatzucht Sülbeck (A. Dieckmann-Heimburg) Pype B.V.B.A. DIE0201 87%

Nadere informatie

HUMUSZUREN ALS HULPMIDDEL VOOR DE OPTIMALISATIE VAN

HUMUSZUREN ALS HULPMIDDEL VOOR DE OPTIMALISATIE VAN HUMUSZUREN ALS HULPMIDDEL VOOR DE OPTIMALISATIE VAN OPBRENGST EN KWALITEIT VAN RAAIGRAS BIJ VERMINDERDE BEMESTING Greet Verlinden, Thomas Coussens en Geert Haesaert Hogeschool Gent, Departement Biowetenschappen

Nadere informatie

Onderzoek biologische onkruidbestrijding in. suikerbieten R02

Onderzoek biologische onkruidbestrijding in. suikerbieten R02 Onderzoek biologische onkruidbestrijding in suikerbieten 2005 06R02 Onderzoek biologische onkruidbestrijding in suikerbieten 2005 P. Wilting Stichting IRS Postbus 32 4600 AA Bergen op Zoom Telefoon: 0164-27

Nadere informatie

Boerenexperiment No 4 aanvulling

Boerenexperiment No 4 aanvulling Boerenexperiment No 4 aanvulling Aardappels op zware grond, aanvulling op rapport Aanvulling en Resultaten en ervaringen van de groenbemestervelden op zware klei, najaar 2012 Achtergrond De toepassing

Nadere informatie

VELDSLA ONDER GLAS 2015

VELDSLA ONDER GLAS 2015 VELDSLA ONDER GLAS 2015 Zaaidichtheid 4 e gamma (winter 2015-2016 ) TOAGLA15VSL_TT01 Onderzoek financieel gesteund door GMO. Doel Nagaan wat de invloed is van de zaaidichtheid op opbrengst en geel blad.

Nadere informatie

TOLALG14SPZ_BM07: (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt erwt.

TOLALG14SPZ_BM07: (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt erwt. TOLALG14SPZ_BM07: (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt erwt. Doel Rekening houdende met N-vrijstelling/immobilisatie uit oogstresten van de voorteelt gedeeltelijk

Nadere informatie

Mengteelt wintergraan met voedererwt of veldbonen bevestigt goede resultaten

Mengteelt wintergraan met voedererwt of veldbonen bevestigt goede resultaten Mengteelt wintergraan met voedererwt of veldbonen bevestigt goede resultaten Situering mengteelten Bij een mengteelt (erwten-graan, veldbonen-graan, ) worden de voordelen van twee gewassen met elkaar gecombineerd.

Nadere informatie

VELDSLA ONDER GLAS Rassenonderzoek

VELDSLA ONDER GLAS Rassenonderzoek VELDSLA ONDER GLAS 216 - senonderzoek Winterteelt 216-217 4 e gamma TOAGLA16VSL_RA3 Onderzoek financieel gesteund door de Vlaamse overheid, Departement Landbouw en Visserij, Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling

Nadere informatie

Inhoud. DEEL 2: AARDAPPELEN 24 1 RASSENPROEF Proefopzet Perceelsgegevens...24

Inhoud. DEEL 2: AARDAPPELEN 24 1 RASSENPROEF Proefopzet Perceelsgegevens...24 - 1 - Inhoud INHOUD...1 DEEL 1: SUIKERBIETEN 4 1 RASSENPROEF SUIKERBIETEN...4 1.1 Proefopzet...4 1.2 Perceelsgegevens...4 1.3 Waarnemingen...7 2 WAARNEMINGSVELDEN EN SITUATIE VAN DE BIETEN...8 2.1 Inleiding...8

Nadere informatie

Groeicurve Amora en Anosta (2015)

Groeicurve Amora en Anosta (2015) 4.1 Groeicurve en (2015) V. De Blauwer (Inagro) Samenvatting Al verschillende jaren op rij volgen PCA en Inagro de groei op van meerdere (half)vroege rassen op praktijkpercelen. Tijdens 2015 werden 9 velden

Nadere informatie

BODEMBEWERKING BIJ SUIKERBIETEN WELKE KIEZEN?

