Schoolplan Basis- en Voortgezet Onderwijs. Stichting Het Nest Nederlandse Taal- en Cultuur Kigali, Rwanda

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Schoolplan 2014 2018 Basis- en Voortgezet Onderwijs. Stichting Het Nest Nederlandse Taal- en Cultuur Kigali, Rwanda"

Transcriptie

1 Schoolplan Basis- en Voortgezet Onderwijs Stichting Het Nest Nederlandse Taal- en Cultuur Kigali, Rwanda NTC PO BRIN: 28PY NTC VO BRIN: 30XL Kigali, september 2014 Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 1

2 INHOUDSOPGAVE Pag. 1. DE FUNCTIE VAN HET SCHOOLPLAN VAN Het Nest TE KIGALI Doelen en functies van het schoolplan Totstandkoming en status van het schoolplan Gerelateerde documenten en bronnen 4 2. CONTEXT, MISSIE EN VISIE: DE BESTAANSREDEN VAN DE SCHOOL Schoolorganigram Sterkte- & en zwakteanalyse van onze school Achtergronden / Uitgangspunten Missie / Visie Doelstellingen en activiteiten Evaluatie vorig schoolplan 9 3. HET ONDERWIJS Het primair onderwijs Onderwijskundige doelen voor richting 1, 2 en Omgaan met verschillen en klassenmanagement Inzet van ICT Onderwijstijd Huiswerk Onderwijskundig beleid voor het leerproces primair onderwijs Woordenschatonderwijs Cultuuronderwijs Volgen van de ontwikkeling Het voortgezet onderwijs Onderwijskundige doelen Leerstofaanbod Lestijd Het volgen van de ontwikkeling Oudercontacten SCHOOLORGANISATIE EN ONDERSTEUNENDE PROCESSEN Juridische organisatie Bestuurlijke organisatie Financieel beleid Aannamebeleid Huisvesting Personeelsbeleid Veiligheidsbeleid Klachtenregeling Contacten Contact met ouders Externe contacten INTEGRALE ZORG VOOR KWALITEIT SAMENVATTENDE BELEIDSVOORNEMENS VOOR DE KOMENDE 4 JAAR 39 Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 2

3 Pag. Annex 1. Formulier Vaststelling van schoolplan 42 Annex 2. Bestuurskalender 44 Annex 3. Bestuursreglement NTC Kigali 45 Annex 4. Beleidsvoornemens verbeterpunten evaluatie 50 Annex 5. Beleidsdocument Interne Communicatie 56 Annex 6. Veiligheidsbeleid 58 Annex 7. Externe kwaliteitsaudit Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 3

4 1. DE FUNCTIE VAN HET SCHOOLPLAN VAN Het Nest TE KIGALI 1.1. Doelen en functies van het schoolplan Dit schoolplan is beleidsdocument van het Nest, de Nederlandse Taal en Cultuurschool te Kigali Rwanda. Dit schoolplan loopt voor de periode van september 2014 tot september Het beleid opgesteld in dit schoolplan heeft betrekking op de volgende onderdelen: Onderwijskundig Personeel Kwaliteitszorg (bewaking en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs) Andere terreinen (aanname, bestuur, financiën, veiligheid, etc.) Dit document vormt de basis voor planmatige schoolontwikkelingen en dient als uitgangspunt voor de planning van de beleidsvoornemens per schooljaar Totstandkoming en status van het schoolplan Het schoolplan geldt als basis voor dit huidige schoolplan. Het schoolplan is opgesteld door het zittende bestuur en de directie van de school, hierbij gebruikmakend van de thans (in 2014) geldende beleidsdocumenten van NTC Het Nest. Voorbeelden van de nu geldende beleidsdocumenten zijn het kwaliteitsbeleid, het veiligheidsbeleid en het bestuursreglement. Het schoolplan is in de oudervergadering van 5 september 2014 voorgelegd aan de ouders voor commentaar, waarna, met inachtneming van dit commentaar, het bestuur het schoolplan officieel heeft vastgesteld. Door middel van deze procedure kan gesteld worden dat het schoolplan breed gedragen wordt: door de ouders, de directie en het onderwijsteam (zie formulieren instemming en vaststelling in Annex 1a en b) Gerelateerde documenten en bronnen Het schoolplan en de schoolgids zijn gedocumenteerde middelen binnen het kwaliteitszorgsysteem van de school. Gebaseerd op het schoolplan verschijnt er aan het begin van het schooljaar een schoolgids met de specifieke en gedetailleerde aandachtspunten van het komende schooljaar. De schoolgids voor het schooljaar is gebaseerd op het schoolplan Elke twee jaar, in januari/februari doet het bestuur in samenspraak met de schooldirectie een zelfevaluatie (zie bestuurskalender, Annex 2). Verbeterpunten daaruit worden in de schoolgids van het volgend schooljaar opgenomen als aandachtspunten. Grote veranderingen en aandachtspunten voor de langere termijn worden tevens toegevoegd aan het verbeterplan en opgenomen in een annex van het schoolplan. Aan het eind van het jaar geven de ouders tijdens de eindejaarsouder vergadering hun oordeel over de school. Tweejaarlijks wordt een tevredenheidsenquête afgenomen bij de ouders en de leerlingen. Aandachtspunten hieruit worden in het verbeterplan opgenomen. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 4

5 2. CONTEXT, MISSIE EN VISIE: DE BESTAANSREDEN VAN DE SCHOOL 2.1. Schoolorganigram Oudervergadering: - Alle ouders van leerlingen Schoolbestuur: - Voorzitter - Secretaris - Penningmeester - Leden (minimaal 2) - Vertegenwoordiging Belgische Ambassade - Vertegenwoordiging Nederlandse Ambassade Vertrouwenspersoon Kascontrole commissie Schooldirectie: - Directeur / Leerkracht Onderwijsteam: - Directeur / leerkracht - Leerkracht(en) - Klassenassistent (en) De NTC Kigali is een school georganiseerd door de ouders die minimaal twee keer per jaar bijeenkomen in de oudervergadering. De aanstelling van bestuursleden wordt officieel bekrachtigd door de oudervergadering. Het bestuur is een beleidsbepalend bestuur (zie bestuursreglement Annex 3). Beleidsuitvoering is gemandateerd aan de directeur/leerkracht en is tevens daardoor de directe verantwoordelijke van de leerkracht(en) en klassenassistent(en). Tijdens de eerste ouderavond van het schooljaar worden een vertrouwenspersoon en een kascommissie (twee leden) aangesteld. Zij hebben een adviserende functie naar bestuur en directie. Het Nest is zo klein dat er naast de oudervergadering geen ouderraad is aangesteld. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 5

