Ministerie van Middenstand en Landbouw Dienst Ontwikkeling Plantaardige Productie. Opslagplaatsen voor bestrijdingsmiddelen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ministerie van Middenstand en Landbouw Dienst Ontwikkeling Plantaardige Productie. Opslagplaatsen voor bestrijdingsmiddelen"

Transcriptie

1 Ministerie van Middenstand en Landbouw Dienst Ontwikkeling Plantaardige Productie Opslagplaatsen voor bestrijdingsmiddelen uitgave 2000

2 Bericht aan de lezer Het Ministerie van Middenstand en Landbouw stelt zich niet aansprakelijk voor eventuele schadelijke gevolgen die kunnen ontstaan bij het gebruik van gegevens uit deze publicatie. Overname van teksten uit deze brochure is toegestaan mits vermelding: Bron: Brochure Opslagplaatsen voor bestrijdingsmiddelen Redactiecomité onder de coördinatie van Van Melckebeke Jozef Decroos Yves, V.O.L.S.O.G. Vandenberghe Antoon, V.O.L.S.O.G. Van Melckebeke Jozef, DG 6, Ministerie van Middenstand en Landbouw Willocx Hector, DG 6, Ministerie van Middenstand en Landbouw

3 1. Inleiding De erkenning van een bestrijdingsmiddel voor landbouwkundig en niet-landbouwkundig gebruik is onderworpen aan zeer strenge landbouwkundige, toxicologische en ecotoxicologische voorwaarden. Ook de erkenning van de personen, die deze producten mogen verkopen en gebruiken is streng gereglementeerd. Wegens het toxicologisch profiel van deze producten is een specifieke bescherming voor niet bevoegden en voor de gebruikers van deze producten noodzakelijk. Daarom wordt de opslag of het bewaren van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik in Vlaanderen gereglementeerd door de volgende besluiten: - KB van , gewijzigd bij MB van , MB van , MB van ,mb van en MB van betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik - KB van betreffende het bewaren, het verkopen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor niet-landbouwkundig gebruik, gewijzigd bij de KB van , , , , en Decreet van de Vlaamse Raad van betreffende de milieuvergunning - Besluit van de Vlaamse regering van houdende organisatie van de milieueffectbeoordeling van bepaalde categorieën van hinderlijke inrichtingen - Besluit van de Vlaamse regering van houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning Vlarem, gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van , van , van , van , van en van Besluit van de Vlaamse regering van houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II), gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van , van , van , van , van , van en van Deze brochure heeft als bedoeling om alle erkende verkopers en gebruikers van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik, de speciaal erkende gebruikers en de telers van land- en tuinbouwproducten te informeren over de vereisten waaraan een opslagplaatsvoor bestrijdingsmiddelen moet voldoen. Meestal hebben de houders en gebruikers van bestrijdingsmiddelen nog andere inrichtingen o.a. brandstoftanks, die opgenomen zijn in de lijst van hinderlijke inrichtingen volgens Vlarem I en waarvoor sectorale voorwaarden zijn opgelegd zodat de opslagplaatsen voor bestrijdingsmiddelen een onderdeel uitmaken van een grotere technische eenheid. 3

4 2. Federale wetgeving voor het opslaan van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig en niet-landbouwkundig gebruik 1) KB van , gewijzigd bij MB van , MB van , MB van , MB van en MB van betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik 2) KB van betreffende het bewaren, het verkopen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor niet-landbouwkundig gebruik, gewijzigd bij de KB van , , , , en Soorten gevarencategorieën (art. 2 KB ) De bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik worden, in voorkomend geval, in één of meer van de hiernavolgende gevarencategorieën ingedeeld : - zeer giftig - giftig - schadelijk - corrosief - irriterend - sensibiliserend - zeer licht ontvlambaar - licht ontvlambaar - ontvlambaar - oxiderend - ontplofbaar 2.2 Indeling in gevarencategorieën (art. 2 KB ) 1.) De indeling van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik' in de categorieën "zeer giftig", "giftig" en "schadelijk" geschiedt : - volgens de bepalingen van het KB van tot regeling van de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten met het oog op het op de markt brengen of het gebruik ervan, wat betreft de werkzame stoffen en de andere bestrijdingsmiddelen, die in de landbouw gebruikt kunnen worden die geen werkzame stof bevatten zoals uitvloeiers, hechtmiddelen en andere toevoegingsmiddelen 4

5 Tabel 1: Indeling van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik in gevarencategorieën categorie LD50 oraal rat mg/kg LD50 dermaal rat of konijn mg/kg LC50 inhalatie mg/l - 4 u zeer giftig <25 <50 <0,5 giftig ,5-2 schadelijk volgens de voorschriften vermeld in bijlage XII van het KB van wat alle andere preparaten betreft. Tabel 2: indeling van de andere preparaten in gevarencategorieën formulering categorie LD50 oraal voor rat (mg/kg) (1) LD50 dermaal voor rat (mg/kg) (1) LC50 voor rat inhalatie 48 u (mg/kg) vaste preparaten behalve: - lokazen - tabletvorm - vloeistoffen - lokazen - tabletvormen zeer giftig # 5 # 10 giftig > 5 - $ 50 > 10 - $ 100 schadelijk > 50 > $ 1000 zeer giftig # 25 # 50 giftig > 25 - #200 > 50 - # 400 schadelijk > #2000 > # gasachtige preparaten - vloeibaar gas - fumigan tia - aërosolen -poederpreparaten - deeltjes # 50 : zeer giftig # 0,5 giftig > 0,5 - #2 schadelijk > 2 - # 20 inhalatietest (1) de preparaten van de bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik worden ingedeeld op basis van de werkelijke acute giftigheid van het preparaat uitgedrukt in bij de rat oraal of dermaal bepaalde LD50-waarde dan wel bij de rat door middel van inhalatie bepaalde LC50-waarde. 2.) De indeling van de werkzame stoffen en van de 'bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik' 5

6 in de categorieën "corrosief", "irriterend", "sensibiliserend", "zeer licht ontvlambaar", licht ontvlambaar", "ontvlambaar", "oxiderend" of "ontplofbaar" geschiedt volgens de bepalingen van het KB van tot regeling van de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke preparaten met het oog op het op de markt brengen of het gebruik ervan. De preparaten worden als dusdanig beschouwd als de resultaten van de proeven uitgevoerd volgens de bijlage V punt A van het KB van 24 mei 1982 houdende de reglementering van het in de handel brengen van stoffen die gevaarlijk kunnen zijn voor de mens of voor zijn leefmilieu overeenkomen met de hierna vermelde definities en met de specifieke beoordelingscriteria voor die methoden. De definities van deze begrippen kunnen als volgt omschreven worden: "corrosief" : stoffen en preparaten die bij aanraking een vernietigende werking op levende weefsels kunnen uitoefenen. "irriterend" : niet-corrosieve stoffen en preparaten die door directe, langdurige of herhaalde aanraking met de huid of de slijmvliezen een ontsteking kunnen veroorzaken. "sensibiliserend" : stoffen en preparaten die door inademing of door opname via de huid een reactie van het immuunsysteem kunnen verwekken (overgevoeligheidsreactie) zodat bij latere blootstelling aan de stof of aan het preparaat, kenmerkende schadelijke effecten optreden. "zeer licht ontvlambaar" : stoffen en preparaten die in vloeibare toestand een vlampunt < 0 en een kookpunt # 35 hebben. "licht ontvlambaar" : stoffen en preparaten die a) bij normale temperatuur aan de lucht blootgesteld, zonder toevoer van energie, in temperatuur kunnen stijgen en ten slotte kunnen ontbranden of b) in vaste toestand, door kortstondige inwerking van een ontstekingsbron, gemakkelijk kunnen worden ontstoken en na verwijderen van de ontstekingsbron blijven branden of gloeien of c) in vloeibare toestand een vlampunt < 21 hebben d) in gasvormige toestand bij normale druk met lucht ontvlambaar zijn of e) bij aanraking met water of vochtige lucht, licht ontvlambare gassen in een gevaarlijke hoeveelheid ontwikkelen. "ontvlambaar" : stoffen en preparaten die in vloeibare toestand een vlampunt hebben van "oxiderend" : stoffen en preparaten die bij aanraking met andere stoffen, met name ontvlambare stoffen, exotherm kunnen reageren "ontplofbaar" : stoffen en preparaten die bij aanraking met een vlam kunnen ontploffen of voor stoten of wrijving gevoeliger zijn dan dinitrobenzeen. Er kunnen in bepaalde gevallen afwijkingen worden toegestaan. Hiervoor verwijs in naar art. 5 2 van hoger genoemd KB van De ontvlambaarheidsgraad van de bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik in vloeibare toestand wordt bepaald volgens de methode, opgenomen bijlage IV - hoofdstuk III van Titel III van het ARAB. 2.3 Giftigheidsklasse voor de bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik (art. 3 KB ) - Behoren tot klasse A : de bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik die ondergebracht zijn in één van de hiernavolgende gevarencategorieën : "zeer giftig", "giftig", "corrosief". 6