BODEMBEWERKING BIJ SUIKERBIETEN WELKE KIEZEN? BODEMBEWERKING BIJ SUIKERBIETEN WELKE KIEZEN? Ronald Euben Wat vraagt de biet? 2 Bij de zaai Enkele (kleine) kluiten bovenaan (dichtslaan, erosie) Verkruimelde, aangedrukte laag (contact zaad bodem) Vaste,

Nadere informatie

Teelthandleiding. 3.1 vroeg of laat zaaien

Teelthandleiding. 3.1 vroeg of laat zaaien Teelthandleiding 3.1 Vroeg of laat zaaien?... 1 2 3.1 Vroeg of laat zaaien? versie: maart 2018 Het IRS adviseert suikerbieten te zaaien zodra de grond bekwaam is, maar niet vóór 1 maart. Vroeg zaaien levert

Nadere informatie

Bestrijding emelten in grasland 2004

Bestrijding emelten in grasland 2004 Bestrijding emelten in grasland 2004 Toetsing van chemische en biologische middelen tegen emelten (Tipula spp.) in een veld- en in vitro proef Klaas van Rozen en Albert Ester Praktijkonderzoek Plant &

Nadere informatie

Bestrijding van blad- en aarziekten in wintertarwe. EH 859 Door: ing.h.w.g.floot

Bestrijding van blad- en aarziekten in wintertarwe. EH 859 Door: ing.h.w.g.floot Bestrijding van blad- en aarziekten in wintertarwe EH 859 Door: ing.h.w.g.floot Inleiding In de tarweteelt is de bestrijding van blad- en aarziekten eigenlijk ieder jaar nodig om een maximale financiële

Nadere informatie

BODEMGEBONDEN SCHIMMELZIEKTEN Beheersen van Rhizoctonia solani met resistente rassen, fungiciden, vanggewassen en antagonisten

BODEMGEBONDEN SCHIMMELZIEKTEN Beheersen van Rhizoctonia solani met resistente rassen, fungiciden, vanggewassen en antagonisten Project No. 12-04 BODEMGEBONDEN SCHIMMELZIEKTEN Beheersen van Rhizoctonia solani met resistente rassen, fungiciden, vanggewassen en antagonisten Projectleider: J.H.M. Schneider 1. Inleiding De bodemschimmel

Nadere informatie

22a Grondbewerkingssystemen voor de teelt van wintertarwe EH 0623 Door: ing.h.w.g. Floot

22a Grondbewerkingssystemen voor de teelt van wintertarwe EH 0623 Door: ing.h.w.g. Floot 22a Grondbewerkingssystemen voor de teelt van wintertarwe EH 0623 Door: ing.h.w.g. Floot Inleiding In de tarweteelt is de grondbewerking een belangrijke kostenpost. Vooral bij monocultuur wintertarwe komt

Nadere informatie

LG-BROCHURE voor voederbieten

LG-BROCHURE voor voederbieten LG-BROCHURE voor voederbieten 2017 Voederbieten, enkel voordelen: 120-130 ton opbrengst per ha 18-20 ton drogestofopbrengst per ha 1100 VEM per kg drogestof 2 VOEDERBIETEN Inleiding Voederbieten: de smakelijkste

Nadere informatie

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 17

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 17 landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 17 variant a Naam kandidaat Kandidaatnummer Meerkeuzevragen Omcirkel het goede antwoord (voorbeeld 1). Geef

Nadere informatie

Raseigenschappen biologische aardappelen. Vermeerdering Biologisch Uitgangsmateriaal (VBU) KW0826 Door: Douwe Werkman

Raseigenschappen biologische aardappelen. Vermeerdering Biologisch Uitgangsmateriaal (VBU) KW0826 Door: Douwe Werkman Raseigenschappen biologische aardappelen. Vermeerdering Biologisch Uitgangsmateriaal (VBU) KW0826 Door: Douwe Werkman Inleiding In opdracht van VBU (Vermeerdering Biologisch Uitgangsmateriaal) werd in

Nadere informatie

Bodemmoeheid bij appel in de bio-teelt

Bodemmoeheid bij appel in de bio-teelt Pit en steenfruit -project Bodemmoeheid bij appel in de bio-teelt J. Vercammen en A. Gomand Project: Bodemmoeheid bij appel in de bio-teelt. Doelstelling: Nagaan of verschillende Mycorrhiza-preparaten

Nadere informatie

Rassenkeuze erwten en veldbonen in combinatie met triticale

Rassenkeuze erwten en veldbonen in combinatie met triticale Rassenkeuze erwten en veldbonen in combinatie met triticale Annelies Beeckman, Karel Dewaele, Lieven Delanote In de zoektocht naar een hogere bedrijfseigen eiwitproductie voert Inagro reeds enkele jaren