6 2.2. Sterkte- & en zwakteanalyse van onze school Het Nest is in mei 2012 bezocht door de Nederlandse Onderwijs inspectie. Daarbij is onze school, na eerder in maart 2010 als zwak beoordeeld te zijn, thans op een voldoende niveau beoordeeld en is ons een basistoezichtmodel toegekend. Het rapport van dit inspectiebezoek vindt u op (sector: basisschool buitenland, schoolnaam: Het Nest, plaats: Kigali). Gedurende de periode van dit schoolplan wordt er verder gewerkt aan de verbetering van de school door middel van de deskundigheid van de directeur en het onderwijsteam en het toepassen in de praktijk van de opgestelde beleidslijnen. Een belangrijk aandachtspunt hierbij zal zijn om de continuïteit van de school zowel financieel als onderwijstechnisch te waarborgen (zie ook Hfdst 5. Kwaliteitszorg) Achtergronden / Uitgangspunten De NTC school Het Nest is opgericht in juli 2004 en geregistreerd als Stichting NTC Kigali bij de Kamer van Koophandel in Nederland. Sinds oprichting is Het Nest aangesloten bij de Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland (SNOB). Reden van oprichting was de behoefte aan Nederlands taalonderwijs op niveau voor de Nederlandstalige kinderen met de Nederlandse of Belgische nationaliteit in Kigali. In Kigali waren op dat moment alleen Franstalige (Belgische en Franse school) en Engelstalige (lokale scholen) dagscholen aanwezig. De Nederlandstalige leerlingen aan deze Franstalige Belgische school in Kigali hadden de keuze tussen Engels of Nederlands als tweede taal. Besloten werd NTC-onderwijs te gegeven, geïntegreerd in het dagprogramma van de Belgische school (EBK Ecole Belge de Kigali). Ten tijde van de oprichting van Het Nest waren er geen Nederlandstalige leerlingen die onderwijs volgden aan andere scholen dan de EBK. Deze situatie veranderde en in 2008 werd voor het eerst aan een groep kinderen uit het Engelstalig dagonderwijs lesgegeven buiten de schooltijden van de EBK, maar op de EBK locatie. Sinds 2009, wordt er ook op de locatie van een Engelstalige dagschool (International School of Kigali, opgericht in 2009) naschools lesgegeven. Sinds september 2010 wordt ook aan de EBK de Nederlandse les door Het Nest naschools gegeven, dit wil zeggen niet meer geïntegreerd in het lesprogramma. Op beide locaties zijn de lessen nu dus naschools. Het is nog niet mogelijk de leerlingen van groep 3-8 en het VO van de verschillende dagscholen samen te brengen door de te grote verschillen in schooltijden. De kleuters van de verschillende dagscholen krijgen wel gezamenlijk les. Eerst op de EBK, maar sinds oktober 2009 op de ISK. Een andere verandering die in september 2010 is ingevoerd is dat de leerlingen nog maar één keer per week les hebben en wel 3 uur achter elkaar voor groep 3-8 en het VO en 2.5 uur voor de groepen 1-2. Op het ogenblik hebben we leerlingen van de Franse school, Earth School, ISKR en EBK. Het Nest is een NTC-school met zowel een Nederlandse als Vlaams/Belgische identiteit en daar wordt, vanaf de oprichting, voornamelijk in het bestuur (vertegenwoordiging van beide ambassades en streven naar gelijke verdeling van de bestuursleden over de Nederlandse en Belgische nationaliteit) en in de cultuurlessen inhoud aan gegeven. Het leerlingaantal schommelt tussen de 30 en 40 leerlingen per jaar, verdeeld over de acht groepen PO en het VO. De meeste leerlingen volgen twee tot driejaar NTC-onderwijs aan Het Nest, voordat ze terugkeren naar Nederland/België of vertrekken naar een ander land. De school wordt geleid door een gediplomeerde (PABO diploma), voltijds directeur/leerkracht. Hij neemt het merendeel van de lessen op zich. Sinds de instroom van leerlingen van andere dagscholen is de inzet van een tweede leerkracht en eventueel klassenassistent(en) noodzakelijk. Het Nest kent een aantal uitgangspunten, die in hoge mate onze identiteit bepalen: Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 6

7 eerbiediging van iedere geloofsovertuiging of levensbeschouwing; gelijkwaardigheid van alle leerlingen; geen discriminatie of uiting van racisme. Om de aansluiting met Nederland/België en het Nederlands/Vlaams onderwijs zo goed mogelijk te laten verlopen, maakt naast de Nederlandse taal ook de Nederlandse en de Vlaamse cultuur deel uit van het onderwijsaanbod Missie / Visie Waar staan wij voor? Onze Missie De missie van Het Nest is om de Nederlandse taal en cultuur een plaats te geven binnen de totale opvoeding van het kind. Waar staan wij voor? Onze Visie Het Nest biedt een veilige, uitdagende en zorgzame leeromgeving. Wij streven ernaar dat we door onze zorg en individuele aandacht het beste uit de leerlingen halen. Het Nest stelt zich ten doel Nederlandse taal- en cultuurlessen voor de in Kigali wonende Nederlandstalige kinderen met de Nederlandse of Belgische nationaliteit te verzorgen. Daarbij probeert Het Nest een zo groot mogelijke groep kinderen te bereiken door redelijkerwijs rekening te houden met achtergrond, niveau, leeftijd, mogelijkheden en tijd van de leerlingen. Onze school is een zogenaamde Nederlandse Taal- en Cultuurschool en probeert zoveel mogelijk aan te sluiten bij Nederlands taalonderwijs. We richten ons op het toewerken naar de kerndoelen zoals deze geformuleerd zijn voor de deelvaardigheden van de Nederlandse taal in Nederland. NTC Net Nest is een school die de kinderen een stevige basis Nederlandse taal en cultuur wil meegeven voor de toekomst. Zowel cognitief (basiskennis) als sociaal-emotioneel. We willen een sfeer creëren van saamhorigheid en betrokkenheid waarbinnen kinderen zich kunnen ontwikkelen tot zelfstandige mensen. De Nederlandse school vervult in onze ogen een unieke functie. Het brengt Nederlands sprekende kinderen die in Kigali wonen bij elkaar. Het wekelijkse contact met de leerkrachten en klasgenoten bevordert de natuurlijke ontwikkeling van het Nederlands buiten gezinsverband. Betrokkenheid van de ouders bij NTC-onderwijs is van belang voor het succes van de school. Hier wordt dan ook veel aandacht aan besteed. Buiten het vaste programma is er plaats ingeruimd voor sociale en culturele activiteiten die bijdragen aan het ontwikkelen van een prettige sfeer waarin kinderen zich veilig voelen en waarbij aandacht wordt besteed aan de Belgische en Nederlandse cultuur. Zo wordt elk jaar een aantal feestdagen gevierd waaronder in ieder geval Sinterklaas en Koninginnedag. Ook worden er regelmatig Nederlandse culturele activiteiten gehouden. De filmavond die in het verleden regelmatig gehouden werd wordt nu alleen nog maar tijdens de ouderavond gehouden, dit om er voor te zorgen dat de kinderen onderdak hebben tijdens de oudervergadering maar ook om de gemeenschapszin te bevorderen. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 7