7 - Behoren tot klasse B : de bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik die niet tot de klasse A behoren en die ondergebracht zijn in één van de hiernavolgende gevarencategorieën : "schadelijk", "irriterend", "sensibiliserend". 2.4 Giftigheidsklasse voor de bestrijdingsmiddelen voor niet-landbouwkundig gebruik (art1. KB ) - producten van de lijst A: Bestrijdingsmiddelen en fytofarmaceutische producten die in bijlage II van dit besluit zijn opgegeven en die ofwel uitsluitend in de kolom lijst A zijn opgenomen, ofwel een percentage aan actief bestanddeel bezitten zoals in die kolom is aangeduid; - producten van de lijst B: Bestrijdingsmiddelen en fytofarmaceutische producten die in bijlage II van dit besluit zijn opgegeven en die ofwel uitsluitend in de kolom lijst B zijn opgenomen, ofwel een percentage aan actief bestanddeel bezitten zoals in die kolom is aangeduid; - producten van de lijst C: Bestrijdingsmiddelen en fytofarmaceutische producten die in bijlage II van dit besluit zijn opgegeven en die ofwel uitsluitend in de kolom lijst C zijn opgenomen, ofwel een percentage aan actief bestanddeel bezitten zoals in die kolom is aangeduid; 2.5 Lokaal voor het bewaren van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik (art. 80 KB ) 1. De erkende verkoper, de erkende gebruiker en de speciaal erkende gebruiker moeten de producten van de klassen A en B bewaren in een lokaal dat uitsluitend daarvoor bestemd is en op slot is. Het lokaal moet droog zijn, degelijk verlicht, doelmatig verlucht, in goede staat van onderhoud en netheid, en zodanig ingericht dat de goede bewaring van de opgeslagen producten verzekerd is. Op de buitenzijde van de deur van dit lokaal wordt duidelijk zichtbaar de vermelding "vergif" aangebracht alsmede een doodshoofd. De toegang tot het lokaal moet veilig zijn, zowel voor de personen die er hun activiteiten uitoefenen als voor de overheidspersonen die belast zijn met het toezicht op de naleving van de reglementering. Het lokaal bestemd voor het bewaren van de producten van klasse A opgenomen in bijlage X, 1. moet gelegen zijn buiten de gebouwen waar mensen of dieren verblijven. De toegang tot die lokalen is uitsluitend geoorloofd in aanwezigheid van de erkende of speciaal erkende persoon. 2. In afwijking van 1. eerste lid, en op gunstig advies van de gemachtigde ambtenaar mogen de voor de handel bestemde producten van klasse B in verpakkingen van ten hoogste één kilogram of één liter bewaard worden in een kast die op slot is. 3. In afwijking van 1. mag de speciaal erkende gebruiker voor het gebruik in de sierteelt van gewasbeschermingsmiddelen opgenomen in afdeling 2 van bijlage X van dit besluit, die producten bewaren in de lokalen van het bedrijf waar hij zijn bedrijvigheid uitoefent. In dat geval moeten genoemde producten zich bevinden in een kast die uitsluitend bestemd is voor de bewaring van de bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik van de klassen A en B. Die kast moet tenminste 0,25 m 3 inhoud hebben. Zij moet op slot zijn en aan een wand bevestigd. Op de deur van de kast moeten op een in het oog vallende wijze de melding "vergif" zijn aangebracht alsmede een doodshoofdsymbool. De toegang tot die kast is voorbehouden aan de 'speciaal erkende persoon'. 7

8 4. Het gelijktijdig handel drijven in producten van de klassen A en B en in geneesmiddelen, eetwaren of diervoeders is alleen geoorloofd op voorwaarde dat de producten die voorkomen in de klassen A en B gehouden, bewaard en behandeld worden in lokalen die uitsluitend daarvoor zijn voorbehouden. 5. Eenieder die geniet van de in artikel 67 (gebruik van producten van de klasse A, die niet zijn opgenomen in de bijlage X) voorziene afwijking is verplicht de op grond van die afwijking verkregen producten in een geschikte kast of lokaal achter slot en in de oorspronkelijke verpakking te bewaren. 2.6 Lokaal voor het bewaren van bestrijdingsmiddelen voor niet-landbouwkundig gebruik (art. 48 KB ) 1. De erkende verkoper, de erkende gebruiker en de speciaal erkende gebruiker moeten de producten van de klassen A en B bewaren in een lokaal dat uitsluitend daarvoor bestemd is en op slot is. Het lokaal moet droog zijn, doelmatig verlucht, in goede staat van onderhoud en netheid, en zodanig ingericht dat de goede bewaring van de opgeslagen producten verzekerd is. Op de buitenzijde van de deur van dit lokaal wordt duidelijk zichtbaar de vermelding "vergif" aangebracht alsmede een doodshoofd. Het lokaal bestemd voor het bewaren van de producten van lijst A opgenomen in lijst III van dit besluit, moet gelegen zijn buiten de gebouwen waar mensen en dieren verblijven. De toegang tot dat lokaal is uitsluitend geoorloofd in aanwezigheid van de erkende of speciaal erkende persoon. 2. In afwijking van 1. eerste lid, en op gunstig advies van de gemachtigde ambtenaar mogen de voor de handel bestemde producten van klasse B in verpakkingen van ten hoogste één kilogram of één liter bewaard worden in een kast die op slot is. 3 Behoudens afwijking door de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft en op advies van de Hoge Raad voor volksgezondheid verleend, moeten de voor de handel bestemde producten van lijst C worden bewaard in een daarvoor bestemde kast of in een lokaal dat aan de bij 1 bepaalde voorwaarden voldoet. 4. Het gelijktijdig handel drijven in producten van de klassen A en B en in geneesmiddelen, eetwaren of diervoeders is alleen geoorloofd op voorwaarde dat de producten die voorkomen in de klassen A en B gehouden, bewaard en behandeld worden in lokalen die uitsluitend daarvoor zijn voorbehouden. 2.7 Aard van de verpakking (art. 48 KB en art. 21 KB ) Elk bestrijdingsmiddel voor landbouwkundig gebruik moet vervat zijn in verpakkingen zodanig ontworpen en vervaardigd dat elk verlies van de inhoud wordt voorkomen ; dit geldt niet indien bijzondere veiligheidsvoorzieningen zijn voorgeschreven. Het materiaal van de verpakking en van de sluiting mag niet door de inhoud worden aangetast of daarmee een schadelijke of gevaarlijke verbinding kunnen vormen. De verpakkingen en de sluitingen moeten in hun geheel en in alle onderdelen zo stevig en sterk zijn dat zij niet losraken en afdoende tegen elke normale behandeling bestand zijn. 8

9 De recipiënten die voorzien zijn van een sluiting moeten zodanig zijn ontworpen dat de recipiënt herhaalde malen opnieuw kan worden gesloten zonder dat hierbij ongewild iets van de inhoud ontsnapt. De verpakking van de bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik in aërosolvorm moeten voldoen aan de bepalingen van het Koninklijk besluit van 24 april 1978 betreffende de aërosols. Bij de erkenning van een product kunnen bijzondere aanwijzingen nopens de door dit artikel gestelde eisen voorgeschreven worden. Voor een bestrijdingsmiddel voor landbouwkundig gebruik erkend voor een huishoudelijk gebruik kan daarenboven een veiligheidssluiting voor kinderen verplicht gesteld worden, ingeval het recipiënten met een inhoud van ten hoogste 3 liter betreft. 2.8 Enkele aanbevelingen: - plaats de bestrijdingsmiddelen per groep producten bv. insecticiden, fungiciden, herbiciden enz. afzonderlijk in rekken of kasten - plaats de vloeibare producten steeds onderaan en de spuitpoeders of granulaten bovenaan - plaats de bestrijdingsmiddelen in alfabetische volgorde - bewaar de beschermende spuitkledij en de maskers nooit in het bewaarlokaal - zorg er voor dat u de handen, gezicht enz. kunt afspoelen of wassen in de onmiddellijke omgeving buiten het bewaarlokaal 9

10 3. Decreet van de Vlaamse Raad en besluiten van de Vlaamse regering 1) Decreet van de Vlaamse Raad van betreffende de milieuvergunning 2) Besluit van de Vlaamse regering van houdende organisatie van de milieueffectbeoordeling van bepaalde categorieën van hinderlijke inrichtingen 3) Besluit van van de Vlaamse regering houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning Vlarem gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van en (Vlarem I) 4) Besluit van de Vlaamse regering van houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II), gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van , van , van , van , van , van en van (Vlarem II) In de hierna volgend overzicht van de wettelijke bepalingen zal hoofdzakelijk de aandacht uitgaan naar de bepalingen van Vlarem I en Vlarem II. Er is een milieueffectrapport (MER-rapport) nodig voor de inrichtingen voor de productie van pesticiden met een jaarcapaciteit van en meer ton. 3.1 Wat zijn hinderlijke inrichtingen? De inrichtingen die als hinderlijk worden beschouwd voor de mens en het leefmilieu worden ingedeeld in drie klassen, afhankelijk van de aard en de belangrijkheid van de eraan verbonden milieueffecten. De Vlaamse regering stelt de lijst en de klasse van die inrichtingen vast. Als belastende elementen worden beschouwd : geur, lawaai, stof, grond-en/of oppervlaktewaterverontreiniging, brand-en/of explosiegevaar, enz. 3.2 Milieuvergunningen - klasse-indeling 1) Niemand mag zonder voorafgaande en schriftelijke vergunning van de bevoegde overheid een als hinderlijk ingedeelde inrichting die behoort tot de eerste of de tweede klasse exploiteren of veranderen. De vergunning van klasse 1 en klasse 2-bedrijf moet afgeleverd zijn vóór met de uitbating wordt gestart. 2) Niemand mag, zonder daarvan melding te hebben gedaan, een inrichting die tot de derde klasse behoort, exploiteren of veranderen. Een klasse 3-bedrijf kan starten zodra de melding is ingediend. 3) De Vlaamse Regering wijst de categorieën van inrichtingen aan waarvoor een M.E.R. (milieueffect rapport) of een V.R. (veiligheidsrapport) wordt vereist vooraleer een vergunning kan worden verleend. 3.3 Wat behandelt Vlarem I? 10

11 Vlarem I behandelt o.a.: - indeling van hinderlijke bedrijven - wie is melding - en vergunningsplichtig - melding en vergunningenaanvraag: informatie en documenten - de procedurebeschrijvingen van de meldingen en milieuvergunningsaanvragen - het openbaar onderzoek, milieuvergunningscommissies - de beslissing- en bekendmakingsprocedures, toegang tot de milieu-informatie - de beroepsprocedures - het toezicht en de dwangmaatregelen - diverse bijlagen o.a. : bijlage 1 : lijst van als hinderlijk beschouwde inrichtingen met indeling in klassen bijlage 2 : lozing van gevaarlijke stoffen - bijlage 2A: lozing van gevaarlijke afvalstoffen opgeheven bij Besluit van de Vlaamse regering ) - bijlage 2B: de lijst van gevaarlijke stoffen voor lozing in grondwater (EG richtlijn 80/68/EEG) - bijlage 2C: de lijst van gevaarlijke stoffen voor lozing in aquatisch milieu (EG richtlijn 76/464/EEG) bijlage 3 : meldingsformulier inzake de exploitatie van een klasse 3 inrichting, de verandering van een inrichting of de overname van een inrichting door een ander exploitant bijlage 4 : milieuvergunningsaanvraagformulier voor de exploitatie of de verandering van een bijlage 5 : inrichting van klasse 1 of 2 gegevens en minimuminlichtingen die aan de orde moeten komen in het document inzake preventiebeleid voor zware ongevallen, bedoeld in art. 7 2 van titel I van het Vlarem bijlage 6 : VR-inrichtingen als beschreven in artikel 7 van titel I van het Vlarem bijlage 7 : gevaarlijke stoffen (art. 7 van het Vlarem) - deel I : lijst van gevaarlijke stoffen bedoeld in de EG-richtlijn 82/501/EEG, zoals later gewijzigd, inzake de risico s van zware ongevallen bij bepaalde industriële activiteiten - deel II : gevaarlijke stoffen en preparaten bedoeld in de Eg-richtlijn 67/548/EEG betreffende de aanpassing van de wettelijke en bestuurrechtelijke bepalingen inzake indeling, verpakking en het kenmerken van gevaarlijke stoffen bijlage 8: model van formulier voor de bekendmaking, in kader van het openbaar onderzoek van een milieuvergunningsaanvraag bijlage 9A: model van besluit houdende volledige of gedeeltelijke positieve beslissing in eerst aanleg over een milieuvergunningsaanvraag bijlage 9B: model van besluit houdende negatieve beslissing in eerst aanleg over een milieuvergunningsaanvraag bijlage 10: model voor formulier voor de bekendmaking van een beslissing over een milieuvergunningsaanvraag bijlage 11: model van het proces-verbaal van bemonstering en/of van controle van afvalwaters bijlage 12: model van het proces-verbaal van bemonstering en/of van controle van in de lucht geloosde stoffen bijlage 13: model van het proces-verbaal van uitvoering van monstername van afvalstoffen bijlage 14: model van het proces-verbaal van uitvoering van monstername inzake grondwaterverontreiniging 11