Nadere informatie

WORTEL wortelvliegbestrijding 2015

WORTEL wortelvliegbestrijding 2015 WORTEL wortelvliegbestrijding 2015 1 Bestrijding van de wortelvlieg in wortel opstellen van drempels 1.1 Doel De economische schadedrempels voor de behandeling van wortelvlieg zijn gedurende enige tijd

Nadere informatie

Invloed plantversterkers op opbrengst en gezondheid gewas in de teelt van pootaardappelen

Invloed plantversterkers op opbrengst en gezondheid gewas in de teelt van pootaardappelen Invloed plantversterkers op opbrengst en gezondheid gewas in de teelt van pootaardappelen KW 0112 Door: ing. H.W.G. Floot Inleiding In de teelt van biologische aardappelen gelden specifieke regels van

Nadere informatie

Maïs bemesten: oude principes, nieuwe technieken

Maïs bemesten: oude principes, nieuwe technieken Maïs bemesten: oude principes, nieuwe technieken Auteurs Wendy Odeurs en Jan Bries Joos Latré Dieter Cauffman en Koen Vrancken Jef Verheyen Gert Van de Ven 14/03/2014 www.lcvvzw.be 2 / 13 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Onderzoek verbetering rendement suikerbietenteelt. A.C. Hanse

Onderzoek verbetering rendement suikerbietenteelt. A.C. Hanse Onderzoek verbetering rendement suikerbietenteelt A.C. Hanse Stichting IRS Postbus 32 4600 AA Bergen op Zoom Telefoon: +31 (0)164-27 44 00 Fax: +31 (0)164-25 09 62 E-mail: irs@irs.nl Internet: http://www.irs.nl

Nadere informatie

Rassenkeuze wat zijn de afwegingen

Rassenkeuze wat zijn de afwegingen IRS Van Konijnenburgweg 24 4611 HL Bergen op Zoom The Netherlands Noud van Swaaij email: vanswaaij@irs.nl http://www.irs.nl perceel met kans op: rhizoctonia witte bietencysteaaltjes: 300 eieren en larven

Nadere informatie

MLHD onkruidbestrijding in suikerbieten. ing. K.H. Wijnholds en ing.h.w.g. Floot, PAV-NNO

MLHD onkruidbestrijding in suikerbieten. ing. K.H. Wijnholds en ing.h.w.g. Floot, PAV-NNO MLHD onkruidbestrijding in suikerbieten Door: ing. K.H. Wijnholds en ing.h.w.g. Floot, PAV-NNO Inleiding MLHD betekent Minimum Letale Herbicide Dosering. De MLHD-methode stelt akkerbouwers in staat om

Nadere informatie

NIET-KERENDE BODEMBEWERKING BIJ SUIKERBIETEN

NIET-KERENDE BODEMBEWERKING BIJ SUIKERBIETEN NIET-KERENDE BODEMBEWERKING BIJ SUIKERBIETEN Vandergeten J.P. & Vanstallen M. Prov. Vlaams-Brabant - Tollembeek 2 NKG & Erosiebestrijding wordt vanaf het eerste jaar waargenomen dubbel effect: - op niveau

Nadere informatie

Bestrijding van slakken in wintertarwe, 2004

Bestrijding van slakken in wintertarwe, 2004 Bestrijding van slakken in wintertarwe, 2004 Zaadbehandeling van wintertarwezaad met pesticiden ter bescherming tegen slakken Albert Ester & Hilfred Huiting Praktijkonderzoek Plant & Omgeving B.V. Sector

Nadere informatie

AGRITON INHOUDSOPGAVE:

AGRITON INHOUDSOPGAVE: ++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ INHOUDSOPGAVE: 1. Doel proef... 2 2. Proefgegevens.... 2 3. Objecten en spuitdatums.... 3 4. Resultaten... 3 4.1 Algemeen...

Nadere informatie

Het begint met ons. www.kws.com

Het begint met ons. www.kws.com www.kws.com KWS Benelux BV Einsteinstraat 33 3281 NJ Numansdorp tel.: 0186-657506 fax: 0186-657507 E-mail J. Buis@kws.de www.kws.com Het begint met ons. Inleiding Inhoudsopgave Bladgezondheid is een belangrijk

Nadere informatie

Onderzoek naar effect van zaad primen en vroeg zaaien op opbrengst cichorei; verslag 2006 en eindverslag. Ir. L. van den Brink

Onderzoek naar effect van zaad primen en vroeg zaaien op opbrengst cichorei; verslag 2006 en eindverslag. Ir. L. van den Brink Onderzoek naar effect van zaad primen en vroeg zaaien op opbrengst cichorei; verslag 2006 en eindverslag Ir. L. van den Brink Praktijkonderzoek Plant & Omgeving B.V. Business-unit Akkerbouw, Groene Ruimte