8 2.5. Doelstellingen en activiteiten Onze doelstellingen voor de komende vier jaar: Onderwijskwaliteit: In vier jaar tijd hopen wij een NTC-school te draaien met 30 of meer kinderen van zowel de Frans- als Engelstalige dagscholen, naschools, en op het niveau van zowel NT1, 2 90% van de NT1 leerlingen stroomt zonder grote problemen in het Nederlandse of Belgische dagonderwijs in; Geen van de als NT2 ingeschaalde leerlingen ligt meer dan 2 jaar achter op zijn/haar leeftijdsgroep bij het verlaten van de school; NT 3 Onderwijs gericht op doorstroom naar NT 2 onderwijs wordt alleen in de groepen 1 en 2 gegeven. Geen enkele leerling verlaat de school omdat er geen tevredenheid is met de geboden kwaliteit van het onderwijs. Het aanbieden van VO onderwijs zal gecontinueerd worden Onderwijsmaterialen: Voldoende materialen zijn aanwezig voor kwalitatief goed onderwijs aan alle NT niveaus. Personeel: Voor de komende periode van vier jaar zet het bestuur zich in voor het aanhouden en zo nodig rekruteren van een gediplomeerd en ervaren directeur. Indien noodzakelijk en het de onderwijskwaliteit ten goede komt zal een tweede docent aangetrokken worden. Wij stellen hierbij als doelstelling dat deze docent ook volledig bevoegd is; Bij het aantrekken van personeel sluiten wij samenwerking met andere dagscholen (EBK) uitdrukkelijk niet uit zolang dit niet ten koste van onze kwaliteitseisen gaat. Financiën In 2013 heeft het bestuur aan de oudervergadering voorgesteld om het systeem van ouderbijdrage en werkgeversbijdrage op te heffen. De jaarlijkse bijdrage per kind zal kostendekkend moeten zijn. De gedachten hierachter zijn de volgende: - de school heeft als organisatie niets te maken met het contract dat de ouders met hun werkgever hebben gesloten. - de school is niet in staat om de contracten tussen de ouders met hun werkgevers te controleren. - financiering van de school op basis van subsidiëring door private bedrijven is niet toekomstvast door het beperkte aantal Nederlandse bedrijven dat in Rwanda actief is. De school bouwt een fonds op waarop ouders een beroep kunnen doen als hun middelen tekort schieten om de school volledig te bekostigen. Toekenning van middelen uit dit fonds is een bestuursbesluit. Om in aanmerking hiervoor te komen zal: - De ouder moeten aantonen dat het inkomen onvoldoende is om (al) zijn kinderen Nederlands onderwijs te bieden - Het kind en de ouders zullen bij aanvang en gedurende de lesperiode een voldoende motivatie moeten tonen - Maximaal een bijdrage van E 400 per kind beschikbaar zijn. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 8

9 - Het fonds over voldoende middelen dienen te beschikken De reserve van de school moet gelijk komen met een jaarbudget zodat de school in noodgevallen nog minimaal een jaar kan voortbestaan op louter reserves. Specifieke activiteiten om de bovengenoemde doelstellingen te bereiken en de behaalde kwaliteit te borgen zijn jaar specifiek en context afhankelijk en worden in de schoolgids van dat jaar verder uitgewerkt Evaluatie vorig schoolplan Het vorige schoolplan was opgesteld voor de periode De doelstelling in deze periode was om de continuïteit van de school te waarborgen door een kwaliteitsverbetering op het gebied van onderwijs, governance en financiën te bewerkstelligen. Gezien de uitkomst van het bezoek van de onderwijsinspectie in 2012, de ouder- en kinderenquête, de bevindingen van de externe audit zijn de opeenvolgende besturen en leraren hier goed in geslaagd. Hoewel het bestuur er zich van bewust is dat de kwaliteit van NTC scholen als gevolg van snel wisselende samenstellingen van de populatie en de omgeving snel kan wijzigen hebben we de doelstelling om met het nu voorliggende plan de ingezette lijn voort te zetten en hiermee onze continuïteit te waarborgen. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 9

10 3. HET ONDERWIJS In dit hoofdstuk beschrijven wij ons onderwijskundig beleid. De belangrijkste algemene doelen voor ons zijn: het bevorderen van het zelfvertrouwen en de competentie-ervaringen van leerlingen het bevorderen van hun zelfstandigheid leerlingen leren leren Kenmerken van ons onderwijs zijn: evenwichtige aandacht voor cognitieve en sociaal-emotionele vaardigheden het bieden van onderwijs op maat Door rekening te houden met de verschillen tussen leerlingen menen wij ons streven naar optimale leerresultaten te kunnen waarmaken. Algemene doelstellingen Ons NTC-onderwijs heeft als doelstelling om aan te sluiten bij het onderwijs in Nederland en Vlaanderen, zodat kinderen bij terugkeer naar Nederland/Vlaanderen op leeftijdsniveau kunnen instromen in het Nederlandstalig onderwijs. We richten ons op het toewerken naar de kerndoelen zoals deze geformuleerd zijn voor de deelvaardigheden van de Nederlandse taal. Het onderwijs in de Nederlandse taal is er op gericht dat de leerlingen: Vaardigheden ontwikkelen waarmee ze de Nederlandse taal doelmatig gebruiken in situaties die zich in het dagelijks leven voordoen Kennis en inzicht verwerven betreffende betekenis, gebruik en vorm van de taal Plezier hebben of houden in het gebruiken en beschouwen van de taal We onderscheiden de deelgebieden spreken en luisteren, spellen en stellen, lezen en taalbeschouwing. De verschillen in onderwijsaanbod voor de drie richtingen (R3 zie 3.2.6) liggen vooral in de accenten die op de verschillende deelgebieden worden gelegd en het beginniveau. Zo moet bij R2-leerlingen zowel in de onderbouw als in de bovenbouw vooral aandacht worden besteed aan woordenschat en mondelinge taalvaardigheid, terwijl bij R1-leerlngen ook een belangrijk accent gelegd wordt op het spelling- en stelonderwijs. Ook moet begrijpend luisteren in het R2 onderwijs een nog belangrijkere plaats innemen dan in het onderwijs aan R1 leerlingen. Uitgaande van de verschillende richtingen worden de doelstellingen voor het taal- en leesonderwijs nader omschreven. Vooral bij het opstellen van de onderwijsinhoud komt de complexiteit van ons NTC-onderwijs naar voren: hoe creëren we voldoende taalgebruiksituaties die motiverend voor de leerlingen zijn, terwijl we toch voldoen aan de gestelde doelstellingen. Een gedegen voorbereiding, zowel didactisch en organisatorisch als wat betreft de keuze van materialen vinden we noodzakelijk om kwalitatief goed werk te leveren. Een belangrijk uitgangspunt hierbij is dat we overlappingen met het dagonderwijs willen voorkomen. Wij richten ons daarom met name op die onderdelen van het taalonderwijs, die in de dagschool niet aan bod komen. 3.1 HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderwijskundige doelen voor richting 1, 2 en 3 Richting 1 Is gericht op directe aansluiting bij onderwijs in Nederland en België en moet een terugkeer naar Nederlands onderwijs op leeftijdsniveau vergemakkelijken. Binnen deze richting wordt toegewerkt naar de kerndoelen van de Nederlandse taal en de tussendoelen zoals geformuleerd ondermeer in de verschillende onderwijsmethoden voor de verschillende jaargroepen. Bij deze leerlingen is Nederlands de dominante taal in de thuissituatie, daarnaast spreken zij de taal van de dagschool (Frans of Engels) en eventueel nog een derde taal. De woordenschat zal daarom Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 10