12 3.4 In werking treden van Vlarem I Vlarem I is in werking getreden op 1 september De vóór 1 september 1991 verleende vergunningen blijven van kracht tot in de vergunning vermelde datum of ten laatste tot Bedrijven, die alle vroeger verplichte vergunningen bezitten, kunnen deze laten vervolledigen voor de bijkomende verplichtingen van Vlarem I via een vereenvoudigde procedure. Ze moeten dit doen tijdens een overgangsperiode van 6 maand volgend op elke wijziging van Vlarem I. 3.5 Wat behandelt Vlarem II? Vlarem II behandelt : 1. algemene uitbatingsvoorwaarden die geldig zijn voor alle sectoren 2. specifieke sectorale uitbatingsvoorwaarden o.a. voor biociden, gevaarlijke stoffen. De overheid kan ook bijzondere milieuvergunning-voorwaarden voor een welbepaalde exploitatieplaats opleggen omwille van milieuhygiënische randvoorwaarden. 3.6 Enkele krachtlijnen van het vernieuwd milieuvergunningenbeleid in Vlaanderen 1) Eén geïntegreerde milieuvergunning De nieuwe milieuvergunning is de integratie van : - de exploitatievergunning - de lozingsvergunning - de afvalstoffenvergunning - de vergunning voor de verwijdering van giftige/gevaarlijk afval. De exploitant of bouwheer moet steeds een afzonderlijke vergunning aanvragen voor het winnen van grondwater (Grondwaterdecreet van en Besluit van de Vlaamse regering van BS houdende reglementering en vergunning voor het gebruik van grondwater en de afbakening van waterwingebieden en beschermingszones) voor het capteren van oppervlaktewater en voor het aanzienlijk wijzigen van het reliëf en het uitvoeren van bouwwerken. 2) Koppeling van de bouw- en milieuvergunning Elk van deze vergunningen wordt geschorst zolang de andere niet is verleend. Bij definitieve weigering van de ene is ook de andere niet rechtsgeldig (dit geldt nu alleen voor de afvalstoffenvergunning). Dit betekent dat er pas een milieuvergunning mag aangevraagd worden wanneer een bouwvergunning is verleend of omgekeerd. Dit betekent ook dat de bouwvergunning geschorst wordt zolang de milieuvergunning niet definitief is verleend of de melding niet definitief is gebeurd en bij weigering van de milieuvergunning vervalt de bouwvergunning op de datum van de weigeringsbeslissing van de milieuvergunning. 12

13 3) Eenvormige en eenvoudige procedure De procedure start nu onmiddellijk en gelijktijdig in al haar onderdelen (openbaar onderzoek + adviesinwinningen). Om dit mogelijk te maken dient de vergunningsaanvraag in meerdere exemplaren (7 exemplaren voor de 2de klasse- en 10 exemplaren voor 1ste klasse-inrichtingen) ingediend te worden De inwinning van de adviezen van de overheidsdiensten gebeurt voor de 1ste klasse-inrichtingen en de beroepen met betrekking tot de 2de klasse-inrichtingen via een provinciale milieuvergunningscommissie, die een gecoördineerd advies uitbrengt bij de vergunningverlenende overheid en voor de 1ste klasse inrichtingen in beroep door een gewestelijke milieuvergunningscommissie. Voor de 2de klasse-inrichtingen dient het college van burgemeester en schepenen (in eerste aanleg) het advies in te winnen van de gemeentelijke milieudienst. 4) Wettelijk gewaarborgde termijnen Ingevolge de vernieuwde procedure wordt het mogelijk een definitieve uitspraak binnen een wettelijk vastgelegde termijn te waarborgen : - voor een MER en/of VR-plichtige inrichting : de tijd voor de opstelling van de MER en/of VR alsmede voor de technische plannen vermeerderd met een procdure-termijn voor maximum 48 maanden (éénmalige verlengbaar met 2 maanden) ; - voor een 1ste klasse-inrichting : maximum 9 maanden beroepstermijn inbegrepen, éénmalig verlengbaar met 2 maanden ; - voor een 2de klasse-inrichting : maximum 8 maanden beroepstermijn inbegrepen, éénmalig verlengbaar met 1,5 maand. Er weze aangestipt dat een uitspraak stilzwijgend wordt verworven bij "stilzitten" van de overheid (weigering, vergunning in beroep). 3.7 Lijst met ingedeelde inrichtingen Definitie van een ingedeelde inrichting: Een ingedeelde inrichting is elke inrichting die melding- of vergunningsplichtig is krachtens het decreet betreffende de milieuvergunning en die vermeld is op de in bijlage 1 bij Titel 1 (Besluit van de Vlaamse Regering van houdende Algemeen reglement voor de milieuvergunning) van het Vlarem I gevoegde lijst. In de bijlage 1 van het Vlarem I wordt de lijst opgenomen met als hinderlijk beschouwde inrichtingen met de indeling in klassen. De productie, het bereiden, het formuleren, het verpakken en de opslag van bestrijdingsmiddelen worden opgenomen in de volgende rubrieken van hinderlijke bedrijven: - rubriek 5: biociden - rubriek 7: chemicaliën o.a. rubriek 7.2: geïntegreerde chemische installaties voor de fabricage van de basisproducten voor gewasbescherming en van biociden - rubriek 16: gassen 13

14 - rubriek 17: gevaarlijke stoffen 3.8 Meldingen voor Klasse 3 - inrichtingen (art. 2-4) In bijlage 1 bij deze brochure is het formulier opgenomen, dat moet gebruikt worden bij de melding van een klasse 3-bedrijf (bijlage 3 Vlarem I). Art. 2: 1. Niemand mag, zonder daarvan vooraf melding te hebben gedaan, een inrichting die behoort tot de derde klasse of na de geplande verandering blijft behoren tot de derde klasse, exploiteren of veranderen. 2. De in paragraaf 1 bedoelde melding dient te gebeuren door middel van een meldingsformulier, waarvan het model is vastgesteld in bijlage 3 bij onderhavig besluit, dat bij ter post aangetekende zending of bij afgifte tegen ontvangstbewijs wordt overgemaakt aan het college van burgemeester en schepenen van de gemeente waarin de percelen zijn gelegen waarop de exploitatie of de verandering van de inrichting gebeurt of gepland is. Indien de inrichting zich over het grondgebied van meer dan één gemeente uitstrekt, dient de melding op voormelde wijze te gebeuren aan elk van de colleges van burgemeester en schepenen van de gemeenten waarin percelen zijn gelegen waarop de exploitatie of de verandering van de inrichting gebeurt of gepland is, voor de respectieve gedeelten van de inrichting gelegen op hun ambtsgebied. 3. De melding dient volgende gegevens te bevatten: 1. - indien het om een natuurlijke persoon gaat: de naam, voornaam, het adres, telefoon, R.S.Z. en B.T.W. nummer van de exploitant; - indien het om een rechtspersoon gaat: de benaming, de rechtsvorm en de maatschappelijke zetel, telefoon, R.S.Z. en B.T.W. nummer van de exploitant, evenals de naam, de hoedanigheid van de verantwoordelijke persoon die de melding namens de exploitant ondertekent; 2. de juridische grondslag op basis waarvan de exploitant de beschikking heeft over de bedoelde inrichting(en) alsmede het eigendomsstatuut van de percelen waarop de exploitatie gebeurt of is gepland; 3. het adres van de inrichting die het voorwerp uitmaakt van de melding evenals de gemeenten en provincies waarin de percelen zijn gelegen waarop de exploitatie of de verandering van de inrichting gebeurt of gepland is; 4. in voorkomend geval de vermelding dat het gaat om een inrichting van; - de Staat, de Gemeenschap, het Gewest, een provincie of een door één van hen opgerichte instelling; - een gemeente, een vereniging van gemeenten, of een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn; - een niet hier voren genoemde openbare instelling; 5. de vermelding dat het gaat om : a) het exploiteren van een nieuwe inrichting dat een inrichting die na wijziging of aanvulling van de indelingslijst meldingsplichtig wordt; b) het veranderen van een bestaande inrichting 14