Nadere informatie

2 BEMESTING WINTERTARWE

2 BEMESTING WINTERTARWE 2 BEMESTING WINTERTARWE 2.1 Bekalking, basisbemesting en stikstofbemesting in wintertarwe W. Odeurs 1, J. Bries 1 Een beredeneerde bemesting is een belangrijke teelttechnische factor voor het bekomen van

Nadere informatie

Stikstofbemesting bij biologische aardappelen

Stikstofbemesting bij biologische aardappelen Stikstofbemesting bij biologische aardappelen A. Beeckman (Inagro), J. Rapol (Inagro), L. Delanote (Inagro) Samenvatting Uit proeven van voorgaande jaren kwam naar voor dat stalmest te traag werkt om optimaal

Nadere informatie

Impact van éénmalige organische bemesting op de stikstofnalevering in meerjarige sierteelten

Impact van éénmalige organische bemesting op de stikstofnalevering in meerjarige sierteelten Impact van éénmalige organische bemesting op de stikstofnalevering in meerjarige sierteelten Mineralisatieproef: invloed onkruidbestrijding en groenbemesters Incubatieproef: lange termijn N-nalevering

Nadere informatie

Teelthandleiding. 8.1 kwaliteit

Teelthandleiding. 8.1 kwaliteit Teelthandleiding 8.1 kwaliteit 8.1 Kwaliteit... 1 2 8.1 Kwaliteit Versie: mei 2014 8.1.1 Inleiding Met de kwaliteit van suikerbieten wordt het totaal aan eigenschappen wat van belang is bij rooien, opslag,

Nadere informatie

Invloed van ph op de N-mineralisatie Jan Bries, Stijn Moermans. Bodemkundige Dienst van België W. de Croylaan Heverlee

Invloed van ph op de N-mineralisatie Jan Bries, Stijn Moermans. Bodemkundige Dienst van België W. de Croylaan Heverlee Invloed van ph op de N-mineralisatie Jan Bries, Stijn Moermans Bodemkundige Dienst van België W. de Croylaan 48 3001 Heverlee www.bdb.be ph in relatie tot N ph beïnvloedt opneembaarheid nutriënten te zuur

Nadere informatie

INDUSTRIEWORTELEN 2014

INDUSTRIEWORTELEN 2014 INDUSTRIEWORTELEN 2014 Proef cultivaronderzoek Flakkeese voor de verwerkende industrie 1 Doel Geschiktheid van nieuwe cultivars nagaan onder de heersende groei- en klimaatsvoorwaarden in vergelijking met

Nadere informatie

Geïntegreerde gewasbescherming (IPM)

Geïntegreerde gewasbescherming (IPM) 1 Geïntegreerde gewasbescherming (IPM) Update i.v.m. het verbod op neonicotinoïden De plaaginsecten De rol van de waarnemingsdienst 23/01/2019 Zaaizaadbehandelingen met NNI: waarom is (was) dit een goede

Nadere informatie

Rassenproef biologische quinoa 2018

Rassenproef biologische quinoa 2018 Rassenproef biologische quinoa 2018 Karel Dewaele, Lieven Delanote, Brecht Vandenbroucke, Inagro Context Quinoa is door zijn unieke eigenschappen een gewas met een brede waaier aan toepassingsmogelijkheden,

Nadere informatie

AARDAPPELEN. nr variëteit maat zaadhuis. 1 Agria Bioselect Agrico/Binst. 2 Biogold Van Rijn. 3 Charlotte Bio Terra (Binst)

AARDAPPELEN. nr variëteit maat zaadhuis. 1 Agria Bioselect Agrico/Binst. 2 Biogold Van Rijn. 3 Charlotte Bio Terra (Binst) AARDAPPELEN 1 Proefopzet Variëteitenproef in samenwerking met het PCBT te Beitem. Doel is om samen met het PCBT op zoek te gaan naar variëteiten die geschikt zijn voor de biologische teeltwijze. Hiertoe

Nadere informatie

PROEF CHEMISCH-MECHANISCHE ONKRUIDBESTRIJDING IN DE BIETENTEELT

PROEF CHEMISCH-MECHANISCHE ONKRUIDBESTRIJDING IN DE BIETENTEELT PROEF CHEMISCH-MECHANISCHE ONKRUIDBESTRIJDING IN DE BIETENTEELT Beredeneerde gewasbescherming vandaag en morgen 13 & 14 Juni 2017 te Ramillies Met ondersteuning van de Vlaamse en Waalse regio en ontvangst