11 variëren en het schriftelijke taalgebruik zal beïnvloed zijn door het onderwijs in de taal van de dagschool. Als de leerling zich op deze manier blijft ontwikkelen, zal hij op 12-jarige leeftijd tenminste het referentieniveau 1F beheersen. Richting 2 Doel is het zo goed mogelijk op peil houden van de Nederlandse taal, met het oog op een eventuele terugkeer naar Nederland/België. Bij deze leerlingen wordt doorgaans met maar één van de ouders Nederlands gesproken en zal de tweede taal, die van de andere ouder of de dagschooltaal dominant zijn. Kerndoelen en tussendoelen voor verschillende jaargroepen worden op een maximale afstand van twee jaar gevolgd. De nadruk in het NTC-onderwijs zal in dit geval liggen op het bereiken van een zo hoog mogelijk niveau van mondelinge- en schriftelijke taalvaardigheid. Als de leerling zich op deze manier blijft ontwikkelen, zal hij op 14- jarige leeftijd tenminste het referentieniveau 1F beheersen. Richting 3 R3 leerlingen zijn leerlingen die Nederlands als vreemde taal aanleren. Het betreft leerlingen die vrijwel geen Nederlands spreken en dit als nieuwe taal moeten leren. Onze school laat alleen R3 leerlingen toe in groep 1 en 2. Het lesaanbod is er op gericht dat deze leerlingen het taalaanbod en aanspreekniveau in groep 3 aan kunnen en de lessen op R2 niveau kunnen volgen. Bij de intake wordt getracht een zo goed mogelijk beeld te krijgen van het niveau van de Nederlandse taal van het kind. Op basis van het intake gesprek, de LOVS scores en het verslag van de vorige leerkracht, wordt bepaald in welke groep en richting het kind geplaatst wordt Omgaan met verschillen en klassenmanagement We willen rekening houden met verschillen en kiezen voor adaptief onderwijs. Bij onze invulling van het begrip adaptief onderwijs leggen wij het accent op het scheppen van een pedagogisch klimaat dat kinderen uitdaagt, ondersteunt en vertrouwen geeft. Het bieden van uitdaging, ondersteuning en vertrouwen als onderdeel van het pedagogisch klimaat en didactisch handelen, past bij de drie basisvoorwaarden in opvoeding en ons onderwijs: competentie (geloof en plezier in eigen kunnen) de relatie (het gevoel dat mensen je waarderen en met je om willen gaan) Onafhankelijkheid (het gevoel dat je iets kunt ondernemen zonder dat anderen je daarbij moeten helpen). Deze drie kenmerken zijn volgens ons basisvoorwaarden voor een actieve, gemotiveerde leerhouding bij de leerlingen. Binnen onze NTC school hebben we te maken met heterogene groepen. Kinderen van verschillende taalniveaus (R1, R2 en in groep 1-2 ook R3) zitten bij elkaar in de groep. Daarnaast worden groepen gecombineerd. Door middel van gedifferentieerde instructie en goed klassenmanagement proberen we tegemoet te komen aan de verschillen. Klassenmanagement heeft niet alleen tot doel het managen van de groep als geheel, maar ook het accent ligt op het organiseren van zinvolle leermomenten voor alle kinderen. We vinden wel dat dit realistisch is als er in een groep niet meer dan drie niveaus zijn. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 11

12 Binnen onze school wordt gebruik gemaakt van gedifferentieerde instructie. Dit is een mix van klassikale instructie, instructie in kleinere groepen en individuele instructie. Afhankelijk van de leerdoelstelling vinden er grote of kleine groepsactiviteiten plaats, ofwel wordt er individueel gewerkt. Een aantal activiteiten, zoals bv. startactiviteiten, mondelinge vaardigheidsactiviteiten en culturele activiteiten, lenen zich goed voor een klassikale instructie, waarna in de verwerkingsfase gedifferentieerd kan worden. Factoren die onderdeel uitmaken van ons klassenmanagement zijn: Inrichting van de klas; Stimuleren en faciliteren van het zelfstandig werken; Gebruik maken van coöperatieve werkvormen. De klas is zodanig ingericht dat kinderen in groepjes kunnen samenwerken. Het zelfstandig werken wordt gestimuleerd, zodat de leerkracht rustig instructie kan geven aan andere kinderen. Hiervoor zijn de volgende aspecten onmisbaar: Vooraf instructie gericht op het zelfstandig werken; Regels en routines; het nakomen van afgesproken regels is van belang; Leerlingen verantwoordelijkheid geven voor eigen leren. Dit kan door: het werken met een taakblad, het vooraf aangeven wat leerlingen kunnen doen bij moeilijkheden, leerlingen zelf werk laten controleren, leerlingen laten samenwerken. Uitdagende betekenisvolle opdrachten, die niet te moeilijk, maar ook niet te gemakkelijk zijn; Een positieve houding van de leerkracht wanneer de kinderen zelf initiatieven en verantwoordelijkheid nemen. Bij het gebruiken van coöperatieve werkvormen, werken de leerlingen in kleine groepjes op een gestructureerde manier samen aan één opdracht. Essentieel is dat de opdracht zo wordt geformuleerd dat de leerlingen wel samen moeten werken om succesvol te zijn. Ook hierbij worden weer duidelijke regels gehanteerd Inzet van ICT In ons klaslokaal zijn drie laptops met internettoegang. We gebruiken de computers: om te surfen naar educatieve sites zoals o.a. enz.; om de teksten van Nieuwsbegrip te lezen, uit te printen en te behandelen; om films te bekijken met de midden- en bovenbouw om afleveringen van kinderprogramma s te bekijken voor opzoekwerk voor spelling- en woordenschatprogramma s van Taalactief en Woordkasteel voor cultuur- en zanglessen Onderwijstijd De Het Nest heeft als richtlijn elke leerling een minimum van 120 onderwijsuren per jaar aan te bieden. Het is een behoorlijke uitdaging de kerndoelen en onze onderwijsdoelstellingen binnen deze uren te behalen. Voor de groep 1 en 2 is afgesproken dat de maximale lestijd per week 2.5 uur is. Hiermee is het moeilijk de 120 lesuren per jaar te bereiken. We streven er voor deze geroepen naar minimaal 110 uur lestijd te geven. De opgelegde onderwijstijd verplicht onze school tot de volgende maatregelen: een actief beleid om lesuitval en lesverzuim te voorkomen. Daarnaast wordt de leertijd uitgebreid met het geven van huiswerk. de tijd voor niet-onderwijsinhoudelijke zaken (klassenmanagement, administratie, organisatie) wordt tijdens de les zo beperkt mogelijk gehouden. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 12