15 c) het overnemen van een vergunde inrichting 6. de aard alsook de technische kenmerken van de inrichting waarvoor de melding wordt gedaan en inzonderheid: a) wanneer de melding betrekking heeft op een inrichting die ingedeeld is in één of meer van de subrubrieken 9.3 tot en met 9.8 van de indelingslijst: - een lijst met de aantallen dienen gespecificeerd overeenkomstig de diersoorten (categorieën) vermeld in artikel 5 van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen: - voorzover de meldingsplichtige de cultuurgronden in eigen gebruik nog niet digitaal bij de Mestbank heeft laten registreren, een opgave van de kadastrale percelen die in eigen gebruik zijn en het bijhorend kaartmateriaal op schaal 1/ met aanduiding van de desbetreffende percelen; - de bij de inrichting behorende mestafzet-, mestafname-, mestexport- en/of mestverwerkingsovereenkomsten; b) wanneer de melding betrekking heeft op de winning van grondwater, voor elk van de grondwaterwinningen, gegroepeerd per watervoerende laag: - de activiteit waarvan de grondwaterwinning deel uitmaakt; - de bestemming van het grondwater; - de maximumhoeveelheid gewonnen grondwater uitgedrukt in m 3 per dag en per jaar; - de diepte waarop het grondwater gewonnen wordt ten opzicht van het maaiveld; - de aard en het maximumvermogen van de pomp(en) uitgedrukt in m 3 /uur en in kilowatt; - de apparatuur en/of middelen voor de meting van het gewonnen grondwatervolume; - de situering van alle (geregistreerde en niet geregistreerde) pompen op kaartmateriaal op schaal van ten minste 1/5.000; 7. een plan op schaal van ten minste 1/500 waarop de ligging van de inrichting op het betrokken kadastraal perceel is aangegeven; 8. in voorkomend geval een afschrift van de beslissing over de vergunningsaanvragen als bedoeld in de wet van 29 maart 1962 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en van de stedenbouw met betrekking tot de inrichting of de datum waarop, alsmede de overheid bij wie dergelijke vergunning(en) werd(en) aangevraagd. 4. De exploitatie van een inrichting, zoals bedoeld in art. 3, mag worden voortgezet voor zover de melding met alle vereiste gegevens conform art. 2 werd gedaan binnen de termijn, bedoeld in art In afwijking van 2 en 3 gelden voor de meldingen met betrekking tot de in de derde klasse ingedeelde inrichtingen die samen met inrichtingen van eerste of tweede klasse een milieutechnische eenheid als bedoeld in artikel van titel II van het Vlarem vormen, de volgende bepalingen: 1 wanneer de ingedeelde inrichtingen, ingedeeld in de derde klasse, worden opgenomen in de vergunningsaanvraag of in de mededeling van verandering die overeenkomstig artikel 5, 6 6bis en 6ter wordt ingediend bij de bevoegde overheid, geldt de vergunningsaanvraag of de mededeling als melding van deze derde klasse-inrichtingen; 2 in de overige gevallen moet de melding gebeuren overeenkomstig 2 en 3 met dien verstande dat ze in dit geval moet worden ingediend bij de overheid die in eerste aanleg bevoegd is voor de vergunningsplichtige inrichting(en) die samen met de gemelde derde 15

16 klasse-inrichting(en) een milieutechnische eenheid als bedoeld in artikel van titel II van het Vlarem vormen. Art. 3: De exploitant die een niet als hinderlijk ingedeelde inrichting die na haar inbedrijfsstelling meldingsplichtig wordt door aanvulling of wijziging van de indelingslijst, is verplicht hiervan binnen de zes maanden na het van kracht worden van die aanvulling of wijziging de melding te doen overeenkomstig het bepaalde van art. 2. Art Het bevoegde college van burgemeester en schepenen neemt akte van de meldingen, bedoeld in artikel 2 en 3, met uitzondering van deze bedoeld in artikel 2, 5, 1 en 2. De burgemeester schrijft de ontvangen meldingen in in een register dat overeenkomstig artikel 32 ingezien kan worden. Wanneer de melding betrekking heeft op een inrichting die ingedeeld is in één of meer van de subrubrieken 9.3 tot en met 9.8 en/of de subrubriek 28.2 van de indelingslijst, stuurt de burgemeester zonder verwijl een afschrift van het meldingsformulier en zijn bijlage(n) naar de Vlaamse Landmaatschappij. 2. De overheid die in eerste aanleg bevoegd is voor de vergunningsplichtige inrichting(en) die samen met de gemelde derde klasse-inrichting(en) een milieutechnische eenheid als bedoeld in artikel van titel II van het Vlarem vormen, neemt akte van de meldingen, bedoeld in artikel 2, 5, 1 en 2. Deze akteneming wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 35,5 wanneer het gaat om een akteneming door de bestendige deputatie van de provincie respectievelijk overeenkomstig artikel 36,5 wanneer het gaat om een aktename door het college van burgemeester en schepenen. Wanneer de melding betrekking heeft op een inrichting die ingedeeld is in één of meer van de subrubrieken 9.3 tot en met 9.8 en/of de subrubriek 28.2 van de indelingslijst, stuurt de bevoegde overheid in elk geval zonder verwijl een voor eensluidend verklaard afschrift van de akteneming alsook een afschrift van het meldingsformulier en zijn bijlage(n) naar de Vlaamse Landmaatschappij. 3. De exploitatie of verandering van een inrichting, zoals bedoeld in artikel 2, mag worden aangevat de dag na de datum dat de melding met alle vereiste gegevens conform artikel 2 werd gedaan binnen de termijn, bedoeld in artikel De milieuvergunningsaanvraag (art. 5) In bijlage 2 bij deze brochure is het aanvraagformulier opgenomen, dat moet gebruikt worden bij de aanvraag voor de vergunning van klasse 1 en 2 (bijlage Vlarem I) 1. Niemand mag zonder voorafgaande en schriftelijke vergunning van de bevoegde overheid een als hinderlijk ingedeelde inrichting die behoort tot de eerste of de tweede klasse, exploiteren. 2. De vergunningsaanvraag in te dienen om een inrichting van klasse 1 of 2 te mogen exploiteren of te veranderen, wanneer de verandering overeenkomstig art. 6 bis vooraf dient vergund te worden, wordt ingediend door middel van een milieuvergunning aanvraagformulier waarvan het model is vastgesteld in bijlage 4 bij onderhavig besluit en dient tenminste de volgende gegevens te vermelden: 16

17 1. - indien het om een natuurlijke persoon gaat : de naam, voornaam, hoedanigheid, het adres, telefoon-, R.S.Z.- en B.T.W.-nummer van de exploitant ; - indien het om een rechtspersoon gaat : de benaming, de rechtsvorm en de maatschappelijke zetel, telefoon, R.S.Z.- en B.T.W.-nummer van de exploitant, evenals de naam, de hoedanigheid van de verantwoordelijke persoon die de vergunningsaanvraag namens de exploitant ondertekent ; 2. de juridische grondslag op basis waarvan de exploitant de beschikking heeft over de bedoelde inrichting(en) alsmede het eigendomsstatuut van de percelen waarop de exploitatie gebeurt of is gepland ; 3. het adres van de inrichting die het voorwerp uitmaakt van de vergunningsaanvraag evenals de gemeenten en provincies waarin de percelen zijn gelegen waarop de exploitatie of de verandering van de inrichting gebeurt of gepland is ; 4. de vermelding of het gaat om een inrichting van: - de Staat, de Gemeenschap, het Gewest, een provincie of een door één van hen opgerichte instelling ; - een gemeente, een vereniging van gemeenten of een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn ; - een niet hiervoor genoemde openbare instelling ; 5. de vermelding of het gaat om : - de exploitatie van een nieuwe inrichting ; - het hernieuwen van een vergunning voor een bestaande inrichting ; - de exploitatie van een inrichting die na wijziging of aanvulling van de indelingslijst vergunningsplichtig wordt ; - het veranderen van een inrichting met precisering dat het betreft : * een wijziging ; * een uitbreiding ; * een toevoeging ; * de exploitatie van een tijdelijke inrichting ; 6. de aard en de klasse van de inrichting met vermelding of een milieueffectrapport en/of een veiligheidsrapport wordt vereist ; 7. een beschrijving van de aan te wenden procédé's en reagentia ; 8. de aard en het vermogen van de toestellen ; 9. de aard, de inhoud, de bedrijfsdruk en -temperatuur en volgnummer van de toestellen, opslagtanks, reservoirs en apparaten ; 10. de aard, de maximum voorziene hoeveelheid en de fysische, chemische en toxicologische kenmerken van de als hinderlijk ingedeelde opslagplaatsen en van de grondstoffen, tussenproducten, bijproducten, eindproducten, afvalstoffen en afvalwaters alsmede de geplande bestemming van de afvalstoffen en afvalwaters ; de kenmerkende gegevens van de voorziene emissies, afvalstoffen en afvalwaters 11. de op basis van de beste beschikbare techniek voorziene maatregelen en/of installaties om : a) zo weinig mogelijk afval te veroorzaken b) minder gevaarlijke stoffen te gebruiken c) de in het proces uitgestoten en gebruikte stoffen alsook afval waar mogelijk, terug te winnen en te recycleren d) het gebruik van grondstoffen, met inbegrip van water, te beperken en de energie-efficiëntie zo groot mogelijk te maken 17

18 e) het algemene effect van de emissies en de risico s op het milieu te voorkomen of tot een minimum te beperken en dit zowel voor geluid, trillingen, stralingen, lucht- bodem- en waterverontreiniging als voor het gevaar voor de mens buiten de inrichting en het leefmilieu f) ongevallen te voorkomen en de gevolgen daarvan voor het milieu te beperken g) te voldoen aan de algemene en sectorale milieuvoorwaarden die van toepassing zijn op de inrichting h) te voldoen aan art. 14 en art van het decreet van betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu 12. het maximum voorziene aantal te werk te stellen werknemers alsmede de vermelding of in de onderneming van de exploitant een comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen, als bedoeld in het Algemeen Reglement voor Arbeidsbescherming, bestaat ; 13. de maximum voorziene hoeveelheid jaarlijks te fabriceren goederen ; 14. in geval de aanvraag betrekking heeft op een directe of indirecte lozing in grondwater van gevaarlijke stoffen bedoeld in bijlage 2 B bij Vlarem I, of op een stortplaats of opslagplaats voor afvalstoffen in of op de bodem, tevens : - de kenmerken van de bodem en de ondergrond van het terrein waarop de lozing is gepland, respectievelijk de stortplaats of opslagplaats wordt ingericht, en van de omgeving in een straal van 100 m rond de perceelsgrenzen, alsmede de grondwaterhuishouding van het terrein waarop de stortplaats of opslagplaats ingericht wordt, en van de omgeving ; - wanneer het om een stortplaats of een opslagplaats voor afvalstoffen gaat een voorstel van werkplan voor het storten en opslaan overeenkomstig de algemene en sectorale voorwaarden dat - behoudens voor wat de stort- en opslagplaatsen van inerte afvalstoffen betreft - is opgesteld op basis van de resultaten van de bij te voegen hydrogeologische studie, alsmede een opmetingsplan voor putten, laagten en ophogingen met opgave van het maaiveld en berekening van de bergingscapaciteit ; - een algemene beschrijving van het terrein en de omgeving met vermelding van het huidige gebruik, de begroeiing, het bodembestand en de eventuele bebouwing 15. in geval de aanvraag betrekking heeft op de verwerking van afvalstoffen, tevens: - de maatregelen die desgevallend kunnen genomen worden, wanneer de installaties of terreinen tijdelijk buiten gebruik zijn, om welke reden ook, zodat de verwerking van de afvalstoffen verzekerd blijft : - de algemene kenmerken van de soorten van afvalstoffen die per dag of per week, per maand en per jaar kunnen verwijderd worden, telkens met opgave van : - het volume en het gewicht van de afvalstoffen ; - de aard, samenstelling en herkomst van de afvalstoffen ; - de kwalificatie en de taken van het personeel belast met de afvalstoffenverwerking ; - vier recente foto's van het terrein, genomen vanuit de verschillende hoofdwindrichtingen ; - indien de aanvrager het vervullen van een opdracht van algemeen nut beoogt, een verbintenis van de aanvrager om, binnen de perken, het voorwerp en de voorwaarden van de milieuvergunning, afvalstoffen te aanvaarden op schriftelijke vraag van de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest of in opdracht ervan. 16. in geval de aanvraag betrekking heeft op de lozing van afvalwaters, tevens : - de aard en de hoeveelheden te lozen : * normaal huisafvalwater ; * ander afvalwater dan normaal huisafvalwater ; * koelwater ; 18