Nadere informatie

Groeicurve Première en Anosta

Groeicurve Première en Anosta 4.1 Groeicurve Première en Anosta V. De Blauwer (PCA) Samenvatting In navolging van vorig jaar volgde het PCA de groei op van Première en Anosta op telkens acht praktijkpercelen. De gemiddelde opbrengst

Nadere informatie

Voorjaarstoepassing van drijfmest in wintertarwe. Sander Smets, onderzoeker akkerbouw PIBO-Campus

Voorjaarstoepassing van drijfmest in wintertarwe. Sander Smets, onderzoeker akkerbouw PIBO-Campus Voorjaarstoepassing van drijfmest in wintertarwe Sander Smets, onderzoeker akkerbouw PIBO-Campus Situering project Doelstelling project Focus op achteruitgang van de bodem door intensieve productiesystemen

Nadere informatie

Bladschimmelbestrijding. Bram Hanse. Uitgangspunten. kans op schade minimaliseren. ingrijpen bij risico op schade: eerste vlekjes!

Bladschimmelbestrijding. Bram Hanse. Uitgangspunten. kans op schade minimaliseren. ingrijpen bij risico op schade: eerste vlekjes! Bram Hanse SID, 8/9 december 2015 Uitgangspunten kans op schade minimaliseren ingrijpen bij risico op schade: eerste vlekjes! herhalen bij uitbreiding of nieuwe aantasting loof gezond houden tot aan de

Nadere informatie

Teelt Voederbieten en eiwithoudende gewassen

Teelt Voederbieten en eiwithoudende gewassen Teelt en eiwithoudende gewassen Alex De Vliegher Studiedag : het nieuwe GLB- Vergroening: wat zijn passende keuzes voor uw melkveebedrijf? Meerhout 28 juni 2016 Oostkamp 30 juni 2016 Inhoud Vlinderbloemigen

Nadere informatie

Mogelijkheid tot ploegloos zaaien van groenten 2014

Mogelijkheid tot ploegloos zaaien van groenten 2014 Mogelijkheid tot ploegloos zaaien van groenten 2014 1 Doel Mogelijkheid nagaan om een ploegloze teelt uit te voeren bij uitzaai van fijne zaden na inwerken van een groenbedekker. Nagaan wat de impact is

Nadere informatie

Groeicurve Première en Sinora (2016)

Groeicurve Première en Sinora (2016) Groeicurve en (2016) V. De Blauwer (Inagro) Samenvatting Al verschillende jaren op rij volgen PCA en Inagro de groei op van meerdere (half)vroege rassen op praktijkpercelen. Tijdens 2016 werden 8 velden

Nadere informatie

INDUSTRIELE CICHOREI

INDUSTRIELE CICHOREI 23/05/2002 COMITE VOOR DE SAMENSTELLING VAN DE NATIONALE RASSENCATALOGUS VOOR LANDBOUWGEWASSEN Criteria voor het onderzoek van rassen met het oog op hun toelating tot de catalogus INDUSTRIELE CICHOREI

Nadere informatie

De bietenteelt heeft veel herbiciden nodig

De bietenteelt heeft veel herbiciden nodig PROEF CHEMISCH-MECHANISCHE ONKRUIDBESTRIJDING IN DE BIETENTEELT Beredeneerde gewasbescherming vandaag en morgen 13 & 14 Juni 2017 te Ramillies Met ondersteuning van de Vlaamse en Waalse regio en ontvangst

Nadere informatie

Het Wortelrapport 2017 De effecten van de toepassing van mycorrhiza, schimmels en bacteriën op de groei van wortels

Het Wortelrapport 2017 De effecten van de toepassing van mycorrhiza, schimmels en bacteriën op de groei van wortels De effecten van de toepassing van mycorrhiza, schimmels en bacteriën op de groei van wortels November 2017 2 Inhoudsopgave Inleiding... 3 De proef... 4 Producten... 4 Proefopzet... 5 Metingen... 5 Resultaten...

Nadere informatie

Rassenbulletin suikerbieten 2011 Aangepaste uitgave augustus 2012

Rassenbulletin suikerbieten 2011 Aangepaste uitgave augustus 2012 Rassenbulletin suikerbieten 2011 Aangepaste uitgave augustus 2012 Dit rassenbulletin geeft de gemiddelde resultaten weer van het cultuur- en gebruikswaarde- onderzoek (CGO) van suikerbieten. Dit onderzoek

Nadere informatie