13 Gebruik van de netto onderwijstijd wordt geoptimaliseerd door onderwijs op maat, en door leerlingen in groepjes en zelfstandig te laten werken. Leerlingen met extra onderwijsbehoeften kunnen zo extra aandacht krijgen. Met drie uur onderwijs per week ontkomen we er niet aan prioriteiten te stellen en keuzes te maken. Welke leerstofinhoud moet zeker wel en welke moet in mindere mate aan bod komen in onze taallessen? Afhankelijk van het niveau van de leerling zal woordenschat, luister- en spreekvaardigheid, spelling en begrijpend lezen meer aandacht krijgen dan het handschrift en taalbeschouwing. De school houdt rekening met een aantal factoren die de onderwijsopbrengsten beïnvloeden: Kinderen komen niet allemaal van één dagschool. Dit heeft logistieke consequenties. Het zorgt er bovendien voor dat de sociale cohesie niet automatisch is, de kinderen zitten immers maar drie uur per week in dezelfde groep en contacten op de dagschool zijn frequenter en intensiever. Gedurende het schooljaar komen er kinderen bij en vertrekken er kinderen. Het kan nodig zijn groepsindeling en lesrooster gedurende het jaar aan te passen. Kinderen in het buitenland verkeren per definitie in een anderstalige omgeving. Dit brengt met zich mee dat de ondersteuning door ouders, in de vorm van thuis Nederlands spreken en actief met taal en huiswerk bezig zijn, van cruciaal belang is. Tegelijkertijd heeft de school hier maar beperkte invloed op. Kinderen krijgen NTC-onderwijs na afloop van het dagonderwijs, vaak in de namiddag van tot uur. Vanuit onderwijskundige oogpunt is dit uiteraard geen ideale situatie. Leerkrachten spelen hierop in door uitdagend en interactief onderwijs te verzorgen, dat zo veel mogelijk aansluit bij de belevingswereld van de leerlingen. Het aantal schoolweken op ISK en EBK is met 37 weken korter dan de 40 weken die gebruikelijk zijn in het Nederlandse onderwijssysteem. Dit maakt het bereiken van 120 lesuren in de naschoolse periode tot een grote uitdaging. Bestuur en de leerkrachten hebben om deze reden besloten op zaterdag extra NTC-lessen te verzorgen. Deze zijn bedoeld voor lessen die uitvallen en om aan de 120 uur lestijd te komen. Wij beseffen dat het voor een leerling niet eenvoudig is om drie uur NTC onderwijs te moeten volgen na een dag op hun reguliere school. Toch hebben wij gekozen voor deze lestijden om onze onderwijsdoelen met de leerlingen binnen de vereiste 120 uur per leerling per jaar te kunnen halen. Er wordt daarom van de kinderen verwacht dat ze zo veel mogelijk op tijd aanwezig zijn. Mocht een kind onverhoopt verhinderd zijn, dan horen wij dat graag persoonlijk van de ouders, het liefst de dag ervoor zodat we hier bij de lesvoorbereiding rekening mee kunnen houden Huiswerk Doelstelling van het huiswerk is herhalen van het aangeleerde in de les. Een lesmoment Nederlands in de week is voor kinderen niet genoeg om het aangeleerde eigen te maken. Een of twee momenten in de week -met de hulp van een van de ouders- terugblikken of oefenen met hetgeen in de les is behandeld, is van belang voor de voortgang in het onderwijs. Vanaf groep 1 wordt er huiswerk gegeven, met een gemiddelde belasting van maximaal een uur per week. De kinderen krijgen huiswerk naar gelang het niveau en de doelstelling. Het huiswerk wordt genoteerd op een huiswerkblad dat in een schrift of map mee naar huis gaat. Het huiswerk bestaat voornamelijk uit (voor)lezen, spellingsoefeningen, taalbeschouwing en woordenschatoefeningen. Van de ouders verwachten wij dat de ouders het kind begeleiden en minimaal een maal per week een moment creëren waarop geconcentreerd aan het huiswerk gewerkt kan worden. De leerstof, die de kinderen thuis maken wordt nagekeken, beoordeeld en in de klas getoetst. Naast het maken van taken en voorbereiden van lessen, wordt er van de kinderen verwacht Nederlands boeken te lezen. Vanaf groep 5 dienen de kinderen een boekverslag en vanaf groep 6 ook een boekbespreking te houden. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 13

14 3.1.6 Onderwijskundig beleid voor het leerproces primair onderwijs Hoofddoelstelling van Het Nest is dat kinderen bij terugkeer naar Nederland/België zoveel als mogelijk aansluiting vinden bij het Nederlandse/Vlaamse onderwijs. Wij richten ons hierbij op de kerndoelen. De beheersing van de Nederlandse taal door de leerlingen verschilt sterk van niveau. De oorzaak hiervan is dat de taal op de dagschool Engels of Frans is en dat er thuis vaak meer dan één taal gesproken wordt (75% van de gezinnen in het schooljaar ). Een tweede belangrijke reden is het schoolverleden van onze leerlingen. In veel gevallen heeft de leerling nog nooit in Nederland gewoond (75% in het schooljaar ) of in het Nederlands dagonderwijs gevolgd. (82% in het schooljaar ). Omdat het NTC-onderwijs zich kenmerkt door een grote diversiteit in leeftijdsgroepen en taalniveaus, wordt voor elke leerling apart een onderwijsleerdoel afgesproken. De school heeft aan het eind van schooljaar richting 1 leerlingen (16), richting 2 leerlingen (10) en richting 3 leerlingen (6). Het onderwijsaanbod binnen de verschillende NTC-richtingen verschilt op het gebied van de leerstofinhoud en ordening van de leerstof. Per richting worden andere accenten gelegd en zal de volgorde waarin bepaalde leerstof wordt aangeboden verschillen. Bij het opstellen van de onderwijsinhoud komt de complexiteit van het NTC-onderwijs naar voren: hoe kunnen voldoende taalgebruiksituaties worden gecreëerd die alle leerlingen motiveren? Dit vergt een gedegen voorbereiding, zowel didactisch als organisatorisch, en een aangepaste keuze van lesmaterialen. Onderwijsplanning Onderwijsplanning richting 1 Bij het maken van een onderwijsplanning voor deze groep kinderen is een goede oriëntatie op de kerndoelen nodig. Deze kerndoelen betreffen de domeinen: mondeling taalgebruik, schriftelijk taalgebruik en taalbeschouwing. De kerndoelen geven aan waar het onderwijs in de Nederlandse taal in ieder geval naar streeft. Alle taalaspecten dienen aan de orde te komen op een manier die voor de leerlingen aantrekkelijk blijft. Onderwijsplanning richting 2 Bij het maken van lesplanningen voor kinderen van NTC richting 2 is de meertaligheidsproblematiek nadrukkelijk aanwezig. Extra aandacht wordt besteed aan auditieve aspecten, Nederlandse klanktekenkoppeling, het lezen, de spelling en de woordenschatuitbreiding. Het bepalen van de lesinhoud in deze situatie hangt af van het niveau van Nederlandse taalbeheersing. Indien nodig worden additionele leermiddelen en didactieken toegepast, waarbij het bereiken van de kerndoelen richtinggevend zal zijn bij het bepalen van de onderwijsinhoud. Aansluiting bij het onderwijs in Nederland is in principe ook voor deze groep de doelstelling van het NTC-onderwijs. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 14