19 * regenwater ; - de aanduiding waarin en op welke wijze de afvalwaters worden geloosd : * in een gewoon oppervlaktewater ; * in een openbare riool ; * in een kunstmatige afvoerweg voor regenwater ; * in de bodem ; * de verschillende waterbevoorradingsbronnen ; * een beschrijving van de afvalwaterzuiveringsinstallatie(s). 16bis in geval de aanvraag betrekking heeft op de winning van grondwater, voor elk van de grondwaterwinningen, gegroepeerd per watervoerende laag: a) de activiteit waarvan de grondwaterwinning deel uit maakt b) bestemming van het grondwater c) beoogde of noodzakelijke waterkwaliteit d) de beoogde maximumhoeveelheid te winnen grondwater uitgedrukt in m³ per dag en per jaar e) aard van de waterwinning f) technische kenmerken van de grondwaterwinning met inzonderheid de aanduiding van: - de diepte waarop het grondwater gewonnen wordt ten opzichte van het maaiveld - binnendiameter van de buis, de plaats, de lengte en de doorsnede van de galerij of van de draineerbuis, de plaats en de lengte van de klei- of cementafdichting - de aard en het maximumvermogen van de pompen uitgedrukt in m³/uur en in kilowatt g) de apparatuur en/of middelen voor de meting van - het gewonnen grondwatervolume - het grondwaterpeil h) de verschillende waterbevoorradingsbronnen met hun debieten per dag en per jaar i) de situering van alle (geregistreerde en niet geregistreerde) pompen op kaartmateriaal op schaal van ten minste 1/ ter in geval de aanvraag betrekking heeft op het kunstmatig aanvullen van het grondwater a) de activiteit waarvan de kunstmatige aanvulling deel uitmaakt b) de omschrijving en de diepte van de grondwaterlaag die kunstmatig zal worden aangevuld c) de herkomst en de kwaliteit van het infiltratiewater d) de maximumhoeveelheid water ingebracht als kunstmatige aanvulling uitgedrukt in m³ per dag en per jaar e) de apparatuur en/of de middelen voor de meting van: - de hoeveelheid water ingebracht als kunstmatige aanvulling - het grondwaterpeil 17. ingeval de aanvraag betrekking heeft op opslagplaatsen en installaties voor vernietiging, neutralisering of wegwerking van giftig afval : - een nota betreffende de kwalificatie en de bevoegdheid van het personeel dat verantwoordelijk is voor de verrichtingen voor transformatie, vernietiging, neutralisering of wegwerking ; - een nota die de te treffen maatregelen vermeldt voor de evacuatie van de residu van de behandeling van de giftige afval, in 't bijzonder : a) indien het gaat om vloeibare residuen : dezelfde inlichtingen als deze die moeten gegeven worden bij het lozen van afvalwater ; b) indien het gaat om gasvormige residuen : 1. de aard van het lozingspunt (schouw, ontluchting, toorts), de hoogte, de binnen-diameter bij de monding ; 19

20 2. het debiet en de temperatuur van de gassen en de dampen ; 3. de samenstelling van de gassen en de dampen en, gebeurlijk, het gehalte aan vaste stoffen ; 4. de aangewende technieken om de vooropgezette waarden niet te overschrijden c) indien het gaat om vaste residuen : 1. het maximum volume en gewicht van de per maand en per jaar te verwijderen, op te slaan of te vervoeren residuen ; 2. de aard van de gevaarlijke stoffen die er kunnen in aanwezig zijn en voor ieder van hen, de hoeveelheid per dag en per maand ; 3. de nauwkeurige beschrijving van de wijze waarop de residuen opgeslagen, verwijderd of vervoerd worden, alsmede hun bestemming ; 4. in het geval dat de residuen in de grond ingegraven worden, de hydrologische en geologische inlichtingen betreffende het terrein waarin zij ingegraven zullen worden, de fauna en de flora die er zich kunnen ontwikkeling, de beschermingsmaatregelen die getroffen zullen worden om de toegang tot het terrein te beletten aan elke persoon die niet tot de onderneming behoort. 18. de vermelding of voor de inrichting, de verandering van de inrichting of voor het gedeelte van de inrichting dat het voorwerp uitmaakt van de vergunningsaanvraag krachtens de wet van 29 maart 1962 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en van de stedenbouw een bouwvergunning is vereist ; in voorkomend geval een afschrift van de beslissing over de vergunningsaanvragen als bedoeld in voormelde wet met betrekking tot de inrichting, of de datum waarop en de overheid bij wie dergelijke vergunning(en) werd(en) aangevraagd ; 19. het voorwerp en de datum van de gedane meldingen, evenals een afschrift van eerdere beslissingen over vergunningsaanvragen die werden ingediend voor de exploitatie, de lozing van afvalwaters, de verwerking van afvalstoffen of voor de winning van grondwater of voor de bescherming van grondwater met betrekking tot de inrichting, of in voorkomend geval de datum waarop, alsmede de overheid bij wie, dergelijke vergunning(en) werd(en) aangevraagd 20. in voorkomend geval, een afschrift van de beslissingen die werden getroffen met betrekking tot een verzoek tot afwijking van de milieuvoorwaarden die van toepassing zijn op de exploitatie van de inrichting ; 21. de datum waarop de exploitant de inrichting, de verandering van de inrichting of het gedeelte van de inrichting dat het voorwerp uitmaakt van de vergunningsaanvraag beoogt in gebruik te kunnen nemen. 22. In geval in overeenkomst titel II van het Vlarem een milieucoördinator is aangesteld: de naam, voornaam, geboortedatum en het adres van deze milieucoördinator 3. Bij de vergunningsaanvraag voor een inrichting van de klasse 1 of 2 dienen gevoegd : 1. een situeringsplan op schaal van ten minste 1/1.000, waarop de ligging van de gebouwen, de productie-eenheid, de opslagplaatsen, de stortplaatsen en de lozingspunten ten opzichte van de aanpalende percelen weergegeven is ; 2. één of meer uitvoeringsplannen op schaal van ten minste 1/200 waarop per productie-eenheid, per opslagplaats, per gebouw en per verdieping, de schikkingen van de installaties, machines, toestellen, apparaten (in voorkomend geval met hun bij horende motoren en opgave van het vermogen ervan) en opslagplaatsen (met capaciteit) evenals de lozingspunten van de afvalwaters weergegeven zijn alsmede de als hinderlijk ingedeelde handelingen aangegeven zijn ; 20

21 3. een bewijs van betaling van de dossiertaks. 4. wanneer de aanvraag betrekking heeft op een stortplaats of opslagplaats voor afvalstoffen in of op de bodem andere dan een stort- of opslagplaats voor inerte afvalstoffen, alsmede op een directe of indirecte lozing in grondwater van gevaarlijke stoffen bedoeld in bijlage 2 B bij Vlarem I, een hydrogeologische studie van het terrein en de omgeving uitgevoerd door een of meer deskundigen die tenminste voldoende inzicht moet verschaffen inzake : a) algemene geologische situatie : - geologische opbouw ; - precieze granulometrische en lithologische kenmerken van de verschillende formaties ; b) algemene hydrogeologische situatie : - een uitvoerige beschrijving van alle hydrogeologische kenmerken der watervoerende lagen (o.a. hydraulische geleidbaarheid, transmissiviteit, bergingscapaciteit, enz.) - bepalen van stromingsrichtingen en stromingssnelheid van het grondwater ; - vermelden en beschrijven der ondoorlatende lagen ; - analyse van piëzometrische waarnemingen : c) fysico-chemische kenmerken van het grondwater : - aan de hand van referentiewaarnemingen moet de scheikundige samenstelling van de respectievelijke grondwatertafels ter plaatse precies gekend zijn ; d) omschrijving van de waterwinningen in de omgeving (straal = 5 km) : - algemene historiek ; - debiet van afpomping ; - piëzometrische effecten ; - continuïteit der bemaling ; - doelstelling van de bemalingsactiviteiten ; - fysico-chemische analyseresultaten der specifieke bemalingsactiviteiten ; e) algemeen besluit. 5/ wanneer de aanvraag betrekking heeft op een inrichting die ingedeeld is in een of meer van de subrubrieken 9.3 tot en met 9.8 van de indelingslijst: a) een lijst met de aantallen dienen gespecificeerd overeenkomstig de diersoorten (categorieën) vermeld in artikel 5 van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen: b) voorzover de meldingsplichtige de cultuurgronden in eigen gebruik nog niet digitaal bij de Mestbank heeft laten registreren, een opgave van de kadastrale percelen die in eigen gebruik zijn en het bijhorend kaartmateriaal op schaal 1/ met aanduiding van de desbetreffende percelen; c) de bij de inrichting behorende mestafzet-, mestafname-, mestexport- en/of mestverwerkingsovereenkomsten; 6/ wanneer de melding betrekking heeft op de winning van grondwater die behoort tot een grondwaterwinningseenheid met een totale capaciteit, inclusief de geplande grondwaterwinning, van meer dan m³/dag of meer dan m³/jaar a) een hydrogeologische studie van het terrein en de omgeving uitgevoerd door een of meer deskundigen die ten minste voldoende inzicht moet verschaffen inzake: i) algemene geologische situatie: - de geologische opbouw - de lithologische kenmerken van de verschillende formaties ii) algemene hydrogeologische situatie: 21

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE 1. EXPLOITANT

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE 1. EXPLOITANT BIJLAGE 3. Meldingsformulier inzake de exploitatie van een klasse 3 inrichting, de verandering van een inrichting of de overname van een inrichting door een andere exploitant (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem)

(artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) MELDINGSFORMULIER INZAKE DE EXPLOITATIE VAN EEN KLASSE 3 INRICHTING, DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING OF DE OVERNAME VAN EEN INRICHTING DOOR EEN ANDERE EXPLOITANT (artikelen 2, 5 en 42 Vlarem) A. IDENTIFICATIE

Nadere informatie

(artikelen 2, 5 en 42 van titel I van het VLAREM) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE. 1. Exploitant (ingeval van overname: de overnemer)

(artikelen 2, 5 en 42 van titel I van het VLAREM) A. IDENTIFICATIE VAN DE MELDINGSPLICHTIGE. 1. Exploitant (ingeval van overname: de overnemer) MELDINGSFORMULIER INZAKE DE EXPLOITATIE VAN EEN KLASSE 3 INRICHTING, DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING OF DE OVERNAME VAN EEN INRICHTING DOOR EEN ANDERE EXPLOITANT (artikelen 2, 5 en 42 van titel I van

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-140917 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-03022009 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen VLAREM-03-26062008 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Aan het college van burgemeester en schepenen straat en nummer Dorpsstraat 99 postnummer en gemeente 2940 Stabroek

Nadere informatie

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3

Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 Melding van de exploitatie of verandering van een inrichting van uitsluitend klasse 3 VLAREM-03-140917 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer indieningsdatum Waarvoor dient dit formulier?