15 Vakgebied Doelen van de school Methoden / materialen Toetsing Technisch lezen en begrijpend lezen Groep 1-2 Beginnende geletterdheid: verhaalbegrip, taalbewustzijn, leesvoorwaarden. Begrippenkennis. Projecten en thema s, waarbij materialen van De Leessleutel 1-2. Versjes en liedjes Prentenboeken en voorleesboeken Taalspelletjes Auditieve en visuele oefeningen Kleuterwerkbladen Observaties Cito Taal voor Kleuters Groep 3 Aanvankelijk lezen: De klanktekenkoppeling en het leren lezen van woorden en zinnen (AVI 1-3) Methode De Leessleutel 3 Leesboeken Humpie Dumpie Cito DMT en AVI Cito begrijpend lezen Mondelinge taalvaardigheid Groep 4-8 Voortgezet lezen: goed technisch leren lezen en begrijpen van moeilijkere woorden en teksten (AVI 4-9+) Vergroten van spreeken luistervaardigheid In verschillende situaties Humpie Dumpie Nieuwsbegrip Diverse leesboeken ingedeeld in niveaus AVI 1-9, 9+ Artikelen Cito volg- en advies toetsen Cito begrijpend lezen Groep 1-2 Groep 3 Projecten en thema s, waarbij materialen van De Leessleutel 1-2, Knoop het in je oren, Laat wat van je horen, Edufax, Schatkist Instap en internet gebruikt worden. Versjes en liedjes Prentenboeken en voorleesboeken Taalspelletjes De Leessleutel3 / NTC mod Versjes en liedjes Cito Taal voor kleuters. Observaties Observaties Groep 4-8 Taal actief 4 /NTC mod Observaties Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 15

16 Vakgebied Doelen van de school Methoden / materialen Toetsing Versjes en liedjesboeken Nieuwsbegrip, spreekbeurten, artikelen, boekbesprekingen Taalbeschouwing Inzicht krijgen in de opbouw van woorden/ zinnen/teksten in Nederlandse taal Groep 3-8 De Leessleutel / NTC mod Taal actief 4 / NTC mod Software Cito Begrijpend lezen Observaties Methodegebonden toetsen Stellen en informatieverwerving en verwerking Stelopdrachten met gevarieerde doelstellingen. Groep 3 De Leessleutel / NTC mod Vooral op zinsniveau. Observaties Groep 4-8 Taal actief 4 / NTC mod toepassingsgerichte stelopdrachten, die zich lenen voor zelfstandige werkopdrachten in de klas en huiswerkopdrachten. Nieuwsbegrip Methodegebonden toetsen Observatie door leerkracht Woordenschat Verbreding en verdieping van de woordenschat Groep 1 en 2 Projecten en thema s, waarbij materialen van De Leessleutel 1-2, Knoop het in je oren, Laat wat van je horen, Edufax, Schatkist Instap en internet gebruikt worden. Versjes en liedjes Prentenboeken en voorleesboeken Cito Taal voor Kleuters Observaties Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 16

17 Vakgebied Doelen van de school Methoden / materialen Toetsing Taalspelletjes Woordkaarten en Koelkastwoorden Groep 3 Leessleutel 3 en koelkastwoorden Taal actief 4 /NTC mod woordenschatlijn Stenvert Nieuwsbegrip Koelkast woorden Band met Nederland Nederland in zicht Band met Nederland Cito Woordenschat Groep 4-8 Taal Actief 4 Stenvert Denkwerk Spreekbeurten Kringgesprekken Geschiedenis projecten Methodegebonden toetsen Cito Woordenschat Spelling De spelling van de Nederlandse taal zo goed mogelijk kunnen hanteren Groep 3 Leessleutel (groep3), aangevuld met eigen schrijfopdrachten. Cito Spelling Eigen dictees Observaties Methodegebonde n toetsen Groep 4-8 Taal actief 3 /NTC Module Spellingkaarten Taaljournaal Zuidvallei Spellingregels op een rij Woordkasteel Cito Spelling Observatie door leerkracht Thema s groep 1 en 2 De thema s die behandeld zijn in de afgelopen schooljaren en die een leidraad vormen voor de komende jaren. Eerste jaar Week Thema Extra 1 Kennismaking+kleuren Ik word... Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 17

18 5-6 Tijd 7 Dierendag 8 Kinderboekenweek Herfst Herfstboekje, kabouterfeest 12 Vormen Sinterklaas Kerst (+herhaling Vormen) Kerstboekje tijdens vakantie Mijn lichaam Wonen Verkeer en vervoer Carnaval Lente Pasen Feest Koningsdag In de lucht Kunst Vakantie / Zomer Tweede jaar Week Thema Extra 1 Groep1: kennismaking + introductie Raai de Kraai) 2-3 School Post Tijdens de les een bezoekje aan het postkantoor om een zelfgemaakt brief aan papa en mama te posten. 8 Kinderboekenweek Aan tafel Eten en drinken (+boodschappen) Als inhaalles: Op zaterdag een pannenkoekenlunch, incl. boodschappen doen en bakken Vriendjes Sinterklaas Kerstmis Kerstboekje tijdens vakantie Het weer Kleuren en vormen Carnaval Gevoelens Pasen Dieren (boerderij) Er op uit! 38 Afsluitende les. - Aandacht voor Koningsdag- Aandacht voor het optreden tijdens de toneelavond in mei. Onderwijsplanning richting 3 Bij NTC-richting 3 gaat het om het aanleren van Nederlands als vreemde taal, met het oog op een eventuele terugkeer naar Nederland. De leeftijd waarop met de lessen Nederlands wordt begonnen is vaak hoger en vaak wordt er thuis niet of nauwelijks Nederlands gesproken. Daarom zullen de vorderingen geringer zijn dan bij richting 1 en 2. Het accent ligt aanvankelijk vooral op het verbeteren van de mondelinge taalvaardigheid, luisteren en spreken. Afhankelijk van het te behalen niveau (elementaire kennis, basiskennis of uitgebreide kennis) wordt in overleg met de ouders bepaald op welk moment de schriftelijke taalvaardigheid en het leren lezen aan bod kan komen. Zodra dit Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 18

19 mogelijk is wordt aansluiting gezocht bij de leermiddelen van richting 1 en 2 vanaf groep 3. Leerlingen zullen vaak 1 jaar extra het programma van de onderbouw volgen. Bij het toe werken naar toelating in groep 3 is het aanbrengen van een basiswoordenschat en een systematische aanpak van wezenlijk belang. Ofschoon we op verschillende manieren aandacht besteden aan de uitbreiding van de woordenschat vinden we dat dit onderdeel van ons onderwijsprogramma de volgende jaren extra aandacht nodig heeft en we hiervoor een aparte leerlijn moeten opzetten. Bij het opbouwen van vaardigheden (technisch lezen, begrijpend lezen en spellen) in groep 3 wordt de onderwijsplanning van richting 1 en richting 2 gevolgd. Het Nest neemt in principe richting 3 leerlingen uitsluitend aan in groep 1 en 2. De reden hiervoor is dat deze leerlingen een aangepaste onderwijsmethodiek vergen die niet beschikbaar is op Het Nest. Richting 3 onderwijs vergt een aanzienlijk intensievere begeleiding van de leerkrachten. Naast kostenoverwegingen spelen ook capaciteitsbeperkingen een rol bij het besluit van directie en bestuur om geen richting 3 onderwijs vanaf groep 3 te starten. Om een leerling na twee jaar onderwijs in groep 1 en 2 bij onvoldoende beheersing niet toe te laten tot groep 3 is een moeilijke beslissing. Het is daarom van groot belang om met ouders van richting 3 leerlingen bij aanmelding over hun verwachtingen te praten en duidelijk te maken wat de mogelijkheden van de school zijn en wat van de ouders als inzet verwacht wordt. Verder moeten de criteria voor toelating duidelijk zijn bij de ouders. Uiteindelijk zal per geval in nauw overleg met de ouders en het bestuur een beslissing tot toelating tot groep 3 genomen worden Woordenschatonderwijs Werken aan woordenschat is werken aan schoolsucces (van den Nulft/Verhallen 2002) De meeste leerlingen op onze school hebben een achterstand in de woordenschat omdat ze minder, en in minder verschillende situaties geconfronteerd worden met de Nederlandse taal. Voor leerlingen in richting 1 is de woordenschat het meest op niveau, maar ook daar zien we vaak een achterstand ten opzichte van de leerlingen in Nederland. Dit geldt met name als de kinderen die al geruime tijd met hun ouders in het buitenland wonen. Bij kinderen in de richting 2 en 3 laat daarbij de mondelinge taalvaardigheid in het Nederlands te wensen over al is vaak het begrijpen nog redelijk. Het begrijpend lezen levert door de geringe woordenschat problemen op. De taal vertoont verder interferentiefouten met de dagschooltaal. Daarom werken wij aan de ontwikkeling en uitvoering van systematisch en intensief woordenschatonderwijs. We gaan daarbij uit van de op dit moment meest gangbare didactiek en werken daarbij vooral aan een aantal basisvoorwaarden: Selecteren/voorbewerken Semantiseren (uitleggen) Consolideren (oefenen) Controleren Methodisch werken we hiervoor met het onderdeel woordenschat van Taalactief en Nieuwsbegrip voor de groepen 3-8, de Leesleutel voor de groepen 1 en 2, Humpie Dumpie voor 3 en 4 en de blokboeken van Geschiedenis. Voor de jongste kinderen wordt gewerkt met thema s. De daarbij aangeboden woorden worden vastgelegd en regelmatig ter controle opnieuw aangeboden. In de groep 3 krijgen kinderen elke week de koelkastwoorden (rijtje thema woorden die thuis op de koelkast kunnen) mee naar huis. De woorden die in het ankerverhaal van de Leessleutel of in de woordenschatles aan de orde zijn gekomen worden op deze manier geconsolideerd. In de bovenbouw en het VO moeten kinderen boekverslagen, spreekbeurten en betogen houden, debatten leiden en artikelen presenteren. Deze oefeningen zijn mede gericht op het uitbreiden van de woordenschat. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 19

20 Tijdens het onderdeel cultuur zijn we bewust bezig met het uitbreiden van de woordenschat. Het internet, Nieuwsbegrip, Band met Nederland, Nederland in Zicht en Lang Geleden zijn methoden en boeken die voor het cultuuronderwijs en het uitbreiden van de woordenschat gebruikt worden. Voor de uitbreiding van de woordenschat is lezen van groot belang. We proberen door het kilometerlezen, het maken van boekverslagen en het houden van boekbespreking het leesonderwijs te stimuleren. Ook wordt elk jaar ruime aandacht besteed aan de kinderboekenweek. Op school wordt aan het thema van de kinderboekenweek gewerkt en als afsluiting vindt een culturele middag plaats. Op school lezen de leerkrachten verhalen voor en wordt er 20 minuten zelfstandig gelezen. Onontbeerlijk is dat er thuis gelezen wordt. We stimuleren ouders om thuis voor te lezen of samen met kinderen een verhaal te lezen. We maken ouders erop attent dat ze bij de bibliotheek in Nederland een lidmaatschap aan kunnen vragen en e-boeken kunnen lenen Cultuuronderwijs Naast de Nederlandse taal maakt de Nederlandse/Vlaamse cultuur onderdeel uit van het onderwijsaanbod op Het Nest. Cultuur kreeg in het verleden voornamelijk aandacht gedurende de buitenschoolse/culturele activiteiten. Sinds schooljaar is een gedeelte van het cultuuronderwijs geïntegreerd in het lesprogramma. Dit wordt onderverdeeld in drie gebieden: 1) Jeugdcultuur en actuele ontwikkelingen De leerkrachten proberen via het internet op de hoogte te blijven van de jeugdcultuur in Nederland en van de actuele (nieuws)ontwikkelingen. Wanneer daar gelegenheid en/of aanleiding voor is, worden actuele onderwerpen tijdens de cultuurlessen behandeld. Er wordt ook aangesloten op ervaringen die kinderen zelf opdoen tijdens bezoeken aan Nederland. Het programma Nieuwsbegrip wordt o.a. hiervoor gebruikt. 2) Nederlandse samenleving, geschiedenis en aardrijkskunde Leerlingen doen tijdens de cultuurlessen ook kennis op over de Nederlandse samenleving, vanuit historisch en (sociaal) geografisch perspectief. Dit betekent dat er tijdens de cultuurlessen regelmatig aandacht wordt gegeven aan gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis, de topografische ligging van plaatsen waarover gesproken wordt en de seizoenen in Nederland. Hiervoor gebruiken we de Canon van de Nederlandse geschiedenis en de serie Klokhuis, de Blokboeken Geschiedenis, Staatsinrichting en Topografie. 3) Festiviteiten, feestdagen, gebruiken en gewoontes Nederlandse/Vlaamse cultuur is een centraal aandachtspunt in de zaterdagactiviteiten waarbij een jaarlijkse cyclus van feestdagen wordt doorlopen. Hoogtepunten zijn de Kinderboekenweek, Koningsdag, Carnaval, Pasen en Sinterklaas. De cultuuractiviteiten op of rond Koningsdag en Sinterklaas staan open voor de gehele Nederlandse gemeenschap, ongeacht of de kinderen op de NTC-school zitten. Daarnaast organiseert de school op zaterdag, rond thema s, culturele activiteiten en excursies. De data voor de zaterdagactiviteiten staan vooraf gemeld in de Schoolgids. Een activiteitencommissie is verantwoordelijk voor de organisatie van de cultuurmiddagen en feestdagen. Betrokkenheid en motivatie van de ouders is van groot belang voor het welslagen van dit onderdeel van het NTC-onderwijs. Leerkrachten nodigen ouders uit mee te denken over de invulling van het programma en ouders zijn betrokken bij de uitvoering. We streven ernaar per jaar 10 uur te besteden aan cultuuronderwijs. Omdat cultuuronderwijs zonder taal niet mogelijk is en bij taalonderwijs cultuur ter sprake komt is niet haarscherp aan te geven Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 20