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 7654 MONITEUR BELGE 11.03.1999 BELGISCH STAATSBLAD GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE

Nadere informatie

De milieuvergunnings- en meldingsplicht

De milieuvergunnings- en meldingsplicht De milieuvergunnings- en meldingsplicht 03 3.1. Administratieve verplichtingen Scholen hebben stookinstallaties, slaan schadelijke producten op voor de verwarming, voor de laboratoria en voor werkplaatsen

Nadere informatie

Melding van de overname van een vergunde inrichting

Melding van de overname van een vergunde inrichting Melding van de overname van een vergunde inrichting VLAREM-03-28042008 Aan het college van burgemeester en schepenen de deputatie van de provincieraad In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie Directie Leefmilieu dienst Milieu- en natuurvergunningen aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt,

Nadere informatie

BIJLAGE B : Voorbeeld van een ingevulde melding

BIJLAGE B : Voorbeeld van een ingevulde melding BIJLAGE B : Voorbeeld van een ingevulde melding Als voorbeeld vind je hier een ingevuld meldingsformulier voor een fictieve school van het Vrij Onderwijs, met enkele technische en beroepsrichtingen, en

Nadere informatie

MLAV1/ /RP/si

MLAV1/ /RP/si /RP/si OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE NV SEPPIC BELGIE MET BETREKKING TOT EEN ALKOXYLATIEFABIEK, GELEGEN TE 2070 ZWIJNDRECHT, SCHELDEDIJK 50, EN OVER DE MELDING VAN INRICHTINGEN VAN DE DERDE KLASSE.

Nadere informatie

MLAV1/ /MV/lydr.

MLAV1/ /MV/lydr. /MV/lydr. OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE N.V. BASF ANTWERPEN MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF (SUPER ABSORBER POLYMEER - SAP), GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, SCHELDELAAN 600 - HAVEN 725. De bestendige

Nadere informatie

MLAV1/ /MV/bd

MLAV1/ /MV/bd MLAV1/9900000064/MV/bd HOUDENDE VERGUNNING AAN DE N.V. BAYER ANTWERPEN VOOR HET VERANDEREN VAN EEN CHEMISCH BEDRIJF (XIV-KRACHTCENTRALE MIDDEN), GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, HAVEN 507- SCHELDELAAN 420. De

Nadere informatie

Het inrichtingenbegrip in Vlaanderen. Naam: Steven Betz Functie:Adviseur milieu & ruimtelijke ordening Datum: 22 april 2016

Het inrichtingenbegrip in Vlaanderen. Naam: Steven Betz Functie:Adviseur milieu & ruimtelijke ordening Datum: 22 april 2016 Het inrichtingenbegrip in Vlaanderen Naam: Steven Betz Functie:Adviseur milieu & ruimtelijke ordening Datum: 22 april 2016 Juridische kader BELGIË 8 augustus 1980 : Bijzondere wet tot hervorming van de

Nadere informatie

Besluit van de Bestendige Deputatie

Besluit van de Bestendige Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig Marc De Buck, wnd. voorzitter Besluit van de Bestendige Deputatie Alexander Vercamer, Ivan Verleyen, Frans Van Gaeveren, Jean-Pierre Van Der Meiren, Carina

Nadere informatie

Wordt ook gepubliceerd in de BVDA nieuwsbrief jaargang 11 nr 1

Wordt ook gepubliceerd in de BVDA nieuwsbrief jaargang 11 nr 1 Wordt ook gepubliceerd in de BVDA nieuwsbrief jaargang 11 nr 1 Voor in de inhoudstafel: Speciaal voor dit Jubileumnummer werd door twee gespecialiseerde advocaten een juridisch tweeluik samengesteld waarbij

Nadere informatie

Gelet op het feit dat op datum van 23 november 1992 de milieuvergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig werd verklaard of geacht;

Gelet op het feit dat op datum van 23 november 1992 de milieuvergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig werd verklaard of geacht; 2/MLAV1/9200000667/KB/ian. Milieuvergunningen HOUDENDE VERGUNNING AAN PELKMANS-VAN BOUWEL JOZEF VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2323 HOOGSTRATEN (WORTEL), LANGENBERG 52A. De bestendige

Nadere informatie

BIJLAGE C : Voorbeeld van een ingevulde milieuvergunningsaanvraag

BIJLAGE C : Voorbeeld van een ingevulde milieuvergunningsaanvraag BIJLAGE C : Voorbeeld van een ingevulde milieuvergunningsaanvraag Als voorbeeld is hierbij een ingevuld aanvraagformulier weergegeven van een fictieve school van het Gemeenschapsonderwijs, met enkele technische

Nadere informatie

Datum collegevergadering: 05/11/2018

Datum collegevergadering: 05/11/2018 Datum collegevergadering: 05/11/2018 Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2018120145 Dossiernummer: MLD/2018/00330 Ondertekening: Voor eensluidend uittreksel De Algemeen Directeur, Christi van Calster In

Nadere informatie

RISICOZINNEN (R-ZINNEN)

RISICOZINNEN (R-ZINNEN) RISICOZINNEN (R-ZINNEN) R-code R-zin 1 In droge toestand ontplofbaar. 2 Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken. 3 Ernstig ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Peter Hertog, Jozef Dauwe, leden Frans Van Gaeveren toegevoegd lid referte betreft

Nadere informatie

Doel van het formulier

Doel van het formulier TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN HET FORMULIER VOOR HET VERZOEK TOT BIJSTELLING OF DE VRAAG TOT AFWIJKING VAN DE MILIEUVOORWAARDEN DIE GELDEN VOOR EEN INGEDEELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT Dit document geeft

Nadere informatie

In dit hoofdstuk gaan wij op zoek naar de verschillende vergunningen die nodig zijn voor de opstart van een kapsalon.

In dit hoofdstuk gaan wij op zoek naar de verschillende vergunningen die nodig zijn voor de opstart van een kapsalon. 12. Vergunningen. In dit hoofdstuk gaan wij op zoek naar de verschillende vergunningen die nodig zijn voor de opstart van een kapsalon. Er zijn 3 type vergunningen : 1. Stedebouwkundige vergunning (bouwvergunning)

Nadere informatie

34013/110/1/W/1. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

34013/110/1/W/1. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad, 34013/110/1/W/1 Besluit van de Bestendige Deputatie van de Provincieraad, in verband met de aanvraag DEVAMIX / B.S.V. Beneluxlaan(S) 201 8530 Harelbeke tot het wijzigen/aanvullen van de vergunningsvoorwaarden

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; MLVER/0100000137/MV/lydr. OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BASF ANTWERPEN MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF (POLYETHEROLENFABRIEK-BLOKVELD F 300), GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, HAVEN 725,

Nadere informatie

Liersesteenweg 268 te 2800 Mechelen. Eikestraat 1 en 1A te 2800 Mechelen Afdeling 12402, sectie B, percelen 302 K, 302 L en 302 M

Liersesteenweg 268 te 2800 Mechelen. Eikestraat 1 en 1A te 2800 Mechelen Afdeling 12402, sectie B, percelen 302 K, 302 L en 302 M Referentie omgevingsloket: OMV_2019009851 Referentie gemeente: 20190207_OOV Inrichtingsnummer: 20190124-0070 BESLUIT VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN OVER EEN MELDING MET BETREKKING TOT DE

Nadere informatie

Doel van het formulier

Doel van het formulier TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN DE MELDING VAN DE STOPZETTING OF HET VERVAL VAN EEN VERGUNNING VOOR DE EXPLOITATIE VAN EEN INGEDEELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT OF VAN EEN DEEL ERVAN Dit document geeft

Nadere informatie

MLAV1/0100000089/RTH/vive

MLAV1/0100000089/RTH/vive /RTH/vive OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE N.V. VERALU MET BETREKKING TOT EEN INRICHTING VOOR HET VERVAARDIGEN VAN RAMEN EN DEUREN, GELEGEN TE 2580 PUTTE (BEERZEL), KONINGSBAAN 86, EN OVER DE MELDING

Nadere informatie

veranderen door uitbreiding met : - de lozing van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering (R 3.3.);

veranderen door uitbreiding met : - de lozing van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering (R 3.3.); MLVER/9600000236/JVDM/bd HOUDENDE AKTENEMING VAN EEN MELDING VAN NV GRALEX VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2070 ZWIJNDRECHT, KRUIBEEKSESTEENWEG 227. De bestendige deputatie van de provincieraad

Nadere informatie

HOUDENDE VERGUNNING AAN MATTHIJSSEN HERMAN VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2960 BRECHT, HOEKSTRAAT 26.

HOUDENDE VERGUNNING AAN MATTHIJSSEN HERMAN VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2960 BRECHT, HOEKSTRAAT 26. 2/MLAV1/9300000324/HWM/LO. Milieuvergunningen HOUDENDE VERGUNNING AAN MATTHIJSSEN HERMAN VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2960 BRECHT, HOEKSTRAAT 26. De bestendige deputatie van de Provincieraad

Nadere informatie

TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN DE MELDING VAN DE OVERDRACHT VAN EEN INGEDEELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT

TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN DE MELDING VAN DE OVERDRACHT VAN EEN INGEDEELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT TOELICHTING BIJ HET INVULLEN VAN DE MELDING VAN DE OVERDRACHT VAN EEN INGEDEELDE INRICHTING OF ACTIVITEIT Dit document geeft extra toelichting bij het invullen van de melding van de overdracht van een

Nadere informatie

Datum collegevergadering: 03/12/2018

Datum collegevergadering: 03/12/2018 Datum collegevergadering: 03/12/2018 Dossiernummer omgevingsloket: OMV_2018039809 Dossiernummer: MLD/2018/00080 Ondertekening: Voor eensluidend uittreksel De Algemeen Directeur, Christi van Calster In

Nadere informatie

U vint ook in bijlage het gunstige advies van de Hoge Gezondheidsraad. Gelieve de opmerkingen in verband met de bijsluiter rekening te houden.