21 hoeveel uur er precies aan taal en aan cultuur besteed wordt. Uit de tevredenheidsenquête 2013 bleek dat een aantal ouders graag zag dat er expliciet aandacht besteed zou worden aan topografie en vaderlandse geschiedenis. In het schooljaar zijn we daarom vanaf groep 5 begonnen met het behandelen van de Blokboeken Geschiedenis en Staatsinrichting Volgen van de ontwikkeling Onze onderwijskundige doelen zijn gebaseerd op de kwaliteitscriteria die de Nederlandse overheid hanteert en op de criteria die wij zelf hanteren, uitgaande van onze visie. Voor de komende beleidsperiode hanteren we de volgende kwaliteitscriteria: Zorgen voor een ononderbroken ontwikkelingslijn; Verzorgen van onderwijs op maat, afstemmen van het onderwijs op de leef- en belevingswereld van de kinderen; Aandacht voor sociaal, betekenisvol en strategisch leren; Brede persoonlijkheidsvorming, waaronder het ontwikkelen van persoonlijke kwaliteiten als aanpassingsvermogen, nieuwsgierigheid en zelfstandigheid; Het bieden van een veilige leeromgeving, waarin elk individu zich gerespecteerd voelt; Opvoeden tot wereldburgers en het ontwikkelen van een meer internationale gerichtheid bij leerlingen. Bij het concretiseren van deze doelen richten we ons op de vraag wat ze betekenen voor de organisatie van de school en het handelen van de leerkracht. Zorgen voor een ononderbroken ontwikkelingslijn Deze doorgaande lijn wordt gewaarborgd door het zorgvuldige doch flexibele gebruik van de toegepaste lesmethodes. In de komende periode blijven wij met deze leerlijnen werken. Om een goede doorgaande lijn waar te maken moeten we goed op de hoogte zijn van elkaars manier van werken (didactiek en leerstofkeuze). Daarom vindt er regelmatig overleg plaats tussen de leerkrachten. Daarbij hebben wij in het bijzonder aandacht voor de tussendoelen beginnend en voortgezet technisch lezen. Voor het handelen van de leerkracht betekent dit het volgende: Er wordt rekening gehouden met de persoonlijkheid van het kind; De activiteiten worden afgestemd op de ontwikkeling van het kind; Er wordt gekeken naar de individuele huiswerkbelasting; mocht het nodig zijn dan kan een kind een extra taakje mee naar huis krijgen om bijvoorbeeld wat extra te lezen. Hierbij wordt wel gekeken naar het kind, de thuissituatie en de toekomstplannen van de ouders. Het kind wordt de mogelijkheid geboden om in eigen tempo, passend bij de eigen begaafdheid, een basispakket binnen de taalmethode te doorlopen; De ontwikkeling van de kinderen wordt systematisch gevolgd en er wordt geconstateerd welke problemen kinderen ondervinden in het leer- en ontwikkelingsproces. Nadat de aard van de problemen en hun oorzaken zorgvuldig zijn opgesteld, bepaalt de leerkracht hoe de kinderen geholpen kunnen worden en houdt hij/zij bij hoe daaraan wordt gewerkt. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het leerlingvolgsysteem. Leerlingenzorg algemeen Het bieden van goede zorg aan onze kinderen staat centraal in onze school. Als de leerlingen zich prettig en gesteund voelen, is dit een stimulans voor hun leerprestaties. Wij maken daarbij een onderscheid tussen algemene leerlingenzorg en zorg voor leerlingen die extra aandacht nodig hebben. Onderwijs op maat betekent voor ons ook zorg op maat. Daarom werken we met een samenhangende structuur voor leerlingenzorg: Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 21

22 Systematisch signaleren en observeren Diagnosticeren Remediëren Evalueren Systematisch signaleren en observeren Onderstaande methode helpt leerkrachten tijdig problemen te signaleren in de ontwikkeling van kinderen. Hierbij hanteren wij een duidelijk onderscheid tussen de R1, R2 leerlingen en R3 leerlingen. Richting 1- en 2-leerlingen Voor deze leerlingen toetsen wij minstens één maal per jaar de leerstofgebieden spelling, woordenschat en technisch en begrijpend lezen. R1 leerlingen zijn daarin vergelijkbaar met de Nederlandse situatie. Voor R2 leerlingen zal meestal gelden dat een toets van één of twee jaar lager afgenomen wordt. Richting 3-leerlingen (groep 1 en 2) Voor het toetsen van R3 leerlingen zijn reguliere toetsen minder goed bruikbaar. We registeren welke lesstof aan de leerling is aangeboden en welke stof hij of zij beheerst. We kunnen de CITO Taal voor kleuters voor groep 1 t/m 2 inzetten als diagnostische toets en we nemen de leesvoorwaardentoets af om te bepalen of de leerlingen door kan stromen naar groep 3 Binnen onze school hanteren we vier verschillende vormen van toetsing. Naast de methodeonafhankelijke toetsing en methode-afhankelijke toetsing worden observaties genoteerd in het leerlingdossier en kunnen diagnostische toetsen afgenomen worden om de leervorderingen van de leerlingen in kaart te brengen en te volgen. Methodegebonden toetsing Deze manier van toetsing is gekoppeld aan onze methode Taal Actief 4 en richt zich op evaluatie van het aangeboden onderwijs. Na ieder hoofdstuk kan een hoofdstuktoets afgenomen worden. We zullen niet van elke hoofdstuktoets alle onderdelen afnemen, dit neemt te veel lestijd in beslag. Als een onderdeel van de hoofdstuktoets niet afgenomen wordt zullen de resultaten van het huiswerk bepalen of de lesstof beheerst wordt. De toetsing van de woordenschat en spelling zal wel bij elk hoofdstuk plaatsvinden. Deze toetsing is gericht op evaluatie van het onderwijsaanbod. Dit gebeurt op twee niveaus: Op leerlingniveau wordt de leerling getoetst op alle onderdelen van het aangeboden hoofdstuk. Met deze informatie kan de leerling feedback en remediëring op maat worden geven. Op groepsniveau geeft methodegebonden toetsing de leerkracht de mogelijkheid om instructie, didactische werkvormen en didactisch handelen bij te stellen. Als veel leerlingen onvoldoende scoren, kan de leerkracht besluiten een groepsplan uit te voeren. Methodeonafhankelijke toetsing Naast methodegebonden toetsen gebruiken wij landelijk genormeerde toetsen voor taal- en leesontwikkeling. Voor deze methode-onafhankelijke toetsing maken we gebruik van de toetsen van het Cito Leerling- en Onderwijs Volgsysteem (LOVS). Met het LOVS kunnen we het behaalde niveau van de leerling vergelijken met de Nederlandse normgroep. Het LOVS bestaat uit toetsen voor meerdere aspecten van de Nederlandse taal. Deze wordt minimaal een keer per jaar bij de leerlingen afgenomen. Na de afname wordt gekeken of de leerdoelen bereikt zijn, tussentijds of aan het einde van een onderwijsperiode. Schoolplan Het Nest Kigali, Rwanda 22