U vint ook in bijlage het gunstige advies van de Hoge Gezondheidsraad. Gelieve de opmerkingen in verband met de bijsluiter rekening te houden. Dienst Risicobeheersing Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: Bijlage(n): FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu 0000363/002//7250 Telefoon Onthaal: 02/524.95.83 Fax

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Besluit /PISA. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE NV BAYER ANTWERPEN MET BETREKKING TOT DE MILIEUTECHNISCHE

Nadere informatie

MLVER/9800000164/PAG/sdv

MLVER/9800000164/PAG/sdv MLVER/9800000164/PAG/sdv HOUDENDE GEDEELTELIJKE AKTENEMING VAN EEN MELDING VAN N.V. EEG SLACHTHUIS VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2800 MECHELEN, SLACHTHUISLAAN 1. De bestendige deputatie

Nadere informatie

BIOREMEDIATIESYSTEMEN WETTELIJK KADER. Annie Demeyere Dep.L&V Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling

BIOREMEDIATIESYSTEMEN WETTELIJK KADER. Annie Demeyere Dep.L&V Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling BIOREMEDIATIESYSTEMEN WETTELIJK KADER Annie Demeyere Dep.L&V Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling Bioremediering wetgeving Richtlijn Duurzaam gebruik van pesticiden (EU 2009/128) Vlaanderen: Vlarem -

Nadere informatie

Belgisch Staatsblad d.d VLAAMSE OVERHEID

Belgisch Staatsblad d.d VLAAMSE OVERHEID VLAAMSE OVERHEID N. 2007 408 [C 2007/35010] 8 DECEMBER 2006. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; MLVER/0300000006/gvda - ak OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN 2. De bestendige deputatie van de provincieraad

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Alexander Vercamer, Peter Hertog, Jozef Dauwe, leden Frans Van Gaeveren, toegevoegd lid Albert De Smet, provinciegriffier

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie directie Leefmilieu dienst Milieu- en natuurvergunningen aanwezig Alexander Vercamer, Wnd. voorzitter Besluit van de Deputatie Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt, Hilde Bruggeman, leden

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie directie Leefmilieu dienst Milieu- en natuurvergunningen vergadering van 01 december 2011 aanwezig Denys André, gouverneur-voorzitter Vercamer Alexander De Buck Marc Hertog Peter Dauwe Jozef Couckuyt Eddy

Nadere informatie

Vlaamse Regering :~~~= ~ = ',.. "~ AMV/ /1001

Vlaamse Regering :~~~= ~ = ',.. ~ AMV/ /1001 Vlaamse Regering :~~~= :n- ',.. "~ ~ = AMV/000156706/1001 Besluit van de Vlaamse minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van de artikelen 5.17.2.1,

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Hilde Bruggeman, Eddy Couckuyt, leden referte betreft

Nadere informatie

Melding van de overname van een vergunde inrichting

Melding van de overname van een vergunde inrichting Melding van de overname van een vergunde inrichting Aan het college van burgemeester en schepenen de deputatie van de provincieraad VLAREM-03-01062012 In te vullen door de behandelende afdeling dossiernummer

Nadere informatie

Directoraat-generaal Leefmilieu. Betreft: Aanvraag tot toelating voor het product: Pediline Pro. Geachte mevrouw, Geachte meneer,

Directoraat-generaal Leefmilieu. Betreft: Aanvraag tot toelating voor het product: Pediline Pro. Geachte mevrouw, Geachte meneer, Dienst Risicobeheersing Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: Bijlage(n): FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu MRB/KDN/2008/1625/ Telefoon: 02/524.96.11 Fax : 02/524.96.03

Nadere informatie

college van burgemeester en schepenen Zitting van 14 augustus 2015

college van burgemeester en schepenen Zitting van 14 augustus 2015 beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 14 augustus 2015 Besluit KENNIS GENOMEN A-punten stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling De heer Bart De Wever,

Nadere informatie

Vlaamse wetgeving m.b.t. ondiepe geothermie

Vlaamse wetgeving m.b.t. ondiepe geothermie Vlaamse wetgeving m.b.t. ondiepe geothermie Ywan De Jonghe afdeling Operationeel Waterbeheer Dienst Grondwaterbeheer 10 februari 2010 Overzicht wetgeving Milieuvergunningendecreet en titels I en II van

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Besluit /crbo. Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE N.V. AGFA-GEVAERT MET BETREKKING TOT EEN INRICHTING

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING. De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur,

VLAAMSE REGERING. De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, VLAAMSE REGERING BESLUIT VAN DE VLAAMSE MINISTER VAN OPENBARE WERKEN, ENERGIE, LEEFMILIEU EN NATUUR, HOUDENDE UITSPRAAK OVER EEN AANVRAAG INGEDIEND DOOR DE NV TIMCAL BELGIUM, APPELDONKSTRAAT 173, 2830

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt, Hilde Bruggeman, leden

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Referentie provincie: 37011/206/2/A/1 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeente Pittem Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad Gegevens

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen MLVER-2011-0104/ELSL/kadc BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN NV COLOMBUS-HTC, BVBA AFVALSTOFFEN

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie directie Leefmilieu dienst Milieu- en natuurvergunningen Gelet op de mededeling van kleine verandering op 23 september 2011 ingediend door de heer Zaman Jan, Eeckbergstraat 64 te 9170 Sint-Gillisvergadering

Nadere informatie

Omgevingsvergunning - meldingsakte

Omgevingsvergunning - meldingsakte Gemeentebestuur Dienst milieu Kasteelstraat 1-8920 Langemark-Poelkapelle tel 057 49 09 0 milieu@langemark-poelkapelle.be www.langemark-poelkapelle.be Omgevingsvergunning - meldingsakte Besluit van het

Nadere informatie

Gearchiveerd op 09/06/2011

Gearchiveerd op 09/06/2011 Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :...... PRI 228 Plantaardige productie bestemd voor consumptie - Pesticiden [228] v4 C : conform

Nadere informatie

Aanvraag van een planologisch attest

Aanvraag van een planologisch attest Bijlage I Model I Aanvraag van een planologisch attest AFDELINGSCODE- (Vul hier het adres in van de gedelegeerd planologisch ambtenaar) In te vullen door de behandelende afdeling ontvangstdatum Bezorg

Nadere informatie

college van burgemeester en schepenen Zitting van 19 februari 2016

college van burgemeester en schepenen Zitting van 19 februari 2016 beraadslaging/proces verbaal Kopie college van burgemeester en schepenen Zitting van 19 februari 2016 Besluit B-punt GOEDGEKEURD stadsontwikkeling / vergunningen Samenstelling de heer Bart De Wever, burgemeester

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt, Hilde Bruggeman, leden Albert De Smet, provinciegriffier

Nadere informatie

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 15 JUNI 1999. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement

Nadere informatie

De melding omvat de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit (IIOA) van de derde klasse.

De melding omvat de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit (IIOA) van de derde klasse. OMG referentie: OMV_2019013846 Inrichtingsnummer: 20190201-0061 Besluit van het college van burgemeester en schepenen dd. 11 februari 2019 tot aktename van de melding klasse 3 van Fluvius system operator

Nadere informatie

E R K E N N I N G M E R - D E S K U N D I G E A A N V R A A G F O R M U L I E R

E R K E N N I N G M E R - D E S K U N D I G E A A N V R A A G F O R M U L I E R Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Departement Leefmilieu en Infrastructuur Administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer Afdeling Algemeen Milieu- en Natuurbeleid, Milieueffectrapportage Graaf

Nadere informatie

MLAV1/ /RP/bd

MLAV1/ /RP/bd /RP/bd OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE N.V. MONSANTO EUROPE MET BETREKKING TOT DE BUTVAR SOLVENT AFDELING, GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, HAVEN 627 - SCHELDELAAN 460. De bestendige deputatie van de provincieraad

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Referentie provincie: 37007/26/1/A/7 BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de gemeenteraad/stad Gegevens over de bevoegde overheid de deputatie van de provincieraad

Nadere informatie

AMV' '1001 DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW,

AMV' '1001 DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW, m rin AMV'00060090'1001 Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.17.2.1, 3, van titel 11 van het VLAREM ingediend door nv Van De Velde voor een tankstation

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 15965 12 oktober 2010 Beschikking van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van (datum) tot plaatsing in

Nadere informatie

BEKENDMAKING MELDINGSAKTE

BEKENDMAKING MELDINGSAKTE BEKENDMAKING MELDINGSAKTE Referentie omgevingsloket Inrichtingsnummer 20190128-0069 Projectnaam Tijdelijke werf ten behoeve van werken aan een leiding Ligging nabij Toekomstlaan 33, Herentals Bovenvermelde

Nadere informatie

MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAGFORMULIER VOOR DE EXPLOITATIE OF DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING VAN KLASSE 1 OF 2 (artikel 5 van het Vlarem)

MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAGFORMULIER VOOR DE EXPLOITATIE OF DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING VAN KLASSE 1 OF 2 (artikel 5 van het Vlarem) BIJLAGE 4. MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAGFORMULIER VOOR DE EXPLOITATIE OF DE VERANDERING VAN EEN INRICHTING VAN KLASSE 1 OF 2 (artikel 5 van het Vlarem) De aanvra(a)g(st)er wordt eraan herinnerd dat dit formulier

Nadere informatie

Gearchiveerd op 01/03/2012

Gearchiveerd op 01/03/2012 Provinciale dienst van:... Datum:... Verantwoordelijke Controleur:... Nr:... Operator :... N uniek... Adres :...... PRI 228 Plantaardige productie bestemd voor consumptie - Pesticiden [228] v5 C : conform

Nadere informatie

Het inrichtingsnummer

Het inrichtingsnummer Het inrichtingsnummer Het inrichtingsnummer is een (nieuw) uniek nummer dat wordt toegekend aan een ingedeelde inrichting of activiteit (IIOA) zodat deze - over de veranderingen, overnames en naamswijzigingen

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie directie Leefmilieu dienst Milieu- en natuurvergunningen aanwezig Alexander Vercamer, Waarnemend voorzitter Besluit van de Deputatie Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt, Hilde Bruggeman,

Nadere informatie

2/MLAV1/ /JB/AB Milieuvergunningen

2/MLAV1/ /JB/AB Milieuvergunningen 2/MLAV1/9300000113/JB/AB Milieuvergunningen HOUDENDE VERGUNNING AAN N.V. BASF ANTWERPEN VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, SCHELDELAAN - BLOKVELD G-200. De bestendige deputatie

Nadere informatie

Veelgestelde vragen Versie 21/04/2015

Veelgestelde vragen Versie 21/04/2015 Vlaamse overheid Afdeling Milieuvergunningen Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02 553 79 97 F 02 553 79 95 milieuvergunningen@lne.vlaanderen.be Veelgestelde vragen Versie 21/04/2015 21/04/2015

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie directie Leefmilieu dienst Milieu- en natuurvergunningen vergadering van 14 februari 2019 aanwezig Moens Kurt, wnd. voorzitter Grillaert Leentje Gillis Riet Charlier Anna Maria leden De Smet Albert, provinciegriffier

Nadere informatie

MLVER/ /RTH/AG/sdv

MLVER/ /RTH/AG/sdv MLVER/9700000006/RTH/AG/sdv HOUDENDE AKTENEMING VAN EEN MELDING VAN ZWAN/HARTOG-UNION A DIVISION OF UNILEVER BELGIUM N.V. VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2900 SCHOTEN, BRECHTSEBAAN 913.

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 8e Directie Dienst 82 Milieuhygiëne aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt, Hilde Bruggeman, leden

Nadere informatie

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN.

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN. Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen /gvda. BESLUIT VAN DE BESTENDIGE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN

Nadere informatie

Aanvraag tot hernieuwing van toelating voor het product: Bolfo Fleegard Spray

Aanvraag tot hernieuwing van toelating voor het product: Bolfo Fleegard Spray Dienst Risicobeheersing Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu EUROSTATION Bloc II Victor Hortaplein, 40 bus 15 B 1060 BRUSSEL MRB/KDN/2009/1111/

Nadere informatie

Juridische aspecten. Ansy Poelman VCB

Juridische aspecten. Ansy Poelman VCB Ansy Poelman VCB OMGEVINGSVERGUNNING - Regelgeving - Procedures - Werven OMGEVINGSVERGUNNING - Regelgeving - Procedures - Werven Omgevingsvergunningendecreet BVBB en besluit Waarom? Snelle en eenvoudige

Nadere informatie

AANVRAAGFORMULIER GEMEENTELIJKE SUBSIDIE WARMTEPOMP ... Telefoon thuis: telefoon overdag:.. Rekeningnummer:... . te 3630/3631 Maasmechelen

AANVRAAGFORMULIER GEMEENTELIJKE SUBSIDIE WARMTEPOMP ... Telefoon thuis: telefoon overdag:.. Rekeningnummer:... . te 3630/3631 Maasmechelen AANVRAAGFORMULIER GEMEENTELIJKE SUBSIDIE WARMTEPOMP GEGEVENS AANVRAGER Naam: Adres:......... Telefoon thuis: telefoon overdag:.. Email:. Rekeningnummer:... PLAATSGEGEVENS Adres installatie : idem als adres

Nadere informatie

Het inrichtingsnummer

Het inrichtingsnummer Het inrichtingsnummer Het inrichtingsnummer is een (nieuw) uniek nummer dat wordt toegekend aan een ingedeelde inrichting of activiteit (IIOA) zodat deze - over de veranderingen, overnames en naamswijzigingen

Nadere informatie

Bijlage IX AARD DER BIJZONDERE GEVAREN TOEGESCHREVEN AAN GEVAARLIJKE STOFFEN EN PREPARATEN :

Bijlage IX AARD DER BIJZONDERE GEVAREN TOEGESCHREVEN AAN GEVAARLIJKE STOFFEN EN PREPARATEN : Bijlage IX R 1 : In droge toestand ontplofbaar AARD DER BIJZONDERE GEVAREN TOEGESCHREVEN AAN GEVAARLIJKE STOFFEN EN PREPARATEN : R 2 : Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken

Nadere informatie

TOELATINGSAKTE Classificatie volgens CLP-GHS Gelet op de aanvraag ingediend op 28/10/2013. De Minister van Leefmilieu beslist:

TOELATINGSAKTE Classificatie volgens CLP-GHS Gelet op de aanvraag ingediend op 28/10/2013. De Minister van Leefmilieu beslist: TOELATINGSAKTE Classificatie volgens CLP-GHS Gelet op de aanvraag ingediend op 28/10/2013 De Minister van Leefmilieu beslist: 1.Het biocide: P3-triquart is toegelaten in overeenstemming met het artikel

Nadere informatie

Bijlage 8 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van inwerkingtreding van

Bijlage 8 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van inwerkingtreding van Bijlage 8 bij het ministerieel besluit houdende wijziging van een aantal formulieren naar aanleiding van de inwerkingtreding van de omgevingsvergunning Bijlage 19 bij het besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

Het diensthoofd, Ir Marc Leemans

Het diensthoofd, Ir Marc Leemans Dienst Risicobeheersing Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: Bijlage(n): 1 FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu MRB/ENS/2007/0000762 Telefoon: 02/524.95.83 Fax : 02/524.96.03

Nadere informatie

BEKENDMAKING BESLISSING OMGEVINGSVERGUNNING

BEKENDMAKING BESLISSING OMGEVINGSVERGUNNING BEKENDMAKING BESLISSING OMGEVINGSVERGUNNING Referentie omgevingsloket: OMV_2018151007 Door de heer David Van Ballaert werd een aanvraag ingediend voor exploitatie van een ingedeelde inrichting. Kort omschreven

Nadere informatie

de omgevingsvergunning partim milieu

de omgevingsvergunning partim milieu de omgevingsvergunning partim milieu inleiding toepassingsgebied gevraagde informatie behandeling aanvraag slotbemerkingen inleiding fusie van twee werelden : stedenbouw en milieu blind getrouwd uitdagingen,

Nadere informatie

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK

BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK BEKENDMAKING VAN EEN MILIEUVERGUNNINGSAANVRAAG EN OPENBAAR ONDERZOEK Door de stad GENK Dossiernr.: VL2-645 Gegevens over de bevoegde overheid het college van burgemeester en schepenen de deputatie van

Nadere informatie

OPDRACHTGEVEND BESTUUR : VZW Katholiek Basisonderwijs H. Hart Winterslag-Genk Margarethalaan Genk

OPDRACHTGEVEND BESTUUR : VZW Katholiek Basisonderwijs H. Hart Winterslag-Genk Margarethalaan Genk STAD : Genk OPDRACHTGEVEND BESTUUR : VZW Katholiek Basisonderwijs H. Hart Winterslag-Genk Margarethalaan 70 3600 Genk BENAMING VAN DE OPDRACHT : GT-160490-66 Infrastructuurwerken Omgevingswerken Kleuterschool

Nadere informatie

AMV/ /1000. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking

AMV/ /1000. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking Vlaamse Regering AMV/000157671/1000 Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.17.2.1, 3, van titel II van het VLAREM ingediend door de bvba DTN Team, Bisschopslaan

Nadere informatie

Bepalingen voor de opslag van gevaarlijke producten

Bepalingen voor de opslag van gevaarlijke producten Nieuwsbrief MilieuTechnologie, december 2000 (Kluwer, jaargang 7, nummer 11) Jan Gruwez & Stefaan Deboosere, TREVI nv Bepalingen voor de opslag van gevaarlijke producten Vorig jaar werden een aantal wijzigingen

Nadere informatie

Gelet op het M.B. d.d. 26.11.1996 waarbij in beroep het besluit d.d. 30.5.1996 van de Bestendige Deputatie wordt bevestigd;

Gelet op het M.B. d.d. 26.11.1996 waarbij in beroep het besluit d.d. 30.5.1996 van de Bestendige Deputatie wordt bevestigd; Dossiernummer 7C/37010/2/1/M/2 Besluit van de Bestendige Deputatie van de Provincieraad waarbij akte verleend wordt van de geplande verandering gemeld door N.V. TACK TRUCK- EN TANKCLEANING voor een inrichting

Nadere informatie

De Inspecteur-directeur van het leefmilieu, R. HUYSMAN.

De Inspecteur-directeur van het leefmilieu, R. HUYSMAN. Dienst Risicobeheersing Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: Bijlage(n): 0000378/002 Telefoon: 02/524.95.83 Fax : 02/524.96.03 EUROSTATION Bloc II Victor Hortaplein, 40 bus 10 B 1060 BRUSSEL Edialux-Formulex

Nadere informatie

TOELATINGSAKTE Overdracht. Gelet op de aanvraag ingediend op: 21/09/2011. De Minister van Leefmilieu beslist:

TOELATINGSAKTE Overdracht. Gelet op de aanvraag ingediend op: 21/09/2011. De Minister van Leefmilieu beslist: TOELATINGSAKTE Overdracht Gelet op de aanvraag ingediend op: 21/09/2011 De Minister van Leefmilieu beslist: 1. Het biocide : Novuswater NW 100 SL is toegelaten met toepassing van het artikel 78 van het

Nadere informatie

TOELATINGSAKTE Nieuwe toelating. Gelet op de aanvraag ingediend op: 27/05/2011. De Minister van Leefmilieu beslist:

TOELATINGSAKTE Nieuwe toelating. Gelet op de aanvraag ingediend op: 27/05/2011. De Minister van Leefmilieu beslist: TOELATINGSAKTE Nieuwe toelating Gelet op de aanvraag ingediend op: 27/05/2011 De Minister van Leefmilieu beslist: 1. Het biocide : HI-LOGIC is toegelaten met toepassing van het artikel 78 van het koninklijk

Nadere informatie

In bijlage vindt u tevens het resultaat van de risico-evaluatie met betrekking tot de ecotoxicologie.

In bijlage vindt u tevens het resultaat van de risico-evaluatie met betrekking tot de ecotoxicologie. Dienst Risicobeheersing Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: Bijlage(n): 2 FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu MRB/AV/2008/901 Telefoon: 02/524.95.79 Fax : 02/524.96.03

Nadere informatie

Mededeling van een kleine verandering of melding van klasse 3-onderdelen van een vergunde inrichting van klasse 1 of 2

Mededeling van een kleine verandering of melding van klasse 3-onderdelen van een vergunde inrichting van klasse 1 of 2 Mededeling van een kleine verandering of melding van klasse 3-onderdelen van een vergunde inrichting van klasse 1 of 2 Aan het college van burgemeester en schepenen de deputatie van de provincieraad straat

Nadere informatie

MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST N. 2009 1380 26 MAART 2009. Ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen (1) [C 2009/31188] Het Brussels

Nadere informatie